Transversaal Overleg Overlegplatforms Geestelijke Gezondheidszorg Vlaanderen www.transversaaloverleg.be
Procesevaluatie door de Overlegplatforms Geestelijke Gezondheidszorg
Rapport 31 maart 2008 Nederlandstalige cluster
"volwassenen: algemeen"
1/41 TO/2008/004
PopovGGZ vzw, Drongenplein 26, 9031 Drongen
[email protected] – 09 / 216 65 50
0. Inhoudsopgave 1.
2.
3.
Inleiding: algemene context van het transversaal overleg
3
1.1
Voorgeschiedenis
3
1.2
Therapeutische projecten
3
1.3
Transversaal overleg
3
1.4
Derde pijler van het transversaal overleg: procesevaluatie door de OGGZ
4
1.5
Rapport
4
Organisatie procesevaluatie door de OGGZ
5
2.1
Nederlandstalige OGGZ
5
2.2
Franstalige OGGZ
5
2.3
Afstemming tussen Nederlandstalige en Franstalige OGGZ
5
Procesevaluatie en begeleiding: cluster "volwassenen: algemeen"
6
3.1
Omschrijving van de cluster
6
3.2
Transversale overlegmomenten: praktisch
27
3.2.1
Eerste clustervergadering
27
3.2.2 3.3
Tweede clustervergadering
28
Transversale overlegmomenten: inhoudelijk
30
3.3.1
Algemene positieve bevindingen TP
31
3.3.2
Algemene knelpunten TP
31
3.3.3
Aanmeldingen
32
3.3.4
Inclusieoverleg
32
3.3.5
Opvolgoverleg
35
3.3.6
Financiering
36
3.3.7
TP-administratie
36
3.3.8
Patiëntenregistratie KCE
36
3.3.9
Participatie familie- en patiëntenverenigingen
37
4.
Conclusies
38
5.
Toekomstperspectieven
40
6.
Bijlagen
41
2/41
1. Inleiding: algemene context van het transversaal overleg 1.1 Voorgeschiedenis Sinds het einde van de vorige eeuw groeit de overtuiging dat bij de organisatie en verdere uitbouw van de geestelijke gezondheidszorg meer en meer vertrokken dient te worden vanuit de cliënt en zijn hulpvraag (vraaggestuurd en doelgroepgericht denken en niet langer de verschillende soorten voorzieningen en diensten als uitgangspunt nemen). Deze evolutie krijgt vorm in de concepten "zorgcircuits" en "netwerken".
Een zorgcircuit is het volledige zorgaanbod van een netwerk voor een welbepaalde doelgroep in een duidelijk afgebakende regio en is opgebouwd uit modules, die samen alle noodzakelijke zorgtrajecten vertegenwoordigen met garantie van zorg op maat en continuïteit van zorg.
Een netwerk is het geheel van juridisch onafhankelijke diensten en voorzieningen, die met het oog op het realiseren van een volledig zorgprogramma voor een welbepaalde doelgroep in een duidelijk afgebakende regio, een functioneel en juridisch geformaliseerd samenwerkingsverband vormen.
In 1997 vinden we deze begrippen voor het eerst terug in het advies van de Nationale Raad voor Ziekenhuisvoorzieningen (NRZV)1. Dit gedachtegoed wordt door de overheid overgenomen. In 2001 kondigen de Ministers Magda Aelvoet en Frank Vandenbroucke in hun Beleidsnota voor Geestelijke Gezondheidszorg "De psyche: mij een zorg" een nieuwe visie op GGZ aan. Hierbij wordt de patiënt als uitgangspunt genomen (participatie en zorgvraag) en een reorganisatie in functie van doelgroepen (zorgaanbod en overleg) aangekondigd. De Interministeriële Conferentie Volksgezondheid keurt in mei 2004 via een amendement op de gemeenschappelijke verklaring van de Ministers bevoegd voor Volksgezondheid (juni 2002) de basisprincipes goed. De uitwerking en implementering van de concepten zorgcircuits en netwerken, in de eerste plaats voor patiënten met een chronische en complexe problematiek, staat hierin centraal. Minister Rudy Demotte werkt dit concept verder uit in zijn "Beleidsnota inzake geestelijke gezondheidszorg" (mei 2005). In deze nota verschijnen de therapeutische projecten en het transversaal overleg op het toneel. Bondig gesteld is het de bedoeling om aan de hand van de therapeutische projecten en het transversaal overleg informatie te verzamelen en voorstellen rond een nieuw systeem van programmatie, erkenning en financiering in de geestelijke gezondheidszorg uit te werken. Binnen deze projecten staan doelgroepen en hun zorgvraag centraal en niet langer voorzieningen. 1.2 Therapeutische projecten Therapeutische projecten zijn door het RIZIV gefinancierde experimenten waarbinnen overleg rond een patiënt uit een bepaalde patiëntendoelgroep georganiseerd en/of gecoördineerd wordt. Doelstelling is om op deze manier informatie te verschaffen over het werken in zorgcircuits en netwerken. Dit moet leiden tot zorg op maat en meer zorgcontinuïteit voor de patiënt door het verbeteren van de samenwerking tussen de betrokken diensten en voorzieningen. Deze experimenten richten zich naar patiënten met een langdurige en complexe problematiek. Diensten en voorzieningen uit de eerste, tweede en derde lijn zijn steeds vertegenwoordigd binnen de therapeutische projecten. Op 22 oktober 2006 verscheen het Koninklijk Besluit dat de therapeutische projecten regelt. Tussen 6 november en 16 december 2006 konden projectvoorstellen worden ingediend bij het RIZIV. Op 5 maart 2007 selecteerde het Verzekeringscomité van het RIZIV 78 projecten. Daarnaast financiert de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu nog 4 bijkomende therapeutische projecten. Op 1 april 2007 konden de therapeutische projecten effectief van start gaan. Ze lopen over een periode van 3 jaar (tot 31 maart 2010). De aanvraagdossiers van de weerhouden projecten zijn nog steeds te raadplegen op de website van het RIZIV (www.riziv.fgov.be). Beknopte infofiches van de Nederlandstalige therapeutische projecten en verdere informatie vindt u op de website van de Overlegplatforms Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) Vlaanderen over het transversaal overleg (www.transversaaloverleg.be). 1.3 Transversaal Overleg Via het transversaal overleg wil men lessen trekken uit de therapeutische projecten om van daaruit voorstellen te formuleren over het toekomstig beleid aangaande zorgcircuits en netwerken. Na de opstart van de therapeutische projecten op 1 april 2007 kreeg het transversaal overleg concreet vorm. In mei 2006 werden de fundamenten
1
Advies (2de deel) van de permanente werkgroep "psychiatrie" NRZV inzake toekomstige organisatie en ontwikkeling van de geestelijke gezondheidszorg van 12 juni 1997.
3/41
voor de Gemengde Werkgroep FOD gelegd via een advies van de NRZV van 11 mei 20062. Deze werkgroep, met een representatieve samenstelling van alle betrokken actoren uit de sector en het beleid, stuurt het transversaal overleg aan. Een volgend advies van de NRZV (8 februari 2007)3 tekende de krijtlijnen van het transversaal overleg verder uit. Hier vinden we een eerste aanzet tot de 3 pijlers van het transversaal overleg.
Het wetenschappelijk luik door het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (KCE) heeft de opdracht om vanuit een wetenschappelijke opzet kennis en inzicht te verwerven in de organisatie- en coördinatiemechanismen binnen de therapeutische projecten. Op basis van een multidisciplinair onderzoek moet het KCE beleidsconclusies formuleren aangaande het werken in zorgcircuits en netwerken.
De participatie van familie- en patiëntenorganisaties De familie- en patiëntenorganisaties gaan binnen het transversaal overleg op zoek naar werkbare en haalbare vormen van participatie van patiënten en mantelzorgers in de geestelijke gezondheidszorg. De doelstelling is om dit participatieve luik structureel in te bedden in de Belgische context van zorgcircuits en netwerken. De familie- en patiëntenorganisaties werken hiervoor gedeeltelijk samen met de onderzoeksinstellingen Lucas en Association Interrégionale de Guidance et de Santé (AIGS) die hen een wetenschappelijke onderbouw verschaffen.
De procesevaluatie door de Overlegplatforms Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) De OGGZ staan in voor het faciliteren van het overleg tussen de deelnemers van de verschillende therapeutische projecten binnen één patiëntendoelgroep of cluster, om te komen tot bottom-up voorstellen inzake de organisatie, coördinatie en financiering van zorgcircuits en netwerken.
Het transversaal overleg wordt gefinancierd door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (FOD VVVL) en loopt net zoals de therapeutische projecten over een periode van 3 jaar (tot 31 maart 2010). 1.4 Derde pijler van het transversaal overleg: procesevaluatie door de OGGZ De OGGZ hebben binnen het transversaal overleg de taak om de therapeutische projecten samen te brengen. Ze creëren een forum voor het uitwisselen van informatie en het formuleren van mogelijkheden en moeilijkheden met betrekking tot de organisatie, coördinatie en financiering van therapeutische projecten enerzijds en zorgcircuits en netwerken anderzijds. Op die manier ondersteunen ze de therapeutische projecten en helpen ze hen bij het analyseren van de ervaringen en het formuleren van bottom-up beleidsaanbevelingen. De therapeutische projecten worden in het kader van de procesevaluatie door de OGGZ in verschillende groepen of clusters ingedeeld. Het KCE heeft de volgende 7 clusters bepaald:
Kinderen en jongeren algemeen Kinderen en jongeren forensische psychiatrie Kinderen en jongeren middelengerelateerde problematieken Volwassenen algemeen Volwassenen forensische psychiatrie Volwassenen middelengerelateerde problematieken Ouderen
De procesevaluatie door de OGGZ is verschillend georganiseerd in het Nederlandstalige en het Franstalige landsgedeelte (cfr. infra). 1.5 Rapport In de overeenkomst die de FOD VVVL met de OGGZ heeft afgesloten staat onder meer gestipuleerd dat de Franstalige en Nederlandstalige OGGZ samen jaarlijks 7 rapporten moeten opleveren, één per cluster. In de originele overeenkomst werd de opleverdatum vastgelegd op 31 december, maar later heeft de Gemengde Werkgroep FOD deze datum verschoven naar 31 maart, conform de werkjaren van de therapeutische projecten. De bundel die u nu in handen heeft, is het eerste rapport over de periode van 1 juni 2007 tot en met 31 maart 2008 voor de cluster "Volwassenen algemeen". 2
3
Deeladvies 1 m.b.t. de samenstelling van de Gemengde Werkgroep FOD in het kader van de werkzaamheden van het begeleidingscomité "therapeutische projecten en transversaal overleg". Deeladvies 2 en 3 "transversaal overleg": naar nieuwe manieren om geestelijke gezondheidszorg te organiseren.
