SCHOOLGIDS 2015 - 2016 ALLE BELANGRIJKE ZAKEN S.V.P. GOED BEWAREN
“DE WISSEL” HEREWEG 175 6371 LZ LANDGRAAF TEL. 045-5310720 WEBSITE: www.sbodewissel.net E-MAIL:
[email protected] NAAM____________________________________
INHOUDSOPGAVE Nr.
Blz.
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
ALGEMEEN 3 PROCEDURE EN VOORWOORD 4 PLATTEGROND SCHOOL 5 TOELATINGSBELEID 6 DOELEN VAN HET ONDERWIJS 6 t/m 15 RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS 16 ZORG VOOR LEERLINGEN MET SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN 17 ZORG VOOR HET JONGE KIND 17 BENUTTING VAN DE VERPLICHTE ONDERWIJSTIJD 17 t/m 19 (O.a. schooltijden, verzuim, vakantiedagen) 10. BIJZONDERE INHOUDELIJKE ACTIVITEITEN 19 11. OVERBLIJVEN 20 12. GELDELIJKE BIJDRAGE VAN OUDERS 21/22 13. MEDEZEGGENSCHAPSRAAD/ GMR 23 14. OUDERRAAD 24 15. VERZEKERINGEN SCHOOL 25 16. SCHOOLBESTUUR 26 17. GYMNASTIEK 27 18. ZWEMMEN 27 19. VERVOER 27 20. VERKEERSSITUATIE DE WISSEL 28 21. SPONSORING 28 22. SPEELGOED, SNOEP, GELD, GSM. 28 23. GEVONDEN VOORWERPEN 29 24. RECHTEN EN PLICHTEN OUDERS< VERZORGERS, Leerlingen 29 t/m 38 EN BEVOEGD GEZAG, KLACHTENREGELING, VEILIGHEID, SCHORSEN EN VERWIJDEREN 25. INCIDENTELE INFORMATIE EN STENCILS 38 26. JEUGDGEZONDHEIDSZORG VOOR LEERLINGEN IN HET 38 ( VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS 27. HOOFDLUISBELEID VAN DE SCHOOL 39 28. AFKORTINGEN 40 Bijlage 1: GEDRAGSCODE VRIJWILLIGE OUDERBIJDRAGE Bijlage 2: Live@Edu Bijlage 3: SAMENVATTING MEDIAPROTOCOL VOOR LEERLINGEN Bijlage 4: VOOR- EN NASCHOOLSE OPVANG Bijlage 5: SCHOOLBEGELEIDING Bijlage 6: VERWIJSINDEX Bijlage 7: REGIONALE AANPAK KINDERMISHANDELING (RAK) Bijlage 8: CENTRUM JEUGD EN GEZIN TEVREDENHEIDSONDERZOEK: SCHOLEN MET SUCCES
2
1. ALGEMEEN:
Schoolbegin:
GROEPSINDELING
Naam kind_____________________________
Mentorgroep:__________________________
Leerkracht:
___________________________
*Prettige vakantie N.B.: Wij verzoeken u de eerste week na de vakantie zelf voor drinken te zorgen. Voor overblijven, zie hoofdstuk 11
3
2. PROCEDURE EN VOORWOORD Beste ouders, Hierbij bieden wij u de nieuwe schoolgids 2015 / 2016 aan. De schoolgids wordt aan het begin van ieder nieuw schooljaar aangeboden aan de ouders . Dat gebeurt in principe digitaal via onze website. Ouders die een geprinte versie van de schoolgids wensen te ontvangen, kunnen dat via een formulier dat in de eerste schoolweek wordt uitgereikt, kenbaar maken. Gedurende het schooljaar wordt aan de nieuwe ouders direct bij de inschrijving op onze school deze vraag voorgelegd. Wij hopen dat deze gids u voorziet van voldoende informatie, afspraken en andere wetenswaardigheden over het schooljaar en tevens bijdraagt aan een goede samenwerking tussen ouders, kind en team. Naast de schoolgids ontvangt u de schoolkalender met een overzicht aan activiteiten in het schooljaar 2015/2016. De schoolkalender wordt in geprinte versie uitgereikt. De schoolgids wordt jaarlijks geëvalueerd en besproken in de teamvergadering, met het oudercomité, de MR en in het Managementteam. Bijstellingen worden opgenomen in de volgende schoolgids. Indien de gewenste bijstelling een ingrijpend, dringend karakter heeft, wordt de schoolgids meteen aangevuld met een bijlage. De ouders worden hiervan op de hoogte gesteld. Na instemming van de MR wordt de gids zoals aangegeven beschikbaar gesteld. Namens het team: A.J.M. Schiffelers, directeur
4
speelzaaltje
5 IB -kantoor
Administratie
Directie
Berging
Toegang
Logopedie
Spreekkamer
Personeel
Onderwijsruimte
Aula
Keuken
Koppeling
Vuurpijlen
Locomotiefjes
Techniekhandvaardigheid
Sprinters
Seinwachters
Leslokaal
Rangeerders
Speellokaal
spoorzoekertjes
3.PLATTEGROND
4. TOELATINGSBELEID De toelating tot onze school Voor een plaatsing op onze SBO-school (of de JRK-afdeling van de SBO-school) is een ToeLaatbaarheidVerklaring (TLV), afgegeven door het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs Heerlen e.o. vereist. Bij het toekennen van extra ondersteuning voor uw kind in de vorm van plaatsing op onze SBOschool (of JRK-afdeling) vindt eerst overleg plaats tussen ouders, de huidige school van het kind, de SBO-school en een trajectbegeleider. In dit overleg kunnen, de genoemde partijen indien blijkt dat alle genoemde partijen het erover eens zijn dat de SBO-school de meest passende onderwijsondersteuning en onderwijsplek voor het kind is, komen tot een gezamenlijke aanvraag van een toelaatbaarheidverklaring voor SBO (of JRK) . Het Samenwerkingsverband geeft daarna, op basis van de vastgestelde overeenstemming tussen alle partijen, een ToeLaatbaarheidVerklaring (TLV) af. Het is wettelijk verplicht dat, voordat het samenwerkingsverband een toelaatbaarheidverklaring afgeeft, zij daarbij een onafhankelijk deskundigenadvies betrekt. Dit advies wordt opgesteld door een orthopedagoge en schoolpsycholoog en, waar nodig, afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte van het kind een kinder- of jeugdpsycholoog, een arts of kinderpsychiater. Alle SBO-plaatsingen (of JRK) zijn in principe tijdelijk van aard. Bij plaatsing op de SBO-school (of JRK) maken de betrokken scholen afspraken met elkaar en wisselen de informatie uit die nodig is voor de inzet van de extra ondersteuning. In deze afspraken is bij de start direct het moment van terugplaatsing vastgelegd. Eerste opvang: Indien uw kind een toelaatbaarheidverklaring (TLV) voor de SBO-school (of JRK) van het Samenwerkingsverband heeft gekregen, dient u uw kind zelf bij onze school aan te melden. U zult dan uitgenodigd worden voor een kennismakingsgesprek en een rondleiding door de school, beide verzorgd door de directeur of diens vervanger en ontvangt ook uitgebreide informatie over onze school. Uiteraard is uw kind ook van harte welkom. In de eerste 6 tot 8 weken na de feitelijke opstart van uw kind binnen de SBO-school (of JRK) zullen de schoolmedewerkers gezamenlijk meer inzichten gaan verzamelen in wat uw kind al wel kan, waar mogelijke knelpunten zijn, de sterke en de wat minder sterke kanten in de ontwikkeling van uw kind. Bij afsluiting van de 6/8 weken termijn zullen de schoolmedewerkers een Ontwikkelingsperspectief met Ontwikkelingsplan voor uw kind uitzetten: Wat zien we, wat moeten we, wat kunnen we, waar moeten we rekening mee houden, wat denken we binnen een halfjaar te kunnen bereiken enz. Dit Ontwikkelingsperspectief en Ontwikkelingsplan wordt altijd met de ouders persoonlijk besproken. Wij willen in alle gevallen samen met U op weg naar (haalbare) ontwikkelingsplannen. Voor meer vragen kunt U altijd bij de school terecht (graag wel op afspraak). 5. DOELEN VAN HET ONDERWIJS a. Levensbeschouwelijk SBO de Wissel is een school die valt onder het bestuur van de Onderwijsstichting MOVARE. Alhoewel het bestuur van de school een bijzondere grondslag (identiteit) heeft, vormt dit geen enkele belemmering voor de toelating van leerlingen die een andere, dan wel geen geloofsovertuiging hebben. Dit omdat de school een specifieke zorgfunctie heeft voor alle scholen in Landgraaf (katholieke, protestante, openbare e.d.). De godsdienstige levensbeschouwelijke vorming van de school is van algemeen christelijke aard, waarbij ook aandacht wordt besteed aan andere levensbeschouwelijke stromingen. Voor ouders die hiermee niet akkoord gaan wordt, in overleg, naar oplossingen gezocht. Het initiatief hiertoe wordt bij de ouders gelegd. Voor de ouders van de katholieke kinderen, die dat wensen, worden de kinderen voorbereid op de Eerste Heilige Communie en het H. Vormsel. De ouders krijgen hierbij de gelegenheid dit samen te doen, dan wel te kiezen voor de eigen parochie. Wel wordt ieder jaar bekeken of er voldoende deelname is. Bij minder dan 5 communicantjes gaat de communie op onze eigen school niet door. SBO de Wissel adviseert de ouders van de communicantjes in het algemeen de kinderen pas de Eerste Heilige Communie te laten ontvangen als zij het lezen enigermate beheersen.
6
b. Onderwijskundig / pedagogisch 1. Organisatie 2015- 2016 mentorgroepen De school is opgebouwd uit 7 mentorgroepen:
JRK
Viviënne/ Lindsay Spoorzoekertjes
VA Gang 1
Cindy Locomotiefjes
OB AV
VA
Fini / Sandra Sprinters
MB AV
Nicolle Vuurpijlen
---------------------------------------------------------------------------------- Gang 2
BB
VU
VU
VU
Lindsay/ Samantha Olaf Seinwachters Rangeerders
Guus/ Sanne Koppeling
De school werkt vanuit vaste mentorgroepen ( thuisbasis voor de leerlingen ). Er wordt op groepsniveau en/ of leer fase niveau (VA, AV en VU ) gedifferentieerd. Het welbevinden van het kind ligt primair in de handen van de mentorleerkracht Hij / zij houdt de rapportbesprekingen en komt ook op huisbezoek. ( Zorgniveau 1 ) In samenwerking met andere leerkrachten, onderwijsassistenten, Interne Begeleiding en logopedie begeleidt hij/zij de kinderen in hun leerproces. ( Zorgniveau 2 ) Zo nodig voert hij/ zij gesprekken met de interne Commissie van Begeleiding (waarvan de orthopedagoog voorzitter is) en via de CvB met eventuele externe instanties (o.a. Bureau Jeugdzorg – RIAGG – vervolgscholen, 1 G1P, Veilig Thuis enz.) ( Zorgniveau 3 )
7
De mentorleerkracht is het vaste aanspreekpunt voor kinderen, ouders en externen. Op onze school hebben we niet het jaarklassensysteem zoals op de basisschool. Om pedagogische redenen kiezen wij voor een indeling naar leeftijd d.w.z.: We onderscheiden binnen onze school: 1 de JRK- leerlingen (jonge risico kinderen / kleuters). ( 4 tot 7 jaar ) ( JRK ) In de JRK afdeling wordt gewerkt met de methodiek ‘Speelplezier’. Vanuit het spel proberen we aan te sluiten bij de ontwikkelingsbehoefte van het JRK kind. In de JRK wordt gewerkt aan de Voorbereiding op het Aanvankelijke Leerproces. ( o.a. leervoorwaarden) Gekeken wordt of de SBO de juiste schoolomgeving voor het kind is of dat er naar een andere meer Passende Onderwijsplek gezocht moet worden. 2 leerlingen in de Voorbereidende/Aanvankelijke leer fase (Didactische Leeftijd 0 tot 20 maanden);Leeftijd: ( 7 tot 9 jaar ) ( VA/ Onderbouw ) 3 leerlingen in de Aanvankelijke/Voortgezette leer fase (DL 20 tot 40 maanden). Leeftijd: ( 9 tot 11 jaar ) Hier worden de kinderen op het gebied van zelfstandigheid en werkhouding voorbereid op de volgende fase. ( AV/ Middenbouw ) 4 leerlingen in de Voortgezette/Uitstroom leer fase (DL 40 tot 60 maanden). In deze fase zitten de mogelijke schoolverlaters, die dit jaar of volgend schooljaar de school verlaten. Leeftijd: ( 11 tot 13 jaar ). ( VU/ Bovenbouw ) Als een kind het 2e jaar in dezelfde mentorgroep of in dezelfde fase zit, betekent dit niet dat het kind blijft zitten. Bij taal, lezen, rekenen sluiten we steeds aan waar het kind gebleven is. We gebruiken de door de Stichting voor de Leerplan Ontwikkeling( SLO) opgestelde leerlijnen als uitgangspunt. Bij de overige vakken (wereldoriëntatie, gym, handenarbeid, muziek en verkeer) wordt de leerstof uitgebreid. Op maandagmorgen 8.45 uur openen wij in de regel met alle groepen de week. Verjaardagen en andere belangrijke zaken (diploma’s, successen, bijzondere gebeurtenissen) worden hier kort gedeeld en gevierd. Op gezette tijden ( begin nieuwe periode: zie jaarkalender ) wordt deze gelegenheid ook gebruikt om het nieuwe thema van Leefstijl te introduceren. Een koppel leerkrachten introduceert op een speelse manier het nieuwe thema. Gedurende de periode staat dit thema centraal. Globale Dagplanning Ochtend: - dagopening in mentorgroep (kringgesprek). - taal / lees- en rekenen (binnen de leer fase). Middag: Op maandag- , dinsdag- en donderdagmiddag: Blok Wereldoriëntatie, Verkeer, Techniek Blok Handenarbeid, Tekenen, Textiele werkvormen, Muziek of Gymnastiek en gezonde voeding. Woensdag: Het laatste uur is er schoolbreed extra aandacht voor het vak sociale redzaamheid (Leefstijl ). Afsluiting: De dag wordt afgesloten van 14.50 – 15.00 uur in de mentorgroep. Elke periode ( zie kalender ) wordt op vrijdag met een weeksluiting van 11.15 tot 12.15 uur afgesloten. Elke groep of leer fase wordt geacht een bijdrage te leveren.
