Ontwikkelingskansen voor ieder kind!
Zwaailichten
Zwaailichten
voor ouders
Kansen in kinderen
Voorwoord Het thema ‘Zwaailichten’ gaat over de grote auto’s met een zwaailicht en een sirene aan. Kinderen hebben waarschijnlijk allemaal wel eens zo’n auto snel voorbij zien rijden. Daarnaast spelen kinderen allemaal wel eens voor politieagent of brandweerman. Aan de hand van dit thema leren kinderen welke hulpverleners er zijn en ze komen meer te weten over die grote auto’s met zwaailichten. In dit thema zijn veel verschillende activiteiten opgenomen; we maken politiepetten en ambulances. Daarnaast gaan we oefenen met het volgen van een spoor. We leren over maten en vormen. Ook maken we een werkblad net zoals op school. Door het spelen van rollenspellen gebruiken we onze fantasie. We lezen tenslotte over Snuffie en de brandweer en maken vervolgens een mooie brandweercake. Uiteraard doet beer Kiki, het speelkameraadje van de kinderen, met alle activiteiten mee. Zorg er voor dat dit thema thuis tot leven komt. Richt bijvoorbeeld bepaalde hoeken in, zoals de thematafel, rond het thema.
Wij wensen u heel veel plezier met dit thema! Met vriendelijke groet en een berenknuffel,
Kiki
NB. Waar we in dit programma spreken over ‘hij’ of ‘zijn’, kan ook ‘zij’ of ‘haar’ worden gelezen. Waar we in dit programma spreken over ouder(s), kan ook verzorger(s) worden gelezen. Waar we in dit programma spreken over gastouder(s), kan ook Pedagogisch medewerker(s) worden gelezen.
2
Zwaailichten Kansen in kinderen
Woordlijst en Woordkaarten Woorden die tijdens het thema Zwaailichten centraal staan:
0 tot 2,5 jaar
2,5 tot 4 jaar
Extra woorden
het stuur
de politieauto
de waterspuit
het wiel
de politieagent
de helm
de helm
de brandweerauto
het stopbord
de politieauto
de brandweerman
bellen
de brandweerauto
de ambulance
blussen
de ambulance
de dokter
rijden
het zwaailicht de politiepet de ladder de helm het stuur het wiel (bij dit thema horen nog niet zulke makkelijke woorden, jonge kinderen hoeven deze woorden nog niet uit te kunnen spreken, ze zullen de woorden wel snel herkennen op de plaatjes op de woordkaarten)
Kansen in kinderen
de politieauto
Kansen in kinderen
de politiepet Zwaailichten
Kansen in kinderen
Kansen in kinderen
het wiel 3
Activiteiten bij de gastouder Het thema zwaailichten is voor kinderen vaak een heel herkenbaar thema. Vaak heeft de gastouder wel een speelgoedbrandweerauto, politieauto of ziekenauto. Deze grote auto’s prikkelen vaak de fantasie van kinderen en maken door hun uitstraling veel indruk. Knutselen is goed voor de creativiteit en de motoriek van de kinderen. De kinderen hebben kennisgemaakt met Kiki als politieagent en maken nu hun eigen politiepet. De motorische ontwikkeling wordt gestimuleerd door te knippen en plakken. Tegelijkertijd worden de rekenprikkels gestimuleerd door het werken met vormen.
4
Kinderen leren tijdens de knutselactiviteiten dat je materialen kunt hergebruiken en er weer iets leuks van kunt maken. Zo worden ze gestimuleerd in hun creatieve ontwikkeling en in het oplossingsgericht werken en denken. We gaan interactief voorlezen en een rollenspel spelen, waarbij de bijpassende verkleedkleren niet zullen ontbreken. Om een goede politieagent of brandweerman te worden, is het handig om goed te kunnen sluipen, zoeken, rennen, springen, kruipen en op één been staan. Wij gaan dit oefenen door over een hele smalle weg te lopen. We zetten eerst allemaal onze politiepet op. Kiki doet ook mee!
Zwaailichten Kansen in kinderen
Liedje (de melodie van 1, 2, 3, 4 hoedje van papier) Één, twee, drie, vier, brandweerman, brandweerman. Één, twee, drie, vier, kom de brand is hier Neem nu vlug de waterspuit. Spuit het vuur nu maar snel uit. Één, twee, drie, vier, kom de brand is hier.
