SCHOOLGIDS 2015-2016 SCHOLEN STICHTING FLORE
1
Een woord vooraf
Geachte lezers, Voor u ligt de schoolgids van basisschool De Balein. Het doel van deze schoolgids is: 1. De ouders van onze leerlingen alle nodige informatie te verstrekken over onze school. 2. Ouders, die een school zoeken voor hun kind, een indruk te geven van onze school. Op basis hiervan kunnen zij dan beslissen of de basisschool De Balein de meest geschikte school voor hun kind is. De schoolgids bestaat uit 2 delen; een algemeen deel waarin informatie vanuit onze stichting Flore staat beschreven, en een school specifiek deel. De inhoud van het school specifieke deel is er op gericht een duidelijk beeld van basisschool De Balein te verschaffen, zodat u weet wat u van de school kunt verwachten. Ook komen er zaken aan de orde die de school van u verwacht. Daarnaast is er een jaargids, waarin alle praktische gegevens van het betreffende schooljaar staan. Er is voor groep 1/2 tevens een aparte kleutergids met daarin specifieke informatie betreffende de kleuters. De schoolgids (specifiek) is tot stand gekomen met instemming van de medezeggenschapsraad. Ouders kunnen de schoolgidsen vinden op de website van de school: www.debalein.nl We hopen dat de gids zal bijdragen aan een plezierige samenwerking tussen de school, de ouders en de leerlingen. Hebt u na het lezen van deze schoolgids nog vragen, suggesties of opmerkingen, dan horen wij die graag. Nieuwe ouders nodigen wij van harte uit voor een bezoek aan de school om zo een nog beter beeld van de school te krijgen. Met vriendelijke groet, mede namens het team van basisschool De Balein Tineke Butter, Directeur 2
Inhoud Een woord vooraf
2
Vaststelling.................................................................................................................................................................5 Hoofdstuk 1
Bevoegd gezag ..............................................................................................................................6
Hoofdstuk 2
Identiteit.....................................................................................................................................7
Hoofdstuk 3
De school ..................................................................................................................................7
Hoofdstuk 4
Aanmelden en inschrijven van leerlingen ...........................................................................8
Hoofdstuk 5
Verlofregeling ...........................................................................................................................8
Hoofdstuk 6
De organisatie van het onderwijs ........................................................................................9
Hoofdstuk 7
De invulling van het onderwijs .......................................................................................... 11
Hoofdstuk 8
De ouders: inspraak en informatie ................................................................................... 13
Hoofdstuk 9
Rechten en plichten van ouders/verzorgers, leerlingen, directie en het bestuur . 15
Hoofdstuk 10
Praktische zaken ................................................................................................................... 20
Hoofdstuk 11
Veiligheidsbeleid .................................................................................................................... 20
3
4
Vaststelling Instemming met schoolgids 2015-2016
School:
De medezeggenschapsraad van bovengenoemde school heeft instemming verleend aan de schoolgids 2015-2016
Namens de medezeggenschapsraad,
Plaats:
Datum:
Naam:
Functie:
Handtekening:
5
Hoofdstuk 1
Bevoegd gezag
Stichting Flore Onze school ressorteert onder Stichting Flore. Bij Stichting Flore bereiden wij de leerlingen voor op de toekomst, hun rol daarin en hun verantwoordelijkheid daarvoor. Wij helpen de leerling uit te groeien tot een evenwichtig en volwaardig lid van de maatschappij. Wij beschikken over de deskundigheid van 27 scholen en versterken elkaar door kennisuitwisseling en het delen van ervaringen. Stichting Flore is vooruitstrevend en staat voor kwaliteit, daadkracht en duurzaamheid. Contact Het servicekantoor van Stichting Flore is gevestigd aan de W.M. Dudokweg 47 in Heerhugowaard. Het postadres is: Postbus 279, 1700 AG Heerhugowaard 072 56 60 200
[email protected] www.stichtingflore.nl Over Flore Stichting Flore biedt 7.500 leerlingen kwalitatief hoogstaand onderwijs. Met ruim 700 medewerkers - verdeeld over 27 basisscholen en een servicekantoor - richten wij ons vol overgave op onze kerntaak: het beste uit kinderen halen. Wij bereiden onze leerlingen voor op de toekomst, hun rol daarin en hun verantwoordelijkheid daarvoor. Wij helpen de leerling uit te groeien tot een evenwichtig en volwaardig lid van de maatschappij. Flore-scholen De 27 Flore-scholen zijn één in verscheidenheid. Iedere school heeft zijn eigen gezicht, onderwijsstijl en werkwijze. De ene school is groot, de andere klein. Er zijn dorpsscholen en stadsscholen. Er zijn traditionele scholen, brede scholen, een Dalton- en een Jenaplanschool en een school voor speciaal basisonderwijs. Kortom, voor iedere leerling is er een school die bij hem past. College van Bestuur Het College van Bestuur ziet er op toe dat de onderwijskwaliteit van de Flore-scholen hoog blijft. Op het servicekantoor wordt op een creatieve manier, op samenwerking gericht de ontwikkeling van het onderwijsbeleid ondersteund. Scholen, maar ook ouders, kunnen er terecht met vragen over de meest uiteenlopende onderwerpen. Het servicekantoor
6
adviseert, ondersteunt en neemt veel werk uit handen van de schooldirecteuren/scholen, zodat zij zich kunnen richten op hun kerntaak: het beste uit kinderen halen. U kunt meer lezen over de visie en missie van Stichting Flore op www.stichtingflore.nl. Hier staan tevens onze kernwaarden nader toegelicht.
Hoofdstuk 2
Identiteit
Interconfessioneel Onder Stichting Flore vallen scholen met een katholieke, protestants-christelijke en interconfessionele identiteit. Stichting Flore biedt ruimte voor levensvragen en zingeving voor leerlingen, leerkrachten en andere medewerkers. Door met de ander deze ruimte in te vullen kun je worden wie je bent. Daarbij wordt uitgegaan van een verbondenheid tussen authentieke scholen op basis van christelijke waarden. Stichting Flore gaat ervan uit dat mensen met hun verschillende levensbeschouwingen elkaar inspireren, aanvullen en elkaar laten groeien.
Hoofdstuk 3
De school
De school als ‘Brede School’ Vanaf 1 augustus 2007 zijn basisscholen wettelijk verplicht om voor en na school opvang aan te bieden. De scholen hoeven zelf geen opvang te verzorgen, maar zijn wel verantwoordelijk voor de aansluiting ervan. Stichting Flore heeft per 1 augustus 2007 voor elke school een convenant met diverse kinderopvangorganisaties afgesloten. In dit convenant zijn afspraken vastgelegd die gelden voor de voor- en naschoolse opvang, eventueel tussenschoolse opvang en vakantieopvang. De kwaliteit in de buitenschoolse opvang moet goed geregeld zijn. Voor kinderen is dit een belangrijke ontwikkelingsfase in hun leven. Goede kwaliteitsregels hebben een groot maatschappelijk belang. Door overheid en branche-organisaties zijn voor de kwaliteit van kinderopvang al veel afspraken gemaakt. Deze hebben onder andere betrekking op het pedagogisch beleidsplan, verdeling leidster/kind, huisvesting, medezeggenschap en veiligheid. Naast deze basis kwaliteitsafspraken heeft Stichting Flore kwaliteitseisen opgesteld waar een BSO-aanbieder aan moet voldoen. Deze kwaliteitseisen zijn verwerkt in het convenant met de aanbieder. Meer informatie hierover leest u op de website van Stichting Flore: www.stichtingflore.nl
7
Hoofdstuk 4
Aanmelden en inschrijven van leerlingen
Zodra uw kind vier jaar is mag het naar de basisschool. Kinderen die vòòr 1 juni vier jaar worden kunnen worden ingeschreven bij een school zodat de school rekening kan houden met de groepsindeling. Het inschrijven van een leerling geschiedt middels een inschrijfformulier. De ouders ondertekenen dit formulier. Daarmee verklaren de ouders dat ze bekend zijn met de inhoud van de schoolgids en de daarin verwoorde afspraken en regels nakomen en dat de leerling aan alle activiteiten van de school deelneemt. Toelating van een kind is niet afhankelijk van het al dan niet voldoen van de vrijwillige ouderbijdrage door de ouders. De inschrijving van een leerling is definitief als de ouders een schriftelijke bevestiging van de directeur hebben ontvangen. De volledige regeling Toelating en Inschrijving van Stichting Flore ligt op de school ter inzage en is te downloaden via www.stichtingflore.nl. Bij de inschrijving moeten de volgende gegevens aan de school worden overlegd: het Burgerservicenummer, de achternaam, de voorletters, de geboortedatum en het geslacht van het kind. Ouders kunnen hiervoor een uitschrijfbewijs van de vorige school gebruiken of een van overheidswege verstrekt document gebruiken, waar deze gegevens op staan. Onder een van overheidswege verstrekt document verstaan wij een document kennisgeving naar het Burgerservicenummer, een eigen paspoort of identiteitskaart van de leerling of een geboortebewijs. Let op: de zorgpas kan hiervoor niet gebruikt worden, want die wordt niet door de overheid uitgegeven.
Hoofdstuk 5
Verlofregeling
U mag uw kind niet mee op vakantie nemen buiten de schoolvakanties. Doet u dit wel, dan overtreedt u de Leerplichtwet. U kunt wel bij de schooldirectie een verzoek indienen voor verlof buiten de schoolvakanties. Dat kan alleen als het door uw beroep of dat van uw partner niet mogelijk is om in één van de schoolvakanties een gezinsvakantie van twee weken te hebben. Een verzoek tot vrijstelling heet officieel ‘beroep op vrijstelling’. Voorwaarden verlof voor vakantie buiten schoolvakantie Wilt u toch een verzoek tot verlof buiten de schoolvakanties doen? Dan moet dit ten minste aan de volgende voorwaarden voldoen: Het gaat om een gezinsvakantie. Het gaat om maximaal 10 schooldagen.
8
De vakantie kan niet plaatsvinden in de vastgestelde schoolvakanties vanwege het beroep van u of uw partner. Het verlof valt niet in de eerste twee weken na de zomervakantie. Aanvragen verlof voor vakantie buiten schoolvakantie Dien de verlofaanvraag zo vroeg mogelijk in bij de directeur van de school. Bij voorkeur minimaal 8 weken van tevoren. Elke aanvraag voor vakantie buiten de schoolvakanties wordt individueel beoordeeld. De directeur vraagt u om een werkgeversverklaring of een eigen verklaring zelfstandige. Soms vraagt de directeur de leerplichtambtenaar om advies. Duur en frequentie vakantie buiten schoolvakantie U kunt uw kind maximaal één keer per jaar buiten de schoolvakanties meenemen op vakantie. U moet dan wel voldoen aan alle voorwaarden voor verlof en toestemming hebben van de directeur van de school. Verlofaanvraag van meer dan 10 schooldagen Vakantieverlof buiten de schoolvakanties mag nooit langer dan 10 schooldagen duren. Dient u toch een verlofaanvraag in voor meer dan 10 dagen? Dan stuurt de directeur van de school de aanvraag door naar de leerplichtambtenaar. De ambtenaar hanteert de Leerplichtwet en laat over het algemeen het advies van de schoolleiding meewegen in het besluit. Meestal is ook een verklaring van een arts of sociale instantie noodzakelijk, waaruit blijkt dat verlof nodig is. Bezwaar maken tegen beslissing vakantie leerling Bent u het niet eens met een beslissing over de vrijstelling? Dan kunt u schriftelijk bezwaar maken bij degene die de beslissing heeft genomen. De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar ongeoorloofd verzuim te melden. Tegen ouders/verzorgers die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, kan proces-verbaal opgemaakt worden. Benutting van de verplichte onderwijstijd De wet vereist dat kinderen na acht jaar basisschool 7.520 uur onderwijs hebben genoten.
Hoofdstuk 6
De organisatie van het onderwijs
Het bewaren van leerlinggegevens Naast het leerlingvolgsysteem, is er van ieder kind een leerling-dossier. Hierin worden belangrijke gegevens bewaard die later nodig zijn bij de leerlingenbespreking, het schoolkeuzeonderzoek of bij de verwijzing naar het speciaal basisonderwijs. Het beheer van deze dossiers strookt met de wettelijke regels betreffende privacy. Door de school worden in
9
principe geen testuitslagen meegestuurd. Onderzoeksverslagen bij uitschrijven van de leerling naar een andere school, worden nooit zonder toestemming van de ouders verstuurd. De school heeft de plicht om de nieuwe (vo) school een onderwijskundig rapport of formulier ‘warme’ overdracht te sturen. Ouders hebben inzage in deze informatie. Leerlingdossiers worden nog vijf jaar bewaard nadat het kind de school heeft verlaten en vervolgens vernietigd. Alleen adresgegevens en geboortedata worden bewaard om eventueel te kunnen gebruiken bij reünies. Uitstroomgegeven van leerlingen De inspectie beoordeelt jaarlijks of de leerlingen van onze school op een niveau presteren dat van hen mag worden verwacht. Zorg voor het kind met specifieke onderwijsbehoeften Soms kan een nader onderzoek op zijn plaats zijn. Hierbij kunnen wij gebruik maken van externe hulp zoals omschreven in een uitgebreid ondersteuningsplan (voorheen zorgplan). In dit document maakt het samenwerkingsverband waar de basisschool deel van uitmaakt (samenwerkingsverband Noord-Kennemerland), afspraken over de manier waarop zorgleerlingen opgevangen worden. Er staat dus in beschreven hoe de basisscholen omgaan met zorgleerlingen en welke dingen zij doen om professionele hulp te geven aan deze kinderen. Het ondersteuningsplan is onderdeel van de zorgstructuur binnen het samenwerkingsverband. Er staat bijvoorbeeld in wat de criteria zijn voor verwijzing naar het Speciaal (basis) onderwijs en welke procedure dan gevolgd wordt. Ook staat hierin hoe het budget voor extra ondersteuning verdeeld wordt. Het doel van het plan is dat leerlingen de ondersteuning krijgen die ze nodig hebben. De ondersteuningsplannen voor de scholen geven invulling aan de doelen van Passend onderwijs, waarbij binnen het samenwerkingsverband voor elke zorgleerling een passende plek moet zijn. Het ondersteuningplan ligt ter inzage op school. Passend Onderwijs Soms kunnen kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte toch op een reguliere school het onderwijs volgen. Hier zijn extra ondersteuningsmogelijkheden voor beschikbaar. Ook kan een leerling een Toelaatbaarheidsverklaring krijgen via het Samenwerkingsverband voor een verwijzing naar het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Maar er kan ook een onderwijsexpert (deskundige vanuit het Samenwerkingsverband) in de school komen ter ondersteuning of ter advisering van de betrokken leerkracht. Speciale hulpmiddelen kunnen indien nodig worden aangeschaft om het leren zo probleemloos mogelijk te laten verlopen. De bekostiging hiervan wordt dan georganiseerd via het Samenwerkingsverband.
