Opmerkingen op de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) gaarne per zenden aan:

INVULINSTRUCTIE RS 2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit)

Postbus 20952 2500 EZ Den Haag

Datum 1 juli 2015

Inleiding Het gebruik van de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) is verplicht volgens de ABAA DNR. De RVB Standaard besteksbepalingen (RS) hebben tot doel een optimale inhoudelijke kwaliteit en uniformiteit te verkrijgen in de projectbestekken van het RVB, alsmede een correcte juridische aansluiting op algemene en specifiek voor werken van de Rijksoverheid geldende weten regelgeving. De structuur en de bepalingen van de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) sluiten aan op de STABU-bestekssystematiek. Het aantal aanvullende Administratieve Bepalingen is daardoor tot een minimum beperkt. De RVB Standaard besteksbepalingen worden elk half jaar geactualiseerd, voor zover:  de weten regelgeving wijzigingen hebben ondergaan;  de Stichting STABU de catalogi met Aanvullende Administratieve Bepalingen en Werkbeschrijvingen heeft geactualiseerd;  voortschrijdend inzicht van het RVB in de contractuele regelingen met de aannemer mutaties in de RVB Standaard besteksbepalingen vereist. De RVB Standaard besteksbepalingen (RS) zijn tot stand gekomen met medewerking van: Rijksvastgoedbedrijf De Directie Transacties en Ontwikkeling De Directie Vastgoedbeheer De Directie Bestuur & Bedrijfsvoering, afdeling Juridisch Advies Eindredactie: ing. H.E. Gol (Rijksvastgoedbedrijf) S.A. Brands LL.B (Stichting STABU) Opmerkingen op de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) gaarne per e-mail zenden aan: Rijksvastgoedbedrijf Directie Vastgoedbeheer De heer ing. H.E. Gol Postbus 20952 2500 EZ Den Haag e-mail: [email protected] Rijksvastgoedbedrijf Directie Transacties en Ontwikkeling, afdeling Inkoop en Contractmanagement, sectie Contractvorming en Inkoop De heer P.L.J. van der Zouw Postbus 20952 2500 EZ Den Haag E:mail: [email protected] INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 1 van 94


Datum 1 juli 2015

Algemeen De bepalingen van de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) dienen in het projectbestek te worden opgenomen, voor zover zij op het project van toepassing zijn. Bij keuzeposten dient (projectafhankelijk) een keuze te worden gemaakt uit de aangeboden mogelijkheden. Bestekken geschreven in opdracht van het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) dienen van geen andere omslag te zijn voorzien dan een omslag (schutblad) in RVB huisstijl. Deze omslagen zijn verkrijgbaar via de RVBprojectbevoegde in wiens opdracht het bestek wordt samengesteld. Op de bestekomslag dient een geldig STABU licentienummer van de bestekschrijver te zijn vermeld. Op de website van Stichting STABU (www.stabu.org/stabu-organisatie/overzicht-licentiehouders) kan worden gecontroleerd of het vermelde licentienummer geldig is. Algemene richtlijnen voor de bestekschrijver Versie van deze RVB Standaardbepalingen (RS). De bestekschrijver dient duidelijke afspraken te maken met de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf over de te hanteren versie van de RS bij het schrijven van het projectbestek, aangezien dit een recentere versie kan zijn dan de geldende op het moment van de opdracht. Normen, voorschriften en richtlijnen Bij het samenstellen van bouwstof- en resultaatspecificaties dient de bestekschrijver (in deze volgorde) gebruik te maken van: 1. Normen en daarmee vergelijkbare publicaties (zoals CUR aanbevelingen e.d.); 2. Bouwstof-/productspecificaties; 3. Beoordelingsrichtlijnen (gecertificeerde producten en processen), mits deze niet conflicteren met de CPR (Verordening (EU) No. 305/2011) Nederlandse (of nationale) merk-/fabrikantnamen, certificaten, normen en technische specificaties Uit paragraaf 17, lid 5 van de UAV 2012 volgt dat de aannemer, de in het bestek met fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen ook daadwerkelijk moet leveren, met als uitzondering: “Indien de directie zulks goedvindt, zal de aannemer in plaats van met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen andere mogen leveren, mits van overeenkomstige hoedanigheid”. Dit is dus niet het gelijkwaardigheidsbeginsel uit de Aanbestedingswet. De keuze ligt niet bij de aannemer, hij mag enkel een ander voorstel doen en de directie beslist!

INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 2 van 94


Datum 1 juli 2015

Indien bovenstaande van toepassing is, worden bouwstoffen dus niet vergezeld van de tekst “of gelijkwaardig”. Echter, in het kader van de Aanbestedingswet 2012, waar de overheid en dus het Rijksvastgoedbedrijf zich aan moet conformeren, (uitgewerkt in het Aanbestedingsreglement Werken 2012 (ARW 2012)), is het bij zowel Europese als nationale aanbestedingen niet toegestaan om te verwijzen naar een nationale norm, technische goedkeuring dan wel technische specificaties inzake het ontwerpen, berekenen en uitvoeren van werken. Dit is slechts toegestaan bij het ontbreken van Europese normen waarbij iedere verwijzing vergezeld moet gaan van de woorden ”of gelijkwaardig”. Tevens stelt de Aanbestedingswet en het ARW 2012 het volgende: “De aanbesteder maakt in de technische specificaties geen melding van een bepaald fabricaat, een bepaalde herkomst of een bijzondere werkwijze, noch van een verwijzing naar een merk, een octrooi of een type, een bepaalde oorsprong of een bepaalde productie, waardoor bepaalde ondernemingen of bepaalde producten worden bevoordeeld of geëlimineerd, tenzij dit door het voorwerp van de opdracht gerechtvaardigd wordt”. “De aanbesteder mag de melding of verwijzing opnemen in de technische specificatie wanneer: a. een voldoende nauwkeurige en begrijpelijke beschrijving van het voorwerp van de opdracht niet mogelijk is door toepassing bovenstaand artikel, en b. deze melding of verwijzing vergezeld gaat van de woorden "of gelijkwaardig”. Dit resulteert in de verplichting dat in bestekken die worden aanbesteed door het Rijksvastgoedbedrijf bij iedere noodzakelijke verwijzing zoals hier bedoeld, dient te worden vermeld “of gelijkwaardig”. Waarbij voor “of gelijkwaardig” niet paragraaf 17, lid 5 van de UAV 2012 geldt, maar de aannemer de vrije keuzeen verantwoording heeft voor de door hem te leveren c.q. aan te brengen bouwstoffen, ongeacht het voorgeschreven merk en type. Onder de Aanbestedingswet 2012 en het ARW 2012 dient een bouwstof waarbij melding wordt gemaakt, van een bepaald fabricaat, merk e.d., vergezeld te gaan van de woorden “of gelijkwaardig”. In plaats van de woorden “of gelijkwaardig” dient in principe het woord “zoals” te worden gelezen. Het is mogelijk, als men op geen andere wijze duidelijk kan maken wat men wil, om dus wel een fabricaat, merk e.d. te benoemen maar niet te eisen, ofwel een bouwstof (product) welke bijvoorbeeld hetzelfde kan of van overeenkomstige kwaliteit is. Alleen wanneer het noodzakelijk is dat er daadwerkelijk een fabricaat, merk e.d. moet worden voorgeschreven (bv. sloten uitbreiding PI) is dit, mits ontwijfelbaar gemotiveerd in de aanbestedingsstukken, toegestaan. INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 3 van 94


Datum 1 juli 2015

Waarbij alleen bij deze specifieke bouwstoffen de tekst niet wordt vergezeld van de tekst “of gelijkwaardig”, en dus ook paragraaf 17, lid 5 van de UAV 2012 niet van toepassing is! Vermelden van hoeveelheden in het bestek. De UAV 2012 maken onderscheid tussen twee soorten hoeveelheden: - verrekenbare hoeveelheden (paragraaf 38 lid 1); - geschatte hoeveelheden (paragraaf 38 lid 2). Staat van verrekenprijzen/verrekenbare hoeveelheden Indien het bestek (de aannemingsovereenkomst) wordt verrekend middels verrekenbare hoeveelheden, dienen deze in het bestek of middels een bij het bestek behorende “staat van verrekenprijzen” te worden opgenomen. Bij de inschrijving moet voor elke resultaatsverplichting in de staat van verrekenprijzen een prijs per eenheid, respectievelijk een totaalbedrag van een resultaatsverplichting worden ingevuld, dit betekent dat de in de staat van verrekenprijzen genoemde hoeveelheden en bedragen bindend worden voor en onderdeel zijn, van de aannemingsovereenkomst. Het eindtotaal op de “staat van verrekenprijzen”, dient overeen te komen met het op het inschrijvingsbiljet voorkomende bedrag van de inschrijfsom. Dit is wat anders dan dat de aannemer, die voor het werk in aanmerking komt, in de uitnodigingsbrief wordt gevraagd zijn inschrijfbegroting te overleggen. Deze kan en mag niet anders zijn dan een “nadere specificatie van de aannemingssom”. Deze kan (juridisch) nooit “deel uitmaken van de aannemingsovereenkomst”, maar kan slechts dienen om inzicht in de opbouw van de aannemingssom te verkrijgen; denk hierbij aan onderhandelingen over wijzigingen (meer- minderwerk). 100% Duurzaam inkopen Rijksoverheid Het kabinet heeftin het beleidsprogramma 2007 - 2011 de doelstelling geformuleerd dat het Rijk vanaf 2010 voor 100% duurzaam inkoopt. 100% duurzaam inkopen betekent voor de Rijksgebouwendienst/het Rijksvastgoedbedrijf dat zij vanaf 1 januari 2010 in alle aanbestedingen en inkopen van de voor de/het Rgd/RVB relevante productgroepen, de opgestelde duurzaamheideisen opneemt en er daarmee voor zorgt dat het resultaat van de inkoop voldoet aan deze eisen. Het gaat hierbij om de minimumeisen aan het product en contractbepalingen. De contractbepalingen en de minimumeisen, welke betrekking hebben op de uitvoering, zijn opgenomen in de RS. De overige minimumeisen zijn vastgelegd in het bij het project behorende programma van eisen en de bijlagen. Conform de opdracht voor deze (bestek)fase dienen de betreffende eisen in het bestek (bestekboek en tekeningen) te worden uitgewerkt. INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 4 van 94


Datum 1 juli 2015

Precontractuele bepalingen (selectie- en gunningscriteria bij aanbestedingen) Precontractuele bepalingen als maatschappelijke, technische, organisatorische en financieel-economische eisen waaraan een inschrijver moet voldoen, alsmede de gegevens die moeten worden overlegd om in aanmerking te kunnen komen voor de opdracht van het werk, worden uitsluitend in de uitnodiging tot inschrijving opgenomen. Andere overeenkomsten Bij andere (nevenaanneming) overeenkomsten, dienen de aanvang en opleveringsdata of termijnen van de verschillende bestekken zodanig op elkaar te worden afgestemd, dat het totale bouwproces in één keer kan worden beëindigd met (goed)keurig en oplevering. Onderhoudsovereenkomsten die aansluiten op de realisatie van een bouwproject dienen altijd in een afzonderlijk bestek te worden geregeld, zodat het bouwproces (en eventueel de daarop aansluitende onderhoudstermijn inclusief eventueel preventief en correctief onderhoud) kan worden beëindigd met (goed)keurig en oplevering, waarna een nieuwe overeenkomst van kracht kan worden. Naamsaanduiding bouwplaats De informatie over de uitvoering van het Bouwbord Rijksvastgoedbedrijf, die nodig is voor het bestek, maakt onderdeel uit van de RVB Standaard besteksbepalingen (als bestand in PDF-formaat). Het bestand kan in afgedrukte vorm of digitaal als bijlage worden opgenomen in het bestekboek. Codering en inhoud van deze toelichting De toelichtende teksten zijn gecodeerd overeenkomstig de desbetreffende STABU-Standaard 2012. Toelichtingen die aanwezig zijn in de STABUtechnische specificaties zijn in deze toelichting niet opgenomen. Bijlagen bij het bestek De navolgende modelformulieren en andere documenten dienen (indien van toepassing) als bijlage bij het bestek te worden gevoegd en als zodanig te zijn vermeld in het “Overzicht bijlagen” op de voorbladen van het bestek: - Model Garantieverklaring voor een onderdeel; - Model afroep(bank)garantie; - Model Coördinatieovereenkomst; - Model Verantwoordingsformulier Social return; - Model Rijksvastgoedbedrijf Naamsaanduiding Bouwplaats; - RVB Standaard technische bepalingen; - Beperkingenten aanzien van de toegang en het gebruik van het werkterrein.



Datum 1 juli 2015

BESTEKOMSLAG

De bestekomslagen uitvoeren in RVB huisstijl. De omslagen zijn verkrijgbaar via de RVB projectbevoegde in wiens opdracht het bestek wordt samengesteld. In het venster van de RVB bestekomslag op het voorblad zichtbaar vermelden: BESTEK Ten behoeve van de (renovatie) bouw van ..... (omschrijving van het gebouw) Projectnummer: ..... (RVB projectnummer) Datum: ..... (de officiële uitgavedatum van het bestek) Dit bestek is opgesteld met de STABU-systematiek uitgave 2015-1 onder licentienummer: ..... (licentienummer opdrachtnemer)

TITELPAGINA Opdrachtgever Hier de volledige naam-, RVB-directie-, vestigingsadres-, postadres-, e-mailadres-, telefoon- en faxgegevens van de projectbevoegde vertegenwoordiger van de opdrachtgever vermelden. Bij adresgegevens van Rijksvastgoedbedrijf onderdelen die beschikken over een intern postcodenummer dit intern postcodenummer vermelden. Algemene omschrijving van het werk Invultekst algemeen Als situering de straat en plaatsnaam vermelden. Als omschrijving van het werk vermelden: “De nieuwbouw (verbouw, restauratie, sloop enz.) van ….. (het gerechtsgebouw, de penitentiaire inrichting, het belastinggebouw, het rijkskantorengebouw enz.).” Invultekst t.b.v. coördinerend aannemer Als omschrijving van het werk vermelden:



Datum 1 juli 2015

“De bouwkundige werken ten behoeve van de nieuwbouw (verbouw, restauratie, sloop enz.) van ….. (het gerechtsgebouw, de penitentiaire inrichting, het belastinggebouw, het rijkskantorengebouw enz.), alsmede de coördinatie van de ….. (werktuigbouwkundige, elektrotechnische enz.) werken.” Invultekst t.b.v. nevenaannemer. Als omschrijving van het werk vermelden: “De ….. (elektrotechnische, werktuigbouwkundige enz.) werken ten behoeve van de nieuwbouw (verbouw, restauratie, sloop enz.) van ….. (het gerechtsgebouw, de penitentiaire inrichting, het belastinggebouw, het rijkskantorengebouw enz.).” Kadastrale gegevens Hier vermelden de kadastrale gemeente, de sectie(s) en het (de) nummer(s). Directie Invulling van dit onderdeel blijft alleen achterwege indien geheel geen directievoering op het project zal plaatsvinden. Onder “directie” de gegevens vermelden van de natuurlijke of rechtspersoon conform paragraaf 3 van de UAV2012, die is/zal worden aangewezen om op het project als directie op te treden. Indien op het project geen directie wordt aangewezen moet de opdrachtgever dit in het bestek vermelden. In de UAV 2012 en in het bestek wordt met “directie”, het in paragraaf 3 van de UAV 2012 vermelde bedoeld, dit met inachtname van de aanvullende bepalingen in het bestek. De alleen als samengestelde aanduiding voorkomende vermelding van bv. “Directie Projecten” of “Directie Vastgoedbeheer” duidt op het Rijksvastgoedbedrijf dienstonderdeel. Adviseur(s) Indien het noodzakelijk is dat een adviseur of architect, naast de Directie UAV,beslissingsbevoegdheid (bindende afspraken) heeft ten behoeve van het project, dient deze te worden aangesteld als “bijstaander” conform de UAV 2012. Paginanummering Opdrachtgever en aannemer behoren in het bezit te zijn van eenduidige en complete documenten die de overeenkomst vormen. Conform het ARW 2005/2012 wordt bij opdracht een gewaarmerkt exemplaar van de contractstukken aan de aannemer toegezonden.



