SCHOOLGIDS 2015-2016 SCHOLEN STICHTING FLORE
1
Inhoudsopgave
Algemeen deel Vaststelling 6 Hoofdstuk 1 – Bevoegd gezag 7 Stichting Flore Contact Over Flore Flore-Scholen College van Bestuur en servicekantoor Hoofdstuk 2 – Identiteit Interconfessioneel
8
Hoofdstuk 3 – De school De school als ‘Brede’ school
8
Hoofdstuk 4 – Aanmelden in inschrijven van leerlingen
9
Hoofdstuk 11 – Veiligheidsbeleid17 Hoofdstuk 6 – De organisatie van het onderwijs Het bewaren van leerling gegevens Uitstroomgegevens van leerlingen Zorg voor het kind met specifieke onderwijsbehoeften Passend onderwijs Ontwikkelingsperspectief
10
Hoofdstuk 7 – De invulling van het onderwijs Actief burgerschap en sociale integratie Sociale veiligheid
11
Hoofdstuk 8 – De ouders: inspraak en informatie De betrokkenheid van de ouders Informatievoorziening naar de niet-verzorgende ouder Medezeggenschap: MR op school en GMR Schoolgids/Jaarkalender: Procedure schoolgids Schoolplan De Oudervereniging en Ouderraad (OR) De ouderbijdrage
12
2
Hoofdstuk 9 – Rechten plichten van ouders/verzorgers, leerlingen, directie en bestuur Klachten Meldcode kindermishandeling Vragen over onderwijs Schorsing – Verwijdering Sponsoring Wettelijke aansprakelijkheid
14
Hoofdstuk 10 – Praktische zaken
17
Hoofdstuk 11 – Veiligheidsbeleid
17
Hoofdstuk 12 – Waar de school voor staat 12.1 Missie en visie Benedictusschool 12.2 Enkele kwaliteiten
20
Hoofdstuk 13 – Veiligheidsbeleid 13.1 De geschiedenis van de school 13.2 Situering van de school
21
Hoofdstuk 14 – Personeel 14.1 Het team 14.2 Studenten 14.3 Passend Onderwijs: het aanmelden van een leerling op de benedictusschool 14.4 Indeling van de groepen 14.5 School en prognose 14.6 Schooltijden 14.7 Afwezigheid leerling 14.8 Therapie en behandeling niet onder schooltijd 14.9 Uitval van gymlescompensatie
22
Hoofdstuk 15 – De organisatie van het onderwijs 15.1 Doelstelling 15.2 Blijven werken aan kwaliteit 15.3 Leerlingvolgsysteem 15.4 Het bewaren van leerling-gegevens 15.5 Uitstroomgegevens van leerlingen 15.6 Opbrengsten 15.7 Groeidocument met ontwikkelingsperspectief
27
3
Hoofdstuk 16 – De invulling van het onderwijs 16.1 Actief burgerschap en sociale integratie 16.2 Sociale veiligheid 16.3 Werkwijze in de groepen 1-2 16.4 Rekenonderwijs van groep 1 tot en met 8 16.5 taal en lezen groep 1 tot en met 8 16.6 Voortgezet lezen van groep 3 tot en met 8 16.7 Begrijpend lezen van groep 3 tot en met 8 16.8 (voorbereidend) Schrijven groep 1 tot en met 8 16.9 Wereld oriënterende vakken 16.10 Techniek en Wetenschap 16.11 Verkeer 16.12 Muziek en het schoolorkest 16.13 Tekenen, handvaardigheid en textiele werkvormen 16.14 Lichamelijke opvoeding voor groep 1 tot en met 8 16.15 Engels 16.16 Culturele activiteiten 16.17 ICT en veilig internet gebruik
29
Hoofdstuk 17 – Personeel De ouders: inspraak en informatie 17.1 De betrokkenheid van de ouders 17.2 Ouderinformatie: De benedictusinfo 17.3 Oudergesprekken 17.4 Informatievoorziening naar de niet-verzorgende ouder 17.5 Voorlichtingsavond 17.6 Het schoolrapport 17.7 Huiswerkbeleid 17.8 Verplichte eindtoets groep 8 17.9 Ouderpanel 17.10 Medezeggenschap 17.11 Schoolgids/ Jaarkalender 17.12 Schoolplan 17.13 De oudervereniging en Ouderraad (OR) 17.14 De vrijwillige ouderbijdrage 17.15 Ouderparticipatie
35
4
Hoofdstuk 18 – Praktische zaken 18.1 Abonnementen en software 18.2 samenwerking basisschool en Forte Kinderopvang 18.3 Excursie 18.4 Fietsen 18.5 Gastlessen 18.6 Jeugdgezondheidszorg/ GGZ 18.7 Kledingactie 18.8 Luizen, hoofdluis 18.9 Medicijnverstrekking en medische handelingen 18.10 Melk drinken en gezond tussendoortje 18.11 Meldcode Kindermishandeling en Aandacht functionaris 18.12 Onderwijsbegeleidingsdienst (OBD) 18.13 Peuterspeelzaal 18.14 Schoolevenementen 18.15 Schoolfotograaf 18.16 Schoonmaak 18.17 Traktaties en afspraken 18.18 Verkeersouder 18.19 Website
40
Hoofdstuk 19 – Schoolregels 19.1 Algemeen 19.2 Pleinregels 19.3 Regels binnen het gebouw
44
Bijlagen:
5
Vaststelling Het College van Bestuur van Stichting Flore Gelet op de bepalingen van de Wet op het Primair Onderwijs Gelet op de bepalingen in de CAO-PO1 Gehoord hebbend de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad heeft in haar vergadering van juni 2015 het voorgenomen besluit genomen de volgende document Schoolgids Scholen Stichting Flore vast te stellen voor een periode van één jaar. College van Bestuur De heer A.J.M. Groot, voorzitter
CAO PO Collectieve Arbeidsovereenkomst
1
6
SCHOOLGIDS 2015-2016 ALGEMEEN SCHOLEN STICHTING FLORE
Hoofdstuk 1 - Bevoegd gezag STICHTING FLORE Onze school ressorteert onder Stichting Flore. Bij Stichting Flore bereiden wij de leerlingen voor op de toekomst, hun rol daarin en hun verantwoordelijkheid daarvoor. Wij helpen de leerling uit te groeien tot een evenwichtig en volwaardig lid van de maatschappij. Wij beschikken over de deskundigheid van 27 scholen en versterken elkaar door kennisuitwisseling en het delen van ervaringen. Stichting Flore is vooruitstrevend en staat voor kwaliteit, daadkracht en duurzaamheid. CONTACT Het servicekantoor van Stichting Flore is gevestigd aan de W.M. Dudokweg47 in Heerhugowaard. Het postadres is: Postbus 279, 1700 AG Heerhugowaard 072 56 60 200
[email protected] www.stichtingflore.nl OVER FLORE Stichting Flore biedt 7.500 leerlingen kwalitatief hoogstaand onderwijs. Met ruim 700 medewerkers - verdeeld over 27 basisscholen en een servicekantoor - richten wij ons vol overgave op onze kerntaak: het beste uit kinderen halen. Wij bereiden onze leerlingen voor op de toekomst, hun rol daarin en hun verantwoordelijkheid daarvoor. Wij helpen de leerling uit te groeien tot een evenwichtig en volwaardig lid van de maatschappij. FLORE-SCHOLEN. De 27 Flore-scholen zijn één in verscheidenheid. Iedere school heeft zijn eigen gezicht, onderwijsstijl en werkwijze. De ene school is groot, de andere klein. Er zijn dorpsscholen en stadsscholen. Er zijn traditionele scholen, brede scholen, een Dalton- en een Jenaplanschool en een school voor speciaal basisonderwijs. Kortom, voor iedere leerling is er een school die bij hem past. COLLEGE VAN BESTUUR EN SERVICEKANTOOR Het College van Bestuur ziet er op toe dat de onderwijskwaliteit van de Flore-scholen hoog blijft. Op het servicekantoor wordt op een creatieve manier, op samenwerking gericht de ontwikkeling van het onderwijsbeleid ondersteund. Scholen, maar ook ouders, kunnen er terecht met vragen over de meest uiteenlopende onderwerpen. Het servicekantoor adviseert, ondersteunt en neemt veel werk uit handen van de schooldirecteuren/scholen, zodat zij zich kunnen richten op hun kerntaak: het beste uit kinderen halen. U kunt meer lezen over de visie en missie van Stichting Flore op www.stichtingflore.nl. Hier staan tevens onze kernwaarden nader toegelicht.
7
Hoofdstuk 2 - Identiteit INTERCONFESSIONEEL Onder Stichting Flore vallen scholen met een katholieke, protestants-christelijke en interconfessionele identiteit. Stichting Flore biedt ruimte voor levensvragen en zingeving voor leerlingen, leerkrachten en andere medewerkers. Door met de ander deze ruimte in te vullen kun je worden wie je bent. Daarbij wordt uitgegaan van een verbondenheid tussen authentieke scholen op basis van christelijke waarden. Stichting Flore gaat ervan uit dat mensen met hun verschillende levensbeschouwingen elkaar inspireren, aanvullen en elkaar laten groeien.
Hoofdstuk 3 - De school DE SCHOOL ALS ‘BREDE’ SCHOOL Vanaf 1 augustus 2007 zijn basisscholen wettelijk verplicht om voor en na school opvang aan te bieden. De scholen hoeven zelf geen opvang te verzorgen, maar zijn wel verantwoordelijk voor de aansluiting ervan. Stichting Flore heeft per 1 augustus 2007 voor elke school een convenant met diverse kinderopvangorganisaties afgesloten. In dit convenant zijn afspraken vastgelegd die gelden voor de voor- en naschoolse opvang, eventueel tussen schoolse opvang en vakantieopvang. De kwaliteit in de buitenschoolse opvang moet goed geregeld zijn. Voor kinderen is dit de belangrijkste ontwikkelingsfase in hun leven. Goede kwaliteitsregels hebben een groot maatschappelijk belang. Door overheid en brancheorganisaties zijn voor de kwaliteit van kinderopvang al veel afspraken gemaakt. Deze hebben onder andere betrekking op het pedagogisch beleidsplan, verdeling leidster/kind, huisvesting, medezeggenschap en veiligheid. Naast deze basis kwaliteitsafspraken heeft Stichting Flore kwaliteitseisen opgesteld waar een BSO-aanbieder aan moet voldoen. Deze kwaliteitseisen zijn verwerkt in het convenant met de aanbieder. Meer informatie hierover leest u op de website van Stichting Flore: www.stichtingflore.nl
8
Hoofdstuk 4 - Aanmelden en inschrijven van leerlingen Zodra uw kind vier jaar is mag het naar de basisschool. Kinderen die vòòr 1 juni vier jaar worden kunnen worden ingeschreven bij een school zodat de school rekening kan houden met de groepsindeling. Het inschrijven van een leerling geschiedt middels een inschrijfformulier. De ouders ondertekenen dit formulier. Daarmee verklaren de ouders dat ze bekend zijn met de inhoud van de schoolgids en de daarin verwoorde afspraken en regels nakomen en dat de leerling aan alle activiteiten van de school deelneemt. Toelating van een kind is niet afhankelijk van het al dan niet voldoen van de vrijwillige ouderbijdrage door de ouders. De inschrijving van een leerling is definitief als de ouders een schriftelijke bevestiging van de directeur hebben ontvangen. De volledige regeling Toelating en Inschrijving van Stichting Flore ligt op de school ter inzage en is te downloaden via www.stichtingflore.nl. Bij de inschrijving moeten de volgende gegevens aan de school worden overlegd: het Burgerservicenummer, de achternaam, de voorletters, de geboortedatum en het geslacht. Ouders kunnen hiervoor een uitschrijfbewijs van de vorige school gebruiken of een van overheidswege verstrekt document gebruiken, waar deze gegevens op staan. Onder een van overheidswege verstrekt document verstaan wij een document kennisgeving naar het Burgerservicenummer, een eigen paspoort of identiteitskaart van de leerling of een geboortebewijs. Let op: de zorgpas kan hiervoor niet gebruikt worden, want die wordt niet door de overheid uitgegeven.
Hoofdstuk 5 - Verlofregeling U mag uw kind niet mee op vakantie nemen buiten de schoolvakanties. Doet u dit wel, dan overtreedt u de Leerplichtwet. U kunt wel bij de schooldirectie een verzoek indienen voor verlof buiten de schoolvakanties. Dat kan alleen als het door uw beroep of dat van uw partner niet mogelijk is om in één van de schoolvakanties een gezinsvakantie van twee weken te hebben. Een verzoek tot vrijstelling heet officieel ‘beroep op vrijstelling’. VOORWAARDEN VERLOF VOOR VAKANTIE BUITEN SCHOOLVAKANTIE Wilt u toch een verzoek tot verlof buiten de schoolvakanties doen? Dan moet dit ten minste aan de volgende voorwaarden voldoen: Het gaat om een gezinsvakantie. Het gaat om maximaal 10 schooldagen. De vakantie kan niet plaatsvinden in de vastgestelde schoolvakanties vanwege het beroep van u of uw partner. Het verlof valt niet in de eerste twee weken na de zomervakantie. AANVRAGEN VERLOF VOOR VAKANTIE BUITEN SCHOOLVAKANTIE Dien de verlofaanvraag zo vroeg mogelijk in bij de directeur van de school. Bij voorkeur minimaal 8 weken van tevoren. Elke aanvraag voor vakantie buiten de schoolvakanties wordt individueel beoordeeld. De directeur vraagt u om een werkgeversverklaring of een eigen verklaring zelfstandige. Soms vraagt de directeur de leerplichtambtenaar om advies.
