G ROENBELEIDSVISIE ‘Groen moet je doen’ Uitwerking beleidsthema’s groen
Gemeente Borger Odoorn Afdeling Bouwkunde, Openbare Werken en Groen (BOWG)
2
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Groenbeleidsvisie ‘Groen moet je doen’
Uitwerking beleidsthema’s groen Gemeente Borger-Odoorn
September 2006
Samenstelling
Gemeente Borger-Odoorn
Opmaak Groenestein en Borst Wageningen
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
3
4
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
VOORWOORD Hoe zo, groen moet je doen. Waarom? Te veel om op te noemen bijna. Groen is de basis van ons leven. Geen groen … geen zuurstof … geen voedselpyramide … geen leven. Het is onze natuurlijke omgeving. Mensen voelen zich er beter in dan in staal en beton. Wisseling van de seizoenen wordt er in zichtbaar. Waar de andere omgeving vaak statisch is, is groen dynamisch. Het leeft. Groen geeft de één rust en geborgenheid. Verkoeling soms ook. Voor een ander overzicht en perspectief; diepte in de ruimte. Soms stoer en ruig, dan weer verfijnd of sereen. Kleurrijk ook. Ja zeker, dat kan. Groen én kleurrijk. Groen geeft een gevoel van welbevinden en esthetiek als het er goed bij ligt. En daarvoor heb je goed onderhoud nodig. Mensen willen trots zijn op hun omgeving. Waar ze wonen, werken of ontspannen. Goed onderhoud is daarvoor een voorwaarde. En: het geeft de mensen die het verzorgen een gevoel van trots: óns werk!
Waarom moet de gemeente zich daarmee bemoeien? Da’s een makkelijke. Omdat het ván en vóór ons allemaal is. En als we het allemaal zelf doen wordt het een zootje. Wat vóór ons allemaal gedaan moet worden …; daarvoor is de overheid. In dit geval de plaatselijke overheid - de gemeente. Moet je zo veel schrijven over iets dat je gewoon moet doen? Ja, omdat je geld nodig hebt, vóór je iets kúnt doen. En daarvoor heb je een plan nodig. Dit plan bijvoorbeeld. We sluiten af met het begin. Groen moet je doen. Daarom dit plan.
Exloo, september 2006 Burgemeester en wethouders van Borger-Odoorn
Nog iets. De economische waarde. Een verzorgde, aantrekkelijke omgeving verhoogt de waarde. Voor wie er woont of een woning bezit. Voor wie er werkt of werk biedt. En voor de bezoeker ook; de toerist. Iets heel anders. Een verzorgde omgeving bevordert verzorgd gedrag. Dat is niet altijd één op één zo. Maar het omgekeerde wel: rotzooi en rommel genereert wat het zelf is. Groen. Niets doen kan natuurlijk ook. Maar dan weet je ook dat het niets wordt. Daarom en om alle andere redenen moet je groen gewoon doen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
5
Inhoudsopgave VOORWOORD.................................................................................. 5
5.2.5 De jaren zestig ..................................................................23 5.2.6 De jaren zeventig ..............................................................23 5.2.7 De jaren tachtig ...................................................................24 5.2.8 De jaren negentig en verder .............................................25
VOORAF: EEN VERKLARENDE BEGRIPPENLIJST .................... 9 1
INLEIDING........................................................................... 10
2
BELEIDSDOELSTELLINGEN ‘ONZE GROENE RUIMTE’11
3
BRINKEN............................................................................. 12
3.1 3.2
Inleiding ..............................................................................12 Beleid ..................................................................................13
3.2.1 Doelstelling ....................................................................... 13 3.2.2 Beheer en onderhoud...................................................... 13
3.3 3.4
Knelpunten.........................................................................14 Aanbevelingen...................................................................14
4
BOMEN................................................................................ 15
4.1 4.2
Inleiding ..............................................................................15 Beleid ..................................................................................16
4.2.1 Doelstelling ....................................................................... 16 4.2.2 Beheer en onderhoud....................................................... 16
4.3 4.4
Knelpunten.........................................................................17 Aanbevelingen...................................................................18
5
DORPSGROEN................................................................... 19
5.1 5.2
Inleiding ..............................................................................19 Beleid ..................................................................................20
5.2.1 5.2.2 5.2.3 5.2.4
6
Doelstelling ....................................................................... 20 Esdorpen .......................................................................... 20 Veendorpen ...................................................................... 21 De jaren vijftig ................................................................... 22
5.3 5.4
Knelpunten......................................................................... 25 Aanbevelingen .................................................................. 26
6
WATERPARTIJEN ..............................................................27
6.1 6.2
Inleiding .............................................................................. 27 Beleid.................................................................................. 28
6.2.1 Doelstelling........................................................................28 6.2.2 Beheer en onderhoud .......................................................28
6.3 6.4
Knelpunten......................................................................... 28 Aanbevelingen .................................................................. 28
7
BERMEN..............................................................................29
7.1 7.2
Inleiding .............................................................................. 29 Beleid.................................................................................. 30
7.2.1 Doelstelling..........................................................................30 7.2.2 Beheer en onderhoud .......................................................30
7.3 7.4
Knelpunten......................................................................... 30 Aanbevelingen .................................................................. 31
8
LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN................................32
8.1 8.2
Inleiding .............................................................................. 32 Beleid.................................................................................. 32
8.2.1 Doelstelling........................................................................32 8.2.2 Beheer en onderhoud .......................................................33
8.3
Knelpunten......................................................................... 33
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
8.4
Aanbevelingen...................................................................33
9
BIJZONDERE ELEMENTEN...............................................34
9.1 9.2
Inleiding ..............................................................................34 Beleid..................................................................................34
9.2.1 Doelstelling ........................................................................34 9.2.2 Beheer en onderhoud .......................................................34
9.3 9.4
Knelpunten.........................................................................34 Aanbevelingen...................................................................34
10
BEPALING KWALITEITSNIVEAUS ...................................35
10.1 10.2
Inleiding ..............................................................................35 Methode bepaling kwaliteitsniveau................................35
10.2.1 De referentie....................................................................35 10.2.2 Workshop ........................................................................36 11
KOSTEN...............................................................................37
11.1
Inleiding ..............................................................................37
Grafiek 1 Kostenverloop openbaar groen ....................................... 40 Grafiek 2 Verloop kwaliteitsniveau openbaar groen behorende bij kostenverloop ........................................................................... 41 Tabel 1 Tabel 2 Tabel 3 Tabel 4 Tabel 5
Kosten regulier onderhoud ................................................ 37 Kosten achterstallig onderhoud (eenmalig) ...................... 38 Kosten renovatie en herinrichting ..................................... 39 Kosten regulier onderhoud: berekening scenario 1 en 2.. 76 Kosten regulier onderhoud: programmabegroting 2006... 78
Bijbehorende bijlagen Referentieboek Meerjarenplanning groen
11.1.1 Kosten regulier onderhoud..............................................37 11.1.2 Kosten achterstallig onderhoud....................................38 11.1.3 Kosten renovatie en herinrichting ................................38 11.1.4 Knelpunten....................................................................41 11.1.5 Aanbevelingen ..............................................................42 12
COMMUNICATIE .................................................................43
13
AANBEVELINGEN EN CONCLUSIES...............................44
BIJLAGE 1 CONCLUSIES REFERENTIEBOEK...........................45 BIJLAGE 2 KOSTEN REGULIER ONDERHOUD..........................75
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
7
8
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
VOORAF: EEN VERKLARENDE BEGRIPPENLIJST
Beheer
Duurzame instandhouding
Ecologisch beheer
Instandhouding met als oogmerk de ontwikkeling of instandhouding van een natuurlijke flora en fauna
Ecologische Hoofdstructuur (EHS) Door rijksoverheid vastgelegd stelsel van gebieden en verbindingen waarin de natuurlijke flora en fauna voorrang hebben Herinrichting
Vernieuwing van de inrichting op basis van een nieuw ontwerp voor de situatie
Monumentale bomen
Boom van bijzondere afmeting en/of ouderdom
Onderhoud
Het uitvoeren van werkzaamheden waarmee een gewenst beeld en/of functioneren wordt bereikt
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Achterstallig onderhoud
Niet uitgevoerd onderhoud, dat alleen met extra inspanningen gecorrigeerd kan worden
Renovatie
Vernieuwing van (plant-)materiaal binnen een in hoofdzaak ongewijzigd ontwerp
Rode lijst soorten
Door de wet beschermde natuurlijke planten- en dierensoorten
Wadi
Gebied waarnaar overtollig regenwater wordt geleid om daar in de bodem te infiltreren
Werkpakket
Het totaalpakket van onderhoudswerkzaamheden aan een groentype, die nodig zijn voor het realiseren van de beoogde kwaliteit
Snippergroen
Een beplantingsvak, dat zonder functie (als restruimte) is overgebleven in een stedenbouwkundig plan
9
1
INLEIDING
Onze gemeente heeft de afgelopen jaren verschillende stappen gezet om te komen tot een samenhangend groenbeleid. Eerst is het groen in de gemeente geïnventariseerd. Een paar cijfers: de gemeente voert het beheer over bijna 50.000 bomen. In de kernen zo’n 275 hectare gazons en heesterbeplantingen en in het buitengebied 240 hectare aan grasbermen. De inventarisatie staat in de nota ’Groen goed….. Al goed’ (oktober 2003). Daarna is in 2005 de Beleidsvisie ’Onze Groene Ruimte’ opgesteld. Daarin staan de hoofddoelstellingen: het is een overkoepelend beleidskader voor inrichting en beheer van het groen. Déze nota, ‘Groen moet je doen’ is de derde stap in het opstellen van groenbeleid. Hierin wordt voor de thema’s die in de Beleidsvisie zijn genoemd, in hoofdlijnen aangegeven welke richting kan worden ingeslagen.
Landschappelijke elementen. Per thema wordt beschreven wat de functie en het belang is, het beleid voor inrichting en beheer, de knelpunten en een aantal aanbevelingen. Voor de ’Bijzondere elementen’ zijn geen uitwerkingen gemaakt, maar is kort aangegeven wat de bedoeling daarmee is (hoofdstuk 9). De thema’s worden in deze nota afgerond met een verslag van de bepaling van de kwaliteitsniveaus door het college (hoofdstuk 10) en een berekening van de beheerskosten, passend bij de gekozen kwaliteitsniveaus (hoofdstuk 11). De hier voorgestelde thematische beleidskeuzen zullen na vaststelling door de raad kaderstellend zijn voor verdere uitwerking in uitvoeringsplannen. Deze laatst genoemde plannen zullen door burgemeester en wethouders worden vastgesteld.
De genoemde drie plannen vormen samen het groenbeleidsplan van de gemeente. Het groenbeleid is op haar beurt onderdeel van de kadernota Vastgoedbeheer, waarin het beleid voor het beheer van alle gemeentelijk vastgoed zal worden uiteengezet. Er is voor een thematische uitwerking gekozen, omdat dit snel tot concrete voorstellen kan leiden. Daardoor is het ook mogelijk geweest om al in deze nota aan te haken op de scenariokeuzen voor de gewenste beeldkwaliteit, die door burgemeester en wethouders in februari 2006 zijn gedaan. In ‘Groen moet je doen’ worden de doelstellingen uit de Beleidsvisie ’Onze Groene Ruimte’ kort herhaald in hoofdstuk 2. De diverse thema’s worden uitgewerkt in de hoofdstukken 3 tot en met 8: Brinken, Bomen, Dorpsgroen, Waterpartijen, Bermen en
10
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2
BELEIDSDOELSTELLINGEN ‘ONZE GROENE RUIMTE’
De beleidsdoelstellingen uit de nota ’Onze Groene Ruimte’ (november 2005) zijn als volgt samengevat. Hoofddoelstellingen: •
•
•
• • •
Behouden en versterken van de karakteristieke opbouw van de dorpen. Aandacht voor cultuurhistorische aspecten door behoud en versterking van karakteristieke elementen (grofweg gaat het hier om elementen en structuren die voor 1950 al aanwezig waren, zoals lanen, brinken, houtwallen etc). De karakteristieke eenvoud ook aanbrengen in nieuwere woongebieden en nog te realiseren projecten. Streven naar het zo veel mogelijk gebruiken van inheemse beplanting en eenvoud in materiaalgebruik. Door eenvoud, rust en ruimte in het openbaar groen, particuliere tuinen en bijzondere gemeenschappelijke plekken extra tot hun recht laten komen.
Groen moet je doen
• •
Behoud en ontwikkeling van aantrekkelijk en karakteristiek openbaar groen dat aansluit bij de verschillende karakteristieken van de dorpen op het zand en in het veen en bij de aard van het landelijk gebied. Het duurzaam instandhouden van openbaar groen om de esthetische, ruimtelijke, educatieve, ecologische, milieuregulerende en recreatieve functies te waarborgen.
Doelstellingen voor de groenstructuur: •
Kwaliteitsdoelstellingen:
Gemeente Borger Odoorn
• •
Streven naar een eenduidige keuze in kwaliteitsniveaus binnen de gemeente in totaliteit. Nieuw te ontwikkelen groen wordt qua kwaliteitsniveau en uitstraling op hetzelfde niveau gebracht als het streefbeeld voor bestaand groen. Bij iedere nieuwe ontwikkeling gelden de kwaliteitseisen, zoals verwoord in het programma van eisen voor groen in bestemmingsplannen, als uitgangspunt. Kwaliteitskeuzen worden gemaakt met het oog op duurzaamheid en de langere termijn.
Deze doelstellingen zijn richtinggevend voor de uitwerking van de beleidsthema’s voor het groen in de volgende hoofdstukken. Heel kort samengevat: • • •
Eenduidigheid met oog voor de karakteristiek. Eenvoudig groen. Minder intensief onderhoud.
