12
Opleidingsgids Toegepaste Wiskunde 2002-2003
i
ii
Voorwoord
Beste student(e), Deze opleidingsgids probeert je nuttige informatie te geven over de gang van zaken bij het studeren aan onze wiskundeopleiding. De inhoudsopgave laat zien dat er een breed scala van onderwerpen aan de orde komt. Op de website van de opleiding http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/ tref je (vanaf medio augustus 2002) een wat uitgebreide versie van deze opleidingsgids aan. Deze digitale opleidingsgids bevat ook nog de examenreglementen en andere officiële documenten. Er is de laatste paar jaar nogal wat veranderd in onze opleiding. In het studiejaar 2000/2001 is er een begin gemaakt met een nieuwe indeling van de opleiding, die past bij de zogenaamde Bachelor/Master structuur (BaMa) en geleid heeft tot diverse programmaveranderingen. Bij de BaMa-structuur onderscheidt men een bachelorfase of kandidaatsfase met een tijdsduur van drie jaar, gevolgd door een masterfase of doctoraalfase van twee jaar. Studenten die in het studiejaar 2000/2001 of later zijn begonnen volgen al een studieprogramma volgens deze indeling. Voor hen is met name Hoofdstuk 2 over de bacheloropleiding belangrijk. Studenten van vóór 2000 studeren nog volgens een indeling, waarin een tweejarig onderbouw programma wordt gevolgd door een driejarig programma van de bovenbouw (2+3 structuur). Voor hen zijn naast de vorige versies van de opleidingsgids, de hoofdstukken 3 en 4 van belang. Hoofdstuk 4 bevat overgangsregelingen voor degene die wil overstappen naar de BaMa structuur. Naast de opleidingsgids is een belangrijke bron van informatie de algemene onderwijs website van de TU/e (http://owinfo.tue.nl). Roosters, tentamendata, vakbeschrijvingen e.d. zijn daar van elke opleiding te vinden. Ik kan me niet voorstellen dat de opleidingsgids al je vragen zal beantwoorden. Schroom dan niet om bij mij of bij een van onze coördinatoren langs te komen. Ik wens je een prettige en interessante studietijd toe.
Hennie ter Morsche, Opleidingsdirecteur Toegepaste Wiskunde
iii
iv
Inhoudsopgave 1 De Bacholoropleiding (kandidaats) 1.1 Doelstelling en eindtermen . . . . . . . . . . . . . . . 1.2 Opzet van het programma . . . . . . . . . . . . . . . 1.2.1 Verplichte wiskundevakken . . . . . . . . . . . . 1.2.2 Stroomspecifieke toepassingsvakken (12 sp) . . . . . . 1.2.3 Stroomspecifieke keuzevakken wiskunde (6 sp) . . . . . . 1.2.4 Programmeren en mathematische software (10 sp) . . . . 1.2.5 Modelleren en projecten (23 sp) . . . . . . . . . . . 1.2.6 Maatschappelijke oriëntatie (5 sp) . . . . . . . . . . 1.3 Onderwijsvormen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.3.1 Hoorcolleges . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.3.2 Instructies/Practica . . . . . . . . . . . . . . . 1.3.3 Wiskundepracticum . . . . . . . . . . . . . . . 1.3.4 Colstructies . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.3.5 Modelleren en projecten (OGO) . . . . . . . . . . . 1.3.6 Literatuurstudies . . . . . . . . . . . . . . . . 1.4 Tentamenvormen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.4.1 Schriftelijke tentamens . . . . . . . . . . . . . . 1.4.2 Opdrachten . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.4.3 Mondelinge tentamens . . . . . . . . . . . . . . 1.5 Het eerste jaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.5.1 De combinatievariant Wiskunde/Informatica . . . . . . . 1.5.2 De combinatievariant Wiskunde/Natuurkunde; studie-arrangement 1.5.3 Studieadvies . . . . . . . . . . . . . . . . . 1.6 Projecten in het derde jaar . . . . . . . . . . . . . . . 1.6.1 Interfacultair Project . . . . . . . . . . . . . . . 1.6.2 Bachelorproject . . . . . . . . . . . . . . . . 1.7 Keuzeprogramma in het derde jaar . . . . . . . . . . . . 1.7.1 Keuzevakken wiskunde . . . . . . . . . . . . . . 1.7.2 Keuzevakken toepassingen . . . . . . . . . . . . 1.7.3 Bepalingen bij het invullen van het keuzeprogramma . . . . 1.8 Bedrijfsstage, studieverblijf buitenland, lerarenopleiding . . . . . 1.9 Afstuderen, advies en goedkeuring . . . . . . . . . . . . 1.10 Studieprogramma’s eerste jaar . . . . . . . . . . . . . 1.10.1 Toegepaste Wiskunde . . . . . . . . . . . . . . 1.10.2 Studieprogramma Wiskunde/Informatica . . . . . . . . 1.10.3 Studieprogramma Wiskunde/Natuurkunde . . . . . . . 1.11 Studieprogramma tweede jaar . . . . . . . . . . . . . . 1.12 Studieprogramma derde jaar . . . . . . . . . . . . . .
1 1 2 3 4 5 5 6 6 6 7 7 7 7 8 8 8 8 9 9 9 9 9 9 10 10 10 11 11 11 12 12 13 13 13 14 15 16 16
2 Het vierde en vijfde jaar 2.1 De bovenbouw . . . . . . . . . 2.2 Stages . . . . . . . . . . . 2.3 Afstuderen, afstudeerprogramma’s . . 2.3.1 Afstudeerprogramma . . . . 2.3.2 Examenaanvraag en “A4-populair”
19 19 19 19 19 20
v
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
. . . . .
2.4 Keuzeprogramma . . . . . . . . 2.4.1 Voorwaarden . . . . . . . 2.4.2 Certificaten . . . . . . . 2.4.3 Literatuurstudies . . . . . . 2.5 Buiten-curriculaire activiteiten . . . . 2.6 Internationale studiepunten, beurzen . 2.7 Lerarenopleiding Wiskunde . . . . . 2.8 Studieprogramma Bedrijfsvoering . . . 2.9 Studieprogramma Digitale Communicatie 2.10 Studieprogramma Techniek . . . . . 2.11 Studieprogramma Lerarenopleiding . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . .
3 Overgangsregelingen
20 20 21 21 21 22 22 23 24 25 25 27
4 Instroom met bijzondere vooropleiding 4.1 Samenwerking Diepenbeek . . . . . . . . . . 4.1.1 Studieprogramma derde jaar instroom Diepenbeek 4.2 Computational Science and Engineering . . . . . .
. . .
. . .
. . .
. . .
29 29 29 30
5 Onderwijsorganisatie 5.1 Onderwijsorganisatie Wiskunde . . . . . . . 5.1.1 De faculteit . . . . . . . . . . . . 5.2 Capaciteitsgroep Wiskunde . . . . . . . . . 5.2.1 Opleidingsdirecteur . . . . . . . . . 5.2.2 P-coördinator en studieadviseur . . . . . 5.2.3 PP-coördinator . . . . . . . . . . 5.2.4 Stagecoördinator . . . . . . . . . . 5.2.5 Onderwijsbureau/Studentenadministratie . . 5.2.6 Opleidingscommissie Wiskunde . . . . . 5.2.7 Examencommissie Wiskunde . . . . . 5.3 Studentenorganisaties . . . . . . . . . . 5.3.1 Studievereniging GEWIS . . . . . . . 5.3.2 StudentenRaad . . . . . . . . . . 5.4 Studiefaciliteiten . . . . . . . . . . . . 5.4.1 Studenten service centrum . . . . . . 5.4.2 Gebouwen . . . . . . . . . . . . 5.4.3 College- en instructiezalen en andere ruimten 5.4.4 Bibliotheken . . . . . . . . . . . 5.4.5 Kopieerfaciliteiten . . . . . . . . . 5.4.6 Studiemateriaalverkoop . . . . . . . 5.4.7 Computer faciliteiten . . . . . . . . 5.4.8 Notebook service centrum . . . . . . . 5.5 Informatiebronnen . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
31 31 31 31 32 33 33 33 33 33 34 34 34 34 35 35 35 35 35 36 36 36 36 36
vi
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6 Jaarindeling en roosters 6.1 Jaarindeling . . . . 6.2 Roosters . . . . .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
39 39 39
7 Vakinformatie 7.1 Studeerwijzers . 7.2 Vakkenregister .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
. .
41 41 41
. .
. .
vii
viii
Bacheloropleiding 1
De Bacholoropleiding (kandidaats)
1.1 Doelstelling en eindtermen Doelstelling De opleiding beoogt het opleiden van een toegepast wiskundige die een brede basiskennis heeft van de toegepaste wiskunde op een academisch niveau, die beschikt over vaardigheden deze kennis te gebruiken en te verantwoorden in een multidisciplinaire en maatschappelijke context en die in staat is zijn of haar opleiding te vervolgen in een technisch wetenschappelijke masteropleiding van een wiskundig toegepaste signatuur. De eindtermen De eindtermen van de bacheloropleiding zijn onderverdeeld naar wiskundige kennis en inzicht, vaardigheden om de opgedane wiskundige kennis te kunnen gebruiken voor praktische problemen en tenslotte vaardigheden die erop gericht zijn om te kunnen functioneren in een multidisciplinair teamverband. Het modelleeronderwijs is de rode draad in de opleiding. De wiskundig bachelor heeft bij het afstuderen: • Wiskundige kennis en vaardigheden – De wiskunde kennen die naar internationale maatstaven behoort tot de basiskennis van een universitair opgeleide wiskundige. – Kennis hebben van algemene onderdelen van de wiskunde uit de vakgebieden analyse, discrete wiskunde en algebra, numerieke wiskunde, kansrekening, operations research en statistiek die van belang zijn voor de toepassing van wiskunde op niet-wiskundige problemen. – In staat zijn een literatuurstudie op het gebied van de toegepaste wiskunde zelfstandig te kunnen uitvoeren. • Kennis en vaardigheden om de wiskunde te kunnen gebruiken – Inzicht en vaardigheid hebben in basistechnieken van de wiskunde en de informatica bij het ontwerpen van constructieve en efficiënte algoritmen bij wiskundige oplossingsmethoden en deze methoden te kunnen implementeren en verwerken met behulp van algemeen beschikbare standaard programmatuur. – Het vermogen eenvoudige wiskundig modellen te ontwerpen, te behandelen met wiskundige oplossingsmethoden en vaardigheden om deze oplossingsmethoden te valideren. • Niet wiskundige vaardigheden en attitude – Inzicht hebben in de problemen, die zich voordoen bij het toepassen van wiskunde in een niet-wiskundig vakgebied. – Aandacht voor de mondelinge en schriftelijke overdracht van wiskundige resultaten, ook aan niet-wiskundigen. – Inzicht in de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de wiskundige t.a.v. zijn/haar bijdrage tot de oplossing van niet-wiskundige problemen. 1
Bacheloropleiding 1.2 Opzet van het programma Toegepaste wiskunde leren, leren gebruiken en aan anderen, ook niet-wiskundigen, te kunnen vertellen (en schrijven) staan centraal in het studieprogramma. Om het te leren biedt het programma een breed assortiment van toegepaste wiskundevakken. Om het te leren gebruiken en te kunnen vertellen en schrijven is het programma voorzien van het voor ingenieursaspecten belangrijke modelleeronderwijs, van programmeervakken en toepassingsvakken en van een project om samen met andere studenten te werken in een interdisciplinaire omgeving. De bachelorfase (kandidaats) bestaat uit drie jaar en wordt afgesloten met een kandidaats- of bachelorexamen. Het eerste jaar, het propedeutisch jaar, heeft een selecterende en oriënterende functie en eindigt met een propedeutisch examen. Inhoudelijk is het gericht op het verwerven van kennis en (operationele) vaardigheden in basisvakken van de (toegepaste) wiskunde en de informatica en wordt er een begin gemaakt met het modelleeronderwijs. Daarnaast komen er toepassingsvakken voor. Het tweede jaar gaat met eenzelfde stramien verder en ook nog een deel het derde jaar. Het derde jaar kent verder een keuzeprogramma (zie 1.7), onderverdeeld in wiskundevakken en toepassingsvakken, een interfacultair project (zie 1.6.1) en het wordt afgesloten met een bachelorproject (zie 1.6.2). Onderwijs op het gebied van sociale en communicatieve vaardigheden is opgenomen in het modelleeronderwijs en verder kent het curriculum onderdelen die gekarakteriseerd kunnen worden als "Maatschappelijke oriëntatie” (zie 1.2.6). Voor wat de toepassingen van de wiskunde betreft, zijn er in de bacheloropleiding drie hoofdgebieden (stromen) te onderscheiden, te weten: De wiskunde van de Bedrijfsvoering De wiskunde van de Digitale Communicatie De wiskunde van de Techniek De opleiding zal over de inhoud hiervan speciale voorlichtingsbijeenkomsten organiseren. Sommige onderdelen van het programma zijn stroomspecifiek, dat wil zeggen dat ze expliciet worden toegewezen aan een van de genoemde stromen. Een groot gedeelte van de stroomspecifieke vakken behoort tot het keuzeprogramma. Globaal kan men het studieprogramma verdelen in de volgende onderdelen: Onderdelen studieprogramma (126 sp) Verplichte wiskundevakken Stroomspecifieke toepassingsvakken Stroomspecifieke keuzevakken wiskunde Programmeren en mathematische software Modelleren en projecten Maatschappelijke oriëntatie
70 sp 12 sp 6 sp 10 sp 23 sp 5 sp
In deze tabel staat 1 sp voor 40 uur onderwijsbelasting. Van de 12 sp aan stroomspecifieke toepassingsvakken behoren 8 sp tot het keuzeprogramma.
