Raad Onderwerp:
V200700980
versie 4 december 2007
Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008
Raadsvoorstel Inleiding:Voor het jaar 2008 dienen de tarieven voor heffing van de onroerende-zaakbelastingen (ozb) te worden vastgesteld vóór de aanvang van het belastingjaar. De ozb wordt geheven op basis van de in het kader van de Wet Waardering Onroerende Zaken (Wet WOZ) vastgestelde waarde. Deze waarde wordt met ingang van 1 januari 2008 opnieuw vastgesteld op basis van waardepeildatum 1 januari 2007. Dit houdt in dat bij de waardevaststelling rekening moet worden gehouden met verkopen die rond 1 januari 2007 zijn gerealiseerd. Uitgangspunt bij de bepaling van de tarieven is het beleidsvoornemen om in 2008 6% meer belastingopbrengst te realiseren, namelijk 1% inflatiecorrectie en 5% meeropbrengst.
Feitelijke informatie:De belasting wordt geheven per eenheid van € 2.500,00 van de in het kader van de uitvoering van de Wet WOZ vast te stellen waarde. De vastgestelde waarde wordt gedeeld door 2.500 en naar beneden afgerond. Deze uitkomst wordt vermenigvuldigd met het vast te stellen tarief. Ook de op te leggen aanslag wordt naar beneden afgerond op een hele euro. De tarieven voor het jaar 2007 bedragen voor het zakelijk recht (eigendom) van een woning € 1,48, voor het zakelijk recht van een niet-woning € 2,63 en voor het gebruik van een niet-woning € 2,12 alle tarieven per eenheid van € 2.500,00. Vast te stellen waarden In het kader van de uitvoering van de Wet Waardering Onroerende Zaken (Wet WOZ) worden de waarden voor het jaar 2008 vastgesteld rekening houdend met de waardepeildatum 1 januari 2007. Dit houdt in dat bij de waardevaststelling rekening gehouden wordt met gerealiseerde verkopen rond de peildatum 1 januari 2007. In de huidige WOZ-periode die loopt van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2007 is de waarde vastgesteld, rekening houdend met waardepeildatum 1 januari 2005. Vanaf het jaar 2007 vindt er voortaan een jaarlijkse aanpassing van de waarde plaats. Om de waarden op of rond de waardepeildatum zo goed mogelijk te kunnen bepalen worden de verkoopcijfers constant geanalyseerd omdat deze verkopen de basis vormen voor de nieuwe waardebepaling. De vergelijking met verkoopcijfers vindt plaats voor woningen en courante niet-woningen. Voor agrarische bedrijven, incourante niet-woningen (scholen, zieken- en verpleeghuizen en dergelijke) en enkele soorten grote of bijzondere objecten zijn landelijke waarderingsnormen vastgesteld aan de hand waarvan nieuwe waarden berekend worden. Deze landelijke waarderingsnormen zijn samengesteld op basis van verkoopcijfers die landelijk gerealiseerd zijn. Uit de analyse van de verkochte woningen rond de peildatum 1 januari 2007 blijken de waarden tussen 1 januari 2005 en 1 januari 2007 gemiddeld met circa 5% te zijn gestegen. De waarden voor de niet-woningen blijken gestegen te zijn met gemiddeld 3%.
1 /5
Raad Onderwerp:
V200700980
versie 4 december 2007
Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008
Nieuwe tarieven Voor het bepalen van de nieuwe tarieven moet met de waardestijging rekening gehouden worden. Uitgegaan moet dus worden van een opbrengststijging van 6% zoals in het beleidsvoornemen is aangegeven in plaats van een tariefstijging. Bij het afschaffen van de ozb voor het gebruik van woningen heeft het rijk maxima gesteld aan de tarieven die nog wel geheven kunnen worden. Daarnaast werden drempeltarieven bepaald. Inmiddels heeft het kabinet deze maximumtarieven en drempeltarieven losgelaten en is de gemeente vrij om de tarieven te bepalen. Tarief woningen Het tarief voor het zakelijk recht (eigendom) voor woningen bedraagt momenteel € 1,48 per eenheid van € 2.500,00 van de waarde. De verwachte gemiddelde waardestijging van woningen rond 1 januari 2007 bedraagt gemiddeld 5% ten opzichte waardepeildatum 1 januari 2005. Rekening houdend met een gewenste opbrengststijging van 6% moet het tarief voor het eigendom van woningen met 1% verhoogd worden. Het volgende rekenvoorbeeld moge dit verduidelijken: Voor een woning met in 2007 een waarde van € 250.000,00 bedraagt in 2007 de ozb van de eigenaar € 250.000,00 : 2.500 = 100 eenheden x € 1,48 = € 148,00. Rekening houdend met een lasten- c.q. opbrengststijging van 6% zou de aanslag in 2008 € 156,00 moeten bedragen. Uitgaande van een waardestijging van gemiddeld 5% zal de waarde in 2008 € 262.000,00 bedragen, hetgeen € 262.000,00 : 2.500 = 104,8 eenheden betekent, naar beneden af te ronden op 104 eenheden. De opbrengst van € 156,00 wordt bereikt bij een tarief van € 1,50 per eenheid. Het voorstel is derhalve