RUIMTELIJK EN FUNCTIONEEL PROGRAMMA VAN EISEN
Koudum, Combischool
Colofon LindHorst huisvestingsadviseurs bv Donau 1-11 Postbus 3 7900 AA Hoogeveen Telefoon E-mail Info Contactpersoon
0528 23 45 18
[email protected] www.lindhorst.nl Klaas Noordhof
In samenwerking met Contactpersoon
de Mevrouwen Irene Gerritzen
Datum Versie
23 mei 2014 Definitief
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 2 van 28
Inhoudsopgave 1. inleiding .......................................................................................... 4
5.ruimteschema.................................................................................. 23
1.1
Het project................................................................................... 5
5.1
Leeswijzer ruimteschema........................................................... 24
1.2
De locatie ..................................................................................... 6
5.2
Samenvatting ruimteschema ..................................................... 24
1.3
Werkwijze .................................................................................... 6
2.visie .................................................................................................. 8
6.buitenruimte ................................................................................... 26 6.1
Entree ......................................................................................... 27
2.1
CBS It Grovestinshôf .................................................................... 9
6.2
Speelterrein ................................................................................ 27
2.2
OBS de Welle ............................................................................. 10
6.3
Fietsenstalling ............................................................................ 27
2.3
Gezamenlijke visie ..................................................................... 10
6.4
Buitenberging ............................................................................. 28
3.ruimtebehoefte ............................................................................... 12
6.5
Parkeerplaatsen ......................................................................... 28
6.6
Schema ....................................................................................... 28
3.1
Ruimtebehoefte ........................................................................ 13
3.2
Personele bezetting ................................................................... 13
4.functionele wensen ......................................................................... 14 4.1
Uitgangspunten huisvesting ...................................................... 15
4.2
Multifunctionele ruimten .......................................................... 15
4.3
Onderwijsconcept ..................................................................... 18
4.4
Wissellokaal ............................................................................... 20
4.5
CBS It Grovestinshôf .................................................................. 20
4.6
OBS de Welle ............................................................................. 21
4.7
Relatieschema ........................................................................... 22
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 3 van 28
1. inleiding LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 4 van 28
De schoolbesturen Nije Gaast en de Gearhing zijn voornemens om in Koudum gezamenlijk een nieuwe Combischool te realiseren. In het gebouw zullen CBS It Grovestinshôf (Nije Gaast) en OBS de Welle (Gearhing) worden gehuisvest.
LindHorst huisvestingsadviseurs is gevraagd een ruimtelijk en functioneel programma van eisen op te stellen voor de bouw van de nieuwe Combischool. In opdracht van beide scholen is in 2012, door de KPC Groep, een onderwijsvisie opgesteld. Deze onderwijsvisie is, samen met de inmiddels vastgestelde gezamenlijke visie op huisvesting, de gesprekken, workshop en referentiebezoeken het fundament voor het opstellen van dit ruimtelijke functioneel programma van eisen
1.1
Het project
Het plan om een nieuwe schoolvoorziening te creëren in Koudum dateert uit 2011. In eerste instantie werd er gedacht aan afzonderlijke nieuwbouw voor It Grovestinshôf, maar inmiddels is ook de Welle hiervoor in aanmerking gekomen. Beide bestaande gebouwen voldoen onderwijskundig en onderhoudtechnisch niet meer aan de eisen van deze tijd. Er zijn nu concrete plannen voor een nieuw gezamenlijk gebouw en de gemeenteraad heeft inmiddels ingestemd met het beschikbaar stellen van de benodigde budgetten.
gesteld is, is dat een organisatie zelf moet investeren in de extra ruimte die hiervoor moet worden gerealiseerd. De ouders van beide scholen maken nu gebruik van buitenschoolse opvang elders in het dorp (Het Fûgelnest). Omdat dit gebouw relatief kortgeleden is gerenoveerd en er daarmee fors is geïnvesteerd, is participatie van deze partij niet mogelijk gebleken. De invulling van tussenschoolse opvang (TSO) zal mogelijk wel binnen het gebouw plaatsvinden, waarbij gebruik gemaakt wordt van reeds aanwezige ruimten. Lytse Bieb In het gebouw wordt er naast de onderwijsruimten wel ruimte voorzien voor de Lytse Bieb. Dit zal echter plaatsvinden binnen de beschikbare vierkante meters. De organisatie van de Lytse Bieb loopt via de scholen. Gymzaal Bij It Grovestinshôf is er momenteel een gymzaal beschikbaar. Binnen de daarvoor geldende eisen qua afstand is er echter voldoende capaciteit beschikbaar voor de invulling van het bewegingsonderwijs voor de beide scholen. Er wordt daarom geen nieuwe gymzaal gerealiseerd en het handhaven van de huidige gymzaal blijkt financieel niet haalbaar.
Naast de realisatie van de scholen is nagegaan of andere partijen/ onderdelen in de planvorming konden worden betrokken. Kinderopvang Allereerst is onderzocht of de kinderopvang deel kan gaan uitmaken van het project. De voorwaarde die hier vanuit de gemeente en besturen aan
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Bestaande gebouwen Grovestinshôf en de Welle
Pagina 5 van 28
1.2
De locatie
De Combischool zal worden gerealiseerd op de huidige locatie van It Grovestinshôf. Deze school zal gedurende de bouw anders moeten worden gehuisvest. Momenteel wordt de locatie hiervoor nog onderzocht.
