Schoolgids Jaargang 2013 - 2014
2
Hoofdstuk 1
6
4.2. Rapportage
16
1.1.De Successchool, een 3.0 school
6
4.3. Speciale zorg
17
1.2. Ontwikkelingen in de maatschappij
6
4.5. Speciaal basisonderwijs/rugzakbegeleiding
17
1.3. Algemeen bijzonder
7
4.6. Interne begeleiding
18
8
4.7. Verwijzing Voortgezet Onderwijs
18
Hoofdstuk 2
Basisschool Sccsschl 3.0
Onderwijs op Sccsschl 3.0
2.1. Doel van ons onderwijs
8
2.2. Visie op ons onderwijs
De ouders
19
8
5.1. Educatief partnerschap met ouders
19
2.3. Uitgangspunten
8
5.2. MR
20
2.4. Hoe en wat leren kinderen?
9
5.3. GMR
22
2.5. Vaardigheden – inzichten - feiten
9
5.4. Ouderraad
22
2.6. Pedagogische doelen en klimaat
11
5.5. Ouderbijdrage
24
2.7. Structuur en grenzen
12
5.6. Klachten
24
2.8. Onderwijs in beweging
12
5.7.Vertrouwenspersoon, intern en extern
24
13
5.8. Rouw
25
3.1. Schooltijden
13
Hoofdstuk 6
3.2. Werken in Units en basisgroepen
Hoofdstuk 3
Onderwijs in de praktijk
Het team
26
13
6.1. Samenstelling team
26
3.3. Inrichting
13
6.2. Studenten
26
3.4. De dagindeling
14
6.3. Vervanging leerkrachten
27
3.5. Planning van de kernconcepten
15
6.4. Nascholing
27
Hoofdstuk 4
De kinderen
4.1. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen
3
Hoofdstuk 5
16 16
Hoofdstuk 7
Het bestuur
7.1. GelderVeste
28 28
7.2 Maatschappij tot het Nut van het Algemeen
28
7.3. Inspectie
29
Hoofdstuk 8
4
Wat wij verder nog aan u kwijt
willen
30
8.1. Eten en drinken
30
8.2. Jarig
30
8.3. Veilig naar school
31
8.4. Gevonden voorwerpen
31
8.5. Ziekmelden, afwezigheid
31
8.6. Buitengewoon verlof
31
8.7. Maatregelen tegen verzuim
32
8.8. Schoolvakanties en vrije dagen
32
8.10. ARBO
33
8.11. Ontruimingsplan
33
8.12. Luizencontrole
33
8.13. Foto- en video-opnames
33
8.14. Veilig computergebruik en internetten
33
8.15. Voor- en naschoolse opvang/ Integraal kindcentrum
33
Voorwoord Sccsschl 3.0 is een nieuwe school in het buurtschap Wolfersveen met een vernieuwende onderwijsaanpak! Basisschool Sccsschl 3.0 is ontstaan uit de fusie tussen Stichting Nutsschool Wolfersveen vallende onder Stichting IJsselgraaf en CBS Veldhoek, CBS Varssel, CBS Heideschool van Stichting GelderVeste. April 2012 kwamen de besturen GelderVeste en IJsselgraaf overeen dat de scholen per 1 augustus 2013 officieel gaan fuseren. De Medezeggenschapsraden gaven in januari 2013 hun instemming voor de fusie. De gefuseerde school Sccsschl 3.0 valt onder het bestuur van GelderVeste. Sccsschl 3.0 is gevestigd in het gebouw van de voormalige Wolfersveenschool. Het gebouw behoort tot de Maatschappij tot het Nut van het Algemeen afdeling Zelhem-Halle. Het schooljaar 2012-2013 werd gebruikt om samen met ouders van de sluitende scholen een gezamenlijk onderwijskundige visie te ontwikkelen. Dit resulteerde in een vernieuwende onderwijskundige aanpak in deze regio. De voorbereiding op het leven en werken in de 21e eeuw staan er centraal. Het is onderwijs waarin we uitgaan van de verschillen van kinderen en waar in we talenten van kinderen willen ontwikkelen. Een school waar we nauw willen samenwerken met ouders in het belang van het kind.
5
Met trots vertellen wij in onze schoolgids waar wij voor staan en hoe ons onderwijs er uit ziet. Onderwijs Anders, onderwijs met toekomst! Onderwijs op Sccsschl 3.0, de school waar ik mag zijn wie ik ben! Met vriendelijke groet, Team Sccsschl 3.0
Hoofdstuk 1
Basisschool Sccsschl 3.0
1.2. Ontwikkelingen in de maatschappij
1.1.De Successchool, een 3.0 school De Successchool is een 3.0 school. Maar wat betekent dat? Voor volwassenen: In onze samenleving zijn burgers van een nieuwe wereld overal aan het bewegen. Deze mensen vormen de 3.0 maatschappij die komen gaat. Ze werken los van oude structuren, ze sturen zichzelf, ze zijn zichzelf. Tegelijkertijd respecteren ze de ander, werken ze samen en delen ze. Deze nieuwe wereld vraagt om een burger die zichzelf kent. Die creatief denkt in oplossingen, ondernemend en betrokken is. Zij weten waar hun talenten liggen en zetten die in. Dat is wat onze school voor ogen heeft. Leren met passie en door succesvolle ervaringen nieuwe uitdagingen zoeken. Succesvol ben je wanneer je uit zelfvertrouwen nieuwe uitdagingen aan wilt gaan. Voor kinderen: Iedereen is anders, dat zie je om je heen bij je vrienden, je familie, je klasgenootjes. De één is goed in rekenen, de ander in sporten en jij kunt misschien wel goed tekenen, gamen of een ander kind helpen. Succes ontstaat meestal als je doet wat je echt leuk of belangrijk vindt. Passie noemen ze dat ook wel. Heb jij een passie? Weet jij wat je echt belangrijk vindt? Of heb je dat nog niet gevonden? Dat kan want daarvoor moet je jezelf wel heel goed kennen. Jezelf leren kennen is dus echt belangrijk. Dat ga je op Sccsschl 3.0 leren. Werken vanuit passie, in een mooie omgeving, met mensen die je helpen.
6
Onze maatschappij is sterk aan het veranderen. Technologie heeft de manier waarop wij samenwerken en leven enorm veranderd. Er komt veel informatie op ons af en het is van belang om hier goed mee om te gaan. Een onderzoekende, kritische houding is hierbij belangrijk. De invloed van nieuwe media, de sociale media, is groot. Voor jonge mensen en kinderen is dit heel gewoon, zij groeien hiermee op. Het is belangrijk om ook hierbij een kritische houding te ontwikkelen zodat de bewegingen op de sociale media bewust plaatsvinden. Wat kan wel en wat niet? Het aanbod van digitale middelen biedt volop mogelijkheden voor het onderwijs. De technische ontwikkeling gaat razend snel, we leven in een tijd waar het ondenkbare mogelijk wordt. Dit vraagt om mensen die geïnteresseerd zijn in techniek en wetenschap. Die creatief denken en problemen kunnen oplossen. De tijd dat we opgeleid werden voor 1 baan en daar 40 jaar bleven werken is voorbij. Flexibiliteit en het ontwikkelen van een eigen identiteit zijn van belang. Samenwerken is een vaardigheid die veel gevraagd zal worden. Er is, mede door bovenstaande ontwikkelingen, een sterke behoefte aan normen en waarden in de samenleving. Het onderwijs krijgt daarbij een grote verantwoordelijkheid toegekend. Het is belangrijk om samen met ouders, kinderen hier in op te voeden.
De samenleving verandert. Kinderen komen in contact met andere culturen, op school, op straat, thuis maar ook op internet. Kennis over andere culturen en achtergronden geeft inzicht en begrip. De multiculturele samenleving vraagt om respect voor elkaar. De kans dat onze kinderen gaan samenwerken met andere culturen is groot. Een betrokken en nieuwsgierige houding zijn hierbij van belang. Als tegenhanger voor ontwikkelingen op het gebied van de digitalisering en de individualisering zie je een verschuiving naar aandacht voor de natuur, de aarde en het milieu. Duurzaamheid is daarin een belangrijk woord. Spelen en bewegen in de natuur wordt weer belangrijk.
21 century skills
7
1.3. Algemeen bijzonder De school draagt na de fusie de identiteit algemeen bijzonder. Algemeen bijzonder gaat uit van de gelijkwaardigheid van alle levensbeschouwingen en maatschappelijke stromingen. Het onderwijs is er op gericht dat het kind een levensbeschouwing kan opbouwen en van daaruit een eigen inbreng kan hebben, met respect en begrip voor anderen. Sccsschl 3.0 komt voort uit een fusie tussen een bijzonder neutrale en christelijke basisscholen. We kiezen er voor om de feesten die bij deze identiteit horen een plek te blijven geven in onze school maar daarnaast ook ruimte te bieden voor feesten van andere levensbeschouwelijke stromingen. Met ouders zijn keuzes gemaakt wat belangrijk wordt gevonden om op school plaats te laten vinden en wat voor thuis is. Op school zullen we gebruik maken van gespecialiseerde leerkrachten om levensbeschouwing en filosofie aan te bieden aan alle leeftijden. Daarnaast wordt er een hoek ingericht waarin kinderen naar keuze en behoefte zich verder in dit onderwerp kunnen verdiepen.
