adviseurs in verkeer
Parkeermotiefonderzoek station Sassenheim
Onderzoeksperiode: Maart, april, mei, augustus en september 2013
In opdracht van:
Gemeente Teylingen
Datum:
1 november 2013
Rapportnummer:
594.R.01.E01
adviseurs in verkeer
Documentatiepagina Opdrachtgever(s)
:
Gemeente Teylingen
Titel rapport
:
Parkeermotiefonderzoek station Sassenheim
Kenmerk
:
594.R.01.E01 :14
Datum publicatie
november 2013
Projectteam opdrachtgever(s)
:
De heer H. de Vries
Projectteam Bureau de Groot Volker
:
Maarten Minkjan, Robbert Volker
Projectomschrijving
:
Het uitvoeren van een parkeermotiefonderzoek bij het nieuwe NS-station in Sassenheim om de geconstateerde parkeerdruk
in
kaart
te
brengen
oplossingsrichtingen te bieden. Gegevens
:
Bureau de Groot Volker A
Spoorstraat 11 | 6953 BW Dieren
T
0313 – 496 816
E
[email protected]
I
verkeersonderzoek.nl
en
eventuele
adviseurs in verkeer
Inhoudsopgave 1
2
3
4
Inleiding
1
1.1
Aanleiding
1
1.2
Leeswijzer
1
Opzet parkeeronderzoek
2
2.1
Type onderzoek
2
2.2
Onderzoeksvragen
2
2.3
Onderzoeksgebied
2
2.4
Onderzoeksmomenten
3
2.5
Onderzoeksmethodiek
4
Resultaten
6
3.1
Maart 2013
6
3.2
April 2013
7
3.3
Mei 2013
8
3.4
Augustus 2013
3.5
September 2013
10
3.6
Vergelijking maatgevende momenten
11
3.7
Resultaten enquêtes
13
Conclusie en aanbevelingen
15
4.1
Conclusie
15
4.2
Oplossingsrichtingen
15
4.2.1
Uitbreiding parkeercapaciteit
15
4.2.2
Parkeerregulering
18
4.2.3
Vergelijking oplossingsrichtingen
4.3
Aanbevelingen
Bijlagen 1
Parkeermotieventabel
9
19
20
adviseurs in verkeer
1 Inleiding 1.1
Aanleiding
Het NS-station in Sassenheim is sinds december 2011 geopend. Bij dit NS-station is een grote parkeerplaats van circa 300 parkeerplaatsen aangelegd. Sinds enige tijd valt het op dat de ‘parkeerdruk’ op het parkeerterrein vrij hoog is. De indruk bestaat dat het terrein veelvuldig wordt gebruikt door vakantiegangers die het parkeerterrein als goedkoop alternatief gebruiken voor de parkeervoorzieningen bij de luchthaven Schiphol. De gemeente Teylingen wil graag weten wat de werkelijke bezetting is van het parkeerterrein en met welk motief er wordt geparkeerd om te bezien welke oplossingen mogelijk zijn.
Figuur 1:
NS-station Sassenheim
Door Bureau de Groot Volker is een parkeeronderzoek uitgevoerd op het parkeerterrein bij station Sassenheim. Het parkeeronderzoek moet inzicht geven in de parkeerdruk op verschillende momenten en met welk doel welk type parkeerder geparkeerd staat.
1.2
Leeswijzer
In deze rapportage wordt in hoofdstuk 2 ingegaan op de opzet van het parkeeronderzoek, waarna in hoofdstuk 3 de resultaten worden beschreven. Hoofdstuk 4 vormt
de nadere
analyse en gaat in op de beantwoording van de diverse onderzoeksvragen. Mogelijke oplossingen voor de parkeersituatie worden beschreven in hoofdstuk 5.
1
adviseurs in verkeer
2 Opzet parkeeronderzoek In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de opzet van het parkeeronderzoek. Achtereenvolgens wordt ingegaan op onderzoekstype, -vragen, -gebied, -momenten en -methodiek.
2.1
Type onderzoek
De gemeente Teylingen is benieuwd naar het aantal voertuigen dat geparkeerd staat op het parkeerterrein bij station Sassenheim. Om niet alleen de parkeerdruk te bepalen, maar ook om de motieven van de parkeerders te achterhalen, is het onderzoek breder getrokken. Er is gekozen voor een parkeermotiefonderzoek, waarbij op verschillende (strategische) tijdstippen van de dag de kentekens van de geparkeerde voertuigen geregistreerd worden. Het aantal geregistreerde kentekens is de maat voor de parkeerdruk. Een vergelijking van de kentekens op verschillende registratiemomenten levert inzicht op in het parkeermotief van de parkeerders. Aanvullend is een enquête gehouden onder parkeerders om herkomst en bestemming te achterhalen.
2.2
Onderzoeksvragen
De volgende twee onderzoeksvragen staan centraal in deze rapportage:
Is de parkeercapaciteit rondom station Sassenheim voldoende?
Welke parkeermotieven hebben de parkeerders?
2.3
Onderzoeksgebied
De onderzoeksvraag richt zich op het parkeerterrein bij het NS-station in Sassenheim. Dit parkeerterrein vormt ook gelijk het onderzoeksgebied. Het onderzoeksgebied is opgedeeld in
meerdere
parkeersecties
(delen
van
het
parkeerterrein).
De
sectie-indeling
is
weergegeven in figuur 2.
