Opdrachtgever: Deelgemeente Kralingen-Crooswijk, gemeente Rotterdam Oostzeedijk 276 3063 CA Rotterdam Uitvoering: Stichting Abela Rotterdam, maart 2013 Onderzoekers, schrijvers: Paul Wiese | 06-38393964 |
[email protected] Stefan van der Worm | 06-25036949 |
[email protected] Opmaak: Juliëtte Corver Foto’s: Stichting Abela Illustraties: Foam Architecten 1
Inhoudsopgave 1
Introductie
3
1.1 Leeswijzer
3
1.2 Inleiding
3
2
Opdracht
4
3
Onderzoek en bevindingen verkenning maatschappelijk draagvlak
5
3.1 Algemeen
5
3.2 Samenwerken
6
3.3 Enquête bezoekers Kraal
7
3.4 Internet enquête
8
4
10
Onderzoek en bevindingen educatief en recreatief duurzaamheidscentrum
4.1 Horeca
10
4.2 Educatie en tuinen
11
4.3 Dieren
14
4.4 Duurzaamheid
16
4.5 Natuurlijk spelen
17
4.6 Exploitatie en personeel
18
4.7 Fysieke aanpassingen
21
5
24
Toekomst
5.1 Stadsboerderij de Kraal
24
5.2 Maatschappelijk draagvlak
27
Bijlagen: A
Contactenlijst
28
B
Enquête bezoekers Kraal
29
C
Internet enquête
31
D
Gesprekken scholen
38
E
Visie Speeldernis
39
F
Wat is Forest Gardening?
41
2
1
Introductie
1.1 Leeswijzer Deze rapportage begint met een korte inleiding. In hoofdstuk 2 worden de opdracht en geformuleerde vragen/resultaten beschreven. De verkenning naar maatschappelijk draagvlak wordt vervolgend beschreven in hoofdstuk 3. In hoofdstuk 4 komen de verschillende aspecten van een educatief en recreatief duurzaamheidscentrum aan de orde. De rapportage wordt afgesloten met een ambitie voor de toekomst. Mocht u geen tijd hebben om de gehele rapportage te lezen, let dan op de gebruikte gekleurde kaders: In blauwe kaders wordt benadrukt welke vraag/resultaat er in de onderstaande paragraaf wordt beantwoord. In oranje kaders vindt u de aanbevelingen (ter implementatie) In groene kaders vindt u korte beschrijvingen van voorbeelden en situaties op andere boerderijen in Nederland In het onderzoek is gebleken dat er meerdere mogelijkheden liggen op het gebied van kringlopen. Aangezien het zichtbaar maken van kringlopen door zowel de opdrachtgever als veel geïnterviewden is genoemd, willen we kringlopen extra benadrukken (en vindbaar maken) in deze rapportage. Informatie en aanbevelingen rondom kringlopen zijn te herkennen aan het volgende symbool: Tot slot vind u achterin enkele bijlagen die het onderzoek en deze rapportage verder verduidelijken. 1.2 Inleiding Kinderboerderij de Kraal in het Kralingse Bos is een gemeentelijke voorziening die in opdracht van de deelgemeente Kralingen-Crooswijk door Sport en Cultuur (onderdeel cluster Maatschappelijke Ontwikkeling) van de gemeente Rotterdam wordt geëxploiteerd. De deelgemeente wil kinderboerderij de Kraal en de omgeving (door)ontwikkelen tot een duurzaamheidscentrum met verschillende functies voor meerdere doelgroepen. Hierbij zijn de invalshoeken recreatie, educatie en duurzaamheid gekozen. Het NUSO heeft de deelgemeente recent geadviseerd om de kinderboerderij in de toekomst onder te brengen in een zelfstandige stichting. Hiermee loopt de deelgemeente KralingenCrooswijk vooruit op de stedelijke ontwikkeling, waarin gezocht wordt naar verzelfstandiging van NME (Natuur en Milieu Educatie) in de gehele stad. Door de voorgenomen verzelfstandiging is er (meer dan ooit) behoefte aan andere vormen van exploitatie en het genereren van extern inkomsten bronnen (o.a. bedrijfsleven, fondsen). De deelgemeente heeft aan Stichting Abela gevraagd een verkenning te doen naar de mogelijkheden die de (zelfstandige) kinderboerderij in de toekomst heeft.
3
2
Opdracht
De volgende gewenste resultaten zijn door de deelgemeente in de opdracht aan Abela verwoord: A. Verkenning van de mogelijkheden van een educatief- en recreatief duurzaamheidscentrum. Onderzoek naar mogelijkheden tot verkleinen van de traditionele kinderboerderij Onderzoek naar uitbreiding met een natuurspeelbos Onderzoek naar NME-aanbod (vergroten educatie mogelijkheden) Onderzoek naar aanbieden schooltuinen binnen het huidige complex Onderzoek naar horeca Onderzoek naar overige functies en gebruik (zo breed mogelijk) B. Verkenning van maatschappelijk draagvlak Of er behoefte is aan de voorgestelde en onderzochte mogelijkheden wordt op twee manieren onderzocht: Onderzoek naar gebruik locatie kinderboerderij (doelgroepen in kaart brengen, behoeftepeiling uitvoeren) Aanpak naar maatschappelijke binding via op te richten vriendenstichting Bovenstaande vragen zijn beantwoord door de volgende manieren van onderzoek: Gesprekken met verschillende partijen, mensen en organisaties in het (toekomstige) netwerk van de kinderboerderij. Er is onder andere gesproken met scholen, zorginstellingen en ondernemers. Interviews met bezoekers op het terrein van kinderboerderij de Kraal Internet-enquête (oproep via verschillende media) Denk-mee-bijeenkomst met professionals op 13 februari 2013 Bezoeken aan enkele kinder-, stads- en/of zorgboerderijen in de regio Contact via mail en telefoon met kinder-, stads- en/of zorgboerderijen in Nederland Een overzicht van gesproken mensen en instellingen kunt u vinden in bijlage A.
4
3
Onderzoek en bevindingen verkenning maatschappelijk draagvlak Onderzoek naar gebruik locatie kinderboerderij (doelgroepen in kaart brengen, behoeftepeiling uitvoeren)
3.1 Algemeen Kinderboerderij de Kraal trekt zo’n 150.000 bezoekers per jaar. In het weekend, op woensdagmiddag en in vakanties is het er het drukst. Met dit bezoekersaantal behoort de Kraal tot de best bezochte kinderboerderijen van Rotterdam. Het Kralingse bos trekt zo’n 3.000.000 bezoekers per jaar. Van alle bosbezoekers bezoekt dus 5% kinderboerderij de Kraal. Het lijkt duidelijk dat dit er in potentie (veel) meer kunnen zijn. De Kraal trekt, net als de andere boerderijen in Rotterdam, vooral gezinnen met jonge kinderen. Sinds het sluiten van het CNME komen er minder scholen op bezoek. De Kraal is 353 dagen per jaar open (alleen dicht op 1e kerstdag en Nieuwjaarsdag) en is geopend van 8:30 tot 16:30 uur. Maandelijks wordt er een activiteit georganiseerd. Wat/hoe onderzocht Naast gesprekken met de verschillende professionals (die ook vaak privé de boerderij bezoeken) in de omgeving is er ook gesproken met bezoekers van de boerderij. Op zondagmiddag 10 februari 2013 zijn er 20 volwassenen en kinderen geïnterviewd. De mensen geven de kinderboerderij overall gezien gemiddeld een 8 als rapportcijfer. Meer hierover in paragraaf 3.3. Uit de interviews met bezoekers op het terrein van de kinderboerderij, de internet-enquête, de gesprekken met verschillende organisaties en de bijeenkomst met professionals op 13 februari blijkt dat er veel meer doelgroepen dan ‘alleen’ gezinnen met jonge kinderen geïnteresseerd zijn in de kinderboerderij. Vanuit de verschillende onderzoeksvragen zijn de volgende doelgroepen gevonden. Per doelgroep worden kort wat wensen genoemd. Gezinnen met (jonge) kinderen o Meer (natuurlijke) speelmogelijkheden (maar het moet geen speeltuin worden) o Contact/interactie met dieren o Meer ‘doe-dingen’ (koe/geit melken, paardrijden, dieren verzorgen) o Betere horeca voorziening (lekkere koffie, terras) o Ontvangst/gastvrijheid verbeteren Kinderen (georganiseerd via onderwijs) o Educatieve activiteiten op de boerderij en in het bos Tieners en jongeren o Activiteiten (o.a. sport/spel) in het bos Volwassenen o Streekproductenwinkel o Horeca Ouderen o Parkeervoorziening dichterbij de boerderij (ook vervoer op maat wachtplek) 5
o Horeca, warm, iets drinken. Als hier mensen met beperking werken, heeft dat meerwaarde. o Dieren op bezoek in de ouderenvoorziening (boerderij de wijk in) o Rolstoeltoilet (schoon, met warm water) o Mensen willen betalen voor activiteiten (bijvoorbeeld: klompen/kaarsen maken) o Huifkar (pendeldienst) tussen boerderij en de wijken/tehuizen o Sfeer(vol) Mensen met beperking (niet als bezoekers, maar als dagbesteding) o Ruimte om te verkleden, te lunchen e.d.
Iedere doelgroep heeft zijn eigen wensen en verwachtingen rondom o.a. exploitatie, activiteiten en fysieke inrichting en er zijn opvallende overeenkomsten. Zo wordt het verbeteren van de horeca en een ruimte om gezellig te kunnen zitten door bijna iedereen genoemd. In de onderstaande paragrafen wordt verder ingegaan op de doelgroepen en de wensen 3.2 Samenwerken Huidige situatie Uiteraard heeft de kinderboerderij contact met andere partners in de wijk. Er wordt echter nog niet optimaal gebruik gemaakt van het netwerk. Bij de bijeenkomst op 13 februari 2013 werd door Gemeentewerken letterlijk gezegd: ‘dit had 10 jaar eerder moeten gebeuren’. Dit geeft aan dat de behoefte om samenwerken er is, maar dat er tot nu onvoldoende actie (en/of regie) is geweest. Samenwerken kan veelal zonder dat er meteen extra budgetten nodig zijn. Wat/hoe onderzocht Naar aanleiding van de gesprekken met scholen en organisaties uit de wijk en de bijeenkomst van 13 februari 2013 lijken er verschillende kansen op samenwerking te liggen: Funforest (klimbos, activiteiten, kleine horeca, infobalie, EHBO) TOS (activiteiten voor kinderen, tieners en jongeren in het bos, of vanuit de wijk op de kinderboerderij) Ouderen voorzieningen van o.a. Aafje en Laurens (activiteiten op de kinderboerderij en boerderij de wijk in ) Basisonderwijs (les/activiteiten aanbod) Voortgezet onderwijs (samenwerking Libanon/Technasium, misschien ook lessen/activiteiten rondom duurzaamheid) Er blijken ook mogelijkheden op het gebied van exploitatie en personeel. Zie hiervoor de betreffende paragrafen hieronder in de rapportage.
6
Korte termijn implementatie
Enkele keren per jaar een breed wijkoverleg met partners organiseren (zoals de bijeenkomst van 13 februari 2013). Hier zal iemand de lead in moeten nemen. Dit kan de Kraal zijn, maar wellicht is de deelgemeente hiervoor het meest geschikt. Kosten: nihil Naar aanleiding van dit rapport gaan leerlingen van Libanon Technasium vanaf april 2013 op onderdelen verder onderzoek doen: o Onderzoek naar eigen doelgroep en andere doelgroepen in relatie tot de kinderboerderij o Toegankelijkheid en vindbaarheid o Verbeteren van de interactie tussen dieren en bezoekers o Duurzame toepassingen Formele opdrachtgever hierbij is de deelgemeente. Kosten: nihil Lange termijn implementatie
Om te komen tot intensieve(re) samenwerking en verdere concrete ontwikkeling op en rondom de kinderboerderij is door meerdere partijen de wens om regie uitgesproken. Naar aanleiding van de positieve reacties op de rol van Abela, als onafhankelijk extern adviseur, bij deze verkenning, lijkt ook bij de regie een onafhankelijke partij wenselijk. Deze rol kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd door Stichting Vrienden van de Kraal en/of Stichting Abela.
