Afstudeerproject Esmee Kramer DE HAAGSE HOGESCHOOL
Onderzoeksplan: Thoraxbandage bij borstkankerpatiënten: postoperatief noodzakelijk? 2013-2014
Naam: Esmee Kramer Studentnummer: 10012478 Cursuscode: HDT-BV410-09 Klas: HDT-4H
1
Afstudeerproject Esmee Kramer
Inhoudsopgave 1.Inleiding, personalia en algemeen persoonsgebonden gegevens.................................3 2.Beschrijving afstudeerproject ..........................................................................................5 2.1 Aanleiding voor dit onderzoek: ......................................................................................5 3.Onderzoeksopzet...............................................................................................................6 3.1 Probleemstelling ...........................................................................................................6 3.2 Doelstelling ...................................................................................................................6 3.3 Centrale vraagstelling ...................................................................................................6 3.4 Onderzoeksvragen........................................................................................................6 3.5 Operationalisatie begrippen ..........................................................................................7 4.Projectactiviteiten..............................................................................................................8 4.1 Betreffende activiteiten:.................................................................................................8 5.Projectgrenzen ..................................................................................................................9 5.1 Eisen.............................................................................................................................9 5.2 Projectgrenzen ..............................................................................................................9 5.3 Producten .....................................................................................................................9 6.Methode ...........................................................................................................................10 6.1 Afbakening: .................................................................................................................10 6.2 Populatie: ....................................................................................................................10 6.3 Inclusie criteria: ...........................................................................................................10 6.4 Exclusie criteria: ..........................................................................................................10 6.5 Methode van onderzoek:.............................................................................................11 6.6 WMO ..........................................................................................................................13 6.7 Literatuurlijst ................................................................................................................14 7.Projectorganisatie ...........................................................................................................15 7.1 Kosten en baten: .........................................................................................................15 7.2 Risico’s: ......................................................................................................................15 8. Relevantie .......................................................................................................................16 9. Argumentatie hbo-eindniveau .......................................................................................17 10. Planning ........................................................................................................................18
2
Afstudeerproject Esmee Kramer
1.Inleiding, personalia en algemeen persoonsgebonden gegevens Voor u ligt het onderzoeksplan, wat ik in samenspraak met mijn opdrachtgever Jan Peter van Wijngaarden en de Haagse Hogeschool opleiding Huidtherapie, ben gestart ter voorbereiding op het afstudeerproject. Dit onderzoeksplan vormt voor mij, naast het reeds ingeleverde en goedgekeurde afstudeervoorstel de eerste stap richting mijn afstudeerproject. Student Naam: Esmee Kramer Adres: De Vlinderhoven 85 3124 BS Schiedam Geboortedatum: 29-09-1991 Telefoonnummer:0642933208 E-mailadres:
[email protected] Studentennummer: 10012478 Klas: HDT-4H Cohort: 2010 Cursuscode: HDT-BV410-09 De Haagse Hogeschool Adres: J. Westerdijkplein 75 Postcode: 2521 EN Den Haag Plaats: Nederland Website: http://www.dehaagsehogeschool.nl Faculteit: Gezondheid/ Health Care Meelezer: Naam: A.H.J Barten Telefoonnummer: +31 (0)70 445 8752 Email:
[email protected] Begeleidende docten: Naam: R.S. Ouwendijk Telefoonnummer: +31 (0)70 445 8498 Email:
[email protected] Externe begeleider: Van Wijngaarden Medical Contactpersoon: Jan Peter van Wijngaarden (hbo-opgeleid) Adres: Kurt Weillstraat 97 Postbus 85135 3009 MC ROTTERDAM Telefoonnummer: 0653712955 Email:
[email protected]
Er zijn op dit moment geen persoonlijke kenmerken en/of omstandigheden die invloed kunnen hebben op het afstudeerproject.
