Nieuwsbrief van de Wijkgemeente Martinikerk Groningen Van harte welkom in deze dienst van de Wijkgemeente Martinikerk. In deze dienst zingen we uit het Liedboek voor de Kerken. Een exemplaar kunt u bij de ingang ophalen. Eventuele andere liederen vindt u afgedrukt in de orde van dienst. Diensten 19.00 uur 7-12 9.30 uur 19.00 uur 14-12 9.30 uur 17.00 uur
ds. J.A. van den Berg, voortz H.A. ds. J.A. van den Berg 2de advent dr. W. Dekker (Oosterwolde) ds. J.A. van den Berg 3de advent ds. J.A. van den Berg
Activiteiten 03-12, 9.30 uur Bijbelkring in Het Pand 14-12, 11.30 uur themalunch ‘omgaan met geld en goed’ 16-12, 15 uur kerstmiddag in het gebouw van het Leger des Heils Contact Hebt u vragen, of wilt u een persoonlijk gesprek, neem dan gerust contact op met de predikant, of spreek iemand na de dienst aan. Predikant: Ds. J.A. van den Berg, 050-5418205; twitter @dsJAvandenBerg
[email protected] Evangelist: Jan Waanders; 5777711, twitter @janvanhetpand
[email protected] Scriba: Dhr. S.J. Doornenbal, Jaltadaheerd 70 9737 HC Groningen, 050-5424160
[email protected] Website: www.wijkgemeente-martinikerk.nl
1
30 november 2014, 9.30 uur orgel: dhr. Wim van Beek - voorganger: ds. J.A. van den Berg 1ste advent – viering van het Heilig Avondmaal Welkom en mededelingen, de eerste adventskaars wordt aangestoken Psalm 123 Stil gebed, votum en groet Psalm 124: 1 en 4 Gebed Uitleg over het adventsproject van de kindernevendienst Kinderlied OTH 351
Dat Hij aan ons heeft gegeven, dat Hij aan ons heeft gegeven, gegeven, gegeven zijn Eengeboren Zoon.
Opdat een ieder die gelooft, opdat een ieder die gelooft, een ieder, een ieder, het eeuw'ge leven heeft.
Onder het naspel mogen de kinderen van gr 1-4 naar de kindernevendienst. Zij hebben het net als wij over Voor de kinderen van groep 7 en 8 is er basiscatechese. Zij bespreken Lukas 1:5-25 (de aankondiging van de geboorte van Johannes). Schriftlezing Jesaja 8 11 Toen greep de HEER mij bij de hand en hield me voor dat ik me anders moest gedragen dan dit volk. Hij zei: 12 ‘Noem niet alles een samenzwering wat zij een samenzwering noemen. Wees niet bang voor 2
wat hun angst aanjaagt, heb er geen ontzag voor. 13 Alleen de HEER van de hemelse machten is heilig, voor hem zijn angst en ontzag op hun plaats. 14 Hij zal een heiligdom zijn, maar ook de steen waaraan men zich stoot, de rots waarover de twee koningshuizen van Israël struikelen, de valstrik en het net waarin de inwoners van Jeruzalem verstrikt raken. 15 Velen zullen struikelen, ze komen ten val en worden vermorzeld, raken verstrikt en worden gevangen. 16 Bewaar mijn getuigenis zorgvuldig, verzegel dit onderricht in mijn leerlingen.’ 17 Ik stel mijn vertrouwen in de HEER, hoewel hij zich voor het volk van Jakob verborgen houdt; ik heb mijn hoop op hem gevestigd. 18 Ik ben, met de kinderen die de HEER mij heeft gegeven, een teken voor Israël, een zinnebeeld van de HEER van de hemelse machten, die op de Sion woont. … 23 Zoals het land van Zebulon en Naftali in het verleden smadelijk bejegend is, zo wordt weldra eer bewezen aan de kuststreek, het Overjordaanse en het domein van andere volken. 9 1 Het volk dat in duisternis ronddoolt ziet een schitterend licht. Zij die in het donker wonen worden door een helder licht beschenen. 2 U hebt het volk weer groot gemaakt, diepe vreugde gaf u het, blijdschap als de vreugde bij de oogst, zij jubelen als bij het verdelen van de buit. 3 Het juk dat op hen drukte, de stok op hun schouder, de zweep van de drijver, u hebt ze verbrijzeld, zoals Midjan destijds. 4 Iedere laars die dreunend stampte en elke mantel waar bloed aan kleeft, ze worden verbrand, een prooi van het vuur. 5 Een kind is ons geboren, een zoon is ons gegeven; de heerschappij rust op zijn schouders. Deze namen zal hij dragen: Wonderbare raadsman, Goddelijke held, Eeuwige vader, Vredevorst. 6 Groot is zijn heerschappij, aan de vrede zal geen einde komen. Davids troon en rijk zijn erop gebouwd, ze staan vast, in recht en gerechtigheid, van nu tot in eeuwigheid. Daarvoor zal hij zich beijveren, de HEER van de hemelse machten. 3
