Nieuwsbrief - 1 Proeftuinen Ouderenzorg is van start! Om deelnemende organisaties en andere geïnteresseerden op de hoogte te houden van alle ontwikkelingen binnen het project is een digitale nieuwsbrief in het leven geroepen. Ook wordt op dit moment hard gewerkt aan een website waar alle informatie rondom het project samenkomt. In deze eerste nieuwsbrief treft u een nadere toelichting op het project, informeren we u over de laatste stand van zaken en vermelden we de data van de eerste bijeenkomsten. Proeftuinen Ouderenzorg Proeftuinen Ouderenzorg is onderdeel van het convenant ‘Investeringen Langdurige Zorg 2011-2015’. Dit convenant is gesloten naar aanleiding van het beschikbaar stellen van de intensiveringsmiddelen en was in eerste instantie een kwaliteitsinstrument gericht op het opleidingsniveau en het doen toenemen van het aantal professionals. Het had betrekking op de langdurige intramurale zorg. Het project is geïnitieerd door V&VN en VWS stelt de financiële middelen beschikbaar. Inmiddels betreft het project de hele VVT-sector, waarbij het doel van het project nu is leren over de ‘optimale’ mix van deskundigheidsniveaus en disciplines binnen een team in relatie tot cliëntengroepen, kwaliteit van zorg, contextvariabelen en externe ontwikkelingen. Het project heeft niet primair tot doel een verandering in organisaties te bewerkstelligen. Deze keuze is aanleiding geweest om deelnemende zorgteams te beschouwen als leerateliers. De eerder gebruikte termen proeftuinen of pilots vervallen daarmee. De term proeftuinen ouderenzorg blijft echter wel de naam van het project vanwege de landelijke bekendheid hiervan. Aan het project nemen deel zorgorganisaties en organisaties die landelijk bestuurlijk, beleidsmatig of als vertegenwoordiger actief zijn in de zorg. De intrinsieke motivatie om samen met de andere deelnemers te ‘leren‘ in brede zin, dat wil zeggen kennis te delen en toe te passen, zijn essentieel in dit project. Iedere deelnemende organisatie heeft een leervraag waarvan zij hoopt dat de leerateliers daarop antwoord of meer inzicht gaan geven. Daarnaast is iedere organisatie vanuit het eigen perspectief en vermogen bereid bij te dragen aan de leerateliers. Met andere woorden iedere organisatie leert en faciliteert.
Wat is er bekend over de drie leercommunities? Er zijn drie leercommunities binnen Proeftuinen Ouderenzorg: op micro niveau wordt gesproken van een leeratelier (LA). Op meso niveau vindt uitwisseling tussen de leerateliers plaats, dit heet het netwerk leerateliers (NLA). Daarnaast is er op macro niveau sprake van uitwisseling tussen zorgorganisaties en maatschappelijke organisaties, dit wordt aangeduid met het Landelijk Leernetwerk (LLN). Naast deze drie niveaus van leercommunities wordt verwacht dat de maatschappelijke organisaties en de zorgorganisaties de uitkomsten van het Landelijk Leernetwerk verder verspreiden naar hun achterban. Op deze manier richten zij hun eigen subcommunity in om door te praten over de uitkomsten en inzichten vanuit Proeftuinen Ouderenzorg. Deze subcommunities vallen buiten het project management; organisaties geven dit zelf vorm. Wat is een leeratelier? In de gesprekken met zorgorganisaties werd duidelijk dat er in het project verschillende definities zijn van ‘een team’, en dat het ‘traditionele team’ niet meer dekkend is voor de huidige praktijk. Dit en het feit dat Proeftuinen Ouderenzorg een leertraject betreft heeft ertoe geleid dat de term ‘leeratelier’ is gekozen. Uitgangspunt is dat de zorgorganisatie zelf bepaalt wat zij onder het leeratelier verstaat. Verschillende vormen zijn mogelijk (zo zijn bijvoorbeeld huisartsen, mantelzorgers en cliënten ook onderdeel van een leeratelier). Wat wordt bedoeld met ‘de optimale mix’? Het onderzoek van Proeftuinen Ouderenzorg is bedoeld om de optimale mix te vinden in relatie tot de cliëntdoelgroep, kwaliteit van zorg, contextfactoren en maatschappelijke ontwikkelingen. Belangrijk om hierbij te noemen, is dat ‘optimaal’ niet gelegen is in het deskundigheidsniveau, maar dat dit wordt bepaald vanuit de cliëntgroep. Daarnaast beperkt de ‘optimale mix’ zich niet alleen tot deskundigheidsniveaus 1 t/m 5. Ook de verpleegkundig specialist, familie