8
2. Onderwijskundige doelen Bij de onderwijskundige doelen wordt steeds rekening gehouden met de hulpvraag (onderwijsbehoefte) van het kind. Deze hulpvraag wordt voor nieuwe leerlingen na een periode van 6 weken samen met de ouders vastgesteld en ondertekend. Deze hulpvraag wordt vastgesteld op basis van de hulpvragen die de ouders, de trajectbegeleider, het BAO en het Samenwerkingsverband aan de SBO stellen. Verder wordt uitgegaan van de situatie van de leerling. ( we stellen de startsituatie ( profiel) van de kinderen vanuit verschillende perspectieven vast. ( Biologisch- lichamelijke ontwikkeling; cognitieve ontwikkeling ( Intelligentie) Sociaal Aanpassingsvermogen; Sociale context; geboekte Leerwinst en de Sociaal Emotionele Ontwikkeling ( Taakopvatting; Werkhouding; Omgang en Gedrag ) De gegevens hierover worden verkregen via het Onderwijskundig Rapport van de basisschool (bij toelating), via de trajectbegeleider en via het intake/ aanmeldingsgesprek. De kwaliteit van het aangereikte dossier is van groot belang. De leerkracht observeert regelmatig de leerling op het gebied van zelfbesef, zelfstandigheid, zelfredzaamheid, emotioneel welbevinden, relatie met volwassenen en kinderen, omgang met afspraken en regels, spelontwikkeling, samenspel en samenwerken, motivatie en taakgerichtheid. Dit alles wordt vastgelegd in het Ontwikkeling Perspectief, in overleg met de Commissie van Begeleiding en besproken en ondertekend door de ouders. De school gaat op basis van een bestaansgerichte visie er van uit dat ieder kind in staat is de basisvaardigheden eigen te maken. Uitgaande van hun mogelijkheden, aangevuld met gegevens verkregen uit de rapportages en observaties, wordt er een schoolloopbaanprognose / ontwikkelingsperspectief gemaakt. Vanaf 30 maanden Aanvankelijk Voortgezet wordt het eerste uitstroomperspectief vastgesteld. We hanteren de volgende uitstroomperspectieven ( leerroutes ) Leerroute 1: We schatten in dat het kind in staat wordt geacht bij het verlaten van onze school de basisvaardigheden en de stof van groep 3 en 4 van het basisonderwijs te beheersen. Dit profiel is sterk praktijk georiënteerd. ( Praktijk Onderwijs ) Leerroute 2: We schatten in dat het kind in staat wordt geacht bij het verlaten van onze school de basisvaardigheden en de stof van groep 5 en 6 van het basisonderwijs grotendeels te beheersen. ( LWOO= Leer Weg Ondersteunend Onderwijs ) Leerroute 3: We schatten in dat het kind in staat wordt geacht bij het verlaten van onze school de basisvaardigheden en de stof van groep 7 en 8 van het basisonderwijs grotendeels te beheersen. ( VMBO Basis of Kader ) De ontwikkelingsprofielen van de leerlingen zijn het uitgangspunt voor de inhoudelijke invulling van het halfjaarlijks groepsplan. (Variant JRK, variant VA/AV en variant VU ) Ontwikkelingsperspectieven worden aan het eind van elke ontwikkelingsperiode geëvalueerd en bijgesteld. Basisvaardigheden zijn: a. Lezen, taal, rekenen, schrijven 1. Speerpunt 1: leren lezen op zo hoog mogelijk technisch en begrijpend niveau. 2. Streven naar een zo optimaal mogelijk niveau van mondelinge taaluiting (gericht je woordje kunnen doen: taalvaardig, taalmondig met een zo groot mogelijke woordenschat). In de JRK groep wordt in dit kader de methode “Speelplezier” ingezet. 3. Rekenstof en vaardigheid die nodig is om je in de maatschappij te handhaven. Zeker klok kijken, omgaan met geld, weet hebben van metriek stelsel.(Wizwijs) 4. Schrijven: techniek schrijven (en) qua spelling: Novoscript
9
de spellingsbekwaamheid van minimaal een aantal basiswoorden en het kunnen schrijven van een eenvoudig briefje. N.B.: Al naar gelang de mogelijkheden van het kind worden deze basisvaardigheden uitgebreid. ( overweging aanschaf Spelling langs de lijn, nu CED) b. Sociaal Emotionele Ontwikkeling. Speerpunt 2: Sociale vaardigheid, zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en emotionele harmonie. Hierbij wordt rekening gehouden met genoemde kind- en omgevingskenmerken. We proberen dit aan te leren, via de vakken: 1. Sociaal – emotionele vorming via de methode “Leefstijl”. 2. Alle leer fases werken volgens de methodiek Taaltrapeze. Wereldspel hebben ter aanvulling op de achterhand. 3. Techniek en verzorging. (van computer, fietsreparatie tot hygiëne) . SBO de Wissel maakt gebruik van de ondersteuning van een Techniek Coach De Heer Collaris. ( Dit volgens het principe Teach the teacher: leer het de leerkracht) 4. Verkeer (verkeer bekwaam maken) de methode “Wijzer door het verkeer” ? 5. Handenarbeid / tekenen. De methode “Moet je doen” 6. Lichamelijke opvoeding en zwemmen: Methode: “BASISLESSEN BEWEGINGSONDERWIJS” Ondersteuning vanuit “Het Huis van de Sport en zwemaanbod voor kinderen die nog niet in het bezit zijn van een zwemdiploma. 7. Dramatische expressie. De methode “Moet je doen”. Naast de basisvaardigheden worden de leerlingen met meer mogelijkheden in staat gesteld, hun eigen optimaal leerniveau te bereiken. Dit gebeurt door uitbreiding- en verdiepingsstof ( Directe Instructie Model ). De leerkrachten geven zoveel mogelijk gedifferentieerde en herhaalde instructie, waardoor de leerling les krijgt op zijn niveau en tempo en in staat gesteld wordt zijn eindniveau te bereiken. ( basis arrangement; + arrangement; intensief arrangement en zeer intensief arrangement) De leerkrachten plannen hun werkzaamheden en wijze van aanpak in het groepsplan. In het groepsplan wordt voor iedere leerling ingevuld hoe de basisvaardigheden ontwikkeld worden, rekening houdend met het ontwikkelingsprofiel en de behoeften van het kind. Voor de JRK groep gebeurt dat binnen Speelplezier. In de Onder/ en Middenbouw (Voorbereidend Aanvankelijk en Aanvankelijk voortgezet fase ) gebruiken we een groepsplan dat een totaaloverzicht in één oogopslag geeft. In de Voortgezette- Uitstroomfase hanteren we een digitaal systeem dat de ontwikkelbehoefte koppelt aan het uitstroomperspectief ( leerroute ) en dat vertaalt in passende arrangementen. Welke ondersteuning en instructiebehoefte heeft het kind? Het groepsplan omvat de planning voor een periode van een half jaar. Na iedere periode van 6 à 7 weken wordt het plan, de gemaakte vooruitgang binnen de bouw tussentijds geëvalueerd en vindt zo nodig een bijstelling plaats. In het groepsplan staat de geclusterde handelingsplanning van de leerlingen in de groep. Alle leerlingen van onze school zijn met een speciale hulpvraag geplaatst. De inrichting van de school, het pedagogisch klimaat en pedagogisch ontwikkelingsmodel, de gekozen werkwijze en gehanteerde methodieken komen grotendeels tegemoet aan de diverse hulpvragen. Hulpvragen van de leerlingen moeten binnen de groep aandacht krijgen. ( Elk kind binnen een passend leertraject) De leerkrachten worden gecoacht door de intern begeleider. Als de problematiek van de leerling de coaching mogelijkheden van de intern begeleider overstijgt, moet hulp worden gezocht via de CvB bestaande uit: directeur- orthopedagoog- jeugdarts- en intern begeleider en /of ondersteuning vanuit het Gemeentelijk wijkteam. Voor deze leerlingen wordt een passend plan van aanpak gemaakt. Evaluaties vinden regelmatig plaats via: a Teacher Learning Community: binnen de leerfase en/ of de bouw worden na 6 of 7 weken tussentijdse evaluaties gehouden. b Groepsgewijze Leerling Bespreking (G.L.B.) Minimaal 2 keer per jaar bespreekt de mentorleerkracht, de resultaten van de groepsplannen met de onderwijskundige schoolvorderingen en ontwikkelingslijnen van de leerlingen met de intern begeleider van onze school of diens vervanger. Met het Ontwikkelingsperspectief als toetsingskader worden afspraken vastgelegd en
10
geëvalueerd. De mentorleerkracht brengt ouders op de hoogte van de afspraken en heeft buiten de coördinerende ook een bewakende functie. Indien de problematiek te groot is, wordt de leerling ( via een gerichte hulpvraag van de mentor ) besproken in de CvB en wordt zo nodig een passend plan van aanpak opgesteld dat wederom met ouders besproken wordt. c Rapporten De kinderen ontvangen 2x per jaar een rapport. De rapporten geven inzicht in de pedagogische ontwikkeling en de inhoudelijke leerstapjes die het kind maakt. Voordat de kinderen de rapporten ontvangen bespreekt de mentor de resultaten met de kinderen en worden de ouders/ verzorgers uitgenodigd voor een 20 minuten gesprek met de mentorleerkracht. Het rapport wordt pas uitgereikt nadat het gesprek met de ouders/ verzorgers heeft plaatsgevonden. Halverwege het jaar bij de bespreking van rapport 1 worden de ouders geïnformeerd over de vorderingen van hun kind m.b.t. taal / lezen en rekenen en de overige vakgebieden. Bij het weergeven en toelichten van de vorderingen maken de leerkrachten gebruik van de resultaten van de landelijk gehanteerde en genormeerde Cito – toetsen en de resultaten van de GLB bespreking. ( vanaf het nieuwe schooljaar CITO 3.0 ) d Kijk – ochtenden De ouders van de leerlingen die in de JRK, Onderbouw zitten (leerlingen die bezig zijn met kleuteraspecten en aanvankelijk lezen, taal en rekenen) worden in de loop van het schooljaar uitgenodigd een morgen de lessen te bezoeken. Aan het eind van deze morgen beantwoordt de leerkracht vragen van de ouders. De ouders van leerlingen uit de andere groepen kunnen in overleg eveneens een morgen de lessen bezoeken. Het initiatief hiertoe moet door de ouders zelf genomen worden door het maken van een afspraak met de betrokken leerkracht. e Huisbezoeken Iedere mentorleerkracht brengt één keer per jaar, na afspraak, een huisbezoek bij de ouders van voor hem / haar nieuwe leerlingen. Het bezoek vindt plaats vóór Kerstmis. Tijdens dit huisbezoek zijn de ouders in de gelegenheid al hun vragen aangaande hun kind te bespreken. De mentorleerkracht maakt een verslag van dit gesprek, borgt dit in het leerling dossier en brengt desgewenst de besproken zaken ter sprake in de leerlingbespreking. Daarnaast kunnen de eventuele hulpvragen van ouders aanleiding geven tot aanpassing van de ondersteuning- of instructiebehoefte van het kind. Bij tussentijds instromende leerlingen wordt binnen 6 werkweken een huisbezoek gepland. NB: Mochten wij ons zorgen maken over uw betrokkenheid op de ontwikkeling van uw kind, spreken wij u daarop aan. In het voorkomende geval gaan we bij Bureau Jeugd Zorg te rade.
Algemeen Indien ouders een gesprek op school willen, vindt dit, na afspraak, uiterlijk plaats binnen 14 dagen. Afhankelijk van de vraagstelling zal gekeken worden welke personen hierbij uitgenodigd worden. De mentorleerkracht coördineert dit. 3. Pedagogische doelen Het kind dat SBO de Wissel bezoekt heeft veelal problemen op sociaal – emotioneel gebied. Dit varieert van faalangst, gebrek aan zelfvertrouwen tot een emotionele scheefgroei in een problematische thuissituatie. Deze factoren zullen het onderwijskundig leerproces vertragen c.q. belemmeren. Een kind dat een conflict heeft voor of tijdens de rekenles zal van de rekeninstructie weinig of niets opnemen. Het oplossen van deze blokkade is dan een primair vereiste. Het is voor de leerlingen van onze school, om reden van het optimaliseren van het onderwijskundig leerproces, noodzakelijk, dat er expliciet meer gerichte opvoedingdoelen en methoden worden gehanteerd. Op basis van een goed, duidelijk, consequent en gestructureerd opvoedingsklimaat, is er “open oor” voor de individuele opvoedingsproblemen. De mentor heeft hierin een centrale rol. De sociaal – emotionele ontwikkeling wordt in de leerlingbespreking met de intern begeleider geëvalueerd. Indien het voor het kind nodig is, zal de mentor opvoedingsadviezen geven aan het gezin. De grenzen van advisering zijn nog niet duidelijk. Specialistische hulp valt in ieder geval buiten de competentie en verantwoordelijkheid van de leerkracht.(Maatschappelijk werk, RIAGG enz.).
11
Als tijdens een bespreking in de CvB blijkt dat er opvoedingsadvisering door de mentor noodzakelijk is, zal in deze bespreking de inhoud van de opvoedingsadvisering worden vastgelegd. Binnen de school zijn de leer- en werksituaties zo ingericht dat ook de opvoedingsdoelen tot hun recht komen, onder andere door: - verbeteren luisterhouding. - bevorderen van assertieve houding. (Opkomen voor jezelf zonder de ander pijn te doen.) - bevorderen van empathisch denken. (Invoelend denken.) - bevorderen van werkhouding. - leren samen te spelen. - leren conflicten op te lossen enz. Met name hier wordt het praatpapier c.q. gedragsgrafiek ingezet om de leerling te helpen tot een bewustwordingsbesef van het probleem te komen en hem/haar zelf verantwoordelijk te maken voor de oplossing. - bespreken en omgaan met pestgedrag. Daarnaast creëert de school bewust extra situaties waarin deze opvoedingsdoelen centraal staan b.v. “de twee projectweken” (begin schooljaar). De inloopweken met daarin twee projectdagen. De sociaal – emotionele ontwikkeling wordt bevorderd door een methodische aanpak via de methode Leefstijl. De ouders worden geïnformeerd over de voortgang. Kortom: de genoemde opvoedingsdoelen staan het hele jaar centraal. 4. Schoolregels De omgangsvormen op onze school zijn vertaald in een aantal algemene schoolregels. In een regel spreek je de verwachting die je van de ander hebt uit. Iedere groep maakt daarnaast nog afspraken over de specifieke klassenregels. (waar mogen we elkaar op aanspreken; wat verwachten we van elkaar)
Algemene schoolregels: •
We werken, leren en spelen op een manier waarbij iedereen zich prettig voelt.
•
We lopen op de gang en rennen niet.
•
We gaan netjes om met de spullen die op school zijn. Het Pedagogisch Huis ( School Wide Behavior Support ) en de bijhorende omschrijving geven aan hoe we aankijken tegen en omgaan met gedragsverwachtingen.