Voor de locatie zijn nog geen stedenbouwkundige randvoorwaarden beschikbaar. Deze worden nog, in overleg met de gemeente en de architect, uitgewerkt. 1.3
Werkwijze
In de definitiefase zullen de uitgangspunten gedefinieerd worden. Dit betekent dat samen met gebruikers en betrokkenen wensen en eisen kenbaar worden gemaakt. Dit resulteert in een programma van eisen. Dit zijn de kwalitatieve en kwantitatieve uitgangspunten op basis waarvan de architect een ontwerp kan vervaardigen en waaraan vervolgens het ontwerp, in diverse stadia, wordt getoetst. Het programma van eisen bestaat uit drie vaste onderdelen:
Bestemmingsplan en stedenbouwkundige randvoorwaarden Het bestemmingsplan gaat uit van een 1-laags gebouw, met een hoogte van 4 meter. Voor de nieuwbouw wordt uitgegaan van een 2-laags gebouw, waarbij ca. 40% van de oppervlakte op de verdieping wordt gerealiseerd. Om dit te kunnen het bouwen zal het bestemmingsplan qua bouwhoogte moeten worden aangepast en zal hiervoor een procedure moeten worden doorlopen. Daarnaast is het huidige bouwvlak niet geschikt voor de optimale positionering op het terrein, en zal ook deze worden aangepast. Bij het ontwerp is het van belang dat er een ruimtelijke verbinding wordt gecreëerd tussen de begane grond en de verdieping, waarbij wel rekening moet worden gehouden met het beperken van geluidsoverlast.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Functionele eisen Welke partijen zijn als gebruikers van het gebouw te beschouwen? Welk aanbod en activiteiten willen zij in (en rond) het gebouw gaan uitvoeren? Wat zijn de interne en externe relaties tussen de verschillende functies die in het gebouw samenkomen? Welke ruimten kunnen multifunctioneel gebruikt worden? Welk karakter (open of gesloten) en sfeer (groot- of kleinschalig) moet het gebouw uitstralen? Ruimtelijke eisen Hoeveel vierkante meters zijn er nodig om het activiteitenprogramma te kunnen uitvoeren? Wat is de exclusieve ruimtebehoefte van elke partner? Hoeveel vierkante meters zijn er beschikbaar voor multifunctioneel gebruik? Wat is het totaal te realiseren bruto vloeroppervlakte?
Pagina 6 van 28
Technische eisen (ander document) Hoe kan duurzaamheid gegarandeerd worden? Welke materialen zijn energiebesparend? Is het gebouw gemakkelijk te onderhouden en schoon te maken? Hoe kunnen de exploitatiekosten zo laag mogelijk worden gehouden? Hoe wordt de ICT-infrastructuur gerealiseerd? Ontwerpfase In de ontwerpfase zal het programma van eisen de basis zijn voor de uitwerking van een ontwerp, hiervoor zullen een architect en adviseurs worden geselecteerd. De projectgroep zal in dit traject het ontwerp toetsen aan het PvE. De architect maakt het ontwerp en samen met de installatieadviseur en constructeur wordt dit vertaald tot een bestek. Vervolgens wordt een aannemer geselecteerd die het gaat bouwen. Uitvoeringsfase In de uitvoeringsfase zal de werkelijke realisatie plaatsvinden. Dit is doorgaans de langst durende fase. Projectorganisatie Voor het slagen van het project is een heldere en eenvoudige projectorganisatie vereist met een duidelijke omschrijving van taken en verantwoordelijkheden. Voor de realisatie van het project is een projectorganisatie opgesteld bestaande uit een projectgroep, met vertegenwoordigers van de gebruikers, waarin het project wordt uitgewerkt en een stuurgroep waarin de bestuurders zijn vertegenwoordigd, die meer beleidsmatig het project sturen.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 7 van 28
2.visie LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 8 van 28
In de Combischool komen straks twee verschillende scholen, de Christelijke basisschool It Grovestinshôf en de Openbare basisschool de Welle. In dit hoofdstuk wordt de individuele visie en de daaruit voortkomende gezamenlijke visie over het onderwijs en de huisvesting verwoord.
2.1
CBS It Grovestinshôf
De naam Grovestinshôf is afgeleid van de grote state de Grovestins, die vroeger aan de singel tegenover de locatie waar nu de school staat is gebouwd. Op de schoollocatie was vroeger het park van deze state gelegen. De school is toen Grovestingsparkskoalle genoemd. Door een latere samenvoeging van de kleuterschool ‘It Beukerkhôf’ is de huidige naam ontstaan (bron schoolgids Grovestinshôf 2013/2014) Identiteit In de schoolgids is de levensbeschouwende en pedagogische identiteit als volgt verwoord: Levensbeschouwelijke identiteit De basis voor ons handelen, vinden wij in de Bijbel als het Woord van God. Dit handelen, krijgt o.a. vorm tijdens de gezamenlijke vieringen op school en in de kerk. Eenmaal per twee weken sluiten wij op vrijdag met alle groepen de week af met een weeksluiting, waarin de Bijbelverhalen in één of andere vorm terugkomen. Ook zingen we dan liedjes uit de liedmap. In de laatste schoolweek voor de kerstvakantie wordt er een Kerstfeest georganiseerd. Twee keer per jaar is er een schoolgezinsdienst. Pasen wordt in de vorm van een sobere paasmaaltijd gevierd met het accent op het nieuwe leven .
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pedagogische identiteit Vanuit de levensbeschouwelijke identiteit voelen wij ons verplicht een schoolklimaat na te streven waarbinnen: we met elkaar omgaan vanuit eerbied voor God, en respect voor onze medemens en de natuur; ieder individu zich veilig en vertrouwd kan voelen; mensen op een open en eerlijke manier met elkaar kunnen samenwerken; ieder individu wordt gestimuleerd tot verdere ontplooiing van de eigen zelfstandigheid; voor vooroordelen geen plaats is; rekening wordt gehouden met verschillen tussen mensen naar aanleg, belangstelling en tempo. Om dit te bereiken hechten wij grote waarde aan een goede samenwerking tussen gezin, kerk en school .
Onderwijskundige uitgangspunten Door de KPC Groep is in juli 2012 in samenwerking met de gebruikers een rapport opgesteld waarin, vanuit de onderwijskundige visie, de visie op huisvesting is verwoord. Belangrijke onderwijskundige uitgangspunten vanuit dit rapport zijn: Behoefte aan overzichtelijkheid, veiligheid en geborgenheid, zien en gezien worden Stimuleren eigen activiteiten en initiatief ICT speelt een cruciale rol Verschillen mogen er zijn, meerdere vormen van leren toepassen en rekening houden met verschillende leertempo’s Veranderende rol van de leerkracht
Pagina 9 van 28
Wat betekent dit voor de nieuwe huisvesting? In de KPC groep worden de onderwijskundige uitgangspunten verder uitgewerkt waarbij er een keuze kan worden gemaakt tussen het ‘campingmodel’ en het ‘fancy fair model’. Hierbij gaat het campingmodel uit van een centrale ruimte (lokaal) waarin de meeste onderwijsactiviteiten plaatsvinden en de overige activiteiten in de nevenruimten. Bij het fancy fair model mist deze centrale ruimte en wordt er gewerkt op de plekken die passen bij de opdrachten/werkzaamheden die uitgevoerd moeten worden. Het campingmodel is het best passend voor de Grovestinshôf. Uitgangspunt is een centrale lesruimte, maar er is ook behoefte aan overige werkruimten.
