O&E Paraplufonds HALFJAARBERICHT 2014 1 januari – 30 juni 2014
Inhoudsopgave I.
DEFINITIES
4
II.
VERSLAG VAN DE BEHEERDER OVER HET EERSTE HALFJAAR 2014
6
1
PROFIEL
6
2
BEHEERDERSVERSLAG OYENS & VAN EEGHEN BEHEER B.V.
10
2.1 2.2 2.3 2.4 2.4.1 2.4.2 2.4.3 2.4.4 2.4.5 2.5
Beleggingsomgeving Rendementen in het eerste halfjaar van 2014 Vooruitzichten Beheer van Strategies O&E FIXED INCOME STRATEGY O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY O&E HEDGE FUND STRATEGY O&E FIXED INCOME STRATEGY I (opgeheven per 28 mei 2014) Verklaring van de beheerder
10 11 11 11 12 13 14 15 16 17
III.
HALFJAARCIJFERS 2014 O&E PARAPLUFONDS
18
1
O&E PARAPLUFONDS
18
1.1 1.2 1.3 1.4 1.4.1 1.4.2 1.4.3 1.4.4 1.4.5
Balans per 30 juni 2014 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 Kasstroomoverzicht per 30 juni 2014 Toelichting op de halfjaarcijfers 2014 Algemeen Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Risicobeheer en financiële instrumenten Toelichting op de balans per 30 juni 2014 Toelichting op de winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014
19 20 21 22 22 22 23 28 32
2
O&E FIXED INCOME STRATEGY
36
2.1 2.2 2.3
Balans per 30 juni 2014 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de balans per 30 juni 2014
37 38 39
3
O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET
40
3.1 3.2 3.3
Balans per 30 juni 2014 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de balans per 30 juni 2014
41 42 43
4
O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY
44
4.1 4.2 4.3
Balans per 30 juni 2014 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de balans per 30 juni 2014
45 46 47
5
O&E HEDGE FUND STRATEGY
48
5.1 5.2 5.3
Balans per 30 juni 2014 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 Toelichting op de balans per 30 juni 2014
49 50 51
6
O&E FIXED INCOME STRATEGY I
53
6.1 6.2 6.3
Balans per 28 mei 2014 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2014 tot en met 28 mei 2014 Toelichting op de balans per 28 mei 2014
54 55 56
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
2
2
7
O&E COMMODITY STRATEGY
57
7.1 7.2 7.3
Balans per 20 januari 2014 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2014 tot en met 20 januari 2014 Toelichting op de balans per 20 januari 2014
58 59 60
IV.
OVERIGE GEGEVENS
62
1
GEEN CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
62
2
GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM
62
3
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
3
I.
DEFINITIES Accountant:
Onafhankelijk accountant PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Thomas R. Malthusstraat 5 1066 JR, Amsterdam
Administrateur1:
KAS BANK N.V. (tot 31 mei 2014) Spuistraat 172, 1012 VT Amsterdam
AFM:
Stichting Autoriteit Financiële Markten Vijzelgracht 50, 1017 HS Amsterdam
AIFMD:
Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake Beheerders van Alternatieve Beleggingsinstellingen
Asset Owner2:
Bewaarder O&E Paraplufonds B.V. (tot 1 juni 2014 genaamd: Kas-Trust Bewaarder O&E Paraplufonds B.V.) Claude Debussylaan 24, 1082 MD Amsterdam
Beheerder:
Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. Zuidplein 124, 1077 XV Amsterdam
Beleggingsadministrateur3:
The Bank of New York Mellon SA/NV, Amsterdam branch WTC Podium Office, B Toren, Strawinskylaan 337, 1077 XX Amsterdam
Bewaarder:
The Bank of New York Mellon SA/NV, Amsterdam branch WTC Podium Office, B Toren, Strawinskylaan 337, 1077 XX Amsterdam
BGfo:
Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft
DNB:
De Nederlandsche Bank N.V. Westeinde 1, 1017 ZN Amsterdam
Fiscaal adviseur:
Meijburg & Co, Belastingadviseurs Laan van Langerhuize 9, 1186 DS Amstelveen
Fonds:
het vermogen onder de naam O&E ParapluFonds, waarin ter collectieve belegging effecten, gelden of andere goederen zijn of worden opgenomen, onderverdeeld in meerdere Strategies (subfondsen) teneinde de Participanten in de opbrengst daarvan te doen delen
NAV:
de intrinsieke waarde (de “Net Asset Value”) van een Participatie of van een Strategy vastgesteld conform het Prospectus
1
2
3
Tot mei 2014 is Kas Bank N.V. administrateur van het Fonds en de Strategies geweest. Vervolgens zijn de taken van de administrateur verdeeld, de financiële administratie is overgenomen door Oyens & van Eeghen N.V., de beleggingenadministratie en de berekening van de NAV door de Beleggingsadministrateur, het bijhouden van het Participantenregister door SGG Financial Services B.V.
Als gevolg van de AIFMD is de functie van ‘depositary’ geïntroduceerd. De Nederlandse vertaling daarvan is ‘bewaarder’. Deze term werd voorheen gebruikt voor de partij die de functie van juridisch eigenaar van het vermogen van het Fonds uitoefende. Deze partij wordt thans de ‘Asset Owner’ genoemd. Het takenpakket van deze partij is door de invoering van de AIFMD gewijzigd en gedeeltelijk door de Bewaarder overgenomen. Tot mei 2014 werd de beleggingenadministratie gevoerd door de administrateur Kas Bank N.V., vanaf begin juni 2014 wordt deze taak vervuld door The Bank of New York Mellon SA/NV
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
4
4
Oversight Entity:
FM&I B.V. (in functie tot en met juni 2014) Monnikevenne 38, 1141 RL Monnickendam
Op de naleving van de toepassingen zijnde regels en procedures werd tot ingang van de AIFMD toezicht gehouden door FM&I B.V., een van de Beheerder onafhankelijke partij Oyens & Van Eeghen:
Oyens & Van Eeghen N.V. Zuidplein 124, 1077 XV Amsterdam
Participanten:
de economisch deelgerechtigden tot één of meer Strategies
Participantenregister:
het door SGG Financial Services B.V. bijgehouden register waarin de Participaties worden geadministreerd
Participaties:
de evenredige aanspraken van Participanten in één of meer Strategies
Prospectus:
het prospectus van het Fonds, inclusief de Strategy-prospectussen, zoals van tijd tot tijd gewijzigd
Strategy:
een apart geadministreerd gedeelte van het vermogen van het Fonds (subfonds)
Wft:
Wet op het financieel toezicht (zoals van tijd tot tijd gewijzigd)
Het prospectus van het O&E Paraplufonds en de Essentiële Beleggersinformatie staan op de website www.oebeheer.com
5
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
5
II. 1
VERSLAG VAN DE BEHEERDER OVER HET EERSTE HALFJAAR 2014 Profiel
Algemeen Oyens & Van Eeghen te Amsterdam heeft voor haar vermogensbeheer propositie gekozen voor een paraplufonds-structuur, waarin cliënten kunnen participeren. Het O&E Paraplufonds (“Fonds”) is voor onbepaalde tijd opgericht op 5 april 2012 en is gevestigd te Amsterdam. De Beheerder van het Fonds is Oyens & van Eeghen Beheer B.V. een 100% dochter van Oyens & van Eeghen. Vanwege deze structuur kunnen cliënten gebruik maken van kostenefficiëntie door pooling van o.a. oprichtingskosten, bewaarloon, transactie- en administratiekosten. Fonds voor gemene rekening Het O&E Paraplufonds is een fonds voor gemene rekening. Het is geen rechtspersoon, maar een overeenkomst tussen de Beheerder, de Asset Owner en elk van de Participanten. Op grond van die overeenkomst worden door de Beheerder voor rekening en risico van de Participanten gelden belegd in vermogenswaarden die op naam van de Asset Owner voor de Participanten worden bewaard. De Participanten in een Strategy zijn naar rato van het aantal door hen gehouden Participaties gerechtigd tot het vermogen van die Strategy. De overeenkomst tussen de Beheerder, de Asset Owner en elk van de Participanten vormt geen maatschap, vennootschap onder firma of commanditaire vennootschap en creëert ook anderszins geen overeenkomst tussen de Participanten onderling. De verplichting van een Participant om te betalen voor uit te geven Participaties is uitsluitend een verbintenis ten opzichte van de Asset Owner. Deze verplichting is geen inbreng of verbintenis tot inbreng. De Participaties scheppen uitsluitend rechten en verplichtingen van de Participanten ten opzichte van de Beheerder en de Asset Owner en niet ook tussen Participanten onderling. Paraplustructuur Het Fonds is opgezet volgens een zogenaamde paraplustructuur. Dat wil zeggen dat het Fonds is onderverdeeld in meerdere Strategies (subfondsen) waarin afzonderlijk kan worden belegd. Voor iedere Strategy is een Strategy-prospectus opgesteld. Elke Strategy heeft een eigen beleggingsbeleid, risicoprofiel, beleggingsportefeuille, kostenstructuur en NAV. De toe- en uittredingsmogelijkheden kunnen per Strategy verschillen. Voor elke Strategy wordt een aparte administratie gevoerd. Participanten in een bepaalde Strategy zijn niet gerechtigd tot het vermogen van een andere Strategy. Elke Strategy is ingericht als een fonds voor gemene rekening. Strategies Het Fonds bestaat uit de volgende Strategies (subfondsen): O&E Fixed Income Strategy (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy II) O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy III) O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy Bij de start van het Fonds bestonden daarnaast tevens de volgende Strategies: O&E Fixed Income Strategy I (opgeheven per 28 mei 2014) De Participanten in O&E Fixed Income Strategy I Serie A zijn voorafgaand aan de opheffing over gegaan naar O&E Fixed Income Strategy Multi Asset, de Participanten in O&E Fixed Income Strategy I Serie B zijn voorafgaand aan de opheffing over gegaan naar O&E Fixed Income Strategy. O&E Commodity Strategy (opgeheven per 20 januari 2014)
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
6 6
Niet beursgenoteerd Het Fonds is niet genoteerd op een effectenbeurs. Wft-vergunning De Beheerder beschikt vanaf 6 juli 2012 over een vergunning als vereist uit hoofde van artikel 2:65 van de Wft. Het Fonds en de Strategies vallen onder de werking van deze vergunning. Met ingang van 22 juli 2014 is deze vergunning van rechtswege omgezet in een vergunning die voldoet aan de vereisten uit de AIFMD. AIFM-richtlijn Per 22 juli 2013 is de ‘Alternative Investment Fund Managers Directive’ (‘AIFMD’) van toepassing geworden in Nederland. Deze richtlijn zorgt voor geharmoniseerd Europees toezicht op beheerders van bepaalde beleggingsinstellingen en moet bijdragen aan grotere financiële stabiliteit en transparantie. De vergunning van Beheerder is per 22 juli 2014 van rechtswege omgezet in een ‘AIFMD-vergunning’ en de administratieve organisatie en interne beheersing van Beheerder voldoen aan de AIFMD. Ook is er een ‘AIFMD-bewaarder’ aangesteld. Deze heeft een onafhankelijke toezichthoudende functie en is door de Autoriteit Financiële Markten als bewaarder goedgekeurd. Open end Het Fonds kan Participaties inkopen en uitgeven. Tenzij zich bijzondere omstandigheden voordoen, is het Fonds verplicht om op verzoek op iedere transactiedag van een Strategy Participaties in die Strategy uit te geven of in te kopen tegen de NAV daarvan op die transactiedag, plus een opslag (ingeval van uitgifte) of minus een afslag (ingeval van inkoop), tenzij zich bijzondere omstandigheden voordoen. Beheerder Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. (“Beheerder”) treedt op als de beheerder van het Fonds. De belangrijkste taken en bevoegdheden van de Beheerder zijn: het bepalen van het beleggingsbeleid; het (doen) voeren van de administratie van de Strategies; het juist en tijdig vaststellen van de NAV; het er zorg voor dragen dat het Fonds voldoet aan de toepasselijke wet- en regelgeving; het bewaken van het belang van de Participanten. De Beheerder kan de uitvoering van het beleggingsbeleid van een Strategy uitbesteden aan Oyens & Van Eeghen en/of één of meerdere andere vermogensbeheerders. Bijhouden Participantenregister Zodra de NAV door de Beheerder is vastgesteld, geeft de Beleggingsadministrateur deze door aan SGG Financial Services B.V., de partij waaraan Beheerder het bijhouden van het Participantenregister heeft uitbesteed. Financiële administratie en uitvoering beheer De Beheerder besteedt de financiële administratie en de uitvoering van het beheer uit aan Oyens & Van Eeghen. Directie De directie van de Beheerder bestaat uit R. van Wechem, CFA, CAIA en drs. J.H.N. Hoogenraad.
