Participatiepeiling ‘Zaanse inwoners maken het verschil’ Een nieuwe participatiemix voor bewoners die maatschappelijke ondersteuning ontvangen 1 — 2015 - 2020
1 Onder maatschappelijke ondersteuning verstaan we een vorm van ondersteuning en begeleiding door zorgverleners die de zelfredzaamheid of het sociaal functioneren van mensen herstelt of bevordert. In dit stuk gebruiken we de term ondersteuning wanneer we het over maatschappelijke ondersteuning hebben.
Zaanse inwoners kunnen meepraten Samen het verschil maken is geen loze kreet in Zaanstad. Gemeente Zaanstad wil dat iedereen kan meepraten over beleid en uitvoering. En zeker de inwoners die ondersteuning krijgen. We hebben het dan over Zaankanters die een beroep doen op ondersteuning én over mensen in hun netwerk: mantelzorgers, vrijwilligers en (pleeg)ouders. Juist nu de gemeente een groter beroep doet op netwerken (familie, buurt, school), is het extra belangrijk dat die inwoners en hun omgeving het beleid mede kunnen bepalen. Dat vraagt om participatievormen die inwoners in staat stellen om regelmatig en op een eenvoudige manier, hun mening en ideeën te geven over hoe gemeente Zaanstad de ondersteuning vorm geeft. Daarom bekijkt de gemeente opnieuw hoe de cliëntparticipatie is georganiseerd. Past dit nog bij de huidige tijd, en wat vinden inwoners regelmatig en eenvoudig wanneer we van hen vragen om mee te praten? Op welke manier geven zij het liefst hun mening? In augustus en september is een ParticipatiePeiling gehouden. • Er zijn gesprekken gevoerd met inwoners die ondersteuning krijgen en mensen uit hun netwerk. • Er was een klankbordgroep betrokken van experts op het gebied van participatie. • Er is gesproken met leden van de Wmo Participatieraad, de Cliëntenraad Werk en Inkomen, de Seniorenraad en met AdviesRaaz. • Er zijn 2 digitale enquêtes uitgezet. De bevindingen uit deze peiling hebben geleid tot 5 uitgangspuntenvoor cliëntparticipatie van deze tijd. Onder andere op basis van de uitkomsten van deze Participatiepeiling zal Zaanstad in de komende periode haar cliëntparticipatie vernieuwen. Hieronder volgen eerst de participatie-uitgangspunten. Daarna wordt ingegaan op de doelgroepen die zijn betrokken in het proces. Vervolgens komen de resultaten van de participatiepeiling breder aan bod.
Participatie-uitgangspunten Mensen die in Zaanstad ondersteuning krijgen, kunnen hun ideeën en mening laten horen op een manier die bij hen past. Dát is de stip aan de horizon die we als gemeente voor ogen hebben als het gaat om cliëntparticipatie. Voor deze visie hanteren we een aantal uitgangspunten: Inwoners én hun netwerk We richten ons op inwoners die ondersteuning krijgen én op het informele netwerk dat hen ondersteunt: mantelzorgers, (pleeg)ouders, andere familieleden, vrienden en buren om hen heen, vrijwilligers en buddy’s. Divers Inwoners met ondersteuning kunnen meepraten op een manier die bij hen past: formeel en informeel, digitaal en in dialoog. De nieuwe participatiemix is net zo divers als de groep die mee wil praten en doen.
2
Toegankelijk Om het makkelijker te maken om mee te praten gaan we gesprekken in de wijk organiseren en vermijden we ambtelijke taal. Interactief Ambtenaren, hulpverleners en samenwerkingspartners benaderen inwoners actief en in een vroeg stadium van beleidsvorming, - en uitvoering. Beleid en uitvoering worden alleen in overleg met degenen die het raakt gemaakt. Plezierig Meepraten en meedoen moet leuk zijn. Er moet ruimte zijn voor iedereen om mee te doen op een manier die vrolijker, leuker en actiever is dan vergaderen in een zaaltje. Vanuit kracht en niet uitsluitend vanuit een problematiserend perspectief.
