“NEEM EEN AANDEEL IN JE TOEKOMST” Schoolplan 2010-2014 van het Montaigne Lyceum
16 februari 2010
2
Voorwoord Met het schoolplan “Neem een aandeel in je toekomst” spreken wij onze ambities uit voor de ontwikkeling van het Montaigne Lyceum voor de periode augustus 2010-augustus 2014. De opbrengsten van de studiemiddag over de visie en missie met het onderwijsgevende personeel op 17 november 2009 en 9 februari 2010 én de maatschappelijke en regionale ontwikkelingen anno 2009 vormden de basis voor het (her)formuleren van onze missie en het vertalen daarvan in onze visie op leren en de persoonlijke ontwikkeling van jongeren en medewerkers. In het schoolplan zijn een aantal prioriteiten gesteld voor de verdere ontwikkeling en profilering van onze school. De brede inhoud van ons onderwijsaanbod is daarbij leidend. Voor wat betreft de ontwikkeling van de organisatie van de school en de medewerkers, wordt in de komende jaren prioriteit gegeven aan: 1. Een goed georganiseerde & professionele organisatie 2. Verbetering leerrendement in de leerdomeinen 3. Teamontwikkeling 4. Versterking en verdere professionalisering van het mentoraat Willen wij ons echter duidelijker in de regio profileren dan ontkomen wij er niet aan om, naast ons onderwijsconcept en een gedegen organisatie, een sterkere profilering c.q. herkenbaarheid te kiezen dan nu het geval is. Deze profilering dient gepaard te gaan met een keuze voor kwaliteit en diepgang waarbij wij tegelijkertijd veel waarde hechten aan een ruim aanbod van culturele, kunstzinnige, onderzoekende en sportieve binnen- en buitenschoolse activiteiten voor onze leerlingen. De profilering zal meer gestalte moeten krijgen door het ontwikkelen van een schoolprofiel dat stoelt op: 1. Talentontwikkeling - Technisch Ontwerpen & Technasium - Niveaudifferentiatie in samenhang met verbetering van het rendement in de domeinen - Versterkt Engels 2. Profilering Kunst & Cultuur Herijking onderwijsaanbod VMBO Kader (met aandacht voor multimedia, theater en vormgeving) - Talentbegeleiding Kunst, Cultuur en Sport - Kunst & Cultuur verstevigen in het aanbod van de onder- en bovenbouw inclusief examinering (open podium, film, keuzewerktijd & buitenschoolse activiteiten) 3. Wereldburgerschap - Maatschappelijke stages en Internationalisering Bovenstaande ‘labels’ zijn als het ware de vliegwielen voor de verdere ontwikkeling van onder meer de uitbreiding, consolidatie en borging van het bestaande onderwijsconcept, een versterking van de rol van ICT in het onderwijsleerproces in relatie met een hierop afgestemd leermiddelenbeleid, het verhogen van de taal- en rekenvaardigheid, de herprofilering VMBO Intersectoraal, leerlingen- en ouderparticipatie en kwaliteitsbeleid. Een schoolplan heeft het gevaar in zich te verworden tot een papieren tijger die na verloop van tijd onderaan in een lade verdwijnt. Voor ons is het schoolplan een levend document waarbij een aantal ontwikkelingen op hoofdlijnen en uitnodigend zijn geformuleerd. Dit schoolplan bestaat uit twee onderdelen namelijk een eerste deel met een algemene omschrijving van onze missie, onze visie, onze besturingsfilosofie en de ambities voor de toekomst. 3
Het tweede deel, de activiteitenplanning en managementmatrix, geeft een overzicht van de concrete ontwikkelpunten waar wij in de periode 2010-2014 met elkaar aan de slag gaan. Na de vaststelling van het schoolplan zal een verdere uitwerking in team- en actieplannen plaatsvinden. Jaarlijks worden deze team- en actieplannen geactualiseerd en vastgesteld volgens de kwaliteitscyclus. Tussen het uitspreken van ambities en het daadwerkelijk realiseren van de ambities in de praktijk zit een wereld van verschil waarbij de inzet van alle medewerkers, de leerlingen en de betrokkenheid van de ouders de succesfactoren vormen om de ambitie in de praktijk waar te kunnen maken. Directie en medewerkers van het Montaigne Lyceum zijn van mening dat met dit schoolplan een goede basis is gelegd voor de ontwikkeling van onze school voor de komende jaren. Dat het draagvlak voor de uitvoering van het schoolplan onder de medewerkers groot is, bleek tijdens de studiemiddag op 9 februari 2010. Naast de verkregen steun voor het schoolplan zijn bovendien waardevolle suggesties door de medewerkers aangereikt die in de activiteiten- en managementmatrix zijn opgenomen. Tenslotte verschaft het nieuwe schoolplan duidelijkheid over de koers van onze school en schept vertrouwen om de toekomst optimistisch tegemoet te treden. Leo de Kraker, rector Mathieu Arnouts, conrector Jan Vesseur , conrector
4
5
Inhoudsopgave
Voorwoord 1. De ontwikkeling van het Montaigne Lyceum 2. “Neem een aandeel in je toekomst” Onze visie op onderwijs en ontwikkeling 3. Maatschappelijke en regionale ontwikkelingen 4. Leren van jezelf, leren met elkaar, leren in de wereld Onze ambities 5. Hoe maken wij onze ambities waar? Onze sturingsfilosofie 6. Activiteiten- en managementmatrix 2010-2014
Bijlage: • •
Activiteiten- en managementmatrix 2010-2014 Vensters voor Verantwoording (model)
6
1. De ontwikkeling van het Montaigne Lyceum Esto quod es; quod sunt alii,sine quemlibet esse Wees wat je bent; laat anderen zijn zoals ze zijn Stelt u zich eens voor dat u, in een helikopter gezeten vanuit de lucht bekeken, de geschiedenis van de laatste honderd jaar in een versneld tempo onder u zou kunnen zien afspelen. Dat moet een fantastisch schouwspel zijn. Tegelijkertijd zou zeer duidelijk worden dat de wereld in dat tijdsbestek van amper 100 jaar enorm complex is geworden. De verzuilde wereld tot aan de jaren zeventig was voor iedereen duidelijk en vooral veilig. Als kind bezocht je een christelijke, katholieke of openbare basisschool en school voor voortgezet onderwijs, je was lid van een sport- of andere vereniging op confessionele grondslag, je huwde een partner uit de eigen kring, je stemde op een confessionele, liberale op socialistische partij en zelfs in het omroepbestel was de verzuiling alom vertegenwoordigd. Luisteren naar de radio werd ingeruild voor het kijken naar TV en dat nog op beperkte momenten; meestal ’s avonds. Voor de kinderen was het op woensdagmiddag feest want dan werden er kinderprogramma’s geprogrammeerd. De wereld was zeer overzichtelijk. Hoe anders is de wereld vandaag de dag. De verlokkingen van internet, de vele verschillende zenders en de toegankelijkheid tot de wereld en het wereldnieuws is enorm toegenomen. Tel daarbij op dat de reclame onze westerse wereld beheerst en wij kunnen concluderen dat de generatie Einstein (de jeugd van tegenwoordig) het aanmerkelijk moeilijker heeft dan de jeugd in het verleden. Het zoeken naar een eigen identiteit wordt er bovendien ook niet gemakkelijker op. Als interconfessionele school willen wij dat onze leerlingen zich in onze hedendaagse en complexe wereld veilig en geborgen voelen. Wij vinden het belangrijk dat onze leerlingen, op zoek naar een eigen identiteit, zichzelf kunnen zijn in de wijze van kleden, in de vrijheid van meningsuiting en in de ontmoeting met andere leerlingen die afkomstig zijn uit verschillende milieus en verschillende levensbeschouwingen als wegwijzer voor het leven van hun ouders hebben meegekregen. Een respectvolle benadering van verschillen tussen mensen is de basis voor een tolerante Nederlandse samenleving waar wij trots op kunnen zijn. Een samenleving waarin iedereen naast en vooral met elkaar kan leven. Een samenleving waarin geen plaats is voor diegenen die haat en verderf zaaien en de samenleving, waar al onze leerlingen deel van uitmaken, trachten te verscheuren. Een interconfessionele school Het Montaigne Lyceum is een interconfessionele scholengemeenschap. De school hecht waarde aan de pluriformiteit in geloofsbeleving en wereldbeschouwingen van leerlingen, hun ouders en personeelsleden. Wij vinden het bovendien belangrijk dat de kernwaarden openheid, rechtvaardigheid, respect, zorgzaamheid en betrokkenheid zichtbaar in de school aanwezig zijn. Door tijdens ons onderwijs aandacht te besteden aan levensbeschouwelijke vorming, gezamenlijke vieringen en acties voor goede doelen willen wij onze interconfessionele identiteit accentueren. Wie wij nog meer zijn Het Montaigne Lyceum is scholengemeenschap in de wijk Ypenburg in Den Haag en vormt samen met het Internationaal College Edith Stein, het Corbulo College, het Diamant College, College St. Paul, en Esloo Pro de Esloo Onderwijsgroep. De Esloo Onderwijsgroep maakt deel uit van de Stichting Lucas Onderwijs1. Het bestuur van Lucas Onderwijs bestuurt op dit moment scholen met een verschillende levensbeschouwelijke grondslag. De scholen hebben een protestants-christelijke, katholieke of interconfessionele signatuur. Het bevoegd gezag wordt gevormd door de Stichting Lucas Onderwijs. Behalve de interconfessionele kernwaarden openheid, rechtvaardigheid, respect, zorgzaamheid en betrokkenheid heeft de Esloo Onderwijsgroep een aantal aanvullende kernwaarden geformuleerd: • Je eigen ontwikkeling ter hand nemen • Doelgericht handelen • Maatschappelijke betrokkenheid
