Schoolgids 2014-2015
Welkom op Montessorischool De Gouden Kraal
Op de basisschool groeien onze kinderen op en ontwikkelen ze zich, op weg naar zelfstandigheid in de toekomst. U heeft zelf ongetwijfeld herinneringen aan de basisschool. De keuze voor een basisschool voor uw kind is dan ook heel belangrijk. Uw kind wordt immers heel wat uren per dag aan onze zorg toevertrouwd. Deze schoolgids helpt bij het maken van een keuze en geeft informatie voor ouders die al voor onze school gekozen hebben. De gids bevat veel leesvoer over het montessorionderwijs, alle activiteiten, regels en afspraken. Maar naast al dat leeswerk is er natuurlijk de mogelijkheid om een afspraak te maken om onze school in bedrijf te zien. U bent van harte welkom voor een persoonlijk gesprek en een rondleiding om de sfeer te proeven. Heeft u eenmaal voor onze school gekozen, dan houden we u regelmatig op de hoogte van alle ontwikkelingen via de digitale nieuwsbrief. Heeft u nog ideeën of behoefte aan verheldering over een bepaald onderwerp? Even binnenlopen kan op maandag, dinsdag of donderdagochtend en een afspraak maken kan altijd. Namens het team, Angeline Smits Locatieleider De Gouden Kraal
Inhoud 1. 1.1 1.2 1.3
De Gouden Kraal in het kort De geschiedenis Villa Primair Het team
1
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11
Onze visie en de pedagogische uitgangspunten Montessori 2015 Help mij het zelf doen Leren en ontwikkelen De voorbereide leeromgeving Vrijheid en structuur Ruimte voor talent Combinatiegroepen De rol van de leerkracht Respect voor elkaar Een veilige school Fysieke veiligheid
4
3. 3.1 3.2 3.3
Onderwijs is continu in ontwikkeling Oplossingsgericht aan de slag Verantwoording Plannen voor het schooljaar 2014-2015
8
4. 4.1
11
4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11 4.12
Onderwijsactiviteiten, methodes en organisatie Sociale vaardigheden en democratisch burgerschap Kunst- en cultuurproject Culturele vorming en omgevingseducatie Onderwijs in de onderbouw (groep 1-2) Onderwijs in de middenbouw (groep 3-4) Onderwijs in de bovenbouw (groep 5-6 en groep 7-8) Overzicht van de methodes en de materialen Inzet van ICT Veilig omgaan met internet en social media Internetprotocol Extra activiteiten Schoolkamp
5. 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6
Leerlingenzorg Kiezen voor De Gouden Kraal Zij-instroom Het volgen, registeren en analyseren van de ontwikkeling Intern begeleider Leerlingbesprekingen Verslagen en oudergesprekken
20
5.7 5.8 5.9 5.10
Dyslexie Zorg op maat Hoog- en meerbegaafde leerlingen Passend onderwijs
6. 6.1 6.2 6.3
Voortgezet onderwijs Toetsing en advies Doorstroom naar het Voortgezet Onderwijs Plaatsing
25
7. 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5
Ouders als partners Betrokken ouders Klassenouders Vertegenwoordiging in de MR Ouderbijdrage Klachtenprocedure
28
8. 8.1 8.2 8.3 8.4
Wat zegt de wet? Inspectie voor onderwijs Onderwijstijd Verlof en verzuim Medezeggenschapsraad
31
9.
Teamsamenstelling
33
10.
Praktisch ABC
34
Aanmelding en toelating Bereikbaarheid Brandoefening CJG DGK presenteert Eten en drinken Foto en film Gevonden voorwerpen Gym- en zwemrooster GGD / JGZ Gym en zwemmen Halen en brengen Hoofdluis Huiswerk Mobieltjes NSO, naschoolse opvang Ongevallen Oud papier Overblijven Plantje
Schooltijden, vrije dagen en vakanties Schooltuin Schoolregels en afspraken Schoolreisjes en kamp Taken Te laat komen Verjaardagen Verlof en verzuim Vervanging leerkracht Verzekering Vervoer Ziekmelding leerling
Namen & contactinfo
41
1. De Gouden Kraal in het kort De Gouden Kraal is een algemeen bijzondere Montessoribasisschool in de Huizermaat, een wijk die eind jaren zeventig werd gebouwd aan de oostkant van Huizen, grenzend aan Blaricum. Sinds 1 augustus 2005 is De Gouden Kraal voor de overheid een dislocatie van de Tweede Montessorischool in Huizen. De directies van beide scholen werken dan ook samen.
1.1 Geschiedenis Op 1 december 1971 werd de Montessorikleuterschool Pinkelotje opgericht. De groei zat er goed in en al snel bleek dat er uitbreiding nodig was. In 1981 was het moment aangebroken dat de kinderen het nieuwe schoolgebouw aan de Hoofdweg konden betrekken. Een jaar later werd op deze plek een nieuwe school geboren, De Gouden Kraal. In 2012 bestond de school 30 jaar. Dat is uiteraard groots gevierd! Kinderen, ouders en leerkrachten ervaren De Gouden Kraal als een school waar iedereen zich thuis kan voelen en waar met respect en waardering met elkaar wordt omgegaan. Een veilige en resultaatgerichte school, waar kinderen zich zelfstandig ontwikkelen binnen hun eigen mogelijkheden. Samenwerken neemt hierbij een belangrijke plaats in. In een fijne leeromgeving en met begeleiding op maat stimuleren we een kind om een zelfstandig, sociaal en kritisch mens te worden. Kinderen kiezen weer heel andere woorden om onze school te omschrijven. Een paar citaten: “ Ik mag op school alle vragen stellen”. “Soms hebben we gesprekken over best wel moeilijke dingen. Maar je hoeft je nergens voor te schamen”. “ De bel gaat hier niet, want we moeten leren zelf op de tijd te letten”. Als je naar binnen loopt zie je kinderen geconcentreerd, samen of individueel, aan het werk. We werken dagelijks met elkaar aan een rustige sfeer in de school. De warme, rustige, persoonlijke sfeer en de grote betrokkenheid van ouders zijn kenmerkend voor De Gouden Kraal.
1
1.2 Villa Primair Villa Primair vormt het bevoegd gezag van De Gouden Kraal. De Stichting is in 2010 ontstaan uit een fusie van twee schoolbesturen; Stichting Primair en Stichting Basisonderwijs Gooi en Eemland. De besturenfusie komt voort uit de wens van de schoolbesturen om onder meer de spreiding van financiële risico’s en een grotere bestuurlijke professionaliteit, beter vorm te geven.
Het bestuursmodel Villa Primair werkt met een organisatie waarin het bestuur en de dagelijkse leiding van de stichting door de raad van toezicht in handen zijn gelegd van de directeur/ bestuurder, de heer Jules van Brecht. Hij vormt daarmee het bevoegd gezag (bestuur) van de stichting en geeft leiding aan de totale stichting. De raad van toezicht heeft een controlerende functie op het bestuur van de stichting. De raad van toezicht bestaat uit zeven leden, allemaal vrijwilligers, die op grond van hun kwaliteiten benoemd zijn. De leden worden benoemd op voordracht van de gemeenten waarin de scholen staan en de GMR. De directeur/bestuurder wordt ondersteund door het bestuursbureau. Dit bureau geeft zowel beleids- als administratieve ondersteuning. De directeuren en locatieleiders van de scholen vormen een directieoverleg en zijn, onder leiding van de directeur/bestuurder, nauw betrokken bij voorbereiding en de uitvoering van het stichtingsbeleid. Onze school heeft een zakelijk directeur en een locatieleider. De locatieleider is belast met de dagelijkse algehele leiding en het richting geven aan het onderwijskundige beleid van de school. Directeur en locatieleider leggen verantwoording af aan de directeur/bestuurder van de stichting Villa Primair. Binnen de bestuurlijke kaders werken directeur en schoolteam aan de ontwikkeling en de uitvoering van het schoolbeleid, zoals omschreven in deze schoolgids. De school heeft daarin een grote mate van autonomie. Elke school kiest een onderwijsmodel dat past bij de kinderen, de ouders en de omgeving. De algemene toegankelijkheid van ons onderwijs De stichting Villa Primair vormt het bevoegd gezag van Montessoribasisschool De Gouden Kraal. Alle scholen van Villa Primair zijn toegankelijk voor alle leerlingen, ongeacht afkomst, levensbeschouwing en geloofsovertuiging. Op onze scholen staat de ontmoeting tussen mensen centraal. Daarbij worden verschillen niet verzwegen maar juist actief gebruikt als uitgangspunt voor het onderwijs. De kinderen worden zo voorbereid op onze maatschappij, waarin zijn te maken hebben met verschillende opvattingen en gebruiken. Respect, acceptatie en tolerantie zijn begrippen die worden omgezet in een levenshouding.
2
1.3 Het team Op onze school komt u personeelsleden tegen in verschillende functies:
De locatieleider: zij is verantwoordelijk voor de onderwijskundige, pedagogische en organisatorische gang van zaken en het personele beleid op school. De zakelijk directeur is verantwoordelijk voor het financiële en materiële beleid. De groepsleerkracht begeleidt de groep en verzorgt het onderwijsprogramma. De intern begeleider coördineert de leerlingenzorg, ziet toe op het gebruik van het leerlingvolgsysteem, begeleidt de leerkrachten in het maken van analyses op groepsen leerling niveau. Aan de hand van deze analyses worden groeps- en individuele handelingsplannen gemaakt. De taak van de bouwcoördinator is het leiden van het bouwoverleg, overleg met de directie over het beleid, de onderwijskundige ontwikkeling en het coördineren van lopende zaken in de onder- midden- en bovenbouw. De rugzakbegeleider begeleidt leerlingen met een Leerling Gebonden Financiering (LGF, ook wel rugzak genoemd). De vakleerkracht gymnastiek verzorgt gymlessen voor de groepen 3 t/m 8. De administratief medewerkster verzorgt de post, de financiële- en de leerlingen administratie. De conciërge draagt zorg voor het gebouw, het terrein en de magazijnen, doet kopieerwerk en geeft hulp buiten de onderwijssituatie. Regelmatig geven wij stagiaires gelegenheid om op school stage te lopen. Wij werken samen met diverse Hogescholen uit Utrecht, Almere en het ROC Amersfoort. Vierdejaarsstudenten kunnen op onze school in de functie van “leraar in Opleiding” (LIO) afstuderen. De LIO student is bevoegd om de groep zelfstandig te leiden, onder supervisie van een ervaren leerkracht.
Een aantal leerkrachten werkt in deeltijd. Duo-partners delen samen de verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van de kinderen. Zij werken in duo-verband goed samen zodat continuïteit en afstemming in het onderwijs gewaarborgd zijn.
3
2. Onze visie en de pedagogische uitgangspunten 2.1 Montessori 2015 Maria Montessori was een Italiaanse arts en hoogleraar in de antropologie die leefde van 1870 tot 1952. In opdracht van de regering stichtte zij in de sloppenwijken van Rome haar Casa dei Bambini : kinderopvanghuizen. Zij had een voor die tijd geheel nieuwe en zeer moderne aanpak van opvoeding en onderwijs. Zij ging uit van de volgende vragen:
Hoe ontwikkelt een kind zich? Wat heeft het kind nodig in zijn ontwikkeling?
Kinderen kregen vrijheid in het kiezen en het doen van een activiteit, ze hoefden niet meer stil op een stoeltje te zitten luisteren. Ze mochten zich vrij bewegen in de ruimte en ze kregen de vrijheid zelf problemen op te lossen. Maria Montessori ontwikkelde talrijke materialen, waarmee het kind ervaringen kan opdoen die een basis vormen voor het verdere leven. Tot op zeer hoge leeftijd heeft zij haar ideeën getoetst aan de praktijk en zo nodig aangepast aan de ontwikkelingen. Montessori ontwikkelde specifiek materiaal voor taal, rekenen en kosmisch onderwijs.
