FINANCIEEL VERSLAG OVER 2014 HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[1]
INHOUDSOPGAVE
PROFIELSCHETS HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV .......................................................... 3 VERKLARING BEWAARDER BANK OF NEW YORK MELLON ............................................................... 7 DIRECTIEVERSLAG ........................................................................................................................... 9 MACRO-‐ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN ...................................................................................... 9 ALGEMENE VOORUITZICHTEN 2015 ................................................................................................ 11 Verslag per subfonds: HOF HOORNEMAN VALUE FUND ................................................................................................. 12 HOF HOORNEMAN INCOME FUND .............................................................................................. 23 HOF HOORNEMAN EUROPEAN VALUE FUND .............................................................................. 33 HOF HOORNEMAN OBLIGATIE FONDS ......................................................................................... 42 HOF HOORNEMAN PHOENIX FUND ............................................................................................. 50 HOF HOORNEMAN EMERGING MARKETS FUND .......................................................................... 59 HOF HOORNEMAN REAL ESTATE VALUE FUND ............................................................................ 68 HOF HOORNEMAN CHINA VALUE FUND ...................................................................................... 77 CORPORATE GOVERNANCE HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV ....................................... 85 VERKLARING DIRECTIE ...................................................................................................................... 85 JAARREKENING HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV ........................................................ 87 BALANS PER 31 DECEMBER 2014 ..................................................................................................... 88 WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 ....................................................................................... 89 KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 ................................................................................................ 90 TOELICHTING .................................................................................................................................... 91 Jaarrekening per subfonds ...................................................................................................... 99 HOF HOORNEMAN VALUE FUND ......................................................................................... 99 HOF HOORNEMAN INCOME FUND .................................................................................... 110 HOF HOORNEMAN EUROPEAN VALUE FUND .................................................................... 122 HOF HOORNEMAN OBLIGATIE FONDS ............................................................................... 133 HOF HOORNEMAN PHOENIX FUND ................................................................................... 144 HOF HOORNEMAN EMERGING MARKETS FUND ................................................................ 155 HOF HOORNEMAN REAL ESTATE VALUE FUND .................................................................. 165 HOF HOORNEMAN CHINA VALUE FUND ............................................................................ 176 OVERIGE GEGEVENS ................................................................................................................... 187 BELANGEN DIRECTIE ...................................................................................................................... 187 RESULTAATBESTEMMING .............................................................................................................. 187 CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT ............................................... 189 ADRESGEGEVENS ........................................................................................................................ 193
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[2]
PROFIELSCHETS HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV Structuur Hof Hoorneman Fund Management NV (hierna ook: Fund Management) beheert de beleggingsinstelling Hof Hoorneman Investment Funds NV (hierna ook: het Paraplufonds of Investment Funds), een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal en statutair gevestigd te Gouda. Het Paraplufonds geeft verschillende series aandelen uit. Iedere serie wordt aangeduid als een subfonds. In het Paraplufonds zijn per 31 december 2014 de volgende subfondsen opgenomen: -‐ Hof Hoorneman Value Fund (aandelenserie 1) -‐ Hof Hoorneman Income Fund (aandelenserie 2) -‐ Hof Hoorneman European Value Fund (aandelenserie 3) -‐ Hof Hoorneman Obligatie Fonds (aandelenserie 4) -‐ Hof Hoorneman Phoenix Fund (aandelenserie 5) -‐ Hof Hoorneman Emerging Markets Fund (aandelenserie 6) -‐ Hof Hoorneman Real Estate Value Fund (aandelenserie 7) -‐ Hof Hoorneman China Value Fund (aandelenserie 8). Per subfonds wordt een aparte administratie gevoerd. De houders van aandelen van het desbetref-‐ fende subfonds zijn economisch gerechtigd tot het vermogen van dat subfonds, zoals dat uit de administratie blijkt. Elk subfonds heeft een eigen beleggingsbeleid, risicoprofiel, kostenstructuur en intrinsieke waarde. Alle aan een subfonds toe te rekenen opbrengsten en kosten worden in de voor het subfonds gevoerde administratie separaat verantwoord. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van de aandeel-‐ houders in het desbetreffende subfonds. Dit komt tot uitdrukking in de intrinsieke waarde van een aan-‐ deel van het desbetreffende subfonds. Voor een nadere toelichting op de paraplustructuur en de hieraan verbonden risico’s wordt verwezen naar het meest recente basisprospectus en aanvullend prospectus per subfonds. Beheerder De Beheerder van het Paraplufonds is Fund Management. Zij houdt een vergunning als bedoeld in artikel 2:65 onder a Wft. De Beheerder is tevens enig directeur van het Paraplufonds en vormt derhalve tevens de Directie. De vergunning ligt ter inzage ten kantore van Fund Management. De Beheerder is primair verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid, het portefeuillebeheer en het risicobeheer, alsmede voor de overige bij wet aan een beheerder opgedragen taken. Directie Fund Management is een 100% dochtermaatschappij van Hof Hoorneman Bankiers NV (hierna ook Hof Hoorneman). Fund Management en Hof Hoorneman vallen onder de Hof Hoorneman Groep. De directie van Fund Management wordt gevoerd door de heren Drs. G.J.J. van ’t Hof, P.M.J. Hoorneman en Drs. J.P. Aardoom RBA. Het toezicht op de Hof Hoorneman Groep, en dus ook op Fund Management, wordt gehouden door de raad van commissarissen van Hof Hoorneman, zulks op basis van interne reglementen. De raad van commissarissen van Hof Hoorneman bestaat uit de heren Ir. W.P.M. van der Schoot (voorzitter), Mr. B.F.M. Knüppe en Prof. Dr. S.J.G. van Wijnbergen.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[3]
Fund Management heeft aan Hof Hoorneman enkele taken uitbesteed. Dit zijn het portefeuille-‐ beheer, operationele en administratieve activiteiten. Het risicobeheer wordt volledig door de Beheerder uitgevoerd. Bewaarder De Beheerder heeft The Bank of New York Mellon SA/NV, handelend vanuit Amsterdam Branch, aangesteld als bewaarder van Hof Hoorneman Investment Funds. De Bewaarder is belast met de bewaarneming van financiële instrumenten, de eigendomsverificatie en administratie van overige activa, alsmede het verrichten van een aantal monitorings-‐ en toezichtstaken op de werkzaamheden van de Beheerder (waaronder de monitoring van de kasstromen en het zorgdragen dat de waardering van aandelen van het fonds in overeenstemming is met de fondsvoorwaarden). Fiscale status Het Paraplufonds heeft geopteerd voor de status van fiscale beleggingsinstelling. Een van de voor-‐ waarden hiervan is dat binnen acht maanden na afloop van het boekjaar het Paraplufonds ten minste alle voor uitdeling beschikbare fiscale winst aan zijn aandeelhouders uitkeert. De dividend-‐ uitkeringen kunnen per subfonds verschillen. Maatschappelijk verantwoord beleggen Fund Management onderschrijft de OESO aanbevelingen en de 10 principes van de UN Global Compact. De Beheerder werkt niet mee aan beleggingstransacties die op grond van het internationale recht verboden zijn. Ook onthoudt de Beheerder zich van een belegging als daardoor strafbare of moreel verwerpelijke gedragingen worden bevorderd, of als de belegging – zo zij zou worden verricht – in onmiddellijk verband staat met een schending van mensenrechten of funda-‐ mentele vrijheden. Het beleid en de beleggingen van de beleggingsfondsen waarover Fund Management het beheer voert, worden periodiek getoetst door Sustainalytics. Dit is een inter-‐ nationaal opererend onderzoeks-‐ en adviesbureau op het gebied van duurzaam beleggen. Informatie Voor de subfondsen is een EBI (Essentiële Beleggersinformatie) opgesteld met informatie over de subfondsen, de kosten en de risico’s. Dit financieel verslag, het basisprospectus, het aanvullend prospectus en de EBI per subfonds zijn kosteloos verkrijgbaar bij Fund Management en kunnen ook worden geraadpleegd op en gedownload via de website van de Beheerder, www.hofhoorneman.nl/ hofhoornemanfundmanagement. Op deze website staat ook actuele informatie over de koers van de aandelen en de laatst berekende intrinsieke waarde van de subfondsen. Ontwikkelingen in het rapportagejaar AIFMD Op 22 juli 2014 is Hof Hoorneman Fund Management NV opgericht. Eveneens per 22 juli 2014 is ontslag verleend aan beheerder Hof Hoorneman Bankiers NV en is Hof Hoorneman Fund Management NV tot beheerder benoemd. Deze wijziging is doorgevoerd in verband met de imple-‐ mentatie van de vereisten die voortvloeien uit richtlijn 2011/61/EU met betrekking tot beheerders van beleggingsinstellingen (Alternative Investment Fund Managers Directive), hierna "AIFMD". Een van deze vereisten is dat een beheerder van beleggingsinstellingen slechts een beperkt aantal
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[4]
nevenactiviteiten mag verrichten. Het uitoefenen van een bankbedrijf behoort niet tot de toe-‐ gestane nevenactiviteiten en derhalve kan Hof Hoorneman Bankiers NV niet langer als beheerder van Investment Funds optreden. De werkzaamheden die verband houden met het beheren van Investment Funds en die voor 22 juli 2014 door Hof Hoorneman Bankiers NV werden verricht, worden door Hof Hoorneman Fund Management NV op dezelfde voet voortgezet. De splitsing heeft verder geen invloed op het beleggingsbeleid van de subfondsen, zodat de voor de aandeelhouders merkbare wijzigingen beperkt zijn. Onder de AIFMD-‐wetgeving is het instellen van een bewaarder per beleggingsinstelling verplicht. Deze AIFMD-‐bewaarder heeft verschillende taken, waaronder het in bewaring houden van de financiële activa van de beleggingsinstelling en het verrichten van ondersteunende en controlerende taken ten aanzien van de beheerder. De overige taken bestaan onder meer uit het zorgdragen voor een ordentelijk verloop van de operationele afhandeling van toe-‐ en uittredingen en (des)investeringen. De bewaarder dient onafhankelijk van de beheerder op te treden, wat inhoudt dat de beheerder geen invloed op de bewaarder mag kunnen uitoefenen. Aan de bewaarder worden kwalitatieve eisen gesteld. Bovendien is de bewaarder aansprakelijk richting de beleggingsinstelling en haar deel-‐ nemers indien zij de aan haar opgedragen taken onbehoorlijk uitoefent. De werkzaamheden van de bewaarder zijn deels gelijk aan de werkzaamheden van de raad van toe-‐ zicht en derhalve heeft de raad van toezicht van Investment Funds haar functie per 22 juli 2014 neergelegd. Jaarlijkse evaluatie vaste op-‐ en afslag In juni 2014 is de vaste op-‐ en afslag bij plaatsing en inkoop van aandelen geëvalueerd. Besloten is deze vaste op-‐ en afslagen niet te wijzigen. De vaste op-‐ en afslagen worden jaarlijks geëvalueerd. Jaarlijkse evaluatie vereisten subfondsen De beleggingsfondsen die worden aangeboden door Fund Management moeten voldoen aan de volgende kenmerken en vereisten: nuttig, kostenefficiënt, veilig en begrijpelijk. Jaarlijks wordt geëvalueerd of de beleggingsfondsen hieraan nog voldoen. In 2014 heeft deze evaluatie in november plaatsgevonden. Hieruit is gebleken dat de subfondsen nog aan genoemde kenmerken en vereisten voldoen. Fund governance code De bepalingen voor integere bedrijfsvoering schrijven voor dat een fondsbeheerder, de (zelfstandige) beleggingsinstelling of de bewaarders daarvan moeten zorgdragen voor onafhankelijk toezicht op de uitvoering van het beleid en de procedures en maatregelen van de organisatie van de fondsbeheerder. DUFAS heeft in 2008 bij wege van zelfregulering ‘Principles of Fund Governance’ gepubliceerd. Hof Hoorneman Fund Management wenst deze principes na te leven en heeft daartoe een ‘Fund Governance Code’ opgesteld. Deze code is van toepassing op de door Fund Management beheerde beleggingsinstellingen, die onder de vergunning van Fund Management zijn of worden aangeboden. De compliance officer ziet toe op een correcte naleving van de code en doet daartoe minimaal een keer per jaar een onderzoek. Dit onderzoek is in 2014 in augustus verricht. Op grond van de rapportage van de compliance officer is geconstateerd dat Fund Management de in de Code opgenomen principes naleeft. Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[5]
Disclaimer De waarde van uw beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[6]
VERKLARING VAN DE BEWAARDER BANK OF NEW YORK MELLON Overwegende: -‐ The Bank of New York Mellon SA/NV (“de bewaarder”) is aangesteld om op te treden als bewaarder van Hof Hoorneman Investment Funds en de daaronder vallende subfondsen (“het fonds”) uit hoofde van artikel 21(1) van de Richtlijn inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen (2011/61/EU) (“AIFM Richtlijn”); -‐ De aanstelling van de bewaarder en de gemeenschappelijke rechten en plichten van de beheerder en de bewaarder zijn overeengekomen in de bewaarovereenkomst d.d. 22 juli 2014 die tussen deze partijen is gesloten, en de daarbij behorende bijlagen (de “bewaarovereen-‐ komst”); -‐ De bewaarder verstrekt deze verklaring uitsluitend aan de beheerder in het kader van de door de beheerder uitgevoerde activiteiten en heeft betrekking op de periode van 22 juli 2014 tot en met 31 december 2014. Verantwoordelijkheden van de bewaarder De bewaarder treedt op als bewaarder zoals gedefinieerd in de AIFM Richtlijn en voert haar taken uit in overeenstemming met de AIFM Richtlijn, de gedelegeerde verordening, relevante Nederlandse wet-‐ en regelgeving en richtlijnen die uitgevaardigd zijn door de European Securities and Markets Authority en de Autoriteit Financiële Markten (de “regelgeving”). De verantwoordelijkheden van de bewaarder zijn beschreven in de bewaarovereenkomst en omvatten, naast het in bewaarneming nemen van financiële instrumenten en de bewaarnemingstaken in verband met eigendomsverificatie en het bijhouden van een register van overige activa (zoals gedefinieerd in artikel 21(8) AIFM Richtlijn, ook een aantal monitorings-‐ en toezichtstaken (zoals gedefinieerd in artikel 21(7) en 21(9) AIFM Richtlijn), te weten: -‐ Monitoring van de kasstromen, waaronder het identificeren van significante en inconsistente kasstromen en het reconciliëren van de kasstromen met de administratie van het fonds; -‐ Het zorgdragen dat de uitvoering van uitgifte, inkoop, intrekking en waardering van participaties van het fonds in overeenstemming is met de fondsvoorwaarden en de toepasselijke wet-‐ en regelgeving; -‐ Het zorgdragen dat de tegenwaarde van transacties die betrekking hebben op de activa van het fonds tijdig aan het fonds wordt overgemaakt; -‐ Het controleren dat de opbrengsten van het fonds de bestemming krijgen die in overeen-‐ stemming is met de fondsvoorwaarden en de toepasselijke wet-‐ en regelgeving; -‐ Het controleren of de beheerder zich houdt aan de in de fondsdocumentatie vastgestelde beleggingsbeperkingen en hefboomfinancieringslimieten. Verklaring van de bewaarder De bewaarder heeft van 22 juli 2014 tot en met 31 december 2014 die activiteiten uitgevoerd die nodig zijn geacht om aan zijn verantwoordelijkheden te voldoen als bewaarder van het fonds. De bewaarder is van mening dat, op basis van de aan hem beschikbare informatie en de door de beheerder verstrekte verklaringen, in alle materiële aspecten, de beheerder zijn taken die onderworpen zijn aan de monitorings-‐ en toezichtstaken van de bewaarder, heeft uitgevoerd in lijn met regelgeving en fondsdocumentatie.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[7]
Overig Aan deze verklaring kunnen geen rechten worden ontleend. Deze verklaring is niet bedoeld om enige rechten te creëren, voor individuen of entiteiten die geen partij zijn bij de bewaarovereenkomst. Amsterdam, 9 maart 2015 The Bank of New York Mellon SA/NV
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[8]
DIRECTIEVERSLAG MACRO-‐ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN
Het merendeel van de subfondsen van Investment Funds heeft in 2014 prima rendementen behaald. Beleggers speelden in op de dalende rente en de steeds aantrekkelijker wordende risicopremies. In dit klimaat hebben zeven van de acht Hof Hoorneman beleggingsfondsen een positief resultaat neergezet. Hof Hoorneman Emerging Markets Fund heeft een klein negatief rendement behaald. Lage kapitaalmarktrente De daling van de rente in Europa zette het afgelopen jaar gewoon door. De rente is hard gedaald en de Nederlandse 10-‐jaars staatsrente stond aan het einde van het verslagjaar op ongeveer 0,7%. Zelfs in Frankrijk is de 10-‐jaars rente onder de 1% gedoken. Dit heeft te maken met de verwachting dat de ECB verdergaande kwantitatieve verruiming zal gaan toepassen om de inflatie aan te wakkeren. In de europeriferie is de rentedaling in het afgelopen jaar echter het sterkst geweest. Moesten Italië en Spanje vorig jaar nog tegen 6 à 7% lenen, dit is nu nog maar 1 à 1,5%. Er zijn nog genoeg uitstaande ‘dure’ leningen die tegen aantrekkelijker rentepercentages geherfinancierd kunnen worden. Hier-‐ door krijgen deze overheden tijd om hervormingen door te voeren. Er zijn genoeg redenen om de rente laag te houden. De eerste is de werkloosheid, die nog hoger is dan in de VS. Bovendien is de economische groei lager. Een hogere rente is slecht voor de werk-‐ gelegenheid, zeker in deze fase van het economisch herstel. In de tweede plaats zijn de staats-‐ schulden dusdanig hoog dat een forse rentestijging voor problemen zou zorgen. Landen als Spanje, Italië en Portugal zouden een staatsrente van 7% nu nog niet kunnen dragen. Ten slotte betekenen hogere rentes een sterkere euro, waardoor de inflatie nog lager zou worden. Wij verwachten dan ook dat de rente op een laag niveau zal blijven. Maar de economie herstelt wel Hoewel de krantenkoppen anders doen vermoeden, is er wel degelijk goed nieuws te melden in Europa. Spanje en Portugal hebben de hoogste groei in de eurozone en ook in Griekenland gloort er licht aan het einde van de tunnel. Er zijn zelfs voorspellingen dat de Griekse economie weer kan gaan groeien, een indicatie dat de structurele hervormingen hun uitwerking niet missen. Er zijn voldoende tekenen van een Europees herstel, maar het verloopt allemaal wat langzamer dan aanvankelijk werd gedacht. Uiteindelijk is een recessie niets anders dan een herschikking van kapitaal en arbeid. Spanje is hier-‐ van een mooi voorbeeld. Ongeveer 12% van de beroepsbevolking in Spanje was werkzaam in de bouwsector, tegenover circa 5% in andere Westerse landen. Toen de Spaanse vastgoedmarkt instortte, moest ongeveer 7% van de beroepsbevolking dus op zoek naar ander werk. Op de langere termijn is dit een veel efficiëntere verdeling van arbeid en kapitaal. Eenzelfde ontwikkeling hebben wij gezien in landen als Griekenland en Portugal, waar hervormingen tot een meer efficiënte publieke sector hebben geleid. Salarissen van ambtenaren zijn aangepakt, evenals bepaalde publieke investeringen. Op termijn zal deze herschikking van arbeid en kapitaal wel degelijk zijn vruchten afwerpen.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[9]
De stresstest voor banken is een sleutelmoment In de eurozone werd reikhalzend uitgekeken naar de zogenoemde Asset Quality Review (AQR) in oktober 2014. Dit was het grote examen voor Europese banken gericht op de kwaliteit en hoogte van hun kapitaalbuffers. In de nasleep van de financiële crisis hebben toezichthouders banken verplicht om sterkere kapitaalbuffers aan te houden. Op deze manier zouden de gevolgen van een volgende bankencrisis beperkt moeten blijven. Dit is dan ook de reden dat banken relatief weinig hebben uitgeleend: ontvangen gelden werd aangewend om de bank zo solide mogelijk te maken. De AQR zou een formele afsluiting van dit proces kunnen zijn. Wanneer blijkt dat banken ruimschoots aan de strenge eisen voldoen, zouden ze kunnen beslissen om weer meer aandacht te geven aan groei, aandeelhouderswaarde en kredietverlening met positieve gevolgen voor de omloopsnelheid van geld en de bedrijvigheid. Dit heeft positieve effecten op de arbeidsmarkt, consumptie-‐ bestedingen en uiteindelijk ook op de inflatie. Op deze manier kan de Europese economie zich onttrekken aan wat economen een Japans scenario noemen: een langjarig scenario van lage groei en lage inflatie. Toen de stresstest niet voor negatieve verrassingen zorgde, reageerden investeerders positief, en zowel aandelen als achtergestelde bankleningen lieten een positieve koersbeweging zien. In de VS gaat het voor de wind Het lijkt allemaal niet op te kunnen in de VS. De consumentenbestedingen trekken aan, de huizen-‐ prijzen stijgen, de werkloosheid neemt af en de eerste tekenen van loonstijgingen zijn nu ook in sommige steden zichtbaar. De Amerikaanse industrie leeft op door het competitieve voordeel van lage energiekosten. Met de lage olieprijs hebben consumenten een extra stimulans om meer uit te geven aan andere dingen dan benzine. De grootste vraag is wat de Amerikaanse Centrale Bank (de Fed) met de rente zal doen. Vanwege de groei en de dalende werkloosheid verwachtten de meeste analisten het afgelopen jaar dat de rente zou gaan stijgen. De voorzitter van de Fed, Janet Yellen, dacht echter dat de arbeidsmarkt niet sterk genoeg zou zijn om een rentestijging te kunnen dragen. De werkloosheidsdaling wordt namelijk deels verklaard door de kleiner wordende arbeidsparticipatiegraad. Voor een robuust herstel is salarisgroei nodig. Deze laatste voorwaarde is pas recentelijk enigszins zichtbaar geworden, met name in de grote steden, en geeft aan dat er nu ook concurrentie op de arbeidsmarkt plaats gaat vinden. De verwachting is dat de economie nu wel sterk genoeg zal zijn om een zeer geleidelijke renteverhoging te kunnen dragen. De positieve ontwikkelingen hebben de koersen in de VS omhoog gestuwd, en de Chinese en Europese economie kunnen hiervan wellicht profiteren. China In China waren de macro-‐economische ontwikkelingen in 2014 prima. De groeidoelstelling is gehaald, de dienstensector wordt steeds belangrijker en consumptie neemt verder toe. Ook de bedrijfscijfers van onze beleggingen waren overwegend sterk. Het afgelopen jaar hebben we gezien dat de winsten van de bedrijven in onze portefeuilles met zo’n 10% tot 20% gestegen zijn, terwijl de koersen stabiliseerden. Hierdoor zijn de koers-‐winstverhoudingen verbeterd. Koersen van grotere bedrijven in Hongkong en – met name – Shanghai zijn fors opgelopen, terwijl de koersen van small-‐ en midcapbedrijven in Hongkong juist zijn achtergebleven. De eerder beschreven ontwikkelingen van de dollar en grondstoffen zijn voor deze bedrijven niet of nauwelijks van toepassing, wat de propositie des te interessanter maakt.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[10]
De olieprijs is ook hard gedaald, met een netto positief effect De olieprijs daalde hard en stond ultimo 2014 rond de $ 55 per vat, een daling van ruim 50% ten opzichte van het hoogtepunt van $ 115 medio juni 2014. Er zijn winnaars zoals netto olie-‐ importeurs, industriebedrijven en consumenten, maar ook verliezers zoals Venezuela, Canada, oliemaatschappijen, aan oliemaatschappijen gelieerde bedrijven en hun leveranciers, schaliegasproducenten in de VS en uiteraard Rusland. Wij zien de lage olieprijs uiteindelijk vooral als een overdracht van kapitaal van netto-‐exporteurs naar netto-‐importeurs. Per saldo heeft de lagere olieprijs een positief effect op de wereldeconomie. Het IMF bevestigde deze visie en noemde de lage olieprijzen onlangs een injectie in de Europese economie, zelfs als de recessie in Rusland wordt meegeteld. Voorlopig zien wij de olieprijs niet structureel stijgen en blijven dan ook voorzichtig met het oog op beleggingen die hiermee te maken hebben.
ALGEMENE VOORUITZICHTEN 2015 Er zijn ook volop risico’s te onderkennen: (gevolgen van de) verkiezingen in Griekenland en Groot-‐ Brittannië, centrale banken hebben belangrijke beslissingen te nemen, zowel in de VS als in de eurozone en Japan, en geopolitieke risico’s in Rusland en het Midden-‐Oosten. Bovendien zijn er forse valutaschommelingen waardoor voorzichtigheid geboden is. Kansen zien wij zeker, bijvoorbeeld in China. Verder zien wij op de high yield-‐obligatiemarkten steeds meer kansen ontstaan. Vooral de obligatiekoersen van bedrijven die niet actief zijn in de financiële sector – in het bijzonder bedrijven uit de retailsector, toeleveranciers van supermarkten en toeleveranciers van de oliesector – zijn sterk gedaald. In deze hoek verwachten wij komend jaar selectief te kunnen investeren, waarbij voorzichtigheid wel geboden is gegeven de zwakke staat van de Europese economie en onze verwachting dat de olieprijs voorlopig geen sterk herstel zal laten zien. Het komend jaar lijkt een jaar met marktbreed redelijke waarderingen en lage rentes te worden. De outperformance zal moeten komen uit het kiezen van de beste ondergewaardeerde aandelen en obligaties. Wij verwachten met onze Value-‐beleggingsstijl ook in 2015 weer goede rendementen te kunnen laten zien.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[11]
HOF HOORNEMAN VALUE FUND PROFIELSCHETS Het subfonds Hof Hoorneman Value Fund (hierna ook: Value Fund) correspondeert met de aandelen die in serie 1 door het Paraplufonds worden uitgegeven. Value Fund belegt in beursgenoteerde en niet-‐-‐ beursgenoteerde effecten die volgens de analyse van de directie onder hun intrinsieke waarde worden verhandeld, waarbij wordt getracht door diversificatie het risico te beperken. Value Fund is gericht op absoluut rendement, dat wil zeggen dat een vergelijking met een gespecificeerde benchmark geen doelstelling van het beleggingsbeleid op zich is. Het subfonds is een voortzetting van het fonds voor gemene rekening (FGR) Hof Hoorneman Value Fund, dat op 14 november 2011 is geliquideerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het sub-‐ fonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op FGR Hof Hoorneman Value Fund. Subfondskarakteristieken Startdatum 1 oktober 2005 Beursnotering Ja ISIN-‐-‐-‐code NL0009864461 Benchmark Geen Dividend Twee keer per jaar op basis van intrinsieke waarde begin boekjaar Beheervergoeding 0,375% per kwartaal Performance fee 10% van de performance boven 10%¹ Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 11,8% § 3 jaar 19,8% § 5 jaar 10,3% § Sinds de start van het fonds 4,4% ¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman Value Fund.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[12]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde² Lopende kosten factor³
2014
2013
2012
2011
2010
28,48
26,90
22,58
18,78
24,64
1,05
1,05
1,05
1,00
1,20
9,8%
21,9%
26,2%
-‐20,1%
-‐
106.160
93.394
75.744
54.953
70.998
3.683.303 3.495.112 3.333.026 2.890.004 2.841.790 28,82
26,72
22,73
19,01
24,98
11,8%
22,6%
25,5%
-‐20,2%
19,1%
1,90%
1,96%
1,98%
1,87%
2,12%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. Hof Hoorneman Value Fund is vanaf 15 maart 2010 beursgenoteerd. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus her-‐ belegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Value Fund over de laatste drie jaar na herbelegging van dividend
Value Fund (3-‐jaars) 180 170 160 150 140 130 120 110 100 90
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[13]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN Aandelen De aandelenmarkten hebben in 2014 met een wisselende beurs te maken gehad. Enerzijds waren er de positieve ontwikkelingen van een verder dalende rente, licht groeiende bedrijfswinsten en liquiditeiten die beschikbaar kwamen voor beleggingen. Anderzijds zorgden macro-‐economische ontwikkelingen voor volatiliteit. Deze ontwikkelingen zijn hiervoor reeds besproken. Desalniettemin was het netto-‐effect positief voor aandelen. Zowel in Europa als in VS werd marktbreed een kleine plus gerealiseerd. In China bleef de markt voor small-‐ en midcaps iets achter bij grotere bedrijven, maar de waarderingen zijn in dit segment nog steeds aantrekkelijk. Obligaties Ook in 2014 is de rente verder gedaald. Dit leidde tot koersstijgingen van obligaties, met name de achtergestelde leningen uit de financiële sector. Een bijkomende factor is dat de balansen van banken steeds sterker worden en het risico derhalve steeds verder afneemt. In de tweede helft van het jaar zijn mede door de dalende olieprijs de koersen van verschillende leningen scherp gedaald. Wij hebben wederom geconstateerd dat het belangrijk is om degelijke analyses van hoogrentende, risicovolle obligaties te blijven uitvoeren. Mede hierdoor was het rendement op obligaties in 2014 positief. BELEGGINGSBELEID Algemeen Hof Hoorneman Value Fund belegt wereldwijd in beursgenoteerde en niet-‐-‐-‐beursgenoteerde effecten die volgens de analyse van de directie onder hun intrinsieke waarde worden verhandeld. Dat kunnen (hoog)dividenduitkerende aandelen, (hoogrentende) obligaties, aan-‐ delen in vastgoedfondsen, preferente aandelen en in aandelen converteerbare obligaties zijn. Beleggingen in illiquide effecten en hoogrendementsschuldbewijzen en in opkomende markten zijn toegestaan. Bij het beheer kan gebruik worden gemaakt van afgeleide instrumenten. Deze instrumenten bieden de mogelijkheid efficiënt te anticiperen op verwachte marktontwikkelingen en kunnen voorts als afdekking van beleggingsrisico’s dienen. Eveneens kunnen met deze instrumenten additionele inkomsten worden gegenereerd. Posities in vreemde valuta zullen in beginsel worden afgedekt. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospectus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) verande-‐ ringen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[14]
instrument of de emittent hiervan of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De waarde van vastrentende waarden is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de marktrente. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financieringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement. Value Fund tracht deze risico’s te beheersen door de beleggingsportefeuille te spreiden over verschillende uitgevende instellingen, (structureel) nooit meer dan 7,5% van het vermogen te beleggen in de effecten van één enkele uitgevende instelling en valutakoersrisico’s in beginsel af te dekken. De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van het vermogen. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Bij beleggingen in vastrentende waarden bestaat het risico dat de uitgevende instelling niet kan voldoen aan de rente-‐ en aflossingsverplichtingen. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken, wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties, worden diepgaande kredietanalyses met betrekking tot de debiteurenkwaliteit uitgevoerd en worden de beleggingen gespreid over verschillende uitgevende instellingen. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. Value Fund tracht dit risico onder meer te beperken door slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille te beleggen in illiquide effecten en het merendeel in frequent verhandelde effecten. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor het liquiditeitsrisico verder kan worden beperkt. Value Fund kan onder meer beleggen in illiquide effecten. Effecten zijn illiquide wanneer deze beperkt worden verhandeld. Er is derhalve bij illiquide effecten over het algemeen geen sprake van een ‘brede’ of consistente koersvorming. De koers wordt immers ‘bepaald’ door enkele kopers en verkopers. De laatst gedane transactie kan weken geleden hebben plaatsgevonden. De illiquiditeit kan onder meer worden veroorzaakt door de risicoperceptie van de markt, de onbekendheid met aspecten van bepaalde effecten en/of bepaalde (relevante) maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Uitgebreide analyses en onderzoeksrapporten zijn veelal niet voorhanden. Indien er geen liquide markt bestaat voor de beleggingen waarin Value Fund belegt, kan dit tot gevolg hebben dat de beleggingen of de onderliggende waarden van deze beleggingen niet tegen de gewenste prijs en voorwaarden en op het gewenste tijdstip kunnen worden verkocht.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[15]
Dit risico houdt ook verband met het ontbreken van een gereglementeerde markt waarop bepaalde typen beleggingen kunnen worden verhandeld. Het risico neemt in de regel toe naarmate de rating van de betreffende vastrentende beleggingen lager is. De beperkte verhan-‐ delbaarheid van deze illiquide effecten kan echter veelal wel een aantrekkelijke beloning voor de belegger opleveren, in de vorm van een lagere koers en derhalve een hoger rendement. De fondsmanager zal bij het innemen van posities ernaar streven dat Hof Hoorneman Value Fund in voldoende mate in staat is om door aandeelhouders aangeboden stukken op te nemen. Kasstroomrisico Kasstroomrisico is het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een monetair financieel instrument in omvang zullen fluctueren. Indien bijvoorbeeld sprake is van een schuldinstrument met een variabele rente dan resulteren dergelijke fluctuaties in een verandering van de effectieve interestvoet van het financiële instrument, veelal zonder een overeenkomstige veran-‐ dering in de bijbehorende reële waarde. Slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille zal in dergelijke instrumenten worden belegd. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 ondernemingen in portefeuille per 31 december 2014 Land Belang Phoenix Group Groot-‐Brittannië 6,0% Northern Rock Groot-‐Brittannië 5,0% Bradford & Bingley Groot-‐Brittannië 4,9% SRLEV Nederland 4,2% Hibernia REIT Ierland 3,8% In 2014 heeft Value Fund voor het derde opeenvolgende jaar een dubbelcijferig rendement op basis van intrinsieke waarde weten te realiseren. Het rendement was dit jaar nagenoeg volledig te danken aan de al jarenlang aangehouden grote positie in achtergestelde bankobligaties. Marktbreed wist deze categorie te profiteren van aanhoudende versteviging van de balansen bij de banken, in combinatie met de lage rente en de zoektocht naar rendement door beleggers. De biedingen op de obligaties van Bradford & Bingley en op Northern Rock waren in het afgelopen jaar de uitschieters. Evenals in voorgaande jaren stonden dit jaar twee thema’s in onze aandelenselectie centraal, namelijk de opkomst van de Chinese middenklasse en de toenemende mate van outsourcing. Het eerste thema is veruit het belangrijkste en wordt vooral ingevuld via small-‐ en midcapaandelen die aan de beurs in Hongkong zijn genoteerd. Deze categorie liet een zeer gemengd beeld zien, met grote uitschieters zowel naar boven als naar beneden. Enkele (vermeende) fraudegevallen zorgden voor fors lagere koersen. Dit was onder meer het geval bij Labixiaoxin, waardoor de handel in dit aandeel een lange periode heeft stilgelegen. Hoewel de resultaten over 2013 zijn bevestigd, blijft er de nodige twijfel in de markt bestaan en een accountantswisseling helpt daarbij niet. Vanwege de magere vooruitzichten en verschillende voedselschandalen is de positie in Labixiaoxin teruggebracht. Per saldo biedt de markt van aandelen in Hongkong, in het bijzonder van small-‐ en midcap aandelen, aantrekkelijke kansen en hebben wij de weging van dit segment in de portefeuille uitgebreid. De
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[16]
markt is met 1.500 verschillende bedrijven nog zeer interessant en wij blijven alert op nieuwe mogelijkheden tegen aantrekkelijke waarderingen. In de portefeuille zijn de nodige mutaties doorgevoerd. De aandelen van de Amerikaanse IT-‐gigant IBM zijn aangekocht. De onderneming heeft sterke marktposities, laat een gezonde groei in winst per aandeel zien en gaat – vanwege de ijzersterke balans – door met het inkopen van eigen aandelen. Daarnaast is de waardering voor een dergelijke multinationale onderneming aantrekkelijk. Ook nieuw in portefeuille is de Britse supermarktketen Tesco. Tesco heeft al veel slecht nieuws naar buiten gebracht, waardoor de beurskoers scherp is gedaald. De laatste, onverwachte onthulling van een onjuiste rapportage over de omzet was echter niet ingecalculeerd, evenmin als de sterker dan verwachte verlaging van het dividend. We houden de situatie nauwgezet in de gaten en wachten met belangstelling de halfjaarcijfers af alvorens te beslissen over continuering van deze positie. De markt voor commercieel vastgoed in Ierland trekt sinds het najaar van 2013 sterk aan. De breed gedeelde verwachting is dat in de komende vier jaar de huurniveaus nagenoeg zullen verdubbelen. De belangrijkste reden is de aantrekkende vraag door, met name Amerikaanse, multinationals die zich vanwege fiscale redenen in Dublin willen vestigen, terwijl er in de komende jaren nagenoeg geen nieuwe kantoren worden bijgebouwd. Met de aanschaf van Green REIT en Hibernia REIT spelen we in op deze ontwikkelingen. De positie in Hyder is geheel verkocht, nadat Arcadis een bod van maar liefst 65% boven de laatste beurskoers heeft uitgebracht. Het ingenieursbedrijf is in het voorjaar van 2014 in portefeuille gekomen, nadat het een winstwaarschuwing had afgegeven en de koers fors daalde. Per saldo is Hyder een korte, maar zeer succesvolle belegging geweest. De wegingen in Ageas, Synthomer, Paragon, Phoenix Group en Interserve zijn verhoogd, terwijl de positie in Nokia is verkocht. In het Hongkong-‐deel van de portefeuille zijn diverse mutaties doorgevoerd. Allereerst is Belle aangekocht. Belle verkoopt damesschoenen onder haar eigen merknamen. De onderneming heeft het de afgelopen jaren lastig gehad met toenemende concurrentie, maar het bedrijf is weer goed gepositioneerd voor omzet-‐ en winstgroei. De balans is solide en de waardering interessant. Ook is de Chinese band-‐ en koordmaker Xingda aangekocht. Dit bedrijf is actief in een duopolie en heeft aantrekkelijke groeivooruitzichten. Dit laatste komt nog niet tot uitdrukking in de waardering op slechts acht à negen keer de winst van 2014. De balans is gezond en het dividendrendement is met 4% zeer aantrekkelijk. De positie in Evergreen International is verkocht, omdat wij meer opwaarts potentieel in andere Chinese posities zagen. Ook de positie in Art Textile Technologies is verkocht. Afgezien van de grote kaspositie draait het bedrijf matig. De recent onverwacht toegenomen koop-‐ interesse bood een mooie gelegenheid om de stukken te verkopen. Aan obligatiezijde is in het derde kwartaal van 2014 de weging van twee obligaties van HSH Nordbank verlaagd. Hoewel de kwartaalcijfers relatief goed zijn, bleef het onduidelijk of – na de eerdere verlaging – de verhoging van staatsgaranties een tweede ronde staatssteun zou betekenen. De uitkomst van de juridische strijd met de Europese Commissie hierover is moeilijk in te schatten. Voorts speelde nog de door de bankensector uit te voeren stresstest, waarbij extra scherp gekeken
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[17]
zou worden naar scheepvaartleningen, een segment waarin HSH Nordbank groot is. De mooie koersontwikkeling dit jaar was een goede gelegenheid om winst te nemen. Eveneens aan de obligatiezijde zijn de LCH Clearnet, Depfa en Kensington leningen verkocht, aangezien het resterende rendement door de sterke koersontwikkeling te laag was geworden en meer interessante alternatieven voorhanden waren. Hetzelfde geldt voor de Paragon 2017 lening. Deze laatste belegging zat al jaren in de portefeuille van het fonds en heeft eindelijk haar koersdoel bereikt. In 2014 is de 11,5% National Westminster perpetuele lening aangekocht. National Westminster is onderdeel van de Royal Bank of Scotland en de lening heeft daardoor een prima dekking. Bovendien heeft deze lening geen aflossingsoptie, waardoor National Westminster de lening in de markt zal moeten opkopen (met een premie) om de hoge rentebetalingen te verminderen. Ten slotte zijn de 6,625% Sears 2018 lening en de 6,82% Punch Taverns 2020 lening aan de portefeuille toegevoegd. De laatstgenoemde lening is bij de herstructurering omgezet in twee nieuwe leningen met een rendement van ongeveer 7%. Door de herstructurering wordt de schuldenlast fors teruggebracht. Dit zal waarschijnlijk een positief effect zal hebben op de koers van deze leningen, die hierdoor meer in lijn zullen handelen met leningen met een vergelijkbaar risicoprofiel. Valutaire verdeling van de portefeuille (inclusief dekkingstransacties) 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 Euro 100,2% 96,3% Hongkongse dollar 21,1% 26,5% Chinese renminbi 0,6% 0,4% Britse pond 0,3% 1,4% Maleisische ringgit 0,0% 0,2% Amerikaanse dollar *) -‐22,2% -‐24,8% 100% 100% *) De shortpositie in USD dient als afdekking van de positie in HKD.
