gemeente Eindhoven
Raadsnummer o8. Rz gq.z. oor Inboeknummer o8bstoo8yS Dossiernummer S.Soz6 si april zoo8
Raads informatiebrief Betreft Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit.
Inleiding Het NationaalSamenwerkingsprogramma Luchtkwalitei t (NSL) Op 15 november 2007 is de nieuwe Wet Luchtkwaliteit in werking getreden (in feite een aanpassing van de Wet milieubeheer). Een belangrijk onderdeel van de nieuwe Wet Luchtkwaliteit is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). In dit programma worden de maatregelen beschreven die de gezamenlijke Nederlandse overheden de komende vijf jaar zullen gaan uitvoeren om de luchtkwaliteit te verbeteren. In het NSL zijn bovendien de projecten beschreven die ’in betekenende mate’ (IBM) bijdragen aan de verslechtering van de luchtkwaliteit. Het
gaat bijvoorbeeld om grote woningbouwprojecten met enkele duizenden woningen. In het NSL wordt gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak waarbij de projecten en maatregelen binnen een programmagebied (de Provincie NoordBrabant bijvoorbeeld) met elkaar in balans moeten zijn. Met het NSL wil Nederland aantonen dat op termijn alle luchtkwaliteitsknelpunten in Nederland worden opgelost, waarbij rekening is gehouden met uitstel voor het voldoen aan de Europese normen. Dit uitstel is een belangrijk onderdeel van de nieuwe Europese richtlijn die in voorbereiding is en die naar verwachting in 2008 zal worden vastgesteld. De milieucommissie van het Europese parlement heeft op 9 oktober 2007 ingestemd met een uitstel van drie jaar voor gebieden die moeilijk aan de grenswaarden kunnen voldoen, met nog eens twee jaar extra voor lidstaten die al het mogelijke hebben gedaan om de luchtverontreiniging terug te dringen. Met het NSL wil Nederland aanspraak maken op dit extra uitstel. Het gevolg hiervan zal zijn dat Nederland in 2010 moet voldoen aan de normen voor fijn stof en in 2015 aan de normen voor stikstofdioxide. Ten behoeve van het NSL hebben de Brabantse overheden het Brabants Samenwerkingprogramma Luchtkwaliteit (BSL) voorbereid. Dit BSL zal met de andere deelprogramma’s worden samengevoegd tot het NSL. In het BSL zijn alle maatregelen opgenomen die de Brabantse gemeenten en regio’s de komende
Raadsnummer O8.Rogge.OOX
jaren gaan treffen ter verbetering van de luchtkwaliteit. Het Eindhovense Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit is in het BSL verwerkt.
Besluit van college van burgemeester en wethouders Wij hebben ingestemd met: 1 ÃćâĆňâĂİ het opnemen van de vastgestelde maatregelen uit het Programma
Luchtkwaliteit en Mobiliteit van Eindhoven in het BSL; het opnemen van de noodzakelijke nadere uitwerking van het Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit: reductie van 30a/o minder autoverkeer in het gebied binnen de Ring (ten opzichte van geprognosticeerde aantal in 2010, berekend vanaf basisjaar 2006, verkeersmodel SRE); toestroomreductie op de Leenderweg van 10a/o (ten opzichte van geprognosticeerde aantal in 2010, berekend vanaf basisjaar 2006, verkeersmodel SRE); 2 ÃćâĆňâĂİ de voorlopige toekenning van E 10,6 miljoen rijksbudget aan de gemeente Eindhoven vanuit het Nationale Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) en daartoe de verplichting die hiermee samenhangt tot cofinanciering van 6 10,6 miljoen (reeds gedekt).
Argumenten 1.1 De Ei ndhovense bijdrage i n het BSL sluit aan bij het op 3 april 2007 door de raad
vastgestelde Programma Luchtkwali tei t en Mobiliteit.
Op 3 april 2007 heeft u het Eindhovense Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit vastgesteld. Dit programma vormt nu integraal onderdeel van het Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (BSL). Na goedkeuring door alle betrokken gemeentelijke colleges, kan Gedeputeerde Staten op 15 april 2008 een besluit nemen over het BSL. 1.2 De saneri ngstool, di e het Rijk heeft ontwi kkeldi s kader voor de maatregelen, di e
Brabant moet gaan nemen. Voor Eindhoveni s een nadere uitwerking van maatregelen ui t het vastgestelde Programma Luch tkwali tei t en Mobi li tei t noodzakelijk.
In het kader van het NSL heeft het Rijk een bedrag van E 25,8 miljoen beschikbaar gesteld voor het oplossen van de verkeersgerelateerde knelpunten in Brabant. Voor het vaststellen van deze knelpunten is een rekenmodule ontwikkeld (saneringstool).
Met de saneringstool is bepaald dat de bestaande knelpunten in Brabant (2006) door de uitvoering van maatregelen de komende jaren grotendeels zullen gaan verdwijnen. De uiteindelijke saneringsopgave wordt gevormd door de locaties waar in 2010 nog niet wordt voldaan aan de normen voor fijn stof en de locaties waar in 2015 nog niet wordt voldaan aan de normen voor stikstofdioxide.
Raadsnummer O8.Rogge.OOX
Op het hoofdwegennet in Brabant gaat het om locaties in "s-Hertogenbosch (A2, A65), Eindhoven (A2, A67) en Valkenswaard (N69). Voor het oplossen van deze
knelpunten is Rijkswaterstaat als wegbeheerder verantwoordelijk. Op het onderliggend wegennet bevinden de resterende knelpunten (2010/2015) zich vrijwel allemaal in Eindhoven (een resterend knelpunt in Valkenswaard). Om de resterende knelpunten voor Eindhoven op te lossen hebben wij verdergaande maatregelen bepaald. Deze maatregelen zijn een nadere uitwerking van de maatregelen in het al vastgestelde Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit. Het betreft een reductiedoelstelling van 30 a/a minder (vracht)autoverkeer in het gebied binnen de Ring en een toestroomreductie op de Leenderweg van 10 a/o. Wij willen nogmaals benadrukken de in het Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit aangegeven noodzaak om de doorstroming op de Ring te verbeteren en te investeren in ongelijkvloerse kruisingen. Daarnaast verwachten we dat een aantal vergaande maatregelen genomen moeten worden die leiden tot de reductie van 30a/o. De bereikbaarheid van het Centrumgebied blijft gewaarborgd maar zullen we op een andere, meer duurzame manier organiseren en stimuleren. Denk aan het terugdringen van doorgaand gemotoriseerd verkeer door het gebied binnen de Ring en terugdringen van bestemmingsverkeer voor werknemers en bezoekers (transferia, gebruik van (Hoogwaardig) Openbaar Vervoer, verdere investeringen in het fietsnetwerk, toeritdosering op de Leenderweg. We zullen ervoor moeten zorgen dat voldoende en kwalitatief goede alternatieven voor deze autoritten worden aangeboden. Uitbreiding van het belanghebbenden parkeren en het terugdringen van het straatparkeren speelt hierin een flankerende rol. Ook een communicatiestrategie over deze omslag in de autobereikbaarheid van het centrumgebied is onlosmakelijk hiermee verbonden. Mede aan de hand van het dynamisch verkeersmodel zullen we deze aanvullende maatregelen uitwerken. Wij zullen u deze in het najaar voorleggen in de vorm van een Mobiliteitsagenda.
Raadsnummer O8.Rogge.OOX
7.3 De Ei ndhovense maatregelen zijn: aamlregelerr Eirrdlroven
Doorstromingarerkeersintensaeden cgetijkvloerse kruising jtingtHDV ss Diverse reconstructisprojecter DBM, mode> Issi mg VRI, srielhsirl abc per ki lg op Iiril
Eara reductie verkeer door diverse tts a(r gel n’
Verschonen wagenpark Blhone bussen Sthoon vrachtvervoer (milt uzonej
Tuelichling/duel
a are do rstroming ri g, weren verkeer
Termijn Kuslunluleel Aereleul BSL Kuslen BSL
01 ail30 0,0 0 10%
c crc do rctroming ri g, wcrcn vcrlcccr
010 05 00
0 20%
i010 0300 00 0 15%
r009 Schoner penbaar ven er via concessieverleni g Versneld ’verschonen van vrachtwagens in i002 bmnenstad
Cl 060,000
009 Cl 000 060 100%
Cl 060,000
Schoon gsmeentslilkwagsnpark Incl biotuels-station
Vocrbseldfunctis schoon eigen wagenpark 015 C15 , 00 100%
letsmaatregelen en vervoersmanagernent Oistis OV s I etsbeie d
M de sutobeweg gs, ee lets e OV gebruik reed draagvlak minderischonerverkeer
b B d nl va n i g e m e e n te
BSIIQIIBIB statIBhlka chstrltlutls
C4060,000
Cl 000 000 100%
Ikw>ering rmliauzona mcl toezeht en handhaving
’nli ovatls stac algks cllstrl tlutls
f 1 OCI,QCIO
rUIQ 0424 06 6 zisanderlabsf 0154 0 0
Blhone bestalbusssn (milieuzonej
Stmuleren vervoersmanagament bil
0 4 3 60,tl00
bmnenstad verbetsrdOV binnenstad s eis do i stroming iing, weien verkeer Iiiriiiulisldd 30% mlncer verkeer bl nen ring en 10% mmderverkeer op Leenderweg
010 C4 00
0 100%
015( 00
5 4 OCI,QCIO
i010 C 100% CO OUB CU 100% CO
Onderzoek, communicatie, mondowng, elc
Dsld diverse algemene maatregelen 01 0 CG
Actieprogramma Luchtkwaliteit sn Mobiliteit Promoten invoenng telewerken
Promoten van thuiswerken, minder verkeer cnbekend CU
Ms r stedelijk groen Overleg Emdhoven airport Vc rlichtingscampagns
Schonere lucht schonere voertuigen tialaIQBdlag
100% 100%
cnbekend CO 100% rnbekend P-0 100%
010 Cl 000 060 100%
CO CO
Cl 000,000 4 32,350,000
Mrtre Redkcliedeelrteliiea 3ea minder veraeer Sieere Rica en vermiederiee toevtroeer Leeederwee I 00%
St QK,OQ
C I,OOO,O 0
I QQM
B I OK,QO
vregetslutingsn sn hennrichtingsn spencers runits - VRI-aanpassen - VRI-vernieuwen tvertdosenng Aelstsrwsg sn Lssndsr vsp n M blbshorerde lslpasslng clpslitiais ruiiiits
C-3,5ilo,g 0
166%
S 3 SKPU
E- 4 0, il
IK%
-realisatie HOV-as CS- TC
B3 ,XQ, 0 4 42,400,000
- I arkeerbelad (incl handhevngt
BI,QXI,Q 0
de e cl I e I u s 4 e n
C 4C POO
a 3,0XI,Q 0
I 00%
43 QK,OQ
E-3,500,6 0
I X%
435K,ox
10%
B3 QK,QQ
4 15,400,000
7.4 In 2010 wordt voldaan aan de normen voor fijn stof eni n 2015 aan de normen voor sti kstofdi oxi de
Door de uitvoering van het Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (en het daarin verwerkte Eindhovense Programma Luchtkwaliteit en Mobiliteit) zal in 2010 worden voldaan aan de normen voor fijn stof en in 2015 worden voldaan aan de normen voor stikstofdioxide. 2.7 (Verdeling van de Rij ksmiddelen door de Provincie naar Brabantse steden leidt tot < 70,6 miljoen voor Eindhoven.
Voor het uitvoeren van de betreffende maatregelen is uiteraard geld nodig. Met VROM is de afspraak gemaakt dat elke gemeente met overschrijdingen in het jaar 2006, aanspraak kan maken op een rijksbijdrage (via een cofinancieringsconstructie). Brabantbreed is afgesproken om het grootste gedeelte van de rijksbijdrage (6 25,3 miljoen) volledig toe te kennen aan de zogenaamde planplichtige gemeenten. Eindhoven hoort hier ook bij. Bij de verdeling van de middelen over de planplichtige gemeenten (Breda, Tilburg, ’s-Hertogenbosch, Eindhoven, Valkenswaard-Waalre en Helmond) is een link gelegd met de aard en omvang van de luchtverontreinigingsproblematiek in 2006. De omvang van de
Raadsnummer O8.Rogge.OOX
problematiek is in beeld gebracht met de eerder genoemde saneringstool. Hiermee zijn de knelpuntkilometers in 2006 in de diverse gemeenten in kaart gebracht. In Eindhoven gaat het om 21,156 km wegvakken met een overschrijding voor Stikstofdioxide en 20,697 km wegvakken met een overschrijding voor fijn stof. De belangrijkste knelpunten liggen, zoals ook in eerdere rapportages is geconstateerd, op de John F. Kennedylaan-Oostelijke Ring-Leenderweg/Aalsterweg, de binnenring, de Westtangent en delen van de Westelijke Ring. De Eindhovense knelpuntkilometers vormen 40 ’/p van de totale Brabantse NO,ÃćâĆňâĂİ
kilometers en 24 P/p van de totale Brabantse PMm kilometers. Rekening houdende met deze percentages stelt de provincie in het BSL voor om 6 10,6 miljoen van de NSL-gelden door te sluizen naar de gemeente Eindhoven. Dit bedrag wordt verminderd met het bedrag dat al eerder is toegekend in het kader van de Tijdelijke co-financieringsregeling luchtkwaliteit (C 0,1 miljoen o.a. voor Bevoorradingsprofiel stedelijke distributie, Wagenparkscan en dienstauto’s Stadstoezicht). In onderstaande tabel is de verdeling van het totale BSL-budget
weergegeven. beschikbaar (mi lj oe n 6)
uit 1’ tranche
toe te kennen uit 2’/3’ tranche+
(miljoen 6)
provinciaal budget
10,6
0,1
10,5
’s-Hertogenbosch
0,65
2,35
Breda
0,65
2,35
gemeente
reedstoegekend
(miljoen 6)
Eindhoven Valkenswaard/Waalre
Tilburg Helmond Totaal
5,7
0,5
0,3
4 25,3 miljoen 4 2 2
5,2 1,7
4 23,1
3.2 Een deel van de maatregelen wordt door Rijkswaterstaat en door de Provincie ui tgevoerd.
Het BSL beschrijft niet alleen de maatregelen die de planplichtige gemeenten zullen uitvoeren. In het programma zijn ook de maatregelen beschreven die Rijkswaterstaat uitvoert (hoofdwegennet) en de maatregelen waar de provincie zich op richt (o.a. schoon en aantrekkelijk openbaar vervoer, duurzame en schone brandstoffen). Ook wordt ingegaan op de maatregelen die in regionaal verband zullen worden uitgevoerd en op de aanpak van de veehouderij. Voor het bevorderen van het gebruik van duurzame en schone brandstoffen (biobrandstoffen, aardgas) heeft de provincie een apart budget, dat in het programma Schoon Brabant is gereserveerd voor bijvoorbeeld multifuel-projecten in de 85-gemeenten (ca.C 200.000,ÃćâĆňâĂİ per gemeente).
Raadsnummer O8.Rogge.OOX
Ter inzage gelegde stukken Het Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit, d.d. 8 april 2008. Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
A. Brunninkhuis, secretaris
BE08007221
Provinate hlaard-Brabant
Brabants Samenwetrkingsprogramma Luchtkwaliteit
Meerjarenprogramma 2008 - 2015
ing. E,GA.H, Wetltmara drs. J,G,ht de Zoete
8 a ril 2008
Voerwoord Ken goede luchtkwaliteit is van levensbelang. Daarom heeft de overheid grenzen gesteld aan de concentratie van bepaalde stoffen in de lucht. Altijd met een zekere fasering om op tijd maatregelen te kunnen treffen. Hierdoor is de luchtkwaliteit de afgelopen decennia aanzienlijk verbeterd. Als het echter niet lukt om aan de gestelde grnmwaarden te voldoen is er ecn probleem. In de eerste plaats met het oog op de risico’s voor de gezondheid van de mensen. In de tweede plaats omdat we onze
vele on lingsplannen met meer zomaar allemaal kunnen uitvoeren. Ondanks de inspanningen van de afgelopen jaren is voor fijn stof en voor stikstofdioxide dit probleem nu aan de orde. Weliswaar zijn de jaargemiddcide concentraties in de afgelopen jaren afgenomen. Dat neemt niet weg dat de Europese luchtkwaEteitsnormen voor deze twee stoffen nog in grote delen van onze provincie worden overschreden. Actie is dus nodig. We moeten nu hard asn de slag om doelgericht en resultaatgericht de actnateiten te bundelen. De aanpak van de problematiek is bij uitstek alleen effectief als er gezamenlijk actie wordt ondernotnen door de gezamenlijke overheden, bedrijven en consumenten. Ook samen met het buitenland, want de invloed vanuit de omringende industriele gebieden Antwerpen, Luik en Ruhrgebied is substantieeL Het ministerie van VROM heeft de regie op zich genomen om de samenwerking tussen rijk, provincies en gemeenten te coordineren en onderling af te stemmen. Deze samenwerking is vastgelegd in het nationaal samenwerkingprogramma luchtkwaBteit (NSL). Dit prcqmmma heeft als doei om de luchtkwaliteit zo snel mogelijk aan de Europese normen te laten voldoen. Het NSL wordt door een aantal regionale samenwerkinyyrogramma’s. Noord-Brabant is hM van de regio’s die een dergelijk samenwerkingsprogxamma moet opstellen, Vandaar dit Brabants
Samenwerkingsprogramma Luch teit (BSL). Het rijk heeft een fors pakket van generieke maatregelen m de portefeuille en timmert ook in Europa stevig aan de weg om ook de andere lidstaten te bewegen tot een pro-actieve aanpak. Maar dat is niet voldoende. Ook op regionaal en lokaal niveau zijn stevige maatregelen nodig om alle knelpunten op het gebied van de lucbtkwahteit op te lossen. D r stelt het rijk ook geld beschikbaar. De aanpak in het BSL dat hier voor u ligt, richt zich vooral op maatregelen met betrekking tot het verkeer en de intensieve veehouderij. Deze twee brongroepen leveren de grootste regionale en lokale bijdrage aan de luchtkwaliteit. Mam ook structurele maatregelen in de industrie krijgen er een plek in. Er wordt ingespeeld op de innovatieve kracht van Brabant, Immers door een innovatieve aanpak van de luchtkwaliteitproblematiek, kan Brabant zich ook in economisch opzicht in een sterke positie manoeuvreren. Daarmee kan luchtkwahteit worden omgebogen van een bedreiging naar een kans.
De samenwerking met de gemeenten, de regio’s en de overige stakeholders bij de totstandkoming van
dit BSL mag best uniek worden genoemd. Alle gemeentelijke luch teitsplannen en onze eigen beieidsvoornemens zijn hierin tot een samenhangend en integraal pakket van maatregelen samengebracht binnen een eKciente en si Qz uitvoeringsorganisatie. Kr is een breed draagvlak gecreeerd voor de uitvoering van dit BSI, Ik heb er alle vertrouwen in dat we met dit BSL de luch teitsproblemen in Brabant met vorm, vaart en inhoud aan zullen pakken. Ik wens alle betrokkenen veel inspiratie, creativiteit en
doorzeumgsvermogen om ervoor te zorgen dat de Brabantse levensadem blijvend wordt met schone lucht.
ML MejsrareiProgranuna 2008-2015
Samenvatting In Brabant wordt nu en m de nabije toekomst niet overal voldaan aan de grenswaarden voor luch teit voor fijn stof (PM q) en stikstofdioxide (NOs). Dit wordt veroorzaakt door voornameUjk het verkeer en de intensieve veehouderij. In het kader van de nieuwe Wet luchtkwaliteilseisen wordt momenteei het Nationaal Samenwerkmgsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) voorbereid. In dat NSL werken Rijk, provincies en gemeenten samen aan de verbetering van de luchtkwaliteit. Het NSL
omvat een breed aan generieke, regionale en lokale maatregelen. Brabant stelt hiervoor, net als zes andere regio’ s, een programma op, dat onderdeel uitmaak van het NSL. Het NSL heelt als doel dat tijdig wordt voldaan aan de Europese grenswaarden voor PM>p en stikstofdioxide en dat de bijdrage aan de verslechtering van de luchtkwaliteit door grootschalige projecten wordt gecompenseerd door de te treffen maatregelen die zijn opgenomen in het NSL
In het Brabants Samenwerkingsprogramma Luch teit (BSL) zijn alle maatregelen opgenomen die de Brabantse gemeenten en regio’s zich voornemen ter verbetering van de luchtkwahteit. Deze zijn met name gericht op terugdringing van de luchtverontreiniging door het verkeer en op het aanpakken van de fijnstof-problematiek in de mtensieve veehouderij. Da.unaast wordt met het Brabantse bedrijfsleven verkend welke bijdrage zij kunnen leveren in het terugdringen van de luchtverontreiniging. Tot slot wordt het overleg met aangrenzende buitenlandse regio’s geintensiveerd om tot een afgestemde aanpak van de ].uch teitproblematiek; immers, deze draagt een grensoverschrijdend karakter.
IBhf-projecten In Brabant is een inventarisatie gemaakt van alle ruimteJijke ontwiklcelingen die ’in betekende mate’ (IBM) de luch teit verslechteren. Grosso modo gaat het om grote projecten die op een bepaalde locatie een bijdrage leveren aan de concentratie die groter is dan 3 >o van de grensvraarden. Deze projectenlijst is in het BSL opgenomen. In Brabant zijn l 09 projecten geidentificeerd die aan de IBMcriteria voldoen. De te nemen maatregelen rijn zodanig dat de eKecten van de IBM-projecten worden gecompenseerd.
Oplossen lokale knelpunten vanwege het wegverkeer Met de rekenmodule "saneringstool" is de saneringsopgave voor verkeer op straatniveau in beeld
gebracht op zowei het hoofdwegennet ais het onderliggend wegennet (OWN). In onderstaande tabel is een overzicht weergegeven van het aantal kilometers waar in Brabantse gemeenten overschrijdingen plaatsvinden van de jaarymuddelde grenswaarde voor stikstofdioxide en van de dagnorm voor FM s . Dit wordt aangeduid als "knelpuntkilometers".
Oner aan’ kmgrndlalmseters met de smmitgstool 2.2. 1
Provincie N-Br knelpuntkilometers NO2 2006
20lo 20l5
386,8
knelpun6ilometers
88,7 413,9
62,8 0,5 I,8
5,6 0 0
De resultaten van de tabel laten zien dat de grootste problemen zich voordoen op het hoofdwegennet. Rijkswaterstaat (RWS) is voor het oplossen van deze knelpunten verantwoordelijk. De maatregelen die RWS gaat nemen zijn het plaatsen van schermen langs de A2 en A67 over een lengte van ca. 5,5 km. Ook zal RWS gebruik gaan maken van dynamisch verkeersmanagement langs de A65 en A2. De kosten hiervan bedragen ca. 8 25,5 miljoen en zijn voor rekening van RWS. Daarnaast treden problemen op bij de N69 bij Valkenswaard en Waalre. Dit betreft ook een rijksweg,
RWS heeft aangegeven dat dit alleen kan worden opgelost door het re van een wegomlegging. De kosten hiervoor zijn begroot op 6 140 miljoen. RWS heeft aangegeven deze weg te willen overdragen aan de provincie. In het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport Meerjaren (MIRT) 2009 wordt hiervoor een bedrag vsn 6 70 miljoen gereserveerd aan rijksmiddelen. De overige middelen diene dan door lagere overheden te worden opgebracht. Op het onderliggend wegennet treden de meeste knelpunten op in de volgende gemeenten: Eindhoven, Tilburg, Breda, ’s-Hertogenbosch, Helmond, Waalre en Valkenswaard, Deze groep wordt aangeduid als ’planplichtige’ gemeenten, omdat zij al in een eerder stadium (verphcht) actieplannen moesten opsteUen voor maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit. De maatregelen die bovenstaande gemeenten gaan treffen rijn opgenomen in het BSL Met de financiering van de gemeentelijke actieplannen is een bedrag gemoeid van ca. 8 450 miljoen aan (zekere) maatregelen en mogelijk nog een ca. 6 32 miljoen voor (onzekere) maatregelen waarvoor nog geen Enanciele dekking is geregeld. Het rijk heeR voor Brabant een bedrag beschikbaar gesteld van 6 30,7 miljoen, waarvan 6 25,8 miljoen voor het oplossen van verkeersgerelateerde knelpunten, 8 4,8 miljoen voor algemene maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit en 6 115.000 voor pvocekosten. In totaal wordt E 25,3 miljoen aan rijksmiddelen ingezet voor de planplichtige gemeenten via cofinanciering op basis van 50 /o rijksmiddcien- 504/o gemeentelijk budget.
Overige maatregelen ten aanzien van het verkeer Naast de aanpak van lokale knelpunten worden ook maatregelen getroffen bij andere gemeenten. Dit is nodig om ook op langere termijn een aanvaardbare luchtkwaliteit in onze provincie te kunnen garanderen. Dit aanvullende pakket van maatregelen wordt vastgelegd in regionale
luch teitsplannen die naadloos aansluiten op de regionale meerjarenprog ’s in het kader van de GGA-regio’ s. Daarnaast stimuleert de provincie andere overheden en het bedrijfsleven tot projecten en initiatieven gericht op schoon, stil en zuinig vervoer en innovatie.
Voor het uitvoeren van de regionale luch teitsplannen en overige luch teitsmaatregelen in het kader van innovatie en schoon, stil en zuinig vervoer is een subsidieprogramma opgezet. Dit subsidiepmgramma is vastgelegd in de beleidsregel "Verbeteren Luchtkwaliteit in Brabant". Deze beleidsregel wordt hoofdzakelijk met provinciale middelen gefinancierd en voor een deel met rijksgeld. De regeling is een vervolg op de "Tijdelijke regeling cofinanciering luchtkwahteit", die van oktober 2006 tot en met december 2007 was opengesteld voor alle Brabantse overheden ten behoeve vsn
maatregelen ter verbetering van de luch teit. Het budget voor de nieuwe regeling "Verbeteren Luch teit in Brabant" (provinciaal en rijksgeld) bedraagt 6 8,2 miljoen. Ook hier zal cofinanciering van de aanvragers worden verhnyL De hoogte van de eigen bijdrage is hierbij verschillend en bedraagt maximaal 50’/o. Voor subsidie komen maatregelen in aanmerking die passen in een of meer van de volgende vijf categorieen: stimulering gebruik schone brandstoffen en aanschaf schone voertuigen;
BSL3feej grenprqpamma 2008-2075
Pagina 5 vang
slimmer en efficienter omgaan met mobjTiteit; verbeteren doorstroming verkeer; vermindermg blootsteHing via overdrachtsmaatregelen; communicatie en gedragsbemvloedmg,
* Met betrekking tot veehouderijgerelateerde knelpunten. is de afgelopen jaren veel aandacht besteed aan het in kaart brengen van het aantal overschrijdingen in de landbouw. Uit de meest recente analyses blijkt dat in 2006 circa 2.300 veehouderijbedri]ven in Nederland een overschrijding veroorzaken. Circa de helft hiervan is gelegen in Noord-Brabant. Hoewel de groep in de loop der jaren kleiner wordt door de autonotne daling van de achtergrondconcentraties en door bedrijfsverplaatsingen en ÃćâĆňâĂİ beeindigingen in het kader van de Reconstructie, zal zonder aanvullende
luch teitsmaatregelen in 2011 mogelijk nog sprake zijn van overschrijding bij 537 Brabantse veehouderijbedrijven. Door een aantal onzekerheden zit er een bandbreedte rond dit aantal. Bij de
meest gunstige randvoo en zijn er in 2011 ruim 200 bedrijven met een overschrijding, De saneringsopgave start met deze groep bedrijven. De overige bedrijven worden zonodig ook gesaneerd als uit nader onderzoek (o.a. naar de emissiefactoren) blijkt dat in deze groep ook overschrijdingen voorkomen. De kosten voor het saneren van overschrijdingssituaties bij de intensieve veehouderij in de prioritaire groep bedragen voor heel Nederland circa 6 45 nuljoen. Voor Brabant worden de kosten geraamd op 6 15 miljoen. Uitgangspunt is dat het Rijk de kosten voor de sanering op zich neemt. De provincie stelt subsidie beschikbaar voor gecombmeerde fuchtwamers om nieuwe overschrijdingen te voorkomen.
Rik ul de r ’ ’e z o in erde l chtw ers
waarmee naast Ph/[ s tevens de com on ten oniak ur en t.
Maatregelen door de inctustrie De industrie heeft de afgelopen decennia al veel gernvesteerd in het tentgdringen van de procesemissies, Samen xnet de Brabants-Zeeuwse werkgeversorganisatie BZW worden de
mogelijkheden verkend en draagvlak erd voor aanvullende maatregelen die de Brabantse bedrijven kunnen negenen. Deze richten zich met name op de invloed die de bedrijven hebben op het wegverkeer. Een werkatelier met vertegenwoordigers uit het Brabantse bedrijfsleven moet daarvoor aanknopingspunten gaan leveren.
Jntensivermg van de internationale contacten Luchtverontreiniging is een problematiek met een internationaal karakter. Daarom investeert de provincie in intensivering van de contacten met de aangrenzende buitenlandse regio’ s. Dit moet leiden tot meer afstemming van de aanpak en uitwisseling van kennis en informatie.
Noord-Brabant zal medio 2008 formeel toetreden tot de ’Gemeenschappelijke verklaring inzake de
samenwerking op milieugebied’. Dit betreft een intentieve g tussen de provincies Gelderland, Limburg, Overijssel en Noord-Brabant en de deelstaat Noordrijn-Westfalen, gericht op samenwerldng op het gebied van milieu, klimaat en energie tussen de verschiffende bestuursniveaus en beleidsterreinen. Luchtkwaliteit is een van de onderwerpen van de samenwerking. Noord-Brabant heeft in dat kader een bijdrage geleverd aan een project rond milieu en gezondheid en
een project rond grensoverschrijdende luch teit. In 2008 zal een gezamenlijk project worden opgestart met betrekking tot de beoordeling van de miTieuproblematiek in de intensieve veehouderij.
