College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
Collegevoorstel Inleiding: De gemeente ontvangt van het Rijk middelen voor volwasseneneducatie. Deze middelen moeten ingezet worden bij het regionaal opleidingscentrum (roc). Onze gemeente zet deze middelen in bij het roc KW1C den Bosch. Jaarlijks wordt hiervoor een raam- en productovereenkomst afgesloten tussen het KW1C, de gemeente ’s Hertogenbosch en de omliggende gemeenten. De wijzigingen in de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) als gevolg van de invoering van de Wet inburgering (Wi) leiden ertoe dat het educatiebeleid en inburgeringsbeleid, maar ook ontwikkelingen op andere beleidsterreinen (Wmo, voortijdig schoolverlaten) beter op elkaar kunnen worden afgestemd.
Feitelijke informatie: Volwasseneneducatie richt zich vooral op het creëren van kansen voor mensen die mede door een (te) laag opleidingsniveau problemen ondervinden bij het meedoen aan de samenleving. Deelnemers die gebruik maken van volwasseneneducatie zijn mensen van 18 jaar of ouder. De afgelopen jaren was de meerderheid van de cursisten allochtoon. Grote groepen anderstaligen kwamen naar Nederland en zorgden voor een enorme groei van het Nederlands als Tweede Taal (NT2) onderwijs binnen de roc’s. De doelgroep autochtone functionele analfabeten bleek moeilijk bereikbaar. Voor cursussen gericht op gebruik van de computer is wel veel animo. Per 1 januari 2007 is de Wet inburgering ingevoerd. Dit heeft geleid tot een wijziging van de WEB. De belangrijkste wijziging is dat trajecten NT2 tussen taalniveaus A1 en A2 in principe niet langer onder de WEB vallen. Hierdoor ontstaat er ruimte voor het binnenhalen van nieuwe doelgroepen.
Afweging: In bijgaande notitie doet het KW1C een voorstel voor een inhoudelijk raamwerk voor de inzet van de WEB-gelden voor 2008. De notitie van het KW1C beschrijft in de inleiding o.a. de achtergronden en de ambities, daarna een financieel kader en een mogelijke uitwerking per doelgroep: 1. doelgroep inburgeraars 2. doelgroep risicogroepen 3. doelgroepen Wmo De gemeente geeft zelf de prioritering hierbij aan. 1. Doelgroep inburgeraars De WEB biedt inburgeraars aanvullende mogelijkheden op de WI (Wet Inburgering) door het volgen van een alfabetiseringstraject voorafgaand aan het inburgeringstraject en het volgen van een zogenaamd natraject na deelname aan het inburgeringsexamen. De alfabetiseringstrajecten leiden op tot taalniveau A1. Ook doelgroepen die niet in aanmerking komen voor een gemeentelijk aanbod binnen de WI mogen een alfabetiseringstraject volgen onder de WEB. Na het behalen van het inburgeringsexamen kunnen gemotiveerde cursisten doorleren onder de WEB. Deze natrajecten zijn gericht op het behalen van een hoger taalniveau, op het vergroten van arbeidsvaardigheden, op het kunnen doorstromen naar een vervolgopleiding of op het bereiken van een hoger niveau van zelfredzaamheid. 2. Doelgroep risicogroepen Onder de doelgroep risicogroepen vallen de inwoners van de gemeente, die zichzelf net staande weten te houden, zolang de omgevingssituatie niet wijzigt. Zij hebben onvoldoende competenties en vaardigheden om veranderingen goed op te kunnen vangen. Gedacht wordt aan functioneel analfabeten en laaggeletterden en aan 1 /6
College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
jongeren die dreigen uit te vallen of zonder opleiding of baan thuiszitten. Voor jongeren geldt dat om een goede toekomst op te bouwen het behalen van een startkwalificatie (afgeronde havo, vwo of mbo 2 opleiding) noodzakelijk is. Voor andere mensen die vallen onder de risicogroepen is dit niveau echter te hoog. De doelgroep zoals hierboven beschreven is een groep die over het algemeen niet uit zichzelf (weer) naar school gaat. Samenwerking met welzijns- en onderwijspartners is een belangrijke voorwaarde, waarbij veel aandacht besteed zal moeten worden aan de werving. 