10
Vanaf 1 augustus 2014 is de Zorgplicht ingevoerd. Schoolbesturen moeten dan passend onderwijs op één van de Flore-scholen kunnen aanbieden of ervoor zorgen dat kinderen elders passend onderwijs krijgen. De wijze van uitvoering van deze wettelijke verplichting wordt via een “herijking van de zorg” voor de hele regio vastgesteld. Voor meer informatie over toelating en dergelijke kunt u terecht bij de directie. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen en wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen. Groeidocument Kinderen die om welke reden dan ook extra ondersteuning nodig hebben van het samenwerkingsverband, worden aangemeld voor het zogenaamde ondersteuningsteam van de school. In dit ondersteuningsteam worden de leerlingen besproken en vervolgens wordt er voor ieder kind een plan gemaakt. Ouders zijn bij deze bespreking aanwezig. Afspraken vanuit deze besprekingen wordt vastgelegd in het groeidocument. Het Groeidocument is een hulpmiddel om te komen tot de juiste onderwijsondersteuning voor een individuele leerling. Het bestaat uit vier delen: gegevens van de leerling informatie over de leerling; op school en in de thuissituatie; de ondersteuningsbehoefte van de leerling het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). Het ondersteuningsteam blijft de ontwikkeling van deze kinderen volgen. De leerkrachten in het ondersteuningsteam worden ondersteund door een onderwijsexpert. De ouders worden verzocht het groeidocument te ondertekenen. De ouders bevestigen daarmee dat zij op de hoogte zijn van de extra ondersteunende activiteiten voor hun kind.
Hoofdstuk 7
De invulling van het onderwijs
Actief burgerschap en sociale integratie Wij stellen ons ten doel om het actief burgerschap en de sociale integratie van leerlingen te bevorderen. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Burgerschap kan op verschillende manieren worden ingevuld. Sociale integratie verwijst naar de deelname van burgers, ongeacht hun etnische of culturele achtergrond, aan de samenleving in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. Het onderwijs binnen onze school: − gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; − is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie en
11
− is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Actief burgerschap en sociale integratie wordt ingevuld in de lessen levensbeschouwelijke vorming/catechese en staatsinrichting. Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Actief Burgerschap en sociale integratie vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore.
12
Sociale veiligheid Bij sociale veiligheid binnen de school gaat het niet alleen om het feit dat leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires veilig zijn op school, maar ook dat ze zich veilig voelen. Daarom wordt er planmatig gewerkt aan het veiligheidsbeleid. Dit beleid is erop gericht leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires een veilige omgeving te bieden. Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Sociale Veiligheid vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore.
Hoofdstuk 8
De ouders: inspraak en informatie
De betrokkenheid van ouders Een goed contact met de ouders is heel belangrijk. Natuurlijk, het gaat immers om het wel en wee van uw kind. Maar de school houdt u op de hoogte van wat er verder allemaal op school gebeurt. We stellen het anderzijds ook op prijs als u de school van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Immers: een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welzijn van uw kind. Er zijn verschillende manieren waarop u als ouder betrokken kunt zijn bij onze school en waarop de school u informeert over uw kind of onze school. Informatievoorziening naar de niet-verzorgende ouder In het Burgerlijk Wetboek wordt bepaald in art. 1:377b dat: de gezagsouder de nietgezagsouder op de hoogte dient te stellen omtrent kwesties als leerprestaties en schoolkeuze. De school mag ervan uitgaan dat de ouders elkaar informeren over de schoolzaken en elkaar op de hoogte brengen over schriftelijke informatie van school, rapporten, ouderavonden, huisbezoeken en voortgangsgesprekken. Wanneer de gezagsouder de informatie echter niet verstrekt aan de niet-gezagsouder wordt in het Burgerlijk Wetboek bepaald in art. 1:377c dat: de scholen wettelijk verplicht zijn om de nietgezagsouder informatie te verstrekken. De informatie moet bestaan uit belangrijke feiten en omstandigheden. Deze moet bovendien betrekking hebben op het kind (de kinderen) of op diens verzorging en opvoeding/ontwikkeling. De niet-gezagsouder dient nadrukkelijk te vragen om de informatie. Voor de leerkrachten is de gezaghebbende ouder het directe contactpersoon betreffende de ontwikkelingen en voortgang van het kind. Alleen informatie die ook de gezagsouder heeft ontvangen, mag worden verstrekt. medezeggenschap U kunt als ouder of als medewerker op schoolniveau en op stichtingsniveau meepraten.
13
MR op de school Elke school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Ouders en medewerkers kunnen zich verkiesbaar stellen voor deze raad. De MR praat onder andere over de onderwijskundige doelen van de school, het schoolplan, het financieel beleid van de school en de organisatie van de school. U kunt bij de directie van uw school meer informatie opvragen over de MR of op de website van de school ww.stjozef-school.nl en later www.debalein.nl. GMR van Stichting Flore Als u mee wilt praten over zaken die alle scholen raken, dan kunt u zich aanmelden bij de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR praat onder andere mee over het meerjarenplan, het financieel beleid van de stichting en andere beleidszaken en telt 24 zetels; 12 ouderzetels en 12 personeelszetels. Binnen de GMR zijn drie werkgroepen werkzaam: Onderwijs, Personele Zaken en Middelen. De GMR kent een dagelijks bestuur (DB) van drie leden. Zij dragen zorg voor de dagelijkse gang van zaken van de GMR, overleggen met de voorzitters van de werkgroepen en onderhouden contact met het CvB en het servicekantoor. Voor vragen op het gebied van medezeggenschap kunt u terecht bij het DB: iedere donderdag telefonisch bereikbaar 072-5660238 of via de mail:
[email protected]. Schoolgids/jaarkalender: Procedure schoolgids Wij vinden de betrokkenheid van de ouders bij de ontwikkeling van de schoolgids van belang omdat de gids ook bedoeld is voor de ouders. De leden van de MR denken en lezen mee met de leerkrachten tijdens het opzetten van de gids. De MR heeft instemmingsrecht op de schoolgids. Indien u wensen heeft betreffende de schoolgids of suggesties voor verbetering, kunt u contact opnemen met een lid van de MR of de directeur van de school. De schoolgids wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld en wordt uitgereikt aan ouders die zich bezig houden met de keuze van een basisschool of die een kind komen aanmelden. Op aanvraag krijgt ieder gezin met kinderen op onze school jaarlijks de gids uitgereikt. De gids ligt voor alle ouders ter inzage in de school en is op de website van de school te vinden. In de jaarkalender staat meer gedetailleerde informatie over het komende schooljaar. Het doel is om u te informeren over veel praktische zaken. Schoolplan De onderwijsinhouden en doelen staan beschreven in een schoolplan. Het schoolplan geldt voor een periode van vier jaar en is een intern instrument om ons houvast te bieden bij de gemaakte beleidskeuzes en bij de verdere planning van de uitvoering van dit beleid. In de bijlage van het schoolplan kunt u de in planning Beleidsvoornemens lezen waar de school op hoofdlijnen op in gaat zetten. 14
In de tweede plaats dient het schoolplan om verantwoording af te leggen aan het eigen bevoegd gezag, Stichting Flore, en de Inspectie van het Onderwijs. De inspectie bezoekt scholen en beoordeelt onder andere of scholen aan de wettelijke eisen voldoen. Bij de totstandkoming van het schoolplan is de medezeggenschapsraad al in een vroeg stadium betrokken en is er gebruik gemaakt van een ouderenquête, leerlingenenquête, leerkrachtenquête, de uitkomsten van de laatste inspectiebezoeken en een eigen sterkte- en zwakte analyse. Het schoolplan wordt geschreven voor een periode van vier jaar. De Oudervereniging en de Ouderraad (OR) Elke Floreschool heeft een oudervereniging. Met het aanmelden van uw kind op de basisschool wordt u automatisch lid van de oudervereniging. De oudervereniging stelt zich ten taak het onderwijs voor zowel leerling als leerkracht zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het bestuur van de vereniging (de ouderraad) probeert dit te realiseren in goed overleg met het team en de directie. U kunt hierbij denken aan activiteiten als Sinterklaasfeest, kerstmaaltijd en schoolreisje. Ook u als ouder kunt over deze activiteiten meedenken en meebeslissen tijdens de openbare jaarvergaderingen. Op de website van de school (ww.stjozef-school.nl en later www.debalein.nl) vindt u de meest actuele informatie over de OR. De ouderbijdrage Het is op school gebruikelijk dat ouders jaarlijks, met goedkeuring van de MR, een vrijwillige bijdrage betalen aan de oudervereniging. Deze bijdrage wordt gevraagd om activiteiten te kunnen bekostigen die buiten het normale lesprogramma vallen. Het gaat hierbij om kosten voor: - feestelijke activiteiten als Sinterklaas en kerstfeest - schoolreisje - activiteiten als museumbezoek/thema-avond/scholierenwedstrijden - culturele zaken - kamp groep 8. De ouderbijdrage wordt in de algemene ledenvergadering van de oudervereniging vastgesteld en heeft - wettelijk - een vrijwillig karakter. De contactpersonen van de ouderraad worden vermeld in de jaargids.
Hoofdstuk 9 Rechten en plichten van ouders/verzorgers, leerlingen, directie en het bestuur Klachten Overal waar gewerkt wordt worden fouten gemaakt, of gaat iets niet helemaal zoals gedacht. Dat is binnen onze stichting niet anders. Zo kan het voorkomen dat u een klacht 15
heeft. Bij Stichting Flore zien wij een school als onderwijsgemeenschap waar medewerkers, kinderen en ouders gezamenlijk er voor zorgen dat de kinderen het beste uit zichzelf kunnen halen. Daarbij is het van groot belang om goed te communiceren over de goede, maar ook de minder goede zaken. Het is in aller belang om deze zaken bespreekbaar te maken en samen met betrokkenen op te lossen. Goed overleg Zaken waarvan u van mening bent dat het anders kan, kunt u in eerste instantie bespreken met de leerkracht van uw kind en/of de directeur van de school. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school kunt u in goed overleg oplossen. Wanneer het gesprek met de school niet tot het gewenste resultaat leidt, kunt u contact opnemen met het College van Bestuur van Stichting Flore via telefoonnummer 072-5660200 of u kunt het klachtenformulier op de site invullen. Vertrouwenspersoon Op elke school is een vertrouwenspersoon aangesteld. Op onze school zijn dit mevrouw Mieneke Kostelijk en mevrouw Elsbeth America. U kunt tevens terecht bij de vertrouwenspersoon van Stichting Flore, de heer R. Musman van de Onderwijsbegeleidingsdienst Noord-west Holland. Ook de heer Musman gaat eerst na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en of u eerst heeft geprobeerd het probleem met de betrokkene of met de schoolleiding op te lossen. De heer Musman is bereikbaar onder nummer 0229-259380 of 06-52346536. Klachtenregeling Voor alle scholen van Stichting Flore is de Klachtenregeling van toepassing. Deze klachtenregeling is alléén van toepassing wanneer het overleg met de school en het overleg met het College van Bestuur niet tot tevredenheid heeft geleid. Met deze regeling hoopt Stichting Flore bij te dragen aan een goede communicatie over problemen en klachten en een, naar tevredenheid van alle partijen, acceptabele oplossing. De klachtenregeling van Stichting Flore kunt u downloaden van onze site www.stichtingflore.nl. Ook kunt u daar het klachtenformulier invullen. Ernstige klachten kunnen vervolgens aangemeld worden bij de Stichting Geschillen Commissies Bijzonder Onderwijs (GCBO). Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Tel. 070 – 386 16 97 E-mail:
[email protected] Op de website www.gcbo.nl kunt u terecht voor informatie over de GCBO, de (klachten)procedures, de samenstelling van de commissies, de wet- en regelgeving en de jurisprudentie. 16
De vertrouwensinspecteur van de schoolinspectie is bereikbaar via het Meldpunt 0900-1113111. U kunt hier terecht wanneer het gaat om intimidatie, fysiek en psychisch geweld. Meldcode kindermishandeling Stichting Flore hanteert het landelijk vastgesteld Protocol Kindermishandeling dat is vastgesteld voor alle beroepskrachten die werken met kinderen tot 19 jaar door Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Amsterdam en Bureau Jeugdzorg Noord-Holland/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling NoordHolland. U kunt dit protocol downloaden via www.protocolkindermishandeling.nl. Beroepskrachten hebben een bijzondere verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de kinderen en ouders met wie zij in hun werk te maken hebben. Zij zijn degenen die in actie moeten komen als er mogelijk sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld. Elke school heeft een aandachtsfunctionaris aangesteld. Deze aandachtsfunctionaris is het eerste aanspreekpunt voor teamleden, ouders en hulpverleningsinstanties bij vermoeden van kindermishandeling. Alle aandachtsfunctionarissen op de scholen van Stichting Flore zijn geschoold in het hanteren van dit protocol. Wie de aandachtsfunctionaris op onze school is, vindt u in de bijlage. Vragen over onderwijs Het beleid van de rijksoverheid is erop gericht alle vragen bij één “loket” binnen te laten komen. Dat loket is Postbus 51. De Inspectie beantwoordt geen telefonische vragen meer van ouders. De volgende informatie is van belang: Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (loket 51). Verwijderen van school Leerlingen van school verwijderen doen wij niet graag. Toch gaan wij hiertoe over als er gegronde redenen voor zijn. Stichting Flore heeft dan wel de plicht om een andere school te zoeken voor de leerling. Als zich een situatie voordoet, waarbij het bevoegd gezag of de directie bij ernstig wangedrag onmiddellijk moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing kan een disciplinaire maatregel plaats vinden. Dit betekent dat het kind niet naar school mag en thuis zijn schoolwerk moet doen. 17
Verwijderen is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het College van Bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling (ouders) onherstelbaar is verstoord. Redenen om een leerling een disciplinaire straf te geven en of te verwijderen zijn: -
Het gedrag van de leerling is dusdanig dat het zijn eigen ontwikkeling en veiligheid in de weg staat. Het gedrag van de leerling is dusdanig dat dit het gevoel van veiligheid en het welzijn van andere leerlingen of de leerkrachten in gevaar brengt. De leerprestaties van de leerling zijn zodanig dat er op school geen mogelijkheden meer zijn om onderwijs te volgen passend bij het niveau van de leerling. De ouders van de leerling oefenen fysiek geweld uit tegenover leerlingen of leerkrachten.