3
Afstudeerproject Esmee Kramer Studievorderingen overzicht OSIRIS:
4
Afstudeerproject Esmee Kramer
2.Beschrijving afstudeerproject 2.1 Aanleiding voor dit onderzoek: De aanleiding voor dit onderzoek is voortgekomen uit een voorstel van de opdrachtgever Van Wijngaarden Medical om dit onderwerp te gaan onderzoeken voor het afstudeerproject. Het onderwerp voor dit onderzoek is voortgekomen uit een aanbeveling van een scriptie onderzoek uit 2012. (Spijksma, 2012) In dit scriptie onderzoek is het effect en de ervaringen van de thoraxbandage, specifiek de Mammary Support, bij borstkanker patiënten wat betreft pijn en bewegingsbeperking onderzocht. De aanbeveling was om in een vervolgonderzoek de Mammary Support direct na de operatie aan te meten bij borstkanker patiënten, waardoor het effect op de pijn en bewegingsbeperking tijdens het dragen ervan mogelijk wel vast te stellen is. Hierbij spelen bestraling en okselklierdissectie een rol betreft de pijn en bewegingsbeperking. Hierdoor zou er een beter beeld kunnen ontstaan betreft de pijn en bewegingsbeperking bij borstkanker patiënten in de vroege fase van de nabehandeling. Met betrekking tot de bewegingsbeperking is er uit een onderzoek van L. Moonen (Moonen, 2007) gebleken dat postoperatieve oefentherapie een positief effect heeft op de schoudermobiliteit en op activiteiten in het algemeen dagelijks leven op zowel korte termijn als lange termijn. Dit zou betekenen dat in samenwerking met een thoraxbandage die postoperatief gedragen wordt, tot een sneller herstel zou kunnen leiden van de patiënt. Het nabehandelingstraject zou hierdoor eerder van start kunnen gaan, wat tot een betere kwaliteit van leven zou kunnen leiden voor de patiënt. Uit het onderzoek van O.J Vilholm (Vilholm, 2008) is gebleken dat er nog steeds een aanzienlijk risico is om het postmastectomie pijn syndroom (PMPS) te kunnen ontwikkelen na een borstkankeroperatie. Ondanks de voorruitgang en ontwikkelingen van de diagnostische en chirurgische interventies is er nog steeds een risico. In dit onderzoek werd aanbevolen dat ontwikkeling in preventieve maatregelen van dit syndroom zeer relevant zijn voor het voorkomen van PMPS. Hieruit blijkt dat onderzoek naar de noodzaak om postoperatief een thoraxbandage aan te meten van belang is, om het zo in de toekomst een eventuele preventieve rol te laten spelen betreft pijn en het voorkomen van een pijnsyndroom na een borstkankeroperatie.
5
Afstudeerproject Esmee Kramer
3.Onderzoeksopzet 3.1 Probleemstelling Van Wijngaarden medical, leverancier in druk- en compressiekleding; onder andere in de Mammary Support (thoraxbandages), is opdrachtgever geweest voor een scriptieonderzoek van een vierdejaars student Huidtherapie in 2012. De vraag voor een vervolgonderzoek, naar aanleiding van de aanbeveling, was bij van Wijngaarden Medical en de opleiding Huidtherapie groot. Meer onderzoek die de ervaringen van borstkankerpatiënten met thoraxbandages ,betreft de pijn en bewegingsbeperking zou kunnen aantonen, zou het patiëntencomfort in het dragen van de thoraxbandage (Mammary Support) kunnen vergoten. 3.2 Doelstelling Praktijkdoel: Het praktijkdoel van dit onderzoek zijn de ervaringen in patiëntencomfort bij borstkankerpatiënten met betrekking tot het dragen van een thoraxbandage, de Mammary Support, te kunnen verhogen wat betreft pijn en bewegingsbeperking. Dit zou tot een sneller herstel en betere kwaliteit van leven kunnen leiden bij de nabehandeling van borstkanker. De leverancier, Van Wijngaarden Medical, biedt hierbij de Mammary Support als nabehandeling aan. Indien het onderzoek een positieve uitkomst oplevert, kan worden aangetoond dat de thoraxbandage altijd postoperatief toegepast moet worden bij de nabehandeling van borstkankerpatiënten in meerdere ziekenhuizen in Nederland, wat nu niet het geval is. Onderzoeksdoel: Het onderzoeksdoel is het verschil in de ervaringen van borstkankerpatiënten tussen de 4075 jaar, postoperatief en niet-postoperatief met thoraxbandage (Mammary Support) betreffende pijn en bewegingsbeperking te kunnen exploreren. 