9
DUUR EN FREQUENTIE VAKANTIE BUITEN SCHOOLVAKANTIE U kunt uw kind maximaal één keer per jaar buiten de schoolvakanties meenemen op vakantie. U moet dan wel voldoen aan alle voorwaarden voor verlof en toestemming hebben van de directeur van de school. VERLOFAANVRAAG VAN MEER DAN 10 SCHOOLDAGEN Vakantieverlof buiten de schoolvakanties mag nooit langer dan 10 schooldagen duren. Dient u toch een verlofaanvraag in voor meer dan 10 dagen? Dan stuurt de directeur van de school de aanvraag door naar de leerplichtambtenaar. De ambtenaar hanteert de Leerplichtweg en laat over het algemeen het advies van de schoolleiding meewegen in het besluit. Meestal is ook een verklaring van een arts of sociale instantie noodzakelijk, waaruit blijkt dat verlof nodig is. BEZWAAR MAKEN TEGEN BESLISSING VAKANTIE LEERLING Bent u het niet eens met een beslissing over de vrijstelling? Dan kunt u schriftelijk bezwaar maken bij degene die de beslissing heeft genomen. De directeur van de school is verplicht de leerplichtambtenaar ongeoorloofd verzuim te melden. Tegen ouders/verzorgers die hun kind(eren) zonder toestemming van school houden, kan proces-verbaal opgemaakt worden. BENUTTING VAN DE VERPLICHTE ONDERWIJSTIJD De wet vereist dat kinderen na acht jaar basisschool 7.520 uur onderwijs hebben genoten. Hoofdstuk 6 - De organisatie van het onderwijs HET BEWAREN VAN LEERLING-GEGEVENS Naast het leerlingvolgsysteem, is er van ieder kind een leerling-dossier. Hierin worden belangrijke gegevens bewaard die later nodig zijn bij de leerlingenbespreking, het schoolkeuzeonderzoek of bij de verwijzing naar het speciaal basisonderwijs. Het beheer van deze dossiers strookt met de wettelijke regels betreffende privacy. Door de school worden in principe geen testuitslagen meegestuurd. Onderzoeksverslagen bij uitschrijven van de leerling naar een andere school, worden nooit zonder toestemming van de ouders verstuurd. De school heeft de plicht om de nieuwe (vo) school een onderwijskundig rapport of formulier warme overdracht te sturen. Ouders hebben inzage in deze informatie. Leerlingendossiers worden nog vijf jaar bewaard nadat het kind de school heeft verlaten en vervolgens vernietigd. Alleen adresgegevens en geboortedata worden bewaard om eventueel te kunnen gebruiken bij reünies. UITSTROOMGEGEVENS VAN LEERLINGEN De inspectie beoordeelt jaarlijks of de leerlingen van onze school op een niveau presteren dat van hen mag worden verwacht. ZORG VOOR HET KIND MET SPECIFIEKE ONDERWIJSBEHOEFTEN Soms kan een nader onderzoek soms op zijn plaats zijn. Hierbij kunnen wij gebruik maken van externe hulp zoals omschreven in een uitgebreid “Zorgplan”. Het zorgplan ligt ter inzage op school.
10
PASSEND ONDERWIJS Soms kunnen kinderen met een specifieke ondersteuningsbehoefte toch op een reguliere school het onderwijs volgen. Hier zijn extra ondersteuningsmogelijkheden voor beschikbaar. Ook kan een leerling een Toelaatbaarheidsverklaring krijgen via het Samenwerkingsverband voor een verwijzing naar het speciaal basisonderwijs of speciaal onderwijs. Maar er kan ook een onderwijsexpert (deskundige vanuit het Samenwerkingsverband) in de school komen ter ondersteuning of ter advisering van de betrokken leerkracht. Speciale hulpmiddelen kunnen indien nodig worden aangeschaft om het leren zo probleemloos mogelijk te laten verlopen. De bekostiging hiervan wordt dan georganiseerd via het Samenwerkingsverband. Vanaf 1 augustus 2014 is de Zorgplicht ingevoerd. Schoolbesturen moeten dan passend onderwijs op één van de Flore-scholen kunnen aanbieden of ervoor zorgen dat kinderen elders passend onderwijs krijgen. De wijze van uitvoering van deze wettelijke verplichting wordt via een “herijking van de zorg” voor de hele regio vastgesteld. Voor meer informatie over toelating en dergelijke kunt u terecht bij de directie. Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen en wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de kinderen. Groeidocument Kinderen die om welke reden dan ook extra ondersteuning nodig hebben van het samenwerkingsverband, worden aangemeld voor het zogenaamde ondersteuningsteam van de school. In dit ondersteuningsteam worden de leerlingen besproken en vervolgens wordt er voor ieder kind een plan gemaakt. Ouders zijn bij deze bespreking aanwezig. Afspraken vanuit deze besprekingen wordt vastgelegd in het groeidocument. Het ondersteuningsteam blijft de ontwikkeling van deze kinderen volgen. De leerkrachten in het ondersteuningsteam worden ondersteund door een onderwijsexpert. De ouders worden verzocht het groeidocument te ondertekenen. De ouders bevestigen daarmee dat zij op de hoogte zijn van de extra ondersteunende activiteiten voor hun kind.
Hoofdstuk 7 - De invulling van het onderwijs ACTIEF BURGERSCHAP EN SOCIALE INTEGRATIE Wij stellen ons ten doel om het actief burgerschap en de sociale integratie van leerlingen te bevorderen. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Burgerschap kan op verschillende manieren worden ingevuld. Sociale integratie verwijst naar de deelname van burgers, ongeacht hun etnische of culturele achtergrond, aan de samenleving in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. Het onderwijs binnen onze school: gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie en is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Actief burgerschap en sociale integratie wordt ingevuld in de lessen levensbeschouwelijke vorming/catechese en staatsinrichting.
11
Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Actief Burgerschap en sociale integratie vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore. SOCIALE VEILIGHEID Bij sociale veiligheid binnen de school gaat het niet alleen om het feit dat leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires veilig zijn op school, maar ook dat ze zich veilig voelen. Daarom wordt er planmatig gewerkt aan het veiligheidsbeleid. Dit beleid is erop gericht leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires een veilige omgeving te bieden. Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Sociale Veiligheid vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore. Hoofdstuk 8 - De ouders: inspraak en informatie DE BETROKKENHEID VAN DE OUDERS Een goed contact met de ouders is heel belangrijk. Natuurlijk, het gaat immers om het wel en wee van uw kind. Maar de school houdt u op de hoogte van wat er verder allemaal op school gebeurt. We stellen het anderzijds ook op prijs als u de school van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Immers: een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welzijn van uw kind. Er zijn verschillende manieren waarop u als ouder betrokken kunt zijn bij onze school en waarop de school u informeert over uw kind of onze school. INFORMATIEVOORZIENING NAAR DE NIET-VERZORGENDE OUDER In het Burgerlijk Wetboek wordt bepaald in art. 1:377b dat: de gezag ouder de niet-gezag ouder op de hoogte dient te stellen omtrent kwesties als leerprestaties en schoolkeuze. De school mag ervan uitgaan dat de ouders elkaar informeren over de schoolzaken en elkaar op de hoogte brengen over schriftelijke informatie van school, rapporten, ouderavonden, huisbezoeken en voortgangsgesprekken. Wanneer de gezag ouder de informatie echter niet verstrekt aan de niet-gezag ouder wordt in het Burgerlijk Wetboek bepaald in art. 1:377c dat: de scholen wettelijk verplicht zijn om de niet-gezag ouder informatie te verstrekken. De informatie moet bestaan uit belangrijke feiten en omstandigheden. Deze moet bovendien betrekking hebben op het kind (de kinderen) of op diens verzorging en opvoeding/ontwikkeling. De niet-gezag ouder dient nadrukkelijk te vragen om de informatie. Voor de leerkrachten is de gezaghebbende ouder het directe contactpersoon betreffende de ontwikkelingen en voortgang van het kind. Alleen informatie die ook de gezagsouder heeft ontvangen, mag worden verstrekt. MEDEZEGGENSCHAP U kunt als ouder of als medewerker op schoolniveau en op stichtingsniveau meepraten. MR op de school Elke school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Ouders en medewerkers kunnen zich verkiesbaar stellen voor deze raad. De MR praat onder andere over de onderwijskundige doelen van de school, het schoolplan, het financieel beleid van de school en de organisatie van de school. U kunt bij de directie van uw school meer informatie opvragen over de MR.
12
GMR van Stichting Flore Als u mee wilt praten over zaken die alle scholen raken, dan kunt u zich aanmelden bij de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR praat onder andere mee over het meerjarenplan, het financieel beleid van de stichting en andere beleidszaken en telt 24 zetels; 12 ouderzetels en 12 personeelszetels. Binnen de GMR zijn drie werkgroepen werkzaam: Onderwijs, Personele Zaken en Middelen. De GMR kent een dagelijks bestuur (DB) van drie leden. Zij dragen zorg voor de dagelijkse gang van zaken van de GMR, overleggen met de voorzitters van de werkgroepen en onderhouden contact met het CvB en het servicekantoor. Voor vragen op het gebied van medezeggenschap kunt u terecht bij het DB: iedere donderdag telefonisch bereikbaar 072-5660238 of via de mail:
[email protected]. SCHOOLGIDS/JAARKALENDER: PROCEDURE SCHOOLGIDS Wij vinden de betrokkenheid van de ouders bij de ontwikkeling van de schoolgids van belang omdat de gids ook bedoeld is voor de ouders. De leden van de MR denken en lezen mee met de leerkrachten tijdens het opzetten van de gids. De MR heeft instemmingsrecht op de schoolgids. Indien u wensen heeft betreffende de schoolgids of suggesties voor verbetering, kunt u contact opnemen met een lid van de MR of de directeur van de school. De schoolgids wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld en wordt uitgereikt aan ouders die zich bezig houden met de keuze van een basisschool of die een kind komen aanmelden. Op aanvraag krijgt ieder gezin met kinderen op onze school jaarlijks de gids uitgereikt. De gids ligt voor alle ouders ter inzage in de school en is op de website van de school te vinden. In de jaarkalender staat meer gedetailleerde informatie over het komende schooljaar. Het doel is om u te informeren over veel praktische zaken. SCHOOLPLAN De onderwijsinhouden en doelen staan beschreven in een schoolplan. Het schoolplan geldt voor een periode van vier jaar en is een intern instrument om ons houvast te bieden bij de gemaakte beleidskeuzes en bij de verdere planning van de uitvoering van dit beleid. In de bijlage van het schoolplan kunt u de in planning Beleidsvoornemens lezen waar de school op hoofdlijnen op in gaat zetten. In de tweede plaats dient het schoolplan om verantwoording af te leggen aan het eigen bevoegd gezag, Stichting Flore, en de Inspectie van het Onderwijs. De inspectie bezoekt scholen en beoordeelt onder andere of scholen aan de wettelijke eisen voldoen. Bij de totstandkoming van het schoolplan is de medezeggenschapsraad al in een vroeg stadium betrokken en is er gebruik gemaakt van een ouderenquête, leerlingenenquête, leerkrachtenquête, de uitkomsten van de laatste inspectiebezoeken en een eigen sterkte- en zwakte analyse. Het schoolplan wordt geschreven voor een periode van vier jaar. DE OUDERVERENIGING EN OUDERRAAD (OR) Elke Floreschool heeft een oudervereniging. Met het aanmelden van uw kind op de basisschool wordt u automatisch lid van de oudervereniging. De oudervereniging stelt zich ten taak het onderwijs voor zowel leerling als leerkracht zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het bestuur van de vereniging (de ouderraad) probeert dit te realiseren in goed overleg met het team en de directie. U kunt hierbij denken aan activiteiten als Sinterklaasfeest, kerstmaaltijd en schoolreisje. Ook u als ouder kunt over deze activiteiten meedenken en meebeslissen tijdens de openbare jaarvergaderingen.
13
DE OUDERBIJDRAGE Het is op school gebruikelijk dat ouders jaarlijks, met goedkeuring van de MR, een vrijwillige bijdrage betalen aan de oudervereniging. Deze bijdrage wordt gevraagd om activiteiten te kunnen bekostigen die buiten het normale lesprogramma vallen. Het gaat hierbij om kosten voor: - feestelijke activiteiten als Sinterklaas en kerstfeest - schoolreisje - activiteiten als museumbezoek/thema-avond/scholierenwedstrijden - culturele zaken - kamp groep 8. De ouderbijdrage wordt in de algemene ledenvergadering van de oudervereniging vastgesteld en heeft - wettelijk - een vrijwillig karakter. Hoofdstuk 9 - Rechten en plichten van ouders/verzorgers, leerlingen, directie en het bestuur KLACHTEN Overal waar gewerkt wordt worden fouten gemaakt, of gaat iets niet helemaal zoals gedacht. Dat is binnen onze stichting niet anders. Zo kan het voorkomen dat u een klacht heeft. Bij Stichting Flore zien wij een school als onderwijsgemeenschap waar medewerkers, kinderen en ouders gezamenlijk er voor zorgen dat de kinderen het beste uit zichzelf kunnen halen. Daarbij is het van groot belang om goed te communiceren over de goede, maar ook de minder goede zaken. Het is in aller belang om deze zaken bespreekbaar te maken en samen met betrokkenen op te lossen. Goed overleg Zaken waarvan u van mening bent dat het anders kan, kunt u in eerste instantie bespreken met de leerkracht van uw kind en/of de directeur van de school. Veruit de meeste klachten over de dagelijkse gang van zaken in de school kunt u in goed overleg oplossen. Wanneer het gesprek met de school niet tot het gewenste resultaat leidt, kunt u contact opnemen met het College van Bestuur van Stichting Flore via telefoonnummer 072-5660200 of u kunt het klachtenformulier op de site invullen.; www.stichtingflore.nl Vertrouwenspersoon Op elke school is een vertrouwenspersoon aangesteld. U kunt tevens terecht bij de vertrouwenspersoon van Stichting Flore, de heer R. Musman van de Onderwijsbegeleidingsdienst Noordwest- Holland. Ook de heer Musman gaat eerst na of door bemiddeling een oplossing kan worden bereikt en of u eerst heeft geprobeerd het probleem met de betrokkene of met de schoolleiding op te lossen. De heer Musman is bereikbaar onder nummer 0229-259380 of 06-52346536. Klachtenregeling Voor alle scholen van Stichting Flore is de Klachtenregeling van toepassing. Deze klachtenregeling is alléén van toepassing wanneer het overleg met de school en het overleg met het College van Bestuur niet tot tevredenheid heeft geleid. Met deze regeling hoopt Stichting Flore bij te dragen aan een goede communicatie over problemen en klachten en een, naar tevredenheid van alle partijen, acceptabele oplossing.
14
De klachtenregeling van Stichting Flore kunt u downloaden van onze site www.stichtingflore.nl. Ook kunt u daar het klachtenformulier invullen. Ernstige klachten kunnen vervolgens aangemeld worden bij de Stichting Geschillen Commissies Bijzonder Onderwijs (GCBO). Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Tel. 070 – 386 16 97 E-mail:
[email protected] Op de website www.gcbo.nl kunt u terecht voor informatie over de GCBO, de (klachten)procedures, de samenstelling van de commissies, de wet- en regelgeving en de jurisprudentie. De vertrouwensinspecteur van de schoolinspectie is bereikbaar via het Meldpunt 0900-1113111. U kunt hier terecht wanneer het gaat om intimidatie, fysiek en psychisch geweld. MELDCODE KINDERMISHANDELING Stichting Flore hanteert het landelijk vastgesteld Protocol Kindermishandeling dat is vastgesteld voor alle beroepskrachten die werken met kinderen tot 19 jaar door Bureau Jeugdzorg Agglomeratie Amsterdam/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling Amsterdam en Bureau Jeugdzorg Noord-Holland/Advies- en Meldpunt Kindermishandeling NoordHolland. U kunt dit protocol downloaden via www.protocolkindermishandeling.nl. Beroepskrachten hebben een bijzondere verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de kinderen en ouders met wie zij in hun werk te aken hebben. Zij zijn degenen die in actie moeten komen als er mogelijk sprake is van kindermishandeling of huiselijk geweld. Elke school heeft een aandacht functionaris aangesteld. Deze aandacht functionaris is het eerste aanspreekpunt voor teamleden, ouders en hulpverleningsinstanties bij vermoeden van kindermishandeling. Alle aandacht functionarissen op de scholen van Stichting Flore zijn geschoold in het hanteren van dit protocol. Wie de aandacht functionaris op onze school is, vindt u in de bijlage. VRAGEN OVER ONDERWIJS Het beleid van de rijksoverheid is erop gericht alle vragen bij één “loket” binnen te laten komen. Dat loket is Postbus 51. De Inspectie beantwoordt geen telefonische vragen meer van ouders. De volgende informatie is van belang: Inspectie van het onderwijs
[email protected] www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs: 0800-8051 (loket 51). Verwijderen van school Leerlingen van school verwijderen doen wij niet graag. Toch gaan wij hiertoe over als er gegronde redenen voor zijn. Stichting Flore heeft dan wel de plicht om een andere school te zoeken voor de leerling. Als zich een situatie voordoet, waarbij het bevoegd gezag of de directie bij ernstig wangedrag onmiddellijk moet optreden en er tijd nodig is voor het zoeken naar een oplossing kan een disciplinaire maatregel plaats vinden. Dit betekent dat het kind niet naar school mag en thuis zijn schoolwerk moet doen.
