Prijs voor het Vrijwilligerswerk
Waarom deze brochure? De Vlaamse Gemeenschap beloont in samenwerking met “de Verenigde Verenigingen” vernieuwende, opvallende of inspirerende vrijwilligerswerkingen in verenigingen en/of projecten. Het project ‘Bewegingscoaches’ van Velt vzw mocht in 2010 een geldsom en een schilderij ontvangen uit handen van de minister-president. Het is een mooie erkenning en waardering voor hun aanstekelijk initiatief. We vonden het daarom wel leuk om met deze brochure de lont aan te steken. Want misschien verspreidt het idee van de ‘bewegingscoach’ zich als een lopend vuurtje doorheen Vlaams vrijwilligersland? We mogen het hopen. Veel leesplezier!
Vrijwilligers coachen vrijwilligers Bewegingscoaches zorgen voor nieuw leven bij Velt Prijs voor het Vrijwilligerswerk anno 2010 De Prijs voor het Vrijwilligerswerk ging in 2010 naar de organisatie Velt - Vereniging voor Ecologisch Leven en Tuinieren - en haar ‘bewegingscoaches’. Nee, dat zijn geen vrijwilligers die eco-activisten aanzetten tot joggen, fitnessen of trimmen. De coaches zorgen voor een nieuwe dynamiek in de ‘beweging’, brengen nieuwe en oude generaties Velt-werkers samen en staan klaar om schwung te brengen waar het vuur wat uitgedoofd raakt. “De laureaat speelt goed in op de maatschappijtrends en gebruikt een methodiek met veel groeipotentieel”, zei de jury vorig jaar. 2
Over die coaches hadden we een gesprek met directeur Jan Vannoppen en Riet Janssens, verantwoordelijk voor de ‘beweging’.
Stel jullie zelf even voor: wat doet Velt precies?
Jan Vannoppen: Velt is wellicht het best gekend als vereniging die tips geeft voor de ecologische tuinliefhebber. Maar onze focus is breder dan dat. We willen het gezonde, ecologische leven bevorderen in huis, tuin en keuken. Dat doen we samen met onze ruim 100 lokale groepen, goed voor een 13.000 leden in Vlaanderen en Nederland. En dat aantal stijgt nog. Riet Janssens: Velt groeit en bloeit via mensen die hun ecologische manier van leven willen delen met anderen. Dat gebeurt het hele jaar door via diverse initiatieven van afdelingen en werkgroepen, verspreid over Vlaanderen en Nederland. Eén van de succesvolle initiatieven die we samen met alle vrijwilligers van Velt trachten op te zetten, zijn de Velt-ecotuindagen.
In het eerste weekend van juni stellen meer dan honderd Velt-ecotuiniers hun moestuinen, siertuinen en boomgaarden open. Vorig jaar goed voor 17.000 bezoekers.
Jan: We maken onze initiatieven bekend via de website en via ons tweemaandelijks tijdschrift “Seizoenen”. We hebben aandacht voor voeding en tuinieren en voor nieuwe trends zoals zelfplukboerderijen. Maar we schuwen ook de bredere thema’s niet zoals bio-cosmetica en biodiversiteit. 3
Is Velt dan vooral een plattelandsgebeuren? Iets van “op den buiten”?
Jan: Dat is lang zo geweest. We stellen nu net een groeiende belangstelling vast in de steden. Ikzelf woon in de buurt van Leuven, met een Velt-afdeling van 600 leden.
De coach verbindt
Riet: Een bewegingscoach is een vrijwilliger die lokale afdelingen en werkgroepen ondersteunt om hun engagement met goesting en voldoening vorm te geven. Een coach helpt groepen bij uitdagingen of problemen: beter vergaderen, nieuwe vrijwilligers vinden, aansluiting vinden bij andere eco-initiatieven, ... Ze maken nieuwe vrijwilligers binnen Velt wegwijs in de werking.
Leg eens uit, wat is een bewegingscoach?