2.2 Help mij het zelf te doen De visie van Montessori vormt de basis van ons onderwijs. We vertalen haar visie naar de deze tijd en maken daarbij gebruik van de huidige wetenschappelijke inzichten. Zelfstandigheid is belangrijk binnen het montessorionderwijs. Kinderen krijgen de vrijheid en de gelegenheid om zelf te ontdekken, te doen en te ervaren. “Help mij het zelf te doen” is daarbij het uitgangspunt. De leerkracht schept voorwaarden voor een veilige en uitdagende leeromgeving. Op onze school worden nieuwe methodes ingezet die de leidraad vormen voor de didactiek en het leerstofaanbod. Deze methodes worden door ons geselecteerd op mate van differentiatie (verschillen in leerniveau van de kinderen). Bij deze methodes horen instructiemomenten en groepslessen. We volgen de leerlingen in hun ontwikkeling aan de hand van het Leerling VolgSysteem (LVS) van het CITO. Ook de instroom van leerlingen van de recent gesloten Jenaplanschool De Werf is van invloed op onze onderwijskundige ontwikkeling.
2.3 Leren en ontwikkelen
Maria Montessori heeft specifiek materiaal ontwikkeld om de nieuwsgierigheid van kinderen te prikkelen. Dit materiaal is aantrekkelijk vormgegeven en sluit aan bij verschillende ontwikkelingsniveaus. De kinderen werken individueel en samen, aan hun tafel of op een kleedje op de grond. Kinderen van verschillende leeftijden zitten bij elkaar in de groep. Zo kunnen zij van elkaar leren en elkaar helpen. De leerkracht loopt rond en helpt kinderen waar dat nodig is, geeft “lesjes” aan één kind of aan een groepje en beantwoordt vragen, zodat kinderen zelf weer verder kunnen werken. Daarnaast krijgen de kinderen instructies met de hele groep of een gedeelte van de groep. 4
2.4 De voorbereide omgeving Het lokaal speelt een belangrijke rol in het leven van een kind. De ruimte moet uiteraard stimulerend zijn om in te werken. De Montessorileerkracht besteedt veel aandacht aan het aantrekkelijk maken van het lokaal. Steeds wordt het lokaal anders aangekleed, passend bij de tijd van het jaar of bij een thema waar de kinderen mee bezig zijn. Door deze voorbereide, rijke leeromgeving wordt het kind geprikkeld om te leren.
2.5 Vrijheid en structuur
De kinderen krijgen zoveel mogelijk de vrijheid om zelf hun werk te kiezen en in te delen. De leerkracht let er op dat alle leerstof aan bod komt. Sommige leerlingen krijgen meer sturing en structuur in de taken. Ieder kind kan zich binnen het montessorionderwijs optimaal ontplooien.
2.6 Ruimte voor talent Op De Gouden Kraal gaan we ervan uit dat ieder kind anders is. Ieder kind moet z'n talenten zo goed mogelijk gebruiken. Naast taal, lezen, rekenen en wereldoriëntatie, besteden we ruim aandacht aan het ontwikkelen van de kunstzinnige, lichamelijke en sociaal-emotionele vorming. We willen de kinderen niet alleen de nodige kennis en vaardigheden leren, maar hen ook aanmoedigen tot zelfstandigheid en tot kritisch denken en handelen. Leren omgaan met elkaar, keuzen kunnen maken en het plannen van je werk zijn aspecten van ons onderwijs.
2.7 Combinatiegroepen We werken met combinatiegroepen. Kinderen van verschillende leeftijden zitten samen in een lokaal. Oudere kinderen kunnen de jongere kinderen helpen. Jongere kinderen leren om aan de oudere hulp te vragen. Regels in de groep worden door de oudere kinderen nageleefd, waardoor de jongste kinderen ze overnemen. Zowel het verschil in ontwikkelingsniveau als het verschil in belangstelling speelt een rol. Ze leren spelenderwijs met elkaar samen te leven. Door te werken in combinatiegroepen kunnen kinderen zich in een doorgaande lijn ontwikkelen. Voor het schooljaar 2014-2015 werken wij met de volgende groepsindeling:
Onderbouw: Middenbouw: Bovenbouw: Bovenbouw:
twee groepen 1-2 twee groepen 3-4 twee groepen 5-6 twee groepen 7-8
vier- tot zesjarigen zes- tot achtjarigen acht- tot tienjarigen negen- tot twaalfjarigen.
Onze school heeft momenteel acht groepen. Door de instroom van nieuwe leerlingen van Jenaplanschool De Werf is gekozen voor deze groepsindeling. Deze indeling geeft de meest evenwichtige opbouw. In het komende schooljaar gaan wij ons verder verdiepen in de groepsopbouw die het best past onze visie op het Montessorionderwijs in 2014 en de praktische uitvoering daarvan.
5
2.8 De rol van de leerkracht Een leerkracht in het Montessorionderwijs is in de eerste plaats begeleider. Je vindt hem of haar vaak tussen de leerlingen, bezig met één kind of met een klein groepje. Alle kinderen worden zo persoonlijk mogelijk benaderd en geobserveerd. Voor alle Montessorigroepsleerkrachten die bij Villa Primair werken geldt dat zij een Montessoriopleiding moeten hebben afgerond, bezig zijn met de opleiding of in de nabije toekomst gaan starten. Scholing wordt opgenomen in het Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP) van de leerkracht. Naast individuele scholing organiseert de directie ook scholing en studiedagen voor het team.
2.9 Respect voor elkaar
Op De Gouden Kraal heb ik
2.10 Een veilige school Op onze school horen kinderen op een prettige wijze met elkaar om te gaan. Doorgaans is dat ook zo. Om dit te waarborgen en sociaal gedrag verder te ontwikkelen wordt hier in speciale lessen tijd en aandacht aan geschonken. Mocht er sprake zijn van pestgedrag, dan wordt daar met de betreffende leerling over gesproken en worden er afspraken gemaakt. Elke klacht hierover wordt serieus genomen. De leerkracht kan het pesten ook in de groep bespreken. Samen ben je beter in staat pestgedrag te bestrijden. Pesten kenmerkt zich door: Machtsverschil: velen tegen één, sterk tegen zwak, oud tegen jong. Herhaling: het gaat niet om een incident. Schade: het slachtoffer ondervindt lichamelijke, geestelijke of materiële schade. Opzet: iemand doet iets expres, het is tegen mij gericht en ik vind het vervelend. Niet alle kenmerken hoeven zichtbaar of even sterk aanwezig te zijn.
6
Een veilige omgeving betekent ook dat er een prettige sfeer heerst waarin zowel kinderen zich goed kunnen ontwikkelen, het team op een prettige manier kan werken en er een goed contact is met ouders. In de lessen Sociale Vaardigheid leren kinderen door middel van spelactiviteiten, opdrachten en rollenspelen respectvol met elkaar om te gaan en om te gaan met emoties en gevoelens. Wanneer een ouder signaleert dat een kind pest of gepest wordt gaat hij/zij naar de leerkracht. De leerkracht pakt het pestgedrag aan. Ook de ouders van de pester(s) zullen zo nodig betrokken worden bij de aanpak. Levert dit proces geen of te weinig resultaat op, dan kan de directeur hier een rol in hebben. We hebben onze gedragslijn vastgelegd in een Antipestprotocol. In samenspraak met de MR is er een deurbeleid vastgesteld. Hierin staat beschreven hoe de omgangsregels zijn en hoe wij agressie “buiten de deur” houden. Wij hebben de volgende afspraken met elkaar gemaakt: Op onze school en in onze klas: komen we op tijd. lopen we rustig. praten we zachtjes en luisteren we naar elkaar. helpen we elkaar. gaan we zorgvuldig met de spullen om. Buiten op het plein: zetten we onze fiets in het rek. zeggen we het duidelijk als we willen dat een spel stopt. luisteren we naar elkaar. helpen we elkaar. gaan we zorgvuldig met de spullen om.
2.11 Fysieke Veiligheid Bij een veilige leeromgeving en een veilige school denken we ook aan fysieke veiligheid. In het Veiligheidsplan is de fysieke en mentale veiligheid omschreven. De afspraken omtrent verzekering, het vervoer van kinderen, controle van speeltoestellen en materiaal in de gymzalen, controle van EHBO-dozen, scholing van BHV-ers en de ontruimingsoefening zijn in het plan opgenomen. Het Ontruimingsplan wordt jaarlijks bekeken en aangepast. Vier leerkrachten zijn opgeleid tot bedrijfshulpverlener (BHV-er ), jaarlijks volgen zij een opfriscursus. Een keer per jaar organiseren wij een ontruimingsoefening die daarna wordt geëvalueerd. U kunt het Veiligheidsplan inzien bij de directie.
7
3. Onderwijs is continu in ontwikkeling Onderwijs vernieuwing en verbetering is een continu proces. Ons motto daarbij is “De kracht van samen leren”.
3.1 Oplossingsgericht aan de slag
Het afgelopen schooljaar (2013-2014) stond in het teken van verandering en verbetering. Op de startstudiedag hebben we met het deels vernieuwde team doelen gesteld die zijn verwerkt in het schooljaarplan. Het is belangrijk daarbij keuzes te maken zodat de doelen ook realistisch en haalbaar zijn. Aan het einde van het schooljaar hebben we deze onderwijskundige en organisatorische doelen geëvalueerd. Op de volgende punten zijn dit jaar stappen gezet:
Focus op lezen We hebben gewerkt aan het verbeteren van de resultaten van het leesonderwijs. De leerkrachten zijn geschoold op het gebied van leesinstructie, het aantal leesactiviteiten en instructiemomenten is uitgebreid en de materialen zijn aangevuld.
Een nieuwe methode Engels De methode Take it Easy is aangeschaft en ingevoerd. Onze leerlingen krijgen vanaf groep 1 Engels. Hierdoor zal het niveau van onze leerlingen beter aansluiten op het voortgezet onderwijs.
Digibord en de inzet van computers Er is educatieve software aangeschaft die aansluit op de methodes die we gebruiken: Leeslijn, Taalzee, Rekentuin en BLOON (een spellingsprogramma voor de midden-en bovenbouw). Kinderen kunnen hiermee zelfstandig achter de pc aan de slag. Ook de digiborden zijn effectiever ingezet voor de lessen.
Leerlingvolgsysteem “ZIEN!” We hebben de schoolregels en afspraken onder de loep genomen en voor een deel herzien. We zijn gekomen tot een compacte mindmap die overal in de school zichtbaar is en regelmatig besproken wordt met de leerlingen. De ontwikkeling van de kinderen brengen we in kaart met behulp van het sociaal / emotioneel leerlingvolgsysteem “ZIEN!”. De leerkrachten zijn hierin geschoold.
Een praktisch groepsplan Door de verschillende niveaus van leerlingen te clusteren kunnen we slimmer omgaan met onze onderwijstijd. De groepsplannen die per vakgebied voor een periode gemaakt worden moeten een praktisch werkbaar instrument voor de leerkracht zijn. De leerkrachten hebben met de intern begeleider groepsplannen samengesteld voor de vakgebieden technisch en begrijpend lezen, rekenen en spelling. Na evaluatie wordt het onderwijsprogramma voor de volgende periode aangepast aan de verschillende niveaus van de kinderen. Uitgangspunt daarbij is dat deze groepsplannen goed werkbaar zijn binnen het onderwijsconcept.
8
Effectief gebruik van ParnasSys Door ons administratie- en leerlingvolgsysteem ParnasSys effectiever te gebruiken komen onze leerlingen beter in beeld. Denk daarbij aan goede dossiervorming, het invoeren en analyseren van toets gegevens en de overdracht van leerlingen naar een volgende groep.
3.2 Verantwoording
De intern begeleider heeft een Jaarverslag IB geschreven waarin alle facetten van de leerlingenzorg aan bod komen. Daarin is de aanpassing beschreven die gedaan is, naar aanleiding van de huidige onderwijskundige inzichten. De directie heeft een Schooljaarverslag geschreven waarin alle stappen die gezet zijn op onderwijsinhoudelijk, personeel en organisatorisch gebied, beschreven zijn.
