Rorento N.V.
Verslag over 2012
Inhoudsopgave Algemene informatie
4
Kerncijfers
5
Verslag van de directie Algemene inleiding Beleggingsresultaat Beleggingsbeleid Voorgestelde wijzigingen bij het fonds Sustainability investing Risicobeheer Verklaring omtrent de bedrijfsvoering
6 6 7 7 9 9 10 11
Jaarrekening Balans Winst- en verliesrekening Kasstroomoverzicht Toelichtingen Algemeen Risico’s financiële instrumenten Waarderingsgrondslagen Grondslagen resultaatbepaling Toelichting op de balans Toelichting op de winst- en verliesrekening Spreiding van het vermogen Valutatabel Obligatieportefeuille
12 12 13 13 14 14 14 16 17 18 23 26 27 28
Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum Resultaatbestemming Voorstel resultaatbestemming Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten Belangen van bestuurders Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
34 34 34 34 34 34 36
Rorento N.V. 2
Rorento N.V. (naamloze vennootschap naar Antilliaans recht, met een open-end structuur, statutair gevestigd te Willemstad, Curaçao) Contactgegevens Ara Hill-Top, Unit A5 Pletterijweg Oost 1 Willemstad, Curaçao 1
Informatiekantoor voor Rorento Robeco Institutional Asset Management B.V. Coolsingel 120 Postbus 973 NL-3000 AZ Rotterdam Tel. 010 - 224 1 224 Fax 010 - 411 5 288 Internet: www.robeco.com Directie Drs. E.J. Siermann Dr. F.L.E.G. Boll Drs. F.L.I. van de Walle Fondsmanager Drs. K. van Trigt Secretaris van de vennootschap Mr. D.H. Cross 1
Betaalkantoor ABN AMRO Bank N.V. Gustav Mahlerlaan 10 1062 PP Amsterdam Fund agent Rabo Securities Amstelplein 1 1096 HA Amsterdam Accountant Ernst & Young Accountants Kaya WFG (Jombi) Mensing 16 Curaçao
1
RobecoSAM A.G., Josefstrasse 218, CH-8005 Zürich, is aangewezen als vertegenwoordiger in Zwitserland. Het prospectus, de statuten, de (half)jaarverslagen alsmede een overzicht van alle aan- en verkopen in de effectenportefeuille van het fonds gedurende de verslagperiode zijn kosteloos verkrijgbaar bij deze vennootschap. Als betaalkantoor voor het fonds in Zwitserland fungeert UBS AG, Bahnhofstrasse 45, CH-8098 Zürich. CACEIS Belgium N.V., Havenstraat 86C Bus 320, 1000 Brussel, is aangewezen als instelling die in België de financiële dienst verzorgt.
Rorento N.V. 3
Algemene informatie Juridische aspecten Rorento N.V. (het “fonds”) is een in Curaçao gevestigde naamloze vennootschap. De jaarrekening luidt in euro’s en wordt opgesteld volgens in Nederland geldende voorschriften. Het fonds beschikt over een vergunning ingevolge artikel 11 onder a van de Landsverordening Toezicht op Beleggingsinstellingen en Administrateurs. Tevens beschikt het fonds over een AFM-vergunning op grond van de Wet op het financieel toezicht (de “Wft”).
Fiscale aspecten De fiscale positie van de vennootschap in Curaçao is geregeld bij een fiscale regeling die tot en met 31 december 2012 geldig is. Op basis van deze regeling geldt dat de gehele belastbare winst van de vennootschap belast zal worden naar een winstbelastingtarief van 2,4% tot 3,0%, met dien verstande dat de verschuldigde winstbelasting per jaar minimaal USD 1.000 en maximaal USD 10.000 bedraagt.
Verhandelbaarheid gewone aandelen Het fonds is een open-end beleggingsinstelling die, behoudens bijzondere omstandigheden, op dagelijkse basis gewone aandelen uitgeeft of inkoopt tegen de intrinsieke waarde met een beperkte op- of afslag. Deze op- of afslag dient alleen ter dekking van de kosten die door het fonds moeten worden gemaakt voor het toe- of uittreden van beleggers. Het vigerende opslagpercentage bedraagt maximaal 0,15%; het maximale afslagpercentage bedraagt 0,05%. Een eventueel overschot of tekort komt geheel ten goede aan c.q. ten laste van het fonds. Het fonds is genoteerd aan Euronext Amsterdam, segment Euronext Fund Service. Daarnaast zijn er beursnoteringen te Berlijn, Düsseldorf, Frankfurt, Hamburg, Luxemburg, München, Parijs, Wenen en Zürich.
Essentiële beleggersinformatie en prospectus Voor Rorento N.V. zijn een prospectus en essentiële beleggersinformatie opgesteld met informatie over het fonds, de kosten en de risico’s. Beide documenten zijn kosteloos verkrijgbaar ten kantore van het fonds en via www.robeco.com.
Vertalingen Dit verslag wordt ook in de Duitse, Engelse en Franse taal gepubliceerd. Slechts de originele uitgave in de Nederlandse taal is rechtsgeldig en wordt aan de algemene vergadering van aandeelhouders voorgelegd.
Rorento N.V. 4
Kerncijfers Overzicht 2008 - 2012 2012
2011
2010
2009
2008
Gemiddeld
9,2
4,2
6,7
3,7
–1,0
4,5
Performance in % op basis van: - Beurskoers 1 - Intrinsieke waarde
1
9,1
4,1
7,1
4,0
–1,5
4,5
Benchmark 2
6,0
5,9
5,0
6,3
4,9
5,6
Vermogen 3
1,6
1,8
1,8
1,9
2,1
1
Een mogelijk verschil tussen de performance op basis van de beurskoers en de intrinsieke waarde wordt veroorzaakt doordat de laatste beurskoers van de rapportageperiode en de intrinsieke waarde op een verschillend tijdstip worden vastgesteld. De laatste beurskoers van de rapportageperiode wordt vastgesteld op de laatste beursdag van de desbetreffende rapportageperiode, waarbij de om 6 uur ’s morgens bekende gegevens met betrekking tot de waardering worden gehanteerd. De intrinsieke waarde is gebaseerd op de waarderingen zoals bekend aan het einde van die beursdag. 2
De Barclays Multiverse Index, 100% afgedekt naar de euro. Voor de valutaomrekening wordt gebruikgemaakt van de koersen van World Market Reuters.
3
In miljarden euro's.
Rorento N.V. 5
Verslag van de directie Algemene inleiding Economie De wereldeconomie had in 2012 te kampen met een aantal structurele problemen, die een traditioneel economisch herstel belemmerden. Ook dit jaar stond in het teken van de beheersing van de schuldquota in de Westerse wereld, in een omgeving met gematigde economische groei en lage rentes. Het was ook een jaar waarin centrale banken meer dan gebruikelijk van zich lieten horen. Daarbij speelde het krachtige optreden van de Europese Centrale Bank (ECB) een hoofdrol. De noodzakelijke schuldbeheersing in de Westerse wereld verloopt gemakkelijker bij een aantrekkende groei van de wereldeconomie. In de eerste maanden van 2012 kwam die groei vooral uit de Verenigde Staten, waar de werkloosheidscijfers gunstig uitvielen, mede door de zachte winter. De werkloosheid daalde gedurende het jaar vervolgens langzaam naar 7,5%. Daarnaast verbeterde de situatie op de Amerikaanse huizenmarkt. Het graduele herstel van de economie in de Verenigede Staten werd gestimuleerd door een Fed (het Amerikaanse stelsel van centrale banken) die haar retoriek gedurende het jaar kracht bijzette door een belangrijke herinterpretatie van haar mandaat. Niet alleen belooft de Fed de rente tot 2015 laag te houden om de economische ontwikkeling te stimuleren, maar de bank stelt zich nu ook expliciet een reductie van de werkloosheid tot 6,5% ten doel. Hoewel de conjuncturele situatie verbeterde, had de economie van de Verenigde Staten in het najaar te kampen met de dreigende fiscal cliff per 1 januari 2013. De investeringsactiviteit van bedrijven bleef daardoor zeer gematigd. In Europa nam de bezorgdheid in het eerste kwartaal af omdat de ECB in december 2011 en februari 2012 driejaarsleningen beschikbaar stelde aan de Europese banken tegen een hele lage rente. Hierdoor konden de banken zich goedkoop herfinancieren. Een deel van de middelen werd gebruikt om overheidsobligaties te kopen met een hogere rente. Later in het jaar nam de onrust weer toe omdat de Griekse overheid wederom niet voldeed aan de gestelde eisen van de Trojka en een derde steunpakket nodig had. Het besmettingsgevaar van een eventuele Griekse uittreding richting de overige perifere landen van de Eurozone vormde daardoor een reëel risico. Ook de problemen op de Spaanse huizenmarkt werden steeds meer zichtbaar. In een poging de markten te stabiliseren, deed de president van de ECB, Mario Draghi, in juli een krachtige uitspraak door te stellen dat de ECB er alles aan zal doen om de euro te redden en dat dit afdoende zal zijn. De rentes op staatspapier van Spanje en Italië daalden aanzienlijk door de aankondiging van een ongelimiteerd conditioneel obligatie- opkoopprogramma door de ECB. Ook afgelopen jaar werd duidelijk dat de NoordEuropese landen stapsgewijs de balans zoeken tussen enerzijds het ter beschikking stellen van voldoende financiële middelen om de periferie in de Eurozone te houden en anderzijds het voldoende stimuleren van de periferie om de noodzakelijke structurele hervormingen door te voeren. De Noord-Europese landen zijn alleen bereid tot solidariteit als er meer financiële discipline komt in de Zuid-Europese landen. Vooral Duitsland stuurt hierbij aan op overdracht van politieke soevereiniteit aan Brussel en een gecentraliseerd bankentoezicht in Frankfurt. Ook in Azië stonden centrale banken in de schijnwerpers. Nadat de Japanse centrale bank eerder in het jaar maatregelen had genomen om de Japanse yen minder duur te maken ten opzichte van andere munten, kondigde de nieuwe Japanse premier in december aan een voorstander te zijn van meer agressieve kwantitatieve verruiming. Hiermee zou Japan zich moeten ontworstelen aan een klimaat waarin deflatie en economische stagnatie al jaren de toon zetten. De Chinese centrale bank verlaagde in juni de rente om een verdere vertraging van Chinese economie tegen te gaan. Dit was de eerste keer sinds eind 2008. Daarbij werd in China het nieuwe communistische bewind van Xi Jingping geïnstalleerd, onder wiens leiding de economische koers van China naar verwachting grotendeels ongewijzigd blijft. In navolging van China wisten de opkomende markten het afgelopen jaar de inflatie in toom te houden (mede door de lagere grondstoffen- en voedselprijzen) waardoor er ruimte bleef voor centrale banken om de groei te blijven stimuleren. Vooruitzichten voor de obligatiemarkten Lage groei, het ontbreken van inflatoire druk en centrale banken die bereid blijven een ruim en stimulerend monetair beleid te vormen, zijn de achtergrond waartegen rentes voorlopig laag kunnen blijven. De Westerse wereld kampt nog steeds met een schuldenprobleem, zowel bij overheden als bij individuele huishoudens. Het reduceren van deze schuldenberg zal nog jaren duren en heeft een matigende uitwerking op het groeitempo. Zeker in de eurozone wordt het
Rorento N.V. 6
duidelijk dat de nadruk op begrotingsdiscipline een wissel trekt op de korte termijn economische groei. In de Verenigde Staten zijn de vooruitzichten iets rooskleuriger. Met name het herstel op de huizenmarkt lijkt een wat duurzamer karakter te krijgen. Toch is ook hier onze verwachting dat het groeitempo onvoldoende zal zijn om een doorbraak in de kwakkelende arbeidsmarkt te veroorzaken. Bedrijven blijven terughoudend met het opschroeven van investeringen, onder andere veroorzaakt door het onvermogen van het Amerikaanse congres om eendrachtig de bestaande begrotingsperikelen op te lossen. Hoewel de ongeëvenaarde stimuleringsmaatregelen van centrale banken op de lange termijn inflatierisico’s impliceren, ligt dit voor de korte termijn wat ons betreft anders. Gelet op de hoge werkloosheidspercentages in tal van landen, lijkt het onwaarschijnlijk dat looninflatie de kop opsteekt. Een andere reden om voorlopig nog geen significante ommekeer op de obligatiemarkt te verwachten, is de aanhoudend grote betrokkenheid van centrale banken bij deze markten. Zo bezit de Britse centrale bank bijna een derde van de uitstaande schuld en de Amerikaanse Fed zo’n 15%, een percentage dat nog gestaag groeit. In Europa zal de schuldencrisis de nodige aandacht blijven krijgen. Nadat de ECB de liquiditeitspositie van banken had veiliggesteld door twee geldmarktoperaties respectievelijk eind 2011 en begin 2012, heeft zij deze zomer aangekondigd individuele landen onder voorwaarden te hulp te komen indien de kapitaalmarkten voor een land dreigen dicht te gaan. Dit heeft de nodige rust gebracht en rentes voor de perifere markten fors omlaag gebracht. Wij verwachten dat verdere koerswinsten mogelijk zijn, maar dat deze wel gepaard gaan met volatiliteit. De onderliggende problemen van de crisis zijn slechts deels weggenomen en politiek risico is aanwezig. De vooruitzichten voor obligatiemarkten in opkomende landen blijven gunstig. In de afgelopen periode zijn wereldwijd de macro-economische data enigszins gestabiliseerd, mede als gevolg van het monetaire beleid in de ontwikkelde landen. De vaak zeer lage rente in die landen zorgt bovendien voor een sterke stroom van kapitaal naar hoger renderende markten, waaronder emerging debt. Wij verwachten dat valuta en in mindere mate de rentemarkten hiervan blijven profiteren. Ook voor bedrijfsobligaties blijven wij gunstig gestemd. De rente-opslag op staatsleningen is nog steeds aantrekkelijk. De winstgevendheid van de meeste bedrijven oogt solide en de balansen laten vaak hoge kasbedragen zien, wat de obligatiebeleggers ook extra zekerheid biedt. Ook blijven bedrijven terughoudend waar het gaat om grote overnames. Wel is het zo dat de ‘credit cycle’ inmiddels vergevorderd is, waarmee bedoeld wordt dat bij een groot deel van de bedrijven de schuldenniveau’s niet meer dalen, maar stijgen. Ook wordt langzaam een groter deel van de vrije kasstroom aan dividend uitgekeerd wat niet in het voordeel van de obligatiebelegger is. Hoewel de bedrijfswinsten positief afsteken tegen de problemen bij overheden en particuliere huishoudens, zien steeds meer bedrijven hun winstgroei afvlakken.
