Schoolgids

Een vreedzame school met oog voor ieder kind

Schoolgids 2014-2016

R.K. Basisschool Kienehoef Mariannestraat 34a, 5491 JD Sint- Oedenrode  0413 475242  [email protected]  www.bskienehoef.nl

Een woord vooraf Beste ouder(s) en/of verzorger(s), Met genoegen presenteren wij u onze schoolgids 2014-2016. De afgelopen jaren is het onderwijs op bs Kienehoef aangepast aan eigentijdse ontwikkelingen. Dit heeft geresulteerd in verbeterde kwaliteit op diverse terreinen. In deze uitgave treft u informatie over onze school aan, die belangrijk kan zijn tijdens het schooljaar 2014-2015 en 2015-2016. Deze presentatie van de school kan ook aanleiding zijn om uw kind op onze school aan te melden. Bij het samenstellen hebben we getracht een zo compleet mogelijk beeld van onze school te geven. Het geeft u antwoord op veel vragen. We gaan deze schoolgids niet meer kopiëren en verspreiden onder alle ouders omdat het document vooral een naslagwerk is waarin u veel informatie kunt opzoeken indien u meer wilt weten over diverse onderwerpen. In de huidige tijd waarin we allemaal kostenbesparend en duurzamer gaan denken, menen we er goed aan te doen om voortaan de schoolgids enkel nog digitaal te presenteren via onze website www.bskienehoef.nl onder info vindt u het item schoolgids. Ook kunt u zien dat we voortaan alle algemene informatie die voor geheel SKOSO geldt in een apart deel hebben opgenomen. (zie hiervoor www.skoso.nl) Waarom een schoolgids voor ouders? Alle scholen in Nederland zijn verplicht een schoolgids uit te brengen. Voor ons is het een kans om u te laten zien wat u van de school kunt verwachten en wat de school voor het kind kan betekenen. Scholen onderscheiden zich steeds meer. In hun manier van werken, in sfeer en in wat kinderen er leren. Scholen hebben verschillende kwaliteiten. Deze gids geeft aan waar basisschool Kienehoef voor staat, zodat u weet wat onze school ouders en kinderen te bieden heeft. Gaat uw kind binnenkort naar de basisschool of moeten uw kinderen van school veranderen omdat u gaat verhuizen? Misschien zoekt u een school die beter bij uw kind past? De schoolgids kan u helpen bij de keuze van een school. De echte sfeer zult u moeten ervaren en daarvoor kunt u gewoon een afspraak maken. Wat staat er in deze schoolgids? - De visie op onderwijs en opvoeding met een vertaling naar de praktijk - De zorg voor de kinderen - Verwachtingspatroon van de school naar ouders - Wat ouders van de school kunnen verwachten Alle zaken die jaarlijks veranderen, zoals o.a. het vakantierooster, de groepsverdeling, namen en adressen Ouderraad en Medezeggenschapsraad, staan niet in deze gids. Uw kind krijgt hiervoor jaarlijks een boekje uitgereikt, getiteld “de Wegwijzer”, waarin u deze informatie aantreft. Voor de laatste, actuele informatie verwijzen wij u naar onze website (www. bskienehoef.nl) of naar de infokalender die maandelijks wordt meegegeven. Deze gids waarin u nu leest bevat algemene informatie die elke twee jaar wordt aangepast. Mocht u naar aanleiding van deze gids vragen of opmerkingen hebben, dan kunt u hiervoor een afspraak maken. Wij zijn ons ervan bewust dat we nooit echt volledig kunnen zijn. Aanvullingen of opmerkingen zullen wij, voor zover dat doelmatig is, in een volgende editie graag verwerken. Heeft u behoefte aan een persoonlijk gesprek, maakt u dan even een afspraak met ondergetekende. Hij neemt graag de tijd om uw vragen te beantwoorden. Team Basisschool Kienehoef

2

Inhoudsopgave Een woord vooraf 2 Hoofdstuk 1 Waar onze school voor staat ............................................................................. 5 Een school met kwaliteit ..................................................................................................................... 5 Onze visie op opvoeding ..................................................................................................................... 6 Visie op (over) onderwijs: ................................................................................................................... 6 Hoe doen we dat? ............................................................................................................................... 7 Onze visie op onderwijs en opvoeding vertaald naar het pedagogisch klimaat................................. 7 Onze visie vertaald naar didactisch handelen: ................................................................................... 8 Wat heeft de school het afgelopen schooljaar gedaan aan ontwikkeling? ...................................... 12 Wat zijn de plannen voor het komende schooljaar? ........................................................................ 14 Hoofdstuk 2 Het onderwijs op onze school ............................................................................ 15 De schooltijden ................................................................................................................................. 15 Groep 1 en 2...................................................................................................................................... 15 Groep 3 t/m 8.................................................................................................................................... 16 Zelfstandig werken in de praktijk ...................................................................................................... 16 Sociaal emotionele ontwikkeling ...................................................................................................... 16 Nederlandse taal ............................................................................................................................... 16 Lezen ................................................................................................................................................. 17 Rekenen ............................................................................................................................................ 17 Schrijven ............................................................................................................................................ 18 Levensbeschouwing .......................................................................................................................... 18 Engels ................................................................................................................................................ 18 Wereldoriëntatie............................................................................................................................... 18 Creatieve vakken ............................................................................................................................... 18 Verkeer .............................................................................................................................................. 19 Cultuur .............................................................................................................................................. 19 Techniek ............................................................................................................................................ 19 Bewegingsonderwijs ......................................................................................................................... 19 Schoolzwemmen ............................................................................................................................... 20 Computer .......................................................................................................................................... 20 Hoofdstuk 3 Beleidsmatige afspraken binnen onze school .................................................. 21 Aanmelden, overdracht en instromen: ............................................................................................ 21 De opvang en begeleiding van nieuwe leerlingen in het algemeen ................................................. 21 De opvang en begeleiding van nieuwe leerlingen van groep 1 ........................................................ 21 Foto- en filmopnames. ...................................................................................................................... 21 Groepsformatie ................................................................................................................................. 22 Opleiden in de school/stagiaires ....................................................................................................... 22 Tussenschoolse Opvang (Overblijven) .............................................................................................. 22 Verlaten van onze school (groep 8) .................................................................................................. 23 Vervangingen .................................................................................................................................... 23 Hoofdstuk 4 Organisatorische afspraken binnen onze school .............................................. 23 Appels (groep 1 en 2) ........................................................................................................................ 23 Fruit/drinken (groep 3 t/m 8) ........................................................................................................... 24 Creatieve morgen/middag (groep 3 t/m 8) ...................................................................................... 24 Eigendommen van leerlingen ........................................................................................................... 24 Etui .................................................................................................................................................... 24 Fietsen ............................................................................................................................................... 24 Gymnastiekkleding en het niet deelnemen aan de les ..................................................................... 24 Hoofdluis ........................................................................................................................................... 25 3

Meenemen tassen ............................................................................................................................ 25 Speelgoed.......................................................................................................................................... 25 Verjaardag ......................................................................................................................................... 25 Versjes ............................................................................................................................................... 26 Vervangende activiteiten: ................................................................................................................. 26 Hoofdstuk 5 Onze zorg voor de leerlingen .......................................................................... 26 Passend onderwijs: ........................................................................................................................... 27 Leerlingenzorg ................................................................................................................................... 27 School Video Interactie Begeleiding (SVIB) ....................................................................................... 28 Het jaarplan m.b.t. leerlingenzorg .................................................................................................... 29 Onderwijs aanpak ............................................................................................................................. 29 Leerlingvolgsysteem.......................................................................................................................... 29 De orthotheek ................................................................................................................................... 30 Onderwijskundig rapport: ................................................................................................................. 30 Wet bescherming persoonsgegevens: .............................................................................................. 30 Het zorgteam .................................................................................................................................... 30 Groeps- en/of Leerling-besprekingen ............................................................................................... 30 Zittenblijven of overgaan? ................................................................................................................ 31 Beleid ‘Omgaan met verlengde leertijd’. .......................................................................................... 31 Intern begeleider............................................................................................................................... 31 Grenzen aan zorgbreedte ................................................................................................................. 31 Hoofdstuk 6 De resultaten en de kwaliteit van het onderwijs.............................................. 33 Evaluatie van het onderwijsproces ................................................................................................... 34 Evaluatie van het resultaat van het onderwijs.................................................................................. 34 Reflectie op het onderwijs van basisschool Kienehoef..................................................................... 35 Uitslag kwaliteitsonderzoek .............................................................................................................. 35 Rapportcijfers .................................................................................................................................... 36 Hoofdstuk 7 Contacten met ouders .................................................................................... 39 Buitenschoolse opvang (BSO) ........................................................................................................... 39 Infokalender ...................................................................................................................................... 39 Klachtenregeling ............................................................................................................................... 40 MedezeggenschapsRaad (MR) .......................................................................................................... 40 De Gemeenschappelijke MedezeggenschapsRaad (GMR) ............................................................... 40 Open dagen ....................................................................................................................................... 40 Ouderavonden .................................................................................................................................. 40 Ouderbezoek bij kleuters .................................................................................................................. 41 Ouderhulp ......................................................................................................................................... 41 Ouderraad (OR) ................................................................................................................................. 41 Rapportbesprekingen........................................................................................................................ 42 Spreekuur .......................................................................................................................................... 42 Vrijwillige ouderbijdrage ................................................................................................................... 42 Website ............................................................................................................................................. 43 Hoofdstuk 8 Samenwerking met externe instanties ............................................................ 44 Brede school Sint-Oedenrode ........................................................................................................... 44 Inspectie: ........................................................................................................................................... 44 Kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of andere basisschool ............................................................... 44 Logopedie op school ......................................................................................................................... 44 Belangrijke adressen ......................................................................................................................... 45 Lijst met afkortingen .................................................................................................................. 46

4

Hoofdstuk 1 Waar onze school voor staat In deze schoolgids schrijven we uitgebreid over de doelen en werkwijzen van onze school. Om te beginnen zeggen we heel kernachtig waar het op onze school in hoofdzaak om gaat. Wij willen dat uw kind elke dag met plezier naar school gaat en heel veel leert zodat het op alle gebieden goed ontwikkelt. Wij werken dan ook aan een fijne sfeer in de groepen en de leerkrachten doen er alles aan om uw kind het optimaal mogelijke te laten bereiken. Daarbij speelt u als ouder een belangrijke, stimulerende rol. We zijn een school waar ook pedagogisch denken en handelen hoog in het vaandel staat. Dat houdt voor ons in dat handelen en onderwijs geven gebeurt vanuit een integere kijk op kinderen en hun leefomgeving. Basisschool Kienehoef is een school die zo up-to-date mogelijk probeert te werken. Dat betekent voor het team dat het regelmatig bezig is om het onderwijs te evalueren en aan te passen aan de steeds veranderende eisen van deze tijd. Elk kind kan zich op onze school veilig en vertrouwd voelen. Elk kind kan met plezier naar school gaan en komt tot zijn recht. We zijn alert op pesten en discriminatie en we werken vooral aan het voorkomen hiervan. Eigentijds werken wil ook zeggen dat er regels gelden op school. Orde en regelmaat zorgen ervoor dat er ruimte en aandacht is voor elk kind. Natuurlijk wordt er wel eens gestraft, maar we steken veel meer energie in het samen bespreken van problemen en in het belonen van goed gedrag. In onze schoolgids komen alle bovengenoemde punten uitgebreid aan de orde. Een school met kwaliteit Basisschool Kienehoef is één van de acht scholen voor basisonderwijs in Sint-Oedenrode. Al die scholen verschillen van elkaar. Scholen kunnen verschillen in visie, werkwijzen, sfeer en resultaten. Kortom: in kwaliteit. Op diverse manieren werkt onze school aan verdere verbetering van de kwaliteit: - werken met goed personeel dat openstaat voor onderwijsvernieuwing - werken met eigentijdse methoden - het goed volgen van de ontwikkeling van kinderen i.c.m. resultaten - het op maat hulp bieden aan kinderen met verschillen in leeren/of gedragsontwikkeling In onze school wordt les gegeven met behulp van moderne lesmethoden. Methoden die zich aanpassen aan de nieuwste inzichten en de wijzigende omstandigheden. Bij het kiezen van leerboeken en ander materiaal wordt gelet op de kwaliteit en het uiterlijk, of de kinderen goed kunnen leren met behulp van deze methoden, of het er aantrekkelijk uitziet en of de methoden voldoende afgestemd zijn op de kerndoelen die voor het basisonderwijs gelden en gebruik maakt van de nieuwste hulpmiddelen. Deze kerndoelen zijn door de overheid vastgestelde doelen, die de school bij haar onderwijsactiviteiten hanteert en dienen aan het eind van het basisonderwijs te zijn bereikt. Er zijn kinderen die extra uitdagend werk aan kunnen en kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. Bij de aanschaf van methoden zal er dan ook op gelet worden of er ook voor deze kinderen voldoende leerstof in de methoden zit. Het werken met goede methoden is één manier om kwaliteit na te streven. Nog belangrijker dan de methoden zijn de mensen die er mee werken. Aan hen heeft u uw kind toevertrouwd. Zij zorgen ervoor dat de materialen en de leerboeken zinvol worden gebruikt. De teamleden werken niet op eigen houtje, maar besteden veel tijd aan overleg, samenwerking en nascholing en volgen hierin onze gezamenlijk gedragen visie, die een doorgaande lijn waarborgt van groep 1 t/m groep 8. Met de maatschappij verandert ook het onderwijs voortdurend. Nieuwe ontwikkelingen proberen we op de voet te volgen. Een belangrijke voorwaarde is gelegen in de deskundigheidsbevordering van leerkrachten. Op basisschool Kienehoef is er veel expertise aanwezig van leerkrachten die diverse hulpvragen goed kunnen begeleiden. Hierbij kunt u denken aan een leerkracht met gedragsspecialisatie, enkele 5

leerkrachten die de opleiding tot remedial teacher hebben gevolgd, een specialist hoogbegaafdheid, een dyslexie-specialist, leerkrachten die de training tot coachen en begeleiden van studenten hebben gevolgd, een leerkracht die video-interactiebegeleiding heeft gevolgd, een IB-specialiste voor groep 1-2, een cultuurcoördinator, een arbo-coördinator, een coördinator m.b.t. machtsmisbruik. Een andere manier om de kwaliteit te bewaken en te verhogen is het werken met speciale, onafhankelijke toetsen waardoor de vorderingen van de leerlingen nauwlettend kunnen worden gevolgd. Leerproblemen worden sneller onderkend waardoor het mogelijk is om die categorie kinderen efficiënter te helpen. Elders in deze gids komen we hier nog uitgebreider op terug. Verder vinden niet alleen wij, maar ook de onderwijsinspectie, ouders en leerlingen dat we een school met kwaliteit zijn. De kwaliteitszorg, het pedagogische klimaat, de leerlingenzorg, het planmatig werken aan verbeteractiviteiten en het borgen van vernieuwingen zijn beduidend beter ontwikkeld dan op veel andere vergelijkbare scholen. De opbrengsten en de resultaten van de school liggen op of boven het niveau dat van onze school (leerlingen) verwacht mag worden. Voor een verdere analyse van de Kwaliteitsvragenlijst verwijzen wij u naar hoofdstuk 6: de resultaten en kwaliteit van ons onderwijs/ uitslag van het kwaliteitsonderzoek. Onze visie op opvoeding De vormgeving van de visie op basisschool Kienehoef: Pedagogisch:  Er is een sterk pedagogisch klimaat op de school en dat vindt zijn oorsprong in het voorleven van regels en afspraken door de leerkrachten en dat wordt versterkt door activiteiten die de saamhorigheid van een groep versterken.  De Vreedzame School is een methode die de school in groep 1 t/m 8 structureel gebruikt om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen te stimuleren.  Collegiale ondersteuning en professionele begeleiding zorgen voor borging van gemaakte keuzes. Niet alleen het leren staat op onze school centraal, maar vooral het kind als persoon. We zien in ieder kind een uniek persoontje dat midden in deze wereld staat, ontelbare impulsen binnenkrijgt en zich in de omgeving aan het ontwikkelen is. Het kind ontdekt waarden, (h)erkent zijn/haar sterktes en zwaktes en volgt daarin zijn/haar eigen weg. Zonder afbreuk te doen aan de unieke persoonlijkheid van een kind, willen we ervoor zorgen dat de school een omgeving is die het kind prikkelt en uitdaagt om actief bezig te zijn op een leerniveau dat het kind aankan. Als school vinden wij het ook heel belangrijk dat we, naast het methodische- en leerstoftechnische aanbod, aandacht schenken aan persoonlijke omstandigheden en situaties die er voor het kind (en leerkracht) toe doen. Mede in het verlengde daarvan bieden we ruimte aan een grote diversiteit: - projecten, veelal sociaal-maatschappelijk, cultureel en catechetisch getint - vieringen bij gelegenheid van kerkelijke feesten (Kerstmis, Pasen), Sinterklaas, carnaval, afscheid van onze schoolverlaters - actualiteiten, zoals bijv. een jubileum, ingrijpend nieuws op lokaal en (inter)nationaal niveau. Wekelijks besteden we aandacht aan de methode: “De Vreedzame School” om de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen goed te kunnen begeleiden. We benadrukken dat we open staan voor de dialoog met ouders zodat we als partners in onderwijs samen invulling kunnen geven aan pedagogische waarden. Visie op (over) onderwijs: Wij willen als basisschool adaptief onderwijzen. Wat is dat? 6

