Inhoudsopgave Projectplan De MuziekRoute pagina Overzicht aanpassingen
2
1. Inleiding
3
2. Aanleiding
3
3. Hoofdpunten De MuziekRoute
5
4. Uitwerking De MuziekRoute 4.1. Praktische uitwerking
6
4.2. Profiel
9
4.3. Organisatie en partners
14
5. Monitoring (projectvoortgang), evaluatie en verslaglegging
16
6. Meerjaren planning project en vervolg
17
7. Begroting en rekenmodel (toelichting begrotingsposten)
18
8. Bronnen en referenties
20
Bijlage – Strategie en beleid UCK
1
Overzicht aanpassingen ten opzichte aanvraag in 1ste ronde ‘Er zit Muziek in Ieder Kind’ Commentaar FvCP
Doorgevoerde aanpassingen
Projectplan is niet concreet genoeg.
Concrete beschrijving inhoudelijke aanleiding (fragmentarisch aanbod) gemaakt, blz.3/4 Betrokkenheid ouders is concreet uitgewerkt, blz. 9 Verbinding belevingswereld kind (thuis/wijk/school) is concreet uitgewerkt, blz. 6 t/m 9 en 11 Koppeling Vreedzame Wijk/School aan Creatief Leren, blz. 10 Uitgewerkte opleiding/training competenties muziekvakdocenten en groepsleerkrachten ten behoeve van vorige punt, blz. 12 Concretisering partner rollen, blz. 14/15
Aansluiting instrumentenselectie met belevingswereld kind
Keuzevrijheid instrument, blz. 8
Partnerschap HKU is onrealistisch
HKU vervult geen dragende rol in project (geen pijler), kan eventueel wel tijdens het project worden ontwikkeld, blz. 15
Aanpassingen naar aanleiding van het commentaar op conceptversie (september) door FvCP en eigen heroverwegingen. Projectperiode is teruggebracht van 3 jaar naar 2 jaar Loslaten van relatie met het beleidskader van de 4 GS Kind wordt in projectplan op concrete wijze centraal gesteld; belevingswereld/verbindingen tussen school, wijk, thuis/ keuzemogelijkheden, blz. 6 t/m 9 en 11 Theoretische bespiegelingen en algemene beleidskaders van UCK, samenwerkingspartners naar de achtergrond (bijlage 2) Toevoeging van competentie overzicht rolmodellen, blz. 7 Toevoeging van adhesieverklaring van gemeente Utrecht, R.K. Basisschool Joannes XXIII (een van de deelnemende scholen) en de Brede School Overvecht (bijlage 3)
2
1.
Inleiding
Het Utrechts Centrum voor de Kunsten (hierna UCK genoemd) is een kunsteducatieve instelling voor de stad Utrecht en haar omgeving, waar kinderen, jongeren en volwassenen zich kunnen ontplooien met en door kunst. Een belangrijk kenmerk van het door ons gevoerd beleid is de integrale aanpak binnen het onderwijs, rondom het onderwijs, in de wijk en binnen de amateurkunst educatie (ketenaanbod). In het kader van de regeling ‘Er zit muziek in ieder kind’ van het FvCP hebben we samen met een deel van onze partners, waaronder de Brede School Overvecht het projectplan De MuziekRoute opgesteld. Daarbij hebben we onze gezamenlijke ervaringen tot nu toe en de ervaringen die in het buitenland (Duitsland, Engeland) met vergelijkbare projecten zijn opgedaan, mee laten wegen bij onze planvorming. De regeling van het FvCP biedt ons de gelegenheid om op een innovatieve wijze te werken aan de bevordering van actieve muziekbeoefening die goed aansluiten op de belevingswereld van de beoogde doelgroep (4 – 12 jarigen), waarbij het plezier beleven aan het samen muziek maken centraal staat. Het pilotproject is zo opgezet dat doelstellingen ten aanzien van participatie en kwaliteit uitstekend hand in hand gaan. Wat maakt De MuziekRoute zo bijzonder? 1. Inhoudelijk gezien is De MuziekRoute bijzonder omdat het gericht is op het kinderen leren zelf greep te krijgen op het proces van samen muziek maken. Het beperkt zich niet, zoals meestal het geval is, tot ‘het aanleren van technieken en het oefenen van vaardigheden’ maar gaat juist in op het doorgronden en het zich eigen maken van het gehele maakproces en het begrijpen van de rol die een ieder daarbij speelt. Dit komt bij kunsteducatie – zoals ook uit onderzoek blijkt (zie artikel van Harland) – bijna niet voor. 2. Op het niveau van gebruikte methode(n) wordt een interessante combinatie gemaakt van de Vreedzame School en het ‘Creatief Leren’. Op de scholen waarop het project De MuziekRoute uitgevoerd zal worden, wordt al met de methode ‘Vreedzame School’ gewerkt, waardoor de aansluiting van het project op de bestaande onderwijspraktijk groot is en de kans van slagen van De MuziekRoute, waarbij het ‘Creatief Leren’ een belangrijke rol speelt, heel groot is. 3. De betrokken samenwerkingspartners hebben al gemeenschappelijke ervaringen en er is reeds sprake van een commitment. Door samen het tweejarige project De MuziekRoute uit te voeren wordt de samenwerking met de Brede School Overvecht (BSO) en overige samenwerkingspartners verder geïntensiveerd en kan onze wens om een grote inhoudelijke verdiepingsslag te maken worden gerealiseerd. 2.
Aanleiding
Het UCK heeft zich altijd ingespannen om in de stad Utrecht, dus ook Overvecht, de muziekeducatie op een goede manier vorm te geven (Strategie en beleid zie bijlage 2). Eerst in samenwerking met de 11 afzonderlijke Overvechtse basisscholen, sinds 2 jaren ook vertegenwoordigd door de overkoepelende Brede School Overvecht.
