Pedagogisch Werkplan Kindcentrum De Noorderkroon
BSO de Boomgaard Pedagogisch Werkplan BSO de Boomgaard Olieslagweg 138, Enschede Houder: Stichting Vrijescholen Athena
1
Inhoudsopgave 1. Inleiding ……………………………………………………………………………………………..3 2. Visie en werkwijze ………………………………………………………………...…………........4 2.1. Pedagogiek ………………………………………………………………………….….4 2.2. Aansluiten bij basisschool de Noorderkroon ………………………………………..4 3. Dagelijkse gang van zaken ………………………………………………………………….……5 3.1.1 Soorten opvang…………………………………………………….………..5 3.1.2 Groepsindeling……………………………………………………….……..5 3.1.3 Opendeurenbeleid……………………………………………………..…...6 3.1.4 Personeelsbezetting…………………………………………………...…..6 3.2. Flexibele opvang……………………………………………………………….…….. 7 3.3 3-uurs/half-uurs regeling……………………………………………………………...7 3.4. Open cultuur………………………………………………………………………….…8 4. Randvoorwaarden …………………………………………………………………………………8 4.1 Ophalen door derden en afmelden van kinderen ………………………………..….8 4.2 Achterwacht …………………………………………………………………………..…8 5. Middelen ……………………………………………………………………………………………8 5.1 Dagindeling ……………………………………………………………………………...8 5.2. Huisregels ……………………………………………………………………………...9 5.3. Inrichten binnen en buiten ……………………………………………………………9 5.4. Materialen aanbod …………………………………………………………………….9 5.5. Observatiemethode …………………………………………………………………...9 6. Pedagogisch handelen …………………………………………………………………………..10 7. Rituelen en pedagogisch handelen …………………………………………………………….11 7.1. Belonen en corrigeren …………………………………………………………...11 7.2 Het ophalen van de kinderen ……………………………………………………11 7.3. Activiteiten …………………………………………………………………………12 7.4. Huiswerk ……………………………………………………………………………….12 7.5. Feesten ……………………………………………………………………………...…12 7.6 Eten en drinken ……………………………………………………………………….12 7.7 Vriendjes en vriendinnetjes …………………………………………………………..12 8. Normen en waarden ……………………………………………………………………………...13 8.1. Taalgebruik …………………………………………………………………………….13 8.2. Hoe gaan we om met normen en waarden ………………………………………...13 9. Kwaliteitszorg ……………………………………………………………………………………..15 9.1 Ziekte van kinderen en medicijngebruik ……………………………………….……15 9.2.Zorgkinderen……………………………………………………………………………15 9.3.Inspectie Wet kinderopvang …………………………………………………………15 9.4 aanbevelingen Rapport Gunning …………………………………………………….15 9.4.1. 4 – ogen principe …………………………………………………………15 9.4.2. Procedure rondom werving en selectie ………………………………...16 9.4.3. Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling …………………..16 9.5. Protocollen en richtlijnen …………………………………………………………….16 9.6. Veiligheid ………………………………………………………………………………16 10. Oudercontacten ……………………………………………………………………………..….17 11. Media gebruik …………………………………………………………………………………..18
2
1.
Inleiding
Kindercentrum De Noorderkroon kunt u vinden in het gebouw van ‘Basisschool de Noorderkroon’ aan de Olieslagweg 138 in de wijk Twekkelerveld in Enschede. De opvang vindt plaats in de school de Noorderkroon naast de kleuterklas. Wij hebben beschikking over een eigen vaste en zelf ingerichte ruimte binnen deze school. Daarbuiten delen wij een gezamenlijk handarbeidlokaal, dat bij de school hoort. Bovendien kunnen wij gebruik maken van het schoolplein. Wij onderscheiden ons doordat wij ons nadrukkelijk willen presenteren als een Waldorfkindcentrum. Dit heeft bepaalde consequenties voor de uitstraling, de pedagogische uitgangspunten en de dagelijkse gang van zaken. Wij bieden buitenschoolse opvang voor kinderen van 4 t/m 12 jaar uit Enschede en omgeving. De BSO is gesitueerd in de school de Noorderkroon, waar het samen een kindcentrum mee vormt. Hier is tevens KDV de Noorderkroon gevestigd. BSO de Boomgaard vangt kinderen op in hun vrije tijd en voorziet in een invulling van hun vrije tijd. In principe moeten kinderen bij ons hetzelfde kunnen doen als thuis, aangevuld met extra zaken die specifiek zijn voor opvang in een groep: altijd speelkameraadjes, aanbod van allerlei activiteiten etc. In dit werkplan willen wij omschrijven hoe kinderen bij ons hun vrije tijd in kunnen vullen. Het team van BSO de Boomgaard bestaat uit vaste medewerkers die samen met de kinderen een hechte groep vormen, waarin iedereen zich op zijn gemak voelt. Het team wordt bijgestaan door een locatiemanager die zorgt voor de dagelijkse gang van zaken en deze heeft diverse overlegvormen met de medewerkers van de BSO. Pedagogische medewerkers zijn allemaal gediplomeerd en worden daarnaast opgeleid in het werken binnen het Waldorfonderwijs. Daarnaast zijn we een erkende leerplek voor Stagiaires. Voor een uitvoerige beschrijving zie ons pedagogisch beleidsplan. Op dit moment is BSO de Boomgaard geopend op werkdagen van 15.00 tot 18.30 uur. In verband met de continuroosters die sommige scholen hanteren zijn vangen we de kinderen op als de schooltijden eindigen. De vakantieopvang vindt ook op deze locatie plaats en is open van 8.00 uur tot 18.30 uur. De woensdag en de vrijdag zijn zogenaamde lange dagen. We zijn dan open vanaf het moment dat kinderen uit school komen. Dit kan per school variëren. Uiteraard blijft een werkplan een momentopname. Bij veranderingen wordt dit plan uiteraard aangepast. Deze versie is de meest recente en inhoudelijk vastgesteld op 5 september 2014 en voor de tenaamstelling formeel aangepast op 11 augustus 2014. Eindverantwoordelijk voor dit document is de locatiemanager en tevens schooldirecteur Anne Machiel.
3
2. Visie en werkwijze 2.1. Pedagogiek: Het opvoeden en onderwijzen van kinderen kan praktisch worden ingevuld vanuit de antroposofie. Hierbij gaat het erom dat de pedagoog, dus zowel ouder als pedagogisch medewerker, zich realiseert dat voortdurende studie van de mens(kunde) enerzijds en voortdurende kunstbeoefening anderzijds, mogelijkheden geeft om de opvoeding zelf tot levende kunst te maken. Hierdoor kan het kind zich optimaal ontplooien, het wordt immers aangesproken in zijn denken, voelen en willen of anders gezegd hoofd, hart en handen komen gelijkelijk aan bod. Doordat het kind ziet dat de volwassenen aan zichzelf werken, zich scholen, ontstaat de behoefte om dat zelf ook te doen. Als het kind volwassen is geworden wordt opvoeding dan tot zelfopvoeding.