3.3 Enquête bezoekers Kraal Als onderdeel van het onderzoek naar het maatschappelijk draagvlak zijn er, op zondag 10 februari, 20 bezoekers geïnterviewd. Aan de hand van een aantal basisvragen (zie bijlage B) zijn de gesprekken gevoerd. Hieronder de meest opvallende bevindingen. Alle ondervraagden reageren in eerste instantie positief op de algemene vraag ‘wat vindt u van de kinderboerderij’. Woorden die worden genoemd zijn: positief, gezellig, prettig, ruim, leuk, schoon en veel te doen. Gemiddeld komt men 4 keer per jaar op de Kraal. Bijna alle ondervraagden komt met 1 of meer kinderen. Over het algemeen mist men in eerste instantie weinig. Wel missen een aantal ondervraagden: een horeca faciliteit, warm water om handen te kunnen wassen, een goed toilet, binnen kunnen zitten en meer doe dingen (koe/geit melken, paardrijden en dieren verzorgen). De hoeveelheid dieren wordt over het algemeen als voldoende/goed ervaren. Ook de diversiteit aan dieren, van boerderijdieren tot exoten, is positief beoordeeld. Over de huisvesting heeft men uiteenlopende meningen. Een enkeling vindt dat de dieren te veel binnen staan. Ook het contact (het niet kunnen aaien en aanraken) komt regelmatig terug als een gemis. Vooral de onduidelijkheid over het waarom van het wel of geen contact is
7
meerdere malen genoemd. Het echt tussen (alle) dieren door kunnen lopen wordt door meerderen genoemd als het voorbeeld van het contact tussen mens en dier. Over het algemeen zijn de bezoekers bij de eerste uitvraag tevreden over de horeca. Een enkeling kende de horecavoorziening helemaal niet. Bij verdere uitvraag vindt een klein deel de onduidelijkheid in openingstijden vervelend en vinden anderen de voorziening te klein (zeker in de winter). Op de vraag; ‘wanneer de horeca zou worden uitgebreid en je kan hier goede koffie en broodjes krijgen, gaat u hier dan (meer) gebruik van maken?’ zegt de meerderheid ja. Een kleine minderheid zegt nooit gebruik te zullen maken van de horeca. Over het algemeen zijn de ondervraagden tevreden over de huidige speelfaciliteiten. Een klein deel vindt wel dat het, vooral zomers, te druk is. Een aantal ondervraagden zegt dat te veel speeltoestellen de balans uit de kinderboerderij haalt ‘het moet geen speeltuin met wat dieren worden’. Maar een enkeling is bekend met de term(en) ‘groen- of natuurlijkspelen’. Bij uitleg van het begrip was bijna iedereen enthousiast en vindt men deze manier van spelen bij een kinderboerderij passen. De toevoeging van natuurlijk spelen wordt dan ook door de meerderheid als een toevoeging gezien. Bijna alle ondervraagden vindt een kleine entree heffing geen probleem (€ 0,50/€1,00) al zegt een deel dan minder vaak te komen. Sommige vinden wel dat met entree de laagdrempeligheid van een kinderboerderij in gevaar komt. Een minderheid is bereidt om lid te worden. Men blijkt eerder bereid te betalen voor extra activiteiten. 3.4 Internet-enquête In totaal hebben 44 mensen een internet-enquête over de Kraal ingevuld. De enquête is bekend gemaakt door de middel van een artikel in de Havenloods, de website van de deelgemeente en via social media als Twitter en Facebook. Van deze onderzoeksgroep is 16 % nog nooit op de Kraal geweest. Bijna 60% komt er een aantal keren per jaar. Van de groep die nooit op de Kraal komt zijn de volgende resultaten van belang: De groep bestaat voor meer dan de helft uit mensen die niet in Rotterdam wonen. Het andere deel woont buiten Kralingen-Crooswijk. Meer dan de helft heeft geen kinderen. Deze groep vindt het vooral belangrijk dat er op een kinderboerderij speelgelegenheid is en dat er iets te leren valt voor kinderen en volwassenen. Ruim de helft van de mensen geeft aan dat natuurlijk spelen een goede toevoeging is aan de kinderboerderij. Bijna 70% zegt dit ook over een winkeltje met streekproducten. Ook geeft meer dan de helft aan het klimbos interessant te vinden. Bij realisatie van beschreven extra activiteiten geeft bijna 30 % aan te gaan komen naar de kinderboerderij en 70% zegt misschien te gaan komen. Iedereen van deze groep is bereid om entree te betalen waarvan 40% zegt dat het kunnen adopteren van een dier een goede vorm is. Nog eens 40% zegt wel dat er in principe geen entree gevraagd zou moeten worden omdat een kinderboerderij laagdrempelig moet zijn. Van de totale groep zijn de volgende resultaten van belang: Van de totale groep ondervraagden komt 60% soms of best vaak op andere kinderboerderijen. Wat men belangrijk vindt aan een kinderboerderij is het contact hebben met dieren (bijna 76%). Het educatieve en het spelen worden daarna als belangrijkste aangegeven met percentages in de 50%. Opvallend laag is de score betreffende het belang van andere dieren dan boerderijdieren van nog geen 5%. Op de vraag of er nieuwe activiteiten gekoppeld 8
moeten worden aan de kinderboerderij geeft maar 2 % aan dat de kinderboerderij moet blijven zoals hij is. Met percentages van rond de 70% wordt ‘het natuurlijk spelen’ en ‘het winkeltje met streekproducten’ als zeer interessant aangegeven. Andere activiteiten krijgen allemaal rond de 40%. Opvallend is verder dat bij het realiseren van bovenstaande activiteiten 60% zegt wel vaker te komen en 40% misschien vaker. Bij de open vraag over wat een kinderboerderij aantrekkelijk maakt zijn de volgende antwoorden vaak genoemd: combinatie van educatief en leuk (spelen en doen), speelser en groener, meer contact met dieren, geen dieren in kleine hokken, laagdrempelig en gratis. Opvallend is verder dat 12 % vrijwilligerswerk zou willen doen op de kinderboerderij en 34% misschien. Men geeft aan dat entree geen belemmering is om te gaan (7% geeft aan van wel). Entree per keer heeft voor 30% de voorkeur. Wel zegt meer dan 50% dat er geen entree moet komen omdat de kinderboerderij laagdrempelig moet blijven. Van de ondervraagden is 50% tussen de 20 en 40 en ruim 40% tussen de 40 en 60. Van de totale groep heeft 80% één of meerdere kinderen. Deze kinderen zijn voor 60% onder de tien jaar en 30% is boven de tien. Opvallend is dat maar 2 % uit Crooswijk komt en 30% uit Kralingen. Meer dan 46% komt uit een andere wijk in Rotterdam en 22% komt van buiten Rotterdam. Aanpak naar maatschappelijke binding via op te richten vriendenstichting Doelstelling van de stichting ‘vrienden van de Kraal’ is het gevraagd en ongevraagd advies geven aan de kinderboerderij. Daarnaast zal men opzoek gaan naar verschillende vormen van inkomsten werving. In onze gesprekken met Corinne Oudijk, Wouter van der Bas en Yaesemin Yilmas werd duidelijk dat deze stichting nog aan het zoeken is naar hun rol. Wij denken dat de stichting een belangrijke rol spelen in de aanstaande transitie, gedacht kan worden aan: Advies over inkomsten werving In de gesprekken die wij hebben gevoerd met andere kinderboerderijen in het land zijn er vele vormen van inkomsten werving voorbij gekomen. De stichting zal moeten kijken welke van deze vormen het beste aansluit bij de Kraal. Voorbeelden die wij hebben gezien zijn: donateurschap, adoptie van dieren of groepen dieren, schenkingen, crowdfunding, fondsen, schenkingen/bijdrage van sponsoren en entree heffen. Advies over het transitieproces De stichting zal mede richting moeten geven aan de ambities die er nu zijn over de transitie naar een multifunctioneel duurzaamheidscentrum. Welke korte termijn implementaties zijn er mogelijk en hoe ziet het multifunctioneel duurzaamheidscentrum er in de toekomst uit. De stichting zal, naast de organisatie die de regie voert, een belangrijke kunnen spelen in dit transitieproces. Verbinding maken met bezoekers, bewoners en organisaties Ondanks de vele bezoekers is er ‘te’ weinig binding met organisaties en bewoners in de omgeving van de Kraal. Hier liggen vele mogelijkheden voor het verder uitbreiden van de doelgroep en het versterken van de positie van de Kraal. Als stichting kan men een belangrijke rol spelen in het leggen van deze verbindingen. Dit kan onder andere door de stichting zichtbaar te maken op de kinderboerderij zelf maar ook door aandacht te vragen in de publiciteit. Ook bij de werving van vrijwilligers kan de stichting een rol spelen. Advies over het zichtbaar maken van kringlopen 9
Een belangrijke ambitie is om binnen de Kraal verschillende kringlopen zichtbaar te maken. Te denken valt aan voedsel, afval, water, elektriciteit en warmte. Effectieve kringlopen dragen bij aan een efficiënt gebruik van grondstoffen en daarmee aan het verkleinen van onze ecologische footprint (WWF, Living Planet Report 2012). De stichting zal mede vorm kunnen geven aan het zichtbaar maken van deze kringlopen. Dit kan op een educatieve maar ook op een recreatieve manier.
