Notulen vergadering 16 maart 2015, 19.30 uur, Boscotondo Aanwezig: Voorzitter: Griffie: Leden commissie M:
Portefeuille: Notulist: Afw. m.k.
Commissie M
J. Roefs P. Berkers Dhr. M. Chahim (PvdA), dhr. M. Chmourra (GL), dhr. J. Damen (VVD), dhr. S. Dere (CDA), dhr. J. Hamacher (Lokaal Sterk), dhr. G. Hurks (Helder Helmond), dhr. M. Janssen (Lokaal Sterk), dhr. N. Kaygisiz (PvdA), mevr. L. Maráczi (SP), mevr. D. Meulenbroek (CDA), mevr. W. van Paassen (SP), mevr. A. Raaijmakers (CDA), dhr. M. Selten (D66), dhr. J. Smeets (Senioren 2013), dhr. L. Smits (Helmond Aktief), dhr. A. Spruijt (SP), mevr. S. Stijkel (Senioren 2013), mevr. H. Verouden (FVvL), dhr. N. Zarroy (D66) wethouder Van der Zanden, wethouder De Leeuw en wethouder De Vries mw. M. Boetzkes Dhr. H. Bekkers, dhr. M. Isselt, dhr. R. Verhoeven.
1. Opening en mededelingen De voorzitter opent de vergadering en heet de aanwezigen welkom. - lijst van toezeggingen: Dhr. Janssen op de lijst staat dat we in het voorjaar enkele casussen bespreken. Welke casussen gaan we bespreken? Dhr. Chahim antwoordt: we hebben een discussie gehad hoe we als commissie betrokken kunnen blijven over casussen binnen jeugdzorg en Wmo. De casussen bespreken we in de loop van het jaar, dus dit komt nog. - bestuurlijke kalender 2015: Dhr. Janssen, waar stoelt dit op, is de lijst compleet? Weth. Van der Zanden: de lijst is niet compleet, wordt nog aangevuld. Zodra er meer info is wordt u geïnformeerd. Mevr. Raaymakers antwoordt: deze commissie wilde weten wat er dit jaar op de planning staat, zodat men zich als fractie tijdig kan voorbereiden. - wijziging functie griffie Paul Berkers, continuering griffie werkzaamheden. 2. Vaststellen ontwerpagenda 16 maart 2015. Ontwerpagenda is vastgesteld. 3. Notulen van de vergaderingen van 9 februari 2015 Dhr. Hurks: punt 8, staat wat “kost het” als het op voorhand wordt berekend, moet zijn wat “levert het op ”als het op voorhand wordt berekend. Met inbegrip van bovenstaande wijziging worden de notulen vastgesteld. 4. Technische rondvraag: behandeling van vooraf gestelde technische vragen. Dhr. Smits heeft naar aanleiding van een artikel in het Binnenlands bestuur waar wethouder De Leeuw aangehaald wordt een vraag gesteld over de wijze van wijkgericht werken in Helmond en het inzetten van sociale wijkteams zoals in veel andere steden gebruikelijk. Dit komt aan de orde bij de presentatie wijkgericht werken en de Wmo. 5. Presentatie evaluatie wijkgericht werken Mw. K. van Uden geeft een informerende toelichting op het wijkgericht werken. De evaluatie is voorafgaand aan de commissievergadering aan de commissieleden toegestuurd. Dhr. Chahim: is het naar de toekomst toe nog robuust genoeg of moet het aangepakt worden? Het werven van leden voor de wijkraden speelt dat nog steeds? Veel suggesties zijn goed om te komen tot een update van de nota. Er is al veel verbeterd t.o.v. 2010. Mogelijk dat de wijken autonomer moeten werken. Hoe kunnen we de toekomst tegemoet komen met een geüpdatete versie van het wijkgericht werken? De wijkwethouders vullen die rol ook verschillend in en de reacties vanuit de wijken zijn ook verschillend. De rol van wijkwethouder moet duidelijk afgebakend zijn. De bewoners vinden het lastig met wie ze nu in eerste instantie moeten communiceren, de wijkwethouder of de portefeuillehouder?
