Product 18: draaiboek contentvervaardiging

Wonen en Werken op het Web in het ZML

Product 18: draaiboek contentvervaardiging

Datum: 29 maart 2008 Auteur: CED-Groep

Stichting Kennisnet ICT op school Projectregeling contentontwikkeling (voortgezet) speciaal onderwijs Projectpartners: REC Nachtegaal, Stichting Ookjij.nl, CED-Groep


Inhoud 1. Checklist benodigde materialen op school .......................................... 3 2. Taakverdeling binnen de school ......................................................... 4 2.1. Introduceren Tara bij het team ...................................................................................4 2.2. Aanwijzen verantwoordelijken ....................................................................................5 2.3. Contentvervaardiging in jaarplan ................................................................................5

3. Content maken .................................................................................. 7 3.1. Fotoverhalen maken ..................................................................................................7 3.2. Opdrachten maken ....................................................................................................8 3.3. Tips voor foto's .........................................................................................................8 3.4. Teksten maken .........................................................................................................8

4. Content invoeren ............................................................................... 8 4.1. Structuur van Tara ....................................................................................................8 4.2. Inloggen op het beheer van Tara ................................................................................8 4.3. Sitebeheer ................................................................................................................8 4.3.1. Een nieuwe docent toevoegen...............................................................................8 4.3.2. Verwijderen en wijzigingen van de gegevens van een docent ...................................8 4.4. Leerlingenbeheer.......................................................................................................8 4.4.1. Inloggen als docent .............................................................................................8 4.4.2. Overzicht gebruikers ............................................................................................8 4.4.3. Groepen definiëren ..............................................................................................8 4.4.5. Wijzigen van de gegevens van een gebruiker .........................................................8 4.4.6. Gebruiker aan groepen toevoegen.........................................................................8 4.5. Fotoverhalen en opdrachten invoeren..........................................................................8 4.5.1. Het beheren van de mediabibliotheek ....................................................................8 4.5.4. Overige functies ..................................................................................................8 4.6. Maken van leerling-planningen ...................................................................................8

5. Content inzetten................................................................................ 8 5.1. Plaats op het rooster..................................................................................................8 5.3. Content voor zelfstandig werken .................................................................................8 5.4. Content als portfolio ..................................................................................................8

Bijlage 1: Richtlijnen AVI5 ..................................................................... 8 Bijlage 2: Good-practices van feedback .................................................. 8 Bijlage 3: Lesformat .............................................................................. 8 Bijlage 4: Voorbeeld toestemmingsbrief................................................. 8 Bijlage 5: Lijst met categorieën en situaties ........................................... 8 Bijlage 6: Kerndoelen Wonen, werken en vrije tijd.................................. 8


1. Checklist benodigde materialen op school Voor het maken, invoeren en gebruiken van content heeft de school de volgende materialen nodig: ? ? ? ? ?

digitale camera computer(s) headset met microfoon voor het invoeren van nieuwe content (leerobjecten) printer (voor het printen van de stappenplannen kan een kleurenprinter een voordeel zijn) centrale plaats op school om de gemaakte leerobjecten te bewaren (maak bijvoorbeeld een map ‘Tara’ aan in de gemeenschappelijke computer)


2. Taakverdeling binnen de school 2.1. Introduceren Tara bij het team Training voor het team Zorg voor een start-bijeenkomst met het team. Tijdens deze bijeenkomst volgen de teamleden de training over het werken met Tara. Voor het geven van de training is een draaiboek met bijbehorende sheets opgesteld. Beslispunten over het werken met Tara Voordat de school content (leerobjecten bestaande uit een stappenplan met opdrachten) gaat leveren, is het van belang om als school een aantal zaken vast te leggen over het gebruik van Tara. Bespreek deze punten direct na de training of in een aparte bijeenkomst met (een deel van) het team. Beslispunten rondom werken met Tara Werkvormen

? zelfstandig werken De leerling oefent achter de computer zelfstandig met het materiaal ? in een les Leerkracht gebruikt verhaal en opdrachten als introductie voor een les. Tijdens de les voeren leerlingen de stappen uit het stappenplan in de praktijk uit. ? als portfolio-opdracht De leerling krijgt het stappenplan mee om in de praktijk zelfstandig uit te voeren.

Koppeling aan kerndoelen

? uitwerking in CED-leerlijnen ? uitwerking in eigen leerlijnen

Toelichting op beslispunten • Welke werkvormen kiest de school voor het werken met Tara? De school kan de content op verschillende manieren inzetten. Welke manier(en) de school kiest hangt onder andere af van de leerlingpopulatie en de visie van de school. Wanneer de leerlingen relatief zelfstandig kunnen werken of wanneer veel leerlingen betrokken ouders hebben, is het mogelijk om de leerlingen de stappenplannen als portfolio-opdracht mee te geven. Voor leerlingen met een minder ontwikkelde werkhouding, is dit bijvoorbeeld minder geschikt. De gekozen werkvormen hebben niet alleen invloed op het gebruik van de content, maar ook op het maken ervan. Wanneer de school er bijvoorbeeld voor kiest om het materiaal als portfolio-opdracht in te zetten, kan een leerkracht met een individuele leerling een stappenplan fotograferen over een onderwerp waarover nog geen content is vervaardigd. Wanneer een school Tara met name tijdens klassikale lessen wil inzetten, zal het maken van de fotoseries wellicht makkelijker tijdens lessen (en dus niet met individuele leerlingen) in te plannen zijn. Welke uitwerking van de kerndoelen ‘Wonen en vrije tijd’ en ‘Werken’ kiest de school? •


Tara is gekoppeld aan de kerndoelen rondom wonen en vrije tijd en werken. De school bepaalt welke uitwerking ze van deze kerndoelen kiest. De content is gekoppeld aan de doelen van de CED-leerlijnen. Op deze wijze kan de leerkracht het juiste niveau van een oefening voor de leerling selecteren. De school kan echter ook werken met andere leerlijnen. Bij de content staat aangegeven bij welk kerndoel dit hoort. Als richtlijn voor het niveau kan de school de niveaus van de CED-leerlijnen aanhouden. De school zal echter zelf moeten kijken of dit ook daadwerkelijk aansluit bij de leerlijnen van de school. Aan de content zijn zoekwoorden gekoppeld. Op deze wijze kan een school het materiaal makkelijker aan eigen leerlijnen koppelen. Indien de leerkracht een doel over de was doen wil behandelen, krijgt hij na het intypen van 'was' de beschikbare content te zien. Bij het maken van nieuwe content kan de school in de kerndoelen of leerlijnen kijken op welke punten nog content ontbreekt. Het is belangrijk dat content altijd een directe koppeling heeft met de kerndoelen (en/of de leerlijnen).

2.2. Aanwijzen verantwoordelijken Bij het gebruik van Tara komen zowel inhoudelijke, technische, als organisatorische aspecten kijken. Spreek af wie binnen de school voor elk onderdeel verantwoordelijk is. Dit kan één persoon zijn, de taken kunnen echter ook over meerdere personen verdeeld worden. Taken o.a.: Technisch: digitaal beheer

? regelen van toegang voor teamleden tot de site ? ondersteuning bieden bij invoeren van content

Organisatorisch

? zorgen dat team kennis heeft van het werken met Tara ? zorgdragen voor de levering van nieuwe content door de school ? zorgen voor benodigde materialen

Inhoudelijk

? plaats van Tara in de groepsplannen ? ondersteunen van de inzet van Tara in een les ? ondersteunen bij het maken van de fotoverhalen en opdrachten (inhoudelijk)

2.3. Contentvervaardiging in jaarplan Wanneer een school de content van Tara gebruikt, betekent dit dat de school jaarlijks nieuwe content moet leveren. Op deze wijze blijft de site levend. De hoeveelheid content groeit, hiermee neemt de bruikbaarheid van de site toe. Het leveren van content kost een school tijd. Het is daarom belangrijk om in het jaarplan afspraken over het leveren van content vast te leggen.


