Programma bachelor in de pediatrisch gezondheidszorg Het Theoretische gedeelte (27 SP), Het praktijkgedeelte (27 SP) Scriptie (6 SP). De opleiding wordt aangeboden in dagonderwijs en kan voltijds over één jaar of deeltijds over 2 tot 5 jaar gevolgd worden. Het programma is ingedeeld in vijf opleidingsonderdelen van telkens 5 of 6 studiepunten. Vier van de vijf opleidingsonderdelen zijn gestoffeerd met leerinhouden uit het medische, het verpleegkundige en het psycho-sociale inhouden. Het vijfde opleidingsonderdeel ‘verpleegkundige wetenschappen’ (6SP) wordt gevolgd samen met de studenten van het schakelprogramma van de master Verpleegkunde en Vroedkunde aan de K.U.Leuven. Onderstaande figuur toont de opbouw van het programma. De gekleurde blokken visualiseren de verschillende opleidingsonderdelen. De opleiding wordt aangeboden met 4 hogescholen samen: KHK, KHLim en KHLeuven.
Opbouw van het programma: Katholieke Hogeschool Kempen campus Lier Katholieke Hogeschool Kempen campus Turnhout Katholieke Hogeschool Leuven Katholieke Hogeschool Limburg Gemeenschappelijke opleidingsonderdelen: OPO 1: Neonatologie, acute zorg. Organisator: KHKempen-Lier en KHLeuven OPO 2: Intensieve zorgen pediatrie, acute zorg. Organisator: KHKempen-Turnhout OPO 3: Interdisciplinaire zorg voor het chronisch zieke kind, chronische zorg. Organisator: KHKempenTurnhout en KHLeuven OPO 4: Psychosociale en geestelijke gezondheidszorg van het kind, geestelijke zorg. Organisator: KHLim Opleidingsonderdelen per hogeschool: OPO 5: Verpleegkundige wetenschappen/wetenschappelijk onderzoek. Organisator: Schakelprogramma K.U.Leuven OPO 6: Klinisch onderwijs OPO 7: Scriptie (bachelorproef en paper)
1
Inhoud van de opleidingsonderdelen
OOD 1 Neonatologie
Inhoud van opleidingsonderdelen Hoogrisico
neonatologie,
problemen,
Fysiologie
insufficiëntie,
Prematuur van
Anesthesie
de
&
Dysmatuur,
geboorte,
&
pijn,
AH-
SP
Sem
5
1
6
1
Respiratoire
Gevolgen
van
zwangerschapsproblemen op de neonatus, Hematologie en thermoregulatie, pasgeborene,
IV-therapie,
medische
Infecties,
Neonatale
chirurgie,
jonge
Cardiologie,
Gastro-enterologie,
neurologie,
kind
met
genetica,
multiple
Transport ROP,
SIDS,
NLS,
foetale
problemen
vanuit
neonataal perspectief. Reanimatie
van
de
pasgeborene,
Borstvoeding
bij
het
prematuur zieke kind, Comfortverpleegkunde (NICAP en FCC), Beademingsmogelijkheden en toestellen, Neurologische en metabole verpleegkunde, verpleegkundige zorg Gastroenterologie, Zorgen aan pasgeborene met AH- problemen, vpk zorg Cardio, Urgentie en opname Casuïstiek, Transfer van een kind van neonatologie naar het revalidatiecentrum, rondleiding NICU Slecht nieuwsgesprek, Rouwverwerking, Ouderbegeleiding, neonatologie
casuïstiek
met
ethische
en
juridische
problematiek, Vereniging met ‘Lege Handen’ , Vereniging ‘ouders van couveuse kinderen’,
2 Intensieve zorgen
Herkennen van het zieke kind en Kliniek van symptomen,
pediatrie
Verschillen tussen kind en volwassene, Specifieke factoren op Intensieve
Zorgen
Invasieve
metingen
kinderen,
Observatie
(arteriële
en
drukmeting,
monitoring,
CVD-meting),
Bloedname (via arteriële katheter en arteriële punctie), BLS en ALS, Vreemd voorwerp in de luchtweg, Infuustechnieken, Botschroef
en
Zuurstoftherapie,
IO-vochttoediening, ET-intubatie,
Vochtbalans,
Fysiopathologie
van
de
longen, Respiratoire insufficiëntie BLW en OLW, Shock, Infecties
en
Beademing,
sepsis,
Vocht-
Elektrische
Schedeltrauma,
en
electrolytenhuishouding,
reconversie,
Kindercardiologie,
Kindertraumatologie, Zorg
rond
gastro-
