Schoolgids 2015-2016 Sjaloom Chaverim, Sjaloom Chaverim, Sjaloom, Sjaloom Lehitraot, lehitraot, Sjaloom, Sjaloom
Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij onze schoolgids aan. Welkom! Wij zijn trots op onze school en hebben dan ook met plezier onder woorden gebracht, hoe we de zorg voor onze leerlingen en het geven van onderwijs van goede kwaliteit willen waarmaken. Wij zijn er ook heel trots op dat de Inspectie van het Onderwijs in het meest recente rapport na het schoolbezoek onze school een compliment heeft gegeven voor de wijze waarop onze school zichtbaar het beste uit de kinderen weet te halen en wij zijn er trots op dat het eindoordeel van de Inspectie is dat onze school goede eindopbrengsten heeft en dat de kwaliteit van het onderwijs op orde is. Ook zijn wij er trots op dat onze opbrengsten en eindresultaten maken dat wij bij de beste scholen van Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg horen. Waarom een schoolgids? Ouders hebben in toenemende mate behoefte aan informatie over het onderwijs. Dat kan zijn omdat ze een school moeten kiezen voor hun kind. Het is ook mogelijk dat ze hun kind reeds op een school hebben zitten en willen weten hoe de organisatie in elkaar zit en wat de kwaliteit van het onderwijs is. De schoolgids bevat ook informatie over de doelen van de school, de voorzieningen voor leerlingen met specifieke behoeften, de wijze waarop onderwijstijd wordt benut en de vrijwillige ouderbijdrage. De schoolgids kan ook als praktische vraagbaak gebruikt worden, voor namen, adressen, regelingen, kosten, tijden en data. Ook staan in de schoolgids de rechten en plichten van ouders, leerlingen en het bevoegd gezag. Een verplicht onderdeel voor de schoolgids is informatie over de klachtenregeling en hoe u die kunt opvragen. Wat staat er in de schoolgids? In de schoolgids wordt verteld over de Sjaloomschool, de schoolbevolking, het personeel, de schoolorganisatie, de inrichting van het onderwijs, de zorg voor de leerlingen, de rol van de ouders en de resultaten van het onderwijs.Op school gaat het niet alleen om het leren. Dat kunt u duidelijk in deze gids constateren. Naast het leren en begeleiden van de kinderen bij hun ontplooiing, zijn er voor ons nog andere belangrijke punten. Op onze school wordt steeds getracht de zaken vanuit een protestants christelijke levensbeschouwing te benaderen. Dat betekent, naast de Bijbelverhalen, bidden, zingen en vieringen, ook een bepaalde manier met elkaar en je omgeving omgaan. Daarin hebben de leerkrachten een voorbeeldfunctie naar de kinderen. Voor ouders die een andere levensbeschouwing hebben, maar hun kind toch onderwijs willen laten volgen op onze school, staat deze mogelijkheid open. Zij dienen dan wel de levensbeschouwing van de school te respecteren. Uitreiking schoolgids Alle ouders van de school krijgen aan het begin van het schooljaar via de tweewekelijkse informatiebrief het Sjaloombabbeltje (ook wel de Babbel genoemd) gemeld dat de nieuwste schoolgids op de website is geplaatst. www.sjaloomschool.nl. Ouders kunnen desgewenst doorgeven dat zij de schoolgids graag per email willen ontvangen. Ook nieuwe ouders kunnen de schoolgids per email ontvangen. Actuele informatie De schoolgids verschijnt eenmaal per jaar en kan dus nooit helemaal actueel zijn. Het is voor de ouders dus heel belangrijk om de Babbel goed te lezen en eventueel te bewaren. U kunt de Babbel ook altijd lezen op de website.: www.sjaloomschool.nl. Deze schoolgids is met grote zorgvuldigheid samengesteld. Mocht u desondanks nog aanvullingen, suggesties of opmerkingen hebben ter verbetering, dan stellen wij uw reactie zeer op prijs. Wij hopen door middel van deze schoolgids de duidelijkheid in het schoolgebeuren te vergroten en hopen daarmee ook, u als ouders de stimulans te geven om nog meer bij het onderwijs aan uw kind(eren) betrokken te zijn. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
1
De SJALOOMSCHOOL, een toekomstgerichte school, die vanuit een christelijke traditie kinderen vormt en toerust voor onze maatschappij! Wij vinden het belangrijk dat wij een school zijn: waar kinderen zich geborgen en veilig kunnen voelen; waar kinderen gestimuleerd worden tot presteren naar vermogen; waar kinderen gevormd worden tot zelfstandigheid en tot handelen vanuit christelijke normen en waarden;
waar bij minder goede prestaties, moeilijker gedrag of concentratieproblemen, de juiste en adequate hulp wordt geboden om de ontwikkelingskansen van kinderen te bevorderen; waar ouders zich betrokken bij voelen; waar de kwaliteit van het onderwijs optimaal is; waar de leerkrachten zich volledig inzetten; waar de voorzieningen goed zijn. Een school is altijd in beweging. Er komen nieuwe kinderen en nieuwe ouders, de overheid verandert steeds allerlei regelingen en de maatschappij is in ontwikkeling. Wij spelen daarop in. Wat in deze gids staat mag u van ons verwachten en daar kunt u ons altijd op aanspreken. Het team van de Sjaloomschool
Protestants- Christelijke basisschool Sjaloomschool Stadhoudersdreef 65 2224 BP Katwijk Telefoon: 071-4015768 Email:
[email protected] Website: www.sjaloomschool.nl Directie: mw. Joan de Jong Telefoon privé: 06-28453615 Interne begeleiders: mw. Adri van Dommelen en mw. Jenny Homan
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
2
Inhoudsopgave 1.
De school 1.1 Richting 1.2 Stichting Protestants- Christelijk Onderwijs Katwijk (PCOK) 1.3 Directie 1.4 Situering van de school 1.5 Schoolgrootte
5 5 6 6 6 6
2.
Waar de school voor staat 2.1 Identiteit 2.2 Missie 2.3 Uitgangspunten 2.4 Wat vinden wij belangrijk? 2.5 Het klimaat van de school 2.6 Contact 2.7 Hoe gaan wij met elkaar om?
6 7 7 8 8 9 10 10
3.
De organisatie van het onderwijs 3.1 De organisatie van onze school 3.2 Wie werken er in de school? 3.3 Taakverdeling in de school 3.4 Ondersteuners 3.5 Wat leren de kinderen op onze school? 3.6 Speciale activiteiten 3.7 Gebruik van leer- en hulpmiddelen 3.8 Groepering leerlingen 3.9 Computers op school 3.10 Speciale voorzieningen in het schoolgebouw
11 11 12 12 13 14 19 19 20 20 20
4.
De zorg voor kinderen 4.1 Nieuwe leerlingen in de school 4.2 Leerlingvolgsysteem 4.3 Passend onderwijs 4.4 De onderwijsbehoefte van leerlingen 4.5 De overgang van de leerlingen naar het voortgezet onderwijs 4.6 Overgang naar een andere groep 4.7 Naschoolse activiteiten voor de kinderen 4.8 Buitenschoolse activiteiten voor kinderen 4.9 (Anti)Pestprotocol en Kanjertraining
21 21 21 21 24 25 26 26 27 27
5.
De leraren 5.1 Wijze van vervanging van ziekte, ADV, BAPO, studieverlof, scholing 5.2 De onderwijsassistente 5.3 De begeleiding en inzet van studenten 5.4 Nascholing 5.5 Kwaliteitszorg
28 28 29 29 29 29
6.
De ouders 6.1 De betrokkenheid van ouders 6.2 Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school 6.3 Inspraak 6.4 Klassenouders 6.5 Ouderactiviteiten
30 30 30 31 32 32
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
3
6.6 Overblijven 6.7 Contact en overleg met leraar over kind betreffende leervorderingen 6.8 Klachtenprocedure 6.9 Ouderbijdrage, vrijwillig maar niet vrijblijvend 6.10 Schoolverzekering voor leerlingen 6.11 Sponsoring
32 33 33 34 35 35
7.
De ontwikkeling van het onderwijs in de school 7.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school 7.2 School en omgeving
35 35 36
8.
De resultaten van het onderwijs 8.1 Voortgezet onderwijs
37 37
9.
De regeling school- en vakantietijden 9.1 Schooltijden 9.2 Regels voor aanvang en einde schooltijd 9.3 Ziekmeldingen 9.4 Vakantierooster 2015-2016 9.5 Leerplicht en verzoeken om extra vrij dagen of vakantie 9.6 Met de leraren spreken
38 38 38 38 39 39 40
10.
‘Huishoudelijke zaken” 10.1 Financiën 10.2 Oud-papier 10.3 Gymnastiek 10.4 Schoolmelk 10.5 Eten en drinken in de pauze/ bij het overblijven 10.6 Verjaardagen 10.7 Fietsen 10.8 Schoenen 10.9 Plakboek 10.10 Abonnementen 10.11 Bedrijfshulpverlener (BHV-er) 10.12 Schoolfotograaf 10.13 Werk afmaken/ klassendienst/ nablijven 10.14 Huiswerk 10.15 Leermiddelen 10.16 Rookbeleid 10.17 Honden 10.18 Hoofdluis 10.19 Verkeersveiligheid 10.20Schoolgeschiedenis 10.21 Veiligheid op school 10.22 Informatie
40 40 40 41 41 41 41 42 42 42 42 42 42 42 43 43 43 43 43 44 44 45 45
11.
Peuterspeelzaal en Voor- en naschoolse opvang 11.1 Peuterspeelzaal De Torteltuin (PCPK) 11.2 Voor- en naschoolse opvang Sea Kids (KOK)
45 45 45
12.
Slotwoord en Bijlagen (diverse protocollen en regels/afspraken)
46 e.v.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
4
1. 1.1
De school Richting
De Sjaloomschool is een Protestants- Christelijke basisschool in de wijk Cleijn Duin in Katwijk, en onderdeel van de Stichting voor Protestants- Christelijk Onderwijs Katwijk, die 7 basisscholen beheert. De grondslag van deze Stichting is geformuleerd in artikel 2 van de Statuten: 1. De Stichting heeft tot grondslag de Bijbel als Gods Woord naar de belijdenis van de kerken der Reformatie in Nederland. 2. Haar beginsel is dat de opvoeding en het onderwijs aan de kinderen in overeenstemming moeten zijn met de grondslag van de Stichting PCOK. Wij proberen een christelijke school te zijn, waarbij wij ons onderwijs baseren op de waarden en normen uit de christelijke traditie. Vanuit onze christelijke geloofsovertuiging zijn wij ervan overtuigd dat ieder kind mag zijn zoals hij/zij is. Ieder kind is een uniek schepsel en heeft daardoor eigen bestaansrecht. Wij proberen de kinderen respect voor elkaar bij te brengen. “Laat iedereen in zijn/haar waarde” is een belangrijke stelregel op de Sjaloomschool. Ieder mens is waardevol en als zodanig heeft ieder mens ook recht op waardering. Respect en waardering voor een ander is geen gunst, maar “de normaalste zaak van de wereld” . Het bovenstaande mag geen “lege” aanduiding zijn, maar betekent dat de Bijbel centraal staat bij het leren en onderwijzen. Wij geloven dat God ons leidt en daarom proberen wij Zijn Woord, zoals dat in de Bijbel tot ons komt, richting – en maatgevend te laten zijn in ons doen en laten. In ons onderwijs willen wij daarom de kinderen vertrouwd maken met de inhoud van de Bijbel en deze proberen te vertalen naar de tijd waarin wij leven. Hiermee tracht de Sjaloomschool een bijdrage te leveren aan de geestelijke vorming en zo richting te geven aan het leven van de kinderen die ons zijn toevertrouwd. Zie ook hoofdstuk 2. 1.2
Stichting voor Protestants-Christelijk Onderwijs te Katw ijk:
De Stichting voor Protestants- Christelijk Onderwijs te Katwijk, beter bekend als de PCOK, is een zelfstandige organisatie die zich richt op het verzorgen van kwalitatief hoogstaand basisonderwijs in Katwijk. Ruim 2.000 leerlingen bezoeken onze 7 basisscholen en meer dan 180 medewerkers zijn dagelijks betrokken bij het lesgeven en mogelijk maken van goed onderwijs. Er wordt gewerkt vanuit een duidelijk protestants christelijke levensovertuiging. Wij proberen niet alleen kennis, maar ook normen en waarden, respect en naastenliefde op Bijbelse grondslag over te brengen. In principe zijn alle kinderen welkom mits men respect toont voor het levensbeschouwelijke karakter van de school. Kinderen dienen mee te doen met de expliciete godsdienstige uitingen van de school. De scholen staan allemaal in Katwijk aan den Rijn en Katwijk aan Zee. Deze scholen vallen onder het bestuur van de PCOK en werken nauw samen op het gebied van identiteit, personeelsbeleid, financiën, onderhoud en kwaliteit. Tot de Stichting PCOK behoren: Marnixschool, Colignyschool, Farèlschool, Christelijke Opleidingsschool, Duinroos (locatie Zanderij en locatie Otto Baron), W. van Veenschool en Sjaloomschool. Bestuur: Het bestuur van de Stichting PCOK wordt gevormd door een Raad van Beheer en de directeur-bestuurder. Gezamenlijk zijn ze het bestuur van de Stichting. De heer Rindert Venema is als directeur-bestuurder het bevoegd gezag van de Stichting. Hij is tevens belast met de dagelijkse leiding van de Stichting. De Raad van Beheer heeft een toezichthoudende taak. Gemiddeld 10 keer per jaar legt de directeur-bestuurder _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
5
verantwoording af aan de toezichthouders. Postadres: Bestuurskantoor PCOK T.a.v. R.P.R. Venema, directeur-bestuurder Postbus 2023 2220 BA Katwijk ZH E-mail: Algemeen: Personeelszaken: Bouwzaken:
[email protected] [email protected] [email protected]
Bezoekadres: Bestuurskantoor PCOK, Abeelplein 40, 2225 NH Katwijk ZH Tel. (071) 408 25 04 Openingstijden: op werkdagen van 8.00 - 16.30 uur. Website: www.stichtingpcok.nl 1.3
Directie Sjaloomschool
Op dit moment wordt de directie gevormd door: Mevr. J.A. de Jong directeur. Zij is voor alle schoolzaken aanspreekbaar. 1.4
Situering van de school
De school ligt in de wijk Cleijn Duin in Katwijk. Het is al ruim 43 jaar de Protestants- Christelijke school in de wijk. De leerlingen komen uit alle lagen van de samenleving. De school heeft een hoofdgebouw bestaande uit 8 lokalen (in het 9e lokaal is peuterspeelzaal “De Torteltuin” gehuisvest) en een dislocatie die op 20 meter afstand van het hoofdgebouw op het schoolplein ligt. In de dislocatie zitten de leerlingen van groep 1/2A en 1/2B, en in de hoofdlocatie de groepen 3 – 8. In de aula vindt de tussenschoolse opvang plaats (het overblijven). 1.5
Schoolgrootte
De school heeft bij aanvang van het schooljaar 2015-2016 ongeveer 140 leerlingen verdeeld over 7 groepen. Er werken in schooljaar 2015-2016 16 medewerkers op de school, verdeeld over directie, onderwijzend personeel (leraren) en onderwijs ondersteunend personeel (onderwijsassistente, conciërge en schoonmaker in eigen dienst). Er is personeel met een volledig dienstverband, maar er wordt het meest gewerkt in deeltijd. Er wordt naar gestreefd het aantal leerkrachten voor een groep kinderen te beperken maar dat zal niet altijd mogelijk zijn.
2. 2.1
Waar de school voor staat Identiteit en levensbeschouwelijke ontwikkeling
De Sjaloomschool is een Protestants- Christelijke basisschool wat inhoudt dat wij een bijdrage willen _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
6
leveren aan de geloofsopvoeding van kinderen. Uw kind op een Protestants- Christelijke school betekent niet dat de school de verantwoordelijkheid voor de geloofsopvoeding geheel op zich neemt. De basis zal in het gezin gelegd moeten worden. Ook de kerk heeft haar eigen functie daarin. De school kan en wil wel een bijdrage leveren. Wij willen werken aan een doelbewuste levensbeschouwelijke vorming. We hebben aandacht voor het kind en zijn ontwikkeling. We vragen ons steeds af wat voor de kinderen echt ‘wetenswaardig’ is. Wat betekent echt iets voor de oriëntatie in de wereld en het leven? Wat geeft de kinderen de kans om te groeien? Tijdens de godsdienstlessen komen Bijbel verhalen aan de orde. Belangrijke levensvragen worden besproken en bij het zoeken naar antwoorden spelen eigen ervaringen van kinderen een grote rol. Normen en waarden krijgen zo een kader, respect voor de ander en naastenliefde zijn sleutelwoorden. Er is aandacht voor tradities en kerkelijke feestdagen. Op deze manier wil de school een bijdrage leveren aan de christelijke vorming van kinderen. Daarbij zijn de mentaliteit en de werksfeer van het grootste belang. Dit betekent dat wij: - kinderen eigentijds in aanraking brengen met het unieke christelijke geloof; de leerlingen doen mee aan alle activiteiten rondom de christelijke geloofsbeleving, ongeacht hun eigen levensovertuiging (identiteitscode); - het kind leren dat een mens er ook moet zijn voor God en voor de ander, dichtbij of veraf; - kinderen een veilige en liefdevolle omgeving verschaffen, waarin zij gestimuleerd wordt zichzelf te ontplooien en waarin zij onbekommerd hun plaats temidden van andere kinderen kunnen innemen; - de mogelijkheid die elk kind in zich heeft als basis nemen voor ons handelen; - kinderen leren open de maatschappij en medemens tegemoet te treden, zonder last van vooroordelen. Dat begint al met elk kind te leren de ander te respecteren en te accepteren. Bovenstaande aspecten hebben alles te maken met de religieuze opvoeding, waarvan het leren van verwondering, eerbied en ontvankelijkheid voor God en Zijn Schepping de kenmerken zijn. Deze religieuze opvoeding zien wij als voorwaarde voor de geloofsopvoeding: het in aanraking brengen van de kinderen met christelijk geloof.
2.2
Missie
De school wil met het onderwijs een rechtvaardige en duurzaam leefbare samenleving helpen verwezenlijken. De verbondenheid met de medemens staat hierbij centraal. De school is ervan overtuigd dat de wereld kan worden veranderd. Dit kan natuurlijk niet zonder het leveren van inspanningen en het brengen van offers. Leerlingen moeten daarom hun eigen mogelijkheden ontdekken en verantwoordelijkheid leren dragen. Eigen ontplooiing kan alleen mogelijk zijn als je voldoende respect en zorg voor je naaste voelt. In een sterk geïndividualiseerde maatschappij, waarin competitiedrang en materialisme hoogtij vieren, proberen wij op onze school kinderen bij te brengen dat het in de wereld van nu ook om andere dingen gaat. Het onderwijs biedt een zo breed mogelijke vorming, die de leerlingen in staat stelt hun capaciteiten optimaal te ontwikkelen. Dit moet onder meer tot uitdrukking gebracht worden door goede onderwijsresultaten. Als deze opdracht slaagt, dan zal dit zeker zichtbaar worden in het succes van de schoolverlaters in het vervolgonderwijs en in de maatschappij. De school wil zich niet verschuilen achter een houding van neutraliteit, eigenbelang en onverschilligheid. De leerlingen moeten toegerust worden met nieuwsgierigheid, creativiteit en betrokkenheid, op basis van saamhorigheid en zingeving.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
7
2.3
Uitgangspunten
De basisschool ondersteunt ouders bij de opvoeding van hun kinderen en neemt daarvoor specifieke taken op zich. Een groot aantal uren van de dag is het kind bij ons op school en vertrouwt u ons uw kind toe. Een goed contact tussen ouders en school is daarom van groot belang. Onderwijs moet zich breed op het hele kind richten en de blik van de kinderen op de wereld verbreden. Wij streven ernaar om kinderen toe te rusten met kennis en vaardigheden, zodat zij later als zelfstandige, kritische, sociaal en creatief denkende mensen hun eigen weg in de multiculturele samenleving kunnen zoeken. “Je komt op school om te leren “is een veel gehoorde kreet. Dat is nog steeds maar al te waar. Maar leren is meer dan het bijbrengen van kennis. Natuurlijk is het nog steeds een belangrijk onderdeel, maar leren houdt ook in: · leren functioneren en samenwerken in een groep · oplossingen leren zoeken voor problemen op hun niveau · leren zelfstandig te werken en leren leren · leren omgaan met gevoelens van jezelf en die van anderen leren begrijpen en waarderen Op school besteden we niet alleen aandacht aan de verstandelijke ontwikkeling van kinderen, maar ook aan de lichamelijke, creatieve en sociaal-emotionele. Het is de bedoeling dat er een goed evenwicht ontstaat tussen al deze ontwikkelingen , waardoor kinderen zich optimaal kunnen ontplooien. We willen een sociale groep zijn waarin ieder kind zich veilig en geaccepteerd voelt. In een steeds veranderende wereld vol onzekerheden is de school een plek waar je jezelf mag zijn, rekening houdend met anderen, een voorwaarde om tot bloei te kunnen komen. Belangrijk is dat kinderen ervaren dat ze lid zijn van een sociale groep met alle verantwoordelijkheden die daarbij horen. Het is duidelijk dat ieder kind anders is. In het onderwijs houden wij daar rekening mee.
2.4
Wat vinden wij belangrijk?