Contentvervaardiging in jaarplan 1. Leg het aantal fotoverhalen dat de school elk jaar levert vast Gebruikers van Tara leveren een afgesproken aantal fotoverhalen en oefeningen per jaar. 2. Spreek af welke teamleden fotoverhalen en oefeningen gaan leveren Bekijk welke teamleden met Tara gaan werken. Deze teamleden gaan foto’s voorbereiden, maken en invoeren. 3. Verdeel de fotoverhalen over de afgesproken teamleden Leg vast hoeveel foto verhalen elk teamlid gaat leveren. Hierbij kunnen taken verdeeld worden. Sommige teamleden zullen zich bijvoorbeeld vooral bezighouden met het invoeren van gemaakte content, anderen met het maken van de foto’s, weer anderen met de voorbereiding. Deze taken kunnen afhankelijk van de wensen van het team gecombineerd worden. 4. Spreek de kerndoelen/onderwerpen af waarover ieder content maakt De content sluit aan bij de kerndoelen ‘Wonen en vrije tijd’ en ‘Werken’. Bekijk welke kerndoelen extra content kunnen gebruiken. Zorg ervoor dat het kerndoel waarover de teamleden content gaan maken, aansluit bij het vak van de betreffende leerkracht. Een vakleerkracht huishoudkunde kan bijvoorbeeld een stappenplan verzorgen behorend bij het kerndoel over kleding verzorge n. 5. Zorg dat de teamleden die content gaan maken en invoeren hier voldoende tijd voor hebben in hun normjaartaak: -Plan voldoende voorbereidingstijd in voor het maken van de content. Neem als richtlijn 45 minuten per stappenplan inclusief 3 oefeningen. -Zorg voor iemand die de foto's kan maken. Het is handig wanneer een iemand zich kan richten op de stappen die de leerling zet. Een ander (bijvoorbeeld een klassenassistent) kan de foto's maken. -Beslis of de foto's gemaakt worden in een les of buiten de les. Plan hier tijd voor in. -Reken voor het invoeren van de content ongeveer 60 minuten per stappenplan + bijbehorende oefeningen. 6. Inventariseer regelmatig of de gemaakte afspraken haalbaar zijn, of dat aanpassingen nodig zijn Het bestaan van Tara valt of staat met de bijdrage van de scholen. Hoe meer content de scholen leveren, hoe groter de waarde van de site. Zorg er daarom als school voor dat er voldoende content wordt aangeleverd.


3. Content maken Content bestaat uit stappenplannen en opdrachten. Deze bestaan uit foto's met bijbehorende teksten.

3.1. Stappenplannen maken Bij het leveren van nieuwe content gaat het om het maken van stappenplannen bij bestaande situaties. Fotoverhalen maken 1. Kies een situatie Dit kan vanuit een familie/kerndoel, omdat de leerkracht aan dit doel aandacht wil besteden. Het kan ook aan de hand van een activiteit die u met de klas gaat uitvoeren. Als u gaat reizen met de bus, kunt u de leerlingen helpen dit zelfstandig te doen door met hen een stappenplan te maken over het kopen van een strippenkaart. 2. Kies het onderwerp voor het stappenplan + controleer of het stappenplan nog niet bestaat Dubbelingen zijn niet erg, maar het heeft de voorkeur als op de site zoveel mogelijk onderwerpen worden aangeboden. Denk bij het kiezen van een onderwerp eraan dat het niet te omvangrijk is. Het moet af te beelden zijn in maximaal 9 stappen. 3. Bekijk bij welk kerndoel/subdoel/tussendoel het past Mensen die werken met leerlijnen kunnen bekijken welk(e) leerdoel(en) ze met het stappenplan willen behandelen. In elk geval is het belangrijk dat het stappenplan betrekking heeft op een kerndoel. De bedoeling is namelijk dat leerlingen met hulp van de content werken aan de kerndoelen. 4. Zet de stappen op een rijtje Beschrijf elke stap. Hierbij helpt het om de handeling zelf uit te voeren. Zo ziet u geen stappen over het hoofd. Het stappenplan mag maximaal 9 stappen bevatten. Minder is echter ook prima, zolang het maar volledig is. 5. Bedenk hoe elke stap te fotograferen is Denk hier in het speciaal aan stappen waarbij interactie een rol speelt, zoals iets aan een ander vragen. Houd de benodigde materialen bij op een lijstje. 6. Vraag toestemming aan betrokken personen/instanties Denk eraan dat in openbare ruimtes, zoals supermarkten, niet altijd zomaar gefotografeerd mag worden. De ervaring leert dat wanneer de bedoeling van de foto's wordt uitgelegd, de meeste mensen medewerking willen verlenen. Voor het fotograferen van leerlingen moete n de ouders/verzorgers uiteraard hun toestemming geven. Voor een voorbeeldbrief, zie bijlage 4. 7. Zet spullen voor de foto's klaar De leerlingen hebben niet altijd evenveel geduld. Sommige foto's zullen meerdere malen gemaakt moeten worden. Om de vaart er toch in te kunnen houden, is een goede voorbereiding van belang.


Fotoverhalen maken (vervolg) 8. Zorg voor een prikkelarme omgeving De aandacht moet naar de actie van het stappenplan gaan. Haal overbodige materialen dus zoveel mogelijk weg. Dit is, bijvoorbeeld in een openbare ruimte, niet altijd mogelijk. Sterk inzoomen helpt dan voor een duidelijke foto. 9. Maak de foto's Let erop om deze liggend te maken. Zo zijn de te printen stappenplannen voor de leerlingen overzichtelijker.


3.2. Opdrachten maken Bij elk stappenplan horen drie opdrachten. Veel scholen vinden het fijn om de foto's voor de opdrachten tijdens het fotograferen van het stappenplan te maken. Dit betekent dat het stappenplan en bijbehorende opdrachten tegelijkertijd voorbereid moeten worden. Opdrachten gaan over punten die lastig zijn in het stappenplan. Tijdens het maken van de foto's zullen deze punten vanzelf naar voren komen. Toch is het goed om vooraf drie opdrachten voor te bereiden. Zo weet u zeker dat er na het fotograferen geen foto's ontbreken om tot drie passende opdrachten te komen. 3 typen opdrachten Er zijn verschillende typen opdrachten. Bij elk type heeft de leerling de keuze uit twee antwoorden: •

Bij een goed/fout-vraag hoort een stelling. De leerling drukt op de goedknop als de stelling klopt, op de fout-knopt als deze onjuist is. Bij elke stelling hoor één foto.

Voorbeelden van stellingen zijn: -Brood doe je onderop in de tas -Als je met je pinpas betaalt krijg je geld terug •

Bij een ja/nee-vraag hoort een gesloten vraag. De leerling drukt op de jaknop als het antwoord ja is, op de nee-knop als het antwoord nee is. Bij elke vraag hoort één foto.

Voorbeelden van vragen zijn: -Kan je bij de viskraam groente kopen? -Moet je op je werk op tijd komen? •

Bij het goede antwoord kiezen, kiest de leerling uit twee foto's de juiste foto.

Voorbeelden van deze vragen zijn: -Waar mo et de vork liggen? (foto van vork links van het bord en foto van vork rechts van het bord) -Bij welke winkel kan je brood kopen? (foto van bakker en foto van groentewinkel).