Beleggingsresultaat In 2012 steeg de koers van het aandeel Rorento N.V. van EUR 49,75 naar EUR 54,34. Dit betekent een beleggingsresultaat van 9,2%. Op basis van de intrinsieke waarde, die steeg van EUR 49,81 naar EUR 54,33 bedroeg het beleggingsresultaat 9,1%. De benchmark van het fonds, de Barclays Capital Multiverse Index, 100% afgedekt naar de euro, steeg in dezelfde periode met 6,0%.
Beleggingsbeleid Rentebeleid Eind januari werd de rentegevoeligheid van het fonds verlaagd om zo de negatieve effecten van een stijgende rente te beperken. Aanvankelijk werkte deze positionering goed; vooral in de Verenigde Staten liep de kapitaalmarktrente op. In maart steeg de Amerikaanse 10-jaarsrente zo’n 40 basispunten tot 2,40%. Macro-economische data wezen op een aantrekkende arbeidsmarkt en ook de Fed, het Amerikaanse stelsel van centrale banken, liet zich verleiden een optimistischer toon aan te slaan. Rentes daalden echter weer toen de schuldencrisis in het eurogebied opnieuw oplaaide en ook de economische data begonnen tegen te vallen. De positieve bijdrage van de positie ging hierdoor verloren. Vanaf mei is de duration van de portefeuille weer opgehoogd om zo in te spelen op verder dalende rentes. Halverwege juni was de duration gelijk aan 6,5 jaar. Ook nu pakte deze strategie aanvankelijk goed uit. De Amerikaanse 10-jaarsrente daalde tot 1,45% en de Duitse rente tot een nieuw historisch dieptepunt van 1,2%. De Duitse 30-jaarsrente noteerde zelfs even onder de Japanse 30-jaarsrente. Spanningen binnen het eurogebied keerden terug. De Spaanse 10-jaarsrente kwam
Rorento N.V. 7
boven de 7% uit. Beleggers verkozen veilig geachte staatsleningen uit de zogenaamde kernlanden. Ook nu weer draaide het marktbeeld snel, toen beleggers hoop kregen op nieuwe beleidsinitiatieven van de Europese regeringsleiders. Een andere reden waarom met name de Europese lange rente terugveerde, was gelegen in nieuwe regelgeving. In een aantal Noord-Europese landen werd het pensioenfondsen en verzekeraars toegestaan om de toekomstige verplichtingen voor een deel niet langer met de marktrente te verdisconteren, maar met een – hogere – theoretische lange rentevoet. De vraag naar langlopende obligaties zal hierdoor in de toekomst afnemen, zo was de redenering. De rentegevoeligheid van de portefeuille is eind augustus teruggebracht tot op benchmarkniveau. De ECB president Draghi kondigde aan zo nodig alles uit de kast te halen om het voortbestaan van de euro te garanderen. Financiële markten reageerden opgelucht op deze toezegging en Amerikaanse en Duitse staatsleningen kwamen wat onder druk te staan. De rest van het jaar bewogen rentes zich in een nauwe range. Een nieuwe stimuleringsronde van de Fed bracht daar weinig verandering in. Aan het begin van het verslagjaar zijn posities opgebouwd in Italiaanse staatsleningen. Directe aanleiding was het besluit van de ECB om middels twee 3-jaars liquiditeitsoperaties de acute financieringsnood van Europese banken weg te nemen. Ook het beleid van de nieuwe Italiaanse regering onder Monti, gericht op het doorvoeren van structurele hervormingen, lag aan deze portefeuillewijziging ten grondslag. In de jaren ervóór had het fonds juist een hele conservatieve koers gevaren ten aanzien van de Europese periferie. De posities in Italië rendeerden heel goed. In de eerste twee maanden van het jaar boekten Italiaanse staatsobligaties een koersresultaat van meer dan 10%. Na de tweede liquiditeitsimpuls van de ECB op 29 februari zijn de belangen significant teruggebracht. Eind november is wederom een forse positie opgebouwd in Italiaanse staatsleningen. Het aangekondigde conditionele koopprogramma van de ECB (het OMT) had de nodige stabiliteit gebracht in de Europese schuldencrisis. Samen met de nog steeds aanzienlijke renteopslag ten opzichte van Duitsland, bood dit voldoende compensatie voor de bestaande risico’s. Valutabeleid Aan het begin van het jaar is enige tijd ingespeeld op een verzwakking van de euro versus de US dollar. Het idee was dat de Euro verder zou kunnen dalen onder invloed van de liquiditeitssteun aan banken uitgevoerd door de ECB. Deze verwachting kwam helaas niet uit waarna de positie is gesloten. Verder waren er het gehele jaar posities in valuta’s van opkomende markten als gevolg van de exposure naar emerging debt. Deze laatse zorgden voor een positief resultaat. Assetallocatie Gedurende de verslagperiode is vastgehouden aan een duidelijke voorkeur voor bedrijfsobligaties boven staatsleningen. Ook andere beleggingsklassen zoals asset backed securities kenden een relatief grote weging in het fonds. Deze positionering bleek de juiste, omdat gedurende het jaar credits en asset backed leningen relatief erg goed presteerden. In maart zijn de belangen in de opkomende markten verder uitgebreid. In de tweede helft van het jaar is deels winst genomen op de aanzienlijke belangen in bedrijfsleningen, zowel investment grade als high yield. Door de goede performance – en dus gedaalde renteopslag ten opzichte van staatsleningen – boette de categorie iets aan aantrekkelijkheid in. Ook speelde mee dat bij een steeds groter deel van de bedrijven de schuldpositie weer wat oploopt en de winstontwikkeling afvlakt. Ook na deze acties bleef het fonds echter fors belegd in de meer risicovolle beleggingscategoriëen ten koste van laagrenderende staatsleningen. Creditbeleid De deelportefeuille bedrijfsobligaties boekte goede resultaten door een juiste selectie van de individuele obligaties. De voorkeur voor Europese leningen boven Amerikaanse obligaties in de eerste helft van het jaar, bleek ook een juiste beslissing. De ingrepen van de ECB namen veel van de zorgen weg dat Europese financiële instellingen zich niet meer zouden kunnen herfinancieren. In de rest van het jaar zijn geleidelijk aan meer Amerikaanse obligaties opgenomen in de portefeuille en werd de verdeling tussen Amerika en de eurozone evenwichtiger. Binnen de Europese bedrijfsobligaties was aanvankelijk de periferie in de portefeuille ondervertegenwoordigd. Leningen van Italiaanse banken en Spaanse gedekte obligaties waren tijdig afgebouwd toen in het tweede kwartaal het sentiment omtrent de periferie verder verslechterde. In de zomer zijn belangen in de periferie weer tijdelijk opgebouwd, net op tijd om te profiteren van het verbeterende sentiment rondom de periferie na de draai van de ECB deze zomer. Naar het eind van het jaar toe is er wederom wat exposure afgebouwd in Italië, Spanje en dit maal ook Frankrijk. Waarderingen oogden
Rorento N.V. 8
onaantrekkelijk voor bedrijfsleningen uit deze landen. Gelijktijdig zijn de belangen in obligaties uitgegeven door financiële instellingen wat opgehoogd. Performance In de verslagperiode heeft het actieve beleggingsbeleid van de fondsmanager (4,0%) een substantiele positieve bijdrage ten opzichte van de benchmark gehad. Dit was voor een belangrijk deel toe te schrijven aan het allocatiebeleid (3,4%) en het selectiebeleid binnen de deelportefeuille bedrijfsobligaties (1,1%). Het gevoerde rentebeleid (–0,2%), het valutabeleid (–0,2%) en de kosten voor het actieve beheer (–0,8%) kenden per saldo een kleine negatieve bijdrage ten opzichte van de benchmark.
Voorgestelde wijzigingen bij het fonds In 2012 is besloten om aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders het voorstel voor te leggen om het fonds over te brengen van Curaçao naar Luxemburg en om te zetten (de "omzetting") in een Société d’Investissement à Capital Variable (" SICAV") naar Luxemburgs recht met ICBE (UCITS)-status, teneinde distributie binnen de EU in de toekomst veilig te stellen. De aanleiding hiervoor zijn de bepalingen van de nieuwe Europese AIFM richtlijn (nr. 2011/61/EU). Voor deze omzetting is onder meer een wijziging van de statuten noodzakelijk. Over het voorstel voor deze statutenwijziging zal worden besloten in een Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders, die zal worden gehouden op 12 april 2013 ten kantore van het fonds in Willemstad, Curaçao. De oproeping voor deze vergadering heeft op 28 februari 2013 plaatsgevonden. Het streven is de notariële akte van statutenwijziging op 7 juni 2013 te passeren, waarbij de omzetting van kracht wordt.
Sustainability investing Sustainability investing in de fondsen van Robeco is een positieve keuze met minimale beperkingen aan het beleggingsuniversum en bestaat uit een combinatie van effectieve instrumenten: • uitoefening stemrechten • engagement • uitsluitingen 1 • integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen Uitoefening stemrechten Robeco houdt zich bij het uitoefenen van het stemrecht aan internationaal geaccepteerde principes zoals van het International Corporate Governance Network (ICGN) en de Nederlandse Corporate Governance Code. De uitvoering is op een efficiënte wijze ingericht. Gezien de aard van de beleggingen is uitoefening van stemrechten door het fonds niet aan de orde. Engagement Engagement is het actief gebruiken van de rechten van beleggers om invloed uit te oefenen op bedrijven. Robeco treedt in actieve dialoog met ondernemingen over verantwoord ondernemerschap en een maatschappelijk verantwoord ondernemingsbeleid. Dit verhoogt naar onze mening op de langere termijn de aandeelhouderswaarde voor onze klanten. Wij hanteren hierbij een themagedreven aanpak. Dit verschaft ons de mogelijkheid om een onderwerp diepgaand te bestuderen. Uitsluitingen Het uitsluitingenbeleid van Robeco bestaat uit twee onderdelen. Ten eerste worden ondernemingen uitgesloten die controversiële wapens of essentiële onderdelen daarvan produceren of het merendeel van hun omzet realiseren met de verkoop of transport van deze wapens. Ten tweede kan een niet-succesvolle dialoog op termijn leiden tot uitsluiting van een onderneming van het beleggingsuniversum. Het gaat hierbij om een dialoog waarbij wij spreken met ondernemingen over ernstige en structurele schendingen van internationaal breed geaccepteerde richtlijnen voor verantwoord ondernemen. In het bijzonder richt Robeco zich hierbij op het United Nations Global Compact. Naast het uitsluitingenbeleid van ondernemingen, is er ook een beleid voor het uitsluiten van landen. Deze uitsluitingen hebben
1
ESG staat voor Environmental, Social and Governance, in het Nederlands: milieu, maatschappij en goed bestuur.
Rorento N.V. 9
betrekking op landengerelateerde beleggingen (bijvoorbeeld staatsobligaties). De uiteindelijke bevoegdheid om ondernemingen en landen op de uitsluitingslijst te plaatsen ligt bij de directie van de Robeco Groep. Integratie ESG-factoren in beleggingsprocessen Bij beleggingen in staatsobligaties worden beslissingen gebaseerd op basis van fundamentele analyses van economieën en markten. ESG-factoren zoals kwaliteit van bestuur, vormen een vast onderdeel van deze analyses. Beleggingen in bedrijfsobligaties worden altijd gedaan op basis van een grondige fundamentele kredietanalyse. In deze analyse wordt niet alleen gekeken naar zaken als financiële positie, strategie en structuur van de onderneming, maar worden ESGfactoren ook als aparte factor meegewogen. De analyses die gemaakt worden door RobecoSAM, dochteronderneming van de Robeco Groep, zijn hierbij een belangrijke informatiebron. Transparantie en rapportage over beleid en uitvoering Primair wordt via de website gerapporteerd over sustainability investing. Voor het uitoefenen van stemrechten, voor engagement en voor uitsluitingen is zowel het beleid als het verslag van de uitvoering terug te vinden op www.robeco.nl/ri.