Dat wij als team omgaan met verschillen in de groep: niet alle kinderen beschikken immers over dezelfde mogelijkheden. Leerkrachten moeten tijdens het onderwijzen aansluiten bij individuele verschillen in aanleg, tempo en motivatie. Hoe doen we dat? Door de klassenorganisatie in alle groepen zodanig in te richten, dat: - er meer tijd is voor zelfstandig werken - minder tijd besteed wordt aan klassikale instructie; de groep wordt verdeeld in drie - subgroepen: 1. de subgroep die het standaard basisprogramma volgt 2. de subgroep met kinderen die extra instructie en begeleiding behoeft 3. de subgroep die naast basisstof extra uitdaging en verrijking nodig heeft Het vergroten van het zelfstandig werken heeft twee doelen: - het pedagogisch doel: we begeleiden kinderen in een proces naar zelfstandig werkende mensen met aandacht voor het zelf oplossend vermogen. - het didactisch doel: als kinderen zelfstandig werken, hebben leerkrachten de handen vrij om hulp te bieden aan zorgleerlingen of het geven van extra instructie en/of begeleiding. Om deze doelstellingen te bereiken, hebben we onder professionele begeleiding het zelfstandig werken/klassenmanagement gerealiseerd, zodat we veel meer en beter kunnen differentiëren. Dat wil niet zeggen dat we het groepsproces loslaten. Maar we willen niet alle kinderen mee laten gaan in één en dezelfde stroom. Dat levert nieuwe mogelijkheden op die beter aansluiten bij de kinderen en die dus de kwaliteit van ons onderwijs zal verbeteren. Dat moet goed gebeuren: systematisch en onder deskundige begeleiding. Bovendien moet de ontwikkeling van ICT (zoals digitale schoolborden, computers en tablets) en de leerlingenzorg in verbinding staan met klassenmanagement. Onze visie op onderwijs en opvoeding vertaald naar het pedagogisch klimaat De school beschikt over een team met veel ervaring. Het team draagt zorg voor een sterk pedagogisch klimaat en een gedegen aanpak. Het goede pedagogisch klimaat vormt één van de pijlers voor een fijne,verantwoorde en productieve werksfeer, waarin kinderen actief bij het leerproces zijn betrokken. Uitgangspunt hierbij is: er wordt recht gedaan aan ieder kind, ieder kind komt tot zijn recht. Het team is zich zeer bewust van haar pedagogisch en didactisch handelen. De leerkrachten gaan op een respectvolle manier met de leerlingen om, waarbij op een positieve manier de regels zowel op school-, als op groepsniveau worden gehanteerd. De leerlingen weten daardoor waar ze aan toe zijn. Zij geven zelf aan dat de sfeer in de groepen goed is en dat de leerkrachten hieraan op een prettige wijze bijdragen. Als team onderstrepen we vooral de volgende pedagogische aspecten: - Ieder kind is iedere dag welkom. Dat laten we zien in ons gedrag. - Ieder kind heeft recht op persoonlijke aandacht. - De leerlingen krijgen de gelegenheid om te vertellen wat zij belangrijk vinden. - De leerkracht geeft het kind complimenten. - De leerkracht stimuleert het proces van aandacht schenken aan elkaar. - De leerkracht stimuleert de kinderen om actief te luisteren naar elkaar. - De leerkracht stimuleert de kinderen om elkaar te helpen. De leerkracht wil dit steeds bespreekbaar maken en houden. 7

-

-

-

De leerkracht en de leerlingen maken samen aan het begin van het schooljaar groepsafspraken. Dit is een soort convenant, waarop steeds teruggegrepen kan en mag worden. De leerkracht is alert op individueel - en groepsgedrag. De leerkracht staat open om eventuele conflicten te bespreken en samen naar een oplossing te zoeken. Daarin is het van groot belang dat we - elkaar respecteren - openstaan voor elkaars mening - refereren aan groepsafspraken aan het begin van het schooljaar De leerkrachten trachten het rapport voor het kind een persoonlijke tint te geven door het kindgericht te schrijven.

Onze visie vertaald naar didactisch handelen:  De onderwijskundige ontwikkeling is gebaseerd op differentiatie, op erkenning van verschillen, waarbij het zelfstandig werken de basis vormt voor het omgaan met die verschillen volgens de uitgangspunten van de 1-Zorgroute. (zie pagina 29)  Dit betekent dat we op didactisch gebied (lezen, taal, rekenen) werken met instructie en verwerking van de leerstof op 3 niveaus.  Eigen leerlijnen, handelingsplannen, “speciaal voor jou”-taken en compacting zijn mogelijkheden om kinderen binnen bepaalde grenzen op eigen niveaus te laten werken.  Door vormen van zelfontdekkend en samenwerkend leren dagen we kinderen uit hetgeen motiverend werkt.  De leerlingenzorg staat hoog in het vaandel en kent een duidelijke structuur die onder verantwoordelijkheid valt van een zorgteam/managementteam.  Het leerlingvolgsysteem van groep 1 t/m 8 vormt een goede basis voor signalering, registratie, analyse en diagnose.  Communicatie over de voortgang van de ontwikkeling bij kinderen met alle betrokkenen vormt een belangrijke basis voor een juiste afstemming.  Eigentijdse leeren hulpmiddelen worden ingezet voor het creëren van een uitdagende leeren werkomgeving. Voor wat betreft het didactische handelen is een solide basis aanwezig, waarbij de ervaring van de leerkrachten een belangrijke rol speelt. De leerkrachten geven duidelijk uitleg en ze gaan na of de leerlingen de uitleg ook daadwerkelijk begrepen hebben. Daarnaast bevorderen zij het zelfvertrouwen van de leerlingen door positief te reageren op vragen en opmerkingen. Ook besteden de leerkrachten aandacht aan reflectie op het geleerde. Er is met andere woorden aandacht voor vragen als: “Hoe heb je dat gedaan en hoe zou je het ook anders kunnen doen?” In de totale sfeer vindt het team het van groot belang dat het kind zich veilig voelt. Vanuit de thuissituatie naar school biedt Bs Kienehoef dat stuk geborgenheid dat nodig is om een klimaat te creëren van openheid en vertrouwen. Ook de inrichting van de lokalen draagt bij aan de werksfeer. De inrichting is efficiënt, ondersteunend en stimulerend. De materialen zijn gemakkelijk toegankelijk en er zijn diverse hulpmaterialen beschikbaar. Het lokaal draagt de sfeer van de eigen groep o.a. door de zelfgemaakte werkstukken van de leerlingen. De variatie in werkvormen en de ontwikkelingen op gebied van adaptief onderwijs dragen vanzelfsprekend ook bij aan de positieve werksfeer. Tijdens de activiteiten in de dagelijkse praktijk betekent het vooral dat: - De leerkracht een vaste structuur biedt doordat: - ieder kind zijn eigen plek heeft

8

- er een agenda / dagritmekaart gebruikt wordt - het verkeerslicht gebruikt wordt: o rood: de leerkracht is bezig met verlengde instructie, de leerlingen werken volledig zelfstandig o oranje: leerlingen kunnen/mogen elkaar bevragen en helpen. o groen: de leerkracht is beschikbaar om de leerlingen te helpen. De leerkracht loopt een vaste route om hulp te kunnen bieden. Ondertussen mogen de kinderen ook elkaar (zachtjes) bevragen en helpen. - De leerkracht het proces van samenwerking tussen de kinderen stimuleert en evalueert . - De leerkracht de houding van elkaar helpen stimuleert . - De leerkracht het kind eigen verantwoordelijkheden geeft. Ze werken aan de weektaakkaart, ze mogen zelf taken en/of overige activiteiten kiezen. - De leerkracht tijdens al deze processen het continue “wakende oog” is. Wij zijn een effectieve school en werken in jaarklassen. Onze aanpak is zoveel mogelijk gericht op de leerling, waarbij het niveau van de leerling continu wordt bewaakt. We werken binnen onze jaarklassen met een vorm van adaptief onderwijs. Dat betekent dat we binnen onze lessen rekening houden met de mogelijkheden van iedere individuele leerling, onze instructie op de leerling aanpassen en we, daar waar nodig, extra begeleiding geven. Binnen alle groepen wordt naast een klassikale instructie gebruik gemaakt van het principe van zelfstandig werken, waarbij de leerling op eigen niveau of tempo kan werken en waarbij de leerkracht kan stimuleren en begeleiden. Dit geldt ook voor groepen met 30 leerlingen of meer want deze groepen krijgen extra leerkrachten/of begeleidingsuren. Ondanks een sterk veranderende maatschappij vinden wij dat het op de eerste plaats een taak van de ouders is om hun kind op te voeden en om het waarden en normen bij te brengen. Wij zijn op school ondersteunend en proberen houvast te geven door het hanteren van duidelijke regels en afspraken en door veel aandacht te schenken aan: - omgang met andere kinderen en volwassenen - het leren hanteren van conflicten - duidelijke afspraken rondom pestgedrag - adequaat oplossen van ruzies - delen van vreugde en verdriet van kinderen - het geven en nemen van eigen verantwoordelijkheid Wij willen dat het kind positief denkt over zichzelf en anderen om ze het een goede basis te bieden voor de overstap naar het voortgezet onderwijs en een plaats in onze maatschappij. Levensbeschouwelijk portret Context Onze maatschappij is aan het veranderen. Er is sprake van een sterke ontkerkelijking en een toename van andere culturen en religies. Zingeving is niet meer louter religieus van aard. Deze ontwikkeling kàn een spanningsveld opleveren voor een basisschool met een katholieke identiteit: de geleefde identiteit van de school is met de tijd meegegaan, maar de formele identiteit van de school is daarbij achtergebleven. Wij leggen u graag uit hoe de identiteit van onze school gestalte krijgt: Verandering én continuïteit Basisschool Kienehoef is van oorsprong een school met een katholieke identiteit. Door de maatschappelijke veranderingen, de sterke ontkerkelijking, de toename van andere culturen en religie en de vaak negatieve berichtgevingen over en uitlatingen van vertegenwoordigers in de katholieke kerk is de identiteit van onze school aan verandering onderhevig. Aan veel goede zaken is 9

gelukkig nog te merken waar de oorsprong van onze school ligt, zoals oprechte aandacht voor elkaar, hulp geven en verlenen, sfeer en vieringen. Daarnaast beseffen we dat de traditionele driehoek van gezin, school en kerk, waarbinnen kinderen voorheen werden opgevoed met vaste geloofszekerheden en eenduidige waarden en normen, is vervaagd. Wij zijn van mening dat de levensbeschouwelijke vorming van kinderen in onze school aan waarde wint als deze buiten de school op praktische wijze wordt bevestigd. Engagement Naast dialoog en verbondenheid met elkaar en met anderen, vinden wij het belangrijk dat kinderen op onze school ook leren om verantwoordelijkheid te dragen: voor andere kinderen, voor volwassenen, voor het milieu en voor elkaar (bijvoorbeeld door de inzet van mediatoren). Er is dus sprake van verandering én continuïteit. Wanneer we die continuïteit willen benoemen, kunnen we gebruik maken van drie klassieke begrippen: leren, vieren en dienen. Wij hebben de ambitie om meer te doen dan hetgeen wettelijk verplicht is. Hiermee vullen we de identiteit van onze school op een ‘bijzondere’ manier in. Daarbij vertalen we de klassieke begrippen leren, vieren en dienen naar een eigentijds kader: Leren In de kerndoelen staat beschreven wat van de scholen verwacht wordt op het gebied van leerresultaten. Basisschool Kienehoef heeft echter het gevoel dat er meer te leren valt over het leven dan wat in de kerndoelen staat. Kinderen kunnen bijvoorbeeld ook leren om verwondering te beleven. Hierbij kun je drie vormen van leren onderscheiden. - Monoreligieus leren: er staat één religieuze traditie centraal (bijvoorbeeld de katholieke); - Multireligieus leren: kinderen leren dat er verschillende religieuze tradities bestaan; - Interreligieus leren: kinderen leren elkaars binnenkant kennen en leren hoeveel diversiteit er op dat vlak bestaat. Via een driestappen-didactiek verrijken de kinderen hun kijk op het leven (stap 1: gesprek over een thema uit de leefwereld van de kinderen, stap 2: een uitstapje naar de wereld van de religies via een verhaal of voorwerp, stap 3: terug naar het thema uit de leefwereld van de kinderen, maar nu verrijkt door het uitstapje). De dialoog met andere culturen/godsdiensten Wij zijn een school in een multiculturele en multireligieuze samenleving. Voor ons betekent dit dat we ons ook willen laten inspireren door de idealen en waarden van andere godsdiensten en levensbeschouwingen. Als eigentijdse school proberen we eigenheid én openheid te realiseren: we willen de relatie met de religieuze traditie van het christendom onderhouden en tegelijk open staan voor de ontmoeting met andere godsdiensten en levensbeschouwingen. Aandacht voor waarden en normen Aan het begin van het schooljaar maken wij in iedere groep, samen met de kinderen, omgangsregels en ondertekenen deze. De samen opgestelde gedragsregels, waarvan we van elkaar verwachten dat we ons eraan houden, vormen een belangrijke basis. We spreken elkaar erop aan als dat niet gebeurt. Waarden en normen hebben wij op onze school hoog in het vaandel staan. Wij vinden het heel belangrijk dat er een open dialoog blijft over waarden en normen: om een gemeenschap te zijn en te blijven, is het belangrijk dat waarden, normen en evt. daaruit voortvloeiende problemen bespreekbaar worden gemaakt. En vanzelfsprekend nemen we maatregelen bij ongewenst gedrag, schelden, pesten, of ander foutief (speelplaats-)gedrag.

10

Bovendien hebben wij natuurlijk het vak godsdienst / levensbeschouwing op het rooster. Wij maken voor dit vak gebruik van een viertal projecten per schooljaar. Over de inhoud van ieder project informeren wij de ouders middels een ouderbrief. Op deze manier willen wij bijdragen aan de ontwikkeling van de levensbeschouwelijke identiteit van kinderen. Verder werkt basisschool Kienehoef succesvol met de methode De Vreedzame School. Deze methode besteedt niet alleen structurele aandacht aan de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen, maar werkt ook aan een (nog) prettiger klimaat waarin alle kinderen zich thuis voelen. De methode doet een appèl op de eigen verantwoordelijkheid en het zelfoplossend vermogen van kinderen als het gaat om gedrag, zelfstandigheid en het omgaan met conflicten (o.a. m.b.v. mediatoren). De aanpak heeft een preventief effect als het gaat om pesten omdat er systematisch aandacht wordt besteed aan hoe we omgaan met elkaar en hoe we elkaar in staat stellen om samen een fijne groep en sfeer te creëren. Wij willen dus graag dat onze school een gemeenschap is waarin verbondenheid bestaat tussen mensen. Een gemeenschap waarin kinderen zich veilig voelen. In zo’n gemeenschap kunnen kinderen leren samenwerken en samen leren ('samenwerkend leren'), samen spelen, samen zorgen, samen vieren. Vieren en bidden Vieringen kunnen mensen heel dicht bij elkaar brengen, het zijn krachtige momenten waarin ook emoties een rol (kunnen) spelen. De kwaliteit van vieringen gaat er vaak sterk op vooruit, wanneer er een fase aan vooraf gaat waarin betrokkenen op een intensieve manier iets met elkaar doormaken. Wanneer er dan vervolgens op een creatieve manier op teruggekeken wordt, kan dit uitmonden in een samenbindende viering. Om een voorbeeld te geven: Kerstmis vieren gelovigen in de kerk. Op school staan we met elkaar heel intensief stil bij dit thema op een manier die iedereen aanspreekt n.a.v. het kerstgebeuren in de samenleving. Hierdoor ontstaat een ander soort viering, met beleving en diepgang en waarschijnlijk met meer betrokkenheid van iedereen. Vieren voegt mensen samen en versterkt de onderlinge band en saamhorigheid op onze school. In de toekomst willen we aandacht blijven geven aan vieren en willen we proberen om ook vierend in te spelen op verschillende belangrijke momenten in het leven van de kinderen op onze school. Voor bidden geldt dat dit bij ons op school kan aansluiten bij thema’s, waardoor dit kan plaatsvinden als dagopening of dagsluiting. Daarnaast kunnen ook gebeurtenissen in het leven van de kinderen, in de schoolsituatie of in de wereld daarbuiten aanleiding zijn voor een moment van stilstaan-bij, bezinning of stilte met elkaar. Dienen De oorsprong van onderwijs is gelegen in mensen die ‘iets hadden met kinderen’. Men wilde (naast tal van andere motieven) iets betekenen voor de kinderen die in de meeste gevallen zonder onderwijs niet veel kansen hadden. Deze diepgewortelde motivatie is nog steeds merkbaar op de meeste scholen. De terminologie is echter veranderd. We werken nu aan ‘het schoolklimaat’ en hebben daarbij aandacht voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen, voor pesten en voor verdriet en rouw. De geleefde identiteit van onze school wordt gekenmerkt door een grote nadruk op deze invulling van het onderwijs. Veel leerkrachten willen, ouderwets gezegd, dienstbaar zijn aan de ontwikkeling van kinderen. We willen, als leerkrachten, graag een vertrouwensrelatie met de kinderen opbouwen en openstaan voor wat er bij hen leeft. Onze grondvisie op mensen en dus ook op kinderen betekent voor ons ook, dat we ieder kind positief willen benaderen en serieus nemen, hoe verschillend ze ook zijn. Wij geloven ook dat ieder mens en ieder kind zijn eigen talenten heeft meegekregen, en daarmee ook de opdracht om met die talenten te werken. Als leerkrachten willen we die talenten van kinderen tot ontwikkeling laten komen. Vanuit deze gedachte bieden wij kinderen op onze school adaptief onderwijs aan, onderwijs op maat. Dat wij, over alles wat het kind betreft, goed contact met ouders nastreven spreekt vanzelf. 11

We streven dus naar een krachtige schoolidentiteit door een continue bezinning op de hierboven genoemde gebieden. Wat heeft de school het afgelopen schooljaar gedaan aan ontwikkeling? 1. Ten aanzien van de visie op basisschool Kienehoef: 

  



