schoolgids
2014 -2015
Samen leven, samen leren met hart, hoofd en handen
Een woord vooraf We vinden het belangrijk de ouders van leerlingen en andere belanghebbenden een duidelijk beeld te geven van onze school. In de eerste helft van deze schoolgids stellen we onze school aan u voor. Ouders die al kinderen aan ons toevertrouwd hebben vinden in het tweede deel een schat aan praktische informatie over allerlei zaken. Heeft u na het lezen vragen, opmerkingen of suggesties ter verbetering dan horen we dat graag. Met vriendelijke groet, Namens het team Dieja van Mourik (schoolleider)
Schoolgids 2014-2015
2
Inhoudsopgave 1. Onze school 1.1 Onze richting 1.2 contactgegevens 1.3 Het schoolgebouw 1.4 Het onderwijsnummer 2. Waar staat onze school voor? 2.1 Identiteit 2.2 Onze visie 2.3 De sfeer op onze school 3. Het onderwijs 3.1 De organisatie van het onderwijs 3.2 Verdeling van de tijd 3.3 De groepen 1-2 3.4 De groepen 3 t/m 8 3.5 Huiswerk 4. Onze manier van werken 4.1 Samenwerkend leren 4.2 Zelfstandig werken 4.3 Betekenisvol leren 4.4 Vreedzame School 5. De zorg voor kinderen 5.1 Het volgen van de ontwikkeling van kinderen 5.2 Handelingsgericht werken 5.3 Verschillende aanpakniveaus 5.4 Wie bieden er zorg? 5.5 Passend onderwijs 5.6 Jeugdgezondheidszorg 5.7 Protocol medicijn gebruik en medische handelingen 5.8 Het Centrum voor Jeugd en Gezin 6. De resultaten van het onderwijs 6.1 Het dagelijks werk 6.2 Rapporten en ouderavonden 6.3 Schoolloopbaan 6.4 Waar gingen onze leerlingen naar toe? 7. De ontwikkeling van het onderwijs in onze school 7.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs 7.2 Kwaliteitsverbetering door tevredenheidpeilingen 8. Het team 8.1 De samenstelling van het team 8.2 De groepsverdeling 8.3 Vervanging van leerkrachten 8.4 Nascholing van leerkrachten 8.5 Inzet en begeleiding van stagiaires 9. De ouders 9.1 Het belang van betrokkenheid 9.2 Informatievoorziening 9.3 Medezeggenschapsraad 9.4 Ouderraad 9.5 Klassenouder 9.6 Ouderbijdrage 10. Overblijven
Blz. 5 Blz. 5 Blz. 5 Blz. 5 Blz. 6 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 8 Blz. 8 Blz. 9 Blz. 11 Blz. 15 Blz. 16 Blz. 16 Blz. 17 Blz. 17 Blz. 19 Blz. 19 Blz. 20 Blz. 23 Blz. 23 Blz. 25 Blz. 25 Blz. 26 Blz. 27 Blz. 27 Blz. 27 Blz. 28 Blz. 29 Blz. 29 Blz. 30 Blz. 31 Blz. 32 Blz. 32 Blz. 32 Blz. 33 Blz. 33 Blz. 34 Blz. 34 Blz. 34 Blz. 34 Blz. 35
Schoolgids 2014-2015
3
11. Vakantietijden en regels verlof vragen 11.1 Vakantierooster 11.2 Regels vrij vragen en vakantieverlof 11.3 Hoe dient u een aanvraag in? 11.4 Niet eens met het besluit 11.5 Ongeoorloofd schoolverzuim in relatie tot vakantie/verlof 11.6 Graden van bloed- en aanverwantschap 11.7 Vragen? 12. Schorsen en verwijderen van leerlingen
Blz. 36 Blz. 36 Blz. 38 Blz. 38 Blz. 38 Blz. 39 Blz. 39 Blz.40
13. Gedragscode Blz. 41 14. Verzekering en aansprakelijkheid Blz. 43 15. Klachtenregeling Blz. 44 16. Van en naar school 16.1 Lopend, op de fiets of met de auto 16.2 Het schoolplein 16.3 Pleinwacht 16.4 Voor schooltijd niet naar binnen 16.5 Regen 16.6 Meelopen naar binnen 17. Praktische zaken 17.1 Aanmelden nieuwe leerling 17.2 Af of ziekmelden van een kind 17.3 Activiteiten 17.4 Acties 17.5 Adoptiekinderen 17.6 Bedrijfshulpverlening 17.7 Eigendommen merken 17.8 Eten en drinken 17.9 Gevonden voorwerpen 17.10 Hoofdluis 17.11 Kledingvoorschriften 17.12 Kosteloos materiaal 17.13 Mobiele telefoon 17.14 Oudergebedsgroep 17.15 Schoolmelk 17.16 Schoonmaak 17.17 Tropenrooster 17.18 Verjaardagen en traktaties 17.19 Voorlezen 18. Contactgegevens
Blz. 45 Blz. 45 Blz. 45 Blz. 45 Blz. 45 Blz. 45 Blz. 46 Blz. 46 Blz. 46 Blz. 46 Blz. 46 Blz. 46 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 47 Blz. 48 Blz. 48 Blz. 48 Blz. 48 Blz. 48 Blz. 48 Blz. 49
19. De schoolvereniging Blz. 51 20. Bijlagen 20.1 Formulier lidmaatschap schoolvereniging 20.2 Passend onderwijs 20.2 Jaarkalender
Schoolgids 2014-2015
Blz. 58 Blz. 59 Blz. 61
4
1. Onze school 1.1 Onze richting De Fontein is een Protestants Christelijke basisschool en maakt deel uit van de Vereniging voor Protestants Christelijk Primair Onderwijs ( PCPO) Barendrecht-Ridderkerk.
1.2 Contactgegevens C.B.S de Fontein Scheldeplein 4 2987 E.L Ridderkerk Telefoon: 0180 411989 Website: www.fonteinbolnes.nl Email:
[email protected] Website vereniging pcpo: www.pcpobr.nl
1.3 Het schoolgebouw De school ligt in een rustige omgeving. Het gebouw bestaat uit twaalf lokalen en een speellokaal. Een aantal lokalen is in gebruik voor andere doeleinden (het overblijven en peuterspeelzaal Pippeloentje). De school is in het bezit van een gebruiksvergunning. Het speelterrein is verdeeld in twee pleinen. Een plein voor de groepen 1-2 en een plein voor de groepen 4 t/m 8. Vanaf groep 6 wordt er in de pauze ook gebruik gemaakt van het sportplein naast de school.
1.4 De schooltijden De schooltijden van onder- en bovenbouw zijn gelijk. Leerlingen van groep 1/ 2 kunnen 10 minuten voor schooltijd door de ouders naar binnen worden gebracht. Voor leerlingen van groep 3 t/m 8 gaat de eerste schoolbel 5 minuten vóór schooltijd. Leerlingen stellen zich op dat moment in rijen op. Daarna gaan de groepsleerkrachten met de rij naar binnen. Bij de tweede schoolbel start de les in het lokaal. Aan het eind van de ochtend en de middag begeleiden de leerkrachten van groep 3 en 4 de leerlingen tot aan het hek op het grote plein. De leerkrachten van de groepen 5 t/m 8 begeleiden de leerlingen tot aan de schooldeur. Voor alle groepen gelden de volgende begin- en eindtijden: Maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag: ochtend - 08.30 uur – 12.00 uur middag - 13.15 uur - 15.15 uur woensdag: ochtend - 08.30 uur – 12.15 uur middag - vrij Als de bel gaat, beginnen de lessen. Omdat we dan gelijk met de kinderen aan de slag willen, verzoeken wij u eventuele vragen even uit te stellen tot na schooltijd.
1.5 Het onderwijsnummer Vanaf 1 februari 2006 moet onze school van alle ingeschreven kinderen de burgerservice nummers hebben. Dat is bij wet bepaald (Wet op het Onderwijsnummer – WOM). De nummers nemen wij op in onze leerling-administratie.
Schoolgids 2014-2015
5
2. Waar staat onze school voor 2.1 Identiteit Jezus zegt: “Maar wie van het water drinkt dat Ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Dat water zal in hem als een fontein worden, waaruit eeuwig leven voortkomt” (Joh. 4:14 uit de Bijbel- vertaling het Boek)
De naam van onze school is gebaseerd op bovenstaande Bijbeltekst. Met daarbij de link naar fontein, wat letterlijk ‘bron die water spuit’ betekent. De waterdruppels worden krachtig omhoog gestuwd om daarna hun eigen weg te zoeken. Zo is het ook met de kinderen op De Fontein. Tijdens het bezoek aan de basisschool worden de kinderen kennis, vaardigheden, normen en waarden bijgebracht. Ze maken een ontwikkeling door, ze worden als het ware omhoog gestuwd. Als een kind de Fontein verlaat zoekt het daarna zijn of haar eigen weg, gesterkt door het ‘levende water’ oftewel Gods Woord, dat als een bron van inspiratie je denken en handelen bepaalt. Met deze ‘bagage’ hopen we dat onze kinderen een goede vervolgstap kunnen zetten in onze maatschappij.
2.2 Onze visie Samen leven, samen leren met hart, hoofd en handen… Met bovenstaande visie als leidraad creëren we een schoolcultuur waarin wordt uitgegaan van leren met hart, hoofd en handen. Deze drie pijlers vormen de basis van ons onderwijs. Leren met ons hart De Fontein is een christelijke basisschool. We willen de kinderen vertrouwd maken met de Bijbelse boodschap en deze proberen te vertalen naar de tijd waarin we leven. We voeden niet op tot geloof, maar handelen vanuit het geloof. De Bijbel leert ons elkaar lief te hebben, zorg te dragen voor onze naaste en op te komen voor de zwakken. We hebben respect voor elkaar; ongeacht ras, godsdienst of cultuur. De kinderen van onze school komen uit gezinnen met uiteenlopende geloofsovertuigingen. Een groot deel van de leerlingen is niet kerkelijk meelevend. We houden rekening met deze verschillen, maar verwachten van onze leerlingen dat zij meedoen aan de door ons aangeboden lessen en activiteiten. In de praktijk houdt dit in dat we de dag beginnen en eindigen met gebed, Bijbelverhalen vertellen en elke week een christelijk lied aanleren. Daarnaast hebben we verschillende Christelijke vieringen, waarin we ieders aanwezigheid nadrukkelijk op prijs stellen. Van alle mensen die binnen onze school werkzaam zijn, wordt verwacht dat zij de uitgangspunten van de school respecteren, accepteren en uitdragen. De Fontein biedt een sfeer waarin ieder kind uniek en waardevol is. Op school moet een kind zich optimaal kunnen ontwikkelen. Dit kan alleen als het kind zich veilig voelt en ervaart dat het er mag zijn met al zijn of haar sterke en zwakke punten. Iedereen is anders en mag anders zijn. Er is een open communicatie door iedereen die bij onze school betrokken is. Een andere mening hebben mag, maar daarbij blijft het taalgebruik en de wijze waarop wij communiceren gebaseerd op wederzijds respect.
Schoolgids 2014-2015
6
Leren met ons hoofd De tweede pijler van het onderwijs op De Fontein is leren met je hoofd. Het hoofd staat symbool voor denken, kennis en inzicht op doen, uitgedaagd worden en informatie verwerken. Elk kind leert op zijn eigen manier en niveau en dagen we uit om het maximaal haalbare te presteren. Als kinderen extra hulp nodig hebben, bieden we vanuit de methode herhalingsstof aan. Indien kinderen meer uitdaging nodig hebben, krijgen ze verrijkingsstof aangereikt. We willen dat onze leerlingen goed presteren op de cognitieve vakken, te weten rekenen, taal en lezen. Ons onderwijs is gebaseerd op een helder beredeneerd aanbod. Dat houdt in dat we werken met goede, moderne methodes, die voldoen aan de kerndoelen van het basisonderwijs. Er is voor alle vakken een doorgaande leerlijn en het onderwijs is afgestemd op de ontwikkelingsfase van het kind. Leren met onze handen Als laatste noemen we het leren met je handen. We vinden het belangrijk dat kinderen creatief uitgedaagd worden door ze te laten tekenen, knutselen, musiceren en uitbeelden. Ook op die gebieden liggen talenten, die we willen laten ontplooien.
2.3 De sfeer op onze school Om ervoor te zorgen dat iedereen met plezier en een veilig gevoel naar school gaat, creëren we een sfeer van orde, rust en regelmaat. We gaan in rijen naar binnen, werken door heel de school heen met dezelfde basisregels: 1) 2) 3) 4)
Voor groot en klein zullen we aardig zijn. De school is van binnen een wandelgebied, buiten hoeft dit lekker niet. We zullen goed voor onze spullen zorgen dan zijn ze weer te gebruiken morgen.
Deze regels worden aan het begin van het schooljaar uitvoerig met de kinderen besproken en de kinderen geven concrete voorbeelden van situaties waarin deze regels gelden. De leerkracht komt gedurende het schooljaar steeds wanneer het nodig is op deze regels terug. De regels werken het beste wanneer leerkrachten en ouders de kinderen het goede voorbeeld geven, dus daar streven we naar. Op school wordt iedereen met zijn eigen naam aangesproken. Iedereen zorgt dat de school er ordelijk en gezellig uitziet. Vanzelfsprekend heeft het personeel daarin een voorbeeldfunctie. Personeelsleden wijzen de kinderen, indien nodig, op de schoolspecifieke gedragsregels. Iedereen gaat zorgvuldig om met eigendom van een ander. Met zorgvuldig wordt bedoeld: het niet met opzet misbruiken van het geleende eigendom, zodat het eigendom ongeschonden teruggegeven kan worden. Leerlingen, leerkrachten, onderwijsondersteunend personeel, directie en ouders gaan respectvol met elkaar om: zij doen elkaar geen pijn, hinderen elkaar niet, en berokkenen elkaar geen schade. Niemand doet iets wat een ander stoort, raakt de ander niet aan als deze dat niet prettig vindt. Gelijke gevallen worden gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, (seksuele) geaardheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Op school wordt geen geweld gebruikt en wordt pesten niet geaccepteerd. Hiervoor hanteren wij een pestprotocol.
Schoolgids 2014-2015
7
Ook werken wij op school met de methode ‘De Vreedzame School’. De Vreedzame School is een sociaal-emotionele methode, waarbij de klas en de school beschouwd wordt als een leefgemeenschap. Kinderen worden gezien en gehoord. Ze krijgen een stem en leren een democratisch burger te zijn. Openstaan voor verschillen en deze kunnen overbruggen, conflicten op een goede manier oplossen, een bijdrage leveren aan het algemeen belang en actief verantwoordelijk zijn voor de gemeenschap staan hierbij centraal. Kinderen ervaren dat ze ertoe doen. De lessen vormen de basis om het gezonde gedrag aan te leren. Daar blijft het echter niet bij. Het zal het uitgangspunt worden van waaruit het handelen tussen leerlingen, leerkrachten en ouders verder uitgebreid wordt. Dit geld voor alle interacties op school, zowel in de klas als op het schoolplein. De Vreedzame School streeft ernaar om kinderen het volgende te leren: - Op een positieve en zorgzame manier met elkaar om te gaan - Op een democratische manier met elkaar beslissingen te nemen - Constructief conflicten op te lossen - Verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de gemeenschap - Open te staan voor verschillen tussen mensen.
3. Het onderwijs 3.1 De organisatie van het onderwijs We werken op onze school volgens het leerstofjaarklassensysteem. De kinderen zitten meestal in een groep met leeftijdsgenootjes. Alle kinderen krijgen dezelfde basisstof. Niet alle leerlingen kunnen echter in dezelfde tijd, op dezelfde manier en met dezelfde inhoud, dezelfde doelstellingen bereiken. Het onderwijs moet ieder kind de kans geven zich te ontplooien naar eigen aanleg en mogelijkheden. De onderwijskundige vertaling komt op De Fontein tot uitdrukking in de differentiatie (= verscheidenheid) in onderwijsleersituaties. In deze onderwijsleersituaties kan zeer verschillend worden gedifferentieerd, bijvoorbeeld naar doelstelling, beginniveau, verwerkingswijze, tempo enz. Hierbij is van belang dat de individuele leerling de gestelde minimumdoelen haalt.
3.2 Verdeling van de tijd De Wet op het primair onderwijs geeft aan welke vakgebieden wij aan moeten bieden. Leerlingen van onze school nemen behoudens enkele uitzonderingen deel aan alle aangeboden lessen. De verdeling van de wekelijkse onderwijstijd over de in de wet genoemde vakgebieden is ongeveer als volgt: 1/2 Technisch lezen Rekenen Taal Schrijven Begrijpend lezen Voorlezen aardrijkskunde Geschiedenis Verkeer Biologie
Schoolgids 2014-2015
110 110
75
3 60 350 325 250 50
30 30
4 180 320 215 60 90 50 60 45 30 45
5 180 320 280 30 90 50 60 60 30 30
6 150 320 280 30 90 50 60 60 30 30
7 90 350 280 30 90 50 60 60 30 30
8 90 350 280 30 90 50 60 60 30 30
8
Engels Tekenen Handvaardigheid Muziek Godsdienstonderwijs Sociale redzaamheid Spelling Speel/werkles Spelinloop Pauze Lichamelijke opvoeding zwemmen In minuten:
30 120 30
30 30 30 120 30 60
30 30 30 120 30 60
30 30 0 100 30 75
30 30 30 0 100 30 75
60 30 30 0 100 30 75
60 30 30 0 100 30 75
75 75
75 75
75 75
75 75
75 75
75 75
1545
1545
1545
1545
1545
540 30 500
* 1545
1545
Totaal: 25.75 25.75 25.75 25.75 25.75 25.75 Naar gelang de behoefte van de groep kan het aantal uren per vakgebied worden aangepast.
25.75
* schoolzwemmen in groep 4 bestaande uit minimaal 10 lessen van 90 minuten.
3.3 De groepen 1-2 3.3.1 Beredeneerd aanbod We werken in de groepen 1/2 met de methode “Kleuterplein”. Door middel van het spelenderwijs werken in thema´s komen de belangrijkste ontwikkelingsgebieden met bijbehorende tussendoelen aan bod. De methode biedt niet alleen taal en rekenen, maar ook motoriek, wereldoriëntatie, muziek en sociaal-emotionele ontwikkeling. De meeste taal- en rekenactiviteiten vinden plaats in de kring of in de kleine kring (een klein groepje leerlingen). We denken hierbij o.a. aan kringgesprekken, voorlezen, rijmen, raadsels en telspelletjes. Daarnaast wordt er gewerkt aan tafels en in hoeken. Ook vindt in de kleutergroepen al een eerste kennismaking plaats met de computer. Bij het aanbieden van de activiteiten maken we in alle kleutergroepen gebruik van het planbord. De kinderen leren zo omgaan met plannen en bepalen voor een deel zelf wat ze gaan doen tijdens de speel en werkles. Wanneer het kind zelf bepaalt welke activiteiten het wil ondernemen zal de motivatie hoger zijn dan bij gedwongen activiteiten. Hierdoor komen kinderen sneller tot ontwikkeling. Uiteraard betekent dit niet dat de kinderen alleen maar kunnen doen waar ze zin in hebben. 3.3.2 Ontluikende geletterdheid Leerlingen die aan lezen toe zijn, krijgen alle kans om deze 'ontluikende geletterdheid' verder te ontwikkelen in de lees- en schrijfhoek en via de lettermuur. Wij werken in aansluiting op de peuterspeelzaal met Boekenpret. Leerlingen van groep 1-2 zullen regelmatig een boek mee naar huis krijgen zodat zij thuis alleen of met de een van de ouders het boek kunnen lezen. 3.3.3 Bewegingsonderwijs Bewegen is voor de ontwikkeling van een kind essentieel. De leerlingen maken gebruik van een eigen speelplein. Hierop wordt o.a. de mogelijkheid tot het klimmen en klauteren, balanceren, rijden, rennen en fantasiespel geboden.