11
3
BRINKEN
3.1 Inleiding In onze gemeente zijn oude (oorspronkelijke) en jongere brinken te vinden. De oude brinken zijn ooit ontstaan op de zandgronden als gemeenschappelijke ruimten, die aan de rand van het dorp lagen en bijvoorbeeld als verzamelplek voor het vee dienden. Daarnaast werd de brink gebruikt voor tal van andere doelen: ontmoetingsplek en plek voor rechtsspraak en veehandel bijvoorbeeld. Ook vervulden de bomen op de brinken een functie als houtleverancier. Op de oorspronkelijke brinken waren daarom meestal ook verschillende boomsoorten (eik, linde en soms kastanje) te vinden, om verschillend hout voor verschillende producten te telen. Kenmerkend is verder dat de bomen vaak op een vrij willekeurige manier zijn geplant. Op de oude brinken, die zeer beeldbepalend en karakteristiek zijn, zijn de bomen grilliger van vorm dan op de jongere brinken. De minst ’bruikbare’ bomen lijken het langst te hebben overleefd.
Figuur 1 Oude brink
De jongere brinken danken hun ontstaan aan het stedenbouwkundig ontwerp waarvan zij deel uitmaken. Zij zijn als ontwerpmiddel ingezet in de woonwijken die na 1950 - 1960 zijn gebouwd, als verwijzing naar de cultuurhistorische brink. Op de jonge brinken zijn ’keurig’ geteelde rechte laanbomen aangeplant. Terwijl de brinken een hoofdrol spelen in het beeld van de gemeente, nemen zij in omvang een zeer bescheiden plaats in. De oude en jonge brinken samen zijn nog geen zes hectare groot. Dat is nog geen drie procent van de oppervlakte aan openbaar groen in de bebouwde kommen. En er komen minder dan duizend bomen op voor.
Figuur 2 Jonge brink 12
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
3.2
Beleid
3.2.1 Doelstelling De doelstelling voor de brinken is: instandhouding en waar mogelijk verbetering van het karakteristieke beeld. Instandhouding van de brinken sluit rechtstreeks aan op de beleidsdoelstellingen in de groenvisie ‘Onze groene ruimte’. De brinken zijn een van de meest karakteristieke elementen in de kernen en belichamen de cultuurhistorie van de dorpen op het zand. Deze kwaliteiten maken de brinken aantrekkelijk voor het toerisme. Zij worden ook gebruikt door bezoekers als natuurlijke verzamel- en rustplek. Het directe en indirecte economisch belang van de brinken voor het toerisme is groot. Instandhouding van de brinken volgt ook de richtlijnen van de Groenvisie: de inrichting is en blijft sober en eenvoudig. Het onderhoud is gericht op een net en verzorgd beeld. 3.2.2 Beheer en onderhoud Het beheer en onderhoud van brinken betreft de bodem, het gras en de bomen.Een goede bodem is de onmisbare basis voor fraai groen. De bodemstructuur moet voldoende open zijn en er moeten voldoende vocht en voedingsstoffen zijn. De manier waarop het gras wordt beheerd is gericht op een onderscheid naar plek en functie van verschillende brinken.
Ook de kleinere cultuurhistorische brinken en de jongere brinken (boomgroepen op een grasveld), die zijn aangelegd in de naoorlogse woonwijken, worden intensief gemaaid. In een aantal gevallen wordt de ruimte echter niet fysiek benut. Bij deze brinken gaat het vooral om hun ruimtelijke werking en daarvoor is de lengte van het gras van minder belang. Het onderhoud van bomen op de brinken bestaat, net als bij de overige bomen in de gemeente, uit tijdige snoei en het voorkomen dat de boom boven- of ondergronds beschadigd wordt. Snoei is nodig om lage takken te verwijderen, zodat verkeer ongehinderd onder de boom door kan, en om dood hout te verwijderen dat gevaar kan opleveren. Door de zorgplicht is er een wettelijke aansprakelijkheid voor schade die ontstaat door bomen die niet goed onderhouden zijn. Zeker op de druk bezochte brinken is tijdig onderhoud aan bomen van groot belang. Daarnaast moeten de bomen regelmatig visueel worden gecontroleerd op gebreken die voor gevaar kunnen zorgen. Bij de vervanging van bomen speelt de opbouw van de brink een belangrijke rol. Het belangrijkste uitgangspunt bij vervanging van bomen op brinken is het behoud van de oorspronkelijke structuur (het plantverband) en de oorspronkelijke opbouw (de soortensamenstelling).
De grotere oude, cultuurhistorische brinken, die in het centrum van de dorpen liggen, worden in principe eenvoudig gehouden, maar wel intensief gemaaid om hun representatieve functie te versterken. En om activiteiten op de brink mogelijk te maken.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
13
3.3 Knelpunten Op enkele oude brinken komen slechte bomen voor. Oorzaken zijn een verdichte of arme ondergrond en de aanwezigheid van verharding.
3.4 Aanbevelingen Algemeen, maar zeker op brinken, moet verdichting van de bodem worden voorkomen. Bodemverdichting ontstaat bijvoorbeeld door zware machines en autoverkeer.
Door de vele toeristische activiteiten op de brinken, en in enkele gevallen ook door het parkeren van auto’s, wordt de graszode beschadigd. Er ontstaat een minder fraai beeld en na regenval een modderige situatie.
Op brinken waarvan de ruimte niet wordt gebruikt voor activiteiten (kleine oude brinken en een aantal jongere brinken) kan het gras extensiever, ecologisch beheerd worden. Voor een beter beeld en gebruik van de brinken is het nodig om ‘grasherstel’ in te plannen, direct na een activiteit en/of aan het begin van het groeiseizoen. De vitaliteit van bomen op brinken is niet overal goed. Bij slechte bomen op brinken moet onderzocht worden of beluchting en bemesting noodzakelijk is, of dat tot vervanging moet worden besloten.
Figuur 3 Brink met slechte bomen
14
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
4
BOMEN
4.1 Inleiding Bomen bepalen in belangrijke mate de sfeer, het ruimtelijk beeld en de uitstraling van de kernen in onze gemeente. Op brinken staan bomen in groepen of solitair; in lanen en in woonbuurten in rijen. In dorpen en buitengebied zijn het deze straat- en laanbomen die ruimten vormen, ze van verre zichtbaar en herkenbaar maken en in hoofdzaak hun sfeer geven. Met hun vaak gewaardeerde, fraaie uiterlijk spelen de bomen een belangrijke ruimtelijke en esthetische rol. Daarnaast hebben bomen ook heel praktische functies. Zo zorgen ze voor beschutting tegen zon en wind, filteren ze stofdeeltjes uit de lucht en temperen ze verschillen in temperatuur en luchtvochtigheid. Een heel andere functie is de symbolische waarde die aan bomen gehecht kan worden. Een boom van hoge leeftijd staat voor duurzaamheid en schijnbare onvergankelijkheid. In de alledaagsheid van de openbare ruimte is dat zeker een bijzondere kwaliteit.
Figuur 4 Woonstraat met goede bomen
Onze gemeente telt vele mooie, oude, karakteristieke lanen en daarnaast nog tal van monumentale bomen. De oudste lanen, vooral op de zandgronden, dateren van het eind van de negentiende en het begin van de twintigste eeuw. Een belangrijk deel van de oudere lanen, die de dorpskernen en het landelijk gebied verbinden, dateert van de veertiger en vijftiger jaren van de vorige eeuw. Dat geldt zowel op het zand als op het veen. Onze gemeente heeft maar liefst 50.000 bomen in beheer. Dit komt neer op circa 1,9 boom per inwoner en dat is vier maal zo veel als het landelijk gemiddelde dat ligt op ongeveer 0,5 boom per inwoner. In 2005 is een analyse uitgevoerd van het bomenbestand waaruit ook andere opmerkelijke zaken naar voren komen. Figuur 5 Goede bomen in bebouwd gebied Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
15
Zo blijkt de soortensamenstelling vrij smal. Er komen slechts tachtig boomsoorten voor in onze gemeente, terwijl er in veel gemeenten (gemiddeld) bijna 200 soorten zijn. Het overgrote deel van de bomen, zo’n 65%, bestaat uit een enkele soort: de eik. Wat verder opvalt is de hoge gemiddelde leeftijd van het bomenbestand, van 45 jaar (dat is landelijk gemiddeld dertig jaar) en het grote aantal bomen van meer dan 80 jaar. Tenslotte is opvallend, dat het merendeel van de bomen bestaat uit soorten van de ’eerste grootte’. Dat zijn bomen die groter dan vijftien meter kunnen worden. 4.2
Beleid
4.2.1 Doelstelling Doelstelling is het instandhouden van een duurzaam en gezond bomenbestand van in de omgeving passende karakteristieke soorten. Eén van de beleidsdoelstellingen uit de groenbeleidsvisie ’Onze groene ruimte’ is het behouden en versterken van de karakteristieke opbouw van de dorpen. Het bomenbestand draagt daaraan in grote mate bij en het geeft de dorpen en brinken allure. Daarmee zijn ook de meeste boombeplantingen, net als de brinken, economisch van belang voor de toeristische attractiviteit van onze gemeente. Onder duurzaam en gezond wordt in dit verband verstaan een bomenbestand met een gevarieerde leeftijdsopbouw (fraaie oude bomen hebben opvolgers), een goede toekomstverwachting, goed onderhouden en in veilige staat.
16
4.2.2 Beheer en onderhoud Voor een duurzaam en gezond bomenbestand is in de eerste plaats de zorg voor een goede groeiplaats voor de bomen van belang, zowel boven- als ondergronds. Te weinig groeiruimte bóvengronds leidt tot overlast en onnodig veel snoeiwerk. Te weinig groeiruimte óndergronds, of een groeiplaats met verdichte bodem of te weinig voedselaanbod, heeft tot gevolg dat een boom stopt in zijn groei en vroegtijdig afsterft. De beschikbare groeiruimte en kwaliteit bepalen of een boom kan worden aangeplant en van welke grootte hij kan zijn. Als deze voorwaarden goed zijn, blijft het een beheerstaak erop toe te zien dat deze situatie gehandhaafd blijft. Veel voorkomende bedreigingen zijn: autoverkeer, dat de bodem verdicht of verontreinigt, werk op of aan de weg, waarbij de boom wordt beschadigd, en nieuwe bouwwerken dicht op bomen, waarmee onnodige overlast wordt gecreëerd. In parken en op andere plaatsen, waar bomen ook ondergronds veel ongestoorde groeiruimte hebben, kunnen zij uitgroeien tot monumentale exemplaren. Voor het behoud van monumentale bomen (ook op particulier terrein) en voor bomen die deze status kunnen bereiken bestaat in onze gemeente geen beleid. Langs veel wegen komen bomenrijen en laanbeplantingen voor die voldoende ruimte hebben om goed uit te groeien en gezond in stand te blijven. Hier is goed onderhoud nodig voor een duurzame instandhouding van deze voor de karakteristiek van de dorpen belangrijke beplantingen, en voor de veiligheid van weggebruikers. De grote omvang van deze beplantingen maakt een planmatige aanpak van het onderhoud noodzakelijk.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
In woonstraten moeten bomen staan die zijn aangepast aan de ruimtelijke maten van deze woonomgevingen, zodat zij geen overlast aan bewoners bezorgen.
Vooral daarom is tijdig onderhoud aan bomen van belang. Daarnaast moeten bomen regelmatig visueel worden gecontroleerd op gebreken die tot gevaar kunnen leiden.
De aanwezigheid van een opvallend groot aantal bomen ’eerste grootte’ en de eenvoud in soortensamenstelling zijn karakteristiek voor Borger-Odoorn. Door die terughoudendheid ook in de toekomst vast te houden, worden de kracht van de eenvoud en het karakter van het bomenbestand behouden.
4.3 Knelpunten In een aantal straten zijn bomen aangeplant die te groot zijn of te dicht op elkaar staan. Dit geeft overlast en overmatig snoeiwerk.
De volgende uitgangspunten zijn daarom van belang bij de vervanging van bomen: • • •
de beplantingsvorm (rij, laan, etc.) waarvan zij deel uitmaken is richtinggevend voor de wijze waarop vervanging plaatsvindt (vervangen ineens, of in delen); bij vervanging wordt gekozen uit boomsoorten die in de omgeving thuishoren; bij vervanging van bomen in woonstraten zal eerst gekeken worden naar de beschikbare ruimte voor bomen; waar overlast dreigt voor bewoners worden minder bomen teruggeplaatst of wordt gekozen voor kleinere boomsoorten.
Op diverse plaatsen staan kwijnende bomen. Het noodzakelijk onderhoud van bomen in onze gemeente is omvangrijk. Er wordt al enige jaren achterstallig onderhoud weggewerkt, maar pas over drie tot vijf jaar zal de achterstand helemaal zijn ingehaald. Voor het reguliere snoeionderhoud ontbreekt een overall planning. Het grote aandeel oude Amerikaanse eiken (meer dan tachtig jaar oud) en populieren (gemiddeld 35 jaar oud) is dringend aan vervanging toe. Deze bomen vormen veel dood hout.
Goed onderhoud van de bomen bestaat uit tijdige snoei en het nemen van maatregelen die voorkomen dat de boom boven- of ondergronds beschadigd wordt. Snoei is nodig om lage takken te verwijderen, zodat verkeer ongehinderd onder de boom door kan, en om dood hout (dat gevaar kan opleveren) te verwijderen. Door de zorgplicht is er een wettelijke aansprakelijkheid voor schade die ontstaat door bomen die niet goed onderhouden zijn.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
17
4.4 Aanbevelingen Om te zorgen voor goede groeiplaatsen verdient het aanbeveling om: • • •
minimale groeiplaatsmaten te hanteren bij nieuwe aanplant; (besteks-)voorwaarden op te stellen voor werken aan de weg; terughoudend te reageren op bouwaanvragen die grenzen aan boombeplantingen.
