Samen werkt beter in de wijk Samenwerking in de wijk met huisarts, jeugdarts en sociaal wijkteam
Samenwerken en bijdragen aan optimale preventie en vroegtijdige signalering – een handreiking
Inhoudsopgave 1 1.1 1.2 1.3 2 2.1 2.2 3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 4 4.1 4.2 4.3 5 6 BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE BIJLAGE
INLEIDING Aanleiding De vraagstukken De huisarts en de jeugdarts in het kort OPTIMALE BIJDRAGE AAN PREVENTIE Een optimale bijdrage aan preventie Totstandkoming en waarborgen samenwerking TOEGANG EN TOELEIDING Inleiding Consulteren van en verwijzen naar elkaar Verwijzen naar de jeugd-GGZ Relatie met zorgstructuren onderwijs en sociaal domein Afspraken over samenwerking en afstemming JURIDISCHE VRAAGSTUKKEN Inleiding Richtlijnen gegevensuitwisseling Randvoorwaarden SAMENSTELLING WERKGROEP BRONNEN I AFSPRAKEN GEMEENTE NIJMEGEN II PRAKTIJKKAART SAMENWERKING III AANBOD PSYCHISCHE OF PSYCHOSOCIALE ZORG IV GESPREKSHANDLEIDING HUISARTS – JEUGDARTS V RECHTSTREEKS VERWIJZEN DOOR DE JEUGDARTS Va INFORMATIEBRIEF HUISARTSEN Vb ALGEMENE VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR 2e LIJN Vc VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR ORTHOPEDIE Vd VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR RADIOLOGIE Ve VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR ORTHOPTIST VI NAAR ELKAAR VERWIJZEN BIJ PROBLEMEN VII AANVULLENDE INFORMATIE JEUGD-GGZ VIII AFSPRAKEN BETREFFENDE DYSLEXIE IX SOCIALE KAART VAN LINDENHOLT X LHV-PRIVACY KAART XI JURIDISCH KADER
3 3 3 4 8 8 8 9 9 9 10 11 11 12 12 12 13 14 15 16 20 22 23 24 25 26 27 28 29 30 32 33 34 38 40
Pagina 2 van 40
1 1.1
INLEIDING Aanleiding Naar aanleiding van de ingang van de nieuwe Jeugdwet per 1 januari 2015 is de overheveling van de jeugdhulp naar de gemeenten geregeld. De jeugdarts is goed op de hoogte van de sociale kaart en kan vanaf januari 2014 gezinnen en kinderen zelf rechtstreeks verwijzen naar specialistische zorg en vanaf januari 2015 ook direct verwijzen naar jeugdzorgaanbieders die door de gemeente zijn gecontracteerd. Het gaat om jeugd en opvoedhulp in de brede zin en de Jeugd GGZ. De jeugdarts is daarmee, net als de huisarts en het sociaal wijkteam, onderdeel van de gemeentelijke, lokale toegangspoort voor zorg en ondersteuning. Huisartsen en jeugdartsen kunnen ook onderling naar elkaar verwijzen. Goede samenwerking tussen huisartsen en jeugdartsen en sociaal wijkteam is voor bovengenoemde een voorwaarde en dit vraagt om het maken van afspraken. Op verzoek van de gemeenten Nijmegen en de 7 regio gemeenten is de werkgroep ‘Afstemming over de rol, taken en verantwoordelijkheden van de huisartsen en de jeugdartsen in relatie tot het basistakenpakket (de Wpg) en de Jeugdwet in de gemeente Nijmegen’ ingesteld. In deze werkgroep participeren, naast de gemeente, de huisartsen en de GGD Gelderland-Zuid. We borduren voort op de reeds gemaakte afspraken van de gemeente Nijmegen omtrent samenwerking huisarts, jeugdarts, kinderarts en sociaal wijkteam (zie bijlage I). De opdracht van de werkgroep is te komen tot heldere afspraken over de samenwerking en afstemming tussen de huisartsen en de jeugdartsen en het sociale domein en de afstemming daarvan met de Jeugdwet1 ten behoeve van laagdrempelige, generalistisch aanbod voor alle jeugdigen (en hun ouders) dichtbij huis. Het resultaat van deze werkgroep is deze handreiking en kan gezien worden als de lokale uitwerking van de landelijke praktijkkaart huisarts- jeugdarts (zie bijlage II).
1.2
De vraagstukken Afstemming en samenwerking tussen huisartsen, jeugdartsen en het sociale domein sluit aan bij de uitgangspunten die met de stelselwijzing beoogd worden (vroegtijdige signalering, ontzorgen, demedicaliseren, versterken van de eigen kracht en het sociaal netwerk). Hiervoor is het van belang dat de kaders voor de verschillende betrokken partijen helder zijn. Hierbij komen de volgende vraagstukken aan de orde: 1. Toegang en toeleiding a. naar elkaar doorverwijzen b. naar (specialistische) voorzieningen doorverwijzen c. relatie met zorgstructuren onderwijs en sociaal domein 2. Optimale invulling van de werkzaamheden en bijdrage aan preventie (zo min mogelijk opschaling, indien mogelijk normaliseren, ontzorgen, demedicaliseren) a. jongeren en gezin in beeld (vroegtijdig delen van signalen) b. effectieve en efficiënte samenwerking (optimaal benutten en aanwenden van elkaars specifieke kennis, kunde en expertise; een kind, een gezin, een plan, een regisseur) c. optimale preventieve aanpak (grondhouding in de uitvoering bij de werkzaamheden: versterken van de zelfredzaamheid en sociaal netwerk) 3. Pragmatische vraagstukken a. juridische vraagstukken (privacyvraagstukken) b. ict-vraagstukken (koppelen systemen) Deze werkgroep heeft zich tot doel gesteld een handreiking te maken die de basisvoorwaarden voor een goede samenwerking en afstemming van de professies vastlegt. De lokale situatie bepaalt de invulling van het hier aangeboden kader en dient dus met betrokken partijen op lokaal niveau uitgewerkt te worden. Pagina 3 van 40
Het thema 3b (ict-vraagstukken) geeft een aantal technische voorwaarden ten aanzien van de gegevensuitwisseling tussen de huisarts en jeugdarts. Voorwaarden hiertoe dienen op organisatorisch niveau geregeld te worden. Het doel is dat net als de huisartsen de jeugdartsen ook toegang krijgen tot Zorgmail en Zorgdomein. 1.3
De huisarts en de jeugdarts in het kort Huisartsen en jeugdartsen zien vaak dezelfde kinderen en gezinnen. De huisarts en de jeugdarts hebben beiden kennis van deze gezinnen. De huisarts vanuit zijn positie als gezinsarts, de jeugdarts door de longitudinale begeleiding van kinderen. Wel zijn er duidelijke accentverschillen. De huisarts ziet vooral kinderen met lichamelijke en/of psychische klachten. De jeugdarts kijkt vanuit een preventief kader met een sociaalmedische blik naar de groei en ontwikkeling van alle jeugdigen van 0 tot 18 jaar. D e hui s a r t s e n j e ug d a r t s z i j n s a m e n i n s t a a t g e z o n d he i d s p r o b l e m e n, g e d r a g s p r o b l e m e n, ontwikkelingsstoornissen, opvoedingsmoeilijkheden en situaties w a a r d e v e i l i g he i d v a n j e u g d i g e n i n he t g e d r a ng ko m t (kindermishandeling en huiselijk geweld) en dergelijke vroegtijdig te signaleren en – in de nieuwe situatie – tijdig en adequaat te verwijzen naar lichte of zware hulpverlening indien nodig. De gemeente is verantwoordelijk voor de organisatie voor de hulp en ondersteuning aan jeugdigen.
Huisarts
Lokale toegangspoort/
Jeugdarts
In de onderstaande tabel staan een aantal kenmerken van de jeugdarts en de huisarts schematisch weergegeven. Huisarts
Jeugdarts
Eerstelijnszorg Op basis van een individuele hulpvraag (vraaggestuurde zorg)
Publieke gezondheidszorg Werkt vindplaats gebonden: wijk-, plaats- of school Op basis van een maatschappelijke vraag (zichtbare en onzichtbare vraag)
Vergoeding zorgverzekeraar
Vergoeding gemeenten
Werkt praktijk (wijk) gebonden
Veelal zelfstandig ondernemer of in loondienst In dienst van GGD Huisartsen werken samen met een assistente en vrijwel altijd met een praktijkondersteuner Werkt nauw samen met onder andere curatieve sector in de eerste en tweede lijn, jeugdzorg en maatschappelijk werk Verwijsfunctie voor gehele eerstelijns en tweedelijns zorg Zorg voor gehele praktijkpopulatie (alle leeftijden) Jongeren zijn, net als iedereen die verzekerd is, ingeschreven bij een huisarts. Jongeren met een vraag worden gezien door de huisarts en curatief op de eerste plaats Behandeling Laagdrempelig: toegang via gezin/jongere Vertrouwenspersoon voor gezin/jongere
Werkt altijd in teamverband van jeugdarts, sociaal verpleegkundige en doktersassistente Werkt nauw samen met onder andere curatieve sector in de eerste en tweede lijn, jeugdzorg, maatschappelijk werk en onderwijs Verwijsfunctie voor gehele eerstelijns en tweedelijns zorg volgens vastgelegde protocollen begeleiding van alle kinderen Longitudinale en jongeren 0 –18 jaar (Nagenoeg) alle jongeren worden gezien in het kader van screening en de jongeren die aangemeld zijn met een vraag worden gezien Preventie en vroege opsporing op de eerste plaats Laagdrempelig: toegang via consultatiebureau en onderwijs Vertrouwenspersoon voor onderwijs; werkt nauw samen met het onderwijs
Visie op de rol van de huisarts in de zorg voor jeugdigen3 De huisarts heeft als gezinsarts een belangrijke rol in de zorg voor kinderen en jongeren. Signaleren van mogelijke problemen bij kinderen op jonge leeftijd is van belang voor het vroeg kunnen Pagina 4 van 40
behandelen van klachten en voorkomen van effecten van problematiek gedurende het verdere leven. Huisartsenzorg betreft integrale zorg voor het kind en de ouder(s)/verzorger(s). Het gaat hierbij om de zorg in het kader van medische, psychosociale en opvoedkundige problematiek en preventie. Huisartsenzorg is generalistische, persoonsgerichte en continue zorg. De huisartsgeneeskundige kernwaarden zijn onverkort van toepassing op de zorg voor de jonge patiënt. De huisartsenzorg biedt generalistische zorg, laagdrempelig toegankelijk voor alle jeugdigen (en hun ouders) dichtbij huis. Het Aanbod Huisartsgeneeskundige Zorg (2009) is echter niet gespecificeerd naar doelgroep. Dat betekent dat het aanbod aan huisartsgeneeskundige zorg voor de jeugd ook niet afzonderlijk is beschreven. De LHV hanteert 3 modellen voor ‘Aanbod voor de jeugd: drie verschillende varianten van het aanbod: basis, aanvullend en bijzonder, zie bijlage III. 17 In deze handreiking richten we ons op het basisaanbod.
