Schoolgids 2014-2015
Mgr. Hanssenschool algemeen postadres: Zandbergsweg 115, 6432 CC Hoensbroek Hoensbroek hoofdgebouw Bezoekadres: Zandbergsweg 115 Hoensbroek tel. 045-5636500
website: www.mgrhanssen.nl BRIN-nummer: 13KL
Hoensbroek dependance Bezoekadres: Groeneweg 3 Hoensbroek tel. 045-5631263
Roermond nevenvestiging Bezoekadres: Jagerstraat 2 6042 KA Roermond tel. 0475-854390
INHOUD Woord vooraf
5
De Mgr. Hanssen
7
Geschiedenis Bestuur Missie en waarden, visie en ambitie Actief burgerschap en sociale integratie Relatie tot onderwijsvisie INNOVO Samenwerking
7 8 9 16 18 20
Het onderwijs
23
Passend Onderwijs en Mgr. Hanssen Onze doelgroepen Ons onderwijsaanbod Logopedie
23 24 27 27
De zorg voor uw kind
29
Toelating Leerlingenbegeleiding en leerlingenzorg Verwijsindex Regionale aanpak Kindermishandeling Centrum Jeugd en Gezin Pestprotocol
29 29 32 34 35 35
De medewerkers
36
Samenstelling team Vervanging Stagiaires Professionalisering
36 36 36 37
De ouders
38
Oudercontacten Tolken Ouderparticipatie en inspraak
38 40 40
Zorg voor de kwaliteit van ons onderwijs
45
Kwaliteitszorg
45
1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 2 2.1 2.2 2.3 2.4 3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 4 4.1 4.2 4.3 4.4
5 5.1 5.2 5.3 6 6.1
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
2
6.2 6.3 7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 8
Uitstroomgegevens Opbrengsten
46 50
Mgr. Hanssen en de wet
57
Verantwoording onderwijstijd Verlof- en verzuimregeling Pedagogische maatregel en verwijdering Klachtenregeling en vertrouwenspersoon Veiligheidsbeleid / ARBO
57 57 59 62 65
Praktische informatie
67
Afmelden / ziekmelden Bezoekochtend Bibliotheekboeken Buitenschoolse opvang Compensatieverlof Cultuur Eerste Heilige Communie EHBO / BHV Excursies Foto’s, video- en geluidsopnamen Gebarentolk Gronden voor vrijstelling van het onderwijs Gymnastiek Hanenproject Hoofdluis Individuele hoorapparaten Informatievoorziening gescheiden ouders Jeugdgezondheidszorg Jeugdtijdschriften Klassenapparatuur Maatschappelijk werk Onderzoeken Onderzoek keel-, neus- en oorarts Overblijven Parkeren Rapporten Rookverbod Rooster vakanties en vrije dagen Schoolfotograaf Schooltijden Sponsoring Telefoneren Therapie Toezicht
67 67 67 67 67 67 68 68 68 68 69 69 69 69 70 71 71 71 73 73 73 73 73 74 74 74 74 74 75 75 75 76 76 77
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
3
9
Verkeersexamen Vervoer Verzekering Vrijetijdsbesteding Wet bescherming persoonsgegevens Zwemmen Zwemdiploma
77 77 79 81 81 83 83
Adressen
84
BIJLAGEN
Bijlage 1: ontwerpovereenkomst vrijwillige ouderbijdrage Bijlage 2: medewerkers Mgr. Hanssen
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
86 88
4
WOORD VOORAF EEN SPECIALE SCHOOL.... Beste ouders, verzorgers, belangstellenden, De Mgr. Hanssen wil in Zuid- en Midden-Limburg hoogwaardig onderwijs en professionele begeleiding realiseren voor kinderen met ernstige auditieve en/of communicatieve beperkingen - en comorbiditeit, al dan niet in combinatie met andere hulpvragen of beperkingen - waarvoor in het regulier onderwijs geen toereikende zorg geboden kan worden. Op onze school verblijven kinderen met: • •
taalontwikkelingsstoornissen (TOS); een auditieve beperking waaronder: - slechthorendheid - slechthorendheid met een verstandelijke beperking - doofheid - doofheid met een verstandelijke beperking - een stoornis in het autismespectrum die samen gaat met een auditieve en/of communicatieve beperking.
Wij verzorgen in de leslocaties te Hoensbroek en Roermond (voortgezet) speciaal onderwijs voor SH/Doof-leerlingen vanaf 3 jaar tot 13 jaar en voor TOS (voorheen esm)-leerlingen van 4 tot 13 jaar. In het regulier onderwijs biedt de Externe Dienst van de Mgr. Hanssen ondersteuning aan leerlingen van 4 tot en met 21 jaar. Overdracht van expertise en ondersteuning van de onderwijsgevenden vindt plaats in de vorm van coaching, co-teaching, School Video Interactie Begeleiding en andere (begeleidings-)trajecten. Samen met onze ketenpartners Adelante (Audiologie en Communicatie) en Koninklijke Kentalis, geven wij invulling aan het hele palet van diagnostiek, behandeling, onderwijs en begeleiding aan kinderen met gehoor-, spraak- en Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
5
taalproblemen. Voor zowel leerlingen, ouders en professionals zijn wij de partner op het terrein van onderwijs en begeleiding. In deze schoolgids vindt u informatie over ons onderwijs, over de manier waarop wij onze leerlingen begeleiden en op welke wijze gewerkt wordt aan kwaliteitszorg. Daarnaast treft u praktische informatie aan onder meer over school- en vakantietijden, namen van medewerkers, (internet-)adressen en telefoonnummers. Vanuit onze betrokkenheid willen wij 'goed onderwijs' realiseren en uw kind een leerzame, prettige, tijd op onze school bezorgen.
Met vriendelijke groet en uitziend naar een vruchtbare samenwerking, directie en medewerkers van de Mgr. Hanssen
Noot: *Waar 'hij' staat wordt 'hij/zij' bedoeld. *Waar 'ouder(s)' staat worden, tenzij expliciet vermeld ook verzorger(s) en andere belangstellenden bedoeld. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
6
1.
DE MGR. HANSSEN
1.1
GESCHIEDENIS
De Mgr. Hanssen werd 1 september 1959 opgericht. De school startte met het bieden van speciaal onderwijs aan negenentwintig slechthorende leerlingen - verdeeld over drie groepen - in een gedeelte van een oud schoolgebouw aan de Meezenbroekerweg te Heerlen. Het leerlingenaantal groeide en er werd een kleuterafdeling opgericht. In 1963 kreeg de school het hele gebouw ter beschikking. Enkele jaren later gingen vier groepen in verband met ruimtetekort naar een gebouw aan de Van Sonsbeeckstraat in Heerlen. De eerste groep van de toenmalige afdeling ernstige spraak-/taalmoeilijkheden (esm) kwam in 1975. Juni 1978 verhuisde de school naar de nieuwbouw te Hoensbroek met 31 medewerkers en 136 kinderen. De afdeling Ambulante Begeleiding, nu Externe Dienst, werd opgericht in 1984. Het schoolgebouw werd vier jaren later uitgebreid met twee klaslokalen, een Speellokaal en enkele kleinere ruimten. In januari 1999 werd een aangepast gebouw op het terrein van onze buren, Adelante, (voorheen Stichting Revalidatie Limburg) betrokken. Tegenwoordig worden daar dertien groepen met ondersteunende diensten en de Externe Dienst gehuisvest. De gemeenteraad van Roermond ging in juni 2004 akkoord met een nevenvestiging aldaar, die in gebruik werd genomen vanaf 22 augustus 2005. Momenteel zijn er vier groepen met kinderen met TOS. Inmiddels is onze school gegroeid naar ruim 400 leerlingen en 145 medewerkers. De Mgr. Hanssen is bedoeld als streekschool voor de regio’s Zuid- en Midden-Limburg. De noordgrens wordt gevormd door de gemeenten Stramproy, Helden en Tegelen. Gebruik van openbaar vervoer is, gezien de ligging van de school en de leeftijd van de kinderen, niet mogelijk. Onze leerlingen komen met aangepast vervoer, per busje of taxi, naar school.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
7
1.2
BESTUUR
De Mgr. Hanssen valt onder de juridische verantwoordelijkheid van de Stichting INNOVO. Op 1 januari 2005 is deze stichting voor katholiek onderwijs ontstaan uit een fusie tussen de Katholieke Schoolvereniging Limburg (KSV) en de stichting Ambiorix. In totaal zorgen zo'n 1300 medewerkers dagelijks voor onderwijs aan ruim 12000 leerlingen, verdeeld over 55 scholen, waaronder 50 scholen voor basisonderwijs, 2 scholen voor speciaal basisonderwijs (SBO) en 3 scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Het verzorgingsgebied van INNOVO strekt zich uit over Zuid- en Midden-Limburg en is verdeeld over zestien verschillende gemeenten. Het bevoegd gezag van de stichting wordt gevormd door het College van Bestuur, bestaande uit de heer Bert Nelissen en mevrouw Joan van Zomeren. Het College van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht, die een controlerende taak heeft ten aanzien van de vastgestelde doelen. Het College van Bestuur is, samen met het stafbureau, gevestigd in Heerlen. Het stafbureau biedt ondersteuning aan de scholen en aan het College. Op het stafbureau zijn deskundigen werkzaam uit verschillende disciplines zoals financiën, huisvesting, ICT, administratie, personele, juridische en onderwijskundige zaken. Zie voor meer info: www.innovo.nl
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
8
1.3
MISSIE, WAARDEN, VISIE EN AMBITIE
MISSIE EN WAARDEN
De Mgr. Hanssen is de enige cluster 2 onderwijsvoorziening in Zuid- en Midden-Limburg, met drie leslocaties: het hoofdgebouw en de dependance in Hoensbroek en de nevenvestiging in Roermond. Daarnaast beschikt de school over een uitgebreide Externe Dienst die onder meer zorgt voor ambulante begeleiding. Samen met onze ketenpartners Adelante en Koninklijke Kentalis bieden wij als gezamenlijk expertisecentrum voor ouders, leerlingen en professionals een onderwijszorg continuüm voor kinderen en jongeren met gehoor-, spraak- en/of taalmoeilijkheden èn voor leerlingen met andere specifieke onderwijsbehoeften ten gevolge van bijkomende problematiek, zoals een stoornis in het autismespectrum en cognitieve beperkingen. Het onderwijs aan de Mgr. Hanssen en de activiteiten van de Externe Dienst zijn er op gericht om iedere geïndiceerde leerling optimale ontplooiingskansen te bieden, uitgaande van de individuele mogelijkheden, met als einddoel: •
het - verantwoord - overstappen vanuit de Mgr. Hanssen naar de meest passende vorm van regulier basis- of voortgezet onderwijs, al dan niet met begeleiding vanuit de Externe Dienst:
•
het zelfstandig en met succes, zonder verdere extra ondersteuning, het regulier onderwijs (PO, VO of MBO) doorlopen.
Dit willen wij bereiken door in ons onderwijs en in onze begeleiding niet alleen de communicatieve redzaamheid, maar ook de algemene ontwikkeling te bevorderen. Om de communicatieve redzaamheid van de leerlingen te vergroten, besteden de onderwijsgevenden op de school en in de Externe Dienst aandacht aan de volgende speerpunten: − de spraak/taalontwikkeling; − de sociaal-emotionele ontwikkeling (waaronder de beleving van en de omgang met de spraak/taalstoornis of de auditieve beperking) en − de motorische ontwikkeling. Met de samenwerkingsverbanden van Weer Samen Naar School (WSNS) zowel van het Primair Onderwijs (PO) als het Voortgezet Onderwijs (VO), de Regionale Expertise Centra (als uitvoerders van de Wet op de Expertise Centra) en de netwerken Passend Onderwijs, worden intensieve contacten onderhouden en wordt gezocht naar afstemming. Hierbij gaat het niet alleen over het onderwijs aan de leerlingen en ondersteuningsvragen, maar ook over beleidsmatige aspecten. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
9
In het Centrum voor Ambulante Diensten en Diagnostiek Hoensbroek werken de Externe Diensten van cluster 2, 3 en 4 samen ten behoeve van de regio Parkstad. De inhoud van de dienstverlening die geboden wordt, is clusterspecifiek. Naast het gespecialiseerde onderwijs op school en tijdens de ambulante begeleiding in het regulier onderwijs, bieden wij ook ondersteuning en advisering aan ouders, verzorgers en leraren in het reguliere onderwijs. Screening en diagnostiek, begeleidingsactiviteiten en het geven van trainingen en cursussen op het gebied van de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling behoren eveneens tot ons takenpakket. We willen onze leerlingen, ouders, verzorgers en andere klanten het beste bieden. Wij werken: met 'bevlogenheid' en ambitie; vanuit deskundigheid; vanuit betrokkenheid en betrouwbaarheid; in dialoog samen met anderen; met respect voor de medemens en zijn omgeving.
VISIE OP IDENTITEIT Het onderwijs aan de Mgr. Hanssen wordt gegeven vanuit een katholiek-christelijke visie op het leven. Dit komt tot uitdrukking in de respectvolle manier waarop medewerkers met leerlingen, ouders, collega's en andere betrokkenen omgaan. We waarderen de ander en dragen zorg voor elkaar, zowel binnen als buiten de lestijd. Tijdens het godsdienstonderwijs wordt aandacht besteed aan de katholieke signatuur van de school. Tevens wil het vak een bijdrage leveren aan de levensbeschouwelijke identiteitsontwikkeling van de leerlingen. Ook niet-katholieke leerlingen zijn welkom op de Mgr. Hanssen. Onze missie en de daaruit voortvloeiende doelstellingen voor het onderwijs zijn maatgevend. We verwachten van ouders dat zij deze onderschrijven en respectvol met elkaar omgaan.
VISIE OP DE MENS
Mensen zijn uniek en autonoom. Zij nemen initiatieven en treffen maatregelen om hun wereld en hun toekomst vorm te geven. Door deze betekenisverlening krijgt de mens grip op zijn wereld. Mensen beschikken over kwaliteiten en hebben ideeën en meningen. Wanneer zij de ruimte krijgen om deze te ontwikkelen en in praktijk te brengen, stimuleert dit de persoonlijke groei. In de relatie met anderen, ook binnen de opvoedings- en onderwijssituatie èn door zelfreflectie, kan de mens zich in al zijn facetten ontwikkelen. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
10
VISIE OP HET KIND Ieder kind is uniek. Iedere persoon kent lichamelijke behoeften, de behoefte aan veiligheid en zekerheid, de behoefte aan sociale contacten, waardering en erkenning en de behoefte aan zelfontplooiing. Sociale interactie met de omgeving geeft structuur en betekenis aan de leefwereld van het kind waardoor ook competenties tot ontwikkeling kunnen komen. We erkennen dat er verschillen tussen kinderen zijn, zonder daarmee de opvattingen over gelijkwaardigheid los te laten. Ieder kind mag zich in overeenstemming met zijn of haar capaciteiten, belangstelling en behoeften ontwikkelen. Stimuleren, uitdagen en sturen om zelf verantwoordelijkheid te nemen voor de eigen ontwikkeling, zien wij als een hoofdtaak van het onderwijs.
VISIE OP VERANDERINGEN IN DE MAATSCHAPPIJ
Allerlei ontwikkelingen hebben de wereld ontsloten. Mensen van over de hele wereld staan, via de moderne multimedia, midden in onze samenleving. Deze globalisering heeft onze pluriforme maatschappij nog complexer gemaakt. Om goed te kunnen functioneren, is flexibiliteit en begrip van volwassenen en kinderen een noodzakelijke voorwaarde. Dit heeft tot gevolg dat, meer dan ooit, kritisch nagedacht moet worden over wat het onderwijs kinderen zou moeten aanbieden. Niet alleen de traditionele leerstof staat ter discussie, maar vooral ook de wijze waarop de leerstof wordt aangeboden. Leerkrachten zijn niet langer hoofdzakelijk instructeurs, maar begeleiders van leerprocessen, waarbij niet alleen het ontwikkelen van kennis centraal staat. De wereld om ons heen verandert zeer snel. In toenemende mate zien we verdere individualisering en globalisering. Ons onderwijs dient daarvoor de ogen niet te sluiten, maar de ogen van de kinderen hiervoor te openen. Voor een sociaalfunctionerende maatschappij is het nodig dat mensen kunnen luisteren, zich kunnen inleven in anderen, in staat zijn begrip op te brengen voor andere meningen, bereid zijn actief deel te nemen en de mogelijkheid hebben om problemen op te lossen. School dient, daar waar mogelijk, in te spelen op de maatschappelijke ontwikkelingen. Wij willen de kinderen leren een positieve bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van een rechtvaardige samenleving en kennis te nemen van de rechten en plichten in onze maatschappij. Recente regelgeving heeft scholen de wettelijke taak gegeven om actief burgerschap en sociale integratie te bevorderen. Het onderwijs op de Mgr. Hanssen is erop gericht kinderen voor te bereiden op deelname aan een samenleving waarin het gaat om gezamenlijkheid, betrokkenheid, iets over hebben voor een ander en om mèt elkaar te leven in plaats van naast elkaar. Waarden als vrijheid van meningsuiting, gelijkwaardigheid, verdraagzaamheid en het bestrijden van discriminatie vinden wij belangrijk. Door de multiculturele achtergrond van onze leerlingen is het Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
11
vanzelfsprekend dat wij in ons onderwijs aandacht besteden aan de tradities, gebruiken, godsdiensten en levensbeschouwingen binnen verschillende culturen. Het stimuleren van 'actief burgerschap en sociale integratie' is verweven in ons onderwijsaanbod en in het pedagogisch handelen, waarbij we de leerlingen uitdagen na te denken over hun rol als burger in de Nederlandse samenleving. Ook 'kleine' burgers zouden zich betrokken moeten voelen bij de maatschappij, want de verantwoordelijkheid die men voor de gemeenschap voelt, maakt deel uit van de identiteitsontwikkeling. Wij streven ernaar bij de kinderen een attitude te ontwikkelen waardoor zij bereid zijn deel uit te maken van de gemeenschap èn daar actief een bijdrage aan willen leveren.
VISIE OP OPVOEDING EN ONDERWIJS Onze opdracht is om een wezenlijke bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van onze leerlingen op weg naar volwassenheid. Wezenlijke kenmerken van volwassenheid zijn, ons inziens, het nemen van beslissingen, betekenis kunnen geven, kunnen creëren en verantwoordelijkheid dragen. Het onderwijs zal door het stimuleren van de ontwikkelingsmogelijkheden die een kind heeft, het helpen deze te ontplooien. Uitgangspunt hierbij is de totale ontwikkeling van een kind, waarbij bijzondere aandacht uitgaat naar de communicatieve ontwikkelingsaspecten. De Mgr. Hanssen is immers een school voor leerlingen met een auditieve en/of communicatieve beperking. Ook voor leerlingen met daarnaast andere specifieke onderwijsbehoeften ten gevolge van bijvoorbeeld een stoornis in het autismespectrum en cognitieve beperkingen wordt deze doelstelling nagestreefd. Ouders zijn eindverantwoordelijk voor de opvoeding van hun kind. De school wil een bijdrage leveren aan de opvoeding door middel van haar onderwijs en begeleiding. Het onderwijs- en begeleidingsaanbod van de Mgr. Hanssen heeft tot doel het opheffen, verminderen of compenseren van de onderwijsbelemmeringen die het gevolg zijn van de auditieve en/of communicatieve beperkingen. Wanneer het kind hieraan toe is, zal het (terug) geplaatst worden in het reguliere basisonderwijs waaronder het speciale basisonderwijs, het sbo, of in het reguliere voortgezet onderwijs. In uitzonderlijke gevallen is het nodig een kind te verwijzen naar een andere vorm van speciaal onderwijs.
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE VISIE
De basis van ons onderwijs is gelegen in het feit dat we te maken hebben met kinderen met een auditieve en/of communicatieve beperking. Van alle medewerkers wordt verwacht dat hiermee bewust en zorgvuldig wordt omgegaan. Ook wordt er expliciet en impliciet aandacht besteed aan de omgang van kinderen onder elkaar. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
12
Uitgaande van onze visie op de mens, op het kind, op de veranderingen in de maatschappij en op opvoeding en onderwijs, streven wij op de Mgr. Hanssen naar een positief pedagogisch klimaat, waarbij de dialoog tussen volwassene en leerling gebaseerd is op echtheid, empathisch vermogen en een goede afstemming tussen school en thuis. We streven naar een ononderbroken lijn in de ontwikkeling van een kind. Om kinderen zoveel mogelijk voor te bereiden op de 'volwassen' wereld en zeker op het vervolg na onze school, willen we hun individuele mogelijkheden stimuleren en hen uitdagen door reële hoge doelen na te streven. Daarbij sluiten we zoveel mogelijk aan bij hun leef-, belevings- en ervaringswereld. We streven een brede ontwikkeling na, maar leggen de nadruk op de primaire vakken om de doorstroming naar andere vormen van passend onderwijs mogelijk te maken en te bespoedigen. Alle medewerkers vinden het belangrijk dat het eigene van ieder kind gerespecteerd en beschermd wordt. Ons inziens kan een kind zich slechts dan ontwikkelen wanneer de omgeving waarin het kind gevormd wordt, aandacht besteedt aan veiligheid, zelfstandigheid, weerbaarheid en de mogelijkheid biedt tot zelfontdekkend handelen. Het bevorderen van zelfstandigheid en zelfverantwoordelijkheid van leerlingen neemt een dan ook een belangrijke plaats in binnen het onderwijs aan de Mgr. Hanssen. Schoolmedewerkers zoeken bij onze auditief en/of communicatief beperkte leerlingen, voortdurend naar een evenwichtige verhouding tussen het bieden van hulp aan de kinderen en het tegemoet komen aan hun gevoelens van competentie en autonomie, rekening houdend met individuele verschillen. Dit komt tot uiting in het onderwijsaanbod, in het pedagogisch-didactisch handelen en in de rol en het gedrag van de leerlingen. Leerkrachten hebben een stimulerende, uitdagende, begeleidende, faciliterende, sturende en instruerende rol, waarbij ze ruimte geven aan leerlingen om ook zelf initiatieven te nemen. De school zal bij handelingsverlegenheid van ouders, waar mogelijk bemiddelend optreden met betrekking tot vragen over de opvoeding. Alle partijen dienen oog te hebben voor overleg en samenwerking met andere disciplines, meestal binnen, maar soms ook buiten de school.
AMBITIE
De Mgr. Hanssen wil voor Zuid- en Midden Limburg hoogwaardig onderwijs en professionele begeleiding realiseren voor kinderen met ernstige auditieve en/of communicatieve beperkingen, al dan niet met bijkomende problemen en andere specifieke onderwijsbehoeften, waarvoor in het regulier onderwijs geen toereikende zorg geboden kan worden. Samen met onze ketenpartners Adelante en Koninklijke Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
13
Kentalis bieden wij als gezamenlijk expertisecentrum voor ouders, leerlingen en professionals een onderwijszorg continuüm gericht op het opheffen, verminderen of compenseren van de onderwijsbelemmeringen die het gevolg zijn van de auditieve en/of communicatieve beperkingen al dan niet in combinatie met andere (gedrags-)problemen. In de schoolvisie is onze ecologische kijk op het kind verwoord: wij kijken naar kinderen in relatie tot hun omgeving. De totale ontwikkeling van een kind staat centraal en er is bijzondere aandacht voor de communicatieve ontwikkelingsaspecten. Onder communicatie verstaan we niet alleen de mondelinge, maar ook de schriftelijke taal en de sociale competentie (de pragmatische aspecten van de communicatie). Het onderwijs en de begeleiding aan onze leerlingen, met betrekking tot de specifieke hulpvragen op auditief en/of communicatief gebied, wordt door de volgende pijlers gedragen:
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
14
CIDS*)
Taal
Sociaal-emotineel
Bewegen
Communicatieve Redzaamheid
*) CIDS = Cultuur & identiteit doven en slechthorenden
De pijlers van ons onderwijs
Ontwikkeling van deze pijlers vormen de voorwaarden voor een goede en effectieve communicatie: ● Bewegen Het kind moet een (goed) ontwikkeld lichaamsbesef hebben en zich goed kunnen bewegen om zelfvertrouwen op te bouwen en zich lekker in zijn vel te voelen. ● Sociaal-emotioneel Sociale vaardigheden en een positief zelfbeeld zijn nodig om met anderen een opbouwende relatie aan te kunnen gaan en open te communiceren. ● Taal Om tot effectieve informatieoverdracht te kunnen komen, maar ook om anderen te kunnen begrijpen, is, naast inlevingsvermogen, beschikking over voldoende taal en taalvaardigheid een noodzaak. ● CIDS Voor de kinderen met een auditieve beperking geldt, dat zij een eigen identiteit moeten ontwikkelen in een maatschappij die overwegend uit horenden bestaat. Ieder kind is anders en leert anders. In ons onderwijs willen we daarmee rekening houden. Waar mogelijk sluiten we aan bij de leef-, belevings- en ervaringswereld van onze leerlingen. We streven naar een ononderbroken lijn in de ontwikkeling van ieder kind met een zo evenwichtig mogelijke verdeling in de aandacht die uitgaat naar de cognitieve, creatieve, motorische en sociaal-emotionele ontwikkeling.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
15
Gezien onze doelgroepen willen we gedegen en zoveel mogelijk vernieuwend onderwijs aanbieden. Indien gewenst of noodzakelijk, zoeken wij voor onze leerlingen, ondersteuning bij partners uit de zorg (ketenoriëntatie). De Mgr. Hanssen wil een schakelschool zijn. We streven een verantwoorde terugplaatsing naar de meest passende vorm van vervolgonderwijs na, zowel richting het primair- als het voorgezet onderwijs. Dit willen we onder meer bereiken door met leerlingen planmatig te werken aan hun hulpvragen en door een goede aansluiting op het programma van het regulier onderwijs na te streven. Dit laatste willen we bereiken door hoge doelen te stellen en opbrengstgericht te werken. De Externe Dienst ondersteunt de schakelfunctie van de school door kinderen in het reguliere onderwijs te begeleiden. Zo wordt de overstap van onze leerlingen naar een andere vorm van onderwijs ondersteund en bestendigd. Om de begeleiding van onze kinderen te optimaliseren, stellen wij de handelingsplannen van alle leerlingen minstens twee keer per jaar bij. Onze handelingsplannen en aanpassingen daarvan worden goed gecommuniceerd met en afgestemd op de wensen van ouders en/of verzorgers. De Mgr. Hanssen wil nadrukkelijk ook voor leerlingen die, naast auditieve en/of communicatieve beperkingen, andere problemen of stoornissen (comorbiditeit) hebben, onderwijsbegeleiding verzorgen. Dit, indien nodig, in samenwerking met onze partners.