7
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 7
Bewaarder De bewaarder van het Fonds is The Bank of New York Mellon SA/NV, Amsterdam Branch. De belangrijkste taken en bevoegdheden van de Bewaarder zijn: het behartigen van de belangen van de Participanten; het in bewaarneming houden van de activa van het Fonds, bestaande uit financiële instrumenten. het er op toezien dat het vermogen van het Fonds wordt beheerd in overeenstemming met wat daarover in het Prospectus en in de Voorwaarden is bepaald; het er op toezien dat de uitgaande geldstromen van het Fonds overeenkomen met daadwerkelijk te betalen bedragen, en dat uittredende Participanten een correcte vergoeding ontvangen; het er op toezien dat de inkomende geldstromen van het Fonds overeenkomen met daadwerkelijk te ontvangen bedragen; het controleren of toetredende Participanten het juiste aantal Participaties ontvangen; het controleren of de waarde van de Participaties wordt berekend overeenkomstig het Prospectus; het controleren of de inkoop en de uitgifte Participaties gebeurt in overeenstemming met de wet en het Prospectus; de aanwijzingen van de Beheerder uitvoeren, tenzij deze in strijd zijn met de wet, het Prospectus of de statuten van het Fonds; het controleren of de opbrengsten van het Fonds een bestemming krijgen in overeenstemming met de wet en het Prospectus. Indien de Bewaarder constateert dat niet conform het bepaalde in het Prospectus is gehandeld, kan de Bewaarder de Beheerder verzoeken de transactie op kostenneutrale basis voor de betreffende Strategy ongedaan te maken. De Bewaarder kan gebruik maken van de diensten van derden. Asset Owner De Asset Owner is Bewaarder O&E Paraplufonds B.V. De Asset Owner fungeert ten behoeve van de Participanten als juridisch eigenaar van het vermogen van het Fonds en de Strategies. Beleggingsadministrateur De Beheerder heeft The Bank of New York Mellon SA/NV, Amsterdam branch aangesteld als Beleggingsadministrateur van het fonds en de Strategies. De Beleggingsadministrateur heeft, onder verantwoordelijkheid van de Beheerder, als belangrijkste taken: het voeren van de beleggingsadministratie van de Strategies; het periodiek berekenen van de NAV van iedere Strategy Administrateur Tot en met 31 mei 2015 trad KAS BANK NV op als administrateur van het Fonds. De belangrijkste taken van de administrateur, onder verantwoordelijkheid van de Beheerder, betroffen in deze periode: het voeren van de financiële- en beleggingsadministratie van de Strategies; het berekenen van de NAV van de Strategies; en het bijhouden van het participantenregister van de Strategies. Participanten De Participanten in een Strategy zijn gezamenlijk (ieder naar rato van het aantal door hem gehouden Participaties) economisch gerechtigd tot het vermogen van die Strategy. Het door de Participanten bijeen gebrachte vermogen is bestemd ter collectieve belegging voor hun rekening en risico. Participantenregister De Beheerder laat SGG Financial Services B.V. het Participantenregister bijhouden, waarin de namen en adressen van Participanten in het desbetreffende Strategy zijn opgenomen, zoals van tijd tot tijd gewijzigd, onder vermelding van de aanduidingen van hun Participaties, de datum van verkrijging van de Participaties en het aantal Participaties. 8
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 8
Rechtsverhouding tussen Participanten, Beheerder en Asset Owner De rechtsverhouding tussen de Participanten, de Beheerder en de Asset Owner wordt beheerst door wat in het Prospectus (en in ieder relevant Strategy-prospectus) is opgenomen. Beperkte overdraagbaarheid Participaties Het Fonds heeft een besloten karakter: Participaties kunnen alleen worden verkocht aan het Fonds. Fiscaliteit Vanwege de beperkte overdraagbaarheid van Participaties wordt het Fonds voor de vennootschapsbelasting aangemerkt als “fiscaal transparant”. Daardoor is het niet belastingplichtig voor de Nederlandse vennootschapsbelasting. Risicobeheer Risicobeheer is een integraal onderdeel van het beleggingsproces. Dagelijks worden de belangrijkste risico’s gemonitord door de Beheerder. Met name wordt daarbij gekeken of de beleggingen zich nog binnen de vastgestelde kaders en beleggingsrichtlijnen begeven. Bij het realiseren van de beleggingsdoelstelling kan de beheerder gebruik maken van derivaten, zoals futures, forwards en opties en swaps. Voor een verdere beschrijving van de risico’s wordt verwezen naar de algemene toelichting op het halfjaarbericht (Hoofdstuk III paragraaf 1.4.3).
9
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 9
2 Beheerdersverslag Oyens & Van Eeghen Beheer B.V. 2.1 Beleggingsomgeving Algemeen Economische cijfers stelden in het eerste kwartaal van 2014 per saldo fors teleur. In de VS en Japan werd de economie ernstig ontregeld door het strenge winterweer. Ook in opkomende markten was er sprake van tegenvallende groei, mede ingegeven door de scherpe afzwakking van de Chinese economie. Bovendien was er in diverse opkomende landen, zoals Turkije en Thailand, sprake van sociale onrust. Desalniettemin waren financiële markten in het eerste halfjaar positief gestemd. Vanwege nieuwe ECB steunmaatregelen en signalen van het doorzetten van het wereldwijde economische herstel in het tweede kwartaal, sloten zowel aandelen als vastrentende waarden het eerste halfjaar sterk positief af. Oplopende geopolitieke spanningen in de Oekraïne en Irak zorgden voor toenemende volatiliteit maar konden het positieve sentiment op financiële markten niet keren.
Groeicijfers aanvankelijk zeer zwak door de strenge winter. Wereldwijd economisch herstel echter intact Op Europa na, vielen macrocijfers in het eerste kwartaal in alle regio’s fors tegen. Zo liet de Amerikaanse economie in het eerste kwartaal een forse krimp zien van -2,1% t.o.v. het vorige kwartaal. Door het strenge winterweer werden bestedingen en investeringen uitgesteld en groeide de banencreatie op een laag niveau. Onderliggend lag het economische herstel echter op schema. Dit was mede terug te zien aan een sterke inhaalvraag in het tweede kwartaal. De groei nam toe met maar liefst 4%, aangejaagd door toenemende investeringen en consumentenbestedingen. Het vertrouwen onder huishoudens verbeterde aanzienlijk, vooral gesteund door stijgende inkomens en het herstel op de cruciale arbeidsmarkt. Het aantal nieuwe banen nam met ruim 800.000 fors toe, de werkloosheid daalde hierdoor naar het laagste niveau in vier jaar. Hoewel de groei nog zeer gematigd is, verraste de Europese economie in het eerste kwartaal positief. Na jaren van economische krimp, is er eindelijk weer groei. Duitsland is nog steeds een aanjager van de Europese economie en krijgt hierbij steeds meer steun van een aantal perifere landen als Spanje en Ierland. Deze landen plukken, na een periode van saneren, de vruchten van de verbeterde concurrentiepositie en het toenemende vertrouwen dat consumenten en producenten hebben en de extra uitgaven die hieruit voortkomen. Zo kent de Spaanse dienstensector de sterkste groeispurt sinds 2007. Daarentegen laten landen die in beperkte mate hervormingen hebben doorgevoerd, zoals Frankrijk en Italië, een tegenvallend herstel zien. De Chinese groei stelde dit jaar aanvankelijk zwaar teleur, vooral als gevolg van de hervorming van het financiële systeem (schaduwbankieren) en schuld afbouw. Inmiddels ebt de vrees voor een harde landing van de Chinese economie weg en zijn recente macrocijfers veel beter dan verwacht. De groei trekt weer aan, mede door steunmaat-regelen (o.a. infrastructuur en belastingverlagingen) van de Chinese overheid. Ook andere opkomende economieën lieten betere cijfers zien in het tweede kwartaal. Doordat valuta’s zijn gedeprecieerd en de groei in ontwikkelde markten is aangetrokken, was er een verrassend sterke opleving van de export van grote opkomende economieën. Daarnaast hebben diverse opkomende landen de rente kunnen verlagen om de binnenlandse economie te steunen. In 2013 moesten opkomende landen met tekorten op de lopende rekening de rente nog stevig verhogen om de grote kapitaaluitstroom en valuta depreciaties tegen te gaan.
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
10 10
2.2 Rendementen in het eerste halfjaar van 2014 Financiële markten hebben, ondanks het zwakke herstel van de wereldeconomie dit jaar, bovengemiddelde rendementen laten zien. Het eerste kwartaal liet nog een gemengd beeld zien als gevolg van zwakke economische cijfers en sociale en geopolitieke onrust. In het tweede kwartaal leefden markten sterk op na betere economische cijfers, maar ook vooral door nieuwe steunmaatregelen van de ECB. Om te voorkomen dat de eurozone in een deflatiespiraal terecht zou komen, kondigde de ECB begin juni van dit jaar diverse onconventionele en grootschalige maatregelen aan. Zowel vastrentende waarden als aandelen reageerden hier sterk positief op. Hierbij lieten obligaties uit opkomende markten (EMD), na het zwakke jaar 2013, een sterk herstel zien dankzij dalende rentes, hoge rentevergoedingen en aantrekkende valuta’s. Aandelen stegen gemiddeld met bijna 7%.
2.3 Vooruitzichten Vooruitkijkend behouden wij het vertrouwen dat het wereldwijde economische herstel zal doorzetten. De verwachte economische groei blijft echter relatief gematigd. De tegenwind van schuldafbouw en hervormingen zal de groei de komende jaren beteugelen. Ontwikkelde economieën kampen nog met schuldafbouw en een aantal opkomende economieën zitten in een transitiefase naar een meer consumptie gedreven economie. Gezien de extreem lage rentevergoedingen, de aantrekkende economie en de hogere winstgroei blijven wij in ons beleggingsbeleid de voorkeur geven aan aandelen boven vastrentende waarden. Mede omdat de waardering van opkomende markten relatief gunstig is, vinden wij deze regio aantrekkelijk.
2.4 Beheer van Strategies De beleggingsomgeving, rendementen in 2014 en vooruitzichten (paragraaf 2.1 tot en met 2.3) geven achtergrondinformatie voor hierna omschreven doelstelling, beleggingsprofiel, beleggingsbeleid, beleggingsresultaat en vooruitzichten van de volgende Strategies: O&E Fixed Income Strategy (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy II) O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy III) O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (opgeheven per 28 mei 2014) Vanwege de afwikkeling van O&E Commodity Strategy per 20 januari 2014 is van deze Strategy geen analyse van de rendementen en voortuitzichten opgenomen.
11
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 11
2.4.1
O&E FIXED INCOME STRATEGY
Doelstelling en beleggingsprofiel De O&E Fixed Income Strategy belegt in een combinatie van staatsobligaties en vastrentende beleggingsfondsen, met een brede spreiding over de diverse vastrentende asset klassen. Doel is op langere termijn (5 tot 7 jaar) een hoger resultaat te behalen dan wanneer belegd zou worden in Nederlandse staatsobligaties. Als benchmark wordt de EFFAS Bond Index Netherlands Govt All >1 Yr TR gehanteerd. De Beheerder zal een actief beleggingsbeleid voeren en de samenstelling van de portefeuille aanpassen aan (verwachte) wijzigingen in rente, inflatie en risicopremies. Bij het beleggingsbeleid wordt rekening gehouden met macro-economische ontwikkelingen in de wereld en de verwachte reactie daarop van monetaire en fiscale autoriteiten. De inzichten van de Beheerder worden vertaald in asset allocatiebeleid, duration beleid, valutabeleid en selectie van externe fondsmanagers, de belangrijkste factoren die van invloed zijn op het rendement. Per 28 mei 2014 is de O&E Fixed Income Strategy (voorheen O&E Fixed Income Strategy II) uitgebreid met de categorie staatsobligaties door de samenvoeging met de O&E Fixed Income Strategy I serie B, die per die datum is opgeheven.
Beleggingsbeleid Gedurende de verslagperiode bleef de relatief lage rentegevoeligheid van de portefeuille gehandhaafd met een duration van rond de 3 jaar. Bij de huidige, in historisch perspectief zeer lage renteniveaus, is het renterisico naar onze mening sterk asymmetrisch. Door de lage rentegevoeligheid is de portefeuille minder kwetsbaar voor koersdalingen als gevolg van de verwachte rentestijging. Keerzijde hiervan is dat de portefeuille minder profiteert van koersstijgingen bij een verdere rentedaling. Rond deze strategisch lage rentegevoeligheid is tevens een tactisch duration beleid gevoerd om in te spelen op de kortere termijn rentebewegingen. Met het oog op de laagrentende marktomgeving en de sterke ‘search for yield’ bleef onze voorkeur uitgaan naar kredietrisico boven renterisico. De portefeuille werd daarom gekenmerkt door een brede spreiding over de diverse vastrentende asset klassen. Naast een kern van staatsobligaties (inclusief perifere
markten als Ierland en Spanje) en investment grade bedrijfsobligaties werd daarom tevens belegd in hoogrentende markten, zoals opkomende markten (EMD) en High Yield. Vanwege de sterke gedaalde spreads is het belang in High Yield obligaties in een aantal stappen verlaagd. Hiertegenover stond onder meer een uitbreiding van het belang in opkomende markten, via beleggingen in de categorie ‘EM Debt (staat, harde valuta)’.