2.2
OBS de Welle
De naam ‘de Welle’ is gekozen omdat op de plaats waar de school staat zich vroeger een put bevond waar de bewoners van Koudum water konden halen. De bron werd ook wel een ‘wel’ genoemd. Nu is het een plaats waar kinderen als het ware hun kennis en vaardigheden uit kunnen putten (bron: schoolgids de Welle 2013/2014). Identiteit In de schoolgids is als volgt omschreven waar de OBS de Welle voor staat: ‘De Welle’ is een openbare school. Dat wil zeggen dat de school toegankelijk is voor alle leerlingen, zonder dat daarbij onderscheid gemaakt wordt naar geslacht, land van herkomst, godsdienst, levensbeschouwelijke achtergrond, maatschappelijke opvattingen, of fysieke mogelijkheden. We schenken in onze lessen aandacht aan de verschillende levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden in de Nederlandse samenleving. Dit houdt in dat leerlingen zodanig onderwijs krijgen, dat zij kunnen omgaan met vrijheid en verantwoordelijkheid, gelijkwaardigheid, solidariteit en samenwerking en dat ze leren een eigen sociale positie te ontwikkelen.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
We leren kinderen om elkaar te helpen en elkaar te accepteren, een ieder in zijn of haar waarde te laten, rekening te houden met anderen en elkaar te waarderen. Daarnaast willen we kinderen opvoeden tot kritische mensen, die niet alles aannemen, leren na te denken en zorg willen dragen voor hun omgeving.
Onderwijskundige uitgangspunten In het rapport van de KPC Groep betreffende de Welle zijn de volgende onderwijskundige uitgangspunten geformuleerd: Ieder individu wil zien en gezien worden Betrekken van internen en externen Samenwerken Stimuleren eigen activiteit en initiatief in denken en doen Verschillen mogen er zijn (tempo, intelligentie etc.) Veranderende rol van de leerkracht Wat betekent dit voor de nieuwe huisvesting? Zoals in de vorige paragraaf ook aangegeven gebruikt de KPC Groep het ‘campingmodel’ en het ‘fancy fair model’. Voor de Welle wordt aangegeven dat er een mengvorm van deze twee modellen moet worden toegepast. Dit houdt in dat er wel een centrale basisruimte (lokaal) wordt gerealiseerd maar dat daarnaast veel behoefte is aan overige werkruimten en –plekken.
2.3
Gezamenlijke visie
In de afgelopen periode is er veel gesproken over de gezamenlijke visie op de huisvesting, ook naar de toekomst toe. Uitgangspunt is om een goede, sterke voorziening in Koudum te realiseren, die ook op langere termijn stand kan houden.
Pagina 10 van 28
Beleidsuitgangspunt In de stuurgroep is de gezamenlijke visie op huisvesting als beleidsuitgangspunt als volgt vastgesteld: Twee aparte onderwijskundige visies Nieuwe huisvesting vanuit één integrale huisvestingsvisie Eén ruimtelijk functioneel programma van eisen Functioneel ruimtelijke samenwerking: ja, 100% Onderwijs inhoudelijke samenwerking: ja, waar mogelijk Bestuurlijke samenwerking: ja, doel op middellange termijn Compact, duurzaam, flexibel en toekomstgericht gebouw Vanuit dit beleidsuitgangspunt is er tijdens de workshop verder over de samenwerking en de gezamenlijkheid gesproken. Hierbij komt duidelijk naar voren dat beide scholen de meerwaarde inzien van samenwerken. Hoewel het soms spannend kan zijn, kunnen partijen elkaar versterken en kan er zo veel mogelijk gebruik gemaakt worden van gezamenlijk te realiseren ruimten. Duidelijk is uitgesproken dat de identiteit van de scholen niet in het gebouw en materiaalkeuze moet zitten, door bijvoorbeeld een andere kleur aan de binnenkant.
Gezamenlijke uitgangspunten Vanuit de afzonderlijke visie kunnen de volgende gezamenlijke uitgangspunten voor de huisvesting worden geformuleerd:
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Zien en gezien worden, herkenning en erkenning Stimuleren van eigen activiteiten en initiatief in denken en doen Verschillen mogen er zijn, meerdere vormen van leren Veranderende rol van de leerkracht, ondernemender en meer coach/begeleider.
Wat betekent dit voor de nieuwe huisvesting? Algemene ruimten De algemene ruimten worden zo veel mogelijk gecombineerd. Te denken valt aan het speellokaal, de personeelsruimte, werk-spreekkamers etc. Onderwijsruimten Elke school heeft wel zijn eigen cluster met lokalen en een leerplein, maar het onderscheid is niet heel duidelijk aanwezig. Er wordt gestreefd naar een zo groot mogelijke uitwisselbaarheid van ruimten met het oog op de toekomst. Wanneer één school groeit terwijl de andere krimpt, moet dit makkelijk binnen het gebouw op te vangen zijn zonder dat hiervoor aanpassingen moeten worden gedaan of een onlogisch gebruik van het gebouw ontstaat. Ook moet het gebouw op termijn als één school kunnen functioneren. Verderop in dit programma wordt dit nog verder uitgewerkt. Voor beide scholen geldt dat er een ‘normaal’ lokaal wordt gerealiseerd als thuisbasis van een groep en dat daarnaast behoefte is aan (zoveel mogelijk) overige onderwijsruimte, zoals ruimten voor zelfstandig werken, stilteruimten, instructieplekken, praktijkruimte en werkhoeken.
