SCHOOLGIDS

SCHOOLGIDS 2015-2016

INHOUDSOPGAVE 1. Een woord vooraf

2. De school

3. Waar de school voor staat

4. De organisatie van het onderwijs

5. De activiteiten voor de kinderen

6. De zorg voor de kinderen en de realisering van de kwaliteitsverbetering

7. De speciale zorg voor de kinderen met specifieke behoeften

8. De ouders

9. Praktische zaken

10.Schooltijden en regelingen

11.Namen

Bijlage 1

Schooltijden en vakantie

Bijlage 2

Tussenschoolse Opvang / Naschoolse opvang

1. EEN WOORD VOORAF

Waarom een schoolgids voor ouders? De basisschool .............. een stukje van je leven De basisschool is een stukje van je leven. Voor de kinderen en voor u. Jarenlang is er diezelfde weg van huis naar school en weer terug. In de loop van de jaren vertrouwt u uw kind ongeveer 8.000 uur toe aan de zorg van de juffen en meesters van de basisschool. Dat is een belangrijk deel van een kinderleven. Een basisschool kies je dan ook met zorg. Scholen verschillen steeds meer, in werkwijzen, sfeer en resultaten. Ze verschillen in kwaliteit. Dat maakt het kiezen steeds moeilijker. Daarom vraagt de overheid aan basisscholen om een schoolgids te maken. In de schoolgids willen wij u informeren over de werkwijzen, doelstelling en resultaten van ons onderwijs. Ook willen wij u een indruk geven betreffende onze zorg voor kinderen en de organisatie van onze school. Wellicht is deze schoolgids een eerste kennismaking met onze school. We hopen dat de gids u een goede indruk geeft van het geen u van onze school kunt verwachten. Mogelijke veranderingen en tussentijdse informatie krijgt u via de maandelijkse kalender en een apart schrijven. We hopen dat u onze schoolgids met plezier zult lezen. Vanzelfsprekend bent u altijd welkom voor een toelichting. Namens het schoolteam, C.M. van Ommen - van Til Deze schoolgids is mede tot stand gekomen in samenwerking met de medezeggenschapsraad van de school. Zij maakte ons mede duidelijk aan welke informatie ouders behoefte hebben. Zij heeft dan ook haar instemming betuigd met de inhoud van deze gids. Namens de medezeggenschapsraad, H. Pauw - Biesbroeck

2. DE SCHOOL

Basisschool Nobelhorst Vondelstraat 1 4561 LN Hulst Tel: 0114-370537 Fax: 0114 370538 Email: [email protected] Website: www.bsnobelhorst.nl Op deze site vindt u informatie maar ook actualiteiten en nieuws van onze school. 2.1 Logo/beeldmerk beschrijving “Nobelhorst”

De gemeente Hulst, Reynaertstad, een stad waarin de naam van Reintje de Vos “Reynaert”, overal opduikt in producten, scholen en evenementen. Nobelhorst betekent letterlijk: het nest, het domein van Koning Nobel, de leeuw, een figuur uit het Reynaertverhaal. In ons logo staan drie leeuwtjes omgeven door bomen die aan de dieren de juiste bescherming moeten bieden. Het kleine leeuwtje staat voor de staat voor de allerkleinsten, de twee grote leeuwen stellen de oudere kinderen voor, de bomen kunnen gezien worden als het schoolgebouw. Zo willen we dat Nobelhorst een plaats is voor jong en oud, waar ieder zich veilig voelt en zo op een prettige manier aan het leerproces kan deelnemen. 2.2 Situering van de school De school ligt in de Dullaertwijk, waarin een 1200 woningen staan. Het eerste gedeelte van de wijk, een 800-tal woningen, is in de periode 1963 - 1975 tot stand gekomen. Het tweede gedeelte van de wijk, het plan Hooghuis, is gebouwd tussen 1973 en 1988. De school is gebouwd in 1971 in de voor die tijd geldende uitgangspunten van moderne architectuur nl. een plat dak en veel licht. Dit geeft de school een

bepaalde openheid. In de afgelopen jaren zijn er diverse aanpassingen uitgevoerd. De school heeft een speeltuin voor de leerlingen van de onderbouw en 2 grote speelplaatsen, waar kinderen naar leeftijdscategorie (groep 1-2 / groep 3 tm 8) kunnen spelen. Op de speelplaats van de groepen 1-2 is een grote zandbak en een verkeersbaan. Op de speelplaats van de groepen 3 tm 8 is een pannaveld, een groot duikelrek, een palenbos en zijn er enkele balanceerspeeltuigen. Naast de school is er nog een voetbalveld. In het schoolgebouw zijn ook peuterspeelzaal “De Robbedoes” en BSO Tivoli/ Nobel gehuisvest. De school ligt in de directe omgeving van het cultureel – en sportcentrum Den Dullaert, waar ook de gymnastieklessen voor de groepen 3 t/m 8 plaats vinden en vlak bij de Openbare Bibliotheek.

2.3 Schoolgrootte en teamsamenstelling De school telde op 01-10-2014 200 leerlingen, hoofdzakelijk afkomstig uit de Den Dullaertwijk, doch ook uit andere delen van de kern Hulst. Aan de school zijn 18 medewerkers verbonden. Momenteel zijn er 13 leerkrachten aan onze school verbonden. Zij hebben de functie van groepsleerkracht. Vier leerkrachten hebben een parttime dienstverband. Dit houdt in dat twee leerkrachten samen aan een groep les

geven. Elk op vaste dagen in de week. Uiteraard is er regelmatig werkoverleg, zodat beiden goed geïnformeerd zijn over de groep. De zorgcoördinator heeft de zorg voor leerlingen die extra zorg behoeven en ondersteunt de groepsleerkrachten bij kinderen die deze extra zorg nodig hebben. De locatieleider is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op school en de onderwijskundige kwaliteit, de onderwijsontwikkeling, contacten met ouders en externe instanties en het leiden van het schoolteam. Als ondersteunend personeel zijn er twee onderwijsassistentes, een administratief medewerkster, een conciërge en een schoonmaakster aan de school verbonden. Allen in parttime dienstverband. De werkzaamheden van de onderwijsassistentes bestaan uit het assisteren bij lessen in de groep en het werken met kleine groepjes leerlingen buiten de groep. De administratief medewerkster is in de ochtend aanwezig. 2.4. Katholiek onderwijs Onze school is een katholieke school waarop iedere leerling welkom is. De manier waarop we met kinderen omgaan wordt mede bepaald door onze katholieke levensvisie. Kenmerkend hiervoor zijn: aandacht voor de gehele mens, aandacht voor vrede en gerechtigheid en ruimte voor levensbeschouwelijke zaken. Er zijn ook kinderen met andere geloofsovertuigingen op onze school. We proberen alle leerlingen respect bij te brengen voor de verschillen in geloofsovertuiging. We werken projectmatig aan onderwerpen die voor alle leerlingen belangrijk en geschikt zijn. Hierbij worden we ondersteund door de identiteitsbegeleider. Onze identiteit uit zich mede door het werken in een fijne sfeer, waarbinnen iedereen, zowel kinderen als ouders als leerkrachten zich thuis zullen voelen. 3. WAAR DE SCHOOL VOOR STAAT 3.1 Algemene doelstellingen en uitgangspunten van het onderwijs Het ministerie van onderwijs omschreef de laatste jaren uitgebreid de kerndoelen in het onderwijs. Het zou te ver voeren om deze allemaal in de schoolgids te beschrijven. Daarom willen we ons beperken tot de volgende punten uit de wet op het basisonderwijs, waaraan we op onze school vorm geven: Basisschool Nobelhorst wil een school zijn die bijdraagt aan het goede verloop van het ontwikkelingsproces van kinderen vanaf 4 jaar, tot de leeftijd waarop ze naar het vervolgonderwijs gaan.

Wij doen dit door een veilige, uitdagende, stimulerende en vertrouwde leeromgeving aan te bieden. Hier wordt gewerkt aan een doorgaande ontwikkellijn op cognitief en sociaal-emotioneel gebied met ruimte voor de individuele kwaliteiten en extra zorg, gericht op het verwerven van basisvaardigheden, die behoren bij de basisschool en die aan een goede aansluiting bij het vervolgonderwijs bijdragen. Respect voor anderen, verantwoordelijkheid, normen en waarden, geïnspireerd vanuit een katholieke levensvisie spelen een belangrijke rol in ons pedagogisch klimaat. We kunnen niet van alle kinderen dezelfde sterren maken, maar we laten ze wel allemaal schitteren!!!!! Basisschool Nobelhorst is een basisschool voor kinderen van 4 tot 12 jaar, met een open, ontspannen sfeer. Een sfeer van rust en vertrouwen in elkaars kunnen, ongeacht afkomst en/of aanleg. Basisschool Nobelhorst heeft een gemotiveerd schoolteam, waarbij u altijd terecht kunt voor informatie over de school in het algemeen en over Uw kind in het bijzonder. Basisschool Nobelhorst is een school die sinds 1971 bestaat. De school is gehuisvest in een modern, open schoolgebouw met warme, rustige kleuren. Basisschool Nobelhorst is een school waar ouders, leerkrachten en kinderen samen werken aan de eigentijdse ontwikkeling van de school. Het schoolteam speelt enthousiast in op vernieuwingen en veranderingen, waarbij er vooral op wordt gelet, dat goede verworvenheden niet verloren gaan en dat de kwaliteit gehandhaafd dan wel verbeterd wordt. Basisschool Nobelhorst is een school die het onderwijs aan de kinderen afstemt op de ontwikkeling van de kinderen, waarbij duidelijke gedragsregels gelden, zodat ieder kind weet waar het aan toe is en waarbij een intensieve begeleiding in de groep geldt en - altijd na overleg vooraf- bij uitzondering buiten de groep Basisschool Nobelhorst heeft een actieve ouderraad en ouderwerkgroep, die samen met het schoolteam binnen- en buitenschoolse activiteiten organiseert. Basisschool Nobelhorst heeft een medezeggenschapsraad, die gevraagd en ongevraagd bestuur en team adviseert in schoolse zaken en in bepaalde zaken wel of niet haar instemming betuigt. 3.2 Voorbereiding op de samenleving/de maatschappij Wij gaan er vanuit dat kinderen zich moeten kunnen ontplooien binnen gestructureerde situaties. Door middel van spel en het leren in een dergelijke omgeving ontwikkelt het kind zich tot een zelfstandig mens. Wij willen graag het volgende bereiken: • Dat de kinderen een positieve kijk en houding t.o.v. de multiculturele samenleving hebben. • Dat zij zich weerbaar weten op te stellen.

• Dat zij een weg kunnen vinden in de overstelpende hoeveelheid informatie die op hen afkomt. • Dat zij met respect en tolerantie omgaan met andere mensen, ook met mensen die zich onderscheiden door een handicap, door hun huidskleur, geloof, sekse of geaardheid. Belangrijk is dat het kind, bij alles wat het ontmoet of aangeboden krijgt, zichzelf kan blijven. Het moet de dingen op eigen wijze kunnen hanteren en in zich opnemen, om er mee aan zichzelf te bouwen. Zo ontstaat een begin van vrijheid, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. 3.3 Omgaan met elkaar / Sociale en fysieke veiligheid Basisschool Nobelhorst wil een opvoedende leefgemeenschap zijn waar kinderen niet alleen leren, maar zich ook kunnen ontwikkelen in een houding van zelfvertrouwen, zelfkennis en sociaal positief gedrag. Door het positieve gedrag of capaciteiten te belonen, krijgt een kind een positief beeld van zichzelf en zal het zich daar naar gaan gedragen. Als leerlingen op een goede sociaal vaardige wijze met elkaar omgaan, heeft pesten minder kans om voet aan de grond te krijgen. Bij ruzies tussen kinderen treedt de leerkracht sturend op en zorgt hij of zij ervoor, dat de kinderen zelf komen tot een analyse van de ruzie en een oplossing. De leerkracht heeft tevens een voorbeeldfunctie in de manier waarop hij of zij met collega’s omgaat. De samenwerking binnen de schoolgemeenschap berust op principes van respect, wederzijdse hulp, eerlijkheid, openheid, vertrouwen, veiligheid en het jezelf mogen zijn. Daarom kan het voorkomen dat er voor sommige kinderen kleine uitzonderingen zijn op regels. Met sociale veiligheid worden de gevoelens van kinderen, personeel en ouders bedoeld. Een term die veel met sociale veiligheid te maken heeft is het pedagogisch klimaat: de sfeer in de klas en op school, het respectvol omgaan van leerlingen en leerkrachten onderling en met elkaar. Samen een sfeer creëren waarin ieder zich prettig voelt en kan ontwikkelen is ons streven. Op school zijn in alle groepen omgangsregels, die aangeven hoe we met elkaar omgaan. Regelmatig wordt aan deze omgangsregels aandacht besteed in lessen sociale emotionele ontwikkeling en wanneer ongepast gedrag gecorrigeerd wordt. Wanneer ongewenst gedrag vormen van pesten aanneemt, wordt het pestprotocol toegepast. (op school ter inzage). Iedereen heeft recht op een plezierige schooltijd! 3.4 De zorg voor de omgeving Wij vinden het belangrijk dat kinderen zich verantwoordelijk gaan voelen voor de dagelijkse gang van zaken in hun omgeving. Globaal gezien onderscheiden wij daarbij groepstaken en algemene taken. In de groep wordt een aantal taken door de kinderen volgens een wisselend takenrooster uitgevoerd, maar ook algemene taken zoals bijv. de tuinen rondom

de school, ophalen van het oud papier en de speelplaats schoonhouden, worden veelal verricht door kinderen. 3.5 Een rookvrije school Bij wet is bepaald dat in openbare ruimten (waar ook de basisscholen onder vallen) niet gerookt mag worden. Binnen onze school mag dus niet gerookt worden. Dit wordt ten overvloede aangegeven door middel van rookverbodstickers op alle deuren van de school. Tevens is het verboden om op het schoolplein te roken. Wij willen onze leerlingen de gevaren van het roken onder ogen brengen door middel van gezondheidslessen rond dit thema. Als we hetgeen in hoofdstuk 3 beschreven staat, in gedachten nemen, is onze missie: We willen dat de kinderen vanaf groep 1 t/m 8: een ononderbroken ontwikkelingsproces doorlopen, graag naar school gaan veel leren en goed presteren. We willen werken aan een fijne sfeer in de klassen en de leerkrachten proberen alles uit uw kind te halen wat erin zit. Daarbij speelt u als ouder een belangrijke stimulerende rol. We kunnen niet van alle kinderen dezelfde sterren maken, maar we laten ze wel allemaal schitteren!!!!!

4. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 4.1. De structuur van de Stichting Katholiek onderwijs Hulst / SKOH. In deze schoolgids willen we u graag op de hoogte brengen van de structuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Hulst. Onderstaande structuur is in werking getreden met ingang van het schooljaar 2011-2012. De Raad van Toezicht van de Stichting Katholiek Onderwijs Hulst bestaat uit minimaal 3 en maximaal 7 leden. De Raad van Toezicht is belast met het houden van toezicht op de Directie en het bewaken dat de doelstelling van de stichting gerealiseerd en gewaarborgd wordt, het vaststellen van het beleid met inachtneming van het gestelde in de statuten. De Raad van Toezicht bestaat uit de volgende leden: De heer H. Agten voorzitter De Heer C. de Block De Heer M. Stolker Mevrouw A. Baart – Vael De heer B. Hollestelle

De Directie is belast met het besturen en leiden van de organisatie zulks onder toezicht van de Raad van Toezicht. De directie bestaat uit : Dhr. E. van Remortel Hij wordt ondersteund door een onderwijskundig beleidsmedewerkster Mevrouw E. de Neef. De administratieve ondersteuning wordt verzorgd door: Mevrouw W. Verbiest Kantooradres: Steenstraat 32A 4561 AS Hulst Telefoon: 0114 371448 Postbus 198 4560 AD Hulst Email: [email protected] We verzoeken u bij vragen met betrekking tot het schoolgebeuren van uw kind in eerste instantie altijd eerst contact op te nemen met de locatieleider van de school van uw kind. De locatieleider is verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken op de school, de onderwijskundige kwaliteit, onderwijsontwikkeling, contacten met ouders en externe instanties. Voor basisschool Nobelhorst is de locatieleider: C. M. van Ommen- van Til privé: Bierkaaistraat 60 4561 BC Hulst telefoonnummer: 0114-370120 De locatieleiders van de 2 andere scholen die onder het bestuur van SKOH vallen zijn: Basisschool St. Wilibrordus : Locatieleider :T.Hendriks -van Welij Basisschool Moerschans: Locatieleider : J. van Sikkelerus - Schuerman 4.1.1 Schoolorganisatie De school is in organisatorische zin verdeeld in twee subteams: onderbouw en bovenbouw. De onderbouw bestaat uit de groepen 1 t/m 4 en de bovenbouw bestaat uit de groepen 5 t/m 8. Iedere bouw heeft een voorzitter. Beide voorzitters vormen met de locatieleider en diens plaatsvervanger de Staf. Zij komen regelmatig bij elkaar om onderwijskundige en praktische zaken te bespreken en voorstellen te doen aan het gehele team. De leden van beide subteams hebben onder leiding van de voorzitter regelmatig overleg over onderwijsinhoudelijke en praktische zaken. Een aantal keren per schooljaar komt het team plenair bij elkaar om afspraken te maken en besluiten m.b.t. het toekomstige beleid te nemen.

4.2 Indeling groepen De leerlingen worden ingedeeld naar leeftijdscategorie. De groepen 1-2 zijn echter met opzet heterogeen, daar we het belangrijk vinden dat gezien de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen, de jongste met de oudsten in contact komen en omgekeerd. Bij de verdeling van de kleuters over de verschillende groepen houden we rekening met de volgende zaken: Tweelingen en broertjes/ zusjes liever niet bij elkaar in de groep Aantal jongens/ meisjes redelijk verdeeld over de groepen Aantal oudste, middelste en jongste kleuters redelijk verdeeld Indien mogelijk niet twee of drie keer dezelfde naam in een groep. Voor de groepen 3 tm 8 geldt, dat afhankelijk van het aantal leerlingen in een bepaalde leeftijdsgroep , er enkele en/of combinatie -groepen worden gemaakt. Indien een combinatiegroep gevormd moet worden, gebeurt dit met de grootst mogelijke zorgvuldigheid. De combinatiegroep dient altijd een afspiegeling te zijn van de gehele groep. 4.3. De leerkrachten De groepsleerkrachten zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor de sfeer en de organisatie in de groepen. Zij zijn verantwoordelijk voor goed onderwijs aan uw kind. Zij hebben de taak uw kind zo goed mogelijk te begeleiden daarbij rekening houden met de behoeften van de individuele leerling. Het gehele team is ook verantwoordelijk voor diverse taken in de schoolorganisatie en de ontwikkeling van de school. Om dit zo goed mogelijk gestalte te geven wordt er regelmatig door het team nascholing gevolgd. Echter vindt er ook individuele bij / nascholing voor de leerkrachten plaats. Op deze manier blijft het schoolteam op de hoogte van de nieuwe ontwikkelingen in het onderwijs en worden nieuwe werkwijzen eigen gemaakt. Deze scholing vindt plaats na schooltijd of op de woensdagmiddag. Het kan echter ook voorvallen dat een leerkracht tijdens de lestijd afwezig is. Er wordt dan altijd gezorgd voor passende vervanging. Het is tegenwoordig niet meer zo van zelfsprekend dat een leerkracht vijf dagen per week voor de klas staat. Ieder heeft recht op arbeidsduurverkorting of kiest voor korter werken. Dit betekent dat er soms meerdere leerkrachten in een groep werken. Uiteraard is er regelmatig werkoverleg, zodat ieder goed geïnformeerd is over de groep. 4.4 Wie werken er in de school? De namen van de mensen die op onze school werken, vindt U onder het hoofdstuk 11 - NAMEN

4.5 Wat doen we bij afwezigheid van de leerkrachten? Bij ziekte of afwezigheid van een leerkracht is het ons tot nu toe gelukkig altijd gelukt een vervanger te kunnen inzetten. Als iemand met een parttime baan ziek is, wordt hij/zij zo mogelijk vervangen door degene met wie hij/zij een parttime baan deelt. Als iemand voor langere tijd ziek is, proberen we een zo’n goed mogelijke regeling te treffen, zodat het onderwijs aan uw kind gewoon door kan gaan en de schoolorganisatie daar geen hinder van ondervindt. U kunt er altijd op rekenen dat wij de leerlingen niet naar huis zullen sturen. Het kan gebeuren dat leerkrachten afwezig zijn voor nascholing. Ook dan zal een goede vervanging geregeld worden. 4.6 Stagiaires onderwijs/ klassenassistenten en pabo- stagiaires Elk jaar wordt door opleidingen zoals Pabo (Vlissingen, Breda) en ROC (Terneuzen) gevraagd om stageplaatsen beschikbaar te stellen. Dit doen we dan ook, omdat we vinden dat goed opgeleid onderwijspersoneel erg belangrijk is voor een schoolorganisatie. De groepsleerkracht is hierbij aanwezig en blijft de verantwoordelijke voor de groep. Studenten, die het laatste jaar van de opleiding tot leerkracht volgen, doen een Leraar in Opleiding stage ( LIO stage). Deze stage geeft de mogelijkheid om na een begeleidings-periode van de groepsleerkracht, zelfstandig een groep over te nemen. De leerkracht blijft de ontwikkelingen in de groep volgen en blijft ook hier de eindverantwoordelijke. Wanneer er zo’n LIO stage op onze school plaats vindt, krijgt de betreffende groep een afzonderlijke voorlichtingsbrief over de gang van zaken. Wanneer we geen vervanging kunnen vinden bij afwezigheid van leerkrachten kunnen er stagiaires of onderwijs/ klassenassistenten worden ingezet, echter alleen met een verantwoordelijke in de nabijheid. 4.7 De peutergroep Binnen onze school is er ook plaats voor een peutergroep. Peuterspeelzaal De Robbedoes verzorgt 5 ochtenden in de week de opvang van peuters vanaf 2 jaar. Er wordt gewerkt met het educatieve programma “Uk en Puk”. Dit sluit naadloos aan op het programma Schatkist dat gebruikt wordt in onze kleutergroepen. De leidsters van Psz. De Robbedoes werken nauw samen met de leerkrachten van onze groepen 1-2. Er wordt op diverse momenten van het jaar rond de zelfde thema’s gewerkt en daar rond gezamelijke activiteiten georganiseerd. Ook worden er regelmatig bezoekjes aan elkaar gebracht. Zowel de leidsters van de Robbedoes als de leerkrachten van groep 1-2 gebruiken het Kijk registratiesysteem 0-tot 7. KIJK is een instrument/methode om de ontwikkeling van het kind in beeld te brengen en op basis hiervan kan gerichter de ontwikkeling gestimuleerd worden.

Contactpersoon “de Robbedoes” Bij vragen of informatie kunt u terecht bij Annelies Geene, e-mail [email protected] Natuurlijk kunt u ook terecht bij de leidsters op de peuterspeelzaal. tel. 0114-311941 4.8 De BSO Met ingang van januari 2013 is de samenwerking met kinderopvang de Tivoli en basisschool Nobelhorst tot stand gekomen. Deze samenwerking houdt o.a. in: - Mogelijkheden voor, voor en na schoolse opvang binnen het eigen schoolgebouw. -Mogelijkheden voor dagopvang voor kinderen vanaf 2 jaar en BSO. BSO Tivoli/ Nobel maakt gebruik van de poot van de school waarin ook de Robbedoes is gevestigd. Voor de oudere kinderen die gebruik maken van de BSO is er een heuse chill-room met plaats om evt. huiswerk te maken maar ook een fijne bank met een spelcomputer. Ook hebben de leidsters van de BSO de mogelijkheid om van alle voorzieningen van de school gebruik te maken. Te denken valt dan aan het handenarbeidlokaal, gymzaaltje en buitenspel mogelijkheden zoals voetbalveld en speeltuin. Contactpersoon “BSO Tivoli/ Nobel” Bij vragen of informatie kunt u terecht bij Annelies Geene, e-mail [email protected] 5. DE ACTIVITEITEN VOOR DE KINDEREN 5.1 De benutting van de verplichte onderwijstijd Op basisschool Nobelhorst proberen we een goed evenwicht te vinden in het aanleren van kennis, het stimuleren van de persoonlijke ontwikkeling en het aanleren van praktische vaardigheden. De vakken rekenen en vooral taal en lezen vormen de kern van ons onderwijs. Rekenen, taal en lezen krijgen op onze school veel nadruk. Ze vormen de basis voor elke andere ontwikkeling 5.2 Het onderwijs in de groepen 1-2 Lessentabel groep 1 en 2. Kleine groepsactiviteiten: 11.00 uur Lees en kijkplezier Taal- en rekenactiviteiten Wereldoriëntatie/techniek Werken in hoeken en met de computer

Grote groepsactiviteiten: Buitenspel Lichamelijke oefening Sociale redzaamheid en verkeer Bevordering gezond gedrag Creatieve vakken Catechese

6.00 uur

2.30 uur 3.00 uur 0.45 uur

Jongste en oudste kleuters zitten bij elkaar in de groep. Het is een feit, dat de kinderen geweldig veel van elkaar leren en dat het voor de sociaal-emotionele ontwikkeling een stimulans is om met verschillende leeftijden in aanraking te komen. Bij de jongste kleuters ligt de nadruk op het wennen aan het naar school gaan. Er is veel aandacht voor gewoontevorming en regelmaat. De kinderen leren al spelend. Dit gaat bij de oudste kleuters verder; hier hebben de leerkrachten een meer sturende rol. De oudste kleuters bieden we allerlei speelse activiteiten aan die voorbereiden op het leren lezen, rekenen en schrijven in groep 3. In de groepen 1-2 werken we aan de hand van thema’s (schoolvakantie- herfst- lichaam- gevoelens enz.) Op een speelse manier leren de kinderen hoe hun wereld in elkaar zit. Er is veel aandacht voor taalvorming, omdat dit de basis is voor de verdere ontwikkeling van het kind. Gemiddeld zitten de leerlingen 2 jaar en 5 maanden in een kleutergroep. Afhankelijk van hun geboortedatum, aard, aanleg en ontwikkeling kan dit ook wel een langere of kortere periode zijn. We voeren regelmatig observaties uit en nemen onafhankelijke toetsen af om vroegtijdig eventuele problemen met leren cq. functioneren te signaleren. Bij het onderwijs in de kleutergroepen zijn er drie factoren, die een zeer belangrijke rol spelen bij de ontwikkeling van de kinderen: 1. De relatie met de leerkracht (zich veilig voelen, zelfvertrouwen krijgen en daardoor gemotiveerd raken.) 2. Positieve competentie (“ik ben iemand, ik kan iets, ik presteer iets”) 3. Zelfstandigheid ( het is leuk als je iets helemaal alleen kunt) Als een van bovenstaande factoren, de Kijkregistratie (zie 6.4) en de uitslagen van de Cito-toetsen bij de oudste kleuters niet het gewenste resultaat opleveren, zal de leerkracht u hiervan op de hoogte stellen en eventueel adviseren om uw kind een jaar langer in de kleutergroep te houden, opdat er een stevigere basis gelegd kan worden om het leerproces in de groepen 3 t/m 8 aan te gaan. Jarenlang op de tenen moeten lopen werkt frustrerend en geeft zeker geen kans op zelfvertrouwen en presteren. De accenten in de groepen 1 en 2 worden gelegd op: • De ontwikkeling van de taal, ontwikkeling van het reken- en denkvermogen • De ontwikkeling van de zintuigen en lichaamsbeweging

• De ontwikkeling van het sociaal-emotionele aspect • De ontwikkeling van het creatieve vermogen • Het bijbrengen van normen en waarden Werkvormen hiertoe zijn o.a.: • Kring- en leergesprek • Kleutergymnastiek en spel • Werken in opdrachten met o.a. ontwikkelingsmateriaal en expressiemateriaal • Werken naar keuze in de diverse hoeken Kring- en leergesprek Het kringgesprek heeft als doel het kind te leren de taal op de juiste manier te gebruiken als middel tot wereldverkenning en sociaal contact. Via het leren luisteren naar en spreken met elkaar wordt de sociale taalontwikkeling gestimuleerd. Het kringgesprek heeft geen vast onderwerp. De kinderen delen hun eigen ervaringen met anderen. Door het leergesprek biedt de leerkracht informatie de kinderen aan over een onderwerp, dat aansluit bij de beleving en de ervaringen van de kinderen. Het leergesprek is niet alleen gericht op de taalontwikkeling, maar ook wordt hier de denkontwikkeling, het getalbegrip, de wereldverkenning, muzikale ontwikkeling gestimuleerd. Iedere ochtend wordt er in de kring gezamenlijk fruit gegeten en/of wordt er iets gedronken. De kinderen brengen het fruit en de drank (geen pakjes maar drank in een goed sluitende beker met zakje eromheen) zelf mee naar school. In de groepen 1-2 maken we gebruik van de volgende methoden: Schatkist: Geïntegreerde kleuteruitgave Met Schatkist werken we doelgericht aan de brede ontwikkeling van kleuters. Van motoriek tot creativiteit, van taal tot sociaalemotionele ontwikkeling en van wereldoriëntatie tot rekenen.

