!
NIEUWSBRIEF Secretariaat:Gruttohof 24, 2371 NR Roelofarendsveen, Tel.06-83114156, email:wmoraadkaag-braassem@yahoo. Website:www.wmoadviesraadkaagenbraassem.nl
Datum : 14 december 2015
Nr. 100
Beste Wmo-adviesraadleden en overige geïnteresseerden, In oktober 2010 verscheen de eerste nieuwsbrief van de Wmo-adviesraad Kaag en Braassem. Deze bestond uit twee pagina’s (die goeie oude tijd, kom daar nu maar eens om: 20 pagina’s komt nu eerder, maar het gaat nu om meer dan de Wmo, we hebben het over het hele sociale domein). Gelet op de reacties van de leden van onze Wmo-adviesraad, maar ook van vele andere lezers daarbuiten, is het nog steeds zinnig om hiermee door te gaan en dus is dit de 100e aflevering: een klein mijlpaaltje om even bij stil te staan. Het betekent ook een aanpassing van de ‘kop’ van de nieuwsbrief, want na zo’n 100 keer hetzelfde is een stukje afwisseling, ‘modernisering’, wellicht wel aardig, dus bij deze! Ik hoop dat u de komende tijd met interesse de nieuwsbrief zult blijven lezen en dat daardoor de meningsvorming verbetert. Dit komt advisering en beleid alleen maar ten goede en daar gaat het tenslotte om. Met vriendelijke groet, Fried Elstgeest, voorzitter Blz. Onderwerp: 2. Veel gemeenten hebben nog geen besluit genomen over wat te doen met beschut werk 2. Martin van Rijn denkt er niet aan om TSN te redden met staatssteun 3. Naderende ondergang thuishulptak van TSN geen verrassing 3. Regels uitvoering Participatiewet versoepeld m.u.v. criteria doelgroepenregister 4. Overnames na faillissement TSN 5. Geen verplichte thuiszorgcode 6. Beschermd wonen moet worden getransformeerd naar ‘beschermd thuis’ 7. Advies van de moeder van de verstandelijk gehandicapte en autistische Hanna 10.Vluchtelingen met een verblijfsvergunning moeten zo snel mogelijk meedoen 11.Meer langdurig werkloze ouderen aan de slag 11.Is nadruk op een wijkteam met allemaal generalisten wel zo'n goed idee ? 12.Rijk en gemeenten sloten onlangs het ‘Bestuursakkoord Verhoogde Asielstroom’ 13.De nieuwe zorgverzekeraar ‘Zorgeloos’ start in 2017 14.Gezamenlijke aanpak langdurige zorg en ondersteuning en verantwoord marktgedrag 15.Wmo-indicaties niet door mensen maar door een computerprogramma 16.Nog steeds veel kinderen niet of te laat de juiste hulp 16.Ede: regels en procedures voor het aanvragen van PGB eenvoudiger 17.Afspraken over de thuiszorg, nu de sleutel bij gemeenten 17.Verwaarloosde kinderen uit Roelofarendsveen: te weinig hulp van hulpverleners 18.Werkgeversorganisaties ActiZ en BTN zijn niet blij met de afspraken thuishulp
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
1
Veel gemeenten hebben nog geen besluit genomen over wat te doen met beschut werk
Binnenlands Bestuur 2 december 2015
Gemeenten aarzelen over detacheren Margot Limburg 02 dec 2015 Veel gemeenten aarzelen nog of ze door het inzetten van detacheringen mensen met een arbeidshandicap aan het werk gaan helpen. Dit terwijl het overgrote deel van de arbeidsgehandicapten die aan het werk zijn, dit via detacheringen doet. Dat blijkt uit de monitor van brancheorganisatie in de Sociale werkvoorziening Cedris. Dekkend netwerk Van de 37 duizend Wsw’ers die bij reguliere werkgevers aan de slag zijn, werkt 30 duizend via een detachering. Het is daarmee een goed instrument om mensen aan de slag te krijgen. Het merendeel van de sociale werkbedrijven (bijna 60 procent) geeft in de monitor aan dat hun gemeenten mensen gaan detacheren. Tegelijkertijd zegt ruim 30 procent van de sociale werkbedrijven dat er in hun gemeente nog niet over is besloten. Cedris-voorzitter Job Cohen maakt zich daar zorgen over: ‘Dat betekent dat er niet langer een landelijk dekkend netwerk is van bedrijven die mensen met een arbeidshandicap kunnen detacheren. Dat vormt een duidelijk risico voor het realiseren van de baanafspraak.’ Baanafspraak In sommige regio’s, zoals Groningen, wordt helemaal niet meer gedetacheerd. Tot nog toe blijken sociale werkbedrijven, vooral ook dankzij de Wsw-detacheringen, hofleverancier voor de baanafspraak waarbij bedrijfsleven en gemeenten 125.000 extra banen voor mensen met een arbeidshandicap zullen scheppen. De beschikbaarheid van het instrument detacheren is daarmee van groot belang voor het slagen van de baanafspraak, vindt Cedris. Beschut werk Het realiseren van beschut werk voor mensen die ook met hulp niet bij gewone werkgevers aan de slag kunnen, komt nog steeds niet erg op gang, blijkt uit de monitor. Tot nu toe zijn slechts 205 aanvragen gedaan bij het UWV voor de indicatie ‘beschut’. Om op termijn de 30 duizend beschutte werkplekken te realiseren, zouden er dit jaar 1600 gerealiseerd moeten zijn. Dat aantal wordt bij lange na niet gehaald. Dat is overigens geen verrassing, eerder dit jaar bleek al dat het aantal aanvragen voor de indicatie ‘beschut werk’ ver achterbleef bij de planning. Twijfelachtig Veel gemeenten hebben nog geen besluit genomen over wat te doen met beschut werk. Bij ongeveer een derde van de sociale werkbedrijven is het twijfelachtig of er beschut werk komt. Ook bij gemeenten die wel beschut werk willen realiseren, blijven de plaatsingen nog ver achter bij de intentie. Slechts 14 van de 72 SW-bedrijven die deelnamen aan onze monitor realiseerden beschutte werkplekken. Bij de aarzeling van gemeenten om beschut werk in te richten, spelen de vragen en zorgen over de financiering ervan een rol, aldus Cedris. Martin van Rijn denkt er niet aan om TSN te redden met staatssteun
Zorgvisie 2 december 2015
‘Geen staatssteun voor TSN’ 2 dec 2015 Martin van Rijn denkt er niet aan om TSN te redden met staatssteun. Van Rijn gaat wel kijken naar nieuwe perspectieven voor de arbeidsmarkt in de zorg, zo schrijft hij in een brief. De aanvraag van surseance van betaling door TSN heeft voor veel onzekerheid gezorgd bij werknemers en cliënten van de thuiszorgorganisatie. 'Ik realiseer me dat voor hen deze onzekere periode ingrijpend is', vertelt Van Rijn. Op dit moment kijken bewindvoerders naar een mogelijke toekomst van TSN. 'Mijn uitgangspunt is en blijft dat mensen de zorg moeten krijgen die ze nodig hebben. En dat er zo snel mogelijk zekerheid moet zijn voor de TSN medewerkers.' Financiële steun VWS zou een reddingsplan gereed hebben voor TSN, stelde SP-Kamerlid Tjitske Siderius. 'Dat is niet het geval', laat de staatssecretaris weten. 'Wel is in de afgelopen periode met TSN over hun situatie gesproken. Staatssteun voor TSN kan daarvan natuurlijk nooit de uitkomst zijn. Wel is in samenwerking met de VNG een handreiking opgesteld over hoe gemeenten moeten handelen om de continuïteit van zorg voor cliënten te regelen als een zorgaanbieder in problemen dreigt te komen.' 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
2
Arbeidsmarkt in de zorg Tot slot laat Van Rijn weten dat de situatie in de ondersteuning is veranderd en dat heeft gevolgen voor de sector. Van Rijn: 'Daarom overleg ik met FNV en CNV over een nieuw perspectief voor de arbeidsmarkt in de zorg. Ik verwacht u over de uitkomst van deze gesprekken op korte termijn te kunnen informeren.' Mark van Dorresteijn Redacteur ict Naderende ondergang thuishulptak van TSN geen verrassing
Zorgvisie 2 december 2015
Krokodillentranen over TSN 1 dec 2015 Eric Bassant Hoofdredacteur De naderende ondergang van de thuishulptak van TSN komt niet als een verrassing. Dit jaar is de genadeslag aan de huishoudelijke hulp toegebracht door een korting van veertig procent op het budget van het Rijk. Initiatieven om het kortingspercentage te verzachten hebben het tij niet gekeerd. De huishoudelijke hulp toelage, een subsidie op de eigen bijdrage, heeft niet geleid tot behoud van grote aantallen banen. Ook een wettelijk verplicht kostendekkend tarief heeft het politiek niet gehaald. Er is alleen een gedragscode voor gemeenten opgesteld om kostendekkende tarieven te hanteren. De praktijk is dat een aantal gemeenten huishoudelijke hulp heeft geschrapt, andere gemeenten hebben geknepen op het aantal uren, op de tarieven of ze hebben een combinatie van beide geïntroduceerd. De conclusie is helder: in de maatschappij bestaat te weinig draagvlak voor het collectief betalen van huishoudelijke hulp die wordt aangeboden door fatsoenlijke werkgevers met personeel in loondienst. Wat overblijft is huishoudelijke zorg die wordt verleend door goedkopere alfahulpen of door zwartwerkers. Maar dat durven de landelijke en lokale politici in het werkgebied van TSN niet hardop te zeggen. Jan Torny Jan Torny, oprichter van Thuiszorg Service Nederland, gaf bij zijn afscheid in 2011 aan dat zijn bedrijf in rustiger vaarwater was beland. Hij had het bedrijf een paar jaar daarvoor verkocht aan Asito. Niets was minder waar. TSN kreeg de jaren erna de rekening gepresenteerd van het expansieve opkopen van noodlijdende thuiszorgafdelingen van grote ouderenzorgorganisaties. TSN nam thuiszorgafdelingen over van Meavita, van Evean en van Sensire. Het zittende personeel werd overgenomen en ook de daarbij horende cao- verplichtingen. En daarmee ook het gebrek aan flexibiliteit om op kosten te sturen. Na ontslaggolf na ontslaggolf en een verloren poging om de lonen te korten, is het doek gevallen. Algemeen directeur Zion Jongstra is altijd helder geweest over de consequenties van beleidskeuzes. Tegenover dagblad Tubantia verklaarde hij in september dat 2012 en 2013 verliesgevend waren en dat het verlies over 2014 was uitgekomen op €10 miljoen. Hij gaf aan het niet te kunnen volhouden om onder de kostprijs te blijven werken. Dit jaar dreigde eveneens een verlies van 10 miljoen. Achter de oren krabben Met het verdwijnen van TSN moeten gemeenten en het Rijk zich achter de oren krabben wat ze willen met huishoudelijke verzorging. De vraag is of in deze markt een ander bedrijf de thuishulp wel kan verlenen. Alfahulpen kunnen maar een deel van de oplossing bieden en niet alle 40.000 cliënten van TSN beschikken over genoeg financiële middelen om zelf een thuishulp in te huren. Wat te doen voor arme ouderen zonder ondersteunend netwerk? Of is dat anno 2015 hun eigen verantwoordelijkheid? Regels uitvoering Participatiewet versoepeld m.u.v. criteria doelgroepenregister