Oefeningen maken 1. Kies lastige onderdelen van het stappenplan Veel situaties zullen spontaan tijdens het maken van het stappenplan opkomen. Voor het geval deze zich minder voordoen dan verwacht, of dat deze voorbij zijn voordat u dit heeft vastgelegd, is het goed zelf te bedenken waar verwarring over kan ontstaan. Bijvoorbeeld met een vaatdoekje de grond schoonvegen en vervolgens het aanrecht. Of: aan een ander je eigen medicijnen geven. 2. Bedenk welk type oefening geschikt is Past er een stelling bij of een vraag? Is een goede foto kiezen mogelijk? Probeer te variëren in type oefening. Bijvoorbeeld door altijd minstens 1 oefening met goede foto kiezen te maken. 3. Omschrijf wat er op de foto moet komen Gebruik hierbij weer dezelfde aandachtspunten als bij het maken van de foto's voor het stappenplan. Dus denk met name na over foto's die interactie uitbeelden. Denk ook aan voorwerpen die niet in het stappenplan voorkormen, maar die wellicht wel nodig zijn voor een oefening. Zo kunt u ervoor zorgen dat na het maken van de foto's ook werkelijk alle benodigde afbeeldingen compleet zijn. 4. Zet de spullen klaar Denk hierbij met name aan materialen die niet nodig zijn voor het stappenplan, maar wel voor een oefening. 5. Maak de foto's Houd hierbij dezelfde aandachtspunten als bij het maken van de stappenplannen in het achterhoofd.


3.3. Tips voor foto's De foto’s moeten duidelijk zijn en aansluiten bij de leerlingen. Hier volgen enkele tips om rekening mee te houden tijdens het maken van de foto’s:

Tips voor foto’s 1. Liggend formaat Dit zorgt voor een overzichtelijke lay -out van de uitgeprinte stappenplannen. 2. Niet te veel achtergrond/afleiding Zorg ervoor dat de aandacht echt naar de handeling gaat die de foto wil afbeelden. Dit kan door prikkels weg te halen of door in te zoomen. 3. Vanuit ooghoogte genomen Dit geldt met name voor foto's waarop mensen staan. Vanuit ooghoogte is de foto overzichtelijker. Foto's van bijvoorbeeld koken, kunnen bijvoorbeeld wel van bovenaf genomen worden. 4. Maximaal 9 foto's per fotoverhaal 9 foto's passen op een A4, zodat de leerling een printje van het stappenplan kan meekregen. Meer stappen is voor veel leerlingen ook onoverzichtelijk. 5. Aansluiten bij belevingswereld van leerlingen Dit kan met name door leerlingen als hoofdpersoon in de verhalen te laten figureren. 6. Herkenbare context Zorg bijvoorbeeld bij een winkel, dat dit duidelijk herkenbaar is als winkel. Kies dus bijvoorbeeld eerder voor een standaard bioscoop met rode, pluche stoelen, dan voor een alternatiever filmhuis wanneer u een fotoverhaal maakt over naar de bioscoop gaan.


3.4. Teksten maken Bij elke foto komt een korte tekst. Het is belangrijk dat de tekst goed aansluit bij de afbeeldingen en dat deze begrijpelijk is voor de leerlingen. Alle teksten worden ingesproken. Leerlingen die kunnen lezen, kunnen tijdens het luisteren meelezen met de tekst. Teksten maken 1. Kies een aanspreekvorm Dit kan bijvoorbeeld de derde persoon zijn (‘Kim gaat...’), maar ook de gebiedende wijs (‘Zet de pan op het vuur’). De keuze maakt niet uit, als deze in het stappenplan maar consequent gehanteerd wordt. 2. Beschrijf kort wat de foto afbeeldt Let erop dat de tekst en de foto elkaar ondersteunen. 3. Gebruik maximaal 4 zinnen Houd de tekst zo kort mogelijk. Indien nodig voegt u een korte toelichting op de handeling toe. Bijvoorbeeld bij een bloedneus: ‘Josée houdt haar hoofd naar achter. Zo komt er minder bloed uit.’ 4. Neem AVI5 als richtlijn1 De tekst wordt ook gesproken, leesbegrip staat dus niet voorop. Het is echter wel leuk voor sommige leerlingen als ze de tekst zelf kunnen lezen. Zie voor richtlijnen voor AVI5 bijlage 1.

Formuleren van feedback Aandachtspunt bij het maken van teksten vormt het formuleren van feedback. Bij het invoeren geeft de leerkracht aan wat de feedback is bij een goed antwoord, en wat de feedback is bij een fout antwoord. Let hierbij op de woordkeus, met name bij goed/fout-vragen! Laat de feedback niet beginnen met de woorden 'goed' of 'fout'. Dit levert verwarrende situaties op: 'Goed, het antwoord is inderdaad fout' Kies liever voor een ander woord plus duidelijke uitleg: 'Inderdaad, als je kaas snijdt met een mes krijg je geen mooie plakjes. Kaas snijd je met een kaasschaaf.' Feedback bestaat uit twee delen: 1. Een aanduiding of de leerling het juiste antwoord heeft gekozen. Hierbij kan gekozen worden uit vaste keuzemogelijkheden: Antwoord is correct

Antwoord is onjuist

O inderdaad

O jammer

O prima

O helaas

O dat klopt

O dat klopt niet

O geweldig

O mis

2. Een uitleg. Dit geeft de leerling meer inzicht in wat er fout was. Zie in bijlage 2 voor good-practices van feedback.


4. Content invoeren 4.1. Structuur van Tara Binnen de structuur van Tara kennen we per instelling: groepen, leerlingen/gebruikers, docenten. De algemene structuur voor een instelling of school ligt vast en is weergegeven in onderstaand figuur.

Instelling/scho ol

Groep 2

Groep 1

Groep 3

Docent

Leerling

Figuur 1: Structuur binnen de school

Voor instellingen en scholen zijn er twee typen accounts gedefinieerd: o Beheerderaccounts o Sitebeheerder; De site beheerder heeft voor wat betreft de applicaties de meeste rechten en mogelijkheden en kan binnen de school de docenten invoeren en de gegevens van docenten wijzigen of verwijderen. o Docent: De docent voert zijn leerlingen in en beheert deze gegevens. o Leerlingenaccounts


Site Beheerder Beheer van: o Content en applicaties van de site van de school o Algemene instellingen o Docenten

Docent 1 Beheer van: o

Leerlingen

Docent X Beheer van: o

Leerlingen

Figuur 2: Beheerstructuur

Per school is er dus één sitebeheerder en kunnen er meerdere docenten zijn, die elk van één of meerdere leerlingen de gegevens (leerobjecten, planning) beheren. Een leerobject bestaat uit een stappenplan met opdrachten. In de praktijk ligt het voor de hand om de taken van de sitebeheerder te beleggen bij de ICT-beheerder of ICT coördinator van de school.

4.2. Inloggen op het beheer van Tara Inloggen 1. Ga naar de volgende Internetpagina http://www.stichtingookjij.nl/pages/login/start.htm 2. Op deze pagina kiest u: Login: Ookjij Beheer . U komt nu op de login pagina van de beheermodule. 3. Voer de uw loginnaam en uw code in.