en mantelzorgers en andere disciplines (SOG’ers, SPH’ers, AB’ers, huisartsen, etc.) kunnen onderdeel uitmaken van de ‘optimale mix’. Welke organisaties faciliteren een leeratelier? Op dit moment zijn er zes leerateliers die definitief een leeratelier faciliteren in het project. Hierbij is gestreefd naar een zo groot mogelijke variatie in leerateliers. De toelichting bij onderstaande leerateliers is nog niet vastgesteld dus onder voorbehoud: -‐ ZuidOostZorg: het leeratelier is een intramuraal team met P.G. cliënten waar gedurende het project een HBO-V’er en een EVV’er aan worden toegevoegd. -‐ Cordaan: het leeratelier is een transmuraal team, een combinatie van intramurale medewerkers en de eerstelijn, in Amsterdam-Oost met bijbehorende (interculturele) ‘grote-stad-problematiek’. -‐ Zinzia Zorggroep: het leeratelier is een intramuraal team met chronisch somatische cliënten waar de specialistische verpleegkundige ouderenzorg in september de opleiding HBO-V gaat volgen. Ook behandelaren en andere disciplines maken deel uit van het leeratelier. -‐ Evita: het leeratelier is een thuiszorgteam rondom een cliëntenechtpaar waarbij zowel de zorgmedewerkers, de verpleegkundig coördinator, de cliënten zelf als de dochter van een van de cliënten (mantelzorger) deel uitmaken van het team. -‐ Zorgspectrum: combinatie van een mobiel geriatrisch team en een thuiszorgteam (een nieuw construct).
2
Saxenburgh Groep: het leeratelier is een multidisciplinair team, het is een team in opbouw op een van de woonlocaties. Mogelijk wordt een koppeling gemaakt met externe samenwerkingspartijen. Er is nog ruimte voor twee leerateliers in het project. Op dit moment zijn gesprekken met organisaties gaande, waarbij het doel is om te komen tot een zo breed mogelijke variatie in thema’s en leervragen. -‐
Welke organisaties nemen deel aan het landelijk leernetwerk? De volgende maatschappelijke organisaties hebben definitief toezegging gedaan dat ze deelnemen aan het landelijk leernetwerk: LOOV, Actiz, ZN, LOC, ROC Midden-Holland, MANP, V&VN, ministerie van VWS, Verenso en IGZ (zie figuur hieronder). Er volgen nog gesprekken met wetenschappers over hun deelname aan het landelijk leernetwerk. Andere maatschappelijke organisaties die mogelijk (later) gaan participeren of geïnformeerd blijven, zijn: ministerie van OCW, Vilans, Mezzo en BTN. Mogelijk wil de MBO-raad deelnemen in het project. NPCF, ANBO en SOO worden betrokken in het netwerk van het LOC. De zorgorganisaties die deelnemen aan het landelijk leernetwerk zijn: Evita, Zinzia Zorggroep, Cordaan, Zorgspectrum, ZuidOostZorg, Saxenburgh Groep en Zorgbrug. De zorgorganisaties waarvan de invulling van hun betrokkenheid nog nader wordt bekeken: Carint Reggeland, Florence, Zorgcentra de Betuwe, Careyn en Vierstroom.
Landelijk
leernetwerk
MANP 8 Leerateliers
Wetenschap
Versie: 11 april 2013
3
Voorbeelden van leervragen van de maatschappelijke organisaties § LOC: Hoe zorg je ervoor dat mensen open staan om iets te leren, dat ze zich bewust worden dat alle mensen, ongeacht de leeftijd, kunnen leren en dat leren ook/juist in de dagelijkse praktijk kan? § ROC Midden-Holland: betekenis geven aan de uitkomsten van het onderzoek om passend MBO onderwijs en bij- en nascholing te ontwikkelen. § MANP: Inzicht hoe de verschillende rollen van een Verpleegkundig Specialist in de praktijk tot uiting komen. § Actiz: leerinformatie krijgen over sterke en minder sterke teamsamenstellingen in relatie tot cliëntgroepen en de context. § Ministerie van VWS: Wat zijn voorwaarden om de rol zoals beschreven in het expertisegebied voor de wijkverpleegkundige waar te maken is? (dat kan los staan van de bekostigingsvraag). Welke stappen zijn gezet met de leerateliers? De gesprekken met de directie / bestuurders van de 6 zorgorganisaties zijn inmiddels afgerond en op dit moment worden de eerste oriënterende gesprekken gehouden voor de scan / 0-meting met de begeleiders en een afvaardiging van het betreffende leeratelier. Na deze eerste gesprekken zal een definitieve ‘go’ of ‘no go’ gegeven worden, waarna het eerste onderzoek moment van start gaat. Daarnaast hebben de zorgorganisaties een samenwerkingsovereenkomst ontvangen. Wat valt er te verwachten