Datum 1 juli 2015

Om ervoor zorg te dragen dat de overeenkomst wordt gesloten op basis van eenduidige en complete documenten worden de documenten voorzien van zogenaamde identificatiegegevens. Als onderdeel van de identificatie van het bestekboek als contract document op deze pagina in de invultekst het aantal genummerde pagina’s en alle niet-genummerde pagina’s (zoals bestekomslag) aangeven. De titelpagina en inhoudsopgaven pagina’s apart vermelden: “Dit bestekboek omvat, naast de niet-genummerde pagina’s, de hier genoemde pagina’s: Bestekomslag, Titelpagina (…pagina’s), Overzicht bijlagen (… pagina’s) en Inhoudsopgave (…pagina’s), tevens ….. aaneengesloten genummerde pagina’s voorzien van eenzelfde datumaanduiding.” BIJLAGEN Het bestek omvat volgens paragraaf 1, lid 1 van de UAV 2012 “de beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing." Onder “Bijlagen”dienen de (werk)tekeningen, het Model Naamsaanduiding Bouwplaats en andere documenten te worden vermeld, welke worden toegevoegd aan het bestek. Het V&G-plan ontwerpfase en het V&G-dossier maken deel uit van het bestek. Bijlagen en andere documenten behorend bij de nota van inlichtingen dienen ook in de nota te worden vermeld. Bijlagen dienen eenduidig in het “Overzicht bijlagen” te worden vermeld met datum, eventueel (versie)nummer en titel. Als datum van een document dient vermeld te worden de dag waarop het betreffende document als zijnde gereed wordt beschouwd. Men dient er voor te zorgen dat de datum aanduidingen consistent zijn (bijvoorbeeld: een document met een bepaalde datum kan geen verwijzing bevatten naar documenten met een latere datum). In geval er sprake is van een openbare (Europese) aanbesteding dient het bestek aan de aanbestedingsvoorwaarden die voortvloeien uit de Aanbestedingswet 2012 te voldoen. Aangezien het overnemen of interpreteren van terreinen bodemgegevens de kans op het ontstaan van onjuistheden en tegenstrijdigheden vergroot, wordt aanbevolen te verwijzen naar als bijlage bij het bestek te voegen documenten. Gegevens m.b.t. de bodem en grondwaterstand dienen te worden vermeld. Het verstrekken van onjuiste gegevens verhoogt de risico’s.



Datum 1 juli 2015

Voorgeschreven onderaannemers dienen te worden vermeld bij het betreffende onderdeel. Voor het vermelden van verrekenprijzen voor verrekenbare hoeveelheden arbeid, materialen en resultaten,dient ten behoeve van de prijsaanbieding, gebruik te worden gemaakt van een bij het bestek te voegen “Staat van verrekenprijzen”. EINDPAGINA DE BESTEKSTUKKEN DIENEN TE WORDEN GEWAARMERKT VOLGENS DE INSTRUCTIES VAN DE OPDRACHTGEVER (RIJKSVASTGOEDBEDRIJF). Te waarmerken bestekstukken overeenkomstig de gevolgde ARW 2005/2012 procedure het: inschrijvingsbiljet met de eventuele staat van verrekenprijzen; het bestek (overeenkomstig paragraaf 1, lid 1 van de UAV2012); de nota van inlichtingen; het proces-verbaal van aanwijzing. Van bovengenoemde bestekstukken dienen ten minste 2 exemplaren te worden gewaarmerkt. Te weten: van elk één exemplaar t.b.v. de projectbevoegde (opdrachtgever); van elk één exemplaar t.b.v. de aannemer (opdrachtnemer).



Datum 1 juli 2015

ALGEMENE TOELICHTING EN INVULINSTRUCTIES T.B.V. DE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN. INFORMATIE-OVERDRACHT Toelichting Het vervaardigen van tekeningen, berekeningen en andere documenten door de aannemer is afhankelijk van hetgeen daaromtrent in de van toepassing zijnde voorschriften is bepaald en hetgeen is overeengekomen ten aanzien van de taakverdeling tussen de opdrachtgever/directie UAV en eventuele bijstaander met de aannemer. Bovenstaande gegevens en stukken dienen per project en per onderdeel door de ontwerpende partij aan de directie UAV of de hiervoor verantwoordelijke bijstaander te worden verstrekt. De opdrachtgever dient (ingevolge paragraaf 5, lid 1 van de UAV 2012) ervoor te zorgen dat de aannemer tijdig kan beschikken “over de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die voor de opzet van het werk volgens het bestek vereist zijn” en "over de benodigde tekeningen en andere gegevens". De opdrachtgever (directie) zorgt daarom voor het aanleveren van bescheiden, alsmede voor het verstrekken van de daartoe benodigde gegevens aan de aannemer. Indien een (Europees erkende) BRL is voorgeschreven (mits deze niet conflicteert met de CPR (Verordening (EU) No. 305/2011)), voldoen bouwstoffen/producten respectievelijk processen middels het te verstrekken certificaat aan de (in de BRL genoemde) prestatie-eisen volgens het Bouwbesluit.



00

Datum 1 juli 2015

VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN UAV 2012 Algemene toelichting en invulinstructies t.b.v. de administratieve bepalingen.

Toelichting:

De in de Bestekposten RVB Standaard besteksbepalingen (RS) opgenomen administratieve bepalingen dienen in het projectbestek te worden opgenomen onder de hierna vermelde voorwaarden. 00.01 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN EN VOORSCHRIFTEN 00.01.10 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN 01. VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN Toelichting: De STABU-Standaard 2012 dient in ieder STABU projectbestek van toepassing te worden verklaard. Hierdoor worden ook de Uniforme Administratieve Voorwaardenvoorde uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012) van toepassing verklaard. De RVB Standaard besteksbepalingen (RS) voorzien in de noodzakelijke aanvullingen en aanwijzingen op de UAV 2012als gevolg van beleid en regelgeving. Indien projectspecifieke aanpassingen/aanvullingen van de UAV 2012 "gewenst" zijn, kan dit slechts na uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de projectbevoegde. >>>

Bepaling 00.01.10-01 altijd letterlijk in het projectbestek opnemen. 90. RVB STANDAARD TECHNISCHE BEPALINGEN Toelichting: De STABU Standaard Technische Bepalingen zoals deze zijn opgenomen in de STABU-Standaard 2012 zijn van toepassing. De RVB Standaard Technische Bepalingen vullen deze voorwaarden aan. Hierin zijn ten behoeve van het bestek technische voorwaarden bijeengebracht die het Rijksvastgoedbedrijf noodzakelijk acht. Indien projectspecifieke aanpassingen/aanvullingen "gewenst" zijn, kan dit slechts na uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming van de projectbevoegde.

>>>

Bepaling 00.01.10-90 altijd in het projectbestek opnemen.



Datum 1 juli 2015

91. VAN TOEPASSING ZIJNDE NORMEN Toelichting: De in paragraaf 2, lid 2 van de UAV 2012 en RVB Standaard besteksbepalingen (RS) bedoelde en op het werk van toepassing verklaarde technische normvoorschriften, of andere richtlijnen zoals beschreven in de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) worden niet ter beschikking gesteld door het RVB. De kosten, gemoeid met het verkrijgen van deze documenten, zijn voor rekening van de aannemer. >>>


00.02 AANVULLENDE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN UAV 2012 00.02.01 AANDUIDINGEN, BEGRIPSBEPALINGEN Toelichting: In aanvulling op de UAV 2012 paragraaf 1 Aanduidingen, begripsbepalingen zijn in de RVB Standaard besteksbepalingen (RS)extra begripsbepalingen opgenomen,te weten:  Werkterrein; (00.02.01-01 en 00.02.01-02)  Projectbevoegde; (00.02.01-90)  Installateur; (00.02.01-91)  Oude Bouwstoffen uit de sloop. (00.02.01-92) >>> >>> >>>

Bepaling 00.02.01-01 altijd in het projectbestek opnemen. Bepaling 00.02.01-02 altijd in het projectbestek opnemen. Bepaling 00.02.01-90 altijd in het projectbestek opnemen.

>>>

Bepaling 00.02.01-91 in het projectbestek opnemen indien installatiewerken deel uitmaken van dit bestek. Bepaling 00.02.01-92 in het projectbestek opnemen indien sloopwerken deel uitmaken van dit bestek.

>>>

00.02.02 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN 01. GELDIGHEID Toelichting: Normbladen en dergelijke publicaties worden volgens de STABUsystematiek aangegeven met het jaar van uitgifte of laatste wijziging. NEN 6008+w97 betekent: de uitgave (met het wijzigingsblad) van het jaar 1997. INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 12 van 94


Datum 1 juli 2015

NEN-EN 313-1-96 betekent: de uitgave van het jaar 1996. Door het vermelden van de publicatie met het jaar van uitgifte kan er nimmer onduidelijkheid bestaan over de versie die op de specificatie in het bestek van toepassing is. Elke bestekspost waarin een publicatie is vermeld overeenkomstig de STABUsystematiek gaat boven hetgeen is bepaald in paragraaf 2, lid 2 van de UAV 2012 (de bijzondere regeling gaat voor de algemene regeling). >>>


Toelichting: 00.02.02 VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN 90. HOOFDELIJKE AANSPRAKELIJKHEID Toelichting: De regeling correspondeert met artikel 3.19.2 ARW 2012. De gelding van de regeling zal in geschillen tussen Nederlandse ondernemingen wel worden aangenomen, ook wanneer de regeling niet ook in het bestek is opgenomen (gewoonterecht; bestendig gebruik in de sector, etc.) maar dit sluit niet geheel uit dat een ondernemer die niet volledig op de hoogte is van de Nederlandse mores (aannemer Europese lidstaat) met succes kan betogen dat zo'n regeling tenminste ook deel uit moet gaan maken van de aannemingsovereenkomst zelf. Artikel 3.19.2 ARW 2012 luidt: “Tenzij de aanbesteder in de aankondiging anders bepaalt, zijn twee of meer ondernemers die gezamenlijk inschrijven hoofdelijk aansprakelijk voor de nakoming van alle uit de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen. >>>

Bepaling 00.02.02-90 In principe altijd 02.

>>>

PUBLICATIES


00.02.03 DIRECTIE 02. GEEN DIRECTIE Toelichting: Het niet benoemen van een directie UAV op een werk kan kostenconsequenties opleveren. Het benoemen van een directie UAV dient uiterlijk middels de opdrachtbrief aan de aannemer te worden meegedeeld. Het niet benoemen wordt altijd in het bestek vermeld. (zie hierover ook paragraaf 3, leden 1, 2 en 9 van de UAV 2012).



Datum 1 juli 2015

Indien er geen directie wordt benoemd, is het risico voor de opdrachtgever dat de aannemer extra kosten moet maken en heeft de aannemer recht op bijbetaling (bv. de aannemer moet fysiek naar de opdrachtgever toekomen, stagnatie). >>>

Bepaling 00.02.03-02 in het projectbestek opnemen indien op het project in het geheel geen directie zal worden benoemd en er dus geen personen worden aangewezen die als directie zullen optreden.

00.02.05 VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER 01. BOUWBESPREKING Toelichting: Het opnemen van deze bepaling is van belang bij het verrichten van werkzaamheden, waarbij kabels en leidingen in het werkterrein aanwezig zijn. Deze bouwbespreking volgens paragraaf 5, lid 1 van de UAV 2012 is enigszins achterhaald door de grondroerdersregeling (Kadaster Klic). Het RVB gebruikt deze bepaling meer als het "project opstart overleg". >>>

Bepaling 00.02.05-01 in het projectbestek opnemen indien kabels en/of leidingen, niet vallend onder Kadaster Klic, in het werkterrein aanwezig zijn. Of als deze vergadering wordt gehouden i.h.k.v. "project opstart overleg". 04. AANWEZIGHEID VERONTREINIGINGEN Toelichting: Gegevens m.b.t. de aanwezigheid van verontreinigingen dienen te worden gemeld. Bij het ontbreken en of het verstrekken van onjuiste gegevens ligt de verantwoording bij de opdrachtgever.

>>>

Bepaling 00.02.05-04 in het bestek opnemen indien van toepassing. 05. RAPPORT BELENDINGEN Toelichting: Indien er sprake is van belendingen zal de opdrachtgever, voordat met de uitvoering van het wordt begonnen, een rapport verstrekken, waarin de staat van belendingen verkeren. Indien deze taak toekomt aan de aannemer, dient bepaling 00.02.06-08 in het projectbestek te worden opgenomen in plaats van de hier toegelichte bepaling.

>>>

Bepaling 00.02.05-05 of bepaling 00.02.06-08 in het projectbestek opnemen indien de opdrachtgever op zijn kosten het onderzoek laat of heeft laten uitvoeren.