2.2. Aansluiten bij basisschool de Noorderkroon: De Noorderkroon is een streekschool met leerlingen uit Enschede, Hengelo en Glanerbrug. De school wil opvoeden voor hart, hoofd en handen: bewegelijkheid in het denken, empathie in het voelen en vitaliteit en doelgerichtheid in het handelen. Dit uitgangspunt moet ook te vinden zijn in de visie en werkwijze van het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang. Het gehele onderwijs is doordrongen van expressieactiviteiten. In deze kunstzinnige activiteiten wordt de hele mens aangesproken: tekenen, schilderen, vormtekenen, toneelspel, boetseren, knutselen, muziek en handvaardigheid leveren overal in de week hun bijdrage. Toneel, poëzie en verhalen zijn onderdeel van de literaire beleving van ieder kind. Hierop dient de buitenschoolse opvang op aan te sluiten. De oudste kinderen op de school krijgen een extra stimulans in hun sociale ontwikkeling door jongere kinderen te helpen en een voorbeeld voor hen te zijn. Omdat iedereen een keer jongste en oudste kind in de klas is, wisselen de rollen die het kind heeft in de loop van de schoolperiode. Langzamerhand groeit de interesse voor hoe de mensen de dingen geleerd hebben. Van ‘Hoe maak je inkt’, tot ‘Kun je zelf kaas maken? Een zinvolle handelende verbinding met de omgeving is hier Leitmotiv; niet alleen weten, maar vooral ook zelf maken. Deelgenoot worden van de wereld om je heen. Dat alles is nog doordrongen van fantasie, sterke beleving en verwondering. Er wordt intensief waargenomen, gerekend en geleerd hoe je met de natuur verbonden bent. Ritme van de dag en het jaar Binnen de antroposofie speelt het ritme van de dag en het jaar een grote rol. Zo begint iedere dag met het opkomen van de zon, het midden van de dag en het ondergaan van de zon. Door het jaar heen is er het ritme van de seizoenen. Met de kinderen wordt bij deze ritmes stilgestaan door er over te zingen, verhalen over te vertellen en door de jaarfeesten te vieren. Een deel van de jaarfeesten schenkt op ondogmatische wijze aandacht aan religieuze thema's. Voor een ander deel geven de jaarfeesten ritme en samenhang met de seizoenpatronen in de natuur. Door elke seizoenswisseling een feest te vieren, krijgt het kind meer greep op de tijd en beleeft het de natuur veel intenser. Met de jaarfeesten sluiten wij aan op basisschool de Noorderkroon. Die vieren de volgende jaarfeesten: Michaelsfeest (29 september), St. Maarten (11 november), Advent (december), St. Nicolaas (5 december), Kerst (25 en 26 december), Driekoningen (6 januari), Carnaval, Palmpasen, Pasen/Lentefeest, Pinksteren, St. Jan 24 (juni). De Noorderkroon sluit tevens aan bij het landelijke cultuuraanbod, het aanbod in de Gemeente Enschede, het ‘Scoren in de Wijk’ aanbod van FC Twente, activiteiten van de TU Twente, van de Mileu-Educatieafdeling, de Landelijke Poëziedag en een aantal initiatieven die zij ad-hoc beoordeelt. . Een heel belangrijk en aansprekend hulpmiddel bij het laten zien en volgen van de seizoenen is de seizoenstafel. Op een vaste plek op het kinderdagverblijf is hier ruimte voor gereserveerd. Wij zorgen voor een gezellige sfeer vanuit een menskundig doordachte inrichting, waarin kinderen (en ook de ouders) zich prettig en vertrouwd kunnen voelen, zodat ze zich optimaal kunnen ontwikkelen. We gaan uit van het kind als individu, dat zijn eigen keuzes kan maken en dat een eigen wilsrichting heeft. We proberen het kind zoveel mogelijk te stimuleren en te begeleiden. Het kinderdagverblijf is voor elk kind toegankelijk, ongeacht geloof of levensovertuiging van ouders of verzorgers.
4
3. Dagelijkse gang van zaken 3.1 Soorten opvang, groepsindeling, dagindeling, opendeurenbeleid en personeelsbezetting 3.1.1 Soorten opvang Buitenschoolse opvang Deze vindt plaats op werkdagen van 15.00 tot 18.30 uur op BSO de Boomgaard. Binnen onze vestiging zijn verschillende opvangpakketten mogelijk: - Standaardpakket: opvang wordt geboden tijdens schoolweken maar ook tijdens vakantieweken - Schoolwekenpakket: opvang wordt geboden gedurende schoolweken - Vakantiepakket: opvang wordt geboden gedurende vakantieweken Vakantieopvang Uiteraard is het mogelijk gebruik te maken van opvang tijdens de schoolvakanties. Hierbij gelden een aantal regels: De scholen maken aan het begin van het schooljaar hun vakanties bekend. De locatiemanager stelt vast welke dagen binnen de vakantieopvang vallen voor onze BSO. Dit zijn de dagen die vallen onder de vakantieregeling van het Ministerie van OCW. Door middel van een vakantiebriefje geven ouders aan op welke momenten zij gebruik willen maken van de vakantieopvang en wanneer kinderen niet komen i.v.m. vakantie. Dit geldt voor de contracten inclusief vakantieopvang, het zogenoemde standaardpakket. Als ouders een vakantie invullen, gaan wij er van uit dat het kind niet komt tijdens de opgegeven periode. Mochten kinderen alsnog willen komen, willen wij dit graag tijdig weten. Tijdens de vakantie wordt er gewerkt met een vooraf opgesteld activiteitenprogramma. Meestal is dit programma rond een bepaald thema. Zo kunnen er allemaal activiteiten bedacht worden zoals knutselactiviteiten, sport en spel, maar regelmatig wordt er ook gekozen voor een uitje zoals naar het Hof van Espelo. Studiedagen Tijdens studiedagen zal opvang vaak plaatsvinden op BSO de Boomgaard. Dit wordt van te voren aan de ouders bekend gemaakt. Als een school een vrije dag heeft ingeroosterd die niet onder de vakantieregeling van het Ministerie van OCW valt, dan gelden de volgende regels: De vrije dag moet minstens twee weken van te voren bekend zijn bij de locatiemanager van de BSO en moet door de ouder(s) worden aangevraagd. De periode van twee weken geeft ons de gelegenheid een programma voor die dag op te zetten, personeel te regelen en de opvang en het programma bekend te maken bij de ouders. Er kan opvang geboden worden als er minimaal 5 kinderen zijn die gebruik gaan maken van de opvang. De kosten worden achteraf in rekening gebracht of kunnen vooraf worden voldaan middels de strippenkaart. Daar waar in het verleden andere afspraken zijn gemaakt en waar die afspraken ook schriftelijk bevestigd zijn door beide partijen, kan worden afgeweken van bovenstaande regels. 3.1.2 Groepsindeling BSO de Boomgaard bestaat uit 1 basisgroep, waar maximaal 20 kinderen per dag kunnen worden opgevangen in de leeftijd van 4-13 jaar. De groep heeft in principe vaste medewerkers. De volgende regels worden gehanteerd; 1) Wij bieden opvang voor kinderen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar. 2) Regelmatig gaan de jonge BSO kinderen ook bij ‘beestje’ en/of ‘huisje’ spelen. 3) Bij minder dan 5 kinderen op de bso kan er voor gekozen worden om samen te gaan met de groep, ‘Het beestje’, mits er daar een vaste/bekende pedagogisch medewerker werkt. Binnen onze antroposofische visie vinden we het belangrijk dat jonge kinderen leren van de oudere kinderen en de oudere kinderen leren de jongere kinderen te helpen. De bso kinderen kiezen
5