Commissie Maatschappij
Blz. 1
Weth. De Vries: de evaluatie is positief. Over de wens “wijkgericht werken 3.0” moeten we goed nadenken, hoe men dingen met de wijk afspreekt en niet teveel in beleid omzetten. We willen initiatieven vanuit de wijk en die als gemeente ondersteunen en faciliteren. Dhr. Zarroy: het is niet helemaal helder waar de verantwoordelijkheden liggen. Is het mogelijk om een schema te krijgen waarin de lijnen duidelijk zijn, hoe wat waar loopt? Zijn de 940 inwoners die de enquête hebben ingevuld representatief genoeg? De wijkraden hebben niet genoeg draagvlak. Wat zijn slimme verbindingen? Een update voor wijkgericht werken ondersteunt D66 van harte. Mevr. Meulenbroek: de raadsleden en professionals zijn niet meegenomen in de evaluatie, dat is een gemis. We willen graag weten of er een notitie o.i.d. komt. Wat is wijkgericht werken en wat niet meer? Wanneer weten we of de doorontwikkeling werkt? Een betere omschrijving van de algemene wethouder, de wijkwethouder, de wijkraad, de ambtenaren en de professionals kan daarbij helpen. Dhr. Smits: waar liggen onze verantwoordelijkheden, wat mogen wij, hebben we adviesrecht, met wie moeten we communiceren? Moet dat met de wijkwethouder of rechtstreeks met de ambtenaar? Wat is de waarde/inbreng van de georganiseerde bewoners i.v.m. het wijkgericht werken. Hoe komen de professionals aan hun klantenbinding? Hoe komen we tot de potentiele Wmo klanten en hoe komen we tot resultaten en hoe kunnen we de kosten bewaken? Dhr. Hurks: 64 % van de bevolking is niet bekend met de wijkraden. Is het smoelenboek alleen professionals of is dat voor iedereen? Dhr. Hamacher: is het proberen greep te krijgen op de wijk of is het gebruik maken van de eigen kracht van de wijk. Wijkgericht werken wordt steeds meer, is de structuur daar wel goed voor? Kunnen mensen dit aan, gaan we dit faciliteren? Zijn de wijkraden een voldoende afspiegeling van de wijk? Hoeveel is een evaluatie waard als weinig mensen weten van de wijkraad. Is de tevredenheid wel terecht om het mee te nemen in ons beleid? Mevr. Verouden: zijn de wijkraden inmiddels op volle sterkte en compleet? Hoe zit het met de ondersteuning en facilitering. Waar komt de legitimering van de wijkraden vandaan? Dat is een belangrijk punt naar de toekomst toe. Dhr. Smeets: er wordt veel verwacht van vrijwilligers. In de praktijk komt het op dezelfde mensen neer. We moeten er niet te licht over denken wat we van bewoners kunnen vragen. Weth. De Vries: draagvlak van de wijkraad t.o.v. de inwoners. Het is ons eerste aanspreekpunt, het zal nooit draagvlak krijgen van de hele wijk. Het is ook de verantwoordelijkheid van de gemeente om te kijken of het beleid dat we maken voldoende draagvlak heeft. Dhr. Chahim: draagvlak vanuit de wijkraden doen we al lang. We moeten ook de verantwoordelijkheid van burgers aanspreken. We mogen de vrijwilligers ook het vertrouwen geven. Mevr. Meulenbroek: draagvlak en legitimiteit zijn 2 verschillende dingen. Wie heeft nu precies de verantwoordelijkheid? Weth. De Vries: we hebben te maken met verschillende beleidsvelden. We moeten constant het gesprek aangaan. Niet alle wijkraden zijn op volle sterkte, maar er wordt wel aan gewerkt, daar zijn we mee in gesprek. Iedere wijkraad heeft een wijkadviseur die meekijkt. Mevr. Van Uden: er is meer dan alleen de wijkraden, ook de netwerken in de wijk. Er zijn ook goede buurtcommissies. Dhr. Zarroy: daarom de vraag waar de verantwoordelijkheden liggen. Mevr. Van Uden: de buurt kijkt zelf waar ze mee bezig willen zijn en wat ze op willen pakken. De wijkraden krijgen elk jaar een budget en ze moeten daar elk jaar verantwoordelijkheid voor afleggen waar ze het aan besteed hebben. Weth. De Vries: we maken een smoelenboek voor elke wijk. Wij kijken met de wijkraden hoe zij zich online manifesteren en we kijken met hun mee hoe goede ideeën uitgevoerd worden. Dhr. Hurks: is het smoelenboek voor de hele Helmondse bevolking toegankelijk? Mevr. Van Uden: het is in eerste instantie voor de professionals. Het hangt aan een wijkplatform. Elke wijk heeft op het wijkplatform een startpagina waar allerlei algemene info te vinden is. Weth. De Vries: professionals zijn wel meegenomen in een sessie om hierover door te praten, raadsleden niet aan de voorkant. Er zitten 1000 mensen in het stadspanel, het is een gemêleerd gezelschap en die is representatief voor de stad. Wij bespreken ook met de wijkraden hoe ze ervoor zorgen dat ze aanwezig zijn. Mevr. Raaymakers: wanneer een groep bewoners iets wil realiseren kan men rechtstreeks contact opnemen met de wijkraad, maar men kan ook een brief sturen naar de gemeente. We kunnen als gemeente ook de wijkraad en individuele initiatiefnemers bij elkaar brengen. Weth. De Vries: dat is ook het streven aan de voorkant; het in contact brengen met elkaar. Wij komen nog terug op de rol van de wijkwethouder. De vraag van het CDA neemt wethouder mee terug.