Binnen onze school leggen wij bepaalde accenten die wij in het werken met kinderen belangrijk vinden en waar wij extra aandacht aan besteden, zoals: dat kinderen met plezier naar school gaan hun sociaal-emotionele ontwikkeling rekening houden met verschillen tussen kinderen het bevorderen van zelfstandigheid in leren en werken en het bewust maken van de eigen verantwoordelijkheid de zorg voor kinderen die extra hulp nodig hebben Een kind dat met plezier naar school gaat, functioneert beter in alle opzichten. Vandaar dat wij ruim aandacht hebben voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Binnen de school besteden we hier veel aandacht aan, tijdens de lessen sociaal-emotionele vorming en tijdens de godsdienstlessen. Elk kind dient tot zijn recht te komen en we zijn alert op discriminatie, pesten en werken aan het voorkomen hiervan. In alle groepen wordt gewerkt met het pestprotocol en we maken gebruik van de goedgekeurde methode voor sociaal- emotionele ontwikkeling, de Kanjertraining. Binnen onze school accepteren we dat kinderen verschillen. Leerkrachten willen tegemoet komen aan deze verschillen door kinderen onderwijs te geven wat betreft vorm, inhoud en timing, het beste bij hun mogelijkheden en behoeften aansluit. Dat betekent niet dat wij individueel onderwijs geven. Maar wel dat het onderwijs zodanig wordt aangepast dat ieder kind in staat gesteld wordt om te leren en zich te ontwikkelen (passend onderwijs). Daarbij erkennen we dat een kind pas in staat is om te leren als voldaan wordt aan de basisbehoeften relatie, competentie en autonomie. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
8
Met relatie bedoelen we: je mag erbij horen, je doet ertoe, je wordt gewaardeerd. Onder competentie verstaan we: je hebt geloof en plezier in eigen kunnen. Met autonomie bedoelen we : je kan iets zelf, je kan verantwoordelijkheid dragen. In de kleutergroepen werken we aan de basisontwikkeling. Het is niet specifiek aan vakken gebonden, maar gaat daar aan vooraf. We proberen hierbij zoveel mogelijk met de kinderen mee te denken, mee te spelen, na te gaan hoe ze zich ontwikkelen en ons onderwijsaanbod hierop aan te passen om zo iedere leerling telkens een stap verder in zijn of haar ontwikkeling te brengen. We werken daarbij zoveel mogelijk vanuit de belevingswereld van kinderen om zo tot optimale betrokkenheid van de leerlingen te komen. Binnen de organisatie en werkwijze van een kleutergroep kunnen we gemakkelijk aansluiten bij de verschillen van de individuele leerlingen. Er wordt gewerkt in thema’ s. Zie bij 3.5. Vanaf groep 3 gaan de methoden een steeds grotere rol spelen en wordt er meer programmagericht gewerkt. We houden dan rekening met verschillen tussen kinderen door ze op verschillende manieren met een onderwerp om te laten gaan. Wie veel aan kan , krijgt naast de gewone stof meer en uitdagender stof om zich te bekwamen. Wie minder aankan krijgt extra hulp en soms een aangepaste taak. Bij deze werkwijze is het van belang dat een kind zelfstandig leert werken. Door zelfstandig werken is er ruimte voor extra ondersteuning van de zwakkere leerlingen en kunnen we inspelen op de individuele mogelijkheden en wensen van kinderen. Vandaar dat wij de zelfstandigheid van kinderen proberen te bevorderen door datgene wat ze zelf kunnen, ze ook te laten doen. Het is belangrijk voor kinderen om zelf verantwoordelijk te zijn voor hetgeen ze doen. Bij zelfstandig werken leert een kind ook taken overzien en indelen. Kinderen leren plannen, problemen oplossen, keuzen maken en beslissingen nemen. Ze kunnen makkelijker samenwerken en elkaar helpen. Ze leren om te gaan met een stukje vrijheid en ze leren ook het plezier kennen van een eigen keuze. Vanaf groep 3 werken de kinderen op dezelfde manier aan zelfstandige (keuze) opdrachten. Kinderen worden hierbij niet zomaar aan hun lot overgelaten, maar door de groepsleerkracht zorgvuldig begeleid en geholpen. Ieder kind is verschillend en het is de taak van de school om met deze verschillen rekening te houden. Daarom hechten wij grote waarde aan een goede zorgstructuur. De zorg voor ieder kind is onze zorg! Via het leerlingvolgsysteem volgen wij de ontwikkelingen en prestaties van onze kinderen. Dit met als doel om opvallende leerlingen tijdig te signaleren en hulp te bieden. We streven ernaar om een kind dat problemen heeft op te vangen en een kind dat meer aan kan extra uitdaging te geven. 2.5
Het klimaat van de school
Mensen gedijen het best in een vriendelijke, open, duidelijke en gezellige omgeving. Zo ook de kinderen op onze school. Rust en regelmaat zorgen ervoor dat er ruimte en aandacht is voor ieder kind. Met de kinderen, de ouders en de leerkrachten zijn er regels en schoolafspraken gemaakt. Respect voor de ander, saamhorigheid, opkomen voor onrecht en veiligheid zijn de sleutelbegrippen. Natuurlijk wordt er wel eens een kind bestraft, maar we steken meer energie in het belonen van positief gedrag en het aanleren van wenselijk gedrag. Ook sfeer en aankleding zijn van belang voor een prettig klimaat. Vandaar dat wij aandacht besteden aan een uitnodigende, maar gezellig ingerichte omgeving, waar kinderen graag naar toe gaan. Een aantal ouders steekt gedurende het schooljaar veel tijd en energie in de aankleding van de school. In de groepen spelen de leerkrachten een belangrijke rol. Een positieve, vriendelijke en duidelijke houding is van belang. De leerlingen spreken de leerkrachten aan met juf of meester, gevolgd door de voornaam. Wij hechten aan gezamenlijke vieringen, projecten, afsluitingen en feesten. Belangrijke vieringen zijn voor ons het Kerstfeest en het Paasfeest. Dan zijn er ook nog de specifieke schoolfeesten die bijdragen aan de sfeer op school, zoals sinterklaas en eindfeest. Daarnaast organiseren wij een feestje bij activiteiten als Nationaal Schoolontbijt, Kinderboekenweek, Nationale Voorleesdagen, opa- en omadag, Koningsspelen. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
9
Wij beschrijven in deze schoolgids uitgebreid wat wij op onze school met de kinderen willen bereiken en hoe wij dat voor elkaar proberen te krijgen. Uiteraard willen ouders dan ook wel weten wat de resultaten zijn van ons werk. Slagen wij erin één van onze doelstellingen: “Kinderen in een veilige en plezierige omgeving te laten leren” waar te maken? Lukt het ons ook te doen wat wij zeggen? Wat wij willen weten is: Hoe zit het met het veilige en prettige schoolklimaat dat wij willen bewerkstelligen? Wat vinden de kinderen, de ouders en de leerkrachten daarvan? Op deze vraag proberen wij antwoord te krijgen o.a. door middel van een cyclus van tevredenheidsonderzoeken. In juni 2013 vond het ouder-tevredenheidsonderzoek plaats, evenals het leerkracht-tevredenheidsonderzoek. In juni 2014 vond er een leerling-tevredenheidsonderzoek plaats. Bevindingen uit deze onderzoeken nemen wij serieus. Zij krijgen onze aandacht in de vorm van verbeterpunten/ ontwikkelpunten. Wij blijven graag op de hoogte van de wensen van onze leerlingen en ouders. In 2016 zullen de 3 tevredenheidsonderzoeken opnieuw plaats vinden. 2.6
Contact
Een goed contact tussen school en thuis is heel belangrijk. Wij informeren u over alle belangrijke gebeurtenissen op school, over algemene schoolzaken, maar ook over het wel en wee van uw kind. Een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welbevinden van uw kind.
2.7
Hoe gaan wij met elkaar om?
Goede omgangsregels vinden wij heel belangrijk en zaken als pesten worden uiteraard aangepakt. Respect voor elkaar hebben en elkaar accepteren is ons uitgangspunt. Iedereen mag zijn of haar eigen mening hebben, zijn of haar eigen liefhebberijen, zijn of haar eigen voorkeuren en eigen smaak, zolang anderen daar geen last van hebben. Zorgvuldig omgaan met de materialen waarmee gewerkt wordt vinden wij noodzakelijk. Op deze uitgangspunten zijn onze gedragsregels gebaseerd. Zie ook de bijlage. Wij spreken kinderen aan op hun gedrag als dat niet overeen komt met goede omgangsvormen, met respect en zorg voor elkaar en als de zorg voor de materialen onvoldoende is. Er zijn dus duidelijke regels: wij gaan op een eerlijke manier met elkaar om wij vertrouwen elkaar wij pesten elkaar niet wij blijven van elkaars spullen af wij sluiten niemand buiten wij beoordelen elkaar niet op uiterlijkheden wij lachen elkaar niet uit wij vechten niet wij schelden niet wij lossen problemen met praten op als wij er niet uitkomen, gaan wij naar de pleinwacht of leerkracht als er iemand gepest wordt, gaan wij onmiddellijk naar een leerkracht of de pleinwacht als je met een probleem zit kun je altijd terecht bij de leerkracht wij houden rekening met elkaar.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
10
3.
De organisatie van het onderwijs
3.1
De organisatie van onze school
Groepering De basisschool is gericht op onderwijs aan kinderen van 4 tot 12 jaar. Er zijn 8 jaargroepen, die meestal één leeftijdsgroep hebben, behalve bij de kleuters. Daar is altijd sprake van 4, 5 en 6- jarigen in een groep. De school heeft daar bewust voor gekozen. Zie ook hoofdstuk 3.6.2. Zes-/zevenjarigen zitten in groep 3 enzovoort. Na groep 1/2 doorlopen de kinderen de jaargroepen 3 t/m 8. Na de hoogste groep (groep 8) gaan kinderen naar het voortgezet onderwijs. Omdat onze school heeft moeten bezuinigen en nog verder zal moeten bezuinigen, is het ook voor schooljaar 2015-2016 noodzakelijk 2 groepen te combineren. Wij combineren in schooljaar 2015-2016 de groepen 7 en 8 tot een combinatiegroep 7/8. In alle groepen wordt getracht zoveel mogelijk in te spelen op de individuele behoefte van kinderen. Het schoolteam werkt aan een systeem van onderwijs dat erop is gericht het lesgeven, de klassenorganisatie en het contact met de leerlingen te optimaliseren. In verschillende vakgebieden wordt er gedifferentieerd, d.w.z. wordt de leerstof op 3 verschillende niveaus aangeboden. In andere vakken, bijvoorbeeld de creatieve en de zaakvakken wordt klassikaal gewerkt. De school wordt gemakshalve ook wel ingedeeld in ‘bouwen’ : onderbouw = groep 1 t/m 4; bovenbouw = groep 5 t/m 8.
Groepsgrootte Het aantal groepen in een school is afhankelijk van het totaal aantal leerlingen op een school. Op basis van de jaarlijkse leerlingentelling, begin oktober, wordt een aantal leerkrachten benoemd. De keuze van de school wordt sterk beïnvloed door de financiën, de beschikbare huisvesting en de beschikbaarheid van leerkrachten. Het beleid op de Sjaloomschool is er op gericht de kleutergroepen te ondersteunen door inzet van extra personeel. Deze formatie wordt samen met de formatie voor de onderwijsassistente (mevrouw Spaan) ingezet in de kleutergroepen. In die periode wordt immers de basis gelegd voor de schoolloopbaan van de leerlingen. De extra middelen moeten direct bij het jonge kind terecht komen. Daarmee wordt gevolg gegeven aan de maatschappelijke en politieke opvatting dat het onderwijs aan het jonge kind van groot belang is. Ook vanaf groep 3 worden de groepen extra ondersteund door de extra inzet van personeel. Op de Sjaloomschool zijn wat het bovenstaande betreft de volgende keuzen gemaakt: inzet onderwijsassistente: Mevrouw Nella Spaan. Zij assisteert bij activiteiten in de kleutergroepen op 4 ochtenden. inzet extra leerkracht in groep 1/2A en 1/2B: mw. Jenny Homan. inzet Interne Begeleiders: voor de groepen 1/ 2 en 3 mevrouw Jenny Homan, op woensdag. Voor de groepen 4 t/m 8 mevrouw Adri van Dommelen, op donderdag. Zij bieden extra hulp aan leerlingen die dat nodig hebben en zij ondersteunen de leerkrachten. Zij zijn ook verantwoordelijk voor de organisatie en coördinatie van de leerlingenzorg. Dit wordt ook besproken met de betrokken ouders. Alle leerlingen moeten daar waar mogelijk een ononderbroken ontwikkeling kunnen doormaken.
Organisatie van zorg voor leerlingen met specifieke behoeften Er zijn altijd kinderen met specifieke behoeften op een school. Dat kan te maken hebben met meer- of hoogbegaafdheid, een leerachterstand of met een kleine lichamelijke handicap. De zorg voor deze kinderen is toevertrouwd aan de Intern Begeleider en de betreffende groepsleerkracht van het kind. In hoofdstuk 4.3 van deze gids wordt uitvoerig beschreven hoe het een en ander is geregeld. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
11
3.2
Wie w erken er in de school?
De groepsleerkrachten zijn de spil van de groep. Zij zorgen ervoor dat het onderwijs in de groep goed verloopt. Er wordt veel tijd besteed aan overleg om te zorgen dat het onderwijs in de school goed op elkaar is afgestemd. Er zijn leerkrachten die zich hebben gespecialiseerd en een speciale taak hebben binnen de school : Twee Interne begeleiders begeleiden de kinderen die extra hulp nodig hebben en coördineren de extra ondersteuning van de kinderen Een leerkracht houdt zich bezig met de ICT. Een leerkracht coördineert de buitenschoolse sportactiviteiten. Een leerkracht heeft de coördinatie van de cultuureducatie op school. Een leerkracht houdt zich bezig met het leesonderwijs. De onderwijsassistente ondersteunt de leerkrachten van de kleutergroepen. Ook een conciërge maakt deel uit van ons team. Hij verricht kleine onderhoud en reparaties, verzorgt kopieerwerk enz. De directeur geeft leiding aan het geheel. De aanwezigheid van personeel met deze taken en het aantal beschikbare uren voor de uitvoering ervan verschilt per schooljaar.
3.3
Taakverdeling in de school in schooljaar 2015-2016
Groep 1/2A:
Mevrouw J. Homan- Elmendorp Mevrouw J. Hortensius Mevrouw A. van Rooijen- van der Plas Mevrouw J. Homan- Elmendorp Mevrouw M. van Beelen-Minnee Mevrouw E. den Haas- van der Plas Mevrouw A. van Dommelen Mevrouw L. Kabelaar - Kromhout Mevrouw I. Grunstra- van den Oever Mevrouw T. Leenen- Schaap Mevrouw G. Nagelhout- van Renselaar Mevrouw D. Zandbergen-Barendse De heer R. Hoek Mevrouw L. Kabelaar- Kromhout
Groep 1/2B: Groep 3: Groep 4: Groep 5 Groep 6 Groep 7/8
Intern Begeleiders: Onderwijsassistente: Conciërge: Interieurverzorging:
Groep 1/2A: Groep 1/2B: Groep 3:
Groep 4:
Mevrouw J. Homan en mevrouw A. van Dommelen Mevrouw N. Spaan (gr. 1/2A en 1/2B) De heer A. Ouwehand De heer N. Meijvogel (dislocatie) Firma FSO (hoofdgebouw)
heeft op maandag les van juf Jenny. Op dinsdag t/m vrijdagochtend les van juf Janique. heeft op maandag, t/m woensdag les van juf Anja en op de andere dagen van juf Jenny. heeft op maandag en dinsdag en om de week op woensdag les van juf Margreet. Op woensdag om de week, op donderdag en vrijdagochtend van juf Esther. Juf Esther wordt tijdens haar zwangerschapsverlof vervangen door juf Dionne Haasnoot. heeft op maandag en dinsdag les van juf Adri. Op de andere dagen van juf Lisette.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
12
Groep 5: Groep 6: Groep 7/8
3.4
heeft op maandag en dinsdag les van juf Irene en op woensdag t/m vrijdag van juf Tineke. heeft op maandag les van juf Gerrie en van dinsdag t/m vrijdag van juf Diane. Juf Diane wordt tijdens haar zwangerschapsverlof vervangen door juf Pauline Kraaijenoord. heeft van maandag t/m vrijdagochtend les van meester Raymon en op vrijdagmiddag van Juf Lisette.
Ondersteuners
Logopediste
De logopedie op school wordt verzorgd door de logopedisten van de gemeente Katwijk. Rond de vijfde verjaardag worden alle leerlingen gescreend. Daarbij wordt gelet op stemgebruik, spraak-, taal- en luisterfunctie. Voorafgaand aan het onderzoek wordt schriftelijk toestemming gevraagd en de resultaten worden ook schriftelijk aan de ouders doorgegeven. Ook de leerkracht en de jeugdarts worden hierover geïnformeerd. Leerlingen uit de overige groepen kunnen (via de leerkracht) voor nader onderzoek aangemeld worden. Kortdurende behandeling, max. 6x, kan eventueel op school plaatsvinden. De logopedist geeft op verzoek ook voorlichting op school voor ouders van de leerlingen van groep 1 en 2 over de taal- en spraakontwikkeling. In overleg met school kan het project “Mondje dicht, beter gezicht” in de kleutergroepen worden aangeboden. De logopedist die onze school (1 keer per 2 weken) bezoekt is: Ria Sloots-van Heuveln tel. O612415276
Centrum voor Jeugd en gezin
Ouders, kinderen en jongeren kunnen bij de CJG’s terecht met al hun vragen over opgroeien en opvoeden. In het CJG werken verschillende professionals, zoals jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, logopedisten, maatschappelijk werkers en pedagogen, samen. Iedere medewerker heeft eigen specifieke deskundigheid en taken maar ze werken allemaal ter ondersteuning van u en uw kinderen. Alle medewerkers in het CJG zijn geschoold in de methode “Positief Opvoeden” volgens Triple P (Positief Pedagogisch Programma). Binnen het Centrum Jeugd en Gezin is een Jeugd- en gezinsteam waar ouders of opvoeders terecht kunnen met vragen over hun kind. Jeugd- en gezinswerkers van het J&G team zijn ook als vaste contactpersonen regelmatig op school aanwezig. Dit zijn Jessica Brands en Janet Goedemans. Om de 14 dagen op de donderdagmorgen heeft een van hen inloopspreekuur van 8.30 tot 9.00 uur. Zie Babbel. U kunt bij hen binnenlopen als u vragen heeft over opvoeden en opgroeien. Zij kunnen u informatie en/of advies geven. U kunt ook een afspraak maken om op een ander tijdstip verder te praten. Bovendien is er de mogelijkheid om met een van hen te bellen of te mailen. Jessica Brands:
[email protected] 06-36162540 Janet Goedemans:
[email protected] 06-30220141 Centrum voor Jeugd en Gezin. Schimmelpenninckstraat 10 2221 EP Katwijk 088-2542384
Informatie van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ):
Onze jeugdartsen, jeugdverpleegkundigen, assistenten, logopedisten en andere professionals zetten zich in voor alle kinderen van 0 tot 19 jaar. Zij werken nauw samen met de scholen en andere instanties. Jeugdgezondheidszorg wordt u aangeboden door de GGD Hollands Midden. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
13
Wat doet JGZ op de basisschool?
Op vaste momenten volgen wij de groei en ontwikkeling van alle kinderen. Tijdens de basisschoolperiode nodigen wij alle kinderen uit als ze in groep 2 en 7 zitten. Natuurlijk kunt u naast de vaste momenten altijd contact met ons opnemen als u vragen of zorgen heeft over de gezondheid, ontwikkeling of opvoeding van uw kind. Op verschillende manieren kunnen wij op uw vraag ingaan. Bijvoorbeeld door een advies, een gesprek (volgens Triple P methode), een themabijeenkomst, een cursus etc. Zijn er zorgen over uw kind dan besteden wij daar extra aandacht aan. Samen met de ouders en de school bespreken we wat nodig is om de zorgen aan te pakken. Zo nodig overlegt de jeugdarts en/of jeugdverpleegkundige met de huisarts, specialist en andere instanties. Een gezond schoolleven is belangrijk. Daarom geven wij adviezen over veiligheid, hygiëne, infectieziekten, omgaan met elkaar, pesten, voeding en beweging en dergelijke. Wij steunen de school bij het uitvoeren van gezondheidsprojecten.
De Jeugdgezondheidszorg is telefonisch te bereiken via 088 – 308 33 42. Jeugdverpleegkundige GGD Hollands Midden Jeugdgezinszorg: mw. Petra Ligthart 088-308 44 76
[email protected] De GGD Hollands Midden, Jeugdgezinszorg is kernpartner van de regionale centra voor jeugd en gezin. 3.5
Wat leren de kinderen op onze school?
Om meer eenheid te brengen in wat kinderen op de basisscholen moeten leren zijn er voor de diverse vakken landelijke kerndoelen afgesproken. Wat in die kerndoelen staat omschreven geeft de richting aan hoe basisscholen dienen te werken. Wat de inhoud van de lessen betreft kiezen wij ervoor gebruik te maken van goede en nieuwe methodes. Methodes die precies aansluiten bij de kerndoelen die wij willen bereiken. Wij streven er naar dat ieder kind dat op onze school begint, de school ook op verantwoorde wijze af kan maken. De school heeft zich te richten op deze doelen en is daar ook voortdurend mee bezig. In deze paragraaf wordt in het kort een beschrijving gegeven van deze doelen en de daarmee samenhangende activiteiten. Uitgebreid komen deze vak- en vormingsgebieden aan de orde in het schoolplan. Op onze school proberen wij aandacht te geven aan het omgaan met problemen van leerlingen. Vanuit onze identiteit vinden wij het van belang om op te komen voor die leerlingen die extra aandacht en zorg nodig hebben. Ook voor leerkrachten zijn er op het gebied van de zorgverbreding de laatste jaren de nodige zaken veranderd. In deze tijd van beperkte financiële middelen, soms grote klassen en een vrij zware taakbelasting van de leerkrachten, proberen wij zo goed mogelijk voor uw kind te zorgen. De meeste tijd op onze school wordt besteed aan les geven. Maar er is ook aandacht voor feesten, vieringen en andere activiteiten. Omdat wij een Protestants- Christelijke school zijn besteden wij veel aandacht aan Kerstmis, Pasen (een keer per jaar vindt er een kerst- of een paasviering in de kerk plaats) en andere christelijke feestdagen. Rond deze feestdagen wordt vaak gebruik gemaakt van speciale projecten, waarover wij u dan informeren in de nieuwsbrief, de Babbel Activiteiten in de kleutergroepen Zoals eerder beschreven werken wij in de kleutergroepen 1/ 2A en 1/ 2B volgens de principes van de basisontwikkeling. Het is niet specifiek aan vakken gebonden, maar gaat daaraan vooraf. Wel worden methoden voor rekenen, taal en schrijven al bij de kleuters geïntroduceerd. Het hele onderwijs bouwt voort op de basis die in het begin gelegd wordt. In het onderwijs proberen we zo veel mogelijk met de kinderen mee te denken en na te gaan hoe kinderen zich ontwikkelen en ons onderwijs aanbod hierop aan te passen. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
14
Zo helpen wij iedere leerling telkens een stap verder in zijn of haar ontwikkeling. Om tot een optimale betrokkenheid van de kinderen te komen, werken we zoveel mogelijk vanuit de belevingswereld van kinderen. Concreet betekent dit dat we bij de kleuters steeds werken vanuit thema’s die kinderen op dat moment aanspreken. In de basisontwikkeling gaan we er van uit dat een kind dat leert, moet voldoen aan zogenaamde basiskenmerken. Deze basiskenmerken zijn voorwaarden tot een verdere ontwikkeling . Een kind moet dus:
emotioneel vrij moet zijn zelfvertrouwen en een gezond zelfbeeld moet hebben nieuwsgierig moet zijn en een onderzoekende houding hebben.
In het onderwijs werken we aan specifieke vaardigheden, houdingen en kennis, maar ook aan brede ontwikkelingsdoelen die gelden voor het hele basisonderwijs. In het kader van brede ontwikkelingsdoelen willen we dat kinderen leren: actief zijn en initiatieven nemen, goed communiceren, zich leren uiten en vormgeven, samen spelen en samen werken, een voorstellingsvermogen ontwikkelen en creatief zijn, de wereld leren verkennen, reflecteren op eigen gedrag, redeneren en problemen oplossen, zichzelf sturen en zelfstandig zijn en werken. Kinderen kunnen zich alleen maar breed ontwikkelen als ze over steeds meer kennis en vaardigheden beschikken.