zelf hun speelmaterialen uit om mee te nemen en hebben de gelegenheid om het gekozen spelmateriaal om te ruilen. 4) Ieder kind is geplaatst in de enige stamgroep op de bso waar maximaal 20 kinderen op een dag kunnen worden opgevangen. 3.1.3 Opendeurenbeleid Op dit moment bestaan er niet twee simultaan optredende groepen van gelijke signatuur. Het open deuren beleid is wel van toepassing op de interactie tussen bso en kdv. He topen deuren beleid is een middel om ruimte te geven aan kinderen, aan te sluiten bij hun behoeften en mogelijkheden, meer mogelijkheden bieden voor eigen initiatief, zorgen dat kinderen zichzelf kunnen en mogen zijn. Het idee is dat kinderen meer de ruimte en mogelijkheid tot exploreren krijgen, wanneer zij de mogelijkheid hebben om met regelmaat buiten hun stamgroep te spelen. Vooral de interactie tussen verschillende leeftijden is van belang. Het open deurenbeleid passen wij toe met de verticale groep (0-4 jaar) ‘het beestje’, die met een binnendeur aan de bso vast zit. Kinderen krijgen de ruimte om ook op de andere groep te spelen, met in achtneming van klein speelgoed. 3.1.4 personeelsbezetting De toewijzing van aantallen pedagogisch medewerkers aan de basisgroep vindt plaats volgens de verhoudingen zoals die voortkomen uit de Regeling Kwaliteit Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en zoals die beschreven staan in het pedagogisch beleid. De inzet van het aantal pedagogisch medewerkers vindt plaats middels de rekentool die hiervoor speciaal ontwikkeld is; 1ratio.nl Regeling Binnen BSO de Boomgaard wordt gewerkt met een vast team van pedagogisch medewerkers waarbij gestreefd wordt naar één of twee vaste pedagogisch medewerkers per groep, zodat er met zowel de kinderen als de ouders een vertrouwensrelatie kan worden opgebouwd. Op momenten van ziekte of tijdens vakanties van een van de medewerkers wordt er gewerkt met zo veel mogelijk vaste invalkrachten . Deze medewerkers zijn bekend met de manier van werken binnen Catalpa Kinderopvang. Wel zorgen we ervoor dat er altijd minimaal een vaste pedagogisch medewerker aanwezig is. Gezien de kleinschaligheid van onze BSO wordt er regelmatig gebruik gemaakt van medewerkers die zowel op het KDV als op de BSO van de Boomgaard bekend zijn. Verhouding tussen groepsleid(st)ers en aantal kinderen Voor de BSO geldt 1 pedagogisch medewerker voor 10 aanwezige kinderen.
Actieve pedagogisch medewerkers Wij zijn partner van het kind in zijn ontwikkeling. Door te kijken, luisteren en mee te doen kunnen wij afstemmen op wat kinderen nodig hebben. Wij scheppen voorwaarden voor leren en ontwikkeling door bijvoorbeeld aandacht voor groepssfeer, inrichting en materialen en het zorgen voor veiligheid en duidelijkheid. Daarnaast zien wij kansen voor spel, leren en contact die zich spontaan voordoen. We grijpen deze kansen door aan te sluiten bij wat het kind doet en beleeft gedurende de verschillende verzorgings- én speelmomenten van de dag. We creëren kansen door activiteiten aan te bieden en kinderen uit te nodigen mee te helpen bij de dagelijkse werkzaamheden op en om het kinderdagcentrum. De daarvoor benodigde beroepstechnieken worden geleerd in de aangeboden scholing vanuit het Ervarend Leren. Directie en bestuurder: Binnen onze organisatie kennen we twee leidinggevende functies. a. De directeur heeft de dagelijkse leiding van het kinderdagverblijf in handen voor de tijd van de transitiefase: Anne Machiel, bereikbaar op 053-4354654;
[email protected]. b. De bestuurder. Deze vertegenwoordigt formeel het houderschap. Alle functionarissen in de hierboven genoemde functies zijn in het bezit van een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) afgegeven door het Ministerie van Justitie.
6
In de transitiefase wordt onderzocht op welke wijze een adequate leidinggevende positie moet worden ingevuld. Rechtspersoon en houderschap moeten opnieuw worden vormgegeven. Dit geschiedt in overleg met de raad van toezicht van de St. Vrijescholen Athena. Leidinggevende De locatiemanager/directeur is het eerste aanspreekpunt voor pedagogisch medewerkers. Verder biedt hij aan pedagogisch medewerkers o.a. werkbegeleiding en ondersteuning bij knelpunten, bijvoorbeeld door individuele, groeps-, team-, kindbesprekingen. Daarnaast draagt zij zorg voor deskundigheidsbevordering, bijscholing en het inroepen van deskundigen indien nodig. Ook onderhoudt hij contacten met de oudercommissie (en ouders wanneer die niet terecht kunnen bij de pedagogisch medewerker). 3.2. Flexibele opvang Bij BSO de Boomgaard is er flexibele opvang mogelijk. Dit is op basis van een bemiddeld aantal uren per maand mogelijk op basis van een contract. Ouders zorgen dat voor de eerste dag van de voorgaande maand de aanvraag bij de locatiemanager bekend is . Kinderen met een flexibel contract worden opgevangen op de groep Boompje. Ruilen en incidenteel en structureel afnemen van extra dagen Het is mogelijk om incidenteel een extra dag (deel) af te nemen buiten de vaste contracturen en een dagdeel te ruilen. Extra afname of ruilen kan binnen de eigen groep van het kind mits het aantal kinderen dit toelaat. Het structureel afnemen van een extra dagdeel is mogelijk, mits het aantal kindplaatsen dit toelaat, aangezien er sprake is van een 1 groeps dagverblijf. De locatiemanager geeft toestemming voor het ruilen van dagen en het incidenteel en structureel afnemen van extra dagen. • Bij zowel het incidenteel als structureel afnemen van extra dagen dient dit schriftelijk vastgelegd te worden.
3.3 3-uurs/half-uurs regeling Vakantie en roostervrije dagen In de ochtend worden de kinderen in de gehele ruimte opgevangen door een vaste pedagogisch medewerker. De tweede pedagogisch medewerker komt later in de ochtend, zodat de PKR wordt gewaarborgd. Het overschrijden van de PKR mag aan de dagranden en gedurende de pauzetijd. Voor de dagranden betekent dit maximaal 1,5 uur en in pauzetijd maximaal 2 uur aaneengesloten (niet langer dan de werkelijke duur van de pauzes). Tijdens het ophaalmoment worden de kinderen in de gehele ruimte of buiten opgevangen door een vaste pedagogisch medewerker. Hierbij worden de groepen van de dag samengevoegd. In het basisrooster begint de laatste pedagogisch medewerker uiterlijk om 09:30 uur. De dienst van de eerste pedagogisch medewerker van de groep, mag op het basisrooster niet eindigen voor16:30 uur. Schoolweken In de reguliere schoolweken, wordt er ten hoogste een half uur afgeweken van de PKR. De diensten eindigen niet voor 16.30 uur tenzij een pedagogisch medewerker is ingezet voor een halve dag. In de middag is er altijd een pedagogisch medewerker om 15.00 uur aanwezig . Daarnaast kan het zijn dat er een pm-er onder voorbehoud wordt ingepland en geldt de volgende regeling: - De tweede pedagogisch medewerker van de groep begint uiterlijk om half tien. De diensten eindigen niet voor 16.30 uur tenzij een pedagogisch medewerker is ingezet voor een halve dag. In de ochtend begint altijd 1 pedagogisch medewerker om 8 uur. Daarnaast kan het zijn dat er een medewerker onder voorbehoud wordt ingepland. Zij belt om 9 uur of zij nodig is en begint uiterlijk om half 10. De pauzes zijn ‘s middags tussen 13.30 en 14.30 uur.