15
Verwijderen is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het College van Bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling (ouders) onherstelbaar is verstoord. Redenen om een leerling een disciplinaire straf te geven en of te verwijderen zijn: Het gedrag van de leerling is dusdanig dat het zijn eigen ontwikkeling en veiligheid in de weg staat. Het gedrag van de leerling is dusdanig dat dit het gevoel van veiligheid en het welzijn van andere leerlingen of de leerkrachten in gevaar brengt. De leerprestaties van de leerling zijn zodanig dat er op school geen mogelijkheden meer zijn om onderwijs te volgen passend bij het niveau van de leerling. De ouders van de leerling oefenen fysiek geweld uit tegenover leerlingen of leerkrachten. Verwijderen van school kan alleen als Stichting Flore een andere passende plek voor de leerling heeft gevonden. De volledige Regeling Verwijdering van leerlingen ligt ter inzage op school en is te downloaden via www.stichtingflore.nl. Deze maatregelen vallen onder de verantwoording van het College van Bestuur en worden slechts gebruikt na zorgvuldig onderzoek, na overleg met bijvoorbeeld de inspectie en na advies van een jurist. SPONSORING Sponsoring gaat om elke vorm van verstrekking van geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan de directie van de school, de leerkrachten, het niet-onderwijzend personeel of de leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt waarmee leerlingen of hun ouders in schoolverband worden geconfronteerd. Sponsoring mag geen enkele invloed hebben op de inhoud van het onderwijs. Schenkingen vallen niet onder sponsoring omdat er geen vorm van tegenprestatie verwacht wordt. Elk voornemen tot sponsoring wordt door de directie met de medezeggenschapsraad besproken. De directie van de school is te allen tijde verantwoordelijk voor hetgeen binnen de schoolorganisatie ten aanzien van sponsoring plaatsvindt. Als beleid conformeert Stichting Flore zich aan de richtlijnen van het Ministerie van ocw. Zie hiervoor het convenant “Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring 20152018”.
16
WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID Hoe is uw kind verzekerd? Stichting Flore heeft een uitgebreid verzekeringspakket afgesloten voor alle scholen. Naast de wettelijk verplichte aansprakelijkheidsverzekering is er een schoolongevallenverzekering, een schoolevenementen verzekering en een doorlopende reisverzekering. De verzekeringen gelden voor personeel, kinderen en hulp/overblijf-ouders. Dit betekent onder andere dat kinderen verzekerd zijn tijdens schooltijden en een kwartier ervoor en erna. Ook zijn de kinderen en hulpouders verzekerd tijdens overblijven, schoolreisje, schoolkamp en andere schoolse activiteiten. Let wel: schade ten gevolg van eigen onzorgvuldig handelen blijft de verantwoordelijkheid van de ouders. Indien kinderen elkaar onder schooltijd schade berokkenen worden de kosten op de verzekering van de ouders verhaald en niet door de schoolverzekering gedekt. Het is niet noodzakelijk om een ongevallen-inzittenden-verzekering voor uw auto af te sluiten wanneer u voor schoolactiviteiten kinderen vervoert. De school heeft een verzekering werkgeversaansprakelijkheid verkeersdeelnemers die ook van toepassing is op vrijwilligers en ouders. Kinderen jonger dan 12 jaar en korter dan 1,50 meter moeten gebruik maken van een stoel verhoger. Iedere gordel moet worden gebruikt en op de achterbank zijn dit er dikwijls drie. Kinderen mogen nooit los in de auto vervoerd worden.
Hoofdstuk 10 - Praktische zaken MEDICIJNVERSTREKKING EN MEDISCHE HANDELINGEN Wanneer het nodig is dat uw kind onder schooltijd (bijvoorbeeld) medicijnen moet innemen, dan moet u als ouder zorg dragen voor iemand die de medicijnen komt verstrekken. De leerkracht mag geen medische handelingen verrichten of medicijnen verstrekken . Het protocol ‘Medicijnverstrekking en medische handelingen op basisscholen’ ligt ter informatie bij de directie of is te downloaden via www.stichtingflore.nl. SCHOONMAAK Stichting Flore heeft voor alle scholen de schoonmaak via een Europese aanbesteding ondergebracht bij Succes en Asito. Klachten over de hygiëne en netheid in de school kunt u neerleggen bij de directie. Hoofdstuk 11 - Veiligheidsbeleid Op grond van de Arbo-wet moeten alle scholen een veiligheidsplan hebben. Voor de scholen onder Stichting Flore is een gezamenlijk Arbo-beleidsplan ontwikkeld. In dit beleidsplan worden afspraken rond fysieke en sociale aspecten van veiligheid geregeld. Aan dit plan is een overzicht “Veiligheid Gezondheid, Welzijn en Milieu” gekoppeld. Daarin worden op een praktische manier documenten, afspraken en adressen die onze school aangaan, zichtbaar, en dus toegankelijk gemaakt.
17
In het beleidsplan worden ook de koppelingen aangegeven naar vastgestelde beleidsdocumenten op bestuursniveau en worden de acties beschreven voor het plan van aanpak van de organisatie. Op onze school is de directeur preventie-verantwoordelijke. Hij/zij is het aanspreekpunt in de school voor de leerlingen, teamleden, ouders en externe partijen. In de uitvoering wordt de directie ondersteund door onze BHV-ers (bedrijfshulpverleners) en de leerkrachten. Iedere vier jaar vindt op school een RI&E (Risico Inventarisatie en Evaluatie) plaats. Daarbij wordt de Arbodienst ingeschakeld. Algemene zaken voortkomend uit de RI&S van alle Florescholen worden in de MR besproken en gekoppeld en uitgewerkt in het plan van aanpak van Stichting Flore. De school voldoet aan de wettelijke eis van het benodigde aantal bedrijfshulpverleners in de school. Deze bedrijfshulpverleners worden jaarlijks geschoold in o.a. de Flore Kwekerij.
18
SCHOOLGIDS 2015-2016
RK BASISSCHOOL BENEDICTUS J.P. HASEBROEKWEG 21 1851 CK HEILOO
19
Hoofdstuk 12 - Waar de school voor staat De naam Benedictus staat onder andere voor: Laat geen enkel werk te gering voor je zijn. Doe in alle eenvoud wat van je wordt gevraagd. Wees verdraagzaam. Probeer in de mens die op je afkomt het goede te zien. 12.1 Missie en visie Benedictusschool Ieder kind heeft recht op het onderwijs en de opvoeding die bij hem of haar past. Het geven van onderwijs is meer dan alleen kennisoverdracht. Vanuit onze katholieke achtergrond proberen wij kinderen te begeleiden bij de ontwikkeling van hun eigen identiteit. Het past bij onze school dat de kinderen zich bewust worden dat zij iets kunnen betekenen voor anderen. Als school vinden wij het onze taak om een sfeer van vertrouwen en veiligheid te creëren waarbinnen kinderen zich in een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen ontwikkelen. Wij zien de school als eenheid en werken continu aan een gemeenschapsgevoel vanuit een gedeelde visie en gezamenlijke waarden en normen. Wij hebben een visie geformuleerd op mens, kind, samenleving en maatschappij, opvoeding en onderwijs. Uit deze visie hebben wij consequenties getrokken voor het onderwijs op onze school. De weg van opvoeding en onderwijs moet leiden tot zelfverantwoordelijke zelfbepaling: volwassenheid (18 tot 20 jaar). De Benedictusschool neemt een groot deel (40%) van het traject van de weg naar de volwassenheid van het kind voor zijn rekening. Naast het geven van onderwijs zien wij het daarom als onze taak om een bijdrage te leveren aan de opvoeding van kinderen. Kernwoorden - welbevinden en vrijheid - zelfstandigheid en verantwoordelijkheid - ononderbroken ontwikkelingsproces - realisatie van de doelen van het basisonderwijs - een kritische houding t.o.v. jezelf en de omgeving - mediacompetent De Benedictusschool als centrum voor verandering Schoolontwikkeling staat in dienst van de kinderen omdat we het kind centraal stellen. Wij willen ons onderwijs steeds meer op de vraag en de mogelijkheden van het kind afstemmen. Wij vinden het belangrijk dat we de kinderen toerusten met vaardigheden. De school wil leerlingen ook opvoeden tot ‘geletterde’ gebruikers van mediaboodschappen. In ons onderwijsaanbod hebben we ervoor gekozen kennisoverdracht en vorming te waarborgen door methodisch en thematisch te werken. Het team stelt dat onze basisschool continu in beweging is; het is een pluriforme en dynamische organisatie. Onder pluriform verstaan wij: individueel werk; werken in kleine groepjes; klassikale activiteiten; groep gebonden of groep overstijgend. Door kinderen met verschillende werkvormen de samenwerkingsvaardigheden te laten oefenen, komen zij tot coöperatief oftewel samenwerkend leren.
20
De Benedictusschool staat regelmatig stil bij normen en waarden. Gesprekken met kinderen over bepaalde normen en waarden dragen bij aan het proces waarbij de kinderen ontdekken wie ze zijn, wat ze denken en waarom ze iets doen. Normen en waarden worden ook duidelijk door een begrijpelijke regelgeving. Het team van de Benedictusschool heeft daarom gekozen voor een heldere aanpak. Aan de hand van een aantal (school)regels wordt duidelijk welke weg wij willen bewandelen om te komen tot een respectvolle, veilige samenleving. In hoofdstuk 15.7 (schoolregels) kunt u dit terug lezen. 12.2 Enkele kwaliteiten Het geven van goed onderwijs is onze belangrijkste doelstelling; voldoende kennis en vaardigheden voor het vervolgonderwijs, een goede voorbereiding op de maatschappij en een zelfstandige ontplooiing van het kind zijn hiervan een nadere uitwerking. We stemmen het onderwijs zoveel mogelijk af op de behoeften van de kinderen. Bij de keuze of aanschaf van boeken, materialen en methodes houden wij daar ook rekening mee. De kwaliteit van de school wordt mede bepaald door de mensen die er werken en de wijze waarop ze dat doen. Jaarlijks wordt er veel geïnvesteerd in de professionalisering van leerkrachten en directie. Daarnaast wordt veel tijd door het team besteed aan samenwerking en overleg. De school stelt het op prijs dat ouders meedenken en betrokken zijn. Het is mogelijk om een ouderpanel bijeen te roepen om over bepaalde schoolzaken te discussiëren Een aantal leerlingen en ouders wordt tweejaarlijks uitgenodigd om online een vragenlijst in te vullen o.a. met betrekking tot kwaliteit en welbevinden. Deze vragenlijst is beveiligd met een inlogcode en dus niet voor iedereen in te zien. Om de kwaliteit van het onderwijs te bewaken en te verhogen is het nauwkeurig volgen van de ontwikkeling van leerlingen van belang. Wij hebben oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling evenals voor de prestaties van kinderen. Mede door het CITOleerlingvolgsysteem hebben wij zicht op de individuele prestaties, de groepsprestaties en de schoolprestaties. De sociaal-emotionele ontwikkeling van elk kind wordt twee keer per jaar door team, interne begeleider en directeur doorgesproken. Wij zijn samen verantwoordelijk voor de zorg op school.
Hoofdstuk 13 - De school 13.1 De geschiedenis van de school Op 1 augustus 1971 is de Sint Benedictusschool van start gegaan met vier leerkrachten in twee semipermanente lokalen aan de Laan van Zeeman. De school werd opgericht door het toenmalig katholieke bestuur van Heiloo dat al twee scholen onder zich had (de Radboudschool en de Adelbertschool). Op 5 april 1973 werd de school aan de J.P. Hasebroekweg officieel geopend. Op het kleine schoolplein hing een schervenmozaïek, dat St. Benedictus voorstelde en was een cadeau voor de heer M.W. Maas, die hoofd werd op de Benedictusschool. Op 1 augustus 1985 kwam de Christoffelkleuterschool bij de Sint Benedictusschool. Vanaf toen bestond de rooms-katholieke basisschool Benedictus met de heer A. Duijnmeijer als directeur van 1983 tot 1998.
21
Vanaf 1 augustus 1999 tot heden is mevrouw T. Ruijter-Winder directeur. Van 1999 tot 2007 viel de Benedictusschool onder de stichting Kaprion, een stichting met twintig katholieke basisscholen. In januari 2007 is het bestuur van Kaprion gefuseerd met het bestuur van Valete uit Heerhugowaard en is de nieuwe Stichting Flore ontstaan met nu nog 30 scholen. Op 20 juni 2008 werd feestelijk afscheid genomen van het oude schoolgebouw en kon de sloop beginnen. In september 2008 werd een start gemaakt met de bouw van de nieuwe Benedictusschool op het vertrouwde adres aan de J.P. Hasebroekweg 21. Vanaf 13 juni 2008 tot 12 oktober 2009 waren de kinderen tijdelijk in noodlokalen op het grasveld gehuisvest aan de Hofdijkweg 50 (dit huisnummer werd speciaal verstrekt) en op 30 meter van de nieuw te bouwen school. In schooljaar 2009-2010 werd op 13 oktober 2009 de nieuwe schoolgebouw in gebruik genomen. In mei 2015 werd i.v.m. capaciteitstekort de personeelskamer samen met de buitenberging tot een extra klaslokaal verbouwd. 13.2 Situering van de school De school is gelegen in Heiloo-Oost, ook wel Plan Oost genoemd. De school ligt in een rustige groene buurt die wat betreft leeftijdsopbouw gemengd is samengesteld.