12
13
Wat ouders van de SBO-schoolmedewerkers kunnen verwachten. Hoe schoolmedewerkers denken en handelen bij het opvoeden (omgang en gedrag) en het onderwijzen/leren (werkhouding, taakopvatting) van onze leerlingen. De schoolmedewerkers van uw SBO-‐school staan samen zeer regelmatig, heel bewust en heel nadrukkelijk stil bij de belangrijke vragen die te maken hebben met het ‘opvoeden’ en ‘onderwijzen / leren’ van de schoolleerlingen, uw kinderen dus. ! Wat is (1) de (wettelijke) opdracht die nu aan de school wordt gevraagd te vervullen waar het gaat over onderwijzen/leren en het opvoeden? ! Wat is (2) het eigen denken van de schoolmedewerkers over en het handelen bij het ‘opvoeden’ (omgang en gedrag) van de leerlingen binnen de school? ! Wat is (3) het eigen denken van de schoolmedewerkers over en het handelen bij het ‘onderwijzen/leren’ (vooral de werkhouding en de taakopvatting) van de leerlingen binnen de school? ! Wat is (4) de wijze waarop de school met de ouders wil samenspreken, samen-‐denken, samenwerken en samen beslissen hierbij? De wettelijke opdracht voor de SBO-school De Wet op het Primair Onderwijs geeft aan de SBO-‐school duidelijke voorschriften over wat de inhoud moet zijn van het onderwijzen / leren. De laatste jaren staan enkele onderwijsvakken steeds nadrukkelijker in de schijnwerpers: De kerndoelen en de leeropbrengsten bij Taal- lezen, Taal-spelling en bij Rekenen De Wet op het Primair Onderwijs geeft ook in duidelijke voorschriften aan wat de inhoud moet zijn van het ‘opvoeden’. Vooral de Sociale en de Emotionele Ontwikkeling (SEO) van de leerlingen staan steeds nadrukkelijker in de schijnwerpers: De leergebied-‐overstijgende kerndoelen en de leeropbrengsten bij het: ! (1) Leren hoe je moet leren (= de werkhouding van de leerling), ! (2) Leren hoe je taken moet uitvoeren (= de taakopvatting van de leerling), ! (3) Leren hoe je kunt handelen in sociale situaties (= het gedrag van de leerling en zijn sociale omgang) en ! (4) Het persoonlijk toekomstperspectief (= een bij de eigen mogelijkheden passende prestatie voor vervolgonderwijs leveren). De wetgever wil bevorderen dat er passende leeropbrengsten zijn (bij de kerndoelen) en vraagt met nadruk aandacht te schenken aan de belangrijke voorwaarden om deze passende leeropbrengsten tot stand te brengen (bij de leergebied-‐overstijgende kerndoelen). Daar willen wij graag – samen met jullie als ouders en samen met de leerlingen – hard aan werken. De inspectie van het onderwijs bewaakt heel scherp de werkwijze en de opbrengsten van de school. Hoe denken en hoe handelen de schoolmedewerkers bij het ‘opvoeden’ (= omgang en gedrag) en het ‘onderwijzen/leren’ (= werkhouding en taakopvatting) Het is naar de mening van de schoolmedewerkers van de SBO-‐school belangrijk dat de leerlingen worden ‘opgevoed’ tot een goede werkhouding (= leren leren) en dat zij ook groeien in hun taakopvatting (= leren je taken goed uit te voeren). De schoolmedewerkers van de SBO-‐school vinden het ook heel belangrijk dat de leerlingen passend gedrag laten zien in de klas en in de school (= leren functioneren in sociale situaties) en daardoor blijven groeien in zelfcontrole op hun weg naar het -‐ bij de eigen mogelijkheden passend -‐ vervolgonderwijs. De medewerkers van de SBO-‐school willen de competenties ( = de kennis en de vaardigheden) van elke leerling vergroten, Zij zullen – in een samenspraak met de ouders en het kind – duidelijke en concrete verwachtingen uitspreken over alle leeropbrengsten, passend bij de eigen mogelijkheden van elk kind (‘Elk kind is er een’). De medewerkers van de SBO-‐school zullen daarbij -‐ in een samenspraak met de ouders en het kind -‐ de zelfstandigheid van de leerling helpen bevorderen door duidelijke te grenzen stellen maar ook door ruimte geven voor eigen keuzes door het kind (autonomie).
14
Door elke leerling telkens kansen te geven, maar ook houvast te bieden (duidelijke verwachtingen uitspreken) en naar hen te luisteren willen de schoolmedewerkers een respectvolle en veilige verbinding (relatie) met de leerlingen tot stand brengen. Belangrijk: Respect én veiligheid Schoolmedewerkers van de SBO-‐school zullen altijd en met respect de eigenheid van elk kind tegemoet treden: Eigenheid van elk kind die zichtbaar is in eigen ervaringen, de leeftijd, de capaciteiten enz. Respect voor elk kind staat voorop. Tegelijk is er het belang van veiligheid voor elk kind, voor elk ander kind, voor de volwassenen en voor de omgeving. Ook uw kind moet zich veilig voelen en veilig zijn binnen de schoolomgeving, samen met andere kinderen en samen met de schoolmedewerkers. We zullen dan ook optreden tegen duw-‐ en scholgedrag, tegen bedreiging met woorden, tegen pestgedrag en tegen vernielingen. Wanneer veiligheid van uw kind of van andere kinderen in de gevarenzone komt willen en zullen we ingrijpen, willen en zullen we grenzen stellen. In goed overleg met het kind en met U als ouders wel te verstaan. Verwachtingen en daaruit voortkomende regels: Samen gaan we op weg Schoolmedewerkers van de SBO-‐school zullen hun verwachtingen over gewenst gedrag naar elk kind concreet benoemen, passend bij hun mogelijkheden (NIET in termen van ‘doe eens gewoon’ maar WEL in termen van ‘ik verwacht van jou dat jij enz..’). Respect én veiligheid zijn daarbij beide belangrijke uitgangspunten. Respect moet je geven en respect moet je krijgen. Veiligheid moet je geven en veiligheid moet je krijgen. Respect en veiligheid zullen de kinderen helpen met het verbeteren van mogelijk ongewenst of onhandig gedrag. Toezicht op respect en veiligheid is altijd aanwezig. Veiligheid van iedereen staat daarbij altijd op de eerste plaats. Goed (=respectvol en veilig) gedrag zal altijd worden beloond. Ongewenst gedrag zal altijd worden gecorrigeerd. Hierbij volgt ook in alle gevallen naderhand een samenspraak met de ouders en het kind. Samen met de leerlingen van school wil de school de verwachtingen vastleggen in regels met aandacht voor respect en voor veiligheid. Het zijn daarmee de regels (verwachtingen) van de kinderen en van de schoolmedewerkers, dus geldend voor allen. De SBO-‐schoolmedewerkers willen graag samen met de ouders en samen met het kind telkens opnieuw zoeken naar (nieuwe) mogelijkheden e kansen voor groei en ontwikkeling te bevorderen. Dat klinkt mooi maar dat is voor jullie (ouders) en voor ons (schoolmedewerkers) niet altijd gemakkelijk om te bespreken, bijvoorbeeld als het gaat over uitgesproken ongewenst gedrag of over een erg langzame ontwikkeling in kennen en kunnen. In een goed gesprek willen wij luisteren naar jullie zorgen, wensen en verwachtingen. In een goed gesprek verwachten wij van ouders dat zij luisteren naar onze zorgen, wensen en verwachtingen. Schoolmedewerkers zullen ouders altijd en op tijd informeren over hun zorgen, wensen en verwachtingen. Wij nodigen ouders graag uit om hun zorgen, wensen en verwachtingen aan de schoolmedewerkers op tijd voor te leggen. Maak eerst een afspraak als je als ouder met de schoolmedewerkers in gesprek wilt gaan. Tijdens lestijd is dat echt niet mogelijk, maar buiten de lestijd zal de school altijd voor U gereed staan voor overleg. Schoolmedewerkers van de SBO-school willen samen met de ouders en samen met de leerlingen op weg
15
6. RESULTATEN VAN HET ONDERWIJS De didactische en pedagogische resultaten zijn zichtbaar in het GLB (Groepsgewijze Leerling Bespreking) formulier, het Cito leerling volgsysteem en VISEON. Iedere 6/7 weken wordt de voortgang van de ondersteuning- en instructiebehoefte van de leerling tijdens het faseoverleg geëvalueerd en later ook besproken in de groepsbespreking met de IB’er. Indien de advisering van de intern begeleider niet tot gewenste resultaten leidt, dan wel geconstateerd wordt dat de problematiek multidisciplinair bekeken moet worden, dan bespreken de intern begeleider en de groepsleerkracht het probleem van het kind en vertalen dit in een hulpvraag in de Commissie van Begeleiding (orthopedagoog, jeugdarts, schoolmaatschappelijk werker, intern begeleider en directeur). Bij de bespreking nieuwe leerlingen krijgt de jeugdarts een kopie van Ontwikkelingsperspectief. De commissie komt 10 keer per jaar bijeen. De resultaten van de adviezen van de CvB, die betrekking hebben op de klassensituatie worden door de intern begeleider met de groepsleerkrachten geëvalueerd en besproken in de begeleidingscommissie Aan het einde van de schoolloopbaan (± 13 jr.) vormen de voortgang in de pedagogische ontwikkelingslijnen, de eigen ervaringen van de leerkracht met de didactische resultaten gedurende de schooljaren, de gemaakte Cito – toetsen en de gegevens van de leerlingbespreking aangevuld met eventueel psychologische testen, de basis voor een adviesgesprek met ouders en kind. Waar gaan onze schoolverlaters 2014-2015 naar toe:
24 leerlingen schoolverlaters
7 leerlingen 16 leerlingen 1 leerlingen
4% 67%
Praktijkonderwijs VMBO-‐ leerwegondersteuning VSO leerweg vmbo
29%
2014-‐2015 PRO VMBO-‐
LWOO VMBO
VMBO-‐LWOO VMBO PRO
29% 67% 4%
Schoolverlaterprocedure Na de inloopweken en projectdagen is er een klassikale ouderavond in de bovenbouw met als doel om u uit te leggen wat er dit schooljaar in de bovenbouw gedaan wordt en wat er allemaal staat te gebeuren. Tevens is de mentor ook al bezig met de huisbezoeken. In december/ januari vinden de Groepsgewijze Leerling Bespreking (G.L.B.) van alle groepen plaats. Aan deze bespreking nemen de intern begeleider en de mentor deel. Er wordt in de VU fase o.a. gekeken welk kind mogelijk schoolverlater is. In november worden de kinderen getoetst m.b.t. taal, lezen, rekenen. ( zie kalender ) Tevens neemt de orthopedagoge van de school in november bij de schoolverlaters een intelligentie onderzoek af. De zogenaamde NDT. (Nederlandse differentiatietest) bij met name de leerlingen met praktijkadvies en de NIO voor leerlingen met een uitstroomperspectief LWOO en hoger. Deze test geeft de cognitieve capaciteiten van het kind weer. Deze testscore is mede bepalend voor het schooladvies vervolgonderwijs. De informatieavond/middag over het vervolgonderwijs is in november of december.
16
Deze is zo vroeg gepland in verband met de open dagen van de vervolgscholen, die in januari, februari of maart gehouden worden. In januari tijdens de rapportbespreking, c.q. OKR bespreking wordt aan ouders en leerling medegedeeld, welke de niveaus van de kinderen op taal- , lees- , en rekengebied zijn. Tevens wordt besproken welke scholen voor uw kind in aanmerking komen. Als er een akkoord wordt bereikt met de ouders en de leerling, wordt de leerling via een elektronisch aanmeldingssysteem ( LDOS ) aangemeld. Hierin zit het Onderwijskundig Rapport, alle benodigde bijlagen en de aanmelding voor de nieuwe school. Dit geldt ook voor het Praktijk Onderwijs ( PRO ) Gaat uw kind naar het reguliere Vervolgonderwijs dan zorgen wij, SBO “de Wissel” voor de aanmelding. Gaat uw kind naar het Voortgezet Speciaal Onderwijs, (De Thermen) dan moet u zelf het kind aanmelden. De vervolgscholen zullen eventueel onderzoeken verrichten. Als uw kind getest moet worden op de vervolgschool, krijgt het uiteraard vrij van school. U krijgt bericht van de vervolgschool of uw kind aangenomen is. 7. ZORG VOOR LEERLINGEN MET SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN Alle leerlingen van onze school hebben specifieke onderwijsbehoeften. Deze onderwijsbehoeften kunnen tot uiting komen in specifieke instructiebehoefte of specifieke ondersteuningsbehoefte of in beide samen. De leerkracht bepaalt op basis van de pedagogische ontwikkelingslijn, de CITO gegevens (didactische resultaten), psychologische, medische, logopedische en maatschappelijke gegevens van de kinderen, welke instructie- en ondersteuningsbehoeften ieder kind heeft. In de 2 planningsperioden van ieder schooljaar vermeldt de leerkracht in het groepsplan hoe hij / zij voor ieder kind deze instructie- en / of ondersteuningsbehoeften invult. De invulling vindt bij voorkeur plaats binnen de eigen groep. (Geen aparte remedial teaching buiten de groep). Indien de leerkracht in samenspraak met de intern begeleider constateert dat, door omstandigheden binnen de groep, onvoldoende resultaten worden geboekt met de aparte instructie en ondersteuning, dan wordt het kind onder leiding van de orthopedagoog in de Commissie van Begeleiding (CvB) besproken. In dit geval wordt een apart plan van aanpak gemaakt. Dit plan wordt met de ouders besproken en geëvalueerd binnen de CvB (orthopedagoog, jeugdarts, schoolmaatschappelijk werker, intern begeleider leerkracht en directeur ). 8. ZORG VOOR HET JONGE KIND In tegenstelling tot het reguliere basisonderwijs worden in de speciale school voor basisonderwijs t.a.v. de zorg voor het jonge kind door het Rijk geen extra middelen ter beschikking gesteld voor groepsverkleining of onderwijsassistent. Onze school streeft er toch naar om de aanvangsgroep zo klein mogelijk te houden en hier ruim formatie voor in te zetten. 9. BENUTTING VAN VERPLICHTE ONDERWIJSTIJD De schooltijdenwet is enkele jaren geleden veranderd. In het verleden was de verplichte onderwijstijd in de onderbouw 880 uur en in de midden- en bovenbouw 1000 uur. Deze verdeling hoeven we nu niet meer te hanteren, als wij er maar voor zorgen dat alle kinderen gedurende hun hele basisschoolperiode in totaal 7520 uur onderwijstijd krijgen aangeboden.
