Opleiding Orthopedagogie Code + officiële benaming van de module M5-M6, L5-L6 Gesuperviseerde praktijk – Methodische begeleiding Academiejaar 2015-2016 Semester: 1 Studieomvang 15 studiepunten Totale studietijd 300 Aantal lestijden 200 Aandeel lestijden in afstandsonderwijs 260 u stage op werkplek Bijkomende startvoorwaarden Om deze module in optimale omstandigheden aan te vatten moet de cursist de kennis, vaardigheden en attitudes, die hij leerde in de modules LM1, LM2, LM3, LM4 van de opleiding, actief kunnen inzetten.
Doelstellingen Gedurende 260 uren wordt de cursist ondergedompeld in de praktijk. Dit laat hem toe om op een intensieve manier kennis te maken met een bepaald onderdeel van het werkveld en met het werk van een opvoeder-begeleider. De cursist gaat uit opgedane stage-ervaringen zijn eigen leerdoelen formuleren. Hij gaat op zoek naar die vaardigheden, kennis en/ of attitudes waarvan hij vermoedt dat ze bijdragen tot de effectiviteit op de werkvloer. Via een eigen ontwikkeld 360°-feedbacksysteem tracht hij gestructureerde feedback te verkrijgen. Hierdoor komen zijn sterktes plus zijn te verbeteren aspecten van het functioneren in kaart. Eindcompetenties en attitudes Respect voor de totale persoon 1.1.1 Behandelt iedereen gelijkwaardig en met respect, onafgezien van ras, geslacht, levensbeschouwing en overtuiging (3) 1.1.2 beseft dat elk lid van de samenleving talenten en beperkingen heeft en dat iedereen een waardevolle sociale bijdrage heeft te leveren (3) 1.1.3 Houdt zorgvuldig rekening met de grote invloed van meningen en daden van de hulpverlener op de hulpvrager (3) 1.1.4 Geeft de hulpvrager maximale inspraak en informatie met betrekking tot de hulpvraag (3) Toepassingsgerichtheid 1.2.1 Wendt zijn beroepsspecifieke en wetenschappelijk onderbouwde kennis aan in een professionele omgeving (4) 1.2.2 Kan theorie en praktijk geïntegreerd toepassen (4) 1.2.3 Stelt zich op de hoogte van ontwikkelingen binnen het werkveld. Past de opgedane kennis toe. (4) Leerbereidheid en vermogen tot zelfreflectie en zelfsturing 1.3.1 Geeft zijn mogelijkheden, grenzen en beperkingen aan (4) 1.3.2 Formuleert de eigen leerpunten op basis van een reflectie op het eigen functioneren.(4) 1.3.3 Controleert voortgang en resultaten van het werkproces of project en stuurt bij waar nodig (4)
1.3.4 Hanteert kritische reflectie als een beroepshouding (4) 1.3.5 Geeft op basis van reflectie de eigen loopbaan permanent en actief vorm (4) Vermogen tot constructief samenwerken 1.5.1 Wisselt bruikbare informatie uit met anderen (3) 1.5.2 Levert een actieve bijdrage aan een gezamenlijk resultaat (3) 1.5.3 Zet zich samen in met anderen voor een project dat het eigen belang overstijgt (3) Ingesteldheid tot duurzaam handelen 1.6.4 Gaat op een verantwoorde manier om met diversiteit (2) 1.6.6 Werkt mee aan de ontplooiing van de maatschappij met oog voor sociaal-economische ongelijkheid (2) Algemene competenties: Denk- en redeneervaardigheden 2.1.2. Hanteert geleerde begrippenkaders actief in praktijksituaties (3) 2.1.3. Analyseert praktijksituaties (4) 2.1.4. Integreert de wisselwerking theorie/praktijk in zijn orthopedagogisch handelen (3) Methodisch en procesmatig handelen 2.2.3 Analyseert een taak of werkproces (4) Wetenschappelijk denken en handelen. Beschikken over het vermogen tot communiceren van informatie, ideeën, problemen en oplossingen, zowel aan specialisten als aan leken 2.3.8 Maakt passend gebruik van hedendaagse ICT-mogelijkheden (4) 2.4.1. Verduidelijkt mondeling en schriftelijke ideeën, meningen en informatie in begrijpelijke en correcte taal (4)