Risicobeheer Het fonds maakt gebruik van financiële instrumenten. De hiermee samenhangende risico’s zijn nader omschreven in de jaarrekening. Risicobeheer is een integraal onderdeel van het beleggingsproces. De belangrijkste risico’s worden gemonitord, zoals prijsrisico, kredietrisico en liquiditeitsrisico. Daarnaast worden controles uitgevoerd door een onafhankelijke riskmanagementafdeling, die direct rapporteert aan het senior management. De aanwezigheid van financiële en operationele risico’s is inherent aan het karakter van vermogensbeheer. De manier waarop de beheersing van deze risico’s in de dagelijkse bedrijfsvoering is verankerd, is dan ook van groot belang. De Robeco Groep maakt gebruik van een risicomanagement raamwerk (Robeco Control Framework) dat de beheersing van alle risicotypes waarborgt. Binnen dit raamwerk worden risico’s periodiek geïdentificeerd en beoordeeld op significantie en materialiteit. Interne procedures en maatregelen zijn erop gericht om de beheersing van zowel financiële als operationele risico’s vorm te geven. Zowel de risico’s en de procedures als de maatregelen worden actief gemonitord. Specifieke aandacht wordt besteed aan de continuïteit van kritische bedrijfsprocessen. Hiertoe heeft de Robeco Groep maatregelen getroffen om schade als gevolg van onderbreking van haar dienstverlening zoveel mogelijk te beperken. Het Business Continuity Management (BCM) proces draagt zorg voor de continuïteit van kritische processen en diensten door middel van een gedegen crisisorganisatie en een uitgebreide set van oefeningen, beleid, baseline (een set met BCM eisen), plannen en richtlijnen. Hiernaast heeft de Robeco Groep het afgelopen boekjaar aandacht besteed aan de (mogelijke) directe en indirecte gevolgen van de aanhoudende problemen in het eurogebied. Hierbij is o.a. gewerkt aan scenarioplanning en het opzetten van een crisisdraaiboek om zo goed mogelijk voorbereid te zijn op eventuele consequenties van een verdere verergering van de eurocrisis. Ook worden de operationele risico’s die te relateren zijn aan de crisis voortdurend geanalyseerd en worden waar nodig aanvullende beheersmaatregelen getroffen. Bovendien zijn het afgelopen boekjaar aanvullende maatregelen genomen om de risico’s te beperken die gepaard gaan met niet nakoming door een tegenpartij. Hiertoe zijn de kasuitzettingen verder gespreid over de toegestane tegenpartijen. Er is een tweede tegenpartij aangesteld voor de handel in termijncontracten zodat eventuele risico’s voor de fondsen snel kunnen worden gemitigeerd in geval van een dalende kredietwaardigheid van de huidige tegenpartij. Op het gebied van marktrisico zijn de functionaliteiten van de marktrisicosystemen verder ontwikkeld. Hierbij is aandacht besteed aan het verder vergroten van het aanpassingsvermogen van de risicocijfers die daarmee sneller reageren op veranderende marktomstandigheden. Ook is een nieuw stresstesting kader ontwikkeld dat de Robeco Groep beter inzicht biedt in hoe de portefeuille reageert op extreme doch plausibele scenario’s. Hierbij wordt een combinatie van historische en hypothetische scenario’s gehanteerd. Ten aanzien van het liquiditeitsrisico van de fondsen is in bepaalde gevallen afgesproken een minimum liquiditeitsbuffer aan te houden om ook in illiquide periodes te waarborgen dat klanten in en uit kunnen stappen.
Rorento N.V. 10
Tegenpartijrisicomanagement is een belangrijk onderdeel van het beleggingsbeleid. Daarom heeft de Robeco Groep ervoor gekozen om alle renteswaps niet meer bilateraal bij tegenpartijen uit te zetten maar bij een centrale tegenpartij (‘central clearing’).
Verklaring omtrent de bedrijfsvoering Rorento N.V. beschikt over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht (“Wft”) en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (“Bgfo”). Wij hebben gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijving van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wft en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als directie van Rorento N.V. te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo. Ook hebben wij niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd.
Verslag van het gehouden toezicht Uit de raad van commissarissen van Robeco Groep N.V. zijn enkele commissies benoemd, namelijk de audit & risk committee, de investment committee en de nomination, remuneration & corporate governance committee. Deze commissies bestaan voor de meerderheid uit onafhankelijke commissarissen in de zin van de Corporate Governance Code. De audit & risk committee bestaat uit de heren drs. G. Izeboud RA (voorzitter), prof. dr. A. Bruggink, drs. A.C. Dorland MBA (per 3 april 2012), mr. S.E. Eisma en drs. D.P.M. Verbeek en vergaderde zes keer gedurende de verslagperiode. De vergaderingen van de audit & risk committee zijn bijgewoond door onder meer de hoofden van de afdelingen Group Internal Audit, Group Compliance en Group Risk Management en door vertegenwoordigers van Ernst & Young Accountants LLP. Compliance-, audit- en riskmanagement aangelegenheden zijn in de audit & risk committee besproken. Robeco kent "Principles on Fund Governance", waarvan de naleving wordt gemonitord door Group Compliance. Deze beginselen komen in belangrijke mate overeen met de beginselen opgesteld door Dutch Fund and Asset Management Association (DUFAS). Robeco's Group Internal Audit heeft de Principles van DUFAS en die van Robeco in 2012 met elkaar vergeleken en twee kleine aanpassingen voorgesteld, welke door Group Compliance zijn geïmplementeerd. Daarnaast is de tekst over de monitoringprocedure aangepast: Group Internal Audit zal elk Principle ten minste eenmaal per drie jaar aan een audit onderwerpen, Group Compliance zal ze doorlopend monitoren. De investment committee bestaat uit de heren mr. Ph. Lambert (voorzitter), prof. dr. A. Bruggink, drs. A.C. Dorland MBA (per 3 april 2012), drs. G. Izeboud RA en drs. D.P.M. Verbeek en vergaderde vijf keer gedurende de verslagperiode. Deze vergaderingen zijn bijgewoond door onder meer vertegenwoordigers van de beleggingsafdelingen en door het management van verschillende buitenlandse entiteiten van de Robeco Groep. Besproken werden het Robeco Groep productenpalet, de investment capability profitability analysis, het gevoerde beleggingsbeleid en performanceontwikkelingen. Daarbij zijn onder meer de performances in vergelijking met de gestelde performance targets en de ratings, zoals die van Morningstar, onderwerp van gesprek geweest. Daarnaast zijn de ontwikkelingen in de financiële markten een vast agendapunt. De nomination, remuneration & corporate governance committee bestaat uit de heren mr. S.E. Eisma (voorzitter), mr. Ph. Lambert, ir. P.J.A. van Schijndel en drs. D.P.M. Verbeek en vergaderde vier keer gedurende de verslagperiode. Bij deze vergaderingen waren onder meer ook de CEO en het hoofd Group Human Resources aanwezig. In de vergaderingen komt, naast onderwerpen zoals succession- en continuitybeleid, het beloningsbeleid voor het senior management aan de orde. In het bijzonder werd veelvuldig gesproken over de implementatie van de Principes voor Beheerst Beloningsbeleid van de AFM en DNB. Deze implementatie leidde op een beperkt aantal punten tot aanpassingen en is in de zomer van 2012 afgerond. In het Robeco Beloningsbeleid is behalve de Principes voor Beheerst Beloningsbeleid ook het beloningsbeleid van Rabobank verankerd. Willemstad, 15 maart 2013 De directie
Rorento N.V. 11
Jaarrekening Balans Voor resultaatbestemming, EUR x duizend
31/12/2012
31/12/2011
Beleggingen Financiële beleggingen Obligaties en andere vastrentende waardepapieren
1
1.390.972
1.512.571
Beleggingen in fondsen van de Robeco Groep
2
159.675
216.144
Derivaten
6.872
13.955
1.557.519
1.742.670
3,16
Som der beleggingen
Vorderingen Vorderingen uit hoofde van effectentransacties
5.012
4.569
Te vorderen interest
4
17.787
21.538
Vorderingen op gelieerde maatschappijen
5
502
389
Vorderingen uit hoofde van verstrekte zekerheden
6
1.799
17.540
Overige vorderingen
7
883
1.082
25.983
45.118
8
54.302
11.578
3,16
5.040
33.378
9
88
767
Overige activa Liquide middelen
Kortlopende schulden Verplichtingen uit hoofde van derivaten Te betalen interest Schulden uit hoofde van effectentransacties
2.901
–
Schulden aan kredietinstellingen
12
3.387
2.598
Schulden aan gelieerde maatschappijen
10
1.185
1.280
Schulden uit hoofde van ontvangen zekerheden
11
4.820
5.920
Overige schulden
13
2.245
3.013
19.666
46.956
60.619
9.740
1.618.138
1.752.410
Vorderingen en overige activa minus kortlopende schulden
Eigen vermogen
Samenstelling van het eigen vermogen
14
Geplaatst kapitaal Overige reserves Nettoresultaat
89.345
105.550
1.376.425
1.573.424
152.368
73.436
1.618.138
1.752.410
De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Rorento N.V. 12
Winst- en verliesrekening EUR x duizend Opbrengst beleggingen Waardeveranderingen
2012
2011
17
56.767
66.138
1,2,3, 17
109.760
21.997
166.527
88.135
Kosten
18
Beheerkosten
19
12.292
12.720
Service fee
19
1.254
1.291
Overige kosten
21
613
688
Nettoresultaat
14.159
14.699
152.368
73.436
2012
2011
Kasstroomoverzicht Indirecte methode, EUR x duizend Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Nettoresultaat
152.368
73.436
–109.760
–21.997
Aankopen van beleggingen
–3.269.433
–2.895.415
Verkopen van beleggingen
3.529.910
2.980.668
20.018
15.311
Gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen
Toename(–)/afname(+) van kortlopende vorderingen Toename(+)/afname(–) van kortlopende schulden
–329
–895
322.774
151.108
74.365
129.427
–361.005
–288.882
–
–16
–883
–
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Commissarissenbeloning Toename(–)/afname(+) van kortlopende vorderingen Toename(+)/afname(–) van kortlopende schulden
588
207
–286.935
–159.264
35.839
–8.156
6.096
13.200
41.935
5.044
8
11.578
7.991
12
–2.598
–4.055
8.980
3.936
8
54.302
11.578
12
–3.387
–2.598
50.915
8.980
Netto kasstroom Koers- en omrekeningsverschillen op geldmiddelen Toename(+)/afname(–) geldmiddelen
Liquide middelen begin boekjaar Schulden aan kredietinstellingen begin boekjaar Geldmiddelen begin boekjaar
Liquide middelen einde boekjaar Schulden aan kredietinstellingen einde boekjaar Geldmiddelen einde boekjaar
De bij de posten vermelde nummers verwijzen naar de desbetreffende nummers in de toelichtingen.
Rorento N.V. 13
Toelichtingen Algemeen De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met Titel 9 van Boek 2 van het Nederlands Burgerlijk Wetboek, boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van Curaçao en de Wft. Het boekjaar van het fonds is gelijk aan het kalenderjaar.
Risico’s financiële instrumenten Transacties in financiële instrumenten kunnen ertoe leiden dat de hieronder beschreven financiële risico’s door het fonds worden verkregen of overgedragen aan een andere partij. Voor nadere informatie betreffende de risico’s voor dit fonds wordt verwezen naar het prospectus. Algemeen beleggingsrisico De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. De intrinsieke waarde van het fonds is afhankelijk van ontwikkelingen op de financiële markten en kan zowel stijgen als dalen. Aandeelhouders lopen het risico dat zij minder of niets terugkrijgen van hetgeen zij hebben ingelegd. Binnen het algemeen beleggingsrisico kan een onderscheid worden gemaakt tussen marktrisico, concentratierisico en valutarisico. Marktrisico De intrinsieke waarde van het fonds is gevoelig voor marktbewegingen. Daarnaast dienen beleggers zich bewust te zijn van de mogelijkheid dat de waarde van beleggingen kan variëren als gevolg van wijziging in politieke, economische of marktomstandigheden, alsmede door een veranderde individuele bedrijfssituatie. Concentratierisico Op grond van zijn beleggingsbeleid kan het fonds beleggen in financiële instrumenten van uitgevende instellingen die (hoofdzakelijk) opereren binnen dezelfde sector, regio, of op dezelfde markt. Indien dit gebeurt, zullen – vanwege de geconcentreerdheid van de beleggingsportefeuille van het fonds – gebeurtenissen die van invloed zijn op deze uitgevende instellingen, een sterkere invloed op het fondsvermogen hebben dan bij een minder geconcentreerde beleggingsportefeuille. Voor nadere kwantitatieve informatie over het concentratierisico wordt verwezen naar de geografische verdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. Valutarisico De gehele of een deel van de effectenportefeuille van de beleggingsinstelling kan worden belegd in (financiële instrumenten luidende in) andere valuta’s dan de euro. Valutakoersschommelingen kunnen daardoor zowel een negatieve als een positieve invloed hebben op het beleggingsresultaat van de beleggingsinstelling. Valutarisico’s kunnen worden afgedekt middels het gebruik van valutatermijncontracten en valutaopties. Voor nadere kwantitatieve informatie over het valutarisico wordt verwezen naar de valutaire verdeling in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. Renterisico Schommelingen in interestvoeten kunnen van invloed zijn op de waarde van de vastrentende beleggingen. Renterisico kan worden afgedekt middels het gebruik van interest rate swaps en futures. In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de portefeuille (inclusief de exposure van derivaten) verdeeld naar resterende looptijd. Resterende looptijd in jaren
In % van het vermogen 31/12/2012
31/12/2011
0 tot 1 jaar
3,6
5,0
1 tot 3 jaar
13,3
15,2
3 tot 5 jaar
21,0
12,1
5 tot 10 jaar
38,5
42,7
Meer dan 10 jaar
19,4
21,7
1
De gemiddelde modified duration bedraagt 5,7 per 31 december 2012 (6,5 per 31 december 2011). 1
Het begrip ‘modified duration’ is een maatstaf voor de rentegevoeligheid en daarmee van het renterisico van de portefeuille en geeft bij benadering de procentuele waardeverandering van de portefeuille weer die als gevolg van 1 procentpunt rentestijging of -daling optreedt.