Ook met Belgie, met het Vlaamse gewest, worden de mogelijkheden verkend voor samenwerking en afstemming op het gebied van luchtkwahteit, bijvoorbeeld de monitoring (meten en modellen) en de uitvoering van maatregelen. Met enkele Vlaamse steden wordt een project uitgevoerd met betrekkmg tot de inzet van "groen" voor de verbetering van de luchtkwaliteit.
Ruimte ere&m voor nieuwe phumen en projecten Het maatregelenpakket in het BSL is zodanig opgezet dat er voldoende ruimte ontstaat voor nieuwe rmntelijke en in&astructurele plannen en projecten, Daartoe is samen met de regio’s en de gemeenten een inventarisatie gemaakt van grootschalige projecten die in betekenende mate bijdrage aan de luchtverontreiniging (de zogenaamde ’IBM-projecten’). De invloed van deze IBM-projecten is meegenomen in de prognoses voor de luchtkwaliteit.
Beooy3e ten met het BSL Met de uitvoering van het BSL leveren de betrokken partije , samen met het Rijk, een belangrijke bijdrage aan het tijdig oplossen van de luchtkwsiiteitproblematiek in Brabant, De regionale en lokale maatregelen zuilen samen met de maatregelen op Europees en nationaal schaalniveau de bestaande luchtknelpunten tijdig binnen de derogatietermijn oplossen. Dat betekent dat de PM p knelpunten
voor 2011 zijn akt en de NO2-knelpunten uiterlijk in 2015 zijn opgelost. De gezamenlijke maatregelen maken het ook mogelijk dat alle nieuwe ruimtelijke ontwikkeling’ in Brabant kunnen doorgaan.
BSLMujrar rogramma 2008-2015
Pqgina/ van 25
tnhOudSOPgg8Ve VOORWOORD eet+eet ee ee eeeeeeeeeee SAI49x22VATFING..
tttet 3
eteeeeeeete tt +ttttttettt toette tttetttt tttttttt e eeete
l.
4
,.8
INLIHDING eee toet e+te eteeteteeet e 10 1.1. AANLEIDING >.2, DOELSTELLINGENVAN HET FROG .
10 10 10
1.2.1. Doe en van het NSL ........
11 11
1,2,2. Doelstellingen van het BSL 1.3. STRATEGIE 1.4. GEBISDSAFBAKENING,
12 ... 12 12 13
1.5. ORGANISEREN VAN REGIONALE SAMENWERKING .. 1,6. INTERNATIONALE AFSTEMMING .
1.7. LESSWgZER.
2. PROJECT”IN BETFXKNKNDE MATE’. 2.1. TOELICHTING. 2.2. PROJ OPGENOMEN IN HET BSL
14 15
3.1. TOELICHTING. . .17 3.2. SANSRINGSOPGAVE VERKSSR. 19
8 AANPAK LUCIITIWAL TKIT VEEKRZiReteeete+t+ ee t+ eete 17
8.2.1 Sanexuxyepgave op het hoofdwegmmet.. , 19
3.2,2 Sanexinyiopgnve op het ondedigymd wegennet ... 20 8.2.3 Extra inzet van maatregelen op het ondexhggend wegennet........ 23
3.3. MAATREGELEN DOOR HET RgK FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD. 3.4. IV!AATREGELBN DOOR RQKSWA AAT.....,.................. FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD,
3.5. KLVaTREGELKN BOORDE PROVINCIE. FoUT! BLADwtJzER NIEr GEDEFINIF ID 3.6. MAATREGELEN T.B.V. ERSGERELATEERDB KNELKmrfEN OWN .....,FOUT! BLAD%IJZER FRET GEDEFINIEIIRD.
8.6.1. Maatxelyden Eiadhovm . , Fout! Bladwijzer niet gedeflnieerd. 8.6.2. maatregelen ValhenowaaxxUWaalxe............., . Fout! Sladwijzer niet gedeflnieerd,
8.6.8. Maatregdm "Q!huxg.. . Fout! Bladwijzer niet gedefinieerde 8.64. ge!en ’s-Hertogenbosch.. . Fout! Sladwijzer niet gedefln!eerxL 8.6.6. Maatregeka He!mond.. .. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
3.7. ANALYSE MAATREGELEN EN KOSTENEFFEGTIVITI?IT âĂđ...... FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEF!IvlEEED.
3,8. AANVULLENDE MAATREGELEN TER VERBETERING VAN DE LUCHTKW ... FOUT! BLAD NIET GEBEHbiIEERD.
gedefinieer. 8.8.2. Maatxegden door het bedxijixlevcu. 3.9 CONCLUSIE SANERINGSOPGAVE ..âĂđ.................,..................
4. AANFAKLUCHTKWALITIZZ VKEHOUDEKg . FOUT! BLADWUZER NKT GEDEFINIEERD.
4.1. TOELICHTING.. FOUT! SLADWIJZER NIET GEDEFINIFZIRD. 4.2. %hu TREGELSN.. FGUT! BLABWIJZER NIET GEDEFUvIEERD, 4.2.1. Raadmorwaanlen en xolltaalcvexdehxxg .....,...........,.....âĂđ... Fout! Bladwijzer niet gedeibx!eerd,
4.2.2. Ainxvuliexlxie m zien door provincie ........................... Foutl Bladwijzer niet gade . 4.3. CONCLUSIE SANERINGSOPGAVK. . FOUT! BLADVfIJZER NIET GEDEFINIEIRDD.
5. GIREER EN ORKQRRATORISCHE UITVOERI!AlVUIEID. FOUT! BLADWJJZER N!ET GEDEFIN!EERD.
5.!. TOELICHTING.,
. FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
5.2. FINANCIEEL KADER.
, FOUT! BLAD NIET GEDEIRHIKRB,
,.... Poet! Bladwijzer niet
ged e6nieerd. 5.2.1. Mi(@ean review ....âĂđâĂđ......,......,.........âĂđ........âĂđ.âĂđâĂđâĂđ..............,
Fout! Blad+ijzer niet gedefinieerd.
3.3. ORGANISATORISCHE KADERS
FOUT! BLAD%LIEER MET GEQERINIEERB.
5.4. )kGNITORING.
FOUT! BLAn NIET GEDEFINIEERD. Fout! Bladsrljzer niet gedefiuieerd.
5A.I. in Brabant..
. FOUT! BLADWI JZER NIET GEDEFINIEERD.
6.i. TOELIGIITING. âĂđâĂđ,.âĂđ . FOUT! BLADVeIZEE NIET GEDEPINIEEnn. 6.2. KADERS VOOR DE APSPRAEEN OMTRFWI’ MAATREGELEN PER PAR1IJ âĂđ,.âĂđ.,FOUT! BLAIIWJJZER NIET
GEIIEHNIEKlU4
6.2.l. Rijhsmmheid., 6.2.2. Provincie 6.2.8 Gemeenbm en regio’s ........., âĂđâĂđ..............âĂđ.........
7. BQLAGEN.................,............... FOUTI BLADWIJZER NIET GEDEFIMEERD. BQLAGE IA. GKILIINTEERDE CRlTE3UA IBM-PROJECTEN......-......FOUT! BLAD%IJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE IB. ISM-PROJECTE2KQSI’ NOORD-B&g49!T (EXCL HWN) .–FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE 2A. SIQg>MNGSOPGAVE VIUU K. HWN CONFORM SAI’IEIUNGSTOOL ....... FOUT! BLADWI JZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE 2.B. RIINIQUNGSOPGAVE VEIUMX, 0%N HWN CONFORM
[email protected]! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE S.A. OVERZICHT MAATREGELEN EN KOSTEN EINDHOVEN FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD,
BQLAGE $.8. OVERZICHT MAATREGELEN EN KOSTEN VALF SWAARD/VfAQ3kX.. FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE 5.C. OVERZICHT MAATREGELEN EN KOSTI 22T TILBURG.....,FOUT! BLADWIJZER NIET
BQLAGE S.D, OVERZICHT MAATREGELEN KN KOSTEN BREDA....,....FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE M. OVERZICHT MAATREGELEN EN KOSTI 2f ’S-HERTOGENBOSCH .......... FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEFINIEERD.
BQLAGE S.P. OVELigCHT hfAATREGELEN EN KOSTEN HELMOND....FOUT! BLADWIJZER NIET G EDEHNIEERD. BQLAGE 4. BRIEF VROM M.B.T. MID TERM REVIEW. FOUT! BLADWIJZER NIET GEDEHMEERD.
BQLAGE 5. OVERZICHT AANTAL NORMOVERSCHQDING DOOR VEEHOUDER/ EN PER
GEICIKI ...............-..........–.............–.... FOUT! BLADWIJZER MET GEDEFINIEERD.
BSL Megj rareipmgramma 2008-2015
Pagina 9 spa ZS
1. Inleiding l.l. Aassleisiissg Een goede luchtkwahteit is van levensbelang. Daarom zijn er op Europees niveau grenzen gesteld aan de concentratie van bepaalde stoffen in de lucht. In de afgelopen jaren is al veel ac6e ondernomen om aau deze normen te voldoen. En voor veel stoffen met succes: aan de normen voor zwaveldioxide, koolstoffnonozide, lood eu benzeen wordt nu voldaan. Voor Gjn stof (PM10) en stikstofdiozide (NO>) zijn ook veej inaatregelen getroffen, onder andere met
behulp van de ISV-middelen die het Rijk voor de verbetering van de luch teit ter beschikking h gesteld. De tot nu toe getroffen maatregelen hebben echter nog niet voldoende resultaat opgeleverd. Hoewel de concentra6es van deze stoffen ook geleidelijk aan afnemen, worden de norinen voor deze stoffen nog op veel plaatsen in Brabant, en andere provincies, overschreden. De belangrijkste bronnen zijn het wegverkeer en de intensieve veehouderij. Een slechte luchtkwahteit in Brabant is niet aanvaardbaar:
met name overschrijdin van de normen voor ffjn stof zorgt voor gcxondhcidsschade met mogelijk vroegtijdig overhjden; het nog niet overal voldoen aan de wettelijke normen levert belemmeringen op voor ruimtelijke en infrastructurele plannen en projecten.
Iedereen heeft er dus bij dat maatregelen worden getroffen die er voor zorgen dat de normoverschrijding zo snel mogehjk orqpdaan wordt gemaakt. Alle maatregelen die de provincie Noord-Brabant en de Brabantse gemeenten en regio’s xich voornemen ter verbetering van de luchtkwaliteit, zijn opgenomen in dit Brabantse Samenwerkmgsprogramma Luchtkwaliteit (BSL). Naast Brabant zijn er iiog zes regio’s die een dergelijk samenwerkiugsprograrmua maken. De verschillende samenwerkingsprogramma’s worden samen met de door het rijk te nemen maatregelen gebundeld tot Mn Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Het NSL en de onderliggende regionale programma’s (RSL’s) bevatten maatregelen op (inter-)na6onaal, regionaal en lokaal niveau, die erop gericht zijn de luch teit te verbeteren. De te treffen maatregelen zullen dusdamg zijn dat grootschalige projecten die "in betekenende mate" (zie hoofdstuk 2) bijdrage aan het verslechteren van de luchtkwaliteit gecompenseerd worden. Daarnaast zorgen de maatregelen ervoor dat huidige
knelpunten worden opgelost en dat tijdig aan de Europese grens en voor fijn stof en stikstofdioxide wordt voldaan. Hiervoor moet nog wel uitstel gevraagd worden aan Brussel. De huidige termijnen zijn zodanig dat Nederland daar, ondanks het grote aantal maatregelen dat reeds getroffen of gepland is, niet op alle locaties aan gaat voldoen (2005 voor PM10 en 2010 voor NO2). Het NSL vormt de onderbouwing voor het vragen van vijf jaar uitstel voor het halen van de norinen.
1.2. Deeisrlellissgess vass het programma De doelstellmgen vau het BSL vormen een afgeleide van de doelstellingen van het NSL Daarom wordt hieronder eerst ingegaan op de doelste%ngm van het NSL en vervolgens op die van het BSL 1 wl. Doe}sselQngen van hek NsL Nederland voldoet op dit moment niet aan de Europese normen voor luchtkwaliteit voor NOs en PM<s. Dat 1.eidt enerzijds tot gezondheidsrisico’s en schade aan natuur en milieu. Anderzijds wordt daardoor de ruimtelijke, economische en infrastructurele ontwikkeling op veel plaatst belemmerd. Het NSL moet daarvoor oplossingen gaan bieden. Het NSL is de kern van de nieuwe Wet luchtkwaliteit die op 15 november 2007 in werking is getreden.
AL Mimj areipngmeea 2008-2015
Pagina 77 san25
De doelstellingen van het NSL zijn als volgt samen te vatten: 1. Het terugdringen van de luchtverontreiniging tot een niveau dat overal in Nederland aan de Europese luchtkwalitdtsnormen voor NO> en PM
moet dat uiterlijk in 2015 het geval zijn. 2, Het creeren van voldoende ’ruimte’ om de belemmeringen voor ruimtelijke en infrastructurele projecten weg te nemen. Dit houdt in dat de negatieve eBecten van deze projecten op de luchtkwaliteit worden gecompensaxd door een minstens zo grote afname van de luchtverontreiniging vanwege generieke rijks- en regionale maatregelen.
Het NSL is een bundeling van aRe gebiedsgerichte programma’s en alle rijksm len om de luch teit te verbeteren. Het NSL bevat aUe maatregelen die de luchtkwaliteit verbeteren en alle
ruimtelijke ontwikkelingen die de luch teit verslechteren. Het Rijk coordineert het nationale programma.. De programma-aanpak sluit aan op de gebiedsgerichte aanpak die VROM gebruikt bij de uitvoering van de Nota Ruimte, de beleidsnota
over de ruimtelijke ontwijding van Nederland. 1W2. Doelssogingen ven hes BSL De nationale doelstdlirqpn gelden, zoals gezegd, ook voor het BSL. Het hoofdaccent ligt in het BSL op het duurzaam wasborgen van de gezondheidsbelangen van de Brabantse bevolking. Daarom wordt in het Brabantse progranuxm geopteerd voor een aanpak die is gericht op structurele verlagmg van de achtergrondniveaus, ook voor de langere termijn.. Het aanpakken van de huidige lokale knelpunten krijgt binnen dme structurele aanpak prioriteit.
1.3. Strategie Binnen het BSL is gekozen voor een 4-sporen aanpak bij het treHen van maatregelen 1. Het oplossen van bestaande verkeersgerelateerde knelpunten in de ’planplichtige’ gemeenten. Dit zijn gemeenten die op grond van de huidige regelgeving en inzichten de verplichting hebben om een luch teitsplan op te steHen. Deze gemeentelijke luchtkwahteitsplannen moeten erin gaan voorzien dat de verwachte lokale knelpunten tijdig worden opgelost 2. Het ook op de langere termijn garanderen van een goede luchtkwahteit via de opsteHing van regiionale luchtkwaiiteitsplannen gericht op terugdringing van de luchtverontreiniging van het wegverkeer. De opstelling van deze plannen komt in nauwe samenwerking met de GGA-regio’s tot stand.
3. Aanpak van de Gjnstofproblematiek in de veehouderij, in nauwe samenwerking met VROM, LNV en de overige ’Reconstructie’-provincies. Deze aanpak wordt gemtegreerd in de Reconstructie van het landelijk gebied. 4. Het versterken van de samenwerking met het Brabantse bedrijhleven en het intensiveren van de contacten met aangrenzende buitenlandse regio’ s. In de samenwerking met het bedrijfsleven trekt de provincie nauw samen op met de Brabants Zeeuwse werkgevers (BZW) en de Brabantse kennisinstituten. In dit spoor wordt ook aandacht geschonken aan innovatie en onderzoek, omdat daaruit nieuwe economische impulsen ontstaan en leemtes in kennis djectief en pro-actief kunnen worden opgevuld.
1.4. Gebiedsafbakening Het BSL omvat het totale grondgebied van de provincie Noord-Brabant. De provincie en de gemeenten. waarbij overschrijdingen van de normen voor PM>s en/of stikstofdioxide zijn
geconstateerd hebben het grootste belang bij deelname aan dit p y amma. Deze gebieds ning biedt het beste perspectief op eau structurele aanpak van de problematiek en op het creeren van voldoende ruimte voor nieuwe ontwikkelingen.
’l.S. Organiseren van regionaie samenwerking Gegeven de gekozen gebiedsafbakcning, zijn in principe alle Brabantse gemeenten bij het opstellen
van dit pro a betrokken. Daarom is een adequate o tic van de regionale samenwerkmg een essentieel onderdeel van dit programma, Om opthnaal ambtelijk draagvlak te creeren is voor de totstandkoming van het BSL een kernteam samengesteld, bestaande uit vertegenwoordigers van de provincie, de 5 grootste Brabantse gemeenten (BrabantStad: Breda, Eindhoven, Helmond, ’s-Hertogenbosch en Tilburg) en de 3 Brabantse miiieudiensten.
Aan het BSL deelnemende partijen zijn:
De Provincie Noord-Brabant AIle Brabantse gemeenten Rijkswaterstaat, directie Noord-Brabant
Ministerie van VROM Ministerie van V8cW
Ministerie van LNV
l.b. International afstemming De luchtkwaiiteitsproblemen in onze provincie kunnen niet alleen met nationale, regionale en lokale maatregelen worden opgelost. Luchtkwaliteit is een internationaal probleem en dat vergt ook een internationaal goed afgestemde en uitgebalanceerde aanpak Het Rijk staat primair aan de lat om de aanpak van de luchtkwaliteitsproblemen goed internationaal af te stemmen. Dat neemt niet weg dat ook de provincie een bijdrage kan leveren aan deze internationale afstemming. Concreet pakt de provincie dit op door de contacten mct de aangrenzende Belgische provincies en met de Duitse deeistaat Noot@rijn-Westfalen te intensiveren.
Koord-Brabant zal medio 2008 formeel toetreden tot de ’Geme ppeiijke verklaring inzake de samenwerking op miheugebied’. Deze overeenkomst tussen Gedeputeerde Staten van Gelderland, Limburg, Noord-Brabant en Overijssel alsmede de regemg van de deeistaat Noordrijn-Westfalen is gericht op samenwerking ten aanzien van de bescherming van het miheu, van klimaat en van energie tussen de versctuiiende bestuursniveaus en beleidsterreinen. Thema’s met betrckkutg tot ale aspecten van de bescherming van het milieu, van klimaat [-bescherming] en van [hcrnieuwbare] energie kunnen in een grensoverschrijdend kader worden behandeld, bijvoorbeeld door de uitwisseling van informatie en ervmmgen (flexibiliteit en hpmnuek). Van bijzonder belang is dat wetenschap, handel en industrie, andere overheden, maatschappelijke organisaties en de bevolking hierbij worden betrokken.
BSL Afrij arenProgramma 2008-20l5
Pagina l8 van 25
Luch teit is een van de onderwerpen van de samenwerking. De provincie heeR in dat verband al op projectbasis een bijdrage aan de samenwerking geleverd via participatie in een project milieu en gezondheid (2G06) en een project grensoverschrijdende luch teit (2006/2007). In 2008 zal een gezamenlijk project met de intensieve veehouderij worden uitgewerkt, gericht op Emissies, immissies; beoordeling en mogelijkheden tot emissiereductie van ammoniak, stikstof en PM s in de intensieve veehouderij. Ook met Be1gie, met het Vlaamse gewest, worden de mogelijkheden verkend voor samenwerking en afstemming op het gebied van luchtkwaliteit, bijvoorbeeld de monitoring (meten en modellen) en de uitvoering van maatregelen. Met enkele Vlaamse steden wordt een project uitgevoerd met betrekkmg tot de inzet van "groen" voor de verbetering van de luchtkwaEteit.
1.7. leeswijzer In het voorjaar 2008 zal het kabinetsstandpunt NSL door het Kabinet worden vastgesteld. In het kabinetsstandpunt wordt uitvoerig aandacht besteed aan de werking van de NSL systematiek, de betrouwbaarheid van het ingezette instrumentarium zoals de saneringstool, de gevolgde procedure en het juridische kader. Ook wordt uitgebreid stilgestaan bij de brongerichte maatregelen van de Europese Unie en de nationale (generieke) maatregelen. Het NSL en de onderHggende Regionale Programma’s zoals het BSL, zijn a&ouderlijk leesbare documenten. Om de leesbaarheid van het BSL te vergroten is ervoor gekozen geen achtergrondinformatie uit het NSL over te nemen. Geinteresseerden kunnen deze informatie vinden in het kabinetsstandpunt NSL, dat als los achtergronddocument bij het BSL wordt gevoegd. Het BSL beperkt zich tot beschrijving van de Brabantse situatie, ambities en maatregelen. Het tweede hoofdstuk van dit programma beschrijft de geplande ruimtelijke en infrastructurele projecten in Brabant die ’in betekende mate’ bijdragen aan de luchtkwahteit. Hoofdstuk 3 beschrijR de aanpak met betrekking tot verkeer en laat zien hoe en wanneer, de knelpunten in de toekomst kunnen worden opgelost door het nemen van maatregelen. In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de aanpak met betrekking tot de intensieve veehouderij. Hoofdstuk 5 beschrijft de Gnanciele en organisatorische aspecten die verbonden zijn aan de uitvoering van het samenwerkingspmgrmmna. Het laatste hoofdstuk beschrijR het aisprakenkader om het BSL goed te kunnen uitvoeren.
Projecten ’in betekenende mate’ Teelichtissg Het NSI pro a bevat alle ruimtelijke onttvikkehngen die ’in betekende mate’ (IBM) de luchtkwaliteit verslechteren. Grosso modo gaat het om grote projecten die op een bepaalde locatie een bijdrage lcvcreu aan dc concentratie die groter is dan Se/e (oftewel 1,2 ftg/ms) van de jaargecuiddelde grenswaatde voor NOs en PMip. Ren nadere toelichting op IBM-projecten is in het NSL opgenomen.
Gp 15 november 2007 is de nieuwe wetgeving voor luchtkwaliteit in werking getredent. Voor die tijd
maakten overschrijdingen van geldende grens en in combinatie met de wijze waarop deze waren gennplementeerd in de nationale wetgeving een voortvarende sanering hn een actieve ontwikkeling van ruimtelijke projecten niet eenvoudig. In het Besluit I uch teit 2005 was sprake van een koppeling tussen individuele ruimtelijke besluiten (zogenoemde "activiteiten") en de grenswaarden voor luchtkwaliteit. Een bouwproject kon, op een plek waar reeds sprake was van een overschrijding van de grenswaarden, aUeen doorgang vinden indien de nega6eve effecten van dat project ook binnen de directe nabijheid van dat project gecompenseerd werden (saldering). Deze "koppeling" ofwel individuele toetsing van besluiten aan grenswaarden leidde in overschrijdingssituaties tot stagnatie in ruimtelijke besluitvorming, maar daarmee kwamen de grenswaarden niet binnen bereik. Deze individuele toets had ook ab nadeel dat ontwikkelaars (gemeenten, bouwers) veel kwetsbare en kostbare projectgebonden onderzoeken, maatregelen en procedures moesten uitvoeren, ook voor de kleinste projecten, hetgeen vanuit een breder perspectief tot suboptimale keuzes en maatregelen kon leiden en daarnaast tot relatief hoge adnunistratieve beten leidde
Zowel om inhoudelijke als pragmatische redene is er gezocht naar een effectievere aanpak op een groter scf.taalmveau die zowd de saneringsopgave als de ontwikkelingsopgave ten goede zou komen. Er was behoefte aan een aanpak waarbij niet de afzonderlijke bouwprojecten een voor e&n worden afgewogen met een inzet van projectgebonden maatregelen om de negatieve effecten projectgewijs te compenseren, maar naar een aanpak waarbij op een groter schaalniveau het totaal aan negatieve effecten van de verzameling van projecten kau worden weggenomen door een totaal aan generieke en waar nodig locatiespect6eke maatregelen om de luchtkwahteit te verbeteren en overal tijdig de grenswaarden te bereiken. Deze effectievere aanpak is gevonden in de programmatische opzet van het
NSL AHe kleine projecten (niet in betekende mate (NIBMJ) worden niet meer direct getoetst aan de luchtnormen en kunnen gewoon doorgaan. De invloed van deze kleine projecten wordt
verdisconteerd in de prognoses ten aanzien van de autonome on Hng van de iuch teit. Voor deze NIBM-projecten is de tniTieuwetgeving dus losgekoppeld van we voor ruimtelijke ordening en verkeer en vervoer. Deze loskoppeling ontslaat de betrokken overheden uiteraatd niet van hun verantwoordelijkheid en zorg voor een goede ruimtelijke ordening van deze kleinere projecten. Men zal dus met andere woorden bij de planontwikkeling van deze kleine projecten rekening moeten houden met eventuele luchtkwaliteiteffecten van deze projecten, net zo goed zoals men dat moet doen ten aanzien van andere leefomgevingsaspecten als geur, geluid en externe veiligheid. Daarnaast komt er in 2008 een aparte Ah4v8 voor gevoelige bestemmingen. Daarbij gaat het om scholen, kindetdagverblijveu, verzorgings- en verpleegtehuizen. Voor deze bestemmingen zullen zones rondom snelwegen en provinciale wegen worden vastgelegd. Binnen deze zones geldt een
4:00 Wet miliettbebeer geehtbwsbtebseisen), Stestsbhd 2407, nrs. 414 ea 434
BSL Meij ar ograrena 2008-2 N 5
Pagina )5 van 25
onderzoeksplicht naar de luch teit, wanneer daar plannen zijn voor nieuwbouw of relevante uitbreiding van gevoelige functies. Op plaatsen waar de grenswaarden overschreden worden, kan de bouw niet doorgaan.. De projecten die in betekende mate bijdragen aan de luch teit (de zogenaamde IBM-projecten) zuHen wel op projectniveau getoetst moeten worden aan de grens en van Hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer, Doordat zij opgenomen zijn in het NSL zal bij de onderbouwing van die projecten echter in belangrijke mate kuimen worden verwezen naar het NSL.
2.L Ps’o n opgenomen In het SSi. Voor het bepalen of een project IBM is, wordt gebruik gemaakt van de getalsmatige uitwerking van de 3’/o norm in de ministeriele regeling ’Niet jn betekenende inate" (NIBM)" Dan gaat het om woningbouwprojecten met meer dan 1500 woningen, in geval van een ontsluitingsweg en 3000 woningen bij 2 ontsluitingswegen. Bij kantoren geldt een grens van 100.000 mz bruto vloeroppervlakte bij een ontsluitmgsweg en 200.000 ms bruto vloeroppervlakte bij twee ontsluitingswegen. Voor bedrijfsterreinen is dit 5 ha of ineer bij een ontsluitingsweg en 10 ha of meer bij twee ontsluitingswegen. Bij kassen geldt een grens van 2 ha of ineer, hierbij is geen onderscheid gemaakt in het aantal ontsluitingswegen. Voor overige categorieen en Wm-plichtige inrichtingen zijn geen standaarddentalen geformuleerd. Aan de hand van op de specifieke projecten toegespitste berekeningen moet worden bepaald of er sprake is van een IBM-project. Individuele,
vergunningplichtige bedrijven met een relevante invloed op de lokale luch teit worden niet aangemerkt als IBM-projecten. Overschrijdingen t.g.v. de bedrijfsvoering van deze bedrijven moeten worden voorkomen via de vergunnnigverlening. Op grond van de criteria uit de regeling MBM heeft de provincie samen met de gemeenten een inventarisatie gemaakt van deze zogenaamde ’IBM-projecten’. Hiervoor is een format ontwikMd die is afgestemd met het ministerie van VROM. Ook RWS heeft haar IBM-projecten geinven rd maar er staan geen projecten in de aangegeven periode op stapel die aan de criteria voldoen. In bijlage l a zijn de gehanteerde criteria opgenomen en in bijlage lb is de overzichtslijst van de IBMprojecten weergegeven. Hierbij wordt opgemerkt dat de lijst van IBM-projecten de stand van zaken van 4 maart 2008 weergee&. De lijst is niet statisch maar d)manisch, aangezien de (programmering van de) ruimtelijke projecten voortdurend in ontvvikkehng zijn. Uit de inventarisatie van IBM-projecten in Brabant blijkt dat er in de periode van 1 maart 2009 tot 1 maart 2014 sprake is van 109 IBM-projecten. In tabel 2.1 is een nadere onderverdeling van de verschiHende typen IBM-projecten weergegeven. 1 abel 2. 1 IBW-prjoahm (stand aan nshst 4 maart 2008)
Type IBM project 1 ontsluitingsweg
2 of meer
n.v.t n.v.t n.v.t
n.v.t n.v.t n.v.t.
n.v.t
n.v.t
Wo bouwlocaties Kantoorlocaties
We meente% rovincie
We n "k Verkeer Combi- ro’ecten Totaal
12
18
Figuur 2.1 geeft een indicatie van de locaties voor de geinventariseerde IBM-projecten op basis van de situatie per 4 maart 2008. De IBM-projecten van RWS zijn in het overzicht niet meegenomen.
