SCHOOLGIDS 2011-2012
Het Hoofdvaart College Postbus 23 2130 AA Hoofddorp Het bezoekadres is: Steve Bikostraat 73 in Hoofddorp Telefoon: 023-5555777. Faxnummer: 023-5555760. Website: www.hoofdvaartcollege.nl E-mail:
[email protected]. Bankrekeningnummer: 13.81.82.620.
Inhoud Voorwoord
5
1. Kennismaken met het Hoofdvaart College
6
1.1. Bestuur
6
1.2. Toen en nu
6
1.3. Identiteit, visie, missie
6
1.4. Samenwerking school, ouders/verzorgers en leerling
7
2. Organisatie van ons onderwijs
8
2.1. Schoolleiding
8
2.2. Kernteams en teamleiders
8
2.2.1. De mentor en coach
8
2.3. Ons onderwijs
10
2.3.1. Onderwijsaanbod
10
2.3.2. Onderwijstijd
10
2.3.3. Leergebieden leerjaar 1 en 2
10
2.3.4. Lessentabel leerjaar 3 en 4
12
2.3.5. Huiswerkklas
14
2.3.6. Buitenschoolse activiteiten
14
2.3.7. Lestijden
14
2.3.8. Vakanties schooljaar 2011-2012 en buitengewoon verlof
15
2.3.9. Leervorderingen, rapportages en overgangsregelingen
15
2.3.10. Examen
17
2.3.11. Vervolgopleidingen
17
2.4. School in beeld: Onderwijs
18
2.4.1. Onderbouw
18
2.4.2. Sectoren en afdelingen (bovenbouw)
18
2.4.3. Overig onderwijsaanbod
20
2.5. Leerlingbegeleiding
21
2.5.1. Visie op achterstandenbeleid (waaronder leerwegondersteunend onderwijs: LWOO)
21
2.5.2. Begeleidingsuren
22
2.5.3. Leerlingzorg en begeleiding
22
2.5.4. Zorgaanbod
25
3. Communicatie
26
3.1. Communicatie met ouders/verzorgers
26
3.2. De ouderraad (OR)
27
2
4. Voorzieningen voor de leerling
28
5. Veiligheid en welzijn
30
6. Financiële zaken
32
6.1. Boeken
32
6.2. Aan te schaffen materialen
33
6.3. Schoolkosten
33
7. Belangrijke adressen
36
Bijlagen
37
Bijlage 1. Schoolregels.
38
Bijlage 2. Het sanctie stappenplan (SSP)
41
Bijlage 3. Samenwerkingsovereenkomst
42
Bijlage 4. Kerndoelen leerjaar 1 en 2 voortgezet onderwijs
44
Bijlage 5. Reglement buitenschoolse activiteiten
47
Bijlage 6. Examenreglement
49
Bijlage 7. Toptalentenbeleid Hoofdvaart College
56
Bijlage 8. Personeel Hoofdvaart College
57
Bijlage 9. Leerlingenstatuut
60
Bijlage 10. Antidrugs en -diefstalbeleid
66
Index
67
3
4
Voorwoord Deze schoolgids is bedoeld om u op beknopte wijze duidelijke informatie te geven over het Hoofdvaart College. Het Hoofdvaart College streeft bewust naar kleinschaligheid in de organisatie om zo vorm te geven aan het uitgangspunt: „de leerling centraal‟. Onze inzet is erop gericht om leerlingen de benodigde kennis en vaardigheden mee te geven waardoor ze met zelfvertrouwen en succes terecht kunnen in het vervolgonderwijs en de maatschappij. In deze schoolgids wordt uitgelegd waar het Hoofdvaart College voor staat en hoe er wordt gewerkt en geleerd. De begrippen Respect, Medeverantwoordelijkheid en Bereidheid om te leren staan hierbij centraal. Daarbij beschouwen we het als een noodzakelijke voorwaarde dat ouders/verzorgers, school en leerling elkaar kunnen vinden in hun gezamenlijke verantwoordelijkheid. Daarnaast bevat deze schoolgids praktische informatie over lestijden, schoolregels, vakanties, resultaten en nog veel meer. Ik raad u aan om de schoolgids aan het begin van het schooljaar goed door te lezen en vooral ook goed te bewaren. Bij verlies kunt u altijd de website van de school raadplegen: www.hoofdvaartcollege.nl. Ik wens iedereen een leerzaam en succesvol jaar toe. Nel van Neerven Directeur N.B. Waar hij/zijn staat kan vanzelfsprekend ook zij/haar gelezen worden.
5
1. Kennismaken met het Hoofdvaart College "Het Hoofdvaart College staat bij het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap samen met het Haarlemmermeer Lyceum bekend als "Solyvius College". Het Hoofdvaart College is de nevenvestiging".
1.1. Bestuur
De Dunamare Onderwijs groep is het bestuur van het Hoofdvaart College. Het College van Bestuur van Dunamare is het „Bevoegd Gezag‟ van de school. Dunamare is een decentrale organisatie, dat wil zeggen dat Dunamare het Hoofdvaart College veel vrijheid geeft om het onderwijs in te richten. Het Centraal bureau van Dunamare ondersteunt de school op het gebied van Personeel & Organisatie, Financiën, Kwaliteitsbeleid, ICT en Huisvesting. Ouders/verzorgers en leerlingen hebben in het algemeen niet rechtstreeks met Dunamare te maken. Alleen bij klachten en in geval van bezwaar of beroep tegen beslissingen van de school speelt Dunamare een rol. Dunamare Onderwijs Groep Surinameweg 8 Postbus 4470 2003 EL Haarlem Telefoon: 023-5303600 Email:
[email protected] Website: www.dunamare.nl
1.2. Toen en nu
De oorsprong van het Hoofdvaart College ligt in de „Ambachtschool Haarlemmermeer‟ die in 1946 in Hoofddorp werd opgericht. In het begin was de school een avondschool maar vanaf 1948 werd er ook dagonderwijs aangeboden. Na verschillende fusies is de school nu een onderdeel van de Dunamare Onderwijsgroep. Dit bestuurlijk verband is medio 2007 tot stand gekomen uit een fusie van een aantal onderwijsinstellingen in de Haarlemmermeer en Kennemerland. Daarmee is een samenwerkingsverband gerealiseerd dat zich inzet voor een compleet aanbod van kwalitatief hoogwaardig voortgezet onderwijs, afgestemd op de behoeften van de regio en de maatschappij, nu en in de toekomst. Dunamare verzorgt het bestuur van ruim 20 scholen voor Voortgezet Onderwijs, met in totaal 13.000 leerlingen en 1650 medewerkers. Vanuit het Centraal Bureau wordt de dienstverlening voor de scholen verzorgd.
1.3. Identiteit, visie, missie “Het Hoofdvaart College slaat voor haar leerlingen een brug naar een kansrijke toekomst. Een toekomst met betrouwbare, bekwame en tolerante burgers die hun bijdrage leveren aan een duurzaam leefbare maatschappij. Daartoe biedt het Hoofdvaart College aantrekkelijk, vormend beroepsonderwijs in een klimaat dat zich kenmerkt door respect, medeverantwoordelijkheid en bereidheid om te leren.” Het Hoofdvaart College is een openbare school voor voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs (VMBO) in de Haarlemmermeer. We werken vanuit de opvatting dat het succes van de schoolloopbaan en daarmee van de toekomst van onze kinderen, een gezamenlijke verantwoordelijkheid is van leerling, ouders/verzorgers en school. Ons onderwijsaanbod bestaat uit de basis- en kaderberoepsgerichte en gemengde leerweg. Waar aanvullende begeleiding nodig is wordt hierin voorzien (leerwegondersteuning). Ook kan worden voorzien in extra leerstof of een hoger leertempo voor leerlingen die daar behoefte aan hebben. In leerjaar 1 en 2 is het onderwijs bedoeld om basiskennis en –vaardigheden te verwerven én om te oriënteren op verschillende beroepsrichtingen en opleidingsmogelijkheden. We vinden het daarbij belangrijk dat de leerlingen leren ontdekken waar hun kwaliteiten en interesses liggen. Na leerjaar 1 maken leerlingen een keuze voor een bepaald profiel. In leerjaar 3 en 4, de bovenbouw, hebben leerlingen definitief gekozen voor één van de sectoren: Economie, Techniek, Zorg & Welzijn, Sport Dienstverlening en Veiligheid. Ze gaan verder met ontdekken welk beroep in de toekomst het beste bij ze past en ze worden voorbereid op het examen van het VMBO. Wanneer een leerling de belangstelling en de mogelijkheden heeft kan examen worden gedaan in een extra vak en/of op meerdere niveaus, zoals bijvoorbeeld de gemengde leerweg. 6
Uitgangspunt van het Hoofdvaart College is altijd dat élke leerling maximaal tot zijn recht komt. Binnen de mogelijkheden van het VMBO zijn we voortdurend op zoek naar kansen voor leerlingen om zich te profileren, te verdiepen, te bewijzen en te slagen. Als extra voorziening is aan het Hoofdvaart College een Internationale Schakelklas (ISK) verbonden. Dit is een kleine afdeling voor leerlingen van 12 tot en met 17 jaar, die nog maar korte tijd in Nederland zijn en die zich de Nederlandse taal eigen willen maken. Zo snel als mogelijk is wordt de leerling geschakeld naar een onderwijstype dat en school die past bij zijn mogelijkheden en wensen.
1.4. Samenwerking school, ouders/verzorgers en leerling
De school Een kansrijke toekomst is o.a. afhankelijk van een succesvolle schoolloopbaan. Tussen de 12 en 16 jaar maken jongeren een belangrijke, maar niet altijd even stabiele levensfase door. Ze hebben behoefte aan ruimte om zich te ontwikkelen, aan grenzen om zich tegen af te zetten en aan structuur. Het Hoofdvaart College ziet zichzelf als een belangrijke partner van kind en ouders om gedurende de schooltijd op basis van gedeelde visie en opvattingen alsmede een gezamenlijke inzet te voorzien in een veilige en stabiele omgeving waarin de jongeren serieus genomen worden en maximaal tot ontwikkeling komen. Leerling Van de leerling wordt verwacht dat hij zich bereid toont om te leren, zich medeverantwoordelijk toont voor de werk- en leefsfeer in de school, dat hij zich respectvol gedraagt en aanspreekbaar is op zijn gedrag. Welk gedrag wel of niet acceptabel is, is op school regelmatig onderwerp van gesprek. Ontwikkelingen in de maatschappij, op de arbeidsmarkt en in het onderwijsveld worden daarbij in acht genomen. Het uitgangspunt is en blijft hierbij altijd dat de leerling als toekomstige burger en werknemer een kansrijke toekomst tegemoet gaat. Natuurlijk mag er wel eens een vergissing of fout gemaakt worden, de leerlingen zijn immers op school om te leren. We vinden het echter van wezenlijk belang dat de leerling de kans krijgt om te laten zien dat hij bereid is om te leren en zich aan de geldende schoolregels en gedragscodes te houden. Bij herhaaldelijk negeren of overtreden zullen we overgaan tot een intensievere vorm van begeleiding en/of sanctiemaatregelen. Uiteraard doen we dit in nauw overleg met de ouders/verzorgers én de leerling. De schoolregels zijn te vinden in bijlage 1 op blz. 38. De sanctiemaatregelen zijn te vinden in bijlage 2 op blz. 41. Ouders/verzorgers Van de ouders/verzorgers wordt verwacht dat zij zich medeverantwoordelijk tonen voor het welslagen van de schoolloopbaan van hun kind. Belangstelling, actieve betrokkenheid, zoals bijvoorbeeld het regelmatig bezoeken van oudercontactavonden, steun en voorzieningen zijn belangrijk voor een kind. Ook het onderschrijven van de visie en het beleid van de school zijn van belang. Om dit expliciet vorm te geven hanteert het Hoofdvaart College een samenwerkingsovereenkomst tussen school, leerling en ouders/verzorgers. Met het ondertekenen van deze overeenkomst geven betrokkenen aan dat ze vanuit dezelfde intenties en opvattingen werken aan de schoolloopbaan van het kind. In geval van problemen, verschil van mening of inzicht is het de intentie van het Hoofdvaart College om in goed overleg met ouders en kind tot een oplossing te komen. De overeenkomst is te vinden in bijlage 3 op blz. 42.
7
2. Organisatie van ons onderwijs Onze school is zó georganiseerd dat het belang van de leerling maximaal gediend is: een toegankelijke schoolleiding, kleinschalige en herkenbare kernteams, efficiënte en effectieve randvoorwaarden en ondersteuning van het primaire proces.
2.1. Schoolleiding
De leiding van het Hoofdvaart College is in handen van de directeur, de teamleiders en de coördinator organisatie. Gezamenlijk en in goed overleg wordt het beleid van de school voorbereid en uitgevoerd. De teamleiders zijn de directe verbinding tussen het primaire proces en het schoolbeleid.
2.2. Kernteams en teamleiders
Het Hoofdvaart College werkt met meerdere kernteams, elk onder leiding van een teamleider. Het doel van het werken in teams is het realiseren van kleinschaligheid, betrokkenheid en afstemming. Een kernteam is een team van leraren en in sommige gevallen onderwijsassistenten dat het onderwijs verzorgt aan dezelfde klassen. In de bovenbouw zijn de vier teams onderverdeeld naar sectoren: Economie, Zorg & Welzijn, Techniek en Sport Dienstverlening & Veiligheid (SDV). Elke leraar is ingedeeld bij een kernteam en geeft lessen aan de klassen die bij het desbetreffende team horen. Sommige teams beschikken over een onderwijsassistent. Deze werkwijze bewerkstelligt een intensieve en hechte samenwerking tussen leraren en leerlingen. Dit heeft een positieve invloed op het werkklimaat en hierdoor op de prestaties van leerlingen. Teamleiders zijn integraal verantwoordelijk voor de kwaliteit van onderwijs, leerlingbegeleiding, personeel en organisatie van het betreffende kernteam. Er wordt een groot beroep gedaan op medeverantwoordelijkheid en inzet van al het personeel van het desbetreffende team. De schoolleiding van het Hoofdvaart College is als volgt samengesteld: Directeur Mevrouw P.A. van Neerven De heer G. van der Meulen
Waarnemend directeur, teamleider Sport, Dienstverlening & Veiligheid
Teamleiders Mevrouw D. Wensink De heer J. Rijkenberg De heer G. Woerdings Mevrouw N. den Haan
Economie, Zorg & Welzijn, Gemengde Leerweg en AKA Leerjaar 1, Techniek en ISK Assistent teamleider Economie, Zorg & Welzijn en Gemengde Leerweg Assistent teamleider Leerjaar 1, Techniek en ISK
Coördinator organisatie De heer J. Oorthuis
2.2.1. De mentor en coach Op onze school wordt een groot beroep gedaan op zowel didactische als pedagogische kwaliteiten van docenten. Het leren en vormen van leerlingen beschouwen we als een taak en verantwoordelijkheid van iedereen die in de school werkzaam is. Als mentor van een bepaalde groep leerlingen heeft een docent de taak om het totale ontwikkelingsproces van de leerling te monitoren en te begeleiden. De mentor fungeert als aanspreekpunt voor leerling, ouders en schoolleiding. Elke leraar is in principe mentor van een klas. Het Hoofdvaart College heeft als uitgangspunt dat een mentor zoveel mogelijk lesgeeft aan zijn of haar eigen klas. De mentor zorgt voor terugkoppeling en afstemming in het kernteam. In de onderbouw is veel contacttijd in het lesrooster opgenomen waarin mentor en leerlingen gezamenlijk werken aan studie- en leervaardigheden, persoonlijke- en sociale ontwikkeling en begeleiding van keuzeprocessen van leerlingen. Enkele belangrijke onderdelen waaraan aandacht wordt besteed zijn bijvoorbeeld lessen conflicthantering (Mediation), projecten over de risico‟s van gebruik van genotsmiddelen en hoe je je als leerling in kunt zetten in het belang van een plezierige en leerzame schooltijd en de maatschappelijke stage. In de bovenbouw is de mentor meestal een docent van het beroepsgerichte vak omdat hier een groot deel van de verplichte lestijd aan besteed wordt. Hier is vooral het ontwikkelings- en keuzeproces ten aanzien van de vervolgmogelijkheden (na het behalen van het diploma) een belangrijk onderwerp waar de mentor de leerling in begeleidt. 8
Wanneer een leerling extra hulp nodig heeft worden de mogelijkheden in het kernteam besproken. Extra begeleiding kan worden ingezet voor bijvoorbeeld bijles, huiswerkbegeleiding of sociaalemotionele begeleiding. Bij Sport, Dienstverlening & Veiligheid wordt op een andere manier gewerkt dan in de reguliere klassen. Leerlingen werken méér dan bij andere afdelingen in groepen en aan individuele leerdoelen. Hiertoe wordt in er bij SDV gewerkt met coaches; een docent van het team is coach van een aantal leerlingen uit verschillende groepen. Naast de verantwoordelijkheden die hierboven beschreven zijn bij de mentor, is de coach ook verantwoordelijk voor het begeleiden van de leerlingen bij individuele prestatieopdrachten. Onderstaand een overzicht van de mentoren per leerjaar en klas. Leerjaar 1
Leerjaar 2
1A 1B 1C 1D 1E
2C 2G 2H 2SDV 2T1 2T2 2Z1
mw. C. Jansen dhr. J.W. Diender mw. T. Bohan dhr. L. Paalvast dhr. G. Soetekouw
mw. M. Held dhr. R. Elias dhr. K. Buiskool mw. S. Klerx mw. L. Bounnaanaa dhr. J. Striegel mw. P. Schoorl
Leerjaar 3
Leerjaar 4
3B 3E 3G 3V 3H1 3H2 3SDV 3Z1 3Z2
mw. S. Kandhai dhr. J. Oorthuis & dhr. G. Rouw mw. E. Beers dhr. F. Nekeman mw. T. Hulsbergen dhr. J. Vergunst dhr. J. Kempers mw. J. Dijkman mw. S. Woerdings
4B 4E 4V 4H1 4H2 4SDV 4Z1 4Z2
ISK AKA
mw. E. Eggink mw. N. van Diest
dhr. D. Rietveld dhr. J. Oorthuis & dhr. G. Rouw dhr. A. Lust mw. I. Robijn dhr. R. Zweers dhr. B. Stielstra mw. C. van der Linden mw. G. Baars
9
2.3. Ons onderwijs
Scholen krijgen steeds meer mogelijkheden om het onderwijs in te richten naar eigen inzichten. De wettelijke kaders worden bepaald door enerzijds de eisen van de verplichte onderwijstijd en anderzijds de verplicht te realiseren onderwijsdoelen. Onderwijsinspecties hebben de taak om te controleren of scholen binnen de ruimte die ze krijgen voldoende kwaliteit weten te realiseren. Het Hoofdvaart College benut de door de overheid geboden beleidsruimte om het onderwijs in te richten naar eigen inzichten. Dit is een voortdurend proces van ambities formuleren, uitvoeren, reflecteren, evalueren en daar waar nodig verbeteringen doorvoeren. Daarbij hanteren we telkens hetzelfde uitgangspunt: het bieden van maximale kansen aan leerlingen om positieve leerervaringen op te doen. Leren:
is vooruitgang; mogelijkheden en behoeften van het individu zijn uitgangspunt is kennis, kunde en gedrag is grenzen verleggen, ontdekken en durven doen is samen, op basis van gelijkwaardigheid, met respect voor verschil is het creëren van een toekomst met perspectief
2.3.1. Onderwijsaanbod Het Hoofdvaart College verzorgt beroepsgericht VMBO onderwijs voor leerlingen die dat willen en kunnen. Alle leerlingen die toegelaten worden, achten we in staat het VMBO diploma te behalen. Bij het groeperen van leerlingen in klassen proberen we te bewerkstelligen dat elke leerling in een groep terecht komt waar zijn leerproces het beste tot zijn recht komt. Voor een beperkte groep leerlingen kan het Hoofdvaart College voorzien in individuele maatwerktrajecten. 2.3.2. Onderwijstijd Onder onderwijstijd verstaat de minister: het aantal klokuren begeleid onderwijs onder schooltijd en verantwoordelijkheid van daartoe bekwaam onderwijspersoneel. De hoeveelheid lestijd voor leerplichtige leerlingen is wettelijk geregeld. Leerjaar 1, 2 en 3 : 1000 klokuren Leerjaar 4 : 700 klokuren (exclusief examentijd) Voordat lesroosters gemaakt worden maken we op onze school eerst een planning van alle activiteiten die we in het schooljaar een plaats wil geven, bijvoorbeeld projecten, sportdagen, themaweken, studiedagen personeel, vergaderingen, activiteiten ter voorbereiding en afronding van het schooljaar. We berekenen hoeveel uitval van reguliere onderwijstijd dit met zich meebrengt. Daarnaast houden we rekening met een bepaald percentage aan ongeplande lesuitval, bijvoorbeeld door ziekte van een docent. Alle geplande lessen en activiteiten, geplande lesuitval en een inschatting voor ongeplande uitval worden in een rekenschema doorgerekend, en aan de hand daarvan wordt een extra marge opgenomen bovenop de hierboven genoemde klokuren. Zo zorgen we er altijd voor dat het verplichte aantal lessen wordt gegeven. Daarna worden jaarplanning en lesrooster opgesteld waarmee de verplichte onderwijstijd zeker wordt gesteld. De onderwijstijd is op onze school uitgewerkt in lesuren van 50 minuten. 2.3.3. Leergebieden leerjaar 1 en 2 In leerjaar 1 en 2 wordt gewerkt aan de kerndoelen onderbouw. Dit is het wettelijk verplichte onderwijsprogramma, uitgedrukt in 68 kerndoelen. Deze zijn opgenomen in bijlage 4 op blz. 44. Minimaal 2/3 van de verplichte onderwijstijd moet hieraan worden besteed. Maximaal 1/3 van de verplichte onderwijstijd mag de school naar eigen inzicht inrichten. Het Hoofdvaart College heeft ervoor gekozen om deze beleidsruimte optimaal te benutten. De verplichte kerndoelen zijn door het Hoofdvaart College samengevoegd tot een aantal logische en samenhangende leergebieden en vakken die het lesrooster van elke leerling in de onderbouw voorkomen: Nederlands & Engels Leert de leerlingen vaardig worden in en met taal. Mens & Maatschappij Leert de leerlingen kennis opdoen op het gebied van aardrijkskunde, geschiedenis en economie. 10
Wiskunde & Rekenen Gericht op het verwerven en toepassen van wiskundige kennis en van rekenvaardigheden. Natuur & Techniek Gericht op het verwerven en toepassen van natuur- en scheikundige kennis en technische vaardigheden. Natuur & Gezondheid Besteedt aandacht aan natuur- en milieu-educatie en gezondheidsonderwijs. Kunst & Cultuur Leert leerlingen hun creatieve talenten ontdekken en toepassen Bewegen & Sport Leert leerlingen d.m.v. sportieve activiteiten om samen te werken en zichzelf te ontplooien. Daarnaast besteden we onderwijstijd aan vorming en begeleiding van leerlingen én aan praktisch onderwijs. Daarbij hebben we ervoor gezorgd dat leerlingen ook iets te kiezen hebben waardoor we recht doen aan de verschillende behoeften en mogelijkheden van leerlingen. Dit resulteert in de leergebieden: Studiebegeleiding Besteedt aandacht aan studievaardigheden en persoonlijke vorming. Praktische Sector Oriëntatie (PSO) De leerlingen krijgen hierbij de kans om te ontdekken welke toekomstige beroepsrichting het beste bij hen past. Praktische Keuze Werktijd (PKW) De leerlingen kunnen hierbij zelf een keuze maken welke praktijklessen ze willen volgen (bijvoorbeeld: houtbewerking, zelfverdediging, mediation, koken, modelbouw, blind typen etc.). Maatwerktijd (leerjaar 1 en 2) De leerlingen krijgen tijdens deze uren lessen Nederlands (o.a. begrijpend lezen en spelling), Engels en rekenen. Deze uren zijn van belang voor leerlingen met achterstanden, waaronder leerlingen met een LWOO indicatie. Leerlingen worden ingedeeld aan de hand van behaalde cijfers en aanwezige testgegevens. In leerjaar 1 wordt er gekeken naar testen en informatie van de basisschool. In leerjaar 2 wordt gekeken naar behaalde cijfers en score van de CITO van leerjaar 1. Leerlingen werken tijdens maatwerkuren aan die onderdelen waar sprake is van een achterstand. Is er geen sprake van een achterstand dan krijgt de leerling verrijkingsstof aangeboden. De maatwerkuren kunnen o.a. ook gebruikt worden voor screening van lezen en spellen, begeleiding van dyslectische leerlingen en lessen over sociale vaardigheid en/of faalangst. RMB-tijd De RMB-tijd (Respect, Medeverantwoordelijkheid, Bereidheid om te leren) vult een leerling zelf in. Hiervoor krijgt de leerling een aftekenkaart voor verschillende activiteiten zoals bijlessen, huiswerkklas of invallessen. Ook extra activiteiten in of buiten de school gelden als RMB-tijd zoals lid van de leerlingenraad, mediator zijn, sooslis en vrijwilligerswerk buiten school. De mentor legt dit allemaal aan de leerlingen uit, stimuleert, begeleidt en ondersteunt deze activiteiten. Maatschappelijke stage Vanaf augustus 2011 is de Maatschappelijke Stage een wettelijk verplicht onderdeel van het onderwijsprogramma in het voortgezet onderwijs. Heeft een leerling aan het eind van zijn schoolloopbaan niet voldaan aan deze Maatschappelijke Stage dan wordt er geen einddiploma verstrekt. De leerlingen van het Hoofdvaart College hebben in leerjaar 1 al te maken gehad met RMB. In leerjaar 2 wordt het accent gelegd op het volgen van een Maatschappelijke Stage (van 30 uur) bij één of meerdere vrijwilligersorganisaties. De leerlingen ronden dit onderdeel aan het einde van leerjaar 2 af, met eventuele uitloop naar leerjaar 3.