Pennenstreken: De voorloper van de schrijfmethode in groep 3 t/m 8. WIG (Wereld in getallen): De voorloper op het rekenen in groep 3 t/m 8 (Wereld in getallen) Hiernaast gebruiken we de methode: Met sprongen vooruit. Moet je doen: Muziekmethode Soemo-kaarten: Stimulering sociaal emotionele ontwikkeling Wijzer door het verkeer: Eenvoudige verkeersregels en afspraken Hemel en Aarde: Methode Godsdienst en Levensbeschouwing aan de hand van thema’s Kleutergymnastiek en spel Hierbij wordt gebruikt gemaakt van de “Zeeuwse methode voor Bewegings onderwijs”. De activiteiten vinden plaats in de speelzaal, die grenst aan de kleuterklassen. Er wordt gebruik gemaakt van diverse materialen, zoals klimen klautermateriaal, hoepels, pittenzakken, ballen, touwtjes enz. Er worden meerdere bewegingsactiviteiten beoefend met als doel de grove motoriek te ontwikkelen. De kinderen dragen tijdens deze les een makkelijk kort broekje en een t-shirt, ook gymschoenen met elastiek of klittenband (geen veters!) Deze spullen blijven op school in de daar voor bestemde “Nobelhorsttasjes”. De tasjes gaan voor elke vakantie mee naar huis. De kring -, zang -, dans- en tikspelen zijn gericht op de ontwikkeling van spelinzicht, muzikaal gevoel en heeft ook aspecten van sociale vorming. Belangrijk hierbij is de beleving van het gezamenlijke spelplezier. Dit geldt ook voor het buitenspelen. Volgens een vast rooster spelen de kinderen buiten op het schoolplein en in de zandbak en/of speeltuin. Hier is allerhande spelmateriaal aanwezig. Werken in opdrachten met o.a. ontwikkelings- en expressiemateriaal. De kinderen werken in groepen of alleen aan opdrachten, die aansluiten bij hun ontwikkeling en bij hetgeen waar we die week mee bezig zijn. De leerkracht bepaalt door middel van observaties het niveau van het kind en past de opdrachten daarbij zoveel mogelijk aan. Hierbij wordt gebruik gemaakt van in de klas aanwezig ontwikkelingsmateriaal. Ook kunnen er opdrachten gegeven worden die de creativiteit en fantasie stimuleren door het aanbieden van verschillende materialen en technieken. Werken met de computer Reeds in de groepen 1-2 werken de leerlingen op de computer. Het betreft hier de software die behoort bij de door ons gebruikte methoden. ( Schatkist, Wereld in Getallen en het Bas-programma).

Werken naar keuze in diverse hoeken De hoeken worden zo ingericht, dat het kind wordt uitgedaagd tot vrije verkenning. Het kan door het handelend bezig zijn met materialen dingen ontdekken. De keuze van de materialen en de inrichting van de hoeken spelen een belangrijke rol bij het scheppen van situaties waarin voor het kind iets te ontdekken valt. In de groepen 1 en 2 zijn o.a. aanwezig een poppenhoek, bouwhoek, leeshoek, luisterhoek, zand/watertafel, een lees/schrijfhoek en een computertafel. Er wordt naar vrije keuze en soms verplicht in de hoeken gewerkt Techniek Sinds enkele jaren is ook techniek een verplicht vak op de basisschool. Hierbij ligt de nadruk op het feit dat mensen dingen maken en gemaakt hebben om te blijven leven en het bestaan makkelijker te maken. Bij de groepen 1-2 ligt de nadruk op zeer eenvoudige zaken vanuit hun eigen belevingswereld. Reeds in het schooljaar 2003-2004 zijn we gestart met het techniekproject “Ontdek Kasteel”. Alle kinderen komen aan de beurt om door middel van opdrachtkaarten allerlei activiteiten te doen. Per leerjaar zijn er 10 werkopdrachten. Dus na de basisschool periode dienen er 80 kaarten aan bod te zijn geweest. Er wordt gewerkt in groepjes van ongeveer 4 leerlingen onder leiding van ouders of grootouders. Ook binnen onze thema’s en in de methode Schatkist komt techniek aan de orde. 5.3 Het onderwijs in de groepen 3 t/m 8 Vanaf groep 3 werken we op een andere manier met kinderen. Ook de inrichting van de lokalen is anders. In de lessentabel wordt globaal weergegeven hoeveel tijd we per week aan de verschillende vakken besteden. Het gaat hier om gemiddelden die enigszins per leerjaar kunnen verschillen. We gaan uit van een lessentabel van 23 ¼ uur voor de groepen 3 en 4 , voor de groepen 5 tm 8 is dit 25 ½ uur per week. De nadruk valt op taal/lezen en rekenen. Daar zijn de kinderen de helft van de week mee bezig. Lessentabel groep 3 t/m 8: Ongeveer: Taal/lezen: 10 Rekenen: 4¾ Schrijven ( 3 tm 8): ½ Engels (5 en 6): ¾ Engels ( 7 en 8) 2x per week ½ Wereldoriëntatie/techniek/ICT: 5 Verkeer: ¾ Expressie 1¼ Gymnastiek: 1½ Catechese: ½ Pauzes: 1¼

uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur

Leestaalonderwijs: Hier bedoelen we mee: technisch lezen, taal, spelling begrijpend lezen, Interesse Verbredend Lezen ( vrij lezen) boekpromotie/ boekbespreking en, voorlezen. Leestaalonderwijs vinden we op onze school er belangrijk daarom besteden we er veel tijd aan. Het leestaalonderwijs begint al in de groepen 1-2 en eindigt in groep 8. We gebruiken hiervoor de volgende methoden: Schatkist: zie groep 1-2 Veilig Leren Lezen: Aanvankelijk leesmethode groep 3. Estafette Nieuw: Voortgezet technische leesmethode (groep 4 tm 8) Zin in Taal: Taalmethode groep 4 t/m 8. Zin in Spelling Spellingmethode groep 4 t/m 8. Leeslink: Methode begrijpend lezen groep 4 t/m 8 Deze methoden sluiten op elkaar aan waardoor er een doorgaande lijn ontstaat. Een goede leesvaardigheid is belangrijk voor het plezier dat je ervan kunt hebben, maar het is nodig voor bijna alle schoolvakken. Op deze manier kun je informatie krijgen over verschillende zaken. Op onze school wordt veel energie gestopt in het leren lezen, vooral in de groepen 3, 4 en 5. Het leesonderwijs start in groep 3 met de methode Veilig Leren Lezen. Veilig Leren Lezen is de meest gebruikte methode in Nederland om te leren lezen. Al spelenderwijs leren de kinderen letters die gecombineerd worden tot woorden. Dit jaar starten we met de geheel vernieuwde “kim-versie”. U zult het niet geloven maar na de eerste schooldag kunnen de kinderen al “lezen”. De methode gaat uit van zelf bedenken wat je allemaal met de geleerde letters kunt doen. Kinderen kunnen dus al heel snel met 3 letters heel veel verschillende woorden maken. Daarnaast is het materiaal wat bij de methode mooi en aantrekkelijk. Een hele uitdaging voor kinderen van groep 3! In de groepen 4 tm 8 gebruiken we de methode Estafette Nieuw. De methode “Estafette”onderscheidt 3 niveaus met bijbehorende instructie: Aanpak 1:. Kinderen waarbij de leesontwikkeling niet volgens het gemiddelde ontwikkelingsniveau verloopt, werken onder begeleiding Aanpak 2:. leerlingen waarbij de leesontwikkeling enigszins onder het gemiddeld niveau verloopt, lezen in de methode met begeleiding en zelfstandige werkmomenten. Aanpak 3: leerlingen waarbij de leesontwikkeling goed verloopt , kunnen onder toezicht zelf aan de slag. Voorbeeld uit de praktijk: De les start met een klassikale instructie mbv het digibord. Daarna gaan de leerlingen die zelfstandig kunnen werken aan de slag. De leerkracht heeft daarna tijd om de leerlingen die extra hulp, aandacht, instructie en oefening nodig hebben, te helpen. Er is 1 les in de week waarin de rollen worden omgedraaid. De leerkracht gaat dan aan het werk met de groep die de lessen zelfstandig heeft verwerkt.

De methode Estafette nieuw werkt met M4 [midden] /E4 [eind] en zo verder t/m groep 8. De boeken in de bibliotheek, dus ook in onze schoolbibliotheek, zijn op deze manier ingedeeld. De schoolbibliotheek wordt gerund door een aantal actieve ouders en grootouders. Per toerbeurt verzorgen ze de uitleen van boeken. Iedere dag is het mogelijk een boek te ruilen in de bibliotheek. De kinderen krijgen een beoordeling voor hardop lezen en een Cito-uitslag voor DMT [ drie minutentoets] en AVI.

De methode Zin in Taal [ZIT] en Zin in Spelling [ZIS] sluiten op elkaar aan waardoor er een doorgaande lijn ontstaat. Er wordt dezelfde strategie gevolgd en de pictogrammen zijn ook hetzelfde. De taalmethode ZIT is gericht op communicatie, waardoor het accent ligt op de mondelinge taalvaardigheid. De oefeningen gaan uit van dagelijks voorkomende situaties. De schriftelijke taalvaardigheid bestaat uit het leren schrijven van verhalen, gedichten, brieven en beantwoorden van vragen. ZIT komt bijna elke dag aan de orde. De methode ZIS komt 2 à 3 keer per week aan bod. In iedere eenheid [blok] wordt een “spelling- probleem” aan de orde gesteld. Ook vindt er regelmatig herhaling plaats. Vanaf groep 6 komt er ook de werkwoordspelling bij. Begrijpend lezen. Dit jaar gaan wij van start met een nieuwe methode voor begrijpend studerend lezen in de groepen 4 tm 8. De methode “Leeslink” is een complete digibordmethode. Dit houdt in dat alles op het bord staat en is te downloaden en te printen. De methode werkt vanuit de voor kinderen bekende gebeurtenissen van dit moment, dit maakt “Leeslink” gevarieerd en actueel. Bij de methode “Leeslink” leren de kinderen een tekst te begrijpen. Ze leren om zich voor, tijdens en na het lezen van een tekst vragen te stellen zoals: waar zou de tekst over gaan, wat weet ik al, wat kan ik vragen, wat vind ik ervan. Schrijven in groep 3 t/m 8 methode: “Pennenstreken” In groep 3 worden de schrijfletters met de methode “Pennenstreken” aangeboden. Deze methode gaat samen met de methode “Veilig Leren Lezen”. Op deze manier gaan het herkennen, leren lezen van de letter, samen met het leren schrijven van de aangeboden letter. Ook in de groepen 4 t/m 8 wordt de methode “Pennenstreken “ gebruikt. Hoofdletters worden aangeleerd en toegepast in het schrijven van korte teksten. De schrijfmaterialen die we op school gebruiken Groep 1 en 2: In de kleutergroepen worden driehoekspotloden en kleurpotloden

gebruikt. Voor kinderen die er aan toe zijn zeskantige potloden. Groep 3: Het schrijven in groep 3 wordt met driehoekspotloden en zeskantige potloden gedaan. Per kind wordt bekeken welk potlood geschikt is. De kinderen krijgen een pennenzak met inhoud van school. Groep 4: In de loop van groep 4 starten we met het schrijven met een balpen. Ook in deze groep gebruiken de kinderen een pennenzak met inhoud van school. Groep 5-8: Vanaf begin groep 5 mogen de kinderen een eigen pennenzak meebrengen. Kleurtjes of stiften mogen meegebracht worden voor gebruik bij een tekenopdracht. Rekenen Op het rooster zijn vaste uren aangegeven voor dit vakgebied. Voor alle groepen is dat ongeveer een uur per dag. We gebruiken de methode “Wereld in getallen”. Belangrijk kenmerk is dat de oefenstof aansluit bij alledaagse situaties. Voor de groepen 3 tm 5 starten we dit jaar met de herziene versie WIG4. De groepen 6 tm 8 werken komend jaar nog met WIG3 en zijn volgend jaar aan de beurt voor vernieuwing. Meer informatie kunt u vinden via Malmberg Wereld in getallen. Lichamelijke opvoeding De lessen vinden plaats in het nabijgelegen sportcentrum Den Dullaert. Voor alle leerlingen streven we naar 1½ uur per week gymnastiek. In die lessen wordt aandacht besteed aan de verschillende bewegingsvormen zoals rollen, klimmen, duikelen, springen met en zonder toestellen. Daarnaast is er een les waarin allerlei spelvormen worden aangeleerd met en zonder materialen, bijvoorbeeld slagbal, handbal. Accent ligt daarbij op samenspel en sociaal gedrag. We gebruiken de “Zeeuwse methode voor bewegingsonderwijs”. Engels Vanaf vorig schooljaar staat in tegenstelling tot voorgaande jaren niet alleen in groep 7 en 8 maar reeds vanaf groep 5 Engels structureel op het lesrooster. De lessen worden verzorgd door de leerkrachten van die groepen. We werken met de vernieuwde versie van de methode: “Real English”. Wereldoriëntatie/Techniek Op heel veel momenten wordt gesproken over de wereld om ons heen en brengen we kinderen kennis bij over het heden en het verleden van de aarde en hun bewoners. Hier horen goede zaakvakmethoden bij. Vanaf 2011 werken we in de groepen 3 tot en met 8 met de methoden Naut, Meander en Brandaan’ Deze bieden de zaakvakken in samenhang aan. De onderwerpen zijn zo gekozen dat ze vanuit de verschillende zaakvakken kunnen worden toegelicht. In groep 3 en 4 worden de kinderen door middel van een leer-doeboek voorbereid op de zaakvakken, die in de groepen 5 t/m 8 een belangrijkere rol gaan spelen.