Schoolgids 2014-2015
9
Iedere dinsdag worden er door een vakleerkracht van Stichting Sport en Welzijn gymlessen gegeven in het speellokaal. Hier komen spellessen met klein en groot materiaal aan bod. Bij slecht weer wordt er in plaats van buitenspelen gebruik gemaakt van het speellokaal. De leerkracht geeft dan zelf invulling aan deze les. Het is de bedoeling dat de kinderen gymkleding dragen tijdens het gymmen. De gymkleding mag bestaan uit een broek, shirt of gympakje en gymschoenen, waar niet mee op straat gelopen is (geen gladde zolen of balletschoentjes). Bij voorkeur schoenen die de kinderen zelf aan kunnen doen. Aangezien wij ook gaan gymmen als het regent blijven de gymspullen op school, zodat deze altijd gebruikt kunnen worden. De gymspullen blijven op school! U kunt deze tussendoor meenemen om te wassen. 3.3.4. Ontwikkeling in beeld De ontwikkeling van elk kind wordt door observatie in beeld gebracht. Dit doen de leerkrachten van groep 1/2 door op bepaalde momenten extra goed naar een kind te kijken, in de klas of speellokaal en tijdens het buitenspelen. De uitkomsten van toetsen en observatielijsten laten zien of en op welk gebied een kind extra hulp nodig heeft en kunnen het gesprek met de ouders ondersteunen. Er wordt gekeken naar: - sociale ontwikkeling - persoonlijke ontwikkeling - motorische ontwikkeling - cognitieve ontwikkeling - taalontwikkeling - ontwikkeling van de creativiteit 3.3.5.Toetsen Twee keer per jaar worden de Citotoetsen afgenomen. Een op het gebied van taal en een op het gebied van ordenen (voorbereidend rekenen). Deze toetsen geven de leerkracht onafhankelijke informatie over de ontwikkeling van de kinderen. Wat gaat er al goed en wat behoeft nog extra aandacht? Als een toets onvoldoende gemaakt is, maakt de leerkracht een handelingsplan. Deze wordt dan met u besproken. 3.3.6. Najaarsleerlingen Met najaarsleerlingen bedoelen wij leerlingen die in oktober, november en december van het lopende kalenderjaar jarig zijn en mogelijk in aanmerking komen om aan het eind van het lopende schooljaar van groep 2 naar groep 3 door te stromen. Scholen hebben binnen de wet grote vrijheid bij de inrichting van het onderwijs. Dit betekent, dat scholen een eigen beleid mogen formuleren. Vast staat, dat kinderen niet langer op grond van hun geboortedatum in de kleuterbouw mogen blijven. Het besluit over een doorstroming van groep 2 naar 3 of juist een verlenging van de kleuterbouw, moet worden gemaakt op basis van de individuele ontwikkeling van het kind. Wij hanteren hiervoor het najaarsprotocol. 3.3.7. Spelinloop Bij binnenkomst gaan de kinderen in de kring zitten, behalve bij de spelinloop momenten. Deze worden wisselend per periode op maandag of woensdagochtend gehouden. Hierbij is het de bedoeling dat de kinderen als ze de klas inkomen gelijk mogen gaan spelen. De ouders/verzorgers mogen een kwartier in de klas blijven en met hun kind meespelen. Om 8.45 uur verlaten de ouders het lokaal. Bij het lokaal hangt een bordje, zodat ouders kunnen zien wanneer het spelinloop is.
Schoolgids 2014-2015
10
3.3.8 Wielenmiddag en speelgoedmiddag Met wielenmiddag mogen de kinderen speelgoed meenemen met wielen om buiten mee te spelen, zoals een auto, fiets, step of poppenwagen. Groep 1/2a heeft donderdagmiddag wielenmiddag, groep 1/2b dinsdagmiddag en groep 1/2c maandagmiddag. Elke laatste vrijdag van de maand is het speelgoedmiddag. De kinderen mogen dan speelgoed meenemen om binnen mee te spelen. Al het meegebrachte speelgoed wordt op eigen risico meegenomen, wij raden aan om geen nieuw speelgoed of speelgoed met kleine onderdelen mee te geven i.v.m. het snel kwijtraken. Ook zien we liever geen gewelddadig speelgoed zoals geweren en pistolen op school. 3.3.9. Methodes Als informatiebron voor het onderwijs in groep 1/2 maken wij o.a. gebruik van de volgende boeken en methodes: - ‘Kleuterplein’ - 'Schrijftaal' en ‘Schrijfdans’ - motorische oefening; - ‘De Vreedzame school’ - sociaal- emotionele vorming; - ‘Leefwereld’ - natuurkunde; - 'Muziek voor de basisschool' - ‘Schatkist met de muis’ - 'Kind op maandag' - godsdienstonderwijs.
3.4 De groepen 3 t/m 8 3.4.1 Kerndoelen Voor elk vakgebied zijn kerndoelen vastgesteld. Wij gebruiken alleen methodes die aan deze kerndoelen voldoen. De leerkrachten verdelen de leerstof in overleg met hun parallelcollega’s over het schooljaar en zorgen ervoor dat de leerstof behandeld wordt. Tijdens de informatieavond aan het begin van het schooljaar lichten de groepsleerkrachten deze leerstof toe. Aan het eind van de basisschool beheersen bijna alle kinderen de in de kerndoelen vastgelegde verplichte leerstof. 3.4.2.Godsdienstonderwijs De Fontein is een school die open staat voor iedereen, die onze uitgangspunten respecteert. De bijbel is onze inspiratiebron. Dat blijkt o.a. uit de dagopening en het godsdienstonderwijs. We beginnen en eindigen de dag met gebed. In alle groepen wordt gebruik gemaakt van de godsdienstmethode ‘Kind Op Maandag’. Wekelijks leren we de kinderen een ‘lied van de week’ aan. Hierin maken we onderscheid in een lied voor de onderbouw van groep 1 t/m 4 en een lied voor de bovenbouw groep 5 t/m 8. 3.4.3 Lezen In groep 3 starten we met het aanvankelijk leesonderwijs. Onze methode ‘Veilig Leren Lezen’ biedt het leren lezen aan op een speelse en uitnodigende manier klassikaal aan. Het aanvankelijk leesproces gaat in groep 4 over in voortgezet technisch lezen. Hiervoor starten we dit jaar met de leesmethode ‘Estafette nieuw’. Deze methode richt zich op de verbetering van het technisch lezen. Deze methode gebruiken we van groep 4 t/m groep 8. Vanaf groep 4 wordt een start gemaakt met de begrijpend leesmethode ‘Nieuwsbegrip’. Er komt steeds meer nadruk te liggen op begrijpend en studerend lezen door het aanleren van leesstrategieën. Daarnaast besteden wij ruim aandacht aan het lezen van goede boeken en willen wij bereiken dat kinderen liefde voor het lezen krijgen.
Schoolgids 2014-2015
11
Daarom wordt er in elke klas voorgelezen. Ook worden er allerlei extra leesactiviteiten georganiseerd zoals deelname aan de Kinderboekenweek, het voorleesontbijt en de regionale voorleeswedstrijden. Vanaf groep 1 bezoeken we de bibliotheek, waar kinderen zelf hun boek mogen uitzoeken. Na een periode van 6 weken worden deze boeken weer geruild. En natuurlijk beschikt onze school over een schoolbibliotheek en documentatiecentrum. 3.4.4. Taal en Spelling De taalontwikkeling van kinderen bestaat uit verschillende aspecten. Spelling, mondeling taalgebruik, creatief taalgebruik, actief luisteren, uitbreiding van de woordenschat en ontleden zijn daar voorbeelden van. Naast technisch en begrijpend lezen is het stimuleren van taal in de breedste zin van het woord enorm belangrijk. Vanaf groep 4 gebruiken we de methode ‘Taal in Beeld’ en ‘Spelling in Beeld’ waar aan al deze aspecten aandacht wordt gegeven. 3.4.5 Rekenen Wij werken in de groepen 3 t/m 8 met de methode ‘Alles Telt’. Deze realistische rekenmethode leert de kinderen naast de basisvaardigheden (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen) ook praktische rekensituaties uit de dagelijkse realiteit. In onze methode 'Alles telt', wordt ook veel aandacht besteed aan het automatiseren. Er worden veel handreikingen gegeven om goed om te gaan met niveau- en tempoverschillen tussen leerlingen. Hierbij wordt zelfs aandacht besteed aan taaltips voor taalzwakke leerlingen, zodat ook die leerlingen rekenvraagstukken aankunnen.
3.4.6. Schrijven De leerlingen leren via de methode 'Zwart op wit', lichthellend en verbonden schrijven. Het is de bedoeling dat leerlingen een vlotte en vloeiende schrijfstijl ontwikkelen. Vanaf groep 8 wordt een persoonlijk handschrift verder ontwikkeld. De leerlingen in groep 3 beginnen te schrijven met een potlood. Halverwege groep 4 krijgen de kinderen een pen van school en gaan daarmee schrijven. 3.4.7 Wereldoriënterende vakken Hieronder worden o.a. aardrijkskunde, geschiedenis, staatsinrichting, maatschappelijke verhoudingen, geestelijke stromingen, natuurkunde waar onder biologie en milieu, gezondheidseducatie, verkeer en informatieverwerking verstaan. In het kort komt het erop neer dat onze leerlingen: - Nederland, Europa en de Werelddelen leren kennen. - Inzicht en kennis krijgen van de geschiedenis van ons land en de gelijktijdige maatschappelijke ontwikkelingen daarbuiten in een breed perspectief. - Liefde en respect leren opbrengen voor de natuur en een verstandige houding verwerven t.a.v. de wijze waarop daarmee omgegaan moet worden. - Eenvoudige kennis van natuurkundige eigenschappen verwerven. - Informatie kunnen verwerken met behulp van documentatiecentrum en computer. - Gezond gedrag verwerven met betrekking tot de verzorging van het lichaam, omgang met elkaar, het omgaan met waarden en normen en gedrag in het verkeer. - Kennis verwerven omtrent de geestelijke stromingen. - Andere godsdiensten en/of culturen leren respecteren. 3.4.8. Expressieve activiteiten Door middel van expressie wordt de leerlingen de mogelijkheid geboden om hun gevoelens en gedachten uit te drukken en draagt het bij aan het ontwikkelen van zelfvertrouwen. Daarbij reiken wij de leerlingen technieken en vaardigheden aan om dat te realiseren.
Schoolgids 2014-2015
12
In de verschillende groepen wordt aandacht besteed aan handvaardigheid, tekenen, dramatische expressie en muzikale vorming. Wij vinden dat deze activiteiten naast een ontspannende waarde, ook moeten leiden tot een stukje kwaliteit. Wij bieden de kinderen veel verwerkingsvormen aan, die complexer worden in de hogere leerjaren. We gebruiken expressieactiviteiten bij gezamenlijke schoolactiviteiten, zoals vieringen en de afscheidsmusical. Af en toe maken we gebruik van culturele en kunstzinnige projecten van 'Het Kunstgebouw'. 3.4.9 Engels Wij gebruiken in de groepen 6 t/m 8 de methode ‘Take it easy’. Deze methode gaat uit van het digitale schoolbord. Een digitale leerkracht presenteert de les. Via filmpjes en muziekclips komen de leerlingen in aanmerking met spannende, grappige of gevoelige ‘real life’ situaties waarin de voertaal altijd Engels is. 3.4.10 Bewegingsonderwijs De reguliere gymnastieklessen voor de groepen 3 t/m 8 worden in de gymnastiekzaal aan de Pretoriusstraat gegeven. Groep 3 / 4 , 7 en 8 krijgen dit jaar les van een vakleerkracht van Sport en Welzijn. De groepsleerkracht is hier uiteraard bij betrokken en aanwezig. Groep 3, 5 en 6 krijgen van de groepsleerkrachten gymles. Bij de gymlessen is er naast aandacht voor de motorische ontwikkeling en spelvormen, ook veel aandacht voor de ontwikkeling van de sportiviteit. De kinderen zijn verplicht gymkleding te dragen tijdens het gymmen. De gymkleding mag bestaan uit een broek, shirt of gympakje en gymschoenen, waar niet mee op straat gelopen is (geen gladde zolen of balletschoentjes). Sport en Welzijn Ridderkerk, en diverse sportverenigingen organiseren het hele schooljaar door diverse sportactiviteiten voor de basisscholen. Wij nemen hier gedoceerd aan deel. Gymrooster: Maandag Groep 3 Groep 4 Groep 7 Groep 8
09.00 – 10.00 uur 10.00 - 11.00 uur 11.00 - 12.00 uur 13.15 - 14.15 uur
Donderdag Groep 6 Groep 5
10.30 – 11.30 uur 14.15 – 15.15 uur
3.4.11 Schoolzwemmen In groep 4 gaan de leerlingen schoolzwemmen. Gedurende 10 weken krijgen de kinderen 90 minuten zwemles. Hierin zit een pauze waarin kinderen even tot rust kunnen komen en wat kunnen eten en drinken. De zwemles wordt afgesloten met vrij zwemmen. Tijdens de zwemlessen wordt gewerkt aan het verbeteren van de zwemvaardigheid zoals vereist bij de zwemdiploma’s. Het schoolzwemmen moet gezien worden als een natte gymles. De zwemperiode is te kort om de kinderen op te leiden voor zwemdiploma A. Wel is er de mogelijkheid om na het schoolzwemmen in te stromen in de particuliere zwemlessen. De zwemlessen worden gehouden in ‘De Fakkel’. Het vervoer naar het zwembad gaat per bus. De rekening voor het vervoer ontvangt u van Stichting Sport en Welzijn. Dit schooljaar is de eerste les op 11 februari en de laatste les 22 april. De lessen vinden plaats van 10.30 tot 12.00 uur.
Schoolgids 2014-2015
13
3.4.12 Verkeersexamen In groep 8 doen wij eerst theorie examen en daarna een praktijk examen. Dit wordt begeleid door veilig verkeer Nederland. 3.4.13 E.H.B.O De leerlingen van groep 8 krijgen wekelijks les van een instructeur van de EHBO- vereniging in Ridderkerk. Tijdens de lessen leren de leerlingen waar zij bij een ongeval op moeten letten en welke hulp ze kunnen bieden. Uiteraard bestaan veel lessen uit het oefenen van het aanleggen van allerlei verbanden maar ook de stabiele zijligging hoort hierbij. Wij hopen dat ook dit jaar weer alle leerlingen van groep 8 het Jeugd EHBO- diploma zullen behalen. 3.4.14 Werkweek. Groep 8 heeft een werkweek, waarbij educatieve en sportieve activiteiten plaatsvinden. Tijdens dit evenement leren de kinderen nog eens extra het belang van samenwerken en respectvol met elkaar omgaan. Een prachtige afsluiting van groep 8. Voor sommigen is het ook de eerste keer dat zij een aantal dagen van huis zijn. Soms is dit moeilijk voor een leerling, maar de ervaring leert, dat de begeleiders deze kinderen toch over die “hobbel” heen helpen. Het geheel wordt begeleid door de groepsleerkracht(en) en aangevuld met collegaleerkrachten en ouders. 3.4.15 ICT De computers op onze school zijn bedoeld voor educatief gebruik. Het computergebruik door leerlingen vindt in alle groepen plaats. De computers staan voornamelijk in de lokalen. Op deze wijze is het mogelijk om de computers in het onderwijsleerprogramma te integreren. Alle groepen zijn aangesloten op een netwerk, waarbij de leerlingen door de hele school gebruik kunnen maken van de aanwezige software en van de aanwezige websites die bij onze methodes horen. Andere sites zijn via school voor kinderen niet toegankelijk. Tevens wordt er, op nog twee kleutergroepen na, in iedere klas gebruik gemaakt van een smartboard. 3.4.16 Overzicht van de methodes groep 3 t/m 8 Gebruikte methoden Taal: Taal in Beeld Spelling: Spelling in beeld Lezen: Estafette (Nieuw) Begrijpend lezen: Nieuwsbegrip Rekenen: Alles Telt Schrijven: Zwart op wit Verkeer: Klaar over Aardrijkskunde: Geobas Nieuw Geschiedenis: Bij de Tijd Natuurkunde: Natuniek Engels: Take it Easy Geestelijke stromingen: Kind op Maandag Sociale vorming De Vreedzame school Burgerschap: Kijk in de wijk
Schoolgids 2014-2015
14
3.5 Huiswerk Het meegeven van huiswerk kan op verschillende manieren gebeuren: - als extra ondersteuning: kinderen die bij een bepaald vak extra hulp krijgen. Dit huiswerk wordt nadien met de kinderen besproken. Huiswerk in het kader van extra ondersteuning kan in iedere groep plaatsvinden. - om vertrouwd te raken met het plannen en organiseren van huiswerk. Dit gebeurt vanaf groep 4. Per leerjaar wordt de hoeveelheid huiswerk uitgebreid. Daarnaast maken de kinderen in groep 6/7/8 werkstukken, houden zij spreekbeurten of bespreken een boeiend boek. Op school leren de kinderen via een stappenplan hoe zij dit het best kunnen voorbereiden. Dit stappenplan is een hulpmiddel voor de kinderen. De uitvoering vindt voornamelijk thuis plaats. Ook wordt de leerlingen van groep 8 geleerd om te gaan met een agenda.
Schoolgids 2014-2015
15
4. Onze manier van werken 4.1 Samenwerkend leren Samen werken en samen leren moet je oefenen. Dit doen we door kinderen verschillende werkvormen (didactische structuren) aan te bieden. Deze werkvormen worden in alle groepen gebruikt en kunnen op diverse terreinen worden ingezet. Enerzijds wordt gewerkt aan de sfeer in de groep en anderzijds wordt leerstof aangeboden, ingeoefend en herhaald. De gestructureerde manier waarop dit gebeurt, heet coöperatief leren. Binnen de structuren wordt er voor gezorgd dat alle kinderen een actieve rol hebben, waardoor de betrokkenheid zeer groot is. De kinderen zitten in groepjes, zodat het coöperatief leren goed kan worden uitgevoerd. Bij de kleuters kiezen we bewust voor een combinatiegroep 1/ 2, zodat kinderen van elkaar kunnen leren.
4.2 Zelfstandig werken Er wordt lesgegeven aan de hand van het zogenaamde ‘directe instructiemodel’. Vooral met rekenen en taal is deze manier van lesgeven effectief, de lessen hebben een steeds terugkerende structuur. De volgende stappen worden genomen: 1. Terugblik: Het voorgaande werk bespreken en de voorkennis activeren. 2. Oriëntatie: Het onderwerp en doel van de les wordt besproken. 3. Uitleg: De lesstof wordt in kleine stapjes uitgelegd, vaardigheden worden hardop denkend voorgedaan en leerlingen worden uitgedaagd zelf ook voorbeelden te bedenken. Sommige kinderen kunnen na deze instructie al zelfstandig aan de slag. 4. Begeleide in oefening: De leerlingen oefenen onder begeleiding van de leerkracht. De leerkracht stelt veel vragen en zorgt ervoor dat de leerlingen betrokken blijven. 5. Zelfstandig werken: De kinderen gaan zelfstandig aan de slag. Kinderen die moeite met de leerstof hebben krijgen extra instructie. En er zijn extra (uitdagende) oefeningen voor kinderen die al verder zijn. 6. Evaluatie: De leerkracht laat leerlingen onder woorden brengen wat goed ging en wat niet. Er wordt gecontroleerd of het lesdoel is bereikt. 7. Terug- en vooruitblik: De les wordt in de context van een lessenreeks geplaatst. Tijdens de fase van zelfstandig werken wordt het stoplicht gebruikt. De leerkracht controleert of alle kinderen aan de slag kunnen en zet dan het stoplicht op rood. Dit betekent dat de kinderen alleen moeten werken en dat het stil is. Na een poosje gaat het stoplicht op oranje, dit houdt in dat de kinderen elkaar mogen helpen. Bij het groene licht mogen de kinderen hulp vragen aan de leerkracht. Kinderen die vastlopen, worden tussendoor door de leerkracht geholpen. De kinderen hebben een dobbelsteen op hun tafel liggen. Hiermee kunnen ze aangeven of ze een vraag voor de leerkracht hebben en of ze alleen of samen willen werken. Door het zelfstandig werken, leren kinderen om te gaan met uitgestelde aandacht. Ze moeten eerst zelf proberen hun probleem op te lossen en pas in een later stadium hulp vragen aan een ander. De leerkracht heeft, tijdens het rode en oranje licht, tijd om een groepje kinderen extra te helpen aan de instructietafel. Ook kan deze tijd gebruikt worden om te observeren of individuele toetsjes af te nemen.