2
Bacheloropleiding 1.2.1
Verplichte wiskundevakken
Een deel van het programma (70 sp van een totaal van 126 sp) bestaat uit verplichte wiskundevakken. Deze wiskundevakken kan men vervolgens weer verdelen in inleidende basisvakken en vakken die daarop voortbouwen en een breed gebied van de toegepaste wiskunde bestrijken. De wiskundige basisvakken komen vooral in het eerste jaar voor. Dit zijn vakken die men vrijwel in elke universitaire wiskundeopleiding kan aantreffen. Karakteristiek voor de opleiding in de toegepaste wiskunde is dat ook in deze vakken de gevolgde methode overwegend algoritmisch van aard is. Hoewel een scheiding van basis en niet basis lastig valt te maken, beschouwen we de vakken in de volgende tabel als wiskundige basisvakken in het curriculum. In deze tabel zie je dat de vakken voorzien zijn van een vakcode, een vaknaam, het aantal studiepunten en ook in welk trimester de vakken worden gegeven. Basisvakken (26 sp) 2Y140 Analyse 1 2Y180 Analyse 2 2Y220 Analyse 3 2A060 Fundamentele Analyse 1 2Y510 Lineaire Algebra en Lineaire Analyse 1 2Y550 Lineaire Algebra en Lineaire Analyse 2 2A000 Verzamelingenleer 2F715 Algebra 1 2S270 Kansrekening en statistiek
3 sp 3 sp 3 sp 3 sp 3 sp 3 sp 2 sp 3 sp 3 sp
trim 1.1 trim 1.2 trim 1.3 trim 1.3 trim 1.1 trim 1.2 trim 1.1 trim 1.2 trim 1.3
De overige verplichte wiskundevakken bestrijken een breed gebied van de toegepaste wiskunde. Ter illustratie zijn hieronder alle verplichte wiskundevakken verdeeld in clusters. De basisvakken hierin zijn cursief afgedrukt. Clusterverdeling verplichte wiskundevakken (70 sp) Analyse Analyse 1 t/m 3 Fundamentele analyse 1 Approximatie in functieruimten Functietheorie Differentiaalvergelijkingen
20 sp 9 sp 3 sp 3 sp 2 sp 3 sp
Lin algebra/matrixtheorie Lala 1 en 2 Matrixtheorie 1
9 sp 6 sp 3 sp
Numerieke wiskunde Inleiding numerieke analyse Numerieke lineaire algebra
7 sp 3 sp 4 sp
3
Bacheloropleiding Discrete wiskunde/Algebra Verzamelingenleer Algebra 1 Algebra 2 Combinatoriek Cryptologie
12 sp 2 sp 3 sp 3 sp 2 sp 2 sp
Optimalisering Optimalisering in Rn Optimalisering in netwerken
6 sp 3 sp 3 sp
Kansrekening en statistiek Kansrekening en statistiek Mathematische statistiek Regressie- en variantie analyse
9 sp 3 sp 3 sp 3 sp
Stochastiek Stochastische processen 1 en 2 Simulatie
7 sp 4 sp 3 sp
1.2.2
Stroomspecifieke toepassingsvakken (12 sp)
Een specifieke rol in het curriculum spelen de toepassingsvakken. De bedoeling van een toepassingsvak is om studenten te confronteren met de methodologie en het toepassen van wiskunde in andere vakgebieden. In tegenstelling tot een wiskundevak , waarin vaak op een strak formele wijze (de wiskundige methodologie) een wiskundig instrumentarium wordt ontwikkeld dat vervolgens wordt toegepast in de eigen wiskundige of in een andere discipline, zal bij een toepassingsvak de methodologie van de betreffende discipline overheersen. In een toepassingsvak staat de wiskundige modellering en het leren gebruiken van wiskundige technieken voorop, en niet zozeer het leren van nieuwe wiskundige methoden. Bij voorkeur is voor een toepassingsvak een vak uit de opleiding van de betreffende discipline gekozen. Stroomspecifieke toepassingsvakken in het eerste jaar Techniek 3A200 Mechanica 1 2 sp Bedrijfsvoering 1C160 Inl. kwant. asp. Bdk
2 sp
4
Bacheloropleiding Stroomspecifieke toepassingsvakken in het tweede jaar Bedrijfsvoering 1C110 Productiebeheersing 2 sp Digitale Communicatie 5N500 Inleiding Digitale Communicatie
2 sp
Techniek 5F150 Elektromagnetisme voor Wsk
2 sp
Stroomspecifieke toepassingsvakken in het derde jaar Bedrijfsvoering 2S380 Bedrijfszekerheid 2 sp 1C240 Goederenstroombeheersing 2 sp 2S520 Wachtrijtheorie 2 sp Digitale Communicatie 5K020 Informatietheorie 1 2Z870 Netwerken en protocollen
3 sp 3 sp
Techniek 2C070 Theoretische mechanica 3B510 Fysische transportverschijnselen 1
3 sp 3 sp
De twee toepassingsvakken in het eerste jaar zijn voor alle studenten verplicht. De andere toepassingsvakken behoren tot het keuzeprogramma (zie 1.7.2). 1.2.3
Stroomspecifieke keuzevakken wiskunde (6 sp)
Het aanbod aan keuzevakken wiskunde is net als de toepassingsvakken verdeeld over de drie stromen. De keuzevakken kennen alle een studiebelasting van 3 sp. Studenten dienen minstens twee keuzevakken wiskunde te kiezen verdeeld over twee stromen. Een overzicht van deze vakken kan men vinden in 1.7.1. 1.2.4
Programmeren en mathematische software (10 sp)
Om wiskunde te kunnen toepassen is enige kennis en vaardigheid in het ontwerpen van een computerprogramma en het kunnen gebruiken van softwarepakketten evident. In het eerste jaar leren de studenten de beginselen van programmeren met behulp van de programmeertaal Java en vindt er ook een introductie plaats in het computeralgebra pakket Mathematica. In het derdejaar is er een vak Software engineering gepland. Overigens gebruik van software pakketten blijft niet tot deze vakken beperkt. De vakken (met vakcode, vaknaam, studiepunten en trimester) die in deze categorie apart worden vermeld zijn:
5
Bacheloropleiding Programmeren en mathematische software 2Z820 Programmeren 1 voor Wsk 3 sp 2F813 Mathematica 1 sp 2Z830 Programmeren 2 voor Wsk 3 sp 2M390 Software Engineering 3 sp 1.2.5
trim 1.1 trim 1.1 trim 1.2 trim 3.2
Modelleren en projecten (23 sp)
Een belangrijke rol voor het aanleren van ingenieursvaardigheden speelt het modelleeronderwijs in het het eerste en tweede jaar met daaraan gekoppeld het Interfacultair project (zie 1.6.1) in het derde jaar. Een onderdeel van het modelleeronderwijs is het ontwikkelen van een persoonlijk modelleerportfolio gedurende het gehele traject van dit onderwijs (zie 1.6.2). Verder kent het derde jaar ook nog een Bachelorproject (zie 1.6.2). Dit is het afsluitende onderdeel van de kandidaatsfase. In de modelleervakken werken studenten samen in tweetallen en in het interfacultaire project met studenten van andere faculteiten in een groep van ongeveer zes studenten. Het studieprogramma kent geen expliciet vak Communicatieve vaardigheden. Het verwerven van communicatieve vaardigheden is onderdeel van het modelleeronderwijs. De trimesterindeling van het modelleeronderwijs en de projecten staat hieronder. Modelleren en projecten 2H053 Modelleren 1 2H063 Modelleren 2 2H134 Modelleren 3 2H144 Modelleren 4 2X100 Interfacultair project 2J007 Bachelorproject 1.2.6
2 sp 2 sp 3 sp 3 sp 6 sp 7 sp
trim 1.2 trim 1.3 trim 2.1 trim 2.3 trim 3.2 en 3.3 trim 3.3
Maatschappelijke oriëntatie (5 sp)
Het studieprogramma bevat vakken die gerekend kunnen worden tot de maatschappelijke oriëntatie van studenten. Voor maatschappelijke oriëntatie zijn in het programma 5 studiepunten aan vakken gereserveerd. Deze zijn Maatschappelijke oriëntatie 2H010 Oriëntatie 0A285 Ingenieur van beroep 2H600 Wiskunde en praktijk in hist. perspectief
1 sp 2 sp 2 sp
trim 1.1 t/m 1.3 trim 2.2 trim 3.2
1.3 Onderwijsvormen In je studie kom je diverse onderwijsvormen tegen. De verschillende vormen beschrijven we hierna.
6
Bacheloropleiding 1.3.1
Hoorcolleges
Tijdens een hoorcollege behandelt de docent de theorie en de voornaamste toepassingen van een vak. Het hoorcollege geeft de docent de mogelijkheid een andere benadering te kiezen dan bijvoorbeeld een boek. De docent vestigt de aandacht op hoofdlijnen en bijzaken, kan op sommige delen gedetailleerder ingaan dan op andere, kan wijzen op verbanden binnen de stof en met andere vakken. Natuurlijk is er ook de mogelijkheid op vragen en speciale verzoeken in te spelen. Uiteraard vereist het volgen van hoorcolleges ook een inspanning: je voorbereiden door even te kijken wat de onderwerpen van het college zijn, het maken van aantekeningen (bijvoorbeeld van de belangrijkste zaken en de voorbeelden) tijdens het college en het verwerken van het materiaal na het hoorcollege: het je eigen maken van begrippen en (reken-) methoden, het in kaart brengen van verbanden, het bekijken en construeren van voorbeelden, het doorwerken van opgaven. 1.3.2
Instructies/Practica
De bij de colleges horende instructies (sommige instructies in het eerste jaar zijn geïntegreerd in het Wiskundepracticum) richten zich op de verwerking van de theorie. Oefenopgaven staan hierbij centraal. Door de kleinere omvang van de instructiegroepen heeft de docent tijd om op individuele opgaven in te gaan. Maak van deze sessies dan ook geen passieve gebeurtenis en aarzel niet je vragen over theorie en opgaven aan de orde te stellen. Ook buiten de instructietijden werk je in je eigen tijd aan de opgaven. Regelmatig tijd inruimen om instructies voor te bereiden blijkt een succesvolle manier om een vak te kunnen afronden. Een practicum is te vergelijken met een instructie, zij het dat meer gericht is op het ontwikkelen van praktische vaardigheden waarbij vaak een computer een rol speelt. Het is niet noodzakelijk dat een practicum bij een college hoort. 1.3.3
Wiskundepracticum
Het Wiskundepracticum bevat de oefeningen bij de colleges Analyse 1, 2 en 3, Lineaire algebra en lineaire analyse 1 en 2, en Fundamentele analyse 1. Het Wiskundepracticum wordt door een of twee docenten gegeven waardoor een intensief contact met de studenten ontstaat en een verantwoord studieadvies gegeven kan worden gedurende en vooral aan het eind van het eerste jaar. Tevens bevordert deze aanpak het ontstaan van een samenhangend beeld van de wiskunde-onderdelen. 1.3.4
Colstructies
Een colstructie is een mengvorm van college en instructie. Een colstructie volg je met een beperkt aantal mensen (vergelijkbaar met de grootte van een instructiegroep). De docent verdeelt de contacturen zelf over theorie en (computer-) opgaven. Omdat de groep relatief klein is kan de docent makkelijk inspelen op de behoeften van het gehoor. Uiteraard profiteer je het meest van colstructies als je zelf regelmatig actief met de stof bezig bent en tijdens colstructies je problemen voorlegt. In ruil voor actieve begeleiding verwacht de docent dat je zelf serieus studeert.