Pagina 11 van 28
3.ruimtebehoefte
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 12 van 28
Dit programma van eisen formuleert de kaders en uitgangspunten voor de nieuwbouw. Deze kaders worden enerzijds gesteld vanuit de politiek en de gemeente en anderzijds vanuit de gebruikers. Deze uitgangspunten worden straks meegenomen in het traject met de ontwerpers. Kortom: het moet duidelijk zijn binnen welke kaders het gebouw gerealiseerd dient te worden.
3.1
Ruimtebehoefte
De ruimtebehoefte wordt bepaald aan de hand van de vastgestelde leerlingenaantallen en een vastgesteld budget. Uitgangspunt voor het bepalen van de omvang van de nieuwbouw is de prognose van het leerlingenaantal in 2016. In de onderstaande tabel wordt deze per school weergegeven en is hieraan op basis van de huisvestingsverordening het aantal vierkante meters gekoppeld, uitgaande van twee afzonderlijke scholen. School
Prognose 2016
CBS It Grovestinshôf OBS de Welle Totaal
126 leerlingen 71 leerlingen 197 leerlingen
Ruimtebehoefte afzonderlijke scholen 834 m2 (60%) 557 m2 (40%) 1.391 m2
‘dubbel’ hoeven te worden gerealiseerd (denk aan een speellokaal en personeelsruimte). Wanneer er zou worden uitgegaan van één integrale school, zou het brutovloeroppervlakte slechts 1.191 m2 zijn. Om bovenstaande aanpassing in de ruimtebehoefte te verrekenen is de onderlinge verhouding tussen de twee scholen bepaald, uitgaande van de afzonderlijke ruimtebehoefte van de twee scholen. Vervolgens wordt het verschil tussen de totale norm (1.391 m2) en het uitgangspunt voor de nieuwbouw (1.300 m2) volgens dit percentage in mindering gebracht over de twee scholen. Dit bepaalt de definitieve ruimtebehoefte per school. Het onderlinge percentage wordt verderop in dit programma ook gehanteerd bij de verdeling van de vierkante meters van gezamenlijke voorzieningen. School CBS It Grovestinshôf OBS de Welle Totaal
3.2
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Ruimtebehoefte 779 m2 521 m2 1.300 m2
Personele bezetting
School Wanneer er twee afzonderlijke scholen zouden worden gebouwd is de totale ruimtebehoefte 1.391 m2 bruto vloeroppervlak (BVO). Bij het bepalen van het budget is echter uitgegaan van één schoolgebouw, waardoor slechts 1 vaste voet is toegekend aan het basisbedrag. In de stuur- en projectgroep is daarom afgesproken om in totaal uit te gaan van een oppervlakte van ca. 1.300 m2. Dit is ook uit te leggen gezien het feit dat een aantal ruimten gezamenlijk kan worden gebruikt en deze niet
Percentage 60% 40% 100%
CBS It Grovestinshôf OBS de Welle Totaal
Aantal personeelsleden 15 12 27
Aantal fte 7 5 12
Pagina 13 van 28
4.functionele wensen LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 14 van 28
In dit hoofdstuk worden de verschillende ruimten gedetailleerd beschreven. De activiteiten, de relatie met andere delen/ruimten in het gebouw en de situering.
4.1
Uitgangspunten huisvesting
Voor de huisvesting is een aantal uitgangspunten geformuleerd: Het gebouw krijgt een vloeroppervlakte van ca. 1.300 m² Deze oppervlakte wordt verdeeld over twee bouwlagen Al het materiaal in de klas is functioneel De routing binnen de school is logisch en overzichtelijk Het gebouw heeft een structuur die overzichtelijk is met een heldere indeling en voldoende ruimte, ook in de verkeersruimten Het gebouw heeft een warme sfeer en uitstraling Het gebouw heeft veel daglicht en veel transparantie Er wordt veel gebruik gemaakt van warme en lichte kleuren en natuurlijke materialen. Het gebouw heeft een gezonde eenvoudige klimaatregulatiesysteem (nadere uitwerking in het technisch pve)
4.2
Multifunctionele ruimten
Beide scholen hebben de behoefte aan een aantal voorzieningen/functies, dat samen kan worden gerealiseerd. Deze multifunctionele ruimten worden zoveel mogelijk centraal in het gebouw gerealiseerd.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Hoofdentree De hoofdentree wordt het ‘smoelwerk’ van het gebouw. Het moet uitnodigend zijn voor de leerlingen, bezoekers en personeel. De hoofentree wordt tevens gebruikt door de leerlingen van de onderbouw van beide scholen. Eenmaal binnen in het gebouw dient de juiste richting aangegeven te worden. Voor de situering van de hoofdentree wordt rekening gehouden dat de ouders de kinderen vaak tot in de klas brengen. De hoofdentree heeft dus een duidelijke relatie met het parkeerterrein. De trap en de lift bevinden zich in de nabijheid van de hoofdentree. Entree midden- en bovenbouw Voor de midden- en bovenbouw van beide scholen gezamenlijk wordt een aparte entree gerealiseerd, zodat de leerlingenstroom wordt gescheiden in jong en oud. Omdat deze ruimten op de verdieping worden gerealiseerd, is er vanuit deze entree direct een trap richting de verdieping. Garderobe De garderobe voor de leerlingen wordt zo veel mogelijk bij de verschillende entrees gerealiseerd. Zo wordt voorkomen dat dit bij de lokalen moet worden opgelost, wat vaak een rommelig beeld geeft. Bij de garderobe dient naast een voorziening voor de jassen rekening gehouden te worden met een voorziening voor tassen. De garderobes worden per school gescheiden in of nabij de entree.