4 Onderzoek en bevindingen educatief en recreatief duurzaamheidscentrum Onderzoek naar horeca 4.1 Horeca Huidige situatie De huidige horeca zit in één van de gebouwen met rieten daken. Het bestaat uit een ruimte met een aantal grote tafels met stoelen. Het heeft de sfeer van een kantine. Van buiten af is het slecht zichtbaar. Er zijn weinig mogelijkheden tot uitbreiding binnen de huidige bebouwing. Er staan twee automaten, een voor koffie en één voor limonade. Er is een loket waar men snacks en ijs kan kopen. Dit loket is niet geregeld open, maar alleen ‘als de dierenverzorger tijd heeft’. In de toekomst zal het klimbos vlakbij de kinderboerderij extra klanten genereren. Op zomerse dagen kan de kinderboerderij de toeloop nauwelijks aan. Er is geen horeca vergunning. Wat/hoe onderzocht Uit gesprekken met de bezoekers blijkt dat men in eerste instantie niet ontevreden is over de huidige horeca. Wanneer men doorvraagt willen de meesten wel gebruik maken van een uitgebreidere horeca wanneer deze er zou zijn . Een commerciële horeca exploitant zegt dat er mogelijkheden zijn om het horeca gedeelte commercieel uit te baten (weekend en woensdagmiddag open). Deze ondernemer werkt met voornamelijk biologische producten. Voor de Kraal zou een overgang naar meer gezonde producten passen in de overgang naar duurzame kinderboerderij. Aanpassingen aan de huidige keuken zijn dan noodzakelijk. Een andere oplossing zou kunnen zijn het werken met een mobiele keuken/verkooppunt. Er kan zonder aanpassingen aan de huidige accommodatie producten worden geleverd. Kleine kinderboerderijen in het land werken vaak met automaten. Enkele grotere werken met een eigen restaurant. Hierbij worden vaak verstandelijk beperkten of vrijwilligers ingezet. Voor een enkeling is de horeca een aanvulling op de begroting. Aandachtpunten zijn: aanwezigheid van horeca vergunningen, de mogelijke bouw van horeca bij het strandje en de concurrentie andere horeca in het bos. Korte termijn implementatie plus kosten
Commerciële toepassingen van de horeca zijn mogelijk wanneer er geen of beperkte huur voor de voorziening gevraagd word. Aanpassingen aan de keuken zijn dan noodzakelijk. De verwachte kosten hiervoor zijn tussen €5.000,- en €10.000,- Een commerciële ondernemer wil 10
met beperkte openingstijden aan de slag met gezondere producten. Ook het meer aandacht geven aan het bestaande terras kan leiden tot meer verkoop. Risico’s: horeca vergunning bouw nieuw restaurant bij strandbadje concurrentie andere horeca ondernemers kan de gemeente een nieuwe exploitant een vergunning verstrekken minder omzet kinderboerderij door beperkter gebruik automaten Lange termijn implementatie Bouw van een nieuwe duurzame accommodatie waarbinnen horeca een belangrijke rol krijgt. Kijken naar terras, zaalverhuur etc. wat het aantrekkelijker maakt voor een commerciële ondernemer. In het restaurant kunnen mensen werken met een verstandelijke beperking. Onderzoek naar NME-aanbod (vergroten educatie mogelijkheden) Onderzoek naar aanbieden schooltuinen binnen het huidige complex 4.2 Educatie en tuinen Huidige situatie Door het sluiten van het CNME (Centrum voor Natuur en Milieu Educatie) bij de kinderboerderij is er geen aanbod van NME-activiteiten meer. Binnen de deelgemeente zijn er scholen die schooltuinieren op de Educatieve Tuin in de deelgemeente Prins Alexander. Het busvervoer naar deze tuinen staat echter wegens bezuinigingen onder druk. Ook zijn er scholen die betrokken zijn bij tuinprojecten in de directe omgeving van de school. Openbare Daltonschool Pierre Bayle is bijvoorbeeld op eigen initiatief een tuin met een educatief programma voor groep 5 gestart. Wat/hoe onderzocht De kansen en wensen rondom educatie en tuinen zijn op de volgende manieren onderzocht: Terrein bezocht en bekeken Besproken op denk-mee-over-de-Kraal-bijeenkomst op 13 februari 2013 Gesprekken met 4 directeuren van basisscholen uit de deelgemeente (Arentschool, Pierre Bayle, Montessorischool en Kralingsche School) Bezoek aan enkele boerderijen in de regio In de bijeenkomst met professionals is aangegeven dat er goed nagedacht moet worden over het doel van de educatie. Wat wil je met de activiteiten bereiken? Het lijkt er op dat de wens van de scholen en de visie van de deelgemeente elkaar hierin vinden! Activiteiten op het gebied van natuurlijke kringlopen, voeding en duurzaamheid zijn gewenst.
11
De volgende (grove) onderverdeling kan hierbij gemaakt worden, waarbij vooral gericht wordt op het basisonderwijs: Lessen/activiteiten voor BSO, Kinderopvang en groep 0 (kennismaken met dieren, zintuigen) Lessen op/bij de boerderij met de nadruk op groep 1-4 (boerderijdieren, verzorgen, melk/zuivel, eieren, seizoenen) Lessen in het bos voor groep 5-8 (natuur en natuurlijke processen/kringlopen, duurzaamheid) Samenwerken met Voorgezet Onderwijs (o.a. Libanon/Technasium, onderzoek doen) Het blijkt dat de wensen en verwachtingen van de gesproken scholen erg uiteen lopen. In deze verkenning kan daardoor eigenlijk niet gesproken worden over dé scholen in de deelgemeente. Er is expliciet gevraagd om onderzoek te doen naar het toevoegen van tuinen met een educatief karakter op de Kraal. Wij adviseren om geen traditionele educatieve tuin (zoals deze door Sport en Cultuur op verschillende plaatsen in de stad worden beheerd), toe te voegen. In de gehele stad wordt juist de discussie gevoerd of dergelijke tuinen moeten blijven bestaan, waarbij de trend is om juist tuinen in de directe omgeving van het kind te realiseren. Dit vergroot de maatschappelijke betrokkenheid in de wijk en zorgt voor minder reistijd (en dus meer lestijd) voor scholen. Buurtmoestuinen kunnen zowel in de openbare ruimte, als op braakliggende stukken gerealiseerd worden. Mocht de grond niet geschikt zijn voor het telen van groente, of is de ruimte beperkt, dan zijn bakken een goed alternatief. Bij het ontwikkelen van buurtmoestuinen kan Max de Moestuinman, Buurtlab en/of Stichting Abela een rol spelen. De verschillende tuininitiatieven in Kralingen-Crooswijk werken al samen. Waarschijnlijk wordt er binnenkort een tuincoalitie gevormd. Dit wil niet zeggen dat de Kraal niet geschikt is voor tuinen/tuintjes met een ander karakter. De Kraal is wel een plek waar kleine demonstratietuintjes getoond kunnen worden. Deze tuintjes laten de bezoekers zien dat tuinieren in je eigen omgeving redelijk eenvoudig kan. Dergelijke tuintjes hebben ook een educatieve waarde. Mensen ervaren de voedselkringloop en zien dat hun eigen tuintje een rol heeft bij de biodiversiteit in hun eigen leefomgeving. Het realiseren van kleine productietuinen waar groenten en kruiden worden verbouwd voor bijvoorbeeld de voedselbank of horeca in de omgeving is ook een mogelijkheid. Bij alle beschreven varianten kunnen vrijwilligers, mensen met een beperking en studenten een rol spelen. Voorbeelden van mogelijke tuinen op de Kraal: Groente- en fruittuin (balkontuin of geveltuin) Kruidenspiraal (vrij te plukken voor eigen gebruik) Kleine Boomgaard, aangevuld met fruitstruiken (pluktuin) Vlindervriendelijke tuintjes Vogelvriendelijke tuinen 12
Voedseltuin voor Voedselbank
Een nieuwe ontwikkeling is Forest Gardening; Een ‘forest garden’ of bostuin is zoals de naam het zegt een tuin naar het model van een (open) bos of in een bestaand bos. Hierbij wordt de tuin opgebouwd volgens een lagenmodel waardoor een natuurlijk eco-systeem wordt ontwikkeld. Hierdoor is het mogelijk om met minimale inspanningen een tuin te creëren die gezonde voeding kan produceren. Vruchten en bladeren van blijvende planten en bomen vormen de hoofdbron van voeding. Deze permanente planten en bomen zijn goed bestand tegen abnormale weersomstandigheden zoals lange droogteperiodes. Het concept is uitermate geschikt om de bestaande vormen van openbaar groen te verrijken met een variant die kansen voor burgerparticipatie, biodiversiteit, natuur- en milieu educatie en ondernemerszin combineert. Zo’n voedsel- of plukbos kan worden ontwikkeld in het bestaande bos rondom de Kraal en worden gecombineerd met een natuurlijke speelplek. Een dergelijke plek kan worden gebruikt bij educatieve activiteiten voor scholen, maar ook door recreanten. Het Kralingse Bos kan daarmee de eerste plek in de regio zijn met een dergelijke invulling. (zie ook bijlage F) Korte termijn implementatie
Aanleggen van enkele voorbeeldtuintjes op het terrein van de Kraal. Bij uitvoer door medewerkers zijn hier alleen materiaalkosten nodig. Wensen van alle scholen in Kralingen-Crooswijk in beeld brengen. Een dergelijke verdieping kan worden uitgevoerd door Sport en Cultuur/NME of Stichting Abela. Faciliteren van scholen die willen tuinieren. Afhankelijk van wensen en fysieke ruimte kan dat in buurttuinen, in bakken, of op de bestaande educatieve tuinen (in Alexander).
Lange termijn implementatie
Rond de kinderboerderij een Forest Garden realiseren (zo mogelijk in combinatie met/bij een speelbos) Hier kunnen Moestuin Max en Jeroen Hooijmeijer een rol spelen. Vormen van tuincoalitie (o.a. Moestuin Max, Buurtlab en Stichting Abela) waardoor tuinen in de buurt kunnen worden gefaciliteerd en ondersteund. Ontwikkelen van een pool met gereedschappen die op meerdere plekken/tuinen in de deelgemeente kunnen worden gebruikt. Uitvoering: De Kraal Pool van vrijwilligers die op de verschillende plekken werkzaamheden kunnen verrichten (waarbij de Kraal als centraal punt gezien kan worden) Ontwikkelen van een educatief programma voor basisscholen (1 les per jaargroep) waarbij ze op bezoek gaan op de Kraal en in het bos. Hier wordt gebruik gemaakt van ‘wat er al is’. Ontwikkeling en uitvoering door coalitie van Buurtlab, Speeldernis en Abela. 13
Inschatting ontwikkelkosten: € 10.000,- (inhoudelijk met opmaak/vormgeving) Inschatting uitvoeringkosten: €200,- per les (incl. voorbereiding en materiaal) Ontwikkelen van één gezicht, logo, naam en website voor NME en tuinen in Kralingen-Crooswijk, waardoor aanbod eenvoudig te vinden is en waar digitaal kan worden ingeschreven. Indien de deelgemeente deze rol niet zelf kan/wil nemen, kan ‘de tuincoalitie’ hier een begeleidende rol spelen. Inschatting kosten: €10.000
Onderzoek naar mogelijkheden tot verkleinen van de traditionele kinderboerderij
4.3 Dieren Huidige situatie Het huidige dierenaanbod is zeer divers. Van traditionele boerderijdieren (bijv. koe, varken, schaap, geit, kip) tot kleine exotische dieren (bijv. woestijnrat, goudvissen, baardagame). Op de momenten dat wij er waren (met winterse omstandigheden) waren er niet veel dieren buiten te zien. De beschikbare ruimte lijkt niet altijd in verhouding met het aantal dieren. Er is bijvoorbeeld een enorm kippenverblijf met slechts enkele kippen. Hierbij moet worden opgemerkt dat de m2’s die grote boerderijdieren nodig hebben, wettelijk is bepaald Wat/hoe onderzocht Uit de gesprekken met bezoekers op het terrein, de internet-enquête en de bijeenkomst op 13 februari 2013 met professionals, blijkt dat mensen over het algemeen tevreden zijn over het dierenaanbod. Een veel gehoorde opmerking is dat mensen meer interactie met dieren willen. Denk hierbij aan: Minder hekken en hokken Mogelijkheid om dieren te aaien en op schoot te houden Helpen bij verzorgen en voeren
Er lijkt weinig kritiek op de soorten dieren die nu op de Kraal worden gehouden. Wel wordt aangeven dat de samenhang mist. Waarom zijn deze dieren er? Welke relatie hebben de dieren met de mens? (voedsel, werkdieren, wol e.d.) 14
Ter vergelijk: Op kinderboerderij de Molenwei in de deelgemeente Charlois worden er bijvoorbeeld, naast de traditionele kinderboerderijdieren, dieren getoond die in het Zuiderpark leven. Deze dieren zijn te zien in een aantrekkelijke kijkwand.
Kraal
Molenwei
Anderen boerderijen kiezen er voor om vooral dieren te hebben die een relatie hebben met de mens. Hier wordt benadrukt dat mensen voor een groot deel van hun voeding e.d. afhankelijk zijn van dieren (vlees, wol, eieren, melk).
Voorbeeld communiceren met publiek Opeen van de dagen dat wij op het terrein waren was het heel koud. Het viel ons op dat er maar weinig dieren buiten waren. Bij navraag bij de dierenverzorgers bleek dat vooral te komen doordat de drachtige geiten en schapen op stal stonden. Niet alleen door de kou, maar meer ter voorkoming van stress (wat een miskraam tot gevolg kan hebben). Een dergelijke, diervriendelijke beslissing, kan veel beter met het publiek worden gecommuniceerd. Dit zorgt voor begrip en waardering, i.p.v. verbazing en ergernis! Korte termijn implementatie Informatieve bebording aanpassen Gemaakt keuzes duidelijk maken. Waarom worden deze dieren hier getoond? Beter de relatie leggen tussen mens en dier (o.a. de voedselkringloop). Dit geldt ook voor afvalkringlopen (mest naar de tuin, plantenresten tuin naar dieren) en actuele zaken (als drachtige dieren). Bij het ontwerpen en realiseren van dergelijke borden kunnen leerlingen van het Libanon, studenten van het Wellant College en vrijwilligers een rol spelen! De kosten zullen daardoor vooral materiaal betreffen.