Beleggingsresultaat Over de verslagperiode (01/01/2014 – 30/06/2014) steeg de intrinsieke waarde per participatie van de O&E Fixed Income Strategy van €112,14 naar €116,41, waarmee het beleggingsresultaat uitkwam op +3,81%. De performance van de benchmark van Nederlandse staatsobligaties bedroeg over deze periode +5,56%. De achterblijvende performance wordt vooral verklaard door de relatief lage rentegevoeligheid (duration) van de portefeuille. Hierdoor profiteerde de portefeuille slechts in beperkte mate van de sterke rentedaling in de eerste helft van 2014. Hiertegen-over stond een positieve bijdrage van de posities van zowel de perifere staatsobligaties (Ierland en Spanje) als de hoogrentende markten. Met name de posities in obligaties en valuta van opkomende markten droegen positief bij aan de performance. Het fondsvermogen van de O&E Fixed income Strategy bedroeg ultimo juni 2014 €89,5 mln.
Vooruitzichten De afgelopen 15 jaar hebben vastrentende waarden zeer sterk gepresteerd. De ongekende rentedaling is positief geweest voor obligatiekoersen. Vanaf de huidige niveaus zijn de vooruitzichten voor vastrentende waarden minder positief. Vooruitkijkend blijft Beheerder in zijn beleid de voorkeur geven aan kredietrisico boven renterisico. In de portefeuille zal de lage rentegevoeligheid daarom gehandhaafd blijven. Renterisico wordt onvoldoende beloond, terwijl op de vastrentende markten kredietrisico nog wel redelijk wordt beloond, hoewel Beheerder ook hier selectiever is geworden.
12
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 12
2.4.2 O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET Doelstelling en beleggingsprofiel De O&E Fixed Income Strategy Multi Asset belegt in een combinatie van staatsobligaties en vastrentende beleggingsfondsen, met een brede spreiding over de diverse vastrentende asset klassen. Doel is op langere termijn (5 tot 7 jaar) een hoger resultaat te behalen dan de benchmark. De benchmark is als volgt samengesteld: 50% staatsobligaties Nederland, 35% euro bedrijfsobligaties euro, 10% High Yield obligaties wereldwijd en 5% Emerging Market Debt lokale valuta. De Beheerder zal een actief beleggingsbeleid voeren en de samenstelling van de portefeuille aanpassen aan (verwachte) wijzigingen in rente, inflatie en risicopremies. Bij het beleggingsbeleid wordt rekening gehouden met macro-economische ontwikkelingen in de wereld en de verwachte reactie daarop van monetaire en fiscale autoriteiten. De inzichten van de Beheerder worden vertaald in asset allocatiebeleid, duration beleid, valutabeleid en selectie van externe fondsmanagers, de belangrijkste factoren die van invloed zijn op het rendement. Per 28 mei 2014 is de O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (voorheen O&E Fixed Income Strategy III) uitgebreid met de categorie staatsobligaties door de samenvoeging met de O&E Fixed Income Strategy I, serie A, die per die datum is opgeheven.
Beleggingsbeleid Gedurende de verslagperiode bleef de relatief lage rentegevoeligheid van de portefeuille gehandhaafd met een duration van rond de 3,7 jaar bij een benchmark duration van 5,7 jaar. Bij de huidige, in historisch perspectief zeer lage renteniveaus, is het renterisico naar onze mening sterk asymmetrisch. Door de lage rentegevoeligheid is de portefeuille minder kwetsbaar voor koersdalingen als gevolg van de verwachte rentestijging. Keerzijde hiervan is dat de portefeuille minder profiteert van koersstijgingen bij een verdere rentedaling. Rond deze strategisch lage rentegevoeligheid is tevens een tactisch duration beleid gevoerd om in te spelen op de kortere termijn rentebewegingen. Met het oog op de laagrentende
marktomgeving en de sterke ‘search for yield’ bleef onze voorkeur uitgaan naar kredietrisico boven renterisico. Naast de uitbreidiing van de portefeuille met staatsobligaties per eind mei, vonden nog twee belangrijke aanpassingen plaats in de asset allocatie. Het belang in euro bedrijfsobligaties is in een aantal stappen vergroot ten koste van wereldwijde bedrijfsobligaties. Daarnaast is vanwege de sterke gedaalde spreads het belang in High Yield obligaties in een aantal stappen verlaagd. Hiertegenover stond onder meer een uitbreiding van het belang in opkomende markten, via beleggingen in de categorie ‘EM Debt (staat, harde valuta)’.
Beleggingsresultaat Over de verslagperiode (01/01/2014 – 30/06/2014) steeg de intrinsieke waarde per participatie van de O&E Fixed Income Strategy Multi Asset van €101,94 naar €106,75, waarmee het beleggingsresultaat uitkwam op +4,82%. De performance bleef daarmee achter bij de performance van de benchmark (+5,32%). De achterblijvende performance wordt vooral verklaard door de relatief lage rentegevoeligheid (duration) van de portefeuille. Hierdoor profiteerde de portefeuille slechts in beperkte mate van de sterke rentedaling in de eerste helft van 2014. Het fondsvermogen van de O&E Fixed income Strategy Multi Asset bedroeg ultimo juni 2014 €126,0 mln.
Vooruitzichten De afgelopen 15 jaar hebben vastrentende waarden zeer sterk gepresteerd. De ongekende rentedaling is positief geweest voor obligatiekoersen. Vanaf de huidige niveaus zijn de vooruitzichten voor vastrentende waarden minder positief. Vooruitkijkend blijft Beheerder in zijn beleid de voorkeur geven aan kredietrisico boven renterisico. In de portefeuille zal de lage rentegevoeligheid daarom gehandhaafd blijven. Renterisico wordt onvoldoende beloond, terwijl op de vastrentende markten kredietrisico nog wel redelijk wordt beloond, hoewel Beheerder ook hier selectiever is geworden. .
13
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 13
2.4.3 O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY Doelstelling en beleggingsprofiel
Beleggingsresultaat
De O&E Global Equity Strategy heeft als doelstelling om met wereldwijd beleggen in aandelen op de middellange termijn (3-5 jaar) een hoger rendement te halen dan de MSCI AC World Net Total Return index (met 50% van het dollar risico afgedekt). De Beheerder belegt in een wereldwijd gespreide portefeuille van aandelen en hanteert daarbij een “core-satellite” benadering. De “core” bestaat uit indextrackers (passieve beleggingen), waarmee tegen lage kosten een efficiënte marktexposure wordt bereikt. De “satellite” bestaat uit actieve beleggingsfondsen van managers met een uitgesproken aanpak, die naar het oordeel van de Beheerder, een transparante, consistente en reproduceerbare beleggingsstrategie hebben en het potentieel om bovengemiddelde rendementen te behalen. De Beheerder zal een actief beleid voeren, waarbij regioallocatie en managerselectie de belangrijkste bronnen van toegevoegde waarde zijn.
Sinds januari 2014 is de intrinsieke waarde van de Global Equity Strategy gestegen van €117,63 naar €124,54 per participatie op halfjaarultimo, waarmee het beleggingsresultaat uitkwam op +5,87%. De performance van de benchmark van wereldwijde aandelen bedroeg over deze periode +6,67%. De voornaamste reden voor het achterblijven van de Global Equity strategy is de overweging begin januari naar de opkomende landen. We hebben de overweging terug gebracht naar neutraal in de tweede week van januari. Tevens heeft de managersselectie heeft een negatieve bijdrage geleverd aan de performance. In Europa bleef Morgan & Stanley achter bij de MSCI Europe index MSCI Europa index. Dit was vooral het gevolg van de aandelenselectie en de exposure naar Large Cap bedrijven die YTD het minst presteerden. In de VS bleef Threadneedle licht achter ten opzichte van de MSCI Noord-Amerika, voornamelijk door zijn defensieve stijl. In Japan wisten de managers de benchmark (MSCI Japan) niet bij te houden. De waarde bedrijven presteerde slechter in Japan waar onze managers voornamelijk exposure naar toe hebben.
Beleggingsbeleid Gedurende de verslagperiode werd in de portefeuille ten opzichte van de benchmark een regio neutrale positie ingenomen. Binnen de regio’s zijn een aantal mutaties doorgevoerd. In Europa is het Threadneedle European Select fund verwijdert uit de portefeuille. Het fonds Heeft geen exposure naar de United Kingdom wat voor de Global Equity strategie wel wenselijk is. Hiervoor is het Franklin European Growth fonds in de plaats gekomen. Dit fonds zoekt kwaliteits ondernemingen die aantrekklijk gewaardeerd zijn en veel upside potential bieden. In de regio Pacific is het fonds Aberdeen Asia Pacific verwijderd. Het fonds belegt in all county asia waardoor het een mismatch heeft met onze benchmark. Tevens heeft het fonds een kleine positie van niet aandelen in de portefeuille.
Vooruitzichten De waardering van wereldwijde aandelen is grofweg gemiddeld in historisch perspectief. In het basisscenario blijft de economische groei de komende tijd positief maar relatief gematigd vanwege de voortgaande schuld afbouw en noodzakelijke hervormingen. Voor aandelen lijkt dit het beste scenario omdat monetair beleid dan nog langere tijd ruim kan blijven en de search for yield aandelenmarkten zal ondersteunen, simpelweg omdat dit de enige grote markt is die nog redelijke risicopremies biedt. Een sterke groei zal centrale banken ertoe bewegen de rente sneller te verhogen wat historisch heeft geleid tot tegenwind voor aandelen. Aan de andere kant is een te lage groei negatief voor aandelen vanwege deflatiegevaar en gebrek aan mogelijkheden voor omzeten winstgroei.
Rendement aandelenmarkten in 2014
14
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 14
2.4.4 O&E HEDGE FUND STRATEGY Doelstelling en beleggingsprofiel Het doel van de Hedge Fund Strategy is om via belegging in een breed scala aan hedge fund strategieën een investering te bieden die een lage correlatie heeft met andere vermogenscategorieën. De Strategy heeft een streefrendement op de middellange termijn van Euribor plus 2-4% bij een beperkt risico. De kern van de portefeuille wordt gevormd door fund of hedge funds met een beleggingsfilosofie die aansluit bij de doelstelling van de Strategy en met sterk risicomanagement. De toegevoegde waarde van de Beheerder bestaat uit het selecteren en combineren van de hedge fund strategieën en het voeren van tactisch beleid.
Beleggingsbeleid De verslagperiode werd gekenmerkt door zeer ruim monetair beleid, een geleidelijk verbeterend maar een per saldo nog weinig overtuigend macrobeeld en een lage risicoperceptie en hoge risicobereidheid onder beleggers. Lage groei en inflatie, vooral in Europa, dreef de marktrente lager. Tegelijkertijd bleven beleggers op zoek naar rendement, waardoor risicopremies op onder meer kredietrisico en aandelenrisico verder daalden. Hierdoor wisten zowel aandelen- als obligatiemarkten sterke rendementen te realiseren. Historisch zijn aandelen- en obligatiemarkten veelal negatief gecorreleerd omdat de omstandigheden voor deze categorieën in verschillende delen van de economische cyclus gunstig zijn. De gezamenlijke koersstijging van risicovolle en defensieve beleggingen is dus eindig. In combinatie met de veelal stevige waarderingen noopt dit veel hedge fund managers ertoe niet te uitgesproken in te spelen op koersstijgingen en zich vooral te richten op waarderingsverschillen tussen sectoren, bedrijven en instrumenten. Daarnaast is de focus geleidelijk verlegd van vastrentende strategieën naar aandelen gerelateerde strategieën. Tevens maken verschillende managers gebruik van de lage volatiliteit en lage credit spreads om hedgeposities te openen die kapitaal beschermen bij sterk negatieve koersbewegingen. In de Hedge Fund Strategy is de positie in liquide strategieën in de verslagperiode verlaagd ten gunste van strategieën die zich richten op aandelenselectie en e Rendement portefeuille & referentie index in € (1 helft 2014)
specifieke situaties rond bedrijven, zoals overnames en wijzigingen in de balans, terwijl ook de positie in defensieve strategieën, die de beschermende rol van vastrentende waarden gedeeltelijk kunnen overnemen, is opgehoogd.