De visie op de rol van de jeugdgezondheidszorg in de zorg voor jeugdigen 4 Kenmerkend voor de publieke gezondheidszorg is dat er sprake is van een maatschappelijke vraag en er basaal geen individuele hulpvraag aan ten grondslag ligt. De maatschappelijke opdracht van de jeugdgezondheidszorg is het beschermen, bevorderen en bewaken van de publieke gezondheid en veiligheid van alle jeugdigen. Deze opdracht vervult zij door vanuit een sociaalmedische blik te kijken naar wat jeugdigen nodig hebben om gezond op te kunnen groeien, zich aan te kunnen passen, zelfredzaam te kunnen zijn en deel te kunnen nemen aan de maatschappij en naar wat ouders nodig hebben om hun kind gezond op te kunnen voeden. De JGZ maakt daartoe een brede, integrale beoordeling van het kind en de jongere, waarbij lichamelijke, psychische, sociale en cognitieve aspecten worden bekeken, in samenhang met het sociale en fysieke leefmilieu van het kind (gezin, onderwijs en vrije tijd). Een randvoorwaarde om deze opdracht goed uit te kunnen uitvoeren is dat de JGZ goed is ingebed in de omgeving van jeugdigen en goede netwerken heeft met andere organisaties die een rol spelen in de leefomgeving van het kind en de jongere. De kern van het basispakket JGZ bestaat uit actief en op initiatief van de JGZ ter beschikking stellen van vaccinaties, screeningen, monitoring, advisering en signalering. Ondanks dat deze activiteiten aangeboden worden aan alle jeugdigen, kan in de uitvoering, afhankelijk van de specifieke situatie van de jeugdige, het gezin en de omgeving en de behoefte van ouders en jeugdigen, gevarieerd worden. Deze differentiatie en flexibiliteit in de uitvoering kan op individueel niveau plaatsvinden, maar ook op populatieniveau. In samenwerking met gemeenten en ketenpartners kunnen in bepaalde wijken of scholen specifieke accenten gelegd worden. De JGZ bereikt vanuit haar preventieve werkzaamheden zo goed als alle jeugdigen. De basis voor het contact wordt gevormd door de vaststaande contactmomenten waar jeugdigen tot hun 18 e jaar periodiek in contact komen met de JGZ. Door deze langdurige periode is de JGZ in staat de gezondheid, ontwikkeling en welbevinden te monitoren, hierover te adviseren, vroegtijdig te signaleren, te normaliseren / demedicaliseren en, indien nodig, te verwijzen bij (dreigende) problematiek. Jonge kinderen komen met hun ouders langs bij de JGZ (veelal op een consultatiebureau). Voor de schoolgaande kinderen geldt dat de JGZ veelal werkzaam is op een van de belangrijke vinden werkplaatsen (het onderwijs). Hierdoor is de JGZ een laagdrempelige voorziening voor jongeren, ouders en derden (zoals leerkrachten). Zij kunnen een zorg over een jeugdige uiten bij de JGZ. Hierdoor kunnen signalen van opgroei- en opvoedrisico’s in een vroeg stadium opgepakt worden͘.
De rol van de gemeente in de zorg voor jeugdigen De gemeente is verantwoordelijk voor alle zorg voor jeugd.6 Dit betekent dat de gemeente verantwoordelijk is voor een kwalitatief en kwantitatief toereikend aanbod van de verschillende vormen van jeugdhulp en van gecertificeerde instellingen 3 LHV 4 De
(november 2013) JGZ in beeld (juli 2014)
Pagina 5 van 40
en zorgt dat ieder kind dat een vorm van jeugdhulp nodig heeft, deze ook daadwerkelijk krijgt. Deze verantwoordelijkheid is vormgegeven als een zorgplicht van gemeenten, de jeugdhulpplicht.
Pagina 6 van 40
De jeugdhulpplicht bestaat in ieder geval bestaat uit: het opvoedkundig klimaat versterken in gezinnen, wijken, buurten, scholen en kinderopvang; het voorzien van een voldoende passend (dus effectief) aanbod van jeugdhulp; adviseren over de aangewezen vorm van jeugdhulp, en op een laagdrempelige, herkenbare wijze met de vereiste expertise bepalen welke jeugdhulp wordt ingezet; professionals adviseren die zich zorgen maken over een jeugdige (consultatiefunctie); de Raad voor de Kinderbescherming verzoeken onderzoek te doen als een kinderbeschermingsmaatregel noodzakelijk lijkt; beperkingen in de zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie van een jeugdige compenseren (maatschappelijke begeleiding); jeugdigen die met vragen rondlopen adviseren; in een toereikend aanbod van gecertificeerde instellingen voorzien, die de maatregelen van kinderbescherming en jeugdreclassering uitvoeren; een samenhangend jeugdhulpbeleid en afstemming en samenwerking met onderwijs, zorg, maatschappelijke ondersteuning, werk en inkomen en politie en justitie.
Pagina 7 van 40
2 2.1
OPTIMALE BIJDRAGE AAN PREVENTIE Een optimale bijdrage aan preventie Huisartsen en jeugdartsen hebben – ieder vanuit hun eigen specifieke kenmerken – een positie binnen het sociaal domein. De huisarts en de jeugdarts hebben gemeen dat ze dicht bij jeugdigen en ouders staan (laagdrempelig). Daarmee kunnen huisartsen en jeugdartsen een belangrijke bijdrage leveren in het ontzorgen, vroegsignaleren, demedicaliseren, versterken van de eigen kracht en het benutten van het sociaal netwerk. Dit kan op individueel of collectief niveau zijn. Daarmee kan de druk op de specialistische voorzieningen verminderd worden. Wanneer de huisarts en de jeugdarts samenwerken door informatie te delen (bijvoorbeeld het delen van zorgwekkende signalen) en afspraken te maken hoe zij in dergelijke gevallen gaan handelen, kunnen zij eveneens een waardevolle bijdrage leveren in het waarborgen van de veiligheid van kinderen. Deze bijdrage ontstaan echter niet vanzelf. Om als huisarts en jeugdarts meer samen te werken en goed aan te sluiten bij elkaars werkzaamheden zonder in elkaars vaarwater te zitten is het op de eerste plaats nodig dat de huisarts en de jeugdarts elkaar kennen en verkennen hoe zij tegen dit onderwerp aankijken. Voor goede samenwerking is afstemming wenselijk. In bijlage IV is de ‘gespreksleidraad’ opgenomen als ondersteunend document.
2.2
Totstandkoming en waarborgen samenwerking Alle huisartsen zullen door de jeugdartsen middels een brief geïnformeerd worden over de veranderingen van de taken van de jeugdarts in het kader van het rechtstreeks verwijzen en de wens om meer samen te werken en goed aan te sluiten bij de werkzaamheden van de huisarts. De jeugdarts zal het voortouw nemen om vervolgens het eerste contact te zoeken met de samenwerkende huisartsen of de bestaande contacten met de huisartsen uit te bouwen. Daarnaast zal de samenwerking tussen de huisarts en jeugdarts geëvalueerd worden door onderzoek van de academische werkplaats AMPHI vanuit het Radboudumc.