De kleutergroepen in de praktijk In de kleuterperiode wordt dus de ontwikkeling van ieder kind gevolgd en daarop wordt zo goed mogelijk met materiaal of spel aangesloten. De leerkracht observeert wat het kind al kan en lokt dan de volgende stap in de ontwikkeling uit. Een belangrijke basis voor o.a. rekenen en taal wordt hier gelegd. In de thema's worden activiteiten uit de diverse leerlijnen verwerkt. In de kring waar alle kinderen een eigen stoel hebben, vinden veel gezamenlijke activiteiten plaats. Hierbij noemen we : kringgesprekken, muzikale vorming, voorlezen, vertellen, poppenkast, taal- en rekenspelletjes, drama, instructie en eten en drinken. In een kleinere kring vinden naar behoefte aparte activiteiten of instructie plaats. De kinderen die dan niet in de kleine kring zitten, werken zelfstandig een bepaalde tijd aan een andere activiteit. Ook in de kleutergroepen werken we met de term “zelfstandig werken”. Op onze school zijn er 2 kleutergroepen. Zie hoofdstuk 3.1. Kinderen blijken het prettig te vinden om te werken en te spelen in een omgeving met oudere en jongere kinderen. De sociaal-emotionele ontwikkeling krijgt hierdoor een stimulans in een leeftijdsfase waarin kinderen hiervoor heel gevoelig zijn. Veel kinderen zitten (ruim) 2 jaar in een kleutergroep. Kleuters zitten tot de overgang naar groep 3 meestal in dezelfde groep en bij dezelfde juffen. Hiervan kan worden afgeweken. De verschillende vakken Het taalonderwijs in de school Het taalonderwijs bestaat uit meer dan correct leren schrijven. Taalonderwijs bestaat uit spelling, woordenschat, grammatica. Daarnaast leren de kinderen ook spreken, luisteren en stellen. Het uitbreiden van de woordenschat, het leren maken van werkstukken en het houden van spreekbeurten en boekbesprekingen, ideeën verwoorden en verhalen schrijven krijgen veel aandacht. In de hogere groepen komt grammatica en nadenken over taal aan bod. In het onderwijs aan kleuters stimuleren we de taal van kleuters op verschillende manieren. We doen dit met behulp van taalspelletjes, rijmoefeningen, gesprekjes, rollenspellen, voorlezen, vertellen en _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
15
poppenkast. De kinderen doen al ervaringen op met boeken en verhalen in de kring, de leeshoek, de luisterhoek en de letterhoek. De kinderen breiden hun woordenschat verder uit en gaan spontaan stilstaan bij de vorm van taal. Ze raken bekend met de functie van geschreven taal. We gebruiken voor de taalvorming o.a. de methode “Schatkist Taal” en het programma “Kinderklanken”. Vanaf groep 3 gebruiken we verschillende methoden voor taalonderwijs. Voor taal en spelling gebruiken we in groep 3 de methode “Veilig leren lezen”. Vanaf groep 4 gebruiken we voor taal en spelling de methode “Taal actief”. In groep 4 maken de leerlingen voor het eerst kennis met het houden van een verhaaltje voor de klas. Het is een kennismaking en dus nog geen echte spreekbeurt/ werkstuk/ boekbespreking. In groep 5 houden de leerlingen allemaal 1 boekbespreking, 1 spreekbeurt en maken 2 werkstukken. Het eerste werkstuk klassikaal omdat het nog nieuw is, het tweede werkstuk op school in klad en thuis in het net. In groep 6, 7 en 8 houden de leerlingen 1 boekbespreking, 1 spreekbeurt en maken 2 werkstukken. Daarbij wordt er gebruik gemaakt van PowerPoint bij de presentatie en/of ondersteuning van spreekbeurten en boekbesprekingen. Regelmatig worden er toetsen afgenomen die bij de methode horen maar ook toetsen die onafhankelijk van een methode zijn (CITO) zodat er een goed beeld ontstaat van de vorderingen van alle kinderen. Lezen Begrippenkennis, details leren zien (letters van elkaar onderscheiden), klanken onderscheiden en samenvoegen, rijmen e.d. zijn voorwaarden om tot lezen te komen. In de kleutergroepen wordt hier veel aan gedaan in de diverse hoeken en met verschillend ontwikkelingsmateriaal, lettermateriaal en leesboekjes. De gebruikte methoden zijn: “Kinderklanken”, “Schatkist”, “Ik ben Bas”. Een aantal kleuters komt zo al spontaan tot lezen. In groep 3 beginnen de kinderen met methodisch leren lezen; daarvoor gebruiken wij ook de methode “Veilig Leren lezen”. Bij deze methode hoort veel extra materiaal voor de leerlingen. Na het doorwerken van de methode is er veel ruimte om op eigen niveau te lezen. Dat kan in leesgroepjes maar ook individueel. In de hogere groepen komt de nadruk steeds meer te liggen op begrijpend lezen. Hiervoor gebruiken wij vanaf groep 4 de methode “Nieuwbegrip XL”. In alle groepen is een bibliotheek aanwezig. Vanaf groep 3 worden de kinderen meerdere keren per jaar op hun leesvorderingen getoetst (Cito). Schrijven Tekenen, kleuren, knippen, kleien, knutselen, werken met de kralenplank zijn allemaal oefeningen om de fijne motoriek bij kinderen te ontwikkelen. In groep 3 starten wij met methodisch schrijfonderwijs. Hiervoor gebruiken wij de methode “Pennenstreken”, waarmee de kinderen het schuine lopende schrift leren. In het begin schrijven de kinderen met potlood, daarna met een pen (vanaf groep 5). Engels Het aanbieden van de Engelse taal in de groepen 7 en 8 is erop gericht kinderen al vroeg vertrouwd te maken met een vreemde taal. Ook wordt zo aandacht besteed aan de functie van Engels als belangrijke internationale taal. Leerlingen herkennen het Engels als bron van leenwoorden in het Nederlands. Ze leggen de basis voor spreken en lezen, uitgaand van alledaagse situaties. Leerlingen moeten daartoe een begin maken met de verwerving van een woordenschat, inzicht krijgen in zinsbouw en de betekenis van woorden kunnen achterhalen. In de groepen 7 en 8 wordt de methode “Hello World” gebruikt. Een aantal plusleerlingen maakt in lagere groepen al kennis met Engels. Rekenen en wiskunde In de kleuterbouw werken wij met allerlei ontwikkelingsmateriaal en spel aan de basis van het reken- en wiskundeonderwijs. Begrippen als veel, weinig, eerste, laatste enz. komen op allerlei manieren aan de orde. Wegen, tellen en meten komen in allerlei spelvormen terug. In de bouwhoek zijn de kinderen aan het passen en meten wat weer van belang is voor het ruimtelijk inzicht. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
16
Bij de kleuters werken wij met de methode “Schatkist Rekenen” en wordt er al een begin gemaakt met de rekenmethode “Wereld in getallen”. Vanaf 3 werken wij verder met de methode “Wereld in getallen”. Er wordt veel aandacht besteed aan hoofdrekenen, aan meten, tijd en geld, aan schattend rekenen en de getallenlijn. In de hoogste groepen komt ook het rekenen met de zakrekenmachine aan bod, maar meer om eigen schattingen en oplossingen te controleren en/of te vergelijken. Regelmatig worden er methode gebonden en niet methode gebonden toetsen (CITO) afgenomen om te controleren of de kinderen voldoende vorderingen maken. Wereldoriënterende vakken Op veel momenten spreken we over de wereld om ons heen en brengen kinderen kennis bij over het heden en verleden van onze wereld. Soms gebeurt dit in aparte vakken aan de hand van methoden , maar vaak ook door middel van klassengesprekken, spreekbeurten, schooltelevisie en thema’s en projecten. In de groepen 1 t/m 4 worden aardrijkskunde, geschiedenis en biologie niet afzonderlijk gegeven, maar behandelen we onderwerpen die voor kinderen interessant zijn in thema’s. Vanaf groep 4 passen we een splitsing tussen ruimtelijke, historische en natuurkundige zaken toe, omdat het gebruik van de beschikbare afzonderlijke methodes de opbrengst van ons onderwijs vergroot. Bij de groepen 1 t/m 3 hanteren wij “Huisje-Boompje-Beestje”. Vanaf groep 4 gebruiken wij voor AARDRIJKSKUNDE de methode “De Blauwe Planeet” Vanaf groep 5 gebruiken wij voor GESCHIEDENIS de methode “Speurtocht”. Vanaf groep 4 gebruiken wij voor NATUURONDERWIJS de methode “Wijzer! Natuur en Techniek”. Deze vakken proberen wij zo veel mogelijk te ondersteunen met audiovisuele hulpmiddelen, zoals het digitale schoolbord, materialen uit het documentatiecentrum, televisie, computers en tablets.. Samenleving/burgerschapskunde Het vak burgerschapskunde wil jongeren stimuleren zich actief in te zetten in de maatschappij, de buurt of de school. Het vak is opgehangen aan 3 hoofdbegrippen: democratie, actieve participatie en identiteit. Het vak wordt niet apart gegeven, maar wordt toegepast bij andere vakken. Bij de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en staatsinrichting geven we aandacht aan democratie en identiteit. Normen en waarden zijn hierbij ook erg belangrijk . Dit komt ook uitgebreid aan bod bij de Bijbelse geschiedenislessen uit “Kind op maandag” en bij de lessen sociaal-emotionele vorming met de methode “Kanjertraining”. Leerlingen krijgen belangstelling voor een aantal belangrijke aspecten in de samenleving en vergroten hun kennis daarover. Dit kan bijdragen tot de vorming van kritische personen van wie respectvol en maatschappelijk verantwoord gedrag kan worden gevraagd. Er wordt verteld over onderwerpen als beroepen, arbeid, discriminatie, emancipatie, geestelijke stromingen en inrichting van de staat. In de bovenbouw wordt geregeld naar het Jeugdjournaal gekeken. Creatieve vakken Onder creatieve vakken verstaan wij tekenen, handvaardigheid, muziek, dans en drama. Bij handvaardigheid proberen wij ervoor te zorgen dat de kinderen in aanraking komen met allerlei verschillende technieken. In de kleutergroepen zijn deze vakken vaak geïntegreerd in het hele onderwijs. De creatieve vakken brengen afwisseling. Maar hierin wordt ook lesgegeven en worden de kinderen geïnspireerd hun creatieve mogelijkheden vorm te geven. Techniek Techniek gaat over dingen die mensen gemaakt hebben en nog steeds maken, als hulpmiddelen om in leven te blijven en het bestaan te vergemakkelijken en te verrijken. Onze school richt zich op elementaire inzichten en vaardigheden op het gebied van constructies, transport, communicatie en productie. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
17
Onderwijs in techniek heeft in zijn uitwerking het karakter van een combinatie van doen en denken. Qua inhoud en werkwijze heeft het gebied een speciale relatie met natuuronderwijs en tekenen/ handvaardigheid. Zo is het ook incidenteel in het onderwijs programma terug te vinden. Verkeer Met behulp van de eigentijdse methode “Klaar Over” (vanaf groep 3) willen wij de kinderen leren wat belangrijk is om veilig als voetganger en fietser aan het verkeer deel te nemen. Het is een methode die vooral traint op inzicht in situaties. Driemaal per schooljaar zijn er lessen van School of Seef. Tijdens deze lessen werken de kinderen op een speelse manier aan hun vaardigheden in het verkeer. Onze school heeft een certificaat van School op Seef. In groep 7 wordt een theoretisch en een praktisch verkeersexamen afgenomen. Jeugd EHBO In groep 8 wordt een cursus Jeugd EHBO aangeboden. De leerlingen kunnen hun jeugd EHBO diploma behalen. Bewegingsonderwijs In de kleutergroepen staat bewegen dagelijks op het programma. Regelmatig in de speelzaal en indien mogelijk op het speelplein. Vanaf groep 3 hebben de kinderen eenmaal per week de gymles in sporthal Cleijn Duin. Daarnaast spelen zij regelmatig op het speelplein. Zie Hoofdstuk 10.3. In de groepen 3 t/m 8 wordt gebruik gemaakt van de naslagwerken:
“Basislessen Bewegingsonderwijs, deel 1 en 2”.
De kinderen krijgen hun lessen bewegingsonderwijs van bevoegde leerkrachten. In klassen waar de leerkracht niet bevoegd is voor het geven van bewegingsonderwijs worden de lessen door wel bevoegde leerkrachten gegeven. Meerdere keren per jaar zijn er activiteiten op het plein, in de gymles of externe locaties van Come4Sports. Het zwemmen van de leerlingen van groep 5 en 6 is een aantal jaar geleden afgeschaft omdat de gemeente Katwijk vanwege bezuinigingen de financiering niet meer op zich nam en de school deze kosten helaas niet zelf kon dragen. Bijbelse Geschiedenis Onze school is een Protestants- Christelijke school; er worden dus ook lessen Bijbelse geschiedenis gegeven. De school wil daar op een eigentijdse wijze vorm aan geven. De leerkrachten geven de lessen aan de hand van de methode “Kind op Maandag” , vaak in combinatie met verhalen uit kinderbijbels en of prentenboeken. Iedere schooldag wordt begonnen en geëindigd met gebed. Bijbelse geschiedenis is geen apart vak; de levensovertuiging klinkt in het hele schoolleven door. De gelovige opvoeding moet vooral samen waargemaakt worden, t.w. ouders en school. In het kader van deze lessen wordt ook ‘geven voor een goed doel’ (zending) geplaatst. Elk schooljaar probeert de school op enigerlei wijze een bijdrage te leveren aan een instelling die zich richt op de mensen in onze samenleving die een extra geldelijke bijdrage goed kunnen gebruiken. Onze vaste doelen zijn: stichting Edukans en Plan Nederland. Daarnaast worden er door het jaar heen nog andere acties gehouden voor verschillende goede doelen zoals Jantje Beton, Schoenendoos actie enz. “Zingen op vrijdag” Op de eerste vrijdag van de maand verzamelen alle leerlingen zich tezamen met hun leerkracht in de aula van de school voor het maandelijkse “Zingen op vrijdag” (voorheen zangopening op maandag). Tijdens deze bijeenkomsten worden er veel Bijbelse liederen gezongen en gaat één van de leerkrachten _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
18
voor in gebed. Ook leren de leerlingen voor iedere bijeenkomst een nieuw lied. Weekopeningen Om de week verzamelen de leerlingen van de groepen 1 t/m 4 of de leerlingen van de groepen 5 t/m 8 zich tezamen met hun leerkracht in de speelzaal/aula voor de weekopening. Tijdens die bijeenkomst wordt er naast het gebed en het vertellen van een Bijbelverhaal natuurlijk veel gezongen uit bijvoorbeeld ons eigen liedboek. De weekopeningen en het “Zingen op vrijdag” worden altijd afgesloten met het zingen van het Sjaloomlied (zie ook het voorblad van deze schoolgids). De overige dagen van de week wordt er in de eigen groep geopend met gebed, een kringgesprek en/ of een Bijbelverhaal of verwerking van het verhaal, liederen en gebed. De dag wordt afgesloten met gebed.
3.6
Speciale activiteiten
Op onze school wordt hard gewerkt, maar als er iets te vieren valt doen wij dat ook en met veel plezier. Wij denken dat het de sfeer ten goede komt door op momenten die zich daarvoor lenen met elkaar feest te vieren. Van samen blij zijn, samen op stap gaan, samen genieten van spel, muziek of zang of van samen creatief bezig zijn kun je veel leren en het verstevigt de band met elkaar. Wat vieren wij zoal op school en welke speciale activiteiten worden georganiseerd? Wij vieren de verjaardagen van de kinderen en de leerkrachten en de bekende feesten rondom Sinterklaas, Kerstmis en Pasen. Andere speciale activiteiten zijn: kinderboekenweek, het nationale schoolontbijt, de nationale voorleesdagen, opa en oma dag, projectweek en de Koningsspelen. In de loop van het schooljaar zijn er excursies voor de verschillende groepen. Het doel van de excursie sluit aan bij het leerprogramma van de betreffende groep. Wij gaan ook elk jaar met de leerlingen van groep 1 t/m 7 op schoolreis (de groepen 1/ 2 hebben een eigen activiteit) en groep 8 heeft in de loop van het schooljaar de gebruikelijke kampweek. Groep 8 sluit hun schoolperiode af met een musical. Rondom de Kerst en Pasen organiseren wij op school ook speciale maaltijden (een keer per jaar is er een kerstviering of een paasviering in de kerk, onder schooltijd) en jaarlijks nemen wij met ons afsluitfeest/ eindfeest afscheid van het schooljaar. Verder worden er jaarlijks met onze groepen theatervoorstellingen of andere activiteiten van KijkKunstKatwijk bijgewoond. Ook worden er door de Muziekschool in samenwerking met muziekverenigingen muzieklessen aangeboden. En biedt Come4sports allerlei sport- en spelactiviteiten aan. 3.7 Gebruik van leer- en hulpmiddelen Leerkrachten maken, behalve van onderwijsmethodes, ook gebruik van onderwijsleer- en hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld het digitale schoolbord, computers, audioapparatuur en videoapparatuur, lesbrieven, posters enz. De inzet van de computer wordt steeds belangrijker. De kwaliteit van educatieve programma’s neemt toe en de school gaat, zolang het goed in het onderwijsprogramma is in te passen, mee in deze ontwikkeling. We beschikken over het Winsys netwerk. Er zijn ook computers in de klas aanwezig en in de groepen 3 t/m 8 en in het computerlokaal hangen digitale schoolborden. Bij de kleuters staat een touchscreen. Zie ook hoofdstuk 3.10. Dit jaar zal er voor het eerst worden gewerkt met tablets. Deze dienen als ondersteuning en verrijking van de lessen. Diverse onderwijsmethodes hebben al educatieve software voor computers en tablets. Hierbij kunnen de kinderen heel specifiek op hun eigen niveau werken. Verder kunt u denken aan interactieve programma’s die zowel individueel als gezamenlijk gebruikt kunnen worden.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
19
3.8
Groepering leerlingen
Na de zomervakantie zijn we gestart met ongeveer 140 kinderen in onze school. Ze zitten in groepen bij elkaar, bij vaste leerkrachten. De grootte van de groepen kan variëren. Over het algemeen wordt op onze school klassikaal gewerkt en gedifferentieerd op 3 instructieniveaus. Voorbeeld: Wij houden de klassikale uitleg zo kort en duidelijk mogelijk. De leerlingen, die daar voldoende aan hebben, kunnen dan zelfstandig aan de slag met hun werk. Kinderen die meer instructie of uitleg nodig hebben, krijgen dit aan de instructietafel. Op vaste momenten in de week werken kinderen zelfstandig aan een (dag/ week)taak. Regelmatig werken kinderen in groepjes samen aan een taak. Ze leren dan van en met elkaar, wat minder afhankelijk van de leerkracht. Wij stimuleren het samenwerken van leerlingen. Kinderen uit de hogere groepen helpen kinderen uit de lagere groepen met lezen, het zogenaamde “tutor lezen”. In de bovenbouw werken de leerlingen zelfstandig aan hun werkstukken en hun spreekbeurten. 3.9
Computers op school
In de school maken wij gebruik van de computer als ondersteunend middel. Er zijn 2 à 3 computers beschikbaar per groep. En in het computerlokaal staan nog eens 25 computers. We zorgen ervoor dat de kinderen voldoende computervaardigheden leren. Daarnaast zijn er in de kleutergroepen leuke, educatieve spelletjes/programma’s. Vanaf groep 3 zijn er allerlei oefenprogramma’s bijvoorbeeld rekenen, taal, lezen, woordenschat, topografie enz. De programma’s zijn aangepast aan het niveau van de groep en bevatten diverse soorten oefenprogramma’s waarbij de kinderen op eigen niveau kunnen werken. De computer wordt ook ingezet bij zelfstandig werken. De kinderen van groep 6, 7 en 8 werken ook op internet. De computer wordt tevens gebruikt bij de hulp aan individuele kinderen door de IB-ers. Een leerkracht coördineert alle activiteiten rondom de ICT en onderhoudt contacten met andere ICT-ers van ons schoolbestuur. In de toekomst zullen wij ook een beroep op ouders moeten doen. Er is ook een computer in gebruik voor de schooladministratie en voor de leerlingenzorg. Deze staat in de directiekamer. En er is een computer voor algemeen gebruik. Deze staat in de lerarenkamer. De digitale schoolborden worden ook gebruikt voor computer ondersteunend onderwijs. 3.10
Speciale voorzieningen in het schoolgebouw
In het hoofdgebouw zijn 6 leslokalen, een computerlokaal en een aula beschikbaar. Het hoofdgebouw heeft ook een aparte ruimte voor IB en de lerarenkamer. Vanaf groep 3 maken de groepen iedere woensdagmorgen gebruik van de gymzalen (2) in de sporthal Cleijn Duin. De kleuters gymmen een aantal keer per week in hun eigen speelzaal. De al eerder genoemde lerarenkamer wordt niet alleen gebruikt als koffiekamer voor het personeel, maar ook voor vele andere doeleinden, zoals extra ondersteuning, vergaderplek, spreekkamer, onderzoeksruimte. De dislocatie (kleutergebouw) huisvest de twee kleutergroepen van onze school. Er zijn gymvoorzieningen in de speelzaal aanwezig maar ook voorzieningen zoals een televisie en een dvd-speler. Voor sommige groepsoverstijgende activiteiten komen de kinderen van de kleutergroepen naar het hoofdgebouw of de kinderen van de groepen 3 t/m 8 naar de speelzaal. Het voormalige ‘leidsterkamertje’ dat grenst aan de lokalen van de groepen 1/ 2A en 1/ 2B wordt ook gebruikt voor leerlingbegeleiding en spreekkamer.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
20
4.