3.3 Centrale vraagstelling De centrale vraagstelling voor dit onderzoek luidt: ’’Wat zijn de ervaringen in patiëntencomfort van borstkanker patiënten tussen de 40-75 jaar met radiotherapie en/of okselklierdissectie die direct postoperatief de thoraxbandage hebben gedragen in vergelijking met borstkanker patiënten tussen de 40-75 jaar de thoraxbandage minstens 2 maanden na de operatie hebben gedragen wat betreft pijn en bewegingsbeperking in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp?’’ 3.4 Onderzoeksvragen De onderzoeksvragen die zijn opgesteld vormen de basis voor het beantwoorden van de centrale vraag. 1.Wat zijn de effecten van de thoraxbandage, in het specifiek de Mammary Support, bij borstkankerpatiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? 2.Wat zijn de pijnklachten bij borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? 3.Wat zijn de bewegingsbeperkingen bij borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? 4.Wat zijn de ervaringen in patiëntencomfort van borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie in het dragen van de Mammary Support in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? 5.Wat is het verschil in de ervaringen in pijn tussen borstkanker patiënten van 40-75 jaar met bestraling en/of okselklierdissectie die postoperatief en minstens 2 maanden na de operatie de Mammary Support hebben gedragen in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? 6.Wat is het verschil in de ervaringen in bewegingsbeperking tussen borst kankerpatiënten van 40-75 jaar met bestraling en/of okselklierdissectie die postoperatief en minstens 2 maanden na de operatie de Mammary Support hebben gedragen in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? 6
Afstudeerproject Esmee Kramer
3.5 Operationalisatie begrippen In dit hoofdstuk zult u een overzicht zien van de veelvoorkomende begrippen van dit onderzoek. Elk begrip bevat een omschrijving met daarin uitleg in welk context het voor dit onderzoek bedoelt wordt. Thoraxbandage (Mammary Support): In dit onderzoek wordt met de Mammary Support bedoeld: ‘’De Lymed Thoraxbandage (Mammary Support) is een comfortabel compressievest om te dragen na een chirurgische ingreep. Jaarlijks worden er vele patiënten operatief behandeld voor borstkanker. Deze operaties variëren van totale mamma-amputaties tot borstsparende ingrepen. Het dragen van de Thoraxbandage (Mammary Support) resulteert in een kortere opnameduur, een afname van het aantal her ingrepen, een afname van het aantal heropnamen, een afname van het aantal polikliniekbezoeken, een afname van het aantal behandelingen bij de fysiooedeemtherapie en een sneller herstel van de patiënte waardoor minder thuiszorg noodzakelijk is.’’ (Medical) Pijn: In dit onderzoek wordt pijn met betrekking tot borstkanker bedoeld: ‘’Pijn is een ingewikkeld verschijnsel. Er treedt een pijnprikkel op, bijvoorbeeld omdat een tumor op een zenuw drukt. Deze pijnprikkel gaat via de zenuwbanen naar de hersenen. Er komt als het ware een telefoonverbinding tot stand tussen de pijnlijke plaats en de hersenen. Daardoor voelt iemand pijn. Maar er zitten naast lichamelijke ook emotionele en sociale kanten aan pijn. Iedereen ervaart pijn op een andere manier. De meeste mensen met kanker hebben pijn door weefselbeschadiging of door een combinatie van weefselbeschadiging en neuropathische pijn.’’ (KWF) Bewegingsbeperking: ‘’Als er lymfklieren zijn weggehaald, kunnen bepaalde bewegingen van arm en schouder pijnlijk zijn. Fysiotherapie kan de balans verbeteren tussen de aan- en afvoer van lymfevocht, de pijn verminderen, het bewegen vergemakkelijken, de spierkracht doen toenemen en de lichaamshouding verbeteren’’ (Borstkanker Nederland) Okselklierdissectie: ‘’Zijn er bij de echo, punctie, MRI of de schildwachtklierprocedure uitzaaiingen in de schildwachtklier gevonden die groter zijn dan 2mm, dan moet ook de rest van de okselklieren worden behandeld. De standaardbehandeling is dan dat de klieren operatief weggehaald worden. Dit heet een okselklierdissectie of okselkliertoilet.’’ (Borstkanker Nederland) Radiotherapie: ‘’Radiotherapie (bestraling) wordt vaak na een operatie gegeven om eventueel achtergebleven kankercellen alsnog te vernietigen, en de kans op terugkeer van een tumor te verminderen. De straling beschadigt het erfelijk materiaal (DNA) in de tumorcellen die daardoor afsterven.’’ (Borstkanker Nederland) Ervaringen: ‘’Ervaring(en) is kennis hebben van de gebruikelijke gang van zaken, verkregen door observatie en betrokkenheid bij bepaalde processen of toestanden.’’ (Willemsen, 2013) Postoperatief: ‘’Iets wat plaatsvindt na of door een operatie’’ (dokterdokter) Patiëntencomfort: Met betrekking tot patiënten: ‘’Wat het leven gemakkelijker of plezieriger maakt, geheel vrij van pijn.’’ (Encyclo) 7
