GEMEENTERAAD VALKENBURG AAN DE GEUL
RAADSADVIESCOMMISSIE ECONOMIE FINANCIEN EN TOERISME en RECREATIE Verslag van de vergadering de dato 4 september 2013 Voorzitter van de commissie Commissiegriffier
: De heer R. Schurgers : Dhr. A. Hoeberigs
Leden W. Weerts R. Schurgers C. Vankan J. Mlodzick M. Knubben
Aanw X X X X X
Leden J. Kleijnen C. Fulmer-Bouwens J. Savelsberg-Auf den Kamp J. Smeets H. Aussems
P. Wester P. van Oers J. Vermeer
X X X
C. Janssen W. Beckers
X
Aanw X
Leden P. Visser
Aanw X
L. Koudijs X X
J. Delhoofen L. Wagemans E. Ruijgers R. Wezeman
X
Aanwezig/uitgenodigd: wethouders Thijssen, Meijers en Dauven. Voor de vergadering is een uitnodiging uitgegaan waarbij de volgende agendapunten zijn vermeld: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Opening en mededelingen. Spreekrecht burgers. Vaststelling van de agenda en aanmelden onderwerpen voor de rondvraag. Raadsplanner. Vaststellen van het verslag van de commissie EFT de dato 12 juni 2013. Actielijst. Voorstel college betreffende kredietaanvraag voor de aanschaf van een woonwagen. Voorstel college betreffende kredietaanvraag ten behoeve van stabiliteitsvoorzieningen mergelrotswanden Plenkertstraat. 9. Bespreekpunten: Update van de ICT-nota; stand van zaken WSW Licom; stand van zaken toekomstvisie; stand van zaken leefbaarheid/zelfsturing. 10. Gewestelijke aangelegenheden. 11. Rondvraag. 12. Sluiting.
1. Opening en mededelingen. De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. Bericht van verhindering is ontvangen van de heren Delhoofen, Janssen en Wagemans.
1
2. Spreekrecht burgers. De op maandag 2 september jl. geplande commissievergadering CSWO is komen te vervallen. Voor de commissie CSWO had zich de heer Defauwes namens de WOZL aangemeld voor het spreekrecht. Vanwege het vervallen van de commissie CSWO zal de Defauwes vanavond het woord voeren. De heer Defauwes is inmiddels zesendertig jaar werkzaam bij het WOZL. Gedurende die jaren heeft hij een achttal functies vervuld. Zijn laatste functie was als controller hij beschut OZL B.V. Tot 1996 was hij werkzaam mij de SBF, één van de voorgangers van de Licom. In 1996 is onder druk van de gemeenten - de Licom opgericht. Het moest allemaal efficiënter, effectiever en goedkoper. Eigenlijk begon de ellende met de Licom al in vanaf 1996, terwijl de SBF en de WPN winstgevende bedrijven waren. Op 18 okt ober 2012 ging de Licom failliet . Hierdoor kwamen vij fendert ig cao ers op straat, zonder sociaal plan of iets dergelijks. Vanaf oktober is er met man en macht gewerkt om beschut OZL in de lucht te houden. Vanwege de continuïteit dreigden klanten weg te lopen, leveranciers wilden niet meer leveren, etc. Iedereen kan zich voorstellen dat dit een spannende periode was. Op 23 okt ober j l. hebben de cao ers een aanst ellingsbrief van het WOZL ont vangen, inclusief een begeleidend schrijven. Die aanstellingsbrief riep nogal wat vragen op. Op 10 december jl. heeft hij een gesprek gehad met de heer Fred Dijk, bestuurssecretaris van de Licom. Helaas heeft tot dusver niemand zijn vragen aangaande de aanstellingsbrief kunnen beantwoorden. Vervolgens hebben de cao ers in februari 2013 een brief ont vangen van het WOZL waarin st aat , dat bij gebleken geschiktheid het tijdelijke contract zou worden omgezet in een contract voor onbepaalde tijd. Vanaf april 2013 heeft de normale financiële verslaglegging plaatsgevonden. Het overleg met de toenmalige interim-directeur Harry Eijck gaf geen enkele aanleiding om te kunnen concluderen dat het bedrijf het slecht deed. Tot juli 2013 bedroeg de omzet 7 t on boven het budget. Kortom, geen enkele aanleiding om te zeggen dat er iets fout gaat. Op een gegeven moment werd medegedeeld dat de business directeur de heer Evert Jan Janssen - van de ene op de andere dag op non-actief is gesteld. Vanaf die tijd heerst er binnen het bedrijf een echte angstcultuur. Het eerstvolgende overleg van het MT werd aangehaald dat niemand van de aanwezige bezetting c.q. de zittende MT-leden voor z n baan hoefde t e vrezen. Verder heeft er een dispuut plaatsgevonden met een accountant manager hoofd verkoop - over een klein stukje van het salaris. Op een gegeven moment werd deze mevrouw bij de heer Eijck geroepen met het verzoek om de brief over het dispuut van haar salaris in te trekken, anders zou zij ontslagen worden vanwege het feit dat er een onwerkbare situatie zou zijn ontstaan. Dit ondanks het feit dat die mevrouw goed functioneer en een perfect beoordelingsgesprek had. Omdat zij haar brief niet had ingetrokken is ze op 23 juli 2013 op non-actief gesteld. Over de angstcultuur zijn krantenartikelen geschreven. Binnen het MT merkte men dat niemand daar iets over durfde te zeggen. Op 11, 12 en 13 augustus jl. werd toegezegd dat er gesprekken gevoerd zouden worden met de 115 caomedewerkers. Zelf zou hij op 12 augustus aan de beurt zijn. Op zondag 11 augustus 2013 kreeg hij om 16:00 uur nog een e-mail van de heer Eijck met het verzoek alsnog een berekening te maken voor een nieuwe klant. Dat heeft hij gedaan. Op 12 augustus om 15:00 uur kwam hij de heer Eijck tegen waarbij hem werd medegedeeld dat de berekening prima was. Echter, enkele minuten later werd hem tijdens een gesprek medegedeeld niet meer nodig te zijn. Hij is inmiddels zestig jaar. Wat nu? Hij is solliciteert momenteel veel maar heeft er een zwaar hoofd in. Tot zover zijn eigen verhaal. Alle coa er hebben een gesprek gehad met een direct ielid en een p-functionaris, met uitzondering van de 1e medewerkster op zijn afdeling. Zij heeft namelijk een gesprek gehad met een directielid, een interim financiële man en een p-functionaris. Tijdens dat gesprek kreeg de medewerkster te horen dat zij haar werkzaamheden kon voortzetten. Op haar vraag bij wie zij nu met haar vragen terecht kon werd geantwoord dat dit de interim financiële man was. Het is een vreemde zaak dat een interim financiële man kan blijven terwijl de vaste medewerkers worden weggestuurd. Op 15 augustus jl. stond wederom een artikel in de krant over de ontkenning van de angstcultuur, over twee nieuwe klanten waaronder de koekjes fabrikant uit Gronsveld, één van de klanten die hij zelf heeft binnengebracht. De begroting 2013 is gemaakt in november 2012 en was al door de controles. Een en ander is gepubliceerd aan de financiële commissie en de interim financiële manager. Uiteindelijk is die begroting pas in juli aan de raden gepresenteerd. Waarom dat zo lang heeft moeten duren weet hij niet. Vermeld werd dat de eenmalige uitkering van 170,00 per persoon - met sociale lasten
2
ongeveer 220,00 - oftewel een totaalbedrag van 750.000,00 onbekend zou zijn. Maar dat klopt niet want dat bedrag zat destijds al in de begroting. Het is een vreemde zaak waarom men dit zo gepubliceerd heeft. Verder maakt hij zich ernstige zorgen over de begroting 2014-2015. Deze cijfers zijn niet aangeleverd door de bedrijven, maar zijn in feite samengesteld door de vier interim managers c.q. de drie interim managers en de voorzitter, de heer Dijck. Hij vraagt zich af waar dit alles op gebaseerd is. In de begrot ing st aat dat het aant al cao ers wordt t eruggebracht naar 104 personen. Echter, door het opzeggen van contracten blijven er nog 60 cao ers over. Komt dit omdat men het vermelde resultaat wil behalen? Want als men naar de laatste regel kijkt wordt het steeds 2 milj oen bet er. Landelij k is de verhouding cao ers versus WSW ers ongeveer 1 op 11. Bij het WOZL is dat nu 1 op 70. Hij vraagt zich dan ook af of de doelgroep op deze manier nog fatsoenlijk kan worden begeleid. Tot zover zijn inbreng. De heer Vermeer complimenteert de heer Defauwes voor het feit dat hij het lef getoond heeft om voor zo n grot e groep mensen het woord t e voeren. Tij dens het beluist eren van het verhaal is de volgende vraag gerezen. Als het mogelijk was om te toveren, wat zou de heer Defauwes dan willen dat de raad zou doen? Want zijn maag draait zich om bij het luisteren naar de citaten die de heer Defauwes noemt. Veel van die zaken zijn niet goed te praten. De heer Defauwes zegt dat de gemeenten uiteindelijk de werkgevers zijn. De gemeenten hebben een en ander wel uitbesteed aan het vroegere WPM, de Licom en vervolgens het Schap maar de gemeenten zijn de bestuurders. Zijn conclusie is dat er een erg slecht werkgeverschap heeft plaatsgevonden. De heer Vermeer begrijpt dat de heer Defauwes doelt op alle gemeenten die daarbij betrokken zijn. Dat beaamt de heer Defauwes. Zo heeft de gemeente Landgraaf bijvoorbeeld gevraagd een onafhankelijk onderzoek te laten plaatsvinden. Hij heeft begrepen dat één van de interim managers inmiddels is vertrokken, op welke wijze dat weet hij niet. Volgens de heer Vermeer spoort de heer Defauwes de gemeente Valkenburg aan de Geul aan om het door de gemeente Landgraaf gevraagde onderzoek te steunen. Dat beaamt de heer Defauwes. De heer Kleijnen concludeert dat aan de heer Defauwes samen met vierendert ig collega s ontslag is aangezegd. Verder heeft hij begrepen dat de heer Defauwes een gesprek heeft gehad van zeven minuten terwijl het bij andere mensen nog niet eens zo ver gekomen is. Er zitten mensen tussen die cruciale functies bekleden, bijvoorbeeld de jurist is er al jaren werkzaam. De heer Defauwes heeft het hele bedrijf doorlopen van SBF, Licom en WOZL. Kortom, een goede HMmanager met een brok ervaring, ingewijd in de materie en wordt nu zomaar aan de kant geschoven. Wat betekent dat voor de vierendertig mensen die ontslagen zijn, voor de eenenzestig mensen die overblijven en die een contract voor onbepaalde tijd krijgen én de zeventien mensen die code oranje hebben gekregen? Die zeventien mensen mogen nog één jaar blijven en daarna worden ze waarschijnlijk ook aan de kant gezet. Kortom, wat betekent het voor de vierduizend mensen? Is het WOZL nog in staat via een corebusiness de mensen te begeleiden? In het kader van de schuldsanering is ook iemand met een brok ervaring aan de kant geschoven. Al deze mensen zijn uit het bedrijf gezet. Wat betekent dit voor de WSW-populatie? Daar maakt de heer Defauwes zich ernstige zorgen over. De heer Kleijnen zegt dat de heer Defauwes zojuist al sprak over een verhouding van 1 op 70 terwijl dit landelijk 1 op 10 is. Is het nog een werkbare situatie voor de mensen die daar blijven zitten om de Wet sociale werkvoorziening op een fatsoenlijke manier uit te voeren?
