Samenwerking Bibliotheek en Voortgezet Onderwijs Naar een landelijke aanpak
Marleen Wijnen in opdracht van Kunst van Lezen
Inhoud Samenvatting ........................................................................................................................... 4! Inleiding .................................................................................................................................... 7! 1! AANLEIDING EN ACHTERGRONDEN ............................................................................. 9! 1.1! Stand van zaken samenwerking mediatheken en bibliotheken ................................... 9! 1.2! Ontwikkelingen in de branche.................................................................................... 11! 1.3! Ontwikkelingen in het voortgezet onderwijs............................................................... 14! 2! DE BIBLIOTHEEK OP SCHOOL – VOORTGEZET ONDERWIJS .................................. 18! 2.1! Doel en uitgangspunten ............................................................................................. 18! 2.2! Naar een netwerkaanpak op drie niveaus ................................................................. 19! 2.2.1! Van strategie tot uitvoering ................................................................................. 20! 2.2.2! Startpunt: het strategisch niveau......................................................................... 21! 2.3! Werken met een lees- en mediaplan ......................................................................... 22! 2.4! Samenwerking in scenario’s ...................................................................................... 23! 2.5! HRM en opleiding ...................................................................................................... 26! 2.6! Mediatheek en bibliotheek zijn partners .................................................................... 27! 2.7! Monitoring en kwaliteitsbewaking .............................................................................. 28! 3! INHOUDELIJKE PIJLERS COLLECTIE, LEZEN EN MEDIAWIJSHEID ......................... 30! 3.1! Werken met beproefde bibliotheekprojecten en activiteiten ...................................... 30! 3.2! Pijler Collectie ............................................................................................................ 32! 3.3! Pijler Lezen ................................................................................................................ 33! 3.4! Pijler Mediawijsheid ................................................................................................... 34! 3.5! Digitaal portal voor VO............................................................................................... 35! 4! NAAR EEN UITVOERINGSORGANISATIE VOOR HET ONDERWIJS .......................... 36! 4.1! Pilot beleid & organisatie in de aanloopfase .............................................................. 37! 5! TRAJECT IN FASEN EN PLANNING .............................................................................. 39! 5.1! De aanloopfase.......................................................................................................... 39! 5.1.1! Lobby en communicatie in de aanloopfase ......................................................... 39! 5.1.2! De pilots in de aanloopfase ................................................................................. 40! 5.2! Vervolgacties in de implementatiefase ...................................................................... 44! 5.3! Planning van het traject ............................................................................................. 45! 6! PROJECTORGANISATIE EN COMMUNICATIE ............................................................. 46! 6.1! Projectorganisatie aanloopfase en implementatiefase .............................................. 46! 6.2! Projectcommunicatie ................................................................................................. 48! Literatuur ................................................................................................................................ 49! Bijlage 1: Overzicht van betrokken partijen bij plan van aanpak ..................................... 51! Bijlage 2: Gespreksverslagen (is afzonderlijke bijlage bij plan van aanpak) ................... 51! Bijlage 3: Lijst van afkortingen ........................................................................................ 52!
2
Overzicht tabellen: Tabel 1 Opbouw referentieniveaus taal................................................................................................. 15! Tabel 2 Betrokken medewerkers van verschillende niveaus van betrokken partijen ............................ 20! Tabel 3 Overzicht betrokken bibliotheekprojecten en andere activiteiten ............................................. 30! Tabel 4 Overzicht campagnes voortgezet onderwijs............................................................................. 31! Tabel 5 Overzicht inhoudelijke pijler Collectie ....................................................................................... 32! Tabel 6 Overzicht inhoudelijke pijler Lezen ........................................................................................... 33! Tabel 7 Overzicht inhoudelijke pijler Mediawijsheid .............................................................................. 34! Tabel 8 Fasen en planning pilots .......................................................................................................... 41! Tabel 9 Overzicht van pilotprojecten de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs ........................ 43! Overzicht afbeeldingen: Afbeelding 1 Schematische weergave van netwerkaanpak .................................................................. 19! Afbeelding 2 Fasen van strategie tot uitvoering .................................................................................... 21! Afbeelding 3 Schematische weergave van opbrengstgericht werken en cirkel van Deming ................ 28! Afbeelding 4 Voorbeeld van mogelijke dBOS-portal VO ....................................................................... 35! Afbeelding 5 Organogram aanloopfase................................................................................................. 47! Afbeelding 6 Organogram implementatiefase ....................................................................................... 47!
3
Samenvatting De bibliotheek op school – voortgezet onderwijs De directe aanleiding voor dit plan van aanpak is het voornemen van Kunst van Lezen om de programmalijn de Bibliotheek op school uit te breiden naar het voortgezet onderwijs (VO). Deze uitbreiding biedt de bibliotheken in Nederland een strategische aanpak voor de invulling van de educatieve functie voor het voortgezet onderwijs, inspelend op de ontwikkelingen in de branche en het onderwijs. De aanpak levert een meetbare toegevoegde waarde door het verhogen van leesplezier, het vergroten van de lees- en mediavaardigheid en het verbeteren van leerresultaten van jongeren tussen 12 en 18 jaar. De koppeling met een dienstenpakket van gestandaardiseerde bouwstenen biedt de bibliotheek én school die mate van flexibiliteit die nodig is voor een passende lokale dienstverlening: maatwerk met standaardproducten. Die bouwstenen zijn niet nieuw, maar zijn elementen uit beproefde bibliotheekprojecten en –producten. De monitor geeft inzicht in de resultaten van de samenwerking en laat de toegevoegde waarde zien. De Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs (VO) heeft drie pijlers: collectie, lezen en mediawijsheid. De doelgroepen zijn leerlingen én docenten in het voortgezet onderwijs. Uitgaande van opbrengst gericht werken werkt de bibliotheek met deze aanpak planmatig aan een structurele langdurige samenwerking teneinde de taal-, lees- en mediavaardigheden van scholieren te verbeteren. De Bibliotheek op school - VO biedt infrastructuur, faciliteiten en deskundigheid en advies. Het vierde en zichtbare onderdeel van aanpak is een goed werkend en beproefd digitaal portal. Deze portal bouwt voort op de portal van dBOS-PO en komt beschikbaar via de Bibliotheek.nl (Bnl) infrastructuur. Dit ziet er als volgt uit:
4
Werken aan netwerkaanpak De bibliotheek op school – VO werkt vanuit een netwerkaanpak waarin het strategisch, beleidsmatig en uitvoerend niveau van verschillende organisaties met elkaar samenwerken om de beoogde resultaten te behalen. Bibliotheek, voortgezet onderwijs en gemeente zijn gezamenlijk verantwoordelijk en zetten verschillende functionarissen in: Betrokken eindverantwoordelijke medewerkers1 Strategisch Beleidsmakend Bibliotheek
Directeur Bestuurder
Voortgezet Onderwijs
Directeur Bestuurder Bovenschools manager
Gemeente
Wethouder Raadsleden Raadsfractie
Hoofd / manager Educatieve Dienst Projectleider VO Middenkader Domeinspecialist educatie / specialist VO Accountmanager ICT Coördinator Taalcoördinator Mediathecaris Staffunctionaris onderwijs Onderwijskundige Ambtenaar VO
Uitvoerend Domeinspecialist educatie / specialist VO Leesconsulent Mediacoach Informatiespecialist Mediathecaris Medewerker Mediatheek Docent Onderwijsassistent Ambtenaar VO
Strategisch niveau is startpunt In de samenwerking is de bibliotheek partner, geen aanbieder. De bibliotheek zet haar expertise op het gebied collectie, lezen en mediawijsheid in, werkt vraaggericht en gaat uit van de lokale schoolsituatie. Het startpunt van de samenwerking is niet het aanbod van de bibliotheek, maar het gesprek met het strategisch niveau van de school: de bestuurder van de school. In dat gesprek komen vragen aan de orde als: - hoe kan de bibliotheek uw school ondersteunen bij het taalbeleid - hoe kunnen we door samenwerking de lees- en leerprestaties van leerlingen verhogen - hoe kunnen wij het informatievaardigheden van leerlingen en docenten verbeteren, - hoe kunnen wij de docenten in uw school ondersteunen in hun werk Dat vraagt om gedegen kennis van het onderwijs en de specifieke vaardigheden om enerzijds dit gesprek goed te kunnen voeren en anderzijds een goede vertaling te kunnen maken naar de wenselijke dienstverlening. Daarbij rekening houdend met wat de school al doet en heeft. De aanwezigheid van een mediatheek en mediathecaris wordt hierin meegenomen. De professioneel en goed opgeleide mediathecaris is een belangrijke sparringpartner voor de educatief specialist VO van de bibliotheek. Wanneer de school geen mediatheek of mediathecaris heeft dat consequenties voor de samenwerking. Dat geldt ook voor een vestiging van de bibliotheek in school of op loopafstand. In grote lijnen zijn er drie scenario’s van samenwerking: 1. de bibliotheek en het VO met mediatheek 2. de bibliotheek en het VO zonder bibliotheek 3. dienstverlening voor het VO in de bibliotheek
1 2
de functienaam kan afwijken Actieplan Kunst van Lezen 2012-2015
5
Het gesprek zorgt voor maatwerk, inspelend op de lokale schoolcontext en behoefte van de school. De bibliotheek is partner geen aanbieder. Naar een uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs De ervaringen van Kunst van Lezen en de Bibliotheek op school – primair onderwijs laten zien dat een goede implementatie van een landelijke aanpak vraagt om een landelijke uitvoeringsorganisatie. Een organisatie die deze implementatie adequaat kan uitvoeren en blijvend ondersteunen, op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Die uitvoeringsorganisatie ondersteunt bij de implementatie van de totale educatieve functie van de bibliotheek. Een landelijke uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs stelt de lokale basisbibliotheek of een netwerk van basisbibliotheken in staat om structureel samen te werken met het onderwijs. Op dit moment kent de branche geen organisatie die deze handschoen direct en volledig kan oppakken. Er zijn wel ervaringen met brede samenwerkingsverbanden zoals Stichting Biebsearch, het formulebureau Retail en digitale dienstverlening via BNL. In dit kader start onder regie van het SIOB in november 2012 een pilot beleid & organisatie die mogelijke scenario’s voor een landelijke uitvoeringsorganisatie onderzoekt. De werkwijze en opzet van Stichting Biebsearch wordt als vertrekpunt genomen. Het traject in fasen en planning De aanloopfase is in 2011 gestart met een onderzoek naar de stand van zaken van mediatheken in het voortgezet onderwijs en de samenwerking met de bibliotheek. Dit plan van aanpak is het vervolg, evenals de pilots en het lobby en communicatietraject. De implementatiefase start in januari 2014. Het totale traject ziet er als volgt uit: Onderdeel Onderzoek stand van zaken Mediatheken in het VO Plan van aanpak de Bibliotheek op school – VO Inrichten projectorganisatie en voorbereiding pilot beleid & organisatie Pilot Beleid & Organisatie Start lobby en communicatietraject interne en externe netwerk (blijvend proces) Pilots rond: • scenario’s van samenwerking • dienstverlening speciale doelgroepen • werken in netwerken lezen en mediawijsheid • monitoring lezen en mediawijsheid en digitaal portal VO Evaluatie en rapportage pilots Aanpassing aanpak en inrichting landelijke organisatie, toolkit en monitoring, voorbereiding implementatie Start gefaseerde implementatie De Bibliotheek op school – VO door landelijke uitvoeringsorganisatie i.s.m. lokale basisbibliotheken en het voorgezet onderwijs Presentatie de Bibliotheek op school – VO op NOT Evaluatie en rapportage De Bibliotheek op school – VO
Planning Mei 2012 afgerond September 2012 afgerond Oktober 2012 November 2012 – april 2013 November 2012 – december 2015 September 2013 – april 2014
Mei – augustus 2014 September – december 2014 Vanaf januari 2014 Januari 2015 December 2015
6
Inleiding De succesvolle aanpak van de Bibliotheek op school - PO (PO) is voor Kunst van Lezen aanleiding te kiezen voor een uitbreiding naar het voortgezet onderwijs. Kunst van Lezen is een project van Stichting Lezen en Sectorinstituut Openbare Bibliotheken (SIOB). Met een proefsgewijze introductie voor het voortgezet onderwijs (VO) wil Kunst van Lezen met haar partners de bibliotheken nadrukkelijk verbinden met (mediatheken van) het voortgezet onderwijs om zo jongeren nog beter op maat te bedienen met boeken, leesbevorderende en mediawijze activiteiten2. Bovenstaande is de directe aanleiding voor dit plan van aanpak. Een plan om te komen tot een structurele samenwerking tussen bibliotheek en voortgezet onderwijs rond de pijlers collectie, lezen en mediawijsheid.!Met deze aanpak levert de bibliotheek een bijdrage aan het vergroten van het leesplezier, het verbeteren van de lees- en mediavaardigheden van scholieren en het verhogen van de leerresultaten. Dit plan is geschreven voor de bibliotheekbranche en biedt inzicht in de achtergronden, inhoud, te nemen stappen en randvoorwaarden. De focus van dit plan ligt bij het voortgezet onderwijs, maar biedt ook mogelijkheden voor samenwerking met het MBO. ”Het!zou!goed!zijn!als!scholen!en!bibliotheken!kijken!naar!de!mogelijkheden!en!kansen.!Beiden! werken!aan!hetzelfde!doel:!lees
Actieplan Kunst van Lezen 2012-2015 Mediatheken in het voortgezet onderwijs : een veld in beweging, Oberon (mei 2012)
7
De aanpak maakt gebruik de ervaringen en producten die binnen de Bibliotheek op school voor het PO zijn ontwikkeld. Samen met experts Het plan is in samenwerking met direct betrokken partijen uit de bibliotheekbranche en het voortgezet onderwijs tot stand gekomen. Naast deskresearch en gesprekken met experts zijn twee bijeenkomsten georganiseerd, waarin de tussenresultaten en het eindresultaat zijn besproken. Het resultaat van die bijeenkomsten is verwerkt in het uiteindelijke plan van aanpak, evenals de ervaringen en aanbevelingen die tijdens de gesprekken met de verschillende partijen naar voren kwamen. De gespreks-verslagen zijn gebundeld tot een afzonderlijke losse bijlage bij het plan van aanpak. Leeswijzer Het eerste hoofdstuk omschrijft kort de resultaten van het onderzoek naar de stand van zaken van de mediatheken in het voortgezet onderwijs en de samenwerking tussen mediatheken en bibliotheken. Dit onderzoek werd gepubliceerd in mei 2012 en is uitgevoerd door Oberon in opdracht van Kunst van Lezen. Het onderzoek is onderdeel van de aanloopfase van dit traject. Daarnaast worden relevante ontwikkelingen en achtergronden voor dit plan van aanpak in de bibliotheekbranche en het voortgezet onderwijs nader omschreven. Het tweede hoofdstuk omschrijft het doel, de uitgangpunten en randvoorwaarden van de Bibliotheek op school – VO. Daarbij inhakend op de eerder geschetste ontwikkelingen, achtergronden en ervaringen met de Bibliotheek op School – Primair Onderwijs (PO). Een belangrijke randvoorwaarde voor borging en continutiet is samenwerken volgens de netwerkaanpak door bibliotheek, onderwijs en gemeente. Het derde hoofdstuk is de inhoud van de pijlers collectie, lezen en mediawijsheid en welke bibliotheekprojecten en landelijke campagnes onderdeel zijn van de bouwstenen. Het vierde hoofdstuk omschrijft een andere belangrijke randvoorwaarde voor de implementatie van de landelijke aanpak: een uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs, onder regie van het SIOB. De fasen en planning van het traject staan omschreven in hoofdstuk vijf. Het zesde en laatste hoofdstuk beschrijft in grote lijnen de projectorganisatie en –communicatie. Naast een literatuurlijst is een lijst met afkortingen toegevoegd. Bijlage 1 is een overzicht van direct betrokken experts bij dit plan van aanpak. De gespreksverslagen met deze experts staan in een afzonderlijk losse bijlage. Het plan van aanpak gebruikt de naam de Bibliotheek op school – Voortgezet Onderwijs (VO) gebruikt. De naamgeving van de aanpak kan nog veranderen. Tenslotte Graag dank ik iedereen die op enige wijze heeft bijgedragen aan dit plan van aanpak. Ik wens alle betrokkenen succes met het realiseren van een structurele samenwerking die past bij de eigen lokale situatie voor zowel de school als de bibliotheek. Ingebed in het onderwijs, uitgevoerd met professioneel en goed opgeleid personeel en met ondersteuning van een landelijke uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs. Marleen Wijnen September 2012
8
1
AANLEIDING EN ACHTERGRONDEN
De directe aanleiding voor dit plan van aanpak is het voornemen van Kunst van Lezen om de programmalijn de Bibliotheek op school uit te breiden naar het voortgezet onderwijs. Het gaat hierbij om samenwerking met alle vormen van voortgezet (speciaal) onderwijs: van praktijkonderwijs tot gymnasium. Met een effectieve langdurige structurele samenwerking op het gebied van lezen en mediawijsheid wil Kunst van Lezen en haar partners– net als in het primair onderwijs – komen verbetering van het lees- en leerniveau van jongeren. Daarnaast wordt door deze uitbreiding recht gedaan aan het realiseren van de doorgaande leeslijn van 0-18 jaar en het vergroten van de mediavaardigheden van alle burgers. Dit zijn speerpunten van het beleid van Sectorinstituut Openbare Bibliotheken (SIOB) en Stichting Lezen. Tegelijkertijd past deze uitbreiding bij de ontwikkelingen in het voortgezet onderwijs: inzetten op beter presteren en een ambitieuze leercultuur. Om dat te bereiken is het werken met doorlopende leerlijnen en instellen van referentieniveaus taal en rekenen gestart. De daarop aanvullende maatregelingen zijn meer opbrengstgericht werken en de vakken Nederlands, Engels en Wiskunde worden kernvakken. De leerresultaten van leerlingen worden onder meer verhoogd door hogere eisen te stellen in een leercultuur met aandacht voor excellentie en hoogbegaafdheid. De school wordt ook voor docenten en schoolleiding een lerende organisatie4. Onderstaande paragrafen beschrijven een aantal relevante ontwikkelingen en achtergronden voor de samenwerking tussen de bibliotheek en het voortgezet onderwijs.
