Nieuwsbrief van de Wijkgemeente Martinikerk Groningen Van harte welkom in deze dienst van de Wijkgemeente Martinikerk. In deze dienst zingen we uit het Liedboek voor de Kerken. Een exemplaar kunt u bij de ingang ophalen. Eventuele andere liederen vindt u afgedrukt in de orde van dienst.
Volgende diensten 19.00 uur 22-4 9.30 uur 27-4 9.30 uur 19.00 uur
kand. J. Bassie (Groningen) ds. H. van Wingerden (Bedum) ds. G. de Fijter (Kampen) ds. J. Tiggelaar (Opende)
Activiteiten 30-4 9.30 uur Bijbelkring in Het Pand 30-4 20 uur woensdagvesper in het hoogkoor Contact Hebt u vragen, of wilt u een persoonlijk gesprek, neem dan gerust contact op met de predikant, of spreek iemand na de dienst aan. Predikant: Ds. J.A. van den Berg, 050-5418205; twitter @dsJAvandenBerg
[email protected] Evangelist: Jan Waanders; 5777711, twitter @janvanhetpand
[email protected] Scriba: Dhr. S.J. Doornenbal, Jaltadaheerd 70 9737 HC Groningen, 050-5424160
[email protected] Website: www.wijkgemeente-martinikerk.nl
1
20 april 2014, 9.30 uur Eerste Paasdag orgel: dhr. Wim van Beek - voorganger: ds. J.A. van den Berg mmv het Martinikerkkoor olv Marijke van Zanten-Broers
Welkom en mededelingen Psalm 149 (staande) 1 Halleluja! laat opgetogen / een nieuw gezang den HEER verhogen. Laat allen die Gods naam belijden / zich eensgezind verblijden. Volk van God, loof Hem die u schiep; / Israël, dank Hem die u riep. Trek, Sion, in een blijde stoet / uw Koning tegemoet. 2 Laat het een hoge feestdag wezen./ De naam des HEREN wordt geprezen met het aloude lied der vaadren./ De heilge reien naadren. En zo danst in het morgenlicht / heel Gods volk voor zijn aangezicht en slaat de harp en roert de trom / in 's HEREN heiligdom. Stil gebed, bemoediging en groet (staande) Gezang 215: 1k+g, 2 g, 3k+g 1 Christus, onze Heer, verrees, / halleluja! Heilge dag na angst en vrees, / halleluja! Die verhoogd werd aan het kruis, / halleluja, bracht ons in Gods vrijheid thuis, / halleluja! 2 Prijst nu Christus in ons lied, / halleluja, die in heerlijkheid gebiedt, /halleluja, die aanvaardde kruis en graf, / halleluja, dat Hij zondaars 't leven gaf, / halleluja! 3 Maar zijn lijden en zijn strijd, / halleluja, heeft verzoening ons bereid, / halleluja! Nu is Hij der heemlen Heer,/ halleluja! Englen juublen Hem ter eer,/ halleluja! 2
Gebod van God
3
Koorzang LB 615 Victimae paschali laudes (tekst Wipo van Bourgondië / Vertaling Piet Gerbrandy / melodie 11 e eeuw)
Victimae paschali laudes / Christen offer nu je loflied Immolent Cristiani. / aan wie als paaslam bloedde, Agnus redemit oves, / lam dat schapen verloste, Christus innocens Patri / Christus die alle zondaars reconciliavit peccatores. / schuldloos weer verzoende met zijn vader. Mors et vita duello / Zie hoezeer dood en leven conflixere mirando; / hard en wonderlijk streden: dux vitae, mortuus, regnat vivus. / gestorven leeft Hij nu, vorst van leven. Dic nobis Maria: / Vertel ons, Maria, quid vidisti in via? / wat zag je in de gaarde? Sepulcrum Christi viventis, / Ik zag het graf van wie levend, et gloriam vidi resurgentis; / de glorie van wie weer opgestaan is. angelicos testes, / Een engel Gods wees naar sudarium et vestes. / zijn zweetdoek en zijn kleren. Surrexit Christus spes mea, / Mijn hoop, mijn Christus herleefde, praecedet suos in Galilaeam. / Hij zal ons voorgaan naar Galilea. Scimus Christum surrexisse / Zeker weten wij dat Christus a mortuis vere: / verrees uit de doden. tu nobis, victor Rex, / O vorst die overwon, miserere. / schenk genade. Amen. Alleluia. / Amen. Alleluia. Gebed Kinderlied OTH 352
4