3
De heer Defauwes vindt van niet maar het is uiteindelijk niet zijn verantwoordelijkheid. De heer Kleijnen vraagt dit omdat de heer Defauwes samen met de collega s die eveneens ontslagen zijn om tafel gaat zitten en er worden juridische procedures gevoerd in het kader van opvolgend werkgeverschap. Een goede kan van slagen dat die procedures gewonnen worden. Dat gaat de gemeenten handenvol gemeenschapsgeld kosten. Men praat al over 2,6 milj oen. Want al die mensen moeten weer in dienst genomen worden, met alle gevolgen van dien. De contracten voor bepaalde tijd worden dan misschien weer omgezet, al dit soort zaken hangt de mensen boven het hoofd. Het is één grote puinhoop. Richting de voorzitter merkt hij op dat bij agendapunt 9 de stand van zaken WSW Licom als bespreekpunt geagendeerd staat. Komt dit bespreekpunt nu aansluitend aan de orde? De voorzitter antwoordt dat het bespreekpunt aansluitend wordt behandeld. Hij dankt de heer Defauwes voor zijn inbreng. Hij geeft het woord aan wethouder Dauven voor zijn toelichting. De heer Knubben maakt een punt van orde. Hij vraagt aan de heer Kleijnen of hij hier vanavond zit als medewerker van het WOZL, als deelnemer in de OR, als deelnemer in de vakbond of als raadslid. Zelf twijfelt hij daarover. De heer Vankan zegt dat de heer Kleijnen zojuist veel vragen heeft gesteld, maar eigenlijk heeft hij die vragen zelf ook al beantwoord. De commissie is vandaag bijeen om verhelderende vragen te stellen aan de heer Defauwes. Er is slechts één vraag gesteld over de werkbare situatie en die heeft de heer Defauwes met j a beant woord. Daar kwam nog veel acht eraan maar dat was geen vraag. Hij kan zich het gevoel van de heer Knubben dan ook goed voorstellen. De heer Kleijnen wist dat dit spelletje er weer zou komen maar dat is niet erg. Zoals al eerder aangegeven laat hij zich door niemand de mond snoeren, hij zal gewoon het woord voeren. Hij is werkzaam bij het WOZL, is lid van de OR van detacheringen OZL B.V., is er inmiddels al vele jaren werkzaam, is act ief binnen de vakbond en hij zal het t e allen t ij de opnemen voor zij n collega s in dat bedrijf. Vanavond zal hij daar het woord over voeren als raadslid namens de fractie PPGV, dat is zijn goed recht. De heer Visser kan achter de uitspraken van de heer Kleijnen staan. Het is een andere zaak als er binnen de raad stemming aan de orde is. Maar waarom zou iemand die daar toevallig werkt daar geen vragen over mogen stellen en mededelingen over kunnen doen? De voorzitter vroeg zojuist of wethouder Dauven naar voren wilde komen. Zou het niet handiger zijn om eerst vanuit de commissie mensen aan het woord te laten zodat wethouder Dauven een en ander in zijn reactie kan meenemen? De heer Knubben heeft nog geen antwoord gekregen op zijn vraag in welke hoedanigheid de heer Kleijnen hier vanavond zit. De heer Kleijnen spreekt vanavond als raadslid namens de fractie PPGV. Als onderwerpen als de sportaccommodaties aan de orde zijn welk raadslid mag dan het woord voeren? Daar wil de heer Knubben verder niet op ingaan. In het kader van integriteit vindt hij dat men voorzichtig moet zijn met het geven van een mening. Hij is zeer geïnteresseerd in de wijze waarop de heer Kleijnen daarover denkt. Maar als men in deze commissie en straks in de raad over deze materie praat, moet men daar vanuit de fracties zorgvuldig mee omgaan. Volgens de heer Vermeer heeft de heer Knubben formeel misschien gelijk, maar als het over integriteit gaat dan gaat het over persoonlijk voordeel. De heer Kleijnen kan goed voor zichzelf praten maar hij weet heel zeker dat de heer Kleijnen hier niet voor zichzelf praat. Het is zijn aard om op te komen voor de mensen waar hij zich verantwoordelijk voor voelt. Dat doet hij nu ook. Dat siert hem, dwars tegen de kritiek die hij kan verwachten.
4
Richting de heer Vermeer zegt de heer Knubben nooit gesproken te hebben over een persoonlijk voordeel voor de heer Kleijnen. Dat speelt helemaal niet. Waar het hem om gaat is dat integriteit veel verder gaat dan dat. De heer Vermeer zegt dat integriteit en opkomen voor de mensen waar men zich verantwoordelijk voor voelt geen enkel raakvlak hebben. Integriteit is persoonlijk voordeel halen voor de groep waar men deel van uitmaakt. De voorzitter wil het hier graag bij laten. Hij stelt voor dat de fracties hun inbreng doen. De heer Visser zegt dat men hier een verschrikkelijk belangrijk punt bespreekt, omdat het vooral rechtstreeks om kwetsbare mensen gaat. De inspreker heeft met een aantal voorbeelden zaken genoemd die hem ook ter oren gekomen zijn via een ander kanaal en die gaat hij niet herhalen. Hij heeft het stuk van zijn betoog al ingekort. De procedure van de fractie voor de raad: De gezamenlijke WSW-raden stuurden rond 1 augustus een brief naar de wethouders en de fractie heeft deze ook gekregen waarin een aantal zeer kwalijke dingen staan waarvan de directie beschuldigt wordt. Deze brief wordt opgevolgd rond 14 augustus, wederom door de WSW-raden. Zij hadden nog niets vernomen en hier worden zaken nog duidelijker gesteld. De reactie was nul. Eind augustus is er in Landgraaf een raadslid Ton Ancion van Groen Links die het wel welletjes vindt en de raad vraagt om met spoed bij elkaar te komen om deze zaken aanhangig te maken. De heer Visser heeft dat proces zo goed als mogelijk gevolgd. Als hij toen geweten had wat hij nu wist had hij dit ook willen vragen. Ton Ancion heeft een aantal vragen nóg scherper gesteld en toen kreeg de fractie een raadsinformatiebrief. Hij heeft deze brief en ook alle andere brieven voor zich liggen, voor het geval iemand deze wil bekijken. Het begint met een inleiding op blz. 1, iets dat men eigenlijk al wist namelijk waar men voor staat. Daar gaat hij verder niks over zeggen. Op blz. 2 vallen hem zo nu en dan een beetje de schoenen uit. Daar geeft de directie via de raadsinformatiebrief een verantwoording. Als hij een klein stukje leest ergens op blz. 2 op een derde daar st aat bij het beoordelen van de geschiktheid van medewerkers is de beoordeling daarom tevens gericht op de functie, functie-inhoud en op de prestaties van de individuele medewerker voor de t oekomst ige organisat ie . Hieruit blij kt dat het geen organisat ie is vanuit mensontwikkeling, maar dit is de mensen voor de organisatie. Hij kan zich niet voorstellen dat men dit bedoelt heeft. Het staat hier zo sterk en natuurlijk moet men rekening houden met de organisatie, maar uit dit stukje leest hij echt heel duidelijk dat het alleen om de organisatie gaat. Dan st aat er vervolgens: pas vanaf april 2013 men weet hoelang de raad daarmee bezig is vijf maanden na de indiensttreding van de 115 cao-medewerkers was de directie van WOZL pas voltallig met de komst van het hoofd HR mensontwikkeling. Hoe is het mogelijk dat dit zo laat is? Natuurlijk kan men dan niet meer fatsoenlijk met medewerkers praten. Dit is gewoon onmogelijk. Hij gaat er niet vanuit dat dit opzet is, maar laat men het op slordigheid houden. Hij heeft rechtstreeks via een aantal mensen gehoord dat een functiegesprek slechts een aantal minuten heeft geduurd. Op basis daarvan wordt even een besluit genomen. Hoe slordig kunnen mensen met topsalarissen zijn? Hier heeft men een prachtig voorbeeld. Hij zou het nog sterker willen zeggen: deze manier is niet mensontwikkeling, maar mensafwikkeling. De fractie kan daar echt niet achter staan, de raad is verplicht om daarmee aan de slag te gaan. Uiteindelijk krijgt men dan ook nog de bevindingen - op de voorlaatste en laatste bladzijde - van het dagelijks bestuur. Hij kan niet precies aangeven hoe vaak zij schrijven dat ze het betreuren en erg vinden, etc. Bijna sprongen hem de tranen in de ogen, dat arm dagelijks bestuur toch. Nee, helemaal niet. Zij hebben ook gefaald en dat is heel simpel. Laat men het goed voor ogen houden dat het juist de medewerkers in die angstcultuur nu worden bedreigd. Hij doet een oproep aan het dagelijks bestuur om vanaf nu goed hun werk te doen. Ze moeten nu niet zeggen dat ze het jammer hier en jammer daar vinden en dat ze gewoon verder gaan, maar de directie wel nog even een mooie opdracht geven. Mensontwikkeling op een andere en betere wijze in te richten, is dat iets dat een dagelijks bestuur nog moet vragen aan mensen met een topsalaris? Dus, wie is capabel in dit hele WOZL? De fractie vraagt zich dit af. Daar komt men dus niet mee verder. Hij heeft de raadsleden vanmiddag gemaild naar aanleiding van een brief van de directie waarin een voorstel wordt gedaan tot een motie. Die motie is afgeleid van de motie van Ton Ancion van
5
Groen Links uit Landgraaf. Een motie die overigens door de raad én het hele college unaniem is aangenomen, want ze begrijpen de ernst. Mede naar aanleiding van de vragen van Ton Ancion in die raadsvergadering vroeg iedereen zich af wat men hiermee aan moest. Hij heeft deze mail alleen naar de raadsleden gestuurd, omdat hij de mailadressen van de commissieleden niet paraat had. Hij neemt aan dat de raadsleden dit wel doorgeven aan hun commissieleden. De fractie vraagt nu al aan de commissie en de partijen om via deze commissie te kijken of de fractie kan staan achter zo een motie, want de fractie SP wil het graag samen met iedereen indienen. Natuurlijk is de fractie bereid een motie aan te passen in het belang van de medewerkers van WOZL. De heer Schurgers begrijpt datgene de heer Visser naar voren wil brengen, maar hij wil toch een vraag stellen naar aanleiding van zijn betoog. De wethouder van de fractie AB heeft ook bij die gesprekken gezeten en die weet natuurlijk meer dan de fracties weten. Die kan wellicht ook nu duidelijk maken hoe de vork in de steel zit, waardoor misschien heel veel dingen duidelijker worden. Het nemen van een beslissing kan hierdoor wellicht ook eenvoudiger worden. De heer Visser heeft het niet in de raadsinformatiebrief gelezen, terwijl de vragen al weken op tafel lagen. Hij geeft aan dat de heer Schurgers de raadsinformatiebrief ook heeft gezien en dat deze brief nietszeggend is. Hij vindt het jammer dat het niet daarin duidelijker aan bod is gekomen, maar wellicht heeft de wethouder nog een tweede kans vandaag. De heer Kleijnen voelt zich - ondanks dat hij werkzaam is bij WOZL en lid is van de ondernemingsraad Detacheringen OZL BV - geroepen om het woord te voeren over dit onderhavig onderwerp. Zoals ongetwijfeld bekend is, is er veel onrust ontstaan bij de medewerkers van WOZL, zowel bij het cao- en SW-medewerkers. Dit n.a.v. de recentelijke ontslagen op staande voet van 34 caomedewerkers die tijdens een gesprek dat ongeveer 7 minuten duurde - waarbij de mensen nog niet eens de gelegenheid kregen om hun kopje koffie te ledigen en dit