OVERZICHT De Ronde 03-09-2013 Aanvang: 17:45 Tijd
Externe bijeenkomst in Hoevelaken
17:45 Raadsledenbijeenkomst Regio Amersfoort Hoevelaken 20:00 Tijd
Raadzaal 1.02
Molendijkzaal 0.01
20:30 Herinrichting Elisabethlocatie: inrichtingsschets
vrz: Smit
pfh: Van den Berg secr: Pen 21:00 Bomenlijst: Behoud van het groene kapitaal in de stad vrz: Smit pfh: Van Muilekom secr: Pen 22:00
1
SP en college: Organisatie thuiszorg
vrz: Land pfh: Lubbinge secr: Bongers
De Ronde *Toegevoegd / gewijzigd ten opzichte van eerder gepubliceerde versie Datum: Aanvang:
dinsdag 3 september 2013 20:30
Herinrichting Elisabethlocatie: inrichtingsschets Informatie, rondetafelgesprek Bomenlijst: Behoud van het groene kapitaal in de stad Informatie
Herinrichting Elisabethlocatie: inrichtingsschets Informatie, rondetafelgesprek Inhoud agendapunt Herinrichting Elisabethlocatie - inrichtingsschets (pdf) Bijlage - *Schetsontwerp Elisabethlocatie met toelichting (pdf) *Presentatie Samenwerking Elisabeth Groen 3 september 2013 (pdf) Besluitenlijst Herinrichting Elisabethlocatie - inrichtingsschets (pdf) Audioverslag
Bomenlijst: Behoud van het groene kapitaal in de stad Informatie Inhoud agendapunt Bomenlijst - Behoud van het groene kapitaal in de stad (pdf) *Collegebesluit 3-9-2013 met aangekondigd raadsvoorstel: Afschaffing kapvergunning en invoering bomenlijst *Bomenlijst (bijlage collegebesluit 3-9-2013) *Presentatie bomenlijst 3 september 2013 (pdf) *Presentatie klankbordgroep bomenlijst 3 september 2013 (pdf) Bijlage - *Eindadvies Klankbordgroep bomenlijst (pdf) Bijlage - *Onderzoek Eelerwoude - kap van bomen in het Park Randenbroek eo te Amersfoort Raadsbesluit (10-1-2012) Deregulering kapvergunning en herziening bomenbeleid (pdf) *M-2.1 Motie Bomenbeleid (10-1-2012) (pdf) *M-2.2 Motie Financiële consequenties deregulering kapvergunning (10-1-2012) (pdf) *A-2.1 Amendement Gemeente besluit tot plaatsing op bomenlijst (10-1-2012) (pdf) *A-2.2 Amendement Beperking kappen bij particuliere instellingen (10-1-2012) (pdf) *Besluitenlijst (2-7-2013) CU D66 en GL - Raadsinformatiebrief 2013-54 - Conclusies onderzoek kap bomen Park Randenbroek en consequenties gemeentelijke werkwijze *Besluitenlijst (2-7-2013) SP - Rapport Onderzoek naar de kap van bomen in het Park Randenbroek e.o. *Besluitenlijst (8-7-2013) CU D66 GL - Raadsinformatiebrief 2013-54 + SP Rapport Onderzoek naar de kap van bomen in het Park Randenbroek e.o. voortgezette bijeenkomst Raadsinformatiebrief - *RIB 2013-54 Conclusies onderzoek kap bomen Park Randenbroek en consequenties gemeentelijke werkwijze (pdf) Bijlage - *APV: regelgeving staat onder Hoofdstuk 4, afdeling 3 Besluitenlijst Bomenlijst - Behoud van het groene kapitaal in de stad (pdf) Audioverslag
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Samenvatting
Doel activiteit Reden van aanbieding
Van de raadsleden wordt gevraagd Vervolgtraject
Reg.nr. 4471502 Herinrichting Elisabethlocatie: inrichtingsschets 3 september 2013 Ambtelijk contact College van B&W Wingelaar (033-469 4649) Van den Berg De inrichtingsschets en het proces dat tot deze inrichtingsschets heeft geleid worden toegelicht door de kerngroep Samenwerking Elisabeth Groen, evt. samen met bureau Haver Droeze. Soort activiteit Informatie Rondetafelgesprek Informatie maakt onderdeel uit van voorbereiding op besluitvorming door de raad over het bestemmingsplan en het inrichtings- en beheerplan later dit jaar. Kennis te nemen van de samenwerking voor de herinrichting van de Elisabethlocatie en de inrichtingsschets. Het ontwerpbestemmingsplan gaat ter visie en de inrichtingsschets wordt uitgewerkt in een inrichtings- en beheerplan. Eind dit jaar komen bestemmingsplan en inrichtings- en beheerplan voor besluitvorming in de raad.
Opm. presidium Soort verslag Bijbehorende documenten
Achterliggende documenten
*Schetsontwerp Elisabethlocatie met toelichting Buurbook
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
*gewijzigd ten opzichte van eerder gepubliceerde versie
#4471502 v2 - AGENDAPUNT DR 3-9-2013 HERINRICHTING ELISABETHLOCATIE: INRICHTINGSSCHETS
Toelichting op de inrichtingsschets Elisabethlocatie Doelstelling Bij de herinrichting van de Elisabethlocatie staan twee punten centraal: het terrein krijgt een groene bestemming voor een groen beekdal en het plan voor inrichting en beheer wordt in samenwerking met omwonenden en betrokken partijen opgesteld. De kerngroep Samenwerking Elisabeth Groen, waarin bewoners, betrokken instanties en gemeente samenwerken heeft in een interactief proces met de stad een schetsplan voor de Elisabethlocatie laten opstellen. Een selectie van de ideeën, die uit een brede raadpleging in de stad zijn verzameld, zijn met inachtneming van de te realiseren doelen samengebracht tot één plan. Het doel is een groen beekdal te maken, dat een onderdeel is van Park Randenbroek e.o. en tevens een waardevolle aanvulling hierop. Daarmee zal één van de laatste puzzelstukjes uit de GroenBlauwe structuur in de zin van de Beleidsvisie Groen Blauwe Structuur (2004) worden gerealiseerd. De kernbetekenis van de Elisabethlocatie als groen beekdal is gelegen in de ontmoeting van natuur en cultuur, met andere woorden: een park waarbij de functies voor ecologie, landschap, cultuurhistorie en bijbehorende educatie en recreatie worden samengebracht. Bewoners, betrokkenen en toekomstige gebruikers hebben in het ontwerpproces een evidente rol gekregen. Deze rol wordt in de beheerfase voortgezet. Een park moet zich ontwikkelen, de natuurlijke ontwikkeling moet worden gevolgd en zo nodig worden bijgestuurd. Inzet is daarvoor nodig. Tijdens de inventarisatiefase zijn vele ideeën gelanceerd die passen binnen de doelstellingen van de opdracht, vooral op het gebied van educatie, cultuur, natuur in de stad en groente- en fruitteelt. Een aantal hiervan is afhankelijk van initiatieven van derden. Er is daarom op een aantal vastgelegde plekken ruimte om deze initiatieven de komende jaren een plek te geven. Door een dergelijke participatie van derden krijgt de verankering van het park in de stad een nog steviger basis. Opzet De Elisabethlocatie maakt onderdeel uit van het Heiligenbergerbeekdal. Van oorsprong vormde hierin de Heiligenbergerweg het hoger en droger gelegen ontginningslint en de beek de lagere natte zone, met extensieve hooilanden, moerassige laagtes en overstroombare delen. Deze twee landschapskenmerken hebben elkaar van oudsher ontmoet op wat nu de Elisabethlocatie is. Ten behoeve van de bouw van het ziekenhuis is het terrein echter grootschalig geëgaliseerd, waardoor deze natuurlijke gradiënt van hoog naar laag bij de beek abrupt verloopt en niet goed beleefbaar is. Het inrichtingsplan heeft onder andere tot doel deze kenmerken weer terug te brengen in de nieuwe inrichting, waardoor weer een ‘leesbaar’ landschap ontstaat. Het wordt daarmee tevens mogelijk de gewenste ecologische verbindingen tussen de Vosheuvel en Randenbroek te realiseren: de droge verbinding langs de Heiligenbergerweg en de natte natuurverbinding langs de beek. De overgang tussen de twee zones wordt gevormd door een gevarieerd open en halfopen weidelandschap met het herstelde natuurlijk hoogteverloop. In de zone aan de Heiligenbergerweg zijn de meest cultuurlijke functies ondergebracht, functies die een duidelijk ruimtelijke claim hebben. Het te behouden ketelhuis, de tuinen omheen, de twee hoofdtoegangen en dierenweide spelen hierin een belangrijke rol. Van oorsprong waren ook de boerderijen en akkers ontsloten vanaf de Heiligenbergerweg.
1
Elisabeth groen bestaat uit drie zones: Er zijn drie zones te onderscheiden, die op basis van de doelstellingen en een ecologische voorverkenning zijn geformuleerd: de natte zone met beek-begeleidende natuur, de overgangszone met natte en droge weides en de droge bos- en cultuurzone. Natte natuurzone Deze zone wordt ingericht ten behoeve van beekgebonden natuur met flauwe oevers en enkele steilranden, broekbosjes en poelen. Langs de beek wordt zodoende de ecologische verbinding gelegd tussen het zuidelijk gelegen broekbos en de natte oeverzones van Randenbroek. Beboste delen worden afgewisseld met moerassige milieus, vochtige graslanden met overgangen naar droge weides. Deze inrichting is vooral gericht op de leefmilieus voor ringslang, ijsvogel en amfibieën. Van flinke delen van het terrein wordt de grond uit eerdere egalisatie afgegraven zodat een nat milieu met elzenbroekbos kan ontstaan. Twee bestaande lager gelegen boomclusters worden moeiteloos opgenomen in deze zone, terwijl langs de beek, naast het behoud van enkele terpen met bestaande bomen, mogelijk gekapt moet worden ten behoeve van het afgraven. Dit betreft dan vooral soorten die slecht passen in het milieu van elzenbroekbos. De natte zone aan de beek wordt het meest natuurlijk en ontoegankelijk. Om verstoring zoveel mogelijk tegen te gaan zijn honden hier niet toegestaan , terwijl in het natte bos aan de zuidkant, dat aansluit op het broekbos van Vosheuvel kleinschalige recreatieve voorzieningen zullen worden gerealiseerd. Voorzieningen die passen binnen het concept van natte ontdeknatuur, dus gericht op natuurlijk spel, beleven en ontdekken; voorzieningen die zich kleinschalig en gebruikmakend van in de natuur nestelt, als een soort natuuracupuctuur. Weide-zone De halfopen zone tussen de natte natuur en het droge bos begeleidt de doorgaande wandelroute parallel aan de beek, waardoor flinke vergezichten ontstaan; vergelijk het zicht op de Onze Lieve Vrouwe Toren vanaf de Gasthuislaan. Dit is kenmerkend voor de beekvallei. De open weides bieden ook de mogelijkheid om het reliëfverloop te beleven en maken het park tot ruimtelijke eenheid. De weidezone wordt ruimtelijk gedifferentieerd door bestaande bomen en laantjes te handhaven. Onder de stammen door is zicht op het vervolg, de sluitende boomkronen zijn voor o.a. eekhoorns en vleermuizen onderdeel van hun routes. Centraal ligt het duin, een heuvel die verwijst naar de landduinen die als geomorfologische relicten voorkomen langs de beek (Heiligenberg, Vosheuvel). In dit duin kan alle vrijgekomen grond uit de afgravingen voor de natte zone worden verwerkt zodat het niet afgevoerd hoeft te worden; met andere woorden met een gesloten grondbalans kan worden gerealiseerd. Op de flauwe zuidhelling van het duin komen droogte minnende weidesoorten tot ontwikkeling en op de steilere noordhelling is ’s winters met sneeuw een prima helling om te sleeën. In de voet van het duin zijn een paar zitrichels uitgespaard, die bijvoorbeeld als vertelhoekje kunnen gebruikt worden. Zo kent de weide uiteindelijk vele verschijningsvormen en gebruikers: van speelweide tot bijenweide. Droog boszone De weide gaat aan de oostzijde over in de parkboszone langs de Heiligenbergerweg die bestaat uit een afwisseling van bospercelen en een aantal functionele ruimtes. Het bos is van het type halfopen eiken-haagbeukenbos, met hoofdsoorten eik, beuk, haagbeuk en berk. De aanwezige bomen worden opgenomen in het bosbestand, alleen een aantal exoten worden door middel van beheer in de loop
2
van de tijd vervangen door inheemse bomen. De boszoom met de weidezone is heel geschikt voor een gevarieerde, natuurlijke overgang met bloem- en vruchtdragers en plukfruit. Aan de rand zullen enkele tamme kastanjes en walnoten worden geplant. Door het nieuwe bos loopt een enkel bospad, waaraan hier en daar natuurlijke spelaanleidingen worden gesitueerd, zoals een klimboombosje en een stapstronkenroute. De verschillende bosdelen worden geschakeld door zoveel mogelijk aanéénsluitende boomkronen zodat de gewenste verbinding tussen de oude boskernen van de Vosheuvel en Park Randenbroek tot stand komt voor soorten als vleermuizen, bosuilen, spechten en eekhoorn. Langs de Heiligenbergerweg biedt een aantal laantjes toegang tot het park; deze liggen in de buurt van de aanwezige oversteken voor fietsers en voetgangers. Deze laantjes staan haaks op de weg en worden begeleid door de al aanwezige boomstructuur. Langs de Heiligenbergerweg worden de boskernen afgewisseld met een aantal openruimtes: een dierenweide, de cultuurtuin rond het Ketelhuis en het hondenlosloopgebied. Het ketelhuis krijgt binnen op de Elisabethlocatie een belangrijke rol als centraal punt. In het ketelhuis zelf kan een aantal culturele en/of maatschappelijke functies (met groen karakter) worden ondergebracht; hierbij past eventueel ook een lichte horecafunctie. Om het ketelhuis heen liggen cultuurtuinen die in principe met gras worden ingezaaid, maar waar vanaf start of later groene initiatieven kunnen worden ontplooid. Er zijn hier tijdens de brainstormsessies veel ideeën voor geopperd, zoals een imkerij, een moestuin (geen privé-volkstuinen), een boomgaard, etc. Op basis van haalbare initiatieven kunnen deze cultuurtuinen door de initiatiefnemer ingericht worden. Het ketelhuis wordt zo de spil van een groene broedplaats, waar de ontmoeting tussen cultuur en natuur plaatsvindt. Beschrijving Functies (niet limitatieve opsomming) • Paden: De hoofdroutes in het park zijn goed begaanbare asfaltpaden, die aansluiten op de hoofdroutes van Park Randenbroek en de Vosheuvel. Met de realisatie van de Elisabethlocatie wordt het mogelijk aan beide oevers langs de beek een volledige wandeling te maken, van stad naar stadsrand en terug, waarmee de hele beekvallei op de stedelijke schaal een unieke betekenis krijgt. Het aantal pad-doorsnijdingen is beperkt, wel zijn er verschillende halfverharde paden die de verschillende onderdelen verbinden. • Ketelhuis: Blijft staan, samen met de gemetselde schoorsteen. De lagere aanbouwen worden weggehaald. Het ketelhuis is beschikbaar voor een maatschappelijke, educatieve of kinderopvang functie met bij voorkeur een groene of cultuurhistorische signatuur. Er wordt gestreefd naar gemengde voorzieningen die ook voor het park betekenis hebben: met een ruimte voor wat groene activiteiten en een terrasje. Vanuit het ketelhuis zouden de activiteiten in de tuinen kunnen worden geregeld. Aandacht voor educatie over natuur in de stad en eetbaar groen is hier op z’n plaats. Indien er een kinderopvang in wordt gehuisvest zal de speelvoorziening op het buitenterrein in het weekend voor de buurtkinderen openbaar toegankelijk moeten zijn. De voorziening is in de bestemming groen als mogelijkheid opgenomen, maar zal aansluitend aan het gebouw gesitueerd zijn. • Toegang en parkeren: de wandeltoegangen zijn de omgeving zijn zodanig gesitueerd dat ze aansluiten op veilige oversteekplaatsen in de Ringweg Randenbroek en de Heiligenbergerweg. De huidige toegang tot het parkeerterrein van het ziekenhuis komt te vervallen. De verkeerskundige situatie op de Ringweg Randenbroek moet hierdoor ook worden aangepast. Dit valt buiten het plangebied van de Elisabethlocatie. Voor het mogelijk
3
•
•
• • •
•
•
•
maken van een goede oplossing, bijvoorbeeld een veilige oversteek met middengeleider, wordt overlegd met de projectleider van Park Randenbroek en de afdelingen Verkeer en Stedelijk Beheer. Ten behoeve van de gebruiksfuncties in het ketelhuis is direct aansluitend aan de noordzijde een parkeervoorziening opgenomen voor maximaal 25 auto’s. het gaat hier om een in het groen ingepaste parkeerplaats. Op basis hiervan kan conform de gemeentelijke parkeernormen in de parkeerbehoefte worden voorzien op basis van een gemengde bezetting van functies in het ketelhuis. Vanaf de Heiligenbergerweg wordt de huidige noordelijke dienstingang de enige toegang voor autoverkeer. De zuidelijke dienstingang, direct naast het ketelhuis, zal een toegang worden voor hulp en nooddiensten. De villa, die een woonbestemming heeft gekregen, zal een eigen inrit krijgen vanaf de Heiligenbergerweg. Cultuurtuin: De tuinen rond het ketelhuis zijn gereserveerd voor de verschillende ideeën die hiervoor zijn geopperd. Het gaat om openbare tuinen in de vorm van bijvoorbeeld een buurtmoestuin, een pluktuin en een boomgaard. De tuinen zijn ook een prima plek voor een imkerij; de stadsnatuur wordt steeds belangrijker voor het leefgebied van de honingbij (en andere insecten). Hondenlosloopgebied: Een groot losloopveld wordt beter gebruikt dan een klein, blijkt uit ervaring; daarom is er voor gekozen één hondenspeelveld van ruime omvang te realiseren waar honden mogen loslopen en geen opruimplicht is. Het wordt aantrekkelijk gemaakt met wat reliëf, bomen en hier en daar een hondenspeelelement (boomstam en een buis), enkele banken bij de entrees en een niet opvallende afscherming, zodat het terrein goed ingepast wordt in het park. Voor een aantal andere plekken geldt een verbod, voor de rest geldt het gemeentelijk aanlijnbeleid. Dierenweide: Uitgangspunt is een opengrasweide met doorzicht vanaf de Heiligenbergerweg. Hier kan kleinvee worden beweid vanuit bijvoorbeeld Stadsboerderij De Vosheuvel. Klimbos: in de nieuwe boskern direct ten zuiden van het ketelhuis worden enkele klimbomen als natuurlijke speelobjecten opgenomen. Blotevoetenpad: een route gelegen in het parkdeel tussen het ketelhuis en Stadsboerderij De Vosheuvel. Leuk voor kinderen met ouders of grootouders, voor klassen en groepen vanaf De Vosheuvel of het Ketelhuis. Een pad met verschillende natuurlijke ondergronden en hindernissen. Het duin: alle grond uit ontgraven (ten behoeve de natte zone) wordt op locatie verwerkt tot een heuvel, die refereert aan een landduin zoals deze voorkomen langs de beek. De heuvel krijgt een steile helling naar het noorden en een flauwe op het zuiden en wordt deels frequent gemaaid voor spel en sleetje rijden in de winter, en deels extensief beheerd als schraaldroge bloemenweide. Vertelplek: in de heuvel worden enkele halfronde zittingen uitgespaard, die kunnen dienst doen als ontmoetingsplek en vertelplek, voor kleinschalige onversterkte en onverlichte voorstellingen. Oriëntatietafel: het (voormalige) voorplein van het ziekenhuis ligt aan het hoofdpad op de scheiding van het droge bos en natte natuur. Een mooie plek voor een educatief informatietableau dat bijvoorbeeld wat laat zien over de landschappelijke structuur van de beken in Amersfoort, de ontstaansgeschiedenis van het landschap, de cultuurhistorie, en wat je in de natuur en het landschap kan zien en beleven.