Fjguw 2. 1 Situeirg IBM-prjoectea (stand oaa 0 maart 2008)
KarIr I
l rrr
rrrrrrlr
lrtr . II 1 II. raert IIII OKt lrrrr laan yrri * IrrrI m4 rr rrrrr rrrr I rrarrrr IIII, 6ÂńIrrrrlrr * IrrleI rrrr lrr III IIIlarI
kers 1pkny payrtrrrr helser yetka rlm nqkeJ mo larrrkrrrr
BS< Meejneipragrarnma 2008-2015
Pagina V’ saar
3. Aanpak luchtkwaliteit verkeer 3.’l. Toehchtlssg In dit hoofdstuk wordt aangegeven wat de huidige en toekomstige knelpunten luchtkwahteit langs wegen zijn en hoe deze kneLpunten kunnen worden opgelost. Daarnaast is beschreven welke aanvullende maatregelen worden getro8en gericht op terugdringing van de Luchtverontreiniging door het wegverkeer en op welke wijze innovatie en onderzoek wordt gestimuleerd. In het verleden is de situatie met betrekkmg tot luchtkwaliteit in kaart gebracht op basis van de
voormalige wetgeving Besluit Luch tcit. Uit de jaarlijkse rapportages bleek dat ccn aantal gemeenten in Brabant overschrijdingen hadden van bepaalde norm en (PM>s en stikstofdioxide), Op basis hiervan waren zij, de zogenaamde planphchtige gemeenten, verplicht om een actieplan te maken. Hierin gaven zij aan welke maatregelen genomen zouden gaan worden om overschrijdingen t.a.v. deze normen in de toekomst te voorkomen.
De planylichtige gemeenten in Brabant zijn; Eindhoven, Tilburg, Breda, ’s-Hertogenbosch, Helmond, Waalre en Valkenswaaxd. Inmiddels is nieuwe wetgeving van kracht geworden en is in opdracht van VROM een rekenmodule ontwikkeld, de saneringstool. In het overleg tussen het Rijk, de provincies en de gemeenten is afgesproken om de sancringsopgave voor het NSL en de regionale plannen te baseren op deze saneringstooL Als ijkjaren voor de te berekenen saneringsopgave zijn de jaren 2006, 2010, 2015 gutsen. Het ijkjaar 2006 is gekozen om een goede aansluiting op en congruentie met de reeds in gang gezette gemeentelijke en regionale Luch teitsplannen te kunnen waarborgen. De ijkjaren 20 l 0 en 20 15 rijn gekozen vanuit de aanname dat Brussel aan Nederland maximaal 5 jaar uitstel (derogatie) kan verlenen om te voldoen aan de luchtkwahteitsnormen. Dit zou inhouden dat Nederland in 2010 zou moeten voldoen aan de grenswaarden voor FM s en in 2015 voor NQs In de nieuwe KU-richtlijn (die nog van kracht moet worden in 2008) is nu maximaal 5 jaar derogatietermijn opgenomen voor P54>p. Deze termijn gaat in wanneer de nieuwe EU-richtlijn van kracht wordt. De verwachting is dat Nederland in het voorjaar van 2011 zal moeten voldoen aan de grenswaarden voor FM s en in 2015 voor NOs, Bij het ontwikkelen van de rekenmodule (saneringstool) is nog uitgegaan van 2010 zodat de resultaten voor 2010 wordt aangegeven. VROM gaat ervan uit dat het NSL en de daaraan gekoppelde regionale uitvoeringsplannen voldoende overtuigend zijn om de EU te laten instemmen met het derogatieverzoek van Nederland,
De 6guren 3. 1 en 3.2 geven de locaties van de wegen in de provincie Noord-Brabant weer, waar op basis van de saneringstooi de knelpunten voor PM s en NO2 voor het jaar 2006 gesitueerd rijn op het
hoofdwegennet en onderliggend wegermet (OWN).
Figuur 9.1 gihgmrg kng PM>o 2006’
S.2 k@ J<02 2008
BSL hfejmeiPro 2008-2015
Pqgiax I P pan 25
De saneringstool geeft aan dat er nog knelpunten (voor zowel PMÂż in 2010 en NO> in 2015) zijn te verwachten op het OV/N en het HWN in Eindhoven en op het HWN in ’s-Hertogenboscb. In
Waalre/Valkens worden ook overschrijdingen berekend voor NO> in 2015. De meeste overschrijdingen vinden plaats op de N69. Dit betreft een rijksweg waarvoor RWS verantwoorddijk ls.
In paragraaf 3.2 zal nader worden ingegaan op de saneringsopgave en welke uitgangspunten hierbij
worden gehanteerd. P f 3.3 t/m 3.S gaat in op gelen die genomen worden door respectievelijk het Rijk en Rijkswaterstaat, provincie en gemeenten. In parqpaaf 3.9 is de conclusie opgenomen van de saneringsopgave.
3.%. Sanerlnysopgave verkeer Overeenkomstig de gemaakte afspraken tussen het Rijk. en de 7 NSI regio’s is de saneringsopgave bepaald met de sanerm@tool versie 2.2.1. De input voor de berekeningen is in nauwe samenwerking met de gemeenten tot stand gekomen. In het kernteam BSL is consensus over de resultaten bereikt. De rekenresultaten >net deze tooi geven voor elke gemeente inzicht in de overschrijdingen van de grenswaarden voor PM p eli stikstofdioxlde in de jaren 2006, 2G 1 G en 2015 op zowel hct OWN als het HWN.
$.2.’l Saneriotisopgave op het hooMwegennet De saneringsopgave voor de rijkswegen wordt gevormd door locaties waar na toepassing van het Europese en het landelijke maatregelenpakket nog oversclmjdingen zijn van de grenswaarden voor NO2 in 2015 of voor PMio in 2010/20 l 1. In Brabant bevinden zich de knelpunten langs de rijkswegen; A2, A65 en A67. Bij de A2/A67 vinden de overschrijdingen plaats in de gemeente Eindhoven en bij de A2/A65 in ’s-Hertogenbosch.
De N69 bij Vervaard/ Waabe: een specifieke Nabij de N69 doen zich in de kom van Valkenswaard en Waalre luchtkwaliteitsknelpunten voor die onderdeel maken van de saneringsopgave. De N69 is op dit moment nog een rijksweg. De N69 betreft een specifieke situatie. Het odel dat RWS hier toepast (het VLW-model dat standaatd gebruikt wordt voor het is voor deze situatie niet geschikt in verband met de aanwezigheid van dichte bebouwing aan weerszijden van de weg. Voor de N69 dient een ander rekenmodel te worden toegepast (GAR-model voor OVlN}. RVl8 heeft aangegeven dat zij hiermee akkoord zijn. De rekenresultaten voor de N69 voor Valkenswaard (en Waalre) zijn in de saneringstool dan ook terug te vinden onder het OWN i.p.v. het HWN De oversctuijding op het HWN in Valkeusw aard is aangeduid als Luikerweg en bedraagt 0,106 km in 2015 voor NO2. In tabel 3. 1 zijn de resultaten van de berekeningen samengevat. De volledige resultaten voor het HWN in de jaren 2006, 2010 en 2015 berekend met de saneringstool versie 2.2.1 zijn in bijlage 2a opgenomen. In bijlage 2a is voor Valkenswaard geen overschrijding aangegeven voor N02; in bijlage 2b wordt op het OWN 0,254 km aangegeven bij NO2 (2015) a,g,v. doorrekenen met het GAR-model. Hiervan is 0,106 km toe te rekenen aan het HWN (N69).
Pagiea 2l oan2$
? jgbel S. j sopgave HWV Wegnr
Gemeente
A65
’s-Hertogenbosch
0 041
A2 Eindhoven Valkenswaard
0,014 0,843 0 927 1 825
+ gecorrigeerde cijfers i.v,m. het HWN-deel
*2D Snnerlnyso pycwe op het onderQggend wegennet
De saneringsopgave voor het OWN wordt gevormd door locaties waar na toepassing van het Europese en het landelijke maatregelenpakket nog overschrijdingen zijn van de grenswaarden voor NOs in 2015 of voor PM
Na een nadere beschouwing van de knelpunten in Emdhoven is gebleken dat voor de Tilb eg per abuis met 40% stagnatie is gerekend in de saneringstool. Dit zou 0% moeten zijn. Bij de Keizersgracht geldt dat een wegvak waar alleen bussen rijden, ook met ander verkeer is gerekend in de saneringstool waardoor de berekende concentraties op zowel dat wegvak ais het wegvak ernaast te hoog zijn. Deze onvolkomenheden zijn niet amenderingsperiode aangemeld en de oorspronkelijke cijfers uit de saneringstool zijn aangehouden. Figuur 3.3 toont een grafische weergave van de locaties van de knelpunten PM p in 2010 voor Eindhoven.
In figuren 3.4 en 3.5 worden locaties van de knelpunten NOs in 2015 grafisch wee en voor respectievdijk Eindhoveri en Valkenswaard. Tabel 3.2 Sanenngsopguoe ONV voer PM s ia 2010
Straat/Gemeente
LEKNDERWKG INDHO VEN stadsontsluitin 2xl MAURITSSTRAAT EINDHOVEN stadsontsluitin we 2xl KEIZERSGRACHT EINDHOVEN wi kontslui ’
0 141 0 125
0,108
MAURITSSTRAAT EINDHOVEN stadsontslui e 2xl
0 86
Totaal Eindhoven
0,460
Figuur 9.9 Si ksefpuatoa PM t o E 2010
7abd 9.9 sopgmur OWY iioor JV02 in 2015 we
TILBURGSEWEG INDHOVEN stadsontsluitin we 2x2
0 229
LEENDERWEG EINDHOVEN stadsontsltn ’ e 2xl
0 141
MAURITSSTRAAT EINDHOVEN stadsontsltntin 2xl
0,125 0,108 0 054 0 086 0,743 0 148
KEIZERSGRACHT EINDHOVEN wi’kontsluitin we
VKSTDI K INDHOVEN wi’kontslui we MAURITSSTRAAT EINDHOVEN stadsontslnitin 2xl Totaal Eindhoven DOMMELSEWEG VALKENSWAARD wl kontsluitin Totaal
BAL hfej rareiprogramma 2008-2015
0 891
Pagina 23 oait25
Figuur 9. 4 S &n J@02 Eim&uen 2015
9.5 Si knelpuntn JY02 Val4eswnard 2015
De volledige resultaten voor de jaren 2006, 2010 en 2015 berekend met de saneringstool versie 2.2. 1 zijn in bijlage 2b opgenomen. In bijlage 2b is vermeld dat de totale saneringsopgave op het OWN voor NO> 0,997 hn bedraagt.
Hierin is echter 0,254 hn vanwege knelpunten m Valkens opgenomen. Feitelijk is hiervan 0,148 km toe te rekenen aan het OWN (Dommelseweg). De rest betreR overschrijdingen op de N69.
De sanexingsopgave bedraagt voor Eindhoven 0,460 km voor PM o en 0,749 km voor NOs. Voor Valkenswaard bedrat dit 0, 148 km voor NOq. 8.2> Extra inzet van enanlreyelen op het onderliggend wegennet hl Brabant is gekozen tot verdergaande maatregelen dan de berekende saneringsopgave. Met VROM is de afspraak genaakt dat elke gemeente die overschrijdingen heeft in het jaar 2006, berekend met de saneringstool versie 2.2.1, in principe aanspraak kan aken op een rijksbijdrage (via een co6nancieringsconstructie) voor lokale maatregelen. In tabel 3.4 is een overzicht opgenomen van alle gemeenten met overschrijdingen van de grens rden PM>p en NO> in 2006. Tabd 9. 0 Over At gemeentea eet evers’ jidirgen op het ONV’ia 200o
voor Pioen JUO2
BEL Mejarenprogramma 2008-2015
s gecorrigeerde cijfers i.v.m. het HWNAeel Het grootste deel van de overschrijdingskilometers is terug te vinden bij gemeenten die reeds op basis
van het Besluit Luch teit 2005 (BLK) een actieplan hebben opgesteld (de zogenaamde planplichtige gemeenten). Het betreft de gemeenten Eindhoven, Tilburg, ’s-Hertogenbosch, Breda, Helmond, Valkenswaard en Waalre. Van deze gemeenten is in de figuren 3,6 t/m S. l 2 een grafische weergave opgenomen van de locaties van de overschrijdingen in 2006 van PM>s en NO2. Figggr 3. 6 Situmrrg kndpunam PM(s en P(02 2006 in Eindhoven
E S,7 S kr aatsa PM(o en JVO2 2006in 2aVerg
BEL kfeejar rqpamma 2008-2015
8 27 vang
Figuur 9.8 bgdpurden PM p en JV02 2006in ’s-Hegygxbasek
Figuur 3.9 Sieuenng knelpunfei PM>p en JYO2 2006 in Breda
Figuur 3.10 S km PM
Fleur 9. I 1 Sihayirg kndpggten PM)p en %62 2006 in VaL4nmmwd
Fiymr 3’. l2 Sifemg kee tss PM)p sa JY02 2006’ia Waahv
3.3. Mssatregeless sloer het Ri)k Het Rijk heeft iu totaal ruim g 1,2 miljard beschikbaar gesteld voor de aanpak van de luchtkwaliteitsproblematiek. De middelen zijn verdeeld over:
Innovatief onderzoeksspoor (6 30 miljoen) voor onderzoek snelwegen en luchtwassystemen in de intensieve veehouderij; Generieke maatregelen (6 524 miljoen) voor roet61ters, stimuleringsmaatregelen intameve
veehouderij en subsidieregeling voor binnen %epen met een lage NOx-uitstoot; Locatie specifieke maatregelen door gemeenten (6 372 miljoen) voor loMe maatregelen in het kader van het NSL; Maatregelen rondom het boofdwegennet (6 300 miljoen) voor maatregelen die Rijke vaterstaat dient te nemen.
Het Rijk is verantwoordelijk voor het behalen van de effecten van het in het NSL opgenomen nationale maatregelenpakket. Indien de resultaten tegenvallen, zal het Rijk andere of aanvurende maatregelen moeten treffen. De Europese Conunissie is op haar beurt verantwoordelijk voor het internationale maatregeienpakket. Indien deze resultaten tegenvallen zijn alle partijen
verantwoordelijk voor het realiseren van deze eBecten en wordt gezamenlijk gekeken naar mogelijke alternatieven en financiering,
Voor de uitgebreide beschrijving van de maatregelen door het Rijk wordt verwezen naar het NSI (paragraaf 6. 3),
3A. hhaatregelen door Riiitswaterstaat De rekemesultaten volgens de santzingstool geven aan dat er knelpunten optreden op het HWN van Noord-Brabant bij de randwegen A2 Den Bosch en A2/A67 Eindhoven. Genoemde trajecten zijn op dit motnent in ombouw, Beide randwegen worden omgebouwd van 2x3 naar 4x2 rijstroken. Allereerst is gekeken of snelheidsbeperking op deze trajecten de knelpunten oplost, Dit blijkt niet het geval te zijn.
Voor de oplossing van knelpunten aan randweg Eindhoven zijn volgens RWS, langs aanzienlijke trajectdelen, schermen. noodzakeEjk. Indien cen combinatie wordt toegepast van snelheidsbeperking en schermen zou de snelheidsbeperking vanwege de continulteit over de volledige lengte van de randwcg moeten worden toegepast, hetgeen gezien vanuit de knelpuntlocaties overbodig is. Daarnaast bestaat de randweg uit een 4x2 rijbanensysteem waarbij de middelste 2 rijbanen (hoofdrijbanen) voor doorgaand verkeer zijn bestemd, met een bijpassende snelheid van l 20 km/u, en de buitenste rijbanen (parallelbanen) voor lokaal verkeer zijn bestemd, met een bijpassende snelheid van 80 km/u. Vanuit dit oogpunt is het niet wenselijk langs de randwcg een snelheidsbeperking toe te passen. Geopteerd wordt daarom voor schermen ter plaatse van alle knelpuntlocaties. De schermen die als alternatief voor de snelheidsmaatregelen moeten dienen zijn schermen van 4 meter, Bij het knelpunt aan randweg Den Bosch ter plaatse van knooppunt Vught ksn de DVM (Dynamisch Verkeers ement) maatregel de overschrijding ongedaan maken. Portalen zijn. over dit traject aanwezig. De kosten kunnen daarom beperkt bfijven, In tabel 3,5 worden de maatregelen beschreven die RWS zal uitvoeren om de knelpunten op te lossen. Tabel 3.5 7 e tePe raoearegehm door R f+’S op het HWJV
A65 A2 A2 A67 A67 A67 A67 A67 A2 A2
A2 A2
Den Bosch HR Den Bosch HR Eindhoven HR Eindhoven VBD Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR Eindhoven HR
DVivi DVIvI
Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter Scherm 4 meter
14 41 291 639
25 895 768
0% 2011 0% 2011 6% 2015
9% 2015 15% 2011 14% 2011 9% 2011 11% 2011 10% 2015 17% 2015
2% 2015 8% 2015 11% 2011 15% 2011 11% 2015
000 0,01 2,91
046 208 011 160 3,50
075 1,02 379 0,05
381
De maatregelen die RWS gaat nemen zijn het plaatsen van schermen langs de A2 en A67 over een lengte van ca. 5586 m en dynamisch vcrkeersmanagement (DVM) langs de A65 en A2. De kosten hiervan bedragen ca 6 25,49 miljoen en zijn voor rekening van RWS. Over de berekende effectiviteit van de schermen vindt nog nader overleg plaats tussen VROM, RIVM en RWS. In dit overleg kunnen de metingen van de provincie langs de A2 nabij 3oztel mogelijk ook nog een rol spelen. De provincie gaat ervan uit dat de conclusies naar aanleiding van het overleg zullen worden betrokken in de uiteindehjke besluitvorming over aard en omvang van de door RWS te treffen maatregelen. De provincie zal daar ook bij RWS op aandringen. In de fig. 3. I t/m 3. 3 zijn gr’ che weergave opgenomen van de locaties met de maatregelen.
S.l Wos A28atcubrp
Figuur 3.2 Knooppunt A2 De Hogt
Daarnaast treden problemen op bij de N69 bij Valkenswaard (en Waalre). Dit betreft ook een rijksweg. RWS heeft aangegeven dat dit alleen kan worden opgelost door het realiseren van een wegomlegging. De kosten hiervoor zijn begroot op C 140 miljoen. RWS hedt aangegeven deze weg te willen overdragen aan de provincie. In. het MIRT 2009 wordt hiervoor een bedrag van 6 70 miljoen gereserveerd aau rijksmiddelen. De ovenge middelen dienen dan door lagere overheden te worden opgebracht. Vanwege de samenhang met de overschrijdingen op het OWN, is deze maatregel ook beschreven in het maatregelpakket van Waalre/Valkeuswaard.
8.$. Maafregelen door cie provincie In aanvulling op het pakket van rijksmaatregelen zet de provincie vooral in op acties en maatregelen die moeten leiden tot schonere voertuigen, schonere brandstoffen en alternatieve, schonere vervoersmodaliteiten. De provinciale luchtkwaliteitsmaatregelen met betrekking tot het verkeer worden zoveel mogelijk gemtegreerd in de uitvoeringsprograrnma’s voor schoon, zuinig, stil en duurzaam vervoer, het mobiliteitsbeleid en de uitwerking van de netwerkanalyse voor BrabantStad. Omdat veel maatregelen om een lokale uitwerking en implementatie vragen, wordt intensief samengewerkt met de regio’ s, gemeenten en het bedrijfsleven. Op hoofdlijnen richt de aanpak van de provincie zich op de volgende sporen:
De provincie wil een forse bijdrage leveren aan het voorkomen en beperken van de negatieve elfecten van de mobiliteit door een brongerichte aanpak: schoon, zumig en duurzaam vervoer. Hierbij zullen schone en zuinige voertuigen en nieuwe voertuigtechrueken worden ingezet met schone en duurzame alternatieven voor de huidige fossiele transportbrandstoffen (bioethanol, biodiesel en (vloeibaar) aardgas/biogas). Op termijn komt daar duurzaam geproduceerd waterstof bij. Dit zal gedag worden in combinatie met het optimaliseren van de vervoersmodaliteiten. Daarbij zal de gehele keten in beschouwing worden genomen: van de teelt en grondstof, via productie en distributie tot en met het gebruik. De provincie zet dus bewmt in op biobrandstolfen die duurzaam zijn geproduceerd uit organische rest- en afvaistromen. Daarbij zal de provincie bedrijven in NoordBrabant faciliteren die hierbij het voortouw nemen. Het beoogde effect is een aanzienlijke verlaging
van de uitstoot van voornamelijk COs, NO, en PM>s. Het gebruik van fossiele brandstoffen moet afnemen en tegelijker6jd moet het aandeel bio-transportbrandsto8en toenemen.
In 2009 moeten op twaalf locaties in Noord-Brabant schone en duurzame transportbrandsto8en kunnen worden afgenomen en vijftig bedrijven en overheden moeten 25 /e van het eigen wagenpark. hebben vervagen door schoon, zuinig, stil en duurzaam vervoer en de intentie dit de komende jaren
volledig te ve en. Ingezet wordt op twee met elkaar verbonden en elke’ versterkende sporen: Spoor 1: De verkrijgbaarheid vergroten(de aanbodzijde). Realisatie van een Brabant dekkend netwerk van multi-fuelstations; openbare vulpunten waar bioethanol en biodiesel en aardgas/biogas kunnen worden getankt, Dit netwerk is onderdeel van een landelijk dekkend netwerk. Spoor 2: De vraag naar schone en duurzame brandstoHen sterk uitbreiden (de jde). Bevorderen aaructud’schoon, ruinig en duurzaam vervoer door bedrijven en overheden. Elk spoor wordt gedetaiHeerd uitgewerkt in deeiprojecten. Via een marktgerichte aanpak wordt ingespeeld op de ontwikkelingen en de behoefte van de markt, de bedrijven en (indirect) de consumenten. De provincie zal hierbij een faciliterende rol spelen bij initiatieven met zowel capaciteit, deskundigheid en Gnanciele middelen.
. De overschakeling van oudere en vervuilende voertuigen op schone, stille en zuinige auto’s wordt bevorderd door samen met leasemaatschappijen, de grote wagenparkbeheerders cn gemeenten het eigen wagenpark kritisch te beschouwen en een actieplan op te stellen voor zowel de bestaande voertuigen als de vervanging. De provincie geeft uitvoering aan haar voorbeeldfunctie door het eigen
wagenpark te vernieuwen met schone, stille en zuinige geu. Dat doet zij samen met de wagenparkbeheerder, de gebruikers en de lijn van duurzaam inkopen Initiatieven die erop zijn gericht om oudere en meer vervuilende voertuigen versneld in te ruilen voor voertuigen die aan de strergste milieu-eisen voldoen, worden ondersteund en gestimuleerd. ca en eckkd "k o nbaar v Bij de concessieverlening voor het openbaar vervoer is nadrukkelijk reketnng gehouden met extra milieu-eisen. Vanaf 1 januari 2008 voldoen de stads- en. streekbussen aan de zogenaamde (EEV) norm; dat is op dit moment de strengste uitworpnorm voor motorvoertuigen.. Naast de uitworpbeperkende maatregelen voor de stads- en streekbussen zoekt de provincie in de Visie
Openbaar Vervoer nachrukkelijk naar mogelijkheden om het openbaar vervoer aan jker te maken ten opzichte van de auto. Dat betekent hoge sequenties, toegankelijke en comfortabele
bushaltes, aantrekkelijk rijdend materieel en con nde tarieven voor verschillende doelgroepen. In het kader van OV-netwerk BrabantStad wordt met de grote steden gewerkt aan een stapsgewijze verhoging van de kequenties op de verbindingen tussen de vijf grote steden in Brabant. Die steden werken aan de ontwikkeling van de centrale stadstations tot nieuwe centra voor wonen, werken en recreeren. Ook op stadsranden ontwikkelen we aantrekkelijke overstappunten (transferia) waar men wisselt van ver roerwijze en waar de reiziger zich op zijn gemak voelt. Samen met gemeenten wordt
geinvesteerd in HOV, hoogw busvervoer voor verplaatsingen in de stedelijke agglomeraties. Via de lijn van Duurzaam Inkopen wordt bevorderd dat bij het gunnen van opdrachten en het verlenen van concessies met betrekking tot personen- en goederenvervoer, de inzet van schone EEV betekent Enhsnced Euviromueutally Meudly Vehicle. Oe ERV norm ligt tussen Euro V ea Euro VL Het wordt gebruikt in de classificatie vsa Europese emissiestsudaardeu.
voertuigen aantrekkelijk wordt gemaakt dan wel afgedwongen. In dat verband moet worden gedacht aan het afgeven van concessies aan taxibedrijven, ambulancediensten en dergelijke.
Werkm aan ee sdioae br Kr is inmiddels een aantal activiteiten in gang gezet, gericht op het stimuleren van duurzame en schone brandsto6en. Daarbij wordt vanuit het BSL vooral ingezet op aardgas en biogas, omdat dit voor de korte termijn de grootste winst oplevert vanuit een oogpunt van luchtkva6teit. Samen met een aantal gemeenten wordt gewerkt aan de realisatie van een netwerk van duurzame en schone brandstnfen (’multi-fuel-stations’). Aardgasvulpunten in Noord-Brabant zijn daar onderdeel van. Hiervoor is een subsidieregeling gemaakt.
Verder is in kaart gebracht waar kansen liggen voor het stimuleren van de productie en het gebruik van biobrandstofien en de rol van de provincie daarm. Op basis daarvan wordt op dit moment met actoren in de biobrandstof-keten gewerkt aan de opstelling van een strategisch plan waarin kansrijke projecten worden benoemd. Deze aanpak is tevens bedoeld als bijdrage aan de Kuropese opgave om per emd 2010 het totale motorbrandstofpakket voor 5.75 o/e te laten voorzien door biobrandstofien. Sommige biobrandsto6en scoren vanuit een oogpunt van stikstofdioxide minder goed. Daarmee wordt zoveel mogchjk rekening gehouden bij het formuleren, uitvoeren cn ondersteunen van projecten.
Reductie oolgme omnauto- ea vrachtuerker
Om de groei in het personenautoverkeer beheersbaar te houden, wordt de ove naar milieuvriendelijker vervoersmodaliteiten zoveel mogelijk bevorderd. Dat gebeurt door in te zetten op:
vervoermanagement bij bedrijven; bevorderen Getsverkeer en verbetering van de kwaEteit van 6etsvoorzienmyen; transferbevordering (instellen PAR-locaties, transferia). Ook ten aanzien van het vrachtverkeer wordt gestreefd naar een betere’beheersing van het vervoer over de weg via: stedelijke distributie in samenhang met rnilieuzonering (zie ook hieronder bij de gemeentelijke en regionale maatregelen); bevorderen van milieuvriendelijk vrachtverkeer tussen steden en bedrijveuterreinen; stimuleren van vervoersmanagementprojecten op bedrijfsternmu& u.
3.b. Maatregelen t.b.v. verkeersgerelateersle knellsunten OWN VROM heeft als randvoorwaarde voor het beschikbaar steilen van de 2’ en 3’ tranche van het NSI budget de randvoorwaarde tneegegeven dat deze middelen alleen mogen worden ingezet voor het saneren van lokale knelpunten die zich manifesteren in de ijkjaren 2006, 2010 en 2015. De oplossing van deze lokale knelpunten langs het OWN moet zijn beslag krijgen via de uitvoering van de luchtkwahtcitsplannen die door de planplichtige gemeenten zijn opgesteld. De in het BSL opgenomen maatregelpakketten gaan over het algemeen verder dan de vastgestelde luch teitsplannen. De Colleges van BkW van de betrokken gemeenten. zijn verzocht om in te stemmen met de opname van de (uitgebreidere) maatregelpakketten voor hun gemeente in het BSL
Ter onderbouwing van de verdeling van het NSI budget is aan adviesbureau Tauw bv. opdracht verstrekt tot het inzichtelijk maken van de milieu- en kosteneQectiviteit van de luch teitsplannen van de planplichtige gemeenten. Tauw heek per gemeente de voorgestelde maatregelen doorgerckend
met de saneringstool. Daarnaast is nagegaan of met de maatregelenpakketten de knelpunten voor Eindhoven en Valkenswaard/Waalre voor 2010 (6jn stof) en 2015 (NO2) worden opgelost, en de bijna knelpunten voor de overige planplichtige gemeenten. Tot slot had de opdracht tot doel,
voorstellen te doen voor eventuele aanvuRende maatregelen voor het oplossen van de (hardn ) resterende knelpunten, Onderstaand zijn de resultaten weergegeven van de inventarisatie bij de planplichtige gemeenten m.b.t. maatregelen en kosten. De resultaten zijn overgenomen uit het eindrapport van Tauw en zijn verwerkt in een format die door VROM is aangeleverd ten behoeve van het opstellen van het BSL en NSL.
Uit het rapport van Tauw blijkt dat niet voor elke maatregel afzonderlijk een reductie van PM10 of NO2 kan worden berekend. Vaak betreft het hier maatregelen, die in combinatie met andere maatregelen leiden tot een reductie van het aantal vervoersbewegirqpn. Het samenstel aan maatregelen heeft hierdoor wel degelijk een (vaak aanzienlijk) positief effect op de luch teit. Daarnaast trefFen diverse gemeenten infrastructurele maatregelen die ab IBM-project zijn ingevoerd in de saneringstool. Deze maatregelen leiden op zwaarbelaste locaties tot reductie van het aantal
rsbewegingen en daarmee tot afname van de PMI 0 en/of NO2-concentraties. Deze infrastructurele maatregelen staan echter nooit op zichzelf en maken onderdeel uit van een breder pakket aan maatregelen. Deze aanvuRende maatregelen zijn opgenomen in de maatregelpakketten van de planplichtige gemeenten, Bij deze maatregelen is evenmin een reductie van PM10/NO2 weergegeven, aangezien de positieve effecten al zijn meegenomen bij het invoeren van het bijbehorende IBM-project in de sanexingstooL Uitvoering van deze maatregelen is noodzakehjk om de in de saneringstool gehanteerde vervoersprognoses te kunnen realiseren.