Commissie Maatschappij
Blz. 2
6. Presentatie voortgang van de Wmo en jeugdzorg Mw. W. Teeuwen en mw. Y. Hoeben lichten Wmo respectievelijk Jeugdzorg toe. Dhr. Chahim: er is veel onrust in het land over de ouderbijdrage. De staatssecretaris heeft aangekondigd een onderzoek te doen naar in hoeverre dat de toegang tot de zorg belemmerd. Er is een aantal gemeenten die besloten hebben de ouderbijdrage te bevriezen. Heeft deze discussie ook binnen Peel 6.1 plaatsgevonden en wat was onze afweging daarin? Weth. De Leeuw: we wachten op het onderzoek van de staatssecretaris. In principe is de bezuiniging ingerekend. Dhr. Janssen: de lijst van de SVB wordt gescreend, over hoeveel personen en bedragen gaat het? Mevr. Hoeben: het zijn onvolledigheden, dat komt door de digitalisering. Het ligt deels bij de klant, deels bij SVB. We kijken samen met de SVB waar zaken ontbreken. Als het nodig is wordt vanuit de gemeente gevraagd gegevens aan te vullen. Er moeten 600 pgb houders gecontroleerd worden vóór 1 april, dat is het noodscenario. Wij streven ernaar de controles uitgevoerd te hebben. Dhr. Selten: wat voor alternatieve scenario’s worden onderzocht? Weth. De Leeuw: we gaan ervan uit dat BJZ per 1-4 gecertificeerd is. Dhr. Selten: zijn er gevallen bekend die schrijnend zijn en hoe worden die opgepakt? Mevr. Hoeben: dan wordt er contact opgenomen met ons of SVB, daar zitten aan beide zijden mensen die direct zaken kunnen regelen. Dat is het responsteam, dat werkt goed en snel. Mevr. Raaymakers: CDA wil op dit gebied zorginstelling en huisvesting niet bij elkaar hebben. We zijn nu een oplossing aan het zoeken die dezelfde richting op gaat. Moeten we er nu niet een scheiding in aanbrengen? Mevr. Verouden: huishoudelijke hulp, keukentafelgesprekken; als men meer uren wil, zou dat kunnen en die worden dan ook door de gemeente ondersteund. Dhr. Smeets: er zijn 2000 ouderen verleid uit de verzorgingshuizen te vertrekken en weer zelfstandig te gaan wonen. Zijn er in Helmond gevallen bekend, zo ja, wil de gemeente er dan op toezien dat er aan deze mensen de nodige aandacht wordt besteed en als ze terug willen ze daarbij te helpen. Dhr. Janssen: volledige onafhankelijkheid voor cliënten, wat betekent dat? Hoe zorgen we dat het bij de mensen bekend wordt. Dhr. Smits: is er financieel risico voor de gemeente i.v.m. de financiële problemen bij ONZ? Weth. Van der Zanden: we hebben geen contract voor huisvesting bij ONZ, maar bij ONZ is dat gekoppeld. Als iemand daar geen zorg meer krijgt verliest hij ook zijn huisvesting. We gaan met de zorgaanbieders, die de cliënten op kunnen vangen praten, ook over de huisvesting. We zijn ook actief in gesprek met cliënten die bij ONZ wonen. We zorgen voor een vangnet voor deze cliënten dat ze goed over kunnen gaan. Mevr. Raaymakers: we voorzien de komende jaren grote problemen ontstaan. Verzoek van CDA om het uit elkaar te trekken. Dhr. Zarroy: er is toch een zorgcontract en een huurcontract? Weth. Van der Zanden: de zorgen zijn terecht. We zijn met onze partners in gesprek om te kijken wat er op ons af komt. Mevr. Teeuwen: het oude systeem werkt niet meer. Toewijzen van woningen bij urgentie gaat via de gemeente. We krijgen zo ook een goed beeld van de behoefte en gaan in gesprek met de corporaties over wat er nodig is. Weth. Van der Zanden: 4 certificaten zijn er uitgereikt voor onafhankelijke cliëntondersteuners. Ondersteuners van MEE zijn ook onafhankelijk. We hebben contact met de KBO’s