Hoofdstuk 2
Onderwijs op Sccsschl 3.0
2.3. Uitgangspunten
2.1. Doel van ons onderwijs Wij streven naar een actieve en moderne basisschool in de regio met kwalitatief goed onderwijs. De school biedt een doorgaande leerlijn en streeft naar een voor elk kind maximaal haalbaar niveau op cognitief, motorisch, creatief en sociaal-emotioneel gebied. De school sluit aan bij de ontwikkelbehoefte van elk kind en bereidt kinderen voor op vaardigheden die nodig zijn voor werken en leven in de 21e eeuw. De kinderen leren met elkaar samen te leven, ongeacht afkomst of levensovertuiging.
2.2. Visie op ons onderwijs Op Sccsschl 3.0 zetten we de ontwikkeling van het kind centraal. Kinderen op Sccsschl 3.0 worden niet met elkaar vergeleken maar mogen van elkaar verschillen. Kinderen zijn medeverantwoordelijk voor hun leerproces en krijgen het vertrouwen om zelf keuzes te maken. Ze ontwikkelen eigen normen en waarden en weten wie ze kunnen en willen zijn. Ze gaan respectvol om met anderen en tonen belangstelling voor de ander.
8
Betekenisvol en uitdagend onderwijs: de betrokkenheid en nieuwsgierigheid van het kind is de motor van het leerproces Kinderen worden uitgedaagd om initiatieven te nemen en op onderzoek uit te gaan De omgeving daagt uit en motiveert tot leren Kinderen ontdekken en ontwikkelen hun talenten Kinderen krijgen onderwijs op hun niveau en worden voortdurend uitgedaagd om zich verder te ontwikkelen Kinderen leren op verschillende manieren, daarom bieden wij veel variatie in ons onderwijs. We geloven in interactief onderwijs waarin kinderen worden uitgedaagd tot het leren van en met elkaar, kritisch en creatief te denken en problemen op te lossen. Inzet van digitale middelen en toepassingen zijn vanzelfsprekend. Mediawijsheid is hiervan een belangrijk onderdeel zodat zij kunnen leven en werken in de 21e eeuw. De school heeft een duidelijk pedagogisch profiel dat door alle leerkrachten wordt gedeeld en uitgevoerd. Ouders en school zijn partners in de opvoeding, die elkaar goed informeren en weten waar elkaars verantwoordelijkheden liggen. Wederzijdse betrokkenheid en respect zijn hierbij uitgangspunten Een professioneel team waarin de leden willen leren van en met elkaar en uitgedaagd worden om goed onderwijs te geven De school is een lerende school. Er is veel kennis aanwezig binnen het team dat ook voor hen op een nieuwe manier ingezet zal worden.
2.4. Hoe en wat leren kinderen? We weten uit onderzoek dat kinderen verschillen in aanleg, leertempo, in belangstelling en in hoe ze het beste leren. Hier is veel onderzoek naar gedaan en m.n. de wetenschap over hersenontwikkeling heeft geleid tot nieuwe inzichten. In het aanbod van het onderwijs willen we hiermee rekening houden om een maximale ontwikkeling van kinderen te stimuleren. We willen kinderen volwaardig laten ontwikkelen. Daar horen naast de basisvakken taal en rekenen ook bewegen, creativiteit, persoonsontwikkeling en kennis van de wereld bij. Als kinderen alleen leren om taken en opdrachten van de leerkracht uit te voeren, stoppen zij met die activiteiten zodra het niet meer hoeft. Als je kinderen meer en meer uitdaagt en hun omgeving zo inricht dat ze enthousiast zijn, dan zullen ze meer willen weten, uitproberen en onderzoeken. Dit is geen motivatie van buitenaf maar van binnenuit. ‘Ik wil dit weten, hoe kom ik er achter, wie kan mij helpen….’ Dit noemen wij betrokkenheid. Als kinderen ontdekkend leren zijn ze bezig om zelf een oplossing te zoeken. Als dat lukt, kunnen ze trots zijn op zichzelf. Dit enthousiaste leren wordt een houding. Deze kinderen blijven nieuwsgierig en ontwikkelen zichzelf daardoor. Ze kunnen creatief denken en zijn ondernemend. Kinderen leren meer als ze ervaring op kunnen doen in de fysieke wereld. Je leert beter door iets mee te maken, zelf te ervaren en door te zien, te voelen, door je zintuigen optimaal te benutten. Leren is een activiteit waarbij je in verbinding staat met je omgeving, zodat je daarvan leert.
9
Hoe kun je bijvoorbeeld magnetisme begrijpen als je nooit met magneten speelt?
2.5. Vaardigheden – inzichten - feiten Vaardigheden en Routines: basisvakken, beweging en creativiteit Er is veel aandacht voor lezen, taal en rekenen. Het gaat bij deze vakken veelal om het verwerven van vaardigheden. Je bouwt een handigheid, een routine op (bv. de tafels van vermenigvuldiging of spelling). Je leert dit door te oefenen. Wat voor het ene kind veel oefening vraagt zal voor een ander in een veel kortere tijd kunnen. De instructie en begeleiding worden afgestemd op de leerbehoefte van het kind. Er zijn verschillende werkvormen en materialen aanwezig waar het kind een keuze uit kan maken, al dan niet gestuurd door de leerkracht. Waar mogelijk worden vaardigheden geoefend tijdens het werken met kernconcepten. Naast de vaardigheden van de basisvakken zijn sport en bewegen en de expressieve vakken belangrijk. Ook hier worden vaardigheden ontwikkeld, ook op het gebied van de persoonsontwikkeling. Opdrachten worden gekoppeld aan de kernconcepten en er wordt veel aandacht besteedt aan de technieken. Basisdomeinen Bij routines gaat het om vaardigheden die bij kinderen worden ingeslepen door veel te oefenen. De vaardigheden komen vooral aan bod in de zogenaamde basisdomeinen zoals:
Taal (lezen, schrijven, grammatica, Engels) Rekenen Sport en bewegen (motoriek)
Kunstzinnige vorming (handvaardigheid, tekenen, muziek, dans, drama) Algemene vaardigheden (onderzoek vaardigheden, samenwerken, communiceren, creatief denken, kritisch denken, problemen oplossen)
Het oefenen en automatiseren van de vaardigheden vindt plaats tijdens alle kernconcepten omdat bij alle kernconcepten de basisdomeinen aan bod komen. Inzichten: Kernconcepten Centraal staan de kernconcepten. Zij zorgen voor de verbinding tussen de leerstof. Ze vormen het hart van de leerstof omdat kinderen eerst moeten begrijpen hoe iets werkt, waar de verbanden liggen. Hierna kunnen ze routines opbouwen. Kernconcepten zorgen voor inzicht in jezelf, de directe sociale en fysieke omgeving en inzicht in de ‘grotere’ wereld, afhankelijk van de ontwikkelfase waar het kind zich in bevindt. De kernconcepten zijn onder te verdelen in twee groepen: A.
Mens en maatschappij
Macht (bv. Wie is de baas?) Binding (bv. Bij wie hoor ik?) Evenwicht en kringloop (bv. Waarom zien we steeds hetzelfde patroon?) Communicatie (bv. Hoe breng ik mijn boodschap over?)
10
B.
Natuur en techniek
Energie Materie Groei en leven Kracht en golven Tijd en ruimte Getalbegrip
(bv. Waarom ‘werkt’ iets?) (bv. Waar is het van gemaakt?) (bv. Wat is leven en hoe ontwikkelt zich iets?) (bv. Hoe sterk is iets?) (bv. Hoe ontstaat tijd, hoe groot is onze aarde?) (bv. Hoe ver is het naar huis?)
In alle kwartalen zijn de kernconcepten getalbegrip (rekenen en wiskunde) en communicatie (taal) nadrukkelijk aanwezig. Daarnaast staat een ander kernconcept centraal tijdens een kwartaal. De overige kernconcepten zijn altijd beschikbaar en kunnen ingezet worden als bijvoorbeeld de actualiteit daarom vraagt. Denk bijvoorbeeld aan verkiezingen, een wereldgebeurtenis of een bijzondere gebeurtenis in de natuur. Feiten De meeste feiten zijn gekoppeld aan de kernconcepten. Bijvoorbeeld de feitenkennis die aan bod komt tijdens het behandelen van de Tweede Wereldoorlog (macht) of topografische kennis (tijd en ruimte). De feiten die kinderen leren hangen ook samen met hun interesses. Ze kunnen via de kernconcepten stuiten op onderzoeksvragen die zij stellen en die uitdagen om meer te weten te komen over een onderwerp. Dit geeft een dusdanige betrokkenheid, dat de feiten die ze daarbij leren heel goed onthouden worden. Ze zijn er immers zelf achter gekomen en ze wilden het zelf weten! De manieren van het leren van feiten zijn veelzijdig. Een quiz, de computer, een boek, een filmpje……
2.6. Pedagogische doelen en klimaat
Veiligheid is op elke basisschool van groot belang. Als een kind zich niet veilig voelt, ontwikkelt het zich niet goed. Voor veiligheid, ook in een grotere unit, zijn een aantal belangrijke afspraken gemaakt:
11
Kinderen werken in kleine pedagogische eenheden Het verspreiden over de ruimtes en de keuzevrijheid wordt (indien nodig) langzaam opgebouwd voor nieuwe kinderen Er zijn meer volwassenen voor begeleiding en instructie. In combinatie met zelfstandig werken is er veel tijd voor persoonlijke aandacht Kinderen hebben de keuze uit meerdere volwassenen en kunnen zo kiezen wie hen het beste ligt om moeilijke zaken mee te bespreken Kinderen worden veel geobserveerd met als onderliggend doel te zien hoe zij in hun vel zitten en hoe de ontwikkeling verloopt Kinderen hebben veel ruimte, maar starten en eindigen altijd in hun basisgroep Er zijn duidelijke grenzen, die de kaders van wat kan en wat niet kan duidelijk aangeven Er is minder prestatiedruk, omdat kinderen niet (zichtbaar) met elkaar vergeleken worden; het kind heeft wel zicht op de eigen ontwikkeling. Verder is presteren helemaal geen vies woord Prestaties worden erg op prijs gesteld, maar niet overdreven. Als je gemakkelijk leert, is dat geen bijzondere prestatie Regelmatig vinden individuele voortgangsgesprekken met kinderen plaats
Pesten en ander ongewenst gedrag wordt direct aangepakt, zodat de pester en de gepeste leren wat wel en niet toelaatbaar is
Het kunnen aangaan van relaties is een zeer belangrijke vaardigheid in onze samenleving. Kinderen werken veel met andere kinderen samen, maken afspraken, wisselen gegevens uit, ontspannen en sporten samen en bouwen zo relaties op. Ook met de volwassenen bouwen zij banden op, omdat volwassenen meewerken, een leerbron zijn en voor rust, regelmaat en veiligheid zorgen. Elk kind is autonoom. Het krijgt de kans veel eigen keuzes te maken, zelf verantwoordelijkheid te nemen en initiatieven te tonen. Zo groeit het gevoel voor eigenwaarde op een natuurlijke manier. We willen graag dat kinderen zich ontwikkelen tot kinderen die:
Zichzelf en anderen waarderen Vertrouwen hebben in zichzelf Eigen normen en waarden hebben Verantwoordelijk zijn voor hun eigen gedrag Zich breed ontwikkeld hebben, hun plek in de maatschappij kennen en daarin kunnen bewegen Respectvol omgaan met zichzelf en de ander en belangstelling tonen
Om dit te bereiken is het belangrijk dat de volwassenen binnen de school dit gedrag laten zien en voorleven. Kinderen leven dit na en zien dit dan als gewoon gedrag.