De Participatiepeiling Om te achterhalen wat inwoners met ondersteuning belangrijk vinden als het gaat om participatie is een Participatiepeiling uitgevoerd. 1) We hebben vertegenwoordigers van de cliëntenorganisaties Wmo Participatieraad, AdviesRAAZ, Seniorenraad ,Cliëntenraad Werk en Inkomen en een medewerker van het landelijk programma Aandacht voor Iedereen gevraagd om in een klankbordgroep mee te denken over de vormgeving van de Participatiepeiling. Leden van de klankbordgroep hebben hun wensen voor vernieuwing van de cliëntenparticipatie verteld. Zo werd onder meer aangegeven dat het opener zou moeten zijn. Niet altijd dezelfde mensen bereiken maar juist velen laten meepraten. Het zou meer levenslust moeten hebben en van afwachtend naar proactief moeten gaan waardoor mensen vroeg worden bereikt. 2) We zijn in gesprek gegaan met leden van de huidige raden. Door hen werd onder andere benoemd dat er vooral vanuit de cliënt moet worden gedacht, dat er meer kennis in de stad is dan er nu uit wordt gehaald, dat de raden en inwoners vroeg betrokken moeten worden zodat ze goed in de materie kunnen duiken en dat de benadering van thema’s meer in samenhang moet waardoor zij doelgroep overstijgend worden. 3) Aan inwoners met ondersteuning en hun omgeving is gevraagd waar zij invloed op zouden willen hebben. En op welke manieren zij hun ideeën en meningen zouden willen laten horen over hoe ‘hulp’ eruit zou moeten zien in Zaanstad. In augustus en september 2015 trokken er reporters op uit. Zij voerden gesprekken met een brede groep Zaankanters die op verschillende gebieden ondersteuning krijgen en met de mensen die hen daarin bijstaan. Deze gesprekken werden aangevuld met een digitale enquête, via het Zaanpanel en andere kanalen. De gesprekken vonden plaats bij de Sociale Wijkteams, de Jeugdteams, Centra Jong, bij mensen thuis en telefonisch. De resultaten van deze peiling staan verderop uitgewerkt.
Het merendeel van de deelnemers aan onze Participatiepeiling speelt een belangrijke rol in de ondersteuning van kwetsbare bewoners: mantelzorgers, (pleeg)ouders of andere familieleden en mensen die op een andere manier als supporter in het netwerk van deze inwoners optreden. Jongeren met ondersteuning en mensen die van de maatschappelijke opvang gebruik maken zijn in de peiling ondervertegenwoordigd. De gemeente onderneemt aanvullende acties om alsnog met deze inwoners in gesprek te komen. Tijdens de groeps- en individuele gesprekken is meermaals aangegeven dat men blij is te worden benaderd en dat men hoopt dat dit iets bijdraagt aan het (veranderen) van beleid van de gemeente. Driekwart van de deelnemers heeft gegevens achtergelaten omdat zij in de toekomst vaker willen meedenken en praten. Alleen dat is al een geweldige opbrengst van de Participatiepeiling, naast de inhoudelijke opbrengst. Aan de deelnemers werden twee hoofdvragen gesteld: WAAROVER wil je meepraten? En HOE wil je meepraten? De oogst van de Participatiepeiling is verwerkt in de 5 uitgangspunten.
Wat zeggen de wetten? Voor de Wmo, de Jeugdwet, en de Participatiewet moet de gemeente de invloed van bewoners regelen. De Wmo, de Jeugdwet en de Participatiewet stellen eisen aan de manier waarop de gemeente cliëntparticipatie moet regelen. Samengevat uit de verschillende wetten is de gemeente verplicht om uit te werken hoe zij inwoners • in staat stelt om voorstellen voor het beleid te doen; • vroegtijdig in staat stelt om gevraagd en ongevraagd advies te geven; • voorziet van ondersteuning; • in staat stelt om deel te nemen aan periodiek overleg; • in staat stelt om onderwerpen voor de agenda van dit overleg aan te melden; • voorziet van de benodigde informatie.
3
Om welke inwoners gaat het? Profielen: Cliënten en hun omgeving inwoner maatschappelijke opvang minima werkzoekende familie, vrienden, buren
uitkeringsgerechtigde inwoner met psychische problemen of verslaving
buddy ouder naar jeugdteam moeder, vader van …
kind/ jongere
inwoner met beperking (lich./versatnd./psych.) pleegouder
“ Geef me 1 iemand die dit hele ingewikkelde systeem begrijpt.”