1.1
Stand van zaken samenwerking mediatheken en bibliotheken
! “Op!scholen!met!een!mediatheek!geldt!dat!die!mediatheek!onderdeel!is!van!het!voortgezet! onderwijs.!Samenwerken!met!het!voortgezet!onderwijs!betekent!automatisch!ook!samenwerken! met!de!mediatheek!en!de!mediathecaris,!als!die!er!zijn”,! Marian!Hendriks!en!Monique!Castenmiller!,!BMO! ! Diversiteit vraagt maatwerk met standaardproducten. De mediatheek is een bijna natuurlijke partner voor de bibliotheek. Echter niet iedere school voor het voortgezet onderwijs werkt samen met de bibliotheek of heeft een mediatheek met een professionele mediathecaris. Met name de categorale VMBO-scholen hebben geen voorziening of deskundig personeel in eigen huis. De diversiteit van mediatheken en mediathecarissen is groot, evenals het voortgezet onderwijs zelf: van praktijkonderwijs tot gymnasium. Dat vraagt om maatwerk. De veelheid aan projecten en activiteiten voor het voortgezet onderwijs maakt dat beschikbare middelen verdeeld worden over dat aanbod. Het gaan werken met een landelijke aanpak betekent een keuze in het aanbod, waarbij niet het aanbod maar de vraag van de school richtinggevend is: maatwerk met standaardproducten. Rapportcijfer samenwerking: 7.2 In het onderzoek Mediatheken in het voortgezet onderwijs5 beoordelen de mediathecarissen van scholen die samenwerken met de bibliotheek de samenwerking met een gemiddeld rapportcijfer van 7.2, een ruime voldoende.
4 5
Actieplan Beter Presteren : opbrengstgericht en ambitieus, 23 mei 2011 Mediatheken in het voortgezet onderwijs : een veld in beweging, Oberon (mei 2012)
9
Toch laat het onderzoek ook zien dat veel scholen de mogelijkheden van samenwerken niet of nauwelijks kennen en dat de mate van succes sterk afhangt van de individuele bibliothecaris of docent. Er is geen sprake van structurele langdurige samenwerking. Voor veel scholen blijft die beperkt tot het lenen van collecties. Opvallend is dat de meerderheid van de mediathecarissen die deelnamen aan het onderzoek aangeeft dat zij het niet als hun hoofdtaak zien om een rol in het primaire onderwijsproces te spelen. Leesbevordering is een taak van de docent en integratie van mediawijsheid in het onderwijs is geen gemakkelijke taak stelt het overgrote deel van mediathecarissen. Op scholen waar dat wel lukt is het draagvlak bij de schoolleiding een belangrijke succesfactor Aanbevelingen Het onderwijsprogramma en de daaruit voortkomende vraag zijn leidend voor de dienstverlening van de mediatheek én bibliotheek. Dat vraagt om kennis van het onderwijs. Iedere onderwijssoort heeft zijn eigen specifieke eisen en spreekt een eigen taal. De dienstverlening is mede afhankelijk van de voorzieningen en activiteiten die de school zelf al heeft en doet. Naast maatwerk geeft het onderzoek de volgende aanbevelingen: - Zet in op (verdere) professionalisering en deskundigheid van de mediathecaris en medewerker educatie van de bibliotheek. Door opleiding, na- en bijscholing op het gebied van samenwerking met docenten, het opzetten van beleidsplannen, pedagogische en didactische vaardigheden, kennis van het onderwijs en de doelen, spreken van de schooltaal en het bieden van beleid en structuur. Ook wederzijdse regelmatige kennisdeling vergroot de professionaliteit van de medewerkers die op die manier elkaars werelden leren kennen. - Ontwikkel een model ‘Mediatheek nieuwe stijl’ met keuzemenu’s en keuzevrijheid om zo recht te doen aan de verschillen. Het werken aan beleid en structuur moet voorop staan in die keuzemenu’s - Biedt een systematische aanpak om zo de effectiviteit van de samenwerking en inzet van projecten te verhogen, de plaats van de mediatheek/bibliotheek in het curriculum te verstevigen en een betere aansluiting te realiseren op het taal- en leesbeleid en het vakoverstijgend werken over de leerjaren heen “Met!alleen!een!overeenkomst!en!handtekening!van!betrokken!partijen!is!de!samenwerking! nog!geen!succes”,!Josette!Linssen,!directeur!Heerbeeck!College!Best! De professionalisering van de medewerkers mag niet beperkt blijven tot het uitvoerend niveau. Voor het succes van de samenwerking – in welke mate dan ook – is inzetten op het strategische en beleidsmakend niveau essentieel. Dat betekent dat beide niveaus van zowel het voortgezet onderwijs als de bibliotheek elkaars werelden kennen en die kennis en vaardigheden hebben die nodig zijn voor een adequate structurele dienstverlening. Dat vraagt om opleiding en blijvende aandacht op gezette tijden. Het vergroten van de professionaliteit van de medewerkers past binnen het overheidsbeleid waarin scholen worden gestimuleerd om meer dan nu een lerende organisatie te worden met ambities. Scholen ontvangen hiervoor extra geoormerkte middelen en worden geacht om zelf ook extra middelen te steken in het vergroten van de professionaliteit voor alle functiegroepen, ook voor de mediathecarissen.
10
1.2
Ontwikkelingen in de branche
Beleidsthema’s lezen, leesbevordering en mediawijsheid onveranderd belangrijk In het onlangs verschenen meerjarenplan 2013-2016 ziet het Sectorinstituut Openbare Bibliotheken6 (SIOB) aandacht voor leesbevordering en mediawijsheid als belangrijke taken. Het SIOB voert dit samen met Stichting Lezen uit via het project Kunst van Lezen. De beoogde uitbreiding van de programmalijn De Bibliotheek op school7 naar 12-18 jarigen via het voortgezet onderwijs is onderdeel van het meerjarenplan. Stichting Lezen stelt zich ten doel intermediairs te helpen een omgeving te creëren, waarin jongeren een kans krijgen leesplezier te ontwikkelen en een passie te ontwikkelen voor lezen, om boeken te kiezen die passen bij zijn of haar interesse en leesniveau. De bibliotheekwereld en het onderwijs zijn belangrijke intermediairs om jongeren te bereiken met leesbevorderende activiteiten8. Zowel het SIOB als Stichting Lezen fungeren op landelijk niveau als aanjager en regisseur. Niets nieuws, maar voortbouwen op wat er al is De aandacht voor lezen, leesbevordering en mediawijsheid kreeg in 2011 een extra impuls met de introductie en doorontwikkeling van de Bibliotheek op school - PO. Een landelijke strategische aanpak voor samenwerking met het primair onderwijs: betere leerresultaten en verminderen van taal- en leerachterstanden door verhoging van het leesplezier en vergroting van de lees- en mediavaardigheid van kinderen. Kenmerkend voor de gekozen strategie is: - samenbrengen van de succesvolle elementen uit bestaande en beproefde bibliotheekprojecten - werken in een netwerk van bibliotheek, onderwijs en gemeente - aansluiten bij de werkwijze van het onderwijs: opbrengstgericht werken - laten zien dat het werkt door onderzoek en monitoring - aandacht voor de lokale invulling “Voortbouwen!op!producten!dBOS<primair!is!noodzakelijk!om!zo!dubbel!werk!te!voorkomen! en!om!de!doorgaande!lijn!te!realiseren”,!Jan!Klerk!en!Willemijn!Jongens,!Bibliotheek.nl! Op dit moment zijn veel bibliotheken bezig met de implementatie van deze aanpak en bieden provinciale serviceorganisaties (PSO’s) ondersteuning. De doorontwikkeling gebeurt op landelijk niveau. Deze gekozen strategie blijkt succesvol en wordt ook toegepast voor de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs. Ook nu wordt niets nieuws ontwikkeld, maar wordt gewerkt met wat er al is, voortbouwend op de ervaring en kennis die er al zijn. Bezuinigingen en wettelijk kader leiden tot keuzes: leren, lezen en informeren De overheidsbezuinigingen treffen de bibliotheekwereld op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Hierdoor komt de bereikbaarheid en toegankelijkheid van de bibliotheek onder druk te staan. Vestigingen van kleine gemeenten of in de stad worden vervangen door een beperktere dienstverlening of verdwijnen soms helemaal. Dit alles vraagt om meer samenwerking en ondernemerschap om de bereikbaarheid en dienstverlening van de bibliotheek zo groot mogelijk te houden. De educatieve taak van de bibliotheek blijft onveranderd belangrijk. Dat komt ook terug in de onlangs gepresenteerde missie en strategie van de Vereniging van Openbare Bibliotheken (VOB): “de bibliotheek is het lokale fysieke en digitale informatieknooppunt dat de persoonlijke ontwikkeling van burgers stimuleert en faciliteert”. 6
Sectorinstituut Openbare Bibliotheken : Meerjarenplan 2013-2016, 16 juli 2012, versie 1.0 Naamgeving wordt in overleg met merkteam vast gesteld 8 Samen werken aan een sterke leescultuur : beleidsvoornemens van Stichting Lezen voor cultuurplanperiode 2013-2016, mei 2012: 7
11
Leren, lezen en informeren zijn de primaire kernfuncties. Dit past bij het overheidsbeleid. In de actualisering van het wettelijk kader voor de openbare bibliotheken ziet staatsecretaris Zijlstra van OCW lezen, leren en informeren als maatschappelijke functies van de bibliotheek. Hierin staan samenwerken en ondernemerschap in het eigen netwerk en met het onderwijs voorop. Het ontwikkelen van een gezamenlijke dienstverlening voor het voortgezet onderwijs, vraaggericht en met beproefde bibliotheekprojecten, past binnen deze strategie9 en wordt gezien al belangrijke kans in de eerste keuze van de strategie: “de bibliotheek is er voor individu en samenleving”, evenals collectieve marketingcampagnes en de nationale bibliotheekpas. Het ondernemerschap komt terug in de derde strategiekeuze van de VOB: de bibliotheek onderneemt! Hernieuwde rol- en taakverdeling van de bestuurslagen bibliotheekstelsel10 De overheden van het rijk, de provincie en de gemeente dragen gezamenlijk de verantwoordelijkheid voor het bibliotheekstelsel. In actualisering van het wettelijk kader staan de rol- en taakverdeling ter discussie, met name die van de provincie. De overheid wil de rol van de PSO’S beperken tot een basispakket van ondersteuning voor het fysieke domein van de bibliotheek. Het digitale domein is de opdracht aan Stichting Bibliotheek.nl (BNL). Niet duidelijk is in welke richting dit gaat. Belangrijk is dat er duidelijkheid komt over de uitvoerende taken van de PSO’s voor de bibliotheken. De wenselijke samenwerking en eenduidigheid in uitvoering krijgt door de Bibliotheek op school een extra impuls. Model mediawijsheidcompetenties In opdracht van Mediawijzer.net wordt een landelijk model met 10 mediawijsheid competenties ontwikkeld. SIOB is één van de kernpartners van Mediawijzer.net en speelt een actieve rol in de realisatie van dit model. De bibliotheek wordt in deze netwerkorganisatie gezien als het Huis van de Mediawijsheid, met het accent op informatievaardigheden: het zoeken, vinden en beoordelen van informatie. Het model onderscheidt begrip, gebruik, communicatie en strategie als hoofdgroepen. Informatie vinden en verwerken is onderdeel van de groep communicatie. Iedere competentie wordt vertaald naar competentieniveaus. Het model verschijnt na de zomer, wordt de landelijke leidraad voor mediawijsheid en vormt ook het uitgangspunt voor dit plan van aanpak. Verbetering geletterdheid versus bestrijding laaggeletterdheid Het rapport Opbrengsten in beeld 11 laat zien dat het Aanvalsplan Laaggeletterdheid 20062010 effect heeft gehad. Laaggeletterdheid blijft niet beperkt tot educatie, maar is een maatschappelijk en economische vraagstuk waarbij steeds meer partijen betrokken raken. De aandacht voor de vakken taal en rekenen is in de volle breedte van het onderwijs sterk toegenomen en is vertaald in de Wet Referentiekader Taal en Rekenen. De bibliotheek is een belangrijke partner in de infrastructuur om structureel te werken aan het voorkomen van laaggeletterdheid. Leesbevordering, in en buiten het onderwijs, wordt gezien als belangrijk speerpunt in de preventie van laaggeletterdheid. Het aantal laaggeletterden in Nederland blijft op circa 10% van de Nederlandse bevolking. Het nieuwe actieplan Geletterdheid in Nederland : actieplan laaggeletterheid 2012-201512 hanteert de term geletterdheid en gaat conform het onderwijsbeleid uit van ambitie en beter presteren. Geletterdheid is het luisteren, spreken, schrijven, gecijferdheid en in dat kader het gebruiken van alledaagse technologie om te communiceren en om te gaan met informatie. 9
de Bibliotheek levert waarde : strategie 2012-2016, Vereniging van Openbare Bibliotheken, juli 2012 Sectorinstituut Openbare Bibliotheken : Meerjarenplan 2013-2016, 16 juli 2012, versie 1.0 11 Opbrengsten in beeld : Rapportage Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2016, Cinop, 2011 12 Geletterdheid in Nederland : Actieplan Laaggeletterdheid 2012-2015, september 2011 10
12
De componenten technologie en mediawijsheid worden toegevoegd. Ook in het nieuwe actieplan blijft de bibliotheek een belangrijke partner in het uitdragen van het belang van leesbevordering en de inzet bij ondersteuningsprogramma’s. Het traject Kunst van Lezen krijgt in het nieuwe actieplan een vervolg. Als het gaat om jongeren zet het actieplan in op het bevorderen van de geletterdheid door verbetering van de prestaties van de geletterde scholieren: ‘Niet dweilen, de kraan moet verder dicht!’ Hierbij gaat het om maatregelen voor betere beheersing van de basisvaardigheden taal en rekenen en het tegengaan van vroegtijdig schoolverlaten. Opbrengstgericht werken en ambitieuze leercultuur zijn hierin belangrijke speerpunten. Veranderende wereld van informatie en dienstverlening ICT en internet hebben een enorme impact op de beschikbaarheid, toegankelijkheid, productie en toepassing van informatie. De digitalisering verandert niet alleen de dienstverlening van de bibliotheek. Ook de eisen die de klant stelt veranderen in rap tempo door de digitalisering en de 24-uurs informatiemaatschappij. Dat geldt ook voor het voortgezet onderwijs. Voor jongeren is omgaan met ICT en digitale media vanzelfsprekend. Leerlingen, docenten en directies verwachten dat de bibliotheek aansluit op die ontwikkelingen. Hierbij gaat het om het leveren van een digitale dienstverlening onafhankelijk van plaats en tijd, relevante digitale content en meer gepersonaliseerde informatie13. Het goed inspelen op die verwachtingen passend bij de eisen van en ontwikkelingen in het onderwijs vereist samenwerking en op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in het onderwijs. De Cultuurhistorische Canon van Nederland Sinds 2010 is de Canon van Nederland opgenomen in de kerndoelen van het primair onderwijs en de onderbouw voortgezet onderwijs. De canon van Nederland is een overzicht van belangrijke personen, teksten, kunstwerken, voorwerpen en verschijnselen uit de geschiedenis van Nederland en telt 50 onderwerpen (vensters). De Canon is ingevoerd om het historisch besef te vergroten en is bedoeld als handreiking en inspiratiebron voor het geschiedenisonderwijs. Stichting Entoen.nu organiseert de Canon richting het onderwijs. Belangrijk centraal element is de website www.entoen.nu. De literaire ondersteuning van de Canon is onderdeel van het programma Kunst van Lezen en valt vanaf 2012 onder de programmalijn de Bibliotheek op school (pijler collectie). Kunst van Lezen heeft zowel voor jeugd als voor jongeren honderden relevante titels bij de vensters geselecteerd zodat leerkrachten vakken als geschiedenis, aardrijkskunde en Nederlands toegankelijker kunnen maken door het inzetten van boeken die feiten in een literair perspectief plaatsen. De titels zijn beschikbaar via entoen.nu en worden geopend in bibliotheeksites van Bibliotheek.nl: Leesplein.nl, Jongerenliteratuurplein.nl en Literatuurplein.nl. Bibliotheken kunnen dit initiatief richting het voortgezet onderwijs beschouwen als een van de collectie visitekaartjes die leerkrachten kunnen inzetten om lessen interessanter te maken en de gestelde kerndoelen makkelijker te bereiken.