7
Bacheloropleiding 1.3.5
Modelleren en projecten (OGO)
Al in het eerste jaar werk je bij de Modelleeronderdelen aan praktische opdrachten. Hier leer je wiskundige modellen opstellen waarop je wiskundige technieken kunt toepassen. De gevonden oplossing toets je tenslotte aan de praktische context. Bij de modelleeronderdelen vroeg in de opleiding is de vereiste wiskundebagage nog beperkt. Je leert dan ook schriftelijk en mondeling presenteren, waar en hoe je de computer kunt inschakelen en samenwerken met collegastudenten. In het derde jaar, in het zogenaamde interfacultair project, zijn de opdrachten multidisciplinair van aard, dat wil zeggen dat in deze projecten met studenten van verschillende opleidingen aan dezelfde opdracht wordt gewerkt. Je volgt geen college of instructie, maar voert regelmatig overleg met je begeleider en met je collega-studenten. Modelleren en het werken aan projecten maken deel uit van het Ontwerp Gericht Onderwijs (OGO) in onze opleiding. OGO heeft als doel de ontwerpvaardigheid van studenten te versterken in een ingenieurs-setting. Communicatieve en sociale vaardigheden spelen daarbij een belangrijke rol. Daarnaast wordt van je verwacht dat je zelf initiatief ontplooit en verantwoordelijkheid draagt. 1.3.6
Literatuurstudies
In de hogere jaren kan het voorkomen dat een vak wordt afgerekend in de vorm van een literatuurstudie. Het leren omgaan met bibliotheken en electronische informatiebestanden is hier een belangrijk onderdeel. In het modelleeronderwijs wordt hieraan aandacht besteed.
1.4 Tentamenvormen In de bacheloropleiding komen verschillende tentamenvormen voor. De meest voorkomende vormen zijn de schriftelijk en mondelinge tentamens en de opdrachten. Vaak wordt een opdracht afgerond met een mondeling tentamen of een bespreking. Regels met betrekking tot de examens en tentamens kun je vinden in de digitale opleidingsgids, waarin de examenreglementen zijn opgenomen. 1.4.1
Schriftelijke tentamens
Schriftelijke tentamens worden tijdens de officiële examenperiodes gehouden (zie jaarindeling 6.1). Het tentamenrooster van de schriftelijke tentamens kun je vinden via de onderwijs website van de TU/e: http://owinfo.tue.nl. De algemene regel is dat je tweemaal per jaar de gelegenheid krijgt om voor een bepaald vak een schriftelijk tentamen te doen. Voor de eerste keer in de tentamenperiode volgend op het trimester waarin het vak wordt gegeven en daarna (de herkansing) in de tussenweek van het daaropvolgend trimester. Voor een vak dat in het derde trimester wordt gegeven, is deze tussenweek vervangen door een week in augustus.
8
Bacheloropleiding 1.4.2
Opdrachten
Sommige vakken worden afgerekend met een opdracht. Docenten geven zelf de tijden, waarop de opdracht moet worden ingeleverd en wanneer deze is gecorrigeerd en moet worden besproken. 1.4.3
Mondelinge tentamens
De planning van een mondeling tentamen gebeurt in overleg tussen student en docent.
1.5 Het eerste jaar Het eerste jaar, waarvan je het studieprogramma kunt vinden in 1.10, heeft een selecterende en oriënterende functie. Dit betekent dat het eerste jaar ook bedoeld is om na te gaan of de opleiding goed bij je past en dat de kans op het goed afronden redelijk is. Daarom ontvang je na elk trimester een studieadvies (zie hierna 1.5.3). Daarnaast kent het eerste jaar ok nog twee speciale studieprogramma’s. Er is een programma, waarmee je zowel een propedeuse diploma Wiskunde als Informatica kunt behalen en er is eveneens een combinatie met Natuurkunde. 1.5.1
De combinatievariant Wiskunde/Informatica
Het studieprogramma van de combinatievariant Wiskunde/Informatica vind je in 1.10.2. Dit programma is wat zwaarder, want je volgt een opleiding voor zowel een P-diploma in de Wiskunde als voor een P-diploma in de Informatica. Het totale programma omvat een studielast van 68 tot 70 sp, waarbij 1 sp staat voor 28 studiebelastingsuren. 1.5.2
De combinatievariant Wiskunde/Natuurkunde; studie-arrangement
Het studieprogramma van de combinatievariant Wiskunde/Natuurkunde vind je in 1.10.3. Dit programma is wat zwaarder, want je volgt een opleiding voor zowel een P-diploma in de Wiskunde als een P-diploma in de Natuurkunde. Het totale programma omvat een studielast van 67 sp, waarbij 1 sp staat voor 28 studiebelastingsuren. Het is ook mogelijk de combinatievariant voort te zetten naar de gehele bacheloropleiding. Hiervoor wordt voor jouw dan een op maat gesneden studie-arrangement gemaakt, waarin een gecombineerd programma Wiskunde en Natuurkunde is opgenomen. Ben je zoiets van plan, neem dan contact op met de PP-coördinator (dr. F.G.M.T. Cuypers, HG 9.48, tel. 2965,
[email protected]). 1.5.3
Studieadvies
Na afloop van de eerste tentamenperiode en de tweede tentamenperiode in het eerste jaar wordt er op basis van de bereikte resultaten, de ervaring van de onderwijsgevers en eventueel gegevens van studentenadviseurs aan elke eerstejaarsstudent een voorlopig oordeel gegeven uitgedrukt in de letters A, B, C en D met de volgende betekenis: A Gezien de resultaten van het eerste studiejaar nemen wij aan dat je de studie kunt voltooien. 9
Bacheloropleiding B Ofschoon je kennelijk moeite hebt met bepaalde onderdelen van de studie nemen wij aan dat je deze studie kunt voltooien. C Er bestaat ernstige twijfel over jouw geschiktheid voor deze studie, dan wel over de mogelijkheden om de studie binnen redelijke termijn te voltooien. D Jouw resultaten zijn van dien aard dat wij je moeten afraden de studie voort te zetten. Bij de voorlopige adviezen ontstaan bij twijfel tussenvormen als A/B, B/C, C/D. Het uitgegeven oordeel wordt (na het eerste en na het tweede trimester) met de student besproken. Aan het eind van het eerste studiejaar brengt de opleiding een door de wet verplicht schriftelijk studieadvies aan elke student uit (de definitieve adviezen kennen alleen de categorieën A, B, C, D).
1.6 Projecten in het derde jaar 1.6.1
Interfacultair Project
In het programma van het derde jaar staat in het tweede en derde trimester een interfacultair project geprogrammeerd. Samen met studenten van andere opleidingen werk je aan een opdracht. Er zullen verschillende opdrachten worden aangeboden. De coördinatie van de projecten bij wiskunde is in handen van Douwe Overdijk, die ook stagecoördinator is (zie 1.8). Als je een project hebt gekozen of bij de keuze geholpen wilt worden, dien je met hem contact op te nemen. Beschrijvingen van de interfacultaire projecten die de TU/e aanbiedt, kun je vinden op de TU/e website: http://www.ifp.tue.nl
1.6.2
Bachelorproject
Het bachelorproject omvat 7 sp. Dit gedeelte van het programma wordt gezien als een individuele afronding van de bachelorfase. Het project bestaat uit twee delen: • Een literatuurstudie gekoppeld aan een opdracht (5 sp). De opdracht kan bijvoorbeeld bestaan uit een onderzoek naar de wiskundige achtergrond en een analyse van een van de modelleeropdrachten van Modelleren 3 en 4. Dit gedeelte van het bachelorproject verricht de student bij een door hem zelf gekozen leerstoel. • Afsluiting portfolio modelleren en academische reflectie op het modelleeronderwijs. modelleertraject (2 sp). Het portfolio bestaat uit een (digitale) dossier van de verslagen van de opdrachten en andere relevante documenten (beoordelingsrapportages), die de betreffende student tijdens het gehele traject van het modelleeronderwijs heeft verzameld.
10
Bacheloropleiding 1.7 Keuzeprogramma in het derde jaar Het keuzeprogramma in het derde jaar heeft een totale omvang van 12 sp. Het keuzeprogramma bestaat uit vakken, die in twee categorieën zijn verdeeld. De categorie keuzevakken wiskunde en de categorie keuzevakken toepassingen. Elke categorie is vervolgens weer verdeeld in de drie stromen: Bedrijfsvoering, Digitale Communicatie en Techniek. 1.7.1
Keuzevakken wiskunde
De keuzevakken wiskunde zijn als volgt over de stromen verdeeld. Keuzevakken Wiskunde Bedrijfsvoering 2P680 Benaderingsalgoritmen 2S620 Toegepaste Kansrekening 2S720 Stochastische Beslissings problemen Digitale Communicatie 2F730 Algebra 3 2F450 Matrixtheorie 2 2F830 Coderingstheorie Techniek 2P600 Wiskundige methoden in de signaalverwerking 2A870 Functionaalanalyse 2N500 Theorie en praktijk van gewone differentiaalvergelijkingen 1.7.2
Keuzevakken toepassingen
De keuzevakken toepassingen zijn als volgt over de stromen verdeeld. Keuzevakken Toepassingen Bedrijfsvoering 1C240 Goederenstroombeheersing 2S520 Wachtrijtheorie 2S380 Bedrijfszekerheid Digitale Communicatie 2Z870 Netwerken & Protocollen 5K020 Informatietheorie Techniek 3B510 Fysische transport verschijnselen 1 2C070 Theoretische Mechanica
11
Bacheloropleiding 1.7.3
Bepalingen bij het invullen van het keuzeprogramma
Het kiezen van vakken uit het aanbod van keuzevakken wiskunde en keuzevakken toepassingen is aan voorwaarden gebonden. Deze voorwaarden verschillen voor de wiskundevakken en de toepassingsvakken. Keuzevakken wiskunde Van de keuzevakken wiskunde dient een student er minstens twee over twee verschillende stromen te kiezen. De meeste keuzevakken zijn verroosterd als colstructies. Het is voor de organisatie en de inzet van docenten belangrijk om, vóór dat het trimester aanvangt, te weten welke keuze je voor dat trimester maakt. Het onderwijsbureau zal je hierover informeren. Keuzevakken toepassingen Elke stroom heeft een aanbod van in totaal 6 sp aan studiepunten in het keuzeprogramma wiskunde. In tegenstelling tot het kiezen van wiskundevakken, kiest een student bij toepassingsvakken voor een stroom. Na de bachelor naar een andere universiteit? Het keuzeprogramma van een student bestaat, zoals in het voorgaande reeds is aangegeven uit twee categorieën van vakken te weten: keuzevakken Wiskunde en keuzevakken Toepassingen met een totale omvang van 14 sp. Studenten die na de bachelorfase in een andere masteropleiding dan de masteropleiding Toegepaste Wiskunde in Eindhoven willen verder studeren hebben de mogelijkheid (een deel van) het keuzeprogramma op verzoek aan de examencommissie een andere invulling te geven met uitzondering van de afsluiting van het modelleerportfolio. Het keuzeprogramma dient door de examencommissie te worden goedgekeurd.