De zorg voor kinderen
4.1
Nieuwe leerlingen in de school
Aanmelding geschiedt altijd bij de directie. Ouders worden uitgebreid geïnformeerd over o.a. de schoolorganisatie en het onderwijsprogramma. Er wordt ook informatie verstrekt aan de ouders d.m.v. de schoolgids en de identiteitscode. Het kennismakingsgesprek is een goede gelegenheid de eerste opvang van kinderen toe te lichten. In de kleuterbouw, bij een nieuwe leerling van 4 jaar, neemt de onderwijsassistente 6-8 weken voor de verjaardag van het kind contact op met de ouders en nodigt het kind uit voor 2 kennismakingsbezoekjes = voordat het kind vier jaar wordt, mag het 2 dagdelen ‘wennen’. Tijdens die bezoekjes neemt de leerkracht met de ouder(s) de huishoudelijke zaken door (gymtas, drinken meenemen, speelgoedmiddag, hoofdluiscontrole e.d.). Vierjarigen die vlak voor of in de vakantie jarig zijn en na de zomer voor het eerst naar school gaan hebben 1 kennismakingsochtend voor de zomervakantie. Plaatsing van nieuwe kleuters vindt plaats n.a.v. de geboortedatum. Bij nieuwe leerlingen vanaf groep 3 informeert de directie de ouders over de gang van zaken op school. Indien mogelijk wordt ook hier een kennismakingsbezoekje voor de kinderen geregeld. Er wordt vooraf bij de ouders, en bij de school van herkomst, geïnformeerd naar het verloop van de ontwikkeling van het kind. Soms is toetsing van het kind voor de komst of tijdens de eerste dagen op school noodzakelijk om het onderwijsprogramma goed op het kind af te stemmen. Bij inschrijving moeten ouders naar waarheid een formulier invullen en ondertekenen. 4.2
Leerlingvolgsysteem (LVS)
Vanaf het moment dat de kinderen bij ons op school komen, worden zij gevolgd in hun ontwikkeling. Bij de kleuters volgen we de kinderen in hun ontwikkeling door observaties, die steeds worden bijgehouden op observatielijsten (CITO) en in de klassenmap, en met behulp van de CITO taal- en rekentoets voor kleuters. Vanaf groep 3 worden de kinderen gevolgd door het observeren en nakijken van het dagelijks werk. De kinderen krijgen hiervoor woordwaarderingen en vanaf de middenbouw voor sommige vakgebieden cijfers. Daarnaast worden de kinderen regelmatig voor diverse vakgebieden getoetst met toetsen die bij de methoden horen om zo de vooruitgang van kinderen te meten en extra hulp te bieden indien dit nodig is. Ook worden de leerlingen getoetst d.m.v. methode onafhankelijke toetsen van CITO die bovendien een objectief beeld geven van de kwaliteit van ons onderwijs. De uitslagen van deze toetsen vormen onderwerp van gesprek tijdens de groepsbesprekingen. Deze worden gehouden tussen groepsleerkracht en Intern Begeleider. Het doel van deze gesprekken is opvallende kinderen te signaleren en hulp te kunnen bieden. Van iedere leerling wordt een leerlingdossier bijgehouden waarin deze gegevens worden opgenomen. Wij gebruiken hiervoor Parnassys. Dit bevat daarnaast afschriften van leerlingbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen, toets- en rapportgegevens. Deze gegevens worden beheerd door de groepsleerkracht en de Intern Begeleider.
4.3
Passend onderwijs: de beste kansen voor elk kind
De meeste kinderen doen het prima op school: ze ontwikkelen zich naar verwachting en leren zonder problemen. Sommigen hebben meer begeleiding nodig, van specifiek lesmateriaal tot een aangepaste leeromgeving. Het organiseren van deze ondersteuning, met de vraag wat heeft dit kind, met deze specifieke problemen nodig, dat is de kern van Passend onderwijs. De nieuwe wet geldt vanaf 1 augustus 2014 en verandert de manier waarop deze ondersteuning kan worden aangevraagd, en hoe die _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
21
georganiseerd en betaald wordt. Passend onderwijs in het kort: Scholen in de regio werken samen om alle leerlingen de beste onderwijsplek te bieden Het speciaal (basis) onderwijs blijft gewoon bestaan voor leerlingen die dat echt nodig hebben Scholen kijken naar wat een leerling wél kan, het liefst op een gewone basisschool in de buurt Onze school is ingedeeld in een werkeenheid. Aan deze werkeenheid zijn onderwijsondersteuners toegewezen. Deze mensen vormen het zogenaamde expertiseteam. Het expertiseteam bezoekt onze school ongeveer 4x per jaar en wordt ingezet om kinderen te observeren, de leerkracht te adviseren en om de school hulp te bieden. Ook kunnen de mensen van het expertiseteam zitting hebben in het OT. (Zie voor uitleg OT de route) Zorgplicht Voorheen moesten ouders van kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, zelf op zoek naar een geschikte school. Vanaf 1 augustus 2014 hebben scholen een zorgplicht. Dit betekent dat we elk kind een passende onderwijsplek moeten bieden. Dat kan op deze school zelf zijn, maar ook op een andere basisschool of school voor speciaal (basis)onderwijs. Ouders worden vanaf begin tot eind bij dit proces betrokken: u kent uw kind immer het beste. Samenwerkingsverband Om elk kind een goede plek te kunnen bieden, werken alle basisscholen en speciale scholen in de regio met elkaar samen. Onze school maakt deel uit van het Samenwerkingsverband Primair Onderwijs Duin- en Bollenstreek. Dit verband bestaat uit vijftien schoolbesturen in de gemeenten Hillegom, Katwijk, Lisse, Noordwijk, Noordwijkerhout en Teylingen. Het samenwerkingsverband heeft alle scholen binnen haar regio ingedeeld in werkeenheden. Onze school zit in werkeenheid B. Meer informatie over de organisatie van passend onderwijs in uw regio vindt u op de websites van het samenwerkingsverband PO Duin- en Bollenstreek: www.swv-db.nl Basisondersteuning Schoolbesturen hebben met elkaar afgesproken wat elke school in principe moet kunnen bieden aan ondersteuning. Dit wordt basisondersteuning genoemd. Hierdoor weet u wat u als ouders ten minste mag verwachten van het onderwijs en ondersteuning op een school. Elke basisschool krijgt een eigen ondersteuningsbudget en de beschikking over expertise waarmee de ondersteuning die kinderen nodig hebben, kan worden georganiseerd. De route Om passend onderwijs voor elke leerling snel en goed te kunnen organiseren, heeft het samenwerkingsverband een route afgesproken. Deze route bestaat uit verschillende stappen: 1) Het begint bij de leerkracht. Hij of zij signaleert dat de ontwikkeling van een kind stagneert. Samen met u als ouders gaat de leerkracht vervolgens op zoek gaat naar de juiste aanpak voor uw kind. 2) Met hulp van de Intern Begeleider. Als een leerkracht de leerling zelf niet verder kan helpen, roept hij de hulp in van de Intern Begeleider van de school. De IB-er maakt een analyse van de situatie en geeft vervolgens advies over een mogelijke aanpak. Ook hierbij is het informeren en betrekken van u als ouders van groot belang. De IB-er voert _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
22
vervolgens samen met de leerkracht de regie over het afgesproken traject. 3) Met hulp van het ondersteuningsteam (OT) Als zowel de leerkracht als de Intern Begeleider meer advies nodig hebben, wordt de hulp van het ondersteuningsteam (OT) ingeroepen. Naast de leerkracht, ouders en IB-er, kan zo’n team bestaan uit de directeur van de school, onderwijsspecialist, schoolarts en eventueel een jeugd- en gezinswerker. Ook nodigen we de onderwijsondersteuners van onze werkeenheid uit. Het ondersteuningsteam overlegt wat het kind nodig heeft. Afhankelijk van wat er nodig is, kan dit op vele manieren worden vormgegeven: - hulp die een school zelf kan bieden - hulp die een school kan bieden met expertise van buiten - verwijzing naar een speciale onderwijsvoorziening Verwijzing naar een speciale onderwijsvoorziening Stap 1 Als duidelijk is dat een speciale school voor een leerling beter geschikt is, wordt gekeken wat de beste onderwijsplek voor dit kind is. Bij dit OT wordt naast eerder genoemde personen, ook de onderwijsspecialist uitgenodigd. Het uitnodigen van de onderwijsspecialist is een noodzakelijke stap. De onderwijsspecialist heeft een adviserende rol. Stap 2: Toelaatbaarheidsverklaring (TLV) Als de eerste stap is afgerond, moet een Toelaatbaarheidsverklaring worden aangevraagd. Er zijn dan 2 mogelijkheden: - Speciaal basisonderwijs. De meeste kinderen die naar het Speciaal basisonderwijs gaan, zijn kinderen met leerproblemen. Voor hen is het niveau van de basisschool te hoog gegrepen. Vaak zijn deze kinderen ongelukkig en/of hebben ze steeds meer tegenzin met het naar school gaan. - Speciaal onderwijs: Bij het Speciaal Onderwijs gaat het vaak om kinderen die gedragsproblemen hebben. Deze problemen zijn dan ernstig. De basisschool is niet toegerust voor deze problematiek en is dan “handelingsverlegen” Als een leerling een toelaatbaarheidsverklaring heeft gekregen wordt de plaatsing zo spoedig mogelijk gerealiseerd. Bij het aanvragen van een Toelaatbaarheidsverklaring zorgt de school samen met de ouders voor het invullen van het Groeidocument. Zie het groeidocument. Stap 3: Terugplaatsing vanuit het SO of SBO Als blijkt dat terugplaatsing een optie is, vindt overleg plaats met ouders en de school van herkomst. Een andere reguliere school die meer passend is, bestaat ook tot de mogelijkheden. Het groeidocument Voor kinderen waarbij de mogelijkheid bestaat dat er een toelaatbaarheidsverklaring moet worden aangevraagd, wordt een groeidocument geopend. In dit “groeiend” document staan allerlei plannen, doelen, verslagen over de leerling. Zowel ouders als school vullen dit groeidocument in. Dit document wordt dus voor een enkele leerling ingevuld. Ouders zijn hiervan altijd op de hoogte. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
23
Het ontwikkelingsperspectief Leerlingen waarvan vaststaat dat ze maximaal het eindniveau van groep 7 halen, en dus de doelen van groep 8 niet zullen realiseren, krijgen een ontwikkelingsperspectief (OPP). Het OPP bevat de einddoelen en tussendoelen per vak en het perspectief m.b.t. het voortgezet onderwijs. Daarnaast wordt verwezen naar een handelingsplan waarin concreet staat hoe de leraar de doelen gaat realiseren. Een OPP wordt 2x per jaar geëvalueerd door de IB-er, de leerkracht en de ouders. Meestal wordt een OPP gemaakt voor leerlingen die dit nodig hebben vanaf groep 6. Ook voor leerlingen waarbij een toelaatbaarheidsverklaring wordt aangevraagd krijgen meestal een OPP.
4.4
Onderwijsbehoeften van de leerlingen
Onze school heeft inzicht in de verschillen in onderwijsbehoeften van de leerlingen door: a. kennis van de kenmerken van de schoolbevolking; De verhouding van de leerlinggewichten 0.00 – 0.30/0.90 is ongeveer 60-40%. Enige uitleg hierover: het leerlinggewicht van een leerling wordt door het ministerie van Onderwijs gebaseerd op het opleidingsniveau van de ouder(s) van een kind. Hoe hoger het opleidingsniveau van de ouder(s) hoe lager het leerlinggewicht. Het ministerie gaat er vanuit dat kinderen met een lager leerlinggewicht een grotere kans hebben op onderwijsachterstanden. Een basisschool krijgt extra middelen toegewezen om deze mogelijke onderwijsachterstanden te verkleinen. b. kennis van de kenmerken van de groep; Bij aanvang van de schoolloopbaan van de kinderen vragen wij om informatie van de ouders maar ook van peuterspeelzalen, het liefst d.m.v. een warme overdracht. De ouders van nieuwe kleuters/ leerlingen vullen een vragenlijst in en er vindt een intake gesprek plaats. Bij de kleuters worden de leerlingen nauwlettend gevolgd m.b.v. eigen observaties en met CITO-toets- en observatie instrumenten. Beleid meer begaafde leerlingen Wij willen meerbegaafde leerlingen meer uitdagingen bieden en ze motiveren door een aanbod van andersoortige lessen en onderwerpen. In het groepsplan staat vermeld wat deze kinderen aan extra stof aangeboden krijgen. Daarbij gaat het niet zozeer om ’meer van hetzelfde’, als wel om stof met een meerwaarde voor deze kinderen. Soms krijgen deze leerlingen buiten de klas in een groepje een meer uitdagende opdracht. Opbrengstgericht werken/ handelingsgericht werken Voor de verbetering van leerprestaties en dus de leeropbrengsten van onze school ligt de sleutel bij de leraren. Niet alleen de didactische vaardigheden zijn van belang maar ook het klassenmanagement en de wijze waarop de leraren in staat zijn het tempo en de lesinhoud aan te passen aan het niveau van de leerlingen. Op onze school werken we opbrengstgericht. Daarbij richten we ons op de gemiddelde vaardigheidsscore van de CITO- toetsen. Per CITO- toets is een doel vastgesteld. In bepaalde gevallen is deze afgeleid van de Inspectienormen en waar dat niet het geval is, hebben we zelf doelen vastgesteld. We beschikken over een overzicht van de toetsen en de gestelde doelen. Bij de bespreking van de groep wordt de uitslag van de toets (de gehaalde gemiddelde vaardigheidsscore) vergeleken met de norm (de gewenste gemiddelde vaardigheidsscore). Als de gewenste score structureel onder de gewenste score is, worden er door de IB-er en de leraar interventies afgesproken. Deze interventies kunnen zijn: 1. Meer tijd besteden aan dat vak-/vormingsgebied _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
24
2. 3. 4. 5.
Instructie wijzigen en verbeteren: consequent directe instructie toepassen Meer automatiseren Differentiatie aanpassen Remediëren in de klas
De IB- ers voeren de groepsbesprekingen n.a.v. de analyse van de behaalde scores en bespreken of het de leraren lukt om de interventies toe te passen en bepalen of de interventies effect hebben. Leraren worden ook gekoppeld (collegiale consultatie) om van elkaar te leren. Op onze school maken wij gebruik van het LOVS (Leerling- en Onderwijs Volg Systeem) van CITO om de leerlingen goed te kunnen volgen. Het LOVS geeft ons de handvatten om de resultaten van de leerlingen op leerlingniveau, groepsniveau en schoolniveau inzichtelijk te maken. Opbrengst gericht werken gebeurt op zowel op groepsniveau als op het niveau van de individuele leerling. Hoe werken LOVS-toetsen? LOVS toetsen zijn methode onafhankelijke toetsen die 2 keer per jaar worden afgenomen. De eerste fase, het signaleren, start met het afnemen en nakijken van de toetsen. De resultaten daarvan worden verwerkt tot leerlingrapporten/ groepsrapporten. Per leerling kan in een grafiek de vooruitgang vast worden gelegd. Het leerlingrapport is een handig hulpmiddel dat we kunnen gebruiken tijdens gesprekken met de ouders. De tweede fase is het analyseren. Constateren wij dat een leerling - en dat geldt zowel voor goede als minder goede leerlingen - onvoldoende vooruitgaat of een te lage score haalt, dan kunnen wij vaststellen op welk vlak die leerling precies problemen heeft. Weten wij waar het probleem bij een leerling precies ligt, dan bepalen wij welke acties wij moeten ondernemen. Hiermee begint de laatste fase: het handelen. In deze fase bieden wij gericht hulp. Daarbij kunnen wij gebruikmaken van aanwijzingen en suggesties in de handleiding bij een toets, in een apart hulpboek bij het pakket of andere middelen. Bij een volgende toetsafname kunnen wij bepalen welk effect onze actie heeft gehad. Dan beginnen wij weer aan een nieuwe cyclus van signaleren, analyseren en handelen. Bij de CITO toetsen wordt een indeling in niveaus gebruikt: de niveaus I tot en met V. Niveau I II III IV V
% 20 % 20 % 20 % 20 % 20 %
Interpretatie Ver boven het gemiddelde Boven het gemiddelde De gemiddelde groep leerlingen Onder het gemiddelde Ver onder het gemiddelde
De scores van de Cito-toetsen worden ingevoerd in Parnassys (ons leerling administratie/- volgsysteem) zodat wij een goed overzicht hebben van het niveau van onze leerlingen en hun mogelijke specifieke onderwijsbehoeften. 4.5
De overgang van kinderen naar het voorgezet onderwijs
Na acht jaar basisschool gaan de kinderen naar een vorm van voortgezet onderwijs. Het is van groot belang dat de kinderen in die richting komen die voor hen het meest geschikt is. Er is immers keuze uit veel richtingen. De school probeert ouders en kinderen bij deze keuze te helpen. Wij hebben hiervoor een procedure ontwikkeld. In de jaren voorafgaand aan groep 8 zijn er door het leerlingvolgsysteem al vele gegevens verzameld over het functioneren van leerlingen. Bij de schoolkeuze adviesprocedure wordt _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
25
uiteraard gekeken naar de capaciteiten van de kinderen, maar daarnaast spelen ook zaken als motivatie, interesse en zelfstandigheid een grote rol. De leerkracht van groep 8 zal door middel van analyses aandacht schenken aan individuele grote of kleine leerproblemen. Op basis van de scores van het leerlingvolgsysteem wordt er medio november een gesprek gevoerd met de ouder(s) en de leerlingen van groep 8. Tijdens dit eerste adviesgesprek wordt ook met de ouder(s) besproken wat de procedure gaat zijn m.b.t. de aanmelding voor het voortgezet onderwijs. Medio groep 8 volgt samen met de ouders, de leerlingen en de leerkracht van groep 8 een definitief gesprek over de keuze voor het voortgezet onderwijs. Het schooladvies wordt bepaald door de resultaten van het LOVS (uitslagen van de Cito-toetsen van voorgaande jaren) en het advies van de school. Dit laatste gebeurt in overleg met de leerkracht van groep 8, de leerkracht van groep 7 en de IB-er. Ouders en kinderen kunnen de voorlichtingsavonden van de diverse richtingen/ schooltypen bezoeken. Na de uitslag van de Centrale Eindtoets worden geen verdere adviesgesprekken gehouden. De scholen voor voortgezet onderwijs hanteren criteria voor toelating. Die zijn per school verschillend. Ouders worden zoveel mogelijk vooraf op de hoogte gebracht van deze criteria. Het kan voorkomen dat de school voor voortgezet onderwijs nog een extra test noodzakelijk vindt. Er is daarna contact tussen groepsleerkracht en brugklascoördinator om het wettelijk verplichte onderwijskundige rapport nader toe te lichten. Voor leerlingen die een keer zijn blijven zitten bestaat de mogelijkheid om na groep 7 te kiezen voor een vorm van individueel voortgezet onderwijs. Afhankelijk van het wettelijk vereiste capaciteitenonderzoek, verzorgd door de desbetreffende scholen, worden leerlingen al dan niet aangenomen.
4.6
Overgang naar andere groep
In principe kunnen de kinderen de school in 8 aaneengesloten jaren doorlopen. Van deze regel kan worden afgeweken als: een kind aan het eind van leerjaar 2 sociaal- emotioneel nog erg jong is. Of een kind is nog erg speels waardoor het te onzelfstandig en te snel afgeleid is, te weinig kennis heeft van de noodzakelijke begrippen om het aanvankelijke lees-, taal- en rekenonderwijs te kunnen volgen. Bij de overgang van leerjaar 2 naar groep 3 is de mening van de school (het team) doorslaggevend en bepalend. Bij het nemen van die beslissing is er altijd contact met de ouders en indien noodzakelijk met externen. een kind aan het eind van groep 3 de basis van het lezen en rekenen onvoldoende beheerst; een kind door vertraagde ontwikkeling de aansluiting met hun leeftijdgenoten op een aantal fundamentele gebieden mist. Zeer incidenteel kan het voorkomen dat een leerling ten gevolge van zijn ontwikkeling de school sneller doorloopt. Hierbij wordt een tijdpad voor gewenning doorlopen. 4.7
Naschoolse activiteiten voor kinderen
Hiermee worden de activiteiten bedoeld in het kader van het onderwijs. Te denken valt aan extra hulp na school, oefenen voor een weekopening, na schooltijd afmaken van schoolwerk of werkstuk, oefenen voor de musical, deelnemen aan excursies, theatervoorstellingen enz. Deze activiteiten vinden incidenteel plaats en altijd onder toezicht van een groepsleerkracht. De school probeert de ouders, indien mogelijk, hierover vooraf te informeren. Huiswerk Kinderen in de groepen 5 t/m 8 krijgen structureel te maken met huiswerk. De school heeft daar bewust _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
26
voor gekozen. Ouders van kinderen in de groepen 5 t/m 8 krijgen op de informatie avond aan het begin van het nieuwe schooljaar hierover uitleg. Tevens wordt aandacht besteed aan de rol die ouders kunnen hebben bij de huiswerkbegeleiding van hun kind thuis. Daarin is de groepsleerkracht ook actief. De groepsleerkracht probeert de kinderen te helpen om te gaan met huiswerk. Er wordt in groep 7 en 8 gewerkt met hulpmiddelen als een agenda (zelf aan te schaffen) of een dag-/ weektaak. In andere groepen kan incidenteel wel eens huiswerk worden meegegeven. Dat geschiedt altijd in overleg, soms zelfs op verzoek van ouders. 4.8
Buitenschoolse activiteiten voor kinderen
In de praktijk gaat het bij buitenschoolse activiteiten vrijwel uitsluitend om activiteiten, die echt buiten de schooluren plaatsvinden; het zijn vooral sportactiviteiten. Kinderen van onze school kunnen jaarlijks met diverse sporttoernooien meedoen, meestal georganiseerd door sportstichtingen/ muziekverenigingen/ Het Welzijnskwartier/Come4sports
4.9
Kanjertraining en pesten (pestprotocol)
Pesten komt het meeste voor op en rond school. Het allerbelangrijkste dat de school kan doen is het pesten zoveel mogelijk voorkómen. Afgelopen schooljaar hebben alle leerkrachten de Kanjertraining gevolgd. Dit is een goedgekeurde methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling die de leerkrachten en de leerlingen handvatten biedt om pestgedrag te signaleren, te bespreken en te “behandelen”. Doel van de Kanjertraining op school is de sfeer in de klas goed te houden (preventief), of te verbeteren (curatief). De verwachting is dat bij een goede uitvoering van de lessenreeks de leerlingen een betere band hebben gekregen met elkaar/ de leerkracht en zich prettiger voelen in de klas. En dat de kans kleiner wordt dat leerlingen zich op enig moment laten verleiden tot sociaal destructief gedrag. Kanjertraining wordt in alle groepen gegeven. Het is belangrijk dat de leerkracht een duidelijke houding heeft bij conflicten tussen kinderen onderling. Om sociale vaardigheden te verwerven moeten de kinderen in eerste instantie proberen zelf hun onderlinge problemen op te lossen. De leerkracht laat dan merken dat hij/zij vertrouwen heeft in de kinderen. Als de kinderen er zelf niet uitkomen of als bepaalde kinderen het onderspit delven, moet de leerkracht de leerlingen helpen bij het zoeken van een oplossing. Ook moet hij/zij de signalen van de gepeste kinderen kunnen herkennen en daar op reageren. In klassengesprekken leert de leerkracht de kinderen om aandacht te hebben voor elkaar en elkaar te vertrouwen. Ook de sociale kanten van het samenleven in de klas, zoals ruzie maken, vriendjes worden en jaloezie worden besproken. Het eigenlijke voorkómen en bestrijden op school gebeurt dus door de meester of juf in de klas. Daarnaast is het belangrijk te weten dat deze werkwijze door de hele school wordt gedragen. Dat de school een beleid ontwikkeld heeft tegen pesten en dat kinderen en ouders er op kunnen vertrouwen dat de school voor iedereen een veilige plaats is, het (anti) Pestprotocol. Zie bijlage. Alle disciplines van de school (bestuur, team, medezeggenschapsraad en oudercommissie) onderschrijven dit protocol. De afspraken die in de Kanjertraining en in het Pestprotocol staan hebben wij vertaald naar de dagelijkse omgang met elkaar. Zie de bijlage. De kanjertraining regels zijn: 1. 2. 3. 4. 5.