4/41
2. Organisatie Procesevaluatie door de OGGZ 2.1 Nederlandstalige OGGZ Om de eenvormigheid en afstemming van het overleg tussen de therapeutische projecten binnen de verschillende clusters te bevorderen, hebben de vijf Nederlandstalige OGGZ4 beslist om hun taken in het kader van het transversaal overleg samen aan te pakken. Daartoe sloten ze een samenwerkingsovereenkomst die vastlegt dat de middelen en het personeel voor de organisatie van de procesevaluatie door de Nederlandstalige OGGZ gebundeld worden in 1 Nederlandstalig team transversaal overleg. De coördinatie wordt opgenomen door het Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Oost-Vlaanderen (PopovGGZ vzw). Het team transversaal overleg van de Nederlandstalige OGGZ ziet er als volgt uit:
-
Kurt Lievens (0,3 VTE projectcoördinator) Bert Plessers (0,5 VTE medewerker) Carolien Belmans (0,5 VTE medewerker) Sofie Claes (1 VTE medewerker) Vincent Vandenbussche (1 VTE medewerker)
Het team transversaal overleg wordt aangestuurd door een stuurgroep transversaal overleg waarin de 5 Nederlandstalige OGGZ vertegenwoordigd zijn. De website www.transversaaloverleg.be van de Nederlandstalige OGGZ is sinds 25 januari 2008 online. Deze website bevat basisinformatie over de therapeutische projecten, het transversaal overleg en de rol van de overlegplatforms. Binnenkort volgt een log-in gedeelte waar per leeftijdsgroep de verslagen, agenda's, FAQ en andere documenten beschikbaar zullen zijn. 2.2 Franstalige OGGZ Aan Franstalige zijde organiseren verschillende OGGZ het overleg binnen de clusters. -
Overlegplatform Namen: "kinderen en jongeren: algemeen" en "kinderen en jongeren: forensische psychiatrie" (Laetitia Schul en Bénédicte de Bellefroid); Overlegplatform Gebied Brussel Hoofdstad: "volwassenen: algemeen" (Sophie Henry) en "volwassenen: forensische psychiatrie" (Youri Caels); Overlegplatform Centre et Charleroi: "volwassenen: algemeen"5 (François De Coninck); Overlegplatform Luik: "volwassenen: middelengerelateerde problematieken" (Frédéric Gustin) en "ouderen" (Stéphanie Rahier).
2.3 Afstemming tussen Nederlandstalige en Franstalige OGGZ De medewerkers aan Nederlandstalige en Franstalige zijde wisselen verslagen en andere documenten uit en nodigen elkaar uit voor de clustervergaderingen. Afstemming, onder meer m.b.t. agenda's van de clustervergaderingen en de inhoudelijke rapportage, gebeurt via de medewerkers van de Gemengde Werkgroep FOD: Patrick Van der Jeugt aan Nederlandstalige zijde en Didier Kampfl aan Franstalige zijde.
4
Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Provincie Antwerpen vzw (OGGPA vzw); Samenwerking van Psychiatrische Initiatieven Limburg vzw (SPIL vzw); Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Oost-Vlaanderen vzw (PopovGGZ vzw); Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg Vlaams-Brabant (Logistiek VLABO vzw); Overlegplatform Geestelijke Gezondheidszorg West-Vlaanderen vzw. 5 De projecten binnen de cluster "volwassenen: algemeen" worden verdeeld over de Overlegplatforms Gebied Brussel Hoofdstad en Centre et Charleroi.
5/41
3. Procesevaluatie en begeleiding: cluster "volwassenen algemeen" 3.1 Omschrijving van de cluster Aan Nederlandstalige zijde bestaat de cluster "volwassenen: algemeen" uit twintig projecten. In het kader van de procesevaluatie door de OGGZ worden deze opgesplitst in drie subclusters (cfr. infra): -
volwassenen algemeen 1 (6 TP) volwassenen algemeen 2 (8 TP) volwassenen algemeen 3 (6 TP)
Per therapeutisch project werd een infofiche opgemaakt met basisgegevens. De actuele versies van de infofiches zijn beschikbaar op de website www.transversaaloverleg.be. Onderstaand overzicht van de infofiches geeft een stand van zaken weer op 28 maart 2008.
6/41
Subcluster Volwassenen Algemeen 1 (6 TP) Project nr. 17 Organisatie en/of bevordering van sectoroverschrijdende zorgcoördinatie en –overleg in de regio Noord-Limburg rond moeilijk bereikbare en/of zorgmijdende psychiatrische patiënten Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
DSM 295 – DSM 297 – DSM 296.54 – DSM 301.0, 301.20, 301.22 – DSM 301.83
Werkingsgebied
Noord-Limburg (ongeveer 140.000 inwoners) bestaande uit de volgende gemeentes: Lommel, Overpelt, Neerpelt, Peer, Bocholt, Bree, Hamont-Achel, Hechtel-Eksel, Meeuwen-Gruitrode.
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg
andere (gezondheidszorg)
andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling
Inhoudelijke coördinator(en)
CGG/litp (Campus Noord-Limburg) CGG DAGG (Campus Lommel) Net Thuis Noord-Limburg GDT Listel GDT Lommel Beschut Wonen Noord-Limburg (Zorgfunctie Woonrehabilitatie en Activering) Revalidatiecentrum Reval Noord Revalidatiecentrum Validag Lommel Similes Organisatie en/of bevordering van sectoroverschrijdende zorgcoördinatie en – overleg in de regio Noord-Limburg rond moeilijk bereikbare en/of zorgmijdende psychiatrische patiënten.
naam
Sarah Mangelschots
adres
Maria Ziekenhuis Noord-Limburg Maesensveld 1 3900 Overpelt
telefoon
Administratief coördinator
PAAZ Maria Ziekenhuis Noord-Limburg
011 / 82 61 76
e-mail
[email protected]
naam
GDT Listel
adres
A. Rodenbachstraat 29/1 3500 Hasselt
telefoon e-mail
011 / 81 94 70
[email protected]
7/41
Project nr. 18 Zorgcircuit sociale psychiatrie Hageland Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Personen met een psychiatrische problematiek die ernstig, complex en langdurig is. Vnl. DSM-IV-R-As I: Schizofrenie, Stemmingsstoornissen, Middelengerelateerde stoornissen, DSM-IV-R-As II: Persoonlijkheidsstoornis (Cluster A+B+C) in combinatie met een diagnose op DSM-IV-R-As IV.
Werkingsgebied
Mensen uit de doelgroep woonachtig in het Hageland en/of voor wie de coördinatie van zorg gebeurt binnen het Hageland, en meer bepaald rond de kernsteden Aarschot, Diest en Tienen. Het Hageland is een deel van het arrondissement Leuven in het oosten van de provincie Vlaams-Brabant. De oppervlakte van het geografische Hageland bedraagt 838.27 km². Dit is 72% van het arrondissement Leuven (1163,2 km²) en +/- 40% van de provincie Vlaams-Brabant (2106,13 km²). De drie grootste steden van het Hageland zijn Tienen (71.77 km²), Aarschot (62.51 km²) en Diest (58,20 km²). Het project richt zich tot 15 van de 20 gemeentes van het Hageland (zorgregio Leuven): Aarschot, Begijnendijk, Bekkevoort, Boutersem, Diest, Geetbets, Glabbeek, Hoegaarden, Kortenaken, Landen, Linter, ScherpenheuvelZichem, Tielt-Winge, Tienen, Zoutleeuw.
Ondertekenende partners
residentiële GGZ
PZ Broeders Alexianen Tienen PZ Sint-Annendael Diest
ambulante GGZ
CGG Vlaams-Brabant Oost PZT Hestia Tienen PZT regio Diest Ontslagmanagement (Tienen) Ontslagmanagement (Diest)
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg)
GDT SIT GOAL (GezondheidsOverleg Arrondissement Leuven) IBW Hestia IBW De Linde Christelijk Ziekenfonds Leuven CAW Hageland
Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Afstemming en opvolging netwerk, procesbewaking met maximale betrokkenheid cliënt.
naam
Lenni Kalogrias
Silvie Aerts
adres
vzw Hestia Liefdestraat 1 3300 Tienen 016 / 807 912 (Hestia) 016 / 80 17 50 (CGG VBO Tienen)
PZ Sint-Annendael Vestenstraat 1 3920 Diest
telefoon
Administratief coördinator
e-mail
[email protected]/
[email protected]
naam
GDT Goal
adres
Maria-Theresiastraat 63 3000 Leuven
telefoon e-mail
013 / 38 05 65
[email protected]
016 / 31 01 98
[email protected]
8/41
Project nr. 19 Afstemming zorgtraject voor mensen met een psychiatrische stoornis en een niet-aangeboren hersenletsel Leeftijdsdoelgroep
18 jaar - 65 jaar
Pathologiedoelgroep
Mensen met een psychiatrische stoornis (impulscontrolestoornis, stemmingsstoornis, misbruik van alcohol, persoonlijkheidsstoornis,) en een niet-aangeboren hersenletsel (NAH)
Werkingsgebied
Arrondissement Antwerpen: Essen, Kalmthout, Wuustwezel, Stabroek, Kapellen, Brasschaat, Brecht, Antwerpen, Schoten, Schilde, Malle, Zoersel, Zwijndrecht, Wijnegem, Zandhoven, Wommelgem, Ranst, Borsbeek, Mortsel, Boechout, Edegem, Hove, Hemiksem, Aartselaar, Lint, Kontich, Schelle, Niel, Boom, Rumst
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
CGG VAGGA Den Draad PZT De Sprong PZT Wit-Gele Kruis Thuisverpleging Stichting Kinsbergen vzw – Provinciaal Samenwerkingsverband NAH provincie Antwerpen / Afstemming zorgtraject.
naam
Sofie Bettens
adres
Doornstraat 331 2610 Wilrijk
telefoon
Administratief coördinator
PZ Sint-Amedeus PZ Bethaniënhuis
03 / 830 73 45
e-mail
[email protected]
naam
Joris Housen
adres
Deurnestraat 252 2640 Mortsel
telefoon e-mail
03 / 440 68 50
[email protected]
9/41
Project nr. 21 Het organiseren van sociaal psychiatrische netwerken in de zorgregio Tongeren Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Sociale psychiatrie
Werkingsgebied
Tongeren, Bilzen, Hoeselt, Riemst, Herstappe en Voeren
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg)
andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
VGGZ GDT-Listel CAD Limburg CAW Sonar Beschut Wonen "de overstap" Validag Tongeren AZ Vesalius Tongeren CKG Molenberg / Nazorg en zorgtraject optimaliseren bij chronische/multi-problem problematieken.
naam
Claudia Maes
adres
VGGZ Tongeren Henisstraat 17 3790 Tongeren
telefoon
Administratief coördinator
MC Sint-Jozef Munsterbilzen
012 / 23 44 91
e-mail
[email protected]
naam
GDT Listel
adres
A. Rodenbachstraat 29/1 3500 Hasselt
telefoon e-mail
011 / 81 94 70
[email protected]
10/41
Project nr. 31 Continuïteit in behandeling van personen met een verstandelijke handicap en psychiatrische problemen Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen (+ jongvolwassenen vanaf 16 jaar)
Pathologiedoelgroep
Personen met een verstandelijke handicap en bijkomende psychiatrische problemen
Werkingsgebied
Het bestaande samenwerkingsverband omtrent personen met een verstandelijke handicap en psychiatrische stoornissen tussen voorzieningen en diensten van verschillende sectoren (cfr. infra) is toegankelijk voor voorzieningen en diensten van de provincie Vlaams-Brabant en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Voor dit project wordt in principe voor hetzelfde werkingsgebied gekozen.