Zwaailichten Kansen in kinderen
5
Hoe kunt u thuis aansluiten bij het thema ‘Zwaailichten’? De brandweerauto, politieauto en ambulance zijn voor kinderen al snel een herkenning. De auto’s zien er anders uit en vallen op door hun grootte, kleuren, zwaailicht en geluid. Wandel samen met uw kind over straat en praat met uw kind over wat jullie allemaal tegenkomen. Het huis van de buurvrouw of misschien het huis waar dat leuke hondje woont. Rijden er ook auto’s en fietsen door de straat? Als jullie de straat willen oversteken, waar kunnen jullie dat het beste doen? Zijn er stoplichten in de straat of is er een zebrapad? Leer uw kind waar de oversteekplaats is en steek daar zelf ook over. Het is heel belangrijk dat u aan uw kind het juiste voorbeeld geeft. Kinderen kopiëren graag het gedrag van ouders, hier leren zij ook heel veel van. Kinderen kopiëren dan ook ieder gedrag en filteren niet op goed of fout gedrag. Tip: Wilt u dat uw kind zich goed gedraagt, doe dit dan ook zelf!
6
Komt u een politieagent met of zonder auto tegen of een brandweerman en misschien wel een ambulance, praat hierover met uw kind. Pas het gesprek aan op de leeftijd van uw kind. De jonge kinderen zullen vooral de kleuren en geluiden herkennen, terwijl een al wat ouder kind misschien al best kan vertellen wat voor auto het is en waarvoor die dient. Neem de tijd, geniet en bekijk de ‘grote’ auto’s door de ogen van uw kind en praat met uw kind.
Zwaailichten Kansen in kinderen
Activiteit voor thuis, bezoek aan de bibliotheek Doel U kunt uw kind al op heel jonge leeftijd in aanraking brengen met boeken. Denk aan stoffen of plastic babyboekjes, of boeken zonder tekst maar mét afbeeldingen. Door samen die afbeeldingen te bekijken en er over te praten, helpt u het kind met het leren van woordjes. Bibliotheek De openbare bibliotheek biedt kinderen vanaf 0 jaar een gratis lidmaatschap. De duur van het abonnement varieert per bibliotheek. Een jeugdbibliothecaris kan u adviseren in de keuze van boeken of ander materiaal. Kern Activiteit voor kinderen van 0 tot 2,5 jaar Samen met je baby of dreumes op schoot een boekje lezen is leerzaam. Het stimuleert de taal- en spraakontwikkeling van je kind en het verhoogt de concentratie. Baby’s kunnen meer dan je denkt. Al vanaf de eerste dag luistert je baby naar je stem. Geef je kind de mogelijkheid het boek te kunnen ontdekken. Kies voor boekjes geschikt voor jonge kinderen. Bijvoorbeeld van karton, plastic of stof.
Activiteit voor kinderen van 2,5 tot 4 jaar Het belang van voorlezen aan de allerkleinsten staat inmiddels wel vast. Het draagt bij aan de woordenschat en taalontwikkeling en prikkelt de interactieve vaardigheden en fantasie. Wanneer je kind op vroege leeftijd vertrouwd raakt met een omgeving waarvan boeken en voorlezen deel uitmaken, zal het zich op latere leeftijd eerder aangetrokken voelen tot lezen. In de bibiliotheek zijn veel boeken te vinden die gaan over zwaailichten. Door boeken te kiezen die passen bij het Kiki thema zal u kind vanaf meerdere kanten dezelfde nieuwe woorden aangereikt krijgen, waardoor het leren van de woorden nog makkelijker gaat. Afsluiting Voorlezen op vaste tijden brengt voor een kind structuur in een dag. Probeer een aantal vaste momenten te vinden wanneer je het kind voorleest. Uiteraard is kansen grijpen ook erg belangrijk! Komt een kind naar u toe met een boek om voor te lezen, heeft het kind er zin in en zal het kind nog geïnteresseerder zijn in het boek!
Zwaailichten Kansen in kinderen
7
Maandonderwerp, veiligheidsmanagement Kinderen ontwikkelen zich snel, zijn nieuwsgierig en willen de wereld om zich heen ontdekken. Daarbij zien ze geen gevaar. Hoe ouder kinderen worden, hoe beter ze kunnen leren wat wel en niet mag en wat wel en niet gevaarlijk is. Gastouders kunnen daarbij een rol spelen door veilig gedrag met de kinderen te oefenen. Veel herhalen is nodig. Toch zullen kinderen zich niet altijd aan de afspraken en regels houden. Kinderen denken niet na over veiligheid en staan niet stil bij het belang ervan. Omdat het voor gastouders onmogelijk is elke minuut van de dag alle kinderen in de gaten te houden, is het van belang veiligheidsmaatregelen te nemen. De eerste jaren van hun leven ontwikkelen kinderen zich snel, vaak sneller dan verwacht. Bij elke fase in de ontwikkeling horen nieuwe risico’s. Op een dag tref je het kind aan bij een open kastdeurtje, terwijl je dacht dat kindveilige sluitingen nog niet nodig waren. Bij elke ontwikkelingsfase horen gevaren. Kleine kinderen lopen meer kans dan anderen om een ongeluk in of bij huis te krijgen. Voor 0 tot en met 4 jarigen is dit zelfs een belangrijke doodsoorzaak. De normale ontwikkeling van een kind speelt hierbij een grote rol. Door de snelheid van deze ontwikkelingen stapelen de risico’s zich op. Ieder kind is verschillend en ontwikkelt zich in zijn eigen tempo. Toch geldt voor alle kinderen de onderstaande algemene ontwikkelingslijn: ͳͳ Kinderen ontwikkelen zich motorisch van grove bewegingen naar fijnere, gecompliceerde handelingen. Omdat kinderen steeds meer kunnen, neemt het aantal risico’s toe. ͳͳ Het gehoor en het gezichtsvermogen ontwikkelen zich geleidelijk. Kleine kinderen kunnen nog niet zo goed diepte zien, bepalen waar geluiden vandaan komen en snelheid inschatten. Daarom komen misgrijpen en misstappen veel voor bij de allerkleinsten.