We vertrouwen elkaar We helpen elkaar Niemand speelt de baas Niemand lacht uit Niemand doet zielig
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
27
Dagelijks observeren wij onze leerlingen. We zien hoe zij zich gedragen. Met de meeste kinderen gaat het gelukkig goed. Bij de kleuters gebruiken wij hiervoor de CITO observatielijsten voor kleuters en “Zien!” van Parnassys. En voor de groepen 3- 8 gebruiken wij “Zien!” van Parnassys. “Zien!” is een pedagogisch expertsysteem en een krachtig instrument om het sociaal-emotioneel functioneren van leerlingen van de groepen 1 t/m 8 systematisch in beeld te brengen. Er zijn leerkrachtvragenlijsten waar de leerkracht vragen beantwoord die gebaseerd zijn op dagelijkse observaties met betrekking tot werkhouding, gedrag, emotionele stabiliteit, sociaal of teruggetrokken gedrag. Voor de leerlingen zijn er zelfbeoordelingslijsten. De leerlingen beantwoorden vragen over zelfvertrouwen, werkhouding, relatie met de leerkracht, relatie met de andere leerlingen en het schoolbeeld. Beide lijsten worden naast elkaar gelegd waardoor de leerkrachten het sociaal- emotioneel functioneren van 2 kanten kunnen bekijken waardoor een completer beeld ontstaat. “Zien!” biedt vervolgens adviezen voor concrete doelen en handelingssuggesties. Als w ij onze leerlingen op deze wijze, door de jaren heen, systematisch volgen kunnen wij nagaan of interventies zinvol zijn geweest en hoe de sociaal- emotionele ontwikkeling van onze leerlingen is.
5.
De leraren
Het beleid van de school is er op gericht dat de beschikbare personeelsformatie zo wordt ingezet, dat er voldoende formatie voor extra hulp overblijft. Door bezuinigingen en het dalend leerlingenaantal zal het een uitdaging voor de school zijn om toch extra ondersteuning te kunnen bieden. Aan de school zijn in schooljaar 2015-2016 12 leraren verbonden. 5.1
Wijze van vervanging bij ziekte, ADV, BAPO, studieverlof, scholing
Bijscholing De meeste leerkrachten doen hun nascholing in de naschoolse uren. Studiedag(en) onder schooltijd worden ruim van te voren aan ouders doorgegeven. Meestal zijn er 2 studiedagen per schooljaar. BAPO: I.v.m. de regeling Bevordering Arbeids Participatie Ouderen (BAPO) is de directeur,Joan de Jong op vrijdag vrij en juffrouw Jenny Homan van groep 1/ 2B heeft een vrije middag op vrijdag. Vervanging bij ziekte: In geval van ziekte van een leerkracht is vervanging van tevoren moeilijk te plannen. Het kan voorkomen dat er geen vervanger beschikbaar is. Wij staan dan voor de keuze : bij gebrek aan vervangers de kinderen naar huis sturen of de kinderen verdelen over andere groepen of de Intern Begeleider of de directeur voor de klas zetten. De eerste mogelijkheid, kinderen naar huis sturen, waarborgt dat andere groepen gewoon les krijgen en dat geeft rust binnen de school. Het voorkomt tevens overbelasting van de leerkrachten. De andere genoemde mogelijkheden doen een aanslag op de kwaliteit van het onderwijs: een groep wordt immers geconfronteerd met een deel van een andere groep , waardoor het aantal leerlingen fors toeneemt en in feite meerdere groepen de dupe zijn. Als de directeur of de Intern Begeleider de groepsleerkracht vervangt, komt hún eigenlijke werk in het gedrang. Soms kunnen parttime leerkrachten op onze school bij ziekte extra komen werken. Indien er toch geen invaller gevonden kan worden, wordt de groep in eerste instantie verdeeld. Lukt het vervolgens niet om alsnog een vervanger te vinden, dan kan het een enkele keer gebeuren dat de kinderen vrij wordt gegeven. Uiteraard worden de ouders zo spoedig mogelijk geïnformeerd.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
28
5.2
De onderwijsassistente
Op de school is bij de beide kleutergroepen een onderwijsassistente in dienst (mevrouw Nella Spaan). De onderwijsassistente helpt de leerkracht bij tal van werkzaamheden, zoals toezicht houden, werk nakijken, helpen bij het aan- en uitkleden bij bewegingsonderwijs, helpen bij de lesvoorbereiding door spullen klaar te leggen, kinderen te helpen bij bepaalde onderwijsactiviteiten enz. Door het werk van deze assistente krijgt de groepsleerkracht meer ruimte om extra aandacht te besteden aan de kinderen die dat nodig hebben. De onderwijsassistente werkt in onze school momenteel in de kleutergroepen. Elk schooljaar wordt bekeken waar de inzet van de onderwijsassistente het beste tot z’ n recht komt.
5.3
De begeleiding en inzet van studenten
De school biedt elk jaar aan studenten van verschillende opleidingsinstituten de mogelijkheid het vak te leren in zogenoemde stageperiodes. Meestal zijn het studenten van de INHOLLAND Hogeschool of de Hogeschool Leiden studierichting PABO, studenten van het ROC (Regionaal Opleidingscentrum) of het IDCollege, studierichting SPW. De studenten worden begeleid door de groepsleerkracht en door docenten van de betreffende scholen. De eindverantwoordelijkheid voor het onderwijs in de groep blijft altijd een zaak van de groepsleerkracht. Wij bieden ook gelegenheid aan studenten uit het voorgezet onderwijs om bij ons op school een “maatschappelijke” stage te doen. De coördinatie van alle stages op school is in handen van de directie.
5.4
Nascholing
In paragraaf 7 is aangegeven hoe de school zich wil ontwikkelen. Het is belangrijk op de hoogte te blijven van ontwikkelingen in het onderwijs. De leerkrachten kunnen zich op eigen initiatief of op verzoek van de directie inschrijven voor een nascholingscursus. Persoonlijke ontwikkeling of schoolontwikkeling kunnen de reden zijn tot het volgen van een cursus. Het komt ook voor dat een groepje teamleden of het gehele team zich inschrijft voor een cursus. Door regelmatig cursussen te volgen blijft het team op de hoogte van de nieuwe ontwikkelingen en werkt het aan het eigen functioneren, met het doel de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Daarom zijn leerkrachten voortdurend bezig met verdergaande professionalisering (bekwaamheidsdossier). Er wordt voor nascholing en begeleiding ingetekend als schoolteam, maar ook als individu. De kosten van de nascholing worden betaald uit een budget, dat de overheid voor dit doel aan scholen beschikbaar stelt.
5.5
Kwaliteitszorg
Begripsomschrijving Kwaliteit is naar onze mening: - zeggen wat je doet - doen wat je zegt - daarover verantwoording afleggen. Kwaliteit betekent keuzes maken tussen wat wij wenselijk achten, wat de ouders, leerlingen en maatschappij verwachten en wat haalbaar is. Werken aan kwaliteit betekent een voortdurende reflectie op eigen handelen: wat gaan wij doen, doen wij dat ook, doen wij het van harte? Het is dus een voortdurend proces van signaleren, onder de aandacht brengen, bespreken, invoeren, evalueren, bijstellen en vastleggen. Onze school werkt op de volgende wijze aan verdere kwaliteitsverbetering: werken met goede methoden, _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
29
werken met goed personeel en het goed volgen van de resultaten van de leerlingen. Onze school werkt met goede lesmethoden die passen binnen de werkwijze van de school en die aansluiten bij de kerndoelen. Bij het kiezen van lesboeken, werkboeken en andere materialen wordt ook gelet op de kwaliteit en het uiterlijk. Kunnen onze leerlingen goed leren met deze methode, ziet het materiaal er aantrekkelijk uit? Wij letten er goed op dat wij bij het aanschaffen van nieuwe methoden, tegemoet kunnen komen aan de behoefte van de kinderen. Is er voldoende leerstof voor kinderen die extra moeilijk werk aan kunnen en is er voldoende leerstof voor kinderen die veel extra oefenstof nodig hebben? Vooral heel belangrijk zijn de mensen die op de school werken. Per slot van rekening vertrouwt u uw kinderen aan ons toe. Iedereen die bij ons op school komt werken dient in het bezit te zijn van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). De teamleden werken niet op eigen houtje. Er is veel overleg en samenwerking. Jaarlijks wordt er tijd aan nascholing besteed. De maatschappij verandert en dus ook het onderwijs. Daarom hebben we elk schooljaar 2 of 3 studiedagen met het hele team. Gedurende het gehele schooljaar volgen de leerkrachten samen of individueel allerlei nascholingscursussen. Door middel van het leerlingvolgsysteem bewaken wij ook de kwaliteit van het onderwijs. Het volgen van leerlingen met behulp van landelijk genormeerde standaard toetsen geeft ons inzicht in de prestaties van de leerlingen. Het geeft ook een totaalbeeld van de school. Zie verder in hoofdstuk 4.2.
6.
De ouders
6.1
Betrokkenheid van ouders
Een goed contact met ouders vinden wij van het grootste belang. U vertrouwt uw kind aan onze zorgen toe. Om uw kind goed te kunnen begeleiden, is het van belang dat er overleg is tussen thuis en school. Van de kant van de ouders verwacht de school betrokkenheid bij en belangstelling voor wat het kind binnen de school beleeft en leert. En dat zij de school op de hoogte houden van belangrijke gebeurtenissen thuis. Vanuit de school mogen de ouders een goede informatievoorziening verwachten over het kind en schoolse zaken door middel van rapporten, gesprekken, ouderavonden en nieuwsbrieven. Deze interactie stelt de leerkracht in staat de kinderen beter te leren kennen en te begrijpen. Kinderen vinden het daarbij heel leuk als hun ouders belangstelling tonen voor hun schoolleven. Deze betrokkenheid kunnen ouders uiten door regelmatig ouderavonden te bezoeken of af en toe een individueel gesprek met de leerkracht. Maar ook door mee te werken aan diverse activiteiten binnen de school en in de groep. In de school vinden dagelijks vele activiteiten plaats onder leiding en verantwoordelijkheid van de leerkrachten. Bij een aantal van deze activiteiten kunnen wij hulp van ouders goed gebruiken. Als voorbeeld noemen wij : technisch lezen, begrijpend lezen (nieuwsbegrip XL), computeren, verkeerslessen, spelletjesmiddagen bij de kleuters, handenarbeid, rijden naar diverse excursies, speelplein onderhouden, school versieren enz. Daarnaast zijn er ook regelmatig festiviteiten die door team en oudercommissie samen worden georganiseerd. Ook bij deze feesten kunnen wij niet zonder hulp van enthousiaste ouders. De hulpouder proeft dan ook zelf wat meer van de sfeer waarin het kind dagelijks verblijft. Actief meedenken en meepraten in de oudercommissie en medezeggenschapsraad zijn ook goede mogelijkheden om de school van een andere kant te leren kennen. Voor de steeds terugkerende hulp bij schoolse zaken kunnen belangstellende ouders zich opgeven naar aanleiding van oproepen in de Babbel. 6.2
Informatievoorziening aan ouders over het onderwijs en de school
De ouders van onze school worden bij hun eerste kennismaking mondeling voorzien van informatie over het onderwijs op de school. Dit eerste gesprek met de ouders wordt gedaan door de directie. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
30
Aan het begin van het schooljaar worden alle ouders uitgenodigd voor de informatieavond. Op die bijeenkomst vertelt de leerkracht over de inhoud van het onderwijs in het komende schooljaar in zijn/ haar groep. De school organiseert soms ook algemene informatiebijeenkomsten voor ouders rond een speciaal thema. Enkele voorbeelden: drugs- en alcoholvoorlichting, de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen, (digi)pesten. Verder wordt om de week een informatieblad (schoolkrant) voor ouders verspreid: het Sjaloombabbeltje, ook wel de Babbel genoemd. Zoveel mogelijk wordt in de Babbel alle relevante informatie en relevante data voor ouders opgenomen. Verder bezit de school een eigen homepage: www.sjaloomschool.nl, die wordt voorzien van de laatste Babbel en ook van foto’s van bezige leerlingen en allerlei activiteiten. Op de website vindt u tevens de schoolgids, het vakantierooster, het rooster van Bijbelse geschiedenis, informatie over de PCOK, de Medezeggenschapsraad (MR), de voor- en naschoolse opvang, de peuterspeelzaal en ons contactadres. Ook heeft de website een eigen spelletjespagina. Ouders kunnen natuurlijk ook altijd rechtstreeks bij de leerkracht/de directie terecht voor informatie over het onderwijs. 6.3
Ouders en inspraak
Ouders kunnen meedenken en hebben ook invloed op de werkwijze van de school. In de school kennen wij twee vormen van georganiseerd ouderoverleg, te weten de oudercontactcommissie (OCC) en de medezeggenschapsraad (MR). Een andere vorm van inspraak vindt plaats door het periodieke oudertevredenheidsonderzoek (om de 3 jaar). De oudercontactcommissie (OCC) De oudercontactcommissie is een groep ouders die: andere ouders probeert te interesseren voor wat er op school gebeurt; tracht de ouderparticipatie te bevorderen; meehelpt festiviteiten te organiseren; op school werkzaam is als klassenouder; advies geeft aan de MR en het schoolteam; de vrijwillige ouderbijdrage beheert. Aan alle ouders wordt namelijk een financiële verantwoording van de besteding van de gelden van de ouderbijdrage afgelegd. Deze wordt gepubliceerd in de Babbel. Zie ook hoofdstuk 6.9 Als ouders meer willen weten of bereid zijn op een of andere manier te helpen, kunnen zij contact opnemen met een van de leden van de OCC. De medezeggenschapsraad (MR) De Wet Medezeggenschap Onderwijs verplicht schoolbesturen tot het instellen van een medezeggenschapsraad, waarin ouders en team de gelegenheid krijgen tot overleg en inspraak. Tot de algemene bevoegdheden van de medezeggenschapsraad behoort het bespreken van de algemene gang van zaken in de school met het team en de directie. Ook kent de medezeggenschapsraad een instemmingbevoegdheid en een adviesbevoegdheid. De instemmingbevoegdheid houdt in, dat de directie en het team vooraf de instemming nodig hebben van de medezeggenschapsraad voor enige in de wet genoemde onderwerpen. Voorbeelden hiervan zijn het veranderen van de onderwijskundige doelstellingen van de school en de vaststelling of wijziging van het schoolplan. Op grond van de adviesbevoegdheid moet de directie de medezeggenschapsraad in de gelegenheid stellen advies uit te brengen. De wet noemt in dit verband onder andere de volgende onderwerpen: verandering van de grondslag van de school, verandering van de schooltijden, de aanstelling of ontslag van de schoolleiding, het beleid met betrekking tot de toelating en verwijdering van leerlingen, de regeling van _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
31
vakantie, de verbouwing en het onderhoud van de school. Voor een beperkt aantal zaken is er sinds januari 1996 een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) ingesteld door het schoolbestuur. De medezeggenschapsraad op onze school bestaat uit 6 leden: 3 ouderleden en 3 personeelsleden. De leden hebben zitting voor een periode van 4 jaar. Na deze periode is herverkiezing mogelijk. De MR publiceert jaarlijks het jaarverslag in de Babbel. Oudervertegenwoordigers in de MR: De heer P. Zuijderduijn, vader van Tim, Luuk en Sil. Mevrouw J. Guijt, moeder van Sara en Cederik. Mevrouw Andrea Varkevisser, moeder van Sverre en Jenthe. Namens het team hebben mevrouw T. Leenen- Schaap, mevrouw A. van Dommelen en de heer R. Hoek zitting in de MR. De vertegenwoordiging van de Sjaloomschool in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) van de scholen van de stichting PCOK, vindt wisselend plaats door mevrouw Leenen en mevrouw Guijt.
6.4
Klassenouders
Ouders zijn binnen een school heel belangrijk. Samen dragen wij de verantwoordelijkheid voor de opvoeding, het onderwijs en het welzijn van de kinderen. Op de Sjaloomschool werken wij in bijna alle groepen met klassenouders. Per groep verrichten 2 ouders ondersteunende activiteiten voor de leerkrachten. Zij roepen ook de hulp in van andere ouders, bijv. bij het organiseren van festiviteiten. Aan het begin van het schooljaar verzoeken wij ouders zich op te geven als klassenouder. U krijgt dan zo spoedig mogelijk te horen wie de klassenouders zijn, zodat u weet van wie u een hulpvraag kunt verwachten, maar ook bij wie u uw hulp aan kunt bieden.
6.5
Ouderactiviteiten
De school (team en/of ouderraad) doet jaarlijks een beroep op ouders om hulp te verlenen bij diverse activiteiten. Enkele van die activiteiten zijn: schoonmaak van materiaal controle op hoofdluis hulp bij de schoolreis hulp bij bijzondere gebeurtenissen (excursies, projecten, vieringen, feesten, sportactiviteiten, acties enz.) versieren van de school hulp in het documentatiecentrum hulp bij het leesonderwijs hulp bij de spelletjesmiddagen van groep 1 en 2 hulp bij het gebruik van de computer in de groep/ in het computerlokaal hulp bij kleine klussen/reparaties hulp bij de verkeerslessen
6.6
Overblijven
Er bestaat de mogelijkheid kinderen te laten overblijven. De coördinatie van het overblijven (=tussenschoolse opvang) is in handen van KinderOpvang Katwijk (KOK). Overblijven kost € 30 voor een 10- strippenkaart wanneer er niet regelmatig wordt overgebleven en € 25 voor een 10- strippenkaart wanneer er regelmatig wordt overgebleven. Het is niet mogelijk om los/per keer te betalen. De aangeschafte strippenkaart wordt beheerd door de overblijfcoördinator en blijft _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
32
geldig zolang het kind op school zit. Ouders van kinderen die regelmatig overblijven, sluiten hiervoor een contract af met KOK. Alle betalingen gaan via automatische incasso. De financiële afhandeling wordt door KOK gedaan. Overblijven is op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 12.00 tot 13.30 uur. Tijdens de overblijftijd gelden belangrijke regels voor alle betrokkenen. Deze staan op papier en worden aan het begin van de cursus aan de ouders uitgereikt. Daarna moeten de ouders het ondertekende formulier op school inleveren. De overblijfregels worden regelmatig met de kinderen besproken. Wij verzoeken de ouders dringend geen snoep mee te geven (voor in de pauzes en/of het overblijven). Als u fruit meegeeft, is het prettig als dat schoongemaakt wordt meegegeven in folie of een plastic bakje.
6.7
Contact en overleg met leraar over kind over de leervorderingen
Leerlingen en ouders hebben recht op mondelinge en/of schriftelijke rapportage over de prestaties van de leerlingen. Het schriftelijke rapport is gericht aan de ouders. De leerlingen van de kleutergroepen ontvangen 1 - 2 keer per jaar een rapport (afhankelijk van het moment van instromen) en n.a.v. deze rapportages vindt er ongeveer tegen het eind van het schooljaar een gesprek met de ouders van de oudste kleuters plaats. Deze gesprekken duren ongeveer 10 minuten. Driemaal per jaar krijgen de kinderen van de groepen 3 t/m 8 een rapport (in november, maart en juni/ juli). Op de rapportmiddagen kunnen ouders met de leerkracht(en) van gedachten kan wisselen over de vorderingen van het kind en krijgen vervolgens het rapport mee. De gesprekken op de rapportmiddagen duren 10 minuten. Als de tijdsduur van de gesprekken te kort blijkt te zijn, maken wij een afspraak met u voor een vervolggesprek. Mocht er gedurende het schooljaar of aan het einde van het schooljaar aanleiding zijn voor de leerkracht nog eens met de ouders te praten, dan neemt hij/zij zelf contact op. Overigens geldt natuurlijk dat ook ouders een afspraak met de leerkracht kunnen maken. Het rapport moet binnen drie weken na verstrekking/ na de zomervakantie weer op school worden ingeleverd, voorzien van de handtekening van een van de ouders. Algemene informatie over o.a. deze rapportage ontvangt u op de informatieavond of -ochtend in september. De leerkrachten van de kleutergroepen gaan een keer gedurende de kleuterperiode op huisbezoek en/of tussentijds als daar aanleiding toe is. Als een kind de school verlaat door verhuizing, verwijzing naar een andere school of om een andere reden, maakt de school een onderwijskundig rapport op over het kind ten behoeve van de school van bestemming.
6.8
Klachtenprocedure
Klachten kunnen bijvoorbeeld gaan over begeleiding van leerlingen, toepassing van strafmaatregelen, beoordeling van leerlingen, de inrichting van de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, agressie, geweld en pesten. De klachtenregeling is van toepassing wanneer men met een klacht niet ergens anders terecht kan. Als u klachten heeft over de gang van zaken op school moet u dit in eerste instantie melden aan de groepsleerkracht en de directie. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen immers in goed overleg tussen betrokkenen worden opgelost. Als het overleg met de school geen oplossing biedt, dan kunt u met het bestuur gaan praten. In het geval dat het gesprek met het bestuur niet tot een bevredigende oplossing leidt, kan de Stichting Geschillen Commissies Bijzonder Onderwijs (GCBO) worden ingeschakeld. Omdat de stichting PCOK is aangesloten bij Verus (voorheen de Besturenraad) wordt voor wat betreft het functioneren van deze commissie gebruik gemaakt van een modelregeling, waarin de procedures voor het in behandeling nemen van de klachten de verdere afhandeling nauwkeurig staan beschreven. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om zelf contact op te nemen met de klachtencommissie. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
33
Het adres luidt: Stichting GCBO Postbus 82324 2508 EH Den Haag Tel: 070-386 16 97 Fax: 070-302 08 36 Email:
[email protected] Bij de behandeling van een klacht kunt u zich door een ander laten bijstaan of vertegenwoordigen. Uw klacht zal altijd vertrouwelijk worden behandeld. Daarnaast is het goed om te weten dat er op iedere school van onze stichting PCOK een teamlid is dat (bij klachten) als vertrouwenspersoon fungeert. Op onze school is dat mevrouw Margreet van Beelen- Minnee. Om ervoor te zorgen dat bepaalde klachten zoals bijvoorbeeld seksuele intimidatie of kindermishandeling met extra zorgvuldigheid worden behandeld, heeft het bestuur van de stichting PCOK twee vertrouwenspersonen aangesteld. Het gaat daarbij om mensen die vanuit hun eigen professie de nodige deskundigheid hebben opgebouwd. Hieronder treft u de betreffende namen/ adresgegevens aan: Mw. W.E. Bergman, Rijnstraat 2 2223 EE Katwijk 071- 4012921 Mr. J. Haasnoot J. v.d. Perkstraat 6 2223 BT Katwijk 071-4027935 Volledigheidshalve zij gezegd dat deze vertrouwenspersonen een onafhankelijke positie ten opzichte van het bestuur en de school innemen. 6.9
Ouderbijdrage (vrijwillig maar niet vrijblijvend!)