Rorento N.V. 14
Kasstroomrisico De gehele of een deel van de effectenportefeuille van het fonds kan worden belegd in monetaire financiële instrumenten met een variabele coupon. Schommelingen in interestvoeten kunnen er voor zorgen dat de kasstromen uit deze instrumenten kunnen fluctueren. De portefeuille bevat voor EUR 104 miljoen (vorig jaar EUR 148 miljoen) aan financiële instrumenten met een variabele coupon. In de obligatieportefeuille zijn de rentevoeten en de aflossingsdata van de obligaties weergegeven. Tegenpartijrisico Een tegenpartij van het fonds kan tekortschieten in de nakoming van haar financiële verplichtingen uit hoofde van financiële instrumenten jegens het fonds. Dit zogenoemde kredietrisico wordt zoveel mogelijk beperkt door het in acht nemen van de nodige voorzichtigheid bij de selectie van tegenpartijen en het gebruik van centrale tegenpartijen voor voor derivaten. Daar waar het in de markt gebruikelijk is, worden door het fonds zekerheden gevraagd en verkregen. Het bedrag dat het beste het totale kredietrisico weergeeft dat per 31 december 2012 wordt gelopen, bedraagt EUR 1.506 miljoen (vorig jaar EUR 1.600 miljoen). Bij de berekening van het totale kredietrisico is geen rekening gehouden met ontvangen onderpanden. Credit rating 1
In % van het vermogen 31/12/2012
31/12/2011
AAA
24,9
40,5
AA
15,5
15,4
A
15,5
16,3
BBB
30,3
15,5
BB
3,9
5,0
B
1,8
2,1
CCC
0,3
0,8
CC
0,0
0,1
Non rating
3,6
1,0
In onderstaande tabel zijn de tegenpartijen opgenomen met een blootstelling van meer dan 5% van het eigen vermogen. Tegenpartijrisico Naam tegenpartij
Totale blootstelling in EUR x 1.000
In % van het vermogen
Rating
Italiaanse overheid
202.892
12,5
BBB
Amerikaanse overheid
185.955
11,5
AAA
Japanse overheid
138.433
8,6
AA
Voor het vaststellen van de rating van een belegging wordt de benchmarksystematiek gevolgd. Dat wil zeggen: in geval van drie ratings telt de middelste, ingeval van twee ratings de laagste van de twee. De ratings moeten zijn toegekend door S&P, Moody’s of Fitch.
Risico uitlenen financiële instrumenten Bij uitleentransacties van financiële instrumenten loopt het fonds het risico dat de inlener niet aan zijn verplichting kan voldoen tot teruggave van de ingeleende financiële instrumenten op de afgesproken datum of tot verstrekking van gevraagde zekerheden. Het uitleenbeleid van het fonds is erop gericht om deze risico’s zoveel mogelijk te beheersen. Tegenpartijen van securities lending transacties worden beoordeeld op hun kredietwaardigheid, gebaseerd op het oordeel van onafhankelijke rating agencies ten aanzien van hun korte termijn kredietwaardigheid en op de omvang van de hoeveelheid net assets. Tevens wordt rekening gehouden met garantstellingen van moederondernemingen. Het fonds accepteert alleen van OESO landen onderpand (collateral) in de vorm van: staatsobligaties met een minimale kredietwaardigheid van BBB–; obligaties van supranationale organen met een minimale kredietwaardigheid van BBB–; aandelen genoteerd aan de hoofdindexen van beurzen in OESO landen. en in beperkte mate: -
index trackers; aandelen van financiële instellingen; in contanten.
Rorento N.V. 15
Per balansdatum zijn zekerheden verkregen uit hoofde van securities-lending transacties. Nadere informatie hierover is opgenomen in de toelichting op de balans. Risico beleggen in andere beleggingsinstellingen Bij beleggen in andere beleggingsinstellingen wordt het fonds mede afhankelijk van de kwaliteit van dienstverlening en het risicoprofiel van de beleggingsinstellingen waarin het fonds belegt. Dit risico wordt beperkt door zorgvuldige selectie van de beleggingsinstellingen waarin het fonds zal beleggen. Liquiditeitsrisico De hoogte van feitelijke aan- en verkoopkoersen van financiële instrumenten waarin het fonds belegt, is mede afhankelijk van de liquiditeit van de betreffende financiële instrumenten. Het is mogelijk dat een ten behoeve van het fonds ingenomen positie niet tijdig tegen een redelijke prijs kan worden geliquideerd vanwege gebrek aan liquiditeit in de markt in het kader van vraag en aanbod. Om dit risico te beperken, belegt het fonds voornamelijk in dagelijks verhandelbare financiële instrumenten. Uitbesteding In opdracht van het fonds neemt Robeco Institutional Asset Management B.V. (“RIAM”) het vermogensbeheer, de administratie en de marketing en distributie van het fonds voor haar rekening. RIAM beschikt over een door de AFM verleende vergunning als bedoeld in artikel 2:96 Wft. RIAM is een 100%-dochteronderneming van Robeco Groep N.V. Robeco Groep N.V. behoort tot de Rabobank Groep. Gelieerde maatschappijen Het fonds kan gebruik maken van de diensten van en transacties verrichten met aan het fonds gelieerde maatschappijen als bedoeld in het Bgfo, zoals onder meer Robeco Institutional Asset Management B.V., Robeco Securities Lending B.V., Robeco Direct N.V., Robeco Nederland B.V. en de Rabobank Groep. De diensten betreffen het uitvoeren van aan deze maatschappijen uitbestede werkzaamheden, zoals (1) de uitvoering van het beleggingsbeleid, (2) de financiële administratie, (3) de marketing en distributie, (4) het uitlenen van effecten, (5) het inlenen van personeel en (6) plaatsing en opname van aandelen in het fonds. Onder andere de volgende transacties kunnen worden verricht met gelieerde maatschappijen: treasury management, derivatentransacties, bewaring van financiële instrumenten, uitlenen van financiële instrumenten, kredietverstrekking, het aan- en verkopen van financiële instrumenten op een gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit. Alle diensten en transacties vinden plaats tegen marktconforme tarieven.
Waarderingsgrondslagen Algemeen Tenzij anders vermeld, zijn de in de jaarrekening opgenomen posten gewaardeerd op nominale waarde en luiden de bedragen in duizenden euro’s. Verhandelbaarheid Het fonds is een open-end beleggingsinstelling die, behoudens bijzondere omstandigheden, op dagelijkse basis eigen aandelen uitgeeft of inkoopt tegen de intrinsieke waarde met een beperkte op- of afslag. Deze op- of afslag dient alleen ter dekking van de kosten die door het fonds moeten worden gemaakt voor het toe- of uittreden van beleggers. Het vigerende opslagpercentage bedraagt maximaal 0,15%; het maximale afslagpercentage bedraagt 0,05%. Een eventueel overschot of tekort komt geheel ten goede aan c.q. ten laste van het fonds. Financiële beleggingen De financiële beleggingen zijn geclassificeerd als handelsportefeuille en worden, tenzij anders vermeld, gewaardeerd tegen de reële waarde. Voor de obligaties en andere vastrentende waardepapieren en voor de beleggingen in fondsen van de Robeco Groep wordt de reële waarde bepaald op basis van de beurskoers en andere marktnoteringen per balansdatum. Voor de derivaten geschiedt dit bij de valutatermijncontracten en interest rate swaps op basis van valutakoersen en referentierentes per balansdatum. Voor deposito’s, cd/cp’s en andere financiële beleggingen geschiedt dit eveneens op basis van valutakoersen en referentierentes per balansdatum. Bij de futures en credit default swaps wordt de reële waarde bepaald op basis van de beurskoers en andere marktnoteringen per balansdatum, waarbij voor credit default swaps ook gebruik wordt gemaakt van externe waarderingsmodellen. Voor callgelden is de reële waarde de nominale waarde. De transactiekosten bij aan- en verkoop van beleggingen zijn begrepen in de aankoop- c.q. verkoopprijs. De beleggingen worden op transactiedatum in de balans verwerkt.
Rorento N.V. 16
Presentatie derivaten Van derivaten wordt de reële waarde in de balans opgenomen. De presentatie van de reële waarde is gebaseerd op de vorderingen en verplichtingen per contract. De vorderingen worden opgenomen onder de financiële beleggingen en de verplichtingen onder de kortlopende schulden. De reële waarde van interest rate swaps en credit default swaps bestaat uit twee delen, het ongerealiseerd resultaat en de opgelopen rente of premie. Het ongerealiseerd resultaat wordt in de balans verantwoord onder derivaten, danwel verplichtingen uit hoofde van derivaten. Voor interest rate swaps is de opgelopen rente opgenomen onder te vorderen interest, danwel te betalen interest. Voor credit default swaps is de opgelopen premie opgenomen onder overige vorderingen, danwel overige schulden. De onderliggende waarden uit hoofde van de derivaten worden niet in de balans opgenomen. Indien van toepassing worden deze toegelicht onder de niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen. Vreemde valuta Transacties in een andere valuta dan de euro worden naar de euro omgerekend tegen de op dat moment geldende wisselkoersen. De omrekening van in een vreemde valuta luidende activa en passiva naar de euro geschiedt met inachtneming van de per balansdatum geldende koersen. De daarbij optredende valutakoersverschillen worden verwerkt in de winst- en verliesrekening. Securities lending Beleggingen waarvan het juridisch eigendom uit hoofde van een ‘securities-lendingtransactie’ door het fonds voor een bepaalde termijn wordt overgedragen, blijven gedurende deze periode in de balans van het fonds opgenomen, aangezien de economische voor- en nadelen, in de vorm van beleggingsopbrengsten en waardeveranderingen, ten gunste dan wel ten laste van het resultaat van het fonds komen. De wijze van verantwoorden van in verband met securities lending verkregen zekerheden (collateral) is afhankelijk van de aard hiervan. Indien onderpand in de vorm van beleggingen wordt ontvangen, wordt dit niet in de balans opgenomen, aangezien de economische voor- en nadelen die samenhangen met het onderpand voor rekening en risico van de tegenpartij zijn. Bij ontvangst van onderpand in de vorm van contanten vindt opname in de balans plaats, omdat in dit geval de economische voor- en nadelen voor rekening en risico van het fonds komen.
Grondslagen resultaatbepaling Algemeen De resultaten van het beleggingsbeleid worden bepaald door de opbrengst beleggingen, koersstijging of -daling, valutastijging of -daling, resultaten op valuta(termijn)transacties en overige derivaten. De resultaten worden toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben en worden verantwoord in de winst- en verliesrekening. Opbrengst beleggingen Dit betreft rente-inkomsten uit hoofde van beleggingen in obligaties, andere vastrentende waardepapieren, deposito’s, andere financiële beleggingen en de opbrengsten van leentransacties. Met lopende interest per balansdatum wordt rekening gehouden. Waardeveranderingen Hieronder worden de gerealiseerde en niet-gerealiseerde koers- en valutaresultaten gepresenteerd.