Hoofdstuk 14 - Personeel 14.1 Het team Personeelsleden hebben een bestuur aanstelling bij Stichting Flore. Het personeel is bevoegd en de professionele ontwikkeling van al het Flore-personeel wordt bijgehouden in een bekwaamheidsdossier. Het team bestaat uit een directeur, leerkrachten, begeleiders van kinderen met een rugzak, een onderwijsassistente, een Intern Begeleider en een administratief medewerker. Niet alle leerkrachten werken fulltime. Dat houdt in dat soms twee leerkrachten (in nood drie) samen de verantwoording hebben voor één groep. We streven ernaar om leerkrachten na een aantal jaren te laten wisselen van groep, echter zodanig dat kinderen niet drie jaar achtereen dezelfde leerkracht hebben. Bij compensatieverlof van een leerkracht wordt hij/zij zoveel mogelijk vervangen door iemand van het eigen team. Bij ziekte of verlof proberen we vervanging te laten plaatsvinden door steeds dezelfde invaller/invalster. Hierbij kunnen wij gebruik maken van leerkrachten uit een invalpool. Directie De leiding van de school is vanaf 1 augustus 1999 in handen van mevrouw Theresia RuijterWinder. Het management van de school bestaat uit de directeur; een waarnemend directeur /zorgcoördinator. Bijzondere taken Iedere leerkracht heeft naast de lesgevende taken ook functietaken. De leden van het management bewaken samen met de interne begeleider de kwaliteit van de zorg op school en voeren met leerkrachten gesprekken over de zorgleerlingen binnen de groep. Er zijn vier leerkrachten van onze school opgeleid tot bedrijfshulpverlener. Op onze school is een techniekspecialist, muziekspecialist en ICT-er aanwezig.
22
Scholing van leerkrachten Stichting Flore heeft een eigen ‘opleidingstak’; de Flore Kwekerij. In de Kwekerij kunnen alle leerkrachten van Stichting Flore zich onder andere scholen op gebieden als Gedrag, Taal, Rekenen, Wetenschap en Techniek, Het Jonge Kind, ICT en Bedrijfshulpverlening. Het Flore scholingsaanbod past ook bij de veranderonderwerpen uit het Koersplan 2012-2016 van Stichting Flore. In de CAO Primair Onderwijs is opgenomen dat individuele personeelsleden recht hebben op scholing, wanneer dit past bij hun persoonlijke ontwikkeling. De CAO omschrijft dit als volgt: Er is wederzijdse afstemming tussen de wensen van de werknemer met betrekking tot haar of zijn professionele ontwikkeling en de ontwikkelingsdoelen van de organisatie. Het beschikbare budget voor professionalisering wordt verdeeld in een collectief deel en een persoonlijk ontwikkelingsbudget. Per Fte is een scholingsbudget van €500,00 in de CAO van 1-8-2015 vastgelegd. De verdeling behoeft instemming van het personeelsdeel van de MZR. Stichting Flore geeft hier met de eigen Flore Kwekerij op een professionele manier invulling aan. Daarnaast kan een school ook kiezen voor gezamenlijke teamscholing op basis van de onderwerpen uit het vierjarig schoolplan en het daarmee samenhangende jaarlijkse schoolontwikkelingsplan. De professionele ontwikkeling van al het Florepersoneel wordt bijgehouden in een bekwaamheidsdossier. 14.2 Studenten Stichting Flore verplicht de scholen om 50% van de formatieplaatsen (aantal groepen) beschikbaar te stellen voor stageplekken. Hierover is met de hogescholen een afspraak gemaakt. Ieder schooljaar lopen studenten van de PABO; de opleiding voor leerkrachten, stage op de Florescholen. Zij geven les onder verantwoordelijkheid van de leerkracht door wie zij worden begeleid. Deze leerkrachten zijn door Stichting Flore tot bevoegd mentor opgeleid. Studenten in het laatste jaar van hun opleiding kunnen solliciteren naar een LIO-plaats. LIO betekent “leerkracht in opleiding”. De student(e) zal gedurende een half jaar een aantal dagen per week de verantwoordelijkheid voor een klas op zich nemen. De groepsleerkracht blijft wel eindverantwoordelijk. In principe kan een jaargroep eenmaal een LIO-student krijgen. Alleen voor de tweede helft van het schooljaar in groep 8 kan voor de tweede keer een LIO toegelaten worden. De Benedictusschool is een erkend leerbedrijf dat garant staat voor leermogelijkheden en deskundige begeleiding en staat opgenomen in het openbare bedrijvenregister van Calibris. In veel groepen worden regelmatig stagiaires van het MBO begeleid die de opleiding tot “onderwijsassistent” volgen. We zetten deze extra handen in de klas dankbaar in. Steeds vaker komen ook studenten met een aanverwante opleiding stage lopen zoals bijv. de opleiding tot verzorgende, kinderopvang of secretarieel medewerker. 14.3 Passend Onderwijs: het aanmelden van een leerling op de Benedictusschool (zie website ; www.benedictusschool.nl-school- Passend Onderwijs) Procedure op schoolniveau: 1. Ouders maken een afspraak en krijgen een rondleiding van de directeur. Kinderen zijn tussen 2 en 3 jaar oud als zij kunnen worden aangemeld, aanmelden gebeurt in ieder geval minimaal 10 weken voor het vierde jaar. Ouders krijgen een voorlopig inschrijfformulier mee en het formulier wordt verwerkt in de administratie.
23
2.Bevestiging sturen De administratie stuurt een bevestiging van voorlopige inschrijving met daarop vermeld dat - de aanmelding voor de gekozen locatie wordt verwerkt en als uit het intakegesprek ongeveer zes weken voor de vierde verjaardag van het kind geen nieuwe bijzonderheden naar voren komen volgt inschrijving op de Benedictusschool. - als op het aanmeldingsformulier bijzondere kind kenmerken staan vermeld waardoor de school met hulp van het samenwerkingsverband vanaf zes weken voor de vierde verjaardag of eerder, onderzoekt of zij een mogelijk een passende zorgvraag gericht op onderwijsbehoefte van het kind kan formuleren. 3. Intakegesprek: Ongeveer zes weken voor de vierde verjaardag wordt door de leerkracht contact opgenomen en volgt een aanvullend gesprek over o.a. bijzonderheden die nog niet staan vermeld op het aanmeldingsformulier. 4. Kind dossier Alle objectieve gegevens van trajecten die het kind doorloopt (is er begeleiding voor het kind en door wie gebeurt dit) moeten vanaf zes weken voor de vierde verjaardag door de ouders worden aangeleverd: Voor de definitieve inschrijving van de leerling op de voorkeurslocatie kan plaatsvinden wordt de school geacht indien nodig de primaire hulpvraag van het kind gericht op onderwijs in kaart te brengen. Meestal zijn alleen de secundaire uitingen zichtbaar. Het intakegesprek gaat o.a. over: 1. Wat is de status zes weken voor de definitieve inschrijving van een eventuele randorganisatie genoemd op het aanmeldingsformulier? 2. Is er een randorganisatie tussen aanmeldingsmoment en intakemoment betrokken geraakt? Denk bijv. aan opvoedpoli -logopedist –kinderarts. 5. Dossier compleet: - Als het dossier met objectieve trajectgegevens etc. is aangeleverd door de ouder(s)/verzorger(s) kan de school indien nodig voor ondersteuning contact opnemen met het samenwerkingsverband. Samenwerkingsverband PO2703 Noord-Kennemerland Postadres: Postbus 279, 1700 AG Heerhugowaard Bezoekadres: W.M. Dudokweg 47, 1703 DA Heerhugowaard - De school mag pas na schriftelijke toestemming van de ouders het dossier overleggen aan het samenwerkingsverband. 6. De acties die volgen: 1. Het kind dossier wordt afgepeld om een prognose te maken van de onderwijsbehoefte van het kind en het zorgarrangement vast te stellen. De school stelt vervolgens vast of de zorgbehoefte past bij de zorgarrangementen van de Benedictusschool zoals beschreven in het schoolondersteuningsprofiel (zie website; www.benedictusschool.nlschool - Passend Onderwijs).
24
De volgende vragen zijn o.a. van belang: -Welke ontwikkeling heeft een kind doorlopen -Waar ligt nog de eerste focus (bijv. op lichamelijk herstel?) -Wat zijn de cognitieve capaciteiten van het kind? -welke fysieke onhandigheid komt in beeld komen, bijv. sensormotoriek - Hoe is de sociale ontwikkeling -Hoe gaat men thuis om met kind en zorgbehoefte -Taalontwikkeling en thuistaal -Medicijngebruik -Zindelijkheid 2. Het samenwerkingsverband helpt ouders om de meest adequate lesplaats voor hun kind te vinden. Dat kan in principe de school van aanmelding zijn. 3. Mocht de aanmelding niet kunnen op de school dan heeft het samenwerkingsverband de regie en zal zij de ouders naar een juiste plek voor hun kind doorverwijzen. 14.4 Indeling van de groepen Groep 1 en 2 zijn gemengde groepen, dat wil zeggen dat 4-, 5- en 6-jarigen bij elkaar zitten. Wij hanteren 1 oktober als peildatum voor de overgang van leerlingen uit groep 2 naar groep 3. Kinderen kunnen ook versnellen als duidelijk is dat een kind ‘toe’ is aan groep 3. Kinderen die geboren zijn tussen 1 oktober en 1 januari mogen volgens de wet ook doorstromen naar groep 3. Deze groep kleuters zijn ‘bespreek kinderen’. Zij worden net als alle (oudste) kleuters op een aantal ontwikkelingsgebieden gevolgd. Soms kan rijping leiden tot de afweging voor een extra kleuterjaar. Per kind wordt deze ontwikkeling bekeken, vastgelegd en besproken met ouders. Vanaf groep 3 hanteren wij, indien formatief mogelijk, als uitgangspunt homogene groepen (leeftijd bij elkaar) en daardoor kan het zijn dat de ene groep onder het gemiddeld aantal leerlingen zit en een andere groep erboven. In principe houden wij rekening met een maximale groepsgrootte in de onderbouw van 28 kinderen en in de bovenbouw van 34 kinderen. Wanneer groepen boven die norm komen of dicht in de buurt dan proberen wij ‘meer handen in de klas” te organiseren. Onder de onderbouw verstaan we de groepen 1 tot en met 4. Onder de bovenbouw verstaan we de groepen 5 tot en met 8.
25
14.5 School en prognose In de afgelopen tien jaar is het leerlingenaantal gestegen van 150 tot 250 kinderen Op 1 oktober 2013 telde de school 267 leerlingen, verdeeld over 11 groepen. Op 1 oktober 2015 telt de school circa 269 leerlingen. De komende jaren zal het leerlingenaantal waarschijnlijk weer rond de 250 leerlingen liggen. Het aantal leerkrachten is 20. Bij het indelen in groepen (klassen) zijn wij gebonden aan de huidige formatie, dat wil zeggen de verdeling van de beschikbare leerkrachten over de groepen. Wij streven naar homogene (enkele) groepen maar zullen vanwege (landelijke) krimp in de komende jaren net als op de andere scholen, combinatiegroepen moeten maken. De school kampt vanaf 1999 en nog steeds vanaf de nieuwbouw in 2009 met een lokalentekort en huurt daarom van de gemeente 2 lokalen in de dislocatie van voormalig Springschans-Oost gebouw. De gemeente heeft in 2013 de onderwijsbestemming van het gebouw afgehaald en daarom heeft het bestuur van Stichting Flore in mei 2015 een inpandige verbouwing mogelijk gemaakt op de hoofdlocatie waarbij de personeelskamer en buitenberging tot een lokaal zijn verbouwd. 14.6 Schooltijden De school draait vanaf 1 augustus 2015 met een continurooster waarbij de schooltijden voor alle kinderen gelijk zijn. De kinderen gaan gemiddeld per jaar 945 uur naar school en voldoen daarmee aan de minimale wettelijke onderwijstijd na 8 jaar van 7520 uur. De schooltijden De kinderen van groep 1 tot en met 8 gaan op maandag dinsdag donderdag en vrijdag van 8.30 uur tot 14.30 uur naar school. Op woensdag gaan de kinderen van groep 1-8 van 8.30 uur tot 12.00 uur naar school. Tijdens de ochtendpauze drinken kinderen water of hebben een pakje drinken mee en krijgen zij van school een biscuit. De middagpauze duurt een ½ uur en de kinderen eten samen met de leerkracht hun lunch. De lunchtrommel moet een gezonde lunch bevatten. Schooltoezicht Vanaf 8.20 uur mogen de kinderen naar binnen. Om 8.30 uur gaan de deuren dicht. Wilt u hiermee rekening houden met het afscheid nemen van uw kind(eren)? Tijdens de pauze is de leerkracht samen met de groep buiten op het plein. De route van school naar de gymzaal gaat geheel over het trottoir en onder begeleiding. 14.7 Afwezigheid leerling Tussen 8.00 uur en 8.30 uur kunt u de school telefonisch berichten over de onverwachte afwezigheid van uw kind. Alle afwezigheid wordt geregistreerd als Geoorloofd of Ongeoorloofd verzuim. Wij geven in principe geen toestemming voor een bezoek aan een arts of tandarts onder schooltijd. De nieuwe schooltijden bieden namelijk voldoende mogelijkheden om afspraken na schooltijd te plannen. Bij het schoolbezoek van de inspecteur wordt de absentieadministratie ook gecontroleerd. 14.8 Therapie en behandeling niet onder schooltijd Behandeling van ernstige, enkelvoudige dyslexie vindt plaats op indicatie, zoals bijvoorbeeld ook logopedie, fysiotherapie of orthodontie. Een bezoek aan deze behandelaars dient na schooltijd plaats te vinden. Er wordt in principe geen verlof verstrekt. Scholen zijn niet verplicht om kinderen tijdens schooltijd vrijaf te geven. Het continurooster op de Benedictusschool maakt het mogelijk om op woensdag vanaf 12.00 uur en de andere schooldagen na 14.30 uur afspraken te maken. De verantwoordelijkheid voor het verzuim ligt zowel bij de ouders als bij de school.