4
•
•
•
•
Uitkijktoren; in het broekbosje in de zuidwesthoek van de Elisabethlocatie mag ook gebruikt worden voor spel en natuurbeleving, met het doel om andere bosjes te ontlasten en rustig te houden. Er loopt hier een knuppelpad doorheen (pad bestaande uit liggende houten ‘knuppels’), dat onderdeel uitmaakt van het blotevoeten pad en er staat verscholen tussen de bomen een uitkijktoren. Groen: de hoofdkarakteristiek van het groenbeeld wordt bepaald door het contrast tussen het vochtige elzenbroekbos, met soorten als zwarte els, es, berk, vlier, zwarte bes, hazelaar, elzenzegge, veenmos; en het droge eikenbos, bestaande uit zomer- en wintereik, beuk, haagbeuk, lijsterbes, hulst, bosbraam en bosbes, e.d. Alhoewel de huidige beplanting op het terrein veelal aanplant is uit de stedelijke situatie past een groot deel van de boomsoorten goed in deze karakteristiek. De gezonde bomen in het droge deel worden opgenomen in het plan, eventuele exotische uitschieters worden door beheermaatregelen geleidelijk vervangen door inheems sortiment. In de natte zone zal een aantal bomen gerooid moeten worden teneinde te kunnen ontgraven en soorten uit het broekbostype te kunnen aanplanten. Op basis van de boominventarisatie wordt per boom verantwoord hoe deze wordt ingepast en waarom gerooid moet worden. Het vrijkomende hout kan gebruikt worden op locatie voor de verschillende zit en speelmogelijkheden. Eetbaar groen: naast de mogelijkheid voor openbare tuinen, e.d. rond het ketelhuis, wordt bij de aanplant en ontwikkeling van het groen ruim voorzien in eetbaar (openbaar) groen voor mens en dier; waaronder zwarte en rode bessen, bosbessen, bramen, wilde framboos, hazelnoten, tamme kastanjes en walnoten. Vleermuizenvoorziening: uit de natuurtoets in het kader van de geldende natuurwetgeving is gebleken dat door de sloop van de ziekenhuis het huidige verblijf van de gewone dwergvleermuis verdwijnt, waardoor een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet moet worden aangevraagd. Het advies is om op locatie een nieuwe verblijfplaats voor de gewone dwergvleermuis te realiseren als kraam-, paar- en overwinteringslocatie. Dit kan mogelijk in het te behouden ketelhuis en schoorsteen. Een nadere uitwerking moet aangeven aan welke voorwaarden de nieuwe voorziening moet voldoen. Het betreft hier een voorziening voor een andere vleermuissoort dan ten zuiden aan de beek wordt gerealiseerd. Nader onderzoek in september 2013 moet uitwijzen of er nog andere verblijfplaatsen van vleermuizen aanwezig zijn op de Elisabethlocatie.
Beheerplan Het inrichtings- en beheerplan vormen samen een twee-eenheid. Het beheerplan wordt opgesteld voor de periode van 10 jaar en moet ervoor zorgen dat het park een goede start maakt, de natuurdoelen worden gerealiseerd en de groene initiatieven worden gestuurd. Voor het reguliere groenbeheer wordt aangesloten bij de systematiek van de gemeente van de staalkaarten per beheertype. Deze staalkaarten geven voor ieder beheertype aan wat het streefbeeld is, welke beheermaatregelen waar en wanneer moeten worden genomen om daar te komen (ontwikkelingsbeheer) en welke beheermaatregelen moeten worden genomen om daar te blijven (onderhoudsbeheer). Het ontwikkelingsbeheer geeft het beheer aan voor de eerste periode na aanleg, waarin sprake is van extra beheer (bijv. watergeven, inboet) maar ook het bijsturen in ecologische ontwikkelingen.
5
Er wordt in het beheerplan extra inzet meegenomen voor realisatie van groene initiatieven zoals aangegeven op de inrichtingsschets. Dit wordt afgestemd op het doel om initiatieven te honoreren die tevens zelf voor de exploitatie en het beheer zullen zorgen. Daarnaast is het dagelijks onderhoud, opruim- en reparatiewerkzaamheden (parkmeubilair) onderdeel van het beheerplan. Bijzondere elementen die extra aandacht vragen zullen een aparte beschrijving krijgen; dit betreffen de heuvel, het blotevoetenpad, hondenlosloopgebied, de dierenweide, e.d.
6
Samenwerking Elisabeth Groen
Gezamenlijk proces bestuur en bewoners van Amersfoort Coalitieakkoord Bewonersinitiatieven
Kerngroep met opdracht Ideeën ophalen: iedereen is welkom!
Professionele ondersteuning bureau Ideeën schiften, selecteren in werkgroepen Ontwerpschets
OPHALEN IDEEEN ‘UIT DE STAD’ Divergeren Vier openbare bijeenkomsten (15/5; 5/6; 20/6; 27/6) En via buurbook.nl; via social media, via persoonlijke emails INGEBRACHTE IDEEEN TOTAAL 213 AFGEVALLEN 44 (vnl niet passend binnen de kaders) NATTE ZONE
21
DROGE ZONE
56
OVERIG/BEHEER
92
Schiften en selecteren van ideeën Convergeren 1. Kerngroep heeft getoetst aan randvoorwaarden 2. Wat overbleef: gekeken wat er precies werd bedoeld. Mensen gaven hetzelfde onderwerp vaak andere namen 3. Bespreken van ideeën en dilemma's in werkgroepen. 4 bijeenkomsten kern- en werkgroepen (4/7; 18/7; 23/7; 13/8) PRESENTATIE SCHETSONTWERP Inloopavond op 21 augustus
Vervolg sept-dec?
DEELNEMENDE PARTIJEN/INBRENG GELEVERD DOOR:
Stichting Heiligenbergerbeekdal Gemeente Amersfoort De Nieuwe Erven Burgerinitiatief Het Nieuwe Samenwerken 033Groen i.o. SIESTA Samenwerkende Groeperingen Leefbaar Amersfoort Stadsboerderij De Vosheuvel Scouting Cay-Noya Beweging 3.0/Nijenstede Dahliavereniging Randenbroek Platform Amersfoort Duurzaam Werkgroep Groen Randenbroek Utrechts Landschap Volkstuinvereniging Dorrestein En natuurlijk: tientallen inwoners van Amersfoort
Besluitenlijst De Ronde datum:
3 september 2013
vergaderruimte: Raadzaal (1.02) Titel Van Doel activiteit Voorstel
Voorzitter Secretaris Notulist Aanwezige woordvoerders Raadsleden/buitengewone fractieleden
Inspreker(s) Conclusie voorzitter
van
20.30 tot
aantal bezoekers:
21.00 uur 50
Reg.nr. 4481580 Herinrichting Elisabethlocatie: inrichtingsschets Soort verslag College van B&W Besluitenlijst Soort activiteit Informatie Rondetafelgesprek De inrichtingsschets en het proces dat tot deze inrichtingsschets heeft geleid worden toegelicht door de kerngroep Samenwerking Elisabeth Groen samen met bureau Haver Droeze. Informatie maakt onderdeel uit van voorbereiding op besluitvorming door de raad over het bestemmingsplan en het inrichtings- en beheerplan later dit jaar. Portefeuillehouder Van den Berg Smit Opsteller Pen Wingelaar Portefeuillehouder Van den Berg Ballast-Tatarian (VVD), Van den Berg Ambtenaren (CDA), Dijksterhuis (CU), Hessels (VVD), Wingelaar Houwing (D66), Hunink (CU), Killi (PvdA), Koet-Minis (GL), Prins (GL), Roelé (Groep Van Vliet), Sanders (D66), Schoenmaker (SP), Smits Alvarez (PvdA), Van Vliet (GL), Van Wegen (BPA) Mevrouw Bouma heeft uitgelegd welke aanpak de Kerngroep Samenwerking Elisabeth Groen heeft gevolgd om te komen tot de inrichtingsschets. Mevrouw De Crom heeft de inhoud van de inrichtingsschets toegelicht. Woordvoerders hebben complimenten gegeven aan de Kerngroep. Ook hebben zij vragen gesteld aan de vertegenwoordigers van de Kerngroep, o.a. over het gebruik van staalkaarten en het beheer van de hondenlosloopplek. Woordvoerders hebben aan de wethouder aandacht gevraagd voor de drukte op de Randenbroekerweg (de oversteek naar park Randenbroek) en de verbinding tussen de Elisabethlocatie en het bos aan de andere kant van de A28. Wethouder Van den Berg heeft aangegeven dat de raad op een later moment nog zal spreken over de prioritering van ruimtelijke projecten in relatie tot A28 / knooppunt Hoevelaken. Genoemde knelpunten kunnen worden betrokken in die discussie. Tot slot is gevraagd naar de tijdelijke verhuur van de villa. De wethouder heeft toegezegd dat hij met de raad in gesprek gaat over de kaders voor verhuur en verkoop.
Advies aan presidium: Terug in De Ronde, raadsvoorstel komt voor eind van het jaar in DR Toezeggingen / Afspraken Aantekeningen voor verslag
-
Wethouder Van den Berg gaat met de raad in gesprek gaat over de kaders voor verhuur en verkoop van de villa op de Elisabethlocatie. Aanwezig namens Kerngroep Samenwerking Elisabeth Groen: L. Bouma, A. de Crom, G. Chel, P. de Langen, W. van Offeren, L. Helle, D. van der Kaaden, E. van Groningen, T. Casimir, Y. Grutters, M. Wingelaar. Aanwezig namens bureau Haver Droeze: J. Heij
#4481580 v1 - BESLUITENLIJST DR 3-9-2013 HERINRICHTING ELISABETHLOCATIE: INRICHTINGSSCHETS
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Samenvatting
Reg.nr. 4441612 Bomenlijst: Behoud van het groene kapitaal in de stad 3 september 2013 Ambtelijk contact College van B&W Zwier (033-469 4535) Van Muilekom De inhoud van de presentatie bestaat uit een toelichting op 1. de uitwerking van de raadsopdracht (deregulering, afschaffing kapvergunning, invoering bomenlijst); 2. de werkwijze met kapvergunning nu en straks met ontheffingscriteria; 3. (participatie)proces opstellen bomenlijst; 4. resultaten en consequenties van de bomenlijst. 5. eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst
De informatie wordt gepresenteerd door wethouder R. van Muilekom en de heer W. van der Stelt, adjunct-afdelingshoofd Stedelijk Beheer. Doel activiteit Reden van aanbieding Van de raadsleden wordt gevraagd Vervolgtraject
Soort activiteit Informatie Presentatie Informatie maakt onderdeel uit van de voorbereiding op besluitvorming afschaffing kapvergunning en invoering bomenlijst. Kennis te nemen en vragen te stellen over bovengenoemde informatie. Op korte termijn wordt aan de raad een raadsvoorstel voorgelegd waarin wordt voorgesteld om de kapvergunning af te schaffen en een bomenlijst in te voeren.
Opm. presidium Soort verslag Bijbehorende documenten
Achterliggende documenten
Collegebesluit met aangekondigd raadsvoorstel (planning: beschikbaar op 3 september) Presentatie 3 september 2013 (Beschikbaar vanaf 4 september) *Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst *Rapport Eelerwoude Raadsvoorstel en -besluit Deregulering kapvergunning en herziening bomenbeleid (10-01-2012) *Motie 2.1 Bomenbeleid (10-1-2012) *Motie 2.2 Financiële consequenties deregulering kapvergunning (10-1-2012) *Amendement 2.1 Gemeente besluit tot plaatsing op bomenlijst (10-1-2012) *Amendement 2.2 Beperking kappen bij particuliere instellingen *Besluitenlijsten De Ronde 2 en 8 juli 2013 *Raadsinformatiebrief 2013-54 *Algemeen Plaatselijke Verordening (Regelgeving staat onder Hoofdstuk 4, afdeling 3)
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
*toegevoegd ten opzichte van eerder gepubliceerde versie
#4441612 v2 - AGENDAPUNT DE RONDE 3 SEPTEMBER 2013 BOMENLIJST: BEHOUD VAN HET GROENE KAPITAAL IN DE STAD
Bomenlijst Behoud van groen kapitaal in de stad
Goed zorgen voor bomen • Goed en verantwoord omgaan met bomen • Efficiënte inzet van mensen en middelen • Groene stad ook voor de volgende generaties
Proces met de stad • Stad heeft bomen aangedragen voor de lijst • Klankbordgroep Bomenlijst als kritisch meedenker, met budget voor onafhankelijk boomdeskundig adviseur
Inhoud van deze presentatie A. De opdracht: het raadsbesluit 10 januari 2012 B. Hoe doen we het nu? C. Proces en resultaten D. Meerwaarde en consequenties
E. Conclusie
5 / 21 De opdracht
Raadsbesluit Bomenlijst 2012 • Dereguleren • Gedeelde verantwoordelijkheid • Kapontheffing ipv kapvergunning
• Bomenlijst • Overleg met Klankbordgroep Bomenlijst • Inbreng vooraan in plannen
• Zorgen voor optimale groeiomstandigheden • Moties en amendementen
6 / 21 Hoe doen we het nu?
Hoe doen we het nu? • Kapvergunning voor alle bomen met omtrek ≥ 35 cm • Publiceren, mogelijkheid tot bezwaar maken • 2011: 508 aanvragen, 7 geweigerd • 2012: 422 aanvragen, 13 geweigerd • Er wordt weinig bezwaar gemaakt • Reactief (aan het eind) ipv proactief (effecten op bomen aan het begin meewegen)
7 / 21 Proces en resultaten
Resultaten • Stad heeft bomen aangemeld • Aanwijscriteria voor bomen op de lijst • Inventarisatie bomenbestand: 78.000 bomen in beeld
• Criteria voor kapontheffing
8 / 21 Proces en resultaten
Werkwijze •
Meest waardevolle bomen (cat. 1, 2 en 3) op de lijst, eigenaar is gemeente of ander; ca 21.500: kapverbod, evt. kapontheffing
•
Overige bomen van de gemeente, ca 56.500: zorgvuldig afwegen effecten van plannen: kweekvijver voor bomenlijst!
•
Overige bomen van andere eigenaren: eigenaar bepaalt > 90% van de inwoners hoeft geen kapvergunning meer aan te vragen
9 / 21 Proces en resultaten
Bomenlijst 3 categorieën: 1. Monumentale bomen ca. 1.500 2. Bijzondere bomen
ca. 4.200
3. Structuurbomen
ca. 15.800
10 / 21 Proces en resultaten
Aantallen geïnventariseerd (vs van tevoren ingeschat) Categorie
Particulier
Openbaar
Totaal
1
843 (50)
672 (100)
1515
2
2233 (100)
1965 (1000)
4198
3
nvt
15768 (10000)
15768
Overige bomen
nvt
56.500 (50000)
56500 77981 (61250)
12 / 21 Proces en resultaten
Werkwijze bomenlijst (cat. 1, 2 en 3) Jaarlijks visuele controle 5 jaarlijks beheeradvies voor inwoners • Bij plannen vooraf integrale afweging maken: bomenparagraaf • In principe: boom gaat voor plan • Toch reden om te kappen? Eigenaar vraagt ontheffing aan
13 / 21 Proces en resultaten
Overige bomen van de gemeente • Eigen plannen:
› effect op bomen meenemen bij eerste planvorming (BEA) › zorgvuldige afweging › communicatie met omwonenden (net als nu) Voorbeeld: Herinrichtingprojecten zoals Berg Noord
14 / 21 Proces en resultaten
Paspoort van
boom categorie overige bomen van de gemeente
15 / 21 Proces en resultaten
Overige bomen van de gemeente • Plannen van anderen: › effect op bomen meenemen bij eerste planvorming (BEA) › mogelijk eisen aanpassing plannen › opleggen herplantplicht, of financiële compensatie › communicatie samen met plannenmaker Voorbeeld: verbreding A28 / Hogeweg
16 / 21 Proces en resultaten
Overige bomen, andere eigenaar Eigenaar is bewoner: Bepaalt zelf, informeert zelf de buren
17 / 21 Proces en resultaten
Overige bomen, andere eigenaar Eigenaar is rechtspersoon, valt meestal binnen de Boswet: • voornemen tijdig melden bij Provincie • Provincie stelt eisen • in elk geval herplantplicht of compensatie Eigenaar informeert omwonenden Voorbeeld: Defensie, Waterschap, Prorail, Zon & Schild, Het Utrechts Landschap
19 / 21 Meerwaarde en consequenties
Meerwaarde van de Bomenlijst • Bomen goed in beeld gebracht • Proactief: plannen moeten rekening houden met bomenlijst – bomen • Gedeelde verantwoordelijkheid en inspanning op behoud van bomen • Doelgericht beheer en onderhoud
• Verantwoorde deregulering: minder kapaanvragen
20 / 21 Meerwaarde en consequenties
Consequenties Bomenlijst • Optimale inzet op behoud van bomen in de stad • Geen invloed op kap van niet bomenlijst-bomen van overige eigenaren • Gaat uit van eigen verantwoordelijkheid: › in gemeente voor eigen bomen › bewoners/organisaties voor eigen bomen
21 / 21 Conclusie
Conclusie • Bomen nog nooit zo goed in beeld gehad! • Maximale bescherming van de bomen, met minimale regelgeving • Zorgvuldig behoud van ons groene kapitaal
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Inhoud • • • • •
“Groene waas” Bescherming groen kapitaal Monumentale en bijzondere bomen in de boomstructuur Ontbrekende delen boomstructuur Meldingsplicht bij kap
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Groene Waas • Bij beschermd stadsgezicht Binnenstad en De Berg • Voorstel: hier ruimer criterium voor lijst hanteren
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Bescherming groen kapitaal • vergt meer dan –citaat- ‘goed voor de bomen in de stad te blijven zorgen’ • Duidelijke en slimme keuzes vastleggen in organisatie • Hoe wordt ambitie in het raadsvoorstel waargemaakt?