1
2 3 4 5 6
7
Sectie-indeling
Figuur 2:
Sectie-indeling parkeerterrein station Sassenheim
2
adviseurs in verkeer
Het onderverdelen van het onderzoeksgebied in meerdere secties heeft als voordeel dat er op een kleinschalig niveau inzicht ontstaat in de parkeergedragingen. Bij de sectie-indeling van het onderzoeksgebied wordt onderscheid gemaakt in:
Openbare parkeerplaatsen;
Gehandicaptenparkeerplaatsen;
Gereserveerde parkeerplaatsen voor bepaalde doelgroepen;
Laad-/losplaatsen. Parkeercapaciteit
De parkeercapaciteit binnen het onderzoeksgebied bedraagt 292 openbare parkeerplaatsen. Binnen dit aantal zijn ook speciale parkeerplaatsen aanwezig die niet altijd of door iedereen gebruikt kunnen worden. Tabel 1:
Parkeercapaciteit openbare
gehandicapten–
gereserveerde
laad-/
p.plaatsen
p.plaatsen
p.plaatsen
losplaatsen
1
57
-
-
-
57
2
46
-
-
-
46
3
46
-
-
-
46
4
46
-
-
-
46
5
46
-
-
-
46
6
41
(6)
*
-
41 (47)
sectie
totaal
7
(4)
-
-
-
0 (4)
totaal
282
6
0
0
282 (292)
In sectie 6, de meest zuidelijke parkeerrij van het parkeerterrein zijn 6 algemene gehandicaptenparkeerplaatsen aanwezig. De parkeerplaatsen zijn niet meegenomen in het parkeeronderzoek, omdat de huidige parkeerproblematiek zich richt op de algemene parkeerplaatsen. Daarnaast is er op deze meest zuidelijke parkeerrij een laadpunt voor elektrische
voertuigen
aanwezig.
Hiervoor
is
echter
geen
specifieke
parkeerplaats
gereserveerd. Deze locatie is dan ook als ‘reguliere’ parkeerplaats gerekend. Sectie 7 betreft de haal- en brengstrook aan de westzijde van het busstation. Deze parkeerlocatie
is
eveneens
niet
meegenomen
in
het
parkeeronderzoek.
Deze
parkeerplaatsen kennen immers geen structurele parkeerbezetting en worden uitsluiten voor ‘kort’ parkeren gebruikt.
2.4
Onderzoeksmomenten
Het NS-station ligt buiten de kern Sassenheim en heeft voornamelijk als functie het verbinden van de kern Sassenheim met omliggende steden (op grotere afstanden). Verwacht wordt dan ook dat deze treinverbinding een belangrijke functie heeft voor forenzen. Daarnaast vormt het station een schakel tussen bestemmingen als Schiphol (motief: vakantie) en ‘dagjes mensen’ (motief: winkelen). De onderzoeksmomenten zijn aangepast aan de specifieke motieven voor dit station. Om de invloeden van onder andere vakantieperiodes en dergelijke mee te nemen is het parkeeronderzoek gedurende langere tijd uitgevoerd. Op de volgende momenten is het onderzoek uitgevoerd:
3
adviseurs in verkeer
19-23 maart 2013
‘normale’ periode
9-13 april 2013
‘normale’ periode
7-11 mei 2013
vakantieperiode (meivakantie)
13-17 augustus 2013
vakantieperiode (zomervakantie)
3-7 september 2013
evenement in Amsterdam
In elke periode is het parkeeronderzoek uitgevoerd op twee ‘gemiddelde’ werkdagen (dinsdag en donderdag) en op een weekenddag (zaterdag). Met het onderzoek op meerdere dagen kunnen de parkeerders met het motief ‘vakantie’ onderscheiden worden van de andere mogelijke motieven (werken, dagbezoek). Per onderzoeksweek hebben er negen onderzoeksmomenten plaatsgevonden. Dit is weergegeven in tabel 2. Tabel 2:
Onderzoeksmomenten per onderzoeksweek tijdstip
dag
00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23
maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag
Op donderdag 21 maart 2013 is eenmalig een avondmeting uitgevoerd om 23.00 uur. Deze meting heeft als doel gehad om te bepalen in hoeverre voertuigen (langparkeerders) nog vertrekken na dit tijdstip in vergelijking met een volgend meetmoment (zaterdagochtend , 10.00 uur), waardoor deze parkeerders anders worden gecategoriseerd. Uit bovengenoemde avondmeting is gebleken dat het aantal langparkeerders niet wijzigt. Daardoor is gesteld dat een aanvullend onderzoeksmoment om 23.00 uur weinig toegevoegde waarde heeft. De resultaten van deze meting zijn wel in de rapportage opgenomen.
2.5
Onderzoeksmethodiek
De weergave van resultaten van parkeeronderzoeken vindt plaats in de hoofdgroepen parkeerdruk en parkeermotief. In deze paragraaf wordt achtereenvolgens op deze begrippen ingegaan. Daarnaast wordt ingegaan op de indeling van het onderzoeksgebied in een aantal samenhangende deelgebieden (sectoren). Parkeerdruk De parkeerdruk is het aantal gelijktijdig aanwezige voertuigen op een bepaald moment. De parkeerdruk wordt ook wel de ‘bezetting’ genoemd. Confrontatie tussen dit aantal voertuigen en de capaciteit (aantal beschikbare parkeerplaatsen) geeft inzicht in de bezettingsgraad. De bezettingsgraad is dus de verhouding tussen de parkeerdruk en de beschikbare parkeercapaciteit. Opgemerkt wordt dat de bezettingsgraad bij dezelfde bezetting kan verschillen als gevolg van de verschillende capaciteiten per maatgevend moment. Parkeermotief Met het parkeermotief wordt het doel bedoeld waarmee de parkeerder staat geparkeerd. Door het vergelijken van geregistreerde kentekens op verschillende registratiemomenten kan een beeld worden verkregen van de parkeerduur van de voertuigen. Wanneer 4
adviseurs in verkeer
vervolgens een koppeling wordt gemaakt tussen het aankomstpatroon en de parkeerduur kan een inschatting worden gemaakt van het type parkeerder. In tabel 3 is aangegeven naar welk type parkeerders bij dit onderzoek onderscheid is gemaakt. Tabel 3:
Parkeermotieven
Type parkeerder
Doelgroep
Uitgangspunten
Kortparkeerder
Dagjesmensen
Alle voertuigen die op één onderzoeksmoment geparkeerd
Werknemers Dagparkeerder
Dagjesmensen Werknemers
Langparkeerder
Vakantiegangers
staan Alle voertuigen die langer dan één onderzoeksmoment geparkeerd staan, maar diezelfde dag weer vertrekken Alle voertuigen die langer dan één dag geparkeerd staan
De uitgangspunten voor het bepalen van het type parkeerder zijn weergegeven in de parkeermotieventabel in bijlage 1. Enquête Aanvullend op het parkeeronderzoek is er op alle onderzoeksdagen een vereenvoudigde enquête uitgevoerd. Deze enquête is uitgevoerd onder de parkeerders met als doel om aanvullende informatie te verkrijgen over het parkeermotief en de frequentie van het parkeergebruik van het parkeerterrein door de parkeerders. De vragen zijn mondeling aan de parkeerders gesteld. De vragen hebben betrekking op de volgende aspecten:
Herkomst van de parkeerders;
Frequentie van parkeren op het parkeerterrein;
Het parkeermotief (met welk uiteindelijke reisdoel wordt er geparkeerd).