3
De lessen waren of kortstondig onderschools (6 lessen) of naschools (10 lessen Verlengde Schooldag). De ontwikkeling in deze lessen zat in de methodiek. Aanvankelijk werd vocaal/instrumentaal (percussie) materiaal aangeleerd, maar dit ontwikkelde zich vanaf 2001 steeds meer in de richting van Creatief Leren. Getrainde (o.a. Guildhall School of Music & Drama) muziekvakdocenten en muzikanten gaven aanzet tot deze ontwikkeling (o.a. Hanno Tomassen, Gerrit de Boer, Allerd van den Bremen, Jeroen Schipper). Kinderen werden gestimuleerd om zelf te componeren door middel van groepsimprovisatie werkvormen. Dit leverde goede, maar kortstondige resultaten op. Kinderen waren verleid tot enthousiaste deelname, maar hun enthousiasme na afloop kon moeilijk worden ingezet in een vervolg. De scholen zagen financiële beperkingen en de cursusmarkt UCK (Centrum Utrecht) was niet bereikbaar voor de kinderen vanwege sociaal maatschappelijk drempels. Wel werden er goede contacten opgebouwd met de scholen. HKU studenten van de opleiding Muziek (Oude Muziek, Klassiek, Pop/Jazz) namen in deze eerste periode (2001-2007) deel aan de lessen als verplichte stage. Ook met wisselende resultaten. De studenten misten het gevoel van relevantie voor hun opleiding en voelden zich niet afdoende voorbereid. Het vak Community Music stond in de kinderschoenen op de HKU. De concrete ontwikkelingen die sindsdien hebben plaatsgevonden laten zich als volgt omschrijven: • Ontwikkeling en beschrijving van Community Music HKU. Binnen Proposo publiceerde de HKU (Hanno Tomassen/Ria Frowijn) ‘Muziek Zonder Noten - over Muziek Maken en Communiceren’ (2007). Dit was een eerste stap in de richting van onderbouwing van gebruikte methodieken Creatief Leren binnen de HKU. Op basis van deze publicatie is er tot op heden grote landelijke interesse voor trainingen voor muziekvakdocenten (via steunpunten) en groepsleerkrachten. Een attitudeverandering is merkbaar. •
De oprichting van de Brede School Overvecht (2008). Directies van de 11 basisscholen in Overvecht formuleerden gezamenlijk het grote belang van Kunst-, en Cultuureducatie binnen het kader van Talentontwikkeling met als beoogd partner het UCK.
•
Studiereis Londen januari 2009. Een delegatie uit het Utrechtse Culturele veld, de Gemeente Utrecht en Utrechtse scholen (waaronder de Brede School Overvecht) bezochten Guildhall School of Music & Drama, Tate Gallery, Creative Partnerships London, Tate Britain, Barbican Theatre. Tijdens dit bezoek werd het belang van kunst- en cultuureducatie, specifieke methodieken van Creatief Leren en langlopende partnerschappen besproken, getoetst en bevestigd.
•
Het begin van een doorlopende muziekeducatieve leerlijn in Overvecht. -Kinderen kunnen sinds 2009/2010 na het volgen van een naschoolse cursus muziek (10 lessen VSD) instromen in de Muziekclub Overvecht. Dit werd mogelijk door de opening van een Overvechtse UCK locatie (Doe Mee centrum Overvecht). Inhoudelijk werd dit vormgegeven door het creatief partnerschap (ondersteund door de Gemeente Utrecht en Cultuurnetwerk) tussen UCK, Brede School Overvecht en het Rosa Ensemble. Creatief Leren wordt toegepast. De Muziekclub kent nu 15 leden.
•
Algemeen: de groeiende hedendaagse aandacht voor invulling van begrippen als Comunity Art, eigenaarschap en talentontwikkeling, heeft de verankering van het werk op deze basis steviger gemaakt. 4
Deze positieve ontwikkelingen hebben geleid tot de ambitie van het UCK en haar partners om in Overvecht te komen tot een grote inhoudelijke verdieping. Kinderen moeten de mogelijkheid krijgen om langduriger en met meer kwaliteit te kunnen deelnemen aan muziekeducatie. De regeling ‘Er zit Muziek in Ieder Kind’ van het fonds voor Cultuurparticipatie verwoordt diezelfde ambitie. Dit heeft geresulteerd in De MuziekRoute. 3.
Hoofdpunten van De MuziekRoute
Algemeen doel:
bevorderen van actieve muziekbeoefening.
Doelgroep:
kinderen in de leeftijdsgroep 4 – 12 jarigen, met aandacht voor sociaal maatschappelijke drempels. De MuziekRoute bereikt in de projectperiode kinderen in de leeftijdsgroep 6-10 jarigen.
Periode:
augustus 2011 – juni 2013 (twee volledige schooljaren)
De wens van de Brede School Overvecht om met het UCK een stevig aanbod voor de kinderen te ontwikkelen komt voort uit de noodzaak om werelden met elkaar te verbinden. Thuis, school en straat (vrije tijd) moeten niet langer los van elkaar blijven staan. (zie blz. 9/10) Doelen en beoogde resultaten Ten behoeve van de uitwerking zijn de verschillende doelen en te behalen resultaten in een overzicht bij elkaar gezet. Doelen Bevordering actieve muziekbeoefening in kwantitatieve en kwalitatieve zin
Dwarsverbindingen belevingswereld kinderen (thuis,straat/wijk, school) (subdoel) Vaststellen doelmatigheid methode(en) Aantonen van het belang van rolmodellen Versterken van lokale infrastructuur
Te behalen resultaten Meer kinderen maken samen muziek Door De MuziekRoute is de belevingswereld van het kind vergroot (inhoudelijke verrijking) Kinderen hebben beter inzicht in het (gezamenlijke) proces van musiceren Inbedding van muziekeducatie in regulier curriculum Muziekbeleving niet alleen tijdens de ‘lessen op school’ maar ook op straat/wijk, thuis Presentaties van uitstekend artistieke kwaliteit, die goedbezocht worden, tijdens en ter afronding van De MuziekRoute Activiteiten, presentaties ook buiten de school Vergrote betrokkenheid ouders Kinderen hebben (ook) thuis kunnen oefenen Creatief Leren wordt toegepast in aansluiting op de bestaande methode van “Vreedzame school” De pedagogisch didactische betekenis van rolmodellen wordt beschreven, geëvalueerd en op waarde vastgesteld Samenwerking met relevante partners is tijdens het project geïntensiveerd en/of ontwikkeld. Samenwerking is op doelmatigheid en efficiency getoetst (overdraagbaarheid). Kenniscirculatie en verankering
In het volgende hoofdstuk worden de acties concreet beschreven die de doelen aan de te behalen resultaten koppelen. 5
4.