7
3.4. Open cultuur Binnen het kindcentrum de Noorderkroon heerst een open cultuur.Dit houdt in dat medewerksters elkaar aanspreken en knelpunten signaleren. De pedagogisch medewerk(st)ers kunnen altijd terecht bij de locatiemanager i.c. de directeur. Er is wekelijks inhoudelijk en praktisch overleg in de teamvergadering op een vast tijdstip waar alle vaste medewerkers worden verwacht. Er kan altijd een gesprek ingepland worden met vragen en opmerkingen. Bij functioneringsgesprekken komt de samenwerking tussen collega’s aan bod. Hierdoor wordt inzichtelijk op welke manier de open cultuur in praktijk wordt vormgegeven. Daarnaast wordt er door de locatiemanager gestuurd op de communicatie (feedback geven, verbeterpunten etc.) binnen het team. De locatiemanager handelt op het moment wanneer zich situaties voordoen die de open cultuur binnen de locatie in de weg staan.
4.
Randvoorwaarden
4.1 Ophalen door derden en afmelden van kinderen Mocht de ouder niet zelf komen ophalen dat moet de ouder dit doorgegeven hebben bij de pedagogisch medewerker. Zonder dit bericht geven wij geen kinderen mee. Wij vragen de ouder tijdig wijzigingen zoals ziekte, afmelding of vakantie door te geven 4.2 Achterwacht Mochten er onverhoopt zaken mislopen, is er op BSO de Boomgaard ten alle tijden een achterwacht regeling in werking. Tevens kan men bij calamiteiten gebruik maken van de BHV’ers van de basisschool de Noorderkroon. Voor de vakantieperiode geldt dat er geen gebruik gemaakt kan worden van personeel van de basisschool de Noorderkroon. Gezien de kleinschaligheid van het kinderdagverblijf en de BSO maken we op de volgende manier gebruik van de achterwachtregeling. Er zijn altijd twee volwassen mensen aanwezig in het pand. Dit kan ook in de school zijn. Voor alle dagen is KDV de Noorderkroon achterwacht van BSO de Boomgaard. Bij calamiteiten wordt de school eveneens ingelicht. Daarna wordt de locatiemanager op de hoogte gebracht. Daarnaast is er een vaste pm-er die binnen een kwartier op de locatie aanwezig kan zijn. Tijdens vakanties en ziektes wordt hiervoor voor een vervanger gezorgd. Naam en het telefoonnummers van alle medewerkers zijn bekend en in de eigen telefoon en diensttelefoon opgenomen.
5. Middelen 5.1 Dagindeling Bij binnenkomst op BSO de Boomgaard hangen kinderen zelf hun jas op en zetten hun tas weg. Papieren die ze op school hebben gekregen mogen kinderen in hun eigen tas stoppen of anders in hun eigen postvakje. Gezamenlijk gaan we aan tafel. Ieder kind heeft geen eigen plek en mag dus zelf weten waar het gaat zitten aan tafel. Het fruit komt op tafel, eventueel geschild of ongeschild, en aansluitend eten we een gezonde koek of crackers, rijst wafels, ontbijtkoek, beschuit (max. twee per kind), deze worden aan tafel gesmeerd. In het kader van onze antroposofische visie maken wij gebruik van biologische producten. Voordat we gaan eten en drinken wordt er gezamenlijk “smakelijk eten en drinken” gezegd. Tijdens dit tafelmoment mogen kinderen vertellen wat ze die dag gedaan hebben op school of wat ze bijvoorbeeld in het weekend hebben meegemaakt. We stimuleren kinderen zoveel om iets te eten en te drinken als ze uit school komen, maar het is niet verplicht. Natuurlijk proberen we wel ieder kind iets te laten drinken en/of eten. Zeker met warm weer vinden we dat belangrijk. Als een kind
8
structureel te weinig eet of drinkt, bespreken we dit met ouders. Na het eten/drinken schuiven de kinderen hun stoel aan en brengen hun beker naar de keuken of een kind haalt alle bekers op. Aan tafel wordt verteld wat er die dag op het programma staat. Kinderen mogen zelf kiezen of ze aan deze activiteit mee willen doen. Ze zijn het niet verplicht. Als kinderen iets voor zichzelf willen doen dan is dat prima. Tijdens de schoolweken houden we het volgende schema aan: 15.00 – 15.30 Ophalen en ontvangen van de kinderen 15.30 – 16.00 Eten en drinken aan tafel 16.00 – 17.00 Georganiseerde activiteit of vrij spelen 17.00 – 18.30 Vrij spelen en spelletjes, kinderen worden opgehaald Tijdens de vakantieopvang houden we het volgende schema aan: 08.00 – 09.00 kinderen kunnen worden gebracht 09.30 aan tafel voor drinken, fruit en crackers 10.00 – 11.30 vrij spelen of een geplande activiteit 12.00 broodmaaltijd 13.00 – 15.00 expressie of rustig aan tafel spelen 15.30 aan tafel voor drinken, fruit en crackers 16.00 – 17.00 vrij spelen of geplande activiteit 17.00 – 18.30 kinderen kunnen worden opgehaald Deze indeling is globaal en afhankelijk van geplande activiteiten. Zeker in de vakantie stimuleren we kinderen om mee te doen aan de geplande activiteiten, maar ze zijn het niet verplicht. 5.2. Huisregels De huisregels zijn in een apart document opgenomen. 5.3. Inrichten binnen en buiten De ruimte van BSO de Boomgaard ligt op de begane grond van basisschool de Noorderkroon. De ruimte is zodanig ingericht dat de antroposofische visie van zowel de school als het kinderdagverblijf en de BSO tot uiting komt. In de school is een handarbeidlokaal waar we gebruik van mogen maken. Een ruim schoolplein waar spelactiviteiten gedaan kunnen worden en gebruik gemaakt kan worden ligt voor de lokalen van KDV en BSO. 5.4. Materialen aanbod Op de BSO hebben we zeer uitlopend speelgoed. Er is zowel binnen- als buitenspeelgoed. Het speelgoed is gericht op de verschillende leeftijden van de kinderen op de BSO en wordt regelmatig vernieuwd/bijgevuld. Voor de keuze voor het aanschaffen van nieuw speelgoed wordt ook de mening van de kinderen gevraagd. Het is tenslotte voor hen bedoeld. Als kinderen uitgespeeld zijn met bepaald speelgoed, wordt hen geleerd dit eerst op te ruimen voordat ze iets anders gaan doen. Hebben zij samen gespeeld, dan ruimen ze samen op. Als de kinderen niet opruimen wordt door de pedagogisch medewerkers gevraagd dit alsnog te doen. Daarbij wordt uitgelegd waarom wij dit belangrijk vinden. Al het spelmateriaal is vanuit de eigen antroposofische visie samengesteld. 5.5. Observatiemethode Voor het kijken naar welbevinden, betrokkenheid en de ontwikkeling van uw kind wordt het Catalpa Ontwikkelingsvolgsysteem voorlopig nog gevolgd. Daarnaast wordt het inlevend observeren in de temvergaderingen beoefend. Het helpt de pedagogisch medewerker om kinderen beter te leren begrijpen, adequaat op hun behoeftes, mogelijkheden en beperkingen in te kunnen spelen en activiteiten te kiezen die hierbij aansluiten.