1
www.lucasonderwijs.nl 7
Het Montaigne Lyceum heeft de volgende opleidingen in huis: • VMBO Kaderberoepsgerichte Leerweg (intersectorale programma’s) • MAVO (VMBO Theoretische Leerweg) • HAVO • ATHENEUM • GYMNASIUM Het Montaigne Lyceum kan verder geschetst worden als een school waar het verwerven van kennis centraal staat en tevens als een innovatieve school waar veel aandacht wordt besteed aan het aanbieden van een zo breed mogelijk palet aan creatieve, kunstzinnige, onderzoekende en sportieve activiteiten voor onze leerlingen. Waar wij vandaan komen Op 9 oktober 2006 is het schoolgebouw aan de Kiekendiefstraat geopend door de ministers Zalm en Van der Hoeven. Het was een bekroning van vele jaren van voorbereidingen voor de realisatie van het nieuwe eigentijdse schoolgebouw. Tegelijkertijd kon het ontwikkelde onderwijsconcept worden gerealiseerd in deze nieuwe leeromgeving. Echter, de periode tot 2009 kan beschouwd worden als een turbulente periode want ook voor het Montaigne Lyceum was het duidelijk geworden dat periodes van innovatie niet altijd samen gaan met regelmaat en rust. Integendeel, uitvoering geven aan een nieuw onderwijsconcept in een schoolgebouw dat in sterke mate afwijkt van de traditionele scholen, heeft een enorme investering gevraagd in tijd, geduld en flexibiliteit van iedereen die bij de opbouw van deze nieuwe school betrokken was. In het schoolontwikkelingsplan “De bloemen van Montaigne” zijn vele ambities beschreven en gelukkig ook voor een zeer groot deel gerealiseerd. In alle eerlijkheid moeten wij ook constateren dat er op een aantal punten water bij de wijn is gedaan om in de praktijk en waan van die dagen het hoofd boven water te houden. Anno 2010 is de tijd rijp om een op een aantal punten opnieuw de draad op te pakken en, uitgaande van de uitgangspunten zoals destijds verwoord in “De bloemen van Montaigne”, onze idealistische ambities scherper neer te zetten. Wij maken hierbij gebruik van de vele goede zaken die in de afgelopen jaren door de medewerkers zijn ontwikkeld. Wij kiezen ervoor om bij de uitvoering van deze verbeteringen van ons onderwijs de metafoor van een diesellocomotief te gebruiken: een diesel komt langzaam op gang maar wanneer hij eenmaal op gang is, is het een betrouwbaar en voorzal duurzaam vervoermiddel. Hoe wij willen groeien Als mens is iedereen gelijkwaardig maar tussen professionals zijn er grote verschillen in kwaliteit te zien. Er is sprake van ongelijkheid tussen professionals ofwel de erkende professionele ongelijkheid. In een professionele cultuur wordt er uitgegaan van de verschillen en worden de verschillen ook erkend en gewaardeerd. Wij vinden het in onze school normaal dat mensen elkaar kunnen aanspreken op wat ze kunnen en dat wij openlijk met elkaar kunnen bespreken wat wij niet kunnen. De kwaliteit van ons onderwijs en de kwaliteit van de medewerker als onderwijsondersteunend personeel, docent of leidinggevende staan hierbij centraal. Niet iedereen hoeft alles te weten en over alles mee te praten. Aan medewerkers met kennis en/of specifieke affiniteit schenken wij het vertrouwen beleid te helpen ontwikkelen en hierover adequaat te communiceren. Om te transformeren naar een professionele organisatie hebben leidinggevenden en docenten nog enkele slagen met elkaar te maken. Tegelijkertijd is dat de uitdaging die ons allen bindt. Wat anderen zeggen Het in november uitgevoerde imago-onderzoek door Bureau Zwerfspoor laat het volgende beeld zien: Ingewikkelde school Aanvankelijk kat uit de boom gekeken, daarna behoorlijk enthousiast over andere concept. Maar inmiddels is men er achter wat het andere concept betekent en het vertrouwen is afgenomen. Ook bestaat de indruk dat de school regelmatig van koers wijzigt wat het er niet duidelijker en ordelijker op maakt. Veel docentenwisselingen. Zelfs scholen die vernieuwingsgezind zijn wachten toch een beetje af. Leerlingen nogal mondig. (Bron: Deelbeeld Esloo Onderwijs 2009. Breda December 2009) De potentie van het Montaigne Lyceum Uit de analyse blijkt dat het potentieel aan “zwevende kiezers” nogal groot is en dat er relatief weinig sprake is van vaste relaties. Dat is een uitdaging want het betekent dat scholen, als ze zichzelf goed voor het voetlicht brengen, snel kunnen scoren bij de komende periode van oriëntatie en aanmelding. Het Montaigne biedt dan de grootste kansen gelet op de concurrentie in de buurt en het aantal leerlingen dat als het ware de school voorbij fietst. (Bron: Deelbeeld Esloo Onderwijs 2009. Breda December 2009) 8
De tevredenheidmetingen onder de leerlingen en de ouders hebben nadrukkelijk een aantal verbeterpunten onder het voetlicht gebracht die wij in de verwoording van onze ambities voor de periode 2010-2014 hebben opgenomen in het schoolplan. Bij het (her)formuleren van de ambities voor de toekomst is bovendien gebruik gemaakt van het verslag van de inspectie voortgezet onderwijs in het kader van het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs op onze opleiding MAVO en onze opleiding VWO. Ook is gebruik gemaakt van de onderzoeksresultaten die het project Durven, Delen, Doen hebben opgeleverd. Hierbij is het verheugend uit deze rapportages te kunnen constateren dat wij op de goede weg zijn maar een bekend kinderliedje zegt: ”Wij zijn er bijna, wij zijn er bijna, maar nog niet helemaal” . Onze grootste opdracht op dit moment is dat wij een duidelijk schoolklimaat realiseren met een sterk onderwijsconcept waar leerlingen uitgedaagd worden het onderste uit de kan te halen en dat alles in een sfeervolle en veilige schoolomgeving waar het goed is om te leren, werken en leven. Good Governance ten dienste van goed onderwijs Meer dan in het verleden hebben scholen tegenwoordig een steeds grotere autonomie die ons als organisatie verplicht tot het afleggen van verantwoording aan de omgeving. Tegelijkertijd worden wij verplicht tot het afleggen van verantwoording van de professionalisering van het bestuur en het interne toezicht. Good Governance beoogt de verhouding tussen bestuur en directie te regelen, inclusief interne en externe verantwoording en toezicht. Hierbij gaat het om het ontwikkelen van gemeenschappelijke en gedeelde beelden over de betekenis van goed bestuur, goed toezicht en goed management en dit alles ten dienste van goed onderwijs. Vanuit het bovenstaande geschetste perspectief neemt onze school deel aan de pilot van de VO-Raad “Vensters voor verantwoording”. “Samen voor ons eigen”2 Maatschappelijke ontwikkelingen zijn er debet aan dat er vormen van samenwerking tussen onderwijs- en maatschappelijke organisaties worden aangegaan. Wij hechten veel waarde aan samenwerking en stellen daarbij als randvoorwaarde dat samenwerking een aantoonbare meerwaarde moet opleveren voor onze leerlingen en onze medewerkers in de school. Vanuit deze grondgedachte werkt het Montaigne Lyceum samen met: • het Samenwerkingsverband VO Zuid-Holland West • Platform Eigentijds Onderwijs (PLeion) • BOVO Den Haag • Platform VMBO Intersectoraal. • Expeditie Durven, Delen, Doen (VO-Raad, IVLOS) • Experiment Coöperative lerarenopleiding (InHolland, 8 scholen in VO Haaglanden) • Spirit4you • De Rode Loper • Netwerk VMBO • VO-ROC (decanaat) • ROC Mondriaan (stages onderwijsassistenten) • Verschillende landelijke netwerken en organisaties
2
De uitspraak is ontleend aan het cabaretduo Van Kooten en De Bie. 9
2. “Neem een aandeel in je toekomst” Onze visie op onderwijs en ontwikkeling Onze missie (waartoe zijn wij op deze aarde) De missie van onze school hebben wij ontleend aan de Franse filosoof Michel de Montaigne namelijk: Leren van jezelf, leren met elkaar, leren in de wereld
