Schoolgids

véélkleurige

Basisschool

“Op dreef”

Schoolgids 2011-2012

Bezoekadres: Laan van Vollenhove 1457 3706 EW Zeist telefoon: 030 – 6959033 website http://opdreef.rijnheuvelland.nl

Postadres: Postbus 740 3700 AS Zeist email: [email protected]

Schoolgids o.b.s. “Op dreef” 2011 -2012

INHOUDSOPGAVE

pagina

1. VOORWOORD

03

2. INLEIDING, BEVOEGD GEZAG, GRONDSLAG, HUISVESTING LOGO, PEUTERSPEELZAAL OP DREEF

04 05

3. MISSIE O.B.S. “OP DREEF” VISIE STICHTING OPENBAAR

ONDERWIJS

ZEIST 06

4. “OP DREEF” ALGEMEEN  ONDERBOUW  MIDDEN- EN BOVENBOUW COMPUTERGEBRUIK, PROJECTEN, SCHOOLTV LEERLINGENZORG WEER SAMEN NAAR SCHOOL RAPPORTAGE, SCHOOLGROOTTE GYMNASTIEK, SCHOOLTIJDEN, VAKANTIES & STUDIEDAGEN OUDERBIJDRAGE, PERSONEEL & GROEPSVERDELING RAPPORTEN EN RAPPORTBESPREKINGEN, OUDERBIJEENKOMST

07

5. REGELS

17

EN AFSPRAKEN

6. “OP DREEF” BIJZONDER * LEERLING GEBONDEN FINANCIERING (ZGN “RUGZAK” KINDEREN) * STAPPENPLAN PLAATSING RUGZAKLEERLING * PROTOCOL SCHORSING EN VERWIJDERING * KLACHTENREGELING & KLACHTENPROCEDURE * CONTACTPERSOON

08 10 11 12 13 14 15 16

21

22 24 27 28 2

1. VOORWOORD


Welkom ! Uw kind en u zijn van harte welkom op o.b.s. “Op dreef”, één van de openbare basisscholen van de Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland in Zeist. In bijna elke wijk van Zeist vindt u, dichtbij huis, een openbare basisschool. Het openbaar onderwijs heeft voor elk kind een plaats. U kunt deze schoolgids bij ons opvragen in gedrukte vorm of via de website downloaden, omdat uw kind bij o.b.s. “Op dreef” naar school gaat of omdat u van plan bent uw kind bij ons op school aan te melden. Wij hebben deze schoolgids speciaal voor alle betrokkenen bij de school geschreven. In deze schoolgids staat informatie over onze manier van lesgeven en wat wij willen bereiken met de kinderen. Hoe en waarom wij dat willen bereiken staat er ook in. Dat is de missie van Op dreef. Die missie is erg belangrijk voor iedereen die bij onze véélkleurige school is betrokken. Naast de missie staan er in deze schoolgids ook een heleboel praktische zaken. Zo zal u een lijst tegenkomen met alle afspraken binnen school, maar ook hoe het overblijven geregeld is en een heleboel andere dingen. Natuurlijk kunnen wij niet alles precies opschrijven. Deze schoolgids zou dan veel te dik worden en dat is nou net niet de bedoeling. Als u vragen of opmerkingen over onze schoolgids hebt kunt u altijd bij ons terecht. Namens het team van o.b.s. “Op dreef”

J.A. Lamaison directeur

3


2. INLEIDING Naam: Openbare basisschool “Op dreef” bezoekadres:Laan van Vollenhove 1457 3706 EW Zeist postadres: Postbus 740 3700 AS Zeist telefoon : 0306959033 fax: 0306994820 e-mail: [email protected] website: http://opdreef.rijnheuvelland.nl

BEVOEGD

GEZAG Onze school maakt deel uit van de Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland. Het bestuur heeft als taak er op toe te zien dat op school onderwijs wordt gegeven volgens onze doelstellingen als openbare school. Het bestuur is verantwoordelijk voor het vaststellen èn juiste uitvoering van beleid m.b.t. onderwijskundige, personele en financiële zaken, maar ook bouwkundige zaken. Het opstellen van beleid op bovengenoemde gebieden wordt uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van dhr. L. de Wit, voorzitter van het College van Bestuur (CvB). De voorzitter CvB werkt nauw samen met de schooldirecteur.

GRONDSLAG o.b.s. “Op dreef” is een openbare basisschool voor kinderen van vier tot twaalf jaar. Dit houdt in dat we open staan voor alle (geloofs)richtingen en culturen. We verwachten van ouders en kinderen dat ze onze openbare identiteit en de daarbij behorende normen en waarden respecteren. De naam van de school heeft geen speciale onderwijskundige betekenis. De naam is afgeleid van de doorgaande weg die langs de wijk Vollenhove loopt: de Dreef.

HUISVESTING De school ligt op een mooie plek in het park midden in de wijk Vollenhove. Er is veel groen in de buurt van de school. De kinderen hebben hier ook ruim voldoende speelgelegenheid.

4


In de directe omgeving staan een aantal speeltoestellen en op het grasveld naast de school kan gevoetbald worden. Wij kunnen ook gebruik maken van de voetbal‟pitch‟, die vlak naast de school ligt. Oorspronkelijk stonden op de plek waar de school nu staat twee kleuterschool gebouwen. Aan het eind van de tachtiger jaren zijn deze twee gebouwen met elkaar verbonden en zo ontstond in een licht gebogen vorm onze huidige school. Door de explosieve groei in de jaren negentig is er naast het hoofdgebouw een „tijdelijke‟ dislocatie geplaatst. Deze dislocatie is momenteel volop in gebruik: Het heeft naast de functie als groepslokaliteit een zeer speciale functie als lokaliteit voor de extra begeleiding, de tussenschoolse opvang en het geven van cursussen aan ouders van onze school. Deze cursussen worden vaak in samenwerking met Meander-Omnium, de gemeente Zeist (Op Stap , Opstapje VVE thuis) en het ROC georganiseerd.

LOGO De karakteristieke puntdaken van de oude kleutergebouwen zijn gebleven en in het logo van onze school is deze vorm nog terug te vinden. Dit logo geeft ook enigszins weer hoe wij de school zien. De twee driehoekige vlakken staan wat uit elkaar en geven zo symbolisch weer dat wij openstaan voor iedereen. Het kind staat centraal en iedereen ongeacht geloofsovertuiging of huidskleur is welkom. Binnen de school proberen wij een sfeer van rust, gezelligheid en geborgenheid te creëren. Wij geloven dat het waardevolle zaken zijn, waar kinderen behoefte aan hebben. Wij willen deze zaken graag aan de kinderen meegeven.

PEUTERSPEELZAAL OP

DREEF Sinds 2001 is in ons schoolgebouw in het kader van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) een start gemaakt met een peuterspeelzaal voor peuters vanaf 2 ½ jaar. In samenwerking met de stichting Meander-Omnium zijn er iedere ochtend en middag twee juffen in de peuterspeelzaal in het leslokaal naast groep 1/2 JM. Dat komt doordat er inmiddels een tweede inpandige peuterspeelzaal gestart is. In deze peuterspeelzalen zijn de activiteiten volgens VVE richtlijnen afgestemd op het onderwijs in groep 1 en 2. Allen maken gebruik van de methode Piramide die met name gericht is op het leren van de Nederlandse taal en bij de peuters het wennen aan school. Bij ons op school werken juf Marleen, juf Kim, juf Anoeska en juf Hayat in de peuterspeelzaal.