Datum 1 juli 2015

00.02.06 VERPLICHTINGEN VAN DE AANNEMER 04. NALEVEN WET ARBEID VREEMDELINGEN Toelichting: De Wet arbeid vreemdelingen (Wav) geeft aan op welke wijze vreemdelingen toegang hebben tot de Nederlandse arbeidsmarkt. In deze wet worden regels gesteld waaraan werkgevers moeten voldoen indien zij door vreemdelingen arbeid laten verrichten. In de wet wordt onder een werkgever verstaan degene die in de uitoefening van een ambt, beroep of bedrijf een ander arbeid laat verrichten en de natuurlijke persoon die een ander huishoudelijke of persoonlijke diensten laat verrichten. Het werkgeverschap is in de zin van de Wav ruimer dan de civielrechtelijke definitie van een werkgever. De ruime omschrijving van het werkgeverschap in de Wav brengt mee dat een persoon die arbeid verricht meer dan één werkgever kan hebben. Te denken valt aan een situatie waarin een persoon door tussenkomst van een bedrijf wordt ingezet voor het uitvoeren van werkzaamheden bij een ander bedrijf, dit is bijvoorbeeld het geval bij het in- en uitlenen van arbeidskrachten en bij uitbesteding en aanneming van werk. Het brede werkgeversbegrip houdt dus in dat ook een werkgever die via intermediairs zoals uitzendbureaus en loonbedrijven personeel inhuurt, werkgever is in de zin van de Wav. De werkgever die inhuurt, is ervoor verantwoordelijk dat de persoon die voor hem werkt een tewerkstellingsvergunning heeft, tenzij de intermediair hier al over beschikt. Een opdrachtgever die het werk via een (onder)aannemer uitbesteedt, wordt eveneens aangemerkt als werkgever in de zin van de Wav, voor de werkzaamheden die de (onder)aannemer door een vreemdeling laat verrichten. (Uitzendbureaus, loonbedrijven, aannemers en onderaannemers vallen onder het brede werkgeversbegrip van de Wav). In bovengenoemde situaties is dus iedere werkgever, van (hoofd)opdrachtgever tot (onder)aannemer, van uitzendbureau tot inlener, verantwoordelijk voor de juiste naleving van de wettelijke verplichtingen en kan aan iedere werkgever een boete worden opgelegd als ergens in de keten van werkgevers de wet wordt overtreden. Indien een overtreding aan een werkgever niet of in mindere mate verweten kan worden, kan een boete achterwege blijven of gematigd worden. Voor de beoordeling van de mate van verwijtbaarheid zijn alle relevante feiten en omstandigheden van het geval bepalend. Daarnaast is de wijze waarop en de mate waarin de opdrachtgever of andere werkgevers ten behoeve van INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 15 van 94


Datum 1 juli 2015

wie het werk wordt uitgevoerd, op de juiste naleving van de weten regelgeving toeziet, van belang. Voor de invulling van de eigen verantwoordelijkheid zullen alle werkgevers in de keten, opdrachtgever en aannemer, maar ook een uitzendbureau, inlener en alle overige werkgevers betrokken bij de uitvoering, onderling afspraken moeten maken over de juiste naleving van de regelgeving. Ook zal gedurende de uitvoering van het werk, een opdrachtgever zich - met regelmaat – ervan moeten vergewissen dat het bedrijf dat hij voor de uitvoering van het werk heeft ingeschakeld, zich inzet om te voldoen aan de eisen die de Wav stelt. De Rijksgebouwendienst/Het Rijksvastgoedbedrijf heeft daartoe met Rijkswaterstaat en de Inspectie SZW in een interdepartementaal overleg maatregelen opgesteld welke zijn gericht op het vermijden van in strijd zijn met de Wav, zonder als Rijksgebouwendienst/Rijksvastgoedbedrijf in een oneigenlijke rol te geraken. Deze maatregelen, geformuleerd middels een besteksartikel, dienen in de bestekken te worden opgenomen onder de administratieve voorwaarden (RS). >>>

Bepaling 00.02.06-04 altijd in het projectbestek opnemen. 05. ONGEVALLEN Toelichting: In het kader van de eventuele "schuldvraag" is het noodzakelijk de ongevallen te melden. De Inspectie SZW houdt toezicht op de veiligheid en gezondheid van werknemers en ongevallen worden gedocumenteerd.

>>> Bepaling 00.02.06-05 altijd in het projectbestek opnemen. 07.

OVERZICHT VOORGESCHREVEN ONDERAANNEMER(S)/LEVERANCIER(S) Toelichting: Indien de opdrachtgever gebruik wil maken van, volgens paragraaf 6, lid 27 van de UAV 2012, voorgeschreven onderaannemer(s)/leverancier(s), dienen deze in dit artikel te worden genoemd.

>>>

Bepaling 00.02.06-07 in het bestek opnemen indien de opdrachtgever gebruik maakt van voorgeschreven onderaannemer(s)/leverancier(s) 08. RAPPORT BELENDINGEN Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Indien er sprake is van belendingen zal de aannemer, voordat met de uitvoering van het wordt begonnen, een rapport moeten leveren over de belendingen. Indien deze taak toekomt aan de opdrachtgever, dient bepaling 00.02.05-05 in het projectbestek te worden opgenomen in plaats van de hier toegelichte bepaling. >>>

Bepaling 00.02.06-08 of bepaling 00.02.05-05 in het projectbestek opnemen indien de aannemer middels het bestek, voor de uitvoering van het werk, een rapport over de belendingen moet leveren. 10.

>>>

WERKZAAMHEDEN BUITEN OVEREENGEKOMEN WERKTIJDEN

Bepaling 00.02.06-10 indien van toepassing in het projectbestek opnemen. 12. BEPERKINGEN M.B.T. GELUIDNIVEAU Toelichting: Indien het noodzakelijk is dat deze bepaling wordt opgenomen, alleen aanvullen met die gegevens welke in de tekst worden aangegeven. Deze bepaling is nu conform de STABUsystematiek.De bepaling stond voorheen onder Hoofdstuk 05 Bouwplaatsvoorzieningen (05.00.20-91).

>>>

Bepaling 00.02.06-12 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 13. BEPERKINGEN M.B.T. TRILLINGEN Toelichting Indien het noodzakelijk is dat dit artikel wordt opgenomen, alleen aanvullen met die gegevens welke in de tekst worden aangegeven. Deze bepaling is nu conform de STABU-systematiek. De bepaling stond voorheen onder Hoofdstuk 05 Bouwplaatsvoorzieningen (05.00.20-90).

>>>

Bepaling 00.02.06-13 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 90.

>>>

VOERTAAL

Bepaling 00.02.06-90 altijd in het projectbestek opnemen. 91. BELANGENVERSTRENGELING Toelichting: Dit artikel wordt opgenomen i.h.k.v. integriteit. Het RVB moet zich ervoor behoeden om niet in een compromitterende situatie te geraken.



>>>

Datum 1 juli 2015

Bepaling 00.02.06-91altijd in het projectbestek opnemen. 92. OMKOPING Toelichting: Dit artikel wordt opgenomen i.h.k.v. integriteit. Het RVB moet zich ervoor behoeden om niet in een compromitterende situatie te geraken.

>>>

Bepaling 00.02.06-92 altijd in het projectbestek opnemen. 93. PRECARIO Toelichting: Ingeval van nevenaanneming vermelden welke aannemer de precariokosten voor zijn rekening neemt. Bij hoofdaanneming kan dit artikel vervallen.

>>>

Bepaling 00.02.06-93 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 94.

>>>

TE VERSTREKKEN DOCUMENTEN

Bepaling 00.02.06-94 altijd opnemen in het projectbestek. De eventuele aanpassingen van het aantal geschiedt op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.



Datum 1 juli 2015

95. ONDERGRONDSE KABELS EN LEIDINGEN Toelichting: Het opnemen van deze bepaling is van belang bij het verrichten van werkzaamheden, indien kabels en leidingen in het werkterrein aanwezig zijn. De aannemer is verplicht om ingeval van mechanische graafwerkzaamheden, dit conform de grondroerdersregeling aan het digitaal loket van het Kadaster (Klic) te melden. Deze regeling is op 1 juli 2008 in werking getreden en heeft tot doel om de graafincidenten bij kabels en leidingen te voorkomen. (zie www.kadaster.nl/klic). Zie ook bepaling 00.02.05-01 Bouwbespreking. >>>

Bepaling 00.02.06-95 in het projectbestek opnemen indien kabels en/of leidingen in het werkterrein aanwezig zijn. De bepaling opnemen in combinatie met 00.02.05-05. Zie voor meer informatie bv. de Richtlijn zorgvuldig graafproces (CROW publicatie 250) welke tegen betaling verkrijgbaar is bij CROW. 96. LEERLINGBOUWPLAATS Toelichting: In een stimuleringsovereenkomst, in 1992 ondertekend door vertegenwoordigers van de Bouw- en Houtbond FNV, de Hout- en Bouwbond CNV, het Algemeen Verbond Bouwbedrijf en het (toenmalig) Ministerie van VROM, is tot doel gesteld het leerlingbouwplaatsen beleid actief te ondersteunen. Met het creëren van leerlingbouwplaatsen wordt een zeer belangrijke bijdrage geleverd aan opleiding en ontwikkeling op bouwvakgebied. Fundeon heeft aandacht voor de volgende aspecten: - aanwezigheid van timmer-, metsel- en/of tegelwerken; - duur betreffende leerling werkzaamheden (liefst 4 tot 6 maanden); - de aannemer een gecertificeerd leerbedrijf is of de bereidheid heeft zich te certificeren (een ruim percentage van de aannemers die in opdracht van de Directie Projecten werken zijn gecertificeerd); - beschikbaarheidleermeesters in dienst.

>>> Bepaling 00.02.06-96 altijd in het projectbestek opnemen. 97. VERPLICHTINGEN SOCIAL RETURN Toelichting: Door maatschappelijk verantwoordelijke overheidsopdrachten (MVOO) te stimuleren, kan het Rijksvastgoedbedrijf bedrijven een



Datum 1 juli 2015

drijfveer geven om op maatschappelijke verantwoorde wijze te ondernemen. In het kader van scholing en werkgelegenheid van personen met een vergrote afstand tot de arbeidsmarkt (geen reclassering) neemt de Rijksoverheid bij inkopen en aanbestedingen "social return" als contractvoorwaarde op. Deze maatregel houdt in dat het Rijksvastgoedbedrijf, bij aanbestedingen van werken en diensten met een loonsom hoger dan € 250.000,00 (waarbij mag worden gerekend met het gegeven dat 30% van geraamde aannemingssom de loonkosten vertegenwoordigen, waardoor de discussie m.b.t. de inzet van onderaannemers wordt vermeden en een eenduidige eis is geformuleerd waaraan moet worden voldaan en sancties aan kunnen worden gerelateerd), in het contract opneemt dat de aannemer ten behoeve van de uitvoering van de opdracht, ook personen met een vergrote afstand tot de arbeidsmarkt moet inzetten. Het bijbehorende verantwoordingsformulier social return dient als bijlage bij het bestek te worden gevoegd. >>>

Bepaling 00.02.06-97 altijd in het projectbestek opnemen indien de loonsom (30% van de aannemingssom) meer dan 250.000 euro bedraagt. 98. ARBEIDSVOORWAARDEN Toelichting: Deze bepaling komt voort uit de Wet aanpak schijnconstructies (WAS) welke per 1 juli 2015 in werking is getreden. Deze wet is bedoeld om constructies aan te pakken die zijn opgezet om de regels en cao-afspraken te omzeilen. Zowel de werkgever als de opdrachtgever wordt verantwoordelijk gesteld voor het betalen van het cao-loon. Dit geldt voor het verbod op inhoudingen op en verrekeningen met het wettelijk minimumloon, de verplichte betaling van tenminste het minimumloon en de specificatie van de onkostenvergoedingen op de loonstrook. De genoemde maatregelen worden genomen zodat het beter is te controleren dat het minimumloon daadwerkelijk wordt uitbetaald. Met het opnemen van deze bepaling wordt ervoor gezorgd dat uitbuiting, onderbetaling van werknemers en oneerlijke concurrentie worden tegengegaan. In bovengenoemde situaties is dus zowel de werkgever als de opdrachtgever verantwoordelijk voor de juiste naleving van de wettelijke verplichtingen. Indien een overtreding aan de opdrachtgever verweten kan worden is de opdrachtgever aansprakelijk bij onderbetaling. Gedurende de uitvoering van het



Datum 1 juli 2015

werk zal een opdrachtgever zich er dus van moeten vergewissen dat het bedrijf dat hij voor de uitvoering van het werk heeft ingeschakeld, zich inzet om te voldoen aan de eisen die in de arbeidsvoorwaarden zijn gesteld. De maatregelen, geformuleerd middels dit besteksartikel, moet in de bestekken te worden opgenomen onder de administratieve voorwaarden (RS). >>>

Bepaling 01.02.06-98 verplicht altijd in het projectbestek opnemen.

00.02.07 DATUM VAN AANVANG 01. DATUM VAN AANVANG Toelichting: Deze bepaling alleen opnemen indien de datum van aanvang afwijkt van de datum van aanvang zoals gesteld in paragraaf 7, lid 1 van de UAV 2012. >>>

Bepaling 00.02.07-01 alleen opnemen in het bestek op aangeven van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. 02. AANVANG WERKZAAMHEDEN Toelichting: Deze bepaling opnemen indien de aannemer niet eerder mag aanvangen met het werk dan volgens paragraaf 7, lid 1 van de UAV 2012 of bepaling 00.02.07-01 van de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) is bepaald.

>>>

Bepaling 00.02.07-02 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 90. START WERKZAAMHEDEN BOUWOBJECT OP HET WERKTERREIN Toelichting: Bepaling 00.02.07-90 alleen opnemen indien de werkzaamheden op het werkterreinen/of de bouwplaats bijvoorbeeld bij verbouw of restauratie, als gevolg van het toegankelijk/beschikbaar zijn van het object, niet eerder kan plaatsvinden dan een vastgestelde datum. De datum van aanvang van het project blijft in een dergelijke situatie zoals aangegeven onder 00.02.07-01.

>>>

Bepaling 00.02.07-90 op aangeven van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf in het bestek opnemen.

00.02.08

UITVOERINGSDUUR, UITSTEL VAN OPLEVERING, BEPROEVING 01. OPLEVERINGSTERMIJN Toelichting:



Datum 1 juli 2015

De uitvoeringsduur vaststellen in een aantal kalenderdagen, weken of maanden indien de uitvoeringsduur korter is dan zes maanden. De voorkeur van het RVB gaat uit naar een opleveringsdatum voor het werk. Dit ook indien er sprake is van nevenaannemers. In dit laatste geval dient in alle afzonderlijke (neven)bestekken eenzelfde opleveringsdatum te zijn overeengekomen. >>>

Bepaling 00.02.08-01in het projectbestek opnemen ingeval er een uitvoeringsduur wordt vereist. 02. DATUM VAN OPLEVERING Toelichting: Deze bepaling opnemen indien er een vaste opleveringsdatum is vereist. De voorkeur van het RVB gaat uit naar een opleveringsdatum voor het werk. Dit ook indien er sprake is van nevenaannemers. In dit laatste geval dient in alle afzonderlijke (neven)bestekken eenzelfde opleveringsdatum te zijn overeengekomen.

>>>

Bepaling 00.02.08-02 in het projectbestek opnemen, indien er een opleveringsdatum wordt vereist. 03.

TERMIJN, UITVOERING VAN HET WERK TOT BEPAALDE STAND Toelichting: Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk binnen een termijn gevorderd moeten zijn tot een bepaalde stand, dan kan er voor deze onderdelen een termijn worden overeengekomen waarbinnen dit bereikt moet zijn. Indien delen van het werk tot een bepaalde termijn gevorderd moeten zijn, is het gestelde in paragraaf 10, lid 3 van de UAV 2012 van toepassing. De keuzeteksten in de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) onder deze bepaling kunnen worden toegepast indien het noodzakelijk is om tijd te creëren voor de duur van de benodigde beproevingen en keuringen met betrekking tot de goedkeuring bij complexe werken. De keuze besteksteksten voorzien in een periode van 4 weken voor de opleveringsdatum. Deze periode kan worden aangepast naar de complexiteit van de keuring(en). De te maken keuze is tevens afhankelijk van de gekozen opleveringsdatum of –termijn in het bestek. >>>

Bepalingen 00.02.08-03 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 04. DATUM, UITVOERING VAN HET WERK TOT BEPAALDE STAND Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk op een bepaalde datum gevorderd moeten zijn tot een bepaalde stand, dan kan er voor deze onderdelen een datum worden overeengekomen waarop dit bereikt moet zijn. Indien delen van het werk tot een bepaalde datum gevorderd moeten zijn, is het gestelde in paragraaf 10, lid 3 van de UAV 2012 van toepassing. >>>

Bepaling 00.02.08-04 in het projectbestek opnemen, indien van toepassing. 05. OPLEVERINGSTERMIJN DELEN VAN HET WERK Toelichting: Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk eerder gereed moeten zijn dan in het bestek vermeld, dan kan er voor deze onderdelen een zelfstandige termijn worden overeengekomen. Indien delen van het werk eerder moeten worden opgeleverd, zijn de artikelen zoals genoemd in paragraaf 1, lid 2 van de UAV 2012 van toepassing. Dit kan nooit later zijn dan het totale werk. Indien het werk door omstandigheden later gereed is dan de in het bestek genoemde uitvoeringsduur dient het gehele werk middels uitstel van oplevering of wijzigingsovereenkomst te worden verlengd.