Schoolgids 2014-2015
16
4.3 Betekenisvol leren We proberen zoveel mogelijk aan te sluiten bij de belevingswereld van kinderen. Er wordt rekening gehouden met bijvoorbeeld de seizoenen, de jaarlijkse feesten, spulletjes die kinderen meebrengen naar school, dingen die ze meemaken in het dagelijkse leven en wat ze zien in de wereld om zich heen. De lessen zijn betekenisvol, kinderen zien het nut in van datgene wat ze leren. Er worden in de meeste klassen digitale schoolborden gebruikt. Het is de bedoeling dat na verloop van tijd iedere groep een zogenaamd Smartboard heeft. Er wordt gebruik gemaakt van de software van de lesmethodes en scans van de leerlingenboeken en –schriften, zodat de leerkracht heel duidelijk kan laten zien wat de bedoeling van de les is. Andere mogelijkheden zijn: PowerPoint-presentaties, filmpjes, plaatjes en oefeningetjes laten zien op het bord. Ook kun je er op schrijven met een digitale pen.
4.4 Vreedzame school 4.4.1 algemene informatie De Vreedzame School is een sociaal-emotionele methode, waarbij de klas en de school beschouwd wordt als een leefgemeenschap. Kinderen worden gezien en gehoord. Ze krijgen een stem en leren een democratisch burger te zijn. Openstaan voor verschillen en deze kunnen overbruggen, conflicten op een goede manier oplossen, een bijdrage leveren aan het algemeen belang en actief verantwoordelijk zijn voor de gemeenschap staan hierbij centraal. Kinderen ervaren dat ze ertoe doen. De lessen vormen de basis om het gezonde gedrag aan te leren. Daar blijft het echter niet bij. Het zal het uitgangspunt worden van waaruit het handelen tussen leerlingen, leerkrachten en ouders verder uitgebreid wordt. Dit geld voor alle interacties op school, zowel in de klas als op het schoolplein. De Vreedzame School streeft ernaar om kinderen het volgende te leren: - Op een positieve en zorgzame manier met elkaar om te gaan - Op een democratische manier met elkaar beslissingen te nemen - Constructief conflicten op te lossen - Verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de gemeenschap - Open te staan voor verschillen tussen mensen. 4.4.2 Doelen op leerling-niveau: - Overleg, menings- en besluitvorming: Een standpunt hebben, opkomen voor eigen standpunt, luisteren naar anderen, verplaatsen in standpunt anderen, debatteren, argumenteren, bereidheid van standpunt te veranderen, compromissen sluiten, loyaal aan genomen besluit zijn, rekening houden met minderheidsstandpunt, kritisch denken, informatie inwinnen en kritisch analyseren - Omgaan met conflicten: Inzicht in en kennis van conflictoplossing, inzicht in eigen stijl van conflictoplossing, verplaatsen in positie van de ander, onderhandelen, win-winoplossing nastreven, afzien van fysiek of mentaal geweld, kennis van mediatie, mediatievaardigheden, omgaan met boosheid in een conflict - Verantwoordelijkheid voor gemeenschap: verantwoordelijkheid voor elkaar, verantwoordelijkheid voor klas, school en buurt, zorgzaamheid, rechtvaardigheids-gevoel, participatie, initiatieven nemen, meepraten en meedenken, aan regels houden, samenwerken, behulpzaamheid - Open staan voor verschillen: tolerantie, aanpassen aan andermans regels en gewoonten, respect voor andere
Schoolgids 2014-2015
17
-
levensopvattingen en stijlen, inleven in de ander – in andere culturen – in andere levensomstandigheden, constructief omgaan met vrijheid van meningsuiting of godsdienst, onderscheid tussen vooroordeel en oordeel, kennis levensbeschouwelijke stromingen Democratische geletterdheid: democratische instituties (Tweede Kamer, grondwet e.d.), democratische spelregels, rechten en plichten in een democratie, democratische principes (verkiezingen, achterban, vertegenwoordiging), rol van de media in democratie
Op schoolniveau streeft het programma naar een positief sociaal en moreel klimaat, waarin leerkrachten prettig werken, handelingsverlegenheid bij leerkrachten voorkomen wordt, kinderen zich veilig voelen, kinderen zich gehoord en gezien voelen, iedereen bereid is zich te verplaatsen in de ander, iedereen op een positieve manier met elkaar omgaat en de eigen kracht van kinderen benut wordt. Om deze doelen te bereiken is een intensief implementatietraject nodig. Het gaat immers verder dan een les geven. Het gaat over professioneel handelen en het voorbeeld kunnen zijn. Daarom wordt dit traject over twee schooljaren vorm gegeven. 4.4.3 Coöperatief Leren In de Vreedzame School wordt regelmatig gebruikt gemaakt van coöperatieve structuren. Zo leren kinderen van en met elkaar. Deze werkvormen kunnen ook in andere lessen gebruikt worden zoals rekenen of aardrijkskunde. De Vreedzame Schoolles is zo de basis vanwaar op vele manieren een transfer gemaakt kan worden naar andere delen binnen de school. Op die manier blijft het niet bij een lesje, maar wordt het de basis van je handelen binnen je hele school. 4.4.4 Grip op de groep In het eerste blok staan groepsvorming en positief sociaal klimaat centraal. Dat is belangrijk, want in de eerste weken van het schooljaar vormt een groep zich. Als de groep zich uiteindelijk gevormd heeft, blijft het de rest van het jaar min of meer hetzelfde. Het is dus zaak om aan het begin van het schooljaar hier heel bewust mee om te gaan om de klas zo tot een positieve groep te helpen vormen. 4.4.5 Burgerschap Het blijkt nogal eens moeilijk te zijn voor scholen om handen en voeten te geven aan burgerschapsvorming. De Vreedzame School sluit aan bij de doelen en geeft hier heel praktisch vorm en inhoud aan.
Schoolgids 2014-2015
18
5. De zorg voor kinderen 5.1 Volgen van de ontwikkeling van het kind Gedurende de tijd dat een leerling op onze school is, houden wij de resultaten bij van de methodetoetsen en twee keer per jaar de cito toetsen in een zgn. leerlingvolgsysteem (LVS). Wij gebruiken hiervoor Parnassys. Op deze manier hebben we een objectief beeld om het niveau en de vorderingen van een leerling vast te stellen. De verslaglegging van gegevens van leerlingen gebeurt door de groepsleerkracht Van iedere groep wordt een zorgmap bijgehouden. Daarnaast bestaat van iedere leerling een dossier, waarin bijvoorbeeld gegevens uit het leerlingvolgsysteem worden verzameld. Deze gegevens blijven tot 3 jaar na het vertrek van de leerling bewaard voor eventuele latere informatie. Daarna worden de gegevens vernietigd.
5.2 Handelingsgericht werken Op school werken we handelingsgericht. Handelingsgericht werken (HGW) wil de kwaliteit van ons onderwijs en de begeleiding van alle leerlingen verbeteren. Het is een systematische manier van werken, waarbij het aanbod afgestemd is op de onderwijsbehoeften en de basisbehoeften van de leerlingen. Aan de hand van de kindkenmerken wordt gekeken welke onderwijsbehoeften het betreffende kind heeft. Het onderwijs wordt daarop aangepast. HGW gaat uit van zeven principes: 1. Onderwijsbehoeften van de leerlingen centraal stellen. Denk aan de instructie, de leertijd en uitdaging. 2. Afstemming en wisselwerking tussen kind en zijn omgeving: de groep, de leerkracht, de school en de ouders. De omgeving moet goed afgestemd zijn op wat het kind nodig heeft. 3. De leerkracht doet ertoe. Hij kan afstemmen op de verschillen tussen de leerlingen en zo het onderwijs passend maken. 4. Positieve aspecten zijn van groot belang. Dit gaat niet alleen om de positieve aspecten van het kind, maar ook van de leerkracht, de groep, de school en de ouders. Als een leerkracht een negatief beeld heeft van de leerling, dan zie hij vaak alleen nog maar het negatieve gedrag. Het is belangrijk dat de leerkracht dan zoekt naar positief gedrag, dan zijn er meer mogelijkheden om het probleem op te lossen. 5. Constructieve samenwerking tussen school en ouders. De verantwoordelijkheid voor initiatief ligt bij de school. Maar de school geeft wel de verwachtingen over de verantwoordelijkheid van ouders duidelijk aan. 6. Doelgericht werken. Het team formuleert doelen met betrekking tot leren, werkhouding en sociaal emotioneel functioneren. Het gaat hierbij zowel om korte als lange termijndoelen. De doelen worden geëvalueerd volgens de HGW-cyclus (zie hieronder). Ze worden SMARTI geformuleerd. 7. De werkwijze van school is systematisch en transparant. Er zijn duidelijke afspraken over wie wat doet en wanneer.
Schoolgids 2014-2015
19
5.3 Verschillende aanpakniveaus We vinden het belangrijk dat ieder kind de juiste aandacht, ondersteuning en zorg krijgt, zodat elk kind zich optimaal kan ontwikkelen. We proberen zo goed mogelijk tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van het kind. Dit noemen we passend onderwijs. Een manier om passend onderwijs te realiseren is het werken met groepsplannen. We werken al met groepsplannen voor lezen en rekenen. Dit schooljaar wordt een begin gemaakt met groepsplannen voor spellen, woordenschat en begrijpend lezen. In een groepsplan staat kort en bondig beschreven: Wat moet een leerling kunnen halverwege en aan het einde van het schooljaar? Dit volgen we met behulp van vaardigheidsscores. Hoe wordt de lesstof aangeboden om deze doelen te halen? Welke aanpak en welke methode past het best bij dit kind? Organisatie. Hoe vaak per week krijgt het kind lezen / rekenen? Op welk moment geeft de leerkracht instructie aan leerlingen die meer uitleg nodig hebben? Evaluatie. Belangrijk is om te weten of het doel is bereikt, dit doen we door regelmatig leerlingen te toetsen. We gebruiken hiervoor de methodegebonden toetsen en de CITO toetsen van het leerlingvolgsysteem. De doelen worden zo nodig aangepast. Aanpakniveau 0 (risicoleerlingen) Alleen wanneer de leerling onvoldoende profiteert van de aanpak binnen het groepsplan wordt een individueel plan opgesteld. We noemen deze leerlingen risicoleerlingen. Het besluit om een individueel handelingsplan op te stellen wordt in een leerlingbespreking met de Intern begeleider genomen. Natuurlijk wordt u als ouder hiervan altijd schriftelijk op de hoogte gesteld en wordt u tussentijds geïnformeerd over de ontwikkeling en de vorderingen van uw kind. De Intern begeleider coördineert en bewaakt de stappen. Aanpakniveau 1 (zorgleerlingen) Deze leerlingen hebben als onderwijsbehoefte meer instructietijd en begeleid oefenen nodig. Ze hebben meestal ook meer herhaling en aangepaste oefenstof nodig. Zo kunnen deze leerlingen de vaardigheden voldoende tot beter gaan beheersen. Zij volgen het reguliere onderwijsaanbod met daarbij extra instructie en hulp van de leerkracht aan de instructietafel. Aanpakniveau 2 (basisleerlingen) Zij volgen het reguliere / basisaanbod. Zij hebben genoeg aan een korte en bondige instructie en zij kunnen daarna zelfstandig aan het werk. Zij hebben geen extra leerstof nodig om de lesstof en de vaardigheden te beheersen. Aanpakniveau 3 (plusleerlingen) Zij hebben weinig instructie nodig, ze hoeven niet veel les-en oefenstof te maken om de vaardigheden te beheersen. Zij hebben behoefte aan verdieping van de lesstof en zij willen worden uitgedaagd. Het zijn leerlingen die verdieping van de lesstof nodig hebben. Bovenstaande niveaus zijn ook van toepassing op concentratie, werkhouding en/of gedrag. Naast het volgen van de cognitieve ontwikkeling wordt ook de sociaal emotionele ontwikkeling goed in de gaten gehouden. Afgelopen jaren werd hiervoor het Ontwikkelingsvolgmodel voor gebruikt. Dit schooljaar gaan wij opzoek naar een ander observatiesysteem.
Schoolgids 2014-2015
20
5.3.1 Ondersteuning voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Als de leerkrachten of ouders zich zorgen maken over de ontwikkeling en vorderingen van het kind, dan wordt dit met de intern begeleider besproken. Leerkracht en intern begeleider bespreken hoe de extra ondersteuning aan het kind geboden kan worden. Als we er op schoolniveau niet uitkomen, wordt de leerling besproken bij het schoolondersteuningsteam (SOT). Eenmaal in de 7 weken vindt op school een overleg plaats van het schoolondersteunings-team. Het team bestaat uit: Karin van Vuuren (orthopedagoog) voorzitter Jaap de Boer (intern begeleider) notulist Yvonne de Visser jeugdverpleegkundige (niet aanwezig, wel beschikbaar voor vragen via de mail) Irene Leijte ( schoolmaatschappelijk werkende / gezins- en kindcoach) Standaard worden de ouders en de betrokken leerkracht uitgenodigd. Leerkrachten en ouders kunnen een leerling op de agenda plaatsen. Iedere deelnemer aan het gesprek is gelijkwaardig. Er wordt ruim de tijd genomen voor de inbreng en vragen van ouders en leerkracht. Centraal staat het verhelderen van en tegemoet komen aan de onderwijs- en zorgbehoeften. We maken gebruik van de expertise van het samenwerkingsverband. Vanuit het SOT vragen we arrangementen aan. Bijvoorbeeld een rekenonderzoek om helder te krijgen waarmee het kind moeite heeft en hoe het kind in de groep het beste kan worden ondersteund. Als het eenmalig is dan noemen we het een PAB (preventief ambulante begeleiding) Een ander voorbeeld: een leerling met gedragsproblemen die al bekend is bij het samenwerkingsverband. De ambulant begeleider is al wezen kijken. Dan kunnen we een licht arrangement vragen voor 20 weken. De ambulant begeleider komt dan meerdere malen langs voor gesprekken met de leraar of gaat daadwerkelijk met het kind aan de slag om hem / haar nieuwe vaardigheden te leren. Het Samenwerkingsverband heeft het afgelopen schooljaar hard gewerkt aan het uitbreiden van de ondersteuningsmogelijkheden = arrangementen, met als doel leraren, leerlingen en ouders daadwerkelijk praktisch te ondersteunen om zo passend onderwijs mogelijk te maken. Het SOT heeft de bevoegdheid zelfstandig arrangementen aan te vragen en te accorderen. Zo willen we binnen twee weken een arrangement starten. Dus geen lange wachtlijsten meer of “deskundigen” die ons verhaal nog eens dunnetjes overdoen. Het welzijn van het kind staat voor ons voorop. Wij willen het kind die extra aandacht geven die het nodig heeft om met plezier naar school te gaan. Wij zullen de ouders zoveel mogelijk bij de zorg voor hun kind betrekken. We willen deskundigheid en kennis bundelen met specifieke kennis die ouders over hun kind hebben. 5.3.2 Wanneer is een onderwijsarrangement passend? Een Onderwijs arrangement is: "Het geheel aan didactische en pedagogische handelingen dat de school, binnen een bepaalde organisatorische context en zo nodig in samenwerking met derden, uitvoert, met het doel de ontwikkeling van de leerling met speciale onderwijsbehoeften te optimaliseren." Een onderwijsarrangement is passend als het: aansluit op de onderwijsbehoeften van de leerling op inhoudelijk, pedagogisch en didactisch gebied; leidt tot optimale leeropbrengsten: de gestelde doelen worden gerealiseerd en het arrangement leidt tot tevredenheid bij alle betrokkenen: leerling, leraar, ouders en Schoolgids 2014-2015
21
intern begeleider; in overeenstemming is met de competenties van de betrokkenen en afgestemd is op kenmerken van de groep.
5.3.3 Onderwijsbehoeften van de leerling Om een onderwijsarrangement passend te maken is het in de eerste plaats noodzakelijk om de onderwijsbehoeften van de leerling goed te beschrijven. Het gaat daarbij om de beginsituatie bij een bepaald leergebied en de didactische en pedagogische behoeften die een leerling bij dat leergebied heeft. De principes en richtlijnen van 'handelingsgericht werken' bieden zijn daarbij uitgangspunt. Het goed kennis nemen van de visie van de leerling en ouders en belemmerende c.q. stimulerende factoren is van grote meerwaarde bij het beschrijven van de onderwijsbehoeften van de leerling. Een onderwijsarrangement moet leiden tot optimale leeropbrengsten. We spreken in dit verband van optimaal wanneer de leerling de doelen realiseert die vooraf werden geformuleerd. De opbrengsten kunnen door middel van gestandaardiseerde toetsen in beeld worden gebracht. Observaties en gesprekken kunnen belangrijke informatie toevoegen aan toetsgegevens. Het is van belang dat alle personen die betrokken zijn bij de planning en/of uitvoering van het onderwijsarrangement tevreden zijn met de wijze waarop het onderwijsarrangement gestalte krijgt. Hierbij gaat het in de eerste plaats om tevredenheid van de leerling en zijn/haar ouders. Maar ook de betrokkenen die het onderwijsarrangement uitvoeren moeten de kans krijgen om aan te geven waar zij wel of niet tevreden over zijn. Er moet immers een goede balans zijn tussen wat van de leraar wordt gevraagd en wat zijn/haar draagkracht is. Door de opbrengsten en de tevredenheid van alle betrokkenen regelmatig te evalueren kan bijtijds naar (extra) ondersteuning of aanpassing van het arrangement worden gezocht. 5.3.4 Leerlingen met een eigen leerlijn Voor kinderen die de basisdoelen van de basisschool op een of meerdere vak- en ontwikkelingsgebieden niet halen wordt een OPP opgesteld. In een ontwikkelingsperspectief (OPP) beschrijft de school wat zij verwacht dat een leerling gaat leren: de beoogde leerlingresultaten. Deze leerlingresultaten zijn een nadere concretisering van het uitstroomniveau dat een leerling volgens de school kan halen. De leraar en intern begeleider brengen de beginsituatie en het niveau van een leerling in kaart. Hierna wordt kort en lange termijndoelen gesteld en het te verwachten uitstroomprofiel. Hierbij wordt ook gelet op de onderwijsbehoeften van de leerlingen, de stimulerende en belemmerende factoren. In alle fasen van handelingsgericht werken worden de ouders betrokken. 5.3.5 Leerlingen met een leerlinggebonden financiering Per 1 augustus is de leerlingebonden financiering voor leerlingen met een rugzakje gewijzigd. Er zijn op dit moment enkele kinderen met een ‘rugzakje’ bij ons op school. Voor hen wordt de regeling voortgezet voor de periode waarvoor de rugzak is toegekend. Vanuit het samenwerkingsverband RIBA worden de arrangementen gegarandeerd en toegekend.