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Monumentale en bijzondere bomen in de boomstructuur Voorbeeld eiken Soesterweg
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Ontbrekende delen boomstructuur Voorbeelden: knotelzen, Juliana van Stolberg, Snouckaertlaan
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Meldingsplicht bij kap • Bomenbalans • Nodig voor evaluatie nieuw beleid: wat is het effect op groen in de stad?
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst
Einde
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Amersfoort, 2 september 2013 De Klankbordgroep Bomenlijst heeft samen met de gemeente 3 jaar lang hard gewerkt aan de stukken van de Bomenlijst. De Klankbordgroep is van mening dat de gemeente Amersfoort nu een heel eind op de goede weg is om op verantwoorde wijze invulling heeft gegeven aan de door de raad gestelde uitgangspunten deregulering en blijvende goede zorg voor bomen. De beleidsregels voor het aanwijzen van bomen en het verlenen van een kapontheffing zijn helder, consistent met de uitgangspunten en bieden enkele goede aanknopingspunten voor de bescherming van ons groene kapitaal. De Bomenlijst bevat op grond van de duidelijke criteria een substantieel aantal bomen. Belangrijke winstpunten zijn dat nu duidelijk is welke bomen van de meest grote waarde zijn en door middel van de Bomenlijst is dat voor iedereen inzichtelijk. De vervanging van vergunningsplicht door ontheffingsplicht geeft voorts blijk van de intentie om deze meest waardevolle bomen beter te beschermen. Met betrekking tot ‘het nieuwe samenwerken’ constateren wij dat de gemeente transparant en open is geweest en dat we steeds meer goede wil hebben ervaren om samen te werken met de klankbordgroep. Dit heeft tevens geleid tot meer begrip van onze zijde voor de afwegingen die de gemeente moet maken. We zijn uiteindelijk redelijk tevreden over de samenwerking en herkennen onze inbreng op vele punten. Desalniettemin plaatsen wij een aantal kanttekeningen bij het voorliggende voorstel, waarvoor wij met nadruk aandacht vragen: 1. 2. 3. 4. 5.
De Groene Waas van de beschermde stadsgezichten Binnenstad en Bergkwartier is onvoldoende beschermd; Visie op bescherming groen kapitaal is onvoldoende uitgewerkt; Monumentale en Bijzondere bomen in structuren horen beter beschermd te zijn; Er ontbreken waardevolle bomenlanen in de beschermde boomstructuur (Categorie 3); Er ontbreekt een meldingsplicht voor de overige bomen.
Ad 1. Gezamenlijk hebben wij geconstateerd dat het groen (de zogeheten ‘groene waas’) tot de kernwaarden behoorde van de twee beschermde stadsgezichten (Binnenstad en De Berg). De beschrijving van het Stadsgezicht De Berg en het raadsbesluit met betrekking tot de recente Cultuur Historische Analyse van de oude Binnenstad ondersteunen deze visie. Derhalve is voorafgaand aan de inventarisatie afgesproken dat omwille van de bescherming van deze waardevolle groene waas ruimere criteria voor opname van bomen op deze locaties zouden worden gehanteerd. Na de inventarisatie zijn de criteria echter aangescherpt, waardoor een groot aantal bomen die een essentieel onderdeel uitmaken van de groene waas, niet op de Bomenlijst terecht zijn gekomen. De Klankbordgroep raadt met klem aan deze bomen alsnog aan de Bomenlijst toe te voegen, om de kwaliteit van de groene waas daadwerkelijk te kunnen waarborgen als kernwaarde van de stadsgezichten. Ad 2. Waarborgen van het groene kapitaal in de stad vergt meer dan ‘goed voor de bomen in de stad te blijven zorgen’ (zie raadsvoorstel bij Beoogd effect). Zorgvuldig beheer en behoud van waardevolle bomen zijn belangrijke randvoorwaarden, maar niet voldoende om het groene kapitaal te waarborgen. De voornemens van de gemeente zijn ambitieus, maar nog onvoldoende integraal en onvoldoende anticiperend op belangrijke ontwikkelingen. Hoe gaat de gemeente om met gedeelde verantwoordelijkheid, burgerinitiatieven, recreatiegroen, tegengaan hittestress, soortkeuze (mede i.v.m. ziekten en plagen), behoud van functionaliteit van bossages (nu nog beschermd vanaf 50m2) of multifunctioneel ruimtegebruik? Dit vraagt geen ‘algemene beheervisie voor bomen waarin eindbeelden centraal staan’ (zie raadsbesluit 10 januari 20102), maar duidelijke en slimme keuzes en het vastleggen van goede procedures en afspraken binnen de organisatie. In de oude Bomennota staan bovendien zinvolle handreikingen, waarvan is toegezegd dat deze zouden worden meegenomen. Dat is echter niet of onvoldoende gebeurd. De gemeentelijke visie is naar mening van de Klankbordgroep nog onvoldoende ‘SMART’; Nadere uitwerking is strikt noodzakelijk om het groene kapitaal in de stad daadwerkelijk te kunnen waarborgen. Ad 3. De gemeente heeft ervoor gekozen om monumentale en bijzondere bomen die onderdeel uitmaken van een structuur/laanbeplanting, niet in Categorie 1 respectievelijk Categorie 2 in te delen, maar in Categorie 3. Wij zijn het daar niet mee eens, omdat het geen recht doet aan de monumentale of bijzondere status van de desbetreffende boom. De gemaakte keuze is tevens onlogisch en inconsequent. Het mag voor de mate van bescherming immers geen verschil uitmaken of het een solitaire boom betreft of een boom die onderdeel uitmaakt van een rij bomen. Bij de boomstructuur (Categorie 3) gaat namelijk het behoud van de structuur boven het belang van behoud van de individuele boom. Indien echter in een structuur/laanbeplanting een monumentale of bijzondere boom staat zijn wij van mening dat behoud van de desbetreffende boom voorop moet staan. Voorbeelden zijn de lanen in Park Schothorst en de paar oude eiken tussen de jonge bomen aan de Soesterweg. De Klankbordgroep vraagt derhalve om monumentale bomen respectievelijk bijzondere bomen terug te plaatsen naar Categorie 1 respectievelijk Categorie 2. N.b.: Het toekennen van de monumentale of bijzondere status leidt derhalve niet tot een toename van het aantal bomen op de Bomenlijst. Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst, 2 september 2013
1
Ad 4. In de boomstructuur ontbreken bestaande waardevolle structuren met voldoende ruimte om deze duurzaam in stand te houden. Voorbeelden hiervan zijn de lindenbeplanting rondom het voormalige kazerneterrein aan de Juliana van Stolberglaan en de cultuurhistorische rijen knot-elzen aan het Bunnikspad en Boerspad in de wijk Rustenburg. De Klankbordgroep is onvoldoende betrokken geweest bij het opstellen van de boomstructuur en heeft derhalve geen goed inzicht in de gemaakte keuzes. Wij constateren echter grote omissies in de aanwijzing van Categorie 3 bomen die de samenhang in de boomstructuur als geheel niet ten goede komt. Bij het vaststellen van de boomstructuur is meer waarde gehecht aan bestaand beleid, dan aan aanwezige boombeplantingen, een logische structuur en straten met voldoende ruimte voor een duurzaam bomenbestand. Ons advies is daarom om de boomstructuur compleet te maken. Ad 5 De gevolgen van het afschaffen van de kapvergunning voor de overige bomen zijn onvoldoende inzichtelijk. Wij adviseren daarom een zogenoemde ‘bomenbalans’ op te nemen in het beleid en een meldingsplicht voor de kap van bomen die tot nu toe beschermd waren en onder het nieuwe beleid niet meer. Op die manier houdt men zicht op wijzigingen in ons groene kapitaal, kunnen burgers met elkaar en de gemeente blijven overleggen over het kappen van bomen en kan de gemeente blijven waarschuwen voor bescherming van de flora en fauna op grond van de Flora- en Faunawet. Ten aanzien van ‘het nieuwe samenwerken’ hebben wij als ervaringsdeskundigen nog een aantal overwegingen waarmee de gemeente in toekomende gevallen naar onze mening haar voordeel kan doen. •
Planning, communicatie (over onder andere de planning) en het tijdig toesturen van goed uitgewerkte concepten en informatie verliep niet altijd naar onze wens. Vaak moesten wij plots reageren op keuzes die de projectgroep al had gemaakt en aan ons wilde ‘uitleggen’ in plaats van ‘voorleggen’. Wij werden daardoor meerdere keren verrast, in plaats van dat we van tevoren en tijdig hebben kunnen meedenken.
•
Wij hebben de indruk dat het lastig was om vanuit de verschillende disciplines die in de projectgroep vertegenwoordigd waren efficiënte stappen te nemen en integraal keuzes te maken. Daardoor veranderde de stukken regelmatig wat voor ons veel extra werk opleverde en waardoor het proces langdurig is geweest en wij onze inbreng regelmatig moesten herhalen om gehoord te worden.
•
De gemeente moet waken voor schijnparticipatie. Het is voor burgers frustrerend om uitgenodigd te worden om mee te denken, dat ook enthousiast te doen, om vervolgens geconfronteerd te worden met tussentijds gewijzigde voorwaarden. De vraag om beschermwaardige bomen aan te melden voor de lijst is hier een voorbeeld van. Ruim 700 bomen zijn aangemeld, waarvan bij een groot deel achteraf gezegd wordt dat ze niet aan (de later aangescherpte) criteria voldoen.
Tot slot zijn wij van mening dat 1 x per 3 jaar VTA voor particuliere bomen in plaats van de voorgestelde jaarlijkse controle, voldoende is. Hiermee kan naar onze mening door de gemeente geld worden bespaard. Wij hopen dat de raad onze wijzigingsvoorstellen overneemt. Voor nadere informatie of toelichting kunt u terecht bij: Wendy van Offeren, contactpersoon Klankbordgroep, tel.: 06-40624584
Eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst, 2 september 2013
2
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder M. Tigelaar : : : :
13-12-2011 01-11-2011 10-01-2012 10-01-2012
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 3971963 : 7 december 2011 : HB-02
Met inachtneming aangenomen amendementen
TITEL Deregulering kapvergunning en herziening bomenbeleid
BESLISPUNTEN 1. De herziening van het bomenbeleid vast te stellen, bestaande uit: a. het benoemen en vastleggen van de waardevolle bomen in de stad op een voor iedereen toegankelijke lijst, in vier categorieën; b. het stimuleren van particuliere eigenaren om waardevolle bomen in stand te houden, door jaarlijks een visuele boomveiligheidsinspectie mogelijk te maken en eens per 5 jaar een onderhoudsadvies aan te bieden; c. het verplicht op de bomenlijst plaatsen van bomen waarvoor in de afgelopen vijf jaar een kapvergunning geweigerd is; d. het afschaffen van de kapvergunning; e. het verplicht meegeven van een duurzame standplaats voor nieuw aan te planten bomen in de openbare ruimte; f. het verplicht stellen van de BomenEffectRapportage (BER) en de BomenEffectAnalyse (BEA) en het Protocol voor de Bescherming van Bomen (PBB) bij werken in de openbare ruimte, door deze instrumenten te borgen in de Richtlijnen voor Inrichtingswerken in de Openbare Ruimte (RIOR); g. een jaar na vaststelling van de bomenlijst evalueren van de nieuwe werkwijze. 2. Het gewijzigde bomenbeleid pas in werking te laten treden als: a. het college de bomenlijst van waardevolle bomen heeft vastgesteld; b. de raad de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) heeft aangepast op het onderdeel kapvergunning.
AANLEIDING In de raadsinformatiebrief van 13 oktober 2009 (nr. 116) is over deregulering aangegeven: “Wij zullen de kapvergunning afschaffen na het vaststellen van het nieuwe bomenbeleid en het opstellen van een bomenlijst”. Deze toezegging is ook verwoord in het Coalitieakkoord Amersfoort 2010-2014 ‘Verbonden, Slagvaardig, Duurzaam’ waarin staat aangegeven dat de kapvergunning vervalt en wordt ingeruild voor een specifieke lijst met te beschermen bomen. Vanuit de raad (zie raadsvragen 2011; nr. 41) is daarbij de zorg uitgesproken dat bij afschaffing van de kapvergunning de bescherming van het bomenbestand gevaar loopt.
BEOOGD EFFECT Het doel van deze herziening van het bomenbeleid is op een proactieve en efficiënte wijze zorgdragen voor het behoud van waardevolle bomen en groenstructuren door: • een eenduidige lijst van waardevolle bomen, • minder regels voor inwoners, • gedeelde verantwoordelijkheid voor een groene leefomgeving en • duurzame instandhouding van nieuwe en bestaande bomen.
Inlichtingen bij:
A. Wurth, SOB/SB, (033) 469 50 24
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 2
ARGUMENTEN 1.1 Meer behoud waardevol groen door proactieve inzet in nieuwe ontwikkelingen De inzet en aandacht is meer gericht op het meegeven van kaders vroegtijdig in trajecten voor nieuwe plannen en minder op het behandelen van kapaanvragen als sluitstuk ervan. Dit vergroot de kansen voor het succesvol inpassen in de plannen van bestaand waardevol groen. 1.2 Helder bomenbeleid voor alle betrokkenen Doordat in het nieuwe beleid een lijst wordt opgesteld met een indeling van bomen in categorieën is voor iedereen op elk moment inzichtelijk wat de waardevolle bomen en groenstructuren zijn voor de stad en welke regels gelden voor welke bomen. 1.3 Inbreng belangengroepen in bomenlijst Bewoners en belangengroeperingen zijn van harte welkom om mee te denken over de op te stellen bomenlijst. We raadplegen de klankbordgroep bij de opstelling van de concept bomenlijst. Bewoners kunnen hun eigen boom aandragen voor de lijst. 1.4 Meer behoud waardevol particulier groen door beheer en onderhoudsadvies De eigenaren van waardevolle particuliere bomen die op de lijst komen, krijgen advies over het beheer en onderhoud van hun boom. Eens in de vijf jaar wordt een beheer en onderhoudsadvies voor de betreffende boom aangeboden. Daarnaast wordt het mogelijk gemaakt de particuliere bomen mee te nemen in de visuele boomveiligheidsinspectie (VTA). Bewoners krijgen zo een stimulans om waardevolle bomen goed te onderhouden. Dit verbetert de kansen voor deze bomen om uit te groeien tot veilige en gezonde monumentale bomen. 1.5 Vermindering regelgeving voor en toename eigen verantwoordelijkheid van inwoners Door deregulering van kapvergunningen is er voor de burger sprake van minder overheidsbemoeienis en meer eigen verantwoordelijkheid voor een groene leefomgeving. 1.6 Langere levensduur bomen dankzij een duurzame standplaats Het meegeven van eisen voor goede groeiomstandigheden voor bomen draagt bij aan de hogere levensverwachting van bomen en daarmee aan de kwaliteit van het bomenbestand als geheel. Gezonde oudere bomen hebben een grote betekenis voor de leefomgeving.
KANTTEKENINGEN 1.1 Vrees van derden voor massaal kappen van gemeentelijke bomen (categorie 4: functionele bomen) Deze vrees is ongegrond. In de nieuwe situatie met een kapverbod voor waardevolle bomen verandert er feitelijk weinig in de beoordeling zelf en bieden we vooraf duidelijkheid aan de hand van de bomenlijst. Er worden niet meer bomen gekapt dan met het huidige systeem van kapvergunningen. In bijlage 1 bij dit raadsvoorstel staat onder inspanningsniveau dat er voor categorie 4 bomen een reguliere inspanning wordt verricht die gericht is op veiligheid en behoud van de boom. 1.2 Vrees van derden voor massaal kappen van particuliere bomen Deze vrees delen wij niet. Bij bomen in particuliere tuinen leggen we de verantwoordelijkheid bij de burger. Het afschaffen van de kapvergunning heeft eerder in een aantal gemeenten plaatsgevonden (o.a. Amstelveen, Oirschot, Druten, Tilburg en Apeldoorn). In deze gemeenten heeft het afschaffen van de kapvergunning niet geleid tot massale kap van bomen.
COMMUNICATIE EN PARTICIPATIE Tijdens de voorbereiding van de herziening van het bomenbeleid zijn in het najaar van 2010 bewonersavonden gehouden. Eén van deze avonden was speciaal georganiseerd voor belangengroeperingen. Op deze avonden hebben betrokkenen de gelegenheid gehad aan te geven wat zij belangrijk vinden en aan de gemeente mee willen geven. De reacties op of naar aanleiding van deze avonden zijn al beantwoord in een reactienota. De belangrijkste wijziging naar aanleiding van de reacties is dat de gemeente ca. 150 eigenaren van de waardevolle bomen, die de gemeente in beeld heeft, aanschrijft met het verzoek hun boom op de lijst te zetten. Dit stimuleren we door jaarlijks jaarlijks een visuele boomveiligheidsinspectie mogelijk te maken en eens per 5 jaar een onderhoudsadvies aan te bieden.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 3
Er is een Klankbordgroep Bomen opgericht. In deze klankbordgroep zijn belangengroeperingen vertegenwoordigd, zoals de Bomenstichting en andere natuurgerelateerde Amersfoortse verenigingen. Er vindt overleg plaats met deze groep betrokkenen en deskundigen. Daarnaast kunnen bewoners zelf ook bomen aandragen voor de lijst met waardevolle bomen. Aanvullingen op de 150 particuliere bomen die de gemeente in beeld heeft en aanschrijft, kunnen gedaan worden door particulieren zelf, al dan niet op verzoek van de klankbordgroep. De gemeente neemt hierin geen actie, anders dan het beoordelen van de door bewoners zelf aangedragen bomen. De mate van invloed van de klankbordgroep bevindt zich op het niveau van raadplegen. Het gaat hierbij om het opstellen van de bomenlijst en de criteria voor de indeling van de verschillende categorieën bomen. Na een jaar evalueren we het proces en bespreken we de noodzaak van het voortzetten van de klankbordgroep. Met een persbericht en via Stadsberichten wordt het nieuwe bomenbeleid toegelicht en wordt een oproep gedaan voor het aanmelden van waardevolle particuliere bomen (planning: begin 2012). Voor het formeel afschaffen van de kapvergunning wordt de vastgestelde bomenlijst tegelijkertijd met de aanpassing van de APV gepubliceerd (planning: 2e helft 2012). In het raadsvoorstel voor aanpassing van de APV informeren we de raad ook over het participatieproces rondom het opstellen van de waardevolle bomenlijst.