17
Vakantierooster schooljaar 2015-2016 Voor alle scholen van Onderwijsstichting MOVARE - dus ook voor onze school - geldt de vakantieregeling Zuid- en Midden -Limburg, zoals deze is opgesteld door de regionale Initiatiefgroep Vakantieregeling 2015-2016 en vastgesteld door het College van Bestuur na verkregen positief advies van de GMR. Schooljaar 2015-2016 Herfstvakantie maandag 26 oktober 2015 tot en met vrijdag 30 oktober 2015 Kerstvakantie maandag 21 december 2015 tot en met vrijdag 1 januari 2016 Carnavalsvakantie maandag 8 februari tot en met vrijdag 12 februari 2016 Pasen vrijdag 25 maart t/m dinsdag 29 maart2016 Meivakantie maandag 25 april 2016 tot en met vrijdag 6 mei 2016 Hemelvaart donderdag 5 mei en vrijdag 6 mei 2016 (valt in meivakantie) Pinksteren maandag 16 en dinsdag 17 mei Zomervakantie maandag 25 juli 2016 tot en met 2 september 2016 Voor de vakantieroosters van de volgende schooljaren verwijzen we u naar: www.movare.nl> documenten> regelingen> vakantierooster Gezamenlijke Studiedagen SBO de Wissel, SBO Arcadia en SBO de Boemerang : 29 maart 2016 en 17 mei 2016 Studiedag/ochtenden SBO de Wissel: maandag 2 november, 11 december 2015; 3 juni 2016 en 29 juni 2016. * Schooltijden en pauzes De lessen beginnen elke dag om kwart voor negen (8.45 uur). Vanaf 8.30 uur mogen de kinderen naar binnen. Om 8.40 uur gaat de 1e bel. Vanaf dit moment richt de leerkracht zijn aandacht op de groep en worden gesprekken met ouders afgerond. De school eindigt om drie uur (15.00 uur). Op woensdag en vrijdag eindigt de school om kwart voor een (12.45 uur). De ochtendpauze is van 10.30 – 10.45 uur De middagpauze is van 12.15 – 13.00 uur Tussen 12.15 en 12.30 uur wordt onder toezicht van de eigen mentor in de klas gegeten. Om de feitelijke lestijd te garanderen en om te voorkomen dat er lestijd verloren gaat, wordt er aan het eind van een pauze enkele minuten voor het begin van de lestijd gebeld. Indien de ouders belangstelling hebben in het lesrooster van hun kind, kunnen ze dit bij de groepsleerkracht krijgen. De verdeling van de lessen gebeurt op basis van het gestelde in hoofdstuk 7 (onderwijskundige doelen). Eventuele afwijkingen staan in de kalender vermeld of worden tijdig schriftelijk aan de ouders medegedeeld.
18
* Verlof Vervroegde vakantie of verlate terugkomst. Een vervroegde vakantie of een verlate terugkomst kan alleen worden toegestaan, wanneer de ouders / verzorgers niet tijdens de reguliere schoolvakanties op vakantie kunnen gaan. De werkgever moet dit aantonen. Daarnaast is een dergelijk verlof niet mogelijk gedurende de eerste drie weken van het schooljaar. Deze regels zijn wettelijk en gelden voor alle scholen. Toestemming hiervoor kan alleen schriftelijk verkregen worden. Verlof inzake familieomstandigheden. Uw kind is vanaf de leeftijd van 4 jaar leerplichtig en kan vanaf dat moment alleen vrij krijgen met toestemming van de schoolleiding. De schoolleiding is hierbij gebonden aan en hanteert de wet op de leerplicht. Volgens deze wet kan alleen voor zeer gewichtige redenen zoals: huwelijk, sterfgeval, ernstige ziekten enz. verlof worden verleend. Verzuim Voor elke school bestaat er een registratieplicht van het schoolverzuim. Bij elke vorm van schoolverzuim wordt de datum van het verzuim en de reden ervan genoteerd. In geval van ongeoorloofd verzuim van drie opeenvolgende dagen en bij herhaaldelijk te laat komen wordt verplicht melding gedaan aan de ambtenaar van de leerplicht. Deze ambtenaar zal dan contact met u opnemen en is bevoegd u bij overtreding van de regels een boete op te leggen . De school houdt het schoolverzuim en te laat komen strikt bij in de leerlingenadministratie. Indien uw kind ziek is, vragen wij U dit telefonisch nog dezelfde dag vóór 8.45 uur ’s morgens te melden bij de administratie (tel. 5310720). Als kinderen NIET binnen 3 dagen worden afgemeld en wij u niet kunnen bereiken, moeten wij aan de Gemeente een “ ongeoorloofd verzuim” doorgeven. Wij doen een dringend verzoek aan ALLE OUDERS deze afspraken na te komen. * Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval. Zieke leerkrachten melden zich persoonlijk zo vroeg mogelijk telefonisch bij de directeur of diens plaatsvervanger. Hij zorgt zo snel mogelijk voor vervanging. Indien we geen vervanger kunnen krijgen, proberen we in principe een verantwoorde oplossing binnen de school te vinden. Indien dit niet lukt, zullen wij conform het protocol “vervanging bij afwezigheid (ziekte van) leerkrachten” van Movare te werk gaan. Dit wordt schriftelijk dan wel telefonisch medegedeeld aan de ouders. 10. BIJZONDERE INHOUDELIJKE ACTIVITEITEN Onze school heeft van maandag 31 augustus tot en met vrijdag 11 september de zogenaamde “Inloopweken”. Op donderdag 3 september en vrijdag 11 september zijn PROJECTDAGEN. Op deze dagen werken we schoolbreed. ( groepsdoorbrekend ) De projectdagen vinden onder de gewone lestijden plaats. De Inloopperiode/ Projectweken hebben drie doelen: * Werken aan het groepsgevoel; hoe gaan we met elkaar om; welke verwachtingen spreken we naar elkaar uit; ”Hoe maak ik er een groep van ? ( RELATIE ) * Opnieuw inoefenen van de principes van Zelfstandig Werken ( toegankelijke materialen; uitgestelde aandacht; zelf ontdekken en experimenteren; vormen van maatjeswerk enz. ( AUTONOMIE ) * Voorbereiden van de twee projectdagen 3 september en 11 september: op een gevarieerde manier worden activiteiten voorbereid die in de inloop/ projectperiode plaatsvinden en die de leerkrachten veel informatie over de talenten, de mogelijkheden en ontwikkelkansen van het kind geven. Deze informatie is van belang voor de passende aanpak gedurende het nieuwe schooljaar. ( COMPETENTIE: sociaal, pedagogisch; didactisch) Het thema van de inloopweken is: De zeven Wereldwonderen.
19
11. OVERBLIJVEN * Daar onze school een streekschool is en de middagpauze beperkt is, blijven alle kinderen over. Door deze omstandigheid hebben we tevens de gelegenheid gekregen in de middagpauze nog zaken met het kind te bespreken of te regelen. Dit is voor de meeste kinderen na school niet mogelijk. Als een kind moet nablijven, worden ouders telefonisch geïnformeerd. *De middagpauze op de overblijfdagen begint om 12.15 uur. De kinderen eten dan in de klas. Voor het eten is een gemiddelde tijd uitgetrokken van 15 minuten. Bij bijzondere omstandigheden kan deze etenstijd verlengd worden. ( of naar de picknickhoek buiten verplaatst worden ). Maak een goede inschatting van wat uw kind opkrijgt. Om het eten zo optimaal mogelijk te laten verlopen vragen wij U, om de kinderen op de dagen dat ze overblijven het volgende mee te geven: een schone theedoek of een place – mat (voor behoud meubilair) en een plastic beker. * Als service ( zolang wij daar personeel toe in staat zijn ) willen wij Uw kind bij intekening (begin van ieder trimester) voorzien van drinken bij het eten van de boterham. De school verstrekt: chocomel – melk – licht gezoete thee. De drank wordt verstrekt aan de kinderen waarvan de ouders vooraf betaald hebben. * U bent uiteraard vrij om zelf het kind drinken mee te geven. Zorg wel voor een deugdelijke beker. * Mocht U toch besluiten zelf het kind iets mee te geven, dan vragen wij U nadrukkelijk aandacht voor relatief gezond drinken. Geen Cola, Seven-Up en energie drinks. Blikjes zijn op onze school verboden. Een blikje kan als een projectiel gevaarlijk zijn en trekt wespen aan. * De eerste week van het schooljaar moeten alle ouders voor drinken van hun kind zorgen. In deze week krijgen de ouders een briefje thuis waarin ze aan kunnen geven of hun kind gebruik maakt van de drankvoorziening op school. Na betaling vindt dit plaats vanaf de 2e schoolweek. * Voor overblijven wordt aan de ouders geen vergoeding gevraagd.
20
12. GELDELIJKE BIJDRAGE VAN DE OUDERS Zoals vermeld in hoofdstuk 7 zijn er naast onderwijskundige doelen ook pedagogische doelen. In het algemeen krijgen deze de aandacht in de dagelijkse gang van zaken. In dit geval staan de projectdagen geheel in het teken van pedagogische doelen, met als voornaamste aspect de sociale vaardigheid. De uitleg hiervan wordt gegeven in het hoofdstuk “ bijzondere inhoudelijke activiteiten” (hoofdstuk 11). Alleen voor de projectdagen vragen wij aan het begin van het schooljaar een bijdrage van € 10,00 aan de ouders. Het is uiteraard niet zo dat, bij weigering van bijdrage, Uw kind niet deel mag nemen. Wij gaan er echter van uit dat U door aanmelding bij het speciaal onderwijs ook onze specifieke opvoedingsactiviteiten (projectdagen) steunt. De bijdrage aan deze specifiek genoemde doelen is de enige bijdrage die de school van U vraagt. I.v.m. de nieuwe wetgeving m.i.v. 01-08-1998, nl. de WPO (Wet Primair Onderwijs) moeten de ouders hiervoor een overeenkomst tekenen. Wij willen U erop attenderen dat de school bereid is een betalingsregeling te treffen voor ouders met financiële problemen. Dit in overleg. Om een en ander wettelijk goed te regelen ontvangen de ouders de volgende overeenkomst: Onderstaande modelovereenkomst vindt u tevens als los inlegvel bij de kalender. Onder 14 Ouderraad wordt de jaarlijkse ouderbijdrage aangegeven. Deze bijdrage is niet voor school. De Ouderraad zet deze bijdrage geheel in ten behoeve van de kinderen. Daarnaast organiseert de Ouderraad extra activiteiten om extra geldmiddelen voor onze kinderen te verwerven.
21
Overeenkomst geldelijke bijdrage de Wissel schooljaar 2015 – 2016 Ondergetekende................................................ ouder / verzorger van................................ (naam leerling) die in het schooljaar 2015 / 2016 zit in onderstaande groep en deelneemt aan: (aankruisen) Spoorzoekertjes deelnemend aan projectdagen Locomotiefjes / Sprinters / Vuurpijlen deelnemend aan Projectdagen Seinwachters / Rangeerders / Koppeling deelnemend aan projectdagen Is wel / niet bereid de geldelijke bijdrage, als vermeld in de schoolgids hoofdstuk 12: “Geldelijke bijdrage van de ouders”, te voldoen. Opmerkingen: * De bijdrage moet ondanks de nadrukkelijke belangrijkheid voor het kind als een vrijwillige bijdrage worden beschouwd. * Na ondertekening is er een verplichting tot betaling. * Voor ouders die in bijzondere omstandigheden verkeren, bestaat in overleg de mogelijkheid een betalingsregeling te treffen.
Plaats........................ Handtekening..................
datum..............
(Bijgaand los blad, gaarne ingevuld retour). ..................
22
13. MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (MR / GMR) De MR bestaat uit 3 ouders en 3 personeelsleden, die allen voor 4 jaar gekozen worden. De MR beslist mee en geeft advies over allerlei zaken die de school, de kinderen en het personeel betreffen. Hiervoor heeft de MR volgens de Wet op Medezeggenschap in het Onderwijs instemmings- en adviesrecht. Op de vergaderingen die een aantal keren per jaar plaatsvinden, kunnen alle zaken die met school te maken hebben, met de directie besproken worden. Namens het personeel:
Namens de ouders:
Mevr. F. Karolewski (voorzitter) Haanraderstraat 36 6464 ET Kerkrade
Mevr. Lok Steengang 45 6372 MS Landgraaf
Dhr. G. Vrancken (penningmeester) Merckelbaghstraat 6 6374 AX Landgraaf
Dhr. H. Augenbroe Jan van Goijenstraat 18 6464 AZ Kerkrade
Vacature Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad MOVARE heeft een Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). Deze geeft advies of verleent instemming over school overstijgende zaken (aangelegenheden die van gemeenschappelijk belang zijn voor alle scholen of voor de meerderheid van de scholen) met als doel de beleidsontwikkeling mede vorm te geven. Medezeggenschapszaken met betrekking tot individuele scholen worden behartigd door de Medezeggenschapsraden (MR-en) van de afzonderlijke scholen. De leden van de GMR hoeven geen lid te zijn van een Medezeggenschapsraad (MR), wel wordt van hen enige binding met een school uit de betreffende regio verwacht. Voor het GMR-reglement, zie www.movare.nl > GMR.
Regio Brunssum-OnderbankenSittard/Geleen-Stein Dhr. P. Raaijmakers (personeelsgeleding) Dhr. J. Schütz (personeelsgeleding) Mevr. M. Verbeek-Van Cleef (oudergeleding)
Regio Landgraaf Dhr. B. Lindelauf (personeelsgeleding) - secretaris Dhr. J. Drummen (oudergeleding) Dhr. J. Haex (oudergeleding)
Regio Heerlen Mevr. M.J. van Herten (personeelsgeleding) Mevr. L. Reubsaet (oudergeleding)
Speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs Mevr. F. Karolewski-Sangers (personeelsgeleding) Mevr. Marinka Robroek (oudergeleding)
Regio Kerkrade-Simpelveld-Vaals Dhr. P. Koch (personeelsgeleding) voorzitter Dhr R. Schmeets (oudergeleding)
23
14. OUDERRAAD (OR) Krachtens de wettelijke bepalingen is het sinds 01-06-1976 verplicht op iedere school een OR (OUDERRAAD) toe te laten, die op haar beurt weer aan wettelijke regels is gebonden. Voor de Wissel werd er op 12 januari 1976 een OR opgericht. Per 10 oktober 1984 zijn de statuten voor de vereniging vastgesteld, zodat zij vanaf die datum rechtspersoonlijkheid bezit. Deze statuten liggen ter inzage bij het secretariaat. Het bestuur van de OR vergadert eenmaal in de 6 weken. Van iedere vergadering wordt een verslag gemaakt. Eenmaal per jaar is er de algemene ledenvergadering, de datum van deze vergadering vindt U in de kalenderbladen behorende bij deze schoolgids. DOEL VAN DE OUDERRAAD Het doel is het bevorderen van de samenwerking tussen ouders en school. Dit wordt mogelijk gemaakt door: - het geven van schriftelijke informatie via eigen stencils. - goede contacten met de MR. - het organiseren van diverse activiteiten. De activiteiten die door de OR worden georganiseerd zijn ter bevordering van de ouderparticipatie en welzijn van het kind en tevens voor het scheppen van een gezellige sfeer op school met name rond de feestdagen zoals Kerstmis, Carnaval, Pasen etc. OUDERBIJDRAGE De ouderbijdrage voor het schooljaar 2015 / 2016 bedraagt per kind Є 16,00. Voor 2 of meer kinderen uit 1 gezin is dit Є 20,00. Deze bedragen worden gehalveerd voor de nieuwkomers na 1 februari. De inning van de ouderbijdrage geschiedt door de OUDERRAAD d.m.v. storting op rekeningnummer RABO 146011821. U ontvangt na de Herfstvakantie het verzoek uw Ouderbijdrage te betalen of bij voorkeur over te maken. Alhoewel niemand wettelijk verplicht kan worden tot het betalen van de ouderbijdrage vragen wij de ouders dringend om deel te nemen aan de ouderbijdrage, daar hun kind ook meeprofiteert van de activiteiten die georganiseerd worden door de ouderraad. B.v. : met Kerstmis, carnaval, einde schooljaar etc.
