Raadsvoorstel Zaakkenmerk: 1458696 Documentkenmerk: 1458725 Behandeld door: dhr. H.J. Postma E-mail:
[email protected]
Raad B. en W.
9 juni 2015 28 april 2015
Onderwerp: 1e bestuursrapportage 2015 annex 8e wijziging van de begroting 2015
DE GEMEENTERAAD WORDT VOORGESTELD TE BESLUITEN OM: -
in te stemmen met de budgetbijstellingen, als genoemd in deze rapportage kennis te nemen van het financieel perspectief 2016 t/m 2018 vast te stellen de 8e begrotingswijziging 2015, waarin e.e.a. comptabel is verwerkt de uitgangspunten voor de begroting 2016 vast te stellen.
Inleiding Hierbij bieden wij u de 1e bestuursrapportage 2015 aan. Deze bestuursrapportage heeft een andere opzet dan voorgaande jaren. De rapportage is nu ingedeeld in 2 hoofdstukken, te weten. 1. We beginnen met de uitkomst van de budgetdoorlichting c.q. de actualisering van de begrotingsramingen 2015. 2. In het tweede deel van deze rapportage gaan wij in op de ontwikkeling van het financieel perspectief en de kaderstelling voor de begroting 2016. Door de budgethouders is financieel en inhoudelijk verantwoording afgelegd over de 1e drie maanden van het jaar 2015. Daarbij is ook een inschatting gemaakt van de te verwachten lasten en baten voor de resterende maanden van het jaar. Beoogd effect De tussentijdse rapportage maakt het mogelijk enerzijds de raad te informeren over de belangrijkste projecten en anderzijds in geval van afwijkingen en onvoorziene ontwikkelingen bij te kunnen sturen. Argumenten De 1e budgetrapportage 2015 maakt onderdeel uit van de gemeentelijke planning- en controlcyclus. Het doel van de budgetrapportage is het tussentijds inzicht geven in de belangrijkste beleidsinhoudelijke en financiële ontwikkelingen omtrent de begroting 2015.
1
Financiën De budgetten van het lopende jaar zijn doorgelicht naar de kennis van de stand van zaken per begin april 2015. Per saldo vloeit uit deze budgetrapportage een voordeel voort van €1.495.000 en bestaat uit een structureel nadeel van € 102.000 en een incidenteel voordeel van€ 1.597.000. BIJSTELLING BEGROTING 2015 Prog. Omschrijving 1.2 Ruimtelijke Ordening
1.4 2.1
WMO-woonvoorzieningen
2.2
Riolering en waterzuivering
2.4
Infrastructuur, bereikbaarheid en verkeersveiligheid Participatie en werkgelegenheid
4.1
4.2 4.3
Afvalverwijdering / verwerking
Bijstand / gemeentelijk minimabeleid Onderwijs en educatie
4.4
WMO-welzijn
5.2
Jeugdgezondheidszorg
5.4
Welzijnswerk
5.5 6.2
Gebiedsteams Openbaar groen en openluchtrecreatie Sport en accommodaties
6.3 6.4. 7.1 7.2 7.3 7.4 8 9
Kunst, cultuur en monumentenzorg Dienstverlening en burgerzaken Openbare orde en veiligheid Bestuur en bestuursondersteuning Algemene lasten en baten Financiën en alg.dekkingsmiddelen Verdeeldienst + overige Afronding
Voordeel I/S 49.000 I 44.000 430.000 371.000 70.000 41.000 215.000 122.000 39.000 786.000
I I S I S I S I S
1.469.000
I
459.000 32.000 654.000 671.000 81.000 123.000 17.000
I S I S I S I
30.000 1.965.000
I I
33.000 10.000 69.000 23.000
I S I S
11.000 23.000
S S
18.000
I
168.000 274.000 218.000
I S S
Bedragen x € 1 Saldo 0 50.000 44.000 430.000 S 422.000 I 310.000 41.000 I 155.000 S 0 I 0 S 130.000
Nadeel I/S 49.000 I 50.000 S
793.000 380.000 60.000 122.000 39.000 916.000 1.013.000 170.000
I S
23.000 59.000 521.000
S I S
138.000
S
150.000 55.000 1.650.000 188.000 179.000 159.000 38.000 20.000
S I I S I S I S
100.000
S
365.000 42.000
I I
7.000 160.000 4.000 1.000
S I I S
N V V N N V V
N
456.000 170.000 459.000 9.000 595.000 150.000 81.000 15.000 17.000 150.000 25.000 315.000 188.000 146.000 149.000 31.000 3.000
V N V V V V V N V N N V N N N V V
100.000 11.000 23.000
N V V
18.000 365.000 126.000 274.000 211.000 160.000 5.000 1.000
V N V V V N N N
Totaal programma’s Mutaties reserve Totaal
5.810.000 2.705.000 310.000 592.000 6.120.000 3.297.000
I S I S I S
4.093.000 3.358.000 430.000 41.000 4.523.000 3.399.000
I S I S I S
1.717.000 653.000 120.000 551.000 1.597.000 102.000
V N N V V N
Doorwerking uitkomsten 2014. In het raadsvoorstel bij de rekening 2014 hebben wij aangegeven dat wij op een aantal zaken in de 1e bestuursrapportage 2015 terugkomen, omdat deze zaken structureel doorwerken. Concreet betreft het de hogere lasten voor kwijtscheldingen; de parkeerexploitatie en de (lagere) opbrengsten leges reisdocumenten en de minder aangeboden containers. De hogere lasten voor kwijtscheldingen c.q. minder aangeboden containers worden in 2015 gedekt uit de reserve afvalstoffen en reserve riool. Voor 2016 zullen de hogere lasten c.q. lagere baten betrokken worden bij de berekening van betreffende tarieven. De parkeerexploitatie 2015 is geactualiseerd en de gevolgen zijn verwerkt in deze rapportage. De raming voor opbrengst leges reisdocumenten is verlaagd.
UITKOMST BUDGETDOORLICHTING Hierna wordt per programma(lijn) ingegaan op de budgetbijstellingen.
Wonen 1. Wonen naar wens Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 1.2 Bestemmingsplannen leges en kostenverhaal Bouw- en woningtoezicht 1.4 WMO-woonvoorzieningen Resultaat
voordeel 49.000 44.000 93.000
I/S I I
nadeel I/S 50.000 S 49.000 I 99.000
1.2 Ruimtelijke Ordening Bestemmingsplannen (leges) en kostenverhaal In 2013 zijn vrijwel alle bestemmingsplannen voor Hardenberg geactualiseerd. Met deze flexibele plannen zijn er minder afwijkingen en minder planherzieningen nodig. Ook zijn in 2014 bij wetswijziging de planologische afwijkmogelijkheden verruimd, zodat initiatieven minder bij planherziening hoeven plaats te vinden. Door deze ontwikkelingen dienen de inkomsten met € 50.000 naar beneden te worden bijgesteld (beide kostenplaatsen met € 25.000). Bouw- en woningtoezicht (bouwvergunningen) De capaciteit bij de bouwvergunningverleners is gebaseerd op het aantal bouwaanvragen met in achtneming van de huidige en de komende wetgeving. Er doen zich evenwel effecten voor die anders zijn dan verwacht: Het aantal bouwaanvragen neemt toe (en komt daarmee boven het niveau van de recessie), terwijl de kwaliteit van de aanvragen helaas nog niet toeneemt, waardoor het veel inspanning blijft vergen om ontvankelijke aanvragen te krijgen; Het besluit Vergunningsvrij bouwen leidt tot meer bouwaanvragen, omdat er minder vergunningsvrij wordt (wordt met name veroorzaakt door het grote buitengebied) Privatisering van de bouwaanvragen is uitgesteld; in plaats van mogelijk (gefaseerde) invoering vanaf 2015 wordt mogelijk gewacht op de nieuwe Omgevingswet De natuurvergunning haakt op grond van de Wet natuurbescherming aan bij de omgevingsvergunning bouwen. Het vorenstaande maakt een interventie nodig om niet in een situatie te komen waarop termijnen van afdoening gaan oplopen en/of er (onbeheersbare) voorraden ontstaan. In eerste instantie wordt ervan uitgegaan dat voor 2015 de eenmalige kosten voor capaciteitsuitbreiding € 49.000 bedraagt om aan de vraag tegemoet te komen. Dekking van dit bedrag vindt plaats uit de leges.
1.4 WMO-woonvoorzieningen Woonvoorzieningen Mede door de aanbesteding bij Hartingbank verwachten wij lagere lasten voor woonvoorzieningen zoals trapliften etc. € 44.000.
2. Duurzaam en bereikbaar Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 2.1 Kosten afvalinzameling Zwerfafval Papierinzameling Inzameling kunststof, blik en drankenkartons Afvalstoffenheffing 2.2 Riolering: prijsindexatie Riolering: regulier en groot onderhoud drukriolering Riolering: Advieskosten Herinrichting straten 2.4 Wegen, straten en pleinen: geluidsm. Haardijk Wegen, straten en pleinen: degeneratievergoeding Openbare verlichting Parkeren: onderhoud gebouwen Verlaging toevoeging voorziening gebouwen Parkeerdienstverlening Ticket parkeren Resultaat voor aanwending / toevoeging reserve Mutaties reserve riolering Mutatie reserve afvalstoffenheffing Resultaat na mutaties reserve
voordeel 430.000 71.000 100.000 200.000
I/S I S S S
nadeel
I/S
100.000 S 693.000 S
16.000 S 25.000 S 70.000 I 155.000 I 45.000 I 15.000 I 12.000 S 100.000 S 10.000 S 1.249.000 310.000
I
422.000 S 1.981.000
30.000 350.000
I I
45.000 15.000
I I
122.000 S 1.355.000 I 41.000 S S 430.000 I 1.826.000
2.1 Programma afvalverwijdering / verwerking Kosten afvalinzameling (ROVA) Een daling van de begrote kosten voor 2015 van € 430.000 wordt voorzien in verband met een positieve eindafrekening voor het jaar 2014. Of ook de voorschotnota voor 2015 neerwaarts wordt bijgesteld als gevolg van de invoering van de 1e fase omgekeerd afval, is nog niet duidelijk. Het bedrag van de positieve eindafrekening dient aan de reserve afvalstoffen te worden toegevoegd. Zwerfafvalgelden Op grond van de Raamovereenkomst verpakkingen kunnen de gemeenten op aanvraag en onder voorwaarden een tegemoetkoming van Nedvang ontvangen voor de preventie en aanpak van zwerfafval. Deze zwerfafvalgelden zijn geoormerkt en worden in gezamenlijkheid met de in ROVA participerende gemeenten ingezet. ROVA faciliteert, houdt de regie en draagt zorg voor de financiële verantwoording richting Nedvang. Zowel de baten als de lasten dienen met een bedrag van € 71.000
bijgesteld te worden. De doorbetaling aan ROVA is in het voorschot van 2015 verwerkt, waardoor deze wijziging in principe kostenneutraal verloopt. Papierinzameling De baten en de lasten van papierinzameling zijn te hoog ingeschat. Dit is grotendeels veroorzaakt doordat de papiermarkt een grillig prijsverloop kent. De ingezamelde hoeveelheid is de afgelopen jaren slechts gedaald met circa 4%, met name door de digitalisering. De raming van de baten en de lasten dienen met € 100.000 naar het huidige prijsniveau te worden bijgesteld. Deze aanpassing verloopt kostenneutraal. Inzameling kunststof, blik en drankenkartons In 2014 is door de invoering van fase 1 van het omgekeerd inzamelen circa 17% meer kunststof aangeboden dan in 2013. Vanaf 2015 worden ook de afvalstromen blik en drankenkartons gescheiden van het restafval. De extra opbrengsten die met het scheiden van afvalstromen worden gegenereerd, zijn niet vertaald in de begroting van 2015. De opbrengsten dienen met € 200.000 te worden bijgesteld en met de reserve afvalstoffen worden verrekend. Afvalstoffenheffing Bij de jaarrekening 2014 is aangegeven dat -door de invoering van de 1e fase- het aantal aangeboden containers lager was dan geraamd. Hier is sprake van een structureel effect hetgeen betekent dat de geraamde opbrengst afvalstoffenheffing met € 693.000 verlaagd moet worden en met de reserve afvalstoffen worden verrekend. 2.2 Riolering en waterzuivering Riolering en rioolgemalen: onderhoud riolering diverse posten In het vGRP wordt er geen rekening gehouden met een inflatiecorrectie, dit is wel in de begroting opgenomen. De budgetten kunnen met € 16.000,- worden afgeraamd (structureel) t.g.v. reserve. Riolering en rioolgemalen: regulier en groot onderhoud drukriolering Het gewenste onderhoudsniveau en daarmee de doelstelling in het vGRP is behaald. Een verklaring van de te hoge raming is het verbeterde inzicht in het systeem en het daarmee meer gerichte onderhoud. (meer renovatie leidt tot minder onderhoud. Innovatief aanbesteden/ aanbestedingsvoordelen door marktwerking). Riolering en rioolgemalen: advieskosten Voor de projectgroep samenwerking in de afvalwaterketen is de gemeente Hardenberg penvoerder, de gemaakte kosten voor o.a. advieskosten en deelname worden vooruit betaald door de gemeente Hardenberg en achteraf gedeclareerd bij de deelnemende gemeenten. Herinrichting tweetal straten Voor de herinrichting van van de Piet Heinstraat/ Trompstraat en de Lage Gaardenstraat vindt vanuit het v GRP dekking plaats van € 125.000 respectievelijk € 225.000. 2.4 Infrastructuur, bereikbaarheid en verkeersveiligheid Wegen straten pleinen: uitbestede investeringen De bestemmingsreserves zijn eind 2014 opgeheven, zo ook de bestemmingsreserve wegen.Op de bestemmingsreserve wegen lag een claim van 155.000,- voor de geluidsmaatregelen Haardijk. Dit bedrag is opgenomen in de begroting 2015. Het is onwaarschijnlijk dat er dit jaar en de komende jaren een beroep op zal worden gedaan. Wij stellen voor om het bedrag terug te storten in de algemene middelen en mocht het toekomst nodig zijn dan gaan we hier een beroep op doen.