Waarom ben je coach geworden? 4
Riet: We zien nieuwe bewegingen, dynamieken ontstaan in steden. Zo is bijvoorbeeld tuinieren op kleine oppervlakten erg populair. Vorig jaar startte in Antwerpen de “Stads-potters”. Dergelijke successen worden snel in andere steden opgepikt.
Jan: Het idee is ontstaan in twee adviesgroepen met daarin mensen uit onze afdelings- en provinciebesturen, ‘nieuwe vrijwilligers’ en enkele externen. We wilden antwoorden op twee trends vinden: de moeizame vernieuwing van onze huidige besturen en omarmen en stimuleren van nieuwe eco-initiatieven voor onze organisatie. Riet: Carine De Lille, coördinator van de bewegingscoaches, was toen stagiaire. Zij heeft dat hele proces in goede banen geleid. Uit deze adviesgroepen kwam een duidelijk signaal: we hoeven geen ‘professionals’, wel mensen die dicht bij de groepen staan en wonen. Mensen die kunnen luisteren en helpen om ideeën tussen groepen onderling uit te wisselen. Carine nam ook het initiatief dit project in te dienen voor de Prijs.
Helmut: Ik ben al jaren lid van Velt, maar dat was eerder passief. Ik had wel zin om Velt wat beter te leren kennen. En dan kwam het aanbod voor de bewegingscoach en het trainingsprogramma, dat sprak me wel aan. Ik heb nu de opleiding voltooid en ik kan aan de slag. De wereld heeft immers wat ecologisch bewustzijn nodig en ik wil daar graag actief aan bijdragen.
Peggy: Ik zag de oproep ‘Word Velt-coach!’ in het tijdschrift “Seizoenen”. Coaching is iets wat mij aanspreekt. Ik heb enige tijd als coach in een opleidingsinstituut kunnen werken en daarom besloot ik hier op in te gaan.
Jan: Met het model van de bewegingscoach proberen we de verbinding te maken tussen de lokale afdelingen en de ‘buitenwereld’: het brede publiek met concrete vragen naar hoe je een ecologische levensstijl kunt nastreven. Die vragen nemen toe, onder meer door evoluties zoals de klimaatverandering.
De bewegingscoaches waren al vrijwilligers van Velt?
Riet: Niet allemaal, en die mix maakt het ook verrijkend. Alle kandidaten werden persoonlijk uitgenodigd voor een introductie-avond over de vrijwilligerswerking van Velt en duiding van het hele concept. Zo bleven er 14 gemotiveerde kandidaten over, evenveel mannen als vrouwen, van diverse leeftijden. We organiseerden vier vormingssessies voor hen. De vormingen waren gericht op aspecten van groepsdynamiek: hoe functioneert een groep, hoe omgaan met conflicten, wat is ‘coaching’, enzovoort. Met op elke opleidingsdag ook info over Velt, onze manier van werken, ... Jan: Daarna werden de coaches uitgenodigd een stage te doorlopen. Deze stages waren zeer verscheiden, afhankelijk van de vragen of noden van afdelingen. Zo was er een stage die een verzoening tot stand moest brengen tussen een tuineigenaar en de lokale afdeling. Een andere stage hield de ondersteuning in van net opgerichte groepen. Riet: Eén coach uit Nederland staat regelmatig op markten. Hij krijgt door z’n enthousiasme veel vragen van mensen die meer willen doen voor Velt. Zijn stage was snel omschreven: die mensen bezoeken en hen uitnodigen om Velt-werkgroep te worden. Die man heeft al twee nieuwe afdelingen en twee werkgroepen helpen oprichten, en begeleidt dagelijks de bestaande afdelingen in Nederland.
Sarah: Ik heb de opleiding tot bewegingscoach gevolgd omdat het voor mezelf een verrijking leek, en omdat ik reeds actief was als vrijwilliger binnen een lokaal Velt-bestuur.
Victor: Mijn drijfveer? Ik voelde me er gewoonweg voor geroepen. Ik heb mezelf opgegeven als vrijwilliger en daar ga ik dan ook voor. Ik ben zowel Velt-lid, Velt-lesgever en nu ook Velt-coach.