Pedagogisch: Er is een sterk pedagogisch klimaat op de school en dat vindt zijn oorsprong in het voorleven van regels en afspraken door de leerkrachten. Regels en afspraken zijn geactualiseerd en gedurende het schooljaar worden beurtelings enkele regels centraal gesteld om accenten te kunnen leggen op het gewenste gedrag. De Vreedzame School is een methode die onze school structureel gebruikt om de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen te versterken. We volgen de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen middels het digitale leerlingvolgsysteem, Zien. Betrokkenheid en welbevinden van kinderen vormen de belangrijkste pijlers voor het handelen van leerkrachten Via een coachingstraject is er o.b.v. een deskundige door elke leerkracht gewerkt aan een persoonlijk ontwikkelingsplan om hogere betrokkenheid bij kinderen te realiseren. Vanuit signalering worden handelingsadviezen met een maatje bespreekbaar gemaakt hetgeen leidt tot meer bewustwording van verbeterpunten. Collegiale ondersteuning en begeleiding zorgen voor borging van gemaakte keuzes. Levensbeschouwelijk: De school heeft in het afgelopen jaar gewerkt met de volgende projecten: De Vreedzame School Kerstmis Pasen Vastenactieproject “Ik zal er zijn voor jou” Sponsorloop t.b.v. KWF/Kika Project 13de eeuwfeest H. Oda Verhalen voor de laatste weken Identiteitsontwikkeling i.s.m. SKOSO-leerkrachten, ouders en parochie

 



 

Didactisch: De onderwijskundige ontwikkeling is gebaseerd op differentiatie, op erkenning van verschillen, waarbij het zelfstandig werken de basis vormt voor het omgaan met die verschillen volgens de uitgangspunten van de 1-Zorgroute en Project Mind. 1-Zorgroute (zie pagina 29) Middels teambijeenkomsten onder deskundige begeleiding is er duidelijkheid over de aanpak. De zorg is goed in beeld en daardoor kan de organisatie beter anticiperen op de onderwijsbehoeftes van kinderen. We hebben gewerkt aan een duidelijk format voor het maken van een groepsoverzicht en een groepsplan m.b.t. technisch lezen, voor begrijpend lezen en woordenschat wat heeft geleid tot een groepsplan. Dit betekent dat we op didactisch gebied (lezen, taal, rekenen) werken met instructie en verwerking van de leerstof op 3 niveaus. Extra aandacht voor het leesonderwijs om de opbrengsten te verbeteren door wekelijks leescircuit en middels de methode Nieuwsbegrip levert betere resultaten op en hogere betrokkenheid. Eigen leerlijnen, handelingsplannen, “speciaal voor jou”-taken en compacting zijn mogelijkheden om kinderen binnen bepaalde grenzen op eigen niveaus te laten werken. Project MIND 12

     



Om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeftes van cognitief getalenteerde kinderen is er vanuit van een beleidsplan gewerkt met specifiek aanbod voor deze doelgroep. Kinderen reageren hier heel enthousiast op. Onder begeleiding van een begaafdheidscoördinator wordt er in alle groepen gewerkt aan onderwijsarrangementen die Project Mind biedt waardoor de zorg aan de bovenkant op een gestructureerde wijze wordt ingevuld. Vormen van zelfontdekkend en samenwerkend leren dagen kinderen uit en werken motiverend. De leerlingenzorg staat hoog in het vaandel en kent een duidelijke structuur die onder verantwoordelijkheid valt van een zorgteam. Het leerlingvolgsysteem van groep 1 t/m 8 vormt een goede basis voor signalering, registratie, analyse en diagnose. Communicatie over de voortgang van de ontwikkeling bij kinderen met alle betrokkenen vormt een belangrijke basis voor een juiste afstemming. Eigentijdse leeren hulpmiddelen worden ingezet voor het creëren van een uitdagende leeren werkomgeving. Wereldoriëntatie Met de invoering van “Meander , Naut en Brandaan”, dit zijn eigentijdse methodes voor aardrijkskunde, natuureducatie en geschiedenis wordt er gewerkt met veel mogelijkheden voor differentiatie, suggesties m.b.t. internet en zelfstandige verwerking en presentatie. M.b.t. biologie wordt i.s.m. natuur- en educatiecentrum “De Groene Poort” het natuuronderwijs aangevuld met projecten. Keuze van een nieuwe methode Na de invoering van Nieuwsbegrip, een eigentijdse methode voor begrijpend lezen in groep 4 t/m 8, Taal Actief, taalmethode voor groep 4 t/m 7, is er na een gedegen oriëntatie gekozen voor een nieuwe rekenmethode, namelijk Wereld In Getallen. We starten in augustus 2014 met de invoering van deze methode in groep 3 t/m 7. In 2015 gaat groep 8 werken met de nieuwste versie van Taal Actief en Wereld In Getallen.

2. Leerlingenzorg   

Het continue vernieuwen van dossiervorming (toetsmap, groepsmap, individuele leerlingdossiers) m.b.v. het systeem ParnasSys. MIND: dit is een project met als doel om passend onderwijs te realiseren voor cognitief getalenteerde ( en onderpresterende) leerlingen. De afgelopen schooljaren is hiermee een start gemaakt. MIND is dit schooljaar verder geïmplementeerd m.b.v. een beleidsplan. 1-zorgroute: de 1-zorgroute is een instrument waarmee op basis van onderwijsbehoeften van kinderen en met behulp van handelingsgericht werken en handelingsgerichte procesdiagnostiek het onderwijs aan de kinderen passend gemaakt kan worden. (zie pagina 29)

Opbrengstgericht werken Er is landelijk en regionaal behoefte om toezicht/inzicht te hebben in wat de leeropbrengsten zijn. Als school zien we ook duidelijk de meerwaarde van opbrengstgericht werken. Naast doelgericht werken besteden we ook aandacht aan procesgericht werken. ParnasSys biedt hierin veel mogelijkheden. We volgen een implementatietraject onder deskundige begeleiding om diverse ontwikkelpunten zoals de 1-Zorgroute, leerlingvolgsysteem, digitale rapportage en kwaliteitszorg beter met elkaar te kunnen verbinden. Dit heeft als voornaamste doel om pro-actief je onderwijs voortdurend te evalueren en bij te stellen. De school- groeps- en individuele leerlingoverzichten uit Parnassys vormen hiertoe een goed middel. Door reflectie op alle niveaus voeren we gesprekken om de kwaliteit van ons onderwijs te borgen en te verbeteren. 13

3. Klassenmanagement i.c.m. ICT We hebben gewerkt aan het verfijnen van een doorgaande lijn t.b.v. klassenmanagement. Hierbij ligt het accent op: - Het afstemmen van regels en afspraken zoals: wel/geen verkeerslicht, looproute, instructietafel t.b.v. een duidelijke structuur in de groepen om het zelfstandig werken en het omgaan met uitgestelde aandacht te bevorderen. - Het vernieuwen van de weektaakkaart met ruimte voor “maatwerk” en meer verantwoordelijkheid/eigenaarschap voor kinderen. Wat zijn de plannen voor het komende schooljaar? Het team blijft doelgericht werken aan een doorgaande lijn in aanpak en werkwijze door de hele school t.a.v. de basisvakken en vaardigheden en houdt zich op de hoogte van allerlei vernieuwingen binnen het onderwijs. Door middel van nascholingscursussen en studiedagen wordt de professionaliteit van de leerkracht steeds verhoogd ten gunste van de onderwijskwaliteit. Voor het schooljaar 2014-2015 zijn de meest belangrijke speerpunten: 1. Versterking van het pedagogisch klimaat. 2. Klassenmanagement, zelfstandig werken en het werken op drie niveaus. 3. ICT: De leerkrachtvaardigheden uitbreiden t.b.v. effectief onderwijs door digitale leeren hulpmiddelen. Tevens gaan we verder om met ParnasSys een nog beter inzicht te krijgen in de behaalde opbrengsten per leerling, groep en school zodat je als leerkracht en team doelstellingen kunt evalueren en bijstellen. 4. Leerlingenzorg, waarbij er de onderwijsbehoefte voor alle leerlingen leidend is voor het groepsplan/ groepsaanpak en individuele hulpplannen. (MIND en 1-zorgroute) 5. Implementatietraject nieuwe rekenmethode: Wereld in Getallen. In het kader van het onderwijskundig beleid zal onze school in de schoolplanperiode (2011-2015) de volgende doelen nastreven en activiteiten ontplooien: 1. Het uitbouwen van de 1-Zorgroute voor groep 1 t/m 8 op minimaal twee leergebieden met aandacht voor gedifferentieerd onderwijs op drie niveaus. 2. De doelstelling van het project Mind, passend onderwijs voor cognitief getalenteerde kinderen van groep 1 t/m 8, als pilotschool implementeren. 3. Het oriënteren op ontwikkelingen zoals: -samenwerkend leren, -verschillende stijlen van leren, -het aanbod van onderwijsarrangementen om leerlingen zelfstandiger, meer verantwoordelijkheid en met eigen inbreng te kunnen laten werken. Dit moet leiden tot meer onderwijs op maat. Bij keuzes voor vervanging van lesmethoden wordt rekening gehouden met nieuwe inzichten die aansluiten bij het onderwijs op basisschool Kienehoef. 4. Implementeren van het instrument “Zien”, een leerlingvolgsysteem voor sociaal-emotionele ontwikkeling voor groep 1 t/m 8. 5. Lerarenbeurs en scholingsbudgetten worden ingezet om de expertise van zowel team als individuele leerkrachten te verhogen, wat ten goede komt aan de kwaliteit van het onderwijs. Dit moet leiden tot toename van expertise binnen basisschool Kienehoef op ontwikkelingsgebieden zoals taal, lezen en rekenen, gedrag, hoogbegaafdheid, remedial teaching en communicatie. 6. Planmatig en cyclisch werken om maximale opbrengsten te genereren voor iedere leerling. 7. In het kader van de brede school wordt samenwerking uitgebreid met partners die qua visie, accommodatie en invulling op één lijn met basisschool Kienehoef voor dagarrangementen kunnen zorgen die aansluiten bij de behoeften van ouders. De hiervoor genoemde doelen zijn uitgewerkt in het schoolplan 2011-2015 en deze worden verwerkt in het jaarplan. 14

Deze documenten zijn eventueel verkrijgbaar bij de directie van de school. Kwaliteitszorg Als school doen wij ook aan kwaliteitszorg. In 2013 is gestart met een kwaliteitscyclus, monitoring en verantwoording. Dit houdt in dat we medewerking verlenen aan een meerjarig traject waarbij interne auditing en externe visitatie worden ingezet om, samen met inspectie-onderzoek en tevredenheidsonderzoeken, tot een juist beeld te komen over de kwaliteit van het onderwijs op bs Kienehoef. De resultaten van het schooltevredenheidsonderzoek 2014 worden weergegeven in hoofdstuk 6.

Hoofdstuk 2

Het onderwijs op onze school

De schooltijden Onze school hanteert de volgende schooltijden: - Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 08.30 uur tot 12.00 uur (inclusief 15 minuten pauze) - en van 13.30 uur tot 15.30 uur, m.u.v. groep 1 (die zijn vrijdags vrij) en groep 2, 3 en 4 (die zijn elke vrijdagmiddag vrij). - Op woensdag gaan de kinderen van 08.30 uur tot 12.15 uur naar school. De woensdagmiddag is voor alle kinderen een vrije middag. Het totaal aantal lesuren per dag m.u.v. woensdag, is 5½ uur. Op woensdag is het 3¾ uur. Het totaal aantal lesuren voor de groepen 1 t/m 4 is 3572 uren en voor de groepen 5 t/m 8 is dat 4032 uren. Groep 1 en 2 In onze kleutergroepen zitten jongste en oudere kleuters in hetzelfde lokaal. De aanpak in de kleutergroepen verschilt van die in andere groepen. De inrichting van de lokalen en de manier van werken zijn anders. De schooldag begint altijd in de kring en de kinderen krijgen dan de kans om te praten over de dingen die ze meegemaakt hebben en over de gevoelens die ze erbij gehad hebben of soms nog hebben. Daarnaast spelen en werken de kleuters aan tafels, in hoeken, in de speciaal ingerichte kleuterhal en ook regelmatig op de speelplaats, al dan niet met buitenspelmateriaal. Er is veel aandacht voor woordenschat, luisteren, spreken, opdrachtjes uitvoeren en het leren omgaan met elkaar. Leren gebeurt vooral door spelen. 15

De jongste kleuter maakt een gewenningsperiode mee. Het kind leert de spelregels en de vaardigheden die nodig zijn om in de groep fijn mee te kunnen doen. Voor alle kleuters, maar vooral voor de jongste, is het van groot belang dat de taalontwikkeling op de juiste wijze gestimuleerd wordt. Voor de oudste kleuters zijn de opdrachten ook op hun niveau aangepast en de leerkracht zal daar ook meer sturend optreden. De meeste vakken komen in samenhang aan de orde aan de hand van een bepaald thema (bijv. de herfst, het ziekenhuis, de winkel). In de dagelijkse praktijk in het lokaal is dit nauwelijks merkbaar: wie in de poppenhoek speelt is ook bezig met taalontwikkeling; wie met een lotto speelt, leert ook getallen of kleuren en traint het geheugen en wie op een vel papier de golven van de zee tekent is ook bezig met voorbereidend schrijven. In de kleutergroepen wordt veel aan taalontwikkeling en taalvorming gedaan. Hierbij gebruiken wij de methode 'Schatkist'. Daarnaast worden taalactiviteiten gekozen n.a.v. projecten en thema's. Vooral in groep 2 komen meer (speelse) activiteiten aan de orde die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3 door middel van gerichte opdrachten. Hoe lang kinderen in de kleutergroepen zitten is vooral afhankelijk van hun karakter en aanleg. Aan het eind van groep 2 wordt besproken of een kind kan doorstromen naar groep 3. Groep 3 t/m 8 In groep 3 maken spelen en spelend leren langzamerhand plaats voor spelend leren vanuit gerichte, gestuurde opdrachtjes. In de loop van de jaren wordt het meer en meer leren, met zo mogelijk voldoende speelse en uitdagende momenten, tot in groep 8, waar het leren de boventoon voert en gestreefd wordt naar zo zelfstandig mogelijk werken. Zelfstandig werken in de praktijk Elke week wordt specifiek aandacht besteed aan het zelfstandig werken. Met deze werkvorm heeft de leerkracht mogelijkheden om tijdens de les extra hulp te verlenen. Bovendien kunnen de leerlingen dan werken in eigen tempo aan en bij hun niveau passende (basis)stof en/ of herhaling- en verrijkingstof. Deze manier bevordert de betrokkenheid, eigen verantwoordelijkheid en het oplossend vermogen van kinderen. Sociaal emotionele ontwikkeling Voor structurele aandacht van de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen werkt de school met de methode “De Vreedzame School”. Met behulp van deze methode werkt de school aan een (nog) prettiger klimaat waarin alle kinderen zich thuis voelen. De methode doet een appèl op de eigen verantwoordelijkheid en het zelfoplossend vermogen van kinderen als het gaat om gedrag, zelfstandigheid en het omgaan met conflicten. De aanpak heeft een preventief effect als het gaat om pesten omdat er systematisch aandacht wordt besteed aan hoe we omgaan met elkaar. Om nog beter om te kunnen gaan met gedragsproblemen geven we de komende jaren nog een impuls aan versterking van het pedagogisch klimaat door het volgen van professioneel begeleidingstraject. Nederlandse taal Onze school werkt met de nieuwe versie van de methode 'Taal Actief'. Het taalonderwijs is veelomvattend. De woordenschat wordt uitgebreid, er is aandacht voor het verwoorden van gedachten en ideeën, de spelling wordt regelmatig ingeoefend en het luisteren naar anderen moet ook aangeleerd worden. Bij de methode 'Taal Actief' werken de kinderen vanaf groep 4 met een 'weektaakkaart'. Op deze kaart wordt aangegeven welke taaltaken de kinderen de komende week zelfstandig kunnen verwerken. Deze taken zijn verdeeld in basistaken en extra taken. In verband met toetsing moet elk kind de basistaken maken. De extra taken zijn verdiepend en dagen de kinderen meer uit. Deze manier van werken komt tegemoet aan het in eigen tempo werken van kinderen, het verschil in niveau tussen kinderen en bevordert vooral het zelfstandig werken. Een groot gedeelte van de verwerkte leerstof wordt door de kinderen zelf gecorrigeerd.