Michel de Montaigne (1533-1592) was een Franse filosoof die in begrijpelijke bewoordingen over tal van onderwerpen schreef. Zo zette hij ook zijn opvattingen over kinderen, onderwijs en opvoeding op papier. Centraal daarin staat dat ware kennis begint bij zelfkennis. Van daaruit leer je een ander beter begrijpen. Middel van leren is daarbij de buitenwereld. Samengevat: leren van jezelf, leren met elkaar, leren in de wereld. Actief, zelfstandig en zelfverantwoordelijk leren Wij gaan uit van een persoonlijke en professionele benadering van onze leerlingen waarbij wij de eigen creativiteit en zelfstandigheid van de leerlingen zoveel mogelijk willen bevorderen. In een veilige en goed gestructureerde leeromgeving wordt het zelfstandig werken en zelfverantwoordelijk leren van leerlingen gestimuleerd. De leerlingen worden hierbij ondersteund door professionele, onderwijskundig en vakinhoudelijk goed geschoolde medewerkers die nauw met elkaar samenwerken in teams. Een transparante leerlingenbegeleiding door mentoren, remedial teachers, leerling- en interne begeleiders, zorgcoördinatoren en zorgteams waarborgt de extra aandacht voor leerlingen aan de onder- en aan de bovenkant van het zorgspectrum. Een brede ontwikkeling van alle leerlingen Het onderwijs in onze school stelt zich tot doel de verschillen in niveau en interesses tussen leerlingen op te merken en op basis daarvan het onderwijs zo in te richten dat binnen het onderwijsaanbod een zo hoog mogelijk niveau aan kennis, inzichten en vaardigheden voor iedere leerling bereikt wordt. Het onderwijs dat wij aanbieden draagt bovendien bij aan een brede persoonlijke en maatschappelijke vorming van leerlingen. Niet alleen het verwerven van kennis staat centraal. Ook aan de sociaal-emotionele, creatieve en lichamelijke ontwikkeling en aan de ontwikkeling van vaardigheden en competenties van alle leerlingen wordt binnen het onderwijsprogramma op het Montaigne Lyceum aandacht geschonken. Er is pas sprake van echt leren wanneer de leerling verbanden gaat zien en persoonlijk het betekenisvolle effect van leren ervaart. Een Montaigne leerling herken je aan… De doelstelling van ons onderwijs is dat we van een Montaigne-leerling kunnen zeggen dat hij of zij: De eigen ontwikkeling ter hand kan nemen • Zijn eigen leerproces kan vormgeven en leerdoelen kan formuleren • Inzicht heeft in eigen kunnen (zelfreflectie) en open staat voor feedback • Initiatief neemt Doelgericht handelt • Doelen en prioriteiten stelt • Werken met planningen, afspraken kan maken en afspraken nakomt • Evalueert 10
Maatschappelijk betrokken is • Aandacht en respect tonen voor elk individu en levensovertuiging • Betrokken is bij de school en de samenleving • Verantwoordelijkheid neemt voor zichzelf, voor anderen en voor de wereld • Klaar is voor de maatschappij en daarbij de maatschappij ‘open’ tegemoet treedt De persoonlijkheid van de leerling speelt bij ons een belangrijke rol. Daarmee doen we de leerstof niet tekort. Integendeel, op deze manier zorgen we ervoor dat die stof tot zijn recht komt. Het diploma dat onze leerlingen uiteindelijk behalen, wordt daarmee een diploma plus: naast veel kennis opdoen, ook het verwerken van inzichten en de vaardigheden om iets met die inzichten te doen. Deze onderwijskundige visie werken we uit in onze onderwijsorganisatie. We doen dat aan de hand van een aantal kwaliteitseisen waaraan de kwaliteit van ons onderwijs aan de leerlingen steeds afgemeten moet worden. Wij noemen onze kwaliteitseisen De Tien van Montaigne.
De Tien van Montaigne Voor ons betekent kwalitatief goed onderwijs dat: 1. Ons onderwijs leerlinggericht is Dat betekent dat we met de keuze van leerstof en de wijze waarop we die behandelen, uitgaan van leerlingen. 2. We ruimte geven en aandacht besteden aan verschillende leerstijlen Mensen leren op heel verschillende manieren. Voor ons betekent dat dat we de leerstof op verschillende manieren aanbieden. 3. Leerlingen leren zoveel mogelijk leren door te doen Wij vinden dat je meer leert als je het zelf doet, aanraakt, voelt. Daarom maken we het onderwijs zo praktisch en contextrijk mogelijk. 4. We gebruik willen maken van wat de omgeving ons te bieden heeft 5. We gebruik maken van de vele ICT mogelijkheden die we hebben De computer speelt een belangrijke rol in onze wereld. In ons onderwijs leren kinderen de mogelijkheden van ICT te benutten. 6. We een activerende didactiek hanteren Je leert meer als je zelf uitlegt aan je klasgenoten of stof door middel van een individuele of groepsopdracht verwerkt. 7. We uitgaan van leerstofgebieden, thematisch werken en projectweken Op het Montaigne Lyceum staan geen muren tussen de vakken. Integendeel, we verbinden kennis met elkaar, bijvoorbeeld in de projectweken. 8. Leerlingen zelf verantwoordelijkheid leren nemen voor hun leerproces en het leren met elkaar We leren leerlingen om zelf verantwoordelijk te zijn voor hun leerproces. Dat gaat stapje voor stapje. 9. We leerlingen aan ‘de boven- en aan de onderkant’ een goede zorg willen bieden Het docententeam houdt door een goed mentoraat elke leerling in de gaten. Door de ondersteuning van het zorgteam kan in voorkomende gevallen voor passende begeleiding worden gezorgd. 10. We werken vanuit doorlopende leerlijnen, zowel extern (een goede aansluiting met het basisonderwijs en op het vervolgonderwijs) als intern (tussen en binnen de teams) Er is nauw contact met de basisscholen waar onze leerlingen vandaan komen om de overstap zo goed mogelijk te laten verlopen. Dat gebeurt ook als zij hun opleiding elders voort gaan zetten.
11
Een professioneel lerende organisatie Wij zijn een lerende, flexibele en veranderingsgezinde organisatie in beweging en bouwen aan onze school om leerlingen een zo realistische en contextrijk mogelijke leeromgeving aan te bieden. We nemen daarbij kleine stappen die we vervolgens evalueren. Daarbij staat het leren leren centraal: hoe leren leerlingen en hoe leren docenten en andere medewerkers? Wij staan open voor de visie “dat het altijd beter kan” en dat de medewerkers nog altijd kunnen leren. Leren van én met elkaar bevordert de individuele groei en ook de groei van de organisatie. Fouten maken hoort daarbij, van je fouten leer je misschien wel het meest: je leert in ieder geval hoe je het niet moet doen. Deze tolerantie ten aanzien van fouten bevordert een klimaat van experimenteren, dingen durven uitproberen. De succeservaringen delen wij met de leerlingen en met elkaar. We hanteren hier de metafoor van de trektocht: het reisdoel is bekend, de wegen er naartoe zijn verschillend waarbij we nog niet precies weten welke wegen we kiezen en waar we tussentijdse stops maken. Een professioneel lerende organisatie stelt hoge eisen aan de communicatie. Openheid in onderlinge communicatie en met de leerling en de omgeving is een voorwaarde voor ons gezamenlijk leren. Hierbij is sprake van een wisselwerking want omgekeerd werkt een lerende organisatie weer bevorderend op een open klimaat. Voor een succesvol leerproces is vertrouwen in elkaar en een veilig klimaat een basisvoorwaarde. Zowel voor leerling als docent geldt, dat hij/zij zich eerst veilig moet voelen voordat hij/zij kan gaan leren. Wij beseffen hierbij heel goed dat (nieuwe) veranderingen voor sommige medewerkers kan betekenen dat zij zich minder veilig voelen omdat ‘platgetreden paden’ soms opnieuw verlaten zullen (moeten) worden. Een professionele organisatie wordt zichtbaar in onze organisatie doordat: 1. er sprake is van erkende ongelijkheid tussen professionals; 2. er draagvlak wordt gecreëerd bij 80% van ter zake deskundigen; 3. er wordt gewerkt met beslissers; 4. er duidelijke, voor ieder toegankelijke actie- en besluitenlijsten zijn; 5. men elkaar aanspreekt op gedrag; 6. men reageert op wat iemand doet; 7. men spreekt voor zichzelf en niet namens anderen; 8. er wordt geleerd van fouten door reflectie; 9. er sprake is van een professionele hiërarchie; 10. iedereen gericht is op ontwikkeling; 11. niet iedereen alles hoeft te weten; 12. er wordt van uitgaan dat de leiding ook goed werk wil leveren; 13. er resultaat gericht wordt gewerkt; 14. er sprake is van transparantie. (Bron: Professionele cultuur in onderwijsorganisaties door Alex van Emst, APS 1999)
12