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg
UPC Sint-Kamillus PassAnt vzw CGG Vlaams-Brabant Oost KHOBRA (Kring Huisartsen Oost-Brabant). Vzw HAC Tienen, Boutersen, Glabbeek
andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg)
Doelstelling
Inhoudelijke coördinator(en)
Administratief coördinator
/ Zonnelied Handicap en Ambulante Begeleiding Oostrem De Lork MPC Terbank Stichting Marguerite-Marie Delacroix Vzw Hejnen Vzw Alvinnenberg Begeleid Wonen Tienen Trajectbegeleiding van personen met een verstandelijke handicap om zo te komen tot zorg op maat (afstemmen van netwerk) en continuïteit in behandeling.
naam
Tinne Van Turnhout
adres
Krijkelberg 1 3360 Bierbeek
telefoon
016 / 45 29 32
e-mail
[email protected]
naam
Hendrik Van Malderen
adres
Krijkelberg 1 3360 Bierbeek
telefoon
016 / 45 26 01
e-mail
[email protected]
11/41
Project nr. 34 Zorgcoördinatie volwassenen sociaal psychiatrische patiënten regio West-Limburg Leeftijdsdoelgroep
+ 18 jaar
Pathologiedoelgroep
Volwassenen met een chronische en complexe sociaal psychiatrische problematiek Regio West-Limburg
Werkingsgebied
West-Limburg: Hiertoe behoren volgende gemeenten: Beringen, Heusden-Zolder, HouthalenHelchteren, Leopoldsburg, Ham, Tessenderlo, Lummen
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling
Inhoudelijke coördinator(en)
CGG-litp GDT LISTEL IBW West-Limburg DAC De Schans DAC De Link - Afstemming netwerk/psychiatrische zorg coördineren. - Bereikbaarheid: moeilijke dossiers. - Zorg op maat.
naam
Laila Abdelmalek
adres
Havenlaan 7b Beringen-Mijn
telefoon
Administratief coördinator
A-dienst CAZ Midden-Limburg, Campus Sint-Franciskusziekenhuis
0473 / 96 75 83
e-mail
[email protected]
naam
GDT Listel
adres
A. Rodenbachstraat 29/1 3500 Hasselt
telefoon e-mail
011 / 81 94 70
[email protected]
12/41
Subcluster Volwassenen Algemeen 2 (8 TP) Project nr. 1 (http://ggalimero.oggpa.be/inhoudelijke_werking/) Regionaal zorgprogramma voor mensen met een borderline persoonlijkheidsstoornis op basis van dialectische gedragstherapie in de regio Lier-Mechelen-Boom Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Patiënten met een borderline persoonlijkheidsstoornis
Werkingsgebied
Valt samen met het werkingsgebied van het CGG De Pont nl. het gerechtelijk arrondissement Mechelen, met inbegrip van de gemeenten Kontich, Lint, Niel, Schelle, Hemiksem, Rumst en Boom.
Ondertekenende partners
residentiële GGZ
ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
CGG De Pont PZT Mechelen CAW TOM Thuiszorgoverleg Mechelen (GDT) Huisartsenkring Dijle en Netevallei Ggalimero KU Leuven Optimaliseren van de zorg voor BPS-cliënten in de regio door zorgoverleg en een gepast zorgaanbod uit te werken.
naam
Hilde Janssens
adres
PC Sint-Nobertushuis Stationsstraat 22c 2570 Duffel
telefoon
Administratief coördinator
PZ Sint-Norbertushuis PAAZ Sint-Maarten, campus Duffel PAAZ Sint-Maarten, campus Mechelen
015 / 30 36 82 – 0498 / 204 689
e-mail
[email protected]
naam
An Nauwelaerts
adres
Thuiszorgoverleg Mechelen Zakstraat 13/1 2800 Mechelen
telefoon e-mail
015 / 34 77 43
[email protected]
13/41
Project nr. 22 C.O.A.C.H. Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Psychotische stoornissen en persoonlijkheidsstoornissen
Werkingsgebied
Bertem, Bierbeek, Boortmeerbeek, Boutersem, Haacht, Herent, Holsbeek, Huldenberg, Keerbergen, Kortenberg, Leuven, Lubbeek, Oud-Heverlee, Rotselaar, Tervuren, Tielt-Winge, Tremelo
Ondertekenende partners
residentiële GGZ
ambulante GGZ
UZ Leuven (PAAZ + EPSI), deel van UPC KULeuven met campus Leuven / Lubbeek en Kortenberg UPC Salva Mater, deel van UPC KULeuven met campus Leuven / Lubbeek en Kortenberg UC Sint-Jozef, deel van UPC KULeuven met campus Leuven / Lubbeek en Kortenberg UPC Sint-Kamillus Psychosociaal Centrum CGG Vlaams-Brabant Oost Pilootproject PZT (vzw De Hulster)
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Walden vzw Christelijk Ziekenfonds Leuven "Draaideurpatiënten" begeleiden in het vormen van een zorgnetwerk – continuïteit van zorg en zorg op maat.
naam
Cindy Merlevede
adres
CGG-VBO Kapucijnenvoer 35/2 3000 Leuven
telefoon
Administratief coördinator
GOAL GDT
016/33 71 10
e-mail
[email protected]
naam
GDT GOAL
adres
Maria-Theresiastraat 63 3000 Leuven
telefoon e-mail
016 / 31 01 98
[email protected]
14/41
Project nr. 35 Zorgtrajectbegeleiding en cliëntenoverleg voor personen met langdurig depressief lijden Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Personen met een langdurige en/of recidiverende depressie
Werkingsgebied
Ronse, Oudenaarde, Brakel, Zottegem, Herzele, Sint-Lievens-Houtem, Geraardsbergen, Zwalm, Lierde, Kluisbergen, Maarkedal, Kruishoutem, Horebeke, Wortegem-Petegem en Zingem
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg
AZ Zusters van Barmhartigheid PZ Sint-Fransiscus CGG Zuid-Oost-Vlaanderen PZT OVOSIT
andere (gezondheidszorg)
/
andere (buiten gezondheidszorg)
/
Doelstelling
Cliënten met een langdurige depressie zo lang (en optimaal) mogelijk laten verblijven in de thuissituatie. Slaagkansen op terugkeer naar huis, na opname, optimaliseren.
Inhoudelijke coördinator(en)
naam
Jan Palsterman
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon
Administratief coördinator
09 / 225 35 16
e-mail
[email protected]
naam
OVOSIT
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon e-mail
09 / 266 35 10
[email protected]
15/41
Project nr. 38 Zorgtraject voor patiënten met een borderlinepersoonlijkheidsstoornis Leeftijdsdoelgroep
18 – 25 jaar
Pathologiedoelgroep
301.83
Werkingsgebied
Deinze, Nazareth, Zulte, Kruishoutem, Gent, Sint-Martens-Latem, De Pinte, Destelbergen, Lochristi, Melle, Merelbeke, Oosterzele, Gavere, Zelzate, Assenede, Wachtebeke, Aalter, Nevele, Evergem, Zomergem, Lovendegem, Eeklo, Kaprijke, Sint-Laureins, Waarschoot, Lokeren, Moerbeke, Wetteren, Wichelen, Laarne
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg
PZ Sint-Camillus CGG Regio Groot Gent Eclips RCGG Deinze – Eeklo – Gent CGG De Drie Stromen Netwerk Psychiatrische Thuiszorg Regio Groot Gent PION OVOSIT
andere (gezondheidszorg)
/
andere (buiten gezondheidszorg)
/
Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Beste zorg op elk moment. Afstemming van de zorg (residentieel-ambulant-thuiszorg).
naam
Patrick Bruyneel
adres
Beukenlaan 20 Sint-Denijs-Westrem
telefoon
Administratief coördinator
09 / 222 58 94
e-mail
[email protected]
naam
OVOSIT
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon e-mail
09 / 266 35 10
[email protected]
16/41
Project nr. 39 Netwerking en coördinatie – toegankelijkheid patiënt- en hulpverlenerswerk verhogen Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Patiënten met een ernstige, complexe en langdurige psychische problematiek waarbij opvolging van het zorgtraject aangewezen is. Gezien het multidimentioneel karakter van de pathologie is er een grote impact op verschillende levensdomeinen waardoor één partner de zorg niet alleen kan dragen.
Werkingsgebied
Assenede (13.489), Eeklo (19.353), Knesselare (7.848), Kaprijke (6.069), Lovendegem (9.266), Maldegem (22.129), Sint-Laureins (6.518), Waarschoot (7.892), Wachtebeke (6.852), Zomergem (8.012), Zelzate (12.113)
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg
PC Sint-Jan PC Sint-Jan-Baptist RCGG Deinze-Eeklo-Gent, vestiging CGG Eeklo OVOSIT Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen
andere (gezondheidszorg)
/
andere (buiten gezondheidszorg)
/
Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Zorgcoördinatie en continuïteit van zorg op het niveau van de patiënt; coaching en ondersteuning van hulpverleners.
naam
Els Vandoorne
adres
Oostveldstraat 1 9900 Eeklo
telefoon
Administratief coördinator
09 / 376 97 11
e-mail
[email protected]
naam
OVOSIT
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon e-mail
09 / 266 35 10
[email protected]
17/41
Project nr. 40 Netwerk Rehabilitatie Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen, subgroep 25 tot 60 jaar
Pathologiedoelgroep
Persoonlijkheidsstoornissen
Werkingsgebied
Arrondissement Turnhout
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
CGG Noorderkempen / CGG Zuiderkempen GDT / SIT Turnhout Beschut Wonen Kempen / Zorgcoördinatie Netwerk Rehabilitatie.
naam
Diane Geerts
adres
Pas 196 2440 Geel
telefoon
Administratief coördinator
OPZ Geel
0498 / 93 24 13 of 014 / 59 42 55
e-mail
[email protected]
naam
Chris Borgions
adres
Antwerpseweg 1 2440 Geel
telefoon e-mai
014 / 58 09 91
[email protected]
18/41
Project nr. 42 Zorgcoördinatie gebaseerd op een geïntegreerd opvolgmodel in de leefcontext bij patiënten met persoonlijkheidsstoornissen Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen (18 – 65 jaar)
Pathologiedoelgroep
Persoonlijkheidsstoornissen met exclusie van antisociale persoonlijkheids-
stoornis Werkingsgebied
Zuid West-Vlaanderen
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Psychiatrische Zorg Thuis – Project Vesta SIT/GDT De Bolster OCMW Kortrijk – CAW Stimulans – Piramide Zorgcontinuïteit bewerkstelligen op de diverse levensgebieden van de patiënt in samenspraak met de patiënt/familie.
naam
Joke Pille
adres
AZ Groeninge – campus Sint-Maarten Burgemeester Vercruysselaan 5 8500 Kortrijk
telefoon
Administratief coördinator
PZ Menen, AZ Groeninge
056 / 36 66 69
e-mail
[email protected]
naam
Darline Vandaele - SIT/GDT Zuid West-Vlaanderen
adres
Veldstraat 182 8500 Kortrijk
telefoon
0477 / 19 47 43
e-mail
19/41
Project nr. 101 Zorgcoördinatie voor cliënten met een chronische en complexe persoonlijkheidsstoornis of ontwikkelingsstoornis Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Cliënten met een chronische en complexe persoonlijkheidsstoornis of complexe ontwikkelingsstoornis
Werkingsgebied
Zuid- en West-Limburg: Leopoldsburg, Ham, Tessenderlo, Beringen, Houthalen-Helchteren, HeusdenZolder, Lummen, Halen, Zonhoven, Hasselt, Herk-de-Stad, Diepenbeek, Alken, Nieuwerkerken, St. Truiden, Wellen, Borgloon, Kortessem, Bilzen, Hoeselt, Riemst, Voeren, Tongeren, Herstappe, Heers, Gingelom
Ondertekenende partners
residentiële GGZ
PAAZ Sint-Franciskus PC Ziekeren PAAZ Virga Jesse PZ Sancta Maria
ambulante GGZ
CGG/LITP VGGZ DAGG STIPT
eerstelijnsgezondheidszorg
GDT Listel
andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg)
Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
WIRIC LSA (Limburgse Stichting Autisme) Orthopedagogisch Centrum Sint-Ferdinand Similes Limburg Tehuizen voor Nazorg Netwerkcoördinatie voor deze specifieke doelgroepen.