60 km inrichting buitengebied (Mjp) Er wordt uitvoering gegeven aan het duurzaam veilig inrichten van het buitengebied tot 60 km gebied. Het gemeentelijke deel (50%) van de kosten wordt gedekt o.a. uit de onderhoudsmiddelen wegen. Voor 2015 dient € 10.500 van het wegen budget te worden overboekt naar dit krediet. van 4210000000/4343348 naar 4210000600/4333010. Wegen straten pleinen: degeneratievergoeding De gemeente Hardenberg heeft een convenant ondertekend met Cogas Kabel Infra BV inzake de aanleg van glasvezel in de kern Ane, Gramsbergen en de Krim. Met Cogas is een vergoeding afgesproken voor degeneratie en toezicht van € 45.000. Wij vragen om deze ontvangst aan de raming van onderhoud wegen toe te voegen voor onderhoud, te besteden in deze kernen. Openbare verlichting : Bewust verlichten In het kader van het project Bewust Verlichten wordt een subsidie van € 15.000 ontvangen. De uitgaven raming kan derhalve met € 15.000 incidenteel worden verhoogd. Het geheel omvat projecten op het gebied van openbare verlichting, verlichting op bedrijventerreinen, verlichting door landbouwbedrijven en sportverlichting. Daarbij gaat het om verschillende activiteiten: effectief maatregelen uitvoeren, meer bewustwording verkrijgen, beleid actualiseren en ook om actief communiceren. Hiervoor wordt een koepelnotitie/visienotitie opgesteld waarmee de aandacht voor en de aanpak van alle lichtbronnen in de openbare ruimte op hoofdlijnen wordt vastgelegd. Waar nodig kan een actualisering van OVL beleid worden toegevoegd. Parkeren: Onderhoud gebouwen De tegenvallende ticketopbrengsten kunnen voor het merendeel binnen de parkeerbegroting worden opgevangen, door onder andere het budget voor het (jaarlijks) onderhoud aan de parkeergarage met € 12.000 naar beneden bij te stellen. Op basis van O prognose (van het totaal onderhoudsprogramma gebouwen) blijkt dat de toevoegingen aan de voorziening onderhoud gebouwen structureel met € 100.000 kan worden verlaagd. De voorziening blijft daarmee tot 2025 op voldoende niveau. Parkeerdienstverlening Per 1-1-2014 is het beheer en onderhoudscontract met de parkeerorganisatie P1 beëindigd. De uitvoering en aansturing is (grotendeels) overgenomen door de bestuursdienst Ommen-Hardenberg. Het parkeerbeheer is overgegaan naar de afdeling Openbaar Gebied. De vergunningen en abonnementen, naheffing, incasso en bezwaar en beroepen parkeerhandhaving worden door de afdelingen Ruimtelijk Domein en Dienstverlening verzorgd. Voor de desbetreffende onderdelen zijn dienstverleningsovereenkomsten opgenomen. De evaluatie van de werkzaamheden heeft plaatsgevonden, dit maakt dat de dienstverleningsovereenkomsten structureel kunnen worden ingepast. € 83.000 voor THV (Toezichthouders Vechtdal) en € 100.000 voor de buitendienst. Hier is een voordeel gerealiseerd van € 10.000, de parkeerdienstverlening was voorheen € 110.000. Ticket parkeren Parkeren had tot november 2014 een eigen begroting. Deze was gebaseerd op de PEX (Parkeerexploitatie), en had een eigen reserve. In de raadsvergadering van 11 november 2014 (vaststelling begroting 2015) is bepaald om het merendeel van de aanwezige reserves op te heffen en de saldi (per 31 december 2014) toe te voegen aan de algemene reserve(s). Daarmee worden alle voor- of nadelen op inkomsten parkeren vanaf 2015 verrekend met het begrotingssaldo. Dit betekent dat tegenvallers bij inkomsten op parkeren direct inzichtelijk worden gemaakt bij de jaarrekening.
In de meerjarige begroting is rekening gehouden met een tekort van € 468.000 in 2015, m.a.w. dit tekort is gedekt. Mede op basis van de uitkomsten van de jaarrekeningen 2013 en 2014 is er aanleiding om de baten structureel naar beneden bij te stellen met € 122.000. 3
ONDERNEMEN
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000
voordeel
I/S
nadeel
I/S
3.2 Recreatie en Toerisme Vrijetijdseconomie (Recreatie & Toerisme) De gemeente Hardenberg maakt deel uit van het Vechtdal. Binnen het Vechtdal wordt op het gebied van vrijetijdseconomie nauw samengewerkt met de gemeenten Ommen, Dalfsen, Staphorst en Zwolle. Deze samenwerking heeft onder andere geleid tot het vaststellen van het “Vechtdal Kompas” waarin voor de komende jaren richting wordt gegeven aan vrijetijdseconomie. In het Kompas zijn 5 pijlers benoemd namelijk Voeding, Zorg, Verblijf, Water en Organisatie. Voor de 5 pijlers zijn business cases opgesteld met ondernemers uit het veld. Deze worden nader uitgewerkt door kansen en bedreigingen per pijler te benoemen, voorzien van een voorstel en aanpak voor de toekomst met de kosten die daaraan zijn verbonden. De wijze van financiering van deze business cases is onderdeel van de uitwerking. Hiervoor wordt aan de 5 gemeenten cofinanciering gevraagd. In de begroting is met deze cofinanciering nog geen rekening gehouden. Aangezien het onzeker is of volgend jaar of nog dit jaar wordt gestart, zal een verzoek tot cofinanciering worden gedaan bij de begroting van 2016 of alsnog bij de 2e Bestuursrapportage 2015.
4
MEEDOEN
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 4.1 WSW: loonkosten en overig WSW: afrekening rijksbijdrage 2013 Verrekening met stelpost WSW Verrekening met stelpost WSW Re-integratie Educatiegelden 4.2 Bijstandverlening Minimabeleid: Huishoudelijke toelage Minimabeleid: overige Kwijtschelding gemeentelijke belastingen 4.3 Onderwijs en educatie Onderwijs en educatie Overheveling budget van programma 6.4 4.4 Opvang vluchtelingen WMO: overheveling naar Mantelzorg WMO: overige WMO AWBZ-individueel WMO AWBZ-individueel: toevoeging aan stelpost Resultaat voor aanwending / toevoeging reserve Mutatie reserve afvalstoffenheffing Mutatie reserve riolering Resultaat na mutaties reserve
voordeel I/S 95.000 S 539.000 39.000 30.000 122.000 817.000 552.000 100.000
S I S S I I I
32.000 459.000
S I
30.000 150.000 624.000 521.000
I S I S
4.110.000 86.000 84.000 4.280.000
nadeel I/S 634.000 S 39.000 I
160.000 S 122.000 S 741.000 I 205.000 I 67.000 I 170.000 S
23.000 S 59.000 I
521.000 S 2.741.000 S S 2. 741.000
4.1 Participatie en werkgelegenheid Sociale werkvoorziening (WSW) Ten tijde van het opmaken van de begroting was er nog geen duidelijkheid over het al dan niet verlengen van tijdelijke SW dienstverbanden. Om deze reden is in de begroting een stelpost van € 987.000 opgenomen. Met name door het wel verlengen van deze tijdelijke dienstverbanden vallen de loonkosten SW personeel in dienst bij Larcom en andere SW bedrijven € 596.000 hoger uit. Hiertegenover staat vanwege een hoger aantal geplaatste personen ook een hogere bate inleenvergoeding ad € 44.000. In 2014 wordt via de SISA verantwoording afgelegd over de rijksbijdrage 2013. Over 2013 is sprake van een onderrealisatie ad 1,51 SE, waardoor naar verwachting € 39.000 subsidie over 2013 terug moet worden betaald. Hiermee is in de jaarrekening 2014 geen rekening gehouden. Door een gewijzigde toerekening van kosten van de BOH (rechtstreeks bij Ommen in plaats van via Hardenberg) vervalt een bate uit doorberekening aan de gemeente Ommen ad € 38.000. Hiertegenover staat een aframing van enkele lasten tot een bedrag van € 51.000. In totaal leiden bovenstaande verschillen tot een structureel nadeel van € 539.000 (€ 634.000 -/€ 95.000)en een incidenteel nadeel van € 39.000. Deze worden verrekend met de stelpost, zodat per saldo geen sprake is van een voor- of nadeel.