Inwoners maatschappelijke opvang “Voor mij is de locatie belangrijk, en wat je er kan doen met anderen.” Dagbesteding en als het mogelijk is betaald werk, geeft deze inwoner zijn autonomie terug. Isolement ligt op de loer, een maatje brengt hem of haar weer onder de mensen. Inwoners met een beperking (lichamelijk, verstandelijk, psychisch, verslaafden) “Ik wil graag regie over mijn eigen leven.” Onderdeel uit maken van de samenleving, in de wijk mensen kennenen begeleiding aan huis zijn voor deze inwoners voorwaarden om regie te behouden. Inwoners die ondersteuning krijgen op het gebied van werk en inkomen (mensen met een kleine beurs, werkzoekenden, uitkeringsgerechtigden) “Ik wil meepraten over welk vrijwilligerswerk ik doe, en hoe vaak. Het is essentieel dat wanneer je een uitkering krijgt, je invloed hebt op het uitkeringsbeleid.” Tussen mensen zonder werk met een uitkering van de gemeente heb je heel wat verschillen. Sommigen zijn aan het re-integreren richting werk, anderen doen vrijwilligerswerk, als tegenprestatie of als opstapje naar werk. Sommigen hebben al heel lang een uitkering. Een aantal doet beroep op bijzondere bijstand. Het is een groep waar veel schaamte heerst.
4
ouder op school of KDV
Jongeren die ondersteuning krijgen “Voorkom koste wat kost uithuisplaatsing; dat heeft mij meer slecht dan goed gedaan.” Jongeren die op allerlei manieren ondersteuning krijgen. Op school, thuis of in een opvangsituatie. En extra kwetsbaar zijn omdat vaak anderen over hen beslissen. Schrijf in gewone taal: kinderen moeten hun eigen dossier kunnen lezen. En hun netwerk: (Pleeg)ouders van minderjarigen “Wij kunnen vertellen hoe het gaat werken voor ons in het dagelijks leven. Je wilt als (pleeg)ouder iets te zeggen hebben over het rugzakje.” (Pleeg)ouders van minderjarigen willen van betekenis zijn voor een kind of jongere. Zij hebben behoefte aan autonomie en erkenning van hun positie en ervaring. Zij zijn altijd bereid mee te lezen en een praktische toets uit te voeren op wat de gemeente bedenkt. Mantelzorgers en het persoonlijke netwerk van kwetsbare inwoners (familie, vrienden, buren). “Ik mis 1 centraal aanspreekpunt. Het systeem is te complex.” Mantelzorgers zijn vaak iedere dag, soms 24 uur, in touw voor een naaste. Jonge mantelzorgers willen vooral hulp van vrienden en vriendinnen. Buddy’s in allerlei soorten en maten “Ik wil anderen helpen met mijn ervaring en netwerk.” Buddy’s en ervaringsdeskundigen willen diepgaand investeren in persoonlijke relaties; vinden het tijd om ‘terug te geven’. Door ervaring, kennis, ingangen via het eigen netwerk, steun bieden aan jonge en/of kwetsbare mensen.
WAAROVER willen Zaankanters meepraten? Kwalitatief onderzoek Het onderzoek van de peiling was een kwalitatief onderzoek. Men kon altijd meerdere antwoorden geven en eigen antwoorden aanvullen. In de persoonlijke interviews zat een extra vraag ten opzichte van de digitale enquêtes. In deze rapportage laten we de top 3 van meest genoemde antwoorden zien.
Ik wil graag meepraten over Begeleiding Sociaal Wijkteam/ jeugdteam Thuiszorg Mantelzorg Begeleiding bij vrijwilligerswerk
In totaal hebben we 78 inwoners gesproken die ondersteuning krijgen én hun netwerk (mantelzorgers, vrijwilligers, ouders en andere helpers) in individuele én groepsgesprekken. Waarbij we hebben geprobeerd om zoveel mogelijk inwoners met verschillende vormen van ondersteuning te spreken. Daarnaast hebben ruim 200 mensen die ondersteuning krijgen én hun netwerk een digitale enquête ingevuld via het Zaanpanel of een andere ingang. Aan alle deelnemers is gevraagd waarover zij vooral mee willen praten. De meest genoemde onderwerpen zijn de begeleiding door het Sociaal Wijkteam en de die door de thuiszorg. Daarnaast wil men graag verder praten over mantelzorg en de begeleiding bij vrijwilligerswerk.