13
Sectorinstituut Openbare Bibliotheken : Meerjarenplan 2013-2016, 16 juli 2012, versie 1.0
13
1.3
Ontwikkelingen in het voortgezet onderwijs
Bestuursakkoord 2012-2015: Opbrengstgericht en ambitieus Verbetering van de onderwijskwaliteit, vergroting van de kwaliteit van leraren en schoolleiders en hogere prestaties van leerlingen zijn de pijlers van het in december 2011 gesloten bestuursakkoord tussen de VO-Raad en OCW 2012-2015. De gezamenlijke ambitie14 is: - Leerlingen behalen goede prestaties op de voor de doorstroom relevante kernvakken Nederlands, Engels en Wiskunde én worden breed gevormd - Scholen werken systematisch aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen, ze werken “opbrengstgericht”. In 2015 werkt 50% van de scholen opbrengstgericht - Leraren signaleren (cognitieve) verschillen tussen leerlingen en gaan hier op een adequate wijze mee om. - Op scholen is sprake van een ambitieuze leercultuur waar excellentie wordt gestimuleerd en hoogbegaafdheid wordt ondersteund. - Op scholen is sprake van een lerende cultuur waarin het niet alleen draait om het leren van leerlingen, maar ook om het leren van leraren en schoolleiders. Goed HRM-beleid is daarvoor een voorwaarde. Het vertrekpunt voor alle scholen is de eigen schoolcontext. Scholen bepalen zelf op welke manier zij de gezamenlijke ambitie waar willen maken. De Inspectie van het Onderwijs ziet toe op het daadwerkelijke behalen van de resultaten. Alle scholen dragen ieder op hun eigen gekozen manier bij aan de gezamenlijke ambitie die moet leiden tot een hogere score van Nederland op internationale ranglijsten, waaronder PISA. Zo wordt voor lezen gestreefd naar een stijging van 4 punten per meting (in 2015 naar 516). Scholen kunnen gebruik maken van handreikingen en professionele ondersteuning door School aan zet. Daarnaast wordt een virtuele vo-academie gestart voor alle functiegroepen in het voortgezet onderwijs: www.voacademie.nl Extra middelen versus bezuinigingen Scholen ontvangen voor het realiseren van bovenstaande ambitie extra middelen via de zgn. Prestatiebox. In het bestuursakkoord is afgesproken dat ieder schoolbestuur beschikbaar gestelde bedrag ten minste verdubbelt, in elk geval voor zover het de middelen voor professionalisering van de medewerkers betreft. Een deel van de beschikbare middelen is geoormerkt voor die wenselijke professionalisering. !
Tegelijkertijd worden scholen geconfronteerd met zgn. ‘stille bezuinigingen’, waardoor veel scholen in financiële problemen dreigen te komen. Voorbeeld van die bezuinigingen is de afschaffing van de CJP-pas voor leerlingen, waardoor scholen zelf de kosten voor een cultuurkaart ȧ € 10,- per leerling moeten dragen. Dat geldt ook voor leerboeken van leerlingen die niet meer doorberekend mogen worden aan de ouders. Ook de kosten als gevolg van Cao-afspraken voor onderwijspersoneel zijn voor rekening van de scholen. Hiervoor ontvangen scholen geen extra middelen van het rijk. Daarnaast is een reservering nodig voor ouders die de vrijwillige ouderbijdragen niet willen of kunnen betalen. Ook dat moet de school zelf dragen. De MR van de school heeft zeggenschap over de inhoud en hoogte van die vrijwillige ouderbijdrage.
14
Bestuursakkoord VO-raad OCW 14 dec 2011 en 120328 Handreiking voor scholen Bestuursakkoord 2012-2015 Definitief, VO-raad, maart 2012
14
Deze bezuinigingen hebben gevolgen voor de exploitatie- en personeelsbegroting van de school met ontslagen tot gevolg en minder mogelijkheden voor andere zaken die niet tot het regulier onderwijs of onderwijsproces horen. Een belangrijk succesfactor voor de samenwerking tussen bibliotheek en onderwijs is dat activiteiten in dit kader onderdeel zijn van het onderwijsproces. Invoering referentieniveaus taal en rekenen en taaltoets Hoewel jongeren internationaal gezien goed scoren heeft de overheid toch maatregelen genomen om die leerresultaten te verhogen, met als prioriteit taal en rekenen. Hiertoe zijn vanaf schooljaar 2010/2011 referentieniveaus taal en rekenen ingevoerd. Deze referentieniveaus zijn richtinggevend voor het taal- en reken/wiskundeonderwijs. Leesvaardigheid is een van de vier componenten. De andere componenten zijn taalverzorging, begrippenlijst en mondelinge en schriftelijke taalvaardigheid. Vanaf 2015 wordt via een taaltoets het taalniveau van leerlingen voortgezet onderwijs getoetst op de referentieniveaus taal. De opbouw15 van die niveaus is als volgt: Niveau 1F 2F 3F 4F
Fundamentele kwaliteit Eind primair onderwijs Eind vmbo Eind mbo-4 en havo Eind vwo
Drempel Van po naar vo Van vo fase 1 naar vo fase 2/ van vmbo naar mbo Van vo en mbo naar ho van vo naar wo
Tabel 1 Opbouw referentieniveaus taal
Taalbeleidsplan, taaltoets en taalcoördinator in het VO Naast de invoering van de referentieniveaus verplicht de overheid de scholen in het voortgezet onderwijs om een taalbeleidsplan te hebben. In veel gevallen is dat taalbeleidsplan niet meer dan een ordner in de kast en komt het beleid onvoldoende uit de verf. Voor veel scholen geldt dat een taalbeleidsplan pas wordt gemaakt als reactie op een negatief oordeel van de inspectie of slechte leer- en/of taalresultaten van leerlingen. Een positieve aanleiding voor het maken van een taalbeleidsplan motiveert leerlingen en docenten om aan taal te werken. Die motivatie is een belangrijke succesfactor. Een lees- en mediaplan kan daarbij een hulpmiddel zijn en biedt een systematisch aanpak om structureel aandacht te besteden aan lezen en mediawijsheid. ! “Enthousiasme!van!de!docent!is!(nog)!steeds!maatgevend.!Is!dat!enthousiasme!groot!dan!zet!die!docent! allerlei!manieren!in!om!de!leerlingen!te!laten!lezen”!! Peter!van!Duijvenboden,!Stichting!Lezen!!
Een aantal scholen heeft een taalcoördinator die belast is met het maken van een taalbeleidsplan. Voor veel scholen is dat een lastige klus. Dat geldt met name voor het betrekken van alle vakdocenten bij het taalbeleid van een school. De vakdocenten leveren meestal geen of onvoldoende bijdrage aan het taalbeleid op een school, ook omdat hen de kennis en vaardigheden ontbreken om dat te doen. Integratie van taal in alle vakken is voor met name het VMBO van belang. Lezen en mediawijsheid nu nog vooral bij vak Nederlands Het verplichte taalbeleidsplan en de aanwezigheid van een taalcoördinator bieden mogelijkheden om lezen breder te trekken dan alleen bij het vak Nederlands. Ook voor andere vakken is goed kunnen lezen en mediavaardig zijn belangrijk. Mediawijsheid komt met name terug bij ICT-vaardigheden. 15
Referentieniveaus taal en rekenen: http://www.taalenrekenen.nl/ref_niveaus_taal/beschrijvingen
15
De verplichte taaltoets vanaf 2015 biedt argumenten om meer aandacht dan nu te besteden aan lezen. Dit belang continu aantonen en verwoorden aan betrokken partijen door onderzoek en presentatie van onderzoekresultaten is belangrijk. Hierin is ook bewustwording van ouders belangrijk. Aandacht voor en het belang van lezen als onderwerp benoemen tijdens ouderavonden of andere gelegenheden waarop de school ouders van leerlingen ontmoeten is daarvan een voorbeeld. De gemeente als partner met verschillende verantwoordelijkheden De verantwoordelijkheden die de gemeente heeft voor het voortgezet onderwijs verschilt met de verantwoordelijkheden voor de bibliotheek. Voor het voortgezet onderwijs is de gemeente verantwoordelijk voor de huisvesting en inrichting van de school, niet voor de onderwijsinhoud. De huisvesting geldt ook voor de bibliotheek. Daarnaast is de gemeente opdrachtgever voor de bibliotheek en daarmee medebepalend voor het (basis-) dienstverleningsniveau. Een combinatie van die verantwoordelijkheden en het aantonen van het maatschappelijk belang van de samenwerking biedt kansen om ook de gemeente als partner mee te krijgen in het proces. Succesfactoren in het betrekken van de gemeente bij de samenwerking is aanhaken op (gemeentelijk) beleid en uitvoeren van gezamenlijke activiteiten. Dat vraagt om kennis van de gemeentelijke politiek en besluitvormingsprocessen op gemeentelijk niveau. Dat geldt ook voor het vaardig zijn in lobbyen. Aanknopingspunten voor het inhoudelijke verhaal zijn o.a. taalachterstand in de gemeente, geletterdheid, maatschappelijke stage op school in combinatie met zelfredzaamheid burger, burgerschap, transitie van de jeugdzorg en passend onderwijs. “Leerlingen!hebben!in!het!kader!van!de!maatschappelijke!stage!ouderen!cursus!gegeven!in!de!bibliotheek! over!het!gebruik!van!sociale!media!en!het!zoeken!via!google”,!! Josette!Linssen,!directeur!Heerbeeck!College!Best!
Steeds weer zoeken naar nieuwe mogelijkheden om aan te tonen dat de bibliotheek en mediatheek een belangrijke rol kunnen spelen in het binden en boeien van leerlingen. Vooral ook laten zien dat het werkt door samen activiteiten te organiseren en te verantwoorden, ook activiteiten op buurtniveau. Gebruik maken van elkaars sterke kanten – van bibliotheek en onderwijs – en samen optrekken met een goed inhoudelijk verhaal helpen om de gemeente sneller mee te krijgen als partner. Groeiende rol voor ICT in onderwijs In toenemende mate worden traditionele lesmethodes vervangen door digitale leermaterialen via de ICT infrastructuur van de school. De elektronische leeromgeving is daarvan een onderdeel. Het aantal computers op scholen is gemiddeld 1 op de 5 leerlingen. Op veel scholen worden vaste werkstations vervangen door laptops. Steeds meer leerlingen werken dan ook vanaf de start van hun schoolcarrière met een eigen laptop. De roep om grootschalige introductie van tablet-computers in het onderwijs wordt groter en het werken in de Cloud is een belangrijke ontwikkeling die invloed heeft op het onderwijs, in didactiek, vorm en inhoud. Kennisnet onderzoekt jaarlijks de stand van zaken van ICT in het onderwijs: de Vier in Balans Monitor. Effectief ICT-gebruik in het onderwijs is gekoppeld aan vier voorwaarden: Visie op leren via ICT, deskundigheid van leerkrachten, beschikbaarheid van digitale leermaterialen en een goed werkende en voldoende ICT infrastructuur. De Vier-in-balansmonitor laat de stand van zaken ten aanzien van die vier voorwaarden in de verschillende onderwijstypes zien.