3.3. Plannen voor het schooljaar 2014-2015
Bij het stellen van de doelen voor dit schooljaar hebben we onder andere gebruik gemaakt van onze evaluatie van het Schooljaarplan. Voor dit schooljaar zijn de volgende ontwikkelingen ingepland:
Voortgezet technisch lezen We blijven werken aan het verfijnen van het leesonderwijs en de effectieve instructie in de onder- en middenbouw, om de leesresultaten te verbeteren. Vanaf dit schooljaar wordt het voortgezet technisch lezen op de verschillende niveaus structureel ingepland. De nadruk ligt hierbij op leestechniek en leestempo.
Vernieuwde rekenmethode De methode Wereld In Getallen die wij gebruikten is vernieuwd. Om het werken met deze methode goed te begeleiden krijgt het team instructie van een ervaren collega. Door meer aandacht te geven aan doelgerichte instructie werken we aan het verbeteren van de resultaten op het gebied van rekenen.
Spelling Het team wordt geschoold in het gebruik van de nieuwe spellingmethode Spelling PP.
Werken met ZIEN Het invoeren van het leerlingvolgsysteem is vorig schooljaar begeleid. Dit schooljaar gaan we verder met het analyseren en effectief gebruik maken van de gegevens, zowel op groeps- als op leerlingniveau.
Praktische cyclus voor de leerlingenzorg We werken aan het verbeteren van de leerlingenzorg door een duidelijke structuur te hanteren. Een belangrijk ontwikkelpunt voor dit schooljaar is daarbij de tijdige signalering van zorgleerlingen.
Leerling- en ouder enquête Het onderwijsadministratie en leerlingvolgsysteem ParnasSys biedt de mogelijkheid te werken met Integraal een kwaliteitszorginstrument, waarmee alle facetten van 9
de onderwijsorganisatie belicht worden. Voor dit schooljaar zullen we de ouder- en leerling-enquête uitvoeren met behulp van dit instrument. Alle directeuren van Villa Primair worden eerst geschoold in het werken met Integraal.
Ontwikkelen van het aanbod voor hoog- en meerbegaafde leerlingen Het proces om meer- en hoogbegaafde leerlingen goed te begeleiden wordt dit schooljaar geïmplementeerd. De “HB-coördinator” heeft het aanwezige lesmateriaal geïnventariseerd en aangevuld. Zij heeft samen met de intern begeleider het beleid herschreven. De leerkrachten zullen begeleid worden in het signaleren van leerlingen die extra uitdaging nodig hebben en het kiezen van het juiste leerstofaanbod.
Uitwerken van beleid bij het samenstellen van de jaargroepen Een evenwichtige verdeling in de jaargroepen is voor een groot deel afhankelijk van de leeftijdsopbouw van de leerlingen en het leerlingen aantal. Dit schooljaar werken we met combinatiegroepen van 2 leerjaren. Een werkgroep zal zich oriënteren op de onderwijskundige keuze tussen 2 of 3 leerjaren in een groep. Beide indelingen worden in het montessorionderwijs gehanteerd.
10
4. Onderwijsactiviteiten, methodes en organisatie 4.1 Sociale vaardigheden en democratisch burgerschap Wij voeden onze kinderen op om te functioneren in een de democratische samenleving. Sociale vaardigheden zijn daarbij heel belangrijk, evenals het vermogen om kritisch te denken. In het montessorionderwijs wordt er van jongs af aan veel aandacht besteed aan omgangsvormen en gedragsregels. Lessen in sociale vaardigheden (“So-Va lessen”) zijn verweven met de dagelijkse onderwijspraktijk, maar worden ook wekelijks ingepland. Democratisch burgerschap komt in deze lessen, maar ook in thema’s of projecten aan bod. We onderscheiden hierin een aantal thema’s:
Overleg, mening en besluitvorming. Denk hierbij aan algemene lesjes en kringgesprekken. Omgaan met conflicten. Kringgesprek, spelactiviteiten en lessen sociale vaardigheden (SoVa-lessen). Verantwoordelijk zijn voor elkaar en voor de gemeenschap. Rustig werken, omgangsvormen, taakverdeling. School- en klassenregels. Uitgaan van diversiteit. We besteden aandacht aan tolerantie, aan verschillende culturen met daarbij horende gewoontes en regels. In themalessen, cultuureducatie en in de lessen Kosmisch onderwijs (methode Da Vinci) komt dit aan bod.
4.2 Kunst- en cultuurproject Jaarlijks plannen we voor een periode van twee weken een groot kunst- en cultuur project in. Dit project kan in het teken staan van een bepaalde kunststroming (bijv. Cobra), een periode (bijv. de Middeleeuwen), een volk (bijv. de Indianen) of een land (bijv. Afrika). De vakgebieden muziek, dans, beeldende vorming, taalonderwijs en wereldoriëntatie (op een Montessorischool wordt dit Kosmisch Onderwijs genoemd, lees meer op pagina16) komen aan bod in dit project. 4.3 Culturele vorming en Omgevingseducatie De kinderen gaan, bijvoorbeeld in het kader van een speciaal project, jaarlijks naar een museum. Hierbij kan gebruik gemaakt worden van het aanbod van bijvoorbeeld het Singer Museum in Laren, het Rijksmuseum of het Concertgebouw. Via de stichting voor Omgevingseducatie Gooi en Vechtstreek plannen we om het jaar een project in waarin natuuronderwijs en cultureel erfgoed aan bod komen.
11
4.4 Onderwijs in de onderbouw Wat gebeurt er in groep 1-2? Alle ontwikkelingsgebieden komen aan bod Bij het onderwijs aan kleuters komen lichamelijke- en zintuiglijke ontwikkeling, ontwikkeling op het gebied van taal en muziek, het inzicht verwerven in hoeveelheden en getallen en het leren omgaan met elkaar aan bod.
Spelenderwijs leren Jonge kinderen leren spelenderwijs. Zij krijgen de gelegenheid naar eigen aanleg, tempo en ontwikkelingsniveau te werken. In het Montessorionderwijs wordt veel zorg besteed aan het materiaal waarmee de kinderen werken. Met behulp van het zintuiglijk materiaal gaan de kinderen verschillen en overeenkomsten opmerken, leren ze vervolgens begrippen en de daarbij horende namen. In de verschillende hoeken is aandacht voor spelontwikkeling. Ook de creatieve ontwikkeling is verweven met het dagelijks programma.
Taalontwikkeling De taalontwikkeling wordt de hele dag door gestimuleerd, vaak met de eigen beleving als uitgangspunt. In de kring vinden kringgesprekken plaats; er wordt voorgelezen en verteld; er worden vraag- en antwoordspelletjes gedaan, gedichtjes geleerd, poppenkast en toneel gespeeld. Engels wordt in de kleutergroepen al op speelse wijze aangeboden met de methode Take it Easy. Met deze digitale methode, waaraan "native speakers" (Engels sprekenden) ,meewerken, raken de kinderen door middel van films op het digibord vertrouwd met het Engels. Vroeg starten met het leesproces Aan het voorbereidend en aanvankelijk lezen wordt veel aandacht besteed. Letters worden aangeboden door middel van de lettermuur, de methode Leeslijn en verschillend materiaal zoals de schuurpapieren letters en letterstempels. Verder is er materiaal aanwezig om de fijne motoriek te ontwikkelen en ter voorbereiding van het schrijven.
De basis voor rekenen Ook wordt er in de kring aandacht besteed aan het voorbereidend rekenen. In spelvorm komen begrippen als meer, minder, evenveel en de rangtelwoorden aan de orde. De getallenlijn en de lettermuur vormen een belangrijk onderdeel van de leeromgeving.
Leren organiseren Het zelf kiezen, klaarleggen en zelfstandig werken met materiaal ontwikkelt het organisatievermogen van het kind: het leert voorbereiden, indelen, werk overzien, werk afmaken en opruimen. Door middel van lesjes met het huishoudelijk materiaal en lesjes in sociale vaardigheden, beleefdheid en hygiëne leren de kinderen zorg te dragen voor elkaar en voor hun omgeving.
12
Beweging Iedere week worden er bewegingslessen in de speelzaal gegeven, in de vorm van dans, spel of gym. Daarnaast spelen de kleuters dagelijks buiten met groot en klein materiaal.
Registratie De leerkrachten leggen de voortgang van de leerlingen vast met behulp van registratielijsten. Van elke leerling wordt een formulier bijgehouden waarbij de ontwikkelingen op het terrein van leerstof, speel- en werkhouding, gedrag en sociaal emotionele ontwikkeling worden aangetekend. Hierdoor houdt de leerkracht goed overzicht van de doelen die individuele leerlingen behaald hebben en waar nog aan gewerkt gaat worden in de komende periode. Alle lesjes die de kinderen met het Montessorimateriaal doen of maken, worden door de leerkracht geregistreerd in een aftekenboekje. 4.5 Onderwijs in de middenbouw Wat gebeurt er in groep 3-4?
Lezen In de onderbouw hebben de kinderen al gewerkt met letters en met de grote en kleine letterdozen van Montessori. Ook is er al gewerkt met boekjes en verwerkingsbladen van de Leeslijn. In groep 3 wordt die ontwikkeling voortgezet en is er structureel aandacht voor het technisch lezen. De Leeslijn-methode sluit goed aan bij de individuele werkwijze van Montessori. Er wordt dagelijks in groepjes instructie gegeven. Ook wordt gebruik gemaakt van tutor-lezen. Hierbij leest een (meestal) oudere leerling met een jongere, waarbij de oudere als coach optreedt. Mocht blijken dat het leesproces niet goed op gang komt dan wordt het landelijke dyslexieprotocol gehanteerd.
Schrijven Parallel aan de leesontwikkeling vindt de schrijfontwikkeling plaats. De leerkracht geeft individuele aanwijzingen en houdt het proces nauwlettend in de gaten. De kinderen schrijven voornamelijk met potlood. Er wordt gebruik gemaakt van de methode Pennenstreken. Naast schrijfoefeningen worden ook andere motorische oefeningen aangeboden, waarbij gebruik gemaakt wordt van verschillende materialen.
Taal Alle leerlijnen en kerndoelen van het taalonderwijs komen aan de orde. Voor het woord-benoemen, en ontleden wordt gebruik gemaakt van de Montessori taaldozen. Voor spelling wordt dit schooljaar voor het eerst gewerkt met de methode Spelling PP, ontwikkeld door de Montessorischool ’t Ronde in Leusden. Deze methode werkt vanuit de spellingsleerlijnen en is door de leerlingen zelfstandig te gebruiken. Er worden regelmatig instructies en dictees ingepland.
13
Voor het begrijpend lezen gebruiken we vanaf groep 4 de methode Goed Gelezen. Met deze methode leren de kinderen de essentie van teksten begrijpen en kritisch en onderzoekend te lezen.
Engels Ook in groep 3-4 wordt Engels gegeven met de methode Take it Easy. Voor de omschrijving zie taalontwikkeling in de onderbouw, pagina 13.
Rekenen De rekenvaardigheid wordt ontwikkeld door het combineren van de nieuwste versie van de methode Wereld In Getallen en de Montessori rekenmaterialen ter ondersteuning. Deze materialen zijn in het begin concreet (bijvoorbeeld het gouden materiaal) en later schematisch (bijvoorbeeld het telraam). Wereld In Getallen is dit schooljaar gekozen omdat er goed zelfstandig mee te werken is, op verschillende niveaus en omdat deze methode goed aansluit en voorbereidt op de rekentoets die in het voortgezet onderwijs gehanteerd wordt.