intestinaal stelsel, Neurologische observaties en monitoring (ICP-meting)
en
comaschalen,
Neurochirurgie,
Epilepsie,
anesthesiologie, Defibrillatie, intoxicatie, shaken-baby en battered-child-syndroom
2
Opvang en reanimatie van het traumakind, Traumaschaal, Abdominaal
trauma,
Brandwonden,
Observatie
en
verpleegkundige aspecten ivm. ademhalingsstelsel, Zorgen aan de beademde patiënt, Beademingsmodi en weaning, Thoraxdrainage,
Verpleegplan
PICU,
Totaalzorg
van
cardiopatiëntjes, Verdrinking, Intoxicaties, Erkenning van pediatrische
Intensieve
bedden,
Financiëring,
Kind
op
intensieve zorgeenheid - gezin in gevaar, Brandwonden, Preoperatieve zorg en medicatie bij kinderen, Anesthesie bij kinderen, Postoperatieve pijnstilling bij kinderen, Pijnstilling & pijnschalen, studiebezoek aan het Brandwondencentrum UZ Leuven
en
PICU
vaardigheden,
UZA,
BLS,
BG-analyse
botnaald,
en
defibrillatie
beademingstoestellen
vaardigheden. Psychosociale begeleiding van de ouders en hun kind op intensieve zorgeenheid
3 Interdisciplinaire
Het kind met gehoorstoornissen, ALGO en OAE-screening,
zorg voor het
Verschillende vormen van handicap, visuele gehandicap,
chronisch zieke kind
Pathologie en verduidelijking Cerebraal Visuele Inperkingen, Kinderoncologie,
Immuundeficiëntie,
5
2
6
2
Stamceltransplant,
Hemofilie, Vaste Tumoren, Bloedderivaten, Radiotherapie, Voeding,
Sikkelcelanemie,
Lymfomen,
Diabetes
adolescenten,
en
Thalacemie, obesitas
Hersentumoren,
HIV, bij
Leucemie,
kinderen
Mucovisidose,
Allergie
en en
astma, Spierziekten bij kinderen en neurologisch lijden, Epilepsie,
Chronische
beademing,
Orthopedische
correctiechirurgie, Nefrologie, Orgaantransplantaties. Chemotherapie, Catheterzorg, Infectiepreventie, nutritionele aspecten, Verpleegkundige aspecten bij obesitas en diabetes, Interdisciplinaire totaalzorg voor kinderen met chronische ademhalingsproblemen
in
het
revalidatiecentrum
en
ambulante zorg, Revalidatie bij kinderen: totaalaanpak teamwork - patiëntenprofiel, Spasticiteit in de revalidatie: nieuwe behandelingsmethoden - gebruik van ondersteunende orthopedische hulpmiddelen zoals orthesen en zitschelpen, NAH met een stappenplan, Primaire en secundaire gevolgen van
neurologische
aandoeningen
op
het
gedrag,
Zorgcontinuïteit, Voorstelling ziekenhuisschool, transitie in de zorg, Vaardigheden Port-a-cat, Hickmancatheter, Insuline therapie bij kinderen, Inhalatietherapie bij kinderen. Psychologische verwerking door ouders van een chronisch ziek
of
obesitas
gehandicapt en
aspecten
diabetes,
in
de
kind;
psychologische
Pedagogische
totaalzorg
voor
en
aspecten
bij
psychologische
kinderen
in
het
revalidatiecentrum, Ervaringsgericht leren bij gehoor- en visuele handicap
4 Psychosociale en
Introductie
in
de
psychosociale
geestelijke
gezondheidszorg
bij
kinderen,
gezondheidszorg
psychodynamisch
denken,
en
geestelijke
Systeemdenken
Onveilige
hechting
en en
afstemmingsmoeilijkheden tussen ouders en kinderen vanuit psychopathologisch perspectief, Hechtingsmoeilijkheden bij het gehospitaliseerde kind, Ontwikkelingsstoornissen: ADHD
3
en
autisme,
Gedragsstoornissen
Crisisontwikkelingsmodel,
en
agressiehantering,
Agressiehantering,
Angst-
en
stemmingsstoornissen: depressie – angst - omgaan met depressie en suïcide bij kinderen, PTTS, Mishandeling en somatoforme stoornissen, Post-traumatische stressstoornis, Diagnose van mishandeling binnen een pediatrische afdeling; eetstoornissen en middelengebruik, Fasebehandelingsplan bij anorexia nervosa. Normale
ontwikkeling/hechting
Zelfstudiegericht
opdracht
mbt.
