Portefeuillehoudersoverleg Sociale Agenda 18 september 2013
Aanwezig:
Gemeente Holland Rijnland Alphen aan den Rijn Boskoop Hillegom Kaag en Braassem Katwijk Leiden Leiderdorp Lisse Nieuwkoop Noordwijk
Nr.
Naam R.A. van Gelderen (voorzitter) M.H. du Chatinier H.I.P. Oppatja J.A. de Jager G. Kleijheeg F. M. Schoonderwoerd I.G. Mostert J.J. de Haan L. Maat H. Zilverentant C.J.M.W. Wassenaar A.D. de Roon P. Melzer L.J. van Ast
Gemeente Noordwijkerhout Oegstgeest Rijnwoude Teylingen Voorschoten Zoeterwoude Holland Rijnland
Sprekers Trimbos:
Naam B.J.M. de Haas J.J.G.M. Roeffen M.J. Wolters C.M.L. Lambrechts I.C.J. AdemaNieuwenhuizen E.G.E.M. Bloemen M. Hogervorst, P. Duijvensz, I. van Breda, D. Toet M. Goedhart (trekker jeugd 3D) J. Lokkerbol en M. Ruiter
Agendapunt
Advies
Besluit
01
Opening en vaststelling agenda
Agenda vaststellen
O2
Verslag vergadering 15 mei 2013
Verslag vaststellen
De notitie “GGD en decentralisatie(s) (jeugd) in Holland Rijnland” wordt aan de agenda toegevoegd. Deze wordt ter vergadering uitgedeeld. De voorzitter vraagt begrip voor deze late toevoeging, alsmede voor de gepleegde nazending. Er staat in deze periode veel druk op ambtenaren om op tijd stukken rond te maken. Daarom kan niet altijd de koninklijke weg bewandeld worden. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
03
a. Mededelingen b. Ingekomen stukken, uitgaande brieven en stukken ter kennisname c. Terug-/vooruitblik externe bestuurlijke
Geen mededelingen of opmerkingen mbt dit punt.
overleggen 04
Presentatie GGZ-preventie en voortgang OGGZ en GGZ
Kennis te nemen van: 1. de presentatie van Trimbos over nut en noodzaak van GGZpreventie; 2. het voortgangsverslag OGGZ en GGZ in Holland Rijnland
Dhr. Lokkerbol en mw. Ruiter van het Trimbos instituut geven een presentatie over het nut en de noodzaak van GGZ-preventie. De presentatie is bijgevoegd. Zij gaan in op depressie onder de hele bevolking en de beroepsbevolking. Het gaat hier om grote groepen, waarbij de zorgkosten hoog zijn. Er wordt een toename verwacht van depressies bij ouderen, chronisch zieken en mantelzorgers. In 2040 zal bijna helft bevolking oudere en/of mantelzorger zijn, tegen nu 38%. Trimbos benadrukt het belang van acceptabele, effectieve, efficiente, betaalbare preventie. Het effect van het versterken van weerbaarheid en veerkracht van scholieren is meer startkwalificatie, psychisch welbevinden en minder gedragsproblemen. Trimbos geeft een overzicht van effectieve interventies per doelgroep jeugdigen en ouderen. In deze regio is er veel aandacht voor mensen met chronische psychische problemen en familie en veel aanbod voor jeugdigen/scholieren. Trimbos adviseert om meer aandacht te hebben voor risicogroepen ipv alleen chronische groepen. Een doorkijk naar de drie decentralisaties: - wmo: er is in de regio een goed programma ouderen (veerkracht) - jeugd: aandacht voor preventie van psychische problemen van groot belang, er bestaan goede schoolprogramma's. - werk: er zijn programma's nodig voor werknemers en werkzoekenden. Het oordeel van Trimbos is dat er in de regio relatief weinig middelen voor preventie worden ingezet ten opzichte van relatief veel middelen in de maatschappelijke opvang. Mw. Ruiter geeft aan dat zij op dit moment werkt aan een handreiking “gezonde gemeente” om depressieen verslavingspreventie in kaart te brengen. Het bevat instrumenten om een goed regionaal plaatje te maken. De heer Schoonderwoerd geeft aan dat K&B wel afspraken heeft gemaakt over vriendendienst en met
Rivierduinen. 05
Transitiearrangement stelselherziening jeugdhulp