1.4
ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE
Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) formuleert 'actief burgerschap' als: 'De bereidheid en het vermogen om deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren'. In de toelichting op de Wet op het Primair Onderwijs (WPO), over de verplichting voor scholen om bij te dragen aan de integratie van leerlingen in de Nederlandse samenleving, wordt onder sociale integratie verstaan: 'Een deelname van burgers (ongeacht hun etnische of culturele achtergrond) aan de samenleving, in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur'. Waarom vinden we actief burgerschap en sociale integratie belangrijk? De school staat door onze leerlingen midden in de samenleving, die steeds meer gericht is op individualisering. Daarmee neemt de sociale binding of sociale cohesie, af. Rechten en plichten die horen bij burgerschap zijn hierdoor op de achtergrond geraakt. Ook zijn veel ouders en kinderen door hun allochtone herkomst niet gewend aan de burgerschapstradities en aan de gebruiken van onze samenleving. Wij hebben de overtuiging dat menselijke solidariteit, goede manieren, sociale controle, kortom burgerschapsgedrag, bijdraagt aan de sociale cohesie. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
16
Op school verkeren alle kinderen in grote groepen leeftijdgenoten, die allemaal van elkaar verschillen. De kinderen leren met de verschillen om te gaan en tevens met anderen op basis van gelijkwaardigheid samen te werken. Op deze wijze worden ze voorbereid om in de maatschappij goed te kunnen functioneren. Leerlingen nemen deel aan het maatschappelijk leven in uiteenlopende situaties: op straat, bij het sporten of andere activiteiten in clubverband, bij familie of onder vrienden. Wij benutten die ervaringen en stimuleren kinderen in hun maatschappelijke participatie. Wat beogen we met actief burgerschap en sociale integratie? De kerndoelen voor het basisonderwijs met betrekking tot burgerschap zijn als volgt omschreven: De leerlingen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger. De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. De leerlingen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen en ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen. De leerlingen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en van anderen. De leerlingen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht als verkeersdeelnemer. De leerlingen leren met zorg om te gaan met het milieu. Actief burgerschap is een deel van de pedagogische opdracht van de school. Dit betekent dat wij niet alleen kennis uit de schoolvakken aanbieden, maar ook het burgerschap actief tijdens de lessen en in ons handelen integreren en op deze manier de leerlingen laten ervaren wat dit begrip in de praktijk betekent. − Wij stimuleren de leerlingen om zelf taken aan te pakken waarmee zij bijdragen aan gemeenschapsbelangen op buitenschools terrein en betrekken daar buitenschoolse connecties bij. − Wij zoeken mogelijkheden voor leerlingen om een actievere rol te spelen in de schoolgemeenschap. Wat doen we aan actief burgerschap en sociale integratie? Het onderwijs op de Mgr. Hanssen is erop gericht kinderen voor te bereiden op hun integratie in en participatie aan een - volwassen - samenleving. De ontwikkeling van burgerschap komt tijdens diverse lessen in alle groepen aan bod: • in de thema’s van de onderbouw; • in de godsdienstlessen; • bij wereldoriëntatie: geschiedenis, aardrijkskunde, biologie; • in de methodes 'Leefstijl' voor de sociaal-emotionele ontwikkeling; Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
17
• •
in de verkeerslessen tijdens activiteiten in het kader van culturele ontwikkeling.
De komende jaren zal de school een curriculum opbouwen en een omgeving worden waarin 'goed' burgerschap zichtbaar is.
1.5
RELATIE TOT DE ONDERWIJSVISIE VAN INNOVO
De Mgr. Hanssen valt onder de Stichting INNOVO. INNOVO kent als belangrijkste onderwijskundige peilers 'Nieuw Leren' en 'Educatief Partnerschap'. Alle betrokkenen zijn enthousiast en voortvarend bezig om INNOVO prominent in de markt te zetten en de organisatie in het goede spoor te regisseren, met als voornaamste doel: 'verbetering van de kwaliteit van het onderwijs aan onze kinderen'. De missie 'Samen sterker in Nieuw Leren ' richt zich eveneens op educatief partnerschap; de strategie van het zogenaamde 'GEN': − Good governance. Dit houdt in dat taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden op alle niveaus in de organisatie goed geregeld en afgestemd zijn. − Educatief partnerschap. Een proces waarin scholen, ouders en de lokale omgeving proberen hun bijdragen zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen met als doel het bevorderen van het leren, de motivatie en de ontwikkeling van leerlingen. − Nieuw Leren. De leerling wordt beschouwd als iemand die actief kennis en inzicht construeert, in interactie met zijn of haar omgeving. De kern van de missie bestaat uit: Het bieden van 'goed onderwijs' Het leerproces van kinderen wordt optimaal gefaciliteerd door kwalitatief goed onderwijs te bieden en door permanente ontwikkeling, verbetering en innovatie van het onderwijsleerproces. De kern van de visie is: Een krachtige katholieke onderwijsorganisatie met sterke scholen en een sterk bestuur. De scholen van de nieuwe stichting bieden kwalitatief hoogwaardig en vernieuwend onderwijs met een breed aanbod op katholieke grondslag. Hierbij staat een kindgerichte benadering en leerlinggericht onderwijs voorop. De scholen worden optimaal ondersteund door een bestuur die het invullen van deze visie mede mogelijk maakt. Om een krachtige katholieke onderwijsorganisatie te ontwikkelen en te borgen, zijn leidende principes, idealen en gezamenlijke waarden onmisbaar. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
18
De volgende waarden zijn afgeleid uit onze missie en visie: het kind staat centraal; spiritualiteit; subsidiariteit; solidariteit; vrijheid in gebondenheid. Met deze waarden in gedachten is een bovenschoolse structuur opgezet, die zich inzet voor de dagelijkse ondersteuning van het primaire onderwijs. Verantwoordelijk voor het beleid van de organisatie is het College van Bestuur, als bevoegd gezag namens alle INNOVO scholen, dat gecontroleerd wordt door de Raad van Toezicht. Veel - dagelijkse - taken en bevoegdheden zijn gedelegeerd naar de directeuren van de betreffende scholen. Het onderstaande figuur geeft de organisatiestructuur weer:
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
19
1.6
SAMENWERKING
Er bestaan vier clusters van scholen die speciaal onderwijs aanbieden: cluster 1: scholen voor blinde en slechtziende kinderen; cluster 2: scholen voor dove en slechthorende kinderen en kinderen met taalontwikkelingsstoornissen; cluster 3: scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen en/of lichamelijk gehandicapte kinderen; cluster 4: scholen voor kinderen met gedragsproblemen of langdurig (psychiatrisch) zieke kinderen. Als streekschool voor speciaal onderwijs aan kinderen met auditieve en/of communicatieve beperkingen, met of zonder comorbiditeit, werkt de Mgr. Hanssen intensief samen met andere instituten. •
SIMÉA
Siméa betekent: ‘elkaar verstaan’. Deze vereniging/stichting is een landelijke organisatie die de belangen van het onderwijs aan en de begeleiding van kinderen met ernstige auditieve en/of communicatieve beperkingen behartigt. Deze organisatie praat en onderhandelt namens alle scholen met 'de politiek', de regering, maar ook met andere organisaties over allerlei thema’s die belangrijk zijn voor onze doelgroepen. •
PLATFORM LIMBURG (PL) In Limburg werkt de Mgr. Hanssen samen met cluster 3 en 4. Regelmatig is er contact met de samenwerkingsverbanden (WSNS) en de ouderorganisaties.
•
ADELANTE AUDIOLOGIE & COMMUNICATIE
Adelante, afdeling Audiologie & Communicatie, onderzoekt, adviseert en behandelt kinderen en volwassenen met gehoor-, spraak- en/of taalproblemen. Er is een intensieve samenwerking tussen onze school en deze afdeling van Adelante ten behoeve van de kinderen op school (alle locaties) en in ambulante begeleiding op het gebied van: ● ● ● ●
audiologie (gehoormeting) gehoorcontroles door een KNO-arts logopedie en logopedisch onderzoek technische ondersteuning (apparatuur).
Ook in het 'Aanmeldpunt REC ZeON Hoensbroek', waar de indicatiestelling voor het verkrijgen van een beschikking voor leerlinggebonden financiering ('de rugzak') wordt voorbereid, participeren medewerkers van Adelante.
Adelante biedt in Maastricht en Geleen opvang voor kinderen tot 4 à 5 jaar die Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
20
vanwege een lichamelijke, meervoudige en/of zintuiglijke beperking een ontwikkelingsachterstand hebben. Deze kinderen worden enkele dagdelen intensief begeleid in therapeutische peutergroepen waar veel aandacht besteed wordt aan de ontwikkelingsproblemen. •
KONINKLIJKE KENTALIS Niet (goed) kunnen horen of communiceren leidt vaak tot allerlei problemen. Een training of therapie (individueel of in een groep) kan helpen, zoals speltherapie, logopedie, faalangstreductie- of een sociale vaardigheidstraining. Vaak gebeurt dit in combinatie met begeleiding thuis. Kinderen van anderhalf tot vijf jaar die moeite hebben met horen, spreken (de articulatie) of taal kunnen baat hebben bij vroegbehandeling. De kinderen leren hier op een speelse manier communiceren en omgaan met anderen. Voor kinderen van 2 tot 5 jaar bij wie een vorm van autisme wordt vermoed, biedt Kentalis speciale vroegbehandeling. Vaak hebben de kinderen ernstige problemen in de communicatie, met de informatieverwerking en in het leggen en onderhouden van contacten. Ook kinderen met een auditieve en/of communicatieve beperking in combinatie met een verstandelijke beperking, kunnen bij Kentalis terecht voor dagbehandeling.
Kentalis heeft in Limburg zorglocaties voor kinderen met beperkingen in horen en communiceren in Hoensbroek, Maastricht, Roermond en Venlo. Schoolgaande kinderen kunnen baat hebben bij naschoolse dagbehandeling. Naschoolse dagbehandeling heeft onder meer tot doel kinderen en jongeren te helpen bij het uiten van gevoelens en het omgaan met anderen. •
MONDRIAAN
Mondriaan is een instelling voor geestelijke gezondheidszorg in Limburg met meer dan vijftig locaties. Zij bieden zorg aan kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen met psychische of psychiatrische klachten. Daarnaast biedt Mondriaan ook forensische psychiatrie. Kinderen en jongeren, van 0 tot 20 jaar, met (ernstige) psychiatrische en orthopsychiatrische problemen kunnen, met hun ouders, bij Mondriaan terecht voor diagnostiek en behandeling. Mondriaan heeft locaties in Heerlen, Maastricht, Sittard en Roermond. •
FOSS en FODOK De FOSS (Nederlandse Federatie van Ouders van Slechthorende kinderen en van kinderen met TOS) en de FODOK (Nederlandse Federatie van Ouders van Dove Kinderen), komen actief op voor ouders en kinderen en behartigen hun belangen. Zij maken zich bij instanties en bij de overheid sterk voor het verbeteren van regelingen en wetten. Naast belangenbehartiging en Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
21
voorlichting bestaat het werk van de FOSS en FODOK uit het organiseren van lotgenotencontact. •
CI-TEAM ZUID-OOST-NEDERLAND De afkorting CI staat voor cochleair implantaat. Een CI-team bepaalt wie er in aanmerking komt voor een implantaat en begeleidt geïmplanteerden ook na de operatie. Een CI-team is multidisciplinair samengesteld en bestaat uit KNO-artsen, audiologen, logopedisten, hoortherapeuten, linguïsten, orthopedagogen, psychologen, maatschappelijk deskundigen, technici, wetenschappelijke en administratieve medewerkers. Het CI-team Zuid-Oost-Nederland (oude naam: CI-team Maastricht/Hoensbroek) bestaat uit medewerkers van het academisch ziekenhuis Maastricht, de audiologische centra in Hoensbroek, Venlo en Eindhoven, de Mgr. Hanssen en de Stichting Gezinsbegeleiding.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
22
2
ONDERWIJS
2.1
PASSEND ONDERWIJS EN MGR. HANSSEN
Ook voor de Mgr. Hanssen zullen de aanpassingen als gevolg van de invoering van Passend Onderwijs gevolgen hebben. Doel Passend Onderwijs Het doel van Passend Onderwijs is dat alle leerlingen een passende onderwijsplek krijgen. Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben, zullen in de toekomst zoveel mogelijk door het reguliere onderwijs bediend worden; doorverwijzing naar het speciaal onderwijs zal steeds minder vaak plaatsvinden. Uitgangspunt is dus regulier als het kan, speciaal als het moet. Dat geldt ook voor cluster 2 en dus ook voor de Mgr. Hanssen. Overgangsregeling Vanaf 1 augustus 2014 vervallen alle huidige beschikkingen cluster 2. Dat betekent overigens niet dat deze leerlingen geen speciaal onderwijs of begeleiding meer van ons krijgen Leerlingen die per 1 augustus nog een geldige beschikking hebben en op de Mgr. Hanssen zitten, mogen gebruik maken van het overgangsrecht. Zij mogen maximaal nog twee jaar gebruik maken van het speciaal onderwijs. Tussentijds moet er dan opnieuw gekeken worden naar de noodzaak van extra ondersteuning vanuit cluster 2. (zie hieronder bij nieuwe aanvragen voor ondersteuning) Voor leerlingen die per 1 augustus 2014 nog recht hadden op begeleiding vanuit cluster 2 in het regulier onderwijs (het rugzakje) is wettelijk niets geregeld. Toch zullen wij ook voor deze leerlingen maximaal tot 1 augustus 2016 een vorm van begeleiding (hoe beperkt ook) garanderen. In de tussentijd zal opnieuw gekeken moeten worden of deze leerlingen nog extra ondersteuning vanuit cluster 2 nodig hebben. (zie hieronder) Nieuwe aanvragen voor ondersteuning Aanvragen voor extra ondersteuning vanuit cluster 2 kunnen bij het aanmeldpunt in Hoensbroek ingediend worden. Na een beoordeling van de aanvraag zal de Commissie van Onderzoek een definitief advies uitbrengen. Heeft een leerling volgens dit advies recht op ondersteuning vanuit cluster 2, dan staat er ook bij waaruit die ondersteuning zal bestaan. Deze ondersteuning bestaat dan minstens uit een onderwijsarrangement eventueel aangevuld met aanvullende extra ondersteuning. Er zijn drie onderwijsarrangementen: 1. Licht onderwijsarrangement
De leerling gaat naar de reguliere school met beperkte ondersteuning op locatie. 2. Medium onderwijsarrangement
De leerling gaat naar de reguliere school met extra ondersteuning op locatie. 3. Intensief onderwijsarrangement
De leerling gaat naar een school voor speciaal onderwijs. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
23
Nadat het arrangement is toegekend, wordt samen met de reguliere school een plan van aanpak opgesteld en met ouders besproken. Op het einde van het schooljaar evalueren en stellen we het plan bij. Als uit de evaluatie blijkt dat ondersteuning vanuit cluster 2 nodig blijft, wordt er een nieuwe aanvraag voor ondersteuning ingediend. Aanvullende informatie Meer informatie hierover vindt u op de sites van − Mgr. Hanssen: www.mgrhanssen.nl − Simea: www.simea.nl − Steunpunt passend onderwijs: www.steunpuntpassendonderwijs.nl Fusie Mgr. Hanssen met de Taalbrug Tenslotte zal voor 1 augustus 2015 de Mgr. Hanssen ‘fuseren’ met de Taalbrug uit Eindhoven/Venlo. Deze fusie is ook een gevolg van de nieuwe wetgeving. Waarschijnlijk zult u van de fusie weinig merken en heeft deze voor u en uw kind verder geen gevolgen. Zowel de leslocaties als ook de begeleiding in het regulier onderwijs blijven gewoon bestaan.
2.2
ONZE DOELGROEPEN
De Mgr. Hanssen voorziet onderwijs in cluster 2. Conform de wet op de expertisecentra richt de school zich op het onderwijs en de begeleiding van kinderen met een auditieve en/of communicatieve beperking al dan niet met comorbiditeit. In de dagelijkse praktijk bedient de school de volgende hoofd- en subdoelgroepen: 1. 2. 3. 4.
Kinderen met taalontwikkelingsstoornissen (TOS); Kinderen met een auditieve beperking; slechthorend (SH) Kinderen met een ernstige auditieve beperking; doof (Doof) Kinderen met een ernstige MG - problematiek (Meervoudig Gehandicapt), waarbij de auditieve- en/of communicatieve problematiek een belangrijke beperking vormt.
KINDEREN MET TAALONTWIKKELINGSSTOORNISSEN Een kind met TOS wordt toegelaten tot cluster 2 onderwijs wanneer het voldoet aan de volgende criteria: Er moet sprake zijn van een ernstige uitval op tenminste twee van de vier hieronder genoemde aspecten van de spraak en de taal. Dit moet met minstens twee tests worden aangetoond. Aspect 1: de spraakproductie: het spreken, de verstaanbaarheid, de articulatie. Aspect 2: de auditieve verwerking, het begrijpen van wat er gezegd wordt en het onderscheiden, herkennen, analyseren en synthetiseren van spraakMgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
24
klanken. Aspect 3: de grammaticale kennisontwikkeling waaronder het vervoegen van werkwoorden, het gebruiken van woorden in de goede volgorde, het gebruiken van de correcte regels voor woordvorming en zinsbouw. Aspect 4: de lexicaal-semantische ontwikkeling zoals de woordenschat, het vinden van woorden en het leggen van relaties tussen woorden en zinnen.
Ófwel: Er moet sprake zijn van een stoornis in het autismespectrum volgens de classificatie zoals beschreven in de 'Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders, de 'DSM IV', waarbij de verbale communicatieve beperking op de voorgrond staat. De verbale communicatieve beperking moet blijken uit de onderzoeksgegevens die wijzen op een ernstige achterstand in de lexicaal-semantische kennisontwikkeling en/of de pragmatiek. Met 'pragmatiek' wordt het feitelijk gebruik van de taal bedoeld: om contact te maken of om kennis of gevoelens over te brengen of uit te wisselen heb je deze wijze van communiceren nodig. Het is belangrijk de communicatie af te stemmen op de situatie. Bijvoorbeeld: een kind praat anders met een leeftijdgenoot dan met een leerkracht.
Daarnaast: mag de stoornis niet toe te schrijven zijn aan een beperkt niveau van cognitief functioneren. Er wordt pas over TOS gesproken als de resultaten op de hierboven genoemde aspecten ernstig afwijken van wat men bij de leerling mag verwachten op grond van de verstandelijke vermogens.
SLECHTHORENDE EN DOVE LEERLINGEN
Deze kinderen hebben in eerste instantie een auditieve beperking en ten gevolge daarvan problemen met de communicatie. Een kind dat slechthorend of doof is wordt toegelaten tot cluster 2 onderwijs wanneer het aan de volgende criteria voldoet: Bij slechthorende leerlingen moet er sprake zijn van: een gehoorverlies tussen 35 en 80 dB bij het beste oor zonder gehoortoestel, ofwel een gehoorverlies groter dan 80 dB bij het beste oor zonder gehoortoestel, mèt gebruik van een CI dat 2 jaar eerder is aangebracht, waarbij de leerling slechthorend functionerend is
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
25
Bij dove leerlingen, of leerlingen met een CI niet ouder dan 2 jaar, moet er sprake zijn van: een gehoorverlies van meer dan 80 dB bij het beste oor zonder gebruik van een hoortoestel, ofwel een gehoorverlies tussen 70 en 80 dB bij het beste oor zonder gebruik van een hoortoestel, waarbij de leerling kennelijk doof functionerend is.
De term Meervoudig Gehandicapt (MG) wordt momenteel alleen gebruikt bij slechthorende en dove leerlingen met een cognitieve beperking. Voor leerlingen met TOS is deze status niet erkend, terwijl deze leerlingen wel in onze populatie voorkomen. Het toelaatbaarheidscriterium voor speciaal onderwijs aan meervoudig gehandicapte slechthorende kinderen is: ● een gehoorverlies tussen 35 en 70 dB bij het beste oor zonder gehoortoestel en een IQ lager dan 70. Het toelaatbaarheidscriterium voor speciaal onderwijs aan meervoudig gehandicapte dove kinderen is: ● een gehoorverlies van meer dan 70 dB bij het beste oor zonder gehoortoestel en een IQ lager dan 70. Om toelaatbaar te zijn voor ons onderwijs moeten alle leerlingen aan de volgende drie hoofdcriteria voldoen: Er moet sprake zijn van een stoornis zoals hierboven omschreven. Er moet een ernstige beperking van de onderwijsparticipatie zijn. Er sprake is van een zeer geringe communicatieve redzaamheid of als er ernstige leerachterstanden zijn op tenminste twee van de drie leerstofgebieden: spelling/technisch lezen, begrijpend lezen, rekenen. NB: bij leerlingen in het voortgezet onderwijs en het MBO moet een zeer geringe communicatieve redzaamheid worden aangetoond, leerachterstanden worden niet meegewogen. De zorg vanuit het regulier onderwijs moet ontoereikend zijn. De zorg van het regulier onderwijs, waaronder het speciale basisonderwijs (SBO), praktijkonderwijs (PRO) of Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO) is ondanks bovenschoolse zorg, eventueel in combinatie met logopedie, ontoereikend of zal dit in de toekomst zijn. Voor leerlingen met TOS geldt daarbij nog dat ze gedurende tenminste een half jaar gerichte spraak-/taaltherapie (logopedie) hebben gehad die onvoldoende effect heeft gesorteerd.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
26
2.2
ONS ONDERWIJSAANBOD
Op de Mgr. Hanssen wordt onderwijs geboden aan kinderen met auditieve en/of communicatieve problemen in de leeftijd van 3 tot 13 jaar. Ons leerstofaanbod is dekkend voor de kerndoelen. Speciaal onderwijs heeft eigen kerndoelen, eveneens voor ZML/MG, die beschrijven wat leerlingen in het speciaal onderwijs moeten leren. Ook bieden deze kerndoelen richting bij het scheppen van een evenwichtig onderwijsaanbod, met veel aandacht voor Nederlands en rekenen. Daarnaast hebben onze leerlingen sport, beweging en een kunstzinnige oriëntatie nodig ter voorbereiding op het vervolgonderwijs en op een plaats in de maatschappij. Het leerstofaanbod vertoont een doorgaande lijn en is afgestemd op de onderwijsbehoeften van onze leerlingen. In het schoolplan staat het onderwijsaanbod nader uitgewerkt.