Afstudeerproject Esmee Kramer
4.Projectactiviteiten Hieronder vind u een overzicht van de projectactiviteiten voor dit onderzoek 4.1 Betreffende activiteiten: - Tijdsplanning maken - Afstudeervoorstel en logboek aanmaken - Concept afstudeerwerkplan, voorstel en logboek opsturen - Feedback verwerken n.a.v. opgestuurde afstudeerwerkplan - Definitief afstudeerwerkplan opsturen - Indien er een GO is gegeven, verdere planning opstelling betreft het afstuderen - Afspraken inplannen met externe begeleider - Afspraken inplannen met afstudeerbegeleider - Oriënteren literatuur - Uitvoeren literatuuronderzoek; Cinahl, LUCAS, The Cochrane Library, Medline (Pubmed), Google Scholar, bibliotheek HHs - Semigestructureerd interview opstellen voor 2 groepen borstkankerpatiënten; postoperatieve groep en minstens 2 maanden na de operatie groep. - Interviews afnemen - Analyseren interviews - Conclusie trekken - Eindrapport opstellen - Eindrapport bespreken met externe begeleider - Eindrapport aanpassen - Eindrapport inleveren - Presentatie eindrapport
8
Afstudeerproject Esmee Kramer
5.Projectgrenzen 5.1 Eisen -
Afstudeervoorstel heeft een GO gekregen. Afstudeerwerkplan heeft een GO gekregen. Starten met afstudeeronderzoek Afstudeeronderzoek inleveren op desbetreffende deadline, 14 mei 2014, bij afstudeercoördinator.
5.2 Projectgrenzen -
-
Literatuur is op Evidence Based niveau en wordt beoordeeld door de Cochraine beoordelingslijsten. Literatuur ouder dan 10 jaar wordt niet meegenomen in het onderzoek De wetenschappelijke literatuur wordt gezocht in de daarvoor bestemde databanken. De doelgroep voor de interviews wordt afgenomen bij een leeftijd van 40-75 jaar, dit omdat borstkanker bij deze leeftijd het meest voorkomend is (KWF) en mijn externe begeleider dit ook bevestigd heeft. (Spijksma, 2012) De semigestructureerde interviews worden persoonlijk afgenomen. Om de 3/4 weken wordt er een afspraak ingepland met de externe begeleider.
5.3 Producten -
Afstudeervoorstel Logboek Afstudeerwerkplan Interviews Afstudeerrapport Presentatie Eindgesprek
9
Afstudeerproject Esmee Kramer
6.Methode 6.1 Afbakening: - Het gaat om borstkankerpatiënten die minstens radiotherapie en/of okselklierdissectie hebben ondergaan. Dit is omdat deze patiënten meer last kunnen krijgen van pijn en bewegingsbeperking.(Spijksma, 2012) - De doelgroep voor de interviews wordt afgenomen bij een leeftijd van 40-75 jaar, dit omdat borstkanker bij deze leeftijd het meest voorkomend is (KWF) en mijn externe begeleider dit ook bevestigd heeft. (Spijksma, 2012) - Er worden 5 borstkankerpatiënten ondervraagd die postoperatief de Mammary Support zijn gaan dragen en 5 borstkankerpatiënten die minstens 2 maanden na de operatie de Mammary Support zijn gaan dragen. Meer dan 5 patienten per groep is gezien de tijdsduur van het onderzoek (13 weken) niet haalbaar. Dit is een beperking van het onderzoek. - In totaal worden er 10 interviews afgenomen tussen de 2 groepen. Meer dan 10 interviews is niet haalbaar vanwege de korte tijdsperiode van het onderzoek. - De interviews met de borstkankerpatiënten zullen worden beperkt tot het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp op de Mammacare afdeling. Vanwege de korte tijdsperiode van het onderzoek is het niet haalbaar om meerdere ziekenhuizen te vergelijken met elkaar. - De borstkankerpatiënten worden anoniem geinterviewd vanwege de privacy van de patiënt. - De interviewvragen worden opgesteld vanuit het literatuuronderzoek. - De interviewvragen worden opgesteld volgens de eisen van het boek van Nel Verhoeven: ‘’Wat is onderzoek?’’ (Verhoeven, 2010) - Gevonden wetenschappelijke literatuur mag niet ouder zijn dan 10 jaar. Dit vanwege de recentelijkheid en betrouwbaarheid met betrekking tot het onderzoek. 6.2 Populatie: - Borstkankerpatiënten die een borstsparende of borstamputerende operatie hebben ondergaan en het nabehandelingstraject zijn ingegaan.