Pagina 8 van 40
3
TOEGANG EN TOELEIDING
3.1
Inleiding Rechtstreeks verwijzen door de jeugdarts Sinds 1 januari 2014 kunnen jeugdartsen rechtstreeks verwijzen naar de eerste - en tweedelijns (para)medische hulpverleners. De jeugdarts en de huisarts hebben daarmee beiden een poortwachtersfunctie. Het doel van het rechtstreeks verwijzen is onder meer om extra tijdsverlies en doktersbezoeken te voorkomen͘ Er zijn Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraken (LESA’s) gemaakt waarin is vastgelegd bij welke indicaties het niet meer nodig is voor de jeugdarts om via de huisarts te verwijzen naar specialisten. Zie de bijlagen V ,en Va voor meer informatie. In bijlage Vb –Ve zijn de door de jeugdarts gebruikte verwijsbrieven opgenomen. Om de gezamenlijke poortfunctie te borgen en de onderlinge samenwerking te versterken is het van belang elkaar te informeren in geval van verwijzing. Het is wenselijk afspraken te maken over welke informatie verwijsbrieven en onderlinge rapportage dienen te bevatten.
3.2
Consulteren van en verwijzen naar elkaar Verwijzen als huisarts naar de jeugdarts Tot op heden was het minder gebruikelijk dat de huisarts de jeugdarts (of de eveneens BIGgeregistreerde sociaal verpleegkundige) consulteert, dan wel dat naar de jeugdarts wordt verwezen. Bij een aantal indicaties kan dit wellicht een zinnige aanvulling vormen. Naast het aanbieden van extra contactmomenten, huisbezoeken en Video Home Training, heeft het JGZ-team zicht op de situatie op school en contacten met de peuterspeelzalen en kinderdagverblijven. Voor de volgende indicaties zou de huisarts naar het JGZ -team kunnen verwijzen, zie bijlage VI: Kind 0-4 jaar 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Borstvoedingsproblemen Voedingsstoornissen bij zuigelingen Huilbaby’s /slaapproblemen Zindelijkheidsvragen/-problemen Opvoedingsproblemen: eetproblemen, slaapproblemen, niet luisteren, gedrag (fase gebonden problematiek) Overgewicht Psychosociale problematiek/ontwikkelingsproblematiek Zwakke thuissituatie en sociaal isolement Taalontwikkelingsproblemen
Het CB heeft protocollen voor de initiële aanpak (exclusief medicatie op recept) van huidproblemen (luierdermatitis), gastro-oesophageale reflux, diarree, obstipatie, voorkeurshouding en traanbuisstenose, indicatie screening op autisme bij 15 mnd. Kind 4-18 jaar: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Overgewicht/obesitas Gedragsproblemen Slaapproblemen Zindelijkheidsvragen/-problemen Opvoedingsproblemen Schoolverzuim Psychosociale problematiek/ ontwikkelingsproblematiek Zwakke thuissituatie en sociaal isolement Pesten, middelen gebruik, seksuele voorlichting
Pagina 9 van 40
Op dit moment heeft het JGZ-team 3 standaard contactmomenten voor de 5, 8 en 11 jarigen. Tijdens de standaard meetmomenten van de 5 en 11 jarigen worden kinderen gewogen en gemeten, wordt de visus en op indicatie het gehoor getest en wordt ouders gevraagd een vragenlijst in te vullen en de SDQ-lijst. Op de leeftijd van 8 jaar worden de kinderen uitsluitend gewogen en gemeten. Op het voortgezet onderwijs heeft het JGZ-team 2 standaard contactmomenten voor de 13 en 15 jarigen. Op indicatie van ouders, school en het JGZ-team wordt een leerling bij de sociaal verpleegkundige dan wel de jeugdarts uitgenodigd op het spreekuur.
Verwijzen als jeugdarts naar de huisarts De jeugdarts verwijst naar de huisarts voor intercollegiale consultatie, bij (mede)behandeling en voor indicaties die nog niet geprotocolleerd zijn voor rechtstreekse verwijzing door de jeugdarts. Te denken valt aan: Ter behandeling o (Ernstig) eczeem of allergieën o Acute ziekten, OME, hypertrofie adenoïd, bronchitis, astma, impetigo etc. o Te kort tongriempje o Phimosis (Meestal) voor doorverwijzing/ consultatie/ aanvullende diagnostiek: o Verdenking op aangeboren afwijkingen o Verdenking liesbreuk o Schedel-asymmetrie die mogelijk behandeling behoeft o Aanhoudende voedingsproblemen o Groeistoornis (groeicurven, TH en TR meegeven), m.u.v. te korte lengte; o Mentale of motorische stoornissen (Zelf verwijzen jeugdartsen kinderen bij ontwikkelingsstoornissen vaak eerst door naar Integrale Vroeghulp of MEE en bij motorische ontwikkelingsachterstand naar de kinderfysiotherapie) Ter uitsluiting co-morbiditeit o Overgewicht
De huisarts en jeugdarts informeren elkaar Voor een goede samenwerking en afstemming is het van belang om elkaar, met toestemming van ouders en/of de jeugdige (leeftijdsafhankelijk), op de hoogte te houden. Te denken valt aan kopieën van verwijsbrieven om zodoende onnodig werk te voorkomen en inzicht te krijgen in het consultatiegedrag van patiënten. Laagdrempelig intercollegiaal overleg (face to face/ email/ telefoon) is daarop een aanvulling. Met name bij multiprobleem/ risicogezinnen en ernstige psychosociale problematiek is het belang van een goede samenwerking en afstemming tussen de huisarts en jeugdarts groot.
De huisartsen en de jeugdarts (en sociaal verpleegkundige) consulteren en/of informeren elkaar (met toestemming van de ouders en/of jongere): Over situaties waarin hun zorg voor kind en gezin elkaar raken of de zorg voor het kind daar aanleiding toe geeft, waaronder in ieder geval vermoeden van kindermishandeling. In geval van verwijzing van kinderen naar jeugd GGZ, AMW, MEE en naar de 2 e/3e lijn. In geval van zorgcoördinatie door de jeugdarts of door de huisarts. De jeugdgezondheidszorg informeert de huisarts wanneer een kind geen gebruik maakt van de jeugdgezondheidszorg en/of onvolledig gevaccineerd is/ wordt. 3.3
Verwijzen naar de jeugd-GGZ In het nieuwe jeugdstelsel valt alle jeugdhulp (dus ook de jeugd GGZ) onder één wet, de Jeugdwet. Hiermee komt de verantwoordelijkheid en de regie voor de jeugd -ggz bij gemeenten te liggen per 2015. Namens de gemeente kan een deskundige, vanuit het Pagina 10 van 40
sociaal domein, bijvoorbeeld het Sociale Wijkteam (SWT), de bevoegdheid gegeven worden om ook door te verwijzen naar de jeugd GGZ. Daarnaast kunnen huisartsen en jeugdartsen rechtstreeks verwijzen naar de jeugd GGZ. In bijlage VII is een schema opgenomen over de veranderingen in de (jeugd-)GGZ. 3.4
Relatie met zorgstructuren onderwijs en sociaal domein Het is belangrijk dat de huisarts, jeugdarts en het sociaal domein goed op de hoogte zijn van de lokale zorgstructuur. De relatie met het domein onderwijs en voor - en buitenschoolse opvang zal via de jeugdarts en sociaal domein (schoolmaatschappelijk werk) verlopen. Nota bene: Dyslexie is een leerstoornis en voor verwijzing voor diagnostiek is geen verwijzing van een arts nodig. Scholen kunnen rechtstreeks een verzoek voor onderzoek naar dyslexie indienen bij o.a. Marant, hiervoor is dus geen verwijzing van de huis -, dan wel jeugdarts nodig. Als ouders toch met deze vraag bij de arts komen, kan deze ouders terugverwijzen naar school conform de gemaakte afspraken, zie ook bijlage VIII. Dit zijn de werkafspraken voor 2015. Voor 2016 werken we naar een eenduidige werkwijze met heldere taakomschrijving voor alle professionals.
3.5
Afspraken over samenwerking en afstemming Afspraken over samenwerking en efficiënte afstemming en lijnen naar het sociaal domein/ SWT De gemaakte afspraken zijn vastgelegd in de nieuwsbrief uitgegeven door de gemeenten in de regio Nijmegen, zie bijlage 1. De huisarts en/of jeugdarts /sociaal verpleegkundige van de GGD verwijst naar het sociaal domein/ SWT bij:
WMO-aanvragen Complexe problematiek ( systeemproblematiek of bij enkelvoudige/meervoudige kindgebonden problematiek), in andere gevallen verwijst de huisarts of jeugdarts rechtstreeks en informeert het sociale domein hierover. Doorverwijzing voor opvoedhulp/jeugdhulp voor (licht) verstandelijk gehandicapten ten behoeve van afstemming met het SWT welke ondersteuning het beste ingezet kan worden. Inzet PGB
Het SWT/lokale toegangspoort betrekt de jeugdarts / sociaal verpleegkundige en de huisarts wanneer zij een casus hebben waar kinderen bij betrokken zijn (1) ter informatie, 2) om informatie op te vragen: welke acties zijn al ondernomen? Wat werkte en wat niet? En 3) om problemen, die niet thuishoren in het SWT weer terug te leiden naar het voorveld). Het SWT verwijst zo nodig naar de huisarts en/of jeugdarts bij problemen van het kind en informeert de huisarts en jeugdarts als het rechtstreeks een kind verwijst. Hierbij dient de poortfunctie van jeugdarts en huisarts geborgd te worden, zodat binnen eerste lijn kan worden behandeld waar daar een passend aanbod voor is en op indicatie zinnig doorverwezen kan worden. Dit is een toekomstbeeld wat professionals samen in de wijk vorm gaan geven. Voorwaarde voor eerstelijns samenwerking is een actuele sociale kaart op wijkniveau. Zie voor een voorbeeld hiervan in bijlage IX de sociale kaart van Lindenholt.