>>>

Bepaling 00.02.08-05 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 06. OPLEVERINGDATUM DELEN VAN HET WERK Toelichting: Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk eerder gereed moeten zijn dan in het bestek vermeld. In deze situatie kan er voor deze onderdelen een zelfstandige datum worden overeengekomen. Indien delen van het werk eerder moeten worden opgeleverd, zijn de artikelen zoals genoemd in paragraaf 1, lid 2 van de UAV 2012 van toepassing. Dit kan nooit later zijn dan het totale werk. Indien het werk door omstandigheden later gereed is dan de in het bestek genoemde uitvoeringsduur,dan dient het gehele werk middels uitstel van oplevering of wijzigingsovereenkomst te worden verlengd.

>>>

Bepaling 00.02.08-06 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 07. OPLEVERING BEPLANTINGSWERK Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk eerder gereed zijn dan de overeengekomen termijn of de vastgestelde datum. Indien delen van het werk eerder moeten worden opgeleverd, zijn de artikelen zoals genoemd in paragraaf 1, lid 2 van de UAV 2012 toepassing. In het kader van het plantseizoen kan het noodzakelijk zijn het tijdstip van oplevering van het beplantingswerk nader wordt vastgesteld. Dit kan nooit later zijn dan het totale werk. Indien het werk door omstandighedenlater gereed is dan de in het bestek genoemde uitvoeringsduur dient het gehele werk middels uitstel van oplevering of wijzigingsovereenkomst te worden verlengd. >>>

Bepaling 00.02.08-07 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 08. OPLEVERING BUITENSCHILDERWERK Toelichting: Het kan noodzakelijk zijn dat onderdelen van het werk eerder gereed zijn dan de overeengekomen termijn of de vastgestelde datum. Indien delen van het werk eerder moeten worden opgeleverd, zijn de artikelen zoals genoemd in paragraaf 1, lid 2 van de UAV 2012 van toepassing. Het afzonderlijk opleveren van buitenschilderwerk geschiedt in het algemeen om technische redenen (klimaat). Dit kan nooit later zijn dan het totale werk. Indien het werk door omstandigheden later gereed is dan de in het bestek genoemde uitvoeringsduur dient het gehele werk middels uitstel van oplevering of wijzigingsovereenkomst te worden verlengd.

>>>

Bepalingen 00.02.08-08 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 21. BEPROEVING Toelichting: Voordat een gebouw en technisch(e) installatiewerk(en), of één of meer onderdelen daarvan, in bedrijf worden gesteld, moet(en) dit/deze zijn beproefd overeenkomstig paragraaf 8a van de UAV 2012. In het bestek wordt aangegeven welke onderdelen dienen te worden beproefd en voor welke onderdelen er gebruik moet worden gemaakt van het/de bij het bestek gevoegde, projectspecifiek gemaakte, modelprotocol(len). Indien er sprake is van andere installaties of gebouwdelen van het werk volgens het bestek, alsmede van werken van derden (nevenaanneming) of bestaande installaties of gebouwdelen, moet



Datum 1 juli 2015

in principe een integrale beproeving worden uitgevoerd tenzij de opdrachtgever anders bepaalt. Deze integrale beproeving is noodzakelijk om te controleren of sturingen, respectievelijke storingen van installaties en/of gebouwdelen de juiste acties genereren bij andere installaties en/of gebouwdelen, ofwel dat de verschillende, bestaande of door derden aangebrachte, installaties onderling op de juiste wijze “samenwerken”. De integrale beproeving kan niet eerder worden uitgevoerd dan na een goed resultaat van een beproeving overeenkomstig paragraaf 8a van de UAV 2012. >>>

Bepalingen 00.02.08-21 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 90. VERZOEK TOT OPNEMING Toelichting Het RVB neemt in afwijking van het gestelde in paragraaf 9, lid 1 van de UAV 2012 alleen genoegen met een schriftelijke mededeling. Hiertoe wordt middels de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) een lid toegevoegd.

>>>

Bepaling 00.02.08-90 altijd in het bestek opnemen.

00.02.11 ONDERHOUDSTERMIJN 01. ONDERHOUDSTERMIJN Toelichting: De duur van de onderhoudstermijn is conform de vigerende versie van de Rijksgebouwendienst Handleiding overdracht tussen Beheer, Projecten en Beheer 1 jaar, tenzij de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf anders bepaalt. >>>

Bepaling 00.02.11-01 in het bestek opnemen indien van toepassing. 90. PREVENTIEF EN CORRECTIEF ONDERHOUD Toelichting: In aanvulling op de onderhoudstermijn, overeenkomstig paragraaf 11 van de UAV 2012, kan het noodzakelijk zijn dat de aannemer aan installaties onderhoudswerkzaamheden dient uit te voeren, conform de voorschriften van de fabrikant/leverancier en wel zodanig dat aan de voorwaarden tot garantie van de fabrikant/leveranciersgarantie voldaan wordt, zodat het RVB het recht op deze garantie blijft behouden. De in de vigerende versie van de Rijksgebouwendienst Handleiding



Datum 1 juli 2015

overdracht tussen Beheer, Projecten en Beheer genoemde, projectspecifiek gemaakte, documenten toevoegen in overleg met de projectbevoegde. De projectbevoegde kan zorg dragen voor de benodigde (model)documenten. >>> Bepaling 00.02.11-90 in het bestek opnemen indien van toepassing. 00.02.14 01. >>>

SCHORSING VAN HET WERK/BEEINDIGING IN ONVOLTOOIDE STAAT VEILIGHEIDSMAATREGELEN


00.02.15 WERKTERREIN 01. AANDUIDING WERKTERREIN Toelichting: Het oppervlak van het werkterrein dient eenduidig (op tekening) te worden aangegeven. De bepaling is van belang in verband met het fysiek afbakenen van het gebied dat de aannemer mag gebruiken om het werk uit te voeren, dit niet te verwarren met het WERK wat overeenkomstig paragraaf 6, lid 4 van de UAV 2012, "voor rekening en risico" van de aannemer is. Indien er geen werkterrein wordt aangewezen of als de aannemer hiervan geen gebruik wil maken is het gebruik van een ander werkterrein voor rekening van de aannemer. Indien het werkterrein na oplevering, in de oorspronkelijke staat moet worden teruggebracht, dient dit in het bestek te worden vermeld. Het correct definiëren van het werkterrein is van belang voor het juiste gebruik van de bepalingen onder 05.00.24-01 (indeling en gebruikwerkterrein bij verschillende type projecten). >>> Bepaling 00.02.15-01 altijd in het bestek opnemen. 00.02.16 AFSLUITING, RECLAME 01. FOTOGRAFEREN EN FILMEN Toelichting: Deze bepaling regelt de bevoegdheid van de aannemer met betrekking tot het publiciteit inzake het werk. Met betrekking tot reclame-uitingen op en aan het werk wordt dit in paragraaf 16, lid 3 van de UAV 2012, geregeld (alleen met toestemming directie UAV). >>>


00.02.17 01.

VERWERKING VAN BOUWSTOFFEN DUURZAAM GEPRODUCEERD HOUT



Datum 1 juli 2015

Toelichting: Het kabinet heeft in juni 2004 bepaald dat overheden die hout inkopen zoveel mogelijk duurzaam hout moeten inkopen. Op 24 juni 2004 heeft het voormalig ministerie van VROM de Nederlandse criteria voor duurzaam hout vastgesteld en aan de Tweede Kamer gezonden. Deze criteria hebben betrekking op houtcertificatiesystemen en behandelen duurzaam bosbeheer, de handelsketen en de inrichting van een certificatiesysteem. Een onafhankelijke toetsingscommissie inkoop hout (TPAC: Timber Procurement Assessment Committee) toetst in opdracht van de Rijksoverheid, welke certificatiesystemen aan de criteria voldoen. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (voorheen AgentschapNL) heeft op basis hiervan criteria (minimumeisen) geformuleerd voor de inkoop van duurzaam geproduceerd hout. Overheidsinkopers dienen deze te hanteren bij aanbestedingen en bij de inkoop van hout en producten waarin de grondstof hout is verwerkt. Op basis van deze criteria zijn door vertegenwoordigers van Stichting Probos en de Rijksoverheid t.w. de Rijksgebouwendienst (huidige Rijksvastgoedbedrijf), Rijkswaterstaat, Dienst Vastgoed Defensie en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (voorheen AgentschapNL), standaard (besteks)bepalingen voor de STABU- en RAW-systematiek opgesteld, welke in de bestekken van toepassing verklaart dienen te worden. Vanaf 2 juni 2014 accepteert staatssecretaris Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu ook het Maleisische certificatiesysteem voor duurzaam hout MTCS (Malaysian Timber Certification Scheme) voor twee jaar in het Rijksinkoopbeleid. De komende twee jaar kan hout worden ingekocht indien kan worden aangetoond dat wordt voldaan aan ten minste 7 van de 9 principes voor duurzaam bosbeheer zoals die zijn vastgelegd in TPAS. >>>

Bepaling 00.02.17-01 in het projectbestek opnemen indien van toepassing. 90. HERGEBRUIKT HOUT Toelichting: De bepaling voor “hergebruikt hout” is niet ontleend aan de vastgestelde criteria zoals gepubliceerd door AgentschapNL, doch zijn voor het Rijksvastgoedbedrijf toegevoegd om de toepassing van hergebruik van hout in een werk mogelijk te maken.

>>>

Bepaling 00.02.17-90in het projectbestek opnemen, indien van toepassing en tenzij uitdrukkelijk is bepaald dat toepassing van duurzaam geproduceerd hout niet verplicht is.

00.02.18

KEURING VAN BOUWSTOFFEN



Datum 1 juli 2015

01. KEURING VAN BOUWSTOFFEN Toelichting: Overeenkomstig paragraaf 17, lid 2 van de UAV 2012, dienen de bouwstoffen die door de opdrachtgever gekeurd zullen worden, in het bestek te worden vermeld. Voor de overige bouwstoffen is de aannemer verantwoordelijk voor de hoedanigheid en de geschiktheid (paragraaf 17, lid 1 van de UAV 2012). >>>

Bepaling 00.02.18-01 de te keuren bouwstoffen in het bestek opnemen. 02.

>>>

BOUWSTOFFEN MET KWALITEITSVERKLARING

Bepaling 00.02.18-02 altijd in het bestek opnemen. 03. BESLUIT BODEMKWALITEIT Toelichting: Deze bepaling is van toepassing indien er ten behoeve van het werk, bouwstoffen in de bodem of het oppervlaktewater worden aangebracht (bv. zand of grond in ophoging of het dempen van watergangen en vijvers). De bouwstoffen die in de bodem of op het oppervlaktewater moeten worden aangebracht dienen te voldoen aan de eisen van het Besluit Bodemkwaliteit.

>>>

Bepaling 00.02.18-03 in het bestek opnemen indien van toepassing. 04. MONSTER TER BEOORDELING Toelichting: Indien de aannemer een monster van bouwstoffen aan de directie moet leveren, dienen deze in het bestek te worden vermeld.

>>>

Bepaling 00.02.18-04in het bestek opnemen indien van toepassing.

00.02.19 EIGENDOM VAN BOUWSTOFFEN 0190. OVERGEBLEVEN BOUWSTOFFEN >>>

Bepaling 00.02.19-0190 in het bestek opnemen indien de opdrachtgever bouwstoffen ter beschikking stelt.

00.02.20 ZORG VOOR BOUWSTOFFEN 01. ZORG VOOR BOUWSTOFFEN Toelichting: De aannemer dient aan zijn zorg, met betrekking tot de bouwstoffen overeenkomstig paragraaf 20 van de UAV 2012, INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 28 van 94


Datum 1 juli 2015

uitvoering te geven middels deze bepaling (RVB Standaard besteksbepalingen (RS)). (keuze maken en eventueel aanvullen). >>>

Bepaling 00.02.20-01 opnemen in het bestek indien van toepassing.

00.02.21 OUDE BOUWSTOFFEN 01. EIGENDOM OUDE BOUWSTOFFEN Toelichting: De uit het werk komende oude bouwstoffen blijven eigendom van de opdrachtgever (Milieuwetgeving). Deze dienen te worden weggevoerd door de aannemer naar een erkende bewerkingverwerking- of eindverwerking instelling. Indien er bouwstoffen eigendom worden van de aannemer dienen deze te worden benoemd middels deze bepaling(RVB Standaard besteksbepalingen (RS) en zodanig gehandeld. (LET OP: DAN BIJ DEZE BOUWSTOFFEN NIET VERMELDEN "NIET VAN WAARDE VOOR DE OPDRACHTGEVER"). >>>


00.02.22

GARANTIE VOOR EEN ONDERDEEL

01. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting: De aanbevolen garantietermijnen, gerekend vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel tot aan de datum van oplevering en in aansluiting daarop gedurende: -

31.00.40 Systeembekledingen 10 jaar 30.00.40 Kozijnen, ramen en deuren (staal) 5 jaar 30.00.40 Kozijnen, ramen en deuren (aluminium) 5 jaar 30.00.40 Kozijnen, ramen en deuren (kunststof) 5 jaar 33.00.40 Dakbedekkingen 10 jaar 34.00.40 Beglazing (meerbladig-/veiligheidsglas) 10 jaar 36.00.40 Voegvulling staffelgarantie 100% tot 5 jaar, 15% tot 10 jaar 38.00.40 Gevelschermen (zonwering, rolluiken) 3 jaar 41.00.40 Tegelwerk (gelijmd) 3 jaar 42.00.40 Dekvloeren 3 jaar 48.00.40 Vloerbedekking 3 jaar 44.00.40 Plafond- en wandsystemen 5 jaar 46.00.40 Schilderwerk (buitenwerk lak-/muurverf) 5 jaar 46.00.40 Schilderwerk (buitenwerk vochtregulerend) 3 jaar 46.00.40 Schilderwerk (vernis/vochtregulerende transparante afwerking) 2 jaar



-

Datum 1 juli 2015

46.00.40 Schilderwerk (binnenschilderwerk) 5 jaar

Voor mogelijkheid tot het naleveren van componenten en software voor een levering of een onderdeel kan geen garantie in de zin van deze bepaling worden bedongen. Hiervoor (product)eisen op te nemen bij de technische bepalingen. De aangegeven onderdelen vormen een algemene richtlijn,de exacte (projectgebonden) invulling van deze bepaling dient te worden vastgesteld in overleg met de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. De garantie voor een onderdeel dient zorgvuldig te worden toegepast, als van een onderdeel de bouwstoffen worden voorgeschreven kan in principe alleen garantie worden gegeven op “vakmanschap” en dit valt onder de aansprakelijk van de aannemer voor een “verborgen gebrek” (en nauwlettend toezicht) waarbij de verantwoording van aannemer is beperkt tot 5 jaar na oplevering of na de onderhoudstermijnen en voor totale ongeschiktheid c.q. instorten 10 jaar (verhouding garantieperiode/aansprakelijkheidsduur aannemer en product). Door het voorschrijven van gecertificeerde producten zal een gebrek dat zich voordoet na uitwendige en visuele beoordeling en goedkeuring door de directie worden aangemerkt als een gebrek overeenkomstig bepaling 00.02.18-02. Het RVB verlangt in principe in alle gevallen een garantie van de aannemer,er wordt geen gebruik gemaakt van de in paragraaf 22, lid 3 van de UAV 2012 geboden mogelijkheid, een onderdeel van het werk door een onderaannemer of leverancier te laten garanderen. Onder “te garanderen door”, dient altijd de naam van de aannemer te zijn ingevuld die garant staat voor het goed functioneren van het onderdeel. >>>

Bepaling 00.02.22-01 in het bestek opnemen indien op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf in het bestek garanties voor een onderdeel opgenomen worden.

