NOTITIES BIJ PRESENTATIE: Cursus Vista en Wordpad Basiscursus Deel1 en 2

NOTITIES BIJ PRESENTATIE: “Cursus Vista en Wordpad Basiscursus Deel1 en 2” DIA 1 VERWELKOMING: Welkom aan de deelnemers. Thema van de les wordt kort omschreven. De “vroegkomers” kunnen/konden oefenen met de muis, bij Rob Coers: http://www.robcoers.nl

DIA 2 Voorstelling: Animator(en) stelt (stellen) zich voor. Deelnemers worden verzocht om zich eveneens voor te stellen, tevens aan te geven wat hun verwachtingen zijn en wat ze al doen op het vlak van Computer (beter dan: ”wat kent ge er al van?”)? Verwachtingen worden zo mogelijk op (flap)bord opgetekend.

DIA 3 Doelstelling: De doelstelling van de volledige opleiding via volgende dia en toelichting bij “wat is SNV?” Wat is een animator? Wijzen op onze leuze: senioren leren van en aan senioren. Hier is geen sprake van “een meester of docent” enerzijds en “leerlingen” anderzijds. We proberen ook om aan te sluiten bij de ervaringen van mensen. Deelnemers krijgen ook een print-out van de presentatie. 1. Eerste vraag: hoe gaan we met een Computer om? Wat moet je weten en doen om ermee aan de slag te gaan? 2. We horen iedere dag wel wat zeggen over het Internet. Op radio en TV hoor je het regelmatig: bvb “surf naar www.een.be “ Wat is dan surfen, en hoe doe je dat? 3. Verder gaat het over een ander veel gebruikt begrip: e-mail. “stuur me maar een mailtje”! Wie weet waar die “e” voor staat? Niet elektrisch, wel elektronisch. De term “elektronische post” drukt het goed uit: het verzenden van brieven en documenten via de computer en het internet. 4. “Computervirussen”: al van gehoord? Van zodra de Computer en het Internet bestaan, zijn er ook virussen. Maar, we kunnen ons beveiligen. 5. De overheid maakt ook steeds meer gebruik van het internet. Een voorbeeld is de elektronische identiteitskaart of EID. Wie van jullie heeft er al zo één? We gaan daar in een later deel iets over zeggen.

Maart 2008

Seniornet Vlaanderen VZW

Basiscursus Vista en Notepad: notities

Pagina 1 van 10

DIA 4 Type van de cursus: Het gaat hier niet om een grondige of uitgebreide cursus (– die geven wij anders ook wel–). Dit is een “initiatiecursus”, een hulp bij de eerste stappen op Computer en het Internet. Er is hiervoor enige basiskennis nodig – maar wees gerust, het gaat niet om een lijvig cursusboek ! De vier cursusonderdelen even overlopen. Verder tonen we in onze lessenreeks wat de mogelijkheden zijn van het Internet, en een aantal zaken, zoals surfen en e-mailen, en dit allemaal inoefenen. Maar wat zien we vandaag?

DIA 5 Samenstelling: De volledige opleiding bestaat uit 4 delen maar deze van vandaag zal zich beperken tot het leren omgaan met de computer. We spreken wel over “de Computer” of “de Pc”, maar eigenlijk gaat het om een geheel (een metalen bak) met losse randapparatuur. We overlopen even de voornaamste, die ook op de dia afgebeeld staan: 1. De muis of het half bolvormig apparaatje waarmee je kunt “klikken” en een “pijl” over het scherm laten gaan of nog opdrachten uitvoeren. 2. Het scherm is allernoodzakelijkst om te kunnen volgen wat we willen doen! Als je de computer start kom je na de opstartfase terecht op het Bureaublad. (in het Engels ‘Desktop’): dat is zowat als de titelbladzijde van een boek. 3. Computers hebben een toetsenbord o.a. om tekens in te voeren. Denk aan onze vroegere typmachine: wie tekst op papier wilde zetten moest de juiste toetsen aanslaan. Maar het toetsenbord van de computer bevat er veel meer, bij voorbeeld de F-toetsen, wat staat voor functies. We komen daar later verder op terug. 4. Even terug nu naar het bureaublad: daar staan pictogrammen; dat zijn kleine afbeeldingen die werken als een deurtje: als je er één of twee keer op klikt open je een programma. Zo zie je hier het bekende blauwe e-met-ovale-ring: dat staat voor het surfprogramma Internet Explorer. 5. De meeste (96%) van de computers werken met het besturingssysteem Windows van Microsoft. Letterlijk betekent dat Vensters. Minder frequent zijn Linux en Apple besturingssystemen te vinden. We zegden “vensters”: daar werkt dat Windows-programma inderdaad mee: als je een programma opent, dan krijg je een specifiek Venster te zien, waarbinnen je kunt werken. 6. Alles wat we bekijken of zelf maken kunnen we ook opslaan. Denk aan een tekst of een foto. We kunnen ze opslaan op de Computer zelf maar we kunnen ze ook nog kopiëren naar een “opslagmedium”, zoals een CD- of DVD-schijfje (zie afbeelding), en de USB-stick, die nu wel definitief de vroegere diskette hebben vervangen. En dan vergeten we nog even de geheugenkaartjes en de uitwendige harde schijven! Waarom geen diskette meer? Eén digitale foto is al te groot voor een diskette!