11
Stageplekken, waarbij gedacht kan worden aan vrijwilligerswerk bij een sportvereniging, de kerk, de kinderboerderij, een instelling voor ouderenzorg, acties rond goede doelen, etc.), worden bemiddeld door de Vrijwilligerscentrale Haarlemmermeer en de coördinator van het Hoofdvaart College. De mentor van de klas (leerjaar 2) is de begeleidende en stimulerende spil in dit proces. Sport, Dienstverlening & Veiligheid De klassen binnen de sector Sport, Dienstverlening & Veiligheid (SDV) werken volgens een ander leerconcept in vergelijking met de rest van de school. Binnen het leerconcept van SDV wordt met de leerlingen gesproken over effectief leren en prestatieleren. Beide vormen staan ook als zodanig op het rooster van de leerling. Bij effectief leren wordt voornamelijk gewerkt aan vastgestelde kerndoelen in de onderbouw en toegewerkt naar de vastgestelde eindtermen in de bovenbouw. Dit gebeurt door middel van methodes die in de klas aanwezig zijn. Bij prestatieleren werken leerlingen altijd in groepjes. Deze groepen zijn wisselend van samenstelling. Op deze manier wordt het leren van elkaar bevorderd. Het ontwikkelen van vaardigheden staat hier dan ook centraal. Een onderdeel van het prestatieleren is het leren buiten school. Dit houdt in dat de leerlingen buiten de school een prestatie gaan uitvoeren. De SDV leerlingen werken zowel in leerjaar 2, 3 en 4 met een portfolio. Dit is een map waarin zij bewijsstukken verzamelen, die laten zien wat de leerling kan en/of gedaan heeft. Aan het eind van iedere periode voeren de leerlingen met hun coach (mentor) een portfoliogesprek. De leerling doet hiervan in bijzijn van zijn coach verslag aan zijn ouders/verzorgers. Uiteindelijk heeft het portfolio een toegevoegde waarde bij de doorstroom naar het MBO. In leerjaar 4 telt het portfolio ook mee in het schoolexamencijfer. De lessentabel van leerjaar 1 en 2 staat hieronder weergegeven: Lesuren per week Leerjaar 1
Leerjaar 2
b/k/g
Sportklas Kunstklas b/k
TN/ZW/HV b/k/g
Kunstklas b/k
SDV b/k
Nederlands
3
3
3
3
3
Engels
3
3
3
3
3
Wiskunde & Rekenen
3
3
4
4
4
Natuur & Techniek
3
3
3
3
2
Natuur & Gezondheid
3
3
3
3
3
Mens & Maatschappij
3
3
3
3
2
Kunst & Cultuur
3
3
3
3
2
Beweging & Sport
3
3
3
3
Praktische Sector Oriëntatie
1
1
2
2
Studiebegeleiding
3
2
2
1
Praktische keuzewerktijd
2
3
2
3
Maatwerktijd
2
2
2
2
RMB tijd
1
1
Vak
2
2
Lichamelijke opvoeding
6
Coach groep
1
Prestatie leren
3
Totaal
33
33
33
33
33
2.3.4. Lessentabel leerjaar 3 en 4 In de bovenbouw wordt toegewerkt naar het landelijk examen dat aan het einde van leerjaar 4 plaatsvindt. Bijna de helft van de onderwijstijd wordt besteed aan het beroepsgerichte/afdelingsvak (praktisch en theoretisch). Daarnaast bestaat het onderwijsprogramma uit algemeen vormende vakken zoals bijvoorbeeld Nederlands, Engels, Maatschappijleer, Kunstvakken en Lichamelijke Opvoeding. 12
Bovendien zijn er sectorspecifieke vakken zoals Duits, Wiskunde, Biologie, Natuur- Scheikunde. Er zijn, onder bepaalde condities, ook mogelijkheden om een extra examenvak te volgen en om voor bepaalde vakken examen te doen op een hoger niveau. Aan de onderwijsprogramma‟s van de bovenbouw wordt voortdurend gewerkt met de bedoeling om de leerlingen nóg meer te leren, nóg beter te motiveren en nóg meer leerlingen met een passend diploma te laten uitstromen. Naast het onderwijs op school vinden in elke sector ook stages plaats. Deze stages zijn enerzijds bedoeld om het keuzeproces van de leerling te ondersteunen t.a.v. de keuze van een toekomstig beroep. Anderzijds is de stage bedoeld om beroepsvaardigheden in praktijk te brengen, de beoordeling hiervan heeft een plaats in het examenprogramma. De lessentabel van leerjaar 3 en 4 staat hieronder weergegeven:
vak Nederlands Engels Duits Economie Maatschappijleer I Maatschappijleer II Wiskunde Natuur/Scheikunde Biologie Kunstvakken Lichamelijke opvoeding Bouwtechniek Voertuigentechniek Elektrotechniek Handel & Verkoop Zorg & Welzijn Coach Groep Prestatieleren Triatlon SDV praktijk SDV theorie Totaal * ** ***
Zorg en Welzijn 3Z 4Z 3 3 3 3
2 2
Handel en Verkoop 3H 4H 3 3 3 3 3 4 4 5 2
Lesuren per week Techniek
3B/E/V 4B/E/V 3SDV 3 3 3 3 3 3
2
1 2
3 3 3
3 2
3
2
2
2 2
12 14
31
4SDV 3 3
2
2
13 * 13 * 13 *
15 * 15 * 15 *
31
31
29
Één van de drie vakken, afhankelijk van de gekozen richting 1 van de vakken, afhankelijk van de gekozen richting eventueel extra vak in leerjaar 4
13
3 4 4
4 4 4
4 2
4 3*** 4
GLGL-ZW TECH 4 4 4 4 4 4 4
3 2
3
4 2
4
3*** 4 4 4
2
2
2
2
2
5**
12
29
GL- HV
4
15
29
GL
3
3 3
2 2
SDV
2 6 2 2 3 31
2 6 2 2 3 29
3*** 4
2
4
6** 6** 6**
5** 5**
6
31
31
6
31
31
2.3.5. Huiswerkklas Het Hoofdvaart College heeft voor haar leerlingen een huiswerkklas. Leerlingen worden hier in de gelegenheid gesteld om in een rustige omgeving met huiswerk bezig te zijn. De huiswerkklas is op verschillende dagen geopend en wordt begeleid door een docent. Er kunnen maximaal 15 leerlingen tegelijk in de huiswerkklas. Daarvan worden maximaal 5 plaatsen per dag gereserveerd voor leerlingen die verplicht de huiswerkklas bezoeken. Op vertoon van de schoolpas is de toegang gratis, ook in geval van verplichte huiswerkklas (n.a.v. rapportvergaderingen en met toestemming van de ouders/verzorgers). Leerlingen zonder schoolpas die vrijwillig de huiswerkklas bezoeken kunnen terecht tegen betaling van € 2,50 per keer. In de huiswerkklas gelden de volgende regels: RUSD Rust Uitzonderingen Schoon Discipline
iedereen moet ongestoord kunnen werken de docent bepaalt welke uitzonderingen gemaakt worden in het lokaal wordt niet gegeten of gedronken er wordt huiswerk gemaakt/geleerd
Alle leerlingen die zich niet aan de bovenstaande regels houden kan de toegang tot de huiswerkklas voor korte of langere tijd worden ontzegd. 2.3.6. Buitenschoolse activiteiten Het Hoofdvaart College heeft naast de reguliere lessen een aantal verplichte buitenschoolse activiteiten. Voor de onderbouw betreft dit het introductiekamp voor de eerste klas, excursies in het kader van thema‟s/projecten en sportactiviteiten. Voor de bovenbouw zijn dit excursies, opdrachten in het kader van buitenschools leren, (oriënterende) stages en verplichte buitenschoolse activiteiten in het kader van Lichamelijke Opvoeding. Als afsluiting van het schooljaar wordt ieder jaar per leerjaar een uitstapje georganiseerd, dat met de vrijwillige ouderbijdrage wordt betaald. Buitengym De leerlingen hebben in de maanden mei t/m oktober, bij mooi weer, buitengym. Deze gymlessen vinden plaats op sportvelden die zich buiten het schoolterrein van het Hoofdvaart College bevinden. Om bij deze sportvelden te komen hebben de leerlingen een fiets nodig. Buitenopdrachten Dorpopdrachten, sporten in het Haarlemmermeerse Bos, excursies, stage en schoolkamp en dergelijke maken vast onderdeel uit van ons onderwijsprogramma. Als een dergelijke activiteit plaatsvindt dan wordt zorg gedragen voor: duidelijke instructies aan de leerlingen over hoe te handelen en hoe zich te gedragen voldoende begeleiding. Voor alle buitenschoolse activiteiten en buitenopdrachten is het reglement voor buitenschoolse activiteiten van toepassing. Dit reglement vindt u als bijlage 5 op blz. 47. Dit document is ook te vinden op www.hoofdvaartcollege.nl 2.3.7. Lestijden De lesuren duren 50 minuten. Sommige lessen worden ook in blokken van 100 minuten gegeven, de zogenaamde blokuren. In de bovenbouw wordt soms in nog grotere blokken lesgegeven. De lestijdentabel van het Hoofdvaart College ziet er als volgt uit: 0e lesuur* 1e lesuur 2e lesuur PAUZE 3e lesuur 4e lesuur 5e lesuur
···· ···· ···· ···· ···· ····
PAUZE 6e lesuur 7e lesuur PAUZE 8e lesuur 9e lesuur
7.30 – 8.10 uur 8.10 – 9.00 uur 9.00 – 9.50 uur 15 minuten 10.05 – 10.50 uur 10.55 – 11.45 uur 11.45 – 12.35 uur
25 minuten
···· 13.00 – 13.50 uur ···· 13.50 – 14.40 uur 15 minuten
···· 14.55 – 15.45 uur ···· 15.45 – 16.35 uur
*leerlingen die te laat zijn melden zich de volgende dag om 7.30 uur (0e lesuur)
14
Pauzes en tussenuren Het kan in het rooster zo uitkomen dat een leerling tussen twee lessen een roostervrij lesuur heeft. Tijdens dit tussenuur kan de leerling naar het studiecentrum, de kantine of naar het schoolplein. Op het plein en in de kantine zijn voorzieningen getroffen voor voetbal, tafelvoetbal, -tennis en gamen waardoor de leerlingen op een prettige manier hun tijd kunnen doorbrengen. In de school is tijdens de lessen rust gewenst. Dit houdt in dat alleen door de gangen gelopen mag worden als dit noodzakelijk is en met toestemming van de op dat moment lesgevende leerkracht. In de pauzes worden de leslokalen afgesloten en kunnen de leerlingen naar de kantine of naar het schoolplein. Het schoolplein verlaten is tijdens schooltijden alleen toegestaan met schriftelijke toestemming van een personeelslid. Roosterwijzigingen Het kan voorkomen dat er lessen uitvallen door diverse omstandigheden. Dergelijke roosterwijzigingen worden dagelijks weergegeven op www.hoofdvaartcollege.nl, de televisieschermen in de school en/of door de telefooncirkel. Dit betekent echter niet dat als een leerkracht afwezig is de leerling automatisch vrij is. Het Hoofdvaart College zorgt ervoor dat uitvallende lessen zoveel mogelijk opgevangen worden. 2.3.8. Vakanties schooljaar 2011-2012 en buitengewoon verlof De vakantiedata voor de verschillende regio‟s worden door de overheid vastgesteld. Het Hoofdvaart College valt onder de regio Noord. Buiten deze vakantiedata is geen verlof mogelijk, tenzij er sprake is van zeer bijzondere omstandigheden. Dit kan te maken hebben met de aard van het beroep van ouders/verzorgers waardoor het niet mogelijk is om vrij te nemen tijdens de reguliere vakantieperiodes. Een bruiloft of begrafenis kunnen ook een reden zijn voor buitengewoon verlof. Buitengewoon verlof moet altijd schriftelijk worden aangevraagd bij de teamleider. Hierna zal de teamleider overleggen met de leerplichtambtenaar of in dit geval toestemming kan worden gegeven voor buitengewoon verlof. Extra vakantie, verlenging van een vakantie en/of bezoek aan het land van herkomst buiten reguliere vakanties is niet toegestaan. Voor schooljaar 2011-2012 gelden de volgende vakanties: Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Meivakantie Hemelvaart Pinksteren Zomervakantie
17 t/m 21 oktober 2011 26 december 2011 t/m 6 januari 2012 27 februari t/m 2 maart 2012 6 t/m 9 april 2012 30 april t/m 4 mei 2012 17 & 18 mei 2012 28 mei 2012 16 juli t/m 31 augustus 2012
2.3.9. Leervorderingen, rapportages en overgangsregelingen Het meten van de leervorderingen gebeurt op het Hoofdvaart College op verschillende manieren met verschillende doelstellingen. Niveaubepaling gedurende leerjaar 1 Gedurende het schooljaar worden de leervorderingen van de leerlingen op een tweetal manieren gemeten. De school werkt met het landelijk Cito Volg- en Adviessysteem (Cito VAS) om de leervorderingen op het gebied van taal, rekenen en studievaardigheden te volgen. Vanaf leerjaar 1 t/m leerjaar 3 betekent dit dat met een zekere regelmaat toetsen worden afgenomen. De rapportages spelen een rol bij de bepaling van de leerweg die bij een leerling past. Ouders/verzorgers krijgen de rapportages samen met het rapport. Daarnaast werkt de school met zogenaamde niveautoetsen voor de vakken/leergebieden Nederlands, Engels, Wiskunde & Rekenen, Natuur & Gezondheid, Natuur & Techniek en Mens & Maatschappij. Middels de niveautoetsen wordt parate kennis getoetst. De resultaten van deze toetsen spelen een rol bij de bepaling van de leerweg die bij een leerling past. Op basis van de resultaten van Cito, niveautoetsen en portfolio vindt er na periode 3 van leerjaar 1 een voorlopige leerwegdeterminatie plaats op basis waarvan de leerling wordt geplaatst in leerjaar 2.
15
Overgangsregeling leerjaar 1 > 2 Een leerling kan naar leerjaar 2 worden bevorderd wanneer de leerling voldoende capaciteiten heeft voor minimaal het niveau van de basisberoepsgerichte leerweg. Wanneer de leerling hieraan niet voldoet zijn er twee mogelijkheden: het leerjaar overdoen of de school verlaten naar een ander onderwijstype. De beslissing t.a.v. de overgang vindt plaats in de rapportvergadering van periode 4. Leerjaar 2 De werkwijze met rapporten, Cito VAS, niveautoetsen en portfolio wordt in leerjaar 2 voortgezet. Op basis van de behaalde resultaten vindt na periode 3 van leerjaar 2 een leerwegdeterminatie plaats op basis waarvan een leerling wordt geplaatst in leerjaar 3. Overgangsregeling leerjaar 2 > 3 De resultaten die vermeld staan op het perioderapport zijn bepalend voor de overgang van leerjaar 2 naar leerjaar 3. Leerlingen krijgen leerstof en toetsen aangeboden die passen bij de leerweg/niveauklas waarin de leerling zit. Een leerling kan naar leerjaar 3 worden bevorderd wanneer voor alle vakken het gemiddeld behaalde cijfer minimaal een 6.0 is. Wanneer een leerling hieraan niet voldoet beslist de teamleider, gehoord hebbende de docentenvergadering, tenzij er sprake is van onderstaande. Een leerling kan niet naar leerjaar 3 worden bevorderd wanneer: er meer dan twee afgeronde eindcijfers lager zijn dan 5.0 of in geval van een afgerond eindcijfer lager dan een 4.0 Leerjaar 3 Voor sommige vakken begint in leerjaar 3 het schoolexamen al. De resultaten die daarvoor worden behaald, tellen in leerjaar 4 mee bij de zak- en slaagregeling. Dit zijn de vakken: Lichamelijke Opvoeding, Maatschappijleer 1, Culturele & Kunstzinnige Vorming (CKV) en het afdelingsvak van de Techniekafdelingen (Bouw-, Elektro- Voertuigentechniek). Voor de andere vakken wordt in leerjaar 3 een aanvang gemaakt met het behandelen en beoordelen van leerstof die noodzakelijk is om in leerjaar 4 examen te kunnen doen. Voor een deel wordt dit gedaan in de vorm van stage. Stage wordt beoordeeld met “Voldaan” of “Niet voldaan”. In leerjaar 3 ontvangen leerlingen in totaal vier keer een rapport. De behaalde resultaten voor de schoolexamens worden meegenomen naar leerjaar 4. Overgangsregeling 3 > 4 Een leerling kan naar leerjaar 4 worden bevorderd wanneer voor elk afzonderlijk vak het gemiddeld behaalde cijfer minimaal een 6.0 of „voldoende‟ is. Wanneer een leerling hieraan niet voldoet beslist de teamleider, gehoord hebbende de docentenvergadering, tenzij er sprake is van onderstaande. Een leerling kan niet naar leerjaar 4 worden bevorderd wanneer: het afgeronde eindcijfer voor maatschappijleer 1 lager is dan 5.0 het eindcijfer CKV „onvoldoende‟ is Wanneer een leerling niet wordt bevorderd naar leerjaar 4 beslist de teamleider, gehoord hebbende de docentenvergadering. Er zijn dan 3 mogelijkheden: het leerjaar overdoen, overstappen naar een ander opleidingstraject of de school verlaten. Leerjaar 4 In leerjaar 4 volgen drie periodes waarin schoolexamens plaatsvinden, gevolgd door het Centraal Landelijk Examen in periode 4. Werkwijze en gang van zaken staat beschreven in het examenreglement, te vinden op blz. 49 en Programma van Toetsing en Afsluiting (zie ook www.hoofdvaartcollege.nl).
16
2.3.10. Examen In leerjaar 4 volgen drie periodes waarin schoolexamen wordt gedaan, gevolgd door de vierde periode van leerjaar 4 waarin het Centraal Examen plaatsvindt. Dit is het landelijke examen waaraan elke leerling in het VMBO deelneemt als afsluiting van zijn examen. Het examen van het VMBO bestaat uit een Schoolexamen en een Centraal Examen. Het schoolexamen start voor een aantal vakken in het derde leerjaar en bestaat uit vier periodes. Aan het einde van elke periode wordt een periodecijfer gegeven. Voor alle vakken uit het programma van toetsing en afsluiting (PTA) is dit het gemiddelde van de behaalde cijfers in die bepaalde periode. Alle vakken die op het lesrooster staan tellen mee bij het behalen van een diploma, dus ook een vak als lichamelijke opvoeding. De examencommissie is verantwoordelijk voor de inhoud van het examenreglement en de examenprogramma's van de verschillende vakken. Het examenreglement is te vinden in bijlage 6 op blz. 49. Tevens zijn de examenresultaten van schooljaar 2010 - 2011 te vinden op blz. 55. 2.3.11. Vervolgopleidingen Bij het Hoofdvaart College volgen de leerlingen de basisberoepsgerichte, kaderberoepsgerichte of de gemengde leerweg. De basisberoepsgerichte leerweg is praktisch gericht en na afronding van deze leerweg kan doorgestroomd worden naar niveau 2 van het Middelbaar Beroeps Onderwijs (MBO). MBO wordt meestal gegeven door een Regionaal Opleidingen Centrum (ROC). De kaderberoepsgerichte leerweg is meer theoretisch en biedt doorstroommogelijkheden naar niveau 3 en 4 van het MBO. Leerlingen die in niveau 2 starten kunnen bij gebleken geschiktheid doorstromen naar niveau 3 of 4. Daarnaast biedt het Hoofdvaart College de gemengde leerweg aan. Deze leerweg lijkt erg veel op de theoretische leerweg en biedt algemeen vormende vakken en één beroepsgericht vak. VMBO gemengde leerweg biedt doorstroommogelijkheden naar HAVO of MBO. In het MBO bestaan twee leerwegen: de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) en de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL). Bij de beroepsbegeleidende leerweg ligt de nadruk op leren door het grootste gedeelte van de tijd een beroep uit te oefenen. De beroepsopleidende leerweg is meer theoretisch gericht en praktijkervaring wordt opgedaan in stages.
17
2.4. School in beeld: Onderwijs 2.4.1. Onderbouw Leerjaar 1 maakt deel uit van de onderbouw. De leerjaren 2, 3 en 4 sluiten aan bij de bovenbouw. In leerjaar 1 is het onderwijs algemeen vormend en praktijk oriënterend. In leerjaar 2 wordt de leerling, naast algemeen vormend onderwijs, voorbereid op de afdelingenkeuze in leerjaar 3 en 4. De ontwikkeling naar (deels) leerling-gestuurd onderwijs is aan de orde in de onderbouw in de vorm van Praktische Keuze Werktijd, Praktische Sector Oriëntatie en invulling van RMB-tijd. Ook de tendens om flexibeler om te gaan met het leerprogramma in het belang van de ontwikkeling van individuele leerlingen is vooral in de onderbouw merkbaar. Gemengde leerweg profielklas De leerlingen binnen de gemengde leerweg profielklas krijgen voor de verschillende vakken en leergebieden een ander onderwijsaanbod. De leerlingen volgen deze vakken op het niveau van de theoretische leerweg. Gedurende leerjaar 1 en 2 wordt beoordeeld of deze leerlingen in aanmerking komen voor de gemengde leerweg. Reguliere sportklas (sportprofielklas) Het Hoofdvaart College heeft in de onderbouw een reguliere sportklas. De sportklas volgt het reguliere onderwijsprogramma en krijgt daarnaast extra sportactiviteiten aangeboden binnen het programma PKW (Praktische Keuze Werktijd). Het Hoofdvaart College is in samenwerking met het Haarlemmermeer Lyceum een topsportvriendelijke school en voert een actief toptalentenbeleid. Dit beleid is te vinden in bijlage 7 op blz. 56. Kunst & cultuur profielklas Het Hoofdvaart College heeft in leerjaar 1 en 2 een profielklas Kunst & Cultuur. In deze profielklas vindt een intensieve oriëntatie plaats op kunst & cultuur. Binnen het programma wordt een evenwichtige verdeling gemaakt tussen klassikaal onderwijs en projectmatig leren. De leerling maakt kennis met allerlei kunstzinnige en culturele activiteiten. In alle leerjaren wordt gewerkt vanuit de volgende kernconcepten: inspiratie en vormgeving, media en communicatie, kunst en maatschappij en identiteit en diversiteit. Deze profielklas bereidt voor op een beroepskeuze in de Kunst en Cultuur sector op het MBO. 2.4.2. Sectoren en afdelingen (bovenbouw) Handel & Verkoop Handel & Verkoop is een brede opleiding. Leerlingen die hiervoor kiezen vinden het vooral leuk om dienstverlenend en of commercieel te denken en te handelen. Met de opleiding Handel en Verkoop kunnen de leerlingen vele kanten op; een vervolgopleiding in de richting van detailhandel of internationale groothandel, administratie, mode, horeca, toerisme of transport & logistiek is mogelijk. Ook een opleiding binnen de sport of de luchtvaartdienstverlening behoort tot de mogelijkheden. Er wordt zoveel mogelijk praktisch lesgegeven. Zo is een praktijklokaal ingericht met miniwinkels en wordt buiten de school onderzoek gedaan bij bestaande winkels. Daarnaast vormen computerlessen een belangrijk onderdeel van het programma. Een deel van de lessen Handel & Verkoop wordt ingevuld door stages.
18
Zorg & Welzijn
Zorg & Welzijn is een brede opleiding. Hier worden de leerlingen voorbereid op een beroep in de sector Zorg en Welzijn, bijvoorbeeld leid(st)er in een kinderdagverblijf, sociaal werker, ziekenverzorger of doktersassistent(e). Beveiliger, kapper/kapster, schoonheidsspecialist(e) of een beroep in de horeca behoren echter ook tot de carrièremogelijkheden met een Zorg en Welzijn opleiding. Leerlingen die kiezen voor Zorg en Welzijn zijn sociaal, behulpzaam en gaan graag met mensen om. De afdeling Verzorging van het Hoofdvaart College bereidt voor op een opleiding in de sector Zorg & Welzijn. Binnen de opleiding wordt lesgegeven in speciale werkplekken. Leslokalen zijn ingericht als kinderdagverblijf, zorgcentrum, schoonheidssalon en restaurant. Iedere periode wordt er in een andere werkplek gewerkt aan praktijkgerichte opdrachten zoals het verlenen van EHBO, het bedenken van activiteiten voor een kinderdagverblijf en het klaarmaken van een ontbijt voor een zieke. Naast deze werkplekken zijn er ook lokalen waar gewerkt wordt aan theoretische opdrachten. Een gedeelte van het praktijkvak Verzorging bestaat uit het lopen van stage. Hiervoor is een aantal lesuren (op één dag) gereserveerd. Deze zogenoemde lintstage loopt over het hele schooljaar met uitzondering van enkele van te voren aangegeven dagen. De mentoren hebben een stimulerende en begeleidende rol in het vinden en volgen van de stage. Techniek De sector Techniek binnen het Hoofdvaart College bestaat uit verschillende afdelingen: bouw- elektroen motorvoertuigentechniek. Natuurlijk zijn deze opleidingen niet alleen voor jongens interessant, ook voor meisjes biedt het goede carrièremogelijkheden. In leerjaar 3 en 4 lopen de leerlingen van de Techniek afdelingen twee weken stage om geleerde aspecten toe te passen in de praktijk. Bouwtechniek
Leerlingen die het leuk vinden om hun handen uit de mouwen te steken zijn bij deze afdeling aan het goede adres. Bouwtechniek bereidt je voor op een mooi beroep als timmerman, metselaar, uitvoerder en dergelijke. Binnen de Bouwtechniek is kunnen samenwerken een essentiële vaardigheid, die in de opleiding verder wordt aangeleerd. Daarnaast leert elke leerling omgaan met verschillende houtbewerkingmachines en voert hij met behulp van deze machines opdrachten uit. Ook wordt veel gewerkt met handgereedschappen. Dat alles gebeurt in het banktimmerlokaal. Ook het kunnen omgaan met de computer is een belangrijk onderdeel van de opleiding Bouwtechniek. De leerling leert onder andere C.A.D. tekenen. Hierbij wordt met behulp van de computer een bouwtekening gemaakt. De aangeleerde kennis en vaardigheden bieden een goede basis bij verschillende vervolgopleidingen en richtingen binnen de bouwtechniek. Elektrotechniek
Bij Elektrotechniek zijn de leerlingen aan het werk in het praktijklokaal. De leerlingen werken in hun eigen tempo aan verschillende opdrachten die op verschillende plaatsen in het lokaal worden uitgevoerd. Sterk-, zwakstroom, informatica en elektronica zijn onderdelen die aan de orde komen. De leerkracht begeleidt de leerlingen bij het werk, maar zelfstandig en in teamverband opdrachten uitwerken zijn ook onderdeel van Elektrotechniek. Ook maken de leerlingen veel gebruik van de computer. De opleiding Elektrotechniek vormt een goede basis voor vervolgopleidingen in de energietechniek, telematica, elektronica en (technische) informatica. 19
Voertuigentechniek
De opleiding Voertuigentechniek is zeer geschikt voor leerlingen die houden van sleutelen en zich willen verdiepen in nieuwe technieken die worden toegepast in motoren. In het voertuigenlokaal zijn verschillende werkplekken gemaakt. Het is een officiële garage. Zo zijn er verschillende motoren, werkruimtes, gereedschappen en testinstallaties beschikbaar en er is een apart theorielokaal. Hier werken de leerlingen zelfstandig aan opdrachten. De leerlingen sleutelen samen aan auto‟s, scooters en fietsen, leren technische vaardigheden en repareren en onderhouden motoren. Daarnaast leren ze te werken met speciale apparatuur en fysieke vaardigheden te ontwikkelen. Voertuigentechniek biedt vele mogelijkheden voor de toekomst. Er is veel vraag naar VMBO leerlingen met de studierichting Voertuigentechniek. Verkoper of monteur bij een garagebedrijf, auto-, bromfiets-, en/of fietstechnicus, servicemonteur, APK keurmeester en schadeherstelmonteur zijn banen die leerlingen van voertuigentechniek kunnen vervullen. Sport, Dienstverlening en Veiligheid (SDV) De opleiding is gebaseerd op de sector Zorg en Welzijn en is wat leerconcept betreft het vervolg op de SDV klas in leerjaar 2 van het Hoofdvaart College. Dit houdt echter niet in dat wanneer leerlingen in de onderbouw niet in de sportklas hebben gezeten zij deze opleiding niet mogen doen. Leerlingen uit reguliere klassen worden beoordeeld op samenwerkingsvaardigheid, sociale vaardigheid, zelfstandigheid, sportiviteit en studievaardigheid. Daarnaast krijgen leerlingen die van een andere school afkomstig zijn en willen instromen in SDV een intakegesprek. Sport, Dienstverlening en Veiligheid past vooral bij leerlingen die houden van organiseren, leiding - en les geven, die zichzelf weten te presenteren en kunnen observeren en rapporteren. Net als in 2 SDV werken de leerlingen van 3 en 4 SDV met prestaties, zoals het organiseren en begeleiden van bejaardengymnastiek, het maken van een spel voor visueel gehandicapte kinderen en het assisteren bij een sporttraining bij een sportvereniging. De leerlingen van SDV lopen in het derde en vierde jaar ook stages bij bedrijven en/of instellingen. Gedurende een aantal periodes verrichten leerlingen werkzaamheden die een raakvlak hebben met de studierichting SDV. Voorbeelden van bedrijven en/of instellingen waar SDV leerlingen stages hebben gelopen zijn o.a.: Sportplaza (het Spectrum), Brandweer Haarlemmermeer en Aktie Sport Hoofddorp.