Van Stichting Ookjij.nl heeft de sitebeheerder een loginnaam en een code (6 cijfers) ontvangen. (Met deze code kunt u ook inloggen op de beveiligde webomgeving om als gebruiker/leerling Tara te gebruiken. Na het invoeren van de gevraagde gegevens komt u in de beheermodule. Afhankelijk van uw account (systeembeheerder of docent) krijgt u verschillende keuze mogelijkheden. De mogelijkheden van de beheerderaccounts zullen in de volgende hoofdstukken beschreven worden. Eerste gebruik, het testen van de a udio Als u de beheermodule voor het eerst bezoekt moet u eerst de invoer/uitvoer van het geluid en de microfoon (headset) testen:


Hiervoor klikt u op de knop ‘Help/Faq’, hier vindt u informatie om de audio te testen en in te stellen. Doorloop de audio test en maak de benodigde instellingen. Belangrijke aanwijzing voor toegang via bedrijfsnetten In een intranetomgeving (bedrijfsnet) gelden nog een aantal aanvullende aandachtpunten en voorwaarden voor een ongestoord gebruik: o De beheerder moet toegang krijgen naar het volgende internetadres: www.omvasp.nl/admin. o In verband met het opnemen en weergeven van geluid moeten de volgende poorten open staan voor streaming audio: poort 1935, poort 80 en poort 443. Het bijbehorende protocol is: RMTP

4.3. Sitebeheer Mogelijkheden als sitebeheerderder U ziet een menu op het scherm met 4 opties. 1. Nieuwe begeleider toevoegen: Hiermee kunt u nieuwe accounts voor begeleiders aanmaken. 2. Overzicht van begeleiders : Hier vindt u een overzicht van alle begeleiders van de instelling 3. ixi-je instellingen: Hier beheert u de instellingen van de Ixi-je applicatie. 4. Uitloggen: Hier kunt u het beheersysteem verlaten.


4.3.1. Een nieuwe docent toevoegen

Nieuwe docent toevoegen 1. Ga naar menu ‘nieuwe begeleider toevoegen’. Er verschijnt een invulformulier. 2. Vul alle velden in het rechterblok in. De verplichte velden zijn met een * gemarkeerd. Hier ook aangeven of de begeleider/docent gebruik maakt van TARA. 3. Spreek via de microtelefoon (headset) de voornaam en naam duidelijk in. Dit kan door gebruik te maken van de knoppen naast de velden ‘voornaam’ en ‘naam’. Na opname ve rschijnt een tweede knop, waarmee het zo juist ingesproken geluid kan worden beluisterd. 4. Voer voor begeleiders ook een naam in als loginnaam. Dit is de naam die wordt gebruikt om toegang te krijgen tot de beheermodule. Als hier niets wordt ingevoerd heeft de begeleider geen toegang tot de beheermodule. 5. Kies bij soort gebruiker: begeleider. 6. Kies bij ‘actief’ ja. Door nee aan te klikken kan de sitebeheerder een begeleider op non-actief zetten. De gegevens blijven bewaard maar degene heeft geen toegang meer tot het systeem. 7. Voeg als de pasfoto toe. Doe dit door het pad naar het juiste bestand in te stellen. Let op het bestand moet van het type .jpg of .jpeg zijn. 8. Sla vervolgens de gegevens op. Wacht tot de informatie is opgeslagen. U komt dan automatisch in het overzichtsscherm van de nieuw aangemaakte gebruiker. Hier kunt u de gegenereerde pincode en de pasfoto bekijken en de informatie indien nodig direct uitprinten. Let op: Als u grote pasfoto’s gebruikt kan dit enige tijd duren. Na het kiezen van ‘opslaan’ komt u terug in het overzicht.

Let op: Indien bepaalde velden bij het opslaan niet zijn ingevuld kan de pagina niet worden opgeslagen. Het systeem geeft dit duidelijk aan door middel van rode tekst bij het veld waar een probleem mee is. Let op: Als u er voor kiest te ‘annuleren’ wordt de ingevoerde informatie gewist.


4.3.2. Verwijderen en wijzigingen van de gegevens van een docent Kies in het hoofdmenu ‘overzicht begeleiders’ Door het vakje onder ‘verwijder’ aan te vinken kunt u alle gegevens van de begeleider verwijderen. Om gegevens te wijzigen gaat u als volgt te werk: Wijzigen van gegevens 1. Kies de begeleider, waarvan u de gegevens wil wijzigen door de voornaam te selecteren. U krijgt dan het invulscherm. 2. Wijzig de velden die aangepast moeten worden. 3. Kies ‘opslaan’ om de wijzigingen op te slaan. Van de individuele begeleider kunnen de gegevens gewijzigd worden door in elk veld nieuwe tekst te plaatsen. In dit menu kan ook een nieuw wachtwoord gegenereerd worden (aanvinken vakje bij Login Code). De wijzigingen worden doorgevoerd na het klikken op ‘opslaan’.

4.4. Leerlingenbeheer 4.4.1. Inloggen als docent U bent ingelogd als begeleider van uw gebruikersgroep, die behoort bij een school. Uw gegevens staan bovenaan op de hoofdpagina. Een instelling kan meerdere docenten hebben. Elke docent/begeleider beheert zijn eigen leerlingen.

Het hoofdmenu kent een aantal iconen: o

Overzicht gebruikers: Hier krijgt u een overzicht van alle leerlingen, die aan u zijn toegewezen,

o

Overzicht Groepen: Hier krijgt u een overzicht van alle groepen van uw school

o

Overzicht groepen en gebruikers

o

Tara: Hier krijgt u toegang tot de Tara applicatie

o

Help/FAQ

o

Uitloggen

Eerste gebruik, het testen van de audio Als u de beheermodule voor het eerst bezoekt , moet u eerst de invoer/uitvoer van het geluid en de microfoon (headset) testen:


Hiervoor klikt u op de knop ‘Help/Faq’, hier vindt u informatie om de audio te testen en in te stellen. Doorloop de audio test en maak de benodigde instellingen.

4.4.2. Overzicht gebruikers Via de icoon ‘Overzicht gebruikers’ komt u op een pagina waar in een tabel alle gebruikers staan, die aan u zijn toegewezen. Klik op de voornaam van de gebruiker voor de details en voor extra opties, zoals het toevoegen van leerlingen en het toevoegen aan groepen. 4.4.3. Groepen definiëren Binnen een instelling/school kunnen meerdere groepen gedefinieerd worden. Voor scholen biedt dit de mogelijkheid om leerlingen van een klas in een groep te plaatsen. Kies in het Hoofdmenu de icoon ‘Overzicht groepen’. Het vervolgmenu geeft u een overzicht van de groepen, die u kunt beheren. Het menu biedt de volgende opties: o

Nieuwe groep maken: hiermee kunt u een nieuwe groep definiëren.

o

Groep verwijderen: Door het vakje achter een groep aan te vinken kunt u een groep verwijderen.

Groepen definiëren 1. Kies voor de icoon ‘nieuwe groep’ 2. Vul een unieke naam van de nieuwe groep in 3. Geef een omschrijving, Bijv. Groep juf Janny, of Groep 3A, etc.


4.4.4. Toevoegen nieuwe gebruiker 1. Ga naar het hoofdmenu 2. Selecteer: ‘overzicht gebruikers’ 3. Selecteer: ‘Toevoegen nieuwe gebruiker’ . Er verschijnt een invulformulier. 4. Vul alle velden in het rechterblok in. De verplichte velden zijn met een * gemarkeerd. 5. Spreek via de microtelefoon (headset) de voornaam en naam duidelijk in. Dit kan door gebruik te maken van de knoppen naast de velden ‘voornaam’ en ‘naam’. Na opname ve rschijnt een tweede knop, waarmee het zo juist ingesproken geluid kan worden beluisterd. 6. Kies bij soort gebruiker: client (leerling) 7. Selecteer of de leerling gebruik mag maken van ASK (de telefoonkoppeling). 8. Kies bij ‘actief’ de optie ja. Door voor nee te kiezen kan de begeleider een gebruiker op non-actief zetten. De gegevens blijven bewaard maar degene heeft geen toegang meer tot het systeem. 9. Voeg de pasfoto toe. Dit kan door het pad naar het juiste bestand in te stellen. Let op het bestand moet van het type .jpg of .jpeg zijn! 10. Sla vervolgens de gegevens op. Wacht tot de informatie is opgeslagen. U komt dan automatisch in het overzichtsscherm van de nieuw aangemaakte gebruiker. Hier kunt u de gegenereerde pincode en de pasfoto bekijken en de informatie indien nodig direct uitprinten. Let op: Als u grote pasfoto’s gebruikt kan dit enige tijd duren.