5


3. MISSIE O.B.S. “OP

DREEF”

“Een véélkleurige multiculturele basisschool met meer dan „n wijkfunctie” Onze school is een basisschool met meer dan 15 nationaliteiten. Op onze school neemt de ontwikkeling van de Nederlandse taalvaardigheid een voorname plaats in, naast alle andere kennis- en vormingsgebieden. Op onze school is er aandacht voor het ontwikkelen van “leefbekwaamheid” in al z‟n facetten. Op onze school wordt er actief ruimte geschapen voor sociaal-emotionele ontwikkeling. Op onze school kunnen de kinderen en ouders kennis nemen van elkaars (culturele) achtergrond.

    

Bovenstaande „missie punten‟ worden vertaald naar respect voor het “anders zijn”.

VISIE

STICHTING OPENBAAR ONDERWIJS

RIJN-

EN

HEUVELLAND.

De visie van Rijn en Heuvelland is uitgewerkt in een drietal strategische speerpunten waarmee aangeven wordt hoe we aan willen sluiten op externe ontwikkelingen en welke toekomstbeelden we daarmee willen realiseren. 2.2.1 Resultaatgericht Excellent en maatschappelijk betrokken onderwijs in de regio!

Rijn en Heuvelland biedt excellent onderwijs in de regio aan waardoor kinderen hun talenten ontwikkelen en toekomstkansen grijpen. Uitgedaagd door het beste onderwijs, halen kinderen - binnen hun eigen onderwijsprofiel maximaal leerrendement. 2.2.2 Ontwikkelingsgericht

Samen oneindig veel leren! Kinderen verhogen hun leerrendement optimaal doordat zij continu gestimleerd worden veel te leren. Zij groeien op in een omgeving van ontwikkeling en vooruitgang waar ze door hun ouders en begeleiders gezamenlijk gestimuleerd worden hun talenten optimaal te ontwikkelen. 6


2.2.3 Toekomstgericht

Werelds leren! De aan Rijn en Heuvelland toevertrouwde kinderen ontwikkelen zich met behulp van nieuwe technologie. Internationalisering en multiculturele diversiteit zijn daarbij de context om hun creatieve vermogen, communicatieve vaardigheden en toekomstkansen te vergroten. Bovenstaande drie strategische collectieve ambities worden verder uitgewerkt in beleidspeerpunten in het School OndernemingsPlan 2012-2016 van Op dreef.

4.OP DREEF

ALGEMEEN

Zoals bij de meeste basisscholen zijn de groepen bij o.b.s. “Op dreef” onderverdeeld in een onderbouw en een bovenbouw. De onderbouw bestaat sinds 2010 uit drie aparte groepen: groep 1 Dit is een instroomgroep, nauw samenwerkt met de inpandige peuterspeelzaal; groep 1-2 een doorstroomgroep en groep 2 de uitstroomgroep naar groep 3. De bovenbouw bestaat uit de groepen 3, de combinatiegroepen 4/5 en 5/6, groep 7 en 8. Het geven van onderwijs zien wij als een doorlopend proces. Dat proces begint eigenlijk al bij de peuters en houdt niet op aan het eind van groep acht maar zet zich voort in het voortgezet onderwijs. Alles wat wij uw kind leren heeft met die gedachte te maken. Alle leerstof sluit op elkaar aan en heeft met elkaar te maken.

DE

ONDERBOUW

In de groepen 1, 2,en de peuterspeelzaal zitten kinderen van twee en ‟n half tot vijf à zes jaar. Door die leeftijdsverschillen is het belangrijk dat wij de leerstof afstemmen op wat de kinderen op een bepaald moment aankunnen. Onze schoolbevolking wordt gekenmerkt door een groot aantal leerlingen met een taalachterstand, daarom heeft de school gekozen voor het werken met de methode Piramide in een aangepaste vorm met o.a. rekenwerkjes uit „Met Sprongen Vooruit‟. Dit hebben wij met opzet gedaan. In onze visie is het belangrijk dat kinderen naast veel taal ook anderezaken leren en dat is met deze werkwijze goed mogelijk. 7


De organisatorische en methodische samenwerking met de beide inpandige peuterspeelzaal groepen moet hier expliciet genoemd worden, want door de Voor- en Vroegschoolse Educatieve (VVE) aanpak van de taalachterstand komen de kleuters sinds die gerichte aanpak “taal rijker” de school binnen. Het leerproces is in de eerste jaren belangrijker dan het leerproduct. Kinderen ontwikkelen zich door de jaren heen. In de groepen één en twee letten wij bijzonder goed op die ontwikkeling. De kinderen worden extra geholpen met behulp van een tutor leerkracht, dat is een ondersteuningsleerkracht, die de kinderen individueel of in kleine groepjes hulp biedt. Alle leerkrachten van de onderbouw overleggen regelmatig met elkaar, zodat er sprake is van een goede afstemming van leerstof en aanpak. Al het materiaal van de kleutergroepen is ingedeeld in leergebieden en moeilijkheidsgraad. Een schooldag begint altijd met een spelinloop. De leerlingen zijn grotendeels zelfstandig bezig met diverse werkjes, dus is er tijdens deze inloop ook ruimte voor oudercontact. Daarna volgen altijd kring activiteiten. In de kring worden bijvoorbeeld thema‟s geïntroduceerd, liedjes gezongen, verhalen verteld en mogen de kinderen hun eigen verhaal vertellen. Na de kring gaan de kinderen aan het werk met diverse activiteiten. Elke dag krijgen de kinderen bewegingsonderwijs in het speciale speellokaal of gaan zij buiten spelen met allerhande materiaal. Rond tien uur is er de gelegenheid om iets te eten en te drinken. Vaak sluiten de leerkrachten een dagdeel af met een gezamenlijke activiteit. Dit kan van alles zijn: van een lied zingen tot het vertellen van een verhaal.

DE (MIDDEN-

EN) BOVENBOUW

De groepen van de bovenbouw zijn volgens leeftijd ingedeeld. Op o.b.s. “Op dreef” wordt de overgang van groep 2 naar groep 3 zo klein mogelijk gehouden. Aan het begin van groep 3 zijn er nog meerdere speel-leermomenten. Toch is de overgang van het spelende leren in de groepen 1 en 2 naar het gerichte lees-, taal- en rekenonderwijs in groep 3 groot. De kinderen krijgen nieuwe leerstof vaak tegelijk aangeboden. Nieuwe woorden worden in de groepen veelal klassikaal ingeoefend. Ook een nieuw rekenprobleem krijgen de kinderen klassikaal aangeboden. Naast deze klassikale aanbieding gebruikt “Op dreef” verschillende vormen van groeps- en individueel onderwijs. Een goede leerling krijgt zelfstandige (extra) lesstof en kan aan moeilijkere opdrachten werken. Ook werken de kinderen soms in groepjes aan een opdracht. Een speciale vorm van „werken‟ is het “werken met uitgestelde aandacht”: Bij deze didactische werkvorm, worden de kinderen meerdere momenten per dag in groepjes verdeeld, die zelfstandig aan opdrachten werken in diverse 8