16
Uit de monitor in 201116 blijkt het volgende: - Het gebruik neemt toe maar is nog vooral gericht op gebruik van internet en verwerkingssoftware, niet op didactische toepassingen van ICT - 75% van de leerkrachten maakt gebruik van ICT in het onderwijs - 17% van het lesmateriaal voor het voortgezet onderwijs is digitaal - De bruikbaarheid van het beschikbare digitale lesmateriaal is gering omdat dit aanbod onvoldoende inspeelt op de vraag - 40% van scholen heeft een visie op leren met ICT. - Het hebben van een visie levert een positieve bijdrage op de mate van deskundigheid van leerkrachten in gebruik, didactiek en vaardigheid van ICT in het onderwijs. In scholen waar geen visie is de mate van deskundigheid van de leerkrachten afhankelijk van de waarde die de individuele leerkracht daaraan geeft. Op dit moment actualiseert Kennisnet met partners het kader ‘ICT-bekwaamheid van leraren’17, uitgaande van leeropbrengst en didactisch gebruik van ICT. Het behalen van leerdoelen met behulp van ICT. Mediawijsheid en in dit kader informatievaardigheden komen specifiek terug. Het kader is in concept beschikbaar. De Bibliotheek op school kan in samenwerking met het voortgezet onderwijs via de pijler mediawijsheid ook een bijdrage leveren aan het beschikbaar stellen van goed en bruikbaar digitaal lesmateriaal en vergroten van de deskundigheid van leraren.
16 17
Vier in Balans Monitor door Kennisnet: http://youtu.be/dGo9b8Nkkys ICT-bekwaamheid van leraren, Kennisnet, versie 1.6 (13 juli 2012)
17
2
DE BIBLIOTHEEK OP SCHOOL – VOORTGEZET ONDERWIJS ! “De!aanpak!laat!zien!dat!samenwerken!met!de!bibliotheek!een!toegevoegde!waarde! !heeft!voor!het!voortgezet!onderwijs.”,!Maaike!Toonen,!SIOB!
De Bibliotheek op school – VO is een strategische aanpak van de bibliotheek voor de scholen in het voortgezet onderwijs. De bibliotheek levert met deze aanpak een bijdrage aan het vergroten van het leesplezier, het verbeteren van de lees- en mediavaardigheden van scholieren en het verhogen van de leerresultaten. De inhoudelijke pijlers van de landelijke aanpak zijn collectie, lezen en mediawijsheid. Het digitaal portal, o.a. beschikbaar via de elektronische leeromgeving van de school, is de vierde pijler. De samenwerking tussen school en bibliotheek kent verschillende scenario’s, rekening houdend met lokale context. Het lees- en mediaplan, vastgesteld door het strategisch niveau, is de basis voor de samenwerking. Goed HRM beleid en een goed werkende professionele uitvoeringorganisatie in het eigen netwerk zijn essentieel voor het succes. Deze aspecten worden in de hierna volgende paragrafen toegelicht. !
2.1
Doel en uitgangspunten
Uit de resultaten van het onderzoek ‘Mediatheken in het voortgezet onderwijs ; een werkveld in beweging’ blijkt dat samenwerken met voortgezet onderwijs om een vernieuwde systematische aanpak vraagt. Met de uitbreiding van de programmalijn de Bibliotheek op school naar het voortgezet onderwijs komt Kunst van Lezen hieraan tegemoet. Deze strategische aanpak biedt de bibliotheken in Nederland een invulling van de educatieve functie voor het voortgezet onderwijs, met daaraan verbonden een landelijk integraal ontwikkeld en ondersteund dienstenpakket van gestandaardiseerde bouwstenen. De focus ligt op samenwerking rond collectie, lezen en mediawijsheid voor leerlingen én docenten in het voortgezet onderwijs. De aanpak gaat uit van een netwerkaanpak op drie niveaus: strategisch, beleidsmakend en uitvoerend. School, bibliotheek en gemeente werken planmatig aan een structurele effectieve samenwerking om zo het leesplezier, de lees- en mediavaardigheid van scholieren te vergroten teneinde betere leerresultaten te behalen. De aanpak biedt infrastructuur, faciliteiten, deskundigheid en advies. De Bibliotheek op school - VO: - past bij de geschetste achtergronden en ontwikkelingen - is een landelijke netwerkaanpak voor samenwerking die lokaal wordt uitgevoerd - maakt gebruik van de ervaringen, instrumenten en producten van beproefde bibliotheekprojecten en andere activiteiten voor het voortgezet onderwijs - streeft naar een langdurige structurele samenwerking - borduurt voort op de ervaringen, instrumenten en producten van de Bibliotheek op school - PO - is meetbaar, vraaggericht en gaat uit van de lokale schoolsituatie - is maatwerk met standaardproducten
18
2.2
Naar een netwerkaanpak op drie niveaus
“Maak!gebruik!van!het!netwerk!dat!er!al!is!!Zorg!voor!draagvlak!en!specifieke!deskundigheid!op!alle!niveaus.! Vergeet!daarbij!de!eigen!organisatie!niet.!Maak!de!toegevoegde!waarde!duidelijk”,!! Annemarie!van!Essen,!Biebsearch
Netwerken is het opbouwen, onderhouden en inzetten van een duurzaam en wederzijds waardevol (professioneel) netwerk18. De Bibliotheek op school - VO wordt opgezet als netwerkaanpak. Professionals van verschillende organisaties ontwikkelen en voeren in een zekere samenhang activiteiten uit rond collectie, lezen, leesbevordering en mediawijsheid. De samenwerking wordt vastgelegd in een convenant tussen betrokken partijen. Net als voor het PO geldt dat kiezen voor de Bibliotheek op school een strategische keuze is voor de bibliotheek, het voortgezet onderwijs én de gemeente. Samen optrekken en kiezen voor deze netwerkaanpak maakt de kans op blijvend succes groter. Die keuze wordt gemaakt door het strategisch niveau. Conform de werkwijze voor het PO onderscheidt se Bibliotheek op school –VO voor het externe netwerk drie niveaus: 1. strategisch netwerk: bestuurt, bepaalt de kaders, is eindverantwoordelijk en maakt de strategische keuzes 2. beleidsmatig: werkt strategische beslissingen uit tot plan van aanpak om gewenste activiteiten structureel te organiseren 3. uitvoerend: voeren de activiteiten daadwerkelijk uit en staan in verbinding met de scholieren Ter illustratie hieronder een schematische weergave van de netwerkaanpak19 voor de Bibliotheek op school – PO:
Afbeelding 1 Schematische weergave van de netwerkaanpak primair onderwijs 18 19
Werken aan netwerken: een strategie voor bibliotheek en leesbevordering, 2011 Werken aan netwerken: een strategie voor bibliotheek en leesbevordering, 2011
19
Onderstaande tabel is een overzicht van de samenwerkingspartners en betrokken medewerkers op de drie niveaus van het netwerk: Betrokken eindverantwoordelijke medewerkers20 Strategisch Beleidsmakend Bibliotheek Directeur Hoofd / manager Bestuurder Educatieve Dienst Projectleider VO Middenkader Domeinspecialist educatie / specialist VO Accountmanager Voortgezet Directeur ICT Coördinator Onderwijs Bestuurder Taalcoördinator Bovenschools Mediathecaris 21/ hoofd manager Mediatheek Staffunctionaris onderwijs Onderwijskundige Gemeente Wethouder Ambtenaar VO Raadsleden Raadsfractie
Uitvoerend Domeinspecialist educatie / specialist VO Leesconsulent Mediacoach Informatiespecialist Mediathecaris Medewerker Mediatheek Docent Onderwijsassistent
Ambtenaar VO
Tabel 2 Betrokken medewerkers van verschillende niveaus van betrokken partijen
Voor het primair onderwijs is voor het werken aan leesbevorderingsnetwerken een stappenplan ontwikkeld22. Dit stappenplan kan ook ingezet worden voor het werken aan netwerken in het voortgezet onderwijs in het kader van lezen en mediawijsheid. Dit stappenplan is als volgt: 1. van visie tot gezamenlijke ambitie 2. verkenning van het speelveld: omgevingsanalyse 3. formaliseer de afspraken en werk aan randvoorwaarden 4. hoe verder? Zorg voor verankering van het netwerk 2.2.1
Van strategie tot uitvoering
De samenwerking tussen bibliotheek, voortgezet onderwijs en gemeente verloopt volgens onderstaande vier fasen: van strategie tot uitvoering. De start is de beleidskeuze door het strategisch niveau van bibliotheek en school: “ervoor gaan!”. Het slot is de evaluatie, rapportage en aanpassing. Een continu terugkerend proces, waarbij alle niveaus zijn betrokken.
20
de functienaam kan afwijken afhankelijk van de inhoud, kennis en vaardigheden van de functionaris en de positie in het primair onderwijsproces. 22 Werken aan netwerken : een strategie voor bibliotheek en leesbevordering, 2011 21
20
Vier%fases% Lobbyfase%)% Strategische+ netwerkvorming%
• •
• • •
%
Beleidskeuze% bibliotheek%en%school%% Lobby% onderwijskoepels,% gemeente% PoliAek% Aansluiten%bij%LEA%is% beperkt% Convenant%
Voorbereidende. fase%)%HRM+en+ICT++%
• • • • • • •
%
CompetenAeprofiel%% Cursusaanbod%en% CursusbehoeFe% Keuze%uitleensysteem% Voorbereiding% Monitor% Planning%scholen% aansluiten% Bijeenkomsten% scholen% ELO%van%scholen%%
Controlefase%–% verzamelen,% evalueren% communiceren,% beleid%aanpassen%%
Implementa4efase% )%De+start+op+school+%
•
• • • • •
Opleiden%taal)%en% mediawijsheid/ICT% coördinatoren%op% school%% Lees)%en%mediaplan% Jaarplan%acAviteiten% Inhoud%en%realisaAe% dienstverlening% School% ‘uitleenklaar’%(ICT)% Successen%vieren%
• • • • •
Verzamelen% Analyseren% Evalueren% Communiceren% Aanpassen%%
Afbeelding 2 Fasen van strategie tot uitvoering
2.2.2
Startpunt: het strategisch niveau
In de samenwerking is de bibliotheek partner, geen aanbieder. De bibliotheek zet haar expertise op het gebied collectie, lezen en mediawijsheid in, werkt vraaggericht en gaat uit van de lokale schoolsituatie. Het startpunt van de samenwerking is niet het aanbod van de bibliotheek, maar de visie van de school op collectie, lezen en mediawijsheid. Hierin is expliciet aandacht voor het aspect cultureel lezen. Dit wordt voor de bibliotheek duidelijk in een gesprek met het strategisch niveau van de school: de bestuurder van de school. In dat gesprek komen vragen aan de orde als, - hoe kan de bibliotheek uw school ondersteunen bij uw taalbeleid? - hoe kan de bibliotheek door samenwerking de lees- en leerprestaties van leerlingen verhogen? - hoe kan de bibliotheek de informatievaardigheden van leerlingen en docenten verbeteren? - hoe kan de bibliotheek de docenten in uw school ondersteunen in hun werk? Dat vraagt om gedegen kennis van het onderwijs en de specifieke vaardigheden om enerzijds dit gesprek goed te kunnen voeren en anderzijds een goede vertaling te kunnen maken naar de wenselijke dienstverlening. Daarbij rekening houdend met wat de school al doet en heeft. Het gesprek zorgt voor het maatwerk, inspelend op de lokale schoolcontext en behoefte van de school: maatwerk met standaardproducten. Op scholen waar een mediatheek en professioneel mediathecaris aanwezig zijn krijgt dit maatwerk een andere invulling dan op school waar deze faciliteit en functionaris niet zijn.
21
Ook in gesprek met de gemeente Hoewel de verantwoordelijkheden van de gemeente verschillend zijn als het gaat om het voortgezet onderwijs en de bibliotheek, is het betrekken van de gemeente als partner belangrijk voor het succes. Ook hier vindt de start op strategisch niveau plaats, de wethouder. De gemeente heeft belang bij succesvolle scholieren, het terugdringen van schoolverzuim en vroegtijdig schoolverlaten, lees- en mediavaardige jongeren die kiezen voor een vervolgopleiding, het voorkomen van laaggeletterdheid en terugdringen van taalachterstanden. Tegelijkertijd biedt de samenwerking mogelijkheden om een specifieke dienstverlening voor jongeren overeind te houden binnen een gemeente. Goede voorbereiding is het halve werk De educatief specialist en de directeur van de bibliotheek bereiden het gesprek goed voor. Beide zijn op de hoogte van de organisatie van de school, kennen de speerpunten van het lokale en landelijke beleid en zijn in staat om met de directeur van de bibliotheek het gesprek te voeren. Het landelijk dienstenpakket biedt ondersteuning door handreikingen en scholing op dit terrein op alle niveaus. De praktijk laat zien dat samenwerken met het voortgezet onderwijs een lange adem nodig heeft, veel tijd kost en om doorzettingsvermogen vraagt. Werken met kansrijke scholen en succesfactoren Uit de praktijk van de Bibliotheek op school primair onderwijs en andere betrokken projecten blijkt dat scholen die graag willen, de meerwaarde van samenwerking zien en direct inzetten op de netwerkaanpak succesvoller zijn dan scholen die niet willen of een andere strategie kiezen. Investeren in die scholen bij de start van de implementatie van de bibliotheek op school – voortgezet onderwijs is een belangrijke succesfactor, levert meer rendement op gedane investeringen en motiveert. Effectmeeting, met een nul-meeting bij de start, en evaluatie zijn andere belangrijke succesfactoren. Resultaten kunnen laten zien vanuit de directe onderwijspraktijk hebben een stimulerende werking op andere scholen in de directe omgeving en daarbuiten. Inzetten op het creëren van bewustzijn over het belang van (het plezier in) lezen en mediawijs zijn bij alle niveaus verhogen de kansen op succes. Daar spelen een inspirerende lees- en leeromgeving een grote rol in. Als het gaat om implementatie van lezen en leesbevordering in school zijn voorlezen en een gerichte aanpak voor sterke en zwakke lezers nodig.
2.3
Werken met een lees- en mediaplan
Structureel en planmatig samenwerken met het voortgezet onderwijs vraagt om borging op strategisch niveau (de netwerkaanpak in paragraaf 2.2). Daarnaast is werken met een leesen mediaplan of variant daarop essentieel. Het onderwijsbeleid van de school rond taal, lezen en mediawijsheid is hierin leidend. Het lees- en mediaplan wordt idealiter geïntegreerd in het Schoolwerkplan van de school. In samenspraak met de onderwijs- en de bibliotheekwereld heeft Stichting Lezen de website leesplan.nl ontwikkeld. De herziende versie van leesplan.nl geeft bibliotheken en scholen een praktisch instrument in handen om de doorgaande leeslijn23 te garanderen. In de herziening wordt rekening gehouden met de praktijkervaringen en de Bibliotheek op school – PO. De veranderingen zijn: - splitsing tussen primair en voortgezet onderwijs - vereenvoudiging van het plan - aanpassing van de terminologie binnen de verschillende sectoren - aandacht voor opbrengstgericht werken 23
Een structureel aanbod door bibliotheek en school van lees- en taalstimulerende instrumenten en programma’s in alle leeftijdscategorieën.