VERVOLGACTIES Maken lijst met waardevolle bomen Voor het indelen van de bomen in de vier categorieën is een inventarisatie nodig van de bomen in de categorieën 1, 2 en 3. De gemeentelijke bomen zijn in beeld; de particuliere bomen moeten voor een deel nog geïnventariseerd worden. Hierover wordt actief gecommuniceerd met de inwoners van onze stad. De bomenlijst wordt ter vaststelling aan het college voorgelegd, tegelijkertijd met het raadsvoorstel voor aanpassing van de APV op het onderdeel kapvergunning. Voor de bomen op deze lijst wordt een kapverbod ingesteld, waarvoor ontheffing kan worden verleend. Hiervoor wordt een afwegingsmodel ontheffing op het kapverbod gemaakt. De bomenlijst wordt de eerste keer na een jaar en vervolgens elke 5 jaar geactualiseerd. Betrokkenen, onder andere bewoners en de Klankbordgroep Bomen, hebben hierbij inbreng. De gemeentelijke en particuliere bomen waarvoor eerder een kapvergunning geweigerd is, plaatsen we verplicht op de bomenlijst. De actualiteit van de bomenlijst is, voor wat betreft de gemeentelijke en particuliere bomen, gegarandeerd door de wettelijke zorgplicht en de controle van het bomenbestand via de visuele boomveiligheidsinspectie (Visual Tree Assessment = VTA). Aanpassen APV Na de besluitvorming over de herziening van het bomenbeleid wordt een wijziging van de APV voorbereid. Hierin wordt de ontheffings- en de sanctioneringsmogelijkheid uitgewerkt. Actualiseren RIOR Bij werken in de openbare ruimte worden de BomenEffectRapportage (BER) en/of de BomenEffectAnalyse (BEA) vereist en wordt het verplicht overeenkomstig het Protocol voor de Bescherming van Bomen (PBB) te werken. Dit borgen we in de Richtlijnen voor Inrichtingswerken in de Openbare Ruimte (RIOR). Aanbevelingen van het HAS rapport In het rapport “Kappen met Reguleren, Kapontheffingsstelsel en waarborging bomenareaal” d.d. 28 juni 2011 van de HAS Den Bosch, worden aanbevelingen gedaan die zorgvuldig worden afgewogen bij de uitwerking van het bomenbeleid. Evaluatie bomenbeleid Eén jaar na vaststelling van de bomenlijst vindt er een evaluatie plaats op het bomenbeleid. Hierover ontvangt u t.z.t. een raadsinformatiebrief.
FINANCIËN De herziening van het bomenbeleid zorgt voor een verschuiving van taken van het (reactief) verwerken van kapaanvragen naar het (proactief) opstellen en actueel houden van de bomenlijst, meegeven van
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 4
randvoorwaarden en adviseren over goede groeiomstandigheden voor nieuwe bomen. De mogelijke tijdwinst die op termijn ontstaat, kan bijdragen aan de invulling van de vastgestelde bezuiniging op de formatie. De winst zit vooral in het behoud en de verdere ontwikkeling van het groene kapitaal in de stad. Bij het afschaffen van de kapvergunning wordt aan het in procedure brengen, het beoordelen en het behandelen van bezwaren minder tijd besteed. Voor de bomen op de lijst geldt een kapverbod. Momenteel is voor alle particuliere bomen en voor alle gemeentelijke bomen een kapvergunning vereist. Op jaarbasis worden ca. 600 kapaanvragen in behandeling genomen, hiervan zullen per jaar ca. 18 kapaanvragen overblijven. Dit getal is een inschatting, dat gerelateerd is aan het aantal kapaanvragen voor bomen van een respectabele leeftijd dat nu op jaarbasis wordt aangevraagd. Bij de invoering van het nieuwe bomenbeleid wordt eenmalig een investering van ca. € 130.000 verlangd. De kosten worden gefinancierd uit het Fonds Openbare Ruimte. Deze investering is noodzakelijk voor de op te stellen bomenlijst en het aanpassen van de APV. Wanneer de lijst eenmaal is opgesteld en de APV is aangepast, vormt het actueel houden van de bomenlijst geen extra inspanning. De gemeente heeft de zorgplicht voor haar bomen. Hiertoe controleert ze regelmatig alle gemeentelijke bomen. Voor de particuliere bomen op de lijst wordt eveneens een visuele boomveiligheidsinspectie (VTA) mogelijk gemaakt. Het verschil tussen ‘oud’ en nieuw beleid (exclusief eenmalige kosten) bedraagt ca. € 160.000 (huidig beleid) – ca. € 70.000 (nieuw beleid met deregulering) = ca. € 90.000 per jaar. Met deze besparing is invulling gegeven aan de bezuinigingsoperatie van 10 miljoen euro in 2010-2011.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Bijlagen:
1. Herziening bomenbeleid - schematisch overzicht categorieën bomen 2. Herziening bomenbeleid - toelichting en uitwerking 3. Herziening bomenbeleid - concept raadsbesluit
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 5
Bijlage 1: Herziening bomenbeleid - schematisch overzicht categorieën bomen Categorie 1
Categorie 2
Categorie 3
Categorie 4
Monumentale bomen
Belangrijke beeldbepalende bomen
Bomen in hoofdstructuren
Functionele bomen
Inspanningsniveau
Maximale inspanning gericht op veiligheid en behoud van de boom
Grote inspanning gericht op veiligheid en behoud van de boom
Grote inspanning gericht op veiligheid en behoud van de boomstructuur
Reguliere inspanning gericht op veiligheid en behoud van de boom
Kapvergunning
Gemeentelijke bomen
Kapverbod/ ontheffing mogelijk
Kapverbod/ ontheffing mogelijk
Kapverbod/ ontheffing mogelijk
Geen kapvergunning nodig. Communicatie met belanghebbenden belangrijk
Nietgemeentelijke bomen
Kapverbod/ ontheffing mogelijk
Kapverbod/ ontheffing mogelijk
n.v.t.
Geen kapvergunning nodig
Gemeentelijke bomen
Kapverbod. Indien boom sterft min. maat 40/50
Herplantplicht min. maat 30/35
Herplantplicht min. maat 20/25
Herplantplicht min. maat 16/18. Rekening houdend met een duurzame standplaats
Nietgemeentelijke bomen
Kapverbod. Indien boom sterft min. maat 20/25
Herplantplicht min. maat 20/25
n.v.t.
Geen herplantplicht
Boom gaat boven plan
Duurzaam behoud van de boom belangrijk, plan afstemmen
Duurzaam behoud van de structuur als geheel belangrijk, plan afstemmen
Duurzaam behoud van de boom wenselijk, mits verantwoord
RIOR (BER, BEA, PBB)
RIOR (BER, BEA, PBB)
RIOR (BER, BEA, PBB)
RIOR (BER, BEA, PBB)
Potentiële leeftijdsverwachting
100 jaar
60 jaar
30 jaar
20 jaar
Gewenste doorwortelbare ruimte
100 m3
60 m3
30 m3
20 m3
Herplantplicht of compensatieregeling
Beoordelingsprocedure bij ontwikkeling- en herinrichtingplannen voor openbare ruimte
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 6
Bijlage 2: Herziening bomenbeleid – toelichting en uitwerking De gemeente Amersfoort is een groene stad met ongeveer 63.500 geregistreerde straat- en laanbomen in het stedelijk gebied. Het gaat hierbij om bomen langs wegen, in straten, op pleinen en langs watergangen en in parken en plantsoenen. Niet meegeteld zijn de bomen die voorkomen in bosgebieden zoals Nimmerdor en Klein Zwitserland. Op het totale grondgebied van Amersfoort staan dus aanzienlijk meer bomen. Huidige werkwijze en ontwikkelingen Voor het kappen van bomen met een omtrek van meer dan 35 cm is op dit moment een kapvergunning nodig. In de praktijk blijkt dat in ongeveer 97% van de gevallen de kapvergunning wordt verleend. Geweigerde kapaanvragen betreffen meestal monumentale en andere waardevolle bomen. Voor de meeste kapaanvragen moet buiten gekeken worden naar de boom, de standplaats, de vitaliteit etc. Bij kapaanvragen van ontwikkelaars of de gemeente zelf, vindt overleg plaats over de bomen naar aanleiding van de plannen voor een gebied. De huidige werkwijze is daarmee reactief en niet efficiënt. Voor kapvergunningen worden geen leges geheven. Het huidige bomenbeleid dateert uit 1992. Dit beleid was er vooral op gericht monumentale bomen te beschermen. In de afgelopen jaren heeft een aantal ontwikkelingen plaatsgevonden die maken dat er een herziening nodig is van het bomenbeleid. Zo vormen intensiever gebruik van de grond door bouwprojecten, kabels en leidingen en bijvoorbeeld veranderingen in de grondwaterstand en ziekten en plagen een steeds grotere bedreiging voor bomen. Daarnaast geven bomen ook overlast in de vorm van het opdrukken van bestrating door hun wortels. Dit kan gevaarlijke situaties opleveren. Er zijn meer waarborgen nodig om waardevolle bomen en groenstructuren te beschermen en de bomen van goede groeiomstandigheden te voorzien. Zowel het afschaffen van de kapvergunning als de genoemde ontwikkelingen vragen om een herziening van het bomenbeleid. Het vervolg van dit stuk geeft deze herziening weer. Herziening bomenbeleid De herziening van het bomenbeleid bestaat uit: 1. Het benoemen en vastleggen van de waardevolle bomen in de stad op een voor iedereen toegankelijke lijst met daarop zowel gemeentelijke als particuliere bomen. Bij nieuwe plannen geldt deze bomenlijst als randvoorwaarde, waardoor het beschermen van bomen en groenstructuren proactief gebeurt. Voor deze vastgelegde waardevolle bomen geldt een kapverbod, met ontheffingsmogelijkheid. Dit betreft ongeveer 11.250 van de ruim 63.500 bomen in de stad. De overige bomen in de stad worden daarmee vergunningsvrij. 2. Het stimuleren van particuliere eigenaren om waardevolle bomen in stand te houden, door jaarlijks een visuele boomveiligheidsinspectie mogelijk te maken en eens per 5 jaar een onderhoudsadvies aan te bieden. 3. Bomen waarvoor in de afgelopen vijf jaar een kapvergunning is geweigerd komen verplicht op de bomenlijst te staan. 4. Het afschaffen van de kapvergunning. 5. Het verplicht meegeven van een duurzame standplaats aan nieuw aan te planten bomen in de openbare ruimte. Dit betekent dat er alleen bomen worden geplant die zich zowel boven- als ondergronds voldoende kunnen ontwikkelen. Dit is een keuze voor kwaliteit boven kwantiteit. 6. Het verplicht stellen van de BomenEffectRapportage (BER) en de BomenEffectAnalyse (BEA) en het Protocol voor de Bescherming van Bomen (PBB) bij werken in de openbare ruimte, door deze instrumenten te borgen in de Richtlijnen voor Inrichtingswerken in de Openbare Ruimte (RIOR). Indeling in categorieën Het afschaffen van de kapvergunning treedt in werking als de lijst met waardevolle bomen (incl. bijbehorende kaart) is vastgesteld en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is aangepast.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 7
Voor het benoemen van waardevolle bomen in de stad, die op de lijst komen, worden vier categorieën benoemd: 1) monumentale bomen, 2) belangrijke beeldbepalende bomen, 3) bomen in hoofdstructuren en 4) functionele bomen. Gemeentelijke bomen Onder categorie 1 worden bomen verstaan die exclusief zijn en behoren tot de parels van de stad. Categorie 2 bevat bomen die een belangrijke rol vervullen in het beeld op een locatie door bijvoorbeeld hun opvallendheid. Bomen in categorie 3 zijn belangrijke structuren en zullen een combinatie zijn van de hoofdinfrastructuur (bv. de bomen langs de Utrechtseweg en de Leusderweg) en de groenblauwe structuur (bv. de bomen langs de ecologische verbindingszone langs het Valleikanaal). Categorie 4-bomen zijn alle overige bomen. Ter informatie vindt u in bijlage 1 een schematisch overzicht van de vier categorieën bomen. Het gaat achtereenvolgens om ca. 100, 1000, 10.000 en 50.000 bomen in openbaar gebied. Hiermee zijn de belangrijkste waardevolle bomen beschermd en is de nieuwe werkwijze efficiënt en goed werkbaar. Particuliere bomen In particuliere tuinen komen de categorieën 1, 2 en 4 voor. Het aantal bomen in categorie 1 en 2 wordt geschat op respectievelijk 50 en 100 bomen. Wij kiezen voor vrijwillige plaatsing op de bomenlijst, en stimuleren particuliere eigenaren daarin door jaarlijks een visuele boomveiligheidsinspectie mogelijk te maken en eens per 5 jaar een onderhoudsadvies aan te bieden. Wij staan de eigenaren van waardevolle particuliere bomen bij in kennis. Zo blijft de verantwoordelijkheid bij de eigenaren. Bomen waarvoor in de afgelopen vijf jaar een kapvergunning is geweigerd komen verplicht op de bomenlijst te staan. Wanneer de boom van een particuliere eigenaar dwingend op de bomenlijst wordt geplaatst, is dat een besluit in de zin van de Algemene wet bestuursrecht. De eigenaar van de boom, maar ook andere belanghebbenden, kunnen bezwaar en beroep aantekenen tegen dat besluit. Wanneer eigenaren van bomen zelf een verzoek indienen voor het plaatsen van hun boom op de bomenlijst, is een toewijzing of afwijzing van dat verzoek ook een beschikking, waartegen bezwaar en beroep kan worden ingesteld. Rijksbeschermde stadsgezichten In de rijksbeschermde stadsgezichten Berg en Binnenstad worden eigenaren van bomen aangeschreven in de categorieën 1 en 2.Vanwege het groene karakter van de Berg en de achtertuinen in de Binnenstad, zullen in de rijksbeschermde stadsgezichten relatief meer eigenaren aangeschreven worden. Bij het samenstellen van de lijst met waardevolle bomen worden inwoners en belangengroepen uitgenodigd om mee te denken. Effect nieuwe bomenbeleid voor bewoners Voor bewoners betekent deze herziening dat zij zelf verantwoordelijk zijn voor het behoud van groen in hun leefomgeving en geen vergunning van de gemeente nodig hebben voor het weghalen van een boom die niet op de lijst staat. Bomen waarvoor in de afgelopen vijf jaar een kapvergunning is geweigerd, staan verplicht op de lijst. Eigenaren van ca. 150 waardevolle bomen die de gemeente al in beeld heeft, worden aangeschreven door de gemeente. Overige bomen kunnen door de eigenaren worden aangemeld en worden vervolgens door de gemeente getoetst. Werkwijze bij grote projecten Werkwijze bij grote projecten waarvoor speciale wetgeving geldt De ontwikkeling van projecten door overheden zoals Rijkswaterstaat en Waterschap wordt vaak uitgevoerd onder een speciale wetgeving, zoals de Spoedwet en de Waterwet. Deze hogere wetgeving verplicht ons om mee te werken aan grote provinciale en landelijke projecten die kunnen leiden tot grootschalige kap. Over compensatie worden specifieke afspraken gemaakt.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 3971963 pagina 8
Werkwijze voor gebieden waar de Boswet geldt De provincie is het bevoegd gezag bij ingrepen buiten de komgrens zoals vastgesteld in de Boswet. Kapmogelijkheden en compensatie in deze gebieden worden bepaald in overleg met de Provincie. Werkwijze voor grote grondeigenaren in gebieden waar de Boswet niet geldt Het kappen van bomen op terreinen van andere overheden en maatschappelijke instellingen en projectontwikkelaars binnen de komgrens (volgens de Boswet) wordt vrijgegeven, voor zover deze bomen niet op de bomenlijst staan. Wanneer op terreinen van overheden zoals Prorail, Defensie, Rijkswaterstaat, Waterschap en maatschappelijke instellingen waardevolle bomen staan, die op hun verzoek of met hun instemming op de bomenlijst vermeld worden, is een ontheffing noodzakelijk voor kap. Voordat de ontheffing verleend kan worden, vindt overleg plaats met de desbetreffende overheid of instelling. Dit is ook de ingang om compensatie te bespreken. We gaan er vanuit dat andere overheden, net als de gemeente Amersfoort, het belang van een groene woon- en leefomgeving inzien. Werkwijze bij projecten van projectontwikkelaars Wanneer een projectontwikkelaar het initiatief voor de ontwikkeling van een bouwplan neemt, vindt altijd overleg plaats. De ontwikkelaar heeft de verplichting zich te houden aan de voorschriften van de gemeente. Deze voorschriften zijn vastgelegd in de RIOR (Richtlijnen voor inrichtingswerken in de openbare ruimte). In de RIOR wordt na de herziening van het bomenbeleid de BER (BomenEffectRapportage) en BEA (BomenEffectAnalyse) als verplicht op te stellen documenten vereist en moet gewerkt worden overeenkomstig het Protocol voor de Bescherming van Bomen (PBB). Op deze wijze is, voordat ook maar enige planvorming plaatsvindt, helder welke bomen op het te ontwikkelen terrein aanwezig zijn en hoe deze te beschermen zijn. Kapverbod, herplantplicht en handhaving Kapverbod en herplantplicht gemeentelijke bomen De eerste drie categorieën komen op de lijst met waardevolle bomen en daarvoor geldt een kapverbod. Als gemeentelijke bomen worden gekapt, wordt er voor bomen in de categorieën 1, 2 en 3 in principe op dezelfde plek een nieuwe boom geplant. Als dat niet mogelijk is, worden andere compensatieafspraken gemaakt. Bijvoorbeeld compensatie op een andere plek in de wijk of stad. Voor gemeentelijke bomen in categorie 4 vindt (ook) een zorgvuldige belangenafweging plaats en is één op één compensatie niet vanzelfsprekend. De verplichting een goede standplaats mee te geven aan de boom speelt een rol bij deze afweging. De verplichting een goede standplaats mee te geven aan nieuwe bomen, borgen we in de Richtlijnen voor Inrichtingswerken in de Openbare Ruimte (RIOR) met BER en/of BEA en PBB. Kapverbod en herplantplicht particuliere bomen Voor de monumentale- en beeldbepalende bomen (categorie 1en 2) van particuliere eigenaren geldt een kapverbod. Wanneer een particuliere boom sterft geldt een herplantplicht. Handhaving Behoud van bomen vraagt om toezicht en zonodig handhaving. Vanuit de gemeente vindt toezicht plaats op het naleven van de regels. Na vaststelling van de bomenlijst geldt straks een kapverbod voor ca. 150 particuliere bomen. Controle van deze bomen vindt jaarlijks plaats met een visuele boomveiligheidsinspectie (VTA). Als een kapverbod, een herplantplicht of een compensatieafspraak niet wordt nageleefd wordt handhaving ingezet en wordt de betreffende eigenaar aangeschreven, volgens de in de APV uit te werken sanctioneringsmogelijkheid.
Gemeente Amersfoort raadsbesluit 3971963 pagina 1
RAADSBESLUIT
Reg.nr.