Uitwerking De MuziekRoute 4.1
Praktische uitwerking
Verleiden in
Vocaal en instrumentaal onderwijs onderschools
Oefenen de
Schoolensemble
Verdiepen MuziekRoute
Club Overvecht Symfonie Orkest
Individuele en groepslessen vocaal / instrumentaal
Eerste jaar van De MuziekRoute (2011-2012): 1. Alle kinderen in de groepen 3 van 4 scholen van de Brede School Overvecht krijgen zanglessen in groepjes van 7 leerlingen. Tijdens deze zanglessen wordt gewerkt met één thema per lesperiode. Deze thema’s worden door de kinderen uitgewerkt vanuit hun eigen belevingswereld. Teksten en melodieën worden gemaakt en de aankleding wordt verzonnen. Dit gebeurt op basis van werkvormen die veelal hun oorsprong hebben in de Theatereducatie. Groepsimprovisatie speelt een belangrijke rol. Kinderen reageren direct op door de docent ingebracht startmateriaal en kunnen dit materiaal bewerken, uitbreiden of zelfs vervangen door een alternatief. Iedere les levert aan het einde een tussenproduct op. Met de kinderen wordt wekelijks kort gereflecteerd op ieders rol en inbreng. Tegelijkertijd is er aandacht voor de technische aspecten van zang, maar altijd met gemaakt muzikaal materiaal als uitgangspunt. Alle zanggroepen (groepen 3) presenteren zich aan het einde van iedere lesperiode gezamenlijk. Er ontstaan dus 4 variaties op hetzelfde thema. De variaties worden artistiek aan elkaar verbonden door de 4 zangdocenten. 2. Alle kinderen in de groepen 4 van deze 4 scholen krijgen vocale/instrumentale lessen in groepjes van 7 leerlingen. Ook de instrumentale lessen kennen 1 thema per lesperiode. De instrumentale lessen zullen altijd vocaal (melodisch/ritmisch) beginnen, met startmateriaal van de docent of tussenproducten van de voorgaande les(sen). Deze lesstart neemt 15 minuten in beslag, inclusief de input naar aanleiding van 6
gemaakt ‘huiswerk’. Zodra er resultaat is, zal de docent dit vertalen op zijn/haar desbetreffende instrument. Iedere leerling krijgt, al naar gelang zijn/haar niveau op het instrument, een passende partij. Dit levert oefenstof (technisch en muzikaal, vocaal en instrumentaal) op voor de aansluitende week, met opdrachten als: - Oefen deze week je partij - Oefen deze week de oefening die daarbij hoort. (bijv. lang-kort strijken (strijk), stokbehandeling (slag), houding van handen/armen(tokkel)) - Bedenk komende week een variatie op je partij, met je stem. Je mag 1 extra noot 2 keer toevoegen. Vanaf januari 2012 wordt notenschrift geïntroduceerd in groep 4. Wederom niet als uitgangspunt, maar als geheugensteun; kinderen kunnen hun eigen materiaal uit het hoofd spelen. Dit mag per les niet meer dan 10 minuten in beslag nemen, maar kan wel leiden tot aanvullende kleine schriftelijke opdrachten (probeer je partij op de notenbalk te zetten, welke noten lukken wel en welke niet?). De ervaring leert dat, wanneer er met notenschrift wordt begonnen, de creativiteit wordt afgeremd. Kinderen zijn prima in staat om andere dan 4/4, of beginnende syncopische patronen te verzinnen in spelvorm. Beginnend notenschrift zit daar duidelijk een stap onder. Eerst lessen in maken en spelen, daarna lessen in opschrijven is het uitgangspunt. Omdat de communicatie al spelend/zingend van belang is in de groepsimprovisatie, moet er niet van blad gelezen worden. Het wordt geïntroduceerd als ‘tool’ voor hun toekomst, zodat ook andermans eerdere ideeën gespeeld kunnen worden. Per lesperiode wordt aan ieder groepje van 7 leerlingen, groep 3 en groep 4, één getrainde vocalist/muzikant gekoppeld (iedere 3 laatste lessen van de lesperiode), die deelneemt aan het creatieve proces. Deze muzikant is afkomstig uit één van de ensembles/orkesten van het Muziek Centrum van de Omroep (MCO) in Hilversum. De kinderen zijn voorbereid op zijn/haar komst en hebben muzikaal startmateriaal voor hem/haar voorbereid. Het kunnen zijn van rolmodel voor de kinderen vereist van hen (en van eenieder) het volgende: • Een duidelijk afgesproken rolverdeling tussen muzikant en muziekvakdocent. Wie doet wat wanneer en waarom. De muzikant wordt geacht vooraf besproken improvisatie werkvormen te kunnen leiden. • Nieuwsgierigheid naar de belevingswereld van de kinderen. • Het serieus nemen van alle muzikale ideeën van de kinderen en daar met de kinderen keuzes in maken en beargumenteren. • Maximale inzet (technisch, muzikaal en communicatief). Kinderen voelen feilloos aan wanneer iemand onder het maximaal haalbare presteert. • Vermogen tot reflectie (ook met de kinderen). • Vermogen tot identificatie met kinderen, zodat de kinderen zich kunnen identificeren met de professional. Deze opzet wordt door de scholen ingeroosterd in het reguliere curriculum. Schoolensemble Aansluitend op de onderschoolse lessen kunnen kinderen doorstromen naar het schoolensemble. De repetities van dit ensemble zullen wekelijks (1 uur) op school plaatsvinden aansluitend op de lesdag. Er wordt uitgegaan van een koppeling aan de Verlengde Schooldag activiteiten. Het schoolensemble 7
zal bestaan uit kinderen die onderschools vocaal/instrumentaal les krijgen, te beginnen bij de groepen 4 in januari 2012. Het Rosa Ensemble schrijft hiervoor startcomposities binnen 1 thema per lesperiode. Muzikanten van het Rosa Ensemble (anders dan hierboven beschreven bij de MCO leden) zijn niet getraind in het leiden van workshops. Zij zullen ideeën van kinderen vertalen en hun eigen muzikale ideeën inbrengen, volgens de werkvormen zoals die worden geïnitieerd door de muziekvakdocent/dirigent.
Club Overvecht Symfonie Orkest (COSO) In januari 2014 zijn er 8 schoolensembles, waaruit talenten en sterk gemotiveerde leerlingen worden samengevoegd tot Club Overvecht Symfonie Orkest, wonend, repeterend en uitvoerend in de wijk (Doe Mee Centrum Einstein, Cultuurhuis Stefanus). Ook hier zullen de muzikanten van MCO en het Rosa Ensemble bij betrokken zijn. Er zal gezamenlijk worden gecomponeerd/uitgevoerd, maar ook bestaand werk worden gespeeld. Leden van COSO krijgen de mogelijkheid om uitvoeringen van hun rolmodellen (MCO gezelschappen en Rosa) bij te wonen.