na jarenlange inzet met heel veel deskundigheid - als grof vuil aan de kant zijn gezet. De Interim-directeur die hier verantwoordelijk voor is heeft zich in deze onbeschoft en wel zeer mensonwaardig opgesteld en dan drukt hij zich nog zacht uit. I.p.v. op een menswaardige manier te werk zijn gegaan heeft hij zich opgesteld als een keiharde saneerder, gezamenlijk met een Interim-directeur die hier al voor aangetrokken was. Hij is op de stoel van een ander gaan zitten. De 34 mensen zouden niet goed functioneren was de boodschap naar buiten toe. Wat men de buitenwereld niet verteld is dat er een hoop deskundigheid - wat in feite hard nodig ter ondersteuning van de meer dan 4000 SW-medewerkers bij WOZL - zomaar over boord heeft gekieperd. Hiermee heeft men de kwaliteit en de ervaring overboord gegooid wat ongetwijfeld ten koste gaat van de SW-populatie. Om de doelgroep SW op een goede manier aan het werk te houden en te begeleiden heeft men goede en gemotiveerde medewerkers nodig. Anders kan men dat bedrijf niet runnen. Mensen die zich jarenlang voor 100% ingezet hebben voor de uitvoering van de Sociale Werkvoorziening bij WOZL zijn hier heel erg door beschadigt. Er zijn gewoon slordige fouten gemaakt tijdens het voeren van de ontslaggesprekken. Van integriteit en transparantie is totaal geen sprake geweest, laat staan van zorgvuldigheid. En wat te zeggen van een sociaal plan wat in geen velden of wegen te bespeuren is. Het zou toch niet mogen zijn dat mensen die jarenlang het beste van zichzelf hebben gegeven in het belang van de organisatie nu als een soort crimineel behandeld worden en als dank als grof vuil op straat worden gezet. 17 medewerkers hebben code oranje gekregen. Zij krijgen een jaarcontact en de fractie kan nu al stellen als zij niet naar de pijpen dansen van de directie c.q. bestuur van WOZL dat zij dan vervolgens op straat worden gezet. Er heerst gewoon een angstcultuur bij WOZL, want mensen zijn gewoon bang als zij het niet eens zijn met het gevoerde beleid van WOZL dat zij de kop krijgen afgehakt. De WSW-raden en de vakbonden hebben dit asociaal beleid van het bestuur c.q. directie van WOZL sterk veroordeeld. Ook vanuit de diverse OR- en verschillende politieke partijen komt stevige
6
kritiek op het gevoerde wanbeleid. De WSW-raden hebben - aan alle colleges van de 11 gemeenten - onlangs nog een brief laten toekomen met daarin gesteld een 14 tal vragen. Vraag naar wethouder toe. Is de wethouder bereid er zorg voor te dragen dat de vragen van de WSW-raden op korte termijn beantwoord worden en zorg draagt dat de raad nog voor 20 september as. deze antwoorden in zijn bezit heeft. Zo niet, dan zal de fractie hier op terugkomen tijdens de raadsvergadering van maandag 23 september as. Vorige week is er een extra raadsvergadering gehouden over de ontstane situatie bij WOZL in Landgraaf. Op de publieke tribune zaten meer dan 100 mensen. De heer Kleijnen is hier ook bij aanwezig geweest. De raad en dat heeft de heer Visser al gezegd - heeft zich unaniem in een motie ingediend door Groen Links uitgesproken, die ook door het college van B en W van de gemeente Landgraaf volledig werd onderschreven. In het kort hield de motie in dat het dagelijks bestuur van WOZL een onafhankelijk onderzoek liet instellen rond de gang van zaken bij het WOZL. Het gaat hierbij vooral om de juridische houdbaarheid van de aangezegde ontslagen i.v.m. eventueel opvolgend werkgeverschap, de wijze waarop ontslaggesprekken zijn voorbereid en uitgevoerd en de rol van directie en interim managers. De verantwoordelijke wethouder Pierre Verbraak zou dit aan de orde stellen tijdens de DBvergadering van WOZL die gehouden is op 29 augustus jl. Maar het DB van WOZL heeft het onafhankelijk onderzoek naar de gang van zaken afgewezen. De fractie kan dit niet anders betitelen dan respectloos. Alle kernwaarden zijn hiermee de grond in geschoffeld. Als politiek gezag wel krokodillentranen laten om het mes vervolgens gewoon in het varken te laten steken! Schande. Het enige wat het dagelijks bestuur tot nu toe gedaan heeft is de Interim-directeur mensontwikkeling voorlopig en hij hoort nu van de heer Defauwes dat hij vandaag zijn biezen gepakt heeft - op non-actief te stellen. Maar is het niet zo dat het DB van WOZL en dat zijn de 11 wethouders - het beleid moet bepalen en niet de directie. Want deze verschuilen zich altijd achter het gegeven wij handelen in opdracht van , en dat is weer het best uur. De fractie vraagt zich af wie in feite het brein is geweest in het DB om geen onafhankelijk onderzoek te laten plaatsvinden. De fractie hoort op sommige plaatsen steeds weer de naam van wethouder Riet de Wit van Heerlen opduiken, die wat dat betreft het reilen en zeilen binnen WOZL de lakens zou uitdelen. De andere 10 leden van het DB van WOZL zouden in feite niet meer als slippendragers fungeren van de Iron Lady van Heerlen. Graag tekst en uitleg van de wethouder in deze. En weet men wie het kind van de rekening wordt van dit gevoerde asociaal wanbeleid. Dat zijn al de mensen met een SW-dienstverband. Zij worden door het DB en de directie van WOZL aan hun lot overgelaten, terwijl deze mensen gewoon betere bescherming verdienen. Ontslagen medewerkers en vakbonden hebben reeds juridische stappen ondernomen. Een van de belangrijkste aspecten is dat er sprake is van opvolgend werkgeverschap. Er bestaat een zeer grote kans dat WOZL in het ongelijk wordt gesteld. Dit betekent dat dit veel extra gemeenschapsgeld gaat kosten. En wat te denken van goed werkgeverschap. Dit is in geen velden of wegen te bespeuren. Alle heisa is begonnen toen de aandeelhouders van Licom NV het faillissement over Licom hebben uitgesproken. Iets wat - en dat heeft de fractie PPGV altijd al aangegeven - volkomen onzinnig was. Licom vervulde een private taak, maar had ook een publieke en maatschappelijke functie. Het ging dus niet alleen om het maken van winst, maar het bieden van aangepast werk aan mensen met een WSW-indicatie. Iets wat in feite in de huidige situatie steeds meer te wensen overlaat. Dan drukt hij zich nog zacht uit. Het gaat nu nog alleen maar om het financiële plaatje. Want als men kijkt wat men bij WOZL wil bereiken is zoveel mogelijk mensen plaatsen bij reguliere bedrijven, zowel privaat als publiekrechtelijk. De fractie kan zich niet aan het gevoel onttrekken dat dit wel op een zorgvuldige manier gebeurt. De fractie krijgt zeer veel klachten van mensen dat er bij overplaatsingen vanuit beschut te weinig rekening wordt gehouden met hun beperkingen. Laat
7
staan of zij zelf nog enige inbreng hebben bij dit soort overplaatsingen. Hier komt de fractie op korte termijn nog op terug. De recentelijke raadsinformatiebrief betreffende WOZL - wat men in het weekend heeft ontvangen - biedt geen soelaas en draait om de feiten heen. Het kwaad is geschiedt en er wordt in feite niets teruggedraaid. Dit heeft totaal niets met menselijke waarde te maken. Nee, integendeel hier is gewoon sprake van wanbeleid, zowel van het DB en de directie van WOZL. Daarom wil de fractie nog de volgende vragen aan de wethouder stellen. 1. Is het college alsnog bereid om zich sterk te maken bij het DB van WOZL om een onafhankelijk onderzoek te laten plaatsvinden naar de juridische houdbaarheid van de nu aangezegde ontslagen en de wijze waar waarop de ontslaggesprekken zijn voorbereid en gevoerd? Zo niet dan zal de fractie tijdens de raadsvergadering van 23 september 2013 hier een motie eventueel gezamenlijk - over indienen. 2. Is het college alsnog bereid om zich sterk te maken bij het DB van WOZL om de ontslagen met onmiddellijke teruggang ongedaan te maken, totdat het onderzoek zoals gesteld in vraag 1 tot uitvoering is gebracht? Zo niet dan zal de fractie tijdens de raadsvergadering van 23 september 2013 hier een motie eventueel gezamenlijk - over indienen. 3. Kan de wethouder aangeven wat de opdrachtverstrekking is geweest m.b.t. de ontslagprocedure aan de directie van WOZL? 4. Is het college alsnog bereid om er zorg voor te dragen dat de twee nu eigenlijk nog maar 1 - Interim-directeuren vanwege disfunctioneren op staande voet ontslagen worden. Deze mensen horen niet in een sociale werkplaats thuis. 5. Is het college het met ons eens dat door de ontslagen er een hoop deskundigheid en ervaring weggevallen is waar de SW-populatie in feite het kind van de rekening wordt? 6. Welke gevolgen hebben deze ontslagen voor de begeleiding van de SW-populatie op de werkvloer? 7. Kan de wethouder aangeven aan de fractie welke financiële gevolgen ontstaan nu er gerechtelijke procedures door vakbonden en individuele werknemers worden aangespannen m.b.t. de ontslagen tegen WOZL. Zeker gezien het feit dat deze ontslagen ook nog wel eens teruggedraaid kunnen worden vanwege opvolgend werkgeverschap? 8. Kan de wethouder exact aan de fractie aangeven wat de totale kosten zijn en de heer Kleijnen vindt dit een belangrijke vraag - m.b.t. het inhuren van de twee Interimdirecteuren? Indien men deze vraag niet wil beantwoorden want deze is al door meerdere instanties gesteld zal de fractie hier een WOB-verzoek (Wet openbaarheid bestuur) over indienen. De fractie wil dat allemaal precies weten. 9. Is het college bereid om er bij het DB van WOZL zich sterk te maken voor een onafhankelijk onderzoek n.a.v. het faillissement van Licom NV, wat volgens de fractie niet nodig was geweest en alleen maar in het leven is geroepen om mensen op straat te zetten zonder dat er sprake is van een sociaal plan, SW-medewerkers onder druk te zetten en secundaire arbeidsvoorwaarden om zeep te helpen. Het gaat hier alleen maar om de poen, mensen tellen hier totaal niet in mee. Zo niet dan zal de fractie tijdens de raadsvergadering van 23 september 2013 hier een motie over indienen. Tot slot nog dit. De fractie wil de andere commissieleden vragen of zij de gestelde vragen kunnen ondersteunen. Ook is de fractie ervan overtuigd dat alle gestelde vragen en ook die van de WSWraden niet vanavond beantwoord kunnen worden, tenminste als dit op een fatsoenlijke manier dient te gebeuren. Maar de fractie wil de beantwoording uiterlijk op vrijdag 20 september 2013 in hun bezit hebben. De heer Mlodzick zegt dat de heer Kleijnen in het begin van zijn betoog benoemt dat er mensen ontslagen werden op grond van niet goed functioneren. De heer Kleijnen zegt dat men aangaf dat deze mensen niet goed functioneerde. De heer Mlodzick zegt dat men dus met een probleem zit, want daar kan de commissie niet over oordelen. Men kan niks wanneer iemand wordt ontslagen op grond van niet goed functioneren. De persoon die dat betreft zal zelf moeten gaan procederen. De commissie kan daar geen invloed op hebben.