Let op: Indien bepaalde velden bij het opslaan niet zijn ingevuld kan de pagina niet worden opgeslagen. Het systeem geeft dit duidelijk aan door middel van rode tekst bij het veld waar een probleem mee is. Let op: Als u er voor kiest te ‘annuleren’ wordt de ingevoerde informatie gewist.


4.4.5. Wijzigen van de gegevens van een gebruiker Kies in het Hoofdmenu: ‘overzicht gebruikers’. Klik vervolgens op de voornaam van de gebruiker waarvan u de gegevens wilt wijzigen. De actuele gegevens van de gebruiker komen in beeld. U kunt kiezen voor een van de volgende iconen: o Overzicht gebruikers: hiermee keert u terug naar het vorige scherm, de lijst met gebruikers o Gegevens wijzigen: hier kunt u alle gegevens van de gebruiker aanpassen. Kies opslaan om de wijzigingen te bewaren. o Familie: Hier krijgt u een overz icht van de andere leden, die zijn toegewezen aan deze gebruiker. o Groepen: Hier kunt u zien aan welke groepen deze gebruikers is toegevoegd o Individuele vrienden: Dit is een overzicht van de individuele vrienden van een gebruiker. U kunt hier vrienden toevoegen die niet via een groep of via familie al in het vriendenboek staan. o Print: Hiermee kunt een afdruk van de gegevens maken voor het archief. Om de gegevens te wijzigen, selecteer ‘Gegevens wijzigen’. Er verschijnt het invulscherm. Van de individuele gebruiker kunnen de gegevens gewijzigd worden door in elk veld nieuwe tekst te plaatsen of andere keuzes te maken, bv toewijzen aan een andere begeleider. In dit menu kan ook een nieuw wachtwoord gegenereerd worden. De wijzigingen worden doorgevoerd na het klikken op ‘wijzigingen opslaan’


4.4.6. Gebruiker aan groepen toevoegen Zoals eerder is aangegeven, kan men binnen een instelling of school meerdere groepen definiëren. Gebruikers kunnen aan één of meerdere groepen worden toegevoegd.

Gebruiker aan groepen toevoegen 1. Selecteer hoofdmenu 2. Selecteer overzicht gebruikers 3. Kies de gebruiker die u aan een groep wilt toevoegen 4. Kies voor menu ‘groepen’ 5. Kies voor de optie ‘aan groep toevoegen’ 6. Selecteer uit de lijst van groepen (zichtbaar na klikken op pijltje bij ‘Naam van de groep’) de groep waar de gebruiker deel van uitmaakt. 7. Kies voor opslaan om de wijzigingen op te slaan of annuleren.


4.5. Stappenplannen en opdrachten invoeren Tara is eenvoudig van opzet en daardoor gemakkelijk te gebruiken. Als men zelf leerobjecten (stappenplannen met opdrachten) met Tara wil ontwikkelen, dan zal eerst de mediabibliotheek gevuld moeten worden. Met behulp van de foto’s uit de mediabibliotheek kunnen leerobjecten worden samengesteld. Een leerobject bestaat uit een fotoverhaal (stappenplan) en een reeks opdrachten. Leerobjecten horen bij de SO kerndoelen. Daartoe zijn voor kerndoelen categoriëen gedefinieerd. Per categorie zijn een of meerdere situaties beschikbaar. In Tara moeten de leerobjecten altijd gekoppeld zijn aan een situatieschets. De laatste stap in het proces is het maken van planningen voor de leerlingen. Alle docenten met toegang tot Tara kunnen bestaande leerobjecten zoeken. Voor elke leerling, die als gebruiker is ingevoerd kan een docent met de planningsmodule maximaal 16 leerobjecten klaarzetten. 4.5.1. Het beheren van de mediabibliotheek De mediabibliotheek bevat alle foto’s, illustraties en pictogra mmen die gebruikt worden in de stappenplannen en de opdrachten. De bibliotheek dient eerst gevuld te worden voordat de leerobjecten kunnen worden gemaakt. Toevoegen van nieuwe afbeeldingen 1. Ga naar menu Media Het scherm toont een overzicht van de reeds aanwezige foto’s in de mediabibliotheek. 2. Selecteer Media upload. Er zijn twee opties beschikbaar: o Upload per afbeelding, o Batch upload, waarmee meerdere afbeeldingen naar de Tara kunnen worden verzonden. Het toevoegen van een nieuwe afbeelding geschiedt met een invulscherm: Bestand:

Blader naar het bronbestand

Naam:

Het onderschrift voor de afbeelding

Audio:

Dit is de audio, die de gebruiker hoort als hij de afbeelding activeert.

Categorie :

Hiermee is de afbeelding te koppelen aan een item uit de vast lijst categorien

Hoort bij leerobject:

Hiermee is de afbeelding te koppelen aan een bestaand leerobject

Trefwoorden:

Vul hier een of meerdere trefwoorden die passen bij de afbeelding

U kunt nu kiezen om de afbeelding op te slaan. Als u annuleert vervallen de ingevoerde gegevens. Indien men meerdere bestanden wil uploaden, kan men kiezen voor de functie ‘Batch upload’ 3. Selecteer in het menu de optie: ‘meerdere bestanden uploaden’: 4. Klik op de knop en blader naar de eigen map met bronbestanden 5. Selecteer de gewenste bronbestanden 6. Vul na het uploaden de basisgegevens bij de afbeeldingen in met behulp van het invulscherm


Bestaande afbeeldingen bewerken 1.Zoek eerst de gewenste afbeelding Daarvoor zijn verschillende zoekvelden beschikbaar. Er kan woorden gezocht op: o Categorie o Leerobject o Trefwoord o Naam van de afbeelding o Eigenaar 2. U selecteert een bestaande afbeelding door op de naam van de afbeelding de ‘klikken’ Er opent zich een menuscherm 3. Wijzig de relevante velden en selecteer ‘opslaan’

Uitsluitend afbeeldingen die niet worden gebruikt in leerobjecten of situatieschetsen kunnen worden verwijderd. De status van een afbeelding is te zien in het menu: ‘Media Overzicht’ in de kolom ‘in gebruik’. Voor het verwijderen van een afbeelding, selecteer ‘Verwijderen’ in de laatste kolom. Tara vraagt om een bevestiging, alvorens de afbeelding te verwijderen uit de mediabibliotheek. 4.5.2. Het maken van een nieuw leerobject TARA kent voor de opbouw van de leerobjecten (stappenplan en opdrachten) verschillende pagina’s. Onder het stappenplan ligt één sjabloon. Dat sjabloon bepaalt de vorm van de pagina’s. Bij het aanmaken van een opdracht is er een keuze uit meerdere sjablonen. Leerobjecten behoren bij categorieën en situatieschetsen. Er zijn dus twee hoofdsoorten sjablonen: 1. Stappenplansjablonen. Met behulp van deze sjablonen wordt het stappenplan opgebouwd. 2. Opdrachtsjablonen. Met behulp van deze sjablonen worden de verschillende typen opdrachten gemaakt. Kies voor het werken met ‘leerobjecten’ door in het hoofdmenu ‘leerobjecten’ te selecteren.