De MuziekRoute (instrumentaal / vocaal) aantal scholen groepen aantal leerlingen zang instrumentaal aantal lessen onderschools (1 uur p/w) Schoolensembles (1 uur p/w)
2011/2012 2012/2013 4 4 3-4 3-6 254 508 groep 3 groep 3 groep 4 groep 4-6 40 40 4 4
Presentaties Ieder schooljaar bestaat uit 3 lesperiodes. • Van eind zomervakantie tot Kerst • Van januari tot meivakantie • Van meivakantie tot zomervakantie Lesperiode 1 en 2 worden afgesloten met een presentatie (schoolklas/instrumentsecties, schoolensemble) per school. Lesperiode 3 wordt met de 4 deelnemende scholen gezamenlijk afgesloten tijdens het jaarlijkse MuziekRoute Festival in Vredenburg Leeuwenbergh. Belangrijk om te vermelden is het feit dat de Brede School Overvecht op dit moment in een aanloopfase zit wat betreft de Onderwijstijdverlenging. Ambitie hierbij is een verhoging van de uitstroom naar HAVO/VWO door middel van extra lestijd voor taal- en rekenonderwijs. We denken dat muziekeducatie hier ook een rol in kan spelen. De scheidslijn tussen onderschools en naschools aanbod zou daarmee dunner worden. Dit zorgt voor een nog sterkere verankering in het curriculum. Instrumenten De keuze van de instrumenten is vrij. Kinderen mogen zelf kiezen uit een aanbod dat voor hen fysiek haalbaar is. Dat betekent een mix van slag-, strijk-, tokkel- en blaasinstrumentarium. Na een algemene introductie van dit aanbod door muziekvakdocenten wordt deze keuze geïnventariseerd en getoetst op organisatorische haalbaarheid. 8
De instrumenten worden beheerd door het UCK (Instrumentenfonds De MuziekRoute) en worden in bruikleen gegeven tegen een kleine vergoeding. De kinderen (groep 4) kunnen vanaf januari 2012 de instrumenten mee naar huis nemen om te oefenen. Dit kan pas gebeuren nadat ouders betrokken zijn geraakt bij De MuziekRoute door middel van informatiebijeenkomsten en voortgangspresentaties. Begrotingstechnisch is uitgegaan van trompet, slagwerk, viool en cello om een representatieve uitgavenpost te kunnen inschatten.
Ouderbetrokkenheid De ouders zullen op diverse niveaus worden betrokken bij De MuziekRoute. • Speciale MuziekRoute introductieavonden worden georganiseerd. Agendapunten hiervoor zijn: o Informatie over good practice (landelijk, internationaal) met beeldmateriaal o Inventarisatie van de rol van muziek binnen het gezin, de familie, de wijk o Persoonlijke ontwikkelplannen van de kinderen (zie pag. 12/13) o Een miniconcert door MuziekRoute muziekvakdocenten/musici. • Ouders leveren een actieve bijdrage aan presentaties van De MuziekRoute. Een bijdrage aan klasbegeleiding, catering, decor en aankleding van de kinderen maken deze presentaties tot een ontmoetingsplek voor ouders. Iedere mogelijke artistieke ouderbijdrage wordt omarmd en gestimuleerd. • In de reguliere voortgangsgesprekken (ouderavonden) tussen ouders en school staat De MuziekRoute op de agenda. Het functioneren van hun kind hierbinnen wordt besproken. De ouderbetrokkenheid is essentieel om de kinderen ook thuis te kunnen stimuleren om te oefenen. De aanwezigheid van ouders bij presentaties (actief en passief) is een enorme motivator voor de kinderen. Bovenstaande acties om ouderbetrokkenheid te vergroten worden in overleg met de afzonderlijke scholen nog verder uitgebreid. Iedere school kent haar eigen beleid daaromtrent en daar wil De MuziekRoute bij aansluiten. Leerlingenaantal Het totaal aantal leerlingen op de Brede School Overvecht bedraagt 2800. Bij benadering 2100 kinderen zitten in groep 3 t/m 8. Sommige scholen hebben meer dan 1 groep per leerjaar. Om dit te in de organisatie en begroting te corrigeren wordt statistisch van het volgende uitgegaan: 2100/11 scholen = 191 kinderen per school in groepen 3 tot en met 8 191/6 = 31,8 leerling per groep 31,8/7 = 4,5 groepen van 7 leerlingen 4.2
Profiel
Doelgroep – onderbouwing keuze Een groot deel van de kinderen uit de wijk Overvecht heeft te maken met sociaal-maatschappelijk drempels, die muziekbeoefening belemmeren. Ter illustratie een beschrijving uit de Wijkenmonitor 2009, 9
Overvecht is de minst gunstig scorende wijk van Utrecht. Ook dit jaar zien we weer dat alle vier de subwijken van Overvecht zich bevinden tussen de tien minst scorende subwijken van Utrecht. Sterker; als Kanaleneiland er niet tussen had gezeten zouden de vier Overvechtse subwijken zijn beland op de onderste vier posities in de rangorde. In Overvecht gaat veel aandacht uit naar de grote groep jongste bewoners; de kinderen tot 12 jaar. Buiten de uitbreidingswijken van de stad kent Overvecht de grootste toename van deze groep in de afgelopen vijf jaar. Naar verhouding zijn veel kinderen van allochtone herkomst. Vooral de groep met een overig niet-westerse herkomst is relatief groot in de wijk. Een ander opvallend verschijnsel rond de 12-minners in Overvecht is het gegeven dat relatief veel van hen opgroeien in een gezinssituatie waarbij er sprake is van één ouder. De Jeugdmonitor geeft aan dat relatief veel Overvechtse kinderen wat minder lekker in hun vel zitten dat hun leeftijdsgenoten in de rest van de stad. Ze zijn vaak minder goed te spreken over de buurt en hun (psychisch) welbevinden wordt als minder gunstig ervaren. Via de methode “Vreedzame School’’, gehanteerd op de 11 Overvecht scholen, wordt de kinderen eigen verantwoordelijkheid bijgebracht ten opzichte van onder andere conflictoplossing, gedrag en democratische processen. Deze groeiende verantwoordelijkheid leidt tot het volgende: •
• • •
Verandering van de schoolcultuur in de richting van de school als een democratische gemeenschap. De leerling krijgt een stem, en iedereen heeft de kans om mee te denken en zich verantwoordelijk en betrokken te voelen. Vergroting van sociale competentie, en met name van vaardigheden in conflictoplossing, bij leerlingen, personeel en ouders. Verantwoordelijkheid vergroten van kinderen voor het klimaat in school en klas. Verbetering van het groepsklimaat; betere relaties binnen de groep, respect en waardering voor verschillen.