3. Maatschappelijke- en regionale ontwikkelingen Maatschappelijke ontwikkelingen Het onderwijs staat momenteel in het centrum van de belangstelling. Wekelijks zo niet dagelijks, berichten de media over de discussies over uiteenlopende (onderwijs) aangelegenheden zoals onderwijstijd, de bekostigingsgrondslag van het onderwijs, de professionaliteit en autonomie van de leraar voor de klas, de professionalisering van de onderwijsorganisaties en het schoolmanagement, passend onderwijs, leerstofcanons, het ‘oude’ versus het ‘nieuwe leren’, werkdruk van docenten en ‘Top 10 lijstjes’ van de beste en slechtste scholen en leraren van Nederland. Ook discussies over de maatschappelijke opdracht van het onderwijs worden hierbij niet geschuwd. Voor dit schoolplan is een inventarisatie gemaakt van de actuele en belangrijkste maatschappelijke- én regionale ontwikkelingen in het bijzonder. Hierbij dient beseft te worden dat een dergelijke inventarisatie een momentopname is: het tempo van maatschappelijke en regionale veranderingen is anno 2010 erg hoog. Kenniseconomie Kennis verandert in een hoog tempo. Innovaties van vandaag zijn morgen achterhaald door nieuwe ontwikkelingen. Voor jongeren betekent dit dat de ontwikkeling niet stopt bij het behalen van een diploma van een opleiding van het Montaigne Lyceum. Long-life-learning is geen keuze meer maar noodzaak geworden voor de jongere generatie. Wij stimuleren het buitenschools leren en koppelen hiermee de kennis aan de dagelijkse praktijk. Daarnaast hebben wij bijzondere aandacht voor informatievaardigheden (de wijze waarop men kennis en vaardigheden verwerft en integreert in het eigen handelen) en het toetsen van vakkennis en vakvaardigheden. Arbeidsmarkt sterk in beweging De arbeidsmarkt verandert voortdurend. Een lerende en flexibele instelling van werknemers en werkgevers is noodzakelijk. Het onderwijs heeft de taak jongeren voor te bereiden op hun toekomstige rol en zal recht moeten doen aan verscheidenheid. Differentiatie en variatie staan centraal in ons onderwijs. We zullen ons inspannen onze leerlingen een optimale bagage mee te geven om de uitdagingen van een snel veranderende samenleving aan te kunnen waarbij wij naast het verwerven van kennis en algemene vaardigheden stevig inzetten op het ontwikkelen van competenties. Van onze medewerkers verwachten wij dat zij zich voortdurend zullen ontwikkelen en verbeteren. Een lerende organisatie vraagt om ondernemende professionals. Docenten zullen als professionals in teams en leercirkels de kwaliteit van het onderwijs op peil houden, met kennis van de eisen die de moderne maatschappij stelt. Deze professionele docenten worden gekenmerkt door ondernemerschap, innovatief vermogen, stevige vakkennis in het eigen vakgebied en onderwijskundig en coachend meesterschap. Digitalisering De digitalisering en informatisering van onze samenleving blijft toenemen. Wereldwijde communicatie met leeftijdsgenoten is vanzelfsprekend en het belang van een open communicatie waarin men meer toegang heeft tot bronnen is groot. Voor ons als school is de informatie- en communicatietechnologie geïntegreerd in de wijze waarop wij ons onderwijs vorm geven. Een leeromgeving zonder ICT is tegenwoordig niet meer denkbaar. Wij vinden ICT noodzakelijk om de leerlingen beter voor te bereiden op de toekomst. Mondialisering Technologische ontwikkelingen hebben geresulteerd in mondialisering van onze economie. Dit heeft onder meer geleid tot specialisaties van en in regio’s. Zorgwekkend is de terugval van Nederland als innovatieland. Wanneer Nederland haar plaats in de wereld wil behouden dan moet worden ingezet op de ontwikkeling van onze kenniseconomie. Toenemende internationalisering betekent ook dat we aandacht moeten blijven besteden aan de ontwikkeling van moderne vreemde talen. Generatie Einstein & Wiki-generatie Er ontstaat in een razend snel tempo een nieuwe jeugdcultuur. Binnen die jeugdcultuur is de school één van de ontmoetingsplaatsen en een oefenplaats voor het functioneren in de samenleving. Het is dan ook van groot belang om maatschappelijke ontwikkelingen en veranderingen te signaleren, te analyseren en te integreren in onderwijsactiviteiten. We moeten leerlingen kunnen voorbereiden op het volwaardig kunnen functioneren in onze samenleving. Wij kiezen daarom voor een professionele en persoonlijke leerlingbegeleiding voor onze leerlingen “aan de onder- en aan de bovenkant”. De laatste wetenschappelijke bevindingen over de relaties die er bestaan tussen de ontwikkeling van het puberbrein en het leervermogen van adolescenten bieden hierbij interessante aanknopingspunten.
13
Juridisering De juridisering is een gevolg van de sterk toegenomen individualisering. De mondige burger, leerling en ouder zijn zich als kritische onderwijsconsument terdege bewust van hun rechten. Als onderwijsorganisatie achten wij het tot onze taak leerlingen en, in mindere mate, ouders bewust te maken van de koppeling tussen rechten en plichten. Burgerschap en interventies met betrekking tot het ontwikkelen van normen en waarden (van oudsher het domein van de opvoeding van de ouders) maken deel uit van ons curriculum. Verantwoording De overheid gaat uit van het vermogen van instellingen om zelf zorg te dragen voor verbetering en borging van kwaliteit. De kern van het governancetraject van het ministerie van OCW is ‘ruimte geven, verantwoording vragen en van elkaar leren’, wat onder meer kan door scholen meer zelf verantwoording af te laten leggen aan de maatschappelijke omgeving. De overheid biedt ruimte door op scholen die zelf inzicht geven en aan minimumeisen voldoen, minder toezicht uit te oefenen. Met deze governancefilosofie gaat de overheid een nieuwe weg op, waarin de horizontale relaties veel belangrijker worden en het verticale toezicht alleen nog het sluitstuk vormt van een kwaliteitsketen tussen alle bij het onderwijs betrokken partners. Door belanghebbenden goed te informeren, kunnen zij hun rol beter vervullen. Zo krijgt horizontale verantwoording van onderwijsorganisaties vorm en betekenis. Veiligheid Het gevoel van veiligheid daalt in onze samenleving. Een onderwijsorganisatie staat midden in die samenleving. In overleg met medewerkers, leerlingen en ouders moeten de grenzen, van wat de school kan bieden, worden bepaald. Anderzijds moeten de grenzen van tolerantie jegens het gedrag van de leerling op school worden vastgesteld. Beiden zijn voorwaarden om een veilige leeromgeving in de school te garanderen. Professioneel docentenkorps Er dreigt in toenemende mate een tekort aan gekwalificeerd onderwijspersoneel. Onze belangrijkste taak, namelijk het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs als voorbereiding op vervolgonderwijs en beroepskwalificatie, staat daardoor onder druk. Op korte termijn moeten er maatregelen genomen worden die leiden tot het behoud van het huidige personeel én het aantrekken van nieuwe personeelsleden. Een hernieuwde bezinning op de kerntaak van het docentschap en een onderzoek naar de voordelen van arbeidsdeling in het onderwijs wordt meer en meer onderwerp van gesprek en onderzoek. Een positief imago, een heldere communicatie, persoonlijke ontplooiingsmogelijkheden en een gezonde bedrijfsvoering zijn belangrijke voorwaarden om aantrekkelijk te zijn voor nieuwe personeelsleden. Het personeelsbeleid beoogt daarbij een klimaat te bieden waarin het personeel zich gewaardeerd weet en zich gestimuleerd voelt in de eigen ontwikkeling. De capaciteiten van de personeelsleden zijn de belangrijkste hulpbron van de school. Deze capaciteiten moeten onderkend, gemobiliseerd, ontwikkeld en benut worden in alle fasen van de loopbaan. Imago in de omgeving Het in november uitgevoerde imago-onderzoek door Bureau Zwerfspoor laat het volgende beeld zien: Ingewikkelde school. Aanvankelijk kat uit de boom gekeken, daarna behoorlijk enthousiast over het andere concept. Maar inmiddels is men er achter wat het andere concept betekent en het vertrouwen is afgenomen. Ook bestaat de indruk dat de school regelmatig van koers wijzigt wat het er niet duidelijker en ordelijker op maakt. Veel docentenwisselingen. Zelfs scholen die vernieuwingsgezind zijn wachten toch een beetje af. Leerlingen nogal mondig. (Bron:Deelbeeld Esloo Onderwijs 2009. Breda December 2009) De potentie van het Montaigne Lyceum Uit de analyse blijkt dat het potentieel aan “zwevende kiezers” nogal groot is en dat er relatief weinig sprake is van vaste relaties. Dat is een uitdaging want het betekent dat scholen, als ze zichzelf goed voor het voetlicht brengen, snel kunnen scoren bij de komende periode van oriëntatie en aanmelding. Het Montaigne biedt dan de grootste kansen gelet op de concurrentie in de buurt en het aantal leerlingen dat als het ware de school voorbij fietst. (Bron:Deelbeeld Esloo Onderwijs 2009. Breda December 2009)
14