Binnenlands Bestuur 3 december 2015
Criteria doelgroepenregister niet versoepeld Margot Limburg 27 nov 2015 De criteria die UWV hanteert om te bepalen of iemand met een arbeidshandicap al dan niet in het doelgroepenregister wordt opgenomen, veranderen voorlopig niet. Dat is de uitkomst van overleg tussen het kabinet, de VNG, de sociale partners en UWV. Andere regels rondom de uitvoering van de Participatiewet worden wel versoepeld. Indicatie Kabinet en werkgevers willen 125 duizend mensen met een arbeidsbeperking aan het werk hebben bij reguliere werkgevers. 100 duizend in de marktsector, 25 duizend bij de overheid. Om te tellen of deze aantallen gehaald worden, is een doelgroepenregister opgezet. Alleen als iemand uit dat register aan 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
3
het werk is, telt de werkplek mee. Om dat register te vullen, moet UWV een indicatie afgeven. Het probleem is dat landelijk gezien slechts 20% van de mensen die gemeenten bij UWV voordragen ook daadwerkelijk zo’n indicatie krijgt. Verschillende manieren Gemeenten en UWV kijken op verschillende manieren naar een arbeidsgehandicapte. Gemeenten kijken welke loonwaarde iemand voor een bepaalde functie heeft op het moment dat er een baan beschikbaar is. UWV kijkt – opgedragen door de wet- en regelgeving uit Den Haag – of iemand een bepaalde functie zou kunnen uitvoeren, ongeacht of deze functie beschikbaar is. Kritiekpunt is dat iemand misschien wel één van de door Den Haag bedachte banen zou kunnen uitvoeren, maar dat die baan er niet is. En dus is de klacht van werkgevers, re-integratiebureaus en gemeenten dat UWV te streng is. Onlangs nog kwam uit de regio Brabant het geluid dat slechts één procent van de mensen die bij UWV aangedragen werd daadwerkelijk in het doelgroepenregister opgenomen werd. Te weinig informatie Veel gemeenten en werkgevers willen dat de loonwaardemeting leidend wordt bij de toelating tot het register. Klijnsma erkent dat de zorgen er zijn en dat deze ‘de volle aandacht van betrokken partijen’ hebben. Toch wordt het systeem voorlopig niet aangepast omdat er nog te weinig informatie is ‘op basis waarvan gefundeerde uitspraken mogelijk zijn over de doelgroepbeoordeling banenafspraak van UWV in relatie tot de loonwaardemeting op de werkplek’, schrijft Klijnsma aan de Kamer. De komende tijd zal meer informatie verzameld worden over hoe de verschillen in beoordeling kunnen ontstaan. In het voorjaar van 2016 zal opnieuw bekeken worden hoe het ermee staat en of er aanpassingen aan de beoordeling voor het doelgroepenregister gedaan moeten worden. Stijging aantal indicaties Overigens is het aantal mensen dat bij UWV aangemeld wordt voor een beoordeling voor het doelgroepenregister, inmiddels aan het stijgen. In totaal zijn nu bijna 4500 mensen aangemeld waarvan bijna 25oo zijn afgehandeld door UWV. In bijna 60 procent van de gevallen leidde de aanvraag tot opname in het register. Eerder was dit nog 20 procent. Eenvoudiger opzet Zoals al eerder aangekondigd, worden leerlingen uit het speciaal onderwijs voortaan rechtstreeks toegelaten tot het register. Ook komt er een eenvoudigere opzet van loonwaardebepaling op de werkplek. Werkgevers en gemeenten kunnen voor het eerste half jaar van een dienstverband rekenen met een loonkostensubsidie van 50 procent. Daarna wordt de daadwerkelijke loonwaarde bepaald. Overnames na faillissement TSN
Zorgvisie 3 december 2015
Zorgaanbieders wachten af met overnemen TSN-klanten 2 dec 2015 Leden van Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN) en brancheorganisatie ActiZ zijn in principe bereid om klanten van het noodlijdende TSN-thuiszorg over te nemen. ‘Maar dat is pas aan de orde nadat er een faillissement is uitgesproken, nu is het nog te vroeg hiervoor’, aldus BTNbestuurder Hans Buijing. 'Er is pas afgelopen vrijdag uitstel van betaling aangevraagd en niemand weet nu al met welke oplossingen de bewindvoerder mogelijk kan komen', zegt Buijing. 'Over wat die oplossingen zouden kunnen zijn wordt van alles gezegd, van reddingsacties uit Den Haag tot sector brede reddingsplannen aan toe. Maar dat zijn vooralsnog geruchten en voor die tijd nemen wij gepaste afstand.' Molensteen De vraag blijft hoeveel klanten de leden van BTN eventueel over zouden kunnen nemen na een bankroet, zegt Buijing: 'Dat ligt natuurlijk maar helemaal aan de regio en de aanbieder. De huishoudelijke hulp hing TSN als een molensteen om de nek en onze leden kunnen niet zonder meer die molensteen overnemen. De condities voor het leveren van huishoudelijke hulp zullen wel aangepast moeten worden. Een oplossing zoals de Huishoudelijke Hulp Toeslag (HHT) heeft nu wel bewezen gefaald.' ActiZ Een woordvoerder van brancheorganisatie ActiZ laat desgevraagd weten dat er momenteel ActiZleden worden benaderd om de medewerkers en cliënten van TSN over te nemen. 'Gemeenten zijn
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
4
hectisch onze leden aan het bellen voor oplossingen. We helpen graag maar voor ons staat ook boven water dat als we delen overnemen de condities wel anders moeten liggen. De bezuiniging op de huishoudelijke hulp bedroeg eerst 65 procent, toen is dat na onze lobby verzacht naar veertig procent en er ligt nog HHT-geld op de plank dus er zijn mogelijkheden bij gemeenten volgens ons. Zorgaanbieders zullen alleen kunnen leveren als fatsoenlijke tarieven worden geboden.' Wouter den Elsen Redacteur care
Geen verplichte thuiszorgcode
Zorgvisie 3 december 2015
Van Rijn wil 'thuiszorgcode' niet verplichten 2 dec 2015 Staatssecretaris Martin van Rijn wil de Code verantwoordelijk marktgedrag thuisondersteuning niet verplicht opleggen. Hij zal er wel alles aan doen om de partijen ‘te enthousiasmeren’ de Code te ondertekenen. Dat zei de staatssecretaris op 2 december tijdens het debat over de Wmo in de Tweede Kamer. Verantwoordelijk marktgedrag Volgende week verschijnt het advies van de Transitiecommissie sociaal domein over de Code verantwoordelijk marktgedrag thuiszorgondersteuning. Deze Code regelt dat aanbieders, gemeenten en CNV Zorg & Welzijn fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden centraal stellen bij de inkoop van huishoudelijke hulp. Ondertekening is vrijwillig. Vooruitlopend op het te verschijnen advies drongen de SP en PvdA aan op een toezegging van Van Rijn de Code verplicht te stellen, in lijn met het advies van de Transitiecommissie. Dat zou bijvoorbeeld kunnen via een amvb. Van Rijn antwoordde daarop dat hij deze oproep 'goed heeft begrepen.' Thuiszorg Eerst wil de staatssecretaris de resultaten afwachten van het bestuurlijk overleg dat hij voert met de vakbonden, thuiszorgaanbieders en gemeenten over de thuiszorg en met name de huishoudelijke hulp. Tijdens deze overleggen moet duidelijk worden wat het perspectief is van de arbeidsmarkt voor huishoudelijke hulp en of er sprake is van 'fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en fatsoenlijke banen'. Hij zegde toe de Kamer hierover binnen twee weken te informeren en ook te laten weten of 'de huidige randvoorwaarden nadere maatregelen vereisen'. Zorg dichtbij Van Rijn wees erop dat gemeenten moeten zorgen dat zij fatsoenlijke afspraken maken die leiden tot redelijke lonen. Hij voegde daaraan toe dat dit allemaal al in de wet is geregeld. Als gemeenten zich niet aan de wet houden, kan de staatssecretaris ingrijpen. Maar Van Rijn wil ook dat gemeenten de vrijheid houden om afspraken te maken over nieuwe zorgvormen. 'Dat is immers het gevolg van wat we hebben afgesproken: meer vrijheid voor de gemeenten om zorg dichtbij te regelen.' Gemeenten Een extra stimulans voor de partijen in de thuiszorg zou nu de Code verantwoordelijk marktgedrag zijn. Van Rijn zegt daar hoge verwachtingen van te hebben. Gemeenten zouden niet alleen moeten kijken naar de laagste prijs maar zich er ook rekenschap van moeten geven of instellingen hun werkgeverschap wel kunnen nakomen. Hij hoopt dat de partijen volgende week de Code zullen ondertekenen. Mocht blijken dat verantwoord marktgedrag in de praktijk niet werkt, zal hij kijken of er extra regels nodig zijn. Van Rijn: 'Als er aanvullende wetgeving nodig is, zal ik niet aarzelen.' Huishoudelijke hulp Van Rijn is niet van plan een basistarief voor huishoudelijke hulp op te stellen, zoals het CDA, de PvdA en de SP vroegen. Hij zegt bang te zijn dat dit dan meteen als maximum tarief wordt aangegrepen. De kostprijzen verschillen per regio en per soort instelling. Hij wil dit aan de gemeenten overlaten. Carina van Aartsen Redacteur cure