VOORZITTER Mevr. S. Metzen Burg. Gijsenstraat 19 6373 LA Landgraaf
SECRETARIS Mevr. M. Willemse Veldstraat 10 6371 AX Landgraaf
PENNINGMEESTER Mevr. M. Lok Steengang 45 6372 MS Landgraaf
OVERIGE LEDEN Mevr. N. Fleuren Hovestraat 32 6374 HD Landgraaf
Dhr. en mevr. Wijckmans Kantstraat 65 6374 EG Landgraaf
Mevr. L. van Haaren Dr. Schaepmanstraat 1 6371 EH Landgraaf
Dhr. H. Janssen St. Pieterstraat 301 6464 GG Kerkrade
Mevr. T. Schoffelen Moltweg 58 6371 BX Landgraaf
24
WIE KUNNEN PLAATSNEMEN IN DE OUDERRAAD? In het algemeen elke ouder die één of meerdere kinderen op school heeft onder voorwaarde dat hij / zij bij reglementaire stemming als zodanig is gekozen. De grootte van de OUDERRAAD is afhankelijk van de grootte van de school. 15. VERZEKERINGEN SCHOOL 1. Aansprakelijkheidsverzekering (VBKO-polis Marsh) Voor leerkrachten en begeleiders, voor alle situaties, ook excursies en projectweek. 2. Ongevallenverzekering: (Standaardpolis) DIT IS GENERAAL GEREGELD DOOR SCHOOL De verzekerde bedragen zijn als volgt: - maximale uitkering bij algehele blijvende invaliditeit Є 22.690,00. - uitkering bij overlijden Є 908,00 - geneeskundige kosten tot een maximum van Є 454,00 - tandheelkundige hulp per element Є 227,00 Deze verzekering wordt door SCHOOL betaald en geldt van 1 uur voor de schooltijd tot 1 uur na de schooltijd en evenementen in schoolverband. Dit geldt voor de kortste en veiligste route naar en van school. 3. P.S.: Ongevallenverzekering vergoedt geen brillen, broeken enz. (alleen letsel) 4. Wat bij kapotte brillen en broeken? Leerkracht of begeleider “actief” schuld, b.v. hij loopt kind per ongeluk omver; dan via VBKO (Polis Stichting). De bril van het kind gaat tijdens georganiseerd spel stuk, dan moeten de ouders van de kinderen elkaar, via W.A.- verzekering aansprakelijk stellen en kan de verzekering van de leerkracht niet worden aangesproken. Dit is ook van toepassing als het tijdens de schooltijd gebeurt. 5. Voor de overblijftijden is er voor de overblijvers door het bestuur een WA – verzekering afgesloten.
P.S. HET IS VOOR DE OUDERS VAN ZEER GROOT BELANG DAT ZIJ EEN W.A. – VERZEKERING HEBBEN.
25
16. SCHOOLBESTUUR
Onderwijsstichting MOVARE Onze school maakt deel uit van Onderwijsstichting MOVARE. Deze stichting telt 50 scholen, met in totaal 57 locaties, in de gemeenten Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Onderbanken, Simpelveld, Sittard-Geleen, Stein en Vaals. Dit zijn 46 ‘reguliere’ basisscholen, 3 scholen voor speciaal basisonderwijs en 1 school voor speciaal (voortgezet) onderwijs, met in totaal ongeveer 12.000 leerlingen. MOVARE kent roomskatholiek, oecumenisch, protestants-christelijk, algemeen bijzonder en openbaar onderwijs. Missie MOVARE werkt vanuit de missie ‘Onderwijs op maat voor elk kind met aandacht voor de autonomie en authenticiteit van elk individu in een respectvolle omgang met elkaar en de wereld waarin wij leven met het oog op de leefbaarheid van de maatschappij van morgen’. Alle medewerkers geven hun activiteiten zodanig gestalte dat zij de kwaliteit van het onderwijs ten goede komen. Op deze manier leveren zij goed onderwijs voor de kinderen. Bestuur De stichting wordt bestuurd door het College van Bestuur. Het College is werkgever voor alle medewerkers van MOVARE op de scholen en de medewerkers van het bestuurbureau. Het College van Bestuur bestaat uit de heer drs. R.S.T. Kruszel (voorzitter) en mevrouw J.P.G.M. Huijnen-Becks MLC (lid). Clusters De scholen van MOVARE, en dus ook onze school, zijn ingedeeld in clusters. Als SBO kunnen we aan drie clusters deelnemen. Vanaf 1 april 2009 was Dhr. Hamerlinck meerscholendirecteur van SBO Arcadia Kerkrade, SBO de Wissel Landgraaf, SBO de Boemerang Brunssum. Per 1 augustus 2015 gaat deze met pensioen en vervalt de functie van meerscholendirecteur. De verantwoordelijkheid op onze school is in handen van Dhr. A.J.M. Schiffelers, directeur. Bereikbaarheid MOVARE-bestuursbureau Tel: 045-546 69 50 E-mail:
[email protected] Bezoekadres Heyendallaan 55b 6460 AA Kerkrade Postadres Postbus 12 6460 AA Kerkrade Voor actualiteiten en gegevens over de stichting verwijzen wij u naar de website www.movare.nl.
26
17. GYMNASTIEK *De kinderen van de JRK groep gaan dagelijks naar de gymzaal, ze hebben echter géén gymkleding nodig en géén gymschoenen. De kleuters gymmen op blote voeten en in hun ondergoed. *Zorg ervoor (vooral als Uw kind nog in de Onderbouwgroep zit) dat Uw kind op de “gymdagen” in gemakkelijke kleding naar school komt, zodat het zich zo snel mogelijk zelfstandig uit- en aankleden kan. Leer ook thuis Uw kind zelfstandig uit- en aankleden. De Onderbouw, Middenbouw en Bovenbouw kinderen hebben (vanuit hygiënisch oogpunt bezien) een gymbroekje of gympakje nodig en liefst ook gymschoenen (GEEN ZWARTE ZOOL). Balletschoentjes of schoenen zonder veters zijn vooral voor de kleintjes het gemakkelijkst. Om wegraken te voorkomen adviseren wij U de gymspullen te kenmerken of van naam te voorzien. Elk kind is in principe verplicht aan de lessen deel te nemen. Geen zin hebben in sport is geen excuus. Alleen op medisch advies kan hiervan worden afgeweken. We rekenen hier op de steun en medewerking van de ouders. 18. ZWEMMEN Met uitzondering van onze JRK groep, gaan we alleen met de kinderen die nog niet in het bezit zijn van de diploma’s A en B zwemmen. De overige kinderen blijven op school. Op drie vastgestelde momenten in het jaar kunnen de overige kinderen intekenen om te gaan zwemmen. Helaas moeten we constateren dat een deel van de oudere kinderen geen waardering heeft voor deze geste. Het aantal variaties aan excuses is ongekend. ( zie kalender ) Ook hier rekenen we op de steun en medewerking van ouders. Deze zwemles alleen is onvoldoende om de zwemontwikkeling goed op gang te brengen. We adviseren de ouders dan ook, deze les te combineren met zwemlessen in een erkend zwembad. Ook is in een aantal gevallen, via de Gemeente een financiële ondersteuning aan te vragen. ( Stichting Leergeld of ISDBOL ) (De data staan vermeld op de kalenderbladen). Het protocol ligt ter inzage bij de administratie. 19. VERVOER In het kader van Bezuinigingen is het vervoer voor SBO de Wissel per 1 augustus 2013 alleen nog maar van toepassing voor kinderen die verder dan 6 km van school wonen. De Gemeente doet een beroep op de zelfredzaamheid van ouders. Mocht deze verandering in schoolvervoer tot onoverkomelijke problemen leiden, is de Gemeente bereid om met u naar uw situatie te kijken. Wij adviseren u in dat geval persoonlijk contact op te nemen met het Klant Contact Centrum (KCC) van de Gemeente. ( tel. 14045 ) Voor de wijk Schaesberg: mw. D. Tillmann (wijkteam Schaesberg) Voor de wijk Ubach over Worms: mw. C. Bisschops (wijkteam Ubach over Worms) Voor de wijk Nieuwenhagen: mw. N. Lacroix en mw. Kempers- Stroeks (wijkteam Nieuwenhagen)
27
20. VERKEERSSITUATIE DE WISSEL Om reden van veiligheid voor Uw kinderen zijn er een aantal maatregelen t.a.v. het brengen en halen van de kinderen naar en van school. Het gedrag van alle weggebruikers ( inclusief onze ouders ) is de Basis voor Succes. Maatregelen: * Voor school als U Uw kind(eren) brengt: 1. Ouders die kinderen alleen maar veilig willen laten uitstappen, rijden de parkeerplaats via de Kiss and Ride zone op; zetten het kind bij het pad af en rijden meteen weg (niet parkeren). 2. Ouders die bij hun kinderen willen blijven tot dat de school begint, parkeren hun auto op de parkeerplaatsen langs de Kiss and Ride zone. ( niet langs het hekwerk ) * Na school als U Uw kind(eren) afhaalt: 1. Ouders parkeren hun auto uitsluitend op de parkeerplaatsen langs de Kiss and Ride zone.(niet langs het hekwerk). De parkeerplaats bij Op de Bies is voor onze leerkrachten bestemd. Tip: kom om opstoppingen en onveilige situaties te voorkomen en een optimale doorstroming te bereiken een fractie na drie uur. 2. Kinderen, ouders, fietsers verlaten de school door de poort aan de voorkant van de school. 21. SPONSORING Op onze school is incidenteel sprake van sponsoring. 22. SPEELGOED, SNOEP, GELD EN GSM GEBRUIK Er zijn wel eens kinderen die speelgoed van thuis mee naar school nemen. Het kan stuk gaan of kwijtraken. Om tranen te voorkomen adviseren wij U eigen speelgoed thuis te laten. Snoep en geld NIET MEENEMEN!............Dit voorkomt grote problemen. Als Uw kind jarig is, laat het dan niet trakteren op snoepgoed (denk ook aan het gebit van de klasgenootjes). Er zijn voldoende andere mogelijkheden, zoals: kaasblokjes met vlaggetjes, zoute stengels, chips, ballonnen, krentjes, cake, fruit enz. Tijdens toetssituaties is het in samenspraak met de leerkracht ter bevordering van de concentratie, mogelijk om kauwgum te gebruiken. Zodra de toets voorbij is, gaat de kauwgum zonder protest in de prullenbak. GSM gebruik: diverse kinderen nemen op verzoek van hun ouders (veiligheid / bereikbaarheid) een GSM toestel mee naar school. Dat kunnen wij als school niet verbieden. Wij kunnen wel met onze leerlingen afspraken maken over het gebruik van de GSM op school. In principe ontraden wij de ouders hun kinderen een GSM mee naar school te geven. Willen de ouders dit toch, dan gelden de volgende afspraken: - op school aangekomen wordt het toestel uitgeschakeld. - bij het verlaten van de school (einde schooltijd) mag de GSM pas weer buiten school ingeschakeld worden en niet eerder. - Tijdens de les is het GSM toestel dus uitgeschakeld. ( tenzij in overleg en met toestemming van de leerkracht om iets op te zoeken ) Kinderen zijn gedurende de schooltijd via de administratie telefonisch bereikbaar. Het kind draagt te allen tijde zelf de zorg en verantwoordelijkheid voor zijn GSM.
28
School is op geen enkele wijze verantwoordelijk en aansprakelijk voor verlies, diefstal of beschadiging van de GSM. We bewaren in het kader van de aansprakelijkheid de Gsm’s dan ook niet voor onze leerlingen. 23. GEVONDEN VOORWERPEN Op school staat bij de conciërge een kist waarin gevonden voorwerpen gedeponeerd worden. Elk jaar zijn er weer sjaals, jassen, wanten, gymspullen die “van niemand” zijn. Een advies: Voorzie deze, vaak kostbare, kledingstukken van een naam of merkteken. 24. RECHTEN EN PLICHTEN VAN OUDERS / VERZORGERS, LEERLINGEN EN BEVOEGD GEZAG Op grond van de Kwaliteitswet die in werking is getreden op 1 augustus 1998 zijn de schoolbesturen verplicht een klachtenregeling te hebben. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het bevoegd gezag en de school op eenvoudige wijze signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de regeling wordt een zorgvuldige behandeling van klachten beoogd, waarmee het belang van de betrokkenen wordt gediend, maar ook het belang van de school (een veilig schoolklimaat). Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en schoolleiding op een juiste wijze worden afgehandeld. Indien dat echter, gelet op de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kan men een beroep doen op deze klachtenregeling. U kunt de klachtenregeling downloaden via de website www.movare.nl. Klik in het menu op documenten en vervolgens op regelingen. Procedure bij klachten 1. Intern klager
klacht over
klagen bij
leerling
andere leerling
eigen leerkracht
eigen leerkracht
eigen leerkracht, schooldirecteur
andere leerkracht
eigen leerkracht, andere leerkracht, schooldirecteur
ouder
schoolse zaken
eigen leerkracht, schooldirecteur
machtsmisbruik, agressie, pesten, seksuele
leerkracht, schooldirecteur, school-
intimidatie
contactpersoon
andere leerling
leerkracht
leerkracht eigen kind
leerkracht, schooldirecteur
schoolse zaken
leerkracht, schooldirecteur, College van Bestuur
personeelslid
schooldirecteur
schooldirecteur
machtsmisbruik, agressie, pesten, seksuele
leerkracht,
intimidatie
contactpersoon
leerling
ouder
ouder
ouder, schooldirecteur
collega
collega, schooldirecteur
schooldirecteur
schooldirecteur, College van Bestuur
schoolse zaken machtsmisbruik, agressie, pesten, seksuele
Schooldirecteur, College van Bestuur st schooldirecteur, schoolcontact-
intimidatie
persoon
29
schooldirecteur,
school-
Het staat de klager altijd vrij als eerste stap de klacht neer te leggen bij de op school aangestelde schoolcontactpersoon. Wordt de klacht op school bij iemand anders ingediend, dan wijst deze de klager op de mogelijkheid de schoolcontactpersoon in te schakelen. De interne procedure kan ertoe leiden, dat de externe procedure gestart wordt. 2. Extern Klager of aangeklaagde neemt contact op met: 1. schoolcontactpersoon van de school die kan doorverwijzen naar 2. de externe vertrouwenspersoon, die verder adviseert, waarbij a. het bevoegd gezag de klacht zelf afhandelt b. doorverwijzing naar de landelijke klachtencommissie plaatsvindt. 3. klachtencommissie. Stappenplan klachtbehandeling Het stappenplan is de route die bij voorkeur wordt gevolgd bij de behandeling van een klacht opdat deze zo zorgvuldig en efficiënt mogelijk wordt opgelost. Degene tot wie u zich met een klacht wendt, zal u op dit stappenplan wijzen. Stap 1 De klager bespreekt zijn klacht zo mogelijk met degene tegen wie de klacht gericht is (bijv. een leerkracht). De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 2. Stap 2 De klager bespreekt zijn klacht met (een lid van) de schoolleiding. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 3. Stap 3 De klager wendt zich, via de schoolleiding of de schoolcontactpersoon, tot de externe vertrouwenspersonen. Deze gaat na of de klacht door bemiddeling tot een oplossing kan worden gebracht dan wel aanleiding geeft tot het indienen van een klacht hetzij bij het bevoegd gezag hetzij bij de landelijke klachtencommissie. In het laatste geval, volg eerst stap 4a en pas daarna stap 4b. Stap 4a De klager dient, al dan niet bijgestaan door een vertrouwenspersoon, een klacht in bij het College van Bestuur. Het College van Bestuur neemt de klacht in behandeling. De klacht is afgehandeld indien de klager tevreden is, indien niet: volg stap 4b.
a. b. c. d.