4.5.2. Het maken van een nieuw leerobject 1. Selecteer ‘Nieuw leerobject’. Er verschijnt een invulscherm voor het vastleggen van de basisinformatie van het leerobject. 2. Vul de open velden in. 3. Selecteer de menuafbeelding uit de mediabibliotheek. Er verschijnt een nieuw venster. In dat venster kan de afbeelding worden gezocht met behulp enkele zoekvelden. 4. Selecteer de bijbehorende categorie en situatieschets vanuit het keuzemenu. 5. Kies de eigenschappen voor het leerobject (bewerken, kopiëren, publiceren) 6. Selecteer ‘opslaan’ om de basisgegevens op te slaan. Er verschijnt in de bovenbalk een nieuw menu item: ‘stappenplan’. U keert weer terug naar het overzicht van

4.5.3. Het wijzigen, veranderen en uitbreiden van een leerobject 1. Kies uit de lijst een leerobject door de naam te ‘selecteren’. Er zijn twee opties beschikbaar: o Leerobject instellingen, hiermee kunnen de verschillende instellingen van het leerobject gewijzigd worden o Stappenplan, hier kunnen middels sjablonen de pagina’s van een stappenplan en/of oefening worden gemaakt en gewijzigd. 2. Selecteer de optie ‘Stappenplan’ 3. Selecteer ‘Nieuwe pagina’. 4. Selecteer uit een menu het gewenste tekst sjabloon. 5. Vul alle velden in en spreek de audio in. Kies voor ‘opslaan’ om de gegevens op te slaan. Herhaal de stappen 3 t/m 5 totdat alle stappen van het stappenplan zijn opgeslagen. Na het opslaan van de eerste pagina van een stappenplan verschijnt de optie 'Opdrachten'. Via ‘leerobject’ en ‘stappenplan’ ontstaat een overzicht. Vanuit dit menu kan het stappenplan verder bewerkt worden, door pagina’s toe te voegen, pagina’s te bewerken en pagina’s te verwijderen. Vervolgens moeten opdrachten worden toegevoegd. 6. Kies in het scherm (figuur ) de optie ‘opdrachten’. 7.Kies voor de optie ‘opdracht toevoegen’ 8. Selecteer uit 3 voorbeelden het gewenste sjabloon en vul alle velden in. Kies voor ‘opslaan’ om de gegevens te bewaren.


4.5.4. Overige functies Het menu ‘leerobjecten’ biedt nog een aantal handige functies. Het scherm is verdeeld in tabellen met de volgende beschrijvingen: o Hoort bij categorie o Hoort bij situatieschets o Eigenaar o Score; het getal geeft de waardering van het leerobject weer. o Verwijderen; hiermee kan het leerobject verwijderd worden o Afdrukken; hiermee kan het leerobject worden afgedrukt o Kopiëren; hiermee kan het leerobject gekopieerd worden. o Bekijken; hiermee kan het leerobject bekeken worden Deze functies zijn aanwezig op basis van de rechten op het leerobject. Je mag bijvoorbeeld geen leerobjecten van anderen verwijderen. Dit is overigens op meer plaatsen van toepassing zoals de mediabibliotheek.

4.6. Maken van leerling-planningen In een leerling-planning wordt de leerstof in een vaste structuur aangeboden. De docent kan zijn eigen planning maken voor zijn groep en voor de individuele leerling.

4.6.1. Nieuwe planning toevoegen 1. Kies in het hoofdmenu ‘Planning’ 2. Kies vervolgens ‘planningen’ Er verschijnt een overzicht van de gemaakte planningsmodules. 3. Kies ‘nieuwe planning’; er verschijnt een invulscherm 4. Vul de open velden in en selecteer ‘opslaan’ om de gegevens te bewaren.

4.6.2. Planning bewerken Selecteer uit het menu de gewenste planning door deze te selecteren. Er verschijnt een invulscherm.


4.6.2. Planning bewerken 1. Selecteer eerst de situatieschetsen (max. 4 stuks). 2. Daarna kan per situatieschets maximaal 4 leerobje cten worden toegevoegd. 3. Selecteer opslaan om de planningswijzigingen te bewaren.

4.6.3. Planning verwijderen 1. Selecteer in het menu ‘planning overzicht’ het vakje verwijderen. 2. Selecteer vervolgens ‘verwijderen’. Alvorens het object verwijderd wordt, wordt om een bevestiging gevraagd.

4.6.4. Leerstof aan gebruikers/leerlingen aanbieden 1. Ga naar het hoofdmenu en selecteer de optie ‘gebruikers plannen’. Er verschijnt een overzicht van alle leerlingen/gebruikers die aan u zijn toegewezen. 2. Selecteer uit het menu de gewenste stappenplannen en oefeningen voor de leerlingen. Achter elke naam is de mogelijkheid om uit een menu de gewenste planning te selecteren. 3. Door de optie ‘inloggen als deze gebruiker’ toe te passen,kan men zien wat de gebruiker te zien krijgt. 4. Kies voor opslaan om de planning voor de leerling te activeren.


5. Content inzetten De school maakt én gebruikt content. Om content te gebruiken kan de school deze verwerken in een les. Om dubbel werk van leerkrachten te voorkomen, is het aan te bevelen om uitgewerkte lessen op een centrale plek op school (bijvoorbeeld een map in de computer) te bewaren. Het maken en gebruiken van content zal vaak bij hetzelfde vak gebeuren. Het is dus zowel voor het gebruiken, als voor het maken van content belangrijk om de plaats op het rooster vast te leggen.

5.1. Plaats op het rooster Spreek af bij welke lessen de content ingezet worden. Kijk hierbij naar welke kerndoelen u in welke vakken wilt behandelen. Bij vakken waarbij de kerndoelen rondom werken en wonen en vrije tijd op het programma staan, kan de school de content inzetten.

5.2. Content integreren in een les 1. Bepaal het doel van de les In het groepsplan staan de doelen die de leerkracht wil behandelen. Selecteer hieruit een doel die in de les centraal staat. 2. Zoek bijbehorende content Met behulp van de zoekwoorden zoekt de leerkracht passende content bij het leerdoel van de les. Eventueel kan de leerkracht ook andersom werken: Hij ziet content die aansluit bij waar de leerlingen op dat moment mee bezig zijn. In het groepsplan bekijkt hij vervolgens welk leerdoel hierbij aansluit. 3. Werk de les uit aan de hand van het bijgevoegde format Volgens het lesformat (zie bijlage 6) schrijft de leerkracht uit op welke wijze hij de content inzet in de introductie, instructie en verwerking en de afsluiting van de les. 4. Geef de les De leerkracht geeft de les aan de groep. 5. Maak eventueel aantekeningen over het verloop van de les bij de les Denk hierbij bijvoorbeeld aan onderdelen die extra aandacht nodig hadden, maar ook bijvoorbeeld aanwijzingen over de tijdsduur of reacties van leerlingen. De aantekeningen kunnen dienen als tips voor andere leekrachten die de les willen geven. 6. Zorg dat de les in te zien is door andere leerkrachten Sla de lessen bijvoorbeeld op in een computer waar alle leerkrachten toegang tot hebben. Papieren versies van de lessen kunt u verzamelen in een map op een centrale plaats. Zorg voor een duidelijke ordening en naamgeving van de lessen. Bijvoorbeeld per kerndoel of per niveau geordend. Het delen van elkaars lessen voorkomt dubbel werk wat betreft voorbereidingen.