3971963
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 december 2011, sector SOB/SB (reg. nr. 3971963); b e s l u i t: 1. de herziening van het bomenbeleid vast te stellen, bestaande uit: a. het benoemen en vastleggen van de waardevolle bomen in de stad op een voor iedereen toegankelijke lijst, in vier categorieën. Met dien verstande dat ook wanneer bomen van categorie 1 en 2 zich op niet-gemeentelijke grond bevinden, er een kapverbod geldt (met ontheffingsmogelijkheid en compensatieplicht); die bomen komen dus ook op de lijst te staan; b. het stimuleren van particuliere eigenaren om waardevolle bomen in stand te houden, door jaarlijks een visuele boomveiligheidsinspectie mogelijk te maken en eens per 5 jaar een onderhoudsadvies aan te bieden; c. het verplicht op de bomenlijst plaatsen van bomen waarvoor in de afgelopen vijf jaar een kapvergunning geweigerd is; d. het afschaffen van de kapvergunning; e. het verplicht meegeven van een duurzame standplaats voor nieuw aan te planten bomen in de openbare ruimte; f. het verplicht stellen van de BomenEffectRapportage (BER) en de BomenEffectAnalyse (BEA) en het Protocol voor de Bescherming van Bomen (PBB) bij werken in de openbare ruimte, door deze instrumenten te borgen in de Richtlijnen voor Inrichtingswerken in de Openbare Ruimte (RIOR); g. een jaar na vaststelling van de bomenlijst evalueren van de nieuwe werkwijze; 2. daar waar voorstellen voor ontwikkelings- en herstructureringsgebieden of bouwplannen eerst voor besluitvorming aan de raad worden voorgelegd, duidelijk een bomenparagraaf op te nemen, zodat op dat moment helder is voor de raad en de insprekers hoeveel bomen en op welke plek deze gekapt worden; 3. het gewijzigde bomenbeleid pas in werking te laten treden als: a. het college de bomenlijst van waardevolle bomen heeft vastgesteld; b. de raad de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) heeft aangepast op het onderdeel kapvergunning.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 10 januari 2012. de griffier
de voorzitter
Gemeente Amersfoort
RAADSINFORMATIEBRIEF 2013-54 : Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad :
Van Aan Portefeuillehouder
Wethouder P. van den Berg
Reg.nr. Datum
: 4406226 : 5 juni 2013
Programma
: ontwikkeling
7. Ruimtelijke
TITEL Conclusies onderzoek kap bomen Park Randenbroek en consequenties gemeentelijke werkwijze
KENNISNEMEN VAN Onze excuses voor de fouten die zijn gemaakt in de uitvoering van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek en omgeving (hierna e.o.). We betreuren zeer dat juist bij de ontwikkeling van een waardevol en geliefd park in onze stad, zich deze fouten hebben voortgedaan. Dat past niet bij de grote betrokkenheid van bewoners en onze gemeenschappelijke ambitie om het park op een positieve wijze te ontwikkelen. De conclusies en leerpunten uit het onderzoek naar de kap van bomen in Park Randenbroek e.o. nemen wij over. De 94 onrechtmatig gekapte bomen worden in nauw overleg met de betrokken inwoners herplant conform de door Eelerwoude geformuleerde voorwaarden. Als gekapte bomen waarvoor geen kapvergunning was aangevraagd, wel gekapt hadden moeten worden in het kader van het inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek, zullen we bij herplant dus afwijken van dit plan. Daarnaast wordt de gemeentelijke werkwijze aangepast. Wij treden graag op korte termijn met u in overleg over onze reactie op het onderzoek.
AANLEIDING Tijdens de Raadsvergaderingen van 26 februari en 12 maart hebt u uw zorg uitgesproken over de uitvoering van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek e.o. Directe aanleiding daarvoor waren meldingen van betrokken inwoners dat er bomen ten onrechte waren gekapt. Na de Raadsvergadering van 26 februari hebben wij onderzocht of de werkzaamheden in Park Randenbroek e.o. wel volgens plan verliepen en toen bleek dat er fouten waren gemaakt, hebben wij de kap stopgezet. Tijdens de Raadsvergadering van 12 maart hebben wij een extern onderzoek aangekondigd om objectief vast te leggen welke bomen ten onrechte zijn gekapt en beschadigd en moeten worden gecompenseerd.
KERNBOODSCHAP Door de onderzoekers van het externe bureau Eelerwoude is de afgelopen weken zorgvuldig onderzocht hoeveel bomen er onrechtmatig zijn gekapt bij de uitvoering van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek e.o. Dit resulteert erin dat er 134 bomen onrechtmatig, dus zonder kapvergunning, zijn gekapt. Eelerwoude concludeert dat de onrechtmatig verplante bomen en onrechtmatig tot hakhoutstobbe afgezette bomen niet gecompenseerd moeten worden, omdat deze niet definitief verloren zijn gegaan. Er moeten daarom 94 bomen worden herplant. De onderzoekers concluderen verder dat de vertaling van het kap- en snoeiplan niet foutloos is verlopen. Door de schijn van hoge mate van betrouwbaarheid van de technische uitvoeringsdocumenten voor de kap werd er geen extra controle uitgevoerd om eventuele fouten te achterhalen. Ook tijdens de uitvoering werd niet ingegrepen toen verkeerde bomen gekapt werden. Toen bewoners aan de bel trokken, was een groot deel van de bomen al gekapt. De communicatie die daarop volgde verliep weliswaar correct, maar vond vrijwel direct plaats in het hogere segment (politiek circuit) van de organisatie, weg van de uitvoering. Daardoor is het stilleggen van de uitvoering vertraagd. Dit had voorkomen kunnen worden wanneer er betere procedureafspraken waren gemaakt over de omgang met meldingen van onrechtmatigheden.
Inlichtingen bij:
J. de Boer, SB, 033 469 4250
Gemeente Amersfoort raadsinformatiebrief 4406226 pagina 2
Daarnaast concluderen de onderzoekers dat, wanneer de communicatie over de uitvoering zich op de werkvloer had afgespeeld - waar hij naar het oordeel van onderzoekers oordeel thuishoort - was de schade aan het groen waarschijnlijk minder in omvang geweest. De door bewoners deels gekozen wijze van communiceren via de (digitale) media en raadsfracties en de manier van reageren van de gemeente Amersfoort via voorgeschreven procedures heeft geleid tot vertragingen, wat bij een onomkeerbaar onderwerp als het kappen van bomen niet mag gebeuren. Verder adviseren de onderzoekers om per direct een klankbordgroep Beheer Park Randenbroek e.o. in te richten en de betrokken inwoners in onze stad te betrekken bij het beheer van het park van de komende 10 jaar. Tot slot concluderen de onderzoekers dat de regelgeving uit de APV over het kappen van bomen en de noodkapprocedure geborgd moeten worden in de ambtelijke organisatie. Ook moeten uitvoerder en toezichthouders strikter toezien op het naleven van de kapvergunning en moeten duidelijkere tekeningen gemaakt worden van de consequenties voor bomen van voorgenomen maatregelen. Daarnaast moet er een proactieve houding aangenomen worden in het communiceren tijdens de uitvoering. Gemeentelijke werkwijze Wij herkennen de conclusie van Eelerwoude dat de breed gevoelde behoefte aan zorgvuldigheid en de gedetailleerde uitwerking van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek ertoe heeft bijgedragen dat er een schijnzekerheid is ontstaan op de werkvloer. De mate van detaillering en uitwerking en de effecten die dat heeft op de werkvloer lijkt in dit geval juist een tegengesteld effect te hebben gehad. Bij vergelijkbare complexe projecten is het zaak om niet nog eens in deze valkuil te stappen. Wij nemen de conclusies en leerpunten uit het onderzoek van Eelerwoude over. Dit betekent dat er 94 bomen – deels in afwijking van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek e.o. - worden herplant en dat de gemeentelijke werkwijze wordt aangepast op de punten die Eelerwoude naar voren brengt. Dit betekent dat: 1. Wij zullen de procedureafspraken over de omgang met meldingen van bewoners tijdens de uitvoering zullen aanscherpen. Onderdeel daarvan is een protocol om in geval van signalen van spanning in communicatie tussen ambtenaren en bewoners goed om te gaan met deze spanning en deze waar mogelijk weg te nemen. 2. Waar nodig volgen wij het advies op om in complexe projecten niet alleen een passief loket en een actieve internetsite in te zetten, maar ook tijdens de uitvoering pro-actief met een afvaardiging van bewoners het werk door te nemen. 3. Projectmedewerkers (intern en extern) worden vooraf beter geïnformeerd over de inhoud van de APV en hoe daar mee om moet worden gegaan op de werkvloer. 4. De administratieve afhandeling van noodkap wordt beter verwerkt in de werkprocedures van de gemeente. 5. In onze werkwijze een extra controle wordt ingevoerd door de uitvoerder en toezichthouder op basis van de vergunning voor daadwerkelijk wordt overgegaan tot kap. Wij het advies volgen om voortaan duidelijke contrastrijke tekeningen te maken van ‘te behouden en te verwijderen groen’ en de visualisatie daarvan te standaardiseren. Wij hebben de gemeentesecretaris de opdracht gegeven deze leerpunten te borgen in de gemeentelijke werkwijze.
CONSEQUENTIES Wij zijn van mening dat de resultaten van het onderzoek van Eelerwoude niet leiden tot aanpassing of temporisering van het Inrichtings- en beheerplan Park Randenbroek e.o.. Conform dit plan worden er nog bomen gekapt in het nog aan te leggen Broekbos, de Vosheuvel, ten behoeve van de plaatsing van de bruggen, ten behoeve van de vleermuisbunker en ten behoeve van de nieuwbouw van het clubhuis van CJVV. Wij nodigen de gebruikers en omwonenden van Park Randenbroek e.o. uit om deel te nemen aan de klankbordgroep Beheer Park Randenbroek e.o. Wij vragen deze klankbordgroep een advies uit te brengen over de herplant van de onrechtmatig gekapte bomen en de procedure die wij hanteren
Gemeente Amersfoort raadsinformatiebrief 4406226 pagina 3
voor meldingen van bewoners over onrechtmatige en onterechte kap. Uitgangspunt is dat het plan zoals vastgesteld door uw Raad onder regie van de gemeente wordt uitgevoerd. Daarnaast vragen wij de klankbordgroep om binnen de kaders van het door uw Raad vastgestelde advies uit te brengen over de uitvoering van toekomstige beheermaatregelen in Park Randenbroek e.o.. Daar horen ook de 21 bomen nabij de boskern bij, waarvoor wij hebben bevestigd dat deze permanent blijven staan. Graag bespreken wij na de zomer het advies van de klankbordgroep en wat wij voornemens zijn met dit advies doen. Daarbij staat voor ons voorop dat wij samen met betrokken inwoners een mooi park willen realiseren waar heel Amersfoort kan recreëren, sporten en genieten van natuur.
BETROKKEN PARTIJEN Gebruikers en omwonenden Park Randenbroek e.o. Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
de burgemeester,
Besluitenlijst De Ronde datum:
3 september 2013
vergaderruimte: Raadzaal (1.02) Titel Van Doel activiteit Voorstel
Voorzitter Secretaris Notulist Aanwezige woordvoerders Raadsleden/buitengewone fractieleden
Inspreker(s) Conclusie voorzitter
van
21.00 tot
aantal bezoekers:
22.00 uur 22
Reg.nr. 4481595 Bomenlijst: Behoud van het groene kapitaal in de stad Soort verslag College van B&W Besluitenlijst Soort activiteit Informatie Presentatie Informatie maakt onderdeel uit van de voorbereiding op besluitvorming afschaffing kapvergunning en invoering bomenlijst. De inhoud van de presentatie bestaat uit een toelichting op 1. de uitwerking van de raadsopdracht (deregulering, afschaffing kapvergunning, invoering bomenlijst); 2. de werkwijze met kapvergunning nu en straks met ontheffingscriteria; 3. (participatie)proces opstellen bomenlijst; 4. resultaten en consequenties van de bomenlijst. 5. eindadvies Klankbordgroep Bomenlijst Portefeuillehouder Van Muilekom Smit Opsteller Pen Zwier -
Dijksterhuis (CU), Hessels (VVD), Houwing Portefeuillehouder Van Muilekom, (D66), Hunink (CU), Killi (PvdA), Prins (GL), Ambtenaren Van der Stelt, Zwier Roelé (Groep Van Vliet), Sanders (D66), Schoenmaker (SP), Smits Alvarez (PvdA), Van Vliet (GL), Van Wegen (BPA) Wethouder Van Muilekom heeft kort uitgelegd waarom de bomenlijst van belang is en wie betrokken waren bij de totstandkoming. Hij heeft de leden van de Klankbordgroep bedankt: de heer L. Noordman, mevrouw M. den Hartog, mevrouw W. van Offeren, de heer J. Riemersma, de heer J. van der Linden, de heer K. Quaadgras, mevrouw J. Vermaat en de heer B. Iping. De heer Van der Stelt (teamleider) heeft een uitgebreide presentatie gegeven over het voorbereidingsproces en de inhoud van de bomenlijst. De heer Van der Linden heeft namens de Klankbordgroep Bomenlijst het eindadvies gepresenteerd. De Klankbordgroep plaatst enkele kritische kanttekeningen bij de bomenlijst die in het advies, dat ook aan de raad is aangeboden, zijn verwoord. Van Muilekom heeft aangegeven dat het college op korte termijn met een reactie komt op het eindadvies. Woordvoerders hebben vragen gesteld, o.a. over de financiële besparingen die de bomenlijst met zich meebrengt, over de communicatie richting bewoners/boomeigenaren en over bezwaarprocedures. Wethouder Van Muilekom en de heer Van der Stelt hebben aangegeven het moeilijk is om nu al uitspraken te doen over de financiële consequenties van de nieuwe aanpak. Wat betreft de communicatie is opgemerkt dat binnenkort stadsbreed informatie wordt gegeven. Boomeigenaren worden pas rechtstreeks aangeschreven als de regelgeving in de APV formeel is gewijzigd. Daarna zal blijken hoeveel bezwaren worden ingediend en hoe die juridisch worden afgehandeld. Het college zal nog een reactie geven op de aanbevelingen van de klankbordgroep en enkele vragen uit de Raad. De voorzitter sluit af met de mededeling dat in oktober in De Ronde over het raadsvoorstel wordt gesproken. Advies aan presidium: Terug in De Ronde, met raadsvoorstel over de bomenlijst
Toezeggingen / Afspraken
#4481595 v1 - BESLUITENLIJST DR 3-9-2013 BOMENLIJST: BEHOUD VAN HET GROENE KAPITAAL IN DE STAD
Aantekeningen voor verslag
De leden van de Klankbordgroep waren aanwezig, met uitzondering van de heer B. Iping.
#4481595 v1 - BESLUITENLIJST DR 3-9-2013 BOMENLIJST: BEHOUD VAN HET GROENE KAPITAAL IN DE STAD
Besluitenlijst Bomenlijst - Behoud van het groene kapitaal in de stad
De Ronde *Toegevoegd / gewijzigd ten opzichte van eerder gepubliceerde versie Datum: Aanvang:
dinsdag 3 september 2013 20:30
SP en college: Organisatie thuiszorg Informatie, rondetafelgesprek
Besluitenlijst Bomenlijst - Behoud van het groene kapitaal in de stad
SP en college: Organisatie thuiszorg Informatie, rondetafelgesprek *Inhoud agendapunt SP en college - Organisatie thuiszorg (pdf) Collegebesluit (11-6-2013) Wmo-verlengen contracten hulp bij het huishouden 2014 Raadsvoorstel Wmo - vaststellen basistarieven hulp bij het huishouden (pdf) Bijlage - *Stroomschema Wmo (pdf) Initiatiefvoorstel SP (3-7-2012) Een betere thuiszorg (pdf) Raadsvoorstel en raadsbesluit (9-7-2013) Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein (pdf) Bijlage - Rapport Stipter, PIANOo, Robbe & Partners en De Have Kennisdelers: het nieuwe financieren, contracteren & inkopen in het sociale domein (voortdurend updates) *Toezegging wethouder n.a.v. De Ronde 03-09-2013 inzake achtergrondinformatie Wmo-hulp bij het huishouden/ basistarieven (pdf) Besluitenlijst SP en college - Organisatie thuiszorg (pdf) Audioverslag
Agendapunt De Ronde Titel Datum Van Portefeuillehouder Samenvatting
Reg.nr. 4446024 SP en college: Organisatie thuiszorg 3 september 2013 Ambtelijk contact SP en College van Van Leur (033-469 4328) B&W Lubbinge Met het raadsbesluit over Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein is het kader vastgelegd waarbinnen het college de nieuwe taken in het sociaal domein (jeugdzorg, Awbz en werk en inkomen) vormgeeft en beleidsmatige keuzes aan de raad voorlegt. Eén van de onderwerpen die met betrokkenheid van de raad wordt uitgewerkt is het onderwerp sturing en bekostiging. Over dit onderwerp is in het najaar een peiling voorzien.
In deze De Ronde wordt één aspect van het sociaal domein belicht: de thuiszorg. Er wordt aandacht besteed aan vormen van bekostiging, beloningsstructuur voor de thuiszorgmedewerkers, het basistarief en taken en verantwoordelijkheden. *De heer W. van der Hoorn (ABVAKABO) houdt een inleiding over bestuurlijk aanbesteden. De portefeuillehouder plaatst deze discussie in het perspectief van het proces met betrekking tot de beweging in het sociale domein. Doel activiteit Reden van aanbieding
Van de raadsleden wordt gevraagd
Soort activiteit Informatie Rondetafelgesprek Naar aanleiding van de bespreking van het initiatiefvoorstel van de SP in De Ronde van 3 juli 2012 heeft het college toegezegd om in het kader van aangaan nieuw contract met thuiszorgorganisaties een De Ronde te organiseren. - Kennis te nemen van de informatie - Vragen te stellen
Vervolgtraject Opm. presidium Soort verslag Bijbehorende documenten
Achterliggende documenten
Besluitenlijst Collegebesluit Wmo-verlengen contracten hulp bij het huishouden 2014 (11-6-2013) Raadsvoorstel Wmo-vaststellen basistarieven hulp bij het huishouden Initiatiefvoorstel SP: Een betere thuiszorg + besluitenlijst (3-7-2012) Raadsbesluit Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein (2-72013) Rapport Stipter, PIANOo, Robbe & Partners en De Have Kennisdelers: het nieuwe financieren, contracteren & inkopen in het sociale domein (voortdurend updates)
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
x BIS
Raadsstukken
Fractie
* Toegevoegd / gewijzigd ten opzichte van eerder gepubliceerde versie
#4446024 v2 - AGENDAPUNT DR 3-9-2013 SP EN COLLEGE: ORGANISATIE THUISZORG
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouder B.J. Lubbinge
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: 02-07-2013 : 03-09-2013 : :
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 4413777 : 25 juni 2013 :
TITEL Wmo - vaststellen basistarieven hulp bij het huishouden
BESLISPUNTEN De basistarieven (minimumtarieven) hulp bij het huishouden per 1 januari 2013 vast te stellen op: € 16,37 voor categorie 1, € 21,11 voor categorie 2 en € 25,02 voor categorie 3.