2.3
LOGOPEDIE
Werken aan de groei van spraak en taal - dè specialisatie binnen ons onderwijs speelt een belangrijke rol bij een goede algemene en didactische ontwikkeling van kinderen. De logopedie is dan ook in de eerste plaats gericht op het tot stand brengen en/of het optimaliseren van de totale communicatie waaronder de spraak, de taal, het gehoor en de gebaren. Binnen de Mgr. Hanssen biedt de logopedie specifieke ondersteuning met betrekking tot de totale ontwikkeling van onze leerlingen. De logopedist is mede verantwoordelijk voor de ontplooiing van slechthorende en dove kinderen en kinderen met TOS binnen ons onderwijs. Logopedisten op de Mgr. Hanssen verrichten onder andere de volgende werkzaamheden: Observatie, screening en testen gerelateerd aan de volgende onderdelen: de spraakproductie: het vertalen van gedachten in zinnen en woorden en deze uitspreken; de spraakperceptie: het waarnemen en begrijpen van gesproken taal; de grammaticaal-linguïstische kennisontwikkeling: het maken van correcte zinnen; de lexicaal-semantische kennisontwikkeling: de woordenschat en het begrijpen van taal; de pragmatiek: het taalgebruik afgestemd op de situatie. Het volgen van de ontwikkeling van leerlingen met behulp van het logopedisch volgsysteem. Het behandelen van leerlingen op basis van handelingsplanning. Het verzorgen van logopedische verslaggeving voor intern en extern gebruik. Het ondersteunen en begeleiden van de diverse disciplines binnen de groepen op het gebied van spraak, taal en communicatie van de leerlingen. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
27
Ondersteuning van de leerkrachten om binnen de groepen een optimaal klimaat te scheppen ten aanzien van taal en communicatie voor deze specifieke groep leerlingen. Het afstemmen met de leerkrachten met betrekking tot de groeps- en/of individuele handelingsplannen. Communicatie met de ouders. Het onderhouden van externe contacten in verband met de problematiek van de leerlingen. Logopedie wordt zoveel mogelijk in de groep gegeven en alleen daar waar nodig of gewenst buiten de klas in kleine groepjes of individueel. Logopedie werkt vanuit betekenisvolle situaties om de transfer naar herkenbare situaties in het dagelijkse leven mogelijk te maken, waardoor kinderen het geleerde ook beter kunnen toepassen. Logopedisten dragen zorg voor de uitbreiding en verdieping van de stof die binnen de groep wordt aangeboden en leveren specialistische hulp die in de groep niet geboden kan worden. Er wordt gewerkt met handelingsplannen op groeps- en individueel niveau waarin omschreven staat waarom er logopedische hulp geboden wordt, wat er in de komende periode gedaan wordt, hoe de aanpak is en naar welk resultaat gestreefd wordt. Drie keer per jaar wordt deze planning besproken en bijgesteld. Voor leerlingen tot acht jaar is meer tijd beschikbaar voor logopedische begeleiding dan voor oudere leerlingen. Op welke manier en hoe lang logopedie ingezet wordt in de hogere groepen wordt bepaald tijdens de groepsbespreking, net zoals accenten die gelegd worden in het logopedisch aanbod. De handelingsplanning wordt met ouders besproken. De logopedische oefeningen zitten in een klapper of map, die in het weekend mee naar huis gaat en op maandag weer mee naar school komt. Logopedisten hebben schriftelijk contact met ouders via de logoklapper of de weekbrief van de klas. Minimaal twee keer per jaar is er persoonlijk contact met de ouders, waarvan één keer tijdens de klassenouderavond aan het begin van het schooljaar. Daarnaast is het mogelijk om in combinatie met een klassenbezoek ook een afspraak te maken met de logopedist van uw kind voor het bijwonen van een logopedieles.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
28
3 DE ZORG VOOR UW KIND
3.1 TOELATING
Als een leerling in het regulier onderwijs problemen heeft met zijn gehoor of moeite heeft met praten en het begrijpen van taal, wordt het zorgteam van de reguliere school ingeschakeld. Als de school de problemen niet alleen kan oplossen, kan ze beroep doen op ondersteuning van cluster 2. Deze kan aangevraagd worden bij het informatie- en aanmeldpunt cluster 2 van de Mgr. Hanssen. Indien nodig komt een medewerker van de Mgr. Hanssen op school kijken wat de problemen zijn. Vaak kan de medewerker direct een advies geven. Soms is dit voldoende, maar meestal is er onderzoek nodig naar de oorzaak van de problemen. Dit onderzoek vindt plaats in het Audiologisch Centrum. Als de oorzaak van de problemen een gehoorbeperking of een taalontwikkelingsstoornis is, kan de leerling een onderwijsarrangement toegewezen krijgen door de Commissie van Onderzoek. Dit onderwijsarrangement wordt in overleg met de ouders, de reguliere school en de Mgr. Hanssen samengesteld. Als de leerling op de reguliere school kan blijven, is het een licht of een medium onderwijsarrangement. Als de leerling naar het speciaal onderwijs gaat, noemen we het een intensief arrangement. Overgangsregeling Voor leerlingen in het regulier onderwijs met een cluster 2 indicatie Leerlingen met een cluster 2 indicatie die onderwijs volgen op een reguliere school, kregen tot voor kort een rugzakje toegewezen. Van het geld uit het rugzakje werd onder andere de ambulant dienstverlener betaald. Die bezocht regelmatig de school. Het rugzakje verdwijnt per 1 augustus 2014, maar de ondersteuning blijft. Leerlingen krijgen vanaf 1 augustus 2014 een onderwijarrangement toegewezen. Voor ouders van leerlingen die per 1 augustus 2014 een herindicatie nodig hebben Leerlingen die per 1 augustus 2014 aan een herindicatie toe zijn, kunnen meteen al een onderwijsarrangement toegewezen krijgen. Dit gebeurt altijd in overleg met de ouders, de school en een medewerker van de Mgr. Hanssen. Voor leerlingen die per 1 augustus nog een geldige indicatie hebben Deze indicatie vervalt op 1 augustus 2014 en de leerlingen komen in een overgangsregeling. Een medewerker van de Mgr. Hanssen neemt altijd contact op met de school om in overleg de behoefte aan extra ondersteuning vanuit cluster 2 in kaart te brengen en vervolgens samen te bepalen welk ondersteuningsaanbod hierbij het beste past.
3.2
LEERLINGENBEGELEIDING EN LEERLINGENZORG
De CvB vervult een centrale rol in de begeleiding van onze leerlingen: zij is verantwoordelijk voor een goede kwaliteit van de leerlingenzorg en adviseert de Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
29
directie over beleidszaken op dit vlak. Tevens is de commissie verantwoordelijk voor de correcte uitvoer van alle wettelijke taken met betrekking tot de leerlingenzorg. Daarnaast ondersteunt de CvB professionals onder andere door consultatie, bemiddeling, diagnostiek en advisering met betrekking tot individuele leerlingen alsook bij groepsprocessen.
Zij onderhoudt namens de school contacten met externe professionals die betrokken zijn bij verdere diagnostiek of hulp- en zorgverlening van onze leerlingen en/of betrokkenen in hun omgeving.
In de CvB nemen zitting: • • • • • •
directie orthopedagogen en de GZ-psycholoog maatschappelijk deskundige coördinator logopedie interne begeleiders schoolarts
Op afroep: • • • • • • •
audioloog spraak-/taalpatholoog klinisch psycholoog/therapeut (Mondriaan Zorggroep) fysio- en/of ergotherapeut stottertherapeut leerkrachten logopedisten
De CvB vergadert één keer per drie weken. Daarnaast komt deze Commissie in een kleinere samenstelling vaker bijeen om bepaalde taken uit te voeren, zoals het vaststellen en opstellen van een ontwikkelingsperspectief of een handelingsplan en het bespreken van de problematiek van ingebrachte leerlingen. Tijdens het reguliere overleg van de CvB worden de hulpvragen van deze kinderen verder verduidelijkt en relevante gegevens verzameld. De CvB kan besluiten tot aanvullend onderzoek of andere interventies. De intern begeleider en groepsleerkracht werken de adviezen voor de leerlingen uit en dragen zorg voor de uitvoering daarvan.
LEERLINGBEGELEIDINGSSYSTEEM (LBS)
Het leerlingbegeleidingsysteem bestaat uit verschillende onderdelen. Van alle leerlingen wordt een profiel gemaakt en de beginsituatie vastgesteld. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
30
Voor alle nieuwe leerlingen bepalen we het ontwikkelingsperspectief en het uitstroomniveau. Vervolgens wordt een basishandelingsplan opgesteld. Dit vormt het baken voor de begeleiding van de leerlingen. Het pedagogisch en didactisch handelen wordt steeds meer 'vertaald' in groepsplannen met behulp van groepsoverzichten en groepsanalyses. Tijdens dit proces worden belangrijke keuzes gemaakt. Deze worden toegelicht en geregistreerd in het jaardossier van iedere leerling. Met behulp van digitale leerlingvolgsystemen zoals het Cito Volgsysteem primair onderwijs (LOVS) en het Ontwikkelingsvolgmodel Jonge Kinderen (OVMJK) van Memelink volgen we de ontwikkeling van de leerlingen. Gegevens die niet in deze systemen opgenomen kunnen worden, vermelden we in het groepsdossier.
HANDELINGSGERICHT WERKEN (HGW) EN OPBRENGSTGERICHT WERKEN (OGW) Het onderwijs aan de Mgr. Hanssen is doelgericht: er worden ambitieuze doelen gesteld die cyclisch geëvalueerd worden. Om deze doelen te realiseren wordt gebruik gemaakt van het handelingsgericht werken (HGW) en het opbrengstgericht werken (OGW). HGW stelt de onderwijs- ondersteunings- en begeleidingsbehoeften van de leerlingen centraal. Passend onderwijs wordt gerealiseerd door af te stemmen op wat de kinderen nodig hebben, zowel op (ortho-)didactisch als (ortho-)pedagogisch gebied. Samenwerking tussen leerkrachten, leerlingen, ouders, interne en externe begeleiders is hierbij essentieel. HGW wordt geconcretiseerd in ons leerlingbegeleidingssysteem dat gebaseerd is op de zogenaamde 1- zorgroute. Deze omvat: • de cyclus HGW op groepsniveau: in een groepsoverzicht staan de gegevens van alle leerlingen en hun -specifieke- onderwijsbehoeften. Op basis hiervan wordt het groepsplan opgesteld; • groepsbesprekingen: gestelde doelen worden geëvalueerd en een nieuw groepsplan wordt opgesteld; • leerlingbesprekingen: leerlingen die extra begeleiding nodig hebben worden besproken en zo nodig wordt bovenschoolse zorg ingeschakeld; • besprekingen in de CvB.
Als een school systematisch en doelgericht werkt aan het maximaliseren van de prestaties van haar leerlingen door hoge doelen te stellen en hoge verwachtingen te hebben, is er sprake van OGW. Leerkrachtvaardigheden staan centraal bij het realiseren van de gestelde doelen. De effectiviteit van het onderwijs wordt structureel geëvalueerd. Op de Mgr. Hanssen worden HGW en OGW stapsgewijs geïmplementeerd voor mondelinge taal, lezen, spelling, rekenen en voor het pedagogisch domein.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
31
LEERLINGBESPREKINGEN
Een belangrijk onderdeel van onze begeleidingssystematiek zijn de regelmatige besprekingen over de ontwikkeling van onze leerlingen. Naast deze structureel ingeplande gesprekken, hebben we ruimte gelaten voor incidentele besprekingen; meestal gaat het hierbij om consultatie met betrekking tot individuele leerlingen.
GROEPSBESPREKINGEN
Drie keer per jaar vinden groepsbesprekingen plaats. Het onderwijs- en begeleidingsplan van de vorige periode wordt telkens geëvalueerd. Informatie uit de evaluaties en nieuwe toetsgegevens worden geanalyseerd door een multidisciplinair team en leveren de bouwstenen voor de planning van de komende periode.
GROEPSOVERZICHTEN EN GROEPSPLANNEN
Op de Mgr. Hanssen wordt in toenemende mate gewerkt met groepsoverzichten, groepsanalyses en groepsplannen. Uitgangspunt op onze school zijn de leerlijnen van de CED-groep. Een leerlijn is een beredeneerde opbouw van tussendoelen en inhouden naar een einddoel. In augustus 2010 werd de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen van kracht. Deze wet draagt scholen voor basisonderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs op referentieniveaus vast te stellen. Deze niveaus beschrijven wat leerlingen in opeenvolgende fasen van het basis- en speciaal onderwijs moeten kennen en kunnen aan basisvaardigheden van taal en rekenen. In het basis- en speciaal onderwijs wordt het fundamentele niveau 1F en het streefniveau 1S gehanteerd. Het streefniveau (1S) is geformuleerd als uitdaging voor leerlingen die meer aan kunnen. In het 'Zorgplan' staat de invulling van de leerlingbegeleiding uitgewerkt.
3.3
VERWIJSINDEX PARKSTAD LIMBURG (VIP)
Dit onderdeel heeft alleen betrekking op de leerlingen uit Parkstad Limburg; de verwachting is dat deze regeling binnen afzienbare tijd ook voor de rest van Limburg gaat gelden. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
32
De Verwijsindex Parkstad Limburg (VIP) is een computersysteem waarin leerkrachten, hulpverleners en begeleiders die met kinderen en jongeren werken, registreren wanneer zij zich zorgen maken over een kind. Hiervoor kunnen allerlei redenen zijn. Bijvoorbeeld als er problemen zijn met de gezondheid of wanneer de persoonlijke ontwikkeling van het kind in het gedrang komt. Zeker wanneer er op meerdere gebieden problemen zijn, bestaat de mogelijkheid dat de ontwikkeling van het kind ernstig bedreigd wordt. De VIP zorgt voor vroegtijdige signalering van problemen bij de jeugd, zodat meteen hulp geboden kan worden. Er zijn in deze regio veel instellingen die zich tegelijkertijd inzetten voor het welzijn van een kind. Soms weten deze instellingen dit niet van elkaar. Leerkrachten, hulpverleners en begeleiders moeten in een oogopslag kunnen zien wie contact heeft met uw kind wanneer er problemen zijn. Zo kunnen zij snel met elkaar overleggen over uw zoon of dochter. De VIP zorgt ervoor dat professionals van elkaar weten wèlke hulp zij een kind bieden. Door dit overzicht, maar met name door de samenwerking en duidelijke afspraken onderling, kan het kind effectief geholpen worden. Wanneer een leerkracht, een hulpverlener of begeleider ongerust is over uw zoon of dochter, kan hij uw kind aanmelden bij de VIP. Binnen de Mgr. Hanssen zijn drie werknemers geautoriseerd om te registreren, te weten mevrouw A. Kolenburg (orthopedagoog), mevrouw M. Smeding (GZ_psycholoog) en mevrouw S. Schiltmans (maatschappelijk deskundige). Registratie door een van hen geschiedt altijd op grond van een besluit, genomen door de Commissie van Begeleiding. Is uw kind jonger dan 16 jaar, dan krijgt u als ouder bericht wanneer een registratie wordt gedaan. Alleen algemene gegevens zoals naam, adres en de geboortedatum van uw kind, worden aan de VIP doorgegeven. De reden van registratie blijft onbekend. Pas bij een tweede registratie van uw zoon of dochter door een andere persoon of instelling, komen de eerste en tweede melder dit van elkaar te weten. Vanaf dat moment kunnen ze elkaar bellen om te overleggen hoe ze uw kind het beste kunnen helpen, want daar gaat het om. Alle betrokkenen werken samen om uw kind de beste zorg en begeleiding te geven. Bij kinderen jonger dan 16 jaar wordt u daar als ouders bij betrokken. Is het kind tussen 12 en 16 jaar oud, dan wordt het betrokken bij de opzet van het hulptraject. Ouders hebben de volgende rechten: Opname in de VIP wordt aan u en/of uw kind gemeld. De persoonsgegevens worden alleen verstrekt aan collega’s van andere organisaties, die een registratie hebben gedaan over uw kind. U kunt bij de instelling die de registratie doet, vragen welke persoonsgegevens zijn opgenomen. U kunt verzoeken een correctie aan te brengen in de persoonsgegevens. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
33
U kunt bezwaar aantekenen tegen de verwerking van persoonsgegevens in verband met persoonlijke omstandigheden. Op de Verwijsindex Parkstad Limburg is de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) van toepassing. De privacyregels zijn op te vragen via de organisatie van de VIP en te vinden op de landelijke website www.verwijsindex.nl. Wanneer u bezwaar heeft tegen een registratie van uw kind in de VIP, kunt u contact opnemen met deze organisatie. De volgende organisaties zijn betrokken bij de Verwijsindex Parkstad Limburg: • GGD Zuid-Limburg • Bureau Jeugdzorg Limburg • Bureau Voortijdig Schoolverlaten Parkstad Limburg • MeanderGroep Zuid Limburg • Stichting Halt Limburg Zuid • MEE Zuid-Limburg • Schoolbestuur Innovo • Schoolbestuur Movare • Kinderopvang Humanitas • Stichting Peuterspeelzaalwerk Heerlen • Stichting OOK • Alcander • Jongerenloket Werkplein Parkstad Limburg Een volledig overzicht van aangesloten organisaties vindt u op de website van de Verwijsindex Parkstad Limburg: www.verwijsindex-parkstad.nl Met vragen kunt u terecht bij: Verwijsindex Parkstad Limburg, Postbus 1, 6400 AA Heerlen, telefoonnummer 045-4001133,
[email protected]
3.4
REGIONALE AANPAK KINDERMISHANDELING (RAK)
Volgend uit de Wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Als wij op school een vermoeden hebben dat een leerling mogelijk slachtoffer is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling, dan zijn wij wettelijk verplicht om te handelen conform de wettelijk vastgelegde Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Voor meer informatie omtrent de code verwijzen wij u naar de website van INNOVO. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
34
3.5
CENTRUM JEUGD EN GEZIN (CJG)
Opvoeden en opgroeien is niet altijd even makkelijk. Soms is informatie of ondersteuning welkom of nodig. Het vinden van die informatie is soms moeilijk. Er zijn veel organisaties voor jeugdzorg en gezondheidszorg. Om u te helpen bij het vinden van de juiste informatie of ondersteuning is er in iedere gemeente Om u te helpen bij het vinden van de juiste informatie of ondersteuning is er in iedere gemeente één centraal punt voor alle vragen rondom opvoeden en opgroeien opgericht: het Centrum Jeugd en Gezin. Wie kan bij ons terecht? Het Centrum Jeugd en Gezin is er voor: (aanstaande) ouders en verzorgers van kinderen, jeugd en jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar, professionals die met kinderen, jeugdigen en hun ouders werken en vrijwilligers die met kinderen/jeugdigen werken (sport en vrije tijd). Onze partners? Onder de paraplu van het Centrum Jeugd en Gezin vallen verschillende organisaties, zogenaamde ketenpartners. Samen met deze partners zorgt het Centrum Jeugd en Gezin voor de juiste informatie of hulp. Ook worden er activiteiten en cursussen georganiseerd. De partners van het Centrum Jeugd en Gezin zijn onder andere alle onderwijsstichtingen, organisaties in de Jeugdgezondheidszorg, alle welzijnsorganisaties, peuterspeelzalen en kinderopvang. Meer informatie? Voor de regio Parkstad Limburg verwijzen wij naar de website: www.cjgparkstadlimburg.nl Voor de overige regio’s verwijzen wij voor verdere informatie naar de betreffende gemeente. 3.6
PESTPROTOCOL
Ieder jaar worden er in Nederland zo’n 350.000 kinderen gepest. Vaak ondervinden zij hiervan blijvende schade. Ook voor de pesters en degenen die zwijgen heeft dit gebeuren negatieve gevolgen. De Mgr. Hanssen wil haar kinderen een veilig pedagogisch klimaat bieden waarin zij zich in de omgang met anderen harmonieus en op een positieve wijze kunnen ontwikkelen. De leerkrachten scheppen een prettige werksfeer in de klas en op het schoolplein. In de meeste gevallen lukt het om conflicten en pesten te voorkomen door ongeschreven regels aan te bieden en deze te onderhouden. Soms is het gewenst om duidelijke afspraken met de kinderen te maken. Wij vinden het belangrijk dat kinderen leren om met respect met anderen om te gaan, ook al hebben ze hun voorkeuren. In ons pestprotocol is vastgelegd hoe we het pestgedrag van kinderen in voorkomende gevallen benaderen. Alle betrokkenen krijgen informatie over de impact, ernst en de specifieke aanpak van dit ongewenst gedrag. 'Digitaal pesten' maakt deel uit van het pestprotocol. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
35
4
MEDEWERKERS
4.1
SAMENSTELLING TEAM
De samenstelling van het team van de Mgr. Hanssen is als volgt: Directie Interne begeleiders (IB) Groepsleerkrachten Vakleerkrachten Lichamelijke Opvoeding Logopedisten Onderwijsassistenten Beleidsadviseurs Taal, Dyslexie, Rekenen, Het bewegend Kind, Sociaal-emotioneel en CIDS Orthopedagogen GZ-psycholoog Maatschappelijk deskundige Medewerkers Externe Dienst Medewerkers administratie Medewerkers facilitaire dienst Op 1 augustus 2012 zijn in totaal 132 personeelsleden, deels parttime, werkzaam op de Mgr. Hanssen (zie bijlage 2). Alle onderwijsgevenden hebben naast lesgebonden ook niet-lesgebonden taken. Daarbij valt te denken aan de organisatie van vieringen, deelname aan werkgroepen en coördinerende taken. Vóór de aanvang van een nieuw schooljaar wordt met betrekking tot deze taken een verdeling gemaakt.
4.2
VERVANGING BIJ AFWEZIGHEID
Afwezigheid van medewerkers ontstaat in de regel door ziekte of verlof in verband met gewichtige omstandigheden en wettelijke regelingen zoals het compensatieverlof. Voor het inzetten van vervangers zijn er richtlijnen op bestuursniveau. Wij proberen vervangers te selecteren die ons onderwijs kunnen voortzetten en waar nodig krijgen zij extra begeleiding.
4.3
STAGIAIRES
Gedurende het schooljaar is een aantal stagiaires van verschillende onderwijsinstellingen werkzaam op onze school. Zij maken kennis met ons onderwijs en doen ervaring op in het werken met onze leerlingen. Het betreft studenten onder meer van de volgende opleidingen: Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
36
o o o o o
Pedagogische Academie Basisonderwijs (PABO); Logopedieopleiding; Opleiding docent Nederlandse gebarentaal Hogeschool Utrecht; CIOS Lichamelijke Opvoeding; Opleiding onderwijsassistent MBO Sociaal Pedagogisch Werk.
De stagecoördinatie is in handen van Gonnie Achten (directielid).