naam
Jessie Schoofs
Geert Rogiers
adres
Melverencentrum 111 3800 Sint-Truiden
Melverencentrum 111 3800 Sint-Truiden
0475 / 75 05 08
011 / 69 07 69
e-mail
[email protected]
[email protected]
naam
GDT Listel
adres
A. Rodenbachstraat 29/1 3500 Hasselt
telefoon
Administratief coördinator
Bewust vzw
telefoon e-mail
011 / 81 94 70
[email protected]
20/41
Subcluster Volwassenen Algemeen 3 (6 TP) Project nr. 14 Schizofrenie of andere langdurige psychotische problematiek Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Schizofrenie of andere langdurige psychotische problematiek
Werkingsgebied
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg)
andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
CGG Brussel lila Brussels Overleg Thuiszorg BW BW BW BW BW BW
De Lariks Festina Lente Primavera Mandragora Thuis Nieuwe Thuis
BW Huize Jan de Wachter PVT Thuis PVT Ter Kameren Den Teirling Tractor
Dagcentrum Thuis UilenSpiegel Zorg op maat en continuïteit van zorg voor Nederlandstalige patiënten in Brussel.
naam
Iris Deconninck
adres
CGGZ Brussel Van Volxemlaan 169 1190 Vorst
telefoon
Administratief coördinator
PSC Sint-Alexius - Elsene AZ VUB
02 / 344 46 74 – 0472 / 47 41 58
e-mail
[email protected]
naam
Ellen Aerts
adres
B.O.T.
telefoon e-mail
21/41
Project nr. 20 Mensen met langdurige stemmingsstoornissen en/of psychose waarbij nog andere problematische symptomen en situaties duiden op de complexiteit van het geheel Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Mensen met langdurige stemmingsstoornissen en/of psychose waarbij nog andere problematische symptomen en situaties duiden op de complexiteit van het geheel
Werkingsgebied
Arrondissement Halle-Vilvoorde: Affligem, Asse, Beersel, Bever, Dilbeek, Drogenbos, Galmaarden, Gooik, Grimbergen, Halle, Herne, Hoeilaart, Kampenhout, Kapelle-op-den-bos, Kraainem, Lennik, Liedekerke, Linkebeek, Londerzeel, Machelen, Meise, Merchtem, Opwijk, Overijse, Pepingen, Roosdaal, Steenokkerzeel, St.Genesius-Rode, St.Pieters-Leeuw, Ternat, Vilvoorde, Wemmel, Wezembeek-Oppem, Zaventem, Zemst, Tervuren
Ondertekenende partners
residentiële GGZ
PZ Sint-Alexius
ambulante GGZ
CGG PassAnt CGG Ahasverus
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Administratief coördinator
GDT Netwerk Thuiszorg GDT Zennevallei BW De Raster SPPiT (Samenwerkingsinitiatief voor Patiënten met Psychiatrische problemen in de Thuissituatie) / Zorgcoördinatie, netwerk van hulpverleners van de verschillende lijnen uitbouwen met de patiënt en zijn omgeving als actor.
naam
Kristien Maelstaf
adres
Winkelstraat 10 1750 Gansbeke
telefoon
0497 / 58 55 81
e-mail
[email protected]
naam
Kathleen Verkest
adres
Hela Huis Kattestraat 5 1730 Asse
telefoon e-mail
02 / 569 66 63
[email protected]
22/41
Project nr. 24 Patiënten met schizofrenie of andere psychotische stoornissen Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Patiënten met schizofrenie of andere psychotische stoornissen
Werkingsgebied
Arrondissement Hasselt: Sint-Truiden, Gingelom, Nieuwerkerken, Diepenbeek, Hasselt, Herk-de-Stad, Halen, Lummen, Zonhoven, Houthalen-Helchteren, Heusden-Zolder, Tessenderlo, Beringen, Ham, Peer, Leopoldsburg, Hechtel-Eksel, Overpelt, Neerpelt, Lommel, Hamont-Achel.
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg)
andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
CGG - LIPT VGGZ DAGG STIPT NET Thuis Noord-Limburg GDT Listel GDT Lommel Beschut Wonen West Limburg Beschut Wonen Noord-Limburg Bewust Noord-Limburg Revalidatiecentrum Validag Reval Hasselt Reval West-Limburg / Netwerkassistentie voor deze specifieke doelgroep + uitbouw nazorg.
naam
Jessie Schoofs
Luc Awouters
adres
Halmaalweg 2 3800 Sint-Truiden
Halmaalweg 2 3800 Sint-Truiden
0475 / 75 05 08
011 / 78 95 11
e-mail
[email protected]
[email protected]
naam
GDT Listel
adres
A. Rodenbachstraat 29/1 3500 Hasselt
telefoon
Administratief coördinator
PC Ziekeren (+ ontslagmanagement) PZ Sancta Maria
telefoon e-mail
011 / 81 94 70
[email protected]
23/41
Project nr. 25 Psychosenzorg Noord-West-Vlaanderen Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen (18 tot 65 jaar)
Pathologiedoelgroep
Patiënten met psychotische stoornissen
Werkingsgebied
Alle gemeenten van Noord-West-Vlaanderen 3 GDT subregio’s: - Brugge / Beernem / Torhout (210.779 inwoners): Brugge, Beernem, Jabbeke, Oostkamp, Torhout, Zedelgem, Zuienkerke - Oostende (146.496 inwoners): Oostende, Middelkerke, Bredene, De Haan, Oudenburg, Ichtegem, Gistel - Oostkust (62.833 inwoners): Knokke-Heist, Blankenberge, Damme
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ
eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg)
andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling
Subregio Brugge / Beernem / Torhout
Subregio Oostende
Subregio Oostkust
PZ Onze-Lieve-Vrouw PAAZ Sint-Lucas
PAAZ Henri Serruys Ziekenhuis
PAAZ Gezondheidszorg Oostkust
CGG Noord WestVlaanderen Locatie Brugge
CGG Noord WestVlaanderen Locatie Oostende
CGG Prisma
SIT/GDT Brugge
SIT/GDT Oostende
SIT/GDT Oostkust
Psychisch Revalidatiecentrum Inghelburch BW Brugge BW Beernem BW Oostende / - Verzekeren van een betere continuïteit van de zorg voor patiënten met een chronische en complexe problematiek - Realiseren van een maximale complementariteit tussen de verschillende partners - Aanbieden van een zorg op maat van de patiënt
Inhoudelijke coördinator(en)
naam
Manuela Laporte
adres
PZ Onze-Lieve-Vrouw Koning AlbertI-laan 8, 8200 Brugge
telefoon
Administratief coördinator
0474/22 07 15
e-mail
[email protected]
naam
Karel Hermans
adres
SIT Oostkust De Vrièrestraat 49, 8301 Knokke-Heist
telefoon e-mail
050/51 17 13
[email protected]
24/41
Project nr. 43 Netwerk Sociale Psychiatrie Regio Deinze Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Mensen met ernstige en langdurige psychische problemen voor wie een behandeling in een ziekenhuiscontext niet (langer) nodig of haalbaar is, en die woonachtig zijn in de regio Deinze
Werkingsgebied
Aalter, Deinze, De Pinte, Gavere, Nazareth, Nevele, Sint Martens-Latem en Zulte
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg)
OVOSIT Wit-Gele Kruis Oost-Vlaanderen IBW Zagan /
naam
Tom Roes
Grace Verween
adres
Georges Martensstraat 40 9800 Deinze
Georges Martensstraat 40 9800 Deinze
09 / 386 36 90
0493 / 77 76 65
e-mail
[email protected]
[email protected]
naam
OVOSIT
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon
Administratief coördinator
RCGG Deinze-Eeklo-Gent
Zorgcoördinatie (1ste/2de/3de lijn) en continuïteit van zorg bevorderen.
Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
PZ Sint-Camillus
telefoon e-mail
09 / 266 35 10
[email protected]
25/41
Project nr. 77 Assertieve Zorg in de Samenleving (AziS) (www.azis.be) Leeftijdsdoelgroep
Volwassenen
Pathologiedoelgroep
Mensen met een ernstige, complexe en chronische psychiatrische problematiek voor wie het huidig hulpaanbod er niet in slaagt een passend antwoord te formuleren. Indien deze mensen geen aangepaste zorg/behandeling ontvangen, dreigen ze terecht te komen in zorgwekkende problematische situaties. Zij kenmerken zich door een complex geheel van problemen die vaak tegelijkertijd voorkomen: ernstige psychiatrische symptomatologie met vaak therapieresistente psychotische symptomen, verslaving, geweld, financiële problemen, dakloosheid, vervreemding, somatische problemen, gebrek aan sociaal netwerk,...
Werkingsgebied
Arrondissement Gent- Eeklo
Ondertekenende partners
residentiële GGZ ambulante GGZ eerstelijnsgezondheidszorg andere (gezondheidszorg) andere (buiten gezondheidszorg) Doelstelling Inhoudelijke coördinator(en)
Administratief coördinator
PC Sleidinge PC Sint-Jan de Deo CGG Eclips NPTZ Gent Wijkgezondheidscentrum Botermarkt NPTZ Eeklo / De mensen die moeilijk tot zorg komen trachten te bereiken – aangepaste zorgtoeleiding doen.