16

Behalve het schriftelijk taalwerk waarbij de kinderen bepaalde moeilijkheden van taal inoefenen, leren we de kinderen ook verhalen schrijven, gedichten maken, spreekbeurten houden en boekbesprekingen maken. In groep 3 wordt binnen taal en lezen regelmatig in groepjes gewerkt aan verschillende taal- en leesactiviteiten. D.m.v. het takenbord worden de kinderen verdeeld over de verschillende activiteiten. De ene keer kiezen zij zelf hun activiteit, een andere keer kiest de leerkracht. Activiteiten die gedaan kunnen worden zijn o.a. stempelen, woorden opschrijven m.b.v. klikklakboekje en/of letterdoos, woordjes maken of uittypen op de computer, luisteren naar verhalen, boekjes lezen, werken met de materialen van de speelleesset, spelen in de speelhoek enz. Door deze activiteiten is het mogelijk om op verschillend niveau met taal en lezen bezig te zijn. Door gebruik te maken van bijbehorende software kan de leerkracht middels het digitale schoolbord en de individuele leerling op de computer op een eigentijdse en aantrekkelijke wijze de leerstof behandelen en verwerken. Lezen Veilig Leren Lezen In groep 3 wordt officieel een start gemaakt met het leren lezen. Wij werken op onze school met de vernieuwde versie van de methode 'Veilig Leren Lezen'. Ook hier kan de leerkracht door gebruik te maken van bijbehorende software middels het digitale schoolbord en op de computer op een eigentijdse en aantrekkelijke wijze de leerstof behandelen. Verwerking door de leerlingen gebeurt o.a. via werkboekjes, werkbladen en de computer. In de loop van dat leerjaar gaan de kinderen ook in groepjes lezen. De kinderen lezen dan op het niveau waarop ze individueel gekomen zijn. Enkele malen per jaar wordt bij de kinderen een test afgenomen om te kijken of ze, wat betreft het technisch lezen, vorderingen gemaakt hebben en in een hoger niveau kunnen worden ingeschaald. Dit betekent niet dat het kind geen boeken van een lager niveau mag lezen. Daar tegenover zal bij kinderen met een achterstand bekeken worden of ze extra begeleiding moeten krijgen. Voortgezet Technisch Lezen Middels o.a. groeps-en duolezen besteden we vanaf groep 4 t/m groep 8 eveneens aandacht aan het technisch lezen volgens de leesvormen “RALFI-lezen” en leescircuit. Begrijpend lezen Verder komt in de hogere leerjaren de nadruk steeds meer op het begrijpend lezen te liggen. Wij hanteren hiervoor de methode “Nieuwsbegrip” in de groepen 4 t/m 8. Met Nieuwsbegrip wordt er gewerkt aan de kerndoelen voor begrijpend lezen van het basisonderwijs. Plezier in boeken We leren de kinderen niet alleen technisch en begrijpend lezen, maar geven ook een aanzet tot interesse voor boeken. Ieder schooljaar vinden er activiteiten plaats in het kader van boekpromotie en leesprojecten, waar mogelijk in samenwerking met de Openbare Bibliotheek. Rekenen Op onze school is de methode “Wereld in Getallen” in gebruik. Deze methode beantwoordt aan de moderne ideeën, visies en kerndoelen m.b.t. het rekenonderwijs op de basisschool. Door gebruik te maken van bijbehorende software kan de leerkracht middels het digitale schoolbord en de individuele leerling op de computer op een eigentijdse en aantrekkelijke wijze de leerstof behandelen en verwerken. We ervaren de methode als erg positief, zowel vanuit de leerkrachten als de leerlingen. Deze methode houdt rekening met verschillen tussen leerlingen. Er is voldoende basisstof, herhalingsstof 17

en verrijkingsstof in de methode verwerkt, zodat ieder op zijn/haar kwaliteiten afgestemde leerstof aangeboden krijgt. Voor (hoog)begaafde leerlingen kan namelijk de herhalingsstof over het algemeen overgeslagen worden. In de tijd die vrijkomt, kan de leerling werken aan verrijkingsstof. Uiteraard maakt de leerkracht bewust keuzes in: - Welke leerstof er wel aangeboden wordt - Welke leerstof geschrapt wordt - Welke kinderen er meedoen aan compacting Voor een select aantal leerlingen wordt er blokoverstijgend en zelfs groepsoverstijgend gerekend. Dit kan zowel naar de bovenkant als naar de onderkant. Schrijven We gebruiken voor het leren schrijven de methode “Pennenstreken”. In de methode worden de basisvaardigheden aangeleerd en ingeoefend; in de bovenbouw gaat het om het onderhouden van de schrijfvaardigheid en het ontwikkelen van een eigen handschrift. Levensbeschouwing Zie “levensbeschouwelijke portret” op blz. 10 en verder. Engels In groep 7 en 8 wordt Engels gegeven. We werken met de nieuwe methode “Take it easy”. Het is voor de leerlingen een introductie van een 'vreemde' taal. De kennismaking met Engels in eenvoudige dagelijkse situaties is het belangrijkste doel. Wereldoriëntatie Naast “Meander” (aardrijkskunde) en “Brandaan” (geschiedenis) wordt er gewerkt met “NAUT”. Dit is een lesmethode voor natuurkunde en biologie. Naast bovengenoemde methodes maken wij ook gebruik van projecten bij natuur- en educatiecentrum “De Groene Poort” , projecten cultureel erfgoed (Koster Brock) en diverse aanbieders van projecten die het onderwijs versterken en de betrokkenheid van kinderen verhogen. Ook maakt de school gebruik van speciaal ontwikkelde projecten die gericht zijn op preventie en op een gezonde leefstijl. Te denken valt hierbij aan projecten van de GGD, Buro Halt of het Trimbosinstituut. Het accent bij deze projecten is gelegd op vorming en niet op kennis. Het zich verdiepen en denken over thema’s als vandalisme, het gebruik van genotmiddelen of riskant experimenteergedrag staat hierbij centraal. Creatieve vakken Muzikale vorming, tekenen en handenarbeid waaronder textiele werkvormen, zijn de zogenaamde creatieve vakken. De muzikale vorming wordt op onze school in de groepen 4 en 5 door een vakleerkracht van het MIK (Meierijse Instellingen voor Kunsteducatie) te Schijndel ingevuld en in de overige groepen door de eigen leerkracht. Als bronnenboek wordt hiervoor “Muziek moet je doen!” gehanteerd. De vakken tekenen en handenarbeid (inclusief textiele werkvormen) worden op onze school door de eigen groepsleerkracht gegeven. De creativiteit staat steeds voorop, maar er is ook aandacht voor het aanleren van diverse technieken. Daar waar mogelijk en wenselijk is, proberen we ook te komen tot het in samenhang aan de orde stellen van tekenen en handenarbeid. De ontwikkeling van een vaardigheid of alleen de kennismaking hangt af van de aard van de techniek. Ook hierbij worden bronnenboeken gebruikt: “Tekenen moet je doen!” en “Handvaardigheid moet je doen!”

18

In groep 1 en 2 is de creatieve vorming in het totale programma geïntegreerd. Hoewel deze creatieve vakken zeker ontspannende elementen in zich moeten hebben, zien we ze niet alleen als zodanig. Ook hierin wordt les gegeven en streven we inzet, opgaande lijn en een bepaalde mate van kwaliteit na. Verkeer In de groepen 3 en 4 wordt gebruik gemaakt van de verkeersmethode “Klaar over”. In de groepen 5 en 6 wordt er gewerkt met de methode “Op voeten en fietsen” en in de groepen 7 en 8 met de Jeugdverkeerskrant. In groep 7 nemen de kinderen deel aan zowel het theoretisch als het praktisch verkeersexamen. Cultuur Onze school is van mening dat cultuur wezenlijk is voor onze samenleving. Zo wezenlijk dat alle mensen- en jonge mensen in het bijzonder- de gelegenheid moeten krijgen om daar in ruime mate kennis mee te maken. Kunst geeft mensen een ruimere blik op hun leven. Ruimer door de mogelijkheid die de kunst biedt om gevoelens, gedachten en wereldbeelden uit te drukken. Ruimer ook omdat kennis over en ervaring met kunst en erfgoed je wereld groter maakt. Door cultuureducatie leren we niet alleen onszelf, maar ook de ander beter kennen. Cultuureducatie draagt zo bij aan een open, nieuwsgierige en respectvolle houding tussen mensen onderling. Binnen Sint-Oedenrode is er een zogenaamde marktplaats voor cultuureducatie: ‘Curioso’. Deze marktplaats brengt de vraag van de scholen en het culturele aanbod samen. Onze school werkt samen met Curioso. Cultuureducatie bestaat uit de volgende disciplines: Dans

Film/Fotografie

Drama

Beeldend

Erfgoededucatie

Muziek

literatuur

Natuureducatie

Als bronnenboek wordt eveneens de methode “Cultuur moet je doen” gehanteerd. Techniek Op onze school maken we gebruik van de methode “Het Ontdekkasteel”. Daarnaast schrijven we in op regionale projecten i.s.m. voortgezet onderwijs en Pabo. Bovendien schrijven we in op regionale projecten i.s.m. bedrijven. We geven ook graag ruimte aan kinderen die presentaties en excursies willen verbinden. Bewegingsonderwijs In groep 1 en 2 staat dit vak dagelijks op het rooster. Er wordt op de speelplaats gespeeld en er wordt gebruik gemaakt van onze eigen speelzaal. Vanaf groep 3 krijgen de kinderen in de sportzaal 'De Kienehoef' gymles van hun eigen groepsleerkracht. (Deze sportzaal ligt ± 200 meter van de school) In de zomerperiode kan ook lichamelijke oefening in spelvorm plaatsvinden op een aan de school grenzend grasveld. Op advies van de GGD is vanuit het oogpunt van algemene hygiëne het douchen na de gymles ingevoerd. Groep 4 krijgt tweewekelijks schoolzwemmen in zwembad 'De Neul'. Voor het vervoer per auto naar het zwembad en terug wordt door de school een beroep gedaan op ouders (vrijwilligers).

19

Onze school maakt, indien mogelijk, dankbaar gebruik van stagiaires die we van de sportacademie krijgen of de gymopleiding volgen en uitvoering geven aan de bewegingslessen zoals deze in de nieuwe methode van Stroes en Van Gelder worden uitgewerkt. Uiteraard worden deze lessen gegeven in het bijzijn en onder verantwoording van de leerkracht. Schoolzwemmen Het schoolzwemmen is opgenomen in het lesprogramma van groep 4. Het zwembad en alle scholen in Sint-Oedenrode zijn akkoord gegaan met het voorstel om met de groepen 4 één keer per twee weken 1 uur te gaan zwemmen. Uitgangspunt blijft het behalen van diploma A. Indien dit gehaald is, krijgen de leerlingen allerlei workshops aangeboden. Schoolzwemmen is echter alleen haalbaar als alle ouders hiervoor een vrijwillige financiële bijdrage betalen. Wij verzoeken u vriendelijk deze bijdrage te voldoen, omdat anders het schoolzwemmen uit het lesprogramma geschrapt moet worden. In september/oktober ontvangt u van de Gemeente SintOedenrode een brief waarin vermeld staat hoe hoog de bijdrage is en op welke wijze u kunt betalen. Wanneer uw kind niet kan of mag deelnemen aan een zwemles, wordt u verzocht dit zo spoedig mogelijk schriftelijk te melden aan de groepsleerkracht. Deze leerlingen blijven dan op school, evt. in een ander groepslokaal. Schoolzwemmen en verantwoordelijkheid Besturenorganisaties hebben met het ministerie van OC &W een modelprotocol schoolzwemmen opgesteld. Dit protocol is inmiddels verspreid over het gehele land. In Sint-Oedenrode wordt gewerkt met dit landelijke protocol waarin de taken en de verantwoordelijkheden voor, tijdens en na de zwemlessen precies zijn beschreven en waarin is vastgelegd dat de eindverantwoording ligt bij de groepsleerkracht. In een jaarlijks overleg wordt het protocol geëvalueerd. Computer ICT is niet meer weg te denken uit de school. Als leermiddel biedt het bijzonder veel mogelijkheden om het onderwijs te verlevendigen en tegemoet te komen aan de individuele kwaliteiten van de leerlingen. De wijze waarop we ICT binnen de school willen integreren kunt u lezen in het bovenschools ICT beleidsplan van SKOSO en het schoolspecifieke ICT beleidsplan van onze school. Alle kinderen van de groepen 1 t/m 8 werken met de computer. Zoveel mogelijk mogen de kinderen met de computer of laptop werken, minimaal 10 minuten per dag per kind. Ook maken we gebruik van tablets als hulpmiddel bij het onderwijs. Spelenderwijs leren de kinderen de computer kennen met al zijn mogelijkheden binnen de afspraken die we als school hebben gemaakt m.b.t. het computergebruik.

20

Hoofdstuk 3

Beleidsmatige afspraken binnen onze school

Aanmelden, overdracht en instromen: Waar en wanneer aanmelden? U kunt uw kind aanmelden op de volgende manieren: 1. gedurende het gehele schooljaar met behulp van het aanmeldingsformulier op onze website: www.bskienehoef.nl 2. tijdens een persoonlijk onderhoud met de directeur gedurende het gehele schooljaar. (Graag vooraf een afspraak maken.) 3. tijdens de open dag in januari 4. op de centrale aanmeldingsdag. Informatie hierover verschijnt tijdig in Midden Brabant en/of MooiRooi Krant. Overdracht vanuit kinderdagverblijf , peuterspeelzaal of andere basisschool Wij vinden het belangrijk de ontwikkeling van uw kind zo goed mogelijk te volgen en te begeleiden. Het overdrachtsformulier dat u op het kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of andere basisschool heeft meegekregen, willen wij dan ook graag ontvangen. Voor de nieuwe leerkracht van uw kind is het prettig én nuttig om te weten hoe uw kind zich op het kinderdagverblijf, op de peuterspeelzaal of andere basisschool heeft ontwikkeld. Voelt het zich prettig in de groep? Wat doet het kind graag? Waarin heeft het extra aandacht nodig? Allemaal zinvolle informatie om door te geven. I.v.m. een zorgvuldige overdracht maken wij gebruik van een intake-formulier en indien gewenst een intake-gesprek. De opvang en begeleiding van nieuwe leerlingen in het algemeen De opvang, maar vooral ook de begeleiding van onze leerlingen omvat veel zaken. We zullen ons tot de belangrijkste beperken. Van het allergrootste belang is dat nieuwe leerlingen op een aangename manier met onze school kennis kunnen maken. De rol van de groepsleerkracht is hierbij een belangrijke factor. Het uitgangspunt hierbij is: de nieuwe leerlingen moeten zich snel thuis gaan voelen en dat kan alleen binnen een sfeer van veiligheid en geborgenheid. De opvang en begeleiding van nieuwe leerlingen van groep 1 Als uw kind(eren) vier jaar wordt, dan mag het daags na zijn verjaardag naar school. Kinderen die in oktober, november of december vier jaar worden en daarna op de basisschool komen, zullen door de leerkracht (m.b.v. het observatie- en registratieinstrument “Zo Leren Kleuters”) worden bekeken en met de ouders zal worden besproken of het bereikte ontwikkelingsniveau voldoende is om de leerling te laten doorstromen naar groep 2. De overige instroomleerlingen brengen in principe na het lopende schooljaar nog twee volledige schooljaren in de kleutergroepen door. Voor peuters van 3,5 jaar en ouder bieden we op diverse momenten in het schooljaar gelegenheid om deel te nemen aan een activiteit. Op deze wijze proberen we de peuters alvast vrijblijvend kennis te laten maken met de basisschool. Foto- en filmopnames. Binnen de school worden regelmatig foto’s genomen van activiteiten. Ook komt het voor dat er filmopnames gemaakt worden in het kader van school video interactie begeleiding. Dat gebeurt bijvoorbeeld om het gedrag van leerlingen en/of leerkrachten in beeld te brengen met het oog op het bieden van betere zorg aan de leerlingen. Bij het aanmelden van leerlingen geeft u als ouder hiervoor toestemming. Uiteraard gaan wij zeer behoedzaam om met dit beeldmateriaal. Filmopnamen worden nooit openbaar gemaakt en na de leersituatie weer vernietigd. Het is wel mogelijk dat er soms foto’s van 21

activiteiten op de website van de school geplaatst worden. Daar gaan we uiteraard erg zorgvuldig mee om. Groepsformatie Wij hebben ons als team gebogen over de formatie voor volgend schooljaar. Uitgangspunt bij deze besprekingen is telkens hoe we op verantwoorde wijze uw kinderen kwalitatief goed onderwijs kunnen bieden. Door de leerlingentelling van 1 oktober 2014 hebben we voor 233 leerlingen formatiegelden toegewezen gekregen. Op basis van deze gegevens zoeken we intern naar de beste mogelijkheden om te komen tot een goed formatieplan. Uitgangspunt is hierbij dat alle kinderen die zorg en aandacht krijgen die nodig is om het beste in hen naar boven te krijgen. Extra formatie zal dan ook worden besteed om kwaliteitsonderwijs te garanderen zodat daar waar nodig ondersteuning en begeleiding op maat kan worden geboden. Opleiden in de school/stagiaires De opleidingen voor leraren in het basisonderwijs, proberen meer studenten te werven. Voor het onderwijs in het algemeen is het van het grootste belang dat gemotiveerde jongeren kiezen voor het beroep van leraar. Onze school beschouwt het als een verantwoordelijkheid om bij te dragen aan opleiden binnen de school voor diverse onderwijstrajecten. Daarom stellen wij ieder schooljaar stageplaatsen i.c.m. goede begeleiding ter beschikking. Wij ervaren dat met de komst van jonge aankomende leerkrachten er ook nieuwe ideeën binnen onze school komen. Ook onderwijsassistenten in opleiding bieden wij stageplaatsen aan omdat er een toenemende behoefte is aan onderwijsondersteunend personeel. LIO-stagiaires Een LIO-stagiaire is een Leraar In Opleiding. Dit is een 4e jaars PABOstudent(e) die tijdens zijn/haar zogenaamde ontwikkelstage aan een opdracht werkt, waarbij hij/zij samen met de teamleden een bepaald onderdeel van de school verbetert. In een bepaalde periode staat de LIO-stagiaire gedurende 5 weken voor de groep en neemt de taak van de leerkracht over. Uiteraard gebeurt dit geheel onder begeleiding van de groepsleerkracht die ook de eindverantwoordelijkheid houdt. Tussenschoolse Opvang (Overblijven) Als basisschool zijn wij erop gericht om de kwaliteit van de dienstverlening aan kinderen in de basisschoolleeftijd steeds te verbeteren. Samenwerken leidt ertoe dat de kwaliteit van onderwijs, zorg en dienstverlening op elkaar aansluiten en voor ouders en kinderen herkenbaar is. Door veranderingen in de wetgeving t.a.v. - professionele begeleiding m.b.t. de tussenschoolse opvang, - door ontwikkelingen m.b.t. structurele samenwerking met partners op het terrein van kinderopvang en (vroegschoolse) educatie hebben we gekozen voor een andere invulling van de tussenschoolse opvang. De Verbinding ( kinderopvangorganisatie in St. Oedenrode )verzorgt de Tussenschoolse Opvang (hierna TSO) voor kinderen van onze school. De Verbinding biedt kleinschalige opvang en BSO, o.a. in de wijk Kienehoef. Er is samenwerking op het gebied van de voor- en vroegschoolse educatie. De visie en de kwaliteit van De Verbinding sluiten goed aan op de onderwijs en begeleidingsvisie van basisschool Kienehoef. 22