Schoolgids 2014-2015
22
5.4 Wie bieden er zorg? Extra hulp en ondersteuning wordt voor een groot deel gegeven door de eigen groepsleerkracht tijdens speciaal daarvoor vrijgemaakte lesmomenten, zoals het zelfstandig werken en in de zogeheten ‘bloktijden’. Naast de groepsleerkracht zijn er binnen onze school nog meer mensen die zorg en groepsondersteuning bieden aan de kinderen. Specifieke ondersteuning voor kinderen met een eigen leerlijn of een rugzak wordt o.a. gegeven door de groepsondersteuner Bij het geven van ondersteuning maakt ondersteuner gebruik van de volgende methodes: - lezen: 'Speciale leesbegeleiding', 'Veilig in stapjes'; - taal: 'Spelling in de lift - plus'; - rekenen: 'Maatwerk'; - schrijven: 'Schrijfspoor'. Daarnaast worden materialen gebuikt voor verbetering van de werkhouding en het gedrag. De ondersteuner helpt de leerlingen die een eigen leerlijn hebben. Het uit de klas halen van leerlingen proberen we wel tot een minimum te beperken. Dus; zoveel mogelijk hulp en ondersteuning in de groep is ons streven. Voor leerlingen met sociaal-emotionele problemen kan een leerkracht een beroep doen op de schoolmaatschappelijk werkster. Maar ook ouders kunnen een beroep doen op de schoolmaatschappelijk werkster als zij thuis tegen problemen aanlopen met hun kind. Het contact verloopt via de intern begeleider. De intern begeleider (IB-er) coördineert de zorg en ondersteuning van leerlingen bij ons school. Er wordt samen met de leerkracht groepsbesprekingen en leerlingbesprekingen gehouden. De internbegeleider kan de leerkracht coachen bij het geven van de juiste hulp en is het contactpersoon tussen onze school en externe instanties. Door de gestructureerde manier van de zorg, kunnen we op de Fontein elk kind datgene bieden wat het nodig heeft. Indien na verschillende programma's onvoldoende resultaat wordt geboekt, dan kan de school in overleg met de ouders de leerling aanmelden bij het SOT ( SchoolOndersteuningsTeam). De school volgt in principe de adviezen van het SOT op. Zie ook 5.3.1 van deze gids.
5.5 Passend Onderwijs Per 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht geworden. Wat is Passend Onderwijs? Passend Onderwijs betekent dat ieder kind het onderwijs en de ondersteuning krijgt wat het nodig heeft. De onderwijsbehoefte van een kind staat centraal. Dat betekent het volgende: • Scholen in de regio gaan samenwerken om alle kinderen de beste onderwijsplek te bieden. • Op school wordt gekeken wat een kind wel kan, het liefst in het reguliere onderwijs. • Het speciaal onderwijs blijft gewoon bestaan, voor kinderen die het echt nodig hebben. De afgelopen periode hebben wij ons hierop voorbereid. Zo hebben wij een zorgprofiel opgesteld, waarin mogelijkheden, ambities en grenzen met betrekking tot Passend Onderwijs zijn beschreven. Samengevat komt dit neer op een beschrijving van basis-, breedte- en dieptezorg van de school: - Basiszorg: Dit is de zorg die de school zelf binnen de eigen organisatie biedt aan alle leerlingen. - Breedtezorg: Dit is de zorg om de school heen. De school wil zelf de verantwoordelijkheid blijven dragen voor het onderwijs, de zorg en de ontwikkeling van de leerlingen, maar heeft daarbij hulp van buitenaf nodig. - Dieptezorg: Onderwijs en zorg vinden plaats in gespecialiseerde voorzieningen, settings of groepen buiten de school.
Schoolgids 2014-2015
23
5.5.1 School heeft zorgplicht In de nieuwe situatie melden de ouders hun kind aan bij de school die hun voorkeur heeft. De school moet een zo passend mogelijk onderwijsaanbod op de eigen school bieden. Kan de school dit niet, dan zal de school een andere reguliere school of een speciale school in de regio moeten regelen. De school heeft hierbij zorgplicht. De school regelt, indien noodzakelijk, de extra ondersteuning in de groep of op een plek op een andere school of de plaatsing in het speciaal onderwijs. Ouders hoeven dus niet meer zelf een ingewikkelde indicatieprocedure te doorlopen. Het accent verschuift van beperkingen van kinderen naar wat kinderen daadwerkelijk nodig hebben. De onderwijsbehoefte is vanaf nu uitgangspunt. 5.5.2 Schoolondersteuningsprofiel Wat mag je van de school verwachten als ouders? De school heeft een Schoolondersteuningsprofiel (S.O.P) opgesteld. Hierin geeft de school aan welke onderwijsondersteuning kinderen geboden kan worden. Naast de basisondersteuning dienen scholen aan te geven in welke specialistische ondersteuning zij kinderen kunnen helpen. Zo is de ene school in het samenwerkingsverband specialist op het gebied van dyslexie en dyscalculie, terwijl een andere school weer meer kan betekenen op het gebied van autisme of gedragsproblemen. Het S.O.P kan jaarlijks door de school bijgesteld worden als er meer expertise aanwezig is in de school, bijvoorbeeld als leerkrachten zijn opgeleid om met verschillende ondersteuning in de groep om te kunnen gaan. 5.5.3 Samenwerkingsverband RiBA Wanneer de school waar een kind is aangemeld niet zelf de benodigde ondersteuning kan geven, dan is het de verantwoordelijkheid van de school een andere school te vinden die wel een passend aanbod kan doen. De school doet dit niet alleen, maar krijgt hierbij ondersteuning van het samenwerkingsverband RiBA. In het SchoolOndersteuningsTeam, waarin de ouders, de school, een orthopedagoog en een schoolmaatschappelijk werker zitten, wordt gezocht naar de goede ondersteuning. Wordt er binnen het ondersteunings team geen goede oplossing gevonden, dan kan een beroep gedaan worden op een trajectbegeleider. Deze begeleider heeft de opdracht een passende oplossing te vinden voor kind, ouders en school. Dit alles betekent dat scholen nauw moeten samenwerken in hun regio. Om deze samenwerking te realiseren is het samenwerkingsverband gevormd. In Nederland zijn 75 samenwerkingsverbanden. Onze school valt binnen het samenwerkingsverband RiBA. Dit omvat vrijwel alle scholen in Ridderkerk, Barendrecht en Albrandswaard (Rhoon en Poortugaal). Doel van het samenwerkingsverband is het bieden van passend onderwijs voor alle kinderen die in deze regio naar het basisonderwijs gaan. 5.5.4 Ondersteuningsplan Het samenwerkingsverband RiBA heeft een ondersteuningsplan samengesteld. Daarin staat aangegeven, waarin op welk niveau basisondersteuning kan worden geboden aan kinderen. Daarnaast geeft het plan aan hoe de scholen met elkaar een samenhangend geheel van ondersteuning hebben gecreëerd, hoe de beschikbare geldmiddelen worden verdeeld, hoe verwijzing naar het speciaal onderwijs plaatsvindt en hoe ouders worden geïnformeerd. 5.5.5 Ondersteuningsplanraad (OPR) De OndersteuningsPlanRaad is een speciale medezeggenschapsraad van het samenwerkingsverband. Deze raad heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. In de OPR zitten evenveel ouders als leerkrachten. De leden zijn afgevaardigd door de MR-en van de scholen. 5.5.6 Vragen en informatie Met de komst van passend onderwijs zal het één en ander wijzigen in “onderwijsland”. Achter de schermen wordt hard gewerkt om de overgang naar de nieuwe situatie zo soepel mogelijk te laten verlopen. Eenmaal per drie maanden ontvangt u van het
Schoolgids 2014-2015
24
samenwerkingsverband via de school hierover een Nieuwsbrief. Deze is ook te vinden op de website www.swv-riba.nl. Mocht u vragen hebben, kunt u natuurlijk altijd contact met de school opnemen. U kunt ook contact opnemen met het Samenwerkingsverband RiBA Mozartstraat 180a, 2983AK Ridderkerk. Telefoon: 078-8200036 of
[email protected].
5.6 Jeugdgezondheidszorg 5.6.1 Onderzoek door de GGD Om mogelijke problemen in het opgroeien op te sporen, worden alle kinderen op 5-6 jarige leeftijd en op 10-11 jarige leeftijd gezien door de GGD. Hieronder staat hoe dit in z’n werk gaat. Ouders krijgen schriftelijk bericht over de datum en tijd van het onderzoek. Ouders krijgen een vragenlijst met vragen over de ontwikkeling en gezondheid van uw kind. Aan de kinderen van 10-11 jaar wordt ook gevraagd om een vragenlijst in te vullen. Zij kunnen de ingevulde lijst meenemen naar het onderzoek. Ook de leerkracht of Intern Begeleider vullen een lijst in waarop aangegeven kan worden bij welke kinderen extra aandacht gewenst is. De school zal in deze gevallen eerst contact opnemen met de ouders. De doktersassistente voert het onderzoek uit. Ze bekijkt de vragenlijst en meet de lengte en het gewicht. Bij kinderen van 5-6 jaar worden ook standaard de ogen getest. Als daar aanleiding toe is, gebeurt dat ook bij de kinderen van 10-11 jaar. De schoolarts bepaalt of verder onderzoek noodzakelijk is. Na het onderzoek informeren we u per brief over de resultaten van het onderzoek. Eventueel volgt later een uitnodiging voor een spreekuur van de jeugdverpleegkundige of de jeugdarts. Hiervoor dienen ouders zelf een afspraak te maken. Ook als uw kind buiten de onderzoeksgroep valt, kunt u met uw vragen terecht op het spreekuur bij de jeugdarts en/of de jeugdverpleegkundige 5.6.2. Logopedische screening Op 5-jarige leeftijd worden alle leerlingen door een logopedist gescreend op spraak-, taal-, stem- of gehoorstoornissen. Dit onderzoek vindt plaats op school en u krijgt hierover van tevoren bericht. De resultaten worden besproken met de leerkracht. Wanneer bij uw kind een logopedische afwijking wordt geconstateerd, nodigt de logopediste u uit voor een onderzoeksgesprek. Daarna worden afspraken gemaakt over de logopedische behandeling, begeleiding of controle. Wanneer u vragen heeft over de stem, spraak, taal of gehoor van uw kind, kunt u de logopedist vragen om een onderzoek of een advies. U vindt adressen en telefoonnummers achter in de schoolgids bij: externe contactgegevens
5.7 Protocol medicijngebruik en medische handelingen Mocht uw kind medicijnen gebruiken dan stellen wij het op prijs dat de leerkracht hierover geïnformeerd wordt. Bij de schoolleiding is het protocol medicijn gebruik verkrijgbaar.
Schoolgids 2014-2015
25
5.8 Het Centrum voor Jeugd en Gezin Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) is een inlooppunt waar ouders, jongeren en professionals voor alle vragen rondom opvoeden en opgroeien vrijblijvend terecht kunnen. In het Centrum werken jeugdverpleegkundigen, jeugdartsen, pedagogen en maatschappelijk werkers samen. Het Centrum voor Jeugd en Gezin heeft dus alle expertise in huis. Dat is handig, want hierdoor weet u zeker dat u op het juiste adres bent. Daarnaast werkt het Centrum voor Jeugd en Gezin ook nauw samen met organisaties die betrokken zijn bij jeugdigen en gezinnen, zoals het onderwijs en kinderdagverblijven. Contact met het CJG: wilt u meer weten over het Centrum voor Jeugd en Gezin, ga dan naar de website: www.cjgridderkerk.nl.
Schoolgids 2014-2015
26
6 De resultaten van het onderwijs 6.1 Dagelijks werk De groepsleerkrachten zijn verantwoordelijk voor de voortgang in hun groep. Groepsleerkrachten hebben met elkaar afspraken gemaakt om de beoordeling van het werk zoveel mogelijk op dezelfde wijze te laten plaatsvinden . Werk van de leerlingen kan op verschillende manieren beoordeeld worden: - door methodegebonden toetsen (behorende bij de methode) - door methodeonafhankelijke toetsen. (o.a. CITO) - door observeren, een belangrijk instrument voor de hele school. Vooral de onderbouw maakt veelvuldig gebruik van observatie. - door schriftelijk werk: nakijken en beoordelen in termen van goed, voldoende, matig en onvoldoende met behulp van becijfering. Niet al het werk hoeft beoordeeld te worden, vooral als het gaat om oefenstof. Leerkrachten van midden- en bovenbouw laten oefenstof ook regelmatig door de leerlingen zelf nakijken. Nabespreking van het gemaakte werk vinden wij erg belangrijk, want juist daarvan leren de leerlingen.
6.2 Rapporten en ouderavonden Twee maal per jaar stellen de leerkrachten van alle groepen een rapport op. Hierin staat de vordering van het kind aan de hand van cijfers, gegevens van cito toetsen, eigen werk van het kind (portfolio) en aanvullende informatie van de leerkracht. In februari en juli krijgen ouders van ons een uitnodiging voor de zogenoemde ‘tien minuten gesprekken’. In november is er ook een moment voor 10 minuten gesprekken, maar deze zijn op aanvraag van ouders en/of de groepsleerkracht. Natuurlijk kunnen ouders altijd een afspraak maken bij de leerkracht om tussendoor de ontwikkeling van het kind of andere zaken te bespreken.
6.3 Schoolloopbaan 6.3.1 Doorstroming Bij elke overgang naar een volgende groep wordt er goed gekeken naar de gehele ontwikkeling van het kind. De leerprestaties, werkhouding en de sociaal emotionele ontwikkeling. Bij twijfels of het kind kan doorstromen naar de volgende groep worden ouders zo spoedig mogelijk geïnformeerd. Voor de overgang van groep 3 naar groep 4 is een protocol wat gebruikt wordt als er twijfels zijn of een kind door kan stromen naar de volgende groep. 6.3.2 Advies voortgezet onderwijs In groep 8 wordt de CITO-eindtoets in April afgenomen. De leerkracht van groep 8 bepaalt in overleg met de IB-er en de leerkrachten van de groepen 6 en 7 het advies dat de school geeft wat betreft het vervolgonderwijs. Na dit overleg vinden adviesgesprekken plaats met de individuele ouders. In deze gesprekken komen de leerresultaten bij rekenen, taal, zaak- en expressievakken aan de orde. Daarnaast onderwerpen als: werkhouding, huiswerk en contacten met anderen. Hiervan wordt een kort verslag gemaakt voor het leerlingendossier. Onze interpretatie van de resultaten en de ontwikkeling van de kinderen zijn leidend bij het schoolkeuzeadvies. Doordat de eindtoets in het schooljaar 2014- 2015 verplaatst is naar April, zullen bij het schoolkeuzeadvies de gegevens van de LVS-toetsen, de sociaal-emotionele ontwikkeling en gedrag/werkhouding worden meegenomen van de groepen 6,7 en 8. Ook zal het drempelonderzoek dat medio november groep 8 afgenomen wordt dienen als ondersteuning van het advies. Aan het begin van groep 8 is het mogelijk om leerlingen die daarvoor in aanmerking komen te laten testen voor het LeerWeg Ondersteunend Onderwijs (LWOO) op
Schoolgids 2014-2015
27
het voortgezet onderwijs. Dit onderwijs wordt gegeven in kleinere groepen. Aan de ouders zal hiervoor toestemming gevraagd worden. Jaarlijks wordt medio november een Onderwijsmarkt gehouden in Ridderkerk. Deze onderwijsmarkt is een gezamenlijk initiatief van basis- en voortgezet onderwijs om ouders bij een lijst van open dagen van de verschillende scholen voor VO. Een aantal open dagen wordt klassikaal door de hun keuze van een volgende school te helpen. Beoogd wordt een eerste oriëntatie op het VO via een drietal voorlichtingsronden. Daarnaast is er op het 'marktgedeelte' een presentatie van verschillende vormen van VO in de regio. Bezoekers ontvangen tevens leerlingen bezocht. Mede omdat de eindtoets verplaatst is naar April, werken besturen van basisscholen en middelbare scholen in- en om de regio Rotterdam samen, om te zorgen voor een gemeenschappelijke aanpak voor de doorverwijzingen naar het voortgezet onderwijs. Het plan van deze aanpak ligt in concept. Zodra er verdere ontwikkelingen zijn in dit plan, worden ouders van de groepen 6, 7 en 8 op de hoogte gesteld via nieuwsbrieven en op onze website.
6.4 Waar gingen onze leerlingen naar toe? Schooljaar 2013-2014: LWOO VMBO BASIS VMBO BASIS VMBO Kader VMBO/ MAVO science VMBO MAVO Anglia VMBO t HAVO science HAVO Cambridge VWO
Schoolgids 2014-2015
1 1 7 1 3 1 6 2 6
28
7. De ontwikkeling van het onderwijs in onze school 7.1 Activiteiten ter verbetering van het onderwijs Onze school wil een lerende organisatie zijn. We denken dat ons onderwijs steeds beter kan en moet. In het schoolplan is breed beschreven wat wij willen, wat al gerealiseerd is en wat we met elkaar nog moeten realiseren. Naar aanleiding van wat wij willen en nog niet gerealiseerd is, is een meerjarenplan opgesteld. Dit schooljaar willen de teamleden van de Fontein zich bezig gaan houden met de volgende items: Opstellen van en werken met groepsplannen. Het maken van ontwikkel perspectieven voor leerlingen met een eigen leerlijn. Nieuw observatiesysteem zoeken voor het in kaart brengen van de sociaal emotionele ontwikkeling. Het gedrag/pest protocol wordt verder uitgewerkt en aangescherpt, zodat het schoolklimaat en de veiligheid voor de leerlingen wordt verbetert. Er wordt structureel aandacht besteed aan Burgerschap doormiddel van de Methode: Kijk in mijn wijk. Het team krijgt verdieping door scholing in het concept van “De Vreedzame School”. Het team wordt hiervoor begeleid door een externe deskundige.
7.2 Kwaliteitsverbetering door tevredenheidpeilingen Kwaliteitszorg gaat onder andere over de vraag of anderen ook vinden dat wij de dingen goed doen. Hiervoor nemen wij ieder jaar de tijd om aan “de ander” te vragen wat zij van onze school en het onderwijs dat daar gegeven wordt vinden. Wij bevragen hiervoor drie, voor ons, belangrijke doelgroepen: 1 ouders 2 leerlingen 3 personeel In 2014 hebben een tevredenheidpeiling gedaan onder de teamleden. Dit schooljaar willen wij weer een enquête onder de ouders houden. De resultaten van deze onderzoeken sturen mede onze vervolgacties.
Schoolgids 2014-2015
29
8. Het team 8.1 Samenstelling van het team Op C.B.S de Fontein werkt een enthousiast en professioneel team. De mensen die er werkzaam zijn hebben verschillende functies. Hieronder worden deze functies beschreven. 8.1.1 Schoolleiding De algehele dagelijkse leiding is in handen van de schoolleiding. Zij vormt het management van onze school, ook wel managementteam (MT) genoemd. De schoolleiding adviseert het bevoegd gezag over allerlei zaken die de school betreffen. 8.1.2 Groepsleerkracht De groepsleerkracht is de eerstverantwoordelijke voor zijn of haar groep. De uitvoering van (extra) hulp aan de hele groep, individuele of groepjes kinderen behoort tot de kerntaken van de groepsleerkracht. 8.1.3 Remedial Teacher 8.1.4. Intern Begeleider De organisatie van de zorg voor leerlingen met speciale behoeften is in handen van de Intern Begeleider. Hij begeleidt de groepsleerkrachten, heeft contact met de ouders van deze kinderen, hulpverleners en voert het beleid uit dat is vastgesteld in het zorgplan van onze school. 8.1.5. Onderwijsassistent De onderwijsassistente geeft extra begeleiding aan de leerlingen met een ‘rugzak’. 8.1.6 ICT-er De voornaamste taak van de ict-er is het onderwijskundig inpassen van de computer in ons onderwijs en het helpen van collega’s bij problemen met de computer. 8.1.7 Schoolmaatschappelijk werkster Dit is een externe die ondersteuning geeft aan leerlingen met sociaal emotionele problemen. 8.1.8 Ambulant begeleidster Dit is een externe vanuit een clusterschool die leerlingen en leerkrachten begeleidt rondom de zorg van een leerling. 8.1.9. Administratief medewerkster De administratief medewerkster ondersteunt de schoolleiding, de groepsleerkrachten en de intern begeleider van onze school door het verrichten van allerlei administratieve werkzaamheden. 8.1.10.Conciërge De conciërge is belast met kopieerwerk, de schoolmelk en onderhoudswerkzaamheden. 8.1.11 Schoolschoonmaakster De schoolschoonmaakster houdt samen met de teamleden de lokalen en overige ruimtes in de school schoon. Er wordt sinds dit schooljaar ook gebruik gemaakt van het schoonmaakbedrijf C.S.U.