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
5
Beschermd wonen moet worden getransformeerd naar ‘beschermd thuis’
Binnenlands Bestuur 3 december 2015
Beschermd wonen in alle gemeenten Yolanda de Koster 03 dec 2015 Beschermd wonen moet worden getransformeerd naar ‘beschermd thuis’. Het moet de verantwoordelijkheid worden van alle gemeenten en niet, zoals sinds 1 januari, die van de 43 centrumgemeenten. De 1,4 miljard euro die nu wordt besteed aan de zorg en ondersteuning van 30.000 zeer kwetsbare mensen moet via een nog te ontwikkelen objectief verdeelmodel, via het Wmo-budget, bij alle gemeenten terechtkomen. Dit zijn enkele onderdelen uit het advies van de commissie Toekomst beschermd wonen. Op verzoek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft deze commissie onder voorzitterschap van oud-wethouder Erik Dannenberg een visie ontwikkeld, uitgangspunten voor een financieel verdeelmodel geformuleerd en geschetst wat de omwenteling betekent voor gemeentelijke samenwerking. ‘Burgerschap hebben we bij de visieontwikkeling als uitgangspunt genomen. Wonen is een grondrecht en een voorwaarde voor maatschappelijk herstel, participatie en sociale inclusie’, licht Dannenberg toe. Beschermd Wonen is niet voor niets vanuit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) ondergebracht en niet bij de Wet langdurige zorg (Wlz), brengt hij in herinnering. ‘Ook bij deze groep mensen, die onder de Awbz een indicatie voor langdurige zorg met verblijf hadden, willen we kijken naar de mogelijkheden die ze hebben om een zelfstandig leven in gewone wijken te leiden, met ondersteuning en, waar nodig, behandeling. In een bepaalde periode zal iemand meer hulp nodig hebben dan in een andere. In onze visie is die mogelijkheid van op- en afschalen goed en eenvoudig te regelen’, zegt hij. Als er meer zorg nodig is, kan er extra hulp via de Zorgverzekeringswet (Zvw) worden ingeschakeld via bijvoorbeeld verwijzing van een huisarts. Zodra de situatie weer is verbeterd, kan worden ‘afgeschaald’ naar hulp en ondersteuning vanuit de Wmo. Meer woonvarianten Beschermde woonplekken in de wijk dus, met een 7 x 24 uur woonvoorziening voor een kleine groep mensen. ‘Dit vraagt om veel meer woonvarianten dan er nu zijn.’ Dus niet meer alleen groepshuizen waar een handjevol bewoners onder meer of minder toezicht samenwoont, maar ook kleine woningen en appartementen met een huur tot 450 euro. Hij erkent dat dit een lastige opgave is, omdat er ook andere groepen zijn die daar een beroep op doen: ouderen die langer zelfstandig blijven wonen, vluchtelingen met een verblijfstatus. Maar: ‘Zonder een verruiming van wooneenheden en woonvarianten maakt beschermd thuis weinig kans.’ De keuze om alle gemeenten verantwoordelijk te maken voor beschermd thuis is een zeer bewuste. ‘Als je die verantwoordelijkheid bij de centrumgemeenten zou houden, blijf je denken in voorzieningen. Daar willen we juist vanaf. Ook mag het niet zo zijn dat steden worden opgescheept met iedereen die zwaardere zorg en ondersteuning nodig heeft. Benut de meerwaarde van de lokale gemeenschap.’ Het is wel van belang dat gemeenten ook op dit terrein samenwerken, benadrukt Dannenberg. Bijvoorbeeld rondom inkoop en kennisdeling. Opvallend in het advies is de ingebouwde financiële prikkel als iemand van de ene naar de andere gemeente wil verhuizen. Maximaal drie jaar moet de gemeente van ‘vertrek’ 50 procent bijdragen aan de kosten aan de ‘ontvangende’ gemeente. ‘Die prikkel hebben we ingebouwd om te voorkomen dat vooral kleinere gemeenten mensen stimuleren om in gemeenten met meer voorzieningen te gaan wonen.’ Herijkt Het verdeelmodel Beschermd Wonen moet opgaan in het objectieve verdeelmodel Wmo, adviseert de commissie-Dannenberg. ‘Dat moet worden herijkt omdat de kenmerken van mensen die gebruikmaken van beschermde woonplekken verschillen van de mensen die nu van de Wmo gebruikmaken. Voor de herijking moeten jaarlijks systematisch gegevens worden verzameld over de populatie die gebruikmaakt van beschermde woonplekken’, stelt Dannenberg. Zo moet onder meer rekening worden gehouden met gemeenten met een grote instroom van cliënten uit ggz-instellingen. Ook moet er aandacht zijn voor specialistische aanbieders van beschermd wonen, zoals forensisch beschermd wonen. Uiterlijk per 2022 moet het objectieve verdeelmodel, inclusief beschermde woonplekken, worden gehanteerd. Vanaf 2017 zou het budget voor beschermd wonen in fases van centrumgemeenten naar alle gemeenten overgedragen kunnen worden.
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
6
Voor de kanteling van beschermd wonen naar beschermde woonplekken is een overgangsperiode van vijftien jaar vereist. Advies van de moeder van de verstandelijk gehandicapte en autistische Hanna
Nieuwsbrief KLIK 3 december 2015
Luister naar de dromen van ouders van verstandelijk beperkte kinderen Alblasserdam, 1 december 2015 09:00 | Margreet Pereboom “Luister naar mijn verhaal, het verhaal van een moeder met een ongelukkig kindje.” Dat is het advies van de moeder van de verstandelijk gehandicapte en autistische Hanna. Columnist en coach Margreet Pereboom deelde dit verhaal van de moeder op een bijeenkomst van het autismenetwerk Zuid-Holland-Zuid. Het autismenetwerk bestaat uit aangesloten organisaties die betrokken zijn bij de zorg, ondersteuning en onderwijs van mensen met autisme. Eind september was er een bijeenkomst over ouders en familie, waarbij Margreet Pereboom de middag afsloot met onderstaand verhaal over een moeder en haar dochter Hanneke. “Afgelopen weekend was het zover. Tinaweekend! Wie meiden heeft weet precies waar ik het over heb. De Tina is een weekblad. Het blad bestaat al sinds 1967. En eens in het jaar, als in een soort huishoudbeurs, komt iedereen live samen in het attractiepark Duinrell. Ik ga al jaren met mijn nichtje van nu 12 jaar oud en haar trouwe vriendinnetje van diezelfde leeftijd. In Duinrell treffen we dan duizenden roze gillende meisjes. Ze krijgen bonnen en ze mogen verschillende tentjes af om spullen te halen. Ze mogen grátis in de attracties (ze hebben niet door dat ik mij scheel heb betaald). Weg waren ze Als ik zo rondloop op die Tinadagen besef ik altijd maar des te meer hoe snel hun ontwikkeling gaat. De eerste jaren, als Tina tante, moest ik nog overal mee naar toe, samen workshops doen. Later gingen ze al wat meer zelf. Nu dit jaar kreeg ik de mededeling “Teet, we kunnen het nu alleen hoor”. En weg waren ze met roze haren en hun lippenstift op. Contrast Daar zat ik dan op het bankje in het zonnetje alles wat te overdenken. Wat een contrast met het leven van Hanna en haar moeder. Ooit zat ik namelijk met de moeder van Hanna op eenzelfde bankje, in de zon. Het was zondag, in het vroege voorjaar. Mijn ochtenddienst zat er bijna op. Als persoonlijk begeleidster stond ik op een groep waar zes cliënten verbleven. Naast hun verstandelijke beperking was er ook sprake van een autistisch beeld. Deze diagnoses waren nog maar net een beetje bekender aan het worden. Verder dan een contactstoornis kwamen we toen niet. Wachten Het was een drukke ochtend geweest. Ik werkte alleen en na de rituelen van douchen en ontbijten volgende een lange tijd van wachten. Wachten op de lunch, maar vooral wachten op papa’s en mama’s. Uiteindelijk dronken we koffie en thee met zijn allen. De zelfgemaakte kwarktaart ging er goed in. De ouders kregen de ruimte en de kans om alle rituelen met hun kinderen te doen. Eén moeder ging wandelen met haar dochter en een kroketje halen, een ander bleef zitten en plakte een plakboek met kaarten vol. Naar de bus Na afloop van alle zondagse tradities liep ik met de moeder van Hanna mee naar buiten. Ze sjouwde zware tassen met was met zich mee. Ik nam ze van haar aan en zei dat ik wel even met haar mee zou lopen naar de bushalte. Dankbaar nam ze mijn aanbod aan. Het lopen ging haar niet makkelijk meer af. Jaar in jaar uit sleepte ze zich zelf hier naar toe. Twee keer in de week. Zo liepen we samen naar de halte, met de tassen aan het stuur van mijn fiets. Bij de halte aangekomen gingen we samen even zitten. “Hoe is het om een gehandicapt kind te hebben”, vroeg ik ineens en ik besefte mij dat dit wel een hele brutale vraag was. Ik wilde mij bijna verontschuldigen tot ik zag dat ze me aankeek. Hoe is het? “Je bent de eerste die mij deze vraag ooit gesteld heeft” zei ze. “De eerste!! en ik weet niet of ik dit nu