15
Knuffelmomenten invoeren/uitbreiden. Op vaste tijden (op woensdagmiddag, in het weekend en de vakanties) kunnen kinderen onder begeleiding van een medewerker of vrijwilliger dieren aaien, knuffelen en/of verzorgen. Bij kleine dieren kan dit in een kring of aparte hoek. Bij grotere dieren gaan de kinderen onder begeleiding naar het dier. Toevoegen van bijen(kasten) op het terrein.
Lange termijn implementatie
Meer interactie tussen mens en dier door het weghalen van hekken en/of het toegankelijk maken van hokken. Bijvoorbeeld door speelmogelijkheden in/bij de weides te realiseren, met kinderen eenvoudige verzorgklusjes doen, samen eieren rapen. Voor de duidelijkheid: hier wordt niet bedoeld spelen mét dieren in de zin van oppakken en achter dieren aan rennen. Inzet van structurele knuffelcoaches/boerderijbuddies (vrijwilligers) Alle exotische dieren een ander thuis geven! Op de boerderij zijn alleen dieren te vinden die: o Een relatie tot de mens hebben (voeding, kleding, gezelschap, werkdieren) Hier bijvoorbeeld veel soorten kippen laten zien in tegenstelling tot de plofkip, of ouderen met paard en wagen in de wijk ophalen. o Leven in de directe omgeving (o.a. kikkers, vissen, insecten) en daardoor biodiversiteit/ecosysteem verduidelijken o Goed aaibaar en benaderbaar zijn (voor kleine kinderen)
4.4 Duurzaamheid Huidige situatie Duurzaamheid is een breed begrip. In dit onderzoek is vooral gekeken naar het zichtbaar maken van duurzame energie en in minder mate naar andere vormen van duurzaamheid. Op dit moment is er weinig duurzaam op de Kraal. Er is een verzamel plek voor frituurvet en een Wecycle innamepunt. Deze zijn niet goed zichtbaar gemaakt voor de bezoekers. Daarnaast wordt de mest hergebruikt. Er zijn geen zonnepanelen, geen dubbele beglazing, de huisjes zijn niet geïsoleerd en er is geen wateropvang. Wil de Kraal op termijn een duurzame kinderboerderij worden is er nog veel te verbeteren Wat/hoe onderzocht Kinderboerderijen in het hele land zijn bezig met duurzame projecten. Denk aan het plaatsen van zonnepanelen, een groen dak, het inrichten van een moestuin, de aanleg van een paddenpoel, goede afvalscheiding of gebruik van regenwater. Zo kunnen kinderboerderijen voor alle bezoekers een etalage worden van duurzame voorbeelden. Studenten van de Hogeschool Leiden en de Erasmus Universiteit bedenken hoe kinderboerderijen duurzaam kunnen worden.
16
De functie van het door ons bezochte duurzaamheidscentrum Weizigt is erop gericht om het duurzaam denken en handelen in Dordrecht en de regio te stimuleren. Dit doet men door educatie, communicatie en recreatie en zo realiseert Weizigt gedragsverandering bij inwoners van Dordrecht en omgeving, het onderwijs, bedrijven en partners. Er zijn dus landelijke veel ontwikkelingen waar de Kraal bij kan aansluiten. Korte termijn implementatie De huidige gebouwen zijn op korte termijn zonder een grote investering moeilijk duurzaam te maken. Onderzoek naar korte termijn verduurzamen Uitgevoerd door leerlingen Libanon met gebruikmaking van duurzaamheidsonderzoek van het GDO (gemeenten voor duurzame ontwikkeling) Ambitie uitspreken om in een x=tijd de kinderboerderij duurzaam te maken Elke stap richting een duurzame kinderboerderij zichtbaar maken Daarnaast kan de huidige aanpak (recycling en mestverwerking) nu al duidelijker zichtbaar gemaakt worden. Lange termijn implementatie
Het bouwen van een duurzaamheidscentrum Dit centrum kan een belangrijke rol spelen in het bekend maken van duurzaamheid in Rotterdam. Naast duurzame energie gaat het ook om gebruik van water, voedselkringloop en hergebruik van materialen. Winkeltje met streekproducten (uit enquête blijkt een grote belangstelling) Daarnaast heeft duurzaamheid ook alles te maken met mensen. Mensen met een beperking of een achterstand in de maatschappij laten werken op de boerderij Voor de verdere uitwerking van het duurzaamheidscentrum zie hoofdstuk 5.1.
Onderzoek naar uitbreiding met een natuurspeelbos 4.5 Natuurlijk Spelen Er is in heel Nederland steeds meer aandacht voor natuurlijk spelen. Plekken waar kinderen in het groen kunnen ravotten, hutten bouwen e.d. Dergelijke plekken worden niet ingericht met speeltoestellen uit een catalogus, maar er worden vooral speelaanleidingen gerealiseerd. Denk hierbij aan klimbomen, heuvels/hoogteverschillen, struiken (verstoppen) en spelen met water. Hoe onderzocht Uit de interviews met bezoekers, de internetenquête en de bijeenkomst met professionals blijkt dat het toevoegen van natuurlijkspelen gewenst is. Natuurspeeltuin de Speeldernis heeft op dit onderwerp een aanvullende brainstormsessie met experts gehouden. Op 7 maart jl. hebben ze hun bevindingen aan de deelgemeente gepresenteerd. 17
Het advies van de Speeldernis is toegevoegd als bijlage E. Kort samengevat ziet de Speeldernis de volgende kansen: Het herontwikkelen van de kinderboerderij tot een ‘Speeldernis met dieren’, waarbij het kind-diercontact en het ontdekkend leren centraal staat (0-6 jaar); Een tweede gebied voor oudere kinderen dat openbaar toegankelijk is Het opzetten van programmering vanuit de kinderboerderij voor natuurbelevenissen (o.a. educatief programma van de Speeldernis) Het uitzetten van een speelroute door het hele Kralingse Bos (ontdekken centraal). De huidige kinderboerderij zien als het centrum van natuurspelen, educatie/informeel leren en het informatiepunt in het Kralingse bos. Naar aanleiding van de gesprekken met bezoekers en professionals, de internet-enquête en de visie van de Speeldernis komen we tot de volgende aanbevelingen: Korte termijn implementatie
Realiseren van een kleine natuurlijke speelplek voor jongere kinderen op het terrein van de Kraal (bijv. bij terrein ‘zangvogels, konijnen en kippen’). Waarbij niet in het water, maar wel met water (pomp) kan worden gespeeld. De Speeldernis kan hier een rol spelen bij het ontwerp. Zeer grove inschatting kosten: €50.000,- (ontwerp en aanleg)
Lange termijn implementatie
Spelen met dieren realiseren (hekken weg, hokken open, toevoegen speelaanleidingen) (Zie ook paragraaf interactie met dieren en fysieke aanpassingen) Realiseren van een grote natuurlijke speelplek om de Kraal, in het bos. Hierbij juist de verbinding maken met de speelaanleidingen die er al zijn en Funforest. Speeldernis kan een dergelijke plek ontwerpen en (laten) aanleggen. De genoemde plekken kunnen heel goed aansluiten bij educatieve activiteiten! Zie hiervoor ook de paragraaf educatie. Onderzoek naar overige functies en gebruik (zo breed mogelijk) 4.6 Exploitatie en personeel Huidige situatie De exploitatie van de kinderboerderij wordt nu volledig uitgevoerd door Sport en Cultuur (MO) van de gemeente Rotterdam. De grond en de gebouwen zijn eigendom van de gemeente (Centrale Vastgoed Organisatie). Het personeel is in dienst van de gemeente Rotterdam. Daarnaast zijn er enkele mensen met een beperking en stagiaires die aanvullend werk uitvoeren.
18
Wat/hoe onderzocht Er zijn bezoeken gebracht aan kinderboerderijen in de regio die andere vormen van exploitatie hebben en met instellingen die een rol zouden kunnen hebben bij (een deel) van de exploitatie. Ter plekke is met mensen gesproken. Daarnaast er een oproep gedaan via social media. Het onderdeel exploitatie is ook besproken op de bijeenkomst op 13 februari 2013.
Stadsboerderij de Weidemolen in Zoetermeer Op de Weidemolen werken dierverzorgers van de gemeente en cliënten van Ipse De Bruggen samen. Cliënten verzorgen werkzaamheden in de horeca, schoonmaak, groenbeheer en dierverzorging. De werkzaamheden worden als dagbesteding gezien en worden met gesloten beurzen uitgevoerd. De opbrengst van de horeca is voor de gemeente. De zaal wordt regelmatig verhuurd aan groepen. Ipse verzorgt dan de catering. De keuken is deels gefinancierd door een fonds en wordt ook voor/door brede scholen gebruikt De zaal wordt regelmatig verhuurd aan groepen. Ipse verzorgt dan de catering.
Het Geertje in Zoeterwoude Het Geertje is een commercieel boerenbedrijf (koeien, geiten en varkens) met een publieksfunctie (kinderfeestjes, ponyrijden, boerenlandwinkel met streekproducten, restaurant/pannenkoekenhuis, kano/bootverhuur). De entree is gratis, maar mensen betalen wel voor activiteiten en consumpties. Het Geertje trekt zo’n 100.000 bezoekers per jaar.
Duurzaamheidscentrum Weizigt in Dordrecht Weizigt heeft als doel het denken en handelen rondom duurzaamheid te stimuleren d.m.v. educatie, recreatie en verhuur in Dordrecht en de Drechtsteden De kinderboerderij richt zich op educatie (20.000 leermomenten per jaar) en recreatie (meegeven duurzaamheid aan bezoekers) rondom de thema’s: afval, energie, water en groen en dierenwelzijn. Weizigt is een gemeentelijke instelling, maar werkt wel samen met instelling met mensen met beperking bij beheer. Ook zijn er ruim 70 vrijwilligers actief als gastheer/dame of knuffelcoach. Naast wat automaten is er geen horeca.