02.

GARANTIEVERKLARING Toelichting: Voor de onderdelen waarvoor een garantie wordt verlangd dient een garantieverklaring volgens het bij het bestek gevoegde model te worden overlegd aan de opdrachtgever.

>>>

Bepaling 00.02.22-02 in het bestek opnemen voor de in het bestek, op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf, opgenomen garanties voor een onderdeel.



00.02.26 01. >>>

INPASSING WERKZAAMHEDEN DERDEN

Bepaling 00.02.26-02 altijd opnemen in het bestek. 04.

>>>

ALGEMEEN TIJDSCHEMA, WERKPLAN ALGEMEEN TIJDSCHEMA


>>>

Datum 1 juli 2015

ONDERTEKENING ALGEMEEN TIJDSCHEMA, WERKPLAN

Bepaling 00.02.26-04 altijd opnemen in het bestek. 05. GEDETAILLEERD WERPLAN Toelichting: Van de aannemer kan naast het volgens paragraaf 26, lid 1 van de UAV 2012,verplicht algemeen tijdschema, een gedetailleerd werkplan worden verlangd. Indien voor het werk of het object waarin of waaraan het werk wordt uitgevoerd een asbestbeheersplan aanwezig is dient de hierop betrekking hebbende tekst (onderdeel asbest) opgenomen te worden in het gedetailleerd werkplan (bestek).

>>>

Bepaling 00.02.26-05 opnemen in het bestek indien een gedetailleerd werkplan wordt verlangd en/of een asbestbeheersplan aanwezig is.

00.02.27 01. >>>

DAGBOEK, LIJSTEN, RAPPORTEN, BOUWVERGADERINGEN BESTEKSPOSTEN OP BASIS VAN DE STABUBESTEKSSYSTEMATIEK

Bepaling 00.02.27-01 altijd opnemen in het bestek. 02. TE VERSTREKKEN LIJSTEN Toelichting: Hieronder vallen ondermeer de bepaling 00.02.06-04 (Wav) en bepaling 05.00.50-92 (Bronbemaling).

>>>


>>>

TE VERSTREKKEN RAPPORTEN

Bepaling 00.02.27-03 opnemen in het bestek indien van toepassing. 04.

BOUWVERGADERINGEN

Toelichting:



Datum 1 juli 2015

De directie maakt verslagen van de bouwvergadering, zoals bedoeld in paragraaf 27, lid 9 van de UAV 2012. In het bestek de cyclus van de bouwvergaderingen opnemen. >>>

Bepalingen 00.02.27-04 altijd opnemen in het bestek.

00.02.28 AFBAKENING, PEILINGEN EN OPMETINGEN 01. ROOILIJN Toelichting: Alleen door het op deze wijze doen vastleggen van de rooilijn (gemeente, kadaster) kan absolute zekerheid worden verkregen omtrent de juiste ligging daarvan. >>>

Bepaling 00.02.28-01 in het bestek opnemen indien van toepassing. 02. PEIL Toelichting: In geval van nieuwbouw, verbouw, restauratie, renovatie en plaatselijk sloopwerk de absolute peilhoogte vaststellen. Afhankelijk van het project kan gebruik worden gemaakt van de eerste of de tweede keuzetekst.

>>>


00.02.29

VERSCHILLEN IN AFMETING OF TOESTAND VAN BESTAANDE WERKEN EN TERREINEN 90. ASBEST

>>>

Bepaling 00.02.29-90 alleen op nemen in het bestek indien het werk of het object, waarin of waaraan het werk (zoals beschreven in het bestek) wordt uitgevoerd, voor 1 januari 1994 is gerealiseerd.

00.02.31 VERBAND MET ANDERE WERKEN Toelichting: In verband met de coördinatie van werken van derden kunnen in RVB projecten de volgende situaties worden onderscheiden: 1.Opdrachtverstrekking aan één aannemer(hoofdaanneming): Werkzaamheden ten behoeve van de opdrachtgever of gebruiker, maar niet in opdracht van de aannemer, worden uitgevoerd door derden ter plaatse van het werk (bv. nutsbedrijven), in opdracht of met toestemming van de opdrachtgever. De aannemer moet hieraan medewerking verlenen (paragraaf 31 van de UAV 2012 “Verband met andere werken”) INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 32 van 94


Datum 1 juli 2015

2. Opdrachtverstrekking aan meerdere aannemers (nevenaanneming): Indien een werk wordt “opgesplitst” in meerdere bestekken en voor elk deel een aannemer wordt gecontracteerd, wordt de coördinatie van de werkzaamheden van diverse aannemers (nevenaannemers) door één van deze aannemers (de coördinerend aannemer) gecoördineerd. De keuzevoor situatie 1 of situatie 2 is afhankelijk van de beslissing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. In situatie 1 dienen de op de coördinatie betrekking hebbende bepalingen niet te worden opgenomen,de coördinatie geschiedt door de directie. De bepalingen die betrekking hebben op de coördinatie van werkzaamheden van nevenaannemers zijn in de kantlijn gemarkeerd met “coördinatie”. 01. WERKZAAMHEDEN DOOR DERDEN Toelichting: Onder werkzaamheden door derden worden verstaan alle werken die gedurende de uitvoeringstermijn ter plaatse van het project door andere partijen dan de aannemer worden uitgevoerd. Indien sprake is van nevenaanneming, hier de in nevenaanneming uit te voeren werken vermelden. >>>

Bepaling 00.02.31-01 altijd in het bestek opnemen, indien er sprake is van werken door derden. Invulling is afhankelijk van de aard van het project. 02.

GEGEVENS VOOR DOOR DERDEN TE TREFFEN VOORZIENINGEN Toelichting: Het betreft voorzieningen zoals sparingen die door een andere aannemer moeten worden getroffen. Coördinatiebepaling 00.02.31-02 opnemen in het bestek van de aannemer, voor wie voorzieningen getroffen moeten worden. 03.

VANWEGE DE OPDRACHTGEVER GETROFFEN VOORZIENINGEN Toelichting: Het betreft voorzieningen zoals bereikbaarheid/toegang tot bijvoorbeeld een gerechtsgebouw of penitentiaire inrichting die vanwege of namens de opdrachtgever zijn getroffen. Coördinatie bepaling 00.02.31-03 opnemen in het bestek



Datum 1 juli 2015

indien er sprake is vanwege de opdrachtgever of derden uitgevoerde voorzieningen. 04. COÖRDINATIE Toelichting: Het opnemen van deze bepaling is van belang indien er sprake is van nevenaanneming. N.B. In het bestek van de aannemer die opdracht krijgt tot coördinatie de schraptekst opnemen: "de coördinatie van het project behoort tot de verplichtingen van de aannemer." N.B. In het bestek van de aannemer die gecoördineerd wordt de schraptekst opnemen: "de coördinatie van het project zal worden verzorgd door ......" (met invulling "de aannemer van de ..... werken") Coördinatie bepaling 00.02.31-04 opnemen, indien er sprake is van nevenaanneming. 05. COÖRDINATIEOVEREENKOMST Toelichting: Een model coördinatieovereenkomst is beschikbaar om als bijlage bij het bestek te worden gevoegd. Indien er sprake is van een coördinatieovereenkomst dient bij het bestek gevoegde model te worden ondertekend door alle partijen en het origineel exemplaar blijft bij de opdrachtgever. Een kopie van het gewaarmerkte model wordt aan partijen overhandigd. Coördinatie Bepaling 00.02.31-05 opnemen in de bestekken van alle aannemers indiener sprake is van nevenaanneming en coördinatie door een van de aannemers. 90. >>>

MEDEWERKING AANNEMER

Bepaling 00.02.31-90 opnemen in het bestek indien er sprake is van de uitvoering van slechts ondergeschikte onderdelen door derden (nutsbedrijven).

00.02.32 GEVONDEN VOORWERPEN 01. ONDERBREKING VAN HET WERK Toelichting: Ten aanzien van “waardevolle”, of vondsten van “historische waarde",zoals bedoeld in paragraaf 32 van de UAV 2012 dient de aannemer dit aan de directie te melden. De directie zal overeenkomstig de vigerende wetgeving handelen(art. 5:13 Burgerlijk Wetboek en art. 1 Monumentenwet). Indien de INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 34 van 94


Datum 1 juli 2015

aannemer schade lijdt als gevolg van deze onderbreking, wordt deze vergoed. >>>

Bepaling 00.02.32-01 opnemen in het bestek indien het optreden van deze situatie kan worden verwacht. 90. EIGENDOM GEVONDEN VOORWERPEN Toelichting: Op last van de Rijksbouwmeester, in het kader van de voorbeeldfunctie als overheidsopdrachtgever en ter bescherming van het Nederlandse (kunst)historische erfgoed, deze bepaling opnemen.

>>>

Bepaling 00.02.32-90 opnemen in het bestek indien het optreden van deze situatie, zoals bij werkzaamheden aan bestaande bebouwing (restauratie, verbouwing, sloop) kan worden verwacht.

00.02.36 BESTEKWIJZIGINGEN 01. BEVOEGDHEID AANBRENGEN BESTEKWIJZIGINGEN Toelichting: In afwijking van de UAV 2012 paragraaf 36, lid 2 ligt de bevoegdheid tot het aanbrengen van bestekswijzigingen bij de opdrachtgever. Voor het opdragen van stelposten is de directie wel bevoegd. >>>


>>>

Bepaling 00.02.36-90 opnemen in het bestek. 91.

>>>

BESTEKSWIJZIGINGEN

Bepaling 00.02.36-91 altijd opnemen in het bestek.

00.02.38 01. >>>

SPECIFICATIE BESTEKSWIJZIGINGEN

HOEVEELHEDEN METING HOEVEELHEDEN

Bepaling 00.02.38-01 opnemen in het bestek indien verrekenbare hoeveelheden en bijbehorende verrekenprijzen in de aannemingssom worden opgenomen. 02. OVERZICHT VERREKENBAAR GESTELDE HOEVEELHEDEN Toelichting:



Datum 1 juli 2015

De verrekenbare hoeveelheden als bedoeld in paragraaf 38, lid 1 van de UAV2012 in het bestek vermelden, of naar de staat van verrekenbare hoeveelheden verwijzen, dan deze bij het bestek voegen. >>>

Bepaling 00.02.38-02 in het bestek opnemen indien van toepassing.

00.02.40 BETALING Toelichting: Het Rijksvastgoedbedrijf regelt haar betalingen in één termijn na oplevering of in termijnen met afroep(bank)garantie. De overwaarderegeling (op elke termijn wordt 5% ingehouden) wordt niet meer toegepast daar dit bij een faillissement slechts een schijnzekerheid biedt. Indien zich dat voordoet zal de curator deze inhouding opeisen als gevolg van het gegeven dat de aannemer betaald moet worden,hetgeen de aannemer "ontwijfelbaar toekomt". Dit in tegenstelling tot een afroep(bank)garantie. 03. DECLARATIES OP BASIS VAN DE RISICOREGELING Toelichting: Declaraties van verrekeningen in het kader van een risicoregeling moeten afzonderlijk en uiterlijk binnen twee maanden op naam van de opdrachtgever bij de directie worden ingediend. >>>

Bepaling 00.02.40-03 opnemen in het bestek indien de risicoregeling van toepassing is verklaard. (op aangeven van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf). 90. BETALING IN TERMIJNEN Toelichting: Het aantal betalingstermijnen en het bedrag van de termijnen behoort zodanig te zijn vastgesteld, dat de aannemer het werk kan financieren zonder onnodig hoog renteverlies. Als richtlijn kan worden aangenomen dat bij een aannemingssom van circa € 5.000.000,-- incl. BTW de grootte van de termijnen circa 5% van de aannemingssom bedraagt en de grootte van een termijn ca. € 250.000,-- is.

>>>

Bepaling 00.02.40-90 altijd opnemen in het bestek met uitzondering indien er op aangeven van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf voor betaling in één termijn na oplevering wordt gekozen. 91. DECLARATIES Toelichting:



Datum 1 juli 2015

De betaling zal plaatsvinden nadat de opdrachtgever de declaratie in goede orde heeft ontvangen. In tegenstelling tot paragraaf 40, lid 6 van de UAV 2012 dient de declaratie te worden gezonden naar het Rijksvastgoedbedrijf. De eisen waaraan een declaratie moet voldoen is beschreven in de RVB Standaard besteksbepalingen (RS). >>>


00.02.42 KORTINGEN 01. KORTINGSBEDRAG Toelichting: Het kortingsbedrag dient te zijn afgestemd op de mogelijke schade, welke de opdrachtgever en klant/gebruiker (voortgang bedrijfsproces, extra/alternatieve huisvestingskosten en inventaris huisvesting) kan lijden als gevolg van een te late oplevering. Als ondergrens voor het kortingsbedrag geldt 0,05‰ van de aannemingssom met een minimum van € 70,-- en als bovengrens geldt 15% van de aannemingssom. >>>

Bepaling 00.02.42-01 altijd opnemen in het bestek. Het bedrag van de korting moet zijn afgestemd op de werkelijk door opdrachtgever te lijden schade. Invulling geschiedt op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf in overleg met RVB/Vastgoed en de klant. 02. PREMIE EERDERE OPLEVERING Toelichting: Indien door omstandigheden de boete voor te laat opleveren maximaal wordt gesteld, kan het in het kader van "redelijkheid en billijkheid" eventueel bij eerdere oplevering de aannemer een premie in het vooruitzicht stellen.