Voorstel: In te stemmen met inhoudelijke uitgangspunten Transitiearrangement Stelselherziening Jeugdhulp Holland Rijnland
Mw. Goedhart geeft ter introductie een korte presentatie. Met het transitiearrangement (TA) moet continuïteit van zorg in 2015 regelen, alsmede aangeven hoe de toegang tot hulp voor wachtlijstcliënten geregeld wordt en hoe de regio de frictiekosten beperkt. De frictiekosten zijn nog niet belegd en geven een grote onzekerheid. Met name wachtgeldverplichtingen kunnen een instelling de das om doen. Op vrijdag 20 september vind er een overleg plaats met VWS. Hierin zal er vanuit de regio zorg over de financiën uitgesproken worden. Dhr. Du Chatinier en mw. Van Gelderen zullen de regio hierin bestuurlijk vertegenwoordigen. De zorg over de financiën gaat niet alleen over frictiekosten, maar vooral over gat tussen korting die genoemd staat in mei-circulaire en berekeningen in de regio. Dhr. de Jager refereert aan de brief van mw. Vd Burg (VVD) aan de raden, hierin geeft zij aan dat in het TA meer kwaliteitscriteria en outcome-maatstaven zou moeten worden vastgelegd. Het PHO is van mening dat outcome niet in het TA opgenomen moet worden maar juist in het beleidsplan. Mevrouw Wolters stelt voor dat er uniforme reactie op deze brief komt. Naar aanleiding van de vraag van dhr. Roeffen over wat er gebeurt met de autonome middelen die de provincie nu inzet in de jeugdzorg, geeft de voorzitter aan dat er een beroep wordt gedaan op de huidige financiers om instellingen toestemming te geven om reserves in te kunnen zetten voor het opvangen van frictiekosten. De heer De Roon geeft aan dat voor de Bollenstreek de gevraagde instemming met de uitgangspunten in het TA niet op voorhand gegeven kan worden, omdat zij niet helder genoeg zijn aangegeven in het document. Voor de Bollenstreek zijn 2 punten belangrijk: 1. principe lokaal wat lokaal kan of subregionaal,
regionaal wat regionaal moet. Dit ziet hij niet terug in het document. De Bollenstreek gaat nadrukkelijk voor subregionale invulling. 2. Er zijn nog geen besluiten genomen over de Jeugden Gezins-teams. In het TA wordt dit wel al heel ver ingevuld. De voorzitter geeft aan dat in het pho van maart wel is ingestemd met het model van Jeugd- en Gezinsteams en opdracht is gegeven dat verder uit te werken. Hoe dat precies gaat werken, daar wordt nu aan gewerkt. Mevrouw Bloemen geeft aan dat de raden en colleges uiteindelijk moeten besluiten over het toekomstig jeugdstelsel. Hoe gaan we dat borgen? De heer Kleijheeg geeft aan dat de uitwerking van wat er in het TA staat in het beleidsplan wordt opgenomen, daar komen dan beslispunten in terug over lokaal/subregionaal/regionaal. Op dit moment is niet voor iedereen gelijkelijk helder wat we nu moeten besluiten. De heer Van Ast vindt het belangrijk om de raden mee te kunnen nemen. Er moeten snel stukken komen over de uitwerking van de j>eams. Hij stelt voor om met griffies in gesprek gaan hoe de planning met de raden is, hoe het zo goed mogelijk in de raadscommissies behandeld kan worden. De voorzitter licht toe dat in het beleidsplan de kaders worden gesteld en in 2014 worden de teams verder uitgewerkt. De heer Mostert stelt voor om een planning op te stellen over wat de komende tijd wanneer moet worden besloten. Mevrouw Adema vraagt om sterker in het stuk te vermelden dat dit transitiearrangement alleen voor 2015 geldt. Voorschoten gaat namelijk voor 1 januari 2014 besluiten over in welke regio ze vanaf 2015 willen samenwerken. De voorzitter geeft wel aan dat dit stuk ook niet te zwaar moet worden opgevat. In het stuk moet helder aangegeven worden dat de financiële situatie pas in de meicirculaire 2014 definitief bekend wordt.