Pagina 15 van 28
Speellokaal Ten behoeve van het bewegingsonderwijs van groep 1 en 2 wordt een gezamenlijk speellokaal van 84 m2 gerealiseerd. Ook de kinderen van de groep 3 kunnen hier eventueel gebruik van maken. Het speellokaal grenst aan de beide leerpleinen van de onderbouw en door middel van een flexibele wand kunnen de ruimten bij elkaar worden betrokken. Dit kan per leerplein of beide leerpleinen gelijktijdig. Zo kan de onderwijsruimte worden vergroot, indien het speellokaal niet wordt gebruikt of kan de ruimte worden gebruikt voor bijvoorbeeld ouderavonden. Voor incidentele grotere bijeenkomsten en vieringen wordt uitgeweken naar een locatie buiten het gebouw. Het speellokaal heeft een grotere hoogte nodig dan de overige onderwijsruimten, maar dit mag niet leiden tot niveauverschil in de vloer.
als gezellige ‘hoek’ voor ontspannen, ontmoeten en eten. Dit hoeft niet per definitie een afgesloten ruimte te zijn, maar wel is het belangrijk dat deze zich niet midden in het zicht van de kinderen bevindt. De personeelsruimte is voorzien van een pantry met koffievoorziening, vaatwasser en koelkast. De personeelsruimte is in verband met toezicht gesitueerd nabij de hoofdentree. In de personeelskamer worden kluisjes met postvakjes voorzien (inrichtingsonderdeel)
Bij het speellokaal is een gezamenlijke berging van 8 m2 voor het opbergen van het spelmateriaal. Spreekkamers In beide scholen is een behoefte aan spreekkamers die flexibel kunnen worden ingezet als IB-ruimte, toetsruimte, ruimte voor de schoolarts etc. Daarnaast hebben beide scholen de directie en ondersteunende taken verdeeld over meerdere personen. Voor al deze functies worden gezamenlijk 4 spreek-/werkkamers van 12 m2 gerealiseerd, die flexibel kunnen worden ingezet. Elke spreekkamer heeft een werktafel waaraan (met een laptop) kan worden gewerkt maar ook een overleg kan worden gevoerd met maximaal 4 personen. De spreekkamers worden in nabijheid van elkaar en van de personeelskamer gerealiseerd. Personeelsruimte Er wordt een gezamenlijke personeelsruimte gerealiseerd die plaats geeft aan ca. 15 tot 20 personeelsleden. De personeelsruimte heeft een wat informeel karakter en wordt niet ingericht als vergaderkamer, maar meer
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
MIVA toilet/toiletten personeel Het gebouw dient toegankelijk te zijn voor rolstoelgebruikers. De aanwezigheid van een MIVA toilet is daarbij een vereiste. Op de begane grond dient een MIVA toilet te worden gesitueerd. Dit MIVA toilet kan tevens als personeelstoilet worden gebruikt. Op de verdieping wordt een afzonderlijk personeelstoilet gerealiseerd.
Pagina 16 van 28
Werkkast Er dient op de begane grond en verdieping ruimte te worden gevonden voor 1 werkkast. Serverruimte Uitgangspunt is dat er straks gewerkt wordt vanuit één internet/Wi-Fi – verbinding, iedere school op zijn eigen server. Dit betekent dat centraal in het gebouw de serverruimte gesitueerd dient te worden. Deze ruimte moet plek bieden aan ten minste twee patchkasten en de servers van alle gebruikers.
verschillende activiteiten, zoals kookles en handvaardigheid. Voor beide activiteiten wordt een hoek in het lokaal gerecreëerd, waar voorzieningen zijn aangebracht. Hier kunnen de boekenkasten worden neergezet en kan een gezellige leeshoek worden gerealiseerd. De ‘doe-ruimte’ kan eventueel ook worden gebruikt als (gezamenlijke) ruimte voor de TSO. De doe-ruimte grenst aan de leerpleinen van beide scholen en kan door middel van flexibele wanden hierbij worden betrokken. Toiletten Per ‘cluster’ wordt een gezamenlijke toiletgroep gerealiseerd, met voldoende toiletten voor het aantal kinderen. De toiletgroep kan bijvoorbeeld tussen de lokalen worden gerealiseerd of gezamenlijk voor maximaal 4 lokalen. Uitgangspunt is 1 toilet per ca. 25 leerlingen. Voor de bovenbouw worden deze gescheiden naar sekse. Opbergen In de school is behoefte aan voldoende bergruimte. Op de begane grond wordt een gezamenlijk magazijn gerealiseerd. Daarnaast wordt per ‘cluster’ rekening gehouden met een decentrale berging. Verder dient opbergen zo functioneel mogelijk te worden gerealiseerd, door het toepassen van een kastenwand of de combinatie tussen halfhoge wanden en een kast (bijvoorbeeld op de leerpleinen).
Leskeuken in de ‘doe-ruimte’
Reproruimte Op de begane grond, nabij de spreekkamers en de personeelsruimte, wordt een reproruimte gerealiseerd. Dit kan ook een hoek/nis zijn, mits deze is voorzien van voldoende afzuiging. Op de verdieping wordt hier tevens ruimte voor gereserveerd. Er wordt rekening gehouden met 2 kopieerapparaten, omdat beide scholen een bestaand contract hebben.
‘Doe-ruimte’ Nabij de groepen 5 t/m 8 van beide scholen wordt een gezamenlijke doeruimte gerealiseerd van 56 m2. Deze ruimte wordt gebruikt voor
Lytse Bieb Nabij de hoofdentree is er ruimte nodig voor de collectie van de lytse bieb. Dit zal binnen de bruto/netto-factor moeten worden gerealiseerd.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 17 van 28
4.3
Onderwijsconcept
Voor de realisatie van de onderwijsruimten wordt een concept toegepast dat zich voor elke twee groepsruimten herhaalt. In deze paragraaf wordt dit concept algemeen omschreven. In de volgende paragrafen wordt dit per school verder uitgewerkt. Uitgangspunt voor het concept is de gezamenlijke onderwijsvisie zoals omschreven in hoofdstuk 2. Elke groep heeft zijn eigen groepslokaal als basis voor het onderwijs. Dit is een ‘normaal’ lokaal waar klassikaal les gegeven kan worden. Naast het lokaal worden er verschillende soorten extra ruimten gecreëerd, waar in diverse werkvormen kan worden gewerkt. Dit kan zijn geconcentreerd in een stilte ruimte, gezamenlijk in een groepje aan een overlegtafel, in een speelhoek of achter een computer. Door de toepassing van flexibele wanden kunnen ruimten worden gekoppeld, waardoor extra grote ruimten ontstaan. Zo wordt optimaal gebruik gemaakt van de beschikbare vierkante meters.
Verschillen mogen er zijn!