Ter illustratie van het gevoerde beleggingsbeleid volgen hieronder enkele uitgewerkte voorbeelden.
Wasion Wasion is een producent van met name elektriciteitsmeters. Ze fabriceren zowel zogenaamde een-‐ fasemeters voor residentieel gebruik als driefasemeters voor commercieel gebruik (industrieel). Daarnaast maakt Wasion ook nog zogenaamde “data collection terminals”. Deze terminals verzamelen de informatie die door de smartmeters automatisch naar deze terminals worden verzonden (AMR). Naast elektriciteitsmeters maakt Wasion ook meters voor de gas-‐, warmte-‐ en waterindustrie en leveren ze energie-‐efficiënte oplossingen. De door de Chinese overheid afgedwongen vervanging van bestaande meters is een gigantische markt, die gepaard gaat met een verbetering van de al hoge marges. Daarnaast heeft Wasion nog een joint-‐venture met Siemens om toegang te krijgen tot de internationale markt. Wasion is een gestaag groeiende onderneming met goede vooruitzichten, wat volgens ons nog onvoldoende in de waardering tot uiting komt. Daarbij is sprake van een progressief dividendbeleid dat ruim gedekt wordt door de inkomsten. Hof Hoorneman Value Fund 2014
[18]
TSB Banking Group Het afgelopen jaar heeft Lloyds Banking Group de helft van haar belang in TSB naar de beurs gebracht. TSB is een retailbank van Lloyds in het Verenigd Koninkrijk en wordt door Lloyds afgestoten in het kader van het herstructureringsprogramma, dat met de EU is overeengekomen vanwege de verkregen staatssteun. TSB wil de komende jaren inzetten op groei van de leningen-‐ portefeuille en verwacht daarbij hogere rentemarges te generen. Verder kan TSB nog aanzienlijke kostenreducties doorvoeren door een efficiëntere inzet van het kantorennetwerk en door schaal-‐ vergroting. Veel Engelse banken hebben problemen met affaires uit het verleden, waaronder de Engelse woekerpolisaffaire (‘PPI’). TSB is echter een ‘schone’ bank, waarbij Lloyds zich garant stelt voor eventuele problemen uit het verleden. De vooruitzichten voor TSB zijn goed, terwijl de waardering lager is dan van de grote Engelse banken. Een verdere groei van de leningenportefeuille, een hogere winstmarge en toekomstige dividenduitkeringen zouden tot een koersstijging van het aandeel moeten kunnen leiden. 11% Co-‐operative Bank 2023 De Co-‐operative Bank is een grote gediversifieerde Britse onderlinge met een historie die teruggaat tot 1867 en actief is op het gebied van sparen, private leningen, hypotheken, financieel advies en creditcards. In 2009 is Britannia overgenomen, een andere Britse onderlinge met – naar achteraf bleek – een slechte leningenportefeuille. De aankoop vergroot enerzijds het marktaandeel van de bank in een consoliderende markt, maar zorgt anderzijds voor een aanzienlijk slechtere balans en een kapitaaltekort. Om de balans te verstevigen, bracht de bank een bod uit op de uitstaande leningen, dat aanzienlijk onder pari ligt. De obligatiehouders gingen akkoord en kregen in ruil onder meer een nieuwe LT2 lening met een coupon van 11% en een aflossingsdatum in 2023. Door deze herstructurering en de kapitaalinjectie van de Coop Groep is de balans van de bank aanzienlijk verbeterd. Het rendement van ruim 8% op deze lening is, met het oog op de verbeterde kapitaal-‐ positie, aantrekkelijk te noemen. RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Value Fund bedroeg per 31 december 2014 € 28,82 en per 31 december 2013 € 26,72. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief herbelegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement 11,8%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Het behaalde rendement over 2014 geeft de beheerder recht op de in het prospectus vastgelegde variabele vergoeding. De vergoeding bedraagt € 199.000 (in 2013 € 1.115.000). Het aantal uitstaande aandelen nam met 188.191 of 5,4% toe van 3.495.112 tot 3.683.303. Het eigen vermogen nam toe van € 93,4 miljoen per 31 december 2013 naar € 106,2 miljoen per 31 december 2014. De totale dividenduitkering bedroeg in 2014 € 1,05 per aandeel. Op 11 juni 2014 werd € 0,45 per aandeel en op 17 december 2014 werd € 0,60 per aandeel uitgekeerd.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[19]
Resultaat per aandeel (in €1) Inkomsten Waardeverandering van beleggingen Kosten Nettoresultaat per aandeel
2014 1,26 2,42 -‐0,60 3,08
2013 0,93 4,92 -‐0,80 5,05
2012 1,37 3,85 -‐0,42 4,80
2011 1,14 -‐5,68 -‐0,44 -‐4,98
2010 1,50 3,08 -‐0,51 4,07
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend.
Waardering beleggingen Het resultaat van Value Fund wordt in belangrijke mate bepaald door de gerealiseerde en niet-‐ gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen (koersresultaten). De niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen vloeien voort uit de waardering van de beleggingen in de portefeuille tegen marktwaarde. De marktwaarde wordt in beginsel berekend volgens een vaste systematiek, waarbij beleggingen in verschillende categorieën worden ingedeeld die als volgt op hoofdlijnen kunnen worden omschreven: 1. Laatstbekende notering (slotkoersen) zoals opgenomen in ons externe datasysteem; 2. Koersopgaven (quotes) volgens het externe datasysteem, in beginsel dagelijks beschikbaar. Indien een bied-‐ en laatkoers beschikbaar is, wordt als waardering het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers aangehouden. De midkoers is het gemiddelde van bied-‐ en laatkoers; 3. Periodieke koersopgaven door externe brokers die in het betreffende financiële instrument handelen. Deze opgaven worden dagelijks of een of meerdere keren per maand verstrekt. Waardering geschiedt tegen de opgegeven koers of het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers; 4. Indien geen (recente) koers beschikbaar is, geschiedt waardering op basis van algemeen aan-‐ vaarde waarderingsmodellen en -‐technieken, de intrinsieke waarde of de marktwaarde van gelijksoortige beleggingen. In individuele gevallen kan van de systematiek worden afgeweken. In het uitzonderlijke geval dat geen betrouwbare marktwaarde kan worden berekend, geschiedt waardering tegen verkrij-‐ gingsprijs. Bij de waardering van een belegging uit de categorie 2 tot en met 4 zal in hogere mate sprake zijn van schattingen dan bij een belegging uit de eerste categorie. In de hiernavolgende tabel is de onderverdeling van de effectenportefeuille per jaareinde naar de verschillende categorieën weergegeven: 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 1. Laatstbekende notering 89% 99% 2. Koersopgaven (quotes) volgens extern datasysteem 0% 0% 3. Periodieke koersopgaven door brokers 11% 1% 4. Overig 0% 0% 100% 100%
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[20]
Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Value Fund. Positieve bijdragen aan de performance 8,399% NRAM Perp. +5,56% De lening van Northern Rock is in 2015 sterk in waarde gestegen. Dit gebeurde nadat de markt anticipeerde op een aanbod van de Britse overheid waarop wij zijn ingegaan. 11,625% en 13% Bradford & Bingley Perp. +1,38% De koers van de Bradford & Bingley leningen is in 2014 sterk opgelopen. Dit gebeurde nadat de markt anticipeerde op een aanbod van de Britse overheid. De leningen waren een relatief dure vorm van financiering voor UKAR (de bad bank waarin deze leningen zijn ondergebracht), en moesten in de markt worden opgekocht. In december kwam het bod waarop wij zijn ingegaan. Wasion +1,27% Wasion is een gestaag groeiende onderneming met goede vooruitzichten dat profiteert van de sterke investeringen in het elektriciteitsnetwerk in China. Het Chinese bedrijf richt zich op slimme gasmeters en transformeerde de afgelopen jaren van een verkoper van pure hardware naar een verkoper van oplossingen. Impellam +1,23% De Britse uitzender Impellam profiteerde van een verbeterende economie in Groot-‐Brittannië. Bovendien was het aandeel bijzonder aantrekkelijk gewaardeerd, en is een klein gedeelte van de onderwaardering goed gemaakt. Negatieve bijdragen aan de performance Labixiaoxin Snacks -‐1,66% De aandelen van Labixiaoxin daalden sterk in waarde nadat in een krantenartikel vraagtekens werden gezet bij de juistheid van de cijfers. Het bedrijf heeft de oude accountant (PWC) vervangen en de nieuwe accountant heeft de cijfers goedgekeurd. De koers heeft zich nog niet hersteld. Changshouhua Food -‐0,73% Changshouhua kende een bijzonder sterk 2013. Door dalende grondstofprijzen nam in 2014 de omzet echter af. Ondanks een hogere brutomarge daalde de winst en als gevolg hiervan ook de koers van de aandelen. Wij blijven onverminderd positief over dit aandeel. NewOcean Energy -‐0,66% Ook de koers van de aandelen NewOcean daalde door twijfels over de juistheid van de cijfers. Wij geloven niet dat er fraude gepleegd wordt, maar het bedrijf heeft niet voldoende middelen om de twijfels weg te nemen, bijvoorbeeld door eigen aandelen in te kopen of het dividend te verhogen. Om deze reden hebben wij besloten de positie te verkopen.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[21]
Ordina -‐0,44% Ordina daalde in waarde nadat in een tv-‐uitzending over mogelijke malversaties bij het winnen van overheidscontracten werd bericht. Tesco -‐0,33% De Britse supermarkt Tesco had last van zware concurrentie onder Britse supermarkten. Aan de onderkant van de markt is sprake van de opmars van de Duitse discounters Aldi en Lidl, terwijl in het duurdere segment de concurrentie van Waitrose toenam. VOORUITZICHTEN 2015 Het jaar 2014 was een mooi jaar voor Value Fund. Voor 2015 zien wij nog steeds goede beleggings-‐ mogelijkheden met kansen in de obligatiemarkt. Hoewel de rente laag is, is het effectief rendement van de leningen in de portefeuille nog altijd circa 7%. Verder zien wij kansen ontstaan in de markt voor hoog-‐rendementsobligaties, bijvoorbeeld in de oliesector of bij leveranciers aan Britse super-‐ markten, en zijn er voldoende mogelijkheden voor Europese aandelen, zeker wanneer bedacht wordt dat de aandelen van het fonds met een koers-‐winstverhouding van 12 aantrekkelijker zijn gewaardeerd dan de markt. Ook China biedt veel mooie kansen. De bedrijven in het fonds hebben solide balansen, een goed management, een sterke marktpositie, een aantrekkelijke winstgroei en keren een interessant dividend uit. Deze factoren komen naar ons oordeel onvoldoende in de huidige waarderingen tot uitdrukking. Wij zien derhalve nog genoeg mogelijkheden om ook in 2015 door te gaan met het neerzetten van een degelijk langetermijnrendement.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[22]
HOF HOORNEMAN INCOME FUND PROFIELSCHETS
Het subfonds Hof Hoorneman Income Fund (hierna ook: Income Fund) correspondeert met de aandelen die in serie 2 door het Paraplufonds worden uitgegeven. De doelstelling is het realiseren van een rendement dat op lange termijn boven de Markit iBoxx Eur Liquid high yield Total return Index (IBOXXMJA) ligt, door middel van beleggingen die naar verwachting relatief hoge inkomsten genereren waarbij de nadruk zal liggen op obligaties van Europese bedrijven. Hof Hoorneman Income Fund richt zich op beleggers die prijs stellen op een belegging die een interessante stroom inkomsten genereert in de vorm van kwartaaldividenden. Het subfonds is een voortzetting van Hof Hoorneman Income Fund NV, welke vennootschap op 14 november 2011 met Hof Hoorneman Investment Funds NV is gefuseerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het subfonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op Hof Hoorneman Income Fund NV. Subfondskarakteristieken Startdatum Maart 1991 Beursnotering Ja ISIN-‐code NL0009864479 Referentie-‐index Markit iBoxx Eur Liquid high yield Total return Index Dividend Per kwartaal Beheervergoeding 0,25% per kwartaal Performance fee 10% van de performance boven die van de referentie-‐index¹ Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 13,48% § 3 jaar 21,3% § 5 jaar 14,6% § Sinds de start van het fonds 3,5% ¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman Income Fund
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[23]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde²
2014
2013
2012
2011
2010
20,73
19,49
17,44
14,40
16,11
1,28
1,28
1,28
1,28
1,28
13,3%
20,1%
31,6%
-‐3,3%
14,1%
84.681
77.180
61.678
28.656
29.995
4.087.288 3.978.693 3.552.822 1.988.871 1.831.685
Lopende kosten factor³
20,72
19,40
17,36
14,41
16,38
13,8%
20,1%
30,9%
-‐4,8%
15,6%
1,44%
1,49%
1,65%
1,66%
1,43%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,4% van de intrinsieke waarde. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus her-‐ belegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Income Fund vs Iboxx High Yield over de laatste drie jaar na herbelegging van dividend
Income Fund (3-‐jaars) 180 170 160 150 140 130 120 110 100 90
IF Iboxx High Yield
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[24]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN In 2014 waren de marktomstandigheden gunstig voor hoog-‐rendementsobligaties. De belangrijkste ontwikkeling vond plaats op de rentemarkten. Door de dalende rente in Europa waren beleggers bereid om nog lagere rendementen te ontvangen op hoog-‐rendementsobligaties. De spreads werden kleiner en de koersen stegen nog verder. De risicopremie tussen investment grade en high yield ligt momenteel op een zeer laag niveau. Een tweede positieve ontwikkeling is het versterken van balansen van banken. Met name onze achtergestelde bankleningen profiteren hier van. Banken richten zich al enige tijd op het verstevigen van hun vermogensposities. Dit doen ze door minder uit te lenen, maar ook door meer verlies-‐ absorberend kapitaal uit te geven, bijvoorbeeld de zogenaamde 'coco-‐bonds'. Deze obligaties worden omgezet in aandelen wanneer de kapitaalratio van de bank onder een bepaald niveau zakt. Als gevolg hiervan worden ze eerder aangesproken dan de achtergestelde leningen waarin wij door-‐ gaans beleggen. De terugbetaling van de achtergestelde leningen in de portefeuille van het fonds wordt daarom steeds zekerder, wat een koersverhogend effect heeft. In de tweede helft van het jaar zagen wij dat de angst in de markt terugkeerde. Hoewel onze obligaties het goed hebben gedaan, stonden de koersen van sommige leningen onder druk. Dit betroffen met name obligaties van bedrijven die last krijgen van de lagere economische groei in Europa, een dalende olieprijs of andere markttrends. De risicopremies schommelden enigszins, maar uiteindelijk heeft dit weinig effect gehad op de obligaties van het fonds. Wel biedt dit mogelijkheden voor de toekomst. BELEGGINGSBELEID Algemeen Income Fund belegt voornamelijk in Europese, hoog renderende obligaties. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om te beleggen in vastgoedfondsen, preferente aandelen, converteerbare obligaties en gestructureerde producten. Income Fund kan bovendien voor maximaal 5% van het vermogen beleggen in aandelen. Maximaal 5% van het vermogen van Hof Hoorneman Income Fund mag zijn belegd in één uitgevende instantie, tenzij het een overheid met een AAA-‐status betreft. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospec-‐ tus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) verande-‐ ringen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De waarde van vastrentende waarden is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de marktrente. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[25]
hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financieringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement. Income Fund tracht deze risico’s te beheersen door de beleggingsportefeuille te spreiden over verschillende uitgevende instellingen, niet meer dan 5% van het vermogen te beleggen in de effecten van één enkele uitgevende instelling, tenzij het een overheid met een AAA-‐status betreft, en valutakoersrisico’s in beginsel af te dekken. De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van het vermogen.
Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Bij beleggingen in vastrentende waarden bestaat het risico dat de uitgevende instelling niet kan voldoen aan de rente-‐ en aflossingsverplichtingen. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties, worden diepgaande kredietanalyses met betrekking tot de debiteurenkwaliteit uitgevoerd en worden de beleggingen gespreid over verschillende uitgevende instellingen. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. Income Fund tracht dit risico onder meer te beperken door slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille te beleggen in illiquide effecten en het meren-‐ deel in frequent verhandelde effecten. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor het liquiditeitsrisico verder kan worden beperkt. Kasstroomrisico Kasstroomrisico is het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een monetair financieel instrument in omvang zullen fluctueren. Indien bijvoorbeeld sprake is van een schuldinstrument met een variabele rente dan resulteren dergelijke fluctuaties in een verandering van de effectieve interestvoet van het financiële instrument, veelal zonder een overeenkomstige verandering in de bijbehorende reële waarde. Slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille zal in dergelijke instrumenten worden belegd.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[26]
Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 ondernemingen in portefeuille per 31 december 2014 Land Belang Co-‐operative Bank/Group Groot-‐Brittannië 6,6% Lloyds Banking Group/Bank of Scotland Groot-‐Brittannië 4,7% SRLEV Nederland 4,4% Royal Bank of Scotland/National Westminster Groot-‐Brittannië 4,3% Kensington group Groot-‐Brittannië 4,3% Het jaar 2014 is een goed jaar voor Income Fund geworden. Voor het derde achtereenvolgende jaar is een dik dubbelcijferig rendement gerealiseerd. Hoewel het rendement anders doet vermoeden, is 2014 geen gemakkelijk jaar voor high-‐yield obligaties geweest. Enerzijds werd marktbreed geprofiteerd van toegenomen liquiditeit en verder dalende rentes, anderzijds liep de risicopremie vanaf oktober snel op, in het bijzonder van de niet-‐ financiële high-‐yield obligaties. Daarnaast had een aantal spraakmakende faillissementen een negatieve impact op de markt, waaronder die van Banco Espirito Santo, Phones4u en Chaori Solar. Income Fund heeft het afgelopen jaar wederom sterk geprofiteerd van de hoge weging van achter-‐ gestelde leningen van financiële instellingen (banken en verzekeraars) in de portefeuille. De markt en de toezichthouders dwingen met name de banken om de balansen verder te versterken. Dit doen ze door minder uit te lenen, maar ook door meer verliesabsorberend kapitaal uit te geven, bijvoor-‐ beeld de zogenaamde 'coco-‐bonds'. De terugbetaling van de achtergestelde leningen in de portefeuille wordt daarom steeds zekerder, wat een koersverhogend effect heeft gehad. Inmiddels zijn de goede ontwikkelingen van deze leningen ook in de koersen tot uiting gekomen. Hierdoor is het resterend rendement nog ongeveer 6%, wat gegeven het lage risico een aardige vergoeding is. In de ‘coco-‐bonds’ beleggen wij overigens niet, omdat het potentiële risico hoog is en de vergoeding voor dit risico naar onze mening te laag is. In de portefeuille zijn per saldo weinig beleggingen verkocht. De leningen van onder andere ABN Amro, ASR, Delta Lloyd, Depfa, LCH Clearnet en Paragon, hebben een mooi rendement opgeleverd en zijn verkocht omdat het resterende rendement te laag is geworden. Ook zijn drie oude rest-‐ posities verkocht, twee CDO’s, de FAB en Harbourmaster, en een CLO, de Mercator. Verder is er een tender geweest op de 11,75% Wind. Deze Italiaanse telecomprovider deed een aantrekkelijk bod, waarbij de lening werd omgezet naar een 7,375%-‐lening die in 2018 wordt afgelost. De vastgoed-‐ onderneming Cache Logistics is, nadat deze in de eerste helft van het jaar in de portefeuille was opgenomen, in de tweede helft weer verkocht. In de tussentijd is er een hoog dividend geïncasseerd en het aandeel is met een mooi koersrendement verkocht. Nieuw in de portefeuille is een aantal Britse bancaire leningen. Allereerst is de 6,984% Abbey 2049 lening aangekocht. Deze biedt een aantrekkelijk rendement van 7,6% tot de eerste aflosdatum, wat een hoog rendement is gegeven het naar onze mening lage risico. De 13% Bradford & Bingley perpetuele lening is aangekocht vanwege de goede resultaten die deze al in 2009 genationaliseerde bank laat zien, waarop in december een zeer aantrekkelijk bod van ongeveer twee keer de aan-‐ schafprijs is uitgebracht. De 6,5% Liverpool Victoria 2043-‐lening is in de portefeuille opgenomen. De
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[27]
lening van deze Britse verzekeraar is matig liquide, maar biedt een aantrekkelijk rendement tegen een beperkt risico. Daarnaast zijn nog enkele leningen van niet-‐financiële instellingen aangekocht, waaronder de 10,375% Hemingway 2023 lening, een preferente lening met hypothecaire zekerheden op een cluster van kwaliteitsvastgoed. Verder is belegd in de 6,625% Sears 2018 lening. Sears draait al jaren moeizaam, waardoor deze lening aantrekkelijk is geprijsd. De dekking op deze lening is ruim voldoende en hangt nauwelijks samen met de wijze waarop Sears als bedrijf functioneert. Van de Scandinavische busoperator Nobina, waarvan wij recent de aandelen met een aantrekkelijke winst hebben verkocht, is de 8%-‐lening aangekocht. De koers staat rond pari en levert ongeveer 7,8% aan effectief rendement op. De koersen van obligaties van bedrijven die niet actief zijn in de financiële sector, in het bijzonder bedrijven uit de retailsector, toeleveranciers van supermarkten en toeleveranciers van de oliesector, zijn de laatste tijd sterk gedaald. In deze hoek verwachten wij komend jaar selectief te kunnen investeren, waarbij voorzichtigheid wel geboden is gezien de zwakke staat van de Europese economie en onze verwachting dat de olieprijs voorlopig niet zal herstellen. Valutaire verdeling van de portefeuille (inclusief dekkingstransacties) 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 Euro EUR 99,6% 99,8% Chinese renminbi CNY 0,7% 0,6% Amerikaanse dollar USD 0,0% 0,1% Zwitserse frank CHF 0,0% 0,1% Britse pond GBP -‐0,3% -‐0,6% 100% 100% Ter illustratie van het gevoerde beleid volgt hierna een aantal uitgewerkte voorbeelden. 11% Co-‐operative Group 2025 De Co-‐operative Group is een grote gediversifieerde Britse onderlinge die naast de supermarkten actief is op het gebied van verzekeringen, uitvaarten en rechtsbijstand. Daarnaast is de Co-‐operative Group grootaandeelhouder van de Co-‐operative Bank die zich richt op sparen, private leningen, hypotheken, financieel advies en creditcards. In 2009 heeft de Coop Bank Britannia overgenomen, een andere Britse onderlinge met -‐ naar achteraf bleek -‐ een slechte leningenportefeuille. Deze aan-‐ koop zorgde voor een aanzienlijk slechtere balans en een kapitaaltekort en bracht daarbij niet alleen de Coop Bank, maar uiteindelijk ook de Coop Group in de problemen. Om de balans te verstevigen, bracht de bank een bod uit op de uitstaande leningen, dat aanzienlijk onder pari lag. Daarnaast beloofde de Coop Group de bank te blijven steunen, wat zich onder meer vertaalt in een (min of meer gedwongen) kapitaalinjectie in de bank. Om de ondersteuning van de bank mogelijk te maken, ondergaat ook de Coop Group een aanzienlijk herstructurering. Een aantal onderdelen wordt verkocht, het bestuur wordt hervormd en de onderdelen die tot de kern van het bedrijf behoren worden geherstructureerd. De 11% Co-‐operative Group 2025 is uitgegeven om de kapitaalinjectie mogelijk te maken. Hoewel de Coop Group nog wel enkele jaren nodig zal hebben om op het
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[28]
gewenste operationele niveau te komen, is de balans voldoende solide om aan alle verplichtingen te kunnen voldoen. Het rendement op deze lening bedraagt bijna 8%. Punch Taverns 2025 Punch Taverns is de grootste exploitant van kroegen en pubs in het Verenigd Koninkrijk. Punch is in 1997 opgericht om kroegen te kopen die bierbrouwers vanaf eind jaren 80 moesten gaan afstoten vanwege mededingingsregels. Dit betekende de opmaat naar ruim twee decennia aan overnames in deze sector. De financiering van de overnames in de afgelopen decennia geschiedde doorgaans met veel vreemd vermogen, onder meer in de vorm van twee securisaties. Intussen zijn in de afgelopen jaren de inkomsten sterk gedaald vanwege teruglopend pubbezoek, veroorzaakt door het rook-‐ verbod en zware en stijgende belastingen op de consumptie van alcohol. De kredietcrisis en de recessie hebben de marges en resultaten verder onder druk gezet. Het terugbrengen van de hoge schuldenlast door het verkopen van pubs verloopt onvoldoende snel, waardoor Punch Taverns een schuldherstructurering heeft doorgevoerd met medewerking van obligatiehouders. Beide securisaties zijn omgezet naar een serie nieuwe obligaties tegen aantrekkelijke voorwaarden. Uit deze omruil hebben wij de 7,32% Punch Taverns 2025 leningen verkregen: een lening met een vaste coupon en aflossingsdatum in 2025 en een lening met een vaste coupon en een aflossingsdatum die afhangt van de operationele gang van zaken. De dekking van deze leningen is hoog gegeven de senioriteit in de kapitaalstructuur en het onderliggende vastgoed. RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Income Fund bedroeg per 31 december 2014 € 20,72 en per 31 december 2013 € 19,40. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief herbelegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement 13,8%. De referentie-‐index van het subfonds, Markit iBoxx Eur Liquid high yield Total Return Index, steeg in 2014 met 4%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalen-‐ derjaar het subfonds beter dan de referentie-‐index heeft gepresteerd en de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden is gestegen, de beheerder een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt van het nettorendement van het subfonds boven het rendement van de referentie-‐index. Het rendement over 2014 geeft de beheerder recht op de in het prospectus vastgelegde variabele vergoeding. De vergoeding bedraagt € 837.000 (in 2013 € 866.000). Het aantal uitstaande aandelen nam in 2014 met 108.595 of 2,7% toe van 3.978.693 tot 4.087.288. Het eigen vermogen steeg van € 77,2 miljoen per 31 december 2013 naar € 84,7 miljoen per 31 december 2014. De totale dividenduitkering bedroeg in 2014 € 1,28 per aandeel. Op 7 januari 2014, 1 april 2014, 8 juli 2014 en 7 oktober 2014 werd telkens € 0,32 per aandeel uitgekeerd.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[29]
Resultaat per aandeel (in € 1) Inkomsten Waardeveranderingen van beleggingen Kosten Nettoresultaat per aandeel
2014 1,41 1,67 -‐0,51 2,57
2013 1,45 2,37 -‐0,50 3,32
2012 1,49 3,17 -‐0,35 4,31
2011 1,41 -‐1,81 -‐0,27 -‐0,67
2010 1,48 0,95 -‐0,24 2,19
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Waardering beleggingen Het resultaat van Income Fund wordt in belangrijke mate bepaald door de gerealiseerde en niet-‐
gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen (koersresultaten). De niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen vloeien voort uit de waardering van de beleggingen in de portefeuille tegen marktwaarde. De marktwaarde wordt in beginsel berekend volgens een vaste systematiek, waarbij beleggingen in verschillende categorieën worden ingedeeld die als volgt op hoofdlijnen kunnen worden omschreven: 1. Laatstbekende notering (slotkoersen) zoals opgenomen in ons externe datasysteem; 2. Koersopgaven (quotes) volgens het externe datasysteem, in beginsel dagelijks beschikbaar. Indien een bied-‐ en laatkoers beschikbaar is, wordt als waardering het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers aangehouden. De midkoers is het gemiddelde van bied-‐ en laatkoers; 3. Periodieke koersopgaven door externe brokers die in het betreffende financiële instrument handelen. Deze opgaven worden dagelijks of een of meerdere keren per maand verstrekt. Waardering geschiedt tegen de opgegeven koers of het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers; 4. Indien geen (recente) koers beschikbaar is geschiedt waardering op basis van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen en -‐technieken, de intrinsieke waarde of de marktwaarde van gelijksoortige beleggingen. In individuele gevallen kan van de systematiek worden afgeweken. In het uitzonderlijke geval dat geen betrouwbare marktwaarde kan worden berekend, geschiedt waardering tegen verkrijgings-‐ prijs. Bij de waardering van een belegging uit de categorie 2 tot en met 4 zal in hogere mate sprake zijn van schattingen dan bij een belegging uit de eerste categorie. In onderstaande tabel is de onder-‐ verdeling van de effectenportefeuille per jaareinde naar de verschillende categorieën weer-‐ gegeven: 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 93% 95% 1. Laatstbekende notering 0% 0% 2. Koersopgaven (quotes) volgens extern datasysteem 7% 5% 3. Periodieke koersopgaven door brokers 0% 0% 4. Overig 100% 100%
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[30]
Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Hof Hoorneman Income Fund. Positieve bijdragen aan de performance 13% Bradford & Bingley Perp. +1,22% De koers van de Bradford & Bingley leningen is in 2014 sterk opgelopen. Dit gebeurde nadat de markt anticipeerde op een aanbod van de Britse overheid. De leningen waren een relatief dure vorm van financiering voor UKAR (de bad bank waarin deze leningen zijn ondergebracht), en moesten in de markt worden opgekocht. In december kwam het bod waarop wij zijn ingegaan. Kensington Group Var 21-‐12-‐2015 +0,90% De lening van Kensington Group steeg in waarde nadat duidelijk werd dat deze in 2015 zal worden afgelost. De liquiditeit van de lening nam hierop sterk toe, evenals de koers. 6,202% KBC Bank Var. Perp. +0,90% Deze lening profiteerde van een verbeterde prestatie van de Belgische bank. Dit leidde tot een sterk toegenomen interesse in deze aantrekkelijke lening. Een schoolvoorbeeld van wat hetgeen eerder beschreven is. 6,375% Enterprise Inns 26-‐09-‐2031 +0,85% De lening van Enterprise Inns steeg in waarde nadat de markt inzag dat deze lening een zeer goede dekking (het vastgoed biedt voldoende zekerheden) en een interessant rendement heeft. 7,625% NIBC Bank Perp. +0,84% De lening van deze Nederlandse bank liet een mooi rendement zien. De interesse nam toe toen duidelijk werd dat de balans van de bank sterker wordt en het rendement zeer aantrekkelijk is voor het te lopen risico. Negatieve bijdragen aan de performance 6,25% HEMA BondCo I BV 15-‐06-‐2019 -‐0,15%; HEMA BONDCO I Float 15-‐06-‐2019 -‐0,11% De HEMA kende een lastig jaar. De concurrentie van de Action nam toe, terwijl de Nederlandse consument nog steeds de hand op de knip houdt. Investeerders wilden een hoger rendement op de leningen, daar ze zich wat meer zorgen maakten over de zekerheden. 12% Raven Russia Pref. -‐0,12% De koers van deze preferente aandelen daalde in waarde, omdat investeerders zich zorgen maakten over de inkomsten van deze Russische ontwikkelaar van logistiek vastgoed. Deze angst is ons inziens ongegrond, omdat de preferente aandelen gedekt worden door een grote hoeveelheid cash die in Jersey wordt aangehouden. Raven Russia -‐0,11% De aandelen van deze Russische ontwikkelaar van logistiek vastgoed daalden in waarde, omdat investeerders zich zorgen maakten over de inkomsten in Russische roebels.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[31]
VOORUITZICHTEN 2015 Voor 2015 zien wij nog steeds goede beleggingsmogelijkheden. Hoewel de rente niet veel verder lijkt te kunnen dalen, verwachten wij dat beleggers nog iets meer risico durven te nemen en bereid zijn lagere rendementen te ontvangen voor het risico op deze effecten. Bovendien zijn er, zoals eerder beschreven, nieuwe kansen in bepaalde subsectoren van de markt. De obligatiemarkt biedt dus nog steeds mogelijkheden. Het effectief rendement van Income Fund is eind 2014 6,2%. Wij denken dat dit de beste indicatie is voor een te verwachten rendement, zeker op de langere termijn.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[32]
HOF HOORNEMAN EUROPEAN VALUE FUND PROFIELSCHETS
Het subfonds Hof Hoorneman European Value Fund (hierna ook: European Value Fund) correspondeert met de aandelen die in serie 3 door het Paraplufonds worden uitgegeven. European Value Fund belegt in een gediversifieerde Europese aandelenportefeuille. Tot het beleggingsgebied behoren de landen die lid zijn van de Europese Unie, alsmede Noorwegen, Zwitserland en de kandidaat-‐-‐-‐lidstaten van de Europese Unie. De beleggingen bestaan voornamelijk uit beursgenoteerde effecten, te weten gewone aandelen, in aandelen converteerbare effecten, warrants en preferente aandelen. Bij de invulling van de portefeuille worden de in aanmerking komende ondernemingen zorgvuldig geselecteerd door middel van zogenoemde bottom-‐-‐-‐up analyses. De focus ligt vooral op effecten die naar het oordeel van de directie zijn ondergewaardeerd. Hiervan zal sprake zijn als de intrinsieke waarde van het desbetreffende effect hoger is dan de op dat moment geldende beurskoers of als de toe-‐ komstige groeipotentie van de betrokken onderneming onvoldoende in de beurskoers tot uiting komt. Het subfonds i s een voortzetting van Hof Hoorneman European Value Fund NV, welke vennoot-‐ schap op 14 november 2011 met Hof Hoorneman Investment Funds NV is gefuseerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het subfonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op Hof Hoorneman European Value Fund N V. Subfondskarakteristieken Startdatum 27 juli 2007 Beursnotering Ja ISIN-‐-‐-‐code NL0009864495 Benchmark Geen Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,3125% per kwartaal Performance fee 10% van de performance boven 10%¹
Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 6,5% § 3 jaar 18,6% § 5 jaar 10,4% § Sinds de start van het fonds -‐2,7%
¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman European Value Fund.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[33]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde² Lopende kosten factor³
2014
2013
2012
2011
2010
32,81
31,89
25,46
21,66
27,01
0,70
1,20
0,76
0,76
0,60
5,1%
30,6%
21,8%
-‐17,5%
17,1%
24.144
22.255
14.414
13.307
17.321
729.959
701.551
561.413
607.639
638.211
33,08
31,72
25,68
21,90
27,14
6,5%
28,8%
21,5%
-‐17,0%
18,3%
1,70%
1,77%
1,91%
1,99%
1,71%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,5% van de intrinsieke waarde. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus herbelegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee.
