Schoolgids

Schoolgids 2014-2015

Schoolgids OPDC St. Michael 2014-2015

-1-

Schoolinfo 2014-2015 OPDC St. Michael Maastricht OPDC ST. MICHAEL OrthoPedagogisch Didactisch Centrum www.opdc-stmichael.nl

Adres: Hunnenweg 4 6224 JP Maastricht tel.: 043 - 3473000 043 - 3472904 fax: 043 - 3540660

Locatiedirecteur: Mevr. José van Zoest - van Eijndhoven Teamleider: Dhr. Hub Stevens


-2-

Inhoudsopgave 1. Voorwoord 2. Wie of wat is het OPDC? 3. Instroom / doorstroom / uitstroom 3.1 Instroom 3.2 Doorstroom 3.3 Uitstroom 4. Organisatie 4.1 Bevoegd gezag 4.2 Inspectie 4.3 Medewerkers OPDC St. Michael 5. Schoolreglement 5.1 Gouden regels LVO + schoolregels 5.2 Schorsing/verwijdering 5.3 Verzuim 5.4 Verlof/lesuitval 5.5 Op tijd aanwezig zijn 5.6 Leerlingkluisje 5.7 Foto’s van leerlingen 5.8 Melden en registreren van ongevallen 6. Algemene informatie 6.1 Vakanties en vrije dagen 6.2 Lessentabel 6.3 Lestijden 6.4 Rapporten 6.5 Schoolagenda 6.6 Huiswerk 6.7 Het schoolkamp 6.8 Bibliotheek/documentatiecentrum 6.10 Eindexamen 7. Begeleiding 7.1 Intern 7.2 Extern 7.3 Psycholoog/orthopedagoog 7.4 Schoolmaatschappelijk werk 7.5 Decanaat 7.6 Logopedie 7.7 RT 7.8 Drama 8. Communicatie 8.1 Medezeggenschapsraad (MR) 8.2 Vertrouwenspersoon 8.3 Vertrouwensinspecteur 8.4 Informatieplicht aan ouders na echtscheiding 8.5 Wet bescherming persoonsgegevens 8.6 Afhandeling klachten 8.7 Meldingsplicht bij zedenmisdrijven 8.8 De Veilige School 8.9 Passend Onderwijs 8.10 Deelname van ouders aan het schoolgebeuren 8.11 De gezonde schoolkantine 9. Financiën en verzekeringen 9.1 Ouderbijdrage 9.2 Regeling boeken 9.3 Tegemoetkoming school- en studiekosten 9.4 Reiskostenvergoeding 9.5 Verzekeringen 10. Website


-3-

11. Bijlagen 1. Lessentabel 2. Overeenkomst ouderbijdrage 3. Overzicht verstrekkingen 4. Concept onderwijsovereenkomst 5. Gebruikersovereenkomst lesmateriaal 6. Concept voorwaarden laptopgebruik 7. Dyslexieprotocol 8. Pestprotocol 9. Genotmiddelenprotocol 10. Mediawijsheidmanifest 11. Overzicht door- en uitstroom 2014


-4-

1. Voorwoord

Geachte ouders/verzorgers, beste jongens en meisjes en andere belangstellenden, De uitgebreide informatie met betrekking tot schooljaar 2014-2015, in de vorm van de schoolgids van het OPDC St. Michael, ontvangt u alléén via de website. Alle leerlingen ontvangen op de eerste schooldag een informatiekaart met de meest belangrijke informatie en data. In het kader van ontwikkelingen van de reorganisatie van het onderwijs in Maastricht en ontwikkelingen in relatie met landelijke ontwikkelingen van Passend Onderwijs, zullen wij u zoveel mogelijk gedurende het schooljaar informeren. We doen dit d.m.v. een maandelijkse digitale nieuwsbrief. Met deze informatie willen we u een inzicht geven in het reilen en zeilen van het orthopedagogisch didactisch centrum. Het OPDC St. Michael is ván en vóór alle VO-scholen van het samenwerkingsverband. Het OPDC is een bovenschoolse onderwijsvoorziening met een schakelfunctie: leerlingen indien mogelijk terugleiden naar het regulier onderwijs. De visie wordt uitgedragen met het volgende statement: "Speciaal binnen het regulier”. Niet alleen het onderwijsleerproces staat centraal op het OPDC, maar ook en vooral het wegnemen van de belemmeringen, die plaatsing in het regulier voortgezet onderwijs (tijdelijk) in de weg staan. Een leerling moet zich op de eerste plaats veilig en geaccepteerd voelen. Vervolgens kan de leerling werken aan zijn leerachterstanden, leerproblemen, gedragsproblemen en aan de acceptatie en het leren omgaan met zijn probleem. De plaatsing op het OPDC is tijdelijk. De maximale verblijfsduur is in principe twee jaar. Afhankelijk van de voortgang van het traject wordt elk jaar opnieuw bekeken of plaatsing van de leerling op het OPDC gecontinueerd moet worden. Met als uitgangspunt wat kan de leerling, wat is goed voor de leerling en wat kan en wil de reguliere school voor voortgezet onderwijs. Het OPDC stelt jaarlijks, in samenspraak met ouders en leerlingen, hiertoe een onderwijsovereenkomst op. Het OPDC streeft een klimaat na, gekenmerkt door veiligheid, structuur en wederzijdse acceptatie. Betrokkenheid van u als ouders/verzorgers vinden wij erg belangrijk. Aarzel dan ook niet om contact op te nemen met het OPDC, wanneer bepaalde zaken voor u onduidelijk zijn of indien u opmerkingen of klachten hebt. Op deze wijze draagt u ook bij om het interne proces daar waar nodig bij te stellen en de kwaliteit te verbeteren. Op de site www.opdc-stmichael.nl vindt u het laatste nieuws, de schoolgids, en ook de informatie over de dagroosters. Samen met u willen we bereiken dat onze leerlingen over het OPDC zeggen: “Ik leer veel op allerlei gebied. Ik ga met plezier naar het OPDC, ik voel me op mijn gemak, ik hoor erbij en ik kan mezelf zijn”. Iedereen die bij het OPDC betrokken is, maar vooral onze leerlingen, wens ik, namens het hele team, een goed schooljaar toe.

Maastricht, augustus 2014 José van Zoest - van Eijndhoven, Locatiedirecteur OPDC St. Michael


-5-

2.

Wie of wat is het OPDC?

Voor wie is het OPDC St. Michael? Voor leerlingen die een combinatie van de volgende problematiek vertonen: leerproblemen, sociaal-emotionele problemen, gedragsproblemen. Het OPDC is er ten behoeve voor leerlingen van àlle leerwegen van het VMBO in de onderbouw en kan richtinggevend zijn voor Havo-leerlingen. Het OPDC biedt voor een kleine groep leerlingen VMBO-TL- en Voordeel- diplomering aan. Het OPDC St. Michael biedt: een omgeving waar de leerling gekend wordt, optimale kansen om te leren, alle zorg die een leerling nodig heeft, een goede overgang naar het regulier voortgezet onderwijs. Vorming van leerlingen Het OPDC is zodanig ingericht dat alle leerlingen de kans krijgen hun eigen kwaliteiten verder te ontwikkelen binnen een professionele orthopedagogische en orthodidactische setting. Onderwijsinhoudelijke visie/pedagogisch-didactische opvatting Het OPDC is een setting voor leerlingen die binnen het reguliere onderwijs de begeleiding niet kunnen krijgen die ze nodig hebben. Het richt zich met name op maatwerktrajecten voor leerlingen met sociaal-emotionele problemen in combinatie met leerproblemen/leerachterstanden en gedragsproblemen. Betekenis voor de leerlingen Het OPDC streeft een klimaat na, gekenmerkt door veiligheid, structuur en wederzijdse acceptatie. Een leerling die in het OPDC geplaatst wordt, heeft in principe de mogelijkheden in het regulier onderwijs teruggeplaatst te worden.


-6-

3.

Instroom / doorstroom / uitstroom

3.1 Instroom Leerlingen komen met leerachterstanden, sociaal-emotionele problematiek en/of gedragsproblematiek en persoonlijkheidsproblematiek binnen. Daarom is de kwaliteit van de instroomprocedures van belang. Een goede diagnose van de achterstanden op individueel- en groepsniveau en een schatting binnen welke tijd de achterstanden verdwenen kunnen zijn is onontbeerlijk. Op basis van de verzamelde gegevens vanuit dossier en eerste didactische toetsingen en observaties worden de handelingsplannen geformuleerd. Alle leerlingen krijgen een onderwijsovereenkomst voor de duur van één jaar. Per jaar wordt in samenspraak met het zorgteam bezien of de plaatsing op het OPDC gecontinueerd dient te worden. 3.2 Doorstroom Leerlingen worden geacht gedurende hun verblijf op het OPDC St. Michael hun achterstanden weg te werken en te werken aan hun andere problematieken. Het bewaken van dit proces op basis van een goed handelingsplan en leerlingvolgsysteem is cruciaal. Daarbij staat een aantal aandachtspunten centraal: Lopen de leerlingen hun achterstanden in; Doorlopen ze het programma op niveau van de betreffende leerweg; Hebben de leerlingen voldoende ontwikkeling doorgemaakt op sociaal-emotioneel gebied. Bovenstaande is te volgen door middel van de individuele handelingsplannen en binnen het digitale leerlingvolgsysteem. Gemiddeld 6x per jaar wordt het plan met alle betrokkenen besproken en bijgesteld. Het handelingsplan is het overdracht- en startdocument voor de nieuwe mentor. Het handelingsplan en het eindrapport worden in de laatste schoolweek geëvalueerd met alle ouders/verzorgers tijdens het eindgesprek. 3.3 Uitstroom De opbrengsten van de leerlingen die vanuit het OPDC schakelen na de onderbouw zijn goed te noemen. De volgende vragen zijn dan van belang: Hebben de leerlingen de onderbouw kunnen doorlopen binnen het eigen niveau? Vertonen ze gedrag dat een kansrijke start in het vervolgtraject mogelijk maakt? Is er sprake van doorlopende leerlijnen? Wanneer het zorgteam in samenspraak met àlle betrokken docenten een positief schakeladvies afgeeft, wordt het handelingsplan door de mentoren in het kader van een “warme overdracht” doorgesproken met de zorgcoördinatoren van de verschillende VO-scholen. Deze leerlingen worden nog één jaar ambulant begeleid vanuit het OPDC. De samenwerking met de VO-scholen is goed. De grootste groep leerlingen schakelt na de onderbouwperiode. Een kleine groep volgt de TL- diplomalijn op het OPDC.

4. Organisatie LVO geeft Limburg toekomst! Het OPDC St. Michael is onderdeel van de Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs, beter bekend als LVO, een onderwijsorganisatie met scholen voor voortgezet onderwijs verspreid over heel Limburg. Onze scholen zijn zonder uitzondering kleinschalig. Soms ziet u dat terug in het gebouw, soms in de organisatie binnen het gebouw. In een veilige omgeving ontdekt en ontwikkelt uw kind zijn talenten, onder begeleiding van deskundige docenten. Betrokken mensen die stáán voor onderwijskwaliteit. Die er samen met u voor willen zorgen dat uw kind lekker in zijn vel zit en het maximale uit zichzelf haalt. Kortom: we zetten ons in voor uitstekend onderwijs en bereikbare scholen van alle schooltypes voor Limburgse leerlingen. Daarmee geven we toekomst aan uw kind en aan onze provincie. 4.1 Bevoegd gezag Het OPDC St. Michael is onderdeel van de Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO) te Sittard. De Stichting LVO is het bevoegd gezag. Het College van Bestuur vertegenwoordigt de Stichting LVO. De Stichting LVO kent tevens een Raad van Toezicht.


-7-

Stichting LVO Bezoekadres Mercator 1 6135 KW Sittard Postadres Postbus 143 6130 AC Sittard Telefoon 046-4201212 College van Bestuur Dhr. H. A. L. van Hoof, voorzitter Dhr. drs. R.K.M. Bonekamp, lid Meer informatie? www.stichtinglvo.nl. U kunt ook mailen naar [email protected] Het OPDC maakt deel uit van het cluster LVO Maastricht met een bovenschoolse centrale directie. 4.2 Inspectie Dagelijks bereiken de inspectiekantoren vele telefoontjes van ouders, leerlingen en andere onderwijsconsumenten met vragen over het onderwijs in het algemeen of de inspectie in het bijzonder. Het beleid van de rijksoverheid is erop gericht alle vragen bij één loket binnen te laten komen. Dat loket is Postbus 51. De inspectie beantwoordt daarom geen telefonische vragen meer van onderwijsconsumenten. Eventuele vragenstellers worden doorgeleid naar postbus 51. Voor informatie kunt u terecht op: [email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (gratis)

4.3 Medewerkers OPDC St. Michael Directie: mevr. José van Zoest - van Eijndhoven Locatiedirecteur [email protected] Dhr. Hub Stevens Teamleider / zorgcoördinator en coördinator Rebound [email protected]

Onderwijspersoneel Dhr. Sasan Azodi Vertrouwenspersoon [email protected]

mu / du co-mentor 2C

Dhr. L. Baars [email protected]

nask 1 / tec / wi /co-mentor 2A PTA-coördinator

Mevr. Lisanne Bex [email protected]

gs co-mentor 3B

Dhr. Jo Boves [email protected]

ec / mij-le co-mentor Voordeelklas


-8-

Dhr. Rob Derwig [email protected]

bio / gs-ak

Dhr. Lars Franzen [email protected]

wi / bio co-mentor 2B

Dhr. Erik Gijbels [email protected]

lo / nask 2 / rt / rek mentor 2+

Dhr. Hans Hageman [email protected]

en / fa / ne mentor 2B

Mevr. Karin Jacobs [email protected]

du / ne / tad mentor 3A

Mevr. Iny Janson – Menten [email protected]

ne / z&w co-mentor 1B

Mevr. Marina Jonker – Knubben [email protected]

hv

Mevr. Irene van Kerkhof [email protected]

lo / rt / Rots en water co-mentor 1C

Mevr. Geertje Kroonen – Mulder Vertrouwenspersoon, voorzitter MR [email protected]

bio / nask 2 co-mentor 4A

Mevr. Judith Laemers [email protected]

ne / te/ tad mentor 1A

Mevr. Mieke Maessen [email protected]

wi / te / RT / CKV co-mentor 2C

Dhr. Peter de Moor [email protected]

bio / gs-ak co-mentor 2A

Mevr. Willemien Schoonbrood [email protected]

ne / fa / rt co-mentor 1D

Mevr. Silvy Schurgers [email protected]

en mentor 4B

Mevr. Lian Sporken Lid/secretaris MR [email protected]

ne co-mentor 4A

Dhr. Kevin Vandeberg [email protected]

ne / wi / ec mentor rebound-groep

Mevr. Nieke Veugen [email protected]

wiskunde / rekenen co-mentor 2A

Dhr. Harry Vrencken [email protected]

hv / tec + stage / CKV

Dhr. Stèfan Vulperhorst [email protected]

gs / ak


-9-

Mevr. Anja Weber [email protected]

du

Dhr. Ron Wierikx Examensecretaris [email protected]

wi co-mentor 3B

Mevr. Henriette Zoon [email protected]

dra + rt

Onderwijsondersteunend personeel Mevr. Corry Costongs – Salden (tot 01-10-2014) maatschappelijk deskundige [email protected] Mevr. Yvon Hendrix pedagogisch medewerker rebound [email protected] Mevr. Kim Janssen - Fiekers Logopediste,dyslexiespecialiste, rekenspecialiste en co-mentor 1C [email protected] Mevr. Lidy Maessen Co-mentor Voordeelklas Ergotherapeute [email protected] Mevr. Fati Kianersy maatschappelijk deskundige OPDC/rebound [email protected] Mevr. Joni Simons Psychologe [email protected] Mevr. drs. José Schreuders Orthopedagoge OPDC en rebound [email protected] Mevr. drs. Karen de Klerk Jeugdarts

niet- onderwijsondersteunend personeel Mevr. Phil Amory Leerlingenadministratie en receptionist [email protected] Mevr. Ans Creemers Applicatiebeheer Magister [email protected] Mevr. Angélica Crombag managementassistente [email protected]


- 10 -

Mevr. Iris Giepen Interieurverzorgster [email protected] Mevr. Magda Jongen - Rompelberg financiële administratie + assistent roostermaker [email protected] Dhr. Piet van Riet conciërge [email protected] Mevr. Jeanny Royen interieurverzorgster [email protected] Mevr. Rinie Timmermans(vrijwilligster) beheerder bibliotheek/documentatiecentrum [email protected] Mevr. E. Sullot Voorzitter ouderraad [email protected]

Indien u de directie of overige teamleden wenst te spreken, verzoeken wij u - om mogelijke teleurstelling te voorkomen - eerst telefonisch een afspraak te maken (043-3473000 / 043-3472904).


- 11 -

5. Schoolreglement

5.1 De 10 gouden LVO- regels en de specifieke schoolregels De 10 gouden regels Alle LVO-scholen hanteren de navolgende 10 gouden regels: 1. We hebben respect voor elkaar, elkaars eigendommen en onze omgeving; 2. We zijn samen verantwoordelijk voor een goede sfeer en goede gang van zaken; 3. We helpen elkaar waar dat nodig is; 4. We dragen allemaal bij aan een open communicatie: we lossen problemen op door erover te praten; 5. We pesten, bedreigen en negeren anderen niet; 6. We vinden dat op school alcohol, drugs, wapens en gokken niet thuishoren; 7. We vinden dat er geen plaats is voor racisme, discriminatie en geweld; 8. We staan voor een positieve houding, correct gedrag en net taalgebruik; 9. We doen altijd melding bij de politie in geval van diefstal, vernieling of geweld; 10. Bij ernstige zaken doen we, de school, aangifte. We houden ons aan bovenstaande gedragsregels en spreken anderen erop aan als ze dat niet doen. Schoolregels 1.

Gezond gedrag De school wil gezond gedrag en een verstandige leefstijl van de leerlingen bevorderen. Met betrekking tot genotmiddelen en gewoonten probeert de school door informatie(lessen), begeleiding en regelgeving een zorgzaam klimaat te scheppen. Roken Roken is tijdens schooltijd en in het schoolgebouw verboden. Drugsbepaling Het is verboden om cannabisproducten (zoals hasj, weed en marihuana) en overige drugs die onder de Opiumwet vallen te bezitten, te verhandelen of te gebruiken op school, op het schoolterrein en tijdens buitenschoolse activiteiten, zoals schoolfeesten, klassenavonden, excursies, schoolreizen, werkweken en sportdagen. Alcohol Gebruik van alcohol tijdens lessen, tussenuren en pauzes is verboden. Aan leerlingen wordt bij feesten géén alcohol verstrekt. Gokken Leerlingen mogen tijdens tussenuren en pauzes geen gokhal bezoeken of spelen op een speelautomaat. Spelen om geld in school is verboden.