De ouders van leerlingen uit het basisonderwijs verkeren in een luxe positie. De wijk Ypenburg en de “oude” dorpen Nootdorp en Pijnacker huisvesten verschillende kwalitatief goede scholen voor voortgezet onderwijs. In de beginfase van de school bleek er een grote aantrekkingskracht te bestaan op de “oude” dorpen Nootdorp en Pijnacker: deze aantrekkingskracht is de laatste jaren minder geworden. Met het bijzondere onderwijsconcept is het er voor het Montaigne Lyceum zeker niet gemakkelijker op geworden basisscholen aan zich te binden. Hierbij dient opgemerkt te worden dat er de laatste jaren wel een voorzichtige kentering zichtbaar begint te worden en dat er een bijzondere aantrekkingskracht door onze school wordt uitgeoefend op Freinet, Dalton en Montessori basisscholen uit de gehele regio Den Haag en omstreken. De instroom vanuit de Vinex-locaties Ypenburg en Leidschenveen maar ook Delft en Leidschendam neemt toe. De aanvankelijke ‘voorsprong’ door het mooie schoolgebouw is niet langer onderscheidend ten opzichte van de scholen voor VO in de omgeving. Regionale positionering door Talenontwikkeling, Kunst & Cultuur & Wereldburgerschap De brede inhoud van ons onderwijsaanbod is leidend. Willen wij ons echter duidelijker in de regio profileren dan ontkomen wij er niet aan om een sterkere profilering te kiezen dan nu het geval is. Deze profilering dient gepaard te gaan met een keuze voor kwaliteit en diepgang waarbij wij tegelijkertijd veel waarde hechten aan een ruim aanbod van culturele, kunstzinnige, onderzoekende en sportieve binnen- en buitenschoolse activiteiten voor onze leerlingen. De profilering zal meer gestalte kunnen krijgen door middel van het nadrukkelijk ontwikkelen van een schoolprofiel dat stoelt op Talentontwikkeling, Kunst & Cultuurprofilering en Wereldburgerschap. Passend onderwijs in de regio Een heel bijzonder, en waarschijnlijk zeer ingrijpend regionaal aspect is de invoering van de zorgplicht in het onderwijs, gefaseerd tot en met 2013. Het gaat hierbij om de verantwoordelijkheid voor de scholen, de enorme planlast, de (personele) kosten en de noodzaak als school samenwerking te zoeken ook buiten het onderwijs. Scholen krijgen de plicht om voor elke leerling een passend arrangement aan te bieden en scholen maken in de regio afspraken over een sluitend onderwijsaanbod voor alle leerlingen die extra zorg nodig hebben. De Esloo Onderwijsgroep kan zich in deze context gelukkig prijzen met de aanwezigheid van het PRO en een OPDC in haar onderwijsgroep. Voor wat betreft de REC Clusters dienen aanvullende afspraken in het Samenwerkingsverband VO Zuid-Holland West gemaakt te worden. De educatieve agenda van de gemeente Den Haag In november 2009 heeft de gemeente Den Haag in de notitie “Haags talent erkend” de uitgangspunten voor de Haagse Educatieve Agenda 2010-2014 verwoord. De ambities die in deze notitie zijn verwoord zijn, zoals de gemeente zelf beschrijft, “niet bescheiden”. In hoofdlijnen zijn de ambities: • Het doorzetten van het bewezen beleid • Het zichtbaar maken van talent • De school krijgt een spilfunctie in de wijk • De gemeente draagt zorg voor uitstekende huisvesting van de scholen • Er zijn uitstekende leerkrachten werkzaam in Den Haag • Er wordt gezorgd voor een koppeling tussen onderwijs en Den Haag Internationale Stad van Vrede en Recht Voor het voortgezet onderwijs aan 12-18 jarige leerlingen in het bijzonder zijn de ambities: “Er zijn brede scholen in het voortgezet onderwijs, waar jongeren hun talenten ook buiten schooltijd kunnen ontwikkelen. Leergierige jongeren nemen deel aan de zaterdag- en zomerschool. Alle middelbare scholieren gaan op maatschappelijke stage en participatie van leerlingen binnen de school wordt gestimuleerd. Ook in het voortgezet onderwijs komen hoogbegaafde leerlingen aan hun trekken. Elke leerling die dat nodig heeft, krijgt persoonlijke begeleiding bij de overstap van het basis- naar het voortgezet onderwijs en verder. Er zitten geen Haagse jongeren meer thuis. Schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten zijn nog verder teruggedrongen. Er zijn vakcolleges in de techniek, horeca, zorg en welzijn en dienstverlening. Er staan voldoende goede leerkrachten voor de klas. (Bron: “Haags talent erkend” De Haagse Educatieve Agenda 2010-2014( pag.27) Gemeente Den Haag, productgroep Onderwijsbeleid, november 2009)
De in de notitie verwoorde ambities tonen op met name de talentontwikkeling (hoogbegaafdheid en kunst & cultuur) overeenkomsten met de ambities zoals deze verwoord zijn in het schoolplan 2010-2014. 15
4. Leren van jezelf, leren met elkaar, leren in de wereld Onze ambities Onze missie Leren van jezelf, leren met elkaar, leren in de wereld hebben wij vertaald naar een aantal kwaliteitseisen waaraan ons onderwijs op het Montaigne Lyceum dient te voldoen (De Tien van Montaigne). Je kunt deze kwaliteitseisen als het ware aanduiden als de ambities die wij willen realiseren in het onderwijs zoals wij dat aan onze leerlingen verzorgen. Achter de voor leerlingen geformuleerde ambities gaan impliciet vele andere ambities schuil voor ons personeel en de schoolorganisatie. De gestelde ambities zijn kenmerkend voor de wijze waarop wij anticiperen op de maatschappelijke en regionale ontwikkelingen zoals in hoofdstuk drie zijn geschets. In hoofdstuk 4 hebben wij onze ambities geformuleerd en gegroepeerd op leerlingenniveau, op het niveau van de medewerkers en op organisatieniveau. Deze ambities zijn voor ons richtinggevend voor de toekomst. Onze ambities voor de toekomst worden beschreven in de subparagrafen Leren van jezelf, Leren van elkaar, Leren in de wereld en Leren is kwaliteit. Leren van jezelf! Het onderwijs is sterk leerlingengericht en houdt nadrukkelijk rekening met de verschillende leerstijlen van de leerlingen. We begeleiden hen hierbij op maat, dat wil zeggen naar hun individuele behoeften. Leerlingen nemen zelf verantwoordelijkheid voor hun leerproces en leren met elkaar. Bij het leren van de leerlingen maken we gebruik van de (contextrijke leer-)omgeving en van de vele ICT mogelijkheden die we hebben. Leerlingen leren zoveel mogelijk door doen en daarom hanteren wij een activerende didactiek. Daarbij werken wij vanuit doorlopende leerlijnen, zowel extern (een goede aansluiting met het basisonderwijs en een goede aansluiting op het vervolgonderwijs) als intern (in- en tussen de teams). In het onderwijs wordt de leerling langs wegen van geleidelijkheid en rekening houdende met zijn leerstijl en meervoudige intelligenties, tot een zelfstandige en uiteindelijk een zelfverantwoordelijke leerhouding gebracht. Einddoel daarbij is dat de leerling zelf de verantwoordelijkheid voor zijn eigen leren en voor de omgang met zijn medeleerlingen en leeromgeving kan dragen. Het Montaigne Lyceum wil daartoe een inspirerende en stimulerende leeromgeving bieden. Voor onze leerlingen betekent dit: • dat competentieontwikkeling gericht op onder meer het plannen, organiseren en reflecteren van en op het eigen leerproces in onze school een zeer belangrijke plaats inneemt; • dat daarnaast vakkennis en vakvaardigheden de basis vormen voor het leren van leerlingen en leerlingen optimaal worden voorbereid op de school- en centrale (eind)examens; • dat het onderwijsaanbod bestaat uit een gevarieerd en afwisselend aanbod van vakken, vakoverstijgende projecten en/of thema’s en/of opdrachten waarbij het betekenisvol en competentiegericht leren centraal staan; • dat rekening gehouden wordt met de leerstijlen en meervoudige intelligenties van leerlingen; • dat er rekening wordt gehouden de intellectuele, culturele en maatschappelijke behoeftes van leerlingen; • dat een versterkte aandacht voor talentontwikkeling (waarbij rekening gehouden wordt met verschillen in capaciteiten en interesses) de individuele ontwikkeling van de leerling bevordert; • dat de leerlingen actief bij de lessen betrokken worden door deelname aan activerende didactische werkvormen en coöperatief leren; • dat zij kunnen leren, werken en leven in een goed geoutilleerde leeromgeving waarbij de digitale leeromgeving altijd bereikbaar is; • dat er voor iedere leerling een digitaal portfolio beschikbaar is; • dat het onderwijsprogramma wordt aangeboden op basis van de bestaande en zelf ontwikkelde leermiddelen en projecten waarbij in toenemende mate gebruik wordt gemaakt van digitale leermiddelen en een elektronische leeromgeving (ELO); • dat de digitale leeromgeving een plaats is voor leerlingen, docenten en ouders die gericht is op ontmoeten, ontdekken en ontwikkelen en wordt ingezet zowel bij directe contacttijd met leerlingen, bij zelfwerkzaamheid in studieruimten, als bij de communicatie naar leerlingen, medewerkers en ouders;
16