Om de diverse activiteiten zoals bijvoorbeeld kinderboekenweek, voorleesontbijt, sinterklaasfeest, kerstfeest, paasfeest, opa- en omadag, Koningsspelen, sportdag, excursies, kinderboerderij, eindfeest, extra boeken, spelletjes/ speelmaterialen voor in de klas of op het plein, projecten en buitenschoolse (sport)activiteiten e.d. te kunnen bekostigen, vraagt de oudercommissie een vrijwillige bijdrage van de ouders. De school krijgt voor deze activiteiten namelijk van het rijk geen extra vergoeding. Hoewel de bijdrage een vrijwillig karakter heeft, dient hier te worden opgemerkt dat de school samen met de oudercommissie die de middelen beheert, zonder dat geld niets extra’s voor de kinderen kan doen. Dus is het belangrijk om de vrijwillige ouderbijdrage wél te betalen. Het is niet voor de school, want al het geld van de vrijwillige ouderbijdrage komt ten goede aan uw kind(eren)! Als u wel wil bijdragen maar de kosten leveren voor u bepaalde problemen op, dan is het mogelijk dat in overleg met de oudercommissie of de directie een speciale regeling wordt getroffen. U kunt dan contact opnemen met de penningmeester van de oudercommissie of met de directeur. Wanneer u niet wilt betalen is het mogelijk dat uw kind niet mee kan doen aan bepaalde activiteiten die uit deze gelden betaald worden. Om tot een eerlijke uitgave van de gelden van de ouderbijdrage te komen is door de oudercommissie, de medezeggenschapsraad en school besloten dat de oudercommissie aan ouders die de vrijwillige bijdrage niet hebben betaald, zal vragen om een vergoeding voor de zaken en/of activiteiten die betaald worden/ werden uit de ouderbijdrage. Het kan namelijk nooit de bedoeling zijn dat ouders die wél betalen, voor andermans kinderen betalen. OUDERBIJDRAGE Per Kind: € 20,00 Rekeningnummer: 114661014 t.n.v. de Sjaloomschool _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
34
De kosten van het schoolkamp van groep 8 (ca. € 100) en het schoolreisje (ca. € 26) worden apart in rekening gebracht.
6.10
Schoolverzekering voor leerlingen
Ouders zijn aansprakelijk voor de door hun kinderen aangerichte schade aan eigendommen van de school en medeleerlingen. Het schoolbestuur raadt ouders aan voor hun gezin een W.A.-verzekering af te sluiten. Door het schoolbestuur is voor alle leerlingen en begeleiders een beperkte ongevallenverzekering afgesloten. Dit geldt kort voor en na schooltijden, tijdens het schoolreisje, tijdens excursies, enz. De verzekering geldt niet voor schade aan eigen kleding, brillen, fietsen e.d. De kinderen zijn verzekerd tegen ongevallen gedurende de tijd dat zij onder toezicht staan van leerkrachten alsmede gedurende het rechtstreeks gaan van huis naar school en omgekeerd. Bij deze ongevallenverzekering gelden, zoals gebruikelijk een aantal voorwaarden, beperkingen en uitsluitingen.
6.11
Sponsoring
Ouders helpen ook mee geld in te zamelen voor het goede doel (zendingsgeld, kledingactie, actie “schoenmaatjes” enz.) of om bepaalde activiteiten voor de kinderen of voorzieningen in de school te kunnen financieren. (Dat gebeurt dan meestal in de vorm van bijvoorbeeld de actie Jantje Beton en bijvoorbeeld een sponsorloop). Er is verder geen sprake van sponsoring op onze school.
7.
De ontwikkeling van het onderwijs in de school
7.1
Activiteiten ter verbetering van het onderwijs in de school
Het onderwijs is beschreven in het schoolplan . Hierin is verwoord welke methoden en werkwijzen in onze school gehanteerd worden en welke doelen we willen bereiken. Kwaliteit van onderwijs is natuurlijk niet alleen afhankelijk van een bepaalde methode. Het heeft ook te maken met de wijze waarop de man/vrouw voor de groep leerlingen weet te motiveren en omgaat met de methode. Er doen zich steeds nieuwe ontwikkelingen voor in het onderwijs en nieuwe inzichten vragen om bijstelling van beleid. Een voorbeeld daarvan is Passend Onderwijs, waarbij uitgangspunt is om zoveel mogelijk kinderen binnen het reguliere basisonderwijs te handhaven. Zie ook 4. 3. Dit leidt tot beter omgaan met verschillen in de groep. Het is dus noodzakelijk om als school je voortdurend op de hoogte te blijven stellen van de nieuwste ontwikkelingen door het volgen van cursussen en/of studiedagen en via vakbladen. Daarnaast is het belangrijk om steeds kritisch te blijven kijken naar het eigen onderwijs en de gehanteerde methoden. Ook de basisvaardigheden (rekenen, taal, lezen) en het onderwijs aan het jonge kind worden steeds bijgehouden. Uit deze analyse komen punten naar voren die we de komende jaren willen verbeteren. Deze worden opgenomen in een meerjarenplan in het schoolplan. Daarnaast blijven we bezig met het onderhouden van het PCOK kwaliteitsinstrument, om zo de gewenste kwaliteit in beeld te krijgen en te borgen. Ook gebruiken we methode onafhankelijke toetsen van CITO voor de belangrijkste vaardigheden, waarmee we niet alleen de leervorderingen per kind kunnen bekijken, maar ook op groepsniveau of schoolniveau kunnen nagaan of we het gewenste niveau bereiken, het “Opbrengstgerichte Werken”. De uitkomsten hiervan gaan leiden tot een plan, waarin de diverse vak- en vormingsgebieden systematisch aan de orde komen voor evaluatie en vernieuwing en de ontwikkelpunten worden gepland en geformuleerd. Het bovenstaande en nog andere punten als: klassenbezoeken, nascholing, functioneringsgesprekken, _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
35
leerlingvolgsysteem enz., zorgen ervoor dat er gewerkt blijft worden aan de kwaliteit van ons onderwijs.
7.1.1
Activiteiten in het kader van de zorg aan leerlingen met speciale behoeften
De school heeft een interne zorgstructuur om leerlingen optimaal te kunnen begeleiden. Een globale beschrijving hiervan is te vinden in hoofdstuk 4 van deze schoolgids. Voorts maakt de school deel uit van het Samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek. Dat samenwerkingsverband stelt zich o.a. ten doel minder kinderen naar scholen voor speciaal basisonderwijs te verwijzen. De leerkrachten en de IB-ers zijn doorlopend bezig met (na)scholing en participeren in netwerken om zo een collegiale uitwisseling van ervaringen mogelijk te maken.
7.1.2
Activiteiten in het kader van vervanging van methodes, vernieuwing van methodieken
In de school wordt gewerkt met methodes voor allerlei vakgebieden. De ontwikkelingen in het onderwijs gaan zo snel dat methodes snel verouderen. Voortdurend moet het team zich oriënteren op nieuwe methodes. Het kiezen, maar ook het invoeren van een nieuwe methode is een ingrijpend proces waar doorgaans een heel schooljaar voor nodig is. 7.1.3
Overige activiteiten in het kader van verbetering van de onderwijskwaliteit
Naast methodes zijn er nog tal van andere ontwikkelingen die het schoolteam volgt. In dit verband kan gedacht worden aan de opvang van kinderen uit andere culturen, de sociaal-emotionele ontwikkeling, burgerschapskunde, de verbetering van oudercontacten, uitbreiding van het leerlingvolgsysteem, de informatie- en communicatietechnologie (werken met digiborden, computers, internet, tablets), de creatieve ontwikkeling van kinderen enz. 7.1.4
De nascholing
‘Een leven lang leren’ is een belangrijk verschijnsel in de hedendaagse maatschappij. Ook leerkrachten en directie moeten altijd werken aan verdere professionalisering. In het schoolplan is daarom ook altijd de nascholing vermeld. De school is van mening dat de scholingsactiviteiten dienstbaar gemaakt moeten worden aan de ontwikkelingen binnen de school. Leerkrachten volgen dus vaak cursussen die nauw aansluiten bij ontwikkelingen die in de school gaande zijn.
7.2
School en omgeving
Een basisschool is geen eiland, maar maakt deel uit van de samenleving in de wijk, dorp en regio. Vandaar dat wij als school veel contacten hebben met instanties en organisaties buiten onze school. Andere scholen uit het dorp ontmoeten wij in het directeurenconvent, waarin alle scholen uit de gemeente Katwijk participeren. De interne begeleiders ontmoeten elkaar in de het netwerk van het Samenwerkingsverband. Binnen de regio werken wij samen met o.a. Onderwijs Advies te Lisse Praktijk voor orthopedagiek Teylingen te Sassenheim Het Samenwerkingsverband Duin- en Bollenstreek waarbij basisscholen en de speciale basisschool De Windvang samenwerken om ervoor te zorgen dat kinderen met speciale behoeften die zorg krijgen die ze nodig hebben. Indien mogelijk binnen de gewone basisschool, maar als het in het belang van het kind is op een speciale school voor basisonderwijs. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
36
De diverse peuterspeelzalen in de gemeente. Van hen ontvangen wij een overdrachtsformulier wanneer een nieuwe leerling doorstroomt. Ook werken wij met hen samen op het gebied van voor - en vroegschoolse educatie (VVE). KijkKunstKatwijk, de stichting ondersteuning kunst en cultuureducatie. Deze stichting is actief op het gebied van kunstzinnige vorming. Wij maken jaarlijks gebruik van hun aanbod van activiteiten, in de vorm van creatieve projecten, bezoek aan musea en theater en cursussen. Museum en School, een gezamenlijk educatief programma van 8 Leidse erfgoedinstellingen. Onze klassen kunnen jaarlijks diverse Leidse Musea bezoeken. Gemeentelijke Muziekschool. Onze school maakt graag gebruik van het aanbod van muzieklessen dat de gemeente Katwijk voor ons ter beschikking heeft. De logopediste van de gemeente Katwijk. De GGD die verantwoordelijk is voor de jeugdgezondheidszorg, en waarvan o.a. schoolarts, verpleegkundige deel uitmaken. Diverse welzijnsinstellingen als Bureau Jeugdzorg, Centrum voor Jeugd en Gezin, Bureau Leerplicht Leiden. Overige PCOK scholen, waarvan de directies elkaar ontmoeten in het directieberaad. Zij ontwikkelen daar gezamenlijk beleid en wisselen ideeën en ervaringen uit.
8.
De resultaten van het onderwijs
8.1
Voortgezet onderwijs
Het percentage leerlingen dat naar de diverse vormen van voortgezet onderwijs gaat, wisselt van jaar tot jaar. Het is afhankelijk van de samenstelling van groep 8. De schoolkeuze voortgezet onderwijs is afhankelijk van drie elementen: de capaciteiten van een kind; de kwaliteit van de basisschool; de thuissituatie. Het middelste punt, de kwaliteit van de basisschool heeft continue onze aandacht. Dat wil niet zeggen dat wij er naar streven om elk kind naar het HAVO/VWO te helpen. Of deze schoolsoort haalbaar is, hangt niet alleen af van de kwaliteit van de basisschool, maar ook van de aard en de aanleg van het kind. Het kan en mag niet zo zijn, dat de keuze van het vervolgonderwijs alleen afhangt van de CITO-score van groep 8 zoals men via allerlei kanalen probeert te concretiseren. De CITO-eindtoets van groep 8 meet alleen de kennisvaardigheden, meer niet. Op onze school willen wij graag alle objectieve en subjectieve gegevens van de gehele schoolloopbaan in samenhang blijven zien. Een
gemiddelde leerling bestaat niet!
Wij stellen ons ten doel het maximale uit elk kind te halen en er zodoende voor te zorgen dat het kind in de meest geschikte vorm van voortgezet onderwijs terecht komt en op die school goed mee kan komen.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
37
9.
De regeling school- en vakantietijden
9.1
Schooltijden
Groep 1 t/m 4 (= onderbouw) ochtend: 08.30 – 12.00 uur middag: 13.30 - 15.30 uur Op woensdag school tot 11.30 uur en vrijdagmiddag vrij Groep 5 t/m 8 (=bovenbouw) ochtend: 08.30 - 12.00 uur middag: 13.30 - 15.30 uur Op woensdag school tot 12.15 uur We houden ons aan de regeling die bepaalt dat de groepen 1 tot en met 8 in totaal 7520 uren onderwijs horen te ontvangen in acht jaar tijd. Na aftrek van de vakanties, de vrije dagen, c.q. middagen is de lestijd op jaarbasis voor de groepen 1 t/m 4 ongeveer 880 uur en voor de groepen 5 tot en met 8 1000 uur. 9.2
Regels voor aanvang en einde schooltijd
Wilt u uw kind(eren) op tijd naar school laten gaan/ brengen? Als de bel gaat dient iedereen op het plein aanwezig te zijn! Kinderen die te vroeg op school zijn (meer dan 15 minuten voor aanvang schooltijd) vallen niet onder de verantwoordelijkheid van de school. Voor aanvang schooltijd is er pleinwacht. Als u uw kind(eren) brengt, wilt u er dan aan denken dat wij op tijd met de lessen willen beginnen? D.w.z. dat wij het zeer op prijs stellen dat u voor het begin van de lessen, bij de schooldeur, afscheid van uw kind(eren) neemt (kleuters uitgezonderd). Kus bij de schooldeur. Het kan voorkomen dat leerlingen na schooltijd nog even op school blijven om bijvoorbeeld werk af te maken of om extra hulp/ ondersteuning van de juf of meester te krijgen. Het is in het belang van uw kind, dus vragen wij om uw begrip als u iets langer moet wachten tot uw kind klaar is.
9.3
Ziekmeldingen
Wanneer uw kind door ziekte de school niet kan bezoeken, wilt u dit dan telefonisch (vóór 8.30 uur en vóór 13.30 uur) doorgeven? Wij maken ons namelijk ongerust wanneer uw kind zonder bericht afwezig is. Als een kind zonder bericht afwezig is, nemen wij, indien mogelijk, contact op met de ouders. Kan de directie/ leerkracht geen contact krijgen of heeft de ouder geen correcte verklaring voor de afwezigheid van het kind, dan zal de directie bezien of er sprake is van ongeoorloofd verzuim. Dit verzuim wordt dan gemeld bij de leerplichtambtenaar. Ook vormen van zorgwekkend verzuim moeten wij melden. Te denken valt aan regelmatig te laat komen, vaak dagdelen afwezig zijn, of een groot aantal ziekmeldingen. Als een kind onder schooltijd een afspraak heeft, dient het kind op school te worden opgehaald. De ouders laten de school schriftelijk of telefonisch van te voren weten dat het kind afwezig zal zijn Ouders geven zélf door dat hun kind niet naar school komt of een afspraak heeft. Dus niet via het kind zelf, broers of zusjes of vriendjes of vriendinnetjes!!! Wij verwachten dat dokters- of tandartsbezoek zoveel mogelijk buiten schooltijd plaatsvindt. Wanneer dit niet lukt, wilt u dit dan even melden? Wij laten kinderen onder schooltijd niet alleen naar huis gaan. Dit geldt ook als een kind ziek wordt onder schooltijd. Zodra het kind beter is, wordt bekeken of er leerstof ingehaald moet worden. Als de ziekte langer duurt dan enkele dagen wordt eventueel voor huiswerk gezorgd. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
38
9.4
Vakantierooster 2015- 2016
Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Koningsdag Meivakantie Zomervakantie
19-10-2015 21-12-2015 22-02-2016 25-03-2016 27-04-2016 02-05-2016 11-07-2016
t/m t/m t/m t/m
23-10-2015 01-01-2016 26-02-2016 28-03-2016
t/m t/m
16-05-2016 (inclusief Hemelvaart en Pinksteren) 19-08-2016
Dit schooljaar extra voor de bovenbouw (gr. 5 t/m 8) : vrijdagmiddag voor de herfstvakantie 16-10-2015 vrijdagmiddag voor de kerstvakantie 18-12-2015 vrijdagmiddag voor de zomervakantie 08-07-2015 Er is geen vrije middag voor de bovenbouw voor de voorjaarsvakantie en de meivakantie!!! Er is die dag de hele dag school voor de bovenbouw. Ook extra: 2 of 3 studiedagen voor alle personeelsleden: woensdag 30 september en maandag 4 januari staan al vast. Een 3e datum wordt z.s.m. bekend gemaakt. De schoonmaakochtend voor de groepen 1 t/m 4 is op 29-06-2016. Dan zijn de kinderen van de groepen 1 t/m 4 VRIJ.
9.5
Leerplichtwet en verzoeken om extra vrije dagen of vakantie
De leerplichtwet geeft de volgende regels betreffende het verlenen van verlof: Als de ouders extra verlof wensen voor hun kind dient dit tijdig aan de directie (dus niet aan de leerkracht) gevraagd te worden. De directie kan in de volgende gevallen extra verlof toekennen: Eén keer per schooljaar kan ten hoogste tien dagen, aaneengesloten, extra verlof gegeven worden, als de ouders aantoonbaar vanwege hun beroep én met een werkgeversverklaring niet in een van de vastgestelde vakantieperioden als gezin met vakantie kunnen. Een verzoek om extra vakantie dient tenminste 8 weken van tevoren schriftelijk te worden aangevraagd bij de directie. Deze termijn van 8 weken is van belang, omdat de mogelijkheid bestaat om binnen 6 weken bezwaar aan te tekenen tegen de beslissing van de directie. Wij wijzen u er met nadruk op dat u uw vakantie pas kunt boeken als het extra vakantie verlof verleend is!!!! Deze dagen mogen echter niet vallen in de eerste twee weken van het nieuwe schooljaar. Als het extra verlof meer dan twee weken betreft, mag de directeur dit niet geven. Dit moet dan aangevraagd worden bij de leerplichtambtenaar. Bij verhuizing binnen de gemeente een dag verlof, buiten de gemeente twee dagen. Voor het bijwonen van een huwelijk in de familie. Richtlijn : een dag verlof. Bij een sterfgeval in de familie. Richtlijn : afhankelijk van wat noodzakelijk is. Bij een huwelijks-, familie- of ambtsjubileum. Richtlijn : verlof op de dag van het feest. Dit zijn wat men noemt Gewichtige omstandigheden. Er kan/mag géén verlof gegeven worden voor : een tweede vakantie een vakantie omdat die in een goedkopere periode valt het bezoeken van een pretpark buiten schoolverband eerder dan de schoolvakantie naar het vakantieadres vertrekken een lang weekend, waarbij de vrijdag of de maandag vrij gevraagd wordt eerder vertrek om verkeersdrukte te vermijden _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
39
Hoe gaan wij om met ongeoorloofd schoolverzuim ? Als blijkt dat ongeoorloofd extra verlof opgenomen is, wordt dit als zodanig genoteerd in onze administratie. De directie is verplicht ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar. Er is een goed contact met de leerplichtambtenaar en vele zaken rondom verzuim worden regelmatig doorgesproken! Schoolbezoek voor 4-jarigen Als uw kind vier jaar is, is het nog niet leerplichtig. Kinderen vanaf 4 jaar gaan wel naar school maar hoeven nog niet alle uren te maken. Kinderen vanaf 5 jaar zijn wel leerplichtig. Echter in het begin is naar school gaan voor veel kinderen nog erg vermoeiend. Er komen nog veel indrukken op ze af, waardoor ze een hele week nog niet aan kunnen. Na overleg met de leerkracht/ directie mogen vijfjarigen die wel leerplichtig zijn, maximaal 5 uur per week thuisblijven voor het nemen van extra rust als het kind overbelast dreigt te raken. Deze uren zijn niet bedoeld voor activiteiten onder schooltijd. Daarvoor kan een verzoek om vrijstelling schoolbezoek worden aangevraagd. Op u rust de verplichting ervoor te zorgen dat uw kind de school bezoekt. Schorsing/ verwijdering Schorsing of verwijdering van leerlingen komen binnen het basisonderwijs bijna niet voor. Schorsing is een strafmaatregel die niet als doel heeft een leerling te verwijderen. Uitsluitend het bevoegd gezag kan een leerling, na het verzoek van de directie daartoe, schorsen. In buitensporige gevallen kan overgegaan worden tot verwijdering van leerlingen. Het besluit daartoe kan uitsluitend genomen worden door het bevoegd gezag. De procedures voor deze strafmaatregelen zijn wettelijk vastgelegd en worden door ons opgenomen in het schoolplan. 9.6
Met de leraren spreken
Voor het gehele personeel in de school geldt dat er door ouders, na schooltijd, altijd een afspraak gemaakt kan worden. Niet onder schooltijd tenzij zo afgesproken of bij aanvang van de lessen.
10. “Huishoudelijke zaken” 10.1
Financiën
Op maandagen kan er geld mee naar school gegeven worden voor: Sparen voor de zending (wij steunen de stichting Edukans ,waarover wij geregeld een verslag in de Babbel publiceren. (Zie ook het mededelingenbord in de gang bij groep 3)). Verder: Sparen voor het kamp: leerlingen van groep 8 hebben in juni het jaarlijkse schoolkamp. De leerlingen hebben daar een spaarkaart voor gekregen met daarop de spaarmomenten.
10.2
Oud-papier
Een aantal jaar geleden zijn wij gestopt met het inzamelen van oud- papier. De opbrengsten stonden niet meer in verhouding met het werk en de moeite die de leerlingen van groep 8 moesten doen. De grote papiercontainers in het krantenhok zijn verwijderd. Er staat nog 1 kleine papiercontainer die uitsluitend voor eigen gebruik is. Er kan dus ook geen papier meer op school worden ingeleverd. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
40
10.3
Gymnastiek
Groepen 1/ 2A en 1/ 2B Deze groepen gymmen in hun eigen speelzaal van de school o.l.v. hun groepsleerkracht. Voor en na de lessen moeten zij zich zo veel mogelijk zelfstandig aan- en uitkleden (gymkleding mag, in ondergoed kan ook). In verband met voetwratten e.d. is het verplicht gymschoenen te dragen. (Met deze schoenen mogen de kinderen niet buiten spelen!!) Als uw kind nog geen schoenen heeft, wilt u er dan s.v.p. zo snel mogelijk voor zorgen!!!! De gymkleding van de kleuters blijft in een goed afsluitbare tas op school. Groepen 3 t/m 8 Op de woensdagmorgen is er gymnastiek in sporthal Cleijn Duin, vanaf 08.45 uur. De kinderen hebben aparte gymkleding nodig (een t- shirt en gymbroek of een gympakje). Opmerking van de beheerder: het dragen van schone gymschoenen met een witte zool is verplicht!!! Dus geen zwarte of donkere zolen. Beslist ook geen balletschoentjes, want deze zolen zijn op de houten vloer van de sporthal en op de verschillende toestellen te glad en kunnen valpartijen veroorzaken. Wie geen gymspullen bij zich heeft, kan niet deelnemen aan de les maar gaat wel mee naar de sporthal. Geregeld geen gymspullen mee = de leerling blijft op school in een andere groep en krijgt extra rekenen of taal. Gymkleding van de groepen 3 t/m 8 gaat iedere week mee naar huis. Als uw kind om een of andere reden niet aan de gymles kan deel nemen dient dit van te voren door de ouder(s) (dus niet door de leerlingen zelf) mondeling of schriftelijk aan de groepsleerkracht door te worden gegeven. 10.4
Schoolmelk
Het is mogelijk op de Sjaloomschool dagelijks schoolmelk te drinken. U kunt de conciërge om een inschrijfformulier vragen of kijk op www.campina.nl Het duurt na inschrijving ongeveer drie weken voor uw kind de schoolmelk ontvangt. De leerkrachten krijgen een afschrift van de melklijst. Betaling geschiedt via een acceptgirokaart, die u toegezonden wordt. Wij verzoeken u tijdig te betalen, omdat Campina “niet-betalers” na de betaaldatum uitschrijft. Het duurt dan een aantal weken voor uw kind weer schoolmelk kan gaan drinken. De eerste drie dagen na een schoolvakantie is er meestal geen melk in verband met de houdbaarheid. Wel wordt dan een lang houdbare drinkyoghurt geleverd, behalve na de zomervakantie.