6.3 Inclusie criteria: -
De literatuur mag niet ouder dan 10 jaar zijn. Er worden in totaal 10 interviews afgenomen, 5 in de postoperatieve groep en 5 in de niet-postoperatieve groep. Borstkankerpatiënten die tussen de 40-75 jaar oud zijn Borstkankerpatiënten die radiotherapie en/of okselklierdissectie hebben gehad. Alleen borstkankerpatiënten in het Spaarne ziekenhuis op de Mammacare afdeling in Hoofddorp zullen worden geinterviewd. Dit vanwege de korte tijdsduur van het onderzoek.
6.4 Exclusie criteria: - Borstkankerpatiënten die een borstreconstructie hebben ondergaan. - Literatuur die ouder dan 10 jaar is wordt niet meegenomen in het onderzoek.
10
Afstudeerproject Esmee Kramer
6.5 Methode van onderzoek: Voor het uitvoeren van dit onderzoek wordt er gebruikt gemaakt van een deels kwalitatief en deels kwantitatieve onderzoeksmethode. Hierbij is gekozen voor een wetenschappelijk literatuuronderzoek in combinatie met semigestructureerde interviews. De eerste drie onderzoeksvragen worden beantwoord door middel van een literatuuronderzoek. De laatste drie onderzoeksvragen zullen worden beantwoord door de interviews. Methode literatuuronderzoek (kwalitatief) De eerste drie vragen zullen worden beantwoord middels het literatuuronderzoek: 1.Wat zijn de effecten van de thoraxbandage, in het specifiek de Mammary Support, bij borstkankerpatiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? 2.Wat zijn de pijnklachten bij borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? 3.Wat zijn de bewegingsbeperkingen bij borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie? De informatie om deze vragen te beantwoorden worden door middel van de Big 6 zoekmethode verkregen. De wetenschappelijke literatuur mag niet ouder dan 10 jaar zijn. Voor het wetenschappelijke literatuuronderzoek zal gebruikt gemaakt worden van verschillende databanken, zoals; Cinahl, LUCAS, The Cochrane Library, Medline(Pubmed), Google Scholar, NTVG. De zoektermen die hierbij worden gebruikt zijn: ‘Breast Cancer’, ‘Breast Surgery’, ‘Post Operative’, ‘Post Operative pain’, ‘Shoulder pain’, ‘Bandage’, ‘Thorax Bandage’. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van medische literatuur uit de boeken en medische tijdschriften. Hierbij wordt er gezocht in de bibliotheek van De Haagse Hogeschool. Alle literatuur wordt beoordeeld op Evidence Based niveau. Dit wordt beoordeeld middels de beoordelingslijsten van Cochraine. Methode praktijkonderzoek (kwantitatief) De laatste drie deelvragen zullen worden beantwoorden door middel van het interview: 4.Wat zijn de ervaringen in patiëntencomfort van borstkanker patiënten met bestraling en/of okselklierdissectie in het dragen van de Mammary Support in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? 5.Wat is het verschil in de ervaringen in pijn tussen borstkanker patiënten van 40-75 jaar met bestraling en/of okselklierdissectie die postoperatief en minstens 2 maanden na de operatie de Mammary Support hebben gedragen in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? 