Kosmisch Onderwijs Alle groepen werken aan Kosmisch onderwijs. In de tijdlijn komen onderwerpen aan bod als: de oerknal, het heelal, continenten, hoe mensen zich kleden en wonen. Alle lessen samen zorgen ervoor dat de kinderen voldoende kennis en vaardigheden opdoen en zo aan de kerndoelen van het basisonderwijs voldoen. We werken daarbij met de methode Da Vinci. Ook wordt gebruik gemaakt van de lessen van de NTR School-TV. Kinderen ondernemen ook op eigen initiatief een activiteit in het kader van Kosmisch onderwijs zonder dat daaraan een groepsles is voorafgegaan. Daarbij wordt bijvoorbeeld gewerkt met het aardrijkskunde materiaal van Montessori en materiaal uit de bibliotheek. De kinderen maken in de lessen Kosmisch onderwijs werkstukken en presentaties.
Verkeer Verkeerslessen worden naar aanleiding van situaties uit de praktijk groepsgericht gegeven. We werken hierbij met lesmateriaal van Veilig Verkeer Nederland.
Expressie activiteiten. Hiertoe behoren muzikale vorming, tekenen, handvaardigheid, en het spelen van toneelstukjes. Gedurende de teken- en handvaardigheids-lessen komen zoveel mogelijk verschillende technieken aan bod. De leerkrachten van de middenbouw verzorgen de groepslessen en ouders geven daarbij zo mogelijk ondersteuning. Verder gebruiken we projecten (onder andere van Pier K of Globe) op het gebied van drama, literatuur, beeldende vorming en muziek.
Lichamelijke opvoeding. De kinderen in de groepen 3 en 4 krijgen om de week een uur zwemles in het zwembad De Meent. (zie ook ‘gymnastiek en zwemmen’). Zij worden per bus van en naar het zwembad vervoerd. Daarnaast krijgen zij één keer per week gymnastiek van onze vakleerkracht in de gymzaal aan de Damwand. Kinderen nemen zelf zwemkleding, een handdoek en gymkleding, gymschoenen en een handdoek mee naar de lessen.
14
4.6 Onderwijs in de bovenbouw Wat gebeurt in de groepen 5-6 en 7-8?
Lezen Aan het begin van de bovenbouw wordt het technisch lezen voor de meeste kinderen afgerond. De kinderen lezen regelmatig met de leerkracht. Het gaat daarbij met name om tempolezen zodat de leesvaardigheid vergroot wordt en bijgehouden wordt. Hierbij werken we met de methode Leeslijn. Daarbij wordt het lezen voortgezet in de vorm van begrijpend en studerend lezen. Regelmatig houden de kinderen voor de groep een boekbespreking, waarbij het belangrijk is dat andere kinderen enthousiast raken over een boek.
Schrijven Het methodisch schrijven wordt in de bovenbouw afgesloten en de leerkrachten zien er op toe dat de kinderen een goede schrijfhouding behouden. Leerlingen ontwikkelen in de bovenbouw hun eigen handschrift. Hierbij wordt gebruik gemaakt van de methode Pennenstreken.
Taal De kinderen gebruiken bij het taalonderwijs de volgende methoden:
De groene, blauwe en rode taalsets voor alle taalvaardigheden. Montessorimateriaal voor zin ontleden en woord benoemen. De methode Goed Gelezen (zie groep 3-4). De methode Spelling PP (zie groep 3-4). De methode Wie schrijft die blijft, als opdrachtenserie.
Naast groepsinstructie en individuele instructie worden verschillende zelfstandige werkvormen toegepast. Omdat kinderen zelf de onderwerpen kiezen waar ze zich in verdiepen zijn ze gemotiveerd om datgene wat ze geleerd hebben toe te passen. Het schrijven van verhalen en gedichten en het maken van werkstukken en presentaties is een belangrijk onderdeel van ons taalonderwijs in de bovenbouw.
Engels Vanaf groep 1 wordt er gewerkt met de methode Take it Easy voor het leren van de Engelse taal. Het digibord staat centraal in deze methode. Take it Easy dompelt kinderen onder in de Engelse taal. Met een lied of filmpje maken de kinderen kennis met een thema. In de bovenbouw wordt het thema daarna verwerkt in verschillende opdrachten, waarin schrijf- luister- en spreekvaardigheid en woordenschat aan bod komen. In groep 7-8 werken de kinderen aan een Taalportfolio. In dit portfolio staan o.a. de ervaringen van de leerlingen en de toetsen. Dit portfolio gaat mee naar het voortgezet onderwijs zodat er rekening gehouden kan worden met de beginsituatie van de leerling.
15
Rekenen. Voor rekenen wordt gebruik gemaakt van de methode Wereld in getallen (zie groep 3-4). Dagelijks worden er instructielessen gegeven aan groepen leerlingen, die vervolgens individueel of in kleine groepjes de oefenstof maken. Door middel van regelmatig toetsen wordt inzicht verkregen in de beheersing van de leerstof, zodat gericht gewerkt kan worden aan herhaling of verdieping van de oefenstof.
Kosmisch Onderwijs In de bovenbouw worden de lessen gegroepeerd rond de Tijdlijn van de Beschaving. De kinderen krijgen aan het begin van een thema een algemene les en vervolgens wordt wekelijks een les besteed aan een onderwerp uit dat thema. De leerlingen kunnen daarna individueel of in groepjes de aangeboden stof verwerken. In de bovenbouw worden de onderwerpen vooral benaderd vanuit voorbeeldvolken als Grieken, Romeinen, Indianen, Maori’s, e.d. Deze volken hadden in hun tijd een kwalitatief hoogstaande cultuur en vanuit de verbanden met onze cultuur leren de kinderen alles wat zij moeten en willen weten. We maken ook gebruik van de lessen van de NTR School-TV. De kinderen maken regelmatig werkstukken en presentaties. Voor Topografie heeft de bovenbouw een eigen systeem van kaarten en opdrachten gemaakt. Daarbij plannen we ook jaarlijks een gastles of een excursie naar een museum of bedrijf in.
Verkeer In de bovenbouw besteden we aandacht aan goed gedrag in het verkeer. We werken hierbij met lesmateriaal van Veilig Verkeer Nederland. In groep 7 wordt zowel een theoretisch als een praktisch verkeers-examen afgenomen.
Expressie activiteiten In de bovenbouw wordt, net als in de middenbouw, gewerkt met de muziekmethode Moet je Doen en wordt er op projectbasis gebruik gemaakt van de lessen van vakdocenten. De kinderen werken wekelijks aan een creatieve opdracht, regelmatig is die opdracht geïnspireerd op de lessen Kosmisch onderwijs. Daarnaast worden diverse technieken aangeboden die door de groepen op elkaar worden afgestemd. Hierbij maken we onder andere gebruik van de methode Moet je Doen.
Lichamelijke opvoeding De kinderen hebben één keer per week gymles van de vakleerkracht, en daarnaast om de week van de eigen leerkracht. Alle onderdelen van spel en bewegen worden gegeven in de gymzaal aan de Damwand. Jaarlijks wordt er een grote sportdag georganiseerd en doen verschillende teams mee aan het schoolvoetbal.
Extra aanbod Voor leerlingen die een extra uitdaging nodig hebben maken we naast extra opdrachten en lesmateriaal dat dieper ingaat op aangeboden leerstof ook gebruik van bijvoorbeeld lesmethodes Frans en wiskunde voor het VO.
16
4.7 Overzicht van de methodes en de materialen Vak- en vormingsgebied
Methode
Materiaal
Nederlandse taal Technisch lezen
Leeslijn
Nederlandse taal Begrijpend lezen
Goedgelezen
Nederlandse taal Spelling
Spelling PP
Werkmap fonemisch bewustzijn(CPS)(groep 1/2) Educatieve software: Leeslijn Boeken Montessorimateriaal: Letterdozen Schuurpapieren letters etc. Educatieve software: Goed Gelezen Taalzee Sterrenwerk Boeken, kranten (Kidsweek), tijdschriften Educatieve software: Taalzee BLOON Montessorimateriaal: De Taalsets Sterrenwerk Montessorimateriaal en materiaal ter ondersteuning van de motorische ontwikkeling Groep 1-2: Werkmap gecijferd bewustzijn (CPS) Montessorimateriaal Ontwikkelingsmateriaal Educatieve software: Rekentuin Sterrenwerk Gynzy - digibordlessen
Taalonderwijs
Schrijven
Pennenstreken
Rekenen
Wereld in getallen: nieuwe versie WIG 4
Engels
Take it Easy
Oriëntatie op jezelf en de wereld
Kosmisch onderwijs: Da Vinci
Mens en samenleving, Democratisch burgerschap,
Sociaal / emotionele ontwikkeling: Hoe gaan Roos en Tom met elkaar om gaan
Nieuws uit de natuur NTR School tv Ontdekkaarten Ajodact, informatieverwerking Activiteiten uit ZIEN
Natuur
Natuur en Techniek
Sociale redzaamheid en gezond gedrag. Proeven van Techniek Da Vinci
Kunstzinnige oriëntatie
Muziek en tekenen: Moet je Doen
Bewegingsonderwijs
Basislessen bewegingsonderwijs Praktijksituaties bewegingsonderwijs basisschool Lesmateriaal van VVN (Veilig Verkeer Nederland)
Verkeer
Sterrenwerk
Instrumentarium van Orff Inspiratie uit: Praxis Tekenvaardig en Handvaardig Tekenenzoblogspot.com Jaarlijks Kunstproject
17
4.8 Inzet van ICT De Gouden Kraal heeft een computernetwerk waarop alle computers van de school zijn aangesloten. Voor de laptops is een draadloos netwerk beschikbaar. Daarnaast is de school ook aangesloten op Kennis- en Internet. ICT onderwijs is nog volop in ontwikkeling. De kinderen gebruiken de computers om vaardigheden op te doen die in onze tijd belangrijk zijn, de zgn. 21st Century skills. Denk daarbij bijvoorbeeld aan: Kennis verwerven, bijvoorbeeld spellingsvaardigheid Informatie zoeken en verzamelen Werkstukken, verhalen en andere teksten schrijven. Presentaties maken Ook zetten we educatieve programma’s in, die aansluiten bij de methodes. Zo worden de lees-, spellings- en rekenvaardigheden vergroot. 4.9 Veilig omgaan met internet en social media Onze school heeft een gedragscode voor het gebruik van e-mail en internet. Daarbij leren de kinderen om verantwoord om te gaan met media. Aan het begin van elk schooljaar bespreekt de groepsleerkracht de gedragscode en afspraken over het internetgebruik. Schrijf nooit je naam met je adres of telefoonnummer in een e-mailbericht. Krijg je berichtjes die je niet leuk of raar vindt? Vertel dat dan meteen aan je leraar. Op vragen om te “downloaden” is het antwoord in principe nee. Bij twijfel ga je naar je leerkracht. Fotograferen en filmen in de school is alleen toegestaan voor intern gebruik en in overleg met je leraar. In de bovenbouw wordt aandacht besteed aan het omgaan met social media. Daarbij maken we gebruik van educatief materiaal van bijvoorbeeld de Kidsweek of er wordt een workshop gegeven door een specialist op dit gebied. 4.10 Internet protocol Wij hebben het veilig gebruik van internet en e-mail vastgelegd in een protocol. Hierin staat omschreven welke stappen er ondernomen worden als er sprake is van misbruik van internet, social media en e-mailadressen. Het protocol wordt gepubliceerd op de website.
18
4.11 Extra activiteiten Naast de activiteiten die dagelijks en wekelijks terugkeren, worden er jaarlijkse en incidentele activiteiten georganiseerd, meestal met behulp van de ouders. Activiteiten die jaarlijks of een paar keer per jaar plaatsvinden zijn:
De traditionele feesten zoals Sinterklaas, Kerst en Lente. De gezamenlijke presentaties: De Gouden Kraal presenteert. De Kinderboekenweek. Excursies, bezoekjes aan de gemeentelijke bibliotheek of culturele centra. Dit gebeurt meestal per bouw of per jaargroep. De excursies sluiten aan bij de onderwijsactiviteiten in de klas. Een creatief project rondom een thema Het schoolreisje naar bijvoorbeeld een dierentuin of speeltuin. De sportdag. Het schoolvoetbaltoernooi. De Avondvierdaagse. Leerlingen kunnen vanaf groep 3 meedoen. Dit wordt door de ouders van de school georganiseerd. (Deze activiteit vindt plaats onder de schoolnaam, onder verantwoordelijkheid van de ouders). De musical en het afscheid van groep 8.