2.7. Structuur en grenzen Juist in een onderwijsvorm, waarin kinderen ruimte krijgen om zelf keuzes te maken, is een duidelijke onderliggende structuur nodig:
Een opgeruimde en geordende werkruimte In het gebouw, d.m.v. pictogrammen, kleuren, stilteruimtes en ruimtes waar meer geluid is toegestaan, looproutes, opbergplaatsen, aankleding enz. Coderingen op materialen, zodat ze gemakkelijk te vinden en terug te zetten zijn Duidelijkheid over werkverzorging, opbergen van eigen spullen en verzorging van die spullen Het respectvol en consequent nakomen van de afspraken en de aangegeven grenzen
Wat vinden wij belangrijk op Sccsschl 3.0:
We begroeten iedereen
We laten anderen ongestoord werken en spelen
We lopen rustig
We lopen met een doel
We laten de werk- of speelplek achter zoals aangetroffen
2.8. Onderwijs in beweging Een school is een dynamische organisatie. Dat wil zeggen dat we altijd bezig zijn met het ontwikkelen en verbeteren van ons onderwijs. Jaarlijks evalueren wij als team ons onderwijs en maken we plannen voor het komende jaar. We houden u hiervan op de hoogte. De evaluatie zal regelmatig plaatsvinden. Het team evalueert met de MR en de klankbordgroep het onderwijs. Daarnaast zullen we ook alle ouders vragen om hieraan mee te werken door middel van een ouderenquête. Evalueren betekent ook bijstellen en verbeteren. N.a.v. de evaluaties zullen we een schoolplan opstellen en doelen stellen waar we aan gaan werken. Als het goed is zijn we nooit tevreden, want als we tevreden zijn gaan we achteroverleunen en dat betekent geen vooruitgang.
12
We benoemen gewenst gedrag
Eten en drinken doen we alleen in het restaurant
Hoofdstuk 3
Onderwijs in de praktijk
3.1. Schooltijden We werken op school volgens het 5 gelijke dagenmodel. Het rooster is voor iedere dag hetzelfde. Concreet betekent dit dat alle kinderen van maandag t/m vrijdag van 8.30u -14.00u naar school gaan. De kinderen eten in het restaurant tussen 9.30u – 10.30u en tussen 12.00u – 13.00u met een leerkracht/onderwijsassistent waarna ze tijd krijgen om te ontspannen en buiten te spelen. Tijdens het buitenspelen zullen kinderen d.m.v. materiaal en spelactiviteiten uitgedaagd worden om te spelen en te bewegen. Wat is uw taak? U geeft uw kind een gezond tussendoortje en een lunchpakket mee. Drinken kan bewaard worden in de koelkast.
3.2. Werken in Units en basisgroepen De school is verdeeld in Units. Unit 1 (0 t/m 3 jaar) Unit 2 (groep 1,2,3) Unit 3 (groep 4,5,6) Unit 4 (groep 7,8) Binnen een Unit zijn de kinderen verdeeld in basisgroepen. Deze basisgroepen zijn heterogeen. Dat wil zeggen dat er bewust gekozen is voor verschillende leeftijden in de basisgroep. Voordeel is dat deze groep wisselt en kinderen niet altijd in dezelfde groep zitten zoals we dat soms
13
gewend waren. Een heterogene groep wisselt omdat er kinderen van onderaf bijkomen en de oudste kinderen gaan weg zodra ze naar de volgende Unit gaan. Dat betekent dat alle kinderen een keer jongste of oudste in een groep zijn en de groepsdynamiek regelmatig wisselt. De basisgroep is een sociale groep met een of twee vaste leerkrachten. Deze groep geeft de kinderen veiligheid. Kinderen beginnen en eindigen hun dag in een kring met de basisgroep.
3.3. Inrichting De inrichting kent niet een indeling in klaslokalen. De deuren en schuifwanden van de lokalen staan open en zo vormen de lokalen samen met de aangrenzende ruimte een Unit. Deze Unit wordt ingedeeld in functionele hoeken en ruimtes. Kenmerkend is dat de opdrachten gedaan worden op de plekken die daar het meest geschikt voor zijn. In die ruimte zijn ook alle materialen voor die activiteit aanwezig en gemakkelijk te pakken en op te ruimen. Uiteraard wordt met de inrichting rekening gehouden met activiteiten die om rust vragen. De verschillende ruimten:
Taal- en rekenruimte Atelier (handvaardigheid, tekenen en vormgeving) Eurekaruimte (ontdek, natuur en techniek en wetenschap) Presentatieruimte (instructie en presentaties) Restaurant (eten, drinken, ontspanning) Kennisplein/ mediatheek (verdieping en achtergrondkennis) Theater (dans, drama, muziek)
Sportzaal (sport en spel in sporthal De Pol in Zelhem) Buitenruimte (natuur, bewegen, spel, sport, ontdekken en experimenteren)
In de basiskring is van 8.30 tot 9.00 uur tijd om de dag te openen en door te spreken, aandacht te geven aan feestdagen, te praten over het thema of de actualiteit. Het programma van de dag wordt besproken.
De inrichting kenmerkt zich door een uitnodigende en uitdagende leeromgeving Er is afwisseling in het aanbod en er wordt gewerkt met betekenisvolle materialen. Dit sluit aan bij de doelen en bij de kernconcepten. Er is ruimte voor ontdekken en experimenteren.
Van 9.00 tot 13.30 uur krijgen de kinderen instructie, verwerken ze de stof en ontvangen ze reflectie. Dit geldt voor de basisvakken, de kernconcepten en de creatieve vakken. Van het kind hangt af hoeveel vrijheid het krijgt in de planning van de activiteiten. Omdat wij in een startsituatie zitten zullen we hier nog in sturen maar ondertussen goed kijken wanneer de kinderen het aan kunnen om meer zelf te plannen en daar verantwoordelijkheid voor te dragen. In de Unit geven de leerkrachten en studenten instructie, begeleiding en lopen rondes. Tijdens de instructie wordt gewerkt aan een stap in de leerlijn. De instructie vindt in kleine groepen van maximaal 8 kinderen plaats. Zo sluit de instructie aan bij het niveau van het kind en heeft de leerkracht de mogelijkheid om goed te kijken of de kinderen de instructie goed oppakken. Tijdens de rondes observeert de leerkracht en waar nodig wordt het kind begeleidt. De leerkracht maakt aantekeningen van wat hij ziet en wat de resultaten zijn. Kinderen verplaatsen zich door de ruimte van hoek naar hoek. Rekenen wordt gedaan in de rekenruimte, techniek in de eurekaruimte, schilderen in het atelier. Het verplaatsen in de ruimte is altijd doelgericht ofwel we lopen altijd met een doel. Het is niet de bedoeling dat de kinderen gaan buurten of rondhangen.
De inrichting kenmerkt zich door structuur. Er is een logische looproute binnen de Units, overigens loopt niemand zonder doel. Alle leerkrachten zijn op de hoogte van de afspraken op de werkvloer en tonen voorspelbaar gedrag en voorbeeldgedrag. De afspraken binnen de Unit gelden voor iedereen, kinderen, leerkrachten en ouders. De inrichting is geordend, materialen hebben een vaste plaats en worden weer netjes opgeruimd. De inrichting is zo duidelijk dat kinderen de materialen gemakkelijk kunnen vinden en weer opruimen.