3. Doelgroepen WmoDe visie van de rijksoverheid die centraal staat bij een succesvolle werking van de Wmo is samengevat met de slogan ‘’Meedoen’’. Mensen zijn daarbij in eerste instantie zelf verantwoordelijk voor hun functioneren binnen de maatschappij. Het is de taak van gemeenten, instellingen en overige organisaties om vanuit een bepaalde rolverdeling daarbij de benodigde ondersteuning te bieden. De basis van de Wmo is gelegen in de bedoeling om het mogelijk te maken dat iedereen kan blijven participeren in onze maatschappij. De volwasseneneducatie draagt hieraan bij door het scholen van mensen die over onvoldoende basisvaardigheden beschikken om mee te kunnen doen. In het aanbod doelgroepen Wmo wordt nieuw aanbod ontwikkeld op specifieke scholingsvragen die binnen een bepaalde context leven. Hierbij kan worden gedacht aan trajecten voor ouderen of mensen met een beperking die specifieke knelpunten ervaren, vrijwilligers die baat hebben bij bepaalde cursussen of ouderen die willen leren omgaan met internet. De gemeente geeft binnen de beschikbare middelen de prioriteiten aan. Hierbij wordt rekening gehouden met de ontwikkelingen van andere beleidsvelden: inburgering, Wmo, arbeidsmarktbeleid en lokaal onderwijsbeleid. Rode draad in al deze beleidsterreinen is participatie, meedoen. Doelgroep inburgering: 1. Inburgeraars onder taalniveau A1Voor de financiering van alfabetiseringstrajecten kan de gemeente verschillende financieringsbronnen gebruiken: Wi, WWB of WEB. Het ministerie van WWI heeft onlangs aangeraden om alfabetiseringstrajecten te bekostigen uit de WEB totdat de cursist niveau A1 heeft gehaald. De cursist kan daarna deelnemen aan een inburgeringsprogramma. Hiermee wordt voorkomen dat analfabeten deelnemen aan de reguliere inburgeringsprogramma’s, in plaats daarvan krijgen ze onderwijs dat gericht is op hun specifieke behoeften en mogelijkheden. Bij de uitvoering van de WI in onze gemeente is bij de aanbesteding al de keuze gemaakt om de alfabetiseringstrajecten uit de WEB middelen te bekostigen en dus door het roc te laten uitvoeren. De ervaring tot nu toe is dat ongeveer 50% van de inburgeraars eerst een alfabetiseringstraject volgt bij het roc. Momenteel zijn dit 30 personen verdeeld over 3 verschillende lesgroepen.Naast de inburgeraars die een alfabetiseringstrajecten krijgen als voortraject van de WI kunnen inburgeringsbehoeftigen zich melden voor deze trajecten. In onze gemeente kunnen inburgeringsbehoeftigen ook in aanmerking komen voor een inburgeringstraject, maar zij hebben niet zo’n hoge prioriteit. Zij kunnen in ieder geval via de WEB een traject tot niveau A1 gaan volgen. 2. Inburgeraars na het behalen van het examenVia het inburgeringsexamen verwerven migranten een taalniveau dat hen voorbereidt op een beroep op of onder niveau mbo-1. Migranten met een hogere opleiding kunnen beter staatsexamen Nederlands als Tweede Taal afleggen. Het inburgeringsexamen is erg praktisch gericht. Middenen hooggeschoolden leren sneller en voor hen past een staatsexamen meer bij hun 2 /6
College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
denkniveau, scholing en werkervaring. Op 1 april 2008 heeft het college besloten uitvoering te geven aan het Deltaplan Inburgering en inburgeraars met een hoog taalniveau in aanmerking te laten komen voor een traject gericht op het behalen van het staatsexamen. Het gaat dan met name om jongeren die na het behalen van het staatsexamen doorstromen naar een beroepsopleiding waarvoor ze een hoger niveau nodig hebben dan het inburgeringsexamen. Het behalen van een hoger niveau kan ook voor anderen een betere kans op participatie in de samenleving betekenen. Hiervoor is het mogelijk om vanuit de WEB-middelen trajecten aan te bieden die de competenties en vaardigheden verhogen gericht op het behalen van een taalniveau van A2 of hoger. Deze trajecten passen in de opvatting dat meedoen en participatie belangrijk is en passen hiermee binnen de prioriteitstelling van de gemeente. 3. Inburgeraars onder taalniveau A1 die het niveau niet halen Van deze inburgeraars wordt tijdens het alfabetiseringstraject duidelijk dat zij niveau A1 niet gaan behalen. De gemeente kan deze inburgeraar ontheffing verlenen als aan het einde van de handhavingsperiode is gebleken dat voldoende is ondernomen en vast is komen te staan dat men het niveau niet kan behalen. Deze groep is natuurlijk erg kwetsbaar, om hier de participatie nog zoveel mogelijk te bevorderen kan aan deze personen een aanbod worden gedaan waarin taalvaardigheden en competenties worden verhoogd gericht op zelfredzaamheid. Gelet op de kwetsbaarheid van de doelgroep ligt hier zeker een prioriteit. Doelgroep Wmo: 1. Doelgroep vrijwilligers Het beleidsplan maatschappelijke ondersteuning 2008 t/m 2011, “Iedereen doet mee in Heusden”, is in december 2007 door de Raad vastgesteld. Het