DE
RAFALE en de gepantserde treinen van het Franse legioen in Indochina. De troepen van het Franse expeditiekorps zijn nog maar nauwelijks ontscheept in het Verre Oosten of ze worden al geconfronteerd met een nieuw type van conflict waar ze niet op voorbereid zijn. De stevige ervaring die deze eenheden hadden opgedaan op de Europese slagvelden van de Tweede Wereldoorlog tegenover een conventionele vijand, bleek totaal ongeschikt voor de Indochinese context. Ze moeten zich niet alleen aanpassen aan de bijzondere omgeving van Indochina, maar ook aan die ongrijpbare vijand die een meester is in de guerrillatechnieken. Het Vreemdelingenlegioen moet zich herpakken en zich aanpassen aan deze nieuwe gegevens.
Nieuwe middelen voor een nieuw type oorlog. Deze aanpassing bracht nieuwe gevechtstechnieken met zich mee, maar ook nieuwe materialen. Het gebruik van luchttransport voor de nieuwe troepen geeft het opperbevel een snelle manoeuvreer- en reactietijd die de conventionele infanterie niet heeft. De natte omgeving van Cochinchine maakt het gebruik van nieuwe amfibietoestellen noodzakelijk. Een hele hoop gespecialiseerde eenheden ontstaan tijdens dit conflict: genie, materiaal, transport, auto, herstel, gepantserde boten, bevoorrading langs de lucht...
Kaart van de spoorwegen van Indochina in de periode 1946-1954
De spoorweg, een zeker, militair belang De beveiliging van de communicatieassen is van bij het begin van de oorlog een absolute noodzaak voor het opperbevel. Overal in Indochina betalen de wegkonvooien een zware tol om hun bevoorradingsopdracht te vervullen. Koloniale Route nr. 4 (RC4) in Tonkin heeft nog steeds een sinistere reputatie op dit vlak. In Zuid-Annam vallen de Vietminh de wegen aan die stilaan niet meer te gebruiken zijn. De enige verbinding in de regio die nog enige veiligheidsgarantie biedt, is de spoorweg, een overblijfsel van de Trans Indochinese Spoorweg, die parallel met de weg (RC1) kronkelt over een afstand van 300 km van NinhHoa naar Song-Phan (1). Op dit parcours verzekert de trein het legertransport van voorraden, materiaal en versterkingen van Saïgon naar Nha-Trang. Ook burgerpassagiers worden op deze lijn vervoerd van Cochinchine naar Annam. Vanaf 1946
De gepantserde trein gaat de ‘heuvel der wolken’ op tussen Saïgon en Nha Trang.
worden de transportmiddelen van de Indochinese spoorwegen (CFI) ter beschikking gesteld van het leger die de Militaire dienst van de Spoorwegen (SMCF) opricht. Al gauw gaat de vijand een ware spoorwegslag leveren. Hinderlagen en sabotage komen steeds meer voor. Op het einde van het jaar 1947 is het hele spoorwegnetwerk van Zuid-Annam haast niet meer te gebruiken. De bloedige aanval op de trein van Phan-Thiet in februari 1948, waarbij de passagiers en hun escorte worden uitgemoord, vraagt drastische en efficiënte maatregelen. De bevelvoerende kolonel van de sector Nha-Trang doet een beroep op de specialisten van de genie om gepantserde treinen in dienst te nemen. Hij vertrouwt de bouw en het beheer ervan toe aan de regimentscompagnie van het 2de infanterieregiment van het vreemdelingenlegioen.
(1) – (1)
De bouw van de Trans Indochinese Spoorweg werd begonnen
in 1898. Hij verbond Saigon, helemaal in het zuiden van Indochina, met Hanoi in Tonkin. Hij wordt pas in 1933 in gebruik genomen. De aard van het terrein en het reliëf maken de bouw van een hele hoop constructies nodig (bruggen, viaducten, tunnels). De Trans Indochinese Spoorweg wordt de economische navelstreng voor heel Indochina. Hij wordt zwaar beschadigd door Amerikaanse bombardementen tijdens de Tweede Wereldoorlog en door de brutale interventie van de Japanners in maart 1945. Na de terugkeer van de Fransen in Indochina wordt het netwerk nooit meer helemaal .../...
in dienst genomen, gezien de omvang van de werken die nodig zouden
zijn voor het volledige herstel. De spoorlijn blijft versnipperd doordat grote stukken ervan onder controle van de Vietminh vallen. Uitreiking van het oorlogskruis aan de vaandeldrager van de pantsertrein van het 2de infanterieregiment van het vreemdelingenlegioen.