8
De heer Kleijnen zegt dat hij na de vele telefoontjes en gesprekken die hij gevoerd heeft met mensen heeft gehoord hoe mensen dat ervaren en beleefd hebben. Wanneer iemand 36 jaar bij een bedrijf werkt kan men niet zeggen dat diegene niet functioneert. De heer Mlodzick zegt en de heer Kleijnen weet dat ook als vakbondsman dat de werknemer een paar beoordelingen gehad moet hebben en dat men moet hebben aangekondigd dat hij niet goed functioneert. Als dat niet is gebeurd dat hij niet ontslagen worden. De heer Kleijnen zegt dat deze mensen toch ontslagen zijn. De heer Mlodzick zegt dat dit niet kan. De heer Kleijnen zegt dat die mensen een jaarcontract hadden tot 18 oktober a.s. Er is tegen die mensen gezegd dat ze vandaag of morgen niet meer hoeven te komen en dat het over en sluiten was. De heer Mlodzick vraagt of er expliciet is gezegd dat de werknemer niet goed functioneert? Is dat de reden van ontslag geweest? De heer Kleijnen zegt dat dit klopt en dat dit de reden van ontslag is geweest. De heer Knubben zegt dat het de bedoeling was dat hij in de eerste termijn ook inhoudelijk op de zaken wilde ingaan, maar hij doet dat nu toch niet. Er zijn al genoeg vragen gesteld en hij wil eerst de beantwoording van de wethouder horen. Vervolgens wil hij in tweede termijn bekijken hoe de raad hierop reageert. Een opmerking in de richting van de heer Kleijnen: waarom stelt de heer Kleijnen nu nog een reeks vragen aan de wethouder, want hij is begonnen met allerlei conclusies te trekken om vervolgens de vragen te stellen. De heer Knubben denkt dat die vragen er voor de heer Kleijnen niet voor toe doen. De heer Kleijnen wil heel duidelijk zijn dat hij zelf bepaalt hoe hij zijn verhaal brengt en hoe hij namens de fractie de vragen stelt. De heer Knubben is zich hiervan bewust. Hij heeft nogmaals een vraag aan de heer Kleijnen: wat bedoelt de heer Kleijnen met dat onafhankelijk onderzoek? Aan de ene kant heeft hij het over de wijze waarop medewerkers in cao-verband waren behandeld zijn, aan de andere kant heeft hij het over een onderzoek naar het faillissement van Licom? Gaat men daar nogmaals helemaal op terug komen of wat was de bedoeling van de heer Kleijnen? De heer Kleijnen pleit voor 2 onafhankelijke onderzoeken. Een onderzoek naar recentelijk handelen van de directie m.b.t. de ontslagen. De fractie PPGV heeft altijd aangegeven het niet eens te zijn met het faillissement. Elke vergadering is dit ter sprake gekomen wanneer het over de Licom en de WOZL ging heeft de fractie dit aangegeven, vanwege het feit en dat heeft hij ook in zijn betoog benoemd waarom de fractie denkt dat dit gebeurd is. Alleen maar om mensen zo snel mogelijk op straat te zetten, want men heeft nergens iets mee te maken. Mensen werken daar en er is geen strategisch beleidsplan en er ligt geen visie meer aan ten grondslag. Alle regelingen die er voor mensen waren o.a. in het kader van ontslagen of overplaatsing - die zijn nu van tafel. Men verschuilt zich altijd achter het faillissement. Men heeft met niemand iets te maken, ook niet met een OR in die tijd omdat die buiten spel stond. Zij deden wat ze wilden want de stekker was eruit getrokken. De heer Knubben zegt dat de fractie CDA er geen behoefte aan heeft om het hele verhaal rondom het faillissement nogmaals te herkauwen, want daar is men tot in den treure in deze commissie en de raad op ingegaan. Daar heeft men besluiten over genomen. Daar wil de fractie de discussie niet opnieuw over openen. De fractie wil wel hele goede antwoorden waar het gaat over de verantwoordelijkheid van WOZL en de periode daarna. Graag een antwoord van de wethouder in deze om te kijken of dat allemaal wel precies gebeurd is zoals het had moeten gaan. De fractie wil zich beperken tot dit onderdeel. De heer Kleijnen zegt dat het de heer Knubben zijn goed recht is om dat te zeggen en dat hij dit respecteert.
9
De heer Vermeer zegt dat hij VVD-er is, en dus een volgeling van een redelijk gedeelte van het liberale gedachtengoed, maar dat betekent niet hij geen mens is. Hij niet, en de fractie ook niet. De fractie heeft destijds een zogenaamde motie van vertrouwen deze bestaat niet - aan de wethouder gegeven en daar staat de fractie nog steeds achter. Vooral ook omdat de fractie, zoals zij toen al toegaven, niet over genoeg kennis beschikten om te oordelen over enorme bedragen gemeenschapsgeld en over het lot van een grote, vaak kwetsbare groep mensen. De fractie staat er nog steeds achter dat de wethouder de gemeente in die rol goed vertegenwoordigd. Daarnaast krijgt hij wel de indruk dat de mensen die gefaald hebben bij WOZL, nu hun targets willen halen over de ruggen van de mensen die niet hebben gefaald. Het wegsaneren van ervaring en deskundigheid, komt hem bekend voor. Deze mensen kunnen lastig worden bij het uitvoeren van een plan dat duivels lijkt. Zo maakt men de handjes schoon, maar zo schiet de hele organisatie wel aan haar oorspronkelijke doel voorbij. Hij heeft eerder toegegeven niet over de kennis te beschikken om hier doodleuk te gaan vertellen hoe het moet. Vandaar dat een onafhankelijk onderzoek de eerlijkste methode is om er vooral achter te komen welke besluiten er in de nabije toekomst genomen dienen te worden. Het gaat hier immers vooral over mensen zoals alle mensen en hij. De voorzitter geeft het woord aan wethouder Dauven voor zijn reactie op de inbreng van de fracties. Wethouder Dauven zegt dat hij op de eerste plaats kort het woord wil richten tot de heer Defauwes. Hij heeft ook met de heer Defauwes gesproken en het is altijd afschuwelijk wanneer een dienstverband na zo een lange tijd niet meer verlengd wordt. Hij ziet wekelijks mensen aan zijn bureau, soms met dienstverbanden van 40 jaar. Het is afschuwelijk, maar dat gebeurt. Hij heeft ook tegen de heer Defauwes gezegd dat de vragen die hij gesteld heeft ook door wethouder Dauven aan het dagelijks bestuur zijn gesteld. Er staat ook een puntje in de raadsinformatiebrief, bijv. of dezelfde begeleiding kan komen als bij de mensen die tijdens de eerste ronde zijn ontslagen. Dat is gelukkig gevolgd. Persoonlijk is het altijd een drama, dat staat buiten kijf. Waar de gemeente kan helpen bij werk of wat dan ook zullen zij dat zeker niet nalaten en proberen. Los daarvan zit men hier natuurlijk niet voor individuele gevallen. Men zit hier als gemeenteraad en als bestuur voor het totaalplaatje van WOZL. Wethouder Dauven vond het grappig dat de heer Vermeer in zij n bet oog zei wie dit duivelsplan heeft uit gedacht . Dit duivelsplan heeft de raad uit gedacht . Niet de heer Vermeer alleen, maar dit staat in de 8 punten beschreven. Die zijn door alle gemeenteraden vastgesteld. Deze zijn niet vastgesteld omdat men het zo leuk vond om opeens Licom failliet te laten gaan. Nee, dat is gebeurd omdat het niet meer houdbaar was. Men heeft tonnen bijgelegd de laatste jaren. Toen is er op een gegeven moment gezegd dat er iets moest gebeuren in SW-land. Als men de stukken goed kent is bekend dat in heel Nederland alle WSW-bedrijven op deze manier proberen de boel te redden. De heer Vermeer vindt het nooit leuk om te onderbreken, maar als het moet dan moet dat. Wethouder Dauven heeft hem proberen te citeren, maar dat is niet helemaal correct gebeurd. Hij heeft niet gevraagd wie heeft dit duivelsplan bedacht , maar hij heeft het gehad over een plan dat duivels lij kt . Wethouder Dauven zegt dat dit toch het plan is dat hier in de raad besproken is. De enige manier voor SW-Nederland om verder te komen is om te proberen mensen te plaatsen van binnen naar buiten. Iedereen weet dat beschut bijna niet betaalbaar is. Dat weet men de laatste jaren allemaal, dus er zijn plannen opgesteld. Men heeft het niet over een bedrijf van 100 mensen. Het is een bedrijf van 4300-4400 mensen. Dat is een mammoettanker. Zeker met een grote groep kwetsbare mensen waar elke verandering al onrust teweegbrengt is het nogal wiedes dat er onrust ontstaat. Het college heeft vanaf het begin af aan de WSW er heel belangrij k gevonden. De heer Kleij nen ont kent dit , maar het is dus absoluut niet zo. De WSW er is gelukkig de best beschermde werknemer in Nederland en daar doet het college het voor. De heer Visser gelooft dat wethouder Dauven dit oprecht wil, maar hij vraagt zich af of de wethouder ook achter de procedure staat. In de raad kan men alleen maar uitgaan van de zaken die men hoort en ziet en de fractie denkt dat er structureel iets fout zit in de manier van optreden. Het verhaal dat de wethouder verteld heeft de raad inderdaad met zijn allen afgesproken, maar hetgeen afgesproken is wordt niet op de juiste manier uitgevoerd. Daar staat de fractie hier voor.