3.4. De dagindeling De dag begint met een inloop van 8.15 tot 8.30 uur. De kinderen komen de Unit binnen met hun ouders of zelfstandig en gaan naar de basiskring. Leerkrachten, ouders en kinderen begroeten elkaar. Ouders kunnen een korte vraag aan de leerkracht stellen of iets doorgeven. Als er meer tijd nodig is volgt een afspraak. Ouders verlaten voor 8.30 uur de Unit.
14
3.5. Planning van de kernconcepten Kwartaal 1
Kwartaal 2
Kwartaal 3
Kwartaal 4
15
Getalbegrip Communicatie Binding Getalbegrip Communicatie Energie Getalbegrip Communicatie Macht Getalbegrip Communicatie Groei en leven
Hoofdstuk 4
De kinderen
4.1. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen is belangrijk om aan te kunnen sluiten bij de leer- en instructiebehoefte. De te behalen doelen zijn bekend bij de leerkracht, het kind en de ouders. Het kind is betrokken bij zijn leerproces en is daardoor gemotiveerd om zich te ontwikkelen. Dagelijks worden de kinderen na schooltijd door de leerkrachten besproken. De informatie wordt zo gebundeld en het aanbod wordt hierop aangepast. As aanvulling op het beeld van de leerkrachten kiezen we er voor om de leerlingen regelmatig te toetsen en te observeren. Hiervoor gebruiken we observatiemethoden, methode-afhankelijke toetsen en methode-onafhankelijke toetsen van het CITOleerlingvolgsysteem.
4.2. Rapportage De rapportage is als volgt vastgesteld: In elk kwartaal is er een vorm van rapportage. De vormen zijn:
Ouders krijgen informatie over:
16
Waar staat het kind in zijn of haar ontwikkeling en blijft het zich ontwikkelen? De behaalde vaardigheidsscores van de toetsen (Cito lvs) Wat zijn de talenten van het kind? Welke onderdelen vragen extra inzet en oefening? Hoe leert het kind en wat kan het aan? Hoe ontwikkelt het kind zich op sociaal-emotioneel vlak. Waar is het kind trots op en wat wil het graag leren
Kennismakingsgesprek Ontwikkelingsgesprek: Hierin wordt de ontwikkeling van het kind uitvoerig met de ouders doorgesproken. Wat zien we? Hoe verhoudt zich dat tot een gemiddelde ontwikkeling van een kind in Nederland? Verloopt de ontwikkeling harmonisch of zijn er pieken en dalen in de te onderscheiden ontwikkelingsgebieden. Spiegelblad (schriftelijk): Hierin geeft zowel het kind, de leerkracht als de ouder zijn of haar beeld op papier over de voorgaande periode. Door te spiegelen aan elkaar ontstaat een compleet beeld. Portfolio van het kind (gesprek): Kinderen verzamelen allerlei opbrengsten van zichzelf in een kindportfolio. Zowel werk, als verslagen; foto’s en misschien wel film… het kan allemaal. Het portfolio geeft een beeld van het kind in de praktijk van de school; het niveau van het werk en de uitwerkingen van de kernconcepten. Ontwikkelingsverslag (schriftelijk): Hierin geeft de leerkracht een verslag over de afgelopen periode. Beschreven wordt de ontwikkeling op leerlijnen (domeinen) en de bereikte doelen (kernconcepten).
Het principe is, dat een kind van vier jaar, dat op school komt in het eerste kwartaal begint met het Ontwikkelingsgesprek. Daarna volgen de andere rapportages, in genoemde volgorde. Het betekent dus voor een leerkracht, dat elk kwartaal een aantal ontwikkelingsgesprekken
plaatsvindt, een aantal spiegelbladen wordt ingevuld, een aantal portfolio’s wordt besproken en een aantal ontwikkelverslagen wordt geschreven.
4.3. Speciale zorg Kinderen verschillen en dat mag! Omdat er meer ruimte is voor persoonlijke ontwikkeling en verschillen in ontwikkeling meer worden geaccepteerd, zullen er minder kinderen als ‘zorgleerling’ bestempeld worden. Pas bij echte ontwikkelingsstoornissen, waar structurele hulp nodig is, wordt over een ‘zorgleerling’ of ‘een leerling met specifieke onderwijsbehoeftes’ gesproken. We kunnen dan hulp inroepen van onze leerlingenadviseur, een orthopedagoog, van de IJsselgroep (schoolbegeleidingsdienst). Zij denkt met u en ons mee om tot een optimale begeleiding te komen. Daarnaast hebben wij op school de mogelijkheid om het ZorgAdviesTeam (ZAT) in te schakelen. Dit ZAT bestaat uit de leerlingenadviseur, de schoolmaatschappelijk werkster en de schoolverpleegkundige. Samen met ouders, leerkracht en intern begeleider kijken zij naar de zorg die voor een kind nodig is. Voor het inschakelen van de IJsselgroep of het ZorgAdviesTeam worden de ouders ingelicht. Als ouder mag u er vanuit gaan dat wij zeer zorgvuldig te werk gaan en verwachten dan ook uw medewerking, middels het geven van een schriftelijke toestemming. U wordt uitgenodigd om bij deze overlegmomenten aanwezig te zijn.
17
4.5. Speciaal basisonderwijs/rugzakbegeleiding Sommige kinderen hebben extra ondersteuning nodig die geboden kan worden met behulp van een leerlinggebonden financiering (lgf) vanuit het speciaal onderwijs. Het betreft hier kinderen met ernstige ontwikkelingsen of gedragsproblemen. Zonder extra ondersteuning kunnen we deze kinderen niet de optimale begeleiding geven die zij nodig hebben binnen het basisonderwijs. We kunnen in sommige gevallen een rugzak /lgf aanvragen. Handelingsverlegenheid dient dan te worden aangetoond. Deze zeer specifieke route wordt begeleid door de intern begeleider en samen met de ouders wordt het te volgen traject besproken. De ouders vragen dan een indicatie aan voor de betreffende school voor speciaal onderwijs. Dit loopt via het onderwijs ondersteunings loket te Doetinchem. Wordt een rugzak toegekend dan betekent het dat we de beschikking hebben over extra ondersteuning en krijgen we advies van deskundigen van de clusterschool over de aanpak van de betreffende leerling. In de praktijk wordt ongeveer elke 6 weken het kind samen met de ouders, ambulant begeleider, leerkracht en intern begeleider besproken. We bekijken dan steeds samen hoe de situatie op school en thuis is. Daar hangt vanaf wat het vervolgtraject zal zijn. Gaan we verder bij ons op school of is het kind meer gebaat bij plaatsing op een sbo of clusterschool.
4.6. Interne begeleiding Rianne Worm en Anja Otten zullen de taak van interne begeleider op zich nemen. Deze taak zal met name bestaan uit coachen van leerkrachten bij het begeleiden van leerlingen. Leerlingen signaleren en bespreken met de leerkrachten. Het organiseren van een ZAT bijeenkomst. Contacten met externen t.a.v. de extra ondersteuning. Dit kan zijn het Samenwerkingsverband, GGD, logopedie etc.
4.7. Verwijzing Voortgezet Onderwijs Aan het eind van unit 4 staan u en uw kind voor een belangrijk keuzemoment, het vervolgonderwijs. Onze ervaring is dat kinderen en ouders hier gedurende de laatste 2 a 3 schooljaren naar toegroeien. Hoewel het aan het begin van het laatste schooljaar vaak een grote stap lijkt, is uw kind er in het voorjaar echt aan toe. Samen met de unit leerkracht van uw kind gaat u op zoek naar een passende school. Aan het eind van unit 3 en bij de start van unit 4 zal er een voorlopig advies gegeven worden, dit is een denkrichting, er staat nog niets vast. Dit voorlopig advies wordt gebaseerd op wat het kind tot dan toe heeft laten zien op school. In januari zal de leerkracht van unit 4 u en uw kind uitnodigen voor een adviesgesprek. In dit gesprek geeft de leerkracht aan welke vorm van onderwijs volgens de school past bij het kind. De leerkracht licht dit advies toe. Het advies wordt gebaseerd op de persoonskenmerken van het kind, zoals werkhouding, motivatie en talent. Daarnaast kijkt de leerkracht naar de uitslagen van het kind volgsysteem. Het advies wordt vóór de CITO-Eindtoets gegeven en is dus onafhankelijk van de CITO-score. De bedoeling van de CITO-Eindtoets is dat deze toets
18
het beeld van het kind bevestigt, indien dit niet zo is gaan we uitzoeken hoe dat komt. Na het adviesgesprek, kiest u met uw kind een school. De leerkracht geeft alleen de richting aan, u kiest de school. Wanneer het advies van de basisschool, de wens van ouders en de CITOscore in overeenstemming zijn, verloopt de aanmelding soepel. Als dit niet het geval is, volgt er een gesprek of een afwijzing. Het kan zijn dat het vervolgonderwijs nog een test af wil nemen. De uitslag van deze test is dan bindend. Aan het begin van het laatste schooljaar krijgt u van de leerkracht uitgebreide informatie over de verwijzing.