Verwijderen van school kan alleen als Stichting Flore een andere passende plek voor de leerling heeft gevonden. De volledige Regeling Verwijdering van leerlingen ligt ter inzage op school en is te downloaden via www.stichtingflore.nl. Deze maatregelen vallen onder de verantwoording van het College van Bestuur en worden slechts gebruikt na zorgvuldig onderzoek, na overleg met bijvoorbeeld de inspectie en na advies van een jurist. Sponsoring Sponsoring gaat om elke vorm van verstrekking van geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan de directie van de school, de leerkrachten, het niet-onderwijzend personeel of de leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt waarmee leerlingen of hun ouders in schoolverband worden geconfronteerd. Sponsoring mag geen enkele invloed hebben op de inhoud van het onderwijs. Schenkingen vallen niet onder sponsoring omdat er geen vorm van tegenprestatie verwacht wordt. Elk voornemen tot sponsoring wordt door de directie met de medezeggenschapsraad besproken. De directie van de school is te allen tijde verantwoordelijk voor hetgeen binnen de schoolorganisatie ten aanzien van sponsoring plaatsvindt. Als beleid conformeert Stichting Flore zich aan de richtlijnen van het Ministerie van OCW. Zie hiervoor het convenant “Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring 20152018” Wettelijke aansprakelijkheid Hoe is uw kind verzekerd? Stichting Flore heeft een uitgebreid verzekeringspakket afgesloten voor alle scholen. Naast de wettelijk verplichte aansprakelijkheidsverzekering is er een schoolongevallenverzekering, 18
een schoolevenementenverzekering en een doorlopende reisverzekering. De verzekeringen gelden voor personeel, kinderen en hulp/overblijf-ouders. Dit betekent onder andere dat kinderen verzekerd zijn tijdens schooltijden en een kwartier ervoor en erna. Ook zijn de kinderen en hulpouders verzekerd tijdens overblijven, schoolreisje, schoolkamp en andere schoolse activiteiten. Let wel: schade ten gevolg van eigen onzorgvuldig handelen blijft de verantwoordelijkheid van de ouders. Indien kinderen elkaar onder schooltijd schade berokkenen worden de kosten op de verzekering van de ouders verhaald en niet door de schoolverzekering gedekt. Het is niet noodzakelijk om een ongevallen-inzittenden-verzekering voor uw auto af te sluiten wanneer u voor schoolactiviteiten kinderen vervoert. De school heeft een verzekering werkgeversaansprakelijkheid verkeersdeelnemers die ook van toepassing is op vrijwilligers en ouders. Kinderen jonger dan 12 jaar en korter dan 1,35 meter moeten gebruik maken van een stoelverhoger. Iedere gordel moet worden gebruikt en op de achterbank zijn dit er dikwijls drie. Kinderen mogen nooit zonder gordel in de auto vervoerd worden.
19
Hoofdstuk 10
Praktische zaken
Medicijnverstrekking en medische handelingen Wanneer het nodig is dat uw kind onder schooltijd (bijvoorbeeld) medicijnen moet innemen, dan dient u als ouder zelf zorg te dragen voor iemand die de medicijnen komt verstrekken. De leerkracht mag geen medische handelingen verrichten of medicijnen verstrekken. Het protocol ‘Medicijnverstrekking en medische handelingen op basisscholen’ ligt ter informatie bij de directie of is te downloaden via www.stichtingflore.nl. Schoonmaak Stichting Flore heeft voor alle scholen de schoonmaak via een Europese aanbesteding ondergebracht bij Succes en Asito. Voor de brede school moet nog besloten worden met welk schoonmaakbedrijf De Balein gaat werken.Klachten over de hygiëne en netheid in de school kunt u neerleggen bij de directie.
Hoofdstuk 11
Veiligheidsbeleid
Op grond van de Arbo-wet moeten alle scholen een veiligheidsplan hebben. Voor de scholen onder Stichting Flore is een gezamenlijk Arbo-beleidsplan ontwikkeld. In dit beleidsplan worden afspraken rond fysieke en sociale aspecten van veiligheid geregeld. Aan dit plan is een overzicht “Veiligheid Gezondheid, Welzijn en Milieu” gekoppeld. Daarin worden op een praktische manier documenten, afspraken en adressen die onze school aangaan, zichtbaar, en dus toegankelijk gemaakt. In het beleidsplan worden ook de koppelingen aangegeven naar vastgestelde beleidsdocumenten op bestuursniveau en worden de acties beschreven voor het plan van aanpak van de organisatie. Op onze school is de directeur preventie-verantwoordelijke. Hij/zij is het aanspreekpunt in de school voor de leerlingen, teamleden, ouders en externe partijen. In de uitvoering wordt de directie ondersteund door onze BHV-ers (bedrijfshulpverleners) en de leerkrachten. Iedere vier jaar vindt op school een RI&E (Risico Inventarisatie en Evaluatie) plaats. Daarbij wordt de Arbodienst ingeschakeld. In overleg met de HRD Adviseur van Flore en na afstemming met MR van de school, wordt het plan van aanpak van de school vastgesteld. Algemene zaken voortkomend uit de RI&E van alle Florescholen worden gekoppeld en uitgewerkt in het plan van aanpak van Stichting Flore.
20
De school voldoet aan de wettelijke eis van het benodigde aantal bedrijfshulpverleners in de school. Deze bedrijfshulpverleners worden jaarlijks geschoold in onder andere de Flore Kwekerij.
21
22
Inhoud Hoofdstuk 11
Waar de school voor staat................................................................................................. 26
De naam ........................................................................................................................... 26 Missie................................................................................................................................ 26 De Balein........................................................................................................................... 26 Visie .................................................................................................................................. 26 Kwaliteiten........................................................................................................................ 27 Hoofdstuk 12
Onze school ........................................................................................................................... 27
Basisschool De Balein ....................................................................................................... 27 Onze leerling populatie .................................................................................................... 28 Identiteit ........................................................................................................................... 28 Het gebouw ...................................................................................................................... 28 Hoofdstuk 13
Personeel ................................................................................................................................ 29
Het team ........................................................................................................................... 29 De schoolleiding ............................................................................................................... 29 De groepsleerkrachten ..................................................................................................... 29 leerkrachten . .................................................................................................................. 30 De IB-leerkracht................................................................................................................ 30 De remedial teacher ......................................................................................................... 31 Studenten ......................................................................................................................... 31 Hoofdstuk 14
De organisatie van het onderwijs....................................................................................... 32
De aanmelding.................................................................................................................. 32 Structuur van de groepen ................................................................................................ 34 De groepsindeling............................................................................................................. 34 Uitval van leerkrachten .................................................................................................... 35 Passend onderwijs .......................................................................................................... 35 De onderwijsinspectie ...................................................................................................... 37 Hoofdstuk 15
De invulling van het onderwijs .......................................................................................... 37
23
Uitgangspunten ................................................................................................................ 37 Veilig ................................................................................................................................. 37 Samen leren...................................................................................................................... 38 Dorps ................................................................................................................................ 38 Afspraken ......................................................................................................................... 38 Wereldwijs........................................................................................................................ 38 De verplichte onderwijstijd .............................................................................................. 38 De vakken ......................................................................................................................... 39 Leerprestaties ................................................................................................................... 42 Vorderingen ...................................................................................................................... 42 Toetsen ............................................................................................................................. 42 Cito-toetsen ...................................................................................................................... 42 Het rapport ....................................................................................................................... 43 Doorstroming ................................................................................................................... 44 Het leerling-dossier .......................................................................................................... 45 Het onderwijskundig rapport ........................................................................................... 45 Huiswerk ........................................................................................................................... 45 Informatie & Communicatie Technologie (ICT)................................................................ 45 Advisering voortgezet onderwijs...................................................................................... 46 Uitstroomgegevens van leerlingen .................................................................................. 47 Hoofdstuk 16
De ouders: inspraak en informatie ................................................................................... 48
Medezeggenschapsraad (MR) .......................................................................................... 48 Schoolniveau. ................................................................................................................... 48 De oudervereniging (OV).................................................................................................. 49 De ouderbijdrage.............................................................................................................. 49 Informatieavonden........................................................................................................... 50 Rapportage ....................................................................................................................... 50 Inloopavond...................................................................................................................... 51 De nieuwsbrief ................................................................................................................. 51 Hoofdstuk 17
Onze schoolregels ................................................................................................................ 51
Taakspel ............................................................................................................................ 52 Op onze school spelen wij in elke groep Taakspel. .......................................................... 52 Hoofdstuk 18
Praktische zaken ................................................................................................................... 52
Schoolreisjes ..................................................................................................................... 52 24
Voor, tussen- en naschoolse opvang ............................................................................... 52 Verjaardagen .................................................................................................................... 53 De GGD, uw kind en de school ......................................................................................... 53 Overleg op scholen ........................................................................................................... 54 Projecten .......................................................................................................................... 54 GGD en Samenwerken ..................................................................................................... 54 Mobiele telefoons ............................................................................................................ 55 Sportactiviteiten ............................................................................................................... 55 Cultuureducatie ................................................................................................................ 55 Eten en drinken ................................................................................................................ 55 Excursies ........................................................................................................................... 56 Hoofdluizencontrole......................................................................................................... 56 Kermisspelen .................................................................................................................... 56 Materiaal .......................................................................................................................... 57 Slecht weer ....................................................................................................................... 57 Verkeersexamen............................................................................................................... 57 Vakantierooster en lesuren. ............................................................................................. 57 Cito periodes .................................................................................................................... 57 Bezoek specialisten .......................................................................................................... 57 Slot .................................................................................................................................... 58
25
Hoofdstuk 11
Waar de school voor staat
De naam Het logo van ‘De Balein’ is een abstractie van een vis waarbij je in tweede instantie ziet dat de stip van de ‘i’ het oog vormt. Daardoor ontdek je de vis en zijn baleinen. Het logo vormt een kom waarin je je veilig voelt, de baleinen zorgen voor stevigheid en bescherming. De gebogen lijnen (baleinen) geven ook de dynamiek van een school met kinderen weer, altijd in beweging maar wel vanuit een stevige basis. De staart straalt trots, stevigheid en creativiteit uit. Maar het is ook een soort rots in de branding. Hier kun je altijd terecht.
Missie De Balein Een stevige basis met oog voor elkaar
Visie Veilig De Balein biedt een veilige en inspirerende leeromgeving waar kinderen, leerkrachten en ouders met plezier naar toe gaan, elkaar vertrouwen en respectvol naast elkaar staan. Krachtig Kinderen zijn krachtig. Wij begeleiden onze leerlingen door ze uit te dagen om kennis en vaardigheden te verwerven en samen te werken. Daar worden ze nog sterker van. Samen leren Wij leren samen, met en van elkaar. Wij houden rekening met verschillen en mogelijkheden, zodat iedereen zich optimaal kan ontwikkelen. Dorps Wij maken deel uit van de omgeving. We kennen elkaar, we zien elkaar, we zoeken elkaar op en zijn betrokken. Afspraken Rust, regelmaat, structuur en voorspelbaarheid staan bij ons hoog in het vaandel. Wereldwijs Wij staan midden in de wereld, hebben een open blik en zijn steeds in beweging.
26
Kwaliteiten Het geven van goed onderwijs is onze belangrijkste doelstelling. Voldoende kennis en vaardigheden voor het vervolgonderwijs, een goede voorbereiding op de maatschappij en een zelfstandige ontplooiing van het kind zijn hiervan een nadere uitwerking. We stemmen het onderwijs zoveel mogelijk af op de behoeften van de kinderen. Bij de keuze of aanschaf van boeken, materialen en methodes houden wij daar ook rekening mee. De kwaliteit van de school wordt mede bepaald door de mensen die er werken en de wijze waarop ze dat doen. Jaarlijks wordt er geïnvesteerd in de professionalisering van leerkrachten en directie. Daarnaast wordt veel tijd door het team besteed aan samenwerking en overleg. De school stelt het op prijs dat ouders meedenken en betrokken zijn. Om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en te verhogen is het nauwkeurig volgen van de ontwikkeling van leerlingen van belang. Wij hebben oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling evenals voor de prestaties van kinderen. Mede door het CITOleerlingvolgsysteem hebben wij zicht op de individuele prestaties, de groepsprestaties en de schoolprestaties. De sociaal-emotionele ontwikkeling van elk kind wordt twee keer per jaar door team, interne begeleider en directeur doorgesproken. Wij zijn samen verantwoordelijk voor de zorg op school.
Hoofdstuk 12
Onze school
Basisschool De Balein Jan Ploegerlaan 1 1483 VR De Rijp Tel: 0299 671889 E-mail:
[email protected] Web: www.debalein.nl Basisschool De Balein is ontstaan uit een fusie in augustus 2015 van de voormalige St. Jozefschool en De Baanbreker. In de Brede school zijn tevens gevestigd: • Openbare basisschool De Tweemaster • De GGD • Kinderopvang Forte • Bibliotheek Kennemerwaard
27
Deze partijen streven in de toekomst naar een vorm van samenwerking. Overleg hierover is in ontwikkeling.