Beleggingsresultaat Over de verslagperiode steeg de intrinsieke waarde per participatie van de Strategy van €107,29 naar €108,82. Hiermee kwam het beleggingsresultaat uit op +1,45%. De performance van de referentie index (de HFRI Fund of Funds Composite index € hedged) bedroeg over deze periode +2,06%. De strategy blijft achter bij de referentie index omdat de index meer is blootgesteld aan de richting van aandelenmarkten en omdat de hedges van één van de twee defensieve strategieën relatief veel rendement hebben gekost waardoor deze manager op 0% rendement staat over de verslagperiode. Van de overige vier managers presteren er twee beter dan de index, één vergelijkbaar en één minder goed vanwege het marktneutrale karakter. Het fondsvermogen van de Hedge Fund Strategy bedroeg per ultimo december 2014 €25,5 mln.
Vooruitzichten De sterk gedaalde correlatie op financiële markten impliceert dat markten steeds minder worden gedomineerd door macro-economische thema’s met een binair karakter. De kansen voor hedge fund managers om waarde toe te voegen door grondige fundamentele analyse zijn hierdoor toegenomen. Daarnaast hebben veel managers geprofiteerd van de omstandigheden om hedges op te nemen waardoor het neerwaarts risico wordt beperkt, iets wat zeer relevant is nu waarderingen steeds meer worden opgedreven doordat de risicovrije rentevoet nabij de nullijn staat en enorme hoeveelheden kapitaal rendement najagen. Hedge funds bieden in deze omstandigheden een interessante mix van een breed scala aan rendementsbronnen en sterk risicomanagement.
e
Rendement managers & referentie index in € ( 1 helft 2014)
15
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast 15
2.4.5 O&E FIXED INCOME STRATEGY I (opgeheven per 28 mei 2014) Doelstelling en beleggingsprofiel
Beleggingsbeleid
De doelstelling van de O&E Fixed Income Strategy I was vermogensgroei op de langere termijn (5 tot 7 jaar), waarbij werd nagestreefd een hoger resultaat te behalen dan op Nederlandse staatsobligaties. De Strategy belegde voornamelijk in obligaties in Euro die zijn uitgegeven door overheden van lidstaten van de Europese Economische Ruimte. Als benchmark wordt de EFFAS Bond Index Netherlands Govt All >1 Yr TR gehanteerd.
Gedurende de verslagperiode bleef de relatief lage rentegevoeligheid van de portefeuille gehandhaafd met een duration van rond de 3 jaar. Bij de huidige, in historisch perspectief zeer lage renteniveaus, is het renterisico naar onze mening sterk asymmetrisch. Door de lage rentegevoeligheid is de portefeuille minder kwetsbaar voor koersdalingen als gevolg van de verwachte rentestijging. Keerzijde hiervan is dat de portefeuille minder profiteert van koersstijgingen bij een verdere rentedaling. Rond deze strategisch lage rentegevoeligheid is tevens een tactisch duration beleid gevoerd om in te spelen op de kortere termijn rentebewegingen. De verlaging van de rente-gevoeligheid (door afdekking van het renterisico middels verkoop van obligatiefutures) heeft dit jaar negatief bijgedragen aan het resultaat door de flinke daling van de kapitaalmarktrente. In de landenverdeling werd naast een kern van staatsobligaties uit de sterke eurozone landen (Duitsland, Nederland en Finland) tevens belegd in perifere staatsobligaties. Hierbinnen werd in april het belang in Ierland verlaagd ten gunste van Spanje. Tevens was een deel van de staatsobligatieportefeuille belegd in Duitse inflation linked bonds (ILB’s).
De Strategy bestond uit twee subfondsen die apart worden geadministreerd: Serie A (uitsluitend bestemd voor vermogensbeheer cliënten van Oyens & van Eeghen) en Serie B (bestemd voor niet-vermogensbeheer cliënten van Oyens & Van Eeghen). Het beleggingsbeleid is voor beide Series hetzelfde, het enige verschil is dat voor Serie A geen beheerfee verschuldigd is, wat leidt tot verschillende NAV’s en netto resultaten voor serie A en B. De beheerder voerde een actief beleggingsbeleid en de samenstelling van de portefeuille werd aangepast aan (verwachte) wijzigingen in rente, inflatie en risicopremies. Bij het beleggingsbeleid wordt rekening gehouden met macro-economische ontwikkelingen in de wereld en de verwachte reactie daarop van monetaire en fiscale autoriteiten. De inzichten van de beheerder werden vertaald in duration beleid, yieldcurve positionering en landenallocatie, de belangrijkste factoren die van invloed zijn op het beleggingsresultaat. Dit verslag betreft de periode 01/01/2014 – 28/05/2014. Per 28 mei 2014 vond een herstructurering plaats, waarbij de O&E Fixed Income Strategy I is opgeheven. In de herstructurering is O&E Fixed Income Strategy I serie B toegevoegd aan de O&E Fixed Income Strategy (voorheen O&E Fixed Income Strategy II). Tegelijkertijd is de O&E Fixed Income Strategy I serie A toegevoegd aan de O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (voorheen O&E Fixed Income Strategy III).
Beleggingsresultaat Over de verslagperiode (01/01/2014 – 28/05/2014) steeg de intrinsieke waarde per participatie van de O&E Fixed Income Strategy I van €109,37 naar €112,00 voor serie A en van €108,55 naar €110,93 voor serie B. Hiermee kwam het beleggingsresultaat uit op +2,40% (serie A) en +2,19% (serie B). De performance van de benchmark van Nederlandse staatsobligaties bedroeg over deze periode +4,86%. De performance bleef achter bij de benchmark door de lagere rentegevoeligheid (duration), waardoor minder werd geprofiteerd van de sterke rentedaling. Het fondsvermogen van de O&E Fixed Income Strategy I (totaal serie A en B) bedroeg per 28 mei 2014 €74,9 mln.
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
16
16
1.1
Verklaring van de beheerder
Wij verklaren dat de halfjaarcijfers een getrouw beeld geeft van activa, passiva, financiële posities en winst- en verliesrekening. Tevens verklaren wij dat het halfjaarbericht per 30 juni 2014 een getrouw overzicht geeft van belangrijke gebeurtenissen.
Amsterdam, 31 december 2014
De Beheerder, Oyens & Van Eeghen Beheer B.V.
17
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
17
III.
HALFJAARCIJFERS 2014 O&E PARAPLUFONDS
1
O&E PARAPLUFONDS
1 januari – 30 juni 2014 (in euro)
18
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
18
O&E PARAPLUFONDS 1.1 Balans per 30 juni 2014 voor resultaatbestemming noot ACTIVA Beleggingen
Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa
2
Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
3 4
Totaal Activa
Kortlopende schulden Effectentransacties Schulden aan kredietinstellingen Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
*)
2013
30 juni
31 december
EUR
EUR
88.808.601 124.235.722 134.854.741 25.463.917 -
70.552.576 81.192.935 132.750.327 24.821.484 76.235.622 7.143.315
373.362.981
392.696.259
168.000 1.735.671 1.903.671
548.112 994.677 1.542.789
58.073 3.418.334 3.476.407
72.812 4.122.335 4.195.147
378.743.059
398.434.195
341.565.009 58.074 17.954.562 16.351.518 375.929.163
375.694.848 72.812 11.107.461 9.720.284 396.595.405
2.496.136 317.760 2.813.896
1.405.771 38.643 394.376 1.838.790
378.743.059
398.434.195
1
O&E Fixed Income Strategy *) O&E Fixed Income Strategy Multi Asset *) O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I O&E Commodity Strategy
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
2014
5
6
Per 28 mei 2014 zijn de namen van de Strategies gewijzigd: - O&E Fixed Income Stragegy, voorheen genaamd O&E Fixed Income Strategy II - O&E Fixed Income Strategy Multi asset, voorheen genaamd O&E Fixed Income Strategy III. 19
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
19
O&E PARAPLUFONDS 1.2
Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014
noot
Beleggingsresultaat Interest Opbrengsten uit beleggingen Toe- en uittredingsprovisie Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen Overige opbrengsten Som der opbrengsten Lasten Interest Beheerkosten Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten
Resultaat
7
8 9
10 3 11
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
1.171.397 48.755 1.350.605 14.221.599 89.627 16.881.983
3 872.520 9.115 4.996.847 (7.028.836) 51.208 (1.099.143)
1.753 230.610 14.738 283.364 530.465
1.698 236.512 13.519 266.634 518.363
16.351.518
(1.617.506)
20
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
20
1.3
Kasstroomoverzicht per 30 juni 2014 noot
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
31 december
EUR
EUR
16.351.518
9.720.284
1
(1.350.605)
(1.146.584)
1, 8 1 1
(14.221.599) (74.365.318) 109.270.799 (360.882) 1.013.753 36.337.666
(6.094.093) (300.291.904) 171.112.400 3.789.170 (431.263) (123.341.990)
3
14.738 14.738
27.098 27.098
4 4
23.558.381 (60.576.143) (37.017.762)
212.142.872 (89.010.587) 123.132.285
(665.358) (665.358)
(179.607) (179.607)
Liquide middelen minus schulden aan kredietinstellingen begin verslagperiode
4.083.692
4.263.299
Liquide middelen minus schulden aan kredietinstellingen einde verslagperiode
3.418.334
4.083.692
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Resultaat Gerealiseerde waardeveranderingen (exclusief futures) Ongerealiseerde waardeveranderingen Aankopen van beleggingen Verkopen van beleggingen Mutatie kortlopende vorderingen Mutatie kortlopende schulden Kasstroom uit investeringsactiviteiten Afschrijving immateriële vaste activa Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangen bij uitgifte participaties Betaald bij inkoop participaties Dividend uitgekeerd
Netto kasstroom Koers- en omrekeningsverschillen Mutatie liquide middelen
21
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
21
O&E PARAPLUFONDS 1.4 Toelichting op de halfjaarcijfers 2014 1.4.1 Algemeen Oyens & Van Eeghen te Amsterdam heeft voor haar vermogensbeheer propositie gekozen voor een paraplufonds-structuur, waarin cliënten kunnen participeren. Het O&E Paraplufonds (“Fonds”) is voor onbepaalde tijd opgericht op 5 april 2012 en is gevestigd te Amsterdam. De Beheerder van het Fonds is Oyens & van Eeghen Beheer B.V. een 100% dochter van Oyens & van Eeghen. De Beheerder beschikt vanaf 6 juli 2012 over een vergunning als vereist uit hoofde van artikel 2:65 van de Wft. Het Fonds en de Strategies vallen onder de werking van deze vergunning. Vanwege deze structuur kunnen cliënten gebruik maken van kostenefficiëntie door pooling van o.a. oprichtingskosten, bewaarloon, transactie- en administratiekosten. Het Fonds bestaat uit de volgende Strategies: O&E Fixed Income Strategy (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy II) O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (tot 28 mei 2014 genaamd: O&E Fixed Income Strategy III) O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (opgeheven per 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (opgeheven per 20 januari 2014) Per 28 mei 2014 vond een herstructurering plaats, waarbij de O&E Fixed Income Strategy I is opgeheven. In de herstructurering is O&E Fixed Income Strategy I serie B toegevoegd aan de O&E Fixed Income Strategy (voorheen O&E Fixed Income Strategy II). Tegelijkertijd is deO&E Fixed Income Strategy I serie A toegevoegd aan de O&E Fixed Income Strategy Multi Asset (voorheen O&E Fixed Income Strategy III). Samenvoegen van cijfers en vergelijkende cijfers De in de balans en de winst- en verliesrekening gepresenteerde cijfers vertegenwoordigen de gegevens van het Fonds als geheel. In de toelichting van het Fonds zijn de balans, winst- en verliesrekening en bijbehorende toelichting van de Strategies separaat opgenomen. Toelichting op het kasstroomoverzicht Voor de opstelling van het kasstroomoverzicht is de indirecte methode gehanteerd, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen kasstroom uit beleggings-, investerings- en financieringsactiviteiten. Onder liquide middelen zijn posten begrepen die ter vrije beschikking staan aan de beleggingsinstelling voor beleggingen, onder voorbehoud van eventuele opgenomen margeverplichtingen.
1.4.2 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Algemeen De halfjaarcijfers zijn opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving (RJ 615), die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving, alsmede de bepalingen in de Wft (inclusief BGfo). De halfjaarcijfers zijn opgesteld in euro, zijnde de functionele en presentatievaluta van de beleggingsinstelling. Activa en passiva worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen 22
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
22
de verkrijgingsprijs. In de balans en de winst- en verliesrekening zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting. De gehanteerde grondslagen voor de waardering van activa en passiva en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar. Voor een gedetailleerde beschrijving verwijzen naar hetgeen is opgenomen in het jaarverslag 2013. Schattingen en veronderstellingen Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de halfjaarcijfers te kunnen toepassen, is het nodig dat de Beheerder zich over verschillende zaken een oordeel vormt, zodat terzake schattingen worden gemaakt die essentieel kunnen zijn voor de in de halfjaarcijfers opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.