2 Vrouwen uit Jeruzalem / kwamen vroeg en zochten Hem. refrein 3 En hoe groot was hun verdriet / want zij vonden Jezus niet. refrein 4 Maar een engel sprak hen aan: Die gij zoekt is opgestaan. refrein Onder het naspel mogen de kinderen van groep 1-4 naar de kindernevendienst. Schriftlezing: Matteus 27 (NBV) 1 Na de sabbat, toen de ochtend van de eerste dag van de week gloorde, kwam Maria uit Magdala met de andere Maria naar het graf kijken. 2 Plotseling begon de aarde hevig te beven, want een engel van de Heer daalde af uit de hemel, liep naar het graf, rolde de steen weg en ging erop zitten. 3 Hij lichtte als een bliksem en zijn kleding was wit als sneeuw. 4 De bewakers beefden van angst en vielen als dood neer. 5 De engel richtte zich tot de vrouwen en zei: ‘Wees niet bang, ik weet dat jullie Jezus, de gekruisigde, zoeken. 6 Hij is niet hier, hij is immers opgestaan, zoals hij gezegd heeft. Kijk maar, dat is de plaats waar hij gelegen heeft. 7 En ga nu snel naar zijn leerlingen en zeg hun: “Hij is opgestaan uit de dood, en dit moeten jullie weten: hij gaat jullie voor naar Galilea, daar zul je hem zien.” Dat is wat ik jullie te zeggen had.’
Koorzang (Processionale uit de Martinikerk te Groningen, 1601) Surrexit Christus hodie, qui natus est de virgine Qui passus erat pridie humano pro solamine O mulieres tremulae in Galilaeam pergite Discipulis hoc dicite surrexit Christus hodie In hoc Paschali gaudio Benedicamus Domino Uni trino sempiterno Deo dicamus gratias (vertaling) De Heer is vandaag opgestaan, Hij die geboren is uit een maagd Hij die de dag ervoor geleden had, om de mensen te troosten. O sidderende vrouwen, gaat naar Galilea! Zeg dit tegen de discipelen: ‘Christus is vandaag opgestaan’ Laten wij op dit Paasfeest de Heer prijzen Laten wij de drie-ene, eeuwige God dankzeggen.
5
Schriftlezing 2: Filippenzen 3 (NBV) 5 Ik werd besneden toen ik acht dagen oud was en behoor tot het volk van Israël, tot de stam Benjamin, ik ben een geboren Hebreeër met de wetsopvatting van een farizeeër 6 en heb de gemeente fanatiek vervolgd. Aan wat er in de wet over gerechtigheid staat, voldeed ik volledig. 7 Maar wat voor mij winst was, ben ik omwille van Christus als verlies gaan beschouwen. 8 Sterker nog, alles beschouw ik als verlies. Het kennen van Christus Jezus, mijn Heer, overtreft immers alles. Omwille van hem heb ik alles prijsgegeven; ik heb alles als afval weggegooid. Ik wilde Christus winnen 9 en één met hem zijn – niet door mijn eigen rechtvaardigheid omdat ik de wet naleef, maar door die van God, de rechtvaardigheid die er is door het geloof in Christus. 10 Ik wil Christus kennen en de kracht van zijn opstanding ervaren, ik wil delen in zijn lijden en aan hem gelijk worden in zijn dood, 11 in de hoop misschien ook zelf uit de dood op te staan. 12 Niet dat ik al zover ben en mijn doel al heb bereikt. Maar ik houd vol in de hoop eens dat te kunnen grijpen waarvoor Christus Jezus mij gegrepen heeft. 13 Broeders en zusters, ik beeld me niet in dat ik het al heb bereikt, maar één ding is zeker: ik vergeet wat achter me ligt en richt mij op wat voor me ligt. 14 Ik ga recht op mijn doel af: de hemelse prijs waartoe God mij door Christus Jezus roept. 15 Hierop moeten wij ons allen als volmaakte mensen richten. Mocht u er op enig punt anders over denken, dan zal God het u wel duidelijk maken. 16 In ieder geval, laten we op de ingeslagen weg voortgaan. 7 Volg mij na, broeders en zusters, en kijk naar hen die leven volgens het voorbeeld dat wij u gegeven hebben. 18 Ik heb u al vaak gezegd, en zeg nu zelfs met tranen in mijn ogen: velen leven als vijand van het kruis van Christus 19 en gaan hun ondergang tegemoet. Hun god is hun buik, hun eer is schaamteloosheid en hun aandacht is alleen gericht op aardse zaken.20 Maar wij hebben ons burgerrecht in de hemel, en van daar verwachten wij onze redder, de Heer Jezus Christus. 21 Met de kracht waarmee hij in staat is alles aan zich te onderwerpen, zal hij ons armzalig lichaam gelijkmaken aan zijn verheerlijkt lichaam.