Schoolgids 2014-2015
30
8.2 De groepsverdeling De schoolleiding (het managementteam) bestaat uit: Dieja van Mourik Schoolleider Conny van Beek Onderbouwcoördinator (groep 1 t/m 3) Ieke Jan Sevinga Middenbouwcoördinator ( groep 4 en 5) Véronique van Helten Bovenbouwcoördinator (groep 6,7 en 8 ) Op vrijdag zijn de bouwcoördinatoren vrij geroosterd voor management taken. • Groep 1/2a :juf Arja Onderdelinden; op maandag, dinsdag en woensdag. juf Ans Bouman; op donderdag en vrijdag. • Groep 1/2b :juf Mirjam van Beekom; op maandag, dinsdag en vrijdag juf Ada Van Wetten; op woensdag en donderdag • Groep 1/2c :juf Martine Wilschut; op maandag, dinsdag, woensdag en vrijdag Juf Conny van Beek; op donderdag • Groep 3
:Meester Paul;op maandag t/m donderdag Juf Dita; op vrijdag
• Groep 3 / 4 :juf Chantal; op maandag t/m vrijdag • Groep 4
:juf Susanne de Jong; op maandag t/m vrijdag
• Groep 5
:meester Ieke Jan; op maandag en dinsdag :meester Robin Koster; op woensdag t/m vrijdag
• Groep 6a
:juf Bonita; op maandag, donderdag en vrijdag :juf Marianne; op dinsdag en woensdag
• Groep 6b
:juf Sandra; op woensdag om de week, donderdag en vrijdag :juf Jessica; op woensdag om de week, maandag en dinsdag
• Groep 7
:juf Susanne Deuring
• Groep 8
: juf Veronique; op maandag t/m donderdag. : juf Judith; op woensdag om de week, donderdag en vrijdag.
Onderwijsassistent Remedial teacher Intern Begeleider Schoolmaatschappelijk werkster Administratief medewerkster Conciërge Schoonmaakster
Schoolgids 2014-2015
: juf Yvette Oosterwaal : juf Anja de Haan : meester Jaap de Boer : Irene Letije : Letty Lems : meester Reza Malekani : Ellie Maaskant
31
8.3 Vervanging van leerkrachten Bij ziekte van een leerkracht proberen we altijd een vervanger te krijgen om zo lesuitval te voorkomen. Als het kan, neemt een collega de lessen over. Als vervanging niet te regelen is, dan verdelen we de kinderen bij wijze van noodoplossing over de andere groepen. Kinderen naar huis sturen doen we alleen in uiterste noodzaak en altijd met bericht vooraf aan de ouders
8.3 Nascholing van de leerkrachten Het team bestaat uit enthousiaste leerkrachten die vanuit een professionele werkhouding zicht hebben op goed onderwijs en kwaliteiten/ talenten kan benutten. Alle leerkrachten, die werkzaam zijn op De Fontein, voldoen aan de competenties voor leraar basisonderwijs. Ze ontwikkelen hun sterke kanten en de school maakt gebruik van deze specialismen door aan sommige leraren speciale taken en functies toe te delen. Kennis en vaardigheden worden door leerkrachten aan elkaar doorgegeven. Er wordt door en met elkaar gewerkt om de kwaliteit van het onderwijs goed te houden. Dit gebeurt onder andere door collegiale consultatie: leerkrachten kijken bij elkaar in de klas en geven dan positieve feedback. Ook vinden er geregeld studiedagen plaats om de visie op ons onderwijs scherp te houden, manieren van onderwijs te oefenen, de zorgstructuur te optimaliseren, om te leren gaan met gedragsproblemen en allerlei andere onderwerpen.
8.4 Begeleiding en inzet van stagiaires Onze school is o.a. een stageschool voor de PABO’s ‘In Holland’ (Rotterdam en Dordrecht), de ‘Marnix Academie‘(Utrecht), de Driestar (Gouda) en verder het Albeda-College (MBO). Dit betekent dat studenten bij ons komen om de praktijk van het vak van groepsleerkracht of onderwijsassistent te leren en wij blijven tegelijkertijd door hen op de hoogte van nieuwe ideeën op onderwijsgebied. Daarnaast geven wij ruimte aan een LIO-stagiair (leerling in opleiding) om op onze school de studie af te ronden. Alle opdrachten en lessen vallen onder de eindverantwoordelijkheid van de groepsleerkracht. Dita Westerveld is als interne coach verantwoordelijk voor de begeleiding van de studenten die een stageplek op de Fontein vervullen
Schoolgids 2014-2015
32
9. De ouders 9.1 Belang van betrokkenheid Wij vinden de betrokkenheid van de ouders belangrijk. De ouders vertrouwen ons hun kinderen een groot deel van de toe. We willen een open relatie onderhouden met de ouders/verzorgers en een laagdrempelige school zijn. Daarnaast is het voor kinderen belangrijk als er thuis belangstelling is voor wat er op school gebeurt. Door mee te werken aan activiteiten binnen de school leren we elkaar beter kennen en worden standpunten en het handelen van elkaar sneller duidelijk.
9.2 Informatievoorziening Om de ouders/verzorgers zo goed mogelijk te informeren ondernemen wij de volgende activiteiten. 9.2.1 Schoolgids Aan het begin van het schooljaar brengen wij een schoolgids uit met allerlei informatie over de school en het schooljaar. 9.2.2 Weekbrief In de weekbrief staat actuele informatie over waar we als school mee bezig zijn, maar ook het huiswerk. De weekbrief wordt via digiduif gemaild. Ook wordt de weekbrief iedere week op de website geplaatst. 9.2.3 Informatieavond In het begin van een schooljaar worden ouders uitgenodigd voor een kennismaking met de leerkracht en de leerstof voor dat jaar met bijbehorende werkwijze en leermiddelen. 9.2.4 Ouderavonden Drie keer per jaar zijn er de tien minuten gesprekken. In november is de avond alleen bedoeld als ouders graag een gesprek willen of op initiatief van de leerkracht. In februari en juli worden alle ouders uitgenodigd. Tijdens deze gesprekken worden de vorderingen van het kind besproken. 9.2.5 Speciale ouderavonden Jaarlijks organiseert onze school een speciale ouderavond. 9.2.6 Kom in de klas Dit zijn kijkmomenten voor ouders om te zien waar hun kind op dat moment mee bezig is. De kom in de klas momenten zijn van 8.30 uur tot 8.45 uur. Daarna is er de gelegenheid voor ouders om elkaar te ontmoeten onder het genot van een kopje koffie. 9.2.7 Website Onze school heeft een eigen website. Ons adres: www.fonteinbolnes.nl. Een Twitter account en een Facebook pagina zijn in ontwikkeling. 9.2.8 DigiDUIF DigiDUIF is een digitaal communicatiemiddel waarbij alle berichten direct in de mailbox van ouders terecht komt.
Schoolgids 2014-2015
33
9.3 Medezeggenschapsraad Ouders zoeken zorgvuldig een school uit, omdat zij het belangrijk vinden dat de opvoeding thuis en de vorming van het kind op school in elkaars verlengde liggen. De overheid heeft een wet gemaakt die ouders in de gelegenheid stellen mee te denken over zaken die de sfeer en de kwaliteit van het onderwijs bepalen. Elk schoolbestuur is verplicht een medezeggenschapraad (MR) in te stellen. Dit is een raad die bestaat uit vertegenwoordigers van ouders (de oudergeleding) en vertegenwoordigers van het personeel (personeelsgeleding). Onze medezeggenschapsraad bestaat uit zes leden. Drie leden worden uit en door de ouders van de leerlingen gekozen. De andere drie leden worden uit en door het team gekozen. De zittingsduur van de leden bedraagt drie jaar. De M.R. komt regelmatig bij elkaar en bespreekt bestuurbesluiten en andere zaken die de school betreffen. Ieder jaar vinden er indien nodig verkiezingen plaats. Informatie over de M.R. is te vinden op de website van de school.
9.4 Ouderraad De Fontein heeft een zeer actieve ouderraad. Zij helpt bij het organiseren van binnen–en buitenschoolse activiteiten. Deze uit ouders gekozen raad komt acht keer per jaar bijeen. Men houdt zich bezig met diverse binnen- en buitenschoolse activiteiten, zoals: de Startavond, Sinterklaas, de Kerstviering, de Paasmaaltijd, Koninginnefeest, Schoolreis etc. Ook hulp van ouders die niet in de raad zitten, maar die wel een handje willen komen helpen wordt zeer op prijs gesteld. Voor ouders is het een mooie kans om nauw betrokken te zijn bij de school en om veel leuke activiteiten van het eigen kind mee te maken. Voor de leerkracht en de ouderraad is het en onmisbare steun. Wij hopen dat ook dit jaar weer voldoende ouders bereid zijn mee te helpen. Meer informatie over de ouderraad (OC) staat op onze website.
9.5 Klassenouder Sinds twee jaar werken we met veel plezier met klassenouders. Iedere groep heeft een klassenouder. Hij/zij helpt in opdracht van de leerkracht of ouderraad mee bij klassen- en/of schoolactiviteiten. Hierdoor kunnen de leerkrachten meer tijd besteden aan de onderwijstaken en kunnen meer leuke activiteiten voor de kinderen worden georganiseerd. Zo kan hij/zij helpen bij het vervoer bij excursies, projecten in de klas, Sinterklaas, Kerst- en Paasmaaltijd.
9.6 Ouderbijdrage De bijdrage die van ouders wordt gevraagd is vrijwillig. Wij zijn vanaf 1999 wettelijk, verplicht dit aan ouders door te geven. Het is wel zo, dat wanneer de ouderbijdrage niet wordt betaald, een aantal activiteiten voor het kind geen doorgang kunnen vinden. Hieronder valt bijvoorbeeld de schoolreis. Het kind wordt op de dag van de schoolreis gewoon op school verwacht. De ouderbijdrage wordt ingezet om extra activiteiten rondom Kerst, Sinterklaas, projecten, excursies, schoolreis etc. te bekostigen. De kosten bedragen voor dit jaar €40,- per kind. Voor kinderen die in een schooljaar na 31 december worden ingeschreven, worden de bedragen aangepast. Ouders ontvangen via de penningmeester een verzoek tot betaling. Binnen een maand na ontvangst dient de bijdrage te zijn voldaan. Er bestaat een mogelijkheid om in termijnen te betalen. Hiervoor kan contact worden opgenomen met de penningmeester.
Schoolgids 2014-2015
34
10. Overblijven Elke school heeft een wettelijke verplichting om kinderopvang te regelen. De voor- en naschoolse opvang is door ons uitbesteed aan SKR (Stichting Kinderopvang Ridderkerk). De tussen schoolse opvang (TSO), meestal overblijven genoemd, biedt de ouders de gelegenheid hun kind op school te laten overblijven. Dit wordt door de school zelf geregeld en daarvoor is een vaste overblijfwerkgroep in het leven geroepen. TSO vindt vanaf augustus 2009 plaats in het gebouw van De Buitenbol dat daartoe speciaal is aangepast. Hier gaan de groepen 3 t/m 8 naar toe. De groepen 1-2 blijven op school overblijven. Via een rooster regelt de werkgroep dat er dagelijks (behalve woensdag) van 12.00 uur tot 13.00 uur overblijfleiding aanwezig is. Deze begeleidt de leerlingen tijdens het eten en spelen. De directeur van de school blijft verantwoordelijk voor de gang van zaken. Een ouder coördineert. De overblijfleiding wordt voor haar werkzaamheden betaald. De kosten van het overblijven bedragen € 2,25 per kind per dag. Het is voordeliger om een strippenkaart aan te schaffen, want in dat geval betaalt u € 1,75 per dag. Een strippenkaart kost € 17,50. Wilt u hiervan gebruik maken dan kunt het bedrag overmaken op bankrekeningnummer: 1333.45.866 ten name van CBS De Fontein-ov, o.v.v.: naam kind + groep. Het geld wordt besteed aan de kosten van o.a. drinken, zoals melk en thee, speelmateriaal en de begeleiding. De leerlingen mogen na de maaltijd wat kiezen uit de 'snoeppot'. U hoeft dan geen snoep e.d. mee te geven. Alle overblijvers krijgen op die manier hetzelfde. Ouders worden verzocht hun kind(eren) alleen dán te laten overblijven als dit niet anders kan. Vooral jonge kinderen hebben behoefte aan een rustig moment tussen de middag. Uw kind vindt overblijven in een volle groep vaak niet leuk. U doet er als ouder verstandig aan om te kijken naar alternatieven. Overblijfregels Overblijven vindt plaats in de daartoe aangewezen ruimte. De overblijvers dienen de overblijfleiding te gehoorzamen. Eventuele sancties worden vastgesteld in overleg met de groepsleerkrachten. Bij ongewenst gedrag tijdens het overblijven worden ouders hierover in eerste instantie geïnformeerd door de groepsleerkracht. Bij herhaling volgt zonder overleg een gele kaart, daarna een rode. In dit laatste geval kan een leerling niet langer overblijven. Er dient dan eerst een gesprek plaats te vinden tussen ouders en directie. De maaltijd wordt geopend en gesloten met gebed. Er wordt gezamenlijk gegeten. De kinderen brengen zelf hun eten mee. Voor drinken en een snoepje ná het eten wordt gezorgd. Wilt u i.v.m. een gelijke behandeling van de overblijvers geen snoep meegeven. Na het eten wordt er gezamenlijk opgeruimd. Spelen kan in de overblijfruimte of met droog weer buiten op het plein van De Buitenbol. In de loop van het schooljaar zal dit reglement aangevuld of gewijzigd kunnen worden.
Schoolgids 2014-2015
35
11. Vakantietijden en regels vrijvragen en vakantieverlof 11.1 Vakantierooster Zie jaarkalender achter in deze schoolgids.
11.2 Regels vrij vragen en vakantieverlof 11.2.1 Leerplicht en verlof In de Leerplichtwet 1969 staat dat uw kind de school moet bezoeken als er onderwijs wordt gegeven. Leerlingen mogen dus nooit zomaar van school wegblijven. In een aantal gevallen is echter een uitzondering op deze regel mogelijk. Als er een bijzondere reden is waarom u vindt dat uw kind niet naar school kan, dan moet u zich aan de regels voor zo’n uitzondering houden. De uitzonderingen en de daarbij behorende regels staan in deze tekst beschreven. 11.2.2 Extra verlof in verband met verplichtingen voortvloeiend uit godsdienst of (art. 13 van de Leerplichtwet 1969) Wanneer uw kind plichten moet vervullen die voortvloeien uit godsdienst of levensovertuiging, bestaat er recht op verlof. Als richtlijn geldt dat hiervoor één dag per verplichting vrij wordt gegeven. Indien uw kind gebruik maakt van deze vorm van extra verlof, dient u dit minimaal twee lesdagen van tevoren bij de directeur van de school te melden. 11.2.3 Op vakantie onder schooltijd (art. 13a juncto 11 onder f van de Leerplichtwet 1969) Voor vakantie onder schooltijd kan alleen een uitzondering op de hoofdregel worden gemaakt als uw kind tijdens de schoolvakanties niet op vakantie kan gaan door de specifieke aard van het beroep (zomerseizoengebonden) van (één van) de ouders/verzorgers. In dat geval mag de directeur één maal per schooljaar uw kind vrij geven, zodat er toch een gezinsvakantie kan plaatshebben. Bij uw aanvraag moet een werkgeversverklaring worden gevoegd waaruit de specifieke aard van het beroep en de verlofperiode van betrokken ouder blijken. Ook is uit jurisprudentie gebleken dat er vanuit gegaan wordt dat de ouder het merendeel van zijn/haar inkomen slechts in deze periode (de zomervakantie) kan verdienen, en er op die grond toestemming moet worden verleend. Verder dient u met de volgende voorwaarden rekening te houden: • In verband met een eventuele bezwaarprocedure (zie punt 6) moet de aanvraag tenminste acht weken van tevoren bij de directeur schriftelijk worden ingediend, tenzij u acceptabele redenen kunt geven waardoor een eerdere aanvraag niet mogelijk was. Er moet dan sprake zijn van overmacht. • De verlofperiode mag maximaal 10 lesdagen beslaan; • De verlofperiode mag nimmer in de eerste twee lesweken van een nieuw schooljaar vallen. Helaas komt het wel eens voor dat een leerling tijdens de vakantie ziek wordt en het hierdoor feitelijk onmogelijk is dat de leerling op tijd op school kan terugkomen. Er kunnen ook andere onvoorziene omstandigheden spelen die een tijdige terugkeer belemmeren. Het is dan van groot belang dat u de school hiervan onmiddellijk op de hoogte brengt, en dat u een dokters/ziekenhuisverklaring uit het vakantieland mee neemt, waaruit de duur, de aard en de ernst van de ziekte blijken. Ook moet duidelijk zijn dat er niet gereisd mag worden. Tevens moet u alle andere bescheiden (bijvoorbeeld reisverzekering, vlucht- en/of bootgegevens, het oorspronkelijke retourticket en de veranderde terugkeerticket i.v.m. uitstel terugreis) en andere gegevens die van belang kunnen zijn bij een onderzoek van de leerplichtambtenaar bewaren. U moet namelijk aantoonbaar maken dat u niet anders kon handelen wegens overmacht. Misverstanden kunnen op die manier voorkomen worden. Natuurlijk wordt vooral van ouder(s) verwacht dat men zelf (preventief) maatregelen treft om onnodig verzuim te voorkomen.
Schoolgids 2014-2015
36
11.2.4 Verlof in geval van ‘andere gewichtige omstandigheden’ (art. 14 juncto 11 onder g van de Leerplichtwet 1969) Onder ‘andere gewichtige omstandigheden’ vallen situaties die buiten de wil van ouders en/of de leerling liggen. Voor bepaalde omstandigheden kan vrij worden gegeven. Hierbij moet gedacht worden aan: Verhuizing (maximaal 1 dag) Voor het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwant tot en met de 3e graad;in Nederland maximaal 1-2 schooldagen in het buitenland maximaal 5 schooldagen Bij het overlijden van bloed- of aanverwant; in de 1e graad maximaal 5 schooldagen in de 2e graad maximaal 5 schooldagen in de 3e en de 4e graad maximaal 1 schooldag in het buitenland: 1e t/m 4egraad maximaal 5 schooldagen 12½, 25, 40, 50 en 60 jarig huwelijksjubileum van ouders en grootouders: maximaal 1 dag. 25, 40 en 50 jarig ambtsjubileum van ouders en grootouders: maximaal 1 dag. Ernstige ziekte van ouder(s), bloed- en aanverwanten tot en met de derde graad: periode in overleg met de directeur, bij meer dan 10 lesdagen verlof beslissing leerplichtambtenaar noodzakelijk. Naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, vakantieverlof daargelaten. In voorkomende gevallen dient een verklaring van een arts, psycholoog of maatschappelijk werker te worden ingeleverd, waaruit blijkt dat het verlof noodzakelijk is. De volgende situaties worden niet aangemerkt als ‘andere gewichtige omstandigheden’: Familiebezoek in het buitenland/in ander werelddeel, om welke reden dan ook; (zie hierboven, daar staan de dagen die maximaal zijn te verkrijgen bij bijzondere gebeurtenissen). Vakantiebezoek in een goedkopere periode of in verband met een speciale aanbieding. Vakantie tijdens schooltijden bij gebrek aan andere boekingsmogelijkheden, vooral ontstaan door te laat boeken. = een reden tot het verlenen van verlof. Een uitnodiging van familie of vrienden om buiten de schoolvakanties op vakantie te gaan of om huwelijksjubileum van ouders/grootouders in het buitenland te vieren voor meer dan het aantal toegestane dagen, zoals hierboven is vermeld. Eerder vertrek of latere terugkeer in verband met (verkeers)drukte. Verlof voor een kind, omdat andere kinderen uit het gezin al vrij zijn of nog vrij zijn. Het niet gelijk samenvallen van vakanties van kinderen. Bijvoorbeeld men wil op vakantie met familie/vrienden uit Midden- of Noord Nederland of eigen kinderen zitten op verschillende scholen en dan kan het voorkomen dat vakantieroosters afwijken. Eerder afreizen, omdat men voor een bepaalde tijd het vakantie-adres bereikt moet hebben (wegens huurperiode vakantiehuis bijvoorbeeld). De vakantie is al geboekt (en betaald) voordat toestemming van de school is gevraagd en verkregen. Ook al zijn er geen annuleringsmogelijkheden. Vakantie in verband met gewonnen prijs. Deelname aan sportieve of culturele evenementen buiten schoolverband, tenzij Nederland officieel wordt vertegenwoordigd Verlofaanvragen ‘wegens andere gewichtige omstandigheden’ worden altijd individueel beoordeeld. Een aanvraag voor ook dit soort verlof moet ook 2 maanden van tevoren bij de directeur van de school worden ingediend, ook weer voorzien van bewijsstukken. Bij onvoorziene omstandigheden (bijvoorbeeld begrafenissen) kan natuurlijk een kortere aanvraagtermijn worden gehanteerd. Bij extreme-/noodsituaties moet uiterlijk binnen 2 dagen na de verhindering aan de schooldirecteur verlof worden gevraagd.