Meander is de methode voor aardrijkskunde. Naast aardrijkskundige onderwerpen besteedt deze methode ook aandacht aan topografie. In groep 5 wordt gestart met de voorbereiding hierop. Topografie wordt altijd in een aparte les binnen een context aangeboden. Meander speelt de hoofdrol in de verhalen. Brandaan is de methode voor geschiedenis. In groep 5 en 7 worden de tijdvakken 1 tot en met 5 aangeboden. In groep 6 en 8 de tijdvakken 6 tot en met 10. De kennis over een tijdvak in één jaargroep wordt dus nog eens herhaald en uitgebreid in een volgende jaargroep. In groep 3 en 4 worden de kinderen op de hoofdthema’s voorbereid en is er aandacht voor het tijdsbesef. De historische gebeurtenissen worden in Brandaan stap voor stap behandeld. Op een gestructureerde en overzichtelijke manier leren kinderen om personen en historische ontwikkelingen in de tijd te plaatsen. Een belangrijk hulpmiddel daarbij is de tijdsbalk die op elke pagina in het werk- en lesboek staat. In het werkboek wordt elk thema gestart met vragen over de namen en iconen van het tijdvak. Brandaan speelt de hoofdrol in de verhalen. De naam Brandaan komt van Sint Brandaan, een Ierse monnik die in de middeleeuwen allerlei reisavonturen beleefde. Naut is de naam van de methode voor natuur en techniek. Deze behandelt onderwerpen uit de levende natuur en besteedt daarnaast ook aandacht aan techniek. De onderwerpen zijn interessant en spreken kinderen aan. Naut speelt de hoofdrol in de verhalen. Binnen de methode Naut ( Natuur en techniek) komt zoals reeds gezegd techniek-onderwijs aan de orde. Om de leerlingen ook praktische ervaring op te laten doen binnen het leergebied techniek, werken we met het techniekproject ”Ontdek Kasteel”.

Door middel van allerlei opdrachtkaarten kunnen de leerlingen met verschillende materialen techniekactiviteiten uitvoeren. Kinderen leren o.a. tandpasta en gel maken, laten lampjes branden en belletjes rinkelen, plakken fietsbanden en metselen muurtjes. Deze activiteiten zijn niet geschikt voor de “grote groep” maar worden onderleiding van ouders/ grootouders in groepjes van 2 tot 4 leerlingen uitgevoerd in het “technieklokaal”. Deze werkgroep van ouders wordt begeleid door een tweetal leerkrachten die het techniek onderwijs voor onze school coördineren.

Verkeer In de groepen 1 t/m 8 werken we volgens de methode “Wijzer door het verkeer”. Voor de groepen 3 t/m 5 omvatten de lessen de leerstof die de leerlingen nodig hebben om veilig te spelen, naar school te gaan en te fietsen. Voor de groepen 6 t/m 8 staan vooral de kennis over de borden en verkeersregels centraal. Het gedrag en handelen in het verkeer van de fietser heeft grote aandacht. Tevens worden de leerlingen voorbereid op zowel het theoretisch als praktisch verkeersexamen. Deze worden afgenomen in groep 7. Ook is de school in bezit van het verkeersveiligheidlabel. Om dit label te mogen behouden moet ieder jaar aan een aantal extra criteria op verkeersgebied worden voldaan. Deze vinden plaats in de jaarlijkse “verkeersweek”. Ook hebben we al enkele malen via de ANWB deelgenomen aan het programma “Streetwise”.

Computeronderwijs Vanaf groep 5 volgen de leerlingen wekelijks een aparte ict les. De leerlingen werken dan individueel aan een leergang Informatica, genaamd Basisbits. Deze bestaat uit 3 modules, na het verwerken van deze modules gaan de leerlingen verder met Schoolbits. Deze leergang bestaat uit diverse onderdelen zoals oa: Word, Excell, Power Point. Ook wordt er gewerkt met een leergang gericht op veilig gebruik van internet. Daarnaast wordt in alle groepen vanaf groep 1 gewerkt met de computerprogramma’s die horen bij de te gebruiken methoden. In de loop van dit schooljaar zullen we ons beraden op een nieuwe methode. Creatieve vakken In groep 1 en 2 is de creatieve vorming geïntegreerd in het totale programma. Vanaf groep 3 wordt er ook nog de nodige tijd besteed aan de creatieve vakken. Deze vakken brengen evenwicht in het lesprogramma; niet alleen het leren heeft de nadruk, ook de creatieve vorming en de persoonlijke ontwikkeling. We zien deze lessen niet louter als ontspanning. Ook hier willen we dat de kinderen er iets van meenemen. We streven dan ook bij deze lessen kwaliteit na. Voor muziek en tekenen gebruiken we in alle groepen de methode: “Moet je doen “. Sociaal-emotionele ontwikkeling Als school besteden we op verschillende manieren aandacht aan de sociaal emotionele ontwikkeling en het omgaan met normen en waarden. Het omgaan met anderen is een onderdeel van het schoolgebeuren en goed burgerschap. Op

school,in de groep en tijdens vrije situaties wordt er steeds een beroep gedaan op deze vaardigheden. De leerkracht observeert, stuurt bij en ondersteunt in de verschillende situaties, wanneer dit nodig is. Sociale vaardigheden, zoals omgaan met gevoelens van jezelf en de ander, conflicten oplossen, respectvol omgaan en weerbaarheid, worden ook in lessen aangeboden. De school gebruikt hiervoor een doorgaande leerlijn voor met de methode “SOEMO” kaarten voor groep 1 tot en met 8. ( Soemo is de afkorting van sociaal – emotioneel). Met behulp van deze kaarten wordt de sociaalemotionele ontwikkeling op preventieve wijze gestimuleerd en dit moet ertoe leiden dat kinderen leren omgaan met algemeen geldende waarden en normen. Te denken valt aan eerlijkheid, hulpvaardigheid, fatsoen, respect, beleefdheid, verantwoordelijkheid, zelfbeheersing enz.. We proberen de kinderen zo te helpen bij hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Catechese We werken in de groepen 1 t/m 8 volgens de methode Hemel en Aarde. Dit is een methode voor Godsdienst en Levensbeschouwing. Ieder jaar wordt gewerkt volgens 5 nieuwe projectthema’s. Door de gehele school hetzelfde thema maar wel op 3 verschillende niveaus te weten onder- , midden- en bovenbouw. Op deze manier leren de leerlingen elementaire vaardigheden als verwondering, verbondenheid, vertrouwen en omgaan met traditie. We vinden het belangrijk om het schooljaar door middel van een gezamenlijke viering te openen. Binnen deze viering staat een thema centraal. Dit thema blijft het gehele schooljaar als een rode draad door de activiteiten lopen. In de gezamenlijke slotviering kijken we terug hoe het thema gestalte gekregen heeft. 5.4 Speciale voorzieningen in het schoolgebouw In de school zijn een tiental groepslokalen, een dubbel peuterlokaal, een speelpatio voor de peuters, een handenarbeidlokaal, een speellokaal en een speelhal voor de groepen 1-2. Vooral de lokalen in de onderbouw zijn groot en kunnen gebruikt worden als speelwerklokaal. De school is ook in het bezit van een aula die multifunctioneel gebruikt wordt. Hier bevindt zich het documentatiecentrum, de vrij-leesbibliotheek, het computercentrum en een digitaal schoolbord. Tevens wordt de aula gebruikt als overblijfruimte. In de loop van het jaar wordt de aula naast allerlei onderwijsactiviteiten ook gebruikt voor vieringen met Pasen en Kerstmis en voor de musical, die de leerlingen van groep 8 op het einde van het jaar opvoeren. Buiten schooltijd wordt de aula gebruikt als vergaderruimte voor allerlei instanties van binnen en buiten de school en als ruimte waar typeles wordt gegeven aan leerlingen van groep 7 en 8. In de personeelskamer is de ortotheek ingericht ter ondersteuning van de zorg Hierin staat allerlei materiaal, gesorteerd op vakgebied, om kinderen met problemen / of leerlingen met en ontwikkelingsvoorsprong te helpen.

Ook is er op school een aparte spreek- werkkamer. Hier kunnen onderzoeken plaatsvinden, vergaderingen worden gehouden en gesprekken met ouders worden gevoerd. Tevens is het de werkruimte van de zorgcoördinator.

5.5 Digitale schoolborden In het schooljaar 2007-2008 is er in een groep gestart met een digitaalschoolbord. De ervaringen hier mee waren zeer goed. Inmiddels zijn alle groepen alsmede de aula van zo’n bord voorzien. De gebruikers, zowel de leerlingen als de leerkrachten, zijn heel tevreden over de borden. Bij diverse methoden die wij op onze school gebruiken is digibord materiaal beschikbaar. Hier wordt dan ook volop gebruik van gemaakt. Tevens is het een uitstekend middel om direct in te kunnen springen op de actualiteit, immers bij ieder item kan er direct een filmpje of afbeelding getoond worden. Het digitale schoolbord heeft ook de plaats van het televisietoestel overgenomen, de leerkracht kan nu op ieder gewenst moment de schooltelevisie uitzending vertonen. Kortom een hele aanwinst in de school. 6. DE ZORG VOOR LEERLINGEN EN DE REALISERING VAN DE KWALITEITSVERBETERING Op een aantal manieren werken we aan verdere kwaliteitsverbetering: • Werken met goede methoden. • Het blijvend bekwamen van het personeel door middel van nascholing ( zie 6.6) • Het consequent volgen van de resultaten van de leerlingen. • Het opstellen van een schooljaarplan 6.1 Kwaliteitsverbetering door goede methoden In onze school geven we les met behulp van moderne lesmethoden. Bij het kiezen van lesboeken en ander materiaal stellen we ons de vraag: Kunnen kinderen goed leren met behulp van deze methoden en ziet het materiaal er aantrekkelijk uit? Er zijn kinderen die extra moeilijk werk aankunnen en kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben. We letten er bij de aanschaf van

methoden op of er voor beide groepen voldoende leerstof in de methode zit. Ook kijken we of de methoden voldoen aan de kerndoelen die de overheid ons stelt. Onze school werkt voornamelijk met klassikale instructie. Wanneer blijkt dat enkele kinderen behoefte hebben aan extra instructie, krijgen zij die terwijl de overige kinderen aan de slag zijn gegaan. Natuurlijk houden we er rekening mee dat kinderen die extra instructie krijgen, minder tijd hebben om die instructie bijvoorbeeld schriftelijk te verwerken. Dit geldt in het bijzonder voor de vakken rekenen, lezen en taal. Hiermee willen we achterstanden in leerontwikkeling zo veel mogelijk voorkomen. Door deze werkwijze is het niet vanzelfsprekend dat alle kinderen even ver zijn. In het leerlingvolgsysteem wat we hanteren, houden we de ontwikkeling van de leerlingen bij. 6.2 Kwaliteitsverbetering door evaluatie leerresultaten. 6.2.1 De verslaggeving van gegevens over leerlingen door de groepsleerkracht Alle resultaten die leerlingen behalen, worden genoteerd om zodoende de capaciteiten en het niveau van een kind te bepalen en zo ook een rapport te kunnen samenstellen. Voor elke ouderspreekavond maakt de leerkracht een verslag dat hij/zij met de ouders wil bespreken. Indien een leerling bepaalde problemen heeft, hetzij op lichamelijk, sociaal-emotioneel of cognitief gebied, dan wordt er van een leerling een leerling-dossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het gezin, de leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en test- en rapportgegevens van de verschillende jaren. Ouders krijgen te allen tijde de gelegenheid om het dossier van hun kind in te zien. Het dossier blijft echter altijd op school. Van de gesprekken met ouders wordt een verslag gemaakt, dit verslag wordt de ouders ter instemming aangeboden en door zowel de leerkracht als ouders ondertekend. Indien wenselijk kan de ouder hier een kopie van ontvangen. 6.2.2 Teamleden die in de school de vorderingen van de leerlingen doorspreken. Elk subteam (onder- en bovenbouw) vergadert om de drie weken. Buiten de agendapunten die met de hele schoolorganisatie te maken hebben, is er altijd een agendapunt: leerlingenzorg. Tijdens dit onderdeel van de vergadering is het mogelijk om diverse leerlingen te bespreken. Door middel van collegiale consultatie proberen de leerkrachten elkaar te ondersteunen in de begeleiding of het bepalen van een plan van aanpak. Tevens wordt er ieder trimester een groepsbespreking gehouden door de leerkracht met de zorg coördinator en locatieleider. In deze bespreking worden de resultaten van de “Kijkregistratie” en de uitslagen van de Citotoetsen besproken. Aan de hand hiervan wordt er bepaald of een kind extra hulp nodig heeft. Er wordt een doel gesteld dat men wil bereiken door middel van aanpassingen in de instructie, leerstof of leertijd. Die hulp wordt in de klas door de groepsleerkracht zelf gegeven. Wanneer blijkt

dat we zelf niet de nodige hulp kunnen bieden, wordt een externe instantie te hulp geroepen (zie hoofdstuk 7). 6.2.3 De wijze waarop het dagelijkse werk van de kinderen wordt bekeken en beoordeeld en de middelen die worden gebruikt om vorderingen van leerlingen te verzamelen In de kleutergroepen worden de kinderen geobserveerd en de resultaten daarvan worden vastgelegd in het kleuterregistratiesysteem “KIJK”. Door dit systeem kunnen we de ontwikkeling van een kind goed volgen en zo doende vroegtijdig signaleren of er problemen zijn. Tijdens de ouderavonden (of indien nodig eerder) wordt deze Kijkregistratie met de ouders besproken. Vanaf groep 3 worden de resultaten van de proefwerken en toetsen van de gebruikte methoden, vastgelegd in een rapport met de normering: onvoldoende, twijfelachtig, voldoende, voldoende /goed en goed. Naast het afnemen van de methode toetsen worden er op vaste tijden ook “methodeonafhankelijke” toetsen afgenomen, de zg. “Cito-toetsen”. Het verschil tussen beide toetsen is dat de methode toets bevraagd over recent geoefende leerstof en bij de Cito-toets wordt er een beroep gedaan op de toepassing van alle leerstof waarvan op het moment van afname verwacht mag worden, dat deze wordt beheerst. Cito-toetsen worden afgenomen in de groepen 1 tm 8. De uitslag van de toets geeft goede objectieve informatie over de leerprestaties van de leerlingen. Tevens zijn de toetsen voor de school een instrument voor de bewaking van de kwaliteit van het onderwijs. De uitslagen van de gemaakte toetsen worden bij de leerlingen van de groepen 3 tm 8 op het rapport vermeld. De uitslag van de toetsen voor de leerlingen van de groepen 1-2 worden tijdens het oudergesprek besproken. Voor het volgen van de sociaal emotionele ontwikkelingen maken we gebruik van het volgsysteem: “Kijk op sociale competenties”voor groep 3 tm 8. 6.2.4 De wijze waarop het welbevinden en de leervorderingen van de kinderen besproken wordt met ouders. In principe worden ouders twee keer per jaar uitgenodigd voor een tienminutengesprek naar aanleiding van het rapport in november/ december en in maart. In enkele gevallen kan er in juni nog een derde gesprek plaatsvinden. De groepen 1-2 nodigen de ouders uit voor een gesprek in januari/ februari en in de maand juni. Indien nodig vragen we de ouders om tussentijds over hun kind te komen praten. Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer er problemen zijn met het gedrag of wanneer de leerresultaten achterblijven bij de gestelde verwachtingen. Ook ouders kunnen zelf het initiatief nemen om leerkrachten te spreken Om praktische redenen is het handig om vooraf even een afspraak te maken. Het laatste rapport ontvangen de ouders op woensdag in de laatste schoolweek voor de zomervakantie.