26
14.9 Uitval van gymlescompensatie Bij ziekte van een leerkracht zijn wij blij als we tijdig een invaller kunnen regelen voor een groep. Liever een invaller zonder gymbevoegdheid dan een groep naar huis sturen is ons uitgangspunt. Er wordt in nood ter compensatie dan langer buitengym en spel gegeven. Bij langdurige vervanging (>3 weken) wordt een gymbevoegde leerkracht uit de andere groep ingezet. Hoofdstuk 15 - De organisatie van het onderwijs 15.1 Doelstelling Het onderwijs wordt zodanig ingericht dat de leerlingen een ononderbroken ontwikkelingsproces kunnen doorlopen en wordt afgestemd op de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. De schooldag duurt maximaal 5,5 uur, behalve op woensdag. Het grootste gedeelte van de ochtend bestaat verder uit reken- en taalactiviteiten. ‘s Middags is er meestal wereldoriëntatie, levensbeschouwing, techniek en zijn er verschillende expressieactiviteiten. In de groepen 7 en 8 wordt ook Engels gegeven. In principe wordt er volgens een vast rooster gewerkt. 15.2 Blijven werken aan kwaliteit Om een goede kwaliteit van het onderwijs te waarborgen worden de kinderen vanaf het moment dat zij onze basisschool instromen in hun ontwikkeling gevolgd. In groep 1 t/m 8 wordt gewerkt met CITO Viseon. In de groepen 5 tot en met 8 wordt naast het leerkrachtendeel ook het leerlingendeel van Viseon gebruikt om de sociaal-emotionele ontwikkeling te volgen. 15.3 Leerlingvolgsysteem Op onze school wordt in alle groepen gebruik gemaakt van het CITO-leerlingvolgsysteem. Spelling, Rekenen en Begrijpend lezen voor de kinderen vanaf groep 3 tot en met 8. Voor de kleuters zijn de CITO-toetsen ordenen, ruimte en tijd en taalvaardigheid ingevoerd. Waarom kiezen wij voor CITO? Door het gebruik van deze toetsen in alle groepen ontstaat er een doorgaande lijn. Bovendien is deze toets landelijk genormeerd. Alle toetsuitslagen (methodegebonden) en CITO-uitslagen (niet methodegebonden) worden vergeleken en daardoor blijven wij kritisch blijven kijken naar o.a. het eigen onderwijsaanbod. Het CITO-instrument is voor ons een middel om te signaleren. Het leerproces van kinderen op zich wordt echter niet gemeten. In teamvergaderingen spreken wij over de sociaalemotionele ontwikkeling, de toetsuitslagen en vragen wij ons af hoe het komt dat een kind op een bepaalde manier iets presteert of laat zien. Zo proberen wij ook kritisch te zijn naar onszelf, het onderwijs en de kwaliteit van het onderwijsaanbod naar de kinderen. 15.4 Het bewaren van leerling-gegevens Naast het leerlingvolgsysteem is er van ieder kind een leerling-dossier. Hierin worden belangrijke gegevens bewaard die later nodig zijn bij de leerlingenbespreking, het schoolkeuzeonderzoek of bij de verwijzing naar het speciaal basisonderwijs. Het beheer van
27
deze dossiers strookt met de wettelijke regels betreffende privacy. Door de school worden nooit onderzoeksverslagen meegestuurd bij uitschrijven van de leerling naar een andere school, zonder toestemming van de ouders. De school heeft de plicht om de nieuwe school een onderwijskundig rapport te sturen. Ouders hebben inzage in deze informatie. Leerlingdossiers worden nog vijf jaar bewaard nadat het kind de school heeft verlaten en vervolgens vernietigd. Alleen adresgegevens en geboortedata worden bewaard om eventueel te kunnen gebruiken bij reünies. 15.5 Uitstroomgegevens van leerlingen De inspectie beoordeelt jaarlijks of de leerlingen van onze school op een niveau presteren dat van hen mag worden verwacht. Wij laten regelmatig kinderen toe van andere scholen met een ‘zorgdossier’ en het is logisch dat daarmee ook de CITO-uitslag mogelijk wordt beïnvloed. Onderstaand het overzicht tot en met 2014:
VWO HAVO/VWO HAVO TL/HAVO MAVO VMBO GL/TL VMBO KB/TL KB BASIS BEROEPS VSO -
2009 5 9 4
2010 8 4 3 8
2011 5 4 1 6
2012 7 12 2 3
2013 3 13 6
2 4 -
1 1 -
1 -
3 1 2
2 2 4
1
-
-
-
2014 4 6 3 8 6 2 2 7
2015 7 10 4
5 1
1
15.6 Opbrengsten De school scoorde in 2014-2015 op de M toetsen CITO begrijpend lezen-rekenen en spelling voldoende, d.w.z. binnen de norm. De opbrengsten van de uitstroomgroep op de Landelijke CITO liggen dit jaar met 538 ruim boven het gemiddelde. Kinderen, ouders en leerkrachten waren tevreden met deze score op de Eindcito. 15.7 Groeidocument met ontwikkelingsperspectief Kinderen die om welke reden dan ook extra zorg of ondersteuning nodig hebben, komen in het zogenaamde zorgteam van de school. In dit zorgteam worden de leerlingen besproken en vervolgens wordt er voor ieder kind een plan en groeidocument gemaakt. De leerkrachten worden ondersteund door een zorgteam volgens de nieuwe structuur van passend onderwijs. De leerkracht bespreekt met de ouders het groeidocument/ontwikkelperspectief dat moet worden ondertekend. De ouders bevestigen daarmee dat zij op de hoogte zijn van de extra ondersteunende activiteiten voor hun kind.
28
Hoofdstuk 16 - De invulling van het onderwijs 16.1 Actief burgerschap en sociale integratie Wij stellen ons ten doel om het actief burgerschap en de sociale integratie van leerlingen te bevorderen. Actief burgerschap verwijst naar de bereidheid en het vermogen deel uit te maken van een gemeenschap en daar een actieve bijdrage aan te leveren. Burgerschap kan op verschillende manieren worden ingevuld. Sociale integratie verwijst naar de deelname van burgers, ongeacht hun etnische of culturele achtergrond, aan de samenleving in de vorm van sociale participatie, deelname aan de maatschappij en haar instituties en bekendheid met en betrokkenheid bij uitingen van de Nederlandse cultuur. Het onderwijs binnen onze school: gaat er mede vanuit dat de leerlingen opgroeien in een pluriforme samenleving; is mede gericht op het bevorderen van actief burgerschap en sociale integratie en is er mede op gericht dat leerlingen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdgenoten. Wij werken met thema’s waarbij wij in het kader van o.a. sociale veiligheid en pesten geïntegreerd aandacht schenken aan de volgende vormingsgebieden: Relaties en seksualiteit- actief burgerschap en staatsinrichting; sociale integratie en catechese. Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Actief Burgerschap en sociale integratie vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore 16.2 Sociale veiligheid Bij sociale veiligheid binnen onze school gaat het niet alleen om het feit dat leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires veilig zijn op school, maar ook dat ze zich veilig voelen. Daarom werken wij planmatig aan ons veiligheidsbeleid. Dit beleid is erop gericht leerlingen, ouders, personeel, vrijwilligers en stagiaires een veilige omgeving te bieden. Tweejaarlijks wordt een veiligheid enquête afgenomen. De resultaten publiceren wij op de website. -Iedere leerkracht is door de Intern Begeleider geschoold in het protocol kindermishandeling -Alle leerkrachten zijn vanaf 2014 gecertificeerd Kanjertrainer Voor alle scholen van Stichting Flore is het beleidsdocument Sociale Veiligheid vastgesteld. Dit document is te downloaden van de site van Stichting Flore 16.3 Werkwijze in de groepen 1 - 2 In de kleuterbouw werken we volgens het principe van de basisontwikkeling. Dit betekent dat we het onderwijs zoveel mogelijk aanpassen aan het niveau en de interesse van het individuele kind. In de kleuterbouw werken we regelmatig met thema’s. Deze ontstaan naar aanleiding van ideeën van de kinderen of op initiatief van de leerkracht. De verschillende activiteiten sluiten dan bij het thema aan. Het komt voor dat er verplichte activiteiten zijn, die alle kinderen een keer doen. Tijdens de speelwerktijd hebben de kinderen een vrije keuze uit de activiteiten. De activiteiten tijdens de speelwerktijd worden aangeboden door de leerkracht, maar ook eigen initiatieven en ideeën van de kinderen worden gestimuleerd. Wat staat er zoal op het rooster? Er zijn veel verschillende activiteiten, zoals kringactiviteiten, speelwerktijd, gym of buitenspelen, voorbereidende taal- en rekenactiviteiten, muziek en zelf te kiezen activiteiten. Verder leren we de kinderen hoe ze zichzelf zo zelfstandig mogelijk kunnen redden. Ook
29
besteden we veel aandacht aan de omgang van de kinderen met elkaar. ‘s Morgens hebben we halverwege een pauze, waarin de kinderen iets kunnen drinken en eten. 16.4 Rekenonderwijs van groep 1 tot en met 8 In groep 1 en 2 worden de kleuters op een speelse wijze in aanraking gebracht met rekenkundige aspecten. Er wordt gewerkt met een Rekenkast. Voorbereidende rekenactiviteiten zijn onder andere: - telactiviteiten - oriëntatie in de tijd (bijvoorbeeld over vijf minuten gaan we opruimen) - oriëntatie in de ruimte (bijvoorbeeld wie staat er vooraan in de rij?) - meten (bijvoorbeeld wie is de langste van de klas?) - constructiemateriaal (bijvoorbeeld lego) In de kleuterbouw wordt methodisch gebruik gemaakt van onder andere “Idee” en “Wereld in getallen” gebruikt, als voorlopers van de rekenmethode vanaf groep 3. Ook computerprogramma’s hebben hun intrede gedaan in de kleuterbouw bijvoorbeeld “Clowns”. Als vervolg op de rekenactiviteiten bij de kleuters hanteren wij vanaf groep 3 tot en met 8 de realistische reken-wiskundemethode: “De Wereld in getallen” (WIG). In het komende schooljaar zal de rekenmethode worden vervangen. In de WIG spelen contexten een belangrijke rol. Door middel van probleemsituaties die voor kinderen herkenbaar zijn, worden leer- en denkprocessen op gang gebracht. Contexten kunnen verhaaltjes, kleine gebeurtenissen, tekeningen zijn die zijn ontleend aan de werkelijkheid, maar ook aan een fantasiewereld. In de WIG worden regelmatig schema’s en modellen gebruikt die een brug slaan tussen werkelijkheid en wiskunde. Bij de projecttaken staat één keer in de week in het algemeen de verkenning voorop. Van elkaar en met elkaar leren door samen te praten en te denken over een probleem is een belangrijk principe van WIG. De behandelde stof wordt regelmatig getoetst. Naast deze toetsen van de methode maken we ook gebruik van algemene schooloverstijgende toetsen van het CITO waarbij naar het algemeen rekeninzicht van de kinderen wordt gekeken, in relatie tot de landelijke norm. 16.5 Taal en lezen groep 1 tot en met 8 In groep 1 en 2 proberen we de kinderen de functie van taal (lezen en schrijven = communicatie) te laten ontdekken. Methodisch gebruiken wij onder andere “Schatkist”. (als aansluiting op de activiteiten op de peuterspeelzaal) Wij werken systematisch aan de Tussendoelen beginnende geletterdheid: Boekoriëntatie Verhaalbegrip Functies van geschreven taal Relatie tussen gesproken en geschreven taal Taalbewustzijn Alfabetisch principe Eventueel Functioneel “schrijven” en “lezen” In groep 3 proberen wij aan te sluiten op de overgangsdoelen 2/3. De kinderen leren lezen met de nieuwste versie van de methode “Veilig leren lezen” (maan-roos-vis). De kinderen leren er niet alleen mee lezen, maar de methode helpt hen ook om andere aspecten van de taal te ontwikkelen, zoals het spreken en luisteren, de woordenschat uitbreiden, spelling en verhalen schrijven.
30
Ongeveer elke veertien dagen komt er een nieuw thema of onderwerp aan de orde. De thema’s hebben met het dagelijkse leven te maken. Daardoor leren de kinderen ook hoe je in het dagelijkse leven de taal kunt gebruiken. Met een uitgebreid computerprogramma en veel spelletjes van de zogenaamde ”speellees set ” kunnen de kinderen extra oefenen. Vanaf groep 4 tot en met 8 wordt gewerkt met de taalmethode “Taalactief”. Deze methode voldoet aan de nieuwe spellingregels en biedt veel mogelijkheden voor goed taal/spellingsonderwijs op maat. De spelling wordt niet alleen in de methode getoetst, maar ook twee keer per jaar aan de hand van de CITO-toets “Spellingvaardigheid”. In elke groep is een computerprogramma aanwezig om extra te oefenen. 16.6 Voortgezet lezen van groep 3 tot en met 8 Vanaf halverwege groep 3 oefenen de kinderen door middel van stillezen en groepslezen. Op vaste tijden worden de kinderen getoetst op hun technische leesvaardigheid en, indien er voldoende voortgang is geconstateerd, in een hoger technisch leesniveau (AVI) ingedeeld. Er wordt gewerkt met de technisch leesmethode Estafette. Estafettelezen heeft een vaste plek op het rooster gekregen. 18.7 Begrijpend lezen van groep 3 tot en met 8 Vanaf medio groep 3 krijgen kinderen teksten om te oefenen met “begrijpend lezen”. Wij werken met de methode ‘Tekstverwerken’. De kinderen van groep 3 tot en met 8 maken naast de methodetoets ook een CITO begrijpend lezen. 16.8 (Voorbereidend) Schrijven groep 1 tot en met 8 In groep 1 en 2 bieden wij de kleuters voorbereidende schrijfactiviteiten aan. Dit doen we vooral door de fijne motoriek te stimuleren. Bijvoorbeeld tekenen, knippen, kralenplank etc. Kinderen experimenteren zelf met het schrijven van lettervormen (cirkel, streep of driehoek). Ook houden wij de pengreep en de zithouding van de kinderen in de gaten. In groep 3 schrijven de kinderen met potlood. Hier ligt in eerste instantie de nadruk op het vloeiend produceren van de schrijfpatronen. Aan het einde van groep 4 gaan de kinderen met vulpen schrijven. Ouders kunnen tegen betaling van € 10,- via de school een Lamy vulpen bestellen. De vullingen worden door school verstrekt. Wij stimuleren het gebruik van vulpennen opdat de kinderen een betere pengreep krijgen. In de groepen 4, 5 en 6 krijgen de kinderen methodisch schrijfonderwijs. We gebruiken de methode “Pennenstreken”. 16.9 Wereld oriënterende vakken Algemeen Kinderen ontdekken de wereldoriëntatie via thematisch onderwijs. De Benedictus werkt m.i.v. augustus 2015 met Online zaakvakken en dat bestaat uit de methode Topondernemers. Topondernemers is een methode die als uitgangspunt heeft dat ieder kind een eigen specifieke manier van leren heeft en de methode laat kinderen op verschillende, verfrissende manieren werken aan aardrijkskunde, geschiedenis, biologie en topografie. Alle zaakvakken worden met hulpmiddelen als tablet, Ipad, PC of Digibord verwerkt. In de vormgeving en thematische inhoud is in Onlineklas zaakvakken 3-4 rekening gehouden met de belevingswereld van de kinderen en worden zij meegenomen op een ware ontdekkingstocht door de wereld. Met de boeiende thema’s van Onlineklas Zaakvakken 5-8 ontdekken de kinderen de wereld en zichzelf. Het lesaanbod is gestructureerd en dekt de kerndoelen af.