22
In najaar 2012 komt de herziende versie van leesplan.nl beschikbaar. Mediawijsheid komt hierin nog niet terug. De Bibliotheek op school – PO werkt aan een format voor een mediaplan. Een vertaling naar het voortgezet onderwijs is nodig. Het ideale lees- en mediaplan bestaat uit tenminste de volgende onderdelen: - een visie op lezen, leesonderwijs en mediawijsheid - huidige en ideale situatie - plan van aanpak om te komen tot de ideale situatie - geselecteerde producten, diensten en samenwerkingsafspraken - een jaarlijks verbeterplan met S.M.A.R.T doelstellingen per jaar - communicatielijnen en verantwoordelijkheden - monitoring en evaluatie !
2.4
Samenwerking in scenario’s
De diversiteit van het voortgezet onderwijs en bibliotheken maakt dat er verschillende scenario’s van samenwerking zijn. De start van de samenwerking is het gesprek op strategisch niveau van de school. De meest bepalende factor is de vraag vanuit het onderwijs. De klant staat centraal en het onderwijsbeleid is leidend. De klant is de leerling die door de samenwerking extra ondersteuning krijgt om zo betere leerresultaten te halen. Belangrijke intermediairs voor de bibliotheek zijn de docent en de mediathecaris van de school. De beslisser in dit proces is de directeur of bestuurder van de school, het strategisch niveau. Naast de vraag zijn ook de faciliteiten op school medebepalend voor de dienstverlening. Hierbij gaat het o.a. om de mediatheek op school, de ICT-faciliteiten in de school en de deskundigheid van personeel van de school. Dit traject onderscheidt drie scenario’s van samenwerking: 1. Samenwerking met VO met mediatheek en mediathecaris 2. Samenwerking met VO zonder mediatheek en zonder mediathecaris 3. Samenwerking met VO door dienstverlening in de bibliotheek Samenwerking VO met mediatheek en mediathecaris Deze samenwerking is van toepassing voor scholen met een mediatheek, beheerd door professioneel team van medewerkers. De rol van de mediatheek in het onderwijs en de samenstelling van het team bepalen in grote mate de invulling van de samenwerking en de inzet van de medewerkers op beleidsmatig en uitvoerend niveau. Wanneer er sprake is van een goed geoutilleerde mediatheek met een goed opgeleide en professioneel functionerende mediathecaris op HBO niveau heeft dat invloed op de dienstverlening van de bibliotheek. In de samenwerking worden de mediatheek en mediathecaris nadrukkelijk betrokken en is de schoolcontext het vertrekpunt. De mediathecaris is een sparringpartner voor de bibliotheek en kan de toegevoegde waarde van de samenwerking op een andere manier onder de aandacht brengen.
23
Samenwerking VO zonder mediatheek en mediathecaris Op scholen waar geen mediatheek en mediathecaris aanwezig is, veelal categorale VMBOscholen, kan de bibliotheek een grote rol spelen. Dit is sterk afhankelijk van de visie van de directie van de school op collectie, lezen en mediawijsheid. De afwezigheid van een mediatheek en mediathecaris betekent dat de school geen traditie kent van een eigen (informatie)voorziening, leesomgeving en deskundige in de school. De bibliotheek staat alleen in het laten zien van de toegevoegde waarde. Daarnaast vraagt dit ook extra inzet van de docent en het onderwijs ondersteunend personeel. Specifiek aandacht besteden aan collectie, lezen en mediawijsheid is nieuw, zeker als het gaat om het formuleren van de wensen. Vraaganalyse en vraaggericht werken zijn ook belangrijke aspecten vaardigheden voor de educatief specialist VO die het gesprek aan moet gaan met het strategisch en beleidsmakend niveau van de school. Deskundigheid en advies is een groter aandeel in dit scenario dan in het eerste scenario. Samenwerking VO door dienstverlening in de bibliotheek Deze samenwerking is met name van toepassing voor scholen die kiezen voor een vestiging van de bibliotheek in de school of wanneer een vestiging op korte loopafstand van de school ligt. Leerlingen kunnen gebruik maken van de infrastructuur, faciliteiten en deskundigheid in de bibliotheek. De dienstverlening gebeurt in hoofdzaak in de bibliotheek. Mogelijk dat bepaalde diensten wel via de school verlopen, bijvoorbeeld digitale bestanden raadplegen via de eigen ELO-omgeving of informatiebijeenkomsten voor docenten met informatie over nieuwe leesboeken. Dat hangt af van de vraag van de school en de mate waarin dit gebeurt. In de front-office van de bibliotheek is tenminste gedurende een groot deel van de lestijden van de school een mediathecaris of educatief specialist VO aanwezig. Hij kan de scholieren adequaat ondersteunen bij hun vragen. Deze mediathecaris of specialist onderhoudt het contact met de school. De dienstverlening in de bibliotheek kan ook plaats vinden bij een school met een regiofunctie met meerdere basisbibliotheken in het voedingsgebied. In dat geval wordt 1 basisbibliotheek contactpersoon voor zowel school als de bibliotheek. Bij een dienstverlening voor een speciale doelgroep kan ook gekozen worden voor deze samenwerkingsvorm. In de aanloopfase van het traject worden door pilots ervaringen opgedaan met deze verschillende scenario’s. De opgedane ervaringen in de pilots komen terug in digitale handreikingen. De invulling van de samenwerking is per scenario en per school verschillend. De rollen die de bibliotheek in dit proces24 kan spelen zijn: - de bibliotheek als dienstverlener: o leverancier van boeken, ondersteunende materialen, digitale bestanden, culturele informatie o uitvoerder van lessen mediawijsheid of informatie over boeken o leverancier van de bibliotheekpas o leverancier van deskundig personeel - de bibliotheek als adviseur: o op het gebied van collectie, lezen en mediawijsheid o ter ondersteuning van de professionals in school o bij uitvoering van onderwijsactiviteiten o bij ontwikkeling van beleid
24
…en ze werkten nog lang en gelukkig samen : de openbare bibliotheek en de brede school, Marleen Wijnen (2007)
24
-
-
de bibliotheek als initiator/coördinator: o organiseren van scholingsprogramma’s professionals o initiëren van activiteiten op basis van de vraag en inspelend op actualiteit o optreden als coördinator o afstemmen van (landelijke) activiteiten van de school en de bibliotheek de bibliotheek als ontwikkelaar: o van programmalijn en trainingen mediawijsheid o van programmalijn en trainingen rond lezen en collectie o van dienstverlening op basis van de vraag o van inrichtingsplannen
De keuze van het scenario van samenwerking bepaalt de mate waarin een bepaalde rol meer of minder voorkomt. Een combinatie van scenario’s is mogelijk. Uitgangspunt is de vraag van de school.
25
2.5
HRM en opleiding
! “Inzetten!op!verdere!professionalisering!van!die!medewerkers!is!van!belang.!Hierin!speelt!ook!het!zoeken! naar!oplossingen!voor!medewerkers!die!blijken!niet!geschikt!te!zijn!voor!de!ingeslagen!weg!een!rol”,!! Yvonne!Sinkeldam!en!Iris!Meuleman!Biblioservice!Gelderland!!
Werken aan een structurele samenwerking tussen bibliotheek en voortgezet onderwijs op het gebied van collectie, lezen en mediawijsheid vraagt om deskundig en professioneel personeel, in zowel de school als de bibliotheek. Ook hier zijn de verschillende niveaus van de netwerkaanpak van belang. De eerste stap is het vaststellen van de competentieprofielen van de betrokken medewerkers (zie tabel 2 op pagina 15) op MBO en HBO niveau. Hierbij gaat het om kennis, vaardigheden, houding en gedrag. In dit traject wordt gebruik gemaakt van: - ervaringen in de dienstverlening aan het primair onderwijs - beroepsprofielen zoals die zijn opgesteld door de beroepsvereniging mediathecarissen in het onderwijs (BMO) - Competentie-index voor het bibliotheekveld : handvatten voor competente medewerkers - Wet beroepen in het onderwijs (Wet BIO) De volgende stap is het aanpassen van de bestaande functie- of beroepsprofielen en het vaststellen van (afzonderlijke) scholingsprogramma’s voor zowel bibliotheek als school op alle niveaus met daarin aandacht voor o.a.: - Netwerken: van strategie tot uitvoering - Presentatie, accountmanagement en vraaggericht werken - Lezen en Mediawijsheid in een doorgaande lijn - Uitvoeren en begeleiden van structurele programma’s rond lezen en mediawijsheid - Beheren en onderhouden van de schoolmediatheek/collectie op school - Pedagogische en didactische kennis en vaardigheden (Teacher Librarian van BMO) - Kennis van het onderwijs(beleid) - Monitoring, kwaliteitsbewaking en rapportage - Planmatig en projectmatig werken Het onderwijsbeleid inzake beter presteren en de school als lerende organisatie met een ambitieuze leercultuur biedt aanknopingspunten om daar extra aandacht voor te vragen. Het scholingsprogramma wordt als na- en bijscholing en initiële opleiding aangeboden. Daarnaast wordt als onderdeel van de digitaal portal VO een digitaal interactief kennisplatform gestart. De ervaring leert dat de samenwerking een positieve impuls krijgt als medewerkers van bibliotheek, mediatheken en school elkaar ontmoeten en actief kennis delen. Ook dit kan een onderdeel zijn van het lokale scholingsbeleid. Educatief specialist VO en mediathecaris In het realiseren van de landelijke aanpak spelen de educatief specialist VO van de bibliotheek en de mediathecaris een belangrijke rol. Inzetten op op (verdere) professionalisering van de mediathecaris en educatief specialist VO van de bibliotheek zijn essentieel. Opleiding en wederzijdse regelmatige kennisdeling vergroot de professionaliteit van de medewerkers die op die manier elkaars werelden (beter) leren kennen.
26
De educatief specialist VO is verantwoordelijk voor het contact met de scholen, de beleidsontwikkeling en uitvoering. Dat vraagt om een functionaris op HBO werk- en denkniveau met bepaalde competenties, eigenschappen en vaardigheden die binnen het onderdeel HRM en opleiding vastgesteld worden. Niet iedere basisbibliotheek heeft de beschikking over een dergelijke functionaris. Naast de beleidsmatige taken is de educatief specialist als spil ook verantwoordelijk voor de monitor, het contact met mediathecarissen, opstellen van een lees- en mediaplan, introductie van het digitaal portal, aansturen leesconsulenten vmbo's etc. De aanwezigheid van een mediatheek en mediathecaris heeft invloed op de rol van de educatief specialist VO in de beleidsontwikkeling en uitvoering. Die rol wordt voor een belangrijk deel ingevuld door de mediathecaris, mits deze bevoegd en goed opgeleid is. In dat geval heeft de mediatheek een centrale plaats in het onderwijs en is de mediathecaris in staat om ook op beleidsniveau een rol te spelen. De mediathecaris is de spil op school en wordt vanaf het begin betrokken bij het realiseren van die samenwerking met de bibliotheek. In de doorontwikkeling van de aanpak krijgt de verdere professionalisering van de mediathecaris aandacht door onder meer relevante na- en bijscholing. Het beroepsprofiel ‘Onderwijsmediathecaris in voortgezet onderwijs’ van de BMO kan als leidraad gebruikt worden. Ook in het op te starten lobby en communicatietraject is aandacht voor de rol van de mediathecaris op school in het algemeen en in het bijzonder in deze aanpak. Naast de educatief specialist VO in de bibliotheek is een projectleider met coördinerende en (gedelegeerde) strategische taken nodig. Deze projectleider is verantwoordelijk voor de volledige implementatie de bibliotheek op school-VO. De keuze voor een projectleider is o.a. afhankelijk van de grootte van het werkgebied van de bibliotheek en de aanwezige expertise in de bibliotheek. I n de doorontwikkeling van de aanpak worden scenario’s voor goed HRM-beleid opgesteld. In die scenario’s komen de invulling en competenties van de functies projectleider, mediathecaris en educatief specialist VO op provinciaal niveau, in groot stedelijke gebieden en op het platteland terug. Een belangrijk aandachtspunt voor het platteland is de betrokkenheid van meerdere basisbibliotheken bij 1 school met een regionale functie en de rol van de PSO’s die via de SPN wordt ingevuld.
2.6
Mediatheek en bibliotheek zijn partners
De aanwezigheid van mediatheek en mediathecaris heeft invloed op de mate en de aard van samenwerking. Het onderzoek naar de stand van zaken laat een grote diversiteit zien in allerlei opzichten: deskundigheid, faciliteiten, beleid, infrastructuur en samenwerking. ! De!diversiteit!in!scholen!–!met!of!zonder!mediatheek!–!maakt!dat!een!keuze!in!de!vorm!van! samenwerking!belangrijk!is.!Zo!zal!een!school!met!goed!geoutilleerde!mediatheek!en! professioneel!mediathecaris!een!andere!behoefte!kennen!dan!een!school!die!deze! voorzieningen!niet!heeft”,!Marian!Hendriks!en!Monique!Castenmiller,!BMO! Die diversiteit komt ook terug bij de bibliotheken. Daarbij speelt ook de vestigingsplaats van de bibliotheek ten opzichte van een school voor het voortgezet onderwijs een rol. Scholen voor voortgezet onderwijs zijn meestal grote scholengemeenschappen. Op het platteland of in minder stedelijke gebieden geldt dat die scholen een regionale functie hebben.
27
Meerdere basisbibliotheken zijn dan ook betrokken bij het realiseren van een samenwerking met het voortgezet onderwijs. Het maken van afspraken tussen de betrokken basisbibliotheken over wie doet wat wanneer en goede invulling van HRM is van belang. Zo heeft in dit geval niet iedere basisbibliotheek een educatief specialist VO op HBO niveau nodig. De regionale functie van de school heeft effect op de invulling van de functie educatief specialist VO van de bibliotheek. Belangrijk voor de samenwerking is dat mediatheek en bibliotheek elkaars werelden kennen en partners zijn in het realiseren van de gezamenlijke doelstelling: betere leerresultaten, lees- en mediavaardige leerlingen en docenten. De samenwerking brengt twee werelden bij elkaar en dat is winst. In de aanpak is hiervoor expliciet aandacht met inachtneming van elkaars verantwoordelijkheden. Het strategisch niveau van de school is verantwoordelijkheid voor de faciliteiten en formatie in kwantiteit en kwaliteit op school. Als het om de bibliotheek gaat is dat de directie van de bibliotheek. De samenwerking gaat erom om zowel faciliteiten als formatie van beide organisatie zo in te zetten dat de hoogst mogelijke resultaten worden behaald met een zo hoog mogelijk rendement.