Uitleg en verkondiging van het Woord Gemeente van onze Heer Jezus Christus, Vanmorgen staan we aan het begin van de adventsperiode. Advent is de tijd van het uitzien naar God. De tijd waarin we ons oefenen om te verwachten, de tijd waarin we ons losmaken uit vastgekoekte wanhoop en scepsis, omdat we onze ogen richten op de grote toekomst die God in Zijn genade klaarmaakt, het licht dat Hij laat schijnen, in onze ogen laten komen. De tijd waarin we ons losmaken uit verkeerde verwachtingen, uit het aardsgezind zijn. Om goede redenen! Omdat God zoveel goeds heeft bereid voor ons. Vanmorgen wijst Jesaja ons de weg. De lezing van vanmorgen leert ons: 1. verwachten dat God ingrijpt(Jes. 8) 2. Hoe God ingrijpt (Jes. 9) 1. Verwachten dat God ingrijpt. In het eerste deel van de lezing vallen we midden in een benauwde nationale politieke situatie van Juda. Dit het zuidelijke van de twee rijken, zit klem. Hun koning Achaz heeft de HEER de rug toegekeerd en zelfs zijn zoon geofferd aan andere goden. Zijn rijk wordt bedreigd door het noordelijke broederrijk van de tien stammen met als hoofdstad Samaria, en door Syrie met als hoofdstad Damascus. Deze twee rijken hebben een bondgenootschap gesmeed om samen sterk te zijn tegen een nog groter rijk, het rijk van Assyrië. Samaria en Damascus willen Jeruzalem dwingen om deel te nemen aan hun alliantie. Maar Achaz van Jeruzalem wil dat niet. Hij is bang dat beide staten hem zullen inlijven. Hij stuur gezanten naar het rijk van Assyrie, de vijand van Samaria en Damascus om hem in te huren tegen hen. Er is veel angst en onzekerheid. Het volk zit in duisternis. Misschien wel dieper dan ze zelf weten. Niet alleen door de 4
vijanden, maar ook door het anti-JHWH beleid van de koning. De mensen praten en zoeken naar een oplossing. Niemand komt op het idee om zich tot God te keren, om zich te bekeren, om het van Hem te verwachten.
-
-
Te midden van die situatie grijpt God Jesaja bij de hand en zegt God tegen Jesaja: denk niet zoals het volk, zoals de koning. Heb geen ontzag voor de machten en krachten die zich rondom je samenspannen tegen Juda en Jeruzalem. Niet voor Samaria of Damascus. Vertrouw niet op de redding door nog grotere rijken. Heb ontzag voor de HEER! De HEER is degene voor wie je ontzag moet hebben. Bij Hem ben je veilig, of je struikelt juist over Hem. Richt je geheel op Zijn getuigenis. In een wereld vol angst en chaos, in een kerk die twijfelt aan van alles, grijpt God ons bij de hand. Hij trekt ons blik omhoog, naar zichzelf. ‘Er is er maar Een met wie je echt rekening moet houden en dat ben Ik.’ Dat is zo’n kostbaar en kwetsbaar besef: God de Levende, de Heilige, de Almachtige, die werkelijk op ons betrokken is, die is die was en komt! Dit besef, dit geloof, dooft zo snel uit. Je denkt zo makkelijk aards en gaat je dan seculier gedragen. Je houdt geen rekening met Zijn aanwezigheid, Zijn werkelijkheid. Daardoor buig je zo snel voor de goden van deze wereld, is er veel angst en onzekerheid en weinig verwachting. Daarom leef je snel zo weinig toegewijd. Advent! We worden wakker gemaakt. Voor struikelen over God en Zijn komst wil Hij ons behoeden. Loskomen uit onze angsten en onzekerheden, 5