Voor onze medewerkers betekent dit: • dat het onderwijs is georganiseerd rond de vakken en de vakinhouden doch, rekening houdende met het type leerling en de onderwijssoort, zoveel als mogelijk ruimte wordt geboden om samenwerking en samenhang tussen de vakken door projecten en vakkenintegratie te bevorderen; • dat in het didactische proces rekening gehouden wordt met de leerstijlen van leerlingen en er sprake is van een breed scala aan werkvormen en leeractiviteiten; • dat zij professional zijn in het gebruik van en in het implementeren van ICT en digitale hulpmiddelen in de onderwijsleeromgeving; • dat het metadateringssyteem, zoals in de afgelopen jaren is ontwikkeld, en projecten als Kennisbank, WikiWijs optimaal door de docenten en andere medewerkers ter ondersteuning van het onderwijsleerproces wordt benut; • dat onze medewerkers ondersteund worden door het onderwijsatelier en de onderwijsarchitecten; • dat zij dagelijks gebruik maken van activerende werkvormen en coöperatief leren; • dat frequent gebruik wordt gemaakt van gastsprekers, excursies e.d.; • dat het onderwijsgevend personeel structuur biedt aan de leerstof en het onderwijsleerproces en tegelijkertijd een coach is van de leerling tijdens zijn leerproces. Voor de organisatie betekent dit: • de verantwoordelijkheid voor het onderwijsproces, waaronder in ieder geval wordt begrepen de keuze van de leerstofinhouden, lesmethodes, werkwijzen en groeperingvormen, bij de teams en de professionele medewerkers ligt; dit alles binnen de wettelijk vastgestelde eisen van toetsing en examinering; • dat wij een lerende organisatie zijn waarin voor leerlingen en medewerkers ruimte is om te experimenteren en te leren; • dat wij belang hechten aan een evenwichtig docentenkorps dat is samengesteld uit bekwame en adequaat bevoegde docenten; • dat onder strikt geformuleerde voorwaarden en aan de hand van een duidelijk begeleidingsprotocol, docenten in opleiding van harte welkom zijn op onze school ter ondersteuning van het leerproces van de leerlingen én ter verkrijging van een onderwijsbevoegdheid; • dat medewerkers bij uitstek in staat worden gesteld van en met elkaar te leren in leercirkels; • dat het rooster is opgebouwd uit contacttijd en gedeelde zelfwerkzaamheid (individueel of in groepen) waar leerlingen in leerdomeinen, instructieruimten, studieruimten en/of laboratoria werken; • dat ons onderwijs, dat immers beoogt een paspoort voor de toekomst aan jongeren te verstrekken, in de fysieke leeromgeving uitstekend gefaciliteerd behoort te zijn; • dat het peil van de voorzieningen voor onderwijsmedewerkers en leerlingen verbonden moet zijn met de eisen die het leren in een contextrijke leeromgeving aan het onderwijs gesteld kunnen worden; • de organisatie van de school voorwaardenscheppend dient te zijn om onze ambities te kunnen realiseren. Voor de zorg aan onze leerlingen betekent dit: • dat voor alle leerlingen die als leerling worden aangemeld een passend onderwijsaanbod wordt gezocht in samenwerking met de scholen van de Esloo Onderwijsgroep en het samenwerkingsverband Zuid-Holland West; • dat een professioneel systeem van leerlingenbegeleiding van groot belang is voor het begeleiden van de ontwikkeling van onze leerlingen; • dat professionele leerlingbegeleiding gekenmerkt wordt door teamwork en een persoonlijke benadering van onze leerlingen; • dat de leerlingenbegeleiding gekoppeld is aan teams waarbij iedere leerling een eigen mentor heeft die de spil vormt tussen school en thuis; • dat voor iedere leerling een digitaal leerlingvolgsysteem beschikbaar is; • dat ons zorgteam is gespecialiseerd in het verzorgen van extra zorg op maat en daar waar noodzakelijk een schakelfunctie kan vervullen tussen school en aanbieders van extra en specialistische zorg; • dat in 2014 een uitermate professionele determinatie in de onderbouw de doorstroming naar een passend onderwijsaanbod (niveau en interesses) functioneel zal moeten zijn; • dat een passend onderwijsaanbod bestaat uit een doorlopende leerlijn voor de VMBO kaderberoepsgerichte en theoretische leerweg, HAVO en ATHENEUM en GYMNASIUM; • dat bij de ontwikkeling van een doorlopende leerlijn het ontwikkelingsproces van de leerling centraal staat:
17
•
dat een snellere doorstroming en flexibele (eind)examinering binnen de landelijk gestelde kaders mogelijk moet zijn3;
Voor de uitoefening van de zorg aan leerlingen door onze medewerkers betekent dit: • dat de wijze van beoordelen, evalueren van de schoolprestaties is in eerste instantie de verantwoordelijkheid is van de leraar, binnen de kaders van de teamafspraken (unit, instelling); • dat naast de vakinhoudelijke en onderwijskundige kennis minimaal een basiskennis “omgaan met leerlingen met een hulpvraag” aanwezig is en docenten in staat zijn een signalerende taak te kunnen uitoefenen in het herkennen van leerlingen met een specifieke hulpvraag; • dat specialisten in de begeleiding van leerlingen met een hulpvraag hiertoe speciaal zijn opgeleid of de bereidheid hebben zich door specifieke scholing verder te bekwamen; • dat in het personeelsbeleid en de functieniveaus van docenten nadrukkelijk aandacht wordt besteed aan de signalering en begeleiding van leerlingen met een hulpvraag. Voor de organisatie van de zorg aan leerlingen betekent dit: • dat wij in samenwerking met andere onderwijsaanbieders in de regio een passend onderwijsaanbod aan alle zorgleerlingen aanbieden; • dat wij de ambitie hebben in de regio toonaangevend te zijn voor wat betreft de leerlingenbegeleiding en waarbij de grenzen van onze zorgbreedte helder en transparant met de intern- en extern direct betrokkenen worden gecommuniceerd; • dat de ambities worden beschreven in een kernachtig geformuleerd zorgplan, opgesteld door de zorgcoördinator en dat jaarlijks wordt geëvalueerd; Leren met elkaar De school gaat uit van de gelijkwaardigheid van alle levensovertuigingen en wil nadrukkelijk ruimte bieden aan iedere leerling en medewerker die het uitgangspunt van “respect voor ieder individu, voor ieders levensovertuiging en voor ieders mening en gelijkwaardigheid van ieders levensovertuiging” onderschrijft. Respect voor elkaar betekent ook dat er grenzen zijn aan de eigen vrijheid, namelijk waar dit de onvrijheid voor anderen betekent. De school is niet gebonden aan één specifieke levensovertuiging. Verschillen tussen mensen ziet de school als een verrijking voor het groeiproces van iedere jongere op weg naar volwassenheid. Het Montaigne Lyceum wil een school zijn waar mensen en overtuigingen elkaar ontmoeten en waar verdraagzaamheid zichtbaar aanwezig is in het doen en laten van allen die de school bezoeken. Voor onze leerlingen betekent dit: • dat er een ruim aanbod is van activiteiten waarin leerlingen elkaar en anderen kunnen ontmoeten. Het ontmoeten en samen leven komt mede tot uiting in sova-trainingen, burgerschapskunde, schoolfeesten, vieringen, internationale uitwisselingen, sportdagen, toneel- en dansvoorstellingen, debatteren en vele andere sportieve, kunstzinnige en culturele activiteiten in de veilige omgeving van de school; • dat ontmoeten alleen dán mogelijk is wanneer leerlingen, ouders en medewerkers zich veilig en geborgen voelen; • dat de organisatie van het onderwijs in teams met een vast docententeam voor de leerlingen de herkenbaarheid, geborgenheid en veiligheid vergroot; • dat de leerling een actieve bijdrage levert aan een veilig schoolklimaat door respect te hebben voor zichzelf, voor elkaar, voor de werksfeer, voor afspraken en respect te hebben voor de omgeving; • dat respect en verdraagzaamheid betekent dat er duidelijke eisen worden gesteld aan leerlingen en ouders; • dat onze school een ontmoetingsplaats is voor de ontwikkeling van normen en waarden van de samenleving. Voor onze medewerkers betekent dit: • dat de medewerkers van onze school op basis van wederzijds respect toegankelijk en aanspreekbaar zijn voor leerlingen en ouders; • dat het werken met teams de betrokkenheid en sociale binding met leerlingen en collega’s vergroot; • dat medewerkers correct zijn tegenover de leerlingen, de ouders en de collega’s; • dat medewerkers het nakomen van afspraken hoog in het vaandel hebben; 3
Recentelijk is bekend geworden dat het Ministerie OCW het besluit heeft genomen af te zien van de mogelijkheid om eindexamens op meerdere momenten in het jaar mogelijk te maken. Financiële argumenten liggen hier aan ten grondslag. 18
• •
dat medewerkers medeverantwoordelijk zijn voor de veiligheid in en om het gebouw; dat er een communicatiestructuur is die bestaat uit het geven van relevante informatie maar waar ook de plicht bestaat om relevante informatie op te halen.