31
Onlineklas geschiedenis bestaat uit papieren of digitale opdrachtkaarten, gebaseerd op de Nederlandse Canon. De kinderen bewaren gemaakte opdrachten in een portfolio. Topowereld Vanaf groep 5 werken de kinderen met Onlineklas Topowereld. Nederland, Europa en de wereld buiten Europa komen allemaal aan bod via de (digitale) opdrachtkaarten. Vanaf groep 6 werken de kinderen met kaarten die gericht zijn oefenen de kinderen topografie op het kunnen toepassen van topografische kennis en oefenen zij verschillende manieren zoals: kaart verkennen;plaatsen aanklikken;meerkeuzevragen;plaatsen intypen en plaatsen slepen. 16.10 Techniek en Wetenschap ‘Ogen hebben, ogen geven, ogen krijgen’ Het onderzoek ‘Ogen hebben, ogen geven, ogen krijgen’ is een onderdeel (geweest) van het onderzoeksproject Talentenkracht in samenwerking met de Universiteit van Groningen. Er werkte een grote groep wetenschappers mee vanuit verschillende achtergronden: pedagogiek, neuro- en ontwikkelingspsychologie, onderwijskunde, reken- en science-educatie en taalverwerving. Daarnaast zijn ouders, kinderopvang, scholen en vele andere partijen betrokken bij het onderzoeksproject. Zo ook onze school! De Benedictusschool heeft de laatste jaren veel ervaring opgebouwd op het gebied van wetenschap en techniek en talentontwikkeling. De school is VTBschool van het eerste uur (voorbeeldschool), en een deel van het team heeft het VTBPro-traject gevolgd. De school heeft eerder meegedaan aan de pilot Expertisecentrum TalentenKracht. De hele schoolgemeenschap (team, directie, kinderen en ouders) was hierbij betrokken. In het schooljaar 2011-2012 werd de Benedictusschool Vindplaatsschool en daarmee vervult zij nog steeds een rol als vindplaatsschool. Zo worden de waardevolle ervaringen uit de vorige pilot en kennis en Good Practices overgedragen aan andere basisscholen in de regio Noord Kennemerland. In het schooljaar 2013-2014 was een leerkracht voor een dag per week verbonden aan de VU om een bijdrage te leveren aan Wetenschappelijk onderzoek. Peuters en kleuters zijn onderzoekend, stellen vragen. Het is de vraag of wij, volwassenen, ons wel genoeg bewust zijn van wat kinderen eigenlijk allemaal doen en zeggen. Herkennen we hun nieuwsgierigheid als (exact) redeneren, kunnen we de juiste vragen stellen om kinderen verder te boeien? Krijgen kinderen genoeg mogelijkheden om hun interesses en creativiteit verder te ontwikkelen? De school werkt met het systeem van maandelijkse “’techniek” middagen, waarbij de kinderen werken aan techniekkisten over diverse onderwerpen. Er zijn leerlijnen ontwikkeld voor de onderwerpen die aan bod komen. In de onderbouw wordt er vaker volgens de TalentenKracht aanpak gewerkt. De school doet jaarlijks mee aan de Grote Rekendag. De benadering vanuit TalentenKracht: “kinderen uitdagen, laten denken en redeneren” wordt in principe op allerlei momenten, ook onverwachte, toegepast. Dit kan dus ook bij rekenlessen zijn. De school wil graag een systeem invoeren om de bètatalenten van kinderen te volgen.De school heeft een regiofunctie (in samenwerking met universiteit van Amsterdam en IPABO).
32
16.11 Verkeer De groepen 1 tot en met 5 werken met de methode “Veilig door het verkeer”. Om de twee jaar nemen de kinderen van groep 7 en 8 deel aan een gemeentelijk “vrachtwagenproject”. De leerlingen worden dan bewust gemaakt van hun positie als fietser in het verkeer nabij vrachtwagens. Hiervoor is subsidie beschikbaar gesteld door de overheid. In groep 8 wordt jaarlijks, voorafgaand aan de kampweek, een fietskeuring gehouden. Praktische vaardigheden als deelnemer aan het verkeer leren kinderen al vanaf groep 5. In groepsverband fietsen de kinderen naar bijvoorbeeld de bibliotheek, het zwembad, de ijsbaan, het voortgezet onderwijs etc. In groep 6, 7 en 8 wordt gewerkt met materiaal van 3VO om de actuele verkeersregels en borden te bespreken. 16.12 Muziek en het schoolorkest Muziek is meer dan alleen maar zingen, al blijft zingen een voorname plaats innemen bij de muzikale vorming. Naast het zingen van liedjes wordt er ook aandacht geschonken aan het bewegen op muziek, maat- en ritmeoefeningen, het bespelen van instrumentjes ter begeleiding en het leren luisteren naar muziek. Wij hebben als school gekozen voor een methode die een doorgaande lijn heeft van groep 1 tot en met 8. Wij werken met de methode: “Moet je doen” en deze sluit aan bij de andere vakken die met Kunstzinnige vorming te maken hebben. Vanaf groep 5 kunnen de kinderen zich opgeven voor blokfluiten. Een leerkracht verzorgt deze lessen onder schooltijd. Wij hebben als school een eigen schoolorkest dat bestaat uit kinderen van groep 7 en groep 8. De kinderen van het orkest verzorgen meerdere malen per jaar een optreden onder andere tijdens de vieringen van onze school. Om de twee jaar verzorgen alle kinderen, leerkrachten en ouders een kerstconcert in de kapel van de GGZ of in De Ter Coulsterkerk. Het concert van 2014 in de ter Coulsterkerk werd bezocht door 750 mensen. 16.13 Tekenen, handvaardigheid en textiele werkvormen De kinderen komen met verschillende technieken in aanraking. Naast het plezier in deze vakken hopen wij kinderen ook kritisch te leren kijken naar eigen kunst en werk van anderen. Wij werken met de methode: ‘Moet je doen” en deze voldoet aan de kerndoelen. We zijn cultuureducatie meer gaan koppelen aan creatieve vakken en organiseren jaarlijks een kunstcarrousel met tentoonstelling. 16.14 Lichamelijke opvoeding voor groep 1 tot en met 8 In groep 1/2 staat bewegingsonderwijs dagelijks op het rooster. Twee keer per week wordt er in aansluiting op het bewegingsonderwijs in groep 3, methodisch gegymd. Er wordt buiten op het schoolplein of binnen in het speellokaal gespeeld of gegymd. In alle groepen wordt gewerkt met de methode “Basislessen Bewegingsonderwijs”. Accenten zijn onder andere het veelzijdig bewegen, plezier en een positieve houding tegenover bewegen, sociaal gedrag in bewegingssituaties. Vanaf groep 5 moeten de kinderen verplicht douchen. Er zijn gescheiden doucheruimtes. Buitengym vindt plaats op het veld voor de school en komt in plaats van de les in het gymnastieklokaal. Tegen een geringe vergoeding wordt aan de groepen 5, 6 en 7 vier weken lang schaatstraining gegeven op ijsbaan: De Meent te Alkmaar. Schaatsles vervangt de gymles van die week. Uitval van gymles Bij ziekte van een leerkracht zijn wij blij als we tijdig een invaller kunnen regelen voor een groep. Liever een invaller zonder gymbevoegdheid dan een groep naar huis sturen is ons
33
uitgangspunt. Er wordt ter compensatie dan langer buiten gespeeld. Bij langdurige vervanging (>3 weken) wordt een gymbevoegde leerkracht uit de andere groep ingezet. Binnen Heiloo is Sport@school gestart en deze organisatie regelt enkele gastlessen op basisscholen in Heiloo. Zo komen kinderen vanuit verschillende sportdisciplines in aanraking met sport. De leerkracht registreert de kinderen die niet (kunnen) deelnemen aan de gymles. De sportdag wordt 1x per jaar gehouden voor groep 3 t/m 8. In het schooljaar 2014-2015 zal mogelijk door sport@school een sportdag per bouw en samen met andere scholen worden georganiseerd. Voor de kleuters wordt thematisch een sport en speldag op school georganiseerd. 16.15 Engels In de groepen 7 en 8 wordt Engels gegeven. Het is de bedoeling de kinderen een positieve houding bij te brengen ten aanzien van het Engels, maar we willen ook dat ze in zekere mate leren spreken, luisteren, lezen en schrijven in het Engels. Vanaf 2014 wordt in groep 7 gewerkt met de digitale methode: Groove.me. Vanaf 2015 zal de bovenbouw 7/8 de methode gebruiken. 16.16 Culturele activiteiten Binnen de gemeente Heiloo is de ABC-werkgroep, incidenteel ondersteund door de SKV in Alkmaar, actief op het gebied van cultuuraanbod aan basisschoolleerlingen. Van alle basisscholen hebben een vertegenwoordiger zitten in deze werkgroep. Zij zoeken elk jaar een cultureel evenement uit waar de leerlingen uit Heiloo naar toe gaan. Dit kan bijvoorbeeld een dans-, muziek- of dramavoorstelling zijn. De school neemt samen met de gemeente deze kosten voor haar rekening. 16.17 ICT en veilig internet gebruik De school beschikt over meerdere computers, Laptops I-Pads en Chroombooks. Deze zijn allemaal aangesloten op het netwerk. Het uitgangspunt is dat kinderen zoveel mogelijk in de eigen klas kunnen beschikken over deze digitale hulpmiddelen. Stichting Flore beschikt over een internetprotocol. Op school leren wij de kinderen veilig omgaan met internet. De kinderen: - leren op speelse wijze omgaan met de computer/muis/toetsenbord - werken met software behorend bij een methode, bijvoorbeeld rekenen en taal - krijgen ondersteuning bij het inoefenen van bepaalde vaardigheden - kunnen eigen teksten maken en printen - gaan begeleid zoeken op internet In de groepen 6 tot en met 8 werken wij bewust met de kinderen aan een kritische houding ten aanzien van multimedia gebruik. Er is op school een gedragscode ICT-gebruik en een Veilig Internet Diploma behoort tot de mogelijkheden.
34
Hoofdstuk 17
De ouders: inspraak en informatie
17.1 De betrokkenheid van de ouders Een goed contact met de ouders vinden wij heel belangrijk. Natuurlijk, het gaat om het wel en wee van uw kind. Maar ook willen wij u op de hoogte houden van wat er verder allemaal op school gebeurt. We stellen het anderzijds ook op prijs als u ons van belangrijke gebeurtenissen thuis op de hoogte houdt. Immers: een goede samenwerking tussen school en thuis bevordert het welzijn van uw kind. Er zijn verschillende manieren waarop u als ouder betrokken kunt zijn bij onze school en waarop wij u informeren over uw kind of onze school: 17.2 Ouderinformatie: De Benedictusinfo Eén keer in de week, op zaterdag , wordt er een nieuwsbrief verstuurd met daarin informatie over lopende zaken, buitenschoolse activiteiten, zaken van MR of ouderraad enz. Enkele ouders, het team en de directie stellen de nieuwsbrief samen. Om een melding te ontvangen dat een nieuwsbrief is geplaatst, dient u zich via de website aan te melden. 17.3 Oudergesprekken Twee keer per jaar (in het na- en voorjaar) houden we een zogenaamde 15 minutenavond, waarbij de leerkrachten alle ouders uitnodigen om de vorderingen en het wel en wee van hun kind te bespreken. Soms vinden ook tussentijds gesprekken plaats. Dat kan op verzoek van de ouders en/of de leerkracht plaatsvinden. Het tweede oudergesprek in groep 8 zal in het teken staan van het definitieve schooladvies en vanaf half maart zal voor iedere schoolverlater een onderwijskundig rapport t.b.v. het voortgezet onderwijs opgesteld. 17.4 Informatievoorziening naar de niet-verzorgende ouder In het Burgerlijk Wetboek wordt bepaald in art. 1:377b dat: de gezag ouder de niet-gezag ouder op de hoogte dient te stellen omtrent kwesties als leerprestaties en schoolkeuze. De school mag ervan uitgaan dat de ouders elkaar informeren over de schoolzaken en elkaar op de hoogte brengen over schriftelijke informatie van school, rapporten, ouderavonden, huisbezoeken en voortgangsgesprekken. Wanneer de gezag ouder de informatie echter niet verstrekt aan de niet-gezag ouder wordt in het Burgerlijk Wetboek bepaald in art. 1:377c dat: de scholen wettelijk verplicht zijn om de niet-gezag ouder informatie te verstrekken. De informatie moet bestaan uit belangrijke feiten en omstandigheden. Deze moet bovendien betrekking hebben op het kind (de kinderen) of op diens verzorging en opvoeding/ontwikkeling. De niet-gezag ouder dient nadrukkelijk te vragen om de informatie. Voor de leerkrachten is de gezaghebbende ouder het directe contactpersoon betreffende de ontwikkelingen en voortgang van het kind. Alleen informatie die ook de gezag ouder heeft ontvangen mag worden verstrekt. 17.5 Voorlichtingsavond Er is aan het begin van het schooljaar een voorlichtingsavond per jaargroep. Dit betreft een inloopavond óf een thema-avond. De leerkrachten informeren de ouders over de manier van lesgeven, de lesinhoud, het bekijken en bespreken van methoden en materialen en beantwoorden uw eventuele vragen. In groep 8 wordt voor de herfstvakantie een voorlichtingsavond gegeven over het voortgezet onderwijs.
35
17.6 Het schoolrapport Voor groep 1 en 2 wordt een rapportageformulier ingevuld. Dit wordt tijdens het oudergesprek met u besproken. Met ouders van kleuters die vanaf januari instromen vindt binnen 6-8 weken een oudergesprek plaats. Soms zijn bepaalde rubrieken niet ingevuld: het kind heeft zich dan nog niet bezig gehouden met dit onderdeel of er is nog geen beoordeling over dit onderdeel te geven. Naast de resultaten per leerstofonderdeel wordt ook gekeken naar aspecten als inzet, gedrag, het werktempo en dergelijke. De sociaal-emotionele ontwikkeling krijgt op het rapport ook aandacht. In groep 8 ontvangen de leerlingen twee maal een schoolrapport; in november en in juni. Voor 1 maart vindt een schooladviesgesprek plaats en er volgt medio mei een rapportage eind-CITO. 17.7 Huiswerkbeleid In groep 5 wordt incidenteel wat werk meegegeven. In aanmerking hiervoor komen onder andere de boekbespreking, het oefenen van de tafels en in overleg met de ouders extra taalof rekenwerk om een kleine achterstand of een tijdelijk hiaat in de leerstofontwikkeling bij te werken. Vanaf groep 6 wordt structureel aandacht besteed aan het geven van huiswerk. Het gaat om het voorbereiden van spreekbeurten, boekbesprekingen, het oefenen van topografie en af en toe enkele kleine onderdelen van de vakken aardrijkskunde, geschiedenis en biologie. Donderdags krijgen de leerlingen een topografieopdracht mee naar huis. De week erna is op vrijdag een proeftoets en de maandag daaropvolgend de definitieve toets. In groep 7 wordt per week huiswerk opgegeven. De te oefenen en te leren stof kan bestaan uit taal- en rekenopdrachten, topografie en onderdelen uit wereld oriënterende vakken zoals aardrijkskunde, geschiedenis en biologie. Na ieder blok van deze wereld oriënterende vakken vindt een toets plaats. Vrijdag wordt het ”te maken” huiswerk meegegeven en de maandag daaropvolgend dient het werk terug op school te zijn. Topografieopdrachten mogen de leerlingen twee weken lang thuis oefenen voor de toets afname plaats vindt. Voor groep 8 geldt een nog duidelijker voorbereiding richting voortgezet onderwijs. Het is van groot belang dat de kinderen leren wennen aan het stramien van huiswerk maken en leren, zodat de overgang naar het voortgezet onderwijs niet te cru verloopt. In groep 8 wordt dan ook gewerkt met wekelijks terugkerende huiswerkopdrachten, aangevuld met dagelijkse. Wekelijks terugkerende opdrachten zijn onder andere toets voorbereidende leeropdrachten met betrekking tot aardrijkskunde, geschiedenis en natuur. Als inoefenperiode wordt altijd minimaal een week gehanteerd. Wekelijks komt tevens een opdracht begrijpend lezen aan bod. Dagelijkse opdrachten komen uit de vakgebieden taal en rekenen. Dit kan zijn het extra oefenen van nog niet beheerste onderdelen of verdieping van leerstof. Verder wordt in groep 8 gewerkt met langlopende opdrachten, zoals het vervolmaken/afmaken van werkstukken, het voorbereiden van boekbesprekingen en spreekbeurten. Het huiswerk wordt wekelijks via de nieuwsbrief van de Benedictus (op de website) meegedeeld. Wat verwacht de school bij huiswerk van ouders? De leerkracht verwacht van ouders dat zij hun kinderen thuis ondersteunen en begeleiden met het huiswerk maken of leren. Huiswerk wordt niet vrijblijvend meegegeven en wij rekenen op uw medewerking.