Maart 2008



Pagina 2 van 10

DIA 6 Basissets: Sommigen herinneren zich nog wel de eerste “personal computers”: grote, dure, trage bakken met monochrome schermen met witte of groene letters op zwarte achtergrond. Na de 386-en en de 486en kwam de Pentium 1 enz. Er zijn vandaag twee basissets: de Desktop Computer (ook tafelmodel genoemd) en de Laptop of Notebook De materiële onderdelen van de computer noemen we met een Engelse term hardware (letterlijk: harde waar). De programma’s om de Computer bepaalde taken te doen uitvoeren noemen we software .

DIA 7 Desktop: De desktopcomputer bestaat in de eerste plaats uit een systeemkast, een metalen kast die op of onder de tafel wordt geplaatst. De systeemkast heeft een aan-uit-knop en een paar verklikkerlampjes. Vervolgens hebben we een computerscherm nodig dikwijls een LCD-scherm – de “glazen bolletjes” zijn stilaan uitzondering aan het worden) en verder ook nog een toetsenbord en een muis.

DIA 8 Laptop: De laptop bestaat dan weer uit een kunststof omhulsel dat je kan openklappen om scherm en toetsenbord te zien; dat is dan weer handiger om van werkplaats te veranderen, thuis of op reis. Om een notebook aan te zetten hebben we eveneens een schakelknop nodig: hij bevindt zich soms op het toetsenbord, ofwel aan een zijkant van het toestel. Al beschikt de notebook over een rechthoekig “touchpad” waar je met de vinger over heen beweegt om de cursor over het scherm te verplaatsen, toch blijft de muis meestal het handigste instrument om je computer te bedienen. Meestal komt die in twee vormen voor: de muis-met-kabel, en (steeds vaker voorkomend) de draadloze muis die op batterijen werkt en signalen doorgeeft aan de computer. Onderaan de muis zit een rubber bekleed balletje of een LED-lampje, naargelang het een mechanische of optische muis betreft. In beide gevallen werk je op een absoluut stofvrij muismatje! Als opslagmedium beschikten we vroeger over een diskette, die je in het diskettestation moest steken, via een frontje met een gleuf in de systeemkast, hetzij via een gleuf aan een zijkant van de laptops. Nu hebben we andere media voor opslag: het DVD/CD-rom station dat met beschrijfbare of herbeschrijfbare CD- of DVD-schijfjes werkt, de USB-stick of nog de geheugenkaartjes en externe schijven. De handige USB-sticks ter grootte van je duim wordt in een USB-poort van de computer aangesloten. Laat ons even de tijd nemen om dit alles te verkennen.

DIA 9 Randapparatuur: Tenslotte heb je een hele reeks randapparatuur voor zowel in- als uitvoer van gegevens met de PC. Het bekendste is de Printer, soms gecombineerd met een Faxtoestel en/of Scanner en ook al met een telefoonmodem (ADSL). De scanner, laat u toe om foto’s of documenten in te scannen en naar uw computer te sturen. de laatste tijd zijn ook de externe harde schijven erg in trek, die u toelaten grote hoeveelheden gegevensbestanden zoals muziek en foto’s apart op te slaan en ook om een “backup” van wat op uw computer staat ergens buiten de computer te bewaren. Want ook een computer kan “crashen”, en dan is wat erop stond meestal niet meer bereikbaar en bijgevolg definitief verloren!