4.4
PROFESSIONALISERING
De kwaliteit die wij nastreven in schoolspecifieke, maar ook in fundamentele zin wordt bepaald door onze missie. Deze wordt uitgedrukt in onze visie, gegrondvest op de waarden en normen die wij voorstaan en in ons onderwijsconcept. Daarnaast werken wij voortdurend aan professionalisering met als doel het realiseren van een permanente lerende organisatie, die zich voortdurend aanpast aan haar turbulente context. We gaan uit van een school die door haar structuur het gevoel van - sociale - veiligheid en geborgenheid van alle betrokkenen, kinderen en volwassenen, waarborgt. We bevorderen een professionele cultuur binnen onze organisatie door de voortdurende verbetering van de vakbekwaamheid van medewerkers op het gebied van vernieuwende inhoudelijke onderwijsprocessen en gedragsproblematiek, waarbij het accent ligt op leerkrachtgedrag. De deskundigheidsbevordering wordt jaarlijks vastgesteld in ons scholingsplan, waarbij enkele onderdelen steeds terugkomen: Master Special Educational Needs (auditief gehandicapten en communicatief gehandicapten); gebarencursussen en teamgerichte scholing (diverse thema's). Het scholingsplan wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de medezeggenschapsraad.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
37
5
OUDERS
5.1
OUDERCONTACTEN
Voor de meeste ouders ligt de Mgr. Hanssen niet op de hoek van de straat. Je kunt er niet zomaar even binnenstappen om te vragen hoe het met je kind gaat. Door die afstand en de daarmee samenhangende reistijd zijn de kinderen vaak ook lange dagen van huis. Wij vinden het belangrijk dat ouders betrokken zijn bij het onderwijs en de begeleiding van hun zoon of dochter en zien educatief ouderschap als een middel om dit te bereiken. Zowel in onderwijskundig als opvoedkundig opzicht nodigen wij ouders uit om met ons mee te denken en samen te werken. Gedurende het schooljaar zijn er diverse contactmomenten: Het intake- en plaatsingsgesprek Nadat ouders een beschikking van de Commissie van Indicatiestelling hebben ontvangen, kunnen ze hun kind aanmelden op onze school. Er vindt vervolgens een gesprek plaats met een directielid, gevolgd door een kennismaking met de groepsleerkracht. Eerste schooldag / kennismakingsgesprek met leerkracht Op de eerste schooldag worden de ouders met hun kind verwacht op school: de kleuters rond 10.45 uur en de leerlingen van de kerngroepen rond 11.30 uur. Ouders en kinderen maken kennis met de groep, de leerkracht en, waar mogelijk, ook met de assistent en logopedist. De leerkracht zal vervolgens specifieke informatie geven over het reilen en zeilen in de groep. Tijdens dit gesprek wordt met de ouders een afspraak gemaakt om, na ongeveer een maand, op klassenbezoek te komen. Eerste klassenbezoek Tijdens dit bezoek worden de eerste ervaringen over en weer uitgewisseld en bespreekt de leerkracht met de ouders de eerste aanzet van het basishandelingsplan voor hun kind. Klassenbezoeken (algemeen) Voor leerlingen die al op onze school zitten, worden ouders in principe één keer per jaar in de gelegenheid gesteld om een dagdeel in de groep te komen kijken. U bent van harte welkom. Maakt u van tevoren even een afspraak, zodat niet te veel ouders tegelijk komen. Verjaardag van uw kind Ouders worden in de gelegenheid gesteld om, na afspraak met de leerkracht, in de groep de verjaardag van hun kind mee te vieren. De tijd die wij daar gemiddeld voor uittrekken is een half uur.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
38
Algemene ouderavond Gedurende deze avond worden ouders geïnformeerd over het onderwijsprogramma en organisatorische zaken van de nieuwe groep. De exacte datum wordt aan het begin van het schooljaar bekend gemaakt. Periodieke oudergesprekken Drie keer per jaar worden alle leerlingen doorgesproken tijdens groepsbesprekingen. Indien nodig wordt dan ook het handelingsplan aangepast en/of verfijnd. Ouders worden minstens twee maal per jaar door de school uitgenodigd om in een persoonlijk gesprek de ontwikkeling van hun kind te bespreken met de groepsleerkracht en – indien mogelijk- de logopedist. Deze oudergesprekken kunnen op verzoek in de avonduren gepland worden; wij hebben daartoe enkele avonden gereserveerd. Oudergesprekken (incidenteel) Ouders kunnen om verschillende redenen tussendoor een gesprek aanvragen of hiervoor door de leerkracht uitgenodigd worden. Meestal vindt zo’n gesprek plaats wanneer de ontwikkeling van uw zoon of dochter of andere hiermee samenhangende aspecten daartoe aanleiding geven. Schriftelijke informatie Ouders worden regelmatig schriftelijk geïnformeerd over activiteiten en andere belangrijke zaken via een zogenaamd ‘heen-en-weer’ schriftje, een klappertje, de agenda en/of per mail. Tijdens het kennismakingsgesprek met nieuwe ouders vertelt de leerkracht er meer over en ontvangt u een brief met verdere praktische informatie. Bij de jongste kleuters wordt het klappertje dagelijks gevuld met een overzicht van activiteiten die plaats vonden. Dit wordt geleidelijk afgebouwd via een weekoverzicht van activiteiten bij de oudste kleuters naar een maandoverzicht van algemene activiteiten bij de kerngroepen. Specifieke bijzonderheden betreffende uw kind worden apart genoteerd in het schriftje, de klapper of de agenda (bij oudere leerlingen). Ook u als ouder kunt dit communicatiemiddel gebruiken om iets mede te delen, vragen te stellen of te reageren op een opmerking of vraag van de school. Incidenteel contact (zie ook oudergesprekken) Mogelijk dat de structureel ingeplande contacten onvoldoende zijn om alle vragen en/of informatie kwijt te kunnen. Dit geldt voor zowel ouders als school. Schriftelijk of telefonisch contact zoeken is dan een alternatief om bijzondere zaken met betrekking tot uw kind snel en adequaat door te geven of ernaar te vragen. Let wel: leerkrachten zijn alléén telefonisch bereikbaar tijdens de pauzes of na school. Uitstroom- of eindgesprek Als vanuit de groepsbesprekingen of vanuit de ouders het signaal of advies gegeven wordt dat een leerling mogelijk kan of moet uitstromen naar een (speciale) Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
39
basisschool of een andere vorm van speciaal onderwijs, volgt er éérst een gesprek met de ouders op school. Dit gesprek bestaat uit twee gedeelten: • •
in het eerste gedeelte wordt de ontwikkeling van uw kind geëvalueerd door de groepsleerkracht en de logopedist. Ter afsluiting zal de interne begeleider het gemeenschappelijk advies namens de school aan u kenbaar maken; het tweede gedeelte van het gesprek wordt overgenomen worden door een directielid of de interne begeleider. Deze zal met u praten over uw standpunt met betrekking tot het gegeven advies. Daarna wordt samen met u het vervolgtraject besproken.
Eindactiviteit Het betreft hier de eindactiviteiten met betrekking tot de schoolverlaters uit de kerngroepen. Voor hen zal in de laatste week gedurende een middag het afscheid nemen gekoppeld worden aan enkele bijpassende activiteiten.
5.2
TOLKEN
We gaan ervan uit dat allochtone ouders voor een gesprek, bespreking of een ander contactmoment – indien nodig - zelf zorgen voor een tolk.
5.3
OUDERPARTICIPATIE EN INSPRAAK
OUDERVERENIGING
De oudervereniging van de Mgr. Hanssen heeft de volgende doelstellingen: • het optimaliseren van de relatie tussen alle betrokken partijen; • de belangenbehartiging van de leerlingen, de ouders of verzorgers; • het geven van voorlichting. Het bestuur van de oudervereniging wordt gevormd door de ouderraad welke tijdens de algemene vergadering wordt gekozen. De functies worden verdeeld in de eerstvolgende vergadering. De ouderraad komt zes tot acht keer per jaar bij elkaar. Tijdens deze bijeenkomsten worden alle activiteiten besproken die de school organiseert, zoals: • • •
het busvervoer van de kinderen; vieringen zoals Kerstmis en Pasen; ouderbijeenkomsten. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
40
Deze activiteiten worden door de ouderraad gecoördineerd en financieel ondersteund. Daarnaast onderhoudt de ouderraad contacten met externe organisaties zoals de FOSS en de FODOK (landelijke ouderorganisaties voor dove, slechthorende en spraak- taalgestoorde kinderen). Voor al deze activiteiten vraagt de ouderraad een vrijwillige financiële bijdrage aan de ouders of verzorgers van de leerlingen. Het jaarlijkse schoolreisje zal met ingang van schooljaar 2014-2015 geen doorgang meer vinden.
Vrijwillige ouderbijdrage Speciaal onderwijs Een school voor speciaal onderwijs mag alleen een vrijwillige bijdrage aan de ouders vragen. Het moet voor ouders te allen tijde ondubbelzinnig duidelijk zijn dat het gaat om een vrijwillige bijdrage. Daarnaast is van tevoren overeenstemming nodig van het ouderdeel van de MR over de vrijwillige bijdrage. Iedere school mag een ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten en andere, niet tot het onderwijs behorende zaken. De wettelijke bepalingen rond de vrijwillige ouderbijdrage zijn vereenvoudigd. Het is niet meer verplicht een overeenkomst met ouders over deze ouderbijdrage te sluiten en een model van een dergelijke overeenkomst op te nemen in de schoolgids. De toelating van leerlingen: deze mag niet afhankelijk worden gesteld van het betalen van de ouderbijdrage. De bijdragen voor de voor-, tussen- en naschoolse opvang vallen niet onder ‘vrijwillige ouderbijdragen’. Wetgeving vrijwillige ouderbijdrage vereenvoudigd
Overeenkomst met ouders niet meer verplicht De wettelijke bepalingen rond de vrijwillige ouderbijdrage zijn vereenvoudigd (ministerie van OCW). Het is niet meer verplicht een overeenkomst met ouders over deze ouderbijdrage te sluiten en een model van zo'n overeenkomst op te nemen in de schoolgids. Ook de passage over de reductie- en kwijtscheldingsregeling is vervallen. Wel moet duidelijk in de schoolgids staan dat de ouderbijdrage vrijwillig is. Het blijft ook verplicht om het beleid rond de ouderbijdrage te bespreken in de MR. De oudergeleding in de MR moet instemmen met de hoogte en de bestemming van de ouderbijdragen. Door de (wettelijke) bevoegdheid is de oudergeleding ook in de positie om een goede kortings- en kwijtscheldingsregeling te treffen. De meer eenvoudige wetgeving met betrekking tot de vrijwillige ouderbijdrage in het primair en voortgezet onderwijs vloeit voort uit een amendement van CDA en SGP dat eerder in de Tweede Kamer werd aangenomen bij de behandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT). Het amendement heeft geleid tot aanpassing van de Wet op het Primair Onderwijs (WPO), de Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) en de Wet op de Expertisecentra (WEC). De vrijwillige ouderbijdrage is aan wettelijke regels gebonden: • scholen moeten duidelijk maken dat het om een vrijwillige bijdrage gaat; Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
41
• informatie over de vrijwillige ouderbijdrage moet in de schoolgids worden opgenomen; • scholen mogen geen nieuwe leerlingen weigeren omdat hun ouders de vrijwillige ouderbijdrage niet willen betalen; • de ouders in de medezeggenschapsraad moeten instemmen met de hoogte en de bestemming van het ingezamelde geld. Bovenstaande informatie is gebaseerd op artikel 40, lid 1 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 27, lid 2 van de Wet op het voortgezet onderwijs, artikel 13 onder c. en 14, lid 2, onder c. van de Wet medezeggenschap op scholen. Meer info: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/basisonderwijs/vraag-en-antwoord/wat-isde-ouderbijdrage.html Gedurende het schooljaar 2014-2015 bestaat de ouderraad uit: Voorzitter Penningmeester Secretaris
: Melanie Hauben : Jan Hoven : Ilona Bok
Andere leden : Luc Feron Marianne Jansen Esther Visschers
045-5709437 / 06-41056724 06-21540884 06-11054927
045-8507838 / 06-15411944 045-5219050 / 06-57576371 046-4743795
De contactpersoon namens de directie is Paul Goossens, (directeur van de Mgr. Hanssen). De oudervereniging onderhoudt contacten met de volgende instanties: • • • • • • • • • • • • •
CyberEar RedactieRaad (CRR) Adelante (afdeling Audiologie en Communicatie) Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Min. VWS) Nederlandse Vereniging van Slechthorenden (NVVS) Slechthorende Jongeren Organisatie (SJHO) Nederlandse Stichting voor het Dove en Slechthorende Kind (NSDSK) Federatie van Ouders van Slechthorende kinderen en kinderen met Spraak- en/of taalmoeilijkheden (FOSS) Nederlandse Vereniging tot Bevordering van het Onderwijs aan Slechthorende kinderen en kinderen met Spraak- en/of taalmoeilijkheden (SIMEA) Nederlandse Vereniging voor Keel-, Neus- en Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied (KNO-vereniging) Federatie van Nederlandse Audiologische Centra (FENAC) Gezamenlijke Audiologische Industrieën Nederland (GAIN) Nederlandse Vereniging van Audiciens Bedrijven (NVAB) Zorgverzekeraars Nederland (ZN)
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
42
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (MR) De medezeggenschapsraad (MR) houdt zich bezig met de beleidsmatige aspecten van de school. De MR bestaat uit een afvaardiging van de ouders en van het personeel. De MR is een wettelijk verplicht orgaan waarvan de taken en verantwoordelijkheden vastgelegd zijn in de Wet Medezeggenschap Onderwijs (WMO1992). Vanuit deze wet heeft de MR een instemmings- of adviesrecht, afhankelijk van het onderwerp. Sommige onderwerpen behoeven alleen instemming of advies van de oudervertegenwoordiging òf van de personeelsvertegenwoordiging. De MR vergadert ongeveer acht keer per jaar. Daarnaast vindt er regelmatig overleg plaats met het schoolbestuur, de directie, de ouderraad, de gemeenschappelijke MR (GMR) en de personeelsleden van de school. Het aandachtsgebied van de MR bestaat uit: 1. onderwerpen die enkel betrekking hebben op de school. Hierbij valt te denken aan: - het schoolplan (meerjarig); - het schooljaarplan, de schoolgids en het formatieplan; - de organisatie van de school, de taakverdeling en voorzieningen voor de leerlingen; 2. de relaties van de school met externe partijen en de positie van de school binnen deze samenwerkingsverbanden. Het mag duidelijk zijn dat verschillende onderwerpen, zoals wettelijke veranderingen, die vanuit een externe omgeving komen, vervolgens een uitwerking krijgen binnen de school. De MR wordt vanuit zijn wettelijke verantwoordelijkheden automatisch ingeschakeld wanneer dit verplicht is. Daarnaast kan de MR altijd, gevraagd of ongevraagd, advies geven of vragen stellen met betrekking tot diverse onderwerpen. Ouders kunnen bij de MR terecht als zij vragen hebben over algemene onderwerpen zoals hiervoor genoemd. Daarnaast kunnen zij nadere uitleg over bepaalde onderwerpen vragen. Vergaderingen van de MR zijn openbaar voor belanghebbenden. Zij hebben tijdens deze vergaderingen ook spreekrecht. De vergaderdata van de MR worden vermeld in de schoolkalender. Mededelingen van de MR, de agenda en verslaggeving van iedere vergadering zijn op de website van de school te lezen. In de MR van onze school hebben zitting: namens de ouders: Noortje Reeuwijk vacature namens het personeel: Elise Ernes (onderwijsgevend) Mieke van Raak (onderwijsgevend) Sandra Schiltmans (onderwijsondersteunend) vacature Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
43
namens de directie: Paul Goossens
Binnen de oudergeleding zijn momenteel drie vacatures. Vergaderdata van de MR gedurende het schooljaar 2014-2015: 22 september 2014 3 november 2014 8 december 2014 26 januari 2015 16 maart 2015 13 april 2015 1 juni 2015 6 juli 2015
GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
INNOVO heeft een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). Deze raad vertegenwoordigt alle scholen, maar niet via een rechtstreeks GMR-lid. In totaal heeft de GMR veertien zetels, gelijk verdeeld tussen de ouder- en de personeelsgeleding. Omdat de scholen niet rechtstreeks via een MR-lid vertegenwoordigd zijn, werkt de GMR met een regiostructuur en zijn er regiofunctionarissen. Op www.innovo.nl vindt u meer informatie over de GMR. Zie www.innovo.nl en kies ‘scholen’ of ‘ouders’ in de menubalk.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
44
6
6.1
ZORG VOOR DE KWALITEIT VAN HET ONDERWIJS
KWALITEITSZORG
Om in Zuid- en Midden-Limburg hoogwaardig onderwijs voor kinderen met ernstige auditieve en/of communicatieve beperkingen te realiseren, is het noodzakelijk om structureel de kwaliteit van ons onderwijs en van de begeleiding te onderzoeken. Hiertoe vergelijken we onder meer de toetsresultaten met de gestelde doelen. De uitkomsten kunnen gebruikt worden voor verbetertrajecten. Veranderingen en verbeteringen worden na invoering in de organisatie vastgelegd en verankerd. Een en ander heeft betrekking op het kwaliteitszorgsysteem. We kijken overigens niet alleen naar de kwaliteit van ons onderwijs en onze begeleiding, maar ook naar de facilitering, de voorwaarden die dit mogelijk maken, zoals de bedrijfscultuur, de financiën, de didactische middelen en het personeel. De Mgr. Hanssen streeft een professionele bedrijfscultuur na, gericht op het bieden van ‘goed’ onderwijs. Het lesgeven aan en het begeleiden van leerlingen in cluster 2 vraagt om deskundige en gespecialiseerde medewerkers, die zich voortdurend ontwikkelen op hun vakgebied in relatie tot onze doelgroepen. De Mgr. Hanssen is een lerende organisatie, die door scholing, training en coaching in de leslocaties maar ook in de Externe Dienst verbeter- en vernieuwingstrajecten stimuleert en in gang zet. In het schoolplan en schooljaarplan van de Mgr. Hanssen wordt aangegeven op welke gebieden de medewerkers geschoold worden en hoe ze werken aan het optimaliseren van hun pedagogisch en didactisch handelen. Hierin staat eveneens vermeld aan welke verbeter- en vernieuwingstrajecten er in een bepaalde periode gewerkt wordt. Onze school maakt bij het kwaliteitsbeleid gebruik van diverse instrumenten. Een aantal voorbeelden: • (evaluaties van) het schoolplan en het schooljaarplan; • het toetsen, registreren en analyseren van onderwijsresultaten onder meer met behulp van CITO; • Zelfevaluatie Kwaliteit Speciaal Onderwijs (ZEK); • Aantoonbare Betere Kwaliteit Ambulante Begeleiding (ABAB); • externe audits: kwaliteitsmeting door deskundigen van buiten de school; • interne audits: collegiale visitatie; • tevredenheidonderzoek onder medewerkers, klanten, partners en leerlingen; • resultaten van visitatie door de onderwijsinspectie; • klassenbezoek en consultaties aan de hand van kijkwijzers, observaties en gesprekken met medewerkers; • controles, evaluaties en analyses van onder andere protocollen, beleid en verzuim; • gesprekkencycli met medewerkers.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
45
6.2
UITSTROOMGEGEVENS
Het uiteindelijke doel van ons onderwijs en onze begeleiding is het ‘schakelen’ van leerlingen naar het reguliere onderwijs. Om de overstap naar het reguliere onderwijs mogelijk te maken gaat de aandacht niet enkel uit naar de speciale onderwijsbehoeften van het kind, maar ook naar een brede ontwikkeling. Een groot aantal leerlingen maakt een aantal jaren gebruik van onze speciale onderwijsondersteuning en schakelen dan over naar een andere passende vorm van onderwijs. Sommige leerlingen hebben onze onderwijsondersteuning langer nodig en blijven tot de overstap naar het reguliere voortgezet onderwijs op onze school.
UITSTROOM NAAR BAO, SBO en SO
Leerlingen verlaten de Mgr. Hanssen om verscheidene redenen: 1. Als uit de voortgangsbesprekingen blijkt dat een leerling zich zodanig ontwikkeld heeft dat onderwijsondersteuning vanuit cluster 2 onderwijs niet meer nodig is, wordt deze leerling door de IB-er als potentiële uitstromer besproken in een bijeenkomst van de Commissie van Begeleiding (CvB) . De CvB neemt hierover een besluit dat als advies door de IB-er of de leerkracht met de ouders besproken wordt. De beslissing van de ouders wordt in de regel gevolgd. 2. De indicatieperiode loopt ten einde en de leerling voldoet niet meer aan de criteria voor een nieuwe beschikking. In dit geval is er geen keuze en worden ouders hierover geïnformeerd. De CvB adviseert ouders wel over een verantwoorde keuze voor een vervolgschool. 3. De leerling heeft meerdere onderwijsbehoeften en de specifieke onderwijsbehoeften van cluster 2 zijn ondergeschikt (geworden) aan de andere onderwijsbehoeften. De leerling is dan al verschillende keren besproken in de CvB. De ouders hebben hierover terugkoppeling gehad. Er heeft meestal aanvullend onderzoek plaatsgevonden en uiteindelijk concludeert de CvB dat de leerling beter geholpen kan worden in een andere vorm van speciaal onderwijs (cluster 3 of cluster 4). In sommige gevallen betreft het een advies SBO. Dit wordt met ouders besproken en het leidt doorgaans tot de aanvraag van een indicatie voor een ander cluster of het SBO. 4. Ouders geven aan dat zij om voor hen moverende redenen hun kind willen aanmelden op een andere school. We gaan hierover in gesprek met de ouders en respecteren hun uiteindelijke keuze.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
46
UITSTROOM NAAR HET VOORTGEZET (SPECIAAL) ONDERWIJS
De belangrijkste reden voor de uitstroom naar deze vormen van onderwijs is de leeftijd. Leerlingen tussen de 12 en 14 jaar kunnen direct overstappen naar het voortgezet (speciaal) onderwijs. Tijdens de voortgangsbesprekingen wordt bepaald welk moment het meest geschikt is. Wordt besloten het kind een extra jaar aan te bieden op de Mgr.Hanssenschool dan moet dit een toegevoegde waarde hebben ten aanzien van het toekomstig schoolsucces.
DE UITSTROOMBESTEMMINGEN V(S)O Leerlingen stromen uit naar: − − − − − − −
Praktijkonderwijs VMBO – basisberoepsgerichte leerweg VMBO – kaderberoepsgerichte leerweg VMBO – gemengde leerweg VMBO – theoretische leerweg VSO cluster 2 VSO cluster 4
(PRO) (VMBO (VMBO (VMBO (VMBO
BBL) KBL) GL) TL)
Binnen het VMBO kan er sprake zijn van leerwegondersteunend onderwijs (LWOO). Het is geen aparte leerweg, maar leerlingen krijgen extra begeleiding meestal in kleinere groepen. Het niveau van het VSO-onderwijs is afhankelijk van de mogelijkheden van de leerling en van de betreffende school. Deze mogelijkheden variëren van arbeidstoeleiding (ATL) via bepaalde certificaten tot VMBO - trajecten. Sommige leerlingen volgen: − Technisch onderwijs in België − Voortgezet buitengewoon onderwijs in België Het niveau van het technisch onderwijs is te vergelijken met VMBO BBL en KBL. Het niveau van het buitengewoon voortgezet onderwijs is te vergelijken met Praktijkonderwijs en VMBO BBL met LWOO.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
47
BIJPASSENDE UITSTROOMPROFIELEN
Intelligentieniveau
IQ 55-80 IQ 75-90 IQ 80-90 IQ 90-120 en sociaalemotionele problematiek
IQ > 90
Indicatie ontwikkelingsperspectief Rekenen, Technisch Lezen, Begrijpend Lezen Eind niveau groep 5 Eind niveau groep 6 Eind niveau groep 6 voor het betreffende vakgebied Gemiddeld eind niveau groep 7 maar minimaal 2 vakgebieden max. rond of lager eind niveau groep 6 Eind niveau groep 7
Uitstroomniveau
PRO BBL met LWOO BBL / KBL eventueel met LWOO KBL / GL / TL eventueel met LWOO
KBL / GL / TL
EINDONDERZOEK
Om een ‘second opinion’ te krijgen van het niveau van de leerlingen die gaan uitstromen naar het voortgezet onderwijs, nemen we voor die groep het Drempelonderzoek af. Het Drempelonderzoek omvat een vijftal onderdelen, te weten rekenen, spelling, begrijpend lezen, technisch lezen en woordenschat. De resultaten worden gekoppeld aan mogelijke uitstroombestemmingen. Zowel de resultaten van het Drempelonderzoek en de CITO-toetsing (LOVS) als de psychologische en logopedische gegevens, worden naast elkaar gelegd en besproken door een delegatie van de CvB (een orthopedagoog en een IB-er), de groepsleerkracht en groepslogopedist. Uit deze bespreking volgt een uitstroomadvies, dat vervolgens ook met ouders besproken wordt.
UITSTROOMPROCEDURE
Nadat de ouders geïnformeerd zijn over het advies - ook als een nieuwe indicatie niet meer mogelijk is - wordt de uitstroomprocedure verder besproken. Ouders melden hun kind zelf bij de nieuwe school aan. De Mgr. Hanssen draagt zorg voor: − de eindrapportage, bestaande uit psychologische, logopedische en onderwijskundige informatie; − (indien van toepassing) de indicatieaanvraag voor: cluster 3 of cluster 4 SBO Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
48
PRO LWOO; − noodzakelijke onderzoeken en handelingsplannen; − een uitschrijfbevestiging. De ‘warme’ overdracht naar de vervolgschool wordt door de medewerker van de Externe Dienst uitgevoerd. Hij krijgt van de leerkracht en IB-er de informatie die nodig is om de begeleiding van de leerling op de vervolgschool goed aan te zetten. Vaak betreft het een leerling die recht heeft op terugplaatsingsbegeleiding (TAB) of reguliere ambulante begeleiding (RAG). De externe dienstverlener heeft hierin een begeleidende rol. Ouders worden nadrukkelijk betrokken bij de overdracht. Uitstroomgegevens 2009 tot en met 2014 20092010
slechthorenden/doven VSO Doof VSO SH Andere (V)SO Doof Andere (V)SO SH basisschool groep 1 basisschool groep 2 basisschool groep 3 basisschool groep 5 LWOO / PRO VMBO IVOO SBO ZMLK TOS: andere TOS basisschool groep 1 basisschool groep 2 basisschool groep 3 basisschool groep 4 basisschool groep 5 basisschool groep 6 basisschool groep 7 basisschool groep 8 speciale school voor basisonderwijs (SBO) VMBO LWOO / PRO ZMLK ZMOK IVOO
20102011
20112012
20122013
20132014
2 1
1 1 2 2 2
2
1 1
1 1 1
2 3
1
1 1
1
1
3
3
1
3 10 6
2 8 6 6 2
12 3 1
5 6 4 4
1 12 7 1 3
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
13 10 1 4 2
9 11 8 3 2
3 1 1 3 7 7 3 2 21
15 7 3 3 4
11 19 3 3 1 49
School buitenland IBBO
3
4
4
1 1
Hiervoor heeft u kunnen lezen naar welke soort scholen onze leerlingen uitstromen. U kunt hieruit afleiden op welk niveau leerlingen onze school verlaten. Om te weten of dat niveau en ons advies inderdaad voldoende zijn om een goede aansluiting te vinden op de vervolgschool, onderzoeken wij jaarlijks of onze exleerlingen na twee jaar nog steeds op de geadviseerde schoolsoort onderwijs volgen. Als dat zo is, kunnen we concluderen dat ons onderwijs aansluit op datgene wat door het vervolgonderwijs gevraagd wordt en dat ons advies goed is geweest. De onderzoeken leveren het volgende beeld op: Schoolverlaters schooljaar Aantal schoolverlaters Bestendig schooladvies (zitten nog op dezelfde schoolsoort) Verhuisd zonder te weten waarheen (inclusief België) Van Bao naar cluster 4 Van SBO naar cluster 3 Van cluster 3 naar onbekend Van Praktijkonderwijs naar VSO-cluster 3 Van VMBO naar VMBO met leerwegondersteuning (LWOO)
2008-2009 76 69
2009-2010 52 47
4 1 1
3
1 1 1
We kunnen uit deze gegevens concluderen dat onze leerlingen na twee jaar nog steeds onderwijs volgen op de vervolgschool en dat ons onderwijs dus goed aansluit op het geadviseerde vervolgonderwijs.