19
Zorgboerderij De Buytenhof in Rhoon De Buytenhof is van oorsprong een boerenbedrijf met varkens, koeien en kippen. Het is nu een gemengd bedrijf met zorg, horeca, winkel, natuurelementen, pluktuin en (zorg)woningen. Op de Buytenhof zijn zo’n 100 vrijwilligers actief, dit ondanks de afgelegen ligging buiten de bebouwde kom. Het Wellant College Rotterdam biedt verschillende groene opleidingen (o.a. dierverzorging en stedelijk groen) Er wordt al samengewerkt tussen Wellant en de Kraal: Leerlingen lopen stage Lessen ‘veilig werken’ en ‘onderhoud gebouwen’ worden op de Kraal uitgevoerd. Er is aan projecten gewerkt (vijver + hek) Mensen van kinderboerderij verzorgen deel van de lessen Wellant zoekt plekken waar meerdere leerlingen hun proeve van bekwaamheid kunnen doen (afstuderen). De Kraal zou hiervoor heel geschikt kunnen zijn als leer-werkplek! Omdat dan meerdere studenten te gelijk aan de slag zijn, kunnen zijn wellicht een deel van de werkzaamheden op zicht nemen. Leerlingen kunnen ook een rol spelen bij aanleg en beheer van een pluktuin (fruit en bloemen) en bij het verbeteren van o.a. de entree, het groen van de Kraal. Zuid Wester en Pameijer zien mogelijkheden om met verstandelijk beperkte mensen te werken op de Kraal. Bij een groep van 8 mensen zorgt de organisatie voor een begeleider. Bij minder zal er begeleiding vanuit de kinderboerderij moeten worden geboden. Op dit moment is de ontwikkeling gaande dat men steeds minder mensen in eigen voorziening plaatst. Organisaties zoals een kinderboerderij zijn heel geschikt om als werkplek te gebruiken. Beide organisaties hebben ervaring met het werken op een kinderboerderij/ zorgboerderij. Pameijer ziet mogelijkheden om werkplekken te creëren op de Kraal vooral wanneer deze worden gecombineerd met werk in het bos. Diverse kinderboerderijen zijn bevraagd over het inzetten van verstandelijk beperkten. Er zijn boerderijen die in zijn geheel draaien op mensen uit een zorg instelling. Aangeven is dat deze vorm wel een stempel drukt op de uitstraling van de boerderij. De meeste boerderij werken met vrijwilligers en professionele krachten gecombineerd met mensen met een verstandelijke handicap. Ook de GGD en SoZaWe geven aan dat er binnen de stad behoefte is aan plekken waar mensen dagbesteding kunnen doen in het groen. Veel mensen voeren deze dagbesteding nu buiten de gemeente grenzen uit. Nu de gemeente de verantwoordelijkheid heeft voor een deel van deze mensen binnen de WMO (zzp 1-4) en de financiën voor trajecten terecht komen in de gemeente waar de dagbesteding plaatsvindt, is het voor de gemeente extra belangrijk om dergelijke plekken binnen de gemeente grenzen te realiseren. Veel van de boerderijen waar we contact mee hebben gezocht voor deze verkenning werken met vrijwilligers. Zorgboerderij de Buytenhof in Rhoon (met 100 vrijwilligers) en 20
Duurzaamheidscentrum Weizigt in Dordrecht (met 70 vrijwilligers) zijn hierbij uitschieters qua aantallen mensen. Deze boerderijen geven aan dat vrijwilligers veel werk kunnen verzetten en zorgen voor verbinding en draagvlak met de directe omgeving. Het vinden en behouden van vrijwilligers vraagt wel inzet van de medewerkers. Mensen moeten zich welkom, gewaardeerd en begeleid voelen! Ook buiten de boerderij zijn vrijwilligers gewenst door verschillende tuin/groen initiatieven. Als voorbeeld is door meerdere mensen ook diergaarde Blijdorp genoemd. Hier worden vrijwilligers ingezet bij educatieve taken en rondleidingen. De seniorenraad geeft aan dat er in Kralingen-Crooswijk, in verhouding, veel ouderen wonen. Zij zijn er van overtuigd dat er veel ouderen zijn die graag vrijwilligerswerk op de kinderboerderij willen doen. Door de inzet van mensen met een beperking, vrijwilligers en studenten, verandert de rol van de dierenverzorgers. Zij krijgen een begeleidende rol en gaan vaker de wijk in om activiteiten te begeleiden en contacten met doelgroepen/partners te leggen. Dit vraagt andere/nieuwe competenties en (na)scholing van de medewerkers! Korte termijn implementatie
Nu de samenwerking zoeken met zorginstellingen als Zuid Wester of Pameijer. Gezamenlijk bepalen wat er nu mogelijk is. In de huidige situatie zullen er fysieke beperkingen zijn (ontbreken van ruimte, douches e.d.), maar dat staat samenwerking en het samen ontwikkelen niet in de weg. Vervolgens gezamenlijk toekomst bepalen. Nu de verdere samenwerking met het Wellant College uitwerken. Gezamenlijk bepalen wat er nu kan, maar ook gezamenlijk een toekomst uit tekenen. Dit is juist voor studenten een interessante case.
Lange termijn implementatie Hybridevorm van exploitatie waarin meerdere partijen gezamenlijk de exploitatie van de kinderboerderij op zich nemen. De volgende partijen kunnen in een dergelijke coöperatieve vorm participeren: Gemeente Rotterdam (eigenaar van grond en gebouwen, deel personeel in dienst) Stichting vrienden van de Kraal (genereren van inkomsten, deel personeel in dienst) Zorginstelling (ondersteunend werk op het gebied van beheer, onderhoud, verzorging van dieren, schoonmaak en horeca) Wellant College (afstuderende studenten voeren structureel een deel van de werkzaamheden op het gebied van verzorging, beheer en toezicht uit) Horecaondernemer (commercieel en in samenwerking met zorginstelling) Educatieve activiteiten door coalitie van partijen van op/vanaf de Kraal Vrijwilligers (gastheer/vrouw, knuffelcoach, kleine klusjes, onderhoudswerkzaamheden) 21
4.7 Fysieke aanpassingen Huidige situatie De huidige kinderboerderij wordt door veel mensen als knus, authentiek en gezellig ervaren. Bij doorvragen blijken mensen ook wensen en kritiek te hebben en vindt men de gebouwen ‘niet meer van deze tijd’. Het centrale erf/pleintje vormt met de drie gebouwen met strokappen hét herkenningspunt van de Kraal. Door de ommuring is het pleintje niet goed toegankelijk. Aan de buitenkant is niet te zien wat zich in de gebouwen bevindt. Vanuit bouwtechnisch oogpunt zijn veel gebouwen er slecht aan toe. Op het terrein staan veel gebouwen, in verschillende stijlen. Vanuit het bos is de kinderboerderij niet goed zichtbaar. Wat/hoe onderzocht De inrichting van het terrein is ter sprake gekomen bij de gesprekken met bezoekers ter plekke, met medewerkers van de Kraal en met professionals, waaronder Foam Architecten. In de bovenstaande paragrafen zijn meerdere punten genoemd die vragen om fysieke aanpassingen, van kleine ingrepen tot een volledige transitie en verbouwing. Verschillende mensen geven aan dat het geheel een gezellige, maar wel wat rommelige uitstraling heeft. Er is ook gezegd dat er veel steen en gras is. Hieronder zetten we enkele aanbevelingen op een rijtje. De aanbevelingen rondom natuurlijk spelen en het weghalen van hekken/hokken zijn al beschreven in de betreffende paragraaf hierboven. Korte termijn implementatie
Aanleggen van trekpont over de vijver, waardoor mensen van de kinderboerderij naar Funforrest (en in de toekomst het speelbos) kunnen varen. Richtprijs: €9.000,- (excl. Btw, incl. montage/aanleg) Bron: Acacia-Robinia, ‘Trekvlot Robinson Island’ Slopen van muurtje tussen de gebouwtjes op het centrale erf Kosten erg afhankelijk van uitvoerders (personeel de Kraal, vrijwilligers of aannemer?) ‘Snackloket’ naar buiten maken en inrichten keuken en terras Geschatte kosten: €10.000,Openbreken en zichtbaar maken van functies van de gebouwen op het centrale erf Kosten: nader te bepalen Zichtbaarheid vanuit bos vergroten (bebording, beplanting) Bij uitvoering door personeel/vrijwilligers alleen materiaal kosten. Verbodsborden aanpassen Kritisch naar het aantal verbodsborden kijken. Indien een verbod of gebod wenselijk is, de boodschap veel positiever over brengen. (Aandachtspunt: Het lijkt vanzelfsprekend dat de medewerkers zich aan dezelfde regels houden als de bezoekers. Bijv. honden wel/niet op terrein) 22
Korte termijn implementatie
Thematiseren van het bos (zoals in pretpark: dierenzone, waterzone, speelzone) waardoor functies sneller te herkennen en te vinden zijn Het gebied hierbij als geheel zien (bos, Kinderboerderij, tuin) en zorgen voor samenhang (ook naar buiten toe). Gezamenlijk zorgen voor: ‘Welkom in het Kralingse Bos’ (ook digitaal op website) Realiseren van een multifunctioneel gebouw aan de vijver. Karakteristieke huisjes op het centrale plein behouden en bestemmen als dierverblijven. Dit vraagt om grote investeringen. Wij denken dat een grote ambitie, ‘een stop op de horizon’, de kans op externe en gezamenlijke financiering groter maakt. Deze aanbeveling vraagt om nadere toelichting. In het volgende hoofdstuk wordt deze ambitie nader beschrijven.
23
5
Toekomst
5.1 Stadsboerderij de Kraal Zoals hierboven al beschreven vragen veel wensen, kansen en aanbevelingen om een ingrijpende aanpassing van het terrein. Ook de naam ‘kinderboerderij’ lijkt de lading niet meer te dekken. In deze paragraaf zullen we kort en bondig een beeld proberen te geven van de toekomstige stadsboerderij in het Kralingse Bos. De al beschreven hybride vorm van exploitatie en inzet van personeel vraagt om een gebouw dat mulitifunctioneel kan worden gebruikt. Een dergelijk gebouw sluit aan bij veel genoemde verbeterpunten. In onze toekomstvisie wordt er op de Kraal een gebouw gerealiseerd met de volgende onderdelen: Multifunctionele ruimte voor ouderen, lessen, gebruik door groepen, verhuur aan bedrijven en instellingen Kinderopvang Kantoorruimten voor o.a. boerderij en Funforrest Horeca, theehuis met professionele keuken en terras aan het water Winkeltje met streekproducten Personeelsruimte voor de verschillende organisaties (omkleden, pauze en douche) Toiletten met warm water, ook invalidentoilet en babyroom. Zichtbaar opwekken van energie d.m.v. zonnepanelen en aardwarmte (indien mogelijk ook windenergie). Duurzame toepassingen (materiaalgebruik, groendak/waterberging, isolatie e.d.) in gebouw zichtbaar maken Aan Foam Architecten is gevraagd of zijn bovenstaande punten konden verwerken in een illustratief ontwerp. Dit heeft geresulteerd in de volgende impressies.
24
Foam heeft een gebouw getekend dat goed aansluit bij de omgeving, maar toch de kinderboerderij zichtbaarder en moderner maakt. Aan de waterzijde zorgen de grote ramen voor veel contact tussen ‘binnen en buiten’. Aan de boerderijzijde lijkt het groene dak en de wei naadloos in elkaar over te gaan.
Zoals gezegd kan juist het neerzetten van een grote ambitie zorgen voor partnership en gezamenlijke financiering. In het ontwerp zien wij de volgende partijen participeren (zowel gebruikers/huurders, als mede-financierders): 25
Gemeente Rotterdam (vanuit verschillende diensten en invalshoeken: sociaal, gezondheid duurzaamheid, recreatie) Energiemaatschappijen (Bijvoorbeeld Eneco of Greenchoice) Aannemers en andere bouw gerelateerde bedrijven (die duurzaam bouwen willen promoten) Zorginstellingen (Bijvoorbeeld Zuid Wester of Pameijer) Kinderopvang Horecaondernemer Hoogheemraadschap van Schieland en Krimpenerwaard (waterberging en voorlichting over waterbeheer in de regio) Rabobank (als promotor van coöperatieve samenwerking en bedrijfsvoering) Regionale en landelijke fondsen Bijdragen vanuit Rijksoverheid (o.a. duurzaamheidsknooppunt)
Het gebouw zorgt naast een bundeling van activiteiten en partners ook voor een betere zichtbaarheid van de kinderboerderij. Het maakt dit gedeelte van het bos in zijn geheel aantrekkelijker. Door de trekpont worden de boerderij en het bos ‘aan de overkant’ op een attractieve manier verbonden. De Kraal wordt op deze manier hét duurzaamheidsknooppunt voor Rotterdam Oost. Activiteiten, organisaties, vragen en antwoorden rondom groen, natuur, milieu en duurzaamheid komen samen in het bos.