De Verbinding verzorgt broodmaaltijden voor de kinderen die van de TSO gebruik maken. Daarnaast worden gevarieerde speelmogelijkheden aangeboden in de middagpauze. Indien uw kind gebruik gaat maken van dit aanbod hoeft u geen lunchpakket en drinken mee te geven. Ouders kunnen ervoor kiezen om met de Verbinding een jaarcontract af te sluiten voor een of meerdere TSO dagen per schoolweek ( kosten 2,46 euro per TSO-dag ). Wanneer men hiervoor niet kiest kan men kinderen een week van te voeren opgeven per e-mail ( kosten 2,83 euro per TSO-dag ). Men kan er ook voor kiezen per dag te bepalen of het kind wel of niet komt ( kosten 3,32 euro per TSO-dag ). De prijzen zijn inclusief brood, beleg, een drankje en extra spelmateriaal. Wie meer wil weten over De Verbinding verwijzen we graag naar de website www.deverbinding-sintoedenrode.nl ; dit is tevens het meldadres voor degenen die gebruik willen gaan maken van de TSO. Voor gerichte vragen kunt u terecht bij Karin van de Laar van De Verbinding op telefoonnummer 06-18486632. Verlaten van onze school (groep 8) Wanneer de leerlingen aan het laatste leerjaar (groep 8) op basisschool Kienehoef beginnen, zal de betreffende groepsleerkracht na verloop van tijd een goed beeld krijgen van de leerlingen. De leerkracht heeft de kinderen leren kennen, is op de hoogte van de leervorderingen en heeft voldoende met de kinderen gepraat om te weten welke ideeën en wensen ze zelf hebben. Ook met de leerkracht van groep 7 vindt overleg plaats omdat deze de leerlingen het jaar daarvoor begeleid heeft. Dit alles, gekoppeld aan voorlichting aan de ouders over het Voortgezet Onderwijs en gesprekken over de mogelijkheden en kans van slagen van hun kind, resulteert in een advies voor het kind t.a.v. het type school voor Voortgezet Onderwijs dat wij als basisschool het meest geschikt achten. Vervangingen Op het moment dat een leerkracht afwezig is, door ziekte of vanwege een andere oorzaak, wordt hij/zij vervangen. Daarom is onze school aangesloten bij een vervangingspool. Stap 1: We zoeken vervanging bij de desbetreffende pool. Stap 2: Er kan geen vervanging gevonden worden. Dan zijn er verschillende ‘oplossingen’: - Leerkrachten die op dat moment geen klassentaken hebben, gaan in de klas (eventueel kunnen er dan intern verschuivingen nodig zijn). - De groep die zonder leerkracht zit, wordt verdeeld over de andere groepen. Iedere klas krijgt een aantal kinderen erbij. Voor deze situaties heeft iedere groep een map met activiteiten klaarliggen. Ouders van deze kinderen krijgen een berichtje. In een uiterste geval kan het voorkomen dat een groep een dag geen les heeft. Uiteraard worden de ouders hierover van tevoren geïnformeerd. De maatregelen onder stap 2 beschouwen we als noodmaatregelen voor één dag. We willen zo veel mogelijk voorkomen dat we de kinderen naar huis moeten sturen. We bespreken in de teamvergadering regelmatig hoe vaak zich een dergelijke situatie heeft voorgedaan en wat de gevolgen voor het onderwijs zijn geweest. Indien nodig passen we onze maatregelen aan. Hoofdstuk 4

Organisatorische afspraken binnen onze school

Appels (groep 1 en 2) Elke dag krijgen de kinderen een halve appel. Het is een mooie onderbreking en het is tevens gezond en lekker. De vergoeding is afhankelijk van de kosten van de appels. Aan het einde van het schooljaar krijgt u hiervan, via de ouderraad, een rekening. 23

Fruit/drinken (groep 3 t/m 8) In de groepen 3 t/m 8 laten wij de keuze voor een stukje fruit, een boterham en/of een pakje drinken bij de ouders. U geeft in overleg met uw kind al dan niet iets mee naar school wat hij/zij tijdens de pauze om 10:15 uur kan nuttigen. Als school gaat onze voorkeur uit naar een gezond tussendoortje. Creatieve morgen/middag (groep 3 t/m 8) Wij verzoeken u uw kind ten behoeve van die activiteiten een oud overhemd mee te geven naar school om vlekken op kleding te voorkomen. De school is niet aansprakelijk voor beschadiging aan kleding e.d. Wilt u de mouwen op lengte maken en er elastiek inzetten? Dat vergemakkelijkt het effectief gebruik. Eigendommen van leerlingen De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor het zoekraken of beschadigen van eigendommen van leerlingen op welke wijze dan ook. Gelukkig gebeurt het niet zo vaak dat leerlingen mooie, dierbare, dure eigendommen op school verliezen. Toch willen we de leerlingen en hun ouders er op wijzen dat “thuis laten” de beste manier is om de spullen te beschermen. Het is ondoenlijk voor leraren om precies te weten wie, wat bij zich heeft en daar dan naast de normale zorg voor de leerlingen, óók nog speciaal op te letten. Vooral tijdens evenementen zoals schoolreis, zwemles en sportdag loop je meer kans om iets te verliezen. We doen ons best, maar we hopen dat u er begrip voor hebt dat we als school geen verantwoordelijkheid kunnen dragen voor bijvoorbeeld meegebrachte mobieltjes, mp3-spelers, IPods, speelgoed of dure merkkleding. Geef a.u.b. dus geen waardevolle of dierbare spullen mee naar school. Etui Etuis worden door de school verstrekt. Kinderen nemen wel eens complete pennenbakken mee naar school waardoor ze op hun tafel nauwelijks ruimte hebben om te schrijven. Dit mag dus niet. Fietsen In principe komt niemand met de fiets naar school. Uitzonderingen worden gemaakt voor kinderen die van ver komen, d.w.z. wonende aan de Schijndelseweg, Ollandseweg, Zwembadweg, Nieuwstraat en de daarachter gelegen gebieden. Verdere uitzonderingen worden incidenteel gemaakt na toestemming van de groepsleerkracht. We vragen om begrip voor het naleven van deze regel. Gymnastiekkleding en het niet deelnemen aan de les Voor jongens op onze school adviseren we een sportbroekje met een T-shirt. Voor de meisjes op onze school een sportbroekje met blouse/T-shirt of een gympakje (geen turnmaillot). Het dragen van gymschoenen is verplicht voor alle leerlingen, in verband met het voorkomen van voetwratten. Het is verboden om op gymschoenen met zwarte zolen (die afgeven op de vloer) in de sportzaal te komen!! Op turn- of balletschoenen mag niet aan de les worden deelgenomen. Tijdens gym- en zwemlessen is het veiliger voor de kinderen geen horloges en sieraden te dragen (om verlies te voorkomen adviseren wij deze spullen op die dagen thuis te laten). De leerlingen mogen niet in gymkleding naar school komen. Wilt u, wanneer u een of meerdere kinderen in groep 1 t/m 3 heeft uw kind(eren) gymschoenen mee naar school geven? Bij voorkeur gymschoenen waar geen veters in zitten. De gymschoenen van de kinderen van groep 1 en 2 blijven het gehele jaar op school. Wanneer een kind op medische gronden niet aan de lessen lichamelijke oefening mag deelnemen, dient dit door de ouders schriftelijk aan de school te worden meegedeeld. Wanneer dit lichamelijke problemen betreft die langdurig kunnen zijn of voor beperkte tijd, 24

dan dient ook een medische verklaring te worden overlegd. De leerling die niet mee mag of kan doen met de lessen lichamelijke oefening, zal gedurende die lessen naar een andere groep gaan en daar onder verantwoordelijkheid van die leerkracht zelfstandig werken aan door de eigen groepsleerkracht verstrekte opdrachten van onderwijskundige aard. Na de gymles geven wij alle kinderen gelegenheid tot douchen. (zie Wegwijzer: beleid douchen) Wij blijven ieder jaar met veel gevonden kleding zitten. Wij verzoeken u dan ook de gymkleding, zwemkleding, jassen, dassen, handdoeken e.d. te voorzien van naam. Hoofdluis Zoals op bijna alle basisscholen in Nederland, komt ook op onze school wel eens hoofdluis voor. Wij hebben contact gezocht met de GGD. Op advies van de GGD is een ouderwerkgroep opgezet. Deze werkgroep heeft voorlichting en instructie gehad over het controleren van de kinderen. Elke 2e woensdag na iedere schoolvakantie worden alle groepen gecontroleerd. Ouders van kinderen met hoofdluis krijgen schriftelijk of telefonisch bericht, met het verzoek hun kind(eren) meteen te behandelen. Dit om uitbreiding van de besmetting te voorkomen. Alle kinderen uit een groep waarin voor de eerste keer hoofdluis is gesignaleerd, krijgen een brief mee naar huis waarin melding wordt gemaakt van de besmetting binnen de groep en waarin alle adviezen voor controle, behandeling en preventie overzichtelijk bij elkaar staan. Na één à twee weken krijgen de besmette groepen een her-controle en worden de ouders van de kinderen met hoofdluis opnieuw geïnformeerd. Wanneer u zelf bij uw kind hoofdluis constateert, meld dit dan bij de groepsleerkracht of de directie van de school. Wij zullen dan discreet andere ouders, d.m.v. een brief, op de hoogte stellen zodat zij hun eigen kind(eren) op de aanwezigheid van hoofdluis kunnen controleren. De coördinatie van de hoofdluiswerkgroep berust bij Gery van Meersbergen. Voor alle zaken m.b.t. hoofdluis kunt u zich tot hem wenden. U kunt informatie vinden op de website van het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu: http://www.rivm.nl/Onderwerpen/H/Hoofdluis Meenemen tassen Er blijven regelmatig tassen, m.n. gym- of zwemtassen, liggen op school. Dit leidt tot een behoorlijke opstapeling van spullen onder de kapstokken in de gangen. De kinderen moeten die dus dezelfde dag mee naar huis nemen. Speelgoed Als de kinderen jarig zijn én met Sinterklaas mogen ze iets van hun speelgoed mee naar school nemen om het de andere kinderen te laten zien. Op andere dagen geen speelgoed mee laten nemen, omdat wij ons niet verantwoordelijk kunnen stellen voor speelgoed dat stuk gaat of zoek raakt. Verjaardag Verjaardag kinderen Als de kinderen jarig zijn mag er natuurlijk getrakteerd worden. Wij willen nogmaals benadrukken dat een prikkertje, stukje kaas, appel, enz. ook leuk is en gezond! De traktatie mag in het speelkwartier opgegeten worden. Zorg er daarom voor dat de traktatie niet te groot is, zodat die tijdens het speelkwartier gemakkelijk kan worden opgegeten. De uitnodigingen die de kinderen meenemen voor het vieren van een feestje, willen we graag buiten de school en speelplaats houden. Dit om scheve gezichten van kinderen, die geen uitnodiging krijgen, te voorkomen. Verjaardag leerkrachten 25

De dag waarop de leerkracht in de groep zijn/haar verjaardag viert, is een echte feestdag voor de kinderen. Deze dag wordt in groep 1 en 2 uiteraard weer op een heel andere manier gevierd dan in groep 7 en 8. Belangrijk is dat de kinderen plezier hebben. De kinderen vinden het heel belangrijk om een cadeautje voor de leerkracht mee te nemen. Vooral jongere kinderen geven doorgaans liever zelf een cadeau, terwijl de oudere kinderen dit wat vaker per groep of zelfs met de hele klas regelen. Wij, als schoolteam, vinden het lastig om in dit spontane gebeuren vaste regels voor te schrijven, maar wij blijven stimuleren dat een zelfgemaakt cadeautje zeker zoveel waarde heeft als een gekocht cadeau. Wij hopen dat u de kinderen ook thuis probeert duidelijk te maken dat de waarde en belangrijkheid van een cadeau niet bepaald wordt door de duurte, maar vooral door de hartelijkheid waarmee het gegeven wordt. Versjes De kinderen van groep 1, 2 en 3 mogen op school versjes maken voor enkele speciale gelegenheden. Vanaf groep 4 verwachten wij, dat de kinderen dat thuis kunnen. Vervangende activiteiten: Er worden vervangende onderwijsactiviteiten aangeboden aan leerlingen die niet aan een onderwijsactiviteit (kunnen) deelnemen. Bijvoorbeeld: een leerling die niet kan meedoen aan de gymlessen wordt opgevangen in een andere groep en krijgt verdiepingsstof aangeboden.

26

Hoofdstuk 5

Onze zorg voor de leerlingen

Passend onderwijs: Met ingang van 01-08-2014 wordt de wet Passend Onderwijs ingevoerd. Met het wetgevingstraject Passend Onderwijs staan scholen en besturen voor de opdracht te komen tot een continuüm van onderwijsondersteuning voor leerlingen. Het uitgangspunt hierbij is dat reguliere basisscholen binnen hun basisondersteuning zoveel mogelijk tegemoet kunnen komen aan onderwijsbehoeften van de leerlingen. Mocht de basisondersteuning niet toereikend zijn, dan zet het Samenwerkingsverband extra ondersteuning in. De scholen van SKOSO werken m.i.v. 01-08-2014 officieel samen in het samenwerkingsverband 30.06 en maken binnen het systeem van Passend Onderwijs afspraken over passend onderwijs voor alle leerlingen. In het samenwerkingsverband participeren reguliere basisscholen, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Middels een nieuwe interne zorgstructuur anticipeert SKOSO op Passend Onderwijs, waardoor goed onderwijs blijft gewaarborgd. Als een school/bestuur een leerling geen passend arrangement kan bieden, moet zij ervoor zorgen dat hij/zij op een andere school binnen het samenwerkingsverband 30.06 kan worden geplaatst. In het stelsel van Passend Onderwijs is de leerling gebonden financiering (rugzak van cluster 3 en 4) er niet meer. Budget blijft beschikbaar, maar gaat naar het samenwerkingsverband, waar extra arrangementen kunnen worden aangevraagd. Dit geldt voor cluster 3 leerlingen (kinderen met verstandelijke beperkingen en/of lichamelijke beperkingen) en cluster 4 leerlingen (kinderen met gedragsproblemen). In een overgangsregeling is het budget voor toegekende rugzakken voor de komende twee jaar gewaarborgd. Besturen/scholen/REC’s krijgen van het samenwerkingsverband de komende twee jaar de opdracht om te onderzoeken welk maatwerk deze leerlingen behoeven en deze ook op die manier in te zetten. Binnen Passend Onderwijs staat het kind centraal: welke vraag hebben school en ouder(s) voor de leerling c.q. hun kind en welke vraag heeft het kind zelf. Vanuit stimulerende en belemmerende factoren wordt middels een gesprek (multi disciplinair overleg) met ouders, school en externe partners gekeken wat nodig is op het gebied van onderwijs en opvoeding. Kan een school een leerling geen Passend Onderwijs bieden, dan wordt binnen het samenwerkingsverband gekeken naar de best passende onderwijsplek. Kijk voor meer informatie op www.samenwerkingsverband3006.nl Leerlingenzorg Ieder kind dat onze school binnenstapt is uniek. We vinden dat uw kind op onze school onderwijs moet kunnen volgen binnen zijn /haar eigen ontwikkeling en mogelijkheden. Wij proberen als team zorg op maat te verlenen, waardoor uw kind een ononderbroken ontwikkelingsproces kan doorlopen. Voorwaarden hiervoor zijn drie basisbehoeften van kinderen, namelijk: • geloven en plezier hebben in eigen kunnen • het gevoel hebben dat je zelf iets kunt • het gevoel hebben dat anderen je waarderen en met je om willen gaan Om aan pedagogische en didactische onderwijsbehoeften tegemoet te komen, zorgen we als team voor een veilige en uitdagende leeromgeving. Onderwijsbehoeften zijn vooral gericht op de ontwikkelingsmogelijkheden en kansen voor het kind; wat heeft dit kind nodig om bepaalde doelen te bereiken? De uitdaging start bij de aanbieding van leerstof. We komen tegemoet aan kinderen die weinig tot geen instructie nodig hebben tot kinderen 27