5
adviseurs in verkeer
3 Resultaten In dit hoofdstuk worden de resultaten van het parkeermotiefonderzoek gepresenteerd. Voor een overzichtelijke weergave worden de resultaten per onderzoeksperiode beschreven. Toelichting tabellen De in dit hoofdstuk weergegeven tabellen geven de parkeerdruk en de bezettingsgraad op de verschillende onderzoeksmomenten weer. Daarbij wordt ook onderscheid gemaakt tussen de verschillende typen parkeerders. Het procentuele aandeel van deze typen parkeerders is weergegeven als het aandeel van de daadwerkelijk geparkeerde voertuigen.
Voorbeeld Tabel 1:
Parkeerbezetting en parkeermotief
Uit het voorbeeld hiernaast blijkt dat
- dinsdag 19 maart 2013 -
om Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
17
6%
15
5%
13
9%
Dagparkeerders
282
224
Langparkeerders
282
26
Totaal
282
267
100% 84% 244 86% 112 74% (alle geparkeerde voertuigen) 10%
26
9%
26
17%
95%
285
101%
151
54%
10.00
voertuigen
uur
in
totaal
geparkeerd
267
staan.
Dit
geeft een bezettingsgraad van 95%. Van
deze
267
geparkeerde
voertuigen staan 224 voertuigen een ‘dag’ geparkeerd (dagparkeerders). Dit is 84% van alle parkeerders die om 10.00 uur geparkeerd staan.
3.1
Maart 2013
In de tabellen 4 tot en met 7 zijn de resultaten weergegeven van de ‘normale’ onderzoeksperiode in maart 2013. Op zowel dinsdag als donderdag moet worden geconcludeerd dat het parkeerterrein (nagenoeg) vol staat. Het aantal dagparkeerders is erg hoog. Het aantal langparkeerders is op dinsdag lager dan op donderdag en zaterdag. Tabel 4:
Parkeerbezetting en parkeermotief - dinsdag 19 maart 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
17
6%
15
5%
13
9%
Dagparkeerders
282
224
84%
244
86%
112
74%
Langparkeerders
282
26
10%
26
9%
26
17%
Totaal
282
267
95%
285
101%
151
54%
Tabel 5:
Parkeerbezetting en parkeermotief - donderdag 21 maart 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
23.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
28
10%
14
5%
11
7%
6
7%
Dagparkeerders
282
212*
75%
218*
79%
95
61%
33
38%
Langparkeerders
282
42
15%
45
16%
49
32%
49
56%
Totaal
282
282
100%
277
98%
155
55%
88
31%
*
Het aantal werkelijk geparkeerde voertuigen is lager in verband met een afgezet gedeelte van het parkeerterrein i.v.m. bouwwerkzaamheden aan McDonalds. De 21 parkeerplaatsen die niet gebruikt konden worden zijn als ‘bezette’ parkeerplaatsen opgenomen in de tabel.
6
adviseurs in verkeer
Tabel 6:
Parkeerbezetting en parkeermotief - zaterdag 23 maart 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
12
11%
29
19%
19
16%
Dagparkeerders
282
58
53%
81
54%
58
50%
Langparkeerders
282
40
36%
40
27%
40
34%
Totaal
282
110
39%
150
53%
117
41%
*
Op zaterdag waren er 2 parkeerplaatsen bezet wegens de stalling van een hoogwerker. Deze bezette parkeerplaatsen zijn als ‘bezette’ parkeerplaatsen opgenomen in de tabel.
Het aantal foutparkeerders is het hoogst rond 14.00 uur. Dit wordt veroorzaakt door een bezetting van 100% op de gangbare parkeerplaatsen. Deze foutparkeerders parkeren hun auto’s dan ook doorgaans langs de weg aan de oostzijde van het parkeerterrein. Tabel 7:
Foutparkeerders – periode: 19-21-23 maart 2013 –
Dag
Foutparkeerders (abs.)
Datum
14.00 uur
18.00 uur
Dinsdag
19 maart 2013
0
4
3
-
Donderdag
21 maart 2013
1
3
2
1
Zaterdag
23 maart 2013
1
1
1
-
*
10.00 uur
23.00 uur
De aanwezige foutparkeerders zijn in de voorgaande tabellen reeds opgenomen in de parkeerdruk
3.2
April 2013
In de tabellen 8 tot en met 10 zijn de resultaten weergegeven van de ‘normale’ onderzoeksperiode in april 2013. Het grootste deel bestaat uit dagparkeerders. Overdag staat het parkeerterrein dan (nagenoeg) vol. In de avondperiode is de bezettingsgraad veel lager. Ook in de maand april valt het op dat in de tweede helft van de werkweek (donderdag) het aantal langparkeerders hoger is dan aan het begin van de week. Tabel 8:
Parkeerbezetting en parkeermotief - dinsdag 9 april 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
24
9%
13
5%
17
14%
Dagparkeerders
282
214
81%
222
85%
77
63%
Langparkeerders
282
26
10%
27
10%
28
23%
Totaal
282
264
94%
262
93%
122
43%
Tabel 9:
Parkeerbezetting en parkeermotief - donderdag 11 april 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
15
6%
13
5%
19
12%
Dagparkeerders
282
204
79%
224
80%
99
60%
Langparkeerders
282
40
15%
44
16%
46
28%
Totaal
282
259
92%
281
100%
164
58%
7
adviseurs in verkeer
Tabel 10:
Parkeerbezetting en parkeermotief - zaterdag 13 april 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
12
9%
35
19%
24
18%
Dagparkeerders
282
86
68%
118
65%
83
61%
Langparkeerders
282
29
23%
28
15%
28
21%
Totaal
282
127
45%
181
64%
135
48%
Uit tabel 11 blijkt dat er weinig foutparkeerders zijn. Tabel 11:
Foutparkeerders – periode: 9-11-13 april 2013 –
Dag
Foutparkeerders (abs.)