Geïndexeerde performance Hof Hoorneman European Value Fund over de laatste drie jaar na herbelegging van dividend
European Value Fund (3-‐jaars) 180 170 160 150 140 130 120 110 100 90
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[34]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN De aandelenmarkten in Europa hebben in 2014 te maken gehad met een wisselende beurs. Enerzijds waren er de positieve ontwikkelingen van een verder dalende rente, licht groeiende bedrijfswinsten en meer liquiditeiten die beschikbaar kwamen voor beleggingen. Anderzijds waren er macro-‐ economische ontwikkelingen die voor volatiliteit zorgden. Deze ontwikkelingen zijn eerder in dit jaarverslag reeds besproken. Desalniettemin was het netto effect positief voor aandelen. In Europa werd er marktbreed een kleine plus gerealiseerd, daar investeerders rekenden op een laagblijvende rente en voorsorteerden op een licht economisch herstel. Tegenvallers waren er in de oliesector en bedrijven met belangen in of banden met Rusland. BELEGGINGSBELEID Algemeen Via European Value Fund neemt de belegger deel in een gediversifieerde Europese aandelen-‐ portefeuille. Tot het beleggingsgebied behoren de landen die lid zijn van de Europese Unie, alsmede Noor-‐ wegen, Zwitserland en de kandidaat-‐-‐-‐lidstaten van de Europese Unie. Minimaal 75% van het vermogen zal in beursgenoteerde effecten zijn belegd. Er kan ook worden belegd in effecten die niet in euro’s staan genoteerd. Vreemde valuta zullen in beginsel worden afgedekt. European Value Fund selecteert een portefeuille met de naar verwachting meest kansrijke ondernemingen in het beleggingsuniversum, waarbij het beleggingsbeleid niet op het volgen of overtreffen van een benchmark is gericht. De focus ligt vooral op effecten die naar het oor-‐ deel van de directie zijn ondergewaardeerd. Hiervan zal sprake zijn als de intrinsieke waarde van het desbetreffende effect hoger is dan de op dat moment geldende beurskoers of als de toekomstige groeipotentie van de betrokken onderneming onvoldoende in de beurskoers tot uiting komt. Bij het beheer van het vermogen kan gebruik worden gemaakt van derivaten, zoals opties, termijncontracten en futures. Deze instrumenten bieden de mogelijkheid efficiënt te anticiperen op verwachte marktontwikkelingen en kunnen voorts als afdekking van beleggings-‐ risico’s dienen. Eveneens kunnen met deze instrumenten additionele inkomsten worden gegenereerd. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten, kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hierna zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospec-‐ tus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) verande-‐ ringen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan of door factoren die alle in de markt verhandelde
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[35]
instrumenten beïnvloeden. De waarde van vastrentende waarden is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de marktrente. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financieringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement. European Value Fund tracht deze risico’s te beheersen door middel van diversificatie van de beleggingsportefeuille (spreiding over verschillende sectoren en individuele aandelen). De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van het eigen vermogen. Het valutarisico zal in beginsel worden afgedekt. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Bij beleggingen in vastrentende waarden bestaat het risico dat de uitgevende instelling niet kan voldoen aan de rente-‐ en aflossingsverplichtingen. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties en wordt in beginsel in effecten belegd die aan een (internationale) officiële beurs zijn genoteerd of op een gereguleerde markt worden verhandeld. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. European Value Fund tracht dit risico onder meer te beperken door hoofdzakelijk inbeursgenoteerde effecten te beleggen. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor het liquiditeitsrisico verder kan worden beperkt. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 belangen in portefeuille per 31 december 2014 Land Belang Hibernia REIT Ierland 4,8% Impellam Group Groot-‐Brittannië 4,0% Phoenix Group Groot-‐Brittannië 4,0% UDG Healthcare Ierland 3,9% The Paragon Group of Companies Groot-‐Brittannië 3,7% Het beleggingsbeleid wordt al ruim twee decennia ingevuld via de bekende lange termijn ‘buy and hold’ value filosofie. Deze is gebaseerd op de drie pijlers onderwaardering, een katalysator om de onderwaardering eruit te laten lopen en een cashrendement dat gelijk is aan ten minste het
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[36]
rendement op (Nederlandse) staatsleningen. Centraal staat daarbij het zoeken naar aandelen van bedrijven die tijdelijk uit de gratie zijn, maar die wel beschikken over een solide balans, sterke kas-‐ stroom, leidende marktpositie en goed management. Het fonds kent geen beperkingen in termen van marktkapitalisatie, maar stelt zich wel ten doel om gemiddeld te beleggen in Europese midcap-‐ aandelen. Deze doelstelling resulteert in een portefeuille met een aantrekkelijke mix van large-‐, mid-‐ en smallcapaandelen. Deze samenstelling van de portefeuille wordt aangestuurd teneinde de verhouding tussen risico en rendement te optimaliseren. Ook gedurende 2014 heeft de nadruk gelegen op het vinden van ondergewaardeerde aandelen en deze weer te verkopen wanneer het koersdoel is bereikt. In de portefeuille zijn verschillende mutaties doorgevoerd. In het zeer interessante Britse bedrijf Anite is een belang genomen. De onderneming bestaat uit twee segmenten: wireless en travel. Het segment ‘wireless’ levert gespecialiseerde software en systemen aan producenten van mobiele telefoons en netwerk-‐ operators, met het oog op het testen van toekomstige modellen. Het bedrijf profiteert dus van de sterk toenemende hoeveelheid nieuwe telefoonmodellen, die allemaal getest moeten worden. Het segment ‘travel’ verkoopt Anite-‐software aan touroperators. Deze software maakt verschillende processen veel efficiënter en biedt een duidelijke meerwaarde. Het bedrijf is als geheel aantrekkelijk gewaardeerd en heeft een sterke marktpositie. Andere aankopen zijn het Britse Hyder en het Duitse Gesco, evenals Hibernia REIT, een Ierse vastgoedtrust. De Ierse vastgoedmarkt heeft het in de financiële crisis zwaar te verduren gekregen. Nu de Ierse economie de weg omhoog weer gevonden heeft – het land is zelfs alweer zelfstandig de obligatiemarkt opgegaan – ligt het in de lijn der verwachtingen dat ook de vastgoedmarkt weer opveert. De eerste tekenen hiervan zijn zichtbaar en het fonds verwacht hierop via Hibernia te kunnen inspelen. Verder is Konecranes gekocht. Dit Finse bedrijf is marktleider in (hijs)kranen voor industriële toepassingen in fabrieken en havens en op industrieterreinen. Konecranes heeft een interessante onderhoudstak, die niet alleen stabiele resultaten laat zien, maar ook waardevol is voor de afzet van nieuwe machines, waarde biedt voor innovatie en gekenmerkt wordt door onderliggende groei van uitbesteding in de markt. Een solide kwaliteitsbedrijf met sterke marktposities. Op de huidige aantrekkelijke waardering is dit een mooie toevoeging aan de portefeuille van het fonds. Voorts is Semperit aangekocht, een Oostenrijks bedrijf dat actief is op het gebied van rubber-‐ productie. Semperit maakt rubberen (en latex-‐)handschoenen die voornamelijk gebruikt worden voor medische toepassingen. In nichemarkten als rubberen slangen, fabrieksbanden en roltrap-‐ leuningen heeft Semperit marktleidende posities. De sterke marktpositie komt niet tot uitdrukking in de waardering. Dit bood een koopmoment waarvan het fonds gebruik heeft gemaakt. Ten slotte is ook KPN aangekocht. KPN is na jaren van investeringen uitermate goed gepositioneerd voor verschillende trends in de telecomsector: langere klantenbinding, alles-‐in-‐één-‐abonnementen en snel 4G-‐internet. Wij zien dit onvoldoende terug in de huidige waardering. De belangen in Vastned en Pearson zijn in 2014 verkocht. Na de verkoop van het Spaanse vastgoed was bij Vastned de korting op de intrinsieke waarde verdwenen en was het aandeel niet meer aantrekkelijk genoeg gewaardeerd. Pearson kreeg te maken met moeilijke marktomstandigheden en is ook verkocht. De aandelen in Verizon, verkregen als onderdeel van de deal tussen Vodafone en Verizon, zijn ook afgestoten evenals Ahold en RIB Software. Beide beleggingen hebben een mooi rendement opgeleverd. Het koersdoel was bereikt en de posities zijn verkocht. Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[37]
Voorts zijn Total en Shell verkocht. Met de hard dalende olieprijs ligt de houdbaarheid van het dividend steeds meer onder vuur. Gezien de onzekerheid omtrent de olieprijs hebben wij besloten deze posities te verkopen. Andere verkopen waren ASML en Electrocomponents. ASML is het afgelopen jaar hard gestegen en de weging is meer in lijn gebracht met de rest van de portefeuille. Electrocomponents liet teleurstellende cijfers zien en is na analyse verkocht. Valutaire verdeling van de portefeuille (inclusief dekkingstransacties) Euro EUR Britse pond GBP Zwitserse Frank CHF
31-‐12-‐14 99,60% 0,30% 0,10%
31-‐12-‐13 99,4% 0,6% 0,0%
100%
100%
Ter illustratie van het gevoerde beleggingsbeleid volgt hierna een aantal uitgewerkte voorbeelden. Semperit Een van de beleggingen die in 2014 aan de portefeuille toegevoegd, is Semperit. De kracht van Semperit zit hoofdzakelijk in het gehanteerde business model, waarbij prijsveranderingen van grondstoffen (voornamelijk nitril) aan de klant worden doorberekend waardoor de resultaten minder beïnvloed worden door schommelende grondstofprijzen. Semperit heeft in de afgelopen jaren een vrij stabiele winstontwikkeling laten zien. Ook is de onderneming aangekocht vanwege hun zeer sterke balans. Dit zou de groep de mogelijkheid moeten geven om overnames te doen of uitkeringen te doen aan aandeelhouders. Na de aankoop bleek deze verwachting gerechtvaardigd: de groep kondigde aan een ‘special dividend’ van ongeveer 13% van de marktwaarde van de onderneming uit te keren en de uitkeringsratio systematisch te verhogen. Dit zal geen gevolgen hebben voor de financiële flexibiliteit. Vanwege de sterke kasstromen, de stabiele winstontwikke-‐ ling, de sterke marktposities en de solide balans van Semperit hebben wij ook voor de toekomst vertrouwen in deze onderneming. Connect Group/John Menzies Deze Engelse midcapaandelen zijn recent aan de portefeuille toegevoegd en beide spelen in op hetzelfde thema, diversificatie naar groei. Zowel Connect Group als John Menzies halen de meerder-‐ heid van hun omzet uit het tijdkritisch distribueren van kranten en tijdschriften naar retail verkoop-‐ punten. Met andere woorden: de krant van vandaag mag niet overmorgen worden bezorgd. Mede door de digitalisering is dit een krimpende markt, waarbij de omzet dus een dalende trend laat zien. De ondernemingen hebben samen ruim 80% van de Engelse markt in handen. Omdat ze actief zijn in hun eigen specifieke regio’s is niet sprake van onderlinge concurrentie en ook geen concurrentie van andere ondernemingen, mede vanwege de lage marges van circa 2%. De contracten met de uitgeverijen lopen lang, wat ervoor zorgt dat goed op de kosten kan worden gestuurd. Dit betekent dat, ondanks een dalende omzet, de winst voor beide ondernemingen relatief stabiel blijft. Om te groeien richten beide partijen zich op nieuwe eindmarkten, maar doen dit ieder op hun eigen manier. Zo is John Menzies al jaren actief als dienstverlener binnen de luchtvaartindustrie, onder andere de afhandeling van het gehele proces van inchecken tot bagageafhandeling met een sterke focus op prijsvechters. Ondanks dat deze markt zeer competitief is en haar specifieke uitdagingen kent, zijn de vooruitzichten van John Menzies voor de lange termijn goed. Connect Group levert Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[38]
additionele services over het bestaande distributienetwerk. Zij proberen bijvoorbeeld de bezetting van hun distributienetwerk te vergroten door, naast de al bestaande distributiepunten voor kranten en tijdschriften, ook afhaalpunten voor pakketten van derden te openen. Hiervoor is een contract met Amazon UK afgesloten. Voor zowel John Menzies als Connect Group geldt dat met de groei van de nieuwe activiteiten de totale mix aan bedrijfsactiviteiten aantrekkelijker wordt. Naast het streven naar omzetgroei op groepsniveau zijn ook de marges aantrekkelijker. In beide gevallen zien wij dit potentieel onvoldoende terug in de waardering. De balansen zijn in orde en in beide gevallen is het dividend-‐ rendement van meer dan 6% zeer aantrekkelijk.
RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Hof Hoorneman European Value Fund bedroeg per 31 december 2014 € 33,08 en per 31 december 2013 € 31,72. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief herbelegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement 6,5%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Het rendement geeft de beheerder over 2014 geen recht op de in het prospectus vastgelegde variabele vergoeding (performance fee). De vergoeding bedroeg over 2013 € 378.000. Het aantal uitstaande aandelen nam met 28.408 of 4,0% toe van 701.551 tot 729.959. Het eigen vermogen steeg van € 22,3 miljoen per 31 december 2013 naar € 24,1 miljoen per 31 december 2014. De dividenduitkering bedroeg in 2014 € 0,70 per aandeel, uitgekeerd op 26 mei 2014. Resultaat per aandeel (in € 1) 1 miljoen) 2014 2013 2012 2011 2010 Inkomsten 0,98 1,06 1,02 0,98 0,94 Waardeveranderingen van beleggingen 1,55 7,20 4,01 -‐4,97 3,66 Kosten -‐0,55 -‐1,11 -‐0,47 -‐0,50 -‐0,42 Nettoresultaat per aandeel 1,98 7,15 4,56 -‐4,49 4,18 Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van European Value Fund.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[39]
Positieve bijdragen aan de performance Impellam +1,59% De Britse uitzender Impellam profiteerde van een verbeterende economie in Groot-‐Brittannië. Bovendien was het aandeel bijzonder aantrekkelijk gewaardeerd, en is een klein gedeelte van de onderwaardering goed gemaakt. Hyder Consulting +1,22% Dit Britse bedrijf ontving een overnamebod van Arcadis. Wij hebben de stukken vervolgens verkocht en een prima winst behaald. GFT Technologies +1,00% Deze Britse detacheerder liet zeer sterke cijfers zien in vrijwel alle divisies. Het bedrijf profiteerde van een aantrekkende economie in het Verenigd Koninkrijk en investeerders profiteerden van de voorheen aantrekkelijke waardering. Phoenix Group +0,98% De resultaten van deze verzekeraar worden steeds meer solide. Het bedrijf heeft aangegeven te streven naar een Investment Grade-‐status, waarna haar uitstaande leningen goedkoper kunnen worden geherfinancierd. Andere investeerders zagen de mogelijkheid die wij al langere tijd zien en kochten het aandeel. UDG Healthcare +0,90% UDG Healthcare, voorheen United Drug, liet een mooie koersstijging zien. Het bedrijf maakt vorderingen met het kostenefficiënt inrichten van de distributie, terwijl het in verschillende markten groeit. Dit was in lijn met onze ‘investment case’. Negatieve bijdragen aan de performance Tesco -‐0,92% De Britse supermarkt Tesco had last van zware concurrentie onder Britse supermarkten. Aan de onderkant van de markt is sprake van de opmars van de Duitse discounters Aldi en Lidl, terwijl in het duurdere segment de concurrentie van Waitrose toenam. Ordina -‐0,46% Ordina daalde in waarde nadat in een tv-‐uitzending over mogelijke malversaties bij het winnen van overheidscontracten werd bericht. Anite -‐0,42% Anite levert software voor mobiele telefoons. Het bedrijf had te maken met een consoliderende eindmarkt en daardoor toegenomen concurrentie. De ontwikkelingen bij het bedrijf zijn echter zeer hoopgevend en in lijn met onze verwachtingen. Pearson -‐0,31% Educatieve uitgever Pearson had te maken met een toegenomen concurrentie op haar eindmarkten. Het bedrijf ondervond met name concurrentie op het gebied van digitale lesstof. De positie is verkocht omdat wij (nog) niet verwachten dat Pearson hiermee op dit moment goed kan omgaan.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[40]
C&C Group -‐0,28% Deze Britse producent van cider had te maken met een mislukte overname in de VS en toegenomen concurrentie in het Verenigd Koninkrijk en Ierland. Het bedrijf worstelde met haar herpositionering, maar handelt op een zeer aantrekkelijke waardering. VOORUITZICHTEN 2015 De beheerder van European Value Fund ziet nog steeds voldoende beleggingsmogelijkheden in 2015. Hoewel in 2014 de waarderingen op de Europese aandelenbeurzen zijn opgelopen, zijn er nog voldoende ondergewaardeerde bedrijven. De huidige gemiddelde waardering van European Value Fund geeft dit ook goed weer. De gemiddelde koers-‐winstverhouding is ongeveer 12,5 en het verwachte dividendrendement van de bedrijven in de portefeuille is circa 3,5%. Wij verwachten dat de markten in 2015 aanvankelijk door het beleid van de Europese Centrale Bank en de ontwikkeling van de olieprijs gedomineerd zullen worden. De combinatie van grote en kleine ondernemingen met een relatief defensief karakter, maakt dat het fonds goed is gepositioneerd voor verder herstel in Europa.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[41]
HOF HOORNEMAN OBLIGATIE FONDS PROFIELSCHETS Het subfonds Hof Hoorneman Obligatie Fonds (hierna ook: Obligatie Fonds) correspondeert met de aandelen die in serie 4 door het Paraplufonds worden uitgegeven. Obligatie Fonds belegt hoofd-‐ zakelijk in obligaties uitgegeven door kredietwaardige bedrijven (investment grade bonds). Als benchmark voor de periodieke evaluatie van het behaalde resultaat wordt de iBoxx Euro Liquid Corporate Bond Index gehanteerd. Deze benchmark vormt geen uitgangspunt voor de inrichting van de portefeuille en is geen garantie voor het te behalen resultaat. Het subfonds is een voortzetting van het fonds voor gemene rekening (FGR) Hof Hoorneman Obligatie Fonds, dat op 14 november 2011 is geliquideerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het subfonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op FGR Hof Hoorneman Obligatie Fonds. Subfondskarakteristieken Startdatum 7 december 2009 Beursnotering Ja ISIN-‐code NL0010514204 Benchmark iBoxx Euro Liquid Corporate Bond Index Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,125% per kwartaal Performance fee Nee Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde • 1 jaar 6,6% • 3 jaar 6,3% • 5 jaar 5,2% • Sinds de start van het fonds 5,0%
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[42]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde²
2014
Lopende kosten factor³
2013
2012
2011
2010
36,40
34,85
-‐
-‐
-‐
0,70
0,67
0,50
0,0
0,0
6,5%
-‐
-‐
-‐
-‐
62.772
44.268
30.774
16.246
11.346
1.727.471 1.272.830
885.131
507.857
364.621
36,34
34,78
34,77
31,99
31,12
6,6%
2,0%
10,4%
2,8%
4,6%
0,91%
0,99%
1,07%
1,08%
1,37%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,15% van de intrinsieke waarde. Hof Hoorneman Obligatie Fonds is sinds 15 juli 2013 beursgenoteerd. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus herbelegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio).
Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Obligatie Fonds vs iBoxx over de laatste drie jaar Na herbelegging van dividend
Obligahe Fonds (3-‐jaars) 125 120 115 110
OF
105
IBOXX liquid corporate
100 95
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[43]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE M ARKTEN Obligatie Fonds liet in 2014 wederom een sterk resultaat zien. De rente daalde steeds verder, tot op het punt dat de Nederlandse 10-‐jaarsrente rond 0,5% stond. Dit heeft de vraag naar veilige bedrijfs-‐ obligaties doen toenemen. Wij hebben waargenomen dat obligaties uit landen als Zuid-‐ en Oost-‐Europa meer gewild waren dan die uit de Noord-‐Europese landen als Duitsland, Nederland en Engeland. Het fonds heeft desondanks besloten uit oogpunt van risicobeheersing om alleen in ‘gezonde’ landen te beleggen en de obligaties uit Zuid-‐ en Oost-‐Europea niet aan de portefeuille toe te voegen. Desondanks is het rendement van het fonds bovengemiddeld geweest bij een benedengemiddelde volatiliteit. Wij kunnen dus spreken van een sterk 2014. BELEGGINGSBELEID Algemeen Obligatie Fonds belegt hoofdzakelijk in obligaties uitgegeven door kredietwaardige bedrijven met een rating van ten minste BBB-‐-‐-‐ (investment grade bonds). Dit is een categorie obligaties uitgegeven door debiteuren van goed geachte kwaliteit, die een relatief gering debiteurenrisico heeft. Naast bedrijfsobligaties kan ook in staatsobligaties worden belegd. Er zijn geen beperkingen ten aanzien van de verhouding tussen bedrijfs-‐-‐-‐ en staatsobligaties in de portefeuille. Er wordt uitsluitend belegd in obligaties waarvan de uitgevende instelling gevestigd is in een land dat is aangesloten bij de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), en die op officiële effectenbeurzen worden verhandeld of waarvoor een frequente notering bestaat. Maximaal 5% van de portefeuille (exclusief de kaspositie) mag in obligaties van één uitgevende instelling zijn belegd, tenzij dit een staats-‐-‐-‐ of bedrijfsobligatie met een rating van AAA betreft. Er kan zowel in obligaties met een vaste als met een variabele coupon worden belegd; ook inflatiegerelateerde obligaties zijn toegestaan. In beginsel zal in obligaties luidende in euro’s worden belegd. Het is echter ook mogelijk om te beleggen in obligaties in andere valuta; het valutarisico daarvan zal in beginsel worden afgedekt. Perpetuals van financiële instellingen worden niet in de portefeuille opgenomen en shortposities worden niet ingenomen. Het fonds zal in beginsel geen obligaties in-‐ of uitlenen. De gemiddelde looptijd van de portefeuille zal in beginsel overeenstemmen met de gemiddelde looptijd van leningen op de markt voor bedrijfsobligaties met een vergelijkbare kwaliteit. De rentegevoeligheid van de portefeuille zal daarom eveneens marktconform zijn. De looptijd van de obligaties waarin wordt belegd, is niet aan een maximum gebonden. Obligatie Fonds wordt actief beheerd en heeft de mogelijkheid om een kaspositie aan te houden van maximaal 5% van het vermogen. Obligatie Fonds heeft niet de mogelijkheid met geleend geld (leverage) te beleggen.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[44]
Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten, kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hierna zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospec-‐ tus opgenomen. Markt-‐-‐-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) verande-‐ ringen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent, hiervan of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. Voor Obligatie Fonds zijn met name van belang de geldontwaarding (inflatie), de renteontwikkeling, de ontwikkelingen op de financiële markten in het algemeen (kredietcrisis) en een eventuele downgrade van obligaties door kredietbeoordelaars. Stijgende rente en inflatie leiden meestal tot dalende obligatiekoersen. Andersom gaan dalende rente en inflatie en stijgende obligatiekoersen doorgaans hand in hand. Naarmate de looptijd van de vastrentende waarden langer is, is dit effect groter. Door inflatie zal de koopkracht van de euro in de toekomst lager zijn. De verwachte ontwikkeling van het inflatietempo is in beginsel in de koers van obligaties verdisconteerd. Het is echter mogelijk dat de beleggings-‐ opbrengsten van de obligaties in portefeuille niet voldoende zijn om de werkelijke inflatie te compenseren, waardoor de waarde van het aandeel Obligatie Fonds wordt aangetast. De financiële instrumenten waarin wordt belegd, beperken zich tot obligaties; de geografische spreiding is beperkt tot OESO-‐-‐-‐landen. Het risico bestaat dat de beleggingsportefeuille als gevolg van deze concentratie in haar geheel gevoeliger wordt voor algemene en specifieke markt-‐ bewegingen in deze klassen. Obligatie Fonds streeft ernaar om het risico voor de belegger tot een acceptabel niveau terug te brengen, onder meer door de omvang van de individuele obligaties te maximeren en een voldoende spreiding na te streven, alsmede valutarisico’s in beginsel af te dekken. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Bij beleggingen in vastrentende waarden bestaat het risico dat de uitgevende instelling niet kan voldoen aan de rente-‐-‐-‐ en aflossingsverplichtingen. Het risico neemt in de regel toe naarmate de rating van de betreffende obligatie lager is. Obligatie Fonds beperkt dit risico door uitsluitend obligaties met een relatief gering debiteurenrisico (minimale rating van BBB-‐-‐-‐) in de portefeuille op te nemen. Liquiditeitsrisico Het liquiditeitsrisico betekent dat er situaties denkbaar zijn waarin er geen liquide markt (meer) bestaat voor een of meerdere obligaties, waardoor die obligaties niet tegen de gewenste prijs en voorwaarden en op het gewenste tijdstip kunnen worden verkocht. Dit risico neemt in de regel toe naarmate de rating van de betreffende obligatie lager is. Ook de ontwikkelingen op de financiële markten (kredietcrisis) kunnen leiden tot een toenemend liquiditeitsrisico, bijvoor-‐ beeld door een verminderde verhandelbaarheid van bepaalde obligaties.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[45]
Kasstroomrisico Kasstroomrisico is het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een monetair financieel instrument in omvang zullen fluctueren. Indien bijvoorbeeld sprake is van een schuldinstrument met een variabele rente dan resulteren dergelijke fluctuaties in een verandering van de effectieve interestvoet van het financiële instrument, veelal zonder een overeenkomstige veran-‐ dering in de bijbehorende reële waarde. Per einde van de verslagperiode is slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille in dergelijke instrumenten belegd. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 belangen in portefeuille per 31 december 2014 Belang 3,8% ING Bank variabel 04-‐10-‐2019 4,50% Befimmo 29-‐04-‐2017 3,5% 2,50% Coventry Building Society 18-‐11-‐2020 3,5% 4,25% Delta Lloyd 17-‐11-‐2017 3,3% 4,75% Adecco International 13-‐04-‐2018 3,2% Het fonds is gericht op koopkrachtbehoud door te beleggen in obligaties tegen een zeer laag risico. Dit vertaalt zich in de praktijk naar een strategie waarbij het renterisico wordt beperkt. Dit heeft tot gevolg gehad dat overwegend leningen met een relatief korte tot middellange looptijd zijn opgenomen. Het fonds blijft hierdoor goed gepositioneerd voor een eventuele stijging van de rente, aangezien de rentegevoeligheid relatief beperkt is. Het rendement wordt behaald door te beleggen in kortlopende leningen van bedrijven met ten minste een investment grade status. Er wordt niet belegd in bedrijven die gevestigd zijn in Zuid-‐ en Oost-‐Europa vanwege de ongunstige verhouding tussen rendement en risico. In 2014 zijn de koersen van investment grade obligaties sterk gestegen waardoor de risicopremie verder is afgenomen. Wij zijn gestart met het terugbrengen van leningen met lagere investment grade ratings (BBB en BBB-‐) naar leningen met een hogere rating (tenminste BBB+). De extra vergoeding voor leningen met lagere ratings is erg klein geworden ten opzichte van leningen met een hogere rating. Het fonds positioneert zich hiermee voor potentieel hogere rentes en hogere risicopremies, terwijl het in de tussentijd nog altijd een effectief rendement genereert van 1,5%, ondanks de relatief korte looptijd van de obligaties en de verder verhoogde kredietwaardigheid van de portefeuille. Gedurende de verslagperiode zijn leningen toegevoegd van Prologis, ASML, Rabobank, Gecina, Heineken, Yorkshire Building Society en Leeds Building Society, bedrijven met een sterke marktpositie of met een goede dekking van de schulden door de activa. Verkocht zijn onder andere ESB Finance, Ziggo, Co-‐operative Bank, Lloyds, Enel, AIB, Exor, Delhaize, Marks & Spencer, Mercialys, Santos Finance en Anglo American. In 2014 zijn enkele tenders geweest en de overige leningen zijn verkocht vanwege het bereiken van het koersdoel en doordat de vergoeding voor het risico te beperkt werd.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[46]
Portefeuilleverdeling naar looptijd 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 < 2 jaar 14% 9% 2-‐4 jaar 34% 33% 4-‐6 jaar 30% 36% > 6 jaar 22% 22% 100% 100% Ter illustratie van het gevoerde beleggingsbeleid volgen hierna twee uitgewerkte voorbeelden. Yorkshire Building Society De Yorkshire Building Society biedt hypotheken, spaarproducten en diverse verzekeringen aan. In 2014 vierden ze het 150-‐jarig bestaan. YBS heeft een uitgebreid netwerk van kantoren in het Verenigd Koninkrijk en heeft meer dan 3,5 miljoen leden. Building Societies, waaronder Yorkshire Building Society, zijn feitelijk een soort van onderlinge, ze hebben geen winstoogmerk en zijn eigen-‐ dom van de leden. De lening wordt gedekt door de activa van de Yorkshire Building Society en is een veilige lening met een degelijk rendement. Heineken Bierbrouwer Heineken is via de holding nog altijd in handen van de gelijknamige familie. Heineken laat door de jaren heen goede en robuuste resultaten zien. De balans is solide en de uitstaande schuld, waaronder deze lening, is dan ook ruim gedekt door de waarde van de onderneming. De lening heeft een beperkt rendement, maar heeft als groot voordeel dat het een erg liquide lening is die goed te verhandelen valt, ook als er minder liquiditeit in de markt is. RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Hof Hoorneman Obligatie Fonds bedroeg per 31 december 2014 € 36,34 en per 31 december 2013 € 34,78. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief her-‐ belegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement 6,6%. De benchmark van het subfonds, de iBoxx Euro Liquid Corporate Bond Index, steeg in 2014 met 6,8%. Het aantal uitstaande aandelen nam met 454.641 of 35,7% toe van 1.272.830 tot 1.727.471. Het eigen vermogen steeg van € 44,3 miljoen per 31 december 2013 naar € 62,8 miljoen per 31 december 2014. De portefeuille heeft een duratie (rentegevoeligheid) van 3,02, wat inhoudt dat bij een stijging van het renteniveau in Europa met 1 procentpunt, de waarde van de portefeuille met 3,02% zal dalen. Op 26 mei 2014 is een dividend van € 0,70 per aandeel uitgekeerd.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[47]
Resultaat per aandeel (in € 1)
1 miljoen)
2014 1,39 1,12 -‐0,32 2,19
Inkomsten Waardeveranderingen van beleggingen Kosten Nettoresultaat per aandeel
2013 1,53 -‐0,55 -‐0,34 0,64
2012 1,47 2,09 -‐0,35 3,21
2011 1,46 -‐0,25 -‐0,34 0,87
2010 1,44 -‐0,16 -‐0,43 0,85
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Hof Hoorneman Obligatie Fonds. Positieve bijdragen aan de performance 4,125% Ageas Capital 25-‐04-‐2023 +0,76% De koers van deze lening steeg onder invloed van de toegenomen interesse. Het gaat steeds beter met Ageas: de verzekeraar groeit en wordt steeds gezonder. Dit had zijn uitwerking op de koers van deze lening, die tevens profiteerde van de lange looptijd. 6,50% Close Brothers Group 10-‐02-‐2017 +0,49% De lening van deze financiële instelling leverde een goed rendement op nadat duidelijk werd dat de lening beter gedekt was dan aanvankelijk was gedacht. 3,25% Corio 26-‐02-‐2021 +0,40% Vastgoedbedrijf Corio werd in 2014 overgenomen door Klépierre. Omdat Klépierre een sterkere balans heeft dan Corio, nam het risico van deze lening af en steeg de koers van de lening. 6,5% SVB Holding 27-‐04-‐2017 +0,37% Deze lening van SVB was aan het begin van het jaar ondergewaardeerd, mede vanwege de beperkte liquiditeit. Gedurende het jaar kwam er meer vraag naar de lening, waardoor een deel van de onderwaardering werd ingelopen. 2,50% Coventry Building Society 18-‐11-‐2020 +0,17% De koers van deze lening van deze Britse vastgoedonderneming steeg zonder aanwijsbare reden. De relatief lange looptijd van de lening had tot gevolg dat deze sterk profiteerde van de dalende rente. Belang dat niet heeft bijgedragen aan de performance 4,57% SNS Bank 28-‐12-‐2017 0,00% De marginale waardedaling van deze lening heeft geen duidelijk aanwijsbare reden. Wellicht waren beleggers bevreesd dat een eventuele overname van de SNS Bank negatieve gevolgen voor deze lening zou kunnen hebben.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[48]
VOORUITZICHTEN 2015 Het beursklimaat in 2015 zal onderhevig zijn aan de grillen van centrale banken wereldwijd. Ook Obligatie Fonds heeft hiermee te maken. Wij verwachten dat een krachtig herstel in Europa nog even zal uitblijven. De rente zal naar onze inschatting voorlopig laag blijven, zelfs als deze in de VS licht zal kunnen stijgen. Als grootste risico zien wij echter de volatiliteit die het gevolg zal zijn van onzekerheid over marktrentes. Om zich te wapenen tegen eventueel stijgende rentes voert het fonds het beleid van een lage duratie en korte looptijd. De risicopremies van investment grade-‐obligaties bevinden zich op niveaus die historisch onder het gemiddelde liggen, maar nog niet extreem laag zijn. Wij voorzien in 2015 een beperkte ruimte voor verdere koersstijgingen. Het beleid om niet te investeren in Zuid-‐Europese landen als Griekenland, Spanje en Italië, zullen wij voorlopig niet wijzigen. Hoewel van een licht herstel sprake lijkt te zijn, zijn de risico’s afgezet tegen de geboden rendementen ons inziens nog onevenredig groot.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[49]
HOF HOORNEMAN PHOENIX FUND PROFIELSCHETS
Het subfonds Hof Hoorneman Phoenix Fund correspondeert met de aandelen die in serie 5 door het Paraplufonds worden uitgegeven. Phoenix Fund belegt hoofdzakelijk in illiquide effecten en hoogrendementsschuldpapier (‘Distressed en High-‐Yield securities’). Illiquide effecten zijn effecten waarin slechts door enkele partijen actief wordt gehandeld, (vaak) vanwege het feit dat er weinig informatie voorhanden is en waarvan de markt vindt dat deze mede daardoor een hoog risicoprofiel hebben. Met de term ‘hoogrendementsschuldpapier’ wordt (met name) bedoeld (al dan niet) converteerbare obligaties van uitgevende instellingen, alsmede bankle-‐ ningen en handelsvorderingen op ondernemingen ten aanzien waarvan de markt de mening is toegedaan dat deze een hoog risicoprofiel hebben. Het subfonds is een voortzetting van Hof Hoorneman Phoenix Fund NV, welke vennootschap op 14 november 2011 met Hof Hoorneman Investment Funds NV is gefuseerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het subfonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op Hof Hoorneman Phoenix Fund NV.