6.3
OPBRENGSTEN
RESULTATEN VAN VERANDER- EN VERBETERACTIVITEITEN Ontwikkeling organisatie In het kader van Passend onderwijs moet cluster 2 reorganiseren. De Mgr. Hanssen zal met de Taalbrug uit Eindhoven samen gaan in een nieuwe instelling. Dat heeft vergaande consequenties, o.a. voor allerlei werkprocessen. Het afgelopen schooljaar hebben we ons geconcentreerd op het opnieuw inrichten van de toeleiding- en toelatingsprocedure van leerlingen die onze ondersteuning nodig hebben. Dat is gelukt. De komende periode zullen we nog wel gebruiken om deze nieuwe werkprocessen in de praktijk uit te testen en waar nodig nog te verbeteren. We hebben voor ouders en verwijzers een folder ontwikkeld en een informatiepakket samengesteld. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
50
Verder worden vanaf mei 2014 alle personeelsleden en bestaande ouders middels een gemeenschappelijk ontwikkelde nieuwsbrief geïnformeerd over de stand van zaken. Ook hebben we alle nieuwe Samenwerkingsverbanden Passend Onderwijs geïnformeerd over de veranderingen in ons begeleidingsaanbod als gevolg van Passend Onderwijs. We hebben voor het overgangsjaar goede afspraken gemaakt over de begeleiding in het regulier onderwijs en eventuele overdracht van middelen. Op het gebied van de modernisering van ICT, is in de dependance het draadloos netwerk aangelegd, zijn de computereilanden en leerlingplekken met desk-tops vervangen door lap-tops. Ook zijn ter vervanging van een viertal digi-borden in klassen nieuwe stabiele Hippoborden aangeschaft. De externe dienst heeft ook een aantal lap-tops vervangen. Ten slotte is het gehele systeem geüpgraded van een XP-omgeving naar een Windows-7 omgeving. Medewerkers hebben instructie ontvangen om zowel met de nieuwe hardware als met de nieuwe programmatuur om te kunnen gaan. Professionalisering medewerkers Professionalisering van medewerkers blijft een hoge prioriteit houden. Ook dit jaar hebben verscheidene medewerkers individueel deelgenomen aan masteropleidingen met als doel kennis en vaardigheden te vergroten op het terrein van onze doelgroepen en het onderwijs en begeleiding daarvan. Een zestal medewerkers heeft dit jaar zijn aanvullende bevoegdheid voor lichamelijke oefening in het primair onderwijs behaald. Naast deze individuele scholing steken wij veel in op ontwikkeling op teamniveau. We koppelen dan vaak de scholing aan coaching en/of pedagogisch-didactisch overleg. Voorbeelden hiervan zijn: implementatie nieuwe rekenmethode, positive behaviour support (PBS), Prompt -1 voor logopedistes etc. Kwaliteitsbeleid Dit jaar hadden we geen externe audit op het programma staan, omdat we via INNOVO een interne audit zouden organiseren. Door de drukte rondom o.a. de invoering van Passend Onderwijs is dat niet tot ontwikkeling gekomen. Het volgend jaar staat er weer een externe audit op het programma. Dat betekent overigens niet dat de Mgr. Hanssen niet voortdurend bezig is met het checken van de kwaliteit. Zowel IB-ers als directie controleren met kijkwijzers of een aantal afgesproken werkprocessen c.q. routines ook wel daadwerkelijk op een correcte manier uitgevoerd worden. Dit jaar hebben we zo gekeken naar de administratieve processen rondom groepsklapper en LBS-klapper, het woordenschatonderwijs en het toepassen van bepaalde rekenroutines Tijdens de functioneringsgesprekken hanteren we ook een brede kijkwijzer die, als het nodig is, ook fijnmaziger kan inzomen op bepaalde thema’s. Het afgelopen schooljaar hebben we voorts een Quickscan afgenomen en een INNOVO-tevredenheidslijst. De resultaten zullen de komende maanden in de diverse gremia besproken worden en zullen waar nodig leiden tot een plan van aanpak. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
51
Tenslotte hebben we ook dit jaar weer een slag geslagen in het juiste gebruik door leerkrachten van toetsen, het analyseren en interpreteren van toetsen en het opstellen van een goede interventie. Zowel op individueel als op groepsniveau kunnen we nu ook (beperkt) analyses maken over het rendement. Het volgend schooljaar willen we dit doortrekken naar het schoolniveau. Inhoudelijk werkgroepen LBS De interne begeleiding heeft dit schooljaar het systeem van groepsoverzichten en -plannen afgerond. Voor alle primaire vakken (mondelinge taal, lezen, spelling, rekenen en pedagogische domein) voor alle kerngroepen is dit nu gerealiseerd. De kleutergroepen gaan dit realiseren binnen het systeem voor de kleuters, het OVMJK. Het verder uitbouwen van het digitale systeem voor leerlingbegeleiding hebben we geparkeerd, omdat duidelijk is geworden dat wij binnen 1 à 2 jaar samen met de Taalbrug voor een gemeenschappelijk digitaal LBS zullen gaan kiezen. Verder kost het nog veel moeite om binnen de organisatie het zorgniveau 3 structureel een plek te geven. Op individueel niveau gebeurt dat zeker, maar we willen het een vaste plek geven in het totale onderwijspakket. Volgend schooljaar gaan we hier mee verder. Onderwijsconcept kleuteronderwijs Naar aanleiding van de uitslag van de externe audit en de herijking van de visie op kleuteronderwijs vorig schooljaar, zijn we dit jaar nadrukkelijk aan de slag gegaan om deze ontwikkelingsgerichte visie om te zetten in de praktijk. Het concept Basisontwikkeling is opnieuw aan de orde gekomen en we hebben de werkprocessen rondom het opzetten van een thema in relatie tot basisontwikkeling, het gewenste onderwijsaanbod en de onderwijsbehoeften van de leerlingen opnieuw uitgewerkt. Na de duidelijk keuze voor het ontwikkelvolgmodel jonge kind van D. Memelink, zijn er afspraken gemaakt over de implementatie van dit begeleidingssysteem. Het volgend schooljaar zullen we dit proces doorzetten en de verbinding tussen Basisontwikkeling vanuit thema’s en rekenactiviteiten leggen. Soloapparatuur en klassenversterkingsapparatuur De SOLO-protocollen zijn dit jaar geactualiseerd en duidelijk afgestemd met het Adelante Audiologie en communicatie. Soloapparatuur is niet voor iedere leerling in iedere situatie effectief. Door de protocollen goed te volgen, kunnen we hierin de goede beslissingen nemen. Deze protocollen zijn ook nadrukkelijk besproken in het overleg met de logopedisten en de IB-ers. De Soundfieldapparatuur, die dient om de stem van de leerkracht te ondersteunen, wordt gefaseerd ingevoerd. Ook hier wordt het klassenteam duidelijk geïnstrueerd over het goed gebruik ervan.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
52
Studievaardigheden Op verzoek van ouders, maar ook leerkrachten van de eindgroepen, is er een werkgroep aan de slag gegaan om na te gaan welke vaardigheden voor onze leerlingen belangrijk zijn als ze uitstromen naar het voortgezet onderwijs. Een onderdeeltje hiervan was ook de zin en de onzin van structureel huiswerk. De werkgroep heeft haar eindrapportage onlangs opgeleverd en het beleid is vastgesteld door de directie en de M.R. In principe geven wij leerlingen géén huiswerk mee. Uitzonderingen kunnen, altijd ná overleg met de IB-er, gemaakt worden als de leerkracht én ouders verwachten dat de leerling door tijdelijk thuis te oefenen de leerstof beter onder de knie zal krijgen. Hieraan zijn een aantal voorwaarden verbonden die opgenomen zijn in het ‘beleidsplan Huiswerk’. Taalbeleid - taalonderwijs Taalonderwijs blijft op onze school een voortdurend aandachtspunt. Met name de mondelinge taalontwikkeling moet binnen het onderwijs extra gestimuleerd worden. We hebben gekozen voor het concept Interactief Taalonderwijs (IATOW) en er is al veel aandacht geweest voor het opzetten van thema’s, waarbinnen de leerkrachten veel interactieve taalsituaties inbouwen. Dit jaar hebben we geïnvesteerd in de koppeling zaakvakmethodes met het mondeling taalonderwijs, waarin de principes van IATOW ingezet worden om de thema’s mee vorm te geven. Met name de ontwikkeling van de leerkrachtvaardigheden via overleggen en coaching spelen hierin een grote rol. T.a.v. het technisch leesonderwijs hebben we voor onze SH/Doof groepen de methode ‘Veilig stap voor stap’ aangeschaft. Ook voor het voortgezet technisch lezen hebben we de materialen en de software aangevuld en medewerkers geïnstrueerd. Voor begrijpend lezen wordt overwogen om de huidige methode te vervangen door de methode ‘Nieuwsbegrip XL’. De teksten van ‘Nieuwsbegrip’ worden nu regelmatig ingezet bij het technisch lezen. T.a.v. de interventies m.b.t. dyslexie is met name goed gekeken naar de mogelijkheden om ICT-hulpmiddelen in te zetten. Er is een begin gemaakt met het gebruik van ‘Sprint-plus’ bij kinderen die de diagnose dyslexie hebben. Voor de kleuters is draagvlak verkregen om het volgend schooljaar het gebruik van ondersteunende gebaren in te voeren en daar dan ook de noodzakelijke scholing voor te realiseren. De eindgroepen hebben een keuze gemaakt voor een methode Engels ‘Twins Talk’. De methode is aangeschaft en geïmplementeerd en zal dit jaar nog geëvalueerd worden; ook om te kijken of deze methode al in de groepen M3 ingevoerd moet worden. Blijvende ontwikkeling van ons taalbeleid is en blijft zeker op onze school heel belangrijk. Er is al veel geïnvesteerd in het interactief taalonderwijs (IATOW) en het zal ook niet de laatste keer zijn. Dit jaar hebben we geïnvesteerd in de koppeling zaakvakmethodes met het mondeling taalonderwijs, waarin de principes van IATOW inMgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
53
gezet worden om de thema’s mee vorm te geven. Met name de ontwikkeling van de leerkrachtvaardigheden via overleggen en coaching spelen hier een grote rol in. T.a.v. het leesonderwijs hebben we voor onze SH/Doof-groepen de methode ‘Veilig stap voor stap’ aangeschaft en geïmplementeerd. Ook voor het voortgezet lezen hebben we de materialen en de software aangevuld en medewerkers geïnstrueerd. Voor begrijpend lezen is nu toch gekozen voor het concept ‘Nieuwsbegrip’, dat ook voor voortgezet technisch lezen ingezet kan worden. Voor spelling op zorgniveau 3 is onderzoek gedaan naar criteria en de meest passende interventies. Dit wordt vastgelegd in een document. T.a.v. de interventies m.b.t. dyslexie is met name goed gekeken naar de mogelijkheden om ICT-hulpmiddelen in te zetten. Rekenbeleid - rekenonderwijs Dit schooljaar is in alle kerngroepen de nieuwe rekenmethode ’Wiswijs’ ingevoerd. De werkgroep had de lat erg hoog gelegd, maar heeft in de loop van het schooljaar enige aanpassingen moeten doorvoeren. De implementatie van een methode is niet altijd gemakkelijk en gaat met horten en stoten. De implementatie wordt geleid door twee deskundigen van de begeleidingsdienst O2. Uit de begeleidingssessies is naar voren gekomen dat er toch nog wat zorg is over de ontbrekende noodzakelijke kennis en vaardigheden van medewerkers op het gebied van rekenonderwijs, maar ook de methode die vooruitstrevend is en qua tempo niet altijd goed aansluit op de onderwijsbehoeften van onze leerlingen. Er zijn modellen aangeboden om de methode verder toe te spitsen op de onderwijsbehoeften van onze doelgroep en waarbij de doorgaande lijn en streefdoelen aangehouden moeten blijven. Het volgend schooljaar zullen we aan beide facetten nog meer aandacht moeten besteden. Het specifieke instructiemodel IGDI is goed geland. Leerkrachten kennen het model en kunnen het ook toepassen. Het blijft nog onder de aandacht omdat dit model goed aansluit bij ‘Wiswijz’ en de onderwijsbehoeften van onze leerlingen. We ontwikkelen het model verder uit binnen onze organisatie en maken afspraken over het gebruik ervan. Tijdens de nascholing van Pierre Wolters in het kader van opbrengstgericht werken zijn we met het rekenen (als voorbeeld) aan de slag gegaan. Het verwerken van CITO-gegevens, het analyseren en het plannen van het aanbod (c.q. interventies) zijn stappen die we nadrukkelijk hebben geoefend. Sociaal-emotionele ontwikkeling Zijnde een van de pijlers van onze organisatie, besteden we aan de ontwikkeling van dit vormingsgebied veel aandacht. Onze methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling ‘Leefstijl’ vraagt ieder jaar om onderhoud. Voor een aantal collega’s is dit schooljaar de terugkomdag van hun basistraining georganiseerd. Ouders worden middels nieuwsbrieven geïnformeerd over de thema’s van ‘Leefstijl’ en ter aanvulling zijn thema-avonden georganiseerd met als thema ‘HOW2TALK2KIDS’. Tijdens deze goed bezochte avonden werd op een interactieve manier met ouders gecommuniceerd over hoe te reageren op het gedrag van hun kind. Hierbij werd gebruik gemaakt van alledaagse situaties. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
54
Voor de peutergroepen is nu ook Leefstijlmateriaal aangeschaft, dat ingezet zal worden tijdens de onderwijsthema’s. Naast ‘Leefstijl’ zijn we het vorig schooljaar gestart met een driejarig traject invoering ‘Positive Behaviour Support’ (PBS). Dit schooljaar was vooral gericht op de gemeenschappelijke ruimtes zoals de gangen en de speelplaats. ‘PBS’ is een in eerste instantie een preventief programma dat medewerkers in staat moet stellen om het gedrag van kinderen te kunnen sturen. Het bleek dit jaar moeilijk om PBS bij de medewerkers levend te houden. Het volgend jaar gaan we het thema regelmatiger bespreken tijdens de diverse overleggen. Om de effecten van het gebruik van PBS zichtbaar te maken, hebben we dit schooljaar twee periodes alle ‘incidenten’ geregistreerd. Hiermee kunnen we over een langere periode zichtbaar maken of er een positieve ontwikkeling te registreren valt. In het verlengde van het ‘PBS’ heeft de werkgroep in afstemming met de werkgroep ‘Het bewegende kind’ afspraken gemaakt over nieuwe regels voor de speelplaats en de wijze waarop surveillanten geactiveerd en gemotiveerd kunnen worden om leerlingen beter te begeleiden in deze vrije situaties. Deze afspraken zijn met de medewerkers gecommuniceerd tijdens werkoverleggen, maar ook via de wekelijkse mededelingen. CITO-Viseon, het beoogde volgsysteem SOE ook voor de kleutergroepen, zal daar bij nader inzien niet ingevoerd worden. Tijdens de herijking van het kleuteronderwijs is gekozen voor het totaalsysteem OVMJK van Dick Memelink. Dit jaar is ook voor de eindgroepen een preventietraject opgestart met medewerking van Bureau Halt. Dit traject moet een bijdrage leveren aan het voorkomen van pestgedrag, agressie, overlast etc. Tenslotte heeft de werkgroep voorbereidend werk gedaan om het thema relaties en seksualiteit methodisch in school te kunnen aanpakken. De insteek is dat dit thema vanaf het volgend schooljaar toegevoegd wordt aan het programma SOE. Ook is er onderzoek gedaan naar welk pestpreventieprogramma het beste past bij onze huidige methodieken en hoe dit het volgend schooljaar ingevoerd kan worden. Cultuur & identiteit doven en slechthorenden Dit jaar heeft de werkgroep de visie op cultuur en identiteit verder aangescherpt en met verschillende gremia besproken. Niet alle leerlingen met een auditieve beperking zitten meer in aparte klassen voor doven en slechthorenden. Dat is vaak goed voor hun leerontwikkeling, maar deze leerlingen hebben vaak toch iets meer nodig zeker op het gebied van identiteitsontwikkeling. De werkgroep heeft dit jaar een voorzichtige start gemaakt om voor deze groep leerlingen een aantal geselecteerde lessen te verzorgen. Daarnaast hebben leerkrachten tips gekregen hoe om te gaan met de specifieke ondersteuningsbehoeften van deze doelgroep. De werkgroep heeft tijdens de gebarenweek in het hoofdgebouw een programma georganiseerd om ook breder aandacht te vragen voor de communicatieve problematiek van deze doelgroep. Ook zijn er ook dit jaar weer gebarencursussen gegeven en komen de medewerkers twee keer per maand bijeen om de gebaren te oefenen.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
55
Het bewegende kind De uitrol van het speelpleinenplan is gerealiseerd: t.w. fase 3 speelplein hoofdgebouw (aanschaf klein materiaal) en fase 1 speelplein dependance (aanschaf zandbakmateriaal en picto’s). Verder heeft de werkgroep enerzijds veel aandacht besteed aan het organiseren van specifieke pleinactiviteiten per periode, maar is er anderzijds ook veel aandacht geweest voor het gedrag en de communicatie tussen leerlingen onderling op de speelpleinen. Het zal duidelijk zijn dat de surveillant hier een cruciale rol in heeft. De werkgroep heeft dit thema tijdens werkoverleg regelmatig geagendeerd en besproken met de medewerkers, ook in relatie tot het PBS-programma. Logopedie Alle logopedisten hebben dit jaar geoefend met de PROMPT-methode ter behandeling van specifieke spraakstoornissen. Tijdens een soort terugkomdag zijn de kennis en vaardigheden opgehaald en opnieuw besproken. Volgend schooljaar wil de groep de voortgezette cursus PROMPT-2 gaan volgen. Externe dienst De communicatieve redzaamheid van onze leerlingen is het speerpunt van de scholing voor de externe dienst. De dienstverleners hebben hun kennis op dit terrein opgehaald en hebben nadrukkelijk onderzocht hoe zij deze problematiek in hun begeleiding richting leerling en leerkracht kunnen omzetten. Dit moet o.a. leiden tot betere handelingsplannen voor rugzakleerlingen in het regulier onderwijs. De werkgroep dyslexie heeft tijdens themabijeenkomsten kennis gedeeld over de actuele ontwikkelingen rondom ernstige lees- en spellingsproblemen, en heeft ook de relatie geduid met dyscalculie.
LEEROPBRENGSTEN Het onderwijs op de Mgr. Hanssen richt zich bij het behalen van leeropbrengsten primair op mondelinge taal en communicatieve redzaamheid in combinatie met het pedagogisch domein en de motorische ontwikkeling. Daarnaast wordt, om aansluiting met vervolgonderwijs mogelijk te maken, ook aandacht besteed aan de andere primaire vakken (spelling, technisch lezen, begrijpend lezen, rekenen). Leeropbrengsten van alle vakken worden in kaart gebracht aan de hand van observaties en/of testen en toetsen. In de toetskalender staat per jaargroep een overzicht met methodeonafhankelijke toetsen en observatie-instrumenten die gebruikt worden. Daarnaast worden ook methodegebonden toetsen gebruikt. Door het verzamelen van observatie- en/of meetgegevens in groepsoverzichten voor de hoofddomeinen mondelinge taal, pedagogisch domein, technisch lezen, spelling, rekenen en begrijpend lezen, wordt de ontwikkeling over langere tijd bijgehouden en worden de onderwijsbehoeften van leerlingen in kaart gebracht. Op basis van leervermogens is per leerling (vanaf ongeveer 9 à 10 jaar) een ontwikkelingsperspectief inclusief uitstroomprofiel / uitstroombestemming opgesteld. De Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
56
individuele ontwikkeling, onderwijsbehoeften en het welbevinden van de leerling zijn belangrijk, maar altijd gekoppeld aan maximale leeropbrengsten. Hierbij worden hoge doelen gesteld en (CED)leerlijnen en leerstofaanbod worden hieraan gekoppeld. Voor de verschillende domeinen zijn per leerjaar streefniveaus opgesteld. Op deze wijze wordt planmatig naar een zo hoog en reëel mogelijk eindniveau gestreefd waarbij in Eduscope (digitaal systeem) de gegevens per leerling worden opgeslagen.
7
MGR. HANSSEN EN DE WET
7.1
VERANTWOORDING ONDERWIJSTIJD
De kleutergroepen krijgen minimaal 880 uren onderwijs per schooljaar, voor de overige leerlingen is dat minimaal 1010 uren. Op grond van de schooltijden en het vakantierooster voldoen wij aan het wettelijk verplichte aantal uren onderwijs. Op blz.68 vindt u het rooster van vakanties en vrije dagen.
7.2
VERLOF- en VERZUIMREGELING
We verwachten dat de kinderen op de reguliere schooltijden onze school bezoeken. Hierover worden tijdens het intakegesprek afspraken gemaakt met de ouders. Verzuim moet geregistreerd worden en bij ongeoorloofd verzuim is de school verplicht de leerplichtambtenaar van de betreffende gemeente te informeren. Per 1 augustus 1994 is de herziene leerplichtwet van kracht geworden, waarbij de meldplicht van scholen aangescherpt is. Deze maatregel is getroffen om een einde te maken aan het verschijnsel dat ouders van leerlingen extra vakantie vragen, bijvoorbeeld voor de wintersportvakantie of voor een bezoek aan hun geboorteland. We spreken over ‘luxeverzuim’ onder andere wanneer ouders hun kinderen laten spijbelen om eerder met vakantie te kunnen gaan of om ze mee te nemen op familiebezoek. Daarvoor is de vrijstelling, zoals hieronder beschreven, nadrukkelijk niet bedoeld. Vakantie onder schooltijd De Leerplichtwet stelt duidelijk dat vakantie onder schooltijd vrijwel onmogelijk is. Alleen wanneer een gezinsvakantie, door de specifieke aard van het beroep van (één van) de ouders, niet in de schoolvakantie kan worden opgenomen, kan extra verlof worden verleend. Te denken valt aan seizoensgebonden werkzaamheden in de agrarische sector en de horeca. In dat geval mag de directeur één maal per schooljaar het kind vrij geven (voor maximaal tien schooldagen), zodat het gezin op vakantie kan gaan. Bij een aanvraag moet een werkgeversverklaring worden toegevoegd, waaruit de specifieke aard van het beroep èn de verlofperiode van de betrokken ouder(s) blijken. Verder moet rekening gehouden worden met de Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
57
volgende voorwaarden: − in verband met een eventuele bezwaarprocedure moet de aanvraag ten minste acht weken van tevoren bij de directeur ingediend worden, tenzij de aanvrager kan aangeven waarom dat niet mogelijk was; − de verlofperiode mag maximaal tien schooldagen beslaan; − de verlofperiode mag niet in de eerste twee weken van het schooljaar vallen. Extra verlof In onderstaande bijzondere omstandigheden kunt u extra verlof aanvragen: − − − − −
een huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind; het 12½- of 25-jarig huwelijksjubileum van de ouders; het 12½-, 25-, 40-, 50- of 60-jarig huwelijksjubileum van de grootouders; het 25-, 40- of 50-jarig ambtsjubileum van de ouders of grootouders: één dag; ernstige ziekte van de ouders, bloed- of aanverwanten tot en met de 3e graad van het kind (de duur wordt bepaald in overleg met de directeur); − het overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de 4e graad; − verhuizing van gezin; − moslims krijgen één dag verlof voor het Suikerfeest en het Offerfeest. Onder de volgende omstandigheden wordt géén extra verlof gegeven: − activiteiten van verenigingen zoals het scouting- of voetballerskamp zie ook blz. 52 ‘bijzondere talenten’); − vakantie buiten de vastgestelde schoolvakanties (bijvoorbeeld in het geval van speciale aanbiedingen in het laagseizoen); − eerder vertrekken of later arriveren vanwege (verkeers-)drukte; − familiebezoek in het buitenland; − de leeftijd van het kind wordt als argument gebruik; − het argument dat vlak voor de vakantie (bijna) geen les meer gegeven zou worden. Extra verlof aanvragen Om tijd te creëren voor overleg of een eventuele bezwaarprocedure, moet een verlofaanvraag minimaal acht weken van tevoren bij de directeur van de school binnen zijn. Van deze hoofdregel kan alleen worden afgeweken indien een termijn van acht weken niet redelijk is door een bijzondere omstandigheid. De directeur van de school is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor maximaal tien dagen in een schooljaar. De leerplichtambtenaar is bevoegd een besluit te nemen over een extra verlofaanvraag voor méér dan tien dagen. Hij doet dit in overleg met de directeur. Zowel de directeur als de leerplichtambtenaar zijn verplicht een besluit te nemen binnen een redelijke termijn. Tegen dit besluit kan bezwaar worden gemaakt.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
58
Bezwaar en beroep Tegen een afgewezen verzoek om extra verlof kan de indiener schriftelijk bezwaar maken. Dit bezwaar kan worden ingediend bij het bestuur. Het bezwaarschrift moet ondertekend zijn en tenminste de volgende gegevens bevatten: − de naam en het adres van de belanghebbende; − de dagtekening (de datum); − een omschrijving van het besluit dat is genomen; − de argumenten die duidelijk maken waarom de indiener niet akkoord gaat met het besluit. Als het bezwaar niet door de indiener zelf, maar namens deze wordt ingediend, dient een ondertekende volmacht aan het bezwaarschrift te worden toegevoegd. De indiener krijgt de gelegenheid om het bezwaar mondeling toe te lichten. Daarna zal er schriftelijk bericht worden van het besluit dat over het bezwaarschrift is genomen. Tegen dat besluit kan op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) binnen zes weken schriftelijk beroep worden aangetekend bij de Arrondissementsrechtbank, sector Bestuursrecht. Het indienen van een beroepschrift heeft geen schorsende werking. Wel kan de indiener van een beroepschrift zich wenden tot de President van de bevoegde rechtbank met het verzoek een voorlopige voorziening te treffen. Aan een dergelijke juridische procedure zijn kosten verbonden voor de indiener.