>>>

Bepaling 00.02.40-02 opnemen in het bestek indien van toepassing en op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

00.02.43

VERPANDING OF CESSIE/ZEKERHEIDSTELLING/VERZEKERING 90. AFROEP(BANK)GARANTIE Toelichting: De aannemer moet een zekerheid stellen, groot 5% van de aannemingssom inclusief BTW. Dit mag middels een bankgarantie of afroepgarantie bij een verzekering. Bij de afroep(bank)garantie blokkeert een bank een deel van het vermogen van de aannemer of indien bij een verzekering betaalt de aannemer een premie overeenkomstig 5% van de aan



Datum 1 juli 2015

aannemingssom, waarbij de bank of verzekeraar zich verplicht op eerste aanzegging van de opdrachtgever tot betaling van het gegarandeerde bedrag over te gaan. De afroep(bank)garantie zal gelden voor de gehele duur van het werk tot en met de beëindiging van een eventuele onderhoudstermijn en nadat de aannemer aan al zijn verplichtingen heeft voldaan. De opdrachtgever kan een beroep doen op de afgegeven afroep(bank)garantie, indien de aannemer niet in staat is het werk te voltooien, bijvoorbeeld door overlijden en/of faillissement. Het gegarandeerde bedrag wordt dan gebruikt om de kosten te dekken voor het aantrekken van een andere aannemer. Het aanhouden van de garantieverklaring als pressiemiddel indien de aannemer nalaat om zijn verplichtingen na te komen, heeft als enig effect dat zijn kredietwaardigheid om andere opdrachten aan te nemen vermindert. Indien niet binnen 10 werkdagen nadat het werk is opgedragen deze afroep(bank)garantie is ontvangen, zal de opdrachtgever 5% van de aannemingssom van de 1e termijn inhouden (indien deze termijn niet gelijk is aan of meer bedraagt dan 5% van de aanneemsom, dan zal het restant van de 2e termijn worden ingehouden). Deze inhouding duurt tot de aannemer alsnog aan zijn verplichting m.b.t. het leveren van de zekerheidstelling heeft voldaan. Op deze inhouding (is dus niet ingehouden overwaarde) heeft de aannemer geen recht op wat hem "ontwijfelbaar toekomt", daar hij in gebreke is gebleven. (zie ook toelichting bij bepaling 00.02.40) >>>

Bepaling 00.02.43-90 altijd opnemen in het bestek indien dit valt binnen de voorwaarden onder bepaling 00.02.40. 91. ZEKERHEIDSTELLING Toelichting Paragraaf 43a, lid 8 UAV2012 regelt dat wanneer de opdrachtgever zijn betalingsverplichtingen niet nakomt, de aannemer gerechtigd is zekerheidstelling van de opdrachtgever te verlangen. Het RVB (en andere onderdelen van de Staat) stellen deze bepaling (die ook al in de oudere UAV'en voorkwam) al sinds jaar en dag uit omdat het vrijwel ondenkbaar is dat de Staat failliet zou gaan, waardoor verhaal altijd mogelijk blijft en zekerheidstelling dus onnodig is. Deze bepaling blijft dan ook gehandhaafd en levert daarmee een afwijking op de UAV2012 op die in beginsel steeds projectspecifiek zou moeten worden gemotiveerd. De motivering gaat echter voor elk project op en kan daarmee dus wel generiek worden gemotiveerd. Deze generieke motivering is derhalve opgenomen in



Datum 1 juli 2015

deze "Invulinstructie/toelichting van de RVB standaard bepalingen (RS)", waarnaar in deze bepaling naar wordt verwezen. >>>


00.02.49

BESLECHTING VAN GESCHILLEN

90. BUITENGEWONE LEDEN SCHEIDSGERECHT Toelichting: Als aanvulling op paragraaf 42, lid 2 van de UAV 2012 eist het RVB dat het scheidsgerecht zal bestaan uit drie arbiters, waarvan één van de drie arbiters zal behoren tot de leden-jurist van het College van Arbiters van de Raad van Arbitrage voor de Bouw. >>>

Bepaling 00.02.49-90 altijd opnemen in het bestek. 91. UITSPRAAK Toelichting: In afwijking van artikel 12, lid 1 van het Arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw zal het scheidsgerecht beslissen naar de regelen des rechts.

>>> 00.03

Bepaling 00.02.49-91 altijd opnemen in het bestek. VERZEKERINGEN

00.03.10 VERZEKERING DOOR DE AANNEMER Toelichting: Een algemene stelregel van de overheid is een terughoudend verzekeringsbeleid. Dit ligt ten grondslag aan het feit dat o.a. overheidsgebouwen in beginsel niet verzekerd zijn, de premie voor het totale gebouwenbestand overtreft namelijk het risico. Ook legt de overheid aan private organisaties en particulieren geen verzekeringsplicht op, maar wordt wel middels de van toepassing verklaarde UAV 2012 bepaald, dat de aannemer verantwoordelijk is voor het werk, aansprakelijk is voor schade aan het werk en in verband staande werken en eigendommen van de opdrachtgever, ook dient hij de opdrachtgever te vrijwaren van vergoeding van schade aan derden en tevens dient hij verzekeringen in verband met het werk aan te gaan (paragraaf 43b van de UAV 2012). In de praktijk zal de aannemer na opdracht in de meeste gevallen voorstellen gebruik te mogen maken van zijn doorlopende CARverzekering, overigens biedt een CAR-verzekering geen “all risk” dekking, de aannemer dient zijn CAR-verzekeringsproject specifiek aan te vullen met de benodigde “clausules” (aanvullende “CARverzekeringen”). INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 39 van 94


Datum 1 juli 2015

De z.g. brand/storm-verzekering volgens de bepalingen van de Nederlandse Beurs-brandpolis, heeft voor de Rgd/het RVB geen toegevoegde waarde daar de “brandverzekeraars” zijn overeengekomen, dat bij een brandschade hoger dan € 500.000,-, de (brand)verzekering van de gedupeerde deze schade overneemt en daar overheidsgebouwen niet verzekerd zijn tegen brand is bovenstaand bedrag het maximum wat zal worden uitgekeerd (het Rijk heeft geen verzekering die de schade overneemt). Om bovenstaande reden (Rijksoverheid verzekert zich niet) wordt ook het verhalen van de “restschade” op de aannemer, in het kader van redelijkheid en billijkheid, maar beperkt mogelijk en wordt om deze reden een brand/stormverzekering niet meer geëist. Daar echter de aannemers veelal de door hem nodig geachte polissen aan de Rgd/het RVB voorlegt ter verificatie, met de vraag of deze voldoen aan de eisen overeenkomstig de voorwaarden, heeft de Rgd/het RVB in samenwerking met Stichting STABU en de verzekeringsbranche minimumeisen opgesteld voor een CARverzekering met secties, welke dienen te worden opgenomen in de projectbestekken. Het RVB verplicht de aannemer wel om bij werkzaamheden in of bij bestaande rijksgebouwen een WA-verzekering af te sluiten. Let wel, het RVB doet hierin afstand van zijn rechten op het meerdere, m.a.w. de dekking wordt beperkt per schadegeval (hoogte is vastgesteld in overleg met de verzekeringsbranche), maar dit geldt alleen voor de aansprakelijkheid van de aannemer jegens het RVB en niet de aansprakelijkheid van de aannemer jegens derden. 01. CAR-VERZEKERING DOOR DE AANNEMER/SECTIES Toelichting: Indien de bepalingen voor een CAR-verzekering van toepassing worden verklaard moeten de bepalingen 00.03.10-01, 00.03.10-02 en 00.03.10-03 ongewijzigd worden opgenomen. >>>

Bepaling 00.03.10-01 in het bestek opnemen indien het voorschrijven van een CAR-verzekering noodzakelijk wordt geacht. 02.

>>>

CAR-VERZEKERING PARTIJEN/DEKKING/BEWIJSSTUKKEN/OPZEGGING

Bepaling 00.03.10-02altijd in het bestek opnemen als bepaling 00.03.10-01 is opgenomen. 03.

CAR-VERZEKERING DUUR BIJ OPLEVERING IN DELEN



>>>

Datum 1 juli 2015

Bepaling 00.03.10-03 altijd in het bestek opnemen als bepalingen 00.03.10-01 en 00.03.10-02 zijn opgenomen. 90.

WETTELIJKE AANSPRAKELIJKHEID (WA) DOOR DE AANNEMER Toelichting: De bepalingen voor een WA-verzekering omvatten de bepalingen 00.03.10-90, 00.03.10-91 en 00.03.10-92 welke alle ongewijzigd dienen te worden opgenomen. >>>

Bepaling 00.03.10-90 in het bestek opnemen indien van toepassing. 91.

>>>

WA-VERZEKERING PARTIJEN/DEKKING/BEWIJSSTUK/OPZEGGING

Bepaling 00.03.10-91 altijd in het bestek opnemen als bepaling 00.03.10-90 is opgenomen. 92.

WA-VERZEKERING DUUR BIJ OPLEVERING IN DELEN

>>> Bepaling 00.03.10-92 altijd in het bestek opnemen als de bepalingen 00.03.10-90 en 00.03.10-91zijn opgenomen. 00.04

VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN

00.04.10 VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN 01. WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN NIET VERREKENBAAR. Toelichting: In principe worden de wijzigingen van loonkosten, materiaalprijzen, brandstofprijzen, huren, vrachten en valutawijzigingen of koerswijzigingen niet verrekend. >>>

Bepaling 00.04.10-01 opnemen in het bestek op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

00.04.20 VERREKENING WIJZIGING LOONKOSTEN 01. VERREKENING WIJZIGING LOONKOSTEN Toelichting: Opnemen wanneer de aanpassing van loonkosten wenselijk is. En dan enkel als de uitvoeringsduur meer dan 12 maanden bedraagt (dan tevens bepaling 00.04.10-01 aanpassen). >>>

Bepaling 00.04.20-01 opnemen in het bestek op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

01.04.30

VERREKENING WIJZIGING MATERIAALPRIJZEN



Datum 1 juli 2015

01. VERREKENING WIJZIGING MATERIAALPRIJZEN Toelichting: Opnemen wanneer de aanpassing van materiaalprijzen wenselijk is. En dan enkel als de uitvoeringsduur meer dan 12 maanden bedraagt (dan tevens bepaling 00.04.10-01 aanpassen). >>>

Bepaling 01.04.30-01 opnemen in het bestek op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. 02.

VOOR VERREKENING IN AANMERKING KOMENDE BOUWSTOFFEN Toelichting: Bij toepassing van bovenstaande bepaling, de bouwstoffen die in aanmerking komen voor verrekening van prijswijzigingen, omschrijven in deze bepaling. >>>

Bepaling 00..04.30-02 opnemen en invullen op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

00.05

TEKENINGEN EN BEREKENINGEN

00.05.10 01. >>>

DOOR DE AANNEMER TE VERVAARDIGEN TEKENINGEN

Bepaling 00.05.10-05 altijd in het bestek opnemen. 06.

>>>

VERANTWOORDELIJKHEID VOOR BEREKENINGEN


>>>

WIJZIGINGEN IN TEKENINGEN


>>>

VERANTWOORDELIJKHEID VOOR TEKENINGEN


>>>

AANTALLEN

Bepaling 00.05.10-01altijd in het bestek opnemen. 02.

>>>

TEKENINGEN EN BEREKENINGEN

DOOR DE AANNEMER TE VERVAARDIGEN BEREKENINGEN




Datum 1 juli 2015

90. DOOR DE AANNEMER TE VERVAARDIGEN TEKENINGEN EN REVISIETEKENINGEN >>>


00.06 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 00.06.10 ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN Toelichting: Opnemen indien de verplichtingen voortvloeiende uit het Arbeidsomstandighedenbesluit op het werk van toepassing zijn. Een Veiligheids- en Gezondheidsplan is verplicht indien het werk risicovol is (gevaar van bedelving, vastraken of vallen, blootstellen aan chemische en biologische stoffen, ioniserende straling, werkzaamheden nabij hoogspanningskabels, verdrinkingsgevaar, graven putten en ondergrondse- en tunnelwerken, werken met duikuitrusting of onder-/overdruk, gebruik van springstoffen en montage of demontage van zware geprefabriceerde elementen) of een kennisgeving verplicht is. De kennisgeving is verplicht indien de geraamde duur van het bouwwerk meer dan 30 mensdagen beslaat en op die bouwplaats op enig moment meer dan 20 werknemers tegelijkertijd werken, of: indien de geraamde duur van het werk meer dan 500 mensdagen beslaat (geraamde aannemingssom groter dan € 350.000,00). 01. VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN Toelichting: Het Veiligheids- en Gezondheidsplan maakt onderdeel uit van het bestek en is een “levend document” d.w.z. de V&G-plannen Ontwerpfase, Uitvoeringsfase en het V&G dossier zijn geen opzichzelfstaande documenten maar vormen samen het V&G-plan; dit dient “gevuld” te worden met de risico-inventarisatie en evaluatie van het ontwerp op basis waarvan de uitvoerende partij het plan dient uit te voeren, nader in te vullen en zo nodig uit te breiden, dit aan de hand van afzonderlijke risico-inventarisaties en evaluaties van de bedrijven die op de bouwplaats en/of het werkterrein werkzaam zijn. Het dossier bevat in zijn simpelste vorm het bestek en de as-built (revisie)tekeningen. >>>

Bepaling 00.06.10-01 opnemen in het bestek indien een van de onder "00.06.10 Toelichting” omschreven situaties zich voordoet.

02.

AANSTELLING V&G COÖRDINATOR VOOR DE UITVOERINGSFASE



Datum 1 juli 2015

Toelichting: Deze bepaling is van toepassing bij hoofdaanneming waarbij de aannemer de V&G-coördinator(en) voor de uitvoeringsfase moet aanstellen. Deze coördinator(en) coördineert/coördineren de inzet van werkgever(s) en zelfstandig werkenden. Coördineert/coördineren de samenwerking tussen de op de bouwplaats aanwezige en daarna volgende werkgevers en ook de eventueel op de bouwplaats en/of het werkterrein aanwezige zelfstandig werkenden. Geeft/geven aanwijzingen bij naar zijn/hun oordeel onvoldoende of verkeerd uitvoering geven aan de verplichtingen volgens het V&Gplan. Het treffen van maatregelen m.b.t. het betreden van de bouwplaats en/of het werkterrein door onbevoegden. Het “Up to date” houden van het V&G-plan en het dossier, indien de voortgang van het bouwwerk of onderdelen daarvan aanleiding toe geven. >>>

Bepaling 00.06.10-02 opnemen in het bestek indien bepaling 00.06.10-01 is opgenomen. 03. V&G COÖRDINATIE UITVOERINGSFASE DOOR DERDEN Toelichting: Deze bepaling is van toepassing bij nevenaanneming waarbij een andere (coördinerende)aannemer de V&G-coördinator(en) voor de uitvoeringsfase aanstelt. Deze coördinator(en) coördineert/coördineren de inzet van werkgever(s) en zelfstandig werkende. Coördineert/coördineren de samenwerking tussen de op de bouwplaats aanwezige en daarna volgende werkgevers en ook de eventueel op de bouwplaats en/of werkterrein aanwezige zelfstandig werkenden. Geeft/geven aanwijzingen bij naar zijn/hun oordeel onvoldoende of verkeerd uitvoering geven aan de verplichtingen volgens het V&Gplan. Het treffen van maatregelen m.b.t. het betreden van de bouwplaats en/of werkterrein door onbevoegden. Het “Up to date” houden van het V&G-plan en het dossier, indien de voortgang van het bouwwerk of onderdelen daarvan aanleiding toe geven.