8
ͳͳ Kleine kinderen zijn van nature ondernemend en nieuwsgierig. Door dingen in de mond te stoppen en beet te pakken, leren ze de wereld om zich heen beter begrijpen. De drang tot onderzoeken is vaak sterker dan het vermogen om ouders en verzorgers te gehoorzamen. ͳͳ Kinderen concentreren zich volledig op de dingen waar ze mee bezig zijn. Ze zien niet wat er om hen heen gebeurt en vergeten de waarschuwingen van hun ouders en verzorgers. ͳͳ Kinderen leren door imiteren. Ze weten echter niet of het gedrag dat ze nadoen goed of fout, veilig of gevaarlijk is. ͳͳ Kleine kinderen leggen het verband tussen oorzaak en gevolg niet. Opgedane ervaringen kunnen ze meestal niet toepassen in nieuwe, vergelijkbare situaties. Als de ene deur gevaar betekent omdat een kind daar met zijn vinger bekneld raakte, wil dat niet zeggen dat een andere deur in de ogen van het kind ook gevaarlijk is. ͳͳ Kinderen ontwikkelen een steeds sterkere wil en laten zien wat ze allemaal al kunnen. In hun enthousiasme overschatten ze zich zelf en zien ze gevaren over het hoofd.
Zwaailichten Kansen in kinderen
Wat kun je als gastouder doen ͳͳ Blijf in gevaarlijke situaties altijd in de buurt van een kind. Zo kun je ingrijpen als dat nodig is. ͳͳ Permanent toezicht houden is onmogelijk, vooral als de aandacht over meer kinderen verdeeld moet worden. Het is daarom van belang om veiligheidsmaatregelen te nemen. Je kunt de kinderen leren wat wel en niet mag en wat wel en niet gevaarlijk is. Allereerst door verbieden en waarschuwen. Vervolgens kun je het kind uitleggen waarom iets gevaarlijk is en veilig gedrag samen oefenen. Vaak herhalen is nodig want een kind leert niet snel en niet alles in één keer. De ontwikkeling van een kind geeft aan op welk soort maatregelen gedurende een bepaalde periode de nadruk moet liggen. Een kind van 4 maanden kun je niet uitleggen (= opvoeden) dat het stil moet liggen op de commode. Je kunt dan een aankleedkussen gebruiken (= omgevingsmaatregel) en je mag het kind daar nooit alleen laten liggen (= toezicht houden). In het begin ligt de nadruk op omgevingsmaatregelen. Naarmate een kind meer kan en meer ervaring heeft opgedaan, wordt opvoeden belangrijker. Het volgende schema geeft aan welke risico’s er in een ontwikkelingsfase van een kind zijn en wat je kunt doen om dit te voorkomen.
0 - 6 maanden Op deze leeftijd heeft opvoeden geen effect. Het gaat dus vooral om omgevingsmaatregelen en toezicht houden. Ga regelmatig kijken en maak eventueel gebruik van een babyfoon (huilen is de manier van een baby om te communiceren). ͳͳ Gebruik een aankleedkussen en blijf bij het kind als hij op de commode ligt. ͳͳ Zet het wipstoeltje altijd op de grond. ͳͳ Controleer de temperatuur van kruik en badwater. ͳͳ Zorg dat er geen losse koordjes of kleine voorwerpen in of in de buurt van de wieg liggen. ͳͳ Gebruik in bed geen kussen, dekenklem, tuigje of fixatiemateriaal. ͳͳ Laat het kind niet alleen met een flesje. ͳͳ Controleer regelmatig de fopspeen. ͳͳ Geef alleen speelgoed groter dan 4 cm doorsnede. ͳͳ Gebruik een goedgekeurd kinderzitje (met een CE - keurmerk) in de auto. ͳͳ Laat het kind nooit alleen in bad. Vier tips: 1. Leg de baby op de rug te slapen. 2. Zorg dat de baby niet te warm ligt. 3. Zorg voor veiligheid in de wieg/het ledikant: gebruik geen dekbed, kussen of hoofdbeschermer en maak het bedje kort op met dekentjes en lakentjes en/of gebruik een goed passende babyslaapzak en gebruik een stevige matras. 4. Rook niet in huis en niet in bijzijn van een kind.