2.4.3. Maakt gebruik van de juiste communicatiemiddelen (4) Teamgericht werken 2.7.1. Heeft respect voor de inbreng van anderen (3) 2.7.2. Werkt op een coöperatieve manier samen, motiveert, stimuleert, enthousiasmeert, coacht binnen het team en in de ruime context van de organisatie (3) 2.7.3. Getuigt van een groepsgerichte ingesteldheid (3) 2.7.4. Hanteert elementaire sociaalagogische en communicatieve vaardigheden met alle betrokkenen binnen en buiten de organisatie (3) 2.7.5. Neemt verantwoordelijkheid op in/voor het team (3) 2.7.6. Evalueert het eigen aandeel in het gebeuren (3) Domeinspecifieke competenties: Handelingsplanner 3.1.1. Analyseert de hulpvraag van de cliënt/het cliëntsysteem in zijn context (3) 3.1.2. Stelt een handelingsplan of begeleidingsplan op vanuit het doel 'kwaliteit van leven'(3) 3.1.3. Herformuleert agogische vragen (3) 3.1.4. Optimaliseert doelen en middelen op basis van geobserveerde evoluties (3) 3.1.5. Verleent de noodzakelijke zorg- en verpleegkundige handelingen in functie van het welzijn van de cliënt en stimuleert een gezonde leefwijze (3) Organisator en ondersteuner 3.2.1. Organiseert woon-, leer-, werk- en vrijetijdsvaardigheden op een methodische, planmatige wijze (3) 3.2.2. Begeleidt woon-, leer-, werk- en vrijetijdsvaardigheden op een methodische, planmatige wijze (3)
3.2.3. Hanteert een instrumentarium van muzisch-agogische methoden (3) 3.2.4. Hanteert bewust en doelgericht orthopedagogische grondvormen (3) Psychosociaal begeleider 3.4.1. Bouwt op een professionele manier een begeleidingsrelatie uit in samenspraak met de cliënt/het cliëntsysteem en alle betrokkenen (3) 3.4.2. Maakt in de hulp- en dienstverlening keuzes van in te zetten methoden en middelen (3) 3.4.3. Onderbouwt deze keuzes vanuit theoretische, ortho-agogische en ethische kaders (3) Pedagogisch begeleider 3.5.1. Brengt een klimaat tot stand waarin cliënten met een ondersteuningsbehoefte optimale ontwikkelings- en ontplooiingskansen krijgen (3 3.5.2. Evalueert het eigen aandeel in de hulpverleningsrelatie ter bevordering van optimale ontwikkelingskansen (3) 3.5.3. Bevordert en onderhoudt de cognitieve, emotionele, sociale en motorische ontwikkeling en ontplooiing (3)
Lesinhouden De cursist verbreedt en verdiept zijn kennis en inzicht in het professioneel handelen van een opvoeder- begeleider en in zijn eigen professioneel handelen. Hiervoor maakt hij gebruik van de theorie rond ervaringsleren van Kolb. Hij kan eigen werkpunten/ werkdoelen benoemen en uitwerken (a.d.h.v. SMARTIprincipe). Deze gaat hij verwerken via het 360°feedbacksysteem. Werkvormen Start- en evaluatiegesprek op de stageplaats met cursist, stagebegeleider en supervisor van school. Werk op de stageplaats zelf. Verschillende supervisie/reflectiegesprekken en oefeningen in kleine supervisiegroep. Veruitwendigen van het leerproces a.d.h.v. reflecties die verzameld worden in een stagemap.
Aanwezigheid Er is een verplichte aanwezigheid voor de supervisiemomenten. Evaluatie Eerste examenkans Gesuperviseerde praktijk M 5-6: De cursist wordt geëvalueerd door de stagebegeleider van de stageplaats (eventueel samen met teamleden) a.d.h.v. het document “Evaluatieschema gesuperviseerde praktijk 5-6”. De cursist maakt een zelfevaluatie a.d.h.v. het document “Evaluatieschema gesuperviseerde praktijk 5-6”. Op het einde van de stageperiode vindt een evaluatiegesprek plaats tussen cursist, stagebegeleider en docent (supervisor) van de school, vertrekkend vanuit deze 2 ingevulde documenten. De lector quoteert nadien op basis van documenten en een gesprek (2 keer 60 punten). Methodische begeleiding L 5-6: Evaluatie van het volledig uitgewerkte 360°-feedback systeem. (40 punten) Evaluatie van mondelinge reflectie op functioneren op stageplaats (deze reflectie gebeurt tijdens geplande supervisiemomenten met de supervisor op school) en van reflectieverslagen over de supervisie (40 punten). TOETSMATRIJS Formuleren leerdoelen + actiepunten (POP)
Aandeel cursus 30%
Kennis
Inzicht
Toepassing
Analyse
Totaal
20%
5%
5%
30%
Reflectieverslagen creatieve therapie Ontwikkelen 360° vragenlijst Uitwerking bewijsmateriaal Ontwikkeling statistische weergave resultaten TOTAAL
20%
10%
20%
20%
20%
20%
10%
5%
5%
10%
40%
40%
100%
100%
20%
Gesuperviseerde praktijk M 5-6: Er is geen tweede zittijd mogelijk. Methodische Begeleiding L5-6: Er is geen tweede zittijd mogelijk. Leermateriaal: Niet gepubliceerde stagebundel L5/6- M5/6, 2015- 2016, Ine Fierens
Geen
20%
20%
Tweede examenkans
Extra kosten
10%
20%