Na verrekening resteert op de stelpost een bedrag van € 409.000 (€ 987.000 -/- € 578.000 ( €634.000+€39.000 -/- € 95.000)). Daar er nog een fiscaal onderzoek loopt naar BTW verrekening binnen de SW, het Rijk in mei 2015 met een actualisatie van de rijksbijdrage komt (op basis van realisatiecijfers 2014 en actuarieel onderzoek (mogelijke pensioenverplichtingen) naar de kans dat medewerkers in de WSW blijven) stellen wij voor dit bedrag nu op de stelpost beschikbaar te houden en bij de 2e Berap over de aanwending van een dan eventueel nog resterende stelpost te beslissen. Re-integratie In de begroting is geen rekening gehouden met afbouw van de WIW. Door uitstroom vanwege pensionering etc. verwachten wij lagere kosten ad € 38.000. Door minder plaatsingen staat hier tegenover een lagere bate uit inleenvergoedingen ad € 8.000, per saldo € 30.000 structureel voordeel. Net als bij de sociale werkvoorziening is ook hier sprake van een gewijzigde toerekening van de BOH kosten. Hierdoor ontstaat een structureel nadeel van € 160.000 op deze activiteit. Educatiegelden Ten tijde van het opmaken van de begroting was nog onduidelijk op welke wijze de educatiegelden in 2015 aan de gemeente zouden worden verstrekt (volledig regionaal, deel lokaal, alles lokaal). Hierdoor zijn deze middelen niet in de begroting opgenomen. De duidelijkheid is er nu wel (het 75% aandeel dat verplicht via ROC’s moet worden besteed loopt via de gemeente en de 25% ter “vrije” besteding gaat regionaal via de gemeente Zwolle) en dus wordt dit voor € 122.000 budgettair neutraal verwerkt. (Overigens wordt gewerkt aan een nieuwe opzet/opbouw van de begroting voor participatie. De uitkomsten daarvan zijn nu nog niet in de Berap verwerkt). 4.2 Bijstand / gemeentelijk minimabeleid Bijstandsverlening In de begroting was rekening gehouden met een daling van het aantal bijstandsklanten vanwege een aantrekkende economie. Op basis van de ontwikkeling van het aantal klanten tot en met februari 2015 is dit een te optimistische inschatting geweest. Wij schatten nu een lichte stijging t.o.v. 2014. Ten opzichte van de begroting 2015 leidt dit tot circa € 543.000 meer bijstandslasten. Hier tegenover staan hogere verwachte verhaalsbaten (€ 22.000) en een hogere rijksbijdrage (€ 717.000). De voorlopige rijksbijdrage 2015 is zelfs € 1.292.000 hoger dan geraamd, maar uit voorzichtigheid en op basis van ervaring uit het verleden houden wij rekening met een negatieve bijstelling van de rijksbijdrage met 5%. Bij de BBZ verwachten wij voor circa € 37.000 meer kredieten te verstrekken en voor € 78.000 hogere baten uit aflossing op leningen ad € 78.000. Op basis van meest recente gegevens van het Rijk verwachten wij ten opzichte van de begroting wel een lagere rijksbijdrage BBZ ad € 143.000. Tenslotte is er op diverse kleine posten sprake van een incidenteel nadeel van totaal € 18.000. In totaal is sprake van een incidenteel voordeel van € 817.000 (€ 22.000 + € 717.000 + € 78.000) en een incidenteel nadeel van € 741.000 (€ 543.000 + € 37.000 + € 143.000 + € 18.000). Minimabeleid: Huishoudelijke toelage Nu we een gedeeltelijk inzicht hebben in de effecten van de herbeoordelingen huishoudelijke hulp (proces is uiteraard nog niet afgerond) kunnen wij constateren dat de voor de begroting gehanteerde aannames te ruim zijn geweest. Het aantal klanten met overgangsrecht is lager en het procentuele deel dat vanuit het overgangsrecht instroomt in de nieuwe instrumenten is ook lager dan begroot. Dit veroorzaakt lagere kosten bij Huishoudelijke toelage plus ad € 155.000. Ten tijde van het opmaken van de begroting was de incidentele rijksbijdrage voor Huishoudelijke toelage nog niet bekend. Voor 2015 is dit € 397.000, waartegenover geschatte lasten ad € 205.000 staan. De lagere lasten ten opzichte van de rijksbijdrage worden eveneens veroorzaakt door hetgeen hierboven bij huishoudelijke toelage plus is
toegelicht. Per saldo is op huishoudelijke toelage dus sprake van een incidenteel voordeel van € 552.000 (€ 155.000 + € 397.000) en een incidenteel nadeel van € 205.000. De komende periode vindt er een onderzoek plaats naar de financiële gevolgen en eventueel knelpunten die inwoners ondervinden van de wijzigingen in de regelingen voor zorg, waaronder de inzet van hulp bij het huishouden als algemene voorziening. Zodra wij deze gegevens compleet hebben, komen we hierop bij u terug. Minimabeleid: overige Ten aanzien van de overgekomen middelen voor WTCG/CER (tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten en compensatie eigen risico) is in afstemming met de collectieve zorgverzekeraar nieuw beleid ontwikkeld. Ten opzichte van de hiervoor gereserveerde middelen is sprake van een structureel voordeel ad € 82.000. Daarnaast is het in de begroting geraamde bedrag voor schuldregelingen te laag. Ten opzichte van de realisatie over 2014 (€ 172.000) verwachten wij door aantrekkende economie etc. wel lagere lasten, maar ten opzichte van de begroting verwachten wij een overschrijding met € 67.000. Op de overige onderdelen van minimabeleid verwachten wij per saldo een incidenteel voordeel van € 18.000. In totaal dus € 100.000 incidenteel voordeel en € 67.000 incidenteel nadeel. Kwijtschelding gemeentelijke belastingen O.a. als gevolg van de economische crisis is er bij de jaarrekening 2014 gebleken dat er sprake is van meer toekenningen van kwijtschelding gemeentelijke belastingen. Ten opzichte van 2010 zijn er in 2014 bijna 28% meer aanvragen toegekend en is er sprake van een overschrijding van ruim € 170.000, gesplitst in € 84.000 rioolheffing en € 86.000 afvalstoffenheffing. We gaan ervan uit dat hier sprake is van een structurele uitzetting en wordt verrekend met de reserve riolering respectievelijk de reserve afvalstoffenheffing. 4.3 Onderwijs en educatie Op een aantal onderdelen is de bate voor gebruiksvergoeding onderwijsgebouwen bijgesteld. Dit leidt tot een structureel voordeel van € 16.000. Verder is sprake van enkele incidentele voordelen tot een bedrag van € 5.000. De aanvragen 2015 voor onderwijsachterstandenbeleid vallen naar verwachting lager uit dan geraamd waardoor de raming incidenteel met € 64.000 verlaagd kan worden. In 2015 is sprake van niet geraamde afrekeningen 2014 ad € 53.000, die eveneens tot een incidenteel voordeel leiden. Bij kinderdagverblijven is sprake van incidentele onderbesteding ad € 23.000 en ook de lasten inspectie peuterspeelzalen etc. door de GGD vallen naar verwachting € 29.000 lager uit dan geraamd. Met ingang van 1 januari 2015 worden leges geheven voor een aanvraag tot registratie van een voorziening voor kinderopvang. Uw raad heeft de tarieven bepaald op € 200,- voor voorzieningen voor gastouderopvang en € 577,50 voor overige kinderopvangvoorzieningen. Op basis van het aantal aanvragen tot registratie in 2013 schatten wij de inkomsten uit leges vanaf 2015 op een structureel bedrag van € 16.000. De aanbesteding op leerlingenvervoer heeft positief uitgepakt. In de begroting 2015 is al een bezuiniging van € 200.000 (jaarschijf 2015 bezuiniging doelgroepenvervoer) verwerkt. In 2016 wordt nog eens € 200.000 op deze post in mindering gebracht. Deze in de begroting 2016 te verwerken bezuiniging valt nu in 2015 incidenteel vrij tot een bedrag van € 200.000. Met ingang van augustus 2014 is het muziekonderwijs overgegaan van De Muzerie naar de Cultuurkoepel Vechtdal. Het aanbod van de nieuwe organisatie komt pas vanaf augustus 2015 volledig op gang. Om deze reden is in 2015 sprake van een incidenteel voordeel van € 85.000.
Al met al leidt bovenstaande tot een structureel voordeel van € 32.000 (€ 16.000 + € 16.000) en een incidenteel voordeel van € 459.000 (€ 5.000 + € 64.000 + € 53.000 +€ 23.000 + €29.000 + € 200.000 + € 85.000). 4.4 WMO-welzijn Opvang vluchtelingen Over de 2e helft 2014 is de taakstelling qua aantal plaatsingen van vluchtelingen met een verblijfstatus in reguliere huisvesting verhoogd. Dit geldt ook voor de 1e helft 2015 (wij verwachten dit ook voor de 2e helft 2015). Hiermee samenhangend wordt de subsidie aan de stichting Vluchtelingenwerk verhoogd. Door het toegenomen aantal plaatsingen zal ook de eenmalige bijdrage per plaatsing van het COA hoger uitvallen. Wij schatten dit in op 30 plaatsen extra ten opzichte van begroot. Per saldo betekent dit extra lasten ad € 59.000 en een extra middelen van het COA ad € 30.000. WMO-oud: overheveling naar Mantelzorg Onder WMO oud is een stelpost van € 150.000 opgenomen voor versterken informele zorg. Deze hoort onder mantelzorg (Programma 5 Gezond en Vitaal) in plaats van WMO oud en wordt via de Berap overgeheveld. Wmo: overige De lasten voor WMO vervoer vallen in totaal € 76.000 lager uit, zowel in het collectieve vervoer (€ 50.000) als het incidentele vervoer (€ 26.000). Zoals al toegelicht bij minimabeleid blijken de voor begroting gehanteerde aannames te ruim te zijn geweest. Het aantal klanten met overgangsrecht blijkt lager uit te vallen dan waar mee is gerekend. Dit geldt ook voor het aantal personen dat vanuit het overgangsrecht zal doorstromen naar de nieuwe maatwerkvoorziening. In totaliteit levert dit een incidenteel voordeel van € 543.000 op. Op overige posten is sprake van een incidenteel voordeel van € 5.000. Er is dus sprake van een incidenteel voordeel van € 624.000 (€76.000 +€ 543.000 +€ 5.000). WMO AWBZ-individueel De ramingen voor AWBZ zorg baseren wij op externe informatie. De begroting is gebaseerd op cijfers van juni 2014 en de Berap op die van maart 2015. Daaruit blijkt een behoorlijke daling van het aantal personen dat (overgangs)recht heeft op AWBZ zorg. Per saldo zorgt dit voor een voordeel van € 521.000. Dit bedrag willen wij voor het opvangen van tekorten binnen het hele sociale domein toevoegen aan de stelpost. De onderschrijding doet zich met name voor bij PGB’s. Voor een deel is dit een gevolg van het feit dat het Rijk PGB-ontvangers de keuze heeft geboden dit PGB via de WMO of via de WLZ te ontvangen. Een deel van de mensen heeft voor de WLZ gekozen. Hierdoor dalen onze kosten, maar zal naar verwachting het budget ook navenant dalen (het Rijk zal middelen overhevelen van de WMO naar de WLZ). Dit wordt in de meicirculaire pas echt duidelijk. Vooralsnog hebben wij dit becijferd op € 266.000. Dit bedrag houden wij op de stelpost beschikbaar voor dekking van verwachte teruggang van de rijksbijdrage. In de begroting is een stelpost van € 198.000 opgenomen. Samen met de toevoeging van € 521.000 en de reservering van € 266.000 is bij de Berap voor het opvangen van tegenvallers nog € 453.000 beschikbaar.