36
17.8 Verplichte eindtoets groep 8 Kwaliteitsgids - ouderavond groep 8 verwijzingsprocedure In groep 8 doen de kinderen mee aan de verplichte eindtoets PO en deze wordt in de week van 20 april afgenomen en valt onder de examenregeling. ‘Met de invoering van de verplichte eindtoets PO is het schooladvies leidend geworden bij de plaatsing van leerlingen in het voortgezet onderwijs. Voor 1 maart krijgen de kinderen een schooladvies. De school kijkt daarvoor o.a. naar leerprestaties, aanleg en ontwikkeling tijdens de hele basisschoolperiode. Naast dit schooladvies komt er, door de invoering van de verplichte eindtoets PO, voor alle leerlingen in Nederland een zogenaamd objectief tweede gegeven’ bij, in de vorm van een resultaat op de centrale eindtoets.’ (Bron: De centrale eindtoets PO in 2015, college voor Toetsen en Examens, Utrecht juni 2014) Tijdens de ouderavond in november van groep 8 worden de ouders geïnformeerd over de twee niveaus: eindtoets B en eindtoets N en gewezen op het bestaan van de kwaliteitsgids (Regio Alkmaar-Haarlem). Deze gids ligt ter inzage in de hal van de school. Met de kwaliteitskaarten, die in de kwaliteitsgids zijn opgenomen, kunt u de in getallen uitgedrukte prestaties van scholen onderling vergelijken. Er wordt een onderwijskundig rapport opgesteld en gecommuniceerd met ouders. 17.9 Ouderpanel Het streven is om één keer per jaar een ouderpanel te organiseren. Het doel is om meningen te peilen van ouders over bepaalde onderwerpen. Ook laten wij hiermee zien dat wij de mening van ouders belangrijk vinden. De onderwerpen worden gekozen in overleg met de ouders. Gedurende de basisschoolperiode van hun kind wordt een aantal ouders een keer geselecteerd voor de steekproef. Het verslag van de avond wordt in het team besproken en eventueel omgezet in beleid. U kunt hierover meer lezen op de website van de school: www.benedictusschool.nl bij ouders - ouderpanel. 17.10 Medezeggenschap U kunt als ouder of als medewerker op schoolniveau en op stichtingsniveau meepraten. Schoolniveau Elke school heeft een eigen medezeggenschapsraad (MR). Ouders en medewerkers kunnen zich verkiesbaar stellen voor deze raad. De MR praat onder andere over de onderwijskundige doelen van de school, het schoolplan, het financieel beleid van de school en de organisatie van de school. U kunt bij de directie van uw school meer informatie opvragen over de MR. Stichtingsniveau Als u mee wilt praten over zaken die alle scholen raken, dan kunt u zich aanmelden bij de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR). De GMR praat onder andere mee over het meerjarenplan, het financieel beleid van de stichting en andere beleidszaken en telt 24 zetels; 12 ouderzetels en 12 personeelszetels. Binnen de GMR zijn drie werkgroepen werkzaam: Onderwijs, Personele Zaken en Middelen. De GMR kent een dagelijks bestuur (DB) van drie leden. Zij dragen zorg voor de dagelijkse gang van zaken van de GMR,
37
overleggen met de voorzitters van de werkgroepen en onderhouden contact met het CvB en het servicekantoor. Voor vragen op het gebied van medezeggenschap kunt u terecht bij het DB: iedere donderdag telefonisch bereikbaar 072-5660238 of via de mail:
[email protected]. 17.11 Schoolgids/Jaarkalender: Procedure schoolgids Wij vinden de betrokkenheid van de ouders bij de ontwikkeling van de schoolgids van belang omdat de gids ook bedoeld is voor de ouders. De leden van de MR denken en lezen mee met de leerkrachten tijdens het opzetten van de gids. De MR geeft goedkeuring. Indien u wensen heeft betreffende de schoolgids of suggesties voor verbetering, kunt u contact opnemen met een lid van de MR of de directeur van de school. De schoolgids wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld door het bestuur en wordt uitgereikt aan ouders die zich bezig houden met de keuze van een basisschool of die een kind komen aanmelden. Op aanvraag krijgt ieder gezin met kinderen op onze school jaarlijks de gids uitgereikt. De gids ligt voor alle ouders ter inzage in de hal van de school en is op onze website te vinden. In de jaarkalender staat meer gedetailleerde informatie over het komende schooljaar. Het doel is om u te informeren over veel praktische zaken. 17.12 Schoolplan De onderwijsinhouden en doelen staan beschreven in een schoolplan. Het schoolplan geldt voor een periode van vier jaar en is een intern instrument om ons houvast te bieden bij de gemaakte beleidskeuzes en bij de verdere planning van de uitvoering van dit beleid. In de tweede plaats dient het schoolplan om verantwoording af te leggen aan het eigen bevoegd gezag, Stichting Flore, en de inspectie van het onderwijs. De inspectie bezoekt scholen en beoordeelt onder andere of scholen aan de wettelijke eisen voldoen. Bij de totstandkoming van het schoolplan is onze medezeggenschapsraad al in een vroeg stadium betrokken en is er gebruik gemaakt van een ouderenquête, leerlingenenquête, leerkrachtenquête, de uitkomsten van de laatste inspectiebezoeken en een eigen sterkte en zwakte analyse. Het schoolplan wordt geschreven voor een periode van vier jaar. Vanuit het schoolplan 2015-2019 wordt een werkdocument met daarin beschreven de veranderingsdoelen voor het lopende schooljaar, het schoolontwikkelingsplan, geschreven. De MR heeft ingestemd met de evaluatie van het schoolontwikkelingsplan 2014-2015 en het nieuwe veranderingsplan voor 2015-2016. Dit plan ligt ter inzage op school en zal op de website worden vermeld. In de bijlage Planning Beleidsvoornemens kunt u lezen waar wij in hoofdlijnen op gaan inzetten. 17.13 De Oudervereniging en Ouderraad (OR) Met het aanmelden van uw kind op de basisschool wordt u automatisch lid van de oudervereniging. Het bestuur van de oudervereniging bestaat uit leden die de jaarlijkse financiële bijdrage hebben betaald. De oudervereniging stelt zich ten taak het onderwijs voor zowel leerling als leerkracht zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Het bestuur van de vereniging (de ouderraad) probeert dit te realiseren in goed overleg met het team en de directie. Wij denken hierbij aan activiteiten als Sinterklaasfeest, kerstmaaltijd en schoolreisje. Ook u als ouder kunt over deze activiteiten meedenken en meebeslissen tijdens de openbare jaarvergaderingen. De contactpersonen van de ouderraad worden vermeld in het jaarboekje. Het boekje staat op de website en u krijgt een papieren versie mee naar huis om in de schoolmap te bewaren.
38
17.14 De vrijwillige ouderbijdrage Het is op school gebruikelijk dat ouders jaarlijks, met goedkeuring van de MR, een bijdrage betalen aan de oudervereniging. Deze bijdrage wordt gevraagd om activiteiten te kunnen bekostigen die niet tot het gewone lesprogramma behoren. Wij denken hierbij aan kosten voor: - feestelijke activiteiten als Sinterklaas en kerstfeest - schoolreisje - activiteiten als museumbezoek/thema-avond/scholierenwedstrijden - culturele zaken - kamp naar Texel (€ 90,00) De ouderbijdrage wordt door het bestuur van de oudervereniging vastgesteld en heeft (volgens de wet) een vrijwillig karakter. De toelating van kinderen is niet afhankelijk van de financiële bijdrage van ouders. Het bestuur van de ouderraad voldoet de jaarlijkse ouderbijdrage. De bijdrage voor 2015-2016 is € 50,- per kind en wordt in november betaald. Het is mogelijk om in termijnen te betalen als ouders bij de directie aangeven moeite te hebben om het bedrag in één keer te kunnen betalen. De ouderraad int de bijdrage van de ouders onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag nadat de oudergeleding van de MR met de hoogte van het bedrag heeft ingestemd. De MR heeft namelijk instemmingsrecht over de hoogte en bestemming van de bijdrage. Als ouders voor een bepaalde activiteit niet hebben betaald, kan het kind mogelijk niet meedoen met de activiteit en zal een alternatief programma worden aangeboden. In geval van verhuizing etc. kunt u een gedeelte van de ouderbijdrage terug ontvangen. Ouders van kinderen die na januari op school komen, betalen een gedeelte van de vastgestelde ouderbijdrage. Ouders en aansprakelijkheid Wettelijke aansprakelijkheid en hoe is uw kind verzekerd? Via het Bestuur loopt een uitgebreid verzekeringspakket voor onze school. Naast de wettelijk verplichte aansprakelijkheidsverzekering hebben we een schoolongevallen verzekering, een schoolevenementen verzekering en een doorlopende reisverzekering. De verzekeringen gelden voor personeel, kinderen en hulp/overblijf-ouders. Dit betekent onder andere dat kinderen verzekerd zijn tijdens schooltijden en een kwartier ervoor en erna. Ook zijn de kinderen en hulpouders verzekerd tijdens overblijven, schoolreisje, kamp en andere schoolse activiteiten. Let wel: schade ten gevolge van eigen onzorgvuldig handelen blijft uw eigen verantwoordelijkheid. Indien kinderen elkaar onder schooltijd schade berokkenen worden de kosten op de verzekering van de ouders verhaald en niet door de schoolverzekering gedekt. Het is niet noodzakelijk om een ongevallen-inzittenden-verzekering voor uw auto te hebben wanneer u voor schoolactiviteiten kinderen vervoert. De school heeft een verzekering werkgeversaansprakelijkheid verkeersdeelnemers die ook van toepassing is op vrijwilligers en ouders. Kinderen jonger dan 12 jaar en korter dan 1.50 meter moeten gebruik maken van een stoelverhoger. Iedere gordel moet worden gebruikt en op de achterbank zijn dit er dikwijls drie. Kinderen mogen dus NOOIT LOS IN DE AUTO zitten.
39
17.15 Ouderparticipatie Ouders kunnen op onze school ook meehelpen. Vaak staat een oproep om mee te helpen in de wekelijkse info maar ook hangen er intekenlijsten voor gemelde activiteiten bij de ingang van de klassen. Er zijn verschillende activiteiten waarbij wij heel goed de hulp van ouders kunnen gebruiken. Bijvoorbeeld bij: - helpende handen bij het lunchen op school - ondersteunende activiteiten in de kleutergroepen - leesbegeleiding van kinderen - documentatiecentrum bijhouden - creatieve/technische middag - vervoer bij buitenschoolse evenementen - klusjes in en om de school - sportevenementen etc. Indien u ons komt helpen is het niet de bedoeling om kinderen jonger dan 4 jaar mee te nemen. Hoofdstuk 18 - Praktische zaken 18.1 Abonnementen en software De school wordt regelmatig benaderd door commerciële instellingen met de vraag reclame te maken voor hun producten door middel van het uitdelen van folders. Samen met de ouders hebben wij dit onderwerp ingebracht in een ouderpanel van de school. Met een ouderpanel hebben wij vastgesteld dat het vermelden van de naam van de leverancier/uitgever voldoende is om ouders die tijdschriften etc. willen bestellen, door te verwijzen naar de uitgever. Abonnementen als Okki, Bobo en Taptoe en Hello You kunt u rechtstreeks bestellen bij www.malmberg.nl. 18.2 Samenwerking basisschool en Forte Kinderopvang Het bestuur van de Benedictusschool (de Stichting Flore) heeft de organisatie van de vooren buitenschoolse opvang overgedragen aan de Stichting Forte. De Benedictusschool heeft de beschikking over een BSO voorziening dus de kinderen blijven op de eigen locatie. Voor informatie:
[email protected] of www.benedictusschool.nl Forte Kinderopvang is een ervaren en enthousiaste vormgever van Brede Scholen en het Integraal Kindcentrum. Uw basisschool en de Forte BSO werken daarom intensief samen. Zo zorgen we tijdens de schoolperiode samen voor een doorgaande lijn op drie niveaus: onderwijs, opvang en ouders. De kinderen profiteren hierdoor van een samenwerking op maat.
Leerkrachten en pedagogisch medewerkers zijn van elkaars werkwijze op de hoogte. De school en Forte Kinderopvang hebben gedurende de dag contact over uw kind. Praktische zaken worden op elkaar afgestemd (zoals thema’s, opvangtijden etc). Forte en de basisscholen zorgen samen voor een eenduidig pedagogisch klimaat. Bij enkele basisscholen bestaat de mogelijkheid voor peuteropvang in de basisscholen zelf. De peuters werken daarbij veel samen met de kleutergroepen: zo sluit de voorschoolse educatie nog beter aan op de basisschool.