Hoofdstuk 5
De ouders
5.1. Educatief partnerschap met ouders Ouders en school hebben een gezamenlijk belang: ‘Het realiseren van optimale omstandigheden voor de ontwikkeling, het leren en de opvoeding van kinderen, thuis en op school.’ Daarom gaan we als gelijkwaardige partners met elkaar in gesprek en werken we zoveel mogelijk samen. Er zijn wel verschillen in de eindverantwoordelijkheid (voor het leren ligt dat bij school, voor de opvoeding bij de ouders). We houden rekening met de groeiende eigen verantwoordelijkheid van het kind. We praten zoveel mogelijk met de kinderen, in plaats van over de kinderen. Ouders en leerkrachten zijn de voorbeelden voor de kinderen. Hun gedrag, gewoontes, stijlen enz. zijn dus ook medebepalend hoe kinderen zich ontwikkelen. Daarom is een nauwe samenwerking tussen ouders en school zeer belangrijk:
19
Ouders zijn eindverantwoordelijk voor de opvoeding De school beschouwt ouders als gelijkwaardige partners School en ouders hebben hun eigen verantwoordelijkheid Goede informatie over het pedagogisch profiel is derhalve nodig Investeren in een open en van respect getuigende dialoog is dan ook een weg om te gaan Voor kinderen is het belangrijk dat thuis en schoolwereld goed op elkaar aansluiten met acceptatie van elkaars verschillen Middelen zijn: gesprekken, informatie uitwisselen ook via moderne communicatiemiddelen, laten zien wat er is bereikt, eerder de
plussen tellen, dan de minnen naar voren halen, werken aan oplossingen In de werkroosters van de leerkrachten is hiervoor veel ruimte vrijgemaakt (wekelijks twee uren op afspraak, telefonisch of indien urgent: meteen) De school biedt mogelijkheden voor contact en informatie. Ouders zijn echter zelf verantwoordelijk voor de invulling hiervan.
Kennismakingsgesprek In het kennismakingsgesprek informeren we u graag over de gang van zaken bij ons op school. We vertellen over de dagelijkse praktijk en er is ruimte om vragen van uw kant te beantwoorden. U krijgt een rondleiding door het schoolgebouw. Het is prettig als u ook iets over uw kind(eren) vertelt zodat wij hiermee rekening kunnen houden als ze bij ons op school komen. Na de aanmelding volgt een startgesprek met de ouders en een leerkracht van de Unit. Dit gesprek vindt plaats voordat het kind op school komt. De nieuwe kleuters kunnen 5 keer een dag of 10 dagdelen meedraaien/inlopen vóór hun vierde verjaardag. De leerkracht maakt hiervoor een afspraak. Rapportagegesprekken U krijgt twee keer per jaar een schriftelijk verslag en twee keer wordt u uitgenodigd voor een ontwikkelingsgesprek. Omdat we het belangrijk vinden dat we hier als ouders en school samen in optrekken nemen we
hier de tijd voor. Een gesprek duurt ongeveer drie kwartier tot een uur en vindt plaats op dinsdag- of donderdagmiddag tussen 15.00 en 17.00 uur. Het rooster maken we voor de zomervakantie bekend zodat u dit op tijd in uw agenda kunt zetten. Thema-avonden Vier keer per jaar worden samen met de ouderraad en de klankbordgroep thema-avonden georganiseerd om u als ouder te informeren over ons onderwijs. Deze avonden staan in de kalender. Ouderparticipatie In een school valt altijd werk te verzetten dat de kinderen direct of indirect ten goede komt. Daarom vragen wij naar uw mogelijkheden m.b.t. ondersteuning in de school. Dit kan onder schooltijd plaatsvinden maar ook ’s avonds, afhankelijk van uw mogelijkheden. Voor u als ouder is het de manier om de schoolorganisatie van binnenuit mee te maken en te weten wat er leeft. Helpt u onder schooltijd dan vangt u ook een glimp op van uw kind. Bij ouderhulp kunt u denken aan ondersteuning bij feesten of het inzetten van uw eigen expertise als gastspreker bij één van de kernconcepten.
Nieuwsbrieven Eens in de twee weken verschijnt er een digitale nieuwsbrief van de school. De nieuwsbrief wordt op vrijdag verstuurd en komt vervolgens ook op de website te staan.
Website van onze school Verder kunt u informatie vinden op onze website www.sccsschl30.nl. Naast informatie over onze school en de nieuwsbrieven vindt u hier regelmatig foto’s van schoolactiviteiten. Mist u nog iets, laat het ons weten. Wij zijn voortdurend bezig om onze website zo actueel mogelijk te houden. Tot slot…. U merkt dat er veel georganiseerd wordt om u als ouder op de hoogte te houden. Maar naast al deze geplande activiteiten hechten we ook waarde aan de informele contacten. Komt u gerust langs om een praatje te maken, de teamleden geven het wel aan als het niet uitkomt en zij graag een afspraak met u maken. Tijdens de ochtendinloop hebt u de gelegenheid om even met uw kind mee de groep in te lopen. Wilt u er zeker van zijn dat we tijd hebben voor een inhoudelijk gesprek, maakt u dan even een afspraak.
5.2. MR De MR in de praktijk Leden van de MR hebben de taken verdeeld. Hier volgen twee praktische voorbeelden waar MR-leden medezeggenschap in de praktijk brengen: 1. Bij de werving en selectie van nieuw personeel is een MR-lid aanwezig in de sollicitatiecommissie. In de meeste gevallen gaat een MR-lid ook kijken hoe een leerkracht op zijn huidige werkplek functioneert alvorens tot een advies m.b.t. de aanstelling te komen. 2. De MR denkt continue mee bij het verbeteren en vernieuwen van het onderwijs en geeft gevraagd en ongevraagd advies. Hierbij worden alle
20
ouders voor iedere vergadering nadrukkelijk uitgenodigd om zaken die hen bezighouden aan de ouderdelegatie van de MR kenbaar te maken zodat ze meegenomen kunnen worden op de eerstvolgende vergadering. Ook werken we mee met het opstellen en uitwerken van beleidstukken. Taken van de MR De MR heeft volgens de wet de volgende rechten (zie ook www.medezeggenschapsraden.nl): Recht op informatie: De directie verschaft de MR gevraagd en ongevraagd alle informatie die zij nodig heeft voor het vervullen van haar taken. Recht op overleg: Minstens 2 keer per jaar wordt de MR in de gelegenheid gesteld met de directie overleg te plegen over zaken die de school aan gaan. Recht op het nemen van initiatieven: De MR mag alle zaken die de school betreffen bespreken, voorstellen doen, en haar mening kenbaar maken. Adviesrecht: In de wet zijn de aangelegenheden vastgelegd waarvoor de directie het advies van de MR moet vragen. De directie mag dit advies naast zich neerleggen. Belangrijke zaken waarover de directie het advies van de MR moet meenemen in de besluitvorming zijn: verandering van de grondslag van de school veranderingen in werkzaamheden van onderdelen van de school wijzigingen in een duurzame samenwerking met een andere school of instituut deelname aan onderwijskundige projecten begroting beleid aangaande personeel en organisatie nieuwbouw, renovatie en onderhoud van de school aanname en verwijderingsbeleid leerlingen vakantiedata
21
Instemmingsrecht: In de wet zijn ook de aangelegenheden vastgelegd waarbij de MR haar instemming moet verlenen. Als instemming niet verleend wordt, mag de directie het besluit niet uitvoeren. Belangrijke zaken waarover de MR instemming moet verlenen zijn: verandering van onderwijskundige doelstelling van de school et schoolplan voor de inspectie et zorgplan de schoolgids voor ouders sponsoring beleid t.a.v. arbeidsomstandigheden het MR reglement klachtenregeling De Medezeggenschapsraad (MR) bestaat uit 2 (gekozen) ouders en 2 personeelsleden. Zij hebben tijdens het schoolseizoen maandelijks een vergadering, waarbij de onderwijskundig leider een gedeelte van de vergadering aanwezig is voor overleg. De MR is er om naar vermogen openheid en onderling overleg te bevorderen. Om deze taken te kunnen uitvoeren heeft de MR recht op informatie en in een aantal gevallen instemmingsrecht en adviesrecht. De MR heeft de mogelijkheid om over elk onderwerp dat de school aangaat advies te geven aan de directie. De MR probeert hierbij te kijken naar de belangen van de kinderen, teamleden en ouders. Wanneer u een onderwerp wilt bespreken met de MR, kunt u contact opnemen met het secretariaat via
[email protected] of met één van de MR-leden
De doelstellingen van de Ouderraad van Sccsschl 3.0 zijn: Oudergeleding: vacant
Teamgeleding: Marc Werkman en Karin Maatkamp De verkiezingen voor de oudergeleding vinden bij de start van het nieuwe schooljaar, september 2013, plaats. De vergaderingen zijn openbaar. Ook de stukken en verslaglegging kunnen worden ingezien.
5.3. GMR De Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) functioneert bovenschools en bestaat uit een afvaardiging van ouders en teamleden van de scholen die onder Scholengroep GelderVeste vallen. De GMR adviseert het schoolbestuur in met name schooloverstijgende zaken. Bij sommige beslissingen hebben zij instemmingsrecht. Met hen kunt u contact opnemen via het volgende mailadres
[email protected]
5.4. Ouderraad In de Ouderraad van Sccsschl 3.0 zitten minimaal 6 leden. Aangezien vele handen licht werken maken is er geen maximum. Het schooljaar start met ouderraadsleden die afkomstig zijn uit de ouderraad van de verschillende scholen. In januari 2014 zal er een nieuwe ouderraad gevormd worden. Ouders worden hier voor benaderd of kunnen zich aanmelden bij één van de huidige ouderraadsleden.
22
Het hebben van een initiërende rol bij de besteding van de Steunstichtingsgelden Het bevorderen van samenwerking tussen ouders en school. Het ondersteunen van het unieke leerconcept van Sccsschl 3.0, met het welzijn van alle kinderen voor ogen.