Pagina 11 van 40
4 4.1
JURIDISCHE VRAAGSTUKKEN Inleiding In dit hoofdstuk komen richtlijnen die betrekking hebben op het uitwisselen van gegevens en verwijzen aan bod. Hierbij is een onderscheid gemaakt tussen het uitwisselen van gegevens tussen de jeugdarts en de huisarts en de gegevensuitwisseling met overige partners. De huisarts, jeugdarts, gemeente voor gebiedsteam hebben allen hun eigen privacy regelement. Zie in bijlage X de LHV- privacy kaart. Het juridische kader wordt gevormd door wet- en regelgeving, zie bijlage XI.
4.2
Richtlijnen gegevensuitwisseling In geval van uitwisseling van gegevens dient rekening te worden gehouden met hiervoor geldende juridische kaders en richtlijnen op gebied van privacy, beveiliging van gegevens/ communicatiekanalen en toestemming van betrokkene(n). Het verdient aanbeveling extra zorgvuldigheid te betrachten bij gegevensuitwisseling met het sociale domein, vanwege de mogelijk andere (bijv. niet direct betrokken of niet BIG geregistreerde) relatie tot de betrokkene. Digitale communicatie uitwisseling dient via beveiligde kanalen (zorgdomein/ zorgmail/ Lifeline) te gebeuren en waar dat nog niet mogelijk is, dient men terughoudend te zijn met uitwisseling van (versleutelden/ geanonimiseerde) gegevens via de mail. Richtlijnen bij verwijzing en/of wens voor gegevensuitwisseling tussen jeugdarts en huisarts Bij verwijzing of de wens voor gegevensuitwisseling wordt dit overlegd en toestemming gevraagd aan ouders en/of jeugdige (leeftijdsafhankelijk). Slechts in geval van zwaarwegende argumenten in het belang van het kind kan gemotiveerd afgeweken worden van honorering hiervan. In het algemeen geldt: Tot 12 jaar (of wilsonbekwaam) hoeven alleen de ouders akkoord te gaan met verwijzing en gegevensoverdracht. Wel dient aan het kind op een leeftijd adequate manier uitgelegd te worden, waarom er verwezen wordt en wat er gaat gebeuren (recht op informatie). Als het kind tussen 12 en 16 jaar oud is, is naast de toestemming van de ouders ook die van het kind nodig. Een verwijzing heeft als een doel een behandeling te starten. Als het kind een verwijzing/behandeling wenst, maar de ouders dit niet willen, dan zal, als het kind de verwijzing/behandeling weloverwogen blijft wensen, de verwijzing/behandeling toch mogen plaatsvinden. Ook als de verwijzing/behandeling kennelijk nodig is om ernstig nadeel voor het kind te voorkomen, mag zonder toestemming van de ouders verwezen/behandeld worden. Als het kind 16 jaar of ouder is (en wilsbekwaam), dan mag het zelf beslissen over verwijzing en gegevensoverdracht. In geval van gescheiden ouders: in principe hebben ouders beiden/gezamenlijk gezag na een scheiding. In principe moeten zij samen beslissen en dus ook beiden toestemming geven. Als een van de ouders op het spreekuur komt, mag de arts er van uit gaan, dat deze mede namens de andere ouder spreekt, tenzij er aanwijzingen zijn dat dit niet zo is. In dat geval dient ook aan de andere ouder expliciet toestemming te worden gevraagd. Bij ouders, van wie het gezag na de scheiding aan één ouder is toegewezen, hoeft de niet-gezag dragende ouder geen toestemming te geven voor verwijzing. Deze heeft ook een veel minder uitgebreid recht op informatie (bijv. geen inzagerecht), alleen feitelijke en globale informatie waarmee hij/zij zich een beeld kan vormen van de verzorging en opvoeding van het kind. De arts kan beslissen om aan de niet-gezag dragende ouder informatie te onthouden als dat in het belang van het kind is.11 Gegevensuitwisseling met overige partijen 1. Voor doorverwijzing binnen de zorg gelden zowel voor huisarts als voor jeugdarts dezelfde regels als bij verwijzing naar elkaar. Voor doorverwijzing naar een jeugdzorginstelling geldt, dat bij iedere verwijzing expliciet toestemming dient te Pagina 12 van 40
worden gevraagd voor gegevensoverdracht, dus niet mag worden uitgegaan van de toestemming die in het algemeen is gegeven. In principe wordt alleen informatie gegeven met toestemming van de ouders/jeugdige. In geval van (een vermoeden van) kindermishandeling mag zonder toestemming informatie verstrekt worden aan personen werkzaam bij Jeugdbescherming (voorheen BJZ genaamd), dus ook aan anderen dan het Veilig Thuis (voorheen AMK genaamd), bijvoorbeeld de gezinsvoogd, als dat noodzakelijk is om de kindermishandeling te stoppen of een vermoeden daarvan te onderzoeken.12
2. Voor overleg met andere ketenpartners buiten de zorg (school, ZAT, en dus ook
het social domein) dient expliciet toestemming te worden gevraagd. Leraren zijn niet rechtstreeks bij de behandeling betrokken. Om die reden mogen JGZ-medewerkers hen zonder toestemming van ouders/jeugdige geen informatie geven op kindniveau, dus ook geen feedback in het kader van wederkerigheid. Er mag wel algemene informatie teruggekoppeld worden, maar relevante informatie op kindniveau mag alleen met toestemming van ouders/kind overgedragen worden.
3. A a n ne t w e r k o v e r l e g g e n, z o a l s he t Z A T , l i g g e n c o nve n a nt e n t e n g r o nd s l a g w a a r i n samenwerkingsafspraken over privacy zijn opgenomen. Uitgangspunt is dat met ouders/leerling overleg wordt gevoerd over bespreking in het netwerk en dat daarbij toestemming wordt gevraagd voor het bespreken en uitwisselen van gegevens door de betrokken partijen. Wanneer ouders/leerling geen toestemming geven, wordt de casus in principe niet ingebracht. Het is alleen mogelijk dit zonder toestemming te doen wanneer de casus anoniem wordt besproken of in een bijzondere situatie van overmacht (conflict van plichten). 13
4. Ouders komen in de meeste gevallen bij de jeugd- en gezinscoachen advies vragen. Als
het gebiedsteam consultatie of advies vraagt aan de jeugdarts, dan zal deze alleen met toestemming van de ouders/kind gegevens mogen bespreken, vergelijkbaar met een leraar van school of iemand uit het ZAT.
5. Ook als een match gevonden wordt via de Verwijsindex met iemand buiten de zorg zal alleen met toestemming van de ouders/kind gegevensuitwisseling kunnen plaatsvinden.
6. De POH-GGZ valt ‘onder’ de huisartsenzorg en houdt zich aan dezelfde regels wat
betreft privacy. De andere leden van het JGZ-team zijn gebonden aan dezelfde regels als de jeugdarts.
7. Digitale communicatie uitwisseling dient via beveiligde kanalen (zorgdomein/ zorgmail/
Lifeline) te gebeuren en waar dat nog niet mogelijk is dient men terughoudend zijn met uitwisseling van (versleutelden/ geanonimiseerde) gegevens via de mail.
4.3
Randvoorwaarden Voorwaarde is beveiligde gegevensuitwisseling. Randvoorwaarden hiervoor moeten op organisatorisch niveau worden geregeld. Er wordt onderzocht of aansluiting bij zorgdomein (verwijsapplicatie) en/of lifeline door de jeugdarts een haalbare kaart is.
Pagina 13 van 40
5
SAMENSTELLING WERKGROEP
Samenstelling werkgroep samenwerking tussen huisarts en jeugdarts Wim van Beurden Mirjam Meijer Raph Miessen Nadja Joosen Hannelore Hoogeveen Mariska Lasage Emilie Ruiter
Huisarts, bestuurslid CIHN Huisarts, bestuurslid huisartsenkring Huisarts in Wijchen Huisarts in Nijmegen Manager jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland-Zuid Jeugdarts GGD Gelderland-Zuid Jeugdarts GGD Gelderland-Zuid
Pagina 14 van 40
6
BRONNEN De Samenwerking en afstemming tussen huisartsen en jeugdartsen (onder meer STMG /VGGM september 2014). KNMG (mei 2013), Visie Versterking medische zorg aan jeugdigen LHV en VNG (mei 2013), Huisarts & Gemeente, samen werken in de wijk LHV en VNG (2013), Addendum Jeugd voor huisartsen en gemeenten, Samen werken in de wijk LHV (november 2013), Notitie Aanbod huisartsenzorg voor jeugd met psychische of psychosociale klachten Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en Ministerie van Veiligheid en Justitie, VNG, NJi (juni 2014), Factsheet toegang tot jeugdhulp Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en Ministerie van Veiligheid en Justitie, VNG (juni 2014), Checklist inrichting toegang jeugd hulp
Pagina 15 van 40
BIJLAGE I AFSPRAKEN GEMEENTE NIJMEGEN Afspraken Gemeente Nijmegen omtrent samenwerking huisarts, jeugdarts, kinderarts en sociaal wijkteam
Pagina 16 van 40
Pagina 17 van 40
Pagina 18 van 40
Pagina 19 van 40
BIJLAGE II
PRAKTIJKKAART SAMENWERKING
Praktijkkaart samenwerking huisarts jeugdarts
Pagina 20 van 40
Pagina 21 van 40
BIJLAGE III AANBOD PSYCHISCHE OF PSYCHOSOCIALE ZORG Drie modellen aanbod psychische of psychosociale zorg binnen de huisartsenpraktijk Landelijke ontwikkelingen laten zien dat er huisartsen zijn die de psychische of psychosociale zorg voor jeugdigen expliciet binnen de huisartsenpraktijk willen organiseren om in te spelen op de zorgvraag. Bijvoorbeeld door behandeling van kinderen met (lichte) psychische problematiek in de huisartsenpraktijk. Het Aanbod Huisartsgeneeskundige Zorg (2009) is niet gespecificeerd naar doelgroep. Dat betekent dat het aanbod aan huisartsgeneeskundige zorg voor de jeugd ook niet afzonderlijk is beschreven. In de LHVnotitie ‘Aanbod voor de jeugd: drie modellen’ waarin drie verschillende varianten beschreven van het aanbod beschreven worden: basis, aanvullend en bijzonder. 17 17 Iedere huisartsenpraktijk is immers anders - wat betreft samenstelling, mogelijkheden en Aanbod
Organisatie
Randvoorwaarden
Realiseren randvoorwaarden voor samenwerking met in ieder geval JGZ, kinderarts, kinder- en jeugdpsychiater.