1.8
Bedrijfsstage, studieverblijf buitenland, lerarenopleiding
Bedrijfsstage, studieverblijf buitenland Als alternatief voor het bachelorproject, met uitzondering van de afsluiting van het modelleerportfolio, kan een student kiezen voor een bedrijfsstage of een studieverblijf in het buitenland. Doet hij dat, dan kan de verplichting van het interfacultaire project komen te vervallen in de zin dat hij die studiepunten (6 sp) benut voor een omvangrijkere bedrijfsstage c.q. studieverblijf in het buitenland. Vanzelfsprekend stelt de student hiertoe in overleg met de begeleider(s) een plan op dat vooraf de goedkeuring van de examencommissie behoeft. Lerarenopleiding Degene die in de aansluitende masterfase naast het diploma van wiskundig ingenieur ook een eerstegraads bevoegdheid wiskunde willen behalen, kunnen de 6 studiepunten aan keuzevakken Wiskunde besteden aan onderdelen uit het programma van de lerarenopleiding Wiskunde aan de TU/e (het zogenaamde TULO programma). Voor hen bestaat de aansluitende masterfase uit een programma van twee jaar plus een trimester, waarin projecten, wiskundevakken uit de masteropleiding “Industrial and Applied Mathematics” zijn
12
Bacheloropleiding opgenomen met daaraan toegevoegd vakken en schoolpractica uit het TULO programma. Hiervoor wordt een speciale masterprogramma ontworpen, dat als een aparte masteropleiding wordt geregistreerd onder de naam: “Industrial and Applied Mathematics Education”.
1.9 Afstuderen, advies en goedkeuring Om te kunnen afstuderen in de bachelorfase, zal de examencommissie het afstudeerprogramma van de betreffende kandidaat moeten goedkeuren. Het afstudeerprogramma bestaat uit de concrete invulling van de examenonderdelen van het tweede en derde jaar (zoals de vakken, invulling keuzeprogramma, bachelorproject etc.). De PP-coördinator (dr. F.G.M.T. Cuypers, HG 9.48, tel. 2965,
[email protected]) zal je hierover informeren en adviseren. Zoals reeds is gemeld, is het Bachelorproject het afsluitend project van de bacheloropleiding. Dit project wordt afgesloten met een schriftelijk verslag en een mondelinge presentatie.
1.10 Studieprogramma’s eerste jaar 1.10.1
Toegepaste Wiskunde
Onderstaande tabel bevat het studieprogramma van het eerste jaar van de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde. Per regel staan vermeld de vakcode, de vaknaam, de onderwijsvorm en het aantal studiepunten. De vermelde studiepunten zijn weergeven volgens het nieuwe ECTS stelsel. Hierin staat 1 sp voor 28 studiebelastingsuren. Eén jaar kent hierdoor een totaal van 60 sp (1680 uur). Trimester 1.1 2A000 Verzamelingenleer 2F813 Mathematica 2Y140 Analyse 1 2Y510 Lin. Alg/Ana 1 2Z820 Programmeren 1 voor Wsk 3A200 Mechanica 1
coll 2 u., oef 2 uur pract 4 midd. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 3 u., oef. 3 u. coll 2 u., oef. 3 u.
3 sp 1 sp 5 sp 4 sp 4 sp 3 sp
Trimester 1.2 2F715 Algebra 1 2Y180 Analyse 2 2Y550 Lin. Alg/Ana 2 2Z830 Programmeren 2 voor Wsk 2H053 Modelleren 1
colstr 3 u. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 3 u., oef. 3 u. proj 9 midd.
4 sp 5 sp 4 sp 4 sp 3 sp
Trimester 1.3 1C160 Inl. kwant. asp. Bdk 2A060 Fund. Analyse 1 2S270 Kansrekening en Statistiek 2Y220 Analyse 3 2H063 Modelleren 2 2H010 Oriëntatie
coll 2 u., oef 5×2 u. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., oef 3 u. coll 3 u., wsk pract proj 9 midd. alle trim
2 sp 5 sp 5 sp 4 sp 3 sp 1 sp
13
Bacheloropleiding 1.10.2
Studieprogramma Wiskunde/Informatica
Onderstaande tabel bevat het gecombineerde studieprogramma Wiskunde/Informatica. De vermelde studiepunten zijn weergeven volgens het nieuwe ECTS stelsel. Hierin staat 1 sp voor 28 studiebelastingsuren. Eén jaar kent hierdoor een totaal van 60 sp (1680 uur). Trimester 1.1 2IT10 Logica & verzamelingen 2F813 Practicum Mathematica 2Y140 Analyse 1 2Y510 Lin. Alg/Ana 1 2IP10 Programmarealisatie 1 2R610 OGO 1.1 2R290 ISO
coll 4 u., oef 4 u. pract 4 midd. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 2 u., pract 2 u. project 5× coll 2 u., oef 3 u.
5 sp 1 sp 5 sp 4 sp 3 sp 3 sp 3 sp
Trimester 1.2 2F715 Algebra 1 2Y180 Analyse 2 2Y550 Lin. Alg/Ana 2 2IA10 Ontwerp van algoritmen 1 2M200 Inleiding computersys. 2IT20 Automatenth. en formele talen
colstr 3 u. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 4 u., oef 4 u. coll 3 u., oef 1 u., pract 6 m coll 2 u., oef 3 u.
4 sp 5 sp 4 sp 5 sp 4 sp 4 sp
coll 2 u., pract 2 u. coll 3 u., oef 3 u. project
3 sp 5 sp 3 sp
coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 2 u., oef 2u. coll 2 u., oef 5 midd.
5 sp 4 sp 3 sp 4 sp
Trimester 1.3 2IP20 Programmarealisatie 2 2S270 Kansrekening en Statistiek 2H063 Modelleren 2 Keuze van twee vakken uit de volgende 4 2A060 Fund. Analyse 1 2Y220 Analyse 3 2IT30 Procestheorie 2M400 Databases 1
14
Bacheloropleiding 1.10.3
Studieprogramma Wiskunde/Natuurkunde
Onderstaande tabel bevat het gecombineerde studieprogramma Wiskunde/Natuurkunde. De vermelde studiepunten zijn weergeven volgens het nieuwe ECTS stelsel. Hierin staat 1 sp voor 28 studiebelastingsuren. Eén jaar kent hierdoor een totaal van 60 sp (1680 uur). Trimester 1.1 2F813 Practicum Mathematica 2Y140 Analyse 1 2Y510 Lin. Alg/Ana 1 2Z820 Programmeren 1 voor Wsk 3A200 Mechanica 1 3A530 Elektriciteit en magnetisme 3A563 Inleiding fysisch exp. vaardigheden
pract 4 midd. coll 3 u., wsk pract coll 3 u., wsk pract coll 3 u., oef. 3 u. coll 2 u., oef. 3 u. coll, oef coll, exp 6×2 midd.
1 sp 5 sp 4 sp 4 sp 3 sp 3 sp 4 sp
Trimester 1.2 2F715 Algebra 1 2Y180 Analyse 2 3A210 Mechanica 2 3A310 Trillingen en golven 3A540 Elektriciteit en magnetisme 2 3A573 Fysisch experimentele vaardigheden
colstr 3 u. coll 3 u., wsk pract coll 2 u., oef 3 u. coll 2 u., oef 2 u. coll 2 u., oef oef 2 midd
4 sp 5 sp 3 sp 3 sp 3 sp 4 sp
Trimester 1.3 2A060 Fund. Analyse 1 2S270 Kansrekening en Statistiek 2Y220 Analyse 3 3A300 Thermische verschijnselen 3A583 OGO-project
coll 3 u., wsk pract coll 3 u., oef 3 u. coll 3 u., wsk pract coll 2 u., oef 2 u. project
5 sp 5 sp 4 sp 3 sp 4 sp
15
Bacheloropleiding 1.11 Studieprogramma tweede jaar Onderstaande tabel bevat het studieprogramma van het tweede jaar van de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde. Per regel staan vermeld de vakcode, de vaknaam, onderwijsvorm en het aantal studiepunten. De studiepunten van het tweede jaar zijn weergegeven volgens het oude stelsel van 42 sp per jaar; 1 sp staat voor 40 studiebelastingsuren. Trimester 2.1 2A100 Approximatie in Functieruimten 2F725 Algebra 2 2S990 Mathematische Statistiek 0A258 Ingenieur van beroep 2H134 Modelleren 3
coll 3 u., oef 3 u. colstr 3 u. coll 3 u., oef 3 u. werkcoll proj 9 midd.
3 sp 3 sp 3 sp 2 sp 3 sp
Trimester 2.2 2A110 Differentiaalvergelijkingen 2F670 Matrixtheorie 1 2N130 Inl. Numerieke Analyse 2P610 Optimalisering in Rn 2S500 Stochastische processen 1
coll 3 u., oef 3 u. coll 3 u., oef 3 u. coll 3 u., pract 9 midd. coll 3 u., oef 3 u. coll 2 u., oef 5×3 u.
3 sp 3 sp 3 sp 3 sp 2 sp
coll 4 u., pract 9 midd. colstr 3 u. pract 9 midd. proj 9 midd.
4 sp 2 sp 3 sp 3 sp 2 sp
Trimester 2.3 2N480 Numerieke lineaire algebra 2F520 Combinatoriek 2S540 Simulatie 2H144 Modelleren 4 Toepassingsvak (*)
(*) keuze uit: 5N500 Inleiding Digitale Communicatie, 1C110 Productiebeheersing, 5F150 Elektromagnetisme voor Wsk.
1.12 Studieprogramma derde jaar Het derde jaar Toegepaste Wiskunde bestaat uit een verplicht gedeelte van 30 studiepunten. Daarnaast worden 12 studiepunten besteed aan keuzevakken, 6 studiepunten aan keuzevakken Wiskunde, en 6 studiepunten aan keuzevakken Toepassingen. Deze keuze is echter niet geheel vrij, zie 1.7. Onderstaande tabel bevat het studieprogramma van het derde jaar van de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde. Per regel staan vermeld de vakcode, de vaknaam, onderwijsvorm en het aantal studiepunten. De studiepunten van het tweede jaar zijn weergegeven volgens het oude stelsel van 42 sp per jaar; 1 sp staat voor 40 studiebelastingsuren. (*) Het interfacultair project (2X100) kent een totaal van 6 studiepunten verdeeld over de trimesters 3.2 en 3.3.
16
Bacheloropleiding Trimester 3.1 Verplichte vakken 2Y480 Functietheorie 2P620 Optim. in netwerken 2S480 Stochastische proc. 2 2F590 Cryptologie
coll 2 u., oef 3 u. coll 3 u., oef 2 u. coll 2 u., oef 2 u. colstr 3 u.
2 sp 3 sp 2 sp 2 sp
Keuzevakken toepassingen 2C070 Th. Mechanica 2S380 Bedrijfszekerheid
colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 2 sp
Keuzevakken Wiskunde 2N500 Th. en praktijk van gew. dvgl. 2F730 Algebra 3 2S620 Toegepaste Kansrek.
coll 3 u., pract 9 midd. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
Trimester 3.2 Verplichte vakken 2M390 Software engineering 2S400 Regr. en var. analyse 2H600 Wiskunde en praktijk in hist. perspectief 2X100 Interfac. project (*)
project coll 3 u., pract 9 midd. colstr 3 u. proj
3 sp 3 sp 2 sp 3 sp
Keuzevakken toepassingen 1C240 Goederenstroombeh. 2S520 Wachtrijtheorie 5K020 Informatietheorie
coll 2 u., oef 1 u. colstr 3 u. coll 3 u., oef 1 u.