vakgebieden. De leerkracht heeft dan de gelegenheid om één groep speciale aandacht en uitleg te geven. De zelfstandig werkende kinderen, die echt dringende vragen hebben kunnen dit met een zgn. „vragenkaartje‟ aangeven. De leerkracht bepaalt het moment dat deze kinderen geholpen worden; daarom noemen we dit “uitgestelde aandacht”. De groepsverdeling en vakgebieden zijn aangegeven op een speciaal notatie bord. De kinderen krijgen de leerstof bij de diverse vakken vaak op meerdere niveau‟s aangeboden door de leerkracht tijdens diverse instructie momenten. Toch past niet elk kind even goed in dit systeem. Dat kan allerlei oorzaken hebben. Het ene kind leert sneller dan het andere en er zijn ook kinderen die wat meer moeite met de leerstof hebben. Gedifferentieerd onderwijs bij Op dreef betekent onderwijs dat aansluit bij de ontwikkeling van elke leerling. In principe begint elke leerling in de zogenaamde “reguliere of basisroute”. Wanneer een leerling naast de basisroute specifieke leerbehoefte heeft, kunnen we andere leerroutes inzetten. De basis-route bevat instructie en lesstof die wij in principe elke leerling aanbieden en richt zich op de doelen zoals die in de onderwijswet zijn vastgelegd. Naast de basisroute kennen we bij Op dreef ook een basis verdiept-route en een basis talentroute. Leerlingen die behoefte hebben aan een kortere instructie en minder inoefentijd nodig hebben, komen in aanmerking voor de basis verdiept-route. Deze leerlingen leren met behulp van een verdiept basisprogramma aangevuld met moeilijkere taken op het gebied van taal en rekenen. Hebben leerlingen nog minder instructie en meer uitdaging nodig, dan komen ze in aanmerking voor de “basis talent route”. Leerlingen die meer instructie- en inoefentijd nodig hebben, komen in aanmerking voor de basis intensief-route. Voor deze leerlingen kan ook de basislesstof worden aangepast, dan spreken we over een zeer intensieve basisroute. Veel van deze leerlingen gaan voor extra instructie naar een specialistische leraar of komen in de schakelklas terecht. Voor een uitgebreide beschrijving van de leerroutes verwijs ik naar bijlage 5 Het Onderwijscontinuüm bij het schoolplan (onderdeel van het School Ondernemings-Plan 2012-2016). Binnen de groepen zorgt de groepsleerkracht ervoor dat elk kind voldoende instructie krijgt en met die instructie aan de gang kan.

9

COMPUTERGEBRUIK


In of direct bij elk groepslokaal staan twee of drie computers. De computer wordt gebruikt ter ondersteuning van de taallessen, het rekenen en de wereldoriënterende vakken als aardrijkskunde en biologie. Ook bij het ondersteuningslokaal en in de peuterklas zijn computers. Sinds 2002 zijn meerdere computers aangesloten op een speciaal netwerk,dat buiten de school in een andere plaats wordt „bediend‟. Hierdoor zijn er veel minder „kwetsbare‟ computerkasten in de school. De huidige netwerkbeheerder is de “Stepco Schooldesk”groep. Sinds 2010 zijn er in elk lokaal digitale schoolborden, aangesloten op het speciale netwerk. De leerkrachten zijn volop bezig om deze borden veel, vaak en nuttig in te zetten. We volgen hiervoor ook cursussen en er is een ICT werkgroep.

PROJECTEN Bij ons wordt er in de groepen gewerkt met diverse didactische werkvormen en organisatievormen. Dit school-jaar werken alle groepen drie keer een aantal weken aan een project. Tijdens zo‟n project werken groep 1 t/m 8, maar ook de peuters aan hetzelfde onderwerp. Alle leerlingen zijn kennisverwervend, maar ook creatief actief bezig met dit onderwerp. Dit jaar wordt er gewerkt aan de project onderwerpen: afscheid, kinderboekenweek, voorleesactiviteiten en kunstzinnige activiteiten.

SCHOOLTV Lessen van de schooltelevisie (NOT / TELEAC), kunstzinnige lessen in samenwerking met Kunst Centraal en lessen van het Centrum voor Natuur en Milieucommunicatie (NMC) zijn opgenomen in het jaarprogramma van de diverse leerjaren en worden sinds kort via het digibord bekeken.

Zo gaat er een wereld van informatie voor uw kind open.

10

LEERLINGENZORG


Bij o.b.s. “Op dreef” wordt de ontwikkeling van de kinderen van groep 1 t/m 8 zorgvuldig gevolgd. Als er extra zorg voor een kind nodig is worden de ouders daarbij betrokken. Voor elk onderzoek zowel binnen als buiten de school, moeten de ouders schriftelijk toestemming geven. In groep 1 en 2 observeren de leerkrachten de leerlingen. De gegevens worden genoteerd op een observatie formulier. Allerlei ontwikkelingsgebieden worden goed bekeken. Kinderen die hulp nodig hebben worden extra begeleid door de groepsleerkracht of door de remedial teacher. In groep 1 en 2 worden ook al enkele toetsen afgenomen uit de Piramide methode. De gegevens worden opgeslagen en verwerkt in het CITO Leerling Volg Systeem. “Op dreef” verwerkt deze gegevens al enkele jaren digitaal. We beginnen al met gegevens verzamelen in de peuterspeelzaal. N.B. Het zorgplan, het basisdocument voor onze zorg en begeleiding, is vorig jaar vervangen door het document „Het onderwijs continuüm‟. Dit om het af te stemmen op het Passend Onderwijs concept binnen onze Stichting. Dit uitgebreide document is terug te vinden als bijlage 1 bij het schoolplan (onderdeel van het School Ondernemings-Plan 2012-2016). Voor kinderen, die dat nodig hebben, is er extra hulp verzorgd door een specialistische leraar. Soms is er extra observatie of analyse nodig. Binnen de school gebeurt dit meestal door de Intern Begeleider. Soms wordt een externe dienst (Eduniek of Giralis) ingeschakeld en komt er een deskundige op het gebied van leerlingbegeleiding. In beide gevallen is er altijd eerst overleg met de ouders. In de groepen 3 t/m 8 is observatie door de groepsleerkracht ook erg belangrijk. Daarnaast worden een groot aantal (methode onafhankelijke) toetsen uit het CITO Leerling Volg Systeem afgenomen. Ook deze gegevens worden verzameld en verwerkt en ook in de midden- en bovenbouw is al enkele jaren het digitale Leerling Volg Systeem ingevoerd. Toetsen uit de midden- en bovenbouw zijn toetsen voor begrijpend lezen, spelling en rekenen en wiskunde. In groep 7 wordt medio april de CITO Entree toets afgenomen. In groep 8 wordt geen CITO eindtoets afgenomen, maar de NIO (intelligentie) toets en het Drempelonderzoek voor de doorverwijzing naar het voortgezet onderwijs. Op de school is een protocol toetsing en advisering groep 8 aanwezig. De verwerking van de toetsgegevens wordt per leerling gedaan maar er zijn ook groepsoverzichten. Met behulp van deze gegevens worden alle handelingsplannen ook die voor extra begeleiding gemaakt. Van elke leerling beheert de school een map. In deze map zitten observatieverslagen, toetsuitslagen en andere relevante leerling gegevens. Bijzondere gegevens van de leerling worden hierin ook genoteerd. Dit alles samen noemen we het Leerling Volg 11


Systeem (LVS). Dit LVS is altijd toegankelijk voor de directeur en de Interne Begeleiding. Uiteraard hebben de groepsleerkrachten ook toegang tot gegevens van het LVS, indien dit noodzakelijk is. Het dossier kan op verzoek ook door de ouders van de leerling worden ingezien en alleen na schriftelijke toestemming van de ouders kan het dossier geraadpleegd worden door andere instanties. Regelmatig vinden er ook LVS groepsbesprekingen plaats, waarin de leerlingen worden besproken. Hierbij worden de toetsresultaten ook besproken. Naar aanleiding van de toetsresultaten en observaties . wordt er gekeken welke kinderen extra hulp, extra werk of een apart programma nodig hebben. Deze hulp kan in de klas door de groepsleerkracht of buiten de klas door de specialische leraar gegeven worden. Soms wordt advies, hulp of een onderzoek aan de schoolondersteuningsdienst (Giralis) of het Samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (WSNS) gevraagd. Daarover later meer. Ten behoeve van deze hulp heeft de school veel extra materiaal. Al die materialen op vele gebieden vormen samen de „orthotheek‟. De orthotheek wordt beheerd door de Interne Begeleiding.