Monumentale bomen (ook particuliere) zijn belangrijk voor de gemeente. Aanbevolen wordt daarom beleid te maken waarin staat wanneer een boom monumentaal is en welke maatregelen daar bij horen. Bomenrijen waarin de bomen te dicht op elkaar staan, kunnen gedund of vervangen worden. Bomen aan het einde van hun omlooptijd, te grote bomen in woonstraten en te dunnen bomenrijen, zijn opgenomen in de bijlage ’Meerjarenplanning groen’. Het opstellen van een overall snoeiplan voor alle bomen geeft mogelijkheden voor een tijdige en efficiënter uitvoering van het werk. Bij graafwerkzaamheden mogen boomwortels niet worden beschadigd. Beschermende maatregelen kunnen worden gestandaardiseerd in besteksvoorwaarden en in de inrichting van planprocessen in de gemeente.
18
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
5
DORPSGROEN
5.1 Inleiding Dorpsgroen speelt in de beleving van de bewoners een belangrijke rol. Het ligt tussen hun woningen en het is dagelijks hun blikvanger. Hoe bewoners de kwaliteit van de openbare ruimte ervaren, wordt veelal bepaald door de staat van het dorpsgroen in hun buurt. Het dorpsgroen wordt ook wel speel- en kijkgroen genoemd, door de functie die het heeft in de woonomgeving. De tijd waarin dorpsuitbreidingen zijn ontstaan, bepaalt in hoge mate het karakter van het groen. De eerste planmatig opgezette uitbreidingen (en dan vooral de grotere) dateren van de tweede helft van de vorige eeuw. Het grootste deel van het dorpsgroen bestaat uit groenvoorzieningen, die als onderdeel van deze uitbreidingen in het openbare gebied zijn ontworpen en aangelegd. Het bestaat in hoofdzaak uit beplantingen van bosplantsoen en (sier-)heesters, gazons die ruimte scheppen en waarop gespeeld kan worden, en bomen. In de oude dorpsstructuren komt weinig dorpsgroen voor.
Figuur 6 Kwalitatief goed groen in jaren ‘60 wijk
Interessant en goed zichtbaar in de gemeente is, dat de ideeën over gebruik en inrichting de afgelopen halve eeuw vrij snel zijn veranderd. En daarmee ook het karakter van het groen in de verschillende buurten. In de gemeente is ook een verschil zichtbaar in het dorpsgroen van de twee eerder zelfstandige gemeenten. In het noordelijk deel bestaat het dorpsgroen uit diverse gevarieerde beplantingen met relatief veel sierheesters. Het beeld van dit dorpsgroen sluit aan bij de landelijke trends in inrichting van openbaar groen. In het zuidelijk deel van de gemeente is hiervan minder sprake. Het dorpsgroen is ruimtelijker en eenvoudig van opzet, het bestaat overwegend uit gras met bomen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Figuur 7 Kwalitatief goed groen in jaren ‘70 wijk
19
Het dorpsgroen bestaat uit veel kleine vakken. Bij elkaar vormt het niettemin een oppervlakte van 275 hectare en er komen bijna 26.000 bomen voor. 5.2
Beleid
5.2.1 Doelstelling Doelstelling voor het dorpsgroen is een eenvoudige, verzorgde inrichting, passend bij de karakteristiek en het gewenste functioneren van de woonomgeving. In de groenbeleidsvisie ‘Onze groene ruimte’ zijn twee uitspraken opgenomen die van belang zijn voor het dorpsgroen. Ten eerste is het streven gericht op het behouden en versterken van de karakteristieke opbouw van de dorpen. Dit betekent ook een accentuering van de ruimtelijke opbouw van es- en lintdorpen en van de variëteit in de buurten. Op de tweede plaats worden eenvoud, rust en ruimte in het openbaar groen nagestreefd om zo, particuliere tuinen en bijzondere gemeenschappelijke plekken extra tot hun recht te laten komen. Daarmee wordt gepleit voor het gebruik van alleen bomen, gras en hagen (van behoorlijk flink formaat). Bij de keuze van het plantmateriaal hebben gebieds- en streekgebonden materiaalsoorten de voorkeur. Het betekent ook, dat de variëteit in de buurten gezocht moet worden in ruimtelijke variëteit. ‘Spelen met ruimte’, wordt het motto voor dit groen.
5.2.2 Esdorpen Van oorsprong bestonden de esdorpen uit schijnbaar willekeurig neergezette boerderijen langs bochtige wegen en veel groen in de vorm van laanbeplanting langs hoofdwegen, bomen op brinken, brede grasbermen, weitjes en erfbeplantingen. Open water is af en toe aanwezig in de vorm van een dobbe. In de loop der tijd is de ruimte tussen boerderijen deels opgevuld met burgerwoningen, zodat de oude kernen een zeer gevarieerd beeld aan bebouwing bieden. Erfbeplantingen zijn nog altijd een belangrijk element in dat beeld. Het openbaar groen is eenvoudig (gebleven) en bestaat uit grasbermen langs de wegen, al dan niet met bomen, en monumentale bomen op kleine en grotere brinken.
Voor het geschetste beleid is het van belang om meer inzicht te hebben in de opbouw van de dorpen. In dit hoofdstuk daarom de algemene karakteristieken van de woonomgevingen per tijdsperiode. Figuur 8 Het esdorp oud Odoorn
20
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Vanaf de jaren vijftig zijn in onze gemeente op planmatige wijze delen van rond de dorpen gelegen essen bebouwd. In de naamgeving van een aantal buurten is dit terug te vinden, bijvoorbeeld Westeresch en Noorderesch in Exloo; en Oosteres, Westeres en Torenes in Borger. 5.2.3 Veendorpen In het veenkoloniale gedeelte zijn verschillende soorten dorpen te onderscheiden, zoals de oude randveen-ontginningsdorpen en de latere veenkoloniale dorpen. Drouwenerveen en Exloërveen zijn typische voorbeelden van de eerste categorie: langs een vaak licht slingerende weg die door bomen wordt begeleid, staan aan weerszijden kleine en grotere boerderijen, afgewisseld met burgerwoningen. Grote uitbreidingen hebben in deze dorpen niet plaatsgevonden. De later ontwikkelde weg- en kanaaldorpen in de veenkoloniën bestaan deels uit een enkel lint (zoals Drouwenermond) en deels uit een dubbel bebouwingslint (bijvoorbeeld Valthermond). Kenmerkend voor de oorspronkelijke opbouw is de aanwezigheid van één hoofdweg of twee evenwijdig lopende langgerekte hoofdwegen (met daartussen zogeheten ‘vooraffen’) en de aanwezigheid van een kanaal, en loodrecht daarop dwarskanalen, die wijken werden genoemd. Oorspronkelijk bestond de bebouwing bij een enkel lint voornamelijk uit grote boerderijen met (dienst)woningen op regelmatige afstanden. Bij een dubbellint zijn de boerderijen aan één zijde geplaatst en staan de burgerwoningen op de ’vooraffen’. Het groen bestaat van oorsprong uit - van veraf zichtbare - bomenrijen in grasbermen, die de hoofdwegen en kanalen begeleiden in combinatie met erfbeplantingen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Figuur 9 Voorbeeld randveen ontginningsdorp, Exloërveen
21
Uitbreiding van de bebouwing van de veenkoloniale linten heeft in eerste instantie plaatsgevonden in de vorm van verdichting van de bestaande bebouwing, binnen de bestaande structuur. De opbouw van het groen is daarbij niet wezenlijk van karakter veranderd.
5.2.4 De jaren vijftig De uitbreidingen uit de jaren vijftig van de vorige eeuw kenmerken zich door een eenvoudig functioneel rechtlijnig stratenpatroon waarlangs woningen zijn gebouwd. Daarnaast doet het fenomeen voetpad zijn intrede. Voetpaden worden gescheiden van de rijweg door smalle bermen met (oorspronkelijk) sierheesters en bomen. In onze gemeente zijn dit zoals al eerder opgemerkt vaak bomen ‘eerste grootte’ op een veelal te kleine plek. De smalle groenstroken zijn verhoudingsgewijs duur in onderhoud. Een voorbeeld van een buurt uit deze tijd is de Westeres in Borger.
Figuur 10 Lintbebouwing Nieuw-Buinen
In bijvoorbeeld Valthermond en 2 e Exloërmond werd relatief kleinschalig uitgebreid. In Nieuw-Buinen vond vanaf de jaren zestig grootschaliger uitbreiding plaats met een tijdgebonden ruimtelijke opbouw en groenstructuur.
22
Figuur 11 Westeres
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
5.2.5 De jaren zestig De uitbreidingen uit de jaren zestig (zoals Hunzedal in Borger en plan Polter in Nieuw-Buinen) kenmerken zich door verspringende woonblokken (aaneengesloten rijen en geschakelde woningen) van eenvormige architectuur. De blokken huizen liggen overwegend niet met hun front richting andere woningen. Er is veel openbaar groen gebruikt in de vorm van heesterbeplantingen, om de koppen van de gevels af te schermen. Daarnaast komt veel ‘recreatief’ openbaar groen voor in de vorm van grasveldjes, omlijst door sierheesters of bosplantsoen. In de buurten uit deze tijd valt bovendien de grote hoeveelheid bomen op.
5.2.6 De jaren zeventig In de jaren zeventig is het stedenbouwkundig ontwerp ondergeschikt gemaakt aan de sociaal-maatschappelijke functie van een buurt en doet het fenomeen woonerf zijn intrede. Buurten uit deze periode kennen geen duidelijke structuur. Woningen staan in allerlei richtingen, gevels verspringen ten opzichte van elkaar, huizen hebben schuine muren. Er wordt niet langer onderscheid gemaakt tussen stoep en straat. Het openbaar groen kenmerkt zich door een krappe maatvoering, die weinig onderscheidend is van particuliere tuinen. Het wordt vooral ingezet als opvulling en zelden om een structuur te versterken. Onduidelijke overhoeken met ‘snippergroen’ zijn veelvuldig te vinden in deze buurten. In enkele buurten maken langzaam verkeer verbindingen in het groen deel uit van deze planvorm.
Figuur 12 Plan Polter
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
23
De buurt Bargakkers aan de noordkant van Borger stamt bijvoorbeeld uit deze tijd. In buurten uit deze periode liggen mogelijkheden voor het afstoten van groen, door verkoop of verhuur aan particulieren.
De opbouw van het openbaar groen is ook weer eenvoudiger en haakt meer aan op lokale thema’s. Maar ook duikt de verleiding weer op om smalle groenstroken tussen particuliere tuinen en de straat aan te brengen. Bijvoorbeeld in Noorderesch in Exloo en Marslanden in Borger. Vooral in Borger zijn daarbij nog veel heesters toegepast.
Figuur 13 Openbaar groen in de buurt Bargakkers
5.2.7 De jaren tachtig Na het verspringen en kronkelen uit de jaren zestig en zeventig treedt weer vereenvoudiging op in de wijze waarop woonstraten worden vormgegeven. Er lijkt nu ook meer teruggegrepen te worden op karakteristieke oorspronkelijke elementen, zoals brinken. Daarnaast verandert ook de samenstelling van de bebouwing: het aantal vrijstaande - en twee onder-een-kap woningen heeft de overhand.
24
Figuur 14 Groenstrook in Daalkampen
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
5.2.8 De jaren negentig en verder De jongste buurten kenmerken zich door de terugkeer van een meer gestructureerde opzet. Daalkampen in Borger is hiervan een goed voorbeeld. De nieuwe woongebieden hebben een eigen, op zichzelf staande structuur. Dit is bijvoorbeeld ook herkenbaar in de jongste uitbreiding van Odoorn (Langhieten II). Het toegepaste groen is eenvoudig van karakter en bestaat vooral uit gras en bomen. 5.3 Knelpunten Het dorpsgroen is in een aantal buurten erg onderhoudsintensief en niet representatief. Oorzaken hiervan zijn: • •
De kleinschalige stedenbouwkundige opzet van een aantal buurten met snippergroen en/of vakken die snel onder de voet worden gelopen. De ouderdom van groen (met name bosplantsoen, heestervakken en gras) dat al gerenoveerd had moeten zijn.
Figuur 15 Voorbeeld van oud plantsoen
In gemeentelijke beplantingen die in slechte staat verkeren, ontstaan ongewenste particuliere initiatieven, zoals bouwwerkjes en verschillende andere vormen van toe-eigening van openbare grond. De bewoners nemen geen genoegen met een slecht verzorgde openbare woonomgeving en uiten dit met klachten.
Figuur 16 Voorbeeld van snippergroen Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
25
5.4 Aanbevelingen Het ‘ontsnipperen’ van buurten met veel snippergroen kan alleen met een integrale herinrichting van de openbare ruimte. In de ’Meerjarenplanning groen’ (zie ook de losse bijlage bij deze nota) is een overzicht gemaakt met plekken waarvoor renovatie nodig is en waar achterstallig onderhoud weggewerkt moet worden. Op basis hiervan kunnen prioriteiten toegekend worden. Renovatie en herinrichting van dit groen zal het beeld sterk verbeteren en de onderhoudskosten verlagen. Renovatieplannen kunnen ook gebruikt worden om de beoogde vereenvoudiging van het groen te realiseren. Vereenvoudiging, bijvoorbeeld omvormen naar gras, zal het ruimtelijk beeld veel rustiger maken, waardoor alle groen beter tot zijn recht komt. Het grootste deel van het gras wordt intensief beheerd (26 keer maaien per jaar). Voor grote vakken (meer dan 300 m2) is extensivering en liefst overschakelen naar ecologisch beheer (twee keer per jaar maaien en afvoeren) een reële optie.
26
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
6
WATERPARTIJEN
6.1 Inleiding In een aantal kernen van onze gemeente zijn waterpartijen te vinden. Van een historische dobbe tot meer recent aangelegde vijvers. De waterpartijen lopen sterk uiteen in omvang (van 45 m 2 tot 46.400 m 2 ) en in functie. Onderscheid wordt gemaakt in siervijvers, wadi’s en overige waterpartijen als waterberging (voor overtollig hemelwater), en sloten en kanalen. Sommige van deze waterpartijen staan in contact met natuurlijke watergangen.