4.12 Schoolkamp Op onze school gaan alle leerlingen vanaf groep 6, 7 en 8 met elkaar op schoolkamp. De kinderen fietsen, onder begeleiding van leerkrachten en ouders naar Ermelo. Tijdens het kamp wordt er veel aandacht besteed aan verschillende taalactiviteiten, sport, spel, samenwerken, creativiteit, natuur. Er wordt natuurlijk ’s avonds samen gegeten, er zijn workshops, een bonte avond met optredens en het spannende avondspel heeft altijd weer een verassende afloop. Voor de begeleiding zijn er altijd minimaal drie leerkrachten (waarvan minimaal een BHVer) aanwezig. Daarnaast is er een aantal ouders bij voor begeleiding en organisatie. De schoolkampcommissie bereidt het kamp intensief voor. Medische en andere gegevens van de kinderen worden van tevoren bij u opgevraagd. We vragen een extra bijdrage voor het kamp. Deze kosten kunnen in termijnen worden betaald. Alle ouders worden bijtijds over de gang van zaken rondom het schoolkamp geïnformeerd.
19
5. Leerlingenzorg 5.1 Kiezen voor De Gouden Kraal Aanmelding Als u overweegt uw kind op onze school in te schrijven, maakt u een afspraak voor een kennismakingsgesprek met de directeur. Tijdens dit gesprek krijgt u informatie over de school, een rondleiding en kunt u volop vragen stellen. In Huizen en de omliggende gemeentes, in de gemeente Blaricum en binnen ons bestuur hebben we de afspraak dat leerlingen slechts op één school worden ingeschreven. Uiterlijk een maand voor de vierde verjaardag wordt u geïnformeerd over de groep waarin uw kind is geplaatst. De betreffende leerkracht neemt dan contact op met de ouders om afspraken te maken voor een drietal wenochtenden. Het kind ontvangt een kaartje en de ouders ontvangen de nodige informatie voor de eerste schooldag. Nieuwe ouders worden ook uitgenodigd voor de Algemene Informatieavond aan het begin van het schooljaar. Kinderen die na juni hun 4e verjaardag vieren, worden pas in het volgende schooljaar toegelaten. De kinderen mogen wel voor de zomervakantie op bezoek komen in de onderbouw. Het is gebruikelijk dat de kinderen de dag na hun vierde verjaardag starten op school. De directeur zal u vragen naar de voorschoolse periode en uw toestemming vragen om informatie te ontvangen van de betreffende peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. 5.2. Zij-instroom Als u een kind aanmeldt dat van een andere school komt, is de procedure als volgt: 1. De directie van de huidige school is op de hoogte gesteld van uw vertrek/ oriëntatie; 2. U voert een gesprek met de directeur van onze school; 3. U vult het zij-instroom formulier in; 4. Er wordt gekeken naar de samenstelling van de groep waar uw kind geplaatst zou kunnen worden. Het aantal kinderen, de zorgstructuur en de sociaal emotionele structuur van de groep worden daarin meegenomen; 5. Er worden gegevens en rapportages opgevraagd bij de school van herkomst; 6. Er is contact met de intern begeleiders en/of leerkrachten van de huidige school; 7. Het kind komt een ochtend op bezoek en wordt geobserveerd door de leerkracht (optioneel). 8. Het kind wordt door onze intern begeleider op de huidige school geobserveerd (optioneel). 9. Het kind maakt een aantal testen op onze school (optioneel). 10. Op basis van de observatie- en schoolgegevens wordt uw kind al dan niet geplaatst.
20
Als uw kind geplaatst wordt ontvangt u altijd een bevestiging van inschrijving. We maken dan een afspraak om uw kind een of meerdere dagdelen mee te laten draaien in de toekomstige groep. Zo krijgt uw kind de gelegenheid om kennis te maken met klasgenoten en te wennen aan de nieuwe school. Mochten wij, op basis van de gegevens en observaties besluiten een kind niet toe te kunnen laten, dan zal de directie contact met de ouders opnemen om dit toe te lichten en te wijzen op de mogelijkheid om bezwaar te maken. Ons aannamebeleid is ter inzage bij de directie. Dit beleid is afgestemd op het Aannameprotocol van Villa Primair. Voor meer informatie hierover zie Passend Onderwijs blz. 23. 5.3 Het volgen, registreren en analyseren van de ontwikkeling De jonge, vierjarige kleuter, die start op onze school, zal gedurende zes weken de tijd krijgen om te wennen aan de nieuwe, schoolse situatie. In die periode zal de leerkracht uw kind observeren en als het nodig is een gesprekje met u aangaan. De kinderen in groep 1 worden gevolgd d.m.v. een observatie en registratiesysteem. De kinderen worden getoetst in januari en april-mei, voorafgaand aan het jaar dat zij naar groep 2 gaan. Ze hebben minimaal vier maanden onderwijs genoten voordat er een toetsing plaatsvindt. Wij gaan uit van de verschillen in de ontwikkeling van leerlingen. We hebben, aan de hand van de leerlijnen die de grondslag vormen van het leerlingvolgsysteem van het CITO, minimumdoelen vastgesteld, die na een bepaalde periode bereikt moeten zijn. De groepsleerkracht beoordeelt aan de hand van observaties en toetsen of die doelen bereikt zijn en maakt daarbij gebruik van de volgende gegevens:
Observaties tijdens een lesje of tijdens vrij spel. Antwoorden naar aanleiding van vragen van de leerkracht. Observaties , bijvoorbeeld tijdens een groepsles. Het gemaakte werk. De toetstaken uit de gebruikte methode. De toetsen van het Leerling Volgsysteem van het CITO.
Twee maal per jaar beoordelen de leerkrachten het gedrag en de werkhouding van de leerlingen, aan de hand van het digitale gedragsinstrument ZIEN!, dat onderdeel uitmaakt van ParnasSys. Wanneer een kind stagneert in de ontwikkeling, of beneden zijn of haar kunnen werkt, wordt dit besproken door de leerkracht en de intern begeleider (IB), Anne-Mieke Boor. Er worden dan afspraken gemaakt hoe het kind verder begeleid gaat worden. Alle afspraken worden vastgelegd in het digitale leerling dossier in ParnasSys. U wordt als ouder uiteraard hiervan op de hoogte gesteld. In het zorgplan van onze school staan de procedures hiervoor beschreven. U kunt het zorgplan bij de directie inzien op aanvraag. Vanaf de leeftijd van vier jaar en vier maanden toetsen we de vorderingen op het gebied van (voorbereidend) lezen, rekenen en taal twee maal per jaar met landelijke,
21
genormeerde toetsen, ontwikkeld door het CITO. De intern begeleider stelt een toetskalender op aan het begin van het schooljaar met daarin de momenten van afname en zorgt ervoor dat de resultaten op de juiste manier worden verwerkt. Daarnaast werken we met de toetsen die bij de lesmethodes horen. Deze zijn vooral bedoeld om te controleren of de kinderen de lesstof van de afgelopen periode voldoende beheersen. De leerkrachten houden de gegevens digitaal bij in het leerling administratie systeem, ParnasSys. 5.4 Intern begeleider De Intern begeleider (IB-er) richt zich zowel op de school- en groepsresultaten als op de individuele ontwikkelingen van een kind via ons leerlingvolgsysteem. De IB-er voert gesprekken met de leerkrachten over de ontwikkeling van de kinderen, de sfeer, de resultaten en de uitslagen van de toetsen. Ook onderhoudt de begeleider contacten met ouders en externe instanties. 5.5 Leerlingbesprekingen Het belangrijkste is dat er vooruitgang zit in de ontwikkeling van kinderen. Als de ontwikkeling stagneert meldt de leerkracht dit bij IB-er. De vorderingen van de leerlingen worden drie keer per jaar doorgesproken met de groepsleerkrachten en de intern begeleider tijdens een consultatiegesprek. Een verslag hiervan bespreken we in het hele team, in een zgn. zorgleerlingen bespreking. Tijdens de voortgangsbespreking twee keer per jaar voorafgaand aan de rapportage naar ouders, bespreken we alle kinderen. Kinderen bij wie de voortgang achterblijft krijgen extra begeleiding van de groepsleerkracht. Dit wordt vastgelegd in een (groeps)handelingsplan. Ook kan besloten worden advies van derden te vragen. Dat is de taak van de intern begeleider, Anne-Mieke Boor. Hiervoor vragen we eerst toestemming van de ouders. 5.6 Verslagen en oudergesprekken Vanaf groep 2 krijgen de kinderen een verslag in november en maart. Aan het eind van het schooljaar geven we een korte rapportage mee. In het verslag worden de ontwikkelingen van uw kind op verschillende gebieden beschreven en er staat een persoonlijke boodschap van de leerkracht voor uw kind. Iedere leerling schrijft ook zelf een stukje in het verslag. Daarbij werken we met een 5 puntschaal van onvoldoende – matig – voldoende – ruimvoldoende – goed. In groep 1 krijgt uw kind een verslag mee als het voor februari op school gekomen is. Het verslag gaat twee keer per jaar gepaard met een 10 minuten gesprek, tijdens deze gespreksronde ontmoeten we graag alle ouders. Aan het einde van het schooljaar is er een extra gespreksronde voor ouders die nog vragen hebben, of als de leerkracht vindt dat daar aanleiding voor is. Uiteraard kunt u tussentijds ook een afspraak maken. Sommige gesprekken worden vastgelegd in een verslag dat door ouders en leerkracht ondertekend wordt.
22
5.7 Dyslexie Op De Gouden Kraal wordt gewerkt met het Protocol leesproblemen en dyslexie. We volgen de leerlingen systematisch in hun leesontwikkeling. Wanneer blijkt dat de leesvoorwaarden zich onvoldoende ontwikkelen in groep 1-2, zal de leerkracht dit met u bespreken. Als de leesontwikkeling in groep 3-4 ondanks extra inzet, onvoldoende op gang komt kan uw kind worden aangemeld voor een onderzoek. De intern begeleider is betrokken bij dit proces.
5.8 Zorg op maat
Als een leerkracht bij een van de kinderen problemen signaleert, kan hulp voor dat kind via een aantal stappen worden geboden. In de eerste plaats zoekt de leerkracht zelf een oplossing. Werkt deze extra hulp onvoldoende, dan volgt overleg met de intern begeleider. Zij is belast met het coördineren van alle zaken rond de speciale leerlingbegeleiding. De ouders worden ingelicht en er wordt een plan opgesteld voor extra hulp en begeleiding in de groep. Blijkt na een periode van 8 weken dat deze extra hulp onvoldoende effect heeft, dan kan in overleg met de ouders een beroep worden gedaan op de expertise van ons samenwerkingsverband UNITA.