7.3
PEDAGOGISCHE MAATREGEL EN VERWIJDERING
De wet vermeldt dat de beslissing over toelating en verwijdering van leerlingen berust bij het bevoegd gezag. In de praktijk ligt deze beslissingsbevoegdheid bij de directie van de school. Bij wijze van ordemaatregel kan de directeur een leerling tijdelijk verwijderen oftewel schorsen. De ouders worden hiervan in een persoonlijk (telefonisch) gesprek èn schriftelijk, op de hoogte gesteld. Schorsing is altijd van beperkte duur: tijdens het (telefoon)gesprek en in de brief wordt aangegeven voor welke periode de leerling van school is geschorst. In uitzonderlijke gevallen zal de directeur genoodzaakt zijn over te gaan tot verwijdering van de leerling van school. In dat geval deelt de directeur zijn voornemen tot definitieve verwijdering schriftelijk en gemotiveerd mede aan de ouders. De ouders hebben de mogelijkheid om tegen deze beslissing bezwaar aan te tekenen bij het bestuur. De school heeft de verplichting om gedurende acht weken te zoeken naar een mogelijke andere onderwijsvoorziening voor de leerling. Na deze periode volgt de definitieve verwijdering van de leerling van school. Pedagogische maatregel en verwijdering Scholen zijn verplicht in voorkomende gevallen een regeling te treffen met Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
59
betrekking tot het nemen van een pedagogische maatregel en verwijdering. Een ernstig incident kan leiden tot het met onmiddellijke ingang nemen van een passende pedagogische maatregel in samenspraak met de ouders. Het betreft een uitzonderlijke pedagogische maatregel van beperkte tijdsduur. De ouders worden hiervan meteen op de hoogte gesteld. Zowel in het (telefoon)gesprek als ook in de brief aan de ouders wordt aangegeven voor welke periode de maatregel geldt. Voordat de pedagogische maatregel wordt beëindigd, maken school en ouders afspraken om herhaling te voorkomen. De correspondentie en het verslag met de gemaakte afspraken worden bewaard in het dossier van de leerling. In sommige gevallen zal de directeur genoodzaakt zijn over te gaan tot verwijdering van de leerling van de school. Verwijdering van een leerling is een ordemaatregel die slechts in het uiterste geval en zeer zorgvuldig wordt genomen. Voor verwijdering kunnen onder meer de volgende redenen worden aangevoerd: − voortdurend storend en/of agressief gedrag van de leerling; − bedreigend of agressief gedrag van ouders of verzorgers van de leerling. Om leerlingen van school te kunnen verwijderen moet aannemelijk zijn dat herhaling niet is uitgesloten. Er is gegronde vrees voor de veiligheid van andere leerlingen en/of het personeel en de ongestoorde voortgang van het onderwijs wordt in ernstige mate belemmerd. Met betrekking tot verwijdering volgt de school een vastgestelde procedure: 1. Voordat besloten wordt een leerling te verwijderen hoort de directeur zowel de betrokken ouders als de groepsleerkracht. 2. De verwijdering wordt schriftelijk aan de ouders medegedeeld. In dit besluit wordt de reden voor de verwijdering vermeld, de ingangsdatum en eventueel andere genomen maatregelen evenals de mogelijkheid tot het maken van bezwaar. 3. De directeur meldt de verwijdering terstond aan de leerplichtambtenaar, de Inspecteur en het College van Bestuur door toezending van een afschrift van de brief genoemd in ad 7.3. Ingeval van twijfel over de vraag of er voldoende grond is voor een verwijdering, overlegt de directeur eerst met het College van Bestuur en zo nodig met de Inspecteur en de Leerplichtambtenaar, alvorens het besluit tot verwijdering te nemen. 4. Voordat de school het besluit tot verwijdering kan uitvoeren dient ervoor te worden gezorgd dat een andere school bereid is de leerling toe te laten. Wanneer het gedurende acht weken, gerekend vanaf het tijdstip waarop het besluit tot verwijdering aan de ouders is meegedeeld, niet lukt de leerling op een andere school te plaatsen, kan de directeur de leerling verwijderen zonder vervolgonderwijs veilig te stellen. Het bestuur moet kunnen bewijzen zich gedurende deze periode te hebben ingespannen om een andere school te vinden. Contacten met de andere scholen in dit kader worden dan ook zoveel mogelijk schriftelijk vastgelegd.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
60
5. Gedurende de wachttijd van acht weken voorkomt de school dat de leerling een onderwijsachterstand oploopt, bijvoorbeeld door het meegeven van huiswerk. Er blijft voor de school een onderwijsverplichting bestaan. 6. De definitieve verwijdering wordt ook schriftelijk aan de ouders medegedeeld met daarin opgenomen dezelfde punten als genoemd in ad 7.3 aangevuld met een weergave van de uitkomsten van het zoeken naar een andere school. 7. De school draagt zorg voor een dossier, dat het besluit tot verwijdering kan dragen. Te denken valt in dit kader aan schriftelijke waarschuwingen, genomen maatregelen en een schorsingsbesluit. 8. Op grond van artikel 63 WPO en artikel 61 WEC kunnen de ouders binnen zes weken na de mededeling bij het bevoegd gezag, schriftelijk hun bezwaren kenbaar maken tegen de beslissing. Het bevoegd gezag beslist binnen vier weken na ontvangst van de bezwaren. Alvorens te beslissen hoort het bevoegd gezag de ouders. 9. Indien de ouders zich niet kunnen verenigen met het besluit op het bezwaar hebben zij nog altijd de mogelijkheid het besluit aan te vechten voor de rechter in een civiele procedure. Ongewenst (agressief) gedrag van ouders en leerlingen Het omgaan met ongewenst of agressief gedrag valt onder de verantwoordelijkheid van de directie. Het gedrag van ouders kan allerlei oorzaken hebben. Het kan een reactie zijn op: de aanpak van het gedrag van hun kind; een verstoorde vertrouwensrelatie tussen hen en de school; een maatregel van de school waarmee ouders niet akkoord gaan of het gedrag van andere kinderen tegenover hun kind. In het omgaan met ernstig ongewenst of agressief gedrag van ouders is het noodzakelijk om de grenzen van wat acceptabel is duidelijk te trekken. Voorbeelden van ongewenst gedrag: − handtastelijkheden jegens leerlingen en leerkrachten; − dreigen met fysiek geweld; − verbaal geweld; − ongepast aanspreken van andere kinderen waarbij de relatie ‘groot tegenover klein’ is ingezet; − schelden en vloeken; − zonder afspraak aanspreken van leerkrachten in het bijzijn van andere ouders of leerlingen waarbij sprake is van een bijzonder negatieve gesprekslading. Worden grenzen overschreden, dan kan (binnen het kader van het vastgestelde beleid ten aanzien van de schorsing en verwijdering van leerlingen) worden besloten tot: − het geven van een waarschuwing aan de ouders en/of de leerlingen; − het schorsen van de leerling; − het verzoek aan de ouders een andere school voor hun kind te zoeken; − het verwijderen van de leerling; − het geven van een ‘schoolverbod’ aan ouders. Dit houdt in dat de ouders niet zonder toestemming van de directie op het terrein van de school mogen komen. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
61
Noodzakelijk bij het handhaven van de gedragsregels is: − een goede registratie van de voorvallen; − het informeren van de rijksinspectie; − het, zo nodig, informeren van de wijkagent; − het, zo nodig, melden bij de leerplichtambtenaar. Bij ernstig ongewenst gedrag van leerlingen en/of ouders, wordt geregistreerd wat er is gebeurd, welke afspraken zijn gemaakt en welke besluiten zijn genomen. De rapportage wordt opgeslagen in het dossier van de leerling. Ouders hebben het recht van inzage.
7.4
KLACHTENREGELING EN VERTROUWENSPERSOON
Met de Kwaliteitswet van 1 augustus 1998 is het schoolplan, de schoolgids en het klachtrecht ingevoerd. Het klachtrecht heeft een belangrijke signaalfunctie met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs. Door de klachtenregeling ontvangen het bestuur en de school signalen die hen kunnen ondersteunen bij het verbeteren van het onderwijs en de goede gang van zaken op school. Met de regeling wordt een zorgvuldige behandeling van klachten beoogd waarmee het belang van de betrokkenen wordt gediend, maar eveneens het belang van de school. De volledige tekst van de klachtenregeling is via www.innovo.nl te downloaden of op school verkrijgbaar bij de directeur of via de contactpersonen van de school (zie blz. 56). De klachtenregeling is alleen van toepassing als u met uw klacht nergens anders terecht kunt. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school zullen in onderling overleg tussen ouders, leerlingen, personeel en de schoolleiding op een juiste wijze kunnen worden afgehandeld. Indien dat echter, gezien de aard van de klacht, niet mogelijk is of indien de afhandeling niet naar tevredenheid heeft plaatsgevonden, kunt u een beroep doen op deze klachtenregeling. Om één en ander in goede banen te leiden, is een duidelijke klachtenprocedure ontwikkeld in de vorm van een stappenplan.
Stap 1 Geprobeerd wordt de klacht binnen de schoolorganisatie op te lossen tussen de direct betrokkenen. Stap 2 Lukt dit niet of niet naar genoegen, dan kunt u met uw klacht naar de contactpersoon binnen de school stappen. De contactpersoon is geen vertrouwenspersoon, maar een ‘wegwijzer’ in het klachtentraject. De contactpersoon zal samen met u bekijken waar u met uw klacht het beste terecht kunt. De contactpersoon is er niet om de klacht op te lossen. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
62
Stap 3 De klager kan overgaan tot actie a of b: a. b.
bemiddeling tussen klager en aangeklaagde bijvoorbeeld door inschakeling van de vertrouwenspersoon of een officiële klacht indienen bij de klachtencommissie. Dit kan bij de klachtencommissie van het bestuur of bij de landelijke klachtencommissie.
Bij de eerste optie wordt op school naar een oplossing gezocht. Bij de tweede optie wordt degene tegen wie de klacht gericht is, officieel aangeklaagd en zal de klacht worden onderzocht door ofwel de klachtencommissie van het bestuur of door de landelijke klachtencommissie. Stap 4 Een onafhankelijke klachtencommissie onderzoekt de klacht en adviseert het bestuur hierover. De klachtencommissie geeft advies over: a. b. c.
de gegrondheid van de klacht het nemen van maatregelen overige door het bevoegd gezag te nemen besluiten.
Stap 5 Binnen vier weken na ontvangst van het advies van de klachtencommissie zal het bestuur het besluit hierop kenbaar maken aan: a. b. c. d.
de de de de
klager aangeklaagde klachtencommissie directie van de school.
De contactpersoon De contactpersoon is de ‘wegwijzer’ binnen school rond het klachtentraject. Hij zal samen met u beoordelen of het nodig is de vertrouwenspersoon in te schakelen. Op elke school binnen INNOVO zijn in principe twee contactpersonen aangesteld. De contactpersonen op de Mgr. Hanssen (Zandbergsweg 115, 6432 CC Hoensbroek, tel. 045-5636500) zijn: Anne-marie Kolenburg-Smarius Sandra Schiltmans
(orthopedagoge) (schoolmaatschappelijk deskundige)
De vertrouwenspersoon Aan INNOVO zijn twee onafhankelijke vertrouwenspersonen verbonden. De vertrouwenspersoon gaat eerst na of door bemiddeling een oplossing kan worden gevonden. Lukt dit niet, dan kan eventueel een klacht bij de klachtencommissie neergelegd worden. De vertrouwenspersoon begeleidt de klager en verwijst de klager, indien noodzakelijk of wenselijk, naar andere instanties gespecialiseerd in opvang en nazorg. De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
63
Naam en adres vertrouwenspersonen: Drs. P.M.H. Nijpels tel. 043-4078282 / 06 – 46345916
[email protected] Drs. L.J.J. van Oosterbosch tel. 045-5312981 / 06 – 11927004
[email protected] De landelijke klachtencommissie Stichting INNOVO is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie voor het katholiek onderwijs van de Bond Katholiek primair Onderwijs (Bond KBO). Adresgegevens: Bureau van de geschillen-, bezwaren- en klachtencommissies voor het katholiek onderwijs Postbus 82324, 2508 EH Den Haag. Geschillen- en bezwarencommissies Klachtencommissie e-mailadres website
: : : :
070-3457097 070-3925508 (van 9.00 tot 12.30 uur)
[email protected] www.geschillencies-klachtencies.nl
Ter bescherming van de belangen van alle betrokkenen neemt de klachtencommissie de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht bij de behandeling van alle zaken. Ook de leden van de klachtencommissie hebben geheimhoudingsplicht van alle zaken die zij in die hoedanigheid vernemen. De vertrouwensinspecteur Bij de Inspectie van het Onderwijs werkt een klein team van vertrouwensinspecteurs. Ouders, leerlingen, leerkrachten, directies en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur raadplegen wanneer zich in en rond de school problemen voordoen op het gebied van: − seksuele intimidatie en seksueel misbruik − lichamelijk geweld − grove pesterijen − extremisme en radicalisering. Ernstige klachten die vallen binnen deze categorieën kunnen voorgelegd worden aan de vertrouwensinspecteur. Deze zal luisteren, informeren en zo nodig adviseren. Zo nodig kan de vertrouwensinspecteur ook begeleiden in het traject naar het indienen van een formele klacht of het doen van aangifte. De vertrouwensinspecteur is alle werkdagen tijdens kantooruren bereikbaar op: 0900-1113111 (lokaal tarief). Vanuit het buitenland kunt u bellen naar: +31-(0)306706001. Het algemeen telefoonnummer van de inspectie is: 088-6696060. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
64
Het klachtenformulier treft u op de website van INNOVO aan.
7.5
VEILIGHEIDSBELEID / ARBO
Officieel begint de verantwoordelijkheid van de school voor het kind op het tijdstip dat de school opengaat en eindigt als de school dichtgaat. Wanneer de school activiteiten organiseert die onder het schoolplan vallen, zoals voetballen, zwemmen en excursies, is de school verantwoordelijk voor het kind. Wij willen dat alle kinderen door ons onderwijs kansen krijgen en we sporen hen aan het beste uit zichzelf te halen. Hiervoor is een veilig schoolklimaat een noodzakelijke voorwaarde. Veiligheid krijgt dan ook structureel aandacht op onze school. Als ouders/verzorgers verwacht u dat onze school niet alleen een plek is waar uw kind zich thuis voelt en zich goed kan ontwikkelen. U verwacht ook dat uw kind 's middags weer heelhuids thuiskomt. Wij doen ons uiterste best om te voorkomen dat er ongelukken gebeuren. Ieder jaar opnieuw stellen we alles in het werk om onze school een veilige school te laten zijn. 1. Fysieke veiligheid. Het schoolgebouw voldoet aan de huisvestingseisen volgens de Arbo-wet en het landelijk bouwbesluit van het Ministerie van VROM. In de Arbo-wet staan eisen gericht op onder andere een verantwoorde inrichting van het gebouw, de omgang met gevaarlijke stoffen, de brandveiligheid en de algemene veiligheid. De veiligheidscoördinator op de Mgr. Hanssen, Frans Hayen, wordt ondersteund door een preventiemedewerker op bovenschools niveau. De veiligheidscoördinator op onze school stelt zich ten doel: − voorwaarden te scheppen voor een zo veilig mogelijk schoolgebouw en schoolomgeving; − leerkrachten en leerlingen te stimuleren zich daarbinnen veilig gedragen. Deze doelen worden bereikt door: 1. jaarlijks het gebouw te beoordelen op veiligheid en een actieplan op te stellen voor het oplossen van de knelpunten; 2. jaarlijks te bekijken of de huisregels met betrekking tot de veiligheid voldoen; 3. een ontruimingsplan op te stellen en te actualiseren en dit jaarlijks tweemaal te oefenen met medewerkers en leerlingen; 4. bij te houden welke risico's en ongelukken zich op of om de school voordoen. Om een en ander te realiseren en soepel te laten verlopen, hebben we voor de drie locaties zes personeelsleden met een EHBO-diploma en elf personen met een certificaat Bedrijfshulpverlener (BHV). Op de Mgr. Hanssen is een schoolspecifiek calamiteitenplan aanwezig. Onze speeltoestellen voldoen aan de wettelijke regeling ‘Besluit veiligheid van attractie- en speeltoestellen’. Dat besluit stelt onder andere eisen aan het ontwerp, het fabricageproces en aan onderhoudswerkzaamheden. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
65
Op grond van de Arbo-wet: − − − − − −
voeren wij verzuimbeleid, inclusief verzuimbegeleiding; bieden we werknemers een periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek aan stellen we voldoende bedrijfshulpverleners aan; zijn we in het bezit van een goedgekeurde risico-inventarisatie en evaluatie; leven we de brandveiligheidsvoorschriften na en melden we ongevallen met ernstig letsel direct aan de arbeidsinspectie.