Wil: Ik ben nu op pensioen, heb meer tijd. En aangezien ik altijd al een leidinggevende functie heb gehad en al 10 jaar lid ben van Velt, vond ik dit een mooie en zinvolle tijdsbesteding.
5
Dromen in daden omzetten Wat hebben de bewegingscoaches sindsdien al kunnen realiseren?
Riet: Ze zijn nog maar net gestart, maar ze zitten niet stil! Een knap voorbeeld van wat nu mogelijk is, geef ik graag meer aandacht. Eind augustus 2010 kwam een voorzitter van een afdeling hier langs. Hij was al ruim 25 jaar voorzitter en was moe, maar bezorgd om het verder bestaan van de afdeling. Vroeger zat ik dan met de handen in het haar, nu kon ik zeggen: ‘we gaan met een coach bespreken wat we kunnen doen’. Coach Sarah heeft er echt haar tanden in gezet! Er is nu een nieuwe bestuursploeg, waarin de gewezen voorzitter de functie van adviseur vervult. En dat is goed: hij blijft betrokken en kan al zijn kennis en ervaring doorgeven aan de nieuwe ploeg. Sarah heeft hiermee ook een nieuwe aanpak gecreëerd voor Velt, een eye-opener. In plaats van de klassieke formule van voorzitter - secretaris - penningmeester te hanteren, vertrok zij van de dromen van de mensen: wat wil je in deze buurt doen met Velt, wat wil je bereiken? Op basis van wat die mensen wilden organiseren, heeft zij een takenlijst opgesteld en daar namen achter geplaatst.
Welke nieuwe dynamiek geven de coaches aan Velt als organisatie?
Jan: Met het model van de coaches komt er een heel nieuwe specialisatie bij. We hebben al de voedings-, moestuin- en siertuinlesgevers. Nu bouwen we dus ook expertise op inzake een ‘gezond’ verenigingsleven.
Wat is er fijn aan coachen? Heb je al positieve ervaringen?
Nele: Het boeiende aan het werk als coach is dat je helpt mensen inzicht te geven in hun eigen situatie. Je kunt ze helpen goede keuzes te maken in functie van een vlotte, enthousiaste samenwerking in hun afdeling. Het is ook bemoedigend dat je zeer snel banden kan scheppen, en dat de mensen je advies en inzichten waarderen.
Riet: We moeten uiteraard opletten met de soms hoge verwachtingen die dit model creëert, alsof de coaches ‘alle problemen gaan oplossen’. Het principe blijft: de coach komt begeleiden, de oplossing uitwerken gebeurt door de groep zelf.
Sarah: Het is erg boeiend om met verschillende 6
mensen in contact te komen, mensen die gedreven zijn, een eigen verhaal en eigen ervaringen willen delen, … Wil: Ik ben met verschillende zaken tegelijk bezig. Je moet een beetje manusje-van-alles zijn … Het boeiende vind ik het omgaan met andere mensen. Ik vind het fijn om op een leuke manier problemen op te lossen en de mensen weer enthousiast te krijgen.
Jan: Veelal zit de oplossing niet in ‘we moeten nieuwe vrijwilligers vinden’. Werken aan een aantrekkelijk imago als lokale groep is een belangrijke eerste stap. Dan zullen die nieuwe leden en vrijwilligers wel komen.
Coaching op maat Je hebt 100 afdelingen en ‘slechts’ 15 bewegingscoaches. Heb je er geen 85 te weinig?
De ‘nieuwe’ vrijwilliger zou slechts tijdelijke engagementen op zich nemen. Kan jullie aanpak voor de coaches zelf leiden naar een langdurige betrokkenheid?