In de gemeente Utrecht werkt inmiddels meer dan de helft van de basisscholen met De Vreedzame School. De Gemeente Utrecht is samen met Eduniek in de wijk Overvecht een pilotproject De Vreedzame Wijk gestart, dat door onderzoek van de Universiteit Utrecht wordt gevolgd (Micha de Winter). De bedoeling is om het vervolgens ook in andere wijken te introduceren. (www.devreedzameschool.nl) De docenten die binnen De MuziekRoute gaan lesgeven in Overvecht zullen getraind zijn in deze methodiek (Eduniek), zodat continuïteit is gewaarborgd en kinderen het muziekonderwijs werkelijk ervaren als onderdeel van het reguliere curriculum. De doelstellingen van de Vreedzame School kunnen worden gehandhaafd in de context van samenspel en creativiteitsontwikkeling. De MuziekRoute en de Vreedzame School/Wijk vullen elkaar aan en versterken elkaar. Of kinderen op korte en lange termijn gebaat zijn bij Muziekeducatie hangt af van de manier waarop deze vorm krijgt. Nieuwe inzichten op het gebied van methodiek en organisatie, die op dit moment zowel landelijk als internationaal toonaangevend en succesvol zijn zullen worden ingezet. De inhoudelijke uitgangspunten van De MuziekRoute leiden tot het volgende inhoudelijk profiel:
10
• De MuziekRoute gekoppeld aan Talentontwikkeling De MuziekRoute in de komende projectperiode van 2 jaar omvat onderschoolse muzieklessen en de mogelijk om lid te worden van het schoolensemble. Talent kan zich daarna verder ontwikkelen in Club Overvecht Symfonie Orkest (COSO, vanaf januari 2014)) en individuele-, groepslessen (vanaf januari 2014). Kinderen die de basisscholen verlaten na groep 8 kunnen blijven participeren in de wijk (lidmaatschap COSO). In alle onderdelen van De MuziekRoute zijn er rolmodellen waaraan de kinderen zich kunnen spiegelen (getrainde groepsleerkrachten, muziekvakdocenten, studenten conservatorium en uitvoerende musici). Ook deze rolmodellen ontwikkelen hun muzikale, didactische en pedagogische talenten door middel van trainingsmodules.
4. Individuele lessen instrumentaal/vocaal
1. Onderschools Muziekeducatie
3. Club Overvecht Symfonie Orkest
2. Schoolensemble
• Methodiek In februari 2009 vond een werkbezoek aan Londen (Guildhall School of Music & Drama, Tate Gallery, Creative Partnerships London, Tate Britain, Barbican Theatre) plaats met vertegenwoordigers uit het Utrechtse culturele veld en van de gemeente Utrecht. Tijdens dit bezoek werd het belang van kunsten cultuureducatie, specifieke methodieken en langlopende partnerschappen besproken, getoetst en bevestigd. De methodische aspecten die, daaruit voorvloeiend, de ruggengraat van De MuziekRoute vormen zijn: o Creatief Leren Kinderen willen spelen, maken en verkennen. Dit zijn karaktereigenschappen die moeten worden benut in het muziekonderwijs. Dit houdt in dat er ruimte is in de lessen om te komen tot origineel, door de kinderen geïnitieerd materiaal binnen van tevoren aangegeven artistieke kaders. Deze maakprocessen, vaak op basis van improvisatieoefeningen vormen de basis voor technisch en theoretisch muziekonderwijs. Hierdoor worden techniek en theorie beter verankerd. o Eigenaarschap Wanneer bovenstaande maakprocessen leiden tot product/presentatie, zullen de kinderen zich eigenaar voelen van product/presentatie. Daarmee neemt de verantwoordelijkheid voor het bereikte toe, evenals de motivatie voor het vervolg. Het voelen van verbondenheid met 11
rolmodel, instrument en resultaat biedt kwalitatieve verdieping en genereert blijvende verbondenheid met het groepsproces. Op dezelfde manier worden kinderen eigenaar van het creatieve proces. De rol van de muziekdocent is er één van faciliteren. Geïntroduceerde werkvormen kunnen uiteindelijk door de kinderen zelf worden uitgevoerd met origineel muzikaal resultaat. Dit uitgangspunt loopt parallel aan de gehanteerde methodiek Vreedzame School / Wijk in Overvecht. Ook hierbij worden kinderen verantwoordelijk voor groepsprocessen. Deze werkwijze levert niet alleen product/presentatie op, maar leert de kinderen greep te krijgen op het daaraan voorafgaande creatieve proces. o Peer educatie / Informeel leren Tijdens de groepsprocessen zullen kinderen van de docenten, maar ook van elkaar leren. Ieder kind krijgt de ruimte om creativiteit in te brengen, hetgeen de groep inspireert. In kleinere groepen worden kinderen uitgedaagd om te maken, te kiezen en uit te voeren. De randvoorwaarde is dat ieder individu een inbreng moet hebben gehad. Kinderen krijgen specifiek rollen toebedeeld, afhankelijk van hun ontwikkeling en talent. Wekelijkse reflectie op dit proces door en met de kinderen zorgt voor snel toenemende verantwoordelijkheid. o Zang als basis Omdat de ontwikkeling van algemene muzikaliteit het beste verloopt wanneer de stem het uitgangspunt is, is gekozen om te beginnen met zang in groep 3 en ook in de latere fase (tijdens de instrumentale lessen) zang een belangrijke rol te laten hebben. Tegelijkertijd zullen de groepsleerkrachten van groep 1 en 2 ondersteund worden in het geven van zanglessen in de klas. Gebleken is dat op scholen waar veel en kwalitatief goed zangonderwijs wordt gegeven, de creativiteit van kinderen zich beter ontwikkelt. • Opleiding en Training De benodigde expertise aangaande de beschreven methodiek is binnen het UCK in voldoende mate beschikbaar om in september 2011 direct met de uitvoering van lessen te kunnen beginnen. In het groeimodel van verdieping en leerlingenaantal zal er in september 2011 een trainingsmodule voor muziekvakdocenten/uitvoerende musici van start gaan, lopend tot en met december 2011 (12 bijeenkomsten van 2 uur) Deze module omvat de volgende onderwerpen: • • • • • •
Vreedzame School / Wijk (Eduniek) Werkvormen Creatief Leren Werkvormen die eigenaarschap van product en proces genereren Opstellen en uitwisselen van lesplannen Uitwisseling van repertoire Communicatie onderling en met scholen
Een externe trainer zal hier voor worden aangetrokken. Tegelijkertijd zullen de docenten, als Team Overvecht, elkaar structureel in de wijk blijven ondersteunen en coachen. Tweewekelijkse bijeenkomsten met dit team, staan garant voor de betrokkenheid en expertise uitwisseling. In mei/juni 2012 zal er een 2de module (4 bijeenkomsten van 2 uur) van start gaan. Het programma daarvan zal ingaan op de resultaten en ervaringen tot dan toe.