Maart 2008



Pagina 3 van 10

DIA 10 Besturingssysteem: Na de eerste stappen op het gebied van computers voor de gewone gebruiker kwam in 1995 de revolutie: Windows ’95 – één besturingssysteem voor alle toepassingen. Maar ook met duidelijke gebreken. De echte doorbraak kwam er in 2002 met Windows XP – tot nog toe het meest stabiele systeem. Er waren soms ook gebreken (“bugs”), maar je kon, als je dat wilde, “updates” van het internet afhalen = downloaden, die telkens het probleem oplosten. Vanaf 30 januari 2007 lag Windows Vista in de winkels voor de particuliere sector, aangekondigd als “sneller, leuker, gebruiksvriendelijker….” De specialisten in universiteiten en bedrijven wachtten nog af, tot de “kinderziektes” overwonnen zijn. In het voorjaar 2008 komt er al een Servicepack uit, dat is een reeks verbeteringen aan de oorspronkelijke Vista versie. Intussen is het wel zo, dat nieuwe computers vanaf voorjaar 2007 met Vista worden uitgerust. Of toch niet allemaal – want er is ook de Mac-computer van Apple – die goed is voor een miniem percentage van de markt. Onze vereniging werkte – alleszins tot 2008 – nog met Windows XP. Een gratis besturingssysteem uit de Linux-stal kennen we ook al als Ubuntu en Kubuntu, maar de aanhang is beduidend klein.

DIA 11 Starten: Als je op de startknop van de Computer hebt gedrukt – hetzij vooraan op de systeemkast (voor de desktop), hetzij ergens op de zijkant of op het toetsenbord (voor de laptop), dan krijg je het welkomvenster en het bureaublad te zien. Standaard staat daar een afbeelding die als achtergrond van je bureaublad dient. Deze achtergronden levert Vista mee, maar je kan er eigen beeldmateriaal voor gebruiken. Je ziet ook een witte knipperende pijl en gewoonlijk ook links op het scherm een aantal pictogrammen. De pijl noemen we de cursor, en die laat u toe om over het bureaublad rond te “reizen” of rond te gaan (Even doen!). We bekijken ook even de pictogrammen.

DIA 12 Bureaublad deel 1: Vervolgens staan er ook snelkoppelingen: snelle verbindingen naar programma’s zoals Internet Explorer (om te surfen) enzovoort. Voor ieder programma dat je veel gebruikt, kan je zo’n snelkoppeling maken. Onderaan links staat misschien wel de belangrijkste knop van allemaal: de startknop. We gaan daar zo dadelijk op verder. Voorts krijgen we de Prullenbak. Dit kan je vergelijken met een papiermand. Alles wat je verwijdert komt eerst in deze bak terecht: daarmee is het nog niet definitief weg, maar het is wel niet meer te zien op de originele plaats. Je hebt iets per vergissing verwijderd: dan kan je het nog altijd terug opvissen! Maak je de prullenbak leeg is het allemaal definitief weg! Tenslotte is er de balk naast de startknop, die we Taakbalk noemen. Het woord zegt het al: hier kan je taken starten, en krijg je te zien waar je mee bezig bent. Want ook hier zie je pictogrammen. Eén keer daarop klikken, en we zijn vertrokken!

Maart 2008



Pagina 4 van 10

DIA 13 Bureaublad deel 2: Links staat meestal een afbeelding van een computerscherm, met daaronder de tekst “Computer”. Daarachter zit de basisinformatie over de grote onderdelen van uw computer (vaste schijven, opslagmedia)? De sidebar is een leuk gadget in Vista waarin je allerlei minder belangrijke programmaatjes kwijt kunt die soms wel, soms niet nuttig kunnen zijn. De cursor (een geleerd woord dat “loper” betekent en eigenlijk de muisaanwijzer is) vervolledigt ons plaatje.

DIA 14 Bureaublad deel 3: Heb je een krachtige computer en daarin een krachtige grafische kaart, kan je in Vista het venster van elk geopend programma driedimensionaal zien en dat venster naar voor brengen en bewerken. Men noemt dit de Aero-glass look. We gaan dit straks allemaal even in detail bekijken.