Onze leerling populatie Het opleidingsniveau van de ouders laat een grote verscheidenheid zien: een dwarsdoorsnede van de Nederlandse bevolking. Het aantal “gewichtsleerlingen”1 neemt sinds het schooljaar 2014-2015 iets toe. In de komende jaren zal dit gegeven moeten worden gemonitord, zodat de school zich tijdig kan instellen op gewijzigd aanbod en/of pedagogisch klimaat. De school telt ruim 260 leerlingen en de verwachting is dat dit aantal in de komende jaren langzaam zal afnemen.
Identiteit De Balein is een katholieke school. Het maakt dat wij onder het “bijzonder onderwijs” vallen, dit in tegenstelling tot het openbaar onderwijs. Hoewel een katholieke levensovertuiging de basis is van waaruit op onze school onderwijs wordt gegeven, zijn ook kinderen met een andere levensovertuiging of achtergrond van harte welkom. We gaan ervan uit dat de ouders (en de kinderen) onze identiteit en de daarbij behorende activiteiten zullen respecteren.
Het gebouw De Balein wordt na de herfstvakantie 2015 gehuisvest in de Brede School De Pauw op het voormalige A veld van vv De Rijp aan de rand van het dorp. De school maakt gebruik van de nabij gelegen sporthal De Oosterven. Wij hebben dan ook de beschikking over een schoolplein met klim- en spelmateriaal. Voor de kinderen van de groepen 1 en 2 is er een eigen speelplaats. Wij maken in de Brede School gebruik van 12 lokalen, 2 speelzalen ten behoeve van het bewegingsonderwijs voor de kinderen van de groepen 1 en 2 en een aula. De aula is tevens voor algemeen gebruik. Een plattegrond van het gebouw met de invulling van de indeling die per schooljaar wisselend kan zijn, vindt u (zodra deze beschikbaar is) in de jaargids.
1
De gewichtenregeling in het basisonderwijs bepaalt hoeveel geld een basisschool krijgt om
onderwijsachterstanden weg te werken. Dit gebeurt op basis van het opleidingsniveau van de ouders en het postcodegebied van de school.
28
Hoofdstuk 13
Personeel
Het team Personeelsleden hebben een bestuursaanstelling bij Stichting Flore. Het personeel is bevoegd en de professionele ontwikkeling van al het Flore-personeel wordt bijgehouden in een bekwaamheidsdossier. Het team bestaat uit een directeur en leerkrachten. Niet alle leerkrachten werken fulltime. Dat houdt in dat soms twee leerkrachten (in nood drie) samen de verantwoording hebben voor één groep
De schoolleiding De directeur leidt de school. Zij is verantwoordelijk voor de gang van zaken in de school, de inhoud van het onderwijs en de zorg voor de leerlingen. Zeker één keer per maand vindt er teamoverleg plaats. Behalve op praktische punten, gaat het team hierbij vooral in op onderwijsinhoudelijke zaken. De directeur stuurt dit overleg aan. Met regelmaat is er ook bovenbouw- (groep 5-8) en onderbouw- (groep 1-4) overleg. Hierin komen praktische zaken aan de orde, al dan niet afkomstig uit de teamvergadering. Er vindt evaluatie plaats en afspraken worden vastgelegd.
De groepsleerkrachten Op onze school werkt een team van groepsleerkrachten. Iedere groep heeft tenminste één vaste groepsleerkracht. De meeste groepen hebben twee vaste groepsleerkrachten die in deeltijd werken. De rol van de leerkracht is van groot belang. De (groeps)leerkracht zorgt voor een motiverende, veilige en taakgerichte sfeer in zijn of haar groep, waarbij zelfstandigheid en eigen initiatief van leerlingen worden gestimuleerd. Omdat motivatie één van de belangrijkste leervoorwaarden is, kan in het algemeen gezegd worden dat de taak van de leerkracht eruit bestaat dat kinderen zich in alle opzichten veilig voelen op school en er met plezier heengaan. Hij/zij corrigeert of bekrachtigt het gedrag van leerlingen, zo mogelijk individueel en soms met de hele groep. Bij de jongere kinderen bepaalt de leerkracht de normen voor en het tijdstip van de meeste activiteiten, terwijl ernaar gestreefd wordt de oudere leerlingen in toenemende mate hun activiteiten meer zelf te laten indelen, waarbij gelet wordt op eigen leertempo en gevarieerde leerwegen en oplossingsmethoden. De (groeps)leerkracht begeleidt de sociaal-emotionele vorming van de kinderen. Hij/zij schept samenwerkingsvoorwaarden voor de sociale vorming van kinderen en helpt meningsverschillen en conflicten op te lossen.
29
leerkrachten Stichting Flore heeft een eigen ‘opleidingstak’; de Flore Kwekerij. In de Kwekerij kunnen alle leerkrachten van Stichting Flore zich scholen op gebieden als Gedrag, Taal, Rekenen, Wetenschap en Techniek, Het Jonge Kind, ICT en Bedrijfshulpverlening. Het Flore scholingsaanbod past ook bij de veranderonderwerpen uit het Koersplan 2015-2019 van Stichting Flore. In de CAO Primair Onderwijs is opgenomen dat individuele personeelsleden recht hebben op scholing, wanneer dit past bij hun persoonlijke ontwikkeling. De CAO omschrijft dit als volgt: Er is wederzijdse afstemming tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot haar of zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Het beschikbare budget voor professionalisering wordt verdeeld in een collectief deel en een persoonlijk ontwikkelingsbudget. De verdeling behoeft instemming van het personeelsdeel van de MZR. Stichting Flore geeft hier met de eigen Flore Kwekerij op een professionele manier invulling aan. Daarnaast kan een school ook kiezen voor gezamenlijke teamscholing op basis van de onderwerpen uit het vierjarig schoolplan en het daarmee samenhangende jaarlijkse schoolontwikkelingsplan.
De IB-leerkracht De IB-leerkracht (IB=interne begeleiding) is de leerkracht die onder andere belast is met het coördineren van de extra zorg en begeleiding voor kinderen die dat nodig hebben. Dit doet zij in nauw overleg met leerkrachten en de directie. Een belangrijke taak van de intern begeleider is het ondersteunen van de groepsleerkracht. Deze begeleiding richt zich vooral op de zorgverbreding naar kinderen die extra zorg nodig hebben. Onze intern begeleider heeft zich via bijscholing bekwaamd op het gebied van sociaal-emotionele problemen, pedagogisch-didactisch onderzoek, het maken van handelingsplannen, etc. In gesprekken met de leerkracht wordt gekeken hoe een leerling het beste geholpen kan worden. Indien nodig worden observaties gemaakt en/of diagnostisch onderzoek gedaan om een goed handelingsplan te maken. Het beleid van onze school is dat de begeleiding van zorgleerlingen grotendeels in de klas plaatsvindt. De intern begeleider coördineert de zorg voor deze leerlingen op aangeven van de groepsleerkracht. Daarnaast leidt de intern begeleider leerling- en signaleringsbesprekingen. Ook coacht zij leerkrachten indien nodig.
30
De remedial teacher Wij hebben er voor gekozen dat, als kinderen extra hulp nodig hebben, deze hulp in eerste instantie door de eigen groepsleerkracht gegeven wordt. Wanneer een probleem zo complex is dat daar binnen de groep niet genoeg aandacht aan kan worden gegeven, is er beperkte hulp mogelijk van een Remedial Teacher. Remedial Teachers zijn groepsleerkrachten die (een gedeelte van de week) werken met kinderen die speciale aandacht en zorg nodig hebben, bv. bij lezen en taal. Soms gebeurt dit individueel, vaak wordt deze hulp aan groepjes kinderen aangeboden.
Studenten Stichting Flore verplicht de scholen om 50% van de formatieplaatsen (aantal groepen) beschikbaar te stellen voor stageplekken. Hierover is met de hogescholen een afspraak gemaakt. Ieder schooljaar lopen studenten van de PABO; de opleiding voor leerkrachten, stage op de Florescholen. Zij geven les onder verantwoordelijkheid van de leerkracht door wie zij worden begeleid. Deze leerkrachten zijn door Stichting Flore tot bevoegd mentor opgeleid. Studenten in het laatste jaar van hun opleiding kunnen solliciteren naar een LIO-plaats. LIO betekent “leerkracht in opleiding”. De student(e) zal gedurende een half jaar een aantal dagen per week de verantwoordelijkheid voor een klas op zich nemen. De groepsleerkracht blijft wel eindverantwoordelijk. In principe kan een jaargroep éénmaal een LIO-student krijgen. In veel groepen worden regelmatig stagiaires van het MBO begeleid die de opleiding tot “onderwijsassistent” volgen. We zetten deze extra handen in de klas dankbaar in. Onze school is een erkend leerbedrijf dat garant staat voor leermogelijkheden en deskundige begeleiding en staat opgenomen in het openbare bedrijvenregister van Calibris. Steeds vaker komen ook studenten met een aanverwante opleiding stage lopen zoals bijvoorbeeld de opleiding tot verzorgende, kinderopvang of secretarieel medewerker. Elk jaar stelt de Basisschool De Balein een aantal stageplaatsen beschikbaar. De stageplaatsen worden centraal door stichting Flore in overleg met de opleidingsinstituten en stagescholen verdeeld. Dit geldt voor zowel de sector MBO onderwijsassistent als voor de sector HBO leraar basisonderwijs. Ook hebben wij soms stagiaires van andere opleidingen (SPW), zoals die voor klassenassistent. Stagiaires krijgen informatie van de groepsleerkracht, stagecoördinator en directeur. We verwachten van stagiaires dat zij werken in lijn met de uitgangspunten van de school. Hiertoe krijgen zij ter ondertekening een protocol met richtlijnen.
31
Als school hechten wij veel waarde aan een stage. Een stage heeft namelijk meerdere kanten. De leerkracht biedt in de klas de student de mogelijkheid zich te bekwamen in het praktische gedeelte van zijn/haar studie. De student neemt de leerkracht werk uit handen, zodat deze meer met het onderwijsleerproces bezig kan zijn. Daarnaast verneemt de leerkracht van de stagiair nieuwe ontwikkelingen binnen het onderwijs. Stagiaires uit het laatste jaar van de HBO- opleiding zijn LIO-leerkracht. (LIO = leerkracht in opleiding). Als hij/ zij door de basisschool aangenomen wordt, neemt hij/zij twee dagen per week de taak van een groepsleerkracht over. Anderhalve dag per week moet hij/zij een opdracht vervullen.
Hoofdstuk 14 De organisatie van het onderwijs De aanmelding Procedure: 1. Ouders maken een afspraak en krijgen een rondleiding van de directeur. Kinderen zijn tussen 2 en 3 jaar oud als zij kunnen worden aangemeld. Dit gebeurt in ieder geval minimaal 10 weken voor het vierde jaar. Ouders krijgen een voorlopig inschrijfformulier mee en het formulier wordt verwerkt in de administratie. 2.Bevestiging sturen De administratie stuurt een bevestiging van voorlopige inschrijving met daarop vermeld dat - de inschrijving pas definitief wordt gemaakt als uit het intakegesprek ongeveer 6 weken voor de 4e verjaardag van het kind geen nieuwe bijzonderheden naar voren komen. - als op het aanmeldingsformulier bijzondere kindkenmerken staan vermeld waardoor de school met hulp van het samenwerkingsverband vanaf 6 weken voor het kind vier jaar wordt of eerder, onderzoekt of zij een mogelijk een passende zorgvraag gericht op onderwijsbehoefte van het kind kan formuleren. 3. Intakegesprek: Ongeveer 6 weken voor de 4e verjaardag wordt door de leerkracht contact opgenomen met de ouders en volgt een aanvullend gesprek over o.a. bijzonderheden die nog niet staan vermeld op het aanmeldingsformulier. 4. Kinddossier Alle objectieve gegevens van trajecten die het kind doorloopt ( is er begeleiding voor het kind en door wie gebeurt dit) moeten vanaf 6 weken voor de 4e verjaardag door de ouders worden aangeleverd: Voor de definitieve inschrijving van de leerling kan plaatsvinden wordt de school geacht indien nodig de primaire hulpvraag van het kind gericht op onderwijs in kaart te brengen. Meestal zijn alleen de secundaire uitingen zichtbaar. 32
Het intakegesprek gaat o.a. over: 1.Wat is de status 6 weken voor de definitieve inschrijving van een eventuele randorganisatie genoemd op het aanmeldingsformulier? 2. Is er een randorganisatie tussen aanmeldingsmoment en intakemoment betrokken geraakt? Denk bijv. aan opvoedpoli -logopedist –kinderarts. 5. Dossier compleet: - Als het dossier met objectieve trajectgegevens etc. is aangeleverd door de ouder(s)/verzorger(s) kan de school indien nodig voor ondersteuning contact opnemen met het samenwerkingsverband. Dit is voor onze school samenwerkingsverband PO 2703 Noord-Kennemerland: Postadres: Postbus 279, 1700 AG Heerhugowaard Bezoekadres: W.M. Dudokweg 47, 1703 DA Heerhugowaard -De school mag pas na schriftelijke toestemming van de ouders het dossier overleggen aan het samenwerkingsverband. 6. De acties die volgen: 1. Het kind dossier wordt ontleed om een prognose te maken van de onderwijsbehoefte van het kind en het zorgarrangement vast te stellen. De school stelt vervolgens vast of de zorgbehoefte past bij de zorgarrangementen van De Balein zoals beschreven in het schoolondersteuningsprofiel. (zie website: Passend Onderwijs) De volgende vragen zijn o.a. van belang: - Welke ontwikkeling heeft een kind doorlopen -Waar ligt (nog)de eerste focus (bijv. op lichamelijk herstel?) -Wat zijn de cognitieve capaciteiten van het kind? -Welke fysieke onhandigheid kan in beeld komen, bijv. sensor motoriek - Hoe is de sociale ontwikkeling -Hoe gaat men thuis om met kind en zorgbehoefte -Taalontwikkeling en thuistaal -Medicijngebruik -Zindelijkheid 2. Het samenwerkingsverband helpt ouders om de meest adequate lesplaats voor hun kind te vinden. Dat kan in principe de school van aanmelding zijn. 3. Mocht de aanmelding niet kunnen op de school dan heeft het samenwerkingsverband de regie en zal zij de ouders naar een juiste plek voor hun kind doorverwijzen.