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
7
moet waarderen of niet”. “Wat beschaamd keek ik terug; “toch wil ik het weten”. ”Hoe is het?” De moeder van Hanna leunde achter over en nam een diepe teug zuurstof tot zich;. Vooruit dan maar… “Het begon dertig jaar geleden. Ik leerde mijn man kennen, Piet. Piet zat op de vaart. Hij was vaak weg, op reis. Soms kort, soms ook maanden lang. Dat was wennen, zei ze. Je droomt als jong meisje van een man met wie je samen kunt zijn. Toch, we hielden van elkaar. En ik wachtte geduldig tot hij weer thuis kwam van die vaart. Dolverliefd waren we dan. Ik zie haar lachen bij deze herinnering. Zelfstandig Altijd nam hij iets voor me mee. Een aardigheidje, een beeldje, een armbandje, een prentje. We waren gelukkig. Ik moest altijd wel wennen als hij weer weg was. Maar ook dan nam het leven weer zijn normale ritme en vormen aan. Het was een zelfstandig leven wat ik leidde met een man die vaak zo ver weg was. Toch het weerhield ons er niet van om samen een leven op te bouwen. Ik wilde graag kinderen. Zo vanzelfsprekend als het bij iedereen leek te gaan bleven wij kinderloos. Ik raakte wel zwanger, maar kreeg vroegtijdig miskramen. De artsen konden niet achterhalen waardoor dat kwam. Ik ging ziekenhuis in en ziekenhuis uit. Ik werd behandeld met medicijnen, maar het mocht niet baten. Verdriet Op een dag kregen we een gesprek en de arts gaf ons de mededeling dat wij ons bij het feit neer moesten leggen dat we geen kinderen konden krijgen. Weken heb ik alleen op mijn bed gelegen van verdriet. Piet wist niet meer wat hij met mij aan moest. Als ik er nu op terug kijk lag een depressie duidelijk op de loer. Toch wist ik mij te verzetten. Ik ben opgestaan, heb mijn tranen gedroogd en ben weer verder gegaan. Vier jaren gingen voorbij. We leefden ons leven met een stil verdriet. En toen ,ineens, als een donderslag bij heldere hemel, werd ik zwanger. Daar was ze, mijn meisje, een verassing van God. Gelukkig Piet en ik, we leefden op een roze wolk met Hanna. Zo gelukkig waren we. Als ik deze tijd nog eens kon overdoen.” Haar blik dwaalt even af. Dan gaat ze verder; Functioneel “Tot drie maanden leek ze zich normaal te ontwikkelen, volgens de artsen. Ikzelf was nog in een stadia van gebeurtenissen die ik nog maar nauwelijks kon geloven. Er knaagde namelijk altijd iets van binnen. Er was altijd een klein stemmetje die mij vertelde dat er iets hier niet klopte. Ik merkte het in het contact met Hanna. Alsof ze zich niet aan mij kon overgeven, ik voelde het als ik haar de borst gaf. Het was zo….ze dacht even na…. Functioneel. Ik heb er toen niet over gepraat, ik wilde niet zeuren. Dankbaar zijn. Beschadigd En toen gebeurde er iets verschrikkelijks. Piet zat op de vaart, hij zou enkele weken weg blijven en op een avond; ik wilde Hanna naar bed brengen. Maar ineens stokte haar ademhaling, ik kan mij alle details van die avond nog zo goed herinneren. De paniek, het muziekje van haar speeldoos op de achtergrond, de ambulance, de broeders. Later bleek het Hanna haar eerste epilepsie aanval. Het werd er eentje van velen. Het beschadigde haar hersenen, keer op keer. Hanna ontwikkelde zich niet heel snel. Ze ging wel lopen, ze werd zindelijk en ze sprak een paar woordjes. Heel kort, één woord, één of twee lettergrepen. ‘Jas, tas, noepie, mama.’ Och, die dag dat ze mama ging zeggen… hahaha, we hebben taart gegeten die dag. De droom stopte Maar goed, rond haar vijfde stopte haar ontwikkeling wel zon beetje. En rond haar vijfde stopte mijn droom, mijn hoop dat het nog wel goed zou komen.” “Weet je Margreet,” en ze richtte zich bewust naar mij, “als je een kindje krijgt ben je vol van dromen. Haar eerste dag naar school, zwemdiploma’s, met vriendinnetjes naar clubjes, haar eerste brommer, een vriendje, trouwen, kinderen krijgen. Ik die oma zou worden. Hulpverleners beseffen het niet altijd, maar met haar autisme en handicaps ben ik ook een toekomst kwijt. Je hoopt als moeder dat ze bestand raken tegen de wereld, deze mooie maar harde wereld. Dat ze bij zich zelf leren blijven, trouw blijven aan zichzelf, Dat ze iets kan betekenen voor anderen. Kinderboerderij In het begin droomde ik daar nog van met Piet. We dachten eraan om een kinderboerderij te beginnen,
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
8
zodat zij dan altijd met haar dieren op die boerderij kon zijn. We droomden over mensen om haar heen, die voor haar zouden zorgen en met wie ze kon wonen. Dit zouden we vast kunnen realiseren. Maar Piet was veel weg en de zorg werd voor mij te zwaar. Ik kon het niet meer. In mijn omgeving wilden mensen wel helpen. Maar het was zoveel en zo structureel. Het was niet te organiseren. Zelfverwonding Daarnaast sloot Hanna zich steeds verder af van de buitenwereld. Ze kreeg driftaanvallen en ze ging zichzelf verwonden; bonken met haar hoofd tegen de muur, slaan in haar gezicht. Ik kon niet bij haar komen. Machteloos. Het ging tot bloedens toe. Ik heb wel eens met haar meegebonkt moet ik je eerlijk zeggen. Ik had ook hele nare gedachtes. Ik wilde haar wat aandoen, een kussen op haar hoofd. Dan was haar lijden klaar, dit was zo zinloos. Zo zonder vooruitzichten. Dat zijn zulke nare gedachtes om deze als moeder te hebben en ik kwam er ook niet verder mee. Accepteren Ik moest blijven staan, sterk blijven. Iemand anders ging dit niet doen. Ik zou ergens moeten accepteren dat ik een ongelukkig kindje had. De kinderarts hielp daar, versneld en niet heel sensitief aan mee, toen zij op een gegeven moment vertelde dat ze niets meer voor Hanne kon doen. “Zij is, zij leeft maar zij heeft geen kindwaardig bestaan” Je moet haar maar uit huis plaatsen. Ik had een ongelukkig kindje en ik moest haar maar uit huis plaatsen. Amen! Tja, Margreet dan trekt het leven wel aan je voorbij. In een instelling? Naar een groep met allemaal kwijlende mensen, geen perspectief meer voor mijn kind, zo voelde het. En zo is het uiteindelijk ook gebleken. Ik hield het thuis niet meer vol. Een ander alternatief was er ook niet. Ik twijfelde zo erg en was zo bang. Wie is er dan bij haar als ze ’s nachts huilt? Horen ze haar wel? Weten ze dat je haar haar doekje moet geven, vaak is ze deze kwijt? Zingen ze dat ene liedje wel voor het slapen gaan? Kunnen ze nog wel met haar naar buiten? Wanneer mag ik komen? Gaan ze mijn kind niet misbruiken? Wegbrengen Toch op een dag was het zover. Ik moest haar wegbrengen. Er waren geen andere mogelijkheden. Ik had een gesprek met een pedagoog. Het zou niet de laatste der pedagogen blijken. Inmiddels ben ik er acht verder, om over de wisselingen van begeleiders maar niet te spreken. Niets blijft, ze gaan altijd verder. Op zoek naar nieuwe uitdagingen. Ik heb vele visies aan mij voorbij zien komen. Op dat moment heerste de gedachte dat Hanna en ik teveel gehecht waren. We moesten loskomen van elkaar. Ik mocht Hanna zes weken niet zien. Ik had er niets tegen in te brengen. Zij hadden er tenslotte voor geleerd. Loslaten En daar gingen, wij samen Piet en ik, hand in hand. We brachten onze dochter weg, omdat we het zelf niet konden volbrengen. Het tasje met haar spullen gaven we aan een begeleidster. Ik had er nog eens schriftje bijgedaan, met belangrijke zaken voor Hanna. Maar we moesten haar loslaten werd er gezegd. Totaal in shock zijn Piet en ik naar huis gereden. Verstard, moe, uit gestreden. Na zes weken kregen we Hanna weer te zien. Ik had haar zo gemist. Maar ik kreeg geen contact meer op dat moment. Alsof ze het mij kwalijk nam. Het kunnen ook mijn eigen gedachtes zijn geweest hoor. Het was allemaal zo vreemd. Horror Het leven was een film, een horror, waar geen einde aan leek te komen. Maar het leven gaat door. Ik kreeg houvast aan het ritme van de bezoektijden, ik kreeg weer grip op mijn eigen leven en daar waren de begeleiders. De ene was warmer dan de ander, de ene had meer oog voor ons als ouder dan de ander, maar ze zorgden met hun ziel en zaligheid voor mijn dochter. Eigenlijk allemaal. Bezuinigingen Soms waren er bezuinigingen en moesten ze het met minder doen, vaak ook was er ruimte voor een leuke vakantie. De visie op zorg was aan verandering onderhevig. Jaren heeft Hanna in een time-out ruimte verbleven. Alleen primaire zorg kon er worden verleend. Haar gedragsproblemen waren te heftig. Andere zienswijze Vreselijk was die tijd, mijn dochter alleen in een ruimte. Haar paniek werd er juist groter van, de mijne des te meer. Toch, de zienswijze veranderde. Er ontstond het idee dat ze deel moest gaan uitmaken van het dagelijkse leven. Ze kreeg dagbesteding en ze ging zelfs mee helpen koken.