5
GEZOND EN VITAAL
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 5.2 Subs. jongerenwerk GGD + overige uitgaven Jongerenwerk: afrek.subs. Provincie Jeugdzorg via BVO (PGB, in natura en LTA) Aanwending stelpost jeugdzorg Preventieve leefstijl adolescenten 5.4 Mantelzorg: overheveling budget WMO-oud Overige lasten mantelzorg 5.5 Gebiedsteams: meerkosten BVO + lagere subs.general. Resultaat
voordeel I/S 51.000 I 30.000 I
nadeel
I/S
123.000 S 123.000 S
17.000 30.000 251.000
I I
15.000 150.000
S S
55.000 343.000
I
5.2 Jeugdgezondheidszorg Subsidieverlening Met name de subsidie aan de GGD voor jongerenwerk valt lager uit dan begroot (€ 44.000), daarnaast is sprake van enkele kleinere onderschrijdingen voor totaal € 7.000 (totaal een incidenteel voordeel van € 51.000). In 2014 is bij de provincie geld aangevraagd en ontvangen voor een tweetal pilots (Samen verder groeien en melding jeugdbescherming). Vanuit deze pilot is nog een bedrag van circa € 122.000 over, dat bij de GGD in beheer is. Dit bedrag mag nog ingezet worden in 2015. Voorwaarde vanuit de provincie is wel dat het voor jeugd ingezet moet worden. Van dit bedrag wordt € 30.000 ingezet als dekking voor hogere kosten binnen BVO/Gebiedsteams. Het restant van € 92.000 willen we – via de GGD – inzetten voor jeugd. Daarbij denken we aan de verdere ontwikkeling van de relatie tussen Samen Doen en het onderwijs. Jeugdzorg via BVO Na gereedkomen van de begroting zijn diverse cijfers van de jeugdzorg geactualiseerd, zowel vanuit het Rijk (met name bij PGB’s) als vanuit de regionale bedrijfsvoeringsorganisatie (BVO). Dit leidt tot grote verschuivingen tussen PGB’s en zorg in natura. In regionaal verband is toegezegd 85% van de rijksbijdrage voor de BVO beschikbaar te stellen. De lasten zijn specifiek in de begroting geraamd, maar ten opzichte van deze 85% is in de begroting een stelpost van € 508.000 opgenomen, bestemd voor vereveningsdoeleinden. Bij de Berap hebben we een aantal lasten geactualiseerd (per saldo verhoogd). Hierdoor is de stelpost met € 123.000 verlaagd naar € 385.000. Echter, ook hier speelt net als bij de AWBZ zorg dat de lasten voor PGB deels zijn gedaald vanwege een keuze van PGB-ontvangers voor de WLZ in plaats van via de gemeente en net als bij de AWBZ schatten wij dus ook hier in dat de rijksbijdrage navenant zal dalen. Dit bedrag hebben wij berekend op € 457.000. Indien wij dit bedrag op de stelpost beschikbaar willen houden voor verrekening van de budgettaire teruggang (zodra deze bekend wordt), dan ontstaat naar verwachting een negatieve stelpost van € 72.000 (€ 385.000 -/- € 457.000). Hiervoor moet nog een oplossing worden gezocht. Dit zou kunnen door verrekening met de stelposten bij WSW/AWBZ, maar misschien ook door een andere verrekening met de BVO, immers door daling van de rijksbijdrage zal ook het 85% deel gaan dalen. Rondom de jeugdzorg is nog wel een aantal onduidelijkheden, wij stellen dan ook voor om bij de 1e Berap e.e.a. conform bovenstaande te verwerken en bij de 2e Berap te beoordelen hoe dan om te gaan met de resterende stelpost en eventueel gewijzigde verrekening met/binnen de BVO.
Preventieve leefstijl adolescenten In 2012 is de decentralisatie-uitkering voor de CJG’s van het Rijk verhoogd voor de invoering van het extra contactmoment JGZ (15/16 jarigen) extra geld ontvangen. In 2012 is de GGD gestart met de invulling van dit contactmoment via een drie jaarlijkse pilot op een aantal scholen. Inmiddels is dit extra contactmoment door het Rijk opgenomen in het Basispakket JGZ (uniform deel) waardoor het een verplichte taak is geworden. Structureel gaat dit € 40.000 kosten, waarvoor binnen de budgetten JGZ € 25.000 beschikbaar is. Voor de overige € 15.000 is geen dekking. Wij stellen dan ook voor dit bedrag structureel over te hevelen naar de post JGZ Uniform. 5.4 Welzijnswerk Mantelzorg: overheveling WMO oud Onder WMO oud is een stelpost van € 150.000 opgenomen voor versterken informele zorg. Deze hoort onder mantelzorg in plaats van WMO oud en wordt via de Berap overgeheveld. In de begroting 2014 was een bedrag van € 1,1 mln. opgenomen voor bijdrage in de boekwaarde van MFC de Baron. In 2014 is hiervan € 330.000 aangewend. Voor de resterende € 770.000 is een voorstel voor resultaatbestemming ingediend. Dit zal bij realisatie van de verkoop in 2015 worden benut. Verder is er in 2014 een voorstel resultaatbestemming ingediend van € 70.000 voor bijdragen inzake sociaal culturele voorzieningen. In juni 2014 is gesproken met het scholen voor Voortgezet Onderwijs en andere betrokken partijen over de afschaffing van de verplichte Maatschappelijke stage. Hierbij is geïnventariseerd of scholen de Maatschappelijke Stage willen continueren. De conclusie is dat, o.a. vanwege het beëindigen van de rijkssubsidie, de scholen de gezamenlijke aanpak én dus de samenwerking met De Stuw wensen te beëindigen. Een deel overweegt de mogelijkheid om op individueel niveau de Maatschappelijke Stage een vervolg te geven. Overige lasten mantelzorg Tenslotte is op diverse overige bijdragen in het kader van mantelzorg/welzijnswerk sprake van een incidenteel voordeel van € 17.000. 5.5 Gebiedsteams Gebiedsteams: meerkosten BVO De bijdrage in de uitvoeringskosten van de bedrijfsvoeringsorganisatie jeugdzorg valt € 55.000 hoger uit dan geraamd. Voor € 30.000 vanwege een niet geraamde bijdrage in de kosten van regiocoördinatoren en voor € 25.000 vanwege extra inhuur in het 1e kwartaal 2015. De extra lasten van regiocoördinatoren kunnen incidenteel worden gedekt uit voordelen op subsidies bij jeugdzorg, zie toelichting bij het onderdeel jeugdgezondheidszorg. Tegenover dit nadeel staat een lagere subsidie aan dein de gebiedsteams deelnemende organisaties voor een bedrag van € 30.000.
6
SAMEN LEVEN
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 6.2 Openbaar groen: contracten derden Snippergroen Vechtpark 6.3 Zwembad de Marsch Opbrengsten overige zwembaden Zwembaden: energie Zwembaden: overige geringe afwijkingen Sporthallen: opbrengst gebruiksvergoeding Sporthallen: overige geringe afwijkingen Sportparken: overige geringe afwijkingen Ov.sport aangelegenheden: bewegingsimpuls sen. 6.4 Zomerfestival + overige geringe afwijkingen Overheveling budget naar programma 4.3 Dorpshuis Grambergen: afkoopsom Dorpshuis Gramsbergen: huur Resultaat
voordeel
I/S
65.000 1.900.000
I I
7.000
I
nadeel I/S 188.000 S 1.650.000 I 66.000 S 14.000 S 132.000 I 79.000 S
10.000 S 26.000
I
13.000 I 34.000 I 38.000 I
23.000 S 59.000 10.000 2.100.000
I I
20.000 S 2.234.000
6.2 Openbaar groen en openluchtrecreatie Openbaar Groen: contracten derden Vanaf het begin van de cijfermatige opstelling van de begroting 2015 is de bezuiniging op openbaar groen en landschap van € 253.000 verwerkt door de budgetten van derden te verlagen. Tevens is een bezuinigingstaakstelling op de efficiency openbaar groen van € 188.000 gerealiseerd door het aantal fte’s met 3 te verlagen. Deze bezuiniging is doorgevoerd in de BOH en wordt door vertaald naar de gemeente Hardenberg door een verlaging van de gemeentelijke bijdrage van de gemeente Hardenberg aan de BOH. De bezuinigingsopgave voor openbaar groen was hiermee gerealiseerd. Door het college is de laatste bezuiniging op efficiency ook opgenomen in de programmabegroting van de gemeente Hardenberg, dit is een dubbele bezuiniging. Wij vragen dan ook om deze laatste terug te draaien. Snippergroen Voor het project snippergroen verwachten we personele kosten te maken. In enkele situaties zijn inwoners niet geneigd over te gaan tot huur dan wel koop. Ondanks alle inspanningen ontkomen we er niet aan om in een aantal situaties te moeten handhaven. Voordat we tot handhaving zullen overgaan winnen we o.a. juridisch advies in. Hiervoor verwachten we een bedrag van € 5.000 incidenteel benodigd te hebben. Dekking kan plaatsvinden uit de verkoop van gronden. In de begroting is een structurele opbrengst van € 80.000 wegens opbrengt snippergroen. Door de verkoop van diverse stukken snippergroen kan de raming incidenteel worden verhoogd met € 70.000 tot € 150.000. Dit resulteert in een incidenteel voordeel van € 65.000 (€70.000 -/- € 5.000) MJP Vechtpark Het college van B&W heeft ingestemd met de voorfinanciering van de aanbouw van De Koppel ter grootte van maximaal € 150.000 (incidenteel). Momenteel zijn de voorbereidingen voor de aanbouw
van De Koppel in uitvoering. De Koppel financiert de aanbouw vanuit de subsidie. De subsidie wordt uitgekeerd als het product, de aanbouw, opgeleverd wordt. De Koppel heeft als stichting geen liquide middelen om gedurende de werkzaamheden de aanbouw te financieren aangezien zij de subsidie achteraf ontvangen. De Koppel heeft de gemeente Hardenberg gevraagd of zij gedurende de werkzaamheden de aanbouw willen voorfinancieren. Omdat de werkzaamheden al zijn gestart heeft de aannemer de eerste termijn ontvangen. Dekking kan plaatsvinden uit het beschikbaar gestelde krediet Vechtpark Centrum Uiterwaard. MJP Vechtpark - Molengoot Bij de 2e Berap 2014 is via resultaatsbestemming een bedrag van €422.000 aangegeven mee te nemen naar 2015. Nu is gebleken dat een bedrag van € 250.000 alsnog in 2014 is uitgegeven, waardoor het bedrag van € 422.000 teveel is aangegeven als resultaatsbestemming 2014. Er komt in 2015 dus teveel beschikbaar ten laste van het resultaat 2014. De € 422.000 moet dus verlaagd worden met € 250.000 t.g.v. het resultaat 2015. MJP Vechtpark Centrum Uiterwaard Op 25 augustus 2010 hebben wij een bedrag van € 2.000.000,- IMG subsidie voor het project Vechtpark toegekend gekregen, een project dat onderdeel uitmaakt van het programma Ruimte voor de Vecht en bijdraagt aan de doelstellingen van dit programma en waarin onder andere de provinciale belangen waterberging, natuur, recreatie, cultuur en leefbaarheid stedelijk gebied aan bod komen. Het project wordt in fases uitgevoerd. In 2015 vindt de uitvoering van het deelplan Centrum Uiterwaard plaats. Doordat de reserves eind 2014 zijn opgeheven is het bedrag dat gereserveerd was voor het Vechtpark Centrum Uiterwaard toegevoegd aan de begroting 2015. De te ontvangen subsidie is niet meegenomen en dient nu alsnog te worden geraamd. Van de totale te ontvangen IMG subsidie was € 500.000 al geraamd op het project Molengoot, gevraagd wordt om de resterende subsidie bijdrage € 1.500.000 te ramen op het deelproject Centrum Uiterwaard onder gelijktijdige verhoging van de uitgaven met eenzelfde bedrag. Het bovenstaande resulteert in een incidenteel voordeel van € 1.900.000 (€2.000.000 + €150.000 -/€250.000) en een incidenteel nadeel van € 1.650.000 (1.900.000 -/- 250.000). 6.3 Sport en accommodaties Zwembaden De baten in de zwembaden zijn lager dan begroot. Voor een klein deel (€ 14.000) veroorzaakt door een licht dalende (landelijke) trend aan bezoek maar voor een groot deel (€ 66.000) veroorzaakt door tegenvallend recreatief bezoek bij zwembad de Marsch. Mogelijk is de aantrekkingskracht van de Marsch in relatie tot de nieuwbouw gedaald bij het publiek. Zwembaden: energiekosten We constateren op dit moment enkele knelpunten bij de zwembaden, theater en riolering. Het energieverbruik van de zwembaden zullen dit jaar tot een overschrijding leiden. Zwembad de Marsch zal in de loop van 2015 gesloten worden en het nieuwe zwembad zal in gebruik worden genomen. De ontvangen eindafrekening 2014 wijst uit dat budgetten in de begroting te laag geraamd zijn. Naar verwachting zal dit in 2015 ook tot een nadeel gaan lijden van € 121.000. Dekking overschrijding zwembaden zal uit algemene middelen plaatsvinden. In 2015 wordt het werkelijke verbruik afgestemd met de facturering. Ook zullen wijzigingen voor de begroting 2016 worden gedaan om budgetten voor energie structureel op voldoende niveau te krijgen. Als dekking voor eventuele extra budgetten kan het aanbestedingsvoordeel op elektriciteit en gas wat in 2015 is gerealiseerd, worden ingezet. Deze aanpassingen zullen worden aangereikt voor de 2e berap 2015.