WEER SAMEN NAAR SCHOOL Binnen het samenwerkingsverband Weer Samen Naar School (WSNS) werkt de school samen met andere openbare en bijzondere scholen in de regio Zeist en met enkele scholen voor Speciaal basisonderwijs. Ons samenwerkingsverband heet “ZorgGebundeld”. Dit samenwerkingsverband is vooral gericht op kinderen die speciale aandacht nodig hebben. De afspraken en activiteiten worden jaarlijks vastgelegd in het „Zorgplan WSNS‟ van het samenwerkingsverband “ZorgGebundeld”. Ook het komend schooljaar wordt er op iniatief van onze stichting Openbaar Onderwijs Rijn & Heuvelland onderzocht of het WSNS samenwerkingsverband effectiever of in andere samenwerkingsverband samenstelling kan werken. Ook onder het WSNS samenwerkingsverband werkt de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL). Deze commissie beslist aan de hand van de uitgebreide rapportage van de basisschool of een leerling in aanmerking komt voor plaatsing op het Speciaal Basisonderwijs (Sbao). Ook voor verwijzing en plaatsing op een Sbao school is een schriftelijke toestemming met handtekening van de ouders noodzakelijk. Is plaatsing niet nodig of niet mogelijk dan kan er besloten worden tot het gebruik maken van speciale ondersteuning voor de leerkracht of de remedial teacher door een Permanente Ambulante Begeleider (PAB). Voor alle bovenstaande verwijzingen en hulp is een onderwijskundig rapport nodig. Hierin staat vermeldt hoe een leerling bij “Op dreef” heeft gefunctioneerd en waarom extra hulp of verwijzing noodzakelijk is. Een onderwijskundig rapport wordt 12


ook samengesteld als een leerling “Op dreef” verlaat bij verandering van basisschool bijvoorbeeld door verhuizing. Dit onderwijskundig rapport wordt altijd rechtstreeks naar de nieuwe school gestuurd. Als de ouders er prijs op stellen kunnen zij een kopie van het rapport ontvangen.

RAPPORTAGE Alle leerlingen van groep 1 tot en met 8 krijgen twee keer per jaar een rapport. In de rapporten zitten per groep verschillen. Dit houdt verband met de verschillende vakken per leerjaar. Iedere rapportbespreking worden de ouders uitgenodigd om het rapport met de groepsleerkracht te bespreken en op te halen. De leerlingen, maar ook oudere broers of zussen of familieleden krijgen het rapport niet mee. We vinden dat de ouders (of verzorgers) die verantwoordelijkheid hebben en dus willen we het ook alleen aan hen meegeven en met hen bespreken. Als er een reden voor is zal de groepsleerkracht de ouders tussentijds informeren over de leerling. Indien ouders vaker of op een ander tijdstip met de leerkracht willen spreken, kunnen zij dit aanvragen bij de groepsleerkracht(en).

Rapport

o.b.s. “Op dreef

naam leerling

Postbus 740 Laan van Vollenhove 1457 3700 AS Zeist 3706 EW Zeist tel. 030-6959033 fax 030-6994820

SCHOOLGROOTTE

EN ORGANISATIE

Er zitten bij Op dreef ongeveer 180 kinderen op de basisschool en ongeveer 25 kinderen op de inpandige peuterspeelzaal. Er zijn acht basisschoolgroepen. Naast de mensen die in de groepen werken zijn er ook leerkrachten die extra hulp geven aan de kinderen. Dit zijn de interne begeleider (IB) en remedial teacher (RT). De leerlingenzorg binnen de school is in handen van de intern begeleider onder verantwoordelijkheid van de directeur. De schoolleiding is in handen van de directeur. 13

GYMNASTIEK


De school heeft geen vakleerkracht gymnastiek. Iedere groepsleerkracht die daartoe bevoegd is, geeft les aan de eigen groep; Daar waar nodig is, wordt er geruild. Deze gymlessen vinden dit jaar plaats op dinsdag-, woensdag- en vrijdagochtend. Er wordt gewerkt met een schema van geselecteerde lessen uit De “ Werkboeken bewegingsonderwijs”. De lessen van de diverse groepen sluiten goed op elkaar aan en er is een goede methodische doorgaande lijn met afwisseling tussen oefeningen en spel. Het bewegingsonderwijs van de onderbouw is afgestemd op de gymnastieklessen in midden- en bovenbouw. De school heeft voor de peuters en de groepen 1 en 2 een speellokaal in ons gebouw. Voor de gymnastieklessen voor de groepen 3 t/m 8 is er een gymnastieklokaal op vijf minuten loopafstand van de school aan de Gunninglaan.

SCHOOLTIJDEN Groep 1 – 4

08.30 – 12.00 uur 13.00 - 15.00 uur (woensdag- vrijdagmiddag vrij)

Groep 5 - 8

08.30 - 12.00 uur ('s woensdag 12.30 uur) 13.00 - 15.00 uur (woensdagmiddag vrij) Tien minuten voordat de lessen beginnen kunnen de kinderen naar binnen. Vijf minuten voordat de lessen beginnen gaat de bel. Het is de bedoeling dat alle kinderen dan naar binnen komen, zodat de lessen op tijd kunnen beginnen.

VAKANTIES herfstvakantie: kerstvakantie: krokusvakantie: Pasen: meivakantie: Hemelvaart: Pinksteren: zomervakantie:

15 oktober t/m 23 oktober 2011 23 december (12.00 uur) 2011 t/m 8 januari 2012 18 februari t/m 26 februari 2012 6 april t/m 9 april 2012 28 april t/m 6 mei 2012 17 mei t/m 20 mei 2012 26 mei t/m 28 mei 2012 6 juli (12.00 uur) t/m 19 augustus 2012

STUDIEDAGEN Dit jaar is gekozen voor een veelvoud van studiedagen in verband met de implementatie van groepsplannen en de voorbereiding op de realisatie van het ambitieuze School Ondernemingsplan 2012-2016. De data zijn 30+31-8-‟11; 23-9-‟11; 7-11-‟11; 14-2-‟12; 20-4-‟12 en 19-6-‟12.