CARD’I. htaotrogelon Eindhoven
oelichting. uitkomsten Saneringstool versie 2.2.1 (29 februari) dit maatregelenpakket heeft betrekking op het OWN zichtjaar 2015 (NO2), derogatie is uitgangspunt
kaardr ald 6 ar 3.4
elpunten
oogste)
rschrij ding
orm N02 n 2015 1. Leenderwe . Mauritsstraat
00
chone bussen -0 8 minder verkeer -1 7
5,9
9, Keizersgracht
10,2
chone bussen (-0,4), minder verkeer (-6,8), ect milieuzone -1,1 hone bussen (-5,5), minder verkeer (-5,6),
03
ect miheuzone -1,0 chone bussen -0,4
. Vestdijk
0,1
elpunt pgelost in 2015.
aatregrlen die op een concreet knelpunt grijpen, met eventueel tussen haakjes per aatregel een indicatie van het effect ter lekke
chone bussen (-2,3), ininder verkeer (-4,5), ect milieuzone -1,1 drgfa 00 j
Typering van de maatregelen (zekere en onzekere), in de categorieen generiek (G), verkeer (V) en overdracht (0) Beoogd effect van de maatregel ter hoogte van een maatgevend knelpunt bandbreedte voor NO2 en PMio Datum realisatie beoogd effect Op welke knelpunten hebben deze maatregelen betrekking (alle, binnen milieuzone, specifiek)? Is er directe samenhang met de realisatie van een project In Betekende Mate?
Is er sam met maatregelen die voor rekeiung komen van het rijk of de provincie? Wat zijn de totale kosten van alle maatregelen en welke zijn toe te rekenen aan
luc atum ealisatie
werking Alg BM
2009 2007 2009 2015 2010 2010 2008 2010
nee nee
Totale Kosten Kosten BSI. (6 min)
(6’ min)
0 00 1,0
0 00’
10
10 10
0 15 4,0
0,15 4,0
0 00’ 0,00’
0,00’ 0 00’
30,0
4,5
0,7-3,2
2
2010
2010
nee nce nee
4
10
2010
2010
’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL maar zijn de kosten via andere 6nancieringsbronnen gegenereerd. > Ditkan inhouden: - er is geen knelpunt vastgesteld waarop de maatregel effect kan hebben - de saneringstool berekent geen reductie - is opgenomen als als IBM-project (zie bijlage 3 van het BSL) s maatregel lost geen knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal of beeR een generiek effect maatregel heeR geen direct effect op het knelpunt maar samenstel van maatregelen leidt tot reductie van verkeersmobiTiteit,etc.
oelichting van de aard van de resterende zeer hardnekkige knelpunten . Na uitvoering van de ovenstaande maatregelen resteren de onderstaande knelpunten. Deze zeer hardnekkige knelpunten urmen niet zonder disproportionele maatregelen binnen uitsluitend de gemeentelijke bevoegdheid orden opgelost. De gemeente stelt daarom voor om de oplossing van deze knelpunten gezamenlijk te Resteert PM)p, 2010
Resteert
T ermg zeer
NO2, 2015
Hardnekkig knelpunt
oelichting: Alleen de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luch teitsverbetering worden opgenomen in het NSL/BSL. Voor infrastructurele projecten geldt dat de kosten tot een maximum van 20%
van de be te ro’ectkosten mo n worden o evoerd voor luch teitsverbeterin via het
eef de totaalkmten aan van alle maatregelen voor luchtkwaliteitsverbetering, inclusief de ekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregden.
f de to en aan die via het BSL worden opgevoerd ef aan hoeveel de meente aan bi dra e SL-bu et kri’ o basis van de verdeelsleutel per maatregel : zie overzicht maatregelenpakket
kosten maatregelenpakket (zekere maatregelen} 6 127,55 min kosten in aanmerking komend voor co-fmanciering BSL: 6 32,35 min
dekking; aa!. BSL-kosten
32,35 min
financiering BSL-budget: 6 erige rijksbijdragen: financiering gemeente
10,60 min op basis van de verdeelsleutel+
0,00 min 16,20 min (50 % co-financiering gemeente) 555 min tnancierin derden: eMeutel BSL: bijdrage uit het NSI budget 2’ en 3’ tranche veld met de bijdrage uit de l ’ tranche via de Ti’deli’ke re Hn co-financierin Luchtkwahteit’.
Gemeente Eindhoven heeR - baar uitsnede uit - de landelijke saneringsopgave als vertrekpunt genomen voor het opstellen van dit maatregelenpakket dat via het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaiiteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL); Gemeente Eindhoven heeR de invloed van de autonome groei en van projecten IBM in de periode 2005-20 l 5 op de verkeersinteusiteit en -samensteUing en andere invoergegevens van de saneringstool bij het opsteHen van het maatregelenpakket betrokken; Maatregelen die gemeente Eindhoven met ingang van 1 januari 2005 heeft getrofFen of zal gaan tre6en en die al zijn verwerkt in de saneringstool in dit overzicht; Gemeente Eindhoven is zich bewust van het feit dat opname van bovenstaande maatregelen in het NSL een uitvoeringspEcht met zich mee brengt voor de voorgestdde maatregelen en het gemotiveerde verwachte eifect. Indien de maatregel niet kan worden gerealiseerd is de gemeente ais eerste gehouden een alternatieve maatregel te tre8en.
In bijlage 3a treft u een uitgebereid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente Eindhoven op basis van het rapport van adviesbureau Tauw.
SA.2. hlktasregelen Valkonswaard/Waalre
mt isi!+
lichting: uitkomsten Saneringstool versie 2.2. 1 (29 februari)
dit maatregelenpakket heett betrekking op het OWN (hierbij is uit dat de N69 die nu een rijksweg is, wordt overgedragen aan de provincie en dat de west paraUelweg zal worden aangelegd, zie maatregel V 1)
oogste) aatregelen die op een concreet knelpunt elpunt
elpunten v j ding ’jpen, met eventueel tussen haakjes per pgelost in 2G10? orm PM>p aatregei een indicatie van het effect ter
2010 lekke
u /m5
. g
6-
oelichtjng. uitkomsten Sanexingstool versie 2.2. 1 (29 februari) dit maatregelenpakket heeft betrekking op het OWN
Zichtjaar NO2 (2015), derogatie is uit unt
u r1.5
elpunten
oogste) verse hxij ding
orm N02
tregelen die op een concreet knelpunt grijpen, met eventueel tussen haakjes per tregel een mdicatie van het effect ter
2015 ekke
1. Luikerwc
u /m5 i 5 chune bussen -0 2 minderverkeer -2 6
2. Dnmmeisewe i 6 chuue bmmn -0 2 minder verkeer -2,6 Typering van de maatregelen (zekere en onzekere), in de categorieen generiek (G), verkeer (V) en overdracht (0) Beoogde effect van de maatregel ter hoogte van een maatgevend kndpunt bandbreedte voor NO2 en PM5p
Datum realim6e beoogd effect Op welke knelpunten hebben deze maatregelen betrekking (alle, binnen miTieuzone, specifiek)? Is er directe samenhang met de realisatie van een project In Betekende Mate? Is er samenhang met maatregelen die voor rekening komen van het rijk of de provincie? Wat zijn de totale (meer)kosten van aHe maatregelen die zijn toe te rekenen aan luchtkwaliteitsverbetering? Welke kosten kunnen worden to schreven aan het BSL?
tg. aatg. atum Knd werking en otale ten 6ect Keet atie Punt ten SL
2
0,00’ 0,035
dhovenseweg/Hei tlaan VM op ’ dhovensewe
2
0,035
chone bussen
0,00’ 0 00’
thnuleren OV,
0,003
0 22 ilotst
tra OV-verbindin ommuntcane
G,00’ G,004 3
D D05
14 802
tg t
turn Knel werking amen otale
atie Punt Alg hang o sten
M 6 min)
1,2 Nee Ja 000’
SL 6 min) ,00>
" De totale projecten bedragen 6 140 miljoen, wamt E 70 miljoen door RWS wordt, bijgedragen ’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL xnaar zijn de kosten via andere financieringsbronnen gegenereerd. r Dit kan inhouden: - er is geen knelpunt vastgesteld waarop de maatregel e8ect kan hebben - de saneringstool berekent geen reductie - is opgenomen ab als IBM-project (zie bijlage 3 van het BSL) 3 maatregel lost geen knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal of heeft een generiek effect maatregel beek geen direct effect op het knelpunt maar samenstel van egefen leidt tot reductie van verkeersmobiliteit,etc.
Resteert PM s, 2010
Resteert
T)TpeHng zeer
NO2, 2015
Hardnekkig knelpunt
oelichting. AHeen de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luchtkwaliteitsverbetering worden opgenomen in het NSLf BSL. Voor infrastructurele projecten geldt dat de kosten tot een maximum van 20% van de begrote projectkosten mogen worden opgevoerd voor luch teitsverbetering via he BSL Geef de totsalkosten aan van alle maatregelen voor luchtkwaliteitsverbetering, inclusief de onzekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregelen. Geef de totaalkosten aan die via het BSL worden opgevoerd
Geef aan hoeveel de eente aan bi dr e SI bu kri’ o basis van de verdeelsleutel osten per maatregel: zie overzicht maatregelenpakket
otale kosten maatregelenpakket (zekere maatregelen) C 71,302 min otale kosten maatregelenpakket (onzekere maatregelen) C 0 min otale kosten in aanmerking komend voor co-6nanciering BSL; C 14.,302 rnln
kosten BSL ostendekking:
Totaal BSI kosten C
14,302 min Co-6nanciering BSL-budget: C 1,000 min op basis van de verdeelsleutel 0,00 min Overige rijksbijdragen: Co-6nanciering gemeente, 13,302 min (93% co-6nanciering gemeente) SRE en provincie
verdeelsleutel BSL bijdrage uit het NSL-budget 2< en 3’ tranche verrekend xnet de bijdrage
erkre n uit de 1< tranche via de ’Tideh’ke re ’ co-fmancieri Luchtkwalitat’.
Gemeente Valkenswaard/Waalre heeft - haar uitsnede uit - de landelijke saneringsopgave als vertrekpunt genomen voor het opstellen van dit maatregelenp dat via het kader van het Regionaal Samenwerkmgsprogranuna Luchtkwaliteit (Brabants Samenwerkingsprogr.unma Luchtkwaliteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkmgsprogramma Luchtkwaliteit (NSL); Gemeente Valkenswaard/Waalre heeft de invloed van de autonome groei en van projecten IBM in de periode 2005-2015 op de verkeersintensiteit en -sameusteHing eu andere invoergegevens de saneringstooi bij het opstellen van het maatregelenpakket betrokken; Maatregelen die gemeente Vaikenswaard/Waalre met ingang van 1 januari 2005 heeft getroffen of zal gaan treffen en die al zijn verwerkt in de saneringstool zijn verwerkt in dit overzicht; Gemeente Vaikenswaard/Waalve is zich bewust van het feit dat opname van bovenstaande maatregelen in het NSL een uitvoeringsplicht met zich mee brengt voor de voorgestelde
maatregelen en het gemotiveerde ve te effect. Indien de maatregel niet kan worden gerealiseerd is de gemeente als eerste gehouden een alterna,tieve maatregel te treffen.
Vooralsnog dienen de knelpunten op de N69 (rijksweg) door RWS tijdig te worden opgelost.
Momenteel zijn onderhandelingm gaande tussen rijk/provincie/gemeenten over ave t van de weg aan de provincie. Na overdracht aan de provincie zal deze verantwoordelijk zijn. In bijlage 3b treR u een uitgebereid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente Valkenswaard/Waalre op basis van het rapport van adviesbureau Tauw.
s ss 1 ria
oelichting. uitkomsten Saneringstool versie 2.2. 1 (29 februari) dit maatregelenpakket heeft betrekking op het OWN
voor de bijna knelpunten op de kritische we en’. Kritische w en zijn we en wi de concentratie zich bevindt in de bandbreedte van 30,0 tot 32,5 ug/m3. Ken bijna knelpunt is opgelost waneer de berekende concentratie lager is dan 30 ug/m3. oogste
gelen die op een concreet knelpunt
aarde PM10
, met eventueel tussen haakjes per
2010
gel een indicatie van het effect ter
/m3
300
bussen -0 1
31 9 bone bussen -G,l . Hart van rabantln
31,4 chone bussen (-0,1), mBieuzone (-0,3)
30,0 chone bussen -0 1, milieuzone -0 3
3G 6 cbone bussen .9 l e%K
1 versie 2.2.1 (29 februari) eeft betrekking op het OWN n op de ’kritische wegvakken’. Kritische wegvakken zijn wegvakken waarvan evindt in de bandbreedte van 38 tot 40,5 ug/rn3. Een bijna knelpunt is kende concentratie lager is dan 38ug/m3. gste
gelen die op een concreet knelpunt ijna knelpunt
de N02in
pen, met eventueel tussen haakjes per pgelost in 2015? gel een indicatie van het effect ter
5 (ug/m3)
Typering van de maatregelen (zekere en onzekere), in de categorieen generiek (G), verkeer (V) en overdracht (0) Beoogde effect van de maatregel ter hoogte van een maatgevend knelpunt bandbreedte voor NO2 en PM10 Datum realisatie beoogd effect Op welke knelpunten hebben deze maatregelen betreldking (alle, binnen miTieuzone, specifiek)? Is er directe samenhang met de realisatie van een project In Betekende ? Is er samenhang met maatregelen die voor rekening komen van het rijk of de provincie? Wat zijn de totale kosten van alle maatregelen welke zijn toe te rekenen aan
lecbtkwelit ’ts b t ’ SL? Bijna aatg. atum elect ealisatie 10, 0
02,
punt
015 2007 S
G3 0,3
2010 2012 2008 2007 2010 2010 2008 2007
S
0,3 0,3
werking Alg M
s
s
2007 08-15 08-14 2007 08-09 06-07 07-10 05-10
0 0565 2,5
ee ee ec
ee ee
ee
02 0 02368 8,6 0 125
126 80
22 80
werking en BM
0 10 O,OG’
otale ossen
Alg hang
atie
10, 0
0 11G
01
ee
aatg. ect
0,0565
02 0 02368 43,0 0 125 0 110 0 10 0,00’
( min)
0 360 3
Nee Nee 0 150 Nee Nee 0,1 Nee Nee 0 025 Nee Nee 0,025 0 66
’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL maar zijn de kosten via andere fmancieringsbronnen gegenereerd. Dit kan inhouden; - er is geen bijna knelpunt vastgesteld waarop de maatregel effect kan hebben - de saneringstool berekent geen reductie - is opgenomen als als IBM-project (zie bijlage 3 van het BSL) s maatregel lost geen bijna knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal ofheeA een generiek effect. 8 maatregel heeR geen direct effect op het knelpunt maar samenstel van maatregelen leidt tot reductie van verkeersmobiliteit,etc.
hting: en de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luchtkwahteitsverbetering worden opgenomen et NSL/BSL. Voor infrastructurele projecten geldt dat de kosten tot een xnaximum van 20% de begrote projectkosten mogen worden opgevoerd voor luchtkwshteitsverbetering vis, he BSL ef de totaalkosten aan van a)le maatregelen voor luchtkwaEteitsverbetering, inclusief de nzekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregelen. f de totaa)kosten aan die via het BSL worden opgevoerd,
f aan hoeveel de eente aan bi SL-bu et kri’ o basis van de verdee)sleuleL per maatregel: zie overzicht maatregelenpakket
osten maa en et zekere maa en
6 126 80 min
1. Gemeente Tilburg heeR - haar uitsnede uit - de landelijke saneringsopgave als vertrekpunt genomen voor het opsteH.en van dit maatregeienpakket dat via het kader van het Regionaal Samenwerkingsp y-unma Luchtkwaliteit (Brabants Samenwerkingsprogramma
Luchtkwaliteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkingsprogrannna Luch teit (NSL);
2. Gemeente Tilburg heeft de invloed van de autonome groei en van projecten IB3Vl in de periode 2005-2015 op de verkeersintensiteit en -saxnensteHing en andere invocrgegevens van de saneringstool bij het opstellen van het maatregelenpakket betrokken; . Maatregelen die gemeente Tilburg met ingang van 1 januari 2005 heeR getroffen of zal gaan treffen en die al zijn verwerkt in de saneringstool zijn verwerkt in dit overzicht;
. Gemeente Tilburg is zich bewust van het feit dat opname van bov de maatregelen in het NSL een uitvoeringsplicht met zich mee brengt voor de voorgestelde maatregelen en het gemotiveerde verwachte effect. Indien de maatregel niet kan worden gereaHseexd is de gemeente als eerste gehouden een alternatieve maatregel te treffen met een zelfde
ln bijlage Sc treft u een uitgebereid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente Tilburg op basis van het rapport van adviesbureau Tauw.
3.0A Maatregelen Breda
"0 oelichting; uitkotnsten Saneringstool versie 2.2.1 (29 februari) dit maatregelenpakket hedt betrddmg op het OWN
voor de bijna knelpunten op de ’kritische wegvakken’. Kritische w en zijn wegvakken waarvan de concentrane zich bevindt in de bandbreedte van 30,0 tot 32,5 ug/m3. Een bijna knelpunt is opgelost waneer de berekende concentrade lager is dan 30 ug/m3.
M10
oogste aatregelen die op een concreet knelpunt ijna knelpunten
aarde PM10 grijpen, met eventueel tussen haakjes per
ijna knelpunt pgelost in 2010?
2010 aatregel een indicatie van het effect ter
u /m5 leklre
1. Princenhagelaan 80,6 chone bussen: als generieke maatregel geen
QCC
Heet
Typering van de xnaatregelen (zekere en onzekere), in de categorieen generiek. (G), verkeer (V) en overdracht (0) Beoogde effect vau de maatregel ter hoogte van een maatgevend knelpunt bandbreedte voor NO2 en PM10
Datum realisatie beoogd effect Op welke knelpunten hebben deze maatregelen betrekking (alle, binnen milieuzone, speci6ek)? h er directe samenhang met de realisatie van een project In Betekende Mate? h er samenhang met maatregelen die voor rekening komen van het rijk of’de provincie? Wat zijn de totale kosten van alle maatregelen welke zijn toe te rekenen aan
G2
10
’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL maar zijn de kosten via andere financieringsbronnen gegenereerd. s Dit kan inhouden: - er is geen bijna knelpunt vastgesteld waarop de maatregel effect kan hebben - de saneringstool berekent geen reductie - is opgenomen als ais IBM-project (zie bijlage 5 van het BSL) s maatregel lost geen bijna knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal of heeft een generiek effect. maatregel heeft geen direct effect op het knelpunt maar samenstel van maatregelen leidt tot reductie van verkeersmobiliteit,etc.
oelichting. Alleen de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luchtkvrhteitsverbetering worden opgenomen in het NSL/BSL Voor infrastructurele projecten geldt dat de kosten tot een maximum van 20’/o van de begrote projectkosten mogen worden opgevoerd voor luchtkwa1iteitsverbetering via he BSL.
Geef de totaalkosten aan van alle maatregelen voor luch teitsverbetering, inclusief de onzekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregelen.
Geef de to en aan die via. het BSL worden opgevoerd.
Geef aan hoeveel de meente aan bi’dr SI bu t kri’ o basis van de verdeelsIeutel. Kosten per maatregel : zie overzicht maatregelenpakket
otale kosten maatregelenpakket (zekere maatregelen) f 31,236mln otalekostenmaatregelenpakket(onzekeremaatregelen) 6 0,00mln otale kosten in aanmerking komend voor co-6nancicring BSL: 8 11,236 min
koatsns BSL
ostendekking: Totaal BSJ kosten
Co-Gnanciering BSL-budget: 6 Overige rijksbijdragen:
Co-6nanciering gemeente : E
11,236 min 3,000 min op basis van de verdeelsleutel
0,00mln 8,236 min (73’!o co-6nanciering gemeente)
verdeelsleutel BSL: bijdrage uit het NSL-budget 2< en 3’ tranche verrekend met de bijdrage
erkre en uit de 1’ tranche via de "fi deli ke re ’ co-Snancierin Luchtkwahteit’.
. Gemeente Breda heeR - haar uitsnede uit - de landelijke sanerinyopgave als vertrekpunt genomen voor het opsteQen van dit maatregelenpakket dat via het kader van het Regionaal
Samenwerkingspro a Luchtkwaliteit (Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwahteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkingsprogramma
Luch tcit (NSL), . Gemeente Breda heeft de invloed van de autonome groei en van projecten IBM in de periode 2005-2015 op de verkeersintensiteit en -samenstelling en andere invoergegevens van de saneringstool bij het opsteRen vau het maatregelenpakket betroltken; 7. Maatregelen die gemeente Breda met ingang van 1 januari 2005 heeR getro6en of zal gaan trein en die al zijn verwerkt in de saneringstool zijn verwerkt in dit overzicht; . Gemeente Breda is zich bewust van het feit dat opname van bovenstaande maatregelen jn het NS een uitvoeringsplicht met zich mee brengt voor de voorgestelde maatregelen en het gemotiveerde verwachte e8ect. Indien de maatregel niet kan worden gerealiseerd is de gemeente als eerste gehouden een alternatieve maatregel te trein.
In bijlage 3d treR u een uitgebereid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente Breda op basis van het rapport van adviesbureau Tauw.
SMS. hAaateoyehn ’sklorlogoehosch
0 oelichting. uitkomsten Saneringstool versie 2.2.1 (29 februari) dit rnaatregelenpakket heeR betrekking op het O&N
voor de bijna knelpunten op de kritische wegvakken’. Kritische we n zijn wegvakken waarvan de concentratie zich bevindt in de bandbreedte van 30,0 tot 32,5 ug/m3. Een bijna knelpunt is opgelost waneer de berekende concentratie lager is dan 30 ug/rn3.
Ml0
ijna knelpunten
1. Vli’mensewe
tregelen die op een concreet knelpunt grijpen, met eventueel tussen haakjes per tregel een indicatie van het effect ter
ijna knelpunt pgelost in 2010?
ne bussen -0,2 ne bussen -0 2 ne bussen -0 1 ne bussen -0 1 ne bussen -0,1 ne bussen -0,1
rmytool versie 2.2.1 (29 februari) akket heeR betrekkmg op het OWN
punten op de kritische wegvakken’. Kritische wegvakken zijn we n waarvan h bevmdt in de bandbreedte van 38 tot 40,5 ug/m3. Ken bijna knelpunt is e berekende concentratie lager is dan 38ug/m3. oogste
aarde 802 in 015 (ug/m3)
egelen die op een concreet kndpunt jpen, met eventueel tussen hasjijes per tregel een indicatie van het effect ter
Beoogde ellect van de maatregel ter hoogte van een maatgeven en PM10 Datum realisatie beoogd eRect Op welke knelpunten hebben deze maatregelen betrekking (alle Is er directe sainenhang met de reaEsatie van een project In Bet
Is er samenhang met maatregelen die voor g komen van Wat zijn de totale kosten van alle maatregelen welke zijn toe te aatg.
ect
atum Bijna alisatie el-
02,
punt
015
010 2015 2008 008 010 008 2011
11 erb, DOOrstrorn
12 VM
3
13 rachtwverbod
2
2
2
2
euzone
9
3
’ ’euzone bestelvrt
3 choon gem verkeersre OV
5 deno aar
one bussen
007 9-11 008
2010 8-10
2
2
2 3
3
09-11
endel transferia op
G6
2008
0 1-0,2
7 tim. Sch,
3
9
0% meer
4
008 2008/15 ?008/09 ?008/09 8-15
4
etsgebruik
10 ervoersman ent
8-10 2008 011
4
1 ’ ot afschr.
2009
tr kwetsbare loc. 3
4 nderz uitbr MiTieuz
9
8-11
008
9
9-11
erf. Levensd best roenstructure n
S
2010 8-10
ezondheidsond.
GD s
ilots groen voor chone lucht ’ ot Maatregelen aan
3
8-11
andhaving euzonc
8-11
cxgl oelung eentelijk
’ ’euvriendclijk arkeerbeleid
Nee
2010
3
Nee
08-11
’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL maar zijn de kosten via andere financieringsbronnen gegenereerd. s Dit kan inhouden: - er is geen bijna knelpunt vastgesteld p de maatregel effect kan hebben - de sanenngstool berekent geen reductie - is opgenomen als als IBM-project (zie bijlage 5 van het BSL) s maatregel lost geen bijna knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal of heeft een generiek effect. < maatregel heeft geen direct effect op het knelpunt maar samenstel van maatregelen leidt tot reductie van verkeersmobiliteit,etc.
hting. en de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luchtkwaEteitsverbetering worden opgenomen et NSL/BSL. Voor infrastructurele projecten geldt dat de kosten tot een maximum van 20’/o de begrote projectkosten mogen worden opgevoerd voor luchtkwaliteftsverbetering via he BSL. ef de totaalkosten aan van alle maatregelen voor luchtkwaliteitsverbetering, inclusief de ekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregelen. eef de totaalkosten aan die via het BSL worden op erd.
eef aan hoeveel de eente aan bi’dr SL-bud et kri o basis van de verdeelsleutel. per maatregel: zie overzicht rnaatregelenpakket
kosten maatregelenpakket (zekere maatregelen) 6 74,941 min kosten maatregefenpakket (onzekere maatregelen) 6 0 mfn kosten in aanmerking komend voor co-financiering BSL: C 21,224 min
ostendekkmg:
Totaal BSL-kosten 6 21,224 min Co-financiering BSL-budget: 6 3,0000 min op basis van de verdeelsleutel
Overige rijksbijdrag . ’6 0 min Co-financiering gemeente ’ .6 18,224 min (86 /o co-financiering gemeente)
verdeelsleutel BSL: bijdrage uit het NSL-budget 2’ en 3’ tranche verrekend met de bijdrage
erkre uit de 1 tranche via de ’Ti deli’ke re lin co-financierin Luchtkwaliteit’.
Gemeente ’s-Hertogenbosch heeft - haar uitsnede uit - de landelijke saneringsopgave als vertrekpunt genomen voor het opstellen van dit maatregelenpakket dat via het kader van het Regionaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (Brabants Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL); Gemeente ’s-Hertogenbosch heeft de invloed van de autonome groei hn van projecten IBM in de periode 2005-2015 op de verkeersintensiteit en -samensteUing en andere invoergegevens van de saneringstool bij het opstellen van het maatregelenpakket betrokken; Maatregelen die gemeente ’s-Hertogenbosch met ingang van I januari 2005 heeR getroffen of zal gaan trein en die al zijn verwerkt in de saneringstool zijn verwerkt in dit overzicht; Gemeente ’s-Hertogenbosch is zich bewust van het feit dat opname van bovenstaande maatregelen in het NSL cen uitvoeringsplicht met zich mee brengt voor de voorgetelde maatregelen en het gemotiveerde verwachte eifect. Indien de maatregel niet kan worden gerealiseerd is de gemeente als eerste gehouden een alternatieve maatregel te trein met een zelfde In bijlage 3e treft u een uitgebereid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente ’sHertogenbosch op basis van het rapport van adviesbureau Tauw,
Abaci. IAnalregalan Helmond
Ws"-.:s "
oelichting. uitkomsten Saneringstool versie 2.2.1 (29 februari) dit maatregelenpakket heeft betrekking op het OWN
voor de bijna knelpunten op de ’kritische we en’. Kritische wegva&ken zijn we en waarvan de concentratie zich bevindt in de bandbreedte van 30,0 tot 32,5 ug/m3. Een bijna knelpunt is opgelost waneer de berekende concentratie lager is dan 30 ug/m3. oogste
aarde PM10
2010 /m3
aatregelen die op een concreet kneLpunt grijpen, met eventueel tussen haakjes per aatregd een indicatie van het effect ter ekke
31,0
one bussen (-0,1), minder verkeer (-0,1),
31,3
one bussen (-0,2), minder verkeer (-0,1),
31,6
one bussen (-0,1), minder verkeer (-0, 1),
30,1
re doorstromin -0 2 ne bussen -0 1, minder verkeer -0 1
ijna knelpunt pgelost in 2010?
re doorstromin -0 1
re doorstfoIIun -0 6 . Dorpsstraat
4. Mierlosewe
Typering van de maatregelen (zekere en onzekere), in de categorieen generiek (6), verkeer (V) en overdracht (0) Beoogde eHect van de maatregel ter hoogte van een maatgevend knelpunt bandbreedte voor NO2 en PM10 Datum reaiisane beoogd effect
welke knel unten hebben deze maatr en be alIe binnen miTieuzone cifiek?
Is er directe samenhang met de realisatie van een project In Betekende Mate?