06
Transitie jeugdzorg: Veiligheid en Kind
Er wordt het volgende afgesproken: - er komt planning - er komt info voor de raden - er komt antwoord op VVD-brief - op 17 oktober wordt tijdens een extra 3Dbijeenkomst het definitieve transitiearrangement voorgelegd. Volgend pho ligt definitief TA inclusief cijfers voor. Het portefeuillehouderoverleg Sociale Agenda De heer De Roon geeft aan dat hier alleen wordt wordt verzocht: gesproken over JPT. Hij vraagt ook aandacht voor JPP. 1. In te stemmen met de notitie Veiligheid Mevrouw Bloemen ziet dat naast voorliggende notitie en Kind; onlangs ook een beleidsnota over Huiselijk Geweld 2. De trekker transitie jeugdzorg opdracht verscheen, hoe verhouden beide zich tot elkaar? Ook te geven de volgende onderwerpen vraagt zij aandacht voor samenhang met de verder te laten uitwerken: Jeugd crisisdienst, de inbedding in j>eams en gezamenlijk Preventie Team, Plaatsingcoördinatie opdrachtgeverschap voor Midden Holland en Holland JeugdzorgPlus, crisisdienst, Rijnland. zorgmeldingen van Politie en de De voorzitter antwoordt dat het beleidsplan Huiselijk financiële taakstelling gedwongen Geweld en huidig voorstel na elkaar tot stand kwamen kader. maar wel op elkaar aansluiten. De voorzitter geeft aan dat bij de inbedding j>eams Het portefeuillehouderoverleg Sociale Agenda het Veiligheidshuis ook een rol speelt. adviseert de volgende punten op te nemen in De heer Roeffen stelt voor om de inbedding AMHK bij het beleidsplan Transitie jeugdhulp: GGD over aantal jaren te evalueren om te bezien of dit 3. Het Advies- en Meldpunt Huiselijk wel de goede plek is. Hij vindt dat het geen onderdeel Geweld en Kindermishandeling (AMHK) moet zijn van de gemeenschappelijke regeling. onder te brengen bij de GGD Hollands Mevrouw Wolters geeft het belang aan van een goede Midden. aansluiting op de politie, bijvoorbeeld bij een tijdelijk 4. Zorg te dragen dat het AMHK per 1 huisverbod. Dit staat niet in stuk vermeld. januari 2015 daadwerkelijk functionerend is. Notitie is akkoord en wordt verwerkt in het beleidsplan 5. Voor de jeugdbescherming en dat voor volgend pho wordt geagendeerd. reclassering zoveel als mogelijk afspraken te maken met de huidige uitvoerders in de regio en dit in overleg met de regio Midden Holland te doen. 6. Landelijke richtlijnen voor de financiering en organisatie van jeugdzorgplus af te wachten. 7. Bij jeugdzorgplus in te zetten op krachtige preventieve hulpverlening en verbinding met de jeugd- en gezinsteams.