1.4.3 Risicobeheer en financiële instrumenten Algemeen Aan het beleggen in een Strategy zijn (financiële) risico’s verbonden. Hierna worden risicofactoren vermeld die voor beleggers van betekenis en relevant kunnen zijn in het licht van de gevolgen en de waarschijnlijkheid dat die risico’s zich zullen voordoen. Deze opsomming is niet uitputtend. Aangezien elke Strategy een eigen beleggingsbeleid voert, verschillen deze risico’s per Strategy en combinatie van Strategies. In ieder Strategy-prospectus worden de risico’s die specifiek zijn voor de betreffende Strategy vermeld, met verwijzing naar onderstaande beschrijvingen. Er worden geen garanties gegeven dat de diverse beleggingsdoelstellingen zullen worden gerealiseerd. De waarde van de beleggingen van een Strategy kan zowel stijgen als dalen. Als gevolg daarvan kan een Participant mogelijk minder terugkrijgen dan hij heeft ingelegd of deze inleg zelfs geheel verliezen.
Rendementsrisico Het rendement van de belegging in Participaties over de periode van aankoopmoment tot verkoopmoment staat pas vast op het verkoopmoment van die belegging. Er bestaat geen enkele garantie dat de beleggingsdoelstelling zal worden behaald en er wordt geen rendement gegarandeerd. De waarde van Participaties is onder andere afhankelijk van de beleggingscategorieën en de financiële instrumenten waarin de Strategy belegt en van de keuzes die worden gemaakt bij de uitvoering van het beleggingsbeleid. Omdat iedere Strategy een ander beleggingsbeleid heeft, zal het rendementsrisico voor iedere Strategy anders zijn. Het rendementsrisico is het gevolg van waardeschommelingen van de beleggingen en/of fluctuaties van de directe opbrengsten van de beleggingen (voornamelijk dividenden, rente). De waarde van de beleggingen beweegt met koerswijzigingen van de financiële instrumenten waarin wordt belegd. Alle financiële instrumenten staan bloot aan het risico van koersschommelingen. Die kunnen het gevolg zijn van: algemene risicofactoren (marktrisico) specifieke risicofactoren die alleen gelden voor een individuele belegging (specifieke risico’s). De gevolgen van het marktrisico zijn in veel gevallen van grotere invloed op de waardeontwikkeling van gespreide beleggingsportefeuilles dan de gevolgen van specifieke risico’s. Zowel marktrisico als specifieke risico’s nemen toe door beperking van de spreiding van de beleggingen (concentratie) tot een bepaalde regio, sector en/of door de keuze van individuele beleggingen.
23
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
23
Marktrisico Onder marktrisico wordt verstaan het risico dat een belegging in waarde daalt of stijgt, niet vanwege specifieke omstandigheden betreffende die belegging, maar doordat de markt waarin wordt belegd als geheel beweegt. Bij een positief sentiment op de beurs voor aandelen zullen de koersen van aandelen stijgen en bij een negatieve stemming zullen ze dalen. Dit sentiment kan door diverse factoren beïnvloed worden zoals het vertrouwen van consumenten in de economie, dreigende veranderingen van de rente, etc. Marktrisico’s kunnen verschillen per categorie belegging en deelmarkt binnen een bepaalde categorie. Binnen de categorie aandelen verschillen de marktrisico’s per sector (sectorrisico) en per land (landenrisico). Binnen de categorie vastrentende waarden verschillen de marktrisico’s per soort debiteur (overheidsobligaties versus bedrijfsobligaties).
Specifieke risico’s en overige risico’s Specifieke risico’s hebben betrekking op de risico’s dat de ontwikkeling van de koers van een geselecteerde individuele belegging in werkelijkheid in negatieve zin afwijkt van hetgeen ten tijde van de aankoop van de belegging is ingeschat. Dit risico houdt verband met de mate van effectiviteit van effectenresearch, de daarop gebaseerde analyses en met het tijdig nemen en uitvoeren van beleggingsbeslissingen. De specifieke risico’s nemen toe naarmate de beleggingen minder zijn gespreid. Overige risico’s hebben betrekking op risico’s die voortvloeien uit buiten het Fonds gelegen factoren, zoals onder meer wijziging van wetgeving. Kredietrisico De waarde van beleggingen in vastrentende waarden wordt beïnvloed door een positieve of negatieve ontwikkeling van de kredietwaardigheid van desbetreffende uitgevende instellingen, de debiteuren. Het kredietrisico wordt dan ook wel debiteurenrisico genoemd. Voor de kredietwaardigheid is de door beleggers gemaakte inschatting van de kans op tijdige voldoening van rente-en aflossingsverplichtingen door de debiteur bepalend. De inschatting wordt niet alleen beïnvloed door factoren die gelden voor een bepaald bedrijf, maar ook door factoren die meer specifiek op een bepaalde bedrijfstak van toepassing zijn. Minder gunstige winstvooruitzichten voor een sector kunnen een negatieve invloed hebben op de inschatting van de kredietwaardigheid van alle bedrijven in die sector. Renterisico en inflatierisico Het renterisico betreft het risico als gevolg van veranderingen in de kapitaalmarktrente. Met name wanneer een Strategy belegt in vastrentende waarden is de waarde van de onderliggende financiële instrumenten sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de rente op de financiële markten. De ontwikkelingen in de renteniveaus zijn afhankelijk van de algemene markt- en economische omstandigheden. Bij een stijgende rente zal de koers van vastrentende waarden dalen en andersom. Een veel gebruikte maatstaf voor de rentegevoeligheid van vastrentende waarden is de duration. Het algemene risico van inflatie houdt in dat de beleggingsopbrengsten worden aangetast door waardevermindering van de munteenheid via inflatie. In het verleden is gebleken dat bij beleggingen in zakelijke waarden (aandelen) de kans dat deze aantasting van de beleggingsopbrengsten op lange termijn wordt gecompenseerd door een hoger beleggingsrendement groter is dan ingeval belegd wordt in vastrentende waarden (obligaties, liquiditeiten). In geval van inflatie zijn de nominale beleggingsopbrengsten van beleggingen in vastrentende waarden hoger dan de beleggingsopbrengsten na aftrek van het effect van inflatie, de zogenoemde reële beleggingsopbrengsten. In de koers van vastrentende waarden is in beginsel met een verwachte ontwikkeling van het inflatietempo rekening gehouden. Het inflatierisico bij beleggingen in vastrentende waarden houdt dan in dat desbetreffende beleggingsopbrengsten onvoldoende zijn voor compensatie van de werkelijke inflatie. 24
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
24
Valutarisico De waarde van beleggingen in aandelen en vastrentende waarden wordt beïnvloed door de ontwikkelingen van de valutakoersen waarin de betreffende beleggingen luiden, voor zover dit niet beleggingen in euro betreft. Bovenop het marktrisico komt dan het risico dat met betrekking tot de valuta wordt gewonnen of verloren. De waarde van een valuta kan zodanig dalen ten opzichte van de euro dat een positief beleggingsresultaat (meer dan) teniet wordt gedaan. Risico’s verbonden aan het beleggen in andere beleggingsinstellingen Indien en voorzover het beleggingsbeleid dit toestaat, kan een Strategy haar vermogen beleggen in andere beleggingsinstellingen. In dat geval is een Strategy dan ook afhankelijk van de kwaliteit van de uitvoering van het beleggingsbeleid en het risicoprofiel van deze andere beleggingsinstellingen. Een Strategy heeft hierop in beginsel geen invloed. Een Strategy wordt daarmee mede afhankelijk van het risicoprofiel van deze beleggingsinstellingen. Tevens kunnen risico’s aan de orde zijn die betrekking hebben op de waardebepaling, de opschorting, beëindiging en eventueel de beschikbaarheid van deze beleggingen. Sommige beleggingsinstellingen: kunnen ook (gedeeltelijk) beleggen met geleend geld (“leverage”). Daardoor kunnen grotere winsten maar ook grotere verliezen ontstaan dan wanneer niet wordt belegd met geleend geld (het zogenaamde “hefboomeffect”); hebben de vrijheid om “short” te gaan. Ingeval van een short transactie worden effecten verkocht die de verkoper niet bezit. Om de verkochte effecten te kunnen leveren leent de verkoper de aandelen van een derde. Een short positie wordt gesloten door zoveel effecten in de markt te kopen als nodig is om eenzelfde aantal effecten als geleend terug te leveren aan de uitlener. Daarbij kunnen, ingeval van koersstijgingen verliezen worden geleden; maken gebruik van opties of andere, al dan niet beursgenoteerde, derivaten. Deze producten kunnen zich uiterst volatiel gedragen, waardoor het gebruik een grote invloed kan hebben (zowel positief als negatief) op de waarde van de betreffende Strategy. Deze technieken worden aangewend ter bescherming van het onderliggende vermogen en/of het genereren van extra inkomsten. Onder bepaalde marktomstandigheden kan toepassing daarvan echter leiden tot substantiële verliezen. Dit kan negatieve gevolgen hebben op de waarde van een Strategy; kunnen beleggingen uitlenen (“securities lending”). Daarbij bestaat het risico dat de inlener van de effecten zijn verplichting tot (tijdige) teruglevering van die aandelen niet nakomt. Systeemrisico Gebeurtenissen in de wereld of activiteiten van één of meer grote partijen in de financiële markten kunnen leiden tot een verstoring van het normale functioneren van die financiële markten. Hierdoor zouden grote verliezen kunnen ontstaan ten gevolge van door die verstoring verwezenlijkte liquiditeitsen tegenpartijrisico’s. Concentratierisico Een Strategy kan zijn beleggingen concentreren in ondernemingen die opereren in hetzelfde land, dezelfde regio, sector of in dezelfde markt of concentreren in een bepaalde onderneming. Als gevolg hiervan is de spreiding van de beleggingsportefeuille van de betreffende Strategy beperkt. De concentratie van de portefeuille kan het gevolg zijn van het gevoerde beleggingsbeleid. Voorts kan een concentratierisico zijn veroorzaakt door de omvang en samenstelling van het voor belegging beschikbare beleggingsuniversum. Een kleiner beleggingsuniversum leidt tot geringere spreidingsmogelijkheden dan een groter universum. Het concentratierisico houdt dan in dat bepaalde gebeurtenissen die deze onderneming(en) raken van grotere invloed zijn op de waarde van de beleggingsportefeuille van de Strategy dan indien de mate van concentratie geringer is. Verder kan een Strategy er voor kiezen om te beleggen in een beperkt aantal beleggingsinstellingen, hetgeen ook een concentratierisico in zich bergt.
25
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
25
Derivatenrisico Een Strategy zal gebruik kunnen maken van derivaten, ter beperking van risico’s of voor een efficiënt portefeuillebeheer. Deze producten kunnen zich volatiel gedragen, waardoor het gebruik een grote invloed kan hebben (zowel positief als negatief) op de waarde van de Strategy. Verhandelbaarheidsrisico Onder bijzondere omstandigheden zal een Strategy voor korte of langere tijd geen Participaties kunnen uitgeven of inkopen. Oorzaken hiervan kunnen onder meer zijn het disfunctioneren van één of meer markten in financiële instrumenten, waaraan de beleggingen van de Strategy zijn genoteerd of opschorting van uitgifte of inkoop van deelnemingsrechten door een beleggingsinstelling waarin de Strategy belegt. Liquiditeitsrisico Het kan voorkomen dat een door een Strategy ingenomen positie niet tijdig tegen een redelijke prijs kan worden geliquideerd vanwege gebrek aan liquiditeit (onvoldoende vraag) in de markt. Sommige beleggingen, zoals deelnemingsrechten in hedge funds, kunnen niet altijd tijdig tegen een redelijke prijs worden verhandeld. Gebrek aan liquiditeit kan leiden tot het limiteren of opschorten van de uitgifte en inkoop van Participaties. Tegenpartijrisico Een uitgevende instelling of een andere tegenpartij kan in gebreke blijven. Bij aan-en verkooptransacties met betrekking tot financiële instrumenten zullen over het algemeen slechts kortlopende vorderingen ontstaan waardoor het risico laag is, aangezien levering plaatsvindt tegen (vrijwel) gelijktijdige ontvangst van de tegenprestatie. Voorts is er tegenpartijrisico bij valutatransacties. Deze risico’s worden beperkt door selectie van tegenpartijen met voldoende kredietwaardigheid. Het tijdelijk aantrekken van vreemd vermogen onder de in het Prospectus bepaalde omstandigheden tot maximaal 25% van de NAV van de Strategy kan leiden tot tegenpartijrisico. Risico's van algemene economische en politieke aard Beleggingen van een Strategy zijn onderhevig aan risico's van algemene economische aard zoals afname van economische activiteit, stijging van de rente, inflatie en stijging van grondstofprijzen. Ook kan de waarde van investeringen van een Strategy beïnvloed worden door politieke ontwikkelingen en terroristische activiteiten. Risico van (fiscale) wetswijzigingen Dit is het risico dat de fiscale behandeling van het Fonds in negatieve zin wijzigt of dat andere wetgeving tot stand komt die een negatieve invloed heeft op het Fonds en haar Participanten. Waarderingsrisico Er is een risico dat onderliggende posities op enig moment moeilijk te waarderen zullen zijn. De Beheerder kan bij bepaalde posities afhankelijk zijn van derden aangaande de informatie met betrekking tot de waarde van de posities. Afwikkelingsrisico Dit is het risico dat afwikkeling via een betalingssysteem niet plaatsvindt zoals verwacht, omdat de betaling of levering van de financiële instrumenten door een tegenpartij niet, niet tijdig of niet zoals verwacht plaatsvindt (‘settlement risk’).