10
Wethouder Dauven geeft een voorbeeld. Het groenbedrijf van WOZL is lange tijd het grootste hoveniersbedrijf van Limburg geweest. Die mensen waren daar best trots op, maar er is nu afgesproken om zoveel mogelijk mensen die werkzaam zijn in het groen naar buiten te plaatsen. Natuurlijk geeft dat het gevoel dat men het bedrijf wil ontmantelen, maar dat zijn toch duidelijke opdrachten in het kader van het 8-punten plan. Men probeert daar aan te werken. Als men het over procedures heeft - in dit geval van het beëindigen van een jaarcontract is dit natuurlijk geen ontslag op staande voet. Het is het niet verlengen van een jaarcontract. Men kan heel duidelijk lezen in de raadsinformatiebrief dit is uitgebreid besproken in het DB hoe men daarop gereageerd heeft. Dat was voor het college ook teleurstellend. Men kan weer een onafhankelijke onderzoeksbureau invliegen voor 100.000, de wethouder noemt zomaar een bedrag maar men kan ook de eigen juristen raadplegen. Dat is gebeurd, deze zijn geraadpleegd en daar komt nogmaals een check op. Het college is van mening dat dit voldoende moet zijn. Of men moet de keuze maken om weer veel geld uit te geven aan een onafhankelijk bureau? De heer Visser zegt dat de fractie denkt dat dit hier nodig is. Gezamenlijk met de gemeenten, een gemeente heeft besloten. Wethouder Dauven zegt dat een gemeente heeft besloten, maar dat tijdens de DB-vergadering unaniem is besloten dat deze brief naar buiten ging. De heer Visser zegt dat dit zo kan zijn, maar dat hij ook niet heeft gezegd dat het DB het goed gedaan heeft. Hij vindt de brief zo vaag. Wanneer hij ziet dat verschillende WSW-raden bijv. het raadslid uit Landgraaf geen concrete antwoorden krijgen op dat wat ze vragen. Het blijft lekker zweven en men zegt dat ze wat foutjes hebben gemaakt maar toch lekker verder gaan. De fractie is van mening dat men op een tijdstip is beland waar men niet zo maar verder kan gaan. Men moet eerst terug naar de grond van de zaak, terug naar het transitieplan. Wat wilde men precies met Bureau Langendijk? Is men nog wel op die koers? Wanneer er een onafhankelijk onderzoek komt durft de heer Visser te garanderen dat het onderzoek bewijst dat men niet meer op die koers zit. Hij noemt nog slechts een woord: mensontwikkeling. De heer Kleijnen wil terugkomen op het stuk dat gaat over het van binnen naar buiten plaatsen van mensen, dat staat beschreven binnen die 8 punten. Van binnen naar buiten plaatsen staat ook al aangegeven in de Wet Sociale Werkvoorziening. Men moet mensen zo kort mogelijk tegen de reguliere arbeidsmarkt aanbrengen en daar is niks mis mee. Het bestuur de wethouder is daar verantwoordelijk voor - heeft 2 Interims naar binnen gehaald. Een saneerder en de ander heeft de biezen al gepakt, vanwege het feit dat de mensen ontslagen zijn. Interims zijn puinruimers. Zij krijgen de opdracht om de puin te ruimen en dan zijn ze weg. De heer Kleijnen noemt ze puinruimtanks. Deze personen heeft het bestuur naar binnen gehaald. Mensen die totaal geen kaas gegeten hebben van hoe de populatie in elkaar zit. De mensen moeten op dit moment naar buiten om vervolgens weer terug te komen naar een ander instituut dat in het leven is geroepen onder de naam werkzaam . De mensen moeten hier naartoe omdat ze niet meer binnen beschut mee kunnen, alleen maar om ze ergens via de WMO tussen te duwen en om van ze af te zijn. Op deze manier is het bestuur volstrekt verkeerd bezig. Wethouder Dauven wil afstand nemen van die opmerking. Het college heeft het heel vaak gehad over en dat is in het verleden ook vaak besproken de ondergrensproblematiek bij de WSW. Wanneer iemand minder dan 10% van een normale arbeidsprestatie levert hoort hij niet meer thuis in zeer zwaar gesubsidieerd werk als de WSW. Er is opdracht gegeven om daar goed naar te kijken, want daar zijn andere oplossingen voor hier in Nederland. Wethouder Dauven vindt het niet netjes dat de heer Kleijnen zegt dat men mensen afschuift. De heer Kleijnen vindt dat de mensen worden afschuift binnen WOZL op dit moment. Daar is niet goed mee omgegaan, zeker nu de deskundigheid weg is. Men heeft twee puinruimers naar binnen gehaald terwijl er 34 mensen zaten - waar beslist mensen tussen zaten die dat werk op een fatsoenlijke manier konden doen die gewoon aan de kant worden gezet. Wethouder Dauven hoorde de heer Kleijnen net ook iets zeggen over schuldsanering. Het klopt dat er op een gegeven moment een bureaut j e schuldsanering was binnen de Licom. Dat kost e ongeveer 80.000 per j aar. Er was een caseload van 35 of 40 mensen, terwijl elke gemeente ook de gemeente Valkenburg zelfs nog een motie van de fractie SP heeft aangenomen om
11
schuldsanering wagenwijd als gemeente open te zetten. Toen heeft het bestuur gezegd het niet dubbel te doen wanneer gemeenten dit ook doen. Dat is toch een volstrekt normale bezuiniging terwijl de heer Kleijnen zegt dat men niet goed met mensen omgaat. Men zit hier in het belang van de gemeente. De heer Visser zegt dat wethouder Dauven en de heer Kleijnen nu voorbeelden aanhalen die beide in hun straatje passen. Dit brengt de raad niet tot de kern van het probleem. Zo lang het goed loopt en wellicht is het niet slecht gelopen, daar houdt hij zich buiten is er niks aan de hand. Maar men heeft het hier over problemen die ontstaan zijn met medewerkers. Hij heeft het college een half jaar of jaar geleden gevraagd hoe het zat met de begeleiding bij die hele transitie. Worden mensen begeleid? Men moet een dubbele begeleiding doen, ten eerste de werkbegeleiding is een normale zaak, want anders kon men gewoon overal werken binnen de gemeente. Maar men heeft ook mensen nodig diezelfde mensen die met die transitie bezig zijn. Als hij nu hoort en hij heeft het nagekeken dat er nog maar heel weinig begeleiders bezig zijn en mensen min of meer aan hun lot worden overgelaten dan kan het college hem toch niet vertellen dat het lekker gaat. Wethouder Dauven zegt dat hij ten eerste niet heeft gezegd dat het lekker gaat. Ten tweede, en dat heeft hij in het begin al aangehaald als een bedrijf failliet gaat en men gaat een hele andere richting uit heeft dat zijn tijd nodig. Natuurlijk heeft dat zijn tijd nodig. Voor het college staat de WSW er heel duidelij k voorop. De heer Kleijnen zegt dat de cao niet is toe- of aangepast voor de WSW er. De cao is precies het zelfde gebleven, alleen alle ext ra s zij n de mensen afgenomen. De heer Kleijnen zegt dat de ext ra s eenzij dig zij n afgenomen en dat dit is gebeurd zonder enige vorm van overleg. Het is graaien en het gaat alleen maar over geld en niet meer over de mensen. Wethouder Dauven zegt dat hij het netjes vindt dat de cao blijft aangehouden wanneer mensen iets over nemen na een faillissement. De heer Kleijnen zegt dat men Licom daarom failliet heeft laten, om dat allemaal te kunnen betalen. De fractie zal een motie indienen tijdens de raadsvergadering omdat de wethouder duidelijk aangeeft dat hij geen onafhankelijk onderzoek wil. Wellicht moet men een extra raadsvergadering inlassen. Wethouder Dauven denkt dat de raadsinformatiebrief wel veel informatie geeft. Er is op een gegeven moment laatdunkend gedaan over het dagelijks bestuur en de situatie binnen het dagelijks bestuur. Men begrijpt dat hij natuurlijk nooit iets uit een dagelijks bestuur hier mag vertellen. Dat is vertrouwelijke en geheime informatie, dus dat gaat hij ook zeker niet doen. Er heeft een hele uitgebreide discussie plaatsgevonden binnen het dagelijks bestuur omtrent dit onderwerp. De heer Kleijnen stelt nogmaals een vraag aan wethouder Dauven. 29 augustus jl. is door de wethouder van Landgraaf tijdens de DB-vergadering van WOZL in opdracht van de voltallige raad ondersteund door het college gevraagd voor een onafhankelijk onderzoek. Hoe was die stemming daar? Wethouder Dauven antwoordt dat de stemming unaniem ook de wethouder van Landgraaf - was voor deze raadsinformatiebrief. De heer Kleijnen zegt dat er krokodillentranen worden gehuild tijdens een raadsvergadering maar dat er vervolgens toch mee wordt ingestemd. Ten slotte vraagt de heer Kleijnen aan de wethouder hoe hij deze vragen wil gaan beantwoorden? Wethouder Dauven zegt m.b.t. de beantwoording van de vragen - dat er dinsdag een overleg is met de WSW-raad. Men zal eerst dat gesprek aangaan en de vragen zal men eerst met hun bespreken. De andere vragen zal hij bekijken en bespreken wat men daarmee kan doen. Hij kan niet toezeggen dat deze voor 20 september zijn beantwoord. Er zijn vragen gesteld over bijv. het faillissement en dat is een gepasseerd station. Deze vragen gaat het college zeker niet beantwoorden. De heer Kleijnen had een belangrijke vraag gesteld m.b.t. de kosten van die twee Interimdirecteurs. Met kosten bedoelt hij het salaris, maar ook de bureautjes waar ze vandaan komen want
12
daar zijn ook kosten mee gemoeid. Hij wil daar een antwoord op hebben en dat hoeft niet zo erg lang te duren, want die bedragen moeten bekend zijn. Die vraag wil hij absoluut voor de raadsvergadering van 23 september beantwoord hebben. De fractie moet daar anders wellicht een motie of een verzoek op Wet openbaarheid bestuur over indienen. De heer Vankan zegt dat het de heer Kleijnen siert dat hij met hart en ziel voor deze zaak opkomt. Hij vraagt zich af wat het salaris van een Interim-directeur met bestuur op hoofdlijnen te maken heeft? De heer Visser zegt dat men in ieder geval weet waar een hoop geld naartoe gaat, zonder dat er iets fatsoenlijks van terecht komt. Wethouder Dauven zegt nogmaals dat zij eerst met de WSW-raad zelf gaan praten. Dit is ook het meest voor de hand liggend. De heer Visser zegt dat de heer Ancion ook geen antwoord heeft gekregen. Hij heeft geen vragen gesteld, maar de wethouder was er waarschijnlijk vanuit gegaan dat de heer Visser ook met deze vragen zat. De fractie wil op al die vragen een heel concreet antwoord hebben. Wethouder Dauven zal de vragen die beantwoord kunnen en mogen worden beantwoorden. Hij is geen jurist, dus hij weet niet of sommige vragen gevoelig liggen. De andere vragen zal men in ieder geval beantwoorden. Hij benadrukt nogmaals dat men eerst in gesprek gaat met de WSW-raden en de eigen WSW-raad. De heer Visser zegt dat de wethouder Dauven vooral de woorden int egrit eit , t ransparant ie en openheid niet vergeet, want dat was een basis. De heer Kleijnen beantwoordt de vraag van de heer Vankan. Hij vroeg zich af waarom de heer Kleijnen zo graag het salaris van de Interim-directeur wil weten. Dat is heel simpel. Men heeft afgesproken dat die mensen niet meer mogen verdienen dan de Balkenende-norm. De fractie hoort bedragen de ronde doen dat die mensen een goed salaris krijgen. Een Interim-directeur niet meer, want deze heeft zijn biezen gepakt, dus dat is alweer een stuk goedkoper. Dat scheelt wellicht weer 250.000. Dat soort bedragen doen de ronde. Men kan ook t egen deze persoon zeggen dat hij een salaris krijgt van 120.000, want hij heeft ook nog een eigen bureaut j e dat betaald moet worden en dan krijgt men indirect een salaris van 250.000. De fract ie vindt dit erg veel, vandaar dat zij dit willen weten. De WSW-raden en OR hebben dat ook gevraagd en niemand wil er een antwoord op geven. Daarom stelt hij deze vraag als raadslid. De heer Vankan zegt dat hij zich niet afvroeg waarom de heer Kleijnen dit wilde weten, maar wat het te maken heeft met kaders stellen en bestuur op hoofdlijnen? De heer Kleijnen antwoordt dat men dan ook op de hoogte moet zijn van de bedragen. De heer Knubben zegt dat de wethouder heeft toegezegd dat er op korte termijn een overleg is met de WSW-raden en de WSW-raad van Valkenburg, Gulpen-Wittem en Vaals. Kan de raad vrij spoedig na dat overleg - desnoods via een informatiebulletin horen hoe dat verder verlopen is? Daarnaast wil de fractie ook weten hoe de meest wezenlijke vragen beantwoordt zijn en hoe de raden na dat gesprek daar tegenover staan. De fractie zou dit prettig vinden. Wethouder Dauven zegt dat met alle plezier toe. De voorzitter zegt dat hij na allen gehoord te hebben en de beantwoording van de wethouder dit agendapunt als afgehandeld wil zien.
3.Vaststelling van de agenda. Aanmelden punten voor de rondvraag. De agenda wordt vastgesteld overeenkomstig het aangeboden concept.