Schoolgids 2014-2015
37
11.3 Hoe dient u een aanvraag in? Aanvraagformulieren voor verlof buiten de schoolvakanties zijn verkrijgbaar bij de directeur van de school en bij de leerplichtambtenaar van de gemeente waar u woont. U levert de volledig ingevulde aanvraag, inclusief bewijsstukken en/of relevante verklaringen, in bij de directeur van de school. De directeur neemt dus zelf een schriftelijk besluit over een verlofaanvraag (vakantie of ‘andere gewichtige omstandigheden’) voor een periode van maximaal 10 lesdagen per schooljaar. Als een aanvraag voor verlof op schooljaarbasis meer dan 10 lesdagen beslaat, wordt de aanvraag door de directeur direct doorgestuurd naar de leerplichtambtenaar van de woongemeente van de leerling. De leerplichtambtenaar moet dan een beslissing nemen, de directeur gehoord hebbende. Aanvullend: Als na echtscheiding beide ouders het gezag hebben: Dan tekenen in principe beide ouders de aanvraag. Als dat niet mogelijk is vanwege een gebrouilleerde relatie, dan tekent de ouder die gezag heeft en bij wie het kind feitelijk staat ingeschreven, dus bij wie het feitelijk woont. Is het de bedoeling dat het kind van gescheiden ouders met de vader of moeder bij wie hij/zij niet feitelijk woont, buiten de schoolvakantie op vakantie wil gaan of wegens ‘andere gewichtige omstandigheden’ verlof zou willen aanvragen, dan moeten ook aanvullend gegevens/ bewijs¬stukken overlegd worden van de niet verzorgende ouder. Als één ouder het gezag heeft na echtscheiding: dan vraagt altijd de ouder aan die het gezag heeft over de leerplichtige(n). Het gezag over de leerplichtige(n) ligt niet bij de ouders: Als de ouders niet het gezag hebben over de leerplichtige(n), dan vraagt altijd degene(n) aan die wel belast is/zijn met het gezag.
11.4 Niet eens met het besluit Wanneer uw verzoek om extra verlof (vakantie/andere gewichtige omstandigheden) wordt afgewezen en u bent het niet eens met dat besluit, kunt u schriftelijk bezwaar maken. U dient een bezwaarschrift in bij de persoon die het besluit heeft genomen (zie afgegeven beschikking) binnen de in de beschikking gestelde termijn. Het bezwaarschrift moet tenminste de volgende gegevens bevatten: • uw naam en adres • de dagtekening (verzenddatum bezwaarschrift) • een omschrijving van het besluit dat is genomen • argumenten die duidelijk maken waarom u niet akkoord gaat met het besluit • uw naam en handtekening • wanneer het bezwaar niet door u maar namens u wordt ingediend, moet u een volmacht ondertekenen en bij het bezwaarschrift voegen.
11.5Ongeoorloofd schoolverzuim in relatie tot vakantieverlof Vakantie/verlof dat wordt genomen zonder toestemming van de directeur van de school of de leerplichtambtenaar wordt gezien als ongeoorloofd schoolverzuim. De directeur is verplicht dit aan de leerplichtambtenaar te melden. De leerplichtambtenaar beslist of er een proces-verbaal wordt opgemaakt. Soms wordt de aanvraagprocedure voor extra verlof omzeild door de leerplichtige(n) ziek te melden op school. Als er gerede twijfels zijn over de ziekmelding(en) dan moet de schooldirectie hiervan direct melding doen aan de leerplichtambtenaar. Deze zal dan een onderzoek instellen. De bewijslast van ziekte ligt bij de ouders. Deze aanpak volgt ook als men eerder een afwijzende beschikking heeft ontvangen voor vakantie of verlof en de leerplichtige(n) dan maar ziek meldt. Ook onder deze omstandigheden beslist de leerplichtambtenaar of er een proces-verbaal wordt opgemaakt.
Schoolgids 2014-2015
38
11.6 Graden van bloed- en aanverwantschap 1e graad Ouder Kind
2e graad Broer/zus Grootouder Kleinkind
3e graad oom/tante (broer/zus van ouder) neef/nicht (kind van broer/zus) overgrootouder achterkleinkind
4e graad oudoom/oudtante (broer/ zus van grootouder) neef/nicht (kind van broer/zus van ouder) achterneef/ achter-nicht (kleinkind van broer/zus) betovergrootouder
11.7 Vragen? Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen? Wendt u dan tot de schoolleider of tot de leerplichtambtenaar in de gemeente waar u woonachtig bent.
Schoolgids 2014-2015
39
12. Schorsen en verwijderen van leerlingen Elk kind is welkom op onze school en wanneer u de keuze maakt voor onze school dan zijn wij daar blij mee. Het betekent dat u hoge verwachtingen van ons hebt, omgekeerd hebben wij die van u. Wij rekenen erop dat: * * *
u de grondslag van de school respecteert; uw kind een positieve bijdrage levert aan het groepsproces; uw kind actief deelneemt aan alle lessen.
Elk kind is welkom op onze school, tenzij er zwaarwegende factoren zijn waardoor wij twijfelen of uw kind wel die aandacht en zorg kan krijgen die het nodig heeft. Helaas ontstaat er ook wel eens een probleem tussen een kind en de leerkracht/school. Meestal wordt dit in goed overleg tussen school en kind/ouders opgelost. Ingeval dit niet tot een oplossing leidt, kunnen er door de school disciplinaire maatregelen als schorsing en verwijdering worden genomen. Bij hardnekkig overtreden (gedrag dat bij herhaling leidt tot ordeverstoring en/of oppositioneel gedrag binnen of buiten de klas) van deze regels hanteren wij de volgende handelwijze: Afhankelijk van de aard van de overtreding zal in eerste instantie een gesprek plaatsvinden tussen de leerling en leerkracht waarin de ontoelaatbaarheid besproken wordt, met daarop volgend een poging tot herstel. Dit gesprek heeft een pedagogisch en corrigerend karakter. De leerkracht maakt van dit gesprek een kort verslag in het dossier van de leerling. Mocht deze aanpak geen baat hebben, dan worden op korte termijn de ouders op school uitgenodigd voor een gesprek met de leerkracht en de directie. Er zal nader ingegaan worden op achterliggende redenen. Zo nodig zal er bij vernieling een vergoeding worden overeengekomen. Van dit gesprek maakt de leerkracht een kort verslag in het leerlingendossier. Indien nodig zijn, dan wordt er externe hulpverlening ingeschakeld. Hierbij kan gedacht worden aan Opmaat, GGD, PCL, CED, Riagg, schoolmaatschappelijk werk, politie e.d. Als het bovenstaande niet heeft geleidt tot verbetering kan er uiteindelijk tot schorsing worden overgegaan waarbij de geldende regelgeving in acht wordt genomen. In dat geval wordt vooraf contact opgenomen met de ouders, de leerplichtambtenaar en de onderwijsinspectie. Door de directie wordt schriftelijk vastgelegd waar het om gaat en voor hoe lang de strafmaat is. Voordat de leerling weer wordt toegelaten, moet deze zich eerst melden bij de directie voor een gesprek. Mocht niets leiden tot verbetering, dan wordt contact gelegd met de inspecteur om de leerling van school te verwijderen. Van alle gesprekken worden verslagen gemaakt die ter inzage zijn voor alle betrokkenen. Het bestuur wordt dan voorgesteld een wettelijke verwijderingprocedure te starten. Schorsing is een leerling met onmiddellijke ingang tijdelijk de toegang tot de school ontzeggen. Deze maatregel wordt als sanctie door bestuur of directie genomen bij ernstig wangedrag van een leerling om gedurende de schorsingsperiode te zoeken naar een oplossing. Verwijdering is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling/ouder(s) onherstelbaar verstoord is. Zie ook de schoolregels. Voor ons beleid m.b.t. “toelating, schorsing en verwijdering” verwijzen wij naar onze website.
Schoolgids 2014-2015
40
13. Gedragscode Deze gedragscode is door de Schoolvereniging PCPO. Barendrecht-Ridderkerk vastgesteld voor alle 10 scholen die onder haar bevoegd gezag vallen. A. Karakter Protestants Christelijk Onderwijs Ouder en leerlingen respecteren de grondslag van de school. De school is toegankelijk voor alle kinderen. Verschillen worden geaccepteerd en gerespecteerd. We respecteren ieders geloof of levensovertuiging passend binnen de democratische rechtsstaat. Er heerst een veilig schoolklimaat. B. Veilig klimaat Leerlingen, leerkrachten, onderwijsondersteunend personeel, directie en ouders gaan respectvol met elkaar om: zij doen elkaar geen pijn, hinderen elkaar niet, en berokkenen elkaar geen schade. Niemand doet iets wat een ander stoort, raakt de ander niet aan als deze dat niet prettig vindt. Gelijke gevallen worden gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, (seksuele) geaardheid of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Op school wordt geen geweld gebruikt en niet gepest. Er wordt niet geroddeld en gescholden. Ook wordt niet met geweld gedreigd en er vindt geen afpersing plaats. Er wordt niet mishandeld en geen seksueel geweld gebruikt. Op school wordt iedereen met zijn eigen naam aangesproken. Iedereen zorgt dat de school er ordelijk en gezellig uitziet. Vanzelfsprekend heeft het personeel daarin een voorbeeldfunctie. Personeelsleden wijzen de kinderen, indien nodig, op de schoolspecifieke gedragsregels. Iedereen gaat zorgvuldig om met de eigendommen van een ander. Met zorgvuldig wordt bedoeld: het niet met opzet misbruiken van het geleende eigendom, zodat het eigendom ongeschonden teruggegeven kan worden. Het is niet toegestaan de (ICT-)apparatuur binnen de school te gebruiken voor opslag, opvragen en verspreiden van racistisch, discriminerend en seksueel getint materiaal. Personeel en leerlingen dragen kleding die voor anderen niet aanstootgevend is. Gelaatsbedekkende kleding is niet toegestaan. C. Persoonlijke contacten tussen leerkrachten/assistent(e) en leerling Directie, leerkrachten en onderwijsondersteunend personeel proberen zoveel mogelijk te vermijden met één leerling achter te blijven in één ruimte. Indien een kind langer moet blijven, zorgt de leerkracht, dat hij/zij zichtbaar is voor anderen. Leerkrachten vermijden zoveel mogelijk dat ze alleen zijn met een leerling of groepje leerlingen. Indien dat toch gebeurt, informeren zij collega’s hierover en laten de deur van de ruimte open. (Bij het geven van remedial teaching zijn de ouders op de hoogte gebracht van het apart nemen van leerlingen. Deze activiteit vindt achter gesloten deur plaats.) Kinderen worden in principe niet bij de leerkracht thuis uitgenodigd. Wel kan een groepje leerlingen op bezoek komen na overleg met en toestemming van de ouders. De directeur wordt hierover geïnformeerd. Directie, leerkrachten en ondersteunend personeel geven geen dure persoonlijke cadeaus aan leerlingen. Ook accepteren zij geen dure persoonlijke cadeaus van leerlingen en ouders. D. Schoolgebonden activiteiten Tijdens schoolgebonden activiteiten gelden dezelfde regels als in de schoolsituatie. Het gedrag van leerkrachten vormt geen bedreiging of probleem voor de leerlingen.
Schoolgids 2014-2015
41
E. Bewegingsonderwijs Het gedrag van de leerkrachten vormt geen bedreiging of probleem voor de leerlingen. Leerlingen vanaf groep 5 worden geacht zich zelfstandig aan- en uit te kunnen kleden. Bij jonge kinderen wordt incidenteel hulp verleend bij het aan- en uitkleden. Tijdens gymoefeningen kan de leerkracht functionele hulp verlenen zodanig dat de oefening juist en zonder gevaar wordt uitgevoerd. Lichamelijk contact mag nooit leiden tot ongewenste aanrakingen. Er wordt altijd voorzichtig gewerkt en gevaarlijk gedrag wordt vermeden: Loshangende kledingstukken en moeilijk verwijderbare sieraden worden vastgemaakt of vastgeplakt, andere sieraden worden verwijderd en lang haar wordt bij elkaar gebonden, zodat er geen gevaarlijke situaties kunnen ontstaan. F. Geweld Verbaal geweld is niet toegestaan: er mag niet worden gescholden en er mag geen onbehoorlijke taal worden gebruikt, niet tegen volwassenen maar ook niet tussen leerlingen onderling. Non-verbaal geweld is niet toegestaan: er mogen bijvoorbeeld geen gewelddadige en/of dreigende gebaren worden gemaakt en dreigbrieven of afpersingen zijn niet toegestaan. Lichamelijk geweld is niet toegestaan: dit betekent onder andere dat vechten, hinderlijk duwen of een ander opzettelijk lichamelijk letsel berokkenen, niet is toegestaan. G. Voorwerpen die bedreigend kunnen zijn Het gebruik van welk voorwerp dan ook als wapen is verboden en het meenemen naar school of het op school in bezit hebben van voorwerpen die als wapen kunnen worden gebruikt, is niet toegestaan. H. Roken, alcohol, drugs In het schoolgebouw wordt niet gerookt. De leerlingen mogen geen tabakswaren bij zich hebben. Het gebruik van alcohol (leerlingen) en drugs of het bij zich hebben van alcoholhoudende dranken of drugs is op school niet toegestaan. Leerkrachten dienen door ouders en/of verzorgers op de hoogte gebracht te worden van medicijngebruik van de leerlingen.
Schoolgids 2014-2015
42
14. Verzekering en aansprakelijkheid De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen, personeel, vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets etc.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als diegenen die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand: Ten eerste is de school of het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar berust op een misverstand. De school is alleen aansprakelijk en heeft daarmee schadevergoedingsplichtig wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is schade aan een bril tijdens de gymnastiekles; die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
Schoolgids 2014-2015
43
15. Klachtenregeling Binnen onze vereniging streven alle scholen naar een open, prettige samenwerking met ouders gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Toch kan het voorkomen dat u als ouder ernstig van mening verschilt met de leerkracht van uw kind of de schoolleiding. Het is dan goed te weten waar u met uw klacht terecht kunt. Bij klachten dient de volgende procedure doorlopen te worden: Neem contact op met de leerkracht van uw kind en probeer de zaak uit te spreken. Indien dit gesprek niet tot de gewenste oplossing leidt, kunt u met uw klacht bij de schoolleiding terecht. Ook wanneer uw klacht de schoolleiding betreft, dient u eerst in gesprek te gaan met de schoolleiding alvorens u verder gaat. Wanneer bovenstaande stappen niet tot de gewenste oplossing hebben geleid, kunt u uw klacht schriftelijk melden aan de algemeen directeur. Deze doet uitspraak, nadat hij alle partijen gehoord heeft. U kunt uw brief richten aan Bestuur PCPO, t.a.v. dhr. A.Dogger, Postbus 217, 2990 AE Barendrecht. Voor de behandeling van zeer ernstige klachten (zoals ongewenste intimiteiten) kunt u zich richten tot de contactpersoon van de school. Het is haar of zijn taak uw klacht op vertrouwelijke wijze aan te horen en u eventueel door te verwijzen naar de vertrouwenspersoon van de vereniging. De naam van de contactpersoon staat elders onder ‘adressen’ in de schoolgids vermeld. U kunt zich met uw klacht ook rechtstreeks richten tot één van de vertrouwenspersonen van de vereniging. Voor de namen zie paragraaf “contact- en vertrouwenspersonen”. Ook is het mogelijk dat u zich rechtstreeks wendt tot het Bestuur van de Vereniging, of bij de Landelijke Klachten Commissie, Postbus 694, 2270 AR Voorburg. Bij de directie en bij de contactpersoon is de klachtenregeling in te zien. Wij hopen uiteraard van harte dat u nooit van deze regeling gebruik hoeft te maken.
Schoolgids 2014-2015
44
16. Van en naar school 16.1 Lopend, op de fiets of met de auto Alleen de kinderen die ver weg wonen, mogen op de fiets naar school komen. Als iedereen zijn fiets mee neemt is er te weinig ruimte om alle fietsen te stallen. Dus als het enigszins kan, lopend naar school! Fietsers maken natuurlijk geen gebruik van het voetpad (tussen de Noordstraat en onze school) en stappen af en lopen verder. Ditzelfde geldt voor de schoolpleinen. We vragen iedereen hun fiets netjes in de stalling te plaatsen en niet in het paadje er naar toe. Ook adviseren wij om de fiets op slot te zetten. Het is niet verstandig de fiets na schooltijd op school achter te laten. In bijzondere gevallen is het mogelijk de fiets binnen te stallen. Het stallen van fietsen is op eigen risico. Als u uw kind met de auto brengt en ophaalt, parkeer dan op een geschikte plaats. Er wordt regelmatig gecontroleerd op dubbel parkeren. Alleen op die manier houden we de verkeerssituatie overzichtelijk.
16.2 Schoolplein Voor schooltijd kunnen de kinderen van groep 3 t/m 8 gebruik maken van het schoolplein of het sportplein. Het is niet toegestaan om met ballen op het schoolplein te spelen voor schooltijd. Op het voetbalveld mag dit wel. Dit vanwege de veiligheid van spelende kinderen. Hetzelfde geldt voor fietsen, skelters, stepjes of ander spelmateriaal.
16.3 Pleinwacht Voor de groepen 3 t/m 8 geldt dat zij zich vóór aanvang van de schooltijd op de schoolpleinen bevinden. Pleinwacht is er 's morgens vanaf 8.20 tot 8.25 uur en in de ochtendpauze van 10.15 tot 10.30 uur en van 10.30 tot 10.45 uur. Tijdens deze ochtendpauze houden alle leerkrachten van de desbetreffende groepen toezicht. 's Middags is er pleinwacht vanaf 13.00 tot 13.10 uur. Wilt u uw kind i.v.m. het ontbreken van toezicht niet te vroeg naar school sturen.
16.4 Voor schooltijd niet naar binnen Kinderen mogen voor schooltijd de school niet zonder toestemming binnengaan. Zij kunnen toestemming vragen aan de pleinwacht. De leerlingen brengen vóór schooltijd geen spullen naar binnen. Uitgezonderd traktaties en na afspraak met de leerkracht.
16.5 Regen Bij regen gaat de deur 10 minuten voor schooltijd open.
16.6 Meelopen naar binnen De ouders van groep 1-2 brengen hun kind in de klas. Bij alle overige groepen is het niet gebruikelijk om als ouder mee te lopen als de kinderen naar binnen gaan. Hierdoor wordt de zelfstandigheid van uw kind bevorderd en is het met grote aantal leerlingen in school minder druk in de gangen bij aanvang van de school. Behalve de ouders van kinderen van groep 3 kunnen de eerste twee weken meelopen naar binnen.