Is er samenhang met maatregelen die voor g komen vsn het rijk of de provincie? Wat zijn de totale kosten van aHe maatregelen welke zijn toe te rekenen aan luchtkwahteitsverbeterin gkv0 LI? en g. aatg. atum Bijna werking ypering zekere ealisatie el- Alg bang aatregelen:
ect eet
M10, O2, 2010 2015
punt
2008 2008
0 1-0,6 0,1-0,6
012 0,1
02
s2
0 1.0,6 10
0 1-0 2 0,1
2
8 xnln)
,704 0,367
008 006
267 ,0555
006 010
0,1-0,6
otsle n
M ee ee
ee ee
9-11
1,2
11-12
1,2,4
0,20 7,5
0,0
08-10 008 2009 2010
ee
010 008
ee ee
2006 05-10 2009 008010
ee
005
ee ee
1,0
ee ee ee ee
0,071
,1875 ,OGi
ee
001
1698 ’ Hiervoor zijn geen kosten toegerekend aan het BSL maar zijn de kosten via andere 6nancieringsbronnen gegenereerd. 2 Dit kan inhouden: - er is geen bijna knelpunt vastgesteld waarop de maatregel eifect kan hebben ÃćâĆňâĂİ de saneringstool berekent geen reducde
- is opgenomen als als IBM-project (zie bijlage 3 van het BSL) s maatregel lost geen bijna knelpunt op maar verlaagt de concentraties lokaal of beeft een generiek
dfect. 4 maatregel heek geen. direct eFect op het knelpunt maar samenstel van egelen leidt tot reductie van verkeersmobiliteit,etc.
en de (meer)kosten die zijn toe te schrijven aan luch teitsverbetering worden opgenomen et NSL/BSL. Voor in&astructurele projecten geldt dat de kosten tot een maximum van 20% de begrote projectkosten mogen worden opgevoerd voor luchtkwaliteitsverbetering via het
de totaalkosten aan van alle maatregelen voor luchtkwaliteitsverbetering, indusief de ekere, niet door de gemeente onderbouwde en gedekte maatregelen. de totaalkosten aan die via het BSL worden opgevoerd.
aan hoeveel de meente aan bi dra SI bud t kri’ o basis van de verdeelsleutel. per maatregel: zie overzicht maatregelenpakket
kosten maatregelenpakket (zekere maatregelen) 6 51,698 min
kosten maatregelenpakket(onzekere maatregelen) 6 0 min kosten in aanmerkmg komend voor co-Bnanciering BSL: S 13,380 min
dekking.
taal BSL-kosten S 13,38 rnln financiering BSI budget: 6 2,00 min op basis van de verdeelsleutelv
erigerijksbijdragen. 6 0,00 min financiering gemeente : S 11,38 min (85% co-fmanciering gemeente)
eutel BSL: bijdrage uit het NSL-budget 2’ en 3 tranche verrekend met de bijdrage
uit de 1’ tranche via de ’Ti’deli’ke re elin co-6nanci ’ Luchtkwaliteit’,
Gemeente Helmond heeft - haar uitsnede uit - de landehjke saneringsopgave als vertrelyunt genomen voor het opsteHen van dit maatregeienpakket dat via het kader van het Regionaal Sainenwerkingsprograrnma Luchtkwahteit (Brabants Samenwerkingsprogramrna Luchtkwaliteit/BSL) wordt ingebracht in het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL), Gemeente Helmond heeft de invloed van de autonome groei en van projecten IBM in de periode 2005-2015 op de verkeersintensiteit en samenstelling en andere invoergegevens van de saneringstool bij het opstdlen van het maatregelenpakket betrokken; Maatregelen die gemeente Helinorrd met ingang van 1 januari 2005 heek getroffen of zal gaan treffen en die al zijn verwerkt m de saneringstool zijn verwerkt in dit overzicht; Gemeente Helmond is zich bewust van het feit dat opname van bovenstaande maatregelen in het NSL een uitvoeringsplicht met zich mee brengt voor de voorgestelde maatregelen en het gemotiveerde verwachte effect. Indien de maatregel niet kan worden gerealiseerd is de gemeente als eerste gehouden een alternatieve maatregel te treffen met een zelfde effect op de luchtkwaliteit.
In bijlage 3f trek u een uitgebreid overzicht van de maatregelen en kosten van de gemeente Hdmond op basis van het rapport van adviesbureau Tauw.
8.7. Analyse maatregelen en kosteneffectiviteit Aan adviesbureau Tauw bv, Is tevens de opdracht verstrekt tot het inzichtelijk maken van de milieuen kosteneffectiviteit van de luchtkwaliteitsplannen van de planplichtige gemeenten. De kostencijfers voor de maatregelen zijn aangeleverd door de betreffende gemeenten. Door Tauw is in eerste instantie aan de gemeenten gevraag aan te geven wat de meerkosten van de maatregelen zijn voor luchtkwaliteit. Het blijkt dat de gemeenten doorgaans deze gegevens niet expliciet kunnen maken, omdat de maatregelen mtegraal bezien moeten worden. In diverse gevallen zullen maatregelen.
ook uitgevoerd worden als luch teit geen relevant item is. In sommige gevallen zijn niet aHe kosten opgevoerd en is hiervoor "EUR 0" opgenomen, Dit is gedaan in die gevallen dat een maatregel wel gegarandeerd is, echter dat geen kosten ten behoeve van het BSL worden opgevoerd. Het is dus derhalve niet zinvol de totale kosten van de gemeenten nauwkeurig onderling te vergelijken, omdat de opbouw vsn de kosten kunnen verschillen. Bij een jking van de verdeling en de omvang van de kosten tussen de gemeenten blijkt dat de kosten over het algemeen wel vergeEjkbaar zijn. Tevens zijn de opgenomen maatregelen op het aspect ’duurzaamheid’ beschouwd.
Voor luch teit kan de volgende hierarcMe voor duurzaams worden gebruikt: Schoner en minder: het betreft bijvoorbeeld schone voertuigen en gebruik van andere modaliteiten. Op langere termijn zijn maatregelen die hierop zijn gebaseerd het meest duurzaam Optimalisatie: het betrek bijvoorbeeld DVM ter verbetering van de doorstroming, De vervoersvraag is een gegeven en cr wordt gezocht naar mogelijkheden dit zo ef6cient af te wikkelen. Bij een blijvende groei van het verkeer zullen nieuwe maatregelen op termijn nodig blijven, Maatregelen kunnen ook leiden tot verplaatsing van emissies naar andere routes (routering), niet tot werkelijk minder emissies. K6ectbestrijding: het betreft bijvoorbeeld afschermende maatregelen. De emissies blijven ongemoeid, er wordt gestuurd om de negatieve effecten van de emissies te voorkomen. Het accent van de maatregelen (zeker qua kosten) van de gemeenten ligt op optimalisatie: het zo goed mogelijk laten stromen van het verkeer door de stad.
Eoskne hviM Uit voorgaande kan geconcludeerd worden dat kosteneffectiviteit een moeilijke maat is voor het beoordelen van de onderhavige maatregelen. Het is niet mogelijk gebleken specifiek inzicht te krijgen in de meerkosten. De afweging van de kosteneffectiviteit zou zich daarnaast niet alleen moeten richten op de (bijna) knelpunten, maar op effecten op stedelijk niveau. Een goede vergelijking van de maatregelen op basis van kosteneKectiviteit is daarom lastig.
8.8. Aanvullende maatregelen ter verbetering ven de lsschtkwaliteit Het op langere termijn kunnen garanderen van een aanvaardbare luchtkwaliteit en het v eren van het aantal blootgesteMen aan tc hoge schadelijke concentraties, vergt meer lokale en regionale maatregelen dan het pakket dat is voorzien voor de zogenaamde planpUchtige gemeenten. Daarom worden ook andere gemeenten, bedrijfsleven en andere actoren gestimuleerd tot het in gang zetten van initiatieven en projecten ter verbetering van de luchtkwaliteit. Om hen daarme te stimuleren en faciliteren, zorgt de provincie voor ondersteuning op zowel inhoudelijk als Gnanueel gebied. De wijze waarop de provincie daar inhoudelijk invulling aan geeft, is beschreven in par. 3.5. De door GS op l l maart 2008 vastgestelde beieidsregel ’Verbeteren Luchtkwahteit in Brabant’ geeft aan, wie een beroep kan doen op de beoogde subsidiering en cofmanciering en wat daannmr de procedures en beoordelingscriteria zijn.
In de beleidsregei wordt zowel cofinanciexing op basis van reyonale samenwerkingsprogramma’s als subsidiering van individuele projecten mogelijk gemaakt. Een deel van het beschikbare budget is specifiek geoormerkt als ondersteuning van projecten en initiatieven voor schoon, stil en zuinig vervoer. Het overige deel wordt merendeels baar gesteld via een systematiek die is geintegreerd in de toekenning van middelen in het kader van de gebiedsgerichte uitwerking van het mobiliteitsbeieid (de GGA-benadering). Dit is gedaan omdat de maatregelen in het kader van het BSL en die in het kader van de GGA-benadering veel saxnenhang en deels ook overlapping kennen. Uitgangspunt van de cofinancieringsregeling is dat de regionale en lokale maatregelen voor maximaal 504/o worden gecofinancierd. Het beschikbare bedrag voor de uitvoering van de beieidsregel bedraagt 6 8,2 nuljoen; deze middelen worden zowel door de provincie ais door het rijk beschikbaar gesteld. Voor de inkadering van de beleidsregel jn de totale financiering van het BSL wordt verwezen naar hoofdstuk 5 In de onderstaande paragrafen wordt nader ingegaan op de beoogde aanpak in de uitvoering van de in deze paragraaf bedoelde aanvullende maatregelen. 8.8.’l. Pxograsnxnaslsshe aanpak op basis van regionale samenwerkjnll
Regionale samenwerking tussen gemeenten kan leiden tot een grotere dfectiviteit van de in te zetten xnaatregelen en tot eAiciencywinst en kostenbesparing in de uitvoering. Om deze regionale samenwerking te bevorderen is Brabant opgedeeld in zes regio’s die geografisch overeenkomen met de vijf Gebieds Gerichte Aanpak-regio’s cn een Wet Gemeenschappelijke Regelingen+-regio (indding regio’s zie ixguur 2.1), hierna te noemen de GGA-regio’ s. De keuze voor afstemming op de GGA-regio’s is gemaakt vanwege de vele raakvlakken tussen de maatregelen in het kader van het BSL en de maatregelen in het kader van de GGAuitvoeringsprogramma’s. Ook zijn veel parallellen te trekken m procesnxatige aanpak en wijze van cofinanciering. Investeren in a&texxxming en integratie van de GGA-benadering en de regionale lucht4n6teitsplannen resulteert in win-winsituaties. Daarom is ervoor gekozen om de uitvoeringsprograxxunering van BSL en GGA zowel procesmatig ais qua planning zo veel mogdijk in
elkaar schuiven. heet de GGA- benadering is al veel ervarmg opgedaan. Van deze g wordt dankbaar gebruik gemaakt in het bcsluitvorxxungsproces voor de regionale luch teitsplannen. Voor elke regio is een regiocoordinator luch teit aangesteld, Deze coordinator zorgt voor de afstemming tussen de activiteiten en luchtkwaliteitsmaatregelen van de gemeenten en de afstemming met de GGA-uitvoeringsprogrammering. Ook fungeert de regiocoordinator als eerste aanspreekpunt voor de gemeenten voor luchtkwaliteitsaangelegenheden en vervult hij/ zij een intermediaire rol tussen
provincie. De reyocoordinator luchtkwaliteit zorgt met ondersteuning van het provinciale programmabureau Luchtkvn6teit voor saxnenhang en balans van de gemeentelijke maatregelcnpakketten. Om tot een gestructureerde en programmatische aanpak te komen, heeft de provincie in
samenwerking met het kernteam BSL een forinat on ld waarin de gemeenten de door hen beoogde maatregelen kunnen opnemen en prioriteren. De formats worden gebundeld tot regionale luchtkwaliteitsplannen die per regio een doorkijk geven van de voorziene nmumgeien en projecten in dc periode tot 2012. De ambtdijk voorstellen voor de reyonale luchtkwahteitsplannen zuRen naar
vesting beyn mei 2008 gereed zijn. Vervolgens wordt de regionale phnnm per reyo uitgewerkt tot ccn concreet uitvoeringsprogramma gekoppeld aan bet GGA-uitvoeringsprogramma voor 2009 met cen doorkijk naar de jaren daarna. Dit uitvoeringsprogramma zal in het najaar 2008 gereed zijn
voor bestuurlijke besluitvorming en vastlegging in de begrotingen van de betrokken overhedm. Voor 2010 zal een nieuw uitvoeringsprogramma worden opgesteld. De maatregelen die onderdeel uitmaken van de regionale luchtkwaliteitsplaunen, kunnen worden ingedeeld in de volgende categorieen: Stimulering gebruik schone brandstoBen en aanschaf schone voertuigen; Vermindering mobiTiteit/gereden autokilometers;
Verbetering doorstroming verkeer; Vermindering blootstellmg aan luchtverontreiniging via ove tsmaatregeleu; Communicatie en gedragsbe’invloeding.
8.8W hlLoalreyelen door hes beddlfsleven De industriele bedrijven in Brabant hebben de afgelopen decennia al veel maatregelen getrolfen ter beperking van luchtverontreiniging. Daardoor zijn de industriele emissies gedaald en zijn er geen
aanwijzmgen dat zich op dit moment concrete Iuch teitsknelpunten voordoen nabij de industriele bedrijven in Brabant. Via het spoor van de veqqmningverlening wordt erop toegroeien dat de uitstoot van de industrie ook in de toekomst binnen aanvaardbare grenzen blijft. Voor specifieke branches die lokaal een relevante bijdrage leveren aan de fijnstof-concentraties worden handreikmgen ontwikkeld voor het beter in beeld brengen van de problematiek en de te kiezen oplossiugsrichtingen.
Indirect de Brabantse bedrijven bij aan de luchtverontreiniging van het wegverkeer als gevolg van transport van goederen, zakelijk en woon-werkverkeer. Het bedrijfsleven kan dus een bijdrage
leveren aan de luch teitsproblematiek door op een innovatieve aanpak te werken aan het terugdringen van de milieubelasting door het door hen gegenereerde wegverkeer. Tegen die achtergrond werkt de provincie sinds 2006 samen met de Brabants-Zeeuwse Werkgevmsvereniging (BZ%) aan het creeren van draagvlak voor aanvullende
luch teitsmaatregelen bij de Brabantse bedrijven. In de vorm van een werkatelier wordt toegewerkt naar een concreet a6prakenkader met het Brabantse bedrijfsleven over het ontwikkelen en uitvoeren van kosteneQectieve brongerichte maatregelen en het invullen vsn leemtes iu kermis. Daarbij zal nadruldrelijk worden ingespeeld op de hmovatieve kracht van de Brabantse bedrijven.
3.9 Cossclusle sesserissgsopgave Met de uitvoering van het BSL leveren de betrokken partijen, samen met het Rijk, een belangrijke bijdrage aan het tijdig oplossen van de luchtproblematiek in Brabant. De regionale en lokale maatregelen zullen samen met de maatregelen op Europees en nationaal schaalniveau de bestaande lmelpunten tijdig binnen de derogatietermijn oplossen. Overschrijdingen van de grenswaarden in 2010 voor PM10 en in 2015 voor NO2 doen zich voor op het HWN langs de rijkswegen A2, A65, A67 en N69. In totaal bedraagt de overschrijding van de grenswaarde voor PM10 in 2010 1825 m eu voor NO2 in 2015 3922 m. Voor het oplossen van deze knelpunten is RWS verantwoordelijk. De maatregelen die RWS gaat nanen zijn het plaatsen van schermen langs de A2 en A67 over een lengte van ca. 5,5 km. Ook zal RWS gebruik gaan maken van dynamisch verkeersmanagement langs de A2 en A65. De kosten himvan bedrage ca, 8 25,5 miljoen en zijn voor rekening van RWS. Om het knelpunt bij de N69 op te lossen, zal een nieuwe weg worden aang6egd. Hiermee is een bedrag van 6 140 miljoen gemoeid, waarvoor RWS de helft voor haar rekening neetnt en de lagere overheden de andere heE. Met de door RWS te nemen maatregelen zullen de knelpunten op het HWN tijdig binnen de derogatietermijn worden opgelost.
Op het OWN vinden overscMjdingen van de grenswaarden m 2010 voor PM10 en in 2015 voor NO’2 plaats in Eindhoven en Valkenswaard. In totaal bedraagt de overschrijding van de aarde voor PM10 in 2010 460 m in Eindhoven en voor NO2 in 2015 743 m in Eindhoven en 148 m in Valkemwaard. De door Eindhoven en Valkenswaard te nemen maatregelen zijn afdoende om de knelpunten tijdig binnen de derogatietermijn op te lossen.
Tevens is gekeken naar locaties die zich in de nabijheid van de grens en begeven, de zogenoemde "bijna knelpunten". Op het OWN doen zich voornamehjk deze situaties voor in de volgende
gemeenten. Eindhoven, Tilburg, Breda, ’s-Hertogenbosch, Helmond, Waalre en Valkens . Deze groep wordt aangeduid als ’planplichtige’ gemeenten, omdat zij al in een eerder stadium (verplicht) actieplannen moesten opstellen voor maatregelen ter verbetering van de 1uchtkwahteit. Met de Gnanciering van de gemeentelijke actieplannen is een bedrag gemoeid van ca. 6 560 miljoen aan (zekere) maatregelen. De maatregelen zuHen ertoe leiden dat de concentraties aan PM10 en NO2 in de planplichtige gemeenten verder worden verlaagd en meer marge ontstaat om eventuele fluctuaties in de achtergrondconcentratie te kunnen opvangen, zonder dat hierdoor nieuwe overschrijdingssituaties ontstaan.
4. Aanpak iuchtkwaliteit veehouderij 4.l. Toelkhling Naast het verkeer is de intensieve veehouderij een belangrijke oorzaak van overschrijdingen van grenswaaxden voor PM10. Er heeft daarom onderzoek plaatsgevonden door KCN naar de luchtkwahteitsituatie rond bestaande intensieve veehouderijbedrijven. Het blijkt lastig om exacte uitspraken te doen over grenswaardenoverschxijdingen, vanwege een aantal onzekerheden, zoals de onzekerheid rond de toe te passen emissiefactoren. Deze onzekerheden hebben geleid tot het vaststellen van een zogenaamde prioritaire groep. Dit is een groep bedrijven w met vxij grote zekerheid kan worden gesteld dat daar in 2010 sprake zal zijn van overschrijding van de grenswaarde PM10. Brabant heek 5S7 intensieve veehouderijen die mogelijk in 2010 een overschrijding verooxzaken. Hiervan behoren 207 bedrijven tot de pxioritaire groep. Naast deze bedrijven zijn er in NoordBrabant 43 bedrijven die vanwege de Europese dierenwelzijneisen moeten omschakelen van een
batterijsysteem naar een s stal. Bij deze omschakeling kan op deze bedrijven alsnog een overschrijding optreden. De kosten voor de sanering van de overschrijdingen door de prioritaire groep
m Brabant bedren circa 6 15 miljoen. De saneringsopgave is in eerste instantie beperkt tot de prioritaire groep. Voor deze bedrijven wordt
op basis van gedetailleerde informatie op loca au bepaald of daadwerkehjk een overschrijding plaatsvindt. Met de bedrijven die daadwerkelijk een overschrijding veroorzaken gaat het bevoegd gezag in gesprek om het bedrijf te bewegen maatregelen te treEen om de overschrijding te saneren. Dat is een bewerkelijk proces; dit wordt nader beschreven in paragraaf 4.2. Daarnaast is onderzoek gestart om de resterende onzekerheden te verkleinen. Medio 2009 kan worden beoordeeld in hoeverre in de restgroep nog veehouderijen zijn met een norxnoverschrijding. De overheden verklaren dat zij gezaxnenlijk resterende gxenswaardenoverscbrijdingen door intensieve veehouderij zullen oplossen. Uitgangspunt vortnen hierbij de grenswaardenoverschrijdingen volgens de prioritaire groep en indien nodig ook de restgroep. In bijlage 5 is een overzicht opgenomen van het aantal bedrijven met een normoverschrijding in 2010 per gemeente. In figuur 4. 1 is een grafische weergave opgenomen van zowd de prioritaire bedxijven als de restgr
4.2. Maatregelexs Om de grenswaaxdenovexschrijdingen op te lossen kan de veehouderijsector een aantal maatregelen nemen. De volgende maatregelen zijn of komen op korte termijn besdBkaar; olievernevelen, (gecombineerde) luchtwassers, maar ook verplaatsing en beeindiging van veehouderijen i.h.k.v. reconstructie. Het Rijk heek opdracht gegeven voor een onderzoeksprogramma naar alternatieve maatregelen. De provincie streeft naar toepassing van gecombineerde luchtwassers zodat meerdere
milieuproblemcn tcgelijlr. worden aan Om de sector te bewegen deze maatregelen toe te passen is gekozen voor een twee sporen aanpak, te weteil:
het saneren van bestaande overschrijdingen; het voorkomen van het ontstaan van nieuwe overschrijdingen. Hierbij wordt de zogenaamde ’wortel en stok-benadering’ gehanteerd. In eerste instantie wordt ingezet op het instrument ’verleiden’ ÃćâĆňâĂİ wortel (subsidie) en in tweede instantie op het instrument ’dwang’ÃćâĆňâĂİ
stok.
Deze aanpak moet worden bezien tegen de achtergrond van het reconstructieproces dat momenteel wordt uitgevoerd. De reconstructie zet in op beemdiging van intensieve veehouderijen in extensiveringsgebieden en verplaatsing naar duurzame locaties in verwevingsgebieden en fandbouwontwikkelingsgebieden. Door beide processen te koppelen en door subsidie voor maatregelen om de fijnstof exoissie te verminderen kunnen zij elkaar versterken. Er zijn op dit moment nog een aantal onduidelijkheden. Nader onderzoek is nodig oxn deze onduidelijkheden op te lossen. Hct gaat hierbij om:
de emissiefactoren het verspreidingsmodel de juridische mogelijkheden om een overschrijding (bestaande rechten) tc saneren het toetsingskader voor vergunningverlening nader praktijkonderzoek naar pexspectiefvofle maatregelen Deze vragen worden beantwoord via onderzoeksprogramma’s. Deze kennis wordt gebruikt om de rcstgroep voor de sanering te verfijnen en om nieuwe overschrijdingen tc voorkoxnen. Deze inzichten worden meegenomen in de monitoring van het NSL/BSL. Mochten deze inzichten leiden tot meer bedrijven die gesaneerd moeten worden dan worden deze bedrijven uiteraard ook opgenomen in het NSL/BSL.
1. Randvoorwoarden en rngtoakverdeling Voor de aanpak van de PM10 emissies in de landbouwsector zal het Rijk zorgen voor de volgende randvoorw aarden:
Het Rijk stelt in augustus 2008 een beperkte en tijdelijke subsidieregeling open om vergunninghouders te stimuleren om voor uiterlijk 2011 de benodigde maatregelen te hebben getroffen. Het gaat hierbij om maatregelen oin de axussie van fijnstof te verxninderen. De totale subsidiekosten voor de prioxitaire groep zijn geraamd op 6 15 miljoen. Het bedrag dat het Rijk hiervoor uittra is momenteel nog niet bekend. De regeling woxdt open gesteld voor bedrijven uit de prioritaire groep. Het maatregelenpakket wordt afgestemd op het reconstructiepxoces: afbouwen van de intensieve veehouderij in extensiveringsgebieden en stimuleren dat bedrijven in verwevingsgebieden en landbouwontwikkelingsgebieden xnaatregelen
nemen om de overschrijding te saneren. Zodra in de loop van de tijd meex duidelijkheid ontstaat over de omvang van de saneringsopgave dan zal de kostenraming worden bijgesteld. Indien blijkt dat de kosten hoger uitvallen dan zal het Rijk zich inspannen om de benodigde extra middelen
tijdig te rese , Het Rijlr. zorgt voor eeu juridisch instrumentarium waarmee het bevoegd gezag indien nodig veehouderijbedrijven kan voorschrijven dat zij moeten voldoen aan de luchtkwaliteitsnormen. In 2010 komt een lijst beschikbaar met best beschikbare technieken om de 6jnstof emissie in de veehouderij te verminderen. Het Rijk heeR opdracht gegeven voor het uitvoeren van twee onderzoeksprograxnma’s, een voor het onderzoeken en uitdragen van gecombineerde luchtwassers en een voor het meten van emissiefactoren van bestaande en nieuwe stalsystemen en voor het onderzoeken van alternatieve maatregelen om de Gjnstof emissie vanuit de veehouderij te reduceren. VROM zorgt ervoor dat in mei 2008 het toetsingskader (van Infomil) en het verspxeidingsmodel (Kerm) gereed is. VROM zal nog duidelijkheid vexschaEen in hoe om te gaan met de
veqpmnhqpm die in tussentijd worden aangord. Saneren Zoals in paragraaf 4.1 beschreven is er in Brabant sprake van een zogenaamde prioritaire groep van 207 bedrijven die een signi6cante bijdrage leveren aan de oversdnijding van Gjnstof in de omliggende omgeving van de bedrijven. Deze groep, hoofdzakehjk pluimveebedrijven, zal met voorrang gesaneerd worden middels de volgende aanpak
1. de gemeenten beoordelen in de periode mei - augustus 2008 voor elk bedrijf van de pxioritaire groep met de benodigde lokale gegevens of daadwerkelijk een overschrijding plaatsvindt en zo ja hoe die opgeheven kan worden. VROM zorgt voor een format waarin is aangeven welke gegevens xnoeten worden verzameld en op welke wijze. 2. het verzamelen en digitahsemn kost de nodige tijd. Om gemeenten met veel overschrijdingen voldoende tijd te geven kuxmen deze de komende maanden (tussen begin xnaart en eind april) starten met het verzamelen van de benodigde lokale informatie. 3. zodra de handreiking en het verspreidingsmodel gereed zijn kunnen de gemeenten ieder bedrijf individueel beoordelen. Vanaf augustus is bekend van de prioritaire groep welk bedrijf daadwerkelijk een overscluijding veroorzaakt en welke mate de emissie xnoet worden verminderd. De gemeenten benaderen de individuele bedrijven om ze met subsidieregeling te stimuleren oxn passende maatregelen te treEm. De veehouders beslissen uiteindelijk zelf welke maatregel zij toepassen. Het proces van saneren wordt per provincie georganiseerd. In Noord Brabant wordt vanuit het MOLO een implementatieteam Gjnstof opgericht. Dit team bevat vertegenwoordigers van gexneenten, milieudiensten en de provmcie. Het team gaat orgasmeren dat de saneringsopgave wordt uitgevoerd en dat nieuwe overschrijdingen worden voorkomen. De taken van het implementatieteaxn zijn:
voorlichting geven aan gemeenten
workshops o ren bijdragen aan de landelijke handreiking bijdragen aau de landelijke implexnentatie van de handreiking en het verspreidingsmodcl, het model testen, casussen aanleveren. Inktvlekwerking. uitdragen kennis naar andere gemeenten; ambassadeurs maken
Voorkomen Naast het saneren van bestaande normoverschrijdingen is het belangrijk om nieuwe overschrijdingen te voorkomen. Hiervoor is het belangrijk dat aUe gemeenten alle nieuwe aanvragen voor een milieuvergunning toetsen aan luchtkwaliteit. Om de gemeenten hierbij te helpen, zal een handreiking ’Vergunningverlening PM10 in de landbouw’ ontwikkeld worden. Bij de vergunnmgverlening doen zich twee situaties voor, namelijk van bedrijven die op grond van het beleid voor dierenwelzijn ÃćâĆňâĂİ in het bijzonder het afschaffen van de legbatterij ÃćâĆňâĂİ verplicht zijn om hun
stal aan te passen en bedrijven die vrijwillig hun stal aanpassen.
De bedrijven die de komende periode nog moeten omschakden op grond van dierenwelzijn, kunnen gebruik maken van dezelfde "specifieke" financiele instrumenten als de bedrijven die gesaneerd moeten worden, De bedrijven die vrijwifhg hun stal aanpassen kunnen uiteraard gebruik blijven maken van de "reguliere" financiele instrumenten.
*%2. AaovuMeode swatseiielen doar provincie De provincie Noord-Brabant stek 5,5 miljoen euro beschikbaar voor subsidie voor veehouderijbedrijven om te voorkomen dat nieuwe overschrijdingen ontstaan en voor een generieke verlaging van de achtergrondbelmting. Brabant zet in op toepassing van gecombineerde luchtwassers op affe IPPC-bedrijven, De provincie wil hiermee de toepassing van (gecombineerde) luchtwassers stimuleren in verwevings- en fandbouwontwikkelingsgebieden. Gecombineerde luchtwassers werken integraal, ze reduceren zowel de ammoniak, geur afs fijnstof emissie. Ammoniak is tevens een bron van secundair fijnstof, dit levert een belangrijke bijdrage aan de zeer fijne stofdeeltjes (PM2,5).
De provincie draagt daartoe ook bij aan pifots waar onderzoek wordt gedag naar en voorlichting wordt gegeven over gecombineerde luchtwassers. De pilotbedrijven rijn opgenomen in het onderzoeksprogramma gecombineerde luchtwassers van VROM. De provincie 6nanciert daarnaast, samen met VROM, twee extra meetstations in Gemert-BakeL Hierbij wordt het effect van gecombineerde luchtwassers in landbouwontwkkelingsgebied de Rips op de fijnstof-’ en ammoniakconcentratie gemeten. Daarnaast heeft de provincie Noord-Brabant tot nu toe 90 miljoen euro gereserveerd voor ecn verplaatsingsregeling voor intensieve veehouderijen in extensiveringsgebied natuur en daammst 16
miljoen euro voor beeindigmgre n voor intensieve veehouderijen in extensiveringsgebied natuur. Gemeenten trekken daarnaast ook bedragen uit voor verplaatsing van bedrijven vanuit extensiveringsgebied overig. Deze gelden dragen bij aan het verminderen van de fijnstof problematiek.
4.3. Conclusie acsnes’lnysoisyave Met het beschrei maatregelenpakket kunnen alle bestaande normoverschrij dingen door de intensieve veehouderij tijdig binnen de derogatietermijn gesaneerd worden. Daarnaast wordt voorkomen dat nieuwe normoverschrijdingen ontstaan, Tussentijds zal via monitoring worden nagegaan hoe de stand van zaken is en of bijstelling, bijvoorbeeld van de benodigde financiele middelen, noodzakelijk is.
5. Financierde en organisatorische uiWaerbaarhelcl 5.’I. Toelichting Met de uitvoering van het BSL is een bedrag van circa 6 812 miljoen gemoeid waar ca. 6 141 miljoen voor rekenmg van het Rijk en ca. 6 671 wordt opgebracht door de provincie/gemeenten. Met betnHsking tot het aspect landbouw bestaat er nog geen duidelijkheid over de de6nitieve kosten voor maatregelen die zullen worden ge6nancierd door LNV en de provincie/gemeenten. Hiervoor zullen maatregelen worden uitgevoerd die vallen onder Hn van de volgende categorieen: Lokale en regionale maatregelen met betrekking tot het (weg)verkeer, die zijn opgenomen in de luchtbwaliteitsplannen van de planplichtige gemeenten (zie bijlage 3a t/m 3f);
gelen in het kader van de beleidsregel "Verbeteren luchtkwaliteit in Brabant" voor het project ’schoon, zuinig, stil en duurzaam vervoer’ en voor overige projecten binnen het BSL, gericht op het verlagen van de achtergrondconcentratie en het stimuleren van innovatie en onderzoek; Maatregden voor het oplossen van de veehouderijgerelateerde knelpunten met behulp van gecombineerde luchtwassers (dit is alleen mogelijk in de zogenaamde verwevingsgebieden en landbouwontwikkehngsgebieden) ; Verplaatsen ofbeeindigen van bedrijven met knelpunten in de zogenaamde extensiveringsgebieden en het voorkomen van nieuwe knelpunten.