5.9 Hoog- en meerbegaafde leerlingen
In het schooljaar 2014-2015 wordt het beleid Plusleerlingen op De Gouden Kraal stap voor stap ingevoerd. Ons doel is daarbij dat we de leerlingen op onze school voldoende uitdaging en een rijke leeromgeving bieden die past bij hun capaciteiten, zodat zij zich verder kunnen ontwikkelen. Het materiaal waarmee deze kinderen kunnen werken is geïnventariseerd en aangevuld. De eerste stap is het bijtijds signaleren van leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. Ons protocol is zo opgebouwd dat na het proces van signalering en diagnose, iedere leerkracht zelfstandig de meer- en hoogbegaafde leerlingen kan begeleiden. 5.10 Passend Onderwijs Op 1 augustus 2014 is de Wet op het Passend Onderwijs in werking getreden. Het uitgangspunt is dat ieder kind recht heeft op onderwijs dat aansluit bij zijn of haar onderwijsbehoeften. Het schoolbestuur van onze school (Villa Primair) krijgt hiermee de zogenaamde ‘zorgplicht’. Dat betekent dat zij verantwoordelijk is voor het bieden van een onderwijsplek voor ieder kind. Onze school vormt, samen met de andere scholen van Villa Primair, en alle andere scholen in de gemeentes Gooi en Vechtstreek een regionaal samenwerkingsverband: UNITA. Binnen dit samenwerkingsverband zijn afspraken gemaakt over de ondersteuning van leerlingen en de bekostiging. Ook zijn er afspraken gemaakt met de gemeente Huizen en Bureau Jeugdzorg over eventuele verwijzing naar het Speciaal Basisonderwijs. De Gouden Kraal heeft, net als alle scholen in een School Ondersteunings Profiel (SOP) beschreven welke ondersteuning de school kan bieden, welke kennis binnen de school aanwezig is en met wie wij samenwerken. Een gedeelte van dit SOP is in deze schoolgids omschreven.
23
Wat betekent dit concreet? Met ingang van het schooljaar 2014-2015 kunnen er geen nieuwe “rugzakken” meer aangevraagd worden. Ons samenwerkingsverband heeft de lopende rugzakfinanciering voor de komende twee jaar nog gegarandeerd. Op het moment dat wij een leerling niet de zorg kunnen bieden die nodig is wordt een beroep gedaan op de expertise binnen UNITA. Door middel van een Multi Disciplinair Overleg (MDO) waaraan de leerkracht, de ouders, de intern begeleider en een expert van het samenwerkingsverband deelnemen. De hulpvraag wordt in kaart gebracht en er wordt gekeken naar wat de leerling nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. Externe hulp betekent bijvoorbeeld een observatie in de groep, het aanreiken van handvatten omtrent gedragsproblematiek, ondersteuning van de leerkracht en het afnemen van diverse onderzoeken met de daarbij behorende verslagen en gesprekken. Sinds 1 augustus 2014 wordt er gewerkt met het Groeidocument. Dit wordt gezamenlijk ingevuld door ouders en school en wordt gebruikt bij het MDO. Als wij, ondanks de inspanningen, tot de conclusie komen dat een speciale basisschool een betere plaats biedt voor deze leerling, dan blijft via de weg van het MDO een verwijzing naar deze onderwijsvorm mogelijk. Uit het School Ontwikkelingsprofiel van onze school Handelingsgerichte Proces Diagnostiek (HGPD) De school heeft een zorgstructuur die handelingsgericht is. Deze zorgstructuur betekent dat de leerkrachten in staat zijn om goed te handelen in een situatie die specifieke aandacht vraagt. De schoolinterne zorg is erop gericht dat leerkrachten hun onderwijs steeds beter leren afstemmen op dat wat kinderen nodig hebben. De internbegeleider (IB.) speelt hierin een belangrijke rol. In voorkomende situaties kan een beroep gedaan worden op specialisten Handelingsgerichte Proces Diagnostiek (HGPD) van het SWV UNITA.
24
6. Voortgezet onderwijs In groep 8 staan kinderen op het punt een belangrijke stap te zetten. We besteden veel aandacht aan de keuze van het vervolgonderwijs. Het is belangrijk dat ieder kind straks op een school geplaatst wordt, die aansluit bij het niveau en de interesse van uw kind. De scholen voor Voortgezet Onderwijs houden in de maanden januari en februari open dagen en middagen. Leerlingen gaan hier op eigen gelegenheid naar toe, om de sfeer te proeven en bijvoorbeeld een open les bij te wonen. Ook voor ouders worden open dagen en avonden georganiseerd om, eventueel met hun kind, kennis te maken met de scholen en de docenten. In november organiseren wij een info avond voor ouders en kinderen over het voortgezet onderwijs. 6.1 Toetsing en advies Met ingang van het schooljaar 2014-2015 nemen alle leerlingen van groep 8 deel aan een verplichte, landelijk genormeerde eindtoets. Op De Gouden Kraal nemen we in april de CITO Eindtoets Primair Onderwijs af. In de voorgaande jaren speelde de NIO-toets (Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijs Niveau) een belangrijke rol in het advies. De NIO-toets meet alleen de “nietschoolse vaardigheden”. De toets geeft een score van de intelligentie van de leerling. Wij hechten belang aan een dergelijke toets omdat we hierdoor een breed beeld krijgen van de capaciteiten van uw kind. Omdat in groep 8 de CITO Eindtoets wordt afgenomen, hebben wij besloten het beleid aan te passen. We nemen vanaf het schooljaar 2015-2016 in groep 6 de NSCCT af (Niet Schoolse Cognitieve Capaciteiten Test). Deze toets is vergelijkbaar met de NIO, maar afgestemd op jongere leerlingen. In de overgangsfase wordt de NIO nog in groep 8 afgenomen, om ook van deze leerlingen een compleet beeld te krijgen. Beide toetsen worden afgenomen door een medewerker van de CED groep in Maartensdijk. Advies stap voor stap: Het advies van de basisschool is gebaseerd op de ontwikkeling van uw kind in de afgelopen 8 jaren onderwijs. Onze intern begeleider bespreekt met de leerkrachten het advies dat gegeven wordt. Het Voortgezet Onderwijs vraagt twee adviezen, één van de basisschool en één in de vorm van een onafhankelijke toets (bv CITO Eindtoets PO). Analyse van de scores van het CITO LVS (Leerling VolgSysteem). Methode toetsten. (Dit zijn toetsten gekoppeld aan de methodes die we gebruiken). Observaties van de leerkrachten, m.b.t werkhouding, concentratie en motivatie. Gesprekken met de leerling. Verslagen. Gesprek met de Intern Begeleider. NSCCT-test. Om nog een onafhankelijk meetmoment te creëren wordt de CITO Eindtoets Primair Onderwijs in april afgenomen. De uitslag van deze toets wordt dus niet meegenomen in het advies.
25
6.2 Doorstroom naar het Voortgezet Onderwijs Hoe vergaat het onze leerlingen? Onze schoolverlaters gaan naar verschillende scholen voor Voortgezet Onderwijs in de regio zoals de Huizermaat, het Erfgooierscollege, College de Brink, het Goois Lyceum , de Fontein Mavo, het Wellant college, Laar en Berg en het Gemeentelijk Gymnasium. Hoe een kind de overgang naar het VO ervaart en hoe de resultaten zijn, valt niet precies te voorspellen. De pubertijd is voor veel kinderen immers een enerverende periode. Een aantal factoren speelt daarbij een rol: Aanleg. Sociaal-emotionele stabiliteit. Interesse en motivatie. Leervaardigheden. Kennis en vaardigheden verworven in de basisschoolperiode. Stimulans en ondersteuning vanuit thuis. Kwaliteit van het Voortgezet Onderwijs. De ervaring heeft geleerd dat kinderen van onze school het goed doen in het Voortgezet Onderwijs. Ze hebben een goede werkhouding en zijn voorbereid op de relatieve vrijheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Een overzicht van de onderwijstypes waar onze leerlingen zijn toegelaten
Onderwijstype Pr. O (Praktijk onderwijs) VMBO KL met LWOO (leerweg ondersteunend onderwijs) VMBO KL VMBO BL met LWOO VMBO TL (mavo) VMBO TL (mavo) / HAVO HAVO HAVO / VWO VWO Anders (bv extra jaar groep 8) Totaal
2011-2012 aantal % 1
2 1 2 4 5 15
2012-2013 aantal
%
2013-2014 aantal %
6,7
13,3 6,7 13,3 26,7 33,3 100
2
16,6 8,3 33.3
5
29,4
1 3 8
5
29,4
5
20,8
7
41,2
5
20,8
17
2013-2014 Norm verwijzing onderwijsinspectie = 40% HAVO/VWO
100
24
100
10
41,6
Elk jaar worden de resultaten van groep 8 besproken in het team. Onze leerkrachten volgen de ontwikkeling van de leerlingen in het voortgezet onderwijs.
26
6.3 Plaatsing U bent als ouders verantwoordelijk voor het opgeven van uw kind aan de gekozen school. Begin maart geeft u uw kind definitief op. Er is een Centrale Toelatings Commissie (CTC) voor alle scholen in het Gooi. De CTC beslist of een kind wordt toegelaten. Als de schoolkeuze afwijkt van het advies van de school, zal er een toelatingsonderzoek worden afgenomen. Als de schoolkeuze aansluit bij het advies van de school wordt het kind in principe toegelaten. De leerkrachten van groep 8 hebben contact met de verschillende scholen voor VO in de regio.
27
7. Ouders als partners 7.1 Betrokken ouders Wat is uw rol als ouder? Het onderwijs op onze school staat of valt met een goede samenwerking tussen u als ouders en de leerkrachten. Goede communicatie is daarbij essentieel. Op verschillende manieren blijven we met elkaar in contact, door middel van nieuwsbrieven, tussentijds gestuurde mails, de informatie avond, een kort gesprek na schooltijd en begeleidende gesprekken bij het verslag. De belangstelling van u voor de school en de activiteiten van uw kind hebben een stimulerende invloed op de ontwikkeling van uw kind. U kent uw kind als geen ander en kan ons ondersteunen bij de begeleiding. Daarbij speelt in het Montessorionderwijs zelfstandigheid een belangrijke rol. We bespreken dan ook met elkaar welke taken een kind zowel thuis als op school zelfstandig kan uitvoeren. De ouderbetrokkenheid is ook belangrijk bij de ondersteuning van het onderwijs in het algemeen. Hulp is welkom op uiteenlopende gebieden, zoals:
Technische ondersteuning. Onderhouden van de schooltuin. Lezen en voorlezen. Onderhouden van de schoolbibliotheek/documentatiecentrum. Het organiseren van feesten en activiteiten. Begeleiden van excursies aan de bibliotheek en culturele centra . Meehelpen bij de Sportdag. Trainen en begeleiden van de schoolvoetbalteams. Begeleiding en organisaties van schoolreisje en het schoolkamp. Bedenken en organiseren van creatieve activiteiten. Organiseren van de avondvierdaagse.
Aan het begin van ieder schooljaar inventariseren we wie er wil helpen bij de verschillende activiteiten. 7.2 Klassenouders Bij iedere klas horen klassenouders. Klassenouders vormen samen met enkele leerkrachten de Activiteitencommissie. Deze commissie heeft een aantal keren per jaar overleg over de uitvoering van feesten en activiteiten. De klassenouder heeft ook als taak om te helpen of ouderhulp te organiseren bij de uitvoering van feesten en bijzondere activiteiten in de groep. 7.3 Vertegenwoordiging in de “MR” In de medezeggenschapsraad (MR) zitten twee ouders en twee leerkrachten. Samen met de MR van de Tweede Montessorischool vormen zij een MR met 8 leden. Zij praten en denken mee over de inhoud van ons onderwijs. Onze MR kenmerkt zich door positief en kritisch mee te denken en te ondersteunen. De MR vergadert samen met de directeur van de Tweede Montessorischool en locatieleider van De Gouden Kraal.