De siervijvers dienen vooral ter verfraaiing van de woonomgeving. Wadi’s zijn laagtes die dienen om afgekoppeld hemelwater te infiltreren in de bodem en zijn aangelegd voor duurzaam waterbeheer. De overige waterpartijen hebben vooral een cultuurtechnische functie. Naast deze functies speelt water een belangrijke rol voor de natuurlijke flora en fauna en is het een geliefde plek voor ontspanning in de vorm van recreatief vissen. De siervijvers en wadi’s worden samen met het openbaar groen beheerd. Voor deze waterpartijen wordt de doelstelling hier genoemd en in het kort toegelicht. De overstortvijvers, sloten en kanalen worden in hoofdzaak net zo beheerd als het waterschap dat doet. De beheerders van het groen verzorgen hier slechts het maaionderhoud van de oevers. In de nabije toekomst zullen de kwaliteitseisen uit de in Europees verband opgestelde ’Kader Richtlijn Water’ van invloed zijn op het beheer van het natuurlijke water in de gemeente. De waterpartijen in beheer bij de groenbeheerders meten bij elkaar ongeveer 26 hectare.
Figuur 17 Fraaie siervijver
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
27
6.2
Beleid
6.2.1 Doelstelling Doelstelling voor de waterpartijen vanuit het groenbeheer (naast hun primaire cultuurtechnische functie) is ontwikkelingsmogelijkheden bieden voor een natuurlijke flora en fauna en het bijdragen aan een aantrekkelijke leefomgeving. 6.2.2 Beheer en onderhoud Siervijvers kunnen een belangrijke ecologische rol spelen en een plek bieden aan planten en dieren. Om die rol te kunnen vervullen is ecologisch beheer nodig. Dit betekent bijvoorbeeld dat oevers gefaseerd worden gemaaid zodat kikkers een goede schuilplaats kunnen vinden. Daarnaast is de frequentie waarin de bodem wordt gebaggerd van belang voor een goede waterkwaliteit en voor de soortenrijkdom aan vissen in de siervijvers.
Er is eveneens achterstallig onderhoud in baggerwerk, waardoor waterpartijen dichtslibben. 6.4 Aanbevelingen Er zijn beschoeide oevers, die vervangen kunnen worden door een ecologische, natuurlijke oever (met plas/dras situatie). Een soortenrijker waterleven, inclusief betere visstand, is mogelijk als de vijvers vaker worden gebaggerd.
De wadi’s zijn onderdeel van maatregelen die zorgen voor een betere waterkwaliteit. De vegetatie van de wadi wordt zo mogelijk ecologisch beheerd, zodat de natuurlijke ontwikkeling van flora en fauna optimaal kansen krijgt. Alle waterpartijen lenen zich voor ecologisch beheer. Afhankelijk van de cultuurtechnische functie van de overige waterpartijen zullen hun oevers in meer of mindere mate ecologisch beheerd kunnen worden. 6.3 Knelpunten Er is achterstallig onderhoud aan beschoeiingen, waardoor oevers gevaarlijk worden (in verband met afkalving). Ze zien er daardoor ook slordig uit.
28
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
7
BERMEN
7.1 Inleiding Bermen hebben verschillende functies: civieltechnisch, verkeerskundig en landschappelijk / ecologisch. De civieltechnische functies: het verlenen van (grondmechanische) steun aan het weglichaam en reserveruimte bieden voor een eventuele wegverbreding. Bermen worden daarnaast gebruikt voor het ingraven van kabels en leidingen. De verkeerskundige functies staan vooral in het teken van veiligheid voor de weggebruiker. De berm biedt ruimte voor wegmeubilair, zoals reflectorpaaltjes, bewegwijzering enzovoort, is verkeersgeleidend en dient als uitwijkplaats in noodgevallen. Een berm kan verder dienen als opslagplaats voor materiaal en materieel bij werkzaamheden, zodat deze niet extra verkeersbelemmerend zijn. Bermen kunnen bijdragen aan een harmonieuze inpassing van wegen in het landschap. Een goed ontwikkelde berm, met verschillende bloemen en planten, zorgt voor een hoge belevingswaarde. De belevingswaarde is niet alleen hoog voor de recreant, maar ook voor de automobilist en zijn passagiers. Naast al deze functies voor de mens hebben bermen een belangrijke ecologische functie voor flora en fauna. Door de intensieve bemesting in de landbouw zijn veel planten, die van een voedselarm milieu houden, zeldzamer geworden. Hierdoor is er zelfs een aantal soorten zo zeldzaam geworden, dat ze extra bescherming vragen (rode lijstsoorten). Een voedselarme berm is dan vaak de laatste plaats waar deze soorten zich kunnen handhaven. Circa de helft van de ongeveer 1.450 Nederlandse
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Figuur 18 Berm met hoge belevingswaarde
plantensoorten komen in wegbermen voor. Vijftien procent van de soorten in de berm staat op de rode lijst. Een berm kan ook een goede verbindingszone zijn voor fauna. Bermen kunnen de verbinding zijn tussen voedselgebieden, leefgebieden, overwinteringgebieden en voortplantingsgebieden. Er zijn ook bermen, die binnen de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) liggen en als verbindingszone daarin een toegevoegde waarde hebben. Door het grote buitengebied is de omvang van het areaal bermen in onze gemeente zeer groot. Totaal wordt ruim 240 hectare berm beheerd, waarvan op dit moment bijna 100 hectare op
29
natuurvriendelijke, ecologische wijze. Dit houdt in het (zo weinig mogelijk) maaien van de berm en het afvoeren van het maaisel, waardoor het ontstaan van een soortenrijke plantengemeenschap wordt bevorderd. In de veengebieden zal deze maaimethode overigens in veel mindere mate tot soortenrijke vegetaties leiden dan op de zandgronden. 7.2
Beleid
7.2.1 Doelstelling Doelstelling voor de bermen is, naast hun verkeer- en civieltechnische functies, een natuurlijke ontwikkeling van een soortenrijke flora en fauna mogelijk te maken. In het bermbeheer moeten de ontwikkeling van flora en fauna, de stabiliteit van het weglichaam en de verkeersveiligheid hand in hand gaan. Realisatie van deze doelstelling past in het beleid van diverse overheden en maakt de bermen aantrekkelijker voor het toeristisch (fiets)verkeer.
Bermen die bij voorkeur ecologisch beheerd worden: a. bermen die al jaren ecologisch worden beheerd, b. bermen met een hoge actuele of potentiële ecologische waarde. Bermen die bij voorkeur traditioneel worden beheerd (twee keer per jaar klepelen): a. bermen in buitengebied kernen (aangegeven in Kern en kader 2), b. bermen waar sprake is van een geringe actuele of potentiële ecologische waarde. 7.3 Knelpunten Er zijn bermen die geheel kapot worden gereden. In bermen komt veel zwerfafval terecht. Ecologisch beheer van bermen vereist vaste maai-perioden. De grote omvang van het areaal bermen veroorzaakt, dat gedurende een korte tijd veel capaciteit nodig is. Het strooien van zout is zeer schadelijk voor alle bermbeplantingen.
7.2.2 Beheer en onderhoud Uitgangspunt voor het realiseren van de doelstelling is de natuurlijke ontwikkeling te stimuleren waar deze het meest kansrijk is en/of waar een Ecologische Verbindingszone is gepland. Dit betekent voor het beheer en onderhoud, dat bermen bij voorkeur ecologisch worden beheerd: a. voor het versterken van de Ecologische Verbindingszones, b. om de toeristische aantrekkelijkheid van de gemeente te bevorderden.
30
Ongewenste soorten als jacobskruiskruid, berenklauw, distel en brandnetel kunnen in de toekomst problemen geven.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
7.4 Aanbevelingen Meer uitvoerende capaciteit moet worden ingezet in de periode van half juni tot half oktober om de ecologisch te beheren bermen op tijd te maaien. Bermranden waarin veel spoorvorming voorkomt, kunnen verstevigd worden met graskeien.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
31
8
LANDSCHAPPELIJKE ELEMENTEN
8.1 Inleiding Onder landschappelijke elementen worden hier verstaan bossen, natuurterreinen, houtwallen en singels. Landschappelijke elementen zijn van belang voor het landschapsschoon en ze spelen een rol in de ecologische structuur van de omgeving. Ze kunnen dienen als toevluchts- en vestigingsplek voor flora en fauna. Landschappelijke elementen zijn vaak restanten van een vroeger menselijk gebruik. Ze hadden een nuttige functie als afscheiding, als leverancier van hout. Tegenwoordig worden ze in stand gehouden, omdat ze het landschap een beeld geven dat wordt gewaardeerd, zowel door inwoners als toeristen. De productiefunctie speelt nauwelijks of geen rol meer.
Landschappelijke elementen kunnen door goed beheer een hoge ecologische waarde krijgen. Variatie in de soorten, de structuur (ruimtelijke opbouw) en de leeftijden van beplanting in de landschappelijke elementen zorgen voor een rijke, interessante leefgemeenschap, die ook aantrekkelijk is om te zien en te beleven. Dieren vinden daarin voedsel, broedgelegenheid en schuilplek.
8.2
Beleid
8.2.1 Doelstelling Doelstelling voor de landschappelijke elementen is instandhouding van de elementen en de ontwikkeling van hun waarde voor flora en fauna. Het belang van de landschappelijke elementen is groot. De elementen geven het landschap de ruimtelijke vorm en cultuurhistorische waarde die zeer wordt gewaardeerd. De toeristische attractiviteit en het economisch belang dat hiermee samenhangt, zijn hiervan direct afhankelijk. De ecologische mogelijkheden van deze elementen in het cultuurlandschap, te realiseren met deskundig beheer, moeten niet worden onderschat.
Figuur 19 Karakteristiek landschapselement, oud eikenhakbosje 32
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
8.2.2 Beheer en onderhoud Het groen in het landelijk gebied wordt extensief beheerd. Per situatie wordt gekeken of uit oogpunt van optimalisatie van beheer en onderhoud, aanpassing aan de beplanting noodzakelijk is. Bijvoorbeeld als takken het fietsen belemmeren doordat een struik te dicht op het fietspad staat. Verder wordt ecologisch beheer nagestreefd waar dit qua natuurlijke omstandigheden goede kansen heeft.
8.4 Aanbevelingen Voor een rijkere flora- en faunasamenstelling in bossen moet op tijd de juiste beheersmaatregel worden uitgevoerd.
Door duurzaam beheer worden waardevolle natuur- en landschapselementen instandgehouden. Voor de bossen wordt gestreefd naar het uitbesteden van onderhoud. In een deel van de gemeente is het bos al in beheer en onderhoud gebracht bij Staatsbosbeheer. Deze organisatie doet dit in overeenstemming met de visie van onze gemeente.
Uitbesteding van het bosonderhoud aan Staatsbosbeheer voor het bos in onze gemeente, ook waar dat tot nu toe niet het geval is.
Er moeten veel houtwallen worden gerenoveerd. Het is praktischer om singels op te smalle bermen deels of geheel te verwijderen, tenzij de berm kan worden verbreed.
8.3 Knelpunten De diversiteit van soorten in de door de gemeente beheerde bossen is gering. De kwaliteit van houtwallen is matig. Er is achterstallig onderhoud in de landschappelijke elementen. Een deel van de singels is aangeplant op een te smalle berm.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
33
9
BIJZONDERE ELEMENTEN
9.1 Inleiding Tot het vastgoed van onze gemeente behoren wegen (waaronder ook kanalen, fietspaden, openbare verlichting en parkeerterreinen), het rioolstelsel (leidingen, pompgemalen, straatkolken) en plantsoenen en gebouwen. Het vastgoed is onder te verdelen in vijf categorieën: 1. Vastgoed behorend tot het publieke domein; hiertoe worden gerekend de wegen, het rioolstelsel en de plantsoenen. 2. Vastgoed ten behoeve van de publieke dienst; dit zijn het gemeentehuis, de centrale werf/afvalbrengpunt, de onderkomens van de gebiedsploegen en de brandweerkazernes. 3. Maatschappelijk vastgoed; hieronder worden verstaan de scholen, sportgebouwen en terreinen, zwembaden, dorpshuizen en begraafplaatsen. 4. Commercieel / strategisch vastgoed; dit omvat het vastgoed dat is verworven met het oog op toekomstige ontwikkelingen en bouwgrond. 5. Overig vastgoed; dit bestaat uit verspreid woningbezit en garageboxen.
9.2
Beleid
9.2.1 Doelstelling Beheer van het groen van ’bijzondere elementen’ betreft het vastgoed voor de publieke dienst, het maatschappelijk- en overig
34
vastgoed. Het beleid hiervoor wordt uitgewerkt in de kadernota vastgoedbeheer. Het beheer en de instandhouding van het groen van dit vastgoed is complex en kost veel geld. Het is noodzakelijk om vastgoedbeheer op een samenhangende manier te benaderen. De op te stellen kadernota vastgoedbeheer zal de paraplu vormen voor bestaande en te ontwikkelen plannen. 9.2.2 Beheer en onderhoud Het groen rond de ’bijzondere elementen’ (een school bijvoorbeeld) kan anders worden beheerd en onderhouden dan het openbaar groen. Dit is een gevolg van de functie van het betreffende object. Die functie kan andere eisen stellen aan de ruimte (en aan het nog te bepalen beleid). 9.3 Knelpunten Rond de ‘bijzondere elementen’ komt groen voor waarvan niet duidelijk is in hoeverre het hoort bij het bijzondere (vastgoed-)element, of bij het openbaar groen. 9.4 Aanbevelingen Het moet bekend zijn welk deel van de ’bijzondere elementen’ behoort tot het openbaar groen en welk deel tot het vastgoed. Daartoe moeten demarcatielijnen tussen deze twee getrokken worden. Voor het beheer van de ‘bijzondere elementen’ zijn bij de functie passende plannen nodig.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
10 BEPALING KWALITEITSNIVEAUS 10.1 Inleiding In het groen is een grote variëteit aanwezig in grootte van de objecten, in type en soortensamenstelling, en in functie. Uit een oogpunt van gelijkschakeling in onderhoudsniveaus, bijvoorbeeld in de woonwijken, en in verband met de verdeling van kosten, is het nodig om in deze diversiteit het beheer eenduidig neer te zetten. . Daartoe wordt per thema, zoals onderscheiden in de hoofdstukken 3 tot en met 8, het kwaliteitsniveau bepaald. Deze kwaliteitsniveaus dienen als ijkpunt.