De Ouderraad stelt hiervoor niet alleen (financiële) middelen ter beschikking, maar heeft ook een belangrijke rol in het bedenken, uitwerken en organiseren van activiteiten in samenhang met kernconcepten en/of jaaractiviteiten en feestdagen. De Ouderraad vindt het daarnaast belangrijk om de betrokkenheid van ouders bij de school en de communicatie tussen ouders en schoolteam te bevorderen. Vergaderingen De Ouderraad vergadert ongeveer 6 keer per schooljaar. De vergaderingen worden bijgewoond door leden van het schoolteam. Zij hebben een adviserende stem. De Ouderraad streeft naar een optimale samenwerking met de medezeggenschapsraad. Het bestuur en de medezeggenschapsraad houden elkaar op de hoogte van elkaars activiteiten. De Ouderraad vergadert in beginsel in het openbaar. Na iedere vergadering wordt een verslag gepubliceerd. Dit verslag wordt als bijlage bij de school nieuwsbrief aan alle ouders toegestuurd.
Activiteiten De Ouderraad organiseert ondersteunende activiteiten die een bijdrage leveren aan de positieve ontwikkeling van de school en die de betrokkenheid tussen ouders en school bevorderen. Ieder jaar verschijnt een klussenlijst waarop ouders aan kunnen geven aan welke activiteiten zij een bijdrage kunnen leveren.
23
Thema-avonden: achtergrondinformatie en discussie. Elk jaar komen vier onderwerpen aan de orde: ontwikkelingslijnen, ouderparticipatie, pedagogiek en actualiteiten. De ouderraad heeft een ondersteunende rol bij de organisatie van deze avonden. Oudercafé: het oudercafé vindt een aantal keren per jaar plaats om 9.00 uur op school. De data worden vermeld in de kalender. Tijdens het oudercafé kan er over allerlei schoolse zaken gesproken worden. Welkomstgesprek met nieuwe ouders: tijdens het welkomstgesprek worden de doelstellingen en activiteiten van de ouderraad toegelicht. Nieuwsbrief: de Ouderraad levert een stukje aan dat opgenomen wordt in de schoolnieuwsbrief Website: op www.sccschl30.nl / www.successchool30.nl zijn bijdragen van ouders en verslagen van thema-avonden en andere activiteiten te vinden. Excursies: het meehelpen vormgeven van excursies rondom de kernconcepten. Feestdagen en speciale gelegenheden: op verzoek van het schoolteam helpt de Ouderraad/Steunstichting met financiële bijdragen en hand- en spandiensten bij de organisatie van Sinterklaas, Kerstmis, Pasen, einde jaarafsluiting en afscheid van schoolverlaters.
Om de inkomsten te vergroten, organiseert de ouderraad een aantal inzamelingsacties:
Batterijen: In de school staat een ton waarin lege batterijen worden verzameld. Deze leveren spaarpunten op die kunnen worden ingewisseld voor spelmateriaal Koekactie. Met ingang van 2014 vindt er een verkoop van kruidkoeken plaats in oktober, voor de herfstvakantie Eieractie: deze vindt plaats in de weken voorafgaand aan Pasen Bij de Jumbo kunnen sponsorzegels in het vakje van SCCSSCHL 3.0 ingeleverd worden
Heeft u vragen, wilt u zich aanmelden voor één van de commissies of ziet u mogelijkheden voor een nieuw te ontwikkelen initiatief, dan hoort de Ouderraad dit graag van u! Het email adres is:
[email protected] t.a.v G. Hilferink. Naast de activiteiten van de ouderraad zijn er nog ouders die zich bezig houden met:
Klankbordgroep; ouders praten en denken mee over de manier waarop het onderwijs vorm gegeven wordt Luizencontrole. Na de vakanties worden de kinderen gecontroleerd op hoofdluis De verkeerssituatie. In het schooljaar 2012-2013 is er een werkgroep verkeer opgericht i.v.m. de verkeersveiligheid op de route van en naar school en de parkeergelegenheid bij school. Gezien de situatie is het wenselijk dit de komende jaren in stand te houden.
5.5. Ouderbijdrage
5.6. Klachten
De Ouderraad vraagt van alle ouders een jaarlijkse financiële bijdrage. Deze gelden worden beheerd door de Steunstichting van de Ouderraad. De voorzitter, secretaris en penningmeester van de Ouderraad vormen samen het bestuur van de Steunstichting. Voor de jaarlijkse begroting heeft de MR een instemmende rol. De ouderbijdrage komt ten goede aan zaken die niet door de overheid betaald worden maar wel van belang zijn voor de kinderen van de school. Denk daarbij aan het sinterklaasfeest, kerst en excursies. Aan het begin van het jaar ontvangt u een brief met de hoogte van de ouderbijdrage. Dit is een all-in bedrag. Gaandeweg het jaar krijgt u dus geen andere verzoeken tot betaling van bovengenoemde activiteiten. Automatische incasso is wenselijk. Mocht u financieel niet in staat zijn om de ouderbijdrage te betalen neemt u dan contact op met de onderwijskundig leider.
Het kan voorkomen dat u als ouder vragen, ideeën en/ of problemen heeft rondom schoolzaken. We gaan er vanuit dat u bereid bent om daarover met ons in gesprek te gaan om zodoende het probleem of de onduidelijkheid te verhelpen. In eerste instantie kunt u met vragen m.b.t. uw kind terecht bij de leerkracht. Hij/zij is immers degene die op school het dichts bij uw kind staat. Wanneer dit voor u niet leidt tot het gewenste resultaat kunt u aan afspraak maken met de onderwijskundig leider Anja Otten. Samen hopen we dan alsnog het probleem op te lossen.
De hoogte van de ouderbijdrage is gerelateerd aan de begroting en wordt jaarlijks vastgesteld door de Medezeggenschapsraad. De Sccsschl 3.0 begint op nul. Daarnaast start het met een nieuw concept waarvan nog niet duidelijk is hoeveel dit vraagt. De bijdragen van de huidige scholen lopen sterk uit een. Dit overwegend en met de Wittering.nl als voorbeeld is de ouderbijdrage voor het schooljaar 2013-2014 vastgesteld op €62,50. Voor kinderen die op een later tijdstip instromen, geldt dat het jaarlijkse bedrag wordt aangepast aan de resterende maanden van het lopende schooljaar.
24
5.7.Vertrouwenspersoon, intern en extern Intern vertrouwenspersoon Als u als ouders/verzorgers een klacht hebt over de school is het de bedoeling dat u die eerst bespreekt met de desbetreffende leerkracht en/of de directie. Mocht dit geen oplossing bieden of is de klacht zo ernstig dat u daarmee voor uw gevoel niet bij een van hen terecht kunt, dan kunt u met uw klacht terecht bij de intern vertrouwenspersoon van de school. Dit zijn Annelies Lettink en Ingrid Heurneman. De intern vertrouwenspersoon fungeert als meldpunt, informatiebaken en schakel. Schakel, omdat als er een klacht binnenkomt zij na eerste opvang, indien nodig, verwijst naar de externe vertrouwenspersoon. De kinderen kunnen ook terecht bij de intern vertrouwenspersoon als zij vragen of zorgen hebben waarmee ze niet bij een leerkracht terecht kunnen of willen komen. De kinderen kunnen persoonlijk op school of via een briefje of telefoontje hun zorg uiten. De intern vertrouwenspersoon maakt tijd vrij en onderneemt vervolgstappen indien nodig. Hierbij wordt, indien
nodig, de extern vertrouwenspersoon ingeschakeld. Ieder schooljaar in oktober vertelt de intern vertrouwenspersoon aan 9 t/m 12 jarigen welke rol hij heeft en de kinderen krijgen een folder mee waarin telefoonnummers vermeld staan. Extern vertrouwenspersoon Onze extern vertrouwenspersoon is de heer Herman Riphagen van de IJsselgroep. Hij heeft als taak de door de intern contactpersoon doorverwezen klager(s) te begeleiden, te bemiddelen tussen klager en aangeklaagde en ondersteuning te bieden bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie. De heer H. Riphagen Bachlaan 11, Doetinchem Postbus 277, 7000 AG Doetinchem Tel. 0880931000 (tijdens kantooruren) GelderVeste heeft een klachtenprocedure met betrekking tot ongewenste intimiteiten in het onderwijs. Onder ongewenste intimiteiten worden hier verstaan: handelingen, gedragingen en/of uitlatingen in de seksuele sfeer die binnen of in samenhang met de onderwijssituatie plaats vinden en die als ongewenst worden aangemerkt. Als aanspreekpunt bij vermoedens van, of klachten in deze sfeer is een extern vertrouwenspersoon aangewezen. Deze kan, in overleg met de klager, de klacht voorleggen aan de klachtencommissie. Deze commissie onderzoekt de zaak en rapporteert en adviseert het bestuur. Op school ligt de klachtenprocedure ter inzage.
25
5.8. Rouw Helaas komen we op school soms ook in aanraking met verdriet en rouw. We hebben afspraken met elkaar gemaakt hoe we hier mee omgaan. Mocht er sprake zijn van overlijden van een kind, ouder of leerkracht dan treedt het rouwprotocol in werking. We hebben op school een zgn. sleutelteam, zij coördineren de acties die ondernomen moeten worden en zijn aanspreekpunt voor ouders en collega’s. Mocht er sprake zijn van overlijden dan kunt u te allen tijde contact met hen opnemen. Sleutelteam Sccsschl 3.0 Anja Otten (onderwijskundig leider) (MR oudergeleding en lid ouderraad) vacant
tel. 06-30462665
Hoofdstuk 6
Het team
6.1. Samenstelling team Dit zijn de mensen die het onderwijs op Sccsschl 3.0 maken. Verschillende kwaliteiten en persoonlijkheden met hetzelfde doel: Goed onderwijs voor de kinderen in een uitdagende leeromgeving.