6.3 Kwaliteitsverbetering door middel van het schooljaarplan. Om de 4 jaar wordt een nieuw schoolplan gemaakt vanwaar uit we beleid maken over de toekomst van ons onderwijs. In dit schoolplan wordt beschreven hoe we de kwaliteit van ons onderwijs willen bewaken en mogelijk ook willen verbeteren. Vanuit dit 4 jarenplan wordt jaarlijks een plan gemaakt met veranderonderwerpen voor het betreffend schooljaar. Zoals ieder schooljaar staan er ook voor dit schooljaar (2014-2015) een aantal belangrijke zaken op het programma. Ze staan opgesomd in het jaarplan, dat steeds voorafgaand aan een nieuw schooljaar wordt besproken. Een aantal zaken pakken de leerkrachten zelf aan, terwijl we bij sommige zaken begeleid worden door de schoolbegeleidingsdienst (RPCZ) of andere externe instanties. Hieronder vindt u een samenvatting van de beoogde activiteiten voor dit schooljaar: • Doorgaande lijn verder ontwikkelen voor de groepen 1 t/m 8 • Het onderwijsaanbod voor de groepen 1-2 verbeteren op basis van ontwikkelings-gegevens ( beredeneerd leerstofaanbod) • Leerresultaten: Invoeren van analyse model leerresultaten van de individuele leerling. • Invoeren herziene methode Veilig leren lezen groep 3 alsmede Wereld in Getallen 4 voor de groepen 3 tm 5 • Invoeren van een nieuwe methode voor begrijpend lezen “Leeslink • Verder vormgeven aan het kwaliteitshandboek • Handelingsgericht werken. Het verder bekwamen in het omgaan met verschillen in een groep en de diverse onderwijsbehoeften. • Verder uitwerken van Opbrengst Gericht Werken • Toewerken naar een IKC ( Integraal Kind Centrum) • 6.4 Het onderwijskundig rapport Als een leerling tussentijds of op het einde van groep 8 de school verlaat, dan ontvangt de ontvangende school een onderwijskundig rapport, waarin we beschrijven met welke methoden we gewerkt hebben en wat onze ervaring met de leerling is m.b.t. de cognitieve en sociaal-emotionele vaardigheden. Indien

noodzakelijk voegen wij hier verslagen bij van externe instanties. (Orthopedagogische en/of psychologische onderzoeken en rapporten enz.) 6.5 De begeleiding van kinderen naar het voortgezet onderwijs Wanneer kinderen acht jaar basisonderwijs genoten hebben, kunnen zij naar het voortgezet onderwijs. Meestal zijn het de kinderen van groep 8, die de school verlaten en een enkele keer uit groep 7, wanneer hiervoor aanleiding bestaat. Dit jaar zal de eindtoets cito voor het eerst voor alle groep 8 leerlingen van Nederland verplicht zijn. De toets zal ook op een ander afnamemoment dan in vorige jaren plaatsvinden. Er zal nog iets veranderen: de basisschool dient voor 1 maart een voorlopig schooladvies te geven. Ouders kunnen er voor kiezen om een AOB-test af te laten nemen bij hun kind. Kosten : voor rekening van de ouders Tijdpad in de begeleiding van groep 8 naar het voortgezet onderwijs. September / Oktober: Voorlichtingsavond over het voortgezet onderwijs* November / December: Bespreken eerste rapport groep 8 + voorlopig advies. Februari / voor 1Maart: Bespreken tweede rapport, LOVS toetsen, AOBtest (indien aanwezig).Naar aanleiding van de uitslagen en bevindingen geeft de leerkracht van groep 8 advies over de te volgen richting. April: Landelijke afname eindtoets cito : Mei: Na meivakantie uitslag eindtoets cito. . Mei: Ouders/ verzorgers melden hun kind aan bij voortgezet onderwijs. Juni: Ouders/verzorgers krijgen bericht van plaatsing binnen het v.o. Juni: Leerlingen worden uitgenodigd op hun nieuwe school en ontvangen informatie. * Deze avond wordt verzorgd door de groepsleerkracht en de brugklascoördinator van het Voortgezet Onderwijs Nadat de leerlingen in de brugklas geplaatst zijn, vinden er in januari besprekingen plaats tussen de leerkracht van groep 8 en de docenten van het voortgezet onderwijs om de resultaten van de oud-leerlingen te bespreken. 6.6 Het voortgezet onderwijs Hulst kent slechts één school voor voortgezet onderwijs: Het Reynaertcollege. Met deze school hebben wij regelmatig contact, o.a. over de leerlingen. Wij informeren de school over de van onze school afkomstige kinderen en blijven op de hoogte van de prestaties van onze oud-leerlingen.

We stellen ons ten doel het maximale uit elk kind te halen en er zodoende voor te zorgen dat het kind in de meest geschikte vorm van voortgezet onderwijs terecht komt en daar goed mee kan komen. Aantal leerlingen doorgestroomd naar: Schooljaar: 11/ 12 LWOO 0 VMBO 8 VMBO T/ HAVO10 HAVO/VWO 26 totaal aantal ll: 44

12/13 0 7 11 23 41

13/14 0 6 7 19 31

14/ 15 0 2 9 21 31

7. DE SPECIALE ZORG VOOR DE KINDEREN MET SPECIFIEKE BEHOEFTEN

7.1 Wat verstaan we onder zorgverbreding? Onder zorgverbreding verstaan we: De uitbreiding van maatregelen en activiteiten op school om een zo goed mogelijke zorg te garanderen voor de kinderen. Speciaal voor hen die specifieke pedagogische of didactische behoeften hebben. Dit kunnen kinderen zijn die op een bepaald gebied problemen hebben, maar ook hoog of meerbegaafde kinderen rekenen we hiertoe. Onze school heeft hieraan de laatste jaren veel aandacht geschonken. We gaan er vanuit dat het onderwijs het kind behoort te volgen en niet andersom. Met ‘onderwijs op maat’ kunnen de kinderen beter op de eigen basisschool geholpen worden en kunnen mogelijk minder kinderen verwezen worden naar een speciale school. We hebben de zorgverbreding in de school verder gestalte gegeven door een vaste leerkracht anderhalve dag per week vrij te maken om zich bezig te houden met alles wat met zorg te maken heeft. Deze leerkracht (M. Verstraeten- Warlé) zorgcoördinator, kan met kinderen werken, neemt toetsen af, ondersteunt collega’s bij het zoeken naar oplossingen, helpt met opstellen van een handelingsplan, voert gesprekken met ouders, heeft contacten met externe instanties. 7.2 De zorgprocedure In de dagelijkse werkgesprekken komen kleine problemen met kinderen al aan de orde en daar is meestal wel een ad hoc oplossing voor. Tijdens de subteamvergaderingen is er het agendapunt: leerlingenzorg (zie 6.3) De leerling wordt besproken en er worden door collega’s oplossingen aangedragen. Wanneer de problemen echter van dien aard zijn dat bovenstaande niet voldoende is dan komt de zorgcoördinator in beeld. Deze ondersteunt de leerkracht en samen stellen zij vast met welke hulp de leerling gebaat is. Mogelijk wordt de leerling besproken in de 6 wekelijkse consultatie met de

orthopedagoge van het RPCZ ( Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland). Hier bij worden altijd de ouders betrokken en zullen voor dit consult een uitnodiging ontvangen. Dit kan dan betekenen dat er voor een kind een handelingsplan wordt opgesteld. Het handelingsplan beschrijft het probleem, wat eraan te doen, welk doel willen we bereiken, hoe we dat doen en wie het doet. Een handelingsplan wordt voor een bepaalde periode gevolgd. Als blijkt uit de evaluatie dat het beoogde doel nog niet is bereikt, dan kan het handelingsplan verlengd worden. Heeft de geboden hulp effect gehad, dan kan het handelingsplan worden afgesloten en wordt het weer voor akkoord getekend door de ouders. Het kan ook gebeuren dat het werken met een handelingsplan geen succes heeft en dan zullen we andere maatregelen moeten nemen: een apart programma in de klas of hulp zoeken bij externe deskundigen. Als er een externe instantie aan te pas moet komen, wordt een kind aangemeld bij het ZAT ( zorg advies team). De zorgcoördinator zal dan aan de hand van het dossier het kind ( indien noodzakelijk anoniem) bespreken in het ZAT (hierin hebben zitting de interne begeleiders / zorgcoördinatoren van Moerschans, St. Wilibrordus, Nobelhorst, een ambulante begeleider, de schoolarts en iemand van schoolmaatschappelijkwerk). 7.3 Het onderwijsaanbod aan meer- en hoogbegaafde kinderen. Zoals er kinderen zijn die extra hulp en aandacht nodig hebben omdat zij wat meer moeite met de leerstof hebben, zijn er ook leerlingen die deze extra hulp en aandacht nodig hebben omdat de reguliere leerstof voor hen geen uitdaging biedt. In de afgelopen schooljaren heeft een werkgroep van leerkrachten in samenwerking met het Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland aan een onderwijsplan gewerkt om op onze school de zorg voor meer- en hoogbegaafde kinderen vorm te geven. Met een gestructureerd onderwijsaanbod willen we het mogelijk maken, binnen de basisschool, beter aan de ontwikkelingsbehoeften van meer- en hoogbegaafde leerlingen tegemoet te komen. Op onze school kiezen wij er voor om te spreken over “ pluskinderen”. Voor signalering en informatie over de mogelijkheden van pluskinderen maken we gebruik van het SIDI protocol. Ieder jaar wordt met het SIDI protocol in elke groep een groepsscreening gedaan. Tevens wordt dit instrument gebruikt bij het signaleren van individuele leerlingen. Het signalerings instrument bij individuele signalering bevat o.a. vragenlijsten voor de leerkracht en voor een oudergesprek. Zoals in ons “(deel)zorgplan Hoogbegaafdheid” staat beschreven , dienen wij er op school voor te zorgen dat deze leerlingen die mogelijk hoogbegaafd zijn of dan wel meer dan gemiddelde bagage hebben een goed passend programma aan te kunnen bieden. Zoals al eerder vermeld spreken wij liever van plusleerlingen. Ook hebben wij er voor gekozen om deze leerlingen niet af te zonderen van hun groepsgenoten en ook niet op een bepaalde dag of moment van de dag. Plusleerling ben je immers een gehele week en niet alleen op donderdagmiddag.

We kiezen er echter wel voor om voor deze leerlingen en vast contactmoment in te roosteren. Dit contactmoment wordt dan gebruikt voor planning, feedback en preteaching. Er wordt dan gewerkt met groepjes van 3 a 4 leerlingen . Wij hebben er voor gekozen om met deze leerlingen te gaan werken vanuit de materialen van Talentenlijn 1/ Levelspel 2 / Levelwerk. Deze manier van werken biedt een doorgaande lijn van leermiddelen naast de ‘reguliere methoden”die wij op onze school gebruiken. 7.4 Dyslexie en de gezondheidszorg Sinds 1 januari 2009 is diagnostiek en behandeling van ernstige enkelvoudige dyslexie opgenomen in het basispakket van de zorgverzekering. Om voor deze vergoeding in aanmerking te komen, moet er sprake zijn van enkelvoudige ernstige dyslexie. Dit wil zeggen dat er bij deze leerlingen, naast dyslexie, geen sprake mag zijn van een of meer andere stoornis(sen). Hoe verloopt de aanvraagprocedure? Op advies van de school melden de ouders hun kind aan bij de Gemeente Hulst. Van de gemeente ontvangt men inschrijfformulieren. De ouders nemen wederom contact op met de school en de school levert het gevolgde dyslexieprotocol aan. Dit alles gaat weer terug naar de gemeente en zij beoordelen binnen 6 weken de aanvraag. Indien deze wordt toegekend kiest de ouder een behandelaar. 7.5 Hulp door externe instanties. In principe wordt alle externe hulp geboden via het RPCZ. Deze hulp vloeit voort vanuit een hulpvraag van school. Deze hulpvraag wordt binnen het “ZAT “ besproken en zo nodig gehonoreerd. Betreffende de hulp die geboden wordt via dit kanaal staat de school volledig open en zal op alle gebied haar medewerking verlenen Hoe te handelen bij hulp via andere kanalen? We gaan in gesprek met/ of bieden toegang tot de school aan die instanties die: - Hulp bieden via de zorgverzekeraar - Hulp bieden via verwijzing van huisarts of medisch specialist - Hulp bieden via een zorginstelling ( bijv. : MEE, Wielingen, Emergis, Indigo etc.) - Tevens de reguliere hulpverleners zoals logopedie en fysiotherapie. Bij particulier initiatief van de ouders behoudt de school zich het voorrecht dit per geval te bekijken. Uitgangspunt zal zijn of aan medewerking bij de hulp verlening door de school – op welk gebied dan ook- zowel voor de leerling als de school enige meerwaarde is verbonden. Indien dit niet het geval is zal het contact met de hulpverlener nihil zijn of zich beperken tot telefonisch contact.

