Persconferentie van Evelyne Huytebroeck 25 november 2008 Een instrument voor de strijd tegen binnenluchtvervuiling : de "groene ambulance" 1. De volksgezondheid staat op het spel De kwaliteit van de binnenlucht wordt beïnvloed door tal van factoren, waaronder ook de verontreiniging van de buitenlucht. Maar de meeste stoffen die aanwezig zijn in het binnenmilieu, zijn afkomstig van bronnen binnenshuis. We denken daarbij aan bouwmaterialen, vloer- en muurbekleding, verf, de technische installaties met inbegrip van verwarmingsen verbrandingstoestellen, meubilair, accessoires en onderhoudsproducten. Maar ook aan de activiteiten die binnenshuis worden uitgeoefend, de huisdieren enz. Metingen van diverse stoffen hebben aangetoond dat de concentraties van polluenten zoals ozon, lood en zwaveloxide, die representatief zijn voor de buitenlucht, binnenshuis doorgaans lager liggen dan buitenshuis. Daartegenover staat dat de concentraties van koolstofmonoxide, stikstofoxiden, koolwaterstoffen en aldehyden vaak veel hoger liggen binnen de woningen. Daar waar de luchtvervuiling op werkplaatsen een gekend probleem is dat wordt gereglementeerd door een relatief strikte wetgeving, is de reglementering rond luchtvervuiling in woningen zo goed als onbestaande en heeft het publiek er ook geen oog voor. Paradoxaal genoeg is het nochtans zo dat de mens ongeveer 80% van zijn tijd vertoeft in gebouwen. De binnenluchtvervuiling in woningen vormt dan ook één van de kernproblemen in het kader van de nefaste invloeden van het leefmilieu op de gezondheid. De oorzaken hebben onder meer te maken met een te geringe verversing van de binnenlucht, een verkeerd gedrag en de aanwezigheid van allerhande vervuilingsbronnen, wat leidt tot een accumulatie van chemische en biologische polluenten.
2. De groene ambulance : wat is dat precies ? Sinds eind 2000 is de Regionale Cel voor Interventie bij Binnenluchtvervuiling (RCIB) actief in het Brussels Gewest. Deze dienst, beter gekend als de groene ambulance, heeft tot doel om de arts te helpen bij zijn medische diagnose wanneer die vermoedt dat een gezondheidsprobleem bij zijn patiënt te maken heeft met een blootstelling aan binnenluchtvervuiling in zijn woning. Op verzoek van een arts komt een multidisciplinair team aan huis om chemische en biologische monsters te nemen. Tegelijkertijd wordt een vragenlijst ingevuld met de hulp van de bewoner. Die vragen hebben betrekking op de leefwijze van de bewoner, op zijn gezondheidsproblemen, algemene inlichtingen aangaande de woning... Er worden hem vervolgens ook tips gegeven om de binnenluchtvervuiling tegen te gaan. De analyseresultaten worden naar de arts gestuurd en door de sociaal verpleegkundige
uitgelegd aan de patiënt. 18 maanden later neemt de sociaal verpleegkundige opnieuw contact op met de bewoner om na te gaan in welke mate zijn gezondheidstoestand is verbeterd na toepassing van de adviezen. Ze neemt ook contact op met de arts.
3. De meest voorkomende binnenluchtvervuiling
ziekten
als
gevolg
van
De meeste aanvragen hebben betrekking op de leeftijdsgroep van 18 tot 65 jaar. 30% van de bezoeken is bestemd voor kinderen van 0 tot 6 jaar, waarvan 1 kind op 2 jonger dan 2 jaar is. Het zijn voornamelijk de huisartsen die een beroep doen op de RCIB, gevolgd door pediaters en pneumologen. De interventies hebben hoofdzakelijk betrekking op patiënten met ademhalingsproblemen (neusverkoudheid, sinusitis, astma, bronchitis..…) maar de symptomen kunnen ook huidaandoeningen zijn of meer algemeen van aard zijn (hoofdpijn, chronische vermoeidheid..…).