Preek Gemeente van Jezus Christus, 6
Niets is groter dan dit feest, het feest dat Jezus leeft. God heeft in Hem de dood overwonnen. God heeft de schepping, het lichamelijke omarmd. Hij redt het in Zijn Zoon, die Hij lichamelijk opwekt. In Hem is God de nieuwe schepping begonnen.
-
Toch lijkt juist dit feest vaak ver weg: Ver weg in het verleden. Ver weg in de toekomst. Relevant voor het moment dat ik ga sterven. En juist daar is het zo onzichtbaar voor mensenogen. Er blijkt meer mogelijk! Voor Paulus bijvoorbeeld is het niet ver weg. De opstanding van Jezus heeft zijn hele leven ingekleurd. Niet omdat hij het heeft meegemaakt. Hij stond nog aan de andere kant, aan de kant van de vijanden toen Jezus opstond. Hij was een vijand van het kruis toen Jezus deze aardse werkelijkheid verliet. Paulus stond bijna even ver van de historische opstanding als wij. Hij heeft het niet meegemaakt. Overigens geldt dat voor niemand. Ook de vrouwen hebben de opstanding niet gezien, alleen het lege graf. Paulus heeft er later over gehoord en is het toen gaan geloven. Maar dan niet als een bloot historisch feit. Het kleurt zijn leven nu helemaal in. Zijn woorden zijn vol hartstocht. Het raakt mij enorm, ik denk u ook, als hij zegt: Ik wil Christus kennen en de kracht van zijn opstanding! Hij ervaart de opstandingkracht, de nieuwe eeuw die komt nu al in zijn leven. De frisheid, de schoonheid, het nieuwe. Altijd nieuw, altijd mooi, altijd zuiver. De liefde en de onuitsprekelijke vreugde. Daarom geeft hij alles op. Zijn verlangen heeft te maken met een nieuw en bevrijdend perspectief op redding: niet door wetten en rituelen, maar door de vervulling daarvan in het leven, sterven en herleven van Jezus. Daarom wil hij in Jezus gevonden worden! In Jezus ligt Zijn heil. Wat hij weet zet hem in beweging naar Jezus toe, naar de nieuwe eeuw toe. Hij gaat zich bewegen in de richting van de nieuwe eeuw. Van het rijk dat komt en waarvan hij een burger is geworden. Daarom heeft hij zo’n levende verwachting: eenmaal zal HIJ mijn armzalig lichaam gelijk maken aan zijn verheerlijkt lichaam.