uit onze ongehoorzaamheid en halfslachtigheid. Dat is de roeping van Jesaja, en dat is onze roeping. Het antwoord dat Jesaja geeft is mooi: Ik stel mijn vertrouwen in de HEER, hoewel hij zich voor het volk van Israel verborgen houdt; ik heb mijn hoop op Hem gevestigd! Dat is geloven: niet zien, en toch vertrouwen, omdat Hij het heeft gezegd! Jesaja is door zijn houding een teken voor de omgeving. Laten wij dat ook zijn! 2. Hoe God ingrijpt Bij Jesaja is de uitstraling naar de omgeving door zijn profetische begaafdheid heel intens. Jesaja kan, doordat hij aan roeping beantwoordt en zijn vertrouwen in God stelt zien hoe God ingrijpt. Hij krijgt een visioen, een profetisch woord. Een onverwacht bericht van God over het heil dat Hij wil schenken: - Er zal licht stralen, ook over het Noordelijke Rijk, dat zich nu als vijand van Juda gedraagt. God doorbreekt met Zijn genade de vijandschap tussen noord en zuid. Hij heelt het volk met Zijn stralen. Het verachte noordelijk gebied, zelfs het overjordaanse heidense land, daar zal het licht beginnen. Ook vijanden worden erbij gehaald - Zijn licht brengt bevrijding. Mensen die zitten in het land van de schaduw van de dood zullen het licht zien! Dat is de genade van God: Hij doorbreekt het donker waarin wij onszelf hebben gestort. Hij straalt met Zijn licht om de duistere machten te verjagen. Vijandige machten, innerlijke verdeeldheid als land en kerk, innerlijke verdeeldheid van ons hart. Het licht concentreert zich rondom de komst van een kind: een kind is ons geboren een zoon is ons gegeven. Het is zeer wel mogelijk dat de geboorte van een zoon van Achaz de aanleiding, de trigger is geweest voor dit profetisch 6
perspectief. Achaz heeft namelijk als zoon Hizkia gekregen. Hij is ook in zijn leven een ware zoon van David geweest en heeft veel goeds gedaan. De geboorte van een koningszoon als teken dat God verder gaat. Maar de woorden die Jesaja spreekt overtreffen iedere aardse vorst. Zijn namen zijn indrukwekkend. De gestalte die oprijst uit dit visioen is zo groots, zo bijzonder. In Jezus hebben we Hem zien optreden. Onze Vredevorst. Hij is gekomen. Heeft geschenen in het land van de schaduw van de dood. Zijn komst heeft al zoveel teweeggebracht, dat we zondermeer ons vertrouwen kunnen stellen in Zijn belofte dat Hij terugkomt. Ookal heeft Hij zich nu verborgen en moeten we door de tijd heen naar zijn toekomst. Ookal is de nacht zwart. Komen zal Hij. Vanmorgen komt Hij ons tegemoet en richt een maaltijd aan waarin Hij ons voedt en troost. Een maaltijd waarmee Hij onze verwachting en ons verlangen levend maakt! Hij herinnert ons aan de gevechten die Hij heeft geleverd met de duisternis. Aan de overwinning die Hij heeft behaald. Zodat wij het zeker zullen weten: De nacht is haast ten einde, De morgen niet meer ver. Hoeveel zwarte nachten Van bitterheid en pijn En smartelijk verwachten Ons deel nog zullen zijn Op deze donkre aarde. Toch staat in alle pracht De ster van Gods genade Aan ’t einde van de nacht. Amen Gezang 130: 1 en 3 Gedachtenis van Christus Geloofsbelijdenis (staande) Gebed 7
Gezang 127: 1 en 3 ondertussen wordt de tafel in gereedheid gebracht. Daarna gaan de diakenen de rijen langs om te nodigen om aan te gaan. De nodiging geldt ook voor gasten die belijdenis van het geloof hebben afgelegd en in hun eigen gemeente gerechtigd zijn om aan te gaan. Bediening van het Heilig Avondmaal Lofprijzing Gezang 127:7 (de kinderen komen terug uit de kindernevendienst) De Avondmaal collecte is bestemd voor een project van de stichting ABA Franeker ten bate van een waterproject op het Indonesische eiland Nias. Het is een eiland met een bevolking die voor ongeveer 85% christen is en door de tsunami’s onder armoedige omstandigheden leeft. . Dankzegging en voorbede Collecte van de diaconie voor buitenlands diaconaat (Brazilië) Gezang 26:1 en 4 (staande) Zegen (met gezongen ‘amen’, staande) Bij de uitgang wordt er gecollecteerd voor Missionair werk en kerkgroei. De collectebussen staan er voor De Herberg. Meeleven
8