Naast de hierboven genoemde maatregelen zijn in her BSL de generieke Rijksmaatregelen opgenomen
en de locatiespeci6eke maatregelen op het Hoofdwegennet in Brabant, waarvoor Rijkswaterstaat verantwoordelijk is, Voor het uitvoeringsprogramma van het BSL is een speciale uitvoeringsorganisatie opgericht met als taak organiseren, programmeren, monitoren en evalueren van het BSL
L2 Financieel kader Om al deze maatregelen te kunnen 6nancieren, steHen zowel het Rijk (VROM, VgrW en LNV), de provincie als de gemeenten geld beschikbaar. In de volgende tabdlen is de herkomst van de
bare middelen weergegeven. In tabel 5.1 zijn de Rijksmiddelen opgenomen. Tabel 5.2 beschrijft de middelen die Provincie en gemeenten beschikbaar steHen. Dit bedraagt meer dan 50 ls van de totaal begrote kosten. Daarmee voldoet Noord-Brabant ruimschoots aan de eisen die VROM stelt aan co6nanciering.
Omschrijving
Proces d steRen BSL
1’ tranche
Alle maatregelen ter verbetering van de
luch teit
0 ossen knel unten
2’ tranche 3e tranche
Knelpunten HWN (Eindhoven en Den Bosch Knel unt Waalre/Valkemwaard 15
FM 141 205 Âż Voor het oplossen van de knelpunten op het HWN is geen cofinanciering door de lagere overheden vereist.
Cbnscbrijving
Kadernota 2005 Kadernota 2005 + Bestuursakkoord 2008 Schoon Brabant
1,5 0 ’seren en ro
eren
4 Maatregelen luchtkwaUteit algemeen
2 7 Maatre en duurzaam vervoer 70 Knelpunt Waalre/Valkenswamd 483,4s Maatregelen luchtkwaliteitsplaunen
lan lich ’ meenten
Bestuursakkoord 2008 + Schoon Brabant
3,5
Gecombineerde luchtwassers voorkomen nieuwe kne unten
90
Verplaatsen bedrijven uit
Extensiverin bied Natuur 16
Beeindigen bedrijven in
Extensiverin bied Natuur 671,1 > Het betreft zekere maatregelen. De kosten zijn via gemeentelijke begrotingen gedekt; in deze kosten zijn de kosten voor infrastructurele werken volledig meegenomen. ’> De verschiUende gemeenten hebben geld gereserveerd voor het verplaatsing en/of beeindiging van knelpuntbedrijven die zijn gelegen m extensiveringsgebied overig (nabij de bebouwde kern). Deze bedragen zijn echter bij de provincie niet bekend.
5Wl. Verdrag michlelee veor verkeersyerelaseercie maatregelen Voor het oplossen van verkeersgerelateerde knelpunten beeft VROM in drie tranches Rijksmiddelen ter beschikking gesteld. In onderstaand schema is de verdeling (in miljoen euro) van de beschikbare Rijksmiddelen schematisch weergegeven. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: De middelen uit de 1’ tranche zijn weggezet middels de ’Yijdehjke regeling cofinanciering luch teit". Deze regeling is opgesteld in ovedeg tnet het Kemteam BSL (bestaande uit vertegenwoordigers van de provincie Noord-Brabant, de 5 grote Brabantse gemeenten en de regionale miTieudiensten) en had een looptijd van oktober 2006 tot en met 31 december 2007. In deze periode zijn 98 aanvragen ingediend, zowel door planplichtige gemeenten als door overige gemeenten. Bij de vaststelling van dit BSL was op alle aanvragen beschikt. De middelen uit de 2< en 3’ tranche zijn verdeeld op basis van knelpuntkilometers in 2006, waarbij een weegfactor van 2 is toegepast voor gemeenten die reeds op basis van het Besluit Luch teit 2005 (BLK) een actieplan hebben opgesteld (de zogenaamde planplichtige gemeenten). De overschrijdingen in de overige gemeenten zijn over het algemeen klein en het is niet aannemelijk dat al deze gemeenten maatregelen gaan trefFen ter verbetering vsn de 1uchtkwaliteit. Met toepassing vsn de wecgfactor bh 82,3% ( zie tabel 5.4) van de knelpunten gelegen in de planplichuge gemeenten (Eindhoven, Valkenswaard, Waalre, Tilburg, Den Bosch, Breda en Helmond). De verdeling van de Rijksmiddelen tussen de planplichtige gemeenten onderling is vastgelegd in tabel 5.5.
Daarnaast is een subsidieregeling ’Verbeteren Luch teit in Brabant" in het leven geroepen. In deze regeling zijn de rijksrniddelen voor de niet planplichtige gemeenten opgenomen, waaraan provinciale middelen zijn toegevoegd. De regeling is met ingang van 1 april 2008 opengesteld.
2’ tranche 3 tranche
1 tranche
Vrij
Knelpunten 2006
besteedbaar
Tijdelijke regeling co6n
82,3% 17,7%
Overige gemeenten
Subsidieregeling Verbeteren
luch teit in Brabant" totaal 6 8,21
Planplichtige gemeenten (totaal 6 25.33
Als eerste is gekeken naar gemeenten die reeds op basis van het Besluit LuchtkwaHteit 2005 (BLK) een actieplan hebben opgesteld (de zogenaamde planplichtige gemeenten zijnde Eindhoven, VaHremnvaard, Waalre, Tilburg, Den Bosch, Breda en Helmond). In tabel 53 zijn de overschrijdingsBometers weergegeven en is onderling naar de verhouding gekeken. Tabgl 5.9 OagrSdmjdingga 47p & OWJV bij pkviphcjifjge genSrnhaig2 200tg
Gemeente
2008 NO2
breda eindhoven helmond
4,686 21,166 1,948 7 056
Velkeemeeerd" 0419 Waaire"i
0,288
totaal I licht em 39,304
gemiddeld ’7
9,6% 46,7% 6,7% 9 7% 25 2% 1,1% 0,9% 100%
0 Bij de overschrijdjugskilometers voor Waalxe en Valkens zijn de knelpunten op de big niet meegenotnen, aangezien dit een Rijksweg betrdt Tevens is gekeken naar het aantal overschrijditqpMlometers bij de overige gemeenten (tabe1 5.4). Het bHjkt dat bij de overige (61) gemeenten de problemen aanzienlijk kl.einer zijn dan bij de planplichtige (7) gemeenten. Daarom is (ten behoeve van de verdeling van de beschikbare rijksnuddelen) een weegfactor geintroduceerd. Met toepassing van een weegiactor 2 bij planplichtige gemeenten blijkt 82,5% van de knelpunten gelegen in de planplichtige gemeenten 74gbel 5. 4
Weegctor
Totaal llem % 82 8’/
17 7% 1004/0
De verdeling van de Rijksmiddelen tussen de planplichtige gemeenten onderling is vastgelegd in tabel 5.5. Bij de verdeling van de Rijks- en provinciale middelen over de planplichtige gemeenten is rekening gehouden met: 1, de aard en de omvang van de luchtkwaliteitsproblematiek, (gebaseerd op het aantal knelpuntkilometers in 2006, vastgesteld met behulp van de saneringstool, zie tabel 5,5 en 5.4);
2. de (milieu)kosten en de effectiviteit van de maatregelen uit de luch teitsplannen van de betroklren gemeenten. Om deze kosten(e6ectiviteit) vast te stellen zijn de
luchtkwaliteitsplaunen van de plauplichitge gemeenten met elkaar vergeleken. (zie aaf S.7)
Op basis van de knelpuntkilometers in 2006, de procentuele verhouding en de opgevoerde kosten van
de luchtkwaliteitsplannen is na ui ambtelijk en bestuurlijk overleg met de betrokken gemeenten besloten de middelen op de volgende manier te verdelen (tabel 5.5).
Tijd 5,5 Verdekt/sa omkrPlmijhditigegenamtm Toe te kennen lilt 2e/3e tranche +
provinciaal budget 10 37
100 235 2,17
520 167 822 76 5 2.’i. IHid4enn review VROM heek aangegevm om halverwege de NSI periode een balans te willen opmaken. Op basis van de resultaten kan een herver deling van de middelen uit de 3’ tranche plaatsvinden (voor Brabant 6 19,1 miljoen). De tussenbalans is voorzien nadat de eerste twee jaarschijven (2008 en 2009) beschikbaar zijn gesteld en voordat de derde jaarschijf (2010) beschikbaar wordt gesteld. De mid-term review zal primair worden gebruikt voor de (her-)verdeling van de 6 100 miljoen (voor geheel Kederland) voor de bestrijding van de hardnekkige lokale knelpunten. Indien de eventuele herschikkmg van die middelen onvoldoende soelaas biedt om recht te doen aan het mogelijk voortschrijdende inzicht, kan er ook bijgestuurd worden met de nog uit te keren 3 en 4’ jaarschijven van de 6 19, 1 miljoen (voor Brabant). Voor de mid term review gelden uiteraard de beginselen van behoorlijk bestuur. Bij de mid term review zal gebruik worden gemaakt van de gegevens die uit het monitoringprogramma NSI. beschikbaar komen. Onder de beginselen van behoorlijk bestuur valt ook de plicht voor het Rijk om rekening te houden met reeds aangegane verplichtingen. Dit houdt in dat verplichtingen die zijn aangegaan voordat de uitkomsten van de mid term review beschikbaar waren, sowieso voor Bnanciering in aaaxnerking komen, Onder aangegane verplichting wordt in dit verband ook verstaan
het bestuurlijk hebben gemaakt van af are "m nde interbestuurlijke afspraken" en het hebben gemaakt van afdwingbare afspraken met commerciele partijen. Voor deze aangegane verplichting geldt 50 ’/o coQnanciering. Aangegane verplichtingen moeten aangetoond worden door midde1 van een accountantsverklaring. Het is mogelijk dat uit de mid term review blijkt dat alle knelpunten in een gemeente inmiddels zijn opgelost. Een gemeente kan in dat geval besluiten (een gedeelte van) de resterende maatregelen uit het maatregelenpakket niet meer uit te voeren. In dat geval vervalt het recht op de Rijksmiddelen uit de 3 en 4’ tranche, die voor deze maatregelen waren voorzien. In dat gevat zal de Provincie met VROM overleg voeren om de vrijgekomen middelen extra in te zetten voor Brabantse gemeenten waar in dat jaar nog knelpunten resteren. Omdat ook sanering van ’bijna knelpunten’ binnen Brabant prioriteit heeft, wordt overigens verricht dat aHe gemeenten de in het BSL opgenomen maatregelpakketten volledig uitvoeren.
In bijlage 4 is de brief van VROM met betrekkmg tot de mid term review opgenomen,
5.3. Otgssssisalerische kaeies a De daadwerkelijke uitvoering van dit BSL vraagt om een robuuste interbestuurhjke samenwerking tussen rijk, provincie, gemeenten en regio’s en een daaraan gekoppelde slagvaardige uitvoeringsorgarmatie. Op bestuurhjk niveau wordt daaraan inhoud gegeven door een intexbestuurlijke kladkordgroep die de verantwoordelijkheid draagt voor het creeren van bestuurlijk draagvlak bij de betrokken partners. In de interbestuurlijke klankbordgroep zijn zowel de grote steden als de middelgrote en kleine gemeenten vertegenwoordigd. Tevens is gezocht naar inbreng vanuit de verschillende bestuurlijke portefeuiRes (milieu, volksgezondheid, ruuntelijke ordening, mobiliteit en landbouw). De klanlhordgroep wordt voorgezeten door miTieugedeputeerde Onno Hoes. Op ambtelijk niveau fungeert het Servicepunt Luchtkvr6tcit als scharnierpunt tussen de betrokken par6jen. Het Sevricepunt dient als vraagbaak voor gemeenten en andere o aties die de komende jaren gaan werken aan luch teit. De bemensing zal bestaan uit deskundigen op het terrein van luchtkwaliteit die de gemeenten met raad en daad terzijde kunnen staan bij de praktische uitwerking en uitvoering van het BSL. Met het oog op de regionale samenwerking is Brabant ingedeeld in zes regio’ s. De gekozen gebiedsindeling sluit nauw aan op die voor de GGA-regio’s voor de uitwerking van het mobiTiteitsbeleid, Voor elke regio is een regiocoordinator aangesteld die enerzijds het aanspreekpunt is voor de gemeenten binnen de regio en die anderzijds de afstemming en integraliteit van aUe
luch teitsmaatregelen bmnen de regio be . De regiocoordinatoren fungeren ook als contactpersoon voor het servicepunt.
De dagelijkse voortgangsbewaking en de aansturing van de uitvoeringso atie is in handen gelegd van het Programmabureau Luchtkwaliteit. Het progranmabureau is gehuisvest in het Provinciehuis.
5.4. Menito ring Het BSL en NSL laten zien dat overal tijdig de aarden worden bereikt. Het NSL/BSL kan zijn func6e als onderbouwing van projecten op het punt van iuch teit alleen vervullen, wanneer ook tijdens de uitvoering van het programma duidelijk is dat het uitgangspunt, dat overal tijdig de
grens n worden gehaald, van kracht blijft De monitoring van het NSL en BSL strekt er toe diit inzichtelijlr. te maken en levert daarmee een bijdrage aan het bereiken van de doelstelling.
In de Wet luchtkwaliteitseisen is een aantal hoofdlijnen van de monitoring vastgelegd. Zo zullen de voortgang van de uitvoering van de maatregelen, van de uitvoering van de IBM-projecten en van de ontwikkeling van de luchtkwahteit worden gevolgd. Via de trendmatige ontwikkding van de achtergrondconcentraties zal ook de omvang van het geheel van NIBM-projecten in beeld worden gebracht Elk jaar zal op deze punteii de stand van zaken worden bepaald, Op deze wijze zuHen zowel de voortgang van de acties die in positieve en negatieve zin van invloed zijn op de tuchtkwahteit als het resultaat daarvan in termen van de daadwerkelijke ontwildieling van de luchtkwahteit woideu gevolgd.
Het monitoringstelsel zal op een zo garant en efficient mogelijke manier worden vormgegeven. Een belangrijk element daarbij is dat de nionitoring van het NSL en de jaarlijkse rapportage van de luchtkm6teit die op basis van de KU-richtlijn moet plaatsvinden, worden gecombineerd. H4xtoe zal op basis van de saneringstool een monitorings- en rapportage-instrument worden ontwikkeld. Bij deze doorontwikkeling van de saneringstool zal aandacht worden besteed aan de manier waarop scheepvaart, industrie en intensieve veehouderij in het stelsel zijn opgenomen en zal de monitoring van
het wegverkeer verder worden geoptimaliseerd. Ook worden manieren om lokale en regionale modelberekeningen te verrichten verder uitgewerkt met het doel ze in het monitoringsinstrument op te nemen. Speci6ek met het oog op de rapportagetaak wordt bezien of het monitormgsinstrument kan worden uitgebreid naar het hele land. Met een dergehjk instrument kan de rapportage van de luchtkwaliteit over het afgelopen jaar en de prognose voor de jaren waarop de grenswamden gehaald moeten zijn op dezelfde gegevens worden gebaseerd. Dit bevordert de consistentie van het stelseL Dit monitorings- en rapportage-instrument dient gelijk met de publicatie van het vastgestelde NSL begin 2009 gereed te zijn, zodat de uitvoering van meet af aan gevolgd kan worden. Artikd 5.12, twaalfde lid, van de Wet miheubeheer bevat de mogelijkheid om maatregelen en projecten voor andere met een vergelijkbaar e%eet op de luch teit m te wisselen, Deze wisselingen
moeten worden goedgekeurd door de r van VROM. In het kader van de rnonitoring zullen deze wisselingen worden bijgehouden en zal de informatie worden aangeleverd op grond waarvan een goedkeuringsprocedure kan worden ingezet. De Minister van VROM is formeel eindverantwoordelijk voor de uitvoering van het NSL en dus ook voor de monitoring. De Minister zal de monitoring ÃćâĆňâĂİ net als de totstandkoming van het NSLÃćâĆňâĂİ
vorrngeven als een enlijke activiteit van de drie betrokken overheidsniveaus’ .gemeenten, provincies en het rijk Er zal een Regiegroep Monitoring NSL worden opgericht, bestaande uit deze drie partijen, die het monitoringsproces zal aansturen en op basis van de monitoringsresultaten de onderbouwing zal leveren voor een besluit om al dan niet een wj izigingsprocedure van het NSL van start te laten gaan.
De resultaten van de jaarlijkse monitorings- en rapportageronde zuilen in een rapport worden samengevat en aan de Eerste en Tweede Kamer worden aangeboden.
L4.I. Aanpak In Brabant Brabant acht een goede monitoring cruciaal om zowel de e8ectiviteit van de mgezette maatregelen te kunnen beoordelen als de voortgang van de projecten en acties te kunnen bewaken. Daarom heeR de provincie een actieve inbreng in de opzet van de landelijke monitoring, waarbij de inzet is om zoveel mogehjk de ianddijke expertise en informatiesystemen te combineren met gegevens, kennis en expertise die in de regio beschikbaar is. Zolang de landelijke monitoring nog niet voldoende tegemoet komt aan de eisen van lokale en regionale betrouwbaarheid, houdt Brabant de optie open om zelf om een Luchtkwaliteit Informatie Systeem (IJS) te ontwikMen. De in 2006 uitgevoerde haalbaarheidsstudie heeft belangrijke meerwaarde voor een Brabant-breed systeem aangetoond. Afsternxrnng met de opzet van de landelijke
luch teitsmonitoring bhjR echter essentieel, en in de opzet en onhvikkelmg van de landelijke toois zit nog steeds beweging in de door Brabant gewenste richting. Inmiddels is in de monitoringsopzet van MNP en RIVM al een verbeterslag doorgevoerd, waardoor de gegevens over de veehouderij op een meer correcte manier zijn opgenomen. Ook de berekeningen zijn in de landelijke systematiek nu op een beter lokaal toepasbaar schaaitnveau gebracht. De verkeersgegevens in de saneringstool worden nu veel beter algestemd met de lokale gegevens.
Naast gebruik van lokale bron ens zijn met het RIVM ook afspraken genaak over het gebruik van lolrale en regionale meetgegevens. Door Brabant is geinvesteerd in een 4-tal extra meetstations m Brabant. Via internet zijn de rneetgegevens online te volgen. De gegevens leveren een bijdrage aan het lokaal en regionaal beter bescMbaar krijgen van achtergrondkaarten voor luchtkwaliteit.
6. Afsprakenkader 4.1. Toelichting De uitvoering van het BSL staat of valt met voldoende lak voor de interbestuurlijke samenwerking, helderheid over de beschikbaarheid van middelen en duidelijke afspraken over de verdeling van taken en verantwoordelijkheden. Met het oog op het creeren van draagvlak hgt er een duidelijke rol voor de in par 5.3 reeds genoemde bestuurlijke klankbordgroep. Verder is een goede communicatie belangrijk voor het creeren van draagvlak. Daarom is een communicatieplan opgesteld voor de uitvoering van het BSL Bestuurlijke en ambtelijke bijeenkomsten, een periodiek rond te mailen nieuwsbrief en een website vormen daarin de kern.
De d e aan het BSL is geen vrijblijvende zaak, maar vergt harde afspraken waarop de partijen elkaar kunnen aanspreken. Daarbij verplichten de partijen zich ook om de projecten in betekenende mate niet zodanig anders uit te voeren dat er meer miTieugebruiksruimte wordt benut, dan nu in het overzicht van IBM-projecten (zie bijlage lb) is opgenomen.
*L Kaders voor de afspraken omtrent maatregelen per partij Brabant wil voortvarend aan de slag met de aanpak van de luchtkwaliteitsproblematiek. provincie, regio’s en gemeenten zuHen zich inzetten om opgenomen maatregelpakketten uit te voeren, Deze inspauningsverplichting is gekoppeld aan het onderstaande a&prakenkader.
1. stlgtgoverhelsi De ministeries van VROM en V8r W garanderen de uitvoering van aHe generieke maatregelen voor het beperken van de uitstoot, die onderdeel uitmaken van het nationale maatregelenpakket. Deze zijn opgenomen in het bl SL. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat garmdeert de uitvoering van alle maatregelen voor het oplossen van locatiespeci6eke knelpunten langs de rijkswegen, zoals nader omschreven in paragraaf 3,4 van dit programma.
6.2.2- Provincie De provincie garandeert de uitvoering van alle zekere maatregelen op regionaal niveau voor het beperken van de uitstoot, zoals omschreven in paragraaf 3.5. Wanneer de N69 wordt overgedragen van RWS naar de provincie neemt de provincie ook de verantwoordelijkheid van RWS over om de knelpunten op deze weg binnen de derogatietermijn op te lossen. De provincie zal de IBM-projecten met betrekkmg tot bet provinciale wegennet, zoals beschreven in bijlage 1 b, niet anders uitvoeren als daar omschreven tenzij daardoor aantoonbaar de luchtkwaliteit niet verslechtert.
6 Gerneeninn en regio’e De gemeenten en regio’s garanderen de uitvoering van alle afgesproken zekere maatregelen op regionaal/lokaal niveau voor het beperken van de uitstoot, nader omschreven in paragraaf 3.6 en bijlage 3a tot eii mct 3f. Het inzetten viui andersoortige maatregelen mct een vergelijkbaar e6ect behoren tevens tot de mogelijkheden. De gemeenten zullen de 1BM-projecten zoals beschreven in bijlage lb, in principe als zodanig uitvoeren. Mochten hier wijzigingen in optreden dan zal aangetoond dienen te worden dat de
lucb teit hierdoor niet verslechtert of zullen aanvullende maatregelen worden getroffen om de extra belasting te compenseren,
7. Brjlagpn
Bijlage 0 a. Gehanteerde criteria I BA@pr ejecten
Defuutie IBM-project: Een IBM-project, welke voldoet aan het criterium van 396 van de jaargemidde)de grenswaatde concentratietoename op de lokale luchtkwaliteit voor KO2 en/of PM10, is een project op alle soorten wetgeving waarvoor de bevoegdheden beschreven staan in de wehteving waarbij een besluit genomen wordt waartegen beroep mogelijk is in de NSI periode van 1 maart 2009- )maart 2014.
In betekenende mate bI dra e aan de IL(chtkwaliteit Grens waarboven sprakeis van "ln betekenende mate bi’dra en aan de iuchtkwalilelt" Aard van het project
Nadere spectgcage
Interim periode
Woningbouwlocaties
Een ontsluitingsweg
500 wo ’ n
1500 woningen
Minimaal uvee ontsluiliugswegen met een gdiikmatige verkeersverdehng Esn ontsluitingsweg twee onbluitingswegen met een ge f)mat(rw
1000 woningen
3000 woningen
(nog geen NSL): 15 november 2007 tot 1 maart 2009 rens 1%
Kantoorlocaties
NSL vastgesteld: 1 maart 2009 tot 1 maart 2014 grens 89L
Bruto vloeroppervbk vsn 33.333 m’
Bruto vloeroppervlak. van 100.000 m
Bruto vloeroppervlak van 66.667 m
Bruto vloeroppervlak vsn 200.000 m
verke ers verdeling
Woningbouw- en kantoorlocstie
Esn ontslu46ugsweg
(0,0008*aanrat woningen) +
(0,000012’b.v.o. kantoren in m ) 5 0,4
twee ontsluitingswegen met een geli verkeersverdeling
(0,0004 aantal woningen) + (0,000006" b.v.o. kantoren in m’)
50,4 BedrijTsterreinen
(0,0008’asnb) woningen) + (0,000012’b.v.o. kantoren in m’) 5 1,2 (0,0004 ’aantal woningen) +
(0,000006’b.v.o. kantoren in m’) 5 1,2 5 ha of meer
Kgn ontsluitingsweg
1,67 ha of meer
Min(med twee ontst egen met een gejjkmadge
3,3 ha of meer
10 ha of meer
2/3 ha of meer
2 ha of meer
ver keersverd
We n
Type bedrjjventerrejn:
l Zeehaveuterrein 2 Zwaar industrieterrein 8 Distributieterrein 4 Hoogwaardig terrein Gemengd terrein 6 Gemiddeld terrein (dit is een "reservecategorie" die gebruikt kan worden wanneer een nadere aanduiding (nog) niet bekend is).