Rorento N.V. 17
Toelichting op de balans 1 Obligaties en andere vastrentende waardepapieren Verloop obligaties en andere vastrentende waarden EUR x duizend
2012
2011
Boekwaarde (reële waarde) begin boekjaar
1.512.571
1.549.453
Aankopen
2.991.566
1.795.973
Verkopen
–3.182.289
–1.931.979
100.247
54.862
Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten: Koersresultaten Valutaresultaten Boekwaarde (reële waarde) einde boekjaar
–31.123
44.262
1.390.972
1.512.571
Van deze portefeuille is een specificatie opgenomen onder Obligatieportefeuille en een verdeling naar landen en valuta onder Spreiding van het vermogen, beide onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. Per balansdatum was voor een bedrag van EUR 323 miljoen (ultimo vorig jaar EUR 497 miljoen) aan obligaties uitgeleend. Voor het risico van nietteruglevering zijn adequate zekerheden gevraagd en verkregen ter waarde van EUR 359 miljoen (ultimo vorig jaar EUR 551 miljoen); deze zekerheden zijn niet in de balans opgenomen. 2 Beleggingen in fondsen van de Robeco Groep Verloop beleggingen in fondsen van de Robeco Groep EUR x duizend
2012
2011
Boekwaarde (reële waarde) begin boekjaar
216.144
230.918
Aankopen
257.909
1.024.968
Verkopen
–344.956
–1.044.645
Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten: Koersresultaten Boekwaarde (reële waarde) einde boekjaar
30.578
4.903
159.675
216.144
Hieronder is een overzicht van deze beleggingen opgenomen. Overzicht beleggingen in fondsen van de Robeco Groep Reële waarde EUR x duizend 31/12 31/12 2012 2011 Robeco Capital Growth Funds
Belang in (sub)fonds 1 In % 31/12 31/12 2012 2011
Reële waarde 2
Rendement
EUR x 1 31/12 2011
In %
31/12 2012
2012
Lopende kosten3
2011
2012
2011
4
Robeco High Yield Bonds ZH EUR Robeco Emerging Debt DH EUR Robeco European High Yield Bonds IH EUR Robeco Global Government Bonds IH EUR
31.778
52.470
0,7
1,4
152,92
129,43
18,1
3,5
0,02
0,02
106.687
46.060
65,1
98,3
106,42
92,12
15,5
–7,9
1,43
1,70
21.210
45.124
16,2
92,0
170,59
137,40
24,2
–1,0
0,61
0,61
–
27.080
–
99,7
–
108,32
–
5,8
–
0,39
–
45.410
–
0,2
–
10.131,59
–
1,0
–
0,02
159.675
216.144
Overige fondsen Robeco Groep Robeco Euro Cash Class Z
5
1
Rorento N.V. heeft slechts een kapitaalbelang in genoemde fondsen van de Robeco Groep. Er is geen sprake van zeggenschap dan wel invloed op het zakelijk beleid, als gevolg waarvan consolidatie niet aan de orde is. Op basis van de beurskoers danwel andere marktnotering per aandeel/participatie. 3 De beheerkosten en de service fee worden door de beheerder van genoemde fondsen voor beleggingen in Z-aandelen niet in rekening gebracht. Voor de overige beleggingen worden beheerkosten en service fee volledig gerestitueerd aan Rorento N.V. 4 Dit paraplufonds heeft een UCITS IV-status en staat onder Luxemburgs toezicht. Het jaarverslag per 31 december is, na publicatie, verkrijgbaar op het adres van Rorento N.V. Voor dit fonds kan Swing pricing van toepassing zijn. 5 Dit fonds heeft een UCITS IV-status en staat onder Frans toezicht. Het fonds is op 15 mei 2012 geliquideerd. Het laatst gepubliceerde gecontroleerde verslag is verkrijgbaar op het adres van Rorento N.V. 2
Rorento N.V. kan dagelijks in- en uitstappen in genoemde fondsen van de Robeco Groep tegen de op die dag geldende koersen. Voor deze fondsen worden geen kosten voor toe- en uittreding in rekening gebracht.
Rorento N.V. 18
Swing pricing De werkelijke kosten van het aankopen of verkopen van activa en beleggingen voor een fonds kunnen afwijken van de meest recente beschikbare prijs of, indien van toepassing, intrinsieke waarde die wordt gebruikt bij het berekenen van de intrinsieke waarde per aandeel. Dit kan het gevolg zijn van heffingen, kosten en verschillen tussen aankoop- en verkoopprijzen van de onderliggende beleggingen (‘spreads’). Deze kosten hebben een negatief effect op de waarde van een fonds, dat wordt aangeduid als ‘verwatering’. Om de verwateringseffecten te verzachten kan de directie naar eigen goeddunken de intrinsieke waarde per aandeel aanpassen binnen een daarvoor aangegeven bandbreedte. De directie behoudt het recht om te bepalen onder welke omstandigheden zij tot een dergelijke verwateringsaanpassing wil overgaan. 3 Derivaten Verloop derivaten EUR x duizend
Valutatermijn-contracten
Futures
Interest rate swaps
Credit default swaps
Totaal
2012
2011
2012
2011
2012
2011
2012
2011
2012
2011
–23.811
7.415
1.089
–450
6.331
–2.363
–3.032
775
–19.423
5.377
Aankopen
–
–
9.278
43.011
–
–
2.483
–
11.761
43.011
Verkopen
–
–
–
–
–2.665
–1.395
–
–2.649
–2.665
–4.044
Expiraties
8.197
31.463
–
–
–
–
–
–
8.197
31.463
17.964
–62.689
–10.857
–41.472
–3.053
10.089
–92
–1.158
3.962
–95.230
2.350
–23.811
–490
1.089
613
6.331
–641
–3.032
1.832
–19.423
Boekwaarde (reële waarde) begin boekjaar
Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten Boekwaarde (reële waarde) einde boekjaar
De presentatie van de derivaten in de balans is gebaseerd op de verplichtingen en vorderingen per contract. Presentatie derivaten in de balans EUR x duizend
Onder beleggingen 2012
Onder kortlopende schulden
2011
2012
2011
Soort derivaat Valutatermijncontracten
3.892
425
1.542
24.236
Futures
1.492
2.421
1.982
1.332
IRS
830
7.843
217
1.512
CDS
658
3.266
1.299
6.298
6.872
13.955
5.040
33.378
Totaal
4 Te vorderen interest Dit betreft vorderingen uit hoofde van de lopende interest op de obligatieportefeuille en opgelopen rente op interest rate swaps. 5 Vorderingen op gelieerde maatschappijen Dit betreft vorderingen uit hoofde van opbrengsten uit securities-lendingtransacties, restitutie van beheervergoeding en service fee. 6 Vorderingen uit hoofde van verstrekte zekerheden Dit betreft aan derden verstrekte zekerheden in de vorm van contanten ten behoeve van de posities in derivaten. 7 Overige vorderingen Dit betreft vorderingen uit hoofde van transitorische posten en plaatsingen eigen aandelen. 8 Liquide middelen Dit betreft de direct opeisbare banktegoeden. 9 Te betalen interest Dit betreft opgelopen rente op interest rate swaps. 10 Schulden aan gelieerde maatschappijen Dit betreft schulden uit hoofde van te betalen beheervergoeding en service fee.
Rorento N.V. 19
11 Schulden uit hoofde van ontvangen zekerheden Dit betreft van derden ontvangen zekerheden in de vorm van contanten ten behoeve van de posities in derivaten. 12 Schulden aan kredietinstellingen Dit betreft voorschotten in rekening courant. 13 Overige schulden Dit betreft schulden uit hoofde van te betalen belastingen, opnamen eigen aandelen en transitorische posten. 14 Eigen vermogen Samenstelling en verloop eigen vermogen EUR x duizend
2012
2011
105.550
115.289
4.268
7.978
Geplaatst kapitaal Stand begin boekjaar Ontvangen op geplaatste aandelen Betaald op ingekochte aandelen
–20.473
–17.717
89.345
105.550
1.573.424
1.595.609
Stand einde boekjaar
Overige reserves Stand begin boekjaar Ontvangen op geplaatste aandelen Betaald op ingekochte aandelen
70.097
121.449
–340.532
–271.165
73.436
127.547
–
–16
1.376.425
1.573.424
152.368
73.436
1.618.138
1.752.410
Nettoresultaat voorgaand boekjaar Commissarisbeloning* Stand einde boekjaar Nettoresultaat Eigen vermogen
* Dit betreft de beloning over 2010 en is onderdeel van de resultaatbestemming over 2010, zoals is vastgesteld in de algemene vergadering van aandeelhouders.
De vennootschap heeft gewone aandelen en kan prioriteitsaandelen hebben, elk met een nominale waarde van EUR 3. Per 31 december 2012 zijn er 29.781.728 gewone aandelen en 10 prioriteitsaandelen geplaatst. 15 Vermogen, uitstaande aandelen en intrinsieke waarde per aandeel Vermogen, uitstaande aandelen en intrinsieke waarde per aandeel 31/12/2012
31/12/2011
31/12/2010
Vermogen in EUR x duizend
1.618.138
1.752.410
1.838.445
In boekjaar geplaatste aandelen
1.422.808
2.659.371
3.301.083
In boekjaar ingekochte aandelen
-6.824.320
-5.905.737
-6.687.447
Aantal uitstaande aandelen
29.781.728
35.183.240
38.429.606
54,33
49,81
47,84
Intrinsieke waarde per aandeel in EUR x 1
Rorento N.V. 20
16 Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen Valutatermijncontracten Details van de per balansdatum lopende valutatermijncontracten zijn in onderstaande tabel vermeld. Valutatermijncontracten Aankopen
Verkopen
Valuta
Bedrag
Valuta
Expiratie-
Niet-gerealiseerd
datum
resultaat
Bedrag
EUR x 1
EUR
3.761.058
AUD
4.770.000
25/01/2013
13.169
EUR
40.982.282
CAD
53.657.692
25/01/2013
135.957
EUR
757.782
GBP
611.958
31/01/2013
3.661
EUR
142.408.811
JPY
15.808.588.500
25/01/2013
3.737.217
GBP
365.000
EUR
447.628
31/01/2013
2.164
Totaal
3.892.168
EUR
52.477.010
GBP
42.639.250
25/01/2013
–73.252
EUR
27.594.870
GBP
22.450.000
25/01/2013
–73.268
EUR
293.961
GBP
240.000
31/01/2013
–1.792
EUR
4.848.985
NOK
35.741.140
25/01/2013
–17.224
EUR
10.719.811
SEK
92.449.259
25/01/2013
–51.669
EUR
88.981.912
USD
117.550.000
25/01/2013
–167.350
EUR
90.836.491
USD
120.000.000
25/01/2013
–170.837
EUR
96.442.114
USD
127.550.000
25/01/2013
–291.090
EUR
75.668.436
USD
100.000.000
25/01/2013
–171.003
EUR
30.274.361
USD
40.000.000
25/01/2013
–61.415
EUR
75.634.097
USD
100.000.000
25/01/2013
–205.342
EUR
97.901.728
USD
129.430.000
25/01/2013
–257.258
Totaal
–1.541.500
Futures Details van de per balansdatum lopende future-contracten zijn hieronder opgenomen. Futures Aankoop /
Aantal
Valuta
Soort
Verkoop
Exposure
Niet-gerealiseerd
EUR x1
resultaat EUR x 1
A
51
GBP
LONG GILT FUTURE XLIF 26-MAR-2013
7.477.401
A
19
EUR
EURO BUXL 30Y BND XEUR 07-MAR-2013
2.601.860
79.420
A
190
EUR
EURO-BUND FUTURE XEUR 07-MAR-2013
27.671.600
302.100
A
100
EUR
EURO-BOBL FUTURE XEUR 07-MAR-2013
12.782.000
32.903
A
274
EUR
EURO-SCHATZ FUT XEUR 07-MAR-2013
30.374.270
41.455
V
1189
USD
US 10YR NOTE (CBT) XCBT 19-MAR-2013
119.748.867
343.549
A
787
USD
US 2YR NOTE (CBT) XCBT 28-MAR-2013
131.605.663
38.690
A
764
USD
US 5YR NOTE (CBT) XCBT 28-MAR-2013
72.096.742
147.512
V
361
USD
US LONG BOND(CBT) XCBT 19-MAR-2013
40.387.970
483.709
Totaal
22.636
1.491.974
A
7
JPY
JPN 10Y BOND(TSE) XTKS 11-MAR-2013
8.827.756
–52.195
V
5
EUR
EURO-BUND FUTURE XEUR 07-MAR-2013
728.200
–1.000
V
1794
EUR
EURO-BOBL FUTURE XEUR 07-MAR-2013
229.309.080
–1.569.705
V
101
EUR
EURO-SCHATZ FUT XEUR 07-MAR-2013
11.196.355
–15.150
A
256
USD
US LONG BOND(CBT) XCBT 19-MAR-2013
28.640.777
–344.028
Totaal
Rorento N.V. 21
–1.982.078
Interest rate swaps Details van de per balansdatum lopende interest rate swap-contracten zijn hieronder opgenomen. Interest rate swaps Soort
Expiratiedatum
Valuta
Nominale waarde
Reële waarde EUR x1
Niet-gerealiseerd resultaat EUR x 1
IRS MSINCC P 3M IBOR EUR R .7363%
12/11/2017
EUR
28.000.000
203.514
182.997
IRS RBSCC P 6M IBOR JPY R .445%
23/04/2017
JPY
2.320.000.000
168.446
163.322
IRS BARCCC P 6M IBOR GBP R 2.89%
19/04/2017
GBP
5.900.000
515.154
483.272
Totaal
829.591
IRS CRESCC P 1.7513% USD R 3M IBOR
31/08/2022
USD
9.500.000
48.899
–8.473
IRS CRESCC P 1.8613% USD R 3M IBOR
21/12/2022
USD
37.650.000
220.828
–208.768
Totaal
–217.241
Credit default swaps Details van de per balansdatum lopende credit default swap-contracten zijn hieronder opgenomen Credit default swaps Aankoop / Verkoop Kredietrisico
Benaming
Premie
Expiratiedatum
Valuta
Nominale waarde EUR x1
A
CDS 5.625 GENERAL ELEC CAP CORP
A
CDS 3.375 LLOYDS TSB BANK PLC
V
CDS ING BANK NV
Reële waarde EUR x1
Ontvangen 100 bps
20/09/2016
USD
10.500.000
17.254
14.599
Ontvangen 300 bps
20/12/2017
EUR
6.200.000
517.972
511.773
Betaald 100 bps
20/06/2016
USD
11.700.000
129.020
131.978
Totaal
Niet-gerealiseerd resultaat EUR x 1
658.350
A
CDS (FRN) BARCLAYS BANK PLC
Ontvangen 100 bps
20/12/2017
EUR
6.200.000
–70.187
–72.254
A
CDS 4.000 ALSTOM
Ontvangen 100 bps
20/03/2017
EUR
2.000.000
–43.393
–44.059
A
CDS 4.000 ALSTOM
Ontvangen 100 bps
20/03/2017
EUR
1.000.000
–21.696
–22.030
A
CDS 5.000 VOLVO TREASURY AB
Ontvangen 100 bps
20/12/2017
EUR
1.500.000
–34.711
–35.211
A
CDS 5.950 ANADARKO PETROLEUM CORP
Ontvangen 100 bps
20/12/2017
USD
4.000.000
–66.875
–67.886
V
CDS ROYAL BANK OF SCOTLAND PLC
Betaald 500 bps
20/12/2015
EUR
2.400.000
–209.497
–205.497
V
CDS HUTCH WHAM INT 09 LTD
Betaald 100 bps
20/12/2016
EUR
4.200.000
–76.430
–75.030
V
CDS HUTCH WHAM INT 09 LTD
Betaald 100 bps
20/12/2016
USD
5.400.000
–74.453
–73.088
V
CDS HUTCH WHAM INT 09 LTD
Betaald 100 bps
20/12/2016
USD
4.100.000
–56.529
–55.493
V
CDS ROYAL BANK OF SCOTLAND PLC
Betaald 500 bps
20/12/2015
USD
10.000.000
–661.365
Totaal
De valutatermijncontracten zijn verwerkt in de Spreiding van het vermogen, onderdeel van het hoofdstuk Toelichtingen. De per balansdatum niet-gerealiseerde resultaten uit hoofde van de niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen zijn verwerkt in de winst- en verliesrekening.