Riet: Als we echt willen inzetten op het intensief begeleiden van groepen, dan mogen het er meer zijn. Voorlopig is de individuele coaching van de coaches nog vrij intensief. We zijn er ook attent voor dat de bewegingscoaches niet te snel te veel hooi op de vork nemen, dat ze niet ‘verdrinken’. De vraag van een afdeling komt eerst bij ons, wij spreken dan de coaches aan, naargelang van hun beschikbare tijd en zin. We willen dit nog beter organiseren om efficiënt te werken. Een gestructureerd vormingspakket vanuit de ‘veel voorkomende noden’. Aangevuld met wat de coaches zelf aanbieden in de lijn van hun eigen goesting en competenties. Jan: We willen Velt uitbouwen tot een groeiende en bloeiende vereniging. Er is een groot maatschappelijk draagvlak voor onze thema’s. Aan de subsidiekant is het verhaal minder rooskleurig, daarom proberen we op eigen benen te staan. Ons beleid is: nieuwe actieve groepen oprichten en een dynamiek in de bestaande groepen stimuleren. In dat proces spelen de bewegingscoaches een belangrijke rol. En het werkt. Vorig jaar kwamen er 8 nieuwe Velt-groepen bij.
Riet: De coaches zijn erg divers. We hebben coaches die op pensioen zijn, anderen hebben een voltijdse job, of zijn een huis aan het verbouwen. We vinden het belangrijk dat we de coaches ‘vrij’ laten. Een coach zou zonder schroom moeten kunnen zeggen, ‘de volgende 2 jaar wil ik het op een lager pitje doen’. We hopen dat de coaches ‘blijven’. De hechte groep die ze onderling vormen, en de betrokkenheid op de noden en kansen die zich aandienen vanuit de beweging versterkt het engagement. Samen ervaringen delen en actief nadenken over het vrijwilligersbeleid sterkt zowel de professionele medewerkers als de coaches. We gaan er samen voor. Jan: De coaches zijn geen pure individualisten, hun sociale inslag is sterk. Ze zijn erg gemotiveerd om dit werk te doen. De Prijs heeft daar ook toe bijgedragen, denk ik. Ze beseffen dat zij een enorm belangrijke functie in de vereniging hebben. Ik denk daarom dat ze niet zo snel zullen afhaken. 7
Samen de uitdagingen aangaan
Is dit model ‘overzetbaar’ naar andere verenigingen?
Riet: Dit is zeker een aanrader voor kleinere organisaties met een duidelijke missie. Coachen is aantrekkelijk voor potentiële nieuwe vrijwilligers: het is resultaatgericht, je leert er zelf enorm veel van en je kunt voor mensen iets betekenen. En daar zijn heel wat mensen naar op zoek.
Het is niet altijd evident ...
Helmut: Je moet als coach in je eigen capaciteiten geloven, de stap durven zetten om echt die rol op te nemen. En goed kunnen luisteren. Misschien zou je me een Velt-(f )luisteraar kunnen noemen? Soms lukt het niet zoals je zou willen. Zo zou ik graag in Brussel een nieuwe afdeling opstarten, maar voorlopig komt het niet van de grond.
doen, maar misschien moeten we onze doelen, waar we voor staan, nog meer verfijnen. We zijn immers geen ‘oplossingsfabriek’. Het is ook niet aan ons om vrijwilligers/leden te gaan zoeken in de plaats van de lokale afdeling zelf.
Peggy: Velt heeft ons een opleiding aangeboden waarin we op zeer korte tijd de kwaliteiten van een coach en de instrumenten aangereikt kregen. Voor mijn stage ging ik op bezoek bij de voorzitster van een afdeling. Dat was niet evident. Je kunt wel aangeven waar het moeilijk loopt maar niet altijd adequaat handelen om er toch beweging in te brengen. Het gaat vaak over draagkracht en draaglast. Het is fijn om te zien hoe anderen het 8
Victor: Tijd vrijmaken is niet altijd makkelijk. Ik heb het nogal druk en vaak moet ik op belangrijke momenten afhaken. Het is niet steeds mogelijk dit te combineren met een huishouden. Wil: Uiteraard loopt niet alles altijd van een leien dakje. Zo is het niet makkelijk om bestuursleden te vinden. Of om leden die al 10-20 jaar meedraaien in een vernieuwde werking van de afdeling mee te krijgen.