DIA 15 De muis: Om al dat fraais te bedienen hebben we de muis nodig. Jawel, de muis: in het begin hadden we van die platte rechthoekige muizen met bovenaan een balletje “TrackBall” om de cusor te bewegen. Nu zijn de meeste muizen bolvormig, zodat ze goed in de hand liggen. Let erop: als je zelf een muis koopt, kijk dan of die makkelijk in de hand ligt. We bekijken even de muis van naderbij: Vooraan heb je gewoonlijk drie delen of knoppen. Je hebt de linker muisknop die je kan beschouwen als de “taakuitvoerder” of de “bevelgever”, want hiermee kan je programma’s starten, elementen selecteren, objecten verslepen, enzovoort. Let wel, dit is zó in de indeling voor rechtshandigen. Je kan, als je linkshandig bent de muis ook een omgekeerde indeling van functies geven: “links” staat nu “rechts” (op de knop die door de wijsvinger bediend wordt moet men meestal sneller kunnen klikken). Dan heb je nog de rechter muisknop. Die kan je beschouwen als de “helpende hand”, want hij laat je toe om te selecteren, meer uitleg te krijgen over iets wat je geselecteerd hebt of om een hulpmenu te openen, waarna je verdere stappen kan zetten. Tussen beide knoppen zit er nog een wieltje. Dat noemen we het scrollwiel. Vensters of pagina’s die geopend zijn, bevatten soms veel meer informatie dan één klein scherm kan weergeven. Als dat zo is, dan zie je ook rechts in het scherm een schuifbalk. Die verraadt dat er meer op de pagina staat dan wat je te zien krijgt. Een handige manier om te “scrollen” of te “bladeren” bestaat erin om je cursor in het venster te zetten (klik links) en dan het wieltje te gebruiken om in de geopende pagina snel naar beneden of naar boven te gaan. Nog niet genoeg knoppen? Je kan ook muizen met vijf knoppen of met een kantelwieltje kopen om nog sneller bepaalde taken uit te voeren!

Maart 2008



Pagina 5 van 10

DIA 16 Klikbewegingen: Eerst enkele afspraken maken over de instructies, en wat oefenen. Als we zeggen “Klik op”, dan bedoelen we dat je bij voorbeeld op een pictogram één keer links klikt. Als we zeggen “Dubbelklik op”, dan bedoelen we dat je op een pictogram of element snel en kort na mekaar twee keer klikt. In het begin is dat niet makkelijk, want we mogen niet doen zoals op een schrijfmachine : hard en redelijk traag klikken. Denk aan de 5e symfonie van Beethoven: TèTèTètè.....-maar neem dan alleen de eerste twee noten! “Rechtsklik op” betekent, zoals al uitgelegd, dat je, na eerst een element te hebben aangewezen met de cursor, je rechts klikt, waarna er zich een hulpmenu opent. Dan komen we bij iets leuks: slepen! Vergelijk dat met een voorwerp op tafel vastpakken en het verschuiven. Dat gaat als volgt: je wijst met de pijl op één pictogram; (zie je het blauw kader verschijnen?), houdt nu de linkermuisknop ingedrukt en sleep of schuif nu het pictogram naar een andere plaats op je bureaublad en laat los. Tenslotte hebben we het scrollen – dat hadden we al uitgelegd. Oefenen maar!

DIA 17 Hier worden de voornaamste klikbewegingen nog eens getoond. Voor algemene oefeningen met de muis kan je terecht bij Rob Coers: www.robcoers.nl/muis/muis1.htm Een leuk middel om het links- en rechts- en dubbelklikken maar ook het slepen onder de knie te krijgen is het “Patience” spelen: open Start, en dan > Alle Programma’s > Ontspanning (even de schuifbalk bedienen) > Patience.