beleidsplan vormt een beleidskader waarbinnen alle gemeentelijke, van gemeentewege ondersteunde en zo veel mogelijk niet-gemeentelijke activiteiten op het gebied van maatschappelijke ondersteuning plaats moeten vinden. Ondersteuning van vrijwilligers is een van de prestatievelden vanuit de Wmo. Het cursusaanbod hiervoor moet nog worden ontwikkeld in samenwerking met partners in de gemeente. Initiatieven zijn er momenteel met stichting Sphinx over een traject voor deskundigheids-bevordering op het gebied van communicatie voor de vrijwilligers van de buurthuizen en met basisschool de Wegwijzer waar de tussenschoolse opvang via vrijwilligers plaatsvindt. 2. Mensen met een beperkingIedere burger neemt naar vermogen deel aan de maatschappij. Het doel van de Wmo-trajecten is het verhogen van competenties en vaardigheden gericht op het verbeteren van de persoonlijke levenssituatie. De roc’s hebben ervaring in het scholen van mensen die over onvoldoende vaardigheden beschikken om mee te kunnen doen. Trajecten worden ontwikkeld gericht op specifieke scholingsvragen in samenwerking met relevante partners. Zo wordt in Den Bosch een cursus gericht op het behalen van een brommercertificaat en de theoretische opleiding voor een autorijbewijs gegeven voor mensen waarvoor de reguliere opleidingen niet passend zijn. In zijn algemeenheid past de maatschappelijke ondersteuning die via een scholingstraject wordt aangeboden binnen het beleid van de Wmo. Wat daarbij niet over het hoofd mag worden gezien is dat relevante organisaties zoals Prisma en Cello hierin zelf ook een belangrijke taak hebben. Scholingstrajecten via het KW1C moeten dan ook aanvullend zijn en niet het aanbod van deze instellingen vervangen. Er zijn vanuit deze instellingen geen expliciete vragen of knelpunten doorgegeven die in het beleidsplan Wmo staan opgenomen en nu moeten leiden tot een aanbodontwikkeling bij het KW1C. 3 /6
College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
Regionaal zijn er contacten tussen genoemde instellingen en het KW1C en wordt geinventariseerd of er scholingsbehoefte is. 3. Andere aan de Wmo gerelateerde groepen Hierbij kan worden gedacht aan specifieke groepen zoals ouderen of mantelzorgers. Aanbod wordt ook hier ontwikkeld in samenwerking met de relevante lokale partners. Vanuit de Wmo is de ondersteuning van mantelzorgers een belangrijk aandachtsgebied. Stichting Modus onderhoudt het lokaal steunpunt mantelzorg, in het Wmo beleidsplan is opgenomen dat met deze stichting afspraken worden gemaakt over versteviging van de zelfredzaamheid van de mantelzorgers en over de ondersteuning van de informele zorg. Er zijn momenteel nog geen ontwikkelingen bekend die leiden tot een specifieke scholingsvraag aan het KW1C. Mogelijk ontbreekt het hier aan bekendheid bij de betreffende lokale partners met de mogelijkheden van het KW1C. Doelgroep risicogroepen: 1. Analfabete en laaggeletterde Nederlandstaligen Streven is om alle inwoners van de gemeente te scholen tot een bepaald basisniveau, ook wel maatschappelijke startkwalificatie genoemd. Onderdelen van dit basisniveau zijn: digitale vaardigheden, lezen en schrijven, rekenen, Engels. Afhankelijk van de behoefte wordt een aparte lesgroep in Drunen gestart of kunnen mensen deelnemen in een groep op de hoofdlocatie in Den Bosch. Ervaring van de afgelopen jaren is dat zeker de cursussen digitale vaardigheden in een lokale behoefte voorzien. Ook de lesgroep Engels kent voldoende aanmeldingen. Voor lezen, schrijven en rekenen gaan de deelnemers meestal naar de locatie in Den Bosch. Het behalen van dit basisniveau is ook landelijk en provinciaal een aandachtspunt, wat zich o.a. uit in het landelijke Aanvalsplan op de laaggeletterdheid. De werving van de laaggeletterden is een van de grote aandachtspunten, de doelgroep gaat niet uit zichzelf (weer) naar school. Prioriteit voor het bereiken van de laaggeletterden is daarom een goed wervingsplan en samenwerking met partijen zoals werkgevers. Dit past ook in de ontwikkeling van het arbeidsmarktbeleid van de gemeente Heusden om voor de gehele beroepsbevolking van de gemeente Heusden een deelname op de arbeidsmarkt en/of participatie aan het maatschappelijk leven mogelijk te maken en om door een goede scholing en kwaliteit van werknemers het Heusdense bedrijfsleven de beste ontwikkelingskansen te bieden. Uit de nota