naam
Marijke Taragola
adres
Weststraat 135 9940 Sleidinge
telefoon
0479 / 95 01 75
e-mail
[email protected]
naam
OVOSIT
adres
Jubileumlaan 225 9000 Gent
telefoon e-mail
09 / 266 35 10
[email protected]
26/41
3.2 Transversale overlegmomenten: praktisch Tussen 1 oktober 2007 en 31 maart 2008 zijn er aan Nederlandstalige zijde twee transversale overlegmomenten in het kader van de procesevaluatie OGGZ voor de cluster "volwassenen: algemeen" georganiseerd. Ter voorbereiding van deze bijeenkomsten is er een vragenlijst rond een aantal topics aan de inhoudelijke coördinatoren bezorgd. De vragenlijsten vindt u als bijlage bij dit rapport. 3.2.1 Eerste clustervergadering Voor de eerste clustervergadering werden alle therapeutische projecten van de leeftijdsgroep "volwassenen" verdeeld over twee overlegtafels. De ene vergadering vond plaats op 4 december 2007 van 10 tot 13 uur in de Blauwput te Leuven, de andere vergadering op 5 december 2007 van 11 tot 14 uur in de Oude Abdij te Drongen. Volgende personen waren aanwezig voor de cluster "volwassenen: algemeen" te Leuven: TP
naam
organisatie
TP
naam
organisatie
1
Hilde Janssens
PC Sint-Norbertus
24
Jessie Schoofs
PZ Maria
Heidi Adriaensen
CGG De Pont
Lut Vanelven
PZ Ziekeren
Fons Plas
PTZ NET Thuis
Tinne Van Turnhout
UPC Sint-Kamillus
Sarah Mangelschots
Maria Ziekenhuis NoordLimburg
Hilde Dierckx
CGG VBO
Lenni Kalogrias
CGG VBO
Johan De Groef
Vzw Roosdaal
Ariane Dewil
BW en PZT Hestia
Ann Jansen
CGG Beringen
Ann Hendrickx
PZ Sint-Annendael
Laila Abdelmalek
CGG Beringen/Heusden
Silvie Aerts
PZ Sint-Annendael
Bert Appermans
PAAZ Heusden-Zolder
Joris Housen
PC Sint-Amadeus
Diane Geerts
TP
Jan Klerkx
CGG Vagga/Andersen
Jeroen Dillen
BW Kempen
Sofie Bettens
Vzw Kinsbergen
Geert Rogiers
PZ Sancta Maria
Youri Coune
VGGZ
Jessie Schoofs
PZ Sancta Maria
17
18
19
21
31
34
40 101
Vital Jans
MC Sint-Jozef
Eddy Daems
PZT STIPT
22
Hilde Dierckx
UZ Leuven
Bert Appermans
PAAZ Heusden-Zolder
1
Cindy Merlevede
CGG - VBO
Lenni Kalogrias
CGG VBO
Carolien Belmans
Overlegplatforms GGZ
Mieke Craeymeersch
Similes
Bert Plessers
Overlegplatforms GGZ
Hilde Vanderlinden
Similes
Rafaël Daem
UilenSpiegel
Volgende personen waren aanwezig voor de cluster "volwassenen: algemeen" te Drongen: TP
naam
organisatie
TP
naam
organisatie
14
Iris Deconninck
CGGZ Brussel
38
Patrick Bruyneel
PZ Sint-Camillus
Veronique Vercruyssen
PSC Sint-Alexius
Thierry Bouwens
CGG De Drie Stromen
Rafaël Daem
UilenSpiegel
Els Vandoorne
NPTZ Meetjesland & PC Sint-Jan
Kristien Maelstaf
TP
Frank Luttens
RCGG Deinze-Eeklo-Gent
Philip Pittevils
BW De Raster
Magda Coture
PAAZ Groeninge
Bart De Saeger
GDT Netwerk Thuiszorg
Rita Wietendaele
PTZ Vestia
Christine Van Damme
PZ Onze-Lieve-Vrouw
Tom Roes
RCGG Deinze-Eeklo-Gent
Manuela Laporte
TP
Marc Vermeire
PZ Sint-Camillus
Frank Schillewaert
CGG Noord-West-Vlaanderen 47
Marijke Taragola
PC Sleidinge
Jan Palsterman
OVOSIT
Kris Vandesype
CGG Eclips
Koen Eykerman
AZ Zusters van Barmhartigheid
20
25
35
39
42 43
27/41
Greta Verscheuren
CM Midden Vlaanderen
Liesbeth Van Cauwenberg
CTZ Gent-Eeklo
Wim D'hanis
CGG Zuid-Oost-Vlaanderen
Carolien Belmans
Overlegplatforms GGZ
Mieke Craeymeersch
Similes
Bert Plessers
Overlegplatforms GGZ
Do Van Cauwenbergh
Similes
Kurt Lievens
Overlegplatforms GGZ
Tom Van Daele
OVOSIT
Patrick Van der Jeugt
Gemengde Werkgroep FOD
Agendapunten:
Kennismakingsronde Pilootprojecten zorgcircuits en netwerken: algemene toelichting TO: procesevaluatie TP door de OGGZ Bespreking positieve bevindingen en hinderpalen Thema: inclusieoverleg Aanpak procesevaluatie transversaal overleg Praktische afspraken en vergaderdata 2008
3.2.2 Tweede clustervergadering Om het overleg beheersbaar en efficiënt te maken, opteerden de Nederlandstalige OGGZ ervoor om de therapeutische projecten rond de leeftijdsgroep "volwassenen" vanaf de tweede clustervergadering op te delen in verschillende gesprekstafels. Hiervoor werden de betrokken therapeutische projecten eind vorig jaar bevraagd. De cluster "volwassenen: algemeen" wordt op basis van de bevraging opgedeeld in drie subclusters. De twee projecten uit de cluster "volwassenen: forensische psychiatrie" worden aan één van deze subclusters gekoppeld. De vijf projecten van de cluster "volwassenen: middelenmisbruik" komen steeds apart samen. Voor de leeftijdsgroep "volwassenen" wordt volgende onderverdeling gemaakt: - Subcluster "volwassenen: algemeen 1": multiproblem en verstandelijke beperking Deze subcluster komt altijd bijeen met de cluster "volwassenen: forensische psychiatrie". - Subcluster "volwassenen: algemeen 2": multiproblem en persoonlijkheidsstoornissen - Subcluster "volwassenen: algemeen 3": multiproblem en psychose - Cluster "volwassenen: middelenmisbruik" De tweede clustervergadering voor de subcluster "volwassenen: algemeen 1" vond plaats op 26 februari 2008 van 9u30 tot 12u30 in het Provinciehuis te Leuven. aanwezig TP
naam
organisatie
TP
naam
organisatie
17
Leon Houben
CGG/LITP
21
Youri Coune
VGGZ
Sarah Mangelschots
Maria-Ziekenhuis Noord-Limburg
Vital Faus
MC Sint-Jozef
Lenni Kalogrias
CGG VBO
31
Tinne Van Turnhout
UPC Sint-Kamillus
Ariane Dewil
BW en PZT Hestia
34
Ann Jansen
CGG Beringen
Ann Hendrickx
PZ Sint-Annendael
Laila Abdelmalek
CGG Beringen/Heusden
Silvie Aerts
PZ Sint-Annendael
Kristof Vandingenen
PAAZ Heusden-Zolder
Joris Housen
PC Sint-Amadeus
Nele Sauviller
PZT Den Draad
Sofie Bettens
Vzw Kinsbergen
Carolien Belmans
Overlegplatforms GGZ
Hilde Vanderlinden
Similes
Bert Plessers
Overlegplatforms GGZ
Patrick Van der Jeugt
Gemengde Werkgroep FOD
Vincent Vandenbussche
Overlegplatforms GGZ
Youri Caels
Franstalig TO "volwassenen: forensische"
Sofie Claes
Overlegplatforms GGZ
18
19
28/41
De tweede clustervergadering voor de subcluster "volwassenen: algemeen 2" vond plaats op 26 februari 2008 van 13 tot 16 uur in de Kriekelaar te Brussel. aanwezig TP
naam
organisatie
TP
naam
organisatie
1
Hilde Janssens
PC Sint-Norbertus
39
Lieselot Coppens
NPTZ Meetjesland
Heidi Adriaensen
CGG De Pont
Frank Luttens
RCGG Deinze-EekloGent
Hilde Dierckx
UZ Leuven
Luc Jacobs
CGG Noorderkempen
Cindy Merlevede
CGG - VBO
Diane Geerts
BW Kempen
Jan Palsterman
OVOSIT
Joke Pille
AZ Groeninge
Koen Eyckerman
AZ Zusters Van Barmhartigheid
Rita Wietendaele
PZT VESTA
Greta Verschueren
CM Midden Vlaanderen
Geert Rogiers
PZ Sancta Maria
Liesbeth Van Cauwenberg
CTZ Gent-Eeklo
Jessie Schoofs
PZ Ziekeren
Eddy Daems
STIPT
Patrick Bruyneel
PZ Sint-Camillus
Hans De Ruyck
RCGG Deinze-Eeklo-Gent
Bert Plessers
Overlegplatforms GGZ
Stéphane De Geest
UilenSpiegel
Vincent Vandenbussche
Overlegplatforms GGZ
Patrick Van der Jeugt
Gemengde Werkgroep FOD
Sofie Claes
Overlegplatforms GGZ
Tom Van Daele
OVOSIT
22 35
38
40 42
101
verontschuldigd TP
naam
Organisatie
Rafaël Daem
UilenSpiegel
De tweede clustervergadering voor de subcluster "volwassenen: algemeen 3" vond plaats op 27 februari 2008 van 10 tot 13 uur in de Kriekelaar te Brussel. aanwezig TP
naam
organisatie
TP
naam
organisatie
14
Iris Deconninck
CGGZ Brussel
25
Christine Van Damme
PZ Onze-Lieve-Vrouw
Veronique Vercruyssen
PSC Sint-Alexius
Frank Schillewaert
CGG Noord-WestVlaanderen
Kristien Maelstaf
TP
Marc Vermeire
PZ Sint-Camillus
Philip Pittevils
BW De Raster
Tom Roes
RCCG Deinze-Eeklo-Gent
Jessie Schoofs
PC Ziekeren
Marijke Taragola
PC Sleidinge
Luc Awouters
PC Ziekeren
Kris Vandesype
CGG Eclips
Lut Vanelven
PC Ziekeren
Kristel Vandendriessche
GDT Listel
Vincent Vandenbussche
Overlegplatforms GGZ
Ingrid Lammerant
UilenSpiegel
Bert Plessers
Overlegplatforms GGZ
Mieke Craeymeersch
Similes
Sofie Claes
Overlegplatforms GGZ
20 24
43 77
verontschuldigd TP
naam
organisatie
20
Bart De Saeger
GDT netwerk thuiszorg
Stijn Van Buggenhout
GDT Zennevalei
29/41
Volgende agendapunten werden behandeld in de verschillende vergaderingen van de cluster "volwassenen: algemeen":
Kennismakingsronde Goedkeuring vorig verslag Transversaal overleg: stand van zaken Procesevaluatie TP door de OGGZ Patiënten- en familieorganisaties KCE Gemengde Werkgroep FOD Franstalig transversaal overleg: stand van zaken Patiëntenregistratie TP-reglementering Inclusie- en opvolgoverleg Verdeelsleutels financiering TP-administratie Varia
3.3 Transversale Overlegmomenten: inhoudelijk De bundel die u nu in handen heeft, is het eerste rapport van de cluster "volwassenen: algemeen" voor de periode van 1 juni 2007 t.e.m. 31 maart 2008. In deze periode zaten de therapeutische projecten in hun opstartfase. De projecten waren vooral bezig met de praktische en organisatorische aspecten bij de opstart van het project. Dit heeft onvermijdelijk een invloed op de inhoud van de twee clustervergaderingen die in deze periode georganiseerd werden, en derhalve ook op dit rapport. In latere stadia – en dus in volgende rapporten – zal er meer aandacht zijn voor inhoud, zorgtrajecten en modules en het aanleveren van bottom-up voorstellen. De eerste clustervergadering "volwassenen" (4 en 5 december 2007) stond vooral in het teken van een kennismaking tussen de projecten en de medewerkers transversaal overleg van de OGGZ én informatieoverdracht betreffende het bredere conceptuele en reglementaire kader rond de therapeutische projecten en het transversaal overleg. Er was eveneens ruimte voor informatie-uitwisseling tussen de TP rond positieve bevindingen, hinderpalen en het inclusieoverleg. Tijdens de tweede clustervergadering "volwassenen: algemeen" (26 en 27 februari 2008) was er meer ruimte voor dialoog tussen de projecten, waarbij de projecten konden toelichten hoe ze met verschillende organisatorische en praktische aspecten van de TP-reglementering omgaan en waar zich good practices of knelpunten voordoen. Daarnaast werden de patiëntenregistratie door het KCE en de vraag van de familie- en patiëntenverenigingen tot nauwere samenwerking met een aantal TP behandeld. Beide vergaderingen werden aan de hand van vragenlijsten door de medewerkers transversaal overleg OGGZ voorbereid zodat de informatie over de verschillende projecten beknopt kon worden meegegeven op de vergadering zelf en op die manier als basis kon dienen voor dialoog tussen de projecten. De vragenlijsten vindt u als bijlage bij dit rapport. Hierna volgt een bondig overzicht van de besproken thema's, meer bepaald de bevindingen en ideeën van de TP uit de cluster "volwassenen: algemeen". Alle informatie die we in het kader van de twee voorbije clustervergaderingen hebben verzameld, dient hierbij als basis. Bij weergave van cijfergegevens betreft het de cijfers van de bevraging voor de tweede clustervergadering, aangezien deze de meest actuele informatie oplevert. Deze cijfers dateren van 18 februari 2008. We beseffen dat het niet de taak van de OGGZ is om cijfergegevens aan te leveren, maar in het licht van de fase waarin de TP zich bevonden, leek het interessant deze cijfers te verzamelen om de dialoog tussen de projecten te voeden. In dit rapport geven we deze cijfers beknopt mee, omdat de opmerkingen, knelpunten en good practices die we wensen aan te halen in het licht van dit cijfermateriaal begrepen moeten worden. We starten deze inhoudelijke bespreking met algemene positieve bevindingen en knelpunten van het werken in een TP. Vervolgens gaan we iets dieper in op een aantal specifieke onderwerpen uit de dagelijkse praktijk van de TP. We bekijken wat de bevraging en de vergaderingen geleerd hebben over de werking van de TP, welke knelpunten ze ervaren en hoe ze hier mee omgaan. Tenslotte geven we de bedenkingen weer van de projecten over de patiëntenregistratie en de vraag tot participatie van de familie- en patiëntenverenigingen.