07
07a
Transitie jeugdzorg: Schaalgrootte inkoop jeugdhulp
Voorzitter geeft aan dat bij vorige punten al aspecten gewisseld zijn en dat verdere inhoudelijke discussie op pho van 17 oktober aan de orde komt. Dhr. De Roon geeft aan, dat voorstel onder punt 4 te 1. In te stemmen met de notitie ver gaat. Hij pleit ervoor deze inkoop subregionaal te Opdrachtgeverschap jeugd; Fase 1 op laten plaatsvinden. welke schaal organiseren we de Alleen als de Duin- en Bollenstreek akkoord is met de jeugdhulp. invulling van de jeug&gezinsteams en duidelijk is dat dit niet anders dan regionaal kan, is dit standpunt te heroverwegen. Mevrouw Bloemen brengt naar voren, Het portefeuillehouderoverleg Sociale Agenda dat niet gesproken moet worden dat kleine gemeenten adviseert de volgende punten op te nemen in taken niet aan kunnen. Voor gezamenlijke inkoop het beleidsplan Transitie jeugdhulp: moeten inhoudelijke redenen zijn. Mw. Adema afmaakt een voorbehoud voor Voorschoten 2. In regionaal verband jaarlijks een in verband met samenwerking Wassenaar en preventieprogramma opstellen en de Voorschoten-Leidschendam. inkoop van basisvoorzieningen en Dhr. Maat uit zijn teleurstelling over de positie van de preventie lokaal te regelen. Bollenstreek. Juist in deze trajecten is solidariteit van 3. Jeugd en gezinsteams regionaal gemeenten van belang. Dhr. De Roon distantieert zich organiseren en inkopen en nader van deze veronderstelling. Kleijheeg geeft aan dat als onderzoeken hoe gemeenten de jeugd om inhoudelijk en/of financiële redenen regionale en gezinsteams lokaal kunnen aansturing nodig is, dit bespreekbaar is. aansturen. Voorzitter sluit af met de vaststelling dat in het extra 4. De volgende hulp regionaal inkopen: pho over jeugd in oktober hier verder over a. intensieve ambulante hulp van gediscussieerd wordt. gespecialiseerde aanbieders b. residentiële hulp c. pleegzorg d. crisisdienst e. justitiële maatregelen 5. Het AMHK bovenregionaal organiseren en regionaal in kopen. 6. De schaal waarop begeleiding en verzorging worden georganiseerd later bepalen.
Notitie GGD en decentralisatie (s) (jeugd) in Holland Rijnland
De volgende aanbevelingen over te nemen: 1. De discussie over de rol van de GGD moet plaatsvinden binnen de transitie van de jeugdzorg. De mogelijke consequenties voor de GGD zijn uiteraard onderwerpen voor AB en DB van de RDOG, maar dan
Het portefeuillehouderoverleg Sociale Agenda wordt verzocht:
Dhr. Du Chatinier geeft korte toelichting op het stuk. Hij stelt dat voor alle uitvoerende partijen geldt dat duidelijk moet zijn hoe het traject van de transitie jeugdzorg loopt, en dat de inhoud leidend moet zijn. Soms zal er dan herijking van genomen besluiten nodig zijn.
2.
3.
4.
5.
08
Ontwikkeling virtueel CJG voor professionals Zuid_Holland Noord
ingebracht vanuit het transitieproces en niet los vanuit de GGD. Zo richt de discussie zich dan op de terechte uitwerkingsvraag: “wat betekenen de toekomstmodellen voor de GGD”. De huidige discussie lijkt nu andersom plaats te vinden; De harmonisatieafspraken moeten opnieuw worden bezien. Voor welke delen kunnen ze blijven gelden en voor welke onderdelen niet meer De GGD zal zich flexibel moeten inzetten in beide regio’s. Dit hoeft niet tot meerkosten te leiden als de begroting hierop wordt ingericht. De mogelijke positionering van het AMHK bij de GGD geeft een grote nieuwe taak. Bekeken moet worden wat de organisatorische consequenties hiervan zijn en wat dit betekent voor o.a. de bestuurlijke aansturing, financiering etc. Hier moet vanuit de gemeenten een goed implementatieplan voor worden ontwikkeld samen met GGD en Bureau Jeugdzorg als huidige uitvoerders van AMK en SHG. Gemeenten hebben hierin de regie. Breng deze standpunten en aanbevelingen namens heel Holland Rijnland in, in het DB en AB van de RDOG en houd hier aan vast
Mw. Bloemen geeft aan dat ambtelijk geworsteld wordt met de vraag of de GGD als aanbieder of als gemeentelijke partij moet worden gezien. Verder is het gezien de eerdere harmonisatie-afspraken de vraag wat we moeten doen als Midden-Holland een andere koers vaart mbt het nieuwe jeugdstelsel: ons daaraan aanpassen of de harmonisatie ter discussie stellen. Mw. Goedhart geeft aan dat de harmonisatie in het kader van de WPG is afgesproken. Niet voor de jeugdtaken; als deze ook geharmoniseerd worden, wordt daarmee vooruitgelopen op de uitkomsten van de transitie jeugdhulp. Dhr. Mostert vindt dat de GGD een uitvoerende organisatie is die niet vooruit moet lopen op de uitkomsten van het 3D-traject. Dhr De Roon maakt een voorbehoud bij 2. en 3. waar het gaat om de gevolgen voor afgesproken bezuinigingen. De voorzitter geeft aan dat ook van andere organisaties die bovenregionaal werken, maatwerk voor onze regio wordt verwacht. Daar moet voor de ggd geen uitzondering in worden gemaakt. Alle jeugdhulporganisaties moeten zo goed mogelijk aansluiten op ons model, de inhoud moet leidend zijn. Dhr. Kleijheeg geeft aan voldoende materiaal te hebben om de discussie in db en ab van de ggd aan te gaan. De RDOG moet dan de consequenties aangeven.