De gepantserde treinen In november 1948 komt een eerste fort op rails uit de werkplaats van Nha-Trang. Deze eerste ‘pantsertrein’ bestaat uit twee gepantserde stoomlocomotieven en veertien wagons: acht strijdwagens, een commandowagen, een gepantserde ziekenwagen, twee geniewagens en twee pilootwagens met rails en dwarsbalken die als eerste gaan rijden als het spoor wordt ondermijnd. Het konvooi heeft voldoende water voor 72 uur. Naast de individuele en standaardbewapening, zijn er acht 7,5mm Reibel machinegeweren, een kanon van 40 mm Bofors onder een geschutskoepel, een kanon van 20 mm met infrarood uitrusting onder een geschutskoepel, granaatwerpers en nog eens twee mortieren van 81 en 60 mm. De trein heeft een radiopost en de wagons zijn onderling telefonisch verbonden. De trein voldoet meteen al aan de verwachtingen: hij verrast de vijand en maakt die onzeker. De militaire bemanning van de pantsertrein bestaat uit een honderdtal manschappen. Bij deze bemanning komen nog de burgersspecialisten om het « technische » bestuur van de trein te verzekeren (= adjunct- technicus, specialist constructie, mecaniciens, chauffeurs…) Gedurende de hele oorlog zijn de relaties tussen legionairs en burgers van de pantsertreinen altijd uitstekend. In totaal worden zes pantsertreinen in dienst genomen
Mortier van 60 mm.
in Vietnam. Ze worden niet allemaal bewapend door het vreemdelingenlegioen. Naast de treinen die in Zuid-Annam rijden, worden er nog dergelijke treinen gebruikt in Tonkin, tussen Hanoi en Haiphong en in de streek van Hué/Tourane (2). (2) – (2) Het buitenrangeskader van het 1ste vreemdelingenregiment van de cavalerie (1ste REC) bewapende de pantsertrein die op het spoor van Tourane naar Hué reed in Annam, waar het centrale deel van het regiment
AMM8 geschutskoepel op een gepantserde wagon.
De Rafale, een origineel en efficiënt concept De benaming ‘De Rafale’ duidt niet op een trein maar op verschillende konvooien die met een paar minuten tussentijd op mekaar volgen. Dit systeem, dat in 1947 werd ingevoerd, werd verder gezet toen de pantsertreinen -die tijdens deze missies vaak hielpen bij het vrij maken van de sporen- in dienst kwamen. Door dit principe kunnen de konvooien oogcontact houden en dwingen ze de Vietminh te wachten tot de hele « Rafale » voorbij is voor hun sabotagedaden. De vijand moet wachten om aan te vallen, tenzij hij sterk genoeg is. De Rafalekonvooien bestaan uit een piloottrein, licht genoeg om op korte afstand te kunnen stoppen. Voor zich uit duwt deze piloottrein platte wagons met daarop observatiehutten. Hierin houden wachtposten het spoor in de gaten en die wachtposten kunnen op elk moment de trein doen stoppen als er iets abnormaals wordt opgemerkt. Wagons met herstelmateriaal voor de sporen, andere met koelies en nog meer gepantserde wagons vervolledigen de piloottrein. In tweede positie van het konvooi komt de commandowagon van de militaire bevelhebber van de Rafale. Die commandopost is gewoonlijk verbonden met de reizigerswagons. En dan volgen nog de gepantserde escortewagens. De twee of drie volgende stellen bestaan uit goederentreinen, met tussendoor ook gepantserde escortewagons. Binnen elk stel en binnen dezelfde Rafale wordt de volgorde van de wagons vaak net voor het vertrek gewijzigd om de plannen van de vijand te dwarsbomen. .../...
Pantsertrein, na een ontsporing door een gesaboteerde lijn.