2 sp 2 sp 3 sp
Keuzevakken Wiskunde 2S720 Stoch. besl. problemen 2F450 Matrixtheorie 2 2A870 Functionaalanalyse
colstr 3 u. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
Trimester 3.3 Verplichte vakken 2J007 Bachelorproject 2X100 Interfac. project (*)
project project
7 sp 3 sp
Keuzevakken toepassingen 3B510 Fys. transp. versch. 1 2Z870 Netwerken & Protocollen
coll 3 u., oef 1 u. lit. studie
3 sp 3 sp
Keuzevakken Wiskunde 2F830 Coderingstheorie 2P680 Benaderingsalgoritmen 2P600 Wsk. meth. sign.
colstr 3 u. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
17
Bacheloropleiding
18
Het vierde en vijfde jaar 2
Het vierde en vijfde jaar
2.1 De bovenbouw Studenten in het vierde en vijfde jaar bevinden zich in de bovenbouw van de opleiding met de 2+3 structuur. Deze opleiding is in afbouw en dit jaar wordt het vierdejaars programma voor het laatst gegeven. De opleidingsgids 2001/2002 bevat de volledige informatie over de bovenbouw met daarin de volledige studieprogramma’s verdeeld over de drie stromen: de Wiskunde van de Bedrijfsvoering, de wiskunde van de Digitale Communicatie en de Wiskunde van de techniek. Het derdejaars programma wordt dit studiejaar niet meer gegeven. Wel blijft het dit jaar nog mogelijk om in verschillende vakken tentamen te doen. Studenten, die een groot gedeelte van het programma uit dit derde jaar nog moeten doen, wordt aangeraden over te stappen naar de bacheloropleiding. In Hoofdstuk 3 zijn diverse overgangsregelingen beschreven, die van toepassing zijn bij een dergelijke overstap. Deze opleidingsgids beperkt zich verder tot het vierde en vijfde jaar. Het vierde en vijfde jaar Een groot deel van het vierde en vijfde jaar bestaat uit het afstudeerproject en stages. Ongeveer 26 sp worden nog aan verplichte vakken besteed, die net als in het derde jaar beschouwd kunnen worden als vakken die specifiek voor een stroom gelden. In de afstudeerperiode, ongeveer de laatste 9 maanden van de opleiding, werkt de student min of meer zelfstandig aan een afstudeeropdracht. Het geheel wordt afgerond met een (schriftelijk) afstudeerverslag en een (mondelinge) afstudeervoordracht. Het afstudeerwerk staat onder leiding van een afstudeerdocent. Vanaf het jaar 2003-2004 start de faculteit een mastersopleiding "Industrial and Applied Mathematics". Dit betekent dat het programma voor het vierde jaar volgens de 2+3 structuur nog slechts éénmaal wordt aangeboden en wel in het jaar 2002-2003. Het vijfde jaar zal voor het laatst in 2003-2004 worden aangeboden.
2.2 Stages Het studieprogramma kent in het vierde jaar een stage. Hiervoor staat, afhankelijk van de gekozen stroom, 12 sp of 13 sp ter beschikking. Een stage in een bedrijf wordt sterk aanbevolen. Een bedrijfsstage is verplicht indien het afstudeerproject niet in een bedrijf of extern wordt uitgevoerd. Studenten dienen voor het plannen van een stage contact op te nemen met de stagecoördinator: Dr. D.A. Overdijk (HG 9.04, (040) 247 2787,
[email protected]). Studenten die de eerstegraads bevoegdheid willen halen en daarvoor het programma van de lerarenopleiding willen volgen, kunnen hun stage gebruiken om een deel van het TULO programma te volgen (zie Paragraaf 2.7).
2.3 2.3.1
Afstuderen, afstudeerprogramma’s Afstudeerprogramma
Het studieprogramma voor elk van de drie stromen in de bovenbouw bestaat uit verplichte vakken, projecten en stages, keuzevakken en een afstudeerproject. De invulling van de 19
Het vierde en vijfde jaar vakken, de projecten en stages en het afstudeer-project bepaalt de verdere specialisatie binnen een stroom. Student en afstudeerdocent stellen in onderling overleg een afstudeerprogramma samen, dat na te zijn geverifieerd door de PP-coördinator (dr. F.G.M.T. Cuypers, HG 9.48, tel. 2965,
[email protected]) ter goedkeuring aan de examencommissie zal worden voorgelegd. Het afstudeerprogramma bestaat uit het totaal van de voor de betreffende stroom geldende verplichte vakken in de bovenbouw, de invulling van de keuzeruimte, de projecten en de stages en een begindatum voor het afstudeerproject. Het vijfde jaar zal voor een belangrijk deel bestaan uit het uitvoeren van een afstudeerproject, eventueel voorafgegaan door een (bedrijfs-) stage. Een student kan pas afstuderen als alle onderdelen van een afstudeerprogramma zijn afgerond. 2.3.2
Examenaanvraag en “A4-populair”
Als alle onderdelen van een afstudeerprogramma zijn afgerond, meldt de student zich bij de studentenadministratie (HG 6.33) en via owinfo (http://owinfo.tue.nl) aan om in de examenvergadering besproken te worden. Bij deze examenaanvraag overlegt de student tevens een goedgekeurd "A4-populair" over het afstudeeronderwerp. Dit is een korte, voor een algemeen publiek begrijpelijke, uiteenzetting over het afstudeerproject van de student.
2.4 Keuzeprogramma Het keuzeprogramma kan op verschillende manieren worden ingevuld. Gedetailleerde informatie omtrent het invullen van keuzeruimte kan men vinden op het WWW adres: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/keuzevakken 2.4.1
Voorwaarden
In de bovenbouw kan de student ongeveer 18 sp besteden aan keuzevakken. Hiervan zijn er circa 8 in het derde jaar gereserveerd. Het invullen van de keuzevakken is niet geheel vrij. In overleg met de afstudeerdocent of, in de periode dat er nog geen afstudeerdocent is gekozen, in overleg met de PP-coördinator worden de keuzevakken ingevuld. De afstudeerdocent kan 4 sp aan keuzevakken verplicht voorschrijven. Verder worden de volgende voorwaarden aan de invulling van de keuzevakken gesteld: • Minstens 2 sp moeten worden besteed aan niet-technische vakken. • Het programma is breed van samenstelling en van academisch niveau. Van bovenstaande beperkingen kan worden afgeweken indien een student kiest voor de lerarenvariant (zie Paragraaf 2.7). In dat geval kunnen 16 sp van de keuzeruimte worden ingeruimd met onderwijsdelen van de lerarenopleiding.
20
Het vierde en vijfde jaar 2.4.2
Certificaten
De keuzeruimte kan worden ingevuld met zogenaamde certificaten, zoals het certificaat Technologie Duurzame Ontwikkeling (inlichtingen Secr. TDO, Pav A.58). Bij een certificaat moet men denken aan een aantal samenhangende vakken. Worden deze vakken met succes afgerond, dan behaalt men een certificaat, dat separaat bij het ingenieursdiploma wordt uitgereikt 2.4.3
Literatuurstudies
Het is ook mogelijk om een literatuurstudie als keuzevak op te nemen. De lijst hierna bevat een aantal literatuurstudies met de namen van docenten, die de literatuurstudie begeleiden. Deze lijst is niet uitputtend. De PP-coördinator kan desgewenst verdere informatie verschaffen. Literatuurstudies 2A266 Maattheorie en Lebesque integratie 2A336 Lineaire analyse 3 2A416 Asymptotiek 2A816 Voortgezette functietheorie 2B116 Toegepaste analyse 2B306 Splines en Wavelets 2C116 Continuümsmechanica 2 2C206 Elasticiteitstheorie 2C306 Stabiliteitstheorie 2P550 Optimale besturing 2S166 Multivariate analyse 2S320 Statistische theorie van proefopzetten 2S616 Stochastische filtertheorie 2S916 Capita selecta Statistiek
2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp 3 sp 2 sp 2 sp 2 sp 2 sp
2.5 Buiten-curriculaire activiteiten Sommige activiteiten, zoals het verrichten van bestuurlijke werkzaamheden, die wel passen bij de eindtermen en de doelstellingen van de opleiding, maar niet direct gerelateerd kunnen worden aan een vak, een certificaat of een activiteit binnen het curriculum, kunnen worden gewaardeerd met studiepunten. Hooguit 2 sp van de keuzeruimte kunnen aan dergelijke activiteiten worden besteed. Wil men hiervoor in aanmerking komen, dan dient men een schriftelijk verzoek daartoe in bij de PP-coördinator. Dit verzoek bevat een beschrijving van de activiteit. De PP-coördinator wijst vervolgens namens de examencommissie een lid van de wetenschappelijke staf aan die als verantwoordelijke docent voor die activiteit kan optreden. Nadat de student een schriftelijk verslag van de betreffende activiteit bij de verantwoordelijke docent heeft ingediend en deze dit verslag in orde heeft bevonden, worden de studiepunten toegekend. Een indicatieve lijst van mogelijke buiten-curriculaire activiteiten ligt ter inzage bij de studentenadministratie van de faculteit Wiskunde en Informatica. Het is natuurlijk mogelijk om geen gebruik te maken van de keuzeruimte en
21
Het vierde en vijfde jaar de studiepunten als extra studiepunten te beschouwen die worden toegevoegd aan het verplichte aantal van 5×42=210 sp van de ingenieursopleiding. Deze studiepunten worden op een aparte lijst gezet, die bij het diploma wordt uitgereikt.
2.6
Internationale studiepunten, beurzen
Een deel van de keuzeruimte kan men besteden aan het volgen van onderwijs of het doen van een stage aan een buitenlandse universitaire instelling of buitenlands bedrijf. De behaalde studiepunten worden dan aangemerkt als internationale studiepunten. Dit aantal wordt per situatie vastgesteld. Het is mogelijk dat men, vanwege een verblijf in het buitenland in aanmerking komt voor een beurs. Hiervoor bestaan verschillende Europese beurzen (Leonardo, Socrates) van de EU. Belangstellenden kunnen voor verdere informatie terecht bij de PP-coördinator.
2.7
Lerarenopleiding Wiskunde
Wiskundestudenten kunnen worden toegelaten tot de lerarenopleiding Wiskunde, zoals deze aan de TU/e bestaat en samen met de lerarenopleiding Natuurkunde en de lerarenopleiding Scheikunde is georganiseerd in het samenwerkingsverband TULO. Om toegelaten te worden dienen studenten contact op te nemen met Dr. A. van Asch (HG 9.89, tel (040) 247 2810). Het studieprogramma van de opleiding wiskunde van TULO staat in paragraaf 2.11. Studenten die voor deze opleiding opteren krijgen de mogelijkheid om een deel van hun ingenieursopleiding te besteden aan onderwijsdelen van het TULO programma. Dit deel met een totale omvang van hooguit 28 sp kan worden geput uit de stage in het vierde jaar (12 of 13 sp) en een groot deel (16 of 15 sp) van de beschikbare keuzeruimte in het derde en vierde jaar.
22
Het vierde en vijfde jaar 2.8 Studieprogramma Bedrijfsvoering Onderstaande tabel bevat het studieprogramma Bedrijfsvoering. Elke regel bevat de vakcode, vaknaam, onderwijsvorm en het aantal studiepunten (1 sp= 40 uur onderwijsbelasting). Tiende trimester, WS5-BV-4.1. 2P450 Sequencing en scheduling 2S300 Variantieanalyse en proefopzetten 2S380 Bedrijfszekerheid 2S730 Algoritmische methoden in de wachtrijth. 2WB00 Tijdreeksanalyse
colstr 2 u. colstr 6 u. colstr 2 u. colstr 3 u. coll 3 u., oef 3 u.
2 sp 4 sp 2 sp 2 sp 3 sp
Elfde trimester, WS5-BV-4.2 1C240 Goederenstroombeheersing 2L550 Heuristische zoekmethoden 2P470 Beslissingsondersteunende systemen 2S150 Gegeneraliseerde lineaire modellen 2S550 Netwerken van wachtrijen
coll 2 u., oef 1 u. coll 2 u. colstr colstr 3 u. coll 2 uur, oef 1 u.
2 sp 2 sp 3 sp 2 sp 3 sp
Twaalfde tot en met vijftiende trimester WS5-BV-4.3., 5.1., 5.2., 5.3. 2H209 Stage 2J036 Afstudeerproject Keuzeprogramma
23
13 sp 36 sp 10 sp
Het vierde en vijfde jaar 2.9 Studieprogramma Digitale Communicatie Onderstaande tabel bevat het studieprogramma Digitale Communicatie. Elke regel bevat de vakcode, vaknaam, onderwijsvorm en het aantal studiepunten (1 sp= 40 uur onderwijsbelasting). Tiende trimester, WS5-DC-4.1. 2A300 Lineaire analyse 5P340 Informatietheorie 2 2H334 Project digitale communicatie (1 ) keuze uit één van de volgende twee 2F780 Kaleidoscoop van de algebra (2 ) 2F790 Groepentheorie Elfde trimester, WS5-DC-4.2. 2F660 Coding and crypto 2 2S550 Netwerken van wachtrijen 2E040 Discrete algebra and geometry keuze uit één van de volgende twee 2E140 Coding theory (3 ) 2E150 Cryptology Twaalfde tot en met vijftiende trimester WS5-DC-5.1., 5.2., 5.3. 2H229 Stage 2J036 Afstudeerproject Keuzeprogramma
colstr 3 u. coll 3 u., oef 1 u. P
3 sp 3 sp 2 sp
colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp
colstr 3 u. coll 2 u., oef 1 u. coll 4 u.