Wegen
I Provinciale weg 2 Getneentelijke weg
Bijlage ’5b. IBM-projectenlijst Noord-Brabant (excl. HWN)
Noord-Brabant esi WONING WONING WONING
Be n 0 Zoom 8 se Haven B sn 0 Zoom B ss Haven Be en 0 Zoom B ss Haven
xKilntaar KAlfl OOR KANTOOR
Roosendaal Spaarhsven tkantarsn, schaal, bliske vaorzie in sn, wonin sn Roosendaal Spoorhaven (kantomn, schaal, blieke voorzie
irr n wonin n
eff f Se sn o m Bs Schema 6e fase pmjeatnaam
BEDRIJF
ROOSendaal NOOrd-OOSllengent VerbindingSWeg BorChWerf-
WEG
lfia’o eveld
WiEG
Roosendaal verbindin Bomhimif aria’ vest
WEG WEG
Be n Zoom Rand Zuidwe nieuw Be n 0 Zoom Rand khvsst nieuw
WEG
Bo vliet Bergen Op Zoom Randvmg idwest afname bied Nieuw
WEG
Bergen Op Zoom Randweg Zukhmst afname ebied hlieuw
Bo liet
Bergen Op Zaom tweede ontsluidng Theodoruchaven Noord WEG WEG WEG WEG
snel
Bergen Op Zoom tweede ontsluiting Theodorushsven Noardl and Bergen Op Zoom tweede ontsluiting Theodorushaven Noord and afname N259 Bergen Op Zoom tweede ontsluiTing Thsodorushaven Noordl and afname N259
xVsrkser projectnaam
Aalb antenkwekedjsn In eblsd Rivelatraat
Groenewe Wi kaeslraal
Jaar beelultvonnln WONING WONING WONING WONING IAONING WONING WONING WONING
Tl Piusheven
3061 60
T8bu Ptuehswm
1ln 863
135750
395050 397735
xKantoor KANTOOR KANTOOR KANTOOR KANTOOR KANTOOR
VERKEER VERKEER
BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BED RLIF
BEDRIJF BEDRIJF
2011 2011 2011
aantal ontelul
Jaar hee luhvarmin 2012
Ti 5 ne
Til aar
135750 133000
Tjlbu het Lear
131856
396070
Tsbu Gmehe Kamer Groene Commando
126600
387560
ahtvm
2015 2011 2011
2014
Jaar besluhvormin Jaar malhade
Til Bed
W k Haven
V West II
TilbultLgracaschallge rein8 gnas) Tilburg Bakerlend Tsburg Wlikevaart Tisxvg Rugd8k Kouwenberg
Ti Ztddkamar de nieuws werende
2011
Jaar besluhvarmin 129650 133900
400700 412500
132513 400802 137150 393150 1255M 396395 138234 397735 135139 401625
2011
2014
T snt Dnmen Waa
Noord Ta Drunen W k
133500 411700 134400 411950
onbekend
201 2 201 2
89
20 14
20D9 2DDD
Y Jaar beeluitvormin WEG
Aantal onlsl
2010
133900 133900
e
Tgru 8
2D10
396189
Tsbu 8 rtnne TEru 8
Tilbu Noaatoast R k Kouwenbe
2011 2011
2015 2015
2
17
W e Personenauto(rghtdelswasr
2 10000I
2 8000I 12
x Neord-Brabs Noordoost
W m etnaam Uden Bestemmi s n oost
WONING WONING WONING
Jaar bssluitvonnl jaar realisatie 2016
Llden Beslemnt s sn Udsn Centrum V hel V hel ZuM Oost
VERKEER
aantal wonin 2018
201 0-201 2
2010
xKantoor
pro etnsam
aantal BVO ( PA
Jaar bsslsitvonni jaar rsalisafie BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRLIF BEDRIJF BEDRIJF
Maasdonk/Bemhezs Heesch-West Boxmser Stsmkwi k
Cuik Re Ionssl bedrl entenein He
192950 18896 D
415320 408730 411890
M/6 Revllaliserin I r
182500
4’IG250
Ve hsl Amer/Dorshout Ve hsl Bedri’venlerrsin Doomhoek6 V hel Industrletenein Molenskker II Oss herziening bedrijfslerreinsn MoLsDs
16456D
403750 401270 400079
165230 171209 165211
Uden Hoo eld Zuid Uden Udsn Oost Landerd Zeeland Voederhell II
17370D 174000
419379 407000 408750 41200
KASSEN
N 264 Uden Ooeteli’ke rondws
1T4000
V hel Nieuwe ron ds Slsd V hel Nieuwe ron de Sled
167600 167750 168100 169450 169575
V hel Nieuwe mnd de Stad
N616Ve hel Mo lik Nootdtracs NB1BV hel Mo eli’k Noorrkrsce E N 616 V hel M slik Noardtrace E N 616 V hel M rxl k Noerclfvcs El
N 616 V hel M i’k Noordtrsoe E Boxmeer ran SaxeGothe Sterkwi’ Boxmser randws SaxeGalhs Sterkwl Boxmser randwe SaxsGalhs Sterkwi’
N 603 Heesch s N 603 Heesch s eetnaam hel Zonnslerp
aantal ha
2011
65 45 70
2011 2011 201 1
2011
2009 2009
2D13 201G 2D18
2012
Jaar besluitvormi jaar realisatie
projeetnaam WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG
409380 403750 401950 401550
2014 2011 2011 2011
2009
1T0650
171160 171050 192560 192500 192900 185186 165100
401200 400700 406100 407500 408500 416653 417674
2012 2012 2012
2014 2011 2011 2011 2013 2013 2013 2013 2013 2012 2012
Wegty(m
2011 onbekend 2011 onbekend
aantal ha
Jaar beeluitvonni jaar realisatie 168563
Âń1000
2010
Jaar besluitvonni jaar realisatie
Jaar besluitvomi jaar rsalisafie
2011
2011
15
Noordatrebanl Breda
Jaar besluitvonni
xWoning WONING WONING WONING WONING WOhliNG WONING
Breda Bevel Zuid Breda Toten en Vfnex Breda Li’ onk Tervcon Breda Vla Breda ondenfsel wonl bouw loei Havankwartier Breda Claudius Prfnaenlssn combi onderdeel wonin en Oosterhout Vrachelen4&5 deel 4
XKsfrloor
projectnaam Breda Claudiua Prlnaenlaan combi sls kantoor
KANTOOR
xgedrljf BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF
projectnmfm Moerdi’k De Koekoek
Moerdl k istiek Park Moerdi’k Stations ebied La Zwsluwe
Eiten-Leur/Ruc Zuideli’k van de A58
116963 1175DO
117868 113428 ’f 14326
400818 399509 406927
114326
399509
101940
Werkendsm ionaal indusktsfanmn
BEDRIJF BEDRIJF
Oosterhout Ohout-OOST TerHond Oosterhout Ohout-OOST Everdenbe
407100
103630 41 1041 104686 1021 10
101430
Bmds Bevel Zufd
BEDRI JF
2012 2010 2008 2009
Jaar bestuitvonni
Jaar besluitvormln 411600 396100 39S440
116963 396722 121900 424800 120319 120&50
2011 2010-2011 2010 2011
2009 20’fD
406131 404773
x xWe WEG WEG
N285 Zsvsnbe Noorcfrand nieuw N285 Zevenbe Noordrand oud N282 Tilburg Breda omgeving Dorst nieuw trace zuidelijker
WEG
N282 Tilburg Breda omgeving Dorst nieuw Irace zuidelijker WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG
xVerkeer
Jaar besluitvonni
projeetnaam
N282 Tilbu Breda om vin Dorst oud trace N282 Tllbu Breda cm vin Dorst oud trace N638 Zonden Omle in sannmne wsateli’k tra ect zuid N638Zundert Om in aanname wealeli’k tra’eet rnkldsndeel N638Zundert Om in aanname westelik traect rniddendeel N638Zundert Omle in aanname wealeli’k iraect noorddeel N638Zunderl Ornl i aanname weatellk fm’erJ afname N63&Zundert Oml in aanname weatelik tra’ect afname Breda Vls Brede alallonelaen
Breda Bevel zuid nieuwe ro west Breda Bevel zuid nieuwe ron zuid Breda Bevel zuid nieuwe ron nooord
N638 oml I R en
1D 1500 407500 100800 4D7200
117500 399500
2011
118500 399500 117500 396500 118500 398500 103200 386840
2011 2011 2011 2010 2010 2010 2010 2010 2010
1035DO 387540 104500 3883DD 1055DO 387500
104504 386504 104504 387500 112964 401042 116360 399347 117950 396552 118089 399853 98073 393439
2014 2014 2014
Jaar beslultvonni
KASSEri KASSEit
Breda Pdnsenbeek zuid west het Ues Oosterhout Oostelnd
108597 399540 121552 405928
2012
Noord-Bfatmnt n Bosch xWonln WONING WOt/ING WONING
HJJrtc nbosch Groots Wielen fase 3 Hsrlo snbozch Bosclwsld
He n venus 2
15
15
41670D 411530 413330
xKarltoor KANTOOR KANTOOR KANTOOR KANTOOR
enbosch 8 oorzone
15224D 152246 148200
411630 413330 413330
WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG
WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG WEG
20 20 20
1500 760
200
aantal BVO 40000
r rssgsatle
26 2011 2011 2011
3DOOOD
124000
aantaf ha
Jaar beelultvowning Jaar matfsatls
xgedrlff BEDRIJF BEDRMF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF BEDRIJF
J IJ J Jaar beslultvownlng
Hertogenbosch Boechveld Hertogenbosch Avenue 2 Kantoren
He enbcsch Avenue 2 Publieke voorzieni n
He nbosch Rjslvelden/De Vutter/lErlveld
Hs nlxwch Parkse ara eHekellsan StadswafzoneZufd He enbosch De Meerendonk Hertc enbosch Kloostemtrsal Herto snbosch de Brand 2e fase Hvrto enbosch Land oederenzone Rosmalen Lith Maaestraat-West
P
N27g V hel - Helmond Verbradi deel van A50 rmar Helmond N27g V hsl - Helmond Ve/b/udj deel van A50 naar Helmond N279 Ve hel - Helmond Verbredln deel van A50 naar Hefmond N2T9 Ve hsl - Helmond Verbrsdfn dssi van A50 naar Helmond N279 Ve hel - Helmond Verbredjn deel van A50 naar Helmond N279 Vs hel - Helmond Verbrsdjn deel van A50 naar Helmond N279 V hel - Helmond Verbredin deel van 0 neer I-lelmond N279 V el - Helmond Vsrbradin deel van A50 rmar Helmond N279 V hel - Helmond Ve*mdi deel vsn A50 naar Helmond N2TD V hel - Helmond Ve*mdj dssl van A50 naar Helmond N279 Vs hsl ÃćâĆňâĂİ Helmond Ve*rsdin deel van naar Helmond
147200 149760 151730 152100 153400 156058 151200
413120 410700
163221 164657
403754 403050 402491 402090 461450 401552
165159
t85900 166833 167113 167g35 168156 168815
N27g Ve hsl - Helmond Verbredin deel van naar Helmond
189281
170105 170787 170927 171530 171818 172280 112629 113648 173893 174389
N279 Vs hel - Helmond Verbredln deel van A50 naar Helmond N279 V hel - Helmond Verbredln dssl van A50 naar Helmond N219 V hel - Helmond Verbredin deel van ABO naar Helmond
He snbosch Parallslwe verte Herto snbosch Opstal ke ontslultin Rcsmakm NBIBWBBTSch’ndsf Omle in Zukl nieuwe trace
N618446378chindel Omls in Zukl nieuwe trace
’f 14820
148840 155215 157500 158500
NBIBJJI637 Bchi ndel Omls jn Zuid nieuws trace
N618 Sch ndel Omle fn Zuid oud bied
2011 2011
2012 2015 2015 2018
10
Jaar beslultvormfng Jaar nmlieatle
N279 V hel - Helmond Verbmdln deel van A50 naar Helmond N279 V hsl - Helmond Vsrbredln deel van A50 neer Helmond N279 Vs hel - Helmond Verbredin deel van A5D naar Helmond N279 V hsl - Helmond Verbredin deel van A5D naar Helmond N279 V hsl - Helmond Verbredjn deel van A5D naar Helmond
N279 V hel - Helmond Vsdxsdjn deel van 0 naar Helmond N279 V hel - Helmond Verbmdi deel van A50 naar Helmond N279 Vs hsl - Helmond Ve*rsdin deel van naar Helmond
410900 413350 424522
15T500
2011 2011 2011 2611 2611 2611
4D0672 4D0430
ggg716 399522 398180 39T037
396104 395928 395117 394710 394097 393113 392256 391864 391133 390517 413008 416411
2D20 2D20 2D20
2020 2020
201 1
2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2011 2611 2011 2011 2011 2009 2010
401500
2020 2020 2020 2020 2020 2020 2020
2020 2020
46150D
201 0
2014 2014
461500 402500
2D1 0
2D14
4617 4817 4617
201D
2014
4617
Jaar beahewmln WDNIHG WONING
WONING WONING WONING WOI4ING WONING WOHWG
VeeÂżoven We adam
3 79040
V Waal udaaf deel
voklttwon W IcÂżcl Gtcf
2841 I tld van Baker 2a10 01 1044TD
V4ldtuÂńc W lebÂżl IIOOI
2 143
721
Veldh W Ifdull deel Son en Hel Mensa Woud
2915
2010
39mhsl
2DDD 2DDD
100195
WOHWG
wotaw
271 D
Veldhoven W allee ef Vekl n w Ielen l dool
WOÂżWO
Mllmo Rad van Beek
134240 Âńleven
ddo hnnen ene devaarl077777 J tut I’ r W I I Oase
wÂżrÂżven wwÂżneeÂżn
WÂżwwn e
101mla
201 1
1%105
Hetnond
En
IT414D
KANTOOR
Helma CÂżnÂż larf tocln lento ufnkotc traint
IT9500
BBIRIJF
o Âżna ndcn rza Ind oratorÂżWn Onmandon
2011
1001 W
andwwn Nwbu kÂńaÂńm
157637 157537
BW11D
309110 2011 2011
2D’H
2010
vaal 2010
184240 134246
MII T
J Mr 6EDNUF BEDIIUF
Ooume Oeneum ercene FÂńma 2011
167420
BE F
201
989110
esoMJF
8 RUF
14424S Fona HenÂżn
2DII 2011
15T540 154651
2DID
Wlo
UkÂńdin lannen Bvekeee Baelerncn Jaar beehavew ln
Ra Elndhoren No nkÂńÂńtnlee
506 Nan Elnrewe ND nfwnlnM 505 llÂńl Elnre No rhmÂńlraw WEG
BOSS am
WEG WEG
BDD SÂńl Eindhune No auÂżInÂżO
Ra Bnd hlÂńlÂńIntra
3!Ktcao
2 014 2D14
3W500
2014
1072oo
Bndhovml No
ZDTWD
E Re arÂżbevalt No nleunlnuÂż e Re ndhÂńÂżn No nhÂżÂńrace
0005 Rs anmmven nhmmeee 800 alldhtÂżfth No fllellubllce
WEG
800E Bnercvo 0 nletwlreco sos Ehd NO I
Re andlÂżven alnameberman en
21424M WCIWn ven ernst 21-D2-00 WmuÂżlyon ernst 214248 kt abeel van arno l
Z142 hkheel van oraal
214240 korbeel van erna l
2a20
eos Ekchoven No
30TWO
2014 W14 2014 2ttlc
214246 Behaal vert t 214248 lfkbeol {\}Âżrr 10 000
W14
SOS Ran antoon HO 00Âżtneboomow BOBE IkÂńEÂżck HO elwaÂżbootsend
-10000 2D20
Ie050D INIWD
Ievsoo IMNKÂż
eOS R B dkcw NoÂżunÂżWW
IrdhnÂńlh llfftÂńflebrnhlw arl
362’tDD
I ed500
IW500 IWWD
DS10W
2014 2014 2014 2914 2014 2014 2014 2014 2014 2014 2014
40D
214240 ldcboel van raat 214248 05cbeelwn nÂżt 214248 Mkh ent ven al 214248 Behaal vÂńt at 214348 Mkboel van reel 2142Âńs Mkn m E 214248 Mkhael ven mal 21424S cimbaalÂżm raat
la4900 16560D
Ra srwnoven No wÂżmeeÂńRww en
eOO Ro awwÂńn akÂńnehÂńm w
eOS mtn BÂńmove atnemeaÂńmÂżn
803 Reel Bnd nemekeelean
Z14Z Mkhael valt E faal 2I4340 Michllm vert f8at 214240 leid 214240 lfkt wl wn
1200 1280
8!I 16IKI
HH61Âż 1621 1Âż
214248 Mkheel vert I
IWD I BID
N8100 18101Âż
BDSE R Ehdh HO Âń
214240 nel van I
202D
10
168100
1810W 182BD
000 nnw ans NO ademeammÂżn n Dose BndlÂżVen NO mebaeteon en EG
214240 kkha81 v8n CtBOI 21-0309 Beheer van vraat
214240 hkhaal ven ecaal 2148W akhaal vah oraa4 214240 korbeel van ecam
201’I
eOB Fk anm n 0 ameO
800 Roh BrldheÂńla No ahtorrr
WEG
214I243 hkhaef van t
Zoooa
SH4 2014
WEG
WEG WEG
Mld
2014 2014 W14 2014 2014
1015W 102500 108500
40W
2’I
214248 Mldteel ven real 21-0240 Wcham van Âńaal
214240 hecheol van oraal 2148W IrsohaBI vrlrl omer
214240 Mkheel vw mal
2020
214240 Mktlflol vert titel
214243 Mkheel vw mal 214240 Mkheel van Âńaal -I WW
21424s Isknael van cent
0I
00 11 00 1I 0
0 I 144040’Fsnsssnlsn 00055 1150 011
0 I 144548 Fons Snnnn
0I 00 1I
I 11011 1000 040 0 I 41’I
018 I 50
Bijlage 2a. Saneringsopgave verkeer HWN conferm saneringstool
Knelpuntkilometers HWN 2006 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 PM10 2010 PM10 2015 PM10 2020 PM10 Versie 2.2.1 (amendering) 29/02/08 Provincie Drenthe G,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,OGO 0,000 0,000 Flevoland 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Friesland 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Gelderland 0,896 241,938 66,086 26,590 5,071 232,266 6,407 1,674 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Groningen 0,106 0,000 101,558 5,121 0,318 0,000 119,133 0,000 Limburg Noord-Brabant 62,775 OâĂđOM 386,837 5,586 1,681 413,917 1,825 9,0.00 Noord-Holland 67,904 3,451 3,365 ’) 34,589 29,100 24,590 94,942 5,646 20,927 3,400 0,000 O,DOG 6.768 0,000 0,000 0,000 Overijssel Utrecht 148,716 49,377 30,563 3,179 1,054 234,798 209,468 26,745 Zeeland 0,000 0,000 0,000 0.000 0,164 0,000 0,000 0,164 Zuid-Holland 0,147 0,217 370,417 164,788 23,484 15,912 268,422 2,832
Nederland
1491,228 518,790 134,455
77,817 1345,080
2006 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 Versie 2.2.1 (amendering) 29/02/08 Provincie Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 aalburg Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 alphen-chaam asten Noord-Brabant 0,000 0,000 3,861 0,000 ba arie-nassau Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 bergeijk Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 3,394 bergen op zoom Noord-Brabant bernheze 0,000 2,062 0,000 0,000 best Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 6,969 Noord-Brabant bladel 0,000 0,000 0,000 O,ODO Noord-Brabant boekel 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant boxmeer 0,000 9,674 0,000 0,000 boxtel Noord-Brabant 10,290 1,608 0,000 0,000 breda Noord-Brabant 17,983 0,000 0,000 52,483 Noord-Brabant eren endonck 0,000 2,512 0,000 0,000 Noord-Brabant 2,710 0,000 0,000 12,329 cuijk
43,455
8,557
5,532
PM10 2010 PM10 2O15 PM10 2020 PM10 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 13,611 0,000 0,000 0,000 O,OOO
0,000 0,000 6,072 11,764 0,000 0,000 18,119 13,390 46,317 4,224 19,342
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 G,DGO
0,000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
2006 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 PM10 2010 Versie 2,2,1 (amendering) 29/02/08 Provincie Noord-Brabant deurne 11,221 0,000 0,000 0,000 14,094 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 dongen Noord-Brabant drimmeien 0,000 7,753 0,000 D,ODD 3,619 Noord-Brabant eersel 0,000 0,000 D,OOO 0,000 2,283 Noord-Brabant 39,334 17,492 5,586 1,681 32,348 Noord-Brabant 9,671 0,000 0,000 0,000 5,428 Noord-Brabant T,186 1,8GO 0,000 0,000 7,186 Noord-Brabant 10,452 0,000 0,000 0,000 10,022 geldrop-mie rio Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 gem ert-bakel Noord-Brabant 13,023 2,552 0,000 0,000 12,628 gilze en rijen Noord-Brabant 0,559 0,000 0,000 0,000 0,559 goirle Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 grave Noord-Brabant haaren 0,000 0,000 0,000 0,000 0,007 Noord-Brabant 7,806 0,000 0,0GO 0,000 0,000 halderberge heeze-leende Noord-Brabant 3,GOD 0,000 0,000 0,000 7,508 Noord-Brabant helmond 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 heusden Noord-Brabant 1,204 0,000 0,000 0,000 4,164 hilvarenbeek Noord-Brabant 0,903 0,000 0,000 0,000 0,903 lea rbeek Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 lande rd Noord-Brabant 1,746 0,000 0,000 0,000 4,902 lith Noord-Brabant 0,000 O,G00 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,00D G,OOO 0,000 loon op zand Noord-Brabant maasdonk 0,833 0,000 0,000 0,000 7,924 Noord-Brabant mill en sint hubert 0,000 0,000 0,000 0,00G 0,000 Noord-Brabant 1,496 0,000 17,841 0,000 4,T77 moerdijk Noord-Brabant 0,000 0,000 O,DOG 0,000 0,000 nuenen, gerwen en nederwetten oirschot Noord-Brabant 21,827 0,000 0,000 0,000 22,458 Noord-Brabant 12,960 0,000 0,000 0,000 13,355 oisterwijk Noord-Brabant oosterhout 0,000 0,000 0,000 0,000 5,736 Noord-Brabant oss 5,933 0,000 0,000 0,000 10,775 reusel-de mierden Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant roosendaal 17,G90 0,000 0,000 0,000 7,449 eindhoven etten-leur geertruidenberg
PM10 2015 PM10 2020 PM10 0,000 0,000 O,ODO
0,000 1,770 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,OOD
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,ODO
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,DOO
0,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000 D,OOO
0,000 0,000 0,000 0,000 G,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
O,OGO
O,ODO
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0.000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
O,GOO
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
2G06 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 PM10 2010 PM10 2015 PM10 2020 Versie 2.2.1 (amendering) 29/02/08 Provincie Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 rucphen Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 schijndel Noord-Brabant 19,170 9,297 0,000 0,000 20,209 0,041 0,000 ’s-hertogenbosch Noord-Brabant sint anthonis 0,000 0,00G 0,000 0,000 0,000 3,570 0,000 Noord-Brabant 0,375 0,375 0,000 O,GOD 0,375 0,000 0,000 sint-mie hielsgestel Noord-Brabant sintmedenrode 0,000 O,GOO 0,000 0,000 8,388 0,000 0,000 Noord-Brabant someren 0,000 0,000 4,231 0,000 8,466 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 8,008 0,000 0,596 0,000 0,000 son en breugel Noord-Brabfnt 0,000 D,OOO 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 stee nbergen Noord-Brabant 22,171 2,396 0,000 0,000 25,652 0,000 0,000 tilburg Noord-Brabant uden 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 4,892 Noord-Brabant valkenswaard 0.000 0,000 0,000 G,OOO 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 8,813 0,000 0,000 veg hel veldhoven Noord-Brabant 0,187 0,000 0,000 0,421 0,000 3,654 0,000 Noord-Brabant 1,291 3,005 0,000 0,000 3,775 0,014 D,OOG vught waalre Noord-Brabant’ 4,138 0,516 0,000 0,000 1,130 O,OGO 0,00O Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 waalwljk werkendam Noord-Brabant 23,629 3,072 0,000 0,000 0,000 0,000 11,757 Noord-Brabant woens dracht 0,000 9,449 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 woudrichem Noord-Brabant O,OOO 0,000 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 zundert Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
PM10 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
Bijlage 2.b. Saneringsopgave verkeer OWN HWN conferm saneringsmal
Knelpuntkilometers OWN Versie 2.2.1 (amendedng) 29/02/08
Provincie
Drenthe Flevoland Friesland Gelderland Groningen Limburg Noord-Brabant Noord-Holland
Overijssel Utrecht
astsn baarle-nassau bergeijk bergen op zoom
barnheze best bladsl boekel boxmesr boxtsl
breda cranendonck cuijk
15,608 0,000
i4,iee 53,302 73,938
0,6i8
10,426 0,000 1,590 6,639 19,421
0,254 42,357 0,00G 42,159
1,543 0,000 0,606 G.ee7 3.584 0,000 13,275 0,000 5,014
Zuid-Holland
88,243 0,000 225,509
Nederland
471,417 122,846 25,019
Zeeland
gemeente (san.tooi versie 2.2.1) aalburg alphen-chaam
2006 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 PM10 2010 PM10 2015 PM10 2D2G PM10 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 22,939 0,000 33.308 88,884 115,396 0,439 81,188 0,000 242,737
3,522 0,000 0,000 0,460 5,893 0,000 5,298 0,000 2,452
9,642 584,691
’l7,625
0,182 0,000 0,000 0,108 2,466 G,OOO
6,G90
0,000 0,796
Provincie 2006 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 Noord-Brabant 0.000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,264 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 O,ODO 0,000 Noord-Brabant 0,000 0.000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,236 Noord-Brabant D,OOO 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 4,686 0,098 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,202 O,GOO
0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000
G.OOG
Q,OQP)
5,087 0,000 2,786 0,000 0,219
5,034 0,000 1,704 0,000 0,103
8,092
6,841
PM10 2010 PM10 2015 PM10 2020 PM10 0,000 0,118 0,000 0,000 0,000 0,000 2,623 0,324 0,000 1,282 0,608 0,000 3,831 D,DGO
0,426
0,000 0,000 0,000 0,000 0,00G
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
D,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,OOO
0,000 0,000
0,000 0,000 O,OOD
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
gemeente (san.too I versie 2,2.1) deurne dongen drimmelen
esrsel eindhoven etten-leur geertruidenberg geldrop-mierlo gemert-bakel gilze en rijen golrie
grave haa ren
halderberge heeze-leende helmond heusden hilvarenbeek laarbeek landerd lith
loon op zand
maasdonk mill en sint hubert moerdijk
nuenen, gerwen en nederwetten oirschot oisterwijk oosterhout
oss reusel-de mierden roosendaal
Provincie 2D06 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 2006 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 O,ODO Noord-Brabant 0,262 0,000 O,ODO 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 21,156 2,600 0,743 0,108 Noord-Brabant 1,661 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,702 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,221 0,000 0,000 0,794 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant D,OOO 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0.00G 0,041 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant D,OOO 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,184 0,000 0,00G 0,000 Noord-Brabant 0,056 0,000 0,000 O,DGG Noord-Brabant 1,948 0,511 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,274 0,000 0,000 O,OOG Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant O,GGG 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,577 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0.033 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 1,263 G,OOO 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,639 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 1,211 0.000 0,00G 0,000
PM10 2010 PM10 2015 PM10 2020 PM10 1,143 0,000 0,262 0,440 20,697 1,64G
0,887 1,664 0,000 0,000 0,041
0,000 0,000 0,000 0,000 0,460 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
0,000
O,DGO
G,OOO
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,198 4,439 0,352 0,443 0,391
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,076 0,803 0,000 1,381
0,643 D,244
0,000 0,617
0,000 D,GOG
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 D,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 O,OOO
0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000
gemeente (san.tooi versie 2.2.1) rucphen schijndel ’s-hertog enbosch sint anthonis sint-michiels geste l
sint-oedenrode someren son en breugel steenbergen tilburg
uden valkenswaard veg hel
veldhoven vught waalre waahvijk
werkendam woensdrecht wou drichem
zundert
2006 PM10 2010 PM10 2015 PM10 2020 PM10 Provincie 20G6 NO2 2010 NO2 2015 NO2 2020 NO2 Noord-Brabant 0.000 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,117 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 3,751 0,241 0,000 0,000 5,139 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 1,786 0,000 0,000 O,GOD 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 1,072 0,000 Noord-Brabant 0,782 0,000 0,000 0,000 0,308 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,669 O,ODO 0,000 0,000 0,232 Noord-Brabant 0,000 0.000 0,000 O,OOG 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 16,962 0,000 0,000 0,000 7,056 0,391 0,000 Noord-Brabant 0,00G 0,000 0,000 0,000 O,OOD 0,000 2,913 0,000 Noord-Brabant 0,254 0,000 2,317 0,000 0,000 0,000 2,093 1,467 Noord-Brabant 7,281 0,000 0,000 0,249 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,389 0,000 D,000 0,389 Noord-Brabant 0,000 0,484 0,000 0,000 0,000 0,484 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 2,855 0,000 0,000 0,000 2,186 1,110 Noord-Brabant 0,365 0,000 0,000 0.365 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0.000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 Noord-Brabant 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,000 0,00G 0,000 Noord-Brabant 0,000 G,OOO 0,000 0,000 0,000 0,000 O,OOD 0,000
Bijlage 3.a. Overzicht maatregelen en kosten Sndhoven
ljjl jj![(! !! ".
’!",’(’;pl "/>!! fji(7I!i "jI/f/"]!l’7
Illll lllijÂż. tilÂżlÂżlÂżl!Iflilllt!I’ I lillltd I„!IfllLljt[
i’; 8!-" $51!$4I’=;= :i%l< i iililk ": i%i iilije!i -" i!ititi Ahlili iifiB Of%4i "–;* .8;=.
Niiiiiij’iiif
’5 C
$188Âż88188$!iiiiif8$lc fiji !8, 5$i -’I- t-I fiiii, =",i-,i! g ÂżC
,C
8fi8845f! 8 8 ii 88 a88 ii’;.I!f 551.=5 iii 8881$ =*.$8e iyyy ifiP) 5i 5.:
$$$$$1$$$1$$$$$t$$1 1Âż8$Âż$$$$$1$$$$$!$ $1$$$$$ct$88$$
0
Âż$
0 CÂż
- ;=.-==— -..—-..-= . =-.-.=-...-..-.;.-..= =-.:.–.-..-..=-LÂż
8 CifN 3!l,!l!’ 818888f$88’, 8 Âż888888-,8t ’, 888Âżft88 ;8 888888 8 8!I8$881
;El8 $$, 8¿¿lftÂż8$$8858888ÂżtÂż8I!I$$fi-o!!Ill$88hlkl 88ÂżIC!!-. 88$$L 8 R@i! $$Âż,: "8 i i i 8!$68,:,c 8kkÂż$8l8 $888 $488 Va H8 8 =; ÃćâĆňâĂİ. i 8 8!ljÂż 8 8 8.8 818âĂđ8 8 8f$
4ihikiffH%%iiii=i-iiii 0’=iiiiii iii=8iii iii !8
10%
l 0%
hhd, haÂńh 1888 88 ahdeerkhaah a%hffiÂń18%
aaaaah
08%Âńk&h hhkl kad%a Ih%%0dddad
alÂń 0%Âń 88 da 8800ÂńkahalahdÂń88
dhddadk
kkaalaa ari awhkla hl%dÂń% 88%
I%dl 100%
1%% 1%% 00%
.:dldane lak% QdlgOym ,al daaaa pldhaaa ,’laha
I I %aÂńad
.
ÂńI IaÂńaÂńaakÂńll%haÂńaak
( 000008 aa
hi "" ’ ’dada" QYYm
80800000
MikuZone (kreet e f) De grote milieuzone in Eindhoven die in 20 l 0 is ingevoerd, zal een direct effect hebben op de (bijna)knelpuntlocaties op de Mauritsstraat, Keizersgracht, Mecklenburgstraat, Edeustraat, Vestdijktunnel2 Emmasirtgej, Boscjtdijkr Wal,
Aals en. Vestdi+ omdat deze wegen binnen de milieuzone vallen. Het verkeer zal hier schoner worden, Derekwnkgrrnaakqrckn (kreet e t) Eindhoven neemt diverse doorstromingsmaatregeien, met name om het verkeer op de ring beter door te laten rijden, Het directe effect van een betere doorstroming is berekend op de Beukenlaan2 Botenjaanr Marconilaan en Jeroen Boscbjaan, door op deze wegvakkeu uit te gaan van 0 % stagnatie. Mirrrkr interrriteit (irrairect e+ct)
Door ajierlei maatregelen zoab parkeerbeleid, stimuleren van OV, invoering van de milieuzone en verbetering van de doorstroming op de ring, wordt het centrum van Eindhoven minder aantrekkelijk voor het doorgaande verkeer. De gemeente Eindhoven gaat daarom uit van een reductie van ongeveer 30 % van verkeersintensiteiten binnen de ring (doorgaand verkeer), Daarnaast wordt uitgegaan van een reductie van l 0 e/e van het verkeer op de Leenderweg, door toeritdosering. Het e8ect van rmnder verkeer op specifieke wegvakken is bepaald door de intensiteit in de GAR-input te wijzigen.