2.

Een leerling, die te laat is, meldt zich altijd bij de receptie voor een telaat-briefje. Alleen met een telaat-briefje wordt de leerling toegelaten in de klas.

3.

Bij verwijdering uit de les dient de leerling zich te melden bij de teamleider/zorgcoördinator (Dhr. Hub Stevens) of locatiemanager (Mevr. José van Zoest-van Eijndhoven). Niemand verlaat de school zonder zich vooraf te melden bij de mentor of zorgcoördinator èn altijd bij de conciërge.

4.

Wanneer een leerling na een periode van ziekte, ook na één dag, weer terugkomt op school, meldt hij/zij zich zelf beter bij de conciërge. Dit is belangrijk voor de absentieregistratie.

5.

De toegang tot de school en het schoolterrein is uitsluitend voorbehouden aan de eigen leerlingen. Het is niet toegestaan anderen mee te nemen naar school of naar het schoolterrein.


- 12 -

6.

Bij aankomst op het schoolterrein, worden de fietsen gestald en wachten de leerlingen op het schoolterrein bij de fietsenstalling tot de deur wordt geopend. Vervolgens gaan ze naar hun kluisje en lopen naar het betreffende leslokaal.

7.

Tijdens de pauzes blijft iedereen op het schoolterrein (binnenplaats) of in de aula. Ook kan door een beperkte groep gebruik gemaakt worden van het pauzeproject tijdens de lunchpauze. Aan het overblijven zijn geen kosten verbonden. Surveillanten en docenten houden toezicht tijdens de pauzes.

8.

Als pauzeplaatsen gelden: de aula en/of het schoolplein (binnenplaats). Dus niet: de gangen, de hal, de fietsenstalling.

9.

Het nuttigen van brood, fruit, drinken e.d., gebeurt alleen in de aula of op het schoolplein.

10.

Het meebrengen en drinken van energydranken en cola, het meebrengen en nuttigen van grote zakken chips, koeken e.d. en het eten van kauwgum wordt niet toegestaan.

11.

Het dagelijkse buitencorvee wordt door de gehele groep uitgevoerd conform het corveerooster. Het corvee staat vermeld op het dagrooster.

12.

Leerlingen maken altijd gebruik van de achteringang.

13.

Leerlingen maken zoveel mogelijk tijdens pauzes gebruik van het toilet.

14.

Video- en audioapparatuur, smartboards e.d. worden bediend door de docent. In het computerlokaal wordt alleen onder begeleiding van een docent aan de computers gewerkt.

15.

Brommers/scooters worden te voet gestald in de voor hen bestemde stalling. Met klem wijzen wij erop fietsen, brommers en scooters op slot te zetten.

16.

De uitleentermijn van bibliotheekboeken uit het documentatiecentrum moet strikt in acht worden genomen. Gebeurt dit niet, dan wordt 'boete' in rekening gebracht.

17.

Gymspullen gaan na elke les mee naar huis. Het is goed je gymspullen te merken met een watervaste stift.

18.

Leerlingen van de onderbouw maken gebruik van een schoolagenda (zie de website voor meer informatie).

19a.

Petten/caps, mogen alleen buiten gedragen worden. (Het is dus verstandig deze op te bergen in je kluisje.)

19b.

Mobiele telefoons, mp3-spelers, i-pods enz. mogen alleen tijdens de pauzes gebruikt worden voor muziek en/of spelletjes, in de aula met oordopjes of buiten.

19c.

Bellen gebeurt alleen bij de conciërge en met aanwezigheid van een personeelslid.

20.

Mobiele telefoons mogen tijdens de lessen niet zichtbaar zijn en niet aanstaan, tenzij de docent dit nodig acht. Mocht een mobiele telefoon in beslag worden genomen, dan kan deze door de ouders na telefonische afspraak worden afgehaald bij de locatiemanager of bij de teamleider/zorgcoördinator.

21.

Het is niet toegestaan om in of rond de school voorwerpen bij je te hebben die wettelijk vallen onder de categorie verboden voorwerpen. Met name zijn bedoeld: messen, laserpennen, vuurwerk, (alarm)-pistolen, boksbeugels, gassprays, enz. Deze voorwerpen worden bij overtreding direct in beslag genomen en overhandigd aan de politie.

22.

Het is belangrijk dat je kostbare spullen goed kunt opbergen tijdens de (gym)lessen. Jijzelf bent daar verantwoordelijk voor. De school adviseert je daarom een kluisje te huren.


- 13 -

23.

Het is op school verboden om kleding te dragen met discriminerende of racistische teksten of kleding met teksten/opdrukken die verwijzen naar racistische organisaties. Door bovengenoemde kleding en/of te uitdagende kleding te dragen, kan de leerling naar huis gestuurd worden om zich om te gaan kleden.

24.

De school is te allen tijde bevoegd, uit preventief oogpunt, kluisjes te openen en te controleren. Dit gebeurt door locatiemanager of teamleider/zorgcoördinator, indien mogelijk in het bijzijn van betreffende leerling en àltijd in het bijzijn van een tweede collega.

25.

Als leerling weet je heel goed wat mag en niet mag, wat als een grap beschouwd kan worden en wat gewoon fout of verkeerd is. Volg de aanwijzingen van àl het personeel op.

Deze leefregels zijn veelomvattend. Indien er voor een bepaalde situatie geen regel is opgenomen, wil dat niet zeggen dat er geen regel voor is. Dan gelden de algemene waarden en normen die in onze maatschappij van toepassing zijn.

5.2

Schorsing/verwijdering

Met betrekking tot de schorsing van leerlingen gelden de volgende regels: 1. De voorzitter van de centrale directie kan met opgave van redenen een leerling voor een periode van ten hoogste één week schorsen. 2. Het besluit tot schorsing wordt schriftelijk aan de betrokken leerling en, als deze nog niet de leeftijd van 21 jaar heeft bereikt, ook aan de ouders, voogden of verzorgers van de leerling bekendgemaakt. 3. De voorzitter van de centrale directie brengt de inspectie van een schorsing voor een periode langer dan één dag schriftelijk en met opgave van redenen op de hoogte. Met betrekking tot de verwijdering van leerlingen geldt: 1. Er kan pas een definitief besluit tot verwijdering worden genomen door de voorzitter van de centrale directie nadat de leerling, en als hij jonger is dan 18 jaar ook zijn ouders/voogden/verzorgers, is/zijn gehoord. Een leerling wordt op grond van onvoldoende vorderingen niet in de loop van een schooljaar verwijderd. 2. Definitieve verwijdering van een leerplichtige leerling gebeurt alleen na overleg met de inspectie. Hangende dit overleg kan de leerling worden geschorst. Het overleg is mede bedoeld om na te gaan op welke andere manier de betrokken leerling onderwijs kan volgen. 3. Een leerling op wie de Leerplichtwet van toepassing is, mag alleen worden verwijderd nadat het bevoegd gezag, c.q. de centrale directie, ervoor heeft zorg gedragen dat een andere school of instelling bereid is de leerling toe te laten. 4. De centrale directie brengt de inspectie van een definitieve verwijdering schriftelijk en met opgave van redenen op de hoogte. 5. Het besluit tot definitieve verwijdering van een leerling wordt schriftelijk en met opgave van redenen aan de leerling en, indien deze nog niet de leeftijd van 21 jaren heeft bereikt, ook aan diens ouders, voogden of verzorgers, bekendgemaakt. Hierbij wordt tevens vermeld dat belanghebbenden binnen zes weken na de bekendmaking bezwaar kunnen maken bij het College van Bestuur van de Stichting LVO. 6. Het College van Bestuur beslist binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift, maar niet eerder dan nadat de leerling en, indien deze nog niet de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, ook diens ouders, voogden of verzorgers, in de gelegenheid is/zijn gesteld, te worden gehoord en kennis heeft/hebben kunnen nemen van de op die besluiten betrekking hebbende adviezen of rapporten. 7. Het College van Bestuur kan de desbetreffende leerling, gedurende de behandeling van het bezwaar tegen een besluit tot definitieve verwijdering, de toegang tot de school ontzeggen.


- 14 -

5.3

Verzuim

Is uw dochter/zoon/pupil ziek of om een andere reden afwezig, wilt u dit dan liefst vóór 08.15 uur telefonisch melden (043-3473000), zodat wij op de hoogte zijn van de verblijfplaats wanneer de leerling in school wordt gemist. Wanneer een leerling afwezig is en school is daarvan niet op de hoogte, zal er altijd contact met ouders/verzorgers worden opgenomen om het verzuim te checken. In onze school wordt verzuim strikt bijgehouden. Indien niet deelgenomen kan worden aan een bepaalde les, bv. gymnastiek, dient een briefje van ouder(s)/verzorger(s) getoond te worden òf dient de school telefonisch door ouder/verzorgers op de hoogte gesteld te worden. Indien een leerling na afwezigheid - als gevolg van ziekte - weer terug naar school komt, meldt hij/zij zich beter bij de conciërge. Belangrijk: Ouder(s)/verzorger(s) dienen tevens het eventueel verleend verlof, de ziek- en betermelding in de schoolagenda te noteren. Ongeoorloofd verzuim van leerplichtige leerlingen moet door de school altijd gemeld worden aan de leerplichtambtenaar van de gemeente waar de leerling woonachtig is. 5.4

Verlof/lesuitval

De continuïteit van het onderwijs dient zoveel mogelijk gewaarborgd te blijven. Extra verlof kan alleen verleend worden in echt dringende gevallen. Dit dient steeds tijdig, schriftelijk en uitvoerig toegelicht te worden, aangevraagd. Steeds vaker bereiken ons verzoeken van ouders/verzorgers te mogen afwijken van het vakantierooster. Nadrukkelijk wijzen we erop, dat hiervoor zonder overleg met bestuur en inspectie geen toestemming wordt verleend. Ook wordt dit verlof gecommuniceerd met leerplicht. Het landelijk beleid is erop gericht 'extra vakantieverlof' zoveel mogelijk terug te dringen. Op het OPDC wordt getracht 'lesuitval' tot een minimum te beperken door een 'vervanger' in te zetten of de groep 'op te splitsen'. 5.5

Op tijd aanwezig zijn

Op tijd in school aanwezig zijn is van enorm groot belang voor een goed en rustig verloop van de lessen. Te laat komen is storend en moet daarom beperkt worden. Wilt u er op toezien, dat uw dochter/zoon/pupil tijdig van huis vertrekt? Laatkomers dienen bij de conciërge een 'te-laat-briefje' te halen alvorens aan de les(sen) te gaan deelnemen. Bij regelmatig (meer dan 3 keer) te laat komen worden ouders opgeroepen en wordt melding gemaakt bij de leerplichtambtenaar. Bij veelvuldig ongeoorloofd verzuim kan de leerplichtambtenaar een geldboete opleggen. 5.6

Leerlingkluisje

In het schooljaar 2014-2015 zal in principe aan àlle leerlingen een kluisje worden toegewezen. De school adviseert met klem de leerling een kluisje te huren. Dit om diefstal van kostbare spullen te voorkomen. Het huurbedrag is € 15,- (voor het gehele schooljaar). Eventuele schade aan het kluisje wordt op de veroorzaker verhaald, maar wij gaan ervan uit dat men zorgvuldig met de kluisjes alsook met de unieke bijbehorende sleutel - die door de conciërge ter beschikking wordt gesteld - omgaat. Wanneer een leerling zijn kluissleutel kwijtraakt, wordt de nieuwe sleutel door de leerling betaald. Tegelijk bij het inleveren van de boeken, wordt op het einde van het schooljaar de kluissleutel bij de conciërge ingeleverd. 5.7

Foto’s van leerlingen

De school wil graag een beeld geven van haar activiteiten. Zij gebruikt daarvoor ook foto’s van leerlingen die tijdens schoolactiviteiten worden gemaakt voor bijvoorbeeld open dagen, voorlichtingsmateriaal aan ouders en (toekomstige) leerlingen, de schoolgids en de website van de


- 15 -

school. De school gaat zo zorgvuldig mogelijk met de foto's om en heeft de uitvoering van het beleid met de MR afgestemd. Zo wordt ernaar gestreefd om personen zo min mogelijk herkenbaar op de foto te zetten. Indien u niet wenst dat foto's waarop uw kind herkenbaar in beeld is, voor deze doeleinden worden gebruikt, dan kunt u uw bezwaar schriftelijk kenbaar maken bij mevr. J. van Zoest - van Eijndhoven, locatiedirecteur en bereikbaar via het telefoonnummer van de school of via [email protected]. De school zal dan zorgen dat foto’s van uw kind waarbij het herkenbaar in beeld is, niet worden gebruikt. Mocht u aanvankelijk geen bezwaar hebben gemaakt, of is ondanks de in acht genomen zorgvuldigheid toch een foto van uw kind gebruikt en wilt u die verwijderd zien, dan kunt u dat alsnog bij voormelde persoon aangeven. De school zal dan zorgen dat binnen 24 uur, dan wel zo spoedig mogelijk, de foto van de website wordt gehaald. (Zie bijlage 4)

5.8

Melden en registreren van incidenten en ongevallen Melden en registreren van incidenten en ongevallen

Voor Stichting LVO is veiligheid een belangrijke zaak. Want een veilige leeromgeving is noodzakelijk voor een goede en gezonde ontwikkeling van de leerlingen. Een veilige werkomgeving is ook nodig voor docenten en de andere werknemers om hun werk naar behoren en met plezier te kunnen verrichten. Daarnaast verplicht de Arbowet de werkgever om de werknemers doeltreffend in te lichten over de te verrichten werkzaamheden en de daaraan verbonden risico’s en de te nemen maatregelen om deze risico’s te voorkomen of te beperken en de wijze waarop deskundige bijstand is geregeld. Onder werknemers worden in beginsel geen leerlingen verstaan, tenzij de leerlingen verrichtingen doen die vergelijkbaar zijn met arbeid in de beroepspraktijk. Maar soms gaat het mis en gebeurt er een ongeluk in de gang of het lokaal, of vindt er een incident plaats op het schoolplein. Stichting LVO heeft een regeling opgesteld ten aanzien van het melden en registreren van incidenten, (bijna) arbeidsongevallen en beroepsziekten. De regeling is er op gericht alle ongevallen op de school op eenduidige wijze te registreren en zo inzicht te krijgen in de risico’s voor werknemers van Stichting LVO en – voor zover van toepassing - de leerlingen op de scholen. In de mentorles wordt aandacht besteed aan de regeling. De Regeling melding en registratie incidenten (bijna) arbeidsongevallen (en beroepsziekten) van Stichting LVO is te raadplegen op www.stichtinglvo.nl > Regelingen > Regeling melding en registratie incidenten, (bijna) arbeidsongevallen (en beroepsziekten).


- 16 -

6.

Algemene informatie

6.1 Vakanties en vrije dagen

Aanvang schooljaar Herfstvakantie Kerstvakantie Carnaval Paasmaandag Meivakantie Hemelvaart Pinkstermaandag Zomervakantie

25 augustus 2014 20 oktober 2014 t/m 24 oktober 2014 22 december 2014 t/m 2 januari 2015 16 februari 2015 t/m 20 februari 2015 6 april 2015 27 april 2015 t/m 8 mei 2015 14 mei en 15 mei 2015 25 mei 2015 20 juli 2015 t/m 28 augustus 2015

Alléén in geval van dringende redenen en na voorafgaande toestemming van leerplicht kan van bovenstaand schema worden afgeweken. 6.2 Lessentabel (Zie bijlage 1) 6.3

Lestijden

1e lesuur 2e lesuur PAUZE 3e lesuur 4e lesuur PAUZE 5e lesuur 6e lesuur 7e lesuur 8e lesuur 6.4

08.30 09.20 10.10 10.25 11.15 12.05 12.30 13.20 14.10 15.00

-

09.20 10.10 10.25 11.15 12.05 12.30 13.20 14.10 15.00 15.50

uur uur uur uur uur uur uur uur uur uur

Rapporten

Driemaal per jaar ontvangt u een rapport betreffende de behaalde resultaten van uw kind/pupil. De rapporten zullen verschijnen omstreeks: 1e rapport: 2e rapport: 3e rapport:

december 2014 maart 2015 juli 2015

Naast de studieresultaten worden - indien nodig - opmerkingen geplaatst met betrekking tot de werkhouding en inzet ten aanzien van een vak. Deze opmerkingen zijn minstens van even groot gewicht, zo niet belangrijker dan de cijfers voor de studieresultaten. Immers, een goede motivatie en inzet blijven, hoe dan ook, de basis. Per leerstofonderdeel en afhankelijk van capaciteiten en inzet alsook het tempo waarin de leerling zich een vaardigheid eigen maakt, kan dit niveau tussentijds wisselen. Onzerzijds wordt getracht leerlingen zoveel mogelijk te stimuleren het plusniveau te behalen onder het motto: 'stimuleren waar mogelijk". Met nadruk willen wij ook op uw verantwoordelijkheid in deze wijzen: weet de prestatie van uw kind/pupil op de juiste wijze te waarderen. Mocht er van onze kant géén negatieve opmerking inzake inzet op het rapport vermeld zijn, dàn heeft de leerling - ongeacht het niveau - ervoor gewerkt. Bemoedig haar/hem dan en stel geen eisen waaraan zij/hij niet kan voldoen. We verwachten van de ouder(s)/verzorger(s), dat ze veel belangstelling tonen voor gedrag en studie van hun dochter/zoon/pupil.