Randvoorwaarden voor maken samenwerking. Goede verwijsmogelijkheden. Actuele sociale kaart.
Zie onder basis, aangevuld met: Samen met POH jeugdpopulatie van de praktijk in beeld. Een huisarts met aandachtsgebied ‘jeugd’ binnen hagro ͘ POH ondersteunt huisarts en huisarts ondersteunt POH met casuïstiekbespreking. Breed netwerk op jeugdgebied POH aanspreekpunt voor wijkteam gemeente, CJG en ZAT.
Zie onder basis, aangevuld met: Inzet POH (jeugd) GGZ. Toereikende en structurele middelen voor inzet POH (jeugd) GGZ. Korte lijnen binnen jeugdnetwerk Mogelijkheid kinder- en jeugdpsychiater te consulteren.
Basisaanbod Generalistische basis huisartsgeneeskundige zorg (Aanbod, 2009) Huisarts is vertrouwens- en gezinsarts. Vraag gestuurd. Focus met name op veel voorkomende aandoeningen. Verwijzing bij zeldzamere, complexe problematiek. Toepassing KNMG Meldcode. Aanvullend aanbod Basisaanbod aangevuld met: Aanvullend aanbod binnen de praktijk voor vraagverheldering kinderen met (lichte) psychische problematiek. Vraagverheldering door POH (jeugd) GGZ. Focus op goede signalering van problematiek en in kaart brengen vraag voor goede verwijzing. Bijzonder aanbod Basis- en aanvullend aanbod aangevuld met: Specifiek project of extra aanbod voor begeleiding/ behandeling kinderen met psychische of psychosociale problematiek binnen de huisartsenpraktijk. Behandeling door POH (jeugd) GGZ. Focus daarbij op verdiepen in problematiek, zodat gericht kan worden behandeld of evt. verwezen.
Zie onder aanvullend, aangevuld met: Zie onder aanvullend, aangevuld met: Voldoende middelen om een specifiek Huisarts organiseert samen met POH project rond de jeugd te financieren. (jeugd) GGZ een extra aanbod voor Extra tijd voor eerste kinderen met opgroei- of psychische probleemverheldering door de problematiek binnen de huisarts (scharnierconsult). huisartsenpraktijk. Bijv. project rond Mogelijkheid kinder- en ADHD. jeugdpsychiater en/of Mogelijkheid voor andere huisartsen systeemtherapeut (direct) te in de buurt om kinderen naar deze consulteren. praktijk te verwijzen. ambities - en ook iedere patiëntenpopulatie is anders. Daarom kan voor de ene praktijk de basisvariant voldoende zijn en zal de andere huisartspraktijk kiezen voor een meer uitgebreide variant van het aanbod. Het bijzondere model is dus geen streefmodel voor alle huisartspraktijken. Afhankelijk van de populatie en praktijkorganisatie kan de huisarts kiezen voor een van de 3 varianten. Uiteraard is een huisarts niet gebonden aan deze drie modellen.
Pagina 22 van 40
BIJLAGE IV
GESPREKSHANDLEIDING HUISARTS – JEUGDARTS
Tips
Leer elkaar persoonlijk kennen. Ken de huisartsen / jeugdartsen in het werkgebied. Beschik over een actuele lijst met relevante contact- en beschikbaarheidsgegevens. 2. Ga in dialoog met elkaar over de bijdrage die men wil en kan leveren in het versterken van het preventieve domein. Probeer zo concreet mogelijk te zijn: Wat moeten we morgen in ons handelen veranderen om onze meerwaarde verder te vergroten? 1.
Eerste kennismakingsgesprek Hieronder is een aantal praktische onderwerpen opgenomen die in een eerste kennismakingsgesprek aan de orde kunnen komen. In de gespreksleidraad zijn aanvullende thema’s weergegeven. Algemeen * Namen en functies (wie is wie) Werkzaamheden * Taken pakket (wat doen we) * Werkwijze (hoe doen we dat) * Verdeling eventuele werkzaamheden / aandachtsgebieden (wie doet wat) Bereikbaarheid * Uitwisselen contactgegevens (telefoonnummer, e-mailadres e.d.) * Werkdagen (wie is wanneer bereikbaar) Organisatie * Werkgebied (welk gebied werkzaam) * Organisatie (hoe zijn wij georganiseerd)
Samenwerkingsafspraken * Welke richtlijnen en standaarden worden gevolgd * Wijze van samenwerken incident gestuurd: korte en snelle lijnen * Wijze van systematisch / structureel contact houden
Pagina 23 van 40
BIJLAGE V
RECHTSTREEKS VERWIJZEN DOOR DE JEUGDARTS
In de huidige samenwerking is het verwijzen van de jeugdarts naar de huisarts reeds gebruikelijk. De jeugdartsen verwezen naar huisartsen o.a. voor diagnostiek bij medische problematiek en i.v.m. het verzoek door te verwijzen naar medisch specialisten en de GGZ. Met de besluitvorming door Zorgverzekeraars Nederland en de daarbij aangesloten verzekeraars dat jeugdartsen per 1 januari 2014 rechtstreeks kunnen verwijzen naar de eerste- en tweedelijns (para)medische hulpverleners is in een verandering gekomen in deze situatie. Het rechtstreeks verwijzen is voorbehouden aan jeugdartsen KNMG en/of jeugdartsen die lid zijn van de beroepsorganisatie AJN (landelijke afspraken). Het doel hiervan is onder meer om de zorg rondom het kind/jeugdige en ouders/verzorgers te optimaliseren en (onnodig) tijdsverlies en extra doktersbezoeken te voorkomen. Er zijn Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraken (LESA’s) gemaakt waarin is vastgelegd bij welke indicaties het niet meer nodig is voor de jeugdarts om via de huisarts te verwijzen naar specialisten. Daarnaast beschrijven de JGZ-richtlijnen (zie www.jgzrichtlijnen.nl) deze en overige indicaties tot verwijzen duidelijk. Voor indicaties waar u als huisarts zelf nog verder onderzoek kunt doen, of u als gezinsarts een andere inschatting kunt maken voor het vervolgtraject, blijven we naar u verwijzen. Indicaties voor rechtstreeks verwijzen door de jeugdarts naar de 2e lijn: Indicaties met LESA en JGZ- richtlijn: 1. Visuele stoornissen naar oogarts 2. Dysplastische heupontwikkeling naar radioloog of orthopeed 3. Kleine lichaamslengte naar kinderarts 4. Obesitas naar kinderarts 5. Niet-scrotale testis naar kinderuroloog-/chirurg 6. Psychosociale- en jeugdpsychiatrische problemen/ontwikkelingsstoornis naar jeugd GGZ, kinderpsychiater a. Vermoeden ADHD, ASS, automutilatie, depressie) Indicaties die we in overleg met de ziekenhuizen volgens regionale afspraken verwijzen: 7. Obesitas naar kinderarts CWZ 8. Excessief huilen naar kinderarts CWZ 9. Ernstige koemelkallergie naar kinderarts CWZ 10. Spraak-taalproblematiek naar Kinderaudiologisch centrum Radboudumc, Kentalis In de toekomst: 11. Hartafwijkingen 12. Huidafwijkingen
in overleg met huisartsen nog niet rechtstreeks verwijzen regionale afspraken mogelijk
Verder verwijzen we naar: 13. kinderfysiotherapie 14. (pre)logopedie 15. Diëtisten
Pagina 24 van 40
BIJLAGE Va
INFORMATIEBRIEF HUISARTSEN
INFORMATIEBRIEF AAN HUISARTSEN BETREFFENDE RECHTSTREEKS VERWIJZEN VAN KINDEREN MET OBESITAS NAAR HET CWZ
Naam Huisarts of vertegenwoordigers van de Nijmeegse huisartsen
ons kenmerk: uw kenmerk: datum: 18 maart 2015 onderwerp: info verwijzing overgewicht en obesitas door jeugdartsen
afdeling: Jeugdgezondheidszorg contactpersoon: leen doorkiesnummer: (088) 144 7273 e-mail:
[email protected]
Geachte collega, Zoals u weet mogen jeugdartsen van de GGD rechtstreeks verwijzen naar de 1e (sinds 2014) en 2e lijn (sinds 2015). In deze brief geven wij u informatie over hoe wij kinderen met overgewicht of obesitas verwijzen. Kinderen met overgewicht verwijzen wij zo nodig naar de huisarts voor verdere diagnostiek. Kinderen met obesitas verwijzen wij rechtstreeks naar de afdeling kindergeneeskunde van het CWZ. Er gaat een kopie van de verwijsbrief naar de huisarts van het kind. De kinderarts van het CWZ stuurt een brief met zijn/haar bevindingen naar de verwijzende jeugdarts met een kopie aan de huisarts. Indien de kinderarts geen co-morbiditeit of metabole gevolgen van de obesitas constateert, verwijst de kinderarts het kind terug naar de jeugdarts. De jeugdarts kan het kind aanmelden voor een gecombineerde leefstijlinterventie in de wijk en nodigt het kind uit voor follow-up van het gewichtsbeloop. Deze afspraken zijn gebaseerd op de landelijke richtlijn van de NCJ en tot stand gekomen na overleg met de kinderartsen van het CWZ en het Radboudumc. Deze werkwijze wordt over een half jaar geëvalueerd met de afdeling kindergeneeskunde van het CWZ. Wij hopen u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Wenst u meer informatie of heeft u nog vragen? Dan kunt u contact opnemen met jeugdarts Carla Leen (088-1447273). Met vriendelijke groet,
Pagina 25 van 40
BIJLAGE Vb
ALGEMENE VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR 2e LIJN
GGD Gelderland –Zuid Afd. Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120 6501 BC Nijmegen