3 sp 3 sp 3 sp
coll 4 u. coll 4 u.
3 sp 3 sp
12 sp 36 sp 13 sp
(1 ) Project Digitale Communicatie is een voortzetting van het project in trimester 3.3; totaal 5 sp. (2 ) In het studiejaar 2002-2003 wordt 2F780 Kaleidoscoop van de algebra niet gegeven. (3 ) In het studiejaar 2002-2003 wordt 2E140 Coding theory niet gegeven.
24
Het vierde en vijfde jaar 2.10 Studieprogramma Techniek Onderstaande tabel bevat het studieprogramma Techniek. Elke regel bevat de vakcode, vaknaam, onderwijsvorm en het aantal studiepunten (1 sp= 40 uur onderwijsbelasting). Tiende trimester, WS5-TE-4.1. 2A300 Lineaire analyse 2B250 Partiële differentiaalvergelijkingen 2C150 Mechanica van continuë media 2N070 Scientific computing A
colstr 3 u. colstr 4 u. colstr 4 u. colstr 4 u.
3 sp 3 sp 3 sp 2 sp
Elfde trimester, WS5-TE-4.2. 2A860 Modelleren en storingsmethoden 2N080 Scientific computing B 2N100 Eindige elementen methoden 2P520 Systeemtheorie 1
colstr 3 u. colstr 4 u. colstr 4 u. coll 2 u.
3 sp 2 sp 4 sp 3 sp
Twaalfde tot en met vijftiende trimester WS5-TE-5.1., 5.2., 5.3. 2H219 Stage 2J036 Afstudeerproject Keuzeprogramma
12 sp 36 sp 13 sp
2.11 Studieprogramma Lerarenopleiding Het studieprogramma van de lerarenopleding bestaat uit drie fasen en heeft een totale omvang van 48 sp (1 sp= 40 uur onderwijsbelasting). Het bestaat uit een oriëntatieprogramma (6 sp), een basisprogramma (21 sp) en een verdiepingsprogramma (21 sp). Oriëntatieprogramma 2T321 Vakdidactiek wiskunde 1 2T351 Schoolpracticum wiskunde 1 2T331 Onderzoek van onderwijs wiskunde 1 3W510 Onderwijskunde 1
3 sp 1 sp 1 sp 1 sp
Basisprogramma 2T322 Vakdidactiek 2 2T352 Schoolpracticum wiskunde 2 3W610 Onderwijskunde 2 2T342 Capita selecta wiskunde 1
3 sp 13 sp 3 sp 2 sp
Verdiepingsprogramma 2T323 Vakdidactiek 3 2T353 Schoolpracticum wiskunde 3 3W710 Onderwijskunde 3 2T333 Onderzoek van onderwijs wiskunde 2 2T343 Capita selecta wiskunde 2
2 sp 8 sp 3 sp 6 sp 2 sp
25
Het vierde en vijfde jaar
26
Overgangsregelingen 3
Overgangsregelingen
De invoering van de Bachelor/Master structuur betekent voor onze opleiding het invoeren van nieuwe studieprogramma’s, die gebaseerd zijn op een bachelorfase (kandidaats) van drie jaar en daarna een masterfase (doctoraal) van twee jaar. Het eerste jaar van de bachelorfase is in september 2000 begonnen en in dit studiejaar wordt voor het eerst het volledige bachelorprogramma uitgevoerd. Studenten die in september 2000 aan onze opleiding zijn begonnen, studeren dus volgens de BaMa structuur en de andere studenten volgens de 2+3 structuur. De 2+3 structuur kent een onderbouw van twee jaar en een bovenbouw van drie jaar. De studieprogramma’s van het eerst jaar in de BaMa structuur en die van de 2+3 structuur zijn identiek. Dit geldt niet voor de andere jaren. Er zijn vakken uit de 2+3 structuur die of niet meer voorkomen, of voorzien zijn van een andere naam ofwel een andere hoeveelheid studiepunten hebben gekregen. Voor studenten die om welke reden dan ook willen overstappen van de 2+3 structuur naar de BaMa structuur is het van belang om dit zo spoedig mogelijk te laten weten aan de PP-coördinator. Met betrekking tot de vakken in het tweede en derde jaar geldt onderstaande vrijstellingsregeling. Deze regeling voorziet in een rij van equivalente vakken uit het tweede jaar. Is men geslaagd voor het ene vak, dan geeft dit recht op vrijstelling voor het andere vak. • Approximatie in functieruimten (2A100) is equivalent met Analyse 4 (2Y260). • Differentiaalvergelijkingen (2A110) is equivalent met Analyse 5 (2Y300). • Matrixtheorie 1 (2F670) is equivalent met Matrixtheorie (2F400). • Numerieke lineaire algebra (2N120) is equivalent met Numerieke lineaire algebra (2N480). • Mathematische statistiek (2S210) is equivalent met Mathematische statistiek (2S990). Een aantal vakken uit het derde jaar van de 2+3 structuur geeft eveneens vrijstelling voor sommige vakken uit de bachelorfase. Hier gelden de volgende bepalingen. • De vakken Optimalisering 1 (2P410) en Optimalisering 2 (2P420) samen geven vrijstelling voor Optimalisering in Rn (2P610). • De vakken Grafentheorie en discrete optimalisering (2F540) samen met Optimalisering 3 (2P430) leveren vrijstelling voor Optimalisering in netwerken (2P620). • Toegepaste kansrekening (2S140) en Toegepaste statistiek (2S240) samen geven vrijstelling voor Toegepaste kansrekening (2S620). • Communicatieprincipes (5P350) kan opgenomen worden in het programma in plaats van Netwerken en protocollen (2Z870). • Fundamentele analyse 3 (2A080) geeft vrijstelling voor Functionaalanalyse (2A870). • Numerieke analyse van gewone differentiaal vergelijkingen (2N090) geeft vrijstelling voor Theorie en praktijk van gewone differentiaal vergelijkingen (2N500).
27
Overgangsregelingen
28
Instroom met bijzondere vooropleiding 4
Instroom met bijzondere vooropleiding
4.1 Samenwerking Diepenbeek Voorjaar 2000 heeft de opleiding Technische Wiskunde in Eindhoven een overeenkomst gesloten met de kandidatuuropleiding Wiskunde aan het Limburgs Universitair Centrum (LUC) te Diepenbeek in België. Deze overeenkomst voorziet in een samenwerkingsverband tussen de beide opleidingen. Studenten die de tweejarige kandidatuuropleiding Wiskunde in Diepenbeek met succes hebben afgerond, kunnen verder gaan met de ingenieursopleiding Toegepaste Wiskunde in Eindhoven. Er zijn speciale regelingen getroffen die zorgen dat deze studenten kunnen beginnen in het derde jaar van de opleiding in Eindhoven.
4.1.1
Studieprogramma derde jaar instroom Diepenbeek
De studiepunten van het derde jaar zijn weergegeven volgens het oude stelsel van 42 sp per jaar; 1 sp staat voor 40 studiebelastingsuren. Het programma bestaat uit 39 sp aan verplichte onderdelen. Er is een keuzeruimte van 3 sp. Studenten kunnen hiervoor zonder beperking een vak kiezen uit het aanbod van keuzevakken Wiskunde en keuzevakken Toepassingen. (*) Het interfacultaire project kent een totaal van 6 sp verdeeld over de trim. 3.2 en 3.3 Trimester 3.1 Verplichte vakken 2H134 Modelleren 3 2P620 Optim. in netwerken 2S480 Stochastische proc. 2 2F590 Cryptologie
project coll 3 u., oef 2 u. coll 2 u., oef 2 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 2 sp 2 sp
Keuzevakken toepassingen 2C070 Th. Mechanica 2S380 Bedrijfszekerheid
colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 2 sp
Keuzevakken Wiskunde 2N500 Th. en praktijk van gew. dvgl. 2F730 Algebra 3 2S620 Toegepaste Kansrek.
coll 3 u., pract 9 midd. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
29
Instroom met bijzondere vooropleiding Trimester 3.2 Verplichte vakken 2A110 Differentiaalvergelijkingen 2P160 Optimalisering in Rn 2M390 Software engineering 2S400 Regr. en var. analyse 2H600 Wiskunde en praktijk in hist. perspectief 2X100 Interfac. project (*)
coll 3 u., oef 3 u. coll 3 u., oef 3 u. project coll 3 u., pract 9 midd. colstr 3 u. proj
3 sp 3 sp 3 sp 3 sp 2 sp 3 sp
Keuzevakken toepassingen 1C240 Goederenstroombeh. 2S520 Wachtrijtheorie 5K020 Informatietheorie
coll 2 u., oef 1 u. colstr 3 u. coll 3 u., oef 1 u.
2 sp 2 sp 3 sp
Keuzevakken Wiskunde 2S720 Stoch. besl. problemen 2F450 Matrixtheorie 2 2A870 Functionaalanalyse
colstr 3 u. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
Trimester 3.3 Verplichte vakken 2J007 Bachelorproject 2X100 Interfac. project (*)
project project
7 sp 3 sp
Keuzevakken toepassingen 2N480 Numerieke lineaire algebra 3B510 Fys. transp. versch. 1 2Z870 Netwerken & Protocollen
coll 4 u., pract 9 midd. coll 3 u., oef 1 u. litt. studie
4 sp 3 sp 3 sp
Keuzevakken Wiskunde 2F830 Coderingstheorie 2P680 Benaderingsalgoritmen 2P600 Wsk. meth. sign.
colstr 3 u. colstr 3 u. colstr 3 u.
3 sp 3 sp 3 sp
4.2 Computational Science and Engineering Sinds het jaar 2001-2002 biedt de faculteit buitenlandse studenten de mogelijkheid tot het volgen van een studieprogramma Computational Science and Engineering (CSE) binnen de stroom Techniek. Het totale CSE programma (84 sp) bestaat uit hoofdvakken en project (Major, 32 sp), een groot afstudeerproject (42 sp) en een samenhangend geheel van bijvakken (minor 10 sp). Een toelatingscommissie CSE van de opleiding Toegepaste Wiskunde als ook een toelatingscommissie van de TU/e geven een advies over een mogelijke toelating van een buitenlandse student tot de opleiding CSE. Een groot gedeelte van het CSE-programma bestaat uit vakken uit de stroom Techniek. Deze vakken worden daarom in het Engels gegeven. 30
Onderwijsorganisatie 5
Onderwijsorganisatie
De student heeft op verschillende manieren met het bestuur en de organisatie van het onderwijs in de faculteit te maken. In de onderwijsorganisatie spelen de volgende personen en gremia een rol: • De faculteit; • De capaciteitsgroep en hoogleraren; • De opleidingsdirecteur; • De coördinatoren; • De opleidingscommissie; • De examencommissie; • De faculteitsraad; • Het onderwijsbureau. In het vervolg van dit hoofdstuk zullen ze kort besproken worden.
5.1 Onderwijsorganisatie Wiskunde 5.1.1
De faculteit
De faculteit Wiskunde en Informatica verzorgt twee opleidingen, de opleiding Technische Informatica en de opleiding Toegepaste Wiskunde. Ze staat onder leiding van het faculteitsbestuur. Per opleiding stelt het faculteitsbestuur een opleidingsdirecteur aan. De opleidingsdirecteur is gemandateerd tot het inrichten en doen verzorgen van de opleiding. Het faculteitsbestuur stelt de onderwijs- en examenregeling (OER) en het budget (de begroting) voor onderwijs vast en ziet toe op de uitvoering van het onderwijsprogramma. De faculteitsraad oefent tegenover het bestuur van de faculteit het instemmingsrecht en het adviesrecht uit. Het bestuur van de faculteit behoeft de voorafgaande instemming van de faculteitsraad voor elk door hem te nemen besluit met betrekking tot de vaststelling of wijziging van het faculteitsreglement en de onderwijs- en examenregeling.