die extra instructie, extra begeleiding of een eigen leerlijn nodig hebben. Zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid van het kind spelen hierbij een belangrijke rol. De leerlingen zitten in jaargroepen bij elkaar. Individuele benadering en kennis van het kind zijn factoren die de leerkrachten in staat stellen zodanig onderwijs te geven dat kleine problemen snel worden onderkend en opgelost en dat grotere problemen minder vlug zullen ontstaan. In de groep houden de leerkrachten de ontwikkeling en de leervorderingen van de kinderen bij. Zij doen dit door te kijken naar hun leerhouding en werkgedrag en naar de resultaten op het schriftelijke werk. Elke leerkracht gebruikt daarvoor hulpmiddelen of toetsen uit de methode. Daarnaast wordt één of twee keer per jaar in de groepen 1 t/m 8 een methode-onafhankelijke toets afgenomen voor taal, lezen en rekenen. Wanneer extra begeleiding door de groepsleerkracht niet het gewenste resultaat oplevert, vindt er een bespreking plaats tussen de leerkracht en de intern begeleider. Zo nodig wordt een externe begeleider of instantie ingeschakeld of wordt er gebruik gemaakt van School Video Interactie Begeleiding (SVIB). School Video Interactie Begeleiding (SVIB) Dit is een van de begeleidingsmethoden die de school hanteert om het onderwijs zo goed mogelijk af te stemmen op de leerlingen. Op onze school wordt het middel voornamelijk ingezet om de leerkrachten te ondersteunen bij hun onderwijstaak. De methodiek wordt zowel ingezet bij vragen rondom leerlingenzorg, als bij vragen rondom onderwijsvernieuwing. Binnen de school hebben we een gespecialiseerde School Video Interactiebegeleider (SVIB-er), die video-opnames maakt in de groep en deze vervolgens met de leerkracht nabespreekt. Videobeelden blijven onder het beheer van de SVIB-er en worden niet, zonder toestemming van de ouder(s)/verzorger(s) en de betrokken leerkracht , aan anderen vertoond. Indien de methodiek wordt ingezet bij specifieke begeleidingsvragen van één of meer leerlingen, worden de ouder(s)/verzorger(s) hiervan in kennis gesteld en om toestemming gevraagd. Excellentie in het basisonderwijs Het belangrijkste doel van ons onderwijs is om zoveel mogelijk leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces te laten doorlopen. Het samenwerkingsverband kent voor de cognitief getalenteerde leerling het “Project MIND”. Als pilot-school heeft bs Kienehoef meegewerkt aan het ontwikkelen van een protocol om cognitief getalenteerde kinderen goed in beeld te krijgen en deze kinderen uitdagend onderwijs te bieden. Zie hiervoor ook de Mindportal van www.wsnsveghel.nl (wordt geactualiseerd met ingang van 01-01-2015). Inmiddels hebben we in alle groepen voor de geselecteerde kinderen een passend onderwijsaanbod. 1-Zorgroute Welk onderwijs hebben kinderen nodig om zich te ontwikkelen? Uitgangspunt in onderwijs en begeleiding aan kinderen is dat ieder kind uniek is en een eigen ontwikkeling kent. Het ene kind heeft meer instructie nodig, terwijl een ander kind weinig uitleg nodig heeft. Bij het omgaan met verschillen tussen leerlingen wordt het werken met groepsplannen als insteek genomen. Een groepsplan omvat –op basis van informatie van onderwijsbehoeften- schriftelijk vastgelegde informatie en richtlijnen waarmee de leerkracht bepaalde leeren opvoedingsdoelen binnen een bepaalde periode wil realiseren. Met onderwijsbehoeften duiden we op onderwijs wat een kind nodig heeft om zich te ontwikkelen. In het groepsplan benoemen we drie verschillende instructiebehoeften waarbinnen kinderen ingedeeld worden: de instructieonafhankelijke leerling, de instructiegevoelige leerling en de instructieafhankelijke leerling. Er wordt 2 keer per jaar een groepsplan gemaakt en uitgevoerd in de groep. Na een periode wordt er 28

met een methode onafhankelijke toets, een CITO toets, gekeken welke ontwikkeling een kind doormaakt om vervolgens met die informatie een nieuw groepsplan te maken Kind kenmerken als sociaal-emotioneel en werkhouding worden hierbij meegenomen in het groepsplan. Voor de groepen 1 t/m 8 werken we met groepsplannen voor Taal (groep 1-2) / Technisch lezen en begrijpend Lezen. Het schooljaar 2014-2015 gaan we groepsplannen voor het vakgebied Rekenen invoeren. Het jaarplan m.b.t. leerlingenzorg Elk jaar stelt de interne begeleider een plan op dat moet leiden tot verbetering van het onderwijs aan de leerlingen. Hierbij komen zaken aan de orde als: o het gebruik van goede observaties en toetsen o het op tijd signaleren van problemen bij kinderen o de mogelijkheden voor intern/extern onderzoek van kinderen met leerproblemen o de kwaliteit van de extra hulpmiddelen die wij de kinderen aanbieden o de manier van nagaan of de kinderen ook werkelijk vooruit gaan op de aangeboden extra programma's o de tijdsinvestering voor bespreking van de leerlingen die extra aandacht behoeven o veranderingen aan het programma dat wij aan alle kinderen aanbieden o volgen en realiseren van de vernieuwingen in het onderwijs Onderwijs aanpak Onze school wil zo optimaal mogelijk aansluiten bij de ontwikkeling van alle leerlingen in de groepen 1 t/m 8 om een ononderbroken ontwikkelingsproces te realiseren. We streven een harmonische ontwikkeling na op cognitief en sociaal- emotioneel gebied. Daarbij vinden wij het tevens van belang dat de individuele leerling zich ontwikkelt met leeftijdgenoten om met en van elkaar te leren. Daarom bieden wij onderwijs aan in jaarklassen, waarbij rekening wordt gehouden met kinderen die meer en soms minder kunnen. Het zelfstandig werken wordt in de groepen gestimuleerd. Enerzijds omdat we de kinderen begeleiden in hun ontwikkeling naar zelfstandige mensen, anderzijds omdat de leerkracht dan handen vrij krijgt voor hulp aan (zorg)leerlingen. Hierdoor hebben kinderen meer kansen zich op hun eigen niveau te ontwikkelen. Het kind moet succeservaringen kunnen opdoen, waardoor het zelfvertrouwen wordt versterkt en het gemotiveerd blijft om te leren. We doen dit door adaptief te onderwijzen, waarbij de leerkracht rekening houdt met verschillen tussen kinderen. Leerlingvolgsysteem We volgen de kinderen in hun ontwikkeling met methoden die we gebruiken. Daarnaast gebruiken we een methode-onafhankelijke signalering van de vorderingen van een kind, namelijk het leerlingvolgsysteem van CITO. We volgen kinderen in hun ontwikkeling vanaf groep 1 t/m 8. Wij vinden het als school belangrijk om bij deze toetsen niet alleen de ontwikkeling van een kind vast te leggen, maar ook om analyses te maken, het leerproces te volgen, om een kind daadwerkelijk te kunnen helpen. CITO-toetsen die we gebruiken zijn:  Rekenen voor Kleuters voor groep 1 en 2  Taal voor Kleuters voor groep 1 en 2  DMT-AVI voor groep 3 t/m 8  Leestechniek en leestempo voor groep 7 en 8  Technisch lezen voor groep 3 t/m 6  Spellingtoets SVS voor groep 3 t/m 8  Rekenen en wiskunde voor groep 3 t/m 8  Begrijpend lezen voor groep 4 t/m 8  Cito Entreetoets voor groep 6 en 7 29

 Centrale Cito Eindtoets primair onderwijs voor groep 8 Om jonge kinderen in hun ontwikkeling te volgen, gebruiken de leerkrachten van groep 1 en 2 het observatie en registratiesysteem “Zo leren kleuters”. Kwaliteit van het onderwijs wordt echter niet gemeten door scores op toetsen, maar door zorgvuldig na te gaan (procesmatig) of leerlingen de ontwikkeling volgen die bij hen past. Niet het absolute prestatieniveau, maar de relatieve leervorderingen bepalen de kwaliteit van het onderwijs. De orthotheek Voor kinderen met speciale zorg hebben we naast onze goede eigentijdse methoden ook een orthotheek, waar speciale hulp- en leermiddelen zijn ondergebracht. Een orthotheek is een systematisch geordend geheel van onderzoek - en leer/hulpmiddelen voor kinderen met ontwikkeling, leeren/of gedragsproblemen. In de ruimte van de intern begeleider bevindt zich de orthotheek, die voor alle groepsleerkrachten vrij toegankelijk is. De intern begeleider beheert de orthotheek. Onderwijskundig rapport: Een onderwijskundig rapport wordt opgemaakt:  Bij de overgang van basisonderwijs naar basisonderwijs  Bij de overgang van basisonderwijs naar speciaal basisonderwijs.  Bij de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs Wet bescherming persoonsgegevens: Bij het voeren van de leerlingenadministratie en het samenstellen van leerlingendossiers worden de bepaling van de wet bescherming persoonsgegevens (WBP) in acht genomen. Aan ouders die op school activiteiten verrichten, zal uitdrukkelijk gevraagd worden vertrouwelijk om te gaan met informatie over school en leerlingen, waarover zij uit hoofde van hun participatie in onderwijsactiviteiten zouden kunnen beschikken. Het zorgteam De zorg wordt op onze school niet alleen gedragen door de groepsleerkracht, maar ook door een zorgteam, die o.a. bestaat uit de directeur van de school en de Intern begeleider (IB-er). De taak van het zorgteam is om het totale proces m.b.t. de leerlingenzorg te bewaken. Uitgangspunt binnen onze begeleiding is om zorgleerlingen zoveel mogelijk met methoden van de groep te laten werken. De zorgleerling moet lesstof aangeboden krijgen die zo goed mogelijk aansluit bij zijn/haar ontwikkelingsniveau. Om een goede zorg rondom de leerlingen te creëren, worden leerlingen middels leerling-besprekingen besproken. Daarnaast kan, indien nodig, de groepsleerkracht zijn/haar zorg over een kind op een ander moment bespreken met de ib-er. Waar zorg wordt geconstateerd, wordt steeds contact gelegd naar ouders. Voor onderzoek door externen dienen ouders altijd schriftelijk toestemming te verlenen. Groeps- en/of Leerling-besprekingen Uitgangspunt voor de groeps- en/of leerling-bespreking is de combinatie van toetsresultaten van CITO / methodegebonden toetsen en het sociaal-emotioneel welbevinden van de leerling. Deze besprekingen worden minimaal twee keer per jaar met leerkrachten gevoerd. N.a.v. deze besprekingen kunnen er afspraken gemaakt worden over begeleiding van kinderen bijv. afspraken over handelingsplanning, individueel diagnostisch onderzoek om problemen helder te krijgen, observatie in de groep etc. Wanneer er bij besprekingen vragen blijven liggen, worden deze besproken in intern zorgoverleg, waarin de directeur en de twee intern begeleiders zitting hebben. In deze bezetting worden 30

problemen besproken en wordt er naar oplossingen gezocht. Daar waar nodig schakelen we externe instanties in voor consultatie/onderzoek. Binnen deze besprekingen staat het kind steeds centraal; het sociaal-emotioneel welbevinden van een kind is niet los te koppelen van het cognitieve aspect. Zittenblijven of overgaan? De WPO (Wet Primair Onderwijs) geeft bepalingen omtrent de inrichting van het onderwijs. In het onderwijskundig beleid van elke school is dat uitgewerkt. De wet kent geen bepalingen over al dan niet overgaan van leerlingen. De school moet dat in het onderwijskundig beleid formuleren en vervolgens per leerling besluiten. De school beslist dus. Op onze school wordt de ontwikkeling van elk kind in brede zin gevolgd en besproken met ouders en leerkrachten. Zowel de cognitieve ontwikkeling als de sociaal-emotionele ontwikkeling worden hierbij zorgvuldig bekeken. Indien de vorderingen dermate stagneren dat er een meerwaarde gaat ontstaan voor het doubleren van een leerling, dan wordt dit zowel intern als met de ouders besproken. In goed overleg nemen wij dan gezamenlijk een besluit dat altijd in het belang van het kind moet zijn. Beleid ‘Omgaan met verlengde leertijd’. Op de scholen van SKOSO zijn afspraken gemaakt over hoe om te gaan met verlengde leertijd. Dit wordt ook wel eens het beleid rondom ‘herfstkinderen’ genoemd. Dit zijn kinderen die na 1 oktober van een schooljaar als vierjarige instromen. Op basis van de totale ontwikkeling van het kind wordt, in samenspraak met de ouders besproken, of hun kind langer of korter dan 2 schooljaren groep 1 en 2 gaan doorlopen. Zie hiervoor ook het document “Algemene informatie voor de scholen van SKOSO” op onze website www.bskienehoef.nl. Intern begeleider Om de zorg binnen de school goed te coördineren is er een intern begeleider / remedial teacher aan onze school verbonden. De intern begeleider vormt de spil in de zorgstructuur; zij coördineert de zorg, organiseert de zorgactiviteiten op schoolniveau, begeleidt leerkrachten en verzorgt de communicatie met ouders en externe zorgvoorzieningen. Concreet betekent dit dat de intern begeleider de zorg voor de kinderen samen met de leerkracht begeleidt. Daar waar nodig worden externe instanties ingeschakeld; als school werken we met bijv. experts van Opdidact of vanuit Samenwerkingsverband. Ouders worden in een traject van zorg altijd betrokken. Wanneer we als school de zorg voor een kind niet meer op een voor het kind, de leerkracht(en) en/of de totale groep verantwoorde manier kunnen invullen, schakelt de intern begeleider met toestemming van ouders de ondersteuning van het samenwerkingsverband in. Door het invullen van een onderwijskundig rapport wordt een kind besproken in een commissie, waar de intern begeleider deel van uitmaakt, en wordt er zorgvuldig gekeken welke vorm van onderwijsondersteuning het beste bij hem/haar past. Grenzen aan zorgbreedte Onze school investeert veel in zorgbreedte, maar de grenzen van de zorgbreedte worden bepaald door de balans tussen draagkracht en draaglast van de individuele leerling, van de groep en van de groepsleerkracht. We gaan er immers in principe van uit dat - bij toelating - de leerling de gehele basisschoolperiode op onze school welkom zal zijn. Wilt U meer informatie over dit onderwerp? U kunt bij de schoolleiding terecht voor een exemplaar van het “Aannamebeleid van leerlingen met een handicap”. 31

Clusterindeling: Cluster 1: Cluster 2: Cluster 3: Cluster 4:

onderwijs aan visueel beperkte leerlingen onderwijs aan auditief en/of communicatief beperkte leerlingen lichamelijk, meervoudig en verstandelijk beperkte leerlingen voor leerlingen met ernstige gedragsstoornissen en/of psychiatrische problemen.

32

Hoofdstuk 6

De resultaten en de kwaliteit van het onderwijs

CITO Volgsysteem primair onderwijs Uw kind maakt zowel toetsen uit de lesmethodes als de toetsen uit het CITO Volgsysteem. Wat is het verschil? De methodetoetsen zijn bedoeld om vast te stellen of uw kind de lesstof die net is behandeld voldoende beheerst. De leerkracht weet zo of hij/zij door kan gaan in de methode of dat herhaling wenselijk is. De toetsen van CITO hebben een ander doel: ze zijn bedoeld om het vaardigheidsniveau van uw zoon of dochter te kunnen vergelijken met het niveau (landelijk) van klasgenoten. Behaalde toets resultaten vormen een goede basis voor het stellen van onderwijsdoelen op individueel/groep/schoolniveau. Als school nemen we CITO toetsen af op de vakgebieden Technisch lezen (DMT), Begrijpend lezen, Rekenen/Wiskunde en Spelling. Entreetoets groep 6 en 7 Naast deze toetsen wordt in groep 6 en 7 de Entreetoets afgenomen in de tweede helft van het schooljaar. Met de Entreetoets worden de basisvaardigheden van leerlingen op de onderdelen Taal, RekenenWiskunde en Studievaardigheden gemeten. De school ziet zo waar leerlingen goed in zijn en bij welke onderdelen extra ondersteuning nodig is. Naast het leerling profiel wat ouders van hun zoon/dochter ontvangen is de rapportage ‘Vooruitblik’ nieuw in groep 7. Deze geeft een rechtstreekse voorspelling van het best passende brugklastype voor de leerling, dit op basis van de totaalscore op de Entreetoets van groep 7. Deze voorspelling dient wel met enige voorzichtigheid te worden gelezen! Factoren als werkhouding en sociaal emotioneel zijn hierin niet meegenomen, maar wel van grote waarde voor een goede verwijzing naar het beste type voortgezet onderwijs. Centrale eindtoets primair onderwijs Vanaf schooljaar 2014-2015 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere onderwijs verplicht om een eindtoets te maken. De centrale eindtoets is één van de eindtoetsen die, in aanvulling op het schooladvies, informatie geeft over welk type voortgezet onderwijs bij een leerling past. Het schooladvies is doorslaggevend voor de toelating tot het voortgezet onderwijs. De centrale eindtoets wordt in april 2015 voor het eerst afgenomen. De centrale eindtoets bestaat uit de onderdelen Taal, Rekenen en Wereldoriëntatie. Taal en Rekenen zijn verplichte onderdelen, wereldoriëntatie is een facultatief onderdeel. De toets wordt in twee versies aangeboden: basis en niveau. De centrale eindtoets basis is geschikt voor leerlingen waarvan de leerkracht verwacht dat zij doorstromen naar de gemengde/theoretische leerweg van vmbo of naar havo of vwo. De centrale eindtoets niveau is geschikt voor leerlingen die naar verwachting doorstromen naar de basisberoepsgerichte of kaderberoepsgerichte leerweg van het vmbo.