Voor de organisatie betekent dit: • dat wij waarde hechten aan een kleinschalige en mensgerichte organisatie en organisatiestructuur; • dat er sprake is van een veilig schoolgebouw waar algemeen toezicht in en buiten de school door onderwijsondersteunend en onderwijsgevend personeel goed mogelijk is; • dat er sprake is van een overzichtelijke en heldere organisatiestructuur met korte, transparante en duidelijke overleglijnen; • dat er sprake is van een interne en externe communicatie die gekenmerkt wordt door helderheid en transparantie. Leren in de wereld Het Montaigne Lyceum kan niet los gezien worden van de samenleving waarbinnen de school functioneert. Veranderingen in de samenleving werken door in onze school. De school biedt haar onderwijs daarom aan met een open oog voor de omgeving in engere en bredere zin. Voortdurend wordt gezocht naar aanknopingspunten om de verbinding tussen het schoolse leren en het dragen van verantwoordelijkheid in de samenleving te leggen. Dat is dan ook één van de redenen dat wij vakoverstijgende en klassenoverstijgende thema- en projectweken organiseren De naam van onze school, het Montaigne Lyceum, onderstreept bovendien dat kennismaking met én respect voor het culturele erfgoed van de samenleving een belangrijk aspect van ons onderwijs vormt. Zowel binnen als buiten de lessituatie is er veel aandacht voor kunstzinnige en culturele vorming. De waarde die de school hecht aan kunstzinnige uitingen is te zien in de aankleding van het schoolgebouw. In het buitenschoolse programma en in het excursiebeleid zullen kunst en cultuur een meer prominente plaats gaan innemen. Maar leren in en van de wereld omvat meer dan kunst en cultuur. Om toegang te krijgen tot de wereld is het belangrijk dat de nieuwe wereldburger naast zijn Nederlandse taal ook andere talen goed kan spreken. Momenteel vinden er enorme verschuivingen plaats in de wereldeconomie en ontstaat behoefte aan het verwerven van kennis van de Chinese en Spaanse talen. Ten slotte willen wij letterlijk de wereld tegemoet treden door internationalisering beleidsrijk in de praktijk te brengen. Voor onze leerlingen betekent dit: • dat er sprake is van een sterk en toonaangevend aanbod van culturele en maatschappelijke binnen- en buitenschoolse onderwijsactiviteiten; • dat het uitvoeren van maatschappelijke stages, beroepsgerichte stages en het buitenschools leren een daadwerkelijke bijdrage levert aan de persoonlijkheidsontwikkeling van onze leerlingen; • dat het buitenschools leren in alle leerjaren en op alle onderwijsniveaus frequent tot uitdrukking komt in onder andere excursies, werkweken, maatschappelijke- en beroepsgerichte stages; • dat het kiezen voor een opleiding en deelname aan activiteiten op basis van specifieke begaafdheid of interesses voor kunst & cultuur, techniek, moderne vreemde talen, bètavakken en informatie- en communicatie technologie (ICT) in voldoende mate tot de mogelijkheden behoort; • dat internationalisering tot uitdrukking komt in het onderwijsaanbod van moderne vreemde talen, excursies en internationale uitwisselingsprogramma’s. Voor onze medewerkers betekent dit: • dat wij verwachten dat onze medewerkers ambassadeur zijn voor wat betreft de profilering van onze school met specifieke aandacht voor talentontwikkeling ten aanzien van kunst & cultuur, internationalisering en bètaonderwijs (inclusief technisch ontwerpen en versterkt Engels); • dat zij in de gelegenheid worden gesteld deel te nemen aan externe stages in onderwijs en bedrijfsleven; • dat deskundigheidsontwikkeling van de medewerkers op onze school zich niet alleen beperkt tot een interne gerichtheid op het (eigen) team, het (eigen) vakgebied en/of de schoolorganisatie; • dat in de ontwikkeling en vormgeving van het moderne vreemde talenonderwijs op het Montaigne Lyceum uitdrukkelijk ruimte moet worden gecreëerd voor het inzetten van ‘native speakers’ en taalassistenten.
19
Voor de organisatie betekent dit: • dat wij het belangrijk vinden dat de juiste voorwaarden geschapen worden om talenontwikkeling op basis van kwaliteiten en interesses voor leerlingen én medewerkers mogelijk te maken; • dat samenwerking met kunstzinnige en culturele organisaties een vanzelfsprekendheid is en een bijdrage levert aan een versterking van de kunstzinnige en culturele infrastructuur in de regio Den Haag in het algemeen en de wijk Ypenburg en Pijnacker-Nootdorp in het bijzonder; • dat verenigingen, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties gebruik kunnen maken van de faciliteiten die wij als onderwijsorganisatie kunnen aanbieden; • dat de school actief participeert in regionale en landelijke aan het onderwijsgerelateerde netwerken en zelfstandig initiatieven ontplooit ter versterking van de relaties; • dat wij actief participeren in regionale aan maatschappelijke organisaties gerelateerde netwerken en zelfstandig initiatieven ontplooit ter versterking van de relaties; • dat wij actief contact onderhouden met overheden, werkgevers en verenigingen in de regio. We zullen dat doen door initiatieven te nemen voor overleg met gemeente, provincie en bedrijfsleven.
20
5. Hoe maken wij onze ambities waar? Onze sturingsfilosofie “Organisaties leren niet; het gaat om de mensen in de organisaties die van zichzelf en van elkaar leren” Onze schoolorganisatie is ingericht naar de sturingsfilosofie die verantwoordelijkheid legt waar die behoort. Resultaatverantwoordelijkheid geldt als sturingsprincipe op alle niveaus en in alle geledingen. Het accent ligt hierbij op het realiseren van een vooraf goed omschreven resultaat binnen de vastgestelde kaders dat bijdraagt aan het verwezenlijken van gemeenschappelijke doelstellingen. Dát biedt medewerkers de kans om verantwoordelijkheid te nemen en betrokken te zijn bij de ontwikkeling van de eigen werkzaamheden. In onze sturingsfilosofie kiezen wij er voor om te werken met resultaatgerichte mandaatcontracten tussen bestuur, rector, conrectoren en teamleiders. In de mandaatcontracten staan de organisatiedoelen duidelijk beschreven en wordt veel ruimte aan betrokkenen gegeven de doelen te realiseren. Hierbij gaan wij er vanuit dat mensen creatief zijn, verantwoordelijkheid willen nemen en verantwoording wensen af te leggen. Niet beheersingsgerichte prestatiecontracten staan centraal maar contracten die gericht zijn op het ontwikkelen van de organisatie en vooral op de mensen (leerlingen én medewerkers) die er werken. Wij gaan dus op zoek naar de kwaliteiten van de mensen. Het lerend vermogen van de school wordt bepaald door het lerend vermogen van iedereen die op de school leert en werkt. Onze basisfilosofie hierbij is: “Organisaties leren niet; het gaat om de mensen in de organisaties die van zichzelf en van elkaar leren en van de wereld leren”. Binden door loslaten De rector van het Montaigne Lyceum stelt, in samenspraak met de algemeen directeur van de Esloo Onderwijsgroep middelen beschikbaar en maakt met de conrectoren, teamleiders en budgetverantwoordelijken duidelijke afspraken over de aansturing van de onderwijsontwikkeling en onderwijsuitvoering, de verantwoording, de communicatie en informatievoorziening. De aansturing door de directie geschiedt niet op inhoud maar op concrete resultaten, processen en kaders waarbij de verantwoordelijkheid voor de voorbereiding, de vaststelling, de uitvoering en de evaluatie van het gevoerde beleid bij de verantwoordelijke medewerker ligt. Er wordt gewerkt in teams die binnen de vastgestelde kaders op eigen wijze vormgeven aan de onderwijsuitvoering en onderwijsontwikkeling. Hierbij wordt gewerkt met jaarlijkse teamplannen waarin is opgenomen een omschrijving van de ambities waaraan het team gaat werken en welke activiteiten vervolgens worden ontplooid om deze ambities te realiseren. De ambities zijn gericht op het gezamenlijk vinden van passende oplossingen voor gedeelde problemen. De teams worden aangestuurd door een teamleider. De teamleider stuurt het maken van SMART-gerichte (Specifiek-Meetbaar-Acceptabel-Reëel-Toetsbaar) teamplannen aan en controleert of de verwoorde ambities zijn behaald. In de activiteitenplanning van het schooljaar worden momenten ingeroosterd om gezamenlijke teamactiviteiten met elkaar te ontwikkelen en te evalueren. In de verschillende managementrapportages leggen conrectoren en teamleiders verantwoording af aan de rector. De rector heeft deze verantwoordingsplicht aan de algemeen directeur van de Esloo Onderwijsgroep. Een transparante organisatiestructuur Er is sprake van een overzichtelijke directiestructuur die bestaat uit de directie en de teamleiders. De directie van het Montaigne Lyceum wordt gevormd door de rector en de twee conrectoren. De directe aansturing en begeleiding van het onderwijsproces, leerlingenzorg en het personeelsbeleid op de werkvloer wordt uitgevoerd door de teamleiders. Wij onderscheiden de volgende teams: Team onderbouw VMBO kader- en theoretische leerweg (leerjaar 1 & 2) Team onderbouw VMBO theoretische leerweg /HAVO (leerjaar 1 & 2) Team onderbouw HAVO/VWO (leerjaar 1, 2 & 3) Team onderbouw VWO/Gymnasium (leerjaar 1, 2 & 3) Team bovenbouw VMBO kaderberoepsgerichte leerweg (leerjaar 3 & 4) Team bovenbouw VMBO Theoretische leerweg (leerjaar 3 & 4) Team bovenbouw HAVO/VWO (leerjaar 4, 5 & 6)) Wij vinden het belangrijk dat de efficiency en doelmatigheid van de organisatiestructuur en met name de managementstructuur frequent wordt geëvalueerd. Met het oog op de groei van de school tot maximaal 1200 leerlingen is het noodzakelijk in 2010-2011 uitvoerig stil te staan bij organisatie, indeling en samenstelling van de teams in relatie tot de huisvesting in het schoolgebouw. 21