6.Wat is het verschil in de ervaringen in bewegingsbeperking tussen borst kankerpatiënten van 40-75 jaar met bestraling en/of okselklierdissectie die postoperatief en minstens 2 maanden na de operatie de Mammary Support hebben gedragen in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp? Er is gekozen om in dit onderzoek zich te beperken tot alleen de ervaringen van borstkankerpatiënten. Hier is voor gekozen om dat het niet haalbaar om het onderzoek uit te breiden naar de ervaringen én effecten van borstkankerpatiënten met thoraxbandage, vanwege de korte tijdsperiode van het onderzoek. Door eerst de ervaringen van de borstkankerpatiënten te meten kan er na de uitkomst van het onderzoek worden gezegd of een groter vervolgonderzoek mét hierin effectenmetingen noodzakelijk is. Dit was een wens van zowel de onderzoekster als opdrachtgever. Om een duidelijker beeld te kunnen scheppen tussen de ervaringen van 2 groepen borstkankerpatiënten met de thoraxbandage postoperatief en de thoraxbandage nietpostoperatieve gedragen , wordt er in dit onderzoek gebruikt gemaakt van semigestructureerde interviews. Dit houdt in dat er gesloten en open vragen gesteld zullen worden. Wat betreft pijn zal er een scoreschaal van 1 t/m 10 opgesteld worden, waarin de patiënten hun pijn kunnen aangeven. De VAS score is hierbij de meest betrouwbare methode. (NVA, 2006) 11
Afstudeerproject Esmee Kramer Deze interviews worden voor zowel de postoperatieve groep als niet-postoperatieve groep afgenomen op de Mammacare afdeling in Hoofddorp, het Spaarne ziekenhuis, waar de thoraxbandage als één van de weinige ziekenhuizen postoperatief wordt gebruikt. Het Spaarne ziekenhuis is dit sinds een jaar aan het toepassen bij verschillende borstkankerpatiënten, waaronder de groep voor dit onderzoek met minstens okselkliersdissectie en/of bestraling. De Mammacare afdeling in het Spaarne ziekenhuis in Hoofddorp benadert de patienten voor het onderzoek en stuurt een lijst met patienten die willen meewerken. De onderzoekster bepaalt welke patienten het beste in aanmerking komen voor een interview aan de hand van de in- en exclusie criteria. Van Wijngaarden Medical zal hierin geen invloed hebben, wat de betrouwbaarheid van het onderzoek kan verhogen. De patienten zullen telefonisch benaderd worden door de onderzoekster en hieruit zal een afspraak worden gemaakt voor de interviews. Er zal een toestemmingsformulier, ‘informed consent’, moeten worden ondertekend door de patienten voor de meewerking aan de interviews. De interviewvragen worden opgesteld aan de hand van het literatuuronderzoek en aan de hand van de eisen die vermeldt staan in het boek van ‘’Wat is onderzoek’’ van Nel Verhoeven. (Verhoeven, 2010) De interviews zullen schriftelijk worden uitgewerkt aan de hand van de gegeven antwoorden. Dit wordt gedaan door middel van coderingschema’s. Door middel van de coderingsschema’s kunnen de antwoorden verwerkt worden in de resultaten en conclusie.
12
Afstudeerproject Esmee Kramer
6.6 WMO De Wet Medisch-wetenschappelijk Onderzoek bij mensen regelt de rechtsbescherming van zieke en gezonde proefpersonen in medisch wetenschappelijk onderzoek. Onderzoek met de volgende kenmerken valt hier onder: 1. Medisch-wetenschappelijk onderzoek (met het doel een vraag over gezondheid of ziekte te beantwoorden aan de hand van systematisch onderzoek. Het onderzoek beoogt bij te dragen aan medische kennis die geldend is voor populaties buiten de steekproef). 2. Proefpersonen worden aan handelingen onderworpen of krijgen een gedragswijze opgelegd. (Wet Medisch wetenschappelijk Onderzoek) Het onderzoek, de vergelijking van de thoraxbandage(Mammary Support) tussen de postoperatieve groep en niet postoperatieve groep bij borstkankerpatiënten wat betreft pijn en bewegingsbeperking, valt niet onder de WMO. Dit omdat het onderzoek zich beperkt tot interviews. Deze interviews zullen anoniem worden afgelegd en zullen er geen patiëntgegevens worden gebruikt.