Datum
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
9 april 2013
0
0
0
Donderdag
11 april 2013
0
1
1
Zaterdag
13 april 2013
0
0
0
Dinsdag
*
De aanwezige foutparkeerders zijn in de voorgaande tabellen reeds opgenomen in de parkeerdruk
3.3
Mei 2013
In de tabellen 12 tot en met 14 zijn de resultaten weergegeven van de ‘vakantieperiode’ in mei 2013. In deze periode viel Hemelvaartsdag (9 mei). Dit is geen officiële (landelijke) vakantieperiode. Veel (basis)scholen hebben in de periode tussen 29 april en 10 mei wel vakantie gehad. Uit
de
resultaten
van
het
onderzoek
kan
worden
geconcludeerd
dat
het
aantal
dagparkeerders op dinsdag niet veel afwijkt van een ‘normale’ situatie. Het aantal langparkeerders op dinsdag ligt wel enigszins hoger. Op donderdag en zaterdag is op basis van het aantal langparkeerders te herleiden dat het een vakantieperiode betreft. Tabel 12:
Parkeerbezetting en parkeermotief - dinsdag 7 mei 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
6
2%
16
6%
13
8%
Dagparkeerders
282
203
79%
214
76%
94
59%
Langparkeerders
282
49
19%
50
18%
53
33%
Totaal
282
258
91%
280
99%
160
57%
Tabel 13:
Parkeerbezetting en parkeermotief - donderdag 9 mei 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
13
8%
26
13%
19
11%
Dagparkeerders
282
51
33%
85
41%
63
36%
Langparkeerders
282
92
59%
95
46%
95
54%
Totaal
282
156
55%
206
73%
177
63%
8
adviseurs in verkeer
Tabel 14:
Parkeerbezetting en parkeermotief - zaterdag 11 mei 2013 Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
6
4%
20
11%
16
11%
Dagparkeerders
282
75
46%
95
50%
69
45%
Langparkeerders
282
81
50%
75
39%
67
44%
Totaal
282
162
57%
190
67%
152
54%
Uit tabel 15 blijkt dat er zowel op dinsdag als op donderdag op één onderzoeksmoment één voertuig fout geparkeerd. Tabel 15:
Foutparkeerders – periode: 7-9-11 mei 2013 –
Dag
Foutparkeerders (abs.)
Datum
14.00 uur
18.00 uur
Dinsdag
7 mei 2013
0
1
0
Donderdag
9 mei 2013
0
1
0
11 mei 2013
0
0
0
Zaterdag *
10.00 uur
De aanwezige foutparkeerders zijn in de voorgaande tabellen reeds opgenomen in de parkeerdruk
3.4
Augustus 2013
De resultaten van het parkeeronderzoek tijdens de zomervakantie zijn in de tabellen 16 tot en met 18 weergegeven. De algehele bezettingsgraad van het parkeerterrein ligt in deze onderzoeksperiode aanmerkelijk lager dan in een ‘normale’ periode. Op dinsdagmiddag loopt de bezettingsgraad nog op tot 90%. Het aantal dagparkeerders is echter wel lager dan in een ‘normale’ periode. Het aantal langparkeerders ligt in het algemeen hoger dan in een ‘normale’ periode. Op donderdag staan circa 70 voertuigen langer dan één dag geparkeerd. Tabel 16:
Parkeerbezetting en parkeermotief - dinsdag 13 augustus 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
14
7%
31
12%
6
5%
Dagparkeerders
282
146
68%
167
66%
70
53%
Langparkeerders
282
55
26%
56
22%
57
43%
Totaal
282
215
76%
254
90%
133
47%
Tabel 17:
Parkeerbezetting en parkeermotief - donderdag 15 augustus 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
15
8%
15
7%
7
5%
Dagparkeerders
282
118
59%
134
61%
49
38%
Langparkeerders
282
67
34%
71
32%
72
56%
Totaal
282
200
71%
220
78%
128
45%
9
adviseurs in verkeer
Tabel 18:
Parkeerbezetting en parkeermotief - zaterdag 17 augustus 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
10
6%
20
10%
11
7%
Dagparkeerders
282
91
55%
118
59%
93
57%
Langparkeerders
282
64
39%
62
31%
60
37%
Totaal
282
165
59%
200
71%
164
58%
Uit tabel 19 blijkt dat er geen foutparkeerders geregistreerd zijn. Tabel 19:
Foutparkeerders – periode: 13-15-17 augustus 2013 –
Dag
Foutparkeerders (abs.)
Datum
14.00 uur
18.00 uur
Dinsdag
13 augustus 2013
0
0
0
Donderdag
15 augustus 2013
0
0
0
Zaterdag
17 augustus 2013
0
0
0
3.5
10.00 uur
September 2013
In de tabellen 20 tot en met 22 zijn de resultaten van een ‘normale’ periode in september 2013 opgenomen. Tijdens deze periode was er wel sprake van een evenement in Amsterdam: De HISWA te water. Op basis van voorgaande resultaten moet worden geconcludeerd dat op dinsdag en donderdag de parkeerdruk nauwelijks afwijkt van andere ‘normale’ perioden. Wel ligt het aantal langparkeerders enigszins hoger dan in de andere ‘normale’ perioden. Op zaterdag lijkt het totaal aantal parkeerders wel beduidend lager te liggen dan in de overige perioden. Het aantal langparkeerders ligt echter wel enigszins hoger dan in andere perioden. Opgemerkt moet worden dat tijdens het onderzoek is gebleken dat in het weekend (7 en 8 september) beperkt/geen treinverkeer mogelijk was tussen Schulphol en Amsterdam. Dit vanwege werkzaamheden aan een nieuwe spoorburg (fly-over) over de A4 bij Amsterdam. Dit kan effect hebben gehad op het aantal parkeerders bij station Sassenheim. Tabel 20:
Parkeerbezetting en parkeermotief - dinsdag 3 september 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
21
8%
14
5%
13
8%
Dagparkeerders
282
208
77%
217
79%
100
63%
Langparkeerders
282
41
15%
42
15%
45
28%
Totaal
282
270
96%
273
97%
158
56%
10
adviseurs in verkeer
Tabel 21:
Parkeerbezetting en parkeermotief - donderdag 5 september 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
15
6%
12
4%
16
8%
Dagparkeerders
282
196
73%
208
74%
127
62%
Langparkeerders
282
56
21%
60
21%
63
31%
Totaal
282
267
95%
280
99%
206
73%
Tabel 22:
Parkeerbezetting en parkeermotief - zaterdag 7 september 2013 – Parkeerdruk en bezettingsgraad
Type parkeerder
Cap.