- 17 -

Bij de uitreiking van de rapporten ontvangt u steeds een uitnodiging voor een ouder-/leerling/leerkrachtcontact. Dit schooljaar zullen deze contactavonden gehouden worden op: half december 2014 (1e rapport) eind maart 2015 (2e rapport) begin juli 2015 (eindgesprek) We hopen van harte dat u zich - naast deze geplande contacten - ook tussentijds met ons in verbinding stelt, indien u behoefte mocht hebben aan een gesprek. U kunt dan ook verzoeken om een tussentijds cijferoverzicht. Bij de contacten naar aanleiding van het rapport stellen wij het zeer op prijs, wanneer de leerling zèlf ook aanwezig is om deel te nemen aan het gesprek. 6.5

Schoolagenda

In het schoolreglement staat onder nr. 15: “Leerlingen van de onderbouw en 2+ en Voordeelklas maken bij voorkeur gebruik van de schoolagenda”. Hierop volgt een nadere toelichting. Het doel dat we hiermee willen bereiken is: de leerlingen door dezelfde eenduidige instructie leren hoe de agenda te gebruiken en wat er wel en niet in geschreven dient te worden. Tevens willen we - door wekelijkse ondertekening door mentor/mentrix en ouder(s)/verzorger(s) elkaar onderling informeren inzake ontwikkelingen binnen school en/of thuis. Door deze werkwijze moet het voor leerling, ouder(s)/verzorger(s) en leerkrachten duidelijk zijn: welk huiswerk geleerd/gemaakt dient te worden; wat de resultaten zijn; welke afspraken er zijn gemaakt. De agenda is - evenals het rapport - een schooldocument, hetgeen betekent dat het niet toegestaan is de agenda te 'versieren of aan te passen' naar eigen idee. De agenda wordt in rekening gebracht. Indien een leerling zich niet aan de gemaakte afspraken houdt of zijn agenda verliest, wordt zij/hij verplicht een nieuwe agenda te kopen.

6.6

Huiswerk

Huiswerk maken is en blijft voor veel leerlingen vaak een noodzakelijk kwaad, waar ze de nodige problemen mee hebben. In het 1e leerjaar wordt vooral veel aandacht besteed aan het 'leren studeren', met name binnen het programma studievaardigheden. Deze lessen zijn bedoeld om juiste technieken bij het huiswerk maken/leren aan te bieden. Desondanks blijft het voor de leerkrachten een van de moeilijkste taken de leerling te motiveren en te helpen bij het leren en maken van zijn huiswerk. We zijn namelijk nauwelijks in staat te beoordelen hoe een leerling thuis studeert, op welke manier, binnen hoeveel tijd, op welke dagen, enz. Wij proberen de leerlingen de juiste werkwijze aan te bieden, maar wordt het dan ook een vast onderdeel van hun studiegewoonte? Uiteraard hebben we daarvoor ook de motivatie en inzet van de leerlingen en ondersteuning van u als ouder(s)/verzorger(s) nodig. Zo hopen we, in samenspraak met u, dat uw kind het huiswerk op een vaste tijd, en een rustige plaats kan maken om zich zo een goede studiehouding eigen te maken. Hebt u als ouder(s)/verzorger(s) de indruk, dat de manier van huiswerk maken door uw kind/pupil foutief is òf bent u van mening dat er omstandigheden zijn waardoor de huiswerkverzorging bemoeilijkt raakt, dan raden wij u dringend aan contact op te nemen met de betreffende mentor/mentrix.

6.7

Introductie-acitviteiten

De introductie voor de leerlingen van leerjaar 1 en 2 zal plaatsvinden op 8, 9 en 10 september. Deze week is een belangrijke week voor leerlingen èn docenten. Wij adviseren u dringend uw zoon/dochter/pupil aan deze introductie mee te laten doen. Een aantal dagen samen optrekken biedt heel wat extra mogelijkheden tot kennismaking en contact.


- 18 -

Deze introductiedagen vallen binnen het normale lesrooster. Tijdens de informatieavond, welke op dinsdag 26 augustus (ljr. 1+ Voordeelklas) en donderdag 28 augustus (ljr. 2 en 2+) gehouden wordt, ontvangt u nadere informatie inzake deze introductiedagen. e Voor 2+ en de bovenbouw vindt tijdens de 3 schoolweek, op donderdag 11 september één introductiedag plaats. De kosten voor de introductieactiviteiten worden aan u in rekening gebracht. Wanneer u er voor kiest dat uw zoon/dochter niet deelneemt aan het introductieprogramma, biedt het OPDC een alternatief programma aan. 6.8

Mediatheek

Uit de steeds toenemende belangstelling voor de mediatheek blijkt heel duidelijk dat dit centrum wezenlijk in een behoefte voorziet. Wat is er in de mediatheek zoal te vinden ? We kunnen de boeken in twee grote groepen onderverdelen: 1. Informatieve lectuur: hiertoe behoren o.a. studieboeken, encyclopedieën/naslagwerken, eenvoudige wetenschappelijke tijdschriften over natuur en techniek, boekjes uit de 'A'-reeks' (betreffen allerlei actuele onderwerpen) en de regelmatig verschijnende boekjes in de 'Informatiereeks'. Voorts is er een royale hoeveelheid lectuur voorhanden over de meest uiteenlopende onderwerpen. 2. Leesboeken: tot deze categorie behoort een grote collectie goede, Nederlandse jeugdboeken alsook 'volwassenenliteratuur', welke laatste vooral ten dienste staat van de eindexamenkandidaten ter samenstelling van hun 'boekenlijst'. Daarnaast beschikken we over eenvoudige leesboekjes in de moderne vreemde talen (Frans, Engels, Duits), gerubriceerd naar moeilijkheidsgraad. Dit alles staat ter beschikking van de leerlingen en kan, dank zij - hopelijk ook dit jaar - de hulp van ouders, dagelijks van 09.30 – 13.30 uur aan hen worden uitgeleend. Diezelfde ouders zorgen ook nog voor het in goede staat houden van het leesmateriaal en het administratief verwerken van nieuw aangeschafte boeken. Soms zien we ons - indien het gewenste boek niet aanwezig is - genoodzaakt leerlingen door te verwijzen naar de Stadsbibliotheek. Zo leren ze meteen 'de weg' naar deze 'Stadsbieb' kennen, waar de mogelijkheid geboden wordt een individueel abonnement voor jeugdigen te nemen, hetgeen wij van harte kunnen aanbevelen. We zijn ervan overtuigd, dat onze mediatheek een steentje zal bijdragen aan een stukje (noodzakelijke) vorming van de kinderen: zo kan het leren en kunnen opzoeken van bepaalde gegevens in naslagwerken e.d., vaak van nut blijken in hun verdere leven. We hopen en verwachten, dat ouder(s)/verzorger(s) erop zullen toezien dat de door hun kind/pupil geleende boeken op tijd en in goede staat teruggebracht worden.

6.9

Eindexamen

Onze school zal dit jaar een VMBO TL examen inrichten. Het VMBO TL-examen omvat het Programma voor Toetsing en Afsluiting (PTA) c.q. een schoolexamen en het centraal schriftelijk eindexamen (CSE). Over de inrichting van het examen zullen kandidaten en ouder(s)/verzorger(s) tijdens een speciaal daartoe te houden ouderavond voor leerjaar 3 en 4 op 16 september, een uitgebreide brochure uitgereikt en toegelicht krijgen. Het CPE (praktisch handvaardigheid- en tekenexamen wordt afgenomen op 16 en 17 maart 2015. Het CSE zal dit schooljaar starten op 11 mei t/m 26 mei 2015 (1e tijdvak). De datum voor het 2e tijdvak is op 11 juni 2015.


- 19 -

Leerlingen van jaar 3 en 4 nemen deel aan het PTA-programma. Dit houdt in, dat er in het derde leerjaar reeds onderdelen van het schoolexamen kunnen worden afgesloten. Tijdens de PTAtoetsweken maken de leerlingen één of twee toetsen per dag. Alle leerlingen studeren tijdens deze weken op school en uiteraard ook thuis. Voor leerlingen die door omstandigheden niet een volledig diplomatraject af kunnen leggen, kan in overleg met inspectie en het zorgteam, de mogelijkheden tot het behalen van deelcertificaten overwogen worden.

7. 7.1

Begeleiding Intern

Het ontwikkel perspectief plan (OPP) maakt deel uit van het IDU (Instroom/Doorstroom/Uitstroom) – dossier. Door de wekelijkse leerlingbesprekingen trachten we een ononderbroken ontwikkeling te bieden en 'onderwijs-op-maat' te verzorgen. De mogelijkheden van de leerling staan voorop en dit veronderstelt een adaptieve houding van het team: elk kind is immers anders. Een ordelijk en veilig pedagogisch-didactisch klimaat vinden we daarbij van fundamenteel belang. Dit klimaat wordt bepaald door de aard en de kwaliteit van de interpersoonlijke relaties. De omgang tussen leerling en leerkracht, tussen ouder(s)/verzorger(s) en leerkracht alsook tussen leerkrachten onderling is heel persoonlijk. Iedere klas/groep heeft zijn eigen mentor(en). De mentor is voor de leerlingen, ouder(s)/verzorger(s) en docenten de eerst aan te spreken persoon. De mentor draagt - in samenwerking met ouder(s)/verzorger(s), psychologe/orthopedagoge, maatschappelijk deskundige en zorgcoördinator - de pedagogische èn didactische verantwoordelijkheid voor de leerling. Het handelen en begeleiden gebeurt planmatig in overleg met de leden van het zorgteam. Het doel van het zorgteam is: condities scheppen en activiteiten ondernemen die erop gericht zijn dat leerlingen - zowel individueel als in groepsverband - optimaal profiteren van het zorgaanbod van de school; dit valt onder de verantwoordelijkheid van de zorgcoördinator. Het zorgteam bestaat uit: zorgcoördinator psychologe en orthopedagoge maatschappelijk deskundige mentor(en) jeugdarts (1x/maand) begeleiders GGZ en BJZ ( 1x/maand) leerplicht ( één maal per maand) wijkagent (op afroep) locatiedirecteur Mentoren en docenten kunnen leerlingen bij wie zij problemen signaleren, bij het zorgteam aanmelden d.m.v. een interventieformulier. Ook ouders kunnen signalen via de mentor kenbaar maken. De taak van het zorgteam is op een passende manier aan de hulpvraag van de leerling voldoen en gezamenlijk komen tot handelingsafspraken. Het zorgteam draagt zorg voor de communicatie naar de eerste-, tweede- en derdelijnshulp. Het team bespreekt ook leerlingen die mogelijk teruggeplaatst kunnen worden in het regulier voortgezet onderwijs (VO), het zgn. 'schakelen'. (zie schakeltabel) 7.2

Extern

Onder integrale leerlingenzorg verstaan we: "het geheel aan voorzieningen dat een school creëert om zorgleerlingen een optimale slaagkans te geven. Cruciaal daarbij is de begeleiding die de docent in de klas kan bieden. Daarenboven dienen er ondersteunende voorzieningen te zijn van waaruit de leerlingenzorg inhoudelijk en organisatorisch vorm krijgt, de ketenzorg. Het 'integrale' zit hem vooral in de afstemming tussen alle betrokkenen. In het kader van de ambulante begeleiding met betrekking tot de 'geschakelde' leerlingen van het OPDC wordt indien noodzakelijk, Terugplaatsings Ambulante Dienstverlening verleend (T.A.D.) door Schoolgids OPDC St. Michael 2014-2015

- 20 -

ambulante begeleiders (mw. K. Jacobs, en mw. J. Laemers) vanuit het OPDC. Zoveel mogelijk zal een vaste persoon de ambulante begeleiding op een bepaalde school verzorgen. Een belangrijke vorm van ambulante dienstverlening, is de reboundvoorziening. De reboundvoorziening biedt verschillende zorgtrajecten. Bij de reboundvoorziening gaat het om leerlingen die vastlopen in de reguliere VO-school waarbij de sociaal emotionele component (het gedrag) sterk aanwezig is. Ze ontsporen of dreigen te ontsporen. Deze plotselinge en veelal secundaire gedragsproblemen vragen te veel van docenten en medeleerlingen. In die zin staat de veiligheid in het pedagogisch klimaat van de school onder druk. De leerling is met intensieve begeleiding terug te leiden naar het spoor binnen het reguliere onderwijs om daar de schoolloopbaan te vervolgen. De intentie is om dit binnen een termijn van 3 maanden te realiseren. Het gaat om leerlingen uit àlle VO-scholen van alle niveaus in de regio van het SWV VO van Maastricht e.o. De reboundvoorziening van het SWV VO van Maastricht e.o. wordt vormgegeven in samenwerking met het OPDC St. Michael. 7.3

Psycholoog/orthopedagoog

Gedurende drie dagen per week (dinsdag, woensdag en donderdag) is mevr. drs. José Schreuders, als orthopedagoge OPDC en Rebound en mw. drs. Joni Simons is één dag per week (donderdag) aan het OPDC verbonden. Globaal bestaan hun werkzaamheden onder meer uit: 1. Het interpreteren van toelatings-/aanname-onderzoek, op verzoek van de Permanente Commissie Leerlingenzorg, PCL en in samenwerking met het Centrum voor Onderzoek en Begeleiding. Dit onderzoek bestaat met name uit: A kennismaking met de ouder(s)/verzorger(s); B intakegesprek met de leerling en het afnemen van gedragsvragenlijsten; C onderzoek naar verkregen informatie van het COB; met als aandachtspunten; op welke wijze is het intelligentieprofiel van de leerling samengesteld; wat is het ontwikkelperspectief; zijn er aanwijzingen voor concentratie- of geheugenhiaten; op welke onderdelen presteert de leerling goed, op welke zwakker; belangrijk is het observeren van de leerling tijdens deze intake: hoe presenteert hij zich; hoe is zijn spreekvaardigheid. of en hoe de leerling gemotiveerd is om prestaties te leveren; of hij/zij al dan niet faalangstig is bij het leveren van prestaties; of en waar de leerling problemen ervaart en hoe hij/zij er mee omgaat; welke zijn zijn/haar interesses, zijn/haar hobby's. 2. Het opstellen van handelingswijzers. Uitgaande van de bevindingen van eventueel toelatingsonderzoek en groepsobservatie worden mentoren begeleid bij het opstellen van een ontwikkel perspectief plan (OPP), dat richtlijnen bevat voor het uitstroomperspectief en hòe er met de leerling gewerkt gaat worden, wèlke punten specifieke aandacht behoeven (bv. extra taal-/rekenles, logopedie, verwijzing naar arts, RIAGG en dergelijke). Dit OPP kan met de ouder(s)/verzorger(s) worden doorgesproken, zodat ook zij hun aandeel daarin kunnen hebben (hoe gaan we thuis met haar/hem om; moeten we wel of niet met huiswerk helpen, enz.). Psychologe en orthopedagoge hebben zitting in het zorgteam en zijn aanwezig bij leerlinggroepsbesprekingen. (Zie: Zorgteam). Voortgangsbesprekingen binnen het zorgteam kunnen resulteren in de noodzaak het OPP bij te stellen of te intensiveren, uiteraard in overleg met ouder(s)/verzorger(s).


- 21 -

3. Interne begeleiding Interne begeleiding houdt vooral in: het kortdurend individueel begeleiden van leerlingen, ouders/verzorgers of leerkrachten, alsook indien nodig het doorverwijzen naar andere hulpinstanties. Dit gebeurt uiteraard ook weer in overleg met ouders/verzorgers. Dit is slechts een globaal overzicht van de taak van psychologe en orthopedagoge binnen deze school. Mocht u - als ouder(s)/verzorger(s) - toch nog vragen hebben of problemen ervaren met uw kind/pupil, dan kunt u daar altijd in eerste instantie met de mentor/mentrix, maar ook met de psychologe/orthopedagoge over komen praten, bij voorkeur ná telefonische afspraak. 7.4

Schoolmaatschappelijk werk

Mevr. Corry Costongs-Salden is als maatschappelijk deskundige aan onze school verbonden tot 01-10-2014. Mevr. Kianersy zal naar alle waarschijnlijkheid i.o.m. het SWV mevr. Costongs opvolgen. Maatschappelijk werk is bereikbaar via het telefoonnummer van de school 043-3473000. Wat houdt schoolmaatschappelijk werk in ? Informeren, adviseren, bemiddelen en verwijzen met de verhouding kind - gezin - school als uitgangspunt. Nadat de maatschappelijk deskundige u - in verband met de aanname - eventueel reeds thuis heeft bezocht, blijft haar taak schakel te zijn tussen ouder(s)/verzorger(s) en school, ter aanvulling van de leerkracht. Zij informeert zowel ouder(s)/verzorger(s) alsook leerkrachten indien men vragen heeft over de leerling en - waar nodig - wordt (adviserend/bemiddelend) kortdurende begeleiding/hulpverlening geboden, gericht op: het openhouden van de communicatie: kind - gezin - school; het op elkaar afstemmen van de aanpak van het kind door ouder(s)/verzorger(s) en school; hulp aan ouder(s)/verzorger(s) in hun benadering van de leer- en/of opvoedingsproblemen van het kind. Het hulpverleningscontact kan tot stand komen als toelatings- en begeleidingsteam dit nodig achten, dan wel op verzoek van de ouder(s)/verzorger(s) of het kind zelf. Uit dit hulpverleningscontact kunnen de navolgende taken voortvloeien: gesprekken met ouder(s)/verzorger(s) apart of met het hele gezin (thuis of in school); verbeteren van het contact tussen ouder(s)/verzorger(s) en/of kind met de leerkracht; groepswerk met ouders die gelijksoortige problemen hebben; verwijzen naar en samenwerken met anderen die hulp verlenen aan kind en/of ouders, c.q. leefmilieu.

7.5

Het decanaat

Het decanaat binnen onze school kent een drietal aspecten: begeleiding bij de loopbaanoriëntatie van een leerling; school- en beroepskeuzevoorlichting; het begeleiden van de schakelprocedure van de leerlingen die teruggeplaatst gaan worden in het regulier onderwijs (zie ook 'Schakelen'). De loopbaanbegeleiding van de leerling moet niet gezien worden in het licht van de vraag: "Wat wil ik worden?", maar veel meer in: "Wie wil ik zijn?". Natuurlijk komt deze vraag niet alleen aan de orde tijdens de keuzebegeleidingslessen in het tweede leerjaar, maar ook o.a. in de mentorlessen, de lessen leefstijl en maatschappijleer gedurende alle leerjaren. Kiezen is iets waarmee men voortdurend geconfronteerd wordt. Zo kiest de leerling bijvoorbeeld voor een bepaalde opleiding of een bepaald beroep en daarmee samenhangend in het tweede leerjaar voor bepaalde vakken en tenslotte voor een bepaald vakkenpakket. Dit laatste in het kader van school- en beroepskeuzevoorlichting, zowel in beroepskeuzelessen alsook in de mentoren lessen door de verschillende vakleerkrachten gegeven.


- 22 -

Deze vakleerkrachten geven de individuele leerling niet alleen voorlichting inzake de mogelijkheden van hun vakgebied met betrekking tot een beroep, maar vooral ook feedback voor wat betreft het 'bereiken' van het eindexamenniveau in dat vak. Gedurende het schooljaar worden ouderavonden georganiseerd: donderdag 28 augustus 2014 voor het tweede leerjaar, 2+  informatie vervolgtraject, tijdens de introductieavond. dinsdag 16 september 2014 voor leerjaar 3 en 4  informatie PTA . november 2014 (exacte datum wordt nog bekend gemaakt)  alléén voor leerjaar 4 U ontvangt over deze avonden tijdig bericht. Daarnaast zult u worden uitgenodigd voor individuele gesprekken met betrekking tot de gemaakte toetsen inzake vakkenpakketkeuze en advisering in geval van eventueel schakelen. Leerlingen van leerjaar 3 krijgen een verplichte maatschappelijke stage met een invulling van 30 klokuren. U wordt hierover nader geïnformeerd.