13
Afstudeerproject Esmee Kramer
6.7 Literatuurlijst Borstkanker Nederland. (sd). Opgehaald van Borstkanker Nederland: http://www.borstkanker.nl/okselkliertoilet Borstkanker Nederland. (sd). Opgehaald van Borstkanker Nederland: http://www.borstkanker.nl/radiotherapie dokterdokter. (sd). Opgehaald van dokterdokter: http://www.dokterdokter.nl/encyclopedie/15782/postoperatief Encyclo. (sd). Opgehaald van Encyclo: http://www.encyclo.nl/begrip/Comfort KWF. (sd). Opgehaald van KWF: http://kanker.kwfkankerbestrijding.nl/soortenkanker/Pages/soorten-kanker-borstkanker-bij-vrouwen.aspx KWF. (sd). Opgehaald van KWF: http://repository.kwfkankerbestrijding.nl/PublishingImages/brochure-kanker-pijn.pdf KWF. (sd). Opgehaald van KWF: http://kanker.kwfkankerbestrijding.nl/soortenkanker/Pages/soorten-kanker-borstkanker-bij-vrouwen.aspx Medical, V. W. (sd). Van Wijngaarden Medical. Opgehaald van Van Wijngaarden Medical: http://www.vanwijngaardenmedical.nl/producten/ Mejdahl, M. K. (2013). Persistent pain and sensory disturbances after treatment for breast cancer: six year nationwide follow-up study. Moonen, L. (2007). Oefentherapie bij borstkankerpatienten in de postoperatieve fase: de effecten. Utrecht. NVA. (2006). Richtlijn postoperatieve pijn. Opgehaald van http://www.stibera.nl/Pdf/Richtlijn%20Postoperatieve%20Pijnbehandeling.pdf Spijksma, A. (2012). Druk het weg. Den Haag. Verhoeven, N. (2010). Wat is onderzoek. Boomonderwijs. Vilholm, C. R. (2008). The postmastectomy pain syndrome: an epidemiological study on the prevalence of chronic pain after surgery for breast cancer. British Journal of Cancer . Wet Medisch wetenschappelijk Onderzoek. (sd). Opgehaald van http://www.ou.nl/web/onderzoek/medisch-wetenschappelijk-onderzoek Willemsen, H. (2013). Opgehaald van Wikipedia: http://nl.wikipedia.org/wiki/Ervaring Woorden-boek. (sd). Opgehaald van Woorden-boek: http://www.woordenboek.nl/woord/ervaring
14
Afstudeerproject Esmee Kramer
7.Projectorganisatie 7.1 Kosten en baten: Kosten: - 16 weken fulltime onderzoek, waarvan 3 weken afstudeervoorstel+onderzoeksplan. - Afnemen interviews (telefonisch inleiden, persoonlijk interview) - Drukkosten Baten: - Vergoten van mijn kennis op het gebied van onderzoek, borstkankerpatiënten, drukkleding; specifiek thoraxbandage, pijnklachten en bewegingsbeperking. - Het ontwikkelen van mijn huidtherapeutische competentie; de rol van onderzoeker. 7.2 Risico’s: -
Het niet halen van de deadlines. Afhankelijk van de beschikbaarheid en tijd van patiënten. Geen voldoende wetenschappelijke literatuur beschikbaar. Onvoldoende kennis van het uitvoeren van onderzoek.