DIA 18 Startknop: We hadden het al over die belangrijke startknop, als toegangspoort tot programma’s en kijk maar naar wat er allemaal op je computer staat. De manier om het startvenster te openen: links klikken op de startknop zoals zopas besproken. Eens het startvenster geopend krijg je twee kolommen. Links gaat het om snelkoppelingen naar programma’s die regelmatig gebruikt worden. Onder “Alle programma's” staan de overige. Selecteer je bijvoorbeeld Internet (staat meestal bovenaan), dan wordt die regel blauw, klik nog eens, en je bent vertrokken! Rechts in het grauwe deel staan er onderdelen van je PC, zoals “Documenten” of “Computer”. Ga je op Documenten staan en klik je er links op dan opent zich op het bureaublad een venster met alle bestanden die onder de map “Documenten” staan. Als je een daarvan selecteert en erop dubbelklikt, dan wordt het betreffende document geopend. Klik ook eens op “Computer”: daar krijg je alle grote onderdelen te zien, in de eerste plaats de harde schijven en de andere opslagapparaten.

Maart 2008



Pagina 6 van 10

DIA 19 Programma’s: Hier zien we nogmaals in detail wat er gebeurt als er geklikt wordt op de Startknop en vervolgens op een menuonderdeel dat voorafgegaan wordt door een mappictogram, dan worden alle onderdelen of toepassingen die in die map zitten getoond: bvb in Office vinden we dan o.a. Outlook, Word, Excel PowerPoint enz.. Het uiterst onderste regeltje dient om een zoekopdracht in te geven; weet je niet zo goed meer waar Word staat, tik je dat woord in en meteen krijg je alle toepassingen in een lijstje te zien die het woord Word bevatten, dus ook Wordpad. Op de startknop kan je ook nog rechtsklikken. Als je dat doet, krijg je een nieuw venster te zien (een helpmenu) met daarin een zeer belangrijk element: Verkennen. Ook daar zitten er mogelijkheden om een overzicht te krijgen van wat er op je harde en verwisselbare schijven (CD of USB-stick bvb.) staat; we komen er nog in detail op terug.

DIA 20 De taakbalk deel 1: De taakbalk is de volledige onderste lijn op je scherm die zich duidelijk in twee delen splitst: uiterst links staat de grootste en meest gebruikte knop: de startknop, waarmee we zoals reeds gezien alle veelgebruikte en andere toepassingen plus handige knoppen vinden die ons rechtstreeks voeren naar een of ander onderdeel van onze software. Rechts daarvan staat een snelstartknop ”Bureaublad weergeven”, er staan nog “knoppen” die oa .de “Verkenner” openen, die de vensterschikking wijzigen. Zij hebben allen dit gemeen: breng je de muisaanwijzer er over, dan flitst er een verklarende tekst op die de precieze functie ervan aangeeft. Bovendien moet je er maar éénmaal op linksklikken om de functie te activeren. Naast deze knoppen zie je ook nog miniatuurpictogrammen van lopende toepassingen met vermelding van hun naam.

DIA 21 De taakbalk deel 2: In het rechts gedeelte van de Taakbalk ( het systeemvak) staan de pictogrammen van toepassingen die eigenlijk meer te maken hebben met de instellingen van je PC: datum en tijd, geluid, beveiliging, taal, energie. De meeste van deze functies tonen hun mogelijkheden als je er rechts op klikt: neem nu “Datum en tijd”: je kan er heel wat vinden over dat onderwerp, klik er eens op en zie wat het ons biedt.

Maart 2008



Pagina 7 van 10

DIA 22 De Verkenner: De verkenner is een nuttig programma waarin we heel wat informatie vinden. We beginnen bovenaan en zien eerst de titelbalk. Die vinden we trouwens op elk venster en meestal geeft hij de naam van een geopend programma. Bij de “Verkenner” vinden we in de titelbalk de naam van de actieve map, maar ook de volledige mapstructuur waarin het object zich bevindt : het “kruimelspoor”, een soort volledig adres van dat bestand . (iets zoals “ik woon op de planeet Aarde, in Europa, in België, in Vlaams Brabant, in Leuven, in de …….straat, nummer …. etc.”). De actieve map is de map die geopend is (in het linker gedeelte blauw omkaderd) en waarvan we rechts de inhoud zien. Daaronder komt de menubalk. Als we op één van de functies van de menubalk klikken, wordt er een menu geopend met een keuzelijst van mogelijke acties. We kunnen een actie uitvoeren door er op te klikken We klikken allen op Beeld en zien onder andere verschillende mogelijkheden om de inhoud van mappen voor te stellen : Extra grote, grote, normale en kleine pictogrammen, Lijst, Details en Tegels. We spelen hier even mee om te zien wat er verandert in het rechtse gedeelte van het venster. De volgende balk is de werkbalk. Deze balk bevat een aantal actieknoppen. Als we op een knop klikken, worden de acties verder toegelicht. We klikken bvb op de knop Organiseren en zien de verschillende acties die we kunnen ondernemen (bvb Alles selecteren).