33
Structuur van de groepen De onderbouw De onderbouw bestaat uit de groepen 1 t/m 4. Groep 1 en 2 zijn kleutergroepen, waarin het accent ligt op het werken met ontwikkelingsmateriaal. Dit is bedoeld om de motorische, cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling te stimuleren. De motorische ontwikkeling heeft te maken met het bewegen. U kunt hierbij denken aan de voorbereidingen tot het leren schrijven. De cognitieve vaardigheden hebben te maken met het leren verwerven van kennis op reken- en met name taalgebied en de sociaal-emotionele ontwikkeling betreft het leren omgaan met andere mensen. In groep 3 ontwikkelen de kinderen zich verder op deze gebieden en daarnaast wordt er gewerkt met lesmethoden voor rekenen, lezen en schrijven. Het lezen ontwikkelt zich vanaf januari in groep 3 tot het zogenaamde technisch lezen. Wij hebben de beschikking over eigentijds materiaal dat de mogelijkheid biedt om op verschillende manieren nieuwe vaardigheden en kennis aan te leren. In groep 4 worden deze ontwikkelingen verder gestimuleerd en begeleid.
De bovenbouw De bovenbouw bestaat uit de groepen 5 t/m 8. In groep 5 wordt het lespakket aangevuld met de zaakvakken. De kinderen maken kennis met geschiedenis, natuuronderwijs en aardrijkskunde als specifieke vakgebieden. Hierbij spelen wij in op de belangstelling van het kind. Door middel van kringgesprekken, werkstukken en spreekbeurten oriënteert het kind zich op de wereld om hem/ haar heen. In de volgende leerjaren worden vaardigheden en kennis op het gebied van taal, rekenen, aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs, verkeer, Engels etc. verder uitgebreid. Naast de voortgaande ontwikkeling op het gebied van beheersing van de aangeboden leerstof wordt steeds meer aandacht gegeven aan zelfstandig en taakgericht leren werken.
De groepsindeling Elk jaar wordt door de directie een groepsindeling voor het komend schooljaar gemaakt, waarbij er naar gestreefd wordt dat elke groep niet meer dan twee groepsleerkrachten krijgt. Op grond van o.a. de kwaliteiten en voorkeuren van de teamleden wordt een groepsindeling gemaakt. Deze wordt besproken met de medezeggenschapsraad. De groepen 1 en 2 worden heterogeen (4, 5 en 6 jarigen) samengesteld. Vanaf groep 3 streven we zoveel mogelijk naar een homogene groepssamenstelling. Soms zijn we genoodzaakt ook daar een combinatie te vormen, omdat de formatie van de school niet anders toelaat. We kunnen dan niet meer leerkrachten inzetten.
34
Uitval van leerkrachten Het kan voorkomen dat tijdens het schooljaar groepsleerkrachten voor kortere of langere tijd wegens ziekte of zwangerschaps/bevallingsverlof, afwezig zijn. Wij proberen dan zo snel mogelijk vervanging te regelen. Als er geen vervanging beschikbaar is, wordt de groep verdeeld over andere groepen of worden er andere zaken, zoals Remedial Teaching, opgeschort. In dit geval worden Remedial Teachers, interne begeleiders en directie ingeschakeld om les te geven in de betreffende groepen. Leerlingen naar huis sturen gebeurt slechts bij hoge uitzondering en pas nadat ouders en het College van Bestuur op de hoogte zijn gesteld. Er is in dit geval altijd opvang mogelijk op school voor alle leerlingen die thuis niet kunnen worden opgevangen.
Passend onderwijs Vanaf 1 augustus 2014 is de Zorgplicht ingevoerd. Schoolbesturen moeten dan passend onderwijs op één van de Flore-scholen kunnen aanbieden. De wijze van uitvoering van deze wettelijke verplichting is via een “herijking van de zorg” voor de hele regio vastgesteld. Voor meer informatie over toelating en dergelijke kunt u terecht op de website van www.debalein.nl onder het kopje Schoolinfo: passend onderwijs of bij de directie . Op onze website vindt u de informatiegids passend onderwijs en het schoolondersteuningsprofiel van basisschool De Balein. Mochten ouders het niet eens zijn met de extra ondersteuning die geboden wordt, dan kunnen ouders een klacht indienen. De procedure hiervoor staat in de brochure op de website. Van ouders die hun kind inschrijven bij onze school verwachten wij dat ze actief meedenken en meewerken, zodra wij vinden dat er extra ondersteuning nodig is bij het onderwijs aan hun kinderen en dat ouders aanwezig zijn bij de gesprekken, die gaan over deze extra ondersteuning. Bij de inschrijving ondertekenen de ouders dat zij akkoord gaan met de inhoud van de schoolgids. Toelating in het regulier onderwijs (wettelijke tekst) Schoolbesturen krijgen de zorgplicht om voor alle kinderen die worden aangemeld, of staan ingeschreven, een zo passend mogelijk onderwijsaanbod te doen. De verplichting ligt bij het schoolbestuur van de school waar het kind is aangemeld. De wetswijziging passend onderwijs geeft duidelijke richtlijnen voor de aanmeldingsprocedure. Kinderen vanaf twee jaar kunnen schriftelijk worden aangemeld bij een schoolbestuur met voorkeur voor een schoollocatie (lees hier bij een Floreschool). De ouders doen dit zo mogelijk 10 weken voordat de toelating wordt gevraagd. Ouders geven bij aanmelding aan of het kind wel dan niet extra ondersteuning nodig heeft. Als het kind extra ondersteuning nodig heeft, kan het schoolbestuur de ouders verzoeken om gegevens te overleggen betreffende stoornissen of handicaps van het kind of betreffende beperkingen in de
35
onderwijsparticipatie. Na een verhuizing gebruiken scholen ook het onderwijskundig rapport van de vorige school. Het schoolbestuur doet binnen zes weken na aanmelding een passend aanbod. Dit kan zijn op de school van aanmelding, of op een andere school. Dit hangt af van de ondersteuningsbehoefte van het kind en van de expertise en het ondersteuningsprofiel van de school. Als de school - waar het kind is aangemeld - het kind niet voldoende kan ondersteunen, zoekt de school - na overleg met de ouders - binnen diezelfde zes weken een betere plek. Daarbij zoveel mogelijk rekening houdend met de voorkeuren van de ouders, bijvoorbeeld voor een bepaalde schoolrichting of de maximale afstand tussen huis en school. De school mag deze termijn één keer met maximaal vier weken verlengen. Uiteindelijk doet de school de ouders een schriftelijk aanbod voor een school die het kind de nodige extra ondersteuning kan bieden en die bereid is het kind toe te laten. Als er na 10 weken nog geen besluit is genomen over de toelating van het kind, dan heeft hij recht op een tijdelijke plaatsing op de school van aanmelding. Als de leerling alsnog wordt toegelaten, wordt de tijdelijke plaatsing omgezet in een definitieve plaatsing. Als de toelating van de leerling wordt geweigerd of als een beslissing wordt genomen de aanmelding niet te behandelen, wordt de tijdelijke plaatsing beëindigd en wordt de leerling uitgeschreven met ingang van de dag die volgt op de dag waarop de toelating wordt geweigerd of de beslissing wordt genomen de aanmelding niet te behandelen. Het samenwerkingsverband zorgt dan voor een passende plaats voor de leerling. De eerste planperiode zal mede op basis van concrete casussen gekeken worden of en zo ja welke nieuwe gezamenlijke afspraken er tussen de schoolbesturen onderling en de schoolbesturen en het samenwerkingsverband gemaakt moeten worden om goed uitvoering te kunnen geven aan de zorgplicht. Toelating in het speciaal onderwijs Als een kind wordt aangemeld bij een school voor speciaal onderwijs, dan bepaalt het samenwerkingsverband of het kind toelaatbaar is. Daarbij kijkt het samenwerkingsverband naar de ondersteuningsbehoefte van het kind. Het samenwerkingsverband vraagt ook om onafhankelijk advies van deskundigen. Als het samenwerkingsverband beoordeelt dat het kind het beste op zijn plek is in het speciaal onderwijs, dan geeft het voor het kind een ‘toelaatbaarheidsverklaring’ af. Ouders krijgen altijd een afschrift van dit advies. Krijgt het kind een toelaatbaarheidsverklaring van het samenwerkingsverband, dan kan het naar het speciaal onderwijs. Als het samenwerkingsverband deze verklaring niet afgeeft, moet het kind bij een andere school worden aangemeld. Bijvoorbeeld een reguliere school in hetzelfde samenwerkingsverband, of een reguliere of speciale school in een ander samenwerkingsverband.
36
Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen en wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen. (zie ook aanmelding)
De onderwijsinspectie De inspecteur van het onderwijs legt regelmatig een evaluerend bezoek aan de basisscholen af en doet daarvan verslag aan de school en het bestuur. De inspecteur let daarbij o.a. op de volgende zaken: • Naleving van wettelijke voorschriften door de school •
Komt de praktijk van de school overeen met de plannen zoals die zijn opgesteld?
In mei 2011 heeft de onderwijsinspectie de St. Jozefschool bezocht en het basisarrangement verleend. In juni 2013 heeft de onderwijsinspectie De Baanbreker bezocht. Ook hier is het bassisarrangement verleend. De volledige verslagen zijn te lezen op de website van de onderwijsinspectie (www.onderwijsinspectie.nl ).
Hoofdstuk 15
De invulling van het onderwijs
Uitgangspunten De uitgangspunten van onze school staan in onze visie duidelijk genoemd. Puntsgewijs noemen behandelen wij ze met eventueel een aanvulling
Veilig De Balein biedt een veilige en inspirerende leeromgeving waar kinderen, leerkrachten en ouders met plezier naar toe gaan, elkaar vertrouwen en respectvol naast elkaar staan. De sfeer waarin een kind opgroeit, is sterk bepalend voor zijn/haar ontwikkeling. Daarom werken wij continu aan een vriendelijk en veilig klimaat met orde en regelmaat. Pas als het kind zich veilig voelt, kan het zich ontwikkelen. Krachtig Kinderen zijn krachtig. Wij begeleiden onze leerlingen door ze uit te dagen om kennis en vaardigheden te verwerven en samen te werken. Daar worden ze nog sterker van. We werken op onze school klassikaal, dat wil zeggen dat we werken met vaste groepen. Binnen de groep ligt nadruk op het zelfstandig werken, daar waar mogelijk wordt in niveaus gewerkt. Hierdoor kunnen we beter omgaan met de verschillen tussen kinderen onderling.
37
Samen leren Wij leren samen, met en van elkaar. Wij houden rekening met verschillen en mogelijkheden, zodat iedereen zich optimaal kan ontwikkelen. In ons onderwijs leggen we de nadruk op de vakken taal, lezen en rekenen. Het zijn de basisvaardigheden. Deze vaardigheden vormen de basis voor elke andere ontwikkeling. Er is ook aandacht voor zowel kinderen die moeite hebben met leren of daar juist erg goed in zijn. We richten ons op hun toekomst en proberen de kinderen steeds meer te stimuleren goed om te gaan met moderne media, zoals de computer en zaken die daarbij van belang zijn.
Dorps Wij maken deel uit van de omgeving. We kennen elkaar, we zien elkaar, we zoeken elkaar op en zijn betrokken. Daar waar mogelijk sluiten wij aan bij activiteiten uit het dorp (toernooien, bezoek aan het museum, project ‘Buurten in Graf- De Rijp)
Afspraken Rust, regelmaat, structuur en voorspelbaarheid staan bij ons hoog in het vaandel. Samen zijn en voelen wij ons verantwoordelijk voor de school. Dit dragen we uit met elkaar.
Wereldwijs Wij staan midden in de wereld, hebben een open blik en zijn steeds in beweging. Gelijkwaardigheid tussen mensen is een belangrijk uitgangspunt. Onze kinderen moeten respect kunnen opbrengen voor waarden en normen van anderen die zich onderscheiden in kleur, handicap, cultuur of geloof. Wij zijn alert op discriminatie en pesten en we werken vooral aan het voorkomen ervan. Als het toch gebeurt, grijpen we direct in en rekenen wij hierbij ook op uw medewerking!
De verplichte onderwijstijd De schooldag duurt maximaal 5,5 uur. In alle groepen wordt gestart met lezen en/of sociaalemotionele vorming. Het grootste gedeelte van de ochtend bestaat verder uit reken- en taalactiviteiten. ‘s Middags is er meestal wereldoriëntatie en zijn er verschillende expressieactiviteiten. In principe wordt er volgens een vast rooster gewerkt.
38
De vakken
Lezen In groep 3 werken wij met de methode Veilig Leren Lezen. In deze groep sluiten kinderen het aanvankelijk lezen af. Daarna gaan ze de techniek van het lezen verder oefenen. Wij hebben hiervoor in februari 2012 de methode “Estafette” aangeschaft. Estafette is de eerste en enige leesmethode die volledig afgestemd is op de nieuwe AVIniveaus en sluit naadloos aan op Veilig leren lezen. De methode geeft prioriteit aan plezier in lezen en heeft geen schoolse teksten, maar onder andere: raadsels, gedichten, interviews, dialogen, recepten. De methode heeft verder een doorgaande leerlijn voor de groepen 4 t/m 8. Niet alleen om de leesvaardigheid te onderhouden, maar ook om de leesontwikkeling voort te zetten. Door veel te lezen zal de vaardigheid toenemen. De woordenschat wordt ook steeds groter. Naast deze leesvorm kennen wij ook nog het begrijpend en studerend lezen. Hierbij werken wij met opdrachten en vragen uit de methode “Nieuwsbegrip XL”.