30/41
3.3.1 Algemene positieve bevindingen TP -
-
-
-
-
-
-
Betere samenwerking Door de formele samenwerking binnen een TP vinden de verschillende partners elkaar sneller in een overleg en worden onderlinge doorverwijzingen mogelijk. De algemene samenwerking tussen diensten (eerste-, tweede- en derde lijn) en sectoren loopt vlotter. Bovendien lijkt de drempel om met elkaar contact op te nemen lager te liggen. De betrokken partners kunnen hun aanbod beter op elkaar afstemmen. Het TP biedt een kader om de afstemming en organisatie van de hulpverlening binnen een regio ter discussie te stellen. Inhoudelijke meerwaarde van het overleg Partners die elkaar beter leren kennen, kunnen beter doorverwijzen en gefundeerd advies geven over de hulpverlening van andere partners. Door bundeling van kennis en deskundigheid ontstaan nieuwe impulsen waardoor problemen, die soms al jarenlang muurvast zitten, gedeblokkeerd raken. Het zorgtraject wordt transparanter en de zorgcontinuïteit kan beter gewaarborgd worden omdat men over voorzieningen heen patiënten kan opvolgen. Samenwerking met diverse (nieuwe) partners zorgt voor nieuwe invalshoeken en ideeën. Kennismaking Partners die binnen een TP samenwerken, raken meer vertrouwd met elkaars werking. Partners leren elkaar beter kennen, weten welke zorg andere partners aanbieden en raken op de hoogte van elkaars moeilijkheden en beperkingen. Er is meer wederzijds begrip en loyaliteit en het eigen netwerk wordt gerichter afgestemd. Meerwaarde voor cliënten en familie Door de betere samenwerking tussen de betrokken partners wordt de kans kleiner dat patiënten door de mazen van het net glippen. Het TP biedt mogelijkheden aan de cliënt en zijn omgeving om actief betrokken te worden bij de hulpverlening. Doordat er een duidelijk geformaliseerd netwerk is, wordt de hulpverlening toegankelijker en overzichtelijker voor de cliënt. Door de ondersteuning van het project, voelt de natuurlijke omgeving van de cliënt zich gesteund in de zorg voor de cliënt. Verhoogde betrokkenheid en gedeelde verantwoordelijkheid Professionelen hebben minder het gevoel dat ze alleen verantwoordelijk zijn voor bepaalde casussen. Er is betrokkenheid van meerdere partners en beslissingen, feedback en intervisie worden samen opgenomen. De meeste hulpverleners zijn gemotiveerd om mee rond de tafel te zitten. Ondersteuning en expertise-uitwisseling hulpverleners Betrokken eerstelijnsactoren (huisartsen, thuisverpleging, …) worden door hun participatie binnen een TP ondersteund door de deskundigheid van andere partners. De multidisciplinaire samenwerking wordt als een meerwaarde ervaren. Specifieke doelgroepgerelateerde expertise kan tussen verschillende diensten uitgewisseld worden. Financiering De financiering van het TP maakt de samenwerking tussen partners gemakkelijker en efficiënter. De financiering voor het overleg maakt het makkelijker om partners te betrekken. De beschikbaarheid van middelen biedt een structureel kader voor overleg, wat de continuïteit ten goede komt.
3.3.2 Algemene knelpunten TP -
-
-
Organisatie, planning en tijdsinvestering Het is vaak allesbehalve evident om de drukke agenda's van de partners op elkaar af te stemmen. Bovendien is het TP erg tijdsintensief, ondanks de voorziene middelen. Dit komt nog bovenop de dagelijse werkdruk. Bekendmaking project De bekendmaking van het project, zowel bij professionelen als bij mogelijke cliënten, brengt heel wat extra werk met zich mee. Voor professionelen is het moeilijk om van de vele nieuwe projecten op de hoogte te zijn. Motiveren van huisartsen en andere (eerstelijns-)hulpverleners De onbekendheid van het project en de extra (administratieve) werkdruk die een TP met zich meebrengt, maakt het moeilijk om partners te motiveren. Er is een bepaalde terughoudendheid ten aanzien van een nieuwe manier van werken. Zorgtekort In sommige regio's is het hulpverleningsaanbod voor deze doelgroep heel beperkt. Projecten stellen zich vragen bij de zinvolheid van een TP als er onvoldoende zorgaanbod is. Gebrekkige communicatie vanuit de overheid en het KCE Veel projecten hebben nood aan betere en meer coherente communicatie omtrent de verschillende pijlers van het transversaal overleg.
31/41
3.3.3 Aanmeldingen A. Resultaten bevraging -
Bij de meerderheid van de projecten (18) kan iedereen aanmelden. Bij twee TP kunnen enkel de formele partners aanmelden. Aanmeldingen komen vooral via de formele partners (cfr. grafiek 1). Grafiek 1: aanmeldingen van geïncludeerde cliënten vanuit
4
12
Formele residentiële partners
9 27
Formele eerstelijnspartners
55 187
Formele ambulante partners Andere
108 Informele eerstelijnspartners
-
Bij achttien TP kan er aangemeld worden bij de inhoudelijke coördinator. Bij elf projecten kan dit ook bij de contactpersonen van (alle) formele partners. Bij vijftien projecten worden alle aanmeldingen automatisch op het inclusieoverleg besproken. Bij vijf TP maakt de inhoudelijke coördinator een eerste selectie, al dan niet in overleg met de betrokken hulpverleners.
B. Knelpunten en good practices -
Achttien projecten maken gebruik van een standaard aanmeldingsformulier. Eén project wil binnenkort een aanmeldingsformulier ontwikkelen. De eerstelijnszorg komt met veel mogelijke cliënten in contact en is een belangrijke bron van aanmeldingen. Er wordt echter vastgesteld dat deze diensten dikwijls niet op de hoogte zijn van het bestaan van het TP. De bekendmaking van het TP brengt heel wat extra werk met zich mee en staat in contrast met de tijdsdruk om 30 cliënten te includeren.
3.3.4 Inclusieoverleg A. Resultaten bevraging -
Op 18 februari 2008 (bevraging tweede clustervergadering) hadden de twintig TP uit de cluster "volwassenen: algemeen" samen 418 cliënten geïncludeerd (gemiddeld 21 per project). Het aantal inclusies per project schommelt van 6 tot 39. Grafieken 2 en 3 plaatsen deze cijfers voor zestien TP tegenover de inclusies op 14 november 2007 (bevraging eerste clustervergadering). Grafiek 4 geeft de cijfers voor vier projecten die enkel op de bevraging voor de tweede clustervergadering geantwoord hebben.
32/41
Grafiek 2: aantal inclusies per TP (8 TP)
45 40 35 30 25
Eerste clustervergadering
20
Tweede clustervergadering
15 10 5 0 TP A TP B TP C TP D TP E TP F TP G TP H Grafiek 3: aantal inclusies per TP (8 TP)
35 30 25 Eerste clustervergadering
20 15
Tweede clustervergadering
10 5 0 TP I
TP J
TP K
TP L TP M TP N TP O TP P
Grafiek 4: aantal inclusies per TP (4 TP)
25 20 15 Tweede clustervergadering
10 5 0 TP Q
-
TP R
TP S
TP T
Voor 18 februari 2008 werden 97 inclusieoverlegmomenten georganiseerd (gemiddeld vijf per project). Het aantal inclusievergaderingen per project schommelt tussen twee en tien. Grafieken 5 en 6 plaatsen deze cijfers voor zestien TP tegenover het aantal inclusievergaderingen op 14 november 2007 (bevraging eerste clustervergadering). Grafiek 7 geeft de cijfers voor vier projecten die enkel op de bevraging voor de tweede clustervergadering geantwoord hebben.
33/41
Grafiek 5: aantal inclusievergaderingen per TP (8 TP)
12 10 8 Eerste clustervergadering 6 Tweede clustervergadering
4 2 0 TP A TP B TP C TP D TP E
TP F TP G TP H
Grafiek 6: aantal inclusievergaderingen per TP (8 TP)
9 8 7 6 Eerste clustervergadering
5 4
Tweede clustervergadering
3 2 1 0 TP I
TP J
TP K TP L TP M TP N TP O TP P
Grafiek 7: aantal inclusievergaderingen per TP (4 TP)
8 7 6 5 4
Tweede clustervergadering
3 2 1 0 TP Q
-
TP R
TP S
TP T
31 cliënten zijn op een inclusieoverleg besproken maar uiteindelijk niet geïncludeerd. De voornaamste redenen zijn: het niet voldoen aan de inclusiecriteria; geen DSM-diagnose beschikbaar; geen toestemming van de cliënt; onvoldoende formele partners; stabilisering van de situatie; taalbarrière. Het inclusieoverleg wordt meestal gefactureerd aan het RIZIV. Wanneer dit niet gebeurt, is dit omdat men een opvolgoverleg in hetzelfde trimester wil organiseren.