33

Hieronder vermelden wij hier de CITO-standaardscores van de afgelopen tien jaar. Gemiddelde standaardscores van onze leerlingen jaar score jaar 2005 532,1 2010 2006 536,1 2011 2007 534,6 2012 2008 538,2 2013 2009 535,5 2014

score 536 534,5 535,9 536,7 538,0

Onze gemiddelde CITO-standaardscore (= een score waarmee de prestaties van onze school te vergelijken zijn met andere scholen voor basisonderwijs in Nederland) staat o.i. niet alléén garant voor kwaliteit. Vandaar dat wij het onderwijs op drie manieren evalueren, namelijk: - het proces - het resultaat - het rendement Evaluatie van het onderwijsproces Jaarlijks op schoolniveau: worden doelstellingen bij het onderwijsaanbod op hun haalbaarheid getoetst worden nieuwe methodes bestudeerd en vergeleken met de in gebruik zijnde methodes worden inhoudelijke en didactische vragen gesteld en besproken wordt gediscussieerd over de doorgaande lijn worden planningen bijgesteld. Ook op groepsniveau en leerkrachtniveau wordt regelmatig geëvalueerd. Evaluatie van het resultaat van het onderwijs Met behulp van methodegebonden toetsen en zelfgemaakte toetsen wordt voortdurend het resultaat van het onderwijs gemeten. Met de invoering van het CITO-leerlingvolgsysteem (LVS) worden in alle leerjaren ook toetsen gebruikt die, onafhankelijk van de methodes die op onze school worden gebruikt, meten hoe de leervorderingen van de kinderen zijn op de diverse vakgebieden Deze toetsen bieden ook de mogelijkheid om de resultaten van de kinderen te vergelijken met een heel grote groep kinderen uit hetzelfde leerjaar. Voor deze toetsen zijn betrouwbare normen ontwikkeld en daardoor kunnen de prestaties van een kind objectief worden vergeleken met de prestaties van een heel grote groep leeftijdsgenootjes. Bij de kinderen van groep 2 nemen we de volgende CITO-toetsen af: 'Rekenen voor Kleuters' en 'Taal voor Kleuters'. Bij individuele kleuters nemen we, indien nodig, ook nog de toets 'Ordenen' af. Voor de groepen 3 t/m 8 maken we gebruik van de CITO-toetsen: 'Rekenen en Wiskunde', 'Begrijpend Lezen' en 'Spelling'. Om de vorderingen van het technisch lezen te volgen gebruiken we de leestoetsen DMT, leestechniek en leestempo. De individuele resultaten op de CITO-toetsen kunnen op rapportouderavonden met de ouders worden doorgesproken. De resultaten op een toets kunnen aanleiding zijn tot het aanpassen van het onderwijs op leerlingenniveau, op groepsniveau of zelfs op schoolniveau. Bij het schoolvorderingsonderzoek maken we gebruik van de Entreetoets die door het CITO is samengesteld. Bij dit onderzoek gaat het erom na te gaan wat de leerling van het onderwijs tot nu toe heeft opgestoken. Is dat op bepaalde onderdelen minder dan op andere, dan kan daar in de komende periode aandacht aan worden besteed. Als bijvoorbeeld mocht blijken dat de leerling moeite heeft met het oplossen van vraagstukjes of veel fouten maakt bij het toepassen van de spellingsregels, dan kan er hier op school nog extra aandacht aan worden besteed. Ook geeft de uitslag een beeld of de groep goed op niveau is, of dat er op groepsniveau nog hiaten in leervorderingen zijn die bijgesteld moeten worden. De Entreetoets toetst niet alles wat op school wordt geleerd. De toets beperkt zich tot rekenen, taal en het opzoeken en opnemen van informatie. Met het laatste wordt bedoeld dat leerlingen in staat moeten zijn om teksten te begrijpen en 34

middelen te hanteren waardoor ze iets aan de weet komen: een atlas, een woordenboek, een zoekmachine op internet, enz. De vaardigheden die aan bod komen in de toets zijn voor alle leerlingen van belang, omdat het vaardigheden zijn die je nu eenmaal nodig hebt om in de maatschappij te kunnen meedoen. Deze entreetoets bestaat uit opgaven die de leerling gedurende een aantal ochtenden gespreid over twee weken maken. De afname gebeurt door de leerkrachten van groep 6 en 7. De wijze waarop de afname moet plaatsvinden is vastgelegd in een handleiding. De uitslag wordt door de groepsleerkracht gebruikt om het resultaat van het onderwijsaanbod te toetsen en evt. hiaten op te sporen. De 'CITO eindtoets basisonderwijs' wordt afgenomen bij alle kinderen in groep 8. Deze toets geeft informatie over de leerprestaties van individuele kinderen i.v.m. de overgang naar het Voortgezet Onderwijs. Het Voortgezet Onderwijs vraagt deze gegevens op, maar het advies van onze school, c.q. leerkracht, weegt minstens zo zwaar. Bovendien levert de eindtoets een schoolscore op waarmee de prestaties van onze school zijn te vergelijken met andere scholen voor basisonderwijs. Evaluatie van het rendement van het onderwijs De CITO-toetsen uit het leerlingvolgsysteem bieden ook de mogelijkheid om kinderen met zichzelf te vergelijken. De prestaties bij een toets worden daarvoor vergeleken met de prestaties die het kind bij voorgaande toetsen leverde. Hierdoor kan worden nagegaan of een kind ook werkelijk voldoende vorderingen maakt t.o.v. zijn eigen prestaties bij de voorgaande test. Met die informatie kan het onderwijs voor die betreffende leerling desgewenst aangepast of verbeterd worden. Reflectie op het onderwijs van basisschool Kienehoef De kwaliteitszorg, het pedagogische klimaat, de leerlingenzorg, het planmatig werken aan verbeteractiviteiten en het borgen van vernieuwingen zijn beduidend beter ontwikkeld dan op veel andere vergelijkbare scholen. De opbrengsten en de resultaten van de school liggen op het niveau dat van onze school verwacht mag worden. Uit het inspectierapport (zie www.onderwijsinspectie.nl) valt op te maken dat op Basisschool Kienehoef de kwaliteit van het onderwijs voor alle onderzochte indicatoren op orde is. Basisschool Kienehoef heeft het vertrouwen van de Inspectie van het Onderwijs Er vindt in principe voor de periode van één jaar geen verder toezicht plaats. De inspectie heeft geen aanwijzingen dat er belangrijke tekortkomingen zijn in de kwaliteit van het onderwijs. Om naar alle geledingen verantwoording af te kunnen leggen gaan we starten met een pilot over interne auditing en externe visitatie om op deze wijze onafhankelijke informatie over de kwaliteit van het onderwijs in beeld te kunnen brengen. Ouders die inzicht willen hebben in het rapportenarchief van de inspectie kunnen hiervoor naar de website van de onderwijsinspectie gaan; www.onderwijsinspectie.nl Uitslag kwaliteitsonderzoek Kwaliteitsvragenlijst In 2012 is er door Van Beekveld & Terpstra Organisatieadviesbureau een kwaliteitsvragenlijst afgenomen onder ouders, leerlingen (van groep 6, 7 en 8) en alle leerkrachten om de schooltevredenheid te meten. Algemeen Het instrument “de Kwaliteitsvragenlijst” is een hulpmiddel om de kwaliteit van de school en/of het schoolbestuur in kaart te brengen. Het instrument bestaat uit drie vragenlijsten (één voor leerlingen, één voor ouders en één voor medewerkers.) Met behulp van de vragenlijsten kan de 35

kwaliteitsperceptie van de ouders, leerlingen en medewerkers in kaart worden gebracht. De resultaten van de vragenlijsten dienen als basis om de dialoog aan te gaan, zowel intern als extern. Intern dienen de resultaten als input voor een gesprek over de ambities van de school en/of het schoolbestuur en in hoeverre erin geslaagd wordt om deze ambities te realiseren, met andere woorden: welke aantoonbare resultaten en opbrengsten tot stand worden gebracht. Extern kunnen de resultaten worden gebruikt om de dialoog aan te gaan met de belanghebbenden (stakeholders) over de ambities, de maatschappelijke opdracht, de rol van de school in de omgeving en het afleggen van (horizontale) verantwoording. De dialoog gaat dus over de dingen die de school zèlf van belang vindt alsmede de dingen die voor anderen van belang zijn. Van Beekveld & Terpstra Organisatieadviesbureau beschikt over een groot bestand van resultaten van de Kwaliteitsvragenlijst, afgenomen bij vele scholen in Nederland. Door deze resultaten te middelen ontstaat een goed beeld van de ‘gemiddelde school’. Deze gemiddelde resultaten worden de ‘externe benchmark’ genoemd. In de rapportage van de Kwaliteitsvragenlijsten worden de resultaten van de school/het schoolbestuur vergeleken met de externe benchmark, waardoor een beeld wordt verkregen van hoe de organisatie presteert in vergelijking met de ‘gemiddelde school’. Een afwijking van 0,3 punt zowel positief als negatief beschouwen we als relevant. Alle drie de groepen zijn zeer tevreden: Rapportcijfers Intern gemiddeld rapportcijfer 7,8

Extern gemiddeld rapportcijfer 7,5

Verschil intern en extern + 0,3

Personeel 2012

8,1

7,6

+ 0,5

Leerlingen 2012

8,3

7,9

+ 0,4

Doelgroep Ouders 2012

Er is helder naar voren gekomen dat ouders, leerlingen en personeel, net als in 2010, basisschool Kienehoef positief beoordelen. Concreet kwamen de volgende resultaten naar voren: OUDERS - gemiddeld waarderingscijfer van 7,8 - landelijk gemiddeld rapportcijfer 7,5 STERKE PUNTEN VAN DE OUDERS Pedagogisch klimaat: Opvallend aan de resultaten van het kwaliteitsonderzoek is het gegeven dat ook de ouders het zeer sterke pedagogische klimaat van basisschool Kienehoef (h)erkennen. Een uitslag waar wij erg trots op zijn! Het rapport laat o.a. duidelijk zien dat:  de leerlingen graag naar school gaan en zich veilig voelen  de sfeer prettig is  de school voldoende aandacht besteedt aan orde, discipline, normen en waarden  leerlingen en leerkrachten respectvol met elkaar omgaan  de opvoedkundige aanpak van de school goed is 36

 de leerlingen met problemen bij de leerkracht terecht kunnen  de school optreedt bij pestgedrag, conflicten en onregelmatigheden Concreet betekent het dat:  het contact tussen leerlingen en leerkrachten goed verloopt  leerlingen door het enthousiasme van leerkrachten worden gemotiveerd  de leerkrachten oog hebben voor het welbevinden van leerlingen  leerkrachten de kinderen positief benaderen  de school ruimte biedt voor de mening van leerlingen en deze ook meetelt Onderwijs en leren: Natuurlijk komt uw kind naar onze school om iets te leren. Ook op dit terrein scoort de school boven het gemiddelde. De uitslagen van het kwaliteitsonderzoek vertellen ons o.a. dat:  de school kwalitatief goed onderwijs aanbiedt  de school duidelijk maakt wat zij onderwijskundig wil bereiken  er leuke en goede methodes worden gebruikt  de school voor een brede ontwikkeling van leerlingen zorgt  de lesstof aansluit bij het niveau en de belevingswereld van de leerlingen  de school aandacht besteedt aan actuele en maatschappelijke thema's Dat betekent voor de lessen die de leerlingen krijgen dat:  de leerkrachten de lesstof op begrijpelijke wijze uitleggen en de leerlingen adequaat antwoord krijgen op hun vragen.  de school rekening houdt met individuele verschillen tussen leerlingen, waardoor zij zich goed ontwikkelen.  leerlingen leren samenwerken met andere leerlingen Wat betreft de begeleiding bent u onder meer van mening dat:  de leerkrachten de lesstof op begrijpelijke wijze uitleggen  de leerkrachten de leerlingen helpen en stimuleren om hun werkwijze te verbeteren  de school duidelijk maakt wanneer leerlingen extra begeleiding nodig hebben. Verder geven ouders aan zeer tevreden over de communicatie naar en met de ouders, de informatievoorziening en de contacten met de school. Dat resulteert eveneens in een goede ouderbetrokkenheid. Bovendien voelen ouders zich voldoende vertegenwoordigd door de (G)MR. Wat de directie betreft, zijn ouders van mening dat deze goed op de hoogte is van de gang van zaken op school, serieus omgaat met de inbreng van ouders en personeel en adequaat optreedt bij incidenten. Op gebied van ICT zijn ouders van mening dat het aanbod samenhang vertoont met het lesaanbod en dat het bijdraagt aan het realiseren van een uitdagende leeromgeving. Aangaande de huisvesting vinden ouders dat de school een opgeruimde indruk maakt, het schoolgebouw goed is ingericht, de school over goede overblijfvoorzieningen beschikt en het schoolplein voldoende aantrekkelijk is voor de leerlingen. Het doet ons deugd te constateren dat wij aan uw verwachtingen voldoen. Het kwaliteitsonderzoek geeft aan dat ouders tevreden zijn over hun keuze voor de school, de school de verwachtingen waarmaakt, de school het onderwijs biedt dat zij belooft en zelfs andere ouders aanraden voor de school te kiezen. 37

VERBETERPUNTEN VAN DE OUDERS Wat als duidelijk verbeterpunt naar voren komt, heeft te maken met computers. Op zich vinden de ouders dat de school goed gebruik maakt van computers, maar dat - er te weinig computers aanwezig zijn - de computers voor de leerlingen op een fijnere plek dienen te staan LEERLINGEN - gemiddeld waarderingscijfer van 8,3 - landelijk gemiddelde 7,9 STERKE PUNTEN VAN DE LEERLINGEN Overduidelijk bij de leerlingen zijn eveneens hun positieve ervaringen aangaande het pedagogisch klimaat:  Ze gaan graag naar school en hebben het naar hun zin in de groep.  Ze vinden dat de sfeer onderling en in de groep prettig is. Leerlingen gaan respectvol met elkaar om.  De leerlingen vinden dat de school voldoende aandacht besteedt aan orde, discipline, normen en waarden.  Ze zijn van mening dat de leerkrachten het goede voorbeeld geven en zich aan de gemaakte afspraken houden.  Ze ervaren een prettige sfeer op school tussen leerlingen en leerkrachten.  De school heeft aandacht voor een goede omgang tussen leerlingen. De leerlingen geven concreet aan dat:  ze zich veilig voelen en met hun problemen bij de leerkracht terecht kunnen  het contact met hun leerkracht goed verloopt  de leerkracht belangstelling toont voor wat hen bezig houdt  de leerkrachten open staan voor hun kritiek en de school naar hen luistert wanneer zij ergens ontevreden over zijn  de school optreedt bij pestgedrag en goed oplet bij diefstal en vernielingen Onderwijs en leren De leerlingen waarderen (bovengemiddeld) dat:  de school zorgt voor een brede ontwikkeling  aansluit bij hun belevingswereld en aansluit bij actuele thema’s  de school in de les aandacht besteedt aan verschillende activiteiten  zij altijd wat te doen hebben in de klas  de school een klimaat schept waarin zij met succes kunnen leren en werken  zij in de klas makkelijk iets kunnen vragen  zij van hun leerkrachten positieve feedback krijgen  en regelmatig te horen krijgen hoe hun vorderingen zijn.  zij hun leer-en hulpmiddelen makkelijk kunnen pakken  de behandelde lesstof in een toets aan bod komt  de leerkrachten feedback geven over hun rapport  de school over voldoende computers beschikt Huisvesting Ook zijn de leerlingen (bovengemiddeld) van mening dat:  het gebouw aantrekkelijk is voor leerlingen  de school een opgeruimde indruk maakt  de school over aantrekkelijk en goed meubilair beschikt  het schoolplein voldoende aantrekkelijk is voor de leerlingen 38

 de weg naar school voldoende veilig is Verder vinden de leerlingen dat de website van de school duidelijk is. VERBETERPUNT VAN DE LEERLINGEN Het duidelijkste verbeterpunt (en het enige punt met een negatieve afwijking van 0,3) is het sanitair op school. De kinderen vinden dat de toiletruimtes niet fris ruiken en dat de wc’s regelmatig vies zijn. Tenslotte Al met al mogen we concluderen dat we goed bezig zijn om de kinderen op een verantwoorde en professionele wijze te begeleiden in hun ontwikkelingen. Wat zijn de voornaamste aandachtspunten? - Belevingen van de leerlingen aangaande het toiletgebruik en het onderhoud ervan - ICT: er zijn te weinig computers voor de leerlingen en de computerwerkplekken - Communicatie : nog betere terugkoppeling naar de leerlingen over hun vorderingen In het schooljaar 2014-2015 zal er een nieuw tevredenheidsonderzoek worden afgenomen. Hierover zult u nog nader worden geïnformeerd. Hoofdstuk 7