en
onveilige
Normale
hechting:
ontwikkeling,
Toepassing van de normale ontwikkelingspsychologie vanuit zelfstudiegerichte opdracht en casuïstiek. Basisattitude van verpleegkundigen vanuit orthopedagogisch en
therapeutisch
kader,
Psychosociale
problemen
–
contextfactoren – systeemdenken: Het gezinsevolutiemodel van Carter & McGoldrick, Impact van acute of chronische problemen op het gezinsfunctioneren, Rollenspel, Guidelines voor het omgaan met ouders binnen een pediatrische setting.
5 Verpleegkundige
Methodiek wetenschappelijk onderzoek
wetenschappen
Kenmerken van een kwantitatieve meting, Kenmerken van
3
1
een descriptief en kwalitatief onderzoeksdesign, Validiteit en betrouwbaarheid van meetinstrumenten, Gegevensverzameling: interviews en vragenlijsten voor kwantitatief en kwalitatief onderzoek, Onderzoeksontwerpen: experimenteel en quasi-experimenteel, Correlationeel en comparatief
Beginselen biostatistiek
3
Theoretische kansverdelingen (Gauss, Poisson, Bionomiale), Schattings- en toetsingstheorie, Toetsen met gemiddelden, proporties en aantallen.
6 Klinisch onderwijs
3 verschillende stageperiodes en stageterreinen
27
1+2
Neonatologie met inbegrip intensieve neonatale zorg te (verplichte stage); Algemene en gespecialiseerde medischchirurgische eenheden voor kinderen met inbegrip intensieve zorg en spoedgevallenzorg en pediatrische basisgezondheidszorg of de extra-murale pediatrische zorg of kinder-en jeugdpsychiatrie; Eerstelijnsgezondheidszorg, de extramurale afdelingen (naar keuze van de student en afhankelijk van de groepsgrootte).
3 verschillende stage-opdrachten Afdelingsgerichte en geïntegreerde opdrachten tussen theorie en praktijk: Nursingstudie:
intensieve
units
zoals
neonatologie
of
intensieve ziek kind Zorgproject: universitaire pediatrie of geestelijke zorg aan kind, kinderoncologie Paper: interdisciplinaire zorg voor het chronisch zieke kind chronische settings zoals muco, oncologie, Pulderbos
4
Klinische vaardigheidstrainingen Verpleegplan
&
oefeningen
infuus/continue
medicatie,
IM/vaccin, LP, IV ijken en installeren, NIDCAP, Opname op neonatologie met pneumothorax, CPAP en SIMV installatie, Navelcatheterverzorging, Wondzorg, Infuuskleven, Percutane PCO2 meting, Couveuze zorg
7 Scriptie
6
Bachelorproef Een
literatuurstudie
en
procedure,
project,
1+2
onderzoek
uitwerken samen met het beroepenveld met Mondelinge presentatie.