AANLEIDING Per 1 januari 2014 lopen de huidige contracten met de aanbieders van hulp bij het huishouden (HH) af. Het college heeft op 11 juni 2013 besloten, de benodigde acties in gang te zetten teneinde de bestaande raamovereenkomsten HH te verlengen met één jaar. Hulp bij het huishouden wordt daarmee in 2014 gecontinueerd bij de huidige aanbieders. We geven hiermee zekerheid aan cliënten enerzijds en de huidige aanbieders en hun werknemers anderzijds. Deze verlenging geeft de gemeente tevens de mogelijkheid om met nieuwe contracten per 2015 beter in te spelen op de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van Wmo, AWBZ, financiën en wijkgerichte aanpak. Er zijn nu nog veel onduidelijkheden en onzekerheden over wat er wettelijk op het gebied van HH, Wmo en AWBZ gaat veranderen. Voorafgaand aan het verlengen van de huidige contracten HH dient de raad op grond van de Wet Basistarieven Hulp bij het Huishouden basistarieven voor de verschillende vormen HH vast te stellen. Het basistarief is het minimumtarief dat een gemeente hanteert voor de verschillende vormen HH. Dit is een wettelijke verplichting. Omdat de bestaande contracten ongewijzigd worden verlengd is het vaststellen van deze basistarieven thans een formaliteit. Verlenging van de contracten HH voor 2014 laat onverlet dat wij de toezegging (Ronde 3 juli 2012) de raad te betrekken bij de nieuwe aanbesteding voor 2015 gestand zullen doen. Voor de nieuwe aanbesteding zullen nieuwe basistarieven worden vastgesteld.
BEOOGD EFFECT Dat de gemeente voldoet aan haar wettelijke verplichting door minimumtarieven vast te stellen voor de verschillende vormen hulp bij het huishouden ten einde de bestaande raamovereenkomsten HH te kunnen verlengen met één jaar.
ARGUMENTEN 1.1 De voorgestelde basistarieven zijn reële tarieven en gebaseerd op de laagste tarieven uit de lopende contracten. De VNG schrijft in haar ledenbrief 12/055: “Gemeenten kunnen zich bij het vaststellen van de basistarieven baseren op het laagste tarief per soort HH van de lopende contracten plus een indexering vanwege inflatie. Daarbij moet de gemeente deze tarieven wel kunnen onderbouwen”.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4413777 pagina 2
Ten behoeve de aanbesteding is in 2009 een uitgebreide marktconsultatie uitgevoerd door Significant gericht op prijs, product en relevante kwaliteitseisen. Dit heeft met betrekking tot de prijs geleid tot bandbreedtes voor de verschillende categorieën HH, die gebruikt zijn bij de aanbesteding. Aanbieders konden binnen deze bandbreedte offreren. Het geoffreerde bedrag was ook het gegunde bedrag en maakt onderdeel uit van het catalogusmodel, dat de gemeente Amersfoort momenteel hanteert. Deze tarieven zijn gedurende de contractperiode geïndexeerd voor inflatie, c.q. CAO VVT. Ter informatie staan hieronder de bandbreedtes zoals opgenomen in de aanbesteding uit 2009 geïndexeerd naar 2013 en de vast te stellen basistarieven per categorie.
Bandbreedte bij aanbesteding *
HH1
Minimale prijs per uur*
€ 16,16
€ 21,11
€ 25,02
Maximale prijs per uur*
€ 21,37
€ 25,02
€ 28,15
€ 16,37
€ 21,11
€ 25,02
Laagst geoffeerde tarief/ Basistarief*
HH2
HH3
*prijspeil 1-1-2013
FINANCIËN Het vaststellen van de basistarieven zelf heeft geen financiële consequenties. Door verlenging van de huidige raamovereenkomst op basis van de huidige voorwaarden blijven wel de risico’s op budgetoverschrijding ongewijzigd. Dit risico is in raadsinformatiebrief 2012-134 voor 2013 becijferd op circa 6 % van het per saldo voor de Wmo beschikbare bedrag (=1 miljoen). In deze raadsinformatiebrief zijn ook maatregelen opgenomen waarmee gedeeltelijk dit risico kan worden afgedekt.
VERVOLG De raad wordt betrokken bij de nieuwe aanbesteding voor 2015.
BETROKKEN PARTIJEN Gebruikers HH, aanbieders Hulp bij het Huishouden, SbG. Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
Bijlagen
- geen
de burgemeester,
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .4413777
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 juni 2013, sector MO/ZCS (nr.4413777); b e s l u i t: de basistarieven (minimumtarieven) hulp bij het huishouden per 1 januari 2013 vast te stellen op: € 16,37 voor categorie 1, € 21,11 voor categorie 2 en € 25,02 voor categorie 3. Vastgesteld in de openbare vergadering van … de griffier
de voorzitter
Overall proces
Proces van toewijzen van voorzieningen (i.c. hulp bij het huishouden) In het geval dat uit het gesprek blijkt dat als onderdeel van ‘het arrangement’ het toekennen van een individuele voorziening nodig is
Gemeente/SbG Het gesprek
Indicatie
Zorgaanbieder levert hulp obv keus cliënt (catalogus) en indicatie. Zorgaanbieder factureert aan SbG
Client ontvangt hulp obv indicatie en betaalt eigen bijdrage aan CAK
#4479394v1 – stroomschema wmo
Zorgaanbieder geeft geleverde zorg op bij CAK. CAK berekent en int eigen bijdrage bij cliënt en doet afdracht aan gemeente/SbG
Gemeente Amersfoort
INITIATIEFVOORSTEL Van Aan Portefeuillehouder
: SP, Ad Meijer : Gemeenteraad : Wethouder G. Boeve
Reg.nr. Datum Programma Agendapunt
De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: 4123179 : 7 juni 2012 : 4, Zorg, Welzijn enWijkontwikkeling : HB-6
: 03-07-2012 : 03-07-2012 :
TITEL Een betere thuiszorg
BESLISPUNTEN Het college op te dragen: 1. nu de aanbesteding voor 2013 te starten, 2. De huidige Europese vorm van aanbesteden los te laten en over te gaan tot bestuurlijk aanbesteden, 3. De mogelijkheid tot het inzetten van onderaannemers in de thuiszorg te schrappen, 4. Het minimale bedrag voor HH1, HH2, en HH3 te verhogen.
AANLEIDING In zowel de eerste als tweede kamer der Staten Generaal zijn de nieuwe wetten m.b.t. de aanbesteding van de thuiszorg aangenomen. Deze behelzen de mogelijkheid om de thuiszorg niet langer Europees aan te besteden. Dit zit hoofdzakelijk in het feit dat zorg geen schoonmaakdienst is en derhalve niet onder dit regime valt. Voorts is er om aantasting van de zorgkwaliteit te voorkomen een minimumprijs vastgesteld.
BEOOGD EFFECT Betere thuiszorg bieden aan de mensen die daar gebruik van moeten maken op een zo kort mogelijke termijn. En daarmee ook een betere- en langere zelfredzaamheid van onze burgers waarborgen.
ARGUMENTEN 1.1 Het door alle gemeenten getekende Kwaliteitsdocument geeft aan dat thuiszorg niet alleen schoonmaken is, maar ook het signaleren van problemen, overleg met de huisarts en contact met andere zorgverleners. Bestuurlijk aanbesteden geeft hieraan nadrukkelijk invulling. 1.2 Het maakt meer scholing en daardoor betere kwalificaties van medewerkers mogelijk. 1.3 Het inzetten van onderaannemers leidt tot verlaging van loonschalen en derhalve tot de inzet van minder gekwalificeerd personeel en verhoging van de overheadkosten. Toename van deze bureaucratie leidt tot minder zicht op de ontwikkelingen bij de cliënt. 1.4 De momenteel gehanteerde minimale bedragen voor HH1, HH2 en HH3 werken te lage inschrijvingen en dus inzet van ongekwalificeerd personeel in de hand.
Inlichtingen bij: A. Meijer (SP)
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4123179 pagina 2
KANTTEKENINGEN 1.1 Op het eerste gezicht lijkt het verhogen van de minimumbedragen een kostenpost. Echter, toepassing van het systeem van het bestuurlijk aanbesteden dwingt aanbieders nadrukkelijk te snijden in hun overhead. Ook het geringere aantal aanbieders betekent minder bureaucratie. De inzet van hoger gekwalificeerde thuiszorg medewerkers voorkomt bovendien dat cliënten aanspraak moeten maken op duurdere vormen van zorg en hulpmiddelen. Een en ander als gevolg van de dan beter ingevulde signaleringsfunctie van de thuiszorgmedewerker. Vanwege het lage inkomen maken thuiszorgmedewerkers nogal eens aanspraak op aanvullende bijstand. Verhoging van de minimale bedragen die tot een beter inkomen van de medewerkers zal leiden kan hier verandering in brengen.
FINANCIËN In 2011 is er van het WMO budget totaal € 10.487.000,- uitgegeven aan HH1, HH2 en HH3. Dit betreft zowel natura als in PGB. Zodra de gesplitste kosten bekend zijn bij de sector WSO zullen wij de cijfers en consequenties z.s.m. naleveren.
VERVOLG Indien de Raad positief beslist zal het college sneller tot aanbesteding overgaan.
BETROKKEN PARTIJEN ABVA-KABO heeft op grond van haar ervaring met de problematiek geadviseerd. Deze adviezen zijn opgenomen in het voorstel. Raadsfractie SP. (Ad Meijer)
Bijlagen
- ontwerp-raadsbesluit
Gemeente Amersfoort raadsbesluit 4123179 pagina
1
RAADSBESLUIT Reg.nr. 4123179
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van raadsfractie SP van 7 juni 2012, (nr. 4123179);
besluit 1. 2. 3. 4.
nu de aanbesteding voor 2013 starten; de huidige Europese vorm van aanbesteden los te laten en over te gaan tot bestuurlijk aanbesteden; de mogelijkheid tot het inzetten van onderaannemers in de thuiszorg te schrappen; het minimale bedrag voor HH1, HH2, en HH3 te verhogen.
Vastgesteld in de openbare vergadering van ... de griffier,
de voorzitter,
Gemeente Amersfoort
RAADSVOORSTEL
Van Aan Portefeuillehouder
: Burgemeester en Wethouders : Gemeenteraad : Wethouders B.J. Lubbinge, R.G.H. van Muilekom, en C. van Eijk
B&W-vergadering De Ronde Agenda Het Besluit Vastgesteld besluit
: : : :
21-05-2013 04-06-2013 09-07-2013 09-07-2013
Reg.nr. Datum Agendapunt
: 4384952 : 14 mei 2013 : HB-4
11-06-2013 Met inachtneming aangenomen amendementen
TITEL Visie en uitgangspunten voor de beweging in het sociaal domein
BESLISPUNTEN 1. De kaders voor de beweging in het sociale domein vast te stellen, inhoudende: 1. De inhoudelijke uitgangspunten Zelfredzaamheid voorop De omgeving doet mee Voorkomen is beter dan genezen Oplossingen per persoon, soms samen We laten niemand vallen Hulp dichtbij huis Één huishouden, één plan 2. De organisatorische principes Wijkgericht werken De toegang tot nulde en eerstelijnszorg primair te beleggen bij de wijkteams Waar mogelijk de toegang tot overige ondersteuning concentreren op één plek in de stad Regionale samenwerking vanuit het principe: lokaal doen wat kan en (boven-)regionaal doen wat écht niet lokaal kan. 3. De sturingsprincipes Professionele ondersteuning op regionaal niveau inkopen Financiële kaders: de door rijk beschikbaar gestelde middelen en middelen binnen gemeentebegroting Inzet van middelen ontschotten 2. Het college op basis van de vastgestelde kaders de opdracht te geven de beweging in het sociale domein uit te werken, de invulling van onze nieuwe taken vorm te geven en beleidsmatige keuzes aan u voor te leggen.
AANLEIDING Maatschappelijke ontwikkelingen geven ons aanleiding om met de stad een flinke beweging te maken in het sociale domein. Zorg en ondersteuning voor mensen die dat nodig hebben, kost steeds meer en lijkt tegelijk niet altijd aan te sluiten bij dat wat mensen echt nodig hebben. In de huidige economische omstandigheden gaan naar verwachting meer mensen een (tijdelijk) beroep doen op het vangnet bij de overheid. De komende jaren worden taken op het gebied van de jeugdzorg, de AWBZ, passend onderwijs en werk en inkomen (Participatiewet) door het Rijk gedecentraliseerd naar de gemeente. Dit gaat gepaard met forse bezuinigingen door het Rijk. Inlichtingen bij :
M. van Leur, MO/ZCS, (033) 469 43 28
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 2
Om deze nieuwe taken op een goede manier over te nemen van het Rijk hebben wij met uw Raad over de verschillende decentralisaties gesproken. Met uw Raad zijn wij van mening dat wij -om tot een goede invulling te komen en de beweging te bewerkstelligen die nodig is- de verschillende taken niet los van elkaar, maar als één geheel moeten benaderen. Alleen dan is het mogelijk ondersteuning dichtbij mensen te brengen en om bureaucratisering, versnippering en onnodige medicalisering tegen te gaan. Een samenhangende benadering dus die de beweging in het sociaal domein mogelijk maakt. Ook met de manier waarop wij onze taken uitvoeren op onderwerpen als veiligheid, fysieke leefomgeving, en wijken willen we die beweging ondersteunen. Deze beweging maken we in een situatie waarin er de nodige onzekerheid, onduidelijkheid en nieuwe ontwikkelingen zijn. De totstandkoming van het Sociaal Akkoord en het Zorgakkoord en vooral de onduidelijkheden die er zijn over de concrete invulling daarvan illustreren dit. Wij kiezen ervoor om niet te wachten totdat er meer duidelijkheid komt van het Rijk, maar om nu concreet aan de slag te gaan. Doen we dat niet dan zijn we niet op tijd klaar om de taken per 2015 over te nemen. Wij vragen u daarom de richting te bepalen en een aantal keuzes maken. Dit gaat om een visie, inhoudelijke uitgangspunten, organisatorische principes en sturingsprincipes. In dit raadsvoorstel leggen wij u deze achtereenvolgens voor.
BEOOGD EFFECT Met dit raadsvoorstel leggen wij u onze visie en uitgangspunten op de beweging in het sociaal domein voor. Dit is het kader waarbinnen wij de invulling van onze nieuwe taken vormgeven en beleidsmatige keuzes aan u voor te leggen. Dit voorstel is voor ons de basis voor een verantwoorde invulling van taken die op ons afkomen en het vertrekpunt voor de beweging die wij in het sociale domein voorstaan. We schrijven met nadruk ‘basis’. Veel is nog onzeker en in ontwikkeling. Willen we op tijd voldoende voorbereid zijn dan kunnen we simpelweg niet wachten tot alles zeker is. We markeren met dit voorstel dan ook een vertrekpunt waarbij het eind nog niet altijd even helder is. Dit vraagt om flexibiliteit, ruimte en vertrouwen in de verdere uitwerking.
VISIE OP DE BEWEGING IN HET SOCIALE DOMEIN De komende jaren willen we als gemeente een forse beweging in het sociale domein maken. Willen omdat een aantal zaken beter kan worden geregeld dan deze nu zijn geregeld, en omdat we het dichter bij de burger willen organiseren. Vraagstukken die we willen aanpakken zijn: De (jeugd)zorg staat nu te ver van mensen af, is te versnipperd, problematiseert en medicaliseert onnodig, kan kwalitatief beter en is duur. De verkokering in de zorg doorbreken en meer inzetten op preventie en vroegsignalering. Mensen naar vermogen laten meedoen in de samenleving. Bij voorkeur door naar vermogen werkzaam te zijn bij een reguliere werkgever, en als dat niet lukt in de vorm van het vervullen van een maatschappelijke tegenprestatie. Daardoor kunnen meer mensen deelnemen aan het maatschappelijk leven en aan de arbeidsmarkt. Noodzakelijk ook omdat het Rijk belangrijke taken decentraliseert: op het gebied van de jeugdzorg, de AWBZ en werk en inkomen. Het Rijk decentraliseert deze taken omdat ze op gemeentelijk niveau beter en dichter bij onze inwoners kunnen worden uitgevoerd en gaat er vanuit dat de taken kwalitatief beter en met minder middelen door gemeenten kunnen worden uitgevoerd. Ook wordt het passend onderwijs gedecentraliseerd naar de samenwerkingsverbanden van schoolbesturen. Passend onderwijs kent een sterke samenhang met de jeugdzorg. De uitvoering van al deze taken moet minder bureaucratisch worden, dichter bij de burger, in vertrouwen en met oog op rechtmatigheid en handhaving worden georganiseerd. Dit biedt mogelijkheden om kwaliteit en kostenvermindering hand in hand te laten gaan. De eigen verantwoordelijkheid van onze inwoners komt meer centraal te staan. Dit gaat verder dan alleen het sociale domein en geldt bijvoorbeeld ook voor onderwerpen als veiligheid, de fysieke leefomgeving en wijkbeheer- en ontwikkeling. Centraal staat wat mensen zelf kunnen, alleen of met behulp van naaste
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 3
familie, vrienden of buren. Wij doen een beroep op de inzet van de eigen mogelijkheden van mensen. En we vinden dat we van een hulpbehoefte niet meteen een onnodig ingewikkeld probleem moeten maken, dat door professionals moet worden opgelost. We blijven wel zorgen voor een vangnet voor wie ondersteuning nodig heeft, en we maken van het vangnet zoveel mogelijk een springplank naar zelfredzaamheid en volwaardige participatie in de samenleving. Wij vinden dat professionals zich moeten inzetten voor die taken waarvoor ze nodig zijn. Dat zijn taken die niet door mensen zelf of hun omgeving kunnen worden opgepakt omdat deze bijvoorbeeld te zwaar of complex zijn. We willen dat het aantal hulpverleners in één huishouden zo beperkt mogelijk is. Wij willen dat mensen zelf, samen met hun omgeving en vrijwilligers, en als dat indien noodzakelijk samen met professionals doen wat nodig is: van een broodje smeren tot het begeleiden naar een activiteit; van helpen met aan- en uitkleden tot verplegen. Daarbij staat niet de instelling waar de professional voor werkt centraal, maar de Amersfoorter die ondersteuning nodig heeft. De wijkverpleegkundige, wijkagent, onderwijzer, huisarts, welzijnswerker en hulpverlener krijgen alle ruimte om hun werk met elkaar slimmer en beter te doen. Het ondersteunen en toerusten van (soms nu al actieve) vrijwilligers en het bieden van steun aan onze inwoners om ieders eigen mogelijkheden te benutten staat daarbij voorop. De beweging in het sociale domein gaat dus niet alleen over mensen die de weg niet zelf kunnen vinden en ondersteuning nodig hebben, het gaat ons allemaal aan! Er zijn immers volop Amersfoorters die hun buren of familie en vrienden (willen) helpen met sneeuw vegen of grasmaaien, met naar de dokter gaan, de kinderen naar school brengen als de ouders dat even niet zelf kunnen, of ouders ondersteunen bij het opvoeden van hun kinderen. Zulke vrijwilligers zijn voor ons het fundament van de Amersfoortse samenleving. Veel (ondersteunende) activiteiten zouden niet kunnen worden uitgevoerd als onze inwoners niet belangeloos de handen uit de mouwen steken. Denk aan sport, speeltuinen, politieke of culturele activiteiten, maar ook aan het ondersteunen van zieken en mensen met een beperking thuis of in instellingen. Ook mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt vragen wij om een rol te spelen bij het bieden van ondersteuning aan mensen die dat nodig hebben. Daarbij maken we gebruik van de mogelijkheden die de Participatiewet geeft. We willen zoveel mogelijk doen in de wijken, zodat iedereen die wil en kan binnen zijn mogelijkheden in zijn eigen omgeving zijn bijdrage kan leveren. Bij voorkeur zonder een rol van de gemeente, indien nodig gestimuleerd of ondersteund vanuit de STIPS (Steun- en Informatiepunten in de wijk), wijkteams of bijvoorbeeld de eigen buurtonderneming. Wat we in de wijken en in de stad effectief en efficiënt kunnen organiseren, doen we daar ook. Alleen als het niet anders kan, organiseren we het met de regio of op bovenregionaal niveau. Om deze beweging in het sociaal domein samen met onze inwoners, professionals en bedrijven te maken is tijd nodig en moeten we de dialoog met elkaar aan blijven gaan. Het vergt een omslag in cultuur, structuur en werkwijzen en vertrouwen van een ieder. Dat kan alleen als we bereid zijn om over bestaande schotten heen te denken en te werken, we bereid zijn om nieuwe dingen uit te proberen en we accepteren dat er dingen fout kunnen gaan.