26
Binnen het knooppunt staan kringlopen centraal. Natuurlijke kringlopen rondom de seizoenen, voeding en afval worden weer zichtbaar. Maar er is juist ook ruimte voor kringlopen in leren. Studenten hebben een grote en eigen rol binnen de exploitatie waardoor kennis telkens wordt ververst. Tot slot ontmoeten burgers van jong tot oud, met en zonder beperking elkaar op de Kraal. Dit kan gezien worden als sociale duurzaamheid. De nieuwe partners, thema’s en invalshoeken en de traditionele naam ‘kinderboerderij’ vragen om een nieuwe naam. We denken dat stadsboerderij De Kraal hier beter bij past. Binnen de stadsboerderij is ‘de kinderboerderij’ één van de functies. Binnen het Kralingse Bos is de stadsboerderij één van de voorzieningen. Niet langer een ‘eiland’ op zich, maar juist verbonden met de andere voorzieningen, organisaties, bedrijven en mensen in het bos en de wijken. 5.2 Maatschappelijk draagvlak Uit ons onderzoek blijkt dat het maatschappelijk draagvlak voor de kinderboerderij groot is. De verschillende onderzochte groepen, zoals de huidige bezoekers, de professionals, de scholen, de andere voorzieningen in het bos maar ook de groep ‘niet’ bezoekers, reageren positief op de voorgestelde veranderingen. In het transitieproces naar een duurzame stadsboerderij zal er een door anderen geaccepteerde partij de regie moeten voeren. Veel verbindingen zullen er moeten worden gemaakt en investeerders gevonden. De rol van de stichting ‘vrienden van de Kraal’ zal wat ons betreft er een zijn van ondersteunend en mede richting gevend aan deze transitie. Een sterke stichting met veel vrienden van de stadsboerderij de Kraal zal het maatschappelijke draagvlak zeker worden versterkt.
27
Bijlage A Contactenlijst Organisatie Wellant Wellant Gem.Rotterdam SenC Gem.Rotterdam SenC St. Vrienden van de Kraal St. Vrienden van de Kraal St. Vrienden van de Kraal Moestuinman Snoepjestuin/SenC Vrijwilligersgroep Fun Forest TOS Restaurant Zino Speeldernis UIt je Eigen Stad Buurtlab Gemeentewerken Gemeentewerken HHSK Laurens Aafje Seniorenraad Foam Foam Arentschool Pierre Bayle Montessorischool Krlingen Kralingsche School Libanon Gem. Zoetermeer Het Geertje Weizigt Dordrecht De Buytenhof Zuid Wester Pameijer
Contactpersoon Dick Hoekstra Rene Broos Marielle van der Heeden Nicole Geurts Corine Oudijk Yasemin Yilmaz Wouter van der Bas Max de Corte Jeroen Hooijmeijer Marius Huender Ernst-Jan Swarte Yvette van der Poel + collega Anniek van der Meiden Ian Mostert Bas de Groot Edward Boele Remmert Koch Jan Fischer Marja van Welsenes Trudie Manders Ank de Rooy Gerard Harmsma en Ella Joren Vis Sander Bouw Herman Willigenhagen Rene Bos Ronald Bakker Frank Esser Gerard van der Kleij Coranne Zwijnen Louise Bergenhenegouwen Ad Visser Cok van der Blom Anja Jongerius
Betrokken door Gesprek Gesprek Gesprek Gesprek + Bijeenkomst 13/2 Gesprek Gesprek + Bijeenkomst 13/2 Gesprek + Presentatie 7/3 Gesprek Gesprek + Bijeenkomst 13/2 Per mail Bijeenkomst 13/2 Bijeenkomst 13/2 Gesprek Gesprek + Presentatie 7/3 Gesprek Bijeenkomst 13/2 Bijeenkomst 13/2 Per mail Per mail Gesprek Gesprek Bijeenkomst 13/2 Gesprek + Bijeenkomst 13/2 Gesprek Gesprek Gesprek Gesprek Gesprek Gesprek Gesprek + bezoek boerderij Bezoek boerderij Gesprek + bezoek boerderij Gesprek + bezoek boerderij Bijeenkomst 13/2 Gesprek
28
Bijlage B Enquête bezoekers Kraal Bijlage Vragen bezoekers kinderboerderij de Kraal, zondag 10 februari 2013 Boerderij Wat vindt u van de kinderboerderij? Hoe vaak komt u op de Kraal? Met wie komt u hier? Ontvangst? Sfeer? Toegankelijkheid? Vindbaarheid? Wat mist u? (dieren, horeca, activiteiten) Alle ondervraagden reageren in eerste instantie positief op de algemene vraag ‘wat vindt u van de kinderboerderij’. Woorden die worden genoemd zijn: positief, gezellig, prettig, ruim, leuk, schoon en veel te doen. Gemiddeld komt men 4x per jaar op de Kraal. Mensen komen in de zomer maanden vaker maar komen bij zonnig weer ook in de winter. Bijna alle ondervraagden komen met 1 of meer kinderen. Opvallend is dat de eerste kennismaking met de Kraal vaak toevallig tot stand is gekomen. Men liep er toevallig langs. Ook combineren veel bezoekers een wandeling in het bos met een bezoek aan de Kraal. Een aantal van de bezoekers komt niet uit Rotterdam maar komt wel speciaal naar deze kinderboerderij. De algehele sfeer wordt als goed beoordeeld. Over het algemeen mist men weinig. Genoemd zijn: horeca faciliteit, warm water om handen te kunnen wassen, binnen kunnen zitten en meer doe dingen (koe melken, paardrijden en dieren verzorgen). Dieren Wat vindt u van het aantal (soorten) dieren? Wat vindt u van de huisvesting? Wat vindt u van het contact tussen mens en dier De hoeveelheid dieren wordt over het algemeen als voldoende/goed ervaren. Ook de diversiteit aan dieren, van boerderijdieren tot exoten, is positief beoordeeld. Ongeveer een kwart van de ondervragen wil graag meer dieren. Als voorbeelden zijn genoemd: kangoeroe, struisvogel, slang en paarden. Ook ongeveer een kwart vind het aanbod veel/uitgebreid. Over de huisvesting heeft men uiteenlopende meningen. Meer contact met de dieren komt regelmatig naar voren. Een enkeling vindt dat de dieren te veel binnen staan. Ook het contact (het niet kunnen aaien en aanraken) komt regelmatig terug als een gemis. Vooral de onduidelijkheid over het waarom van het wel of geen contact is meerdere malen genoemd. Het echt tussen (alle) dieren door kunnen lopen is als voorbeeld genoemd van contact tussen mens en dier. Horeca Bent u tevreden over de horecavoorziening? Wat zou anders/beter kunnen? Heeft u wensen/ideeën? Over het algemeen zijn de bezoekers bij de eerste uitvraag tevreden over de horeca. Een enkeling kende de horecavoorziening helemaal niet. Bij verdere uitvraag vind een klein deel de onduidelijkheid in openingstijden vervelend en anderen vind de voorziening te klein zeker in de winter. Op de vraag; ‘Wanneer de horeca zou worden uitgebreid en je kan hier 29
goede koffie en broodjes krijgen gaat u hier dan (meer) gebruik van maken’ zegt de meerderheid ‘ja’. Een kleine minderheid zegt nooit gebruik te zullen maken van de horeca. Spelen Bent u tevreden over het speelaanbod voor kinderen? Wat zou anders/beter kunnen op het gebied van spelen? Bent u bekend met groenspelen/avontuurlijk spelen (zoals op de Speeldernis)? Is het toevoegen van groenspelen wenselijk Over het algemeen zijn de ondervraagden tevreden over de huidige speelfaciliteiten. Een klein deel vindt wel dat het vooral zomers te druk is. Een aantal ondervraagden vind dat te veel speeltoestellen de balans uit de kinderboerderij haalt ‘het moet geen speeltuin met wat dieren worden’. Maar een enkeling kent de term ‘groenspelen’. Bij uitleg van het begrip was bijna iedereen enthousiast en vindt men deze manier van spelen bij een kinderboerderij passen. De toevoeging van groen spelen wordt dan ook door de meerderheid als een toevoeging gezien. Betrokkenheid Zou u bereid zijn lid te worden van de kinderboerderij? (jaarlijkse bijdrage) Zou u bereid zijn (eenmalig) een bijdrage te geven bij een ontwikkeling/aanpassing? Zou u een dier willen adopteren? Vrijwilligerswerk? Bijna alle ondervraagden vindt een kleine entree heffing geen probleem (0,50/1,00 Euro) al zegt een deel dan minder vaak te komen. Sommige vinden wel dat met entree de laagdrempeligheid van een kinderboerderij in gevaar komt. Een minderheid is bereidt om lid te worden. Ook hier wordt als bezwaar aangegeven dat de laagdrempeligheid in gevaar komt. Een enkeling vindt dat een lidmaatschap dan bij alle kinderboerderijen zou moeten worden ingevoerd. Van de mensen die bereid zijn een jaarlijkse bijdrage te leveren vindt ongeveer de helft dat dit in de vorm van het adopteren van een dier zou moeten. Door de volwassenen is niemand bereid tot het doen van vrijwilligerswerk. Bij de kinderen is er wel belangstelling. Cijfers van 1 tot 10 Welke cijfers geeft u aan: Kraal (algemeen) 8 Dierenaanbod 8 Horeca 6 Speelmogelijkheden 7 Vindbaarheid/duidelijk aangegeven 6 De cijfers zijn een gemiddelde en zijn afgerond op hele cijfers. Er zijn met bijna 20 bezoekers en hun kinderen gesprekken gevoerd.
30
Bijlage C In totaal hebben 44 mensen een internetenquête over de Kraal ingevuld. Deze enquête bestaat uit 11 vragen. Van deze onderzoeksgroep is 16 % nog nooit op de Kraal geweest. Bijna 60% komt er een aantal keren per jaar. In onderstaande tekst zijn de letterlijke antwoorden van ondervraagden opgenomen. Van de groep die nooit op de Kraal komt zijn de volgende resultaten van belang: De groep bestaat uit meer dan de helft mensen die niet in Rotterdam wonen en de rest woont buiten Kralingen-Crooswijk. Meer dan de helft heeft geen kinderen. Deze groep vindt het vooral belangrijk dat er op een kinderboerderij speelgelegenheid is en dat er iets te leren valt voor kinderen en volwassenen. Ook het natuurlijk spelen wordt door bijna de helft van de mensen aangegeven als interessant. Bijna 70% geeft aan dat een winkeltje met streekproducten een toevoeging is voor een kinderboerderij. Ook geeft meer dan de helft aan het klimbos interessant te vinden. Bij realisatie van beschreven extra activiteiten geeft bijna 30 % aan te gaan komen in de kinderboerderij en 70 % zegt misschien te gaan komen. Een ieder is bereid om entree te betalen waarvan 40% zegt een dier te adopteren een goede vorm te vinden. Nog eens 40% zegt wel dat er in principe geen entree gevraagd zou moeten worden omdat een kinderboerderij laagdrempelig moet zijn. Van de totale groep zijn de volgende resultaten van belang: Van de totale groep ondervraagden komt 60% soms of best vaak op andere kinderboerderijen. Wat men belangrijk vindt aan een kinderboerderij is het contact hebben met dieren bijna 76%, dit is een opvallend hoog percentage. Het educatieve en het spelen worden daarna als belangrijk aangegeven met percentages in de 50%. Opvallend laag is de score betreffende het belang van andere dieren dan boerderijdieren van nog geen 5%. Op de vraag of er nieuwe activiteiten gekoppeld moeten worden aan de kinderboerderij geeft maar 2 % aan dat de kinderboerderij moet blijven zoals hij is. Met percentages van rond de 70% wordt ‘het natuurlijk spelen’ en ‘het winkeltje met streekproducten’ als zeer interessant aangegeven. Andere activiteiten krijgen allemaal rond de 40%. Opvallend is verder dat bij het realiseren van bovenstaande activiteiten zegt 60% wel/vaker te komen en 40% misschien vaker. Bij de openvraag over wat een kinderboerderij aantrekkelijk maakt zijn de volgende antwoorden vaak genoemd: combinatie van educatief en leuk (spelen en doen), speelser en groener, meer contact met dieren, geen dieren in kleine hokken, laagdrempelig en gratis. Opvallend is verder dat 12 % vrijwilligerswerk zou willen doen op de kinderboerderij en 34 % misschien. Men geeft aan dat entree geen belemmering zou zijn om te gaan (7% geeft aan van wel). Entree per keer heeft voor 30% de voorkeur. Wel zegt meer dan 50% dat er geen entree moet komen omdat de kinderboerderij laagdrempelig moet blijven. Van de ondervraagden is 50% tussen de 20 en 40 en ruim 40% tussen de 40 en 60. Van de totale groep heeft 80% één of meerdere kinderen. Deze kinderen zijn voor 60% onder de tien jaar en 30% is boven de tien. Opvallend is dat maar 2 % uit Crooswijk komt en 30% uit Kralingen. Meer dan 46% komt uit een andere wijk in Rotterdam en 22% komt van buiten Rotterdam.