10.00 uur
14.00 uur
18.00 uur
abs.
%
abs.
%
abs.
%
Kortparkeerders
282
3
3%
13
9%
12
10%
Dagparkeerders
282
61
56%
83
60%
69
57%
Langparkeerders
282
44
41%
43
31%
41
34%
Totaal
282
108
38%
139
49%
122
43%
Uit tabel 23 blijkt dat er redelijk veel foutparkeerders geregistreerd zijn, vooral in de middagperiode. Tabel 23:
Foutparkeerders – periode: 3-5-7 september 2013 –
Dag
Datum
Foutparkeerders (abs.) 14.00 uur
18.00 uur
Dinsdag
3 september 2013
0
3
1
Donderdag
5 september 2013
0
5
1
Zaterdag
7 september 2013
0
0
0
*
De aanwezige foutparkeerders zijn in de voorgaande tabellen reeds opgenomen in de parkeerdruk
Figuur 3:
3.6
10.00 uur
Foutparkeerders
Vergelijking maatgevende momenten
Op basis van de beschreven resultaten kan worden geconcludeerd dat het parkeerterrein bij station Sassenheim een diversiteit aan gebruikers kent. Wanneer wordt gekeken naar het gebruik van het parkeerterrein dan is de middagperiode (14.00 uur) het maatgevende moment (drukste moment) voor alle onderzoeksdagen. In de grafieken 1 tot en met 3 is per dag van de week het verloop van de parkeerdruk en motieven over de verschillende onderzoeksperioden weergegeven.
11
adviseurs in verkeer
Grafiek 1:
Parkeerdruk en –motief maatgevend moment – dinsdag 14.00 uur –
300
kort dag
Aantal geparkeerde voertuigen
250
lang bezettingsgraad = 90%
capaciteit
200
150
100
50
0 maart
april
mei (vakantie)
augustus (vakantie)
september (evenement Amsterdam)
In de ‘normale’ perioden is op het maatgevende moment de dagparkeerder met 65-80% de grootste groep. Op basis van de gebruikelijke parkeermotieven kan worden ingeschat dat het dan in hoofdzaak gaat om de motieven werk en school. Op basis van de resultaten van de
geïnterviewde
parkeerders
kan
worden
geconcludeerd
dat
een
deel
van
de
dagparkeerders ook een recreatief motief hebben. Grafiek 2:
Parkeerdruk en –motief maatgevend moment – donderdag 14.00 uur –
300
kort dag
Aantal geparkeerde voertuigen
250
lang bezettingsgraad = 90%
capaciteit
200
150
100
50
0 maart
april
mei (vakantie)
augustus (vakantie)
september (evenement Amsterdam)
12
adviseurs in verkeer
Grafiek 3:
Parkeerdruk en –motief maatgevend moment – zaterdag 14.00 uur –
300
kort dag
Aantal geparkeerde voertuigen
250
lang bezettingsgraad = 90%
capaciteit
200
150
100
50
0 maart
april
mei (vakantie)
augustus (vakantie)
september (evenement Amsterdam)
Verder kan worden geconcludeerd dat het aantal langparkeerders in de ‘normale’ perioden op donderdagen circa 40-45 betreft. Op dinsdagen en zaterdagen ligt dit aantal lager (circa 40). Tijdens de vakantieperioden ligt het aantal langparkeerders hoger. Dit aantal varieert tussen de 60 en 95 langparkeerders. Op donderdag 9 mei (Hemelvaartsdag) staan er 95 voertuigen die langer dan één dag geparkeerd staan. Op dat moment is dit bijna 50% van de
parkeerders
op
het
hele
parkeerterrein.
Het
aantal
dagparkeerders
is
in
de
vakantieperioden lager dan in de ‘normale’ perioden. Dit versterkt de aanname dat het parkeerterrein ook veel gebruikt wordt door werkers.
3.7
Resultaten enquêtes
In deze paragraaf zijn de resultaten van de enquêtes onder de parkeerders beschreven. De enquête is aanvullend gehouden om nog meer informatie te vergaren over het motief van parkeren en om de herkomst en bestemming van reizigers te achterhalen. Het betreft de gebundelde resultaten, omdat de respons op alle onderzoeksdagen niet altijd even hoog was en de onderlinge resultaten daarmee moeilijk vergelijkbaar zijn. De totaalresultaten geven een goed beeld van de enquête. In totaal zijn tijdens het onderzoek ruim 200 parkeerders geënquêteerd. In de grafieken 4 tot en met 6 zijn de resultaten van de enquêtes in cirkeldiagrammen samengevat.