Stap 4b De klager dient, al dan niet bijgestaan door een gemachtigde, een klacht in bij de landelijke klachtencommissie. Deze onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bevoegd gezag hierover. De klachtencommissie geeft advies over: het wel of niet ontvankelijk zijn van klager; het wel of niet gegrond zijn van de klacht; het nemen van maatregelen; overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten. Stap 5 Binnen 4 weken na ontvangst van het advies van de landelijke klachtencommissie zal het bevoegd gezag het besluit hierop kenbaar maken aan: a. de klager
30
b. c. d. e. f. g.
de de de de de de
aangeklaagde klachtencommissie schooldirecteur medezeggenschapsraad van de school schoolcontactpersoon vertrouwenspersonen
ad f Schoolcontactpersonen Indien u een klacht heeft, kunt u dit melden bij onze schoolcontactpersonen:
Mevrouw Jägers ( Vuurpijlen ) De Heer Brokamp ( Intern Begeleider ) De schoolcontactpersoon zal aan de hand van het hierboven toegelichte stappenplan samen met u tot een oplossing proberen te komen. Vertrouwenspersoon MOVARE beschikt over twee externe vertrouwenspersonen. Mocht u naar aanleiding van een klacht niet tot een adequate oplossing komen met de schoolcontactpersoon dan zal deze u doorverwijzen naar de onderstaande vertrouwenspersonen, die verbonden zijn aan BCO Onderwijsadvies. Mevr. drs. Ine Segers tel: 06-17864691 e-mail:
[email protected] Dhr. Rob Förster tel: 06-53805170 e-mail:
[email protected] Landelijke klachtencommissie Alle MOVARE-scholen zijn op basis van hun identiteit (denominatie) aangesloten bij een landelijke klachtencommissie. Onze school is aangesloten bij de onderstaande klachtencommissie. Het is van belang dat u eerst kennis neemt van de inhoud van de regeling klachtbehandeling, voordat u zich tot een landelijke klachtencommissie wendt. Landelijke Klachtencommissie voor het algemeen bijzonder onderwijs, het katholiek onderwijs en het protestants-christelijk onderwijs Postbus 82324 2508 EH Den Haag Tel. 070 – 3861697 Fax: 070-3020836 E-mail:
[email protected] Website: www.geschillencommissiesbijzonderonderwijs.nl Klachtmelding Inspectie: Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld. Meldpunt vertrouwensinspecteurs: Tel: 0900-1113111 (lokaal tarief). Termijn indienen klacht De klacht dient binnen een jaar na de gedraging of beslissing te worden ingediend. De klachtencommissie kan beslissen niet-ontvankelijkheid vanwege termijnoverschrijding achterwege te laten indien zij van oordeel is dat, alle omstandigheden van het geval meewegend, de klager de klacht zo spoedig mogelijk als redelijkerwijs van hem verlangd kan worden, heeft ingediend.
31
De klachtenregeling op onze school Inleiding: In het primair onderwijs werken mensen, die het beste voor hebben met leerlingen, ouders of verzorgers. Iedereen die op school leert en werkt heeft recht op veiligheid en bescherming. Leerkrachten en leerlingen functioneren namelijk goed op school als zij zich veilig en geborgen voelen. Daarom vinden leerkrachten en directie van onze school het belangrijk te werken aan een veilig schoolklimaat. Toch kan het zijn dat er strubbelingen ontstaan en dat leerlingen en ouders tekortkomingen of onzorgvuldigheden constateren op school. In het geval dat ouders of leerlingen van mening zijn dat zij door de school tekort worden gedaan, kunnen zij op school terecht om te klagen. Sinds augustus 1998 heeft onze basisschool een klachtenregeling, die op school ter inzage ligt. De klachtenregeling: Door de klachtenregeling, die door de overheid verplicht gesteld is, krijgen ouders en leerlingen wettelijke mogelijkheden hun klachten aan de orde te stellen. Onze school wil stimuleren dat ouders en leerlingen een passend gebruik maken van deze nieuwe wetgeving, omdat klachten door team en directie beschouwd worden als hulpmiddel, een handreiking om een veilig schoolklimaat te behouden. Veiligheid op school in de praktijk van alle dag is voor kinderen, ouders en personeel van groot belang.
Veiligheid Fysieke veiligheid Op onze school wordt veel aandacht besteed aan de fysieke veiligheid van leerlingen en personeelsleden. Hieronder verstaan wij een goede huisvesting en een in alle opzichten veilige schoolomgeving. Het wettelijk kader is hiervoor maatgevend. Indien noodzakelijk, worden aanvullende maatregelen getroffen. We beschikken over 7 BHV-ers die jaarlijks hun kennis en vaardigheden op niveau houden. (Brandmodule en levensreddende handelingen) Regelmatig wordt er een risicoanalyse van de school gemaakt. Het rapport dat hiervan gemaakt wordt, geeft aan hoe veilig de school is en welke punten onze aandacht verdienen. Speeltoestellen op de speelplaats worden regelmatig gekeurd. Onze school is gecertificeerd met het Limburgs verkeersveiligheidslabel. Op veel gebieden houden wij er een gedragscode op na. Zo ook op het gebied van kleding. Als kinderen te opzichtige kleding dragen (bijvoorbeeld korte naveltruitjes enz.) spreken we ze hier op aan. Goed voorbeeld doet goed volgen. Dat betekent, dat het personeel met goed voorbeeld voorop moet gaan. Hoewel grenzen moeilijk te trekken zijn, weet iedere volwassene (ouder en leerkracht) waar de grens ligt. Sociale veiligheid Ook de sociale veiligheid staat bij ons hoog in het vaandel. De sociale veiligheid heeft alles te maken met omgaan met elkaar. Via o.a. de methode Leefstijl besteden we systematisch aandacht aan het omgaan met elkaar. Bij plagerijen en ruzies investeren wij uitgebreid in het uitzoeken van, en het oplossen van het probleem. We willen de kinderen helpen begrijpen waar ruzie vandaan komt, hoe we de ruzie kunnen oplossen en hoe we ruzie kunnen voorkomen. Onze praatbladen, gevoelsgrafieken en het speelplaatslogboek ondersteunen ons hierbij. Ieder jaar maken we met de kinderen samen de gedragsregels ( verwachtingen ) voor de groep. Hierdoor worden kinderen mede verantwoordelijk voor hun gedrag.
32
Voorspelbaarheid biedt ook een vorm van sociale veiligheid. De leerkrachten hebben in overeenstemming met ons schoolconcept een vaste positieve manier van benaderen van de kinderen. Zie omschrijving en model van SWPBS School Wide Positive Behavior Support ) De organisatie van de klachtenregeling: De organisatie van de klachtenregeling is zodanig dat klagers de garantie krijgen dat serieus naar de klachten wordt gekeken. Dit is in eerste instantie de taak van daartoe aangewezen personeelsleden. Deze personeelsleden zijn de contactpersonen en zorgen voor de eerste opvang van de klager en informeren, coördineren en bemiddelen. Als de contactpersoon niet in staat is de kwestie op te lossen dan kan een beroep worden gedaan op een onafhankelijke externe vertrouwenspersoon die door het bestuur van de school is aangesteld. Deze vertrouwenspersoon probeert een oplossing voor het probleem te vinden. De vertrouwenspersoon is ook in staat de klager te begeleiden om de klacht schriftelijk aan het bestuur of officiële klachtencommissie voor te leggen. De klachtencommissie is in dit kader de instantie voor hoger beroep. De personele invulling van de klachtenregeling Vacature: * Klachtencommissie Katholiek Onderwijs, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag. * Klachtmelding Inspectie: Klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld. Meldpunt vertrouwensinspecteurs: Tel: 0900-1113111 (lokaal tarief).
Passend Onderwijs en Toelating, schorsing, verwijdering van leerlingen Voor de volledige procedure verwijzen wij u naar de website van Onderwijsstichting MOVARE: www.movare.nl (de procedure Toelating, schorsing, verwijdering van leerlingen is hier te vinden onder Documenten" Vastgesteld beleid) Schoolbesturen voor primair onderwijs hebben met ingang van schooljaar 2014-2015 de opdracht om voor alle leerlingen passend onderwijs te organiseren. De schoolbesturen werken samen om invulling te geven aan de zorgplicht. Elk kind heeft recht op passend onderwijs, ongeacht niveau van leren en ontwikkeling. Schoolbesturen en scholen geven vorm aan passend onderwijs in het ondersteuningscontinuüm: hoogwaardige basisondersteuning en extra ondersteuning. Uitvoering vindt plaats in afstemming met ketenpartners, zoveel mogelijk regulier en thuisnabij in één integraal plan binnen de beschikbare middelen. Hiertoe werken schoolbesturen samen in het samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband is faciliterend bij het vormgeven van deze collectieve verantwoordelijkheid. In Zuid Limburg zijn drie samenwerkingsverbanden primair onderwijs: Regio Westelijke Mijnstreek: Beek, Schinnen, Sittard-Geleen en Stein. Regio Maastricht-Heuvelland: Eijsden-Margraten, Gulpen-Wittem, Maastricht, Meerssen, Vaals en Valkenburg aan de Geul Regio Heerlen eo: Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Nuth, Onderbanken, Simpelveld en Voerendaal. Deze drie samenwerkingsverbanden in Zuid Limburg werken nauw samen op zowel beleidsmatig als uitvoeringsvlak. Informatie over de samenwerkingsverbanden kunt u terugvinden op de website: www.passendonderwijszuid.nl
33
Dekkend aanbod Het samenwerkingsverband organiseert een dekkend aanbod, waarin alle leerlingen een passende plek vinden. Voor alle leerlingen met een ondersteuningsbehoefte wordt zo passend mogelijk onderwijs gerealiseerd. Daartoe werken de scholen in het samenwerkingsverband samen. Op Zuid Limburgs-niveau ontstaat een ondersteuningscontinuüm van reguliere tot zware ondersteuning binnen de samenwerkingsverbanden passend onderwijs. Ondersteuningscontinuüm Het ondersteuningscontinuüm bestaat • Ondersteuningsniveau 1: • Ondersteuningsniveau 2: • Ondersteuningsniveau 3: • Ondersteuningsniveau 4: • Ondersteuningsniveau 5:
uit 5 niveaus: Onderwijs in de groep Ondersteuning in de groep Ondersteuning op school met interne deskundigen Ondersteuning op school met externe specialisten Extra ondersteuning speciaal (basis)onderwijs
In het samenwerkingsverband wordt een onderscheid gemaakt tussen basisondersteuning en extra ondersteuning. Alle basisscholen bieden de basisondersteuning (ondersteuningsniveau 1 tot en met 4). Dit doen zij autonoom of met behulp van netwerkpartners. Ondersteuningsniveau 5 is extra ondersteuning op het speciaal (basis)onderwijs. Elke school heeft een schoolondersteuningsprofiel: dit is een beschrijving van de voorzieningen die zijn getroffen voor leerlingen die ondersteuning nodig hebben. Het schoolondersteuningsprofiel geeft een beeld van de wijze waarop scholen het ondersteuningscontinuüm vorm geven. Het schoolondersteuningsprofiel kunt u terugvinden op de website van de school.