>>>

Bepaling 00.06.10-03 opnemen in het bestek van de nevenaannemer(s) indien bepaling 00.06.10-01 is opgenomen in het bestek van de coördinerende aannemer . 90. V&G PLAN UITVOERING Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Deze eisen komen voort uit de invulling door de Rgd/het RVB van het verscherpte overheidsbeleid ten aanzien van de ARBOwetgeving (Amercentrale incident). >>>Bepaling 00.06.10-90 altijd opnemen in het bestek indien bepaling 00.06.10-01 is opgenomen. 91. V&G COMMUNICATIE Toelichting: Deze eisen komen voort uit de invulling door de Rgd/het RVB van het verscherpte overheidsbeleid ten aanzien van de ARBOwetgeving (Amercentrale incident) >>>

Bepaling 00.06.10-91 opnemen in het bestek indien bepaling 00.06.10-01 en 00.0610-90 zijn opgenomen.

00.09 BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN DUURZAAMHEID 00.09.10 90. >>>

INFORMATIE-OVERDRACHT ALGEMEEN OVERDRACHTSDOCUMENT

Bepaling 00.09.10-90 in het projectbestek opnemen indien werkzaamheden aan bestaande bebouwing (restauratie, renovatie, verbouwing, sloop) deel uitmaken van het bestek. 91. INSTANDHOUDINGPLAN Toelichting: Plan waarin onderhoudsmaatregelen worden beschreven welke noodzakelijk zijn om te garanderen dat ten minste de beoogde levensduur wordt behaald.

>>>

Artikel 00.09.10-91 altijd opnemen in het bestek. 92. BEHEER- EN ONDERHOUDSPLAN KABELS EN LEIDINGEN Toelichting: Plan waarin onderhoudsmaatregelen worden beschreven ten behoeve van het Ondergronds Net, welke noodzakelijk zijn om te garanderen dat ten minste de beoogde levensduur wordt behaald.

>>>

Bepaling 00.09.10-92 in het projectbestek opnemen indien werkzaamheden aan/voor kabels en leidingen behorend tot een “Ondergronds Net” plaatsvinden. 93. BEHEER- EN ONDERHOUDSPLAN BUITENRIOLERING Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Plan waarin onderhoudsmaatregelen worden beschreven ten behoeve van het buitenriolering, welke noodzakelijk zijn om te garanderen dat ten minste de beoogde levensduur wordt behaald. >>>

Bepaling 00.09.10-93 in het projectbestek opnemen indien werkzaamheden aan/voor buitenriolering plaatsvinden.

Toelichting: 00.09.10 INFORMATIE-OVERDRACHT ALGEMEEN 94. OBJECT ELEMENTEN-LIJST (OEL) Toelichting: Ten behoeve van het toekomstig onderhoud door directie Beheer dient de aannemer een Object Elementen Lijst (OEL) op te stellen. Hiertoe dient het gebouw te worden doorlopen op aanwezige elementen. Deze opname dient te worden gedaan door een gespecialiseerd bedrijf volgens de Rgd/BOEI®-systematiek. De Rijksgebouwendienst/het Rijksvastgoedbedrijf, directie Beheer, heeft ten behoeve hiervan overeenkomsten met diverse specialistische bedrijven afgesloten. De aannemer dient een door directie Beheer (middels de objectmanager, via de projectmanager) aangewezen specialistisch bedrijf, als aangewezen onderaannemer, deze opname te laten uitvoeren en wel na de oplevering in de onderhoudstermijn. Dit gespecialiseerd bedrijf dient te worden benoemd in bepaling 00.02.06-07 OVERZICHT VOORGESCHREVEN ONDERAANNEMER(S)/LEVERANCIER(S) onder vermelding van "opname Object Elementen Lijst (OEL)". Let op: indien er geen onderhoudstermijn (bepaling 00.02.11-01) is opgenomen, is deze bepaling niet van toepassing. >>>

Bepaling 00.09.10-94 In principe altijd opnemen na overleg met projectbevoegde.

05.

BOUWPLAATSVOORZIENINGEN

05.00 ALGEMEEN 05.00.10 BEGRIPPEN: ALGEMEEN 05.00.24 EISEN EN UITVOERING: BOUWPLAATSINRICHTING 01. INDELING EN GEBRUIK WERKTERREIN Toelichting: De toegang tot werkterreinen en de speciale geldende voorschriften zoals die gelden voor PI's, musea, defensieterreinen e.d. worden niet meer standaard in de RS opgenomen i.v.m. de wisselende eisen van de gebruikers. Hiertoe dienen de regels van INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 46 van 94


Datum 1 juli 2015

de betreffende gebruikers ten aanzien van de toegang en het gebruik van de werkterrein als bijlage bij het bestek te worden gevoegd. >>>

Bepaling 05.00.24-01 altijd opnemen in het bestek bijlage op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf. 02. AFVOER VAN AFVAL Toelichting: De genoemde opsomming van materialen kan indien nodig worden uitgebreid.

>>>


>>>


>>>

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN TER BESCHIKKING STELLEN ENERGIE DOOR DE OPDRACHTGEVER


>>>

AFVOER PUIN, AFVAL EN VERPAKKINGSMATERIAAL

Bepaling 05.00.24-90 opnemen in de bestekken van nevenaannemers, indiener sprake is van nevenaanneming.

05.00.30 01. >>>

AFVOER PUIN, AFVAL EN VERPAKKINGSMATERIAAL

Bepaling 05.00.24-04 opnemen in het bestek van de coördinerend (hoofd)aannemer, indien er sprake is van nevenaanneming. 90.

>>>

VERBRANDEN VUIL EN ANDERE MATERIALEN

TER BESCHIKKING STELLEN WATER DOOR DE OPDRACHTGEVER


KOSTEN ONTTREKKING GRONDWATER, OPDRACHTGEVER



>>>

Bepaling 05.00.30-05 opnemen in het bestek indien,op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf, van toepassing.

05.00.50 90. >>>

Datum 1 juli 2015

BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: MAATVOERING CONTROLE OP MAATAFWIJKINGEN


CONTROLEMETING

>>>

Bepalingen 05.00.50-90 en -91 altijd opnemen in het bestek.

92.

ADMINISTRATIEPLICHT BRONBEMALING Toelichting: De aannemer dient vanaf het moment dat de wateronttrekking begint tot het moment dat deze wordt beëindigd, een administratie te voeren ter vaststelling van de dagelijkse hoeveelheid onttrokken grondwater. Hiermee wordt de hoogte van de belastingaanslag door de Belastingdienst aan de opdrachtgever bepaald. Indien de opdrachtgever door het ontbreken van deze gegevens boete wordt opgelegd door de Belastingdienst, zal de opdrachtgever deze boete verrekenen zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is en ongeacht en eventueel bezwaar of beroep van de aannemer tegen de opgelegde boete.

>>>

Bepaling 05.00.50-92 opnemen in het bestek indien van toepassing, dit op aanwijzing van de projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

05.31 LOODSEN EN KETEN Toelichting: De UAV 2012 voorziet niet meer in het ter beschikking stellen van keten, loodsen e.d. indien deze noodzakelijk zijn dienen deze in het bestek te worden vermeld met de daaraan gestelde eisen. Hiervoor dienen de onderstaande bepalingen te worden gebruikt (05.31.10-a,05.31.20-a) . 05.31.10-a 0. >>>

BOUWKEET BOUWKEET

Bepaling 05.31.10-a projectgebonden tekst opnemen in het bestek indien van toepassing.

05.31.20-a BOUWLOODS 0. BOUWLOODS



>>>

Datum 1 juli 2015

Bepaling 05.31.20-a projectgebonden tekst opnemen in het bestek indien van toepassing.

05.34 SCHOONMAKEN EN PREVENTIEF ONDERHOUD NIEUW WERK 05.34.10-a VERWIJDEREN VERONTREINIGINGEN 0. VERWIJDEREN STICKERS/MERKTEKENS >>>

Bepalingen 05.34.10-a in het bestek opnemen indien van toepassing

05.34.19-a REINIGEN NIEUW WERK 0. REINIGEN NIEUW WERK >>>

Bepaling 05.34.19-a: altijd in het bestek opnemen.

05.41 INRICHTING WERKTERREIN 05.41.11-a WERKTERREININRICHTINGSPLAN 0. WERKTERREININRICHTINGSPLAN >>>

Bepaling 05.41.11-a: projectgebonden tekst altijd opnemen in het bestek.

05.42 AFSLUITINGEN EN RECLAME 05.42.31-a NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS 0. NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS Toelichting: Vorm en afmeting in bijlage, projectspecifieke vermeldingen als keuze in deze bepaling opnemen. >>>

Bepaling 05.42.31-a: altijd in het bestek opnemen.



Datum 1 juli 2015

Technische bepalingen



10.

Datum 1 juli 2015

STUT- EN SLOOPWERK

10.00 ALGEMEEN 10.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>

Bepaling 10.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 90. SLOOPPLAN Toelichting: Het sloopplan komt overeen met een gedetailleerd werkplan volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepaling 10.00.31-90 kan als rubriek worden opgenomen in de werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk indien een sloopplan wordt verlangd.

10.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>

Bepaling 10.00.39-90 opnemen in het bestek indien het vervaardigen van revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd.

12.

GRONDWERK

12.00 ALGEMEEN 12.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld.



>>>

Datum 1 juli 2015

Bepaling 12.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is.



14.

BUITENRIOLERING EN DRAINAGE





15.

TERREINVERHARDINGEN

15.00 ALGEMEEN 15.00.31 01.

INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN GEDETAILLEERD WERKPLAN



Datum 1 juli 2015

Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>




16.

BEPLANTINGEN





17.

TERREININRICHTING



Datum 1 juli 2015





20.

FUNDERINGSPALEN EN DAMWANDEN


Bepaling 20.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 90. HEIPLAN Toelichting: Het heiplan komt overeen met een “gedetailleerd werkplan” volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepaling 20.00.31-90 kan als rubriek worden opgenomen in de werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk, indien een heiplan wordt verlangd.



Datum 1 juli 2015



20.90 VRIJE PARAGRAAF 20.90.10-a IN HET WERK GESTORT BETON (NEN6722-02) 0. IN HET WERK GESTORT BETON (NEN6722-02) Toelichting: Met deze specificatie wordt NEN 6722-02 in zijn geheel van toepassing verklaard op de betreffende bestekpost. >>>

De specificatie dient als rubriek te worden opgenomen in de bestekposten die betrekking hebben op in het werk gestorte beton in plaats van de standaard specificatie R421400.000.c01.

21.

BETONWERK


Bepaling 21.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 90. STORTPLAN Toelichting: Het stortplan komt overeen met een “gedetailleerd werkplan” volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepaling 21.00.31-90 kan als rubriek worden opgenomen in de werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk, indien een stortplan wordt verlangd.



Datum 1 juli 2015



21.90 VRIJE PARAGRAAF 21.90.10-a IN HET WERK GESTORT BETON (NEN6722-02) 0. IN HET WERK GESTORT BETON (NEN6722-02) Toelichting: Met deze specificatie wordt NEN 6722-02 in zijn geheel van toepassing verklaard op de betreffende bestekpost. >>>

De specificatie dient als rubriek te worden opgenomen in de bestekposten die betrekking hebben op in het werk gestorte beton in plaats van de standaard specificatie R421400.000.c01.

22.

METSELWERK



22.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie.



>>>


23.

VOORAF VERVAARDIGDE STEENACHTIGE ELEMENTEN

Datum 1 juli 2015





24.

RUWBOUWTIMMERWERK



24.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 57 van 94


Datum 1 juli 2015

Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


25.

METAALCONSTRUCTIEWERK


Bepaling 25.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 90. MONTAGEPLAN STAALCONSTRUCTIE(NEN-EN 1090-2+w11) Toelichting: Het montageplan komt overeen met een "gedetailleerd werkplan" volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepalingen 25.00.31-90 kan als rubriek worden opgenomen in de werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk indien een montageplan wordt verlangd. 91. MONTAGEPLAN, LASPLAN Toelichting: Het montageplan komt overeen met een "gedetailleerd werkplan" volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepalingen 25.00.31-91 kan als rubriek worden opgenomen in de werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk indien een montageplan wordt verlangd. 92. MONTAGEPLAN ALUMINIUM CONSTRUCTIE(NEN-EN 1090-308) Het montageplan komt overeen met een “gedetailleerd werkplan” volgens paragraaf 26, lid 6 van de UAV 2012.

>>>

Bepalingen 25.00.31-92 kan als rubriek worden opgenomen in de



Datum 1 juli 2015

werkbeschrijvingen van dit hoofdstuk indien een montageplan wordt verlangd. 25.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


26.

BOUWKUNDIGE KANAALELEMENTEN





30.

KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN

30.00 ALGEMEEN 30.00.31

INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN



Datum 1 juli 2015

01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>




30.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 90. TE GARANDEREN ONDERDELEN Het Rijksvastgoedbedrijf verlangt standaard de beschreven garanties (zie ook onder 00.02.22). >>>

Bepaling 30.00.40-90 opnemen in het bestek, voor zover van toepassing op de betreffende onderdelen.

31.

SYSTEEMBEKLEDINGEN



31.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting:



Datum 1 juli 2015





32.

TRAPPEN EN BALUSTRADEN





33.

DAKBEDEKKINGEN

33.00 ALGEMEEN INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 61 van 94


Datum 1 juli 2015

33.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>






34.

BEGLAZING

34.00 ALGEMEEN 34.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. NORMEN Toelichting: >>>

Bepaling 34.00.20-90 opnemen in het bestek indien van toepassing.

34.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>






35.

NATUUR- EN KUNSTSTEEN



35.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk



Datum 1 juli 2015

zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


36.

VOEGVULLING







37.

NA-ISOLATIE

37.00 ALGEMEEN 37.00.31 01.

INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN GEDETAILLEERD WERKPLAN



Datum 1 juli 2015

Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>




38.

GEVELSCHERMEN







Datum 1 juli 2015



40.

STUKADOORWERK





41.

TEGELWERK


Bepaling 41.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen



Datum 1 juli 2015

van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 41.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>




42.

DEKVLOEREN EN VLOERSYSTEMEN







Datum 1 juli 2015



43.

METAAL- EN KUNSTSTOFWERK





44.

PLAFOND- EN WANDSYSTEMEN





Datum 1 juli 2015

van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 44.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>




45.

AFBOUWTIMMERWERK

45.00 ALGEMEEN 45.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. >>>Bepaling 45.00.31-01 opnemen in het bestek indien het opstellen van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 45.00.39 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>




46.

Datum 1 juli 2015

SCHILDERWERK

46.00 ALGEMEEN 46.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 02. TIJDELIJK VERWIJDEREN ONDERDELEN Toelichting: >>>

Bepaling 46.00.20-02, voor zover van toepassing, opnemen in het bestek. 90. VERWIJDEREN VERFLAGEN Toelichting:

>>>

Bepaling 46.00.20-90, voor zover van toepassing, opnemen in het bestek. 91. SCHILDEREN LANGS BEGLAZING Toelichting:

>>>

Bepaling 46.00.20-91, voor zover van toepassing, opnemen in het bestek. 93. ONDER- EN BOVENZIJDE RAMEN EN DEUREN Toelichting:

>>>

Bepaling 46.00.20-93, voor zover van toepassing, opnemen in het bestek. 94. ONDERZIJDE BADKAMERDEUREN Toelichting:

>>>

Bepaling 46.00.20-94, voor zover van toepassing, opnemen in het bestek.