9
6. Pedagogisch handelen Op de BSO gaat de pedagogisch medewerker een lange termijn relatie aan met de kinderen van zijn/haar groep. De kinderen bouwen zo een vertrouwensband op met de pedagogisch medewerkers, waardoor de rol die de pedagogisch medewerker kan spelen in de ontwikkeling van de kinderen optimaal kan zijn. Alle pedagogisch medewerkers beschikken over zes pedagogische interactievaardigheden in de omgang met kinderen, te weten: 1. Kunnen tonen van sensitieve responsiviteit; 2. Kunnen respecteren van de autonomie van het kind; 3. Kunnen structureren, oriëntatie bieden en grenzen stellen; 4. Kunnen verwoorden, gesprek voeren, tonen, voordoen en uitleggen; 5. Kunnen stimuleren van ontwikkeling; 6. Kunnen begeleiden van interacties tussen kinderen. Daarnaast worden pedagogisch medewerkers meegenomen in de bijscholingscycli van de school de Noorderkroon mb.t. een antroposofische werkwijze. Vooral met de kleuterjuf wordt veel overlegd. Kunnen tonen van Sensitieve responsiviteit Het geven van emotionele ondersteuning. Hierdoor leert een kind dat zijn signalen en initiatieven worden opgemerkt, dat het serieus genomen wordt en de moeite waard is. Wij benutten en creëren kansen voor oogcontact en aandacht; - Wij verwoorden onze handelingen zodat de kinderen weten wat er gaande is en zich veilig kunnen voelen; - Kinderen worden begroet bij binnenkomst. Hun naam wordt daarbij genoemd. “Goedemiddag Karin, fijn dat je er bent”; - tijdens het wennen geven wij extra aandacht aan het nieuwe kind en zijn/haar omgeving (zie wenbeleid); - Wij geven vaak complimenten en aanmoedigingen: “goed zo, ga zo door” - Wij geven regelmatig een ‘aai over de bol’; - Wij bereiden de kinderen voor op wat er komen gaat: “over 5 minuten …. ”.
Kunnen respecteren van de autonomie van het kind Het tonen van respect voor de eigenheid van het kind, dat zelf iemand wil zijn en zelf de wereld wil ontdekken. Dit betekent dat wij het kind de ruimte laat zelf op ontdekkingstocht te gaan, op een veilige manier. Dat betekent ook dat wij zoeken naar alternatieven voor het kind als de situatie gevaarlijk of ongewenst kan zijn. - Wij dagen kinderen uit zelf te ontdekken en stellen uitdagingen, wekken verwondering - We spreken met kinderen over wat er kan gebeuren en leren hen daarmee omgaan; - Wij maken gezamenlijk regels voor het stoeien, zodat de kinderen wel kunnen en mogen stoeien; - De kinderen hebben keuzevrijheid, waardoor zij in overleg zelf kunnen bepalen wat zij willen doen; - Kinderparticipatie, kinderen betrekken bij bepaalde beslissingen; - Wij denken in mogelijkheden als een kind iets wil. Structureren, oriëntatie bieden en grenzen stellen Door situaties voor het kind te structuren en uit te leggen, krijgt het kind zicht op de situatie en kan er daardoor beter mee om gaan. Door een krachtige oriëntatie voor hem neer te zetten kan het zijn wilsrichting beter realiseren. -
Eerst doen we dit, dan dat en tenslotte als het ons allemaal lukt ….
10
- Als we gaan wandelen ben ik benieuwd wie de mooiste boomwortel vindt. - Wij bereiden kinderen voor op het opruimen: “ nog even spelen en dan zeg ik hoe we gaan opruimen” - Je mag kiezen uit de volgende drie dingen
Kunnen verwoorden, gesprek voeren, tonen, voordoen en uitleggen - Wij voeren gesprekken met kinderen, bv over wat er buiten te zien is; - We laten hen vertellen wat ze hebben meegemaakt - Wij geven kinderen uitleg over het verkeer als wij van school naar de bso lopen - We doen voor hoe je oversteekt - We tonen met gebaren wat we gaan doen - We tonen onze betrokkenheid in woord en gebaar Ontwikkelingsstimulering Het stimuleren van ontwikkeling. Door kinderen uit te dagen iets nieuws te proberen, zonder hen te overvragen worden zij gestimuleerd om zich verder te ontwikkelen -
Wij geven de kinderen suggesties om verder te komen in hun ontwikkeling: “misschien kun je het ook zo doen”, of “misschien kun je een vliegtuig maken, wat zou je nog meer kunnen doen en maken?” Misschien kun je dit ook wel met één hand op je rug. Zou jij hem willen vertellen hoe je het hebt gedaan?
Het begeleiden van interacties tussen kinderen. Door bewust op leeftijdsniveau de interacties tussen kinderen te begeleiden, leren zij op een positieve manier samen te zijn en samen te werken; - Kinderen mogen zelf iets organiseren als zij dat willen. Als een kind een buitenspel wil doen, zeggen wij: “Dat is een goed idee, hoe wil je dat regelen, wat heb je nodig, ga het maar doen…”
7. Rituelen en pedagogisch handelen 7.1. Belonen en corrigeren De pedagogisch medewerkers kunnen er voor kiezen een kind te belonen, om positief gedrag, een positief zelfbeeld en/of zelfvertrouwen te stimuleren. Dit wordt o.a. gedaan door het geven van extra aandacht, een compliment, een sticker of een kaartje. Negatief gedrag wordt afgeremd en bijgestuurd, door aan te geven waarom het gedrag negatief wordt gevonden en te vertellen/voor te doen hoe het anders kan. Afhankelijk van de situatie kan de pedagogisch medewerker ervoor kiezen het kind enkele minuten te laten nadenken over het gebeurde en daar dan ook weer op terug te komen zodat het voorval goed en duidelijk wordt afgesloten. 7.2 Het ophalen van de kinderen Het ophalen van de kinderen vanaf school gebeurt op BSO de Boomgaard te voet (via de eigen ingang school) of met de taxi. De kinderen worden begeleid door een pedagogisch medewerker. De pedagogisch medewerker heeft een lijst met namen bij zich van de kinderen die deze dag komen, aangevuld met eventuele afmeldingen of bijzonderheden. Om bij onregelmatigheden ouders of anderen te kunnen bellen heeft de medewerker een mobiele telefoon mee.