40
18.3 Excursies Excursies kunnen zijn: - De boerderij - Huisvuilcentrale - Bezoek aan het Voortgezet Onderwijs - Kunst en cultuurvoorstellingen - Bibliotheekbezoek. 18.4 Fietsen De fietsen dienen zoveel mogelijk in de rekken te worden geplaatst. U kunt daar als ouder ook op toezien. De fietsenrekken zijn bedoeld voor kinderen die ver van school af wonen en daarom met de fiets komen. Op het schoolplein mag niet worden gefietst. Leren fietsen Als school nemen wij ook deel aan het dagelijkse verkeer. Vanaf groep 5 leren kinderen in groepsverband en onder begeleiding te fietsen naar schoolnabije bestemmingen. Wij verwachten dat kinderen in de groepen 5 t/m 8 kunnen fietsen en in het bezit zijn van een veilige fiets. Door het oefenen op de basisschool zijn kinderen na groep 8 voorbereid om in een groep te fietsen bijvoorbeeld naar hun school van voortgezet onderwijs. 18.5 Gastlessen Bezoek op school is mogelijk. Voorbeelden zijn: - Project HALT wordt verzorgd door de politie voor de bovenbouwgroepen - Voorleesprojecten worden verzorgd door ouderen in Heiloo - Techniekdocenten. - Medewerkers Veilig verkeer Nederland 18.6 Jeugdgezondheidszorg/GGZ De schoolarts neemt de zorg van het peuterbureau over op het moment dat de kinderen naar de basisschool gaan. Sommige kinderen blijven onder controle van de schoolarts voor bijvoorbeeld ogen, oren, lengte of gewicht. De schoolarts heeft een steunpunt in Heiloo en is alleen na overleg met de school voor ouders te bereiken op telefoonnummer 072-566 26 61. U kunt ook op het onderstaande adres informatie opvragen:
[email protected]. De Jeugdgezondheidszorg van de GGD werkt preventief, dat wil zeggen; uit voorzorg. Zij nodigen kinderen gedurende de gehele schoolperiode minimaal drie keer uit voor een onderzoek om mogelijke problemen in het opgroeien te signaleren. Indien wij problemen op het spoor komen, helpen wij u de juiste weg te bewandelen. Als u zelf vragen of zorgen heeft over de gezondheid en/of ontwikkeling van uw kind, kunt u een extra onderzoek of gesprek met de jeugdarts of jeugdverpleegkundige aanvragen. Bezuinigingen op jeugdzorg maken dat beleid mogelijk wordt aangepast. 5-6-jarige kinderen Alle kinderen rond de leeftijd van 5 à 6 jaar komen voor een onderzoek door de jeugdarts en doktersassistente. Er wordt gekeken naar lengte, gewicht, ogen, oren, houding, motoriek, spraak- en taalontwikkeling.
41
10-11-jarige kinderen Alle kinderen rond de leeftijd van 10 à 11 jaar worden uitgenodigd voor een onderzoek door de jeugdverpleegkundige. Tijdens dit onderzoek wordt onder andere gelet op hoe uw kind zich voelt en gedraagt en hoe het gaat in contact met leeftijdsgenoten. Ook is er aandacht voor uw vragen over het gedrag van uw kind en/of de opvoeding. Voorafgaand aan het onderzoek komt de doktersassistente op school om de lengte en het gewicht van uw kind te meten en om de ogen na te kijken. De resultaten hiervan worden door de verpleegkundige met u en uw kind besproken. 18.7 Kledingactie Circa drie keer per jaar wordt er een kledinginzamelingsactie gehouden. De opbrengst gaat naar de kas van de ouderraad die het geld hard nodig heeft. Wij hopen dat u kleding, dekens, lakens etc. (wel heel en schoon) wilt bewaren. De data worden op de jaarkalender vermeld. 18.8 Luizen, hoofdluis Luis in het haar? Kammen maar! Dat is de boodschap die GGD'en willen meegeven aan basisscholen, kinderopvang en ouders van schoolgaande kinderen. Want naast de kinderen zelf, krijgen vooral zij met hoofdluis te maken. De juiste aanpak kan voorkomen dat hoofdluis een hardnekkig probleem wordt. Regelmatige controles zorgen er bijvoorbeeld voor dat een snelle behandeling mogelijk is. Zo blijven kinderen elkaar niet besmetten. Als een kind hoofdluis heeft, dan raadt de GGD aan het haar gedurende twee weken dagelijks te kammen met een netenkam. Eventueel kan het kammen gecombineerd worden met een anti-hoofdluismiddel. Verder is het belangrijk om ook huisgenoten te controleren en de omgeving grondig schoon te maken. Het is ook verstandig om het te melden op school, bij clubjes en vriendjes. Op school wordt na een vakantie periode preventief gecontroleerd op hoofdluis door ‘vrijwilligers’, ouders. U blijft als ouder eerst verantwoordelijke om tweewekelijks uw kind te controleren op luis. 18.9 Medicijnverstrekking en medische handelingen Wanneer het nodig is dat uw kind onder schooltijd (bijvoorbeeld) medicijnen moet innemen, dan dient de ouder zelf zorg te dragen dat een derde persoon de medicatie geeft. Leerkrachten van Stichting mogen vanwege aansprakelijkheid geen enkele medische handeling verrichten. Het protocol ‘Medicijnverstrekking en medische handelingen op basisscholen’ ligt ter informatie bij de directie of is te downloaden via www.stichtingflore.nl 18.10 Melk drinken en gezond tussendoortje De Benedictus heeft een convenant afgesloten met de gemeente Heiloo om het AppeltjeEitje beleid zoveel mogelijk uit te voeren. De kinderen mogen tijdens de ochtendpauze water drinken en een stukje meegebracht fruit nuttigen. Voor kinderen die geen fruit mee hebben verzorgt de school een tussendoortje. Hierover is overleg geweest met een diëtiste. De traktaties zien wij ‘gezond’ en bescheiden tegemoet. De kinderen kunnen via school dagelijks een zuivelproduct nuttigen. Bezoek ook de website: www.schoolmelk.nl voor alle verdere informatie. Schoolvakanties en vrije dagen worden berekend.
42
18.11 Meldcode Kindermishandeling en Aandacht functionaris Op de Benedictusschool is mevrouw E. Zoon-Pieterse gecertificeerd Aandacht functionaris Handelingsprotocol Noord-Holland Noord. Alle leerkrachten zijn vervolgens geschoold in de handelswijze m.b.t. het protocol. 18.12 Onderwijsbegeleidingsdienst (OBD) De OBD geeft onder andere adviezen aan leerkrachten ten behoeve van kinderen met leer-, ontwikkeling- of gedragsproblemen. Ook verricht zij onderzoeken bij kinderen. Dit gaat altijd in overleg met de ouders. De OBD kan ten aanzien van de schoolkeuze een adviserende rol hebben naar ouders en leerkracht. 18.13 Peuterspeelzaal Peuterspeelzaal Pino valt onder Stichting Forte en bevindt zich ook in het schoolgebouw van de Benedictusschool. De samenwerking wordt inhoudelijk versterkt door uitwisseling van peuters en intensiever overleg met begeleiders. Inschrijfformulieren kunt u bij de peuterspeelzaal zelf halen of bij de directie van de school. Het telefoonnummer van Pino is 072-533 35 25. www.fortebv.nl 18.14 Schoolevenementen Op sportief gebied onder andere: - schaatswedstrijd/sportdag/volleybaltoernooi - schoolvoetbaltoernooi/schaaktoernooi/avondvierdaagse - schoolkamp groep 8 Wij verwachten van kinderen, leerkrachten en ouders tijdens evenementen correct gedrag. Op het gebied van acties onder andere: (zie beleid ouderpanel op de website www.benedictusschool.nl) - kinderpostzegels - activiteiten t.b.v. een goed doel. Op het gebied van vieringen en feesten: - Sinterklaas/Kerst/Carnaval/Pasen - Kerstconcert om het jaar - Musical groep 8 - Benedictusfeest - Afsluitfeest/playback - Schoolreis (kinderen die na de meivakantie instromen gaan nog niet mee op schoolreis) 18.15 Schoolfotograaf Jaarlijks komt de schoolfotograaf op school voor groepsfoto’s en individuele portretten. Broertjes en zusjes mogen samen op de foto. In september/oktober worden de portretten gemaakt en tegen het einde van het schooljaar de groepsfoto’s. 18.16 Schoonmaak Stichting Flore heeft voor alle scholen de schoonmaak via een Europese aanbesteding ondergebracht bij Succes en Asito. Klachten over de hygiëne en netheid in de school kunt u neerleggen bij de directie. Daarnaast doen we enige malen per jaar een beroep op ouders voor extra schoonmaakactiviteiten. Met name de ramen aan de buitenkant willen wij graag met een
43
aantal ouders één keer per jaar, eind januari, wassen. De leerkrachten en leerlingen werken samen aan een nette, opgeruimde school. 18.17 Traktaties en afspraken Wij zijn een Appeltje-Eitje school. We verwachten van een jarige job een bescheiden en een gezonde traktatie voor de kinderen. Er wordt veel gesproken over gezond eten en drinken en over kinderen die zwaarder worden. De school heeft een voorbeeldfunctie. Wij vragen u hier rekening mee te houden. 18.18 Verkeersouder Een ouder werkt namens de school samen met de overige verkeersouders uit Heiloo aan een verbetering van de verkeerssituatie (rond de school, routes) en de veiligheid. Goed parkeren en rustig rijden werkt mee aan een veilige situatie. Bij de buurtbewoners is geen parkeerplaats beschikbaar. 18.19 Website U kunt u zelf aanmelden bij de website en de school bezoeken via onze website www.benedictusschool.nl. Om de teksten te illustreren en de pagina’s levendig te houden maken wij digitale foto’s van de kinderen die bezig zijn met bijvoorbeeld een project. U kunt deze foto’s zelf ook bekijken op de website bij de groep van uw kind. U kunt ook een foto of een stukje tekst aanleveren voor de website. Foto’s van de kinderen komen op de website tenzij er door de ouders/verzorgers geen toestemming is gegeven. U wordt verzocht dit schriftelijk kenbaar te maken bij de directeur van de school. Hoofdstuk 19 - Schoolregels 19.1 19.2 -
Algemeen Tussen 8.00 en 8.30 uur kunt u afbellen als uw kind de school niet kan bezoeken. We zijn om 08.30 uur allemaal binnen. Wij hebben een rookvrije omgeving. Verlof kunt u met een formulier aanvragen bij de directie. Wij zien de kinderen graag op goed schoeisel naar school komen. Schade en letsel als gevolg van dragen van teenslippers op school is voor eigen risico. School is aansprakelijk/verantwoordelijk voor schooleigendommen. Mobiele telefoons worden op school uitgezet Pleinregels Zet de fiets altijd in de fietsenstalling. Loop over het pad naar het plein. Als je even binnen wilt zijn, vraag het aan de juf of meester op het plein. We zien graag iedereen op het plein blijven. De fietsenstalling is voor de fietsen en het plein is om te spelen. De speeltoestellen gebruiken we zoals is bedoeld. We houden rekening met elkaar en elkaars wensen. Ons schoolplein is een schoon plein.
44
19.3 -
Regels binnen het gebouw Wij lopen rustig door de gangen. Wij blijven van elkaar af. Kauwgom hoort in de prullenbak. Praat rustig en positief. Zorg voor de spullen en elkaars spullen. Het bureau van de leerkracht is voor de leerkracht. We verlaten de klas rustig. We sluiten de deuren met de handen. Wij hangen jassen en tassen netjes op. Na toiletgebruik wassen wij handen. Skeelers en steppen staan buiten of blijven thuis. Wij doen onze pet / hoofddeksel etc. binnen af. Mobieltjes zijn uit in de school. De kopieer- en de voorraadruimte is voor de leerkrachten (ook de papierkast). Leerkrachten zetten de bibliotheekboeken terug. In Hetloo werken wij rustig, d.w.z. zachtjes praten/overleggen. Gebruik de juiste ingang.
In de groepen worden in de eerste twee weken van het schooljaar de schoolregels besproken. Ook de leerkrachten hebben regels waaraan zij zich moeten houden. Deze regels worden in de eerste vergadering doorgenomen. Mis je een belangrijke afspraak of regel? Laat het weten aan de leerkracht!
Bijlagen: Planning 1schoolontwikkeling – 2 Vakantierooster – 3 Handtekeningblad
45
Bijlage 1 - Planning schoolontwikkeling 2015-2016 Het schoolplan geeft voor de komende vier jaar globaal de ontwikkelingsgebieden/ doelen aan en is in juni 2015 vastgesteld door MR en het Bestuur van Stichting Flore. Voor schooljaar 2015-2016 zijn de volgende doelen besproken in de MR en beschreven. T Rekenen en wiskunde De school heeft een onderbouwing geformuleerd om de afweging te kunnen maken om of te blijven werken met de (Valide versie ) rekenmethode WIG of om ons te oriënteren op een nieuwe rekenmethode. ICT als hulpmiddel voor de leerkracht en als middel om meer adaptief rekenonderwijs te verzorgen zijn de uitgangspunten die eerder zijn geformuleerd Wereldoriëntatie
De school werkt in de leerjaren 3 t/m 8 met een geïntegreerde methode voor de zaakvakken
ICT
Leerlingen werken online en didactische vaardigheden ontwikkelen m.b.t. coachen van leerlingen bij Topondernemers. Cultuur coördinator faciliteren en het structureel opzetten van een Kunstcarrousel Fase 2 van de Kanjertraining volgen
Didactisch handelen Kunstzinnige vorming Pedagogisch Handelen Handelings Gericht Werken Contacten met ouders
Leerkracht-Ouder en Kind gesprekken inzetten Oriënteren op andere vorm van oudercontactavond
iZorg en begeleiding handelen
De school heeft de procedure voor de bespreking van de resultaten op de vragenlijsten m.b.t. de sociale competenties vastgelegd in een procedure (workflow).
Afstemming Het groepsplan en de dag- en/of weekplanning verheldert wanneer wie (welke groepje) (extra) instructie krijgt Professionele cultuur Professionaliseren door delen van Good Practices Integraal Taakbeleid is afgestemd op de 40 uur werkweek en het nieuwe Personeelsbeleid continurooster. Planning structureel gebruik van de Grote Kijkwijzer tijdens Klassenbezoek . Aan het eind van ieder kalenderjaar zullen we terugblikken, of we de verbeterdoelen in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de opbrengsten van de school. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.
46
BIJLAGE 2 - Vakantierooster schooljaar 2015-2016 Benedictus PRIMAIR ONDERWIJS 1e schooldag herfstvakantie kerstvakantie voorjaarsvakantie Pasen Koningsdag Meivakantie Hemelvaart Pinksteren
ma. 17-08-15 ma. 19-10-15 ma. 21-12-15 ma. 29-02-16 vr. 25-03-16 in meivakantie ma. 25-04-16 in meivakantie ma. 16-05-16
zomervakantie
vr. 23-10-15 vr. 01-01-16 vr. 04-03-16 ma. 28-03-16
25,5 25,50 51,00 25,50 11,00
vr. 23-10-15 vr. 01-01-16 vr. 04-03-16 ma. 28-03-16
vr. 06-05-16
51,00
vr. 06-05-16
Donderdag mid 14-07-16
5,50 vr. 26-08-16
160,50 330,00
urentabel 52X
25,50 1326,00 5,50 5,50 1337,00
29 februari 2016 (maandag) Schooljaar 2015-2016 52 weken vakantiedagen
330,00 1007,00
Minimum aantal uren
940,00
Marge-uren
67,00
16 okt middag 17 dec middag 18dec middag 13 mei Pinkster vrij 1.7 2.7 3.7 4.7 5.7 6.7 7.7
2 2 2 2
Goede Vrijdag is al berekend krokus vrijdag Paas3 29-3 ma 21 sept 13 nov vrij 25jan maan do 16 en 17 juni Marge-uren
5,5 5,5 5,5 5,5 5,5 11 48,5 22,50
Lesuren
960,50
47
da
1 t/m 8
vr. 26-08-16
BIJLAGE 3 - Handtekeningenblad
48