15
Afstudeerproject Esmee Kramer
8. Relevantie De maatschappelijke relevantie voor dit onderzoek is van belang voor de gezondheidszorg en dan met name voor de Mamma care en het beroep Huidtherapie. In Nederland is borstkanker de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. Het is gebleken dat pijn en bewegingsbeperking nadelige gevolgen zijn voor de patiënt bij de behandeling van borstkanker. Dit is vast te stellen vanuit de cijfers van het KWF: ‘’Ongeveer 20% van de patiënten houdt ondanks het oefenen last van geringe of matige bewegingsbeperking van de schouder.’’ (KWF) ’’Ongeveer 20% van de geopereerde patiënten bij wie de okselklieren zijn verwijderd, houdt of krijgt last van zenuwpijn. Dat uit zich in (soms heftige) pijn in de borst(streek), de oksel en/of de arm aan de geopereerde kant en geeft hinder bij de dagelijkse werkzaamheden.’’ (KWF) De nabehandeling om postoperatief een thoraxbandage te dragen wordt tot op heden nog niet in elk ziekenhuis toegepast. Indien kan worden aangetoond of het dragen van een thoraxbandage postoperatief daadwerkelijk een verschil oplevert in vergelijking met het dragen van een thoraxbandage minstens 2 maanden na de operatie, zou dit een uitkomst zijn voor de Huidtherapie. Als huidtherapeut kan er sneller worden ingegaan op de gevolgen van een borstkankeroperatie zoals pijn van het litteken en bewegingsbeperking. Het nabehandelingstraject zou direct gestart kunnen worden waardoor de kwaliteit van leven van de patiënt veel eerder opgepakt kan worden dan wat nu het geval is.Dit is van belang voor de beroepsgroep Huidtherapie. Daarnaast zou dit voor de Huidtherapie een positieve ontwikkeling kunnen hebben, aangezien de samenwerking tussen verschillende disciplines eerder en uiteindelijk sneller kan verlopen ten behoeve van de patiënt en de nabehandeling hiervan. Dit zou een bijdrage kunnen leveren aan de kwaliteitsverbetering van het beroep in de bredere band van de gezondheidszorg.
16
Afstudeerproject Esmee Kramer
9. Argumentatie hbo-eindniveau Dit onderzoek, de vergelijking van de thoraxbandage(Mammary Support) tussen de postoperatieve groep en niet postoperatieve groep bij borstkankerpatiënten wat betreft pijn en bewegingsbeperking, zal van HBO-eindniveau zijn, omdat het onderzoek zal worden uitgevoerd volgens de richtlijnen van ‘Wat is onderzoek?’, een praktijkboek met methoden en technieken voor het hoger onderwijs van Nel Verhoeven. Daarnaast wordt de gebruikte literatuur beoordeeld op Evidence Based Practice middels de beoordelingslijsten van Cochraine en is het voortgekomen uit wetenschappelijke onderzoeken. Het onderzoek zal een relevante waarde hebben voor de gezondheidszorg en zal voldoen aan de criteria die gesteld worden aan het afstudeerproject van de opleiding Huidtherapie.
17
Afstudeerproject Esmee Kramer
10. Planning Geplande startdatum: Na goedkeuring onderzoeksplan, medio februari 2014. Geplande inleverdatum: Woensdag 14 mei 2013 Deadline voor het inleveren: Blok 4 Intensiteit: Fulltime Periode Blok 2 Hoofdfase 3
Activiteiten -
-
-
Blok 3 Hoofdfase 3 Week 1 t/m 10 11 Februari t/m 25 april
-
Februari 2014
Maart 2014
April 2014
-
Opdrachtgever, student
Afstudeerwerkplan in week 1 inleveren(dit was gepland in blok 2, maar is vertraagd vanwege goedkeuring inteviews ziekenhuis) Afstudeerovereenkomst tekenen Starten met afstuderen Literatuuronderzoek starten Interviewvragen opstellen Start maken met interviews geven() Interviews verwerken Eindrapport opstellen Gesprekken met afstudeerbegeleider en opdrachtgever tussendoor Conclusies trekken aan de hand van de resultaten Antwoord geven op de hoofdvraag Aanbeveling schrijven
Opdrachtgever, student, afstudeerbegeleider
Concept scriptie inleveren eind april Feedback verwerken Eventuele uitloop blok 3 verwerken
Student, afstudeerbegeleider
Student
Blok 4 Hoofdfase 3 28 april t/m 14 mei Week 1,2
-
Week 3 woensdag
-
Eindrapport inleveren woensdag 14 mei 2014
Week 8,9,10
-
Presentatie+eindgesprek
-
Betrokken personen
Aanpassen indien nodig afstudeerwerkplan in overleg met opdrachtgever, dit goed laten keuren door begeleider. Voorbereiding starten afstuderen; patiënten zoeken voor interviews. Afstudeervoorstel inleveren Data inplannen gesprekken opdrachtgever
Student, afstudeerbegeleider
Student, opdrachtgever
Student
Deze planning gaat uit van één aangesloten periode (blok 3 + 4) waarbij fulltime aan het afstudeerproject kan worden gewerkt. 18