26
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
26
Risico verlies van in bewaring gegeven activa In geval van insolvabiliteit, nalatigheid of frauduleuze handelingen van de Bewaarder of een financiële instelling waar de Bewaarder een effectenrekening aanhoudt bestaat het risico van verlies van in bewaring gegeven activa.
27
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
27
1.4.4 Toelichting op de balans per 30 juni 2014 1)
Beleggingen
De specificatie van de beleggingen van de Strategies per 30 juni 2014 zijn onder de respectievelijke toelichtingen van de afzonderlijke Strategies opgenomen. Het verloop van de beleggingen (exclusief futures) van het Fonds is als volgt: Boekwaarde 1 jan. 2014
Reallocatie Strategies
Aankopen
Verkopen
EUR
EUR
EUR
EUR
EUR
EUR
EUR
O&E Fixed Income Strategy 70.552.576 O&E Fixed Income Strategy Multi Asset 81.192.935 O&E Global Equity Strategy 132.750.327 O&E Hedge Fund Strategy 24.821.484 O&E Fixed Income Strategy I (t/m 28 mei 2014) 76.235.622 O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014) 7.143.315
24.361.839 48.867.418 (73.229.257) -
10.133.748 14.301.000 23.953.178 6.776.918 19.200.474 -
(18.984.392) (23.986.778) (29.614.931) (6.458.501) (23.103.053) (7.123.144)
996.602 895.995 830.380 189.648 (847.752) (714.268)
1.748.228 2.965.152 6.935.787 134.368 1.743.966 694.097
88.808.601 124.235.722 134.854.741 25.463.917 -
74.365.318 (109.270.799)
1.350.605
14.221.598
373.362.981
392.696.259
-
Waardeveranderingen Boekwaarde Gereal. Ongereal. 30 juni 2014
Resultaten op futures worden dagelijks afgerekend, futures kennen derhalve op 30 juni 2014 uitsluitend een niet uit de balans blijkende verplichting. Resultaten van futures in het Fonds zijn verwerkt onder gerealiseerde waardeveranderingen van de winst- en verliesrekening. De aan- en verkoopkosten zijn in de aankopen en verkopen van de beleggingen begrepen. De Beheerder voert alle aan- en verkoopopdrachten ten behoeve van het Fonds uit. Hierbij hanteert hij dezelfde marktconforme voorwaarden die, gegeven de gewenste graad van kwaliteit van dienstverlening, zijn overeengekomen met vergelijkbare cliënten voor dezelfde soort diensten. Beleggingen en Corporate Governance Ten aanzien van de stemrechten die verbonden zijn aan de beleggingen van het Fonds worden de volgende uitgangspunten gehanteerd. Het Fonds is in principe een belegger in effecten en geen belegger in ondernemingen. Over het algemeen is sprake van een actief beleggingsbeleid. Doordat (vrijwel) geen sprake is van het beleggen in ondernemingen, zal de Beheerder in principe geen gebruik maken van de stemrechten die verbonden zijn aan de effecten die worden gehouden door het Fonds. Wordt gebruik gemaakt van de stemrechten dan zal de Beheerder dit in de eerste plaats doen door fysieke of persoonlijke deelname aan aandeelhoudersvergaderingen en in de tweede plaats door middel van ‘elektronisch’ stemmen op afstand (‘proxy voting’). Gedurende het eerste halfjaar 2014 heeft de Beheerder geen gebruik gemaakt van de stemrechten die verbonden waren aan beleggingen van het Fonds gedurende het halfjaar. Methodiek bepaling marktwaarde Bij de waardering van de beleggingen van het Fonds en de Strategies kan voor het grootste deel gebruik worden gemaakt van marktnoteringen of intrinsieke waarde, met uitzondering van de situatie waarbij gebruik kan worden gemaakt van quotes van minimaal één, maar waar mogelijk meerdere brokers in samenhang met waarderingsmodel van bijvoorbeeld Administrateur of Bewaarder voor benaderde marktwaarde. Opgemerkt wordt dat schattingen, indien van toepassing, naar hun aard subjectief zijn en dat de geschatte actuele waarden van financiële instrumenten derhalve inherent onderhevig zijn aan 28
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
28
onzekerheden en waardeoordelen ten aanzien van volatiliteit, rentestand en kasstromen. Deze schattingen zijn momentopnames, gebaseerd op de marktomstandigheden en de op dat moment beschikbare informatie. Schatting van reële waarde in geval van ontbreken directe en afgeleide marktnoteringen De belangrijkste waarderingsmodellen en -technieken die gehanteerd zijn bij het schatten van de reële waarde van financiële instrumenten zijn: Gecontroleerde jaarrekeningen (intrinsieke waarde). Mededelingen gerenommeerde derde partijen: banken, brokers, bewaarders, etc. (transactieprijzen). Door de markt geaccepteerde en te verifiëren waarderingsmodellen zoals Black & Scholes voor opties. Due-diligencewaarderingsrapporten.
2)
Fondsvermogen
Het verloop gedurende de verslagperiode is als volgt: Gestort en geplaatst kapitaal
O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (t/m 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014)
Boekwaarde 1 januari 2014 EUR
Geplaatst EUR
Ingekocht EUR
Opheffen Commodity EUR
Reallocatie EUR
Boekwaarde 30 juni 2014 EUR
66.212.044 81.860.808 119.977.291 23.660.373 74.752.134 9.232.199
400.000 3.025.702 7.203.791 7.798.369 5.118.519 12.000
9.804.985 12.916.364 13.108.122 7.678.240 9.922.449 7.145.983
-2.098.216
24.922.089 50.012.253 -69.948.204 -
81.729.148 121.982.399 114.072.960 23.780.502 -
375.694.849
23.558.381
60.576.143
-2.098.216
4.986.138
341.565.009
Wettelijke reserve
O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (t/m 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014)
Boekwaarde 1 januari 2014 Toegevoegd EUR EUR
Onttrokken EUR
Reallocatie EUR
Boekwaarde 30 juni 2014 EUR
4.655 10.419 -15.074 -
20.170 23.874 10.260 3.770 -
20.565 16.500 11.880 4.350 17.567 1.950
-
5.050 3.045 1.620 580 2.493 1.950
72.812
-
14.738
-
58.073
29
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
29
Algemene reserve
Boekwaarde 1 januari 2014 EUR
Resultaat
O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (t/m 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014)
EUR
Overige mutaties EUR
Opheffen Commodity EUR
Reallocatie Boekwaarde 30 juni 2014 EUR EUR
5.904.155 1.353.785 184.801 103.165 4.088.845 -527.290
-712.957 -1.418.971 12.990.695 1.296.892 -892.271 -1.543.103
-5.050 -3.045 -1.620 -580 -2.493 -1.950
2.098.216
-4.655 -10.419 -4.971.064 -
5.191.593 -72.560 13.177.116 1.400.637 -1.771.997 29.773
11.107.461
9.720.285
-14.738
2.098.216
-4.986.138
17.954.562
3) Netto-vermogenswaarde overzicht Conform regelgeving is onderstaand netto-vermogenswaarde overzicht opgesteld: 30 juni 2014
31 december 2013
31 december 2012
Netto-vermogenswaarde: O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I - A O&E Fixed Income Strategy I - B O&E Commodity Strategy
EUR
EUR
EUR
89.538.909 125.877.057 134.975.163 25.538.034 -
71.423.807 81.812.121 133.164.666 25.064.779 49.939.513 28.026.762 7.163.756
73.853.013 61.756.131 44.304.212 13.745.101 35.029.231 28.016.448 7.038.701
Netto vermogenswaarde volgens de balans
375.929.163
396.595.403
263.742.837
30
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
30
Aantal uitstaande participaties: O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I - A O&E Fixed Income Strategy I - B O&E Commodity Strategy
Netto-vermogenswaarde per participatie: O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I - A O&E Fixed Income Strategy I - B O&E Commodity Strategy
30 juni 2014
31 december 2013
31 december 2012
769.140,57 1.179.176,42 1.083.807,34 234.676,83 -
636.908,45 802.584,29 1.132.034,82 233.617,88 456.595,82 258.198,23 88.312,16
648.864,80 597.770,31 437.503,57 136.399,09 316.747,25 253.977,38 76.385,53
30 juni 2014
31 december 2013
31 december 2012
EUR
EUR
EUR
116,41 106,75 124,54 108,82 -
112,14 101,94 117,63 107,29 109,37 108,55 81,12
113,82 103,31 101,27 100,77 110,59 110,31 92,15
Fiscale status Vanwege de beperkte overdraagbaarheid van Participaties wordt het Fonds voor de vennootschapsbelasting aangemerkt als “fiscaal transparant”. Daardoor is het niet belastingplichtig voor de Nederlandse vennootschapsbelasting. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen De per balansdatum lopende futurescontracten betreffen: 115 verkochte EURO-BOBL Futures (5-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 11.500.000 en de koers per 30 juni 2014 is 128,13. 30 verkochte EURO-BUND Futures (10-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 3.000.000 en de koers per 30 juni 2014 is 147,01. 19 verkochte US-Staatsobl. Futures (5-jaars), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt $ 1.900.000 en de koers per 30 juni 2014 is 119,46. 5 verkochte US-Staatsobl. Futures (10-jaars), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt $ 500.000 en de koers per 30 juni 2014 is 125,17. De initial margin die voor deze posities aangehouden moet worden, is geblokkeerd op de dispositieruimte van de betreffende fondsen. De variation margin wordt dagelijks verrekend in de liquide middelen.
31
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
31
Uitbesteding kerntaken Ingevolge regelgeving wordt onderstaand een overzicht van de kerntaken weergegeven die door de Beheerder zijn uitbesteed. In de overeenkomsten met de hierna te noemen partijen zijn onder meer voorschriften opgenomen ten aanzien van de prestatienorm, de onderlinge informatieverschaffing, de (formele) opzegtermijn en de vergoeding. Administratievoering De administratie is over de periode tot en met 31 mei 2014 uitbesteed aan KAS BANK N.V. De taken van de Administrateur zijn toegelicht in het halfjaarverslag onder hoofdstuk II paragraaf 1 ‘Profiel’. Uitvoering beleggingsbeleid De Beheerder heeft de uitvoering van het beleggingsbeleid van de Strategies uitbesteed aan Oyens & Van Eeghen. De Beheerder brengt voor de per 31 mei 2014 afgewikkelde O&E Fixed Income Strategy I-B en voor de O&E Fixed Income Strategy (tot en met 31 mei 2014 : O&E Fixed Income Strategy II) een beheervergoeding van 0,5% op jaarbasis, maandelijks in rekening. Dit is tevens de vergoeding die de Beheerder krijgt doorbelast van Oyens & Van Eeghen. Voor de overige Strategies ontvangt de Beheerder geen vergoeding voor haar werkzaamheden. De Participanten van de overige Strategies hebben rechtstreeks met Oyens & Van Eeghen een beheervergoedingsafspraak voor alle beleggingen in en eventueel buiten het Fonds. De directie van de Beheerder bestaat uit de heren R. van Wechem, CFA, CAIA en drs. J.H.N. Hoogenraad., die beide in dienst zijn van Oyens & Van Eeghen. De taken van de Beheerder zijn toegelicht in het halfjaarbericht onder hoofdstuk II paragraaf 1 ‘Profiel’. Overige transacties met de Beheerder zijn niet van toepassing.
1.4.5 Toelichting op de winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 4) Beheerkosten De beheerkosten over het eerste halfjaar 2014 die in rekening zijn gebracht door de Beheerder aan O&E Fixed Income Strategy I-B en II respectievelijk O&E Fixed Income Strategy (vanaf de herstructurering per 28 mei 2014) bedroegen € 236.512.