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
9
Bang Het ging met vallen en opstaan, maar ik had er meer vrede mee. Ik werd uitgenodigd om vaker te komen, om deel uit te maken van Hanna haar leven. Ik durfde niet meer, bang dat ik de broze vooruitgang zou verstoren. Ik kon het niet meer met Piet bespreken, de jaren op de vaart, het zware werk had zijn tol geëist. De zorgen om Hanna. Zijn hart gaf het op. We waren niet meer samen. Begeleidster met een bonus Gelukkig was daar Danielle , een leerling. Zo’n leuke ‘spring in het veld’. Ze stuurde tekeningen en foto’s van Hanna naar mij op. Ze zorgde er voor dat de drempel lager werd, samen met haar durfde ik er overheen. Ik had een leuke tijd met haar, een begeleidster met een bonus. Ik mis haar nog altijd, maar ze heeft me iets meegegeven waar ik mij nog altijd aan kan vast houden. Iemand die luistert, dat is een groot goed. Gewoon luisteren, je hoeft het niet voor mij op te lossen. Het is niet op te lossen. Maar luister naar mijn verhaal, het verhaal van een moeder met een ongelukkig kindje.” Ondraaglijk Ze hield even stil, deze krachtige sterke vrouw. “Tja, en nu is Hanna volwassen”. Haar leven is verrijkt. Toch hoop ik nog altijd dat ze eerder dood gaat dan ikzelf. De gedachte dat zij hier op deze aarde alleen is, zonder mij, zonder haar vader. Het is een ondraaglijke gedachte. Ik kan alleen maar hopen dat die begeleiders net zoveel van haar kunnen houden als ik dat doe. Dat er iemand is die…” Toen viel ze stil. Gedachten schoten razendsnel door mijn hoofd. Wat moest ik zeggen op dit schrijnende levensverhaal? Ik had geen idee. Ik zei dus maar niets. Toen de stilte bijna ongemakkelijk werd, vroeg ik hoe laat de bus eigenlijk aan kwam. Ze keek me aan en begon te lachen. “Die rijdt hier al jaren niet meer!” zei ze en stond op. Ze pakte de zware tassen met was en zei me gedag. Ze liep weg, de zon scheen op haar rug. Het was het waard Ze draaide zich nog één keer om; “Maar weet je Margreet, die herinnering die eerste maanden met mijn man en ons kindje van God? Het was mijn mooiste herinnering en ik heb het er allemaal voor over. Het was het waard.” Ik knikte… en ik keek haar na. Ze liep wat kromgebogen met haar tassen. Op naar de halte waar de bus wel de weg naar toe weet te vinden en met haar herinneringen in haar hart.” | Ieder jaar worden er door het autismenetwerk Zuid-Holland-Zuid diverse bijeenkomsten georganiseerd waar professionals en ouders kennis delen. Het netwerk biedt ook gelegenheid om casuïstiek met een adviesteam te bespreken. Verschillende disciplines vanuit allerlei verschillende organisatie denken mee en kunnen mogelijk richting geven in vastgelopen situaties.
Vluchtelingen met een verblijfsvergunning moeten zo snel mogelijk meedoen
Schulinck Nieuwsbrief 3 december 2015
Kabinet: blijven is meedoen 3 dagen geleden Vluchtelingen met een verblijfsvergunning moeten zo snel mogelijk meedoen in onze samenleving. Het leren van de Nederlandse taal en kernwaarden en het vinden van werk zijn hierbij cruciaal. Daarom krijgen vluchtelingen die hier mogen blijven eerder en meer taalonderwijs. Ook worden zij direct gescreend om een beeld te krijgen van hun diploma’s, werkervaring en taalvaardigheid. De participatieverklaring wordt een verplicht onderdeel van de inburgering. Minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid schrijft dat in een brief aan de Tweede Kamer over de integratie en participatie van vluchtelingen. De brief is een uitwerking van het bestuursakkoord dat het kabinet met de gemeenten en provincies heeft gesloten. Het taalprogramma voor vluchtelingen die nog in een AZC wonen, wordt flink uitgebreid. Gemeenten krijgen extra geld voor de maatschappelijke begeleiding van vluchtelingen die mogen blijven, van 1000 euro naar 2370 euro per persoon. Dit wordt onder meer gebruikt om duizenden vrijwilligers te trainen om vluchtelingen te helpen, bijvoorbeeld als taalcoach. Verder is de informatie over inburgering vanaf volgende week naast het Nederlands, in 15 andere talen beschikbaar.
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
10
Werkgevers uit een aantal sectoren hebben gevraagd om zo snel mogelijk vluchtelingen met passende opleidingen aan hen te koppelen. Het gaat onder meer om werk in de bouw, ICT en techniek. Alle vluchtelingen moeten een uitgebreid traject rond de participatieverklaring volgen bij de gemeente. Die betaalt dit vanuit het budget voor maatschappelijke begeleiding. Het ondertekenen van de participatieverklaring is de start van het inburgeringtraject voor degenen die mogen blijven. Om het traject rond de participatieverklaring ook voor andere nieuwkomers verplicht te maken, wordt de Wet Inburgering aangepast. Dan gaat iedereen die verplicht is om in te burgeren de participatieverklaring ondertekenen bij de start van het inburgeringstraject. Dus bijvoorbeeld ook migranten die komen in het kader van gezinsvorming of gezinshereniging. De participatieverklaring is bedoeld om nieuwkomers te wijzen op de rechten en plichten en de fundamentele waarden van de Nederlandse samenleving. Na de aanpassing van de Wet Inburgering kunnen inburgeringsplichtigen die weigeren de verklaring te ondertekenen een boete van maximaal 1250 euro krijgen. Daarnaast kan hen de verblijfsgunning worden geweigerd. Ook komen nieuwkomers die weigeren aan het traject deel te nemen of de verklaring te ondertekenen, niet in aanmerking voor het verkrijgen van het Nederlanderschap. Bron: Rijksoverheid.nl Meer langdurig werkloze ouderen aan de slag
Schulinck Nieuwsbrief 3 december 2015
Asscher wil meer 50-plussers aan het werk 3 dagen geleden Minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) wil samen met werkgevers en werknemers concrete maatregelen afspreken waardoor meer langdurig werkloze ouderen aan de slag kunnen. Hoewel de werkloosheid afneemt, vindt Asscher dat vijftigplussers hierbij achterblijven. Er is dus meer nodig, schrijft hij maandag aan de Tweede Kamer. Hij denkt daarbij onder meer aan netwerkbijeenkomsten, sollicitatietrainingen en scholingsbonnen. Asscher vindt het verder cruciaal dat er anders gedacht gaat worden over ouderen op de arbeidsmarkt. Hij wil dat het normaal wordt om oudere werknemers aan te nemen. Veel werkgevers nemen nu liever jongere arbeidskrachten aan, omdat die goedkoper en minder vaak ziek zouden zijn. De minister overlegt de komende tijd met werknemers en werkgevers over concrete maatregelen om werkloosheid onder ouderen te voorkomen en werkzoekenden van 50 vijftig jaar en ouder sneller aan het werk te krijgen. De Tweede Kamer heeft Asscher gevraagd een boegbeeld aan te stellen om negatieve opvattingen over oudere werknemers te bestrijden. De minister is daar mee bezig en laat het de Kamer weten als hij de juiste kandidaat heeft gevonden die het gezicht wordt van ,,het nieuwe denken’’ over ouderen op de arbeidsmarkt. Bron: ANP
Is nadruk op een wijkteam met allemaal generalisten wel zo'n goed idee ?