Mappen (directories): Vermits we op ons beeld ook de mappen zien, even een woordje uitleg: wat zijn mappen? Als voorbeeld nemen we een bureelomgeving: daar staan een aantal kasten, in die kasten zitten schabben, op elk schab klasseermappen en in elke klasseermap een aantal mappen. Een brief wordt dan weggestoken in een map, die in een klasseermap zit, die op een schab staat, dat in de kast zit. In een computer kunnen we klaarblijkelijk ook documenten op een geordende manier wegsteken, maar een computer kent alleen mappen (geen kasten, geen schabben). Een kast is een map, een schab is een map, een klasseermap is ook een map. Het zijn allemaal mappen. Dus een document zit in een map, die in een map zit, die op haar beurt in een andere map zit, enz. Op de dia zien we dat map “gebruikers” in een map “HDD (C:)” zit, die op haar beurt in map “Computer”. In het venster zien we, in het linker gedeelte, de mappen van de computer. Vóór elke map staat een pijl. Een witte pijl naar rechts geeft aan dat de map gesloten is maar dat er wel mappen inzitten. Als we op het pijltje klikken, verandert het in een donkere, schuin naar beneden gerichte pijl en worden tegelijkertijd de mappen getoond die erin zitten. We oefenen dat op Documenten, Computer, harde schijf (C:/), enz. In het linker deel van het venster zien we alleen mappen. Als er in een map een document of een foto zit, zien we die links niet! In het rechter deel van het venster zien we de volledige inhoud van de map die in het linker deel geselecteerd is (staat op blauwe achtergrond). Daar kunnen we ook van een document leren of het een WORDPAD document is of EXCEL, of een foto, enz. Indien we in het menu Beeld de details aanklikken, kunnen we eveneens zien wanneer het document aangemaakt is of de laatste maal gewijzigd is.

Maart 2008



Pagina 8 van 10

DIA 23 en 24 Venstergrootte aanpassen: Vertrekkende van de drie knoppen rechts in de titelbalk kan je met een venster, zodra het normaal geopend is, vier dingen doen. 1. Het eerste vakje bevat een – streepje. Klik je daarop, dan verdwijnt dat venster ogenschijnlijk. Maar kijk naar de taakbalk gans beneden: onmiddellijk komt daar een blokje met een pictogram van het programma en (een deel van) de titel. .Als je daarop klikt wordt het programmavenster weer geopend. Oefenen maar! 2. Het tweede vakje bevat ofwel één groot vierkantje, ofwel een dubbel kleiner. Als het dubbele blokje er staat beslaat het venster het volledig bureaublad uitgezonderd de taakbalk, we noemen het schermvullend of gemaximaliseerd. Klik je op dat dubbele vierkantje, dan wordt het venster verkleind tot een grootte die je al eerder had vastgelegd. Verkleinen is dus van groot naar kleiner venster gaan. Maximaliseren is van kleiner naar groot of schermvullend venster gaan. Minimaliseren is van verkleind of van schermvullend het venster doen verschijnen als pictogram op de Taakbalk. Tenslotte is er het uiterst rechter vakje met een wit kruis op rood veld. Dat rood staat er niet voor niets. Want als je erop klikt dan sluit je het venster af, en is het dus helemaal verdwenen. Die actie noemen we afsluiten.

DIA 25 Documenten: Misschien voor ons in het begin wel de belangrijkste map van de Computer is die van Documenten. Je krijgt die te zien door op start te klikken, en in de tweede kolom op “Documenten” te klikken. Standaard slaat Windows de tekstdocumenten van bij voorbeeld Word of Wordpad daar op.