2.7
Monitoring en kwaliteitsbewaking
De vernieuwde aanpak gaat, net als de Bibliotheek op school – PO en conform het overheidsbeleid, uit van opbrengstgericht werken. De resultaten van de samenwerking en de leerprestaties van leerlingen worden door monitoring systematisch gevolgd om zo zicht te hebben op het rendement van de inspanningen en mogelijkheden tot verbeteringen. Die werkwijze past ook binnen het kwaliteitsbeleid van de bibliotheek, waar de cirkel van Deming wordt toegepast: plan, do, check en act:
Afbeelding 3 Schematische weergave van opbrengstgericht werken en cirkel van Deming
28
Monitoring en schoolmediatheeksystemen Voor het instrument voor monitoring wordt voortgebouwd op hetgeen voor het primair onderwijs is ontwikkeld. In samenwerking Bibliotheek.nl (Bnl) en de leveranciers van bestaande schoolmediatheeksystemen wordt een koppeling gemaakt met het datawarehouse en andere componenten van de Bnl- infrastructuur. Hieraan wordt een rapportgenerator gekoppeld voor de juiste presentatie van die gegevens. Hofleverancier van schoolbibliotheeksystemen voor mediatheken in het VO is Aura (www.aura.nl). HKA en INFOR zijn op de markt van het voorgezet onderwijs kleine spelers. In overleg met Aura wordt gekeken naar het programma van eisen en andere relevante zaken om de hierboven omschreven koppeling te realiseren. Voor de monitor zijn uitleengegevens nodig. Wetgeving omtrent persoonsgegevens en de jaarlijks terugkerende mutaties van leerlinggegevens zijn belangrijke aspecten voor het goed kunnen inrichten van dit proces Naast de techniek is de inhoud van de monitor van belang. Vragen als wat wil je meten, wat wil je weten, kun je aantonen wat je wilt weten spelen hierbij een rol. Daarbij is de strategische onderbouwing van belang, vergelijkbaar met de brochure ‘Meer lezen, beter in taal’ door Kees Broekhof voor het PO. De monitor legt een verband tussen de resultaten van de aanpak en de verbetering van de leerresultaten. Kwaliteitsbewaking Nader onderzoek moet uitwijzen in hoeverre de Certificeringsnormen van de Openbare Bibliotheken in Nederland ingezet kunnen worden als instrument voor kwaliteitsbewaking. Dat geldt ook voor de kwaliteitsbewaking van de mediatheken in het voortgezet onderwijs. De diversiteit van dit werkveld laat zien dat geen uniforme verplichte richtlijnen worden gehanteerd voor de opzet, organisatie en beheer van de mediatheek in het voortgezet onderwijs. Iedere school maakt hierin zijn eigen keuze. De Beroepsvereniging Mediathecarissen Onderwijs (BMO) adviseert het volgen van de Unesco richtlijnen25. In het verleden is door het SIOB (toen nog VOB) een kwaliteitskaart26 ontwikkeld voor mediatheken in het voorgezet en primair onderwijs en de brede school. Deze kwaliteitskaart kan in een geactualiseerde versie een instrument zijn voor een impuls voor de uniformiteit en kwaliteit van de mediatheken. Instructie en scholing in gebruik is dan nodig. Naast opbrengstgericht werken sluit de aanpak ook aan bij de onderwijsprioriteiten: beter presteren door leerlingen, docenten en schoolleiding en realiseren van een lerende cultuur in het voortgezet onderwijs. In de aanpak is expliciet aandacht voor het vergroten van kennis en vaardigheden op het gebied van collectie, lezen en mediawijsheid. Enerzijds door een scholingsprogramma en anderzijds door het leveren van deskundigheid en advies door de bibliotheek. De docent staat er niet alleen voor maar kan terugvallen op gedegen kennis en ervaring van de bibliotheek, m.n. op die scholen waar geen mediatheek of professioneel mediathecaris aanwezig is. Dat vraagt ook inspanning van de bibliotheek. In de landelijke ondersteuning voor de bibliotheken zijn HRM en scholing belangrijke aspecten.
25
IFLA/UNESCO richtlijnen voor de schoolmediatheek (2002) en IFLA/UNESCO Manifest voor schoolmediatheken (2006) 26 http://www.schoolbieb.nl/mediathecarissen/beheer_mediathecarissen/kwaliteitskaart
29
3
INHOUDELIJKE PIJLERS COLLECTIE, LEZEN EN MEDIAWIJSHEID
“Alleen!een!kast!met!materialen!is!onvoldoende.!Het!organiseren!van!activiteiten!of!combinaties!met!andere! leesbevorderingsprogramma’s!en!daadwerkelijk!betrekken!van!leerlingen!heeft!een!positief!effect!op!het! succes”,!Ellie!van!der!Meer,!4you!! !
3.1
Werken met beproefde bibliotheekprojecten en activiteiten
De landelijke aanpak is een samenvoeging van succesvolle en waardevolle elementen uit bestaande en beproefde projecten, producten of activiteiten rond collectie, lezen en mediawijsheid. Ieder element voegt datgene toe dat nodig is om gezamenlijk een goed, helder pakket samen te stellen voor het voortgezet onderwijs met keuzemogelijkheden. Dat kan zijn een bepaalde werkwijze, organisatiestructuur, scholingsprogramma, database met titels of adviezen voor specifieke doelgroep. Tabel 3 geeft een overzicht van betrokken beproefde bibliotheekprojecten per pijler en doelgroep. Naam project
Eigenaar / initiator
Pijlers aanpak Collectie
Lezen
Doelgroep
Mediawijsheid
4you!
Probiblio
x
x
Biebsearch
x
x
x
x
x
x
Onderbouw voortgezet onderwijs
Leeskr8!
Stichting Biebsearch Stichting Entoen.nu, Kunst van Lezen Stichting Lezen i.s.m. Passionate Bulkboek G4 bibliotheken
x
x
Lezen voor de lijst (Nederlands)
Rijksuniversiteit Groningen i.s.m. Stichting Lezen
x
x
Leesplan.nl
Stichting Lezen
My Life Story
Biblioservice Gelderland Stichting Lezen i.s.m. Cubiss
Zwakke lezers VMBO – leerjaar 1 en 2; HAVO/VWO Bovenbouw Havo/VWO – Nederlands; onderbouw en andere talen in ontwikkeling Voortgezet onderwijs Brugklas
Cultuurhistorische Canon Jonge Jury
Read2me
x
x x x
x
Zwakke lezers VMBO Voortgezet Onderwijs en MBO Onderbouw Voortgezet onderwijs
Brugklas voortgezet onderwijs
Tabel 3 Overzicht betrokken bibliotheekprojecten en andere activiteiten
30
Naast beproefde bibliotheekprojecten en andere activiteiten zijn ook landelijke campagnes voor de doelgroep 12-18 jaar onderdeel van de aanpak. Onderstaande tabel geeft een overzicht. Naam campagne
Eigenaar / initiator
Pijlers aanpak Collectie
Boekenweek Nederland Leest Prijs voor Beste leesomgeving De Weddenschap Week van de alfabetisering Week van de mediawijsheid27
Lezen
CPNB i.s.m. Stichting Lezen CPNB i.s.m. Stichting Lezen Stichting Lezen
x
x
Stichting Lezen
x
x
Mediawijsheid
x
Bovenbouw havo/vwo Bovenbouw havo/vwo o.a. Voortgezet onderwijs VMBO
x
Stichting Lezen en schrijven Mediawijzer.net
Doelgroep
x x
VMBO (o.a. Taalkr8! Dag) Afhankelijke van doelstelling en doelgroep campagne
Tabel 4 Overzicht campagnes voortgezet onderwijs
Het gaat niet om het overnemen van 1 of meerdere totaalproducten. De keuze van de elementen en de wijze van samenvoegen vinden plaats in het vervolgtraject. De samengevoegde elementen vormen samen de gestandaardiseerde bouwstenen voor de dienstverlening van de bibliotheek voor het voortgezet onderwijs rond collectie, lezen en mediawijsheid. Een vergelijkbare werkwijze als voor het primair onderwijs. Het streven is dat ontwikkelaars en eigenaren van een bepaald product op termijn afscheid gaan nemen van de naam en van dat oorspronkelijke totaalproduct. Wanneer het totaalproduct naast de nieuwe aanpak blijft bestaan worden ze concurrent van elkaar en missen ze beide de kracht om groot te worden.
27
Tot dusver is de Week van de Mediawijsheid gericht op het primair onderwijs.
31
3.2
Pijler Collectie
Onderstaande tabel geeft de grote lijnen van de mogelijke inhoud van de pijler Lezen met onderscheid in infrastructuur, faciliteiten en deskundigheid en advies. Niet het aanbod, maar de visie van de school op collectie, lezen en mediawijsheid is bepalend voor de dienstverlening. De bibliotheek gaat hierover met het strategisch niveau in gesprek. Dit gesprek met de school bepaalt de uiteindelijke inhoud van de samenwerking. COLLECTIE Aspect Infrastructuur
Onderdeel Lidmaatschap leerlingen/docenten (in opleiding)
Faciliteiten
Fysiek op school Aandacht leesomgeving, aantrekkelijke presentatie
Digitaal Zo mogelijk via Elektronische Leeromgeving (ELO) op school
Deskundigheid en advies
Collectievorming
Informatie over boeken en boekentips
Kennisdeling
Bouwsteen Conform werkwijze Biebsearch (op termijn Nationale bibliotheekpas) Mediatheek op school Vestiging bibliotheek op school Aanvragen en levering via bibliotheek: transport & logistiek conform werkwijze Biebsearch/dBOS-PO Wisselcollectie- en projectcollectie Bezoek aan de bibliotheek Infrastructuur BNL Beschikbaarheid digitale bestanden E-books Voor specifieke doelgroep, bijv. zwakke of hoogbegaafde lezers Domeinspecialist collectie / Leesconsulent / mediacoach Aanschafinformatie voortgezet onderwijs Voor specifieke doelgroep, bijv. zwakke of hoogbegaafde lezers In het kader van de Canon entoen.nu Jeugdplein/Jongerenliteratuurplein Literatuurplein/ leesmij.nu/ boekenzoeker.org Lezen voor de lijst Scholingsprogramma docenten Digitaal platform met toolkit Brochure a la Mediatheek nieuwe stijl
Tabel 5 Overzicht inhoudelijke pijler Collectie
32
3.3
Pijler Lezen
Onderstaande tabel geeft de grote lijnen van de mogelijke inhoud van de pijler Lezen met onderscheid in infrastructuur, faciliteiten en deskundigheid en advies. Niet het aanbod, maar de visie van de school op collectie, lezen en mediawijsheid is bepalend voor de dienstverlening. LEZEN Aspect Infrastructuur
Faciliteiten
Onderdeel Doorgaande leeslijn 12-18 jaar op basis van taalbeleid school met aandacht voor vrij lezen, voorlezen en lijstlezen Evaluatie en rapportage
Leesbevorderingsnetwerk Inzet van (delen uit) bestaande programma’s die gezamenlijk bouwstenen vormen voor invulling van doorgaande programmalijn Lezen
Digitaal Zo mogelijk via ELO op school
Deskundigheid en advies
Bij ontwikkeling en uitvoering doorgaande leeslijn12-18 jaar Collectievorming
Informatie over boeken en boekentips
Kennisvergroting en -deling
Bouwsteen Leesplan / lezen voor de lijst Programmalijn lezen Instrument voor monitoring en kwaliteitsbewaking Koppeling met leerlingvolgsysteem en uitleenprogramma mediatheek Inzet leesconsulent VO De weddenschap Jonge Jury Leeskr8! 4you! Read2me Nederland leest Prijs De beste leesomgeving Infrastructuur BNL E-books Beschikbaarheid digitale bestanden Voor specifieke doelgroep, bijv. zwakke of hoogbegaafde lezers Inzet van Leesconsulent VO / specialist VO Inzet van Leesconsulent Aanschafinformatie voortgezet onderwijs Voor specifieke doelgroep, bijv. zwakke of hoogbegaafde lezers In het kader van de Canon Jeugdplein/Jongerenliteratuurplein Literatuurplein/ leesmij.nu/ boekenzoeker.org Lezen voor de lijst Scholingsprogramma docenten Digitaal interactief platform met toolkit en informatie over lezen en onderzoek voor interne en externe netwerk Scholingsprogramma docenten en interne netwerk Brochure Leesbevorderingsnetwerk
Tabel 6 Overzicht inhoudelijke pijler Lezen
33
3.4
Pijler Mediawijsheid
Onderstaande tabel geeft de grote lijnen van de mogelijke inhoud van de pijler Lezen met onderscheid in infrastructuur, faciliteiten en deskundigheid en advies. Niet het aanbod, maar de visie van de school op collectie, lezen en mediawijsheid is bepalend voor de uiteindelijk dienstverlening. MEDIAWIJSHEID Aspect Infrastructuur
Faciliteiten
Deskundigheid en advies
Onderdeel Doorgaande leerlijn Mediawijsheid 12-18 jaar op basis van informatieen onderwijsbeleid school met aandacht zoeken, vinden en beoordelen van informatie Evaluatie en rapportage
Mediawijsheidnetwerk Inzet van (delen uit) bestaande programma’s die gezamenlijk bouwstenen vormen voor invulling van doorgaande programmalijn Mediawijsheid
Digitaal Zo mogelijk via ELO op school Bij ontwikkeling en uitvoering doorgaande leeslijn12-18 jaar Kennisvergroting en -deling
Bouwsteen Mediaplan Programmalijn mediawijsheid Model mediawijsheidcompetenties Instrument voor monitoring en kwaliteitsbewaking Koppeling met leerlingvolgsysteem en uitleenprogramma mediatheek Inzet mediacoach My Life Story Programmalijn Biebsearch, o.a. 23 onderwijsdingen Doorgaande leerlijn informatievaardigheden BMO Voor specifieke doelgroep, bijv. zwakke of hoogbegaafde scholieren Infrastructuur BNL Inzet van Mediacoach / specialist VO Digitaal interactief platform met toolkit en informatie over mediawijsheid en onderzoek Scholingsprogramma docenten, o.a. 23 onderwijsdingen Scholingsprogramma interne netwerk Brochure Mediawijsheidnetwerk
Tabel 7 Overzicht inhoudelijke pijler Mediawijsheid
34
3.5
Digitaal portal voor VO
Het vierde en zichtbare onderdeel van de infrastructuur van de Bibliotheek op school is een goed werkend en beproefd digitaal portal. Deze portal bouwt voort op de portal van de Bibliotheek op school – PO en komt beschikbaar via de BNL-infrastructuur. De portal voor het PO is vooralsnog een marketinginstrument naar de belangrijkste stakeholders: gemeente, onderwijs en bibliotheken. Deze portal gaat binnenkort online. Een soortgelijke portal moet er ook komen voor het voortgezet onderwijs. Daarnaast is een inhoudelijke portal nodig die toegang biedt tot informatie voor docenten en leerlingen bestaande uit aangekochte bestanden, slimme verwijzingen naar goede bronnen en geïntegreerde informatie van verschillende websites. Bijvoorbeeld informatie voor zwakke lezers op verschillende sites als leeskr8!, 4you! en Leesplein geïntegreerd aanbieden in de portal op een plaats. De speciaal geselecteerde en centraal aangekochte bestanden komen beschikbaar via de portal via internet en de ELO-omgeving van de school. Een koppeling met de inlogprocedure Entree van Kennisnet is nodig. De nog te ontwikkelen portal voor het VO wordt het visitekaartje naar buiten. Ter illustratie hieronder een afbeelding van die portal voor het PO door BNL. Een vertaling voor het voortgezet onderwijs is nodig.