Taal Vroeger was het taalonderwijs vooral gericht op foutloos schrijven. Tegenwoordig is het ook gericht op het leren luisteren naar wat anderen precies zeggen en het leren spreken. Wij leren de kinderen eveneens hun mening onder woorden te brengen. Wij gebruiken hiervoor de methode “Taalactief”.
Schrijven Voor het schrijfonderwijs gebruiken we de methode “Pennenstreken”.
Rekenen Optellen, aftrekken, de tafels, vermenigvuldigen en delen leren de kinderen tegenwoordig vooral door het oplossen van praktische vraagstukken. De kinderen leren zelf te zoeken naar oplossingsstrategieën. Deze aanpak zorgt ervoor, dat er verschillende manieren gevonden worden om tot de juiste oplossing te komen. Op deze manier werken de kinderen op hun eigen ontwikkelingsniveau. De kinderen leren ook omgaan met grafieken en tabellen. Er wordt aandacht besteed aan meten en wegen, tijd en klokken, procenten en breuken. Onze rekenmethode is de vernieuwde versie van “Pluspunt”. 39
Voor een aantal leerlingen is de methode “Alles telt voor iedereen” aangeschaft. In deze methode wordt nieuwe stof op een heel eenvoudige manier aangeboden. De extra oefenstof is een herhaling van de basisstof. Zo krijgen zwakkere rekenaars meer tijd om zich de stof eigen te maken.
Zaakvakken In de groepen 1 tot en met 4 zijn de vakken natuuronderwijs, aardrijkskunde en geschiedenis niet gesplitst. De kinderen krijgen een combinatie van deze vakken aangeboden: wereldoriëntatie. Vanaf groep 5 worden deze vakken wel apart gegeven. Wij willen er voor zorgen dat de kinderen Nederland, Europa en de werelddelen leren kennen en dat zij leren hoe de mensen daar leven. Van belang is vooral de onderlinge samenhang. De kinderen leren de geschiedenis van ons land in samenhang met andere belangrijke gebeurtenissen. Wij gebruiken voor aardrijkskunde de methode: “Wereldzaken”. Voor geschiedenis is dit de methode “Tijdzaken” en voor natuur (waaronder biologie) ”Natuurzaken”. Verkeer wordt gegeven met behulp van de verkeerskranten van Veilig Verkeer Nederland voor de diverse groepen. In groep 7 en 8 wordt er een begin gemaakt met kennis van de Engelse taal volgens de methode “Hello World”.
Sociaal-emotionele vorming en godsdienstige vorming Voor de ontwikkeling van de sociale vaardigheden werken wij met de methode “Beter omgaan met jezelf en met de ander”. Alle groepen krijgen een vorm van godsdienstige en levensbeschouwelijke vorming, waarbij wordt uitgegaan van de beleving van het kind. Hiervoor gebruiken wij de methode “Trefwoord”
Expressie In alle groepen is aandacht voor expressie in de vorm van tekenen, handenarbeid en muzikale vorming. We gebruiken de methode “Beeldend Onderwijs”. Deze methode geeft ideeën, die makkelijk ingepast kunnen worden. Voor muziek maken we gebruik van de methode “Muziek voor de basisschool”.
Actief burgerschap en sociale integratie Wij stellen ons ten doel om het actief burgerschap en de sociale integratie van leerlingen te bevorderen. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Burgerschap kan
40
op verschillende manieren worden ingevuld. Sociale integratie verwijst naar de deelname van burgers, ongeacht hun etnische of culturele achtergrond, aan de samenleving in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. Het onderwijs binnen onze school: • Gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving. • Is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie. Is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Actief burgerschap en sociale integratie vullen wij o.a. in door : er aandacht aan te schenken in onze lessen levensbeschouwelijke vorming/godsdienstige •
vorming, onze methode Trefwoord er aandacht aan te schenken in onze lessen geschiedenis. De actie voor Kika De actie voor scholen in Ethiopië De methode Taakspel Informatielessen van bureau Halt Project buurten in Graft De Rijp De Anne Frank Krant Vuurwerklessen De methode beter omgaan met jezelf en de ander Deelname aan het Midwinter in Graft De Rijp Het jeugdjournaal De methode nieuwsbegrip Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Actief Burgerschap en sociale integratie vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore. Het beleidsdocument van basisschool De Balein wordt komend schooljaar behandeld. Lichamelijke oefening In de kleuterbouw krijgen de leerlingen iedere dag bewegingsonderwijs. Dit wil zeggen: zij gaan buiten spelen of naar het speellokaal. In de overige groepen krijgen de leerlingen per week ongeveer anderhalf uur gymnastiek. De gymnastiek van groep 3 wordt aangevuld met drie keer in de week ´s middags buitenspel. Er worden dan verschillende spelvormen gedaan. Vanaf groep 3 gaan de kinderen voor de gymnastieklessen naar de gymzaal aan de Grafterbaan. Vanaf de herfst vakantie gymmen de leerlingen in sporthal De Oosterven. Voor gymnastiek volgen we de methode “Basislessen bewegingsonderwijs en spelonderwijs”. De groepen 4 t/m 8 hebben twee maal per week gymnastiekles. Vanaf groep 5 gaan de kinderen na de gymles douchen. 41
Leerprestaties Meten en vergelijken is een middel om per groep en per kind te bekijken hoe het leer- en ontwikkelingsproces verloopt. Naar aanleiding van meten en vergelijken kan de groepsleerkracht beoordelen of de leerstof goed verwerkt wordt en of er veranderingen nodig zijn in de manier en het tempo van lesgeven. Het kan zijn dat de leerlingen op bepaalde punten extra hulp of speciale aandacht nodig hebben.
Vorderingen Wij houden de vorderingen van uw kind regelmatig bij. Dat doen wij door middel van: • Observaties; • • •
Individuele antwoorden op mondelinge vragen; Overhoringen; Toetsen;
• • •
Werkstukken; Spreekbeurten en boekbesprekingen; Beoordeling van gedrag en de werkhouding;
•
Het Cito leerlingvolgsysteem (LVS)
Toetsen Na ieder afgerond stuk leerstof, krijgen de leerlingen een (schriftelijke) toets, waaruit blijkt of de leerling de aangeboden leerstof beheerst. De resultaten geven de groepsleerkracht de mogelijkheid dat deel van de leerstof, dat de klas of een leerling nog niet voldoende beheerst, opnieuw te behandelen. Het aantal toetsen neemt bij hogere leerjaren toe. Toetsen komen voor bij de leerstofgebieden: technisch lezen, begrijpend lezen, spellen, taal, rekenen, aardrijkskunde, natuuronderwijs, geschiedenis en verkeer.
Cito-toetsen Cito-toetsen zijn halfjaarlijkse toetsen die los staan van de gebruikte methoden. Van de uitslag van deze toetsen krijgt de groepsleerkracht een indruk over hoe ver het kind gevorderd is ten opzichte van de leerstof die landelijk genormeerd is. Dit kan aanleiding zijn om leerlingen extra aandacht en hulp te geven. In januari nemen we in groep 2 de Citotoets af en in juni in groep 1. Dit zijn de toetsen: “Taal voor kleuters” en “Rekenen voor kleuters”. Vanaf groep 3 zijn er toetsen voor de onderdelen begrijpend en technisch lezen, rekenen, spellen. Op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling wordt bij alle groepen twee keer per jaar het sociogram afgenomen. De gemeten vorderingen zijn vastgelegd in het Cito leerlingvolgsysteem (LVS).
42
Aan het eind van groep zeven krijgen de leerlingen de Cito-entreetoets. Deze toets geeft ons informatie over de leervorderingen van de leerlingen. Ook blijkt dan welke lesstof eventueel extra aandacht behoeft. In groep acht krijgen de leerlingen de NIO-toets, het drempelonderzoek en de PMTK die een rol spelen bij het schooladvies voor het voortgezet onderwijs. Met de invoering van de verplichte Cito eindtoets, is hier verandering in gekomen . De school besluit in schooljaar 2015-2016 of naast de verplichte eindtoets ook nog de NIO toets wordt afgenomen.
Het rapport Drie keer per jaar krijgen de leerlingen een rapport mee naar huis. De rapporten worden uitgereikt omstreeks november, maart en juni/juli. De eerste tijd in groep 1 is voor uw kind vooral een “kennismaken met’’. Als uw kind voor de zomervakantie gestart is, krijgt hij/zij het eerste rapport in maart. Als uw kind na de zomervakantie is gestart, krijgt hij/zij het eerste rapport in juni. Op het rapport staan de prestaties voor de verschillende vakken en onderdelen van die vakken vermeld. Het rapport van de groepen 3 t/m 8 biedt ruimte voor een waardering van de volgende vakken en vakonderdelen: Taal: Lezen: Rekenen en wiskunde:
taalactiviteiten, spreken, spelling, stellen, ontleden, engels technisch en begrijpend lezen cijferen, rekenvaardigheden, rekeninzicht, breuken, procenten verhoudingen
Schrijven: Wereldoriëntatie:
methodisch, schrijfgedrag overige vakken geschiedenis, aardrijkskunde, verkeer, topografie, natuur, godsdienst tekenen, muziek, handvaardigheid, drama gymnastiek, spel o.a. inzet, concentratie, werktempo etc.
Expressie: Lichamelijke oefening: Algemeen:
Op het rapport van de groepen 1 en 2 staan de onderdelen die o.a. te maken hebben met: Zelfredzaamheid/ werkhouding Sociaal emotionele ontwikkeling Interesse voor Grove en fijne motoriek Spraak-, taalontwikkeling Rekenen en denken De onderdelen van het rapport worden weergeven met de beoordeling: onvoldoende (O) 43
(M) matig voldoende (V) ruim voldoende (RV) goed (G) In het rapport worden ook bepaalde scores van toetsen uit ons leerlingvolgsysteem vermeld. In bijzondere gevallen wordt in het rapport aangegeven hoeveel leerachterstand een leerling heeft opgelopen voor een bepaald leerstofgebied. De leerling werkt dan voor dat leerstofgebied met een individueel werkplan en wordt in het rapport op een lager niveau beoordeeld. De ouders/verzorgers tekenen het rapport voor gezien. Elke ouder/verzorger heeft recht op inzage van het rapport. Ouders/verzorgers die niet meer het ouderlijk gezag hebben, bijvoorbeeld door een echtscheiding, hebben ook recht op deze informatie. De gegevens van het rapport moeten in dit geval opgevraagd worden bij de directeur van de school. De directeur mag alleen weigeren, als het belang van het kind hierdoor geschaad wordt.
Doorstroming Ons streven is om zo weinig mogelijk leerlingen te laten doubleren. Met het beoordelen van doorstromen of "zittenblijven" hebben we te maken met twee soorten leerlingen. 1. Een leerling die maximaal presteert, maar ondanks dat moeite heeft de stof bij te benen. Voor deze leerling is het weinig zinvol om te doubleren. Deze leerling wordt (voor zover wij van mening zijn dat hij/zij niet beter op zijn/haar plaats is op een
2.
speciale school voor basisonderwijs) in de gelegenheid gesteld op eigen niveau en tempo verder te werken en gaat dus naar de volgende groep. Een leerling waarvan wij door toetsing hebben geconstateerd dat hij/zij de intelligentie en de mogelijkheden wel heeft, doch waarbij de prestaties ver beneden de verwachte resultaten blijven. In dit geval is het nuttig om de leerling te laten doubleren.
Ook om sociaal-emotionele redenen kan het voorkomen dat wij het beter vinden een leerling bijvoorbeeld in de kleuterbouw te laten doubleren. Indien het nodig is om een leerling te laten doubleren, gaat dat in overleg met de betreffende ouders/verzorgers. De uiteindelijke beslissing hierover neemt de school. Het komt soms voor dat wij denken dat een leerling versneld de basisschool kan doorlopen. Dan wordt eveneens contact opgenomen met de ouders. De beslissing in welke groep een leerling geplaatst wordt, wordt na het overleg met de ouders door de directie genomen.
44
Het leerling-dossier Naast het leerlingvolgsysteem, is er van ieder kind een leerling-dossier. Hierin worden belangrijke gegevens bewaard die later mogelijk nodig zijn bij de leerlingenbespreking, het schoolkeuzeonderzoek of bij de verwijzing naar het speciaal basisonderwijs. Het beheer van deze dossiers strookt met de wettelijke regels betreffende privacy. Door de school worden nooit onderzoeksverslagen meegestuurd bij uitschrijven van de leerling naar een andere school, zonder toestemming van de ouders. De school kan, indien nodig/ gewenst, de nieuwe (VO) school een onderwijskundig rapport overleggen. Ouders hebben recht op inzage in deze informatie. Zij kunnen hiervoor een afspraak met de directie maken. Leerlingdossiers worden nog vijf jaar bewaard nadat het kind de school heeft verlaten en vervolgens vernietigd. Alleen adresgegevens en geboortedata worden bewaard om eventueel te kunnen gebruiken bij reünies.
Het onderwijskundig rapport Leerlingen die tussentijds de school verlaten krijgen een onderwijskundig rapport mee. Daarin staat vermeld volgens welke methoden er is gewerkt en hoe ver de leerling is gevorderd. Het onderwijskundig rapport wordt meegegeven aan de ouders/verzorgers met de bedoeling dat zij het overhandigen aan de leerkracht van de nieuwe school die dan een plan van aanpak voor de (nieuwe) leerling kan maken.
Huiswerk Een groepsleerkracht kan aan een groep huiswerk meegeven. In de groepen 1, 2 en 3 wordt bijna geen huiswerk meegegeven. In de groepen 4 en 5: het leren van tafels en klokkijken, woordpakketten, begrijpend lezen. In groep 6: het leren van tafels, topografie en woordpakketten. In groep 7 en 8: het leren van woordpakketten, topografie, Engels enz. Het regelmatig geven van huiswerk in de groepen 7 en 8 is een goede voorbereiding op het voorgezet onderwijs. Schriftelijk werk wordt zo veel mogelijk op school (af)gemaakt, maar het kan een enkele keer noodzakelijk zijn het werk mee naar huis te geven.