Voor het zwembad in De Krim heeft een afrekening gas over 2013 en 2014 plaatsgevonden. We verwachten voor 2015 een incidenteel nadeel van € 11.000. Hiermee komt het totaal incidenteel nadeel op € 132.000. Sporthallen De lagere kosten bij de Citadel betreft een lagere beheersvergoeding dan geraamd. De lagere baten worden veroorzaakt door een vanaf de begroting 2014 opgenomen structurele verhoging, gebaseerd op realisatiecijfers 2013. Echter, deze cijfers 2013 waren vertekend doordat daarin het merendeel van de opbrengsten over het 4e kwartaal 2012 ook waren opgenomen. Om deze reden is de begroting te positief bijgesteld, dit wordt bij deze Berap rechtgetrokken. Overige sport aangelegenheden In 2015 is door de Provincie een doelsubsidie voor bewegingsimpuls senioren toegekend. De lasten bedragen € 34.000, waarvan € 23.000 wordt gedekt uit een provinciaal subsidie en € 3.000 uit eigen bijdragen (samen €26.000). 6.4 Kunst, cultuur en monumentenzorg Zomerfestival en overige geringe afwijkingen Voor onder meer cofinanciering bij een tweetal provinciale subsidies, namelijk Cultuurarrangement 2013-2016 en de inzet van de cultuurmakelaar 2015 en 2016, wordt incidenteel € 34.000 beschikbaar gesteld. Voor € 5.000 kan dit worden gedekt uit een provinciale bijdrage voor de week van de amateurkunst. Tenslotte is sprake van enkele overige kleine incidentele afwijkingen ten bedrage van € 9.000. In totaliteit een incidenteel nadeel van € 38.000. Dorpshuis Gramsbergen: afkoopsom en huur Het college heeft de wens dat het huurcontract van Carinova door de gemeente overgenomen wordt. De huurgarantie hoeft hierdoor niet meer vergoed te worden. Met Carinova is een afkoopsom van € 59.000 overeengekomen. De huur bedraagt € 20.000 per jaar, terwijl de huurinkomsten € 10.000 per jaar bedragen. Het tekort kan uit de afkoopsom gedekt worden. In 2013 is het multifunctionele centrum de Binder in Gramsbergen geopend. Het gebouw is eigendom van woningcorporatie de Veste en wordt voor het grootste gedeelte geëxploiteerd door een beheerstichting. Carinova heeft een aantal ruimten voor 10 jaar gehuurd, waaronder ruimten die beoogd waren voor de huisvesting van een consultatiebureau. Vlak voor de start van de realisatie heeft Carinova afgezien van de ruimten voor het consultatiebureau. Om doorgang van het project te garanderen heeft de gemeente Hardenberg een huurgarantie moeten afgeven voor deze ruimten. Kinderopvang de Dassenburcht heeft aangegeven de ruimten te willen huren echter tegen andere voorwaarden. Andere gegadigden die mogelijk interesse hebben zijn niet gevonden. Met Carinova is overeengekomen dat de gemeente het huurcontract voor deze ruimten overneemt waarbij onderhuur aan de Dassenburcht door de gemeente kan worden geregeld. Carinova betaalt de helft van het restant (verschil huurprijs de Veste en huurprijs Dassenburcht) voor de totale looptijd van het huurcontract met de Veste.
7
BETROKKEN BESTUUR
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 7.1 Leges burgerzaken 7.2 Leges APV 7.3 Loonsommen bestuur, secretaris en griffie 7.4 LOC BTW compensatiefonds Inventarisatie vennootschapsbelasting Resultaat
voordeel
I/S
11.000 23.000
S S
18.000
I
52.000
nadeel I/S 100.000 S
115.000
I
250.000 465.000
I
7.1 Dienstverlening en burgerzaken Leges burgerzaken Bij de jaarrekening 2014 is een verwacht structureel (= langer dan drie jaar) financieel nadeel van ruim € 100.000 op de leges Burgerzaken gemeld. Voor de begroting 2016 is het uitgangspunt dat alle legesramingen (zowel afdrachten als inkomsten) worden onderbouwd vanuit de hoeveelheid producten vermenigvuldigd met de prijs. Op dat moment zal een meerjarige doorkijk worden gegeven v.w.b. deze leges op basis van de verwachte aantallen en huidige tarieven. In afwachting van de resultaten van deze doorkijk wordt voorgesteld om vooralsnog uit te gaan van een structureel nadeel van € 100.000. De verwachting is overigens dat in de loop van 2015 een onderzoek zal worden gestart naar de kostendekkendheid van de leges. Daarom worden op dit moment nog geen definitieve conclusies getrokken v.w.b. de legeskosten/afdrachten en legesinkomsten Burgerzaken.
7.2 Openbare orde en veiligheid Leges APV Bij de financieel technische vragen over de begroting 2015 –onderdeel afboeking oude taakstellingenis geantwoord dat ten onrechte een bedrag van € 11.000 ten laste van het begrotingsresultaat 2015 is gebracht. 7.3 Bestuur en bestuursondersteuning
Loonsommen bestuur, secretaris en griffie Op basis van de huidige informatie komt de loonsom € 23.000 lager uit dan begroot. In juni 2014 heeft een wijziging van de topstructuur van de BOH plaatsgevonden en is de functie van gemeentesecretaris/algemeen directeur gecombineerd. De gemeentesecretaris van Hardenberg vormt in deze nieuwe situatie samen met de gemeentesecretaris van Ommen de directie van de BOH. Het voorstel is om de dekking van de functie gemeentesecretaris/directeur ten laste te brengen van de gemeenten en hen om-niet werkzaamheden voor de BOH te laten verrichten. Om de loonkosten in Hardenberg volledig te kunnen dekken zal het budget met € 19.000 (structureel) moeten worden verhoogd (door de bijdrage aan de BOH met dit bedrag te verlagen).
7.4 Algemene lasten en baten LOC We hebben besloten om een eenmalige bijdrage van € 40.000 te verlenen in de investeringskosten die gepaard gaan met de aanpassingen die nodig zijn om een consultatiebureau in het LOC te vestigen. Het consultatiebureau zal huur gaan betalen voor gebruik van de ruimten. De afgelopen jaren heeft de bibliotheek fasegewijs ruimten afgestoten, hierdoor hebben wij € 45.000 teveel huur in rekening gebracht. Er vindt nog een afrekening over de afgelopen jaren plaats. In september 2014 is de Muzerie uit het LOC vertrokken en eind 2014 zijn een aantal huuropzeggingen ontvangen. Op basis van de huidige leegstand wordt een daling van de huurinkomsten verwacht van € 30.000. We verwachten in de loop van het jaar 2015 een deel van deze ruimten te kunnen verhuren. In de raadsnotitie van 27 oktober 2014 hebben wij een actualisatie van de ontwikkelingen voor de toekomst van het LOC toegezegd. Met de partners in het LOC vinden op dit moment gesprekken plaats om gezamenlijk te komen tot een duurzame invulling in het LOC waarbij handvatten uit het onderzoek van adviesbureau Draaijer + Partners worden gebruikt. Op dit moment is de verwachting dat een concreet voorstel bij de gemeenteraad neergelegd kan worden in het najaar 2015.
BTW compensatiefonds In het kader van het BTW-compensatiefonds kan nog € 18.000 btw verrekend worden van de bijdragen aan de gemeenschappelijke regelingen. Inventarisatie vennootschapsbelasting In het raadsbesluit van 20 januari 2015 is uw raad akkoord gegaan met het beschikbaar stellen van budget voor de inventarisatie, fase 1, van de vennootschapsbelasting (hierna Vpb). Met ingang van 1 januari 2016 wordt de gemeente belastingplichtig voor de Vpb. Om tijdig een juiste aangifte Vpb te kunnen doen dienen alle producten en diensten van de gemeente Hardenberg in beeld te worden gebracht en worden beoordeeld of deze producten en diensten onder de vennootschapsbelastingplicht vallen. We hebben voor deze inventarisatie PWC als begeleider ingehuurd. De verwachting is dat deze inventarisatiefase in mei 2015 wordt afgerond. Voor de producten en diensten waarvoor (in eerste instantie) vpb-plicht ontstaat, zal op basis van de wettelijke regelgeving en bestuurlijke betrokkenheid verder onderzoek moeten worden gedaan. Dit wordt ook wel de planningsfase, oftewel fase 2, genoemd. Na afronding van fase 2 dient de financiële administratieve inrichting plaats te vinden, fase 3. Wij verwachten dat het benodigde budget voor fase 2 en 3 ca. € 250.000 zal bedragen voor inhuur van interne en externe capaciteit.