Zorg+welzijn 3 december 2015
‘Nadruk op generalisten in wijkteam is geen goed idee’ 2 dec 2015 Het moet echt en snel beter in het sociaal domein, vindt Jan de Vries, directeur van MEE Nederland. ‘Die nadruk op generalisten vind ik geen goed idee.’ 'Ik denk dat we ons zo onderhand moeten afvragen of die nadruk op een wijkteam met allemaal generalisten wel zo'n goed idee is', zegt de MEE-directeur in het het decembernummer van Zorg + Welzijn. 'Ik zou liever een generalistisch werkend team zien met daarbinnen voldoende specialistische kennis. Met name de mensen met zwaardere problematiek hebben dat nodig.' Specialitstische kennis Bijna een jaar na de roemruchte transitiedatum 1 januari 2015 blijkt Jan de Vries op essentiële punten flinke aarzelingen te hebben bij al te veel lokale vrijheid. Zoals dus bij 'het borgen' van de specialistische kennis van de leden van een wijkteam. 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
11
Expertise op peil 'Ik vind dat bij de inkoop en inrichting van wijkteams door gemeenten veel te weinig rekening wordt gehouden met dat de expertise van hun wijkteams op peil moet blijven. Waar die expertise verdwijnt, is dat zeer nadelig voor mensen voor wie meedoen toch al niet vanzelfsprekend is.' Eenzaamheid De Vries maakt zich zorgen over de groep die te licht is voor de Wet langdurige zorg (Wlz), maar te zwaar lijkt voor de Wet maatshappelijke ondersteuning (Wmo). Mensen die door psychosociale problematiek of een verstandelijke beperking in de maatschappelijke opvang terechtkomen, op straat terecht komen of thuis vereenzamen. Deze mensen hebben casemanagement nodig, cliëntondersteuning, outreachende professionals. Maar dat ziet De Vries te weinig. Hij ziet wel te veel wijkteams die min of meer een nieuw indicatieloket zijn geworden. Piet Hein Peeters Rijk en gemeenten sloten onlangs het ‘Bestuursakkoord Verhoogde Asielstroom’
Platform31 Nieuwsbrief 3 december 2015
Vluchtelingenakkoord vraagt om actie Rijk en gemeenten sloten onlangs het ‘Bestuursakkoord Verhoogde Asielstroom’. Dit akkoord geeft de uitvoerders van het asielbeleid veel mogelijkheden het huisvestingsprobleem voortvarend aan te pakken. De 393 gemeenten van Nederland hebben tot 18 december de tijd om te reageren. Kern is dat het Rijk, gemeenten en lokale partijen zoals woningcorporaties de toestroom van vluchtelingen goed aanpakken. ‘Schouder aan schouder’, hoorden we diverse politici al zeggen. Er moet wat gebeuren, en snel ook want op dit moment wonen al 48.000 vluchtelingen in asielzoekerscentra, van wie 16.000 met een verblijfsvergunning. Het gaat om een dak boven het hoofd, maar tegelijkertijd om onderwijs, taal, lokaal draagvlak, traumaverwerking, werk en inburgering, allemaal zaken waarmee je niet snel genoeg kunt beginnen. Meteen aan de slag dus. Ik beperk me tot huisvesting. In het Bestuursakkoord staan maatregelen voor sobere doch fatsoenlijke huisvesting, waarvoor subsidie is. Het gaat om permanente woningen met kamergewijze verhuur, in nieuwbouw of ombouw van leeg vastgoed. En het gaat om tijdelijke woonoplossingen, voor maximaal twee jaar. Dit akkoord was hard nodig. Platform31 heeft dit jaar met negen steden een stimuleringsprogramma georganiseerd om leegstaand vastgoed tijdelijk te bestemmen voor woonruimte. Dit vindt men in de praktijk maar lastig. Terwijl het technisch, juridisch, planologisch en zelfs financieel gemakkelijker blijkt dan gebouweigenaren en gemeenten doorgaans denken. En partijen wachten te veel op elkaar. Het nieuwe Bestuursakkoord geeft de uitvoerders meer ruimte, zoals in Nijmegen gebeurde. De wethouder nam de regie, en ‘regelde het’. Het akkoord biedt woningcorporaties ook een publieke kans om zich te revancheren voor alle rampspoed van de laatste jaren. Bij bouwers, investeerders en ontwerpers ligt de taak om voor een lage prijs die fatsoenlijke huisvesting te realiseren. De stoere uitvoerder krijgt nu alle kans zich te bewijzen. Er staat niets meer in de weg! Frank Wassenberg, Platform31
De nieuwe zorgverzekeraar ‘Zorgeloos’ start in 2017
Zorgvisie 4 december 2015
‘Zorgeloos’ nieuwe verzekeraar van De Blok, Rotmans en Weggeman 3 dec 2015 De nieuwe zorgverzekeraar ‘Zorgeloos’ start in 2017 in Nederland. Dat zeggen de initiatiefnemers Jan Rotmans (Nederland Kantelt), Jos de Blok (Buurtzorg Nederland) en Mathieu Weggeman (Hoogleraar Innovatie Management) vandaag tijdens een presentatie. In 2016 wil Zorgeloos 10.000 mensen aan zich binden, die actief meedoen aan de beweging en straks willen overstappen naar de nieuwe zorgverzekeraar. De zorgverzekering zelf zal per 2017 beschikbaar zijn. Verzekerden moeten vanaf het begin veel te zeggen hebben. De Blok: 'Het zou mooi zijn als er straks nog maar één polis is. Mensen betalen hetzelfde, maar ze kunnen kiezen voor de best passende oplossing. Zo hebben verzekerden echt een stem.' 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
12
Ideeën Zorgeloos moet de zorg menselijker, eenvoudiger en goedkoper maken. Die nieuwe zorgverzekering is nog in de maak. Iedereen die betere ideeën heeft voor het huidige commerciële systeem van de zorgverzekering, is welkom. 'Er moet een beweging ontstaan die de zorg radicaal verandert, die de mens weer centraal zet en de macht van de grote zorgverzekeraars weet te breken.' Dat zegt Jan Rotmans, oprichter van Nederland Kantelt en hoogleraar transitiekunde. Rotmans ziet binnen de zorg al het begin van zo'n beweging. 'Er zijn inmiddels meer dan vijftig vernieuwingsnetwerken actief, die de zorg radicaal willen vernieuwen. Als die netwerken zich met elkaar verbinden ontstaat een belangrijke pijler onder de beweging Zorgeloos. Intussen leren we van alle eerdere pogingen om een alternatieve zorgverzekeraar op te richten. Daar doen wij ons voordeel mee.' Bureaucratie Jos de Blok van Buurtzorg Nederland weet uit eigen ervaring waar de schoen wringt. 'De huidige zorgzekering bestaat uit omslachtige polissen en bakken aan bureaucratie. De verzekeraars zijn te veel gericht op geld en te weinig op zorg. Zorgeloos gaat zich juist richten op de mensen die zorg nodig hebben. Zij kunnen vertrouwen op het vakmanschap van de zorgprofessional. Met de mensen die zorg nodig hebben, gaan we samen de nieuwe zorgverzekeraar vormgeven.' Wouter den Elsen Redacteur care Gezamenlijke aanpak langdurige zorg en ondersteuning en verantwoord marktgedrag
Email Hans v.d.Knijff 4 december 2015
Perspectief langdurige zorg en ondersteuning Nieuwsbericht | 04-12-2015 | 17:00 FNV, CNV, VNG en staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) hebben een gezamenlijke aanpak afgesproken over het creëren van nieuw perspectief voor langdurige zorg en ondersteuning en verantwoord marktgedrag. Er komen nieuwe functies voor ondersteuning van mensen thuis waarbij huishoudelijke hulp bijvoorbeeld wordt gecombineerd met vormen van begeleiding en persoonlijke verzorging. Daarvoor worden structureel extra financiële middelen vrijgemaakt. In de wet worden extra waarborgen vastgelegd voor goede arbeidsvoorwaarden voor medewerkers en de verantwoordelijkheid van werkgevers. In 2016 is meer dan 200 miljoen beschikbaar voor de Huishoudelijke Hulp Toelage. De voorwaarden daarvan worden veranderd zodat gemeenten extra ruimte en mogelijkheden hebben om dit geld specifiek in te zetten voor de ondersteuning thuis. Drie pijlers De aanpak bestaat uit drie pijlers: 1. Perspectief creëren en zo snel mogelijk omzetten in nieuwe werkgelegenheid. 2. Onderhandelingen op inhoud en kwaliteit, niet op arbeidsvoorwaarden. 3. Reguliere banen in loondienst tegen fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden. Nieuwe ondersteuning thuis Er is behoefte aan nieuwe vormen van ondersteuning thuis waarbij huishoudelijk hulp, begeleiding en persoonlijke verzorging gecombineerd worden. Cliënten zijn daar beter mee geholpen, medewerkers krijgen daarmee nieuwe kansen op de arbeidsmarkt en gemeenten kunnen betere, meer preventieve zorg bieden en tegelijkertijd kosten besparen. Om de vaart er in te houden en deze ontwikkelingen goed te bevorderen en te volgen, zullen de Vereniging Nederlandse Gemeenten en de sociale partners verenigd in de Stichting van de Arbeid regelmatig bij elkaar komen in een zogenaamde Wmo-kamer naar analogie van de werkkamer. Het kabinet juicht deze werkwijze toe en vaardigt het ministerie van VWS af om hierbij aan te schuiven als adviseur. Van-werk-naar-werk Medewerkers uit de langdurige zorg die hun baan zijn verloren, krijgen extra begeleiding vanuit UWV. Daarnaast komen er extra van-werk-naar-werk inspanningen voor oudere medewerkers die weinig kansen hebben op een andere baan. Kwaliteit verpleeghuizen en gehandicaptenzorg Vakbonden gaan een actieve rol spelen bij de uitwerking van plannen door verpleeghuizen om de extra middelen voor kwaliteitsverbetering te besteden. Voor de gehandicaptenzorg wordt in 2016 ook een
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
13