Ondersteuning Over het soort ondersteuning Over de methode die wordt ingezet Over de wijze waarop er met mij wordt omgegaan
Beleid Over de uitvoering – loopt deze goed?
Als het gaat om ondersteuning willen mensen vooral meepraten over de soort ondersteuning/ hulp die men krijgt en over wie hen ondersteunt. Ook de methode die wordt ingezet en de wijze waarop er met mensen wordt omgegaan scoort hoog. Als het gaat om beleidszaken wil men vooral meepraten over hoe de uitvoering loopt en wat de effecten van beleid zijn. Daarnaast worden ook de andere zaken belangrijk gevonden zoals de eigen invloed op het dossier en de eigen regie en het meedenken over plannen voor de toekomst.
Over toekomstplannen WMO, jeugdwet, Participatiewet Over de evaluatie van beleid: kwaliteit, planning, financiën
Regelzaken Over de budgetten – waar wordt het geld aan besteed, hoe hoog moet de eigen bijdrage zijn Over wat ik moet bijhouden
Als het gaat om regelzaken geeft men aan te willen meepraten over waaraan budgetten worden besteed. En over wat men moet bijhouden: formulieren en administratie/ bureaucratie. Als het gaat om samenwerking/communicatie wil men meepraten over hoe de zaken rond Sociale Wijkteams en Jeugdteams zijn geregeld en over hoe betaalde krachten en professionals samenwerken. Met elkaar, maar ook met mantelzorgers, vrijwilligers, familie en buren. Ook wil men graag meedenken over de manier waarop men geïnformeerd wordt over de mogelijkheden van ondersteuning.
(formulieren, administratie)
Samenwerking en communicatie Over hoe zaken rond wijkteams en jeugdteams zijn geregeld Over hoe betaalde krachten samenwerken Over de wijze waarop ik geïnformeerd wordt over de
Belangrijke rol voor Sociale Wijkteams en Jeugdteams Sociale Wijkteams en Jeugdteams hebben de opdracht om vraaggericht te werken en dus inwoners actief te betrekken bij het bepalen van hun werkwijze en aanbod. De gemeente regelt niet hoe zij dat moeten organiseren. Uit de Participatiepeiling blijkt dat inwoners willen meepraten over veel zaken die bij de Sociale Wijkteams en Jeugdteams worden uitgevoerd. De gemeente zou in contracten, voortgangsgesprekken en evaluaties meer kunnen sturen op het vroegtijdig en regelmatig betrekken van inwoners bij de ontwikkeling van beleid en werkwijzen en bij de uitvoering van taken.
mogelijkheden van ondersteuning
5
HOE willen Zaankanters meepraten? In de Participatiepeiling is gevraagd hoe men graag betrokken wil worden en hoe vaak en welk niveau van invloed men wil hebben. Digitaal en in dialoog De meeste mensen vinden een digitale enquête het prettigste, met een groepsgesprek als goede nummer twee. Ook individuele interviews of schriftelijke enquêtes zijn populair. Sociale media worden weinig genoemd: tussen Facebook, Twitter of WhatsApp scoort Facebook het hoogst. Hier moet wel bij vermeld worden dat jongeren met ondersteuning en inwoners van maatschappelijke opvang bijna niet zijn vertegenwoordigd in deze peiling en andere voorkeuren zouden kunnen hebben. Het is niet verrassend dat de genoemde manieren precies de wijze weerspiegelen waarop de peiling is aangepakt. Gezien de positieve reacties op de individuele en groepsgesprekken en het grote aantal mensen dat de digitale enquête heeft ingevuld, zijn dit blijkbaar participatieinstrumenten die aanspreken en vaker ingezet kunnen worden.