INHOUDELIJKE UITGANGSPUNTEN VOOR DE BEWEGING IN HET SOCIALE DOMEIN Op 3 juli 2012 heeft uw Raad de uitgangspunten en leidende principes voor de Jeugdzorg vastgesteld. De transformatie die wij op het gebied van Jeugd – inclusief Passend Onderwijs - voorstaan, is in essentie gelijk aan de transformatie op het gebied van Zorg en het terrein van Werk & Inkomen. We starten vandaag – ondanks alle onzekerheden op Rijksniveau– met de professionals in de wijk aan een nieuwe manier van werken, zoals in de pilot Jeugdzorg Soesterkwartier. Deze transformatie, ofwel ‘beweging in het sociaal domein’ kenmerkt zich door trefwoorden als nabije zorg, eigen verantwoordelijkheid, participatie en het tegengaan van versnippering, problematisering, medicalisering en bureaucratisering. Op basis van de leidende principes uit de jeugdzorg, hanteren wij de volgende uitgangspunten die gelden voor de beweging in het sociale domein.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 4
1. Zelfredzaamheid voorop Als ondersteuning gevraagd wordt, dan kijken we eerst wat iemand zelf kan. We bouwen op, vergroten de zelfredzaamheid en benutten en versterken de contacten met de omgeving. We nemen het probleem daarbij niet over, maar zorgen dat iemand zelf aan het stuur blijft.
2. De omgeving doet mee ‘Iedereen doet mee’ in Amersfoort. Dat geldt niet alleen voor de mensen die hulp nodig hebben, maar voor iedereen. Buurtbewoners, familie, de gemeente, hulpverleners, de politiek en bijvoorbeeld ook werkgevers. Iemand die hulp of ondersteuning nodig heeft, staat nooit alleen. De omgeving is vaak meer dan bereid om te helpen. Maar dat gaat niet altijd vanzelf. Het kan nodig zijn dat iemand helpt organiseren dat de omgeving mee doet in de oplossing van het probleem of de vraag. Een belangrijk uitgangspunt is dus dat we altijd eerst zoeken naar oplossingen in de eigen omgeving: het gezin, het eigen netwerk, de buurt.
3. Voorkomen is beter dan genezen Als we op tijd kunnen signaleren dat er bij iemand een vraag om hulp is, en daar goed op inspelen kunnen we problemen voorkomen. Dat is natuurlijk prettiger voor de mensen waar het om gaat en ook nog eens goedkoper. Daarbij is het nodig dat we oog hebben voor de mensen die geen vraag (durven te) stellen, niet weten dat ze hem kunnen stellen of niet weten waar. We rekenen hierbij op de signalerende rol van zowel formele als informele organisaties en mensen in de persoonlijke omgeving.
4. Oplossingen per persoon, soms samen Het is belangrijk om per persoon te kijken hoe iemand het best geholpen is. Dat betekent niet dat elke oplossing ook persoonlijk hoeft te zijn. De oplossing kan soms juist liggen in het gebruik maken van activiteiten die voor een groep bedoeld zijn. Denk bijvoorbeeld aan een buurtmaaltijd in plaats van bezorging aan huis. Deelnemen aan een groep geeft de mogelijkheid om contact op te doen met andere mensen. Het ontmoeten van andere mensen is niet alleen prettig, maar kan ook weer nieuwe informatie of hulp opleveren.
5. We laten niemand vallen Als iemand hulp nodig heeft, moet hij of zij eerst proberen om dat zelf in zijn omgeving te regelen. Maar dat is niet altijd wenselijk, of kan of lukt niet altijd meteen. Als het echt niet kan, moet de hulp van professionals komen. Er moet altijd ondersteuning zijn voor mensen die het moeilijk hebben. Die professionele hulp komt alleen nooit in de plaats van de eigen verantwoordelijkheid van mensen. 6. Hulp dichtbij huis Als mensen hulp en ondersteuning nodig hebben, zoeken we die dichtbij huis. In het eigen netwerk, de straat, buurt of wijk. En we maken daarbij gebruiken van het aanbod van zorg en welzijn in de buurt. Ondersteuning in de buurt of wijk is makkelijk te vinden via één ingang, snel toegankelijk en gebundeld.
7.
Eén huishouden, één plan
Er zijn huishoudens die geholpen moeten worden omdat zij meerdere problemen tegelijk kennen. Deze mensen zijn niet geholpen door op verschillende onderdelen van het dagelijks leven iets te organiseren, maar juist door een plan te maken om alle problemen in 1 keer aan te pakken. Ook in het geval van gezinnen kijken we naar wat de gezinsleden zelf wel kunnen doen en welke mogelijkheden er zijn voor hulp in de omgeving.
ORGANISATORISCHE PRINCIPES VOOR DE BEWEGING IN HET SOCIALE DOMEIN Ondanks de onzekerheden over de Rijkskaders voor de overdracht van taken, willen we nu de kansen pakken die er zijn om de lange termijn beweging die nodig is in het sociaal domein te stimuleren. Immers om zorg dichtbij mensen te brengen en om bureaucratisering, versnippering en onnodige medicalisering tegen te gaan moet er het nodige veranderen. Professionals moeten op een andere manier met elkaar leren samenwerken en de tijd hebben om deze nieuwe manier van werken te ontwikkelen. Om de daarbij
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 5
behorende ontwikkelopgaven in te kunnen vullen, gaan we uit van de volgende principes. Deze zijn gebaseerd op de inhoudelijke uitgangspunten zoals verwoord in de vorige paragraaf. 1. Wijkgericht werken is een van de uitgangspunten voor de drie decentralisaties. We ontwikkelen met inwoners, professionals en instellingen een aanpak die goed aansluit bij de kenmerken en behoeften van bewoners en ondernemers in de wijk. We toetsen onder andere met behulp van proeftuinen in de praktijk wat de beste vorm en schaal is voor wijkgericht werken. Uiteraard blijven we oog houden voor netwerken van onze inwoners die anders zijn dan de geografische schaal van de wijk. Als het werken via deze netwerken effectief is, past een andere dan de wijkgerichte benadering. 2. De toegang voor onze inwoners tot algemene basisvoorzieningen beleggen we primair bij de wijkteams en steunpunten in de wijk (STIPS). Daar waar het effectief en efficiënt is organiseren we ook de toegang voor de tweedelijnszorg op die manier. 3. De toegang voor de ondersteuning die niet is belegd bij de wijkteams en/of STIPS concentreren we zo mogelijk op één plek in de stad. We onderzoeken of en op welke manier de huidige loketten van bijvoorbeeld UWV, WMO en Sociale Zekerheid zouden kunnen worden samengebracht. 4. Ondersteuning die niet effectief en efficiënt in de wijk of in de stad kan worden georganiseerd, organiseren we in de regio Amersfoort en als dat niet kan op schaal van de provincie Utrecht. De Regio Amersfoort bestaat uit negen gemeenten: Amersfoort, Baarn, Barneveld, Bunschoten, Eemnes, Leusden, Nijkerk, Soest, Woudenberg. Daar waar bovenregionale inkoop nodig is vormt de Regio Amersfoort voor ons het vertrekpunt. Dat doen we via bestaande, logische verbanden waarbij de inhoud leidend is. De lokale autonomie, kracht en diversiteit van de samenwerkende gemeenten is uitgangspunt. Waar mogelijk voeren de samenwerkende gemeenten taken zelf uit, zo dichtbij onze inwoners als mogelijk. De kern is dat we lokaal uitvoeren wat lokaal kan en (boven-)regionaal doen wat écht niet lokaal kan worden uitgevoerd. We verkennen samen met de regiogemeenten het onderscheid wat we op de verschillende niveaus doen.
STURINGSPRINCIPES VOOR DE BEWEGING IN HET SOCIALE DOMEIN 1. In uitwerking op ons uitgangspunt met betrekking tot regionale samenwerking (4) geldt dat voor sommige vormen van ondersteuning het niet efficiënt is deze op lokaal niveau in te kopen. We kopen1 deze ondersteuning en instrumenten in met de gemeente in de Regio Amersfoort. 2. We geven ondersteuning binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde budgetten en de al in de gemeentebegroting aanwezige middelen voor deze domeinen (o.a. jeugd en wijkwelzijn). Kortingen op deze budgetten compenseren we niet vanuit de gemeentelijke begroting, m.u.v. Participatiewet. Dit laatste is in lijn met het coalitieakkoord en het collegeprogramma 2013/2014 en de kadernota. 3. We geven ondersteuning binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde budgetten en de al in de gemeentebegroting aanwezige middelen voor deze domeinen (o.a. jeugd en wijkwelzijn). Kortingen op deze budgetten compenseren we niet vanuit de gemeentelijke begroting. Gezien het coalitieakkoord wordt zo nodig een uitzondering gemaakt voor de Participatiewet. Ter zake is in het Coalitieakkoord opgenomen: “de coalitie is bereid geld uit de algemene middelen in te zetten om de gevolgen van de participatiewet voor de betreffende mensen te verzachten”. Indien uit het nieuwe wetsvoorstel Participatiewet blijkt dat vanaf 1 januari 2015 aanvullende maatregelen nodig zijn zal het college ter zake een voorstel aan de raad voorleggen. Hierbij wordt primair bezien of de maatregelen zijn te financieren door herschikking binnen het ontschotte budget voor het sociaal domein.
1
De term ‘inkopen’ moet hier gezien worden in de brede zin van het woord. Hieronder worden verschillende varianten van financiering verstaan waaronder subsidiering, ‘klassiek’ aanbesteden en bestuurlijk aanbesteden.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 6
DE BEWEGING IN HET SOCIAAL DOMEIN IN BEELD
De beweging in het sociale domein is hierboven in een piramide weergegeven. De visie, inhoudelijke uitgangspunten, organisatorische principes en sturingsprincipes vormen de kern waar vanuit we dit gaan vormgeven. Daarbij staat voorop dat we willen voorkomen dat mensen onnodig gebruik moeten maken van de lokale basis(zorg)voorziening of van de tweedelijnszorg. Als mensen daar toch in terecht komen is alles er op gericht om daar zo kortstondig mogelijk gebruik van te hoeven maken. We investeren daarom vooral in de onderkant van de piramide: de burgerkracht/kracht van de omgeving. Dan gaat het op individueel niveau om mensen die vaardig zijn in het oplossen en aanpakken van problemen. Op groepsniveau kan het bijvoorbeeld gaan om buurtbewoners die initiatieven nemen om de leefbaarheid in de wijk te verbeteren, een familie die samen mantelzorg biedt aan een familielid of ouders die ouders met opvoedproblemen helpen. Ondersteuning op dit niveau komt altijd uit de omgeving, niet van professionals. Als gemeente staan we voor het samen met inwoners, professionals, bedrijven en instellingen inrichten en organiseren van een effectieve en efficiënte lokale basis(zorg)infrastructuur. Deze is ondersteunend aan de burgerkracht. Ondersteuning op dit niveau is bijvoorbeeld gericht op informatie en advies en doorverwijzing, ondersteuning van burgerinitiatieven, ondersteuning van mantelzorgers, coördinatie van vrijwilligers, signaleren van problemen en het toeleiden naar passende zwaardere of specialistische(re) vormen van hulp. Beroepskrachten signaleren en lossen samen met burgers problemen op. Zij worden hierbij bijvoorbeeld ondersteund door leden uit de wijkteams en professionals op de ‘werk- en vindplaatsen’.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 7
Tot slot nemen we als gemeente onze rol om een solide vangnet (de top van de piramide) in te richten als burgerkracht en de lokale basis(zorg)infrastructuur niet toereikend zijn. Het vangnet is gericht op individuen of gezinnen met problemen op een of meerdere levensgebieden die zij niet op eigen kracht kunnen aanpakken. Zij hebben voor korte of lange tijd intensieve ondersteuning nodig. Vaak is een vorm van regie nodig om te zorgen dat deze problemen volgens een duidelijk plan in samenhang worden aangepakt. Ook op dit niveau gelden nog steeds de principes van ondersteuning van eigen kracht en benutten van de mogelijkheden van het informele netwerk, ook kunnen lichtere vormen van ondersteuning uit de andere cirkels een rol blijven spelen. De toegang tot het vangnet is veelal georganiseerd via indicatiestelling. Regionale samenwerking op dit terrein evenals op het terrein van inkoop ligt voor de hand.
ARGUMENTEN 1.1 Visie en uitgangspunten zijn nu nodig om ons goed voor te bereiden op nieuwe taken In augustus 2014 wordt het passend onderwijs naar samenwerkingsverbanden van schoolbesturen gedecentraliseerd. Op 1 januari 2015 worden de taken op het gebied van jeugdzorg en de AWBZ gedecentraliseerd en treedt de Participatiewet in werking. Om klaar te zijn voor de overdracht van de taken van het Rijk en om de gewenste beweging in het sociale domein te maken, is het nodig dat we nu een flink aantal stappen zetten op verschillende sporen en in goede samenhang met elkaar. Deze beweging blijft niet beperkt tot het sociale domein, maar vraagt ook dat we de samenhang en verbinding met het economische en fysieke domein opzoeken en vorm geven.
1.2 Samenwerken met inwoners, professionals en instellingen Een grote ontwikkelopgave ligt in een andere verdeling van rollen en verantwoordelijkheden en de manier waarop de gemeente samenwerkt met professionele partijen en inwoners. De beweging kunnen we immers alleen maken als we dit doen in een goed samenspel met de bewoners, de professionals en de raad. Dat vraagt tijd, een wijze van opereren die dat samenspel alle ruimte geeft en ondersteunt en heldere kaders van uw Raad waarbinnen wij dit kunnen doen. Hierbij gaan we niet voorbij aan de stappen die we moeten zetten om aan onze wettelijke taken en verplichtingen te voldoen en bezuinigingsopgaven te behalen.
KANTTEKENINGEN 1.1 Onduidelijkheid over wetgeving Over de wetgeving rond de Jeugdzorg, Passend onderwijs, de Participatiewet, en de AWBZ bestaat nog
veel onduidelijkheid. Door niet op duidelijkheid te wachten maar nu al te beginnen aan de ontwikkelopgaven vanuit een aantal leidende principes kan het zijn dat we werkwijzen of beleid ontwikkelen dat niet (meteen) passend is binnen de uiteindelijke wettelijke kaders.
1.2 Onduidelijkheid over financieel kader vanuit het Rijk Door de voortdurende onzekerheden over de budgetten van het Rijk en de provincies die met de taken mee komen, is het mogelijk dat er financiële tegenvallers of meevallers zijn die het noodzakelijk maken om de ambities en beoogde werkwijze bij te stellen. We werken op basis van een zo reëel mogelijke inschatting van de budgetten,
1.3 Onduidelijkheid over de inwoners die het aangaat Het Rijk heeft tot nog toe onvoldoende informatie beschikbaar gesteld om te kunnen bepalen welke inwoners de beweging in het sociaal domein aangaan en die hulpbehoefte hebben. Deze aantallen kunnen dus mee- of tegenvallen. We werken op basis van een zo reëel mogelijke inschatting van de aantallen. Per decentralisatie zijn startfoto’s gemaakt waarvan de cijfers ook zijn opgenomen in de bijlagen per decentralisatieopgave bij dit Raadsvoorstel.
1.4 Er kunnen dingen mislukken We willen zaken heel anders gaan doen en zien dus een groot aantal ontwikkelopgaven. Daarvoor is ruimte om te leren van successen en mislukkingen nodig. Als die ruimte er niet is, is de kans groot dat de benodigde vernieuwing niet tot stand komt. Een goed proces met inwoners, professionals en instellingen is
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 8
alleen mogelijk als zij daarvoor open staan. Het is dus van belang om helder te communiceren over de visie, onze uitgangspunten en ruimte te geven aan dit proces. 1.5 Er zitten grenzen aan ‘eigen kracht’ van onze inwoners We zouden misschien graag onbegrensd willen geloven in de draagkracht en capaciteit van ‘de eigen kracht’ van onze inwoners. We geloven immers dat beter is voor ‘de mens’ en ook nog eens beter voor de overheidsportemonnee. Echter, de realiteit is dat er beperkingen zijn aan wat onze inwoners met eigen kracht en hun eigen netwerk kunnen oplossen. We zijn er van overtuigd dat we onze inwoners moeten aanmoedigen deze grens op te zoeken en soms op te rekken. Niet te snel moeten we denken dat het niet kan. Tegelijkertijd is er wel het besef van de begrenzing van wat je van mensen mag/kunt verwachten. Hoe voorkomen we dat we mensen uit het oog verliezen? Dat de focus juist komt te liggen op die groep mondige en assertieve mensen met genoeg vrije tijd en kennis? Juist het besef en oog voor deze begrenzing, versterkt naar onze mening de eigen kracht. Door de grens te (h)erkennen en zekerheid te bieden dat mensen worden opgevangen als ze het op eigen kracht niet redden, durven mensen meer hun eigen kracht – en die van anderen – aan te spreken.