Tijdens de lessen waarin de content gebruikt wordt, moeten er voldoende computers voor de leerling beschikbaar zijn of is er een computer met beamer nodig. Houd hierbij de roostering rekening mee. Zorg bijvoorbeeld dat het computerlokaal tijdens de lessen beschikbaar is.


5.3. Content voor zelfstandig werken Het verdient de voorkeur om de content in elk geval te integreren in een les. Daarnaast kan de content ook gebruikt worden tijdens zelfstandig werken en als portfolio-opdracht. Selecteren van de content Indien de leerling zelf met de content aan de slag gaat, is het leuk voor de leerling om zelf een stappenplan te kiezen. De site bevat echter te veel materiaal om de leerlingen zelf de keuze te laten maken. De leerling heeft zo eerst keuze uit enkele situaties, vervolgens uit enkele stappenplannen. Doordat de leerling zelf een keuze maakt, is de kans groter dat hij er gemotiveerd mee aan de slag gaat. Houd bij het selecteren van de situaties en stappenplan rekening met de volgende punten: -sommige leerlingen kunnen een groter aantal keuzemogelijkheden aan dan anderen. Houd dus rekening met de mogelijkheden van de leerlingen. -zorg dat het niveau van de gekozen stappenplannen aansluit bij dat van de leerling. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de niveaus van de CED-leerlijn als indicatie. -zorg dat de afbeeldingen aansluiten bij de belevingswereld van de leerling. Kies voor een VSO-leerling dus eerder stappenplannen met een VSO-leerling als hoofdpersoon, dan een SO-leerling.


5.4. Content als portfolio Indien gewenst kan de school de stappenplannen inzetten als portfolio-opdracht. Deze opdracht kan geïntroduceerd worden aan het einde van een les. Indien de leerling zelfstandig met het materiaal heeft geoefend, kan de leerkracht hierna afspraken met de leerling maken. De leerling oefent zo niet alleen met de stappen achter de computer, maar voert ze ook werkelijk in de praktijk uit. Dit vergroot de kans dat de leerling de stappen ook werkelijk leert te beheersen.

Content als portfolio 1. Print het stappenplan voor de leerling uit De leerling heeft zo een overzicht van alle stappen op een A4-papier. 2. Spreek met de leerling af waar en wanneer hij het stappenplan gaat uitvoeren Met sommige leerlingen maakt u hele specifieke afspraken: bijvoorbeeld oefenen met tafeldekken bij het dekken van de tafel bij het avondeten van die avond. Bij leerlingen die dit aankunnen, kunt u ook afspreken dat zij zelf een geschikt moment uitkiezen. 3. Bepaal wat de leerling met de opdracht doet wanneer hij de stappen heeft doorlopen Voor sommige leerlingen werkt het belonend als zij de opdracht in een speciale map (hun portfoliomap) mogen stoppen. Andere leerlingen vinden het fijn als zij op hun blad een paraaf of stempel krijgen.

Voor leerlingen die niet in staat zijn om de stappenplannen zelfstandig buiten de les uit te voeren, kunt u toch de stappenplannen inzetten voor de portfolio. De leerlingen kunnen de stappenplannen na de les opbergen in een map, als bewijs dat ze in de les met de stappen hebben geoefend. Zo kunnen ze later nog eens terugkijken wat ze hebben gedaan of kunnen ze dit aan anderen, bijvoorbeeld hun ouders, laten zien. Eventueel kunt u de ouders hierover informeren. Sommige ouders kunnen zo meewerken om hun zoon/dochter te stimuleren de stappen ook thuis uit te voeren.


Bijlage 1: Richtlijnen AVI5 De AVI-criteria zullen vervangen worden door nieuwe criteria. Kijk voor de criteria op de site van het Cito: www.cito.nl/po/vakken/taal/avi/eind_fr.htm. •

Drielettergrepige woorden, waarvan de eerste een open lettergreep is (helemaal)

•

Drielettergrepige woorden, waarvan de tweede een open lettergreep is (opeten)

•

Woorden met de letter –i- die als /ie/ wordt uitgesproken (liter)

•

Woorden die eindigen op –tie, uitgesproken als /sie/ of /tsie/ (vakantie)

•

Meerlettergrepige woorden die eindigen op –ooi, -aai of –oei (rotzooi)

•

Vierlettergrepige samenstellingen (reuzenbeesten)

•

Diverse vierlettergrepige woorden (allerkleinste)

•

Meerlettergrepige woorden die eindigen op –u, -a of –o (paraplu)


Bijlage 2: Good-practices van feedback Goede foto kiezen Brood smeren Foto 1:

kuipje boter

Foto 2: pot pindakaas

Tekst bij deze foto’s: Wat doe je eerst op je boterham? Feedback bij correct antwoord -> Dat klopt, eerst doe je boter op je brood, dan het beleg Feedback bij onjuist antwoord -> Dat klopt niet, eerst doe je boter op je brood, dan het beleg Werkplek opruimen Foto 1:

leerling achter rommelig bureau

Foto 2:

leerling achter

opgeruimd bureau Tekst bij deze foto’s: Waar werk je het best? Feedback bij correct antwoord -> Inderdaad. Je werkt het best aan een opgeruimd bureau. Feedback bij onjuist antwoord -> Mis. Je werkt niet goed achter een rommelig bureau. Je werkt het best aan een opgeruimd bureau. Ja/nee-vraag Kaart sturen Foto:

Een kaart met roze en een meisje erop.

Tekst bij deze foto: Pieter heeft een zusje gekregen. Ik wil hem graag een kaart sturen. Heb ik een goede kaart uitgekozen? Feedback bij correct antwoord -> geschreven tekst: Geweldig. Hij heeft een goede kaart uitgekozen. De kleur roze kies je vaak voor een meisje Feedback bij onjuist antwoord -> geschreven tekst: Dat klopt niet. Hij heeft een goede kaart uitgekozen. De kleur roze kies je vaak voor een meisje Strijken Foto:

Leerling strijkt een t-shirt met opdruk

Tekst bij deze foto: Kun je de opdruk zo ook strijken? Feedback bij correct antwoord -> Prima. De opdruk moet je binnenstebuiten strijken Feedback bij onjuist antwoord -> Jammer. Een opdruk moet je binnenstebuiten strijken Goed/fout-vraag Wasbak schoonmaken Foto:

Een waterkraan die ver open staat

Tekst bij deze foto: als je de wasbak schoonmaakt, laat je de hele tijd de kraan flink lopen. Feedback bij correct antwoord -> Prima! Als je de wasbak schoonmaakt, doe je de kraan alleen open als het nodig is. En je doet de kraan niet verder open dan nodig is. Feedback bij onjuist antwoord -> Helaas. Als je de wasbak schoonmaakt, doe je de kraan alleen open als het nodig is. En je doet de kraan niet verder open dan nodig is. De was doen Foto:

witte en rode was

Tekst bij deze foto: De witte onderbroeken gaan bij de rode handdoeken in de was. Feedback bij correct antwoord -> Dat klopt! Wit en rood gaan niet samen in de was. Feedback bij onjuist antwoord -> Dat klopt niet! Wit en rood gaan niet samen in de was.