Coördinator en coaching leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Rianne Worm Anja Otten Bovenschools Multimedia-coördinator (ICT) Albert Visscher
De schoolleiding Anja Otten is de onderwijskundig leider van de school. Zij is verantwoordelijk voor de dagelijkse en onderwijskundige leiding van de school. De school valt onder het Cluster Bronckhorst waar Bert Mooibroek leiding aan geeft.
Onderhoud Hans van den Barg
6.2. Studenten Leerkrachten/ mentoren Unit 1 Monique Bolster
Unit 3 Brenda Peppelman Karin Maatkamp Rianne Worm Vivienne te Kulve Anja Otten
26
Unit 2 Ingrid Heurneman Annelies Lettink Monique Vroom Unit 4 Marc Werkman Rianne Worm
Sccsschl 3.0 is een opleidingsschool. We willen studenten met een talent voor een baan in het onderwijs de kans bieden het beroep van onderwijsgevende te leren. We geven studenten bij ons op school de kans om de theorie van de opleiding om te zetten naar de praktijk. De studenten worden gekoppeld aan een Unit, één van de leerkrachten is hun mentor. De mentor is aanspreekpunt en begeleidt de student. We geven de studenten de gelegenheid om alle facetten van het onderwijs te leren kennen, zij doen daarom ook mee aan buitenschoolse activiteiten, vergaderingen, studiedagen en gesprekken met ouders. De mentor blijft eindverantwoordelijk, de student zal daarom alles terugkoppelen naar de mentor.
Naast de mentoren wordt de student begeleid door de opleider in de School. Bij ons op school is dat Rianne Worm. Zij coördineert, begeleidt en stuurt studenten en mentoren aan. Er komen bij ons studenten van Iselinge Hogeschool en het Graafschap College.
6.3. Vervanging leerkrachten Mariska Verheggen is een vaste invalleerkracht voor Sccsschl 3.0. Zij is ook aanwezig op de studiedagen en gaat mee in de scholing en het neerzetten van dit onderwijs. Zij zal als eerste ingepland worden zodra een leerkracht bij ons ziek is. Op dagen dat er geen invalwerkzaamheden zijn op onze school of op andere scholen zal Mariska op Sccsschl 3.0 zijn en meedraaien in de Units.
6.4. Nascholing Als team willen we bijblijven op het gebied van onderwijs geven en ons bekwamen zodat ons onderwijs steeds verbetert en bij de tijd blijft. Deze nascholing vindt voornamelijk plaats in de middaguren en op de studiedagen. Op deze dagen is het hele team aanwezig. De kinderen zijn dan vrij, de studiedagen staan vermeld in de kalender en op de website.
27
Hoofdstuk 7
Het bestuur
7.1. GelderVeste De school is onderdeel van Scholengroep GelderVeste. De stichting Scholengroep GelderVeste beheert vanaf schooljaar 20132014 een 19-tal basisscholen in het westelijk deel van de Achterhoek. Deze scholen worden vanuit het GelderVeste kantoor te Vorden ondersteund in het verzorgen van goed onderwijs. De voorzitter van het College van Bestuur is verantwoordelijk voor het reilen en zeilen binnen de organisatie en de kwaliteit van het onderwijs. Het bestuur is weer verantwoording schuldig aan de Raad van Toezicht. De scholen van GelderVeste hebben ieder een onderwijskundig leider die leiding geeft aan het team van leerkrachten en het ondersteunend personeel. De onderwijskundig leider moet zich met name focussen op het optimaliseren van de kwaliteit van het onderwijs. De onderwijskundig leiders van alle scholen worden bovenschools ondersteund door een clusterdirecteur. De clusterdirecteur zorgt er voor dat de onderwijskundig leider zich optimaal aan zijn kerntaak kan wijden. Daarnaast probeert de clusterdirecteur de onderling samenhang tussen scholen vorm te geven. Belangrijke kernwaarden zijn: synergie, leren van elkaar en kwaliteit. GelderVeste heeft als missie vastgesteld: Wij verzorgen excellent basisonderwijs waarbij kinderen zich maximaal ontwikkelen vanuit enthousiasme en inspiratie tot burgers die bijdragen aan een betere en harmonieuze maatschappij.
28
Adres: Decanijeweg 3 7251 BP Vorden tel 0575-462573 mail:
[email protected] Meer informatie over Scholengroep GelderVeste vindt u op de site; www.gelderveste.nl
7.2 Maatschappij tot het Nut van het Algemeen Het gebouw is onderdeel van de Maatschappij tot het Nut van het Algemeen afdeling ofwel departement Zelhem-Halle. Het Nut is een organisatie die in het verleden veel werk heeft verricht op sociaal terrein in tijden dat de wetgeving hierin nog niet voorzag. De oprichting was in 1784. Vanuit deze organisatie zijn o.a. de Nutsverzekeringen, Nutsspaarbanken en zo ook de Nutsscholen ontstaan. De school is in 1931 door deze vereniging gesticht met als doel ieder kind in de gelegenheid te stellen zich volledig te kunnen ontplooien binnen een veelzijdige maatschappij middels een gedegen en brede basisopleiding waarin het kind centraal staat. In alle opzichten zoals financiën, regelgeving en andere zaken die het onderwijs betreffen is de school gelijk aan de andere scholen binnen scholengroep GelderVeste.
7.3. Inspectie Toezicht op onderwijskundige zaken wordt uitgevoerd door de inspecteur van het onderwijs. Postadres Inspectie: Inspectie van het Onderwijs Locatie Zwolle Postbus 310 8000GA Zwolle Meer informatie over de Inspectie van het Onderwijs vindt u op http://www.onderwijsinspectie.nl
29
Hoofdstuk 8
Wat wij verder nog aan u kwijt willen
8.1. Eten en drinken Het eten en drinken vindt plaats in het restaurant. In de school is een hoek ingericht als restaurant. Kinderen kiezen zelf het moment tussen 9.30u – 10.30u en 12.00u – 13.00u waarop ze pauze houden voor een tussendoortje of de lunch. Als er plek is in het restaurant kunnen ze gaan zitten en in een rustige en ontspannen sfeer eten en drinken. Na afloop ruimen ze hun plek op en maken het netjes voor de volgende eter. Het drinken voor de lunch kan het kind in de koelkast bewaren. Kinderen mogen zelf hun eetmomenten kiezen omdat we het belangrijk vinden dat zij signalen van hun lichaam gaan herkennen en daarop gaan reageren. In deze tijd waarin eten overal en op elk moment kan en we moeten letten op overgewicht vinden we dit belangrijk om aan te leren. Vanuit de gezamenlijke OR en MR is er een beleid ten aanzien van het eten en drinken tot stand gekomen. Goed voorbeeld doet goed volgen. Gezond eten en veel bewegen vinden wij belangrijk. Voor de ochtend is de afspraak fruit. Mocht dit echt een probleem zijn dan is een gezond alternatief: rijstwafel, cracker, brood, wortels, komkommer ook mogelijk. Drinken: meegeven in een beker voorzien van naam. Geen prik. Bij voorkeur geen flesjes of pakjes drinken mee.
30
Lunch: Brood in een trommeltje voorzien van naam. Mogelijkheid tot bestellen van melk op www.campinaopschool.nl , de voorkeur gaat hier uit naar melk boven de andere zoetere dranken. Ook kan zelf drinken mee genomen worden in een beker. Er is een koelkast op school aanwezig. Chocolade repen en zoete koeken (roze koeken of gevulde koeken) worden weer mee gegeven naar huis. Wanneer kinderen regelmatig zoete etenswaren bij zich hebben gaat de school in gesprek met de ouders.
8.2. Jarig Als een kind jarig is, is het feest en dat mag ook op school gevierd worden. De verjaardag wordt gevierd in de basisgroep. Tijdens de ochtendkring wordt de verjaardag gevierd, er wordt gezongen en er is speciale aandacht voor de jarige. Het trakteren gebeurt in de eindkring om 13.30 uur, u mag hier als ouder bij aanwezig zijn. Een aantal kinderen mag geen kleurstoffen en veel ouders stellen het op prijs dat hun kind niet te veel snoept. Daarom verzoeken wij u om uw kind gezond te laten trakteren. Jarig zijn is een feestje. Op www.gezonde-traktatie.nl staan leuke ideeën om een traktatie zowel feestelijk als gezond te laten zijn. De leerkrachten vormen hier geen uitzondering en ontvangen dezelfde traktatie als de kinderen. Ook willen wij u vragen om uitnodigingen voor partijtjes niet op school uit te delen. Dit om teleurstelling bij andere kinderen te voorkomen.
8.3. Veilig naar school Voor veel kinderen is de afstand naar school vergroot. Een verkeerswerkgroep is in overleg met gemeente en provincie aan het werk om de route van en naar school zo veilig mogelijk te laten plaats vinden. Ook op school zal er middels verkeerseducatie aandacht zijn voor veilig deelnemen aan het verkeer. Om de verkeersstromen bij school zo soepel en veilig mogelijk te laten verlopen zal er een ‘zoen en zoef’ zone aangelegd worden. Wij vragen de ouders die besluiten hun kinderen met de auto te brengen zich aan de rijrichting en parkeerafspraken van die zone te houden! Dit in verband met de verkeersveiligheid van een ieder die de school wil bereiken. Voor de oudere kinderen is regelmatig fietsen een goede manier van bewegen en al een belangrijke gewenning richting het VO.