12
De groepsleerkrachten (docententeams) van de deelnemende scholen krijgen de mogelijkheid om een korte trainingsmodule (3 bijeenkomsten van 2 uur) te volgen in januari 2012. Deze module wordt gegeven door een op de school werken De MuziekRoute docent. Onderwerpen hiervan zijn: • Laagdrempelig muziek maken met kinderen • Implementatie van eventueel op school gebruikte methodes • Muziekeducatie als ingang voor andere vakken • Verankering muziekeducatie op school • Op Maat onderwerpen aangedragen door de desbetreffende school. Bijvoorbeeld jubileumjaar, themaweken etc. Dit inhoudelijke profiel kan alleen functioneren wanneer er een duidelijke kwaliteitsomschrijving bestaat van het te behalen artistieke resultaat. Alle betrokkenen (school, groepsleerkrachten, muziekvakdocenten, uitvoerende musici en kinderen met hun ouders) moeten weten waar een les, lesperiode en jaar aan moet voldoen, om dit vervolgens te kunnen beoordelen en bijsturen. Het volgende traject vindt plaats: • • •
• •
Algemene klassikale introductieles 0-meting klas/leerlingen. Inventarisatie van muzikale achtergrond en persoonlijk,- en groepsgedrag. Dit vindt plaats door de muziekvakdocenten/groepsleerkrachten. vaststelling haalbare persoonlijke ontwikkeling per leerling, zowel op sociaal gebied (functioneren binnen een groep), als op het gebied van creativiteit. Om peer educatie te bevorderen zal er goed gekeken worden naar welke groepsamenstelling (7 leerlingen) het meest effectief voor ieder kind is. Vaststelling haalbare technische ontwikkeling voor zang (groep 3) en het gekozen instrument (groep 4) , per lesperiode en per jaar. Evaluatie per lesperiode en bijsturen voor de volgende lesperiode.
Zie ook hoofdstuk 5 Monitoring (blz.16)
13
4.3
Organisatie en partners
De bestaande infrastructuur zal worden benut en zich daarmee positief ontwikkelen. De vorming van creatieve partnerschappen maakt expertise uitwisseling mogelijk en zorgt voor een bredere maatschappelijke context. 1. Brede School Overvecht (BSO), bestaande uit 11 Basisscholen In de afgelopen jaren hebben het UCK en de Brede School Overvecht gezamenlijk vorm gegeven aan Muziekeducatie in de wijk Overvecht. De resultaten daarvan waren hoopgevend maar kortstondig. Vorig seizoen (2009-2010) is er binnen het creatief partnerschap tussen het Rosa Ensemble, UCK en BSO, ondersteund door de Gemeente Utrecht, gewerkt aan de uitwisseling van amateurs (kinderen) met professionals (muzikanten Rosa Ensemble). Dit heeft geleid tot artistiek en educatief succesvolle formules. In de Muziekstraat (groep 7 en 8) werd de architectuur van de wijk/straat verklankt. In de KookClub werd van klankingrediënten een maaltijd samengesteld en aan het publiek geserveerd. De kinderen konden zich als vervolg intekenen voor de buitenschoolse Muziekclub op de in de wijk aanwezige UCK locatie. Inmiddels zijn daar 15 kinderen ingestroomd. De BSO en UCK hebben samen De MuziekRoute ontwikkeld vanuit deze opgedane ervaringen en zullen ook gezamenlijk de monitoring vormgeven. Verder spant de BSO zich in om het draagvlak voor De MuziekRoute onder de 11 schooldirecties, leerkrachtenteams en ICC-ers te ontwikkelen en onderhouden. Dit betekent ook een integratie van De MuziekRoute in reguliere en nieuw op te zetten correspondentie met ouders. De BSO ziet verder mogelijkheden om binnen nieuw te vormen schoolclusters (in een nieuw te realiseren behuizing vanaf najaar 2013) De MuziekRoute aan te bieden binnen dagarrangementen. 2. Het Rosa Ensemble Dit professionele ensemble heeft zich in het afgelopen schooljaar verbonden aan 4 basisscholen (binnen het creatieve partnerschap met UCK en BSO). Het Rosa Ensemble vormde middels een door hen geschreven startcompositie de brug tussen professionals en amateurs. De kinderen bezochten hun repetitieruimte en de muzikanten bezochten de klassen. Binnen de lessen droegen de muzikanten actief bij aan de uitwerkingen van de startcompositie door de kinderen. De kinderen gaven de muzikanten opdrachten (wat en hoe te spelen) en dwongen hen om buiten de bekende paden te treden. Deze werkwijze was zeer succesvol. Bij de binnen De MuziekRoute te vormen Schoolensembles wil het Rosa ensemble betrokken zijn. Optredens van gezamenlijke met de kinderen gecomponeerde stukken worden geprogrammeerd op alle 11 scholen vanaf juni 2012, o.l.v. een UCK docent/dirigent. Het Rosa Ensemble is gevestigd in Overvecht en zet zich in voor de wijkontwikkeling. 3. Muziek Centrum van de Omroep (MCO) Sinds 2009 werkt het MCO intensief samen met Vredenburg en UCK in het vormgeven van muziekeducatie in de stad Utrecht, waarbij Creatief Leren en eigenaarschap centraal staat. 25 leden van de diverse MCO gezelschappen worden opgeleid, sinds januari 2009, in het geven van workshops, lessenseries en vormgeven van Community Art projecten. Deze muzikanten zullen per lesperiode onderdeel worden van De MuziekRoute (zie profiel blz.7).
14
4. Vredenburg Utrecht De samenwerking tussen UCK en Vredenburg Utrecht heeft een lange traditie. Vele muziekeducatieve projecten werden gezamenlijk ontwikkeld en uitgevoerd. De afdeling educatie van Vredenburg Utrecht wil zich verbinden aan De MuziekRoute. De afdeling Educatie levert inhoudelijke bijdragen en facilitaire mogelijkheden voor grootschalige uitvoering, presentatie en expertise uitwisseling. Doelstelling is om ieder schooljaar af te sluiten met een presentatie van alle schoolklassen/instrumentsecties en schoolensembles (in een later stadium Club Overvecht Symfonie Orkest ) in Vredenburg Leeuwenbergh met de artistieke inzet van alle partners (Het MuziekRoute Festival). Tijdens iedere lesperiode bestaat er de mogelijkheid voor deelnemende schoolklassen om een gecombineerd dagdeelprogramma (receptief/actief) te volgen in Vredenburg Leeuwenbergh. Eerdere en lopende samenwerking (o.a. SchoolVoices 2009, Creatief Partnerschap 2009/2010) biedt de mogelijkheid om inhoudelijk verder te worden verstevigd in De MuziekRoute. De HKU (Conservatorium Utrecht) is geen dragende partner. De mogelijkheid om HKU studenten de kans te geven deel te nemen als stagiair en docent in opleiding is wel aanwezig. Hiermee wordt aangesloten bij eerder geformuleerde doelstellingen van het Conservatorium Utrecht, waarin Community Music als belangrijk wordt bestempeld en de methodiek van Creatief Leren wordt onderwezen. Studenten ervaren op deze manier de actualiteit van muziekeducatie en de hedendaagse uitvoeringspraktijk van uitvoerend musicus. De ontwikkeling van de rol van de HKU tijdens de projectperiode is denkbaar. De samenwerking en rolverdeling binnen De MuziekRoute zoals beschreven, levert een bijdrage aan de versteviging van de gehele infrastructuur. Het gaat daarbij om: • • •
Kenniscirculatie Overdraagbaarheid van nieuwe methodieken Vormen van verankering binnen en tussen culturele instellingen (en het onderwijs)
15
5.