13
De heer Weerts zegt - tegen het presidium - dat hij het verwarrend en bevreemdend vindt dat een agendastuk de behandeling van de kaderbrief van de reguliere vergadering doorgeschoven wordt naar de maandagavond en gecombineerd wordt met de commissie ABA, terwijl dit feitelijk een EFTstuk is. Hij kan het niet plaatsen dat dit in de commissie ABA ter vaststelling voor ligt. Hij is van mening dat dit in beide commissies ter vaststelling moet liggen. Nu ligt het alleen in de commissie ABA voor, dit is niet de vak-commissie en dit vindt hij bevreemdend. De voorzitter zegt dat zijn constatering wordt aanvaard. 4. Raadsplanner Er zijn geen zaken te melden. 5. Vaststellen van het verslag van de commissie EFT de dato 12 juni 2013. Naar aanleiding van het aangeboden conceptverslag zijn geen opmerkingen ontvangen. Het verslag wordt vastgesteld conform het aangeboden concept. 6. Actielijst. Er zijn geen zaken te melden. De voorzitter vraagt wethouder Thijssen voor een uitleg over het Pradoe-gebouw. Wethouder Thijssen zegt dat er m.b.t. het Pradoe-gebouw twee businessplannen worden voorbereidt. Er zijn twee verschillende organisaties die van plan zijn om het Pradoe-gebouw te exploiteren en het willen kopen. Meer kan het college daar op dit moment niet over zeggen. De heer Aussems vraagt of het bij die 2 businessplannen nog uitmaakt wat de bestemming van dat gebouw gaat worden voor de gemeente? De fractie wil graag wanneer dit mogelijk is helpen bij het maken van een keuze hierin. Wethouder Thijssen zegt dat wanneer de businessplannen aan het college worden voorgelegd deze vervolgens ook aan de raad worden voorgelegd. Wat bestemming betreft hoort dat ook zo, maar bestemming is in feite uitvoering van het college. Hij vindt het netjes dat de raad te horen krijgt wat die plannen zijn. De heer Aussems vraagt of de raad dan nog aan zet komt? Wethouder Thijssen zegt dat de raad dit nog allemaal precies te weten krijgt. De heer Aussems vraagt of de raad daar vervolgens haar zegje over mag doen? Wethouder Thijssen vraagt wat de heer Aussems daarmee bedoelt? De heer Aussems zegt dat het de fractie geweldig zou aanspreken wanneer men van het Pradoegebouw een bedrijfsverzamelgebouw kan maken. Dat spreekt de fractie wellicht meer aan en dat heeft te maken met de potentiele werkgelegenheid in Valkenburg dan dat er iets anders zou komen. Daar gaat zijn vraag aan de wethouder over. Wethouder Thijssen zegt dat de verkoop van het Pradoe-gebouw tegen een goede prijs het belangrijkste is. Er gaat niet van alles in komen. Als er twee plannen liggen zal het college voor het beste plan kiezen. De heer Aussems vraagt of het beste plan voor het college betekent dat het plan de beste prijs heeft of de beste impact voor Valkenburg? De fractie vindt dat laatste van groot belang. Wethouder Thijssen kan zich moeilijk voorstellen dat een bedrijvencomplex in de verkoop wordt gebracht. Verkoop betekent dat ook iemand het gaat exploiteren en koopt. Primair heeft de raad
14
uitgesproken dat het verkocht gaat worden. Als dat niet gaat gebeuren wordt wellicht gekeken naar andere mogelijkheden. Primair staat de verkoop op de eerste plaats. 7. Voorstel college betreffende kredietaanvraag voor de aanschaf van een woonwagen. Eerste termijn. De heer Weerts zegt dat de fractie AB de aanvrager de woonwagen/nieuwe huisvesting van harte gunt en hij wordt ook keurig betaald via een afbetalingsregeling. Sinds 1 april is een nieuw landelijk aanbestedingsbeleid en zoals hij het nu leest is de woonwagen een op een weggezet in de markt. De fractie vraagt of dit past binnen het aanbestedingsbeleid zoals dit nu door de nationale wetgeving wordt aangemerkt? Of zijn hier specifieke uitzonderingen voor in Valkenburg gesteld? De voorzitter zegt dat het mogelijk is om de beantwoording via het verslag te geven, indien dit nu niet direct mogelijk is. Wethouder Meijers zegt dat hij de definitieve beantwoording via verslag wil geven. Zover bij de wethouder bekend is is dit via de aanbestedingsregels van toepassing geweest. Hij gaat er vanuit dat men zich aan de spelregels heeft gehouden, maar zal dit nogmaals bekijken. De heer Weerts zegt dat hij de zaak niet nog gecompliceerder wil maken. Hij heeft de aanbestedingswetgeving en het aanbestedingsbeleid van Valkenburg erop nageslagen. Feitelijk kunnen leveringen tot 15.000 onder een op een plaat svinden. Als daar van af geweken wordt had de fractie graag onder het kopj e financiën aanbest edingen een mot ivering gehad in het raadsvoorstel waarom daar van afgeweken wordt. Wethouder Meijers zegt dat het college dit zal proberen. In tweede termijn worden geen reacties gegeven. De commissie verwijst het voorstel door naar de raad (hamerstuk indien de gewenste aanpassingen m.b.t. aanbesteding worden verwerkt). 8. Voorstel college betreffende kredietaanvraag ten behoeve van stabiliteitsvoorzieningen mergelrotswanden Plenkertstraat. Eerste termijn. De heer Wezeman zegt dat de fractie D66 met enige verbazing kennis heeft genomen van het pakket veiligheidsmaatregelen voor de stabiliteitsvoorzieningen mergelrotswanden aan de Plenkertstraat. Ten eerste is er vanwege het uitblijven van regelmatig onderhoud een gevaarlijke situatie ontstaan waarin de gemeente aansprakelijk is gesteld door de bewoners aan de Plenkertstraat voor schade. Graag had de fractie een antwoord gehad op de vraag: In hoeverre kan de gemeente aansprakelijk gesteld worden en in hoeverre ligt de aansprakelijkheid bij de bewoners aan de Plenkertstraat? Bovendien is er in 2010 op basis van het onderzoek van Geocontrol een herinrichting- en beheerplan opgesteld. M.b.v. dit onderzoek moest het college op de hoogte zijn geweest van de risico s. Waarom heeft er desondanks 5 jaar geleden voor het laatst onderhoud plaatsgevonden? Ook is men al 3 jaar bezig met het aanwenden van financiële middelen. De fractie wil graag weten wat de stand van zaken hierin is? Tevens heeft de aanbesteding voor de uitvoering van preventieve maatregelen reeds plaatsgevonden en komt Kleijnen Mergelbouw in aanmerking voor de vergunning. Tijdens de aanbesteding bleek dat het net voor de mergelstijlwanden niet was meegenomen in de rapportage en aanbevelingen van Geocontrol. Daaruit maakt de fractie op dat de kaders van de aanbesteding nooit compleet zijn geweest en vraagt de fractie waarom aan Bouwbedrijf Coppes niet is gevraagd om een tweede inschrijving in te dienen? De heer Vankan zegt dat de fractie AB het prima vindt dat de gemeente haar verantwoordelijkheid neemt met het oog op de veiligheid van de bewoners en bezoekers van Valkenburg als men het
15
heeft over afbrokkelende rotswanden. Jammer echter, dat een particuliere aansprakelijkheidsstelling hier de trigger voor is. Dit lijkt zo in het raadsstuk. Indien dit zo zou zijn - dat de verantwoordelijkheid pas genomen wordt op het moment dat men aansprakelijk wordt gesteld voor iets - dan is dat het paard achter de wagen. Financieel-technisch en op het gebied van planning heeft de fractie concreet een aantal vragen. - In 2010 zo leest hij in het stuk is een onderzoek gestart. In 2012 is er een nieuwe inspectie en dan wordt er gesproken om in 2013 al act ies uit t e voeren. Dat woordj e al kan natuurlijk weg, want dat is 3 jaar na het onderzoek. - Vervolgens st aat er: het zal nog enige jaren duren voordat er verdere actie ondernomen wordt en ook afhankelij k van het feit of er subsidies voor beschikbaar zij n . De heer Vankan is thuis in de subsidiewereld en hij heeft op Google gezocht, maar hij heeft nergens een subsidie kunnen vinden voor dit soort zaken. Is dit een wassen neus? Of zijn er echt subsidies te vinden voor dit soort rotswanden? Graag wil de fractie AB weten aan wat voor een soort subsidies zij moeten denken. Tot zover de vragen over de planning, nu volgen de vragen betreft de financiën. - Op welke pagina, of op welke regel staat in de staat D. van reserves en voorzieningen staat het bedrag van 27.995,21 wat hiervoor gereserveerd is. De fractie heeft dit niet kunnen vinden. Ter verduidelijking zegt hij dat de staat D. een oude benaming is voor de staat van reserves en voorzieningen. Hij zal dit in het vervolg de staat van reserves en voorzieningen benoemen, want zo heet dat tegenwoordig zo. Want het is wel heel toevallig dat het bedrag wat nodig is precies het budget van 2013 is, aangevuld met een bedrag wat blijkbaar met een vooruitziende blik in een reserve is gestopt bij de jaarrekening 2012. Op de cent na 27.995. Als dit al zo is, dan is dit een raadsbevoegdheid en dan moet in elk geval uit de stukken blijken dat dit bedrag met dat doel in een bepaald potje gestopt is. - Aansluitend op de heer Wezeman vraagt de heer Vankan of men zich hiertegen kan verzekeren? Is dat überhaupt mogelijk? Als men zich hier niet tegen kan verzekeren, waar staat het dan als risico beschreven in de risicoparagraaf? Hoe groot is het risico dat men loopt financieel en hoe groot is het risico voor de veiligheid van de bewoners van Valkenburg? Men zou zich niet kunnen voorstellen dat bij een of andere wandelroute wat afstort en er ernstige dingen gebeuren. Dat is anti-reclame en dat moet men niet hebben. - Vervolgens wil de fractie graag weten hoe het financiële plaatje van de planning die hoort bij de herinrichting en beheerplan van mergelsteilwanden in Valkenburg, zoals genoemd in het raadsstuk. Hoe ziet het financiële plaatje en de planning hiervan uit? Dat wordt nu afgedaan met de opmerking dat er geen geld voor is en men het niet doet, maar het feit dat er geen geld voor is is geen argument dat er geen financieel plaatje of planning voor ligt. Op het moment dat dit er is beslist de raad nog altijd of ergens geld voor is of niet. Dit gebeurd tijdens de afweging die men maakt bij de begroting. - Ten slotte heeft de fractie dit onderdeel in de risicoparagraaf niet kunnen vinden. Ook niet in het stuk van haute finance dat onlangs opgesteld is. De heer Kleijnen zegt dat een aantal vragen reeds gesteld zijn en hij gaat deze niet overdoen. De fractie PPGV kan zich volledig vinden in het verhaal van de heer Wezeman. In het raadsvoorstel staat beschreven dat regelmatig onderhoud achterwege is gebleven. Wat is hiervan de oorzaak? Hoelang is de veiligheid gegarandeerd als de preventieve veiligheidsmaatregelen zijn uitgevoerd? Men bespreekt nu de situatie bij de Plenkertstraat omdat hier een aantal mensen aan de bel hebben getrokken, maar hij weet nog enkele andere mergelrotswanden te liggen die zich in het buitengebied bevinden. Bij de Oostergats bevindt zich een mergelwand in de buurt van het speeltuintje. Daar zijn al regelmatig brokken naar onder gekomen. Hij heeft daar jaren geleden een artikel 41 brief over geschreven. Men heeft daar een afrastering omheen gemaakt. Het is niks moois, maar kinderen kunnen er niet bij komen. Maar bij de mergelrotswand gelegen achter de drie beeldjes is geen afrastering geplaatst . Daar brokkelt ook af en toe iets naar beneden en hij ziet hier regelmatig kinderen, maar ook
16