Het principe had zeker grote voordelen voor de veiligheid van de treinen, maar het liet wel hele stukken van het spoorwegennet gedurende lange perioden zonder toezicht. De vijand had dus alle tijd om de lijn te saboteren. Bewakingsposten werden daarom opgericht langs het hele parcours. Sommige bewakingsposten hadden een vaste opdracht om gevoelige punten te verdedigen, zoals bijvoorbeeld de bouwwerken bij de spoorlijn. Andere posten hadden een ‘mobiele opdracht’ en moesten inlichtingen verzamelen of aanvalsacties uitvoeren. Voor ze zich op bepaalde gevaarlijke stukken van de lijn waagden stuurde men vanop de treinen een patrouille te voet op verkenning. Dit soort van opdrachten werd uitgevoerd door de bemanning van de piloottrein die systematisch de belangrijkste bruggen of verdachte bochten
Kopwagon van de piloottrein.
verkenden. De omgeving werd ook steeds zorgvuldig doorzocht om verrassingen te vermijden. Een heleboel hinderlagen werden zo vermeden. De pantsertreinen en de Rafale worden al gauw de nachtmerrie van de Vietminh. De Vietminh slaagt er af en toe in een gepantserde trein te laten stoppen en aan te vallen, maar kan zo’n trein niet echt de baas door de vuurkracht van de boordwapens. Dus moeten de aanvallers zich terugrekken terwijl ze een hoop doden achterlaten en de trein spoedig daarna opnieuw vertrekt. De tijd dat het konvooi moet stilstaan hangt af van hoe erg het spoor of de constructie langs het spoor werd vernield. Alles wordt in het werk gesteld om het konvooi zo snel mogelijk opnieuw te laten vertrekken, want, ook al zijn ze gepantserd, als de treinen stilstaan zijn ze het kwetsbaarst.
Laatste voorbereidingen voor het vertrek en lading
Het leven aan boord Het leven aan boord van een gepantserde trein kan misschien oncomfortabel lijken, het zat wel vol verrassingen. De bemanning van de pantsertreinen is de hele tijd onder harde levensomstandigheden in staat van paraatheid. De dienst is veeleisend en is zowat geregeld als aan boord van een oorlogsschip. De legionairs moeten een hoop taken vervullen om de goede werking van de trein en de veiligheid ervan te verzekeren. Zodra de trein midden op het spoor stopt, stijgt de spanning. De kanonniers en schutters zitten op hun post en zoeken door hun vizier de omgeving af waar de vijand elk moment kan opduiken. De anderen hebben vanuit de wagons al « gesproeid » om de directe omgeving van de trein veilig te stellen. Aan dit tempo zet de vermoeidheid snel in en aangezien er geen uurregeling is aan boord, is er zelden een rusttijd. De wagons waarin de legionairs zitten, hebben slechts een minimum aan comfort en door de beperkte ruimte zitten de mannen de hele tijd op elkaar gepakt. Er is haast geen afleiding aan boord en het isolement van de buitenwereld is compleet. Het professionalisme van de legionairs en de sfeer van discipline zorgen echter voor de broodnodige samenhang aan boord van de treinen.
Het succes van een gewaagde onderneming Van 1948 tot de laatste dagen van de oorlog worden de pantsertreinen en de Rafale zonder ophouden gebruikt in heel Indochina. Ze leverden onschatbare diensten voor de burgerlijke en vooral militaire logistiek. Toch leken de gepantserde treinen aanvankelijk slecht aan de eisen van het gevecht aangepast, omdat ze gebonden waren aan de spoorlijnen en daardoor geen bewegingsvrijheid hadden. Hun kwetsbaarheid bij stilstand en de toestand van de spoorlijn hebben altijd hun overlevingskansen bepaald. Toch bewees het gebruik van één en daarna twee gepantserde treinen in Zuid-Annam dat ze nodig waren om het spoor in deze streek en later in de rest van Indochina intact te houden. En hoewel de treinen ontworpen werden met het beste compromis tussen pantsering, vuurkracht en beweging was dit een erg moeilijke onderneming De voornaamste factor bij het succes van de acties van de pantsertreinen was echter de bemanning. De moeilijke omstandigheden aan boord, het doorgedreven ritme en de veiligheid van de trein moesten zo goed mogelijk opgevangen worden door de professionele ingesteldheid en de vaardigheden van de legionairs.
Pantsertrein bij de bevoorrading in een station
De geest van Camerone 85 Jaar voor de ingebruikname van de eerste pantsertrein door het vreemdelingenlegioen in Indochina had het legioen al de eerste contacten met de spoorweg toen de legionairs van het vreemdelingenregiment in Mexico belast werden met de veiligheid van de bouwwerf van de spoorweg die vertrok vanuit La Vera Cruz en Puebla moest bereiken. Enkele jaren later, na de campagne van Mexico, bereikte de spoorweg het dorpje Camerone. De lijn ging over de oude haciënda waar op 30 april 1863 de legendarische slag plaatsvond waarbij 65 legionairs het hoofd boden aan een Mexicaans leger van 2000.
Illustratie van het legendarische gevecht van Camerone in Mexico op 30 april 1863.