2. Sociale veiligheid Wij willen een school zijn waar leerlingen, personeel en ouders zich thuis voelen. Daarom accepteren wij geen pestgedrag, agressie, geweld, discriminatie of seksuele intimidatie op onze school. Om een veilig klimaat te waarborgen is er een Klachtenregeling en zijn er twee contactpersonen: Anne-marie Kolenburg-Smarius Sandra Schiltmans
(orthopedagoge) (schoolmaatschappelijk deskundige)
Om de sociale veiligheid te verhogen: − gebruiken wij SWPBS (School Wide Positive Behavior Support); − worden leerlingen actief betrokken bij het maken van school- en gedragsregels; − zijn er projecten voor de leerlingen gericht op het aanleren van bepaalde sociale competenties; − is er lesmateriaal voor het stimuleren van een positieve sociaal-emotionele ontwikkeling; − volgen we ontwikkelingen op het gebied van een veilig internet voor minderjarigen aangestuurd door onder andere het Ministerie van Economische Zaken en de Stichting Kennisnet. De methode SWPBS is gericht op het creëren van een omgeving die het leren bevordert en gedragsproblemen voorkomt. De aanpak biedt handvatten om gedrag in en om de school blijvend positief te beïnvloeden en probleemgedrag tijdig om te buigen. Leerlingen weten welk gedrag van ze wordt verwacht. Vanuit gemeenschappelijke waarden (zoals respect, veiligheid, vertrouwen) wordt bepaald welk gedrag van kinderen wordt verwacht. Voor alle plekken in en om de school worden deze gedragsverwachtingen duidelijk benoemd en visueel gemaakt. Gedrag oefenen: de gedragsverwachtingen worden regelmatig geoefend en herhaald zodat leerlingen precies weten wat er van hen wordt verwacht. Zo is het makkelijker om het gewenste gedrag te laten zien. Belonen en aanmoedigen: om gedrag structureel aan te moedigen, heeft de school een beloningssysteem (de duimpjes) dat door alle medewerkers van de school wordt gebruikt. De verhouding tussen positieve bekrachtiging van gewenst gedrag en het corrigeren van ongewenst gedrag is 4:1.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
66
8
PRAKTISCHE INFORMATIE
Afmelden / ziekmelden Bij ziekte of afwezigheid van uw kind vragen wij u de school hiervan in kennis te stellen tussen 8.30 uur en 9.00 uur ’s morgens in het hoofdgebouw (045-5636500), de dependance (045-5631263) of de nevenvestiging in Roermond (0475-854390). Geeft u ook op tijd door dat uw kind niet opgehaald hoeft te worden aan het taxibedrijf dat uw kind vervoert. Wanneer uw kind zonder bericht niet op school aanwezig is, nemen wij contact met u op. Verzuim om andere redenen dan ziekte dient u tevoren op school aan te vragen (zie hoofdstuk 7 'Verlof- en verzuimregeling'). De wettelijke mogelijkheden om vrij te geven zijn beperkt. Bezoekersochtend Om teveel bezoek aan de school te voorkomen, organiseren wij een aantal keer per jaar een 'bezoekersochtend'. Deze is onder andere bedoeld voor leerkrachten en medewerkers van andere scholen en instellingen, maatschappelijk werkers, logopedisten en andere geïnteresseerden die kennis willen nemen van en meer inzicht willen krijgen in cluster 2 onderwijs. Ook ouders zijn van harte welkom. Via de site www.mgrhanssen.nl kunt u zich onder de link ‘Bezoek’ aanmelden voor een van de bezoekersochtenden. De bezoekersochtenden in het hoofdgebouw in Hoensbroek zijn gepland op: nog nader te bepalen. Bibliotheekboeken De school beschikt over een uitleenbibliotheek voor de kinderen. Lezen is belangrijk voor alle leerlingen en het lenen van de boeken is om deze reden gratis. We gaan ervan uit dat de boeken daadwerkelijk worden gelezen en dat ze in een goede staat terugkeren. Bij beschadiging of verlies wordt een vergoeding berekend. Buitenschoolse opvang (BSO) Wij adviseren ouders / verzorgers om een thuisnabije oplossing te zoeken voor de buitenschoolse opvang van onze leerlingen, omdat zij al geruime tijd van huis zijn in verband met het reizen van en naar de Mgr. Hanssen. Compensatieverlof Op onze school komt een aantal medewerkers in aanmerking voor de wettelijk geregelde arbeidsduurverkorting. Aan de hand van een uitgekiend rooster wordt geprobeerd om iedere groep goed op te vangen. Via de leerkracht van uw kind krijgt u daarover meer informatie. Cultuur Elk jaar wordt er een culturele activiteit georganiseerd voor de kinderen. Deze activiteit is afhankelijk van de groep waarin uw kind zit. De activiteit wordt gesubsidieerd door de gemeente Heerlen en ook de ouderraad Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
67
van onze school levert een financiële bijdrage. De data waarop de culturele activiteiten plaatsvinden, worden in het nieuwe schooljaar bekend gemaakt. Eerste Heilige Communie De Eerste Heilige Communie en het vormsel zijn sleutelmomenten in de roomskatholieke traditie. Voorbereiding op deze sacramenten is echter geen schoolaangelegenheid meer. Ouders kunnen zich voor de communie en het vormsel van hun kind wenden tot hun eigen parochie. Bij voldoende kandidaten ondersteunt de ouderraad de ouders bij het vormen van een communiegroep. EHBO / BHV Op de Mgr. Hanssen zijn enkele leden van het team inzetbaar als bedrijfshulpverlener. In Hoensbroek zijn dit: Suzan van Antwerpen Petra Bremen Frans Hayen Stephanie Jacobs Elke Janssen Robin Meeuwsen Christine Mietus Esther Stams Joanie Arnoldussen. In de nevenvestiging in Roermond: Anke Meijers Andrea Peters Wendy Wetzels. In Hoensbroek zijn naast de bedrijfshulpverleners ook EHBO-ers: Ank Leblanc Renate Houkes Christine Mietus Ed Schut Janine Smeets. Excursies In de loop van het schooljaar worden enkele excursies gemaakt. Via uw kind krijgt u hierover nader bericht. Foto’s, video- en geluidsopnamen Op de Mgr. Hanssen worden: - video-opnames gemaakt voor scholing van het personeel, voor studiedagen, - voor bezoekochtenden, voor ouders - video-opnames gemaakt tijdens festiviteiten; - geluidsopnamen van kinderen gemaakt voor het leerlingvolgsysteem; Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
68
- foto’s gemaakt voor het leerlingendossier, tijdens onderwijssituaties en festiviteiten; - naar aanleiding van schoolactiviteiten foto’s van leerlingen op de website van school geplaatst. Indien u bezwaar heeft tegen het plaatsen van foto’s op de website, video- en geluidsopnamen van uw kind voor interne en externe onderwijsdoeleinden, dient u dit schriftelijk aan de school kenbaar te maken. Tijdens het intakegesprek worden alle ouders hierover geïnformeerd en worden zij gevraagd de toestemmingsverklaring te ondertekenen. Gebarentolk Tijdens schoolfeesten en andere bijeenkomsten op de Mgr. Hanssen is indien mogelijk een gebarentolk aanwezig. Gronden voor vrijstelling van het onderwijs De leerlingen van onze school nemen in principe deel aan alle voor hen bestemde onderwijsactiviteiten. Op verzoek van de ouders kan een leerling worden vrijgesteld van de volgende onderwijsactiviteiten: − deelname aan de godsdienstlessen. Aan leerlingen die niet gelovig zijn of van wie bij de aanmelding blijkt dat zij tot een andere godsdienst behoren dan de katholieke èn waarvan de ouders aangeven dat zij er moeite mee hebben dat hun kind de godsdienstles volgt, wordt alternatieve lesstof aangeboden. Bij vieringen in de kerk wordt voor deze groep kinderen opvang in een andere groep geregeld. − deelname aan de gymnastieklessen op basis van een medische indicatie. In zo'n geval geldt eveneens dat de school in plaats van de gymnastiekles een alternatief lesprogramma aanbiedt. Gymnastiek Voor de gymnastieklessen heeft uw kind nodig: - een gympakje of een kort broekje met een T-shirt - gymschoenen. Behalve de kleuters gaan kinderen na de gymles onder de douche. Soms blijft door gebrek aan tijd het douchen beperkt tot het wassen van de voeten. Het is hoe dan ook nodig dat de kinderen op de dagen waarop zij gymnastiek krijgen, een handdoek bij zich hebben. Het gymrooster krijgt u via de groepsleerkracht. Hanenproject Op onze school bestaat de mogelijkheid voor ouders van zeer jonge kinderen om de Hanen Oudercursus te volgen. Tijdens deze cursus leert u de communicatie met uw kind te optimaliseren en hoe u uw peuter of kleuter kunt helpen bij het leren praten. Deze cursus wordt gegeven door gediplomeerde Hanentrainers van onze school. Samen met andere ouders leert u met behulp van video-opnamen en een ouderwerkboek hoe u de taalontwikkeling van uw kind kunt stimuleren. De cursus is vooral bedoeld voor de ouders van de jongste kinderen (drie- of vierjarigen). Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de leerkracht van uw kind of met de Jos Pahlplatz (logopediste). Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
69
Hoofdluis Zoals u weet kan iedereen, ongeacht de lichaamsverzorging, last krijgen van hoofdluizen. Deze insecten, twee à drie mm lang, lopen van hoofd(haar) naar hoofd-(haar), eventueel via een kledingstuk als tussenstation. Ze leven van bloed van hun gastheer of gastvrouw dat via een klein prikgaatje vanuit de hoofdhuid wordt opgezogen. Hun eitjes, de neten, zijn één mm groot en wit glanzend. Ze zitten vastgeplakt aan een haar, dichtbij de hoofdhuid en zijn nauwelijks met huishoudelijke middelen te verwijderen. Om te voorkomen dat u letterlijk en figuurlijk met de handen in het haar komt te zitten, willen wij uw aandacht vestigen op het volgende. Maatregelen ter behandeling van hoofdluis Behandel hoofdluis met speciale shampoo, lotions of sprays die verkrijgbaar zijn bij de apotheker of drogist. Een eenmalige behandeling kan voldoende zijn. In hardnekkige gevallen verdient het aanbeveling de behandeling na een week te herhalen. Aanwijzingen: Houd de middelen buiten het bereik van kinderen. Bescherm de ogen met een handdoek. Zorg voor een goede ventilatie in de behandelruimte. Voer de behandeling in verband met de brandbaarheid van de preparaten niet in de nabijheid van een warmtebron uit. e) Laat de haren na het gebruik van de preparaten drogen (niet met een föhn) en verwijder de dode luizen met een stofkam. Dode neten kunnen verwijderd worden met een Nisskakam. Het is belangrijk de haren van de kinderen regelmatig te kammen en door de kam een verbandgaas of watten te trekken zodat de neten hieraan blijven plakken. f) Ook is het mogelijk gedurende tien dagen elke dag met een stofkam de uit de eitjes gekomen levende luizen uit het haar te kammen. Hoewel deze methode in principe ook effectief is, blijft het kind gedurende deze periode besmettelijk. De vorige methode heeft daarom de voorkeur. g) Steeds dient u besmette kleding, beddengoed en dergelijke te reinigen in een was van 60 graden Celsius of gedurende achtenveertig uren in een afgesloten plastic zak te bewaren. a) b) c) d)
Hoofdluisbeleid op onze school Wij zijn van mening dat zowel de school als de ouders verantwoordelijkheid dragen met betrekking tot de bestrijding van hoofdluis. De school neemt hiertoe een aantal voorzorgsmaatregelen waardoor de verspreiding van hoofdluis zoveel mogelijk beperkt wordt. Het is de verantwoordelijkheid van de ouders om de kinderen te controleren op hoofdluis en zo nodig te behandelen. Een werkgroep op school heeft de taak om op een aantal vaste tijdstippen, zes keer per schooljaar, de leerlingen te controleren op hoofdluis. Indien hoofdluis bij een kind wordt geconstateerd, zullen de desbetreffende ouders hiervan in kennis worden gesteld. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
70
Individuele hoorapparaten Goed werkende hoorapparatuur is onontbeerlijk om het onderwijs goed te kunnen volgen. Indien er problemen zijn met de hoortoestellen of het cochleair implantaat van slechthorende en dove kinderen, moeten ouders zich zo snel mogelijk wenden tot de eigen leverancier of tot het CI-team. Daarnaast vragen wij ouders om reservebatterijen mee naar school te geven. Informatievoorziening gescheiden ouders De wet biedt de school een duidelijke richtlijn ten aanzien van het verstrekken van informatie aan gescheiden ouders. School is verplicht beide ouders te informeren. Ook de ouder die niet met het ouderlijke gezag is belast, heeft recht op informatie. Alleen in het geval van zwaarwegende argumenten kan hiervan worden afgeweken. De wet schrijft niet voor welke informatie gegeven moet worden. Ons beleid is als volgt: uitgangspunt van onze school is dat beide ouders samen naar de ouderavonden komen. Indien dit niet mogelijk is, verwacht de school dat de ene ouder, of de ouder die met het gezag over het kind is belast (de verzorger), de andere ouder informeert omtrent de ontwikkeling en vorderingen van het kind. Helaas gebeurt dit niet altijd. De ouder die niet met het gezag belast is en wel geïnformeerd wil worden, dient dit bij de school kenbaar te maken. Aangegeven kan worden van welke informatie hij/zij op de hoogte gebracht wenst te worden, zoals de schoolgids, de ouderavonden, de contactavonden, de schoolresultaten de rapporten, de informatie aangaande schoolreizen, de verwijzing naar het het vervolgonderwijs en aanmeldingen bij het REC. Als het niet toegestaan is dat informatie wordt gedeeld - bijvoorbeeld op basis van een gerechtelijke uitspraak - moet het schriftelijke bewijs hiervan aan de directie worden voorgelegd. Jeugdgezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Zuid Limburg volgt de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van alle kinderen van 4 tot 19 jaar. Wij nodi gen uw kind regelmatig uit voor een gezondheidsonderzoek of een inenting. Ook met vragen over opgroeien en opvoeden of zorgen om uw kind kunt u altijd bij ons terecht. Het team JGZ werkt nauw samen met school en andere organisaties in het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG).
Gezondheidsonderzoek Uw kind wordt uitgenodigd voor een onderzoek bij instroom van het S(B)O en rond de leeftijd van 10 jaar. Tijdens het onderzoek kijken we bijvoorbeeld naar groei, motoriek, spraak en sociaal-emotionele ontwikkeling. Door uw kind goed te volgen probeert de GGD eventuele problemen op tijd op te sporen en te helpen voorkomen. Als blijkt dat uw kind extra hulp of zorg nodig heeft, kijken we samen wat daar voor nodig is. We werken hierin nauw samen met andere organisaties binnen het CJG. De onderzoeken vinden plaats in het CJG, op school of bij de GGD Zuid Limburg.
Uw informatie is erg belangrijk U als ouder/verzorger kent uw kind vaak het beste. Om te weten of er dingen zijn Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
71
waar we extra op moeten letten, vragen we u om van tevoren een vragenlijst in te vullen. Hierin komen allerlei gezondheidsaspecten aan bod. Uiteraard gaan we zorgvuldig om met alle persoonsgegevens van u en uw kind.
Inentingen In het kalenderjaar dat uw kind 9 jaar wordt, krijgt het de laatste twee inentingen tegen DTP (difterie, tetanus, polio) en BMR (bof, mazelen, rodehond). Meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar worden bovendien de HPV-vaccinatie tegen baarmoederhalskanker. U ontvangt een oproep voor de gratis prikken. Deelname is niet verplicht.
Vragen of zorgen? Heeft u vragen over de ontwikkeling of het gedrag van uw kind. Is er sprake van leerproblemen of andere problemen. Maakt u zich zorgen? Neem dan contact op met het Team JGZ. Wij helpen u graag!
Contact Inge van Heugten, jeugdarts Sanne Welters, jeugdverpleegkundige Laura Holtus, jeugdverpleegkundige Marjo Gerards, doktersassistente Team JGZ Hoensbroek Aanwezig op: maandag, dinsdag en woensdag E:
[email protected] T: 045-8506691 www.ggdzl.nl/jeugdgezondheidszorg De nevenvestiging in Roermond valt onder de GGD Limburg-Noord. In het wettelijk vastgelegd basistakenpakket JGZ staat welke zorg er op welke momenten aan kinderen in Nederland moet worden geboden. De JGZ biedt deze basiszorg en richt zich op het bevorderen van een gezonde groei en ontwikkeling van kinderen vanaf de zwangerschap tot de leeftijd van negentien jaar. Naast het kind staat de opvoeder centraal en wordt rekening gehouden met de omgeving waarin het opgroeit. Extra aandacht gaat uit naar kinderen en gezinnen waar gezond en veilig opgroeien niet vanzelfsprekend is. Het team van de Jeugdgezondheidszorg draagt zorg voor het plannen van de gezondheidsonderzoeken waarvoor kinderen in het schooljaar 2014-2015 in aanmerking komen. Het team bestaat doorgaans uit een arts, een verpleegkundige, een logopedist en een assistent. Iedereen kan bij het team Jeugdgezondheidszorg terecht met vragen over onderwerpen betreffende de gezondheid. Voor uitgebreide informatie kunt u terecht op de website van de GGD: www.ggdlimburgnoord.nl. GGD Limburg Noord Drie Decembersingel 50 5921 AC Venlo-Blerick. Telefoonnummer voor ouders van kinderen in de leeftijd tot vier jaar: 088-6108861. Bereikbaar op maandag t/m vrijdag van 08.30 – 17.00 uur. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
72
Telefoon voor ouders en/of kinderen in de leeftijd van vier tot negentien jaar: 088-1191111. Bereikbaar op maandag t/m donderdag van 08.30 – 17.00 uur en op vrijdag van 08.30 – 14.00 uur. Jeugdtijdschriften In Hoensbroek zorgt Sandra Heijnens voor de administratie en de verspreiding van een aantal jeugdtijdschriften: Jippo, Flo, Hoj, Dokadi, Doremi, Flits, Boekenboot, Top Magazine en Click. In Roermond wordt dit verzorgd door Dorry Vossen. Klassenapparatuur Klassenapparatuur wordt gebruikt in alle groepen SH/Doof, behalve in de kleutergroepen. Bij het gebruik van klassikale versterkingsapparatuur wordt gezocht naar de beste geluidskwaliteit voor ieder individueel kind. Maatschappelijk werk De maatschappelijk deskundige Sandra Schiltmans is, behoudens afwezigheid in verband met huis- of schoolbezoeken, op maandag, dinsdag en vrijdagochtend op school te bereiken. Als zij niet op school aanwezig is, kunt u uw naam en telefoonnummer doorgeven, zodat zij u kan terugbellen. Onderzoeken Wettelijk verplicht zijn de onderzoeken: - ten behoeve van de indicatiestelling en herindicatie; - bij de overgang van het speciaal onderwijs naar het voortgezet speciaal onderwijs en - bij het verlaten van de school. Na afloop van genoemde onderzoeken worden de ouders op de hoogte gesteld van de resultaten. Ook tussendoor vinden onderzoeken en besprekingen van kinderen plaats. Ouders worden steeds daarover geïnformeerd. Onderzoek keel-, neus- en oorarts (KNO-arts) Jaarlijks onderzoekt een KNO-arts de leerlingen in Hoensbroek. Deze controle vindt plaats bij Adelante (Audiologie). Op grond van het onderzoek geeft deze arts onder meer advies in verband met het zwemmen en verwijst hij eventueel door naar de behandelend KNO-arts van uw kind. U krijgt hierover bericht van Adelante (Audiologie). In Roermond komt de KNO-arts van Adelante (Audiologie) twee keer per jaar naar school voor een controle. Overblijven De Mgr. Hanssen is een streekschool en om die reden verblijven de kinderen de hele dag op school. Het meegebrachte brood en fruit wordt in de klas opgegeten onder toezicht van de groepsleerkracht en/of de assistente. Voor melk, chocomel of andere dranken wordt van de ouders een eigen bijdrage gevraagd.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
73
Parkeren Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag geldt een parkeerverbod op de weg langs de school van 15.00 uur tot 16.00 uur en op woensdag van 12.00 uur tot 13.00 uur. Dit verbod is ingesteld in verband met het aan- en afrijden van de schoolbusjes. Rapporten Vanaf niveaugroep 3 krijgen de kinderen tweemaal per jaar een rapport of kindverslag: het eerste op 12 december 2014 en het tweede op 10 juli 2015. Ieder kind heeft een eigen aanleg, tempo en niveau van ontwikkeling. Met betrekking tot de inhoud van het rapport houden wij daar op school rekening mee. Bij de kleuters worden de observatieschema's van het kleutervolgsysteem tweemaal per jaar besproken. Rookverbod Op school geldt een algemeen rookverbod, dat betekent: - dat er in het schoolgebouw niet gerookt mag worden; - dat roken op het schoolplein en in het zicht van de kinderen niet toegestaan is. Rooster van vakanties en vrije dagen Wij proberen ons zo veel mogelijk te conformeren aan de adviezen die verkregen worden van het bestuur en de regio. Helaas sluit dit rooster niet altijd aan voor ouders met kinderen die in een andere regio naar school gaan. Het vakantierooster van 2014-2015 Herfstvakantie 20-10-2014 t/m 24-10-2014 Kerstvakantie 22-12-2014 t/m 02-01-2015 Voorjaarsvakantie 16-02-2015 t/m 20-02-2015 Pasen 06-04-2015 Meivakantie 27-04-2015 t/m 08-05-2015 Pinksteren 25-05-2015 Zomervakantie 20-07-2015 t/m 29-08-2015
Kleutervrije woensdagen op: 10 september 2014 11 maart 2015 1 oktober 2014 1 april 2015 12 november 2014 3 juni 2015 3 december 2014 24 juni 2015 21 januari 2015 8 juli 2015 4 februari 2015 Vrije uren Carnavalsmiddag Studiedagen studiedag 1 studiedag 2
13-02-2015 nog nader te bepalen nog nader te bepalen Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
74
Schoolfotograaf Jaarlijks maakt de schoolfotograaf individuele en klassenfoto’s. Ouders worden in de gelegenheid gesteld deze foto’s te kopen. Schooltijden Bij wet is bepaald dat de begin- en eindtijden voor alle kinderen van de school gelijk zijn. Voor jonge kinderen, die 23.45 klokuren onderwijs per week ontvangen, zijn meer pauzemomenten ingelast dan voor de oudere kinderen die vanaf acht jaar 25.45 klokuren onderwijs per week krijgen. Voor kinderen van drie jaar die van ver komen en nog niet in staat zijn om hele dagen aan het onderwijs deel te nemen, proberen we in overleg met de ouders en de gemeente een regeling te treffen zodat zij alleen 's ochtends naar school hoeven komen. Op de hoofdlocatie en de dependance zijn de pauzes gescheiden in verband met het grote aantal leerlingen in deze gebouwen. De kinderen die onderwijs volgen in de dependance en in de nevenvestiging in Roermond krijgen een kwartier korter middagpauze . Voor hen stopt de school een kwartier eerder zodat alle kinderen tegelijk vanaf het hoofdgebouw aan de Zandbergsweg kunnen vertrekken. Schooltijden: Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag - hoofdgebouw - dependance in Hoensbroek - nevenvestiging in Roermond
09.00 tot 15.30 uur 09.00 tot 15.15 uur 09.00 tot 15.15 uur
Woensdag - alle gebouwen
09.00 tot 12.45 uur
Sponsoring Sponsoring is in het maatschappelijk verkeer een bekend verschijnsel. Ook op onze school komt dit voor. Er is uitsluitend sprake van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie verlangt van de school, het personeel en/of de leerlingen waarmee deze in schoolverband worden geconfronteerd of als het bestuur, het personeel of leerlingen uit eigen beweging overgaan tot het leveren van een tegenprestatie. Schenkingen, ouderbijdragen en gelden van het ministerie en de gemeente vallen niet onder het begrip sponsoring. Onze school en haar bestuur zijn van mening dat sponsoring binnen de school is toegestaan mits voldaan wordt aan enkele voorwaarden. Daartoe is een gedragscode op het gebied van sponsoring opgesteld. Indien een mogelijke sponsor zich bij de school aanmeldt, toetst de directeur of Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
75
dit verzoek voldoet aan de voorwaarden. Vervolgens wordt een sponsorovereenkomst opgesteld. Deze sponsorovereenkomst dient door de directeur ter instemming te worden voorgelegd aan de MR. Met sponsoring gemoeide zaken die in hun geldwaarde een bedrag van € 500 te boven gaan, zal de directeur hierover het schoolbestuur vooraf informeren. Ouders die niet akkoord gaan met de aan een vorm van sponsoring verbonden tegenprestaties, kunnen een klacht indienen bij het bestuur of de klachtencommissie (zie elders in deze gids). Indien u geïnteresseerd bent in de totale inhoud van de gedragscode betreffende sponsoring, kunt u zich wenden tot de directeur van onze school. Telefoneren We verzoeken u vriendelijk de leerkrachten niet tijdens de lesuren op te bellen. Een boodschap kan altijd doorgegeven worden en als u de leerkracht graag persoonlijk wilt spreken kan dat meestal vóór school of tijdens de pauzes. Telefoonnummers: - hoofdgebouw Hoensbroek 045-5636500 - dependance Hoensbroek 045-5631263 - nevenvestiging Roermond 0475-854390 Therapie Het aantal kinderen met motorische en stotterproblemen neemt gestaag toe. Voor een evenwichtige ontwikkeling is het belangrijk dat hier voldoende aandacht voor is. De Mgr. Hanssen heeft samenwerkingsovereenkomsten gesloten met praktijken voor fysiotherapie, ergotherapie en stotterproblemen. Afspraken zoals over de duur van de behandeling en de urgentie worden in overleg met ouders en school gemaakt. ● Kinderfysiotherapie Kinderfysiotherapie is ondersteunend aan het onderwijs als er sprake is van een vertraagde of onvoldoende motorische ontwikkeling. Kinderfysiotherapie heeft de optimale ontwikkeling van het kind als uitgangspunt en richt zich specifiek op de ontwikkeling van het bewegend functioneren. De Mgr. Hanssen heeft voor de locatie in Hoensbroek een samenwerkingsovereenkomst met de praktijk voor fysiotherapie Logister & Kurvers te Heerlen. Adres website: http://www.logister-fysiotherapie.nl Op maandag, woensdag en vrijdag is kinderfysiotherapeut Gaby Gelissen op school aanwezig. Zij is te bereiken op telefoonnummer 045-741069 (praktijk) en via haar mailadres op school:
[email protected] Voor de locatie in Roermond heeft de Mgr. Hanssen een samenwerkingsovereenkomst met de praktijk FYSIO plus op de locaties Maasbracht en Roermond. Adres website: http://www.fysioplus.net Op donderdag is kinderfysiotherapeut Maayke van Halbeek op school aanwezig. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
76
Zij is te bereiken op telefoonnummer 0475-463284 van de praktijk FYSIO plus. ● Kinderergotherapie Kinderergotherapie richt zich op het behandelen van kinderen met beperkingen of problemen in hun dagelijks handelen met als doel het zo zelfstandig mogelijk te functioneren. De Mgr. Hanssen heeft voor de locatie Hoensbroek een samenwerkingsovereenkomst met de praktijk Kinderergotherapie Parkstad. Adres website: http://www.kinderergotherapie-parkstad.nl Op maandag, dinsdag en vrijdag zijn de kinderergotherapeuten Nicole Schroijen of Ellen Theunissen op school aanwezig. Telefoonnummer Carla van Berkel: 06-51374507. Telefoonnummer Ellen Theunissen: 06- 53643908 ● Stottertherapie Uitgangspunt bij stottertherapie is het kind en zijn hulpvraag. Via directe of indirecte therapie gecombineerd met ouderbegeleiding wordt gewerkt aan het verbeteren van de spraak en taal. De Mgr. Hanssen heeft voor de locatie Hoensbroek een samenwerkingsovereenkomst met de Maatschap voor Logopedie en Stottertherapie. Adres website: http://www.logopedie-lammerslaroes.nl Op maandag is de stottertherapeut Majella Lammers op school aanwezig. Zij is bereikbaar op het telefoonnummer van de praktijk: 045-5271228. Toezicht Op de speelplaatsen wordt door meerdere medewerkers toezicht gehouden; bij een ongeval worden de ouders geïnformeerd. Verkeersexamen Wij vinden het noodzakelijk dat onze leerlingen zich thuis voelen in het verkeer ondanks hun handicap. Naarmate de kinderen ouder worden, moeten ze leren omgaan met verkeerssituaties die moeilijker worden. Het is van belang dat zij zich ook in onbekende omgevingen kunnen redden als verkeersdeelnemer. Wij raden u daarom aan regelmatig met uw kind(eren) te gaan fietsen! Voor onze slechthorende kinderen is het belangrijk dat zij een SH-plaatje achter op de fiets hebben. Verkeersdeelnemers zullen doorgaans rekening houden met uw kind, hetgeen de veiligheid verhoogt. Om te zijner tijd aan het verkeersexamen te kunnen deelnemen, moeten kinderen een fiets hebben die aan de veiligheidsnormen voldoet. Deze normen zijn vastgesteld door ‘Veilig Verkeer Nederland’. Zie ook: http://www.veiligverkeernederland.nl Vervoer Na indicatiestelling en toelating tot de Mgr. Hanssen kunnen ouders bij hun gemeente het vervoer regelen. Voor jonge kinderen onder de vier jaar kan alleen onderwijs in de ochtenduren gewenst zijn; medewerking van de gemeente voor een speciale vervoersregeling is hiervoor noodzakelijk. Ook dient hiervoor een ontheffing bij de inspectie voor Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
77
het onderwijs te worden aangevraagd. Coördinator vervoer van de school, Frans Hayen, bemiddelt hierin. Ook voor vervoersproblemen kunt u bij hem terecht. De volgende vervoersbedrijven verzorgen het vervoer van de leerlingen: AVL Bredeweg 397, 6043 GD Roermond 0475-333556 AA-taxi Julianastraat 6, 6441 BT Brunssum 045-5252114 Budé Craubekerstr. 35, 6343 RC Klimmen 045-4051603 Citytax Bleijerheidestr. 12, 6462 AK Kerkrade 045-5424242 Connexxion Lucas Gasselstr. 2, 5613 LB Eindhoven 040-2155010 Cordewener Heerlerweg 12, 6367 AE Voerendaal 045-5751292 Geelen Beegderveld 14, 6099 NC Beegden 0475-582292 Haagmans Nieuweweg 16-18, 6301 ET Valkenburg 043-6015555 Hanneman/ Strijthagerweg 125, 6467 BR Kerkrade 045-5452666 De Toerist Horn Rijksweg 49a, 6085 AB Horn 0475-582273 H-tax Keekstraat 46, 6413 HP Heerlen 045-5218080 Leeuw, de Hennesweg 36, 6035 AD Ospel 0495-632039 Leudal Berikstraat 29, 6082 AM Buggenum 0475-591461 Litax Heerstraat 23, 5953 GE Reuver 077-4747111 Loo van Rijksweg 198a, 6271 AH Gulpen 043-4504050 Meurs van Waalbroek 5, 6369 TE Simpelveld 045-5442776 Munckhof Handelstraat 15, 5961 PV Horst 077-3978800 Nelissen Limburgerstr. 90, 6267 CG Cadier en Keer 043-4071343 Princen Maaseikerweg 155, 6005 AD Weert 0495-580200 Rooy van Hompertsweg 12, 6371 CX Landgraaf 045-5311494 Ruyters Heerenweg 267, 6414 AJ Heerlen 045-5230000 Schmitz Handelsweg 3, 6114 BR Susteren 046-4491541 Schreurs Schipperswal 20, 6041 TC Roermond 0475-334600 Sevriens Kerkstraat 81, 6104 AB Koningsbosch 0475-301839 Trafficon Kapellerlaan 29, 6041 JB Roermond 0475-772177 Varst, v.d. Zandstraat 17, 6065 AD Montfort 0475-541929 WillemsenBlankeweg 22, 6827 BW Arnhem 026-3232000 De Koning Wolters A. Einsteinweg 15, 6045 GX Roermond 0475-531787 NB. Afhankelijk van de diverse gemeenten die het vervoer van de kinderen moeten regelen, kan het voorkomen dat er in de loop van de tijd veranderingen optreden in bovenstaande lijst. Tijdens het samenstellen van deze schoolgids waren geen veranderingen bekend.