28
De MR heeft over verschillende onderwerpen een advies- dan wel instemmingbevoegdheid. De directie maakt geen deel uit van de MR, maar geeft advies en licht het beleid van de school toe. De MR is voor De Gouden Kraal in het schooljaar 2014-2015 als volgt samengesteld: Oudergeleding: Leon Laagwater (voorzitter) Nanon Zillig Leerkrachtgeleding: Monique Bruijn Sjoerd Koelewijn De scholen van de stichting hebben een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, de GMR. De Gouden Kraal en de Tweede Montessorischool worden hierin vertegenwoordigd. 7.4 Ouderbijdrage De vrijwillige ouderbijdrage is bedoeld om de extra kosten, die het geven van goed Montessorionderwijs met zich meebrengt, te betalen. Een gedeelte wordt ieder jaar besteed aan aanschaf of vervanging van materialen. Daarnaast worden culturele activiteiten, excursies, Decemberfeesten, etc. uit de ouderbijdrage betaald. Er wordt ieder jaar een begroting gemaakt, waar de MR goedkeuring aan moet verlenen. Elk jaar krijgt u informatie over de besteding van de ouderbijdrage. Als de betaling van de ouderbijdrage een probleem is, kunt u contact opnemen met de directie. De ouderbijdrage voor het schooljaar 2014/2015 bedraagt: 1 kind 2 kinderen 3 kinderen
€ 126,-€ 243,-€ 353,--
Voor het 4e en volgende kind wordt geen ouderbijdrage gevraagd. 7.5 Klachtenprocedure Een school is een omgeving waar mensen intensief met elkaar omgaan. Meningsverschillen kunnen voorkomen en worden vaak in onderling overleg uitgesproken. Soms is een meningsverschil van dien aard, dat iemand hierover een klacht wil indienen. Die mogelijkheid is er uiteraard.
29
De klachtenregeling van Villa Primair De klachtenregeling voor scholen binnen Villa Primair is als volgt:
Als u een probleem heeft, dan kunt u een gesprek aanvragen met de leerkracht. Als u er samen niet uitkomt, vraagt u een gesprek aan met de directie. Iedere school een interne contactpersoon, voor onze locatie is dit Yvonne Vogelenzang (leerkracht van groep 7-8). Bij haar kunnen zowel kinderen als ouders terecht als hen iets dwarszit. Als dit geen bevredigend resultaat oplevert kunt u terecht bij de externe klachtencommissie, die voor Villa Primair is ondergebracht bij de CED groep (zie adressenlijst). De CED groep verzorgt de scholing van de interne contactpersonen, organiseert een netwerkbijeenkomst, inventariseert incidenten op scholen en schrijft een jaarverslag.
De klachtenregeling van Villa Primair is in te zien bij de directie.
30
8. Wat zegt de wet? 8.1 Inspectie voor onderwijs In de wet zijn de plichten van school en ouders vastgelegd. De onderwijsinspectie controleert de kwaliteit van het onderwijs op resultaten en of de school volgens de wet handelt. In 2009 is De Gouden Kraal voor het laatst bezocht, het verslag is in te zien op de website van de inspectie voor het onderwijs. In oktober 2014 zal het volgende kwaliteitsonderzoek plaatsvinden. 8.2 Onderwijstijd Onderwijstijd is kostbaar en moet effectief besteed worden. De wet schrijft voor dat kinderen gedurende hun basisperiode 7520 uur onderwijs moeten volgen. Daarvan moet minimaal 3520 uur in groep 1 t/m 4 zitten (880 uur) en minimaal 3760 uur in groep 5 t/m 8 (940 uur) . De resterende 240 uur kunnen scholen zelf verdelen, dit komt neer op een gemiddelde van 30 uren per jaar. Scholen kunnen de onderwijstijd naar eigen inzicht verdelen onder de onderbouw en bovenbouw. Maximaal zeven keer per jaar mag er voor de groepen 3 t/m 8 een vierdaagse schoolweek worden ingeroosterd. Schooltijden op Montessorischool De Gouden Kraal Ochtend 08.30-11.45 uur 08.30-12.30 uur 08.30-11.45 uur
maandag, dinsdag en donderdag woensdag vrijdag
Middag 12.45-15.00 uur vrij 12.45-15.00 (groep 5 t/m 8)
De oudergeleding van de MR heeft instemmingsrecht bij het veranderen en vaststellen van de schooltijden. Een overzicht van vakanties en studiedagen vindt u in het Praktisch ABC, achterin de schoolgids.
8.3 Verlof en verzuim Kinderen kunnen ten hoogste tien dagen per jaar verlof krijgen. De regels voor buitengewoon verlof zijn wettelijk verplicht en opgesteld door het Regionaal Bureau Leerlingzaken. Afwijken van de regels kan voor zowel u als ouder, als voor de school een boete opleveren. Verlof kan worden aangevraagd voor: Religieuze verplichtingen: Offer- en Suikerfeest, Divali, Joods nieuwjaar, Grote verzoendag etc. Vakantie onder schooltijd. Hiervoor mag alleen toestemming gegeven worden als een kind tijdens de schoolvakantie niet met de ouders op vakantie kan vanwege de aard van het beroep van een van de ouders. Bij de aanvraag moet een werkgeversverklaring worden ingeleverd. Gewichtige omstandigheden. Denk hierbij aan een huwelijk, jubileum, verhuizing of overlijden.
31
Wanneer uw kind niet op school is, zonder dat de reden bij ons bekend is ondernemen wij direct actie om te achterhalen waar uw kind is. Als er geen geldige verklaring is voor het verzuim is de school verplicht dit te melden bij de leerplicht ambtenaar van het Regionaal Bureau Leerlingzaken (RBL)
Bij twijfel kunt u informatie opvragen bij de leerplichtambtenaar of kijken op www.rijksoverheid.nl Zie ook Verlof, vakantie en verzuim het “Praktisch ABC” achterin de schoolgids. 8.4 De medezeggenschapsraad De medezeggenschapsraad (de MR) is het bij de wet voorgeschreven inspraakorgaan voor leerkrachten en ouders. De MR overlegt met de directeur over de inhoud en het beleid van ons onderwijs. In de statuten is precies vastgelegd op welke terreinen de MR advies- en instemmingsrecht heeft. Hoeveel leden een MR heeft hangt af van de grootte van de school. Naast de MR van de school is er een gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van de stichting Villa Primair. Elke MR is vertegenwoordigd in de GMR. Meer over de MR bij “Ouders als partners” pagina 28.
32
9. Teamsamenstelling Directie Locatieleider Zakelijk directeur Interne begeleiding Bouwcoördinatoren Onderbouw (groep 1-2) Middenbouw (groep3-4) Bovenbouw (groep 5 t/m 8) Vakleerkracht gymnastiek Groepsleerkrachten onderbouw Groepen 1-2 Groepsleerkrachten middenbouw Groepen 3-4 Groepsleerkrachten bovenbouw Groepen 5-6
Angeline Smits Wim Boog Annemieke Boor
Monique Bruijn Nicole Roest Yvonne Vogelenzang Patty Gooijer Frank Wolfs Monique Bruijn Birgit van Urk Marthe Stalenhoef Nicole Roest / Michelle Niesink
SGroepsleerkrachten bovenbouw Groepen 7-8 Secretariaat
Kim Abdoelhak/Sandra Krijnen Caroline Magchielse/Anneke Hartong Marleen Westerling Sjoerd Koelwijn Yvonne Vogelenzang/Helene Venema Mary Dekkers
Conciërge
Mostapha el Moukeddem
33
10. Praktisch ABC Aanmelding en toelating Wij laten in principe elk kind toe op onze school. Voor de aanmeldingsprocedure zie pagina 20. Inschrijfformulieren worden meegegeven na het intake gesprek.
Bereikbaarheid Zorg ervoor dat u altijd bereikbaar bent. Aan het begin van het schooljaar delen wij de zgn. “noodbrieven” uit waarop alle informatie die voor ons van belang is nogmaals wordt gevraagd. De gegevens verwerken we in onze administratie. In noodgevallen kunnen wij u dan snel bereiken.
Brandoefening Jaarlijks wordt er een brandoefening ingepland. In het ontruimingsplan staat beschreven hoe we te werk gaan bij ontruiming. De kinderen verlaten de school onder begeleiding van de leerkracht. Ze weten naast wie ze moeten lopen in de “brandrij”. In ieder lokaal is de benodigde informatie voor ontruiming bij de deur aanwezig.
CJG (Centrum voor Jeugd en Gezin) Heeft u vragen over de ontwikkeling van uw kind, of wilt u een advies over opvoeding, dan kunt u terecht bij het CJG. In het CJG zijn alle krachten gebundeld van het consultatiebureau, de JGZ, Versa welzijn etc. Wanneer er zorgen zijn rondom de ontwikkeling van uw kind kan de leerkracht of intern begeleider u vragen contact op te nemen met het CJG. Voor meer informatie kunt u kijken op de website (zie namen & contactinfo.) De hulp is gratis en u heeft geen verwijzing nodig.
DGK presenteert Eens in de ca. 6 weken organiseren wij een voorstelling op het podium in de grote hal. Alle groepen treden een aantal keer per jaar op, volgens een afgesproken schema. Ouders van de kinderen van de groepen die optreden worden van te voren uitgenodigd. De hal is helaas te klein om ouders van alle groepen tegelijk uit te nodigen.
Eten en drinken Wij hechten veel waarde aan gezonde leef- en eetgewoonten. Wij stellen het dan ook op prijs als u uw kind voor de kleine pauze ’s ochtends bijvoorbeeld een stukje fruit meegeeft of een boterham. Snoep en koek met chocolade worden niet gegeten op school. Daarnaast stimuleren wij gezonde traktaties. Het beleid van de tussenschoolse opvang sluit hierbij aan.
Foto en film Op onze school worden foto’s gemaakt voor de nieuwsbrief of website, onder schooltijd en op excursies, schoolreisjes en kamp. Op de website kunt u, als u inlogt, foto’s downloaden. Op het inschrijfformulier geeft u aan of u wel of geen toestemming geeft voor het plaatsen van foto’s. Vanzelfsprekend houden we hier rekening mee. Videoopnames kunnen incidenteel gemaakt worden, bijvoorbeeld ten behoeve van scholing
34
voor de leerkrachten. Deze opnames worden alleen gebruikt voor dat specifieke doel. Wij vragen hiervoor schriftelijk uw toestemming.
Gevonden voorwerpen In de hal bij de middenbouwingang staat een bak met gevonden voorwerpen. Eens in de 6 a 8 weken, voorafgaand aan een vakantie, doen wij een oproep in de nieuwsbrief om de spullen op te halen. We stallen alles wat op school is blijven liggen gedurende een week uit op het podium. Spullen die niet opgehaald worden, worden nadat we het in de nieuwsbrief hebben aangegeven naar Humanitas gebracht.
GGD / JGZ, Jeugdgezondheidszorg Kinderen in de leeftijd van 0 tot 19 jaar worden door de JGZ van de GGD Gooi en vechtstreek verschillende keren uitgenodigd voor een gezondheidsonderzoek. U ontvangt de uitnodiging via school. Groep 2 Alle kinderen uit groep 2 worden uitgenodigd voor een onderzoek door de jeugdarts. Er wordt gekeken naar groei, ontwikkeling en gezondheid. De arts kijkt onder andere naar de ogen, oren, lengte en gewicht, spraak en taalontwikkeling, voeding, bewegen en gedrag. Groep 7 Alle leerlingen van groep 7 worden op school gezien door de doktersassistent. Hij of zij meet en weegt uw kind en onderzoekt weer het gezichtsvermogen en gehoor als daar aanleiding toe is. Dit onderzoek vindt plaats zonder ouders. Vaccinaties In het kalenderjaar waarin uw kind 9 wordt ontvangt u een oproep voor twee vaccinaties; een tegen Difterie, Tetanus en Polio (DTP) en een tegen Bof, Mazelen en Rodehond (BMR) Daarnaast ontvangen alle meisjes in het jaar dat zij 12 jaar worden oproepen voor de inenting tegen baarmoederhalskanker (HPV). Deze inenting bestaat uit drie prikken. Vanaf het schooljaar 2014-2015 plannen wij regelmatig een inloopspreekuur van de GGD in.
Gym- en zwemmen De kinderen hebben in de onderbouw geen speciale gymkleding nodig, wel gymschoenen, graag zonder veters. Deze schoenen blijven op school. In de midden en bovenbouw dragen de kinderen sportkleding en gymschoenen (voor de onderbouw ook weer het liefst zonder veters) Na de gym wordt er gedoucht, dus geef uw kind ook een handdoek mee. De leerlingen gaan altijd onder begeleiding van een leerkracht van- en naar de gym. De eerste groep die gymles heeft gaat rechtstreeks naar de gymzaal.