4. De meest voorkomende polluenten in de woningen De meest voorkomende problemen zijn toe te schrijven aan het verbruiksgedrag (accumulatie van emissies als gevolg van de talrijke gebruikte onderhoudsproducten maar ook door doe-het-zelfactiviteiten en andere bezigheden), aan een slechte ventilatie en verluchting van de lokalen (wij bevelen aan om het raam minstens 2 x 15 min per dag open te laten staan), of nog aan een slecht gebouwconcept. Deze problemen uiten zich in een chemische besmetting van de lokalen, een overmatige vochtigheidsgraad en de ontwikkeling van schimmels die daaruit voortvloeit. Ook de aanwezigheid van huismijt heeft te maken met een ontoereikende verluchting. De meest voorkomende chemische polluenten zijn : benzeen (vaak door het roken); de verschillende stoffen die worden uitgestoten door oplosmiddelen (verf, lijm, onderhoudsproducten); terpeen (hoofdzakelijk uitgestoten door luchtverfrissers); formaldehyde (afkomstig van spaanplaten, bouwmaterialen, cosmetica...); loodhoudende verf : oude verfproducten zijn gevaarlijk wanneer ze afbladderen of tot stof vervallen en lood bevatten. Loodvergiftiging komt vooral voor bij jonge kinderen die stof of schilfers van verf inhaleren of inslikken. In februari 2005 is men begonnen met de analyse van het loodgehalte van verschillende geverfde oppervlakken. De oppervlakken die daarbij onderzocht worden, zijn muren, deuren, raamprofielen, plankenvloeren, trapleuningen… Bij 5,5% van de metingen werden waarden genoteerd die de grenswaarde van 1000 µg/cm² overschrijden. Het gaat dan in hoofdzaak om de muren in traphallen, oude deuren, deurlijsten maar ook raamprofielen en trapleuningen. Hierbij stippen we nog aan dat wanneer een woning meerdere deuren bevat van dezelfde periode met dezelfde verfafwerking, de metingen niet werden overgedaan voor elke deur,
maar dat in zo'n geval wel de patiënt wordt gewezen op de gevaren bij eventuele werken. microdeeltjes : de aard van de deeltjes verschilt tussen de buitenlucht en de binnenlucht. De microdeeltjes in de binnenlucht komen voornamelijk van tabaksrook, keukenactiviteiten, opwerveling (textiel)... De fijne deeltjes die in de buitenlucht worden gemeten, zijn afkomstig van verbrandingsgassen, pollen en klei, bouwwerken, wegvervoer..… We stippen hierbij ook aan dat de analyses worden gedaan wanneer er geen activiteit in huis is, zodat heel wat deeltjes op dat moment niet in de lucht opgewerveld zijn (b.v. het stof van een matras). Bij de biologische analyses vertoonde bijna 40% van de woningen zichtbare schimmelbesmettingen, waarvan 18% een besmettingsoppervlakte had van meer dan 3 m². De meting van huisstofmijtallergenen (Acarex-test) toont aan dat 9% van de onderzochte matrassen een maximumreactie vertoont op de test, terwijl bij 11% een middelmatige reactie wordt genoteerd.