7.6 Onderwijs aan langdurig zieke kinderen Wanneer een leerling voor langere tijd in een ziekenhuis is opgenomen of voor een langere periode thuis ziek is, vinden we het als school heel belangrijk dat de school contact blijft houden met deze leerling. Het is in de eerste plaats voor de zieke leerling goed om te weten dat hij of zij altijd bij “de groep blijft horen”. Echter is het ook van belang voor de leerling dat, indien mogelijk, het leerproces zo goed mogelijk door blijft lopen. We hebben hiervoor de volgende afspraken op school gemaakt: - Wanneer duidelijk is dat de leerling langer dan een week ziek is, neemt de leerkracht contact op met de ouders. - Indien er sprake is van langdurige ziekte maakt de school een plan van aanpak in overleg met de ouders. Indien er daadwerkelijk sprake is van een langdurige ziekte kan de school een beroep doen op begeleiding van de onderwijsadvies dienst RPCZ. In dit geval nemen de groepsleerkracht en de zorgcoördinator in overleg van de ouders het besluit of deze begeleiding al dan niet noodzakelijk is. 7.7. Inloopspreekuur jeugdverpleegkundige “Mijn kind plast nog in bed”.” Mijn dochter slaapt zo slecht”. “Is mijn kind te mager? “ Zomaar een aantal vragen waar je als ouder mee zou kunnen zitten. Niet ernstig genoeg om direct naar de dokter te gaan maar je zou toch graag een antwoord van een deskundige willen hebben. Deze mogelijkheid is er !!! Ieder 2e maandag van de maand houdt Nancy Roelands, van CJG ( Centrum Jeugd en Gezin) tussen 11.30-12.30 uur, een inloopspreekuur op school. Voor wie is dit spreekuur bedoeld? Voor ouders van Nobelhorst, de Robbedoes en kinderopvang Tivoli. Maar ook de leidsters en leerkrachten kunnen hier gebruik van maken. Wie weet stapt er wel eens een leerling naar binnen. Dus iedereen die een vraag heeft over kinderen (van 0 t/m 12 jaar) kan hier terecht met allerlei vragen over gezond opgroeien en opvoeden. Dit mogen grote en kleine vragen zijn. Op deze manier hopen we de Jeugdgezondheidszorg een plek in de wijk en in de school te geven en het contact met ouders, school, kinderdagverblijf en peuterspeelzaal te versterken. Alle data van de spreekuren zijn te vinden op de kalender van school. U kunt gerust binnenlopen, een afspraak is niet nodig. De jeugdverpleegkundige zit in de spreekkamer tegenover kleutergroep 1-2a. Nancy is per mail ook te bereiken : [email protected] Buiten deze mogelijkheid is het CJG van maandag t/m vrijdag bereikbaar van

9.00 tot 16.30 uur en tijdens de schoolvakanties van 9.00 tot 12.30 uur op telefoonnummer 0800-2540115. 8. DE OUDERS 8.1 Ouders in de school We vinden het belangrijk dat ouders betrokken zijn bij de ontwikkelingen bij ons op school. Een goed contact tussen ouders en school is noodzakelijk. Het is belangrijk dat de kinderen graag naar school komen, maar ook de ouders. Door dit contact (zowel mondeling als schriftelijk) weten de ouders ook waar de leerkrachten en de kinderen op school mee bezig zijn. Voor een gesprek kunt u altijd een afspraak maken. Tweemaal, zonodig driemaal per jaar vindt er een gepland gesprek plaats met de ouders. In het begin van het schooljaar vinden er nog enige informatieve ouderavonden plaats. Deze avonden gaan o.a. over: Groepen 1-2: Wisselgesprekavond voor de ouders, gecombineerd met een lesmateriaalmarkt en Schatkist powerpoint-presentatie. Groep 3: Informatie met het accent op lezen. Voorafgaand aan bovenstaande avond vinden de “kijkochtenden “ plaats. Per leerling wordt er een ouder in de gelegenheid gesteld een deel van een ochtend bij te wonen in de groep. Groep 3 en 4: Wisselgesprekken in de eerste weken van het schooljaar. Groep 8: Informatie met het accent op de toelating en overgang naar het voortgezet onderwijs. Voor de groepen 3 t/m 8 is er ook nog een inloopavond waarop de leerkracht van de groep gevraagde informatie zal verstrekken. NB.: Na de binnenkomst van een leerling in groep 1-2 , wordt na enkele weken een ouder gevraagd om een dagdeel in de groep van zijn of haar kind mee te draaien. Algemene informatie gedurende het schooljaar treft u aan op de kalender die iedere maand verschijnt. Verder hebben we nog contacten met de ouders via vele werkgroepen die bij ons op school werkzaamheden verrichten, voornamelijk voor: het geven van ondersteuning bij de vrij-leesbibliotheek ; het geven van ondersteuning bij het Ontdekkasteel (Techniek); het kopiëren -kaften van boeken; klaarleggen/poetsen van materialen enz.; het repareren van kapotte voorwerpen; het assisteren bij festiviteiten en projecten; preventiegroep hoofdluis; verkeerswerkgroep; onderhoud van de tuin. Voor al deze vrijwilligers geldt, dat ze de doelstellingen en de geschreven en ongeschreven regels van de school en de schoolcultuur respecteren en naleven en dat de hulp en steun die ze ons geven onder verantwoording van de leerkrachten vallen.

8.2 Beleid informatieplicht aan ouders Zoals u wellicht weet, gaan wij op onze school op een bepaalde manier om met het informeren van ouders over hun kinderen. Iedere ouder heeft in principe recht op informatie van de school over zijn/haar kind. Dat is ook ons uitgangspunt. Er zijn echter wel verschillen. De ene ouder heeft recht op meer informatie dan de andere. Een enkeling heeft zelfs helemaal geen recht op informatie. Dat heeft te maken met de wettelijke hoedanigheid waarin de ouders verkeren. Voor ouders die met elkaar getrouwd zijn of samenwonen en die het gezag over hun kinderen hebben, is de situatie het makkelijkst. Zij krijgen steeds gezamenlijk alle informatie over hun kind. Voor ouders die gescheiden zijn, die niet meer bij elkaar wonen en die wel het gezag hebben, ligt het niet anders. Zij hebben allebei recht op alle informatie over hun kind. ( zie 8.3) Ouders die geen gezag (meer) hebben over het kind, hebben ook recht op informatie over hun kind. De ouder zal daar echter wel zelf om moeten vragen. De school hoeft uit zichzelf geen informatie te geven aan deze ouders. Als het gaat om de vader, moet deze bovendien het kind hebben erkend, anders heeft hij helemaal geen recht op informatie, ook niet als hij erom vraagt. Deze ouders hebben een beperkt recht op informatie over hun kind. Het betreft alleen belangrijke feiten en omstandigheden, dus informatie over schoolvorderingen en evt. sociaalpedagogische ontwikkelingen op school. En als het belang van het kind zich tegen informatieverstrekking verzet, dan hebben de ouders ook geen recht op informatie. Dit kan het geval zijn indien een rechter of psycholoog heeft geoordeeld dat het geven van informatie aan een ouder het kind zal schaden. 8.3 Informatie aan gescheiden ouders Er zijn kinderen bij ons op school, waarvan de ouders niet bij elkaar leven. Wij vinden het belangrijk om beide ouders goed te informeren over de ontwikkeling van hun kind of kinderen. Voorwaarde is natuurlijk wel dat beide ouders zelf hun verschillende adressen kenbaar maken aan de locatieleider. Aan beide ouders wordt dan de volgende informatie verstrekt: deze schoolgids, het rapport en de uitnodiging voor de ouderavonden. Deze informatie wordt in tweevoud aan het kind meegegeven of aan de “andere” ouder toegestuurd. Als één van de ouders dit anders wil, kan hij of zij contact opnemen met de locatieleider en/of de leerkracht. Het originele rapport wordt altijd aan het kind verstrekt. Alle overige informatie wordt aan het kind in enkelvoud meegegeven. Een verzoek om gegevens over het kind te verstrekken aan derden wordt altijd aan beide ouders gedaan. 8.4 De medezeggenschapsraad / mr Alle ouders kunnen meedenken, meepraten over de school. Dit kan via de mr. In deze raad zit een vertegenwoordiging van de ouders. Ook enkele teamleden

maken deel uit van de mr. De raad geeft gevraagd en ongevraagde adviezen en verleent wel of geen instemming over onderwerpen die met het beleid van de school te maken hebben. De samenstelling in dit schooljaar onder het hoofdstuk 11 – NAMEN 8.5 De ouderraad De ouderraad bestaat alleen uit ouders. Zij vergaderen ongeveer een zestal keer per jaar in aanwezigheid van de locatieleider en een leerkracht. Een keer per jaar vindt er een jaarvergadering plaats waarop verslag wordt gedaan van alle activiteiten. De ouderraad bereidt mede de schoolreis, feesten, spelendag, afscheid van groep 8 en sportactiviteiten voor of zij helpen bij de uitvoering ervan. Uiteraard gebeurt een en ander in overleg met de leerkrachten. Voor de bekostiging van de activiteiten door de ouderraad wordt aan de ouders een vrijwillige bijdrage van € 12,50 gevraagd . De hoogte van de bijdrage wordt vastgesteld tijdens de Algemene jaarvergadering. Tijdens deze vergadering wordt tevens het jaarverslag en de jaarrekening gepresenteerd. De samenstelling 15-16 vindt u onder hoofdstuk 11 - NAMEN. 8.6 Schoolreis / Koningsspelen In samenwerking tussen ouderraad en team werd afgelopen jaren wisselend per schooljaar de schoolreis of een spelendag georganiseerd. Echter voor het komende schooljaar willen we dit mede door de komst van Koningsspelen wijzigen. We kiezen ervoor om de reguliere spelendag op te laten gaan in de Koningsspelen. Ons voornemen is om ieder jaar te kiezen voor een schoolreis maar dan wel een “grote” schoolreis en het andere jaar een “kleine” schoolreis. De “grote” schoolreis is bestemd voor de leerlingen van de groepen 3 tm 8 en zal veelal een bezoek aan een pretpark inhouden; voor de leerlingen van de groepen 1-2 wordt dan op deze zelfde dag veelal een themadag georganiseerd. Daarnaast doen zij ook een uitstap in de omgeving. De “kleine”schoolreis is een uitstap (indien mogelijk met de fiets) met zowel een educatief als ontspannend karakter. Deze uitstap is voor alle groepen bedoeld aangepast aan de leeftijd en belangstelling. 8.7 Culturele activiteiten In samenwerking met de Stichting SCOOP en de gemeente Hulst, worden voor alle groepen een aantal culturele activiteiten gepland. Deze stichting biedt een programma voor alle leeftijdsgroepen op gebied van toneel, dans, muziek en expressie. Vrijwel alle activiteiten vinden plaats op school of in Den Dullaert. Het kan mogelijk voor komen dat er naar elders wordt uitgeweken dan wordt altijd vanuit SCOOP voor passend vervoer gezorgd. De activiteiten worden zoveel mogelijk op de maandelijkse kalender vermeld.

9. PRAKTISCHE ZAKEN 9.1 Overblijven Op onze school bestaat de mogelijkheid voor alle kinderen om over te blijven. Dit vindt plaats in de aula van de school. Het overblijven wordt georganiseerd met behulp van vrijwilligers. Wij zijn altijd op zoek naar nieuwe vrijwilligers om ondersteuning verlenen bij het overblijven. Hier staan bepaalde faciliteiten tegenover ( informatie bij mevrouw M. van Duijse, administratie school). Voor het verloop en organisatie van het overblijven verwijzen wij graag naar de toegevoegde bijlage. De wettelijke aansprakelijkheid voor alle gebeuren binnen schooltijd en overblijftijd ligt bij het schoolbestuur, die hiervoor een verzekering heeft afgesloten..Uw kind mag tijdens het overblijven de school niet verlaten. Mocht het onverhoopt nodig zijn dat dit toch gebeurt (denk bijvoorbeeld aan een bezoek aan de orthodontist) dan kunnen wij dit alleen toestaan met een schriftelijke melding van u. 9.2 Aansprakelijkheid De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dit verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school c.q. het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar is gebaseerd op een misverstand. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht, wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles een bal tegen een bril. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt , is daar in de eerste plaats zelf (de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders / verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. 9.3 Sponsoring Het beleid van de overheid staat sponsoring al lang niet meer in de weg. Daarom hebben we besloten om het meegeven van informatie enigszins te verruimen.

Voorwaarde is dat er geen reclame gemaakt mag worden voor commerciële zaken. Wel moet er een relatie gelegd kunnen worden met een goed doel dat nadrukkelijk vermeld moet zijn. Wellicht kan de school in de toekomst dan ook meeprofiteren van wat we gemakshalve maar “sponsorgelden” zullen noemen. Uiteraard beslist uzelf wat U met de meegegeven informatie doet. Deze regeling dateert van 08-10-1993 en geldt voor alle drie de scholen van de Stichting. De besteding van de sponsorgelden worden integraal opgenomen in de exploitatie waarvan in het financieel jaarverslag verantwoording wordt gegeven. N.B. in geval van activiteiten, welke passen binnen het onderwijs en het activiteitenplan van de school, bepaalt de locatieleider – indien noodzakelijk in overleg met de andere locatieleiders – in hoeverre deze mogelijk gesponsord kunnen worden. 9.4 Fietsen naar school De meeste kinderen wonen in Den Dullaertwijk of in plan Hooghuis en dus op een redelijke loopafstand van de school. We verzoeken u daarom, ook in het kader van de verkeersveiligheid, om uw kind slechts per uitzondering met de fiets naar school te sturen. De fietsen met dunne banden mogen in het fietsenrek in de fietsenstalling, de fietsen met dikke banden staan op een standaard op het schoolplein. Fietsen op het schoolplein is verboden. 9.5 Activiteiten De eerste schoolweek ( Kennismakingsweek) is het mogelijk in de ochtend voor de aanvang van de school een kijkje in de groep van uw kind te nemen De tweede schoolweek is traditiegetrouw “de Pestweek”. We bespreken met elkaar de omgangsregels en maken dan een start met de zogenaamde Pestkalender. Verkeersweek In oktober doet de hele school mee aan de Kinderboekenweek. Ook dit jaar doen we indien we ingeloot worden weer mee aan het Nationale Schoolontbijt. De leerlingen van de groepen 7 en 8 nemen deel aan de Nationale Voorleeswedstrijd. De wedstrijd Kind en Poëzie is ook weggelegd voor de kinderen in de bovenbouw. In het voorjaar planten de leerlingen van groep 8 bomen in het kader van Nationale Boomplantdag. Atletiekdag voor de groepen 5 t/m 8 met de andere scholen van SKOH. Trefbaltoernooi voor de groepen 8 van SKOH Afgelopen schooljaar hebben we ook meegedaan met de schoolzwem wedstrijden en het schoolvoetbaltoernooi. Daarnaast vinden er indien van toepassing diverse activiteiten plaats in het kader van een project of gebeurtenis.