14


OUDERBIJDRAGE

Voor elk kind dat bij ons op school zit, wordt een vrijwillige ouderbijdrage betaald. Van dit bedrag kan de ouderraad een aantal activiteiten organiseren, waar wij als school waarde aan hechten. Belangrijke activiteiten zijn vieringen, het kamp, de schoolreizen en de picknick De hoogte van de bijdrage wordt door de ouderraad vastgesteld. Samen met de ouderraad hebben wij ook bepaald dat alleen de kinderen die betaald hebben mee kunnen doen met deze activiteiten. U krijgt daar ieder jaar medio september een speciale brief van de ouderraad voor. De ouderbijdrage is voor dit schooljaar: 

€ 45 € 85 € 110 € 135

voor voor voor voor

1 kind 2 kinderen 3 kinderen 4 kinderen

PERSONEEL & GROEPSVERDELING Groep 1MS Groep 1-2JM Groep 2MW Groep 3 Groep 4/5 Groep 5/6 Groep 7 Groep 8

Juf Marike Spiekstra Juf Jannie van Vredendaal & juf Marion Tiddens Juf Wil Nelissen & juf Marian van Mourik Juf Marjorie Binder Juf Petra Buiter Juf Elvy Tjin & juf Yvonne van Elst juf Sophia Schweitzer & juf Chanelle ter Steege meester Herman van der Klis

Conciërge Juf Suhayla Saqheb Logopedie Juf Rebecca Interne begeleiding Juf Monique van Ganswijk Specialistische leraar Juf Yvonne van Elst Specialische leraar Onder -bouw & ADV invulling Juf Yvon van de Klundert Peuterspeelzaal Juf Marleen, juf Kim,juf Anoeska & juf Hayat Directeur Meester Jean Lamaison

15


BIJ ZIEKTE OF AFWEZIGHEID PERSONEEL Bij ziekte van een van de leerkrachten proberen we altijd eerst intern een oplossing te vinden door een beschikbare parttime leerkracht in te schakelen. Lukt dit niet dan wordt of de remedial teacher of de intern begeleider gevraagd. Ook kan er beslist worden om de leerlingen van een groep zonder leerkracht te verdelen over de overige groepen. Er kunnen ook groepen worden samengevoegd. In uiterste nood gaat de directeur voor de groep en tenslotte als er geen enkele andere mogelijkheid is, dan worden leerlingen (vaak na eerste opvang in de ochtend) voor een middag of langer naar huis gestuurd. Dit gebeurt zoveel mogelijk na overleg met de ouders en altijd met een schriftelijke mededeling voor de ouders.

RAPPORTEN

EN RAPPORTBESPREKINGEN

De rapporten voor de groepen 1 t/m 8 verschijnen op de volgende data, dit zijn dan ook de data van de rapportbesprekingen: maandag 23 januari 2012 maandag 25 juni 2012

OUDERBIJEENKOMST Ieder schooljaar zijn er dagen om met u, de ouders en / of verzorgers te praten. Deze ouderbijeenkomsten worden in overleg met de ouderraad en de medezeggenschapsraad ingevuld. Op onze school kan het voorkomen, dat er ‟s middags een moedermiddag is en op dezelfde avond een ouderavond. Over de inhoud wordt u nog nader geïnformeerd via de maandelijks te verschijnen info. De ouderbijeenkomsten zijn op:  19 + 26 september 2011 - groepsouderavonden   dinsdag 15 november 2011   donderdag 1 maart 2012  Verder kent “Op dreef” geen vaste spreekuren. Ouders kunnen altijd een afspraak met een groepsleerkracht, de remedial teacher, de intern begeleider of de directeur maken. We werken bij voorkeur met afspraken om de dagelijkse gang van zaken zo min mogelijk te verstoren. De leerkrachten zijn het best voor of na schooltijd te benaderen voor een afspraak.

16

5. REGELS


EN AFSPRAKEN

Binnen onze school hebben wij met z‟n allen een aantal regels en afspraken gemaakt. Wij hechten veel waarde aan deze regels en afspraken. Dat is voor ons reden om ze in hun geheel aan u te presenteren. Het is voor de leerlingen, ouders en de leerkrachten erg handig om te weten wat ze van elkaar kunnen en moeten verwachten. Naar school gaan.  De leerlingen moeten voor half 9 en voor 13:00 uur op school zijn.  De leerlingen die niet in de flats van Vollenhove wonen mogen met de fiets naar school komen. De fietsen moeten in het fietsenhok neer gezet worden.  Leerlingen, ouders en andere bezoekers moet lopend het plein op en af. Dit geeft veiligheid voor alle aanwezigen. Binnenkomst school.  De deuren, aan de pleinzijde, gaan 10 minuten voor tijd open; Om 8:20 uur en 12:50 uur. De leerkrachten zijn dan in de klas. Bij de deuren staan zo vaak mogelijk deurwachten.  De leerlingen van de groepen: peuters, 1 J/M, 7 en 8 gaan de oost-deur binnen. De leerlingen van de groepen: 1MS, 2 W/M, 3, en 5/6 gaan de noord-deur binnen. De leerlingen van groep 4/5 gaan het bijgebouw binnen.  Iedereen gaat naar zijn eigen klas en blijft daar ook. Kleine broertjes en/of zusjes mogen weggebracht worden.  5 minuten voor tijd gaat de bel: Om 8:25 uur en om 12:55 uur.  Even na 8:30 uur en even na 13:00 uur gaan de buitendeuren dicht. In verband met het toezicht is de oost-deur zoveel mogelijk dicht. Gangen.  Iedereen loopt rustig in de school/gang en is stil tijdens, voor en na de lessen. Let op de anderen die ook in de gang lopen; ouders en kleintjes! Klas.  Eerst de jas aan de kapstok hangen, dan pas de klas in. De hapjes worden op een afgesproken plaats neergezet.  Gedurende de week zijn er kring momenten.  Als de leerlingen iets willen vragen/zeggen in de kring of tijdens instructie moeten zij hun vinger opsteken.  Tijdens het werken gebruiken de leerlingen hun vraagteken en gaan door met werk dat zij wel begrijpen.

17


Bij uitgestelde aandacht tijdens het werken zijn de vragen kaartjes in gebruik. De leerlingen mogen dan de leerkracht niet storen of iets vragen. De leerkracht maakt regelmatig een rondje door de klas.  Leerlingen van de groepen 4-8 die klaar zijn met hun werk kunnen verder gaan, zonder anderen te storen, met: lezen, zelfstandige werkjes, tekenopdracht of werken aan hun documentatie, ook kunnen groepjes leerlingen op de computer.  Naar de wc gaan (max. 2 ll. per groep: 1 jongen + 1 meisje) mag altijd behalve tijdens: - de kring of instructie. - het 1e half uur na binnenkomst.(na 8.30, 10.15 en 1 uur.)  De hulpjes helpen na schooltijd (15.00-15.15 uur) o.a. met het bord schoonmaken, de vloer vegen, plantjes water geven en de kasten/klas opruimen. Dat mogen ze pas doen als het thuis gemeld is. De hulpjes mogen een week lang naast de juf of meester zitten en helpen deze met allerlei taken; schriften uitdelen/ ophalen, voor in de rij lopen. Bij de groepen 1 zijn de kinderen voor 1 dag hulpje. Zo is iedereen sneller aan de beurt.  De leerlingen mogen alleen na 15.00 uur nablijven op school. Niet langer dan 15 minuten. Is langer nodig dan moet er contact op genomen worden met de ouders evt. met een brief.  De leerlingen mogen de klassen rond tussen 10 – 10:30 uu of na 11:30 of na 13:30 uur. Er mogen 2 andere kinderen mee met de jarige of gediplomeerde. Kinderen die iets gevonden hebben, mogen 1 ander kind meenemen. De kinderen komen zachtjes de andere klas binnen. Bij het trakteren gaat onze voorkeur uit naar: iets gezonds, niet te veel en geen lolly‟s.  De computers worden aan/uit gezet door of onder toezicht van de leerkracht. Tijdens het werken wordt de keuze van het programma door de leerkracht gedaan. Tijdens het spelen evt. de keuze van de leerling.  Spullen van thuis naar school en van school naar thuis mogen alleen meegenomen worden i.o.m de groepsleerkracht. De leerlingen blijven verantwoordelijk voor de spullen. Hoofdbedekking  Er is in principe geen toestemming tot het dragen van hoofdbedekking tijdens het ontvangen van onderwijs op basisschool “Op dreef”. Pas na overleg met het schoolbestuur, dat van de ouders van (een) leerling(en) een gemotiveerd schriftelijk verzoek voor het dragen van hoofdbedekking heeft ontvangen, wordt voor leerlingen vanaf groep 6 van het schoolstandpunt afgeweken. Voor leerlingen in groep 1 t/m 5 is het dragen van hoofdbedekking tijdens het ontvangen van onderwijs niet toegestaan. 