10.2 Methode bepaling kwaliteitsniveau 10.2.1 De referentie De bepaling van het kwaliteitsniveau is in feite een subjectieve aangelegenheid. Wat de één goed vindt, vindt de ander matig. Toch is het belangrijk dat er een zekere mate van objectiviteit is. Maar bovenal moeten de gemaakte keuzen zijn uit te leggen. Met andere woorden: er moet transparantie zijn. Er zijn methoden ontwikkeld die bij de bepaling van het kwaliteitsniveau als hulpmiddel worden gehanteerd. De door Alterra, researchinstituut voor de groene ruimte, ontwikkelde methode spreekt het meest aan. Bij deze methode worden vier kwaliteitsniveaus onderscheiden, waarbij per niveau criteria zijn geformuleerd en referentiefoto’s zijn opgenomen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Bij de formulering van de criteria is uitgegaan van de volgende hoofdaspecten: -
de technische staat (aanlegkwaliteit, huidige staat, materiaalgebruik, bruikbaarheid, schades, vitaliteit, onderhoud); de verzorgingsgraad (algemene indruk, zwerfvuil, onkruid, netheid); de belevingswaarde (vormgeving, gebruik, uitstraling).
Het aspect technische staat is vooral gerelateerd aan groot onderhoud, of renovatie en vernieuwing: min of meer geplande cyclische maatregelen om de technische kwaliteit op niveau te houden. Het aspect verzorgingsgraad heeft te maken met het dagelijks onderhoud: geplande kortcyclische maatregelen. Het aspect belevingswaarde gaat vooral over de inrichting van de openbare ruimte. Deze is veelal stedenbouwkundig bepaald. Bij de criteria ligt de nadruk op de technische staat en de verzorgingsgraad. Aan de hand van de methode Alterra is, toegespitst op onze gemeente, een referentieboek samengesteld. Naast de criteria en referentiefoto’s zijn daarin ook opgenomen de beheerskosten. Deze kosten zijn gebaseerd op de zogenoemde IMAG-normen, gekoppeld aan ervaringscijfers van Groenestein en Borst. Het referentieboek is als bijlage aan deze nota toegevoegd.
35
10.2.2 Workshop Tijdens een op 7 februari 2006 gehouden workshop heeft het college van burgemeester en wethouders met behulp van het referentieboek het gewenste kwaliteitsniveau voor het beheer van de betreffende thema’s bepaald. Daarbij heeft het college twee scenario’s onderscheiden, waarvan één voorkeursscenario. De gekozen scenario’s zijn weergegeven in bijlage 1. Het voorkeursscenario is scenario 2, dat overeen komt met kwaliteitsniveau 3.
Figuur 20 Kwaliteitsniveau 1
36
Figuur 21 Kwaliteitsniveau 2
Figuur 22 Kwaliteitsniveau 3 Figuur 23 Kwaliteitsniveau 4 Groen moet je doen Gemeente Borger Odoorn
11 KOSTEN 11.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt aangegeven wat het kost om het groenbeleid te realiseren in de bestaande woonwijken. De kosten zijn opgesplitst in drie delen: 1. Kosten regulier onderhoud 2. Kosten achterstallig onderhoud 3. Kosten renovatie en herinrichting Voor het regulier onderhoud is een bedrag opgenomen in de programmabegroting. De kosten voor het wegwerken van achterstallig onderhoud en voor renovatie en herinrichting zijn in de meerjarenplanning Bouwkunde Openbare Werken en Groen (BOWG) vermeld. De uitvoering ervan is afhankelijk van het beschikbaar komen van kredieten. 11.1.1 Kosten regulier onderhoud Deze kosten zijn jaarlijks zichtbaar in de programmabegroting. In de huidige begroting is voor de ‘producten’ bos en natuur, plantsoenen, bomen en bermen, samen een bedrag van € 3.160.000 opgenomen. Zoals in hoofdstuk 10 al werd aangegeven zijn in een workshop twee scenario’s vastgesteld voor het onderhoudsniveau van het groen. In het referentieboek worden naast de effecten van verschillende onderhoudsniveaus en van verschillen in technische staat, de verschillen in onderhoudskosten van de getoonde niveaus weergegeven. Voor beide scenario’s is per thema op basis van het huidige groenareaal het benodigde onderhoudsbudget bepaald. De berekening van de onderhoudskosten in het schema hierna wordt toegelicht in bijlage 2.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Om de kwaliteit van het openbaar groen op scenario 1 (onderhoudsniveau 2) te houden is jaarlijks een bedrag extra nodig van € 685.000 en voor scenario 2 (onderhoudsniveau 3) een bedrag van € 102.000. Scenario 2 is het voorkeurscenario. Structureel is een bedrag nodig dat € 102.000 hoger ligt dan het bedrag van de huidige programmabegroting.
Kosten regulier onderhoud De berekening van de kosten staat in bijlage 2 Thema / groentype Onderhoudskosten Onderhoudskosten Onderhoudskosten scenario 1 scenario 2 begroting 2006
Oude brinken Jonge brinken Bomen Dorpsgroen Bermen Waterpartijen Landschappelijke elementen Subtotaal Overige kosten* Totaal
€ 22.500 € 35.300 € 258.900 € 2.268.000 € 372.700 € 51.900 € 1 59.000 € 3.167.400 € 677.600 € 3.845.000
€ 18.000 € 27.900 € 235.400 € 1.826.300 € 324.300 € 25.900 € 126.600 € 2.584.400 € 677.600 € 3.262.000
€ 17.600 € 29.100 € 385.600 € 1.807.900 € 204.400 € 37.900 € 2.482.400 € 677.600 € 3.160.000
Tabel 1 Kosten regulier onderhoud * De overige kosten bestaan onder andere uit uren medewerkers BOWG, stortkosten, kapitaalslasten, waterschapslasten en buurtbeheerwerk.
37
11.1.2 Kosten achterstallig onderhoud Achterstallig onderhoud ontstaat als je niet goed of te laat onderhoud pleegt of als je niet renoveert. Dat komt ook door gebrek aan budget. Er wordt dan minder gedaan dan noodzakelijk is voor goed en veilig groen.
Het achterstallig snoeionderhoud bij de bomen wordt voor een deel uitgevoerd binnen de bestaande begroting, door besteding van extra uren aan snoeiwerk. Naar verwachting is dit deel van het achterstallig onderhoud binnen drie tot vijf jaar weer op orde. Het andere deel is in bovenstaand schema vermeld.
Kosten achterstallig onderhoud (eenmalig)
Voor het wegwerken van het overig achterstallig onderhoud is in de huidige begroting geen geld opgenomen. De meerjarenplanning groen (groeninspectie 2006), waarin het achterstallig groenonderhoud is beschreven, is bij deze nota gevoegd.
De kosten uitgesplitst in projecten staat in bijlage 2
Thema / groentype Oude brinken Jonge brinken Bomen Dorpsgroen Bermen Waterpartijen Landschappelijke elementen Subtotaal Overige kosten** Totaal
Kosten wegwerken achterstallig onderhoud
€
10.000
€ € € € € € € € €
0 387.000 393.500 0 60.000 0 850.500 42.500 893.000
Tabel 2 Kosten achterstallig onderhoud (eenmalig) ** De overige kosten bestaan uit uren medewerkers BOWG, zie bijlage 2.
De kosten van het achterstallig onderhoud zijn gebaseerd op gegevens uit een recente inventarisatie (maart 2006). Bij deze groeninspectie is het huidige onderhoudsniveau vergeleken met dat van het voorkeursscenario. De opgevoerde kosten staan los van het noodzakelijke budget voor regulier onderhoud en voor renovatie en vernieuwing. Deze (eenmalige) kosten bedragen in totaal € 893.000.
38
11.1.3 Kosten renovatie en herinrichting Om de kwaliteit van het groen te waarborgen moeten elk jaar oude, vervallen beplantingen worden vernieuwd. In ‘Kern en kader’ is vastgesteld dat per jaar, twee tot vijf procent van het groenareaal zou moeten worden vervangen. De kosten voor renovatie en herinrichting kunnen op twee manieren worden berekend. Op basis van afschrijving en op basis van technische urgentie. Vaak wordt voor de lange termijn de afschrijvingsmethode gebruikt om een gemiddeld jaarbedrag te ramen. Op basis van technische urgentie wordt dan bepaald wanneer plantvakken daadwerkelijk worden gerenoveerd. In bijlage 2 wordt de berekening uitgewerkt van het jaarlijks benodigde groenrenovatie budget (op basis van afschrijving). In het schema hierna zijn de resultaten weergegeven. Er is gerekend met een jaarlijkse vervanging van groen van gemiddeld drie procent. Deze percentages zijn lager dan de percentages vastgesteld in ‘Kern en kader’.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Er zal overigens nog onderzocht worden of er subsidiebronnen zijn. Omdat de uitkomst hiervan nog niet duidelijk is, is dit niet in de tabellen verwerkt.
Na het realiseren van de twee genoemde uitgangspunten eenvoud en ruimtelijkheid - vergt het onderhoud op termijn minder geld.
In de meerjarenplanning groen (groeninspectie 2006) wordt naast het achterstallig onderhoud ook aangegeven welk groen gerenoveerd zou moeten worden.
Hierna volgt in een grafiek een voorbeeld van de investeringen versus de reductie van het onderhoudsbudget.
Kosten renovatie en herinrichting De berekening van de kosten staat in bijlage 2 Thema / groentype Jaarlijkse kosten renovaties Oude brinken € 3.000 Jonge brinken € 5.000 Bomen € 166.000 Dorpsgroen € 187.000 Bermen € 0 Waterpartijen € 26.000 Landschappelijke elementen € 32.000 Subtotaal € 419.000 Overige kosten*** € 41.000 Totaal € 440.000 Tabel 3 Kosten renovatie en herinrichting
*** De overige kosten bestaan uit uren medewerkers BOWG, zie bijlage 2. Het verbeteren van de technische staat door renovatie en herinrichting vraagt € 440.000 per jaar. Door het uitvoeren van renovaties van groen (Marslanden bijvoorbeeld) en herinrichtingen in woonwijken (Kampakkers en Dwarskade bijvoorbeeld), kan worden gestreefd naar eenvoudiger en ruimtelijker groen. Er is dan minder intensief onderhoud nodig.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
39
De kosten opgenomen in de programmabegroting 2006 zijn in de grafiek weergegeven met een oranje lijn. Uitgangspunten in dit voorbeeld zijn om vanaf 2007 het onderhoudsbudget in twee jaar te verhogen volgens scenario 2 (groen in grafiek 1); het achterstallig onderhoud in acht jaar weg te werken (blauw in grafiek 1) en jaarlijks een renovatie budget beschikbaar te stellen (geel in grafiek 1).
Uiteindelijk kan na ongeveer tien tot vijftien jaar het onderhoudsbudget volgens scenario 2 weer het niveau van 2006 naderen. Als uitgegaan wordt van een gelijkblijvend areaal, maar wel met vereenvoudiging van groen. (Exclusief prijsstijgingen.)
In dit voorbeeld begint het renovatiebudget in 2007 met € 50.000 en loopt het ieder jaar op met € 50.000. Over globaal tien jaar is het renovatiebudget voor groen dan € 440.000. Grafiek 1 Kostenverloop openbaar groen
€ 3.900.000 € 3.700.000
Kosten
€ 3.500.000 € 3.300.000 € 3.100.000 € 2.900.000 € 2.700.000
20 06 20 07 20 08 20 09 20 10 20 11 20 12 20 13 20 14 20 15 20 16 20 17 20 18 20 19 20 20
€ 2.500.000
Jaren
40
Onderhoudskosten scenario 2
Kosten achterstallig onderhoud
Kosten renovatie en herinrichting
Onderhoudskosten begroting 2006
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Grafiek 2 Verloop kwaliteitsniveau openbaar groen behorende bij kostenverloop
Kwaliteitniveau 1= hoog, kwaliteitsniveau 4= laag Zie referentieboek
11.1.4 Knelpunten In 2006 is voor het onderhoud van groen op de begroting een bedrag beschikbaar van € 3.160.000. Voor de uitvoering van scenario 2 betekent dat een tekort van € 102.000, voor de uitvoering van scenario 1 een tekort van € 685.000.
2
2,5
Voor achterstallig onderhoud en renovatie is het bedrag van € 10.000 dat nu in de begroting is opgenomen, niet toereikend.
3
Door het realiseren van nieuwe woonwijken wordt het regulier te onderhouden groenareaal jaarlijks uitgebreid. Het onderhoudsbudget wordt dan echter niet verhoogd.
3,5
In de jaren 2004, 2005 en 2006 is in de begroting voor de aankoop van materialen en voor de loonkosten van uitbesteed werk, de nullijn gehanteerd.
4
20 20
20 19
20 18
20 17
20 16
20 15
20 14
20 13
20 12
20 11
20 10
20 09
20 08
20 07
4,5 20 06
Kwaliteitsniveau
grafiek 1 zal het kwaliteitsniveau stijgen tot het gewenste kwaliteitsniveau 3 (scenario 2, zie bijlage 2) en op de gewenste hoogte blijven (groene streepjes).