11
De medewerkers zijn minimaal 5 minuten voor uitgaan van de school aanwezig op het afgesproken afhaalpunt bij de school. Op het schoolplein verzamelen de kinderen op een bepaalde plek, deze plek is ook bekend voor de leerkrachten van de school. Op dit moment is er ook altijd eventueel tijd voor een overdracht met de leerkracht van het kind. Als alle kinderen er zijn lopen we twee-aan-twee hand-in-hand naar BSO de Boomgaard of stappen de kinderen in de taxi. Als een kind na schooltijd niet naar de BSO gaat, moet dit gemeld worden door de ouders/verzorgers aan de BSO. 7.3. Activiteiten Het verblijf van kinderen op de BSO staat in het teken van vrije tijd. Wij bieden geen dwingend activiteitenprogramma aan. Kinderen kunnen, binnen de regels van de BSO, doen en laten wat zij zelf willen. Meestal bieden wij wel een of meerdere activiteiten aan. Uiteraard worden de activiteiten zoveel mogelijk afgestemd op de leeftijd, interesses en behoeften van de kinderen. Ook kunnen we kinderen begeleiden in een activiteit die zij zelf bedenken en willen gaan uitvoeren, maar als een kind nergens zin in heeft moet dit ook, tot op zekere hoogte, kunnen. Activiteiten die de kinderen kunnen beoefenen zijn: • Binnen of buiten spelen met allerlei speelgoed. • Allerlei groepsspelletjes, zowel binnen als buiten, bijvoorbeeld een gezelschapspel of samen buiten met de bal. • Knutselactiviteiten • Workshops • Sport- en spelactiviteiten buiten of op het schoolplein • Vrije expressie 7.4. Huiswerk Als kinderen huiswerk mee krijgen van school is er een mogelijkheid om dit op de BSO te maken. Dit gaat in overleg met de ouders. Een pedagogisch medewerker kan uw kind begeleiden tijdens het maken van het huiswerk, als daar behoefte aan is. 7.5. Feesten Als kinderen jarig zijn, kunnen ze, als ze dat willen, hun verjaardag ook op de BSO vieren. Dit beslissen de kinderen zelf of in samenspraak met hun ouders. Ze zijn niet verplicht om hun verjaardag op de BSO te vieren. Als we een verjaardag vieren zingen we met z’n allen voor de jarige, die op een stoel of op de tafel mag staan. De jarige mag trakteren. Wij geven de voorkeur aan een gezonde traktatie. Aan de verschillende feestdagen wordt uiteraard aandacht besteed. Zo wordt er bijvoorbeeld naar de specifieke feestdag toegeleefd door de BSO naar het thema in te richten, bijvoorbeeld carnaval, Pasen, Sinterklaas, Kerst etc. Met carnaval mogen de kinderen bijvoorbeeld op een van te voren afgesproken dag verkleed komen om met z’n allen Carnaval te vieren. En ook op de BSO zorgt de Sint voor een paar mooie cadeaus die voor de hele groep bedoeld zijn. Onze antroposofische kinderopvang en bso hechten veel waarde aan de jaarfeesten. Zo vieren wij het St. Jansfeest, het St. Michaëls feest, Kerst en Pasen/Pinksteren uitgebreid. 7.6 Eten en drinken Op BSO de Boomgaard vindt op reguliere dagen 1 eetmoment plaats. De kinderen krijgen wanneer ze uit school komen iets te eten (fruit en cracker of gezonde koek) en drinken. In de vakantie bieden we de kinderen een broodmaaltijd en drinken aan en in de morgen en middag fruit en een tussendoortje ( en drinken). Wij hebben alleen biologische producten. Af en toe krijgen kinderen een snoepje, maar bij BSO de Boomgaard maken we hier geen dagelijkse gewoonte van. Uiteraard houden wij rekening met eventuele allergieën en/of diëten van kinderen. Als kinderen zelf snoep meenemen wordt dit bewaard in de tas of in het postvakje van het kind om mee naar huis te nemen. Wekelijks bakken we ons eigen brood en ook de koekjes bakken we veelal zelf.
12
Allergievoeding Op het moment dat er een kind met een allergie start op de BSO of als een reeds aanwezig kind een allergie ontwikkeld vragen wij aan ouders om dit zo spoedig mogelijk kenbaar te maken aan een van de pedagogisch medewerkers zodat daar met de voeding rekening mee gehouden kan worden. Ouders dienen een schriftelijke verklaring van huisarts, consultatiebureau, diëtist of ziekenhuis mee te brengen voor in het dossier van het kind. Dit kan dan ten alle tijden worden geraadpleegd door de pedagogisch medewerkers. Op de BSO beschikken wij over een standaardformulier met daarop alle producten die wij beschikbaar hebben. Ouders kunnen dit formulier zelf invullen, zodat op de BSO duidelijk is welke producten het kind wel of niet mag hebben uit onze eigen voorraad. Het kan zijn dat een kind niet alles mag hebben en wij op de BSO er ook geen passend alternatief voor hebben. Dan vragen wij aan ouders of zij de passende producten voor hun kind zelf willen aanschaffen en voorzien van naam willen afgeven aan de pedagogisch medewerkers. Wij bewaken dan de houdbaarheidsdatum en geven tijdig aan ouders door wanneer het product bijna op is. Op het moment dat de ouder het product koopt weten wij zeker dat het juiste product is aangeschaft. Naast de dagelijkse producten is het voor het kind ook fijn als er iets voor handen is wat het kind kan eten op het moment dat een ander kind iets trakteert. De pedagogisch medewerkers geven verder ook aan de ouder door als er iets speciaals wordt gegeten of gedronken bijvoorbeeld ten tijde van een feest of een activiteit. 7.7 Vriendjes en vriendinnetjes In overleg is het mogelijk dat er een vriendje of vriendinnetje op de BSO komt spelen. Als kinderen aangeven dit graag te willen, zal de pedagogisch medewerker in overleg met het team bepalen of dit mogelijk is. Vervolgens zal met de desbetreffende ouder worden overlegd. In dit overleg wordt gevraagd naar een telefoonnummer en bijzonderheden m.b.t. bijvoorbeeld eten en drinken. Zonder telefoonnummer kan het kind niet op de BSO komen spelen. Vriendjes en vriendinnetjes die structureel meekomen naar de BSO worden gewezen op de mogelijkheid van de strippenkaart. Voor structurele opvang dient immers betaald te worden.
8. Normen en waarden 8.1. Taalgebruik Binnen het dagverblijf is de spreektaal Nederlands. 8.2. hoe gaan we om met normen en waarden In de interactie tussen de pedagogisch medewerkers en de kinderen is er sprake van een constante overdracht van normen en waarden. Wat mag en wat mag niet? Wat hoort en wat hoort niet? In dit proces verkennen kinderen hun grenzen en geven de medewerkers deze grenzen aan. De normen en waarden die binnen de BSO gehanteerd worden zijn over het algemeen de in de maatschappij geldende normen en waarden. Enkele voorbeelden zijn: -‐ We zijn eerlijk tegen elkaar -‐ We gebruiken geen scheldwoorden of grof taalgebruik -‐ We doen elkaar geen pijn -‐ We gaan voorzichtig met spullen om Afwijkend gedrag Afwijkend gedrag kan zich uiten in bijvoorbeeld extreem verlegen, extreem stil of juist hyperactief gedrag, pesten of agressief gedrag. Kinderen die dit gedrag regelmatig vertonen, worden op het werkoverleg besproken met alle pedagogisch medewerkers. Ook kunnen deze kinderen eventueel worden geobserveerd om te kijken of onze indruk de juiste is. In dat geval wordt er contact opgenomen met de ouders om onze ervaringen met hen te bespreken. Indien ouders akkoord zijn met een observatie wordt onze consulent zorgkinderen erbij gehaald. Problemen en conflicten
13
Kinderen worden zoveel mogelijk gestimuleerd zelf hun sociale problemen op te lossen. Wanneer kinderen daarin niet slagen of wanneer steeds hetzelfde kind als “winnaar” of “verliezer” uit de strijd komt, bieden de pedagogisch medewerkers hulp. De kinderen wordt geleerd rekening met elkaar te houden door voor te doen hoe je door overleg tot overeenstemming kunt komen. Als zich echte conflicten tussen kinderen voordoen, worden alle betrokken kinderen aangesproken door de pedagogisch medewerkers. Afhankelijk van het soort conflict gebeurt dit met elk kind afzonderlijk of met de groep kinderen. Ze worden aangesproken op het feit at hun gedrag niet correct is en waarom dat zo is. Ook worden er alternatieven aangeboden om een dergelijke situatie in de toekomst op een andere manier op te lossen. Pedagogisch medewerkers zien hierop toe en zullen daarbij eventueel de nodige begeleiding bieden. Als een conflict meerdere keren voorkomt en gepaard gaat met zeer heftige emoties van een kind, wordt dit bij de overdracht met de ouders besproken. Vooroordelen en pesten Op de BSO wordt getracht te voorkomen dat bij kinderen of in het team vooroordelen ontstaan. De pedagogisch medewerkers reageren steeds op de kinderen en op elkaar, zodra men merkt dat in spel of gesprek vooroordelen naar voren komen. Pesten of gedrag dat neigt naar pesten is op de BSO absoluut ontoelaatbaar. In het geval dat er een vermoeden is van pesterijen wordt dit in het team besproken, zodat hier direct maatregelen tegen kunnen worden genomen. Ook kan worden besloten om contact op te nemen met de ouders. In dit geval wordt dit ook met het kind/ de kinderen besproken. Om pesten zoveel mogelijk te voorkomen geldt de “STOP HOU OP!”regel. Deze regel is ter voorkoming van ongewenst gedrag van kinderen ten opzichte van andere kinderen. Als iemand iets bij je doet, wat je niet wilt, zeg je “stop, hou op!”. De ander moet dan stoppen. Als diegene dat niet doet, wordt hij/zij extra serieus door de pedagogisch medewerkers aangesproken. Omdat ook veel basisscholen deze regel hanteren, zijn de meeste kinderen op de hoogte van deze regel. Inspraak van kinderen De kinderen hebben inspraak op het dagelijkse gebeuren. Denk hierbij aan het tijdstip waarop ze iets willen drinken of eten, de activiteiten die ze willen doen, de thema’s die we kiezen, de aanschaf van nieuw speelgoed, enz. Dit gebeurt allemaal spelenderwijs. Door naar de reden van hun keuze te vragen, krijgen we een aardig beeld van hun mening en ideeën en daar proberen we rekening mee te houden. We nemen de kinderen serieus, luisteren naar de kinderen en overleggen met ze. Afhankelijk van het onderwerp en de kosten worden sommige ideeën ook uitgevoerd.