9.6 Trakteren / fruit eten - drinken Wanneer een kind jarig is, mag het in de klas trakteren. We zien graag een “gezonde” traktatie, maar wat is gezond? Is cake of een koekje gezond, of wat vinden we van prikkers met kaas, worst en spekjes of een ijsje? En wat te denken van de zakjes chips, die we steeds vaker de school binnen zien komen? We hebben hierover al vaak gediscussieerd en zijn van mening dat wij niet altijd kunnen bepalen wat gezond en niet gezond is. Daarom hopen we dat de ouders hun kinderen een zo’n gezond mogelijke traktatie mee geven naar school. Bij de kleuters en in de pauze van 10.00 u-10.15 u voor de groepen 3 t/m 8 kunnen de kinderen iets eten of drinken. Om de afvalberg niet nog groter te maken, zien we graag dat de kinderen drinken uit een beker of een plastic flesje dat hergebruikt wordt. Een plastic zakje om de beker of het flesje kan veel ongelukjes voorkomen..

9.7 Schoolfoto’s Eenmaal per jaar komt de schoolfotograaf. Er wordt dan een portretfoto en een groepsfoto gemaakt. Ook is er de gelegenheid om met broers en zussen op de foto te gaan. Ieder is vrij de foto’s wel dan niet af te nemen. 9.8 Jeugdtijdschriften Op onze school bestaat de mogelijkheid om zich op een jeugdtijdschrift te abonneren. De folders hiervoor gaan in het begin van het schooljaar mee naar huis 9.9 Infectieziekten Op 1 april 1999 is in Nederland de nieuwe Infectieziektewet in werking getreden. Deze wet bepaalt onder meer dat het hoofd van de school een ongewoon aantal zieken onder de kinderen en leerkrachten moet melden bij de GGD. Het gaat dan bijv. om een ongewoon aantal zieken met diarree, geelzucht, huidaandoeningen of andere ernstige (mogelijk) besmettelijke aandoeningen. In het belang van de kinderen, maar ook van het personeel, kunnen dan in overleg met de GGD maatregelen genomen worden om verdere verspreiding van de ziekte te helpen voorkomen. Wanneer bij uw kind door de

huisarts of specialist een besmettelijke aandoening is vastgesteld, stellen wij het op prijs dat u dit meldt aan de leerkracht of de leiding van de school. Deze informatie zal uiteraard vertrouwelijk worden behandeld. 9.10 Huiswerk De kinderen van de groepen 1 t/m 4 krijgen in principe geen huiswerk. Wel krijgen de leerlingen van de groepen 3 en 4 wel eens oefenmaterialen mee. Vanaf groep 5 wordt er regelmatig huiswerk meegegeven, zodat de kinderen kunnen wennen aan het feit dat er na school ook nog wel eens iets gedaan moet worden. Dit met het oog op het voortgezet onderwijs.

9.11 Arbobeleid Op onze school is er aandacht voor een goed en verantwoord werk- en leefklimaat. Er zijn op school bedrijfshulpverleners de zg. BHV-ers. Zij hebben allen een opleiding gevolgd en gaan regelmatig op bijscholing. Tevens zijn er EHBO-gediplomeerden. Er wordt op school twee keer per jaar een ontruimingsoefening gehouden waarvan er één aangekondigd wordt en er één onverwachts plaatsvindt. Ook de andere gebruikers van het gebouw doen mee. Tevens wordt het werk- en leefklimaat op school regelmatig gecontroleerd middels de Arbo RI. 9.12 Gevonden voorwerpen Alle zaken die gevonden worden, gaan in de doos van de gevonden voorwerpen. Deze staat in de gang bij groep 3. Drie keer per jaar, vóór elke vakantieperiode wordt er met de doos langs de groepen gegaan. Spullen die geen eigenaar hebben gevonden, worden weggegooid. 9.13 Hoofdluiscontrole Iedere school heeft regelmatig te maken met “het probleem hoofdluis”. Hoofdluis heeft niets te maken met sociale of etnische achtergronden, of je nu veel of weinig poetst, of je nu lang of kort haar hebt, kortom een luis discrimineert niet. Het probleem van hoofdluis is het beste aan te pakken wanneer men snel maatregelen ter bestrijding neemt. Wij hebben er op onze school voor gekozen om preventief te werk te gaan door middel van een controle per groep op maandagochtend na iedere vakantie. Deze controle wordt gedaan door een werkgroep die praktische instructies heeft ontvangen van de jeugdverpleegkundige van de GGD. Na eventuele constatering van hoofdluis bij een leerling dan worden de betreffende ouders verwittigd. Na 2 weken vindt er een na-controle plaats. Volgens de nieuwe inzichten rondom hoofdluis is gebleken dat hoofdluis zich vrijwel uitsluitend verplaatst via hoofd op

hoofdcontact. En op school steken de kinderen de koppen nog weleens bij elkaar…………… De nieuwe richtlijnen adviseren wekelijkse controle met een metalen kam boven wit papier of boven witte wastafel. Is er sprake van hoofdluis dan zijn er 2 behandelmethoden: 1 Kammen, kammen, kammen, 14 dagen lang met een metalen kam. 2 Kammen en gebruik maken van een bestrijdingsmiddel. Met de aanpassing van de landelijke richtlijnen verandert ook de deels de bestrijding van hoofdluis. Dit houdt in dat de grootscheepse schoonmaakacties zowel thuis als op school en het gebruik van de “luizencapes” niet meer worden geadviseerd. Bij vragen en/ of problemen kunt u altijd contact opnemen met de sociaal verpleegkundige van de GGD: 0113 -249406 10. SCHOOLTIJDEN EN REGELINGEN

10.1 Aanmelden van nieuwe leerlingen en kennis maken met de school In de meeste gevallen zal een nieuwe leerling 4 jaar zijn wanneer hij/zij naar school komt. Voorafgaande aan een aanmelding worden ouders (het kind is hierbij ook van harte welkom) uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek tijdens schooltijd. Hiervoor kan een afspraak gemaakt worden met de locatieleider Kitty van Ommen. Tijdens dit bezoek aan de school vindt er ook een rondleiding door de school plaats om de sfeer te proeven en wordt het onderwijs en de organisatie van de school toegelicht. Gaat het om een volgend kind uit een gezin dan worden de broer(s) of zus(sen) ook bij de rondleiding betrokken. Zij mogen dan mee tijdens de rondleiding en zelf voorlichting geven. Tenslotte krijgt u ook de nodige informatie over de school mee naar huis. De leerling staat ingeschreven, wanneer het inschrijfformulier op school ontvangen is. Omstreeks een maand voor de eerste schooldag krijgt uw kind vervolgens een uitnodiging van de groepsleerkracht bij wie zij/hij in de klas komt. Uw dochter of zoon mag in de weken voorafgaande aan haar of zijn vierde verjaardag, vijf dagdelen als “bezoeker “ komen kennis maken in de toekomstige groep. Op de uitnodiging staan de data van de met u afgesproken dagdelen vermeld en ook bij wie uw zoon/dochter in de groep komt. Wanneer leerlingen tussentijds van een andere school komen, krijgen ze indien mogelijk, gelegenheid om aan de nieuwe situatie te wennen door vooraf aan de eerste schooldag een dagdeel mee te draaien. Na een gesprek met de ouders en bestudering van het onderwijskundig rapport van de vorige school wordt de leerling in overleg met de ouders in een passend leerjaar geplaatst. Indien niet voldoende duidelijkheid is over een goede aansluiting in een bepaald leerjaar, dan kan de zorgcoördinator aanvullende informatie verzamelen door met de leerling te werken, indien nodig aangevuld met toetsen van het leerlingvolgsysteem om het niveau van het kind goed te kunnen bepalen. Gehandicapte leerlingen worden in principe altijd toegelaten, tenzij de complexiteit van de handicap niet hanteerbaar is voor onze school. De procedure

over de toelating van (meervoudig) gehandicapte leerlingen tot het reguliere basisonderwijs staat in het schoolplan opgenomen. 10.2 Schorsing en verwijdering Het is gelukkig nog nooit voorgekomen echter in uitzonderlijke situaties, wanneer het geven van onderwijs aan een leerling niet meer tot de mogelijkheden behoort, kan deze leerling gedurende een beperkte periode geschorst worden. Een ernstig incident leidt tot een time-out van een of twee dagen. Vervolgens kan de leerling gedurende een beperkte periode geschorst worden en eventueel worden verwijderd. In de Wet op het Primair onderwijs staan daarover nadere voorschriften. In dergelijke gevallen hanteert de school een protocol waarbij sprake is van nauwe betrokkenheid van de ouders. 10.3 Afspraken over kleding Onze leerlingen zien er altijd netjes verzorgd uit. Toch hebben wij bepaalde afspraken betreffende de kleding op onze school. Het is verboden om op school een pet, klep, etc. te dragen. Als een trui een capuchon heeft, wordt deze tijdens de schooltijden niet over het hoofd gedaan. Naveltruitjes vinden we kleding voor op het strand. 10.4 Schooltijden en vakanties (zie bijlage 1)

10.5 Regels voor de aanvang en einde van de schooltijden. De kinderen zijn welkom op het schoolplein vanaf een kwartier voor de aanvang van de lessen. Vanaf dan is er ook surveillance door twee van de leerkrachten. De kinderen van de groepen 1-2 mogen ’s morgens direct naar hun groepslokaal en ’s middags blijven ze bij mooi weer buiten spelen. Ook daar is er surveillance aanwezig vanaf 12.45 uur. Graag wijzen we u er op dat de deuren en hekken naar de ingang van de groepen 1-2 een kwartier na aanvang van de lestijden worden afgesloten. Zo ook de deur bij groep 3 zodat ieder tijdens schooltijd gebruik dient te maken van de hoofdingang. Wanneer de school uit gaat is het de bedoeling, dat alle kinderen de school verlaten. De leerlingen van de groepen 1 t/m 4 worden door de leerkracht tot aan het hek gebracht. Daar wachten de leerkrachten tot alle ouders/ verzorgers hun kinderen hebben opgehaald. 10.6 Preventie schoolverzuim Gelukkig vindt er op onze school weinig of geen ongeoorloofd schoolverzuim plaats. Mocht dit echter toch voorkomen, dan wordt er eerst aan de ouders over het hoe en waarom gevraagd. Mocht dit echter geen bevredigend antwoord geven, dan wordt de leerplicht-ambtenaar hiervan op de hoogte gesteld.

10.7 Extra verlofregeling Wanneer ouders voor hun kinderen buiten de vakanties en vrije dagen om verlof willen, dan dient men een maand vooraf op een speciaal hiervoor gemaakt formulier, dat verkrijgbaar is bij de schoolleiding, zijn wensen met redenen omkleed, kenbaar te maken. Dit verzoek gaat naar de leerplichtambtenaar voor advies. Dit advies is bindend en wordt door de leiding van de school integraal overgenomen. Deze procedure is enige jaren geleden tot stand gekomen in overleg met de leerplichtambtenaar en de directies van de scholen in de Gemeente Hulst. 10.8 Klachtenprocedure Waar mensen met elkaar omgaan kunnen moeilijkheden ontstaan. We gaan er van uit, dat met een goed gesprek al veel / zoal niet alle van deze moeilijkheden kunnen worden opgelost. Jammer genoeg lukt dit niet altijd. Dan is het goed onderstaande procedure te volgen. Per 1-8-1998 is de Kwaliteitswet voor het onderwijs van toepassing. Dit houdt o.a. in dat scholen voor primair en voortgezet onderwijs een regeling moeten hebben voor de behandeling van alle klachten die op een school kunnen voorkomen. Onze Stichting Katholiek Onderwijs Hulst heeft zich hiervoor aangesloten bij de Stichting KOMM (Klachten Over Machts Misbruik) en heeft daarmee ook de klachtenregeling van deze stichting overgenomen. Hieronder leest u wat dat betekent als u een klacht heeft. Dit is slechts een samenvatting. Wilt u een klacht indienen, vraag dan op school om de volledige klachtenregeling en toelichting. Mochten er problemen zijn, dan is het natuurlijk prettig dat u dit eerst probeert op te lossen met de direct betrokkene(n). Wanneer dit niet naar tevredenheid verloopt, kunt u contact opnemen met de directie. Mocht dit ook geen oplossing bieden, dan heeft onze school een procedure voor melding en afhandeling van eventuele klachten. Het model klachtenregeling van de klachtencommissie Stichting KOMM is voor onze school vastgesteld. Hierin is de procedure opgenomen die gevolgd kan worden als er een klacht is. De regeling heeft betrekking op machtsmisbruik op school, seksuele intimidatie, ernstige vormen van pesten, discriminatie, racisme, agressie en lichamelijk geweld en overige klachten. De Stichting KOMM is een onafhankelijke regionale klachtencommissie. Wat kunt u doen bij problemen of klachten? Voor problemen en klachten op school kunt u allereerst terecht bij de eigen leerkracht. Indien u uw klacht niet met de leerkracht wenst te bespreken, kunt u met de interne contactpersoon contact opnemen. De interne contactpersoon heeft geheimhoudingsplicht. Dit betekent dat er alleen met uw toestemming aan anderen informatie gegeven mag worden. Indien de klacht niet wenselijk wordt opgelost, kan met het bestuur van de school worden overlegd.