Aanmelding, zorgplicht en toelaatbaarheid tot speciaal (basis) onderwijs Ouders melden hun kind schriftelijk, minimaal 10 weken voorafgaand aan de gewenste plaatsing, aan bij de school van voorkeur. Meestal is dat een school in de buurt, maar dat hoeft niet. Als daartoe redenen zijn, mag dit ook een SBO-school zijn of een school die wat verder weg ligt. De verantwoordelijkheid voor tijdig plaatsen begint op het moment dat de leerling schriftelijk wordt aangemeld bij een school in het samenwerkingsverband. Aanmelding betekent niet automatisch plaatsen. Ouders stellen de school op de hoogte als zij vermoeden dat hun kind ondersteuning nodig heeft. Bij de eerste aanmelding in het primair onderwijs is die informatie, eventueel aangevuld met informatie van een voorschoolse voorziening, de belangrijkste basis voor de school van voorkeur om vast te stellen wat (welke ondersteuning) het kind nodig heeft. Er is geen voorgeschreven of uniform aanmeld-/inschrijfformulier vanuit het samenwerkingsverband. Besturen en scholen gebruiken hun eigen formulieren voor aanmelding. Deze aanmeldformulieren staan altijd op de website van de school. Aan een verzoek tot aanmelding geeft een school gehoor, waarbij de afspraak geldt dat niet mondeling wordt doorverwezen. De school beslist, binnen zes weken na aanmelding, of de leerling kan worden toegelaten. Deze periode kan eenmaal met maximaal vier weken worden verlengd. Als een school de leerling niet kan plaatsen binnen de basisondersteuning, zoekt de school (of het schoolbestuur) een passende onderwijsplek op een andere school. Dat kan een reguliere school zijn of een school voor speciaal (basis)onderwijs. Belangrijk daarbij is dat een goede balans wordt gevonden tussen de wensen van ouders en de mogelijkheden van scholen. Als extra ondersteuning in het speciaal (basis)onderwijs nodig is, dan wordt een toelaatbaarheidstraject gestart. Het samenwerkingsverband bepaalt of een leerling toelaatbaar is tot het speciaal (basis)onderwijs. Ook stelt het samenwerkingsverband het beleid en de procedure vast met betrekking tot de terugplaatsing of overplaatsing van leerlingen voor wie de periode waarop de toelaatbaarheidsverklaring betrekking heeft, is verstreken. Meer informatie over de toelaatbaarheid tot speciaal (basis)onderwijs kunt u terug vinden op de website www.passendonderwijszuid.nl
34
Contactinformatie Samenwerkingsverband Heerlen en omstreken Adres: Nieuw Eyckholt 290E 6419 DJ Heerlen Directeur: Doreen Kersemakers Telefoon: 085 - 488 12 80 E-mail:
[email protected] Samenwerkingsverband Westelijke Mijnstreek Adres: Eloystraat 1a 6166 XM Geleen Directeur: Tiny Meijers-Troquet Telefoon: 085 - 488 12 80 E-mail:
[email protected]
In het onderstaande wordt nader ingegaan op toelating, schorsing en verwijdering, voor zover de invoering van Passend Onderwijs heeft geleid tot aanpassingen in de Wet Primair Onderwijs (WPO) Toelating en verwijdering (artikel 40 WPO) Het College van Bestuur besluit over de toelating en de verwijdering van leerlingen. De toelating mag niet afhankelijk worden gesteld van een geldelijke bijdrage van de ouders. Het schoolbestuur heeft met ingang van 1 augustus 2014 een zorgplicht om voor alle leerlingen die worden aangemeld en die extra ondersteuning nodig hebben, of staan ingeschreven, een zo passend mogelijk onderwijsaanbod te doen. De aanmelding van kinderen voor toelating geschiedt schriftelijk en kan worden gedaan vanaf de dag waarop het kind de leeftijd van 3 jaar bereikt. De ouders doen de aanmelding zo mogelijk ten minste 10 weken voor de datum waarop toelating wordt gevraagd en geven bij de aanmelding aan bij welke school of scholen eveneens om toelating is verzocht. De school die het aanmeldformulier ontvangt, moet een zo passend mogelijk aanbod doen. Dat moet een plek op een school zijn waar de leerling ook daadwerkelijk geplaatst kan worden. De schooldirectie beoordeelt of de aanmelding een kind betreft dat extra ondersteuning behoeft. Het College van Bestuur/schooldirectie moet altijd een oordeel vellen over de ondersteuningsbehoefte van de aangemelde leerling. De schooldirectie kan daarom de ouders via een vragenlijst verzoeken gegevens te overleggen betreffende stoornissen of handicaps van het kind of beperkingen in de onderwijsparticipatie. Op grond van de ingevulde vragenlijst kan de schooldirectie besluiten om meer gegevens met betrekking tot de ondersteuningsbehoefte van een leerling bij de ouders op te vragen. De school waar toelating verzocht is, relateert de vastgestelde ondersteuningsbehoefte aan het schoolondersteuningsprofiel en het niveau van de basisondersteuning zoals vastgesteld door het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs. Het schoolondersteuningsprofiel is beschikbaar op de website van de school. De school waar een leerling wordt aangemeld, hoeft niet alle leerlingen op de eigen school te plaatsen. Net als in de huidige situatie, moet de school eerst onderzoeken of zij de leerling een passend onderwijsprogramma kan bieden. Als blijkt dat plaatsing een onevenredige belasting is voor de school, dan moet de schooldirectie een andere school vinden die een passend onderwijsaanbod kan bieden en waar het kind ook kan worden geplaatst. Toelating weigeren bij leerling met extra ondersteuning Indien de toelating van een leerling die extra ondersteuning behoeft wordt geweigerd, vindt de weigering pas plaats nadat de schooldirectie er, na overleg met de ouders en met inachtneming van de ondersteuningsbehoefte van de leerling en de schoolondersteuningsprofielen van de betrokken scholen, voor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Dit is een resultaatsverplichting. Onder andere school kan ook worden verstaan een school voor speciaal onderwijs, een school voor speciaal en vso of een instelling voor speciaal en vso. De schooldirectie neemt de beslissing over toelating van een leerling zo spoedig mogelijk doch uiterlijk 6 weken na ontvangst van de aanmelding. Indien de beslissing niet binnen 6 weken kan worden gegeven, deelt de schooldirectie dit aan de ouders mee en noemt het daarbij een zo kort
35
mogelijke termijn waarbinnen de beslissing wel tegemoet kan worden gezien (uiterlijk 4 weken later). Schorsing De schooldirectie kan, namens het bevoegd gezag, met opgave van redenen een leerling voor een periode van ten hoogste één week schorsen. Het besluit tot schorsing wordt schriftelijk aan de ouders bekendgemaakt. Het College van Bestuur stelt de inspectie van een schorsing voor een periode langer dan één dag schriftelijk en met opgave van redenen in kennis. Verwijderen Voordat wordt besloten tot verwijdering hoort het College van Bestuur de betrokken groepsleraar. Definitieve verwijdering van een leerling vindt pas plaats nadat het College van Bestuur ervoor heeft zorg gedragen dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Onder andere school kan ook worden verstaan een speciale school voor basisonderwijs (SBO) of school voor speciaal onderwijs (SO). Met ingang van 1 augustus 2014 is nieuw de tijdelijke geschillencommissie toelating en verwijdering/geschillencommissie Passend Onderwijs, ook wel de geschillencommissie passend Onderwijs genoemd (artikel 43 WPO). Aan deze commissie kunnen door ouders onder andere geschillen worden voorgelegd over: • de aanmelding van een kind dat extra ondersteuning behoeft; • de toelating van leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben; • over de verwijdering van leerlingen. De commissie bestaat uit deskundigen en doet binnen 10 weken uitspraak als een geschil wordt voorgelegd. Bij haar oordeel houdt ze rekening met het schoolondersteuningsprofiel en het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband Passend Onderwijs. Anders dan bij de regeling Bezwaar geeft bij deze procedure een onafhankelijke externe instantie een oordeel over het bestreden besluit. Indien de bezwaarprocedure en de geschillenprocedure bij de Tijdelijke geschillencommissie toelating en verwijdering tegelijkertijd lopen, neemt het bevoegd gezag pas een beslissing over het bezwaar nadat de Tijdelijke geschillencommissie haar oordeel heeft gegeven. Overigens is sinds 13 juni 2014 de mogelijkheid geopend al voor 1 augustus geschillen voor te leggen College voor de rechten van de mens Als ouders vinden dat rond het besluit over toelating en verwijdering sprake is van discriminatie op grond van handicap of chronische ziekte, kunnen zij het College voor de rechten van de mens vragen een oordeel te geven. Deze procedure staat los van de andere hier genoemde procedures. Indien er een oordeel van het College ligt, zal de rechter dat in zijn oordeel betrekken. Meer informatie Voor meer informatie over Passend Onderwijs kunt u contact opnemen met de directie en of interne begeleider van de school. Het ondersteuningsplan van het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs staat op de website van het schoolbestuur. Algemene informatie over passend onderwijs kunt u vinden op de site www.passendonderwijs.nl
Ouderparticipatie Onze school verschaft de ouders van onze school, conform vastgelegd in art. 44 WPO, de gelegenheid om werkzaamheden voor de school en het onderwijs te verrichten. De ouders moeten daarbij wel de aanwijzingen opvolgen van de directeur en het onderwijzend personeel. Bij ondersteunende werkzaamheden kan onder andere gedacht worden aan activiteiten voor excursies, toneelstukken, schoolbibliotheek, documentatiecentrum en schoolkrant. In artikel 45 WPO is vastgelegd dat het bevoegd gezag leerlingen in de gelegenheid stelt, onder toezicht, de middagpauze in het schoolgebouw en op het terrein van de school door te brengen. Het is in principe een taak van de ouders om de overblijfmogelijkheid te organiseren. Het bevoegd gezag kan echter de overblijfmogelijkheid zelf organiseren, hetgeen momenteel door de school geschiedt.
36
Uit de wetgeschiedenis van deze bepaling blijkt duidelijk dat het organiseren van het overblijven geen taak is van het onderwijzende personeel. De taak van het bevoegd gezag strekt niet verder dan het ter beschikking stellen van het gebouw in de middagpauze. Niettemin organiseert het onderwijzend personeel op basis van taakbeleid de overblijfmogelijkheid. Informatieverschaffing aan (gescheiden) ouders Ouders hebben het recht om geïnformeerd te worden door de school over de vorderingen van hun kind op school (artikel 11 WPO). De school is krachtens de Wet op de persoonsregistratie verplicht om inzage te geven in alle gegevens die de school van het kind in het leerling dossier bijhoudt. In deze schoolgids staat aangegeven (zie hoofdstuk 7) op welke wijze de school communicatie met de ouders onderhoudt. De inspectie toetst de schoolgids op waarheidsgehalte. De ouders kunnen op de besluitvorming over de schoolgids en het schoolplan invloed uitoefenen via de oudergeleding van de medezeggenschapsraad. In de praktijk kunnen er soms problemen ontstaan met de informatieverschaffing aan gescheiden ouders, vooral als de niet met het gezag belaste ouder ook geïnformeerd wil worden over vorderingen van het kind. De school is ook verplicht deze ouder te informeren. Na een scheiding zijn in principe beide ouders belast met het gezag over het kind. Dit is alleen anders indien beide of één van de ouders verzoeken aan de rechtbank om het gezag over de kinderen aan één van hen alleen toe te kennen. Sinds 1 januari 1998 is dit wettelijk zo geregeld. Als de rechtbank ingaat op dat verzoek heeft de niet met het gezag belaste ouder het recht om bij derden, die beroepshalve informatie hebben over het kind, die (belangrijke) informatie op te vragen. Onze school is een derde en zal in principe hieraan gehoor moeten geven. De informatieplicht geldt pas voor de school als de niet met het gezag belaste ouder hier uitdrukkelijk om vraagt. De wet (art. 377c Boek 1 BW) noemt twee uitzonderingen. De informatieplicht geldt niet indien: - de school de informatie ook niet zou verstrekken aan de wel met het gezag belaste ouder; - het belang van het kind zich tegen het verschaffen van de informatie verzet. De school zal in het laatste geval dus een afweging moeten maken. Als de school de informatie weigert kan de niet met het gezag belaste ouder een verzoek richten aan de rechtbank om alsnog te beschikken over de gevraagde informatie. De rechtbank kan de school (directeur / bestuur) oproepen om het standpunt van de school te vernemen. Bij de afweging van de school spelen onder andere de volgende factoren een rol: - is er een omgangsregeling met het kind getroffen? - is de reden: weigering van de met gezag belaste ouder om zelf informatie te geven aan de ex – echtgeno(o)te. Vrijstelling van catechese De school is toegankelijk voor kinderen met alle soorten levensovertuiging. Er is wederzijds respect. De catecheselessen op de Wissel hebben een algemeen vormende informatieve achtergrond en zijn niet toegesneden op één specifieke levensovertuiging. Kinderen van ouders, die principiële bezwaren hebben tegen deelname aan deze catecheselessen met een algemeen informatieve inhoud, worden toegestaan de catechese les niet te bezoeken. Ze krijgen buiten de klas ander werk.
37
Onderwijskundig rapport Voor kinderen die de school verlaten wordt door onze school een onderwijskundig rapport gemaakt. Een kopie van dit onderwijskundig rapport wordt aan de ouders uitgereikt. 25. INCIDENTELE INFORMATIE EN STENCILS Door de school, de OUDERRAAD en andere instanties worden vaak stencils aan de kinderen meegegeven. Wij rekenen er op dat deze stencils U ook bereiken. Vraag dit na bij Uw kind. Als er strookjes ingevuld moeten worden, doe dit dan zo vlug mogelijk, het raakt anders zo snel in de vergetelheid. Vaak blijkt uit (overbodige) telefoontjes en vragen dat deze belangrijke informatie niet of onvoldoende wordt gelezen. Jammer voor U en soms lastig voor ons! De oplossing is de Nieuwsbrief. Via onze Website kunt u zich met één druk op de knop aanmelden voor onze Nieuwsbrief. Als er nieuws is, komt deze via de Nieuwsbrief automatisch in uw mailbox terecht. 26. JEUGDGEZONDHEIDSZORG VOOR LEERLINGEN IN HET (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 19 jaar. Wij nodigen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen met school en andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek bij instroom van het S(B)O en rond de leeftijd van 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaal-emotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daar voor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg. Indien u niet verschijnt bij de tweede oproep wordt er melding gemaakt bij BJZ. Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind. Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht.
38
Vragen of zorgen? Heeft u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen. Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag! Contact Marianne Romkens Anet Welzen Nicky Platte Team JGZ Aanwezig op E: Info-mailadres T: Karin Wijnen
Jeugdverpleegkundige Jeugdartsassistente Jeugdarts, CJG De Dormig maandag-dinsdag-woensdag-donderdagmorgen
[email protected] T: 045-8506692 Maatschappelijk werker
www.ggdzl.nl/jeugdgezondheidszorg 27. HOOFDLUISBELEID VAN DE SCHOOL Hoofdluis is een regelmatig terugkerend probleem. Op plaatsen waar veel mensen bij elkaar komen kan deze besmetting gemakkelijk van de een naar de ander overgebracht worden. De school is, ongewild, zo’n plaats. Wij zijn van mening dat zowel de school als de ouders een stuk verantwoordelijkheid dragen met betrekking tot de bestrijding van de hoofdluis. Het is de verantwoordelijkheid van de school een aantal voorzorgsmaatregelen te nemen, waardoor de verspreiding van hoofdluis zoveel mogelijk wordt beperkt. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om de kinderen te controleren op hoofdluis en zo nodig te behandelen. Om het hoofdluisprobleem onder controle te houden, is op onze school gekozen voor een systematische aanpak. Dit houdt in dat de school op het moment, dat er weer hoofdluis gesignaleerd wordt, een aantal voorzorgsmaatregelen neemt die verdere verspreiding van hoofdluis beperkt. Daarnaast bestaat er een werkgroep, die door de school is ingesteld. Deze werkgroep heeft als taak om op een aantal vaste tijdstippen, ( zie kalender ) alle leerlingen op school te controleren op hoofdluis. Tevens kan de werkgroep extra ingeschakeld worden in periodes dat de hoofdluis weer actief is. Wanneer er hoofdluis bij Uw kind geconstateerd wordt, zal dit niet aan het kind zelf medegedeeld worden. Preventief krijgt elke leerling een luizenzak van school. Het kind is verplicht om zijn jas hierin te stoppen. De luizenzak gaat ieder schooljaar met het kind mee naar de nieuwe groep. Schoolverlaters leveren de luizenzak in. Deze worden vervolgens klaargemaakt voor hergebruik.