aan communicatiemiddelen in het project? Naast deze nieuwsbrief wordt een website gebouwd. Op dit moment worden de behoeften rondom de invulling en functionaliteiten hiervan onderzocht. Tevens is er een informatie/verzamelmap van het project Proeftuinen Ouderenzorg, die elke deelnemende organisatie zal ontvangen en waarin informatie over het project, informatie over de werkwijze en informatie per leeratelier wordt opgenomen. Het betreft een ‘levende map’. Organisaties kunnen zelf deze map aanvullen. De inhoud komt ook digitaal beschikbaar. Welke keuzes zijn er gemaakt in het onderzoek? Er is gekozen voor een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek. Ieder leeratelier vormt een casestudy; er worden dus 8 casestudies gedaan. Dit betekent dat organisaties op verschillende momenten in de tijd kunnen starten met hun leeratelier, wat past bij de insteek van het project om aan te sluiten op de dagelijkse werkzaamheden van de leerateliers. Welke rol heeft het NIVEL in Proeftuinen Ouderenzorg? Het NIVEL verricht het onderzoek en zal geen deelnemer zijn van het landelijk leernetwerk. In het landelijk leernetwerk zal naar verwachting een hoogleraar Verplegingswetenschapper plaatsnemen. Gesprekken hiervoor lopen. Wat is de rol van V&VN? V&VN heeft meerdere rollen in het project Proeftuinen Ouderenzorg. V&VN is enerzijds initiatiefnemer en budgethouder. Hiervoor moet V&VN verantwoording afleggen aan het ministerie van VWS. Daarnaast faciliteert V&VN het projectmanagement. V&VN is ook een van de lerende organisaties in het landelijk leernetwerk. De vertegenwoordiger van V&VN in het landelijk
4
leernetwerk zal dan ook iemand anders zijn dan de personen die deel uitmaken van het projectmanagement. Wat is de rol van het ministerie van VWS? Het ministerie van VWS is subsidieverstrekker van het project Proeftuinen Ouderenzorg. Peter Kruithof, senior beleidsmedewerker, neemt zitting in het landelijk leernetwerk als vertegenwoordiger van het ministerie van VWS. Ook VWS neemt hierbij een lerende houding aan. De projectorganisatie De projectorganisatie bestaat uit: § De drie leercommunities (leeratelier, netwerk leerateliers en landelijk leernetwerk); § Het begeleidersduo Desiree Bierlaagh als lead-begeleider en Charlène van Belle als co-begeleider; § Het onderzoeksteam; § De regiegroep, bestaande uit de projectleider (Roland Peppel), de verantwoordelijke budgethouder van V&VN (Christina Woudhuizen), het begeleidersduo, de communicatie adviseur (Barbara Gerver) en secretariële ondersteuning (Daniëlle van der Schilden). De regiegroep leert ook continu in het project. Nieuwe inzichten worden meegenomen in het project en er wordt gekeken op welke wijze deze een plek kunnen krijgen binnen het project. Wat is de planning en het verloop van Proeftuinen Ouderenzorg? Om pragmatische redenen is de startdatum van het onderzoek verschoven van maart naar april 2013. Doordat alle leerateliers casestudies zijn, zullen ze niet op hetzelfde tijdstip starten (afhankelijk van hun situatie). Aan de leerateliers wordt een leerprogramma aangeboden. Hierin wordt maatwerk geboden, altijd in afstemming met de individuele leerateliers. Ook worden er bijeenkomsten gepland met alle leerateliers waarin mogelijk workshops worden georganiseerd. Agenda Eerste bijeenkomst netwerk leeratelier Wanneer: dinsdag 21 mei 2013. Hoe laat: van 10.00 tot 15.30 uur. Waar: Utrecht. Eerste bijeenkomst landelijk leernetwerk Wanneer: dinsdag 2 juli 2013. Hoe laat: van 16.00 tot 19.00 uur. Waar: Utrecht. Opmerking: Tijdens deze eerste bijeenkomst is ook een afvaardiging van elk leeratelier aanwezig. Uitnodiging en verdere invulling volgen. Mocht u naar aanleiding van deze nieuwsbrief nog vragen hebben, neemt u gerust contact op met Roland Peppel via
[email protected] of via 06 53290231.
5
Nieuwsbrief wel of niet ontvangen Wilt u op de hoogte blijven van Proeftuinen Ouderenzorg, maar ontvangt u de nieuwsbrief nog niet, dan kunt u zich daarvoor aanmelden bij Daniëlle van der Schilden (secretaresse V&VN) via
[email protected]. Als u deze nieuwsbrief ontvangt en wilt u deze niet meer ontvangen, dan kunt u zich afmelden bij Daniëlle van der Schilden (secretaresse van V&VN) via
[email protected].
6