14
9. Kwaliteitszorg 9.1 ziekte van kinderen en medicijngebruik Ieder kind is weleens ziek. Kinderen die niet fit zijn, hebben behoefte aan een rustige, vertrouwde omgeving waar ze de nodige aandacht en verzorging kunnen krijgen. Deze vinden ze het liefst thuis. Op de BSO kan uw kind niet goed meedoen met het groepsgebeuren, mogelijk forceert het zichzelf. Voor de pedagogisch medewerkers is het soms onmogelijk hun aandacht te verdelen tussen het zieke kind en de andere kinderen in de groep. Als een kind ziek is heeft dit dus gevolgen voor het kind zelf maar ook voor de andere kinderen in de groep. Zeker bij besmettelijke ziekten. Als een kind ziek op de BSO aankomt en er kan niet worden voldaan aan de benodigde aandacht dan neemt een van de pedagogisch medewerkers contact op met de ouder om te overleggen of het kind moet worden opgehaald. Wij volgen hierin de richtlijnen van de GGD. Medicijngebruik Op de BSO wordt door de pedagogisch medewerkers geen medicijnen verstrekt, tenzij dit echt noodzakelijk is en de medicijnen op doktersvoorschrift voorgeschreven zijn. Na raadplegen van het “Protocol Toediening geneesmiddelen” wordt besloten of op het verzoek kan worden ingegaan. Hiervoor is in alle gevallen schriftelijke toestemming van de ouders noodzakelijk. De volledige procedure staat beschreven in het reeds genoemde “Protocol Toediening geneesmiddelen”. Direct na binnenkomst op de BSO neemt een de van de medewerkers het medicijn in bewaring. Op de manier wordt voorkomen dat het in de tas blijft zitten en bereikbaar is voor andere kinderen. Het bewaren van de medicijnen gebeurt in een hoog (niet door kinderen bereikbaar) keukenkastje of indien nodig in de koelkast. 9.2. Zorgkinderen Zorgkinderen worden dagelijks besproken door de pedagogisch medewerkers en locatiemanager. Ouders worden altijd op de hoogte gebracht wanneer er sprake is van zorg. Ook werken we samen met andere zorginstellingen in Enschede zoals de jeugdgezondheidszorg 4-12 jaar en het centrum voor Jeugd en gezin. Binnen de organisatie kan hulp worden gevraagd bij een pedagogisch coach. 9.3. Inspectie Wet kinderopvang De GGD inspecteert in opdracht van de Gemeente jaarlijks alle locaties of er kwalitatief goede kinderopvang wordt geleverd. Hierbij wordt gekeken of er voldaan wordt aan de kwaliteitseisen op het gebied van ouderinspraak, personeel, veiligheid en gezondheid, accommodatie en inrichting, groepsgrootte en beroepskracht-kind-ratio, pedagogisch beleid en pedagogische praktijk, klachten en voorschoolse educatie. De GGD rapporten zijn inzichtelijk voor alle ouders. De GGD stuurt de oudercommissie het definitieve rapport. De locatiemanager zorgt dat het rapport ingezien kan worden door de ouders en plaatst het op de website. 9.4 Aanbevelingen Rapport Gunning 9.4.1. 4 – ogen principe In december 2010 is de Commissie Gunning ingesteld i.v.m. de zedenzaak die in Amsterdam heeft gespeeld. Hier zijn enkele aanbevelingen uitgekomen waaronder het vier ogen-principe. Op verschillende manieren proberen wij een goede invulling te geven aan het vier-ogenprincipe. Vier ogen-principe: Het streven is om er zoveel mogelijk voor te zorgen dat de pedagogisch medewerkers nooit structureel alleen in een groep zijn maar altijd gehoord en/of gezien worden. Dit realiseren wij door de aanwezigheid of directe nabijheid van pedagogisch medewerkers, stagiaires, groepshulpen, ouders tijdens de breng en haal momenten en aanwezigheid van locatiemanager. Ook is de BSO transparant, deuren open en zoveel mogelijk ramen.
15
Tijdens de haal en/of breng momenten, vakantie periode en de dagen waarop minder kinderen aanwezig zijn zullen we op een verantwoorde manier de groepen samenvoegen met BSO de Reuzenvlinder. Ouders worden hier vooraf over geïnformeerd. Het halen van een boodschapje of uitstapje zal ook altijd onder begeleiding van minimaal twee personen zijn. Op deze manier verkleinen we niet alleen het risico ten aanzien van seksueel misbruik, maar ook het risico ten aanzien van kindermishandeling en kan er sneller en effectiever worden ingegrepen als een kind of een pedagogisch medewerker iets overkomt. 9.4.2. Procedure rondom werving en selectie Nieuwe medewerkers worden geworven volgens de procedure Werving en selectie van de afdeling HR. Deze procedure is in te zien bij de locatiemanager. 9.4.3. Meldcode Huiselijk Geweld en Kindermishandeling Binnen BSO Boomgaard werken wij met de Meldcode Huiselijk geweld en Kindermishandeling. Elke pedagogisch medewerker handelt volgens deze Meldcode. De pedagogisch medewerk(st)ers zijn middels een (team)vergadering getraind om te werken met dit protocol. Tijdens (team) vergadering wordt er aandacht besteedt aan de borging van dit protocol. De locatiemanager is aangesteld als aandachtfunctionaris. De Meldcode ligt op iedere groep en de ingevulde sociale kaart zit eveneens in deze map. Ook op hete kantoor bij de locatiemanager is de meldcode aanwezig.