8
FINANCIEN EN ALGEMENE DEKKINGSMIDDELEN
Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 1 Dividend 2 Bespaarde rente 3 Algemene uitkering 4 Belastingen 5 Onvoorzien Resultaat
voordeel I/S 48.000 S 168.000 I 206.000 S 20.000 S 442.000
nadeel
42.000 42.000
I/S
I
8.1 Dividend Uit de jaarrekeningen van het LOC over de laatste jaren blijkt dat de uitkering structureel met € 48.000 verhoogd kan worden. 8.2 Bespaarde rente Op basis van de werkelijke stand van de reserves en voorzieningen per 1 januari is de bespaarde rente € 177.000 hoger dan geraamd. Een deel hiervan, zijnde € 9.000 heeft betrekking op reserves en voorzieningen waarop de rente wordt bijgeschreven. Deze verhoging heeft als oorzaak dat de beginstand van bestaande reserves en voorzieningen hoger zijn dan geraamd waardoor een hogere toevoeging plaatsvindt; Blijft per saldo voor de exploitatie een verhoging over van € 168.000. Dit bedrag wordt als incidenteel voordeel ingeboekt. 8.3 Algemene uitkering Hieronder worden nader toegelicht de onderdelen uitwerking decembercirculaire 2014 en aanpassing van de eenheden. Uitwerking decembercirculaire 2014 Centrum voor Jeugd en Gezin Deze decentralisatie-uitkering stopt in 2015 en wordt opgenomen in de maatstaven van de algemene uitkering. Dat leidt tot negatief herverdeeleffect van € 21.000. Groot onderhoud aan het verdeelstelsel De gevangenissen en kazernes tellen met ingang van 2015 onder de Wet BAG niet meer mee in de berekening van de algemene uitkering en evenmin is een compenserende maatregel getroffen. Dat heeft geleid tot vragen in de kamercommissie. Uiteindelijk is daar alsnog een oplossing uit voortgekomen waarbij de suppletieregeling positiever is uitgevallen. Er is een vierjarige overgangsregeling getroffen waarbij de missende aantallen alsnog fictief meetellen ter waarde van 100% in 2015, 67% in 2016, 33% in 2017 en 0% in 2018. Dit leidt tot een voordeel van € 25.000. Aanpassing van de eenheden. Hiervoor zijn de laatst bekende eenheden van inwoners, woningen, etc. gehanteerd, die (mede) als basis dienen voor de raming van de algemene uitkering. Dit resulteert in een voordeel van € 202.000. Dit voordeel is als volgt opgebouwd: - sociale structuur € 22.000 - functionele structuur € 120.000 - fysieke structuur € 60.000 Totaal resulteert bovenstaande in een structureel voordeel van € 206.000 (202.000 + 25.000 – 21.000).
8.4 Belastingen Bij de financieel technische vragen over de begroting 2015 is geantwoord dat de effecten van de bezwaarafhandeling voor € 20.000 te hoog zijn verwerkt in de verwachte opbrengsten. 8.5 Onvoorzien Tijdens de raadsvergadering is bij de behandeling van het voorstel voor de Vennootschapsbelasting toegezegd dat bij de 1e berap de post onvoorzien weer met € 42.000 wordt aangevuld.
9 Verdeeldienst + overige Financiële paragraaf Afwijkingen > € 10.000 Kapitaallasten Gemeentehuis Bijdrage BOH Resultaat
voordeel
218.000 218.000
I/S
nadeel I/S 144.000 I 7.000 S 16.000 I
S 167.000
Kapitaallasten Op basis van de werkelijke boekwaarden per 1 januari wordt de raming van de kapitaallasten c.a., inclusief de reserveringen via functie 980 (mutaties reserves), verhoogd met € 151.000 (€144.000 + €7.000). Dit saldo bestaat uit de volgende onderdelen. Rentevoordeel nieuwe investeringen 2015 € 190.000 Afschrijving de Marsch (oud) “ 280.000 De grond behoort bij het nieuwe bad en niet -zoals is geraamd- bij het oude bad. Overig (o.a. rentevoordeel als gevolg van nog niet volledig besteding van bestaande kredieten) “ 62.000 Boekverlies verkoop de Baron “ 683.000Totaal € 151.000 Binnen afzienbare tijd zal het MFC de Baron in Dedemsvaart worden overgedragen aan woningbouwvereniging de Veste. Doordat dit gebouw wordt overgedragen zal de dan nog reseterende boekwaarde als verlies moeten worden genomen. De berekening van de (restant)boekwaarde is als volgt: De boekwaarde per 1-1-2015 bedraagt € 3.566.000 Hierop kan in mindering worden gebracht de netto verkoopsom, de nog aanwezige reserve en de geraamde afschrijving 2015 “ 2.883.000 Daarmee bedraagt de boekwaard per 31-12-2015 € 683.000 Gemeentehuis In de nasleep van de sloop en nieuwbouw van het (voormalige) gemeentehuis is nog een factuur nagekomen, welke in een betalingsprocedure heeft gezeten. De kosten bedragen € 16.000 incidenteel en kunnen ten laste van het begrotingssaldo gebracht worden (kredieten zijn niet meer beschikbaar). Aanbrengen zonwering raadzaal In de raadzaal is tijdens presentaties regelmatig last van tegenlicht, waardoor de kwaliteit van het beeld onvoldoende is en mensen in de zaal tegen het licht in moeten kijken, wat als zeer hinderlijk wordt ervaren. Door het aanbrengen van zonwering wordt dit probleem in belangrijke mate verholpen. Hiertoe is een krediet noodzakelijk van € 27.000. De structurele last bedraagt € 2.900 en kan binnen de beschikbare ramingen worden opgevangen.
Bijdrage BOH Overheveling - € 39.000 vanuit programma 4.1. Zie toelichting Sociale werkvoorziening. Overheveling - € 160.000 vanuit programma 4.14. Zie toelichting re-integratie. Overheveling - € 19.000 vanuit programma 7.3. Zie toelichting bestuur en bestuursondersteuning. Investeringen Hemelwaterriolering: Er is vorig jaar een krediett beschikbaar gesteld voor de hemelwaterriolering in Dedemsvaart en Hardenberg € 830.000,-, kenmerk 706333, kredietnummer 601299. Gevraagd wordt om totaal € 330.000 af te ramen en € 80.000 over tebrengen naar krediet 601363 HWA Prengerlaan en € 250.000 naar krediet 601364 HWA Sallandsestraat. Herinrichting Piet Heinstraat/Trompstraat: In het collegebesluit van d.d. kenmerk 1445737 is gevraagd om € 210.000 beschikbaar te stellen voor de herinrichting van de Piet Heinstraat/ Trompstraat. Het project is ingediend in het kader van de Brede Doeluitkering BDU, in relatie met het aantal ingediende projecten heeft de Provincie voorgesteld om het project niet onder te brengen onder de BDU regeling, maar onder het programma Fiets in de Keten. Inmiddels is hier een subsidie toegekend van € 75.000. Voor de dekking van de rioleringswerkzaamheden zijn binnen het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan vGRP 2014-2018 middelen beschikbaar voor het benutten van ‘kansen in het centrum van Hardenberg’ en ‘onderhoud in combinatie met wegen’. Verder is binnen het programmabudget voor wegenonderhoud € 10.000 beschikbaar voor dit project. De dekking vindt plaats uit € 75.000 subsidie ketenmobiliteit, € 10.000 wegen (2015) en 125.000 v GRP. Herinrichting Lage Gaardenstraat: Voor de herinrichting van de Lage Gaardenstraat is een krediet benodigd van € 480.000, het college stemt met het collegebesluit van d.d. kenmerk 1445724 hiermee in. In het kader van de Brede Doeluitkering (BDU) is door de provincie Overijssel een subsidiebedrag beschikbaar gesteld van € 115.000,- Tevens is door de provincie een aanvullende bijdrage toegekend vanuit het programma Fiets in de Keten van € 75.000. In het programma voor wegenonderhoud 2015 is een bedrag van € 35.000 opgenomen voor de vervanging van de deklaag van de Lage Gaardestraat. Verder is een bedrag van € 30.000 meegenomen via de resultaatbestemming 2014 op de post railvervoer. Dit houdt verband met de Alma lijn, waarvoor we geen bijdrage meer betalen aan de Regio Twente. In verband met het raakvlak dat de Lage Gaardestraat heeft met de stationsomgeving wordt voorgesteld om dit bedrag aan te wenden voor de herinrichting. De dekking vindt plaats uit de verwachte BDU bijdrage van € 115.000, een bijdrage in het kader van de ketenmobiliteit € 75.000 en uit het onderhoudsbudget wegen € 35.000 (2015), resultaatbestemming railvervoer € 30.000, uit het V GRP kansen centrum Hardenberg 150.000 en v GRP onderhoud in combinatie met wegen € 75.000. Rolstoelen en scootmobielen: Medio 2014 is de aanbesteding voor rolstoelen en scootmobielen afgerond. Daarbij is overgegaan naar een nieuwe wijze van financiering (lumpsum facturering in plaats van aanschaf). Om deze reden kan het in de investeringsplanning opgenomen krediet van € 500.000 in elk geval voor de periode tot medio 2018 komen te vervallen. In het contract is overigens een optie opgenomen voor verlenging tot maximaal medio 2020 opgenomen.
KADERSTELLING 1. Inleiding In dit tweede deel van de bestuursrapportage gaan wij in op het financieel perspectief van onze gemeente. Daarbij wordt zowel ingegaan op de doorwerking van de uitkomsten van de budgetbijstellingen 2015, als een aantal zaken dat van belang is bij de beoordeling van dit perspectief. Wij streven naar een situatie, waarbij de raad in het voorjaar de kaders voor de begroting voor het volgende jaar kan vaststellen. Kaders die dan zowel financieel als beleidsinhoudelijk zijn. De begroting zou dan feitelijk niet meer zijn, dan de uitwerking van deze kaderstelling. Dit past ook bij de afspraken die we hebben gemaakt in het kader van de verbetering van de planning en control. Aan het eind van dit tweede deel hebben wij, zoals gebruikelijk bij de 1e bestuursrapportage, de (technische) uitgangspunten voor de begroting 2016 opgenomen. 2. Financieel perspectief 2015-2018 Na verwerking van het resultaat uit de 1e bestuursrapportage 2015 ontstaat het volgende beeld voor de komende jaren: Bedragen x € 1.000 omschrijving 2015 2016 2017 2018 STRUCTUREEL Begroot saldo primitief 0 1.928 2.133 1.538 Verwerkt via wijzigingen -212 305 642 913 Structureel saldo voor 1e berap 2015 -212 2.233 2.775 2.451 Uitkomst 1e berap 2015 -102 -152 -163 -218 NIEUW STRUCTUREEL SALDO -314 2.081 2.611 2.233 INCIDENTEEL Begroot saldo primitief Verwerkt via wijzigingen Incidenteel saldo voor 1e berap 2015 Uitkomst 1e berap 2015 Resultaatbestemming 2014 Resultaatbestemming 2014 BOH NIEUW INCIDENTEEL SALDO
-6.257 -1.849 -8.106 1.597 -2.819 704 -8.624
-1.955
-238
-238
-1.955
-238
-238
-1.955
-238
-238
BEGROTINGSALDO
-8.938
126
2.373
1.995
In dit overzicht hebben wij ook het effect van ons voorstel resultaatbestemming 2014 opgenomen en de bijdrage die we van de bestuursdienst over 2014 terug ontvangen. Voor de toelichting op deze bedragen verwijzen u naar ons voorstel resultaatbestemming 2014 c.q. de jaarstukken2014 van de bestuursdienst. Ten opzichte van het vorige perspectief is sprake van een beperkte bijstelling.