Logo GGD
Formulier maart 2015 Verwijsbrief algemeen Personalia Naam kind Geboortedatum e-mail ouders Telefoon ouders Adres
Naam jeugdarts AGB-code e-mail Telefoon JGZ locatie Naam huisarts Plaats praktijk huisarts
BSN nummer Datum verwijzing Verwijzing naar:
Afspraak via:
Aanmelding: ZH maakt een afspraak met ouders ZH neemt contact met ouders op
CWZ kindergeneeskunde
Tel. 024 3658220
Ouders bellen zelf
Radboudumc 0 Kindergeneeskunde 0 Urologie
Radboudumc T.a.v. naam afdeling Postbus 9101 6500 HB Nijmegen
Jeugdarts stuurt brief per post
Maasziekenhuis Pantein Boxmeer
tel.0485 84 5505
Jeugdarts stuurt brief per post
Rijnstate kindergeneeskunde
ZH maakt een afspraak met ouders
[email protected] ZH informeert ouders Jeugdarts over afspraak verstuurd brief per mail Reden verwijzing: klacht / hulpvraag of screeningsonderzoek
Anamnese / lichamelijk onderzoek
Risicofactoren / Overige gegevens Ontwikkeling Groeicurve ( bijlage) Familieanamnese Medicatie Vraagstelling en procedurevoorstel
Graag terugkoppeling via bovenstaand postadres en naar de huisarts. Met vriendelijke groeten, Naam, Jeugdarts , GGD Gelderland-Zuid
Pagina 26 van 40
BIJLAGE Vc
VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR ORTHOPEDIE
GGD Gelderland –Zuid Afd. Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120 6501 BC Nijmegen
Logo GGD
Formulier maart 2015 Verwijsbrief Orthopedie Dysplastische heupontwikkeling Personalia Naam kind Geboortedatum e-mail ouders Telefoon ouders Adres
Naam jeugdarts AGB-code e-mail Telefoon Huisarts Plaats praktijk huisarts
BSN nummer Datum verwijzing Verwijzing naar: CWZ Nijmegen) Radboudumc
Afspraak (
St. Maartenskliniek Maasziekenhuis Rijnstate
Aanmelding
024 3658265
Ouder(s) bellen zelf
024 3614471 Radboudumc T.a.v. afdeling orthopedie Postbus 9101 6500 HB Nijmegen 024 3659659
Jeugdarts stuurt brief per post
ZH neemt ouders op
Jeugdarts stuurt brief per post Jeugdarts stuurt brief per post ZH informeert ouders
ZH neemt contact met ouders op ZH neemt contact met ouders op Aanmelding door jeugdarts per mail
0485 845350
[email protected]
contact
Anamnese, lichamelijk onderzoek 0 0 0 0 0
Abductiebeperking Beenlengteverschil Bilplooiasymmetrie Stuitligging Positieve familieanamnese:
Risicofactoren/ Aanvullend onderzoek / Overige gegevens
Vraagstelling en procedurevoorstel
Graag terugkoppeling via bovenstaand postadres GGD Gelderland-Zuid en naar de huisarts. Met vriendelijke groet, Naam, Jeugdarts , GGD Gelderland-Zuid Pagina 27 van 40
met
BIJLAGE Vd
VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR RADIOLOGIE
GGD Gelderland-Zuid Afd. Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120 6501 BC Nijmegen Formulier maart 2015 Verwijsbrief Radiologie Dysplastische heupontwikkeling Personalia Naam kind Geboortedatum e-mail ouders Telefoon ouders
Naam jeugdarts AGB-code e-mail Telefoon Locatie consultatiebureau Huisarts Plaats praktijk
Adres BSN nummer Datum verwijzing Verwijzing naar: CWZ ( Nijmegen) CWZ(Waalsprong) Radboudumc
St. Maartenskliniek Maasziekenhuis Pantein Rijnstate Ziekenhuis Rivierenland Tiel
024 3657431 024 3657080 024 3614529 Radboudumc T.a.v. afdeling radiologie Postbus 9101 6500 HB Nijmegen 024 365 92 62 0485 845285 088-0057795 0344 - 674233
Afspraak door
Aanmelding
Ouder(s) bellen zelf Ouder(s) bellen zelf Jeugdarts stuurt brief per post
ZH maakt afspraak ZH maakt afspraak ZH neemt contact met ouders op
Jeugdarts stuurt brief per post Jeugdarts stuurt brief per post 0uder(s) bellen zelf Ouder(s)bellen zelf
ZH neemt contact met ouders op ZH neemt contact met ouders op Ouders nemen brief mee Ouders nemen formulier mee
Anamnese, lichamelijk onderzoek
Risicofactoren/ Aanvullend onderzoek / Overige gegevens Familieanamnese Stuitligging
Radiologie
Vraagstelling en procedurevoorstel 0 echo onderzoek heupen 0 X heupen
Bij afwijkende bevindingen bij radiologisch onderzoek gaarne verwijzing naar orthopedie. Graag terugkoppeling via bovenstaand postadres GGD Gelderland-Zuid en naar de huisarts. Met vriendelijke groet, Naam, Jeugdarts , GGD Gelderland-Zuid
Pagina 28 van 40
BIJLAGE Ve
VERWIJSBRIEF JEUGDARTS NAAR ORTHOPTIST
GGD Gelderland–Zuid Afd. Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120 6501 BC Nijmegen
Logo GGD
Formulier maart 2015 Verwijsbrief Visuele Stoornis Personalia Naam kind
Naam jeugdarts AGB-code e-mail Telefoon JGZ locatie Naam huisarts Plaats praktijk huisarts
Geboortedatum e-mail ouders Telefoon ouders Adres
BSN nummer Datum verwijzing Verwijzing naar: CWZ ( Nijmegen)
024-3658215
Afspraak via: ouder(s)
CWZ (Waalsprong)
024-3657080
ouder(s)
Ziekenhuis Rivierenland Maasziekenhuis Pantein Boxmeer
0344-674059
ouder(s)
0485-845371
Aanmelding: http://www.cwz.nl/specialismen/oogheelkunde/ polikliniek/afspraak-maken.html http://www.cwz.nl/specialismen/oogheelkunde/ polikliniek/afspraak-maken.html Aanmelding door jeugdarts/ mail
[email protected] ZH maakt afspraak met ouders
Jeugdarts stuurt brief per post Reden verwijzing: klacht / hulpvraag of screeningsonderzoek Visusonderzoek Datum 1e onderzoek VOD
Datum 2e onderzoek VOS
VOD
VOS
APK-TOV APK Landolt- C Overige bevindingen VOV Reflexbeelden/Instelbeweging/Herstelbeweging/Volgbeweging binoculair/Volgbeweging monoculair: Doorvallend licht/Pupil zwart/Pupil rond/Pupilreactie: Risicofactoren/ Aanvullend onderzoek / Overige gegevens Pre- en perinatale periode: Familie: Vraagstelling en procedurevoorstel
Graag terugkoppeling via bovenstaand postadres en naar de huisarts. Met vriendelijke groeten, Naam, Jeugdarts , GGD Gelderland-Zuid
Pagina 29 van 40
BIJLAGE VI
NAAR ELKAAR VERWIJZEN BIJ PROBLEMEN
Problemen waarvoor de huisarts en jeugdarts naar elkaar kunnen verwijzen: Verwijzen als huisarts naar de jeugdarts/ sociaal verpleegkundige Kind 0-4 jaar Het JGZ-team behandelt of adviseert waar mogelijk bij: 1. Borstvoedingsproblemen
2. Voedingsstoornissen bij zuigelingen
3. Huilbaby’s, slaapproblemen
4. Zindelijkheidsvragen/-problemen 5. Opvoedingsproblemen a. Eetproblemen b. Slaapproblemen c. Niet luisteren d. Gedrag: fase gebonden problematiek
6. Overgewicht
7. Psychosociale problematiek/ontwikkelingsproblematiek (ADHD, autisme, hechtingsstoornis) 8. Zwakke thuissituatie en isolement 9. Taalontwikkelingsproblemen
Wat bieden wij: Huisbezoek verpleegkundige Mogelijkheid tot extra consulten of weegmomenten op het wekelijkse inloopspreekuur Advies vragen aan lactatiekundige. Voedingsadviezen Provocatie-eliminatietest ter uitsluiting van een KEA. Bij stoornis mondmotoriek verwijzen wij naar prelogopedie. Begeleiding van ouders: advisering rust en regelmaat Inbakeren Huisbezoeken door verpleegkundige Slaaptraining Vroege interventie voor schoolleeftijd: advies evt verwijzing Lichte opvoedingsondersteuning door verpleegkundige Video Home Training door medewerker GGD Evt verwijzing naar samenwerkingspartners, zoals zorgcoördinator ‘kijk op Kleintjes’ of ‘Integrale vroeghulp’, Bureaujeugdzorg en andere samenwerkingspartners van het CJG en Sociale Wijkteam. Kortdurend extra contactmomenten voor wegen en meten en motiverende gespreksvoering. Pedagogische kwaliteiten van ouders of lifestyle problemen in kaart brengen. Voedings- en beweegadviezen Huisbezoek verpleegkundige Indien opvoedproblemen punt 5. Onderzoek psychosociale problematiek: probleemverheldering. Overleg met school (hoe functioneert het kind op school) Begeleiding verpleegkundige Afname lexilijst tussen 24 en 27 maanden ter beoordeling welke extra ondersteuning ingezet dient te worden tbv vroegtijdige interventie en verwijzing Huisbezoek verpleegkundige
Het CB heeft protocollen voor de initiële aanpak van huidproblemen (luierdermatitis), Gastrooesophagale reflux, diarree, obstipatie, voorkeurshouding en traanbuisstenose, indicatie screening op autisme bij 15 mnd. Kind 4-18 jaar: Op dit moment heeft het JGZ-team 3 standaard meetmomenten voor de 5, 8 en 11 jarigen. Tijdens de standaard meetmomenten van de 5 en 11 jarigen worden kinderen gewogen en gemeten, wordt de visus en op indicatie het gehoor getest en wordt ouders gevraagd een vragenlijst in te vullen en de SDQ-lijst. Op de leeftijd van 8 jaar worden de kinderen uitsluitend gewogen en gemeten. Op het voortgezet onderwijs heeft het JGZ-team 2 standaard contactmomenten voor de 13 en 15 jarigen.