35
Rooster Gym maandag (eigen leerkracht) 08.30-09.30 uur: groepen 7-8 volgens rooster 09.30-10.30 uur: groepen 5-6 volgens rooster woensdag (vakleerkracht) 08.30-09.20 uur: 3-4 Nicole 09.20-10.05 uur: 3-4 Marthe 10.05-10.50 uur: 5-6 Caroline 10.50-11.35 uur: 5-6 Kim 11.35-12.25 uur: 7-8 Yvonne vrijdag (vakleerkracht) 08.30- 00.00 uur: 7-8 Sjoerd
Zwemmen maandag 13.30-14.30 uur: beide groepen 3-4 (alleen oneven weken)
Halen en brengen Wij vragen u om zo veel mogelijk lopend of met de fiets naar school te komen. Mocht het toch noodzakelijk zijn om met de auto te komen, wilt u uw auto dan aan de Hoofdweg of aan de Amstenrade parkeren? Rondom de parkeerplaatsen bij de Hoofdingang is veel loop- en fietsverkeer waardoor de situatie onoverzichtelijk wordt.
Hoofdluis Hoofdluis kan bij alle kinderen en op alle scholen voorkomen. Vooral in de herfst en in het voorjaar kunnen kinderen er last van hebben. De verantwoordelijkheid voor bestrijding van hoofdluis ligt in de eerste plaats bij u als ouder. Heeft uw kind hoofdluis? Meld dit bij de leerkracht, zodat alle kinderen op hoofdluis gecontroleerd kunnen worden. Behandel het haar van uw kind met een middel tegen hoofdluis en een stofkam Controleer dagelijks en blijf dat 14 dagen doen. Controleer ook alle gezinsleden. Reinig kleding, knuffels en beddengoed. Wij hanteren een “luizenprotocol”. Iedere groep heeft een ouder die de kinderen regelmatig op hoofdluis controleert. Als we hoofdluis constateren, worden de ouders van alle kinderen geïnformeerd om verspreiding te voorkomen. Elke leerling krijgt een luizenzak met naam, om jas, muts, pet en sjaal in op te bergen. Is de luizenzak stuk of zoek geraakt, dan kan tegen kostprijs, een nieuwe aangeschaft worden.
Huiswerk De kinderen in de bovenbouwgroepen krijgen wekelijks huiswerk mee. Dit wordt vanaf groep 5 stap voor stap opgebouwd. Het is de bedoeling dat uw kind het huiswerk zelfstandig maakt. Als er extra oefening of begeleiding nodig is, bespreekt de leerkracht dit met u.
Mobieltjes Leerlingen mogen onder schooltijd geen gebruik maken van hun mobiele telefoon, tenzij dat is afgesproken met de leerkracht. Ze leveren aan het begin van de dag hun smartphone in bij de leerkracht. Er mogen zonder toestemming geen foto’s of filmpjes gemaakt worden van medeleerlingen en leerkrachten.
36
NSO, naschoolse opvang U kunt uw kind voor de voor- en naschoolse opvang opgeven bij de Stichting Kinderopvang Huizen. Meer informatie hierover is te vinden op de website (zie namen en contactinfo.)
Ongevallen Mocht uw kind iets overkomen op school dan wordt zo snel mogelijk contact met u opgenomen. Op school is altijd een BHV geschoolde leerkracht aanwezig om de nodige eerste hulp te verlenen. Als het noodzakelijk is brengen wij het kind direct naar de huisarts of de EHBO van Tergooi ziekenhuizen.
Oud papier U kunt iedere dag oud papier mee naar school nemen en in de blauwe container doen. De school krijgt een kleine vergoeding voor oud papier en de opbrengst komt ten goede aan de kinderen van de school.
Overblijven De Stichting Kinderopvang Huizen is verantwoordelijk voor het overblijven (TSO, tussen schoolse opvang) . De organisatie valt onder Krummel. Voor onze school is coördinator Eva Laven het aanspreekpunt. Overblijven is mogelijk op alle dagen van de week behalve woensdag. U betaalt € 2, 75 per keer als uw kind op vaste dagen overblijft en € 3,25 als uw kind incidenteel overblijft. U kunt uw kind aanmelden via de website (zie namen & contactinfo.)
Plantje Op een montessorischool neemt ieder kind aan het begin van het schooljaar een plantje mee. Uw kind zorgt zelf voor het plantje. Aan het begin van de dag worden alle planten in de vensterbank gezet, zodat de tafels leeg zijn en we klaar zijn om aan het werk te gaan. Soms gaat een plant acht jaar mee…soms is een schooljaar al een hele prestatie!
Schooltijden, vrije dagen en vakanties Om op tijd te kunnen beginnen met de lessen, verwachten wij uw kind minimaal 5 minuten van tevoren in de groep: om 08.25 uur en om 12.40 uur. Schooltijden Ochtend 08.30-11.45 uur 08.30-12.30 uur 08.30-11.45 uur
maandag, dinsdag en donderdag woensdag vrijdag
Studiedagen, vrije dagen groep 1 t/m 8 woensdag woensdag woensdag
27 augustus 2014 21 januari 2015 18 juni 2015
37
Middag 12.45-15.00 uur vrij 12.45-15.00 (5 t/m 8)
Studiedagen, vrije dagen groep 1 t/m 4 vrijdag woensdag woensdag woensdag vrijdag
3 oktober 2014 5 november 2014 14 januari 2015 22 april 2015 12 juni 2015
Vakanties Herfstvakantie Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Pasen Meivakantie Hemelvaart Pinksteren Zomervakantie
13 t/m 17 oktober 2014 22 december 2014 t/m 2 januari 2015 23 t/m 27 februari 2015 3 t/m 6 april 2015 27 april t/m 8 mei 2015 14 en 15 mei 2015 25 mei 2015 6 juli t/m 14 augustus
Schooltuin Onze schooltuin is de trots van de school! Een enthousiaste groep ouders verzorgt de tuin samen met de leerlingen. We werken volgens een rooster zodat ieder kind aan de beurt komt om in de schooltuin kennis te maken met de natuur en alle seizoenen.
Schoolregels en afspraken In onze school zijn de afspraken zichtbaar die we met elkaar hebben gemaakt. Lees meer hierover in het hoofdstuk “Een veilige school”.
Schoolreisjes en kamp De groepen 1 t/m 5 gaan jaarlijks een dag op schoolreisje. Wij vragen een aantal ouders om mee te gaan als begeleider. De groepen 6 t/m 8 gaan een week op kamp. U wordt als ouders altijd van tevoren op de hoogte gebracht van de gang van zaken rondom schoolreisje en kamp. Lees meer hierover in het hoofdstuk “ Extra activiteiten”.
Taken Ieder groep werkt met en takensysteem om de zelfstandigheid van de kinderen te bevorderen en om ze zorg te laten dragen voor hun eeromgeving.
Te laat komen Zoals beschreven bij de schooltijden, vinden wij het belangrijk om op tijd met de lessen te kunnen beginnen. Te laat komen werkt storend en we verliezen er kostbare onderwijstijd mee. Te laat komen wordt door de leerkracht geregistreerd. In de onderbouw nemen we contact met u op als uw kind een aantal keren te laat is gekomen. In de bovenbouw hanteren we de afspraak dat uw kind, als het na drie keer zonder geldige reden te laat is gekomen, de volgende ochtend om 8.00 uur aanwezig is. Uiteraard bespreken we het te laat komen ook met ouders.
38
Verjaardagen Verjaardagen worden op feestelijke wijze gevierd. Kinderen gaan op een vast afgesproken tijdstip de school rond. Wij stimuleren gezonde en niet al te grote traktaties. We stellen het op prijs als u uitnodigingen voor partijtjes buiten school uitdeelt. Dit voorkomt teleurstelling bij kinderen die niet uitgenodigd zijn.
Verlof en verzuim Kinderen kunnen ten hoogste tien dagen per jaar verlof krijgen. Dit verlof wordt verleend door de directie bij bijzondere (familie) omstandigheden. Denk hierbij aan een huwelijk, overlijden, verhuizing. Dit verlof mag niet samenvallen met de eerste twee weken van het schooljaar. Voor extra vakantie wordt geen verlof verleend, alleen wanneer er sprake is van bijzondere omstandigheden omdat u geen vakantie op kunt nemen in de schoolvakanties. Hiervoor is een schriftelijk bewijs van de werkgever verplicht. Wij zijn verplicht om ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplicht ambtenaar van het Regionaal Bureau Leerlingzaken. Voor meer informatie zie blz. 31
Vervanging leerkracht Soms treft u een andere leerkracht in de groep van uw kind. De leerkracht kan een keer ziek zijn, maar kan ook afwezig zijn in verband met studie. We mogen ons gelukkig prijzen met een aantal vaste vervangende leerkrachten die bekend zijn bij de kinderen en van wie de werkwijze goed aansluit bij onze visie.
Verzekering Algemeen Villa Primair is verzekerd voor letsel- en materiele schade op school en tijdens schoolreisjes, excursies en kampen. De school is een kwartier voor- en na schooltijd verantwoordelijk voor de leerlingen. Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering Leerlingen vallen niet onder de WA-verzekering, tenzij er schade ontstaat door schuld of nalatigheid. Als een kind schade veroorzaakt , bijvoorbeeld doordat het een bal door een ruit trapt, valt dit niet onder de dekking van de school, maar onder de eigen WA verzekering van de leerling. Collectieve ongevallen - en reisverzekering Alle scholen van Villa Primair zijn verzekerd voor lichamelijk letsel (en beperkte materiele dekking, max. 125,- per geval) voor leerlingen, personeel en vrijwilligers op school en tijdens schoolreisjes, excursies en kamp.
39
Vervoer Als de kinderen voor een excursie of schoolreisje vervoerd worden per auto houden wij ons aan de volgende wettelijke bepalingen:
Ouders die rijden hebben een inzittendenverzekering. Alle kinderen zitten achterin en hebben een gordel om. Het kind van de bestuurder dat kleiner is dan 1.35 moet in een goedgekeurd kinderzitje vervoerd worden.
Ziekmelding leerling Als uw kind ziek is vragen wij u dit ’s ochtends voor 8.30 uur telefonisch aan ons door te geven.
40
Namen & contactinfo Montessorischool De Gouden Kaal
Hoofdweg 107
[email protected] 1275 AB Huizen www.degoudenkraal.nl 035-5257271 Villa Primair Amersfoortsestraatweg 180c
[email protected] 1272 RR - Huizen www.villaprimair.nl 035-5257578 Overige namen en contactgegevens in alfabetisch volgorde CED groep 0346-219777 www.cedgroep.nl Centrum voor gezin, CJG
jeugd
en 035-5233890
Externe vertrouwenspersoon
GGD Gooi en Vechtstreek
[email protected] www.cjghuizen.nl
De heer F Brouwer Mevr. D Gerritsma CED groep 0346-219777 035-6926222
[email protected] [email protected] [email protected]
Inspectie van het onderwijs
0800-8051 (gratis) vragen over onderwijs
voor
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl
Landelijke klachtencommissie onderwijs Medezeggenschapsraad (MR): voorzitter Leon Laagwater Nederlandse Montessorivereniging (NMV) Regionaal Bureau Leerlingenzaken (Leerplicht) Samenwerkingsverband UNITA Stichting Kinderopvang Huizen, NSO
030-2809590
[email protected] www.onderwijsgeschillen.nl
06-13948955
[email protected]
020-6580154
www.montessori.nl
035-6926620
[email protected] www.swvunita.nl
035-5269999
[email protected] www.kinderopvanghuizen.nl
Stichting Kinderopvang 035-5269999 Huizen, TSO (overblijven) Stichting Krummel Contactpersoon: Eva Laven
[email protected] www.krummelhuizen.nl
Verkeerscommissie
[email protected]
41