Subfondskarakteristieken Startdatum Medio augustus 2001 Beursnotering Ja ISIN-‐-‐-‐code NL0009864487 Benchmark Geen Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,5% per kwartaal Variabele vergoeding 20% van de performance boven 10%¹ Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 25,9% § 3 jaar 29,6% § 5 jaar 15,5% § Sinds de start van het fonds 3,2%
¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman Phoenix Fund.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[50]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde²
2014
2013
2012
2011
2010
22,64
18,17
12,67
10,10
11,53
0,00
0,00
0,00
0,50
0,12
24,6%
43,4%
25,4%
-‐8,8%
3,0%
26.151
15.389
10.616
9.913
13.815
1.162.864
Lopende kosten factor³
861.725 835.059
959.045 1.156.885
22,49
17,86
12,71
10,34
11,94
25,9%
40,5%
22,9%
-‐9,8%
4,8%
2,65%
2,58%
2,81%
2,92%
2,54%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 1% van de intrinsieke waarde. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus her-‐ belegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Phoenix Fund over de laatste drie jaar na herbelegging van dividend
Phoenix Fund (3-‐jaars) 240 220 200 180 160 140 120 100 80
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[51]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN De markten waren distressed debt in 2014 goed gezind. In de crisis van 2008 zijn er veel mogelijk-‐ heden ontstaan voor distressed debt-‐beleggers en gedurende het herstel komen er steeds meer cases uit: herstructureringen worden succesvol, faillissementen worden afgewikkeld en hoogrende-‐ mentsleningen worden teruggekocht. Wij zagen ook nieuwe kansen ontstaan, met name in de olie-‐ en gassector en andere sectoren, die last krijgen van een langer durend tegenvallend economisch klimaat of grote valutaschommelingen. Phoenix Fund heeft enerzijds kunnen profiteren van het succesvolle afwikkelen van een aantal cases, anderzijds heeft het nieuwe posities kunnen opbouwen tegen aantrekkelijke prijzen. BELEGGINGSBELEID Algemeen De directie voert het beleggingsbeleid van Phoenix Fund vanuit de gedachte dat met gedegen onderzoek een goed gespreide portefeuille bestaande uit hoogrendementsschuldpapier kan worden opgebouwd. De beleggingen bestaan voornamelijk uit (al dan niet converteerbare) obligaties, preferente aan-‐ delen en bank-‐-‐-‐ of handelsvorderingen en kunnen voorts bestaan uit gewone aandelen en overige effecten, die daarmee qua karakter een sterke overeenkomst vertonen. Geografisch gezien heeft Phoenix Fund vooral een Europese focus (zowel EU als niet EU-‐landen). Liquide middelen kunnen worden belegd in bankdeposito’s, certificates of deposit en commercial paper. Phoenix Fund zal ten minste 50% van haar vermogen beleggen in financiële instrumenten die op effectenbeurzen, gereglementeerde markten en andere geregelde, regelmatig functionerende, erkende open markten worden verhandeld of waarvoor een frequente notering bestaat. Niet meer dan 7,5% van het vermogen zal worden belegd in effecten van één enkele uitgevende instelling en/of onderneming. Phoenix Fund kan maximaal 20% van de (fiscale) boekwaarde van de beleggingen als vreemd vermogen aantrekken (leverage). Beleggen in illiquide effecten en hoogrendementsschuldpapier kent een aantal risico’s. Voor een goede beoordeling van deze risico’s is het van belang van de hieronder weergegeven risico’s kennis te nemen. Effecten zijn illiquide wanneer deze door slechts enkele partijen beperkt worden verhandeld. Er is derhalve over het algemeen geen sprake van een ‘brede’ of consistente koersvorming. De koers wordt immers ‘bepaald’ door enkele kopers en verkopers. De laatst gedane transactie kan weken geleden hebben plaatsgevonden. De illiquiditeit kan onder meer worden veroorzaakt door de risicoperceptie van de markt, de onbekendheid met aspecten van bepaalde effecten en/of bepaalde (relevante) maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Uitgebreide analyses en onderzoeksrapporten zijn vaak niet voorhanden. Voorts waarderen marktpartijen illiquide effecten met een bepaald scenario voor ogen. De waardebepaling van illiquide effecten is dan ook subjectief en kan onderling grote verschillen vertonen.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[52]
De illiquiditeit van de portefeuille kan leiden tot grote koersveranderingen in korte tijd, maar ook tot lange periodes van weinig volatiliteit. De factor tijd is ook een belangrijk element in het risicoprofiel. De periode tussen het in problemen geraken van een onderneming of overheid en het bereiken van een regeling met crediteuren kan een lange tijd in beslag nemen. Het voordeel van dit risicoprofiel is dat de correlatie met overige markten naar verwachting gering zal zijn en daarmee leent dit fonds zich als instrument ter spreiding van algemene marktrisico’s. Bij het beheer kan gebruik worden gemaakt van afgeleide instrumenten, zoals optie-‐-‐-‐ en termijn-‐ contracten en producten die beogen het kredietrisico van een uitgevende instelling en/of schuldenaar te verleggen. Deze instrumenten bieden de mogelijkheid efficiënt te anticiperen op verwachte marktontwikkelingen en beleggingsrisico’s af te dekken. Eveneens kunnen met deze instrumenten additionele inkomsten worden gegenereerd. Tevens kan de directie besluiten om het valutarisico af te dekken. De afgeleide instrumenten kunnen worden gebruikt voor het beheer van bestaande risico’s of als alternatief voor een directe belegging. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospectus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) veran-‐ deringen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan, of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financie-‐ ringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinan-‐ cierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement. De waarde van vastrentende waarden is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de marktrente. Phoenix Fund tracht deze risico’s te beheersen door de beleggingsportefeuille te spreiden over verschillende uitgevende instellingen, (structureel) nooit meer dan 7,5% van het vermogen van Phoenix Fund te beleggen in de effecten van één enkele uitgevende instelling (tijdelijk kan dit dus de 7,5% overstijgen) en valutakoersrisico’s zo nodig af te dekken. De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van de (fiscale) boekwaarde van de beleggingen. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[53]
niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Bij beleggingen in vastrentende waarden bestaat het risico dat de uitgevende instelling niet kan voldoen aan de rente-‐ en aflossingsverplichtingen. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties, worden diepgaande kredietanalyses met betrekking tot de debiteurenkwaliteit uitgevoerd en worden de beleggingen gespreid over verschillende uitgevende instellingen. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet tegen de gewenste prijs en voor-‐ waarden en op het gewenste tijdstip kan worden verkocht. Dit risico houdt ook verband met het ontbreken van een gereglementeerde markt waarop bepaalde typen beleggingen kunnen worden verhandeld. Het liquiditeitsrisico neemt in de regel toe naarmate de rating van vast-‐ rentende beleggingen lager is. De illiquiditeit van de portefeuille kan leiden tot grote koers-‐ veranderingen in korte tijd, maar ook tot lange periodes van weinig volatiliteit. In het kader van risicospreiding wordt de samenstelling van de beleggingsportefeuille gestreefd naar een evenwichtige spreiding over landen, sectoren en categorieën. Phoenix Fund zal ten minste 50% van haar vermogen beleggen in financiële instrumenten die op effectenbeurzen, gereglementeerde markten en andere geregelde, regelmatig functionerende, erkende open markten worden verhandeld of waarvoor een frequente notering bestaat. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor de gevolgen van het liquiditeitsrisico verder kunnen worden beperkt. Kasstroomrisico Kasstroomrisico is het risico dat toekomstige kasstromen verbonden aan een monetair financieel instrument in omvang zullen fluctueren. Indien bijvoorbeeld sprake is van een schuldinstrument met een variabele rente dan resulteren dergelijke fluctuaties in een verandering van de effectieve interestvoet van het financiële instrument, veelal zonder een overeenkomstige verandering in de bijbehorende reële waarde. Slechts een beperkt gedeelte van de portefeuille zal in dergelijke instrumenten worden belegd. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014
Top 5 ondernemingen in portefeuille per 31 december 2014 Bradford & Bingley Northern Rock Asset management West Bromwich Building Society Cirio Del Monte/Del Monte Finance Kaupthing, Singer & Friedlander (claims)
Land Groot-‐Brittannië Groot-‐Brittannië Groot-‐Brittannië Groot-‐Brittannië Groot-‐Brittannië
Belang 10,4% 7,6% 7,3% 5,2% 5,2%
Het was wederom een prima jaar voor Phoenix Fund. Net als voorgaande jaren werd een belangrijk deel van het rendement gerealiseerd door een beperkt aantal posities, wat te maken heeft met het
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[54]
karakter van de beleggingen in het fonds, namelijk (in potentie) sterk ondergewaardeerde leningen. Dit heeft ook een keerzijde, een beperkt aantal posities kenden een tegenvallend jaar. Om met de tegenvallers te beginnen, procentueel gezien was de kleine positie in Pescanova de slechtste belegging van het jaar. Uiteindelijk kostte dit het fonds circa 1,5% aan rendement. Het Spaanse visbedrijf ging ten onder ging na het bekend worden van een grootschalige fraude. Op basis van het forensisch rapport van PricewaterhouseCoopers over de doorstart meenden wij dat er genoeg waarde was voor een voorzichtige investering in de obligaties, die op een koers van circa 20% noteerden. Het rapport bleek echter te optimistisch over de toekomstige verdiencapaciteit en inmiddels staat de koers van de leningen veel lager. De Engelse financiële instelling Kaupthing, Singer & Friedlander was de tweede tegenvaller. Wij hadden op basis van de laatste balans voor faillissement en de verslagen van de curator een inschatting gemaakt van de opbrengst van de boedel, omdat de curator daarover zelf nooit zo specifiek was geweest. Dit najaar publiceerde de curator zijn eerste schatting over de nog resterende opbrengst en die schatting was helaas zeer teleurstellend. Dit kostte het fonds ongeveer 2% aan rendement. Verder zijn er nog wat neerwaartse aanpassingen in koersen geweest, hoewel de onderliggende situatie ons inziens niet is veranderd. Zo zijn de koersen van de SNS-‐leningen grofweg gehalveerd zonder dat er handel is geweest. Mogelijk is het gebrek aan handel in de stukken van de genationa-‐ liseerde bank hieraan juist debet geweest. Deze paar tegenvallers zijn echter ruimschoots goedgemaakt door enkele investeringen die het in 2014 buitengewoon goed hebben gedaan. De belangrijkste twee zijn de posities in Bradford & Bingley en Northern Rock, die ruim 5 jaar na de nationalisatie teruggekocht werden door beide bedrijven. Wij hebben in het verleden uitvoerig over deze posities gesproken, maar hielden er rekening mee dat wellicht pas in 2020 of later het volledige rendement zou kunnen worden gerealiseerd vanwege restricties van de Europese Commissie. Beide bad banks draaiden boven verwachting goed, maar door deze restricties konden de banken op deze leningen geen uitkeringen doen. Geheel tegen onze verwachting in kwam dit najaar al een bieding op de leningen, nadat er toch toestemming van de Europese Commissie was verkregen. Dit leverde afgerond 8% respectievelijk 9% aan rendement op voor het fonds. Op gepaste afstand volgt een achtergestelde lening van West Bromwich Building Society, waarvan de koers dit jaar bijna is verdubbeld en ruim 3% bijdroeg aan het resultaat. Het bedrijf heeft na een aantal zeer moeilijke jaren waarschijnlijk de weg omhoog gevonden en lijkt dit jaar voor het eerst weer behoorlijk winstgevend te worden. Hoewel de koersen verdubbeld zijn, is de koers van deze lening nog steeds erg laag (iets boven de 30%) en is er naar onze inschatting nog voldoende potentieel. Andere posities die het prima gedaan hebben, zijn onder andere 3W Power, Teksid, Phones4U, Punch Taverns, Nobina, KPNQwest en Cirio del Monte. Deze posities droegen 1% tot 2% bij aan het resultaat.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[55]
Valutaire verdeling van de portefeuille (inclusief dekkingstransacties) 31-‐12-‐14 Euro EUR 93,0% Amerikaanse dollar USD 6,3% Britse pond GBP 0,7% Zweedse kroon SEK 0,0% 100% RESULTATEN
31-‐12-‐13 89,3% 5,7% 1,5% 3,5% 100%
De intrinsieke waarde van het aandeel Phoenix Fund bedroeg per 31 december 2014 € 22,49 en per 31 december 2013 € 17,86. Op basis van intrinsieke waarde bedroeg het rendement 25,9%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 20% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Het goede beleggingsresultaat over 2014 geeft de beheerder recht op de in het prospectus vast-‐ gelegde variabele vergoeding. De vergoeding bedraagt € 827.000 (in 2013 € 835.000).
Het aantal uitstaande aandelen nam met 301.139 of 35,0% toe van 861.725 tot 1.162.864. Het eigen vermogen steeg van € 15,4 miljoen per 31 december 2013 naar € 26,2 miljoen per 31 december 2014. In 2014 is geen dividend op de aandelen Hof Hoorneman Phoenix Fund uitgekeerd. Resultaat per aandeel (in € 1) € 1 miljoen) 2014 2013 2012 2011 2010 Inkomsten 0,50 0,20 0,29 0,31 0,64 Waardeveranderingen beleggingen 5,10 6,26 2,85 -‐1,02 0,41 Kosten -‐1,34 -‐1,40 -‐0,66 -‐0,35 -‐0,31 Nettoresultaat per aandeel 4,26 5,06 2,48 -‐1,06 0,74 Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Waardering beleggingen Het resultaat van Phoenix Fund wordt in belangrijke mate bepaald door de gerealiseerde en niet-‐ gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen (koersresultaten). De niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen vloeien voort uit de waardering van de beleggingen in de portefeuille tegen marktwaarde. De marktwaarde wordt in beginsel berekend volgens een vaste systematiek, waarbij beleggingen in verschillende categorieën worden ingedeeld die als volgt op hoofdlijnen kunnen worden omschreven: 1. Laatstbekende notering (slotkoersen) zoals opgenomen in ons externe datasysteem;
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[56]
2. Koersopgaven (quotes) volgens het externe datasysteem, in beginsel dagelijks beschikbaar. Indien een bied-‐ en laatkoers beschikbaar is, wordt als waardering het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers aangehouden. De midkoers is het gemiddelde van bied-‐ en laatkoers; 3. Periodieke koersopgaven door externe brokers die in het betreffende financiële instrument handelen. Deze opgaven worden dagelijks of een of meerdere keren per maand verstrekt. Waardering geschiedt tegen de opgegeven koers of het gemiddelde van de bied-‐ en midkoers; 4. Indien geen (recente) koers beschikbaar is geschiedt waardering op basis van algemeen aan-‐ vaarde waarderingsmodellen en -‐technieken, de intrinsieke waarde of de marktwaarde van gelijksoortige beleggingen. In individuele gevallen kan van de systematiek worden afgeweken. In het uitzonderlijke geval dat geen betrouwbare marktwaarde kan worden berekend, geschiedt waardering tegen verkrijgingsprijs. Bij de waardering van een belegging uit de categorie 2 tot en met 4 zal in hogere mate sprake zijn van schattingen dan bij een belegging uit de eerste categorie. In onderstaande tabel is de onder-‐ verdeling van de effectenportefeuille per jaareinde naar de verschillende categorieën weergegeven: 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 1. Laatstbekende notering 37% 56% 2. Koersopgaven (quotes) volgens extern datasysteem 6% 19% 3. Periodieke koersopgaven door brokers 57% 22% 4. Overig 0% 3% 100% 100% Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Phoenix Fund. Positieve bijdragen aan de performance 8,399% Northern Rock Perp. +9,40% De lening van Northern Rock is in 2015 sterk in waarde gestegen. Dit gebeurde nadat de markt anticipeerde op een aanbod van de Britse overheid waarop wij zijn ingegaan. 11,625% Bradford & Bingley Perp. +7,77% De koers van de Bradford & Bingley leningen is in 2014 sterk opgelopen. Dit gebeurde nadat de markt anticipeerde op een aanbod van de Britse overheid. De leningen waren een relatief dure vorm van financiering voor UKAR (de bad bank waarin deze leningen zijn ondergebracht) en moesten in de markt worden opgekocht. In december kwam het bod waarop wij zijn ingegaan. 9,25% 3W Power 01-‐12-‐2015 +1,70% Deze lening verdubbelde in waarde, omdat de operationele resultaten dusdanig verbeterden dat een faillissement zeer onwaarschijnlijk lijkt. Teksid Aluminium Lux Float 2011 +1,35% Teksid steeg in waarde nadat duidelijk werd dat dit voorjaar weer een uitkering zal worden gedaan.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[57]
7,5% Cirio Finance 03-‐11-‐2002 +1,27% De lening van Cirio Finance was ook meer gewild, omdat er een oplossing nadert voor deze casus. Wij verwachten nog een verdere verbetering van het rendement. Negatieve bijdragen aan de performance 6,75% Pescanova 05-‐03-‐2015 -‐1,19% De lening van dit Spaanse visserijbedrijf daalde in waarde, omdat achteraf bleek dat er bepaalde intercompany-‐leningen (vorderingen van gelieerde ondernemingen) waren die onze lening een ondergeschikte positie gaven. Kaupthing, Singer & Friedlander: CL38554 -‐0,99%; Claim -‐0,70% Dit najaar publiceerde de curator zijn eerste schatting over de nog resterende opbrengst en die was helaas zeer teleurstellend. 6,25% SNS Bank 26-‐10-‐2020 -‐0,98% Deze lening daalde in waarde door het zeer illiquide karaker van de lening. Er wordt nauwelijks in deze lening gehandeld, maar de laatste koers van 2014 is lager dan de koers van de laatste transactie in 2013. Voor deze daling is echter geen duidelijk aanwijsbare reden aangezien de vooruitzichten nog steeds aantrekkelijk zijn. Stulz H+E -‐0,56% Stukken van deze ingenieursgroep zijn recent aangekocht, wat de voornaamste reden van de negatieve bijdrage is. De stukken zijn aangekocht onder de waarde die de curator heeft geschat. VOORUITZICHTEN 2015 Voor 2015 zien wij verschillende beleggingsmogelijkheden. Allereerst moet gezegd worden dat het landschap voor distressed debt niet meer zo vruchtbaar is als na de crises van 2008 en 2011. Er zijn minder mogelijkheden met dezelfde risico-‐rendementspropositie en wij verwachten ook niet dat de bijzonder hoge rendementen van de afgelopen drie jaar ook het komend jaar behaald kunnen worden. Het fonds streeft nog steeds naar een aantrekkelijk, dubbelcijferig rendement met een gematigd koersrisico. Wij denken dat dit ook in 2015 mogelijk is.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[58]
HOF HOORNEMAN EMERGING MARKETS FUND PROFIELSCHETS
Het subfonds Hof Hoorneman Emerging Markets Fund correspondeert met de aandelen die in serie 6 door het Paraplufonds worden uitgegeven. Emerging Markets Fund belegt zowel direct als indirect in een groot aantal opkomende markten. Dit betreft in beginsel de landen in de volgende regio’s: Latijns-‐Amerika, Midden-‐Amerika, Afrika, Oost-‐Europa inclusief Rusland, Turkije, Midden-‐Oosten en Azië/Pacific. Het subfonds is een voortzetting van het fonds voor gemene rekening (FGR) Hof Hoorneman Emerging Markets Fund, dat op 14 november 2011 is geliquideerd. De in dit verslag opgenomen cijfers van het subfonds hebben tot 14 november 2011 betrekking op FGR Hof Hoorneman Emerging Markets Fund. Subfondskarakteristieken Startdatum 30 mei 1997 Beursnotering Ja ISIN-‐code NL0010514196 Benchmark MSCI Emerging Markets Index Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,375% per kwartaal Variabele vergoeding 10% van het rendement boven de benchmark¹ Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar -‐1,7% § 3 jaar 6,1% § 5 jaar 4,5% § Sinds de start van het fonds 3,3% ¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman Emerging Markets Fund.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[59]
KERNCIJFERS Beurskoers in € (ultimo) Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo)¹ Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde² Lopende kosten factor³
2014
2013
2012
2011
2010
78,74
79,64
-‐
-‐
-‐
0,45
1,32
0,40
0,0
0,0
-‐0,6%
-‐
-‐
-‐
-‐
10.378
10.174
10.030
9.785
12.103
131.973
126.420
129.171
144.622
142.707
78,64
80,48
77,65
67,66
84,81
-‐1,7%
5,4%
15,4%
-‐20,2%
31,0%
2,34%
2,66%
3,03%
2,90%
2,99%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. Hof Hoorneman Emerging Markets Fund is sinds 15 juli 2013 beursgenoteerd. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus her-‐ belegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 synthetische expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee, inclusief de kosten van andere beleggingsinstellingen waarin wordt belegd. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Emerging Markets Fund vs MSCI EM Index over de laatste drie jaar na herbelegging van dividend
Emerging Markets Fund (3-‐jaars) 140 130 120 EMF
110
MSCI EM
100 90
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[60]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN Het jaar 2014 was een roerig jaar voor opkomende markten. Dit jaar bleek eens temeer dat de markten vrij divers zijn. Verschillende markten kampten met verschillende uitdagingen en lieten derhalve ook zeer uiteenlopende rendementen zien. De markten die afhankelijk zijn van olie, zoals Brazilië, Rusland en Nigeria, kregen harde klappen toen de olieprijs halveerde. Dit gold niet alleen voor de aandelenmarkten, maar ook voor de valuta’s van die landen. Russische bedrijven hebben minder oliedollars om te zetten in lokale valuta, waar-‐ door de vraag naar deze valuta afneemt en minder vraag betekent een lagere prijs. Er zijn ook markten die grotendeels afhankelijk zijn van de export van andere grondstoffen, bijvoor-‐ beeld Zuid-‐Afrika, Turkije en Chili. Als de wereldeconomie groeit, zijn grondstoffen nodig om fabrieken werkende te houden, transport aan te drijven en infrastructuur te bouwen. In 2009 heeft China getracht haar economie aan te zwengelen door middel van een omvangrijk stimulerings-‐ programma, waarbij miljarden zijn geïnvesteerd in fabrieken en de infrastructuur. Dit heeft de vraag naar – met name ‘harde’ – grondstoffen flink doen toenemen. Er is capaciteit bijgezet om aan deze vraag te kunnen voldoen, de opgaande lijn leek namelijk eindeloos. Een paar jaar later werd echter duidelijk dat China niet veel meer kan en zal investeren en dat de nadruk op de binnenlandse consumptie komt te liggen. Ook vanuit de rest van de wereld is er minder vraag: de eurozone kwakkelt nog, Japan brengt weinig soelaas en in de Verenigde Staten is er wel groei, maar niet genoeg om het afzwakken van China te compenseren. Wederom is sprake van een overvloed aan aanbod en een tekort aan vraag, met dalende grondstofprijzen tot gevolg. In China bleven onze posities enigszins achter, zonder dat hiervoor een duidelijke reden te geven is. Wij beleggen al jaren in solide goed gepositioneerde bedrijven die profiteren van de groeiende middenklasse en consumptiebestedingen in China. Het afgelopen jaar stegen de winsten van deze bedrijven in onze portefeuilles met 10-‐20% maar bleven de koersen liggen, waardoor ze op basis van hun koers-‐winstverhouding nog aantrekkelijker gewaardeerd zijn dan een jaar geleden. Grotere bedrijven in Hongkong en met name Shanghai zijn fors opgelopen, terwijl de small-‐ en midcap-‐ bedrijven in Hongkong juist zijn achtergebleven. Er waren ook positieve ontwikkelingen, zoals in landen die netto-‐importeur van olie zijn. Deze landen hebben de lage olieprijs aangegrepen om interne veranderingen door te voeren. Zo hebben India en Indonesië de benzinesubsidie afgebouwd en heeft Maleisië deze zelfs helemaal afgeschaft. Hierdoor komt geld vrij om essentiële investeringen te doen in zaken als infrastructuur en onderwijs. De markten hebben hierop positief gereageerd. Verder hebben in verschillende opkomende landen verkiezingen plaatsgevonden. In vrijwel alle gevallen hebben investeerders positief gereageerd op de plannen van de winnaars, met – in sommige gevallen zelfs bijzonder fors – stijgende koersen. BELEGGINGSBELEID Algemeen Emerging Markets Fund belegt direct en indirect in opkomende markten. Dit betreft in beginsel de landen in de volgende regio’s: Latijns-‐Amerika, Midden-‐Amerika, Afrika, Oost-‐Europa inclusief Rusland, Turkije, Midden-‐Oosten en Azië/Pacific. Door middel van een top-‐down benadering worden vanuit een macro-‐economisch perspectief thema’s geselecteerd die het uitgangspunt voor het beleggingsbeleid vormen. Vervolgens worden Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[61]
op basis van deze thema’s de landen en individuele bedrijven geselecteerd, die naar verwachting de meeste kans op rendement bieden. Emerging Markets Fund kan ook via beleggingsfondsen in opkomende markten beleggen. Bij de selectie van deze fondsen wordt vooral bekeken of zij vanuit een bottom-‐up benadering beleggen. Beleggingsfondsen die de index van een land nauwkeurig nabootsen en goed verhandelbaar zijn (index-‐trackers) vallen ook binnen de categorie indirecte beleggingen. De directie van Emerging Markets Fund streeft ernaar een goede balans te vinden tussen risico en rendement. Door de weging van bepaalde opkomende markten in de portefeuille te laten afwijken van de weging op grond van de marktkapitalisatie kan eveneens de verhouding risico-‐rendement worden verbeterd. De opkomende markten hebben in het verleden hoge rendementen, maar ook grote koersfluc-‐ tuaties laten zien. Het rendement van een belegging moet altijd worden bezien in verhouding tot het gelopen risico. Het risico van een belegging wordt uitgedrukt in de mate waarin de waarde van de belegging fluctueert. Het beleggen in opkomende markten wordt over een langere periode gekenmerkt door een hoger risicoprofiel en een daarbij behorend (mogelijk) hoger rendement. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospectus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) veranderingen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan, of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld, wat Emerging Markets Fund niet doet. Beleggen in opkomende markten wordt in het algemeen als meer risicovol gezien dan beleggen in de traditionele markten (Europa, Verenigde Staten) vanwege de instabiliteit in sommige landen waarin kan worden belegd. Emerging Markets Fund tracht deze risico’s te beheersen door diversificatie van de beleggings-‐ portefeuille (spreiding over verschillende geografische regio’s en sectoren), door te beleggen in die opkomende landen welke naar het oordeel van de directie een voldoende ontwikkelde financiële markt hebben en door zo nodig gebruik te maken van de mogelijkheid valutakoersrisico’s af te dekken door middel van valutatermijncontracten. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs, in vreemde valuta of met partijen in opkomende landen worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[62]
Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te vol-‐ doen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. Vanwege de veelal beperkte omvang en onervarenheid is het liquiditeits-‐ risico bij beleggingen in opkomende landen doorgaans hoger dan bij beleggingen in de meer ontwikkelde landen. Emerging Markets Fund tracht dit risico onder meer te beperken door in beginsel te beleggen in die opkomende landen welke naar het oordeel van de directie een voldoende ontwikkelde financiële markt hebben. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 belangen in portefeuille per 31 december 2014 Land Belang iShares MSCI Taiwan Index Fund Taiwan 13,3% iShares MSCI Mexico Mexico 5,7% Samsung Electronics Zuid-‐Korea 4,9% Hyundai Motor Zuid-‐Korea 4,4% SK Innovation Zuid-‐Korea 3,8% De portefeuille van Emerging Markets Fund combineert actieve beleggingen met indextrackers. Door middel van de indextrackers worden ook actieve beslissingen genomen met betrekking tot de regionale blootstelling van het fonds. Zo kunnen wij besluiten om meer of minder geld toe te wijzen aan regio’s waarover wij wel of niet enthousiast zijn. Hierbij wordt gekeken naar een breed scala aan macro-‐economische factoren, maar wordt ook onze eigen expertise van bedrijfsanalyses ingezet. Bij dit beleid worden keuzes gemaakt die nadrukkelijk rekening houden met de stabiele fundamenten in een markt. Dit noopt ons om markten met fundamentele problemen te mijden, zoals een schrijnend tekort op de betalingsbalans. Dit beleid wierp in 2013 zijn vruchten af, maar pakte in 2014 negatief uit. De markten die wij als zwakker hadden beoordeeld (India, Turkije en Indonesië) maakten veel van het in 2013 opgelopen relatieve verlies in 2014 weer goed. Dit was een belangrijke reden voor de relatief zwakke performance van het fonds in 2014. Een andere reden kan gevonden worden in onze Chinese beleggingen. De aandelen op de beurzen op het vasteland van China presteerden nadrukkelijk beter dan hun Hongkong equivalenten. Daarnaast presteerden de echte grote large cap bedrijven aanzienlijk sterker dan de kleinere bedrijven. Dit had tot gevolg dat het fonds ook in deze segmenten minder presteerde dan de markt als geheel. Ondanks de tegenvallers in 2014 zijn wij nog steeds overtuigd dat wij met onze benadering van de Chinese markt de juiste aanpak hebben om te kunnen profiteren van een geleidelijke transitie van een exportgedreven markt naar een consumentenmarkt. In 2014 is een groot aantal transacties uitgevoerd. Dit is primair het gevolg van de beslissing binnen de portefeuille een meer gespreid Hongkong-‐beleid te voeren. Dit heeft erin geresulteerd dat nu ongeveer 30 aandelen met een notering in Hongkong in de portefeuille zijn opgenomen tegen voor-‐ heen ongeveer 10 aandelen. Het doel hiervan is om de portefeuille minder bloot te stellen aan bedrijfsspecifieke risico’s. Het doel van de posities in Hongkong is om te kunnen profiteren van een geleidelijk veranderende economische structuur zoals hiervoor is aangegeven. Deze transitie ging
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[63]
gepaard met het verkopen van een flink aantal grotere posities en het herinvesteren van die opbrengsten in andere posities. Deze transitie is dan ook verantwoordelijk voor het leeuwendeel van de transacties binnen de portefeuille. Ook is in juli 2014 de positie in Brazilië met 2% teruggebracht. De naderende verkiezingen en de afnemende vraag naar grondstoffen betekenden onzekerheid. Wij hebben de positie hierop aangepast. Dit bleek een goede keuze, aangezien de Braziliaanse markt een zeer zwakke tweede helft van het beleggingsjaar kende. Ter illustratie van het gevoerde beleid belichten wij twee beleggingen. Prosperity Voshkod Fund Het Prosperity Voshkod Fund is een op de Russische markt gericht beleggingsfonds. Het is een closed end fund in runoff, wat inhoudt dat het een fonds is met een vast aantal aandelen die net als een gewoon bedrijf worden verhandeld. Als gevolg hiervan hoeven de beurswaarde en de intrinsieke waarde niet gelijk te zijn. Een van de aantrekkelijke aspecten was dat het fonds ongeveer 15% onder de intrinsieke waarde handelde. Dit alleen maakt de propositie al interessant. Wat Voshkod echter nog interessanter maakte, was de intentie van de beheerder om het fonds te liquideren. Hierdoor zou de korting verdwijnen. Ook had de beheerder in het verleden al veel belangen verkocht, meestal voor een hogere prijs dan de balanswaardering. Het succesvolle begin van het liquidatieproces heeft ertoe geleid dat de beheerder in mei 2014 een aantrekkelijke uitkering deed. Tegelijkertijd werd het fonds van de beurs gehaald om kosten te besparen. De overgebleven waarde in het fonds zal op geleidelijke wijze worden gerealiseerd. Minder fortuinlijk voor het fonds is de huidige, economisch volatiele situatie in Rusland. Doordat het fonds niet langer op de beurs wordt verhandeld, zijn de precieze implicaties hiervan nog niet bekend. Wel is bekend dat het fonds een zware onderweging heeft in oliegerelateerde activiteiten ten opzichte van de Russische markt als geheel. Wij blijven vertrouwen hebben in een gunstige afwikkeling van de belegging. Ocean Wilsons Ocean Wilsons is een holding die bestaat uit twee componenten te weten een belang in Wilson Sons en een beleggingsportefeuille. Wilson Sons, de eerste component, is een Braziliaanse sleper die een van de grotere spelers in deze markt. Ook heeft het bedrijf een rederij en een drietal havens. Bij een van deze havens is de groep ten tijde van het schrijven van dit jaarverslag bezig met het ontwikkelen van een extra terminal. Dit zou de resultaten verder moeten kunnen versterken, niet alleen vanwege de extra capaciteit maar ook omdat de nieuwe terminal aan de andere kant van de rivier ligt en daarmee toegang geeft tot de klandizie die in het achterland ligt. Wilson Sons kan daardoor een complete partner zijn voor enkele derde partijen. De ontwikkelingen in de logistieke tak van het bedrijf, waar de groep te maken heeft met wat buitennormale kosten, zullen de resultaten enigszins drukken. Als grootste sleper in Brazilië en een van de grotere spelers in de maritieme sector in het land is de toekomt van Wilson Sons sterk gekoppeld aan de internationale handel van het land. De perspectieven op de langere termijn zijn echter aantrekkelijk, onder andere door de verwachte groei in de handel met de VS op de lange termijn. De tweede component, de beleggingsportefeuille van Ocean Wilsons, kan – rekening houdend met de beurswaarde van Ocean Wilsons en deze schoont voor het belang dat Ocean Wilsons houdt in
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[64]
Wilson Sons – verkregen worden voor een aanzienlijke korting ten opzichte van de marktwaarde van deze beleggingsportefeuille. Dit maakt de belegging een langetermijnpositie in de portefeuille. Een mogelijke afwikkeling van deze structuur zou een bijzonder positieve ontwikkeling in de waarde van het aandeel betekenen, maar zelfs zonder dit blijft deze belegging aantrekkelijk. Valutaire verdeling van de portefeuille
Amerikaanse dollar *) Hongkongse dollar Zuid-‐Koreaanse won Britse pond Euro Turkse lira Chinese renminbi Maleisische ringgit Hongaarse forint
USD HKD KWR GBP EUR TRY CNY MYR HUF
31-‐12-‐14 58,4% 23,4% 9,3% 3,3% 1,5% 1,3% 1,2% 1,1% 0,5% 100%
31-‐12-‐13 57,6% 29,0% 4,5% 4,7% 1,4% 1,1% 0,0% 1,2% 0,5% 100%
*) Voornamelijk door het gebruik van index replicerende producten is het in USD belegde deel relatief hoog.
RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Emerging Markets Fund bedroeg per 31 december 2014 € 78,64 en per 31 december 2013 € 80,48. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief herbelegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement -‐1,7%. Het rendement van de bench-‐ mark van het subfonds, de MSCI Emerging Markets Index, bedroeg in 2014 10,6%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalen-‐ derjaar het subfonds beter dan de referentie-‐index heeft gepresteerd en de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden is gestegen, de beheerder een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt van het nettorendement van het subfonds boven het rendement van de referentie-‐index. Het rendement over 2014 geeft de beheerder geen recht op de in het prospectus vastgelegde variabele vergoeding (in 2013 is € 65.000 uitgekeerd). Het aantal uitstaande aandelen nam met 5.553 of 4,4% toe van 126.420 tot 131.973. Het eigen vermogen steeg van € 10,2 miljoen per 31 december 2013 naar € 10,4 miljoen per 31 december 2014. De dividenduitkering bedroeg in 2014 € 0,45 per aandeel, uitgekeerd op 26 mei 2014. Resultaat per aandeel (in €) 2014 2013 2012 2011 2010 Inkomsten 2,21 1,97 2,42 1,74 1,85 Waardeveranderingen van beleggingen -‐2,11 4,05 9,78 -‐17,70 20,72 Kosten -‐1,60 -‐2,16 -‐1,81 -‐1,70 -‐2,00 Nettoresultaat per aandeel -‐1,50 3,86 10,39 -‐17,66 20,57
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[65]
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Emerging Markets Fund. Positieve bijdragen aan de performance iShares MSCI Taiwan +2,40% De prestaties van de Taiwanese beurs waren in 2014 zeer goed. Het land troefde Zuid-‐Korea af en won de harten van investeerders. De bedrijven zijn van hoge kwaliteit, de lijnen naar de Chinese afzetmarkt kort en de financiële situatie gezond. Emerging Markets Fund heeft een relatief grote positie in het fonds, waardoor deze tracker een grote positieve bijdrage leverde. Wasion +1,67% Wasion is een gestaag groeiende onderneming met goede vooruitzichten dat profiteert van de sterke investeringen in het elektriciteitsnetwerk in China. Het Chinese bedrijf richt zich op slimme gasmeters en transformeerde de afgelopen jaren van een verkoper van pure hardware naar een verkoper van oplossingen. Thai Fund +1,03% Het Thai Fund Inc. keerde een superdividend uit ter grootte van de helft van de oorspronkelijke positie. Wij hebben dit geherinvesteerd in de Thaise markt, die gedurende het jaar een mooie performance heeft laten zien, ondanks de militaire coupe. Itau +0,73% Deze Braziliaanse bank liet een mooi rendement zien nadat duidelijk werd dat de tweede ambts-‐ termijn van Dilma Rousseff gunstiger zal zijn voor het bedrijfsleven en de banken in Brazilië. Vietnam Opportunity Fund +0,60% Dit fonds profiteerde van de sterke prestatie van de Vietnamese markt. Het land is op de goede weg: de hoge inflatie is aangepakt, de rente is weer op gezonde niveaus, slechte leningen worden aangepakt en de economische groei is nog steeds boven de 5%. Vietnam Opportunity Fund speelde hier goed op in en beleggers beloonden dit. Negatieve bijdragen aan de performance Labixiaoxin Snacks -‐2,01% De aandelen van Labixiaoxin daalden sterk in waarde nadat in een krantenartikel vraagtekens werden gezet bij de juistheid van de cijfers. Het bedrijf heeft de oude accountant (PWC) vervangen en de nieuwe accountant heeft de cijfers goedgekeurd. De koers heeft zich nog niet hersteld. Changshouhua Food -‐1,32% Changshouhua kende een bijzonder sterk 2013. Door dalende grondstofprijzen nam in 2014 de omzet echter af. Ondanks een hogere brutomarge daalde de winst en als gevolg hiervan ook de koers van de aandelen. Wij blijven onverminderd positief over dit aandeel.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[66]
NewOcean Energy -‐0,94% Ook de koers van de aandelen NewOcean daalde door twijfels over de juistheid van de cijfers. Wij geloven niet dat er fraude gepleegd wordt, maar het bedrijf heeft niet voldoende middelen om de twijfels weg te nemen, bijvoorbeeld door eigen aandelen in te kopen of het dividend te verhogen. Om deze reden hebben wij besloten de positie te verkopen. iShares South Korea -‐0,71% De markt van Zuid-‐Korea had het lastig. Het land heeft te maken met de risico’s van een stijgende Amerikaanse rente, maar ook met een afnemend consumentenvertrouwen en een zwakker wordende Japanse yen. Hierdoor groeiden zowel de export als de binnenlandse consumptie minder dan verwacht. Hyundai Motors -‐0,68% Hyundai had last van Japanse concurrentie door de zwakkere yen en door de hierboven beschreven zwakke vraag vanuit Zuid-‐Korea. VOORUITZICHTEN 2015 Voor 2015 zijn er weer volop kansen, maar uiteraard zijn er ook aandachtspunten waar we in de opkomende markten rekening mee zullen houden. In het geval van een stijging van de Amerikaanse rente zal de vraag naar ‘veiligere’ investeringen, zoals staatsleningen in de VS, kunnen toenemen waardoor ook de dollar sterker wordt. Voor landen die rente in dollars moeten betalen, bijvoorbeeld Rusland, Brazilië en Turkije is dit een weinig prettig vooruitzicht. Verder zullen we attent zijn op landen die te zeer afhankelijk zijn van grondstoffen en niet op een groeiende interne markt kunnen terugvallen. Emerging Markets Fund streeft er naar alleen in bedrijven en landen te beleggen die hun financiële huishouden op orde hebben en dus duidelijk minder afhankelijk zijn van buitenlandse investeringen of van grondstoffenprijzen. Dat leidt ertoe dat landen zoals Rusland, Brazilië en Zuid-‐Afrika fors minder zijn vertegenwoordigd in het fonds in vergelijking met de benchmark. Tegelijkertijd speelt het fonds in op enkele interessante mogelijkheden, zoals de eerder beschreven trend in China. Ondanks de gesignaleerde aandachtspunten zijn wij enthousiast over de mogelijkheden van het fonds, zowel voor 2015 als voor de langere termijn. Daar is een tweetal belangrijke redenen voor. Allereerst bieden de opkomende markten buiten de probleemlanden nog steeds bovengemiddelde groeivooruitzichten aan de beleggers. Het potentiële risico van de Amerikaanse rentestijging en versterking van de dollar zullen aan die lange termijn groeiverwachting weinig veranderen. Ten tweede is het nog steeds mogelijk om (zeer) aantrekkelijk gewaardeerde bedrijven te vinden, zeker in het licht van het verwachte groeiperspectief.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[67]
HOF HOORNEMAN REAL ESTATE VALUE FUND PROFIELSCHETS Het subfonds Hof Hoorneman Real Estate Value Fund correspondeert met de aandelen die in serie 7 door het Paraplufonds worden uitgegeven. De doelstelling van Real Estate Value Fund is (samen-‐ gevat) het behalen van vermogenswinsten op de middellange en lange termijn, door hoofdzakelijk te beleggen in beursgenoteerde financiële instrumenten van ondernemingen die vastgoed exploiteren en die naar het oordeel van de beheerder ondergewaardeerd zijn. Real Estate Value Fund richt zich op de belegger die internationaal georiënteerd is en die een additioneel rendement op zijn portefeuille tracht te genereren door een gedeelte van zijn vermogen indirect in vastgoed te beleggen. Subfondskarakteristieken Startdatum 14 november 2011 Beursnotering Ja ISIN-‐code NL0010514212 Benchmark Geen Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,3125% per kwartaal Performance fee 10% van de performance boven 10%¹ Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 18,4% § 3 jaar 14,6% § Sinds de start van het fonds 13,7% ¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman Real Estate Value Fund.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[68]
KERNCIJFERS
2014
Beurskoers in € (ultimo)¹ Uitgekeerd dividend per aandeel in € Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde² Lopende kosten factor³
2013
14-‐11-‐11 2012 t/m 31-‐12-‐11
42,59
36,70
-‐
-‐
0,94
0,66
0,00
0,0
16,0%
-‐
-‐
-‐
8.740
5.660
4.216
3.364
203.928
152.885
119.481
113.322
42,86
37,02
35,28
29,68
18,4%
6,8%
18,9%
-‐1,1%
2,06%
2,33%
3,89%
0,66%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,5% van de intrinsieke waarde. Hof Hoorneman Real Estate Value Fund is sinds 15 juli 2013 beursgenoteerd. ² De rendementspercentages zijn berekend op basis van het koersresultaat per aandeel plus her-‐ belegging van de dividenduitkeringen in aandelen in dezelfde serie. ³ Tot en met 2011 expense ratio (kostenratio) exclusief de eventuele performance fee. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman Real Estate Value Fund (14-‐11-‐2011 = 100) na herbelegging van dividend
Real Estate Value Fund (3 jaar) 160 150 140 130 120 110 100 90
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[69]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN Het jaar 2014 bracht mooie rendementen voor beursgenoteerd vastgoed. Tegen de achtergrond van de dalende rente werden de risicopremies van vastgoed relatief aantrekkelijk. De huurinkomsten van kwaliteitsvastgoed zijn relatief zeker, terwijl het rendement hierop een stuk hoger ligt dan op risicomijdende effecten als staatsobligaties. In Europa steeg de vraag naar kwaliteitsvastgoed bijzonder hard, waardoor bekende namen als Unibail Rodamco, British Land en Hammerson goede performers waren. Meer ondergewaardeerde namen deden het ook goed, maar bleven hierbij toch iets achter. Real Estate Value Fund fonds belegt wel graag in deze effecten, omdat ze een minder groot neerwaarts risico lijken te hebben. Het fonds heeft in 2014 een goed rendement behaald met een aanvaardbaar risico. BELEGGINGSBELEID Algemeen In het kader van risicospreiding wordt bij de samenstelling van de beleggingsportefeuille gestreefd naar een evenwichtige spreiding over sectoren en categorieën. Real Estate Value Fund richt zich op het beleggen in beursgenoteerde financiële instrumenten (aandelen, obligaties, in aandelen converteerbare financiële instrumenten) van ondernemingen die vastgoed exploiteren, met het accent op Europa. Real Estate Value Fund heeft de mogelijkheid om tot 30% liquide middelen of geldmarktinstrumenten aan te houden. Bij het beleggingsbeleid zal rekening worden gehouden met de liquiditeitseisen van 10%, welke voortvloeien uit het open-‐end karakter van Real Estate Value Fund, zodat bij aanbod van aandelen aan de inkoopverplichting kan worden voldaan. Real Estate Value Fund heeft de mogelijkheid met geleend geld te beleggen (leverage) tot maximaal 20% van de (fiscale) boekwaarde van de beleggingen. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospectus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) veranderingen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan, of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financieringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[70]
Real Estate Value Fund belegt uitsluitend in vastgoedgerelateerde financiële instrumenten en kent derhalve een beperkte spreiding. Het fonds tracht deze risico’s te beheersen door binnen het gedefinieerde beleggingsbeleid de beleggingsportefeuille te spreiden over verschillende sectoren, categorieën en uitgevende instel-‐ lingen. Valutarisico’s worden in beginsel afgedekt. De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van de (fiscale) boekwaarde van de beleggingen. Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties en wordt in beginsel in beursge-‐ noteerde financiële instrumenten belegd. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. Real Estate Value Fund tracht dit risico onder meer te beperken door hoofdzakelijk in beurs-‐ genoteerde financiële instrumenten te beleggen. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor het liquiditeitsrisico verder kan worden beperkt. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 belangen in portefeuille per 31 december 2014 Land Belang British Land company Groot-‐Brittannië 7,3% Hibernia REIT Ierland 6,7% Unibail-‐Rodamco Frankrijk 5,8% Hammerson Groot-‐Brittannië 5,8% PSP Swiss Property Zwitserland 4,7% Het beleggingsbeleid van Real Estate Value Fund is gebaseerd op de ‘buy and hold’ value filosofie. Deze is gebaseerd op de drie pijlers onderwaardering, een katalysator om de onderwaardering te doen verdwijnen en (het streven naar) een cashrendement in de vorm van coupons en dividenden gelijk aan ten minste het rendement op (Nederlandse) staatsleningen. Centraal staat daarbij het zoeken naar aandelen en obligaties van vastgoedondernemingen die beschikken over een solide balans, een sterke kasstroom, een hoog dividendrendement, lange huurcontracten en een gezonde financiële basis. Voor vastgoedbeleggers is 2014 het derde opeenvolgende goede beleggingsjaar geworden. De monetaire stimulans door de Centrale Banken van de grote economieën en de verder dalende rente-‐ standen zijn hiervoor de belangrijkste verklaringen. De aandelen van de grote vastgoedbedrijven, in het bijzonder in het Verenigd Koninkrijk, hebben een erg goed jaar achter de rug. Dit werd verder
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[71]
versterkt door de appreciatie van het pond ten opzichte van de euro, een ontwikkeling waarvan Real Estate Value Fund overigens niet profiteert omdat het wisselkoersrisico wordt afgedekt. Ook de spelers in de markt voor Duits residentieel vastgoed hebben een zeer sterke performance laten zien. Autonome groei, consolidatie in de sector en de zeer lage Duitse lange rente hebben de koersen van bedrijven als Deutsche Annington, Fair Value REIT, Gagfah en LEG Immobilien fors hoger gezet. Deze ontwikkeling heeft een significante bijdrage geleverd aan de performance in het afgelopen jaar. Verder hebben bedrijven met een hogere schuldratio (de loan-‐to-‐value (LTV), de verhouding tussen de hoogte van de lening en de waarde van het vastgoed) het beduidend beter gedaan dan de bedrijven met een lagere schuldratio. Zo deden bedrijven met een LTV van meer dan 50% het ongeveer twaalf procentpunt beter dan de Europese vastgoedindex, terwijl bedrijven met een LTV van minder dan 40% het ongeveer 4,5 procentpunt slechter deden dan de Europese vastgoedindex. Door de voorkeur voor meer solide gefinancierde bedrijven heeft het fonds het afgelopen jaar niet van deze kunnen profiteren. Gedurende 2014 zijn verschillende mutaties in de portefeuille doorgevoerd. De meest opvallende zijn de twee grote posities in Iers vastgoed, namelijk Hibernia REIT en Green REIT. Met beide aan-‐ delen wordt ingespeeld op het sterke herstel van de Ierse vastgoedmarkt en de verwachte verdubbeling van de huurniveaus tussen 2013 en 2018. Verder is het aandeel Wereldhave, nadat het medio 2014 geheel uit de portefeuille is verdwenen, eind 2014 weer voor een kleine positie opgenomen. Vanwege de overname van zes Franse winkelcentra van Unibail-‐Rodamco heeft Wereldhave nieuwe aandelen uitgegeven. Dit heeft de koers van het aandeel behoorlijk onder druk gezet en bood ons de gelegenheid om de aandelen tegen de aantrekkelijke koers van € 51 in de portefeuille op te nemen. Diverse beleggingen zijn uit de portefeuille verdwenen vanwege verminderde perspectieven. Zo is het belang in Deutsche Office, het fusieproduct van Prime Office REIT met OCM, verkocht. De ruil-‐ verhouding voor de aandeelhouders van Prime Office REIT was lager dan aanvankelijk werd voor-‐ gesteld. Daarbij komt dat de nieuwe entiteit nog altijd een hoge schuldpositie heeft en de leegstand erg geconcentreerd is in een aantal grote(re) panden. Ook de grote Franse vastgoedonderneming Gecina is verkocht nadat het koersdoel was bereikt. De obligaties met looptijd tot 2020 van Quintain zijn omgewisseld in aandelen. De vooruitzichten voor de ontwikkeling van residentieel vastgoed in Londen zijn goed. Niettemin hebben de aandelen tot op heden weinig geprofiteerd van de sterke Londense vastgoedmarkt. Ook Mapletree Logistics Trust is verkocht. De opwaartse potentie is beperkt en de koers van het aandeel is gevoelig voor een eventuele verhoging van de rente in de VS. Ter illustratie van het gevoerde beleggingsbeleid volgt hierna een aantal uitgewerkte voorbeelden. Hibernia REIT De commerciële vastgoedmarkt in Ierland heeft tussen het uitbreken van de kredietcrisis en eind 2012 een zeer scherpe prijsdaling van ongeveer 65% laten zien. Ook de huurprijzen zijn in deze periode scherp gedaald. Vanaf het voorjaar van 2013 is de Ierse vastgoedmarkt aan een sterk herstel bezig. De vraag naar commercieel vastgoed in vooral Dublin neemt gestaag toe. Dublin is gewild als locatie, omdat het de eerste grote stad in Europa is vanuit Noord-‐Amerika gezien, het fiscale klimaat erg gunstig is en de bevolking relatief jong is ten opzichte van de rest van Europa. Er zijn maar weinig grote en kwalitatief goede kantoren die centraal in Dublin liggen. Onevenwichtigheden in vraag en
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[72]
aanbod leiden tot grote prijs-‐ en huurschommelingen. Tot 2016 wordt er nauwelijks bijgebouwd. De breed gedragen verwachting is dat de prijzen en huren van kantoren tussen nu en 2018 sterk zullen stijgen. Eén van de meest interessante opties om in te spelen op het herstel van de Ierse vastgoedmarkt biedt Hibernia REIT. Dit bedrijf richt zich op commercieel vastgoed in het centrum van Dublin. Ook wordt in appartementen, logistiek vastgoed en ontwikkelingsprojecten geïnvesteerd. In tegenstelling tot de concurrentie richt Hibernia REIT zich vooral op het kopen van leningen. Hiermee krijgen ze op indirecte wijze het vastgoed in handen. Dit biedt meer kansen, maar is ook een wat langduriger proces. En groot voordeel is dat weinig concurrenten op deze wijze werken. De verkopers van vast-‐ goed en leningen zijn de Ierse bad bank (NAMA) en diverse banken die actief zijn in Ierland. Goede acquisities, het verhogen van de huren naar marktniveau, het vinden van huurders voor de beperkte leegstand in de portefeuille en het succesvol ontwikkelen van commerciële vastgoedprojecten moeten op termijn waarde creëren. Buwog Buwog is eind april 2014 afgesplitst van Immofinanz. Immofinanz heeft commercieel vastgoed in Oostenrijk en Oost-‐Europa, terwijl Buwog een portefeuille van residentieel vastgoed in Oostenrijk en Duitsland bezit. De portefeuille omvat 53.000 appartementen met een geschatte waarde van € 3,5 miljard. Op ongeveer 66% van de appartementen zijn de huren voorlopig beperkt tot ruim € 4 per m² wat beduidend beneden de markthuur ligt. Als de huurvaste periode voorbij is, mag Buwog de appartementen verkopen. Deze verkopen gaan doorgaans tegen fors hogere prijzen. In totaal wil Buwog nog 13.000 appartementen verkopen. Verder hebben ze nog een ontwikkelingspijplijn van 6.000 appartementen in Berlijn en Wenen. De balans is solide en de lage huren zorgen voor een sterke opwaartse potentie. Het dividendrendement is hoog voor de sector en de waardering is zowel relatief als absoluut aantrekkelijk. De recente kwartaalcijfers bevestigen de positieve vooruitzichten. PPHE Hotelgroep PPHE is een eigenaar, operator en ontwikkelaar van hotels in Europa (Engeland, Nederland, Duitsland en Hongarije), Israël en Thailand. PPHE richt zich met name op grote steden met veel toeristen en zakelijk verkeer zoals Londen, Amsterdam, Berlijn en Boedapest. De groep omvat 38 hotels met 8.300 kamers, deels in eigendom en deels geleased. PPEH is bezig met de ontwikkeling van nog vier hotels met in totaal 800 kamers en een geplande oplevering eind 2015. Ze opereren onder drie brands, te weten Park Plaza® Hotels & Resorts, art’otel® and Arenaturist, die zeer goed scoren op klantvriendelijkheid. De waardering van het aandeel is aantrekkelijk met een hoog en een zich progressief ontwikkelend dividend. De korting op de intrinsieke waarde is hoog, zeker als met de marktwaarde van de hotels wordt gerekend. Het aandeel heeft in 2014 bovengemiddeld goed gepresenteerd, maar biedt desalniettemin op de huidige koers nog steeds goede vooruitzichten voor verdere koerswinst.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[73]
Valutaire verdeling van de portefeuille
31-‐12-‐14 98,1% 6,1% 1,6% 0,2% 0,2% 0,0% -‐6,2% 100%
31-‐12-‐13 99,4% 7,3% 0,0% 0,3% 0,0% 0,2% -‐7,2% 100%
Euro EUR Hongkongse dollar HKD Chinese renminbi CNY Britse pond GBP Zwitserse frank CHF Singaporese dollar SGD Amerikaanse dollar USD RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel Real Estate Value Fund steeg van € 37,02 per 31 december 2013 naar € 42,86 per 31 december 2014. Op basis van intrinsieke waarde en inclusief herbelegging van het in 2014 uitgekeerde dividend bedroeg het rendement 18,4%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalen-‐ derjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Aangezien in 2014 aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het subfonds over 2014 een variabele vergoeding verschuldigd van € 71.000 (over 2013 € 0). Het aantal uitstaande aandelen nam met 51.043 of 33,4% toe van 152.885 tot 203.928. Het eigen vermogen steeg van € 5,7 miljoen per 31 december 2013 naar € 8,7 miljoen per 31 december 2014. De dividenduitkering bedroeg in 2014 € 0,94 per aandeel, uitgekeerd op 26 mei 2014. Resultaat per aandeel (in €) 2014 2013 2012 2011¹ Inkomsten 1,60 1,97 2,11 0,31 Waardeveranderingen van beleggingen 6,15 1,02 4,70 -‐0,19 Kosten -‐1,24 -‐0,86 -‐1,26 -‐0,19 Nettoresultaat per aandeel 6,51 2,13 5,55 -‐0,07 ¹ vanaf 14 november 2011, de startdatum van het subfonds
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van Real Estate Value Fund.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[74]
Positieve bijdragen aan de performance Hammerson +2,12% Hammerson beheert een portefeuille van vastgoed van de hoogste kwaliteit. Hier was veel vraag naar en dit leidde tot een sterke stijging van de koers. British Land Company +1,96% Ook British Land profiteerde van de sterke vraag naar kwaliteitsvastgoed. Deutsche Annington +1,91 % Deutsche Annington was erg gewild, mede door een overname die in de smaak viel. Het bedrijf kocht Gagfah, en de koers reageerde hierop positief. Verder waren investeerders geïnteresseerd in de vastgoedportefeuille van Annington. LEG Immobilien +1,34% LEG was aantrekkelijk gewaardeerd aan het begin van 2014. Ook de koers van dit vastgoedfonds steeg door de vraag naar kwaliteitsvastgoed. Unibail-‐Rodamco +1,32% Unibail liet een goede performance zien. Hoewel de waardering fors is, schuwden investeerders tweederangs vastgoed en gingen zij op zoek naar kwaliteitsnamen, zoals Unibail-‐Rodamco. Negatieve bijdragen aan de performance Raven Russia -‐0,59% De aandelen van deze Russische ontwikkelaar van logistiek vastgoed daalden in waarde, omdat investeerders zich zorgen maakten over de inkomsten in Russische roebels. Quintain Estates and Development -‐0,05% Met Quintain speelt het fonds in op een aanhoudend sterke woningmarkt in Londen. De huidige aandelenkoers van 94 pence geeft echter aan dat beleggers vooralsnog sceptisch zijn. Wij houden de stukken vooralsnog aan. Green REIT -‐0,02% Green REIT speelt in op het herstel van de woningmarkt in Dublin. Investeerders moeten hieraan voorlopig nog even wennen en de koers bleef derhalve stabiel. Public Service Property Investments -‐0,01% Deze positie is begin januari 2014 verkocht vanwege de matige vooruitzichten. De hierbij gemaakte kosten worden weergegeven in de marginale negatieve bijdrage.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[75]
VOORUITZICHTEN 2015 De vooruitzichten voor 2015 zijn voor vastgoed gematigd positief. De rente in Europa is zeer laag, dus hier lijkt niet al te veel rendement meer behaald te kunnen worden. Wanneer duidelijker wordt dat de rente voor een langere periode laag zal blijven, verwachten wij dat beleggers meer risico zullen durven nemen en bereid zijn lagere rendementen te ontvangen voor hun beleggingen. Het dividendrendement van de ondernemingen in de portefeuille is aantrekkelijk. Wij zijn dus gematigd optimistisch over de vooruitzichten van Real Estate Value Fund, zowel voor het jaar 2015 als voor de langere termijn.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[76]
HOF HOORNEMAN CHINA VALUE FUND PROFIELSCHETS Het subfonds Hof Hoorneman China Value Fund correspondeert met de aandelen die in serie 8 door het Paraplufonds worden uitgegeven. De doelstelling van China Value Fund is (samengevat) het behalen van vermogenswinsten op de middellange en lange termijn door middel van beleggingen in – naar het oordeel van de beheerder ondergewaardeerde – effecten, daaraan gerelateerde financiële instrumenten en geldmarktinstrumenten: -‐ waarvoor een officiële notering bestaat aan de beurs van Hong Kong, en/of -‐ waarvan een significant deel van de productie en/of verkopen van de onderneming in China, Hong Kong en/of Macau plaatsvindt. Subfondskarakteristieken Startdatum 7 oktober 2013 Beursnotering Ja ISIN-‐code NL0010556775 Benchmark Geen Dividend Ja (fiscale uitdelingsverplichting) Beheervergoeding 0,375% per kwartaal Performance fee 10% van de performance boven 10%¹
Gemiddeld rendement per jaar op basis van de intrinsieke waarde § 1 jaar 0,2% § Sinds de start van het fonds 5,7%
¹ Zie voor een nadere uitleg het aanvullend prospectus van Hof Hoorneman China Value Fund.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[77]
KERNCIJFERS
2014
Beurskoers in € (ultimo)¹ Rendement op basis van beurskoers² Eigen vermogen in € 1.000 (ultimo) Aantal uitstaande aandelen (ultimo) Intrinsieke waarde per aandeel in € (ultimo) Rendement op basis van intrinsieke waarde² Lopende kosten factor
7-‐10-‐13 t/m 31-‐12-‐13
32,25
32,21
0,1%
-‐
16.944
15.783
527.369
492.520
32,13
32,05
0,2%
6,8%
1,92%
0,79%
¹ De vermelde beurskoers betreft de beurskoers op de laatste beursdag van het jaar en is gebaseerd op de intrinsieke waarde aan het einde van de een na laatste beursdag vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. ² Het rendementspercentage is berekend op basis van het koersresultaat per aandeel. In 2014 is geen dividend uitgekeerd. Geïndexeerde performance Hof Hoorneman China Value Fund (08-‐10-‐2013 = 100)
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[78]
ONTWIKKELINGEN FINANCIËLE MARKTEN De markt voor small-‐ en midcap-‐bedrijven in Hongkong kende een rustig jaar, waarbij de koers-‐ bewegingen veelal gering waren. De aandelen hadden weinig last van de onzekerheden omtrent Rusland, olie en een stijgende Amerikaanse rente. Er waren wel twee belangrijke koersgevoelige ontwikkelingen in China in de tweede helft van 2014. Allereerst de lancering van de Stock Connect in november. Onder de Stock Connect kunnen Chinese investeerders via de beurs van Shanghai op de beurs van Hongkong beleggen en vice versa. De tweede belangrijke ontwikkeling was de eerste renteverlaging sinds juli 2012 door de People’s Bank of China. De rente ging met 40 basispunten omlaag naar 5,6%. Dit had tot gevolg dat met name banken en vastgoedondernemingen erg gewild waren. China Value Fund richt zich echter op bedrijven die inspelen op de groeiende consumentenmarkt. Hierdoor heeft het fonds minder kunnen profiteren van deze trend. Deze aandelen zijn nog steeds zeer aantrekkelijk gewaardeerd. BELEGGINGSBELEID China Value Fund heeft als doel het behalen van vermogenswinsten door middel van het beleggen in – naar het oordeel van de beheerder ondergewaardeerde – effecten, daaraan gerelateerde financiële instrumenten en geldmarktinstrumenten waarvoor een officiële notering bestaat aan de beurs van Hong Kong, en/of waarvan een significant deel van de productie en/of verkopen van de onderneming in China, Hongkong en/of Macau plaatsvindt. In het kader van risicospreiding wordt bij de samenstelling van de beleggingsportefeuille gestreefd naar een evenwichtige spreiding over sectoren. Risico’s Doordat belegd wordt in financiële instrumenten kan sprake zijn van diverse risico’s, waarvan de belangrijkste hieronder zijn toegelicht. Een uitgebreide beschrijving is in het aanvullend prospectus opgenomen. Markt-‐ en prijsrisico Dit omvat het risico dat de waarde van een financieel instrument zal fluctueren als gevolg van (i) veranderingen in valutawisselkoersen, (ii) veranderingen in de marktrente en/of (iii) veranderingen in marktprijzen, veroorzaakt door factoren die uitsluitend gelden voor het individuele instrument of de emittent hiervan, of door factoren die alle in de markt verhandelde instrumenten beïnvloeden. De gevoeligheid voor marktveranderingen kan toenemen indien wordt belegd met geleend geld (hefboomwerking). Zolang de rentelasten lager zijn dan de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen is er sprake van een zogenaamde positieve hefboom, die tot een hoger rendement voor de belegger kan leiden. Hiertegenover staat uiteraard dat, indien de financieringsrente door marktomstandigheden stijgt en/of de directe en indirecte baten van de gefinancierde beleggingen dalen, deze hefboomwerking vermindert en zelfs kan omslaan in een negatief effect op het rendement. Het fonds tracht deze risico’s te beheersen door binnen het gedefinieerde beleggingsbeleid de beleggingsportefeuille te spreiden over verschillende sectoren, categorieën en uitgevende instellin-‐ gen. De mogelijkheid met geleend geld te beleggen is beperkt tot maximaal 20% van de (fiscale) boekwaarde van de beleggingen.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[79]
Kredietrisico Het kredietrisico of debiteurenrisico is het risico dat de ene partij van een financieel instrument niet aan haar verplichtingen zal voldoen, waardoor de andere partij een financieel verlies te verwerken krijgt. Het kredietrisico is in het algemeen groter bij transacties die buiten de beurs of in vreemde valuta worden afgesloten. Teneinde deze risico’s zoveel als mogelijk te beperken wordt de nodige zorgvuldigheid betracht bij het aangaan van contractuele relaties en wordt in beginsel in beurs-‐ genoteerde financiële instrumenten belegd. Liquiditeitsrisico Dit is het risico dat een rechtspersoon niet de mogelijkheid heeft om de financiële middelen te verkrijgen die nodig zijn om aan de verplichtingen uit hoofde van de financiële instrumenten te voldoen, bijvoorbeeld doordat een financieel actief niet op korte termijn kan worden verkocht tegen nagenoeg de reële waarde. China Value Fund tracht dit risico onder meer te beperken door hoofdzakelijk in beursgenoteerde financiële instrumenten te beleggen. Daarnaast bestaat de mogelijkheid kortlopend krediet op te nemen, waardoor het liquiditeitsrisico verder kan worden beperkt. Valutarisico De waarde van beleggingen die niet luiden in euro’s wordt beïnvloed door valutaschommelingen. Het risico bestaat dat de valuta’s van het land/de landen waarin China Value Fund belegt, gedurende een langere periode zwak kunnen zijn of worden gedevalueerd. De beheerder heeft de mogelijkheid het valutarisico af te dekken, maar zal hier in beginsel niet toe overgaan. Bij het niet afdekken van het valutarisico bestaat de mogelijkheid dat door dalingen van valutakoersen de waarde van het aandeel China Value Fund wordt aangetast. Gevoerd beleggingsbeleid in 2014 Top 5 belangen in portefeuille per 31 december 2014 Belang Eva Precision Industrial Holdings 5,8% Weiqiao Textile Company 5,2% Chaowei Power Holdings 4,8% XTEP International 4,2% Texwinca Holdings 4,0% China Value Fund heeft in 2014 verder vorm gekregen en het vermogen is voor ongeveer 87% belegd. Hierbij speelt het fonds in op een aantal ontwikkelingen: de groeiende middenklasse in China, de veranderingen in de textielindustrie en sectoren waar consolidatie tot margeverbetering leidt. Dit wordt gedaan via de aandelenbeurs van Hongkong. Wij vinden hier een Brits rechts-‐ systeem, hetgeen de benodigde bescherming van en transparantie voor aandeelhouders biedt. Daarbij komt dat veel bedrijven met een notering slechts beperkt tot geheel niet door professionele partijen worden gevolgd, waardoor het mogelijk is om kwalitatief goede bedrijven met een hoge groei en een aantrekkelijk dividendrendement op een lage waardering te kopen. China Value Fund belegt in Chinese bedrijven die profiteren van de aanhoudend hoge groei (10% per jaar) van de Chinese binnenlandse consumptie. Zo’n 1,3 miljard Chinezen die steeds meer gaan Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[80]
consumeren, bieden zeer interessante mogelijkheden en daarvan tracht China Value Fund te profiteren. Wij doen dit vooral door kwalitatief goede Chinese retailers te kopen. Deze ondernemingen hebben een zeer sterk uitbreiding gezien en hierdoor is de laatste periode over het algemeen niet makkelijk geweest. Er zijn kwalitatief matige winkels geopend en de distributie-‐ kanalen hadden te veel voorraad. De laatste jaren is hard gewerkt om dit op te lossen, verlieslatende winkels zijn gesloten en het voorraadniveau in het distributiekanaal is genormaliseerd. Dit zal uit-‐ eindelijk weer tot groei van winstmarges moeten leiden. Het fonds speelt ook in op aanpassingen in de textielindustrie. De vorm van subsidieverstrekking aan katoenboeren in China verandert. Het aankopen van katoen in de markt door de Chinese overheid maakt plaats voor rechtstreekse subsidie aan boeren. In combinatie met de hoge voorraden die inmiddels door de overheid zijn aangelegd zal dit naar verwachting leiden tot een afname van het prijsverschil tussen Chinees en internationaal katoen. Het door ons aangekochte bedrijf Weiqiao zal hiervan kunnen profiteren. Verder is sprake van een verschuiving van de textielindustrie naar lage-‐ lonenlanden zoals Vietnam. Vietnam levert niet alleen goedkopere arbeid, maar eveneens handels-‐ voordelen voor de export van textiel naar de belangrijke afzetgebieden Japan en de Verenigde Staten. Hierbij is het echter wel noodzakelijk dat het gehele productieproces in Vietnam zelf plaats-‐ vindt. Het probleem is echter dat in Vietnam maar in beperkte mate stoffen worden gefabriceerd en het land erg afhankelijk is van import daarvan. Met name Shenzhou en Pacific Textiles, maar ook Luen Thai investeren om die reden in dit segment in Vietnam. Een derde belangrijk thema is de verbetering van het rendement op het geïnvesteerde vermogen. Een goed voorbeeld is Chaowei, een fabrikant van batterijen voor elektrische scooters. Deze sector is in China zeer competitief. Veel spelers vechten om marktaandeel en dit heeft de laatste jaren de marges sterk onder druk gezet. Naar onze verwachting behoort dit binnenkort tot het verleden. Verdere consolidatie, waarbij twee spelers (waaronder Chaowei) inmiddels de markt domineren, moet uiteindelijk leiden tot een herstel van de marges. Een ander voorbeeld is EVA Precision. Deze onderneming heeft vorig jaar een nieuwe fabriek in gebruik genomen. Deze fabriek was verlies-‐ latend aangezien tegenover de kosten van de nieuwe fabriek nog geen omzet stond. Nu de nieuwe fabriek in gebruik is genomen, is de marge van de onderneming dan ook hersteld en is de koers sterk in waarde opgelopen. Ter illustratie van het gevoerde beleid belichten wij twee beleggingen. Le Saunda Le Saunda is een succesvolle retailer in China. Le Saunda maakt vrouwenschoenen voor de rijkere middenklasse en heeft succesvol de transitie doorgemaakt van een OEM-‐producent voor derden naar eigenaar van een sterk eigen merk. De omzetgroei is imposant. In 2009 haalde Le Saunda een omzet van ruim HK$ 900 miljoen, in 2014 bedroeg de omzet ruim HK$ 2 miljard. In tegenstelling tot de concurrenten heeft Le Saunda maar beperkt last van te hoge voorraden in het distributiekanaal en weet de onderneming duidelijk marktaandeel te winnen. Daarnaast is het in staat de verkoop-‐ prijzen steeds te verhogen, wat de marge positief heeft beïnvloed. Naast het sterke Le Saunda merk is de onderneming ook in het bezit van een tweetal andere merken: Linea Rosa en CenE. Linea Rosa is een high end merk en de goede positionering ondersteunt
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[81]
een gezonde groei van het aantal winkels in de komende periode. Met het CenE merk richt Le Saunda zich volledig op online verkopen. De eerste resultaten van deze strategie zijn veelbelovend. Deze twee snelgroeiende merken in combinatie met de stabiele groei van het Le Saunda merk zullen naar verwachting ervoor zorgen dat de omzet zich in de komende jaren goed zal blijven ontwikkelen. Daarnaast stelt het de onderneming in staat een gezond dividend uit te keren. Dit gaat gepaard met een sterke balans, aangezien de onderneming een significante kaspositie en geen schuld heeft. EVA Precision EVA Precision produceert onderdelen voor kantoorautomatisering, zoals printers. Ze leveren aan gerenommeerde merken als Canon en Fuji. EVA heeft een competitief voordeel en wint, als markt-‐ leider, marktaandeel in deze zeer gefragmenteerde industrie. Door de toename van het marktaan-‐ deel is EVA in staat om zeer snel te groeien. EVA heeft de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in productiefaciliteiten voor oplossingen voor andere sectoren, zoals de autosector en consumenten-‐ elektronica. Mede door de aanloopkosten die gepaard gingen met deze expansie is de marge in 2012 en 2013 sterk gedaald. In 2014 zijn deze nieuwe fabrieken echter in gebruik genomen, is de marge weer toegenomen en zijn de winst en de omzet in het afgelopen jaar sterk gestegen. Voor de komende jaren verwachten wij een stijging van het marktaandeel in de kantoorautomatiserings-‐ divisie en een verbreding van de activiteiten richting de automobielindustrie en consumenten-‐ elektronica. RESULTATEN De intrinsieke waarde van het aandeel China Value Fund steeg van € 32,05 per 31 december 2013 naar € 32,13 per 31 december 2014. Op basis van intrinsieke waarde bedroeg het rendement 0,2%. In het aanvullend prospectus van het subfonds is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalen-‐ derjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Het behaalde rendement over 2014 geeft de beheerder geen recht op de in het prospectus vastgelegde variabele vergoeding. Het aantal uitstaande aandelen nam met 34.849 of 7,1% toe van 492.520 naar 527.369. Het eigen vermogen steeg van € 15,8 miljoen op 31 december 2013 tot € 16,9 miljoen op 31 december 2014. Het fonds heeft nog geen dividend uitgekeerd. Resultaat per aandeel (in €) 2014 2013¹ Inkomsten 1,41 0,15 Waardeveranderingen van beleggingen -‐0,75 2,10 Kosten -‐0,61 -‐0,23 Nettoresultaat per aandeel 0,05 2,02 ¹ vanaf 7 november 2013, de startdatum van het subfonds
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[82]
Het nettoresultaat per (bij derden uitstaand) aandeel wordt berekend door het resultaat over het boekjaar te delen door het gemiddeld aantal uitstaande aandelen gedurende het boekjaar. Het gemiddeld aantal aandelen is op maandbasis berekend. Performance attributie overzicht Hierna wordt een overzicht gegeven van de beleggingen met de grootste absolute bijdragen (positief en negatief) aan de performance van China Value Fund. Positieve bijdragen aan de performance EVA Precision +3,92% EVA had een prima jaar. Het bedrijf biedt de beste propositie in de markt voor office automation en groeit tegelijkertijd hard in de automobielindustrie en de markt voor consumentenelektronica. Wasion +2,40% Wasion is een gestaag groeiende onderneming met goede vooruitzichten dat profiteert van de sterke investeringen in het elektriciteitsnetwerk in China. Het Chinese bedrijf richt zich op slimme gasmeters, en transformeerde de afgelopen jaren van een verkoper van pure hardware naar een verkoper van oplossingen. Greatview Aseptic Packaging +0,98% De producent van steriele verpakkingen (voor onder meer melk) groeide sterk, ook al ging dit iets ten koste van de winstmarge. Investeerders beloonden het bedrijf voor de groei en wij hebben onze positie hierna teruggebracht. Art Textile Technologies +0,78% Art Textile steeg voornamelijk vanwege de illiquide aard van het bedrijf. Het aandeel is nog steeds sterk ondergewaardeerd. Shenzhou International +0,66% De resultaten van textielproducent Shenzhou waren ook in 2014 goed. Het bedrijf profiteert van onderliggende trends in de industrie en is een van de meest kostenefficiënte en kwalitatief hoog-‐ waardige spelers. Negatieve bijdragen aan de performance Labixiaoxin Snacks -‐2,58% De aandelen van Labixiaoxin daalden sterk in waarde nadat in een krantenartikel vraagtekens werden gezet bij de juistheid van de cijfers. Het bedrijf heeft de oude accountant (PWC) vervangen en de nieuwe accountant heeft de cijfers goedgekeurd. De koers heeft zich nog niet hersteld. NewOcean Energy -‐1,67% De aandelen van NewOcean daalden in waarde nadat ook hier een krantenartikel verscheen met vraagtekens over de juistheid van de cijfers. Wij geloven niet dat er fraude gepleegd wordt, maar het bedrijf heeft niet voldoende middelen om de twijfels weg te nemen, bijvoorbeeld door eigen aandelen in te kopen of het dividend te verhogen. Om deze reden hebben wij de positie helaas moeten verkopen.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[83]
Changshouhua Food -‐1,21% Changshouhua kende een bijzonder sterk 2013. Door dalende grondstofprijzen nam in 2014 de omzet echter af. Ondanks een hogere brutomarge daalde de winst en als gevolg hiervan ook de koers van de aandelen. Wij blijven onverminderd positief over dit aandeel. Xingda International -‐1,15% Bandenkoordfabrikant Xingda kende een lastige markt die wordt gekenmerkt door overcapaciteit. Xingda heeft nog steeds wel een hogere fabrieksbezettingsgraad dan de concurrentie. Luen Thai Holdings -‐0,86% Het aandeel Luen Thai daalde licht in waarde, omdat de orders van haar grootste klant, het Japanse Uniqlo, tegenvielen. Het aandeel is aantrekkelijk gewaardeerd en de onderliggende ontwikkelingen zijn positief. VOORUITZICHTEN 2015 De waarderingen van kleine en middelgrote bedrijven in China zijn weinig veranderd ten opzichte van een jaar geleden, terwijl de winsten van de onderliggende bedrijven in de portefeuille met 10 tot 15% gestegen zijn. De markt is in onze ogen dan ook ondergewaardeerd. Dit impliceert dat de toekomst rooskleurig zou moeten zijn voor het fonds. Het is de vraag of deze onderwaardering in 2015 al verdwijnt. Er zullen ongetwijfeld weer vraagtekens gezet worden bij de Chinese groei, de huizenmarkt en de schuld van lokale overheden. Dit kan een koersdrukkend effect hebben op de lange termijn. Wij zijn echter overtuigd dat door te beleggen in gezonde bedrijven met een sterke marktpositie, een goed management, een solide balans en een aantrekkelijk dividendrendement, op de langere termijn een goed rendement kan worden behaald.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[84]
CORPORATE GOVERNANCE HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV Investment Funds NV is uitgezonderd van verplichte toepassing van de bepalingen die in de Nederlandse corporate governance code zijn opgenomen. Als institutionele belegger houdt Hof Hoorneman Investment Funds NV zich wel aan de principes en best practice bepalingen die in deze code specifiek voor institutionele beleggers zijn opgenomen. Deze bepalingen hebben betrekking op het uitoefenen van het stemrecht op de aandelen in portefeuille. Als beleid geldt dat per onderneming waarin wordt belegd zal worden bepaald of gebruik wordt gemaakt van het stemrecht als aandeelhouder. Deze afweging zal met name zijn gebaseerd op de omvang van het gehouden belang in relatie tot het aantal uitstaande aandelen van de betreffende onderneming. Bij een belang van 5% of meer van het aantal uitstaande aandelen zal in beginsel het stemrecht op de aandelen worden uitgeoefend, aangezien Hof Hoorneman Investment Funds NV van oordeel is dat eerst bij een dergelijke omvang sprake zal zijn van voldoende betekenis van het stemgedrag. Bij belangen van minder dan 5% zal de uitoefening van het stemrecht met name afhangen van de agendapunten waarover zal worden gestemd. Invulling in 2014 Arts Optical International Holdings Ltd – voor In september 2014 heeft het Paraplufonds ingestemd met het voorstel voor verkoop van land en vastgoed (productiefaciliteiten) van Arts Optical International. De verkoop hiervan is een belangrijke trigger geweest in onze investment case. Een groot deel van de opbrengsten zal als dividend worden uitgekeerd aan aandeelhouders. De aandelen van Arts Optical International Holdings Ltd worden gehouden ten behoeve van de sub-‐ fondsen Hof Hoorneman Value Fund en Hof Hoorneman China Value Fund. 3W Power – voor In april heeft het Paraplufonds ingestemd met het voorstel voor een schuldenruil, vanwege de te hoge schuldenlast van 3W Power. De oude obligatie van 3W Power is omgeruild tegen een nieuwe lening en aandelen. Op deze manier is de schuld van 3W Power beter te dragen, met meer opwaarts potentieel voor de aandeel-‐ en obligatiehouders. De aandelen en obligaties van de onderneming 3W Power worden gehouden ten behoeve van het Subfonds Hof Hoorneman Phoenix Fund.