FINANCIËN Er is op dit moment nog grote onzekerheid over de definitieve budgetten die beschikbaar zullen zijn en het aantal Amersfoorters dat thans ondersteuning krijgt en in de toekomst nodig heeft. Onze huidige inschatting is dat het thans gaat om de volgende budgetten en aantallen: Jeugd
AWBZ (WMO Hulp bij het Huishouden
AWBZ (WMO) Ondersteuning, begeleiding en verzorging aan huis (per 1-12015) 2200 (begeleiding
2500 cliënten (schatting op basis van landelijke cijfers 6-8% van de jongeren)
3000 (cliënten hulp bij het huishouden)
Korting op huidig budget
17%
40%
25%
Schatting resterend budget
€ 25 miljoen
€ 5,2 miljoen
€ 38 miljoen
Aantal Amersfoorters
2000 (persoonlijke verzorging)
Participatiewet (per 1-1-2015)
2756 WWB uitkeringen ( april 2013) + 50 à 75 cliënten vanuit nieuwe doelgroep Participatiewet ( in de schatting is de herkeuring uit het Sociaal Akkoord van de huidige groep Wajongers niet meegenomen)
Re-integratie: er wordt een doelmatigheidskorting op het huidig budget doorgevoerd. Aan het huidig budget worden middelen toegevoegd voor de begeleiding van nieuwe doelgroepen participatiewet. Hiermee dient wel een grotere doelgroep bediend te worden WSW: efficiencykorting regeerakkoord; ca. 13%) en uitstroom WSW (ca. 45 per jaar). Verder is onduidelijk welke middelen worden toegevoegd voor het organiseren van beschut werk. Totaaleffect op budget is onduidelijk i.v.m. uitwerking Sociaal Akkoord.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 9
We geven ondersteuning binnen de door het Rijk beschikbaar gestelde budgetten en de al in de gemeentebegroting aanwezige middelen voor deze domeinen (o.a. jeugd en wijkwelzijn). Kortingen op deze budgetten compenseren we niet vanuit de gemeentelijke begroting. Gezien het coalitieakkoord wordt zo nodig een uitzondering gemaakt voor de Participatiewet. Ter zake is in het Coalitieakkoord opgenomen: “de coalitie is bereid geld uit de algemene middelen in te zetten om de gevolgen van de participatiewet voor de betreffende mensen te verzachten”. Indien uit nieuwe wetsvoorstel Participatiewet blijkt dat vanaf 1 januari 2015 aanvullende maatregelen nodig zijn zal het college ter zake een voorstel aan de raad voorleggen. Hierbij wordt primair bezien of de maatregelen zijn te financieren door herschikking binnen het ontschotte budget voor het sociaal domein.
RISICO’S Het mag helder zijn dat er door de grote onzekerheden de nodige risico’s zijn die deels beperkt kunnen worden beheerst. De risicorapportage die voor Jeugdzorg is gemaakt en beschikbaar is gesteld aan uw Raad biedt hier een goed eerste overzicht van de risico’s die samenhangen met de overdracht van alle taken van het Rijk naar de gemeente. In de rapportage worden naast risico’s ook beheersmaatregelen genoemd. Hieronder beperken we ons tot het benoemen van de 10 grootste risico’s en laten we onder verwijzing naar de risicorapportage over Jeugdzorg de beheersmaatregelen hier achterwege: 1. Heftige reactie op incidenten na 1 januari 2015. 2. Gemeente is niet in staat om de inkoop en aanbesteding van zorg tijdig te realiseren. 3. Er is onvoldoende budget om het benodigde zorgaanbod te realiseren. 4. De informatie van Rijk en provincies komt te laat om de beleidsontwikkeling tijdig af te ronden voor de begroting 2015. 5. Benodigde samenwerkingsverbanden op regionaal en bovenregionaal niveau komen niet of niet tijdig tot stand. 6. Er ontstaat discontinuïteit tussen het huidige en het gewenste zorgaanbod door de overdracht van de taken naar de gemeente. 7. Er is een groter zorgvraag dan waar rekening mee is gehouden. 8. De kosten voor lopende zorgtrajecten van voor 2015 lopen door na 2015. 9. Cliëntgegevens komen bij onbevoegde personen terecht. 10. De ICT-infrastructuur is niet tijdig gereed om o.a. de kosten te beheersen. De Raad wordt via de reguliere en afgesproken rapportages geïnformeerd over de belangrijkste risico’s en beheersmaatregelen.
COMMUNICATIE De beweging die wordt ingezet in het sociaal domein is een beweging die veel mensen op verschillende manieren raakt. Deze beweging vraagt om zorgvuldige communicatie. Maar zeker ook om communicatie die flexibel is en oog heeft voor individuele behoeftes en maatschappelijke ontwikkelingen. Aan de basis van onze communicatie-inzet staat een degelijke informatievoorziening die past bij de informatiebehoefte in de stad. Om op korte termijn een gezicht en een stem te geven aan de mensen om wie het gaat, starten we met het vertellen van persoonlijke verhalen. Daarnaast stellen we per decentralisatie een communicatieplan op met daarin onder andere een planning van de belangrijke informatiemomenten. Naast tijdige en gerichte informatie, zijn ook verschillende vormen van interactie belangrijk in onze communicatie. Inzet van deze interactie is het gebruik maken van kennis in de stad en het samen ontwikkelen van nieuwe manieren van werken. Er worden binnen de decentralisaties verschillende vormen van interactie gepland en ingezet: van gesprekken met oudergroepen, tot dialoogsessies met professionals en van het delen van proeftuinervaringen tot een frisse blikken panel. Ook het samenstellen van een stadsbrede kopgroep is een van de vormen van interactie. Zo’n stadsbrede groep van professionals en ervaringsdeskundigen kan een voortrekkersrol vervullen in het sociaal domein door samen te zorgen voor inspiratie, onverwachte verbindingen en initiatieven.
VERVOLG In de bijlagen bij dit Raadsvoorstel is per decentralisatieopgave een kernbeschrijving en planning opgenomen. Hieronder vindt u een integrale mijlpalenplanning t.a.v. besluitvorming in uw Raad. De
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 10
planning voor Werk & Inkomen wordt verder ingevuld als er meer duidelijkheid is op Rijksniveau over de invulling van het Sociaal Akkoord. Integrale opgave beweging in het sociaal domein 2013 Juni/Juli Juni/Juli
Juli
Kwartaal 2
Kwartaal 3 Kwartaal 4
Werk & Inkomen (Participatiewet)
Regionaal transitiearrangement Jeugdzorg
Peiling over rol gemeente sociaal domein, sturing, bekostiging en kwaliteitsbewaking
Peiling over transformatieproces: hoe te komen tot de gewenste verandering Vaststellen begroting 2014 door Raad Peiling over het aanbod: resultaten op cliëntniveau en toegang
Concept beleidsplan en concept uitvoeringsplan in de Raad
December
2014 Kwartaal 1
AWBZ (WMO)
Raadsvoorstel beweging in het sociaal domein ter besluitvorming in de Raad Informeren over STIPS en nieuwe wijkteams Eerste organisatieontwerp bespreken in de Raad
Augustus September Oktober
November November
Jeugdzorg
Resultaat pilot tegenprestatie in de Raad
Evaluatie wijkteams bespreken met Raad Gemeenteraadsverkiezingen Vaststellen beleidsplan en uitvoeringsplan in de Raad Tussenrapportage voortgang beweging sociaal domein bespreken in Raad Nieuwe taken en budgetten in de begroting 2015 Vaststellen Vaststellen beleidskader en beleidskader en uitvoeringsplan verordening door door Raad Raad Vaststellen begroting 2015 door Raad
Vaststellen beleidskader en verordening door Raad
Taak formeel overgedragen 2015 Januari Belangrijk onderdeel is dat we dit najaar met u in gesprek willen over de principes van sturing en bekostiging. Het gaat hierbij o.a. om de invulling van de (regie)-rol van de gemeente in het sociaal domein, de vorm van inkoop/subsidiering van zorg/diensten (sturing en bekostiging) en de kwaliteitsbewaking.
Gemeente Amersfoort raadsvoorstel 4384952 pagina 11
Naast de momenten in de mijlpalenplanning informeren we u over de ervaringen die we opdoen met vernieuwende werkwijzen, wijkteams, STIPS etc. Op basis van deze ervaringen en opgedane kennis is het aan een volgend college en een nieuwe Raad om na de verkiezingen in maart 2014 de definitieve beleidskaders en resterende verordeningen voor de uitvoering van deze taken vast te stellen.
BETROKKEN PARTIJEN Inwoners in de stad, vrijwilligers, cliëntenraden, zorginstellingen professionals in de ondersteuning. Wij stellen een kopgroep in waarin een aantal van de betrokkenen op persoonlijke titel kunnen plaatsnemen en met ons kunnen meedenken over de wijze waarop we de beweging in het sociaal domein vormgeven.
Burgemeester en wethouders van Amersfoort, de secretaris,
Bijlagen
- Kernbeschrijving Werk & Inkomen (Participatiewet). - Kernbeschrijving WMO/AWBZ - Kernbeschrijving Jeugdzorg, inclusief Passend onderwijs
de burgemeester,
Gemeente Amersfoort
RAADSBESLUIT
Reg.nr .4384952
De raad van de gemeente Amersfoort; op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 mei 2013, sector MO/ZCS (nr.4384952); b e s l u i t: 1. de kaders voor de beweging in het sociale domein vast te stellen, inhoudende: 1. De inhoudelijke uitgangspunten - Zelfredzaamheid voorop - De omgeving doet mee - Voorkomen is beter dan genezen - Oplossingen per persoon, soms samen - We laten niemand vallen - Hulp dichtbij huis - Één huishouden, één plan - Snelle interventies als hulp nodig is 2. De organisatorische principes - Wijkgericht werken - De toegang tot nulde en eerstelijnszorg primair te beleggen bij de wijkteams - Waar mogelijk de toegang tot overige ondersteuning concentreren op één plek in de stad - Regionale samenwerking vanuit het principe: lokaal doen wat kan en (boven-)regionaal doen wat écht niet lokaal kan - Voortbouwen op en/of uitbreiden van de bestaande activiteiten, voorzieningen en bewonersinitiatieven in de wijken - Zorgbehoevenden die langdurige zorg nodig hebben, krijgen keuzevrijheid in het selecteren van zorgaanbieders die bij hen passen 3. De sturingsprincipes - Professionele ondersteuning op regionaal niveau inkopen - Financiële kaders: de door rijk beschikbaar gestelde middelen en middelen binnen gemeentebegroting - Inzet van middelen ontschotten 2. het college op basis van de vastgestelde kaders de opdracht te geven de beweging in het sociale domein uit te werken, de invulling van onze nieuwe taken vorm te geven en beleidsmatige keuzes aan u voor te leggen.
Vastgesteld in de openbare vergadering van 9 juli 2013. de griffier
de voorzitter
Achtergrondinformatie Wmo-hulp bij het huishouden – toezegging Ronde 3 september Het college heeft in juni 2013 besloten “de benodigde acties in gang te zetten teneinde de bestaande raamovereenkomsten Hulp bij het Huishouden onder dezelfde voorwaarden en tarieven te verlengen met één jaar”. Hiermee beoogt het college de continuïteit van de zorg (zowel vanuit werkgevers, werknemers als cliëntperspectief) in aanloop naar de decentralisatie van de Awbz per 2015, te waarborgen. Alle verbeteringen en wijzigingen en discussie over minimumtarieven van de thuiszorg worden meegenomen in de vormgeving en de aanbesteding van decentralisatie van het sociaal domein per 1 januari 2015. De raad wordt hierbij betrokken. Overigens is het thans praktisch onmogelijk om per 1-1-2014 een aanbesteding te doen en nieuwe contracten af te sluiten. De verlenging van de bestaande overeenkomsten is juridisch gezien een nieuwe overeenkomst. Daarom is het noodzakelijk, op basis van de Wet Wmo, dat de raad zgn basistarieven (= minimumtarieven) vaststelt. Omdat de verlenging plaatsvindt op basis van de huidige contracten is voor vaststelling van deze basistarieven uitgegaan van het laagste geoffeerde bedrag in de verschillende categorieën HH. De verlenging vindt plaats op basis van de destijds geoffreerde (geïndexeerde) bedragen. Dit betekent dat partijen die voor een hoger bedrag zijn gecontracteerd, met de verlenging niet naar het minimum worden verlaagd. Huidige tarieven worden gecontinueerd (en per 1 januari 2014 volgens de huidige raamcontracten geïndexeerd). Vaststelling van deze basistarieven staat geagendeerd in het Besluit op 10 september a.s. In de ronde op 3 september 2013 heeft wethouder Lubbinge aan de raad toegezegd dat er een overzicht komt waaruit duidelijk wordt hoe groot het marktaandeel is van aanbieders HH1 met een tarief beneden € 21,00. Tijdens de ronde is ook € 20,00 genoemd als minimale basistarief. Verder is aan de raad toegezegd inzicht te geven over de manier waarop de gemeente de kwaliteit van de zorgaanbieders monitort. Onderstaand wordt achtereenvolgens de achtergrond van de huidige tarieven geschetst. Vervolgens is een overzicht van de gevraagde marktaandelen opgenomen, en een toelichting op de kwaliteitsmonitoring van de zorgaanbieders. Achtergrond huidige tarieven Ten behoeve van de vorige aanbesteding is uitgebreide marktconsultatie uitgevoerd door Significant gericht op prijs, product en relevante kwaliteitseisen. Dit heeft met betrekking tot de prijs geleid tot bandbreedtes voor de verschillende vormen HH die gebruikt zijn voor de aanbesteding.. Aanbieders konden binnen deze bandbreedte offreren en hebben dus zelf gekozen voor welk bedrag zij binnen de bandbreedte inschreven. Het geoffreerde bedrag was ook het gegunde bedrag. Marktaandeel per tariefgroep (prijspeil 1-1-2013) HH1 Geleverde uren t/m zorgperiode 6* Marktaandeel aanbieders met tarief beneden € 20,00 Marktaandeel aanbieders met tarief € 20,00-€ 21,00** Marktaandeel aanbieders met tarief > € 21,00
*een jaar heeft 13 zorgperioden ** waarvan één aanbieder 20,33 en twee aanbieders 20,75
#4483720 v2 - TOEZEGGING RONDE 3 SEPTEMBER BASISTARIEEN
113.247 6,1% (2 aanbieders) 6,6% (3 aanbieders) 87,3% (11 aanbieders)
HH2 Geleverde uren t/m zorgperiode 6* Marktaandeel aanbieders met tarief < € 24 Marktaandeel aanbieders met tarief > € 24
80.407 uren 3,7% (4 aanbieders) 96,3% (12 aanbieders)
*een jaar heeft 13 zorgperioden
Kwaliteitsmeting/Wmo-catalogus In het aanbestedingdocument is het volgende opgenomen mbt kwaliteitsmeting D. Kwaliteit wordt gemeten tijdens de looptijd van de Raamovereenkomst
De Opdrachtgever wil de geleverde kwaliteit gedurende de looptijd van de Raamovereenkomst continu inzichtelijk maken, ook voor Cliënten. Dit betekent dat (steekproefsgewijs) kwaliteitsindicatoren worden gemeten waarvan de uitkomsten inzichtelijk worden gemaakt in een ‘Wmo-catalogus’ waaruit Cliënten hun keuze bepalen. Hiermee concurreren Inschrijvers dus ook gedurende de looptijd van de Raamovereenkomst op kwaliteit. Voorbeelden van indicatoren zijn snelheid van levering, continuïteit van levering, communicatie, klachtafhandeling en Cliënttevredenheid. Dit wordt in paragraaf 3.3.4 verder toegelicht. Op de website van Het Servicepunt staan de actuele rangschikking gebaseerd op o.a. de klanttevredenheid en de wachttijd. Dit is een dynamische overzicht. http://www.servicepuntamersfoort.nl/huishoudelijkehulp.html Het (laten) uitvoeren van de cliëntonderzoeken en het ‘up to date’ houden van de Wmo-catalogus is onderdeel van de dienstverleningsovereenkomst met het SbG.
#4483720 v2 - TOEZEGGING RONDE 3 SEPTEMBER BASISTARIEEN
Besluitenlijst De Ronde datum:
3 september 2013
vergaderruimte: Molendijkzaal (0.01) Titel Van Doel activiteit Voorstel
Voorzitter Secretaris Notulist Aanwezige woordvoerders Raadsleden/buitengewone fractieleden Inspreker(s) Conclusie voorzitter
van
20.30 tot
aantal bezoekers:
22.00 uur 10
Reg.nr. 4481573 SP en college: Organisatie thuiszorg Soort verslag Raadsfractie SP en college Besluitenlijst Soort activiteit Informatie Rondetafelgesprek Naar aanleiding van de bespreking van het initiatiefvoorstel van de SP in De Ronde van 3 juli 2012 heeft het college toegezegd om in het kader van aangaan nieuw contract met thuiszorgorganisaties een De Ronde te organiseren. In deze De Ronde wordt één aspect van het sociaal domein belicht: de thuiszorg. Er wordt aandacht besteed aan vormen van bekostiging, beloningsstructuur voor de thuiszorgmedewerkers, het basistarief en taken en verantwoordelijkheden. Van de raadsleden wordt gevraagd kennis te nemen van de informatie en vragen te stellen. Portefeuillehouder Lubbinge Land Opsteller Bongers Van Leur -
Hinloopen (PvdA), Kennedy-Doornbos (CU), Portefeuillehouder Lubbinge Van Koningsveld (CDA), Meijer (SP), Van de Ambtenaren Van Leur Velde (GL), Van Vliet (Groep Van Vliet), Voogt (VVD), Van de Voort (D66) Op uitnodiging van de SP heeft de heer W. van der Hoorn (cao-onderhandelaar ABVA/KABO) een toelichting gegeven op de organisatie van de thuiszorg, met name waar het gaat om de relatie tussen tarieven, arbeidsvoorwaarden voor werknemers/functiewaarderingsgroep en kwaliteit van zorg voor cliënten. Pleit voor kleinschaligheid in plaats van grootschaligheid en dat de professional bepaalt wat nodig is (in uren, maar ook in stimuleren van het netwerk van de cliënt), in plaats van de manager. Bestuurlijk aanbesteden gaat uit van relatief beperkt aantal kwalitatief goede aanbieders met wie contract voor langere tijd wordt aangegaan zodat ook meer zekerheid voor werknemers (arbeidsvoorwaarden) kan worden geborgd. Vertaling van bestek van gemeenten in taak-functieomschrijving in contract met thuiszorgorganisatie ontbreekt vaak. Gemeenten verwijzen daarvoor naar thuiszorgorganisatie. Vakbond is tegen alphahulp-constructie: werknemer zonder rechten, en voor beloning naar Nederlandse arbeidsvoorwaarden van werknemers uit Oost-Europese landen. De woordvoerders hebben vragen gesteld en met elkaar gediscussieerd. De portefeuillehouder heeft het onderwerp in het perspectief geplaatst van de in gang gezette beweging in het sociale domein. De professional is daarbij een belangrijk uitgangspunt en er wordt gezocht naar werkvorm die aansluit bij professional. Voorwaarde in contract met zorgaanbieders is dat aanbieders Cao naleven. Advies aan presidium: Voldoende besproken; initiatiefnemer komt mogelijk met moties
Toezeggingen / Afspraken
-
Portefeuillehouder informeert raad over monitoring klanttevredenheid cliënten met thuiszorgorganisatie. Portefeuillehouder informeert raad over marktaandeel thuiszorgorganisaties met wie contracten zijn afgesloten (met name ook van de laagste aanbieders) en geoffreerde prijs.
Aantekeningen voor verslag
#4481573 v1 - BESLUITENLIJST DR 3-9-2013 SP EN COLLEGE: ORGANISATIE THUISZORG
#4481573 v1 - BESLUITENLIJST DR 3-9-2013 SP EN COLLEGE: ORGANISATIE THUISZORG
Besluitenlijst SP en college - Organisatie thuiszorg
Datum: Aanvang:
dinsdag 3 september 2013 17:45
Raadsledenbijeenkomst Regio Amersfoort Hoevelaken Informatie
Besluitenlijst SP en college - Organisatie thuiszorg
Raadsledenbijeenkomst Regio Amersfoort Hoevelaken Informatie Uitnodiging