31
Statistieken voor vraag 1 Vraag 1 Bent u wel eens op kinderboerderij de Kraal in het Kralingse bos geweest? 1.1 Nee
15.91%
1.2 Ja, ik ben er één keer geweest
20.45%
1.3 Ja, ik kom er een aantal keren per jaar
56.82%
1.4 Ja, ik kom er best vaak (gemiddeld 1x per maand of meer) 6.82% Statistieken voor vraag 2 Vraag 2 Komt u wel eens op een andere kinderboerderij in Rotterdam? 2.1 Nee
38.64%
2.2 Ja, een enkele keer 47.73% 2.3 Ja, regelmatig
13.64%
Statistieken voor vraag 3 Vraag 3 Welke van onderstaande opties vindt u belangrijk op een kinderboerderij? 3.1 Dat er naast boerderijdieren ook andere dieren zijn
6.82%
3.2 Dat je kinderen er kunnen spelen
54.55%
3.3 Dat je contact kan hebben met de dieren (doorheen lopen, aaien, eten geven) 75.00% 3.4 Dat er meer te doen is dan alleen dieren en spelen
31.82%
3.5 Dat er een goede horeca gelegenheid is (lekkere koffie, broodjes etc)
56.82%
3.6 Dat kinderen en volwassenen iets leren over dieren en de natuur
52.27%
3.7 Dat kinderen en volwassenen iets leren over een duurzame manier van leven 56.82% Gegeven Toelichtingen Dat er toiletten aanwezig zijn Dat kinderen leren waar voedingsmiddelen vandaan komen. Dat melk iets te maken heeft met een koe en niet in de fabriek wordt gemaakt. Naast speeltoestellen ook ruimte voor natuurlijk spelen Dat kinderen actief mee mogen draaien in het ‘boerenleven’. Met leen-laarzen door de modder, sjouwen met hooi, etc. Statistieken voor vraag 4 Vraag 4 De deelgemeente onderzoekt of er meer activiteiten aan de kinderboerderij gekoppeld moeten worden. Welke van onderstaande activiteiten vindt u interessant?
32
4.1 Klimbos (waar men tegen betaling een route kan volgen van boom tot boom)
38.64%
4.2 Natuurlijk spelen (waar men met natuurlijk materiaal kan bouwen, klauteren etc) 70.45% 4.3 Duurzaamheidscentrum (info over duurzame energie, voedsel kringloop etc.)
38.64%
4.4 Uitbreiding van de horeca (goede koffie, taart, lekkere broodjes)
43.18%
4.5 Meer educatie over dieren en natuur
38.64%
4.6 Activiteiten (tegen betaling) op het terrein zijn zoals koe melken, paard rijden
38.64%
4.7 Een winkeltje met streekproducten uit de directe omgeving van Rotterdam
68.18%
4.8 Geen, de kinderboerderij moet blijven zoals hij is
2.27%
Andere antwoorden: je zou op de kinderboerderij ook iets kunnen doen aan tuinbouw en fruitkweken. De kinderen in contact brengen met andere onderdelen van de voedselketen. Niet alleen de grote huisdieren, maar met nutsplanten. Ruimte verhuur Moestuin!!!! Knuffeluurtje Statistieken voor vraag 5 Vraag 5 Wanneer één of meerdere van deze activiteiten worden gerealiseerd denkt u dan wel/vaker naar kinderboerderij de Kraal te gaan? Ja
61.36%
Nee
0.00%
Misschien 38.64% Gegeven Toelichtingen
Ik vind het zo leuk dat de kinderboerderij er is. Hoop dat de dieren meer vrijheid krijgen en dat er biggetjes bij de mama mogen blijven wonen. Ik heb geen kinderen Met name met lekker espresso/latte koffie en eenvoudige boterhammen met kaas/jam/pindakaas en seizoensfruit of snackjes voor kinderen (kleine porties). Geen friet/fristi loket zoals nu.
Statistieken voor vraag 6 Vraag 6 Wat maakt voor u een kinderboerderij aantrekkelijk? Deze antwoorden werden gegeven: De dieren Kind, dier en natuur vriendelijk, rust, educatie en betrokkenheid werknemers Een boerderij dichtbij met alle geneugten van dien Gratis 33
Zie antwoorden vorige vraag + mooi, speelser natuurlijk gelegen en aangelegd, minder strakke en lege weilanden Het is vertrouwd en verrassend Dat het voor de kinderen een ervaring is, dat ze ook echt de dieren kunnen aaien, er iets kunnen leren en contact hebben met de dieren. Ik vind het ook fijn als het er schoon is. Goede toilet is ook handig! Een kop koffie voor de moeder/vader is wel erg fijn! Dat kinderen er veilig kunnen spelen en in contact komen met dieren en natuur . Ook educatieve aanbiedingen rond milieu /eten vind ik belangrijk De combinatie van beleving voor kinderen en ouders, contact met dieren en een gezellig uitstapje waarbij je ook nog wat leert. De kinderen maken in de stad kennis met boerderij dieren en leren tijdens oa nme lessen dat bv melk van de koe komt ipv de winkel Varkens en biggetjes bij elkaar blijven. zo lief en die varkens worden groot en zijn zo intelligent. Ik hou zo veel van dieren. Geef de konijnen een konijnen heuvel en geen dieren meer opgesloten in kleine hokken. Daarom ga ik haast nooit kijken. Zo zielig voor de konijnen en andere knaagdieren. Geef ze de ruimte. Dat er dicht bij de dieren is te komen zonder grote en of moeilijke hekken te passeren Relax, leerzaam, diversiteit Leuk voor kind om boerderij te leren kennen Als het veilig, gezellig en mooi is Korte educatieve activiteit dichtbij huis Zie de antwoorden op de hiervoor gestelde vragen. Dieren bekijken en bij dieren kunnen. Open sfeer. Toegankelijkheid. Een doel voor de kinderen om tijdens een wandeling naartoe te lopen, een rustpunt om even te zitten en wat te drinken terwijl de kinderen spelen, leuke activiteiten. Het contact met de dieren. Laagdrempelig (gratis, even binnenlopen), dichtbij huis, als je kind er plezier aan beleeft, kleinschalig (niet te veel poeha/ niet commercieel) Leuke en leerzame tijdsbesteding voor de kinderen. Welkom voelen, veel groen, lekker zitten op een gezellig terras terwijl de kinderen hun gang kunnen gaan Goed toegankelijk, speelplek voor alle leeftijden, koffie, voldoende bankjes, aaibare dieren, 5 of meer dagen per week open ('altijd' open) Het boerderij gevoel. Laagdrempelig, vertrouwen, dieren in natuurlijke omgeving, \\\\\\\"kleinschalig\\\\\\\", knus. Niet commercieel, Voor stadskinderen makkelijke manier om met natuur en dieren in aanraking te komen. Vooral een educatief uitstapje voor de kinderen. Het directe contact met natuur en dieren. Dit is de basis voor normaal omgaan met je leefomgeving en dieren en daarvan kunnen genieten Contact met de dieren (door knuffeluurtjes, voeding kunnen geven) en een speeltuin (ik heb peuters, dus die willen ook even kunnen spelen). Laagdrempelig 34
De ligging, lekker buiten, veel verschillende dieren. Liefst kunnen aaien als het kan. Verder niet te veel een pretpark/vreetgebeuren ervan maken. Het gaat om de dieren. De ligging in het Kralingse Bos en de mogelijkheid om er mijn kinderen die nu wat ouder worden (basisschoolleeftijd) ook leuk bezig te laten zijn Interactie, spelend leren, lekker buiten, veilige speelplek, misschien zelfs nieuwsbrief email met updates over lammetjes enz. Misschien dat je als kinderen mag helpen om namen van nieuwe beestjes te kiezen.
Statistieken voor vraag 7 : Vraag 7 Wanneer er de mogelijkheid is om vrijwilligerswerk te doen op de kinderboerderij bent u dan geïnteresseerd? Ja 11.36% Nee 52.27% Misschien 36.36% Gegeven Toelichtingen Ik kan moeilijk lopen Ik heb al nme lessen mogen verzorgen en het werken met de dieren in combinatie met kinderen vind ik geweldig Jazeker Ook mijn dochter die met dieren wil werken omdat ze ook op het Wellant College zit Als bijbaantje Werk 6 dagen Geen tijd, maar koppel vrijwilligerswerk aan werkzoekenden/ eenzame mensen/ ouderen/ stagiairs/ vorm van dagbesteding etc. Woon te ver weg Ben nu betrokken bij 2 vrijwilligers klussen en dat is al vrij veel. Maar door combinaties te maken is het veel leuker om activiteiten te organiseren Ben al betrokken bij andere vrijwillige activiteiten Met een jong gezin geen tijd voor helaas In samenwerking met mijn dochter (van 3.5) lijkt me dat wel leuk om vrijdag middag. Ik werk wel full time en heb 2 kids, dus niet veel tijd
35
Statistieken voor vraag 8 Vraag 8 Wanneer er beperkt entree zou worden gevraagd maakt dat voor mij: 8.1 dat ik niet zou niet ?meer? zou gaan
6.82%
8.2 dat ik alleen zou gaan bij een entree van 1 euro of minder
15.91%
8.3 dat ik per keer wil betalen
31.82%
8.4 dat ik een abonnement wil kunnen kopen
15.91%
8.5 dat ik een dier zou willen adopteren (finaciele bijdrage voor een specifiek dier)
15.91%
8.6
dat ik vind dat er geen entree moet komen, een kinderboerderij moet laagdrempelig zijn
50.00%
Andere antwoorden: Moet er echt geld komen, laat het naar inkomen gaan. Met uitkering ben ik beperkt. Als je een horeca gelegenheid er bij hebt hoef je niet meer dan 1 euro te vragen omdat je daar inkomsten uit kan genereren naast activiteiten zoals kinderfeestjes die wel commercieel ingestoken kunnen worden. Jaarfeesten moeten daarin tegen weer voor iedereen betaalbaar zijn. Combi Uit Je Eigen Stad en Speeldernis Opcenten wil betalen op productenverkoop Statistieken voor vraag 9 Vraag 9 Mijn leeftijd is: 9.1 Jonger dan 20
2.27%
9.2 Tussen 20 en 40
50.00%
9.3 Tussen de 40 en 60 45.45% 9.4 Ouder
2.27%
Statistieken voor vraag 10 : Vraag 10 Heeft u kinderen?
10.1 Ja, In de leeftijd van 0 tot 5 36.36% 10.2 Ja, in de leeftijd van 5 tot 10 29.55% 10.3 Ja, van 10 en ouder
27.27%
10.4 Geen kinderen
18.18%
36
Andere antwoorden:
16-20 Mijn ene kind heeft een beperking.