5.2 Capaciteitsgroep Wiskunde De faculteit heeft twee capaciteitsgroepen: de capaciteitsgroep Wiskunde en de capaciteitsgroep Informatica. Capaciteitsgroepen hebben tot taak bijdragen te leveren aan de voorbereiding en uitvoering van de onderwijs- en examenprogramma’s alsmede van de onderzoekprogramma’s van de faculteit. Voorts hebben zij tot taak om bijdragen te leveren aan de voorbereiding en uitvoering van interfacultaire en interuniversitaire programma’s voor onderwijs en onderzoek. De capaciteitsgroep Wiskunde omvat de volgende acht leerstoelen.
31
Onderwijsorganisatie Leerstoel Toegepaste analyse (TA) Hoogleraar: dr.ir. J. de Graaf, dr.ir. C.J van Duijn Secretariaat Analyse (leerstoelgebied TA): mw. Th.J.M. Wolfs-van de Hurk, tel. 4760 Leerstoel Scientific computing (SC) Hoogleraar: dr. R.M.M. Mattheij Secretariaat Analyse (leerstoelgebieden SYST, SC): mw. E.R.H. van Dijk, tel. 2753 Leerstoel Stochastische en deterministische systemen (SYST) Hoogleraren: dr.ir. M.L.J. Hautus Secretariaat Analyse (leerstoelgebieden SYST, SC): mw. E.R.H. van Dijk, tel. 2753 Leerstoel Statistiek (STAT) Hoogleraar: vacature Secretariaat Besliskunde en stochastiek (leerstoelgebieden STAT, SB, CO): mw. H. Koops, tel. 3130, mw. P.C.J. Gudden-v.d. Boomen, tel. 4582 Leerstoel Stochastische besliskunde (SB) Hoogleraar: dr.ir. O.J. Boxma Secretariaat Besliskunde en stochastiek (leerstoelgebieden STAT, SB, CO): mw. H. Koops, tel. 3130, mw. P.C.J. Gudden-v.d. Boomen, tel. 4582 Leerstoel Combinatorische optimalisering (CO) Hoogleraar: dr. J.K. Lenstra Secretariaat Besliskunde en stochastiek (leerstoelgebieden STAT, SB, CO): mw. H. Koops, tel. 3130, mw. P.C.J. Gudden-v.d. Boomen, tel. 4582 Leerstoel Coderingstheorie en cryptologie (CC) Hoogleraren: dr. A.E. Brouwer, dr.ir. H.C.A. van Tilborg Secretariaat Discrete wiskunde (leerstoelgebieden DAM, CC): mw. J.G.W. Klooster-Derks, tel. 5141 Leerstoel Discrete algebra en meetkunde (DAM) Hoogleraren: dr. A.E. Brouwer, dr. A.M. Cohen Secretariaat Discrete wiskunde (leerstoelgebieden DAM, CC): mw. J.G.W. Klooster-Derks, tel. 5141 5.2.1
Opleidingsdirecteur
De opleidingsdirecteur is verantwoordelijk voor de inrichting en uitvoering van het onderwijs. Voor wat betreft de inrichting van het onderwijs stelt de opleidingsdirecteur jaarlijks een onderwijs- en examenregeling (onderwijsprogramma, inclusief inhoud en onderwijsvormen) voor. Over de inhoud van de opleiding voert hij overleg met de betreffende hoogleraren. Ten aanzien van de ontwikkeling van het onderwijsprogramma op de langere termijn alsmede de uitgangspunten, doelstellingen en eindtermen van de opleiding laat de opleidingsdirecteur zich adviseren door de opleidingscommissie. Voorts is de opleidingsdirecteur verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs; hij draagt zorg voor een kwaliteitszorgsysteem. De opleidingsdirecteur informeert de opleidingscommissie over zijn voorstellen met betrekking tot het onderwijsprogramma en over de kwaliteit van het geboden onderwijs. De opleidingsdirecteur adviseert de capaciteitsgroepen over eventuele 32
Onderwijsorganisatie kwaliteitsverbetering van de geleverde capaciteit. Voor administratieve en eventuele onderwijskundige ondersteuning maakt de opleidingsdirecteur gebruik van het Onderwijsbureau. De opleidingsdirecteur Toegepaste Wiskunde is de heer dr. H.G. ter Morsche (HG 8.34, tel. 4241,
[email protected]). 5.2.2
P-coördinator en studieadviseur
De studiebegeleiding in het eerste jaar, de propedeuse of P-fase, wordt verzorgd door de P-coördinator. Hij laat zich hierbij bijstaan door de begeleiders van het zogenaamde Wiskundepracticum en van de studentenadviseurs van het Studenten Service Centrum (STU). Aan het eind van het eerste jaar wordt een studieadvies gegeven door de studieadviescommissie, zie 1.5.3. De coördinator en studieadviseur voor de propedeuse is de heer drs. C.R. van Walt van Praag (HG 8.88, tel. 2184,
[email protected]). 5.2.3
PP-coördinator
De studiebegeleiding is in de PP-fase minder intensief en neemt naar mate de studie vordert geleidelijk af. De PP-coördinator begeleidt de studenten vooral in het derde jaar bij het indelen van het keuzeprogramma. Bovendien adviseert hij studenten, die studievertraging hebben opgelopen, hoe een “inhaalprogramma"kan worden ingericht. De coördinator voor de postpropedeuse is de heer dr. F.G.M.T. Cuypers (HG 9.48, tel. 2965,
[email protected]). 5.2.4
Stagecoördinator
Het studieprogramma kent verschillende stages en het interfacultaire project, zie 1.6.1, in het derde, vierde jaar en vijfde jaar, zie 1.8. Studenten dienen voor het plannen van een stage contact op te nemen met de stagecoördinator. De stagecoördinator is de heer dr. D.A. Overdijk (HG 9.04, 2787,
[email protected]). 5.2.5
Onderwijsbureau/Studentenadministratie
Het onderwijsbureau ondersteunt het onderwijsmanagement in al haar activiteiten, o.a. kwaliteitszorg, informatievoorziening aan studenten etc. De studentenadministratie (balie: HG 6.33, 2379,
[email protected]), een onderdeel van het onderwijsbureau, administreert allerlei gegevens van de student, zoals tentamenresultaten, examenprogramma’s etc. 5.2.6
Opleidingscommissie Wiskunde
De opleidingscommissie heeft tot taak: • advies uit te brengen aan de opleidingsdirecteur en het faculteitsbestuur over de onderwijs- en examenregeling; 33
Onderwijsorganisatie • de wijze van uitvoering van de onderwijs- en examenregeling jaarlijks te beoordelen; • gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de opleidingsdirecteur en het faculteitsbestuur over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs in de betreffende opleiding. Website: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/ocw 5.2.7
Examencommissie Wiskunde
De examencommissie van de opleiding is verantwoordelijk voor het afnemen van de examens en de organisatie en coördinatie van de tentamens. Voor het afnemen van de tentamens wijst zij examinatoren aan. Dat kunnen zijn leden van het personeel die belast zijn met het verzorgen van onderwijs in het betreffende vak alsmede deskundigen van buiten de instelling. Met betrekking tot de goede gang van zaken tijdens de tentamens en met betrekking tot de in dat verband te nemen maatregelen stelt de examencommissie regels en richtlijnen vast. Website: http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/tentamens/excom.htm
5.3 Studentenorganisaties 5.3.1
Studievereniging GEWIS
GEWIS (Gemeenschap van Wiskunde en Informatica Studenten) is de studievereniging van de faculteit Wiskunde en Informatica. GEWIS is niet alleen een gezelligheidsvereniging, maar organiseert ook excursies, lezingen en symposia en biedt studiemateriaal aan tegen gereduceerde tarieven. GEWIS-kamer: HG 8.79, 2815,
[email protected], http://www.gewis.win.tue.nl/ 5.3.2
StudentenRaad
De StudentenRaad vormt het centrale aanspreekpunt van studenten voor faculteit, universiteit en andere instanties met betrekking tot onderwijsaangelegenheden. Daarnaast levert de StudentenRaad door middel van onderstaande activiteiten een bijdrage aan de kwaliteit en studeerbaarheid van de opleidingen aan de faculteit. • De SR probeert grote en kleine problemen m.b.t. het onderwijs te signaleren. • De SR denkt mee over hoe het onderwijs en de onderwijsorganisatie kunnen worden verbeterd. • De SR bemiddelt bij problemen met roosters, tentamens of docenten. • De SR speelt problemen zo nodig door aan de studentleden in de opleidingscommissies, de faculteitsraad en/of het faculteitsbestuur. • De SR probeert de goede aspecten van onderwijsaangelegenheden te belonen, bijvoorbeeld door middel van de uitreiking van de Onderwijsprijs.
34
Onderwijsorganisatie • De SR houdt contact met de studentleden in de Universiteitsraad (UR) en het Studenten Advies Orgaan (SAO). De StudentenRaad is ook bereikbaar via
[email protected]. Website: http://www.win.tue.nl/sr/
5.4 Studiefaciliteiten 5.4.1
Studenten service centrum
Het Studenten Service Centrum, HG 0.72 tel. (040) 247 8015, geeft inlichtingen en advies over o.a. studiefinanciering, werkstudentschap, financiële aangelegenheden, inschrijving (collegekaarten), opgave/terugtrekken examens/tentamens. 5.4.2
Gebouwen
Reglementen over de toegang tot de gebouwen staan vermeld in het algemene deel van het instellingsspecifieke deel van het studentenstatuut. Dit studentenstatuut kun je vinden op de website van de opleiding: http://www.win.tue.nl/wsk Ook vind je hier reglementen voor het gebruik van (instructie-) zalen en computerruimten. 5.4.3
College- en instructiezalen en andere ruimten
De college- en instructiezalen worden op universiteitsniveau beheerd door de heer W.M. Timmermans (Auditorium 2.08, tel. (040) 247 2645). De kamers HG 8.83 t/m HG 8.86 zijn ingericht als onderwijsruimtes voor kleinschalig onderwijs. HG 8.61 is ingericht als computerzaal, HG 8.63 is ingericht als SUN-zaal en HG8.58 en HG 8.78 zijn ingericht als projectruimtes voor ontwerpgericht onderwijs. Voor reservering van de vergaderzaal HG 6.29 kunt u terecht bij het faculteitssecretariaat. 5.4.4
Bibliotheken
De bibliotheek van de faculteit staat ten dienste van de medewerkers en studenten van de faculteit. De literatuurcollectie is gespecialiseerd in die wetenschapsgebieden waarop de faculteit onderzoek verricht en onderwijs verzorgt. De bibliotheek is gevestigd in HG 6.47 en is elke werkdag geopend van 9.00 tot 17.00 uur. De bibliotheek heeft naast de eigen catalogus (VUBIS), diverse online bibliografische bestanden beschikbaar voor het opzoeken van wetenschappelijke literatuur (ook via het World Wide Web). Voor nadere informatie kan men terecht bij de faculteitsbibliothecaris mw. ir. E.J.M. Jacobs, of bij de medewerkers mw. H.J.M. de Brouwer en mw. W.B. Ridder, tel. 2766.