13
adviseurs in verkeer
Herkomst respondenten
Grafiek 4:
Herkomst
Regelmaat van parkeren
Grafiek 5:
Freqeuntie
Motivatie voor parkeren Grafiek 6: Motief
0%
8%
12%
5%
17%
6% 4%
37%
35%
10%
13%
57%
41% 13%
8% 10%
23%
1%
Gemeente Teylingen Gemeente Lisse Gemeenten Noordwijk en Noordwijkerhout Gemeente Katwijk Gemeenten Leiden en Oegstgeest Overig
Zelden Incidenteel (minder dan 1x per maand) Regelmatig (wekelijks/maandelijks) Vaak (vaker dan 2x per week) Dagelijks Overig
Halen/Brengen bij NS-station Werk/School Vlucht Schiphol Halen/Brengen Schiphol Recreatief Overig/onbekend
Uit grafiek 4 blijkt dat meer dan de helft van de parkeerders uit de gemeente Teylingen komt. De overige parkeerders komen in het algemeen uit de omliggende gemeenten. Wanneer in grafiek 5 naar de frequentie van het parkeergebruik van het parkeerterrein bij station Sassenheim wordt gekeken, dan valt op dat circa 60% van de geënquêteerden slechts incidenteel of zelden gebruik maakt van het parkeerterrein. Een kwart van de parkeerders gebruikt het parkeerterrein meerdere keren per week. Een derde van de ondervraagde parkeerders zijn forenzen met als uiteindelijk einddoel werk of school. Grafiek 6 laat zien dat het parkeren ten behoeve van recreatieve doelen bovenaan staat voor circa 40% van de parkeerders. Het aandeel werk/school is met 35% ook hoog. Het aandeel reizigers van/naar Schiphol met een reisdoel ligt op 10%. Verwacht wordt dat in de resultaten van de enquête het motief ‘werk/school’, en de daarbij behorende parkeerfrequentie, enigszins lager uitvalt dan in werkelijkheid het geval zal zijn. Het eerste registratiemoment van het parkeeronderzoek (en dus ook de eerste mogelijkheid tot het interviewen van de parkeerders) betrof namelijk 10.00 uur. Dit is een moment waarop naar verwachting het grootste deel van de parkeerders met het motief ‘werk/school’ reeds per trein verder gereisd zijn en daardoor niet meer konden worden geïnterviewd. In combinatie met de resultaten van het parkeeronderzoek, die aantonen dat de grootste gebruikersgroep de ‘dagparkeerders’ zijn – naar verwachting komt dit meer overeen met het genoemde werk/school-motief – leidt dit tot de conclusie dat deze gebruikersgroep in de enquête enigszins onderbelicht is.
14
adviseurs in verkeer
4 Conclusie en aanbevelingen 4.1
Conclusie
Op basis van het parkeeronderzoek – en de aanvullend uitgevoerde enquête – kan worden geconcludeerd dat het parkeerterrein bij het NS-station in de ‘normale’ perioden nagenoeg vol staat. Er zijn nauwelijks vrije parkeerplaatsen beschikbaar. Voor een parkeerterrein is het wenselijk om een ‘verkeerskundige’ bezettingsgrens van circa 90% te hanteren. Bij een bezettingsgraad van meer dan 90% doet het parkeerterrein voor gebruikers ‘vol’ aan. Hierbij neemt de kans op foutief parkeergebruik of bijvoorbeeld het vermijden van het parkeerterrein vaak toe. Foutief parkeergebruik is dan ook op sommige momenten in de praktijk geconstateerd. Gezien de overzichtelijkheid van het parkeerterrein valt het aantal foutparkeerders in de huidige situatie echter relatief mee. Met bovenstaande conclusie is de eerste onderzoeksvraag reeds beantwoord. De tweede onderzoeksvraag is gericht op de type gebruikers van het parkeerterrein. Geconcludeerd moet worden dat de type parkeerders gedeeltelijk afhankelijk is van de periode in het jaar. In ‘normale’ perioden is op het maatgevende moment de dagparkeerder de grootste parkeerdersgroep (65-80%). Op basis van de gehouden enquêtes en de interpretatie van de resultaten van deze enquêtes, wordt geconcludeerd dat in ‘normale’ perioden forenzen de grootste gebruikersgroep zijn en daarmee het motief werk/school het belangrijkste motief vormt. Het aandeel langparkeerders (parkeerders die langer dan een dag geparkeerd staan) neemt toe richting het einde van de week. Het aandeel langparkeerders loopt dan op tot 15-20%. In de vakantieperioden ligt het aantal langparkeerders hoger. Dit aantal varieert tussen de 60
en
95
langparkeerders
(circa
50%
van
de
totale
parkeerders).
Het
aantal
dagparkeerders is in vakantieperioden lager dan in een ‘normale’ periode. Het aantal kortparkeerders (parkeerders die een registratiemoment geparkeerd staan) ligt in de vakantieperiode ook enigszins hoger dan in een ‘normale’ periode.
4.2
Oplossingsrichtingen
Op basis van de hiervoor genoemde conclusies kunnen verschillende aanbevelingen worden gedaan. De gemeente Teylingen heeft behoefte aan inzicht in de mogelijke oplossingen op alle vlakken. Om deze reden zijn in deze paragraaf de mogelijke oplossingsrichtingen beschreven op basis van de volgende onderdelen:
Uitbreiding parkeercapaciteit;
Korte termijn-maatregelen
Structurele uitbreiding parkeercapaciteit
Parkeerregulering.
4.2.1
Uitbreiding parkeercapaciteit
Maatregelen op korte termijn Met beperkte middelen kan op korte termijn extra parkeercapaciteit worden gerealiseerd. Het gaat hierbij om de oostzijde van het parkeerterrein (‘kopse kant’). Dit gedeelte kent in
15
adviseurs in verkeer
de huidige situatie een relatief brede rijbaan. Mogelijk kunnen hier extra langs- of haakse parkeervakken worden gerealiseerd. Er is een winst te behalen van maximaal 12 parkeerplaatsen. Daarnaast zijn er op het terrein breed vormgegeven looproutes aanwezig. Mogelijk kunnen deze looproutes smaller worden vormgegeven, waardoor extra parkeervakken kunnen worden gerealiseerd. Deze capaciteitswinst is beperkt (maximaal 15 parkeerplaatsen). Het betekent tevens dat de aanwezige bomen moeten verdwijnen en dat de trottoirbreedte kleiner wordt. Het comfort van de voetganger wordt hiermee verminderd. Tijdens het parkeeronderzoek is geconstateerd dat de gehandicaptenparkeerplaatsen slechts
beperkt
worden
gebruikt.
De
mogelijkheid
bestaat
om
enkele
van
deze
parkeerplaatsen om te vormen tot reguliere parkeerplaatsen. Bijvoorbeeld door 3 gehandicaptenparkeerplaatsen om te vormen tot 4 reguliere parkeerplaatsen. Hiermee zal het aantal gehandicaptenparkeerplaatsen niet meer voldoen aan het in de richtlijnen aantal van circa 1 gehandicaptenparkeerplaats op 50 reguliere parkeerplaatsen. Uitbreidingsmogelijkheden oostzijde parkeerterrein
Mogelijke ‘eenvoudige’ uitbreidingsmogelijkheden
Figuur 4:
Uitbreidingsmogelijkheden huidig parkeerterrein
Structurele uitbreiding parkeercapaciteit Er zijn mogelijkheden om de parkeercapaciteit structureel uit te breiden. In onderstaande figuur zijn enkele mogelijke kansrijke uitbreidingslocaties weergegeven.