7.6

Logopedie/dyslexie-begeleiding

Indien tijdens de didactische toetsing na aanvang van het schooljaar de noodzaak tot nader onderzoek naar voren komt, zullen de betrokken leerlingen in de eerste weken van het nieuwe schooljaar nader logopedisch bekeken worden. Als uit een van deze onderzoeken blijkt dat logopedie noodzakelijk is, wordt dit met de leerling en de ouder(s)/verzorger(s) besproken. Vervolgens vindt dan binnen de schooltijden en in een roulerend rooster behandeling plaats. Leerlingen met een dyslexieverklaring kunnen in overleg met dyslexiespecialist in aanmerking komen voor een dyslexiepas waarop compensatie- /dispensatiemaatregelen staan vermeld. In dit verband kan het zijn dat uw zoon/dochter/pupil geadviseerd wordt gebruik te maken van de geboden mogelijkheid om een laptop met compenserende software te huren via het OPDC. Aan het begin van het schooljaar worden ouders/verzorgers van betreffende leerlingen geïnformeerd door de dyslexiespecialiste. (Zie voor verdere informatie het dyslexieprotocol in bijlage 6 en 7).

7.7

Remedial teaching (RT)

Leerlingen van leerjaar 1 en 2 hebben structureel remedial teaching op hun lesrooster staan. Afhankelijk van de hulpvraag wordt hier invulling aangegeven. Wanneer blijkt, dat een leerling in een bepaald vak ernstige problemen ondervindt die niet binnen de les of het gestructureerde rt-programma kunnen worden opgelost, bestaat de mogelijkheid van individuele remedial teaching. Dit is specifieke hulp, waarbij gezocht wordt naar het hiaat, de oorzaak ervan. Een doelgericht handelingsplan wordt opgesteld. Vak- en rt-leerkracht bepalen n.a.v. onderzoeksgegevens en voortgang wèlke leerling voor welke hulp in aanmerking komt. De leerlingen in de onderbouw ontvangen 2x/jaar een rapportage m.b.t. de gevolgde rt-onderdelen. In verband met de eisen die gesteld gaan worden t.a.v. de vakken Nederlands en rekenen voor afname van het eindexamen vanaf 2015, wordt tijdens de lessen Nederlands en lessen rekenen hier extra aandacht aan besteed . Ook in leerjaar 3 en 4 is nu structureel een lesuur rekenen opgenomen in de lessentabel. 7.8

Drama

Drama, oftewel gewoon: toneel Heel wat anders dan alle andere lessen: de banken aan de kant, de stoelen in een rij, de kast met toneelkleren en hoeden open, een décor bouwen van banken en toneelspullen.


- 23 -

En vóór je het weet, speel je iemand anders die dingen doet die je zelf misschien nooit zou doen òf je lacht om andere rollen die je klasgenoten spelen, òf je knijpt 'm voor je volgende scène ..... Kortom: een les van plezier maken en uitrusten ..... ! Had je gedacht! Vóórdat je een presentatie kunt spelen, valt er 'n boel te leren: je inleven in andere personen en moeilijke situaties, je angst en zenuwen overwinnen, je fantasie gebruiken, kijken en luisteren naar anderen, samenwerken, je anders durven gedragen, afspraken maken en uitvoeren, anderen het vertrouwen geven door ze niet uit te lachen bij moeilijke gedeeltes. Dus, inderdaad: héél wat anders dan je in andere lessen leert. Maar in deze wereld heb je dat allemaal hard nodig. Drama wordt gegeven aan leerjaar 1, de 2+ klas, de Voordeel-klas en als RT in leerjaar 1 en 2.

8. Communicatie 8.1

Medezeggenschapsraad (MR)

De medezeggenschapsraad van het OPDC bestaat uit vertegenwoordigers namens het personeel en namens de ouders van het OPDC. De medezeggenschapsraad van het OPDC St. Michael heeft als taak de samenwerking tussen ouders, directie, personeel en het College van Bestuur met betrekking tot onderwijs en vorming van de leerlingen binnen het OPDC en in verband met het OPDC te bevorderen. De medezeggenschapsraad van het OPDC St. Michael maakt deel uit van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad van LVO, die rechtstreeks met het College van Bestuur overleg pleegt over schooloverstijgende zaken. De MR is als volgt samengesteld: Schoolgeleding: Mevr. G. Kroonen, voorzitter Mevr. L. Sporken, secretaris Oudergeleding: Dhr. E. Bertrand Dhr. A. van Bekhoven

8.2

Vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon is het eerste aanspreekpunt voor ouders of leerlingen bij klachten over ongewenst gedrag. De door de school aangestelde vertrouwenspersonen Mevr. G. Kroonen, en Dhr. S. Azodi zijn bereikbaar via het algemene telefoonnummer van de school. Door bevoegd gezag aangestelde vertrouwenspersoon: Mw. drs. E. van Hoorn en Dhr. T. van de Gazelle van Encare Arbozorg zijn de vertrouwenspersonen voor alle LVO-scholen. Zij zijn bereikbaar via Encare Arbozorg, telefoonnummer 043 325 77 99. Bezoekadres Encare Arbozorg: Lage Kanaaldijk 1 6212 AE Maastricht www.encare.nl


- 24 -

De regeling vertrouwenspersonen Stichting LVO is op te vragen via het schoolsecretariaat, of te downloaden van www.stichtinglvo.nl > LVO > Regelingen > Vertrouwenspersonen De vertrouwenspersoon is het eerste aanspreekpunt voor ouders of leerlingen bij klachten over ongewenst gedrag. 8.3

Vertrouwensinspecteur

Ouders, leerlingen, docenten, directies en besturen kunnen de vertrouwensinspecteur raadplegen wanneer zich in of rond de school problemen voordoen op het gebied van: seksuele intimidatie en seksueel misbruik; lichamelijk geweld; grove pesterijen; discriminatie en radicalisering. De vertrouwensinspecteur is tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900- 1113111 (lokaal tarief). Vanuit het buitenland kunt u bellen naar +31(0)306706001. Bij een vermoeden van een zedenmisdrijf (zie de tekst onder het kopje meldingsplicht bij zedenmisdrijven) is het bevoegd gezag/de voorzitter van de Centrale Directie wettelijk verplicht contact op te nemen met de vertrouwensinspecteur.

8.4

Informatieplicht aan ouders na een echtscheiding

Na een echtscheiding gaat een kind meestal bij één van de ouders wonen, en heeft de andere ouder een zorgregeling met het kind. Voor de informatieplicht is dan van belang wie het ouderlijk gezag over het kind uitoefent. Na een echtscheiding behouden beide ouders in beginsel het gezamenlijk gezag en dient de school steeds gelijktijdig aan beide ouders alle informatie te verstrekken. Om dit mogelijk te maken stuurt de ouder die niet is belast met de dagelijkse verzorging een schriftelijk verzoek aan de voorzitter van de Centrale Directie waarin een tweede (het adres van de ouder die niet is belast met de dagelijkse verzorging) adres wordt doorgegeven. De school informeert de andere ouder over een dergelijk verzoek. Indien twijfel bestaat over de vraag of er een wijziging heeft plaatsgevonden in het gezag kan de school het gezagsregister raadplegen. Een wijziging in het gezag is daarin opgenomen. Ook ouders die nooit zijn gehuwd, maar wel samen het gezag hebben, kunnen op dezelfde wijze als hiervoor omschreven informatie opvragen. Indien slechts één ouder met het gezag is belast, dan is deze op grond van de wet verplicht om informatie omtrent gewichtige aangelegenheden met betrekking tot het kind te verstrekken aan de niet met het gezag belaste ouder. Onafhankelijk hiervan kan een ouder zonder gezag de school ook vragen hem/haar omtrent belangrijke feiten op gelijke wijze te informeren als de ouder met gezag. Dit kan door middel van een schriftelijk verzoek gericht aan de voorzitter van de Centrale Directie. De school dient dan wel de ouder met gezag op de hoogte te stellen van het feit dat de andere ouder gelijke informatie ontvangt. De rechter kan bepalen dat informatie die de belangen van het kind schaadt niet hoeft te worden verstrekt door de ouder met gezag en/of de school. De voorzitter van de Centrale directie, de heer Patrick Limpens, is te bereiken op het volgende adres: Noormannensingel 50, 6224 BW.

8.5

Wet bescherming persoonsgegevens

De school verzamelt informatie van leerlingen die in de leerlingenadministratie zijn ingeschreven. Het doel van deze informatie is om leerlingen passend onderwijs te geven, zodat ze een diploma kunnen halen. Daarnaast is de informatie nodig om ervoor te zorgen dat de leerlingen zo goed mogelijk kunnen worden begeleid en waar nodig extra zorg kan worden geboden.


- 25 -

Als gegevens herleidbaar zijn tot een bepaalde persoon, is er sprake van persoonsgegevens. Omdat persoonsgegevens van leerlingen worden verzameld en verwerkt, is de Wet Bescherming Persoonsgegevens van toepassing. Deze wet is enerzijds bedoeld om ervoor te zorgen dat de gegevens over personen zorgvuldig worden gebruikt. Anderzijds dient de wet om misbruik van persoonsgegevens tegen te gaan. Het College van Bestuur heeft een “Privacyreglement verwerking leerling-gegevens Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs” vastgesteld. Daarin staat onder meer welke leerling-gegevens worden opgenomen en hoe lang gegevens worden bewaard. Ook het inzage – en correctierecht komt aan bod. Het reglement is te raadplegen op www.stichtinglvo.nl > LVO > Regelingen > Wet Bescherming Persoonsgegevens.

8.6

Afhandeling klachten

In de regel zult u uw klacht bespreken met de direct betrokkene of de daarvoor aangewezen contactpersoon op de school (bereikbaar via het algemene telefoonnummer). Leidt dit contact niet tot een bevredigende oplossing, dan wendt u zich tot de schooldirectie, die uw klacht in behandeling neemt en een beslissing neemt. Als u het niet eens bent met deze beslissing dan zal de schooldirectie u doorverwijzen naar de Klachtencommissie Stichting LVO. De klachtenregeling Stichting LVO en het Reglement Klachtencommissie Stichting LVO kunt u opvragen via het schoolsecretariaat. Beide regelingen zijn te raadplegen op www.stichtinglvo.nl > LVO > Regelingen > Afhandeling klachten.

8.7

Meldingsplicht bij zedenmisdrijven

Het bevoegd gezag heeft een aangifteplicht bij Justitie bij bekendheid met een zedenmisdrijf. Het personeel heeft een meldplicht bij het bevoegd gezag bij een vermoeden van een zedenmisdrijf. Bij een zedenmisdrijf gaat het om een strafbaar feit waarbij een medewerker een minderjarige leerling seksueel heeft misbruikt of geïntimideerd. Het gaat hier om een medewerker in de ruimste zin van het woord, dus niet alleen personeelsleden, maar ook bijvoorbeeld uitzendkrachten, stagiaires en schoonmaakpersoneel dat niet in dienst is bij LVO. Wanneer het bevoegd gezag/de schoolleider vermoedt dat er sprake is van een dergelijk misdrijf, treedt hij meteen in contact met de vertrouwensinspecteur. Als uit dat overleg blijkt dat het een redelijk vermoeden betreft van een dergelijk misdrijf, doet het bevoegd gezag/de schoolleider aangifte bij Justitie. Het bevoegd gezag/de schoolleider stelt de ouders van de betrokken leerling en de medewerker vooraf op de hoogte van de te verrichten aangifte.

8.8

De Veilige School

In 1999 werd het convenant 'De Veilige School' ondertekend door de volgende partners: gemeente, VO-scholen, politie, openbaar ministerie en GGD. In dit convenant zijn eenduidige en sluitende afspraken vastgelegd, bedoeld ter voorkoming en bestrijding van overlast, vandalisme en crimineel gedrag alsook om een veilig klimaat in en om de school te creëren. De vertegenwoordiger namens het OPDC is mevr. J. van Zoest - van Eijndhoven. De contactpersoon voor onze school bij de politie is Dhr. Han Koch.


- 26 -

8.9

Passend Onderwijs

Voorbereidend op o.a. de Wet passend onderwijs heeft de netwerkorganisatie ‘Leren naar vermogen’ onderzocht hoe een organisatie overstijgende samenwerking gerealiseerd kan worden tussen het (speciaal) voortgezet onderwijs, het MBO en de ketenpartners gericht op participatie en onderwijs. Daarbij is de afspraak gemaakt om het onderwijs richting niveau 1 (de Entreeopleiding) samen vorm te geven, waarbij sprake is van een gecertificeerde uitstroom (Het Voordeel) en gediplomeerde uitstroom (De Entreeopleiding). In nauwe samenwerking is een speciaal onderwijsprogramma ontwikkeld. Dit zgn. VOORdeel kent specifieke onderwijseigenschappen (gebaseerd op het dossier Entreeopleidingen) en zal bemand gaan worden door hiertoe getrainde docenten. Binnen het VOORdeel wordt zowel op school als in Leren@Werkcentra gewerkt. Stage en beroepspraktijkvorming bij aangesloten bedrijven vormt een belangrijk onderdeel van het programma. Het ontwikkelen van werknemersvaardigheden staat centraal. Het onderwijsprogramma krijgt verder vorm door middel van (vak)lessen, coaching, keuzedelen met certificeringen èn individuele leerlingbegeleiding. Het VOORdeel is een waardevol aanbod voor alle VO/VSO en PRO leerlingen, van 15 jaar of ouder die geen basisberoepsgericht VMBO-diploma kunnen behalen en dus niet kunnen doorstromen naar een MBO niveau 2 opleiding.


- 27 -

8.10

Deelname ouders aan het schoolgebeuren

De inbreng en betrokkenheid van ouder(s)/verzorger(s) ten aanzien van de school is van uitermate groot belang. De deelname van ouder(s)/verzorger(s) aan het schoolgebeuren is voor ons dan ook een voorwaarde om nog beter te kunnen werken. Voor leerjaar een en de nieuwe leerlingen van andere leerjaren organiseert de school jaarlijks een thema-avond “studievaardigheden”, welke wij u van harte aanbevelen. Ook wordt ((bij voldoende deelname)- in samenwerking met de ouderraad - een cursus 'Omgaan met pubers' georganiseerd. U wordt hierover tijdig geïnformeerd. De school heeft al jaren een ouderraad, die zijn ontstaan ontleent aan het enthousiasme van enkele ouders die zich voor onze leerlingen wilden inzetten. Al sinds het schooljaar 1989 - 1990 is deze ouderraad 'officieel'. Alle ouder(s)/verzorger(s) van leerlingen zijn in principe lid van deze vereniging. Mocht echter een van hen hiertegen bezwaar hebben, kan men dit kenbaar maken aan het bestuur van de ouderraad. De ouderraad heeft als belangrijkste doelstellingen: a. het leggen van contacten van algemene aard tussen ouder(s)/verzorger(s) en school; b. waar nodig: medewerking verlenen aan het schoolgebeuren. ad a : Hebt u vragen, suggesties of ideeën van algemene aard, betrekking hebbend op het schoolgebeuren, laat dit ondergetekende, voorzitter van de ouderraad dan weten. Wij werken met een aantal 'werkgroepen', onder andere: werkgroep 'documentatiecentrum': deze groep heeft véél medewerkers nodig om het dagelijks openstellen te kunnen garanderen, evenals de werkgroep 'vervoer' (o.a. excursies); werkgroep 'klusjesdienst', zoals boeken repareren en plastificeren; indien nodig wordt op ouder(s)/verzorger(s) een beroep gedaan te assisteren, bv. met de sportdag, etc. Hoe meer ouder(s)/verzorger(s) zich willen opgeven en inzetten voor een van deze groepen, des te minder zullen wij genoodzaakt zijn daarbuiten nog uw hulp in te roepen. Alle werkgroepen - met uitzondering van de werkgroep 'documentatiecentrum' - worden jaarlijks slechts enkele malen opgeroepen om in samenwerking met de betreffende vakdocent(e) de leerlingen te helpen. ad b : De ouderraad wil via deze groepen de school helpen, zodat het inschakelen van dure krachten, zoals een 'klusjesman', hulp in het documentatiecentrum kan worden vermeden en als zodanig wat extra's ten goede kan komen aan de kinderen! Vooral het inmiddels goed opgezette documentatiecentrum heeft elk jaar nieuwe medewerkers nodig om het naar wens te doen functioneren, zeker nu we hopen ook komend schooljaar het documentatiecentrum weer alle dagen 's morgens èn 's middags) te kunnen openstellen. Aan het begin van het nieuwe schooljaar zult u tijdens de eerste informatieavond geïnformeerd en benaderd worden inzake de werkgroep 'documentatiecentrum' , in de hoop dat een aantal onder u zich zal opgeven. Door het natuurlijk verloop van leerlingen binnen de school is er uiteraard óók een verloop van ouders binnen de werkgroepen. Vandaar dat nieuwe, enthousiaste medewerkers van harte welkom zijn, het is héél prettig werken in ons documentatiecentrum en bij onze andere activiteiten Ieder beetje hulp wordt ten zeerste op prijs gesteld, dus: geeft u op! Wij hopen dat velen onder u positief zult reageren op onze oproep. E. Sullot-Meewis (voorzitter) Marsanahof 73


- 28 -

6215 TR Maastricht tel.: 043 - 3476757

8.11

De gezonde schoolkantine

Ook voor uw kind ! Voor uw kind wilt u natuurlijk het allerbeste. Gezond eten hoort daarbij, óók op school. U let thuis op wat uw kind eet, maar ook op school wilt u zeker weten dat uw kind een gezonde keuze maakt. Dat kan in een gezonde schoolkantine mét goede voeding en zónder snacks. Goede voeding is nodig om goed te kunnen presteren. Dat geldt zeker ook voor onze leerlingen op het OPDC. Onze school besteedt tijdens de lessen vaak al aandacht aan gezond eten, voldoende bewegen en het hebben van een gezond eetpatroon. Daarbij is de schoolkantine de ideale plaats om theorie en praktijk over gezond eten samen te laten komen. In opdracht van de CD LVO Maastricht en in samenwerking met de ouderraad van het OPDC, de GGD en de adviezen van Het Voedingscentrum staat Key Quality garant om onze kantine nòg gezonder te maken. Onze schoolkantine biedt daarom voor de kinderen een keuze uit een uitgebreid gezond assortiment. We gaan ervan uit dat u als ouders/verzorgers ons ondersteunt in ons streven naar een gezondere voeding. In ons beleid past het dus niet dat kinderen producten als energy-drankjes (Red Bull), zakken chips, frisdranken, ook geen lightdranken, (Cola, sinas, Sprite etc) en zakken snoep en koek mee naar school brengen. Leerlingen mogen de volgende dranken kopen in de kantine van het OPDC of zèlf meebrengen: bronwater (naturel of met een smaakje), melk, fristi, chocomelk, thee, sinaasappel- en appelsap.