32
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
32
5)
Overige kosten
De overige kosten kunnen als volgt worden gespecificeerd:
Administrateur KAS BANK N.V. (t/m mei 2014) Kosten BNY Mellon (maand juni 2014) Accountantskosten Kosten Bewaarder O&E Paraplufonds B.V. Kosten toezichthouders (AFM/DNB/Oversight Entity) Bewaarloon Diversen Incidentele (baten) en lasten
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
106.650 30.749 21.119 30.467 21.077 42.567 35.635 (4.900)
137.844 12.138 30.914 19.076 39.962 26.700 -
283.364
266.634
6) Personeel De Beheerder maakt ten behoeve van het Fonds gebruik van de diensten van derden en heeft zelf geen personeel in dienst. 7)
Kostenratio’s
Berekeningswijze De kostenratio, ofwel de “total expense ratio”, wordt afgerond op twee decimalen en wordt berekend door de totale kosten te delen door de gemiddelde intrinsieke waarde van het Fonds. De gemiddelde intrinsieke waarde van het Fonds is de som van de intrinsieke waarden gedeeld door het aantal waarnemingen. Hierbij wordt de som van de intrinsieke waarden gebaseerd op de cijfers per 31 december van het voorgaande boekjaar, 31 maart en 30 juni van het onderhavige boekjaar. Onder totale kosten worden begrepen alle kosten die in een periode van 12 maanden ten laste van het resultaat worden gebracht. De kosten van de beleggingstransacties worden buiten beschouwing gelaten.
33
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
33
Kostenratio’s per Strategy Behoudens O&E Fixed Income Strategy, hebben de Strategies voor meer dan 10% van hun vermogens belegd in andere beleggingsfondsen. Alhoewel de kosten van deze beleggingsfondsen, zijnde de ‘indirecte kosten’ voor een Strategy, in de waardering van deze fondsen is verwerkt en aldus deel uitmaken van de waardeveranderingen van beleggingen, rust op de Strategy de wettelijke plicht om de kostenratio’s ook inclusief deze indirecte kosten weer te geven. De kostenratio’s per Strategy (exclusief en inclusief indirecte kosten) luiden als volgt: Let op: in het overzicht staan ook nog de oude namen en inmiddels opgeheven strategies. Kostenratio per Strategy
O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I-A (t/m 28 mei 2014) O&E Fixed Income Strategy I-B (t/m 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014)
1e hj 2014 1e hj 2013 inclusief indirecte kosten 1,12% 0,68% 1,01% 0,41% 0,12% 0,53% 6,36%
1e hj 2014 1e hj 2013 exclusief indirecte kosten
1,33% 0,90% 1,03% 0,28% 0,15% 0,60% 1,48%
0,68% 0,16% 0,13% 0,26% 0,12% 0,53% 3,22%
0,64% 0,17% 0,17% 0,28% 0,15% 0,60% 0,31%
O&E Fixed Income Strategy I heeft niet belegd in andere beleggingsfondsen en heeft daardoor geen indirecte kosten. Van de kosten van de beleggingsfondsen is een schatting gemaakt door een gewogen gemiddelde te berekenen van de ‘total expense ratio’ (TER) van de beleggingen van de Strategy die groter zijn dan 10% in een bepaald beleggingsfonds. Omdat de meeste fondsen nog geen TER over het eerste halfjaar 2014 hebben gepubliceerd is als bron de TER van deze beleggingsfondsen die in Bloomberg vermeld staat gekozen. Bloomberg gebruikt de laatst bekende TER (bijvoorbeeld gebaseerd op jaarverslag 2013, halfjaarbericht of prospectus van het beleggingsfonds). Kostenratio van het Fonds De kostenratio van het Fonds (inclusief indirecte kosten) over het eerste halfjaar 2014 bedraagt 0,83% waarvan circa 16% ten gunste van Oyens & Van Eeghen (via de Beheerder) is gekomen. In het verslagjaar per 30 juni 2013 was dit 0,90%, waarvan 16% ten gunste van Oyens & Van Eeghen (via de Beheerder) is gekomen.
34
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
34
8) Portfolio turnover ratio Berekeningswijze De portfolio turnover ratio (omloopfactor), geeft de omloopsnelheid van de activa weer en wordt als volgt berekend: [(T1 – T2) / X] * 100 T1: het totaalbedrag aan effectentransacties (effectenaankopen + effectenverkopen) van het Fonds gedurende de verslagperiode. T2: het totaalbedrag aan transacties (uitgifte + inkopen) van participatierechten van het Fonds gedurende de verslagperiode. X: de gemiddelde intrinsieke waarde van het Fonds. Dit is de som van de intrinsieke waarden gedeeld door het aantal waarnemingen. Hierbij wordt de som van de intrinsieke waarden gebaseerd op de cijfers per 31 december van het voorgaande boekjaar, 31 maart en 30 juni van het onderhavige boekjaar. Portfolio turnover ratio van het Fonds De portfolio turnover ratio van het Fonds laat het volgende beeld zien:
1e helft 2014
1e helft 2013
Totaalbedrag effectenmutaties Totaalbedrag kapitaalmutaties
183.994.061 84.134.524
268.856.016 200.574.801
Gemiddelde intrinsieke waarde
387.288.180
321.419.871
25,78%
21,24%
1e helft 2014 27,41% 25,79% 25,93% -8,21% 36,41% -5,84%
1e helft 2013 40,20% 44,22% 18,03% -5,96% -15,40% 0,80%
Portfolio turnover ratio Portfolio turnover ratio per Strategy O&E Fixed Income Strategy O&E Fixed Income Strategy Multi Asset O&E Global Equity Strategy O&E Hedge Fund Strategy O&E Fixed Income Strategy I (t/m 28 mei 2014) O&E Commodity Strategy (t/m 20 jan. 2014)
De omloopsnelheden van onder andere O&E Hedge Fund Strategy zijn negatief, omdat er meer participatierechten zijn uitgegeven, dan dat er effectentransacties zijn geweest.
35
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
35
2 O&E FIXED INCOME STRATEGY
36
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
36
2. O&E FIXED INCOME STRATEGY 2.1 Balans per 30 juni 2014 voor resultaatbestemming ACTIVA Beleggingen Obligaties Inflation linked bonds Obligatiebeleggingsfondsen
Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Effectentransacties Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
30 juni
31 december
EUR
EUR
20.721.933 3.739.289 64.347.379
70.552.576
88.808.601
70.552.576
550.030 550.030
201.756 201.756
20.170 2.031.516 2.051.686
20.565 722.897 743.462
91.410.317
71.497.794
81.729.148 20.170 5.191.593 2.597.998 89.538.909
66.212.044 20.565 5.904.155 (712.957) 71.423.807
1.733.249 138.159 1.871.408
73.987 73.987
91.410.317
71.497.794
37
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
37
O&E FIXED INCOME STRATEGY 2.2 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
68.589 996.602 1.748.228 3.489
2.340.416 (4.846.405) (10.623)
2.816.908
(2.516.612)
Overige opbrengsten Toe- en uittredingsprovisie Overige opbrengsten
15.754 -
2.653 18.922
Som der opbrengsten
15.754
21.575
2 177.774 5.050 51.838 234.664
117 180.332 4.274 57.906 242.629
2.597.998
(2.737.666)
Beleggingsresultaat Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen op RC
Lasten Interest Beheerkosten Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten Resultaat
38
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
38
O&E FIXED INCOME STRATEGY 2.3 Toelichting op de balans per 30 juni 2014 Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
2014
Begin verslagperiode Reallocatie Strategies Aankopen Verkopen Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2013
1 januari
1 januari
30 juni
31 december
EUR
EUR
70.552.576 24.361.839 10.133.748 (18.984.392) 996.602 1.748.228 88.808.601
73.242.758 52.491.201 (54.524.986) 1.686.950 (2.343.347) 70.552.576
Niet uit de balans blijkende verplichtingen 65 verkochte EURO-BOBL Futures (5-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 6.500.000 en de koers per 30 juni 2014 is 128,13. 18 verkochte EURO-BUND Futures (10-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 1.800.000 en de koers per 30 juni 2014 is 147,01. 19 verkochte US-Staatsobl. Futures (5-jaars), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt $ 1.900.000 en de koers per 30 juni 2014 is 119,46. 5 verkochte US-Staatsobl. Futures (10-jaars), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt $ 500.000 en de koers per 30 juni 2014 is 125,17.
Belangen groter dan 20% Pimco Global Investment Grade Credit Fund (deze paragraaf verder ‘het Pimco fonds’) Het O&E Fixed Income Strategy had ultimo 2013 meer dan 20% van haar belegd vermogen geïnvesteerd in het Pimco fonds. Het laatste jaarverslag is te vinden op de website van het Fonds: www.oebeheer.com onder Strategies, O&E Fixed Income Strategy. Bij de start van de verslagperiode was het belang 21%, per 30 juni 2014 is het belang dat de Strategy heeft belegd in het Pimco fonds gedaald onder de 20%. Het Pimco fonds belegt in bedrijfsobligaties wereldwijd en is gehedged in EUR. Er zijn geen specifieke afspraken tussen de O&E Fixed Income Strategy en het Pimco fonds. Het Pimco fonds staat onder toezicht in Ierland.
39
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
39
3 O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET
40
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
40
O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET 3.1
Balans per 30 juni 2014
voor resultaatbestemming ACTIVA Beleggingen Obligaties Inflation linked bonds Obligatiebeleggingsfondsen
Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Effectentransacties Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
30 juni
31 december
EUR
EUR
41.565.709 7.501.058 75.168.955 124.235.722
81.192.935 81.192.935
50.000 1.102.641 1.152.641
-
23.873 546.515 570.388
16.500 648.873 665.373
125.958.751
81.858.308
121.982.399 23.874 (72.560) 3.943.344 125.877.057
81.860.807 16.500 1.353.786 (1.418.972) 81.812.121
8.016 73.678 81.694
46.187 46.187
125.958.751
81.858.308
41
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
41
O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET 3.2
Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
138.936 895.995 2.965.152
2.322.076 (2.953.171)
4.000.083
(631.095)
5.304 5.287
1.598 18.556
Som der opbrengsten
10.591
20.154
Lasten Interest Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten
17 3.045 64.268 67.330
958 2.305 61.670 64.933
3.943.344
(675.874)
Beleggingsresultaat Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen
Overige opbrengsten Toe- en uittredingsprovisie Overige opbrengsten
Resultaat
42
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
42
O&E FIXED INCOME STRATEGY MULTI ASSET 3.3 Toelichting op de balans per 30 juni 2014 Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
Begin verslagperiode Reallocatie Strategies Aankopen Verkopen Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
31 december
EUR
EUR
81.192.935 48.867.418 14.301.000 (23.986.778) 895.995 2.965.152 124.235.722
59.565.030 87.755.540 (64.026.198) 13.354 (2.114.791) 81.192.935
Niet uit de balans blijkende verplichtingen Per 30 juni 2014 heeft de O&E Fixed Income Strategy Multi Assets de volgende positie in futures: 50 verkochte EURO-BOBL Futures (5-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 5.000.000 en de koers per 30 juni 2014 is 128,13. 30 verkochte EURO-BUND Futures (10-jaars Duitse staatsobligaties), met een looptijd tot en met september 2014. De nominale waarde bedraagt € 1.200.000 en de koers per 30 juni 2014 is 147,01.
43
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
43
4
O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY
44
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
44
O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY 4.1 Balans per 30 juni 2014 voor resultaatbestemming ACTIVA Beleggingen Aandelenbeleggingsfondsen Vorderingen Effectentransacties Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Effectentransacties Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
30 juni
31 december
EUR
EUR
134.854.741
132.750.327
118.000 118.000
-
10.260 211.339 221.599
11.880 462.896 474.776
135.194.340
133.225.103
114.072.960 10.260 13.177.116 7.714.827 134.975.163
119.977.290 11.880 184.801 12.990.695 133.164.666
137.229 81.948 219.177
60.437 60.437
135.194.340
133.225.103
45
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
45
O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY 4.2 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
830.380 6.935.788
7 172.930 3.542.697
7.766.168
3.715.634
Overige opbrengsten Toe- en uittredingsprovisie Overige opbrengsten
6.920 27.396
2.019 13.077
Som der opbrengsten
34.316
15.096
Lasten Interest Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten
259 1.620 83.778 85.657
42 2.354 62.595 64.991
7.714.827
3.665.739
Beleggingsresultaat Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen
Resultaat
46
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
46
O&E GLOBAL EQUITY STRATEGY 4.3 Toelichting op de balans per 30 juni 2014
Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
Begin verslagperiode Aankopen Verkopen Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
31 december
EUR
EUR
132.750.327 23.953.178 (29.614.931) 830.380 6.935.787 134.854.741
42.895.065 103.638.738 (26.862.540) 697.205 12.381.859 132.750.327
Belangen groter dan 20% iShares S&P 500 EUR Hedged (in deze paragraaf verder ‘het iShares fonds’) De O&E Global Equity Strategy heeft meer dan 20% van haar belegd vermogen geïnvesteerd in iShares fonds, dat verhandeld wordt op NYSE Euronext Amsterdam. Het laatste jaarverslag van het iShares fonds is te vinden op de website van het Fonds www.oebeheer.com of op http://nl.ishares.com/nl/rc/producten/IUSE:LSE. Bij de start van de verslagperiode was het belang 24,3%, per 30 juni 2014 is het belang dat de Strategy heeft belegd in het iShares fonds 24,8% ofwel € 33,6 miljoen. Het iShares fonds repliceert de S&P 500 index en hedged het valutarisico naar Euro. Er zijn geen specifieke afspraken tussen de O&E Global Equity Strategy en het iShares fonds.