plan gemaakt om de kwaliteit te verbeteren, in goede samenwerking tussen vakbonden, werkgevers, zorginkopers en het kabinet. Veiligheid voor werknemers krijgt hierin een centrale plek. Inhoud en kwaliteit Er komt nieuwe wetgeving - in de vorm van een nieuwe Algemene Maatregel van Bestuur - die bevordert dat gemeenten inkopen op inhoud en kwaliteit. De AMvB regelt dat de code verantwoordelijk marktgedrag wordt verankerd, met als doel een zorgvuldig inkoopproces en een actieve rol van de gemeenteraad, zodat er niet wordt geconcurreerd op arbeidsvoorwaarden. Verbod op alfahulp constructies Het kabinet stelt voor de inzet van alfahulp constructies in de algemene voorzieningen van de Wmo 2015 te verbieden per 1 januari 2017. Publiek gefinancierde banen moeten reguliere banen zijn tegen fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden. Financieel Om het uitvoeren van de afspraken financieel te ondersteunen, wordt beschikbaar arbeidsmarkt budget toegevoegd aan de Wmo budgetten. Tevens komt vanaf 2016 structureel budget voor vernieuwing van de Wmo beschikbaar. Per saldo is er 200 miljoen euro beschikbaar in 2016 oplopend naar 300 miljoen euro in latere jaren. Daarnaast is er in 2016 nog 200 miljoen euro beschikbaar voor de Huishoudelijke Hulp Toelage. De voorwaarden voor de inzet van dat budget worden aangepast. Daarmee kunnen gemeenten concrete afspraken maken over reguliere werkgelegenheid, fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden en goede kwaliteit. Wmo-indicaties niet door mensen maar door een computerprogramma
Google melding 7 december 2015 Zorgvisie ICT
Computer mag indiceren in de Wmo 7 dec 2015 Staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) heeft geen probleem met het feit dat in de gemeente Den Haag de Wmo-indicaties niet door mensen maar door een computerprogramma worden gedaan. Dat schrijft hij in antwoord op Kamervragen van parlementariërs Henk van Gerven en Renske Leijten (SP). In de nieuwe Wmo moeten gemeenten burgers zorg bieden op basis van een gedegen onderzoek naar hun zorgbehoefte en een zogenoemd 'keukentafelgesprek'. Gemeente Den Haag laat dit voor mensen met een lichte zorgbehoefte doen door een computersysteem. Aan cliënten met een zwaardere zorgbehoefte komen nog steeds mensen te pas bij het keukentafelgesprek. Maar voor 'enkelvoudige zorgvragen' zoals hulp bij het huishouden, neemt een softwareprogramma de beslissingen op basis van gegevens die mensen online invullen. De Kamerfractie van de SP wil van de staatssecretaris weten of indicatiestelling door software wel door de beugel kan. Het antwoord van Van Rijn hierop luidt kortweg: 'ja'. 'Het is niet uitgesloten dat bij enkelvoudige hulpvragen het onderzoek zich – met instemming van de aanvrager - kan beperken en dat een computerprogramma wordt ingezet bij de uitvoering van het in artikel 2.3.2 Wmo 2015 voorgeschreven onderzoek', aldus Van Rijn in een brief aan de Tweede Kamer. Niet voldoen Toch schrijft de staatssecretaris dat de digitale aanvraagprocedure van Den Haag op enkele onderdelen niet volledig aan de Wmo 2015 voldoet. 'Dit is voor het Haagse college van B en W aanleiding geweest om een traject te starten waarbij naar hun oordeel zeker is gesteld dat ook de digitale aanvraag van enkelvoudige voorzieningen in de nabije toekomst zal voldoen aan alle op basis van de Wmo 2015 gestelde eisen. Het college verwacht dat de nieuwe werkwijze in het eerste kwartaal van 2016 kan worden ingevoerd.' Intussen zal het college de teksten op de website aanscherpen om aan de eisen van de staatssecretaris te voldoen. Bureaucratie Het systeem kost 19.799 euro per kwartaal. Dit betreft kosten voor onderhoud en aanschaf van ictproducten. Tegenover deze kosten staat dat door de inzet van het computerprogramma de administratieve belasting van de Wmo-consulenten wordt verlicht. Er is volgens de gemeente sprake van minder bureaucratie en meer middelen voor uitvoerende taken op het terrein van maatschappelijke ondersteuning. Een woordvoerder van de gemeente legt uit: 'Het gaat in feite om een webformulier waarin de burger allerlei vragen beantwoordt over de eigen fysieke toestand. Hoe ver kun je lopen?, hoe ver weg is de tramhalte?, woon je alleen of met z'n tweeën? En zo verder. Voor ons is het prettig
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
14
werken omdat voor veel zaken geen keukentafelgesprek nodig is. Zo krijgen mensen boven de zeventig standaard de taxirit vergoed. Die vraag kunnen we dus best automatiseren. Zodra het ingewikkelder wordt en mensen hebben zorgleefplannen et cetera, dan sturen we consulenten op pad.' Wouter van den Elsen Redacteur care Nog steeds veel kinderen niet of te laat de juiste hulp
Zorgvisie 7 december 2015
Nieuwe focus nodig voor jeugdzorg 4 dec 2015 Joep Verbugt Al meer dan dertig jaar gaat de discussie over de jeugdzorg in Nederland vooral over organisatie, zeggenschap en geld. De gemeenten zijn nu bijna een jaar verantwoordelijk en de discussie is er niet anders op geworden. In de tachtiger jaren waren rond de 20 ambtenaren in Den Haag belast met het jeugdzorgbeleid, in de negentiger jaren – toen de provincies het voor het zeggen kregen – werden dat er 200 en nu zijn het er ongeveer 2000 die in hun gemeente belast zijn met dit dossier. De uitvoeringskosten voor de gemeenten bedragen ongeveer 3 procent. Dit bedrag komt boven op de bezuiniging van ongeveer 15 procent die het rijk doorgevoerd heeft. Voor de instellingen wordt de administratieve last verder opgedreven: 2000 ambtenaren vragen tenslotte meer dan 20. De administratieve lastendruk was in de ggz al 20 procent. Dat staat gelijk aan een bedrag van 1 miljard euro per jaar! Natuurlijk blijft administratieve verantwoording nodig, maar als we deze last met de helft zouden terugdringen besparen we 500 miljoen euro. Aanmerkelijk meer dan het totale bedrag dat nu op de jeugdzorg bezuinigd wordt. Betere kwaliteit De kwaliteit van dezelfde jeugdzorg is in de afgelopen decennia behoorlijk verbeterd. We weten beter wat wel en niet werkt. Kinderen worden meer en meer ambulant behandeld, de effectiviteit is duidelijk vooruitgegaan, de wetenschap speelt een veel grotere rol en er wordt beter samengewerkt tussen de instanties. Dat laatste is soms moeilijk te geloven als er weer eens een gezinsdrama in het nieuws komt. Bij zo'n nieuwsitem valt op dat in diezelfde achterliggende periode het publieke en dus ook het politieke sentiment over de jeugdzorg snel kan veranderen. In 1988 kwam de zogeheten Bolderkar-affaire in het nieuws. Heel Nederland sprak schande van het feit dat kinderen veel te snel uit huis werden geplaatst. Ruim tien jaar later werden we opgeschrikt door de drama's rond het meisje Savannah, het meisje van Nulde en de zes kinderen die bij een brand in Roermond om het leven kwamen. Heel Nederland viel over de jeugdzorg heen; men vond dat kinderen veel te laat uit huis geplaatst werden. Zo snel kan het dus veranderen. Gigantische gevolgen Drie weken geleden was de Week tegen Kindermishandeling. 119.000 kinderen worden in ons land emotioneel, fysiek of seksueel mishandeld. Dat is 3 procent van alle kinderen: minstens 1 in elke klas. Met dat aantal kunnen we 4 PSV-stadions vullen: alleen maar met kinderen die mishandeld worden! De gevolgen zijn gigantisch: al deze kinderen lopen veel meer kans op psychiatrische stoornissen (depressies, angststoornissen). Ook hebben ze een verhoogd risico om hun eigen kinderen te gaan mishandelen. Kindermishandeling kost de samenleving behalve aan menselijk leed 1 miljard euro. Als je een mishandeld kind vraagt wat het allerergste is dan antwoordt vrijwel ieder kind: het zwijgen is het meest pijnlijk. Over tot de orde van de dag De Week tegen Kindermishandeling is voorbij en we gaan weer over tot de orde van de dag. Het dreigende terrorismegeweld houdt ons meer bezig dan het geweld tegen een kind achter de voordeur ergens in onze straat. Dat is toch merkwaardig? De overheid stelt terecht concrete doelen om allerlei maatschappelijke problemen te verminderen, zoals minder verkeersdoden en gewonden, terugdringing van de criminaliteit, zorgen voor een schoner klimaat et cetera, et cetera. Maar als het gaat over kindermishandeling wordt geen enkel concreet doel gesteld. Terwijl dat nu net heel hard nodig is. Want de cijfers stijgen. In 2010 lag het cijfer nog op 107.000, de laatste 4 jaar is dat aantal met 10 procent gestegen. Natuurlijk wordt kindermishandeling wel genoemd in al die gemeentelijke stukken, maar nergens staat een concreet doel vermeld. Waar is de wethouder die durft te stellen dat in zijn gemeente het aantal
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
15
mishandelde kinderen in 4 jaar tijd met de helft omlaag moet? En dat hij daar onder andere met de jeugdzorg voor gaat zorgen? Dat zou de nieuwe focus moeten worden. Concrete doelen en concrete resultaten. Meldingsplicht Als het lukt om het aantal mishandelde kinderen fors te verlagen, en dat kan met de kwaliteit die voorhanden is, dan hoeven we elk drama niet meer aan te grijpen om weer een decennium te blijven praten over organisatie, zeggenschap en geld. Dan hoeft de geschiedenis zich niet te blijven herhalen. Maar dan moeten de wethouder én de minister durven opstaan en zeggen: 'Als we het normaal vinden een stoplicht te plaatsen voor een kruispunt waar eerder doden gevallen zijn, dan moeten we het ook normaal gaan vinden een meldingsplicht in te voeren voor kindermishandeling'. Natuurlijk behandelt de jeugdzorg ook kinderen die niet mishandeld worden en dat loont zich ook. Toch krijgen nog steeds veel kinderen niet of te laat de juiste hulp. Geld is niet het probleem. We geven het nu al uit maar aan de verkeerde dingen. We mogen niet aan de zijlijn blijven staan, want zwijgen over wat je weet is het meest pijnlijk. Toch? Joep Verbugt, voorzitter raad van bestuur GGZ Eindhoven en voorheen RvB Bureau Jeugdzorg Limburg Ede: regels en procedures voor het aanvragen van PGB eenvoudiger