5. De stappen die werden ondernomen om de vervuilingsproblemen aan te pakken Er moet op verscheidene niveaus worden opgetreden. De binnenluchtvervuiling in woningen is het resultaat van een accumulatie van de emissies van chemische en biologische polluenten als gevolg van het consumptiegedrag van de bewoners en van hun verluchtings- of ventilatiegewoonten, in combinatie met de structuur en morfologie van het gebouw waar ze wonen. Er zijn drie rechtstreeks identificeerbare actieniveaus : Het consumptiegedrag; De verluchting en ventilatie van de woningen, met inbegrip van het verluchtingsgedrag en de opbouw van de ventilatiesystemen; Het ontwerp van de gebouwen. Het vaakst gegeven advies heeft betrekking op het algemeen onderhoud van de woning, en meer bepaald de verluchting. Er zijn verscheidene factoren van belang voor het begrijpen, aanvaarden en toepassen van de informatie en de adviezen die worden gegeven. De verstrekte informatie heeft niet alleen betrekking op de gedragingen van de bewoners, maar ook op hun rechten en plichten, op culturele factoren en, heel belangrijk, op de financiële aspecten. Ook de gebouwstructuur en de materiaalkeuze vormen vaak hindernissen voor de degelijke uitvoering van de adviezen. De inrichting als woning van lokalen die oorspronkelijk niet voor huisvesting waren bestemd, kan eveneens aan de bron liggen van de vastgestelde problemen. De moeilijkheden die voortvloeien uit de grootte van de woningen en het aantal bewoners, alsook de eigendomsituaties vormen vaak aspecten van de problematiek die niet zo makkelijk te verhelpen zijn. Remediëring en evaluatie van de invloed op de gezondheid :
Ongeveer een jaar na de remediëring van de vastgestelde problemen wordt een evaluatievragenlijst gestuurd naar de patiënt en naar de arts, om te peilen naar de invloed van de aangereikte oplossingen op de gezondheidstoestand van de patiënt. De resultaten zijn bemoedigend : volgens de artsen zagen 58% van hun patiënten hun gezondheidstoestand verbeteren; bij de patiënten verklaart maar liefst 70% zich beter te voelen.
6. Beter informeren : Op 28 november organiseert Leefmilieu Brussel een specifiek forum rond binnenluchtvervuiling en de gezondheid, in navolging van het forum over gezondheid en leefmilieu dat in 2000 plaatsgreep. Dit forum richt zich tot alle professionals die rechtstreeks of onrechtstreeks te maken krijgen met de problematiek van de binnenluchtvervuiling en de gezondheid in het Brussels Gewest. Dat zijn bijvoorbeeld huisartsen en specialisten, maatschappelijk assistenten, mensen uit de thuiszorg, de mensen van het veldwerk in Brussel, de politieke beslissingnemers, ... Dit colloquium vindt plaats op 28 november 2008 van 9 tot 17 uur, Halles des Tanneurs, Huidevettersstraat 60 - 1000 Brussel Programma in het Persdossier. Meer info : www.leefmilieubrussel.be/forumgezondheid De acties ter verbetering van de kwaliteit van de buitenlucht behoren intussen tot het publieke domein. Voor de luchtvervuiling op de werkplaats bestaat er een strikte reglementering. Maar voor het probleem van de binnenluchtvervuiling in de privésfeer is er nog niet zoveel aandacht. Die binnenluchtvervuiling vormt nochtans een gezondheidsrisico en verdient dan ook een professionele aanpak. De eerstelijnsprofessionals, die nog vaak bij de mensen thuis komen, hebben een belangrijke rol te vervullen in de strijd tegen de binnenluchtvervuiling. De doelstellingen van dit Forum zijn : • • •
Voorstelling van de verschillende hulpmiddelen rond binnenmilieu, huisvesting en gezondheid die werden ontwikkeld voor de professionals Hoe gezondheidsproblemen met betrekking tot het binnenmilieu efficiënt aanpakken ? Sociale dimensie, medische aspecten, welke samenwerking tussen de verschillende diensten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ? Hoe een concrete, transversale samenwerking uitwerken tussen de verschillende actoren van de verschillende beleidsdomeinen ?
7. Conclusie De binnenluchtvervuiling is vaak ernstiger dan de buitenluchtvervuiling.
De vervuiling van de binnenlucht overschrijdt de waarden die voor dezelfde polluenten in de buitenlucht worden gemeten, maar omvat ook nog een hele waaier andere polluenten. De verontreiniging van heel wat woningen is een combinatie van chemische en microbiologische vervuiling. Op het vlak van de chemische contaminaties is de situatie onrustwekkend voor verscheidene gemeten polluenten. De waarden van benzeen benaderen bijvoorbeeld in bijna 45% van de onderzochte gevallen de drempelwaarden voor de buitenlucht. Dat geldt zowel voor woningen van niet-rokers als voor die van rokers. De waarden die worden gemeten voor VOS (vluchtige organische stoffen) zijn eveneens zorgwekkend en wijzen enerzijds op een gebrekkige verluchting van de lokalen en in het bijzonder van badkamers. Anderzijds kan hiervoor geen specifieke bron worden geïdentificeerd, omdat het gaat om een accumulatie van zeer lage concentraties van diverse vluchtige organische stoffen. De gemeten waarden voor formaldehyde liggen hoog en zijn bijzonder onrustwekkend in de kinderkamers, die doorgaans met recent meubilair zijn ingericht. De aanwezigheid van schimmel heeft te maken met vochtproblemen, waarvoor de oorzaak gezocht moet worden in een gebrekkige verluchting en ventilatie van de woningen, of in een slecht ontwerp of een slechte constructie van de woningen. Als bijlage vindt u andere hulpmiddelen die ter beschikking staan van de artsen.