Rorento N.V. 22
–648.723 –1.299.271
Toelichting op de winst- en verliesrekening 17 Performance Performance overzicht per aandeel* EUR x 1
2012
2011
2010
2009
Opbrengst beleggingen
1,70
1,78
1,62
1,49
1,55
Waardeverandering
3,28
0,59
1,99
0,40
–1,90
–0,42
–0,40
–0,38
–0,35
–0,34
4,56
1,97
3,23
1,54
–0,69
Beheerkosten, service fee en overige kosten Nettoresultaat
2008
* Op basis van het gemiddeld aantal uitstaande aandelen over het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is berekend op dagbasis.
Kosten 18 Lopende kosten Lopende kosten In %
2012
Prospectus
2011
Beheerkosten
0,70
0,70
0,70
Service fee
0,07
0,08
0,07
Overige kosten
0,01
1
0,01
Overige kosten beleggingen in fondsen van de Robeco Groep
0,01
1
0,00
Totaal
0,79
Kostensoort
0,78
1 Voor het totaal van de overige kosten is enerzijds het bewaarloon in het prospectus gemaximeerd tot 0,01%, en anderzijds de bankkosten en de kosten voortvloeiend uit beleggingen in fondsen van de Robeco Groep tezamen eveneens tot 0,01%.
Het percentage van de lopende kosten over de verslagperiode bedraagt 0,79%. Dit percentage is gebaseerd op het gemiddelde fondsvermogen. De lopende kosten omvatten alle kosten die in de verslagperiode ten laste van het fondsvermogen zijn gebracht, exclusief de kosten van transacties in financiële instrumenten en interestkosten. In de lopende kosten zijn evenmin opgenomen de kosten verband houdend met de plaatsingen en opnamen van eigen aandelen. Tevens is het aandeel van de securities lending inkomsten dat aan Robeco Securities Lending B.V. toekomt, zoals vermeld in toelichting 25, niet in de lopende kosten opgenomen. Naast de kosten die direct ten laste van het resultaat komen, zijn in de lopende kosten de kosten opgenomen die indirect via de beleggingen in fondsen van de Robeco Groep ten laste van het resultaat komen. Uit de beheerkosten worden bekostigd alle kosten die voortvloeien uit het beheer en de marketing van het fonds. Indien de beheerder door hem te verrichten werkzaamheden aan derden uitbesteedt, worden de hieraan verbonden kosten uit de beheervergoeding voldaan. Uit de beheerkosten worden mede bekostigd de kosten voor het aanbrengen van deelnemers in het fonds. Uit de service fee worden bekostigd de kosten voor de administratie, externe accountant, overige externe adviseurs, toezichthouders, de kosten met betrekking tot wettelijke rapportages waaronder jaar- en halfjaarberichten en de kosten voor vergaderingen van aandeelhouders. De kosten voor de externe accountant voor het fonds worden in rekening gebracht bij RIAM. Een bedrag per beleggingsinstelling is derhalve niet beschikbaar. De overige kosten bestaan uit bankkosten en door derden in rekening gebracht bewaarloon voor bewaring van de effectenportefeuille van het fonds. Het bewaarloon bedraagt EUR 79 duizend (vorig jaar EUR 75 duizend). Rorento N.V. ontvangt een volledige restitutie van de beheerkosten en service fee van beleggingen in fondsen van de Robeco Groep, zodat alleen de overige kosten van deze beleggingen zijn opgenomen in de lopende kosten. De overige kosten van de beleggingen in fondsen van de Robeco Groep betreffen bewaarloon, bankkosten, eventuele perfomance fee en de taxe d’abonnement voor de Luxemburgse fondsen. 19 Beheerkosten en service fee De beheerkosten betreffen uitsluitend de beheervergoeding van 0,70% per jaar. De service fee bedraagt 0,08% per jaar over het vermogen tot EUR 1 miljard. Over het vermogen boven EUR 1 miljard bedraagt de service fee 0,06% en voor het
Rorento N.V. 23
vermogen boven EUR 5 miljard bedraagt de service fee 0,04%. De beheervergoeding en service fee worden in rekening gebracht door RIAM. De vergoedingen worden dagelijks berekend op basis van het fondsvermogen. 20 Performance fee Rorento N.V. is niet onderworpen aan een performance fee. 21 Overige kosten Dit betreft de belastingen, kosten van bewaring, bankkosten en kosten verband houdend met de plaatsingen en opnamen van eigen aandelen. 22 Transactiekosten De brokerkosten en beursbelastingen van de beleggingstransacties zijn verdisconteerd in de kostprijs c.q. de opbrengstwaarde van de beleggingen. Deze kosten en belastingen komen ten laste van het resultaat uit hoofde van waardeveranderingen. De kwantificeerbare transactiekosten zijn hieronder opgenomen. Transactiekosten EUR x duizend
2012
2011
92
184
5
–
Transactiesoort Futures Interest rate swaps
23 Omloopfactor De omloopfactor (portfolio turnover rate) bedraagt over de verslagperiode 364% (vorige verslagperiode 301%). De omloopfactor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille van het fonds en is een maatstaf voor de gemaakte transactiekosten als gevolg van het gevoerde portefeuillebeleid en de daaruit voortkomende beleggingstransacties. De omloopfactor wordt bepaald door het bedrag van de turnover uit te drukken in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen. Het bedrag van de turnover wordt bepaald door de som van de aan- en verkopen van de beleggingen te verminderen met de som van de plaatsingen en opnamen van eigen aandelen. 24 Transacties met gelieerde maatschappijen Van het transactievolume over de verslagperiode is een gedeelte uitgevoerd met gelieerde maatschappijen. Hieronder is een tabel opgenomen met de verschillende transactiesoorten waar hiervan sprake is geweest. Transacties met gelieerde maatschappijen Gedeelte van het totaal volume in %
2012
2011
100,0
100,0
Obligaties
2,1
6,2
Valutatermijncontracten
6,1
3,6
Transactiesoort Fondsen Robeco Groep
25 Securities lending Robeco Securities Lending B.V. (“RSL”) bemiddelt voor het fonds in alle securities-lendingtransacties. RSL is een 100%dochteronderneming van RIAM. RSL ontvangt voor haar werkzaamheden 20% van de bruto-inkomsten uit deze securitieslendingtransacties. De marktconformiteit van de afspraken tussen het fonds en Robeco Securities Lending B.V. wordt door een extern bureau periodiek getoetst. De opbrengsten voor het fonds over de verslagperiode bedragen EUR 615 duizend (vorig jaar EUR 739 duizend) en voor RSL EUR 154 duizend (vorig jaar EUR 185 duizend).
Rorento N.V. 24
26 Personeelskosten Rorento N.V. heeft, met uitzondering van de directieleden, geen personeel in dienst. Robeco Nederland B.V. is werkgeefster van het voor Rorento N.V. in Nederland werkzame personeel. De bezoldiging geschiedt uit de beheerkosten. Het beloningsbeleid van Robeco Nederland B.V. bestaat voor fondsmanagers uit enerzijds het vaste inkomen en anderzijds het variabele inkomen, dat gemaximeerd is ten opzichte van het vaste inkomen. Het secundaire arbeidsvoorwaardenpakket ligt in lijn met wat gebruikelijk is binnen de financiële dienstverlening. Het variabele inkomen biedt de fondsmanager een beloning voor zijn meerjarige outperformance. De systematiek is gerelateerd aan de outperformance ten opzichte van een vooraf gestelde target. Het trackrecord over een periode van 1 jaar, 3 jaar en 5 jaar wordt meegewogen in de vaststelling van de variabele beloning; tevens is van invloed de individuele en team performance. Daarnaast wordt de bijdrage van de fondsmanager aan diverse organisatiedoelstellingen meegewogen. De uitbetaling van de variabele beloning vindt gefaseerd over vier of vijf jaar plaats en beweegt mee met de toekomstige bedrijfsresultaten. Conform de Code Banken en Regeling Beheerst Beloningsbeleid wordt de variabele beloning goedgekeurd door de raad van commissarissen van Robeco Groep N.V., en als dochter van Rabobank, ook door de raad van commissarissen van Rabobank.
Rorento N.V. 25
Spreiding van het vermogen Geografische en valutaire verdeling Geografisch
Valutair
31/12/2012
31/12/2012
31/12/2011
31/12/2012
31/12/2011
EUR x duizend
in %
in %
in %
in %
544.363
33,6
34,9
–0,4
–0,4
40.854
2,5
2,3
0,0
0,3
724.807
44,8
44,7
100,0
100,0
Engelse pond
77.613
4,8
5,3
–0,1
0,0
Zweedse kroon
Naar landen Verenigde Staten (36,1%) Amerikaanse dollar Canadese dollar
Europa (50,7%) Euro
10.849
0,7
0,6
0,0
0,1
Noorse kroon
4.830
0,3
0,3
0,0
0,0
Deense kroon
2.394
0,1
0,1
0,2
0,1
138.433
8,6
9,5
0,1
–0,1
6.504
0,4
0,9
0,2
0,0
1.550.647
95,8
98,6
100,0
100,0
67.491
4,2
1,4
–
–
1.618.138
100,0
100,0
100,0
100,0
Azië (8,6%) Japanse yen
Australië (0,4%) Australische dollar Subtotaal
Overige activa en passiva (4,2%) Totaal
* De per 31/12/2012 en 31/12/2011 bestaande posities in valutatermijncontracten zijn verwerkt in de valutaire verdeling.