35
Onderwijsorganisatie Verder kan gebruik worden gemaakt van de centrale bibliotheek en de overige faculteitsbibliotheken. Meer informatie over de bibliotheek van de TUE, uitleenregelingen etc. zijn opgenomen in het algemene deel van het studentenstatuut. 5.4.5
Kopieerfaciliteiten
Bij de bibliotheek is een kopieerapparaat waarop studenten kunnen kopiëren. Kopieerkaarten zijn te koop bij de bibliotheek. Goedkoper kan gekopieerd worden in De Hal, bij de Repro-shop. 5.4.6
Studiemateriaalverkoop
Voor de aankoop van collegedictaten, instructie-materialen, ringbanden, studiegids, etc. kan de student terecht bij het magazijn collegedictaten (’Dictatenverkoop’) van het Facilitair Bedrijf. De openingstijden zijn van 09.00 tot 13.00 uur. Het magazijn is in de introweek gesloten. Inlichtingen: Hoofdgebouw, vloer –1, tel. 2446, homepage: www.diz.tue.nl, email:
[email protected]. Op maandag, woensdag en vrijdag is er van 12.40 tot 13.20 boekenverkoop bij GEWIS in HG 8.79, tegen sterk gereduceerde prijzen. 5.4.7
Computer faciliteiten
Bureau Computer Faciliteiten (BCF) is onderdeel van het faculteitsbureau. Het takenpakket van BCF betreft het beschikbaar stellen van computerfaciliteiten en het geven van ondersteuning bij het gebruik ervan. Voor studenten gaat het hier met name om vragen en/of problemen over accounts op het SUN-cluster van de faculteit. BCF ziet ook toe op het beheer en gebruik van de facultaire computerzalen HG 8.61, HG 8.63 en HG 8.78. Voor problemen met "studentenmail" wordt verwezen naar de Helpdesk van het ICT Servicebedrijf (voorheen Rekencentrum), LG 0.01, tel. 4649. De helpdesk voor notebooks is gevestigd in HG 8.86, tel. 2979. De beheerders en operators van BCF zijn gehuisvest in HG 8.73. De BCF-helpdesk is geopend op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur en bereikbaar via tel. 2802,
[email protected], website http://www.win.tue.nl/bcf/. 5.4.8
Notebook service centrum
Het Notebook service centrum fungeert als helpdesk voor hardware en (standard) software problemen met je laptop. De dependance voor de faculteit Wiskunde en Informatica is te vinden in HG 8.86, tel. 2779, w.i.n.student.tue.nl, http://www.tue.nl/nscwin.
5.5 Informatiebronnen Actuele informatie over (wijzigingen in) het studieprogramma, het collegerooster, de practica, de examens en andere belangrijke zaken, verband houdende met de studie aan de TU/e wordt op de volgende manieren aangeboden:
36
Onderwijsorganisatie Schriftelijk • De opleidingsgids Technische Wiskunde voor wiskunde-studenten. De opleidingsgids is verkrijgbaar bij de Facultaire Studentenadministratie. • De universiteitsgids. Deze wordt door het College van Bestuur kostenloos beschikbaar gesteld aan alle studenten. De universiteitsgids is in te zien bij de Facultaire Studentenadministratie en is via het world wide web te raadplegen. • Tentamenroosters en collegeroosters. Deze zijn verkrijgbaar bij zowel de Facultaire Studentenadministratie (HG 6.32) als bij het Studenten Service Centrum. • Instructieroosters. Deze zijn verkrijgbaar bij de Facultaire Studentenadministratie (HG 6.32). • Het universiteitsblad Cursor. Dit blad wordt gratis verspreid over de gehele TU/e. • Onderwijs- en examenregeling (OER), in te zien bij de Facultaire Studentenadministratie. • Regels en richtlijnen (RR), in te zien bij de Facultaire Studentenadministratie. • De publicatieborden voor tentamenuitslagen op de begane grond van het hoofdgebouw. • Op vloer 6 hangt bij de ingang van de bibliotheek (HG 6.47) een bord met foto’s van alle medewerkers van de faculteit. Mondeling • De studieadviseurs/coördinatoren – P-fase Wiskunde: drs. C.R. van Walt van Praag – PP-fase Wiskunde: dr. F.G.M.T. Cuypers • De Facultaire Studentenadministratie HG 6.33 (balie), tel. 2379. o.a. voor inlichtingen/advies over studieregelingen, reglementen, roosters en studieresultaten. • Het faculteitssecretariaat Wiskunde & Informatica, HG 6.19, tel. (040) 247 2750. • Het Studenten Service Centrum, HG 0.72 tel. (040) 247 8015 voor inlichtingen/ advies over o.a. studiefinanciering, werkstudentschap, financiële aangelegenheden, inschrijving (collegekaarten), opgave/terugtrekken examens/tentamens. • Studievereniging Wiskunde & Informatica GEWIS, HG 8.79, tel. (040) 247 2815. Veel gebruikte startpagina’s zijn: • TUE-pagina’s: http://www.tue.nl/ • Faculteit Wiskunde en Informatica: http://www.win.tue.nl/ 37
Onderwijsorganisatie • Opleiding Toegepaste Wiskunde: http://www.win.tue.nl/wsk • Studievereniging GEWIS: http://www.gewis.win.tue.nl/ • Onderwijsinformatie TUE:http://owinfo.tue.nl/ • Interfacultaire projecten: http://www.ifp.tue.nl • Win-E-zine: http://www.win.tue.nl/mededelingenblad • Notebook service centrum http://www.win.tue.nl/nscwin
38
Jaarindeling en roosters 6
Jaarindeling en roosters
6.1 Jaarindeling Het studiejaar is ingedeeld in trimesters: het herfsttrimester, het wintertrimester en het lentetrimester. De trimesters omvatten veertien weken: twee onderwijsperioden van vijf weken onderwijs (wel aangeduid met blok A en blok B), een tussenweek tussen de onderwijsperioden, en een tentamenperiode van twee à drie weken aan het einde van het trimester. De jaarindeling is the vinden op de website http://owinfo.tue.nl/agaj2002.html Een kalender is te vinden op http://owinfo.tue.nl/klaj2002.html Jaarindeling 2002-2003 Herfsttrimester Blok A 2 september 2002 Tentamens 7 oktober 2002 Blok B 14 oktober 2002 Tentamens 18 november 2002
4 oktober 2002 12 oktober 2002 15 november 2002 30 november 2002
Wintertrimester Blok A 2 december 2002 Tentamens 20 januari 2003 Blok B 27 januari 2003 Tentamens 10 maart 2003
24 januari 2003 24 januari 2003 28 februari 2003 29 maart 2003
Lentetrimester 3 Blok A 31 maart 2003 Tentamens 12 mei 2003 Blok B 19 mei 2003 Tentamens 23 juni 2003
9 mei 2003 17 mei 2003 20 juni 2003 12 juli 2003
Tentamens
16 augustus 2003
11 augustus 2003
6.2 Roosters Roosters voor colleges, instructies en tentamens zijn verkrijgbaar bij de Facultaire Studentenadministratie (HG 6.33). De roosters worden tevens via de website van owinfo (http://owinfo.tue.nl) bekend gemaakt. Zie ook de website van de opleiding: http://www.win.tue.nl/wsk.
39
Jaarindeling en roosters
40
Vakinformatie 7
Vakinformatie
In dit hoofdstuk vind je informatie over de verschillende vakken die de opleiding Toegepaste Wiskunde aanbiedt. Een lijst van alle aangeboden vakken is te vinden in het vakkenregister, zie 7.2.
7.1 Studeerwijzers Owinfo Informatie over de vakken in de studieprogramma’s, de inhoudsbeschrijvingen, het studiemateriaal, de tentamens, de college- en tentamenroosters etc. kan men vinden op de website van owinfo: http://owinfo.tue.nl Informatie over een specifiek vak is daar opvraagbaar via de vakcode van het vak. Een overzicht van de vakcodes staat vermeld in het vakkenregister (zie 7.2). Studeerwijzers Vele vakken kennen een studeerwijzer. Een studeerwijzer bevat vakinformatie die aanvullend is ten opzichte van de vakinformatie in owinfo. Een overzicht van de vakken die een studeerwijzer hebben, kan men vinden op http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/studeerwijzers/. De meeste studeerwijzers zijn ook direct toegankelijk op het adres http://www.win.tue.nl/wsk/onderwijs/VAKCODE door voor VAKCODE de werkelijke vakcode van het betreffende vak in te vullen.
7.2 Vakkenregister In deze paragraaf vindt men een lijst van alle vakken uit de bacheloropleiding Toegepaste Wiskunde en alle verplichte vakken uit één van de drie stromen in de bovenbouw. Vaknaam Afstudeerproject Algebra 1 voor WSK Algebra 2 voor WSK Algebra 3 Algoritmische methoden in de wachtrijtheorie Analyse 1 Analyse 2 Analyse 3
41
Vakcode 2J036 2F715 2F725 2F730 2S730 2Y140 2Y180 2Y220
Vakinformatie Vaknaam Approximatie in functieruimten Asymptotiek 1 Bachelorproject Bedrijfszekerheid Benaderingsalgoritmen Beslissingsondersteunende systemen Capita selecta statistiek Capita selecta wiskunde 1 Capita selecta wiskunde 2 Coderingstheorie Coding en crypto 2 Coding theory Combinatoriek Continuümsmechanica 2 Cryptologie Differentiaalvergelijkingen Discrete algebra and geometry Eindige elementen methoden Elasticiteitstheorie Elektromagnetisme voor WSK Functietheorie Functionaalanalyse Fundamentele analyse 1 Fysische transport verschijnselen 1 Gegeneraliseerde lineaire modellen Goederenstroombeheersing Groepentheorie Heuristische zoekmethoden Ingenieur van beroep Informatietheorie Informatietheorie 2 Inleiding digitale communicatie Inleiding kwantitatieve aspecten van de bedrijfskunde Inleiding logistiek Inleiding numerieke analyse Interfacultair project Kansrekening en statistiek Lineaire algebra en lineaire analyse 1 Lineaire algebra en lineaire analyse 2 Lineaire algebra en lineaire analyse 3 Lineaire analyse Lineaire analyse 3 Maattheorie en Lebesgue-integratie Mathematica Mathematische statistiek 42
Vakcode 2A100 2A416 2J007 2S380 2P680 2P470 2S916 2T342 2T343 2F830 2F660 2E140 2F520 2C116 2F640 2A110 2E040 2N100 2C206 5F150 2Y480 2A870 2A060 3B510 2S150 1C240 2F790 2L550 0A285 5K020 5P340 2N500 1C160 2S950 2N130 2X100 2S270 2Y510 2Y550 2Y590 2A300 2A336 2A266 2F813 2S990
Vakinformatie Vaknaam Matrixtheorie 1 Matrixtheorie 2 Mechanica 1 Mechanica van continuë media Modelleren 1 Modelleren 2 Modelleren 3 Modelleren 4 Modelleren en storingsmethoden Multivariate analyse Netwerken en protocollen Netwerken van wachtrijen Numerieke lineaire algebra Onderwijskunde 1 Onderwijskunde 2 Onderwijskunde 3 Onderzoek van onderwijs wiskunde 1 Onderzoek van onderwijs wiskunde 2 Optimale besturing Optimalisering in Rn Optimalisering in netwerken Oriëntatie Partiële differentiaalvergelijkingen Productiebeheersing Programmeren 1 voor WSK Programmeren 2 voor WSK Project bedrijfsvoering Project digitale communicatie Project techniek Regressie en variantie analyse Schoolpracticum wiskunde 1 Schoolpracticum wiskunde 2 Schoolpracticum wiskunde 3 Scientific computing A Scientific computing B Sequencing and scheduling Simulatie Software engineering Splines and wavelets Stabiliteitstheorie Statistische theorie van proefopzetten Stochastische beslissingsproblemen Stochastische processen 1
Vakcode 2F670 2F450 3A200 2C150 2H053 2H063 2H134 2H144 2A860 2S166 2Z870 2S550 2N480 3W510 3W610 3W710 2T331 2T333 2P550 2P610 2P620 2H010 2B250 1C110 2Z820 2Z830 2H204 2H334 2H214 2S400 2T351 2T352 2T353 2N070 2N080 2P450 2S540 2M390 2B306 2C306 2S320 2S720 2S500
43
Vakinformatie Vaknaam Stochastische processen 2 Stochastische filtertheorie Systeemtheorie 1 Tensorrekening Theoretische mechanica Theorie en praktijk van gewone diff. vergelijkingen Tijdreeksanalyse Toegepaste analyse 1 Toegepaste kansrekening Variantieanalyse en proefopzetten Vakdidactiek wiskunde 1 Vakdidactiek wiskunde 2 Vakdidactiek wiskunde 3 Verzamelingenleer Voortgezette functietheorie Wachtrijtheorie Wiskunde en praktijk in hist. perspectief Wiskundige methoden in de signaalverwerking Wiskundepracticum
44
Vakcode 2S480 2S616 2P520 2F800 2C070 2N500 1F061 2B116 2S620 2S300 2T321 2T322 2T323 2A000 2A816 2S520 2H600 2P600 2H003