Afbeelding 4 Voorbeeld van portal De Bibliotheek op school-PO
35
4
NAAR EEN UITVOERINGSORGANISATIE VOOR HET ONDERWIJS
De ervaringen van Kunst van Lezen en de Bibliotheek op school – primair onderwijs laten zien dat een goede implementatie van een landelijke aanpak vraagt om een landelijke uitvoeringsorganisatie. Een organisatie die deze implementatie adequaat kan uitvoeren en blijvend ondersteunen, op landelijk, regionaal en lokaal niveau. Die uitvoeringsorganisatie ondersteunt bij de implementatie van de totale educatieve functie van de bibliotheek. Een landelijke uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs stelt de lokale basisbibliotheek of een netwerk van basisbibliotheken in staat om structureel samen te werken met het onderwijs en is verantwoordelijk voor: - Implementatie van de aanpak - (Door)ontwikkeling en innovatie - Marketing en communicatie, waaronder lobby-traject naar de belangrijkste stakeholders - HRM en opleiding - Digitaal Portaal - Monitoring en kwaliteitsbewaking - Ondersteuning en advies bij implementatie door lokale bibliotheken - Financiën Meer met minder in een sterk netwerk Het bestaan van een landelijke uitvoeringsorganisatie betekent dat niet iedere bibliotheek zelf het wiel hoeft uit te vinden, maar bij de lokale implementatie kan terugvallen op datgene wat landelijk is ontwikkeld. Tegelijkertijd is er sprake van continuïteit in productontwikkeling en in het realiseren van de randvoorwaarden, zoals de monitor, HRM, scholing en kwaliteitsbewaking. “De!ondernemende!bibliotheek!is!voor!veel!bibliotheken!nog!nieuw.!Daarom!is!het!goed!kunnen!vertellen! van!het!strategische!verhaal!en!de!toegevoegde!waarde!van!groot!belang”,!Yvonne!Sinkeldam!en!Iris! Meuleman,!Biblioservice!Gelderland.!
Krachten en middelen in de bibliotheekbranche bundelen versterkt de educatieve functie van de bibliotheek, verhoogt de kwaliteit, voorkomt versnippering van het aanbod en leidt tot meer uniformiteit, herkenbaarheid en kwaliteit van het aanbod tegen lagere kosten. Die roep om samenwerking en ondernemerschap wordt groter, getuige ook de onlangs gepresenteerde strategie van de VOB waarin samenwerking en cultureel ondernemerschap speerpunten voor de komende jaren zijn. Op dit moment kent de bibliotheekbranche geen organisatie die deze handschoen direct en volledig kan oppakken. De landelijke regie ligt bij het SIOB. De provinciale uitvoering en ondersteuning van dienstverlening voor het voortgezet onderwijs wordt door de provinciale serviceorganisaties gedaan, in opdracht van de lokale bibliotheken. Er zijn wel ervaringen met het opzetten van brede landelijke samenwerkingsverbanden met een franchiseformule, bijvoorbeeld Stichting Biebsearch en het Formulebureau Retail. Stichting Biebsearch werkt met een landelijk programmamanagement en provinciale coördinatoren ter ondersteuning van de lokale basisbibliotheken. Stichting Bibliotheek.nl draagt, in opdracht van het SIOB, zorg voor de ontwikkeling van de landelijke projecten en producten van de bibliotheken.
36
Pilot beleid & organisatie Op initiatief van Kunst van Lezen start in de aanloopfase van dit traject een pilot waarin het beleid en de organisatie van de landelijke aanpak voor samenwerking met het onderwijs centraal staan. Onder regie van het SIOB, in samenspraak met SPN, het kernteam van de Bibliotheek op school – primair onderwijs en andere partners in de branche worden mogelijke scenario’s onderzocht voor het realiseren van die wenselijke landelijke uitvoeringsorganisatie. Hierbij gaat het om de totale educatieve functie van de bibliotheek. Het voortgezet onderwijs is daarvan een onderdeel. Het vertrekpunt is de werkwijze en organisatie van Stichting Biebsearch. Daarnaast worden de ervaringen van de Bibliotheek op school primair onderwijs en andere betrokken bibliotheekprojecten meegenomen in de scenario’s van die uitvoeringsorganisatie. De pilot loopt van november 2012 – april 2013. De nieuwe uitvoeringsorganisatie voor het onderwijs wordt een samenspel van het SIOB, Stichting Samenwerkende Provinciale serviceorganisaties Nederland (SPN), PSO’s, VOB en mogelijk andere partijen als NBD/Biblion. Het SIOB is initiator, coördinator en regisseur en draagt de uitvoerende taken over aan die uitvoeringsorganisatie. De rol van de PSO’s is sterk afhankelijk van het wettelijk kader en de daaruit voortvloeiende rol die het ministerie van OCW aan de PSO’s geeft. In dit project heeft SPN een leidende functie. De individuele PSO’s vullen hun rol in via de Stichting. Het SIOB is ook opdrachtgever voor Bibliotheek.nl die digitale dienstverlening/infrastructuur en het digitaal portaal voor het onderwijs voor zijn rekening neemt. De VOB geeft met deze uitvoeringsorganisatie gehoor aan de roep om meer samenwerking en cultureel ondernemerschap.
4.1
Pilot beleid & organisatie in de aanloopfase
De pilot beleid & organisatie onderzoekt mogelijke scenario’s voor een landelijke uitvoeringsorganisatie van de totale educatieve functie van de bibliotheek. De werkwijze en organisatie van Stichting Biebsearch worden als basis genomen. Het resultaat van deze pilot is het neerzetten van een infrastructuur en landelijke uitvoeringsorganisatie die: - de basisbibliotheken ondersteunt bij de implementatie op scholen - zorg draagt voor continuïteit en doorontwikkeling van de totale aanpak - de monitor uitvoert, resultaten rapporteert en de kwaliteit bewaakt - zorgt voor ontwikkeling en ondersteuning bij HRM - een adequaat aanbod van opleiding en na- en bijscholing realiseert - het landelijke lobbytraject blijft uitvoeren - een maximaal rendement tegen zo laag mogelijk kosten behaalt tegen betaalbare tarieven voor bibliotheken en het onderwijs Specifieke aandachtspunten in deze pilot zijn: - organisatiestructuur, beleid en plaats van de uitvoeringsorganisatie in het netwerk van bibliotheken - rollen die de verschillende partijen in dit kader spelen: o opdracht gevende en coördinerende rol van het SIOB o inzet van de VOB, SPN en afzonderlijke PSO’s via SPN o samenwerking in de implementatie met VOB, organisaties als NBD/Biblion, CPNB, de boekhandel en andere stakeholders
37
-
-
-
invulling en verantwoordelijkheden van de functie educatief specialist VO bij basisbibliotheken, met onderscheid in grote steden en platteland, de mogelijke inzet van PSO’s via SPN en scholen met mediatheek en mediathecaris en zonder mediatheek en mediathecaris eindverantwoordelijkheid als het gaat om: o Ontwikkeling en innovatie o Marketing en communicatie, waaronder lobby-traject naar de belangrijkste stakeholders o HRM en opleiding o Digitaal Portaal o Monitoring en kwaliteitsbewaking o Ondersteuning en advies bij implementatie door lokale bibliotheken o Financiën, exploitatie ondersteuning van de lokale bibliotheken op regionaal en lokaal niveau exploitatie van de serviceorganisatie onderzoek naar eigenaarschap en indien nodig afspraken maken over inbreng van (onderdelen van) betrokken bibliotheekprojecten
38
5
TRAJECT IN FASEN EN PLANNING
Onderliggende paragrafen beschrijven de fasen en planning van het traject om te komen tot een landelijk aanpak. Het traject kent een aanloopfase en implementatiefase. Daar waar mogelijk en nodig vindt versnelling van het project plaats door samenvoegen of het naast elkaar laten plaats vinden van bepaalde activiteiten. Het is van belang dat de vaart in het traject blijft.
5.1
De aanloopfase
Alle activiteiten die de implementatie van de landelijke aanpak voorbereiden vinden plaats in de aanloopfase van het traject. Deze fase is in 2012 gestart. Het onderzoek naar de stand van zaken mediatheken in het voortgezet onderwijs en dit plan van aanpak krijgen een vervolg. De pilot beleid & organisatie start in november 2012 en eindigt in april 2013. Deze pilot zet een landelijke uitvoeringsorganisatie neer die de implementatie en ondersteuning van de lokale basisbibliotheek of netwerk van basisbibliotheken voor haar rekening neemt. Deze pilot is in paragraaf 4.1 nader omschreven. In schooljaar 2013-2014 worden de hieronder omschreven pilots uitgevoerd. De afronding van die pilots is gepland in april 2014, waarna verwerking van de resultaten en aanpassing van het plan van aanpak plaats vinden. De aanloopfase kent de volgende onderdelen: 1. Onderzoek stand van zaken Mediatheken in het voortgezet onderwijs 2. Plan van aanpak 3. Pilot beleid & organisatie 4. Lobby en communicatie 5. Pilots 5.1.1
Lobby en communicatie in de aanloopfase
Tegelijkertijd met de pilot beleid & organisatie start het lobby- en communicatietraject ter voorbereiding op de implementatie. Dat betekent dat betrokken partijen van overheden, bibliotheken en voortgezet onderwijs worden geïnformeerd over het plan van aanpak en de plannen op korte en middellange termijn. In de aanloopfase is vooral aandacht voor het onder de aandacht brengen van het belang van lezen en mediawijsheid voor jongeren in het algemeen. Daarbij inspelend op de netwerkaanpak met de drie niveaus: strategisch, beleidsmatig en uitvoerend. Essentieel in dit traject is het aantonen en inzichtelijk maken van het belang en effect van structurele samenwerking tussen bibliotheek en voortgezet onderwijs rond collectie, lezen en mediawijsheid. Dat kan door onderzoek, monitoring, publicatie en verspreiding van rapporten. Hierbij is het van belang dat deze boodschap is afgestemd op de doelgroep en wordt ondersteund door successen in de praktijk. Daarnaast is expliciet aandacht voor de noodzaak om als bibliotheek ook te kiezen voor samenwerking met het voortgezet onderwijs om zo het maatschappelijk rendement te verhogen en jongeren een doorgaande lijn van PO naar VO te bieden.
39
Voor het lobby en communicatietraject wordt een afzonderlijk traject gestart als onderdeel van het projectplan. In dit traject is tenminste aandacht voor volgende doelgroepen: - Landelijke stakeholders voor het onderwijs, zoals School aan Zet, VO-raad, ministerie van OCW, Onderwijsinspectie, Kennisnet - Landelijke en provinciale organisaties van de branche: SIOB, Stichting Lezen, VOB, SPN, PSO’s - Bibliotheken op lokaal of regionaal niveau - Bestuurlijke koepelorganisaties, netwerken van directeuren of andere bestuurlijke organen Voortgezet onderwijs - Directeuren van locaties, gericht op onderwijsvorm - (Vakberaden) Docenten Nederlands - Koepelorganisaties voor docenten - Taalcoördinatoren VO - Mediathecarissen in het voortgezet onderwijs - Lerarenopleidingen De lobby houdt niet op bij de afronding van de pilots of de start van de implementatie. Het blijkt een terugkerende activiteit op landelijk, regionaal en lokaal niveau. 5.1.2
De pilots in de aanloopfase
In de pilots worden onderdelen van de aanpak getest en aangepast op basis van de ervaringen en resultaten van die pilots. De pilots worden uitgevoerd door met direct betrokkenen bij de ontwikkeling van dit plan van aanpak, de bibliotheken en het voortgezet onderwijs. Voorafgaand aan de start van de pilots worden de voorwaarden voor deelname aan de pilots vastgesteld. Iedere pilot verloopt volgens een vast stramien:
Opdracht
Voorbereiding
Uitvoering
Evaluatie
Alle pilots worden in opdracht van Kunst van Lezen uitgevoerd. In iedere pilot is aandacht voor de consequenties voor de organisatie, HRM en scholing, randvoorwaarden en succesfactoren en financiën. De opdracht van iedere pilot omschrijft: - titel van de pilot - opdrachtgever en opdrachtnemer - samenstelling van het pilotteam - uitgangspunten en doel - opsomming van activiteiten - beoogde resultaten en planning Voor alle pilots geldt dat deze gemonitord worden. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van bestaande instrumenten. Een omschrijving van de 0-situatie is de start. De pilots worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de projectleider de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs. De resultaten van de pilot beleid & organisatie kunnen leiden andere inzichten. 40
De planning van de pilots is als volgt:
! Fase Voorbereidingen
Planning Voorjaar 2013
Uitvoering
Start schooljaar 20132014
Evaluatie en verwerking
Mei – juli 2014
Beoogd resultaat Afzonderlijke opdrachtomschrijvingen voor pilots Ervaringsgegevens over pilots in de praktijk Verbeterpunten t.b.v. plan van aanpak Input voor brochures en kennisdeling via platform Aanpassing plan van aanpak Digitale dossiers over specifieke onderwerpen: - Samenwerking Bibliotheek en VO (scenario’s) - Samenwerking Bibliotheek en specifieke doelgroepen VO - Lezen in VO (netwerk) - Mediawijsheid in VO (netwerk) - Mediatheken in VO - Monitoring
Tabel 8 Fasen en planning pilots
Onderstaand overzicht (tabel 9) van de pilots geeft informatie over de organisatie, planning en specifieke aandachtspunten voor die pilots. Met de resultaten van de pilots worden de oorspronkelijke bouwstenen van de inhoudelijke pijlers collectie, lezen en mediawijsheid (zie hoofdstuk 3) aangepast tot landelijke bouwstenen. Met deze bouwstenen kunnen basisbibliotheken op lokaal niveau hun educatieve functie voor het voortgezet onderwijs vraaggericht invullen. Het gesprek met het strategisch niveau is het startpunt. Pilotprojecten Inhoud
Wie
Wanneer
1. Samenwerking Bibliotheek met voortgezet onderwijs met mediatheek en mediathecaris
Projectleider dBOS-VO
September 2013 – april 2014
2. Samenwerking Bibliotheek met voortgezet onderwijs zonder mediatheek en mediathecaris
Projectleider dBOS-VO
September 2013 – april 2014
Specifieke aandachtspunten HRM en scholing voor bibliotheek en VO Monitoring en kwaliteit Kosten en financiering Samenwerking met en eisen aan mediatheek! Leenrecht HRM en scholing voor bibliotheek en VO Monitoring en kwaliteit! Kosten en financiering Leenrecht
41
Pilotprojecten Inhoud
Wie
Wanneer
3. Samenwerking door dienstverlening in de bibliotheek
Projectleider dBOS-VO
September 2013 – april 2014
4. Lezen en Leesbevorderingsnetwerk voor voortgezet onderwijs
Expert Lezen
September 2013 – april 2014
5. Mediawijsheid en Mediawijsheidnetwerk voor voortgezet onderwijs
Expert Mediawijsheid
September 2013 – april 2014
6. De Bibliotheek op school- VO voor specifieke doelgroepen: - zwakke lezers in VO - VMBO - Hoogbegaafden
Projectleider dBOS-VO
September 2013 – april 2014
Specifieke aandachtspunten HRM en scholing voor bibliotheek en VO Samenwerking en eisen aan bibliotheek Monitoring Kosten en financiering Leenrecht Onderzoeksresultaten en bijzondere activiteiten, bijv. lezen op het lesrooster Opzet van netwerk Met of zonder mediatheek Rol bibliotheek HRM en scholing Monitoring Kosten en financiering Onderzoeksresultaten en bijzondere activiteiten Opzet van netwerk Met of zonder mediatheek Rol bibliotheek HRM en scholing Monitoring Kosten en financiering Specifieke eisen t.a.v. samenwerking, inhoudelijke pijlers collectie, lezen en mediawijsheid HRM en scholing Monitoring Kosten en financiering
42
Pilotprojecten Inhoud 7. Monitoring lezen en mediawijsheid
8. Digitaal Portal VO
Wie
Wanneer
Projectleider dBOS-VO
September 2013 – april 2014
Expert Digitaal Portal VO
September 2013 – april 2014
Specifieke aandachtspunten Format voor 0-situatie Wat en hoe meten Eisen t.a.v. gegevens, bronnen en beschikbaarstelling binnen het netwerk op drie niveaus Interpretatie van resultaten HRM en scholing Privacy wetgeving en leengegevens Aankoop en beschikbaar stellen van digitale content / bestanden VO Beschikbaar stellen van informatie met interactiviteit voor professionals (kennisplatform) B.nl-infrastructuur versus ICT infrastructuur scholen Inpassing in ELO van scholen Uitleensysteem t.b.v. verkrijgen gegevens voor monitoring
Tabel 9 Overzicht van pilotprojecten de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs
43
5.2
Vervolgacties in de implementatiefase
De vervolgacties in de implementatie zijn erop gericht dat de Bibliotheek op school – VO vanaf schooljaar 2014-2015 als landelijke dienstverlening van de bibliotheken voor het voortgezet onderwijs van start gaat. Het gaat om een gefaseerde uitrol met: 1. het communicatietraject over de implementatie richting bibliotheken en scholen in het voortgezet onderwijs vanaf januari 2014 2. lokale implementatie van de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs door de basisbibliotheken met landelijke en provinciale ondersteuning via de serviceorganisatie voor het voortgezet onderwijs vanaf september 2014 ! De volledige looptijd van het traject is van januari 2014 tot en met december 2015 en kent de volgende mijlpalen: ! Mijlpalen implementatiefase Planning Januari 2014 Voorjaar 2014 Vanaf voorjaar 2014 Schooljaar 2014-2015 Najaar 2014 December 2014 Januari 2015 Januari 2015 Voorjaar 2015 September 2015 December 2015
Omschrijving Start communicatietraject, infrastructuur en landelijke organisatie en lokale implementatie werving van 1e tranche van bibliotheken die in implementatiefase gaan werken met het nieuwe concept De Bibliotheek op school-voortgezet onderwijs voorbereidingen NOT 1e tranche van bibliotheken gaat van start werving 2e tranche van bibliotheken voor start januari 2015 Presentatie met eerste resultaten De Bibliotheek op schoolVoortgezet Onderwijs op Bibliotheek Tweedaagse in december 2014 start 2e tranche presentatie De Bibliotheek op school op NOT 2015 start werving 3e en laatste tranche van bibliotheken voor start september 2015 (nieuwe schooljaar 2015-2016) start 3e tranche. Alle scholen in Nederland kunnen bediend worden Evaluatie en rapportage de Bibliotheek op school-voortgezet onderwijs
Tabel 10 Mijlpalen implementatiefase
44
5.3
Planning van het traject
Planning traject de Bibliotheek op school – voortgezet onderwijs Planning Mei 2012 September 2012 Oktober 2012 December 2012 - 2015 November 2012 – april 2013 Voorjaar 2013 September 2013 – april 2014 Januari 2014 Voorjaar 2014
Voorjaar 2014 Mei – juli 2014 September 2014 Najaar 2014 December 2014 Januari 2015 Januari 2015 Voorjaar 2015 September 2015 December 2015
Omschrijving Onderzoek Mediatheken in het voortgezet onderwijs Plan van aanpak Voorbereidingen Lobby en communicatie Start en vervolg Lobby en communicatie Pilot Beleid & Organisatie Pilots: voorbereidingen Reserveren stand voor NOT 2015 Pilots: uitvoering Start communicatietraject voor implementatiefase, infrastructuur en landelijke organisatie en lokale implementatie werving van 1e tranche van bibliotheken die in implementatiefase gaan werken met het nieuwe concept De Bibliotheek op school-voortgezet onderwijs in schooljaar 2014-2015 Start voorbereidingen NOT2015 Pilots: evaluatie en rapportage Start 1e tranche van bibliotheken werving 2e tranche van bibliotheken voor start januari 2015 Presentatie met eerste resultaten De Bibliotheek op schoolVoortgezet Onderwijs op Bibliotheek Tweedaagse in december 2014 start 2e tranche presentatie De Bibliotheek op school op NOT 2015 start werving 3e en laatste tranche van bibliotheken voor start september 2015 (nieuwe schooljaar 2015-2016) start 3e tranche. Alle scholen in Nederland kunnen bediend worden Evaluatie en rapportage de Bibliotheek op school-voortgezet onderwijs
45
6
PROJECTORGANISATIE EN COMMUNICATIE ! “Verschillende!fasen,!verschillende!kartrekkers”,!Maaike!Toonen,!SIOB!