DIA 26 De map Documenten: Handig is wel om daar een “nieuwe map” aan te maken en die de naam te geven die je graag hebt: brieven, recepten, lijsten. Als oefening gaan we nu samen een nieuwe map aanmaken : We maken Documenten actief door er op te klikken Nu gaan we naar menu Bestand en hierin klikken we eerst op “nieuw” en daarna op “map”. Er verschijnt in het rechter deel een nieuwe map met als naam : Nieuwe map. (In het blauw gekleurd!). We typen daarna onze voornaam in waardoor de tekst “nieuwe map” vanzelf verdwijnt; we laten dit gevolgd gaan door ENTER. We zien de map met onze voornaam staan onder Documenten. Slepen: Nu gaan we die map verplaatsen door haar te verslepen. We zorgen ervoor dat er links vóór Documenten een grauwe schuine pijl staat. In het rechter deel selecteren we onze nieuwe map Dan gaan we met de cursor op onze map staan en klikken en slepen die naar het linker deel tot op Afbeeldingen Afbeeldingen moet oplichten, dan pas mogen we de linker muisknop loslaten. Onze map is nu verplaatst naar Afbeeldingen Dan laten we de deelnemers zelf eens proberen om onze map terug te verplaatsen naar Documenten We laten de map staan onder Documenten.

Maart 2008



Pagina 9 van 10

DIA 27 Documenten/soorten: Maak je een document in de map aan zie je altijd aan het pictogrammetje voor de titel om welk soort document het gaat. Klik op een document met het W-symbool en meteen wordt Word of Wordpad geopend naargelang of dit eerste al of niet op je PC geïnstalleerd werd. Dat document kan je lezen of aanpassen. Een Wordpad document maken: Wil je een nieuw document maken, klik dan in de menubalk op Bestand, en daarna op Nieuw. Het Wordpad-venster gaat open, kies voor Rich Text-document en druk OK, eventueel moet je het venster nog maximaliseren. We gaan hier maar één simpele taak uitvoeren: onze naam en adres intikken. Meestal staat je cursor bovenaan links te knipperen. Als dat niet zo is, klik dan bovenaan in het witte tekstvenster. Schrijf daar je voornaam en naam. Druk dan op Enter en we gaan daardoor naar het begin van een volgende regel. Tik daar straat en nummer en druk Enter. Tik dan het postnummer en de naam van je gemeente en druk Enter.

DIA 28 Opslaan: Alles staat nu wel in het tekstveld, maar is nog niet opgeslagen in de computer! Om een document van gelijk welke aard op te slaan heb je twee keuzemogelijkheden: een naam geven of een voorgestelde naam aanvaarden. Gewoon opslaan: klik op Bestand, en dan op “Opslaan”. Een dialoogvenster gaat open onder de map “Documenten”. Klik nu op opslaan. Als we gewoon opslaan blijft de titel van het document, of de eerste woorden ervan, wat er al stond.

DIA 29 Opslaan als: Vaak willen we zelf een naam geven. Daarom klik je, na Bestand, op “Opslaan als”. Nu kan je in het vak “Bestandsnaam”, dat een blauwgekleurde titel (dus geselecteerd) bevat een andere naam invoeren (direct daaroverheen). Merk ook dat naast de werkbalk “Opslaan als” standaard “RTFindeling” staat. Dat is standaardprocedure voor Wordpad. Wil je nu weten of wat je opgeslagen hebt er ook echt staat, ga dan via start naar “Documenten”, en je zal het document onder de door jou gegeven naam zien staan. Naar believen en in de mate dat de tijd het toelaat kunnen er nu oefeningen gemaakt worden op basis van de aanwijzingen uit de Cursus voor Beginners Deel 2 – Wordpad en de uitgedeelde oefenbestanden.

DIA 30 Afsluiten: Als we op het werk klaar zijn, dan sluiten we alles zorgvuldig af. Hetzelfde geldt voor de computer: niet zomaar op de aan/uit knop drukken! Keurig afsluiten doen we als volgt: Klik op Start, en daarna op de naar rechts gerichte pijl onderaan in het grauwe deel van het startmenu. In het snelmenu dat nu opengaat kies je “Afsluiten”. Er waren nog andere mogelijkheden als slaapstand en sluimerstand enz. ..... Dus: best op “Afsluiten” klikken. Voor eventueel nog openstaande programma’s zal meestal nog de vraag komen of je het betreffende bestand nog wil opslaan? Het is altijd veilig om daarop ja te zeggen.

Maart 2008



Pagina 10 van 10

NOTITIES BIJ PRESENTATIE: Cursus Vista en Wordpad Basiscursus Deel1 en 2

Recommend Documents