Wat doet de interne contactpersoon? - Luistert naar de klacht. - Geeft informatie over de klachtenprocedure. Eventueel verwijzen naar externe instanties. - Contact houden met de ouders/leerling. De interne contactpersoon van onze school is: K. van Ommen- van Til Eventueel kunt u ook direct een klacht indienen bij de klachtencommissie Stichting KOMM. De klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bestuur van de school over de te nemen maatregelen. De leden van de klachtencommissie hebben onder andere deskundigheid op het gebied van arbeidsrecht, seksueel geweld en onderwijs. De klachtencommissie is bereikbaar via: Stichting KOMM t.a.v. Mw. A. de Koning- Meeus Postbus 75 4850 AB Ulvenhout tel. 06 – 1058 5367 Vertrouwensinspecteur: Voor een onafhankelijk advies in geval van een klacht, kunt u ook contact opnemen met de vertrouwensinspecteur: centraal meldpunt: tel. 0900-111 3 111, op werkdagen tussen 8.00 uur tot 17.00 uur Tot slot. Natuurlijk hoopt iedereen dat het nooit nodig zal zijn om een klacht in te dienen. De school voelt zich, samen met u, verantwoordelijk voor het realiseren van een veilige school met een prettig pedagogisch klimaat. 10.9 Internet Vanaf oktober 2000 is de informatie over onze school ook te vinden op het Internet. U vindt deze informatie onder www.bsnobelhorst.nl. U komt dan op de verzamelpagina van Stichting Katholiek Onderwijs Hulst, wanneer u de foto van Nobelhorst aanklikt komt u op onze website. Ook vindt u hier een fotoalbum over alledaagse gebeurtenissen op school. Mocht u als ouder, bezwaar hebben tegen een afbeelding van uw kind op het www-net, dan verzoeken we u dit bezwaar kenbaar te maken bij de directie van de school. Op onze school zullen de kinderen de komende jaren steeds meer gebruik gaan maken van moderne communicatiemiddelen als Internet en e-mail. De school zal proberen om de leerlingen in een zo veilig mogelijke internet- en emailomgeving te laten werken. Er wordt geprobeerd de leerlingen zo veel mogelijk met gerichte zoekopdrachten te laten werken om vrijblijvend surfgedrag te beperken/te voorkomen. De school moet er zorg voor dragen dat de leerlingen op school tekst en uitleg krijgen over het gebruik en misbruik van Internet. De school kiest er niet voor om te gaan werken met

filters. De school kiest ervoor om samen met de leerlingen manieren te vinden om op een verantwoorde manier te kunnen werken met Internet. Het samen in de klas hierover praten, het maken van afspraken en vaststellen van regels, het bijbrengen van een goede instelling en sociale controle spelen hierbij een zeer belangrijke rol. In de klassen waar met Internet en e-mail wordt gewerkt, worden samen met de kinderen klassenregels afgesproken. 10.11 Gsm e.d. Alle digitale informatie- en communicatiedragers staan tijdens de lessen en op het schoolplein uit en zijn opgeborgen. Gebruik van een mobiele telefoon of mp3-speler is zowel op het schoolterrein als tijdens schoolactiviteiten elders niet toegestaan. Het maken van opnamen (geluid, video, foto’s en dergelijke) is zowel in en om de school als tijdens schoolactiviteiten elders altijd verboden. Ouders kunnen immers altijd via het telefoonnummer van de school hun kind(eren) bereiken dan wel een bericht doorgeven; dit geldt ook voor de leerlingen, indien nodig kunnen zij altijd (na verzoek) de telefoon van school gebruiken. Bij overtreding wordt de gsm of dergelijke voor een dag ingenomen. Bij herhaling voor een week en worden de ouders verwittigd. 10.12 Inspectie van het onderwijs Het toezicht op het functioneren van de school door de schoolinspectie wordt jaarlijks vastgesteld op basis van een risicoanalyse. Deze analyse wordt gemaakt aan de hand van gegevens van: *De onderwijsopbrengsten, de CITO eindtoets basisonderwijs en de opbrengsten van het CITO leerlingvolgsysteem groep 1 t/m 8. *Het schoolplan In het schoolplan beschrijft de school haar visie op onderwijs. Hoe het onderwijs is georganiseerd en welke methoden en zij daarbij gebruikt. Tevens wordt in het schoolplan beschreven hoe de school de kwaliteit van het onderwijs bewaakt en wat de school de komende vier jaar gaat ondernemen om de kwaliteit van het onderwijs verder te ontwikkelen. *Het jaarplan (komt voort uit het schoolplan) In het jaarplan geeft de school aan wat zij onderneemt in het betreffende schooljaar om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen en te verbeteren. *De schoolgids voor ouders. *De uitkomsten van een schoolbezoek door de inspectie. Al deze gegevens moeten aan bepaalde kwaliteitsnormen voldoen, gerelateerd aan de mogelijkheden van de school. Afhankelijk van de uitslag van deze kwaliteitsanalyse wordt het verdere toezicht voor het komende schooljaar bepaald. In juni 2014 heeft de school het laatste inspectiebezoek gehad. Meer informatie hierover vindt u op de site van de onderwijsinspectie.

Vragen over het onderwijs in het algemeen of aan de inspectie in het bijzonder kunnen bij een “loket“ binnenkomen n.l. Postbus 51. Contact :Inspectie van het onderwijs [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs 0800-8051 (gratis) 10.13 Tot slot Wij hebben getracht om u een zo volledig en goed mogelijk beeld van onze school te geven. Opmerkingen of suggesties zijn van harte welkom. We hopen, dat u met plezier onze schoolgids heeft gelezen. 11. NAMEN 11.1 Schoolbestuur Onze school maakt deel uit van de Stichting Katholiek Onderwijs Hulst. Deze stichting beheert een drietal scholen nl.: Basisschool Nobelhorst, Basisschool Moerschans, St. Willibrordusschool Het adres van de Stichting is: Stichting Katholiek Onderwijs Hulst Postbus 198 4560 AD Hulst 11.2 Medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad bestaat uit zes leden. Drie leden zijn gekozen door het onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel en drie leden zijn gekozen door de ouders van de leerlingen. In het schooljaar 2015-2016 hebben de volgende leden zitting in de raad: Oudergeleding: Mevr. Joriska Zilverschoon ( mama van Alexander gr 1-2a. Sofia gr 3) Mevr. Veronique Verdurmen ( mama van Claire gr 3, Lukas gr 5, Joris gr 7) Mevr. Bianca. Valckx ( mama van Jasmijn gr 6, Linde gr 3) Personeelsgeleding: Mevr. Ceciel Bonte Mevr. Hélène Pauw Dhr. Rudi Ivens De heer Ivens en mevrouw Verdurmen maken ook deel uit van de GMR van SKOHulst.

11.3 Ouderraad In het schooljaar 2015-2016 hebben de volgende leden zitting in de ouderraad: Mevr. Wendy v.d. Walle ( mama van Daan gr 3 en Niek gr 1-2a) Mevr. Annelies de Waal ( mama van Mara gr 7) Mevr. Evie de Bakker ( mama van Rick gr 5 en Wout gr 3) Dhr. Peter Aerts ( papa van Lieze 1-2a, Meike gr 4, Daan gr 7) Mevr. Annemarie v. Goethem ( mama van Youp gr 1-2a, Sjoerd gr 4, Maxim gr 7) Mevr. Nataschja Malefason ( mama van Lieke gr 3) Mevr. Monique Barendswaard ( mama van Colin gr 1-2a) Mevr. Caroline Maes ( mama van Estelle gr 1-2b) De ouderraad is naast persoonlijk contact ook bereikbaar via de mail: [email protected] 11.4 Wie werken er op onze school? Locatieleider: Kitty van Ommen- van Til Plaatsvervangend locatieleider: Bert Everaard Groep 1-2a Helene Pauw- Biesbroeck Groep 1-2b Els van Campenhout- v.d. Kinderen Groep 3 Marleen de Rijcke- Lambert : maandag, dinsdag, woensdag Ceciel de Waal - Bonte : donderdag, vrijdag Groep 4 Angelique de Beule Groep 5 Annette Houg Groep 6 Rudi Ivens Groep 7 Inge Kindt : maandag, dinsdag, woensdag Marjan Verstraeten- Warlé : donderdag, vrijdag Groep 8 Ben Huisman Zorgcoördinator: Marjan Verstraeten- Warlé :dinsdag en woensdag Begeleiding levelwerkgroep: dinsdagmiddag: Kitty van Ommen Compensatieverlof en BAPO -invulling: In groep 1-2a: op maandag Brigitte Freijzer In groep 1-2b: 13 x op maandag Evelien Spinnewijn In groep 6 : Ceciel Bonte 21 x op maandag Bert Everaard 31 x op vrijdag In groep 8 : Bert Everaard 34 x op maandag Martine de Bruijn op enkele vrijdagen. Angelique de Beule in onderbouwweek

1. SCHOOLTIJDEN EN VAKANTIES Schooltijden Ochtend Maandag 8.30-11.45 8.30-11.45 Dinsdag Woensdag 8.30-12.00

Middag 13.00-15.15 13.00-15.15 Groep 1 t/m 8 vrij Donderdag 8.30-11.45 13.00-15.15 8.30-11.45 13.00-15.15 Vrijdag Gr 1 t/m 4 vrij

Vakanties schooljaar 2015-2016 Onderbouw Herfstvakantie 26-10-‘15 tm 30-10-‘15 Kerstvakantie 21-12-’15 tm 01-01-‘16 Voorjaarsvakantie 08-02-’16 tm 12-02-‘16 2e Paasdag 28-03-‘16 Meivakantie 02-05-’16 tm 16-05-‘16 Onderbouwweek 13-06-’16 tm 17-06-‘16 Zomervakantie 22-07-‘16 tm 02-09-‘16

Bovenbouw 26-10-‘15 tm 30-10-‘15 21-12-’15 tm 01-01-‘16 08-02-’16 tm 12-02-‘16 28-03-‘16 02-05-’16 tm 16-05-‘16 Niet van toepassing 22-07-‘16 tm 02-09-‘16

Eerste schooldag in nieuwe schooljaar ( 2016-2017) voor alle groepen: maandag 5 september 2016 12 TSO en BSO: Tussenschoolse opvang en Buitenschoolse opvang 12.1 Tussenschoolse opvang op Basisschool Nobelhorst De school is bij wet verplicht om aan ouders de gelegenheid te geven hun kind over te laten blijven en om zorg te dragen voor de organisatie hiervan. Het overblijven wordt georganiseerd door 6 vrijwilligers en wordt gecoördineerd door Maryse van Duijse. De meeste vrijwilligers hebben hiervoor de cursus "Training Tussen Schoolse Opvang" gevolgd. Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag is er de mogelijkheid om over te blijven. Kosten : U kunt een abonnement nemen wanneer uw kind 1 of meerdere dagen vast overblijft. € 160 voor vier dagen per week ;€ 120 voor drie dagen per week € 80 voor twee dagen per week ;€ 40 voor één dag per week

U heeft de mogelijkheid om de abonnementen in termijnen te betalen. Regeling betaling : U dient het betreffende bedrag over te maken op rekeningnummer: nl 44 rabo 01507.01.179 van de Rabobank te Hulst, ten name van “Stichting Katholiek Onderwijs Hulst” met de vermelding van de leerling, de groep van de leerling, de naam van de school en de code 2978511 / 413317. Incidenteel overblijven Het kan natuurlijk ook voorkomen dat een leerling zomaar eens een enkele keer over moet blijven. In dit geval wordt er gebruik gemaakt van een strippenkaart. Deze strippenkaart kan door alle kinderen van het gezin gebruikt worden en blijft geldig tot en met groep 8. Mocht er eventueel bij verlaten van de school nog tegoed staan op de strippenkaart dan krijgt u het restant teruggestort. De kosten voor de strippenkaart zijn € 15 Deze kaart is goed voor 10x overblijven. NB We zijn altijd op zoek naar ouders die ondersteuning willen bieden bij het overblijven!!!!!!! Voor inlichtingen en voorwaarden informatie bij Maryse van Duijse (administratie).

Overblijfreglement TSO Nobelhorst Het overblijven op school is mogelijk op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag. De tussenschoolse opvang is bedoeld voor kinderen waarbij er NIEMAND tussen de middag thuis is. De volgende regels worden gehanteerd : • TSO Nobelhorst werkt met de “gouden regels”van de school • Uw kind moet aangemeld zijn via het inschrijfformulier van de TSO. • De kinderen verzamelen om 11.45 uur op het grote plein waar ze een even kunnen uitwaaien. • Om 11.50 uur gaat de bovenbouw naar binnen om te eten. Wij eten in de aula. • Om 12.10 gaat de bovenbouw naar buiten en gaat de onderbouw eten. Wij helpen de kinderen een plaatsje te zoeken. • Spelletjes, boeken e.d. worden in de tassen gelaten, om misverstanden te voorkomen. • Tijdens het eten dragen de kinderen geen petten, haardoekjes en mutsen. • Wij raden u aan om drinken in een plastic beker mee te geven; dus geen blikjes of pakjes drinken. Dit is beter voor het milieu! Gelieve geen snoep mee te geven, maar liever fruit. • Als iedereen zit, vragen wij om stilte voor gebedskruisje en mogen we beginnen met eten. De kinderen krijgen thee / melk van school. • Om 12.30 uur gaan we alles terug in de tassen doen en daarna bij droog weer naar buiten met het buitenspeelgoed van de overblijf. • Bij regen blijven alle groepen binnen en eten we gezamenlijk. De groepen 1-2 en 3-4 eten dan in een onderbouwlokaal. Na het eten ruimen we alles op en mogen de kinderen binnen spelletjes spelen. • Om 12.45 uur doet de leerkracht de hoofdpoort open en gaat iedereen naar zijn eigen plein onder toezicht van leerkrachten.

• Wij verwachten dat uw kind zich ordelijk gedraagt tijdens de overblijf, indien het kind regelmatig gestraft moet worden, wordt de leerkracht en de ouders hiervan op de hoogte gesteld. Mocht er wat uw kind betreft bepaalde bijzonderheden zijn, waarvan u het belangrijk vindt dat de overblijfkrachten in kennis gesteld worden, dan kunt u contact opnemen met overblijfcoördinator Wendy Bours 12.2 Buitenschoolse opvang op Basisschool Nobelhorst. BSO “Tivoli/Nobel” Op onze school is er ook de mogelijkheid tot buitenschoolse opvang. Deze BSO is mogelijk door de samenwerking met Kinderopvang Tivoli. Hieronder volgt een uiteenzetting van hun werkwijze: In de groep wordt een niet-schoolse sfeer nagestreefd en de groep is ingericht naar de behoeften van de schoolgaande kinderen. In de woonkamer kunnen de kinderen samen spelen, eten en drinken. Er is een ruime keuze aan spel en – knutselmateriaal alsmede computer- en audiomateriaal. De kinderen hebben zowel binnen als buiten de ruimte om met kameraadjes te spelen en om individueel te spelen. Er worden dagelijks activiteiten aangeboden, waar de kinderen aan mee kunnen doen. In overleg met groepsleiding, bestaat de mogelijkheid dat de kinderen worden begeleid met hun huiswerk. Dus volop speelplezier en begeleiding voor de kinderen na school. Voor de ouders bieden wij de zekerheid dat zij hun kinderen met een gerust hart en onder goede voorwaarden aan de BSO toe kunnen vertrouwen. U betaalt namelijk alleen voor wat u afneemt of reserveert. Bel voor meer informatie: A. Geene 310860 Of mail naar : [email protected]