Regels met betrekking tot het vervoer
− De vervoerder zorgt ervoor dat, indien van toepassing, de leerlingen in- en uitstappen aan de veilige kant van de weg. De ouder(s) zijn verantwoordelijk voor het kind totdat het ’s morgens in de bus zit. − De vervoerder is daarna verzekerd tegen ongevallen. − Op school aangekomen zorgt de vervoerder ervoor dat de leerlingen veilig uitstappen en begeleidt hij/zij de leerlingen tot aan de poort. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
78
− Vanaf 8.40 uur kunnen de kinderen bij de poort worden afgezet. Vanaf die plaats en dat tijdstip neemt de ‘poortwachter’ de verantwoordelijkheid over. − Indien de vervoerder, om welke reden dan ook, na 08.55 uur op school aankomt, dient hij/zij de kinderen tot in de groepswerkruimten te begeleiden. − Na school zorgen de groepsleerkrachten er samen met de vervoerder voor dat de leerlingen veilig instappen. − De kinderen worden zo spoedig mogelijk na het einde van de schooltijd opgehaald. De school eindigt in Hoensbroek op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag op 15.30 uur en in Roermond om 15.15 uur. Op woensdag eindigt de school op beide locaties om 12.45 uur. − De vervoerder mag pas vertrekken wanneer alle kinderen van zijn bus zijn ingestapt. − Pas als de busjes vertrokken zijn, kunnen andere voertuigen van de parkeerplaats wegrijden. − Bij thuiskomst dienen de ouders of andere verzorgers de kinderen weer op te vangen. − Als ouders met het busje mee willen rijden, moeten zij dat zelf regelen via de gemeente en/of taxicentrale. − Wanneer de vervoerder onderweg vertraging heeft, probeert hij/zij de school daarover in te lichten. − Ouders en personeel dienen ervoor te zorgen dat de parkeerplaatsen voor de busjes in Hoensbroek langs de straatkant vanaf 12.00 uur en vanaf 15.00 uur vrij zijn. − In het zicht van de kinderen mag er door de chauffeurs niet gerookt worden. − Bij ziekte van een kind moeten de ouders: ● de vervoerder tijdig waarschuwen zodat er niet onnodig gereden wordt en ● de school telefonisch op de hoogte stellen (niet via de vervoerder). − Wanneer het kind na school niet met het aangepast vervoer naar huis gaat, moeten de ouders: ● de vervoerder waarschuwen en ● een briefje meegeven voor de leerkracht waarin de naam van degene die het kind komt halen, wordt vermeld. Zonder dit briefje mag het kind niet meegegeven worden. − Wanneer een kind door omstandigheden zoals ziek worden onder schooltijd eerder naar huis gaat, geven de ouders dit door aan het vervoersbedrijf. − Als een kind later dan het eind van de schooltijd wordt opgehaald, gelieve dan het kind in het schoolgebouw op te halen. − Wanneer er een andere vervoerder op de bus gaat rijden, wordt u vriendelijk verzocht dat door te geven aan de school, ook als de indeling van de leerlingen in de bus verandert. Dit in verband met het actueel houden van het leerlingenbestand in de vervoersadministratie. − Indien zich problemen rondom het vervoer voordoen, dienen ouders zich in eerste instantie te wenden tot het betreffende taxibedrijf; mocht een en ander niet tot tevredenheid worden opgelost, dan kunt u zich wenden tot Frans Hayen, coördinator vervoer van de school. Verzekering INNOVO heeft voor alle scholen en de daaraan verbonden leerkrachten, Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
79
vrijwilligers en leerlingen de volgende collectieve verzekeringen afgesloten: -
Bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering Ongevallenverzekering Reisverzekering Werkgeversaansprakelijkheid motorvoertuigen.
De bovenstaande verzekeringen zijn afgesloten via onze tussenpersoon, Meeùs Assurantiën te Heerlen. Deze polissen worden hieronder nader beschreven. Naast deze verzekeringen zijn er nog overige verzekeringen van toepassing, niet collectief geregeld, waarvoor de gemeente verantwoordelijk is. Bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering, doorgaans genoemd de WA-verzekering. Deze verzekering heeft tot doel toegebrachte schade (personen- en zaakschade, en de hiermee gepaard gaande gevolgschade) te vergoeden, voor zover die het gevolg is van handelen of nalatigheid van verzekerden, die daarvoor aangesproken worden. De dekking is van kracht voor bestuur, leerkrachten, overig personeel, ouders en leerlingen en vrijwilligers, voor zover zij optreden in onderwijs- respectievelijk schoolverband, zowel in de school als daarbuiten. Ongevallenverzekering Deze verzekering heeft tot doel een eenmalige uitkering te verstrekken naar aanleiding van een ongeval. De ongevallenverzekering is van kracht tijdens de schooluren en alle activiteiten in schoolverband, alsmede gedurende één uur hiervoor en hierna, of zoveel langer als het rechtstreeks komen en gaan van de activiteiten vergt. De dekking is van kracht voor leerlingen, personeelsleden en alle ondergeschikten van de school. Reisverzekering Deze verzekering is van kracht tijdens reizen, kampen en excursies welke door of onder toezicht van INNOVO plaatsvinden. Er is onder andere dekking voor verlies of diefstal van eigendommen, geneeskundige kosten en extra gemaakte kosten. De dekking is van kracht voor leerlingen, personeelsleden en alle ondergeschikten van de school. Werkgeversaansprakelijkheid motorvoertuigen (WEGAM) Deze verzekering dekt de schadevergoedingsverplichting van INNOVO op grond van artikel 7:611 BW en 7:658 BW voor niet elders verzekerde schade als gevolg van een ongeval die de verzekerden kunnen lijden tijdens verkeersdeelname doordat zij in het kader van hun werkzaamheden bij een ongeval betrokken raken. Hieronder valt eveneens personen- en zaakschade waarvoor INNOVO op grond van artikel 7:611 BW gehouden is zorg te dragen voor een behoorlijke verzekering. De dekking is van kracht voor werknemers, uitzendkrachten, oproepkrachten, stagiaires, gedetacheerden en vrijwilligers. Overige verzekeringen Opstal en Inventaris Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
80
Schade aan inventaris, gebouw en terrein van schoolgebouwen veroorzaakt door inbraak, diefstal, vandalisme of als gevolg van weersomstandigheden worden niet door het schoolbestuur verzekerd. Voor deze onderdelen is de economische eigenaar van de schoolgebouwen verantwoordelijk. Dit betreft in vrijwel alle gevallen de gemeente. Evenementen Voor schoolevenementen waarbij van derden materiaal / middelen worden gehuurd (bijv. huren feesttent, audio/licht, stellages, etc.) is een aanvullende evenementenverzekering aan te bevelen. Deze dient de school zelf af te sluiten via Meeùs Assurantiën. De gebruikelijke aansprakelijkheid- en ongevallenverzekering is wel van toepassing op deze schoolgerelateerde evenementen. Vrijetijdsbesteding Omdat onze school een streekschool is, missen de leerlingen vaak het contact met buurtgenootjes. Om de omgang met kinderen uit de eigen omgeving zoveel mogelijk te bevorderen, willen wij iedereen aanraden te zoeken naar een club of vereniging (sport, spel of gezelligheid) waarin uw kind kan omgaan met leeftijdgenoten uit de eigen straat of wijk. Met het oog op de kleuters zou u bijvoorbeeld kunnen overleggen met de buurtschool of uw kind die ene woensdagochtend per maand waarop het vrij heeft (zie ook hoofdstuk IV) die school kan bezoeken. Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) De school moet voldoen aan de eisen die de Wet Bescherming Persoonsgegevens stelt. Het dossier van de leerling bestaat uit twee componenten: de administratieve gegevens en onderwijskundige informatie die van belang is voor de begeleiding van de leerling. De gegevens van leerlingen worden voor der den ontoegankelijk bewaard. Wij voldoen ook aan de eisen van de WBP inzake het communiceren van gegevens naar het vervolgonderwijs bij de overgang van leerlingen. Leerlingenadministratie Met de leerlingenadministratie wordt voldaan aan de verplichtingen van artikel 6, lid 1 van het bekostigingsbesluit WPO (Wet op het Primair Onderwijs) tot het voeren van een overzichtelijke administratie van de inschrijving, de uitschrijving en het verzuim van de leerling. De administratie bevat persoonsgegevens, die vallen onder de wet Bescherming Persoonsregistratie (WBP) en onder het Besluit gevoelige gegevens. Dit besluit geeft een aantal regels voor het opnemen van informatie over iemands geloof of levensovertuiging, ras en politieke gezindheid. In de leerlingenadministratie komen een aantal van deze gegevens voor. Deze gegevens worden slechts met toestemming van de ouders verstrekt aan derden. De bewaartermijn van deze gegevens is vastgelegd in het bekostigingsbesluit WPO en is vastgesteld op vijf jaar. Na deze termijn worden de gegevens vernietigd. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
81
Leerlingdossier Het leerlingdossier bevat rapporten, uitslagen van toetsresultaten, gegevens uit het leerlingvolgsysteem, verslagen van gesprekken met ouders en afspraken die met betrekking tot de leerling zijn gemaakt. De verwerking dient alleen voor de organisatie of voor het geven van onderwijs en de begeleiding van de leerling. Het onderwijs valt onder het Vrijstellingsbesluit, dat onderdeel uitmaakt van de Wet Bescherming Persoonsregistratie. Hiermee is geregeld dat er meer gegevens dan enkel de persoonsgegevens mogen worden bewaard. Deze gegevens worden op een deugdelijke wijze bewaard. Ook gegevens uit deze administratie worden slechts na toestemming van de ouders aan derden verstrekt. De bewaartermijn van deze gegevens is vastgesteld op twee jaar, met uitzondering van de situatie waarin de leerling is doorverwezen via de PCL (Permanente Commissie leerlingenzorg) naar een school voor Speciaal Onderwijs. De bewaartermijn is dan drie jaar conform de bepaling WPO. Als uitzondering op deze bewaartermijn geldt het bewaren van adresgegevens van (oud)leerlingen. Dit is toegestaan in verband met de organisaties van reünies. Ouders hebben recht tot inzage in al deze gegevens. Binnen de termijn van vier weken wordt voldaan aan hun verzoek. Op basis van het kopierecht mogen ouders gegevens kopiëren. Wanneer er sprake is van feitelijk onjuiste, onvolledige of niet ter zake doende gegevens of gegevens die in strijd zijn met een voorschrift van de Wet Bescherming Persoonsgegevens zijn ouders ertoe gerechtigd gegevens te verbeteren, aan te vullen, te verwijderen of af te schermen. Zij mogen ook op een andere manier zorgen voor het niet langer gebruiken van (onjuiste) gegevens. Het dossier van de leerling mag niet meegenomen worden buiten de school. Ten aanzien van externen worden dezelfde richtlijnen gehanteerd. Zonder toestemming van ouders mag het dossier niet worden verstrekt. De school respecteert de privacy van de leerling en zijn ouders en zorgt ervoor dat persoonlijke gegevens strikt vertrouwelijk blijven, conform de Wet Bescherming Persoonsgegevens. Indien leerlingen extra zorg en begeleiding nodig hebben, mogen regionaal samenwerkende partijen volgens genoemde wet informatie uitwisselen over een leerling, mits er sprake is van een zorgvuldige aanpak door de school en de andere partij. Belanghebbenden worden geïnformeerd over het gebruik van leerlinggegevens met betrekking tot de extra zorg en begeleiding en zij kunnen hier eventueel bezwaar tegen maken. Indien de school voor een leerling externe hulp moet inschakelen, mag zij ervan uit gaan dat ouders het leerrecht (leerplicht) van hun kind respecteren en hierbij binnen de grenzen van de redelijkheid en billijkheid ondersteuning en begeleiding bieden. Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
82
Zwemmen Op vrijdagochtend gaan alle kinderen in Hoensbroek (met uitzondering van de groepen voor jongste kleuters) naar het zwembad van Adelante. Vanwege capaciteitsproblemen zwemmen de oudste kleuters en de eindgroepen om de 14 dagen. Onder begeleiding en het toeziend oog van leerkrachten en assistentes krijgen de oudste kleuters watergewenningsoefeningen en mogen ze spelen in het ondiepe gedeelte van het zwembad. Vanaf niveaugroep 3 wordt zwemles gegeven, gericht op het behalen van een zwemdiploma. De zwemlessen worden gegeven door de gymnastiekleraar Ed Schut en een zweminstructeur van Adelante. De zwemlessen van de oudere leerlingen zijn mede gericht op toekomstige vrijetijdsbesteding. Ze maken kennis met vele mogelijke activiteiten in het water, zoals waterpolo, zwemwedstrijden en aquajogging. Op de vrijdagen dat er gezamenlijk een feest gevierd wordt (Kerstmis, Carnaval, Pasen, Communie) gaan de jongsten niet naar het zwembad. Voor de hogere groepen is er – in overleg met de klassenleerkracht – een alternatief programma. Vanuit Roermond gaan de leerlingen vanaf vijf jaar één maal in de veertien dagen op dinsdag naar zwembad De Roerdomp en krijgen daar les van het zwembadpersoneel. Zwemdiploma Per schooljaar wordt één keer afgezwommen voor een diploma. In de laatste vier schoolweken wordt alleen (proef) gezwommen door de kinderen die voor een diploma opgaan (vanaf niveaugroep 3). Ook in Roermond is er diplomazwemmen in de Roerdomp.
9
Adressen Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
83
ADELANTE Audiologie en Communicatie Zandbergsweg 111 6432 CC HOENSBROEK Tel. 045-5282828 www.adelante-zorggroep.nl
AZM afdeling logopedie P. Debyelaan 25 6229 HX Maastricht Tel. 043 – 387 6543 www.azm.nl
INNOVO Ruys de Beerenbroucklaan 29A 6417 CC Heerlen Postbus 2602, 6401 DC Heerlen Tel. 045-5447144 Website: www.innovo.nl
FODOK Nederlandse Federatie van Ouders van Dove Kinderen (FODOK). De Molen 89A 3995 AW Houten Postbus 354 3990 GD Houten Tel. 030 - 290 0360 www.fodok.nl
FOSS De Molen 89a 3995 AW Houten Postbus 14 3990 DA Houten Tel. 030 - 234 06 63 www.foss-info.nl
INSPECTIE voor het Onderwijs Rijksinspecteur : Mw. T. Wick-Campman www.onderwijsinspectie.nl
KENTALIS HOENSBROEK Zandbergsweg 111 Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
84
6432 CC Hoensbroek Tel. (045) 563 23 40 www.kentalis.nl
LEERPLICHTAMBTENAAR Als u contact wilt opnemen met de leerplichtambtenaar, kunt u dat doen bij de gemeente waar uw kind woont.
SIMÉA Siméa Christiaan Krammlaan 2 Postbus 222 3500 AE Utrecht Tel. 030 276 99 70 www.simea.nl
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
85
BIJLAGE 1 Wanneer een kind op de Mgr. Hanssen is geplaatst, kan vanaf dat moment en voor de duur van de plaatsing een overeenkomst tussen de ouderraad en de ouder(s) / verzorger(s) worden aangegaan middels het volgende model 'Overeenkomst Vrijwillige Ouderbijdrage'.
Overeenkomst Vrijwillige Ouderbijdrage 1. Het bestuur van de Oudervereniging van de Mgr. Hanssen (de Ouderraad), zijnde het uitvoerende orgaan voor de schoolse activiteiten, te dezen vertegen woordigd door de Penningmeester van de Ouderraad, mevr./dhr. ….., verder te noemen 'de school' en 2. mevr./dhr. ………….. (naam ouders/verzorgers), zijnde de wettelijke vertegenwoordigers van ………….. (naam leerling) en wonende te ……….. (plaats) aan de ……………….. (adres), verder te noemen 'de wettelijke vertegenwoordiger' In aanmerking nemende: • •
• • •
dat de wettelijke vertegenwoordiger de leerling heeft ingeschreven bij de school, welke inschrijving de school heeft aanvaard; dat de school naast het verzorgen van het reguliere onderwijs zich tevens sterk maakt voor een verdieping van het onderwijs door middel van diverse activiteiten, welke ten doel hebben de maatschappelijke en persoonlijke ontwikkeling van de leerling te bevorderen; dat het de wettelijke vertegenwoordiger vrij staat al dan niet, overeenkomstig de bepalingen genoemd in het Huishoudelijk Reglement van de Oudervereniging, gebruik te maken van de door de school aangeboden diensten en activiteiten; dat de wettelijke vertegenwoordiger het van belang acht dat de leerling deelneemt aan het onderwijsaanbod en de activiteiten die door de school verzorgd worden waarvoor hij bereid is de daarvoor geldende kosten te voldoen; dat de wettelijke vertegenwoordiger door het aangaan van deze overeenkomst ook gehouden is aan de daarin opgenomen bijdrage aan de school volledig en tijdig te voldoen; verklaren te zijn overeengekomen:
1. De wettelijke vertegenwoordiger wenst de leerling gebruik te laten maken van c.q. deel te laten nemen aan de volgende activiteiten, van welke activiteiten een uitgebreide omschrijving is opgenomen in het Huishoudelijk Reglement van de Oudervereniging: - Sinterklaas - Pasen - Kerstviering - Carnaval Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
86
2. De hoogte van de ouderbijdrage van schooljaar 2014-2015 is nog niet vastgesteld. De Algemene Leden Vergadering (ALV) van de Oudervereniging neemt het besluit bij eventuele wijziging van dit bedrag. De wettelijke vertegenwoordiger zal het hierboven genoemde totaalbedrag (of een gedeelte, overeenkomstig de termijn dat de leerling op school staat ingeschreven) op de rekening van de oudervereniging overmaken, uiterlijk op 1 oktober 2014. Het rekeningnummer is 144068699 t.n.v. Oudervereniging Mgr. Hanssenschool. Niet c.q. niet tijdig betalen betekent dat de leerling uitgesloten is van de genoemde activiteiten. 3. Ten aanzien van de ouderbijdrage hanteert de school de reductie- en kwijtscheldingsregeling welke in het Huishoudelijk Reglement van de Ouder vereniging is opgenomen. Onder bepaalde, door de school te beoordelen, omstandigheden kan de school de wettelijke vertegenwoordiger op diens verzoek gehele dan wel gedeeltelijke kwijtschelding van de verschuldigde ouderbijdrage verlenen ten aanzien van de ouderbijdrage. 4. Deze overeenkomst wordt voor de duur van één schooljaar aangegaan. Aldus overeengekomen en opgemaakt in tweevoud te ___________ d.d. __________
______________________ (handtekening wettelijke vertegenwoordiger)
_______________________________ (handtekening penningmeester Ouderraad)
Correspondentieadres: t.n.v. Oudervereniging Zandbergsweg 115, 6432 CC Hoensbroek Rekeningnummer Oudervereniging: 144068699.
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
87
BIJLAGE 2
Medewerkers Mgr. Hanssen
Directie Goossens, Paul (algemeen directeur)
[email protected]
tel. 045-5636500
Achten, Gonnie (locatiedirecteur hoofdgebouw) tel. 045-5636500
[email protected] Dirkx, Marianne (locatiedirecteur dependance)
[email protected]
tel. 045-5631263
Hazen, Leon (directeur externe dienst)
[email protected]
tel. 045-5631263
Orthopedagogen Kolenburg, Anne-marie Soerland van, Marianne GZ-psychologen Kerremans, Constance Smeding, Marjo Schoolmaatschappelijk deskundige Schiltmans, Sandra Externe adviseurs Heugten van, Inge Mercera, mevrouw Zoons, Marijke
(schoolarts GGD Zuid-Limburg) (schoolarts GGD Noord- en Midden-Limburg) (spraakpatholoog Adelante)
Kinderfysiotherapeuten Halbeek van, Maayke (Roermond) Gelissen, Gaby (Hoensbroek) Ergotherapeuten Schroijen, Nicole Theunissen, Ellen
(Hoensbroek) (Hoensbroek) Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
88
Stottertherapeuten Lammers, Majella
(Hoensbroek)
Coördinatie logopedie en herindicatie Stassen, Ed Intern begeleiders Ernes, Elise Houben, Brenda Soerland van, Marianne Stollman, Marian Poeth, Fieke Thissen, Gemmie •
(Roermond) (Hoensbroek: groepen M1 en M2) (Hoensbroek: kleutergroepen) (Hoensbroek: groepen A1 en A2) (Hoensbroek) (Hoensbroek: groepen M3 en E)
Onderwijsgevenden hoofdgebouw Hoensbroek (045-5636500) Leerkrachten Collaris, Anita Essers, Wendy Franssen, Caroline Gelder van, Tanja Gijzen, Mia Grinsven van, Debbie Hoenjet, Leona Houkes, Renate Jongen, Selma Kesselaer, Ellen Luijten, Vivian Notermans, Josée
Offermans, Babs Osten, Jolande Pelzer, Lynda Prooyen van, Kyra Raak van, Mieke Richter, Elsbeth Schuffelen, Angèle Smeets, Janine Timmermans, Anja Wetzels, Irene Zondag, Kim
Logopedisten Flapper, Pascàle Gennotte, Kirsten Pahlplatz, Jos Pierik, Dominque
Schouten, Eefje Stassen, Ed Verheijen, Jenny Verhooren, Esther
Klassenassistenten Bessems, Gaby Bremen, Petra Can van, Chantalle
Lambrix, Daisy Leblanc, Ank Mulders, Ans Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
89
Dohmen, Nicole Heijnens, Sandra Heuts, Anouk Ierland van-Mietus, Christine Jansen, Elke Kanyo, José •
Ortmans, José Palmen, Ellen Pannekoek, Sabrina Steinbusch, Loeke Tongos, Claudia Tubée, John
Onderwijsgevenden dependance Hoensbroek (045-5631263) Leerkrachten Aldenhoven, Sandra Arnoldussen, Joanie Berg van den, Kitty Bisschoff, Mariken Doornbos, Natascha Franken, Angelique Houtvast, Stella Jacobs, Stephanie
Langendijk, Dana Pasveer, Ellen Stassen, Wendy Tubée, Hans Stassen, Wendy Wensink, Ger de Wit, Meriam
Logopedisten van Antwerpen, Suzan Pelzer, Melanie Pfeiffer, Marieke
Roos, Debbie Welzen, Kim
Klassenassistenten Deurse van, Desirée Hoeksema, Metha Mulders, Ans Palmen, Ellen •
Penders, Nicolle Rombach, Helen Wielders, Suzanne Winkens, Aline
Onderwijsgevenden nevenvestiging Roermond (0475-854390) Leerkrachten Coox, Liv Godderij, Marloes Renkens, Tim Steins, Conny Logopedist Meijers, Anke
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
90
Klassenassistenten Montforts, Jennie Vossen, Dorry Wetzels, Wendy
Medewerkers Externe Dienst dependance Hoensbroek Bertrand, Simone Boer, Ger Bos, Wies Brug van, Diana Clignet, Karel Ernes, Elise Erven, Patricia Flekken, Margaret Graaff de, Ine Groven, Tonnie
•
Heemels, Marie-Ange Heinen, Marijke Kicken, Ria Op den Kamp, Harry Meegen van, Peggy Peters, Andrea Reijnaerts, Jolanda Relouw, Fransien Waelpoel, Brigitte
Overig personeel Vakleerkrachten gymnastiek Peerbooms, Dennis Schut, Ed
Administratie Denissen, Cobi Duren van, Maddy Schoonwater, Nicole Slabbers, Inie
Trajectbegeleider van den Berg, Gerdina
Coördinator beheer en facilities Hayen, Frans (tevens veiligheidscoördinator)
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
91
Conciërges en huishoudelijke dienst Laurentzen, Willy Meeuwsen, Robin Pepermans, Ildiko
Gebarentolk/docent Houben, Senna Moonen, Jossy
Mgr. Hanssen Schoolgids 2014 – 2015
92