18


Gymmen  De leerlingen moeten speciale kleding bij zich hebben.  Gymkleding: gympak of T-shirt met sportbroek en sportschoenen. Geen trainingspak (veel te warm) Groepen 1 en 2 dragen gymschoenen en die worden op school bewaard!  Geen gymkleding? - de 1e keer aan de kant zitten en kijken naar de anderen. - de 2e keer op school blijven en iets gezelligs doen. - de 3e keer op school blijven en werken, voor straf!  Iedereen loopt over het pad naar de gymzaal en terug naar school. De leerlingen wachten op de anderen op de afgesproken plekken: 1. Bij het begin van het pad bij school. 2. Aan het eind van het pad bij het hekje voor het activitetencentrum. 3. Bij de deur van de gymzaal/school.  De kleedkamers netjes houden. Eigen kleding opvouwen, jassen aan de kapstok, netjes omgaan met spullen van een ander. De juffen en meesters controleren. De waardevolle spullen moeten mee de zaal in. Buitenspelen.  De leerlingen wachten op de rand van de zandbak (peuters, 1 en 2) of bij de boom als zij materialen willen om mee te spelen (3 t/m 8).  De leerkracht/pleinwacht deelt het materiaal uit.  De leerkracht/pleinwacht controleert evt. met hulpjes het materiaal na het buitenspelen. Evt. zoeken of de klassen rond als er iets mist.  Ballen mag alleen op het veld en in de “kooi”.  Tijdens het overblijven mag er alleen gebruik gemaakt worden van de ballen van school/overblijf.  In de pauze van de groepen 3-8 lopen er in principe 2 pleinwachten buiten; 1 op het veld en 1 op het plein. Als er iets is gebeurd in de pauze moeten de kinderen het aan een van de pleinwachten melden.  Na de pauze wachten de leerlingen bij de buiterdeur en gaan naar binnen nadat de leerkrachten daar toestemming voor hebben gegeven. Biebbus.  Kleuters: 2 ll. gaan mee met de leerkracht om boekjes voor de hele groep uit te zoeken.  Groepen 3t/m 8: De groepen die boeken lenen in de bus gaan vaak samen naar de bus. Soms gaan enkele leerlingen onder begeleiding in kleine groepjes naar de bus.

19


T.V. 

Als de t.v. tafel wordt gebruikt, dan wordt die door de leerkracht bestuurd! Ook in de gang.

Vieringen.  Alle ouders en directe familie is welkom bij de vieringen. De bezoekers mogen niet tussentijds komen/weggaan. 1 leerkracht zorgt voor de presentatie en 1 leerkracht is de deurwacht. Tijd is tijd!  Per groep moeten er twee activiteiten zijn. Een 3e mag, maar wordt gedaan als er nog tijd voor is.  Bij elke bijzondere activiteit in het speellokaal moet de zwarte afdekvloer er inkomen liggen, hij moet er ook weer uit. Naar huis gaan.  De leerlingen moeten hun spullen (gymspullen, etenstassen, jassen) mee naar huis nemen. Aan het eind van de dag moet de klassenkapstok leeg zijn.  Alle leerlingen moeten (zeker om 12.00 uur) eerst naar huis, om zich thuis te melden, tenzij anders met de ouders afgesproken.  Fietsen over het plein is verboden. Het is gevaarlijk voor anderen.  Ouders en andere ophalers wachten buiten op het plein en bij slecht weer in de gang, echter niet voor de groepslokalen. Afspraken en regels van de Peutergroep bij Op dreef: Binnen:  De peuters lopen gewoon door de gang en zijn er stil.  De peuter wordt alleen door de ouder, broer of zus gebracht en gehaald bij het lokaal.  Er mag geen kauwgom/snoep mee het lokaal in.  Het meegebrachte speelgoed gaat meteen in de tas van de peuter.  „s Morgens mogen er hapjes (gezond eten/drinken) en ‟s middags alleen drinken meegenomen worden.  Ze zingen eerst en dan gaan ze pas eten/drinken, Ze moeten rustig blijven zitten  Op vaste tijdstippen gaan alle peuters plassen, verder moeten ze vragen of ze naar het toilet mogen  Werkjes moeten eerst afgemaakt worden voordat er iets nieuws gepakt mag worden  Alle stoeltjes zijn voor alle kinderen

20


Buiten:  De peuters moeten op de rand van de zandbak wachten tot de spullen verdeeld zijn  Het zand en de zandbakspullen horen in de zandbak  De peuters mogen niet: - in de schuur - aan de bomen plukken/trekken. - bovenop het klimrek - botsen met de fietsen. - de fiets duwen - in de bosjes spelen  De peuters spelen op het plein of in het park bij het klimrek  1 kind tegelijk naar de w.c.  Iedereen moet wachten bij de deur na het spelen. Gymzaal:  De schoenen zijn uit tijdens het spelen.  Bij binnenkomst in het speellokaal gaan de peuters op de banken zitten  Geen peuters in het materiaalhok.

6.OP DREEF LEERLING

BIJZONDER

GEBONDEN FINANCIERING (ZGN “RUGZAK” KINDEREN)

In principe worden gehandicapte leerlingen toegelaten onder bepaalde voorwaarden, tenzij de complexiteit van de handicap niet hanteerbaar is voor onze school. De grens van toelating van (meervoudige) gehandicapten tot het reguliere basisonderwijs ligt daar, waar leer- en gedragsproblemen kunnen leiden tot een zodanige verstoring van de voortgang van de onderwijsleerprocessen, dat handhaving redelijkerwijs niet van een schoolteam mag worden verwacht. In het toelatingsgesprek bekijken we het verzoek van de ouders om plaatsing van het kind van twee kanten, zowel die van de ouders als die van de school. Ook kijken we of de school succesvol kan zijn voor het aangemelde kind. Vragen over de grootte van de groepen, de mogelijkheden van extra ondersteuning en de individuele begeleiding, de omvang en aard van de ambulante begeleiding, de deskundigheid en inzet van leerkrachten, de aanwezigheid van een remedial teacher, afstand en vervoer en mogelijkheden voor technische aanpassingen van school en klaslokaal spelen een rol. Daarop wordt o.a. het besluit tot toelating gebaseerd. 21


“Op onze school worden bij een aanmelding van 1. een leerling met een positieve beschikking van een commissie voor de indicatiestelling (ook wel een leerling met een Rugzak genoemd), 2. een leerling met een positieve beschikking van de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van het samenwerkingsverband WSNS; 3. of een leerling die wordt teruggeplaatst van een speciale school; aan de hand van de onderwerpen die hierna in een schema zijn opgenomen de onderwijskundige vragen van het kind doorgenomen. Vervolgens wordt aan de hand van deze onderwijskundige vragen en het zorgprofiel van de school bezien of de school in staat is de onderwijskundige antwoorden te bieden. Centraal in die beantwoording staat het belang van het kind en de mogelijkheden van de school om het ontwikkelingsproces van het kind te ondersteunen. De school maakt bij die beantwoording gebruik van de ondersteuning van bijvoorbeeld een school aangesloten bij een Regionaal Expertise Centrum (REC) en/of van de mogelijkheden die het samenwerkingsverband WSNS biedt. Wanneer een kind met een handicap is toegelaten tot onze school, maakt de school afspraken met de ouders. Die afspraken gaan over het onderwijs dat het kind gaat krijgen en over de doelen die de school voor het kind nastreeft. Dit gebeurt in overleg met de ambulante begeleider van een speciale school in de regio. De afspraken komen in een handelingsplan te staan dat elk jaar wordt bijgesteld.