Stafbureau bedrijfsvoering Bij een decentrale aansturing vanuit centrale kaders en een functionele autonomie voor het Montaigne Lyceum worden de ondersteunende en beheersmatige taken die niet direct aan het onderwijs gelieerd zijn (financiën, facilitaire dienst, personeelszaken, informatie en communicatie) centraal georganiseerd in een stafbureau bedrijfsvoering dat aangestuurd wordt door de algemeen directeur van de Esloo Onderwijsgroep. Op een aantal punten wordt de concrete uitvoering verzorgd door het stafbureau van de Stichting Lucas Onderwijs. De onderwijsgelieerde zaken als rooster en leerlingenadministratie kennen een decentraal front office waarbij de taken en verantwoordelijkheden duidelijk zijn onderscheiden. “Laat 1200 bloemen bloeien” Wij vinden het belangrijk dat leerlingen en medewerkers zich optimaal kunnen ontwikkelen. Om talenten tot ontwikkeling te laten komen is het belangrijk dat er een gelijkmatige spreiding van werkzaamheden en verantwoordelijkheden over de medewerkers plaatsvindt. Wij vinden het belangrijk dat een medewerker zoveel als mogelijk betrokken kan zijn bij dié werkzaamheden waarmee hij in hoge mate affiniteit heeft. Persoonlijke professionele groei van de individuele medewerker als mens en als lid van een organisatie vinden wij van groot belang. In de jaarlijkse gesprekken in het kader van de gesprekscyclus staan wij uitgebreid stil bij de persoonlijke ontwikkeling van de medewerkers. Eigen verantwoordelijkheid voor het persoonlijke ontwikkelingsproces en het afleggen van verantwoording daarover zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zeggen wat je doet en doen wat je zegt Het credo “Zeggen wat je doet en doen wat je zegt” is van oudsher een veelvuldig terugkomende uitspraak in beschouwingen over kwaliteitszorg en Good Governance. Bij het formuleren van onze ambities en uitgangspunten betrekken wij onze belangrijkste maatschappelijke belanghebbenden. Met het formuleren van de kwaliteitseisen die wij aan ons onderwijs stellen én de concrete uitwerking van ons motto Leren van jezelf, leren met elkaar en Leren in de wereld, hebben wij in heldere bewoordingen geformuleerd wat onze ambities zijn en “waar wij voor staan”. Wij vinden het belangrijk dat wij de direct belanghebbenden regelmatig ‘bevragen’ naar de realisatie van die ambities in de praktijk. Dit vraagt een toenemende communicatieve inspanning van de onze scholengemeenschap in de contacten met leerlingen, ouders, medewerkers, bedrijfsleven, overheden, maatschappelijke organisaties en andere belanghebbenden. Het Montaigne Lyceum: een kwaliteitsschool! De Esloo Onderwijsgroep heeft een zeer hoge ambitie voor de toekomst neergelegd namelijk de beste school van Nederland te willen worden. Een nobel streven waarmee de lat voor alle medewerkers zeer hoog wordt gelegd. Om de beste school van Nederland te kunnen worden dient er kwaliteit geboden te worden. Kwaliteit wordt mede bepaald door het schoolrendement en de inrichting van de organisatie. Voor onze leerlingen betekent dit: • dat duidelijke schoolregels, de normen en waarden zoals wij die in onze school hanteren én duidelijke en transparante werkafspraken tussen docenten en medewerkers de basis vormen om tot goede resultaten komen; • dat er periodiek wordt gerapporteerd over de ontwikkeling van de competenties van leerlingen; • dat er periodiek toetsen worden afgenomen waarbij zowel kennis als algemene- en vakvaardigheden worden getoetst; • dat zij regelmatig worden betrokken bij de evaluatie van het onderwijs. Te denken valt aan evaluaties van ons onderwijs in de leerlingenraad, de leerlingengeleding van de medezeggenschapsraad, tevredenheidenquêtes en docentenevaluaties. Voor onze medewerkers betekent dit: • dat zij de schoolregels, de in de school gehanteerde normen en waarden én duidelijke en transparante werkafspraken met leerlingen in het eigen handelen in de school voorleven; • dat een professionele leraar is gehouden te werken aan een voortdurende professionele ontwikkeling door zijn vakkennis op peil te houden, zijn vakdidactische en pedagogische bekwaamheden te ontwikkelen, kortom: te werken aan zijn bekwaamheidseisen die de beroepsgroep leraren heeft samengesteld en in de wet BIO zijn vastgelegd; • dat van de medewerkers mag worden verwacht dat zij kwaliteit van het onderwijs op peil houden door te innoveren en ontwikkelingen te verankeren in het onderwijs; 22
• • • • •
dat de gesprekscyclus in het kader van de wet BIO vooral is gericht op het ontwikkelen van de kwaliteiten en talenten van de medewerkers; dat leidinggevenden inspireren, coachen, delegeren, mandateren en sturen op resultaten, processen en kaders; dat op teamniveau jaarlijks door ieder team of afdeling een teamplan wordt opgesteld op basis van een zelfevaluatie van de vorderingen ten aanzien van de behaalde resultaten en ambities; dat onder leiding van de teamleider in ieder team periodiek de kwaliteit van het didactische en pedagogische klimaat en de onderwijskundige resultaten (waaronder examenresultaten) worden geëvalueerd; dat het duidelijk is voor medewerkers waar zij terecht kunnen bij problemen die vervolgens binnen de gestelde kaders en afspraken adequaat worden opgelost.
Voor de organisatie betekent dit: • dat wij bij het vervullen van onze maatschappelijke opdrachten de mening van onze belangrijkste belanghebbenden zeer serieus nemen; • dat wij periodiek de interne en extern betrokkenen informeren over de activiteiten die gerelateerd zijn aan het vervullen van onze maatschappelijke opdracht; • dat wij maatschappelijke verantwoording afleggen volgens het model “Vensters voor verantwoording”4 • dat op basis van frequent en cyclisch gehouden tevredenheidenquêtes onder leerlingen, ouders en medewerkers, externe evaluaties (kwaliteitskaart) en imago-onderzoeken bij maatschappelijke organisaties, het leerproces en de organisatie van het leren daar waar nodig en/of noodzakelijk is bijgesteld; • dat de medewerkers in staat gesteld moeten worden de kwaliteit van het eigen onderwijs te evalueren door middel van in- en externe collegiale consultaties, intervisiebijeenkomsten en visitatiecommissies; • dat er sprake is van een duidelijk functiebouwwerk met duidelijke afspraken over de taak- en resultaatverantwoordelijkheid en beslissingsbevoegdheden van de medewerkers en functionarissen in dit functiebouwwerk; • dat er jaarlijks met de rector, conrectoren en de algemeen directeur van de Esloo Onderwijsgroep resultaatgerichte managementcontracten worden afgesloten die periodiek worden geëvalueerd; • dat er wordt gewerkt in teams die worden aangestuurd door teamleiders en waarbij de teams resultaatverantwoordelijk zijn; • dat de teams binnen de gestelde VMBO of HAVO/VWO of schoolkaders, vrij zijn het onderwijs in te richten en verantwoording af te leggen aan de directie; • dat de organisatie voldoet aan de verplichtingen die voorkomen uit “Good Governance”. Besluitvorming De deelmedezeggenschapsraad is een belangrijke gesprekspartner van de directie op het Montaigne Lyceum. De organisatie van de medezeggenschap volgt de organisatie van de zeggenschap. In het reglement van de medezeggenschapsraad hebben wij duidelijke afspraken met elkaar gemaakt over de advisering en instemming door de (deel) medezeggenschapsraad.
Leo de Kraker, rector Mathieu Arnouts, conrector Jan Vesseur, conrector
4
Het model “Venster voor Verantwoording” is als bijlage bijgevoegd. 23