etc. om mensen te informeren hoe ze in contact kunnen komen met een cliëntondersteuner. Ook via de media etc. zo breed mogelijk uitdragen. We hebben aan ONZ gevraagd vóór 24-3 inzicht te geven van de financiele situatie, zodat we op basis daarvan kunnen kijken wat voor gevolgen het heeft voor de zorgcontinuïteit. De gemeente is niet verantwoordelijkheid voor de schuld van ONZ. Er zijn géén gevallen bekend van mensen die gevraagd zijn het verzorgingshuis te verlaten. Mevr. Teeuwen: huishoudelijke hulp toelage; mensen kunnen extra hulp inkopen voor extra dingen, een gedeelte betaalt de gemeente een gedeelte betalen ze zelf. Er zijn ook pluspakketten, maar dat is een andere vorm van dienstverlenen. Dhr. Zarroy: wat als de 10 cliënten niet worden opgenomen door andere zorginstellingen. Weth. Van der Zanden: we hebben op dit moment voldoende vertrouwen dat die worden opgevangen door een andere zorgaanbieder. 7. Nota onderzoek Wmo en Kunst&Cultuur subsidies rekenkamercommissie Dhr. Damen: VVD onderschrijft het rapport en de conclusies. VVD is het niet eens met de kanttekeningen op cultuurbeleid. De onafhankelijke onderzoeken die gedaan zijn moet men respecteren en
Commissie Maatschappij
Blz. 3
men moet gaan zoeken naar oplossingen zoals voorgesteld en aangedragen, daar moet men op terug komen. Met name de financiële paragraaf is een belangrijk item. Dhr. Smeets onderstreept de 7 aanbevelingen. Per wanneer worden die opgevolgd? Men wacht op de concretisering van eigentijdse visie, beleidsdoelen, procesmodel, eisen aan subsidie ontvangers etc. Voor wie en onder welke voorwaarden is e.e.a beschikbaar? De algemene subsidieverordening 2009 en de nadere regels 2009 zullen in een eigentijds concept moeten worden gegoten. Dhr. Hamacher: hoe wordt de koppeling met het veld gemaakt? Dhr. Hurks: worden de beoogde doelen wel behaald? Mevr. Van Paassen: SP kijkt uit naar de resultaten van de gesprekken met de vrijwilligersorganisatie en wil graag op de hoogte gehouden worden. Wanneer komt de nota kunst en cultuur? Dhr. Dere: CDA zou het goed vinden als de commissie omgeving een geheel nieuwe start zou maken op het gebied van kunst en cultuur want formeel gezien hebben we nu alleen een cultuur kompas dat erg abstract is. Er zijn weinig handvatten tussen beleidsdoelen en resultaten. Hoe efficiënt is het om met afzonderlijke deelnota’s te werken? Over de 1 mlj. structurele bezuinigingen die eraan komen en de willekeur aan losse subsidiebedragen dienen afspraken gemaakt te worden. Dhr. Zarroy: D66 kan zich vinden in de aanbevelingen. Zorg dat er aan de voorkant criteria zijn zodat we weten waar subsidie aan gegeven wordt, vooral de professionele organisaties. Dhr. Chahim: nieuwsgierig naar het plan van het college om subsidies te uniformeren. Weth. De Leeuw: t.a.v. uniformeren van subsidies, we zijn langzaam gegaan naar een resultaat beoordeling, we gaan nu in gesprek met de organisaties. Er moet een balans zijn wanneer je sturing geeft met geld en wanneer je het helemaal dicht regelt en het initiatief afbreekt. In het Wmo subsidieprogramma worden de eerste stappen gezet. Bij cultuur moet een enorme bezuinigingsslag gemaakt worden, zij krijgen een stuk minder subsidie. Daarover zijn we met elkaar in gesprek. Dhr. Hamacher: Wmo en cultuur, wordt het onderwerp ook behandeld in de commissie Omgeving? Hoe zit het financieel? Weth. De Leeuw: nee, het wordt niet in een andere commissie behandeld wel de voortzetting van de