Uitbreiding d.m .v. bouw parkeerdek
In het verlengde van bestaand parkeerterrein
Ten zuiden van het spoor
Figuur 5:
Structurele uitbreidingsmogelijkheden parkeercapaciteit
16
adviseurs in verkeer
Uitbreiding op maaiveld Een structurele uitbreiding van de parkeercapaciteit op maaiveld betekent echter dat nieuwe stukken grond moeten worden verworven. Het huidige parkeerterrein biedt geen mogelijkheden om op eenvoudige wijze de parkeercapaciteit structureel uit te breiden. Deze mogelijkheden hebben een groot ruimtebeslag en de kosten voor de aanleg van een parkeerterrein op maaiveld worden ingeschat op circa € 6.000,- per parkeerplaats (inclusief grondverwerving – bron: gemeente Teylingen). Uitbreiding op huidige locatie (parkeerdek) Een andere mogelijkheid is een tweede parkeerdek. Met een eenvoudige (lichte) constructie en een snelle bouwtijd kan een extra parkeerdek boven het bestaande parkeerterrein worden gerealiseerd. Dergelijke parkeerdekken kunnen zowel tijdelijk als permanent worden ingezet. Enkele voorbeelden van dergelijke parkeerdekken/garages zijn:
De Morspoortgarage
(Leiden)
Parkeerdek bij NS-station
(Almelo)
Sint Antonius Ziekenhuis
(Nieuwegein)
Figuur 6:
Morspoortgarage (Leiden)
Figuur 8:
Parkeergarage Sint Antonius
Figuur 7:
P+R-garage NS-station Almelo
Ziekenhuis (Nieuwegein)
De kosten van een dergelijke uitbreiding van het parkeerterrein zijn moeilijk in te schatten. Hiervoor is het van belang om inzicht te hebben in de kwantitatieve vraag naar extra parkeercapaciteit. In het algemeen kan worden gesteld dat de kosten voor een dergelijk eenvoudig
parkeersysteem
lager
ligt
dan
de
kosten
voor
een
‘traditioneel’
parkeerdek/parkeergarage. In tabel 24 is een inschatting gemaakt van de kosten voor de uitbreiding van het parkeerterrein met een parkeerdek. Hierbij is het verschil aangegeven tussen een ‘nieuw type’ parkeerdek en een traditioneel parkeerdek.
17
adviseurs in verkeer
Tabel 24:
Ingeschatte kosten uitbreiding parkeerterrein station Sassenheim kosten bij uitbreiding parkeercapaciteit
Type parkeervoorziening
kosten per
25% uitbreiding
50% uitbreiding
100% uitbreiding
parkeerplaats
totaal 361 pp.
totaal 434 pp.
totaal 578 pp.
(+ 72 pp.)
(+ 145 pp.)
(+ 289 pp.)
Traditioneel parkeerdek
€ 10.000,-
€ 720.000
€ 1.450.000
€ 2.890.000
‘Nieuw type’ parkeerdek
€ 6.000,-
€ 432.000
€ 870.000
€ 1.734.000
In veel gevallen is bij een ‘nieuw type’ parkeerdek een beperkte fundatie nodig, vanwege het gebruik van lichte materialen. Dit is echter afhankelijk van de opbouw van de ondergrond. Indien extra fundatie nodig is, zullen de kosten hoger worden.
4.2.2
Parkeerregulering
Een andere mogelijkheid – die de capaciteitsuitbreiding niet per definitie uitsluit, maar aanvullend kan zijn – is om parkeerregulering in te stellen. Betaald parkeren Het invoeren van betaald parkeren op het parkeerterrein bij station Sassenheim betekent dat elke gebruiker van het parkeerterrein moet betalen voor het gebruik ervan. Achteraf betalen Bij het achteraf betaald parkeren moeten de gebruikers van het parkeerterrein betalen op het moment dat zij het parkeerterrein verlaten. Dit gebeurt doorgaans door middel van een slagboomsysteem. Elke parkeerder moet voor het verlaten van het parkeerterrein betalen voor de daadwerkelijke parkeerduur. Dit systeem is grotendeels zelfhandhavend, omdat parkeerders het parkeerterrein niet kunnen verlaten zonder te betalen. Het voordeel bij het achteraf betaald parkeren is dat er makkelijk een differentiatie in parkeertarieven kan plaatsvinden, bijvoorbeeld door het toepassen van een progressief tarief (hoe langer er wordt geparkeerd, des te hoger wordt het tarief). Ook kan worden gekozen om bepaalde groepen niet te laten betalen (bijvoorbeeld kort- en dagparkeerders). Een nadeel van het achteraf betaald parkeren is dat het de parkeerder vaak tijd kost om de parkeerhandelingen (kaartje controleren bij de parkeerautomaat) uit te (laten) voeren. De basis voor dit systeem is dat de gebruiker betaalt voor de tijd dat daadwerkelijk is geparkeerd (realtime-parkeren). Vooraf betalen Bij het systeem waarbij vooraf moet worden betaald voor het parkeergebruik moeten gebruikers na het parkeren van de auto een parkeerkaartje kopen bij een automaat en deze vervolgens weer terugleggen in de auto. Hierbij moeten zij vooraf inschatten welke parkeertijd nodig is. Dit is voor sommige parkeermotieven lastig in te schatten. Vooraf betalen is vaak minder gebruiksvriendelijk. Daarnaast valt of staat het functioneren van ‘vooraf’ betaald parkeren met goede handhaving. Wanneer een dergelijke maatregel onvoldoende handhaving kent is de kans op misbruik (en dus het niet betalen voor het parkeren) groter. Parkeerschijfzone Een alternatieve vorm van parkeerregulering zonder betaald parkeren is het toepassen van een parkeerschijfzone. Met het creëren van een parkeersituatie waarbij forenzen wel kunnen blijven parkeren en langparkeerders (langer dan één dag) niet zal een lange
18
adviseurs in verkeer
maximale parkeerduur moeten worden ingesteld. Juridisch gezien is dit mogelijk. Bij een parkeerduur langer dan 12 uur zal de handhaving moeilijker worden. Het is dan immers niet te achterhalen of een parkeerder zijn voertuig om 04.00 uur of om 16.00 uur heeft geparkeerd. Dit is gezien de indeling van een parkeerschijf echter niet mogelijk. Vergunningparkeren Met het instellen van vergunningparkeren, waarbij alleen door vergunninghouders mag worden geparkeerd, wordt een situatie gecreëerd dat elke parkeerder vooraf een vergunning moet kopen. Omdat de parkerende treinreizigerdoelgroep vaak varieert is de invoering van vergunningparkeren geen wenselijke oplossing. Een deel van de parkeerders zal bestaan uit een ‘vaste’ groep forenzen. Met de invoering van vergunningparkeren wordt het ‘incidenteel’ parkeren ontmoedigd. Dit is voor een stationslocatie niet wenselijk. Effecten parkeerregulering in omliggende woonwijken Het instellen van een parkeerregime op het parkeerterrein bij het NS-station Sassenheim leidt mogelijk tot het uitwijken van (lang)parkeerders naar andere locaties. Dichtbij gelegen alternatieve locaties zijn bijvoorbeeld de woonwijk aan de noordzijde van de A44 (omgeving Kwekersweg) of het bedrijventerrein Jagtlust. Een dergelijke maatregel kan in de toekomst mogelijk een oplossing bieden, indien de door het instellen van een parkeermaatregel op het parkeerterrein bij het NS-station leidt tot uitwijkgedrag naar deze naastgelegen gebieden.