2.4.3. Overig onderwijsaanbod Voor leerlingen die zonder diploma de opleiding (dreigen) te verlaten heeft het Hoofdvaart College een aanvullend onderwijsaanbod indien er jaarlijks voldoende leerlingen zijn die hier gebruik van maken. AKA (Arbeidsmarkt Kwalificerende Assistentenopleiding) AKA (Arbeidsmarkt Kwalificerende Assistentenopleiding) is een MBO-opleiding op het eerste niveau. Veel leerlingen die het VMBO niet succesvol kunnen doorlopen zijn niet meer gemotiveerd om te leren en verlaten school. Landelijk wordt er hard aan gewerkt om het aantal ongediplomeerde voortijdig schoolverlaters te beperken. Om méér leerlingen kans op een succesvolle schoolloopbaan te gunnen biedt de overheid sinds 2006 de mogelijkheid aan om AKA (MBO niveau 1) op het VMBO aan te bieden. De doelgroep bestaat uit leerlingen die kansloos zijn om het VMBO-diploma te halen, maar die wél gemotiveerd en in staat zijn om in de praktijk goed te functioneren.
20
AKA is een brede assistentenopleiding waarbij de nadruk ligt op algemene vaardigheden die voor een groot deel ook in het praktijkonderwijs aan bod komen. Leerlingen kunnen na dit traject als assistentmedewerker in de horeca, detailhandel, groen, reproductie, reparatie, administratie, bouw, techniek, zorg en welzijn terecht. In dit traject heeft het Hoofdvaart College een nauw samenwerkingsverband met het ROC Nova College. De examinering voor het AKA-diploma ligt in handen van het ROC Nova College. Na het behalen van het AKA-diploma kan een leerling in het MBO instromen in niveau 2. Internationale Schakelklas (ISK) Het Hoofdvaart College beschikt over een internationale schakelklas. De internationale schakelklas (ISK) is een klas met leerlingen van buiten Nederland, die in twee jaar Nederlands leren, waarna zij hun weg in het reguliere onderwijs kunnen vervolgen.
2.5. Leerlingbegeleiding
Het Hoofdvaart College ziet leerlingbegeleiding als een geïntegreerd onderdeel van het onderwijsaanbod. De begeleiding is specifiek gericht op het leerproces, het sociaal-emotionele proces en of het keuzeproces bij leerlingen. De spil in de begeleiding van een leerling is de leerling zelf. De behoeften en de vragen van de leerling geven richting aan het soort begeleiding dat per leerling wordt ingezet. Dit kan enerzijds een extra aanbod zijn om de leerling tot grotere prestaties uit te dagen, anderzijds kan een hulpprogramma worden geboden om de leerling in staat te stellen de opleiding succesvol af te kunnen ronden. Aanspreekpunt voor de leerling is de vakdocent en/of de mentor. Het Hoofdvaart College heeft verschillende instrumenten ontwikkeld om de kansen van een leerling optimaal te maken en te houden. In de navolgende paragrafen wordt daar verder op ingegaan. 2.5.1. Visie op achterstandenbeleid (waaronder leerwegondersteunend onderwijs: LWOO) In het VMBO bereiden we leerlingen voor op een vervolgopleiding in het MBO. Daarbij vinden we het belangrijk dat onze leerlingen zelfredzaam, zelfverzekerd en zelfverantwoordelijk zijn. De mogelijkheden, capaciteiten en interesses van een leerling zijn het uitgangspunt. Deze willen we stimuleren, versterken, uitbouwen. In het MBO en later in werksituaties wordt geen rekening gehouden met eventuele leerbelemmeringen. Leerlingen en werknemers worden geacht te kunnen functioneren zoals ieder ander. Welke begeleiding een leerling nodig heeft is afhankelijk van meerdere factoren, veelal in combinatie: begeleiding bij „leren‟ (rekenen, lezen, plannen) begeleiding bij „leven‟ (sociaal gedrag, omgaan met tegenslagen, pesten etc.) begeleiding bij „kiezen‟ (PKW, PSO, sectoren, afdelingenkeuze). Het Hoofdvaart College heeft hierbij gekozen voor het werken in teams. Met het werken in teams wordt een belangrijke basis gelegd voor een samenhangende pedagogische benadering. Het gezamenlijk verantwoordelijk voelen voor een bepaalde groep leerlingen, op elkaar afstemmen van interventies, het gezamenlijk bepalen welke begeleiding nodig is. De mentor is de spil in de begeleiding. Functionarissen in de tweede lijn zijn inzetbaar ter ondersteuning. Dit model heet „geïntegreerde leerlingbegeleiding‟ en stoelt op de volgende uitgangspunten: alle kanten van een leerling komen aan bod. alle docenten voelen zich er verantwoordelijk voor. Een bijkomend voordeel is dat op deze wijze alle leerlingen er profijt van hebben. Om die redenen heeft het Hoofdvaart College de volgende keuzes gemaakt ten aanzien van leerwegondersteunend onderwijs: de groepen klein houden (streven is tussen de 18 en 24 leerlingen) leerlingbegeleiding door de mentor (Leefstijl, Mediation, lessen studiebegeleiding in de onderbouw). De desbetreffende docenten zijn aanvullend geschoold op het gebied van Leefstijl, Mediation, gesprekstechnieken en begeleidingsvaardigheden) faciliteiten voor leerlingzorg en -begeleiding binnen school te hebben leerlingen met achterstanden waaronder de LWOO, krijgen in de lessen Maatwerk de mogelijkheid om aan de voor hen moeilijke vakken te werken.
21
2.5.2. Begeleidingsuren Het Hoofdvaart College heeft verschillende uren in het lesrooster opgenomen die ten doel hebben leerlingen zo goed mogelijk te begeleiden. Het gaat hier dan om studiebegeleiding, maatwerktijd en Praktische Sector Oriëntatie (PSO). Tijdens de lessen studiebegeleiding wordt o.a. aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: Hoe behaal je de beste leerresultaten? Hoe kan je het beste plannen? Hoe los je eventuele conflicten op? Doe je dat zelf of met hulp van andere leerlingen Hoe zorgen we gezamenlijk voor een prettige sfeer in de klas? Het werken aan een portfolio Tijdens de lessen Maatwerktijd werken leerlingen aan die onderdelen waarbij sprake is van achterstand in Nederland (o.a. begrijpend lezen en spelling), Engels en rekenen. De leerlingen worden ingedeeld aan de hand van hun cijfers en de aanwezige testgegevens. Voor de leerlingen in leerjaar 1 wordt gekeken naar de testen en de informatie van de basisschool. Voor de leerlingen in leerjaar 2 wordt gekeken naar de cijfers die ze in leerjaar 1 gehaald hebben en naar hun scores bij de CITO-toetsen uit leerjaar 1. Leerlingen die geen achterstanden hebben krijgen verrijkingsstof aangeboden. Daarnaast kunnen deze maatwerkuren ook gebruikt worden voor begeleiding van dyslectische leerlingen en lessen over sociale vaardigheid en/of faalangst. Tijdens Praktische Sector Oriëntatie wordt aandacht besteed aan wat een leerling kan en wat een leerling wil en welke mogelijkheden er zijn ten aanzien van studie en beroepskeuze. Deze uren maken deel uit van Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding (LOB). Het proces van keuzes (leren) maken dat eigenlijk in alle leerjaren plaatsvindt. In leerjaar 1 worden deze lessen gegeven door de mentor en ligt het accent op “wie ben ik en wat kan ik”. Mentoren worden hierbij ondersteund door de decaan. In leerjaar 2 verzorgen vakdocenten uit de bovenbouw deze lessen en ligt het accent op de beroepsmogelijkheden en de opleidingen die daarbij horen. De leerlingen krijgen de gelegenheid om naar eigen keuze lessen bij bovenbouwafdelingen te volgen. Daarnaast wordt er een bedoek gebracht aan “Choice” (praktische bezigheden in alle sectoren van het MBO). Tevens behoort het doen van een beroepeninteressetest tot de mogelijkheden. Huidige bovenbouwleerlingen, gastdocenten en oudleerlingen worden in verschillende leerjaren uitgenodigd om een presentatie te geven over een bepaalde sector, branche of baan om de leerlingen zo goed mogelijk te informeren en hen te ondersteunen bij hun keuzes. In leerjaar 2, 3 en 4 wordt het keuzeproces begeleid met behulp van Dedecaan.net, de website waar leerlingen hun individuele stappen kunnen noteren en waar ouders/verzorgers en mentoren de leerling daarbij kunnen volgen. 2.5.3. Leerlingzorg en begeleiding De leerlingzorg en begeleiding ondersteunt leerlingen die door problemen moeite hebben met leren of met het functioneren op school of in de klas. Het kan hierbij gaan om sociaal emotionele problemen of specifieke leerproblemen. Deze ondersteuning komt niet in de plaats van de dagelijkse begeleiding door mentoren en docenten; deze ondersteuning is aanvullend en wordt gegeven in samenwerking met de mentoren. Indien de problemen om meer hulp vragen of indien de problemen ook buiten de school en in de thuissituatie een grote rol spelen, kunnen ouders/verzorgers en leerling doorverwezen worden naar de reguliere hulpverleningsinstanties, zoals: Centrum voor Jeugd en Gezin, Bureau Jeugd Zorg en RIAGG. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders/verzorgers om hierin stappen te zetten, school heeft een adviserende en ondersteunende rol. In en om de school is een aantal functionarissen, onder aansturing van het hoofd leerlingzorg en begeleiding, betrokken bij de uitvoering van de leerlingzorg en begeleiding: Zorgcoördinator Wanneer een kernteam tot de conclusie komt dat de ontwikkeling van een leerling vertraagt, ondanks de inzet van mentor en docenten, dan zal de leerling worden aangemeld bij het Team Leerling-zorg en Begeleiding. De aanmelding loopt via de zorgcoördinator. Dit team, onder leiding van het hoofd leerling-zorg en begeleiding, beoordeelt de aanvraag voor zorg en/of interne begeleiding. Vanuit dit team worden afspraken gemaakt voor nader onderzoek en/of begeleiding van de leerling. Ook kan gekozen worden voor begeleiding binnen de klas met ondersteuning vanuit het Team leerlingzorg en begeleiding. De zorgcoördinator is zowel intern als extern het aanspreekpunt als het gaat om de uitvoering en coördinatie van de leerling-zorg en begeleiding. Ouders/verzorgers wordt om toestemming gevraagd voor de inzet van zorg en/of leerlingbegeleiding. 22
Orthopedagoog De orthopedagoog is de specialist op het gebied van leerlingbegeleiding. De orthopedagoog begeleidt leerlingen, doet testonderzoek en ondersteunt de kernteams, de zorgcoördinator en de interne begeleider(s). Dyslexiecoach De dyslexiecoach volgt de leerlingen met dyslexie gedurende de gehele schoolperiode en leert hen omgaan met dyslexie en het gebruiken van de basisfaciliteiten zoals extra tijd en grotere letters bij toetsen. De dyslexiecoach begeleidt ook leerlingen, voor zover van toepassing, in het omgaan met specifieke hulpmiddelen zoals het lezen van en luisteren naar de inhoud van een tekst of het maken van een toets met behulp van een computer. Tevens is de dyslexiecoach het aanspreekpunt voor collega‟s met vragen op dit gebied. De dyslexiecoach geeft in overleg met de orthopedagoog uitvoering aan leerlingonderzoeken op het gebied van lees- en spellingsproblemen. Intern begeleider Leerlingen met leer- en/of studieproblemen kunnen, op beperkte schaal, steun krijgen van de interne begeleider. Deze begeleiding kan zich richten op individuele leerlingen of kan adviseren aan de docent zodat de leerling binnen de klas extra steun krijgt. De begeleiding richt zich over het algemeen op problemen met taal en of rekenen. Daarnaast is er aandacht voor het plannen en organiseren van het schoolwerk en het gebruik van de agenda. Ook biedt het Hoofdvaart College voor sommige leerlingen extra ondersteuning omdat er sprake is van specifieke problemen zoals: ADHD, PDD-nos, slechthorendheid of motorische problemen. Er wordt dan gesproken van een leerling met een „rugzak‟. De overheid maakt ten aanzien van de leerlingen met specifieke problemen een onderverdeling. De leerlingen met een „rugzak‟ kunnen worden onderverdeeld in leerlingen met gedragsproblemen (cluster 4), leerlingen met gehoor of ernstige spraak- en/of taalproblemen (cluster 2) en leerlingen met motorische problemen (cluster 3). De intern begeleider is verantwoordelijk voor de extra ondersteuning van deze groep leerlingen. School Maatschappelijk Werk De School Maatschappelijk Werker is verantwoordelijk voor het begeleiden van leerlingen die extra steun nodig hebben. Vaak betreft het sociaal emotionele problematiek. De schoolmaatschappelijk werker is verbonden aan Altra Jeugdzorg, maar maakt deel uit van het zorgteam van de school. De School Maatschappelijk Werker is ook verantwoordelijk voor de uitvoering van trainingen zoals sociale vaardigheidstraining en faalangstreductie training. Ook bij advies aan en verwijzing van ouders/verzorgers en leerling naar een externe hulpverleningsorganisatie heeft de School Maatschappelijk Werker een belangrijke rol. Ambulant begeleider van de leerlingen met een ‘rugzak’ (cluster 2, 3 en 4) Een ambulant begeleider begeleidt de leerlingen met een „rugzak‟. De leerlingen met een cluster 4 indicatie worden begeleid door een medewerker van Altra Jeugdzorg. De leerlingen met cluster 2 of 3 worden begeleid door een medewerker vanuit het betreffende Regionale Expertise Centrum. Ouders/verzorgers zijn direct betrokken bij de extra begeleiding van deze leerlingen. De ambulante begeleider(s) maken geen deel uit van het zorgteam van de school. Ze stemmen hun activiteiten af met school en de ouders/verzorgers van de betreffende leerling. Deze ambulante begeleiding staat los van de extra ondersteuning door de intern begeleider. Schoolarts In leerjaar 2 vindt jaarlijks een gezondheidsonderzoek plaats onder de leerlingen. Dit onderzoek bestaat uit het meten van de tevredenheid in de thuissituatie en de situatie op school en het verloop van de lichamelijke ontwikkeling als groei en gezichtsvermogen. De bevindingen van het onderzoek worden teruggekoppeld aan de school. Uit de bevindingen kan het incidenteel voorkomen dat een herhalingsafspraak wordt gemaakt of dat een leerling wordt doorverwezen naar Bureau Jeugdzorg of Jeugd RIAGG. De schoolarts is ook betrokken bij leerlingen waarbij ziekte een belangrijke oorzaak is voor absentie. Tevens kunnen ouders/verzorgers van leerlingen aangeven een gesprek met de schoolarts te willen.
23
Altra 12+ Altra 12 + (voorheen bekend onder de naam Boppi) richt zich op jongeren van 12 - 18 jaar. Plaatsing in het project 12 + kan ook via de school. Altra 12+ sluit zoveel mogelijk aan bij de belangstelling van jongeren. Onder begeleiding van een mentor oefenen de jongeren in vaardigheden die nodig zijn om op school betere resultaten te behalen en de problemen thuis onder controle te krijgen. Er wordt veel aandacht besteed aan het gedrag. Het programma is op de individuele jongere afgestemd, maar er wordt ook in groepen gewerkt. Jongeren participeren twee of meer middagen (na schooltijd) in dit project. Zorg Advies Team (ZAT) Ten behoeve van de zorg functioneert binnen de school het Zorg Advies Team. Dit team komt zes keer per schooljaar bij elkaar. Het ZAT vormt een onderdeel van de leerling-zorg en begeleiding. In het ZAT komen hulpvragen over leerlingen binnen, die door de interne zorgstructuur binnen de school niet (meer) beantwoord kunnen worden of waar de school een gerichte ondersteuning bij vraagt. De activiteiten van het ZAT bestaan uit onder andere: consultatie/advies, doorverwijzing, afstemming externe zorg, bijdrage leveren aan de interne leerlingenzorg. Aan ouders/verzorgers wordt toestemming gevraagd voor de bespreking van hun kind binnen het ZAT. Deelnemers aan het ZAT zijn: zorgcoördinator, school maatschappelijk werker, schoolarts, leerplichtambtenaar, medewerker Bureau Jeugdzorg, medewerker Boppi (incidenteel), vertegenwoordigers vanuit de teams en het hoofd leerlingzorg en begeleiding. Leerplichtambtenaar De school werkt nauw samen met de leerplichtambtenaar. Deze heeft de taak om er op toe te zien dat de Wet op de Leerplicht wordt nageleefd en werkt samen met de school aan het terugdringen van ongeoorloofd verzuim en tussentijdse (ongediplomeerde) uitval. De activiteiten van de leerplichtambtenaar zijn niet alleen gericht op controle maar ook op het meezoeken naar mogelijkheden voor die leerlingen die door eigen problemen of problemen in hun omgeving moeite hebben met het volgen van onderwijs waardoor dit resulteert in absentie. Wat is de leerplicht? In Nederland zijn kinderen vanaf 5 jaar tot het einde van het schooljaar waarin zij 16 jaar worden op grond van de Leerplichtwet verplicht naar school te gaan (leerplichtig). Als ouder of verzorger moet u uw kind inschrijven op een school en ervoor zorgen dat uw kind naar school gaat. De leerplicht geldt voor iedereen die in Nederland woont. Ook kinderen met een niet-Nederlandse nationaliteit, asielzoekers in de leerplichtige leeftijd en kinderen die illegaal in Nederland verblijven, moeten dus verplicht naar school. Volledige leerplicht De volledige leerplicht duurt tot en met het schooljaar waarin uw kind 16 jaar wordt. Als uw kind bijvoorbeeld in februari 16 jaar wordt, dan moet uw kind het schooljaar afmaken. Een schooljaar loopt van 1 augustus tot en met 31 juli. Als uw kind tenminste twaalf volledige schooljaren naar school is geweest, is de termijn van volledige leerplicht afgelopen. Een groep overslaan telt ook mee als volledig schooljaar. Kwalificatieplicht Sinds 1 augustus 2007 geldt de kwalificatieplicht. De plicht houdt in dat jongeren zonder startkwalificatie tot hun 18e verjaardag onderwijs moeten volgen. Een startkwalificatie is een diploma op havo-, vwo- of mbo-2 niveau. Tijdens de kwalificatieplicht gaat uw kind elke dag naar school of kiest het voor de combinatie van leren en werken. Meer informatie over de kwalificatieplicht vindt u in het dossier Leerplicht op de website van het ministerie van OCW: http://www.minocw.nl/leerplicht/452/Kwalificatieplicht.html
24
2.5.4. Zorgaanbod Het Hoofdvaart College biedt de volgende speciale trainingen aan ten behoeve van leerlingen: Sociale vaardigheidstraining Er zijn leerlingen die problemen in de omgang met anderen hebben. Sommigen raken in pestsituaties verzeild, anderen hebben vooral weinig zelfvertrouwen. Verlegenheid levert niet altijd het gewenste resultaat op en stoer gedrag net zo min. Voor deze leerlingen kan op het Hoofdvaart College sociale vaardigheidstraining (SVT) worden aangeboden. Door het volgen van deze training leren leerlingen handiger en met meer vertrouwen met anderen omgaan. Faalangstreductietraining Sommige leerlingen hebben veel last van spanning o.a. bij toetsen en spreekbeurten. Zij kunnen in een cursus, de Faalangstreductietraining (FRT) leren om beter om te gaan met deze spanning. Aanmelding voor beide trainingen gaat via het Team leerlingzorg en begeleiding. De aanmelding wordt in bijna alle gevallen gedaan door de mentor. In een aantal gevallen kan het verzoek komen van de intern begeleider, de schoolmaatschappelijk werker, de orthopedagoog of vanuit de ZAT vergadering. Ook voor de trainingen geldt dat de ouders/verzorgers om toestemming wordt gevraagd. De leerlingen worden altijd eerste uitgenodigd voor een intake gesprek. De eigen keuze van de leerlingen is ook bij trainingen onmisbaar.
25
3. Communicatie 3.1. Communicatie met ouders/verzorgers
In het belang van een goede samenwerking tussen leerling, school en ouders/verzorgers zet het Hoofdvaart College zich in voor een optimale communicatie met ouders/verzorgers en doet dit via de volgende uitingen: Schoolgids Allereerst voorziet deze gids in veel praktische informatie. Deze gids wordt eenmalig verstrekt aan het begin van het schooljaar. In deze schoolgids legt het Hoofdvaart College verantwoording af over ambities, werkwijze en resultaten. Een boekje om te bewaren dus. De informatie is ook te vinden op de website van de school: www.hoofdvaartcollege.nl Website De meeste informatie wordt verstrekt via de website van de school: www.hoofdvaartcollege.nl. De website voorziet in actuele informatie zoals dagelijkse lesroosters en eventuele roosterwijzigingen, afwezigheid van personeel, schoolactiviteiten, ouderavonden en eventuele redenen waarom bepaalde lessen niet door kunnen gaan. Ook staat belangrijke informatie over PTA‟s (Plan van Toetsing en Afsluiting) op de website. Gegevens over de examens zijn vanaf oktober te vinden op de website. Magister Ten behoeve van haar leerlingenadministratie werkt het Hoofdvaart College met Magister. In het Magisterprogramma worden alle gegevens geadministreerd die betrekking hebben op leerlingen. Ouders/verzorgers en leerlingen kunnen absentiegegevens en behaalde cijfers en rapportcijfers digitaal vanuit huis te bekijken. Ouders/verzorgers van alle leerlingen ontvangen hiervoor aan het begin van het schooljaar een wachtwoord en een instructie. De rapportcijfers kunnen, als gevolg van rapportvergaderingen, nog gewijzigd worden. De rapportcijfers zijn pas definitief ná rapportvergaderingen en nádat het rapport is ondertekend door een ouder/verzorger. Mentor Mentoren zullen intensief contact onderhouden met ouders/verzorgers over houding, inzet en resultaten van de leerling. Bij voorkeur gebeurt dit per email. Wanneer ouders/verzorgers op eigen initiatief contact op willen nemen met een medewerker van het Hoofdvaart College dan kan dit rechtstreeks naar het emailadres van de desbetreffende persoon of naar het algemene emailadres van het Hoofdvaart College:
[email protected]. De emailadressen van het personeel van het Hoofdvaart College kunt u vinden in het overzicht op blz. 57.
Post Het Hoofdvaart College verstrekt geen schoolkrant of nieuwsbrief per post, ook deze zijn op de website te vinden. Alleen persoonlijke informatie zal per post verstuurd worden. Ouders/verzorgers die niet over internet beschikken kunnen dit kenbaar maken bij de administratie. Bepaalde informatie, met uitzondering van dagelijkse roosterwijzigingen, zal dan schriftelijk toegestuurd worden.
26
3.2. De ouderraad (OR)
Bij het Hoofdvaart College telt iedereen mee! Het Hoofdvaart College heeft dan ook een actieve ouderraad waar enthousiaste ouders/verzorgers zich inzetten voor de school, de leerlingen en ouders/verzorgers. De OR komt gemiddeld zes keer per jaar bijeen. Bij de OR-vergaderingen is altijd iemand van de schoolleiding vertegenwoordigd. De OR heeft als taken o.a. het behartigen van de belangen van leerlingen en ouders/verzorgers bij de schoolleiding en de medezeggenschapsraad (MR). De OR is het klankbord van en voor de school. Er wordt meegedacht en meebeslist over zaken die voor leerlingen belangrijk zijn zoals veiligheid, lesuitval, voorstellingen, leskwaliteit, pesten en PR Elk jaar krijgen de geslaagden tijdens de diploma-uitreiking een attentie ter herinnering aan hun schooltijd. Het cadeau wordt mede geregeld en gefinancierd door de OR. Ouderraad voor schooljaar 2011-2012 is als volgt samengesteld: Voorzitter Irene Maas (Lid MR) Secretaris Ellis de Bie Penningmeester (vacature) Leden Danielle Cardozo Irma Diender Caroline Henneman Gillia Hoekstra Inge Rebergen (diverse vacatures) De OR is continu in beweging. Leerlingen en hun ouders/verzorgers verlaten de school. Daarom zijn we jaarlijks op zoek naar nieuwe leden voor de OR. Bent u geïnteresseerd? Neem dan contact op via het volgende emailadres:
[email protected]
27
4. Voorzieningen voor de leerling Bereikbaarheid Het Hoofdvaart College is op verschillende manieren bereikbaar. De meeste leerlingen zullen echter met de fiets naar school komen. De fiets kan in de daarvoor bestemde stalling worden geplaatst. Ook zullen leerlingen met de brommer of scooter naar school komen. Hiervoor is een speciale stalling aanwezig. Leerlingen dienen hun fiets, brommer of scooter wel op slot te zetten, het Hoofdvaart College is niet verantwoordelijk voor diefstal of eventuele vernielingen. Let wel: de school grenst aan een fietspad waarop niet met brommer/scooter gereden mag worden. Wanneer leerlingen door ouders/verzorgers gebracht worden, dienen de leerlingen afgezet te worden in de Steve Bikostraat. Zij kunnen dan via het fietspad naar de leerlingeningang van de school lopen. Het terrein voor het Hoofdvaart College behoort namelijk tot het ROC Nova College. Het is voor leerlingen daarom niet toegestaan via de hoofdingang van de school naar binnen te gaan. Schoolpas Iedere leerling voor wie de ouderbijdrage is betaald krijgt aan het begin van het schooljaar een schoolpas. Deze schoolpas geeft recht op deelname aan de geplande activiteiten van het desbetreffende leerjaar. Op deze schoolpas staat de naam van de leerling en de klas vermeld. Daarnaast is iedere schoolpas voorzien van een pasfoto. Iedere leerling dient de schoolpas elke dag bij zich te hebben. Schoolkantine De schoolkantine is de plaats waar de leerlingen kunnen verblijven tijdens pauzes en/of tussenuren. De kantine is iedere schooldag geopend. De verkoop van de verschillende drink- en etenswaren vindt plaats via de counter en automaten. Het assortiment drink- en etenswaren dat wordt aangeboden is over het algemeen gezond en verantwoord. Om leerlingen praktijkervaring op te laten doen zijn er stagemogelijkheden in de kantine. Daarnaast leveren de leerlingen een bijdrage in de aankleding van de schoolkantine, tijdens de lessen van Kunst & Cultuur worden verschillende wandversieringen gemaakt. Leerlingen kunnen tijdens tussenuren ook gebruik maken van de Wii‟s, voetbal- en airhockeytafel, welke gefinancierd zijn door de ouderraad. Schoolplein De leerlingen kunnen tijdens pauzes en tussenuren ook gebruik maken van het schoolplein. Het schoolplein is voorzien van een tafeltennistafel, -voetbal en een voetbalkooi. Wanneer er geen lessen meer zijn en de school gesloten is, is het niet toegestaan op het schoolplein te verblijven. ICT-voorzieningen Het Hoofdvaart College is voorzien van moderne computerlokalen en een aantal klaslokalen is voorzien van ICT toepassingen. De verschillende sectoren beschikken over computers waarop vakspecifieke programma‟s zijn geïnstalleerd. Het studiecentrum is ook voorzien van computers. In opdracht van de docent kunnen leerlingen hier zelfstandig aan opdrachten werken. Het studiecentrum is op gezette tijden gereserveerd voor de huiswerkklas. Schoolfeesten Tweemaal per jaar organiseert de SOOS commissie een (thema) feest voor alle leerlingen van de school. De aula wordt feestelijk versierd, verlichting opgehangen en de geluidsinstallatie opgesteld die op de avond zelf ook door SOOS – leden wordt bediend. Entreekaartjes kunnen vooraf worden besteld/gekocht na schriftelijke toestemming van de ouders/verzorgers. Introducés zijn op deze avonden niet toegestaan. Gedurende de avond vindt de verkiezing plaats van de mooist naar het thema geklede jongen en meisje. Om 24.00 uur komt er aan het feest weer een eind.