VERKLARING DIRECTIE Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld, onder meer op basis van de bevindingen van zowel de interne als de externe accountant, (management)informatie en eigen waarnemingen. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de inrichting van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 115y van het Bgfo niet vol-‐ doet aan de vereisten zoals opgenomen in dit Besluit en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[85]
hiervan verklaren wij als directie van het Paraplufonds te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 115y Bgfo, die voldoet aan de eisen van het Bgfo. Ook hebben wij niet geconstateerd dat de bedrijfsvoering niet effectief en niet overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar 2014 effectief en overeenkomstig de beschrijving heeft gefunctioneerd. Gouda, 9 maart 2015 De directie, Hof Hoorneman Fund Management NV
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[86]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[87]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties en andere waardepapieren Deposito bij bank Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Herwaarderingsreserve Overige reserves Onverdeeld resultaat boekjaar
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
121.267 204.074 2.600 12.254 261.885 2.803 31.145 31.883
31-‐12-‐14 327.941 3.708 15.727 7.406 12.029 339.970 339.970
108.375 158.803 1.550 11.082 228.280 2.288 1.670 40.783
31-‐12-‐13 268.728 3.597 18.213 6.435 15.375 284.103 284.103
[88]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000)
Opbrengsten uit beleggingen Rente Dividend Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Rentelasten Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
9.438 4.810 32 24.195 3.994 1.934 44 1.345
2014 14.248 24.227 725 39.200 -‐7.317 31.883 0 31.883
8.508 2.662 10.469 25.996 2.934 3.259 45 1.149
2013 11.170 36.465 535 48.170 -‐7.387 40.783 0 40.783
[89]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen netto-‐dividenden Ontvangen rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing aandelen Betaald bij inkoop aandelen Dividenduitkeringen Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen per 1 januari Geldmiddelen per 31 december Mutatie verslagperiode
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
-‐165.885 132.612 5.294 8.964 -‐8.613 88.681 -‐52.689 -‐10.850 18.213 15.727
2014 -‐27.628 25.142 -‐2.486 -‐2.486
-‐154.550 122.933 3.294 8.259 -‐4.468 83.952 -‐37.794 -‐10.376 6.963 18.213
2013 -‐24.532 35.782 11.250 11.250
[90]
TOELICHTING ALGEMEEN Hof Hoorneman Investment Funds NV (hierna ook: het Paraplufonds) is een beleggingsmaatschappij met veranderlijk kapitaal, opgericht op 1 augustus 2011 en statutair gevestigd te Gouda. De vennootschap heeft ten doel het beleggen in onder meer financiële instrumenten, teneinde haar aandeelhouders in de opbrengst te doen delen en op zodanige wijze dat de risico's daarvan worden gespreid. Het Paraplufonds is een open-‐end beleggingsinstelling. Behoudens bijzondere omstandig-‐ heden zoals beschreven in het basisprospectus, zal het Paraplufonds op aanvraag aandelen uitgeven en desgevraagd aandelen van beleggers inkopen. Het aandelenkapitaal van het Paraplufonds is in verschillende series gewone aandelen op naam verdeeld. Elke serie vertegenwoordigt een afzonderlijk subfonds. Een bepaald deel van het vermogen van het Paraplufonds wordt aan een subfonds toegerekend. Per subfonds wordt een aparte administratie gevoerd. De houders van aandelen van het desbe-‐ treffende subfonds zijn economisch gerechtigd tot het vermogen van dat subfonds, zoals dat uit de administratie blijkt. Elk subfonds heeft een eigen beleggingsbeleid, risicoprofiel, kostenstructuur en intrinsieke waarde zoals beschreven in het aanvullend prospectus per subfonds. Alle aan een subfonds toe te rekenen opbrengsten en kosten worden in de voor het subfonds gevoerde administratie separaat verantwoord. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van de aandeelhouders in dat, hetgeen tot uitdrukking komt in de intrinsieke waarde van een aandeel van het subfonds. Per 31 december 2014 zijn de volgende subfondsen operationeel: Aandelen-‐ Naam subfonds serie 1 Hof Hoorneman Value Fund 2 Hof Hoorneman Income Fund 3 Hof Hoorneman European Value Fund 4 Hof Hoorneman Obligatie Fonds 5 Hof Hoorneman Phoenix Fund 6 Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 7 Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 8 Hof Hoorneman China Value Fund De jaarrekening is opgesteld volgens de bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de Wet op het financieel toezicht. De balans en winst-‐en-‐verliesrekening zijn ingericht overeenkomstig de door de wetgever voorgeschreven modellen, waarbij enkele benamingen zijn aangepast om beter aan te sluiten bij het karakter van Hof Hoorneman Investment Funds. Alle bedragen luiden in euro’s tenzij anders aangegeven. Als onderdeel van deze toelichting worden de financiële gegevens (balans, winst-‐en-‐verliesrekening, kasstroomoverzicht en toelichting) van elk subfonds gepresenteerd. Risico’s De subfondsen beleggen in financiële instrumenten, waardoor sprake kan zijn van diverse risico’s.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[91]
Een uitgebreide beschrijving hiervan is in het aanvullend prospectus van de subfondsen opgenomen. De belangrijkste risico’s per subfonds zijn tevens in het directieverslag toegelicht. WAARDERINGSGRONDSLAGEN Activa en passiva worden opgenomen tegen nominale waarde, tenzij anders vermeld. De in de balans opgenomen beleggingen worden individueel gewaardeerd tegen marktwaarde. Als uitgangspunt geldt dat de marktwaarde wordt bepaald op basis van de beurskoers en andere markt-‐ noteringen, waaronder opgaven van onafhankelijke brokers, per ultimo boekjaar (slotkoers). Indien een dergelijke notering ontbreekt, stelt de directie de waarde bij benadering vast, uitgaande van de laatstbekende notering (waarbij rekening wordt gehouden met opgetreden marktontwikkelingen) of de marktwaarde van vergelijkbare beleggingen waarvoor wel een notering beschikbaar is. In voorkomende gevallen, bijvoorbeeld als geen (recente) notering beschikbaar is, wordt de markt-‐ waarde benaderd met behulp van algemeen aanvaarde waarderingsmodellen en -‐technieken of op basis van de intrinsieke waarde van de belegging. Indien geen betrouwbare marktwaarde kan worden berekend, geschiedt waardering tegen verkrijgingsprijs. Afgeleide financiële instrumenten, zoals valutatermijncontracten, worden gewaardeerd tegen de reële waarde per balansdatum, berekend op basis van de valutakoersen die gelden aan het einde van de verslagperiode. De nog niet gerealiseerde resultaten worden in de winst-‐en-‐verliesrekening verantwoord, en in de balans opgenomen onder de overlopende activa als sprake is van een bate of onder de overlopende passiva als sprake is van een last. De rechten en verplichtingen (contract-‐ waarden) uit hoofde van de termijncontracten worden niet in de balans opgenomen, maar vermeld in de toelichting op de post ‘Beleggingen’. Activa en passiva luidend in valuta anders dan de euro worden omgerekend in euro’s tegen de koersen die gelden per balansdatum. Transacties in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers die geldt op de datum van de transactie. GRONDSLAGEN VOOR DE RESULTAATBEPALING Teneinde de uitkomsten van het gevoerde beleid tot uitdrukking te brengen zijn in de winst-‐en-‐ver-‐ liesrekening zowel de gerealiseerde als de niet-‐gerealiseerde koersresultaten opgenomen. Het resultaat wordt derhalve bepaald als het verschil tussen de rente-‐inkomsten, ontvangen dividenden en gerealiseerde en niet-‐gerealiseerde koersresultaten enerzijds en de kosten betrekking hebbend op het verslagjaar anderzijds. De classificatie als gerealiseerd en niet-‐gerealiseerd geschiedt uitgaande van de marktwaarde per ultimo vorig boekjaar en de kostprijs van de aankopen in het verslagjaar. De contante dividenden worden verantwoord op datum van vaststelling. De in de winst-‐en-‐verlies-‐ rekening opgenomen dividenden betreffen de ontvangen netto bedragen, derhalve na aftrek van ingehouden dividendbelasting. De rente betreft rente op obligaties en andere (niet-‐)vastrentende waardepapieren en de rentevergoeding over het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. De rentebaten en -‐lasten worden toegerekend aan de verslagperiode waarop zij betrekking hebben. Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[92]
Bedrijfskosten (beheervergoedingen, rentelasten en overige bedrijfskosten) worden ten laste van het resultaat gebracht in het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. De transactiekosten bij aankoop van beleggingen worden opgenomen in de kostprijs van de betreffende beleggingen. Na de aankoop worden deze kosten bij de eerste waardering tegen marktwaarde als onderdeel van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen ten laste van de winst-‐en-‐verliesrekening gebracht. Bij verkoop van beleggingen worden de verkoop-‐ kosten als onderdeel van de gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen verwerkt. De kostenvergoedingen (op-‐ en afslagen) die bij plaatsing en inkoop van eigen aandelen in de koers van uitgifte respectievelijk inkoop zijn begrepen, worden in de winst-‐en-‐verliesrekening als ‘overige opbrengsten’ verantwoord ter dekking van de kosten die Hof Hoorneman Investment Funds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers. Laatstgenoemde kosten zijn in de winst-‐en-‐verlies-‐ rekening in de post ‘Waardeveranderingen van beleggingen’ opgenomen en derhalve niet separaat zichtbaar. Hof Hoorneman Investment Funds heeft de status van fiscale beleggingsinstelling, als gevolg waar-‐ van over de winst geen vennootschapsbelasting is verschuldigd indien onder andere de (fiscale) inkomsten als dividend worden uitgekeerd aan de aandeelhouders. KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Door middel van het kasstroom-‐ overzicht wordt een overzicht gegeven van de geldmiddelen die in de verslagperiode beschikbaar zijn gekomen en de wijze van aanwending van deze geldmiddelen. Onder geldmiddelen wordt verstaan de tegoeden op bankrekeningen. In de balans en winst-‐en-‐verliesrekening zijn nog te ontvangen en nog te betalen posten opgenomen, welke in het boekjaar niet tot een kasstroom hebben geleid. Hierdoor ontstaan (tijdelijke) verschillen tussen posten in het kasstroomoverzicht enerzijds en posten in de winst-‐en-‐ verliesrekening en mutatieoverzichten van activa en passiva anderzijds.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[93]
TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen In de toelichting op de jaarrekening per subfonds is een specificatie van de beleggingsportefeuille per subfonds opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in het verslagjaar is als volgt weer te geven: Andere waarde-‐ Valuta-‐ papieren/ termijn-‐ Aandelen deposito contracten Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 108.375.000 160.353.000 -‐1.744.000 266.984.000 Aankopen 63.145.000 89.328.000 13.621.000 166.094.000 Verkopen/uitkeringen -‐55.446.000 -‐77.422.000 -‐373.000 -‐133.241.000 Omwisseling 803.000 -‐803.000 0 0 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 5.489.000 10.748.000 1.239.000 17.476.000 § gerealiseerde verliezen -‐3.940.000 -‐761.000 -‐12.743.000 -‐17.444.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 11.554.000 27.680.000 19.000 39.253.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐8.713.000 -‐2.449.000 -‐3.896.000 -‐15.058.000 Balanswaarde per 31 december 2014 121.267.000 206.674.000 -‐3.877.000 324.064.000 De andere waardepapieren bestaan uit obligaties en (niet-‐)vastrentende waardepapieren. Van de balanswaarde per 31 december 2014 classificeert 81% als vastrentend (per 31 december 2013 78%). De som van de niet-‐gerealiseerde herwaarderingen bedraagt per 31 december 2014 € 32.762.000 positief en per 31 december 2013 € 11.228.000 positief. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 107.310.000, USD 52.587.000, SEK 2.978.000, MXN 14.500.000, CHF 4.972.000 en de aankoop van EUR 182.860.000 per 11 maart 2015. Per 31 december 2013 bestonden de valutatermijn-‐ contracten uit de verkoop van GBP 83.901.000, USD 44.587.000, SEK 17.280.000, MXN 13.500.000, CHF 3.912.000, SGD 440.000 en de aankoop van EUR 137.864.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐ gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 3.877.000 (per 31 december 2013 € 1.744.000) is opgenomen onder de overlopende passiva. Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa Nog te ontvangen rente en dividend Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen Nog af te wikkelen effectentransacties
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
31-‐12-‐14 3.023.000 56.000 629.000 3.708.000
31-‐12-‐13 3.083.000 514.000 0 3.597.000
[94]
3. Liquide middelen
Dit betreft de saldi van de bankrekeningen die door de subfondsen bij Hof Hoorneman Bankiers NV worden aangehouden. De subfondsen, behalve Obligatie Fonds, hebben de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva
Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog af te wikkelen effectentransacties Nog te betalen inzake inkoop aandelen Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 1.934.000 3.877.000 1.026.000 265.000 6.000 298.000 7.406.000
31-‐12-‐13 3.259.000 1.744.000 862.000 56.000 31.000 483.000 6.435.000
5. Eigen vermogen
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt per 31 december 2014 € 20.503.125, verdeeld in 20.503.125 aandelen van elk nominaal € 1. Het maatschappelijk en geplaatst kapitaal per 31 december 2014 zijn als volgt per serie/subfonds te specificeren: Maat-‐ schappelijk Geplaatst Serie Naam subfonds kapitaal kapitaal 1 Hof Hoorneman Value Fund 4.409.375 3.683.303 2 Hof Hoorneman Income Fund 5.409.375 4.087.288 3 Hof Hoorneman European Value Fund 1.909.375 729.959 4 Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2.909.375 1.727.471 5 Hof Hoorneman Phoenix Fund 1.909.375 1.162.864 6 Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 1.000.000 131.973 7 Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 909.375 203.928 8 Hof Hoorneman China Value Fund 1.959.375 527.369 9 t/m 15 -‐ 87.500 0 20.503.125 12.254.155 Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 11.081.736 Plaatsingen serie 1 t/m 8 3.220.337 Inkopen serie 1 t/m 8 -‐2.047.918 Stand per 31 december 2014 12.254.155
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[95]
De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Herwaar-‐ Geplaatst derings-‐ Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserve reserves resultaat Stand per 31 december 2013 11.082.000 228.280.000 2.288.000 1.670.000 40.783.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 0 40.783.000 -‐40.783.000 Dividenduitkeringen 0 -‐57.000 0 -‐10.793.000 0 Plaatsing aandelen 3.220.000 84.554.000 0 0 0 Inkoop aandelen -‐2.048.000 -‐50.892.000 0 0 0 Mutatie 2014 0 0 515.000 -‐515.000 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 0 31.883.000 Stand per 31 december 2014 12.254.000 261.885.000 2.803.000 31.145.000 31.883.000 De herwaarderingsreserve heeft betrekking op ongerealiseerde waardestijgingen van beleggingen die op balansdatum nog aanwezig zijn en waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan. De mutaties in deze reserve worden ten gunste of ten laste van de vrije reserves (agioreserve of overige reserves) gebracht. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting en reeds uitgekeerde interim-‐dividenden in 2015 worden uitgekeerd. De (restant)uitkering is nog niet in de balans per 31 december 2014 verwerkt. De uit te keren bedragen zijn nader toegelicht in de jaar-‐ rekeningen per subfonds en in het onderdeel ‘Overige gegevens’ van dit financieel verslag. TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten Beheervergoeding De beheerder brengt aan de subfondsen een beheervergoeding in rekening. De vergoeding wordt per kwartaal berekend op basis van een percentage over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal. Het percentage varieert per subfonds en is in de aanvullende prospectussen van de sub-‐ fondsen vastgelegd en nader toegelicht in de jaarrekening per subfonds.
Voor zeven subfondsen heeft de beheerder onder bepaalde voorwaarden recht op een variabele, resultaatafhankelijke beheervergoeding (performance fee). Aangezien bij diverse subfondsen aan de voorwaarden is voldaan, is over deze verslagperiode een variabele beheervergoeding verschuldigd volgens de volgende tabel, met ter vergelijking de variabele beloning over 2013:
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[96]
Hof Hoorneman Value Fund (serie 1) Hof Hoorneman Income Fund (serie 2) Hof Hoorneman European Value Fund (serie 3) Hof Hoorneman Obligatie Fonds (serie 4) Hof Hoorneman Phoenix Fund (serie 5) Hof Hoorneman Emerging Markets Fund (serie 6) Hof Hoorneman Real Estate Value Fund (serie 7) Hof Hoorneman China Value Fund (serie 8)
2014
199.000 837.000 0 n.v.t. 827.000 0 71.000 0 1.934.000
2013
1.115.000 866.000 378.000 n.v.t. 835.000 65.000 0 0 3.259.000
Overige bedrijfskosten a) Marketing-‐ en advertentiekosten b) Bewaarkosten c) Kosten van toezicht d) Kosten accountant e) Overige kosten
2014
642.000 132.000 93.000 97.000 381.000 1.345.000
%
0,20 0,04 0,03 0,03 0,12 0,42
2013
486.000 155.000 91.000 100.000 317.000 1.149.000
%
0,20 0,06 0,04 0,04 0,13 0,47
De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen over deze jaren. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. c) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de beloning voor de raad van toezicht en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. De leden van de raad van toezicht ontvingen een vaste vergoeding voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014). Over 2014 bedroeg de beloning € 47.000 (over geheel 2013 € 70.000) met de volgende verdeling: G.M.P.M van Berkel € 17.000 (€ 25.000), Drs. B. Vliegenthart € 15.000 (€ 22.500) en Drs. H.H. van der Koogh € 15.000 (€ 22.500). d) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening over het boekjaar 2014 ad € 92.000 (over het boekjaar 2013: € 91.000) en andere controleopdrachten ad € 5.000 (2013: € 9.000). e) De overige kosten bestaan uit guichetprovisie, kosten van de Fund Agent, (deels) incidentele advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet te verrekenen omzetbelas-‐ ting. Het Paraplufonds en de subfondsen hebben geen personeel in dienst. Voor een nadere toelichting op de lopende kosten factor, de omloopfactor en de op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen wordt verwezen naar de toelichting op de jaarrekening per sub-‐ fonds.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[97]
Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken § Het beheer van de subfondsen wordt gevoerd door Hof Hoorneman Fund Management NV, waarvoor een vergoeding per kwartaal over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal wordt betaald. De vergoeding wordt in de winst-‐en-‐verliesrekening als ‘beheervergoeding’ verantwoord. § Tevens heeft de beheerder bij een aantal subfondsen recht op een resultaatafhankelijke vergoeding (performance fee). § De beheerder heeft het portefeuillebeheer uitbesteed aan Hof Hoorneman Bankiers NV en leent werknemers in van Hof Hoorneman Bankiers ten behoeve van zijn risicobeheer. De beheerder heeft zelf geen personeel in dienst. § Hof Hoorneman Bankiers NV treedt op als bankier van de subfondsen. § Hof Hoorneman Bankiers NV fungeert als Fund Agent. De Fund Agent beoordeelt de aan-‐ en verkooporders die zijn ingelegd in het beursorderboek en meldt na het sluiten van het orderboek het saldo van de geaccepteerde orders aan de subfondsen. De in rekening gebrachte fee bestaat uit een vaste maandelijkse vergoeding en een variabele vergoeding ter grootte van 0,075% over de transactiewaarde van de plaatsingen en inkopen van aandelen. § De valutatermijncontracten ter afdekking van het valutarisico op beleggingen die niet in euro’s luiden zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. § De transactiekosten bij aan-‐ en verkoop van beleggingen worden gedragen door Hof Hoorneman Bankiers NV en aan de subfondsen in rekening gebracht op basis van een overeengekomen kostentabel. § De functie van betaalkantoor wordt uitgeoefend door Hof Hoorneman Bankiers NV, waarvoor een marktconforme vergoeding wordt betaald (guichetprovisie). De vergoeding bestaat uit een vaste fee en een fee gebaseerd op de hoogte van de dividenduitkering door de subfondsen. § Stichting Effectenbewaarbedrijf Hof Hoorneman treedt op als depotbank van de door de sub-‐ fondsen gehouden financiële instrumenten. De stichting is belast met de administratie van het effectendepot van de subfondsen, waarvoor een jaarlijkse vergoeding wordt betaald. § De administratie van de subfondsen is uitbesteed aan Hof Hoorneman Bankiers, waarvoor geen separate vergoeding wordt betaald. § Stichting Beleggersgiro Hof Hoorneman Fondsen onderhoudt het aandelengirosysteem van de subfondsen.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[98]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN VALUE FUND
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[99]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties en andere waardepapieren Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Herwaarderingsreserve Overige reserves Onverdeeld resultaat
60.410 42.728 3.683 80.839 0 10.548 11.090
31-‐12-‐14 103.138 1.097 4.380 2.455 3.022 106.160 106.160
55.740 35.460 3.495 75.535 408 -‐3.219 17.175
31-‐12-‐13 91.200 788 3.646 2.240 2.194 93.394 93.394
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[100]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000)
Opbrengsten uit beleggingen Rente Dividend Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
Hof Hoorneman Value Fund 2014
1.564 2.712 415 8.311 1.579 199 386
2014 4.276 8.726 252 13.254 -‐2.164 11.090 0 11.090
1.057 1.917 3.626 13.118 1.279 1.115 350
2013 2.974 16.744 201 19.919 -‐2.744 17.175 0 17.175
[101]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen netto-‐dividenden Ontvangen rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing aandelen Betaald bij inkoop aandelen Dividenduitkeringen
-‐46.764 44.263 2.791 1.507 -‐3.030 20.030 -‐14.247 -‐3.816 3.646 4.380
Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen per 1 januari Geldmiddelen per 31 december Mutatie verslagperiode
2014 -‐1.233 1.967 734 734
-‐50.752 49.552 1.832 1.594 -‐1.699 15.496 -‐11.370 -‐3.899 2.892 3.646
2013 527 227 754 754
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[102]
TOELICHTING ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS 1. Beleggingen Op pagina 108 en 109 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in het verslagjaar is als volgt weer te geven: Andere Valuta-‐ waarde-‐ termijn-‐ Aandelen papieren contracten Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 55.740.000 35.460.000 -‐723.000 90.477.000 Aankopen 28.018.000 11.864.000 6.882.000 46.764.000 Verkopen/uitkeringen -‐23.911.000 -‐20.553.000 -‐166.000 -‐44.630.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 2.035.000 5.918.000 675.000 8.628.000 § gerealiseerde verliezen -‐1.514.000 -‐31.000 -‐6.668.000 -‐8.213.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 5.452.000 10.264.000 0 15.716.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐5.410.000 -‐194.000 -‐1.801.000 -‐7.405.000 Balanswaarde per 31 december 2014 60.410.000 42.728.000 -‐1.801.000 101.337.000 De andere waardepapieren bestaan uit obligaties en (niet-‐)vastrentende waardepapieren. Van de balanswaarde per 31 december 2014 classificeert 93% als vastrentend (per 31 december 2013: 83%). De som van de niet-‐gerealiseerde herwaarderingen bedraagt per 31 december 2014 € 19.368.000 positief en per 31 december 2013 € 11.262.000 positief. De waardering van de beleggingen met inbegrip van die waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan wordt door de externe accountant minimaal eenmaal per jaar als onderdeel van de jaar-‐ rekeningcontrole beoordeeld. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 39.437.000 en USD 37.188.000 en de aankoop van EUR 79.624.000 per 11 maart 2015. Per 31 december 2013 bestonden de valutatermijncontracten uit de verkoop van GBP 32.147.000 en USD 35.139.000 en de aankoop van EUR 63.558.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 1.801.000 (per 31 december 2013 € 723.000) is opgenomen onder de overlopende passiva.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[103]
De valutatermijncontracten zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV met ABN Amro en Bank of New York Mellon afgesloten. Het transactievolume van de in 2014 afgesloten contracten bedroeg € 319 miljoen (2013: € 246 miljoen). Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa Rente Nog af te wikkelen effectentransacties Dividendbelasting Nog te ontvangen dividend Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen
31-‐12-‐14 591.000 367.000 50.000 89.000 0 1.097.000
31-‐12-‐13 534.000 0 162.000 56.000 36.000 788.000
3. Liquide middelen
Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva
Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Nog te betalen inzake inkoop aandelen Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 1.801.000 400.000 199.000 3.000 52.000 2.455.000
31-‐12-‐13 723.000 356.000 1.115.000 0 46.000 2.240.000
5. Eigen vermogen
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 4.409.375, verdeeld in 4.409.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 3.495.112 Plaatsingen 703.616 Inkopen -‐515.425 Stand per 31 december 2014 3.683.303
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[104]
De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Herwaar-‐ Geplaatst derings-‐ Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserve reserves resultaat Stand per 31 december 2013 3.495.000 75.535.000 408.000 -‐3.219.000 17.175.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 0 17.175.000 -‐17.175.000 Dividenduitkeringen 0 0 0 -‐3.816.000 0 Plaatsing aandelen 703.000 19.669.000 0 0 0 Inkoop aandelen -‐515.000 -‐14.365.000 0 0 0 Mutatie 2014 0 0 -‐408.000 408.000 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 0 11.090.000 Stand per 31 december 2014 3.683.000 80.839.000 0 10.548.000 11.090.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 98,8 miljoen en per 31 december 2013 € 93,3 miljoen. De herwaarderingsreserve heeft betrekking op ongerealiseerde waardestijgingen van beleggingen die op balansdatum nog aanwezig zijn en waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan. De mutaties in deze reserve worden ten gunste of ten laste van de vrije reserves (agio-‐ reserve of overige reserves) gebracht. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van een dividend ten bedrage van € 726.000. In 2014 zijn reeds interim-‐ dividenden ad € 3.816.000 uitgekeerd, zodat geen (fiscale) verplichting tot uitkering van een slot-‐ dividend bestaat. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal uitstaande aandelen en de intrin-‐ sieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 75.744.000 3.333.026 22,73 2013 93.394.000 3.495.112 26,72 2014 106.160.000 3.683.303 28,82 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten
Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie een vaste beheervergoeding van 0,375% per kwartaal, berekend over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht. In het aanvullend prospectus is opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde winsten met meer dan 10% is
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[105]
gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompen-‐ seerd. Aangezien aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het subfonds over 2014 een variabele vergoeding ad € 199.000 verschuldigd (over 2013 € 1.115.000).
Overige bedrijfskosten a) b) c) d) e)
Marketing-‐ en advertentiekosten Bewaarkosten Kosten van toezicht Kosten accountant Overige kosten
2014 206.000 38.000 30.000 32.000 80.000 386.000
% 0,20 0,04 0,03 0,03 0,08 0,38
Prospectus % 0,20 0,07 0,02 0,03 0,06 0,38
2013 162.000 55.000 30.000 36.000 67.000 350.000
% 0,19 0,07 0,04 0,04 0,08 0,42
De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. c) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. d) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan in 2014 en 2013 uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controle-‐ opdrachten. e) De overige kosten bestaan uit guichetprovisie, kosten van de Fund Agent, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt, worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toe-‐ rekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[106]
per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. De LKF bedroeg over 2014 1,90% en over 2013 1,96%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 1,63% en over 2013 1,65%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 0,19% en in 2013 1,34%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 103.443.000 en over 2013 € 83.339.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 241.000, dit is gemid-‐ deld 0,29% (in 2013 0,30%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 99% (2013: 94%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 54% en over 2013 88%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waardoor een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggingsinstellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 1 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Value Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250 per transactie. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[107]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014
AANDELEN België Ageas Brazilië Ocean Wilsons Holding Duitsland KSB Ag-‐Vorzug Groot-‐Brittannië Cape Carillion Impellam Group Interserve Phoenix Group Paragon Group of Companies Synthomer Tennants Consolidated Ordinary Tennants Cons. Ordinary A Tesco TSB Banking Group Hongkong/China Belle International Chaowei Power Holdings Changshouhua Food China Sanjiang Fine Chemicals Greatview Aseptic Packaging
Balans-‐ waarde in €
%¹ Labixiaoxin Snacks Group 3.214.216 3,0 Le Saunda Holdings Newocean Energy Holding 843.417 0,8 Shenzou Int. Group Holdings Sun Hing Vision Group 949.106 0,9 Texwinca Holdings Varitronix 1.181.882 1,1 Wasion Group Holdings 1.529.903 1,4 Weiqiao Textile Company 3.141.448 3,0 Xtep International 2.669.412 2,5 Xingda International Holdings 3.569.154 3,4 Ierland 2.733.798 2,6 Green REIT 3.018.774 2,8 Hibernia REIT 181.606 0,2 Nederland 203.384 0,2 Ordina 1.285.503 1,2 Verenigde Staten 1.083.459 1,0 IBM Oracle 1.246.312 1,2 Vietnam 2.114.130 2,0 Vietnam Opportunity Fund 1.648.601 1,6 Overige belangen < € 100.000 729.000 0,7 1.565.107
1,5 Totaal
Balans-‐ waarde in € 465.533 2.041.588 2.155.502 306.845 1.615.998 918.853 2.287.117 1.549.143 1.635.568 1.489.356 2.080.699 4.063.206 949.106 2.167.359 2.603.636 1.132.042 39.724
%¹ 0,4 1,9 2,0 0,3 1,5 0,9 2,2 1,5 1,5 1,4 2,0 3,8 0,9 2,0 2,4 1,1 0,0
60.409.487
56,9
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Value Fund 2014
[108]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg
Balans-‐ waarde
in €
%
OBLIGATIES EN (NIET-‐)VASTRENTENDE WAARDEN België
West Bromwich variabel perp.
BNP Paribas Fortis conv. perp. float
1.415.828 1,3 Hongkong/China
Canada 8,125% Ithaca Energy 01-‐07-‐2019 Duitsland 7,4075% HSH Nordbank Lux. perp. 6,75% Global PVQ (Q-‐Cells) 21-‐10-‐2015 6,75% Global PVQ 21-‐10-‐2015 Groot-‐Brittannië/Jersey 5,625% Bradford & Bingley perp. 6,375% Enterprise Inns 26-‐09-‐2031 6,5864% Pearl perp. 11,5% National Westminster Bank perp. 7,053% Northern Rock Asset Man. perp. 7,25% Phoenix Life perp. (Scott. Mutual) 7,32% Punch Taverns Fin 15-‐10-‐2025 7,32% Punch Taverns 15-‐10-‐2025 7,5% Resparcs Funding II perp. 8,399% Northern Rock Asset Man. perp.
113.077 445.224 737.456 669.436 606.861 3.012.028 2.880.129 655.811 1.735.744 2.832.669 583.545 1.761.603 399.037 3.576.263
11% Co-‐operative Bank 20-‐12-‐2023 11,625% Bradford & Bingley perp.
2.079.951 2,0 2.269.645 2,1 Totaal
13% Bradford & Bingley perp. 13% Lloyds TSB Group perp.
2.306.444 2,2 3.996.162 3,8 TOTAAL PORTEFEUILLE
Hof Hoorneman Value Fund 2014
0,1 0,4 0,7 0,6 0,6 2,8 2,7 0,6 1,6 2,7 0,6 1,7 0,4 3,4
7,25% Chaowei Power 24-‐09-‐2017 Italië 6,625% Del Monte Fin.24-‐05-‐2006 0% Cirio Del Monte 14-‐03-‐2005 7,75% Cirio Del Monte 14-‐03-‐2005 Luxemburg Teksid Alum. Lux Float 15-‐7-‐2011 Nederland 10% KPNQwest con. 15-‐03-‐2012 6,258% SNS Bank 9% SRLEV 15-‐04-‐2041 Oostenrijk 2,75% A-‐Tec Industries 10-‐05-‐2014 A-‐Tec Industries 27-‐10-‐2014 Verenigde Staten van Amerika 6,625% Sears Holdings 15-‐10-‐2018 Overige belangen < € 100.000
Balans-‐ waarde in €
%
1.212.313
1,1
589.735 781.791 160.272 330.848 215.526 151.735 179.355 4.459.149 257.908 256.760 1.852.386 203.762
0,6 0,7 0,2 0,3 0,2 0,1 0,2 4,2 0,2 0,2 1,8 0,2
42.728.453 40,3 103.137.940 97,2
[109]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN INCOME FUND
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[110]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties en andere waardepapieren Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Herwaarderingsreserve Overige reserves Onverdeeld resultaat
31-‐12-‐14
2.182 81.361 4.087 57.725 974 11.486 10.409
83.543 1.439 2.202 2.503
31-‐12-‐13
3.448 69.493
1.138
84.681
84.681
72.941 1.529 4.478 1.768 4.239 77.180
3.979 55.532 698 4.396 12.575 77.180
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[111]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Rentebaten Dividenden Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Rentelasten Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
2014 5.297 247 5.544 -‐1.191 7.972 6.781 155 12.480 843 837 42 349 -‐2.071 10.409 0 10.409
2013 5.143 230 5.373 2.609 6.389 8.998 117 14.488 703 866 33 311 -‐1.913 12.575 0 12.575
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[112]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000)
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen netto-‐dividenden Ontvangen minus betaalde rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Dividenduitkering Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen per 1 januari Geldmiddelen per 31 december Mutatie verslagperiode
2014 -‐37.193 33.824 247 5.478 -‐2.000 356 20.684 -‐18.107 -‐5.209 -‐2.632 2.276 4.478 2.202 2.276
2013
-‐36.525 32.202 310 5.069 -‐1.322 18.851 -‐10.763 -‐4.790 1.446 4.478
-‐266 3.298 3.032 3.032
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[113]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93 voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen Op pagina 120 en 121 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in het verslagjaar is als volgt weer te geven: Andere Valuta-‐ waarde-‐ termijn-‐ Aandelen papieren contracten Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 3.448.000 69.493.000 -‐698.000 72.243.000 Aankopen 1.032.000 31.629.000 4.532.000 37.193.000 Verkopen/afwikkeling -‐2.911.000 -‐31.047.000 -‐128.000 -‐34.086.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 647.000 2.099.000 499.000 3.245.000 § gerealiseerd verliezen -‐94.000 -‐137.000 -‐4.205.000 -‐4.436.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 229.000 9.802.000 3.000 10.034.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐169.000 -‐478.000 -‐1.415.000 -‐2.062.000 Balanswaarde per 31 december 2014 2.182.000 81.361.000 -‐1.412.000 82.131.000
De andere waardepapieren bestaan uit obligaties en (niet-‐)vastrentende waardepapieren. Van de balanswaarde per 31 december 2014 classificeert 78% als vastrentend (per 31 december 2013: 71%). De som van de niet-‐gerealiseerde herwaarderingen bedraagt per 31 december 2014 € 13.533.000 positief en per 31 december 2013 € 4.125.000 positief. De waardering van de beleggingen met inbegrip van die waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan wordt door de externe accountant minimaal eenmaal per jaar als onderdeel van de jaar-‐ rekeningcontrole beoordeeld. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 44.606.000, SEK 2.978.000, USD 12.451.000 en CHF 1.514.000 en de aankoop van EUR 67.817.000 per 11 maart 2015. Per 31 december 2013 bestonden de valutatermijncontracten uit de verkoop van GBP 33.832.000, SEK 17.280.000, USD 7.590.000 en CHF 1.252.000 en de aankoop van EUR 48.528.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 1.412.000 (per 31 december 2013 € 698.000) is opgenomen onder de overlopende passiva.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[114]
De valutatermijncontracten zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. Het transactievolume van de in 2014 afgesloten contracten bedroeg € 270 miljoen (2013: € 197 miljoen). Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa Obligatierente Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen Nog af te wikkelen effectentransacties
31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 1.138.000 1.369.000 39.000 160.000 262.000 0 1.439.000 1.529.000
3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Kortlopende schulden Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Overige schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 1.412.000 212.000 837.000 42.000 2.503.000
31-‐12-‐13 698.000 193.000 866.000 11.000 1.768.000
5. Eigen vermogen
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 5.409.375, verdeeld in 5.409.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 3.978.693 Plaatsingen 1.009.335 Inkopen -‐900.740 Stand per 31 december 2014 4.087.288
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[115]
De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Herwaar-‐ Geplaatst derings-‐ Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserve reserves resultaat Stand per 31 december 2013 3.979.000 55.532.000 698.000 4.396.000 12.575.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 0 12.575.000 -‐12.575.000 Dividenduitkeringen 0 0 0 -‐5.209.000 0 Plaatsing aandelen 1.009.000 19.472.000 0 0 0 Inkoop aandelen -‐901.000 -‐17.279.000 0 0 0 Mutatie 2014 0 0 276.000 -‐276.000 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 0 10.409.000 Stand per 31 december 2014 4.087.000 57.725.000 696.000 11.486.000 10.409.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 69,6 miljoen en per 31 december 2013 € 67,3 miljoen. De herwaarderingsreserve heeft betrekking op ongerealiseerde waardestijgingen van beleggingen die op balansdatum nog aanwezig zijn en waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan. De mutaties in deze reserve worden ten gunste of ten laste van de vrije reserves (agio-‐ reserve of overige reserves) gebracht. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 2.773.000. In 2014 zijn reeds interim-‐ dividenden ad € 3.932.000 uitgekeerd en in januari 2015 een slotdividend ten bedrag van € 1.308.000. Middels deze uitkeringen is aan de fiscale uitdelingsverplichting voldaan. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel:
Ultimo jaar 2012 2013 2014
Eigen vermogen in € 61.678.000 77.180.000 84.681.000
Aantal uitstaande aandelen 3.552.822 3.978.693 4.087.288
Intrinsieke waarde in € 17,36 19,40 20,72
TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten
Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een vaste beheer-‐ vergoeding van 0,25% per kwartaal, berekend over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[116]
In het aanvullend prospectus is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalenderjaar het sub-‐ fonds beter dan de referentie-‐index heeft gepresteerd en de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden is gestegen, de beheerder een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt van het nettorendement van het sub-‐ fonds boven het rendement van de referentie-‐index. Het subfonds is over 2014 een variabele vergoeding ad € 837.000 verschuldigd (over 2013 € 866.000).
Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % a) Marketing-‐ en advertentiekosten 165.000 0,20 0,21 145.000 0,21 b) Bewaarloon 41.000 0,05 0,07 48.000 0,07 c) Kosten van toezicht 24.000 0,03 0,02 31.000 0,04 d) Kosten accountant 25.000 0,03 0,03 29.000 0,04 e) Overige kosten 94.000 0,11 0,06 58.000 0,09 349.000 0,42 0,39 311.000 0,45 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde eigen vermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. f) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit de kosten van de Fund Agent, guichetprovisie, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt, worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toe-‐ rekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[117]
Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. De LKF bedroeg over 2014 1,44% en over 2013 1,49%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 1,14% en over 2013 1,17%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 1,01% en in 2013 1,27%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 82.657.000 en over 2013 € 68.043.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 57.000, dit is gemiddeld 0,11% (in 2013 eveneens 0,11%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 82% (2013: 85%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 39% en over 2013 58%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waar-‐ door een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggings-‐ instellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 2 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Income Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,4% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[118]
Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[119]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014
AANDELEN Groot-‐Brittannië General Accident prefs Rusland Raven Russia prefs Overige belangen < € 500.000 Totaal aandelen OBLIGATIES EN (NIET-‐)VASTRENTENDE WAARDEN België Ethias Vie BNP Paribas Fortis conv. KBC Bank China Chaowei Power Holdings Duitsland HT1 Funding Groot-‐Brittannië Arrow Global Finance Bank of Scotland Bradford & Bingley Bradford & Bingley Brit Insurance Holding Burford Group Cabot Financial Co-‐Operative Bank Co-‐Operative Group Crown Newco Enterprise Inns Harkand Finance Hemingway Debenture Kensington Group Liverpool Victoria Friendly Society Lloyds TSB Group Lowell group Nationwide Building Society
Rente %
4,747 variabel 6,202 7,250 6,352 7,875 13,625 11,625 13,000 6,625 9,625 10,375 11,000 11,000 7,000 6,375 7,500 10,375 variabel variabel 13,000 10,750 variabel
Expiratie-‐ Balans-‐ datum waarde in € 1.119.108 656.601 406.436 2.182.145 perpetual 2.644.593 perpetual 3.258.228 perpetual 2.717.251 24-‐09-‐2017 593.513 perpetual 1.421.896 01-‐02-‐202 1.798.940 perpetual 1.767.542 perpetual 864.627 perpetual 2.006.606 09-‐12-‐2030 3.001.717 31-‐12-‐2019 2.425.225 01-‐10-‐2019 1.691.779 20-‐12-‐2023 2.762.840 20-‐12-‐2025 2.820.763 15-‐02-‐2018 2.010.091 26-‐09-‐2031 3.364.369 28-‐03-‐2019 1.380.393 31-‐07-‐2023 1.585.837 21-‐12-‐2015 3.606.400 22-‐05-‐2043 2.651.316 perpetual 2.195.694 01-‐04-‐2019 1.192.148 perpetual 663.215
%¹ 1,3 0,8 0,5 2,6 3,1 3,8 3,2 0,7 1,7 2,1 2,1 1,0 2,4 3,5 2,9 2,0 3,3 3,3 2,4 4,0 1,6 1,9 4,3 3,1 2,6 1,4 0,9
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Income Fund 2014
[120]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg
National Westminster Bank National Westminster Bank Onesavings Bank PGH Capital Phoenix Life (Scottish Mutual) Punch Taverns Punch Taverns Fin REA Holdings Royal Bank of Scotland Santander UK SVB Holdings Nederland Hema Bondco Faxtor ABS 2005-‐1 Class B Morgan Stanley Inv. Man. 2007-‐1X Class F NIBC Bank NIBC Bank SRLEV SRLEV Spanje Santander UK Verenigde Staten van Amerika Dresdner Funding Trust I Sears Holdings Zuid-‐Korea Chaowei Power Holdings Overige belangen < € 500.000 Totaal obligaties en (niet-‐)vastrentende waarden TOTAAL PORTEFEUILLE
Hof Hoorneman Income Fund 2014
Rente % 11,500 variabel variabel 5,750 7,250 7,320 7,320 7,5000 variabel variabel 6,500 6,250 variabel 7,625 variabel 7,000 9,000 10,062 8,151 6,625 7,250
Expiratie-‐ Balans-‐ datum waarde in € % perpetual 1.756.635 2,1 perpetual 809.946 1,0 perpetual 1.613.352 1,9 07-‐07-‐2021 2.068.025 2,4 perpetual 1.565.565 1,8 15-‐10-‐2025 2.534.160 3,0 15-‐10-‐2025 960.447 1,1 30-‐06-‐2017 1.825.252 2,2 29-‐10-‐2049 1.051.730 1,2 perpetual 1.370.632 1,6 27-‐04-‐2017 1.184.323 1,4 15-‐06-‐2019 846.980 1,0 533.100 0,6 2024 845.847 1,0 perpetual 2.909.560 3,4 perpetual 654.034 0,8 perpetual 1.255.060 1,5 15-‐04-‐2041 2.432.003 2,9 perpetual 2.092.698 2,5 30-‐06-‐2031 1.503.081 1,8 15-‐10-‐2018 1.900.273 2,2 24-‐09-‐2017 1.223.652 1,4 81.361.338 96,1 83.543.483 98,7
[121]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN EUROPEAN VALUE FUND
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[122]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Overige reserves Onverdeeld resultaat
31-‐12-‐14
23.609 126 691 282
31-‐12-‐13
20.313
583
535
730 18.929 2.983 1.502
24.144 24.144
212 2.313
1.942 22.255 702 18.012 -‐915 4.456
22.255
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[123]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Dividenden en rentebaten Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
2014
692
22 1.150
312 0 105
1.172 55 1.919
-‐417 1.502 0 1.502
2013 1.178 3.310
616
4.488 47 5.151 237 378 80 -‐695 4.456 0 4.456
[124]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000)
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen netto-‐dividenden Ontvangen minus betaalde rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing eigen aandelen Betaald bij inkoop eigen aandelen Dividenduitkering Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen per 1 januari Geldmiddelen per 31 december Mutatie verslagperiode
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
2014
-‐11.427 9.378 712 0 -‐795 6.068 -‐5.000 -‐558
2.313 691
-‐2.132 510 -‐1.622 -‐1.622
2013
-‐11.308 8.980 651 2 -‐336 6.974 -‐2.994 -‐738
-‐2.011 3.242 1.231
1.082 2.313
1.231
[125]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen
Op pagina 131 en 132 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in het verslagjaar is als volgt weer te geven: Valuta-‐ termijn-‐ Aandelen contracten Totaal Marktwaarde 31 december 2013 20.313.000 -‐122.000 20.191.000 Aankopen 10.760.000 667.000 11.427.000 Verkopen -‐9.378.000 0 -‐9.378.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 954.000 70.000 1.024.000 § gerealiseerde verliezen -‐387.000 -‐615.000 -‐1.002.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 2.149.000 0 2.149.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐802.000 -‐197.000 -‐999.000 Marktwaarde 31 december 2014 23.609.000 -‐197.000 23.412.000 De som van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen bedraagt per 31 december 2014 € 4.124.000 positief en per 31 december 2013 € 3.833.000 positief. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 7.600.000 en CHF 913.000 en de aankoop van EUR 10.338.000 per 11 maart 2015. Per 31 december 2013 bestonden de valutatermijncontracten uit de verkoop van GBP 6.857.000 en CHF 807.000 en de aan-‐ koop van EUR 8.792.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 197.000 (per 31 december 2013 € 122.000) is opgenomen onder de overlopende passiva. De valutatermijncontracten zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. Het transactievolume van de in 2014 afgesloten contracten bedroeg € 45.659.000 (2013: € 27.900.000). Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[126]
2. Overige vorderingen en overlopende activa Dividendbelasting inzake ontvangen dividenden Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen Nog te ontvangen dividend en rente
31-‐12-‐14
31-‐12-‐13
126.000 0 0 126.000
118.000 66.000 28.000 212.000
3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva Niet-‐gerealiseerd resultaat valutatermijncontracten Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Nog te betalen inkoop aandelen Diversen
31-‐12-‐14
31-‐12-‐13
197.000 75.000 0 2.000 8.000 282.000
122.000 71.000 378.000 0 12.000 583.000
5. Eigen vermogen
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 1.909.375, verdeeld in 1.909.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 701.551 Plaatsingen 185.175 Inkopen -‐156.767 Stand per 31 december 2014 729.959
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[127]
De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Geplaatst Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserves resultaat Stand per 31 december 2013 702.000 18.012.000 -‐915.000 4.456.000 Bestemming resultaat boekjaar 2013 0 0 4.456.000 -‐4.456.000 Dividenduitkering 0 0 -‐558.000 0 Plaatsing aandelen 185.000 5.787.000 0 0 Inkoop aandelen -‐157.000 -‐4.870.000 0 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 1.502.000 Stand per 31 december 2014 730.000 18.929.000 2.983.000 1.502.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 5,0 miljoen en per 31 december 2013 € 4,0 miljoen. Aangezien voor de beleggingen van het fonds frequente marktnoteringen bestaan, is voor de niet-‐gerealiseerde waardestijgingen per balansdatum geen herwaarderingsreserve gevormd. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 457.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 worden uitgekeerd. Deze uitkering is nog niet in de balans per 31 december 2014 verwerkt. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 14.414.000 561.413 25,68 2013 22.255.000 701.551 31,72 2014 24.144.000 729.959 33,08 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een beheer-‐ vergoeding van 0,3125% per kwartaal, berekend over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht. In het aanvullend prospectus is opgenomen dat, indien de intrinsieke waarde van het fonds in het boekjaar met meer dan 10% is toegenomen, de directie over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Aangezien niet aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het fonds over 2014 geen variabele vergoeding verschuldigd (over 2013 € 378.000).
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[128]
Overige bedrijfskosten
2014 Marketing-‐ en advertentiekosten Bewaarloon Kosten van toezicht Kosten accountant Overige kosten
Prospectus % % 0,20 0,20 0,03 0,05 0,03 0,02 0,03 0,03 0,14 0,12 0,43 0,42
2013 36.000 9.000 6.000 8.000 21.000 80.000
% 0,20 0,05 0,04 0,04 0,12 0,45
a) 49.000 b) 8.000 c) 7.000 d) 7.000 e) 34.000 105.000 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde eigen vermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. g) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit de kosten van de Fund Agent, guichetprovisie, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toe-‐ rekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[129]
De LKF bedroeg over 2014 1,70% en over 2013 1,77%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 1,41% en over 2013 1,51%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 0% en in 2013 2,11%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 24.558.000 en over 2013 € 17.926.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 56.000, dit is gemiddeld 0,29,% (in 2013 0,27%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 96% (2013: 99%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 40% en over 2013 58%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het sub-‐ fonds, waardoor een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggingsinstellingen. De omloopfactor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 3 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman European Value Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,5% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250 per transactie. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[130]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014
België Ageas Jensen Group Duitsland Bayer Bilfinger Gesco GFT Technologies Henkel Hornbach prefs Konecranes KSB AG-‐Vorzug Münchener Rückversicherung Volkswagen Finland Nokia Frankrijk Cap Gemini Sanofi-‐Aventis Groot-‐Brittannië Anite Cape Carillion Compass group Connect Group Electrocomponents Impellam Group Interserve John Menzies The Paragon Group of Companies Phoenix Group Synthomer Tesco TSB Banking Group Vodafone Ierland C&C Group ¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
Balans-‐ waarde in €
%¹
767.484 486.459 575.509 713.995 483.342 322.920 490.121 634.939 266.927 586.436 692.172 644.758 467.564 607.053 471.135 460.709 293.613 670.441 498.152 354.002 220.532 975.233 634.852 374.032 888.217 972.705 816.336 256.398 255.817 551.415 478.808
3,2 2,0 2,4 3,0 2,0 1,3 2,0 2,6 1,1 2,4 2,9 2,7 1,9 2,5 2,0 1,9 1,2 2,8 2,1 1,5 0,9 4,0 2,6 1,5 3,7 4,0 3,4 1,1 1,1 2,3 2,0
[131]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg CPL Resources UDG Healthcare Hibernia REIT Nederland AkzoNobel ASML DSM ING Groep KPN Ordina Oostenrijk Semperit Zwitserland Zurich Financial Services TOTAAL PORTEFEUILLE
Balans-‐ waarde in €
564.656 2,3 932.406 3,9 1.171.042 4,8 511.356 2,1 503.348 2,1 458.444 1,9 449.867 1,9 597.255 2,5 228.812 0,9 502.290 2,1 777.598 3,2 23.609.150 97,8
%
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman European Value Fund 2014
[132]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN OBLIGATIE FONDS
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[133]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Obligaties Deposito bij bank Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Overige reserves Onverdeeld resultaat
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
31-‐12-‐14
57.215 2.600
1.727 56.359 1.263 3.423
59.815 837 2.396 276 2.957 62.772
62.772
31-‐12-‐13
41.688 1.550
43.238
788 413 171
1.030 44.268 1.273 40.668 1.663 664 44.268
[134]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Rente Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding Rente Overige bedrijfskosten Resultaat Belastingen Resultaat na belastingen
2014
2013
-‐305 2.064 290 1 215
2.126 1.759 44 3.929 -‐506 3.423 0 3.423
-‐152 -‐420 187 1 171
1.557 -‐572 38 1.023 -‐359 664 0 664
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[135]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing aandelen Betaald bij inkoop aandelen Dividenduitkering Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen begin verslagperiode Geldmiddelen einde verslagperiode Mutatie verslagperiode
-‐34.150 19.414 1.937 -‐482 23.361 -‐7.033 -‐1.064 413 2.396
2014
2013
-‐13.281 15.264 1.983 1.983
-‐32.818 19.022 1.439 -‐387 20.231 -‐6.830 -‐675 431 413
-‐12.744 12.726 -‐18 -‐18
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[136]
TOELICHTING ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen Op pagina 142 en 143 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in de verslagperiode is als volgt weer te geven: Valuta-‐ termijn-‐ Obligaties Deposito contracten Totaal Marktwaarde per 31 december 2013 41.688.000 1.550.000 -‐103.000 43.135.000 Aankopen 27.222.000 6.150.000 778.000 34.150.000 Verkopen/uitkeringen -‐14.243.000 -‐5.100.000 -‐71.000 -‐19.414.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 440.000 0 129.000 569.000 § gerealiseerde verliezen -‐141.000 0 -‐733.000 -‐874.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 2.296.000 0 16.000 2.312.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐47.000 0 -‐201.000 -‐248.000 Marktwaarde per 31 december 2014 57.215.000 2.600.000 -‐185.000 59.630.000 De obligaties bestaan uit vastrentende en niet-‐vastrentende obligaties. Van de balanswaarde per 31 december 2014 classificeert 81,3% als vastrentend (31 december 2013: 86,5%). De som van de ongerealiseerde waardeveranderingen van de obligaties bedraagt per 31 december 2014 € 2.454.000 positief en per 31 december 2013 € 68.000 positief. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 5.606.000, CHF 1.750.000, USD 2.217.000 en MXN 14.500.000 en de aankoop van EUR 11.102.000 per 11 maart 2015. De per 31 december 2013 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 5.766.000, CHF 1.369.000, USD 1.317.000 en MXN 13.500.000 en de aankoop van EUR 9.663.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 185.000 (per 31 december 2013 € 103.000) is opgenomen onder de overlopende passiva. De valutatermijncontracten worden via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. Het transactievolume van de in de verslagperiode afgesloten contracten bedroeg € 47.300.000 (2013 € 37.800.000). Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[137]
2. Overige vorderingen en overlopende activa Obligatierente Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen
31-‐12-‐14 834.000 3.000 837.000
31-‐12-‐13 646.000 142.000 788.000
3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva
Nog te betalen beheervergoeding Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 78.000 185.000 13.000 276.000
31-‐12-‐13 55.000 103.000 13.000 171.000
5. Eigen vermogen Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 2.909.375, verdeeld in 2.909.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 1.272.830 Plaatsingen 651.016 Inkopen -‐196.375 Stand per 31 december 2014 1.727.471 De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Geplaatst Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserves resultaat Stand per 31 december 2013 1.273.000 40.668.000 1.663.000 664.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 664.000 -‐664.000 Dividenduitkering 0 0 -‐1.064.000 0 Plaatsing aandelen 651.000 22.538.000 0 0 Inkoop aandelen -‐197.000 -‐6.847.000 0 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 3.423.000 Stand per 31 december 2014 1.727.000 56.359.000 1.263.000 3.423.000
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[138]
De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 56,3 miljoen en per 31 december 2013 € 40,6 miljoen. Aangezien voor de beleggingen van het fonds frequente marktnoteringen bestaan, is voor de niet-‐gerealiseerde waardestijgingen per balansdatum geen herwaarderingsreserve gevormd. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 881.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 worden uitgekeerd. De uitkering is nog niet in de balans per 31 december 2014 verwerkt. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 30.774.000 885.131 34,77 2013 44.268.000 1.272.830 34,78 2014 62.772.000 1.727.471 36,34 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een vaste beheer-‐ vergoeding van 0,125% per kwartaal, berekend over het fondsvermogen per het einde van het kwar-‐ taal, in rekening gebracht. Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % a) Marketing-‐ en advertentiekosten 111.000 0,20 0,20 74.000 0,20 b) Bewaarkosten 12.000 0,02 0,04 13.000 0,04 c) Kosten van toezicht 16.000 0,03 0,02 13.000 0,04 d) Kosten accountant 17.000 0,03 0,03 15.000 0,04 e) Overige kosten 59.000 0,11 0,07 56.000 0,15 215.000 0,39 0,36 171.000 0,47 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde eigen vermogen (zie de toelichting op de lopende kosten). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[139]
h) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit kosten van de Fund Agent, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toe-‐ rekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. De LKF bedroeg over 2014 0,91% en over 2013 0,99%. Het deel van de lopende kosten dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten bedroeg over 2014 0,62% en 0,59% over 2013. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 55.726.000 en over 2013 € 36.296.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 38.000, dit is gemiddeld 0,10% (in 2013 eveneens 0,10%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 72% (2013: 98%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 42% en over 2013 67%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waardoor een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggingsinstellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[140]
relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Bij een negatieve uitkomst wordt de factor op 0 gesteld. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 4 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Obligatie Fonds) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,15% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aankopen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250 per transactie. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[141]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014 Rente % 0,000 1,750 2,125 2,125 2,500 2,500 2,625 2,750 2,750 2,875 3,000 3,125 3,125 3,250 3,250 3,375 3,750 3,875 4,000 4,125 4,125 4,250 4,250 4,500 4,570 4,625 4,750 4,750 4,750 4,750 5,000 5,250 5,500 5,500 5,500 6,375 6,500 6,500 6,587 6,625 9,000 variabel
OBLIGATIES Depfa Bank (MXN) Gecina Heineken Yorkshire Building Society Achmea Coventry Building Society Leeds Building Society Hammerson Prologis Int. Funding F. van Lanschot NIBC Bank (CHF) Deutsche Annington Fin. F. van Lanschot Corio Everything Everywhere ASML Citycon Fonciere des Egions Atrium European Real Estate Ageas Capital (USD) Friesland Bank Citycon Delta Lloyd Befimmo SNS Bank GE Capital Trust IV Adecco International Befimmo F. van Lanschot Gecina Places for People homes (GBP) Commerzbank Global Switch Holdings Royal Bank of Scotland Segro (GBP) Northern Rock Asset Management (GBP) Close Brothers Group (GBP) SVB Holding (GBP) DAA SNS Bank Delta Lloyd Leven ABN-‐Amro Bank ¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
Expiratie-‐ datum 15-‐06-‐2015 30-‐07-‐2021 04-‐08-‐2020 18-‐03-‐2019 19-‐11-‐2020 18-‐11-‐2020 01-‐04-‐2021 26-‐09-‐2019 23-‐10-‐2018 17-‐10-‐2016 19-‐12-‐2016 25-‐07-‐2019 05-‐06-‐2018 26-‐02-‐2021 03-‐08-‐2018 19-‐09-‐2023 24-‐06-‐2020 16-‐01-‐2018 20-‐04-‐2020 25-‐04-‐2023 08-‐01-‐2016 11-‐05-‐2017 17-‐11-‐2017 29-‐04-‐2017 28-‐12-‐2017 15-‐09-‐2066 13-‐04-‐2018 30-‐12-‐2015 09-‐10-‐2019 11-‐04-‐2019 27-‐12-‐2016 30-‐08-‐2019 18-‐04-‐2018 20-‐04-‐2019 20-‐06-‐2018 02-‐12-‐2019 10-‐02-‐2017 27-‐04-‐2017 09-‐07-‐2018 30-‐11-‐2016 29-‐08-‐2042 06-‐11-‐2017
Balans-‐ waarde in € 822.117 1.039.450 1.076.880 978.325 760.774 2.172.780 1.026.085 1.088.300 1.994.156 518.185 1.472.841 1.647.540 1.060.930 1.356.720 864.888 1.744.455 838.418 543.895 1.601.070 1.036.475 260.000 1.504.370 2.084.243 2.223.738 507.846 1.553.775 2.035.998 354.558 389.236 1.162.160 682.410 590.500 575.720 856.722 431.854 1.509.137 1.903.311 1.955.908 358.656 1.440.712 473.288 1.976.249
%¹ 1,3 1,7 1,7 1,6 1,2 3,5 1,6 1,7 3,2 0,8 2,3 2,6 1,7 2,2 1,4 2,8 1,3 0,9 2,6 1,7 0,4 2,4 3,3 3,5 0,8 2,5 3,2 0,6 0,6 1,9 1,1 0,9 0,9 1,4 0,7 2,4 3,0 3,1 0,6 2,3 0,8 3,1
[142]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg Achmea ING Bank Ned. Waterschapsbank Ned. Waterschapsbank Rabobank Royal Bank of Scotland Totaal obligaties DEPOSITO’S Hof Hoorneman Bankiers Hof Hoorneman Bankiers Hof Hoorneman Bankiers Totaal deposito’s TOTAAL PORTEFEUILLE
Rente % variabel variabel variabel variabel variabel variabel 1,280 1,280 1,480
Balans-‐ Expiratie-‐ waarde datum in € % 04-‐04-‐2043 1.603.714 2,6 04-‐10-‐2019 2.365.835 3,8 15-‐05-‐2018 212.000 0,3 30-‐06-‐2045 1.819.590 2,9 27-‐04-‐2021 1.652.842 2,6 11-‐01-‐2020 1.086.300 1,7 57.214.956 91,2 13-‐02-‐2015 500.000 0,8 12-‐03-‐2015 1.200.000 1,9 15-‐10-‐2015 900.000 1,4 2.600.000 4,1 59.814.956 95,3
Hof Hoorneman Obligatie Fonds 2014
[143]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN PHOENIX FUND
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[144]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties en andere waardepapieren Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Herwaarderingsreserve Overige reserves Onverdeeld resultaat
4.089 21.696
1.163 14.699 1.829 3.943 4.517
31-‐12-‐14 25.785 56 1.774 1.464
1.884 11.754
366
26.151
26.151
31-‐12-‐13 13.638 79 2.726 1.054 1.751 15.389
862 8.755 1.182 432 4.158 15.389
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[145]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Rente en dividend Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Rentelasten Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
2014
1.515 3.891 475 827 0 119
410 5.406 122 5.938 -‐1.421 4.517 0 4.517
2013
2.556 2.588 255 835 11 52
117 5.144 50 5.311 -‐1.153 4.158 0 4.158
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[146]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000)
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen rente en dividend, per saldo Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing van aandelen Betaald bij inkoop van aandelen Mutatie kortlopend bankkrediet Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen begin verslagperiode Geldmiddelen einde verslagperiode Mutatie verslagperiode
-‐13.473 7.090 410 -‐1.369 9.321 -‐2.931 0 2.726 1.774
2014 -‐7.342 6.390 -‐952 -‐952
-‐5.109 7.022 144 -‐592 2.886 -‐2.253 0 628 2.726
2013 1.465 633 2.098 2.098
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[147]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen
Op pagina 153 en 154 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in het verslagjaar is als volgt weer te geven:
Andere Valuta-‐ waarde-‐ termijn-‐ Aandelen papieren contracten Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 1.884.000 11.754.000 -‐78.000 13.560.000 Aankopen 1.496.000 11.629.000 557.000 13.682.000 Verkopen/uitkeringen -‐854.000 -‐6.236.000 0 -‐7.090.000 Omwisselingen 803.000 -‐803.000 0 0 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 159.000 2.287.000 43.000 2.489.000 § gerealiseerde verliezen 0 -‐452.000 -‐522.000 -‐974.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 988.000 5.247.000 0 6.235.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐387.000 -‐1.730.000 -‐227.000 -‐2.344.000 Balanswaarde per 31 december 2014 4.089.000 21.696.000 -‐227.000 25.558.000 De andere waardepapieren bestaan uit obligaties en (niet-‐)vastrentende waardepapieren. Van de balanswaarde per 31 december 2014 classificeert 64% als vastrentend (per 31 december 2013 69%). De som van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen bedroeg per 31 december 2014 € 8.215.000 negatief en per 31 december 2013 € 10.768.000 negatief. De waardering van de beleggingen met inbegrip van die waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan wordt door de externe accountant minimaal eenmaal per jaar als onderdeel van de jaar-‐ rekeningcontrole beoordeeld. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 8.779.000 en CHF 225.000 en de aankoop van EUR 11.253.000 per 11 maart 2015. Per 31 december 2013 bestonden de valutatermijncontracten uit de verkoop van GBP 4.231.000 en CHF 212.000 en de aankoop van EUR 5.188.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 227.000 (per 31 december 2013 € 78.000) is opgenomen onder de overlopende passiva. De valutatermijncontracten zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. Het transactievolume van de in 2014 afgesloten contracten bedroeg € 43.400.000 (2013: € 20.100.000).
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[148]
Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa
31-‐12-‐14 42.000 14.000 56.000
31-‐12-‐13 42.000 37.000 79.000
31-‐12-‐14 827.000 131.000 227.000 265.000 14.000 1.464.000
31-‐12-‐13 835.000 77.000 78.000 56.000 8.000 1.054.000
Rente en dividend Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen 3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva
Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Nog te betalen beheervergoeding (vast) Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Nog af te wikkelen effectentransacties Diverse schulden en overlopende passiva
5. Eigen vermogen Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 1.909.375, verdeeld in 1.909.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 861.725 Plaatsingen 439.355 Inkopen -‐138.216 Stand per 31 december 2014 1.162.864
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[149]
De mutaties in de verslagperiode zijn als volgt weer te geven:
Stand per 31 december 2013 Bestemming resultaat 2013 Plaatsing aandelen Inkoop aandelen Mutatie 2014 Resultaat boekjaar 2014 Stand per 31 december 2014
Geplaatst kapitaal Agio 862.000 8.755.000 0 0 439.000 8.767.000 -‐138.000 -‐2.823.000 0 0 0 0 1.163.000 14.699.000
Herwaar-‐ derings-‐ reserve 1.182.000 0 0 0 647.000 0 1.829.000
Overige Onverdeeld reserves resultaat 432.000 4.158.000 4.158.000 -‐4.158.000 0 0 0 0 -‐647.000 0 0 4.517.000 3.943.000 4.517.000
De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 49,3 miljoen en per 31 december 2013 € 43,2 miljoen. De herwaarderingsreserve heeft betrekking op ongerealiseerde waardestijgingen van beleggingen die op balansdatum nog aanwezig zijn en waarvoor geen frequente marktnoteringen bestaan. De mutaties in deze reserve worden ten gunste of ten laste van de vrije reserves (agio-‐ reserve of overige reserves) gebracht. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 geen verplichting tot uitkering van dividend. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 10.616.000 835.059 12,71 2013 15.389.000 861.725 17,86 2014 26.151.000 1.162.864 22,49 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten
Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een vaste beheer-‐ vergoeding van 0,5% per kwartaal, berekend over het eigen vermogen per het einde van het kwar-‐ taal, in rekening gebracht. In het aanvullend prospectus is (samengevat) opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde dividenden met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding van 20% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Aangezien aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het fonds over 2014 een variabele vergoeding ad € 827.000 verschuldigd (over 2013 € 835.000).
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[150]
Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % a) Marketing-‐ en advertentiekosten 44.000 0,19 0,21 24.000 0,20 b) Bewaarkosten 13.000 0,06 0,07 8.000 0,07 c) Kosten van toezicht 6.000 0,03 0,02 4.000 0,04 d) Kosten accountant 7.000 0,03 0,03 5.000 0,04 e) Overige kosten 49.000 0,22 0,11 11.000 0,09 119.000 0,53 0,44 52.000 0,44 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. i) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit de kosten van de Fund Agent, guichetprovisie, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt, worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toerekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[151]
De LKF bedroeg over 2014 2,65% en over 2013 2,58%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 2,65% en over 2013 2,34%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 3,69% en in 2013 7,03%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 22.406.000 en over 2013 € 11.882.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 25.000, dit is gemiddeld 0,14% (in 2013 eveneens 0,14%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 90% (2013: 61%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 38% en over 2013 56%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waar-‐ door een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggings-‐ instellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 5 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Phoenix Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 1% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs, met een maximum van € 250 per transactie. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactie-‐ kosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[152]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014 AANDELEN
Co-‐Operative Bank West Bromwich Building Society Straumer Burdaras Sears Roebuck Acceptance Punch Taverns 3W Power Totaal aandelen
OBLIGATIES EN (NIET-‐)VASTRENTENDE WAARDEN Alpine Bau claims Anthracite Note A-‐Tec Industries A-‐Tec Industries A-‐Tec Industries Bank of Ireland Holdings Bradford & Bingley BYR HF claims Cirio Del Monte/Del Monte Finance Finmatica loans Glitnir Banki claims Hellas II Heta Asset Resolution HSH Nordbank HSH Nordbank Luxembourg Independencia Investkreditbank IT Holding Finance Kaupthing Bank claims Kaupthing, Singer & Friedlander claims KPNQwest Landsbanki Iceland claims Lehman Brothers Lloyds Banking Group Lloyds TSB Group Madoff claims
Rente %
Expiratie-‐ datum
2,750 5,750 variabel 11,625 variabel 4,250 7,250 7,407 15,000 7,000 9,875 7,875 13,000
10-‐04-‐2017 10-‐05-‐2014 02-‐11-‐2010 27-‐10-‐2014 perpetual perpetual 15-‐01-‐2015 31-‐10-‐2016 perpetual perpetual 31-‐03-‐2015 2021 15-‐11-‐2012 perpetual perpetual
Balans-‐ waarde in €
%¹
661.561 2,5 1.926.866 7,3 652.500 2,5 151.509 0,6 418.727 1,6 278.398 1,1 4.089.561 15,6 258.972 1,0 155.530 0,6 600.912 2,3 112.800 0,4 200.000 0,8 407.021 1,6 2.713.967 10,4 340.821 1,3 1.356.133 5,2 392.010 1,5 638.505 2,5 337.500 1,3 693.030 2,7 152.385 0,6 161.430 0,6 124.203 0,5 780.000 3,0 193.061 0,7 476.717 1,8 1.344.758 5,2 127.614 0,5 804.339 3,1 484.089 1,9 665.237 2,6 548.923 2,1 508.348 1,9
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[153]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg MatelHoldings Magyar
Northern Rock Asset Management Pescanova Petroplus Finance 3W Power Phosphorus Holdco Punch Taverns Resparc Funding II SNS Bank diverse leningen Spron claims Stulz H+E Teksid Aluminium Vivarte Second lien Overige beleggingen < € 50.000 Totaal obligaties en (niet-‐)vastrentende waarden TOTAAL PORTEFEUILLE
Rente %
Expiratie-‐ datum
8,399 4,000 4,000 10,000 7,750 7,500 variabel
15-‐06-‐2018 perpetual 16-‐10-‐2015 29-‐08-‐2019 01-‐04-‐2019 30-‐12-‐2015 perpetual 15-‐7-‐2011
Balans-‐ waarde in €
%¹
1.043.052 4,0 1.987.560 7,6 156.776 0,6 142.586 0,5 585.900 2,2 193.170 0,7 372.392 1,4 162.908 0,6 309.866 1,2 273.500 1,0 975.000 3,7 761.173 2,9 90.000 0,3 63.590 0,2 21.695.778 83,0 25.785.339 98,6
Hof Hoorneman Phoenix Fund 2014
[154]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN EMERGING MARKETS FUND
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[155]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaats aandelenkapitaal Agio Overige reserves Onverdeeld resultaat
31-‐12-‐14
9.763
32
1.243 49
29
537 155
1.226
132 11.157 -‐718 -‐193
9.152
31-‐12-‐13
10.378 10.378
411 10.174 126 10.766 -‐1.246 528
10.174
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[156]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Dividenden en rente Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Rente Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
2014
264
-‐272 1 154 0 1 51
2013
-‐271 20 13 -‐206 -‐193 0 -‐193
229
382 172 156 65 0 74
554 40 823 -‐295 528 0 528
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[157]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen netto-‐dividenden Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij (her)plaatsing aandelen Betaald bij inkoop aandelen Dividenduitkering Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen per 1 januari Geldmiddelen per 31 december Mutatie verslagperiode
2014
-‐5.422 5.762 262 -‐294 1.596 -‐1.141 -‐57 537 1.243
308 398 706 706
2013
-‐2.514 3.043 267 -‐252 2.099 -‐2.241 -‐183 318 537
544 -‐325 219 219
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[158]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen Op pagina 164 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen in het verslagjaar is als volgt weer te geven: Marktwaarde per 31 december 2013 9.763.000 Aankopen 5.422.000 Verkopen -‐5.762.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 382.000 § gerealiseerde verliezen -‐654.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 753.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐752.000 Marktwaarde per 31 december 2014 9.152.000
De som van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen bedraagt per 31 december 2014 € 336.000 positief en 31 december 2013 € 1.596.000 positief. Zowel per 31 december 2014 als per 31 december 2013 was geen sprake van lopende valutatermijncontracten. Evenals in 2013 zijn in 2014 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa Deze post betreft nog te ontvangen dividenden.
3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[159]
4. Overige schulden en overlopende passiva 31-‐12-‐14 0 39.000 0 10.000 49.000
Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog te betalen inzake inkoop aandelen Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐13 65.000 39.000 19.000 32.000 155.000
5. Eigen vermogen
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 1.000.000, verdeeld in 1.000.000 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 126.420 Plaatsingen 19.986 Inkopen -‐14.433 Stand per 31 december 2014 131.973 De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Geplaatst Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserves resultaat Stand per 31 december 2013 126.000 10.766.000 -‐1.246.000 528.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 528.000 -‐528.000 Dividenduitkering 0 -‐57.000 0 0 Plaatsing aandelen 20.000 1.565.000 0 0 Inkoop aandelen -‐14.000 -‐1.117.000 0 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 -‐193.000 Stand per 31 december 2014 132.000 11.157.000 -‐718.000 -‐193.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 4,5 miljoen en per 31 december 2013 € 4,0 miljoen. Aangezien voor de beleggingen van het fonds frequente marktnoteringen bestaan, is voor de niet-‐gerealiseerde waardestijgingen per balansdatum geen herwaarderingsreserve gevormd. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 102.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 worden uitgekeerd. Deze uitkering is nog niet in de balans per 31 december 2014 verwerkt.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[160]
Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 10.030.000 129.171 77,65 2013 10.174.000 126.420 80,48 2014 10.378.000 131.973 78,64 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten
Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de beheerder een beheervergoeding van 0,375% per kwartaal, berekend over het fondsvermogen per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht.
In het aanvullend prospectus is opgenomen dat de directie recht heeft op een variabele vergoeding (performance fee) van 10% van het positieve verschil tussen het rendement van het fonds, zijnde de procentuele stijging van de intrinsieke waarde in het betreffende jaar, en het nettorendement van de MSCI Emerging Markets Index. Aangezien niet aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het fonds over 2014 geen variabele vergoeding verschuldigd (over 2013: € 65.000). Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % a) Marketing-‐ en advertentiekosten 20.000 0,20 0,21 25.000 0,24 b) Bewaarkosten 9.000 0,09 0,12 12.000 0,11 c) Kosten van toezicht 3.000 0,03 0,02 4.000 0,04 d) Kosten accountant 3.000 0,03 0,03 4.000 0,04 e) Overige kosten 16.000 0,15 0,17 29.000 0,28 51.000 0,50 0,55 74.000 0,71 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fondsvermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. c) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[161]
werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. d) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. e) De overige kosten bestaan uit guichetprovisie, kosten van de Fund Agent, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toe-‐ rekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. Het subfonds belegt meer dan 10% van haar vermogen in andere beleggingsinstellingen. Bij de bepaling van de LKF wordt rekening gehouden met de kosten van die beleggingsinstellingen. De LKF bedroeg over 2014 2,34% en over 2013 2,66%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 1,78% en over 2013 1,73%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 0% en in 2013 0,63%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend, bedroeg over 2014 € 10.192.000 en over 2013 € 10.449.000. De kosten van andere beleggingsinstellingen zijn in de LKF begrepen. Deze kosten zijn niet separaat als kosten in de winst-‐en-‐verliesrekening van het subfonds gepresenteerd, maar maken onderdeel uit van de post ‘waardeveranderingen van beleggingen’. Ten behoeve van de berekening van de LKF wordt de omvang van deze kosten bepaald op basis van de meest recent gepubliceerde LKF van de betreffende beleggingsinstelling of andere publiek beschikbare informatie, dan wel wordt een inschatting van de kosten gemaakt. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 22.000, dit is gemiddeld 0,20% (in 2013 0,22%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 97% (2013: 96%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[162]
Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 83% en over 2013 11%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waar-‐ door een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggings-‐ instellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde.
Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 6 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Emerging Markets Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handelssysteem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV bedragen 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250 per transactie. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[163]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014 Balans-‐ waarde in € Brazilië Ambev 81.429 ITAU Unibanco prefs 290.042 Ocean Wilsons Holdings 232.744 Petroleo Brasileiro 59.025 Vale 83.402 Chili iShares MSCI Chile 112.106 Hongarije Zwack Unicum 50.408 Hongkong/China Belle International 77.139 Chaowei Power Holdings 109.436 Dragon Crown Group Holdings 79.591 Eva Precision Industrial Holdings 148.191 Fufeng Group 84.977 Greatview Aseptic Packaging 62.399 Hui Xian 74.265 Kingboard Laminates Holding 66.451 Kingdom Holdings 78.478 Labixiaoxin Snacks Group 53.792 Leoch International Technology 79.680 Le Saunda Holdings 93.365 Luen Thai Holdings 73.554 Pacific Textiles Holdings 83.270 Peak Sport Products 76.994 PYI Corp 72.609 Shenzhou Int. Group Holdings 103.682 Texwinca Holdings 106.400 Wasion Group Holdings 50.672 Weiqiao Textile Company 131.259 Xingda International Holdings 90.014 Xtep International 107.242 Yip’s Chemical Holdings 50.520 Youyuan International Holdings 73.200
Balans-‐ waarde %¹ in € %¹ India 0,8 Kubera Cross-‐Border Fund 63.854 0,6 2,8 Kazachstan 2,2 Kcell 76.841 0,7 0,6 Maleisië 0,8 Guinness Anchor Berhad 96.358 0,9 Mexico 1,1 iShares MSCI Mexico 589.089 5,7 Polen 0,5 iShares MSCI Poland Capped 388.705 3,7 Rusland 0,7 Gazprom 62.032 0,6 1,1 Lukoil 75.106 0,7 0,8 Prosperity Voskhod Fund 102.321 1,0 1,4 Rosneft Oil Company 56.253 0,5 0,8 Taiwan 0,6 iShares MSCI Taiwan Index Fund 1.373.864 13,3 0,7 Thailand 0,6 Thai Fund 323.598 3,1 0,8 Turkije 0,5 IS Gayrimenkul Yatirim Ortakligi 124.308 1,2 0,8 Vietnam 0,9 Vietnam Opportunity Fund 309.969 3,0 0,7 Zuid-‐Korea 0,8 Hyundai Motor 458.730 4,4 0,7 KB Financial Group 217.296 2,1 0,7 Samsung Electronics 508.584 4,9 1,0 Shinhan Financial Group 360.566 3,5 1,0 SK Innovation 390.058 3,8 0,5 Regio 1,3 Atrium European Real Estate 136.438 1,3 0,9 Baring Emerging Europe Fund 68.891 0,7 1,0 iShares Emerging Markets 211.097 2,0 0,5 Overige beleggingen < € 50.000 222.041 2,2 0,7 TOTAAL PORTEFEUILLE 9.152.335 88,2
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Emerging Markets Fund 2014
[164]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN REAL ESTATE VALUE FUND
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund NV 2014
[165]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties en andere waardepapieren Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Overige reserves Onverdeeld resultaat
7.425 662
204 6.714 714 1.108
31-‐12-‐14 8.087 76 739 162
5.074 408
653
8.740
8.740
31-‐12-‐13 5.482 69 177 68 178 5.660
153 4.647 559 301 5.660
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[166]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Dividend Rente Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Beheervergoeding (variabel) Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
210 39 135 913 93 71 48
2014
2013
249 1.048 23 1.320 -‐212 1.108 0 1.108
241 18 126 18 61 0 60
259 144 19 422 -‐121 301 0 301
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[167]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen dividend Ontvangen rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing van aandelen Betaald bij inkoop van aandelen Dividenduitkering Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen begin verslagperiode Geldmiddelen einde verslagperiode Mutatie verslagperiode
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
-‐5.607 4.085 209 33 -‐142 3.376 -‐1.246 -‐146 177 739
2014
-‐1.422 1.984 562 562
2013 -‐3.991 2.767 219 11 -‐169 2.513 -‐1.248 -‐91 166 177
-‐1.163 1.174 11 11
[168]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen
Op pagina 174 en 175 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in de verslagperiode is als volgt weer te geven: Valuta-‐ termijn-‐ Aandelen Obligaties contracten Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 5.074.000 408.000 -‐20.000 5.462.000 Aankopen 4.976.000 426.000 205.000 5.607.000 Verkopen -‐3.834.000 -‐243.000 -‐8.000 -‐4.085.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 368.000 4.000 20.000 392.000 § gerealiseerde verliezen -‐60.000 0 -‐197.000 -‐257.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 911.000 67.000 0 978.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐10.000 0 -‐55.000 -‐65.000 Balanswaarde per 31 december 2014 7.425.000 662.000 -‐55.000 8.032.000 De som van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen bedraagt per 31 december 2014 € 1.106.000 positief en per 31 december 2013 € 291.000 positief. De per 31 december 2014 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 1.282.000, USD 731.000 en CHF 570.000 en de verkoop van EUR 2.726.000 per 11 maart 2015. De per 31 december 2013 lopende valutatermijncontracten betreffen de verkoop van GBP 1.068.000, USD 541.000, SGD 440.000 en CHF 272.000 en de verkoop van EUR 2.135.000 per 14 maart 2014. Het niet-‐gerealiseerde verlies per 31 december 2014 ad € 55.000 (31 december 2013 € 20.000) is opgenomen onder de overlopende passiva. De valutatermijncontracten zijn via Hof Hoorneman Bankiers NV afgesloten met ABN Amro en Bank of New York Mellon. Het transactievolume van de in 2014 afgesloten contracten bedroeg € 12.727.000 (2013 € 7.400.000). In 2014 zijn evenals in 2013 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[169]
2. Overige vorderingen en overlopende activa
Deze post betreft nog te ontvangen dividenden en rente. 3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
4. Overige schulden en overlopende passiva
Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten Nog te betalen beheervergoeding (vast) Nog te betalen inzake inkoop aandelen Nog te betalen beheervergoeding (variabel) Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 55.000 28.000 1.000 71.000 7.000 162.000
31-‐12-‐13 20.000 15.000 12.000 0 21.000 68.000
5. Eigen vermogen Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 909.375, verdeeld in 909.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 152.885 Plaatsingen 82.214 Inkopen -‐31.171 Stand per 31 december 2014 203.928 De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Geplaatst Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserves resultaat Stand per 31 december 2013 153.000 4.647.000 559.000 301.000 Bestemming resultaat 2013 0 0 301.000 -‐301.000 Dividenduitkering 0 0 -‐146.000 0 Plaatsing aandelen 82.000 3.277.000 0 0 Inkoop aandelen -‐31.000 -‐1.210.000 0 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 1.108.000 Stand per 31 december 2014 204.000 6.714.000 714.000 1.108.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 6,8 miljoen en per 31 december 2013 € 4,7 miljoen.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[170]
Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 geen verplichting tot uitkering van dividend. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2012 4.216.000 119.481 35,28 2013 5.660.000 152.885 37,02 2014 8.740.000 203.928 42,86 TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een vaste beheer-‐ vergoeding van 0,3125% per kwartaal, berekend over het vermogen van Real Estate Value Fund per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht. In het aanvullend prospectus is opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde winsten met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Aangezien aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het subfonds over 2014 een variabele vergoeding verschuldigd ad € 71.000 (over 2013 nihil). Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % a) Marketing-‐ en advertentiekosten 14.000 0,21 0,20 14.000 0,27 b) Bewaarkosten 4.000 0,06 0,07 3.000 0,06 c) Kosten van toezicht 2.000 0,03 0,02 2.000 0,03 d) Kosten accountant 2.000 0,03 0,03 2.000 0,04 e) Overige kosten 26.000 0,37 0,31 39.000 0,75 48.000 0,70 0,63 60.000 1,15 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fonds-‐ vermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[171]
j)
In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit guichetprovisie, kosten van de Fund Agent, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze toerekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. Het subfonds belegt meer dan 10% van haar vermogen in beleggingsinstellingen. Bij de bepaling van de LKF wordt rekening gehouden met de kosten van die beleggingsinstellingen De LKF bedroeg over 2014 2,06% en over 2013 2,33%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten (dus exclusief de variabele vergoeding) bedroeg over 2014 1,71% en over 2013 1,46%. Uitgedrukt in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde bedroeg de variabele vergoeding in 2014 1,04% en in 2013 0%. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 6.834.000 en over 2013 € 5.172.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 24.000, dit is gemiddeld 0,29% (in 2013 0,69%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (circa 92% (2013: 99%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 76% en over 2013 58%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waardoor een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[172]
relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggings-‐ instellingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Bij een negatieve uitkomst wordt de factor op 0 gesteld. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 7 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman Real Estate Value Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handelssysteem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,5% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[173]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014
Balans-‐ waarde in €
België Montea Duitsland
%¹
31.673
0,4
Alstria Office REIT Deutsche Annington Immobilien
247.859 353.602
2,9 4,1
Fair Value REIT GAGFAH
148.945 238.576
1,7 2,7
LEG Immobilien VIB Vermögen Finland
124.600 212.703
1,4 2,4
CityCon Frankrijk
345.284
4,0
Altarea ANF Immobilier REIT
319.525 132.068
3,7 1,5
Klepierre Mercialys
252.897 368.700
2,9 4,2
Unibail-‐Rodamco Groot-‐Brittannië
507.009
5,8
76.610 82.237
0,9 0,9
British Land Company 6,375% Enterprise Inns 26-‐09-‐2031
640.706 367.022
7,3 4,2
Hammerson 10,375% Hemingway Debenture 31-‐07-‐2023 Park Plaza Hotel
501.564 137.968 116.416
5,8 1,6 1,3
7,32% Punch Taverns Fin 15-‐10-‐2025 7,32% Punch Taverns 15-‐10-‐2025
39.291 117.295
0,5 1,3
Quintain Estates & Development Hongkong/China
139.819
1,6
Hui Xian Prosperity REIT
131.002 117.896
1,5 1,3
Regal REIT Soho China
125.633 126.158
1,4 1,4
Sunlight REIT Ierland
125.340
1,4
Green REIT Hibernia REIT
393.773 588.392
4,5 6,7
Atrium European Real Estate AXA Property Trust
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
[174]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014, vervolg
Balans-‐ waarde
%
in € 69.437
0,8
Vastned Retail Wereldhave
121.713 96.159
1,4 1,1
Oostenrijk Buwog Zwitserland
282.227
3,2
PSP Swiss Property
407.050
4,7
Nederland Corio
TOTAAL PORTEFEUILLE
Hof Hoorneman Real Estate Value Fund 2014
8.087.149 92,5
[175]
JAARREKENING HOF HOORNEMAN CHINA VALUE FUND
Hof Hoorneman China Value Fund NV 2014
[176]
BALANS PER 31 DECEMBER 2014 (in € 1.000) (voor bestemming van het resultaat) Beleggingen (1) Aandelen Obligaties Vorderingen Overige vorderingen en overlopende activa (2) Overige activa Liquide middelen (3) Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva (4) Uitkomst van vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Uitkomst van activa min kortlopende schulden Eigen vermogen (5) Geplaatst kapitaal Agio Overige reserves Onverdeeld resultaat
14.400 412
527 15.464 926 27
31-‐12-‐14 14.812 45 2.158 71
12.153 0
2.132
16.944
16.944
31-‐12-‐13 12.153 103 3.611 84 3.630 15.783
493 14.364 0 926 15.783
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[177]
WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING OVER 2014 (in € 1.000) Opbrengsten uit beleggingen Dividend en rente Waardeveranderingen van beleggingen (1) Gerealiseerd Niet-‐gerealiseerd Overige opbrengsten Totaal opbrengsten Kosten (6) Beheervergoeding (vast) Overige bedrijfskosten Resultaat voor belastingen Belastingen Resultaat na belastingen
31-‐12-‐14
-‐287 -‐107 248 72
687 -‐394 54 347 -‐320 27 0 27
7-‐10-‐13 t/m 31-‐12-‐13 45 144 821 965 23 1.033 56 51 -‐107 926 0 926
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[178]
KASSTROOMOVERZICHT OVER 2014 (in € 1.000) Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Ontvangen dividend en rente Betaalde beheervergoeding en overige kosten Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij plaatsing van aandelen Betaald bij inkoop van aandelen Mutatie geldmiddelen Geldmiddelen begin verslagperiode Geldmiddelen einde verslagperiode Mutatie verslagperiode
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
-‐11.849 8.796 672 -‐333 4.245 -‐2.984 3.611 2.158
31-‐12-‐14 -‐2.714 1.261 -‐1.453 -‐1.453
8-‐10-‐13 t/m 31-‐12-‐13 -‐11.533 345 15 -‐23 -‐11.196 14.902 -‐95 14.807 3.611 0 3.611 3.611
[179]
TOELICHTING
ALGEMEEN Voor de algemene grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening, de waarderingsgrondslagen, de grondslagen voor de bepaling van het resultaat en de opstelling van het kasstroomoverzicht wordt verwezen naar de toelichting op de (samengevoegde) cijfers van het Paraplufonds zoals opgenomen op pagina 91 tot en met 93, voor zover hierna niet anders wordt vermeld. TOELICHTING OP DE BALANS
1. Beleggingen
Op pagina 185 is een specificatie van de beleggingsportefeuille opgenomen. Het verloop van de beleggingen en de valutatermijncontracten in de verslagperiode is als volgt weer te geven: Aandelen Obligaties Totaal Balanswaarde per 31 december 2013 12.153.000 0 12.153.000 Aankopen 11.441.000 408.000 11.849.000 Verkopen -‐8.796.000 0 -‐8.796.000 Waardeveranderingen (koersresultaten): § gerealiseerde winsten 944.000 0 944.000 § gerealiseerde verliezen -‐1.231.000 0 -‐1.231.000 § niet-‐gerealiseerde winsten 1.072.000 4.000 1.076.000 § niet-‐gerealiseerde verliezen -‐1.183.000 0 -‐1.183.000 Balanswaarde per 31 december 2014 14.400.000 412.000 14.812.000 De som van de niet-‐gerealiseerde waardeveranderingen van de beleggingen bedraagt per 31 december 2014 € 56.000 positief (per 31 december 2013 € 821.000 positief). In 2014 zijn evenals in 2013 geen beleggingen in-‐ of uitgeleend en zijn derhalve geen kosten gemaakt of vergoedingen ontvangen in verband met in-‐ of uitlenen.
2. Overige vorderingen en overlopende activa
31-‐12-‐14 45.000 0 0 45.000
31-‐12-‐13 30.000 73.000 0 103.000
Rente en dividend Nog te ontvangen inzake plaatsing aandelen Niet-‐gerealiseerde resultaten valutatermijncontracten 3. Liquide middelen Dit betreft het saldo van de bankrekening aangehouden bij Hof Hoorneman Bankiers NV. Het sub-‐ fonds heeft de beschikking over een kredietfaciliteit, waarvoor als zekerheid de effectenportefeuille is verpand.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[180]
4. Overige schulden en overlopende passiva Nog te betalen beheervergoeding (vast) Diverse schulden en overlopende passiva
31-‐12-‐14 63.000 8.000 71.000
31-‐12-‐13 56.000 28.000 84.000
5. Eigen vermogen Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 1.959.375, verdeeld in 1.959.375 aandelen van elk nominaal € 1. Het aantal uitstaande aandelen muteerde als volgt: Stand per 31 december 2013 492.520 Plaatsingen 129.640 Inkopen -‐94.791 Stand per 31 december 2014 527.369 De mutaties in het verslagjaar zijn als volgt weer te geven: Geplaatst Overige Onverdeeld kapitaal Agio reserves resultaat Stand per 31 december 2013 493.000 14.364.000 0 926.000 Winstbestemming 0 0 926.000 -‐926.000 Plaatsing aandelen 129.000 4.012.000 0 0 Inkoop aandelen -‐95.000 -‐2.912.000 0 0 Resultaat boekjaar 2014 0 0 0 27.000 Stand per 31 december 2014 527.000 15.464.000 926.000 27.000 De fiscale agioreserve bedraagt per 31 december 2014 € 15,5 miljoen en per 31 december 2013 € 14,4 miljoen. Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 156.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 worden uitgekeerd. Deze uitkering is nog niet in de balans per 31 december 2014 verwerkt. Hieronder volgt een overzicht van het eigen vermogen, het aantal bij derden uitstaande aandelen en de intrinsieke waarde per aandeel: Eigen Aantal Intrinsieke vermogen uitstaande waarde Ultimo jaar in € aandelen in € 2013 15.783.000 492.520 32,05 2014 16.944.000 527.369 32,13 Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[181]
TOELICHTING OP DE WINST-‐EN-‐VERLIESREKENING
6. Kosten Beheervergoeding Conform het aanvullend prospectus van het subfonds heeft de directie over 2014 een vaste beheer-‐ vergoeding van 0,375% per kwartaal, berekend over het vermogen van China Value Fund per het einde van het kwartaal, in rekening gebracht. In het aanvullend prospectus is opgenomen dat, indien in een kalenderjaar de intrinsieke waarde per aandeel per 31 december vermeerderd met de in het jaar uitgekeerde winsten met meer dan 10% is gestegen, de beheerder over het meerdere een variabele vergoeding (performance fee) van 10% ontvangt. Eventuele verliezen over de voorgaande twee jaren dienen eerst te worden gecompenseerd. Aangezien niet aan de genoemde voorwaarden is voldaan, is het subfonds over 2014 geen variabele vergoeding verschuldigd. Overige bedrijfskosten 2014 Prospectus 2013 % % % f) Marketing-‐ en advertentiekosten 33.000 0,20 0,21 6.000 0,05 g) Bewaarkosten 7.000 0,04 0,06 7.000 0,05 h) Kosten van toezicht 5.000 0,03 0,03 1.000 0,01 i) Kosten accountant 4.000 0,02 0,03 1.000 0,01 j) Overige kosten 23.000 0,14 0,06 36.000 0,27 72.000 0,43 0,39 51.000 0,39 De werkelijke kosten over 2014 en 2013 zijn uitgedrukt in een percentage van het gemiddelde fonds-‐ vermogen (zie de toelichting op de lopende kosten factor). De prospectuspercentages over 2014 zijn ontleend aan het aanvullend prospectus gedateerd 22 juli 2014. a) De marketing-‐ en advertentiekosten in 2014 omvatten uitsluitend commerciële uitingen. b) Deze kosten betreffen de kosten verbonden aan de administratie van het effectendepot en bedragen een vast percentage van het fondsvermogen ultimo boekjaar. k) In deze post zijn opgenomen de kosten van de bewaarder (The Bank of New York Mellon, vanaf augustus 2014), de vergoeding die de leden van de raad van toezicht ontvingen voor hun werkzaamheden voor de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (tot 22 juli 2014) en de kosten van de Autoriteit Financiële Markten. c) De kosten van de externe accountant (Deloitte Accountants BV) bestaan in 2014 uit de kosten verbonden aan de wettelijke controle van de jaarrekening en overige controleopdrachten. d) De overige kosten bestaan uit de kosten van de Fund Agent, (deels incidentele) advieskosten, kosten van de beursnotering etc. De kosten die voor meerdere of alle subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds worden gemaakt worden ten laste van het resultaat van de afzonderlijke subfondsen gebracht naar rato van de omvang van het (op dagbasis berekende) gemiddelde vermogen van deze subfondsen. Deze
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[182]
toerekening betreft met name de algemene marketingkosten, de advies-‐ en accountantskosten en de kosten van toezicht. De verantwoorde kosten zijn inclusief de in rekening gebrachte en niet door het subfonds te verrekenen omzetbelasting. Het subfonds heeft geen personeel in dienst. Lopende kosten factor De lopende kosten factor (LKF) fungeert als indicator voor de totale exploitatiekosten van een beleggingsinstelling en wordt berekend door de kosten die in een jaar ten laste van de beleggings-‐ instelling zijn gekomen te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde (fondsvermogen). De gemiddelde intrinsieke waarde wordt berekend op basis van de intrinsieke waarde van het subfonds per dag. In de LKF zijn niet begrepen de vergoedingen voor toe-‐ en uittreding van aandeelhouders, de betaalde interest, de noodzakelijke transactiekosten (zoals beursbelastingen, brokerkosten en uitvoeringskosten), de variabele vergoedingen (performance fees) die aan de beheerder worden betaald en eventuele kosten die door de beheerder worden gemaakt en ten laste van de beheerder komen. De lopende kosten factor bedroeg over 2014 1,92% en over het korte boekjaar van 7 oktober 2013 tot en met 31 december 2013 0,79%. Het deel van de LKF dat betrekking heeft op door de beheerder en gelieerde partijen in rekening gebrachte kosten bedroeg over 2014 1,62% (verkorte boekjaar 2013 0,56%). Het subfonds is over 2014 geen variabele vergoeding verschuldigd. De gemiddelde intrinsieke waarde waarmee de genoemde percentages zijn berekend bedroeg over 2014 € 16.718.000 en over 2013 € 13.613.000. De identificeerbare en kwantificeerbare transactiekosten bedroegen in 2014 € 115.000, dit is gemiddeld 0,56% (in 2013 0,63%) van de transactiewaarde waarover kosten in rekening zijn gebracht (100% (2013 eveneens 100%) van de totale transactiewaarde) en bleven daarmee binnen de in het prospectus gedefinieerde bandbreedte. Omloopfactor Over het boekjaar 2014 bedroeg de portefeuille omloopfactor 81% en in 2013 0%. Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de beleggingsportefeuille van het subfonds, waardoor een indruk kan worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt en van de relatieve transactiekosten die gemoeid zijn met de verschillen in portefeuillebeheer door beleggingsinstel-‐ lingen. De factor wordt berekend door de som van de aan-‐ en verkopen van beleggingen verminderd met de som van de uitgifte en inkopen van de aandelen van het subfonds te relateren aan de gemiddelde intrinsieke waarde. Bij een negatieve uitkomst wordt de factor op 0 gesteld. Op-‐ en afslag bij uitgifte en inkoop van aandelen Het aandeel dat in serie 8 wordt uitgegeven (Hof Hoorneman China Value Fund) is genoteerd op de Officiële Markt van de effectenbeurs van NYSE Euronext NV en wordt verhandeld via het handels-‐ systeem Euronext Fund Service. Behoudens bijzondere omstandigheden worden op elke beursdag aandelen uitgegeven of ingekocht. De transactieprijs per aandeel bestaat uit de intrinsieke waarde per aandeel vermeerderd of verminderd met een vaste vergoeding van 0,75% van de intrinsieke waarde. Deze op-‐ en afslagen dienen ter dekking van de kosten die het subfonds moet maken voor het toe-‐ en uittreden van
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[183]
beleggers en zijn gebaseerd op de verwachte aan-‐ en verkoopkosten. De op-‐ en afslagen komen geheel ten goede aan het subfonds. De kosten verbonden aan het aanhouden van de aandelen via het aandelengirosysteem van Hof Hoorneman Bankiers NV 0,5% van de transactieprijs met een maximum van € 250. Indien de order via de website van Hof Hoorneman wordt verricht zijn geen transactiekosten verschuldigd. Gelieerde partijen en uitbesteding kerntaken Verwezen wordt naar het overzicht op pagina 98 van dit verslag.
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[184]
BELEGGINGSPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2014
Belle International
Balans-‐ waarde in € 505.588
3,0
Biostime International 0% Biostime Int conv. 20-‐02-‐2019
317.696 325.369
1,9 1,9
Changshouhua Food Chaowei Power Holdings
148.361 731.894
0,9 4,3
7,25% Chaowei Power Holdings 24-‐09-‐2017 China Sanjiang Fine Chemicals
86.890 178.655
0,5 1,0
Dickson Concepts International Dragon Crown Group Holdings Eva Precision Industrial Holdings
93.355 523.502 978.434
0,6 3,1 5,8
Fufeng Group Fortune Oil
576.275 27.518
3,4 0,2
Greatview aseptic Packaging Hui Xian
411.151 482.494
2,4 2,8
Kingboard Laminates Holdings Kingdom Holdings
423.399 544.567
2,5 3,2
Labixiaoxin Snacks Group Le Saunda Holdings
66.430 639.552
0,4 3,8
Leoch International Technology Luen Thai Holdings
540.005 497.019
3,2 2,9
Pacific Textiles Holdings Peak Sport Products
568.646 546.294
3,4 3,2
Playmates Holdings PYI Corp Shenzhou International Group Holdings
319.045 471.942 679.392
1,9 2,8 4,0
Texwinca Holdings Varitronix
686.960 79.608
4,0 0,5
Wasion Group Holdings Weiqiao Textile Company
337.134 879.154
2,0 5,2
Xingda International Holdings Xtep International
602.155 721.433
3,5 4,2
Yip’s Chemical Holdings Youyuan International Holdings
332.419 489.209
2,0 2,9
TOTAAL PORTEFEUILLE
%¹
14.811.545 87,4
¹ van het eigen vermogen
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[185]
Gouda, 9 maart 2015 De directie, Hof Hoorneman Fund Management NV
Hof Hoorneman China Value Fund 2014
[186]
OVERIGE GEGEVENS
BELANGEN DIRECTIE De bestuurders van Hof Hoorneman Fund Management NV, dat de directie over Hof Hoorneman Investment Funds NV voert, hadden per 31 december 2014 de volgende belangen in beleggingen in de subfondsen van Hof Hoorneman Investment Funds NV (opgave conform artikel 122 lid 2 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft, vermelding in aantallen): 31-‐12-‐14 31-‐12-‐13 9% SRLEV 15-‐04-‐2041 250.000 250.000 0% Agria Holding 2011 0 15.592 ING Group 9.000 0
RESULTAATBESTEMMING De statutaire regeling luidt als volgt (artikel 17): Uit de vastgestelde jaarrekening blijkt het bedrag dat aan inkomsten is behaald met het vermogen dat wordt toegerekend aan elk subfonds, zulks na aftrek van de kosten en belastingen terzake van de op de desbetreffende aandelenrekening en agiorekening gestorte bedragen alsmede na aftrek van de overige op het fonds respectievelijk op het subfonds betrekking hebbende kosten (waaronder mede begrepen de beheerkosten), voor zover deze niet worden toegerekend aan de koers-‐ verschillen, alsmede het ten laste van het desbetreffende fonds respectievelijk van het desbetreffende subfonds komende aandeel in de algemene kosten en lasten van de vennootschap. De algemene vergadering bepaalt op voorstel van de directie per subfonds, welk gedeelte van het in de vorige zin bedoelde bedrag wordt toegevoegd aan de voor het desbetreffende fonds respectievelijk subfonds aangehouden reserverekening. Hetgeen na de in de vorige zin bedoelde toevoeging resteert staat aan de algemene vergadering ter beschikking, met dien verstande dat dividenduitkeringen uitsluitend kunnen plaatsvinden overeenkomstig de per fonds respectievelijk per subfonds door de directie opgemaakte voorstellen. Ingeval het hiervoor bedoelde saldo van inkomsten en kosten negatief is, wordt dit bedrag bij voorrang afgeboekt van de reserverekening van het desbetreffende fonds respectievelijk van het desbetreffende subfonds. Een reserverekening kan zowel een positief als een negatief saldo hebben. Rekening houdend met de geldende fiscale en statutaire regelgeving is de winstbestemming respectievelijk verwerking van het verlies als volgt weer te geven: Hof Hoorneman Value Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van een dividend ten bedrage van € 726.000. In 2014 zijn reeds interim-‐ dividenden ad € 3.816.000 uitgekeerd, zodat geen (fiscale) verplichting tot uitkering van een slot-‐ dividend bestaat.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[187]
Hof Hoorneman Income Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 2.773.000. In 2014 zijn reeds interim-‐ dividenden ad € 3.932.000 uitgekeerd en in januari 2015 een slotdividend ten bedrag van € 1.308.000. Middels deze uitkeringen is aan de fiscale uitdelingsverplichting voldaan. De winst van het subfonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman European Value Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 457.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 ten laste van de vrije reserves worden uitgekeerd. De winst van het sub-‐ fonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman Obligatie Fonds Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 881.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 ten laste van de vrije reserves worden uitgekeerd. De winst van het sub-‐ fonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman Phoenix Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 geen verplichting tot uitkering van dividend. De winst van het subfonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman Emerging Markets Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 102.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 ten laste van de vrije reserves worden uitgekeerd. De winst van het sub-‐ fonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman Real Estate Value Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 geen verplichting tot uitkering van dividend. De winst van het subfonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening. Hof Hoorneman China Value Fund Op basis van de geldende regelgeving voor fiscale beleggingsinstellingen bestaat over 2014 een verplichting tot uitkering van dividend ten bedrage van € 156.000. Dit bedrag zal onder aftrek van dividendbelasting in 2015 worden uitgekeerd. De winst van het subfonds over 2014 wordt verantwoord op de voor het subfonds aangehouden reserverekening De hiervoor weergegeven winstbestemming over 2014 is nog niet in de balans verwerkt.
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[188]
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT Aan de aandeelhouders van Hof Hoorneman Investment Funds N.V.
Verklaring over de jaarrekening 2014 Ons oordeel Wij hebben de jaarrekening 2014 van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. te Gouda gecontro-‐ leerd. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. op 31 december 2014 en van het resultaat over 2014 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en met de Wet op het financieel toezicht. De jaarrekening bestaat uit: 1. de balans per 31 december 2014; 2. de winst-‐en-‐verliesrekening over 2014; en 3. de toelichting met een overzicht van de belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. De basis voor ons oordeel Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie 'Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening'. Wij zijn onafhankelijk van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-‐opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags-‐ en beroepsregels accountants (VGBA). Wij vinden dat de door ons verkregen controle-‐informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Materialiteit Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de eco-‐ nomische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïn-‐ vloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel. Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op EUR 3.400.000. De materialiteit is gebaseerd op 1% van het vermogen van de vennootschap. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwij-‐ kingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn. Wij zijn met de directie overeengekomen dat wij aan de directie tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven de EUR 170.000 rapporteren, alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve redenen relevant zijn. Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[189]
De kernpunten van onze controle In de kernpunten van onze controle beschrijven wij zaken die naar ons professionele oordeel het meest belangrijk waren tijdens onze controle van de jaarrekening. De kernpunten van onze controle hebben wij met de directie gecommuniceerd, maar vormen geen volledige weergave van alles wat is besproken. Wij hebben onze controlewerkzaamheden met betrekking tot deze kernpunten bepaald in het kader van de jaarrekeningcontrole als geheel. Onze bevindingen ten aanzien van de individuele kernpunten moeten in dat kader worden bezien en niet als afzonderlijke oordelen over deze kernpunten. Waardering van beleggingen De belangrijkste factor voor de bepaling van de prestaties van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. en voor haar aandeelhouders is de waarde van de beleggingen. De beleggingen worden indi-‐ vidueel gewaardeerd tegen marktwaarde. Het risico verbonden aan de waarderingsaspecten hangt samen met de beschikbaarheid van betrouwbare marktprijzen of, wanneer deze ontbreken, het gebruik van marktconforme modellen en de inschatting van de directie van waarneembare inputvariabelen om te komen tot de bepaling van de marktwaarde. Controlewerkzaamheden Wij hebben de interne beheersingsmaatregelen met betrekking tot het waarderingsproces getoetst. Door middel van detailcontroles hebben wij de waardering van de beleggingen per ultimo boekjaar gecontroleerd door de gehanteerde koersen af te stemmen met externe gegevens (de laatstbekende beurskoersen, opgaven van dataproviders en andere externe marktpartijen zoals brokers), waarbij wij ook het gebruik van de juiste valutakoersen hebben getoetst. Bij waarderingen op basis van inschattingen van de directie zijn wij het gebruik van juiste modellen, methoden en inputvariabelen nagegaan. Opbrengstverantwoording Het risico bestaat dat directe beleggingsopbrengsten (dividenden en rente) niet volledig en niet in de juiste periode worden verantwoord. Controlewerkzaamheden Wij hebben de interne beheersingsmaatregelen met betrekking tot de opbrengstverantwoording getoetst. Daarnaast hebben wij op basis van externe gegevens over de dividenduitkeringen en rente-‐ opbrengsten en de aantallen effecten per de uitkeringsdatum de verantwoorde opbrengsten door middel van detailcontroles gecontroleerd, evenals de tijdige verantwoording van de opbrengsten. Verder hebben wij beoordeeld of de gehanteerde resultaatbepalingsgrondslagen overeenkomen met de door Hof Hoorneman Investment Funds N.V. gekozen en in Nederland algemeen aanvaarde grondslagen zijn. Beheervergoedingen De beheerder brengt beheervergoedingen (inclusief eventuele resultaatafhankelijke vergoedingen) aan Hof Hoorneman Investment Funds N.V. in rekening. Deze vergoedingen worden ten laste van het resultaat gebracht en zijn daardoor van invloed op het rendement van het fonds en de intrinsieke waarde van de aandelen van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[190]
Controlewerkzaamheden Wij hebben gecontroleerd of de in rekening gebrachte beheervergoedingen overeenstemmen met de afspraken die in het prospectus van een fonds zijn opgenomen en of ze op de juiste wijze, onder gebruikmaking van de juiste variabelen, zijn berekend. Verantwoordelijkheden van de directie voor de jaarrekening De directie is verantwoordelijk voor het opmaken en getrouw weergeven van de jaarrekening en voor het opstellen van het directieverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW en met de Wet op het financieel toezicht. In dit kader is de directie verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die zij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet de directie afwegen of de vennootschap staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemde verslaggevings-‐ stelsels moet de directie de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de directie het voornemen heeft om de vennootschap te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. De directie moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de onderneming haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening. Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-‐informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel. Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle fouten en fraude ontdekken. Wij hebben deze accountantscontrole professioneel kritisch uitgevoerd en hebben waar relevant professionele oordeelsvorming toegepast in overeenstemming met de Nederlandse controlestan-‐ daarden, ethische voorschriften en de onafhankelijkheidseisen. Onze controle bestond onder andere uit: • het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fouten of fraude, het in reactie op deze risico’s bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden en het verkrijgen van controle-‐informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Bij fraude is het risico dat een afwijking van materieel belang niet ontdekt wordt groter dan bij fouten. Bij fraude kan sprake zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing. • het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle met als doel controlewerkzaamheden te selecteren die passend zijn in de omstandigheden. Deze werkzaam-‐ heden hebben niet als doel om een oordeel uit te spreken over de effectiviteit van de interne beheersing van de entiteit. • het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van schattingen door de directie en de toelichtingen die daarover in de jaarrekening staan. • het vaststellen dat de door de directie gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is. Tevens het op basis van de verkregen controle-‐informatie vaststellen of er gebeurtenissen en omstandigheden zijn waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de onderneming haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten. Als wij concluderen dat er een onze-‐ kerheid van materieel belang bestaat, zijn wij verplicht om aandacht in onze controleverklaring te vestigen op de relevante gerelateerde toelichtingen in de jaarrekening. Als de toelichtingen inadequaat zijn, moeten wij onze verklaring aanpassen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[191]
controle-‐informatie die verkregen is tot de datum van onze controleverklaring. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat een onderneming haar continuïteit niet langer kan handhaven; • het evalueren van de presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening en de daarin opge-‐ nomen toelichtingen. • het evalueren of de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de onderliggende transacties en gebeurtenissen. Wij communiceren met de directie onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante bevindingen die uit onze controle naar voren zijn gekomen, waar-‐ onder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing. Wij bevestigen aan de directie dat wij de relevante ethische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd. Wij communiceren ook met de directie over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Wij bepalen de kernpunten van onze controle van de jaarrekening mede op basis van alle zaken die wij met de directie hebben besproken. Wij beschrijven deze kernpunten in onze controleverklaring, tenzij dit is verboden door wet-‐ of regelgeving of in buitengewoon zeldzame omstandigheden wanneer het niet vermelden in het belang van het maatschappelijk verkeer is.
Verklaring betreffende overige door wet-‐ of regelgeving gestelde vereisten Verklaring betreffende het directieverslag en de overige gegevens Wij vermelden op basis van de wettelijke verplichtingen onder Titel 9 Boek 2 BW (betreffende onze verantwoordelijkheid om te rapporteren over het directieverslag en de overige gegevens): • dat wij geen tekortkomingen hebben geconstateerd naar aanleiding van het onderzoek of het directieverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de door Titel 9 Boek 2 BW vereiste overige gegevens zijn toegevoegd; • dat het directieverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Benoeming Wij zijn door de Algemene Vergadering benoemd als accountant van Hof Hoorneman Investment Funds N.V. en zijn vanaf de controle van het eerste boekjaar van de vennootschap (2011) tot op heden de externe accountant. Amsterdam, 9 maart 2015 Deloitte Accountants B.V. was getekend drs. A.J. Kernkamp RA
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[192]
ADRESGEGEVENS HOF HOORNEMAN INVESTMENT FUNDS NV Oosthaven 52 Postbus 3155 2800 CG Gouda telefoon: 0182-‐597777 telefax: 0182-‐597759 e-‐mail:
[email protected] website: www.hofhoorneman.nl/hofhoornemanfundmanagement Directie Hof Hoorneman Fund Management NV Oosthaven 52 2801 PE Gouda Bewaarder The Bank of New York Mellon SA/NV, Amsterdam branch WTC Toren B, Podium Office Strawinskylaan 337 1077 XX Amsterdam Juridisch adviseur De Brauw Blackstone Westbroek NV Claude Debussylaan 80 1082 MD Amsterdam Fiscaal adviseur KPMG Meijburg & Co., belastingadviseurs Burg. Rijnderslaan 10 1185 MC Amstelveen Accountant Deloitte Accountants BV Gustav Mahlerlaan 2970 1081 LA Amsterdam Bank Hof Hoorneman Bankiers NV rekeningnummer 73.39.67.949 t.n.v. Hof Hoorneman Rekening o.v.v. ‘naam subfonds’ Oosthaven 52 2801 PE Gouda
Hof Hoorneman Investment Funds NV 2014
[193]