volwassenen die op zoek zijn naar fossielen. De fractie vindt dat dit gevaarlijke toestanden met zich mee kan brengen, want in het verleden zijn er al meerdere brokken mergel vanuit deze wanden naar beneden getuimeld. Hij benoemt dit omdat men niet moet vergeten dat pal boven deze mergelrotswand een druk bereden spoorlijn loopt waar ook nog een stoomtrein over rijdt. Dit heeft natuurlijk ook zijn invloed op deze mergelrotswanden. Graag een reactie van het college over hoe het met de veiligheid is gesteld van die wanden en of daar ook regelmatig controles worden uitgevoerd. Ten slotte de vraag of er zeker iets gedaan kan worden aan de mergelrotswand achter de drie beeldjes in het kader van afscherming. Hij ziet hier regelmatig mensen in peuteren en hij wil voorkomen dat er een dezer dagen iets naar beneden komt wat men niet wenst en hoopt. De heer Schurgers maakt een opmerking naar aanleiding van het betoog van de heer Kleijnen. Gisteren heeft men een hele discussie gehad over de veilige schoolroute. Toen ging het over 250.000, wat het leven van een kind waard was. Hij denkt dat men bij zo een situatie ook eens moet kijken wat dit waard is als er iets gebeurd. De heer Kleijnen zegt dat dit ook de reden is waarom hij dit naar voren brengt. De heer Schurgers kon zijn gedachten al raden. De heer Visser wil ingaan op de laatste vraag die de heer Kleijnen heeft gesteld. Hij vindt het terecht dat men hier ook naar moet kijken, maar hij dacht dat Natuurmonumenten de eigenaar was. Wellicht is het voor de raad goed om te weten wanneer de gemeente precies verantwoordelijk is en wanneer eventueel een eigenaar verantwoordelijk voor dat soort zaken is. De heer Visser weet dit niet en daar zou hij wat meer inzicht in willen hebben. De heer Weerts zegt dat men hier nog een half uur over kan discussiëren, maar als de heer Kleijnen tussen de drie beeldjes doorgelopen was had hij gezien dat er aan de boven- en onderkant een afrastering staat. Deze afrastering is zelf geplaatst door de gemeente. De heer Weerts denkt zelfs dat dit gebeurd was in de tijd dat de heer Kleijnen wethouder was. De heer Visser zegt dat er niet overal een afrastering staat, want hij loopt daar heel vaak. Het herstellen van deze mergelwanden is men natuurlijk verplicht. Zeker als men daar eigenaar van is of een andere eigenaar moet aangesproken worden. De fractie heeft wel nog een andere vraag. Er vallen brokstukken omlaag, maar is er ook al gekeken naar omliggende gedeeltes? Zijn deze stabiel genoeg? Als men een houten dak heeft en een dakpan is kapot kan het dak gerepareerd worden. Er komt een dakdekker en men is honderden euro s kwij t , want alleen het komen en gaan kost al geld en die dakpan kost nauwelijks iets. Als elke drie maanden een nieuwe dakpan vervangen moet worden dan is men straks heel veel geld kwijt. Er komt een moment dat men dus veel meer moet doen en wellicht een hele kant van het dak hersteld moet worden of dat de dakdekker moet kijken naar alle dakpannen, dat schijnt met tikken te gaan. De fractie vraagt zich af of dit overwogen is? Als men telkens stukjes blijft repareren is men uiteindelijk meer geld kwijt dan wanneer dat andere stuk er ook wordt bijgenomen. Ten slotte nog een vraag, maar wellicht weet het college of ambtenaren dit niet, maar op dit ogenblik rijdt er een bulldozer tussen het restaurant van Hubert Haenen en het Openluchttheater in om het een en ander vlak te maken. Heeft dit al met deze situatie te maken of komt het door iets anders? De heer Visser weet het niet, maar wellicht kan men daar ook hier geen antwoord op geven. De heer Aussems zegt dat ook de mergelrotswanden gemeentelijk eigendom zijn. Deze behoren dus ook tot de kapitaalgoederen en men moet deze dus onderhouden, zeker waar het gaat om veiligheid. Aangegeven wordt dat regelmatig onderhoud achterwege is gebleven en de start van herinrichting en beheer kan nog enige jaren duren. De fractie PvdA gaat dan ook akkoord met het beschikbaar stellen van het bedrag voor preventieve werkzaamheden, om de veiligheid in ieder geval te waarborgen. De fractie heeft wel een vraag, deze luidt: Wordt er na de uitvoering van de herinrichting en het beheersplan wel regulier onderhoud gepland? Dan wel, is het niet beter om te kijken naar toestandsafhankelijk onderhoud? Men neemt dan waar en wanneer specifiek onderhoud nodig is wordt dit uitgevoerd. Preventief onderhoud kan heel duur onderhoud zijn. Welke van die methode dan ook de beste is laat de fractie graag over aan de deskundigen. De vraag is of voor een van die keuze wel voorzieningen en hij had net begrepen van de heer Vankan voor worden
17
gesteld in de begroting om dat te kunnen doen. Zodat de huidige situatie kan worden voorkomen, namelijk dat daar geen geld voor is gereserveerd. Wethouder Thijssen wil vooropstellen dat mergelsteilwanden in Valkenburg uniek zijn en een grote oppervlakte hebben. Als men in zijn totaliteit onderhoud wil plegen dan zijn er tonnen nodig, alleen al voor preventief onderhoud. Er is gekozen in feite zegt de heer Aussems dat - voor toestandsafhankelijk onderhoud. Met andere woorden, men laat het hele gebied ieder jaar zeer zorgvuldig bekij ken en event uele risico s worden in kaart gebracht en daar gebeurd ook iets aan. Er ligt nu een nota voor waarin gevraagd wordt om voor die 90.000 onderhoud te doen bij o.a. het Openluchttheater en de Plenkertstraat. Hij zal op een later tijdstip naar deze commissie en de raad komen met een aantal andere voorstellen waar onderhoud gaat gebeuren. In Geulhem speelt namelijk precies hetzelfde. De meeste commissieleden vragen zich af waar dit mee betaald wordt? Dat is als volgt uit te leggen. Sinds een aantal jaren wordt in de begroting een bedrag van 80.000 opgenomen voor het onderhoud en reparatie van de mergelsteilwanden. Deze pot bestaat nu 3 jaar en bevat ongeveer 240.000. Op dit moment is de directeur de Groot bezig om in de pot van de landgoederenzone dat is eigenlijk de opvolging van GOMV die 240.000 in t e zet t en als cofinanciering, zodat men dat wellicht kan verdubbelen. Op deze manier komt er meer dan een half miljoen vrij om die mergelsteilwanden in goede staat te houden en om de mogelijke risico s weg t e werken. Vervolgens is er ook een vraag gesteld over hoe het precies zat met die verantwoordelijkheid. Dat is eigenlijk heel simpel. Alles wat van de gemeente is daar is de gemeente verantwoordelijk voor. Wat niet van de gemeente is, daar is de bewoner verantwoordelijk voor. Men heeft in Valkenburg nogal wat groeven bijvoorbeeld, daar speelt dat ook. Daar zijn ook privé mensen/particulieren verantwoordelijk voor om daar onderhoud te doen en om daar ook inspecties te laten uitvoeren. De Provincie doet dat momenteel. Beantwoording van de vragen van de verschillende fracties: De wethouder heeft zojuist de vraag m.b.t. aansprakelijkheid beantwoord. Deze vraag had de fractie D66 ook gesteld. Vervolgens vraagt de fractie hoe het zit met die risico s. In feite loopt men in Valkenburg met die mergelsteilwanden te allen tijde een risico. Er kan altijd wel wat afvallen. Dat heeft men niet in de hand, maar daar is nu net die inspectie voor. Op deze manier gebeurt dat toestand afhankelijk onderhoud. Een mooi voorbeeld daarvan is dat net dat dan plotseling nodig is. De heer Bekedam gaat daar kijken en constateert dat er in eerste instantie wat bomen weg moeten. Vervolgens zegt hij na het verwijderen van een aantal bomen - dat dit niet voldoende is en dat er ook nog een net moet komen. De heer Vankan vroeg namens de fractie waar het geld uit wordt gehaald, omdat hij dat nergens heeft kunnen vinden. Die 29.000 is uit die pot van die 240.000. Per jaar is 80.000 weggelegd en dat is nu in totaal 240.000, daar wordt die 29.000 ook uit betaald. Dat is in feite allemaal afgedekt. De heer Vankan had het ook over subsidies. In feite is het bedrag dat zij uit de landgoederenzone halen ook een vorm van subsidie. De landgoederenzone heeft overigens als doelstelling om iets te doen voor landschapsbeheer dan wel cultuur. Onder landschapsbeheer valt volgens het college ook mergelsteilwanden onderhoud. Als men van de Provincie via GOMV een verdubbeling krijgt, dan kan men dat ook zien als een soort subsidie natuurlijk. De heer Kleijnen heeft een opmerking gemaakt m.b.t. het preventieve onderhoud dat achterstallig is. Dat heeft de wethouder reeds uitgelegd. Men doet natuurlijk zo veel mogelijk preventief, maar het is niet mogelijk in het kader van preventieve werkzaamheden - om bij alle mergelsteilwanden bijv. de bomen te gaan kappen. Dat blijft ondoenlijk. Het college denkt dat men telkens moet kijken waar het echt nodig is en daar tot actie moet overgaan. De heer Kleijnen zegt dat hij niet heeft benoemt dat er ergens bomen gekapt moeten worden. Hij heeft gesproken over twee rotswanden gehad waar hij zijn zorgen over uitspreekt. Een rotswand is afgeschermd en de andere niet. Volgens de heer Weerts zijn de wanden beide afgeschermd, maar volgens de heer Kleijnen is dit niet zo. Hij is er afgelopen zaterdag nog langs gelopen en hij hoopt niet dat hij iets aan zijn ogen heeft, want dan moet hij even naar de oogarts gaan. Hij heeft daar in ieder geval niets zien staan. De fractie vraagt nogmaals of de veiligheid daar is gegarandeerd, omdat hij daar regelmatig kinderen ziet spelen. Hij vraagt zich af of daar niet eens naar gekeken moet worden en of er wellicht iets aangebracht dient te worden. Hij spreekt zijn bezorgdheid erover uit , want het moet niet zo zij n dat als het kalf verdronken is dempt men de put . Rondom
18
de speeltuin heeft men dat destijds ook geconstateerd en daar is een afrastering geplaatst. Wellicht moet op die andere plek ook iets komen, dat is de vraag aan het college. Niet meer en niet minder. Wethouder Thijssen zegt dat hij blij is met de opmerking van de heer Kleijnen. Het college heeft daar deskundigen op zitten, waaronder de heer Bekedam die dit inspecteert. Wandelaars die iets ontdekken en dat is ook een stuk burgerplicht zien dat ergens gevaar dreigt. Als men dat hier ventileert, dan gaat het college daar zeker iets mee doen. De heer Kleijnen vraagt of hij erop kan rekenen dat daar naar gekeken wordt, want de wethouder wandelt ook veel? Wethouder Thijssen geeft aan dat er zeker naar gekeken wordt en dat hij inderdaad ook veel doet wandelen. Hij ziet af en toe ook iets dat niet deugd. Ten slotte vroeg de fractie SP iets m.b.t. de eigenaar van de rotswanden en omliggende gedeeltes. Het is heel duidelijk wat van de gemeente is, dit is allemaal in kaart gebracht. Onlangs is men met de Stichting De Rotswoning in discussie geweest. Er is een hele lange tijd in Geulhem bij de familie Weerts onduidelijkheid over wat nu des gemeenten is en wat van De Rotswoning. Zeer binnenkort wil men de knoop doorhakken. Hij heeft ook af en toe slapeloze nachten. Wanneer ergens bijvoorbeeld weer een rotsblok is afgevallen, dan wordt er toch uiteindelijk gekeken naar de gemeente. De heer Visser zegt en dat benoemt de heer Kleijnen ook - dat wanneer dit van Natuurmonumenten is, dan moet Natuurmonumenten daar in actie komen. Heeft de gemeente dan eventueel een soort geen burgerplicht maar - gemeenteplicht om daar Natuurmonumenten op te wijzen omdat het wel van de gemeente is? Wethouder Thijssen antwoordt dat hij niet weet of het de plicht van de gemeente is, maar hij denkt wel dat het vanzelfsprekend is dat dit gebeurt. Dat vindt hij behoren tot de verant woordelij kheid van de gemeent e. Men moet er alles aan doen om risico s en gevaren t e voorkomen. De heer Visser zegt dat de wethouder aangaf dat hij binnenkort komt met nieuwe zaken. Als alles in een pakket wordt aanbesteed dan behaalt men een hoop winst. Worden het allemaal losse pakketten of probeert het college dit toch te clusteren? Wethouder Thijssen zegt dat er als eerste wordt bekeken wat er precies moet gebeuren. Daar heeft men al een speciaal bureau bij nodig. Dan start o.a. het bedrijf Kleijnen, maar het zal niet alleen bij dit bedrijf blijven want men heeft ook een tuiniersbedrijf nodig. Bedrijf Kleijnen doet het mergelgebeuren, bijv. dat rotsblok bij het Openluchttheater. In Geulhem - voor de Brakke Berg zijn op een hele wand de bomen gekapt. Die bomen zijn op een gegeven moment te zwaar en die wortels kunnen rotsblokken los maken en dat kan instortingsgevaar veroorzaken. Het college wil op alle plaatsen waar gevaar dreigt de bomen snoeien. De heer Wezeman zegt dat de wethouder zojuist heeft benoemd dat er een zelfde soort nota binnen korte tijd naar de raad gestuurd wordt. Moet de fractie D66 dit zien als onderdeel van het plan van 2010 dat door Geocontrol is opgesteld of is dit afhankelijk? Wethouder Thijssen zegt dat Geocontrol reeds heeft bekeken wat er nu gaat gebeuren. Daar is onderzoek naar gedaan en het is vastgesteld dat daar een risico is. Daarom heeft het college ook besloten om dat nu aan te pakken. Over de andere twee situaties die nog gaan komen is het college gewaarschuwd en daar gaat Geocontrol ook naar kijken. Dan krijgt men hier in de raad weer een opdracht om daar een opknapbeurt te laten doen. De heer Wezeman vraagt of het los staat van het plan van 2010? Wethouder Thijssen antwoordt dat dit eigenlijk geen plan is, maar een continue proces. In 2010 is men gestart met het opzij leggen van geld. Momenteel heeft men een pot van 240.000 die misschien straks wordt verdubbeld. Uit die pot wordt telkens betaald wat er moet gebeuren. Dat wordt ook bedoeld met het toestandsafhankelijk onderhoud.