Schoolgids 2014-2015
45
17. Praktische zaken 17.1 Aanmelden van een nieuwe leerling Voor informatie over het aanmelden van een nieuwe leerling kunt u contact opnemen met de schoolleider Dieja Kramers. Als een kind de leeftijd van 4 jaar heeft bereikt, wordt het toegelaten op de basisschool. Voor hun 4e verjaardag mogen de 3-jarigen vijf dagdelen komen wennen. Vanzelfsprekend gebeurt dit na overleg met de betreffende leerkracht. Afscheid nemen is soms lastig. Wij adviseren om goed en duidelijk afscheid te nemen. Mocht u zich ongerust maken omdat uw kind bijvoorbeeld huilt, dan kunt u altijd een half uurtje later naar school bellen om te vragen hoe het gaat.
17.2 Af of ziekmelden van uw kind Wanneer uw kind om welke reden dan ook niet of niet op tijd op school kan zijn, wilt u dit dan aan school doorgeven. U kunt ons bellen tussen 08.15 uur en 08.30 uur en 's middags tussen 13.05 uur en 13.15 uur. We willen graag weten waar de leerlingen zijn. Is dezelfde leerling bij herhaling te laat dan nodigt de directie de ouders uit voor een gesprek. Als uw kind zonder bericht niet aanwezig is nemen wij tijdig contact met u op.
17.3 Activiteiten In samenwerking met de ouderraad organiseert de school een aantal activiteiten, zoals een Startavond, Kinderboekenweek, Sinterklaasfeest, Kerstviering, Paasviering, Koninginnefeest, Project, Schoolfotograaf en Schoolreis. Voor meer informatie over de verschillende activiteiten verwijzen wij u naar onze website.
17.4 Acties Omdat wij het belangrijk vinden oog te hebben voor elkaar en ook daadwerkelijk iets te betekenen voor de mensen om ons heen doen wij mee met een aantal acties. Om het jaar doen wij mee aan de operatie ‘Schoenendoos’ waarvoor schoenendozen gevuld worden voor kinderen in Afrika en Oost-Europa. De opbrengst van de collecte tijdens de Kerstviering gaat naar een goed doel.
17.5 Adoptiekinderen/ zending Zending is een zaak voor ons allen. Het is goed om de kinderen bewust mee te laten doen, zodat ze kunnen ervaren dat de zending leeft. Dat ook zij al mee kunnen helpen de zorg voor anderen te dragen. Alle kinderen krijgen eens per maand een kokertje mee voor het zendingsgeld. De opbrengst van het zendingsgeld wordt o.a. besteed aan onze adoptiekinderen. Wij zorgen voor: Ahamada in Oeganda Tomasa in Bolivia Aïda Anna in Burkina Faso Het geld dat we overhouden krijgt een nader te bepalen zendingsdoel.
17.6 Bedrijfshulpverlening (BHV) Op onze school heeft bijna het gehele team BHV gehad. Ook zijn een aantal teamleden in het bezit van een E.H.B.O diploma. De school oefent 2 keer per jaar een ontruiming aan de hand van een ontruimingsplan.
Schoolgids 2014-2015
46
17.7 Eigendommen merken Het gebeurt nogal eens, dat er kinderen zijn die dezelfde jassen, tassen, broodtrommels of bekers hebben. Wilt u daarom zoveel mogelijk de eigendommen van uw kind merken door ervoor te zorgen dat de naam van het kind erop staat. Zo kunnen we misverstanden voorkomen.
17.8 Eten en drinken Rond de klok van 10 uur eten en drinken de kinderen in de klas, voor of nadat zij pauze gaan houden. Wij verzoeken u vriendelijk een gezond tussendoortje mee te geven. Blikjes frisdrank zijn niet toegestaan. Geeft u het eten en drinken los mee i.p.v. in een broodtrommel of tas, wilt u dit dan voorzien van de naam van uw kind. Op die manier kan uw kind makkelijk zijn/haar eten en drinken terug vinden.
17.9 Gevonden voorwerpen De gevonden voorwerpen worden bewaard bij meester Reza. Wanneer u iets mist komt u dan gerust een kijkje nemen. Na ieder kwartaal wordt de kist geleegd.
17.10 Hoofdluis Onze leerlingen hebben aan de kapstok allemaal een eigen luizenzak. Daar stoppen zij hun jas in als ze op school komen. Aan het eind van het schooljaar worden alle luizenzakken gewassen, zodat iedereen weer met een schoon exemplaar begint. Na elke vakantie worden alle leerlingen gecontroleerd op hoofdluis. Als uw kind hoofdluis heeft, wordt u hierover geïnformeerd door de groepsleerkracht. Het is fijn als ouders zelf ook regelmatig hun kind(eren) controleren. Mocht u luizenneten vinden, laat u dat dan a.u.b. aan de groepsleerkracht weten. Zo kunnen we als school en ouders samen proberen de luizenoverlast zoveel mogelijk te beperken. Luizen…heel vervelend, maar niet iets om u voor te schamen. Het heeft niets met persoonlijke hygiëne te maken, het overkomt iedereen wel een keer.
17.11 Kledingvoorschriften De kleding mag niet provocerend zijn of een goede interactie tussen leerling leerkracht in de weg staan. Een ieder heeft het recht op vrijheid van uiterlijk, mits dit voldoet aan de algemeen geldende fatsoensnormen en mits dat uiterlijk geen belediging inhoudt voor anderen. Hoofddeksels, zoals bijvoorbeeld petjes of hoofddoekjes, zijn in de klas niet toegestaan. Bij bijzondere activiteiten zoals de verjaardag van de leerkracht mogen leerlingen verkleed op school komen. In dat geval is een hoofddeksel een attribuut dat daarbij hoort.
17.12 Kosteloos materiaal Regelmatig krijgen wij van ouders kosteloos materiaal; dozen, keukenrollen, lapjes stof, houten latjes etc. Wij zijn hier erg blij mee, maar onze opberg ruimte is beperkt. Daarom zullen wij zelf een oproep doen als wij materiaal nodig hebben. Maar u bent natuurlijk altijd vrij om te vragen of wij nog iets kunnen gebruiken.
17.13 Mobiele telefoon Het is niet toegestaan om een werkende mobiele telefoon, tijdens de schooltijden bij je te hebben. Mobiele telefoons worden bij het binnen komen van de groep uitgezet en bij de
Schoolgids 2014-2015
47
leerkracht in de la gelegd. Ook in de ochtendpauze is het niet toegestaan de mobiele telefoon te gebruiken. Dus ook niet als MP-3 speler. Bij het naar huis gaan om 12.00 of 15.15 uur kan de telefoon weer bij de leerkracht opgehaald worden. Let wel: de leerkracht is niet aansprakelijk voor schade, diefstal van de mobiele telefoon. Als u als ouder uw kind moet wilt bereiken, dan kan dit via de schooltelefoon. Wij geven uw boodschap dan door.
17.14 Oudergebedsgroep Op initiatief van ouders komt eens in de drie weken de gebedsgroep bijeen. De coördinator is Anna Hamstra.
17.15 Schoolmelk Wilt u uw kind schoolmelk geven, dan zijn aanmeldingsformulieren op school verkrijgbaar. Willen ouders iets anders meegeven, dan is dat toegestaan. Na iedere vakantie zijn er twee dagen waarop er geen schoolmelk is. De kinderen wordt dan drinkyoghurt aangeboden. Na de zomervakantie kan het wel enkele dagen duren voordat de schoolmelk e.d. aan de school wordt afgeleverd. Wij verzoeken u om uw kind dan zelf drinken mee te geven naar school. Voor meer informatie kunt u kijken op www.campinaopschool.nl
17.16 Schoonmaak De school wordt dagelijks schoongemaakt door onze schoonmaakster en door mensen van CSU. Incidenteel wordt gebruik gemaakt van ouderhulp bij het schoonmaken van de materialen in de onderbouw.
17.17 Tropenrooster Binnen het directieoverleg van zowel bijzonder als openbaar onderwijs in onze gemeente zijn afspraken gemaakt wanneer sprake is van het invoeren van een tropenrooster. Een tropenrooster zou in werking moeten treden in een periode, waarin sprake is van hoge dagtemperaturen. Daarbij wordt uitgegaan van een ondergrens van 28 graden Celsius. Mocht het zo ver komen dat er sprake is van een tropenrooster, dan zullen alle scholen in Ridderkerk zich aan deze regeling houden.
17.18 Verjaardagen en traktaties Kinderen die jarig, zijn trakteren in de klas (wat overigens niet verplicht is). Dit is altijd een vrolijke, blijde gebeurtenis. Jarigen trakteren eerst in hun eigen klas en daarna gaan ze met twee andere kinderen de klassen rond, om zich te laten feliciteren door de andere leerkrachten en of kinderen die zij kennen. Wij vragen u met het volgende rekening te houden: Liever geen snoep. Er zijn zoveel andere gezonde dingen, bijv. kaas, worst, rozijnen. Voor tips zie www.gezondtrakteren.nl. Ook is het niet de bedoeling dat er allerlei cadeautjes bij de traktatie worden gedaan. Alleen een traktatie is voldoende. Informeert u even bij de leerkracht van uw kind of alle leerlingen bepaalde traktaties mogen, dit i.v.m. allergieën e.d. We stellen het op prijs als u de dag van trakteren even met de leerkracht afspreekt dit in verband met gymtijden of andere bijzonderheden.
17.19 Voorlezen Vanuit de bibliotheek Ridderkerk is er een initiatief waarbij 50-plussers voorlezen aan kleuters.
Schoolgids 2014-2015
48
18. Contactgegevens Schoolleider: Mevrouw D. van Mourik Officiersvliet 48, 3331 KM Zwijndrecht Tel: 06-51018096 Het bestuur: Het bestuur wordt dagelijks vertegenwoordigd door algemeen directeur: de heer A. Dogger. Het secretariaat van de vereniging: PCPO BR, Postbus 217, 2990 AE Barendrecht. Het adres: Achterom 70, 2991 CV Barendrecht, tel: 0180 620533
Medezeggenschapsraad: Email:
[email protected] Ouderraad: Email:
[email protected] Rekeningnr. ouderbijdrage: 1330.51.439 t.n.v. CBS De Fontein- or. Vertrouwenspersoon klachten: Te bereiken via het postadres van het secretariaat van de schoolvereniging. Contactpersoon klachten: Mevrouw A. Onderdelinden, Bourgondischelaan16, 2983 SH Ridderkerk, tel: 0180 - 418878 Landelijke klachtencommissie Postbus 694, 2270 AR Voorburg, 070 - 3861697 E-mail:
[email protected], of meldpunt vertrouwensinspecteur tel: 0900 - 1113111 Jeugdgezondheidscentrum: Schoolarts: Mevrouw J. Yntema, Jan Luijkenstraat 8c, 2985 BV Ridderkerk, Tel: 0180 - 487288 Centrum Jeugd en Gezin Het CJG Ridderkerk is elke werkdag van 08.30 uur tot 13.00 uur geopend en kunt u vrijblijvend langskomen of bellen. U kunt er ook voor kiezen om uw vraag via de email te stellen. Onze contactgegevens zijn: Centrum voor Jeugd en Gezin Jan Luykenstraat 8c 2985 BV Ridderkerk Telefoon: 010-433944 Email:
[email protected] Twitter: @CJGRidderkerk Permanente Commissie Leerlingenzorg: zie adres CED Rijnmond – Zuid Peuterschool ‘Pippeloentje’ Scheldeplein 4, 2987 EL Ridderkerk, tel: 0180 - 410740 Rijksinspectie Rotterdam:
[email protected], www.onderwijsinspectie.nl, vragen over onderwijs: tel: 0800 – 8051 (gratis) Buitenschoolse kinderopvang:
Schoolgids 2014-2015
49
Stichting Kinderopvang Ridderkerk (SKR), Nikkelstraat 3d, 2984 AM Ridderkerk, tel: 0180 499322 Oudergebedsgroep mevr. A. Hamstra, Dintelstraat 29, 2987 TA Ridderkerk, tel: 0180 - 41737
Schoolgids 2014-2015
50
Vereniging voor Protestants Christelijk Primair Onderwijs Barendrecht en Ridderkerk Bestuur De Vereniging PCPO Barendrecht en Ridderkerk (PCPO) beheert 11 basisscholen met 16 locaties. De Algemene Ledenvergadering (ALV) is het hoogste orgaan binnen de vereniging. Het algemeen bestuur houdt toezicht op de directeur-bestuurder. De directeur-bestuurder is het bevoegd gezag van de vereniging en verantwoordelijk voor de algemene gang van zaken binnen PCPO. De beleidsvoorbereiding en -uitvoering is in handen van de directeur Personeel en Onderwijs, de directeur Bedrijfsvoering en het directieberaad bestaande uit de directeuren van de scholen onder leiding van de directeur-bestuurder. Samenstelling van het algemeen bestuur: * * * * *
Adri Remis Aad Boonstra Maurice Schenk Janny Brummelink Hanneke van Noort
-
voorzitter secretaris penningmeester lid lid
Bestuurskantoor Het bestuur heeft een bestuurskantoor ingericht. Hier is tevens het secretariaat van de vereniging gevestigd. Adres
: Achterom 70 2991 CV Barendrecht Postbus 217 2990 AE Barendrecht
Telefoon Fax Website e-mail:
: : : :
0180 620533 0180 619171 www.pcpobr.nl
[email protected]
directeur-bestuurder: * Ad Dogger - e-mail:
[email protected] Lidmaatschap Met het lidmaatschap van de Vereniging PCPO Barendrecht en Ridderkerk steunt u het protestants christelijk onderwijs in Barendrecht en Ridderkerk. Op de jaarlijkse algemene ledenvergadering hebben de leden de mogelijkheid om mee te denken over het beleid van de vereniging. Voor een bedrag van €10,- per jaar bent u lid van de vereniging. Tijdens het intakegesprek met de directie van de school heeft u een inschrijfformulier gekregen om u aan te melden als lid van de vereniging. Elders in deze schoolgids is het inschrijfformulier opgenomen. Het inschrijfformulier staat ook op de website van de school.
Schoolgids 2014-2015
51
Visie op onderwijs De Vereniging PCPO staat voor kwalitatief hoogwaardig onderwijs voor allen die onze christelijke grondslag respecteren. Liefde voor God, het kind en de naaste inspireert ons. Zo richten wij ons op de ontwikkeling van de talenten van de individuele kinderen en creëren wij een stimulerend en veilig leerklimaat binnen de vereniging. Het voorleven van onze christelijke identiteit is uitgangspunt voor alle activiteiten binnen de vereniging. Op onze scholen
wordt er verteld uit de bijbel bidden wij met de kinderen worden christelijke liederen gezongen worden de christelijke feesten gevierd gaan wij in op belangrijke gebeurtenissen die in het leven van de kinderen plaatsvinden en kijken wij wat het christelijk geloof in zo’n situatie kan betekenen wordt nagedacht hoe wij omgaan met elkaar en met de natuur en de wereld vanuit een christelijk perspectief
De scholen van de vereniging bieden een rijke en stimulerende omgeving, waarin aandacht is voor alle ontwikkelingsaspecten van kinderen: cognitieve, sociaal emotionele, fysieke en creatieve. Bij al deze aspecten wordt uitgegaan van geloof en vertrouwen in kinderen, het bieden van individuele uitdaging en ondersteuning. De nieuwe kerndoelen voor het basisonderwijs zijn richtinggevend. Voor elk kind geldt het voor hem hoogst bereikbare niveau als doelstelling. De leerkrachten van de scholen werken als team samen aan onderwijsvernieuwing op basis van planmatige kwaliteitszorg. De ontwikkeling van de school is vastgelegd in het schoolplan. Tussenschoolse opvang (TSO) Op alle scholen van de Vereniging PCPO Barendrecht en Ridderkerk wordt tussenschoolse opvang (TSO) aangeboden. Dit is een wettelijke verplichting. De coördinator en de medewerkers van de TSO kunnen vrijwilligers, meestal ouders, zijn. De school kan er ook voor kiezen de TSO uit te besteden aan een professionele kinderopvangorganisatie. Elders in deze schoolgids staat beschreven hoe de TSO op de school van uw kind is geregeld. Buitenschoolse opvang (BSO) Met ingang van 1 augustus 2007 hebben alle scholen een inspanningsverplichting in het kunnen aanbieden van buitenschoolse opvang. De Vereniging PCPO werkt in Barendrecht en Ridderkerk samen met verschillende kinderopvangorganisaties. Elders in deze schoolgids leest u met welke organisaties de school van uw kind afspraken heeft gemaakt. Passend Onderwijs Per 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht geworden. Wat is Passend Onderwijs? Passend Onderwijs betekent dat ieder kind het onderwijs en de ondersteuning krijgt wat het nodig heeft. De onderwijsbehoefte van een kind staat centraal. Dat betekent het volgende:
Schoolgids 2014-2015
52
Scholen in de regio gaan samenwerken om alle kinderen de beste onderwijsplek te bieden. Op school wordt gekeken wat een kind wel kan, het liefst in het reguliere onderwijs. Het speciaal onderwijs blijft gewoon bestaan, voor kinderen die het echt nodig hebben.
School heeft zorgplicht In de nieuwe situatie melden de ouders hun kind aan bij de school die hun voorkeur heeft. De school moet een zo passend mogelijk onderwijsaanbod op de eigen school bieden. Kan de school dit niet, dan zal de school een andere reguliere school of een speciale school in de regio moeten regelen. De school heeft hierbij zorgplicht. De school regelt, indien noodzakelijk, de extra ondersteuning in de groep of op een plek op een andere school of de plaatsing in het speciaal onderwijs. Ouders hoeven dus niet meer zelf een ingewikkelde indicatieprocedure te doorlopen. Het accent verschuift van beperkingen van kinderen naar wat kinderen daadwerkelijk nodig hebben. De onderwijsbehoefte is vanaf nu uitgangspunt. Schoolondersteuningsprofiel Wat mag je van de school verwachten als ouders? De school heeft een Schoolondersteuningsprofiel (S.O.P) opgesteld. Hierin geeft de school aan welke onderwijsondersteuning kinderen geboden kan worden. Naast de basisondersteuning dienen scholen aan te geven in welke specialistische ondersteuning zij kinderen kunnen helpen. Zo is de ene school in het samenwerkingsverband specialist op het gebied van dyslexie en dyscalculie, terwijl een andere school weer meer kan betekenen op het gebied van autisme of gedragsproblemen. Het S.O.P kan jaarlijks door de school bijgesteld worden als er meer expertise aanwezig is in de school, bijvoorbeeld als leerkrachten zijn opgeleid om met verschillende ondersteuning in de groep om te kunnen gaan. Medezeggenschapsraad en passend onderwijs De MR heeft adviesrecht op het S.O.P. van de school. Daarnaast kan de MR de directie van de school voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met wensen van ouders en leerkrachten over de ondersteuning in het samenwerkingsverband. De directie van de school kan de wensen dan weer bespreekbaar maken, tijdens de reguliere overleggen met het samenwerkingsverband. Samenwerkingsverband RiBA Wanneer de school waar een kind is aangemeld niet zelf de benodigde ondersteuning kan geven, dan is het de verantwoordelijkheid van de school een andere school te vinden die wel een passend aanbod kan doen. De school doet dit niet alleen, maar krijgt hierbij ondersteuning van het samenwerkingsverband RiBA. In het SchoolOndersteuningsTeam, waarin de ouders, de school, een orthopedagoog en een schoolmaatschappelijk werker zitten, wordt gezocht naar de goede ondersteuning. Wordt er binnen het ondersteuningsteam geen goede oplossing gevonden, dan kan een beroep gedaan worden op een trajectbegeleider. Deze begeleider heeft de opdracht een passende oplossing te vinden voor kind, ouders en school. Dit alles betekent dat scholen nauw moeten samenwerken in hun regio. Om deze samenwerking te realiseren is het samenwerkingsverband gevormd. In Nederland zijn 75 samenwerkingsverbanden. Onze school valt binnen het samenwerkingsverband RiBA. Dit omvat vrijwel alle scholen in Ridderkerk, Barendrecht en Albrandswaard (Rhoon en Poortugaal). Doel van het samenwerkingsverband is het bieden van passend onderwijs voor alle kinderen die in deze regio naar het basisonderwijs gaan. Ondersteuningsplan
Schoolgids 2014-2015
53
Het samenwerkingsverband RiBA heeft een ondersteuningsplan samengesteld. Daarin staat aangegeven, waarin op welk niveau basisondersteuning kan worden geboden aan kinderen. Daarnaast geeft het plan aan hoe de scholen met elkaar een samenhangend geheel van ondersteuning hebben gecreëerd, hoe de beschikbare geldmiddelen worden verdeeld, hoe verwijzing naar het speciaal onderwijs plaatsvindt en hoe ouders worden geïnformeerd.