Bijlage 3: Lesformat Voorbereidingen 1a. Of: Zoek een passend stappenplan bij het tussendoel uit de leerlijn. 1b. Of: Bepaal welke tussendoelen u bij een stappenplan gaat behandelen. 2. Bepaal welke foto's zich op het lesdoel (of bij meerdere niveaus: lesdoelen) richten. Markeer deze foto's (bijvoorbeeld met een sticker). 3. Print de stappenplannen voor de leerlingen uit. 4. Zorg dat u de stappenplannen klassikaal kunt laten zien (printen op A4-formaat of projecteren met een beamer). 5. Zorg voor de benodigde materialen voor de activiteit. 6. Zorg dat het computerlokaal/voldoende computers beschikbaar zijn. Lesdoel:

Leerdoel uit de leerlijn beheersen + leerdoel uit de leerlijn in context plaatsen

Introductie Laat de leerlingen het stappenplan op de computer lezen. Zo kan elke leerling het op zijn eigen tempo doornemen. Laat de leerlingen verder kennismaken met de context door de bijbehorende opdrachten te maken. Als alle leerlingen het verhaal hebben gelezen, herhaalt u klassikaal de stappen van het verhaal. U kunt hierbij de foto's projecteren op een beamer of uitprinten op A4-formaat. Laat de leerlingen bij elke foto benoemen wat er gebeurt. Licht de foto's eruit die zich richten op het lesdoel, ga hier dieper op in: • Hebben de leerlingen dit al eerder gedaan? • Waarom is het handig om te kunnen? • Wat is er moeilijk aan? Bij meerdere doelen (verschillende niveaus) stelt u de verdiepingsvragen over de betreffende foto's aan de leerlingen die aan het bijbehorende doel gaan werken. Afhankelijk van het lesdoel (niveau) van de leerling stelt u dus vragen bij verschillende foto's. Instructie en verwerking Vertel de leerlingen dat ze alle stappen die ze hebben gezien gaan uitvoeren. Vertel de activiteit waarbij ze dit gaan doen (bijvoorbeeld broccoli koken). Wijs de stap(pen) aan waar ze extra goed op gaan letten. Eventueel kunt u de leerlingen alvast een eigen stappenplan op A4 geven met waarop de foto's die bij hun leerdoel horen gemarkeerd zijn. Oefen alle stappen met de leerlingen. Indien mogelijk laat u de leerlingen de stap van het lesdoel meerdere keren herhalen (bijvoorbeeld broccoli snijden maar ook bloemkool en paprika schoonmaken bij een leerdoel over groenten schoonmaken). Afsluiting Vraag de leerlingen hoe ze de activiteit vonden. Vraag hen wanneer ze het nog meer kunnen uitvoeren. Geef hen het stappenplan mee als bewijs dat ze de taak hebben uitgevoerd.


Bijlage 4: Voorbeeld toestemmingsbrief Geachte lezer, De ...-school werkt met 'Tara'. Dit zijn fotoseries over alledaagse situaties. De foto's zijn bedoeld om zeer moeilijk lerende leerlingen voor te bereiden op allerlei situaties die ze in hun dagelijks leven tegen (gaan) komen. Denk bijvoorbeeld aan een bezoekje aan de dokter, het betalen in een winkel of naar de bioscoop gaan. Doordat de stappenplannen echte situaties laten zien, raken de leerlingen ermee vertrouwd. Op de foto's zien ze bijvoorbeeld wat ze allemaal moeten doen wanneer ze lege flessen inleveren of wanneer ze met de trein gaan reizen. Nadat de leerlingen op de foto's hebben gezien wat ze kunnen verwachten, kunnen ze het in het echt gaan uitvoeren. De foto's worden gemaakt voor en door scholen. Elke school levert stappenplannen. Via een uitwisselsite kunnen scholen van elkaars materiaal gebruik maken. Voor het maken van een nieuw stappenplan willen wij graag uw medewerking vragen. Om voor de leerlingen een herkenbare situatie vast te leggen, zou het fijn zijn om foto's te maken (hier invullen wat van toepassing is, bijvoorbeeld in uw winkel/van uw zoon/dochter, etc). Wilt u hier uw toestemming voor verlenen? Alvast hartelijk dank. Met vriendelijke groet,


VERKLARING VAN TOESTEMMING

Ouder/verzorger van,

________________________________________________(voornaam en achternaam leerling)

geboren op _______________________________________(geboortedatum leerling)

verleent WEL / GEEN toestemming om foto-opnamen te maken van zijn/haar zoon/dochter en deze te gebruiken als lesmateriaal voor de uitwisselomgeving ‘Tara’.

Datum

: ______________________________________________

Naam en handtekening ouder/verzorger: ___________________________________________

____________________________________________


VERKLARING VAN TOESTEMMING

Eigenaar/medewerker van _______________________________________(bedrijf/instantie invullen)

verleent WEL / GEEN toestemming om foto-opnamen te maken in het genoemde bedrijf en deze te gebruiken als lesmateriaal voor de uitwisselomgeving ‘Tara’.

Datum

: ______________________________________________

Naam en handtekening: ___________________________________________

____________________________________________


Bijlage 5: Lijst met categorieën en situaties

Categorie

Situaties

Koken

Bereiden

Aan tafel

Je huis

Winkels

Kleding

Ziekte en

netjes

verwonding-

houden

en

Netjes eten

Afwassen

Supermarkt

De was

Medicijnen

Tafeldekken

Schoonmake

Markt

Kleding

Verwondingen

en serveren

n

aantrekken

en ongevallen

Tafel

Opruimen

Kleding

Dokter

Warenhuis

afruimen

kopen Klusjes in

Winkels

huis

(bakker, slager, etc)

Kamer inrichten

Categorie

Situaties

Voorbeelden

Rechten en

van wonen

plichten

Met wie woon

Stemmen

jij? Waar woon

Inspraak

Uitstapjes

Hobby’s

Stage en

Reizen

werk

In de

Naar een

buitenlucht

vereniging

Op bezoek

Jezelf

jij?

Contacten

Bus

Afspraken

Trein

Taken

Tram

Voorbeelden

Fiets

vermaken Instanties

Horeca

Samen met een ander iets doen

Attracties en musea Naar een voorstelling In de stad

Vakantie

Huisdieren

van werken Auto


Bijlage 6: Kerndoelen Wonen, werken en vrije tijd Kerndoelen Wonen en vrije tijd •

Kerndoel 1: De leerlingen leren (mede) zorgdragen voor het dagelijkse eten en drinken en leren de daarbij horende regels en tafelmanieren hanteren.

• •

Kerndoel 2: De leerlingen leren boodschappen doen. Kerndoel 3: De leerlingen leren zich kleden en linnengoed, kleding en schoeisel (helpen) verzorgen.

•

Kerndoel 4: De leerlingen leren helpen hun huis/kamer inrichten, schoonhouden en op orde houden en leren dat mensen die samen wonen, ook samen zorgen voor de goede gang van zaken.

•

Kerndoel 5: De leerlingen leren op de juiste wijze reageren bij ziekte, ongeluk of bij een kleine verwonding.

•

Kerndoel 6: De leerlingen leren herkennen dat in de samenleving verschillen en overeenkomsten zijn tussen mensen en groepen van mensen in de wijze waarop ze leven.

•

Kerndoel 7: De leerlingen leren zich oriënteren op medezeggenschap, stemrecht, besluitvorming, het gemeentelijk en landelijk bestuur.

•

Kerndoel 8: De leerlingen leren de vrije tijd alleen en samen met anderen besteden.

Kerndoelen Werken (in nieuwste versie van de kerndoelen zml-mg zijn geen kerndoelen rondom werken opgenomen) •

Kerndoel 1: De leerlingen leren zich oriënteren op en leren beslissingen nemen over hun perspectief op arbeid.

•

Kerndoel 2: De leerlingen leren vaardigheden toepassen voor het verwerven en behouden van werk in loondienst of in dagbesteding.

•

Kerndoel 3: De leerlingen leren algemene arbeidsvaardigheden toepassen in stage/werksituaties.

•

Kerndoel 4: De leerlingen leren specifiek praktische arbeidsvaardigheden toepassen in werksituaties.


Product 18: draaiboek contentvervaardiging

Recommend Documents