7
Paulus wil ons meenemen in deze hartstocht opgeroepen door het kennen van de Opgestane. Ons verlangen wekken om Jezus nader te leren kennen. Daarom spreekt hij zo gedreven. Hij roept ons op om hem daarin te volgen. 17: Volg mij na! Bij Paulus zijn twee dingen belangrijk: 1. ontmoeting Voor Paulus begon het kennen van Christus en zijn opstandingskracht met een ontmoeting. Hij refereert eraan in zijn verhaal dat begint met Omwille van Christus. (v7) Hij was onderweg naar Damascus. Hij kwam daar in vuur en ijver heen om mensen die van de verkeerde weg waren te arresteren. Onderweg ontmoette hij Jezus. Jezus die hij vervolgde, in verblinde ijver. Jezus liet hem struikelen in zijn verblinding en deed Hem na drie dagen opstaan in een nieuw leven. Jezus wil ook ons ontmoeten. Een eerste keer en vaker. En ook steeds dieper, heerlijker. Het bijzondere is dat Hij dat ook doet aan mensen die het er zelf niet naar maken en zich in een heel andere richting begeven. Paulus is door God als een bijzonder voorbeeld gebruikt om te laten zien dat Hij overal bij kan en wil. Dat het niet afhangt van wat je gedaan hebt. God is nooit zover bij ons vandaan als wij bij Hem vandaan zijn gegaan. We zijn nooit buiten Zijn bereik. Ook vanmorgen wil Hij ons laten opstaan uit ons verkeerde leven. Dat is al een deel van het kennen van de opstandingskracht! Het afbreken van de zonde als de wortel van de dood. Hij verrast met vreugde, om onze moedeloosheid te verdrijven. Met heerlijkheid en glorie die alles overtreft om je verlangen daarheen richten! We moeten ons overigens niet blindstaren op die diepingrijpende en plotselinge ervaring van Paulus, alsof dat de enige manier is. Paulus is heftig vanwege zijn karakter en juist omdat hij voorbeeld is. Paulus vertelt hier ook niet gedetailleerd over zijn ervaring. Hij verwijst er slechts naar. De Opgestane en zijn kracht kennen is niet alleen dan mogelijk en werkelijk wanneer we heel bijzondere dingen meemaken. Het gebeurt ook in het klein. Misschien met een fluistering, een enkel woord. 8
Bij iemand als Alister McGrath, de inmiddels beroemde Engelse theoloog, ging het bijvoorbeeld veel geleidelijker. Hij was atheïst en marxist, maar ging langzamerhand meer vragen krijgen over zijn wereldbeeld zonder God. Zijn ontmoeting met Jezus was niet minder echt. Juist deze brief aan de Filippenzen was voor hem de brief die in hem het diepe verlangen wakker riep om net als Paulus zozeer gericht te zijn op Jezus, dat alle het andere daardoor wordt ingekleurd. Dat is waar het om gaat. Zo kan het ook nu. 2
-
Gelijkworden aan Jezus Als we Paulus volgen, gaat het na de ontmoeting verder in de richting van het gelijk worden aan Jezus Christus. En in v10 moet je namelijk niet lezen als een dubbele punt. Ik wil Christus kennen: de kracht van zijn opstanding, Delen in zijn lijden, aan Hem gelijk worden in zijn dood, in de hoop misschien ook zelf uit de dood op te staan. Die zinnen vormen een kruisstelling. De eerste en de laatste woorden horen bij elkaar: De kracht van zijn opstanding – zelf uit de dood op te staan De middelste delen ook: delen in zijn lijden en gelijk worden aan Hem in zijn dood. A B , B’A’ schema. De gewone A en B gaan over dit leven. De B’ wanneer we de grens van het aardse bestaan oversteken. Die Opstandingskracht is waar het om gaat en het lijden is de weg daarheen. Het kruispunt waar je langs moet. Het kennen van de opstanding is dus niet los verkrijgbaar. Zonder kruis geen opstanding. Dat gold voor Jezus: de gekruisigde is opgewekt. Jezus de gekruisigde. Dat krijgen de vrouwen te horen bij het graf. Jezus die zichzelf heeft overgegeven aan de wil van de Vader om gekruisigd te worden, HIJ is opgewekt. Overal waar het kruis is, is ook opstanding. Maar zonder kruis is er geen opstanding. Kan het zo zijn dat de opstanding van Jezus ook daarom bij ons op afstand staat, omdat we omdat we het kruis weigeren? Staan we stil in het groeien in de kennis van de opstandingskracht omdat we het kruis niet willen laten regeren in ons leven? 9