8.4. Gevonden voorwerpen Gevonden voorwerpen kunt u vinden in de directiekamer. Het is verstandig om de jassen, tassen, bekers en bakjes te voorzien van de naam van uw kind. Voor spullen die na drie maanden niet opgehaald zijn wordt een nieuwe bestemming gezocht.
8.5. Ziekmelden, afwezigheid Wanneer uw kind niet of niet op tijd op school kan komen, door bijv. ziekte of bezoek aan een dokter, willen we dat graag vóór schooltijd horen. U kunt dit telefonisch aan ons doorgeven of een door u ondertekend briefje aan een ouder kind meegeven. U kunt zich voorstellen dat wij ons zorgen maken als een kind zonder bericht niet op school is. In dat geval nemen we ’s morgens voor 9.00 uur contact met u op.
31
Bij langdurige ziekte zal de leerkracht na ongeveer een week contact opnemen met de ouders. Als u bij uw kind een besmettelijke ziekte ontdekt, wilt u dit dan aan de leerkracht van uw kind doorgeven? Als een kind op school ziek wordt, zal de groepsleerkracht contact met u opnemen zodat uw kind naar huis kan. Een ziek kind wordt niet zonder medeweten van de ouders naar huis gestuurd. Een enkele keer komt het voor dat ouders of een door hen aangewezen contactpersoon niet bereikbaar zijn. De leerkracht zal dan een zorgvuldige afweging maken of uw kind gebaat is met een ‘eenvoudige’ pijnstiller of dat er advies van een arts nodig is. Bij aanmelding kunt u medische gegevens aan ons doorgeven, zoals informatie betreffende huisarts, allergieën, oproepnummers e.d. Mocht hier tijdens de schoolloopbaan van uw kind iets in wijzigen dan kunt u dit doorgeven aan de onderwijskundig leider.
8.6. Buitengewoon verlof Op de dag dat uw kind 4 jaar wordt mag hij/zij iedere dag naar school. Vanaf 5 jaar is uw kind leerplichtig. Het is dan uw taak om ervoor te zorgen dat uw kind elke dag op school komt. In een aantal situaties mag de onderwijskundig leider buitengewoon verlof verlenen. Speciale formulieren voor deze aanvraag kunt u van de groepsleerkracht krijgen of vindt u op de website onder het kopje verlof. Een verzoek kan alleen ingewilligd worden als er sprake is van bijzondere omstandigheden conform de leerplichtwet. Hieronder ziet u welke mogelijkheden er zijn: Verlof voor vierjarigen In overleg met de schoolleiding kunnen vierjarigen in bepaalde omstandigheden enkele uren per week thuisblijven. U moet zich echter
wel realiseren dat het voor het ontwikkelingsproces van uw kind niet bevorderlijk is wanneer uw kind onregelmatig naar school gaat. Verlof voor 5 – 17 jarigen ( leerplicht tot 17 jaar) Voor kinderen tussen de 5 en 17 jaar kan verlof buiten de officiële schoolvakanties alleen worden toegestaan, wanneer er sprake is van bijzondere omstandigheden. Voor meer informatie verwijzen we u naar de volgende website. http://www.leerplicht.net/webpages/leerplicht.html Bijzondere omstandigheden: Familieomstandigheden Bij verhuizing, huwelijk, ernstige ziekte, overlijden, jubilea van bloed- of aanverwanten.
8.7. Maatregelen tegen verzuim Wanneer ouders hun kind zonder toestemming van school laten verzuimen, is de school verplicht dit te melden bij de leerplichtambtenaar.
8.8. Schoolvakanties en vrije dagen In de gemeente Doetinchem stellen de scholen samen de vakanties vast. Sccsschl 3.0 sluit hierbij aan vanwege de aansluiting met het VO. Voor het overzicht verwijzen we u naar de website en de jaarkalender. De kinderen van Sccsschl 3.0 volgen allemaal 1000 uur onderwijs in een jaar. Na de berekening kunnen vervolgens een aantal dagen als vakantie en studiedagen bepaald worden.
8.9. Verzekeringen Vakantieverlof Als het gevraagde verlof bedoeld is als uw eerste en enige vakantie van het gehele jaar. In dat geval moet uw werkgever hiervoor een officiële verklaring afgeven, waaruit blijkt dat geen verlof in de officiële schoolvakanties mogelijk is. De op te nemen dagen moeten aaneengesloten zijn en mogen niet in de eerste twee lesweken van het schooljaar vallen. Strippenkaart Er kan gebruik gemaakt worden van een strippenkaart. Leerlingen mogen op 5 woensdagen dan om 12.30 uur weg i.p.v. 14.00. Dit kan zijn i.v.m. een feestje van iemand die geen rooster met vijf gelijke dagen heeft.
32
De school heeft een collectieve schoolongevallenverzekering afgesloten voor uw kind(eren). Daardoor is uw kind gedurende de schooltijd (en op weg naar huis en omgekeerd) verzekerd voor ongevallen. Hieronder vallen ook schoolse activiteiten als schoolreisjes, kamp en excursies. Denkt u aanspraak te kunnen maken op deze verzekering, neem dan contact op met de onderwijskundige leider. We wijzen u er op dat we hier spreken over een ongevallenverzekering, niet over een WA-verzekering. De school is dus niet aansprakelijk te stellen voor eventuele schade. We gaan er vanuit dat alle kinderen WA-verzekerd zijn. Aan alle schoolse- en buitenschoolse activiteiten nemen ouders op eigen risico deel. U kunt zich alleen opgeven om kinderen met de auto ergens naar toe te brengen, als
u een inzittendenverzekering hebt en er voor elk kind een gordel aanwezig is.
uw kind die dag contact met u op met het verzoek uw kind diezelfde dag nog te behandelen.
8.10. ARBO
8.13. Foto- en video-opnames
Ook op basisscholen geldt de Arbowet. Deze wet heeft als doel het waarborgen van veiligheid, gezondheid en welzijn in arbeidssituaties voor kinderen, ouders en personeel. Op de Sccsschl 3.0 is een Arbocoördinator aanwezig en er zijn altijd leerkrachten aanwezig die opgeleid zijn als bedrijfshulpverlener. Zij hebben kennis van E.H.B.O., brandbestrijding en ontruiming.
Op school worden regelmatig opnames gemaakt. Van, voor en door kinderen of leerkrachten. Dit kunnen beeld en/of geluid opnames zijn. Deze foto’s, filmpjes of bijvoorbeeld interviews kunt u over het algemeen terugvinden op de website van school of in het portfolio van uw kind. Op het inschrijfformulier inventariseren we of u hier bezwaar tegen hebt.
8.11. Ontruimingsplan
De inzet van ICT in ons onderwijs is voor ons belangrijk. Daar hoort ook bij dat we kinderen leren om hier goed mee om te gaan. We geven de kinderen les in veilig internetten. We laten de valkuilen zien waardoor zij goed toegerust het internet opgaan. Vertrouwen en openheid zijn hierbij belangrijk. De kinderen zijn op de hoogte van de afspraken rondom computer- en internetgebruik. Deze afspraken hangen ook zichtbaar bij de computers. Hier worden zij ook op aangesproken, mocht dat nodig zijn.
De school hebben heeft een vluchtplan. Dit plan is opgesteld in samenwerking met de brandweer. In elke Unit hangt het vluchtplan bij de deur van het lokaal. Mocht u als ouder in de school aanwezig zijn op het moment dat er ontruimd moet worden volgt u dan de instructies van de leerkrachten. Het is goed om als ouder ook naar het vluchtplan te kijken zodat u op de hoogte bent van de vluchtroutes.
8.12. Luizencontrole Hoofdluis komt helaas vaak voor op basisscholen. Je kunt er niets aan doen dat je het krijgt, maar je kunt er wel veel tegen doen als je het hebt of als je weet dat het heerst. Op school worden alle kinderen in de eerste week na een vakantie door een groep ouders gecontroleerd. Wanneer hoofdluis wordt geconstateerd ontvangen de ouders van desbetreffende Unit een brief waarin u wordt verzocht om de komende weken uw kind(eren) regelmatig op hoofdluis te controleren. Als er bij uw kind hoofdluis wordt geconstateerd, neemt de leerkracht van
33
8.14. Veilig computergebruik en internetten
8.15. Voor- en naschoolse opvang/ Integraal kindcentrum Voor en naschoolse opvang , kinderopvang en peuteropvang wordt in ons gebouw geregeld door Avonturijn. Omdat wij op één locatie werken zijn de lijntjes kort en kunnen we zorgen voor een goede doorgaande lijn in afspraken en werkwijze. Ook is er sprake van een flexibele inzet van personeel. Wilt u gebruik maken van de opvang dan kunt u contact opnemen met de onderwijskundig leider, Anja Otten.
Ook zijn de inschrijfformulieren te vinden op de website onder ‘integraal kindcentrum’. Meer informatie over Avonturijn vindt u op www.avonturijn.nl Omdat wij dit jaar overgaan op het 5 gelijke dagenmodel en het voor sommige ouders lastig is om de werktijden en opvang hierop zo snel aan te passen bieden we dit schooljaar de mogelijkheid voor gratis opvang van 14.00 tot 15.00 uur op dinsdag en donderdag. Deze opvang wordt georganiseerd door school in samenwerking met Avonturijn. U kunt zich hiervoor opgeven bij Anja Otten
34