Paper en toets Individueel paper kwaliteitszorg, beleid, Recht en ethiek.
De programma’s worden aangeboden door gastlectoren met expertise in het werkveld. In opleidingsonderdeel 1 neonatologie wordt de totaalzorg voor de bedreigde en ernstig zieke
neonatus
geaccentueerd,
vanuit
medische,
verpleegkundige
en
psychosociale
invalshoek. De zorg voor de kritisch zieke neonaat, dit zowel op medisch als verpleegkundig vlak, staat centraal. De student kan de zorg uitvoeren aan de pasgeborene, een kind dat volledig afhankelijk is van medische en verpleegkundige zorg, in relatie met de ouders en in interdisciplinair verband. In opleidingsonderdeel 2 intensieve zorgen pediatrie ligt de nadruk op de totaalzorg van
het
kritisch
zieke
kind
dat
intensieve
observatie
en
zorgen
vereist
spoedgevallenafdeling en een afdeling pediatrisch intensieve zorgen.
op
een
De studenten
verwerven kennis en inzicht in de medische, verpleegkundige en psychosociale aspecten. In opleidingsonderdeel 3 interdisciplinaire zorg voor het chronisch zieke kind bouwen de studenten deskundigheid op in de totaalzorg voor chronisch zieke en/of gehandicapte kinderen in overleg met ouders en als professioneel lid van een interdisciplinair team. De studenten leren omgaan met kinderen met diverse noden waarmee ze door hun ‘anders’ zijn geconfronteerd worden. Nieuwe behandelingsmethoden en benaderingen in chronische zorg worden aangeleerd. In opleidingsonderdeel 4 psychosociale en geestelijke gezondheidszorg van het kind bouwen de studenten deskundigheid op in de totaalzorg voor het kind binnen het domein van de psychosociale en geestelijke gezondheidszorg, in overleg met de ouders en als
professioneel
lid
van
een
interdisciplinair
team.
Specifieke
verpleegkundige
en
pedagogische, psychologische en psychiatrische invalshoeken worden gehanteerd. Het opleidingsonderdeel 5 wetenschappelijk onderzoek De
studenten
volgen
wetenschappen/wetenschappelijk
voor
het
opleidingsonderdeel
onderzoek’
aan
het
‘verpleegkundige Centrum
voor
Ziekenhuiswetenschappen en Verpleegkunde van de K.U.Leuven de opleidingsonderdelen ‘methodiek
wetenschappelijk
onderzoek’
en
‘beginselen
biostatistiek’
van
het
schakelprogramma binnen de master in de Verpleegkunde en Vroedkunde. Het opleidingsonderdeel 6 Klinisch onderwijs bevat de vaardigheidstrainingen en stage. Het
stagetraject
kent
drie
stageperioden
op
gespecialiseerde
afdelingen
binnen
kindergeneeskunde. Elke student dient verplicht één stage op een dienst neonatologie met 5
inbegrip van intensieve neonatale zorg te doen. De andere twee diensten kunnen vrij gekozen worden binnen het aanbod algemene en gespecialiseerde medisch-chirurgische eenheden voor kinderen met inbegrip van intensieve zorg en spoedgevallenzorg en pediatrische basisgezondheidszorg, de extramurale pediatrische zorg of de kinder- en jeugdpsychiatrie. Het opleidingsonderdeel 7 scriptie, bachelorproef en paper. De bachelorproef betreft een praktijkvraag die via wetenschappelijke literatuur op het domein van de biomedisch, verpleegkundige en/of psychosociale wetenschappen onderzocht en beantwoord wordt. De bachelorproef doelt in het bijzonder op een diepgaande verwerving van informatie- en onderzoekscompetenties. Lessen ethiek, recht, kwaliteitszorg, beleid en financiering worden in het academiejaar georganiseerd met een paper en een examen bewijst de student dat hij een casus kan analyseren.
Karen Vansteenkiste
6