28
Schoolverzekering Voor iedere leerling die op het Hoofdvaart College staat ingeschreven en voor iedere medewerker is een verzekering afgesloten tegen ongevallen en wettelijke aansprakelijkheid. De voorwaarden zijn op te vragen bij de administratie. De school accepteert geen aansprakelijkheid in geval van beschadiging en diefstal van eigendommen uit bijvoorbeeld de gymzaal, kleedkamers kluisjes, e.d.. Het Hoofdvaart College gaat er vanuit dat de leerlingen de eigen verantwoordelijkheid dragen in het beheren van hun eigendommen en zij worden hier ook altijd op aangesproken. Het wordt leerlingen afgeraden kostbare bezittingen mee naar school te nemen. Leerlingenstatuut Het Hoofdvaart College heeft een eigen leerlingenstatuut. Hierin worden de rechten en plichten van leerlingen beschreven. Het bevat duidelijke aanwijzingen voor leerlingen waardoor de school als organisatie beter kan functioneren. Het leerlingenstatuut zal aan het begin van het schooljaar in het mentoruur behandeld worden. Het leerlingenstatuut is in bijlage 9 op blz. 60 van deze schoolgids opgenomen en is tevens te vinden op de website en bij de administratie. Leerlingenraad Het Hoofdvaart College heeft een leerlingenraad. Een namenlijst van leerlingen die de leerlingenraad vertegenwoordigen is op te vragen bij de administratie en/of op www.hoofdvaartcollege.nl. Naast de namenlijst is hier ook meer informatie te vinden over de leerlingenraad.
29
5. Veiligheid en welzijn Overeenkomst veilige school In 1997 is er binnen de Haarlemmermeer door alle scholen voor voortgezet onderwijs, gemeente, politie, leerplicht, Bureau Halt, GGD en Bureau Jeugdzorg een Overeenkomst Veilige School gesloten. Deze overeenkomst is nog steeds van kracht. Het doel ervan is het gezamenlijk bevorderen van fysieke en sociale veiligheid in en rondom de scholen en het stimuleren van een veilige leeromgeving. Regelmatig komen alle partijen bijeen om de veiligheid te bewaken en te bevorderen. Voor het Hoofdvaart College betekent dit dat naast schoolregels en schoolafspraken ook de Nederlandse wet van toepassing is. Alles wat bij wet verboden is, is ook verboden in en rondom de school. Het Hoofdvaart College heeft zich binnen de overeenkomst o.a. verplicht tot samenwerking met de politie in geval van of bij vermoeden van crimineel gedrag. Daarnaast werkt het Hoofdvaart College mee met betrekking tot eventuele fiets- en brommercontroles, surveillances op en rondom de school en kluisjescontroles. Het schoolveiligheidsplan Het Hoofdvaart College vindt de veiligheid in en rondom de school zeer belangrijk. Daarom is er een schoolveiligheidsplan opgesteld, waarin vermeld wordt hoe de school omgaat met de veiligheid. In het plan zijn de benodigde aspecten van veiligheid opgenomen. Er is binnen het Hoofdvaart College ook een verantwoordelijke veiligheidscoördinator. Het schoolveiligheidsplan ligt ter inzage bij de administratie of is te vinden op www.hoofdvaartcollege.nl. Bedrijfshulpverlening De bedrijfshulpverlening (BHV) is de organisatie die optreedt bij calamiteiten in de school en bestaat uit daarvoor getrainde medewerkers. Binnen de school zijn aanwijzingen opgehangen voor leerlingen en personeel waar op eenvoudige wijze is aangegeven wat te doen in geval van ongeval en calamiteit. De hulpverleners van het Hoofdvaart College worden regelmatig getraind en elk jaar bijgeschoold. Gezonde kantine Uit maatschappelijk oogpunt vindt het Hoofdvaart College het van belang een gezond eetpatroon voor leerlingen te stimuleren. Daarom is ervoor gekozen de schoolkantine in eigen beheer te exploiteren. Het assortiment bestaat voornamelijk uit gezonde producten. Hierbij wordt het advies van het Voedingscentrum gevolgd. Iedere dag is er voor de leerlingen gratis thee verkrijgbaar en kunnen zij kiezen uit diverse verse broodjes en af en toe croissants of een andere snack. Rookvrije school Binnen de school mag door leerlingen en medewerkers van het Hoofdvaart College niet gerookt worden. Roken is alleen buiten, op het schoolplein op de daarvoor aangegeven plekken. Antidrugsbeleid Tijdens de mentorlessen in de onderbouw wordt aan de hand van lesbrieven aandacht besteed aan het gebruik van alcohol en drugs en de mogelijke consequenties daarvan. Leerlingen kunnen open over hun eigen ervaringen praten tijdens deze lessen. Ook tijdens de lessen maatschappijleer worden de leerlingen voorgelicht over het gebruik en misbruik van alcohol en drugs. Het antidrugsbeleid en regelgeving is te vinden in bijlage 10 op blz. 66. Toezicht en beveiliging De conciërges houden in en rondom de school toezicht. Zij zien er op toe dat de schoolregels nageleefd worden en als het nodig is spreken zij leerlingen aan op hun gedrag. Tevens hebben alle conciërges een EHBO-diploma, om hulp te bieden in geval nood. Voor de veiligheid van de leerlingen, medewerkers en de school zijn in en rondom het gebouw camera‟s geïnstalleerd. De opgenomen beelden kunnen meteen of indien gewenst op een later tijdstip worden bekeken. De beelden worden enige tijd bewaard.
30
Gebruik van beeldopnames In het kader van de schoolontwikkeling kan het zijn dat er incidenteel video-opnames gemaakt worden van een klas. Deze opnames worden gebruikt als aanvulling op het lesmateriaal zodat de docent daar waar nodig de leerlingen beter kan begeleiden. Zonder schriftelijk tegenbericht van ouders/verzorgers gaan wij er vanuit dat deze hiermee akkoord gaan. Ook in de schoolgids of de website van de school kunnen foto‟s van leerlingen worden geplaatst. Met het plaatsen van die foto's wordt zorgvuldig omgegaan. Zonder schriftelijk bericht van ouders/verzorgers bij aanvang van het schooljaar gaan wij er vanuit dat deze hiermee akkoord gaan. Mediaton door leerlingen Alle leerlingen in leerjaar 1 krijgen van hun mentor lessen in Conflicthantering. De leerlingen leren wat een conflict is, hoe ze een conflict kunnen voorkomen en wanneer het dan toch tot een conflict komt, hoe ze dit zelf op kunnen lossen. Helaas komt het wel eens voor dat twee leerlingen een conflict hebben waar ze zelf niet uit komen. Ze willen het wel oplossen, het lukt ze echter niet zelf. Niet bij elk conflict is het nodig docenten of zelfs teamleiders tussen beiden te laten komen. De leerlingen willen dat vaak niet eens. Dan is het prettig als medeleerlingen, die daarvoor speciaal zijn opgeleid, kunnen helpen. Naar aanleiding van de Conflicthanteringlessen blijken er namelijk leerlingen te zijn die vaardigheden en interesse hebben om leerlingbemiddelaar te worden. Zij worden dan getraind in het bemiddelen bij conflicten. Zij leren een veilig klimaat te scheppen, goede vragen te stellen, goed te luisteren en de leerlingen die een conflict hebben te begeleiden naar het bereiken van begrip voor elkaar en het oplossen van hun probleem. Het bemiddelen van een conflict gebeurt altijd in tweetallen, in een rustige ruimte. De conciërges zijn op de hoogte dat er een bemiddelingsgesprek plaatsvindt. Daarnaast worden de leerlingbemiddelaars begeleid door twee bemiddelingscoördinatoren. Interne vertrouwenspersoon Op het Hoofdvaart College zijn interne vertrouwenspersonen aangesteld. Een interne vertrouwenspersoon ondersteunt leerlingen en ouders die problemen ervaren op het gebied van ongewenste omgangsvormen in de schoolsituatie. Personen die hulp of advies nodig hebben kunnen te allen tijde beroep op de interne vertrouwenspersoon doen. De vertrouwenspersonen op het Hoofdvaart College zijn mevrouw E. Beers en de heer B. van der Have. Zij zijn te bereiken via het algemene telefoonnummer van het Hoofdvaart College: 023 – 5555 777. Of via de email
[email protected] of
[email protected] De vertrouwenspersoon kan u verwijzen naar de instanties die uw klacht behandelen. Ook kunt u contact opnemen met de (onafhankelijke) externe vertrouwenspersoon van de school. Dit kan via de vertrouwenspersonen van de school of via de directie van het Hoofdvaart College. Klachtenregeling Het kan voorkomen dat u een klacht heeft. Onze school heeft een klachtenregeling en is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie. Gebruikelijk is, dat u een klacht eerst bespreekt met de desbetreffende leerkracht of degene die een onwelgevallig besluit heeft genomen. Komt u er niet uit, wendt u zich dan tot de directeur en in tweede instantie tot het College van bestuur van Dunamare. Mocht uw klacht dan nog steeds onvoldoende opgelost zijn dan kunt u zich wenden tot de: Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en algemeen onderwijs Postbus 185 3440 AD Woerden
De klachtenregeling ligt ter inzage bij de administratie en is ook te vinden op www.hoofdvaartcollege.nl Informatie voor ouders Voor alle vragen van ouders/verzorgers over onderwijs is er nu één informatieplatform, waarin de volgende zes landelijke organisaties zich hebben verenigd: LOBO, NKO, Ouders & COO, VOO, Balans (voor dyslexie) en CG-Raad (voor leerlinggebonden financiering). U kunt met al uw vragen terecht op de webportal www.50tien.nl of via het gratis telefoonnummer 0800-5010. Dit informatiepunt adviseert over schoolzaken zoals het aanvragen van de rugzak, pesten, dyslexie, het kiezen van een school of zittenblijven en overgaan. Voor persoonlijk advies is dit informatiepunt op schooldagen bereikbaar tussen 10.00 en 15.00 uur. Op de website kunt u vanzelfsprekend ook buiten schooltijden terecht.
31
6. Financiële zaken 6.1. Boeken
Sinds schooljaar 2009-2010 krijgen leerlingen van middelbare scholieren de volgende leermiddelen in bruikleen: Leerboeken Werkboeken Project- en tabellenboeken Examentrainingen en –bundels Eigen leermateriaal van de school Bijbehorende cd‟s en/of dvd‟s die een leerling in het desbetreffende leerjaar nodig heeft De (toegangs)kosten van digitaal leermateriaal dat een leerling in dat leerjaar nodig heeft. Lesmaterialen en ondersteunende materialen die meer kinderen binnen een gezin kunnen gebruiken of niet specifiek voor één leerjaar zijn, worden niet in bruikleen gesteld. U kunt hierbij denken aan bijvoorbeeld een atlas, een woordenboek, rekenmachine, agenda of sportkleding etc. Dit soort zaken dient door ouders/verzorgers zelf voor hun kinderen te worden aangeschaft. Sinds schooljaar 2009-2010 heeft het Hoofdvaart College een overeenkomst met Van Dijk Educatie, waarbij de uitvoering en levering van de boeken ligt bij studieboekhandel De Ruiter & Fanoy. Ouders/verzorgers van leerlingen die voor het eerste jaar bij ons op school komen tekenen een zgn. bruikleenovereenkomst. Deze wordt door de boekhandel verstrekt. Om ervoor te zorgen dat uw kind het juiste boekenpakket geleverd krijgt hoeft u in principe niets te doen. Uiterlijk eind juli ontvangt u per post verdere informatie van studieboekhandel De Ruiter & Fanoy. U ontvangt een overzicht met daarop de leermiddelen die voor schooljaar 2011-2012 aan uw kind in bruikleen worden gegeven. Ook wordt verwezen naar de website van de boekhandel: www.ruiterenfanoy.nl. Door het logo van het Hoofdvaart College aan te klikken kunt u eventuele leermiddelen voor uw kind bestellen die uw kind het komend schooljaar nodig heeft maar die niet gratis worden verstrekt. Deze leermiddelen kunnen via De Ruiter & Fanoy worden besteld en worden door de boekhandel naar uw huisadres verstuurd. Verder wordt informatie verstrekt over het ophalen van het boekenpakket. Belangrijk om te vermelden is dat uw kind bij het afhalen van de boeken een boekentas meeneemt.
32
6.2. Aan te schaffen materialen
Algemeen Iedere dag dient elke leerling onderstaande zaken bij zich te hebben:
Een schooltas Een schoolagenda Etui met inhoud: zwarte en/of blauwe ballpoints, HB potlood, puntenslijper, gum, passer, Geo driehoek, set kleurpotloden, schaar, Pritt stift, liniaal 30 cm en een rekenmachine Een USB-stick van minimaal 1 GB 4-rings multomap met inhoud: gelinieerd papier, tekenpapier, ruitjespapier (1 cm), tabbladen en showtassen Een extra 4-rings multomap met papier, of schriften (na overleg met vakdocent) ten behoeve van het uitwerken van opdrachten uit werkboeken Schrift met ruitjespapier (1 cm).
Per leergebied
Leerjaar 1 Kunst & Cultuur (onderbouw) Natuur & Gezondheid Bewegen & Sport Wiskunde 2 SDV Per vak CKV (bovenbouw) Voertuigentechniek Elektrotechniek Bouwtechniek Zorg & Welzijn Biologie Handel en Verkoop Duits Engels Lichamelijke opvoeding SDV
ordner/map, showtassen en tabbladen smalle 4-ringsmap twee snelhechters binnenschoenen zonder zwarte zool, t-shirt en een (korte) sportbroek, sportschoenen voor buiten rekenmachine: CASIO FX-82MS trainingspak (type Hummel Madrid poly suit nr. 105203 kleur 580) te verkrijgen bij Mediko Sport, Sloterweg 165 te Badhoevedorp Bovenbouw, leerjaar 3 en/of 4 smalle 4-ringsband // map overall (of stofjas), werkschoenen, potloodhouder, 2H stiftjes 0,5 mm, passer, 45˚ driehoek, 30˚/ 60˚ driehoek, gatenmal potloodhouder, stiftjes 0,5 mm, 23-rings multomap (2 stuks) voor werkboeken, (wetenschappelijk) rekenmachine, kladpapier werkschoenen, overall, 2x duimstok, potloodhouder, HB stiftjes 0,5 mm, driehoek, 30˚/ 60˚ driehoek schort (i.o.m. vakdocent), minimaal 10 snelhechters, typex 2 snelhechters 2 gelinieerde A4 schriften, simpele rekenmachine woordenboek D-N/N-D woordenboek E-N/N-E binnenschoenen zonder zwarte zool, t-shirt en een (korte) sportbroek, sportschoenen voor buiten SDV trainingspak (via Mediko Sport) en (sport)badpak of strakke zwembroek (evt. met pijpjes)
Tevens wordt een lidmaatschap van de bibliotheek aanbevolen.
6.3. Schoolkosten
Schoolkosten Het Hoofdvaart College biedt aantrekkelijk, vormend beroepsonderwijs. Daarin heeft onze school de ambitie om leerlingen een optimale ontwikkeling mee te geven in hun weg naar volwassenheid. Zo helpen we hen een goede basis te leggen voor een passende carrière in een later stadium. Om elke leerling passend onderwijs te bieden ontvangt elke school een rijksbijdrage. Deze bekostiging voldoet als het gaat om het aanbieden van noodzakelijk onderwijs aan onze leerlingen. Het Hoofdvaart College wil haar leerlingen echter méér meegeven in hun ontwikkeling naar zelfstandige, verantwoordelijke burgers. Zo bieden wij onze leerlingen graag themaweken aan die hen laten kennismaken met maatschappij brede thema‟s. Ook willen we onze leerlingen bijvoorbeeld excursies en buitenschoolse activiteiten aanbieden, die de opgedane kennis in theoretische lessen ondersteunen en bevorderlijk zijn voor een positieve sfeer in de school en in de klas. Helaas is de basisbekostiging die het Hoofdvaart College van de overheid ontvangt niet toereikend voor de extra activiteiten die wij op ons programma hebben om het onderwijs aantrekkelijker te maken.
33
Daarom vragen wij van de ouders/verzorgers van al onze leerlingen een bijdrage in de extra kosten. Deze ouderbijdrage is opgebouwd uit twee delen, te weten: Een bijdrage voor het schoolfonds (ter bekostiging van zaken die voor alle leerlingen gelden). Deze bijdrage is bestemd voor: Leerlingenraad Schoolgids Ongevallen- en aansprakelijkheidsverzekering Decanaat/studie- en beroepskeuzebegeleiding Verbruiksmaterialen praktijklessen Algemene fotokopieerkosten Schoolpas Gratis huiswerkbegeleiding Gebruik studiecentrum buiten schooltijden Bijdrage aan eindejaarsactiviteiten (bijvoorbeeld sportdag, schoolreis) Schoolfeesten. Bijdrage aan de ouderraad (bijvoorbeeld ten behoeve van leerlingvoorzieningen in algemene ruimtes (bijv. voetbal- en hockeytafels, digitale games), een aantrekkelijke kantine, schoolplein, educatieve theatervoorstelling etc.). Een leerjaarspecifieke bijdrage (ter bekostiging van activiteiten die alleen in een specifiek leerjaar plaatsvinden). Deze bijdrage is bestemd voor: Schoolkamp (bijvoorbeeld introductiekamp, sportkamp etc.) Excursies (bijvoorbeeld Artis, Naturalis, musea, bedrijfsbezoeken, beroepskeuzeevenementen, vakbeurzen etc.) Workshops ten behoeve van themaweken (bijvoorbeeld dans en muziek) Culturele activiteiten (zoals bibliotheekproject, dans- en toneelvoorstellingen etc.) Sportactiviteiten (zoals atletiek, poldersport, schooltoernooien) Feestelijke activiteiten (bijvoorbeeld Sinterklaas- en kerstactiviteiten, klassenavonden etc.)
Leerjaar 1 1 profielklas kunst 1 profielklas sport 2 2 profielklas kunst 2 SDV 3 Zorg & Welzijn 3 Handel & Verkoop 3 Bouwtechniek 3 Electrotechniek 3 Voertuigentechniek 3 SDV 3 Gemengde leerweg 4 Zorg & Welzijn 4 Handel & Verkoop 4 Bouwtechniek 4 Elektrotechniek 4 Voertuigentechniek 4 Gemengde leerweg 4 SDV ISK AKA
Bijdrage schoolfonds € 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,€ 105,-
Leerjaarspecifieke bijdrage
Aantal betalingstermijnen
€ 170,€ 270,€ 270,€ 60,€ 160,€ 265,€ 35,€ 35,€ 35,€ 35,€ 35,€ 260,€ 75,€ 75,€ 160,€ 75,€ 75,€ 75,€ 75,€ 275,€ 40,€ 10,-
3 3 3 2 3 3 1 1 1 1 1 3 1 2 3 2 2 2 2 3 1 1
Wij hopen van harte dat u onze wens om leerlingen het beste te bieden wilt ondersteunen door de ouderbijdrage aan ons te voldoen. Wij wijzen u erop dat daar waar de kosten voor het schoolfonds niet zijn voldaan, leerlingen voor bepaalde activiteiten kunnen worden uitgesloten. Voor het voldoen van de bijdrage voor het schoolfonds en de leerjaarspecifieke bijdrage ontvangt u separaat een machtigingsformulier, waarmee u eenmalig een machtiging kunt afgeven. De incasso van de schoolkosten gebeurt in een of meerdere termijnen. 34
Aandachtspunten bij de schoolkosten: Wanneer de bijdrage voor het schoolfonds en de leerjaarspecifieke bijdrage zijn voldaan, ontvangt de leerling een schoolpas, verstrekt door het Hoofdvaart College. Deze schoolpas geeft de leerling automatisch toegang tot de bovengenoemde activiteiten of faciliteiten vallend onder het schoolfonds of behorend bij het desbetreffende leerjaar/richting In het onverhoopte geval dat de schoolkosten niet voldaan zijn kan het voorkomen dat de leerling wordt uitgesloten van deelname aan bepaalde activiteiten. In dat geval zal de school een alternatief programma beschikbaar stellen. De leerling ontvangt geen schoolpas. School- en klassenfoto‟s kunnen naar keuze worden afgenomen. Het bedrag hiervoor is nog niet bekend, u krijgt hier tijdig bericht over. Het bedrag dient rechtstreeks aan de fotograaf te worden voldaan. De bijdrage aan de schoolkosten is wettelijk niet verplicht, maar de school doet een dringend beroep op ouders/verzorgers om deze bijdrage te voldoen. Het Hoofdvaart College biedt haar leerlingen met de genoemde activiteiten een belangrijke meerwaarde in aantrekkelijk, vormend onderwijs in de ontwikkeling van haar leerlingen. Schoolkluisjes In de schoolgebouwen staan kluisjes. De leerlingen kunnen tegen vergoeding van € 15,00 per jaar een kluisje huren. Voor de sleutel wordt een borg gevraagd van € 30,00, die de leerlingen na het inleveren van de kluissleutel terugkrijgen. De borg en vergoeding worden apart door de school in rekening gebracht. Bij verlies van de kluissleutel kunnen leerlingen tegen vergoeding van € 15,00 op de administratie een nieuwe kluissleutel halen. Ouderraad Vanuit het schoolfonds betaalt het Hoofdvaart College een deel aan de ouderraad. Van deze ouderbijdrage worden kosten betaald voor onder meer leerlingvoorzieningen, een thema-avond en een bijdrage aan speciale activiteiten zoals bijvoorbeeld de diploma-uitreiking. Inning van de kosten In het schema op blz. 34 is per leerjaar per richting het aantal termijnen aangegeven waarop de bijdrage voor het schoolfonds en de leerjaarspecifieke bijdrage worden geïnd. De betalingstermijnen zijn als volgt vastgesteld: e
1 betalingstermijn: e 2 betalingstermijn: e 3 betalingstermijn:
1 oktober 2011 1 november 2011 1 januari 2012
Ouders/verzorgers ontvangen ter ondertekening een machtigingsformulier waarop zij kunnen aangeven of zij akkoord gaan met het innen van de aangegeven schoolkosten. Wanneer u ervoor kiest om de schoolkosten voor uw kind niet te voldoen, dan kan dit consequenties hebben voor de deelname van uw kind aan bepaalde activiteiten (bijv. educatieve activiteit, introductiekamp, sportkampen, buitenschoolse activiteiten, schoolfeesten etc.). Tegemoetkoming schoolkosten en/of lescursusgeld U kunt een tegemoetkoming ouders aanvragen als uw kind jonger is dan 18 jaar en een opleiding in het voortgezet of beroepsonderwijs volgt. U moet dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Meer informatie hierover kunt u vinden op de website http://www.ibgroep.nl/particulieren/studiefinanciering/tegouders/tegemoetkoming_ouders.asp. Stichting Leergeld Haarlemmermeer In sommige gevallen kunt u een beroep doen op de Stichting Leergeld Haarlemmermeer. U kunt hiervoor de website: www.leergeld.nl raadplegen. Voor meer informatie kunt u ook contact opnemen met deze stichting via telefoonnummer: 06-29352218 op maandag, dinsdag en donderdag van 13.0016.00 uur of via e-mail:
[email protected].
35
7. Belangrijke adressen Hieronder vindt u een aantal belangrijke adressen: Hoofdvaart College Postbus 23 2131 RZ Hoofddorp Telefoon: 023-5555777 Fax: 023-5555760 Email:
[email protected] Interne vertrouwenspersoon Mevrouw E. Beers / de heer B. van der Have Email:
[email protected] en/of
[email protected] Decaan De heer M. van de Kamp Email:
[email protected] Inspectie van Onderwijs Postbus 431 2100 AK HEEMSTEDE Mevrouw I. Drewes Telefoon 023 – 5483489 e-mail:
[email protected] website: www.onderwijsinspectie.nl Leerplicht Haarlemmermeer Raadhuisplein 1 2132 TZ HOOFDDORP Mevrouw M. Heymans of mevrouw N. Eloussari Telefoon 023-5676732 e-mail:
[email protected] website: www.haarlemmermeer.nl
36
Bijlagen 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Schoolregels Het sanctiestappenplan (SSP) Samenwerkingsovereenkomst Kerndoelen leerjaar 1 en 2 voortgezet onderwijs Reglement buitenschoolse activiteiten Examenreglement Toptalentenbeleid Hoofdvaart College Personeel Hoofdvaart College Leerlingenstatuut Antidrugs en -diefstalbeleid
37
38 41 42 44 47 49 56 57 60 66
Bijlage 1. Schoolregels RMB Binnen een organisatie is het belangrijk dat er regels gelden waaraan een ieder zich houdt. Zo geldt binnen het Hoofdvaart College ook een aantal regels. Daarbij gaat het er om een veilig leer- en leefklimaat in de school te waarborgen. Regels kunnen alleen functioneren als ze worden beperkt tot een minimum aantal. Met elkaar moeten we erop letten dat iedereen zich aan deze regels houdt. Alle regels draaien om de begrippen; Respect, Medeverantwoordelijkheid en Bereidheid om te leren. Respect: voor iedereen in en om de school Medeverantwoordelijkheid: voor het leerproces, veiligheid en welbevinden van de leerling zelf en anderen Bereidheid om te leren: in woord en daad, daarbij wordt het gezag van de medewerkers van de school geaccepteerd. De schoolregels 1 Accepteer anderen zoals ze zijn Dus niet: discrimineren, pesten, uitlachen en roddelen. 2
Beleefd zijn tegen anderen Dus niet: beledigen, dreigen, schelden. Ook niet digitaal.
3
Concentreer je op het leren Op tijd in de lessen, goede spullen meenemen, huiswerk gemaakt en geleerd. Mobiele telefoons en geluidsapparatuur mogen binnen de school niet gebruikt worden. De leerling wordt geacht kleding te dragen die geschikt is voor school (niet bloot, geen pet, geen beledigende teksten op kleding). Tijdens de lessen, pauzes en tussenuren zijn de gangen leeg.
4
Doe mee aan een veilige school en omgeving Veroorzaak geen overlast of onveilige situaties. Niet stoeien, vechten en uitlokken. Geen wapens en/of drugs en/of aanstootgevende lectuur mee naar school. Als iemand je hindert vraag je hem of haar daarmee te stoppen. Als dit niet helpt roep je hulp in van een medewerker van school. Roken gebeurt alleen buiten op de daarvoor aangegeven plekken.
5
Een schone school werkt beter Ruim afval op, eet en drink alleen in de kantine of buiten, spuug niet en lever je bijdrage aan het schoonmaken van de school.
6
Fatsoenlijk omgaan met spullen van een ander Doe niet mee aan beschadigingen, vervuilen of stelen.
7
Gebruik je geweten en help anderen om zich aan de schoolregels te houden.
Wie zich niet aan bovenstaande uitgangspunten houdt, loopt de kans een sanctie te krijgen, die in het ergste geval kan leiden tot verwijdering van school. Corvee Alle leerlingen en medewerkers van het Hoofdvaart College zijn medeverantwoordelijk voor een schone school. In de leslokalen en op de gangen is het niet toegestaan om te eten en te drinken. Dit levert namelijk ongewenste vervuiling op. Na de pauzes hebben klassen per toerbeurt corveedienst. Deze corveedienst bestaat uit het aanvegen van de kantine en de centrale hal. Procedure uitsturen 1 De docent vult de uitstuurbrief in en registreert in Magister dat de leerling uit de les gestuurd is. 2 De leerling gaat met deze brief naar de teamleider of diens vervanger. 3 Hier wordt de leerling opgevangen en kan zijn verhaal vertellen (stoom afblazen). 4 De teamleider kan ervoor kiezen de leerling onder begeleiding terug naar de les te sturen (en schrijft dit op de uitzendbrief die met de leerling meegaat) of kan er voor kiezen de leerling aan het werk te zetten in een dichtstbijzijnde beschikbare ruimte. Vijf minuten voor het einde van de les gaat de leerling terug naar de docent om het conflict af te handelen. 5 Daar bespreekt de leerling met de docent de reden waarom hij uit de les is gestuurd. 6 Als de docent het nodig vindt, krijgt de leerling een strafmaatregel opgelegd. De docent doet hierover verslag in Magister. Procedure te laat komen, regeling eerste lesuur 1 De leerling meldt zich bij de absentenadministratie in de hal van de school 2 De absentenadministratie registreert de leerling als “te laat” in Magister. 3 De leerling krijgt een “te laat” briefje mee van de absentenadministratie 4 De leerling wordt tot 8.20 uur toegelaten tot de les. 5 De leerling komt op dezelfde dag na op het 9e lesuur of de volgende morgen om 7.30 uur. De absentenadministratie spreekt hier met de leerling een tijdstip over af en geeft dit door aan de conciërge. 6 De leerling meldt zich op het nakomuur bij de conciërge en krijgt een taak in de school tot het uur voorbij is.