Bijlage : Gezondheid-leefmilieu : andere hulpmiddelen ter beschikking van de artsen De instrumenten die werden ontwikkeld door Leefmilieu Brussel vormen een aanvulling op de waarnemingen van de RCIB. Ze hebben tot doel om bij de huisartsen en andere professionals die in contact komen met de bewoners, een zekere reflex tot stand te brengen. De reflex om een beroep te doen op instrumenten die betrekking hebben op de huisvesting en niet louter op de fysieke gezondheid van de bewoners. PEST in huis Bedoeling van deze gids is de taak van de arts te vergemakkelijken wanneer die wordt geconfronteerd met een gezondheidsprobleem dat mogelijk verband houdt met binnenhuisvervuiling. Deze gids geeft geen volledig overzicht van alle mogelijke pathologieën en polluenten van de binnenhuisvervuiling. Er bestaan al tal van toxicologische naslagwerken die aan die behoefte tegemoetkomen en diverse andere documentatiebronnen kunnen worden geraadpleegd door degenen die zich verder in deze materie willen verdiepen. Een dynamische kaart ter identificatie van de sociale en gezondheidsactoren die zich bezighouden met de huisvestingsproblematiek De kaart van de sociale actoren "Huisvesting en gezondheid" geeft een overzicht van de actoren die op één of andere manier actief zijn op het vlak van de binnenhuisvervuiling in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. U vindt er hun volledige contactgegevens, evenals een korte beschrijving van hun activiteiten. Aan de hand van deze kaart kan een arts bijvoorbeeld te weten komen naar wie hij zijn patiënt best kan doorverwijzen wanneer die te kampen heeft met gezondheidsproblemen die veroorzaakt worden door een slechte woonomgeving. Een vereniging, van haar kant, kan via deze kaart dan weer de medische centra of verzorgingsinstellingen terugvinden die zich bezighouden met de verbanden tussen huisvesting en gezondheid. Deze kaart is een project dat regelmatig evolueert. Leefmilieu Brussel streeft ernaar om het aldus in kaart gebrachte netwerk te vertakken tot op het niveau van de gemeenten. Een gids over de verluchting en ventilatie van lokalen die advies geeft voor elke specifieke situatie Ventilatie is de verversing van lucht in een besloten ruimte, hetzij door natuurlijke of door mechanische verluchting. Een regelmatige ventilatie is een noodzakelijke voorwaarde om een gezond binnenmilieu te behouden. Leefmilieu Brussel heeft een gids en een dynamisch instrument uitgewerkt rond de "Verluchting en natuurlijke ventilatie van bestaande woningen en renovaties in Brussel".
Dit informatiehulpmiddel is bedoeld om dokters, verzorgend personeel, huurders en huurdersverenigingen, renovatieadviseurs enz. te informeren over de impact op de gezondheid van de natuurlijke ventilatie en verluchting van bestaande en te renoveren gebouwen. Per thema, per type vertrek (keuken, slaapkamers enz.) of per situatie reikt deze gids daarbij een aantal praktische tips aan. Het werk verzamelt ook alle nuttige informatie over natuurlijke ventilatie en verluchting van gebouwen. Deze instrumenten zijn beschikbaar via de site www.leefmilieubrussel.be > professionelen > gezondheid Het uiteindelijke doel bestaat erin om toe te zien op de verbetering van de gezondheid door een waaier van efficiënte en complementaire acties.