Monitoring (projectvoortgang), evaluatie en verslaglegging
Een goede bewaking van de procesvoortgang - monitoring , inclusief tussentijdse evaluaties - is essentieel om het project op basis van de gestelde doelen te kunnen aan-, en bijsturen. Daarbij zullen de genoemde doelen en te behalen resultaten (zie blz.5) als ijkpunten worden genomen. De bewaking van de procesvoortgang in algemene zin heeft vooral betrekking op het managen van het gehele project (inhoudelijk, organisatorisch, budgettair etc.). De kern van het project is uiteraard het onderzoek naar methodiekontwikkeling, kwaliteitscriteria, samenwerkingsverbanden en de muzikaal/cognitieve ontwikkeling van de kinderen. Onze aandacht zal in het bijzonder gericht zijn op het verkrijgen van inzicht in de persoonlijke ontwikkeling van het kind, de artistieke resultaten (samenspel, presentatie). Bij de start van het project zal per school, per groep, per kind de beginsituatie worden geschetst (0meting). Vervolgens zal gedurende de looptijd van het project op systematische wijze worden vastgesteld welke resultaten er ten opzichte van de 0-meting geboekt zijn. De ouders van de kinderen zullen steeds geïnformeerd worden over de persoonlijke ontwikkeling van hun kind(eren). Dit is van belang voor de betrokkenheid van de ouders bij het project en de motivatie van de ouders zich stimulerend op te stellen. Er is gekozen voor het volgende uitvoeringsmodel. • Partners (UCK, Vredenburg Utrecht, MCO, BSO) komen maandelijks bijeen om de voortgang te bespreken en bij te sturen. • Muziekvakdocenten komen tweewekelijks bijeen om feedback te geven en te krijgen. • Groepsleerkrachten komen maandelijks bijeen voor uitwisseling en evaluatie. Voor de bovenstaande bijeenkomsten worden formats ontwikkeld, die kunnen worden vergeleken met een in september 2011 uit te voeren 0-meting. Een medewerker zal de taak krijgen de gewenste monitoring in goede banen te leiden en de verslaglegging van het project te verzorgen. Verslaglegging Alle conclusies en aanbevelingen die in het kader van het project naar voren komen zullen op de eerste plaats met alle betrokkenen worden gedeeld. Op basis van zorgvuldige verslaglegging zullen de bevindingen echter ook in bredere kring overdraagbaar zijn en aan de door ons beoogde kenniscirculatie bijdragen.
16
6.
Meerjarenplanning project en vervolg
De plannen voor het muziekonderwijs strekken zich uit over twee schooljaren, 2011 – 2012 en 2012 tot de zomer 2013. Ruim 500 kinderen zullen dan zijn bereikt. Zoals beschreven zal veel aandacht worden besteed aan monitoring, evaluatie en verslaglegging. Afhankelijk van de resultaten zal een doorgroei ingezet worden na de projectperiode. Kenniscirculatie binnen en buiten de partnerschappen zal daarbij het uitgangspunt zijn. De oprichting van Club Overvecht Symfonie Orkest (COSO) zal daarin een niet weg te denken onderdeel zijn. Dit orkest zal muziek maken, repeteren en uitvoeren in de wijk Overvecht en daarbuiten. Een belangrijke functie daarnaast is de zichtbaarheid naar een nieuwe groep leerlingen. Het orkest zal rolmodellen leveren en kinderen inspireren tot het actief willen zijn in de muziek. Een logische stap in de doorgroei van het muziekonderwijs is de volgende: Scholen 1 t/m 4
Scholen 5 t/m 8
2013-2014
Groep 3 t/m 8
Groep 3 en 4
2014-2015
Groep 3 t/m 8
Groep 3 t/m 6
2015-2016
Groep 3 t/m 8
2016-2017
Groep 3 t/m 8
Scholen 9 t/m 11
Schoolensembles
COSO
8
vanaf
Groep 3 en 4
11
januari
Groep 3 t/m 8
Groep 3 t/m 6
11
2014
Groep 3 t/m 8
Groep 3 t/m 8
11
Kwantitatief betekent deze doorgroei dat in september 2016 alle kinderen van de groepen 3 t/m 8 van alle 11 scholen worden bereikt. Dit betekent 2100 kinderen die wekelijks muziek maken. Kwalitatief betekent deze doorgroei de mogelijkheid voor kinderen om hun talenten vanuit ontstane schoolensembles verder te ontwikkelen in Club Overvecht Symfonie Orkest (COSO) en/of groeps-, individuele muzieklessen buitenschools in de wijk. Dit alles volgens getoetste methodieken en door speciaal daarvoor opgeleide muziekvakdocenten.
17
7.