38
Procedure te laat komen, regeling overige lesuren 1 De leerling meldt zich bij de absentenadministratie 2 De absentenadministratie registreert de leerling als “te laat” in Magister 3 De leerling krijgt een “te laat” briefje mee van de absentenadministratie. 4 Wordt de leerling niet meer toegelaten tot de les dan meldt hij/zij zich bij de conciërge 5 De leerling komt op dezelfde dag na op het 9e lesuur of de volgende morgen om 7.30 uur. De absentenadministratie spreekt hier met de leerling een tijdstip over af en geeft dit door aan de conciërge. 6 De leerling meldt zich op het nakom uur bij de conciërge en krijgt een taak in de school tot het uur voorbij is. Nakomen 1 Met spijbelaars of strafkandidaten worden afspraken gemaakt door de teamleider 2 De teamleider bepaalt of de leerling een opdracht gaat doen of de lestijd moet inhalen 3 In dit laatste geval kan de teamleider hierover afspraken maken met de absentenadministratie 4 Een leerling die uitgestuurd is moet naar de conciërge om een taak te vervullen of de teamleider maakt andere afspraken met de leerling om lestijd in te halen. De teamleider doet hierover verslag in Magister. Ziek zijn 1 De ouders/verzorgers melden 's ochtends telefonisch (023-5555777) voor 08.00 uur de leerling ziek en geeft eventuele afspraken door. De ziekmelding kan op het antwoordapparaat worden ingesproken. 2 De absentieadministratie registreert alle ziekmeldingen en/of afspraken in de computer. 3 Is een leerling langer dan een week ziek, dan moet de leerling bij elke nieuwe week opnieuw ziek gemeld worden. Ziek naar huis gaan 1 Als een leerling ziek naar huis gaat meldt hij/zij zich bij de absentenadministratie. Als deze niet aanwezig is gaat de leerling naar zijn/haar teamleider. 2 Als besloten wordt dat de leerling naar huis mag worden de ouders/verzorgers hiervan telefonisch op de hoogte gebracht. 3 De leerling krijgt een groene absentiekaart mee waarop staat dat hij/zij naar huis is gegaan. Dit wordt in de computer geregistreerd. Weer beter 1 Iedere leerling krijgt in de eerste schoolweek een groene absentiekaart uitgereikt 2 Als de leerling weer naar school komt, levert de leerling deze absentiekaart dezelfde dag, ingevuld door ouders/verzorgers in bij de absentenadministratie of deponeert deze in de brievenbus bij het kantoor van de absentenadministratie. 3 Het verzuim wordt geregistreerd als "geoorloofd afwezig". Anders dan ziekteverzuim: 1 Als een leerling om andere redenen zal moeten verzuimen dan melden de ouders/verzorgers dit, zo snel mogelijk, telefonisch of via het antwoordapparaat aan de absentenadministratie. Daarnaast wordt de verzuimmelding middels de absentenkaart gemeld. 2 Als er sprake is van plotseling dringend verzuim, dan stellen de ouders/verzorgers de school hiervan telefonisch op de hoogte. Direct na het verzuim wordt de absentiekaart, ingevuld door ouders/verzorgers ingeleverd op de absentenadministratie of deponeert deze in de brievenbus bij het kantoor van de absentenadministratie. Ongeoorloofd verzuim 1. In alle gevallen van schoolverzuim waarvan geen telefonische en/of schriftelijke melding is gemaakt, is sprake van “ongeoorloofd verzuim”. 2. De ouders/verzorgers worden door de school op de hoogte gebracht van dit verzuim 3. De mentor bespreekt het verzuim met de leerling en maakt afspraken dit verzuim in te halen 4. Bij ongeoorloofd verzuim geldt de regel: 1 lesuur ongeoorloofd verzuim = 2 lesuren inhalen op een tijdstip dat wordt opgelegd. 5. De teamleider meldt hardnekkig ongeoorloofd verzuim bij de leerplichtambtenaar (leerplichtwet art. 12), evenals langdurig of herhaald geoorloofd verzuim. Hij voegt hier altijd een verzuimoverzicht bij. 6. De school moet ernstig verzuim van leerlingen van 16 jaar en ouder tevens melden aan de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) ingevolge de wet op de studiefinanciering. Regeling time-out, schorsing, verwijdering Het beleid van de school inzake leerlingen met gedragsproblemen is er primair op gericht deze leerlingen zo te begeleiden dat time-out, schorsing en verwijdering zo veel mogelijk voorkomen wordt. De leerlingen worden d.m.v. het leerlingenstatuut en schoolreglement en via de schoolgids geïnformeerd over de omgangsregels. Leerlingen die zich niet houden aan de geldende schoolregels worden in eerste instantie gecorrigeerd door een mentor of teamleider. Bij herhaald ongewenst gedrag of grensoverschrijdend gedrag kan de school besluiten de leerling naar huis te sturen voor een time-out. Dat is geen strafmaatregel, het geeft de leerling de ruimte om tot rust te komen en na te denken over het ongewenste gedrag en de school de ruimte om de zaak zorgvuldig uit te zoeken. Tijdens de time-out is de leerling niet welkom op school. Ouders/verzorgers worden altijd telefonisch of schriftelijke geïnformeerd over deze time-out maatregel. Ook de mentor, de administratie en het personeel worden hiervan op de hoogte gesteld. Door de ouders/verzorgers wordt een afspraak gemaakt met de teamleider voor een gesprek.
39
Na het gesprek is de leerling in principe weer welkom, tenzij het ongewenste gedrag aanleiding is voor een schorsing. Indien sociale of emotionele problemen ten grondslag liggen aan het gedrag wordt de leerling doorverwezen naar interne hulpverleners. Escaleert de problematiek, dan wordt de hulp ingeroepen van externe instanties en/of kan de leerling worden verwijderd van school. Sinds 1 augustus 1998 is verwijdering van een leerplichtige leerling van een reguliere school voor voortgezet onderwijs uitsluitend mogelijk wanneer een andere school bereid is deze leerling toe te laten. Deze wijziging is in de wet opgenomen om te voorkomen dat leerplichtige leerlingen voortijdig het onderwijs verlaten. De Dunamare Onderwijsgroep, waaronder ook het Hoofdvaart College valt, beschikt over de zgn. regeling „Schorsing en verwijdering van leerlingen‟. In deze regeling staat opgenomen dat leerlingen kunnen worden verwijderd op grond van gedrag, prestaties of veelvuldige absenties. Deze regeling is op te vragen bij de administratie van de school.
40
Bijlage 2. Het sanctie stappenplan (SSP) Het SanctieStappenPlan (SSP) is bedoeld als hulpmiddel om ongewenst gedrag van leerlingen te registreren en te corrigeren. Het SSP-formulier wordt toegevoegd aan het leerlingendossier zodra de leerling in een stap van het SSP wordt geplaatst. Bij goed gedrag kan de leerling worden teruggeplaatst in het SSP. Ouders/verzorgers dienen hiertoe een schriftelijk verzoek in bij de teamleider, die dit verzoek beoordeelt. De eerste drie stappen worden beoordeeld door de mentor (na overleg met de teamleider), stap 4 en 5 door de teamleider en stap 6 en 7 door de directie. In het geval van schorsing of start van de verwijderingsprocedure (stap 5, 6 of 7) worden tevens inspectie en leerplicht geïnformeerd. In het geval van grensoverschrijdend gedrag geldt de volgende standaard procedure: De leerling maakt schriftelijk verslag van datgene hij of zij gedaan heeft De leerling wordt voor een zogenaamde time-out ( zie hiervoor) naar huis gestuurd en krijgt een standaard brief time out mee, evenals een thuisopdracht over gewenst leerlingengedrag. Hierin staan vragen zoals: wat zien wij aan jou wanneer je je respectvol gedraagt. Er volgt zo snel mogelijk na de time-out maatregel een gesprek tussen ouders/verzorgers, leerling en teamleider. In dat gesprek wordt de leerling gehoord over het incident/gedrag. De teamleider maakt verslag van het gesprek en voegt een afhandelingsvoorstel voor de schoolleiding toe, met daarbij de voorgestelde stap in het SSP. De teamleider maakt tijdens het gesprek een inschatting of de leerling al weer toelaatbaar is. De schoolleiding beslist zo spoedig mogelijk over de te nemen maatregel (welke stap in het SSP) en stelt ouders/verzorgers hiervan op de hoogte. Zie onderstaand verkort overzicht van het Sanctiestappenplan De mentor behandelt stap 1, 2 en 3:
stap 1: gesprek(ken) mentor – leerling (schriftelijk mededeling aan ouders/verzorgers) stap 2: gesprek(ken) mentor – ouders/verzorgers / telefonisch (schriftelijke bevestiging aan ouders/verzorgers) stap 3: gesprek mentor – ouders/verzorgers – leerling op school + afschrift (waarschuwing)
De teamleider behandelt stap 4 en 5:
stap 4: gesprek (assistent) teamleider – ouders/verzorgers – leerling op school (afschrift – berisping) stap 5: gesprek teamleider – ouders/verzorgers – leerling op school (afschrift -officiële waarschuwing)
De directie behandelt stap 6 en 7:
stap 6: gesprek directie – ouders/verzorgers – leerling op school (afschrift - 1e schorsing) stap 7: 2e schorsing – (afschriften - start verwijderingsprocedure)
41
Bijlage 3. Samenwerkingsovereenkomst Het Hoofdvaart College beschouwt de schoolloopbaan van leerlingen als een gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders/verzorgers, school en leerlingen. Ouders/verzorgers zijn primair verantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind(eren) maar op school wordt ook opgevoed en gevormd. Op het Hoofdvaart College vinden we dat school méér is dan alleen maar lessen volgen en huiswerk maken. Leerlingen worden voorbereid op een toekomstig beroep, op hun plaats en rol in de maatschappij, sociale functie en maatschappelijke verantwoordelijkheid. We vinden het belangrijk om voorafgaand aan de samenwerking duidelijk te maken welke opvattingen wij hierover hebben, wat er van ons verwacht kan worden en welke verwachtingen er bij ons zijn over de verantwoordelijkheden van ouders/verzorgers en leerlingen. Hiermee hopen we een goede start te maken met de schoolloopbaan van uw kind, onze leerling. Alle medewerkers van het Hoofdvaart College vinden het belangrijk dat leerlingen het naar hun zin hebben op school en een diploma halen dat past bij zijn of haar mogelijkheden. Medewerkers van het Hoofdvaart College zetten zich in voor goede studieresultaten en een goede leef- en werksfeer op school. Van leerlingen wordt hetzelfde verwacht. Van ouders/verzorgers wordt verwacht dat ze zich medeverantwoordelijk tonen voor de schoolloopbaan van hun kind en het beleid van de school onderschrijven. In deze overeenkomst spreken ouders/verzorgers, leerlingen en school af op welke wijze een ieder zich zal inzetten in het belang van een succesvolle schoolloopbaan op het Hoofdvaart College. Bij de definitieve inschrijving op het Hoofdvaart College wordt aan ouders/verzorgers en leerlingen gevraagd deze overeenkomst te ondertekenen. De basis van de overeenkomst is terug te brengen tot 3 letters: R M B. Deze staan voor: Respect voor elkaar voor elkaars eigendommen voor het gebouw en de omgeving Medeverantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de opleiding voor de leef- en werksfeer in de school en in de klas voor de veiligheid in en rondom school Bereidheid om te leren en daardoor kritisch te bekijken op eigen gedrag te investeren in samenwerking open te staan voor nieuwe situaties
42
Samenwerkingsovereenkomst school, leerling, ouders /verzorgers Naam leerling : …………………………………..………………………………………. Geboortedatum leerling : …………………………………………..………………………………. Namen ouders/verzorgers : …………………………………………..………………………………. Leerling 1 2 3 4 5 6 7
Ik accepteer anderen zoals ze zijn. Ik gedraag me beleefd. Ik zet me in voor een goede leer- en werksfeer en accepteer gezag van personeel. Ik zet me in voor een veilige en schone school en omgeving. Ik ga netjes om met spullen van anderen. Ik houd me aan de regels van de school en help anderen om zich aan de schoolregels te houden. Ik zet me in voor een succesvolle schoolloopbaan.
Ouders/verzorgers 1 Ik respecteer het schoolbeleid zoals in de Schoolgids en op de website is vermeld. 2 Ik ben verantwoordelijk voor de financiële verplichtingen die de inschrijving op het Hoofdvaart College met zich meebrengt. 3 Ik zorg ervoor dat mijn kind in staat is om lessen en overige schoolactiviteiten te volgen en in het bezit is van de noodzakelijke schoolboeken en leermiddelen. 4 Ik ben medeverantwoordelijk voor het gedrag van mijn kind tijdens schooltijden en onderweg tussen huis en school. 5 Ik lees de informatie van school en vraag uitleg als deze niet duidelijk is. 6 Ik reageer op uitnodigingen, telefoontjes en brieven van de school. Ook reageer ik op verzoeken om informatie en/of verzoeken om toestemming voor een eventueel zorgtraject voor mijn kind. 7 Ik ben beschikbaar voor overleg met de school m.b.t. zorg en begeleiding van mijn kind. School 1 2 3 4 5 6 7 8 9
De school is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs en leefklimaat op de school. De school handhaaft de schoolregels. De school is bevoegd om sancties op te leggen wanneer schoolregels worden overtreden. De school is verantwoordelijk voor een goede communicatie met ouders/verzorgers, leerlingen en personeel. In geval van problemen ten aanzien van de schoolloopbaan van de leerling worden ouders/verzorgers tijdig door de school geïnformeerd. De school reageert op vragen en klachten van ouders. De schoolleiding is bevoegd tot het treffen van maatregelen in het belang van de gezondheid, veiligheid en/of welzijn van personeel of leerlingen. Indien de school van mening is dat de leerling gebaat is bij extra begeleiding naast het vaste schoolprogramma, dan zal de school hiervoor schriftelijk toestemming vragen aan de ouders/verzorgers. Wanneer voor een juiste taakuitvoering aanvullende informatie nodig is over eerdere zorg-of begeleidingstrajecten van de leerling (die buiten school hebben plaatsgevonden) dan zal de school ouders/verzorgers hiervoor schriftelijk toestemming vragen. De school neemt haar verantwoordelijkheid voor de begeleiding van de leerling in geval van structurele leeren gedragsproblemen. Inschakelen van externe hulpverlening behoort tot de mogelijkheden. Dit wordt besproken in het Zorg- Adviesteam (ZAT). Ouders/verzorgers wordt om toestemming gevraagd.
Deze overeenkomst is geldig zolang de leerling is ingeschreven aan de school. Ondergetekenden begrijpen en gaan akkoord met bovenstaande. Datum
…………………………………..…...
Leerling
Ouders/verzorgers
Namens de schoolleiding
………………..……..
……………..………..
…………………..………..
43
Bijlage 4. Kerndoelen leerjaar 1 en 2 voortgezet onderwijs I. Kerndoelen op basis van artikel 11b WVO Onderdeel A: Nederlands 1 De leerling leert zich mondeling en schriftelijk begrijpelijk uit te drukken. 2 De leerling leert zich te houden aan conventies (spelling, grammaticaal correcte zinnen, woordgebruik) en leert het belang van die conventies te zien. 3 De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn woordenschat. 4 De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven teksten. 5 De leerling leert in schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. 6 De leerling leert deel te nemen aan overleg, planning, discussie in een groep. 7 De leerling leert een mondelinge presentatie te geven. 8 De leerling leert verhalen, gedichten en informatieve teksten te lezen die aan zijn belangstelling tegemoet komen en zijn belevingswereld uitbreiden. 9 De leerling leert taalactiviteiten (spreken, luisteren, schrijven en lezen) planmatig voor te bereiden en uit te voeren. 10 De leerling leert te reflecteren op de manier waarop hij zijn taalactiviteiten uitvoert en leert, op grond daarvan en van reacties van anderen, conclusies te trekken voor het uitvoeren van nieuwe taalactiviteiten. Onderdeel B: Engels 1 De leerling leert verder vertrouwd te raken met de klank van het Engels door veel te luisteren naar gesproken en gezongen teksten. 2 De leerling leert strategieën te gebruiken voor het uitbreiden van zijn Engelse woordenschat. 3 De leerling leert strategieën te gebruiken bij het verwerven van informatie uit gesproken en geschreven Engelstalige teksten. 4 De leerling leert in Engelstalige schriftelijke en digitale bronnen informatie te zoeken, te ordenen en te beoordelen op waarde voor hemzelf en anderen. 5 De leerling leert in spreektaal anderen een beeld te geven van zijn dagelijks leven. 6 De leerling leert standaardgesprekken te voeren om iets te kopen, inlichtingen te vragen en om hulp te vragen. 7 De leerling leert informeel contact in het Engels te onderhouden via e-mail, brief en chatten. 8 De leerling leert welke rol het Engels speelt in verschillende soorten internationale contacten. Onderdeel C: Wiskunde & Rekenen 1 De leerling leert passende wiskundetaal te gebruiken voor het ordenen van het eigen denken en voor uitleg aan anderen, en leert de wiskundetaal van anderen te begrijpen. 2 De leerling leert alleen en in samenwerking met anderen in praktische situaties wiskunde te herkennen en te gebruiken om problemen op te lossen. 3 De leerling leert een wiskundige argumentatie op te zetten en leert het onderscheiden van meningen en beweringen, en leert daarbij met respect voor ieders denkwijze wiskundige kritiek te geven en te krijgen. 4 De leerling leert de structuur en de samenhang te doorzien van positieve en negatieve getallen, decimale getallen, breuken, procenten en verhoudingen, en leert ermee te werken in zinvolle en praktische situaties. 5 De leerling leert exact en schattend rekenen en redeneren op basis van inzicht in nauwkeurigheid, orde van grootte en marges die in een gegeven situatie passend zijn. 6 De leerling leert meten, leert structuur en samenhang doorzien van het metrieke stelsel, en leert rekenen met maten voor grootheden die gangbaar zijn in relevante toepassingen. 7 De leerling leert informele notaties, schematische voorstellingen, tabellen, grafieken en formules te gebruiken om greep te krijgen op verbanden tussen grootheden en variabelen. 8 De leerling leert te werken met platte en ruimtelijke vormen en structuren, leert daarvan afbeeldingen te maken en deze te interpreteren, en leert met hun eigenschappen en afmetingen te rekenen en te redeneren. 9 De leerling leert gegevens systematisch te beschrijven, ordenen en visualiseren, en leert gegevens, representaties en conclusies kritisch te beoordelen. Onderdeel D: Mens & Natuur 1 De leerling leert vragen over natuurwetenschappelijke, technologische en zorggerelateerde onderwerpen om te zetten in onderzoeksvragen, een dergelijk onderzoek over een natuurwetenschappelijk onderwerp uit te voeren en de uitkomsten daarvan te presenteren. 2 De leerling leert kennis te verwerven over en inzicht te verkrijgen in sleutelbegrippen uit het gebied van de levende en niet-levende natuur, en leert deze sleutelbegrippen te verbinden met situaties in het dagelijks leven. 3 De leerling leert dat mensen, dieren en planten in wisselwerking staan met elkaar en hun omgeving (milieu), en dat technologische en natuurwetenschappelijke toepassingen de duurzame kwaliteit daarvan zowel positief als negatief kunnen beïnvloeden. 4 De leerling leert onder andere door praktisch werk kennis te verwerven over en inzicht te verkrijgen in processen uit de levende en niet-levende natuur en hun relatie met omgeving en milieu. 5 De leerling leert te werken met theorieën en modellen door onderzoek te doen naar natuurkundige en scheikundige verschijnselen als elektriciteit, geluid, licht, beweging, energie en materie.
44
6 7 8
De leerling leert door onderzoek kennis te verwerven over voor hem relevante technische producten en systemen, leert deze kennis naar waarde te schatten en op planmatige wijze een technisch product te ontwerpen en te maken. De leerling leert hoofdzaken te begrijpen van bouw en functie van het menselijk lichaam, verbanden te leggen met het bevorderen van lichamelijke en psychische gezondheid, en daarin een eigen verantwoordelijkheid te nemen. De leerling leert over zorg en leert zorgen voor zichzelf, anderen en zijn omgeving, en hoe hij de veiligheid van zichzelf en anderen in verschillende leefsituaties (wonen, leren, werken, uitgaan, verkeer) positief kan beïnvloeden.
Onderdeel E: Mens & Maatschappij 1 De leerling leert betekenisvolle vragen te stellen over maatschappelijke kwesties en verschijnselen, daarover een beargumenteerd standpunt in te nemen en te verdedigen, en daarbij respectvol met kritiek om te gaan. 2 De leerling leert een kader van tien tijdvakken te gebruiken om gebeurtenissen, ontwikkelingen en personen in hun tijd te plaatsen. De leerling leert hierbij over kenmerkende aspecten van de volgende tijdvakken: 3 tijd van jagers en boeren (prehistorie tot 3000 voor Chr.); 4 tijd van Grieken en Romeinen (3000 voor Chr. – 500 na Chr.); 5 tijd van monniken en ridders (500 – 1000); 6 tijd van steden en staten (1000 – 1500); 7 tijd van ontdekkers en hervormers (1500 – 1600); 8 tijd van regenten en vorsten (1600 – 1700); 9 tijd van pruiken en revoluties (1700 – 1800); 10 tijd van burgers en stoommachines (1800 – 1900); 11 tijd van wereldoorlogen (1900 – 1950), en 12 tijd van televisie en computer (1950 – heden). 13 De leerling leert daarbij in elk geval de relatie te leggen tussen de gebeurtenissen en ontwikkelingen in de 20e eeuw (waaronder de Wereldoorlogen en de Holocaust), en hedendaagse ontwikkelingen. 14 De leerling leert een eigentijds beeld van de eigen omgeving, Nederland, Europa en de wereld te gebruiken om verschijnselen en ontwikkelingen in hun omgeving te plaatsen. 15 De leerling leert een eenvoudig onderzoek uit te voeren naar een actueel maatschappelijk verschijnsel en de uitkomsten daarvan te presenteren. 16 De leerling leert historische bronnen te gebruiken om zich een beeld van een tijdvak te vormen of antwoorden te vinden op vragen, en hij leert daarbij ook de eigen cultuurhistorische omgeving te betrekken. 17 De leerling leert de atlas als informatiebron te gebruiken en kaarten te lezen en te analyseren om zich te oriënteren, zich een beeld van een gebied te vormen of antwoorden op vragen te vinden. 18 De leerling leert in eigen ervaringen en in de eigen omgeving effecten te herkennen van keuzes op het gebied van werk en zorg, wonen en recreëren, consumeren en budgetteren, verkeer en milieu. 19 De leerling leert over overeenkomsten, verschillen en veranderingen in cultuur en levensbeschouwing in Nederland, leert eigen en andermans leefwijze daarmee in verband te brengen, en leert de betekenis voor de samenleving te zien van respect voor elkaars opvattingen en leefwijzen. 20 De leerling leert op hoofdlijnen hoe het Nederlandse politieke bestel als democratie functioneert en leert zien hoe mensen op verschillende manieren bij politieke processen betrokken kunnen zijn. 21 De leerling leert de betekenis van Europese samenwerking en de Europese Unie te begrijpen voor zichzelf, Nederland en de wereld. 22 De leerling leert over de verdeling van welvaart en armoede over de wereld, hij leert de betekenis daarvan te zien voor de bevolking en het milieu, en relaties te leggen met het (eigen) leven in Nederland. 23 De leerling leert actuele spanningen en conflicten in de wereld te plaatsen tegen hun achtergrond, en leert daarbij de doorwerking ervan op individuen en samenleving (nationaal, Europees en internationaal), de grote onderlinge afhankelijkheid in de wereld, het belang van mensenrechten en de betekenis van internationale samenwerking te zien. Onderdeel F: Kunst & Cultuur 1 De leerling leert door het gebruik van elementaire vaardigheden de zeggingskracht van verschillende kunstzinnige disciplines te onderzoeken en toe te passen om eigen gevoelens uit te drukken, ervaringen vast te leggen, verbeelding vorm te geven en communicatie te bewerkstelligen. 2 De leerling leert eigen kunstzinnig werk, alleen of als deelnemer in een groep, aan derden te presenteren. 3 De leerling leert op basis van enige achtergrondkennis te kijken naar beeldende kunst, te luisteren naar muziek en te kijken en luisteren naar theater-, dans- of filmvoorstellingen. 4 De leerling leert met behulp van visuele of auditieve middelen verslag te doen van deelname aan kunstzinnige activiteiten, als toeschouwer en als deelnemer. 5 De leerling leert mondeling of schriftelijk te reflecteren op eigen werk en werk van anderen, waaronder dat van kunstenaars.
45
Onderdeel G: Bewegen & Sport 1 De leerling leert zich mede met het oog op buitenschoolse beoefening op praktische wijze te oriënteren op veel verschillende bewegingsactiviteiten uit gevarieerde gebieden als spel, turnen, atletiek, bewegen op muziek, zelfverdediging en actuele ontwikkelingen in de bewegingscultuur, en daarin de eigen mogelijkheden te verkennen. 2 De leerling leert door middel van uitdagende bewegingssituaties zijn bewegingsrepertoire uit te breiden. 3 De leerling leert de hoofdbeginselen van de bewegingsactiviteiten op eigen niveau toe te passen. 4 De leerling leert tijdens bewegingsactiviteiten sportief te zijn, rekening te houden met de mogelijkheden en voorkeuren van anderen, en respect en zorg te hebben voor elkaar. 5 De leerling leert eenvoudige regelende taken te vervullen die het mogelijk maken, zelfstandig en samen met andere leerlingen bewegingsactiviteiten te beoefenen. 6 De leerling leert door deel te nemen aan praktische bewegingsactiviteiten de waarde van het bewegen voor gezondheid en welzijn kennen en ervaren.