9.5. Protocollen en richtlijnen Op BSO de Boomgaard wordt gewerkt met diverse protocollen en richtlijnen. Verschillende protocollen zijn bijvoorbeeld: Toediening geneesmiddelen, Meldcode huiselijk geweld kindermishandeling, Veilig Slapen en Hygiëne en voedselveiligheid. De protocollen map is te vinden op de groep. 9.6. Veiligheid “Een ongeluk zit in een klein hoekje”. Deze uitspraak is zowel thuis als op de BSO van toepassing. Overal en altijd kan wel iets gebeuren. Om ongelukjes echter zoveel mogelijk te voorkomen of letsel zo ver mogelijk te beperken zijn er verschillende voorzorgsmaatregelen getroffen: • BSO de Boomgaard is ingedeeld en ingericht conform de eisen van de brandweer en de GGD. • Ons materiaal en speelgoed voldoet aan de veiligheidsnormen. • Speelgoed wordt regelmatig gecontroleerd op schade. Kapot speelgoed wordt direct weggegooid en zo snel mogelijk vervangen. • In de school de Noorderkroon is een calamiteitenplan aanwezig • Er vindt jaarlijks tenminste een ontruimingsoefening plaats • Voor aanvang van de BSO zijn de pedagogisch medewerkers aanwezig om de ruimtes en de tuin te controleren op onveilige dingen. Voor ongevallen registratie wordt het incidentenformulier Kindcentrum De Noorderkroon gebruikt. Een kopie zit altijd in de Arbo map. Indien er een ongeval gebeurt, wordt er een ongevallenregistratieformulier ingevuld. Deze wordt na invulling verstuurd naar de GGD.
16
10.
Oudercontacten
Aanname Voordat een kind op onze bso komt, spreekt de pedagogisch medewerker met de ouders een datum af voor een intakegesprek. In dit gesprek vertelt de pedagogisch medewerker iets over de organisatie, ons concept en de manier waarop wij werken. De ouders vertellen ook iets over hun kind en hoe het thuis gaat. Of wat ze belangrijk vinden. In overleg met de ouder(s) bespreken we wat wenselijk is qua wennen (voorafgaan aan de plaatsingsdatum). Over het algemeen komt een kind één dagdeel wennen in zijn of haar nieuwe groep (waarbij altijd wordt voldaan aan de beroepskracht/kindratio). De ouder wordt dat dagdeel bij het wegbrengen in staat gesteld om met de pedagogisch medewerkster nog een keer alles goed door te nemen m.b.t. hun kind. Mocht het nodig zijn voor ouder of voor het kind (indien het kind al wat ouder is) dan kan er vaker gewend worden. Dit wordt altijd in overleg met de ouders afgesproken. Wennen voorafgaand aan de plaatsingsdatum kan maximaal twee dagdelen. Voortgang Ook als het kind al langer bij ons is vinden we het belangrijk om goede contacten met de ouders te onderhouden. In het 10-minuten gesprek gaat het met name over de ontwikkeling van hun kind. En verder zijn er de de ouderavonden en deelname aan de oudercommissie. Ook middels de nieuwsbrief worden ouders op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen. Deze wordt digitaal verstuurd. Op verzoek kan de brief ook op papier worden verstrekt en via de pedagogisch medewerkers uitgedeeld worden. Afsprakenformulier Met de kinderen en hun ouders worden afspraken gemaakt over de mate van vrijheid die het kind mag hebben op de BSO. Dit gebeurt aan de hand van een afsprakenformulier. Uiteraard wordt dit formulier tussentijds aangepast aan de veranderende behoefte van het ouder wordende kind. Halen en brengen Wij vinden belangrijk dat ouders de gelegenheid hebben om rustig te halen en te brengen.Er is dan even gelegenheid om met elkaar in gesprek te komen. In ons ouders-als-medewerkers-concept zijn goede oudercontacten essentieel. Ouders kunnen altijd bij de pedagogisch medewerk(st)ers of locatiemanager terecht met vragen en/of opmerkingen. Basisvoorwaarden hiervoor zijn respect en begrip voor ouders en hun eventuele denkwijze en omgekeerd. Oudercommissie De oudercommissie bestaat uit betrokken ouders waarmee wij graag in gesprek gaan over de lopende gang van zaken en toekomstige verbeteringen. In de oudercommissie zijn ouders van zowel het KDV als de BSO vertegenwoordigd. De oudercommissie vergadert ongeveer 1x in de 5 a 6 weken. De locatiemanager is hierbij aanwezig. Van de vergaderingen worden notulen gemaakt. Zelfevaluatie Elke 2 jaar vindt er een digitale zelfevaluatie van het kindcentrum plaats. Hierin wordt geëvalueerd hoe ouders bepaalde zaken ervaren en welke verbetervoorstellen zij hebben.
17
11. Media gebruik Rondom het gebruik van sociaal media zijn afspraken gemaakt (zie protocol in de map) Mobiele telefoon en social media De regels rondom het gebruik van mobiele telefoons, het maken van foto’s en social media zijn aangescherpt. Hieronder de afspraken: • • • • • • •
• •
• •
•
Mobiele telefoons zijn niet toegestaan op de groep. Er worden geen foto’s en/of filmpjes met eigen fotocamera en/of mobiele telefoon gemaakt op de vestiging. Dit gebeurt alleen met een camera die eigendom is van het kinderdagverblijf. Met de camera van het kinderdagverblijf mogen er foto’s gemaakt worden van de verschillende activiteiten, uitjes, verjaardagen en bijvoorbeeld voor het ontwikkelingsvolgsysteem op het kinderdagverblijf. Het is niet toegestaan om ontklede kinderen of kinderen in luiers te fotograferen en/of te filmen. Op verzoek van ouders mogen foto’s gemaakt worden met een camera van ouders/verzorgers. Op deze foto’s mogen ook andere kinderen, tenzij die ouders hebben aangegeven dit niet te willen (dit kan aangegeven worden in het intakeformulier). Deze foto’s blijven in het bezit van betreffende ouders/verzorgers. Externen zoals bijvoorbeeld pers, fotografen, studenten, tv programma’s of andere externen mogen geen foto’s en/of filmpjes maken op de vestiging. Hier moet altijd toestemming voor gevraagd worden. Dit kan de locatiemanager aangeven bij zijn of haar clustermanager. Beeldmateriaal blijft op de vestiging. De foto’s en/of filmpjes worden op de bedrijfscomputer en/of laptop ge-upload en in mapjes geordend en opgeslagen. Beeldmateriaal wordt niet thuis ge-upload vanaf de camera. Wanneer er foto’s afgedrukt worden gebeurt dit alleen met toestemming van de locatiemanager. Foto’s en/of filmpjes die gemaakt worden op de vestiging of tijdens een buitenactiviteit worden niet geplaatst op het internet en dan met name de sociale media zoals: Hyves, Facebook, Twitter, Blogs of een eigen website. Van alle pedagogisch medewerk(st)ers wordt verwacht dat zij zich aan deze regels houden. Daarnaast hebben de pedagogisch medewerk(st)ers een meldingsplicht als collega’s zich hier niet aan houden. De locatiemanager ziet er op toe dat bovenstaande afspraken worden nageleefd en spreekt de pedagogisch medewerk(st)ers aan wanneer dit niet gebeurt.
18