9

Financiën en Verzekeringen

9.1

De schoolkosten

De school conformeert zich aan de ‘Gedragscode Schoolkosten Voortgezet Onderwijs’, die onder meer is opgesteld door vertegenwoordigers van ouderorganisaties. De gedragscode is te downloaden op www.vo-raad.nl > Dossiers > Leermiddelen > Gedragscode Schoolkosten. Vrijwillige ouderbijdrage De school kan ouders vragen om mee te betalen aan bepaalde voorzieningen en activiteiten die aanvullend zijn op het normale lesprogramma. Doorgaans wordt dit de “vrijwillige ouderbijdrage” genoemd. Deze ouderbijdrage is vrijwillig, u kunt er als ouder voor kiezen of u de bijdrage wel of niet betaalt. U kunt er ook voor kiezen om alleen te betalen voor bepaalde, door de school gespecificeerde onderdelen van deze ouderbijdrage. Als u de ouderbijdrage niet (volledig) betaalt, kan de school uw kind uitsluiten van de voorzieningen en activiteiten waarvoor u niet betaald heeft, tenzij u in aanmerking komt voor kwijtschelding. Indien uw kind is uitgesloten van een activiteit die plaatsvindt gedurende schooltijd, wordt een vervangend programma aangeboden aan uw kind, dat hij/zij verplicht is te volgen.


- 29 -

De school kan met de ouders een schriftelijke “overeenkomst ouderbijdrage” sluiten. Een voorbeeld van een dergelijke overeenkomst is als bijlage in de schoolgids opgenomen. U bent niet verplicht om deze overeenkomst aan te gaan, maar na ondertekening van de overeenkomst bent u verplicht de hierin overeengekomen bijdrage te betalen. De (soorten) activiteiten en voorzieningen waarvoor een vrijwillige bijdrage wordt gevraagd en de daarbij behorende bedragen, zijn gespecificeerd in een bijlage bij de overeenkomst ouderbijdrage en is ook als bijlage opgenomen in deze schoolgids. De hoogte en de wijze van besteding van deze gelden is met instemming van het ouderdeel van de medezeggenschapsraad tot stand gekomen. De school verleent onder de hierna genoemde omstandigheden, op verzoek van de ouders gehele, dan wel gedeeltelijke kwijtschelding. Indien het gezinsinkomen niet hoger is dan 115% van de voor de ouders geldende bijstandsnorm: Indien op één van de ouders de Wet Schuldsanering Natuurlijke personen van toepassing is verklaard. Indien de ouders niet voldoen aan deze voorwaarden, maar van mening zijn, dat zij op grond van andere bijzondere omstandigheden niet of niet geheel in staat zijn om de ouderbijdrage te betalen, kunnen de ouders een verzoek om gehele dan wel gedeeltelijke kwijtschelding indienen bij de schoolleiding. De schoolleiding beslist in dat geval over de toepassing van de kwijtscheldingsregeling. Via de maatschappelijk deskundige kunnen ouders een kopie van de kwijtscheldings- en reductieregeling opvragen. Door de overheid bekostigde en niet door de overheid bekostigde lesmaterialen Schoolboeken worden door de school aan de leerlingen ter beschikking gesteld zonder dat daarvoor een vergoeding wordt gevraagd. De schoolboeken blijven echter te allen tijde eigendom van de school. Om er voor te zorgen dat leerlingen op een zorgvuldige manier met de verstrekte boeken omgaan, zal op het moment van inschrijving op de school een gebruikersovereenkomst/schaderegeling met hun ouders worden gesloten. Voor sommige lesmaterialen, zoals een atlas of woordenboek, ontvangt de school geen financiële bijdrage van de overheid. De school is om die reden niet verplicht dergelijke leermiddelen beschikbaar te stellen. In het overzicht hieronder ziet u welke leermiddelen het bijvoorbeeld betreft.

Door de overheid bekostigde lesmaterialen - leerboeken - werkboeken - projectboeken en tabellenboeken - examentrainingen en examenbundels - eigen leermateriaal van de school en bijbehorende cd’s en dvd’s - licentiekosten van digitaal leermateriaal

Niet door de overheid bekostigde lesmaterialen - atlas - woordenboeken - agenda - rekenmachine - sportkleding - veiligheidsschoenen - overall - gereedschap - schrift en multomap - pennen en dergelijke - excursies, introductiekamp, werkweken, buitenlandse reizen

De linkerkolom van de tabel bevat voorbeelden van leermiddelen die de school in elk geval beschikbaar moet stellen, omdat ze daarvoor een vergoeding van de overheid ontvangt. De rechterkolom bevat voorbeelden van zaken die ouders zelf op aanwijzing van de school aanschaffen. Soms worden dergelijke leermiddelen door de school centraal ingekocht en aan ouders tegen een vergoeding aangeboden (zie specificatie vrijwillige ouderbijdrage). Ouders hoeven daar echter geen gebruik van te maken: het staat hen vrij om zelf te bepalen waar zij deze lesmaterialen willen kopen. Het OPDC informeert u welke leermiddelen u voor uw kind dient aan te schaffen.


- 30 -

In de specificatie in de bijlage bij de overeenkomst ouderbijdrage staat vermeld of u deze zaken zelf dient aan te schaffen, via de school kunt bestellen of dat de school een vrijwillige bijdrage vraagt voor het gebruik ervan. (zie bijlage 2 en 3) N.B. Om - gedurende deze periode - ook andere leerlingen intacte, onbeschadigde boeken ter hand te kunnen stellen, is het verplicht gebruik te maken van een normale, stevige schooltas of stevige rugzak. Het gebruik van 'pukkels', slappe linnen- en/of sporttassen, plastic zakken en dergelijke is dus verboden. De mentor zal hier op toezien. Van schoolzijde worden de boeken zoveel mogelijk van een plastic kaft voorzien. Ook wordt van de leerling verwacht dat deze de boeken van een extra kaft voorziet. Wilt u - als ouder(s)/verzorger(s) er op toezien, dat uw kind/pupil ook dit kostbaar bezit van de school met respect behandelt ? (zie bijlage 5)

9.2

Tegemoetkoming school- en studiekosten

Onderwijskaart en lesgeld. Voor leerlingen van 12 t/m 17 jaar is de studietoelage vanaf schooljaar 2010-2011 komen te vervallen. Het kindgebonden budget dat ouders krijgen via de belastingdienst is verhoogd. Ook de schoolboeken worden gratis beschikbaar gesteld. Leerlingen van 18 jaar en ouder komen in aanmerking voor een tegemoetkoming in de studiekosten (WTOS scholieren). Zij moeten dit drie maanden voor de 18e verjaardag aanvragen. Aanvraagformulieren met een uitgebreide, toelichtende brochure zijn verkrijgbaar bij de IBG InformatieBeheerGroep (ook te downloaden via de site van de IBG). Let op: De inzenddatum van deze aanvraag sluit op 1 augustus 2015. Indien u meer informatie wenst inzake de studietoelage kunt u terecht bij:  bovengenoemde personen òf  het regiokantoor van de Informatie Beheer Groep (IBG): Stationsstraat 41 - 6231 AX Sittard openingstijden (zonder afspraak) : 09.00 - 17.00 uur Het landelijk telefoonnummer van de IBG is : 050 - 5997755 e-mail: [email protected] website: www.ib-groep.nl 9.3

Reiskostenvergoeding

Mocht u nadere informatie wensen m.b.t. reiskostenvergoeding dan kunt u zich wenden tot de gemeente Maastricht), tel.: 043-3505454 of 3505455 (09.30 - 11.30 uur) of uiteraard de afd. onderwijs/vervoer van uw eigen woongemeente, wanneer u buiten Maastricht woonachtig bent. De regels kunnen per gemeente verschillen. 9.4

Verzekeringen

Stichting LVO heeft als bevoegd gezag voor de scholen een aantal verzekeringen afgesloten. Voor u zijn van belang de verzekeringen die betrekking hebben op leerlingen en vrijwilligers c.q. ouders die participeren bij evenementen etc. Zo is er een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering geldt gedurende schooltijden, tijdens het gaan en komen naar en van school en tijdens excursies, schoolreizen, evenementen, werkwerken, stages etc. voor zover die onder verantwoordelijkheid van of door de school worden georganiseerd. Gedekt zijn medische kosten en een uitkering bij blijvende invaliditeit


- 31 -

en overlijden, tot een bepaald maximum en onder nader omschreven voorwaarden. Materiële schade is niet gedekt. Tevens is er een (doorlopende) schoolreis- en excursieverzekering (inclusief annuleringsclausule) afgesloten. Deze verzekering biedt dekking voor activiteiten die onder verantwoordelijkheid van de school worden uitgevoerd, op basis van nader omschreven voorwaarden. Ten slotte is er een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Alle verzekeringen zijn in principe op basis van secundaire dekking afgesloten. Dat betekent dat schade of letsel in de meeste gevallen eerst gemeld moet worden bij de persoonlijke verzekeringen van de betrokken leerling of ouder. Als deze verzekering de kosten aantoonbaar niet vergoedt, om welke reden dan ook, kan de verzekering van de school worden aangesproken. Vergoeding van de schade of gemaakte kosten geschiedt uitsluitend via declaratie door de school met daarvoor bestemde declaratieformulieren. In geval van schade kunt u zich wenden tot mevr. Phil Amory 043-3473000, [email protected]

De school sluit elke aansprakelijkheid ten aanzien van schade aan of diefstal van privé-eigendommen uit.


- 32 -

10. Website

Op onze website www.opdc-stmichael.nl vindt u de meest actuele informatie over de dagelijkse gang van zaken. Zo wordt elke middag de lesroosterwijziging online gezet, zodat u en uw zoon/dochter/pupil altijd op de hoogte zijn van eventuele wijzigingen. Wij raden u en uw zoon/dochter/pupil aan de site elke dag te bezoeken. Ook kunt u via de website contact met de beheerder (Mevr. Silvy Schurgers [email protected]) opnemen. Verder is er een leerlinggedeelte op de site waar u voornamelijk foto’s vindt van verschillende activiteiten. Leerlingen kunnen ook een verzoek doen om eigengemaakte foto’s van bepaalde activiteiten te plaatsen. Op de site worden regelmatig nieuwsberichten/digitale nieuwsbrief geplaatst om u en uw zoon/dochter/pupil en andere belangstellenden steeds op de hoogte te houden van alles wat er gebeurt op het OPDC.


- 33 -

11.

Bijlagen

Bijlage 1 Lessentabel vak▼ Ne Fa Du En gs Ak gs/ak wi wi re nsk1 nsk2 nsk bi ec ec mu kmu te bte hv bha kmu/bte/bha drama rt ma LO zenw tec kv1 sw stub stub MEN MEN lfst stage stage pf totaal

VoordeelB1A B1B B1C B1D B2A B2B B2C 2+ klas 3a 3b 4a 4b rebound 4 4 4 4 4 4 4 4 2 4 4 4 4 4 2 2

2

2

2

2

2 2 2

2 2

2 3

2 3

2 3

2 2

2 3

2 3

3 4

2

2

2

2

2 1 1

1 2 1

1 2 1

2 2 2

2

2 2

2 2

2 2

2

2

2

2

2

2

2 2 K 2 2 K 2 2

1

1

1

1

1

1

1

2

1

1

1

2

1

1

2

2

2

2

2

2

2

1 2

1 2

1 2

1 2

3 2 2

2

2 2 2

1 1

2 2 2

1 1

2 2 2

1 1

1

4

2 4 4

3 2 2

2

1

4 4 4 4

4 4 1

4 2 2

4 4 4 4

4 4 4

2 2 2

4 4

4 4

4

4 2 2

4 2 2 4 4

2 2

1 4 2 2

4 4

2 1 1

4 4 4 4

4 4

4 4

4

4

4

4

2

1 2

1 2

1 2

1 2

2

1

1 1

1

1

1

2

2

2 2 2

1 1

1 1

2 2

2

2

1 1

1

1

2 2 1

1 2 18

32

32


32

32

32

32

32

- 34 -

32

3 32

31

31

29

29

27

Bijlage 2

Overeenkomst Vrijwillige Ouderbijdrage 2014-2015 Partijen 1. het bevoegd gezag van LVO Maastricht, gevestigd te Maastricht, vertegenwoordigd door J. van Zoest - van Eijndhoven, locatiemanager OPDC St. Michael, hierna te noemen: de school en 2. ………………………………………………….., wonende te ………………………………, als ouder(s) en/of verzorger(s) van de leerling ….…………….. ……………………………, hierna te noemen: de ouders komen als volgt overeen: Artikel 1 De ouderbijdrage De school organiseert gedurende het schooljaar activiteiten voor de leerlingen die niet tot het gewone lesprogramma behoren en die dus niet door de overheid worden vergoed. Ook stelt de school een aantal voorzieningen ter beschikking aan de leerlingen. Voor de dekking van deze kosten heeft de school in overleg met de (oudergeleding van de) medezeggenschapsraad een bedrag aan ouderbijdrage vastgesteld. Artikel 2 Karakter overeenkomst De ouderbijdrage is vrijwillig. De ouders zijn vrij in het al dan niet ondertekenen van deze overeenkomst. Na ondertekening van deze overeenkomst zijn de ouders verplicht de hierin overeengekomen ouderbijdrage te betalen. Artikel 3 Specificatie activiteiten en voorzieningen De activiteiten en voorzieningen waarvoor de ouderbijdrage wordt gebruikt en de daarbij behorende kosten, staan in de bijlage bij deze overeenkomst vermeld. Met het ondertekenen van deze overeenkomst geven ouders aan akkoord te gaan met deelname aan de genoemde activiteiten en het gebruik van de aangeboden voorzieningen. Ouders zullen de daarbij horende kosten voldoen. Ouders die slechts gedeeltelijk gebruik willen maken van de aangeboden activiteiten en voorzieningen, geven op een bijlage aan van welke activiteiten of voorzieningen zij geen gebruik wensen te maken. Ouders die de overeenkomst niet (ondertekend) terugsturen geven daarmee aan geen gebruik te willen maken van de aangeboden activiteiten en voorzieningen. De leerling wordt uitgesloten van iedere activiteit of voorziening waar ouders niet voor willen betalen. Vindt die activiteit plaats gedurende schooltijd, dan biedt de school een vervangend programma aan dat de leerling verplicht is te volgen. Artikel 4 Onverwachte evenementen Het is mogelijk dat voor onverwachte evenementen gedurende het schooljaar een extra bijdrage op vrijwillige basis aan de ouders wordt verzocht. De voorwaarden van deze overeenkomst zijn daarop van toepassing. Artikel 5 Reductie- en kwijtscheldingsregeling De school verleent onder de hierna genoemde omstandigheden, op verzoek van de ouders, gehele dan wel gedeeltelijke kwijtschelding: indien het gezinsinkomen niet hoger is dan de voor de ouders geldende bijstandnorm; indien op één van de ouders de Wet Schuldsanering Natuurlijke personen van toepassing is verklaard;


- 35 -

Indien de ouders niet voldoen aan deze voorwaarden, maar van mening zijn dat zij op grond van andere bijzondere omstandigheden niet of niet geheel in staat zijn om de ouderbijdrage te betalen, kunnen zij een verzoek om gehele dan wel gedeeltelijke kwijtschelding indienen bij de schoolleiding. De schoolleiding beslist in alle gevallen over de toepassing van de kwijtscheldingsregeling. Artikel 6 Betaling van de ouderbijdrage Het totaalbedrag waarvoor de ouder een bijdrage betaalt ten behoeve van activiteiten, voorzieningen en verbruikmaterialen wordt berekend op basis van de in overleg met de MR vastgestelde lijst, waarbij rekening wordt gehouden met de uitzonderingen die ouders op de bijlage hebben aangegeven. Voor dit bedrag ontvangt de ouder een factuur namens de school. Deze dient binnen 35 dagen na ontvangst te worden betaald. De ouder kan kiezen voor betaling in maximaal 5 termijnen. Hiervoor worden extra administratiekosten in rekening gebracht. Als de aan een activiteit of voorziening verbonden kosten niet (tijdig) worden betaald, betekent dit dat de leerling van de desbetreffende activiteit of voorziening kan worden uitgesloten. Artikel 7 Duur van de overeenkomst De overeenkomst is aangegaan voor de duur van één schooljaar, te weten het schooljaar 2014/2015. Bijlage met uitzonderingen conform artikel 3 is wel/niet bijgesloten (doorhalen wat niet van toepassing is) Aldus overeengekomen te ………………

op ……………..