Ondersteuningsplanraad (OPR) De OndersteuningsPlanRaad is een speciale medezeggenschapsraad van het samenwerkingsverband. Deze raad heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. In de OPR zitten evenveel ouders als leerkrachten. De leden zijn afgevaardigd door de MR-en van de scholen. Vragen en informatie Met de komst van passend onderwijs zal het één en ander wijzigen in “onderwijsland”. Achter de schermen wordt hard gewerkt om de overgang naar de nieuwe situatie zo soepel mogelijk te laten verlopen. Eenmaal per drie maanden ontvangt u van het samenwerkingsverband via de school hierover een Nieuwsbrief. Deze is ook te vinden op de website www.swv-riba.nl. Mocht u vragen hebben, kunt u natuurlijk altijd contact met de school opnemen. U kunt ook contact opnemen met het Samenwerkingsverband RiBA Mozartstraat 180a, 2983AK Ridderkerk. Telefoon: 078-8200036 of
[email protected].
De medezeggenschapsraad (MR) Aan iedere school van onze vereniging is een medezeggenschapsraad verbonden. Deze raad is bij wet ingesteld. Via deze raad is de medezeggenschap van hen (ouders en personeel) die bij de school betrokken zijn, geregeld. De MR geeft advies of instemming over onderwerpen die met het beleid van de school te maken hebben. In de MR zitten vertegenwoordigers van de ouders en het personeel. De directeur van de school kan bij de MR-vergaderingen aanwezig zijn als adviseur. De MR vergaderingen zijn openbaar. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) In de GMR worden onderwerpen die voor alle scholen van de vereniging van belang zijn besproken. De GMR is samengesteld uit vertegenwoordigers van de ouders en het personeel van de 11 scholen. De GMR neemt o.a. besluiten over belangrijke zaken zoals het bestuursformatieplan, het taakbeleid, schorsing en verwijdering en de klachtenregeling. Begeleiding en ondersteuning van leerkrachten Iedere school is bezig met de ontwikkeling, invoering en borging van de visie van de school. In het kader van de visie van de school vinden er voor leerkrachten nascholingsactiviteiten plaats. Dit kan op teamniveau zijn, maar ook op individueel niveau. Daarnaast worden beginnende leerkrachten binnen onze vereniging begeleid in hun eerste jaar als leerkracht. De begeleiding van de beginnende leerkrachten ligt in de eerste plaats op schoolniveau. Iedere beginnende leerkracht heeft op de eigen school een mentor waarmee een begeleidingstraject voor beginnende leerkrachten doorlopen wordt. De beoordeling na een jaar valt onder verantwoording van de directeur. In de tweede plaats vinden er netwerkbijeenkomsten voor beginnende leerkrachten plaats op het bestuursbureau van onze vereniging. Sponsoring
Schoolgids 2014-2015
54
De kwaliteit van het onderwijs hangt voor een deel af van de beschikbare middelen. De door de overheid verstrekte middelen zijn toereikend voor het geven van kwalitatief goed onderwijs. Soms kunnen extra financiële middelen van particulieren en/of instellingen buiten het onderwijs een bijdrage leveren aan de gewenste en nagestreefde kwaliteit. Wij spreken dan van sponsoring. Het sponsorbeleid van de vereniging staat omschreven in een document dat u bij de directie van de school kunt verkrijgen.
Verzekeringen en aansprakelijkheid De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen; personeel; vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets op het plein etc.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als diegenen die voor de school actief zijn (bestuursleden; personeel; vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op de volgende aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand:
De school of het schoolbestuur is niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar berust op een misverstand. De school is alleen aansprakelijk en daarmee schadevergoedingsplichtig wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is schade aan een bril tijdens de gymnastiekles; die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt (dan ook) niet door de school vergoed.
De school is niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling, die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten, door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
Brede School activiteiten: PCPO heeft contacten met diverse organisaties die Brede School activiteiten aanbieden. De aanbieder van de Brede School activiteit(en) is verantwoordelijk voor het afsluiten van een verzekering en hierover worden ook goede afspraken gemaakt met de externe organisaties. In de meeste gevallen heeft de school een faciliterende rol en ligt dus de eindverantwoordelijkheid niet bij PCPO. Aan de ouders wordt bekend gemaakt wie eindverantwoordelijk is voor de diverse Brede School activiteiten.
Toelating, schorsing en verwijdering
Schoolgids 2014-2015
55
Elk kind is welkom op onze scholen en wanneer u de keuze maakt voor één van onze scholen dan zijn wij daar blij mee. Het betekent dat u hoge verwachtingen van ons hebt, omgekeerd hebben wij die van u. Wij rekenen erop dat: * * *
u de grondslag van de school respecteert; uw kind een positieve bijdrage levert aan het groepsproces; uw kind actief deelneemt aan alle lessen.
Elk kind is welkom op onze scholen, tenzij er zwaarwegende factoren zijn waardoor wij twijfelen of uw kind wel die aandacht en zorg kan krijgen die het nodig heeft. Helaas ontstaat er ook wel eens een probleem tussen een kind en de leerkracht/school. Meestal wordt dit in goed overleg tussen school en kind/ouders opgelost. Ingeval dit niet tot een oplossing leidt, kunnen er door de school disciplinaire maatregelen als schorsing en verwijdering worden genomen. Schorsing is een leerling met onmiddellijke ingang tijdelijk de toegang tot de school ontzeggen. Deze maatregel wordt als sanctie door bestuur of directie genomen bij ernstig wangedrag van een leerling om gedurende de schorsingsperiode te zoeken naar een oplossing. Verwijdering is een maatregel bij zodanig ernstig wangedrag dat het bestuur concludeert dat de relatie tussen school en leerling/ouder(s) onherstelbaar verstoord is. Voor ons beleid m.b.t. “toelating” en “schorsing en verwijdering” verwijzen wij naar de betreffende brochures op de websites van de scholen of www.pcpobr.nl onder de knop “info ouders”. Klachtenregeling Binnen onze vereniging streven alle scholen naar een open, prettige samenwerking met ouders gebaseerd op wederzijds vertrouwen. Toch kan het voorkomen dat u als ouder ernstig van mening verschilt met de leerkracht van uw kind, de IB-er of de schoolleiding. Het is dan goed te weten waar u met uw klacht terecht kunt. Bij klachten dient de volgende procedure doorlopen te worden: 1. 2. 3.
4.
Neem contact op met de leerkracht van uw kind en probeer de zaak uit te spreken. Indien dit gesprek niet tot de gewenste oplossing leidt, kunt u met uw klacht bij de schoolleiding terecht. Ook wanneer uw klacht de schoolleiding betreft, dient u eerst in gesprek te gaan met de schoolleiding alvorens u verder gaat. Wanneer bovenstaande stappen niet tot de gewenste oplossing hebben geleid, kunt u uw klacht schriftelijk melden aan de directeur-bestuurder. Deze doet uitspraak, nadat hij alle partijen gehoord heeft. U kunt uw brief richten aan Bestuur PCPO, t.a.v. dhr. A. Dogger, Postbus 217, 2990 AE Barendrecht Voor de behandeling van zeer ernstige klachten (zoals ongewenste intimiteiten) kunt u zich richten tot de contactpersoon van de school. Het is haar of zijn taak uw klacht op vertrouwelijke wijze aan te horen en u eventueel door te verwijzen naar de vertrouwenspersoon van de vereniging. De naam van de contactpersoon staat elders onder ‘adressen’ in de schoolgids vermeld. U kunt zich met uw klacht ook rechtstreeks richten tot één van de vertrouwenspersonen van de vereniging. Voor de namen zie paragraaf “contact- en vertrouwenspersonen”. Ook is het mogelijk dat u zich rechtstreeks wendt tot het Bestuur van de Vereniging, of bij de Landelijke Klachtencommissie voor het Christelijk Onderwijs, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag.
Schoolgids 2014-2015
56
Bij de directie en bij de contactpersoon is de klachtenregeling in te zien. Wij hopen uiteraard van harte dat u nooit van deze regeling gebruik hoeft te maken. Contact- en vertrouwenspersonen Voor de behandeling van (zeer) ernstige klachten en/of zorgen kunt u terecht bij de contactpersoon van de school van uw kind. De naam van deze persoon staat elders in deze schoolgids vermeld. Het is haar/zijn taak uw klacht en/of zorg op vertrouwelijke wijze aan te horen en u eventueel door te verwijzen naar één van de vertrouwenspersonen van onze vereniging, dhr. R. Barnard (huisarts) of mw. T. Luijendijk. De vertrouwenspersonen zijn bereikbaar via het secretariaat van de Vereniging PCPO, tel. 0180- 620533.
Schoolgids 2014-2015
57
20. Bijlagen Bijlage 20.1 Formulier lidmaatschap schoolvereniging Postbus 217, 2990 AE Barendrecht Tel 0180 620533 www.pcpobr.nl/
[email protected]
Barendrecht, september 2014 Geachte ouders, Van harte gelukgewenst met uw schoolkeuze! U heeft met de keuze van de nieuwe school voor uw kind gekozen voor een Christelijke school. Christelijke scholen worden bestuurd door een schoolbestuur en in het geval van de school van uw keuze is dat de Vereniging voor Protestants Christelijk Primair Onderwijs Barendrecht en Ridderkerk. De Vereniging PCPO Barendrecht en Ridderkerk heeft 11 basisscholen onder haar bestuur, te weten 6 basisscholen in Barendrecht en 5 basisscholen in Ridderkerk. De Vereniging PCPO wordt bestuurd door een directeur-bestuurder. Het toezicht op de directeur-bestuurder vindt plaats door het algemeen bestuur dat wordt gekozen uit de leden van de vereniging. Minstens eenmaal per jaar vindt er een algemene ledenvergadering plaats. Lid worden van de vereniging PCPO betekent: steun geven aan het Christelijk onderwijs in Barendrecht en Ridderkerk en de mogelijkheid tot meedenken en meepraten over onderwijs en in het bijzonder betrokkenheid tonen met de school van uw kind. Uw lidmaatschap is nodig! Financieel betekent dit een minimale bijdrage van €10,-- per jaar. De helft van dit bedrag komt ten goede aan de school van uw kind. Dit is voor de school vrij besteedbaar. Uw lidmaatschap is persoonlijk. Indien gewenst, kunnen beide ouders lid worden. In dat geval moeten 2 formulieren worden ingevuld. Beëindiging lidmaatschap Het lidmaatschap kan schriftelijk of mondeling worden opgezegd. Het lidmaatschap eindigt niet automatisch op het moment dat uw kind de basisschool verlaat. Website PCPO Voor meer informatie over de Ver. PCPO verwijzen wij naar onze website: www.pcpobr.nl --------------------------------------------------------------------------------------------------Dhr./Mevr.(*)
Voorletter(s):
Achternaam:
Adres : Postcode:
Woonplaats:
Naam School: Ik meld mij aan als lid van de Vereniging PCPO Barendrecht en Ridderkerk per: (datum) ___-____-____. Ik heb wel/geen (*) belangstelling voor een bestuursfunctie. Voor het betalen van de contributie wacht ik op een bevestiging van het lidmaatschap. Datum:
Schoolgids 2014-2015
Handtekening :
58
Bijlage 20.2 Passend Onderwijs. Per 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs van kracht geworden. Wat is Passend Onderwijs? Passend Onderwijs betekent dat ieder kind het onderwijs en de ondersteuning krijgt wat het nodig heeft. De onderwijsbehoefte van een kind staat centraal. Dat betekent het volgende:
Op school wordt gekeken wat een kind wel kan, het liefst in het reguliere onderwijs; Het speciaal onderwijs blijft gewoon bestaan, voor kinderen die het echt nodig hebben. Scholen in de regio gaan samenwerken om alle kinderen de beste onderwijsplek te bieden;
School heeft zorgplicht. In de nieuwe situatie melden de ouders hun kind aan bij de school die hun voorkeur heeft. De school moet een zo passend mogelijk onderwijsaanbod op de eigen school bieden. Kan de school dit niet, dan zal de school een andere reguliere school of een speciale school in de regio moeten regelen. De school heeft hierbij zorgplicht. De school regelt, indien noodzakelijk, de extra ondersteuning in de groep of op een plek op een andere school of de plaatsing in het speciaal onderwijs. Ouders hoeven dus niet meer zelf een ingewikkelde indicatieprocedure te doorlopen. Het accent verschuift van beperkingen van kinderen naar wat kinderen daadwerkelijk nodig hebben. De onderwijsbehoefte is vanaf nu uitgangspunt. Schoolondersteuningsprofiel. Wat mag je van de school verwachten als ouders? De school heeft een schoolondersteuningsprofiel opgesteld. Hierin geeft de school aan welke onderwijsondersteuning ze kinderen kunnen bieden. Naast de basisondersteuning dienen scholen aan te geven in welke specialistische ondersteuning zij kinderen kunnen helpen. Zo is de ene school in het samenwerkingsverband specialist op het gebied van dyslexie en dyscalculie, terwijl een andere school weer meer kan betekenen op het gebied van autisme of gedragsproblemen. Leraren zijn opgeleid om met verschillende ondersteuning in de groep om te kunnen gaan. Daardoor krijgen kinderen zoveel mogelijk ondersteuning in hun eigen groep i.p.v. buiten de groep. Medezeggenschapsraad en passend onderwijs. De MR heeft adviesrecht op het schoolondersteuningsprofiel van de school. Daarnaast kan de MR de directie van de school voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Dit kan bijvoorbeeld te maken hebben met wensen van ouders en leraren over de ondersteuning in het samenwerkingsverband. De directie van de school kan de wensen dan weer bespreekbaar maken, tijdens de reguliere overleggen met het samenwerkingsverband. Samenwerkingsverband RiBA. Wanneer de school waar een kind is aangemeld niet zelf de benodigde ondersteuning kan geven, dan is het de verantwoordelijkheid van de school en andere school te vinden die wel een passend aanbod kan doen. De school doet dit niet alleen, maar krijgt hierbij ondersteuning van het samenwerkingsverband RiBA. In het SchoolOndersteuningsTeam, waarin de ouders, de school, een orthopedagoog en een schoolmaatschappelijk werker zitten, wordt gezocht naar de goede ondersteuning. Wordt er binnen het ondersteuningsteam geen goede oplossing gevonden, dan kan een beroep gedaan worden op een trajectbegeleider. Deze begeleider heeft de opdracht een passende oplossing te vinden voor kind, ouders en school. Dit alles betekent dat scholen nauw moeten samenwerken in hun regio. Om deze samenwerking te realiseren is het samenwerkingsverband gevormd. In Nederland zijn 75 samenwerkingsverbanden. Onze school valt binnen het samenwerkingsverband RiBA. Dit omvat alle scholen in Ridderkerk, Barendrecht en Albrandswaard ( Rhoon en Poortugaal). Doel van het samenwerkingsverband is het bieden van passend onderwijs voor alle kinderen die in deze regio naar het basisonderwijs gaan. Ondersteuningsplan. Het samenwerkingsverband RiBA heeft een ondersteuningsplan samengesteld. Daarin staat aangegeven, waarin op welk niveau basisondersteuning kan bieden aan kinderen. Daarnaast geeft
Schoolgids 2014-2015
59
het plan aan hoe de scholen met elkaar een samenhangend geheel van ondersteuning hebben gecreëerd, hoe de beschikbare geldmiddelen worden verdeeld, hoe verwijzing naar het speciaal onderwijs plaats vindt en hoe ouders worden geïnformeerd.. Ondersteuningsplanraad. (OPR) De OndersteuningsPlanRaad is een speciale medezeggenschapsraad van het samenwerkingsverband. Deze raad heeft instemmingsrecht op het ondersteuningsplan. In de OPR zitten evenveel ouders als leraren. De leden zijn afgevaardigd door de MR- en van de scholen. Vragen en informatie. Met de komst van passend onderwijs zal het één en ander wijzigen in “önderwijsland”. Achter de schermen wordt hard gewerkt om de overgang naar de nieuwe situatie zo soepel mogelijk te laten verlopen. Eenmaal per drie maanden ontvangt u hierover een Nieuwsbrief. Mocht u vragen hebben, kunt u natuurlijk altijd contact met ons opnemen. U kunt ook contact opnemen met het samenwerkingsverband. Samenwerkingsverband RiBA Mozartstraat 180a, 2983AK Riddderkerk. Telefoon: 078-8200036 of
[email protected]
Schoolgids 2014-2015
60
Bijlage 20.3 Jaarkalender
Schooljaar 2014-2015 September maandag donderdag dinsdag dinsdag
01 Eerste schooldag 04 Startavond (Op een gezellige manier met elkaar kennis maken) 09 Algemene ouderavond onderwerp: de Vreedzame School 16 Informatieavond (uitleg over hoe er in de verschillende groepen gewerkt
dinsdag
30
Oktober donderdag
02
maandag zondag donderdag vrijdag maandag
06 12 16 17 20
November 1e week
wordt)
10-minutengesprekken a.d.h.v. vragenlijst ingevuld door ouders/ verzorgers
10-minutengesprekken a.d.h.v. vragenlijst ingevuld door ouders/ Verzorgers Start Kinderboekenweek (officieel woe 8 okt) Kerkschooldienst Afsluiting Kinderboekenweek Studie ochtend (leerlingen zijn de hele dag vrij) start herfstvakantie t/m vrijdag 24 oktober
Nationaal schoolontbijt
December vrijdag woensdag vrijdag
05 17 19
Sinterklaas (leerlingen zijn ’s middags vrij) Kerstviering ‘s avonds start Kerstvakantie t/m vrijdag 2 januari
Januari maandag woensdag
05 21
Studiedag PCPO (leerlingen zijn de hele dag vrij) Studiedag (leerlingen zijn de hele dag vrij)
Februari woensdag vrijdag
18 20
Meesters en juffen dag start voorjaarsvakantie t/m vrijdag 27 februari
Maart vrijdag donderdag dinsdag
06 12 17
Rapport (1e) mee 10-minutengesprekken 10-minutengesprekken
Schoolgids 2014-2015
61
April Donderdag 02
Paasviering en paasmaaltijd (leerlingen zijn om 14.00 uur uit ’s middags vrij) Goede vrijdag Tweede Paasdag Schoolfotograaf Schoolfotograaf Koningsspelen april start meivakantie t/m vrijdag 8 mei
vrijdag maandag donderdag vrijdag vrijdag maandag
03 06 16 17 24 27
Mei donderdag vrijdag maandag
14 Hemelvaartsdag 15 Vrije dag 25 Tweede Pinksterdag
Juni maandag vrijdag dinsdag
08 start junivakantie t/m vrijdag 12 juni 05 schoolreis? Onder voorbehoud 30 10-minutengesprekken
Juli donderdag dinsdag donderdag vrijdag
02 07 09 10
10-minutengesprekken afscheidsavond groep 8 (BBQ en musical) laatste schooldag, rapport (2e) mee Start zomervakantie (tenzij de calamiteiten dag is ingezet).
Schoolgids 2014-2015
62