arbeidsmarktbeleid blijkt dat opvalt dat relatief veel mensen in de gemeente een lagere opleiding hebben gevolgd en relatief weinig mensen hooggeschoold zijn. Daarnaast blijkt uit de typering van het aantal bijstandsgerechtigden van de ISD Midden-Langstraat dat het merendeel van de werkzoekenden ouder is dan 40 jaar (71%), 60% van de werkzoekenden een elementair (geen opleiding vereist) of lager beroep heeft en 56% van de werkzoekenden maximaal lagere school of een vmbo diploma heeft. Laaggeschoolden werkenden en laaggeschoolden uitkeringsgerechtigden zijn zeker een prioriteit, voor de werving en de ontwikkeling van de trajecten moet meer samenwerking tot stand komen tussen KW1C en het bedrijfsleven in de gemeente (vertegenwoordigd in het Heusdens Bedrijvenplatform) en het KW1C, de ISD ML en Radar (als uitvoerder van de pilot activerings- en dienstencentrum). 2. Jongeren van 18 tot 23 jaar De WEB-middelen worden voor een deel ingezet voor het vavo (voortgezet algemeen volwassenenonderwijs) waardoor volwassenen van 18 jaar en ouder de kans krijgen om een diploma of certificaten te behalen op vmbo, havo en vwo-niveau. Het uitgangspunt is dat jongeren tot 23 jaar in principe thuishoren op het reguliere 4 /6
College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
voortgezet onderwijs en daar hun startkwalificatie behalen. Soms is echter maatwerk nodig om schooluitval te voorkomen en is het vavo hiervoor een goede oplossing. Voor de gemeente den Bosch vindt daarnaast een pilot plaats onder de naam TOM-projecten. Het TOM-project is er voor jongeren die van school zijn gegaan en geen werk hebben. Voor deze jongeren is TOM opgezet, Traject Op Maat. Jongeren worden actief en persoonlijk benaderd. Vervolgens wordt een maattraject aangeboden om jongeren te begeleiden naar school, werk of een combinatie hiervan. Dit project sluit aan bij de doelstellingen die de gemeente Heusden als het gaat om het voorkomen van voortijdig schooluitval. De gemeente wil graag aansluiten bij dit project als de pilot wordt uitgebreid. Daarbij zou er meer samenwerking moeten ontstaan tussen het KW1C, de leerplichtconsulenten en het RMC. 3. VolwassenenHierbij gaat het ook om het aanbod vavo, zoals hierboven beschreven bij jongeren van 18 tot 23 jaar. Het betreft hier tweede kansers die op latere leeftijd besluiten alsnog een diploma of certificaat vmbo, havo of vwo te willen behalen om hiermee hun arbeidsmarktpositie te verbeteren of te werken aan persoonlijke ontwikkeling. Samenvattend: de doelgroepen zoals beschreven door het KW1C in het voostel komen wat prioritering betreft overeen met de doelstellingen van de gemeente op de verschillende beleidsterreinen. Het KW1C wordt verzocht extra inspanningen te verrichten voor de doelgroepen analfabete en laaggeletterde Nederlandstaligen (zowel werkenden als niet-werkenden) en jongeren van 18 tot 23 jaar gericht op het voorkomen van voortijdig schooluitval. Eventuele initiatieven voor de doelgroepen WMO dienen vooraf met de gemeente besproken te worden. Dit betekent dat ingestemd kan worden met het voorstel van het KW1C waarbij de gemeente aangeeft dat zij voorstander is van gebruikmaking van bestaande structuren en waarbij de gemeente belang hecht aan duidelijkheid over de rol van het KW1C met betrekking tot coördinatie. Per groep of per ambitie dient duidelijk te zijn wie de toeleiding doet, welke partners erbij betrokken zijn en welke rol zij hebben en wie de regie heeft. De prestaties zullen goed gedefinieerd moeten worden en goede borging van de toeleiding is noodzakelijk. in in in Inzet
van middelen:
dekking De gemeente ontvangt voor volwasseneneducatie een rijksbijdrage. Voor het jaar 2008 bedraagt deze bijdrage € 512.633,-. Dit bedrag moet worden ingezet bij het roc.
Advies: Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen.
5 /6
College Onderwerp:
V200800060 Opdrachtverstrekking volwasseneneducatie
BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 8 juli 2008
besloten: -
-
de raam- en productovereenkomst 2008 met het KW1C te ondertekenen de middelen voor volwasseneneducatie in te zetten voor de doelgroepen: inburgeraars, risicogroepen en Wmo zoals aangegeven in het voorstel van het KW1C dat onderdeel uitmaakt van de raam- en productovereenkomst de Raad van dit besluit in kennis te stellen.
namens het college van Heusden, de secretaris,
mr. J.T.A.J. van der Ven
6 /6