Contacten met ouders

Een goed contact tussen school en ouders is heel belangrijk. Wij informeren u over alle belangrijke gebeurtenissen op school, over algemene schoolzaken, maar ook regelmatig over het wel en wee van uw kind. Wij stellen het op prijs als u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis ook op de hoogte houdt, want daardoor zijn wij nog beter in staat uw kind te begrijpen of soms om op te vangen. Wij verwachten dat de ouders zich betrokken voelen bij de school; specifiek bij het onderwijs en de begeleiding die de groepsleerkracht aan uw kind(eren) geeft. Deze totale begeleiding van uw kind door de leerkracht kan alleen naar behoren gaan als er een goede samenwerking is tussen ouders en school. Hoewel de leerkracht verantwoordelijk is voor het onderwijs en de begeleiding van uw kind, kan hij/zij absoluut niet zonder uw medewerking. Tenslotte blijft u als ouders de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor uw kind dragen. Een goede samenwerking tussen school en ouders bevordert het welbevinden van uw kind. Ook doen wij als school regelmatig een beroep op ouders om bij diverse activiteiten te begeleiden of eraan deel te nemen. Dankzij de vele ouders die wij tot nu toe bereid vonden om ons te helpen, zijn wij in staat geweest heel wat activiteiten voor de kinderen te kunnen organiseren. We denken aan onze kerstvieringen, carnavalsvieringen, computerlessen, leesactiviteiten, enz. Verder in dit hoofdstuk volgen diverse punten waarbij duidelijk zal worden dat wij goed contact tussen school en ouders als heel waardevol ervaren. Buitenschoolse opvang (BSO) Er zijn 3 organisaties die BSO aanbieden t.w. Korein, Humanitas en De Verbinding. Met deze laatste organisatie heeft de school een nauwe samenwerking. De Verbinding verzorgt ook de TSO (Tussenschoolse Opvang) voor onze school. Voor meer informatie zie onze website www.bskienehoef.nl Infokalender Aan het begin van elke maand verschijnt er een infobulletin waarop overzichtelijk de bijzondere activiteiten voor de verschillende groepen in die maand zijn vermeld. Ook de wijzigingen van lessen of tijdelijke vervangingen van de eigen groepsleerkracht zijn hierin opgenomen, zodat snel kan 39

worden gezien of er op bepaalde dagen voor een bepaalde groep bijzonderheden zijn. Op onze website (www.bskienehoef.nl ) is de infokalender te zien. Klachtenregeling De contactpersoon van onze school, die door het schoolbestuur als zodanig is benoemd: mevrouw Margreet van Rijn-Emans Koninginnelaan 94 5491 JX Sint-Oedenrode telefoon: 478832 Uiteraard kunt u ook rechtstreeks contact opnemen met de externe vertrouwenspersonen van SKOSO, zie hiervoor het document “Algemene informatie voor de scholen van SKOSO”op onze website www.bskienehoef.nl of op de website van SKOSO www.skoso.nl MedezeggenschapsRaad (MR) De Wet medezeggenschap op scholen (WMS) maakt versterking van medezeggenschap mogelijk in het basisonderwijs. Op deze wijze krijgen ouders en personeel méér invloed op het beleid van de scholen. Middels deze wet krijgen de medezeggenschapsraden meer bevoegdheden en kunnen zij daardoor beter beslissen over grotere belangen. Er is ruimte gekomen om de inzichten en oordelen van personeel en ouders mee te nemen in het beleid van de school. Je zou kunnen zeggen dat er evenwicht is tussen de zeggenschap van de kant van het bestuur en de medezeggenschap van de kant van ouders en personeel. De MR heeft bevoegdheden waardoor personeel en ouders het beleid van de school mede kunnen bepalen. Soms heeft de MR adviesrecht, het bestuur of de schoolleiding moet de MR dan eerst advies vragen over een voorstel voor het als besluit mag worden uitgevoerd. Soms gaat het om instemmingsrecht, het bestuur van de school heeft de instemming van de MR nodig voordat ze een voorstel mogen uitvoeren. In de MR zijn meestal 3 ouders en 3 personeelsleden afgevaardigd. De directeur kan als adviseur aanwezig zijn. Ook zal hij/zij het voorgenomen school- of bestuursbeleid toelichten. De Gemeenschappelijke MedezeggenschapsRaad (GMR) Betreft het bovenschools beleid dat betrekking heeft op alle scholen, dan wordt het verzoek om advies of instemming voorgelegd aan de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De taken en bevoegdheden van de GMR zijn eveneens vastgelegd in een reglement. De GMR is samengesteld uit vertegenwoordigers van de personeels- en oudergeledingen van de 7 medezeggenschapsraden. De directeur-bestuurder woont namens het bevoegd gezag de vergaderingen van de GMR bij. Open dagen In januari zijn er de kijken informatiemiddagen en -avond voor nieuwe ouders en andere belangstellenden die hun kind misschien op onze school willen aanmelden. U kunt natuurlijk ook altijd een persoonlijke afspraak maken. Ouderavonden Jaarlijks organiseren wij diverse avonden voor u. Soms voor alle ouders, soms voor een kleinere groep ouders. We denken aan de informatieavond voor de nieuwe ouders van leerlingen uit groep 1, de informatieavond voor groep 3 t/m 7 en de informatieavond voor ouders van leerlingen uit groep 8 i.v.m. voorlichting over het Voortgezet Onderwijs.

40

Ouderbezoek bij kleuters Uw belangstelling voor de school en de vorderingen en gedragingen van uw kind(eren) worden bijzonder op prijs gesteld. Gedurende de eerste schoolweek mogen de ouders van de kinderen uit groep 1 en 2, indien ze dat willen, hun kinderen helpen bij het uit- en aandoen van jassen e.d. in de schoolhal. Na die eerste week zal uw kind het zelf moeten gaan doen en hebben wij graag dat u uw kind tot aan de speelplaatspoort brengt en het daarna zelfstandig zijn gang laat gaan op de speelplaats en ook bij het naar binnen gaan. U ziet, zelfstandigheid leren begint voor de kinderen al bij de poort. Na school mag u ze letterlijk en figuurlijk weer opvangen bij diezelfde poort. De ouders van kinderen uit groep 1 worden op uitnodiging van de leerkrachten in de gelegenheid gesteld om in groepjes een ochtend of middag een bezoek te brengen aan de groep waarin uw kind zit. Wij stellen u ook in de gelegenheid om op school over uw kind te komen praten. Voor ouders van kinderen uit groep 1 is dat 2x per jaar, voor de ouders van kinderen uit groep 2 is dat 2x per jaar en wel: één keer per jaar op uitnodiging van de school en de tweede keer als u dat te kennen geeft. In alle gevallen ontvangt u hierover steeds tijdig bericht. Ouders van kinderen die vrij laat in het schooljaar zijn ‘ingestroomd’ in een kleutergroep worden na enige maanden na schooltijd uitgenodigd voor een gesprekje over het welbevinden van hun kind. U kunt iedere dag (behalve op dagen dat de leerkrachten vergaderen, deze staan vermeld op de infokalender) na schooltijd de leerkracht spreken. Wij verzoeken u vriendelijk dit even van te voren te laten weten, dan kunt u rustig de tijd nemen om te praten. Ouderhulp Ouders zijn op vele manieren actief in onze school. Een moderne basisschool kan niet zonder hulp van u, ouders. De medezeggenschapsraad (MR) en de ouderraad (OR) spelen een belangrijke rol in de school. Ook vele andere ouders zijn actief bij diverse activiteiten. We hebben er hiervoor al verschillende genoemd en kunnen hier nog enkele voorbeelden aan toevoegen, bijvoorbeeld: - hulp bij het groepslezen - hulp bij het regelen van de pakketten leesboeken van de Openbare Bibliotheek - het begeleiden van groepjes kinderen bij excursies, schoolreisjes, enz. - extra ondersteuning bij diverse creativiteitslessen - zorgen voor het vervoer van leerlingen naar het zwembad voor het schoolzwemmen - hulp bij het douchen na de gymles Enkele belangrijke kanttekeningen hierbij: Ouders kunnen op veel manieren bij het onderwijs, de school of de buitenschoolse activiteiten betrokken worden. Zij doen dit altijd op verzoek van en in overleg met leerkrachten en/of directie. De werkzaamheden van ouders vallen altijd onder de verantwoording van de school of leerkracht. Wij vragen u wel om zeer vertrouwelijk om te gaan met de leer-en gedragservaringen van andere kinderen. Ouderraad (OR) Onze school heeft een ouderraad. Het dagelijks bestuur wordt gevormd door 9 ouders. Elke leerlingengroep heeft een vertegenwoordiger in de OR. De ouderraad houdt zich bezig met de dagelijkse gang van zaken in de school. Ze bereidt de schoolreis, feesten en sportactiviteiten voor of helpt bij de organisatie en uitvoering van diverse school- of groepsactiviteiten. De OR organiseert jaarlijks een algemene jaarvergadering waarop verslag gedaan wordt van haar activiteiten en financieel beheer. De contactpersonen voor de verschillende groepen kunt u vinden in de Wegwijzer.

41

Rapportbesprekingen De kinderen van groep 3 t/m 8 krijgen tweemaal per jaar een rapport mee naar huis. De ouders van groep 3 t/m 8 worden drie keer per jaar in de gelegenheid gesteld om over de vorderingen van hun kind(eren) te komen praten. In groep 8 is de tweede uitnodiging voor een bespreking van de vorderingen gekoppeld aan het schooladvies van uw kind. De leerkracht van groep 8 bespreekt met de ouders en hun kind wat de beste schoolkeuze na de basisschool zal zijn. De leerkrachten van de kleutergroepen nodigen de ouders van instroomleerlingen na ongeveer 3 maanden uit voor een gesprekje over het welbevinden van de kinderen op school en thuis. Voor de ouders van herfstleerlingen (kinderen die jarig zijn in oktober, november of december) worden afzonderlijke gesprekken ingepland. De ouders van groep 1 worden twee keer per jaar uitgenodigd voor een oudergesprek. Het eerste gesprek vindt plaats in februari. De sociaal- emotionele ontwikkeling, de thuissituatie en de toetsuitslagen (CITO taal voor kleuters en rekenen) worden dan besproken. In april ligt de nadruk meer op de vorderingen van de leerlingen . Alle ontwikkelingsgebieden worden dan besproken a.d.h.v. observaties in de klas en het observatie-instrument ‘Zo Leren Kleuters’. De ouders van groep 2 worden in november uitgenodigd voor een oudergesprek. Er wordt dan gesproken over de sociaal/ emotionele ontwikkeling, de thuissituatie in combinatie met het gedrag op school. In februari worden de toetsuitslagen (CITO taal voor kleuters en rekenen) en de vorderingen van de leerlingen binnen alle ontwikkelingsgebieden besproken a.d.h.v. observaties in de klas en het observatie-instrument ‘Zo Leren Kleuters’. Indien daartoe aanleiding is, vindt er in mei een vervolggesprek plaats. Aan het einde van het schooljaar krijgen de leerlingen van groep 2 het eerste rapport mee naar huis en krijgen de ouders een briefje waarop ze kunnen aangeven of zij nog behoefte hebben aan een gesprek. Wanneer daartoe aanleiding is zal de leerkracht tussentijds zelf contact met u opnemen. Daarnaast kunt u na schooltijd altijd even binnenlopen om een afspraak te maken met de leerkracht van uw kind. Spreekuur De directeur heeft geen officieel spreekuur. U kunt hem altijd aanspreken en indien nodig maken we een afspraak. Overal waar gewerkt wordt, zijn er wel eens misverstanden en worden af en toe fouten gemaakt. Dat is op onze school niet anders. U bent altijd welkom om dergelijke punten te bespreken of om een klacht in te dienen. Samen streven we naar een goede oplossing en komen we er niet uit, dan bespreken we wie ingeschakeld moet worden om het probleem wel op te lossen (zie: klachtenregeling). Vrijwillige ouderbijdrage Het lidmaatschap van de ouderraad staat open voor de ouders van de leerlingen van basisschool Kienehoef te Sint-Oedenrode. De ouders worden als lid ingeschreven nadat de vrijwillige ouderbijdrage van hun kind(eren) door de OR is ontvangen. Scholen mogen ouders vragen aan bepaalde activiteiten mee te betalen: de zogenaamde ouderbijdrage. De hoogte van de vrijwillige ouderbijdrage wordt jaarlijks vastgesteld op de algemene jaarvergadering. Scholen en ouderverenigingen gebruiken deze bijdrage voor allerlei activiteiten, zoals: Sinterklaas, Kerstviering. Pasen, sportdag, enz. Er kan een extra bijdrage gevraagd worden i.v.m. duurdere activiteiten zoals schoolreis of schoolkamp. De gemeente vraagt ook een vrijwillige bijdrage voor het schoolzwemmen. Deze bijdrage wordt bij aanvang van het nieuwe schooljaar vastgesteld. 42

Website Tot op heden ontving u van ons alle informatie en ouderbrieven op papier (meestal op woensdagen via de kinderen), doch in het kader van duurzaamheid en de huidige moderne tijd gaan we dit verminderen. We willen daarom de website nog actiever gaan gebruiken om u zo actueel mogelijk te informeren over de diverse schoolactiviteiten. Dit voorkomt irritatie over kwijtgeraakte brieven en het werkt ook kostenbesparend. Onze site is te vinden op: www.bskienehoef.nl.

43

Hoofdstuk 8

Samenwerking met externe instanties

Brede school Sint-Oedenrode Voor informatie hierover verwijzen wij u naar het Bovenschools document “Algemene informatie voor de scholen van SKOSO”. Dit document is te vinden via onze website www.bskienehoef.nl of via de website van SKOSO www.skoso.nl. Inspectie: Toezicht en kwaliteit De inspectie houdt in het basisonderwijs toezicht op:  de kwaliteit van het onderwijs;  de rechtmatige besteding van middelen, het financieel beheer en de financiële positie van scholen. Het toezicht van de inspectie is risicogericht. Dat houdt in dat op basis van een reguliere risicoinschatting bepaald wordt welke vorm van toezicht scholen of instellingen ontvangen. Scholen die het goed doen 'verdienen' minder toezicht. In het geval van risico's wordt het toezicht intensiever. Wel worden alle scholen - dus ook de scholen die het goed doen - tenminste eens in de vier jaar bezocht. De bedoeling van dit bezoek kan verschillend zijn:  een thematisch onderzoek; onderzoek ten behoeve van het Onderwijsverslag;  inzoomen op aspecten van toezicht of op deelonderzoeken bij de betreffende school;  een onderzoek gericht op verificatie (valideren van gegevens en ijking). Op deze wijze houdt de schoolinspectie toezicht. Het toezicht gaat er van uit dat de besturen verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van het onderwijs. Zij zijn dan ook het aanspreekpunt van het toezicht. Verder gebeurt de risicoanalyse zoveel mogelijk aan de hand van gegevens die al beschikbaar zijn. Pas als risico's zijn gesignaleerd en verder onderzoek nodig is, vraagt de inspectie om aanvullende informatie. Onder de knop Schoolwijzer van de onderwijsinspectie www.onderwijsinspectie.nl vindt u informatie over de kwaliteit van scholen. Deze wordt gepresenteerd in de vorm van een Kwaliteitskaart. Met het overgaan op een nieuwe manier van toezicht houden zal de presentatie veranderen. De Toezichtkaart zal dan de plaats van de Kwaliteitskaart innemen. Ook van onze school vindt u informatie over de laatste inspectiebezoeken. Kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of andere basisschool Wij vinden het belangrijk de ontwikkeling van uw kind zo goed mogelijk te volgen en te begeleiden. Het overdrachtsformulier dat u op het kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of andere basisschool heeft meegekregen, willen wij dan ook graag ontvangen. Voor de nieuwe leerkracht van uw kind is het prettig én nuttig om te weten hoe uw kind zich op het kinderdagverblijf, de peuterspeelzaal of andere basisschool heeft ontwikkeld. Voelt het zich prettig in de groep? Wat doet het kind graag? Waarin heeft het extra aandacht nodig? Allemaal zinvolle informatie om door te geven. Logopedie op school Behalve de jeugdarts en de jeugdverpleegkundige van de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD komt ook de logopedist van de GGD op school. Zijn / haar aandacht is vooral gericht op vijfjarige kinderen, maar ook kinderen van andere leeftijden kunnen worden aangemeld voor een onderzoek op het gebied van stem, spraak, taal en eventueel gehoor. Het kind kan worden aangemeld door de ouders/verzorgers, leerkracht, jeugdarts en de jeugdverpleegkundige. Naar aanleiding van het logopedisch onderzoek of de logopedische screening kan advisering plaatsvinden aan de ouders/verzorgers en/of de leerkracht in de vorm van verwijzing, controle, instructie of begeleiding. 44

De logopediste die aan de school verbonden is, is: Mevrouw Carla van Heugten Belangrijke adressen Inspecteur van het primair onderwijs Rijksinspectie  088-6696060 Inspectie van het onderwijs: [email protected] of www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800 8051 (gratis). Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld bel het meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900 1113111 (lokaal tarief). Gewestelijke Gezondheidsdienst Hart voor Brabant Postbus 3166 5203 DD 's-Hertogenbosch  0900 4636443 JGZ team voor onze school: De jeugdarts die verbonden is aan onze school: Wendy Verstraeten ([email protected]) De jeugdverpleegkundige die verbonden is aan onze school: C. de Brouwer([email protected]) De teamassistente(n) verbonden aan onze school is: Guusje van den Berk ([email protected]) Logopediste Mevr. C. van Heugten ([email protected]) GGZ Hart voor Brabant Postbus 3166 5203 DD 's-Hertogenbosch  0900 4636443 Stichting Jeugdtandverzorging Noordoost Noord-Brabant Obrechtstraat 25 5344 AT Oss  0412 625967 Directie en administratie:  0412 643215 Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Oost Brabant (AMK) Sobrietasplein 102 (5701 MJ) Postbus 234 5700 AE Helmond  0492 508410 (fax: 0492 508411) School Maatschappelijk Werk DommelRegio Centraal kantoor Dommelregio Maastrichterweg 51 5554 GE Valkenswaard  040 20 48 500 website: www.dommelregio.nl 45

Welzijn Salus Odendael 3 5492 CT Sint-Oedenrode  0413 47 61 49 Website: www.welzijnsalus.nl Humanitas Laan ten Bogaerde 5 5491 GC Sint-Oedenrode  0413 477763 Korein Kanaaldijk-Zuid 5a 5613 LE Eindhoven  040-2948940 De Verbinding Ollandseweg 119 5491 XA Sint-Oedenrode  0413 475366 Bibliotheek Sint-Oedenrode Deken van Erpstraat 1 5492 CB Sint-Oedenrode  0413-472991 Lijst met afkortingen AVI CITO CITO-LVS GGD GMR IB-er ICT LIO-stagiaire Ministerie OC&W MR OBD OR PABO PCL PGO SBO SKOSO SVIB VBKO WA-verzekering

Analyse Van Individualiseringsvormen Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling CITO- Leerling Volg Systeem Gewestelijke GezondheidsDienst Gemeenschappelijke MedezeggenschapsRaad Interne Begeleider Informatie en Communicatie Technologie Leraar In Opleiding (4e jaars PABO-student) Ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen MedezeggenschapsRaad Onderwijs BegeleidingsDienst OuderRaad Pedagogische Academie voor BasisOnderwijs Permanente Commissie Leerlingenzorg Preventief GezondheidsOnderzoek Speciaal BasisOnderwijs Stichting voor Katholiek Onderwijs Sint-Oedenrode School Video Interactie Begeleiding Vereniging Besturenorganisaties Katholiek Onderwijs Wettelijk Aansprakelijkheidsverzekering

46

BS Kienehoef is aangesloten bij SKOSO, Stichting voor Katholiek Onderwijs Sint-Oedenrode. Deze stichting vormt het bevoegd gezag dat verantwoordelijk is voor het basisonderwijs op de zeven katholieke basisscholen in Sint-Oedenrode. Meer informatie hierover vindt u in het algemene deel; informatie voor de scholen van SKOSO. Dit is te vinden op de website van onze school www.bskienehoef.nl en op de website van SKOSO www.skoso.nl

De MR van onze school heeft ingestemd met de inhoud van deze schoolgids.

47

Schoolgids

Recommend Documents