STAPPENPLAN

PLAATSING

RUGZAKLEERLING

Uitgangspunten 1. Binnen de school is beleid geformuleerd over het verzorgen van onderwijs aan kinderen met een handicap; 2.

Binnen de school is overeenstemming over de te volgen procedure bij aanmelding; Inclusief de besluitvorming door de directie (mandaat);

3.

Beleid en procedure zijn vastgesteld en weergegeven in deze Schoolgids.

Stappenplan [7 fasen] 

Fase 1:

Aanmelding

Aanmelding door de ouders bij de directie van de school:  Het kind is door de CvI beoordeeld en komt in aanmerking voor regulier onderwijs  Gesprek met de ouders  Toelichting visie van de school  Toelichting procedure  Schriftelijke toestemming van de ouders om informatie bij derden op te vragen 22




Fase 2:

Informatie verzamelen

Gegevens opvragen bij bijvoorbeeld:  Huidige school  Onderwijsbegeleidingsdienst  MKD-en, zorginstellingen en dergelijke  Zorgcircuit  Medisch circuit



Fase 3:

Informatie bestuderen

Binnengekomen gegevens worden bestudeerd en besproken door directie, intern begeleider van de school, zorgplatform en eventueel de PCL. Eventueel kan worden besloten om het kind te observeren binnen zijn huidige school (voorschoolse opvang).



Fase 4:

Inventarisatie

Van het kind wordt het volgende in Aandachts-punten. Met andere woorden: ´Wat vraagt het kind´ Pedagogisch Didactisch Kennis en vaardigheden van de leerkracht Organisatie School en klas Gebouwelijk/ Materieel Medeleerlingen Ouders



Fase 5:

beeld gebracht: MogelijkOnmogelijkheden van de heden van de school school

Wat kan extern worden gehaald. Mogelijke oplossingen

Overwegingen

De school onderzoekt op basis van het bovenstaande schema welke mogelijkheden de school zelf heeft en welke ondersteuningsmogelijkheden geboden kunnen worden en door wie. Daarbij wordt het Onderwijsprofiel van de school gebruikt.  Gebouwelijk (gemeente)  OLP (speciaal basisonderwijs)  Aanvullende formatie (circulaire)  Vervoer (gemeente)  Ondersteuning qua expertise (speciaal basisonderwijs, de zorginstellingen, e.d.)



Fase 6:

Besluitvorming

De betreffende inventarisatie van de hulpvragen van het kind wordt afgezet tegen de visie van de school en de mogelijkheden om een passend onderwijsaanbod te realiseren. 23




Fase 7:

Advies

Gesprek met de ouders waarbij het besluit van de school wordt besproken:  Bij plaatsing: opstellen van een handelingsplan met daarbij een overzicht van inzet van middelen, ondersteuning door SBaO of derden, inzet aanvullende formatie, OLP/gebouwelijke aanpassingen e.d.  Voorlopige plaatsing: alleen wanneer er sprake is van een observatieperiode als niet onmiddellijk duidelijk is of plaatsing succesvol kan zijn. Bij afwijzing: een inhoudelijke onderbouwing door de scholen waarom men van mening is dat het kind niet geplaatst kan worden. Deze afwijzing wordt schriftelijk beargumenteerd en aan ouders en inspectie overhandigd.

PROTOCOL

SCHORSING EN VERWIJDERING VAN LEERLINGEN VOOR DE SCHOLEN

WELKE VALLEN ONDER HET BEVOEGD GEZAG VAN DE

ONDERWIJS RIJN-

EN

STICHTING OPENBAAR

HEUVELLAND.

Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht of waarbij verbaal geweld aan de orde is. Tevens kan tot schorsing/verwijdering worden overgegaan indien de school van mening is dat het niet kan voldoen aan het aanbieden van de noodzakelijke onderwijszorg. Onder ongewenst gedrag verstaat de school: - voortdurend, storend agressief en/of grensoverschrijdend gedrag van de leerling; - bedreigend, agressief, grensoverschrijdend en/of voortdurend storend gedrag van ouders/verzorgers van de leerling. Van belang hierbij is dat gegronde vrees bestaat voor de veiligheid van personeel of andere leerlingen of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs. De schoolleiding kan hiertoe aangifte doen bij de politie. Indien sprake is van een ernstig incident of indien handelingsverlegenheid ontstaat zal overleg plaatsvinden tussen de contactpersoon van de school en de directeur. De directeur zal na dit overleg een besluit voor de te volgen procedure nemen. Deze procedure is vastgelegd door het bestuur waarbij ook het mandaat van de betreffende directeur is geregeld. De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van de school heeft volgens artikel 12 punt i op deze procedure haar instemming verleend. Er worden 3 vormen van maatregelen genomen: 1. Time-out 2. Schorsing 3. Verwijdering

1. Time-out

Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: 24


• In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd. De schoolleiding ziet erop toe dat de leerling door ouders/ verzorgers wordt opgehaald en dat leerling in geen geval alleen naar huis gaat. Verantwoordelijkheid voor de leerling eindigt na ophalen bij schooldeur. Ouders moeten dit schriftelijk ondertekenen. • Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out schriftelijk gemotiveerd op de hoogte gebracht. ( zie noot 1). • De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met 1 dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal 1 week. In beide gevallen dient de school vooraf of – indien dat niet mogelijk is – zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders. • De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig. • Van het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. (zie noot 2) • De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. • De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag.

2. Schorsing

Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: • Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd. • Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden. (zie noot 3) • De schorsing bedraagt maximaal 3 weken en kan hooguit 2 maal worden verlengd. (zie noot 4) • De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en de onmogelijkheden van de opvang van de leerling op de school aan de orde komen. • Van de schorsing en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen. • Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan: o Het bevoegd gezag o De ambtenaar leerplichtzaken o De inspectie onderwijs 25


• Ouders kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist uiterlijk binnen 14 dagen op het beroep.

3. Verwijdering

Bij het zich meermalen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar* onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: • Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag. • Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de betrokken leerkracht en de directie te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders ter kennis worden gesteld en door de ouders voor gezien wordt getekend. • Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar o De ambtenaar leerplichtzaken o De inspectie onderwijs • Het bevoegd gezag informeert de ouders schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders gewezen wordt op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift. • De ouders krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen. • Het bevoegd gezag is verplicht de ouders te horen over het bezwaarschrift. • Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift. • Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal onderwijs is gevonden om de leerling op te nemen of dat aantoonbaar is dat het bevoegd gezag, gedurende acht weken, er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.

Noot 1: Als veiligheid voorop staat, en dat zal regelmatig het geval zijn, moet de time-

out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders. De vraag blijft dan staan wat er moet gebeuren als de ouders niet te bereiken zijn. Eventueel is het verwijderen uit de klas en opvang elders nog een oplossing?

Noot 2: de time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij

onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school: het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school; daarom geen aantekening van de time-out maar van het incident in het dossier van de leerling.

Noot 3: Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (denk aan cito-entree

of eindtoetsen) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren.