Pagina 30 van 40
Op indicatie van ouders, school en het JGZ-team wordt een leerling bij de sociaal verpleegkundige dan wel de jeugdarts uitgenodigd op het spreekuur. Het JGZ-team behandelt of adviseert waar mogelijk bij: 1. Overgewicht/obesitas
2. Gedragsproblemen
3. Slaapproblemen 4. Zindelijkheidsvragen/-problemen 5. Opvoedingsproblemen
6. Schoolverzuim
7. Psychosociale problematiek/ontwikkelingsproblematiek (ADHD, autisme, hechtingsstoornissen) 8. Zwakke thuissituatie en isolement 9. Pesten, middelengebruik, seksuele voorlichting 10. (Chronisch) gezondheidsprobleem
Wat bieden wij: Kortdurend extra contactmomenten voor followup gewichtsbeloop en motiverende gespreksvoering. Pedagogische kwaliteiten van ouders of lifestyle problemen in kaart brengen. Voedings- en beweegadviezen Huisbezoek verpleegkundige Verwijzing naar gecombineerde leefstijlinterventie in de wijk. Indien opvoedproblemen zie hieronder, punt 5. Verwijzing van ouders/kinderen naar samenwerkingspartners voor verdere begeleiding of diagnostiek. Te denken valt hierbij naar maatschappelijk werk/cursussen/diagnostiek bij bv angsten en vermoeden van ADHD. Advisering rust en regelmaat Huisbezoeken door verpleegkundige Slaaptraining Advies, kortdurende begeleiding door de verpleegkundige en evt verwijzing. Lichte opvoedingsondersteuning door verpleegkundige Video Home Training door medewerker GGD Evt verwijzing naar samenwerkingspartners, zoals zorgcoördinator ‘Integrale vroeghulp’ (tot 8 jr), Bureaujeugdzorg en andere samenwerkingspartners van het CJG en Sociale Wijkteam. In kaart brengen problematiek. In gesprek met leerling, ouders, school en zonodig zorgadviesteam op school of de leerplichtambtenaar. Onderzoek psychosociale problematiek: probleemverheldering. Overleg met school (hoe functioneert het kind op school) Begeleiding verpleegkundige Programma’s aangeboden vanuit de afdeling van de GGD ‘Gezond Leven’/gezondheidsmakelaars. Begeleiding van kinderen met een (chronisch) gezondheidsprobleem op school door advisering door de jeugdarts voor een aanpassing van het lesprogramma
Pagina 31 van 40
BIJLAGE VII
AANVULLENDE INFORMATIE JEUGD-GGZ
De belangrijkste veranderingen zijn dat de eerste- en tweedelijns GGZ is vervangen door POH, generalistische basis GGZ en gespecialiseerde/specialistische GGZ. Criteria voor verwijzing omvatten o.a. risico inschatting, complexiteit en DSM criteria. Op basis hiervan vindt verwijzing plaats naar een van de drie echelons. 16
16Verdere uitleg over criteria voor verwijzing valt buiten het bestek van deze notitie. Informatie hierover is te vinden op www.voordejeugd.nl, www.invoeringsbasisggz.nl
Pagina 32 van 40
BIJLAGE VIII AFSPRAKEN BETREFFENDE DYSLEXIE
Beste
, Het beleid betreffende verwijzing voor dyslexieonderzoek bij Marant is sinds de invoering van de nieuwe Jeugdwet in januari 2015 nog altijd dat dit door jullie als school rechtstreeks gedaan kan worden, zoals jullie dat altijd gewend waren. Dus een verwijzing van de huisarts of de jeugdarts is daarbij niet nodig. Hopende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Vriendelijke groet,
Pagina 33 van 40
BIJLAGE IX
SOCIALE KAART VAN LINDENHOLT
BEWEEG- EN SPORTAANBOD in Lindenholt en omgeving voor kinderen van 4-12 jaar WAT
VOOR WIE
Badmintonclub Deto
Vanaf 8 jaar
Basketbal Wild Cats
Mini’s: t/m 7 jaar 8 en 9 jaar 10 t/m 11 jaar
Club Extra
Dansen Urban Academy Nijmegen o.a. hiphop Hockey HCQZ
Judoschool Theunissen
Kinderen uit het reguliere basisonderwijs die door een motorische achterstand niet of nauwelijks sporten. Doel: plezier in bewegen (her)vinden, doorstroom naar passende sportclub Vanaf 6 jaar
Vanaf 5 jaar
Vanaf 4 jaar
WAAR EN WANNEER Sporthal VoCASA Symfoniestraat 200 6544 TN Nijmegen
INFORMATIE EN AANMELDING http://bcdeto.nl/ 024 379 22 97
Sporthal Horstacker 1401
www.wildcats-nijmegen.nl Jan Buster 06 190 433 01
Trainingsschema: zie website Sportzaal Gildekamp 6018 Woensdag 13.00 - 14.00 en 14.00- 15.00
Meijhorst 2005 Lesrooster: Zie website Sportpark Staddijk-Zuid 33 Trainingsschema: zie website Gymzaal Weezenhof 3003 Maandag 15.45-16.45: 16.45-17.45: 17.45-18.45: 18.45-19.45:
Judo Centre Tomoda
Vanaf 4 jaar
Karate
Vanaf 6 jaar
Kickboksen Mattiz Gym
Vanaf 7 jaar
Renske Tummers 024 345 12 42 [email protected]
www.urbanacademynmgn. nl Miriam Meurs 06 39 49 19 30 www.hcqz.nl Olivier Stumpel 0848 361347 www.judoschooltheunissen.nl Stefanie Theunissen 024 358 71 10
4-6 j. 6-8 j. 8-10 j. 11-15 j.