Hoe wil je meepraten? Digitale enquête Groepsgesprek Schriftelijke enquête/interview Interview
Een aantal keer per jaar meepraten Er is gevraagd hoe vaak men wil meepraten. De meeste mensen die willen meepraten, gaven aan een paar keer per jaar, eens per kwartaal te willen meepraten. Al is er ook een aantal mensen die maandelijks betrokken zou willen worden. Inwoners willen dus geregeld hun inzet geven. Vooral adviseren, met potentie voor co-productie De participatieladder die de gemeente gebruikt, is onbekend bij inwoners. Na uitleg dat de gemeente nu meestal advies vraagt, maar dat participeren óók gaat over meebeslissen en coproductie, gaven deelnemers meestal aan de niveaus van raadplegen en adviseren voldoende te vinden, zoals ook nu de inspraak van de participatieraden is ingericht. Sommige inwoners willen meer invloed. Een aantal inwoners met een beperking wil meebeslissen, en mantelzorgers, minima en pleegouders geven aan ook te willen coproduceren.
6
Dit sluit aan bij de wens van de gemeente om meer van buiten naar binnen te werken. Door projecten te zoeken waarbij juist verdergaande samenwerking (co-productie) met inwoners mogelijk is, kan hier meer ervaring mee opgedaan worden.
Hoe wil je invloed uitoefenen? (Participatieladder van Zaanstad) Adviseren Raadplegen Meebeslissen/ coproduceren
Informeel meepraten heeft de voorkeur In de persoonlijke interviews werd de extra vraag gesteld of men liever formeel via een raad of informeel via andere wegen zou willen meepraten. 36 mensen gaven aan op informele manieren betrokken te willen worden en advies te willen geven. 29 mensen hebben de vraag niet beantwoord. 2 mensen gaven aan dat dit afhankelijk was van de situatie. 11 mensen gaven aan advies te willen geven vanuit een formele rol, met de bijbehorende officiële status van bijvoorbeeld lidmaatschap van een Participatieraad. De gemeente haalt op dit moment haar adviezen meestal bij de formele inspraakorganen. Gezien de bereidheid van de inwoners om op informele manieren mee te praten kan (en moet) de gemeente hier vaker aanvullende instrumenten voor inzetten.
Hoe nu verder?
Colofon
De participatiepeiling heeft 5 uitgangspunten opgeleverd waarmee gemeente Zaanstad toe kan werken naar een nieuwe praktijk voor cliëntparticipatie. Onderdelen daarvan zullen onder andere zijn hoe de formele participatie in te richten, hoe de nieuwe participatiemix er uit gaat zien en wat dit vraagt van de gemeente om die vernieuwing te borgen.
Met dank aan: De leden van de klankbordgroep ·· Debby de Ruiter, stichting Advies Raaz. http://www.raaz.nu ·· Nikolai Maitimu, stagiair stichting Advies Raaz. ·· Geertje Magielsen, stichting ‘Geef mij de kans’ voor kinderen met een beperking. ·· Edo Paardekooper Overman - voorzitter Wmo Participatieraad Zaanstad en lid van de landelijke Cliëntenraad Sociale Zekerheid. ·· Hans Vrouwe, vicevoorzitter van de Cliëntenraad Participatiewet (voorheen WWB-raad). ·· Marten van Tuijl, van de Wmo Participatieraad Zaanstad. ·· Volker Renaud, lid van de seniorenraad http://seniorenraadzaanstad.nl en voorzitter van de Cliëntenraad Participatiewet. ·· Yvonne Steemers, Adviseur versterking Wmo, team Noord-Holland. ·· De inwoners van Zaanstad die hebben deelgenomen aan de Participatiepeiling. ·· De medewerkers van maatschappelijke partners die hebben meegewerkt aan de Participatiepeiling. ·· De leden van de projectgroep: Alice Hornick, Jasmijn Ben Salah, IJdwer van den Oever, Bart Rijke, Simon Broersma en André Meijer van Putten. ·· Anke van Beckhoven en Boukje Keijzer van 7Zebra’s die het proces van de Participatiepeiling en de totstandkoming van deze Participatiepeiling hebben ondersteund.
Alle inwoners die hebben meegewerkt aan de Participatiepeiling en hun gegevens hebben achtergelaten, ontvangen deze notitie zodat zij kunnen zien wat hun input heeft opgeleverd. Begin 2016 wordt mede op basis van de Participatiepeiling een voorstel uitgewerkt voor het college en de gemeenteraad om de cliëntparticipatie te vernieuwen.
7
gemeente Zaanstad December 2015