Tabel 82.1 Berekend effect van taaatsetfelen op (bijnajknelfnsltftocaBee ln Eindhoven ep de jaargemiddelde conosntralie fijn stof ln 2MO jfrglm’j
(fajna,’frnelfraat X-Y Ggarcerrtrrrde9 fftaret Esectminder BRct Ktrrct hetere Jggee
co5nBmrat zonder schone milierrsone doorstaking bosses
Leea 162526 381290 32 9 Oss 0 7 52,0
0,1 3,2 0,6 30,7 01 26 05 30,3 0r7 0 8 02 02 28 28 56 lr6 0,7 Kd l 161175 385217 318 19 08 03 28 9 03 0006OP 28 Kaiser 1 6 02 2828 172 9 ’ 161125 303433 90,5 1 6 06
Mauri 160726 383065 3 43 6
Keiaer a t 161189 383192 35,6 25 20 0,5 30,5 Maurinetraat 160798 382988 33 5
Mecklenbnrjjstnrat 160710 382850 50,5 07 09 02 28,7 Mecideab urraat 160659 382783 50,3 Keiseur8r28cht 161215 383178 31,0
Vestd innd
161290 383698 30,1
16127t 583105 30,4
01
01 00 02 500 0,2 31,2 28,8 31,30,70,109 00
160891 302801 511,2 0,11,1 0 2 28t9 159909 584549 00 5
Mecirlenbrnjjrtraat 160807 382889 30,6
turu0d 160820 383732
160866 382936 30 3 161091 363331
30,1
01 11
160574 384408
2 89 2 80
105
30,1 01 10 30 1 01 10 Tilbugpr weg 158510 38411 1 30 7 0 1 00 Botenlaan 159501 383031 30,2 0,1 0,0 02 00 159282 386504 Ol 00 159S’11 3836 /5 30 160719 384177
302 0 1 10
02
0,2 28 9 28 8
28 8
160499 384529
30,1
159163 383962
31 9
157860 384481
31,5
Eindhoenzn)8weg zuid 157703 389064 168160 883055
30,5
161354 385010
30,5
Wal
161866 382928
30,1
Wal 161481 382828
30 2
161515 379718 30 3 161533 379727
Veslz ki’k
30,2
161475 383469 161417 383517
31,9
162431 381507
3092
162551 381184
30 3
162602 380998
3 00
162070 387868
30,4
162089 387843
ohn f kennedl)laan
161971 386971
30,1
John f keen aan
161993 386969
30,2
2 88 2 98 31+ 31)4
30,4
OJ 00 0,6 08
04 09
Op 0 8 Ozl 0 3 0,1 0,2
0 7 08 0,9 1 0
G 04
02 04
162376 581625
ohn fkenn laan Qobu f kunne)kf laan
29 9
0,3
0,3
04 OO 0,1 0,0 01 0,0
Oz2 37
161811 381470
0,2
02 04
Gl04 0 1 00
00
30,9
2 86 03 02
2 80
05
29 5
Ol 297 z
29 7
29,6 ’l9 8
297
29 5 30,3
01 OO
162103 388261
30,9
162116 388257
50,6
01 0,0 0,1 0,0
Gl00 Gal 0 0
30,0
30,0 30,8
Tabel B2.2 Berekend effecl vnn meskregelen op (bijna)knelpuntloce5ee ln Hndhoven op de jearyemiddelde
con 8B3a ln 20’l5 Q hn j
Xeiz t 161175 883217 40,5 4,9 8 8 0,6 31,7 161189 883192 50,7 5,8 5,6 10 88,8 Iecxukgwe 162524 381290 40 5 08 17 88,1 160726 383065 46,4 04 68 1,1
88,1
Maurinannn 160798 382988 48,2 0 4 6 0 1,0 85 7 14mxkErabaadaan 159168 883962 40,0 11 389
TBbu 157860 384481 4 0 0 4 40,4 L
V 161417 388517 4 0 6 2 3 4P 11 32 7
Vee h’11
161475 883469 38)1 21 39 l,l 8 10
Bijlage 3.b. Overzicht maatregelen en kosten
Yalkensvraard/Waalre
(Bijna)jLnelp33ntlocaties Valkemwaard volgens saneringstool versie 2.2.1, voor PM10 (2010) Wrh!Bre Wig&k.
gwoeaewgrioe J esdragl Je ge
I+!4437841jwelde ... MNWAgedjs!043L QLNBSQ+ jvgegegJwo!Nawm gwlawer w LO030BLDEWED !OWN i4287 IJwgae 13757 T87I 0! Olb)vd 125j DOBI!ELSEV!EDVNIIENDVBBASG V %MRD jOWN wjj!Vdd 783i 380338j 0j 10%
, wEEI880hawEL 1 13744! 812j 408 Ol 18!li!Vd li25
IDOLDBLSEWEG VALKENDVdLBI52 OWN wlse!4!40WWw!0 i 13771’ B!BI 485 0’ 15% IVd 1251
loojsaESEvmh vjiiaa mjwArvro owN Lid7EN!aihsEEEL !air! B!a+ ees, 0 !o%bvd !IENQHovgNBEV!%0!iieijgjhghPAKY cowN rSTTwhadBDBEwgf 10483: 1084 5aai 0 0%jvd 1.25
jBISINQh IrLNEIB DO OVBN wjjjadwdhsslies O%ali B!ie BTS’ j Brjiigvd
I vALKElajvavirgO jOr!N els!3BBBI !EL 14443’ 104s 028i oi 0%lvd 140 ’ Virl!!ZNovvAA!!O IONN lnewwo I 180%i 10831 032! Bl 0%Ivd !.00
V !4444! 1184 SST" B’.. OTBLvd 140,
2I 32.07. 8.50 0484 2 BIJ%I 555( 0.180 0,101 30.45 8.0T 545j 22 31AT. OTEO 2 32,08’ B.dol 0 eed 22,30,78l 540,’ 0.114 0.124 557. 2’ 3047 30,35 4.45 0.442 Beier, 4.11 0.172 2 32.28 B.TB 0.108
1 VWD B%W
(Bijna)knelplsntloeaties Valk rd volgens saneringstool versie 2.2.1, voor NC4 (2015)
Igehwn iIVB!044!w. Iaagle iwMYAIBIENSIvdai%ID M, Hw M iowN e iii 1%01. i ae oAHIDww Jwwy+ gwrw Jw 2 1238. -0 17 0. 0% v4 1100 2! âĂđ41AIR 25.12 0,108-
’OONTdELSEVVED VALNENSWWBT3D QOWI4 33mW338DBwsa 1 0KQ’ 550 4241 0: 0% Vd i 125 2 4207! 25.07 OIN4! V Owl4 wE!ehhahgsveg ’l4NBI 042i 430. oir %5% vd 1M’ 2! 44.1 2’ 25’ 4.054; :OON0BjeSEWB3 YALNENITVSrv!RD 847 ; T ol 15% I vd ’ 1,24’ 2j 38154 22.05 0,101 )
YALNENovvAi!RG 002: ’ 440 0- "ÃćâĆňâĂİ imp’ -" ” ’, t25’ 2i ’ ’sera<""’ Tsrjr BOTo’ I%AR 5& Vlli 878’ 0! 34% ; vd 1.2s’ 2 38.30’ 22.20 0.110’
I Bomen.
(Bijna)knelpuntlocaties Waalre volgens saneringstool versie 2.2.1, voor PM10 (2010) I I
.Wegvak-
Iensle
! 937403TBBmeewjo NW Boo kwe L1403 twsIE w+EBN w 84 engtm g!%g!%0 wov Jw wConoaNTBIB Jjjmij Jw -’.EDE302!vEB5%1wED wAALRE ’GwN !1 5!Ejiwey ! 26260! 1448I 1154 0 15%’,vo 1 25 4 30.42, 0.822 jEIB37IB3vEHSEwBD wAALRE !GwN jmpords UII swrej7 I 26107j! 0LBT, 1150: 0. 15%Jvo 125
’,EINGHovENSE!TVEG wA4LK ,’GwN [ 23205 1276i 0 14%i 5%jvoVO1.DD’, IEINOHOV WAALDE !GWN vjjjjO!daadbrawvajj ’ -19980; 10061020’ 878 Oi 1.0D! ’,EINDHOVE!45EWEQ WAALRE,GVVTI ,- 21058: 1190’ 952’ 0, 12%7! Vo 1.00, EIIE2IOVE!jgeWEG WAALDE :OWH jvgeeh4liajjaveg - 18900i 1050 840- 210 24% Vo 1.0DI
4, 30.30j 0.319 8 31.11 0,804 2’ 32.09 0.189j 22’32.10 31.56O,’119,’ 0.176’
(Bijna)knelpuntlocaties Waalre volgens saneringstool versie 2.2.1, voor NO2 (2015) ,Eee!ew.
.Wes!mh j
e . „ iw s a, ajaz r raii„a wjrvdis wwwa,aia , SNDNGBENSEWED WAALRE ’GvvN ’ 21053’ 1215 072’ D 12%iVB ’ I Kl 2
!’35NDHDVENEEWED VTAALRE jGWNj ,’ 21324 1181 I ’944 i 0 2l% Yo ’ 1333’ 2! 30
!0.70, DE lig 10BT 9.175 I
% IOOO IOOO
IOL
IOOL IOOO
XEltRVZ’Kl RZFP MAATREGELEN VALIHZ’%WAARD KN wAlssLl1tR OP
(BQN TKS
BOOrShnrniqgStrtedhgeka
De doorstrorniagmtaatregelen gelden op de Eindhovenseweg. Aangenomen is dat er geen stagnatie meer optreedt. Miekr snfsrtrtfstf
Aangenomen is dat de verkeersintensiteit op alle (bijna)knelpunten met nunitnaal 10 % afneemt door de infrastructurele projecten. Het efect hiervan is geschat door de berekende verkeersbijdrage met l 0 o/o te verkleinen.
Tabel 843 getekend effeot van maatregelen op (bijna)knelpttntlooatlee in Valkenewearde en Waalre op de Jaergemlddelde concentratie fijn etof in 2040 /lsgbtt*f
ghj nnt ValkmrssnnmV X-Y
Waabe eosrdinaat
Caneentrrrdeao Efikct schone Esiet betere Efgrrt 10 Vs Aem
ader bnnsm doarsttnn dag tnfnskw ontbeer
Dommel Vslkenswaard 159689 375378 32,3 0,05 07 31,6 Dommdseweg Valkenswasrd 159746 373329 31 1 0 05 0 6 30 4.
Dornmebeweg VaUren 159642 373449 31,0 005 05 30 4
Domm Valken 159504 373505 31,6 0,05 0 6 30,9 Do2nmebewee Vslkenswaard 159567 373481 3 20 005 - 0,7 31,3 Eindh eE Valkenswaard 160130 374052 3 08 004 1,2 EindhorenseweE Valken 160030 373593 SG 9 005 11
05
29,1
06 2 91
Valkenswaard 159811 373321 30,4 0,05 05 29 8
Valken 159741 373243 30,6 0,05 0 5 30,1 Luik7srsreg Valken 159877 373353 32,2 0,05 Eindho3603336e00wdf waalre
EindhovenseweE Waalre
0,7
31,5
161473 379355 30,4 0,04 0,1 0,4 29,9 161464 379356 SG 3 004 01 0 4 29,7
IM WM 161S50 378845 31,1 Ei ewesr Waalre 161245 378553 32 1 Eiadho37enseroeE Waal re 161106 37340’I 32 2
161150 378268 31,6
005 005 05 30,5 003 02 00 312
313 005 02 03 03 0607304
Tabel 642 Qetetttmd effect van eten op (bijna)tcnelpttntlocattee in Valkenswaarde ett Waatre op de jaarttamiddelde eonoerttrale N+ In 2016 [ptt/ua’j
g butpunt Valbmuvaaxd/ X.Y
Waatm co
Conceturatte E8hct tctuum Ettcct tuuare Ettecc 10%% jlkwe
aoruter bwaen 8to6aratronuott minder
V aarrt 15987’7 373353 41,8 02 26 39,0
Dommelaeweg Valhe 159689 373578 42,1 0,2 - 26 39,3 Donuneltm2eE Val%e 159567 373481 41 1 02 2 5
Doxmnelaea3cti Va83enswaarrt 159746 375329 38,2 0 2 2 2 35 6
Dommebeweg Vdkrnawaa& 159504 373505 39,8 0 2 2 4 37 2 Eindhoveasewm Valium 160030 373593 38 2 02 69
289
161245 378553 39 4 0 2 I3 2 1 35,9
ov3nnea33 Waalre 161196 378407 38 2 02 11 20 350
W 161150 310260 58,1 02 2 0 20 3 39
bijlage 3.c. Overzicht maatregelen en kosten Tilburg
PV)i[! lii[ ::
3l!$lWElllll ll>) . ".’
i]i",’ tii, ’-’, ’8 8 . j6M’8/5=- R" o
f p.
’>’>’Ojypg-’ @lbo% 6-eL
aix lefsls’ ,
8 5 $IRQI $4ll$$5 $ $% i
t g .8,L 8)AC 8 8 I[5 4 ht h,lt+e
5 5 4’R)L,S 8 pt;, 5 5l
ha:L’;g. ’sssis58 kh) Ja
C 85 fF’ ’CRI 0 8
gene%de
, cwlvmarbakiMP%QQDI
201 2 0 f d% M 0200 M0 tdfeaM00
Aedfebenlhp a a Capko aaaet C4fdAdlr
’QuehechapÂżMplilfiif anhnagcMe
MM ..
A e f f f M r tbr
n pu aaecwpemave
Haelhlh 444I4beea
4AIOMa
MOF
pllanle
44IMQÂżeeMp(ahplhp
2010
DDI D FMpglVIO D 10%
I Beeelre CMcde ileii
R
IgcheÂż bwaln
OClfeeh l dte04 Igatt O
tea ’"’ if.ddefad MA CpÂżQM
erarea ’aÂżclÂżheft’Itafr4eclhmpene MareÂżle Âżalm%nÂżM
LICnoeli04iil44ekflgfWlpIIWikgÂżrdpaamlale4tpfpt
ab abaatfNi deeieefkl
iiiiPOD I DO% %2000
140% 2,M0004
Fletoeneeaiiianui,adepebiuk daneenb
IFhkaan vehAAIMI IÂżQAIMMg horagmh PAMA a%alp
AAIM4nal InleefÂżWIWefke IAMehluhkud44f4l Qeeleekl
nf 20IC 200paa al0%
aahlgnvl a ed an
tupfalnlllhNh4
Qppl ’ 4’ " -’ lao% 200&.2049 f 20%
SIDIeamnJIII 4h 4rlee
ifoeaM
24W-DMF I tppal Iel% -pa 0 11
Pc
i AMIÂżeffe mepten InohdhMaa
Aelnpepne,odet4M,
mpiidoufinebaadanaÂżMIÂżrbe
Mmulneemaeeewawcem " a a auebvana commeaada
P
100%00
4oeeeind fd fee% 0
%KAPÂżcv%
aapÂżh
0
00% 011 4M
20002ala Iddpea IMA kar
Âż al a rtl 00% ,I
100 I
IB Mihmgom (flrrrt gvt) De miheuzone in Tilburg heeft een direct effect op de (bijna)knelpttntiocaties op de Hart van Brabantlaan, omdat deze weg binnen tie milieuzone valt. Het verkeer zal hier schoner worden.
Tabel 61.1 Btersttteml effect van maatregelen op (bijna)krssrlptsntlocatioss in Tllbtlrg op de JaastyemislsSelde concentratie tlln stof in 201 0 lpg/m’i
Cnnesnstnsdsb amdm Elbet scham
nsassttegsdcn heem
Betgbnsde 134547 394150 30,0 134813 398004
134571 398367 $0,6 Hart Van Itabandaan 133137 396883 31,3 Hart Van Stabandaan 132812 396886 31,4
HattVsn daan 132958 396880 30 9
01 329,9 01 18 30,5
Otl 0,3 30,9 3 305 0,1
131488 394638 30,0
01
Ringbaan Onst 1S5205 S97242 30,8
0,1
Hilvarenbeehe W 135415 394370 30 4 HSeannttnxhe W e 135373 394400 $0t6 132650 $96980 30,3 West 132609 396780 30,5
Rin West 132428 395989 $0,9
02
0,3
31,0
299 3 03
0,2
30,4
O,l
30,8
30,1
S0,4
Bijlage 3.d. Overzicht maatregelen en k++ten Breda
1 ISeawtt- Vtrkette- l800te (Bi]na)knelpuntlocaties Breja volgens saneringstool versie 2.2.1, voor PM10 (20 l 0)
W40400
0087’ Ott040050toteete QN+WOaart 5HOOt+Stte QCttt0tet0 Jv1.00 JvS000 Je IPRI40s01400tAA :.Gwtk 10+8 150 F I5581 5051gw 0, 0%jve ’.-: giller 1,00 4I50.05,50.40 .QA04 $ ttttt 2d QUct0+IOK t859IJ 1510i O’ 0%iite 1.00gvI 4geCenettetette 138 0.008 i
ElVECT DOORGERFAKI KE MAATREGELEN BREDA Onderstaande tabel geeR een overzicht van het berekende effect van schone bussen op de jaargemiddelde concentratie fijn stoF in 2010 op de (bijna)kneipundocaties. Te zien is dat schone bussen geen effect hebben op de Princenhagelaau. De reden hiervoor is dat er geen bussen rijden op deze weg en dat het gmsnak efFect van schone bussen op de achtergrondconcentratie op deze weg zo
is dat het niet rekenkundig wordt aangetoond.
Tabel BD 1 Baee4md affect van maatregelen op (bijna)lmel pungocatiaa ia Breda op da Jaargamiddehle concentratie O/n stof in 2040 f@Dim ]
X-Y 109251 399110
80 4
109250 899124
50,6
6,00
Sijlage 3.e. Overzicht maatregelen en kosten ’s-Hertogenbosch
llllltl ll! l.
j]t’ jl’lj q
:5ia%!58%i-%8=-:aLi
;e. =.–!lh.lj . g ”;seis:;.c iwiiyij,
Q Qp! k 8 L jM Rp ". i
4 4 >p 4 Alf
’8 f5!8 g p B:Rt C,g !5 8
,’-v4sssbVQ’=’-gi i 5 ki R f s%$ Sigi
I
lt I waoa
Coialioa’ I Mlao
Wiia4
200
10CCM
T500 9 OOM
415IOC 1158951
2llggl
MaoM
9 IMMI e 258M
’4199i 8180.989
ei Iil
810
0 4IIIM
I laW89a
480
2,0W800 CI.MOOM 55
8981 0990I 4 2055aw 9 9080D
0 2450M 580M
4 CIIDII
24425 CWM
912084I 4189W
C iii
4 498iii
0 M8M
100
J!55.
200
12
I 7!20 0 4ODM
C8912882W
BE1QZK&lD EFjrECT MAATREGELEN ’8-HRRTOGENBOSGH OP
Tabel 136,t Berekend eHect van maatregelen op (bijna)knelpuntlocaties in ’ektertogenboech op de jaargemtddelde concentratie fijn etot in 2040 jpg8ar’)
X-Y ’147?61 410871
147924 410746 30,1
Vil’ i47593 410809 30,4 Mae rjrrerhveij 148680 414490 30,3 148645 414649 SO 4
02 02
152S72 410559
Bruisten h
30,1
29 9 30,1
0,2
30,1
02
30 2
8tuke Randv 147445 410828 3 1 1
3 10 01
30,0
151671 414227 30,3
30,2
30 1
3O,O
152524 412566 30,7 152522 412571
30,7
30,6 0,1
30,6
Bijlage S.f. Overzicht maatregelen en kosten Helmond
(Bijna)knelpttntlocaties Helmond volgens saneringstool versie 2.2.1, voor P&$ 10 (2010) I
SNDDNNIaelNSD DOOD wg f) IR g eSINQSL DDDENN e e JeCDDeNINN+SENOEa QNNSesaa8 JÂż
IKII4ALM VOEDT 12016 080 J@% Ve dI AID L IL1T4. 2421088 RSk5IOI:âĂđ. TIT’ 428 Ig oea ’ I D50 1W9 OI,ID,T 4,10 J 4 ST k lTO, ;’NOSIONL VNDVEIISaANLSSNEI DOOI I 16NND242 N040 m 428,0% Oa % vd ,128 ",’ ’I’.25" " 8126’420’, 4DS: .D.OTO " ’ O’.205’ INTN DONNI242 T>r Dal Vd’ 1 ; 1’. OI’ AIS,
,:NODIEELN54V IQto IANON I esawe5242 IOT80! 61T] Seal 188 DNva , ’125 I, aaDS’, 128j 0.845 L +NaeS 5P....., IDDIN’,SDEEEdl leeELIa2 2 188T’ 684 I STD 68 22N Pva j 125 I. Seeaa ala2’ 0, 106
,IDDOIESL TIL1VEI SONSS I CMIN IaaNledaLIOOEND 202 21880 082[ OT I. 00 22% ve I 1,25 1,’ .DA62 0021 D 085
TEIAONNI JDLVN I 18882[ 012 aaa ae rNa ve i I DO 2; 81 08:I 4 18, 0.250
DOI T KeO /OWEN L SEEeEL lgii4< 8508’ 012’ 680, ,850.’850< 82 100Ive, 2, 51,00, INEERaosEYEED 0Yffif ’QDINDNEOEODE 9[ 4%jva110 J LDD 2l 2010,4AO 800, 0.120 0,157
11
Tnnenpenn
IO
iennnnmchkeam Onneennn
Pip 100000
BERIBJ26) EFFECI’MAATREGELEN HELMOND OP (8 TIES APanur tÂżfaÂżttfotf
De gemeente Hehnond verwacht een algemene reductie in voertuigbewegingen van 4-5 % ten opzichte van de autonome groei, ten gevolge van aUe mobijiteitsmaatregelen samen (sthnuleren OV, ietsen en vervoersmanayment). Het percentage vau 4-5 % volgt uit de rapportage "Studie hoofdwegenstructuur Se Fase stap 8 en 4 Toepassing Verkeersmanagement, technische rapportage" (Grontmij juli 2005). In de saneringstool is dit e%eet voor Helmond berekend als regionale maatregel, door uit te gaan van een generieke afname van 4 % van de hoeveelheid personenvervoer (beleidstype
DoorsfromiqgsÂżtaamgekÂż
De gemeente Helmond heett aangegeven er vanuit te gaan dat alle doorstromingsmaatregelen ertoe zullen leiden dat in 2010 en 2015 nergens meer stagnatie optreedt. Er is datum voor gekozen om het e%eet van alle doorstromingsmaatregelen samen te berekenen door op alle (bijna)knelpuntlocalies te rekenen met 0 % stagnatie, dan wel om van snelheidstype Vd (stagnerend verkeer) over te gaan naar Vc (normaai stadsverkeer).
Tabel 63,4 Berekend effect van ntaatregefen op {bijnajknelpungoctuies in Hebnond op de iddelde concentratie fijn stof in 2040 littiftn’j
(Bri antfccatic X-Y Cmannttatic, Effhct tcbocc Effect Rifcct bcccte P%actÂż
Coaxdioact SCnder boem in dCOCttttotnft18
giotf 173384 387426 31 0
0 1 0 1 0 1 00,1
175522 987702 3 1 2 0 ’2 01 110 OOI
173907 987728 91,3 02 01 06 30,5 173638 987662 31,1 02 01 06 30,2 0
ftattcd ttcvcne 173783 987648 90 1 0 2 01 05 2 93 173712 987665 30,5
Dekt
Oql 0 1 01 00 O
173719 987654 30 6 01 p t 01 50,3 171250 988530 9 16
01 01 p2 31,2
171360 388389 3 13 01 01 P 2 3P,9 172188 386772 30,1 01
01 110 29,9
Bijlage 4. Brief VROM m.b.t. Mid Arm review
26/02/2008 lmvlkmidterm
Werking mid terxn review voor regionale programma’s lnchtkwaliteit 1) Bedoeling mid terxn review De bedoehng van de midterm review is om halverwege de periode van de beschikbaarstelling van rijksbijdragen voor lokale maatregelen voor luchtkwaliteit, een balans op te maken. Het idee van tussentijdse bijsturing vloeit voort uit bet bij alle NSI partners ervaren besef dat de huidige grondslag voor de geografische verdeling van deze bijdragen (de geogra6sche spreiding van het aantal knclpuntkiloxneters voor NO2 en PM10 anno 2006) met representatief is voor de looptijd van het NSL. Het is zeker denkbaar dat nieuwe inzichten en nieuwe kent kunnen leiden tot geografische verschuivingen in de verdeling van de problematiek. Dit maakt het enerzijds gewenst om een tussenbalans uit te voeren, terwijl aHe NSL-partners anderzijds tegelijk bevreesd zijn voor de nadelen van een onzeker toekornstperspectief met onzekere herverdelingsdfcctcn. Bestuurders moeten nu aan de slag en gaan verplichtingen aan met de kennis anno 2008. De vraag dient zich asn hoe een tussenbalans zo kan worden ingericht dat de uitkomst daarvan (cq de toekomstige kennis anno 2010} niet bedreigend is voor keuzes van 2008. De tussenbalans is voorzien nadat de eerste twee jaartranches (2008 en 2009) beschikbaar zijn gesteld en voordat de derde jaartranche (2010) bescMbaar wordt gesteld. De mid tem review zal primair worden gebruikt voor de (her-)verdeling van de 6 100 miljoen voor de bestrijding van de hardnekkige lokale knelpunten. Indien de eventuele herschikking van die middelen onvoldoende soelaas biedt om recht te doen aan het mogelijk voorschrijdende inzicht, kan er ook bijgestuurd worden met de nog uit te kruen 3< en 4 jaarschijven van de 145,5 miljoen, Voor de mid term review gelden uiteraard de beginselen van behoorlijk bestuur. Bij de mid term review zal gebruik worden gemaakt van de gegevens die uit het monitoringprogramma NSL beschikbaar komen.
2) MxgeHjke gronxkn om bij te sturen Bij sterke afwijhngm van de realisatie in de verbetering van de luchtkwaliteit ten opzichte van de verwachte ontwikkeling, ontstaat de noodzaak om bij te sturen. Dit kan in de volgende situaties aan de orde zijn: 1) Nieuwe inzichten over eifcctivitcit van xnaatregclen leiden tot noodzaak van bijstelhng van de plannen en daarmee tot bijstelling van de beschikbaarstclling van financicle bijdragen voor die
plannen. 2) Nieuwe inzichten / ontwikkelingen in de luchtkwaliteitsproblematiek Dit kan de totale omvang betreden maar ook een andere verdeling van de problematiek over het land of een specifieke afwijkende ontwikkeling in ken regio. Dit kan vanzeSprekend consequenties hebben voor de verdeling aan de behoefte voor financiele bijdragen. 3) Grote, van buiten komende, veranderingen (bij voorbeeld nieuwe inzichten ten aanzien van schadelijkheid van NO2, PM10 en PM 2,5}. 3) Moment van bijstuxerx Voorzien is dat de 150 miljoen in 4 jaarschijven beschikbaar wordt gesteld: 2008 tm 2011. Mid term review gegevens moeten beschikbaar zijn voordat de 3’ jaartranche (juli 2010) beschikbaar wordt gesteld. Tussen de gemaakte afspraken over de verdeling van de derde tranche (de 6 145,5
min) die begin 2008 zijn gemaakt, en de in 2010 te maken nieuwe afspraken met de mid-term review, zuRen er geen tussentijdse bijstellingen in dc verdeling van hct geld meer plaatsvinden.
4) Geldend is beginsel van behoaxRjk bestuur Uiteraard gelden ten aanzien van het bijsture de beginselen van behoorlijk bestuur. Uitgangspunt daarbij is dat er aan een regio geen gelden worden onttrokken zolang er nog maatregelen, die opgenomen zijn in het NSL, noodzakelijk zijn voor het voldoen aan de grenswaarden. Onder de beginselen van behoorlijk bestuur valt ook. de plicht om rekening te houden met reeds aangegane verplichtingen. Dit houdt in dat verplichtingen die zijn aangegaan v 3at de uitkomsten van de rnid term review beschikbaar waren, voor 6nanciering in aanmerking komen. Onder aangegane verplichting wordt in dit verband ook verstaan het bestuurlijk hebben gemaal van afdwingbare "maatgevende interbestuurlijke afspraken" en het hebben gemaakt van afdwingbare afspraken met commerciele partijen (bv, in een Publiek Pxivaat Samenwerkingsverband (PPS)). Uiteraard blijft voor deze aangegane verplichting de 50 /o cofmanciering gelden. Aangegane verplichtingen moeten aangetoond worden door middel van een accountantsverldaxing.
5) Hoe kart er woxden bijgestuurd In eerste instantie wordt gekeken naar de inzet van de 6 100 miljoen om bij te sturen. Dit betekent in concreto dat: eerst wordt bezien of het eventueel voortschrijdend inzicht uit de tussenbalans over een herschikking van de middelen kan worden opgevangen via een herschikking van de middelen voor de hardnekkige knelpunterr. Het valt immers te verwachten dat een eventuele behoeRe aan extra middelen eerder te voorzien is in de grote steden (met hardnekkige knelpunten) dau elders. Dit zou ertoe kunnen leiden dat de tussenbalans leidt tot een aanpassing van de binnenkort te maken verdeling van de 100 min voor hardnekkige knelpunten, Het is NIET de bedoeling om tot de tussenbalans een deel van de 100 min te resenmen voor onvoorziene tegenvallers die pas boven komen drijven met de tussenbalans. Het is WEL de bedoeling om de afspraken over de beschikbaarsteRing van de 100 min in 2008 voor hardnekkige knelpunten zodanig uit te werken dat er maximaal ruimte is om te pro6teren van het voortschrijdend inzicht dat zich de komende
jaren zal on en. Van de 150 miljoen zal, indien de mogelijkheid om bij te sturen met de100 miljoen onvoldoende is, in principe aReen worden bijgestuurd met de nog te betalen 2 j ebes over 2010 en 2011. In uitzonderlijke gevaRen (bij vooxbeeld indien in een bepaalde regio de problemadek is opgelost en nog niet aRe middelen van voorgaande j ebes zijn besteed) kan hier van worden afgeweken. 6) Vexdelmg van de 100 miljoen Op dit moment wordt nog gewerkt aan een voorstel over de wijze waarop VROM de 100 rnln beschikbaar stelt voor hardnekkige knelpunten, Dit voorstel zal immers de basis voxmen waarop met de uitkomsten van de mid-tcrm review zal/kan worden afgeweken. De uitgangspunten voor dit voorstel zuRen worden geagendeerd voor de taskforce van 3 april. De uitgangspunten zullen concreet genoeg moeten zijn om aRe benodigde maatregelen iu het kabinnetstandpunt NSL voor het oplossen van de hardnekkige knelpunten, en het daarmee voldoen aan deKuropese normstelling, adequaat mee mt te voeren. Elementerr van dit voorstel zijn. ondermeer. Geen verdeling van geld op basis van een kengetal (zoals knelpunten 2006), wei op basis van programma’ s/projecten.
Totaal van pro a’s / projecten per regio moeten toereikend zijn om hardnekkige knelpunten op te lossen
Beschikbaarstellitxg in jaartranches. Kerste toekenning in 2009 Con6nanciering loMe maatregelen van 50 ’/o Beschikbaarstelling van middelen voor 2009 aHeen op basis van "beproefde maatregelen"
Bijlage 5. Overxicht aantal normoverschijding door veehouderijen per gemeente