4.2.3
Vergelijking oplossingsrichtingen
De hiervoor beschreven oplossingsrichtingen bieden verschillende voor- en nadelen voor de gebruikers. Welke maatregel het beste is, is moeilijk in te schatten zonder voor elke maatregelen een exploitatieberekening te maken. Daarom is in tabel 25 een aantal aspecten van de mogelijke parkeermaatregelen tegen elkaar afgezet. Vergelijking typen parkeermaatregelen Beoordelingsaspecten
Effecten op gebruik door
ders
langparkeer
ers
kortparkeer
Gebruiks-
vriendelijkheid
(noodzaak)
Handhaving
Opbrengsten
Beheer
Aanleg/
invoering
Maatregel
dagparkeerd
parkeerdersgroepen
Kosten
ders
Tabel 25:
Uitbreiding capaciteit Uitbreiding op maaiveld Parkeerdek Betaald parkeren Vooraf betalen Achteraf betalen Overige parkeerregulering Parkeerschijfzone Vergunningparkeren *
De beoordeling per aspect is gedaan ten opzichte van de parkeermaatregelen onderling
De effecten op het gebruik door de verschillende gebruikersgroepen is voor een parkeerdek enigszins positiever beoordeeld dan de uitbreiding op maaiveld. Bij de uitbreiding op maaiveld zullen de loopafstanden van de parkeerplekken naar de ingang van het station waarschijnlijk toenemen. Dit is vooral het geval bij de mogelijk uitbreidingslocatie aan de zuidzijde van het station.
19
adviseurs in verkeer
4.3
Aanbevelingen
De vraag welke maatregelen nodig zijn, is lastig te beantwoorden. Dit hangt af van meerdere (en hogere) beleidsdoelen. Het belangrijkste aspect hierbij is voor welke doelgroep het parkeerterrein beschikbaar moet zijn. De verwachting is dat bij een gelijkblijvende situatie de parkeervraag in de toekomst toe zal nemen. ‘Beter Benutten’ In de huidige situatie maken veel dag- en langparkeerders (parkeerders die een [werk]dag geparkeerd staan en parkeerders die langer dan één dag geparkeerd staan) gebruik van het parkeerterrein. In het kader van het programma ‘Beter benutten’ is dit een goede ontwikkeling. Door stimulering van het gebruik van multimodale knooppunten wordt een bijdrage geleverd aan
het
terugdringen
van
de
automobiliteit
en
het
stimuleren
van
duurzame
mobiliteit/ketenmobiliteit. De uitbreiding van de parkeercapaciteit bij station Sassenheim moet daarom niet als ‘lokaal’ knelpunt worden gezien. Per slot van rekening komt bijna de helft van de parkeerders uit de regiogemeenten.
Uitbreiding van de parkeercapaciteit is feitelijk een op zichzelf staande maatregel. De invoering van betaald parkeren kan helpen de investeringskosten voor de uitbreiding van de parkeercapaciteit (gedeeltelijk) terug te verdienen. Dit is uiteraard wel afhankelijk van het te
hanteren
parkeertarief
en
daaraan
gekoppeld
het
beoogde
gebruik
van
het
parkeerterrein. Op basis van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat het wenselijk is om de huidige parkeervraag voor vooral de dagparkeerders (forenzen) te faciliteren. Het toestaan of weren van langparkeerders (parkeerders die langer dan een dag geparkeerd staan) is daarbij een meer politieke keuze. Het invoeren van mogelijke reguleringsmaatregelen zal naar verwachting echter wel een negatief effect hebben op het gebruik van het parkeerterrein en daarmee het openbaar vervoer. Het
realiseren
van
de
‘korte
termijn-maatregelen’
voor
de
uitbreiding
van
de
parkeercapaciteit draagt niet bij aan een structurele oplossing. De gebruiksvriendelijkheid van het parkeerterrein neemt daarmee af. Geadviseerd wordt in eerste instantie de mogelijkheden te onderzoeken voor een structurele uitbreiding van het parkeerterrein.
20
adviseurs in verkeer
Bijlagen
adviseurs in verkeer
adviseurs in verkeer
Bijlage 1
Tabel B1.1:
Parkeermotieventabel
Kortparkeerder Dinsdag
Motief
10.00
14.00
Donderdag 18.00
10.00
18.00
10.00
14.00
Zaterdag 18.00
10.00
18.00
10.00
14.00
18.00
Kortparkeerder
Tabel B1.2:
Dagparkeerder
Motief Dagparkeerder onder andere: werknemers dagjesmensen
Dinsdag 10.00
14.00
Donderdag 14.00
Zaterdag 14.00
18.00
adviseurs in verkeer
Tabel B1.3:
Langparkeerder
Motief Langparkeerder onder andere: reizigers Schiphol
Dinsdag 10.00
14.00
Donderdag 18.00
10.00
14.00
Zaterdag 18.00
10.00
14.00
18.00