………………….. De school

………………………….. De ouders


- 36 -

Toelichting Overeenkomst Vrijwillige Ouderbijdrage Maastricht, d.d. augustus 2014 Geachte ouder(s) / verzorger(s), Het onderwijs in Nederland wordt in principe door de overheid betaald. Met de bedragen die de school hiervoor van de overheid krijgt kunnen helaas niet alle kosten gedekt worden. Hierbij gaat het om (extra) activiteiten, voorzieningen (verstrekkingen) en verbruiksmaterialen. De school kan u hiervoor om een vergoeding vragen; dit noemen we de ouderbijdrage. Activiteiten De school organiseert veel activiteiten voor de leerlingen die de overheid niet betaalt, zoals schoolreisjes en vieringen. Hiervoor vraagt de school u om een bijdrage. Zonder die bijdrage is het niet mogelijk deze activiteiten te organiseren. Voorzieningen (verstrekkingen) Met leermiddelen bedoelen we de schoolboeken en computerprogramma ’s, etc. die we gebruiken in de les. De meeste leermiddelen worden sinds enkele jaren door de overheid betaald en door de school aan uw kind beschikbaar gesteld. De school hoeft echter niet voor alle boeken en gereedschappen die in de klas gebruikt worden te zorgen. Hierbij moet u denken aan lesmateriaal dat langer dan een jaar meegaat, weinig op school gebruikt wordt en/of relatief kostbaar is. De school kan u vragen om die spullen zelf aan te schaffen. Soms is het handiger als de school daarvoor zorgt en u daarvoor een bedrag in rekening brengt. Denk bijvoorbeeld aan een zware en dure atlas en woordenboeken. Dit noemen we voorzieningen of verstrekkingen. Verbruiksmaterialen De school maakt extra kosten om lessen aantrekkelijker te maken door de leerlingen zelf proeven te laten uitvoeren in vakken als natuurkunde, scheikunde en biologie. Ook creatieve vakken als tekenen, muziek en handvaardigheid leveren extra kosten op doordat veel duur materiaal gebruikt wordt. Dat geldt ook voor de praktijklessen in het VMBO en Praktijkonderwijs. De school vraagt u hiervoor om een bijdrage verbruiksmaterialen. Zonder uw bijdrage voor deze verbruiksmaterialen zullen die lessen veel soberder ingericht moeten worden en dat vinden wij niet in het belang van uw kind. Ouderbijdrage De school vraagt u dus om mee te betalen aan bepaalde activiteiten, verstrekkingen en verbruiksmaterialen. Dat noemen we de ouderbijdrage. Deze ouderbijdrage is vrijwillig. U kunt er voor kiezen of u wel of niet betaalt voor een bepaalde verstrekking of activiteit. De school kan uw kind wel uitsluiten van de activiteiten waar u niet voor wilt betalen. Uw kind krijgt dan een vervangend programma aangeboden als de activiteit binnen schooltijd plaatsvindt. Als u niet wilt betalen voor de voorzieningen die de school aanbiedt, zult u zelf moeten zorgen voor de naslagwerken en/of gereedschappen die nodig zijn in de les. Overeenkomst ouderbijdrage De school maakt graag met u een duidelijke afspraak over de bijdrage die u wilt betalen. Daarvoor dient bijgevoegde “Overeenkomst Ouderbijdrage”. U bent niet verplicht om deze overeenkomst aan te gaan. Als u de overeenkomst niet ondertekent of deze niet inlevert, gaat de school ervan uit dat uw kind afziet van deelname aan alle extra activiteiten en mogelijke verstrekkingen. Als u in een bijlage aangeeft voor een bepaalde activiteit niet te willen betalen, dan kunt u daar later niet op terugkomen als u uw kind alsnog aan deze activiteit wilt laten meedoen. Na ondertekening van de overeenkomst bent u wel verplicht de overeengekomen bijdrage te betalen. Alle activiteiten, verstrekkingen en verbruiksmaterialen en de bijdrage die daarvoor wordt gevraagd zijn goedgekeurd door de Ouderraad en de (oudergeleding van de) Medezeggenschapsraad. Ze staan allemaal duidelijk vermeld op de bijlage die bij de overeenkomst ouderbijdrage is gevoegd. Wat moet u verder doen? Vul de gegevens van uw kind rechtsboven op het keuzeformulier in Wilt u van bepaalde activiteiten, verstrekkingen of verbruiksmaterialen geen gebruik maken, geef dan op een eigen bijlage aan voor welke activiteiten, verstrekkingen of verbruiksmaterialen dat geldt, en geef op de overeenkomst aan dat een dergelijke bijlage bij de overeenkomst is gevoegd (direct boven uw handtekening). Onderteken het formulier. Vul de overeenkomst ouderbijdrage in en onderteken hem. Advies: maak een kopie voor uzelf


- 37 -

Stuur de overeenkomst uiterlijk vóór 27 augustus t.a.v. Mw. Phil Amory, naar het OPDC of reik de overeenkomst zo snel mogelijk via uw zoon/dochter over aan de mentor van uw zoon/dochter. Op basis van de keuzes die u maakt stuurt de school u in het begin van het schooljaar een rekening die u binnen 35 dagen na ontvangst moet betalen (wel of geen termijnbetaling is mogelijk). Van een aantal activiteiten (schoolreisjes en excursies) is nog niet bekend of en wanneer deze worden georganiseerd en wat ze gaan kosten. Hierover wordt u later geïnformeerd. U krijgt dan de gelegenheid om te kiezen of uw kind wel of niet meedoet met deze activiteit. Misschien wilt u de rekening wel betalen, maar lukt dat niet omdat uw inkomen te laag is. 1 U kunt dan een beroep doen op de kwijtscheldingsregeling die in de overeenkomst is opgenomen . De kwijtscheldingsovereenkomst is niet van toepassing op bijzondere opleidingen als TTO (Porta Mosana) of de Dansopleiding van het Bonnefanten College. Naast de overeenkomst krijgt u ook een lijst van zaken die uw kind in de les nodig heeft, maar die niet vallen onder de regeling gratis lesmateriaal en die ook niet via de school aangeschaft kunnen worden. Denk hierbij aan pennen, papier, rekenmachines, tekendozen, gymkleding en dergelijke. U dient deze zaken zelf aan te schaffen. Voor verdere informatie verwijzen wij u naar de Schoolgids, die u kunt downloaden op de site van de school www.opdc-stmichael.nl Met vragen kunt u terecht vanaf 25 augustus via [email protected] , 043-3473000. Met vriendelijke groet, Mw. J. van Zoest - van Eijndhoven Locatiedirecteur

1

Voor een tegemoetkoming in deze kosten kunt u ook een beroep doen op de declaratieregeling van de Gemeente Maastricht die geldt voor kinderen tot 18 jaar in het voortgezet onderwijs. Ook kunt u wellicht een ondersteuning aanvragen bij de Stichting Leergeld ( www.leergeldmaastricht.nl) Schoolgids OPDC St. Michael 2014-2015

- 38 -

Bijlage 3

Overzicht verstrekkingen OPDC St. Michael schooljaar 2014-2015 Klas 1A-1B Introductie Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Agenda Rekenmachientje Rapportmapje Drukwerk en kopieerkosten Gymshirt Hv/te/tech Kooklessen Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Termijnbetaling Ouderraad Verzekeringen Totaal

40,00 7,50 7,50 3,95 15,00 5,00 15,00 10,00 40,00 17,50 15,00 10,00 15,00 10,00 5,00 2,00

Klas 1C-1D Introductie Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Agenda Rekenmachientje Rapportmapje Drukwerk en kopieerkosten Gymshirt Hv/te/tech Kooklessen Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Termijnbetaling Ouderraad Verzekeringen Totaal

40,00 7,50 7,50 5,50 15,00 5,00 15,00 10,00 40,00 17,50 15,00 10,00 15,00 10,00 5,00 2,00


€ 218,45

€ 220,00

- 39 -

Klas 2A-2B Introductie Excursie Visé (alleen 2B) Project Bouw-doe-activiteit Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Agenda Drukwerk en kopieerkosten Hv/te/tech Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Termijnbetaling Ouderraad Verzekeringen Totaal

40,00 10,00 10,00 7,50 7,50 3,95 15,00 40,00 15,00 10,00 15,00 10,00 5,00 2,00

Klas 2C Introductie Excursie Visé Project Bouw-doe-activiteit Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Agenda Drukwerk en kopieerkosten Hv/te/tech Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Termijnbetaling Ouderraad Verzekeringen Totaal

40,00 10,00 10,00 7,50 7,50 5,50 15,00 40,00 15,00 10,00 15,00 10,00 5,00 2,00


€ 190,95

€ 192,50

- 40 -

Klas 2+ Introductieactiviteit Stedentrip Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Agenda Drukwerk en kopieerkosten Hv/te (keuzevak) Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Ouderraad Verzekeringen Termijnbetaling Totaal

40,00 15,00 7,50 7,50 2,95 15,00 40,00 15,00 10,00 15,00 5,00 2,00 10,00

Klas 3A-3B Introductieactiviteit Stedentrip Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Drukwerk en kopieerkosten Hv/te (keuzevak) Algemene activiteiten en vieringen Mentordag Huur kluisje Ouderraad Verzekeringen Termijnbetaling Totaal

40,00 15,00 7,50 7,50 15,00 40,00 15,00 10,00 15,00 5,00 2,00 10,00


€ 184,95

€ 182,00

- 41 -

Klas 4A-4B Introductieactiviteit Stedentrip Gebruik klassensets Mediatheek en licenties Drukwerk en kopieerkosten Hv/te (keuzevak) Algemene activiteiten en vieringen Huur kluisje Informatieboek vervolgonderwijs t.b.v. ouders/verzorgers Kosten examen en diploma-uitreiking Ouderraad Verzekeringen Termijnbetaling Totaal

40,00 15,00 7,50 7,50 15,00 40,00 15,00 15,00 12,50 40,00 5,00 2,00 10,00 € 224,50

Excursie stedenreis (geldt voor leerjaar 3 en 4) via aparte inschrijving Voor zij-instromers wordt afhankelijk van het leerjaar het volgende in rekening gebracht: Agenda 5,50 Gymshirt 10,00 Naar rato van instroomtijdstip gedurende het schooljaar en voor zover van toepassing de andere posten.


- 42 -

Bijlage 4

Onderwijsovereenkomst OPDC St. Michael Schooljaar 2014-2015

De ondergetekenden: 1. De wettelijke vertegenwoordiger van de hierna te vermelden leerling, hierna te noemen “de ouder/verzorger” en 2. De Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs, gevestigd te Sittard, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door het OPDC St. Michael, hierna “de Stichting LVO”;

in overweging nemende:

-

dat het OPDC onder meer een bovenschoolse voorziening is voor leerlingen die zeer gerichte begeleiding nodig hebben; dat het OPDC een onder het bestuur van de Stichting LVO ressorterende voorziening is; dat een leerling op het OPDC wordt geplaatst om de leerling op tijdelijke basis meer toegepast onderwijs en begeleiding te geven; dat voor een zo goed mogelijk verblijf van de leerling op het OPDC een goede samenwerking tussen de ouder/verzorger en het OPDC noodzakelijk is; dat deze ouderovereenkomst de rechten en plichten van de ouders/verzorgers èn het OPDC wenst vast te leggen.

komen overeen als volgt:

1. Doel a) De ouder/verzorger heeft een leerling: naam: geboren: wonende: die staat ingeschreven bij het College en is geplaatst op het OPDC, gevestigd te Maastricht, Hunnenweg 4, hierna te noemen “de leerling”. b) Het doel van de plaatsing van de leerling op het OPDC is om de leerling op tijdelijke basis adequaat onderwijs en de benodigde begeleiding te bieden.


- 43 -

2. Duur Deze overeenkomst is aangegaan voor de duur gelijk aan die waarvoor de leerling bij het OPDC is geplaatst met een duur van maximaal twaalf maanden, ingaande 25 augustus 2014 en daarom eindigende op 20 juli 2015. 3. Het OPDC a) Het OPDC draagt zorg voor een deskundige psychologische, orthopedagogische en orthodidactische begeleiding van de leerling; b) Het OPDC hanteert een leerlingvolgsysteem; c) Het OPDC voert periodiek leerling-besprekingen/zorgteambesprekingen; d) Het OPDC betrekt externe ketenpartners indien noodzakelijk; e) Het OPDC informeert de ouder/verzorger via - onder meer - drie keer per jaar een rapport en door middel van contactavonden/contactmomenten; f) Het OPDC neemt uiterlijk 12 mei 2015 contact op met de ouder/verzorger om te overleggen over wel of niet continuering van de plaatsing van de leerling op het OPDC voor het aansluitende schooljaar. Het advies van de schakelcommissie is in dezen bindend. 4. De ouder/verzorger a) De ouder/verzorger is medeverantwoordelijk voor het gedrag van de leerling; b) De ouder/verzorger beseft dat inbreng en betrokkenheid van zijn kant naar de leerling en het OPDC van groot belang is en werkt actief mee aan de uitvoering van het handelingsplan; c) De ouder/verzorger leest de informatie van het OPDC, zoals de digitale schoolgids/nieuwsbrief en brieven en vraagt om uitleg als die informatie niet duidelijk is; d) De ouder/verzorger komt op afspraken en reageert op schriftelijke en/of telefonische verzoeken van het OPDC; e) De ouder/verzorger informeert het OPDC (via de mentor van de leerling) over alle relevante zaken van thuis die voor de school van belang zijn om te weten; f) De ouder/verzorger werkt mee aan terugplaatsing of verwijzing waarbij het advies van de schakelcommissie bindend is; g) De ouder/verzorger gaat akkoord met eventuele publicatie van beeldmateriaal t.b.v. practiviteiten; h) De ouder/verzorger gaat akkoord met het opvragen cq. verstrekken van informatie.

4. Wijzigingen Wijzigingen in deze overeenkomst kunnen slechts schriftelijk in onderling overleg tussen de partijen worden overeengekomen.

Aldus overeengekomen en ondertekend te Maastricht op ………………….. 2014.

Namens de stichting LVO, OPDC St. Michael

De ouders/verzorgers

………………………………

……………………………..

J. van Zoest - van Eijndhoven Locatiedirecteur OPDC St. Michael


- 44 -

Bijlage 5

Gebruikersovereenkomst Lesmateriaal

De ondergetekenden: OPDC St. Michael, gevestigd te Hunnenweg 4, 6224 JP, Maastricht, vertegenwoordigd door J. van Zoest - van Eijndhoven in haar functie van locatiedirecteur, verder te noemen: “bruikleengever”; en Naam ouders/verzorgers:……………………………… Adres:…………………………………………………….. namens leerling:………………………………………….

, verder te noemen: “bruikleennemer”;

Ondergetekenden, hierna gezamenlijk te noemen “partijen”; Overwegende: -

dat bruikleengever ressorteert onder het bevoegd gezag van de Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs (LVO); dat LVO als bevoegd gezag elk jaar lesmateriaal als bedoeld in de Wet gratis schoolboeken om niet aan de leerling ter beschikking dient te stellen; dat LVO hiervoor lesmateriaal koopt van distributeurs en zelf dient toe te zien op zorgvuldig gebruik ervan; dat partijen in deze overeenkomst het zorgvuldig gebruik van het lesmateriaal wensen vast te leggen.

Verklaren en komen overeen als volgt: Artikel 1 Definities Lesmateriaal: hieronder wordt verstaan lesmateriaal dat naar vorm en inhoud is gericht op informatieoverdracht in onderwijsleersituaties en waarvan het gebruik binnen het onderwijsaanbod door het bevoegd gezag specifiek voor het desbetreffende leerjaar is voorgeschreven. Overeenkomst: de onderhavige door partijen getekende gebruikersovereenkomst lesmateriaal. Artikel 2 Eigendom lesmateriaal Het lesmateriaal dat LVO heeft gekocht wordt in bruikleen aan de bruikleennemer ter beschikking gesteld en blijft zodoende te allen tijde eigendom van LVO. Artikel 3 Ontvangst lesmateriaal 1. De bruikleennemer dient bij de inontvangstneming van het lesmateriaal te controleren of de feitelijke levering van het lesmateriaal overeenstemt met de leverbon. Indien levering niet overeenstemt met de leverbon, dient de bruikleennemer dit schriftelijk binnen 14 dagen te melden bij de bruikleengever. Ook reacties betreffende beschadigingen dienen binnen 14 dagen schriftelijk gemeld te worden bij de bruikleengever. 2. Na het verstrijken van de in het eerste lid genoemde termijn gaat de bruikleengever er van uit dat het lesmateriaal onbeschadigd en conform leverbon is geleverd. 3. De bruikleennemer dient het lesmateriaal op eerste verzoek van bruikleengever binnen twee weken na genoemd verzoek af te leveren aan de bruikleengever met inachtneming Schoolgids OPDC St. Michael 2014-2015

- 45 -

van het hierna bepaalde. Artikel 4 Gebruik lesmateriaal 1. De bruikleennemer dient alle zorgvuldigheid in acht te nemen ter voorkoming van beschadiging, diefstal of verlies van het in bruikleen verstrekte lesmateriaal. Hiermee wordt in ieder geval bedoeld: a) het lesmateriaal te kaften en te onderhouden; b) het lesmateriaal niet met stift, pen, potlood of anderszins van enige opmerkingen te voorzien; c) het lesmateriaal te gebruiken in overeenstemming met hun bestemming en d) aanwijzingen van de docent betreffende het gebruik op te volgen. 2. Het is de bruikleennemer niet toegestaan het lesmateriaal hetzij om niet hetzij tegen een vergoeding aan een andere leerling in gebruik af te staan of te verhuren. Artikel 5 Schade 1. De bruikleennemer is verplicht verlies dan wel diefstal van het lesmateriaal onmiddellijk te melden bij de bruikleengever. 2. Indien het lesmateriaal niet binnen twee weken na het in artikel 3 lid 3 genoemd verzoek bij de bruikleengever in goede staat is afgeleverd (ter beoordeling van de bruikleengever) is de bruikleengever gerechtigd de schade op de bruikleennemer te verhalen. 3. In geval van schade, verlies of diefstal van het lesmateriaal is de bruikleennemer aansprakelijk voor alle kosten die gemaakt moeten worden ter reparatie of vervanging van het desbetreffende lesmateriaal. 4. De schade is opeisbaar na constatering van deze schade door de bruikleengever en nadat de bruikleengever de omvang van de schade aan de bruikleennemer heeft medegedeeld. 5. De bruikleennemer is verplicht het schadebedrag binnen 14 dagen – nadat hij hiervan in kennis is gesteld - te betalen aan de bruikleengever. Artikel 6 Duur van de overeenkomst 1. De overeenkomst wordt aangegaan voor de periode dat de bruikleennemer staat ingeschreven bij het OPDC St. Michael. 2. De overeenkomst eindigt automatisch zodra de bruikleennemer wordt uitgeschreven bij het OPDC St. Michael. Artikel 7 Toepasselijk recht 1. Op deze overeenkomst is het Nederlands recht van toepassing. 2. Alle geschillen voortvloeiende uit of samenhangend met deze overeenkomst zullen worden voorgelegd aan de bevoegde rechter te (kanton van vestigingsplaats school). Overeengekomen te .…………………

op ………………….

Bruikleengever J. van Zoest - van Eijndhoven

Bruikleennemer

Handtekening

Handtekening


- 46 -

Bijlage 6

Akkoordverklaring voorwaarden gebruik van laptop op het OPDC St. Michael (concept)

Ondergetekende, ouder van ............................................................(naam leerling), klas ..........................verklaart akkoord te gaan met de door de school gestelde voorwaarden (zie bijlage) voor het gebruik van de uitgereikte laptop.

Naam: .......................................................................