19
Tweede termijn. De heer Vankan zegt dat de wethouder zojuist zei dat het college drie maal 80.000 heeft gereserveerd. Dat moet dan zijn in 2010, 2011 en 2012. 2013 kan nog niet gereserveerd zijn, want dat jaar is nog niet voorbij. Bovendien geeft men die 80.000 nu uit , dus dan kan het college dit niet reserveren. Hij heeft de drie jaarrekeningen bekeken en hij zou graag voor zijn eigen leereffect en beeldvorming en dat mag via het verslag willen weten in welke reserve van welke voorziening deze terecht is gekomen? Hij wil kijken waar hij de fout heeft gemaakt dat het hem niet is opgevallen dat dit voor dit goede doel is weggezet. Richting de heer Kleijnen de heer Kleijnen is niet meer aanwezig - wil hij zeggen dat wanneer hij dingen tegenkomt die gevaar opleveren hij niet hoeft te wachten tot de eerstvolgende commissievergadering. Hij kan ook gewoon de bel- en herstellijn bellen, want die is daarvoor. Vervolgens had de heer Vankan gevraagd naar het financiële plaatje en de planning. Het financiële plaatje heeft hij begrepen. Er is iets gereserveerd en dat gaat men met de Toto-verdubbelaar - via GOMV - verdubbelen. Men maakt daar een half miljoen van en dan wordt dat daar aan uitgeven. Het antwoord op de vraag over een beheersplan of een planning was dat men ingrijpt daar waar het dreigt mis gaat. Hij heeft net van zijn collega commissielid begrepen dat wanneer bomen worden gesnoeid de wortel twee keer zo hard komt terug groeien. Daarom vindt hij het prima dat men daar een professioneel bedrijf naar laat kijken en niet de wethouder zelf. De voorzitter zegt dat de financieel directeur de heer Renkens - een aanvulling geeft op het gegoochel met cijfers. De heer Renkens zegt dat hij dit verhaal uit zijn hoofd verteld, maar het schriftelijk aan de raad zal laten toekomen. Langer dan drie jaar geleden zijn er bedragen in de begroting opgenomen voor het onderhoud voor dit soort zaken. Men is ooit begonnen met 59.000 en dat is opgehoogd tot 80.000. Elk jaar bij het opmaken van de jaarrekening wordt er gekeken wat er gebudgetteerd is en wat er is uitgegeven. Dat verschil wordt via de algemene dekkingsreserve gereserveerd. Dat is het leuke aan het college dat men niet alles kan vinden zodat er ook nog vragen gesteld kunnen worden. Hij heeft vanmiddag bekeken dat het restant ongeveer 280.000 bedraagt . Die 27.000 wordt uit dat bedrag betaald. De commissie verwijst het voorstel door naar de raad (hamerstuk). 9. Bespreekpunten. Update van de ICT-nota. De heer Van Knippenberg geeft een korte presentatie. De presentatie is bij dit verslag gevoegd. De voorzitter dankt de heer Van Knippenberg voor zijn presentatie. Stand van zaken toekomstvisie. Er zijn geen punten te melden. Stand van zaken leefbaarheid en zelfsturing. Wethouder Meijers zegt dat dit bespreekpunt bij de commissie CSWO thuis hoort, maar deze commissie ging niet door. Een deel van de betrokkenen zijn ook hier aanwezig. De betrokkenen kunnen 18 november in de agenda noteren want dan komt als alles goed blijft lopen - een congres c.q. workshop van o.a. Jim Diers. Hij is voorzitter van Department of Neighborhoods van Seattle en hij is een weekje in het Nederland en men heeft hem voor een kort stukje kunnen strikken. De heer Schurgers vraagt of er op korte termijn verduidelijking komt wanneer uit een evaluatie blijkt dat iets niet goed gebeurd tijdens een zelfsturing? Een voorbeeld hiervan zijn de onduidelijkheden tijdens het verkeersplan Houthem dat gisteren is besproken. Uit de evaluatie
20
blijkt dat het misschien daar niet thuishoort. Wordt het dan bij een ander kernoverleg meegenomen om zich daar niet mee te bemoeien en het wellicht aan iemand anders over te laten? Wethouder Meijers antwoordt dat men zich in ieder geval niet moet gaat bemoeien met het verkeersarrangement Houthem. Verkeer is wat dat betreft ook een breed begrip. Hij denkt en dat is zijn persoonlijke mening dat het verkeersarrangement Houthem zo groot en veelomvattend was, en zo veel andere beleidsterreinen raakte, dat dit niet sec in zelfsturing thuis hoorde. Zelfsturing betekent niet dat men de burger de vrijheid geeft om zelf zijn straat in te richten. Als dit niet zou passen binnen de verkeersoptiek moet men dit op een andere manier doen. Zelfsturing c.q. burgerparticipatie heeft vele varianten, van de burger informeren tot de burger in de lead laten en alleen maar proberen te faciliteren. De heer Schurgers zegt dat hij merkt bij de zelfsturing in zijn kern dat de mensen met iets bezig zijn, maar hij heeft het idee dat dit toch niet gerealiseerd kan worden. Er moet eerder duidelijk gemaakt worden wat er wel en niet mogelijk is. Wethouder Meijers zegt dat dit ook een van de belangrijkste opdrachten is die men de kernambtenaren steeds dient mee te geven en het college zelf ook. Men moet zo snel mogelijk in het proces duidelijk maken als er (mogelijke) initiatieven zijn wat er wel en niet mogelijk is. Dat is een van de belangrijkste voorwaarden. De heer Vankan zegt dat hij in de media heeft vernomen dat in Schin op Geul dat transitieproces is ingezet van de oude dorpsraad naar een kernoverleg. Hij kan zich alleen baseren op datgeen hij op TV-Valkenburg heeft gelezen. Bij de heer Vankan kwam dit over als een lijstje van problemen. Hij is zelf ook wel eens bezig met zelfsturing als hij een andere pet op heeft. Het idee van een kernoverleg is niet om lijstjes met problemen op te stellen, maar om vooral te kijken wat men als kernoverleg daar zelf mee kan doen en hoe men iets zelf kan oppakken. Dat kan natuurlijk aan de berichtgeving liggen die hij via TV-Valkenburg heeft vernomen, maar hij zou graag van de wethouder willen weten of de indruk die hij heeft gekregen recht doet aan hetgeen zich daar afspeelt. Komen er bijv. burgers naar zo een avond toe met een bierviltje, waarop ze hebben geschreven welke paal het niet doet, waar er hondenpoep in de goot ligt en waar ze te hard rijden? Of is het idee van zelfst uring j ij hebt een probleem, en dat blij ft j ouw probleem, maar iemand gaat j e helpen om het op t e lossen . Wethouder Meijers antwoordt dat het laatste dat de heer Vankan heeft gezegd datgeen is waar men op uit wil komen. Goed dat hij refereert naar de zeepkist-meetingen van Schin op Geul. Wat men daar ziet is dat er duidelijk wordt gemaakt dat het initiatief meer bij de burger kan liggen, er wordt een inventarisatie gemaakt van de wensen, ideeën en problemen die de burgers daar ter plekke ervaren. En het eerstvolgende dat nu gebeurd is dat de dorpsraad/het beoogde kernoverleg die wensen etc. bundelt en dan een terugkom-meeting met de burgers heeft. In die bijeenkomst kan men communiceren wat men samen heeft geconstateerd en welke vragen/ eisen men heeft. Het is dan aan het college om daar handen en voeten aan te geven. Het lijstje met klachten dat de heer Vankan aangeeft komt de eerste keren zeker naar voren. Die zullen ook benoemd worden en op de meeting zelf wordt gezegd dat wanneer men zo een probleem heeft de bel- en herstellijn gebeld kan worden, want daar is die voor. Meestal komt bij de eerste sessies een lijst uit met klachten waar men last van heeft, maar er zijn gelukkig ook andere zaken naar voren gekomen. Bijv. men heeft allemaal last van een bepaalde haag die ontzettende wildgroei vertoont. Wat als men die zelf met zijn allen bijsnoeien. Dat soort zaken. De heer Vankan zegt dat de ervaring leert dat als er tien problemen zijn, er vijf problemen zijn voor de bel- en herstellijn. De overige vijf problemen kan men terugleggen bij de burger en dan zijn er nog vier problemen opgelost, want dan is het in een keer niet meer zo belangrijk. Voor het laatste probleem wordt er dan een groepje geformeerd en daar wordt iets mee gedaan. Als dat de insteek is van de zeepkist-meetings hij stelt zich daar iets heel anders bij voor dan vindt hij het prima. Anders begint men al verkeerd. Wethouder Meijers antwoordt dat dit inderdaad de insteek was. Hij wil het hierbij laten.
21
10. Gewestelijke aangelegenheden. Wethouder Thijssen heeft een mededeling. Men kan zich afvragen hoe de vlag erbij hangt m.b.t. de gemeentegrot en de lichtshow. Binnen tien dagen wordt er een informatiebulletin aan de raad verstrekt. Hij kan stellen dat de twee partijen prima samenwerken, men gaat voor goede kwaliteit. Nogmaals, binnen tien dagen wordt ook duidelijk hoe ver men is met het businessplan etc. 11. Rondvraag. Er zijn geen vragen voor de rondvraag. 12. Sluiting. De voorzitter sluit de vergadering om 21:08 uur en dankt iedereen voor zijn inbreng. Aldus vastgesteld in de vergadering van de commissie EFT de dato 16 oktober 2013.
R. Schurgers, voorzitter
A. Hoeberigs, commissiegriffier
22