Jaren
Groenkwaliteit begroting 2006 Groenkwaliteit scenario 2
In grafiek 2 is het verloop van de kwaliteit weergegeven bij jaarlijks gelijkblijvend onderhoudsbudget, zoals opgenomen in de reguliere begroting 2006 (rode lijn). Er wordt geen achterstallig onderhoud weggewerkt en investeringen voor herinrichtingen en renovaties blijven uit. Indien wordt geïnvesteerd zoals in het voorbeeld van
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
41
11.1.5 Aanbevelingen Om het onderhoudsniveau van het groen op het gekozen scenario te houden, het reguliere onderhoudsbudget met € 102.000 verhogen. Aanbevolen wordt om in twee jaar naar dit hogere bedrag toe te groeien. Het inhalen van achterstanden in groenonderhoud is eenmalig. Gezien de omvang is het wenselijk om de inhaalslag over een periode van vijf tot acht jaar te spreiden. Hiervoor dient gedurende deze periode een totaalbedrag van € 893.000 in de begroting te worden opgenomen. In dit hoofdstuk is als voorbeeld opgenomen om dit in acht jaar weg te werken. Het is wenselijk om voor groenrenovaties, binnen de begroting jaarlijks een bedrag van € 440.000 beschikbaar te stellen. Dit zou kunnen in een groen- of een vastgoedfonds. Het is mogelijk het fonds te ‘vullen’ door vanaf 2007 jaarlijks de inleg met € 50.000 te verhogen tot het niveau van € 440.000 per jaar bereikt is. De reguliere begroting na areaaluitbreidingen verhogen. Hierbij de eenheidsprijzen van het gekozen scenario gebruiken. Jaarlijks de budgetten voor materialen en kosten van derden met de landelijke index verhogen.
42
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
12 COMMUNICATIE Inleiding Natuur, landschap en openbaar groen in de woonwijk, zijn van belang voor iedereen. Bewoners zijn betrokken bij hun groene woonomgeving. Het is letterlijk en figuurlijk dicht bij huis. De ideeën en wensen van bewoners over het groen in de woonwijk zijn echter ook zeer divers. Een nieuw groenbeleid - en de uitvoering ervan - kan mogelijk zorgen voor enige bezorgdheid, vooral omdat bewoners niet altijd kunnen overzien wat de gevolgen zijn. ‘Waarom moet het anders?’ of ‘Hoe komt het er dan uit te zien?’ Om onduidelijkheid te voorkomen is communicatie belangrijk. Niet alleen de boodschap zelf is belangrijk, ook de manier van communiceren.
Terugkoppelen Het is noodzakelijk dat er regelmatig wordt teruggekoppeld naar het college van Burgemeester en Wethouders, de gemeenteraad en naar de betreffende bewoners. Tijdens het planvormingsproces en tijdens de uitvoering. Dit is van belang voor de voortgang en voor de kwaliteit van het werk. Ook is het belangrijk om tijdig af te wegen wie, wanneer, welke informatie moet hebben. In overleg met de medewerkers communicatie wordt bovenstaande vormgegeven.
Doelstelling Zó communiceren, dat er voldoende informatie gegeven wordt aan bewoners om een zo breed mogelijk draagvlak te creëren. Participatie Bij het uitvoeren van renovatie en herinrichtingsplannen is het wenselijk de inwoners die het aangaat te informeren. Dit kan bijvoorbeeld door het organiseren van een bijeenkomst. Het is belangrijk om contact te houden met verenigingen van plaatselijk belang, landbouworganisaties en andere groepen en instellingen die betrokken zijn bij natuur, landschap en openbaar groen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
43
13 AANBEVELINGEN EN CONCLUSIES De doelstellingen uit de Beleidsnota ‘Onze groene ruimte’ zijn richtinggevend voor de uitwerking van groene beleidsthema’s. Die doelstellingen luiden samengevat: • • •
eenvoudig groen; minder intensief onderhoud; eenduidigheid met oog voor de karakteristiek.
In déze nota zijn de beleidsthema’s uitgewerkt. Bij elk thema is onder ‘aanbevelingen’ aangegeven wat nodig is voor beter groen.
worden. De verbetering van het groen zal dan goed zichtbaar worden. Bij uitvoering van herinrichtingen is het in een aantal gevallen goed mogelijk om een onderhoudsvriendelijker ontwerp te maken. Als doelstelling voor de herinrichtingen kan daarom worden meegegeven, dat zij op termijn moeten leiden tot lagere jaarlijkse kosten voor onderhoud en renovatie. De investeringen zullen in het begin zwaar vallen, maar ook een belofte inhouden op termijn: beter én goedkoper te beheren groen.
Om het groen in de gemeente de gekozen kwaliteit te geven, zijn extra middelen nodig. Dit geldt voor het onderhoud, maar vooral ook voor renovatie en herinrichting. Jaarlijks is daarvoor ruim € 540.000 extra nodig. Het is veel geld, maar de gemeente krijgt er op termijn ook veel voor terug. Zoals aangegeven in deze nota maken goede groenvoorzieningen de gemeente nog beter leefbaar en dienen zij een economisch belang. Het voor de gemeente zeer belangrijke toerisme. Investeren in het groen, en indirect in de attractiviteit van de gemeente, levert de eerste jaren nog weinig zichtbaar resultaat op. Het uitvoeren van renovaties en herinrichtingen levert nieuw, jong groen op dat de eerste levensjaren nog extra onderhoud vergt om zich goed te kunnen ontwikkelen. De eerste twee jaren zal er daardoor nog weinig verbetering te bespeuren zijn. Daarna echter hebben de jonge, vitale beplantingen juist weinig onderhoud nodig en zien ze er uit zoals verwacht mag
44
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
BIJLAGE 1 CONCLUSIES REFERENTIEBOEK
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
45
CONCLUSIES REFERENTIEBOEK 1
- 2.6 Landschappelijke elementen
INLEIDING
Om het gewenste kwaliteitsniveau van het openbaar groen binnen de gemeente Borger-Odoorn vast te stellen vond op 7 februari 2006 een workshop plaats. Het openbaar groen is in het beleidsplan in een aantal thema’s verdeeld. Bv.brinken, bermen, etc. De thema’s bestaan veelal uit meerdere groentypes, b.v. gras, bomen en heesters. Tijdens de workshop hebben de leden van het college van Burgemeester en Wethouders met behulp van het referentieboek, waardes toegekend aan vier verschillende kwaliteitsniveaus van de groentypes.
2.1
Brinken
Onderscheiden worden: • Oude brinken, veelal gelegen in het centrum van de zanddorpen; • Jonge brinken, veelal gelegen in de woonbuurten. Te onderscheiden groentype’s a) bomen; b) gras.
De bedoeling was om hieruit twee mogelijkheden te kiezen, zo genoemde scenario’s. Het resultaat van de workshop is in deze bijlage weergegeven, waarbij de gekozen referentiefoto’s, de kosten per scenario en het beschikbare budget zijn aangegeven. Het door het college vastgestelde voorkeursscenario is scenario 2. 2
THEMA’S
- 2.1 Brinken - 2.2 Bomen - 2.3 Dorpsgroen - 2.4 Bermen - 2.5 Waterpartijen
46
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Oude Brinken a) Bomen Scenario 1 Criteria: -
Uitstekende gezondheid (volledige bladbezetting en uitstekende bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag komen niet voor; de boom is niet aangetast of beschadigd; boombeschermers (boompaal,-band en maaipaaltjes) verkeren in uitstekende staat en bieden uitstekende bescherming.
Referentiefoto scenario 1
Thema Brinken
Onderscheid ligging/ groentype Oude brinken bomen
Groen moet je doen
Kosten per scenario 1 € 3.026
2 € 2.848
Gemeente Borger Odoorn
Begroting 2006 budget €
2.916
47
Oude brinken a) bomen Scenario 2 Criteria: -
Matige gezondheid (bladbezetting is 50-90% en slechte bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag aanwezig; snoei nodig; de boom is matig aangetast (schimmels, insecten), licht beschadigd en heeft een enkele dode tak tot 3 cm. doorsnee;
boombeschermers (boompaal, -band en maaipaaltjes) verkeren in matige staat en/of onvoldoende bescherming (b.v. scheve boompaal, te strakke/te losse band). Referentiefoto scenario 2
Thema Brinken
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 Oude brinken bomen
48
€ 3.026
€
2.848
Begroting 2006 budget €
2.916
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Oude brinken b) gras Scenario 1 Criteria: -
Thema Brinken
Het gazon is voor meer dan 85% gesloten en heeft nauwelijks of geen oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan minder dan 5% van het oppervlak; de kanten zijn strak en lopen gelijk met verharding (max. 10 cm. overgroei); langs obstakels is het gras niet langer dan 10 weken gegroeid (tot max. 20 cm.); het gazon is min of meer bladvrij; tijdelijk is max. 20% bedekking toegestaan, maar er is geen schade aan gazon; een enkele molshoop kan slecht enkele weken aanwezig zijn; een enkel stuk of een aantal stukken zwerfvuil is aanwezig.
Onderscheid ligging/ groentype Oude brinken € gras
Groen moet je doen
1 19.522
2 €
15.184
Gemeente Borger Odoorn
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget €
14.697
49
Oude brinken b) gras Scenario 2 Criteria: -
het gazon is voor 65-85% gesloten en heeft lichte oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan 5-25% van het oppervlak; de kanten zijn redelijk strak; maar 10-20 cm. overgroei;
langs obstakels is het gras 10-20 weken doorgegroeid (tot meer dan 20 cm.); -
20-50% van het gazon oppervlak wordt tijdelijk met bladeren bedekt, hierdoor is lichte schade aan het gazon; meerdere molshopen zijn langdurig aanwezig; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Referentiefoto scenario 2
Thema Brinken
50
Onderscheid ligging/ groentype 1 Oude brinken gras € 19.522
2 € 15.184
Begroting 2006 budget € 14.697
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Jonge Brinken a) bomen Scenario 1 Criteria: -
Uitstekende gezondheid (volledige bladbezetting en uitstekende bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag komen niet voor; de boom is niet aangetast of beschadigd; boombeschermers (boompaal,-band en maaipaaltjes) verkeren in uitstekende staat en bieden uitstekende bescherming. Referentiefoto scenario 1
Thema Brinken
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 Jonge brinken € 3.454 bomen € 3.140
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Begroting 2006 budget €
5.144
51
Jonge brinken a) bomen Scenario 2 Criteria: -
Matige gezondheid (bladbezetting is 50-90% en slechte bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag aanwezig; snoei nodig; de boom is matig aangetast (schimmels, insecten), licht beschadigd en heeft een enkele dode tak tot 3 cm. doorsnee; boombeschermers (boompaal, -band en maaipaaltjes) verkeren in matige staat en/of onvoldoende bescherming (b.v. scheve boompaal, te strakke/te losse band). Referentiefoto scenario 2
Thema Brinken
52
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 Jonge brinken € 3.140 bomen € 3.454
Begroting 2006 budget € 5.144
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Jonge brinken b) Gras Scenario 1 Criteria: -
Thema Brinken
Het gazon is voor meer dan 85% gesloten en heeft nauwelijks of geen oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan minder dan 5% van het oppervlak; de kanten zijn strak en lopen gelijk met verharding (max. 10 cm. overgroei); langs obstakels is het gras niet langer dan 10 weken gegroeid (tot max. 20 cm.); het gazon is min of meer bladvrij; tijdelijk is max. 20% bedekking toegestaan, maar er is geen schade aan gazon; een enkele molshoop kan slecht enkele weken aanwezig zijn; een enkel stuk of een aantal stukken zwerfvuil is aanwezig.
Kosten per scenario Onderscheid ligging/ groentype 1 2 Jonge brinken € 31.834 gras € 24.760
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget € 23.965
53
Jonge brinken b) gras Scenario 2 Criteria: -
Het gazon is voor 65-85% gesloten en heeft lichte oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan 5-25% van het oppervlak; de kanten zijn redelijk strak; maar 10-20 cm. overgroei; langs obstakels is het gras 10-20 weken doorgegroeid (tot meer dan 20 cm.); 20-50% van het gazon oppervlak wordt tijdelijk met bladeren bedekt, hierdoor is lichte schade aan het gazon; meerdere molshopen zijn langdurig aanwezig; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig. Referentiefoto scenario 2
Thema Brinken
54
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 Jonge brinken € 24.760 gras € 31.834
Begroting 2006 budget €
23.965
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2.2
Bomen
Onderscheiden worden bomen a) in de bebouwde kom; b) buiten de bebouwde kom. Bomen a) in de bebouwde kom Scenario 1 Criteria: -
Thema
Uitstekende gezondheid (volledige bladbezetting en uitstekende bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag komen niet voor; de boom is niet aangetast of beschadigd; boombeschermers (boompaal,-band en maaipaaltjes) verkeren in uitstekende staat en bieden uitstekende bescherming.
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
Bomen in de bebouwde kom
Groen moet je doen
€ 142.076
€ 129.160
Gemeente Borger Odoorn
€ 211.604
55
Bomen a) in de bebouwde kom Scenario 2 Criteria: -
Matige gezondheid (bladbezetting is 50-90% en slechte bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag aanwezig; snoei nodig; de boom is matig aangetast (schimmels, insecten), licht beschadigd en heeft een enkele dode tak tot 3 cm. doorsnee; boombeschermers (boompaal, -band en maaipaaltjes) verkeren in matige staat en/of onvoldoende bescherming (b.v. scheve boompaal, te strakke/te losse band). Referentiefoto scenario 2
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
Bomen in de bebouwde kom
56
€ 142.076
€ 129.160
€ 211.604
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Bomen b) bomen buiten de bebouwde kom Scenario 1 Criteria: -
Uitstekende gezondheid (volledige bladbezetting en uitstekende bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag komen niet voor; de boom is niet aangetast of beschadigd; boombeschermers (boompaal,-band en maaipaaltjes) verkeren in uitstekende staat en bieden uitstekende bescherming.