6.1
Projectorganisatie aanloopfase en implementatiefase
Het traject kent verschillende fasen met verschillende eisen ten aan zien van de projectorganisatie en communicatie. In de aanloopfase is Kunst van Lezen de kartrekker en eindverantwoordelijk. De projectleider de Bibliotheek op school – VO maakt op basis van het plan van aanpak het projectplan en werkt samen met experts aan de uitvoering ervan. Op ad hoc basis doet de projectleider een beroep op andere experts en externe professionals. De pilot beleid & organisatie wordt neergelegd bij SPN en mogelijk een aantal PSO’s. Binnen SPN wordt bepaald welke PSO’s worden ingezet op basis van ervaring!met het (voortgezet) onderwijs. Voor de uitvoering van de praktische pilots als vervolg op de pilot beleid & organisatie worden kleine tijdelijke teams gevormd die onder aansturing van de projectleider de Bibliotheek op school – VO de pilot uitvoeren. Mogelijk dat de uitvoeringsorganisatie als resultaat van de pilot beleid & organisatie hierin een rol gaat spelen. Na de aanloopfase is het van belang dat de karttrekkersrol wordt overgedragen aan de uitvoeringsorganisatie voor het voortgezet onderwijs, het resultaat van de pilot beleid en organisatie. De uitvoeringsorganisatie wordt onder landelijke regie van het SIOB en SPN ingesteld en is verantwoordelijk voor de hele aanpak. De organisatiestructuur en het werken met expertteams rond collectie, lezen en mediawijsheid of anderszins is onderdeel van de pilot. Indien nodig en wenselijk wordt op adhoc basis een beroep gedaan op andere experts buiten de vaste teams. De adviesraad controleert de voortgang, ziet toe op het behalen van de beoogde resultaten en de verbinding met relevant beleid van het onderwijs en de bibliotheken. Onderstaande organogrammen geven bovenstaande schematisch weer.
46
Afbeelding 5 Organogram aanloopfase
SIOB en Stichting Lezen (Kunst van lezen) projectleider de Bibliotheek op school - VO
Pilotteam beleid & organisatie
Experts op adhoc basis Pilotteams Expert Collectie
Expert Lezen
Expert Mediawijsheid
Expert Digitaal portal
Afbeelding 6 Organogram implementatiefase
SIOB/Stichting Lezen i.s.m. SPN en BNL
Adviesraad (VOB, onderwijs, wetenschap, Stichting Lezen ..)
Uitvoeringsorganisatie Onderwijs
47
6.2
Projectcommunicatie
De projectcommunicatie is gericht op alle betrokkenen bij de (door)ontwikkeling van de Bibliotheek op school - VO. De projectorganisatie laat zien wie dat zijn. Deze is samengesteld uit verschillende experts van verschillende organisaties. Een zo simpel en transparante organisatie zorgt voor: - Snelle besluitvorming en uitvoering - Heldere en korte communicatielijnen - Goed beleggen van verantwoordelijkheden In de projectorganisatie van de aanloopfase zijn meerdere bibliotheken, PSO’s en andere belanghebbende partijen betrokken. Het is voor de direct betrokkenen lastig te volgen wat allemaal ontwikkeld wordt en wat allemaal speelt. Dat vraagt om een heldere eenduidige projectcommunicatie die vooraf bekend is en ervoor zorgt dat geen gemengde boodschappen ontstaan. Elkaar blijven informeren en kennis delen zijn essentieel voor de voortgang van het project. Een overzicht van geplande activiteiten en een beschrijving van de manier waarop betrokkenen met elkaar omgaan en elkaar informeren – de structuur – zijn onderdelen van die projectcommunicatie. Dit komt terug in het projectplan. Het is nodig om te blijven focussen op “dat waar we het ook al weer voor doen”. Communicatie over de voortgang van het project is een ander aspect dat aandacht verdient. Het gaat hier niet alleen over regelmatige bijeenkomsten en voortgangsverslagen, maar zeker ook om een centrale digitale plek voor discussie, het delen van documenten en ideeën. “Een!goede!oneliner!die!de!boodschap!duidelijk!maakt!en!professioneel!uitziend!materiaal!van! hoge!kwaliteit,!zowel!het!product!als!de!ondersteunende!materialen”,!Saskia!Kuus,!Leeskr8!”! Om dit te realiseren wordt een digitaal platform gestart, waarbij gebruik wordt gemaakt van de werkwijze en ervaring van Biebsearch. Dit platform is alleen toegankelijk voor de direct betrokkenen bij de ontwikkeling van deze aanpak en bij de te starten pilots. Via artikelen in vakbladen en op sites worden de bibliotheekbranche en het voortgezet onderwijs geïnformeerd over de plannen. In de nieuwsbrief van Kunst van Lezen en de Bibliotheek op school – PO wordt aandacht besteed aan de voortgang van het traject voor het voortgezet onderwijs. Naast de projectcommunicatie kent het project een intern en extern communicatienetwerk. Het interne netwerk is de bibliotheekbranche op landelijk, regionaal en lokaal terrein. Het is van belang dat betrokkenen goed op de hoogte zijn van de achtergronden, inhoud en aanpak de Bibliotheek op school - VO. Daarnaast is het creëren van een gemeenschappelijke houding, die gepaard gaat met een eenduidige herkenbare aanpak voor de scholen cruciaal voor het succes. Dit wordt in de aanloopfase opgestart en krijgt een vervolg in de implementatiefase. In de externe communicatie staat de klant centraal: het voortgezet onderwijs. Dit alles wordt uitgewerkt in een communicatie en marketingstrategie. !
48
Literatuur Actieplan Beter Presteren : opbrengstgericht en ambitieus, 23 mei 2011 http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-enpublicaties/kamerstukken/2011/05/23/actieplan-vo-beter-presteren/actieplan-vo-beterpresteren.pdf (28 juli 2012) Actieplan Kunst van Lezen 2012-2015, 6 maart 2012 http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/richtlijnen/2012/03/06/actieplan-kunstvan-lezen-2012-2015.html (juni 2012) Bestuursakkoord VO-raad OCW 14 dec 2011 http://www.vo-raad.nl/assets/5909 (28 juli 2012) De Bibliotheek op school Primair Onderwijs : Plan van Aanpak, Sectorinstituut Openbare Bibliotheken (2009) De Bibliotheek levert waarde : strategie 2012-2016, Vereniging van Openbare Bibliotheken, juli 2012 http://www.debibliotheken.nl/fileadmin/documenten/pdf_strategie/Branchestrategie/Branchest rategie_2012-2016_De_bibliotheek_levert_waarde_-_juli_2012.pdf (28 juli 2012) …en ze werkten nog lang en gelukkig samen : de openbare bibliotheek en de brede school, Marleen Wijnen (2007) Geletterdheid in Nederland : Actieplan Laaggeletterdheid 2012-2015, september 2011, http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/richtlijnen/2011/09/08/bijlage-1actieplan-laaggeletterdheid-2012-2015-geletterdheid-in-nederland.html (28 juli 2012) Handreiking voor scholen Bestuursakkoord 2012-2015 Definitief, VO-raad, maart 2012, http://www.vo-raad.nl/assets/5864 (28 juli 2012) ICT-bekwaamheid van leraren, Kennisnet, concept versie 1.6 (13 juli 2012) http://typo.kennisnet.nl/fileadmin/contentelementen/kennisnet/Ictbekwaamheidseisen/Ict_bekwaamheid_leraren_versie_1.6.pdf IFLA/UNESCO richtlijnen voor de schoolmediatheek (2002): http://www.ifla.org/files/school-libraries-resource-centers/publications/school-libraryguidelines/school-library-guidelines-nl.pdf (8 augustus 2012) IFLA/UNESCO Manifest voor schoolmediatheken (2006) : http://archive.ifla.org/VII/s11/pubs/manifest-nl.htm (8 augustus 2012) Mediatheken in het voortgezet onderwijs : een veld in beweging, Oberon (mei 2012) http://www.kunstvanlezen.nl/?page_id=4101&newsItemId=653 (juni 2012) Opbrengsten in beeld : Rapportage Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2016, Cinop, 2011: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/blg-128700.pdf (28 juli 2012)
49
Referentiesniveaus Taal en Rekenen http://www.taalenrekenen.nl/ref_niveaus_taal/beschrijvingen (8 augustus 2012) Sectorinstituut Openbare Bibliotheken : Meerjarenplan 2013-2016, 16 juli 2012, versie 1.0: http://www.siob.nl/programmas/meerjarenbeleidsplan2013-2016/item647 (28 juli 2012) Samen werken aan een sterke leescultuur : beleidsvoornemens van Stichting Lezen voor cultuurplanperiode 2013-2016, mei 2012: http://www.lezen.nl/index.html?spsearch=&age_group_id=0&menu_item_id=3001&sp1=614 (28 juli 2012) Vier in Balans Monitor 2011, Kennisnet http://onderzoek.kennisnet.nl/vierinbalansmonitor Werken aan netwerken: een strategie voor bibliotheek en leesbevordering, 2011
50
Bijlage 1: Overzicht van betrokken partijen bij plan van aanpak Hieronder een overzicht in willekeurige volgorde van de direct betrokken partijen bij de totstandkoming van het plan van aanpak. Dit overzicht is door Kunst van Lezen bepaald. Vooralsnog is de betrokkenheid beperkt gebleven tot inbreng van expertise en ervaring om te komen tot een gedragen plan van aanpak.
Direct betrokkenen bespreking concept en gesprekspartners voortraject Naam Adriaan Langendonk Marleen Kieft Annemarie van Essen Saskia Kuus Ellie van der Meer Daan Beeke Peter van Duijvenboden Maaike Toonen Marjan Hendriks Monique Castenmiller Jan Klerk Willemijn Jongens Josette Linssen Yvonne Sinkeldam Iris Meuleman
Organisatie en rol/functie Kunst van Lezen / opdrachtgever Oberon, onderzoek Mediatheken in het voortgezet onderwijs Programmamanager Biebsearch Coördinator Leeskr8! Coördinator 4you! Stichting Lezen, voorzitter platform HAVO/VWO Stichting Lezen, voorzitter platform VMBO en Read2me SIOB, mediawijsheid BMO, voorzitter BMO, bestuurslid Bibliotheek.nl, servicemanager Onderwijs en jeugd Bibliotheek.nl, servicemanager Onderwijs en jeugd Directeur Heerbeeck College Best My Life Story, Biblioservice Gelderland My Life Story, Biblioservice Gelderland
Bijlage 2: Gespreksverslagen (is afzonderlijke bijlage bij plan van aanpak)
51
Bijlage 3: Lijst van afkortingen
BMO BNL CPNB dBOS PO PSO’s SIOB SPN VO VOB
Beroepsvereniging Mediathecarissen Onderwijs Stichting Bibliotheek.nl Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek de Bibliotheek op school Primair Onderwijs Provinciale Service Organisaties Sectorinstituut Openbare Bibliotheken Samenwerkende PSO’s Nederland Voortgezet Onderwijs Vereniging van Openbare Bibliotheken
52