Zwaailichten Kansen in kinderen
9
6 - 12 maanden Opvoeden heeft nog geen effect. Laat het kind daarom niet alleen zolang de omgeving niet veilig is; ͳͳ Gebruik een tuigje in stoel en wandelwagen. ͳͳ Gebruik een antislipmatje in bad. ͳͳ Zet een traphekje boven- en onderaan de trap. ͳͳ Ruim kleine en scherpe voorwerpen op. ͳͳ Controleer speelgoed op losse onderdelen. ͳͳ Breng deurspleetbeveiligers aan. ͳͳ Bevestig beschermhoekjes op scherpe randen en punten. ͳͳ Zet hete dranken op een onbereikbare plaats. ͳͳ Gebruik een fornuisrekje of draai de stelen van de pannen naar achteren. ͳͳ Plaats een ovendeurbeschermer. ͳͳ Laat een kind niet alleen met open vuur. ͳͳ Houd giftige stoffen o.a. planten, cosmetica, sigaretten, schoonmaakmiddelen, medicijnen buiten bereik. 1 - 2 jaar Het kind wordt steeds zelfstandiger, maar kan geen risico’s inschatten. Zonder goede omgevingsmaatregelen, moet je blijven opletten. Het kind gaat wel steeds beter begrijpen wat wel en niet mag. Maar het heeft een klein geheugen en vergeet alles snel. Verwacht dus niet teveel van afspraken die je met het kind maakt. Dit voorkomen; ͳͳ Bevestig veiligheidssluitingen op ramen en deuren. ͳͳ Gebruik antislipmateriaal op trap, onder vloerkleed en in de badkamer. ͳͳ Zet geen voorwerpen waar het kind op kan klimmen bij raam of balkon. ͳͳ Laat het kind niet alleen op het balkon. ͳͳ Scherm de onderkant van glazen deuren af. ͳͳ Berg plastic zakken op. ͳͳ Gebruik deurklemmen.
10
ͳͳ Gebruik geen fixatiemiddelen in bed. ͳͳ Berg bestek, aanstekers etc. na gebruik goed op. ͳͳ Zet veiligheidshaakjes op laden en deurtjes. ͳͳ Laat het kind niet alleen met een huisdier. ͳͳ Scherm open water (bv. tuinvijvers en sloten) af vanwege verdrinkingsgevaar. ͳͳ Beveilig stopcontacten om de kans op stroomstoten te voorkomen. 2 - 4 jaar De omgevingsmaatregelen die je kunt nemen zijn dezelfde als bij 1 tot 2 jarigen. Gevaar kan het kind nog lang niet goed inschatten. Vooral bij onvoldoende omgevingsmaatregelen moet je goed blijven opletten. Het kind leert wel steeds meer, maar doet ook steeds vaker dingen die niet mogen. Wees duidelijk en consequent. Op deze leeftijd gehoorzaamt een kind vaak alleen aan een regel als je er zelf bij bent. Ongelukken zijn nooit helemaal te vermijden. Daarom moet bij elke gastouder een blusdeken en een complete EHBO-doos aanwezig zij die regelmatig wordt bijgevuld. De gastouder moet in het bezit zijn van een geldig kinder-EHBO diploma. Op een gifwijzer (verkrijgbaar bij apotheek en drogist) staat wat u wel en niet moet doen als kinderen vreemde stoffen binnenkrijgen. Tip Houd voor elk kind een dossier bij met daarin medische gegevens, het telefoonnummer van zijn eigen huisarts en dat van de ouders thuis en op het werk.
Zwaailichten Kansen in kinderen
Zwaailichten
Zwaailichten Het thema ‘Zwaailichten’ gaat over de grote auto’s met een zwaailicht en een sirene aan. Kinderen hebben waarschijnlijk allemaal wel eens zo’n auto snel voorbij zien rijden. Daarnaast spelen kinderen allemaal wel eens voor politieagent of brandweerman. Aan de hand van dit thema leren kinderen welke hulpverleners er zijn en ze komen meer te weten over die grote auto’s met zwaailichten.
Copyright © 2013, Kiki-s, Bunschoten-Spakenburg
Kansen in kinderen
Kiki Training en Coaching
T: 033 - 711 06 95
Hoekstraat 21
E:
[email protected]
3751 AL Spakenburg
www.kiki-s.nl
Volg ons op Twitter: @vvekiki FaceBook: gastouderprogramma Kiki