Referentiefoto scenario 1
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
buiten de bebouwde kom
€ 173.972
Bomen
Groen moet je doen
€ 116.809
Gemeente Borger Odoorn
€ 106.190
57
Bomen b) buiten de bebouwde kom Scenario 2 Criteria: -
Matige gezondheid (bladbezetting is 50-90% en slechte bladkleur); te lage takken, waterlot of wortelopslag aanwezig; snoei nodig; de boom is matig aangetast (schimmels, insecten), licht beschadigd en heeft een enkele dode tak tot 3 cm. doorsnee; boombeschermers (boompaal, -band en maaipaaltjes) verkeren in matige staat en/of onvoldoende bescherming (b.v. scheve boompaal, te strakke/te losse band).
Referentiefoto scenario 2
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
buiten de bebouwde kom
€ 173.972
Bomen
58
€ 116.809
€ 106.190
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2.3 Dorpsgroen In het algemeen komen in de woonwijken de volgende groentype’s voor. a) Gras; b) Natuurvriendelijk gras; c) Heesters (inclusief hagen); d) Bosplantsoen. Bomen worden als apart thema behandeld. a) gras Scenario 1 Criteria: - Het gazon is voor meer dan 85% gesloten en heeft nauwelijks of geen oneffenheden; - ongewenste kruiden beslaan minder dan 5% van het oppervlak; - de kanten zijn strak en lopen gelijk met verharding (max. 10 cm. overgroei); - langs obstakels is het gras niet langer dan 10 weken gegroeid (tot max. 20 cm.); - het gazon is min of meer bladvrij; tijdelijk is max. 20% bedekking toegestaan, maar er is geen schade aan gazon; - een enkele molshoop kan slecht enkele weken aanwezig zijn; - een enkel stuk of een aantal stukken zwerfvuil is aanwezig. Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen gras
Groen moet je doen
€ 1.152.151
€
Gemeente Borger Odoorn
896.118
€ 867.371
59
Dorpsgroen a) gras Scenario 2 Criteria: -
Het gazon is voor 65-85% gesloten en heeft lichte oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan 5-25% van het oppervlak; de kanten zijn redelijk strak; maar 10-20 cm. overgroei; langs obstakels is het gras 10-20 weken doorgegroeid (tot meer dan 20 cm.); 20-50% van het gazon oppervlak wordt tijdelijk met bladeren bedekt, hierdoor is lichte schade aan het gazon; meerdere molshopen zijn langdurig aanwezig; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten pe r scenario groentype 1 2
Referentiefoto scenario 2
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen gras
60
€ 1.152.151
€
896.118
€ 867.371
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Dorpsgroen b) Natuurvriendelijk gras Scenario 1 Criteria: -
Het gazon is voor meer dan 85% gesloten en heeft nauwelijks of geen oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan minder dan 5% van het oppervlak; de kanten zijn niet strak en lopen gelijk met verharding: max. 10 cm overgroei; langs obstakels is het gras niet langer dan 1 groeiseizoen doorgegroeid; het gazon is min of meer bladvrij; tijdelijk is max. 20% bedekking toegestaan, maar er is geen schade aan gazon; een enkele molshoop kan slechts enkele weken aanwezig zijn; een enkel stuk of een aantal kleine stukken zwerfvuil is aanwezig.
Thema
Onderscheid ligging/ groentype
1
2
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen natuurvriendelijk gras
Groen moet je doen
€ 363.290
€ 363.290
Gemeente Borger Odoorn
€ 367.310
61
Dorpsgroen b) Natuurvriendelijk gras Scenario 2 Criteria: -
Het gazon is voor 65-85% gesloten en heeft lichte oneffenheden; ongewenste kruiden beslaan 5-25% van het oppervlak; de kanten zijn redelijk strak, maar 10-20 cm overgroei; langs obstakels is het gras meer dan 1 groeiseizoen doorgegroeid; 20-50% van het gazon oppervlak wordt tijdelijk met bladeren bedekt, hierdoor is lichte schade aan het gazon; meerdere molshopen zijn langdurig aanwezig; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Thema
Referentiefoto scenario 2
Onderscheid ligging/ groentype
1
2
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen natuurvriendelijk gras
62
€ 363.290
€ 363.290
€ 367.310
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Dorpsgroen c) Heesters Scenario 1 Criteria: -
Weinig onkruid (maximaal 20% van het oppervlak en maximaal 25 cm. hoogte); beplanting blijft binnen de rand van de scheiding/verharding; vrijwel alle heesters gezond (bladbezetting van meer dan 90% en een goede bladkleur); individuele heesters ontwikkelen zich goed; de sluitingsgraad is groter dan 80%; geen visueel hinderlijk blad of bladophopingen; heesters en rozen kennen een goede bloei en kleur; max. 25% van de bloemen is uitgebloeid; weinig ongewenste opslag en “wild” (van maximaal 0,5 jaar en maximaal 50 cm.); een enkel stuk of een aantal kleine stukken zwerfvuil is aanwezig.
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen heesters (incl. hagen)
Groen moet je doen
€ 555.988
€ 409.675
Gemeente Borger Odoorn
€ 414.208
63
Dorpsgroen c) Heesters Scenario 2 Criteria:
Veel onkruid (maximaal 40% van het oppervlak en maximaal 25 cm. hoogte); -
beplanting groeit iets (max. 10 cm.) over de rand van de scheiding/verharding; enkele heesters ongezond (bladbezetting van 50-90% of een goede bladkleur); individuele heesters ontwikkelen zich matig; de sluitingsgraad is 50-80% of is te dicht waardoor verdringing optreedt; veel blad (het oppervlak binnen 2 meter van de scheidingsgrenzen is max. 25% bedekt met visueel hinderlijk blad of bladophopingen); heesters hebben een matige bloei en kleur; veel ongewenste opslag (van maximaal 1 jaar en maximaal 1 m.); meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Referentiefoto scenario 2
Begroting 2006 budget
Dorpsgroen heesters (incl. hagen)
64
€ 555.988
€ 409.675
€
414.208
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Dorpsgroen d) bosplantsoen Scenario 1 Criteria: -
De begroeiing ontwikkelt zich uitstekend (niet te dicht of te open); vrijwel alle bomen/struiken gezond (90% bladbezetting en een goede bladkleur); beplanting blijft binnen de rand van de scheiding/verharding; iets onkruid is toegestaan (max. 25% van het oppervlak en max. 25 cm hoog); weinig ongewenste opslag (van maximaal 0,5 jaar) aanwezig; geen fysiek onveilige situaties als gevolg van bijvoorbeeld dode takken of scheefstaande bomen; er is geen zwerfvuil aanwezig.
Thema Dorpsgroen
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 € 196.560 bosplantsoen € 157.248
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget € 158.988
65
Dorpsgroen d) bosplantsoen Scenario 2 Criteria: -
de begroeiing is te dicht, waardoor onderlinge verdringing plaatsvindt; enkele bomen/struiken ongezond (bladbezetting van 50-90% of een slechte bladkleur); beplanting groeit iets (max. 10 cm) over de rand van de scheiding/verharding; veel onkruid (max. 50% van het oppervlak en is max. 25 cm hoog); veel ongewenste opslag (van maximaal 1 jaar) aanwezig; beplanting kan gevaar opleveren door bomen met dode takken tot doorsnee 3 cm boven paden/wegen; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Thema Dorpsgroen
66
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2 bosplantsoen € 196.560 € 157.248
Referentiefoto scenario 2
Begroting 2006 budget € 158.988
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2.4 Bermen Het betreft hier de bermen gelegen buiten de bebouwde kom. De bermen gelegen in de bebouwde kom (met name in de linten) zijn meegenomen in het thema bebouwd gebied. a) natuurvriendelijke berm b) klepelberm a) natuurvriendelijke berm Scenario 1 Criteria:
Het oppervlak wordt voor 30-60% bedekt met gewenste kruiden; Thema
het gras is gelijkmatig gemaaid; langs obstakels is het bermgras niet langer dan 1 maaibeurt doorgegroeid; sporen zijn slechts enkele weken aanwezig; een enkel stuk of een aantal kleine stukken zwerfvuil is aanwezig. Onderscheid ligging/ groentype
Kosten per scenario 1 2
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
Bermen € 212. 958 buiten de bebouwde kom (binnen beb. kom in dorpsgroen)
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
€ 193.599
€ 122.001
67
Bermen a) natuurvriendelijke berm Scenario 2 Criteria: -
Het oppervlak wordt voor 5-30% bedekt met (gewenste) kruiden; het maaibeeld van het gras kent lichte oneffenheden; langs obstakels is het bermgras langer dan 1 maaibeurt doorgegroeid; sporen zijn langere tijd aanwezig; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Thema
Referentiefoto scenario 2
Onderscheid ligging/ groentype
Kosten per scenario 1 2
buiten de bebouwde kom (binnen beb. kom in dorpsgroen)
€ 212.958
Begroting 2006 budget
Bermen
68
€ 193.599
€ 122.001
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Bermen b) Klepelberm Scenario 1 Criteria: -
Het oppervlak wordt voor minder dan 10%bedekt met (gewenste ) kruiden; het maaibeeld van het bermgras is ongelijkmatig; langs obstakels is het bermgras langer dan 1 maaibeurt doorgegroeid; sporen zijn vaak aanwezig; grote en kleine stukken zwerfvuil zijn aanwezig.
Referentiefoto scenario 1
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
Bermen buiten de bebouwde kom (binnen beb. kom in dorpsgroen)
Groen moet je doen
€ 159.719
€ 130.679
Gemeente Borger Odoorn
€ 82.351
69
Bermen b) klepelberm Scenario 2 Criteria: -
Het oppervlak wordt voor minder dan 5% bedekt met (gewenste ) kruiden. het maaibeeld van het bermgras is zeer ongelijkmatig. langs obstakels is het bermgras langer dan 2 maaibeurten doorgegroeid. sporen zijn langdurig aanwezig.
veel grote, maar ook en kleine stukken zwerfvuil zijn aanwezig. Referentiefoto scenario 2
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
Bermen buiten de bebouwde kom (binnen beb. kom in dorpsgroen)
70
€ 159.719
€ 130.679
€ 82.351
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2.5 Waterpartijen Scenario 1 Criteria: -
Het water ziet er schoon en gezond uit; het water heeft een uitstekende doorzicht; er is geen vervuiling; er zijn water- en oeverplanten, maar geen woekering hiervan; het water stinkt niet; de oever verkeerd in goede staat.
Referentiefoto scenario 1
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
Waterpartijen variabel
Groen moet je doen
€ 51.852
Gemeente Borger Odoorn
€
25.926
€
-
71
Waterpartijen Scenario 2 Criteria: -
Het water heeft doorzicht; er is lichte vervuiling; er zijn water- en oeverplanten, maar nauwelijks woekering hiervan; het water stinkt niet; de oever is grotendeels in goede staat.
Referentiefoto scenario 2
Thema
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Begroting 2006 budget
Waterpartijen alle
72
€ 51.852
€ 25.926
€
-
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
2.6 Landschappelijke elementen a) bosplantsoen Scenario 1 Criteria: -
De begroeiing ontwikkelt zich uitstekend (niet te dicht of te open); vrijwel alle bomen/struiken gezond (90% bladbezetting en een goede bladkleur);
beplanting blijft binnen de rand van de scheiding/verharding; -
Thema
iets onkruid is toegestaan (max. 25% van het oppervlak en max. 25 cm hoog); weinig ongewenste opslag (van maximaal 0,5 jaar) aanwezig; geen fysiek onveilige situaties als gevolg van bijvoorbeeld dode takken of scheefstaande bomen; er is geen zwerfvuil aanwezig.
Onderscheid ligging/ Kosten per scenario groentype 1 2
Landschappelijke elementen bosplantsoen
Groen moet je doen
€ 158.195
€ 126.556
Gemeente Borger Odoorn
Referentiefoto scenario 1
Begroting 2006 budget
€
37.908
73
Landschappelijke elementen a) bosplantsoen Scenario 2 Criteria: -
De begroeiing is te dicht, waardoor onderlinge verdringing plaatsvindt; enkele bomen/struiken ongezond (bladbezetting van 50-90% of een slechte bladkleur); beplanting groeit iets (max. 10 cm) over de rand van de scheiding/verharding; veel onkruid (max. 50% van het oppervlak en is max. 25 cm hoog); veel ongewenste opslag (van maximaal 1 jaar) aanwezig; beplanting kan gevaar opleveren door bomen met dode takken tot doorsnee 3 cm boven paden/wegen; meerdere stukken zwerfvuil zijn aanwezig. Referentiefoto scenario 2
Kosten per scenario Thema
Onderscheid ligging/ groentype
Landschappelijke elementen bosplantsoen
74
1
€
158.195
2
€
126.556
Begroting 2006 budget
€
37.908
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
BIJLAGE 2 KOSTEN REGULIER ONDERHOUD
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
75
Kosten regulier onderhoud In het referentieboek zijn per thema en per kwaliteitsniveau voor elk groentype de eenheidsprijzen van de onderhoudswerkzaamheden aangegeven. Deze prijzen zijn berekend met IMAG-normen (werktijd per werkpakket x huidig uurloon) en vastgesteld in vergelijking met het landelijk gemiddelde (berekend door Groenestein en Borst). (N.B. IMAG = Instituut voor Milieu en Agritechniek)
Door het college zijn op 7 februari 2006 twee scenario’s opgesteld voor de te kiezen kwaliteitsniveaus van het groen. Daarna zijn de totale onderhoudskosten per thema berekend. Hierna volgt een overzicht van de berekening van deze kosten. De hoeveelheden per groentype zijn de totalen uit het groenbeheerprogramma. In 2005 zijn in nieuwe woonwijken 200 bomen en 75.000 m2 groen aangeplant. Deze zijn in onderstaand schema verwerkt. Tabel 4 Kosten regulier onderhoud: berekening scenario 1 en 2 (*) gegevens uit het groenbeheerprogramma (**) eenheidsprijzen berekend met behulp van IMAGnormen (Instituut voor Milieu en Agritechniek) en bestaand uit zowel manuren, machine-uren als materialen (***) de overige kosten bestaan onder andere uit uren medewerkers BOWG, stortkosten, kapitaalslasten, waterschapslasten en kosten buurtbeheerwerk; hierna volgt een nadere toelichting hierop.