Vrijdag 17.30-18.30: 6-8 j. 18.30-19.30: 9-15 j. Hara Fit en Fun, Meijhorst 6002 Vrijdag 16.30-17.30: 4-8 j. Woensdag 17.30-18.30: 6-12 j. Hara Fit en Fun, Meijhorst 6002 Donderdag 18.00-19.00: 7 t/m 13 jaar, sportzaal Gildekamp 6018
www.tomoda.nl Maurice Orth 024 378 78 60 / 06 12 24 23 27 www.karate-chikara.nl M. Bicknell 06-22157394 www.mattizgym.nl Mohamed Adroun 06 45 63 00 60
Pagina 34 van 40
WAT
Kleutergym GVT Hazenkamp
Kleutergym
Korfbalvereniging De Hazenkamp
Korfbalvereniging Keizer Karel
VOOR WIE
4- en 5-jarigen
4- en 5-jarigen
Vanaf 5 jaar
Vanaf 5 jaar
Krav maga (zelfverdediging)
Vanaf 11 jaar
Kung fu
Vanaf 8 jaar
WAAR EN WANNEER Vrijdag 20.00-21.00: 7 t/m 13 jaar, gymzaal Leuvensbroek 2002 Sportzaal Gildekamp 6018 Donderdag 16.30-17.30 Gymzaal Tolhuis 4446 Vrijdag 15.00- 15.45 Drieskensacker 1140 (veld) Meijhorst 1107 (zaal) Trainingsschema: zie website Staddijk 121 (veld) Meijhorst 1107 (zaal) Trainingsschema: zie website Hara Fit en Fun, Meijhorst 6002
De Gildekamp 60-18 6545 LX Nijmegen
INFORMATIE EN AANMELDING
www.hazenkamp.nl 024 345 34 10
www.aktiefzwanger.nl Ineke Dijkstra 06 17 62 58 41 [email protected] www.kvdehazenkamp.nl Wil van der Drift 024 373 18 34
www.kvkeizerkarel.nl Jos Trimpe 06 51 09 72 32 www.institute-kravmaga.nl H. Leavitt 0485 51 75 64 [email protected] www.exercisebodyandmind.nl 024 378 79 36 [email protected]
Rugby NRC The Wasps
Vanaf 6 jaar
Staddijk 111 Woensdag en vrijdag 18.30- 20.00
www.wasps.nl Eva van Asseldonk 06 22 21 12 44
Schaatsen, Nijmeegse Schaats Vereniging
Vanaf 5 jaar
Triavium van Rosenburgweg 2
www.nijmeegseschaats vereniging.nl Martijn Boer jeugd@nijmeegseschaats vereniging.nl
Scouting Amalgama
Vanaf 4,5 jaar
Training basisvaardigheden jeugd: woensdag 16.15-17.15 Weteringweg 50 Zaterdag 9.30 uur Bevers: 4,5 - 7 jaar Scouts: 10 - 15 jaar
www.amalgama.nl 024-3772857 [email protected]
Zaterdag 12.00 uur Welpen: 8 – 10 jaar Scouting Lindenholt
Vanaf 5 jaar
Nieuwstadweg 37 Zaterdag 13.3015.30 Bevers: 5 – 7 jaar
http://www.scoutnet.nl/ ~scoutinglindenholt/ Ruud Haefkens 024 378 75 97
Pagina 35 van 40
WAT
Sportactiviteiten jeugd
Sportactiviteiten jeugd
Streetdance GVT Hazenkamp
Streetdance
VOOR WIE
Vanaf 10 jaar
12-14 jaar
Vanaf 6 jaar
Vanaf 5 jaar
WAAR EN WANNEER Zaterdag 13.3016.00 Welpen: 7 – 11 jaar Scouts: 11 – 14 jaar Plein Gildekamp / Voorstenkamp Donderdag 16.30 - 18.00 Cruijff Court Zellersacker Vrijdag 16.00 – 17.00 Gymzaal Mondial College, Leuvensbroek 3003 Maandag 17.00-18.00: 6 - 8 j. 18.00-19.00: 9 - 11 j. 19.00-20.00: 12-16 j. De Gildekamp 60-18 6545 LX Nijmegen
INFORMATIE EN AANMELDING
Jean Pierre Semeleer 06 464 064 71 [email protected] Jean Pierre Semeleer 06 464 064 71 [email protected] www.hazenkamp.nl 024 345 34 10 informatie en administratie: 0243453410
www.exercisebodyandmind.nl 024 378 79 36 [email protected]
Tennisvereniging Lindenholt
Vanaf 6 jaar
Wellenkamp 1150
www.tvlindenholt.nl [email protected]
Turnen GVT Hazenkamp
Vanaf 5 jaar
Sportzaal Gildekamp 6018
www.hazenkamp.nl Hennie Verschuren 024 345 34 10
Donderdag: 17.30-18.30: v.a. 7 j. 18.30-19.30: v.a.9 j.
Turnen Oranje Blauw
Vanaf 4 jaar
Sporthal Mondial College, Leuvensbroek 3003 Maandag 16.45-17.45: v.a. 5 j. 17.45-18.45: v.a. 8 j. 18.45-19.45: v.a.10 j Sporthal Meijhorst Woensdag 14.45-15.45 15.45-16.45
www.oranjeblauw.nl [email protected]
De groepen in gymzaal Weezenhof 3003 (donderdag) zijn vol. (oktober 2014 zie de website voor actuele info). Voetbal CSV Oranje-Blauw
Vanaf 4 jaar
Staddijk 117 (Staddijk Noord)
www.oranjeblauw.com Eric de Geus Pagina 36 van 40
WAT
Voetbalvereniging SCE
Voetbal DVE Trajanus
VOOR WIE
Vanaf 4 jaar
Vanaf 6 jaar?
Volleybal VoCASA
Vanaf groep 4
IJshockey Vereniging Nijmegen
Vanaf 5 jaar
WAAR EN WANNEER Trainingsschema: zie website
INFORMATIE EN AANMELDING ledenadministratie@ oranjeblauw.com
Sportpark Lindenholt, Meeuwse Acker 2029
www.sce-nijmegen.nl Dhr. A. Aalders 06-26 72 47 25
Trainingsschema: zie website Staddijk 35 (Staddijk Zuid) Trainingsschema: zie website Sporthal VoCASA Symfoniestraat 200 6544 TN Nijmegen Triavium Van Rosenburgweg 2
www.dve-trajanus.nl [email protected]
www.vocasa.eu 024 344 75 48 www.nijmegendevils.nl Patricia Nauta [email protected]
Puck & stick uur op zondagochtend ijshockeyklas op maandag. Zwemmen NV Sportfondsen
Sportfondsenbad Dukenburg, Meijhorst 7041 Jip’s VIPclub op woensdag van 14.00 – 15.30: speciale clubactiviteiten zoals snorkelen, duiken en waterpolo. Om lid te kunnen worden moet je in het bezit zijn van zwemdiploma A.
www.sportfondsennijmegen.nl
Pagina 37 van 40
BIJLAGE X
LHV-PRIVACY KAART
Pagina 38 van 40
Pagina 39 van 40
BIJLAGE XI
JURIDISCH KADER
Het juridische kader wordt gevormd door onderstaande wet- en regelgeving: 1. Verdrag inzake de rechten van het kind In het internationaal Verdrag van de Rechten van het Kind is vastgelegd dat kinderen recht hebben op verzorging, bescherming en deelname aan de samenleving. In het verdrag is ook het recht op bescherming van de privacy opgenomen. 2. Grondwet Als hoogste nationale wet van Nederland vormt de Grondwet de basis. Zij bevat de regels voor onze staatsinrichting en de grondrechten van de burgers, waaronder het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer (artikel 10). De Grondwet is uitgewerkt in algemene en specifieke wet- en regelgeving. 3. Wet Bescherming Persoonsgegevens (WBP) De WBP is een algemeen geldende wet en geeft algemene regels voor het verwerken van persoonsgegevens. In deze wet is een aantal plichten opgenomen met betrekking tot het zorgvuldig omgaan met gegevens die over personen worden verwerkt. Sommige andere wetten bevatten een aantal specifieke bepalingen over gegevensverwerking. Deze wetten en de WBP vullen elkaar aan.
4. Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) 5. Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG)
In de specifiek voor de gezondheidszorg geldende WGBO en Wet BIG zijn ook specifieke bepalingen over gegevensverwerkingen opgenomen. Aan de specifieke bepalingen in deze wetten moet dus voldaan worden, zij vormen het uitgangspunt. Voor het overige zijn de regels van de WBP (aanvullend) van toepassing.
6. Wet zorg voor jeugd
In Wet zorg voor jeugd (Jeugdwet) is de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor preventie, ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen (jeugdhulp), kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering en Veilig Thuis (voorheen AMHK genaamd) vastgelegd. 15
Bij het verwezenlijken van de uit bovenstaande wetgeving voortvloeiende rechten en plichten, speelt ook de vraag wie het gezag over het kind heeft (wettelijk vertegenwoordiger). Bijzondere juridische leven Bovenstaande wetgeving (1 t/m 6) vormt het kader van het ‘normale juridische leven’. Er zijn echter bijzondere situaties denkbaar, waarin de uit deze wetgeving voortvloeiende rechten ingeperkt mogen worden. Er is dan sprake van het zogenaamde bijzondere juridische leven, waarin inperking van rechten mogelijk is op grond van onderstaand juridisch kader: 7. Handreiking gegevensuitwisseling in het kader van bemoeizorg 8. Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld KNMG De inperking van rechten op grond van deze handreiking en meldcode is alleen toegestaan als daarvoor een goede reden bestaat (dringend gezondheidsbelang al dan niet gecombineerd met ernstige overlast) en aan bepaalde voorwaarden (conflict van plichten) wordt voldaan.
15 Het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (Vei) en het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) wordt samengevoegd tot het een integraal advies- en meldpunt voor zowel huiselijk geweld als voor kindermishandeling: het AMHK. Het AMHK vormt straks zowel een onderdeel van de jeugdketen als van de aanpak van geweld in huiselijke kring jegens volwassenen. Het AMHK wordt via het wetsvoorstel voor de Jeugdwet opgenomen in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo, zie artikel 11.2 in de Jeugdwet). Voor de aansluiting op de jeugdketen is in de Jeugdwet opgenomen dat bij het inrichten van het AMHK gemeenten aandacht moeten hebben voor de samenhang met de jeugdketen (artikel 2.2, tweede lid, onderdeel b, Jeugdwet). Factsheet AMHK. Het AMHK heet per 1 januari 2015 Veilig Thuis. Pagina 40 van 40