1. Het verbeteren van de bestaande CJG website voor professionals www.cjgprof.nl voor de doelgroep professionals rondom het CJG (medewerkers van de netwerkpartners). De structuur van deze website herzien en informatie aanvullen; 2. De bekendheid van het vCJG voor professionals vergroten; 3. Bij de doorontwikkeling van het vCJG voor professionals te kiezen voor scenario 3 (gehele herziening van de
Mevrouw Bloemen is inhoudelijk akkoord en merkt op dat dit inhoudt dat het op de begroting van de GGD komt. Hierover moeten we dan niet vallen. De voorzitter concludeert dat pho akkoord is. Zij geeft nog aan dat het om een incidenteel bedrag voor drie jaar gaat, waarvoor dekking is.
structuur en de teksten van www.cjgprof.nl) in samenspraak met de doelgroep en actief beheer; 4. Incidentele middelen van € 20.640 uit de eindafrekening van het project vCJG te bestemmen voor het doorontwikkelen van het vCJG voor professionals; 5. De GGD Hollands Midden opdracht te geven om de doorontwikkeling van het vCJG voor professionals uit te voeren; 6. De GGD Hollands Midden opdracht te geven het vCJG voor professionals actief te beheren. (Medio 2014 zal naar aanleiding van een eerste indicatieve evaluatie besloten worden over de financieringsmogelijkheden per 2015.)
09
10
3D PersoonsGebonden Budget (PGB)
Beëindiging Samenwerkingsovereenkomst Jongerenloket Holland Rijnland
1. Kennis nemen van de notitie keuzevrijheid 3D en de daarin geformuleerde scenario’s; 2. Te bepalen dat uitwerking in 2014 volgt op basis van inhoud. 3. De notitie aan te bieden aan de gemeenten van Holland Rijnland
Pho is akkoord met voorstel, elke gemeente kan hier zijn voordeel mee doen.
1.Te constateren dat de Samenwerkingsovereenkomst Jongerenloket Holland Rijnland 2013 per 1 januari 2014 eindigt en geen voornemen is tot een nieuwe samenwerkingsovereenkomst te komen.
Ellen Koster (interim teamleider Jongerenloket) geeft een overzicht van de ontwikkelingen sinds het pho van 15 mei. Samenwerking leerplicht en trajectbegeleiders Rmc is verbeterd. Samenwerking met project Ja is verbeterd. Samen met ROC’s en sociale zaken is een kansloket opgezet, waarin de inzet is om gezamenlijk ervoor te zorgen dat jongeren in de WWB weer teruggeleid worden naar school. Trajectbegeleiders Jongerenloket participeren in zorgstructuur MBO Oplopende werkloosheid zorgt voor veel druk op poortwachterfunctie. Dit geldt zowel voor
2. Het Dagelijks Bestuur te verzoeken te komen tot een zorgvuldige opname van de trajectbegeleiding in het kader van de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voor voortijdig schoolverlaten (RMC-functie) in het Regionaal Bureau Leerplicht (RBL) per
1 januari 2014. De huidige personele formatie van het RBL in het Jongerenloket ten behoeve van de uitvoering van RMC-trajectbegeleiding per 1 januari 2014 kan hierbij gecontinueerd worden. 3. Te constateren dat voor de RMCfunctie en leerplichtfunctie beleidsplannen vastgesteld zijn door het AB van Holland Rijnland. 4. Het Dagelijks Bestuur te verzoeken te zorgen voor een zorgvuldige overdracht van de poortwachtersfunctie aan de gemeenten. 5. Vast te stellen dat met het eindigen van de poortwachtersfunctie binnen het jongerenloket, de inzet van 1,76 FTE vanuit de gemeenten in het Jongerenloket per 1 januari 2014 komt te vervallen. 