Datum: .............................................................. 2014

Handtekening:

(U ontvangt een kopie van dit formulier via uw zoon/dochter)


- 47 -

Voorwaarden gebruik laptop OPDC St. Michael

De aan de leerlingen uitgereikte laptop is een leermiddel en dient derhalve te allen tijde beschikbaar te zijn voor het onderwijs. Elke laptop is door school geregistreerd op serienummer en naam van de leerling. De betaling van de huur van de laptop geschiedt via de administratie van het OPDC. U ontvangt een rekening van € 150,- op jaarbasis, gebaseerd op 10 maanden onderwijs. U voldoet de rekening in één keer. De laptop wordt pas aan de leerling uitgereikt, zodra het bedrag op de rekening van school (rekeningnummer: 65.29.35.842 t.n.v. LVO inzake OPDC Maastricht) is gestort. De laptop blijft op school in een goed beveiligde en verzekerde ruimte. Elke leerling ontvangt bovendien een USB-stick ( € 7,50), of heeft deze reeds ontvangen, om ook met het maken van het huiswerk thuis te kunnen werken op een computer. De leerling is verantwoordelijk voor de laptop. Tijdens pauzes dient de laptop opgeborgen te worden in de daarvoor bestemde kluisjes. Tijdens een schooldag gaan leerlingen op een zorgvuldige manier om met hun laptop. De school zal zorgdragen voor een veilige omgeving inzake het laptopgebruik. Zowel kwalitatieve als kwantitatieve controle zal door de school uitgevoerd worden. Tijdens leerlingen groepsbesprekingen wordt het gebruik van de laptop bij regelmaat geëvalueerd. Moedwillige schade aan de laptop of verlies van de laptop, wordt verhaald op de leerling en derhalve op zijn ouders/verzorgers. De laptop is en blijft eigendom van het OPDC St. Michael.

Maastricht, september 2014


- 48 -

Bijlage 7 Protocol dyslexie (dyslexiebeleid op schoolniveau) Kernwoorden: duidelijkheid en eenduidigheid Doel van het protocol: procedures, werkwijze, taakverdeling vastleggen, afspraken bewaken, eenduidigheid naar ouders/ leerlingen garanderen  problemen voorkomen. Voor wie en waarom? (doelgroepen/ behoeften)  Voor dyslectische leerlingen: weten waar zij recht op hebben en bij wie zij in verschillende situaties terecht kunnen.  Voor ouders: weten wat het dyslexiebeleid van het OPDC inhoudt en bekend zijn met afspraken en verantwoordelijkheden met betrekking tot het beleid.  Voor OP en OOP: bekend zijn met gemaakte afspraken en weten wie verantwoordelijk zijn voor de aansturing en de uitvoering van de verschillende stappen betreffende het dyslexiebeleid. Signaleren van leerlingen met lees- en spelproblematiek Door: logopediste/dyslexiespecialiste (Kim Fiekers) Leerjaar 1 Nieuwe leerlingen in het eerste leerjaar worden in het begin van het schooljaar getest. Opvallende testresultaten worden door Kim met de mentor (evt. Zorgteam) doorgesproken. Mogelijke afspraken: - De betreffende leerling komt in aanmerking voor aanvullend onderzoek. - Naar aanleiding van het onderzoeksresultaat en op advies van Kim worden de prestaties van de betreffende leerling gedurende ten minste 12 weken gevolgd  rt  leerlingenbespreking (mentor) indien noodzakelijk aanvullend onderzoek. Overige leerjaren Opmerkingen van collega’s, ouders en/ of gegevens uit het dossier (vorige school/PCL/Zorgteam) kunnen voor de mentor aanleiding zijn om in de leerlingenbespreking collega’s te raadplegen over de vermeende taalproblematiek van de leerling. Indien de vergadering meent dat sprake kan zijn van dyslexie, meldt de mentor de leerling aan bij Kim, voor nader onderzoek. Aanmelden voor dyslexieonderzoek door: mentor of zorgcoördinator, reboundbegeleider. 

Aanmelden van leerlingen van het OPDC, die in aanmerking komen voor een dyslexieonderzoek bij dyslexiespecialiste via de mentor. Onderbouwing van de aanvraag middels een aanvraagformulier (mail). e

Leerlingen die voor schakelen in aanmerking komen, uiterlijk één week na het 2 rapport bij dyslexiespecialiste aanmelden (mentor/ aanvraagformulier) voor dyslexieonderzoek.  Aanmelden van leerlingen uit de Reboundgroep, die mogelijk voor een dyslexieonderzoek en/ of -pas in aanmerking komen, door de reboundbegeleider, in overleg met de mentor en het zorgteam. Onderbouwing middels aanvraagformulier (verantwoordelijkheid reboundbegeleider/ school van oorsprong). Signaleren en registratie dyslectische leerlingen OPDC Door: mentor  dyslexiespecialiste


- 49 -

Signaleren en registreren van OPDC-leerlingen met een dyslexieverklaring: Leerjaar 1  signaleren van dyslexieverklaringen en –passen via psychologe/ orthopedagoge/ zorgteam  mentor. Leerjaren 2 t/m 4 signaleren van verklaringen en -passen per klas via de mentor (overdracht/vergadering). De mentor maakt een lijst van dyslectische leerlingen in zijn/ haar klas. Daarnaast controleert hij/zij of genoemde verklaring en pas in het dossier van de betreffende leerling aanwezig zijn. De lijst met namen van de dyslectische leerlingen worden uiterlijk 1 november aan dyslexiespecialist overhandigd. Zij zal deze vervolgens –per klas- verspreiden onder de docenten (mail). Leerlingen (met dyslexieverklaring) zonder dyslexiepas worden door de mentor bij Kim gemeld (via de klassenlijst). Zij zal in overleg met de leerling/ evt. mentor zorg dragen voor de uitgifte van een pas ( kopie voor leerling en mentor). Faciliteiten Overeengekomen afspraken over compenserende en dispenserende maatregelen in de klas zijn vastgelegd in het protocol (zie bijgevoegde lijst) Examenfacilitering t.b.v. de dyslectische leerling (protocol).(zie bijgevoegde lijst) Bewaking van afspraken t.a.v. dyslexie Door:    

Mentor Dyslexiespecialiste Zorgteam teamleider

Aanspreekpunt (bij vragen, onduidelijkheid, andere inzichten e.d.) voor de leerling/ouder/ docent is de mentor. Indien dit niet tot een antwoord/oplossing leidt, kan de laatste zich tot de dyslexiespecialist wenden, die zich eventueel tot het zorgteam/ de zorgcoördinator/de teamleider (in die volgorde) wenden. Voorlichting Door: mentor/ dyslexiespecialisten  

Voorlichtingsavond voor ouders/ leerlingen over dyslexiebeleid en –begeleiding door dyslexiespecialisten. Tussentijdse informatie via mentor/ evt. in samenspraak met / aanwezigheid van dyslexiespecialist. Voorlichting t.a.v. dyslexiebeleid via website van het OPDC St. Michael.

Begeleiding Door: remedial teachers en dyslexiespecialist   

Uitwerken van concrete tips en handreikingen voor de begeleiding van dyslectische leerlingen in de klassensituatie (‘Tips voor docenten’) door dyslexiespecialist Aanreiken informatie (‘Tips voor leerlingen’) voor dyslectische leerlingen. Uitwerken van mogelijkheden van begeleiding buiten de klassensituatie door Kim.

Bespreking/ terugkoppeling via mentoren of tijdens een studiemiddag.

Dyslexiepas Compenserende en dispenserende maatregelen in de les Doelgroep: leerlingen met een dyslexieverklaring


- 50 -

Doel: de problemen op het gebied van lezen en spellen op woordniveau beperken, om te voorkomen dat de leerling zijn motivatie om te leren/ studeren verliest. De inzet van de individuele leerling is uiteraard van groot belang en wordt gerelateerd aan de aangeboden faciliteiten. Overzicht van maatregelen, overeengekomen door de docenten van de verschillende vaksecties. Compenserende maatregelen Standaardmaatregelen Lezen in de les: - teksten laten voorlezen door een ander (docent/ andere leerling) - schriften/ werkboeken regelmatig controleren en - evt. (indien wenselijk) kopieën aanbieden - tijdverlenging (20%) of minder opdrachten (keuze docent) - niet hardop voorlezen (afh.leerling) Spellen in de les - gebruik hulpmiddelen: markeerstiften, spellinglijsten, regelkaarten, readingpen, tekstverwerker, laptop (evt.met spraakherkenning) - vreemde talen: fonetische spelling toestaan - inleveren huiswerkopdrachten op de pc > uitgeprint aanleveren - tijdverlenging (20%) of minder opdrachten (keuze docent) Toetsen in de les - individueel / indien mogelijk: voorlezen van proefwerken (opdrachten/ teksten) - individueel/ indien mogelijk: mondelinge overhoringen - tijdverlenging (20%) of minder opgaven (keuze docent) - gebruik hulpmiddelen: markeerstiften, regelkaarten, spellinglijsten, readingpen zonder woordenboek - luistertoetsen, indien wenselijk, individueel (met band > terugspoelen) - spelfouten: zaakvakken/ wiskunde: niet meetellen Frans/ Duits: niet meetellen Engels: A: niet meetellen (bv. aard van schrijfproduct) B: minder zwaar meetellen > Nederlands: A: minder zwaar meetellen (bv.3ft. = -1pt.) B: wel meetellen (tekstverwerkergebruik, regellijsten, spellingkaarten) e - 5 jaar (examenleerlingen): gebruik lege laptop/ tekstverwerker en software

Dispenserende maatregelen - boekenlijst: alternatieve mogelijkheden toestaan: boeken op band (Daisy), evt. film - vrijstelling Franse en/ of Duitse taal. Opmerkingen t.a.v. het eindexamen en examenfacilitering Ruim vóór PTA 1 vindt overleg plaats met examencoördinator, zorgcoördinator, dyslexiespecialist, mentor en gedragswetenschapper tijdens een zorgteamoverleg in relatie met mogelijk noodzakelijke facilitering t.b.v. PTA’s en CSE. Gedurende de eerste weken van het nieuwe schooljaar wordt de dyslexiepas geëvalueerd en bijgesteld in relatie met PTA’s Dyslexiespecialist spreekt aanbevolen faciliteiten door met de leerling en indien noodzakelijk ook met de ouders. Per leerling worden de faciliteiten gecommuniceerd met collega’s o.a. door weergave van alle informatie in Magister. T.a.v. het digitale woordenboek wordt door àlle docenten een algemeen wachtwoord (geheim) gebruikt, zodat iedereen naar wens van de docent kan ver- of ontgrendelen. Voorzieningen bij het centraal examen: artikel 55 Eindexamenbesluit. Artikel 55 Eindexamenbesluit geeft de directeur de bevoegdheid om toe te staan dat een gehandicapte kandidaat geheel of gedeeltelijk het examen aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat. De examencondities zijn dus een zaak van de school.


- 51 -

Een dyslectische leerling is een (gehandicapte) kandidaat, die in aanmerking komt voor aangepaste examencondities. Uit inspectierapporten is gebleken dat tijdverlenging van de duur van het examen met 30 minuten in het algemeen afdoende is. Voor de betreffende leerling volstaat in dat geval de diagnose uit de deskundigenverklaring. Indien andere faciliteiten dan verlenging van de examentijd noodzakelijk zijn, dient de deskundigenverklaring tevens aan te geven waaruit deze zouden kunnen bestaan dan wel (in geval van een eindexamen) dient de aanpassing aan te sluiten bij begeleidingsadviezen, die in een eerdere deskundigenverklaring zijn gegeven t.b.v. de schoolloopbaan van de betrokkene. Heeft een leerling gedurende de schoolloopbaan op grond van een dergelijke verklaring begeleiding en faciliteiten ontvangen, dan is het niet nodig dat er ten behoeve van het examen een nieuwe verklaring wordt afgegeven. Het ligt in ieder geval wel in de rede dat eerder tijdens de schoolloopbaan de diagnose is gesteld en dat de school passende maatregelen heeft genomen om de betrokken leerlingen tijdens hun schoolloopbaan ook werkelijk te begeleiden aan de hand van de adviezen uit een aanwezige deskundigenverklaring. Deze leerlingen hebben dan in hun schoolloopbaan tijdens proefwerken en dergelijke kunnen profiteren van de aanpassing, zoals zij die ook voor het examen kunnen aanvragen. De melding van de aanpassing dient zo spoedig mogelijk aan de inspectie te worden gedaan.

Algemene dyslexietips voor docenten: Pas overeengekomen compenserende en dispenserende maatregelen correct en consequent toe; Laat onvoldoende gemaakt schriftelijk werk regelmatig mondeling herkansen (geheel/ gedeeltelijk) na schooltijd; Laat luistertoetsen individueel of met koptelefoon maken; Plan geen twee of meer taalproefwerken op dezelfde dag; Sta het gebruik van een woordenboek bij alle vakken toe; Zorg voor een overzichtelijke lay-out van proefwerken/ opdrachten/ aantekeningen; Vergelijk een dyslectische leerling niet met zijn klasgenoten; Maak geen opmerkingen als “je hebt zeker weer niet geleerd”, maar vraag bijvoorbeeld “hoe heb je dat eigenlijk geleerd?”; Spreek ook Nederlands bij het uitleggen van leerstof van een vreemde taal; Besteed extra aandacht aan grammatica- en spellingregels (schema’s); Leer leerstrategieën en controletechnieken aan; Geef extra hulp en uitleg; Tips voor de mentor: Meld de leerling aan voor een dyslexiepas; Vraag vrijstelling voor Fa en Du (artikel 11.e en 11.f van het Inrichtingsbesluit) en regel in de vrijgekomen uren extra RT of extra uren Ne/ En etc. (Alleen voor VMBO); Controleer regelmatig agenda, schriften en werkboeken om te zien of aantekeningen leesbaar en begrijpelijk overgenomen zijn; Bespreek het dyslexiebeleid van de school en het gebruik van de pas met de ouders en de leerling; Evalueer het gebruik van de dyslexiepas minstens een keer per jaar met de leerling en de desbetreffende docenten. Speel de gegevens uit de evaluatie door aan de dyslexiespecialist. Stel de ouders van wijzigingen op de hoogte. Dyslexietips voor de leerlingen: * Vertel je docent(en) dat je naast je dyslexie ook problemen hebt met van buiten leren (automatiseren); * Zorg dat je je dyslexiepas bij je hebt en laat hem, indien nodig, aan de docent zien; * Plan meer tijd voor je huiswerk, want je hebt meer tijd nodig; * Ga niet minder goed leren omdat je dyslexie hebt; * Ga vooraan in de klas zitten;


- 52 -

* Leer thuis op een heel rustige plek (geen muziek, geen tv, mobieltje uit); * Lees elke dag minimaal 15 minuten een tekst hardop. Lees heel rustig woord voor woord, regel na regel, alinea na alinea. Laat je vooral niet gek maken door stopwatches e.d.; * Schrijf moeilijke woorden over in je woord-/alfabetkaarten; * Lees moeilijke woorden regelmatig door. Schrijf ze regelmatig opnieuw op; * Maak nooit twee of meer taalvakken achter elkaar; * Begin je huiswerk altijd met het moeilijkste vak (meestal zijn dit de talen); * Vraag altijd je proefwerken terug en bekijk ze goed. Maak de foute opgaven opnieuw: * Schrijf of typ je leerwerk over op oefenvellen, die je aan je docent kunt laten zien; * Leer woorden met de computer; programma’s als “Overhoor” en “Teach 2000” zijn goede voorbeelden: Overhoor (http:.//home.wxs.nl/~efkasoft/overhoor/overhoor.html) Teach 2000 (www.teach2000.nl) Overhoor jezelf met Charlie (www.overhoor-jezelf-woorden-overhoren-rijtjesoverhoorprogramma.nl) * Maak bij automatiseringsproblemen (geheugenproblemen) gebruik van een stappenplan bij het leren van woorden; * Werk vooruit: vraag een lijst met te verwachten moeilijke woorden; * Werk met een minutenrooster voor je huiswerk (maak- en leerwerk). Laat dit aan je docenten zien; *Vraag altijd om gegevens langzaam te herhalen: dat kunnen leesstappen zijn, maar ook adresgegevens, telefoonnummers etc.; * Oefen regelmatig in de boeken die de remedial teacher je aanreikt.


- 53 -

Bijlage 8

Pestprotocol 2014-2015 Algemeen: PESTEN IS IEMAND OP EEN GEMENE MANIER PLAGEN. (Onderstaande ter bespreking in bijvoorbeeld een mentorles en ter informatie op een ouderavond). Een ander woord voor pesten is treiteren, sarren of klieren. Een kind wordt gepest als een ander kind gemene dingen tegen hem of haar zegt. Het pestende kind is altijd sterker dan het ander en heeft veel meer invloed. De ene wint dus altijd en de ander is altijd de verliezer. Dit kan ook door een hele groep gebeuren. Andere manieren van pesten kunnen zijn: Uitschelden, slaan, schoppen, aan de haren trekken, spugen, een kind ergens opsluiten, gezichten trekken, gebaren maken of iemand niet opnemen in de groep. Er is een groot verschil tussen plagen en pesten !! Bij plagen probeer je iemand voor de grap een beetje boos te maken. Plagen is niet gemeen bedoeld. Pesten jongens meer dan meisjes, of is hier geen verschil tussen? Jawel, jongens pesten meer dan meisjes. Meisjes pesten nl. meestal alleen meisjes maar de jongens pesten zowel jongens als meisjes. Hierop zijn natuurlijk uitzonderingen!!! Wie is meestal het pestslachtoffer, jongens of meisjes? Jongens worden vaker gepest dan meisjes!! Is er verschil tussen pesten van jongens en meisjes? Ja, jongens pesten meestal veel directer b.v. door slaan, schoppen of schelden, terwijl meisjes vaak veel geniepiger zijn en b.v. iemand uitsluiten van een groep. Het gepeste kind hoort er dan niet helemaal bij. Op school wordt er gepest tijdens de les, speelkwartier, voor of na de schooltijd en onderweg naar huis. Pesten gebeurt meestal in een groep b.v. in de klas. Je kunt de klas verdelen in drie partijen: 1. Het pestslachtoffer, dit is degene die gepest wordt. 2. De pester, dit is degene die pest. 3. De middengroep, deze beginnen niet uit zichzelf, maar doen soms wel mee.

GEVOLGEN: PESTSLACHTOFFER: In een klas waar veel wordt gepest heerst een nare sfeer. Pesten is n.l. geen prettige manier om met elkaar om te gaan. Het slachtoffer durft vaak niets te zeggen of te vragen uit angst dat hij uitgelachen wordt. Zijn werk lijdt eronder en hij krijgt steeds vaker slechte cijfers. Hij kan vaak ’s nachts niet slapen, eet weinig en het komt ook wel eens voor dat een pestslachtoffer niet eens meer naar school durft te gaan. Meestal krijgen ze steeds minder zelfvertrouwen en worden steeds banger om fouten te maken. Een gepest kind heeft vooral van binnen pijn, is vaak doodongelukkig en voelt zich machteloos. PESTER: Deze kan niet op een gewone manier vrienden maken. Als hij niet op tijd wordt aangepakt, denkt hij dat pesten de enige manier is om in een groep erbij te horen. Hij is vaak heel agressief. Vaak komen deze kinderen die langdurig pester zijn eerder in contact met de politie dan andere kinderen.