10.5
Eten en drinken in de pauze/ bij het overblijven
Geef uw kind geen snoepgoed mee voor in de ochtendpauze of voor het overblijven. En geen koek met chocola. Dit geeft namelijk een enorme knoeiboel. Ook zijn blikjes frisdrank en energiedrankjes op school niet toegestaan. U kunt uw kind 's morgens fruit of een ander gezond “tussendoortje” meegeven voor de ochtendpauze. Bij alle klassen is het altijd: woensdag = fruitdag. Dan geen fruit mee? = geen ander tussendoortje toegestaan! En in school beslist geen kauwgum!!!
10.6
Verjaardagen
Als uw kind jarig is, mag het de kinderen van de eigen groep trakteren, en in de andere groepen alleen aan de broertjes/zusjes. Op welke manier u dat wilt doen, laten wij in het volste vertrouwen aan u over, _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
41
immers de slogan: Snoep verstandig..... geldt nog steeds. IJsjes zijn erg lekker maar niet geschikt in de onderbouwklassen. Er zijn kinderen die niet alles mogen hebben. Informeert u voor u laat trakteren even bij de leerkracht, zodat er niemand wordt teleurgesteld.
10.7
Fietsen
Als uw kind in de wijk Cleijn Duin woont komt het lopend (dus niet met de fiets of op de step) naar school. Kinderen van buiten de wijk Cleijn Duin mogen wel op de fiets naar school. Hun fiets dient te zijn voorzien van een schoolsticker (te verkrijgen bij de directie). De fietsen van de kleuters en van de kinderen van groep 3 worden naast de schuur van de kleuters opgesteld. De fietsen van de kinderen van de groepen 4 t/m 8 staan in het fietsenhok of in het vak op het schoolplein naast de vlaggenmast. 10.8
Schoenen
Wilt u, wanneer uw kind met regenlaarzen of skeelers naar school komt, ook gewone schoenen meegeven?
10.9
Plakboek
In een groot formaat plakboek, dat de ouders op school kunnen aanschaffen, zal in de kleuterperiode regelmatig werk worden verzameld. Ongeveer 1 werkje per maand wordt in het plakboek geplakt, zodat de kinderen na twee kleuterjaren een leuke herinnering hebben aan de kleutergroep.
10.10
Abonnementen
Via de school kunnen kinderen zich abonneren op een aantal educatieve jeugdtijdschriften en boekenseries (zeer aanbevolen). U ontvangt daar aan het begin van het schooljaar de nodige informatie over.
10.11
Bedrijfshulpverlener (BHV-er)
Op onze school zijn de BHV’ ers de dames Homan, Van Rooijen, De Jong, Leenen, Kabelaar en de heer Ouwehand. Zij volgen elk jaar een opfriscursus brand en veiligheid en EHBO en reanimatie. Zij zorgen ervoor dat iedereen zo snel mogelijk en op de veiligste manier, de school verlaat in geval van nood. Komend schooljaar vindt er ook een nascholing/ bijscholing met het hele team plaats en wordt er met de hele school een brand- en ontruimingsoefening gedaan. 10.12
Schoolfotograaf en schoolfoto’s
Jaarlijks komt aan het begin van het nieuwe schooljaar de schoolfotograaf langs. In schooljaar 2015-2016 op vrijdag 16 oktober voor de groepsfoto’ s en de portretfoto’ s. En op donderdag 19 november voor foto’ s van de kinderen met broertjes en zusjes (ook die van thuis). Regelmatig worden foto’s van activiteiten op de website geplaatst. U kunt deze gemakkelijk downloaden.
10.13
Werk afmaken/ klassendienst/ nablijven
Het komt soms voor, dat kinderen nog even op school moeten blijven in verband met het afmaken van werk, het opruimen van de klas (klassendienst) of extra hulp/ ondersteuning door de juf of meester. In de onderbouw wordt getracht dit voortijdig aan de ouders mee te delen, maar dat lukt helaas niet altijd. Klassendienst is ’s middags na schooltijd, maximaal een kwartier. Dit is geen nablijven. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
42
Nablijven komt een heel enkele keer voor is als een kind straf heeft gekregen waardoor het kind langer op school moet blijven. Mocht u bij het hek staan wachten en u weet niet of uw kind nog in de klas is, loop dan even naar binnen en informeer. Mocht iets niet duidelijk zijn, maak dan even een afspraak, dat voorkomt onnodig wachten en irritaties. 10.14
Huiswerk
Algemene afspraken: Goede verdeling van huiswerk over de week en over het jaar. Het huiswerk staat duidelijk op het bord vermeld en op de huiswerk website. Voor het naar huis gaan worden de kinderen attent gemaakt op het huiswerk voor de volgende dag/week. Afmaakwerk wordt pas mee naar huis gegeven, als daar van tevoren met de ouders afspraken over zijn gemaakt. Vooral in de hogere groepen zal uw kind regelmatig met huiswerk thuis komen. Het is in het belang van de kinderen dat zij regelmatig en zelfstandig dit werk maken. Op onze informatieavond krijgt u hier het een en ander over te horen. Belangstelling en aandacht van de ouders is een noodzaak en het is fijn als u uw kind daarbij begeleidt. Het komt nogal eens voor dat de kinderen schoolboeken meekrijgen naar huis. In een goede stevige tas beschadigen de boeken niet.
10.15
Leermiddelen
Alle leermiddelen worden gratis verstrekt door school. Dit zijn de gewone gebruiksartikelen zoals een potlood, schaar, puntenslijper, liniaal, gum, kleurpotloden, pennen (rood, blauw), schriften, werkboeken, leesboeken enz. Alle kinderen krijgen genoeg spullen en we verwachten dat de kinderen er zuinig mee omgaan. Als er door onvoorzichtig gebruik iets stuk gaat of zoekraakt, dan dient dit vergoed te worden. Wij raden de kinderen van de bovenbouw aan een klein etui (anders past het niet in het laatje) mee te nemen. Op die manier wordt het minder rommelig in de laatjes. Pennenbakken zijn niet toegestaan!!! Voor groep 8: een agenda is verplicht.
10.16
Rookbeleid
Roken is op onze school niet toegestaan in het schoolgebouw. Er mag ook niet gerookt worden op het schoolplein en buiten het schoolplein het liefst niet op plekken waar de leerlingen langs komen. De school ontmoedigt de leerlingen te gaan roken. 10.17
(Geen) Honden
Wij verzoeken ouders dringend om geen honden mee naar school te nemen en zeker niet op het schoolplein mee te nemen. Veel kinderen zijn bang voor honden en durven niet naar/ door de ingang. Volgens de Algemene Politie Verordening mogen honden op de openbare weg bij de school niet los lopen maar moeten ze aan de riem. 10.18
Hoofdluis
Van tijd tot tijd wordt er hoofdluis op school geconstateerd. Daarom wordt na een vakantie iedereen gecontroleerd door onze luizenbrigade. Hoe groot de hygiëne vandaag de dag ook is, we lopen allemaal de _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
43
kans dit ongedierte op te lopen. Vooral via de kinderen, die in nauw contact met elkaar komen, kan de hoofdluisplaag uw huis binnen komen. Het veelvuldig krabben van een kind is een duidelijke aanwijzing voor hoofdluis. Kijkt u dan op ‘warme’ plekjes op het hoofd: achter de oren, in de nek en onder de haren op het voorhoofd. Schaamt u zich dus niet als u hoofdluis bij uw kind ontdekt, maar meldt het direct op school. Wij vragen u bij een controle er voor te zorgen dat de haren van de kinderen schoongewassen en zonder gel zijn. Alle leerlingen zijn verplicht hun jas, das, handschoenen, muts of pet, maar ook hun gymkleding in een op school aan te schaffen opbergzak op te bergen. Als de opbergzak stuk is of is zoekgeraakt, kan een nieuwe opbergzak op school worden gekocht. Vraag ernaar bij de directie of de conciërge. Wij verzoeken u vriendelijk om de meisjes niet met losse haren naar school te laten komen, maar met de haren in een staart of vlecht.
10.19
Verkeersveiligheid rondom de school
Alleen in samenwerking met u kunnen wij de verkeerssituatie rond de school zo veilig mogelijk houden. (Dit is een verbeterpunt dat door de ouders wordt genoemd in het oudertevredenheidsonderzoek). Kinderen, die uit school komen, letten vaak niet goed op, want ze willen snel naar huis of lekker buiten spelen. Een ongelukje is zo gebeurd. Parkeer daarom uw auto niet op de stoep voor de school of in de bocht, maar elders in de omgeving, bijvoorbeeld bij sporthal Cleijn Duin of op het Cleijn Duinplein. Zo ontstaat er een veiliger situatie voor de kinderen en dat willen u én wij graag!!!
10.20
Schoolgeschiedenis
Gestart werd met 2 klassen (samen 26 leerlingen) in september 1971 in twee zalen van de Ontmoetingskerk. In januari 1972 werd het huidige schoolgebouw betrokken. Tegelijkertijd kwamen er twee kleuterklassen in het hoofdgebouw. Het team bestond toen uit 1 heer en 4 dames! De realisatie van de huidige dislocatie, het kleutergebouw, vond plaats in 1974. De naam die werd gekozen voor de eerste gezamenlijke school van de Stichting voor Protestants Christelijk Onderwijs Katwijk, gaf een goed beeld van de samenwerking tussen de twee bestaande schoolstichtingen in Katwijk aan den Rijn. Sjaloom betekent in dit verband namelijk o.a. ook: samenwerken. Al voor het 45e jaar wordt gezongen: Sjalom chaverim, sjalom chaverim sjalom, sjalom. Lehitraot, lehitraot, sjalom, sjalom. (Vrede vrienden en tot weerziens). 10.21
Veiligheid op school
U vindt het als ouders (net als wij) heel belangrijk dat uw kind het naar zijn/haar zin heeft op school. Een belangrijk aspect daarvan is het gevoel van veiligheid dat uw kind op school ervaart. Een kind, dat zich veilig voelt, gaat met plezier naar school en voelt zich op zijn gemak in de klas, op het schoolplein en buiten de school. Daarom hebben wij een aantal afspraken gemaakt op welke wijze wij met elkaar omgaan. Wij _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
44
accepteren bijvoorbeeld niet dat kinderen elkaar pesten. Als uw kind op school een ongelukje mocht krijgen, dan doen wij het volgende: is het niet ernstig, dan behandelen wij het kind zelf. Is het ernstiger, dan doen wij het noodzakelijkste en bellen u dan onmiddellijk thuis op, of op het werk. Bij geen gehoor bellen wij vervolgens naar het door u opgegeven noodtelefoonnummer. Als wij niemand kunnen bereiken gaan wij met uw kind naar de dokter of tandarts of, zo nodig, naar het ziekenhuis. Wij hebben op onze school een medicijnprotocol: wij geven kinderen geen medicijnen (ook geen paracetamol of kinderaspirine) tenzij er een, in overleg met de leerkracht ondertekend medicijnprotocol aanwezig is. Wij zijn als leerkrachten niet toegerust om medische handelingen te verrichten.
Wilt u wijzigingen van het “noodtelefoonnummer” en uw 06-nummer z.s.m. doorgeven? Het is heel vervelend voor uw kind als wij u niet kunnen bereiken wanneer uw kind u nodig heeft.
10.22
Informatie
Wij houden in de maand september een algemene informatie– en kennismakingsochtend/ -avond. Het doel van deze ochtend/avond is tweeledig. In de eerste plaats kunnen de ouders kennismaken met de leerkracht(en) van hun kind. In de tweede plaats ontvangen zij informatie over de werkwijzen, de leerstof, de gebruikte methoden, enz. Verder kunnen er aan de hand van een bepaald thema ook avonden georganiseerd worden (bijvoorbeeld: verslaving, pesten op school, enz.) In de Babbel kunt u de aankondiging voor deze avonden vinden.
11. 11. 1
Peuterspeelzaal en Buitenschoolse opvang (voor- en naschools) Peuterspeelzaal De Torteltuin
In een van de vroegere lokalen van onze school is peuterspeelzaal De Torteltuin gehuisvest. Deze peuterspeelzaal staat onder beheer van de Stichting Protestants- Christelijke Peuterspeelzalen te Katwijk. Inlichtingen zijn te verkrijgen via telefoonnummer: 06-51375427 11.2
Buitenschoolse opvang
De Sjaloomschool biedt met medewerking van Kinderopvang Katwijk (KOK) voorschoolse en naschoolse opvang aan. Helaas heeft KOK vanwege bezuinigingen moeten besluiten om de kinderen van de Sjaloomschool voor de voorschoolse opvang niet als voorheen in de aula van de Sjaloomschool op te vangen maar met ingang van 24 augustus bij de Marnixschool. De naschoolse opvang vindt plaats op de Duinroos, locatie Zanderij. Er is dus wél BSO mogelijk maar niet op de Sjaloomschool zelf. KOK maakt met ouders van de Sjaloomschool hier goede afspraken over zodat er net als in andere jaren voorschoolse en naschoolse opvang mogelijk is. Heeft u interesse in voor- en naschoolse opvang voor uw kind(eren), neem dan contact op KOK: 071-4097535
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
45
12.
Slotwoord
Wij hebben geprobeerd om een zo volledig mogelijk beeld te geven van onze school en van onze manier van werken. Of we daarin geslaagd zijn kunt u als ouders ons vertellen. We vinden het dan ook fijn om opmerkingen en suggesties te krijgen over deze schoolgids.
Bijlagen Leerlingen statuut, protocollen, afspraken en regels Door de instemming van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad op 8 juli jl. zijn drie reglementen van kracht geworden binnen de stichting PCOK. Het betreft hier het Leerlingenstatuut, het protocol fotofilm- en tv opnames en het protocol sociale media. Deze afspraken en regels worden toepast om de privacy van onze leerlingen, hun ouders en alle medewerkers van de stichting PCOK te waarborgen en beschermen. U vindt deze protocollen terug op de website van de stichting, onder de knop: ouders (rechtsboven ). www.stichtingpcok.nl
Afspraken en regels van de Sjaloomschool 2015-2016 Voor de dagelijkse gang van zaken in de school is het van belang dat er duidelijke regels en afspraken zijn die door iedereen worden nagevolgd. Regels en afspraken bieden houvast. Regels en afspraken dienen duidelijk, controleerbaar en uitvoerbaar te zijn. Dit schoolreglement is een document van en voor ons allemaal, dat steeds zal worden bekeken: zijn de regels nog relevant en moeten er regels af of bij. Samenvattend: op onze school Behandelen wij elkaar zoals wij zelf ook behandeld willen worden; Luisteren wij naar elkaar en gebruiken correcte omgangstaal; Komen wij afspraken na; Zijn wij samen verantwoordelijk voor een goede sfeer in en rond de school; Zorgen wij goed voor schooleigendommen en die van anderen; Werken wij samen aan een veilige school en schoolomgeving. Gebruiken wij voor de kinderen de regels van de Kanjertraining.
Algemene afspraken en regels 1.
In de school heerst zoveel mogelijk rust. Door de gangen wordt gelopen en niet gerend en we maken geen lawaai. 2. De school is niet aansprakelijk voor vermissing, diefstal of beschadiging van persoonlijke eigendommen van leerlingen. Waardevolle spullen blijven zoveel mogelijk thuis. Als het niet anders kan worden ze in bewaring gegeven bij de leerkracht. Mobiele telefoons zijn niet toegestaan. Wij begrijpen dat uw kind soms een mobiele telefoon bij zich moet hebben. In dat geval wordt de _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
46
3.
4. 5. 6.
7. 8. 9.
10.
11.
leerkracht op de hoogte gebracht van de reden en wordt de telefoon bij de leerkracht ingeleverd en na schooltijd weer opgehaald. Het hebben van een telefoon op school is altijd voor eigen risico. Kinderen nemen geen speelgoed mee naar school. Uitzonderingen kunnen zijn: na Sinterklaas of na de verjaardag van het kind. Of volgens de afspraken in een bepaalde groep, met toestemming van de leerkracht. Wanneer een leerling bewust spullen van een ander of van de school kapot maakt wordt de schade verhaald op de ouders/ verzorgers. Alle kinderen nemen deel aan door de school georganiseerde activiteiten. Na iedere schoolvakantie wordt door speciaal daarvoor aangewezen ouders gecontroleerd op hoofdluis. Bij constatering van hoofdluis op school, krijgen ouders hiervan bericht. Dan dienen de ouders/ verzorgers de hoofdluis te behandelen vóór het kind weer naar school mag. Ouders dienen hun kind(eren) thuis ook regelmatig te controleren en aan school door te geven als er hoofdluis is geconstateerd. Wanneer kinderen als vierjarige bij ons op school beginnen, moeten zij zindelijk zijn. Of er moet een medische verklaring voor zijn dat een kind nog niet zindelijk is. Aanvragen voor vrije dagen buiten de schoolvakanties vallen onder de Leerplichtwet en zijn aan regels gebonden. Zie hiervoor de schoolgids. Kinderen die buiten de wijk Cleijn Duin wonen mogen op de fiets naar school. Hun fiets dient te zijn voorzien van de schoolsticker. Fietsen zonder schoolsticker mogen niet op het schoolplein worden geplaatst. Er zijn speciale opstelplaatsen, afhankelijk van de groep waarin het kind dat jaar zit. Kinderen die in de wijk wonen, komen lopend naar school. Kinderen die onder schooltijd een afspraak hebben of door ziekte onder schooltijd naar huis mogen, gaan niet alleen over straat. Zij worden gehaald/ gebracht door een ouder of een door de ouder aangewezen persoon. Bij verjaardagen mogen de kinderen in hun eigen groep trakteren. Het liefst een gezonde traktatie. Er wordt niet getrakteerd aan kinderen in andere groepen, behalve aan broertjes en zusjes.
Sociale regels (kanjertraining): hoe gaan wij om met elkaar? 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Wij vertrouwen elkaar Niemand speelt de baas Niemand lacht uit Niemand doet zielig Wij helpen elkaar Wij hebben respect voor onszelf en voor anderen
Regels en afspraken t.a.v. binnenkomen/ buitengaan/ schoolplein 1.
De school begint om 08.30 uur en om 13.30 uur. Tien minuten voor aanvang van de school is er toezicht op het plein. Als het regent gaat de schoolbel eerder, de zogenaamde “regenbel”. Dan kunnen de kinderen eerder naar binnen. 2. Eenmaal op het schoolplein, blijven de kinderen daar. De kinderen van de groepen 1 t/m 4 spelen/ wachten op het kleine plein tot de bel gaat. De kinderen van de groepen 5 t/m 8 spelen/ wachten op het grote plein tot de bel gaat. 3. De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 gaan pas naar binnen als de bel gaat. Dus voor schooltijd heb je in school en in de klas niets te zoeken. Ook tussen de middag, tenzij je toestemming hebt. Voor _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
47
4.
5.
6. 7. 8.
9.
10. 11. 12.
13.
14.
15.
de kinderen van groep 3 wordt tot de herfstvakantie een uitzondering gemaakt. Zij mogen dan ‘s morgens voor de bel gaat wel hun eten en drinken in de klas brengen. Ouders die hun kinderen weg brengen en ophalen wachten buiten tot de bel gaat, behalve bij de kleuters. De kleuters mogen 5 minuten voor schooltijd naar binnen en de kinderen komen aan het einde van de ochtend/ middag samen met hun juf weer naar buiten. Ouders dienen door te geven als zij door onverwachte omstandigheden niet op tijd zijn om hun kind(eren) op te halen. Ouders zijn er zelf voor verantwoordelijk dat hun kind door de ouder(s) of een door de ouder(s) aangewezen persoon wordt opgehaald. Geef aan de leerkracht door als iemand anders uw kind ophaalt. Ouders van de kinderen van groep 3 mogen tot aan de herfstvakantie als de bel is gegaan mee naar binnen en nemen afscheid bij de deur van de klas, dus niet ín de klas. Na de herfstvakantie nemen zij net als alle andere ouders afscheid bij de schooldeur. “Kus bij de deur”. De leerlingen gaan via de eigen ingang naar binnen en naar buiten. Ter voorkoming van insluiping zijn de buitendeuren onder schooltijd gesloten. Jassen en tassen horen aan de kapstok. Jassen, dassen, mutsen, petten horen in de opbergzak. Na afloop van elke schooldag worden jassen, tassen, overblijfspullen, gymkleding (behalve bij de kleuters), zwemkleding etc. mee naar huis genomen. Rolschaatsen, skateboards en skeelers enz. gaan uit bij de buitendeur (extra schoenen meenemen) en staan in de gang onder de kapstok. In de ochtendpauze gaan de leerlingen naar buiten, behalve als de weersomstandigheden dit niet toelaten. De leerkrachten begeleiden hun leerlingen naar buiten. In de ochtendpauze zijn de leerlingen onder toezicht van de eigen leerkracht op het plein. Voetballen op het plein is niet toegestaan. Conflicten worden altijd aan de surveillerende leerkrachten gemeld. Afhankelijk van het gebeurde kunnen de leerkrachten maatregelen nemen. Overblijvers gaan aan het eind van de ochtendlessen zelf naar de aula, kleuters worden opgehaald. Er is een overblijfreglement. Leerlingen van de groepen 4 t/m 8 gaan direct lezen na binnenkomst. Je gaat dus niet rennen, stoeien enz. Drinken en eten voor de ochtendpauze worden bij aanvang van de les in de klas gezet. Niet in je tas laten zitten en ook niet in je la stoppen. Eten en drinken mogen ook niet worden meegenomen naar de gym. Bij het verlaten van de klas (pauze/ einde schooltijd), wordt de werkplek netjes achter gelaten. Je controleert of je geen rommel achterlaat. Klassendienst kinderen blijven ’s middags na schooltijd 15 minuten langer in de klas en helpen de leerkracht met het opruimen van de klas. Tijdens de middagpauze is het schoolplein tussen 12.15 en 13.00 uur gesloten voor alle kinderen die niet overblijven. Dus alleen overblijvers mogen, onder toezicht, op het schoolplein spelen. Na schooltijd zijn er, behalve kinderen die toestemming hebben of werk moeten af maken, geen kinderen meer in de school. Op het plein spelende kinderen vallen dan niet onder de verantwoordelijkheid van de school. Kinderen mogen dan ook niet meer naar binnen om van het toilet gebruik te maken of water te drinken.