6. Uit te spreken dat een sluitende aanpak voor jongeren op het terrein van onderwijs en werk goede regionale afspraken vergt tussen het onderwijsveld en afdelingen werk en inkomen/sociale zaken van gemeenten en voor het pho Sociale Agenda van 6 november 2013 met een voorstel te komen. 7. In te stemmen met de financiële consequenties: A. de totale gemeentelijke bijdrage in de organisatiekosten van het Jongerenloket ter hoogte van € 197.500,-- komt per 1 januari 2014 te vervallen; dit wordt verwerkt in de eerste begrotingswijziging van de begroting 2014 van Holland Rijnland. B. de frictiekosten als gevolg van het beëindigen van het Jongerenloket
hoog-als laag opgeleiden. Het grote volume leidt ertoe dat er minder aandacht kan zijn voorde Rmc-functie. Dhr. De Haan brengt naar voren, dat er in korte tijd grote stappen zijn gezet. Hij vindt het dapper als taken beëindigd worden. Met dit voorstel komt een betere samenwerking met het project Ja tot stand. Dat is beter dan een onheldere taakinvulling. Dhr. De Haan kan instemmen op voorwaarde dat de regiegroep VSV betrokken wordt in de uitwerking van de nieuwe opzet. De voorzitter zegt dit toe en concludeert dat het pho akkoord is.
worden vastgesteld op basis van bijlage C. de begrote frictiekosten voor 2014 ter hoogte van € 94.450,-- worden ten laste gebracht van de post overlopende passiva Jongerenloket en het overblijvende deel ter hoogte van € 4.677,-- bestemd voor verrekening van de begrote frictiekosten van 2015 en 2016.
10
Rondvraag
Dhr. Mostert informeert hoe het precies staat met uitwerking van de decentralisatie werk. Er is nu een Afstemmingsteam Werkgeversdienstverlening en landelijk wordt in de Werkkamer overleg gevoerd. Wat hebben wij als pho hierin te zeggen. Dhr. De Haan sluit hier op aan. Hij geeft aan, dat de komende Participatiewet opdraagt om per arbeidsmarktregio werkbedrijven te formeren. De centrumgemeente wordt hierop door Ministerie en Programmaraad aangesproken. De vraag ligt nu bij ons hoe wij het Werkbedrijf gaan vormgeven. De invulling hiervan is vormvrij. Dus zijn in ieder geval gedwongen fusies van SW-bedrijven niet aan de orde. Dhr. De Haan denkt aan een bestuurlijke tafel met de drie O’s. In dit kader is een ambtelijke notitie uitgewerkt. Dhr. De Haan wil graag in het volgende gemeenschappelijke pho Arbeidsmarkt een memo inbrengen over dit onderwerp. Mw. Bloemen reageert dat stuurgroep 3D aangewezen is voor voorbereiding en pho Sociale Agenda aangewezen is als 3D forum. Dhr. Schoonderwoerd heeft zitting in stuurgroep 3D en zal zorgen dat dit onderwerp via reguliere lijn van 3D bij het pho komt.
Ondertekening convenant Bondgenootschap geletterdheid Holland Rijnland
Tijdens de lunch is het convenant bondgenootschap geletterdheid Holland Rijnland ondertekend door 40 verschillende partijen. Hiermee maken de bondgenoten voor de komende drie jaar afspraken over hun gezamenlijke aanpak van laaggeletterdheid in de regio. Na een korte film over de problematiek en aanpak van laaggeletterdheid hebben de Stichting Lezen en Schrijven, de roc’s en bibliotheken aangegeven hoe zij het bondgenootschap hierin kunnen ondersteunen. Het bondgenootschap bestaat uit de gemeenten, roc’s, bedrijven, zorginstellingen, bibliotheken, SW-bedrijven, het UWV en een taalinstituut in de regio.