Statistieken voor vraag 11 : Vraag 11 Ik woon in: 11.1 Kralingen 31.82% 11.2 Crooswijk
2.27%
11.3 Andere wijk in Rotterdam 45.45% 11.4 Buiten Rotterdam
20.45%
© VDR WEB - EnqueteMaken.be 2013
37
Bijlage D Weergave gesprekken basisscholen De scholen die we gesproken hebben zijn zeer divers, zowel qua achtergrond, overtuiging, als qua sociale status. De Montessorischool en de Kralingse School pleiten (samen met basisschool de Esch, De Nieuwe Parkrozenburgschool en de Vrije School) voor behoud van de tuinen in Prins Alexander en het busvervoer daar heen. De kinderboerderij is voor deze scholen niet op loopafstand en vinden het ongewenst om met het bestaande tuinprogramma te stoppen en op de boerderij opnieuw te beginnen. Deze scholen vinden de hoeveelheid lessen in groep 6 en 7 (nu 22 lessen) geen bezwaar. Aan de andere kant wensen ze voor de overige jaargroepen niet meer dan 1 NME-activiteit per jaar. Dit lijkt een tegenstrijdigheid. De Arentschool en Pierre Bayle pleiten voor educatie door ‘buiten doen’, zelf ontdekken en ervaren. Deze scholen hebben ook behoefte aan 1 activiteit per leerjaar op de boerderij en/of in het bos. Beide scholen geven aan dat voor sommige groepen iedere week naar een tuin in de buurt wenselijk is. De Arentschool doet dit al met de taalklas, de Pierre Bayle met/voor groep 5. Deze laatste school zou dit met meer groepen willen doen. De Arentschool en de Pierre Bayle geven aan dat te ontwikkelen lessen over natuur, milieu en duurzaamheid ook aan moeten sluiten bij de taalontwikkeling van kinderen. De scholen kunnen de lessen dan ook beter afnemen en verantwoorden naar de dienst JOS van de gemeente en naar de schoolinspectie. Beide instanties leggen, steeds meer, nadruk op taal, lezen en rekenen. De scholen hebben behoefte aan één website met aanbod en nadere info, met de mogelijkheid om digitaal in te schrijven is gewenst. Een dergelijke website is er ook stedelijk (nog) niet. Om duidelijk te maken naar burgers van jong tot oud dat de kinderboerderij en de verschillende tuinen werken aan het zelfde doen, lijkt het naar buiten treden met één gezicht logisch. Indien er onvoldoende budget is om alle scholen en groepen een aanbod te doen, lijkt het logisch om de programmering te richten op kinderen die van huis uit minder in contact komen met de natuur, groen, tuinieren en duurzaamheid. Opvallend: Alle scholen geven aan dat ze de samenwerking en partnerschap in de wijk missen. In het verleden waren er wijkoverleggen waarin scholen, deelgemeente en maatschappelijke organisaties elkaar regelmatig spreken. Dit overleg bestaat niet meer. De scholen hebben behoefte aan enkele van contactmomenten per jaar. Ook bij de ontwikkeling van de kinderboerderij en een educatief programma willen de scholen partner zijn.
38
Bijlage E Visie Speeldernis
Natuurspeeltuin De Speeldernis Betreft: Uitkomsten brainstormsessie Natuurspelen in het Kralingse Bos Beste raadsleden en medewerkers van deelgemeente Kralingen-Crooswijk, Hierbij stuur ik u de uitkomsten van de brainstormsessie voor het project Natuurspelen in het Kralingse bos. Datum: Dinsdag 22 januari 2013 Locatie en tijd: Kralingse Bos, 9.30 – 16.30 uur. Deelnemers: Naam: Achtergrond: Philip Kuypers Voorzitter Speeldernis: pedagogische en didactische achtergrond. Sigrun Lobst Landschapsarchitect, ontwerp & beheer Speeldernis en ander Speelnatuurgebieden oa voor Natuurmonumenten op natuureiland Tiengemeenten. Josine van den Bogaard Senior beleidsadviseur GGD: deskundigheid over de effecten van leefomgeving op de gezondheid. Margit Schuster Oud voorzitter Speeldernis en stedenbouwkundige. Annemieke Westerink Ontwikkelaar en begeleider Natuur- en Milieueducatie / Duurzaamheid en activiteiten Speeldernis Gait Heutink Bestuurslid Speeldernis en programmamanager Buitenruimte dS+V. Franck Riemer Bestuurslid Penningmeester Speeldernis en juridisch adviseur Ian Mostert Hoofd Speeldernis, bestuurskundige achtergrond met specificatie sport, spel en buitenruimten Doel: De Speeldernis verkent met een achttal deskundigen op het gebied van natuurspelen de kansen en beperkingen in het Kralingse Bos. Doel van de sessie is om de mogelijkheden te verkennen van natuurspelen in het Kralingse Bos volgens het concept Speeldernis. Tijdens deze dag is John Verkerke, beheerder Kralingse Bos, de gehele dag aanwezig geweest om de brainstormsessie te plaatsen in context en (verleden)tijd. Tevens heeft hij het Kralingse Bos getoond waardoor er ook een visueel overzicht is van mogelijkheden en beperkingen. Uitkomsten: Vier meest kansrijke ontwikkelingsrichtingen Resumerend volgt een aantal conclusies uit de brainstormsessie. In algemene zin kan worden gesteld dat wij diverse kansen zien voor het natuurspelen in het Kralingse Bos. Zowel 39
natuurlijk spelen als recreatief/informeel leren in de natuur behoort tot de mogelijkheden. Tevens zien wij een viertal mogelijkheden die wij aanbevelen om verder uit werken. Onderstaand volgt een opsomming van de mogelijke vervolgstappen: Natuurspeeltuin 1. Het herontwikkelen van de kinderboerderij tot een ‘Speeldernis met dieren’, waarbij het kind-diercontact en het ontdekkend leren centraal staat (0-6 jaar). Kinderboerderijen worden traditioneel benut voor het bekijken van dieren. Wij zien kansen om meer in te spelen op de natuur- en dierbeleving van kinderen door hen meer contactmogelijkheden te bieden. Hierbij kan gedacht worden aan een omgeving waarin kinderen en dieren zich door elkaar kunnen begeven, met speelaanleidingen voor kind en dier. Een Speeldernis met dieren. 2. Een tweede gebied voor oudere kinderen dat openbaar toegankelijk is maar (psychologisch) afgeschermd is met een natuurlijke markering. Rondom de kinderboerderij zijn diverse mogelijkheden om speelnatuur aan te bieden. Deels is het al aanwezig, deels kan het verder worden ontwikkeld. Een belangrijk onderdeel is het verbinden van diverse plekken door het zowel fysiek als via programmering bij elkaar te betrekken. 3. Het opzetten van een uitgebreide programmering vanuit de kinderboerderij voor natuurbelevenissen en natuureducatie voor scholen, naschoolse opvang, clubs die niet beperkt zijn tot de kinderboerderij alleen (onder begeleiding van ‘ontdekkingsgidsen’). De huidige kinderboerderij is als locatie goed te benutten als centraal punt voor het aanbieden van natuurlijk spelen en natuurbeleving in het Kralingse Bos. Zowel tijdens als na school kunnen kinderen meegenomen worden in diverse belevenissen die het Kralingse Bos te bieden heeft. Bijvoorbeeld in het weekend met een ‘ontdekkingsgids’ die de kinderen wegwijs maakt in de natuur en tijdens schooltijd in het kader van natuur- en milieueducatie, met informeel leren in en van de natuur. 4. Het uitzetten van een speelroute door het hele Kralingse Bos (ontdekken centraal). Naast een sociale programmering zien wij kansen om langs wandelpaden speelaanleidingen te ontwikkelen of op te nemen in een route waardoor gezinnen spelenderwijs kennis maken met het natuurschoon dat het bos te bieden heeft. Tevens kan de route diverse voorzieningen in en om het bos met elkaar verbinden, waarbij de kinderboerderij als begin, maar ook als eindpunt kan worden benadert, om de parkeerdruk te verdelen. De huidige kinderboerderij zien wij als het centrum van het natuurspelen, educatie/informeel leren en het informatiepunt in het Kralingse bos. Aanbod Natuur- en Milieueducatie / Duurzaamheidprogramma Wij zien kansen om Natuur- en Milieueducatie aan te bieden in en om het Kralingse Bos zoals wij dat bij de Speeldernis verzorgen. Dit betreft zowel informeel leren op locatie (4 seizoenen Speeldernis) als op school (Speeldernis op school). Voor dit aanbod zien wij ook 40
mogelijkheden in het aangaan van samenwerking met partijen zoals Buurtlab en Sport en Recreatie. Zie voor meer informatie over ons aanbod: http://www.speeldernis.nl/index.php/educatie/ Een aantal aandachtspunten: 1. Het bos is reeds ver ontwikkeld waardoor er een balans moet worden gevonden tussen de opgebouwde waardevolle ecologische structuur in het bos en het natuurspelen; 2. Beperkte toegankelijkheid met bijvoorbeeld het openbaar vervoer en beperkte mogelijkheid tot parkeren bij het recreatieve gedeelte in het bos.
Bijlage F (Max de Corte, Martijn van Zanten en Jeroen Hooijmeijer) Wat is Forest Gardening? Forest gardening is een ruimtelijk, agrarisch, botanisch en ecologisch goed uitgewerkte vorm vanhet concept voedselbos dat aansluit op het gedachtegoed van de permacultuur. Het Engelse Agroforestry Institute heeft 20 jaar ervaring met de ontwikkeling van diverse varianten van forest gardening en andere vormen van agro-forestry. Het concept is uitermate geschikt om de bestaande vormen van openbaar groen te verrijken met een variant die kansen voor burgerparticipatie, biodiversiteit, natuur- en milieu educatie en ondernemerszin combineert. Wat zijn de kansen voor de stad? Ruimtelijk slaat de Forest Garden een brug tussen stadslandbouw en stedelijk groen. Het biedt vier seizoenen een parkachtige uitstraling. Forest Gardens bieden met hun diversiteit aan producten en parkachtige verschijningsvorm een aanvulling op het aanbod van andere vormen van stadslandbouw. Sociaal-cultureel kan Forest Gardening een brug slaan tussen het klassieke idee van openbaar groen met bijbehorende ideeën over beheersbaarheid en onderhoud, en collectief, door burgers en bottom-up initiatieven beheerd groen en de veelal ideële achtergrond van veel van deze initiatieven (met o.a. wortels in de permacultuur). Daarnaast is de forest garden een toonbeeld van ontwerpen met natuurlijke kringlopen en sluit daarmee aan op het Cradle2Cradle gedachtegoed en op trends als natuurlijk tuinieren. De stapsgewijze aanleg een forest garden past in het concept van organische gebiedsontwikkeling. Kansen voor duurzame landbouw Het debat over agro-ecologie versus industriële landbouw wordt in Nederland bijna niet in de praktijk gevoerd. Beginnende experimenten in agro-ecologie komen al snel in de multifunctionele landbouw hoek terecht. Ook deze vorm van landbouw die in het wereldwijde debat een rol speelt moet een plek krijgen op het stedelijke platform dat stadslandbouw vormt voor deze discussie over onze voedselvoorziening. Kansen voor gemeentelijk groenbeheer Forest gardening vraagt een andere benadering van groenprofessionals en ontwerpers van stedelijk groen, hoe het er uitziet (beeld), zich ontwikkelt (proces) en hoe het onderhouden wordt. Deze uitdaging biedt als resultaat een aanpak die minder is gericht op in toom houden van groei maar in het begeleiden en uitbaten van groei van stedelijk groen. 41
Kansen voor gebiedsontwikkeling De opbouw van een forest garden kan een waardevolle en relatief goedkope manier zijn om in een braakliggend stuk grond te voorinvesteren. De forest garden biedt een basis voor tijdelijke inrichting van het hele gebied en kan als basis dienen voor de groenstructuur van de uiteindelijke invulling.
42