39
28. AFKORTINGEN PCL: Permanente Commissie Leerlingenzorg BAO: Basis Onderwijs WPO: Wet Primair Onderwijs OR: Ouderraad SWV: Samenwerkingsverband WSNS: Weer Samen Naar School SBO: Speciale School voor Basis Onderwijs MR: Medezeggenschapsraad lln: leerlingen VBKO: Vereniging Bestuursorganisatie Katholiek Onderwijs REC: Regionaal Expertise Centrum CVI: Commissie Voor Indicatiestelling LGF: Leerlinggebonden Financiering Bijlage 1:
Gedragscode vrijwillige ouderbijdrage. MOVARE vindt het wenselijk dat ten aanzien van eventuele ouderbijdragen van de scholen de volgende gedragscode wordt gehanteerd. Deze code is in een gezamenlijk overleg van de organisaties voor bestuur en management in het primair en voortgezet onderwijs, de landelijke organisaties voor ouders in het onderwijs en het ministerie van onderwijs vastgelegd. We nemen daaruit de belangrijkste voor ons relevante bepalingen. 1. Het uitvoeren van de voor de school wettelijk voorgeschreven kernactiviteiten mag niet afhankelijk worden van de vrijwillige ouderbijdrage. In dit verband wordt opgemerkt dat de Rijksoverheid zorgt voor de reguliere bekostiging van de kernactiviteiten van de scholen, waarmee de scholen in staat worden gesteld te voldoen aan de wettelijke verplichtingen. De vrijwillige ouderbijdrage is derhalve aanvullend op de reguliere bekostiging van overheidswege. De activiteiten die niet door de Rijksoverheid worden bekostigd maken geen deel uit van de kernactiviteiten. Derhalve is de ouderbijdrage alleen bestemd voor de niet-kernactiviteiten. 2. De vrijwillige ouderbijdrage wordt niet ingezet voor activiteiten die uitsluitend zijn gericht op bevoordeling van een individuele leerling, met uitsluiting van andere leerlingen die in een gelijkwaardige positie verkeren. De ouderbijdrage komt daarmee ten goede aan hetgeen in het verband van de schoolgemeenschap (in schoolverband) wordt georganiseerd, voor zover ouders deelname aan activiteiten door hun kind(eren) wensen. 3 Elk orgaan dat een vrijwillige ouderbijdrage vraagt (bijvoorbeeld de oudervereniging, ouderraad of activiteitencommissie) hanteert de uitgangspunten die in de wet en in deze gedragscode zijn neergelegd op dezelfde wijze als het bevoegd gezag dat een vrijwillige ouderbijdrage vraagt. Ouders dienen in beginsel zelf verantwoordelijkheid te hebben voor het vaststellen en besteden van de vrijwillige ouderbijdrage. 4.Aan de toelating van leerlingen tot de school wordt niet de voorwaarde verbonden dat de ouders tegen een financiële vergoeding lid moeten worden van een oudervereniging, noch wordt op andere directe of indirecte wijze een financiële toetsingsvoorwaarde gesteld. 5.Voorop staat dat alle leerlingen kunnen deelnemen aan de activiteiten. Bij de vaststelling en inning van de vrijwillige ouderbijdrage wordt op verzoek van individuele ouders rekening gehouden met hun inkomenspositie. Daarbij wordt zorgvuldig omgegaan met privacygevoelige gegevens. Gezien het vrijwillige karakter van de ouderbijdrage wijzen partijen het gebruik van incassobureaus en deurwaarders af. Zij spannen zich
40
ervoor in dat bij het innen van de vrijwillige ouderbijdrage van deze middelen geen gebruik wordt gemaakt. 6.Deze gedragscode dient als bijlage te worden opgenomen in schoolgids en schoolplan.
Bijlage 2:
Live@Edu Onderwijsstichting MOVARE heeft ontwikkeling en innovatie hoog in het vaandel staan. Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van nieuwe media. Om aan te sluiten aan de behoeften van kinderen hebben alle MOVARE-scholen de beschikking gekregen over Live@Edu. De kinderen van de groepen 5 tot en met 8 maken gebruik van dit online communicatieprogramma. Wat is Live@Edu? Live@Edu is meer dan alleen e-mail. Kinderen krijgen met hun e-mailaccount toegang tot: - E-mailbox met een omvang van 10 Gigabyte. - Online opslag voor persoonlijke documenten van 25 Gigabyte. - Chatmogelijkheden tussen leerlingen - Online samenwerkingsgroepen waardoor leerlingen in het kader van projecten documenten kunnen delen met andere leerlingen. Is Live@Edu veilig? Ja. De hele omgeving van Live@Edu is afgesloten van reclame en ongewenste e-mail en afgestemd op de specifieke behoeften van de school. Het kan toch gebeuren dat uw zoon/dochter ongewenste e-mail ontvangt of op een website terecht komt die hij/zij eigenlijk niet wenst te bezoeken. Leerkrachten zijn bekend met Live@Edu, waardoor zij direct maatregelen kunnen nemen. Is er een protocol aanwezig? Ja. Dit protocol internet- en e-mailgebruik (mediaprotocol) kunt u bekijken via de website www.movare.nl " documenten " Live@Edu. Voor het gemak is in deze schoolgids een samenvatting van het mediaprotocol opgenomen. Moet ik toestemming geven? Ja. Uw zoon/dochter mag niet eerder gebruik maken van Live@Edu, voordat u door middel van een toestemmingsformulier toestemming heeft gegeven. Meer informatie Meer informatie vindt u op de website http://live.movare.nl
41
Bijlage 3:
Samenvatting mediaprotocol voor leerlingen 1. Uitgangspunten Kinderen maken gebruik van internet & e-maildiensten. De school heeft de verantwoordelijkheid om kinderen hier ‘wegwijs’ in te maken. Kinderen dienen zich tevens aan de afspraken te houden over internetgebruik of het versturen van e-mail/ chatberichten. 2. Afspraken a. Kinderen gebruiken internet op school voornamelijk voor lesdoeleinden. Indien kinderen ‘vrij’ willen internetten, dient dit altijd in overleg met de leerkracht te gebeuren. Internet en e-mail op school is hoofdzakelijk bedoeld als ondersteuning van het leerproces. b. Bij het bezoeken van internet wordt van de kinderen verwacht dat gemaakte afspraken nagekomen worden. Dit wil zeggen dat websites die geen verband houden met het leerproces, niet bezocht mogen worden zonder toestemming van de leerkracht. Bij het bezoeken van internetpagina’s/chatprogramma’s of e-mail, wordt altijd in overleg met de leerkracht besloten of privacygevoelige informatie wordt gegeven (denk hierbij aan NAW-gegevens). c. De school biedt kinderen tevens de mogelijkheid om verschillende zaken te printen. Het maken van een afdruk gebeurt altijd in overleg met de leerkracht. d. Het is niet toegestaan om bestanden te downloaden en/of te installeren op een computer van school. 2.1
Schoolwebsite Ouder(s) /verzorger(s) dienen bij aanmelding toestemming te geven of gegevens van hun zoon/dochter op de schoolwebsite gepubliceerd mag worden. Deze toestemmingsverklaring wordt door de school bewaard en direct toegepast bij wel/geen akkoord.
2.2
E-mail /Chatten Kinderen ontvangen een e-mailadres van school. Hiermee kunnen zij berichten versturen en chatten met andere leerlingen. De inhoud van deze berichten moeten te maken hebben met het leerproces. Indien kinderen zich misdragen bij het versturen van e-mail/chatberichten heeft de leerkracht de mogelijkheid om de toegang tot e-mail te blokkeren.
2.3
Mobiele telefoons / Mp3 spelers Het gebruik van mobiele telefoons / mp3 spelers is op school niet toegestaan. Het is mogelijk om een mobiele telefoon / mp3 speler te gebruiken bij onderwijsprojecten. Hiervoor zal de leerkracht aangeven dat dit is toegestaan.
2.4
Sociale Media: Het personeel van onze school wordt vanuit de directie om professionele redenen geadviseerd geen contactverzoeken van ouders en leerlingen via de Sociale media te accepteren.
42
Bijlage 4:
Voor- en naschoolse opvang Met ingang van 1 augustus 2007 is MOVARE verantwoordelijk voor de organisatie van voor- en naschoolse opvang voor de leerlingen. Hiervoor zijn met de aanbieders van voor- en naschoolse opvang (de zogenaamde ‘kind partners’) afspraken gemaakt over onder meer de kwaliteit van de opvang, de prijs en de uitvoeringslocaties. Deze afspraken zijn vastgelegd in een convenant, dat te downloaden is via www.movare.nl " “Documenten” " “Convenanten”. Bijlage 5:
Schoolbegeleiding Onze school is voortdurend in ontwikkeling. Bij sommige aspecten van deze ontwikkeling laten we ons ondersteunen door experts van buiten de school. Onderwijsstichting MOVARE beschikt over een team van medewerkers dat werkzaam is op het gebied van Onderwijsbegeleiding en -Ontwikkeling (O&O) en verbonden is aan het Bestuur bureau van MOVARE. Binnen dit team werken orthopedagogen, psychologen, logopedisten, psychologisch assistenten en onderwijsbegeleiders. Zij helpen ons bij vragen die te maken hebben met de zorg voor individuele leerlingen (consultatie en diagnostiek), het verder ontwikkelen van de zorgstructuur en het versterken van de kwaliteit van het onderwijs in de groepen (passend en opbrengstgericht onderwijs). Logopedisten worden ingeschakeld bij taal- en/of spraakproblemen van leerlingen en spelen een rol binnen de ontwikkeling van het taalonderwijs. Deskundigen op het gebied van ICT ondersteunen bij het effectief leren omgaan met bijvoorbeeld digitale schoolborden etc. Indien nodig maken we gebruik van andere deskundigen. Bijlage 6:
Verwijsindex Waarom is er een Verwijsindex? De Verwijsindex valt binnen de wet op de Jeugdzorg en is daarom wettelijk bepaald door de overheid. De overheid heeft deze bepaling ingesteld naar aanleiding van voorvallen met kinderen en jongeren waarbij professionals van verschillende organisaties niet van elkaar wisten dat ze in hetzelfde gezin werkzaam waren. De Verwijsindex is onderdeel van het gemeentelijk jeugdbeleid. Uw kind in de Verwijsindex? De Verwijsindex is een systeem waarin leerkrachten, hulpverleners en begeleiders die met kinderen en jongeren werken, registreren wanneer zij zich zorgen maken over een kind of jongere. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn, er kunnen bijvoorbeeld problemen op school zijn of zorgen over de gezondheid of persoonlijke ontwikkeling van het kind. Het kan zijn dat meerdere organisaties tegelijkertijd hun hulp aanbieden. Het is belangrijk dat deze organisaties dit van elkaar weten, want dan kan de geboden hulp op elkaar afgestemd worden. Als er twee of meer registraties door verschillende organisaties zijn gemaakt over uw kind, ontstaat er een zogenaamde match. Registratie Alleen algemene gegevens, zoals het Burgerservicenummer, naam, adres en geboortedatum worden in de Verwijsindex opgenomen. De reden van registratie wordt niet vermeld. Als de school uw kind wil registreren in de Verwijsindex wordt u vooraf geïnformeerd. Samen met u en uw kind wordt dan bekeken welke hulp en ondersteuning het beste is. Wat zijn uw rechten? Over de registratie in de Verwijsindex wordt u vooraf geïnformeerd.
43
De persoonsgegevens kunnen alleen ingezien worden door de school en de betrokken hulpverleners. U kunt vragen welke persoonsgegevens zijn opgenomen en vragen om correctie van de persoonsgegevens. U kunt bezwaar aantekenen tegen opname van de persoonsgegevens van uw kind. Meer informatie? Voor de regio ParkstadLimburg (Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Onderbanken, Nuth, Simpelveld, Voerendaal) verwijzen we naar de website: www.verwijsindex-parkstad.nl. Buiten deze regiokunt u voor verdere informatie terecht bij de betreffende gemeente of de landelijke site: www.verwijsindex.nl
Bijlage 7:
Regionale Aanpak Kindermishandeling (RAK) RAK (regionale aanpak kindermishandeling): volgend uit de Wet Meld code huiselijk geweld en kindermishandeling. Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan zijn wij wettelijk verplicht om dit te melden. Wij handelen vervolgens conform de eveneens wettelijk vastgelegde meld code huiselijk geweld en kindermishandeling. Voor deze code en meer informatie verwijzen wij u naar:
www.movare.nl ! Documenten Bijlage 8:
Centrum Jeugd en Gezin Opvoeden en opgroeien is niet altijd even makkelijk. Soms is informatie of ondersteuning welkom of nodig. Het vinden van die informatie of hulp is soms moeilijk. Er zijn veel organisaties voor jeugdzorg en gezondheidszorg. Om u te helpen bij het vinden van de juiste informatie of ondersteuning is er in iedere gemeente één centraal punt voor alle vragen rondom opvoeden en opgroeien opgericht: het Centrum Jeugd en Gezin (CJG). Wie kan bij het CJG terecht? Het Centrum Jeugd en Gezin is er voor: (aanstaande) ouders en verzorgers van kinderen, jeugd en jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar, professionals die met kinderen, jeugdigen en hun ouders werken en vrijwilligers die met kinderen/jeugdigen werken (sport en vrije tijd). Partners Onder de paraplu van het Centrum Jeugd en Gezin vallen verschillende organisaties, zogenaamde ketenpartners. Samen met deze partners zorgt het Centrum Jeugd en Gezin voor de juiste informatie of hulp. Ook worden er activiteiten en cursussen georganiseerd. De partners van het Centrum Jeugd en Gezin zijn onder andere alle onderwijsstichtingen, organisaties in de jeugdgezondheidszorg, alle welzijnsorganisaties, peuterspeelzalen en kinderopvang. Meer informatie? Voor de regio Parkstad Limburg (Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Onderbanken, Nuth, Simpelveld, Voerendaal) verwijzen we naar de website: www.cjgparkstadlimburg.nl. Buiten deze regio kunt u voor verdere informatie terecht bij de betreffende gemeente.
Tevredenheidsonderzoek: Scholen met Succes In de tweede helft van het schooljaar 2012/2013 hebben we voor het laatst door een extern bureau : Scholen met Succes” een tevredenheidsonderzoek laten doen. De resultaten van dit onderzoek kunt u lezen op de site van de school; www.sbodewissel.net. In het nieuwe schooljaar zullen we weer een tevredenheidonderzoek houden.
44