3. Effect op de algemene reserve Per 31 december 2014 bedraagt de algemene reserve (inclusief de algemene reserve grondbedrijf ) € 11.965.000. Aan deze stand wordt het rekeningresultaat 2014 ad € 15.505.000 nog toegevoegd, waarna deze reserve € 26.970.000 groot is. In onderstaand overzicht is het verloop van de algemene reserve weergegeven, waarbij ook het hiervoor geschetste verloop van de begrotingssaldi is betrokken: Bedragen x € 1000 Jaar
Saldo
Stand algemene reserve 26.970
2015
-8.938 18.032
2016
126 18.158
2017
2.373 20.531
2018
1.995 22.526
Voor de algemene reserve geldt een minimum norm van € 14 miljoen. Uit het bovenstaande overzicht mag worden afgeleid, dat de algemene reserve op voldoende niveau is. 4. Financiën op orde Hiermee is sprake van een duurzaam financieel evenwicht. Daarnaast wil de gemeente ook een gezonde financiering. Daarvoor is in het collegeprogramma vastgelegd dat de netto schuld quote niet meer mag bedragen dan 130%. Dit is een belangrijk kader voor het bedrag dat de gemeente aan vreemd vermogen mag aantrekken voor de financiering van haar (investerings)uitgaven. Berekeningen, die bij de begroting 2015 zijn gemaakt, wijzen uit dat wij aan deze kaderstellende norm voldoen. Bij dit positieve beeld van een duurzaam financieel evenwicht, past wel enige voorzichtigheid. Dit houdt met name verband met een aantal grote onzekerheden. We noemen hier de ontwikkeling van de belangrijkste inkomstenbron voor de gemeente: de algemene uitkering uit het Gemeentefonds; de grondexploitatie en de Transitie Sociaal Domein. Gemeentefonds Binnenkort verwachten wij de zogenaamde meicirculaire. In deze circulaire zal naar verwachting belangrijke informatie staan met betrekking tot de invoering van het zogenaamde objectieve verdeelmodel voor de middelen voor Jeugdzorg en AWBZ (WMO). Ook zal dan bekend worden, welk effect de aanpassing van de algemene verdeelsystematiek van het Gemeentefonds voor inzet gemeente heeft (onderhoud Gemeentefonds 2e fase). Wij zullen het effect van de meicirculaire uiteraard verwerken in de begroting 2016 en u – zoals gebruikelijk – via een afzonderlijke notitie informeren over de financiële gevolgen. Grondexploitatie Voor de grondexploitatie wordt jaarlijks een nota grondexploitatie opgesteld, waarbij de exploitaties worden geactualiseerd. De nota grondexploitatie 2015 zal u gelijktijdig met de begroting 2016 worden aangeboden.
Transitie sociaal domein Per 1 januari 2015 zijn de 3 decentralisaties ingevoerd. De gemeenteraad is in de eerste maanden van 2015 via raadsbrieven geïnformeerd over de stand van zaken hieromtrent. Voor de inhoudelijke stand van zaken verwijzen we naar die raadsbrieven. Bij alle onderdelen van de transities geldt dat er nog grote risico’s en onzekerheden zijn. Deze zijn gelegen in de volgende oorzaken: De vraag naar zorg is nog niet goed te voorspellen. Deels hebben we te maken met overgangsrecht, zowel bij Jeugdzorg als Wmo, maar ook de nieuwe zorgbehoefte (vraag naar en inzet van maatwerkvoorzieningen) is nog niet volledig te duiden. Budgetten zoals indicatief afgegeven door het Rijk zijn veelal gebaseerd op oude gegevens (2012). In hoeverre dit gecorrigeerd wordt bij de definitieve budgetten is nog niet volledig duidelijk. Met name bij Jeugdzorg, zorg in natura, beschikken we nog niet over de juiste en volledige gegevens omtrent de lopende zorg. De ontwikkeling van de Bedrijfsvoeringsorganisatie Jeugdzorg (samenwerking tussen 11 gemeenten in de regio IJsselland +) is in volle gang. Vanuit de gemeente is/wordt deze BVO bevoorschot voor zowel zorg als uitvoeringskosten. De BVO bevoorschot vervolgens de zorgaanbieders en draagt zorg voor monitoring bestedingen. Dit proces loopt nog, waardoor het op dit moment nog niet mogelijk is de bestedingen per gemeente inzichtelijk te maken. Het project herbeoordelingen loopt nog. Het is nog niet goed te voorspellen hoe de zorgbehoefte zich naar aanleiding hiervan ontwikkelt. Het sociaal contracteren (nieuwe contracten wmo) is nog in volle gang. De financiële gevolgen hiervan zijn nog niet bekend. Mensen die een geldige AWBZ-indicatie hadden, maar deze nog niet hadden ingezet, wordt door het Rijk de mogelijkheid geboden om te kiezen voor de Wmo of de WLZ. Bij keuze voor WLZ zijn er lagere lasten voor de gemeente, maar dat zal waarschijnlijk ook leiden tot uitname van het budget. De organisatieontwikkeling voortkomend uit de decentralisaties is nog in volle gang. Dit proces loopt de komende periode nog door, waarbij ook de nodige tijd aan training en kennisontwikkeling moet worden besteed. Daarnaast moet met name op het terrein van ICT, grotendeels vanwege landelijke ontwikkelingen, nog een slag gemaakt worden. Doordat in de nieuwe wetten geen sprake meer is van rechten maar voorzieningen wordt er verwacht dat aanspraken / verwachtingen van cliënten niet altijd wordt gehonoreerd. Risico is een toename van aantal beroep/bezwaarschriften. Waar mogelijk zijn op bovenstaande risico’s beheersmaatregelen genomen, waarbij er ook nadrukkelijk geïnvesteerd wordt in de sturing en verantwoording. Vorenstaande maakt het momenteel nog lastig om goede voorspellingen te doen voor heel 2015. Om die reden wordt in deze berap op een aantal onderdelen voorgesteld om bestaande stelposten vooralsnog te laten staan, waardoor de opgave om de decentralisaties budgetneutraal uit te voeren kan worden vormgegeven. In de loop van 2015 zal een aantal risico’s beter geduid en financieel vertaald kunnen worden. Dit zal bij de 2e berap en de jaarrekening meegenomen worden in de verantwoording. Zo nodig, zullen wij hiervoor ook de begroting 2016 (e.v. jaren) bijstellen.
5. Ruimte voor nieuw beleid/nieuwe investeringen? Hardenberg heeft een gezond financieel perspectief. De incidentele tekorten voor 2015 en 2016 kunnen worden opgevangen met inzet van de algemene reserve. Daarbij blijft deze reserve, ook na de verrekening van deze tekorten, nog boven het door de raad vastgestelde minimum. De vraag dringt zich dan ook op of er wellicht financiële ruimte is om een aantal wensen uit het collegeprogramma alsnog in deze raadsperiode uit te kunnen voeren. Wensen, die eerder om financiële redenen in de tijd zijn doorgeschoven. Een voorbeeld hiervan betreft de 3e sporthal (locatie sportboulevard), die nu nog voor 2019 staat geprojecteerd. Bij deze berap hebben wij een overzicht opgenomen van de investeringen/voorstellen die reeds in het financieel perspectief een plek hebben gekregen . Voor deze investeringen/uitgaven geldt dat deze konden worden opgenomen met inachtneming van de afgesproken kaders, namelijk dat de schuldquote niet boven de 130% mag uitkomen en de begrotingen (meerjarig) sluitend moeten zijn. De toets aan deze kaders bracht ook met zich dat een aantal wensen uit het collegeprogramma niet konden worden gehonoreerd, waaronder diverse investeringen in de sportsector. Tijdens de behandeling van de begroting 2015 is aan de Raad toegezegd dat een sportnota wordt samengesteld. Deze nota bevat dan zowel de uitkomsten van de inventarisatie van de sportbehoefte als de prioritering. De sportnota is in april 2015 aan de Raad aangeboden. In deze nota heeft een aantal van de hiervoor genoemde maatregelen een plek gekregen¹: Bedragen x € 1.000 nieuwbouw sporthal exploitatietekort sporthal aanleg kunstgras herinrichting tennis Boshoek privatisering kleedaccommodaties
investering 4.000
2016 160
1.500 500 750 6.750
18
incidentele lasten privatisering kleedaccommodaties totaal jaarlasten
Jaarlasten 2017 260 35 79 20
178
178
394
2018 256 35 134 37 9 471
394
525 996
Na verwerking van deze sportnota staan nog een aantal wensen uit het collegeprogramma open c.q. deze hebben wij voorshands nog op 2019 (laten) staan: Bedragen x € 1.000 Rest IHP Centrumplan Balkbrug Vitaal Vechtdal Diverse kleine investeringen VRI Baalder
¹ Onder voorbehoud van hetgeen uw raad besluit op 12 mei 2015
Investering 4.056
Structureel
incidenteel
264 200 50
200 320
15 34
In aanvulling op de uitwerking van de sportnota stellen wij uw raad voor om extra middelen beschikbaar te stellen voor de volgende maatregelen: - Programma centrum Hardenberg 2025 € 40.000 structureel - Economisch beleid (uitvoering regionale agenda 2016-2018) € 157.000 incidenteel - Handhaving (RUD) € 56.000 structureel - Stichting recreatie pm - Openluchttheater Gramsbergen pm - Dorpshuizen pm - Onderhoud sporthallen/zwembad De Kieffer € 155.000 incidenteel Programma Centrum Hardenberg 2025 Om dit Programma op een toekomstbestendige wijze uit te voeren, zal hiervoor door de gemeente middelen meerjarig (structureel) een bedrag van € 40.000 beschikbaar moeten worden gesteld, startend in de begroting van 2016. Economisch Beleid Vier jaar geleden zijn gemeenten de samenwerking in de Regio Zwolle gestart, nu staat er een doelgericht samenwerkingsverband met een lichte bestuurlijke organisatie. De regio Zwolle richt zich de komende jaren op drie thema’s namelijk: economische ontwikkeling, sociale innovatie en positionering en verbinding. De regio Zwolle wil versterken en versnellen en heeft nu een verzoek gedaan voor een verhoging van de gemeentelijke bijdrage van € 0,50 naar € 1,- per inwoner per jaar voor de uitvoering van de regionale agenda voor de periode 2016 tot en met 2018. Voor deze periode is een bedrag van € 90.000 noodzakelijk. Tevens is voor het aanjagen en verbinden van lokale ondernemers met kennis- en innovatie instellingen en om uitvoering te geven aan de activiteiten genoemd in de economische uitvoeringsagenda, additioneel nog een bedrag van € 54.000 nodig voor de jaren 2016 en 2017. Bovenstaande houdt in dat meerjarig budget beschikbaar moet worden gesteld en wel voor 2016 een bedrag van € 57.000, voor 2017 eveneens een bedrag van € 57.000 en tenslotte voor 2018 een bedrag van € 30.000 Toeristen- en forensenbelasting Het tarief voor de toeristenbelasting in 2016 is bepaald op € 0,99 (inclusief trendmatige stijging) en voor 2017 op € 1,08 (exclusief trendmatige stijging). Dit is reeds gecommuniceerd met de ondernemers. Voor de forensenbelasting geldt dat er in 2016 en 2017 een meeropbrengst van € 50.000 per jaar binnen moet komen. Dit betekent een stijging van de tarieven met 14 % voor 2016 en 12% voor 2017 t.o.v. het jaar ervoor(exclusief trendmatige stijging). Op dit moment zijn er nog gesprekken met de Recron en met andere recreatie-partners. Onderzocht wordt of het ook mogelijk is om de tarieven minder fors te laten stijgen. Handhaving (RUD) Investeringen in de informatievoorziening en ICT van de RUD moeten bijdragen aan het behalen van de doelen van de RUD IJsselland. Deze doelen zijn vastgesteld in de bestuursovereenkomst waarin de doelstelling kwaliteit duidelijk naar voren komt. Kwaliteit die een individuele partner niet altijd kan garanderen, maar de RUD door de inzet van het netwerk wel. Hierin moet gebruik worden gemaakt van een centrale professionele informatievoorziening met de volledige functionaliteit voor het ondersteunen van het totale VTH proces. Voor de structurele kosten van de centrale RUD informatievoorziening wordt uit gegaan van 4 ton. Hierbij komen nog de eenmalige investeringskosten die globaal worden berekend op € 760.000.