om het tarief voor het eigendom van een woning te bepalen op een bedrag van € 1,50 per eenheid van € 2.500,- van de waarde. Tarief niet-woningen Onder niet-woningen worden alle objecten verstaan die anders gebruikt worden dan uitsluitend als woning. Het tarief voor het zakelijk recht (eigendom) voor een niet-woning bedraagt momenteel € 2,63 per eenheid. Het tarief voor het gebruik bedraagt € 2,12. De verwachte gemiddelde waardestijging van niet-woningen rond 1 januari 2007 bedraagt gemiddeld 3% ten opzichte van de waardepeildatum 1 januari 2005. Rekening houdend met een gewenste opbrengststijging van 6% moeten de tarieven uit 2007 worden verhoogd met 3% om toch de gewenste opbrengst te genereren. Een vergelijkbaar rekenvoorbeeld moge een en ander verduidelijken: Voor een bedrijfspand of winkel etc met in 2007 een waarde van € 250.000,00 bedraagt in 2007 de ozb van de eigenaar € 250.000,00 : 2.500 = 100 eenheden x € 2,63 = € 263,00 en de belasting voor het gebruik 100 eenheden x € 2,12 = € 212,00. 2 /5
Raad Onderwerp:
V200700980
versie 4 december 2007
Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008
Rekening houdend met een lasten- c.q. opbrengststijging van 6% zou de aanslag in 2008 voor de eigenaar € 278,00 en de voor de gebruiker € 224,00 moeten bedragen. Uitgaande van een waardestijging van gemiddeld 3% zal de waarde in 2008 € 257.000,00 bedragen, hetgeen € 257.000,00 : 2.500 = 102 eenheden betekent. De opbrengst van € 278,00 van de eigenaar en € 224,00 van de gebruiker wordt bereikt bij een tarief van € 2,70 respectievelijk € 2,18 per eenheid. De belastingbedragen worden naar beneden afgerond op hele euro’s. Vast te stellen tarieven per eenheid van € 2.500,00: · eigenaar woningen € 1,50; · eigenaar niet-woning € 2,70; · gebruiker niet-woning € 2,18.
in in in Inzet van middelen:Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel Macrobutton NoMacro Klik hier en vul het risico in in in in
Overwegingen naar aanleiding van de bespreking van het voorstel in de informatievergadering van 27 november 2007: In de informatievergadering is toegezegd dat een nadere toelichting zal worden gegeven op de gemiddelde waardestijging ten opzichte van de vorige waardepeildatum. Deze toelichting is als bijlage bijgevoegd.
Advies:Wij stellen u voor de tarieven voor de heffing van de onroerende-zaakbelastingen 2008 conform bijgaand besluit vast te stellen.
Het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven
BIJLAGEN:
de burgemeester, drs. H.P.T.M. Willems
Besluit Toelichting op de gemiddelde waardestijging
TER INZAGE: De stukken liggen ter inzage in de leeskamer, locatie Vlijmen.
3 /5
Raad
V200700980
Onderwerp:
versie 4 december 2007
Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008
BESLUIT De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 18 december 2007; gezien het voorstel van het college van 16 oktober 2007, doc.nr. V200700980; gelet op de artikelen 220 tot en met 220h van de Gemeentewet en artikel 41 van de Wet waardering onroerende zaken; besluit:
vast te stellen de Verordening tot tweede wijziging van de verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelastingen 2006
Artikel I Tarieven Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd: 1.
2. 3. 4. 5.
Het tarief van de belasting is voor elke volle € 2.500,00 van de heffingsmaatstaf a. bij de gebruikersbelasting: voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen €2,18 b. de eigenarenbelasting 1. voor onroerende zaken die in hoofdzaak tot woning dienen €1,50 2. voor onroerende zaken die niet in hoofdzaak tot woning dienen €2,70 Geen belasting wordt geheven indien de heffingsmaatstaf van de onroerende zaakblijft beneden € 2.500,00. Het bedrag van de belasting wordt per belastingaanslag naar beneden afgerond op gehele euro’s. Belastingaanslagen van minder dan € 10,00 worden niet opgelegd. Voor de toepassing van het bepaalde in het vierde lid wordt het totaal van de opéén aanslagbiljet verenigde aanslagen onroerende-zaakbelastingen of andere heffingen aangemerkt als één belastingaanslag.
Artikel III Inwerkingtreding en citeertitel 1.
4 /5
De Verordening tot tweede wijziging van de Verordening onroerende-zaakbelastingen 2006 treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.
Raad
V200700980
Onderwerp:
2. 3.
Vaststellen verordening onroerende-zaakbelastingen 2008
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2008. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening tot tweede wijziging van de Verordening onroerende-zaakbelastingen 2006”.
de griffier,
de voorzitter,
A.J. Emmen
drs. H.P.T.M. Willems
5 /5
versie 4 december 2007