Noot 4: wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is; zij mag

geen verkapte verwijdering worden; de termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval 26


de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele verwijderingsbeslissing op zorgvuldige wijze voor te bereiden.

KLACHTENREGELING Het College van Bestuur is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie, Postbus 85191, 3508 AD Utrecht, telefoon 030-280 95 90, email: [email protected]. Onze school is hier aan gekoppeld via ons brinnummer: 12YM. Het College van Bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland voldoet hiermee aan de wettelijke verplichting inzake klachtenregeling. Bovendien wil zij met een goede uitwerking van deze regeling bijdragen aan de verhoging van de kwaliteit van het pedagogisch klimaat op haar scholen.

KLACHTENPROCEDURE Het is voor een school belangrijk dat ouders en kinderen tevreden zijn over de werkwijze op school en de kwaliteit van het onderwijs hoog in het vaandel staat. Toch komt het wel eens voor dat u als ouder/begeleider niet tevreden bent over een bepaalde handelwijze in de groep of de begeleiding van uw kind. In eerste instantie kunt u daarover spreken met het betrokken teamlid. Wordt uw klacht niet tot uw tevredenheid opgelost, dan kunt u altijd een gesprek aanvragen met de directeur van de school. Deze zal in eerste instantie, na het horen van beide partijen, tot een oplossing proberen te komen. In ieder geval zal deze binnen 1 maand duidelijk schriftelijk moeten aangeven hoe uw klacht zal worden opgelost. Een afschrift van deze beslissing zal ook naar het betreffende teamlid gaan. Bent u het niet eens met de voorgestelde oplossing of lukt het niet om in overleg uw probleem op te lossen, dan kunt u een klachtenreglement ophalen bij de directeur van de school. Iedere school is verplicht tot het hebben van een klachtenreglement. Hierin staat de procedure beschreven hoe u verder een klacht kunt indienen bij het betrokken teamlid, de directeur of bij het College van bestuur. Ook staat de voorgeschreven afhandeling, ook met betrekking tot de tijdsprocedure, hierin beschreven. Het betreft formele klachten betreffende: * Pesten * Mishandeling; * Onheuse bejegening; * (Seksuele)intimidatie; * Inbreuk op privacy; * Didactische aanpak; * Pedagogische aanpak; * Organisatorische aanpak. De bedoeling van de klachtenregeling is om samen te zoeken naar een oplossing en om gevoelens van ongenoegen en frustratie zo veel mogelijk weg te nemen. Ingediende klachten stelt de school bovendien in staat om maatregelen te treffen die het onderwijs verder kunnen verbeteren.

27


DE KLACHTENPROCEDURE IN HET KORT 1. Indien een ouder/verzorger een klacht heeft over een dienst van de school dan zal hij/zij de klacht in eerste instantie met het betrokken teamlid en eventueel met behulp van de directeur dienen op te lossen. 2. Indien de klacht niet met het betrokken teamlid kan worden opgelost, of indien het een klacht betreft die niet is terug te brengen op het individuele teamlid, dan zal klager zijn/haar klacht op schrift stellen en deze zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen een 14 dagen, aan de directeur doen toekomen. 3. De directeur zal binnen 14 dagen na indiening van de schriftelijke klacht zijn/haar standpunt schriftelijk aan klager kenbaar maken. Een afschrift van de beslissing wordt tevens aan het teamlid toegezonden. 4. Indien klager met het standpunt van de directeur niet instemt, dan kan hij/zij zich wenden tot het College van Bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland; postadres: Postbus 344, 3700AH Zeist; bezoekadres: Laan van Vollenhove 2935, 3706 AK Zeist. 5. Informatie over de klachtenprocedure zal door de directeur worden verstrekt. Deze klachtenprocedure acht de school wenselijk, wat niet wegneemt dat de klager zich te allen tijde rechtstreeks kan wenden tot de interne contactpersonen, de externe contactpersonen of de genoemde klachtencommissie. Indien er sprake is van zeer ernstige klachten bijvoorbeeld bij seksuele intimidatie of discriminerend gedrag, agressie of geweld dan wordt door de klager het College van Bestuur van de Stichting Openbaar Onderwijs Rijn- en Heuvelland altijd schriftelijk benaderd. Bij seksuele agressie of geweld door een medewerker van de Stichting wordt te allen tijde aangifte bij justitie gedaan. Indien er een klacht binnen komt gericht aan het bestuur van de stichting, dan treedt de volgende procedure in werking. - Binnen 5 werkdagen bericht van ontvangst van de klacht - Mededeling aan klager, aangeklaagde - Binnen 14 dagen na ontvangst klacht een hoorzitting; - Binnen 14 dagen na hoorzitting advies aan bevoegd gezag - Binnen 14 dagen neemt het bevoegd gezag een besluit op basis van het advies en meldt dit aan; klager, aangeklaagde en de directie van de school.

CONTACTPERSOON Er is op elke school een interne contactpersoon die u kan helpen bij het afhandelen van uw klacht of u verwijst naar de externe vertrouwenspersoon. De contactpersoon bij ons op school is het eerste meldpunt voor problemen van vertrouwelijke aard of klachten. Na de melding wijst de contactpersoon door naar de persoon of instantie, die het beste de klacht of het probleem kan oplossen. Dat kan de leerkracht, de directeur of een externe vertrouwenspersoon of een instantie zijn. Veel adressen en telefoonnummers staan bij Externe contacten in de informatie kalender ouders. Bij ons is de contactpersoon meester Herman van der Klis. Hij is uitsluitend telefonisch bereikbaar op werkdagen tussen 19.00 uur en 21.00 uur. Hij zal u over de te volgen procedure informeren, u wat dat betreft adviseren en u verwijzen naar de externe vertrouwenspersoon. 28


Het bestuur heeft twee externe vertrouwenspersonen aangewezen; de heer K. Sweers en mevrouw D. Gerritsma, die ter zake deskundig zijn bij het afwikkelen van een eventuele klacht, adres: Postbus 25, 3738 ZL Maartensdijk. Beide externe vertrouwenspersonen zijn telefonisch bereikbaar onder nummer: 0346 - 219 777. De externe vertrouwenspersoon wordt benaderd door de interne vertrouwenspersoon, het College van Bestuur of rechtstreeks door de klager. Deze vertrouwenspersoon draagt zelfstandig zorg voor de eerste opvang van slachtoffers van ongewenst gedrag en gaat samen na welke vervolgstappen mogelijk zijn, zoals verwijzing naar instanties die gespecialiseerd zijn in opvang en nazorg. Jaarlijks vindt afstemming plaats tussen de externe vertrouwenspersonen en het College van Bestuur over het resultaat van het beleid ten aanzien van de klachtenregeling. Voor de goede orde: Zowel de interne contactpersoon als de externe vertrouwenspersonen hebben een geheimhoudingsplicht, waardoor privacy van de klager volledig is gegarandeerd.

29


Zeist, september 2011

Basisschool Op dreef

Betreft:

Schoolgids “Op dreef” 2011 –2012 Ik stel de medezeggenschapsraad van “o.b.s. Op dreef ” voor om akkoord te gaan met de voorliggende schoolgids 2011 –2012.

De directeur heeft de voorliggende schoolgids samengesteld in overleg met het school team samengesteld n.a.v. de beschikbare informatie, formatie en wijzigingen voor dit schooljaar.

J. Lamaison directeur “o.b.s. Op dreef ”

Voor akkoord namens de Medezeggenschapsraad van “o.b.s. Op dreef ”

de ouder geleding

de leraar geleding

___________________

______________________

30

Schoolgids

Recommend Documents