-
-
Waar zit het delen in zijn lijden in? En waar is dat kruis voor ons? Laten we kijken in deze brief: Paulus zelf geeft in dit gedeelte als iets aan. Hij moest veel loslaten. Hij moest afstand doen van zijn stellige mening over God en redding. Ook van zijn bevoorrechte positie. Sterker, door de keuze die hij maakt voor Jezus, komt hij in een positie dat hij moet lijden. Geen privileges, maar gevangenis. Juist doordat hij zijn oude ik hierin laat kruisigen, ervaart hij de opstandingskracht en kan hij er zo meeslepend over spreken. Hij heeft geen angst voor de dood, Jezus leeft en met hem zijn is beter dan dit leven 1:23). Hij verwacht de opstanding (3:21)! Hoe meer we onze oude gedachten en onze wil kruisigen met en voor Jezus, des te meer zullen we Hem ervaren in zijn opstandingskracht. Paulus spreekt aan het einde van het gedeelte over mensen die vijand zijn van het kruis: erg gericht op het leven hier en nu. Dat is waar we nu minstens zoveel last van kunnen hebben. Van de buik je God maken. Dat is in een notendop een ik-gericht leven. Een schrijver uit die periode zegt namelijk zo Ik offer aan geen god dan aan mijzelf, en aan deze buik van mij. Een leven dat zo vast zit aan deze wereld en van de buik haar god maakt heeft geen ruimte voor opstanding. Wanneer het gaat om ik en ik wil genieten, hebben we geen ruimte voor de vernieuwing. Zijn we omgekeerd aan Jezus Christus die alles heeft losgelaten om ons te redden. Die gezindheid werd ook ons vanmorgen aanbevolen! Als je buik je God is, of je schaamstreek, dan heb je een doodlopend leven. Wanneer je je hartstochten kruisigt, als je gelijkvormig aan Jezus wil leven, maak ik mijn sterven ook gelijkvormig aan Jezus en heb ik deze hoop! Met de kracht waarmee hij in staat is alles aan zich te onderwerpen, zal hij ons armzalig lichaam gelijkmaken aan zijn verheerlijkt lichaam. Pasen vieren Paulus betekent: opstaan en achter Hem aangaan die al onze dood heeft overwonnen. Hem gelijkvormig worden. Daarom jaagt Paulus achter Jezus aan en roept hij: Volg mij! Door die woorden heen trekt de Opgestane aan ons. Hij laat het ons weten: Ik ben er echt. Ik leef. Sta op. Ga achter Mij aan. En je zult leven. Amen.
Gezang 221 10
1 Wees gegroet, gij eersteling der dagen, morgen der verrijzenis, bij wiens licht de macht der hel verslagen en de dood vernietigd is! Here Jezus, trooster aller smarten, zon der wereld, schijn in onze harten, deel ons zelf de voorsmaak mee van der zaalgen sabbatsvreê! 2 Op uw woord, o Leven van ons leven, werpen wij het doodskleed af! Door de kracht uws Geestes uitgedreven, treden we uit ons zondengraf. Leer ons daaglijks, leer ons duizendwerven, in uw kruisdood meegekruisigd sterven, en herboren - opgestaan, achter U ten hemel gaan! 3 In uw hoede zijn wij wèl geborgen, en schoon eerlang 't oog ons breek', open gaat het op de grote morgen na deez' aardse lijdensweek. Welk een dag der ruste zal dat wezen, als we onsterflijk, uit de dood verrezen, knielen voor uw dankaltaar! Amen, Jezus, maak het waar! De kinderen komen terug van de kindernevendienst Dankzegging en voorbede Collecte van de diaconie voor Oekraïne ELB 132: 1g+k, 2g, 3 g+k (staande) 1. U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer. Uit een blinkend stromen daalde d'engel af, heeft de steen genomen van 't verwonnen graf. 11
U zij de glorie, opgestane Heer, U zij de victorie, nu en immermeer. 2. Zie Hem verschijnen, Jezus, onze Heer, Hij brengt al de zijnen in zijn armen weer. Weest dan volk des Heren blijde en welgezind en zegt telkenkere: "Christus overwint." U zij de glorie, opgestane Heer. U zij de victorie, nu en immermeer. 3. Zou ik nog vrezen, nu Hij eeuwig leeft, Die mij heeft genezen, Die mij vrede geeft? In zijn godd'lijk wezen is mijn glorie groot, niets heb ik te vrezen in leven en in dood U zij de glorie, opgestane Heer. U zij de victorie, nu en immermeer. Zegen (met gezongen ‘amen’, staande) Bij de uitgang wordt er gecollecteerd voor JOP-Jeugdwerk. De collectebussen staan er voor Operatie Mobilisatie.
12