discussie. Dhr. Dingen: de mensen van de rekenkamercommissie zijn geen onderzoekers. Als er een onderzoek gedaan moet worden benaderen ze een onderzoeksbureaus. Er komen altijd 3 offertes. Men kijkt naar de prijs/kwaliteit verhouding. Het budget stelt de raad jaarlijks vast. Het onderzoek was geen fraudeonderzoek. Wij zijn niet naar de instellingen toegegaan. Advies: alle fracties geven, na inzage van de stukken en gehoord de gegeven toelichting, een positief advies inzake dit voorstel 8. Leges kinderopvang Dhr. Chahim: de € 12.000,-- wordt bekeken in de VJN. Dhr. Selten: D66 kan instemmen met het voorstel. Dhr. Spruijt: is het redelijk dat we de kosten voor inspectie elders neerleggen. SP wil weten of men dat goed ziet voordat ze instemmen met het voorstel. Dhr. Hurks kan zich niet vinden in de leges voor kleine gastouders. Voorstel om het terug te brengen tot € 0,-- . De dekking uit incidenteel bij de VJN bekijken. Mensen die voor 6 kinderen zorgen, mogen wel gefaciliteerd worden vanuit de gemeente. Dhr. Selten: waarom bent u niet eerder met dit voorstel gekomen. Dhr. Janssen: € 418,-- is voor een beginnend gastouder een hoog bedrag. Gastouderbureaus die moeten € 666,-- gaan betalen. Bij weinig klanten is dat ook erg fors. Een mogelijkheid om dit te omzeilen is dat men zich dan in een andere gemeente gaat vestigen, want het gastouder zijn en het gastouderbureau hoeft niet binnen dezelfde gemeentelijke grenzen te zijn. Zijn er binnen de Peel afspraken over? Klopt het dat wij i.h.k.v. het gemeentefonds een bijdrage krijgen voor de uitvoering van de Wet Kinderopvang? Zo ja, hoeveel is dat en waar gebruiken we dat voor. Alle raadsvoorstellen zouden voorzien zijn van een duidelijke financiële onderbouwing. Onvoorzien lijkt ons niet de meest geschikte post. Dhr. Zarroy: bij de begroting is het aangehouden en afgesproken dat we dit in de commissie willen bespreken. Iedereen had zich kunnen voorbereiden. Het college komt nu met een voorstel dat min of meer afgekraakt wordt. Mevr. Stijkel: een nieuw adres hoeft niet automatisch aan alle gangbare eisen te voldoen, hoe gaan we daar mee om? Ons inziens zou een nieuw adres opnieuw beoordeeld moeten worden en de kosten die er voor gemaakt worden. Weth. De Leeuw: het voorstel vanuit het college was dekkend. We hebben een tijdelijke oplossing
Commissie Maatschappij
Blz. 4
gevonden die we structureel gaan afdekken. We maken bepaalde kosten wel, maar die worden niet in rekening gebracht. Het voorstel is niet in Peel 6.1 behandeld. De GGD doet 5% tot 10% per jaar aan onverwachte controles bij gastouders. Mevr. Proost: als een gastouder wil starten dient het gastouderbureau een aanvraag in. Er wordt een inspectie uitgevoerd door de GGD, als die akkoord is, dan wordt de gastouder geregistreerd. Voor die handeling vragen we leges, elke volgende vraag is een nieuwe handeling daar worden kosten voor gemaakt, maar die brengen we niet in rekening. De keuze in dit voorstel is om de gastouder éénmalig te belasten. Regelmatig overleg met MRE en Peel is nu nog een brug te ver. Onze leges gaan alleen over de GGD kosten. De aanvraag wordt gedaan bij de gemeente waar de gastouder woonachtig is. Wij krijgen een geringe bijdrage voor toezicht en handhaving. Advies: Helder Helmond, Senioren 2013, SP, Lokaal sterk en PvdA maken een voorbehoud. De overige fracties zijn akkoord.
De voorzitter dankt de aanwezigen voor hun bijdragen en sluit om 22.30 uur de vergadering.
Commissie Maatschappij
Blz. 5