Informatie & Communicatie Technologie (ICT) De huidige stand van zaken is dat er gemiddeld minstens twee computers per groep beschikbaar zijn. Ook de kleutergroepen hebben een computerhoek. Het netwerk is aangesloten op internet. Schooljaar 2015-2016 heeft de school in alle groepen de beschikking over digiborden (touch screens oid) 45
Werken op Internet is alleen mogelijk als de leerkracht een gerichte opdracht gegeven heeft. In verband met het nuttige gebruik van de computers en het veilig werken met internet, is op een zogenaamd ICT-protocol van Stichting Flore opgesteld. Onder de in het ICT-protocol omschreven beperkingen zoeken leerlingen via internet relevante informatie. Chatten etc. en bezoeken van ongeschikte sites is bijvoorbeeld niet toegestaan. De school heeft een eigen website, die te vinden is onder de domeinnaam: www.debalein.nl en er is een e-mailadres :
[email protected] Ook elke leerkracht heeft een e-mailadres. Wij proberen de website van de school zo actueel mogelijk te houden. Er wordt regelmatig verslag gedaan van activiteiten. Op de website vindt u o.a ook onze schoolgids, informatie over de Brede School, en onze nieuwsbrief. Schooljaar 2014-2015 zijn wij gestart met een pilot tabletonderwijs (Snappet). Schooljaar 2015-2016 vinden hierover regelmatig evaluaties plaats. Eind schooljaar 2015-2016 kunnen wij hier dan een gedegen advies in geven (zie ook schoolontwikkelingsplan ICT).
Advisering voortgezet onderwijs Rond februari worden door de scholen van voortgezet onderwijs (VO) informatiebijeenkomsten georganiseerd voor ouders van leerlingen uit groep 8. Daarna volgt de periode van inschrijving voor een VO-school. De VO-scholen en het basisonderwijs streven er gezamenlijk naar dat de VO-school waarvoor de ouders en leerling kiezen, past bij het kennis- en vaardighedenniveau van de leerling. Men wil voorkomen dat leerlingen in het voortgezet onderwijs (vroegtijdig) uitvallen en van school/schooltype moeten veranderen. Basisschool De Balein probeert ouders tijdens de schoolloopbaan op onze school zo objectief en duidelijk mogelijk te informeren over de ontwikkeling van het niveau van hun kind. Tijdens de gebruikelijke rapportagemomenten en de gesprekken met de ouders (en in de eindgroepen ook met de leerling), wordt de informatie over de niveau-ontwikkeling doorgegeven en besproken. De school houdt die ontwikkeling bij door middel van observaties door de leerkracht, toetsen vanuit de methodes en toetsen behorend bij het (Cito-) leerlingvolgsysteem. Daarnaast wordt eind groep 7 door de leerling de zogenaamde Cito-Entreetoets gemaakt. Deze landelijke standaardtoets geeft inzicht in de ontwikkeling van kennis en vaardigheden van het kind en geeft inzicht in hoe het niveau van het kind zich verhoudt tot het landelijke niveau van leerlingen eind groep 7. Eind groep 7 of begin van groep 8 bespreekt de groepsleerkracht de uitslag van de entreetoets en verwachtingen en haalbaarheid van eventuele verbeteringen van dit gemeten niveau met de ouders en de leerling. Een voorlopige eerste richting van vervolgonderwijs wordt dan aan de orde gesteld.
46
Vanaf het schooljaar 2015-2016 is het voor alle leerlingen van groep 8 in het reguliere basisonderwijs verplicht om een eindtoets te maken. Vanaf 2015 mogen scholen voor voortgezet onderwijs de toelating van leerlingen niet meer laten afhangen van het resultaat van de eindtoets. Het schooladvies gaat het zwaarst wegen. Het schooladvies wordt gebaseerd op het advies van de leerkracht en de onafhankelijk afgenomen toetsen. Dit advies kunnen de ouders …….verwachten. In maart (uiterlijk vóór 1 april) moeten de ouders hun kind inschrijven voor een school van voortgezet onderwijs. Het schooladvies van elke leerling van onze school wordt na overleg van een adviesteam vastgesteld. Het adviesteam wordt gevormd door de betrokken leerkrachten, intern begeleider en schoolleiding. Wanneer een leerling is aangemeld voor een school voor voortgezet onderwijs, ontvangt de basisschool het verzoek om een zogenaamd inlichtingenformulier over de betreffende leerling in te vullen en naar de betreffende VO-school te sturen. In dit inlichtingenformulier wordt om het schooladvies gevraagd en om een beknopte rapportage over het kind. De ouders krijgen dit formulier ter ondertekening te zien. Samen met het inschrijfformulier sturen wij dit inlichtingenformulier naar de gekozen school voor Voortgezet Onderwijs. Als een leerling naar het voortgezet onderwijs gaat, is het vaak een hele stap om uit haar/zijn vertrouwde omgeving naar zo'n nieuw scholencomplex te gaan. Wij hebben contacten met de directies van het voortgezet onderwijs om de overgang voor de leerlingen soepel te laten verlopen. Als de leerlingen de school verlaten, blijven wij op de hoogte van de vorderingen in het voortgezet onderwijs. We ontvangen van alle leerlingen kopieën van rapporten die zij op hun nieuwe school krijgen. De leerkracht van groep 8 overlegt met een docent van het VO over de nieuwe brugklassers.
Uitstroomgegevens van leerlingen De inspectie beoordeelt jaarlijks of de leerlingen van onze school op een niveau presteren dat van hen mag worden verwacht. De richtingen waarin de leerlingen van onze school het afgelopen jaar zijn uitgestroomd: zie jaargids.
47
Hoofdstuk 16
De ouders: inspraak en informatie
Het onderwijs zou er anders uitzien als er geen ouders/verzorgers betrokken zouden zijn bij de school. Ouders staan hun kind een groot gedeelte van de dag af aan school. Een goede relatie school- gezin vinden wij van belang. Een goed contact met de ouders is heel belangrijk. Natuurlijk, het gaat immers om het wel en wee van uw kind. De school houdt u op de hoogte van wat er verder op school gebeurt. We stellen het anderzijds ook op prijs als u de school van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Immers: een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welzijn van uw kind.
Medezeggenschapsraad (MR) U kunt als ouder of als medewerker op schoolniveau en op stichtingsniveau meepraten.
Schoolniveau Elke school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Ouders en medewerkers kunnen zich verkiesbaar stellen voor deze raad. De MR praat onder andere over de onderwijskundige doelen van de school, het schoolplan, het financieel beleid van de school en de organisatie van de school. Onze school heeft een wettelijk voorgeschreven medezeggenschapsraad (MR). De MR kent twee geledingen: de oudergeleding (MR-OG) en de personeelsgeleding( MR-PG). Beide geledingen zijn door drie personen in de MR vertegenwoordigd en daarmee behartigen zij zowel de belangen van de ouders als van het personeel. De directeur is als adviseur van de MR tijdens (een gedeelte van) de vergadering aanwezig. Zowel de MR als de directie hecht grote waarde aan dit overleg, want alleen in samenspraak kunnen we tot afgewogen beleidsbeslissingen komen. De MR heeft inspraak en denkt mee ten aanzien van het beleid op school. In principe is alles wat de school aangaat binnen de MR bespreekbaar. De MR kent twee rechten, namelijk het advies- en instemmingsrecht. Het bevoegd gezag dient serieus te reageren op elk advies dat de MR geeft. Het advies hoeft niet door het bestuur overgenomen te worden. Dit ligt anders voor beslissingen waarop de MR instemmingsrecht heeft. Het bestuur kan zonder instemming van de MR dergelijke besluiten niet nemen. De MR komt circa zeven keer per jaar bij elkaar. Er is sprake van advies- of instemmingsrecht als het gaat om zaken als: • Onderwijskundige doelstellingen • •
Schoolplan Schoolgids 48
• • •
Schooltijden Lesrooster Beleid met betrekking tot benoeming en ontslag van personeel
• • • •
Werkzaamheden door ouders Financieel beleid Besteding van de ouderbijdrage Voorzieningen voor de leerlingen
•
Arbeidsomstandigheden
Daarnaast heeft de MR tot taak om de openheid, openbaarheid en het onderlinge overleg te bevorderen, te waken tegen discriminatie en aandacht te vragen voor gelijke behandeling. De taken en bevoegdheden van de MR zijn vastgelegd in een reglement dat in overleg met het bestuur is samengesteld. Het reglement ligt ter inzage op school. De actuele samenstelling van de MR vindt u in de jaargids en op de website van de school. Op onze website staan de notulen van de MR vergaderingen.
De oudervereniging (OV) Elke Floreschool heeft een oudervereniging. Met het aanmelden van uw kind op de basisschool wordt u automatisch lid van de oudervereniging. Alle ouders van de kinderen van onze school vormen samen de oudervereniging. De leden van de vereniging kiezen de leden van de ouderraad. De oudervereniging stelt zich ten taak het onderwijs voor zowel leerling als leerkracht zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het bestuur van de vereniging (de ouderraad) probeert dit te realiseren in goed overleg met het team en de directie. De activiteiten van de ouderraad zijn o.a.: • Het onderhouden van contacten tussen ouders, school en leerkrachten; • Het organiseren en mede uitvoeren van activiteiten zoals schoolreisjes, het Sinterklaasfeest, excursies, de sportdag en andere bijzondere evenementen; • Het regelen van de financiële kant van deze activiteiten. Ook u als ouder kunt over deze activiteiten meedenken en meebeslissen tijdens de openbare jaarvergaderingen. De contactpersonen van de ouderraad worden vermeld in de jaargids en op de website van de school.
De ouderbijdrage Het is op school gebruikelijk dat ouders jaarlijks, met goedkeuring van de MR, een bijdrage betalen aan de oudervereniging. Deze bijdrage wordt gevraagd om activiteiten te kunnen bekostigen die buiten het normale lesprogramma vallen. Wij denken hierbij aan kosten voor: 49
- feestelijke activiteiten als het Sinterklaas en het Kerstfeest - schoolreisje - activiteiten als museumbezoek/thema-avond/scholierenwedstrijden - culturele zaken - kamp groep 8 De ouderbijdrage wordt in de algemene ledenvergadering van de oudervereniging vastgesteld en heeft - wettelijk - een vrijwillig karakter. De hoogte van dit bedrag is te vinden in de jaargids . De contactpersonen van de ouderraad worden vermeld in de jaargids en op de website van de school. Eenmaal per jaar legt de ouderraad verantwoording af aan haar leden. Dit gebeurt in de jaarvergadering in oktober.
Informatieavonden In september worden voor de ouders/verzorgers voorlichtingsavonden gehouden. Op deze avonden leggen de groepsleerkrachten uit hoe ze werken met de kinderen en welke leermethoden er worden gebruikt.
Rapportage Van elke leerling bestaat een persoonlijk dossier met gegevens. Drie keer per jaar krijgen de kinderen van groep 1 tot en met 8 een rapport. Uw kind ontvangt een rapport wanneer hij/zij minimaal 6 maanden op school zit. De eerste tijd in groep 1 is voor uw kind vooral een “kennismaken met’’. De rapporten blijven eigendom van de school totdat het kind aan het eind van groep 8 (of eerder door bijvoorbeeld verhuizing) de school verlaat. De ouders van alle leerlingen worden n.a.v. het eerste en tweede rapport twee keer per jaar uitgenodigd voor een zogenaamd 10-minutengesprek, waarin wordt besproken hoe het met de leerling gaat. Wij vinden het zeer belangrijk u te zien en te spreken bij deze avonden. In groep 8 is er een 15-minutengesprek, dit in verband met de keuze van het vervolgonderwijs. Wanneer ouders of leerkrachten tussentijds een en ander willen bespreken, dan is daar uiteraard, op afspraak, altijd gelegenheid toe. Ouders krijgen alle verslagen van onderzoeken, onderwijskundige rapporten en van gesprekken waarin belangrijke zaken zijn besproken of medegedeeld in te zien. Tevens vragen wij aan de ouders deze zaken te voorzien van een handtekening ‘voor gezien’ aan de school te retourneren. Op deze wijze is de school er zeker van dat de informatie bij de ouders terecht is gekomen. Mocht u het op een bepaald gebied met de zienswijze van de school niet eens zijn, dan hoort dit in het gespreksverslag aangegeven te zijn. Ondertekening van het verslag wil dus lang
50
niet altijd zeggen dat u het eens bent met wat de school ergens van vindt: ondertekening geeft slechts aan dat u van een en ander op de hoogte bent.
Inloopavond Eén of tweemaal per jaar wordt er een inloopavond gehouden voor de ouders/verzorgers van de leerlingen. Dat gebeurt vroeg in de avond, want het is de bedoeling dat de leerlingen hun werk en/of materiaal laten zien aan de ouders bijvoorbeeld na afsluiting van een project. Op de inloopavond is het niet bedoeling dat u de leerkrachten benadert over de vorderingen. Hiervoor zijn andere momenten.
De nieuwsbrief In onze maandelijkse nieuwsbrief: Het Balein Bericht, vindt u korte verslagen van allerlei gebeurtenissen als ook aankondigingen, oproepen en een kalender voor de komende maand. De nieuwsbrief ontvangt u digitaal via Digiduif. De nieuwsbrief vindt u ook terug op de website.