Groepslokalen en stilteruimte De basis voor het concept wordt gevormd door twee groepslokalen, die naast elkaar worden gerealiseerd. Tussen de groepsruimten wordt een ‘stilteruimte’ gerealiseerd die door gebruikers van beide groepslokalen kan worden gebruikt, waar geconcentreerd in kleine groepen kan worden gewerkt. De stilteruimten worden middels een flexibele wand (geluidsdicht) gescheiden van het lokaal, zodat deze ook bij één van de lokalen kan worden betrokken en de ruimte zo ook multifunctioneel kan worden ingezet. De groepsruimten worden vierkant, waardoor ze zo efficiënt mogelijk kunnen worden ingericht, tevens rekening houdend met de positie van de digitale schoolborden. De groepsruimten voor de onderbouw (groep 1 en 2) worden voorzien van een pantry, op kleuterhoogte. In de overige lokalen is een pantry niet gewenst. De lokalen hebben een gezellige uitstraling. Er moet voldoende ruimte zijn voor het ophangen van materiaal. De ramen worden voorzien van brede vensterbanken, zodat er ruimte is om hier bijvoorbeeld werkjes uit te stallen. Transparantie tussen de verschillende ruimten is belangrijk, mede in verband met toezicht. De flexibele wanden dienen te zijn voorzien van ramen en een apart te openen deur.
Kinderen verschillen in aanleg, tempo en leerstijl. Het onderwijs moet daarop inspelen om kinderen beter te laten presteren. Dit houdt in dat er op verschillende manieren wordt lesgegeven. Ook de rol van de leerkracht verandert steeds meer, op zoek naar nieuwe kansen en kijken naar het rendement van zijn handelen. Steeds meer begeleider en coach dan voorheen. Bron: onderwijsvisies KPC
Pantry (alleen in onderbouwlokalen)
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 18 van 28
Leerpleinen Voor elke combinatie van lokalen wordt een leerplein van 24 m² gerealiseerd. Het leerplein wordt gecombineerd met de verkeersruimte, waardoor een grotere ruimte ontstaat. De leerpleinen kunnen aanvullend op de groepsruimten worden gebruikt. De leerpleinen kunnen verschillend worden ingericht. Voor de onderbouw kan worden gekozen voor een indeling met bijvoorbeeld verschillende hoeken. Voor de hogere klassen valt meer te denken aan indeling met computers, werktafels etc. Door middel van de inrichting, bijvoorbeeld halfhoge kasten, kunnen kleinere werkruimten worden gecreëerd, terwijl het voor de leerkracht toch overzichtelijk blijft. Flexibele wanden tussen leerplein en lokalen De overgang van de lokalen naar het leerplein bestaat uit een flexibele wand, die ongeveer de helft van de wand richting het leerplein bevat. Ook op deze wijze kan het lokaal worden vergroot en kan deze zo multifunctioneel mogelijk worden ingezet.
In onderstaande figuur is het concept schematisch uitgewerkt:
lokaal 1 s tilte rui mte
lokaal 2
leerplein/ verkeers-ruimte
speellokaal/ 'doe-ruimte'
Dit betreft puur een schematische uitwerking van het concept, het betreft geen plattegrond.
Flexibele wanden tussen leerplein en lokalen De leerpleinen van de onderbouw worden gerealiseerd aan het speellokaal, zodat hier ook een koppeling kan worden gemaakt. Voor de bovenbouw (groep 5 t/m 8) worden deze gekoppeld aan de ‘doe-ruimte’ zoals beschreven in de vorige paragraaf.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 19 van 28
4.4
Wissellokaal
Zoals in hoofdstuk 3 aangegeven is de ruimtebehoefte bepaald op basis van de prognose van 2016. Op basis van deze prognoses heeft It Grovestinshôf in 2016 recht op 5 groepsruimten. In de jaren daarna schommelt dit tussen de 5 en 6 groepsruimten. Op langere termijn stabiliseert dit weer op 5 groepsruimten. De Welle heeft op basis van de prognoses in 2016 nog net recht op 4 groepslokalen maar daalt dit in 2017 naar 3 groepslokalen en blijft de prognose hierop stabiel. De gezamenlijke ruimtebehoefte bestaat tot 2024 uit totaal 9 groepslokalen.
Voor de onderbouwgroepen is de wens om binnen de beschikbare vierkante meters extra hoogte te creëren, zodat een speelwerkverdieping of zolder kan worden gerealiseerd. Bij de lokalen van groep 1 en 2 wordt een leerplein gerealiseerd die, naast de koppeling met het speellokaal, dicht bij het leerplein van de onderbouw van de Welle ligt. Op het leerplein kunnen diverse vormen van speelhoeken worden gerealiseerd, maar ook computerwerkplekken zijn een optie. Dit kan door middel van de inrichting, bijvoorbeeld halfhoge kasten, waarin tevens materiaal kan worden opgeborgen.
Om bovenstaand dilemma op te vangen is er een gezamenlijk wissellokaal in het programma opgenomen. Dit wissellokaal is voor 50% aan It Grovestinshôf en voor 50% aan de Welle toegerekend. In eerste instantie, uitgaande van de huidige prognoses, wordt dit lokaal door de Welle gebruikt. Op termijn kan er, vanwege verschuivende leerlingenaantallen, een andere keuze worden gemaakt.
Lokaal groep 3 + 4 Voor groep 3 en 4 wordt tevens een groepslokaal op de begane grond gerealiseerd. Het groepslokaal heeft een oppervlakte van 56 m2 en is middels een flexibele wand te koppelen aan het bijbehorende leerplein. Dit leerplein is niet gekoppeld aan een andere ruimte, maar ligt wel naast het leerplein van de onderbouw van It Grovestinshôf. Tussen dit lokaal en het lokaal van groep 2 wordt een stilteruimte gerealiseerd, die door beide lokalen kan worden gebruikt.
4.5
Lokalen groep 5 t/m 8 Voor de groepen 5 t/m 8 worden 2 lokalen op de verdieping gerealiseerd. Tussen de lokalen wordt de stilteruimte gerealiseerd; de lokalen hebben een flexibele wand richting het leerplein. Het leerplein van It Grovestinshôf ligt naast het leerplein van de Welle; beide leerpleinen zijn te koppelen aan de ‘doe-ruimte’.