Rorento N.V. 26
Valutatabel Valutakoersen EUR 1
31/12/2012
31/12/2011
AUD
1,2699
1,2662
CAD
1,3127
1,3218
CHF
1,2068
1,2139
DKK
7,4609
7,4323
GBP
0,8111
0,8353
JPY
113,9950
99,8800
NOK
7,3372
7,7473
NZD
1,5981
1,6641
SEK
8,5767
8,8992
USD
1,3184
1,2982
Rorento N.V. 27
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012 Reële waarde
Rorento N.V. 28
Reële waarde
Expiratiedatum
%
EUR
EUR
1.597.319
1.597.319
0,3000
(FRN) STICHTING DFN VEHICLE LO
18/08/2018
650.384
650.384
0,3100
(FRN) GRANITE MASTER ISSUER
20/12/2054
870.103
870.103
0,3430
(FRN) LOCAT SECURITISATION VEH
12/09/2028
80.749
80.749
0,3550
(FRN) FTA SATANDER FINANCIACI
20/07/2035
2.991.775
2.991.775
0,3590
(FRN) BANK INTER FONDO DE TITUL
17/07/2049
2.757.694
2.757.694
0,3610
(FRN) AYT GENOVA HIPOTECARIO
15/07/2039
551.893
551.893
0,3710
(FRN) CHAVES FUNDING
20/11/2034
2.982.488
2.982.488
0,3900
(FRN) TALISMAN FINANCE
22/10/2016
3.176.741
3.176.741
0,4050
(FRN) TAURUS CMBS
22/04/2015
4.033.379
4.033.379
0,4090
(FRN) EUROSAIL
17/04/2040
1.245.000
1.245.000
0,4310
(FRN) EUROSAIL
13/03/2045
5.054.399
5.054.399
0,4400
(FRN) EUROSAIL
06/10/2044
2.731.647
2.731.647
0,4440
(FRN) AIRE VALLEY MORTGAGES
20/09/2066
2.059.286
2.059.286
0,4830
(FRN) CLAVIS SECURITIES
15/12/2039
3.569.326
3.569.326
0,4840
(FRN) AIRE VALLEY MORTGAGES
20/09/2066
1.442.300
1.442.300
0,5440
(FRN) AIRE VALLEY MORTGAGES
20/09/2066
2.049.303
2.049.303
0,5740
(FRN) HOLLAND EURO-DENOM
18/12/2038
3.643.680
3.643.680
0,6580
(FRN) FOSSE MASTER ISSUER
18/10/2054
777.000
777.000
0,6860
(FRN) LUDGATE FUNDING
01/01/2061
780.741
780.741
0,6870
(FRN) STABILITY
05/05/2022
594.900
594.900
0,6890
(FRN) BANK INTER FONDO DE TITUL
17/07/2049
882.750
882.750
0,7420
(FRN) FTPYME BANCAJA
14/02/2039
145.940
145.940
0,7600
(FRN) ITALFINANCE SECURITISATI
14/01/2026
814.673
814.673
0,7960
(FRN) PYME TDA CAM
28/09/2045
873.950
873.950
0,8600
(FRN) PROMISS
20/03/2017
495.049
495.049
0,8700
(FRN) CLOCK FINANCE
25/02/2015
1.832.449
1.832.449
0,8750
NEDERLANDSE GASUNIE N.V.
30/10/2015
2.260.125
2.260.125
0,8800
(FRN) BANK OF AMERICA CORP
23/05/2017
1.921.109
1.921.109
0,8830
(FRN) KBC IFIMA
14/12/2015
2.977.035
2.977.035
0,9030
(FRN) MEMPH 2006-I E
25/04/2015
2.107.096
2.107.096
0,9430
(FRN) PARAGON MORTGAGES
15/09/2039
49.153
49.153
0,9540
(FRN) GREAT HALL MORTGAGES
18/06/2038
192.200
192.200
0,9910
(FRN) HOLLAND EURO-DENOM
18/05/2039
4.000.273
4.000.273
1,0630
(FRN) RMAC SECURITIES
06/12/2044
2.622.750
2.622.750
1,1250
KBC BANK NV
11/12/2017
2.247.639
2.247.639
1,2500
ANHEUSER-BUSCH INBEV NV
24/05/2017
711.295
711.295
1,3840
(FRN) GREAT HALL MORTGAGES
18/06/2039
2.748.735
2.748.735
1,5000
SVENSKA HANDELSBANKEN AB
06/07/2015
809.475
809.475
1,5400
(FRN) SAEC 10 A2
25/02/2094
1.527.670
1.527.670
1,5840
(FRN) AIRE VALLEY MORTGAGES
20/09/2066
4.990.050
4.990.050
1,8750
NATIONAL AUSTRALIA BANK
13/01/2023
601.626
601.626
2,0000
PROCTER & GAMBLE CO/THE
16/08/2022
1.831.653
1.831.653
2,0000
ANHEUSER-BUSCH INBEV NV
16/12/2019
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012
Rorento N.V. 29
Expiratiedatum
Reële waarde
Reële waarde
%
124.306
124.306
2,0900
(FRN) BANACAJA FONDO DE TITULIZ
22/05/2050
2.135.740
2.135.740
2,2500
NETHERLANDS GOVERNMENT
15/07/2022
4.012.614
4.012.614
2,2850
(FRN) RBS CAPITAL TRUST A (Perp)
29/12/2049
1.591.075
1.591.075
2,3750
IPIC GMTN LTD
30/05/2018
9.215.456
9.215.456
2,5000
CAIXABANK
29/04/2013
1.673.360
1.673.360
2,6250
NEDERLANDSE GASUNIE N.V.
13/07/2022
1.341.106
1.341.106
2,7500
EANDIS
30/11/2022
12.151.552
12.151.552
2,7500
DNB BOLIGKREDITT AS
21/03/2022
6.119.748
6.119.748
2,7500
BPCE SFH - SOCIETE DE FI
16/02/2017
2.059.375
2.059.375
2,8530
(FRN) WHINSTON CAPITAL MANAGEMENT
25/01/2055
1.308.732
1.308.732
2,8750
SOCIETE GENERALE SFH
14/03/2019
2.219.520
2.219.520
3,1250
BNP PARIBAS HOME LOAN CO
22/03/2022
3.524.430
3.524.430
3,1250
COCA-COLA ENTERPRISES
29/09/2017
11.774.070
11.774.070
3,2500
FRANCE (GOVT OF)
25/10/2021
2.293.088
2.293.088
3,2500
RCI BANQUE SA
17/01/2014
5.550.690
5.550.690
3,3750
AP MOLLER-MAERSK A/S
28/08/2019
3.671.145
3.671.145
3,3750
ABBEY NATIONAL TREASURY SERVICE
08/06/2015
2.477.000
2.477.000
3,4530
(FRN) STICHTING MEMPHIS
25/04/2015
3.896.095
3.896.095
3,5000
CSSE L'HABITAT
25/04/2017
6.312.222
6.312.222
3,5000
BANCO BILBAO VIZCAYA ARG
05/12/2017
7.151.900
7.151.900
3,6000
(FRN) KBC IFIMA NV
31/03/2014
3.127.931
3.127.931
3,6250
BBVA SENIOR FINANCE SA
03/10/2014
325.620
325.620
3,7090
(FRN) EUROSAIL
17/04/2040
1.986.795
1.986.795
3,7500
NETHERLANDS GOVERNMENT
15/01/2042
2.379.600
2.379.600
3,7500
NATIONWIDE BLDG SOCIETY
20/01/2015
3.080.656
3.080.656
3,7500
SANTANDER INTL DEBT SA
28/02/2013
1.402.908
1.402.908
3,8750
BNP PARIBAS HOME LOAN
12/07/2021
36.376.710
36.376.710
4,0000
GERMANY
04/01/2037
3.541.050
3.541.050
4,0000
NETHERLANDS GOVERNMENT
15/07/2018
3.047.800
3.047.800
4,0000
ITALY
01/02/2037
2.673.055
2.673.055
4,0000
RCI BANQUE SA
11/07/2013
1.406.250
1.406.250
4,0000
BANK OF AMERICA
28/03/2013
23.299.379
23.299.379
4,2500
BELGIUM KINGDOM
28/09/2021
16.594.901
16.594.901
4,2500
FRANCE
25/10/2018
38.855.624
38.855.624
4,2500
ITALY
01/08/2014
5.814.088
5.814.088
4,3750
BANCO SANTANDER SA
16/03/2015
2.520.070
2.520.070
4,3750
GAS NATURAL CAPITAL
02/11/2016
22.603.381
22.603.381
4,5000
ITALY
01/08/2018
3.065.816
3.065.816
4,5000
EANDIS
08/11/2021
3.715.335
3.715.335
4,5000
INSTITUT CREDITO OFICIAL
08/07/2014
3.236.865
3.236.865
4,6250
SANTANDER INTL DEBT SA
21/03/2016
6.256.860
6.256.860
4,7500
ITALY
01/09/2021
2.917.500
2.917.500
4,7500
(FRN) BANK OF AMERICA
06/05/2019
2.867.400
2.867.400
4,7500
FCE BANK PLC
19/01/2015
765.051
765.051
4,7970
TELEFONICA EMISIONES SAU
21/02/2018
808.626
808.626
5,0000
CRH FINANCE BV
25/01/2019
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012
Rorento N.V. 30
Reële waarde
Reële waarde
%
1.398.600
1.398.600
5,0250
88.716.834
88.716.834
3.251.392
3.251.392
1.458.280 43.411.197 2 2.023.776
Expiratiedatum SSE PLC (Perp)
31/12/2049
5,2500
ITALY
01/08/2017
5,2500
JPMORGAN CHASE & CO
08/05/2013
1.458.280
5,5000
NETHERLANDS GOVERNMENT
15/01/2028
43.411.197
5,5000
ITALY
01/09/2022
2
5,5000
BELGIUM
28/03/2028
2.023.776
5,6250
ALLIANZ SE
17/10/2042
764.415
764.415
5,6250
BANK OF SCOTLAND PLC
23/05/2013
2.969.246
2.969.246
5,8750
STANDARD CHARTERED BANK
26/09/2017
1.067.794
1.067.794
5,9900
(FRN) CLOCK FINANCE
25/02/2015
9.879.940
9.879.940
6,0000
FRANCE
25/10/2025
2.278.571
2.278.571
6,1250
HSE NETZ AG
23/04/2041
1.418.592
1.418.592
6,3750
ETAB ECON CASINO
04/04/2013
1.403.020
1.403.020
6,6250
CLOVERIE PLC SWISS REINS
01/09/2042
2.155.000
2.155.000
6,6550
TENNET HOLDING BV (Perp)
12/02/2049
5.855.301
5.855.301
6,7500
NATIONWIDE BLDG SOCIETY
22/07/2020
2.156.500
2.156.500
6,7500
OI EUROPEAN GROUP BV
15/09/2020
3.255.000
3.255.000
6,8750
BRISA CONCESSAO RODOV SA
02/04/2018
1.798.500
1.798.500
6,8750
AVIVA PLC
22/05/2038
5.692.500
5.692.500
7,2500
FCE BANK PLC
15/07/2013
1.498.695
1.498.695
7,7030
(FRN) STICHTING MEMPHIS
25/04/2015
3.127.000
3.127.000
8,2500
SANTOS FINANCE LTD
22/09/2070
2.315.250
2.315.250
9,0000
DELTA LLOYD LEVENSVERZEK
29/08/2042
1.257.525
1.257.525
9,6970
(FRN) STABILITY
05/05/2022
3.683.727
3.683.727
9,8750
VOLVO TREASURY AB
27/02/2014
1.567.500
1.567.500
10,0720
SMART SME CLO
27/12/2016
2.635.597
2.635.597
10,5000
ROYAL BK OF SCOTLAND PLC
16/03/2022
504.808
504.808
11,1910
(FRN) PROMISS
20/05/2014
494.184
494.184
11,4400
(FRN) PROMISS
20/03/2017
3.537.500
3.537.500
15,0000
LBG CAPITAL NO.2 PLC
21/12/2019
EUR
USD
10.694.782
14.100.000
0,9865
(FRN) ING BANK NV
23/05/2016
2.781.159
3.666.680
1,0080
(FRN) ING BANK NV
03/07/2017
3.512.781
4.631.250
1,0303
(FRN) ABN AMRO BANK NV
17/01/2017
16.951.813
22.349.271
1,2500
US TREASURY N/B
31/01/2019
2.013.288
2.654.319
1,2500
VODAFONE GROUP PLC
26/09/2017
7.632.737
10.063.000
1,3000
DAIMLER FINANCE NA LLC
31/07/2015
4.748.537
6.260.471
2,0000
US TREASURY N/B
30/04/2016
16.455.343
21.694.725
2,0000
TOYOTA MOTOR CREDIT CORP
15/09/2016
5.774.411
7.612.984
2,3000
PROCTER & GAMBLE CO/THE
06/02/2022
1.797.065
2.369.250
2,5000
ABU DHABI NATIONAL ENERG
12/01/2018
3.229.862
4.258.250
2,5000
ANHEUSER-BUSCH INBEV WOR
15/07/2022
3.422.798
4.512.616
2,5000
PHILIP MORRIS INTL INC
22/08/2022
749.984
988.779
2,7500
HEINEKEN NV
01/04/2023
6.982.678
9.205.962
3,0000
AIR PRODUCTS & CHEMICALS
03/11/2021
52.767.330
69.568.448
3,1250
US TREASURY N/B
15/05/2021
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012
Rorento N.V. 31
Expiratiedatum
Reële waarde
Reële waarde
%
4.877.597
6.430.623
3,1250
REED ELSEVIER CAPITAL
15/10/2022
1.986.264
2.618.690
3,2500
QTEL INTERNATIONAL FIN
21/02/2023
7.458.145
9.832.818
3,3000
TOYOTA MOTOR CREDIT CORP
12/01/2022
1.844.572
2.431.884
3,3750
TEMASEK FINANCIAL I LTD
23/07/2042
3.943.302
5.198.850
3,4000
HEINEKEN NV
01/04/2022
6.753.382
8.903.659
3,4000
KROGER CO/THE
15/04/2022
9.847.027
12.982.321
3,5000
US TREASURY N/B
15/02/2018
4.980.485
6.566.272
3,6000
EASTMAN CHEMICAL CO
15/08/2022
2.166.074
2.855.752
3,6250
WPP FINANCE 2010
07/09/2022
16.903.519
22.285.599
3,8750
US TREASURY N/B
15/08/2040
5.977.702
7.881.003
3,9500
KINDER MORGAN ENER PART
01/09/2022
4.692.743
6.186.912
4,1250
DELHAIZE GROUP
10/04/2019
5.954.008
7.849.765
4,1250
FRANCE TELECOM
14/09/2021
8.211.620
10.826.200
4,2500
JPMORGAN CHASE & CO
15/10/2020
5.028.403
6.629.447
4,2500
DOW CHEMICAL CO/THE
15/11/2020
3.510.810
4.628.652
4,3750
ANHEUSER-BUSCH INBEV WOR
15/02/2021
4.702.033
6.199.160
4,5000
US TREASURY N/B
15/02/2016
18.915.575
24.938.294
4,5000
US TREASURY N/B
15/05/2017
2.971.365
3.917.448
4,5000
GRUPO BIMBO SAB DE CV
25/01/2022
2.023.011
2.667.138
4,5000
COCA-COLA ENTERPRISES
01/09/2021
4.155.001
5.477.953
4,5000
BP CAPITAL MARKETS PLC
01/10/2020
7.679.352
10.124.458
4,5000