34/41
-
-
-
-
Tien projecten nodigen enkel de formele partners uit op het inclusieoverleg. De tien anderen nodigen breder uit bv. VAPH, Similes, patiëntenzorg, casemanagement, de zorgbemiddelaar, de huisarts, de aanmelder, de patiënt zelf, een mantelzorger of de partner. Meestal nemen deze externe partners niet effectief deel aan het inclusieoverleg. 29 cliënten zijn voor 18 februari 2008 uit de TP geëxcludeerd. De redenen zijn divers: het overlijden van de cliënt; exclusie op vraag van de familie; de cliënt woont buiten het werkingsgebied van het project; het project blijkt geen meerwaarde te bieden; de cliënt heeft zijn toestemming ingetrokken; er is een positieve evolutie waardoor de cliënt niet langer besproken dient te worden. Bij negentien projecten wordt de cliënt ingelicht voor zijn dossier op het inclusieoverleg besproken wordt. Bij één project weet de cliënt dat de aanvraag hangende is, maar niet de exacte datum van het overleg. Zes projecten vragen mondelinge toestemming aan de cliënt om zijn dossier te bespreken, elf TP doen dit schriftelijk. Voor drie projecten kunnen beide. Alle projecten die schriftelijke toestemming gebruiken hanteren hiervoor een standaardformulier. Eén TP vraagt de schriftelijke toestemming pas na de inclusie. Het inclusieoverleg verloopt dan anoniem. Het project opteert voor deze werkwijze omdat de formele partners niet altijd de effectieve zorgverleners zijn. Drie TP nodigen de (vertegenwoordiger van de) cliënt altijd uit. Drie TP nodigen de cliënt uit wanneer het een complexe casus is. Veertien TP doen dit nooit, en geven hiervoor volgende redenen aan: praktisch onhaalbaar; het inclusieoverleg is niet inhoudelijk; er worden meerdere inclusies besproken; te overdonderend voor de cliënt; verre verplaatsingen; geen formele vraag van de cliënt.
B. Knelpunten en good practices -
-
De verplichte deelname van alle formele partners aan het inclusieoverleg brengt organisatorische problemen met zich mee. Wat bij toevallige afwezigheden, ziekte, verlof,…? Het is voor meerdere projecten niet evident 30 inclusies te halen tegen 31 maart 2008. Daardoor voelen sommige projecten zich gedwongen hun inclusiecriteria soepeler te hanteren. Er wordt gesuggereerd de deadline voor het halen van het vereiste aantal inclusies met zes maanden te verlaten, vermits een groot deel van het eerste werkjaar werd besteed aan het opzetten van de organisatie, waardoor de eerste inclusies bij veel projecten pas na zes maanden op gang kwamen. Er zijn vaak problemen met het verkrijgen van de toestemming van de cliënt, zeker bij paranoïde patiënten. Het is niet evident om altijd de juiste DSM-diagnose te bemachtigen, zeker niet bij aanmeldingen vanuit de eerste lijn. Dit heeft volgens de projecten voornamelijk te maken met de (geringe) naambekendheid van het therapeutisch project. Ze denken dat dit op termijn zal veranderen. De aanwezigheid van alle hulpverleners rond de tafel kan erg overdonderend zijn voor de cliënt.
3.3.5 Opvolgoverleg A. Resultaten bevraging -
Dertien projecten organiseerden een opvolgvergadering zonder te factureren. Zes projecten deden dit zelfs meer dan vijf keer, waarvan één project voor 23, één project voor 27 en één project voor 29 vergaderingen. Redenen hiervoor zijn hoofdzakelijk omdat er in hetzelfde kwartaal reeds een inclusieoverleg voor die patiënt gefactureerd werd of omdat er geen drie formele partners aan het opvolgoverleg deelnamen.
B. Knelpunten en good practices -
-
-
De verplichte aanwezigheid van drie formele partners op een opvolgoverleg is een drempel. Sommige projecten vangen dit op met een systeem van afgevaardigden en plaatsvervangers. Andere projecten koppelen hun opvolgoverleg steeds aan het inclusieoverleg. De strakke regelgeving zet de projecten aan om af en toe buiten de lijntjes te kleuren. Sommige projecten opteren ervoor om de inhoudelijke coördinator te laten tekenen als formele partner. Dit wordt gezien als een noodoplossing. Projecten stellen zich vragen bij de noodzaak van deze verplichte aanwezigheid. Wanneer verschillende thuiszorgdiensten deelnemen (bv. huisarts, verpleegkundige;…), wordt deze deelname maar als één formele partner beschouwd (GDT). De spreiding van de overlegmomenten beantwoordt niet aan de reële noden van de cliënten. Sommige cliënten hebben nood aan een korte periode van intensief overleg (bv. drie keer in één trimester) terwijl het daarna voldoende is om halfjaarlijks een overleg te organiseren. Vergadernoden kunnen erg wisselend zijn afhankelijk van de cliënt. Dergelijke strakke procedures werken eerder log. De overlegmomenten zijn een grote tijdsinvestering voor hulpverleners die veel cliënten opvolgen die opgenomen zijn in een project.
35/41
3.3.6 Financiering A. Resultaten bevraging Financiering overleg (variabel bedrag, max. € 22.500, € 125 per overleg) Achttien projecten uit de cluster "volwassenen: algemeen" factureren de overlegvergoeding via een GDT. Vijf projecten voorzien bij de uitbetaling van de overlegvergoeding een vast bedrag voor zelfstandige hulpverleners (bv. huisarts) of formele partners. Drie projecten betalen een kilometervergoeding uit aan participerende mantelzorgers. Twee projecten voorzien een vergoeding voor de cliënt. De meerderheid van de projecten poolen de vergoedingen voor het overleg (per jaar, halfjaarlijks, per semester). Het totale bedrag aan overlegvergoedingen wordt verdeeld over de participerende partners. Elke partner krijgt een bedrag uitbetaald in verhouding tot het aantal overlegmomenten waarbij hij aanwezig was. Sommige TP werken met een puntensysteem. Twee projecten maken een onderscheid tussen inclusie- dan wel opvolgvergaderingen. Vergoeding vaste kosten (€ 24.000) De vaste vergoeding wordt voornamelijk gebruikt om personeels- en algemene werkingskosten te vergoeden. Veertien projecten voorzien een halftijdse werknemer (12u tot 19u). Vijf projecten hebben twee personen in dienst. Vergoeding voor deelname aan informatieverzameling i.k.v. transversaal overleg (€ 16.000) Tien projecten hebben nog geen beslissingen genomen omtrent de aanwending van deze middelen, omdat het nog niet duidelijk is wat er van hen verwacht wordt in het kader van het TO. Twee TP gebruikt deze middelen om de loonkosten van het personeel (i.c. de inhoudelijke coördinator(en)) van het project te helpen dragen, aangezien deze instaan voor de verplichtingen in het kader van het TO. B. Knelpunten en good practices -
Het totale bedrag is onvoldoende om te voorzien in alle kosten. Het TP gaat op die manier soms ten koste van het klinische werk. Er is veel onduidelijkheid over de verwachtingen vanuit transversaal overleg, het is moeilijk voor de projecten om de tijdsinvestering die hiervoor nodig is te voorzien. Indien er meer betrokken partners deelnemen aan het overleg betekent dit een lagere vergoeding voor de deelnemers. Op die manier loont het als het ware om minder partners te betrekken. TP vinden het moeilijk om zelfstandige hulpverleners te motiveren tot deelname aan het overleg.
3.3.7 TP-administratie A. Resultaten bevraging -
Bij alle projecten worden alle administratieve verplichtingen opgevolgd door de betrokken GDT en/of de inhoudelijke coördinator. Bij twee projecten gebeurt de administratieve coördinatie niet door de GDT.
B. Knelpunten en good practices -
-
In het algemeen is de administratieve druk op de projecten groot, in die mate dat bepaalde hulpverleners en potentiële cliënten zich terughoudend opstellen tegenover het TP. Heel wat projecten voorzien standaardformulieren om aan de administratieve verplichtingen tegemoet te komen. Volgende formulieren worden gebruikt door (een aantal) TP: plan tenlasteneming inclusieoverleg (17 TP), plan tenlasteneming opvolgoverleg (17 TP), verslag inclusieoverleg (17 TP), verslag opvolgvergadering (16 TP), aanmeldingsformulier (18 TP), toestemmingsformulier patiënt (14 TP) en zorgplan (8 TP). De Limburgse TP maken gebruik van een webapplicatie voor de TP-administratie. Deze applicatie werd ontwikkeld door GDT Listel.
3.3.8 Patiëntenregistratie KCE Tijdens de eerste clustervergadering "volwassenen" (4 en 5 december 2007) werd de patiëntenregistratie door de projecten aangehaald. Tijdens de tweede clustervergadering "volwassenen: algemeen" (26 en 27 februari 2008) werden de conclusies van de pretesters besproken. Voor de cluster "volwassenen: algemeen" namen twee projecten deel aan de pretesting betreffende de webapplicatie patiëntenregistratie. De pretesters (uit alle clusters) formuleerden volgende bedenkingen bij de patiëntenregistratie van het KCE en de bijhorende webapplicatie:
36/41
-
-
De webapplicatie op zich werd als een gebruiksvriendelijk instrument geëvalueerd. De totale bevraging is te lang en tijdrovend, mede door overlap tussen de verschillende schalen. Het lijkt niet haalbaar om dit per trimester bij alle cliënten af te nemen. Een dergelijke taak overstijgt het initiële engagement van de TP en de cliënten. De projecten stellen zich vragen bij de relevantie van bepaalde vragen voor de doelgroep. Bijvoorbeeld: voor ouderen wordt gepeild naar het gebruik kinderopvang, tewerkstelling,…. Er waren heel wat technische en praktische problemen tijdens de testfase, ondermeer met inloggen, het aanpassen van vroegere (foute) registraties, het hulpvenster en de foutmelding waren te beperkt, etc.. Er is soms incongruentie tussen feiten en registratie, ondermeer door ontkenningsgedrag bij de cliënt (bv. alcoholprobleem), angst van de cliënt voor de consequenties van zijn antwoorden (bv. plaatsing), een professionele hulpverlener heeft niet altijd alle informatie, etc.. De vragenlijsten worden afgenomen door verschillende personen. De projecten stellen zich de vraag hoe valide de antwoorden nog zijn als de afnemers inkleuring geven aan de vragen. Bij de afname van de vragenlijsten dreigt een rolvermenging te ontstaan. Inhoudelijke coördinatoren en hulpverleners voelen zich meer en meer in de rol van enquêteur geduwd. Er is nood aan het globaler maken van de vragenlijsten zodanig dat meer neutrale personen ook de vragenlijsten kunnen afnemen. Enkele projecten wijzen erop dat bepaalde (bvb. paranoïde) cliënten zullen afhaken door zo'n vragenlijsten. Sommige vragen worden als vernederend ervaren voor cliënten. Kan er op dit vlak geen samenwerking zijn met de patiënten- en familieorganisaties? Enkele projecten vinden de vragenlijst te moeilijk voor de cliënten en soms zelfs te verregaand. Enkele projecten stellen zich vragen bij de betrouwbaarheid. Hoe betrouwbaar zijn de antwoorden als de cliënt de vragen zelf invult maar de vragen niet begrijpt? Het invullen van de vragenlijst hangt af van de gemoedstoestand van de patiënt. Er kan momenteel nog niet aangevinkt worden dat de patiënt de vragen zelf niet wil invullen en het overlaat aan de hulpverlener. Enkele projecten hebben schrik dat door zo'n uitgebreide bevraging hulpverleners zullen afhaken of dat het aantal aanmeldingen zal dalen. Volgens enkele projecten voldoen de vragenlijsten niet aan de doelen van de registratie. Er wordt onder andere gepeild naar de inhoud van de projecten en naar de meerwaarde van het overleg.