46
Bijlage 5. Reglement buitenschoolse activiteiten Het Hoofdvaart College heeft naast de reguliere lessen een aantal (verplichte) buitenschoolse activiteiten. Voor de onderbouw betreft dit onder meer het introductiekamp voor leerjaar 1, excursies in het kader van thema‟s/projecten en sportactiviteiten. Voor de bovenbouw zijn dit excursies, opdrachten in het kader van buitenschools leren, stages, kampen sportklassen en verplichte buitenschoolse activiteiten in het kader van Lichamelijke Opvoeding. Als afsluiting van het schooljaar wordt ieder jaar per leerjaar een schoolreis georganiseerd. Dit reglement is van toepassing op alle buitenschoolse activiteiten van het Hoofdvaart College en geldt zowel voor leerlingen als ook voor personeel. Vanwege het educatieve doel en de groepsgrootte van de buitenschoolse activiteiten is, naast de gebruikelijke schoolregels (zie ook het leerlingenstatuut), een aantal belangrijke reis- en huisregels van toepassing. Deze regels zijn vastgelegd in dit reglement. Van iedere deelnemer wordt geëist dat hij/ zij zich volgens dit reglement gedraagt. Met het ondertekenen van het aanmeldingsformulier van het Hoofdvaart College gaan ouders/verzorgers en leerlingen automatisch akkoord met dit reglement. Alle personeelsleden, in dienst van het Hoofdvaart College, verplichten zich bij indiensttreding tot het handhaven van dit reglement. Deelname Buitenschoolse activiteiten worden uitgevoerd conform (jaar)planning. De jaarplanning wordt elk schooljaar gepubliceerd in de schoolgids, wijzigingen voorbehouden. Elke leerling volgt de voor zijn/haar leerjaar geplande buitenschoolse activiteiten, tenzij eventuele aanvullende kosten niet voldaan zijn. Indien een leerling niet deelneemt aan verplichte buitenschoolse activiteiten, dan is de leerling verplicht deze tijd op school door te brengen met een alternatief programma. De schoolleiding behoudt zich het recht voor een leerling van deelname aan een buitenschoolse activiteit uit te sluiten indien hij/zij zich tijdens voorafgaande schoolse en/of buitenschoolse activiteiten aan ernstig wangedrag heeft schuldig gemaakt, een en ander ter beoordeling van de schoolleiding. De schoolleiding behoudt zich het recht voor een leerling van deelname aan een buitenschoolse activiteit uit te sluiten indien zijn/ haar medische, fysieke of psychische achtergrond daartoe gegronde reden geven, een en ander ter beoordeling van de schoolleiding. Per buitenschoolse activiteit is per lesgroep minimaal één medewerker als begeleider aanwezig. In vele gevallen zorgt het Hoofdvaart College voor meerdere begeleiders. Alle medewerkers en leerlingen van het Hoofdvaart College gedragen zich, ook tijdens buitenschoolse activiteiten, conform de RMB-schoolregels. Tijdens de buitenschoolse activiteit Op alle buitenschoolse activiteiten zijn de schoolregels van toepassing die zijn opgenomen in de Schoolgids. Leerlingen zijn verplicht zich tijdens het vervoer van en naar de plaats van bestemming én tijdens het verblijf uiterst correct te gedragen en zich positief op te stellen. Het begeleidend personeel neemt de verantwoordelijkheid om reis en verblijf ordelijk te laten verlopen. Elke leerling neemt deel aan de verplichte programmaonderdelen van de buitenschoolse activiteit. Opdrachten aan leerlingen, voortvloeiend uit de buitenschoolse activiteit, worden uitgevoerd aan de hand van de binnen het vak gestelde eisen. Begeleiders zijn verantwoordelijk voor het maken van groepsindelingen. Fotograferen en filmen zijn bezigheden die soms horen bij een buitenschoolse activiteit. In de schoolgids of op de website van de school kunnen foto‟s van leerlingen worden geplaatst. Beeldmateriaal voor overige doeleinden mag niet worden gepubliceerd zonder uitdrukkelijke toestemming van de schoolleiding. Afgesproken verzameltijden worden door alle deelnemers stipt in acht genomen (om organisatorische redenen geldt deze regel soms niet voor de begeleiders). Begeleiders zijn te allen tijde verantwoordelijk voor het waarborgen van de veiligheid van leerlingen. Buitenschoolse activiteit met overnachting Alleen uitgaan „s avonds is niet toegestaan voor leerlingen. Begeleiders zijn verantwoordelijk voor het maken van kamerindelingen. Niemand veroorzaakt overlast. Huisregels van het desbetreffende verblijf worden in acht genomen. Het begeleidend personeel stelt slaaptijden vast waar iedereen aan gehouden wordt. Jongens en meisjes slapen gescheiden. Regels rondom alcohol/drugs/roken etc. Gebruik van alcoholhoudende dranken en drugs is ook tijdens alle buitenschoolse activiteiten verboden. Roken is uitsluitend toegestaan in open lucht en niet tijdens programmaonderdelen. Regels rondom gebruik van mobiele telefoon en audiovisuele middelen Het gebruik van een mobiele telefoon door leerlingen tijdens buitenschoolse activiteiten is niet toegestaan, tenzij er, in zeer specifieke gevallen, toestemming is gegeven door het begeleidend personeel. Het gebruik van Ipods en andere audiovisuele middelen is niet toegestaan, tenzij het begeleidend personeel hier uitdrukkelijke toestemming voor geeft.
47
Uitsluiting Wie zich naar het oordeel van de begeleiding niet houdt aan bovenstaande regels of zich anderszins misdraagt, kan in het uiterste geval –ter plekke van verdere deelname aan de reis worden uitgesloten. De desbetreffende ouders/verzorgers worden hiervan in kennis gesteld en worden verzocht de leerling op te halen. Uiteraard komen eventuele bijkomende kosten in dit geval voor rekening van de ouders/verzorgers van de desbetreffende leerling. In het geval een leerling wordt uitgesloten en naar huis wordt gestuurd zal na thuiskomst door de schoolleiding over verdere strafmaatregelen worden beslist. Verzekerd Voor iedere leerling die op het Hoofdvaart College staat ingeschreven en voor iedere medewerker is een verzekering afgesloten tegen ongevallen en wettelijke aansprakelijkheid. De precieze voorwaarden zijn op te vragen bij de administratie. De school accepteert geen aansprakelijkheid in geval van beschadiging en diefstal van eigendommen, niet in school en evenmin tijdens buitenschoolse activiteiten. Het Hoofdvaart College gaat er vanuit dat de leerlingen de eigen verantwoordelijkheid dragen in het beheren van hun eigendommen en zij worden hier ook altijd op aangesproken. De school heeft een eenvoudige verzekering voor medewerkers en leerlingen tijdens buitenschoolse activiteiten. Indien gewenst kan door ouders/verzorgers een aanvullende (reis)verzekering of annuleringsverzekering worden afgesloten. Restitutie Bij afzegging van deelname aan een buitenschoolse activiteit door een leerling kunnen geen kosten worden gerestitueerd. Aanpassingen In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslissen begeleiders van de buitenschoolse activiteit ter plaatse, eventueel in samenspraak met de schoolleiding.
48
Bijlage 6. Examenreglement Voorwoord Het examen van het VMBO bestaat uit een Schoolexamen (SE) en een Centraal Examen (CE). De planning en de inhoud van de schoolexamens en de regels daaromheen worden vastgelegd door de examencommissie van het Hoofdvaart College. Voor het Centraal Examen heeft de overheid dit vastgelegd. In dit examenreglement is alles te lezen over de gang van zaken rondom SE en CE: wat moet, wat mag, wat mag niet, wanneer ben je geslaagd, wanneer kun je herexamen doen, etc. In het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) is gedetailleerde informatie te vinden over de inhoud en de planning en de weging van alle schoolexamentoetsen. Wij vertrouwen erop dat dit reglement duidelijkheid geeft over alles wat met het examen te maken heeft.
Namens de examencommissie, Mw. N. van Neerven, directeur Mw. D. Wensink, Dhr. J. Rijkenberg, Dhr. G. van der Meulen, teamleiders ================================================================================================= EXAMENREGLEMENT SCHOOLEXAMEN (SE) EN CENTRAAL EXAMEN (CE). Hieronder staan de regels die gelden bij het Schoolexamen en het Centraal Examen. Om de processen te bewaken, is er een examencommissie ingesteld, deze bestaat voor het schooljaar 2011 – 2012 uit de volgende leden: Mevrouw N. van Neerven De heer J. Kion Mevrouw D. Wensink De heer. J. Rijkenberg De heer G. van der Meulen
voorzitter secretaris teamleider Handel & Verkoop, Zorg & Welzijn en Gemengde Leerweg teamleider Techniek en Leerjaar 1 teamleider Sport, Dienstverlening & Veiligheid
De examencommissie bewaakt de gang van zaken rondom het examen. De examencommissie kan worden geraadpleegd of ingeschakeld in geval van vragen of problemen met betrekking tot het examen. Een verzoek aan de examencommissie dient schriftelijk te worden gedaan door de ouders/verzorgers bij de secretaris van de examencommissie. Na indiening van een verzoek wordt door de school een ontvangstbevestiging verzonden. Na behandeling in de examencommissie wordt schriftelijk een reactie gegeven. 1 Inleiding Het Schoolexamen begint al in leerjaar 3 en wordt definitief afgesloten in april van leerjaar 4. De meeste schoolexamentoetsen vinden echter in leerjaar 4 plaats. Het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) geeft hierover duidelijkheid per vak / leerweg. De vakken Maatschappijleer 1, Cultureel Kunstzinnige Vorming (CKV) en Lichamelijke Opvoeding bestaan uitsluitend uit een schoolexamen. Maatschappijleer 1 en CKV worden aan het einde van leerjaar 3 definitief afgesloten. Voor de overige vakken geldt dat er een Schoolexamen én een Centraal Examen plaats vindt. In welke leerweg definitief examen wordt gedaan, wordt zo lang mogelijk open gehouden door in leerjaar 3 te toetsen en beoordelen op 2 niveaus, tenzij dit programmatisch niet mogelijk is. Dit is ter beoordeling aan de examencommissie. 1A. In welke leerwegen kan op het Hoofdvaart College examen worden gedaan? Het Hoofdvaart College biedt een volledig examenprogramma voor de basis- en kaderberoepsgerichte en gemengde leerweg. 1B. Kan een leerling tussentijds op- of afstromen naar een andere leerweg? Dit is alleen mogelijk als de leerling alle schoolexamen onderdelen op het gewenste niveau heeft volbracht en/of bereid is hiervoor extra en eigen tijd te investeren. Aanvragen hiertoe dienen schriftelijk bij de examencommissie te worden ingediend. Omrekenen van cijfers wordt niet toegepast. 1C. Opstromen Het Hoofdvaart College biedt aan leerlingen van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg de mogelijkheid om voor één of meerdere vakken op een hoger niveau examen te doen dan de gedetermineerde leerweg. Hiervoor gelden aanvullende voorwaarden (zie punt 22). De leerling ontvangt het diploma van de leerweg waarvoor álle schoolexamenonderdelen + Centraal Examen zijn afgerond. Op de cijferlijst staat het resultaat van het hogere niveau vermeld.
49
2 Wat is een Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA)? In het Programma van Toetsing en Afsluiting staat voor elk vak waarin dat schooljaar schoolexamen gedaan wordt: wat geleerd moet worden wat beheerst moet worden hoe dit getoetst wordt hoe het cijfer voor het schoolexamen tot stand komt wanneer een examenonderdeel moet zijn afgerond welke onderdelen van het schoolexamen herkansbaar zijn. Er kunnen zich omstandigheden voordoen waardoor er van onderdelen uit het PTA zal worden afgeweken. In dat geval zal de examencommissie tijdig een brief of een bijgestelde versie van het PTA voor die periode verspreiden. 3 Waaruit bestaat het schoolexamen? Het schoolexamen kan bijvoorbeeld bestaan uit schriftelijke en mondelinge toetsen, werkstukken, spreekbeurten, praktische opdrachten, handelingsdelen (zoals stage). Binnen het Schoolexamen worden twee soorten cijfers gegeven, B- en C-cijfers.
B-cijfers
Voor proefwerken en opdrachten, die grotere delen van de leerstof omvatten worden B-cijfers gegeven. In het PTA staat bijvoorbeeld letter B1, B2, B3, enz. De B-cijfers tellen één keer mee.
C-cijfers
Voor grote toetsen, praktische opdrachten of tentamens die behoorlijk wat leerwerk vragen worden C-cijfers gegeven. De Ccijfers tellen twee keer mee. B en C-toetsen staan uitvoerig in het PTA beschreven. Inhalen volgens examenreglement, zie punt 8 4 Wat zijn handelingsdelen? Handelingsdelen worden in het PTA per vak aangegeven met de code HD. Dit zijn opdrachten die verplicht moeten worden uitgevoerd. In de meeste gevallen moet een verslag worden gemaakt over de ervaring met de opdracht. De docent beoordeelt deze opdracht met „voldaan‟ of „niet voldaan‟. Vóór het centraal examen dienen alle handelingsdelen te zijn afgesloten met „voldaan‟. De stages (oriëntatie op leren en werken en/of buitenschools leren) in leerjaar 3 en 4 zijn verplichte handelingsdelen. Dat betekent dat een leerling alleen over kan naar leerjaar 4 als hij de stage voldaan heeft. Voor leerjaar 4 betekent dit dat een leerling geen diploma kan krijgen als hij de stage niet voldaan heeft. In geval van ziekte of afwezigheid tijdens de stageperiode dient de leerling de gemiste periode in eigen tijd in te halen. 5 Wanneer vinden schoolexamentoetsen (S.E.- toetsen) plaats? In het PTA staat per vak / per periode aangegeven het aantal en het soort toetsen. De vakdocent geeft in de lessen de precieze data aan en deze worden tenminste één week van tevoren opgegeven. Leerlingen zijn verplicht om aan alle PTA-toetsen deel te nemen. 6 Hoe lang duren S.E. toetsen? Meestal duren de toetsen niet langer dan één lesuur, met uitzondering van praktijktoetsen. Tijdverlenging wegens bijzondere redenen, zoals dyslexie, kan alleen worden gegeven op grond van een verklaring van een bevoegde instantie. Tijdverlenging van een toets bij een schoolexamen omvat 25% van de gestelde tijd met een maximum van 30 minuten. 7 Wat te doen als niet aan een B- of C-toets kan worden deelgenomen? Als dit zich voordoet is de verzuimregeling van toepassing: Bij verzuim moet dit ‟s ochtends vóór 8.15 uur telefonisch door ouders/verzorgers doorgegeven worden aan school. Als de leerling weer op school komt neemt hij/zij een ingevulde en door ouders ondertekende groene absentiekaart mee en levert deze in bij de absentenadministratie. Bij afwezigheid van de absentenadministratie kan de kaart worden ingeleverd bij de teamleider of mentor. De absentiekaart wordt aan het begin van het schooljaar aan iedere leerling verstrekt. Bij inleveren van een ingevulde absentiekaart krijgt de leerling weer een nieuwe. 8 Mag een S.E.- toets worden ingehaald of herkanst? Voor inhalen van B- en C-toetsen geldt de volgende regeling: Toetsen en opdrachten mogen worden ingehaald als aan het gestelde in punt 7 is voldaan. Na beoordeling door de teamleider of aan punt 7 is voldaan, bepaalt de vakdocent het tijdstip van inhalen. Bij afwezigheid heeft de leerling zelf de verantwoordelijkheid om te achterhalen òf en welke afspraken er zijn gemaakt t.a.v. het inhalen van (schriftelijke of praktische) toetsen, inleveren van verslagen, werkstukken e.d. Per periode kunnen maximaal 2 B- of C-toetsen worden herkanst. In het PTA staat per toets in een aparte kolom aangegeven of deze herkansbaar is of niet. Welke toetsen ter herkansing worden aangeboden en tijdstip van afname is ter beoordeling aan de teamleider na raadpleging van de docentenvergadering. Bij herkansingen telt het hoogst behaalde cijfer.
50
9
Wat gebeurt er als er iets mis gaat bij een S.E.? Bij een geldige reden kan besloten worden dat het SE op een later tijdstip mag worden ingehaald. Het niet tijdig inleveren van werkstukken, opdrachten of boekenlijsten, niet voldoen aan de stageopdrachten wordt op dezelfde wijze afgehandeld als „ongeoorloofd verzuim‟ (zie punt 7). Als een leerling ongeldig afwezig is bij een SE, kan de teamleider besluiten tot een maatregel die kan variëren van het niet toekennen van een beoordeling, het inhalen van de toets, het toekennen van het cijfer 1 of het overdoen van de stage in eigen tijd. In het geval van fraude tijdens het SE, kan de examencommissie de volgende maatregelen nemen: het toekennen van het cijfer 1 voor de toets, het ongeldig verklaren van toets(en), het opleggen van een hernieuwd examen of het ontzeggen van (verdere) deelname aan het examen. De te volgen procedure is als volgt: de docent vermeld de fraude op het procesverbaal, de leerling wordt gehoord, daarna besluit de examencommissie over de te nemen maatregel, tenslotte kun je in beroep gaan bij het bevoegd gezag (zie punt 40 ).
10 Wat zijn de consequenties als een leerling niet alle PTA-onderdelen heeft volbracht? Om deel te mogen nemen aan het Centraal Examen moet een leerling alle PTA-onderdelen hebben volbracht. Heeft een leerling dat niet gedaan, dan kan hij/zij uitgesloten worden van het Centraal Examen. Dit ter beoordeling aan de examencommissie. 11
Wat gebeurt er als een werkstuk, verslag of opdracht dat meetelt in het S.E. later wordt ingeleverd dan de opgegeven datum? Te laat inleveren van werkstukken of opdrachten kan leiden tot maximaal 2 punten aftrek daar waar het plannen als eindterm is opgenomen. Informatie hierover is per vak te vinden in het PTA. Daar waar plannen niet is opgenomen als eindterm wordt te laat inleveren beschouwd als ongeoorloofde afwezigheid bij een SE-toets. (zie punt 7). Werkstukken,opdrachten, verslagen moeten worden ingeleverd bij de vakdocent. Deze noteert dit op een procesverbaal. 12
Wat gebeurt er met toetsen, werkstukken, verslagen of opdrachten die in het kader van het schoolexamen zijn afgenomen en beoordeeld? Leerlingen hebben er recht op dat een toets wordt nabesproken (zie ook het Leerlingenstatuut, artikel 5). Werk dat met een Bof C-cijfer is beoordeeld wordt door de school tot een half jaar na de diploma-uitreiking bewaard. 13 Hoe komt het gemiddelde cijfer per schoolexamenperiode tot stand? Per periode wordt per vak een gemiddeld cijfer gegeven. Het cijfer over een periode wordt bepaald door het aantal in het PTA aangegeven B- en C-cijfers uit die periode. Dit cijfer wordt afgerond op één decimaal. Indien een gemiddelde een cijfer met twee of meer decimalen is, wordt dit cijfer afgerond op de eerste decimaal, met dien verstande dat deze decimaal met 1 wordt verhoogd indien de tweede decimaal zonder afronding 5 of hoger is. Voorbeeld: 6,25 wordt 6,3 en 6,24 wordt 6,2. Het periodecijfer wordt bekend gemaakt nadat alle onderdelen, zoals genoemd in het PTA, naar het oordeel van de examencommissie afgesloten zijn. Het periodecijfer geeft een tussenstand aan over hoe ver een leerling op weg is naar het uiteindelijke schoolexamencijfer. S.E.-cijfers zijn pas definitief nadat een rapportvergadering heeft plaatsgevonden. 14 Hoe komt het definitieve schoolexamencijfer tot stand? Het eindcijfer voor het schoolexamen wordt vastgesteld door de behaalde periodecijfers op te tellen en te delen door het aantal perioden. Dit getal wordt rekenkundig afgerond op een decimaal. (zie punt 13). Wanneer PTA-onderdelen niet zijn afgerond, wordt er geen eindcijfer voor het schoolexamen berekend. De consequentie daarvan is dat er niet kan worden deelgenomen aan het Centraal Examen. 15
Wat gebeurt er als er aan het einde van leerjaar 3 voor maatschappijleer een eindcijfer is behaald dat lager is dan een 6,5? Maatschappijleer wordt aan het einde van leerjaar 3 afgesloten met een definitief eindcijfer. Dit eindcijfer telt in leerjaar 4 mee bij de slaag- en zakregeling. Wanneer het gemiddelde eindcijfer aan het einde van periode 4 in leerjaar 3 lager is dan een 6,5 dan heeft die leerling recht op herexamen. Dit herexamen wordt afgenomen in de laatste schoolweek van leerjaar 3. (Zie punt 17). De definitieve, afgeronde eindbeoordeling moet minimaal 6 zijn. Wanneer na het herexamen niet aan deze eis wordt voldaan, wordt de leerling niet toegelaten tot leerjaar 4. 16 Wat gebeurt er als er aan het einde van leerjaar 3 geen 'voldoende' of 'goed' staat voor het vak CKV? CKV wordt aan het einde van leerjaar 3 afgesloten met een definitieve eindbeoordeling. Wanneer aan het einde van periode 4 in leerjaar 3 geen 'voldoende' of 'goed' behaald is voor het vak CKV dan heeft die leerling recht op herexamen. Dit herexamen wordt afgenomen in de laatste schoolweek van leerjaar 3. (Zie punt 17). De definitieve eindbeoordeling moet 'voldoende' of 'goed' zijn. Wanneer na het herexamen niet aan deze eis wordt voldaan, wordt de leerling niet toegelaten tot leerjaar 4. 17 Wat houdt een herexamen voor een schoolexamenvak in (Maatschappijleer 1, CKV, LO)? Dit herexamen betreft het herkansen van een vak waarvoor het schoolexamen reeds volledig is afgerond. De school bepaalt welke onderdelen van het examenprogramma opnieuw getoetst worden. Dat kan de hele stof zijn, maar ook slechts een deel van het geheel. Het nieuwe cijfer wordt berekend aan de hand van het hoogst behaalde cijfer van de onderdelen die herkanst zijn en eerder behaalde cijfers van onderdelen waarvoor geen herexamen heeft plaatsgevonden. 18
Als een leerling niet kan doorgaan naar leerjaar 4 welke mogelijkheden zijn er dan? het derde leerjaar opnieuw doen overstappen naar een andere opleiding (intern of extern)
51
19 Wat gebeurt er met de cijfers als leerjaar 3 opnieuw wordt gedaan? De resultaten van het schoolexamen behaald in leerjaar 3 komen te vervallen. 20 Wanneer mag worden deelgenomen aan het Centraal Examen aan het einde van leerjaar 4? Een leerling mag aan het Centraal Schriftelijk Examen deelnemen als alle onderdelen van het schoolexamen zijn afgerond. Alleen het vak lichamelijke opvoeding kan, wanneer er sprake is van zeer bijzondere omstandigheden, nog later worden herkanst (tot uiterlijk een week voordat de uitslag van het examen bekend gemaakt wordt). 21. Wat gebeurt er als aan het einde van leerjaar 4 geen 'voldoende' of 'goed' is gehaald voor het vak lichamelijke opvoeding? Lichamelijke opvoeding wordt aan het einde van leerjaar 4 afgesloten met een definitieve eindbeoordeling. Deze beoordeling moet 'voldoende' of 'goed' zijn. Wanneer niet aan deze eis wordt voldaan kan geen diploma worden uitgereikt. 22. Wanneer wordt het definitieve niveau bepaald waarop het Centraal Examen wordt afgelegd? Het niveau waarop in een vak centraal examen wordt afgelegd, wordt bepaald aan het einde van periode 7 als alle schoolexamencijfers definitief zijn vastgesteld. Per vak kan er slechts op één niveau Centraal Examen worden afgelegd. Een leerling mag voor een vak op een hoger niveau Centraal Examen doen als het definitieve schoolexamencijfer hoger is dan 6.0. Een leerling mag Centraal Examen doen in een extra vak als het definitieve schoolexamencijfer voor dat vak hoger is dan 6.0. 23. Wat houdt het Centraal Examen in? Het Centraal Examen is landelijk geregeld. De opgaven en de normering van het Centraal Examen worden landelijk vastgesteld. De inhoud van de leerstof en de inhoud van het Centraal Examen verschillen per leerweg. 24. Welke onderdelen kent het Centraal Examen? Het Centraal Examen heeft bij de algemene vakken de vorm van een Centraal Schriftelijk Examen (CSE) en in het beroepsgerichte vak de vorm van een Centraal Schriftelijk en Praktisch Examen (CSPE). In het CSPE ligt het accent op het uitvoeren van praktische opdrachten met daarbij minitoetsen over de bijbehorende theoretische kennis. De beoordeling vindt plaats door de examinator die verplichte beoordelingscriteria gebruikt. In een CSE wordt theoretische kennis, lees-, luister- en schrijfvaardigheid getoetst Een centraal digitaal examen: dit is een examen waarbij vragen en opdrachten met behulp van de computer gemaakt worden. De beoordeling van meerkeuzevragen vindt plaats door de computer en de examinator beoordeelt de open vragen en opdrachten aan de hand van een verplicht landelijk vastgesteld correctievoorschrift of beoordelingsmodel. Een centraal schriftelijk examen: dit is een examen waarbij vragen en opdrachten schriftelijk beantwoord worden. De beoordeling vindt plaats aan de hand van een verplicht, landelijk vastgesteld correctievoorschrift of beoordelingsmodel. Een tweede gecommitteerde beoordeelt de correctie van de examinator. Voor leerlingen met een handicap bestaat de mogelijkheid deel te nemen aan een aangepast examen. Hiertoe kan tot uiterlijk 2 maanden vóó een schriftelijk verzoek worden ingediend bij de examencommissie. 25. Wat houdt het CSPE (praktijkexamen) in? Het praktisch handelen is uitgangspunt bij het CSPE. De opdrachten worden landelijk vastgesteld en bestaan uit praktijksimulaties met praktische en theoretische opdrachten. Het CSPE vindt plaats op school, meestal in praktijklokalen met een klein aantal leerlingen tegelijk. Er zijn altijd twee beoordelaars aanwezig. De opdracht die de kandidaat krijgt voorgelegd is zo veel mogelijk functioneel binnen de praktijk van een beroep of functie en komt zo veel mogelijk overeen met een situatie in de (latere) beroepspraktijk. Met andere woorden: de kandidaat wordt tijdens het CSPE in een voor dat beroep of functie herkenbare en functionele situatie geplaatst, in een professionele omgeving of een simulatie daarvan. 26. Hoeveel tijd neemt het Praktijkexamen (CSPE) in? De toetsduur voor een CSPE staat vermeld op de examenopgave, dit kan per afdeling verschillen. De examenafname kan op grond van vakinhoudelijke en/of schoolorganisatorische overwegingen verspreid over meer dagen/dagdelen plaatsvinden. Kandidaten worden hierover ruim van tevoren schriftelijk geïnformeerd. 27. Welke regels gelden bij het Centraal Examen? Voorafgaand aan het Centraal Examen wordt elke leerling geïnformeerd over: De examendata en -tijdstippen De regels rondom afnemen van het examen (bijv. hoe laat aanwezig zijn, welke hulpmiddelen zijn toegestaan enz.). 28. Wie beoordeelt het Centraal Examen? Zowel het Centraal Schriftelijk Examen als het Centraal Schriftelijk en Praktisch Examen wordt beoordeeld door twee examinatoren. 29. Wat gebeurt er als er iets mis gaat bij het Centraal Examen? Een kandidaat die te laat verschijnt moet het examen voltooien binnen de vooraf gecommuniceerde examentijd. 30 minuten na aanvang van het examen, wordt de examenkandidaat niet meer tot het examen toegelaten. Bij afwezigheid bij een CE vervalt het examen. In geval van ziekte of overmacht kan examen in het tweede tijdvak worden ingehaald, dit ter beoordeling aan de voorzitter van de examencommissie. In het geval van fraude tijdens een CE-toets kan de examenkandidaat worden uitgesloten van verdere deelname aan het examen. Dit ter beoordeling aan de voorzitter van de examencommissie In alle gevallen rapporteren toezichthouders of docenten onregelmatigheden aan de voorzitter van de examencommissie
52
30. Hoe komt het eindcijfer van het Schoolexamen en het Centraal Examen tot stand? Het cijfer voor het Schoolexamen: Na alle S.E.-periodes wordt per vak het gemiddelde van alle periodecijfers berekend (zie punt 13). Als een leerling op meerdere niveaus schoolexamen heeft afgelegd, wordt per leerweg een eindcijfer SE vastgesteld. Om op een hoger niveau Centraal Examen te mogen afleggen, moet het gemiddelde SE-cijfer op het hogere niveau hoger dan een 6.0 zijn. Idem t.a.v. deelname aan het CSE voor een extra vak (zie ook punt 22.) Het cijfer voor het Centraal Examen (CE) Het cijfer voor het CE van de algemene vakken is gelijk aan het cijfer dat is behaald voor het CSE. Het cijfer voor het CE van het beroepsgerichte programma is gelijk aan het cijfer dat is behaald voor het CSPE. Het eindcijfer voor het examen Indien in een vak alleen een SE is gehouden, is het SE-cijfer tevens het eindcijfer (zie ook punt 14). Voor de vakken waarin de kandidaat zowel een SE als een CE aflegt geldt dat het eindcijfer voor het examen als volgt tot stand komt: het eindcijfer is het gemiddelde van de cijfers van het schoolexamen en het centrale examen. Het eindcijfer wordt op een geheel cijfer afgerond. Hierbij geldt dat het cijfer bij ..,49 of lager naar beneden wordt afgerond. Bij ..,5 of hoger wordt het cijfer naar boven afgerond. Een 6,49 wordt dan ook een 6, terwijl een 6,50 een 7 wordt. Daarnaast heeft de Minister van Onderwijs aangekondigd dat voor alle leerlingen met ingang van de examens in 2012 (schooljaar 2011 – 2012) de situatie geldt dat, om te slagen, het gemiddelde cijfer van alle vakken van het Centraal Examen ten minste 5,5 moet zijn. Deze aanscherping van de exameneisen vormt een aanvulling op de bestaande eisen. 31. Wanneer is een kandidaat van de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg geslaagd? Voor lichamelijke opvoeding en CKV moet een beoordeling „voldoende‟ of „goed‟ zijn verkregen. De kandidaten krijgen zes eindcijfers: Nederlands, Engels, twee sectorvakken, een beroepsgericht vak en maatschappijleer. Leerlingen die examen doen in wiskunde als zevende vak krijgen zeven eindcijfers. Als het zevende vak onvoldoende wordt gescoord kan dit buiten de slaag- en zakregeling worden gehouden. De kandidaat is geslaagd als: Voor alle vakken van het Centraal Examen gemiddeld minimaal een 5,5 is behaald EN Als voor deze vakken een eindcijfer is gescoord van: van 6 of hoger één 5 mag ook, als de andere eindcijfers 6 of hoger zijn als twee van de examenvakken beoordeeld zijn met een 5 moeten de andere cijfers 6 of hoger zijn, waarvan ten minste één 7 of hoger. als één vak beoordeeld is met een 4 moeten de andere cijfers 6 of hoger zijn, waarvan tenminste één 7 of hoger. Bij de slaag- en zakregeling telt het cijfer voor het beroepsgerichte vak dubbel. Om te slagen mag het cijfer voor het beroepsgerichte vak daarom nooit een 4 of lager zijn. Is het eindcijfer voor het beroepsgerichte vak een 5 dan moet het worden gecompenseerd door een 7 voor een van de algemene vakken en mag er verder geen 5 zijn behaald. De precieze beschrijving van de eisen voor slagen en zakken kunt u vinden op de volgende website: www.examenblad.nl 32. Wanneer is een kandidaat van de gemengde leerweg geslaagd? Voor lichamelijke opvoeding en CKV moet een beoordeling „voldoende‟ of „goed‟ zijn verkregen. De kandidaten krijgen zeven eindcijfers: Nederlands, Engels, twee sectorvakken, een extra theoretisch vak, een beroepsgericht vak en maatschappijleer. De kandidaat is geslaagd als: Voor alle vakken van het Centraal Examen gemiddeld minimaal een 5,5 is behaald EN Als voor deze vakken een eindcijfer is gescoord: van 6 of hoger één 5 mag ook, als de andere eindcijfers 6 of hoger zijn. als twee van de examenvakken beoordeeld zijn met een 5 moeten de andere cijfers 6 of hoger zijn, waarvan ten minste één 7 of hoger. als één vak beoordeeld is met een 4 moeten de andere cijfers 6 of hoger zijn, waarvan ten minste één 7 of hoger.