Google melding Wmo 9 december 2015 De Gelderlander
Indienen budgetplan voor PGB-houders vervalt in gemeente Ede Geplaatst op:08 december 2015 EDE - De gemeente Ede besloot dinsdag om de regels en procedures voor het aanvragen van PGB (Persoons Gebonden Budget) in de Wmo en de Jeugdzorg eenvoudiger te maken. Mensen met een zorgvraag kunnen kiezen voor zorg in natura of een PGB. De gemeente Ede vindt beide keuzes gelijkwaardig en legt dit ook zo vast. De belangrijkste wijziging is dat PGB-houders geen budgetplan meer hoeven in te dienen. Tarieven die vanuit de jeugdwet of Wmo beschikbaar zijn voor het PGB worden gekoppeld zodat er meer duidelijkheid komt voor gebruikers. Afspraken over de thuiszorg, nu de sleutel bij gemeenten
Binnenlands Bestuur 10 december 2015
Ouderenbond: gemeenten nu aan zet 04 dec 2015 Nu staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid) met gemeenten en vakbonden afspraken heeft gemaakt over de thuiszorg, ligt de sleutel bij gemeenten. Zij zullen realistische tarieven moeten bieden voor huishoudelijke hulp, aldus seniorenorganisatie ANBO. Kwaliteit leidend 'De kwaliteit van het aanbod moeten leidend zijn in de aanbesteding', zei ANBO-directeur Liane den Haan. Haar organisatie is blij met het akkoord maar vooral nieuwsgierig waar de 300 miljoen die jaarlijks uitgetrokken wordt, uiteindelijk terechtkomt. 'In het akkoord worden eindelijk afspraken gemaakt over alfahulpen, tarieven en verantwoord marktgedrag'. Fatsoenlijk Eerder deze week werden gemeenten onder meer door de ANBO al opgeroepen om eerlijke tarieven te betalen en zo mee te werken aan goed werkgeverschap, goede zorg en voldoende werkgelegenheid. Van Rijn liet vrijdag weten dat hij 'fatsoenlijke arbeidsvoorwaarden' voor de thuiszorgers wil regelen. Reacties Tweede Kamer In de Tweede Kamer is verdeeld gereageerd. Coalitiepartij PvdA vindt het belangrijk dat er afspraken zijn gemaakt tussen vakbonden, gemeenten en de staatssecretaris. 'Dat biedt zekerheid voor thuishulpen en mensen die ondersteuning nodig hebben zoals ouderen en mensen met een beperking.' Dat laat PvdA-Tweede Kamerlid Otwin van Dijk weten. Hij wijst erop dat de PvdA allang af wil van de aanbestedingen over de rug van het salaris en arbeidsvoorwaarden van thuishulpen. 'Dat gaat nu gelukkig stoppen'. Geen extra geld De SP is niet zo enthousiast. 'Het gaat níet om extra geld en er is ook geen oplossing voor 12.000 werknemers en 40.000 cliënten van TSN', meldt SP-Kamerlid Tjitske Siderius. Deze grootste thuiszorgorganisatie van Nederland zit in zwaar weer en kreeg een paar dagen geleden uitstel van 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
16
betaling. Verder vindt Siderius de brief van staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid) warrig. Wel vindt ze het goed dat de alfahulpconstructie wordt verboden. 'Het mocht al niet, maar het wordt ook niet meer gedoogd.' Salarissen Verder is in de Tweede Kamer opwinding ontstaan over berichten dat de salarissen van de toezichthouders bij de nieuwe Friese verpleeg- en thuiszorgorganisatie Patyna na een fusie zijn verdubbeld. SP, PVV en PvdA zijn verontwaardigd. De PvdA heeft Kamervragen gesteld. (ANP) Verwaarloosde kinderen uit Roelofarendsveen: te weinig hulp van hulpverleners
Zorg+welzijn 14 december 2015
Inspectie: hulp aan mishandelde kinderen faalde 11 dec 2015 Twee zwaar verwaarloosde kinderen uit Roelofarendsveen hebben te weinig hulp gekregen van hulpverleners. Die hebben niet goed samengewerkt en niet genoeg gedaan met signalen van mishandeling. Aldus de Inspectie Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Een twaalfjarig meisje werd in februari van dit jaar ernstig onderkoeld aangetroffen in haar huis. Haar stiefmoeder had een ambulance gebeld, omdat ze onwel was geworden. Het meisje belandde in zorgwekkende toestand in een ziekenhuis. Het Openbaar Ministerie verrichtte onderzoek, het bleek dat het meisje in de vrieskou op een natte matras moest slapen bij een open raam. Later werd duidelijk dat de oudere broer van het meisje ook verwaarloosd en mishandeld werd. Zijn mond werd bijvoorbeeld met tape dichtgeplakt en het kind werd vernederd. De vader (45) en de stiefmoeder (34) zitten vast op verdenking van poging tot doodslag. Kindermishandeling De Inspectie voor de Jeugdzorg en de Inspectie voor de Gezondheid hebben onderzoek gedaan naar de rol van de hulpverlening aan het gezin. De hulpverleners hebben gefaald. ‘De hulpverlening was onvoldoende gericht op de veilige ontwikkeling van de twee kinderen’, aldus de Inspecties. Er waren al sinds 2003 zorgen over het gezin. In 2008 en in 2009 meldde de school dat de kinderen mogelijk werden mishandeld. De biologische moeder klaagde daarover, maar dat werd vanwege de echtscheiding niet geloofd. Signalering De samenwerking tussen betrokken organisaties en betrokken professionals was onvoldoende en onvolledig, zegt de Inspectie. ‘Zorgelijke signalen zijn niet nader onderzocht en niet systematisch in kaart gebracht, waardoor patronen niet herkend zijn. Mogelijke signalen van kindermishandeling zijn te weinig gedeeld met andere professionals en daardoor niet in samenhang beoordeeld. Concrete afspraken over het beperken van veiligheidsrisico’s werden niet gemaakt. Ook stelden professionals niet vast of risico’s op onveiligheid waren verminderd.’ Meldcode Binnen zes maanden moeten de betrokken jeugdbeschermingsinstellingen, jeugdhulp, ziekenhuis en de Veilig Thuis-organisatie – die signalen van kindermishandeling nota bene onderzoekt – verbeterpunten invoeren en concrete maatregelen nemen. Zoals het toepassen van de meldcode, bereikbaarheidsdienst van de professional, een vertrouwenspersoon waar kinderen terecht kunnen, afspraken over samenwerking en hoe afspraken onderling te maken. De inspectie zal beoordelen of de verbeteringen voldoende zijn. Carolien Stam Werkgeversorganisaties ActiZ en BTN zijn niet blij met de afspraken thuishulp
Zorgvisie 14 december 2015
Werkgevers niet blij met redding thuishulp 11 dec 2015 Werkgeversorganisaties ActiZ en BTN zijn niet blij met de afspraken die staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) vorige week met de vakbonden heeft gemaakt over de redding van banen in de huishoudelijke hulp. Volgens ActiZ bieden de plannen geen uitkomst voor leveranciers van huishoudelijke hulp. De werkgevers willen aan de bel trekken tijdens het aanstaande spoeddebat in de Kamer over de surseance bij TSN en de aangekondigde Algemene maatregel van Bestuur. 'Arbeidsverhoudingen en 100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
17
arbeidsvoorwaarden behoren toe aan sociale partners en het is uiterst vreemd dat werkgevers niet aan tafel zaten toen deze afspraken werden gemaakt', schrijft ActiZ. 'Eén van de oorzaken van de huidige problematiek (o.a. bij TSN) is dat veel gemeenten bij hun aanbesteding uitgaan van een tarief dat onder de kostprijs ligt, waarmee grote druk is ontstaan op de arbeidsvoorwaarden. De enige oplossing is dat gemeenten hun contracten voor 2016 openbreken en reële tarieven betalen. Vraag is of dat nog zal gebeuren, gezien het feit dat een groot deel van de inkoop voor 2016 al is afgerond. De Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) die de staatssecretaris vrijdag heeft aangekondigd, treedt op z'n vroegst in de loop van 2016 in werking en heeft pas betrekking op de aanbestedingen na inwerkingtreding van de Amvb. Dat betekent dat die voorwaarden op zijn vroegst voor 2017 gelden. Daardoor zijn ze te laat voor volgend jaar, waardoor de continuïteit van de huishoudelijke hulp in het gedrang te dreigt te komen. ' Niet meer inkopen Naast de tariefdruk wijzen de werkgevers ook op het feit dat sommige gemeenten überhaupt geen huishoudelijke hulp meer inkopen. 'Uit de resultaten van een onderzoek van Binnenlands Bestuur onder 148 gemeenten van eind 2014, bleek dat een kwart van die gemeenten gestopt is met huishoudelijke hulp. Dit druist in tegen de afspraken in het Zorgakkoord. ActiZ roept daarom de staatssecretaris van VWS op om als systeemverantwoordelijke, vanuit het bestuurlijk toezicht, actief en op korte termijn op te treden naar die gemeenten die zich niet houden aan de grondbeginselen van de Wmo.' Nieuwe functies Ten slotte plaatst ActiZ vraagtekens bij de toekomstvisie van de bonden en Van Rijn over het ontstaan van nieuwe functies op het snijvlak van private dienstverlening aan huis, huishoudelijke hulp, begeleiding en lichte persoonlijke verzorging. 'Dit toekomstperspectief dat de staatssecretaris met de vakbonden en gemeenten schetst, roept veel fundamentele vragen op. Hoe wil de staatssecretaris de werkgevers, die niet bij deze plannen betrokken zijn, aan boord krijgen? Is rekening gehouden met BTW-plicht op particuliere service en gemaksdiensten? Wie doet het huishoudelijk werk gedurende de periode dat huidige werknemers in opleiding zijn voor nieuwe, integrale functies? Waarom niet de vele bestaande werknemers op niveau 2 die zowel in de thuiszorg als intramuraal door de bezuinigingen zijn en nog worden ontslagen, voor deze integrale functies inzetten? En zijn gemeenten wel bereid deze, hogere functies te contracteren tegen een daarbij behorend tarief?' Wouter van den Elsen Redacteur care
100e nieuwsbrief Wmo-adviesraad Kaag en Braassem:de adviesraad voor het sociaal domein
18