Dit alles leidt volgens de pretesters tot een dalende motivatie en stijgende weerstand bij de projecten, die sowieso al een zware administratieve druk te verwerken krijgen. Bovendien kan dit een extra drempel vormen voor cliënten en doorverwijzers. De projecten hebben het er moeilijk mee dat wat in het kader van de patiëntenregistratie verwacht wordt het initiële engagement van zowel de TP als de cliënten ruimschoots overstijgt. Bij de ondertekening van de overeenkomsten was immers niet duidelijk welke inbreng van de TP binnen het TO verwacht werd. Als dit duidelijk was geweest, had dit waarschijnlijk een rol gespeeld in de beslissing van de TP om al dan niet een kandidatuur in te dienen, terwijl men nu niet het gevoel heeft nog langer de keuze te hebben. 3.3.9 Participatie van familie- en patiëntenverenigingen De familie- en patiëntenorganisaties hebben een overeenkomst afgesloten met de FOD VVVL in verband met de participatie van patiënten en familieleden. Om hun taken te vervullen is afstemming met onder meer de OGGZ en de TP nodig. De patiënten- en familieorganisaties worden aan Nederlandstalige kant steeds uitgenodigd op de bijeenkomsten van het transversaal overleg. Voor de afstemming met de TP willen de patiënten- en familieorganisaties graag een nauwere samenwerking met enkele TP. Verschillende projecten werden via een brief gecontacteerd. Het is de bedoeling dat patiënten en familieleden participeren binnen deze TP. Deze worden opgeleid en opgevolgd vanuit UilenSpiegel vzw en Similes. De familie- en patiëntenverenigingen hebben deze vraag op de tweede clustervergadering toegelicht. Bij de projecten uit de cluster "volwassenen: algemeen" kwamen de volgende bedenkingen naar voren: -
-
Wat met het beroepsgeheim? Kan participatie van familie- en patiëntenorganisaties zomaar? Op welke domeinen is participatie mogelijk? Stuurgroep, inclusie- en opvolgoverleg, …? Eén van de projecten, waarvan UilenSpiegel een formele partner is, deelt hierover zijn ervaringen. Op het niveau van de stuurgroep is participatie geen probleem. Op het inclusieoverleg worden de cliënten anoniem besproken. Op patiëntenoverleg is er geen participatie. Om terug te kunnen vallen op een juridisch kader rond beroepsgeheim, heeft het project overleg gehad met 2 juristen. Eén project vindt de doelstellingen van de patiënten- en familieorganisaties ambitieus. Men stelt zich de vraag of het mogelijk is om alles te realiseren.
37/41
4. Conclusies Dit rapport heeft betrekking op de periode van 1 juni 2007 tot 31 maart 2008. Het transversaal overleg kwam evenwel pas echt op gang eind 2007, waardoor tot nu toe slechts twee vergaderingen per cluster werden georganiseerd. De thema's die tijdens deze eerste twee clustervergaderingen werden behandeld, sloten nauw aan bij de opstartfase waarin de therapeutische projecten zich het afgelopen jaar bevonden. Het ging daarbij hoofdzakelijk over praktische en organisatorische aspecten. De problemen en goede praktijken met betrekking tot deze thema's gelden vrij algemeen voor alle projecten. De conclusies zijn in deze fase bijgevolg sterk gelijklopend voor de verschillende leeftijdsdoelgroepen en clusters. We verwachten dat er in rapporten over de volgende periodes meer leeftijds- en clustergebonden conclusies zullen kunnen geformuleerd worden, gezien er dan bij de procesevaluatie in het kader van het transversaal overleg meer aandacht zal zijn voor onder meer de inhoudelijke werking, zorgtrajecten en modules. Voorlopig kunnen de conclusies nog niet gerelateerd worden aan gegevens van andere partners van het transversaal overleg (bv. KCE, patiënten- en familieverenigingen, …), zoals ook de discussies tijdens de clustervergaderingen tot nog toe voornamelijk gebaseerd waren op de ervaringen van de therapeutische projecten en op de door de overlegplatforms zelf verzamelde gegevens. Afstemming met de gegevensverzameling van de andere actoren in het kader van het transversaal overleg lijkt ten zeerste aangewezen, niet alleen met het oog op het optimaal benutten van de verzamelde gegevens, maar ook om de belasting van de therapeutische projecten door verschillende bevragingen te beperken. In de algemene positieve bevindingen valt op dat de meerwaarde van de therapeutische projecten verder reikt dan verbeterde samenwerking in het kader van de projecten zelf. De samenwerking verbetert in het algemeen doordat de verschillende partners elkaar beter leren kennen en vaker een gedeelde verantwoordelijkheid opnemen. Anderzijds merken we dat de samenwerking in het kader van de therapeutische projecten (al dan niet voorlopig) grotendeels een zaak van de formele partners is. Externe partners en belendende sectoren worden in mindere mate betrokken. De strikte regelgeving (inzake de aanwezigheid bij inclusie- en opvolgoverleg, het aantal inclusies, de spreiding van het opvolgoverleg per trimester,…) bezorgt de meeste projecten in het algemeen heel wat kopbrekens en valt soms moeilijk te rijmen met de klinische praktijk en met het belang van de cliënt. De regelgeving moet voldoende flexibel zijn om de vaak erg verschillende samenstelling, opzet en doelstellingen van de therapeutische projecten toe te laten en om tegemoet te kunnen komen aan de vaak zeer diverse noden van de cliënt. Die diversiteit van zowel de projecten als de cliënten maakt het trouwens soms moeilijk om algemene conclusies te trekken. Zorgvernieuwing en zorg op maat hangen noodzakelijkerwijze samen met deregulering en flexibilisering. De strikte reglementering van de therapeutische projecten en de zware administratieve belasting worden vaak als contradictorisch met deze doelstellingen ervaren. De regels geven de therapeutische projecten immers niet altijd de vrijheid om hun overleg en samenwerking naar eigen inzicht en volgens de noden van hun specifieke doelgroep te organiseren. Vaak dreigt de noodzakelijke aandacht voor de procedure die voor het resultaat of voor de inhoud van het project te verdrukken. Bovendien beïnvloedt de regelgeving sterk de praktijk binnen de therapeutische projecten. Verschillende projecten hadden het moeilijk om tegen 31/3/2008 het door het RIZIV vereiste aantal van 30 geïncludeerde patiënten te halen. De redenen hiervoor variëren. Sommige projecten kwamen later dan andere op gang, richten zich op moeilijker te bereiken doelgroepen of betrachten samenwerking met belendende sectoren (waardoor meestal meer tijd nodig is om bekendheid op te bouwen en de aanmeldingen te genereren). De vraag moet gesteld worden of het aansluit bij de oorspronkelijke bedoelingen om deze "minder evidente" projecten uit te sluiten omwille van het niet (tijdig) halen van de beoogde caseload. Projecten met een kleiner aantal patiënten kunnen trouwens omwille van hun specificiteit heel wat zinvolle lessen bieden omtrent het werken in zorgcircuits en netwerken. Het transversaal overleg is een complex verhaal. Bij de therapeutische projecten is er veel onduidelijkheid, onder meer over de rol en opdrachten van de verschillende partners (bv. KCE, overheid, patiënten- en familieverenigingen, OGGZ, RIZIV, FOD VVVL) en overlegorganen (bv. Gemengde Werkgroep FOD, Verzekeringscomité RIZIV, …), die hen op verschillende manieren benaderen. Heldere, geïntegreerde, volledige maar beknopte communicatie blijft in dit verband bijzonder belangrijk. Ook op dit vlak lijkt meer afstemming tussen de verschillende actoren een hoge nood te zijn.
38/41
De maandenlang aangekondigde patiëntenregistratie van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg heeft op alle niveaus voor heel wat discussies, ongerustheid en stijgende weerstand gezorgd. De belangrijkste bezwaren van de therapeutische projecten (te lang en te tijdrovend, te veel overlap tussen de verschillende schalen, te hoge frequentie gezien de chronische doelgroep, te hoge belasting van cliënt en hulpverlener, beïnvloeding van de therapeutische relatie, incongruentie met het initiële engagement van het project en van de cliënt, …) zijn genoegzaam bekend en werden via diverse wegen gecommuniceerd. We gaan er van uit dat de betrokken partijen deze bezwaren ondertussen kennen en er in hun beslissingen rekening zullen mee houden. De participatie van patiënten- en familieverenigingen in de therapeutische projecten is tot nu toe erg beperkt. Op het niveau van het Nederlandstalig transversaal overleg worden deze verenigingen naar alle clustervergaderingen van de OGGZ uitgenodigd. Dit gebeurt vanuit de overtuiging dat hun perspectief van belang kan zijn bij alle behandelde thema's en niet enkel wanneer de participatie van patiënten- en familieverenigingen een expliciet agendapunt vormt. Om hun inbreng in de clustervergaderingen en op andere niveaus beter te kunnen relateren aan de praktijk, proberen de patiënten- en familieorganisaties op dit moment hun betrokkenheid bij een aantal therapeutische projecten te verhogen. De mate waarin de individuele cliënt en zijn omgeving bij het inclusie- en opvolgoverleg betrokken wordt, verschilt trouwens sterk van project tot project, maar algemeen gezien gebeurt ook dit slechts in geringe mate. We willen tot slot benadrukken dat de therapeutische projecten onmiskenbaar een substantiële impuls bieden ter bevordering van de samenwerking rond geestelijke gezondheidszorg voor psychiatrische patiënten met een chronische en complexe problematiek. Ondanks de hierboven vernoemde problemen is er bij de therapeutische projecten heel veel enthousiasme en positivisme. De OGGZ ervaren dit ook in hun samenwerking met de projecten en kunnen op hun vlotte medewerking en positieve respons rekenen.
39/41
5. Toekomstperspectieven Het voorbije werkjaar van de procesevaluatie in het kader van het transversaal overleg door de OGGZ Vlaanderen telde twee clustervergaderingen. Zoals blijkt uit dit rapport lag de nadruk hierbij vooral op (1) een kennismaking tussen de verschillende therapeutische projecten onderling en de medewerkers van het team transversaal overleg van de Nederlandstalige OGGZ, en (2) de praktische en organisatorische aspecten van de dagelijkse TP-werking. In het tweede werkjaar (1 april 2008 tot 31 maart 2009) wensen we verder te werken op basis van de goede verstandhouding en positieve samenwerking tussen de projecten onderling en de medewerkers. Het blijft hierbij vooralsnog wachten op een concretisering van de richtlijnen vanuit de Gemengde Werkgroep FOD (template) en op een verdere afsteming met het KCE, de familie- en patiëntenverenigingen en de Franstalige Overlegplatforms. Onder meer volgende thema's zullen hoogstwaarschijnlijk in de loop van het tweede werkjaar aan bod komen: -
Beroepsgeheim Overlegmethodieken en de rol van de inhoudelijke coördinator Diverse actoren binnen een TP en de rol van de verschillende partners Doelstellingen en vertrekpunten van het TP en de partners Specificiteit van de doelgroep patiënten met een chronische en complexe problematiek en hun behoeften Samenwerking met belendende sectoren Patiënten- en familieparticipatie Patiëntenregistratie Zorgcontinuïteit Beschrijving van het bestaande aanbod, hiaten en leegtes, zorgmodules Uitbouw van zorgtrajecten (zorg op maat)
We zijn er van overtuigd dat we tijdens de volgende werkjaren van de clustervergaderingen boeiende fora voor informatie-uitwisseling kunnen maken en dit in samenwerking met de TP en de andere actoren in het kader van het transversaal overleg. Op die manier zal ongetwijfeld nuttige informatie verzameld worden rond het werken in zorgcircuits en netwerken.
40/41
6. Bijlagen -
Vragenlijst eerste clustervergadering Vragenlijst tweede clustervergadering
41/41