47
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
47
5
O&E HEDGE FUND STRATEGY
48
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
48
O&E HEDGE FUND STRATEGY 5.1 Balans per 30 juni 2014 voor resultaatbestemming ACTIVA Beleggingen Hedge Funds Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Effectentransacties Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
30 juni
31 december
EUR
EUR
25.463.917
24.821.484
83.000 83.000
9.456 9.456
3.770 622.217 625.987
4.350 1.788.559 1.792.909
26.172.904
26.623.849
23.780.502 3.770 1.400.637 353.125 25.538.034
23.660.373 4.350 103.165 1.296.892 25.064.780
617.642 17.228 634.870
1.405.771 153.298 1.559.069
26.172.904
26.623.849
49
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
49
O&E HEDGE FUND STRATEGY 5.2 Winst- en verliesrekening over het eerste halfjaar 2014 2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
30 juni
EUR
EUR
189.648 134.368
(4) 287.419
324.016
287.415
Overige opbrengsten Toe- en uittredingsprovisie Overige opbrengsten
11.738 53.455
673 -
Som der opbrengsten
65.193
673
Lasten Interest Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten
580 35.504 36.084
537 580 21.864 22.981
353.125
265.107
Beleggingsresultaat Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen
Resultaat
50
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
50
O&E HEDGE FUND STRATEGY 5.3 Toelichting op de balans per 30 juni 2014 Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
Begin verslagperiode Aankopen Verkopen Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2014
2013
1 januari
1 januari
30 juni
31 december
EUR
EUR
24.821.484 6.776.918 (6.458.501) 189.648 134.368 25.463.917
12.070.579 18.983.860 (7.571.647) 99.835 1.238.857 24.821.484
Belangen groter dan 20%: De portefeuille van O&E Hedge Fund Strategy bevat drie investeringen waarbij gemiddeld meer dan 20% van het belegd vermogen in andere beleggingsfondsen is belegd, te weten:
SSARIS Multi Manager Absolute Return SAIL Topaz EdR Prifund Alpha Uncorrelated € SSARIS Multi Manager Absolute Return (in deze paragraaf verder ‘het SSARIS fonds’) Informatie van dit SSARIS fonds, die in het bezit is van de beheerder, mag niet publiekelijk worden verstrekt. Bij de start van de verslagperiode was het belang 19,5%, per 30 juni 2014 was het belang dat de Strategy had belegd in het SSARIS Fonds 29,5%. Het SSARIS fonds belegt in diverse strategieën die een lage correlatie vertonen met de financiële markten. Deze strategieën zijn te onderscheiden in 4 hoofdcategorieën, te weten Equity Hedge, Event Driven, Relative Value en Macro. Er zijn geen specifieke afspraken tussen de O&E Hedge Fund Strategy en het SSARIS fonds. Het SSARIS fonds staat niet onder toezicht, de beheerder (SSARIS Advisors, LLC, onderdeel van State Street) staat onder toezicht in de Verenigde Staten. SAIL Topaz (in deze paragraaf verder ‘het Sail Topaz fonds’) Informatie van dit Sail Topaz fonds, die in het bezit is van de beheerder, mag niet publiekelijk verstrekt worden. Bij de start van de verslagperiode was het belang 27,6%, per 30 juni 2014 was het belang dat de Strategy had belegd in Sail Topaz 27,9%. Het Sail Topaz fonds belegt in diverse strategieën die een lage correlatie vertonen met de financiële markten. Deze strategieën zijn te onderscheiden in 4 hoofdcategorieën, te weten Event Driven, Long/Short Equity, Relative Value en Tactical Trading. De nadruk ligt op Event Driven en Long/Short Equity strategieën. Oyens & Van Eeghen heeft vanaf 1 augustus 2013 een retrocessie onderhandeld die geheel ten goede komt aan de Strategy. Het Sail Topaz fonds staat onder toezicht in Luxemburg.
51
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
51
EdR Prifund Alpha Uncorrelated € (in deze paragraaf verder ‘Prifund’) Informatie van Prifund, die in het bezit is van de beheerder, mag niet publiekelijk verstrekt worden. Bij de start van de verslagperiode was het belang 24,5%, per 30 juni 2014 was het belang dat de Strategy had belegd in Prifund 23,1%. Prifund belegt in diverse strategieën die een lage correlatie vertonen met de financiële markten. De nadruk ligt op Event Driven en Multi-Manager strategieën. Er zijn geen specifieke afspraken tussen de O&E Hedge Fund Strategy en Prifund. Prifund staat onder toezicht in Luxemburg.
52
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
52
6
O&E FIXED INCOME STRATEGY I (opgeheven per 28 mei 2014)
53
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
53
O&E FIXED INCOME STRATEGY I 6.1 Balans per 28 mei 2014 voor resultaatbestemming
ACTIVA Beleggingen Staatsobligaties Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
28 mei
31 december
EUR
EUR
-
76.235.622
-
277.320 994.677 1.271.997
6.747 6.747
17.567 499.110 516.677
6.747
78.024.296
(1.771.997) 1.771.997 -
74.752.135 17.567 4.088.844 (892.271) 77.966.275
6.747 6.747
58.021 58.021
6.747
78.024.296
54
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
54
O&E FIXED INCOME STRATEGY I 6.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2014 tot en met 28 mei 2014 2014
2013
1 januari
1 januari
28 mei
30 juni
EUR
EUR
963.872 (847.752) 1.743.966
872.513 161.429 (2.010.442)
1.860.086
(976.500)
Overige opbrengsten Interest Toe- en uittredingsprovisie
9.039
3 2.160
Som der opbrengsten
9.039
9.658
411 52.836 2.493 41.388 97.128
45 56.180 3.793 46.990 107.008
1.771.997
(1.081.345)
Beleggingsresultaat Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen
Lasten Interest Beheerkosten Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten Resultaat
55
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
55
O&E FIXED INCOME STRATEGY I 6.3 Toelichting op de balans per 28 mei 2014 Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
Begin verslagperiode Aankopen Verkopen Reallocatie naar O&E FIS/FIS Multi Asset Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2014
2013
1 januari
1 januari
28 mei
31 december
EUR
EUR
76.235.622 19.200.474 (23.103.053) (73.229.257) (847.752) 1.743.966 -
61.815.781 38.794.290 (21.468.336) (60.235) (2.845.878) 76.235.622
Bij de herstructurering eind mei 2014 is de aanwezige portefeuille overgebracht naar de O&E Fixed Income Strategy respectievelijk de O&E Fixed Income Strategy Multi Asset. De future-posities waren reeds geheel afgewikkeld bij de afwikkeling van deze Strategy.
56
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
56
7
O&E COMMODITY STRATEGY Opgeheven per 20 januari 2014
57
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
57
O&E COMMODITY STRATEGY 7.1 Balans per 20 januari 2014 voor resultaatbestemming
ACTIVA Beleggingen Aandelenbeleggingsfondsen Vorderingen Effectentransacties Overige vorderingen en overlopende activa Overige activa Immateriële vaste activa Liquide middelen
Totaal Activa
PASSIVA Fondsvermogen Participantenvermogen Wettelijke reserve Algemene reserve Onverdeeld resultaat
Kortlopende schulden Effectentransacties Schulden aan kredietinstellingen Overige schulden en overlopende passiva
Totaal Passiva
2014
2013
20 januari
31 december
EUR
EUR
-
7.143.315
-
59.580 59.580
-
1.950
-
7.204.845
29.773 (29.773) -
9.232.199 1.950 (527.290) (1.543.103) 7.163.756
1.950
-
38.643 2.446 41.089
-
7.204.845
58
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
58
O&E COMMODITY STRATEGY 7.2 Winst- en verliesrekening over de periode 1 januari 2014 tot en met 20 januari 2014
Beleggingsresultaat Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen Ongerealiseerde waardeveranderingen
Overige opbrengsten Interest Toe- en uittredingsprovisie Overige opbrengsten Som der opbrengsten Lasten Interest Beheerkosten Afschrijving immateriële vaste activa Overige kosten Som der lasten Resultaat
2014
2013
1 januari
1 januari
20 januari
30 juni
EUR
EUR
(714.268) 694.097
(1.038.311)
(20.171)
(1.038.311)
-
12 653 665
1.064 1.950 6.588 9.602
318 15.611 15.929
(29.773)
(1.053.575)
59
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
59
O&E COMMODITY STRATEGY 7.3 Toelichting op de balans per 20 januari 2014 Het verloop van de beleggingen gedurende de verslagperiode is als volgt:
2014
Obligatiebeleggingsfondsen Begin verslagperiode Aankopen Verkopen Gerealiseerd koersresultaat Ongerealiseerd koersresultaat Einde verslagperiode
2013
1 januari
1 januari
20 januari
31 december
EUR
EUR
7.143.315 (7.123.144) (714.268) 694.097 -
6.689.866 14.128.276 (12.158.694) (1.290.526) (225.607) 7.143.315
Vanwege de afwikkeling van deze Strategy in januari 2014, zijn alle belangen in de portefeuille in januari 2014 verkocht. Belangen groter dan 20% Per 1 januari 2014 had de O&E Commodity Strategy heeft 2 investeringen van meer dan 20% van haar belegd vermogen in andere beleggingsfondsen, te weten: Russell OpenWorld Commodities Long/Neutral Strategy Barclays Capital Backwardation Long Only Index. Russell OpenWorld Commodities Long/Neutral Strategy (in deze paragraaf verder ‘het Russell fonds’) Het laatste jaarverslag van het Russell fonds is te vinden op de website van het Fonds op http://www.openworldinvesting.com/fund_info/. Bij de start van de verslagperiode, op 1 januari 2014, was het belang dat de Strategy heeft belegd Russell OpenWorld Commodities Long/Neutral Strategy 20,6%% ofwel € 1,5 miljoen. Het Russell fonds belegt via futures in 11 verschillende grondstoffen die maandselijks worden herwogen volgens bepaalde objectieve algoritmes die zijn gebaseerd op prijstrends. Er zijn geen specifieke afspraken tussen de O&E Commodity Strategy en het Russell fonds. Het Russell fonds staat onder toezicht in Ierland. Barclays Capital Backwardation Long Only Index (in deze paragraaf verder ‘het Barclays fonds’) Het laatste jaarverslag van het Barclays fonds is te vinden op http://www.fundsadvisory.barclays.com/Home/Funds/FundsView.html?tab=fundOverview&isin=LU0772672126. Bij
de start van de verslagperiode, op 1 januari 2014, was het belang dat de Strategy heeft belegd in Barclays Capital Backwardation Long Only Index 66,4% ofwel € 4,8 miljoen. Het Barclays fonds belegt via futures in 10 verschillende grondstoffen die maandelijks worden herwogen volgens bepaalde objectieve algoritmes die zijn gebaseerd op de vorm van de termijncurve, die als proxy wordt gebruikt voor voorraadniveaus. Oyens & Van Eeghen heeft een retrocessie onderhandeld die geheel ten goede komt aan de Strategy. In 2013 zijn de retrocessies vervallen als gevolg van een wijziging van de feestructuur van het Barclays fonds. Het Barclays fonds staat onder toezicht in Luxemburg.
60
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
60
Amsterdam, 31 december 2014 De beheerder, Oyens & Van Eeghen Beheer B.V.
________________________ R. van Wechem, CFA, CAIA Directeur
____________________ drs. J.H.N. Hoogenraad Directeur
61
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
61
IV.
OVERIGE GEGEVENS
1 Geen controleverklaring van de onafhankelijke accountant De cijfers in dit halfjaarbericht zijn niet door de onafhankelijke accountant gecontroleerd.
2 Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen materiële gebeurtenissen na balansdatum geconstateerd.
62
Halfjaarbericht 2014 O&E Paraplufonds – geen accountantscontrole toegepast
62