Hoofdstuk 17
Onze schoolregels
Onze school is een plaats waar de directie, de groepsleerkrachten en ouders/verzorgers hun werkzaamheden verrichten om de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op het functioneren als zelfstandig individu in een gecompliceerde maatschappij en op het voortgezet onderwijs. De kinderen, samen met de leerkrachten en de ouders, vormen basisschool De Balein. We willen elke dag met plezier naar school komen om daar zo goed mogelijk ons best te doen en samen nieuwe dingen te leren. De school krijgt echter meer en meer ook een opvoedende taak. Dat opvoeden, het pedagogisch klimaat op school, moet ergens op gestoeld zijn. We hanteren daarbij de volgende stelregel: Wij, leerkrachten, leerlingen, ouders en andere betrokkenen, willen dat het ons goed gaat. Daarbij staat voorop dat ons individuele welbevinden niet ten koste mag gaan van anderen. De Balein Een stevige basis met oog voor elkaar
51
Taakspel Op onze school spelen wij in elke groep Taakspel. Praten tijdens de uitleg, naar buiten kijken tijdens het werken, wiebelen op de stoel; in elke klas komt wel eens ongewenst gedrag voor. Met Taakspel stimuleren wij gewenst gedrag. En dát verbetert de sfeer in de klas. Met Taakspel houden leerlingen zich beter aan klassenregels. Daardoor neemt onrustig en storend gedrag af. Leerlingen kunnen dan beter en taakgericht werken. Bovendien ontstaat er een prettiger klassenklimaat. Om er voor te zorgen dat alle kinderen, ouders en leerkrachten zich op en rond basisschool De Balein prettig en veilig voelen, hebben we enkele regels afgesproken. Deze vindt u terug in de jaargids.
Hoofdstuk 18
Praktische zaken
Schoolreisjes Jaarlijks wordt voor de leerlingen van groep 1 tot en met 7 een schoolreisje georganiseerd. Dit wordt gedaan door de werkgroep schoolreisjes, bestaande uit leden van de ouderraad en teamleden. Uiteraard is hierbij hulp van ouders onmisbaar. Groep 8 gaat jaarlijks, als afscheid van een periode basisonderwijs, op driedaagse schoolreis. De kosten van alle schoolreisjes worden vastgesteld tijdens de jaarvergadering van de oudervereniging.
Voor, tussen- en naschoolse opvang Er is een mogelijkheid uw kind bij de Tussenschoolse Opvang (TSO) te laten overblijven. Dat kost de deelnemers € 1,80 per keer. De financiële bijdrage wordt gebruikt om speel- en spelmateriaal aan te schaffen voor de kinderen. Ouders die de opvang regelen krijgen een (vrijwilligers) vergoeding. De opvang vindt onder vaste begeleiding plaats in school. De opvang wordt georganiseerd en uitgevoerd door ouders. Deze ouders volgen de cursus voor overblijfkracht. Onze Tussenschoolse Opvang (TSO) is ook dit schooljaar weer door kwaliteitsinstituut ‘TSOvoorbeeldschool’ beloond met handhaving van de gouden ster. In juni 2015 vond voor de tweede keer de uitreiking hiervan plaats met certificaat en raamsticker. Een van de punten waarin het overblijven volgens ‘TSO-Voorbeeldschool’ uitblinkt is de situatie bij het eten. Alle kinderen moeten vooraf hun handen wassen. Vervolgens gaan de kinderen aan verschillende tafels zitten. De overblijfkrachten doen dit ook. Na een kort 52
rustmoment mogen de kinderen eten. De overblijfkrachten maken een gezellig praatje met de kinderen en helpen hen waar nodig. Er wordt gepraat over nieuwe schoenen of het lekkere boterhammetje, maar soms worden de kinderen ook gecorrigeerd. Dit gebeurt op een rustige en vriendelijke manier. Kortom, de eetsituatie vormt een gestructureerd moment tijdens het overblijven. Dit wordt tijdens het buiten spelen (na het eten) prima voortgezet. Kleuters spelen op een aparte speelplaats en de overblijfkrachten lopen verspreid rond, om toezicht te houden. Vermeldenswaardig is volgens het rapport van ‘TSO-Voorbeeldschool’ ook de begeleiding van de kleuters. Zij worden bij hun klas opgehaald en na het eten worden ze in een rij keurig naar de speelplaats gebracht. Alle ouders van de deelnemende kinderen krijgen een reglement. Met ingang van het schooljaar 2007-2008 is de school verplicht om buitenschoolse opvang aan te bieden. Voor de voor- en naschoolse opvang heeft stichting Flore, een contract afgesloten met de Forte kinderopvang. U dient zelf met deze instelling te regelen wanneer en hoeveel u gebruik wilt maken van hun diensten. Het algemene telefoon nummer van Forte Kinderopvang is: 0251658058
Verjaardagen Het liefst zien wij dat de verjaardagen van de kinderen op school gevierd worden met een kleine traktatie; houdt u het alstublieft simpel… Verjaardagsuitnodigingen mogen niet op school worden verspreid. We willen hiermee voorkomen dat kinderen zich onbedoeld buitengesloten zouden gaan voelen wanneer zij geen uitnodiging ontvangen.
De GGD, uw kind en de school De Jeugdgezondheidszorg van de GGD werkt preventief, dat wil zeggen; uit voorzorg. Wij nodigen kinderen gedurende de gehele schoolperiode minimaal 3 keer uit voor een onderzoek om mogelijke problemen in het opgroeien te signaleren. Indien wij problemen op het spoor komen, helpen wij u de juiste weg te bewandelen. Als u zelf vragen of zorgen heeft over de gezondheid en/of ontwikkeling van uw kind, kunt u een extra onderzoek of gesprek met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige aanvragen. 5-6 jarige kinderen Wij nodigen alle kinderen rond de leeftijd van 5 à 6 jaar uit voor een onderzoek door de jeugdarts en doktersassistente. Er wordt gekeken naar lengte, gewicht, ogen, oren, houding, motoriek, spraak- en taalontwikkeling. 10-11 jarige kinderen
53
Alle kinderen rond de leeftijd van 10 à 11 jaar worden uitgenodigd voor een onderzoek door de jeugdverpleegkundige. Tijdens dit onderzoek wordt onder andere gelet op hoe uw kind zich voelt en gedraagt en hoe het gaat in contact met leeftijdsgenoten. Ook is er aandacht voor uw vragen over het gedrag van uw kind en/of de opvoeding. Voorafgaand aan het onderzoek komt de doktersassistente op school om de lengte en het gewicht van uw kind te meten en om de ogen na te kijken. De resultaten hiervan worden door de verpleegkundige met u en uw kind besproken. 2e klas voortgezet onderwijs. De jongeren in de 2e klas van het voortgezet onderwijs worden voor een onderzoek door de jeugdverpleegkundige uitgenodigd. De verpleegkundige meet de lengte en het gewicht. Daarnaast bespreekt ze aan de hand van vragenlijsten diverse onderwerpen zoals voeding, bewegen, roken, alcohol, drugs, relaties, seksualiteit, etc. Na de 2e klas van het voortgezet onderwijs worden de meeste kinderen niet meer opgeroepen voor een onderzoek. Een extra gesprek of onderzoek aanvragen kan natuurlijk altijd.
Overleg op scholen De GGD neemt op scholen deel aan overleggen waarin kinderen waar zorgen over zijn, worden besproken. Als de GGD bij een dergelijk overleg zit op uw school, wordt u daarvan op de hoogte gesteld door de school.
Projecten De GGD ondersteunt scholen in het uitvoeren van projecten die betrekking hebben op gezondheid. Bijvoorbeeld op het gebied van voeding, beweging, roken, alcoholgebruik, seksualiteit en relaties.
GGD en Samenwerken De GGD gaat graag in gesprek met ouders, kinderen en scholen over de gezondheid en de ontwikkeling van kinderen. Hiermee onderstrepen wij het GGD motto: Samen werken aan gezond leven. De GGD is kernpartner van het Centrum voor Jeugd en Gezin en heeft nauwe samenwerking met andere partners. Wilt u een extra onderzoek voor uw kind aanvragen, of heeft u andere vragen voor of over de GGD? U kunt ons bereiken op 088-01 00 555. Zie ook: www.ggdhollandsnoorden.nl.
54
Mobiele telefoons Gebruik van een mobiele telefoon door leerlingen is op school en ook in de directe omgeving van het schoolgebouw onder schooltijd en direct daarvoor of daarna niet toegestaan. Wij zijn niet verantwoordelijk voor het zoekraken of kapotgaan van deze apparaten.
Sportactiviteiten Sportdag Eén keer per jaar houden wij op een woensdagmorgen een sportdag, de ‘Koningsspelensportdag’ .Alle groepen zijn die dag met sportieve activiteiten bezig. De groepen 1 en 2 doen dat rondom de school. Bij deze groepen is de sportdag georganiseerd rond een thema. De andere groepen sporten op het veld van SV de Rijp. Ook hierbij wordt ouderhulp gevraagd. Sporttoernooien De kinderen van groep 8, zonodig aangevuld met kinderen uit groep 7, doen mee aan een voetbal- en handbal- basketbaltoernooi tussen de basisscholen van De Rijp en Graftdijk . Ons motto is: Meedoen is belangrijker dan winnen! Altijd zal bij deze toernooien een beroep worden gedaan op de ouders/ verzorgers. Alleen met voldoende hulp, kunnen de toernooien doorgang vinden.
Cultuureducatie De school krijgt subsidie toegekend voor culturele activiteiten. In samenwerking met diverse instellingen op cultureel gebied (o.a. het museum, de kerk, de bibliotheek, maar ook bijvoorbeeld met kunstenaars uit de omgeving) werken wij samen om een divers cultuuraanbod binnen ons onderwijs te garanderen.
Eten en drinken De leerlingen van de school mogen eten en drinken meenemen naar school. Omstreeks het speelkwartier wordt dit genuttigd. Geeft u niet teveel mee. Soms verdwijnt het in de prullenbak en dat kan toch niet de bedoeling zijn. Ook worden er vaak ongezonde versnaperingen meegegeven: dikke koeken en snoep. Dit is niet toegestaan. Ook kleuters krijgen soms te veel mee, 1 stuk eten is echt voldoende. (denk aan 1 banaan of, 1 liga,of 1 boterham).
55
Sinas, cola en andere suikerhoudende dranken zijn niet echt verstandige tussendoortjes. Deze dranken zijn dan ook niet toegestaan op onze school. Melk, karnemelk, vruchtensappen, chocolademelk, water zijn gezonder. Wilt u op de (goedsluitende) beker, tas en pakje een naam zetten!
Excursies Al naar gelang het aanbod en de mogelijkheden zijn er regelmatig "uitstapjes" met een educatief karakter. Er wordt een bedrijf bezocht of een museum. Soms gaan we wat verder weg en dan doen wij een beroep op ouders met het verzoek of zij willen rijden Het spreekt voor zichzelf, dat de excursies aansluiten op het lesprogramma. Soms is er ook een "excursie in de school". Er komt dan iemand van een bedrijf, een stichting of een andere school iets vertellen aan één of meer groepen. Indien het niet anders kan, is het mogelijk, dat wij een kleine financiële bijdrage vragen voor de onkosten.
Hoofdluizencontrole Ze komen gelukkig niet veel voor op onze school maar we doen er desalniettemin alles aan om ze buiten de deur te houden. Hoofdluis dient u altijd te melden op school, want om verdere verspreiding te voorkomen kan de school actie ondernemen. Op school vindt in samenwerking met enkele ouders een reguliere luizencontrole plaats. Na elke vakantie wordt dit op maandagmiddag georganiseerd. Wordt er bij uw kind tijdens de controle hoofdluis geconstateerd, dan wordt u verzocht uw kind direct op te halen en te behandelen. Dit om verdere verspreiding te voorkomen. Na de behandeling kan uw kind weer gewoon naar school komen. Controle is overigens in de eerste plaats een thuistaak en niet van de school! Alle kinderen zijn verplicht om jassen, mutsen enz. in een zogeheten luizenzak op te bergen. Deze zakken worden door de school en OR ter beschikking gesteld; zij blijven eigendom van school.
Kermisspelen De donderdag waarop de Rijper Kermis begint, doen de groepen 3 t/m 8 mee met de Kermisspelen op de Meelzak of bij slecht weer in de Oosterven. Deze activiteit vindt plaats in samenwerking met het Volksfeestencomité. De kinderen van groep 1 en 2 gaan op vrijdagmorgen met de leerkracht naar de kermis om in de draaimolen een rondje mee te draaien. Hierbij wordt hulp van de ouders gevraagd.
56
Materiaal Het lesmateriaal wordt door de school verstrekt. Dit geldt ook voor het handenarbeidmateriaal. Er zijn geen extra kosten aan verbonden.
Slecht weer Regenlaarzen blijven uit hygiënische overwegingen tijdens de lessen in de gang onder de luizenzak staan. De kinderen van groep 1 en 2 kunnen dan hun gymschoenen dragen. Wilt u in de laarzen de naam van uw kind of andere herkenningstekens zetten? Dit bevelen wij ook aan voor kledingstukken als mutsen, wanten en jassen.
Verkeersexamen In groep 7 doen de kinderen in samenwerking met Veilig Verkeer Nederland en de politie een verkeersexamen. Het is zowel een theoretisch als een praktisch examen. Het is vooral bedoeld om leerlingen een groter besef van verkeersveiligheid bij te brengen.
Vakantierooster en lesuren De vakanties, vrije dagen en studiedagen staan in de jaargids vermeld en op de website. In de jaargids kunt u de volledige planning van vakantie en lesuren terugvinden.
Cito periodes Tijdens de periodes dat de Cito toetsen worden afgenomen (januari en juni), geven wij de leerlingen geen vakantieverlof.
Bezoek specialisten Wij begrijpen dat bezoek aan specialisten en externe hulpverleners (logopedie, fysiotherapie etc.) niet altijd buiten de schooltijden kan plaatsvinden. We gaan ervan uit dat u dit wel zoveel mogelijk probeert te doen. In de groepen zijn wij van 8.45-9.30 uur bezig met leesactiviteiten (o.a. Estafette lezen). Dit is een speerpunt van onze school. Wij vragen u daarom deze afspraken zoveel mogelijk na 9.30 uur te plannen en niet vaker dan één uur per week.
57
Slot Wij gaan er van uit dat wij u door middel van deze schoolgids voldoende informatie hebben verstrekt zodat u zich een goed beeld hebt kunnen vormen van onze school. Hebt u echter over de inhoud of naar aanleiding van deze schoolgids nog vragen of wilt u nog iets meer weten over de school, dan kunt u contact opnemen met de directeur van onze school.
58