33
Hoeveel mogelijkheden tot herexamen zijn er bij het Centraal Examen?
Basis- en kaderberoepsgerichte leerweg De examenkandidaat heeft de mogelijkheid om voor een vak van het Centraal Schriftelijk Examen herexamen te doen. De leerling heeft tevens de mogelijkheid om voor één of meer onderdelen van het praktijkgedeelte (CSPE) een herexamen te doen. Het hoogst behaalde eindcijfer geldt. Het herexamen vindt altijd plaats op hetzelfde niveau als waarop het Centraal Examen in een vak is afgelegd. Gemengde leerweg De examenkandidaat heeft de mogelijkheid om voor een vak van het Centraal Schriftelijk Examen herexamen te doen. Het hoogst behaalde eindcijfer geldt. 34. Wat houdt het herexamen van het CSPE in? Het herexamen wordt aangeboden aan alle leerlingen die het behaalde cijfer willen verbeteren. Elke leerling van de basiskaderberoepsgerichte leerweg wordt één herkansingsgelegenheid geboden voor het CSPE. Deze herkansingsgelegenheid kan meerdere onderdelen van het oorspronkelijke examen omvatten. De docent helpt de leerling bij het kiezen van de onderdelen die het beste herkanst kunnen worden. Het herkansingscijfer wordt berekend door de herkanste onderdelen opnieuw te beoordelen en daarna het eindcijfer opnieuw te berekenen. Het hoogst behaalde eindcijfer geldt. 35. Staat de leerweg op het diploma? Na slagen ontvangt de leerling een VMBO diploma met de aanduiding van de leerweg waarvoor examen is gedaan. Bijvoorbeeld: Diploma Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs, Kaderberoepsgerichte leerweg.
53
36. Wanneer wordt een certificaat uitgereikt? Een certificaat wordt uitgereikt wanneer de kandidaat niet voor alle vakken is geslaagd. Op het certificaat worden de vakken vermeld waarvoor minimaal het eindcijfer 6 is behaald. 37. Kan je het examen overdoen als je niet geslaagd bent? Als je het examen niet gehaald hebt mag je het examenjaar overdoen als je daartoe een verzoek indient bij de examencommissie. 38. Als een leerling niet is geslaagd en het leerjaar 4 wordt over gedaan, wat gebeurt er dan met de cijfers? De schoolexamenresultaten, behaald in het laatste leerjaar, komen te vervallen. De resultaten behaald in leerjaar 3 blijven gehandhaafd. 39. Kan je het behaalde diploma in een extra leerjaar verbeteren op een hogere leerweg? Indien je nog geen 5 jaar over het VMBO hebt gedaan mag je in een extra jaar hetzelfde vakkenpakket op een hoger volgen en daarin examen doen. 40. Kan je het Centraal Examen spreiden over 2 leerjaren, bijv. als je in het examenjaar langdurig ziek bent? In heel bijzondere gevallen kan de directeur, na overleg met de inspectie, toestaan, dat je het Centraal Examen gespreid over twee opeenvolgende jaren aflegt. Dat kan, als je in het laatste leerjaar langdurig ziek bent geweest of wanneer je als gevolg van omstandigheden waaraan je volstrekt niets kon doen, langdurig het onderwijs in bepaalde vakken niet kon volgen. In zo‟n geval sluit je het examen voor een deel van de vakken af in het eerste en voor een deel van de vakken in het tweede schooljaar. 41. Wanneer en waar kan bezwaar worden ingediend als er klachten zijn over de gang van zaken rondom het examen? Bij de examencommissie kan bezwaar worden aangetekend tegen een toegekend cijfer, de wijze van toetsen of de omstandigheden waaronder een toets is afgenomen. Een bezwaar tegen een toegekend cijfer of de wijze van toetsen moet schriftelijk binnen één week na de mededeling van het cijfer bij de examencommissie worden ingediend. Een bezwaar tegen de omstandigheden waaronder de toets is afgenomen moet schriftelijk binnen drie dagen na afname van de toets bij de examencommissie zijn ingediend. De omstandigheden moeten tevens reeds tijdens of direct na de toets aan de aanwezige docent zijn gemeld; toekenning van een dergelijk beroep houdt in dat het cijfer vervalt. 42. Tot slot Van alle noodzakelijke wijzigingen in dit reglement worden de leerlingen direct op de hoogte gebracht. Voor het examenreglement m.b.t. de gemengde leerweg verwijzen wij u naar de website, www.hoofdvaartcollege.nl In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist de voorzitter van de examencommissie Een exemplaar van deze regeling wordt voor 15 oktober van het betreffende schooljaar openbaar gemaakt. BEGRIPPEN- en AFKORTINGENLIJST Bevoegd gezag:
Dunamare Onderwijs Groep Surinameweg 8 Postbus 4470 2003 EL Haarlem
BBL:
Basisberoepsgerichte leerweg. De BBL bereidt voor op een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs op kwalificatieniveau 2.
Commissie van Beroep:
Een commissie, voorgezeten door een vertegenwoordiger van het bestuur die in bijzondere gevallen een besluit van de examencommissie in heroverweging kan nemen. Adres: Commissie van Beroep van het Hoofdvaart College t.a.v. Mw. P.A. Van Neerven Postbus 23 2130 AA Hoofddorp
Examinator:
De docent(e) van wie een kandidaat les heeft; de examinator beoordeelt de kandidaat en bepaalt het cijfer.
Examencommissie:
De commissie die toezicht houdt op de juiste gang van zaken rondom het examen en het PTA. De commissie bestaat uit: de directeur van de school, de drie teamleiders van de bovenbouwafdelingen en een apart benoemde secretaris. Schriftelijke correspondentie ten behoeve van de Examencommissie kunt u richten aan: Hoofdvaart College t.a.v. de heer J.Kion Postbus 23 2130 AA Hoofddorp
CSE:
Centraal Schriftelijk Examen in mei van leerjaar 4. Dit examen wordt landelijk vastgesteld en moet op vastgestelde tijden worden afgenomen.
54
CSPE:
Centraal Schriftelijk en Praktisch Examen in april/mei van leerjaar 4. Dit examen wordt landelijk vastgesteld en moet binnen vastgestelde data worden afgenomen.
GL:
Gemengde leerweg. De GL bereidt voor op een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs op kwalificatieniveau 3 – 4 opleiding.
Handelingsdeel:
Handelingsdelen zijn verplichte onderdelen uit het examenprogramma die elke leerling moet hebben afgesloten. Ze worden beoordeeld naar het vermogen van een leerling om een programmaonderdeel af te sluiten. Een leerling krijgt een waardering met „voldaan‟. Een onvoldoende kan niet, omdat er vanuit wordt gegaan dat elke leerling zijn/haar best ervoor doet. Als een leerling niet aan de opdracht heeft voldaan kan dat betekenen dat de leerling niet mag deelnemen aan het Centraal Examen.
Herexamen:
Een herexamen betreft het overdoen van een vak waarvoor het Schoolexamen reeds volledig is afgerond. Het Hoofdvaart College biedt herexamens aan voor de vakken waarvoor alléén een schoolexamen geldt. Dit zijn maatschappijleer I, CKV en in bijzondere situaties voor LO.
Inhalen:
Een gelegenheid om een gemiste toets alsnog in te halen.
KBL:
Kaderberoepsgerichte leerweg. De KBL bereidt voor op een opleiding in het middelbaar beroepsonderwijs op kwalificatieniveau 3 – 4 opleiding.
Opstromen:
Opstromen is het veranderen van (een of meer vakken van ) een leerweg naar een hoger niveau (bijv. van de BBL naar de KBL of van KBL naar GL).
Periodecijfer:
Het gemiddelde per vak van alle (PTA –) onderdelen in één (rapport)periode.
PTA:
Programma van Toetsing en Afsluiting. Dit is een overzicht van alle leerstof, toetsen en regelingen t.b.v. het VMBO examen.
Schoolexamen:
Het gedeelte van het VMBO examen dat door de school wordt ingevuld en uitgevoerd.
S.E.-toets:
Toets (schriftelijk, mondeling, digitaal of praktisch) die meetelt voor het schoolexamen.
=========================================================================================== EXAMENRESULTATEN 2010 - 2011 Aantal kandidaten SDV Handel & Verkoop Verzorging Bouwtechniek Voertuigentechniek Elektrotechniek AKA
20 43 51 13 17 14 10
Wiskunde als extra vak 1 3 9 0 1 0 0
Examen hoger niveau 1 3 9 0 1 0 0
% geslaagd 100 91 88 85 47 50 100
Toelichting examenresultaten 2010 - 2011 De slagingspercentages van het Hoofdvaart College lopen per afdeling erg uiteen. De resultaten van Techniek zijn niet naar tevredenheid. Wij zien een trend dat leerlingen kiezen voor een techniekafdeling op grond van verkeerde verwachtingen met als gevolg motivatieproblemen en tegenvallende resultaten. Elektrotechniek wordt steeds vaker gekozen door leerlingen die hiermee willen doorstromen naar bijvoorbeeld een ICT opleiding of een opleiding in de media (licht en geluid). Het examenprogramma is echter gericht op het vak elektrotechniek en daardoor raakt een aantal leerlingen in de loop van de tijd gedemotiveerd. Bij de afdeling voertuigentechniek zien we met name dat zwakkere leerlingen deze richting kiezen omdat ze het leuk vinden om te sleutelen aan brommers of auto‟s. Ook hier zien we de relatie tussen motivatieproblemen en tegenvallende prestaties. Daarnaast heeft de afdeling voertuigentechniek afgelopen jaar te maken gehad met 8 nieuwe leerlingen van buitenaf (van een andere school). Deze leerlingen hadden de nodige aansluitingsproblemen en de helft heeft het diploma niet gehaald. In een kleine groep heeft dat direct een groot effect op het slagingspercentage. Naast motivatieproblemen die een negatief effect hebben op de inzet en resultaten van leerlingen blijkt bij de techniekafdelingen dat vooral de vakken wiskunde en natuur- en scheikunde het struikelblok zijn. Doordat we alle leerlingen die dat willen een kans willen geven om voor een technische inrichting te kiezen nemen we als school het risico van minder goede examenresultaten. Gezien de resultaten zien we ons genoodzaakt om strakkere toelatingseisen te gaan hanteren. Leerlingen moeten naast motivatie voor de gekozen richting ook echt voldoende blijk hebben gegeven van het vermogen om het niveau van de vakken wiskunde en natuur- en scheikunde te kunnen waarmaken. Volgend jaar worden de exameneisen landelijk aangescherpt en ook dat maakt het nodig om steeds meer het beleid te richten op het behalen van goede resultaten. Helaas worden gemotiveerde maar theoretisch zwakkere leerlingen hiervan wel de dupe. Voor hen zullen we alternatieve oplossingen moeten blijven zoeken.
55
Bijlage 7. Toptalentenbeleid Hoofdvaart College Toptalenten sport en cultuur Sport en cultuur nemen een belangrijke plaats in binnen onze maatschappij. Op hoog niveau presteren als toptalent op het gebied van sport of cultuur valt soms moeilijk te combineren met school. Het Hoofdvaart College gelooft dat het belangrijk is dat kinderen zich ook op andere terreinen ontwikkelen en wil daarom talentontwikkeling bevorderen. Met deze reden in het achterhoofd biedt het Hoofdvaart College toptalenten de ruimte hun activiteiten op hoog niveau te combineren met school. Hiervoor kan het nodig zijn dat een leerling een deel van de lestijd wordt vrijgesteld. Daartegenover staat wel dat het Hoofdvaart College in overleg met ouders/verzorgers en/of leerling een inhaalprogramma opstelt dat de leerling dient te verwezenlijken. Het Hoofdvaart College voert als school een actief toptalentenbeleid en gebruikt hiervoor de beleidsruimte die de wet biedt. Aan dit beleid worden de volgende voorwaarden gesteld:
Aanvragen kunnen alleen worden gedaan voor uitzonderlijke talenten; leerlingen die op het hoogste (inter)nationale niveau presteren en, in geval van topsport, een status hebben gekregen via hun sportbond, NOC*NSF of als toptalent benoemd zijn en bekend zijn bij het Olympisch Netwerk. Voor cultuurtalenten geldt dat een jongere op het hoogste niveau (concoursen bij muziek, filmopnames of toneelvoorstellingen bij acteren) moet presteren en dat het moet gaan om een niet commercieel project (denk aan commercials). Ouders/verzorgers doen aan het begin van het schooljaar een schriftelijke aanvraag voor vrijstelling bij de school. In de aanvraag worden de momenten en/of data van afwezigheid vermeld. In de aanvraag wordt de noodzaak van deelname aan trainingen en wedstrijden/concoursen aangetoond. Het dient te gaan om nationale/internationale kampioenschappen/concoursen of trainingen daarvoor. Bij de aanvraag worden, in geval van topsport, kopieën van bewijsstukken van de toegekende status of aanmelding bij Olympisch Netwerk bijgevoegd. Bij cultuurtalenten, bijv. bij deelname aan een professionele productie, zal in voorkomende gevallen contact worden opgenomen met de Arbeidsinspectie om tot een gezamenlijk standpunt te komen. In alle gevallen geld dat het Hoofdvaart College een plan van aanpak opstelt waarin wordt beschreven hoe de leerling de lesstof van de gemiste lessen gaat inhalen zonder achterstanden op te lopen. Uitgangspunt dient te zijn dat de leerling noch op cognitief, noch op sociaal-emotioneel terrein achter gaat lopen.
Het Hoofdvaart College behoudt zich het recht voor om een vrijstelling in te trekken wanneer de schoolprestaties achteruitgaan of wanneer blijkt dat de leerling op sociaal-emotioneel gebied problemen krijgt.
56
Bijlage 8. Personeel Hoofdvaart College SCHOOLLEIDING naam
functie
afk.
emailadres
Mw. P.A. van Neerven
Directeur
NVR
[email protected]
Dhr. G.S. van der Meulen
Waarnemend directeur, Teamleider SDV
MUN
[email protected]
Mw. B.H. Wensink
Teamleider Economie, Zorg & Welzijn, GL, AKA
WEK
[email protected]
Dhr. G. Woerdings
Assistent Teamleider Economie, Zorg & Welzijn en GL
WDG
[email protected]
Dhr. J. Rijkenberg
Teamleider Leerjaar 1 en Techniek
RKG
[email protected]
Mw. N. den Haan
Assistent teamleider leerjaar 1 & Techniek
HAN
[email protected]
Dhr. J. Oorthuis
Coördinator organisatie, Elektrotechniek
ORT
[email protected]
ONDERWIJZEND PERSONEEL naam
functie
afk.
emailadres
Mw. G. Baars
Zorg & Welzijn
BRS
[email protected]
Dhr. R. Bakker
Natuur & Gezondheid
BKR
[email protected]
Mw. E. Beers
Engels, Vertrouwenspersoon
BES
[email protected]
Dhr. R. Berriotte
Maatschappijleer
BTT
[email protected]
Mw. F. Biyukzadeh
onderwijsassistent Handel & Verkoop
BUH
[email protected]
Mw. T. Bohan
Kunst & Cultuur
BHN
[email protected]
Mw. L. Bounnaanaa
Nederlands
BUN
[email protected]
Dhr. R. Broekman
Elektrotechniek
BKN
[email protected]
Mw. M. Broekzitter
Biologie
BRK
[email protected]
Dhr. K. Buiskool
Nederlands
BSL
[email protected]
Dhr. J. van Diem
Natuur & Techniek
DIM
[email protected]
Dhr. J.W. Diender
Engels
DND
[email protected]
Mw. N. van Diest
AKA
DIT
[email protected]
Mw. J. Dijkman
Zorg & Welzijn
DYK
[email protected]
Mw. N. Dirkse
Biologie
DRK
[email protected]
Mw. E. Eggink
Zorg & Welzijn, ISK
EGK
[email protected]
Dhr. R. Elias
Bewegen & Sport
ELS
[email protected]
Mw. M. Elias
Bewegen & Sport
ELI
[email protected]
Mw. M. Held
Kunst & Cultuur
HED
[email protected]
Dhr. E. Hofwijks
Wiskunde
HFW
[email protected]
57
naam
functie
afk.
emailadres
Mw. T. Hulsbergen
Handel & Verkoop
HBR
[email protected]
Mw. C. Jansen
Nederlands
JAN
[email protected]
Mw. S. Kandhai
Engels
KDI
[email protected]
Dhr. M. van de Kamp
Engels, Decaan
KMP
[email protected]
Dhr. J. Kempers
Bewegen & Sport
KMS
[email protected]
Dhr. B. Kion
Onderwijsassistent Zorg & Welzijn
KIB
[email protected]
Dhr. J. Kion
Secretaris examencommissie, Bewegen & Sport
KIO
[email protected]
Mw. S. Klerx
Biologie
KRX
[email protected]
Dhr.. J. Kraak
Mens & Maatschappij
KRK
[email protected]
Mw. J. van der Kust
Natuur & Gezondheid
KST
[email protected]
Mw. C. van der Linden
Zorg & Welzijn
LIN
[email protected]
Dhr. A. Lust
Voertuigentechniek
LST
[email protected]
Dhr. G. de Meulmeester
Nederlands
MLR
[email protected]
Dhr. E. Middelburg
Natuur & Techniek
MDG
[email protected]
Dhr. F. Nekeman
Voertuigentechniek, Wiskunde
NKN
[email protected]
Dhr. L. Paalvast
Wiskunde
PVT
[email protected]
Dhr. L. Peeters
Mens & Maatschappij
PTS
[email protected]
Dhr. J. van der Peet
Bouwtechniek
PEE
[email protected]
Dhr. R. Piket
Technisch onderwijsassistent
PKT
Dhr. D. Rietveld
Bouwtechniek
RTD
[email protected]
Dhr. G. Rouw
Elektrotechniek
ROW
[email protected]
Dhr. M. Sabbar
Duits
SBR
[email protected]
Mw. P. Schoorl
Nederlands
SOL
p.schoorl @hoofdvaartcollege.nl
Dhr. G. Soetekouw
Mens & Maatschappij
STW
[email protected]
Dhr. B. Stielstra
Bewegen & Sport
SSA
[email protected]
Dhr. J. Striegel
Kunst & Cultuur
SGL
[email protected]
Dhr. F. Vendrik
ISK
VDK
[email protected]
Dhr. J. Vergunst
Nederlands
VGT
[email protected]
Dhr. J.W. Vriethoff
Handel & Verkoop, ISK
VFF
[email protected]
Mw. S. Woerdings
Engels
WDS
[email protected]
Dhr. R. Zweers
Handel & Verkoop, Economie
ZWS
[email protected]
58
[email protected]
ONDERWIJSONDERSTEUNEND PERSONEEL naam
functie
afk.
emailadres
Mw. M. Bakker
Absentenadministratie
BAK
[email protected]
Dhr. M. Benzina
Receptie
BNA
[email protected]
Mw. Y. Harmsen
Projectmedewerker PR & Werving
HMN
[email protected]
Mw. S. Hardwarsing
Intern begeleider
HDG
[email protected]
Dhr. B. van der Have
Orthopedagoog, vertrouwenspersoon
HAV
[email protected]
Mw. P. Hilliger
Administratie
HLG
[email protected]
Dhr. P. Morea
Conciërge
MRA
[email protected]
Mw. I. Robijn
Zorgcoördinator
RBN
[email protected]
Dhr. R. Slootbeek
Systeembeheerder
SBK
[email protected]
Dhr. I. Spilker
Applicatiebeheerder Magister
SPR
[email protected]
Mw. A. Termeulen
Managementassistente
TRN
[email protected]
Dhr. J. Tuijnman
Conciërge
TMN
[email protected]
Mw. T. Turenhout
Kantine medewerkster
TUR
[email protected]
Mw. E. Versteeg
Directiesecretaresse
VSG
[email protected]
Dhr. G. Windhoud
Conciërge
WHD
[email protected]
59
Bijlage 9. Leerlingenstatuut Leerlingenstatuut Hoofdvaart College Inhoud Inleiding Begripsbepaling Werkingssfeer en geldigheidsduur De kwaliteit van het onderwijs Toelating Onderwijs Toetsing, beoordeling en rapportage Kosten van onderwijs De goede gang van zaken op school Vrijheid van meningsuiting, vrijheid van vergadering en vrijheid van uiterlijk Schade Straffen Schorsing Definitieve verwijdering Geschillencommissie Commissie van Beroep Privacyregeling ============================================================================================= Inleiding Sinds januari 1993 moet elke school een leerlingenstatuut hebben. Dit is geregeld in de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Het leerlingenstatuut regelt de rechten en plichten van leerlingen. Tevens staan in het leerlingenstatuut de daaruit voortvloeiende verplichtingen van andere geledingen en het bevoegd gezag. In het leerlingenstatuut regelt de school: - Het handhaven van de goede gang van zaken op school. - Hoe er wordt omgegaan met klachten en geschillen. - De bescherming van persoonlijke gegevens. - De wijze waarop het schoolbestuur de kwaliteit van het onderwijs bewaakt. Het leerlingenstatuut wordt eens per twee jaar vastgesteld door het bestuur. Voor de vaststelling wordt de inhoud goedgekeurd door de ouders/verzorgers en leerlingen die in de Medezeggenschapsraad zitten en voor zover het gevolgen voor het personeel betreft met instemming van het personeelsdeel. Begripsbepaling Artikel 1 Dit leerlingenstatuut verstaat onder: Bevoegd gezag
Dunamare Onderwijs Groep Surinameweg 8 Postbus 4470 2003 EL Haarlem
Commissie van beroep
het bestuur; gemandateerd aan de voorzitter van de directieraad
Directie
directeur van het Hoofdvaart College
Docenten
leden van het personeel die een onderwijstaak vervullen
Geleding
het personeel, dan wel de ouders/verzorgers en/of de leerlingen
Geschillencommissie
2 leden van het personeel, 1 leerling, 1 ouder/verzorger, onder voorzitterschap van de vertrouwenspersoon van het Hoofdvaart College
Inspectie
de inspecteur die belast is met het toezicht op het voortgezet onderwijs als bedoeld in art.113 en 114 WVO (wet op het voortgezet onderwijs);
Directieraad
directeuren van Dunamare-scholen;
60
Klassenteam
docenten/mentoren van een klein aantal klassen of bepaalde afdeling
Leerlingen
alle leerlingen die op school staan ingeschreven
Medezeggenschapsraad
de raad als bedoeld in artikel 3 Wet Medezeggenschap Onderwijs 1992; voor het Hoofdvaart College is er een deel-medezeggenschapsraad (DMR)
Mentor
docent die een specifieke begeleidingstaak voor een groep leerlingen vervult
Orthopedagoog
specialist op het gebied van leerlingbegeleiding, ter ondersteuning van het klassenteam, remedial teachers en studiebegeleiders
Ouders
de ouders, voogden of verzorgers van leerlingen
Ouderraad
een geledingenraad, samengesteld uit en door de ouders/verzorgers
Personeel
het onderwijzend (O.P.) en onderwijs-ondersteunend personeel (O.O.P.) van de school, met inbegrip van de schoolleiding en stagiaires
School
Hoofdvaart College te Hoofddorp
Schoolleiding
directeur, teamleiders en coördinator organisatie
Teamleider
functionaris met een specifieke taak in de organisatie van de school en leider van een klassenteam
Wet
Wet van 29 januari 1993 tot wijziging van de Wet op het voortgezet onderwijs (WVO) en van de Wet Medezeggenschap Onderwijs 1992 (WMO 1992), Leerlingenstatuut Staatsblad 1993, nr. 74
Werkingssfeer en geldigheidsduur Artikel 2 1. Dit leerlingenstatuut regelt de rechten en de plichten van de leerlingen van het Hoofdvaart College in Hoofddorp en tevens de daaruit voortvloeiende verplichtingen voor personeel en bestuur. 2. Het leerlingenstatuut is bindend voor de leerlingen en tevens voor de andere geledingen en het schoolbestuur voor zover dit niet in strijd is met wettelijke voorschriften of de statuten, of voortbouwende regelingen die hun geldigheid hieraan ontlenen. 3. Het leerlingenstatuut geldt steeds in en om de schoolgebouwen onder schooltijd, en ook daarbuiten telkens wanneer er verband is met de schoolsituatie. Dit is steeds het geval bij alle buitenschoolse activiteiten. 4. Het leerlingenstatuut wordt vastgesteld door het schoolbestuur na verkregen instemming van het ouders/verzorgers leerlingendeel en voor zover het de gevolgen voor het personeel betreft van het personeelsdeel van de deel medezeggenschapsraad. Het treedt in werking op een door het schoolbestuur vast te stellen datum. 5. Het leerlingenstatuut wordt telkens voor een periode van twee jaar vastgesteld, maar kan tussentijds gewijzigd worden door het bestuur al dan niet op voorstel van de schoolleiding, het ouders/verzorgers,leerlingendeel of het personeelsdeel van de medezeggenschapsraad. 6. Het leerlingenstatuut wordt na eerste vaststelling en bij wijzigingen op zodanige wijze door de schoolleiding gepubliceerd dat alle geledingen ervan kennis kunnen nemen. Een exemplaar wordt uitgereikt aan nieuwe leerlingen bij de inschrijving, aan nieuwe personeelsleden bij hun aanstelling en verder aan leden van het schoolbestuur, leden van de medezeggenschapsraad en de leden van de ouderraad, steeds bij toetreding tot die organen. Een exemplaar ligt ter inzage op de administratie van de school en is te vinden op www.hoofdvaartcollege.nl 7. De schoolleiding is belast met het toezicht op de naleving van het leerlingenstatuut. De kwaliteit van het onderwijs Toelating Artikel 3 1. Leerlingen die zich aanmelden kunnen worden uitgenodigd voor een toelatingsonderzoek. De resultaten van dit toelatingsonderzoek worden gebruikt om te beoordelen of het onderwijs- en begeleidingsaanbod van het Hoofdvaart College past bij de mogelijkheden en de behoeften van de leerling. In geval van plaatsing van de leerling worden de resultaten van het toelatingsonderzoek gebruikt om te bepalen in welk leerjaar, afdeling (vanaf klas 3), leerweg (vanaf klas 3) en klas de leerling zal worden geplaatst. 2. Aan leerlingen die zich aanmelden voor bepaalde tijd kunnen voorwaarden gesteld worden aan de plaatsing. Leerlingen en ouders/verzorgers worden schriftelijk van deze voorwaarden op de hoogte gesteld. Als een leerling niet tot een bepaalde klas, afdeling of leerweg toegelaten wordt, dan kunnen de leerling en/of ouders/verzorgers tegen deze beslissing in beroep gaan bij de Commissie van Beroep.