Afspraken en regels tijdens de lessen en in de klas 1.
De kinderen dienen te allen tijde naar de leerkracht te luisteren. De kinderen luisteren óók naar ouders die als hulpouders zijn ingeschakeld. 2. Tijdens de uitleg van de lessen wordt er niet gelopen, behalve als je toestemming hebt.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
48
3. Er wordt niet door de klas geroepen, je steekt tijdens de lessen je vinger op als je een vraag hebt of een antwoord weet. Tijdens het zelfstandig werken gelden speciale regels. Vragen doe je d.m.v. de speciale kaartjes. 4. In de klassen gelden afspraken over toilet gebruik. Het is namelijk storend voor de andere kinderen die aan het werk zijn als er steeds kinderen naar het toilet moeten. Je gaat voor aanvang van de schooltijd en in de pauzes naar het toilet. Als je heel nodig moet, mag je ’s ochtends na 9.00 en na 11.00 uur naar het toilet en ’s middags na 14.00 uur BEHALVE als de juf of meester bezig is met het uitleggen van een les of aan het voorlezen is. Er mag steeds 1 jongen of meisje naar het toilet. Denk er aan: doortrekken, handen wassen, kraan goed dicht doen, papier in de afvalbak. Soms is er een medische reden om af te wijken van het bovenstaande. 5. Wees zuinig op de spullen van school. En wees zuinig op de spullen van een ander. Als je iets wilt lenen, dan vraag je het eerst. De leerlingen van de groepen 3 t/m 8 krijgen een aantal keer per jaar schriften, werkboeken, een pen, een potlood, een gum, een liniaal , een schaar van school. De kinderen schrijven met de potloden/ pennen van school. Iets expres kapot gemaakt of kwijt geraakt = zelf vergoeden. 6. Als een kind niet mag gymmen, dan moet er van tevoren een briefje worden meegegeven door de ouders. 7. Gymspullen vergeten = niet gymmen. Dit geldt ook als maar een deel van de gymkleding is vergeten. De kinderen gaan dan wel mee naar de sporthal, maar zitten aan de kant. Er wordt niet gegymd op sokken of op blote voeten. Schoenen met zwarte zolen zijn niet toegestaan. Lange sportbroeken zijn niet toegestaan. En geadviseerd wordt om de kinderen goed passende gymschoenen (geen turnschoenen) mee te geven. Tijdens het gymmen geen sieraden! Tijdens het lopen naar de sporthal blijven de kinderen bij elkaar lopen. Er wordt onderweg niet geschreeuwd. Regelmatig geen gymspullen mee: niet mee naar de gymles maar bij een andere juf of meester rekenen of taal. 8. Kauwgom is niet toegestaan op het schoolplein en in de school..
Regels en afspraken t.a.v. kleding/uiterlijk Alle kinderen dienen fatsoenlijk gekleed naar school te komen. Dit betekent: 1. Niet met ontblote bovenlijven op het plein en in de school. 2. Het dragen van korte topjes is niet toegestaan. 3. De school is een thuis, een huis. Dit betekent: in school geen petjes of hoofddoekjes. 4. Het dragen van kleding met als doel het discrimineren van anderen is niet toegestaan. 5. Tatoeages/ piercings zijn wettelijk niet toegestaan voor kinderen onder 12 jaar. Alleen gaatjes in oorlellen vallen niet onder deze wetgeving. (zie Rijksoverheid.nl)
Regels en afspraken t.a.v. leerkrachten 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Leerkrachten zijn er in de eerste plaats voor de kinderen: ouders te woord staan gebeurt in de regel dan ook niet onder schooltijd. Indien nodig geven leerkrachten ouders kort de gelegenheid met hen te praten (eventueel om een afspraak te maken). Leerkrachten benaderen hun leerlingen positief. Leerkrachten letten op hun taalgebruik, Leerkrachten streven naar gelijkheid/ gelijke behandeling van leerlingen. Leerkrachten komen gemaakte afspraken met leerlingen en ouders na. Leerkrachten blijven bij hun groep (behalve als zij iets moeten pakken of onverwachts naar het toilet moeten)
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
49
8. Leerkrachten zorgen er voor dat schriftelijke en/ of mondelinge informatie op tijd bij de ouders aankomt. 9. Leerkrachten laten kinderen met z’n tweeën door de school gaan als er iets moeten worden gevraagd aan of gehaald bij andere leerkrachten of de conciërge. 10. Leerkrachten laten kinderen geen spullen halen in het magazijn of de keuken. Kinderen mogen niet zelfstandig gebruik maken van het kopieerapparaat.
Regels en afspraken t.a.v. ouders 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
8. 9. 10.
11. 12.
Ouders dienen dit reglement te respecteren. Leerkrachten, hulpouders, overblijfouders worden gerespecteerd. Ouders dienen maatregelen, genomen door de leerkrachten, te respecteren. Ouders beslechten onderlinge conflicten niet op school of in de buurt van school. Ouders bestraffen andermans kinderen niet op school en op het schoolplein. Kom naar de directie of naar de leerkracht(en). Ouders proberen de verhalen van hun kinderen op waarde te schatten. Vraag desnoods aan de leerkracht naar het gebeurde. Ouders geven vóór schooltijd aan de school door als hun kind ziek thuis blijft of later komt. Ook als het kind ’s morgens wel op school was, maar ’s middags ziek thuis blijft wordt dit gemeld. De school probeert in geval van niet gemelde afwezigheid te bellen. Ouders zorgen er voor dat hun kinderen op tijd op school zijn. Ouders zorgen er voor dat de school over actuele telefoonnummers beschikt. Ouders geven d.m.v. een briefje of een telefoontje van tevoren door indien er bijzonderheden m.b.t. hun kind zijn. Ouders houden hun kind niet een hele dag of dagdeel thuis als het kind naar een arts/ tandarts o.i.d. moet Ouders zijn zich bewust van het feit dat zij als ouders in en rond de school de gebruiken en de manieren van de school respecteren. Het is zeer gewenst dat ouders toezicht houden op het internet gedrag van hun kind en hun gebruik van sociale media m.b.t. de school en medeleerlingen. Ook digitaal kwaadspreken beschadigt!
Regels en afspraken t.a.v. het overblijven Er is een overblijfreglement. Hierin staat o.a.: 1. 2. 3. 4.
Kinderen blijven over omdat de ouders niet thuis zijn. Niet omdat zij het zo gezellig vinden. Kinderen luisteren en gehoorzamen de overblijfvrijwilligers. Kinderen gedragen zich rustig tijdens het overblijven. De overblijfvrijwilligers geven aan de leerkracht(en) door als een leerling het overblijven regelmatig verstoord. De leerkracht zal dan met het kind en de overblijfvrijwilliger in gesprek gaan. 5. Bij herhaald storend gedrag kan het gebeuren dat een kind het overblijven ontzegd wordt. Dit wordt uiteraard wel met de ouders gecommuniceerd. 6. Er kan niet per keer betaald worden. Er zijn 10- strippenkaarten. Overblijven kost per keer € 3,00 als er maar af en toe wordt overgebleven en € 25 als er volgens het contract wordt overgebleven. De strippenkaart blijft onbeperkt geldig. Leerlingen krijgen een briefje mee als de strippenkaart _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
50
vol is. Indien er bij herhaling niet tijdig wordt betaald, bestaat de mogelijkheid dat er niet overgebleven kan worden tot het tekort is aangevuld.
Regels en afspraken t.a.v. strafmaatregelen 1. Straf wordt gegeven als opvoedkundige maatregel. 2. De school zal proberen het straffen tot een minimum te beperken: straffen is een middel, geen doel. 3. In de regel bepalen de leerkrachten zelf de strafmaat bij het overtreden van de regels. 4. Waar nodig zal daarbij de directie worden ingeschakeld. 5. Wanneer straf inhoudt dat een kind nablijft, gebeurt dat in de regel aan het einde van de dag. De school probeert aan de ouders door te geven dat het kind moet nablijven. Opmerking: extra werk of werk afmaken hoeft niet altijd te betekenen dat dit straf is. 6. Bij een zeer ernstig vergrijp (bijvoorbeeld herhaaldelijk blijven schelden of het herhaaldelijk toepassen van lichamelijk geweld) kan de school overgaan tot schorsing. Hiervoor bestaat het protocol gedrag- time out- schorsing en verwijdering 7. Straffen kunnen bestaan uit:
een waarschuwing; het even buiten de klas schoolwerk (kan ook strafwerk zijn) maken; het moeten maken van straf (=maak)werk zowel in school (nablijven) als thuis; het moeten missen van één of meerdere speelkwartieren; het moeten missen van een leuke activiteit.
Hoe te handelen bij zaken waarin dit reglement niet voorziet 1.
Wanneer er zich voorvallen voordoen waarin dit reglement niet voorziet, kan daar altijd met de directie van de school contact over opgenomen worden. 2. Ook kan er altijd met een lid van de Medezeggenschapsraad (MR) over gesproken worden. De namen van de MR leden staan vermeld in de schoolgids. 3. Tevens kan er een beroep worden gedaan op de klachtenregeling. Zie de schoolgids.
Pestprotocol Schoolregels t.a.v. pesten Alle leerkrachten zijn in het bezit van het pestprotocol. Dit bevindt zich in de klassenmap. De school werkt met de methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling “de Kanjertraining”. En gebruikt Cito observatielijsten en “Zien!” voor de sociaal- emotionele ontwikkeling van de kinderen. 1. 2. 3. 4. 5.
Kinderen noemen elkaar bij de voornaam (geen bijnamen) en gebruiken geen scheldwoorden. Leerkrachten en (hulp)ouders worden beleefd aangesproken. Kinderen bedreigen elkaar niet. Ruzie heeft iedereen wel eens maar wij doen ons best om ruzie met praten op te lossen en niet met geweld. Lukt dit niet door de leerlingen zelf, dan helpen de leerkrachten bij de oplossing. We spreken positief over andere kinderen, wij roddelen niet, wij klikken niet, iedereen mag meedoen en wij sluiten niemand buiten. Wij lachen elkaar niet uit en wij pakken niets van elkaar af. Iedereen is belangrijk en zal meewerken aan een goede sfeer op school en in de klas.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
51
6. We luisteren naar elkaar. 7. Word jij of iemand anders gepest, meld het aan de juf of meester. Dit is geen klikken. 8. Deze afspraken gelden in school, op het schoolplein maar natuurlijk gaan we buiten school ook zo met elkaar om. Uitgangspunten bij ons pestprotocol 1. Als pesten en pestgedrag plaatsvindt, ervaren we dat als een probleem op onze school, zowel voor de leerkrachten als de ouders, de kinderen, de gepeste kinderen, de pesters en de 'zwijgende' groep kinderen 2. De school heeft een inspanningsverplichting om pestgedrag te voorkomen en aan te pakken door het scheppen van een veilig pedagogisch klimaat waarbinnen pesten als ongewenst gedrag wordt ervaren en in het geheel niet wordt geaccepteerd. 3. Leerkrachten en overblijfouders moeten tijdig inzien en alert zijn op pestgedrag in algemene zin. Indien pestgedrag optreedt, moeten leerkrachten en overblijfouders duidelijk stelling en actie ondernemen tegen dit gedrag. De verantwoordelijkheid blijft te allen tijde liggen bij de leerkrachten. 4. Wanneer pesten, ondanks alle inspanningen weer optreedt, voert de school de uitgewerkte protocollaire procedure uit. Dit pestprotocol wordt door het hele team en de oudervertegenwoordiging onderschreven en ook alle ouders ter inzage aangeboden. Waarom een pestprotocol? De Sjaloomschool wil haar kinderen een veilig pedagogisch klimaat bieden, waarin zij zich harmonieus en op een prettige en positieve wijze kunnen ontwikkelen. Frans Gabler schreef het pestprotocol omdat pesten helaas overal gebeurt. Scholen die ontkennen dat pesten op hun school plaatsvindt zijn ongeloofwaardig en nemen het pestgedrag niet serieus Het is belangrijk om een duidelijk en helder beleid te hebben waar alle betrokkenen op kunnen terugvallen in voorkomende gevallen. Natuurlijk is het beter om het pesten te voorkomen door het scheppen van een goed pedagogisch klimaat en daar gaat dan ook in eerste instantie de aandacht naar uit. De leerkrachten bevorderen deze ontwikkeling door het scheppen van een veilig klimaat in een prettige werksfeer in de klas en op het schoolplein. In veruit de meeste gevallen lukt dit door de ongeschreven regels aan te bieden deze te onderhouden, maar soms is het gewenst om duidelijke afspraken met de kinderen te maken. Een van die duidelijke regels is dat kinderen met respect met elkaar dienen om te gaan. Dat het niet altijd als vanzelfsprekend wordt ervaren, geeft aan dat we het kinderen moeten leren en daar dus energie in moeten steken. Ons pedagogisch uitgangspunt is dat alle kinderen met elkaar moeten leren omgaan. Dat leerproces verloopt meestal vanzelf goed, maar het kan ook voorkomen dat een kind in een enkel geval systematisch door andere kinderen wordt gepest. Dan kan een kind zodanig in de knoop komen met zijn schoolomgeving, dat de ongeschreven regels van de leerkracht niet meer voldoende de veiligheid bieden en daarmee de gewenste ontwikkeling onderbreken. In een dergelijk geval is het van groot belang dat de leerkracht onder ogen ziet, dat er een ernstig probleem in zijn of haar groep is. In een klimaat waarin het pesten gedoogd wordt, worden ook de pedagogische structuur en de veiligheid daarin ernstig aangetast. Voor de Sjaloomschool is dat een niet te accepteren en ongewenste situatie. Dit protocol is een vastgelegde wijze waarop we het pestgedrag van kinderen in voorkomende gevallen benaderen. Het biedt alle betrokkenen duidelijkheid over de impact, ernst en ook specifieke aanpak van dit ongewenste gedrag. Op de klassenouderavonden aan het begin van het schooljaar zal het pestprotocol aan de orde worden gesteld. _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
52
Begripsomschrijvingen Plagen en pesten, wat is daar het verschil tussen? Iemand op het schoolplein een stevige duw geven kan plagen zijn, maar het kan net zo goed gaan om echt pestgedrag. We spreken over plagen wanneer kinderen min of meer aan elkaar gewaagd zijn en het vertoonde gedrag een uitnodigend karakter heeft om iets terug te geven vanuit een onschuldige sfeer. Het gaat dan om een prikkelend spelletje, dat door geen van de betrokkenen als bedreigend of echt vervelend wordt ervaren. Er is sprake van een pedagogische waarde: door elkaar eens uit te dagen leren kinderen heel goed om met allerlei conflicten om te gaan. Dat is een vaardigheid die ze later in hun leven van pas komt bij conflicthantering, waar iedereen in zijn leven mee te maken krijgt. Het specifieke van pesten is gelegen in het bedreigende en vooral systematische karakter. We spreken van pestgedrag als het daarnaast ook nog regelmatig gebeurt, waardoor de veiligheid van de omgeving van een kind wordt aangetast. De inzet van het pestgedrag is altijd macht door intimidatie. Bij dit echte pestgedrag zien we ook altijd de onderstaande rolverdeling terug bij een aantal betrokkenen. De betrokkenen Het gepeste kind: Sommige kinderen hebben een grotere kans om gepest te worden dan anderen. Dat kan komen door uiterlijke kenmerken maar het heeft vaker te maken met vertoond gedrag, wijze waarop gevoelens worden beleefd en de manier waarop dat geuit wordt. Uit onderzoek blijkt dat kinderen gepest worden in situaties waarin pesters al de kans krijgen om een slachtoffer te pakken te nemen. Er is dan al sprake van een onveilige situatie, waarbinnen een pester zich kan manifesteren en zich daarin ook nog verder kan ontwikkelen. Kinderen die gepest worden doen vaak andere dingen dan de meeste leeftijdgenoten in hun omgeving. Ze spelen een ander instrument, doen aan een andere sport of zitten op een andere clubje. Ze zijn goed in vakgebieden of juist niet goed. Er zijn helaas aanleidingen genoeg om door anderen gepest te worden mits de pesters daar de kans voor krijgen vanuit de situatie. Veel kinderen die worden gepest hebben een beperkte weerbaarheid. Ze zijn niet in staat daadwerkelijk actie te ondernemen tegen de pestkoppen en stralen dat dan ook uit naar hun kwelgeesten. Vaak zijn ze angstig en onzeker in een groep, ze durven weinig of niets te zeggen, omdat ze bang zijn om uitgelachen te worden. Deze angst en onzekerheid worden verder versterkt door het ondervonden pestgedrag, waardoor het gepeste kind in een vicieuze cirkel komt waar het zonder hulp zeker niet uitkomt. Gepeste kinderen voelen zich vaak eenzaam, hebben in hun gepeste omgeving geen vrienden om op terug te vallen en kunnen soms beter met volwassenen opschieten dan met hun leeftijdgenoten. Jongens die worden gepest horen bijna nooit tot de motorisch beter ontwikkelde kinderen. De pesters: Kinderen die pesten zijn vaak juist fysiek wel de sterksten uit de groep. Ze kunnen zich permitteren zich agressiever op te stellen en ze reageren dan ook met dreiging van geweld of de indirecte inzet van geweld. Pesters lijken in eerste indruk populair te zijn in een klas, maar ze dwingen hun populariteit in de groep af door te laten zien hoe sterk ze zijn en wat ze allemaal durven. Met het vertoonde pestgedrag gaat ze dat gemakkelijk af en ze krijgen andere kinderen mee bij het gedrag naar een slachtoffer. Pesters hebben ook feilloos in de gaten welke kinderen gemakkelijk aan te pakken zijn en als ze zich al vergissen, gaan ze direct op zoek naar een volgend slachtoffer De zwijgende meerderheid en potentiële meelopers krijgen een keuze die onuitgesproken wordt opgelegd en die aan duidelijkheid niet te wensen overlaat: Je bent voor of je bent tegen me. Hier gaat een grote dreiging uit naar de gezamenlijke omgeving van pester en slachtoffer. Alles is immers beter dan door de “machtige pester” zelf gepest te worden. De pesters stralen juist deze dreigende zekerheid met verve uit. Ze overtreden bewust regels en storen zich aan niets of niemand en _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
53
hebben vaak de vaardigheden ontwikkeld om met hun daden weg te komen. Het profiel van de pester is sterk zelf bevestigend, hij ziet zichzelf als een slimme durfal die de dommerds de loef afsteekt en ze dat ook bij herhaling laat merken. “Wie maakt mij wat? ” lijkt met grote letters op het voorhoofd geschreven te staan. Het komt ook regelmatig voor dat een pestkop een kind is dat in een andere situatie zelf slachtoffer is of was. Om te voorkomen weer het mikpunt van pesten te worden, kan een kind zich bijvoorbeeld in een andere omgeving dan die van zijn slachtofferrol, vervolgens als pester gaan opstellen en manifesteren. ”Laten pesten doet pesten”. Meisjes pesten minder openlijk dan jongens en vaak op een subtiele manier waarbij de uitdaging naar het gezag ter plekke niet echt aan de orde is. Ze pesten meer met woorden, maken geniepige opmerkingen of sluiten andere kinderen buiten. Meisjes opereren minder individueel en meer met groepsvorming in de zin van er al dan niet bij te horen. Fysiek geweld komt bij deze groep pesters veel minder voor. Een succesvolle pester leert niet om zijn agressie op een andere manier te uiten dan door het ongewenste pestgedrag te vertonen. Ook pesters hebben last op termijn van hun pestgedrag. Door hun verkeerde en vooral beperkte sociale vaardigheden hebben ze vaak moeite om vriendjes op lange termijn te maken en een vriendschap op te bouwen en te onderhouden op andere gronden dan die van macht en het delen in die macht. Pesters maken een abnormale sociale ontwikkeling door met alle gevolgen van dien voor de pester zelf. De meelopers en de andere kinderen De meeste kinderen zijn niet direct betrokken bij pesten in de direct actieve rol van pester. Sommige kinderen behouden enige afstand en andere kinderen doen incidenteel mee. Dit zijn de zogenaamde “meelopers “. Er zijn ook kinderen die niet merken dat er gepest wordt, of er zijn kinderen die het niet willen weten dat er gepest wordt in hun directe (school) omgeving. Het specifieke kenmerk van een meeloper is de grote angst om zelf in de slachtofferrol te geraken. Maar het kan ook zijn dat meelopers stoer gedrag wel interessant vinden en denken daardoor in populariteit mee te liften met de pester in kwestie. Vooral meisjes doen nogal eens mee met pesten om een vriendin te kunnen behouden. Als kinderen actiever gaan mee pesten in een grotere groep, voelen ze zich minder betrokken en verantwoordelijk voor wat er met pesten wordt aangericht. Alles wat in een groep gebeurt laat het individueel denken meer en meer achter zich en zo kan met name groepsgedrag leiden tot excessen die achteraf voor iedereen inclusief de pesters onacceptabel zijn. Het heeft absoluut zin om daadwerkelijk op te staan tegen het pesten. Zodra andere kinderen het gepeste kind te hulp komen of tegen de pesters zeggen dat ze moeten ophouden, kan de situatie aanzienlijk veranderen. Het pesten wordt dan al direct minder vanzelfsprekend en draagt bovendien grotere risico`s met zich mee. De situatie voor met name meelopers verandert door het ongewenste karakter van het vertoonde pestgedrag. Het wordt duidelijk dat het geen groepsnorm is om mee te gaan in het pestgedrag. Meelopers horen graag bij de norm en de grote groep en zijn niet bereid en ook niet in staat om grote risico`s te lopen waarvan ze de gevolgen niet kunnen overzien, dit in tegenstelling tot de ervaren pester. Kinderen die pestgedrag signaleren en dit bij de leerkracht aangeven vervullen dus een belangrijke rol. Ook de ouders kunnen een belangrijke rol spelen. Ouders van kinderen die gepest worden en die dit probleem met de school willen bespreken, zijn natuurlijk altijd emotioneel bij het onderwerp betrokken. De gevoelde onmacht bij deze ouders wordt door hen sterk ervaren en is niet altijd een goede leidraad tot een rationeel handelen. De ouder wil maar een ding en dat is dat het pestgedrag ogenblikkelijk stopt. Ouders van kinderen die niet direct bij het pesten zijn betrokken, kunnen meer afstand nemen. Daardoor zijn ze beter in staat om duidelijk te maken aan hun kind dat er iets aan het pesten gedaan moet _______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
54
worden. Dit is ook in het belang van de opvoeding en ontwikkeling hun eigen kind. Als er in de omgeving van een kind gepest wordt, heeft het kind zelf ook last van een onveilige, onprettige sfeer in de groep of de klas. De belangrijkste regel van het pesten luidt: Word je gepest, praat er dan thuis en op school over. Je mag het niet geheim houden!! Er is een verschil tussen klikken en melden! Bij klikken wil je dat de ander straf krijgt, bij melden hoop je dat het ongewenste gedrag ophoudt!!
.
_______________________________________________________________________________________________ Schooljaar: 2015-2016 Schoolgids Sjaloomschool
55