76
Kosten regulier onderhoud Kosten aan de hand van gekozen scenario’s februari 2006; (sub)totalen zijn afgerond Thema/groentype
Hoeveelheid * St/m2
Keuze
Keuze
Scenario 1
Scenario 2
Eenheids -prijs ** Scenario 1
Eenheids -prijs ** Scenario 2
Onderhoudskosten Onderhoudskosten
Scenario 1
Scenario 2
Oude brinken Bomen Gras
356 21.691
1 2
3 3
€ 8,50 € 0,90
€ 8,00 € 0,70
€ € €
3.026 19.522 22.500
€ € €
2.848 15.184 18.000
628 35.371
1 2
3 3
€ 5,50 € 0,90
€ 5,00 € 0,70
€ € €
3.454 31.834 35.300
€ € €
3.140 24.760 27.900
25.832 21.238
2 2
3 3
€ 5,50 € 5,50
€ 5,00 € 5,00
€ € €
142.076 116.809 258.900
€ € €
129.160 106.190 235.400
1.280.168 518.986 117.050 786.241
2 2 2 2
3 3 3 3
€ 0,90 € 0,70 € 4,75 € 0,25
€ 0,70 € 0,70 € 3,50 € 0,20
€ 1.152.151 € 363.290 € 555.988 € 196.560 € 2.268.000
€ 896.118 € 363.290 € 409.675 € 157.248 € 1.826.300
967.993
2
3
€ 0,22
€ 0,20
€
212.958
€
193.599
1.451.989
2
3
€ 0,11
€ 0,09
€ €
159.719 372.700
€ €
130.679 324.300
259.262
1
2
€ 0,20
€ 0,10
€
51.900
€
25.900
632.779
2
3
€ 0,25
€ 0,20
€
159.000
€
126.600
Subtotaal Jonge brinken Bomen Gras
Subtotaal Bomen In de bebouwde kom Buiten de bebouwde kom
Subtotaal Dorpsgroen Gras Natuurvriendelijk gras Heesters (incl. hagen) Bosplantsoen
Subtotaal Bermen Natuurvriendelijke berm Klepelberm
Subtotaal Waterpartijen Alle
Landschappelijke elementen Bosplantsoen
Subtotaal kosten
€ 3.167.400
€ 2.584.400
Overige kosten***
€ 677.600 € 3.845.000
€ 677.600 € 3.262.000
Totaalkosten
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
77
Kosten regulier onderhoud Kosten aan de hand van de programmabegroting 2006; (sub)totalen zijn afgerond
Thema/groentype
Hoeveelheid * St/m2
Oude brinken Bomen Gras
Subtotaal Jonge brinken Bomen Gras
Eenheidsprijs ** begroting 2006
In de bebouwde kom Buiten de bebouwde kom
Subtotaal Dorpsgroen Gras Natuurvriendelijk gras Heesters (incl. hagen) Bosplantsoen
356 21.691
€ € €
2.916 14.697 17.600
628 35.371
€ 8,19 € 0,68
€ € €
5.144 23.965 29.100
25.832 21.238
€ 8,19 € 8,19
€ € €
211.604 173.972 385.600
1.280.168 518.986 117.050 786.241
€ 0,68 € 0,71 € 3.54 € 0,20
€ 867.371 € 367.310 € 414.208 € 158.988 € 1.807.900
967.993 1.451.989
€ 0,13 € 0,06
€ € €
122.001 82.351 204.400
259.262
€ 0,00
€
0
632.779
€ 0,06
€
37.900
Subtotaal Bermen Natuurvriendelijke berm Klepelberm
Subtotaal Waterpartijen Alle
Landschappelijke elementen Bosplantsoen
Subtotaal kosten
Overige kosten*** Totaalkosten
Begroting 2006
€ 8,19 € 0,68
Subtotaal Bomen
Onderhoudskosten
€ 2.482.400 € 677.600 € 3.160.000
(*) gegevens uit het groenbeheerprogramma (**) eenheidsprijzen berekend met behulp van de totaalkosten per product van de programmabegroting 2006 (***) de overige kosten bestaan onder andere uit uren medewerkers BOWG, stortkosten, kapitaalslasten, waterschapslasten en kosten buurtbeheerwerk
De berekende kosten van de scenario’s per thema zijn niet rechtstreeks te vergelijken met de kosten uit de programmabegroting 2006. Een splitsing van de kosten uit de programmabegroting is noodzakelijk. De gemeentelijke eenheidsprijzen per groentype zijn berekend uit de programmabegroting 2006. De ‘producten’ zijn bos en natuur, plantsoenen, bomen (productgroep groene ruimte) en bermen (productgroep wegen). Alleen de kosten van onderhoudswerkzaamheden groen zijn berekend. De volgende kosten zijn in de vergelijking niet meegenomen: - uren BOWG, - kapitaalslasten, - verzekeringen, - abonnementen, - waterschapslasten, - huren, - stortkosten groenafval, - groenonderhoud rond scholen, - buurtbeheerwerk: o chemische onkruidbestrijding van verharding, o papierbakken legen en onderhouden, o zitbanken onderhouden, o boomcontrole en administratie groenbeheerprogramma, o bloembakken onderhouden, o afvoeren groenafval naar de stort.
Tabel 5 Kosten regulier onderhoud: programmabegroting 2006
78
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Het totaalbedrag van bovengenoemde kosten is afgerond € 677.600. In het kostenoverzicht zijn deze kosten te vinden onder ‘overige kosten’.
Bermen
Opmerkingen bij het berekenen van de huidige kosten per groentype
De bermen binnen de bebouwde kom vallen onder het thema dorpsgroen groentype gras. Onder bermen wordt verstaan de bermen van de wegen en de zandwegen.
Bomen
Waterpartijen
Voor bomen staat in de huidige begroting een vrij hoog bedrag. Er is bij bomen namelijk achterstallig snoeiwerk geconstateerd. Om een inhaalslag uit te voeren zijn extra uren in de begroting opgenomen. Daarnaast worden door de buitendienst uren op de post bomen geboekt bij aanplant (inboet), water geven, boomband en palen verwijderen, bomen verwijderen, wegafzetting en vervoerskosten.
Voor het onderhoud van waterpartijen is geen geld opgenomen in de begroting. Als er werkzaamheden aan waterpartijen worden uitgevoerd, bijvoorbeeld drijfvuil verwijderen, worden de uren op ‘openbaar groen’ geboekt.
Het aandeel uren van deze werkzaamheden aan bomen op het totaal, is niet bekend en in het kostenoverzicht niet procentueel verrekend. De opgegeven eenheidsprijzen voor bomen van Groenestein en Borst betreffen alleen het snoei- en opruimwerk. Dorpsgroen De onderhoudsuren van het groen rond de scholen wordt in de huidige begroting geboekt op het product plantsoenen. In het kostenoverzicht worden alleen de kosten voor het openbaar groenonderhoud berekend. Het groenonderhoud bij scholen is er daarom van afgetrokken. Evenals de kosten van zogenoemde buurtbeheerwerkzaamheden (zoals bovengenoemd) en stortkosten van groenafval. Deze kosten zijn niet opgenomen in de onderhoudskosten berekend door Groenestein en Borst.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
79
Kosten achterstallig onderhoud In maart 2006 is een groeninspectie uitgevoerd. Bekeken is of het groen voldoet aan het gekozen kwaliteitsniveau (scenario 2). Is het groen verloederd door gebrek aan tijdig onderhoud of renovatie dan wordt het aangemerkt als ‘achterstallig’. Als het zinvol is de beplanting op korte termijn te vervangen om de kwaliteit van het groen in stand te houden dan komt het in aanmerking voor ‘renovatie’. Het achterstallig groenonderhoud is weergegeven in de meerjarenplanning groen 2006 die bij deze nota is gevoegd. Hierna volgt van de achterstallige projecten een kostenoverzicht.
Kosten achterstallig onderhoud (eenmalig) Kosten a.d.h.v. van de groeninspectie maart 2006; bedragen zijn afgerond Thema/Project Kosten acht.st. onderhoud Oude brinken Exloo brink Borger brink bij hotel Bieze
Subtotaal Jonge brinken
Bomen Valthermond-Oost Valthermond Noorderdiep Nieuw-Buinen Bloemenbuurt, Linnaeuslaan, Parklaan Borger Rozendael, Hunzedal, Markestraat Borger Dingspil Borger Waardeel Borger Wilhelminaboompje Borger Bargakkers Ees Schoolstraat Eesergroen Eeserstraat, Brammershoopstraat, Schoolstraat Valthe Spoorstraat/ Linderakkers Exloërveen
Subtotaal
Bermen Waterpartijen
Subtotaal
Nieuw-Buinen vijver Parklaan
Subtotaal Landschappelijke elementen
(*) de overige kosten bestaan uit uren medewerkers BOWG; 5% van het totaalbedrag achterstallig onderhoud (**) de kosten zijn inclusief communicatiekosten
Bosplantsoen
Subtotaal kosten Overige kosten*
Totaalkosten** 80
Groen moet je doen
7.000 3.000 10.000 €
Subtotaal
Dorpsgroen Valthermond-Oost Valthermond Noorderdiep Nieuw-Buinen Bloemenbuurt, Linnaeuslaan, Parklaan Borger Rozendael, Hunzedal, Markestraat Borger Dingspil Borger Waardeel Borger Centrum Borger Bargakkers Subtotaal
Tabel 6 Kosten achterstallig onderhoud aan de hand van groeninspectie maart 2006 (eenmalig)
€ € €
€ € € € € € € € € € € € €
0
4.500 238.000 10.000 6.000 5.000 1.500 5.000 5.500 5.000 51.000 8.000 47.500 387.000
€ 15.500 € 50.000 € 132.000 € 66.500 € 15.000 € 9.000 € 21.000 € 84.500 € 393.500 € 0 € €
60.000 60.000
€ 0 € 850.500 € 42.500 € 893.000
Gemeente Borger Odoorn
Kosten renovatie en herinrichting Er is jaarlijks een bedrag nodig voor het vervangen van het groen om de kwaliteit ervan te waarborgen. Hierna is aan de hand van de hoeveelheden openbaar groen het bedrag bepaald dat nodig is voor jaarlijkse groenrenovatie.
Voor waterpartijen is een percentage aangehouden van twee. Om waterpartijen te laten voldoen aan het gekozen scenario moet regelmatig worden gebaggerd en moeten regelmatig delen van de beschoeiing worden vervangen.
In ‘Kern en kader’ is vastgesteld dat elk jaar twee tot vijf procent van het groenareaal wordt vervangen. Dit komt overeen met de landelijke norm voor vervanging van groen. Twee procent van het groen vervangen betekent een afschrijvingstermijn van vijftig jaar. Vijf procent vervangen betekent een afschrijvingstermijn van twintig jaar. Voor afschrijving van plantsoenen en gras wordt veelal dertig jaar aangehouden, vandaar dat in het schema hierna met drie procent wordt gerekend. In het schema is bos(plantsoen) weergegeven in dorpsgroen en in landschappelijke elementen (buitengebied). Bos(plantsoen) bestaat uit bos, singels, houtwallen en bosplantsoen. Dit hoeft verhoudingsgewijs minder vaak vervangen te worden. Voor het dorpsgroen is uitgegaan van twee procent en voor de landschappelijke elementen van één procent. Bomen hebben in plattelandsgemeenten gemiddeld een hogere leeftijd. Anders dan aangegeven in ‘Kern en kader’ (daar is vijftig jaar opgegeven), is gerekend met een gemiddelde leeftijd van honderd jaar. Dan moet per jaar één procent worden vervangen. Bermen worden alleen gerenoveerd als de wegen worden opgeknapt en liften mee met het renovatiebudget van de wegen. In het renovatiebudget groen is daarom voor bermen geen budget opgenomen.
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
81
Volgens de berekening zoals hiernaast staat weergegeven, is indicatief € 440.000 per jaar nodig voor renovatie van openbaar groen.
Kosten renovatie en herinrichting (sub)totalen zijn afgerond Hoeveel- Eenheids- Percentage heid prijs Thema/groentype Renovatie Jaarlijks te St/m2 * per renoveren eenheid ** Oude brinken Bomen Gras
356 21.691
€ 350 € 1
1% 3%
€ € €
2.000 1.000 3.000
628 35.371
€ 350 € 1
1% 3%
€ € €
3.000 2.000 5.000
25.832 21.238
€ 350 € 350
1% 1%
€ 91.000 € 75.000 € 166.000
1.280.168 518.986 117.050 786.241
€ 1 € 1 € 15 € 5
3% 3% 3% 2%
€ 39.000 € 16.000 € 53.000 € 79.000 € 187.000
967.993 1.451.989
€ 0 € 0
0% 0%
€ €
0 0
259.262
€ 5
2%
€
26.000
632.779
€ 5
1%
€ 32.000 € 419.000 € 21.000 € 440.000
Subtotaal Jonge brinken Bomen Gras
Onderhouds kosten Begroting 2006
Subtotaal Bomen In de bebouwde kom Buiten de bebouwde kom
Subtotaal Dorpsgroen Gras Natuurvriendelijk gras Heesters (incl. hagen) Bosplantsoen
Subtotaal Bermen
Tabel 7 Kosten renovatie en herinrichting (*) gegevens uit het groenbeheerprogramma (**) eenheidsprijzen berekend met behulp van IMAG-normen (Instituut voor Milieu en Agritechniek) en bestaand uit zowel manuren, machine-uren, materialen en communicatiekosten (***) de overige kosten bestaan uit uren medewerkers BOWG; 5% van het totaalbedrag renovatie en herinrichtingskosten
Natuurvriendelijke berm Klepelberm
Subtotaal Waterpartijen Alle
Landschappelijke elementen Bosplantsoen
Subtotaal kosten Overige kosten***
Totaalkosten 82
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
Groen moet je doen
Gemeente Borger Odoorn
83