Heb je al ideeën hoe je dit in de toekomst verder gaat uitbouwen?
Jan: We zitten nu in een overgangsmoment. De tijd van opbouwen en investeren gaat nu stilaan over in ‘renderen’. Zelf zijn we nog zoekende: hoe vinden we het evenwicht in vraag en aanbod? Hoe organiseren we de veelheid aan informatie? Maar we merken dat de coaches ‘honger’ hebben, de uitdagingen willen aanpakken. Dat is erg bemoedigend. Riet: De cultuur moet zijn: samen rond de tafel zitten en het probleem samen oplossen. Yes, we can! En dat werkt. Een tijdje geleden gaven we bij een afdeling vorming over het verenigingskompas. Dit is een vragenlijst om te kunnen evalueren hoe het met je eigen Velt-groep gaat, een soort ‘kompas’ voor de werking. De coaches van die regio waren ook aanwezig. Na de vorming kwam de vraag: wat als we na de analyse van onze problemen hulp willen? Wie gaat ons helpen? De coaches stonden recht en zeiden: ‘Als we merken dat drie afdelingen bereid zijn te werken rond bestuursvernieuwing, dan komen we af, hé, ineens voor drie afdelingen tegelijk. Daar zijn we voor’. Zo hebben die afdelingen onmiddellijk begrepen dat de coaches er zijn om hen te ondersteunen. Dat zat direct goed. Jan: We maken nu een nieuwe oefening: waar gaan we naartoe met de omkadering van onze vrijwilligers? Ook dit doen we samen met hen. De bewegingscoaches blijven hier een erg belangrijke rol spelen.
www.durftuinierenzonder.be We willen de drempel om een ‘eco-activiteit’ uit te dragen erg laag houden. Zo ben je al een stukje ‘vrijwilliger’ wanneer je een tuinbordje ‘zonder is gezonder’ aan je tuinpoort hangt (bij ons op te vragen). Tuinieren zónder pesticiden en kunstmest is immers makkelijker dan je denkt. Ook zo draag je als individu immers bij aan het versterken van het ecologisch leven en tuinieren.
www.velt.be/beweging Benieuwd naar meer? Deze site brengt in beeld waar Velt voor staat, een vereniging met, voor en door vrijwilligers. We schetsen wat vrijwilliger zijn bij Velt betekent, hoe je je bij Velt kunt engageren en we tonen foto’s van diverse trefmomenten voor vrijwilligers. 9
Zo zien coaches zichzelf
Helmut Ik koos 2 beelden die symbool staan voor het werk dat ik doe. Eerst het beeld van de waterdruppel die in een grote plas valt. Hoe klein hij ook is, hij veroorzaakt een trilling die over het hele (bewustzijns)oppervlakte gevoeld wordt. En het beeld van de waterkristal na een gebedsceremonie: vanuit dankbaarheid werken is zo verrijkend!
Nele Als symbool koos ik voor een kiemplantje. De basis is er, nu nog
Coaches onder elkaar
Nele: Sowieso is het goed dat we als coaches zelf ook een coach hebben. We hebben haar advies nog goed nodig, ik toch althans. Iemand die luistert naar je vragen en twijfels, die je feedback geeft over je activiteiten en de keuzes die je als coach neemt. Peggy: Ik zou graag als coach met enige regelmaat contact willen houden met de andere coaches. Die uitwisseling lijkt me erg belangrijk. Zo kunnen
10
flink wortels leggen en groeien, en me voeden door alle ervaringen die ik nog kan opbouwen. Om uit te groeien tot een stevige standvastige plant die alle seizoenen doorstaat!