JPMORGAN CHASE & CO
24/01/2022
12.318.897
16.241.234
4,6000
WELLS FARGO & COMPANY
01/04/2021
5.152.078
6.792.499
4,6250
CONSTELLATION BRANDS INC
01/03/2023
12.399.021
16.346.870
4,6500
GENERAL ELEC CAP CORP
17/10/2021
8.159.009
10.756.838
4,7000
TIME WARNER INC
15/01/2021
35.619.296
46.960.480
4,7500
US TREASURY N/B
15/08/2017
2.123.957
2.800.225
4,7500
SAFEWAY INC
01/12/2021
4.430.327
5.840.943
4,7500
INTL PAPER CO
15/02/2022
4.189.468
5.523.395
4,8000
TELSTRA CORP LTD
12/10/2021
1.955.268
2.577.826
4,8750
ROYAL BK OF SCOTLAND PLC
16/03/2015
1.338.061
1.764.100
5,0000
US TREASURY N/B
15/05/2037
4.018.260
5.297.673
5,0000
BANK OF AMERICA CORP
13/05/2021
12.368.698
16.306.892
5,2500
US TREASURY N/B
15/11/2028
2.401.663
3.166.352
5,3750
MONDELEZ INTERNATIONAL
10/02/2020
2.849.939
3.757.360
5,3750
PETROBRAS INTL FIN CO
27/01/2021
2.844.641
3.750.375
5,3750
BRASKEM FINANCE LTD
02/05/2022
4.137.352
5.454.684
5,4000
GEORGIA-PACIFIC LLC
01/11/2020
3.536.345
4.662.317
5,4000
GENERAL MILLS INC
15/06/2040
11.792.711
15.547.510
5,5000
US TREASURY N/B
15/08/2028
6.119.831
8.068.385
5,5000
PEPSICO INC
15/01/2040
2.344.660
3.091.200
5,6250
SSE PLC (Perp)
31/12/2049
2.855.141
3.764.219
5,6250
WELLS FARGO & COMPANY
11/12/2017
5.693.250
7.505.980
5,7500
BANK OF AMERICA CORP
01/12/2017
2.172.319
2.863.985
5,8750
BANK OF AMERICA CORP
07/02/2042
3.476.807
4.583.822
6,0000
VEOLIA ENVIRONNEMENT
01/06/2018
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012
Rorento N.V. 32
Expiratiedatum
Reële waarde
Reële waarde
%
4.792.514
6.318.450
6,0000
HOLCIM US FINANCE SARL &
30/12/2019
4.630.181
6.104.430
6,0000
CITIGROUP
31/10/2033
5.715.064
7.534.741
6,2500
GOLDMAN SACHS GROUP INC
01/09/2017
2.148.200
2.832.187
6,2500
ENEL FINANCE INTL NV
15/09/2017
3.388.671
4.467.624
6,2500
ABN AMRO BANK NV
13/09/2022
241.473
318.358
6,5000
BHP BILLITON FIN USA LTD
01/04/2019
5.341.575
7.042.332
6,5000
BG ENERGY CAPITAL PLC
30/11/2072
2.197.693
2.897.438
6,5000
COMCAST CORP
15/11/2035
9.971.637
13.146.606
6,5500
AT&T INC
15/02/2039
8.066.553
10.634.944
6,7500
TIME WARNER CABLE INC
01/07/2018
5.625.916
7.417.208
6,7500
STARWOOD HOTELS & RESORT
15/05/2018
2.445.673
3.224.375
6,8500
DP WORLD LTD
02/07/2037
5.521.845
7.280.001
6,8750
RHODIA SA
15/09/2020
2.265.226
2.986.474
6,9500
COMCAST CORP
15/08/2037
6.637.458
8.750.825
7,5000
GOLDMAN SACHS GROUP INC
15/02/2019
2.627.852
3.464.560
7,5000
BOMBARDIER INC
15/03/2018
2.680.898
3.534.496
7,6250
UBS AG STAMFORD CT
17/08/2022
8.004.754
10.553.468
7,7500
VERIZON GLOBAL FDG
01/12/2030
2.180.674
2.875.000
7,7500
BOMBARDIER INC
15/03/2020
3.328.751
4.388.625
7,8750
CSG GUERNSEY I LTD
24/02/2041
9.862.889
13.003.232
8,5000
CELLCO PART/VERI WIRELSS
15/11/2018
2.897.304
3.819.806
8,7500
DEUTSCHE TELEKOM
15/06/2030
3.781.236
4.985.182
8,9500
RIO TINTO FIN USA LTD
01/05/2014
5.244.994
6.915.000
9,0000
FRESENSIUS US FINANCE II
15/07/2015
6.369.944
8.398.134
9,5000
ROYAL BK OF SCOTLAND PLC
16/03/2022
EUR
JPY
53.986.298
6.154.168.000
0,5000
JAPAN-
20/03/2015
26.964.077
3.073.770.000
1,0000
JAPAN
20/03/2022
2.768.717
315.619.843
1,1000
JAPAN
20/03/2033
37.199.257
4.240.529.290
2,1000
JAPAN
20/09/2028
17.515.047
1.996.627.829
2,5000
JAPAN
20/09/2036
EUR
GBP
603.335
489.365
4,0188
(FRN) RESLOC
15/12/2043
16.883.028
13.693.824
4,2500
UNITED KINGDOM
07/12/2027
13.945.052
11.310.832
4,5000
UNITED KINGDOM
07/03/2019
1.904.543
1.544.775
5,3750
GKN HOLDINGS PLC
19/09/2022
7.598.565
6.163.196
5,6250
BAYER AG
23/05/2018
4.707.551
3.818.295
5,8750
BASF SE
31/03/2017
19.364.767
15.706.762
6,0000
UNITED KINGDOM
07/12/2028
6.674.393
5.413.600
7,0000
VIRGIN MEDIA SECURED FIN
15/01/2018
5.931.884
4.811.351
7,3750
CITIGROUP INC
01/09/2039
EUR
CAD
22.488.114
29.520.147
4,0000
CANADIAN GOVERNMENT
01/06/2017
4.232.435
5.555.918
4,2500
CANADIAN GOVERNMENT
01/06/2018
7.862.760
10.321.445
5,7500
CANADIAN GOVERNMENT
01/06/2029
Obligatieportefeuille Per 31 december 2012 Reële waarde
%
6.270.731
8.231.589
5,7500
CANADIAN GOVERNMENT
01/06/2033
EUR
SEK
2.518.390
21.599.599
3,5000
SWEDISH GOVERNMENT
01/06/2022
8.331.085
71.453.635
6,7500
SWEDISH GOVERNMENT
05/05/2014
EUR
AUD
6.503.698
8.259.045
5,7500
AUSTRALIAN GOVERNMENT
15/07/2022
EUR
NOK
4.830.393
35.441.562
3,7500
NORWEGIAN GOVERNMENT
25/05/2021
EUR
DKK
2.394.180
17.862.858
4,5000
KINGDOM OF DENMARK
15/11/2039
1.390.972.375 159.674.723 1.550.647.098
Willemstad, 15 maart 2013 De directie Drs. E.J. Siermann Dr. F.L.E.G. Boll Drs. F.L.I. van de Walle
Rorento N.V. 33
Expiratiedatum
Reële waarde
Totaal obligatieportefeuille Totaal beleggingen in fondsen van de Robeco Groep Totaal
Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum Voorgestelde wijzigingen bij het fonds In 2012 is door de directie besloten om aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders het voorstel voor te leggen om het fonds over te brengen van Curaçao naar Luxemburg en om te zetten (de "Omzetting) in een Société d’Investissement à Capital Variable (" SICAV") naar Luxemburgs recht met ICBE (UCITS)-status, teneinde distributie binnen de EU in de toekomst veilig te stellen. De aanleiding hiervoor zijn de bepalingen van de nieuwe Europese AIFM richtlijn (nr. 2011/61/EU). Voor deze Omzetting is onder meer een wijziging van de statuten noodzakelijk. Over het voorstel voor deze statutenwijziging zal worden besloten in een Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders, die zal worden gehouden op 12 april 2013 ten kantore van het fonds in Willemstad, Curaçao. De oproeping voor deze vergadering heeft op 28 februari 2013 plaatsgevonden. Het streven is de notariële akte van statutenwijziging op 7 juni 2013 te passeren, waarbij de Omzetting van kracht wordt. Overname aandelen Robeco Groep N.V. door ORIX Corporation Op 19 februari 2013 hebben ORIX Corporation (ORIX), Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank BA (Rabobank) en Robeco Groep N.V. bekendgemaakt dat ORIX circa 90,01% van de aandelen in de Robeco Groep N.V. heeft overgenomen van Rabobank. De transactie zal naar verwachting in de tweede helft van 2013 worden afgerond, na het verkrijgen van de wettelijke goedkeuringen. ORIX ondersteunt de strategie van Robeco Groep N.V. voor de periode 20102014, haar dienstverlening aan klanten en haar beleggingsprocessen en teams, gebaseerd op de lange termijn commitment van de Robeco Groep om waarde toe te voegen voor klanten. De overname heeft geen invloed op de economische eigendom van de fondsen of het beleggingsbeleid van de fondsen.
Resultaatbestemming Volgens artikel 20 van de statuten van het fonds staat de winst, na uitkering van het dividend op de prioriteitsaandelen en na aftrek van eventueel door de directie gewenste reserveringen, ter beschikking van de algemene vergadering van aandeelhouders.
Voorstel resultaatbestemming Evenals vorig jaar zal aan de algemene vergadering van aandeelhouders worden voorgesteld geen dividend uit te keren, maar het resultaat toe te voegen aan de overige reserves.
Bijzondere statutaire zeggenschapsrechten Van het aandelenkapitaal van de vennootschap worden 10 prioriteitsaandelen gehouden door Robeco Groep N.V. De statutaire rechten van de prioriteitsaandelen hebben onder meer betrekking op de benoeming van bestuurders en wijziging van de statuten. Verantwoordelijk voor de wijze waarop van het stemrecht gebruik wordt gemaakt zijn de leden van de directie van Robeco Groep N.V.: Drs. R.M.S.M. Munsters, voorzitter Drs. L.M.T. Boeren Drs. H.W.D.G. Borrie Drs. H.A.A. Rademaker Mr. J.B.J. Stegmann
Belangen van bestuurders Op 1 januari 2012 respectievelijk 31 december 2012 hadden de bestuurders van het fonds de in onderstaande tabel vermelde totale persoonlijke belangen bij beleggingen van het fonds. Belangen van bestuurders Op 1 januari 2012 4% Nederlandse overheid 15/07/2019 Adviseur Rorento (ECOFIS)
Rorento N.V. 34
Omschrijving
Nominale waarde in EUR x 1
Obligaties
175.000
Zakelijk belang
1*
Belangen van bestuurders Omschrijving
Nominale waarde in EUR x 1
Robeco Capital Growth Funds- Robeco High Yield Bonds
Aandelen
130**
4% Nederlandse overheid 15/07/2018
Obligaties
55.000
Obligaties
42.807
Zakelijk belang
1*
Op 31 december 2012
5,5% Nederlandse overheid 15/01/2028 Adviseur Rorento (ECOFIS)
* ECOFIS N.V./S.A., waarvan de heer dr. F.L.E.G. Boll directeur is, is opgetreden als adviseur van Rorento N.V. **Aantal.
Rorento N.V. 35
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de algemene vergadering van aandeelhouders en de directie
Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2012 van Rorento N.V. te Curaçao gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2012, de winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht over 2012 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde waarderingsgrondslagen, grondslagen resultaatbepaling en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van de directie De directie van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het verslag van de directie, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW), Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van Curaçao en de Wet op het financieel toezicht. De directie is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door de directie van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Rorento N.V. per 31 december 2012, het resultaat en de kasstromen over 2012 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van Curaçao en de Wet op het financieel toezicht.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het verslag van de directie, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het verslag van de directie, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Willemstad, 15 maart 2013 Ernst & Young Accountants w.g. F. de Windt –Ferreira CPA Rorento N.V. 36