CBS It Grovestinshôf
In deze paragraaf zijn de ruimten die specifiek voor It Grovestinshôf worden gerealiseerd weergegeven. Groep 1 + 2 In dit programma is er vanuit gegaan dat er een apart lokaal wordt gerealiseerd voor groep 1 en voor groep 2.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 20 van 28
4.6
OBS de Welle
In deze paragraaf zijn de ruimten die specifiek voor de Welle worden gerealiseerd weergegeven. Groep 1 t/m 3 Voor groep 1 t/m 3 wordt 1 groepslokaal gerealiseerd, die gelegen is aan het leerplein onderbouw. Het leerplein kan ingedeeld worden in meerdere speelhoeken, maar hier wordt ook werkruimte voorzien voor de oudere kinderen (groep 3 en 4). Tevens kan er voor zelfstandig werken gebruik gemaakt worden van de stilteruimte die grenst aan het lokaal. Het leerplein van de Welle ligt naast het leerplein van It Grovestinshôf. Voor de onderbouwgroep is de wens om, binnen de beschikbare vierkante meters extra hoogte te creëren, zodat een speelwerkverdieping of zolder kan worden gerealiseerd. Groep 4 t/m 8 Voor de groepen 4 t/m 8 worden 2 lokalen op de verdieping gerealiseerd. Tussen de lokalen wordt de stilteruimte gerealiseerd; de lokalen hebben een flexibele wand richting het leerplein. Het leerplein van de Welle ligt naast het leerplein van de It Grovestinshôf en beide leerpleinen zijn te koppelen aan de ‘doe-ruimte’.
Extra hoogte in het lokaal voor plaatsen van een speelwerkverdieping of zolder.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 21 van 28
4.7
Relatieschema
Gezamenlijk It Grovestinshof
De Welle 1e verdieping
berging
Lokaal groep middenbouw
Stilte ruimte Leerplein middenbouw
Speellokaal
Lokaal midden/ bovenbouw
Lokaal bovenbouw
Stilte ruimte
Leerplein midden/boven bouw Lokaal onderbouw
Leerplein onderbouw
Leerplein onder-bouw
lokaal onderbouw
handvaardig -heid
koken
Doe-ruimte stilte ruimte Lokaal onderbouw
t.s.o.
Leerplein midden/boven bouw
verkeersruimte / trap Personeels -ruimte
Spreekkamers
hoofd entree Repro
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
lokaal bovenbouw
lokaal middenbouw stilte ruimte
gardarobe
entree bovenbouw
Pagina 22 van 28
5.ruimteschema LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 23 van 28
In de vorige hoofstukken zijn de normatieve ruimtebehoefte, functionele wensen en onderlinge relaties vastgelegd. In dit hoofdstuk worden alle ruimten samengevoegd in een ruimteschema.
5.1
Leeswijzer ruimteschema
Het ruimteschema is weergegeven op de volgende pagina. Het ruimteschema is als volgt opgebouwd: In het ruimteschema is uitgegaan van drie soorten ruimten; multifunctionele ruimten (paragraaf 4.1), ruimten voor CBS It Grovestinshôf (paragraaf 4.3) en ruimten voor OBS de Welle (paragraaf 4.4). Per ruimtesoort zijn alle aanwezige ruimten omschreven. Per ruimte is aangegeven hoe vaak deze ruimte voor komt en hoeveel netto vloeroppervlak (NVO) deze ruimte nodig heeft. Vervolgens is per ruimte de situering aangegeven waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de Begane Grond (BG) of de Verdieping (VD). In de kolommen hiernaast is aangegeven welke vierkante meters aan welke partij worden toegerekend. Voor alle gezamenlijke ruimten is hierbij de verhouding zoals bepaald in hoofdstuk 3 aangehouden. Onderaan de tabel is het totaal aan netto vloeroppervlak opgeteld en vermenigvuldigd met de bruto/netto factor van 1,35. Dit resulteert in de totale bruto vloeroppervlak (BVO) van het gebouw en per school.
5.2
Samenvatting ruimteschema
Vanuit het ruimteschema komen de volgende totalen naar voren: Onderdeel
Totaal BVO
Totaal Normatief Verschil
1.303 m² 1.300 m² - 3 m²
BVO CBS It Grovestinshôf 782 m² 779 m² -3 m²
BVO OBS de Welle 521 m² 521 m² -
Het totale bruto vloeroppervlakte ligt nagenoeg op de gehanteerde norm van 1.300 m2.