Begroting en rekenmodel (toelichting op begrotingsposten)
Meerjaren totaalbegroting 2011 t/m 2013 Per 1 september 2010 - in € 2011-2012 Aantal schoolensembles Overvecht Symfonisch Orkest deelnemend leerlingenaantal Personeelskosten** coordinatie voortraject coördinatie organisatie administratie docenten* dirigent ensembles** (****) Opleiding en Training externe trainer trainees (muziekvakdocenten) module groepsleerkachten Verslaglegging en Kenniscirculatie Huisvesting en Vervoer huisvesting presentaties vervoerskosten Marketing Accountantsverklaring Publiciteit Onvoorzien (3%) Totaal uitgaven Uitvoering Instrumenten in Instrumentenfonds aanschaf*** onderhoud toebehoren (partituren etc.) €15,00 p.ll. Totaal uitgaven Instrumentenfonds
fte
2012-2013
4 nvt 254 7.500 25.675 47.520 3.000 77.568 6.961 3.000 9.447 2.000 19.889
0,50 1,00 1,56 0,14
0,19 0,4
1.500 1.000 2.000 2.000 4.181 6.272 219.513
fte
4 nvt 508
51.349 95.040 6.000 154.639 12.431 3.000 9.447 4.000 19.889
1,00 2,00 3,11 0,25
0,19 0,4
1.500 2.000 2.000 7.226 10.839 3,79
379.360
52.470 2.500 3.810 58.780
104.940 7.500 7.620 120.060
Totaal uitgaven Uitvoering + Instrumentenfonds
278.293
499.420
Totaal uitgaven 2011-2012 en 2012-2013
777.713
6,95
18
Rekenmodel bij begroting Per school incl. instrumenten deelnemend leerlingenaantal kosten
jaar 1 64 €
per groep * berekening docentenkosten aantal groepen aantal lesuren per week aantal lesuren per jaar (40 lesweken) aantal salarisuren (factor 1,79 incl. overleg) fte (1 fte=1656 salarisuren)
jaar 2 127 69.573,29 €
124.854,96
2011-2012 1 4,5 180,0 322,2 0,19
2012-2013 16 72,0 2880,0 5155,2 3,11
8 36,0 1440,0 2577,6 1,56 Bruto € € €
incl. WGL (+35%) 49.723,20 36.832,00 € 51.348,60 38.036,00 € 47.520,00 35.200,00 €
**Personeelskosten Docent/Dirigent Coordinatie Organisatie
schaal/trede 8.12 11.5 8.10
***Instrumentenaanschaf (Alt)Viool (1/4) Cello (1/4) Trompet Slagwerk
Prijs per stuk aantal kinderen 2011-2012 31,8 groep 4 € 250,00 € 31,8 groep 4 1.000,00 31,8 groep 4 € 250,00 31,8 groep 4 € 150,00
Totaal
Totaal € 7.950,00 € 31.800,00 € 7.950,00 € 4.770,00 € 52.470,00
**** Docent/Dirigent volgens VSD norm per lesuur
salarisuur 1,54
extra taakuur 1
**** Docent/Dirigent aantal lesuren op 4 scholen aantal salarisuren volgens VSD norm fte
jaar 1 (vanaf januari 2012jaar 2 92 233,68 0,14
opleiding en Training externe trainer uren trainees (10 deelnemers) fte trainees
jaar 1 €
jaar 2 3.000,00 € 320 0,19
totaal uitbetaald 2,54
160 406,4 0,25
3.000,00 320 0,19
19
8.
Bronnen en Referenties • • • • • • •
Gewenste en bereikte leereffecten van kunsteducatie (Reeks Cultuur+Educatie 23, 2008) Artikelen John Harland en Lois Hetland over kernwaarden van kunsteducatie Werkbezoek aan Londen (Guildhall School of Music & Drama, Tate Gallery, Creative Partnerships London, Tate Britain, Barbican Theatre) De Vreedzame School Methodiek (Eduniek) Strategisch Beleidsplan UCK 2009-2012 ‘Dynamisch en Kleurrijk’ Muziek Zonder Noten, Muziek Maken en Communiceren (Hanno Tomassen/Ria Frowijn 2007) in het kader van Proposo. De Ontdekking van het Creatief Vermogen, Programma Cultuurparticipatie 2009-2012, Gemeente Utrecht Regeling Cultuurparticipatie, Subsidie cultuureducatie; Creatieve Partnerschappen, Gemeente Utrecht
20
Bijlage Strategie en beleid UCK Elk mens heeft talenten. Het is de kunst deze te ontdekken, zichtbaar te maken en te ontwikkelen. In 2000 lanceerde het UCK de filosofie van het ketenaanbod in de kunsteducatie. Dit denken zet het UCK voort in de route voor actieve kunstbeoefening en wordt breed gedragen door huidige partners binnen de Utrechtse infrastructuur van culturele instellingen. Deze route start met activiteiten op school en in de wijk die het kind en de jongere verleiden om aan kunst- en cultuuractiviteiten deel te nemen. De route stimuleert de kinderen en jongeren om hun talenten te gebruiken en te ontwikkelen in binnen- en buitenschoolse vervolgactiviteiten op school en in de wijk. Als het talent eenmaal bewust heeft gekozen voor een ontwikkeling in de kunsten, kan hij of zij doorstromen naar het amateurkunsteducatie aanbod om zich met plezier en passie verder te ontplooien met en door kunst tot aan semiprofessioneel niveau. Waar de Utrechter ook in- en uitstapt in deze route voor actieve kunstbeoefening, deelname zorgt voor vergroting van cultuurparticipatie die de kleurrijkheid van de samenleving bevordert. De MuziekRoute is de eerste concrete meerjaren uitwerking van het bovenstaande op het gebied van muziekeducatie.
21
Missie ‘Het Utrechts Centrum voor de Kunsten (UCK) is een culturele onderneming die met plezier, passie en kwaliteit de Utrechtse burger stimuleert om zich te ontplooien met en door kunst.’ De muziekeducatie zoals die in de afgelopen jaren op het Primair Onderwijs in Overvecht plaatsvond had een breed en fragmentarisch karakter. Resultaat was dat de kinderen werden verleid tot het musiceren, maar van een intensiever vervolg was weinig sprake. Binnen de onlangs herziene missie komt de nadruk te liggen op een structurele ontplooiing. De MuziekRoute met doorgaande leerlijnen van groep 3 t/m 8 maken talentontwikkeling haalbaar. Ambitie Het is de ambitie van het UCK en partners om in 2013 meerjarige afspraken omtrent muziekeducatie te hebben met alle basisscholen in Overvecht. Muziekeducatie en talentwikkeling moeten in 2013 een niet weg te denken rol spelen in het reguliere curriculum van de scholen. Verder zijn er op iedere deelnemende school in 2013 groepsdocenten aanwezig, die een training hebben gevolgd in het geven van muzieklessen die aansluiten bij De MuziekRoute. In januari 2014 moet er een wijkorkest, Club Overvecht Symfonie Orkest, zijn opgericht dat regelmatig de scholen bezoekt en concerten geeft (zie Meerjarenplanning blz. 12) Na Overvecht zullen ook andere delen van de stad van dit concept gebruik kunnen maken. Export naar wijken waar het UCK met partners ook fysiek aanwezig is, zoals Leidsche Rijn, Hoograven en binnenstad, ligt voor de hand. Een goede monitoring en evaluatie, zowel inhoudelijk als zakelijk, van De MuziekRoute in Overvecht zullen bepalend zijn voor het moment van invoering en de financieringsvorm van deze uitbreiding.
22