Dit is omgerekend naar rente en afschrijvingen 5 jaar lang ca. € 190.000 structureel. Genoemde kosten van in totaal € 590.000 per jaar dienen door het netwerk (deelnemende gemeenten) worden opgebracht. De bijdrage voor Hardenberg wordt geschat op € 56.000. In zijn algemeenheid dient te worden opgemerkt dat de RUD op diverse terreinen, zoals bijvoorbeeld kennispunten en ICS, een organisatie in ontwikkeling is. In de nabije toekomst kan op onderdelen extra middelen nodig zijn. Momenteel is dit onvoldoende concreet. Openluchttheater Gramsbergen De gemeente Hardenberg is met de werkgroep Openluchttheater Gramsbergen, onderdeel van Stichting Program, in gesprek over de renovatie van het Openluchttheater in Gramsbergen. De werkgroep werkt aan inkomsten via private middelen en subsidiebijdragen. De gemeente draagt in natura bij (bv. klinkers leveren, containers voor afval en afvoeren en groot onderhoud bos). De financiële bijdrage van de gemeente is afhankelijk van de private middelen en subsidiebijdragen. In afstemming met de werkgroep Openluchttheater Gramsbergen wordt de bijdrage bepaald. Wij komen hier bij de aanbieding van de begroting 2016 op terug. Actualisering meerjareninvesteringsplan 2015-2018 In 2014 is een start gemaakt met een meerjareninvesteringsplan. Hierin zijn dan zowel de investeringen uit het collegeprogramma c.a. opgenomen, als de nog lopende kredieten en de vervangingsinvesteringen. Dit overzicht is de afgelopen periode op onderdelen aangevuld/bijgesteld. Het betreft dan de volgende noodzakelijke (vervangings)investeringen:
Actualisering meerjarenraming investesteringen Investeringen betreffende kunstwerken Opstellen IBOR plan Vervanging openbare verlichting (gefaseerd) Vervangings VRI's (gefaseerd) piet heinstraat (grp) lage gaardenstraat (grp) oranjebuurt (grp) vGRP vervanging Parkeerinstallatie Gedempte Haven Parkeerinstallatie v W plein Parkeerinstallatie LOC Parkeerinstallatie maaiveld Brandweerkazerne Hardenberg Noodunits De Waterkant Dorpshuis De Krim Gymlokaal Sporthallen Streekmuseum Toren RK Kerk Wijkgebouw de Wiekstee en peuterspeelzaal Madeliefje Zwembad de Kiefer Totaal investeringen nieuw
bedragen x € 1.000 2016 0 0 0 0 0 0 160 0 0 0 0 0 0 0 0 0 90 0 0
2017 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 15 0 0
2018 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
2019 500 40 500 1.500 0 0 0 113 140 120 115 780 15 15 151 12 385 105 51
0 50 300
0 0 15
0 0 0
20 105 4.667
op basis van inpectierappporten
dekking vGRP dekking vGRP dekking vGRP dekking vGRP
zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota zie vastgoed nota
De investeringen 2019 vallen nog buiten deze planperiode (t/m 2018), maar zullen wel worden betrokken bij het opstellen van het nieuwe perspectief (inclusief jaarschijf 2019). De investeringen ter uitvoering van het GRP hebben geen effect op het begrotingssaldo.
De maatregelen voor onderhoud sporthallen en zwembad de Kieffer betreffen incidentele lasten. Wij stellen u voor om met deze investeringen in te stemmen c.q. deze te verwerken in de meerjarenbegroting 2016-2019. 6. Doorwerking “nieuw beleid” in financieel perspectief In onderstaand overzicht zijn de in deze berap voorgestelde nieuwe investeringen/maatregelen financieel vertaald in het meerjarenperspectief:
Omschrijving
2015
2016
Bedragen x € 1.000 2017 2018
STRUCTUREEL SALDO na 1e berap Uitwerking sportnota Programma centrum Hardenberg 2025 Handhaving Actualisering investeringsplan Nieuw STRUCTUREEL SALDO
-314
2.081 -178 -40 -56 0 1.807
2.611 -394 -40 -56 0 2.121
2.233 -471 -40 -56 0 1.666
-1.955
-238
-238
-57
-525 -30
-15 -310
0 -793
1.811
873
-314
INCIDENTEEL SALDO na 1e berap Resultaatbestemming 2014 Resultaatbestemming 2014 BOH Uitwerking sportnota Economisch beleid Openluchttheater Gramsbergen Actualisering investeringsplan Nieuw INCIDENTEEL SALDO
-8.624
-57 pm -140 -2.152
NIEUW BEGROTINGSALDO
-8.938
-345
-6.509 -2.819 704
Wij stellen voor dat de definitieve besluitvorming over deze nieuwe maatregelen door uw raad bij de begroting 2016 plaats vindt. We zullen dan over een geactualiseerd financieel perspectief kunnen beschikken, waarin dan ook de uitkomsten van de meicirculaire gemeentefonds zijn verwerkt en we meer inzicht zullen hebben in de te verwachten uitgaven en inkomsten sociaal domein. Verder merken wij nog op dat aan dit perspectief nog de jaarschijf 2019 zal worden toegevoegd. Op dit moment hebben wij evenwel nog geen signalen, die er op duiden dat de toevoeging van deze jaarschijf zal gaan leiden tot een verstoring van het financieel evenwicht. Aan het eind van dit tweede deel noemen wij nog de technische uitgangspunten voor de begroting 2016 met het voorstel aan uw raad om hiermee in te stemmen.
7. Uitgangspunten voor de begroting 2016 en meerjarenbegroting 2017-2019 Voor de conceptbegroting 2016 worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: basis is de begroting bestaand beleid d.w.z. inclusief de raadsbesluiten t/m de raad van april 2015; de collegebesluiten t.a.v. de 1e berap 2015; het bezuinigingsprogramma wordt conform de meerjarenbegroting 2016-2018 verwerkt; voor de berekening van de gemeentefondsuitkering wordt rekening gehouden met de uitkomsten van de meicirculaire 2015 de transitie sociaal domein verloopt voor de gemeente budgettair neutraal (inclusief de bestaande middelen voor het sociaal domein). Dat wil zeggen dat er van uit wordt gegaan dat het beschikbare budget toereikend is voor de directe zorg, de kosten van de gebiedsteams en de (extra) inzet door de bestuursdienst; de begroting 2016 wordt opgesteld tegen lopende prijzen, dat wil zeggen: voor loonstijging is de cao-ambtenaren uitgangspunt. Deze cao loopt nog tot eind 2015. Voor 2016 wordt voorgesteld om uit te gaan van 2% loonstijging. Dit percentage is ontleend aan de ramingen van het Centraal Plan Bureau en is opgebouwd uit een verwachte salarisontwikkeling van 1,5% en 0,5% toename sociale lasten voor prijsstijging 2016 wordt 0,75% gehanteerd. Dit percentage is ontleend aan de septembercirculaire 2014 voor de jaren 2017-2019 wordt gerekend met constante prijzen (geen loon- en prijsstijging) de tarieven worden inflatoir verhoogd met 0,75%. het tarief toeristenbelasting vast te stellen op € 0,99 per persoon per overnachting; er vindt geen reële verhoging van de tarieven plaats, tenzij hiertoe reeds is besloten als onderdeel van het bezuinigingsprogramma of indien de aanpassing een gevolg is van het principe van 100% kostendekkendheid aantal inwoners per 1 januari 2016 van 59.600 en een jaarlijkse groei met 100 inwoners aantal woonruimten per 1 januari 2016 van 25.250 en een jaarlijkse groei met 75 woningen rentepercentage nieuw aan te trekken geldleningen van 3%
-
Raadsbesluit Zaakkenmerk: Documentkenmerk:
1458696 1458725
Onderwerp: 1e bestuursrapportage 2015 annex 8e wijziging van de begroting 2015.
De raad van de gemeente Hardenberg; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 april 2015; 1.
Besluit: -
in te stemmen met de budgetbijstellingen, als genoemd in deze rapportage kennis te nemen van het financieel perspectief 2016 t/m 2018 vast te stellen de 8e begrotingswijziging 2015, waarin e.e.a. comptabel is verwerkt de uitgangspunten voor de begroting 2016 vast te stellen.
.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hardenberg d.d. 9 juni 2015. De raad voornoemd, De griffier,
De voorzitter,
F.G.S. Droste
P.H. Snijders
Bijlage Overzicht van investeringen/uitgaven die reeds in het financieel perspectief 2015-2018 zijn opgenomen:
collegeakkoord en overig nieuw beleid urgent tunnel Balkbrug IHP: de fontein Lutten budgettaire ruimte door extra afschrijving Vechtdal College Dedemsvaart de Matrix Hardenberg versterken informele zorg alcoholpreventiebeleid handhaving versterken positie Hardenberg kleine investeringen (inventaris zwembad en overige) onvermijdelijk ALMA spoorlijn N34 wegaanleg stationsomgeving tunnel stationsomgeving aanvullend IHP Kastanjehof Risaeus overig incidenteel nieuw beleid onderwijshuisvesting (Fontein en Vechtdalcollege) cofinanciering plattel.ontwikkeling innovatiefonds implementatie gebiedsteams evenementenbeleid glasvezel buitengebied Project 70 jaar bevrijding; rond 4/5 mei Project Regionale Veiligheidsdag Ijsselland afrondingen totaal collegeakkoord en overig nieuw beleid overige investeringen maatschappelijke investeringen GREX 2015 maatschappelijke investeringen GREX 2016 maatschappelijke investeringen GREX 2017 maatschappelijke investeringen GREX 2018 renovatie sportvelden 2015-2017 rolstoelen en scootmobielen communicatieborden langs invalswegen 2e fase fundering grafmonumenten Larikshof beschoeiing de Krim Zuid beschoeiing Nieuwe wijk Dedemsvaart vouwwand sporthal de Citadel vervanging gymtoestellen cbs de Wiekslag luchtbehandeling c.a. de Voorveghter zonnepanelen etc. diverse gebouwen afrondingen totaal totaal collegeprogramma en overige investeringen
investering
jaarlasten 2015 S
1.000 1.800 500 1.000
200 1.000 4.500 3.500 3.200 1.195 2.861
2016 S
I
2017 S
I
2018 S
I
0 72 0 20 40 150 50 40 100 8
40 117 -14 32 65 150 50 40 100 14
60 115 -14 32 64 150 50 40 100 14
59 113 -14 31 63 150 50 40 100 14
0 0 0 0 0 0 0
40 180 0 0 0 47 0
73 330 140 128 0 77 114
72 324 256 192 0 76 185
160 150 13 180 75 200
150 13 0 75 0
150 13 0 75 0
I
150 13 0 75 0
20 20 20.756
0 480
483 298 1.341 360 237
18 0 0 0 3
pm 26 110 80 25 41 37 75 pm 560 pm
2 863
818
238
3 1.476
34 10 0 0 12
3 1.714
33 20 50 0 20
pm 1 0 3 1 2 1
238
34 19 94 1 24
pm 4 0 7 2 6 5
pm 4 4 7 2 6 5
pm pm
238
4 11 7 2 6 5
pm pm
pm pm
3.673
29
0
80
0
151
0
207
0
24.429
509
818
943
238
1.627
238
1.921
238