Bruto/netto factor De ruimtebehoefte is tot nu toe weergegeven in netto vierkante meters (NVO), dit is de ruimte die werkelijk kan worden gebruikt. Naast de netto ruimte is er ruimte nodig voor de constructie (wanden e.d.), installaties, indelingsverliezen en verkeersruimte. Het NVO wordt vermenigvuldigd met de bruto/netto factor om het totale bruto vloeroppervlak (BVO) te bepalen
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 24 van 28
Ruimten
Aantal Norm
Totaal NVO
1.0 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 1.10 1.11 1.12 1.13 1.14 1.15 1.16 1.17 1.18
Multifunctionele ruimten Hoofdentree Entree bovenbouw Speellokaal Berging speellokaal Personeelsruimte Spreekkamers Miva toilet/personeelstoilet Personeelstoilet verdieping Werkkast (begane grond) Werkkast (verdieping) Serverruimte Doe-ruimte Wissellokaal Toilletten onderbouw Toilletten middenbouw Toiletten bovenbouw Magazijn algemeen Reproruimte Totaal
1 1 1 1 1 4 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
16 8 84 8 20 12 5 4 2 2 4 56 56 6 4 6 8 4
16 8 84 8 20 48 5 4 2 2 4 56 56 6 4 6 8 4 341
2.0 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10
CBS It Grovestinshof Lokalen onderbouw Leerplein onderbouw Stilte-ruimte onderbouw Lokaal middenbouw Leerplein middenbouw Berging Lokalen bovenbouw Leerplein bovenbouw Stilte-ruimte bovenbouw Berging Totaal
2 1 1 1 1 1 2 1 1 1
56 24 10 56 24 4 56 24 10 4
3.0 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
OBS de Welle Lokalen onderbouw Leerplein onderbouw Stilte-ruimte groep onderbouw Berging Lokalen midden- en bovenbouw Leerplein midden- en bovenbouw Stilte ruimte midden- en bovenbouw Berging Totaal
1 1 1 1 2 1 1 1
56 24 10 4 56 24 10 4
Totaal NVO bruto/netto factor Totaal BVO Normatieve ruimtebehoefte Verschil
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Situering
CBS Grovestinshof
BG BG BG BG BG BG BG VD BG VD BG/VD VD BG BG BG VD BG BG
BG 16 8 84 8 20 48 5 0 2 0 2 0 56 6 4 0 8 4
VD 0 0 0 0 0 0 0 4 0 2 2 56 0 0 0 6 0 0
60% 10 5 50 5 12 29 3 2 1 1 2 34 28 4 2 4 5 2 199
112 24 10 56 24 4 112 24 10 4 380
BG BG BG BG BG BG VD VD VD VD
112 0 24 0 10 0 56 0 24 0 4 0 0 112 0 24 0 10 0 4
112 24 10 56 24 4 112 24 10 4 380
56 24 10 4 112 24 10 4 244
BG BG BG BG VD VD VD VD
56 0 24 0 10 0 4 0 0 112 0 24 0 10 0 4
965 1,35 1303
595 370
OBS de Welle
Aanvulling
40% 6 3 34 3 8 19 2 2 1 1 2 22 Handvaardigheid, koken, TSO 28 Verdeling beide scholen 50% 2 2 2 3 2 142
56 24 10 4 112 24 10 4 244 579 1,35 782 779 -3
386 1,35 521 521 0
Pagina 25 van 28
6.buitenruimte LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 26 van 28
Dit hoofdstuk gaat in op de invulling van het terrein. De plaatsing van de nieuwbouw op de beschikbare kavel wordt in sterke mate bepaald door de behoefte aan speelterreinen, de ontsluiting van het gebouw, de behoefte aan fietsenstallingen voor kinderen en personeel en het benodigde aantal parkeerplaatsen voor auto’s.
6.1
Entree
Hoofdentree De hoofdentree heeft een duidelijke relatie met het parkeren. De entree dient duidelijk te zijn voor alle bezoekers, personeel en leerlingen. Entree bovenbouw Voor de bovenbouw wordt een aparte entree gerealiseerd. Deze entree heeft een duidelijke relatie met het fietsparkeren, omdat de meeste leerlingen van de midden- en bovenbouw met de fiets komen.
Gebruiker CBS It Grovestinshôf OBS de Welle Totaal
Speelterrein
Er zal onderscheid gemaakt worden tussen een speelplein voor de onderbouw en een speelplein voor de midden- en bovenbouw. Beide scholen maken gebruik van hetzelfde speelterrein. Voor de onderbouw is het van belang dat het speelterrein wordt afgeschermd middels een hekwerk. Het bovenbouwplein is openbaar toegankelijk. Vanuit de VNG normen wordt het volgende gesteld ten aanzien van het verharde speelterrein: Er wordt 3 m² gerekend per leerling met een minimum van 300 m² Bij een school vanaf 200 leerlingen kan met 600 m² worden volstaan
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Norm per leerling 3,0 3,0
Oppervlakte totaal 378 m² 300 m² (minimum) 678 m2
Bovenstaande gaat uit van de VNG normen. Aangezien het terrein voldoende groot is kan er ook nog onverharde speelruimte worden ingericht. De inrichting (speeltoestellen, ondergrond) is een onderdeel dat buiten de normkostenvergoeding valt en de scholen zelf moeten organiseren. Dit wordt nog verder uitgewerkt in overleg met de buurtsportcoach. De wens bestaat om een pannakooi te realiseren, qua ruimte zal hiermee rekening moeten worden gehouden.
6.3 6.2
Aantal leerlingen 126 71 197
Fietsenstalling
Voor de leerlingen van beide scholen, die met de fiets komen, is een fietsenstalling benodigd. Per fietsparkeerplek wordt 1 m2 gerekend. De fietsenstalling dient vandalismebestendig te zijn. Dat betekent dat er geen gesloten of overkapte fietsenstalling wordt toegepast. De fietsenstalling zal wel worden afgescheiden middels bijvoorbeeld een hek of groene heg. Voor het stallen van fietsen wordt uitgegaan van de volgende voorzieningen: Partij CBS It Grovestinshôf OBS de Welle Totaal
Aantal leerlingen per fiets 70 45 ?? 115
Norm aantal m² 1 m2 1 m2 1 m2
Oppervlakte totaal 70 m² 45 m2 115 m2
Pagina 27 van 28
Naast de fietsenstalling voor de leerlingen wordt rekening gehouden met een fietsenstalling voor de personeelsleden, uitgangspunt hiervoor is 10 fietsen. fietsen
6.4
Buitenberging
Voor zowel de onderbouw als de bovenbouw wordt een gezamenlijke buitenberging gerealiseerd. Voorkeur gaat uit naar een inpandige berging, wanneer hiervoor nog ruimte kan worden gevonden. Wanneer dit niet mogelijk blijkt worden losse buitenbergingen toegepast.
nieuwbouw
boven bouw
hoofd entree
Plein onderbouw
6.5
fietsen
Parkeerplaatsen
Momenteel is er rondom de school geen aparte voorziening voor het parkeren. Aangezien het aantal leerlingen op de locatie, en daarmee het aantal personeelsleden en ouders die kinderen brengen toe zal nemen, zal in overleg met de gemeente dit onderwerp verder worden bekeken. Hierbij zal ook worden gekeken naar de hiervoor gelden de normen ten aanzien van aantallen e.d. Voorkeur gaat uit naar de realisatie van een kiss & ride strook voor het halen en brengen en extra parkeerplaatsen voor het personeel en de bezoekers.
6.6
Plein boven bouw
parkeren / kiss & ride
Schema
In de paragrafen 6.1 t/m 6.5 zijn de verschillende functies met betrekking tot het buitenterrein omschreven. In onderstaande afbeelding is de globale positie op het terrein weergegeven. Tevens is schematisch de positie van de entrees weergegeven.
LindHorst huisvestingsadviseurs bv
Pagina 28 van 28