- 54 -

MIDDENGROEP: Deze kinderen vinden het vaak ook niet meer leuk om naar school te gaan, er wordt nog maar weinig gelachen en buiten schooltijd wordt er maar heel weinig samen afgesproken. Er zijn kinderen bij die het normaal beginnen te vinden dat er wordt gepest en gaan daarom vaak meedoen. Ook zijn er bij die zichzelf laf vinden omdat ze niet tegen de pesterijen ingaan. Deze groep kan een hele grote rol spelen om samen met anderen een eind te maken aan het gepest. Daardoor kan het voor iedereen weer fijn en gezellig worden.

WAT KUN JE DOEN TEGEN PESTEN? TIPS VOOR KINDEREN DIE WORDEN GEPEST: Pesten hoort er beslist niet bij. Samen met andere kinderen uit je klas, je leerkracht en je ouders kan het pesten worden getopt. Het belangrijkste is erover te PRATEN. Praten lucht op. Je zult merken wat een fijn gevoel het is om alles aan iemand te vertellen ook al is er niet meteen een oplossing. Praten over pesten, of andere dingen die beslist niet mogen heeft niets te maken met klikken!!! Klikken is kinderachtig. Dit gaat meestal over kleine problemen die je gemakkelijk zelf kunt oplossen. Pesten daarentegen is beslist niet in je eentje op te lossen!!! Volwassenen moeten je daarbij helpen. Pesten is nooit je eigen schuld en niemand heeft het recht om iemand anders te pesten!!! Dus denk er goed aan dat het je bijna nooit lukt om in je eentje het pesten te stoppen. Je moet ook niet verwachten dat het pesten vanzelf weer overgaat. Pesten gaat niet vanzelf over!!! Je moet er zelf met hulp van anderen echt iets aan doen!!! De kinderen die je pesten moeten weten dat jij het erg vindt dat je wordt gepest op welke manier dan ook. Zeg dus, zonder ergens bang voor te zijn, dat je dit heel erg vindt en dat ze ermee moeten stoppen omdat je anders maatregelen zult nemen. Je kunt ook leuke dingen gaan doen, b.v. bij een sportvereniging gaan en daar vrienden maken. Er zijn ook veel boeken die je kunt lezen en die gaan over pesterijen. TIPS VOOR KINDEREN DIE PESTEN: Denk er eens over na waarom je pest? Vind je dit stoer? Wil je graag de baas spelen? Verveel je je? Ben je soms bang dat jezelf gepest wordt? -

Je zou eens grappen kunnen bedenken die echt leuk zijn; Als je wilt stoppen met pesten, laat je dan door niemand tegenhouden; Praat erover met iemand die je vertrouwt.

TIPS VOOR DE MIDDENGROEP: Zie je dat iemand wordt gepest, praat er dan over met je ouders of b.v. met je leerkracht. Praten hierover is echt geen verraden of klikken!!! Samen kunnen jullie meehelpen om dit te stoppen en je zult merken dat er een vele fijnere sfeer ontstaat, zonder spanningen en ruzies. Pest in ieder geval nooit mee!!! Zo word je een meeloper en bestaat de kans dat je pesten ook normaal gaat vinden. Spreek met een paar kinderen uit je klas af dat je het gepeste kind gaat verdedigen zodat dit niet alleen staat. Als je ziet dat iemand een ander kind pest roep dan: houd daar mee op, doe niet zo gemeen!!! Je zult zien dat het resultaat heeft. Tot slot: Uit onderzoek is gebleken dat op de basisschool één op de vier kinderen pestslachtoffer is. Wie van jullie wordt er wel een gepest en hoe?


- 55 -

Hebben jullie hier iets aan gedaan? Zo niet, dan hoop ik dat jullie door deze les/informatie wijzer zijn geworden en vanaf nu de pestkoppen geen kans meer geven. Informatie voor het team: VIJFSPORENAANPAK VAN HET PESTPROBLEEM Inleiding: “Pesten of plagen”. Pesten: Systematisch uitoefenen van psychische en/of fysieke mishandeling. Ongelijke machtsverhouding, slachtoffer is niet meer in staat zichzelf te verdedigen. Slachtoffer loopt blijvende psychische en/of fysieke schade op. Plagen: Incidenteel en onschuldig van aard. Persoon is in staat zich te verweren. Kan geen kwaad voor de ontwikkeling van het individu. Aanpak: Gelijktijdige activiteiten uitvoeren naar alle belanghebbenden of partijen die bij het probleem betrokken zijn: pester, zwijgende middengroep(rest van de klas), slachtoffer, ouders en leerkrachten. Het is geen individueel probleem maar een groepsprobleem. Hulp aan de pester: Probleemoplossende gesprekken (oorzaak opsporen, gevoeligheid vergroten, gedragsverandering stimuleren. Juridisch gesprek. Regels (contract) en straffen (binnenblijven, overschrijven van het reglement, opstel schrijven, boek lezen over pesten en samenvatting maken, nuttig onaangenaam werk voor school doen, schorsen uit de klas of school). Gedwongen cursus: sociale vaardigheids- training/-begeleiding Schorsen evt. verwijderen. Hulp aan de zwijgende middengroep: De zwijgende middengroep is van vitaal belang. Mobiliseren door: De leerkracht. Probleem bespreken tijdens een kringgesprek. Belangrijk is om het probleem op een “hoger”niveau te tillen (niet op klassenniveau). Vervolgens samen een aantal regels en straffen formuleren en Voorleggen aan iedereen en ondertekenen. De ouders. Ze bespreken het probleem met hun kind. Ze laten blijken: * dat ze weet hebben van het verschijnsel; * dat ze ook hun eigen gevoelens hebben; * dat kinderen erover kunnen praten. Hulp aan de zondebok: Het slachtoffer is niet in staat het probleem zelf aan te pakken. Het heeft daarbij hulp nodig van klasgenoten, leerkrachten en ouders. Bij langdurig pesten moet wellicht assertiviteitstraining of andere begeleiding plaatsvinden Hulp aan de ouders: Ouders weten vaak niet wat te doen en hebben verschil in aanpakmethoden. Een informatieavond of individuele gesprekken werken veelal verhelderend.


- 56 -

Hulp aan de leerkracht: Evenals de ouders hebben leerkrachten informatie nodig over achtergrond, signalen, gevolgen enz. De leerkrachten ook “gevoelig” maken.

Nawoord: Het complexe probleem van pesten kan aangepakt worden. Het probleem moet worden gezien door alle betrokken partijen, leerkrachten, ouders, leerlingen (pesters, zondebokken middengroep). De school moet beschikken over een preventieve aanpak. Het onderwerp behandelen en afspraken maken bestaande uit regels en straffen. Leerkrachten, ouders en leerlingen moeten kunnen signaleren. Duidelijk stelling nemen. De school moet beschikken over een curatieve aanpak, neergelegd in een gedragswijze hoe om te gaan met de pestproblematiek op school Signaleren en melden, procedure Ouders, leerlingen of leerkrachten/anderen signaleren een pestgeval en melden dit bij de desbetreffende mentor (trix). Mentor (trix) doet onderzoek (observatie) en indien noodzakelijk melden. Mentor (trix) stelt directie op de hoogte en bespreekt dit op de eerstvolgende vergadering/ leerlingbespreking. Hulppersoon wordt aangewezen. Mentor (trix) bespreekt het met de klas. Mentor/hulppersoon bespreken het met de ouders/begeleiders. Evaluatie van het proces. Curatieve aanpak Pester: 1. Gesprek met afspraken b.v. boek lezen en samenvatting maken, opstel maken of brief schrijven enz. 2. Gesprek met de directie. 3. Schorsen. 4. Verwijderen. Slachtoffer: 1. Mondig maken. 2. Assertiviteitstraining.


- 57 -

Bijlage 9

Genotmiddelenprotocol 2014-2015 Algemeen: Het OPDC wil bijdragen aan het welzijn van de leerlingen en medewerkers. Dat kan alleen wanneer de regels die we hebben opgesteld voor iedereen gelden. En wanneer iedereen zich eraan houdt: leerlingen en medewerkers. Ook voor het gebruik van genotmiddelen gelden regels. Ze zijn bedoeld om:  bij te dragen aan ieders gezondheid  te voorkomen dat iemand onnodig last heeft van anderen  ervoor te zorgen dat de school haar belangrijkste functie (het geven en volgen van onderwijs) zo goed mogelijk kan uitvoeren. De genoemde regels gelden voor de dagelijkse gang van zaken op school. Een aantal regels geldt alleen voor speciale gelegenheden zoals feesten, werkweken en schoolreisjes. Wanneer er buiten school onder verantwoordelijkheid of in naam van de school (feestelijke) bijeenkomsten plaatsvinden, beschouwt de school het als haar verantwoordelijkheid om met organisatoren en exploitanten afspraken te maken over genotmiddelen gebruik en gokken. Zowel voor leerlingen als medewerkers kunnen explicietere sancties worden geformuleerd bij het niet naleven van de regels van de school. In de tekst zijn een aantal sancties opgenomen zoals momenteel worden toegepast. In de volgende paragrafen zullen de regels per onderdeel nader worden toegelicht. 1 Regels m.b.t. roken Algemeen:  In school wordt niet gerookt. Roken is alleen toegestaan op plekken die daar speciaal voor zijn aangewezen en die alleen voor rookdoeleinden worden gebruikt. De medemens mag geen hinder ondervinden van de rookoverlast. Leerlingen uit de bovenbouw bij 16 jaar of ouder mogen alleen met toestemming van de ouders roken. Ouders vullen een toestemmingsformulier in en leerlingen krijgen in dat geval een “rokerspasje” op naam uitgereikt. Vanuit de voorbeeldfunctie die medewerkers vervullen t.o.v. de leerlingen, is het strikt verboden voor medewerkers om in het zicht van leerlingen te roken. Dit geldt ook voor het schoolplein.  Tijdens vergaderingen, werkbijeenkomsten en andere overleg situaties wordt niet gerookt. De aanwezigen bepalen of er gedurende de bijeenkomst een rookpauze wordt gehouden. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van de door de vestigingsdirecteur aangewezen ruimten bedoeld onder het vorige punt.  Voor iedereen geldt, dat hij of zij ophoudt met roken zodra derden daar hinder van ondervinden. Passief roken is immers schadelijk voor de gezondheid.  Leerlingen leerjaar 3 en 4 mogen tijdens de pauze op het schoolplein roken op aangegeven plek.  Tijdens personeelsfeesten die een gezelligheidskarakter dragen, klassenavonden en andere (leerling)activiteiten voor de vierde en vijfde klassen die buiten de lesuren worden gehouden geldt dat de organisatoren – zo nodig in overleg met de directie - van tevoren met elkaar afspreken of, en zo ja waar er mag worden gerookt. Daarbij zijn de vorige punten van toepassing.  In gevallen die niet in de voorgaande regels worden genoemd beslist de directie. Wanneer een leerling de regels over roken overtreedt, wordt hij hierop aangesproken en hiervan wordt notitie gemaakt door de mentor in het LVS. Bij herhaling volgt een gesprek met de mentor en kan de leerling bestraft wordt met nablijven na schooltijd en/of het maken van extra opdrachten in relatie met het thema “roken”. Schoolgids OPDC St. Michael 2014-2015

- 58 -

2 Regels m.b.t. alcohol Algemeen:  Op school is het, tijdens lesdagen en op tijden waarop werk ten behoeve van het onderwijs wordt verricht, niet toegestaan onder invloed van alcohol te zijn. Wanneer iemand onder invloed van alcohol verkeert kan hij/zij niet goed werken of leren.  Op klassenavonden, feesten, werkweken en andere bijeenkomsten van de onderbouw en bovenbouw worden voor geen van de aanwezigen alcoholhoudende dranken geschonken. Volgens de wet is het verboden om alcohol te verkopen aan personen onder de 18 jaar. Bovendien wil de school voorkomen, dat automatische koppeling ontstaat tussen alcohol en feestelijkheid: als het feestelijk moet worden, dan kan dat ook zonder alcohol.  Met name op schoolkampen en stedentrips wordt zeer beperkt alcohol genuttigd door de begeleiders. De organisatoren zorgen altijd voor een aantrekkelijk aanbod van alcoholvrije dranken. Wanneer alcohol wordt geschonken, maken de organisatoren afspraken over toezicht en vervoer naar huis.(en verantwoordelijkheid van ouders)  Het is verboden om op school, klassenavonden, feesten, werkweken en andere onder de verantwoordelijkheid van de school georganiseerde bijeenkomsten, alcoholhoudende drank bij zich te dragen.


- 59 -

Bijlage 10

Mediawijsheidmanifest OPDC-St. Michael www.opdc-stmichael.nl

Mijn naam is......................................... Ik ben mediawijs. Media zijn mijn gereedschap, die ik inzet voor mijn eigen plezier, inspiratie, interesses, expressie, dromen en ambities. Ik bepaal de media; ik laat me niet door hen bepalen. Ik haal zo veel mogelijk positiefs uit het internet. Digitaal pesten: Wat er op internet staat kan er niet meer vanaf gehaald worden. Ik ben dus voorzichtig met wat ik op internet zet. Zeker als het gaat om berichten die ik naar anderen stuur, of de foto’s en video’s die ik op social media plaats, van mijzelf of van anderen. Ik behandel anderen zoals ik zelf graag behandeld wil worden. Wie goed doet, wie goed ontmoet. Regels: 1. We pesten niet op school, ook niet digitaal 2. Bij digitaal pesten wordt er een gesprek gevoerd met alle betrokkenen (ouders, verzorgers, directie en schoolagent) Tips: Als je ongewenste mail of berichten krijgt, blokkeer dan de afzender van deze mail/berichten. Als je digitaal gepest wordt, moet je de berichten of mails die je krijgt opslaan. Zo kan achterhaald worden of er geen verhalen verzonnen worden en is er bewijs tegen de pester(s). Meld dit daarna bij je docent of thuis. Als je gepest wordt, blijf er dan niet alleen mee lopen, maar maak het kenbaar als je gepest wordt aan je docent, thuis en aan vrienden. Mobiele telefoons: Mijn mobiele telefoon gebruik ik alleen voor mezelf. Op school gebruik ik mijn telefoon alleen in de pauze, waar dit mag, of als de docent vindt dat het educatief gebruikt kan worden, in de les. Telefoneren doen we alleen onder begeleiding van personeel. Films, foto’s en geluidsopnames maken wij niet zonder toestemming van personeel. Regels: 1. Ik mag mijn telefoon alleen gebruiken in de aula en buiten, op alle andere plekken in het gebouw staat de telefoon uit. 2. Films, foto’s en geluidsopnames maak ik niet zonder toestemming van personeel. 3. Een telefoongesprek voer ik altijd bij de conciërge. 4. Een docent kan voor educatieve redenen telefoongebruik toestaan tijdens de les. 5. Als een telefoon wordt ingenomen, dan moet deze door ouders/verzorgers worden opgehaald bij de directie. Tip: Zet je telefoon uit voordat je het schoolgebouw binnenkomt, of voordat je de aula verlaat.


- 60 -

Social Media Mijn wachtwoord is alleen van mij. Ik denk na voordat ik berichten schrijf op iemands social media pagina. Niet alles komt over zoals ik het bedoel. Zoals ik in het echt met iemand praat, zo communiceer ik ook op internet. Ik plaats geen foto’s, filmpjes van anderen op mijn social media pagina zonder dat ze dit goed vinden.

Regels: 1. We plaatsen geen foto’s, films en geluidsopnamen van docenten en leerlingen op internet, zonder toestemming. Tips: Webcam niet met vreemden. Als je online spelletjes doet let er dan goed op dat er geen kosten aan verbonden zijn. Communicatie: Op het internet ben ik in mijn communicatie respectvol naar anderen. Ik plaats alleen foto’s van anderen als ze hier van af weten. Ik denk na of de foto die ik op internet zet wel kan. Mijn mails en berichten begin en eindig ik netjes. En zijn qua inhoud ook netjes. Ik praat met anderen ‘online’, alsof ik een nette brief schrijf of echt met iemand praat. Docenten en leerlingen hebben buiten school zo nodig alleen contact via mail, niet via chatprogramma’s en social media Regels: 1 Social media (hyves, facebook,google+, twitter, youtube, etc.) Docenten en leerlingen worden geen vrienden Docenten gaan online zorgvuldig om met privéinformatie 2 Telefoon (smartphone) De docent betracht gepaste zakelijkheid in zijn formulering wat betreft communicatie via de telefoon Docenten versturen geen privedata via de telefoon 3 Foto’s De school plaatst alleen foto’s van leerlingen op de schoolwebsite nadat de akkoordverklaring van de onderwijsovereenkomst is getekend 4 Mail Docenten communiceren alleen via schoolmail Docenten en leerlingen betrachten een gepaste zakelijkheid in hun communicatie 5 Face 2 face Gesprekken voert een docent altijd in een voor de leerling veilige omgeving Een moeilijk gesprek voert een docent altijd in aanwezigheid van een collega

Maastricht, augustus 2014, Handtekening leerling/medewerker van het OPDC …………………………………………………

Handtekening: Stèfan J.C. Vulperhorst ..................................................

ICT-Coordinator OPDC St. Michael NB. Alle regels zijn terug te vinden op de OPDC site.


- 61 -

Bijlage 11 Overzicht gerealiseerde door- en uitstroom juni 2014

Doorstroom totaal schakel incl. 4 havo

BLS

lvo M.tricht

1

Bonn.

Bonn.

Porta

Porta

SMC

SMC

Stella

REC4

REC4

HVWO

VMBO

HVWO

VMBO

HVWO

VMBO

VMBO

SLOM

StJozef

5

1

11

1

1

1

MBO uitstroom totaal dipl.lijn

Havo

Cita Verde

Rea

Porta

L.Borgh

Arcus

4

1

14

5

l.borgh

Arcus

VoorDeel l.borg

8

1

1

excl. 4 havo

uitstroom AKA gedipl.

Entreeopleiding

Totale uitstroom


60

- 62 -

Boxtel 1

Havo

UWV Wajongtraject

SMC 2

1

1

Schoolgids

Recommend Documents