61
Onderwijs Artikel 4 1. Leerlingen hebben recht op goed onderwijs, en op adequate begeleiding. Hierbij gaat het in ieder geval om: een redelijke verdeling van de leerstof over de lessen; goede presentatie en duidelijke uitleg; de keuze van geschikte lesboeken, leer-en hulpmiddelen; Ten aanzien hiervan heeft elke leraar een inspanningsverplichting. 2. Leerlingen zijn verplicht zich in te spannen om het onderwijsproces goed te laten verlopen. 3. Wanneer een leerling meent dat het onderwijs onvoldoende kwaliteit heeft, kan hij/zij dit kenbaar maken aan de schoolleiding, die op een dergelijke klacht binnen een week reageert. 4. Leerlingen zijn verplicht het door een leraar opgegeven huiswerk te maken. De leraren van een klas of groep zien erop toe dat de totale hoeveelheid huiswerk voor de leerlingen een evenwichtige, redelijke belasting oplevert. 5. De leerling die meent dat hij/ zij het huiswerk voor een bepaalde les om een gegronde reden niet heeft kunnen maken, meldt dit voor het begin van die les aan de docent en levert tevens een door de ouders ondertekende verklaring in waarin die reden wordt bevestigd. Wanneer naar het oordeel van de docent de opgegeven reden de leerling niet van de plicht tot het maken van het huiswerk ontslaat, kan de leerling een maatregel worden opgelegd. 6. De eerste schooldag na iedere vakantie met een duur van minimaal vijf schooldagen is huiswerkvrij (zie jaarplanning). Daarnaast kan de schoolleiding in bijzondere gevallen huiswerkvrije dagen aanwijzen. Toetsing, beoordeling en rapportage Artikel 5 1. Toetsing van de vorderingen in het onderwijs geschiedt onder meer met de volgende middelen: proefwerken, ook repetities en/of toetsen genoemd; mondelinge en schriftelijke overhoringen; werkstukken; gesprekken of spreekbeurten naar aanleiding van boeken, werkstukken etc.; practica, sport- en spelopdrachten; portfolio. 2. Van het bij enige toets te behalen cijfer wordt tevoren de wegingsfactor ten opzichte van de cijfers te behalen bij andere toetsmiddelen bekend gemaakt. 3. De leraar houdt een voorbespreking van het proefwerk, waaruit minimaal blijkt wat het belang van de onderdelen van de leerstof is met betrekking tot de toetsing. 4. De leraar beoordeelt een toets binnen 10 schooldagen na de afnamedatum, tenzij zich bijzondere omstandigheden voordoen, zulks ter beoordeling aan de schoolleiding. 5. Leerlingen hebben er recht op dat een toets wordt nabesproken. De normen van de beoordeling worden door de leraar ongevraagd meegedeeld en toegelicht. Een volgende toets over (een deel van) dezelfde of aansluitende leerstof kan niet afgenomen worden voordat de vorige toets is nabesproken, zulks met uitzondering van inhaalwerk. 6. De leerling krijgt het beoordeelde schriftelijke werk (eventueel ter inzage) terug, tenzij zwaarwichtige redenen zich daartegen verzetten. De leerling heeft altijd recht op inzage van het beoordeelde werk. Indien de leerling het niet eens is met de beoordeling, kan hij of zij dit na inzage aan de leraar kenbaar maken. Bij een blijvend verschil van mening kan een uitspraak van de schoolleiding gevraagd worden. 7. Indien de omstandigheden waaronder een toets wordt afgenomen, de leerling bij het maken hiervan gehinderd hebben, wordt daarmee naar redelijkheid bij de beoordeling rekening gehouden. Dit ter beoordeling aan de docent. 8. Wie betrapt wordt op frauduleus gedrag bij het maken van een toets, kan als uiterste consequentie het cijfer 1 als beoordeling voor het werk krijgen. Dit geldt niet voor leerwegtoetsen. Artikel 6 1. Een proefwerk wordt ten minste één week voor de afnamedatum opgegeven en kan alleen lesstof omvatten die ten minste twee lesuren voordat het proefwerk plaatsvindt, voor de eerste maal is behandeld. Voor vakken die slechts één of tweemaal per week op het lesrooster staan, geldt hiervoor een termijn van één week. 2. Per dag maakt de leerling maximaal twee proefwerken. Van deze regel kan worden afgeweken bij examenklassen, in proefwerkweken en bij inhaalproefwerken, na overleg met een klas, of wanneer zich naar het oordeel van de teamleider bijzondere omstandigheden voordoen. 3. De leerlingen zijn zelf verantwoordelijk voor het reserveren van de afnamedatum bij andere leraren. In alle gevallen waarin een proefwerkrooster geldt, gaat dit voor eventuele onderlinge afspraken tussen de leraar en de leerlingen. 4. Bij onvoorziene lesuitval schuiven de afnamedata van toetsen automatisch door naar de eerstvolgende les, waarbij lid 2 van dit artikel niet van toepassing is. Leraar en leerling kunnen echter andere afspraken maken. 5. Een leerling heeft het recht een gemist werk in te halen, indien tijdig een door een ouder/verzorger ondertekende schriftelijke verklaring omtrent de afwezigheid bij de docent is ingeleverd. De docent beoordeelt in overleg met de mentor de geldigheid van de opgegeven reden van het verzuim. Ontbreekt de verklaring, of wordt de reden door de docent niet als geldig geaccepteerd, dan kan voor het gemiste werk het cijfer 1 als beoordeling gegeven worden. 6. Voor het maken van een werkstuk krijgt een leerling minimaal 15 schooldagen de tijd. 7. Als een werkstuk meetelt voor een cijferrapport dan wordt tevoren bekend gemaakt aan welke normen het moet voldoen, wanneer het gereed moet zijn en welke sanctie er staat op het te laat of niet inleveren.
62
Artikel 7 1. De leerlingen en hun ouders/verzorgers krijgen viermaal per jaar een overzicht van de prestaties in de vorm van een rapport. 2. Een rapportbeoordeling is gebaseerd op ten minste twee cijfers die als beoordeling voor proefwerken zijn gegeven. Een toets die niet met inachtneming van de procedurevoorschriften van artikel 5 lid 1 is afgenomen of als schriftelijke overhoring is aangekondigd, kan bij het vaststellen van een rapportcijfer nooit als proefwerk meetellen. Een eindrapportbeoordeling wordt bepaald door de cijfers op voorafgaande rapporten. Aan het begin van het schooljaar wordt bekend gemaakt hoe het eindrapportcijfer tot stand komt. 3. Wanneer op grond van de studieresultaten van een leerling tot het treffen van maatregelen wordt besloten, zal de mentor of teamleider dit altijd vooraf met de ouders/verzorgers en de leerling bespreken. 4. Uitsluitend de vergadering van docenten die de leerling lesgeven, besluit over het door de leerling in het volgende schooljaar of de volgende schooljaren te volgen onderwijs aan de hand van de bevorderings- en doorstroomregels. Artikel 8 1. De overgangsrichtlijnen worden bij de start van het schooljaar schriftelijk aan ouders/verzorgers en leerlingen bekend gemaakt. 2. De wijze waarop de rapportcijfers berekend worden en de wijze waarop het eindcijfer tot stand komt, worden in het eerste gedeelte van de cursus schriftelijk aan ouders/verzorgers en leerlingen bekend gemaakt. 3. Een leerling moet de school verlaten als: hij/zij twee keer doubleert op verzoek van de ouders wordt afgeweken van het leerwegadvies (eind leerjaar 2) en de leerling doubleert in de volgende klas In bijzondere gevallen kan het klassenteam aan de schoolleiding adviseren om van bovenstaande af te wijken. Kosten van het onderwijs Artikel 9 1. Leerlingen en ouders/verzorgers zijn verplicht die leer- en hulpmiddelen aan te schaffen, die noodzakelijk zijn voor het goed volgen van het onderwijsprogramma. 2. Ouders/verzorgers en leerlingen zijn verplicht aan de financiële voorwaarden te voldoen. 3. Deelname aan lesvervangende onderwijsactiviteiten is verplicht, met in achtneming van artikel 9.2. In bijzondere gevallen kan de teamleider afwijken van deze regel. Ter beoordeling aan de teamleider kan aan de leerling een vervangende opdracht worden opgegeven. De goede gang van zaken op school Artikel 10 1. Leerlingen zijn respect verschuldigd aan elkaar en aan alle personen die op school aanwezig zijn. 2. Leerlingen dienen zorgvuldig en voorzichtig om te gaan met het gebouw, de inventaris, elkaars bezittingen en die van het personeel. Ieder is medeverantwoordelijk de schoolgebouwen en de directe omgeving zo schoon mogelijk te houden en de voor lessen of anderszins gebruikte ruimten steeds opgeruimd achter te laten. 3. Leerlingen hebben mede de verantwoordelijkheid te zorgen voor een werkbare situatie, waarin goed onderwijs kan worden gegeven en gevolgd in een passende sfeer. Het gebruik van een mobiele telefoon komt een werkbare situatie niet ten goede is daarom niet toegestaan in de school. In bijzondere situaties kan bij de schoolleiding toestemming worden gevraagd om van deze regel af te wijken. Ook het maken van geluids- en beeldapparatuur is niet toegestaan. 4. Op school worden algemeen geldende beleefdheidsregels gehanteerd, dit betekent o.a. jas uit tijdens de les sportpet, vrijetijdsmuts e.d. af bij het betreden van het schoolgebouw het gebruik van walkmans, ipods en andere geluidsdragers zijn in school niet toegestaan. Zie artikel 11.6 5. Eten en drinken is alleen toegestaan in de kantine, de hal en het schoolplein, roken alleen op het schoolplein. 6. Een leerling die naar het oordeel van de leraar de voortgang van de les verstoort, kan verplicht worden de les te verlaten en zich bij de teamleider of diens vervanger te melden. 7. Leerlingen die de voor hen geldende regels overtreden, kan een disciplinaire maatregel (= straf) worden opgelegd door personeel en/of bevoegd gezag. 8. De leerlingen hebben de plicht de lessen volgens het voor hen vastgestelde rooster te volgen. Op grond van wettelijke voorschriften kan alleen de schoolleiding aan leerplichtige leerlingen vrijstelling van het volgen van de lessen geven. Van leerlingen die vallen onder de werking van hoofdstuk II van de Wet op de studiefinanciering stelt het bevoegd gezag de geldigheid van de reden van afwezigheid vast overeenkomstig art. 27a WVO. Bij absentie en te-laat-komen gelden verder de schoolregels. 9. De leerling heeft er recht op dat lesuitval en tussenuren zoveel mogelijk worden beperkt en dat het lesrooster bij het uitvallen van lessen als gevolg van afwezigheid van onderwijzend personeel zoveel mogelijk in deze zin wordt aangepast. 10. Een leerling kan gebruik maken van een kluisje. Hiervoor geldt het kluisjesreglement. Dit reglement is op te vragen bij de administratie van de school. Vrijheid van meningsuiting, vergadering en uiterlijk Artikel 11 1. Leerlingen zijn vrij hun mening te uiten, mits zij niet handelen in strijd met de wet of de regels die gelden op school en de voortgang van het onderwijs daarbij niet wordt geschaad. Ieder dient respect te hebben voor de mening van een ander.
63
2.
3. 4.
5. 6.
7.
Wie zich door een ander beledigd voelt in woord of geschrift, kan hierover een klacht indienen. In eerste instantie bij vakdocent of mentor. Wanneer de klacht niet naar behoren wordt afgehandeld kan de schoolleiding worden ingeschakeld. Behoudens de mogelijkheid tot het treffen van disciplinaire maatregelen kan bepaald worden dat degene die een ander heeft beledigd, zijn verontschuldigingen moet aanbieden aan het slachtoffer. Het personeel zal altijd optreden tegen beledigende en discriminerende uitingen die de grenzen van de vrijheid van meningsuiting overschrijden. De leerlingen hebben de verantwoordelijkheid het personeel op dergelijke uitingen te attenderen. Leerlingen hebben recht van vergadering in de schoolgebouwen voor zover de gang van zaken met betrekking tot het onderwijs niet wordt verstoord. Hiertoe wordt een verzoek ingediend bij de schoolleiding. Een bijeenkomst die kennelijk het belang van de school of het onderwijs niet dient, kan door de schoolleiding met opgaaf van redenen worden verboden. Voor bijeenkomsten die niet door het in lid 4 bedoelde verbod worden getroffen, wordt door de schoolleiding in overleg met de betrokkenen op een passend tijdstip een ruimte binnen de school beschikbaar gesteld. Een ieder verdient een beginwaarde van respect. Dat betekent o.a. dat elke leerling recht heeft op vrijheid van uiterlijk, dat ieder zich binnen de algemeen geldende normen naar eigen inzicht kan kleden voor zover geen grenzen van fatsoen en betamelijkheid worden overschreden. Een bepaald soort kleding kan alleen worden voorgeschreven of verboden om redenen van veiligheid, hygiëne, gezondheid of als het algemeen belang van de voortgang van het onderwijs dit vereist. Het dragen van uniformen, insignes of anderszins provocerende of aanstootgevende kleding kan door de schoolleiding worden verboden. Dit geldt ook bij buitenschoolse activiteiten. Een en ander met in achtneming van het gestelde in artikel 10.4 Een ieder zet zich in voor de vrijheid van de ander en realiseert zich dat de individuele vrijheid wordt begrensd door waar die van de ander begint. Terughoudendheid bij het uiten van geloofs- en levensovertuiging is gepast.
Schade Artikel 12 1. Ten aanzien van aansprakelijkheid bij, door of aan leerling toegebrachte schade gelden de hierop betrekking hebbende bepalingen van het Nieuw Burgerlijk Wetboek. 2. De ouders/verzorgers van een leerling die schade heeft veroorzaakt, worden hiervan door de school schriftelijk in kennis gesteld. 3. Tegen een leerling die opzettelijk schade toebrengt aan het schoolgebouw, aan eigendommen van de school of aan eigendommen van derden, kunnen door de schoolleiding disciplinaire maatregelen worden getroffen. 4. Bij schade aan inhoud van kluisjes wordt gehandeld conform het kluisjesreglement. Straffen Artikel 13 1. Leerlingen die in strijd handelen met de binnen school geldende voorschriften kunnen disciplinair gestraft worden. Het schoolreglement beschrijft de geldende sancties. 2. Er moet een redelijke verhouding bestaan tussen de overtreding en de zwaarte van de straf, zulks ter beoordeling van de docent, mentor of schoolleiding. 3. De volgende disciplinaire maatregelen kunnen aan leerlingen opgelegd worden: waarschuwing het verrichten van strafwerk uit de les gestuurd worden het ontzeggen van de toegang tot een les terugkomen in eigen tijd terugkomen in eigen tijd en het verrichten van strafwerk of corvee time out schorsing definitieve verwijdering Hierbij hanteert het Hoofvaart College een sanctie-stappenplan. 4. Leerlingen die op dezelfde dag in eigen tijd moeten terugkomen, wordt de gelegenheid geboden om de ouders/verzorgers in te lichten. Schorsing Artikel 14 1. De directie kan een leerling met opgave van redenen voor een periode van ten hoogste één week schorsen. 2. Dit besluit tot schorsing wordt schriftelijk medegedeeld aan leerling en ouders/verzorgers. 3. Bij een schorsing voor een periode langer dan één dag, wordt de inspecteur schriftelijk, met opgave van redenen, in kennis gesteld. Definitieve verwijdering Artikel 15 1. De schoolleiding kan slechts besluiten tot definitieve verwijdering van een leerling, nadat deze en ook de ouders/verzorgers, in de gelegenheid zijn gesteld hierover te worden gehoord. 2. Definitieve verwijdering van een leerplichtige leerling geschiedt slechts na overleg met alle leden van de schoolleiding. Hangende dit overleg kan de betreffende leerling worden geschorst. Zonodig wordt de inspectie geraadpleegd. 3. De schoolleiding stelt de inspectie schriftelijk en met opgave van redenen, van het voornemen tot een definitieve verwijdering in kennis.
64
4. 5. 6.
7. 8. 9.
Een besluit tot definitieve verwijdering wordt schriftelijk en met opgave van redenen aan de betrokkene en ouders/verzorgers meegedeeld. Daarbij wordt gewezen op de mogelijkheid om te verzoeken om herziening van het besluit. Binnen dertig dagen na dagtekening van de mededeling betreffende definitieve verwijdering kan door de leerling en door de ouders/verzorgers, schriftelijk worden verzocht om herziening van dit besluit. Binnen dertig dagen na ontvangst van het verzoek, neemt het Bevoegd Gezag, na overleg met de inspectie en desgewenst andere deskundigen een beslissing op het verzoek tot herziening. Daarbij geldt de eis dat de leerling en ouders/verzorgers in de gelegenheid zijn gesteld om te worden gehoord en kennis hebben kunnen nemen van de op het besluit betrekking hebbende adviezen of rapporten. Gedurende de behandeling van het verzoek om herziening van een besluit tot definitieve verwijdering kan het Bevoegd Gezag de betrokken leerling de toegang tot de school ontzeggen. Algemene gronden voor definitieve verwijdering zijn: bij herhaling de voorschriften van de school overtreden, zich schuldig maken aan ernstig wangedrag. Een leerling kan op grond van onvoldoende leerprestaties worden geadviseerd, c.q. worden verwezen naar een ander type onderwijs.
Geschillencommissie Artikel 16 1. Bij geschillen over toepassing van dit statuut proberen partijen eerst samen tot een oplossing te komen. 2. Lukt dit niet dan leggen de partijen het geschil voor aan een lid van de schoolleiding. Deze komt na overleg met de directie, binnen drie dagen tot een oordeel. Is dit oordeel voor één van de partijen niet bevredigend dan wordt het geschil voorgelegd aan de onafhankelijke geschillencommissie. 3. De geschillencommissie wordt samengesteld door de schoolleiding. Voor elke geleding is een vaste vervanger beschikbaar. 4. Bij het staken van de stemmen beslist de voorzitter. 5. Indien een lid van de geschillencommissie zelf direct of indirect betrokken is bij een klacht, dan moet dit lid zich laten vervangen door de vaste vervanger. 6. De (vervangende) leden worden op voordracht van hun geledingen door de schoolleiding benoemd voor een periode van maximaal twee jaar. De medezeggenschapsraad heeft instemmingbevoegdheid. 7. De leden van de geschillencommissie kunnen niet in persoon benadeeld worden vanwege of aansprakelijk gesteld worden voor, handelingen die zij verrichten voortvloeiend uit de uitoefening van hun lidmaatschap. 8. De commissie is bevoegd een uitspraak te doen over een geschil en de betrokken partijen te verplichten overeenkomstig de uitspraak te handelen. Deze uitspraak zal binnen tien werkdagen na de indiening van het geschil gedaan worden. 9. De termijn waarbinnen een klacht moet worden ingediend bij de geschillencommissie is maximaal tien werkdagen na het ontstaan van het betreffende geschil. Alleen bij geschillen over definitieve verwijdering en de toelating van een leerling geldt de termijn van dertig werkdagen. 10. Klachten kunnen door iedereen worden ingediend, individueel of collectief. Een groep wordt door één persoon vertegenwoordigd. 11. Klachten kunnen uitsluitend schriftelijk worden ingediend bij de directeur. 12. Wanneer een klacht ingediend is, wordt een eventuele (straf)maatregel opgeschort. 13. De zitting van een geschillencommissie is niet openbaar. 14. De geschillencommissie heeft recht op alle voor haar noodzakelijke informatie betreffende het geschil. 15. De geschillencommissie hoort beide partijen, waarbij beide partijen zich bij de behandeling van de klacht door iemand kunnen laten bijstaan. 16. De uitspraak van de geschillencommissie dient binnen tien werkdagen na het indienen van de klacht te worden gedaan. Deze uitspraak is openbaar. Commissie van Beroep Artikel 17 1. Kan men zich niet neerleggen bij de beslissing van de geschillencommissie, dan kan men in beroep gaan bij de Commissie van Beroep. 2. De uitspraak van de Commissie van Beroep is binnen dertig dagen na het indienen van de klacht. De uitspraak is bindend. Privacy regeling Het Hoofdvaart College beschikt over een privacy protocol. Dit document ligt ter inzage bij de administratie.
65
Bijlage 10. Antidrugs en -diefstalbeleid Het gebruik en het in bezit hebben van welke hoeveelheid drugs is niet toegestaan, ook al gedoogt de overheid het gebruik en bezit. Ook het verhandelen van drugs op school en in de nabijheid van de school is niet toegestaan. Indien een personeelslid merkt dat er sprake is van het bezit dan wel het gebruik of het verhandelen van verboden genotsmiddelen zal hij/ zij ogenblikkelijk de teamleider inlichten. Bij de eerste keer dat er sprake is van bezit of gebruik van zogeheten softdrugs (hasj en/of marihuana/wiet) vindt binnen 24 uur een gesprek tussen leerling en teamleider plaats. Deze licht de ouders/verzorgers in en bevestigt het gesprek schriftelijk. Een kopie van de brief wordt in het dossier bewaard. De mentor krijgt een afschrift. Vervolgens wordt de desbetreffende leerling door de directeur tot maximaal vijf achtereenvolgende dagen geschorst. De ouders/verzorgers worden hiervan schriftelijk op de hoogte gesteld. Tegen deze schorsing kan binnen een week na dagtekening van de brief aan de ouders/verzorgers beroep worden aangetekend bij de directievoorzitter van de Dunamare Onderwijsgroep. Daarnaast worden de leerplichtambtenaar en de inspecteur van het onderwijs schriftelijk van de schorsing op de hoogte gesteld. Wanneer de leerling in herhaling valt wordt de procedure in werking gesteld om de leerling definitief van de school te verwijderen. Tevens wordt de hulpverlening schriftelijk ingelicht door de teamleider. Tevens wordt de politie schriftelijk geïnformeerd door de teamleider indien er (mogelijk) sprake is van harddrugs (zoals XTC, speed, crack, cocaïne en heroïne): "drugs met een onaanvaardbaar risico" volgens de Opiumwet uit 1976. Bij het vermoeden van dealen in en rond de school stelt de directeur ogenblikkelijk de politie op de hoogte. Het bezit en gebruik van alcohol is niet toegestaan. Ook tijdens schoolfeesten, excursies e.d. is het bezit en consumeren van alcoholische dranken niet geoorloofd. Bij overtreding van deze regel kan een leerling maximaal een week geschorst worden. Hiervan worden de ouders/verzorgers telefonisch en schriftelijk op de hoogte gesteld door de desbetreffende teamleider. Antidiefstalbeleid en -regelgeving Indien een leerling betrapt wordt op het stelen van goederen van de school en/of van medeleerlingen en/of personeelsleden wordt binnen 48 uur aangifte gedaan bij de politie. De teamleider zal de ouders/verzorgers binnen 24 uur telefonisch en uiterlijk drie dagen na het voorval schriftelijk inlichten. Kopieën van de brief gaan naar de directeur en in het dossier van de leerling. Bij de eerste keer dat er sprake is van (een poging tot) diefstal wordt de desbetreffende leerling door de directeur van de school een week geschorst. Hiertegen kan binnen een week beroep worden aangetekend bij de voorzitter van de Dunamare Onderwijsgroep. De leerplichtambtenaar en de inspecteur van het onderwijs worden van de schorsing schriftelijk op de hoogte gesteld. Wanneer de leerling in herhaling valt wordt de procedure in werking gesteld om de leerling definitief van school te verwijderen. Diezelfde regel geldt ook voor vernieling, met dien verstande dat de ouders/verzorgers van de leerling verantwoordelijk gesteld worden voor de aangerichte schade. Bovenstaande geldt ook voor heling in en rondom de school.
66
Index Aan te schaffen leermiddelen Adresgegevens Adressen Afdelingen AKA Altra +12 Ambulant begeleider Antidiefstal Antidrugsbeleid Bedrijfshulpverlening Beeldopnames, gebruik van Begeleidingsuren Bereikbaarheid Bestuur Beveiliging Boeken Bouwtechniek Buitengewoon verlof Buitengym Buitenopdrachten Buitenschoolse activiteiten Cito volgsysteem Coach Communicatie Communicatie met ouders Dyslexiecoach Elektrotechniek Examen Examenresultaten Faalangstreductietraining Financiële zaken Gemengde leerweg Gezonde kantine Handel & Verkoop Huiswerkklas ICT-voorzieningen Identiteit, Visie en Missie Informatie voor ouders Inning schoolkosten Intern begeleider(s) Interne vertrouwenspersonen ISK Kernteams Klachtenregeling Kluisjes Kunst & Cultuurklas Leergebieden Leerjaarspecifieke bijdrage Leerling Leerlingbegeleiding Leerlingenraad Leerlingenstatuut Leerlingzorg Leerplicht Leerplichtambtenaar Leervorderingen en rapportage Lessentabel leerjaar 1 en 2 Lessentabel leerjaar 3 en 4 Lestijden LWOO Maatschappelijke stage Maatwerktijd Magister Mediation door leerlingen
33 36 36 18 20 24 23 66 30 30 31 22 28 6 30 32 19 15 14 14 14 15 8 26 26 23 19 17 55 25 33 18 30 18 14 28 6 31 35 23 31 21 8 31 35 18 10 34 7 21 29 29 22 24 24 15 12 13 14 21 11 11 26 31
Mentor Missie Niveaubepaling Onderwijsaanbod Onderbouw Onderwijstijd Ons onderwijs Organisatie van het onderwijs Orthopedagoog Ouderbijdrage Ouderraad Ouders/verzorgers Overeenkomst veilige school Pauzes en tussenuren Personeel PKW Portfolio Post PSO Rapportage onderbouw RMB-tijd Rookvrije school Roosterwijzigingen Rugzak Sanctie stappenplan Samenwerkingsovereenkomst School School in beeld School Maatschappelijk Werk Schoolarts Schoolfeesten Schoolfonds Schoolgids Schoolkantine Schoolkosten Schoolleiding Schoolpas Schoolplein Schoolregels Schoolveiligheidsplan Schoolverzekering SDV Sociale vaardigheidstraining Sportklas Stichting Leergeld Studiebegeleiding Teamleiders Techniek Tegemoetkoming schoolkosten Toen en nu Toptalentenbeleid Toezicht Vakantiedata Veiligheid Vervolgopleidingen Visie Voertuigentechniek Voorzieningen voor leerlingen Website ZAT Ziek en beter melden Zorg & Welzijn Zorgaanbod Zorgcoördinator
67
8 6 15 10 18 10 10 8 23 34 27 7 30 15 57 11 12 26 11 15 11 30 15 23 41 7 7 18 23 23 28 34 26 28 33 8 28 28 38 30 29 20 25 18 35 11 8 19 35 6 56 30 15 30 17 6 20 28 26 24 39 19 25 22