46.00.23

EISEN EN UITVOERING: SCHILDERWERK NIEUWE ONDERGROND 90. CONTROLE MACHINAAL TIMMERWERK Toelichting:

>>>

Bepaling 46.00.23-90, indien en voor zover van toepassing, opnemen in het bestek.

91. VOCHTGEHALTE HOUT Toelichting:



>>>

Datum 1 juli 2015

Bepaling 46.00.23-91, indien en voor zover van toepassing, opnemen in het bestek.






Bepaling 46.00.40-90 opnemen in het bestek, voor zover van toepassing op de betreffende onderdelen. 91. TE GARANDEREN ONDERDELEN Het Rijksvastgoedbedrijf verlangt standaard de beschreven garanties (zie ook onder 00.02.22).

>>>


>>>




Datum 1 juli 2015

93. TE GARANDEREN ONDERDELEN Het Rijksvastgoedbedrijf verlangt standaard de beschreven garanties (zie ook onder 00.02.22). >>>


>>>


47.

BINNENINRICHTING





48.

BEHANGWERK, VLOERBEDEKKING EN STOFFERING

48.00 ALGEMEEN 48.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 72 van 94


Datum 1 juli 2015







50.

DAKGOTEN EN HEMELWATERAFVOEREN



50.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN DAKGOTEN/HEMELWATERAFVOEREN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk



Datum 1 juli 2015

zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


51.

BINNENRIOLERING



51.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN BINNENRIOLERING Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


51.00.33

INFORMATIE-OVERDRACHT: ONDERHOUDS/BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN 01. ONDERHOUDSVOORSCHRIFT Toelichting:

>>>

Bepaling 51.00.33-01 opnemen in het bestek indien ook het leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 02. BEDRIJFS-/BEDIENINGSVOORSCHRIFT Toelichting:

>>>

Bepaling 51.00.33-02 opnemen in het bestek indien ook het



Datum 1 juli 2015

leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 52.

WATERINSTALLATIES

52.00 ALGEMEEN 52.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN WATERINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


52.00.33


>>>


>>>

Bepaling 52.00.33-02 opnemen in het bestek indien ook het leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd.

53.

SANITAIR





Datum 1 juli 2015

van een gedetailleerd werkplan noodzakelijk is. 53.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN BINNENRIOLERING Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


53.00.33


>>>


>>>


54.

BRANDBESTRIJDINGSINSTALLATIE

54.00 ALGEMEEN 54.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. GEAUTOMATISEERDE SYTEMEN Toelichting: >>>

Bepaling 54.00.20-90, indien van toepassing, opnemen in het bestek.

54.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: Van de aannemer kan een gedetailleerd werkplan worden verlangd. In het bestek dient te worden omschreven waarvoor dit werkplan wordt verlangd en welke eisen er aan worden gesteld. INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 76 van 94


>>>

Datum 1 juli 2015


54.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN BINNENRIOLERING Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>

Bepaling 54.00.32-90 opnemen in het bestek indien het vervaardigen van revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 91. GEAUTOMATISEERDE SYSTEMEN Toelichting:

>>>


54.00.33


>>>


>>>


55.

GASINSTALLATIES

55.00 ALGEMEEN 55.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 91. GEAUTOMATISEERDE SYSTEMEN Toelichting:



>>>

Datum 1 juli 2015




55.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN GASINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


>>>


55.00.33


>>>


>>>




56.

Datum 1 juli 2015

PERSLUCHT- EN VACUUMINSTALLATIES



56.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN PERSLUCHTINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>

Bepaling 56.00.32-90 opnemen in het bestek indien het vervaardigen van revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 91. REVISIEBESCHEIDEN VACUUMINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie.

>>>


56.00.33


>>>

Bepaling 56.00.33-01 opnemen in het bestek indien ook het leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 02.

BEDRIJFS-/BEDIENINGSVOORSCHRIFT



Datum 1 juli 2015

Toelichting: >>>


60.

VERWARMINGSINSTALLATIES

60.00 ALGEMEEN 60.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. GEAUTOMATISEERDE SYSTEMEN Toelichting: >>>




60.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN VERWARMINGSINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


>>>


60.00.33

INFORMATIE-OVERDRACHT: ONDERHOUDS/BEDRIJFSVOORSCHRIFTEN



Datum 1 juli 2015

01. ONDERHOUDSVOORSCHRIFT Toelichting: >>>


>>>


61.

VENTILATIE- EN LUCHTBEHANDELINGSINSTALLATIE





61.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN VENTILATIE-/LUCHTBEH.INSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>




Datum 1 juli 2015

91. GEAUTOMATISEERDE SYSTEMEN Toelichting: >>>


61.00.33


>>>


>>>


62.

KOELINSTALLATIES





62.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 90. REVISIEBESCHEIDEN KOELINSTALLATIE Toelichting:



Datum 1 juli 2015



>>>


62.00.33


>>>


>>>


68.

REGELINSTALLATIES



68.00.31 INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Toelichting: INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 83 van 94


Datum 1 juli 2015



68.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 05. GROEPENVERKLARING, ELEKTRISCHE VERDELING Toelichting: >>>Bepaling 68.00.32-05 opnemen in het bestek indien een groepenverklaring wordt verlangd. 90. REVISIEBESCHEIDEN REGELINSTALLATIE Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


>>>


62.00.33


>>>


>>>




Datum 1 juli 2015

68.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 02. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting: Voor de volgende onderdelen een garantie verlangen voor het naleveren en ondersteunen van componenten en software vanaf het gereedkomen of levering van het onderdeel gedurende de vermelde periode. Toekomstig te leveren componenten mogen gewijzigd zijn mits de functionele en technisch werking ongewijzigd blijft. Toekomstige software mag gewijzigd zijn mits deze volledig compatibel is met de bij oplevering geleverde software. >>>

Regelinstallatie 10 jaar LON Systeem, inclusief alle aangesloten componenten 10 jaar

Bepaling 68.00.40-02 opnemen in het bestek, indien van toepassing

68.00.60 BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. HALOGEENVRIJE KABELS Toelichting: Bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding en totale renovatie dienen uitsluitend halogeenvrije kabels worden toegepast. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties zal van geval tot geval op projectniveau worden afgewogen en besloten welke kabels worden toegepast. Toepassing van halogeenvrije kabels leidt tot verhoogde veiligheid doordat deze kabels bij brand minder zoutzuur en koolmonoxide bevattende rook produceren dan conventionele kabels. Dit is niet alleen in het belang van de veiligheid van personen maar is ook gunstig voor het beperken van (gevolg)schade aan gebouw, inventaris en bedrijfsproces. >>>

Bepaling 68.00.60 in het projectbestek opnemen. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties opnemen op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

70.

ELEKTROTECHNISCHE INSTALLATIES

70.00 ALGEMEEN 70.00.20 EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 91. GEAUTOMATISEERDE SYSTEMEN Toelichting: INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 85 van 94


>>>

Datum 1 juli 2015




70.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 16. GROEPENVERKLARING, ELEKTRISCHE VERDELING Toelichting: >>>

Bepaling 70.00.32-16 opnemen in het bestek indien een groepenverklaring wordt verlangd. 90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie.

>>>


>>>


70.00.33


>>>




Datum 1 juli 2015

02. BEDRIJFS-/BEDIENINGSVOORSCHRIFT Toelichting: >>>

Bepaling 70.00.33-02 opnemen in het bestek indien ook het leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 90. BEHEER- EN ONDERHOUDSPLAN Toelichting:

70.00.40 01.

RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN LEVERING ONDERDELEN EN PROGRAMMATUUR, ONDERHOUD Toelichting:

>>>

Bepaling 70.00.40-01 opnemen in het bestek, indien van toepassing. 02. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting: Voor de volgende onderdelen een garantie verlangen die moet gelden vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel gedurende de vermelde periode. -

Elektronische voorschakelapparaten 5 jaar LON Systeem, inclusief alle aangesloten componenten

Bij elektronische voorschakelapparaten opnemen dat, indien in 5 jaar, gerekend vanaf de datum van oplevering, het uitvalpercentage groter is dan 5%, deze termijn wordt verlengd tot 10 jaar. >>>Bepaling 70.00.40-02 opnemen in het bestek, indien van toepassing. 70.00.60 BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. HALOGEENVRIJE KABELS Toelichting: Bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding en totale renovatie dienen uitsluitend halogeenvrije kabels worden toegepast. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties zal van geval tot geval op projectniveau worden afgewogen en besloten welke kabels worden toegepast. Toepassing van halogeenvrije kabels leidt tot verhoogde veiligheid doordat deze kabels bij brand minder zoutzuur en koolmonoxide INVULINSTRUCTIE RS2015-1 (UAV 2012/Gids Proportionaliteit) Pagina 87 van 94


Datum 1 juli 2015

bevattende rook produceren dan conventionele kabels. Dit is niet alleen in het belang van de veiligheid van personen maar is ook gunstig voor het beperken van (gevolg)schade aan gebouw, inventaris en bedrijfsproces. >>> 75.

Bepaling 70.00.60 in het projectbestek opnemen. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties opnemen op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf COMMUNICATIE- EN BEVEILIGINGSINSTALLATIES





75.00.32

INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN

90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


>>>




Datum 1 juli 2015

75.00.33


>>>


>>>

Bepaling 75.00.33-02 opnemen in het bestek indien ook het leveren van deze revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 90. BEHEER- EN ONDERHOUDSPLAN Toelichting:

75.00.40 01.

RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN LEVERING ONDERDELEN EN PROGRAMMATUUR, ONDERHOUD Toelichting:

>>>

Bepaling 75.00.40-01 opnemen in het bestek, indien van toepassing. 02. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting: Voor de volgende onderdelen een garantie verlangen voor het naleveren en ondersteunen van componenten en software vanaf het gereedkomen of levering van het onderdeel gedurende de vermelde periode. Toekomstig te leveren componenten mogen gewijzigd zijn mits de functionele en technisch werking ongewijzigd blijft. Toekomstige software mag gewijzigd zijn mits deze volledig compatibel is met de bij oplevering geleverde software. -

brandmeldinstallatie 10 jaar ontruimingsalarminstallatie 10 jaar beveiligingsinstallatie (inbraakdetetectie; toegangscontrole) 10 jaar CCTV-systeem 10 jaar Risicobeheersysteem/Security Management Systeem 10 jaar



>>>

Datum 1 juli 2015


75.00.60 BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. HALOGEENVRIJE KABELS Toelichting: Bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding bij nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding en totale renovatie dienen uitsluitend halogeenvrije kabels worden toegepast. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties zal van geval tot geval op projectniveau worden afgewogen en besloten welke kabels worden toegepast. Toepassing van halogeenvrije kabels leidt tot verhoogde veiligheid doordat deze kabels bij brand minder zoutzuur en koolmonoxide bevattende rook produceren dan conventionele kabels. Dit is niet alleen in het belang van de veiligheid van personen maar is ook gunstig voor het beperken van (gevolg)schade aan gebouw, inventaris en bedrijfsproces. >>>

Bepaling 75.00.60 in het projectbestek opnemen. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties opnemen op aanwijzing van de Projectbevoegde van het Rijksvastgoedbedrijf.

78.

GEBOUWBEHEERSYSTEMEN





78.00.32

INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN



Datum 1 juli 2015

90. REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>


>>>


78.00.33


>>>


>>>


78.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 02. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting: Voor de volgende onderdelen een garantie verlangen voor het naleveren en ondersteunen van componenten en software vanaf het gereedkomen of levering van het onderdeel gedurende de vermelde periode. Toekomstig te leveren componenten mogen gewijzigd zijn mits de functionele en technisch werking ongewijzigd blijft. Toekomstige software mag gewijzigd zijn mits deze volledig compatibel is met de bij oplevering geleverde software. -

Gebouwbeheersysteem 10 jaar



>>>


80.

LIFTINSTALLATIES

Datum 1 juli 2015



80.00.32 INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN Toelichting: Revisiebescheiden zijn revisietekeningen en/of andere documenten, waarin gegevens betreffende het gerealiseerde werk zijn vastgelegd ten behoeve van de directie Vastgoedbeheer van het Rijksvastgoedbedrijf en/of controle door de bouwdirectie. >>>Bepaling80.00.32 opnemen in het bestek indien het vervaardigen van revisiebescheiden van de aannemer wordt verlangd. 80.00.33


>>>


>>>


80.00.40 RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 02. TE GARANDEREN ONDERDELEN Toelichting:



Datum 1 juli 2015

Het Rijksvastgoedbedrijf verlangt standaard de beschreven garanties (zie ook onder 00.02.22). >>>


80.00.60 90.

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN VRIJE VERKRIJGBAARHEID VAN VERVANGENDE INSTALLATIEONDERDELEN Toelichting: Deze bepaling moet vanwege het “open source”inkoopbeleid van het Rijksvastgoedbedrijf worden toegepast. Uitsluitend wanneer de opdrachtgever om bijzondere redenen het voornemen heeft om de opdracht te gunnen aan een OEM, welke niet aan deze bepaling voldoet, moet van het gebruik van deze bepaling worden afgezien.

>>>

Bepaling 80.00.60-90 altijd in het projectbestek opnemen. 91. HALOGEENVRIJE KABELS Toelichting: Voor nieuwbouw, aanbouw/uitbreiding en totale renovatie deze bepaling in het projectbestek opnemen. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties de bepaling opnemen op aanwijzing van de opdrachtgever. Bij gedeeltelijke vervanging of uitbreiding van installaties moet van geval tot geval op projectniveau worden afgewogen en besloten welke kabels worden toegepast. Toepassing van halogeenvrije kabels leidt tot verhoogde veiligheid doordat deze kabels bij brand minder zoutzuur en koolmonoxide bevattende rook produceren dan conventionele kabels. Dit is niet alleen in het belang voor de veiligheid van personen maar is ook gunstig voor het beperken van (gevolg)schade aan gebouw, inventaris en bedrijfsproces. Interne bedrading in besturingen kan componentgebonden bekabeling zijn, zoals vlakkabels met multiconnectoren, die niet zomaar in halogeenvrije uitvoering verkrijgbaar is.

>>>


80.11 FUNCTIONELE OMSCHRIJVING, INSTALLATIE-ONDERDELEN 80.11.10-a LIFT MET BETREEDBARE KOOI 0. LIFT MET BETREEDBARE KOOI Toelichting: De energieprestatie klasse (a t/m g) moet worden gekozen aan de hand van het type lift en het verwachte gebruik in de toekomst.



>>>

Datum 1 juli 2015

bepaling 80.11.10-a-0 altijd in het projectbestek opnemen.

80.31 LIFTKOOIEN 80.31.11-a BETREEDBARE LIFTKOOI 5. BETREEDBARE LIFTKOOI, VOORZIENINGEN Toelichting: Bij noodverlichting moet worden gekozen welke variant van toepassing is in verband met het wel of niet aanwezig zijn van een bewaakt net (NSA). Het type telefonieaansluiting voor de alarmvoorziening moet worden gekozen aan de hand van de beschikbare voorzieningen en eisen in verband met de gebruiker. >>>

Bepaling 80.31.11-a-5 altijd in het projectbestek opnemen.


Opmerkingen op de RVB Standaard besteksbepalingen (RS) gaarne per zenden aan:

Recommend Documents