Peggy Als symbool neem ik een zeilschip, waarbij de wind bepaalt hoe snel we varen. Onze vaardigheden bepalen de richting. De koers uitzetten betekent wel met de neuzen dezelfde kant opkijken. Sommigen maken de uiteindelijke keuzes, anderen hebben de mogelijkheden het schip veilig thuis te brengen. Dit vraagt samenwerking van de bemanning! Pas
we elkaar helpen en feedback geven op de situaties waarmee we te maken hebben. Victor: Zolang mijn gezondheid het toelaat, ga ik hier mee verder. En ik hoop dat we als coaches veel van elkaar kunnen leren. Samenkomen en de opgedane ervaringen bespreken, kijken hoe men elders de zaken heeft aangepakt, dat is verhelderend. Dat is ook een vorm van bijscholing.
dan kunnen we zeggen ‘Goede vaart en veilig thuis’!
Sarah Als symbool koos ik voor de standopbouw bij het( ijs)klimmen. De standopbouw is belangrijk, het is het punt waarop je de andere klimmer(s) ‘zekert’. Als de klimmer valt en de stand is niet goed opgebouwd, kan dit ernstige gevolgen hebben. Aan de foto zie je dat een stand ook een wirwar kan lijken, en toch moet je als klimmer dat kunnen ontleden
en controleren. Coaching is vaak een wirwar van verschillende ervaringen, standpunten, karakters, … Als bewegingscoach moet je dan ook steeds het overzicht houden en de ‘zekering’ geven aan de anderen, zodat er weer ruimte komt om optimaal te functioneren.
Helmut: Ik zie het ook als investeren in mezelf, een groeikans. Ik ben de organisatie ook dankbaar voor de geboden kans. Ik volg nog een moestuincursus in mijn lokale afdeling, want ik wil toch ook een beetje ‘in de diepte’ kunnen graven. En ik wil nog wel trainingen volgen. Ik ga dit nog heel lang doen, denk ik. Het is zoals de reismicrobe, eens de smaak te pakken, raak je er niet meer van af.
Victor
Als symbool kies ik voor de afbeelding van de aartsengel Michaël met het zwaard, maar
het is eerder “de Vic met de riek”! Niet dat ik wezens op de spies ga nemen, verre van! Maar een riek in de grond priemen is alsof men het woord naar de daad zet. Men kan geen beetje in verwachting zijn, men is het of men is het niet.
Wil
Als symbool kies ik voor een trekpaard. Mijn vrouw en ik proberen in Nederland aan de kar te
Nele: Ik heb het nu wel druk met verbouwen en ik ben ook zwanger. Maar gelukkig kunnen we zelf het tempo wat bepalen. Ik hoop het nog heel mijn leven te kunnen doen!
trekken. We zijn langzaam op gang gekomen maar nu we in beweging zijn, zijn we niet meer te stoppen. Mezelf zie ik dan als het volwassen paard dat niets uit de weg gaat. En mijn vrouw zou je kunnen vergelijken met het veulen dat mij ondersteunt en de kracht geeft om de moeilijke dingen niet uit de weg te gaan.
niet meer zien zitten. Coaching leer je dus maar door te doen. Elk voorval zal anders zijn en dus is opleiding op verschillende gebieden steeds welkom. Zo blijven we alert.
Sarah: Ik hoop toch wel een tijdje te kunnen coachen. Ik heb wel nog veel te leren. Zo is het niet gemakkelijk om mensen te motiveren wanneer ze het als vrijwilliger 11
Colofon Illustraties en Lay-out: Sam De Buysscher Eindredactie: Jan De Mets Drukkerij: gevaert graphics Opdrachtgever: de Verenigde Verenigingen Postbus 20 1031 Brussel tel 02 246 37 69 www.deverenigdeverenigingen.be V.U.: Ann Demeulemeester Juni 2011 Met dank aan: De Vlaamse Gemeenschap Velt, Jan Vannoppen en Riet Janssens Hugo De Vos De bewegingscoaches: Helmut Vandersmissen (Zemst) Nele Bogaerts (Wommelgem) Peggy Verheijen (Hoogstraten Sarah Hofman (Sint-Niklaas) Victor Vangeenderhuysen (Lot) Wil de Vooght (Geldrop)